Skip to content

C047 v1.20

C. 47, pp. 2-9.

Dingsdagh den {17180726} 26e Julij 1718, voormiddags.

Alle present, uijtgenomen den Hr. Abraham Cranendonk door indispositie, en den E. Jan de la Fontaine bij occupatie.

Den Edelen Heer Gouverneur heeft de vergaderingh ter kennisse gebragt dat alhoewel volgens raatsbesluijt, de dato ulto. Maij jongstleden, alomme bij affixie van billietten een eijgelijk was g’adverteert geworden dat wie genegen mogte zijn aan te nemen de slagterije en leverantie van versvleesch voor ‘s Comps. scheepen en hospitaal &a., zigh maer hadden t’ addresseeren ter Polleticque Secretarije alhier voor den laasten deser lopende maand, egter tot nogh toe niemand sigh ten dien eijnde hadde opgedaen, naer alle waerscheijnelijkheijd voortkomende uijt de schaarsheijd en d’ aanhoudende sterfte van ‘t slagtvee, waer en tegens ‘tjegenwoordige1 previlegie der gem. slagterije in korten tijd sullende komen t’ expireeren sonder datmet eenigh success te hoopen is dat2 iemand deser ingesetenen om voorne. redenen in dese tijden ‘t selve wederom sal derven ondernemen, ten ware excessive hooge prijs door haer konde bedongen worden, ofte dat d’ E. Compe. van behoorlijk aental slagtbare schaapen en runderbeesten tot afweringe van soo merkelijke schade en noodwendige ververssinge der passeerende scheepen en inpotenten althans voorsien is; daaromme van noodsaekelijkheijd hadde g’acht in serieuse bedenkinge te geven of ër geene bequame middelen, ‘t zij door ruijlingen of andersints, souden konnen worden geexcogiteert, waar door gem. presumptive schade en ongerief ten beste van d’ E. Compe. konde voorgekomen ofte ten minsten gediminueert worden; Zoo is, diesaangaande met aandagt gedelibereert zijnde, bij provisie goedgevonden ende geresolveert dat zoo dra het saijsoen en de hooge rievieren sulx sullen toelaten, eenige manschap sal uijtgesonden worden omme bij de Gaulis en Hijcons3 (als wel de rijkste natien in vee onder de Hottentots jegenwoordigh zijnde) soo veel schapen en runderbeesten te ruijlen als immers doenlijk wesen zal, en dat wijders, ter consideratie van de verre afgelegentheijd derselver, aen den commandant der voorsz uijt te sendene manschap sal worden ter handen gesteld copia van het dagregister door den Hr. capitain Bergh voor dees opgem. voijagie gehouden, ten eijnde met des te meer gerustheijd op te konnen volgen de route, rust en waterplaatsen.

Vervolgens in consideratie genomen zijnde ‘t gedane versoek van den vrijwillige vendumeester, Adriaan van Kervel, omme voor ‘t toekomende gequalificeert te zijn op zodanige vendutien als bij hem gehouden worden, voor hem selven of andere te mogen kopen en mijnen soodanige goederen als ër publijcquelijk sullen werden opgeveijlt, soo als van alle tijden herwaarts (uijtgenomen bij het aanwesen van den vendumeester Hugo van der Meer) in dit Gouvernement met goed voordeel en genoegen der vercopers is geuseert geworden; Soo is, in opmerkinge genomen zijnde dat alle tilbare goederen in India bij den afslagh door den vendumeester selver moetende worden verkogt, dierhalven tot voorkominge van mesusen bij de generale Indische statuten ‘t kopen of inmijnen der goederen wel was verbooden geworden, dogh dat sulx alhier in diervoegen niet wel konde worden naergevolgt, ten aansien alle deselve van alle tijden af bij den opslagh in dit Gouvernement waren opgeveijlt, en bijgevolge een ider eeven vrij gestelt deselve ten voordeele van den verkoper te mogen ophoogen en dusdanigh in te koopen; dierhalven goedgevonden en geresolveert den gem. Van Kervel bij deesen te permitteeren voortaen wederom op alle vendutien door hem te houden, goederen te mogen kopen; dogh alsoo den boode, alhier het ampt van opslager waernemende, daar door gelegentheijd soude scheijnen te hebben het gedane bod te traineeren ofte wel met den toeslagh te precipiteeren, tot nadeel van den verkooper, dat daeromme ende tot weeringe van diergelijke suspitien, denselven voortaan sal wesen verbooden eenige goederen te mogen kopen op vendutien bij hem te houden, soo als sulx denselven geinterdiceert word bij desen.

Naar lecture van seker requeste door land-drost en burger crijgsofficieren van Stellenbosch en Drakensteijn , in de volgende bewoordinge gepresenteert:4

Aan - - - Maurits Pasques de Chavonnes - - - benevens den E. Achtbe. Raad van Politie deses Gouvernements.

‘Wel Edele Gestr. Heere en E. Achtbe. Heeren,’

‘Geven met alle eerbied en ootmoed te kennen Uwer Wel Edele Gestr. en E. Achtbe. seer gehoorsame dienaren, den land-drost en burger krijgsofficieren van Stellenbosch en Drakensteijn , hoe dat de generale burger wapenschouwinge jaarlijx tot nogh toe geschiet op ulto. September, in die saijsoen des tijds wegens sware regen niet met vereijste ordre en geschiktheijd omtrent het optrekken, wapenhandel en charges heeft konnen verrigt werden, gelijk sulx mede in den jongst gepasseerde jare gebleeken is, behalven dat verscheijde verre landwaart inwonende coleniers belet werden in die tijd de hooge Bergh Rivier te passeeren en onder hunne vaandels te compareren. Dierhalven zoo keeren de supplten. hen tot Uwe Wel Edele Gestr. en E. Achtbe. met zeer eerbiedigh versoek dat deselve gelieven toe te staen opgem. wapenschouwingh in ‘t aanstaande om een maand later (zijnde den tijd als dan daer toe bequamer) jaarlijx aan Stellenbosch gedaen magh werden.’

‘(Onderstond) ‘t Welk doende.’

Is goedgevonden t’ accordeeren dat voortaen de jaarlijxe wapenschouwingh sal worden gedaen onder ulto. October.

En laastelijk dat bij billietten sal worden geadverteert dat de verpagtinge van ‘s Comps. gemeene middelen over de districten van Stellenbosch en Drakensteijn sullen worden gedaan op Donderdagh den 25e, en aan Cabo den laasten Augustij aanstaande.

Aldus geresolveert ende g’arresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.5

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] .................................

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] .................................

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 10-14.

Dingsdagh den {17180802} 2e Augustus 1718.

Alle teegenwoordigh, behalven den independent fiscaal, den Hr. Cornelis van Beaumont, door indispositie.

Den Edele Hr. Gouverneur heeft de leeden deser vergaderingh ter kennisse gebragt dat den coopman en guarnisoen boekhouer, den E. Jacobus Cruse, en den vaandrigh, Jan David Vijrabend, als directie en opsigt hebbende over ‘s Comps. bossen, hadden ondervonden dat in ‘t eijkenbosch, leggende agter de Tafelbergh omtrent de brouwerij, berijts eenige bomen in ‘t geheel verrot en vergaan waren uijt oorsake dat ‘t selve, te digt geplant zijnde, geen lugt nogh Sons genoegh hadden konnen hebben, weshalven in bedenken gaf of het niet dienstigh zoude sijn ‘t voorsz bos naer vereijsch te doen dunnen; Soo is, diesaangaande gedelibereert zijnde, goedgevonden en geresolveert de voorsz commissarissen t’ authoriseeren, soo als geauthoriseert worden bij deesen, ‘t gem. bosje soodanigh te doen dunnen en uijtkappen als zij ten meesten nutten, conservatie en beetere opwas van ‘t resteerende sullen dienstigh agten te behooren.

Naar resumptie der resolutie van den 26e Julj jongstleden, bij dewelke bij provisie vastgesteld was een veeruijlingh bij de Gaulus en Hijcons te laten doen, nogmaals aandagtelijk gedelibereert zijnde over deredenen en6 motiven daar bij geallegueerd, is goedgevonden en finalijk geresolveerd de gem. ruijlingh in de aanstaande maend September zijn voortgank te laten nemen.7

Gelesen zijnde het request door president en weesmeesteren in de volgende bewoordinge gepresenteert:8

Aan - - - Maurits Pasques de Chavonnes - - - benevens den E. Achtbe. Politicquen Raad.

‘Geeven reverentelijk te kennen, president en weesmeesteren deser steede, dat seker stuk huijs erf gelegen in dese Tafelvalleij in ‘t bolk N.N., en aldaar no. 1, groot 20 quadraat roeden en 75 do. voeten, volgens den erfgrondbrief in dato 1e December 1702 daar van verleent, ao. 1715 na gelaten en met ër doot ontruijmt door Margaretha van Neerkassel; ten tijden dat haar overledenes goederen verkogt zijn, overkogt ende alsoo door gem. versterffenisse nogh onbemuurt gebleeven is; sulx althans Uw Wel Ede. Gestr. en E. Achtbe. speciaal consend tot de verkopinge gerequireert werd, zoo zijn de supplten. sigh tot Uw Wel Edle. Gestr. en E. Achtbe. keerende, met versoek tot qualificatie om het voorsz onbetimmerde huijs erf bij eerste occasie ten voordeele van d’ erfgenamen van meergem. boedel te mogen verkopen en veraliëneeren.’

‘(Onderstont) ‘t Welk doende &a. (Lager) Ter ordre van president en weesmeesteren deser steede. (Getekent) Jermo. Hk. Snitquer, secretaris. (In margine) Cabo de Goede Hoop, ter camer van weesmeesteren, den 2e Augustus 1718.’

Is goedgevonden en verstaan ‘t gedane versoek bij desen t’ accordeeren.

Aldus geresolveert ende g’arresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.9

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 15-18.

Dingsdagh den {17180809} 9e Augustus 1718, voormiddags.

Alle present.

In aanmerkinge de tijd vastgesteld tot het publijcq verpagten van ‘s Comps. gemeene middelen, soo van wijnen, brandewijnen en gedistileerde wateren, over de districten van Stellenbosch en Drakensteijn , seer begint te naderen, sonder dat tot nogh toe gecommitts. zijn gedespicieert; Soo is goedgevonden ten dien eijnde te committeeren den coopman en guarnisoen boekhouder, den E. Jacobus Cruse, benevens den Secretaris, Adriaan van Kervel, ende dat dierhalven de vereijste commissie sal worden opgemaakt en afgegeven.

Ende dat vervolgens alomme bij affixie van biljetten een ieder sal worden g’adverteert dat de leverantie van vers vleesch aan ‘s Comps. scheepen, hospitaal &a. aan de minst biedende publijcquelijk sal worden verpagt op Saturdagh, sullende zijn den eersten October aanstaande.

Door den capitain luijtenant, den E. Kaije Jesse Slotsboo, iterativelijk versogt wesende ontheft te mogen wesen, soo van ‘t opsigt over ‘s Comps. leijfeijgenen als d’ subalterne administratie van ‘t hout maguasijn, metselsteenen, steenoovens wat daar van dependeerende is; Zoo is door den Edelen Hr. Gouverneur ten dien opsigte voorgestelt zijnde den boekhouder, Hendrik Frappé, naer gedane raadplegingh met meerderheijd van stemmen goedgevonden en geresolveert dat alle de voorsz effecten, behoorlijk door gecommitteerdens opgenomen zijnde, sullen worden overgegeven aan den voorne. Frappé, omme vervolgelijk door hem naer ordre verantwoort te worden.

Door ‘t overlijden van Jan Jansz. van den Bergh van Amsterdam,oppertimmerman10 op het hier ter rheede leggende schip Abbekerk bescheijden geweest, desselfs plaats zijnde komen te vaceeren; Soo is goedgevonden t’ zijnen instantige versoeke11 weder tot oppertimmerman op dien bodem aan te stellen Sijbrand Jansz. Cranevelt, scheepstimmerman op dat schip geweest zijnde, mits de approbatie van dien en de daar toe staande gagie van Haar Edele Groot Achtbe. de Heeren van de Hooge Regeeringh tot Batavia te moeten versoeken.

Aldus geresolveert ende gearresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.12

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 19-21.

Dingsdagh den {17180816} 16e Augustus 1718, voormiddags.

Alle present, uijtgesondert den Hr. Cornelis van Beaumont door belet.

Volgens jaarlijxe usantie ter vergaderingh geresumeert zijnde de pagt conditien op welke ‘s Comps. gemeene middelen publijcq worden verpagt, en daar nevens in consideratie genomen of ër iets bij deselve af of toegevoegt behoorden te worden; Zoo is, diesaangaande gebesoigneerde13 wesende, goedgevonden daer inne geen alteratie te maken, als eeniglijk dat in conformiteijt van ‘t genome besluijt van den 19e October 1717, daar bij sal worden gevoegt dat alle de pagters gesamentlijk en ieder van hun in ‘t bijsonder sal weesen geinterdiceert en verbooden hunne aangenome pagten sonder voorgaande bekomene permissie van desen Raad bij contract of onder de hand, onder wat tituls of pretext het ook mogte zijn, aen iemand anders over te laten of cessie van zijn regt te geven, op peene van anders doende als smokkelaars naer luijd van ‘t vigeerend generaal placcaat te sullen werden gestraft.

Wijders in aenmerkingh gekomen wesende of de leverantie van vers vleesch aan ‘s Comps. passeerende scheepen, hospitaal &a. weeder op soodanigen voet behoorden te worden verpagt als op den 19e October 1715 was gedaan, of wel dat in consideratie van de nogh aanhoudende sterfte der schapen, ‘t vleesch naer alle apparentie vrij hoogh sullende komen te lopen, daar omtrent niet eenige veranderinge ten voordeele der E. Compe., ‘t zij bij verkortingh van tijd of andersints, zoude konnen en behooren gemaakt te worden; Soo is naer rijpe deliberatie goedgevonden en verstaan dat de gem. verpagtinge jeegenwoordigh sal worden gedaen voor den tijd van een jaar, latende de verdere articulen der pagt conditie in zijn geheel, soo ten opsigte der Groenecloof als andersints.

Aldus geresolveert ende g’arresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.14

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 22-24.

Dingsdagh den {17180830} 30e Augustus 1718, voormiddags.

Alle present.

Is door den coopman en guarnisoen boekhouder, den E. Jacobus Cruse, en den Secretaris, Adriaan van Kerval, als expresselijk gecommitteert geweest zijnde tot het verpagten der gemeene middelen over de districten van Stellenbosch en Drakensteijn , ter vergaderingh gerapporteert dat zij in opvolginge der voorsz commissie, deselve op den 25e passato publijcquelijk opgeveijlt hebbende waren aangestaan bij de volgende, als over ‘t district van Stellenbosch :

  bij Jan Botma voor ƒ3600
Over Drakensteijn bij    
  Sicilia Datis voor ƒ300
  Bedragende dus tesamen ƒ3900
  bij Jan Botma voor ƒ3600
Over Drakensteijn bij    
  Sicilia Datis voor ƒ300
  Bedragende dus tesamen ƒ3900

Wijders door boovengem. coopman en guarnisoen boekhouder, den E. Jacobus Cruse, ter vergaderingh geproduceert zijnde alle d’ inventarissen, vercoopcedullen en boedel reeke. van sodanige goederen als ër ‘t zeedert prmo. September 1717 tot dato deser, door diversche ‘s Comps. dienaren met ër doot naargelaten, en dus onder desselfs administratie gekomen, en bij publijcque vendutien tot gelden waren gemaakt, met eerbiedigh versoek dat deselfe volgens ordre der E. Compe. mogten worden geresumeert en geapprobeert voor ende aleer de voorsz penningen in cassa betaalt, ende de zoldij reeke. der afgesturvene voor ieders bedragen wierden gecrediteert; Zoo is, naer examinatie van dien en confrontatie van alle de papieren daar toe relatief, goedgevonden en verstaan de voorsz reeke. te approbeeren.

Aldus geresolveert ende gearresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.15

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 25-27.

Woensdagh den {17180831} laasten Augustij 1718.

Alle tegenwoordigh.

Door den Wel Edele Heer Gouverneur de vergaderingh geconvoceert weesende, Zoo is volgens d’ oude ordres en ‘t besluijt van den 16e deeser getreden tot de verpagtinge van ‘s lands inkomsten in loco en ‘t Rondebosje , dewelke naar behoorlijke klocke geklep publijcq ten desen Casteele bij op en afslagh zijn aangestaan bij de onder te noemene personen, en voor sodanige sommen als hier in ‘t vervolgh staat uijtgedrukt, als:

Moutbier.
Rudolf Fredrik Steenbok voor   ƒ2500
Brandewijnen en gedistileerde wateren.
Eerste quart, Hendrik Oostwalt Eksteen voor ƒ1700
2 do. , Anthonij Hoeseman voor ƒ1700
3 do. , Jan Meijndertse Kruijwagen voor ƒ1500
4 do. , Martinus van Lijpsigh voor ƒ1300
        ƒ6200
Vaderlands bier en wijn.
Ernst Fredrik de Swart voor   ƒ2450
Caabse coele wijnen.
Eerste quart, Anthonij Hoesemans ƒ5500
2 do. , Hendk. Oostwalt Eksteen ƒ5400
3 do. , Jan Lambertz. Meijburgh ƒ5000
4 do. , Isaacq Esser ƒ4600
        ƒ20500
Caabse coele en brandewijnen &a. van 't Rondebosje .
Anthonij Hoesemans   ƒ1250
Wijnen en brandewijnen over Stellenbosch en Drakensteijn zoo als bij voorgaande resolutie van den 30e deser nader blijkt.  
Jan Botma     ƒ3600
Sicilia Datis     ƒ300
Sulx de generale verpagtingh bedraagt   ƒ36800
Moutbier.
Rudolf Fredrik Steenbok voor   ƒ2500
Brandewijnen en gedistileerde wateren.
Eerste quart, Hendrik Oostwalt Eksteen voor ƒ1700
2 do. , Anthonij Hoeseman voor ƒ1700
3 do. , Jan Meijndertse Kruijwagen voor ƒ1500
4 do. , Martinus van Lijpsigh voor ƒ1300
        ƒ6200
Vaderlands bier en wijn.
Ernst Fredrik de Swart voor   ƒ2450
Caabse coele wijnen.
Eerste quart, Anthonij Hoesemans ƒ5500
2 do. , Hendk. Oostwalt Eksteen ƒ5400
3 do. , Jan Lambertz. Meijburgh ƒ5000
4 do. , Isaacq Esser ƒ4600
        ƒ20500
Caabse coele en brandewijnen &a. van 't Rondebosje .
Anthonij Hoesemans   ƒ1250
Wijnen en brandewijnen over Stellenbosch en Drakensteijn zoo als bij voorgaande resolutie van den 30e deser nader blijkt.  
Jan Botma     ƒ3600
Sicilia Datis     ƒ300
Sulx de generale verpagtingh bedraagt   ƒ36800

Aldus gedaan in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.16

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

17

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 28-31.

Dingsdagh den {17180906} 6e September 1718, voormiddags.

Alle tegenwoordigh.

Alsoo door ‘t overlijden van Coert Gerritsz. van Breemen, geweesene gesaghebber op het hier ter rheede leggende galjoot de Postloper , de voorsz plaats is komen te vaceeren, en dierhalven het den dienst van d’ E. Compe. vereijst dat die bedieninge met een ander bequaam subject worde gesuppleert; Zoo is, in consideratie genomen zijnde ‘t gedane versoek van Barent Kragt18 van Amsterdam, jeegenwoordigh quartiermeester op het aanwesende schip Meerhuijsen , dogh bevoorens ‘t zeedert den jaare 1697 d’ E. Compe. in vier distincte togten tweemaal als onder en opperstuurman gedient hebbende, goedgevonden en geresolveert dat ten aansien denselven niet alleen daer omme ‘t voorsz galjoot tot beseijlingh der Zaldanhabhaij en andere naarbijgelegene plaatsen souden konnen worden aanbetrout, maar ook met veel nut en gerustheijd in tijd van nood en precipitantie ten dien opsigte soude konnen worden geemploijeert, soo naer India als ‘t vaderland; denselven dierhalven bij deesen aan te stellen tot gesaghebber op voorsz galjoot, met de qualiteijt van onderstuurman onder een gagie van ƒ32.

Den bootsman van het hier ter rheede leggende schip Koningh Carel ten hospitaale zijnde komen t’ overlijden, Zoo is t’ zijnen ernstige versoeke ende goede getuijgenisse zijner gebieders weeder tot bootsman op dien kiel aangesteld den bootsmansmaat, Baltus Pietersz.19 van Amsterdam, met halveeringh van gagie, namentlijk ƒ18 ter mt., en weder tot bootsmansmaat den mattroos, Huijbert Tielkens van Amsterdam, met een maandelijxe gagie van ƒ12.

Gelesen zijnde de twee resolutien van datis 23e Junij en 15e Augustus 1718, genomen in scheepsraad van ‘s Comps. schip Het Slot van Capelle ;Zoo is, op den inhoude van dien gedelibereert zijnde, goedgevonden en geresolveert de gedane verbeeteringh daar bij gemelt in plaatse der overledene bij deesen te approbeeren, en dierhalven tot ondercuijper op dien bodem aan te stellen den adelborst Dirk van Oorlogh, met halveringh van gagie tot ƒ12, in plaatse van den overledene Jan Beijerman, en tot corporaal met ƒ14, in plaatse van Arij Emmersaal, den landspassaat Cornelis Jansz. Lettaert van Rotterdam, en wederom in desselfs plaats tot landspassaat met ƒ12 den zoldaat Gerrit van Heel van Weesel.

Aldus geresolveert ende g’arresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.20

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] Mij present, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 32-42.

Dingsdagh den {17180913} 13e September 1718, voormiddags.

Alle tegenwoordigh.

Den land-drost, Sr. Jacob Voet, ingevolge de ordres van den Wel Edele Heer Gouverneur en voorige besluijten van desen Raad ten dien subjecte genomen, zigh geinquireert hebbende naer soodanige menschen als tot nogh toe aan de leeningh rol diverse penningen schuldigh en onder de districten van Stellenbosch en Drakensteijn sorteerende waren, ende dies bevindinge in geschrifte den hoogh gem. Edele Heer Gouverneur ter handen gesteld zijnde, heeft Zijn Edele ‘t selve in Raade geproduceert, bestaande in desen inhoud:

Volgens extract uijt de leeningh rollen zouden d’ ondergesche. uijt dien hoofde aan d’ E. Compe. nogh ten agteren zijn de daar voor g’extraheerde sommen, namentlijk:


ƒ45:11:04 Augustijn Besser[^21] } In leven, dogh buijten staat tot voldoeningh.
ƒ134:16:04 Coenraad Boom[^22]
ƒ27:-:- Hendk. Roode[^23]
ƒ28:10:- Barent Jansz. van Swol } Langh dood, sonder bekende erfgenamen.
ƒ73:02:08 Christiaan Maartensz.
ƒ30:15:- Cornelis Gorisz. } Onbekent.
ƒ19:10:- Louis Borangh
ƒ39:03:12 Gerrit Tempels Over langh absent.[^24]
ƒ178:15:- Jan Oelofsz.
ƒ202:10:- Louis de Pirone, met wiens wede. Hercules Despres getrouwt is geweest,[^25] en die quitantien verthoond tot ao. 1698.
ƒ16:10:- Andries Goos, getrout geweest met Jannetje Bekker, over 't Roode Zand per missive g'adverteert.
ƒ81:05:- Jan Conelisz. van oud Beijerland, wiens wede., door de wandelingh Maria Bombam[^26] gent., in leeven en desselfs dogter getrouwt is met Jan Barentsz. Siger,[^27] als mede nogh drie sonen, Theunis, Jacobus en Willem Bota.
ƒ132:11:04 Pieter Jansz. van Nimwegen, heeft zijn plaats bij de 3 fonteijnen verkogt aan Arij van Wijck,[^28] die daar over is gewaarschout.
ƒ61:17:08 Francois Bastiaansz., wiens wede., getrouwt met Guddert Jansz.[^29] van Ceulen, per missive onderrigt en tot voldoeninge aangemaant is.
ƒ18:17:08 Helmert Paal,[^30] door de wandelingh den coningh van Siam gent., voor wien het Jan Jurgen Roos[^31] voldoen zal.
ƒ236:05:- Thomas Monk, wiens wede. hertrouwt is geweest met Arij Dirksz. van Ek,[^32] die 2 stukken lands aan Drakensteijn besit, op een van 't welke gesaeyt is, en voorgeeft dat over lange tijd aan Heeren weesmeesteren diens vercoop versogt heefft, soo tot voldoeninge van dese schult als 't restant ten voordeele zijn voorsaats kinderen.

ƒ45:11:04 Augustijn Besser[^33] } In leven, dogh buijten staat tot voldoeningh.
ƒ134:16:04 Coenraad Boom[^34]
ƒ27:-:- Hendk. Roode[^35]
ƒ28:10:- Barent Jansz. van Swol } Langh dood, sonder bekende erfgenamen.
ƒ73:02:08 Christiaan Maartensz.
ƒ30:15:- Cornelis Gorisz. } Onbekent.
ƒ19:10:- Louis Borangh
ƒ39:03:12 Gerrit Tempels Over langh absent.[^36]
ƒ178:15:- Jan Oelofsz.
ƒ202:10:- Louis de Pirone, met wiens wede. Hercules Despres getrouwt is geweest,[^37] en die quitantien verthoond tot ao. 1698.
ƒ16:10:- Andries Goos, getrout geweest met Jannetje Bekker, over 't Roode Zand per missive g'adverteert.
ƒ81:05:- Jan Conelisz. van oud Beijerland, wiens wede., door de wandelingh Maria Bombam[^38] gent., in leeven en desselfs dogter getrouwt is met Jan Barentsz. Siger,[^39] als mede nogh drie sonen, Theunis, Jacobus en Willem Bota.
ƒ132:11:04 Pieter Jansz. van Nimwegen, heeft zijn plaats bij de 3 fonteijnen verkogt aan Arij van Wijck,[^40] die daar over is gewaarschout.
ƒ61:17:08 Francois Bastiaansz., wiens wede., getrouwt met Guddert Jansz.[^41] van Ceulen, per missive onderrigt en tot voldoeninge aangemaant is.
ƒ18:17:08 Helmert Paal,[^42] door de wandelingh den coningh van Siam gent., voor wien het Jan Jurgen Roos[^43] voldoen zal.
ƒ236:05:- Thomas Monk, wiens wede. hertrouwt is geweest met Arij Dirksz. van Ek,[^44] die 2 stukken lands aan Drakensteijn besit, op een van 't welke gesaeyt is, en voorgeeft dat over lange tijd aan Heeren weesmeesteren diens vercoop versogt heefft, soo tot voldoeninge van dese schult als 't restant ten voordeele zijn voorsaats kinderen.

‘(Onderstont) Aldus ter ordre van den Wel Edele Heer Gouverneur Maurits Pasques de Chavonnes op ‘t exacste g’informeert en bevonden. (Was getekent) Jb. Voet.’

Daer nevens in consideratie gevende hoedanigh daeromtrent ten meesten nutte soude behooren gehandelt te worden, te meer uijt voorsz rapport consteerde dat het grootste gedeelte van die schulden, soo door insolventie, afsterven, absentie, als onbekentheijd der persoonen, niet geint nogh bekomen zouden konnen worden; Zoo is, diesaangaande geraadpleegt zijnde, goedgevonden en geresolveert dat het geene die insolventen dooden, sonder agterlatingh van erfgen. of goederen, onbekenden en absenten, aan de voorsz leeningh rol nogh te quaat stonden, sal worden geconsidereert als een bancqueroet voor d’ E. Compe., en oversulx bij de negotieboeken deses Gouvernements afgeschreeven.

Vervolgens is door den independent fiscaal, den Hr. Cornelis van Beaumond, ter vergaderinge verslagh gedaan hoe dat Zijn E. ter ooren gekomen zijnde dat zeeker Pieter Jurgen van der Heijden,45 nu kortelinks met sijne familie per de Konink Carel hier aangeland, zigh niet zoude hebben ontsien geduijrende de rijse naer herwaerts op een malitieuse wijse te divulgeeren dat den Hr. Gouverneur en deesen Raad bij de laaste publijcque verpagtinge van de leverantie van ‘t versch vleesch ‘t selve wel hadden verpagt voor twee sware stuijvers ‘t lb., dogh op een frauduleuse manier voor een stoter of 2 1/2 swaare stuijvers onse Heeren en Meesters ten laste gebragt, het dierhalven van Zijne pligt hadde g’agt die zaak, als ten hoogsten quetsende d’ eer en goede trouwe die den Hr. Gouverneur en desen Raad aan Haar Ede. Hoogh Agtbe. verschuldigt en ook inviolabel hadden gepresteert, van nader bij t’ ondersoeken, en als nu bekomen hebbende sekere verklaringh, denselve aan desen Raad te presenteeren, zijnde van desen teneur:46

‘Huijden den 6e September 1718 compareerde voor mij, Daniel Thibault, secretaris van den Achtbe. Raad van Justitie deses Gouvernements, in presentie van de naergene. getuijgen, den E. Wouter Thomasz. van Dijk, schipper, en den Eerwe. Heer Hendricus Mijlaeus, predikant, beijde in die qualiteijten op het althans ter rheede leggende schip de Coningh Carel bescheijden, dewelke ter requisitie van den E. independent fiscaal, Cornelis van Beaumont, verclaarden hoe waar is dat op de reijse, zonder den dagh te stipuleeren (na herwaerts navigeerende), onder seker discours, sonder alle de woorden te kunnen uijtdrukken, den burger Pieter Jurgen van der Heijden, dewelke neffens zijn familie op dien bodem present was, op het subject van de slagterij aan deese plaats heeft gesegt dat het schapen vleesch aldaar voor een dubbeltje het lb. was verpagt, maar dat het selve d’ E. Compe. voor een stooter in reeke. wierd gebragt, waar op den eersten depost. in presentje van meer andere persoonen heeft gesegt: dan moet d’ Edle. Heer Gouverneur en den Raadaan de Caab47 dieven zijn. Alle het geene voorsz staat verklaarden de compten. te zijn de zuijvere en cinceere waarheijd, gevende voor redenen van wetenschap als in den text, met presentatie hunne gedeposeerde, voor zoo veel een ieder aangaat, met solemneele eede nader gestand te doen.’

‘Dat aldus passeerde aan Cabo de Goede Hoop, ten overstaan van Johannes Keijts en Pieter van der Heijden als getuijgen van geloove hier toe versogt, die de minute deses benevens de deposanten ende mij secretaris meede hebben onderteekent. (Onderstont) ‘t Welk ik getuijge, (en was getekent) Dl. Thibault, secretaris.’

Zoo is naer examinatie van dien, en daar nevens geconsidereert zijnde dat voorne. leugen en lastertaal notoirlijk door voorne. Van der Heijden moet wesen voortgebragt omme, was ‘t doenlijk, dese Regeeringh bij een iegelijk verdagt en als eerlose te doen passeeren, naer rijpe deliberatie goedgevonden en verstaan dat den gem. Hr. fiscaal tot weeringe van diergelijke ongehoorde quaadaerdigheijd, tegens denselven Van der Heijden sal procedeeren tot reparatie van geque[t]ste eere en soodanige andere straffens als naer regten vermijnen sal soodanige quaad doenders te competeeren.

Wijders is op ‘t instandigh versoek van Fredrik Jansz.,48 mardijker, denselven g’accordeert sijne slavinne, genaamt Martha van Maccassar, met een der aanwesende scheepen naer Batavia onder betalingh van transport en costgeld te mogen versenden, mits dat alvoorens het transport van dien ter secretarije behoorlijk is gepasseert.

Insgelijx in overweginge genomen zijnde hoedanigh ër behoorden gehandelt te worden met het oud canon voor ballast met Witsburgh volgens factuijr hier aangebragt; Zoo is, in aanmerkinge voorne. bodem voor dit Gouvernement veele hout-werken en andere goederen moet ontlossen, en dierhalven noodwendigh weeder van een quantiteijt ballast sal dienen voorsien te worden, ‘t welk bij mancquement van genoegsame slaven seer schaars kan worden aangebragt, goedgevonden en geresolveert ‘t gem. oud canon dierhalven met die kiel naer Batavia te laten voortgaan. De scheepen de Catharina , Zuijderbeek , Coningh Carel , Strijkebolle , Meerhuijsen en ‘t Slot van Capelle in gereetheijd gebragt zijnde van hare rijse naer Batavia voort te setten; is dierhalven goedgevonden deselve aanstaande Saturdagh te monsteren en van hier te depescheeren.

Aldus geresolveert ende g’arresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.49

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 43-49.

Dingsdagh den {17180920} 20e September 1718.

Complete vergaderingh.

Wiert door den Edelen Heer Gouverneur voorgedragen dat op het schip de Anna Maria overleden zijnde den constapel, Dominicus Barentsz., de raad van voorne. bodem, sub dato 25e April 1718, daar toe wederom hadde geëligeert Michiel van Lieren van Middelburgh, bootsmansmaat, met een gagie van ƒ22, en in plaats van dien den mattroos Dirk Albertsz. Bleker, met ƒ14, dogh alles op approbatie van dese Regeeringh, en welke door haar als nu instantelijk wierde versogt; Zoo is ter consideratie van het favorabel getuijgenis harer gebieders, bovengem. provisionele aanstellinge goed gekeurt, mits nogtans dat den Hoogh Edelen Heer Gouverneur Generaal en Raden van India tot Batavia de definitive toestemmingh daar op geven.


Vervolgens wierd op het chapiter van dese afschrijvingh50 door welgem. Heer Cranendonk te kennen gegeven dat Sijn E. de reekeningh die den lantdrost gewoon is alle 3/m over te leggen, gants niet sufficient bevonden hadde, als eenlijk steunende op het raport der basen over ‘s Comps. posten gesteld, sonder dat voorne. lantdrost dito. reeke. quame te tekenen als een effective opgave van ‘s Comps. beestiaal, buijten twijffel omdat daer van selfs geen oculaire inspectie neemt en gevolglijk ook den regten toestand niet can weten; derhalven versogt Zijn E. van dese en alle voorgaande reeke. ontheft, en dat deselve ten sijnen opsigte als volcomen verantwoort mogten gehouden werden. Waar over geraadpleegt zijnde, heeft men sulx niet kunnen weijgeren, maar in ‘t geheel toegestaan, dogh om voor het toekomende alle accuratesse hier omtrent te gebruijken, is besloten dat de baasen van ‘s Comps. posten alle drie maanden hare raporten secretariaal beschreeven aan den Heer hooftadministrateur sullen ter hand stellen, om daar uijt selfs de reekeningh te laten formeeren, en dat alle half jaar een nette opnemingh door expresse gecomitteerdens van het vee op een igelijke post sal werden gedaan.

Aldus geresolveert ende gearresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.51

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] Mij present, W. v. TAACK. E.g. clercq.

C. 47, pp. 50-51.

Saturdagh den {17181001} 1e October 1718, voormiddags. Extraords. vergaderingh.

Alle present, uijtgesondert den capitn. luijte., den E. Kaije Jesse Slotsboo.

Den Wel Edele Heer Gouverneur volgens besluijt van den 9e Augustij passato, deesen Raad geconvoceert hebbende tot het verpagten van de leverantie van versch vleesch aan ‘s Comps. scheepen, hospitaal &a.; Zoo is naer behoorlijke klocke geslagh en publjcque voorlesinge der conditien ten dien opsigte beraamt en vastgesteld, daar toe getreeden, dogh vermits zigh niemand geduurende de gansche morgen daar toe quam aanbieden of eenigen eijsch te doen, en ‘t dierhalven vrugteloos was langer daar op te wagten, Zoo is gem. vergaderingh door hoogh gem. Edele Heer Gouverneur gelicentieert, in die verwagtinge dat een ieder der leeden serieuselijk zijn gedagten soude laten gaan hoedanigh in dit noodsakelijk poinct in dese schaarsheijd van slagt vee ten meesten dienste van d’ E. Compe. soude konnen en behooren gehandelt te worden.

Aldus gedaan in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.52

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 52-58.

Dingsdagh den {17181004} 4e October 1718, voormiddags.

Compleete vergaderingh.

Bij resumptie van ‘t raadsbesluijt van den 13e September jongstleden in nadere consideratie genomen wesende of het oude en onbequame canon, nu jongst per Witsburgh uijt ‘t Patria aangebragt en nu met dien bodem van hier naer Batavia staande voort te gaan, soude werden afgesonden ongetaxeert, of wel ten soodanige prijse als sulx bij factuijr dit Gouvernement is aangerekent; Zoo is naer deliberatie goedgevonden en geresolveert dat ‘t selve ter aangeschreeve prijse zal voortgaan, dogh wat aanbelangt d’ onbequame bomben, kogels en knuppels die ten desen Gouvernemente bij gebrek van canon en mortiers van die calibre niet konnen worden gebruijkt, en daar omme beneevens spoediger expeditie van dien kiel tot ballast ingeladen staan te worden, dat deselve in opvolgingh der ordres vervat in den brief der Hooge Indische Regeeringh, van dato 24e October 1717,53 op ‘t generaal afgeschreeven zijnde, sonder geldsomme zullen afgesonden worden.

Aangesien den Wel Edele Heer Gouverneur benevens het gansche lichaam deser Vergaderinge, merkelijk zijn beledigt geworden door d’ injurieuse expressien van den burger Pieter Jurgen van der Heijden, vervat bij resolutie van 13e September passato, en dat dierhalven naar regten in hare eijgene saken, schoon composeerende leeden van den Justitieelen Raad zijn, niet wettigh vermogen te oordeelen; Soo is goedgevonden dat sulx om die redenen sal worden verrigt bij de andere leeden van Justitie, geen meede leeden in de Politie zijnde.54

Door de Caabse diaconije instantigh versogt zijnde omme uijt ‘s Comps. hout magasijn voor inkoops prijse te mogen hebben 600 gesaagde deelen, ten eijnde haar kerke met deselve te besolderen; Zoo is goedgevonden ‘t voorsz versoek t’ accordeeren op approbatie van onse Heeren en Meesters.

D’ aanwesende vroedvrouwe, Huijbertje Harmensz. Craen,55 van hooge jaaren en swaklijk geworden zijnde, tot soo verre dat die dienst met volkomen gerustheijd soo als ‘t vereijste door haar niet meer wierd verrigt, zoo gaf dierhalven den Edle. Heer Gouverneur den Raed in bedenken of het van geen noodsaekelijkheijd was daer omtrent voorsieninge te doen, en aen Haar Edele Hoogh Achtbe. de Heeren 17en bij ‘t eerst afgaande generaal schrijvens eerbiedigh te versoeken een andere ervaarne vroed vrouwe uijt ‘t Patria naer herwaarts te willen schikken, benevens tweebequaame56 kraamstoelen. Welken aangaende gedelibereert zijnde, is goedgevonden en geresolveert dat het geproponeerde versoek om de geallegueerde reedenen zal worden gedaen.

Ende wijders ter oorsake ‘s Comps. twee boots, dagelijx gebruijkt wordende tot het lossen en laden der scheepen, merkelijk beginnen af te nemen en swak te worden,weder57 sal op getimmert worden d’ afbreukboot in ‘t equipagiemagasijn berustende, en ten dienste van dit Gouvernement gesonden, ten eijnde buijten alle verleegentheijd bij aankomst van de verwagt wordende retourvloot mogen blijven.

Bij ‘t openen der cassen ondervonden wesende dat het laken nu jongst uijt het vaderland herwaerts gesonden tot monteeringe der zergeanten in dit Gouvernement bescheijden, voor ‘t grootste gedeelte, als bij pijlaken en vloijepapier58 ingepakt geweest zijnde, bedorven en onbruijkbaar geworden was; Zoo is verstaan dat, ‘t selve bij publijcque vendutie verkogt zijnde, ‘t minder bedragen van ‘t kostende bij de negotie boeken sal worden afgeschreeven.

Den independent fiscaal, den Heer Cornelis van Beaumond, heeft vervolgens gerapporteert hoe dat nu kortelinks voor ‘t huijs van den burger Jan Gerritsz. van Deventer,59 woonagtigh aan de Zoute Rivier , bij nagt ter neder gelegt zijnde een jongh gebooren kind, sonder dat men te weeten had konnen komen wie de ware moeder van ‘t selve was, ‘t selve door de huijsvrouw van voorne. Jan Gerritsz. uijt medelijden wel was in huijs genomen, maar ten aansien zij uijt armoede en getal van eijgen kinderen zij niet magtigh was ‘t selve t’ alimenteeren en groot te brengen, zoo gaf Zijn E. in consideratie of voor ‘t gem. kind dierhalven geen andere middelen van onderhoud soude behooren te worden beraamt, immers bij provisie en tot tijd en wijlen de vader of moeder van dien zal uijtgevonden zijn. Waer over geraadpleegt zijnde, is goedgevonden en geresolveert dat het meergem. vondelingetje door de Caabse diaconije sal worden besorgt en onderhouden.

Vermits het overlijden van den oppermeester van ‘t schip Haften , den ondermeester van do. bodem naer examinatie niet bequaam gevonden is de gemelde bedieninge naer behooren waer te nemen; Zoo is verstaan tot oppermeester, met ƒ30 per mt., op die kiel aan te stellen Cornelis van Dijl van Lijden, met het schip Witsburgh als ondermeester alhier aangekomen, mits naer voorgaande examinatie daar toe bequaam bevonden wordende.

Aldus geresolveert ende g’arresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.60

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 59-66.

Dingsdagh den {17181011} 11e October 1718, voormiddags.

Alle present.

Op het hier ter rheede leggende schip de Geertruij sijnde komen t’ overlijden den derden meester, en dierhalven het vereijste dat die plaats met een ander bequaam subject weder wierde gesuppleert; Soo is verstaan t’ sijnen ernstige versoeke daer toe weder aan te stellen den soldaet Michiel Bruijns,61 onder een maendelijxe gagie van ƒ14, mits alvorens naer gedane examinatie daer toe bequaam gevonden zijnde.

Wijders is geproduceert sekere erfgrondbrief van een stukje lands, gelegen over ‘t gebergte van Hottentots Holland , bij of omtrent het daer zijnde warmebad, door Zijn Hoogh Edelheijd, den Heer Gouverneur Generaal Joan van Hoorn, den Edle. Heer Gouverneur Louis van Assenburgh en den Raad op den 10e Maart 171062 in eijgendom verleent aan den oud heemraad van Stellenbosch , Ferdinandus Appel,63 in dewelke door ‘t schielijk vertrek van hooggem. Heere Gouverneur Generaal wel was geexpresseert de groote van dien tot 12 morgen, sonder dat egter ‘t voorsz land ter dier tijd nogh gemeten of de figuijr van dien door den landmeter op die grond brief was gesteld geworden, ‘t welk naderhand verrigt en bevonden zijnde dat ‘t gem. stukje lands inhield 13 morgen en 546 roeden; Soo is goedgevonden dat tot weringe van alle disputen die ingevalle van vercoop of transport uijt gem. verschil zoude konnen resulteeren, sulx door den Secretaris deeses Collegie onder den voorne. grondbrief sal worden geredresseert, en gesteld tot die groote soo als ‘t selve door den landmeter is bevonden, en buijten twijifel met d’ intentie van booven gem. Heeren overeenkomstigh is geweest.64


Aldus geresolveert ende g’arresteerd in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.65

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. V. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 67-68.

Dingsdagh {17181018} 18e October 1718.

Alle tegenwoordigh.

Vermits de tijd der wapenschouwingh van de Stellenbosch en Drakensteijnse burger compe. op handen schiet, gaf den Ede. Heer Gouverneur in bedenkingh welke leden deser Vergaderingh onder ulto. courant als gecommitteerdens derwaarts dienden afgeschikt, waer op goedgevonden is het selve aan de E.E. Heeren Jacobus Cruse en Kaje Jesse Slotsboo te offereren, sullende ten dien eijnde de vereijste credentialen werden vervaardigt.

Door den burger crijgsraad alhier volgens extract harer notulen, de dato 3 deser, om goede redenen verstaan wesende den corporaal, Jan Rogier van Morselen66 , te ontslaan en in desselfs plaatse wederom aan te stellen den burger Isaack Esser, Zoo is sulx op haar lieder versoek geapprobeert.

Aldus geresolveert ende gearresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.67

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] In kennisse van mij, W. v. TAACK. E.g. clercq.

C. 47, pp. 69-79.

Dingsdagh den {17181025} 25e October 1718, voormiddags.

Alle tegenwoordigh, uijtgesondert den E. Jacobus Cruse.

Vermits den coopman en guarnisoen boekhouder, den E. Jacobus Cruse, bij voorige resolutie gecommitteert tot het doen der wapenschouwingh aan Stellenbosch , jeegenwoordigh door siekte word belet daar aan te voldoen; Soo is goedgevonden ten fine voorsz in dien plaatse te committeeren den ondercoopman en cassier, Nicolaas Heijningh.68

Door den Edele Heer Gouverneur is ter vergaderingh genotificeert dat alhier den laasten hengst esel door ouderdom verrekt zijnde, men dienvolgens in ‘t toekomende gedestitueert zoude wesen van den aanteel van muijlen, die men bij experientie hadde ondervonden van veel nut in dese Colonie en van meer gebruijk en beeter teegens de fatuiges en armoede als de hier vallende paarden te kennen, ten ware daer inne wierde voorsien met andere kloeke esels uijt India, ‘t zij uijt Persien of van elders, te versoeken weeder herwaerts te willen senden, daernevens in consideratie geevende of sulx niet ter ee[r]ster gelegentheijd behoorden te worden verrigt; Soo is naer deliberatie goedgevonden en reresolveert dat aan den Edle. Heer Gouverneur en Raad tot Colombo bij missive ter eerster occasie sal worden versogt soo veel groote esels en esellinnen herwaerts aan te willen senden als met commoditeijt eenigsints sal konnen worden verrigt.

Vervolgens produceerde den hooggem. Ede. Heer Gouverneur sekere verklaringh van gecommitteerdens,69 gedestineert geweest zijnde tot het visiteeren van het brood in ‘s Comps. schip de Geertruij , inhoudende dat het selve voor drie vierde gedeelte bedorven en niet bruijkbaer bevonden was, weshalven naer deliberatie is geresolveert gem. boodem van ander goed brood voor soo verre weder te voorsien.

Gelesen zijnde een missive van den schipper Charles Dierkoop, met zijn onderhebbend schip Sandenburgh geankert leggende in de Saldanhabhaij , van den volgende inhoud:70

‘Caap de Goede Hoop.’

Aan - - - Maurits Pasque de Chavonnes - - - benevens de verdere Heeren Raden.

‘Edle. Erntfeste Wijse en Discreten Heer en Heeren,’

‘Also men sedert den eersten brief, sijnde gedateert den 18e October,71 waer in de vaderlandse brief van de E. Compe. gesloten is geweest, dat wij per abuijs niet hebben aangehaalt en sedert dien tijd nogh seven en twintigh sieken en vier doden hebben, soo dat we in den tijd dat men hier in de bhaij sijn geweest, nogh veertigh sieken en vier doden sijn gekomen, is te samen vier en dertigh Comps. dienaars, waer door men genoodsaakt zijn met den scheepsraad te resolveeren om de sieken aan de wal te brengen, sijnde hondert een en sesigh, op hoope dat se daar beter hersteld soude worden, en voorders het volk aan boort nagesien hebbende, soo isser bevonden ses en twintigh mattrosen en vijf en dertigh soldaten, en die alle nogh seer swak waeren, waer door men niet in staat en sijn om uijt de Saldanhabhaij te gaan om na de Tafelbaaij te zeijlen, al kregen we een noordelijke wind, want buijten zijnde, als dan somtijts een Z.O. wind of stilte krijgende, waer door men somtijds beneden de Saldanhabhaij soude raken en soo in de uijtterste noot kunnen gebragt worden om Comps. bodem en volk te regt te brengen, waer door men genoodsaakt sijn om hier te blijven leggen tot dat het volk wat hersteld is, het wel somtijds wel veerthien dagen of drie weken soude kunnen aanlopen. Dierhalven versoeken we ootmoedelijk d’ Ede. Achtbe. Heer Gouverneur nevens de verdere Heeren Raden dat se gelieven goed te vinden om ons alle mogelijke verversingh toe te senden, als mede het voorige versogte wegens de medicamenten en ondermeester, brandhout en water, dewijl hier niet te bekomen is en wij op twee plaatsen moeten koken, op ‘t schip en aan land; en voorders versoeken we dat ons magh toegesonden worden twee houten tot langh salings van de voorstengh, lanck vijf voeten, breet ses duijm en vier duijm dik, voorder nogh een groot marseijls raa van noden en een vijngerlink van de agtersteeven, en alsoo den oppertimmerman de regte wijte en lengte, als mede de wijte van ‘t oogh, niet regt kan geven, sullen daar mede wagten tot we in de Tafelbhaij comen, alsoo ‘t meest boven water is, en sullen als dan onse verdere eijs versoeken, die we tot de reijs benodigt zijn; voorders soo en weeten wij nogh niet of U Ede. de voorige brief ter hand gesteld is.’

‘Hiermede meenen wij U Ede. Agtbe. van alles kennis gegeven te hebben, ‘t geene wij van onse pligt agten en dierhalven sullen desen besluitjen naar U Ede. Agtbe. en de verdere Heeren Raaden in de bescherminge van God Almagtigh bevoolen te hebben, en blijven, terwijl wij tragten om althoos te mogen genaamt worden, (onderstond), E. Erntfesten, Manhaften, Wijse en Discreeten Heer en Heeren, U Ede. E. Agtbe. volvaardige en bereijde dienaars. (Was getekent) Charel Diercoop, Simon Oosterhoorn, ondercoopman op’t schip Sandenburgh , 1718 10/22. (In margine) In’t schip Sandenburgh , geankert leggende in de Saldanhabhaij , den 22e October ao. 1718.’

Soo is, op den inhoude van dien gebesoigneert en in consideratie genomen zijnde dat het fregatje d’ Uno , bevoorens met water, vleesch, groente en andere benodigtheeden tot hem afgesonden, door contrarie winden belet is geworden in de Saldanhabhaij te komen, maar ter contrarie onder ‘t Dassen Eijland genoodsaakt te vertoeven, goedgevonden en geresolveert dat met de eerste goede wint van hier per ‘t jagtje d’ Amij sal worden afgesonden ‘t versogte water, brandhout, groente en andere equipagie goederen, mitsgrs. uijt de Groenecloof door ‘s Comps. slagter aldaer worden aangebragt de benodigde schapen, sullende wijders den gem. schipper worden aangeschreeven soo dra mogelijk kennisse te geven hoe veel contanten, ‘n zij in goud of silver, en in hoe veel kisten inheeft, ten eijnde in alle voorkomende gelegentheeden zigh daar na te konnen rigten en de vereijste mesures te nemen.

Gedelibereert wesende over het versoek van de Caabse kerkenrade in ‘t volgende request gedaen:72

Aan - - - Maurits Pasques de Chavonnes - - - benevens den E.E. Achtbe. Politicquen Raad.

‘Wel Edele Gestr. Heer en E.E. Achtbe. Heeren,’

‘Geven met alle respect te kennen ‘t collegie van kerkenrade alhier aan Cabo, hoe dat bij haar was overwogen dat aan dese plaats waren in bedieninge twee krankbesoekers,73 waar van de eene is waarnemende de kerkendienst en de krank te behandelen, ende den anderen (sijnde een man van hooge jaren) ‘t fortres en hospitaal, en alsoo den aanwas der gemeente niet alleen accresseert, maar ook wanneer de eerst genoemde door siekte als ongemacken niet in staat mogten zijn, waar door als dan de kerkedienst als ook bij onspasselijkheijd74 van den predekant de gansche godsdienst voor die tijd zoude moeten cesseeren, ende gemerkt dat tot voortsettingh ende onderhoudingh van de godsdienst in voorige jaaren door de Overigheijd alhier zijn geplaats geweest Hendrik Lussingh75 voor de kerk en Caab, Jan Ruger76 voor het hospitaal, en Petrus Tavenraad in ‘t fortres, en naderhand in plaats van Lussingh Jan van Hoorn, waar door bij ongevalle de diensten behoorlijk gesuppleert wierden; en nu de kerk om voorseijde reedenen zouden ontbloot zijn, ten welke fiene wij besloten en te rade geworden zijn ons te keeren, gelijk wij ons keeren, tot Uwel. Ede. Gestr. en E.E. Achtbe. Heeren, met nedrigh versoek indien ‘t Uwel Ede. Gestr. en E.E. Achtbe. goedheijd behaagde dat den krankbesoeker Maarten Straat, op het thans hier ter ree leggende schip de Geertruij bescheijden zijnde, mogten werden geplaast, ‘t zij in ‘t hospitaal of fortres, om aldaar den dienst waer te nemen, alsoo den selve niet alleen aan ons daar voor genegentheijd, maar ook preuves van bequaamheijd tot de kerkendienst getoont heefft.’

‘(Onderstont) ‘t Welk doende &a.’

Is verstaan om goede redenen ‘t selve van de hand te wijsen.

Aldus geresolveert ende gearresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.77

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] ...................................

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 80-84.

Dingsdagh den {17181101} 1e November 1718, voormiddags.

Alle present, uijtgesondert d’ E.Es. Jacobus Crusen78 en Kaije Jesse Slotsboo.

In opmerkinge gekomen zijnde dat niet alleen onder ‘s Comps. dienaren, so soldaten en matrosen, maar selfs onder de burgeren deeser Colonie eenige gevonden wierden die haar tot merkelijke schandaal zigh soo verre met ‘s Comps. en andere slavinnen in hoererij quamen te buijten te gaan, dat selfs sommige van dien zigh niet schaamden haar bij geschrifte te erkennen voor vaders van sodanige aangeteelde kinderen, direct strijdigh niet alleen tegens alle goede zeeden, maar ook alle voorgaande ordres en placcaten79 met zoo veel nadruk80 daar tegens gegeeven en g’emaneert, soo geliefden ‘t den Edle. Hr. Gouverneur deesen Raad in bedenkingh te geven of het niet van hooge noodsaaklijkheijd zoude sijn daar tegens met ernst te voorsien, mitsgrs. de voorgeciteerde ordres te renoveeren. Welken aangaande geraadpleegt zijnde, Soo is goedgevonden en verstaan dat Heeren commissarissen, gestelt tot redresseeringh van ‘t generaal placcaat, bij forme van renovatie de voorgaande ordres en penaliteijten ten dien opsigte gesteld, in ‘t voorsz generaal placcaat sullen laten influeeren.

Overwogen zijnde ‘t gedane versoek van den oud burgerraad, Johannes Blankenberg, ten eijnde eenige schapen wol aan d’ E. Compe. te mogen leeveren; Zoo is om diverse reedenen goedgevonden en geresolveert geene Caabse wol meerder in te koopen voor en al eer deselve van onse Heeren en Meesteren uijt ‘n Patria sal weesen geëijst.

Na lecture van seeker request door de burger slagters, Gijsbert Lafebre en Hendrik de Vries, in de volgende bewoordinge aan deesen Raad gepresenteert:81

Aan - - - Maurits Pasques de Chavonnes - - - benevens den E. Achtbe. Politicquen Raad.

‘Wel Edele Gestre. Heer en E. Achtbe. Heeren,’

‘Verthoonen met schuldige eerbied Uwe Wel Ede. Gestr. en E. Achtbe. onderdanige dienaren, de burger slagters Gijsbert Lafebre en Hendrik de Vries, hoe dat de supplten. op 22e Maart laastleden Uwe Wel Ede. Gestr. en E. Achtbe. eerbiedigst bij requeste hebben te kennen gegeven de groote schaarsheijd van ‘t vee, voortkomende uijt de sterfte van dien, derhalven van Uwe Wel Edele Gestr. en E. Achtbe. hebben versogt ‘t schapen vleesch tegens 3 stuijvers ‘t lb. te verkoopen, waar op Uwe Wel Ede. Gestr. en E. Achtbe. de supplten. gunstelijk hebben gepermitteert ‘t selve te mogen doen tot primo November, en dewijl voorne. tijd als nu zijnde komen te expireeren en de sterfte nog dagelijx is aanhoudende, zoodanigh dat de supplten. niet in staat zijn ‘t selve voor minder prijs te kunnen leveren, zoo keeren sij sigh tot Uwe Wel Ede. Gestr. en E. Achtbe., ootmoedigh versoekende dat haar magh werden toegestaan om nogh voor eenigen tijd ‘t selve tegens 3 stuijvers ‘t lb. te mogen verkopen.’

‘(Onderstond) ‘t Welk doende &a.’

Is verstaan dat alvoorens daarop finalijk te besluijten, ‘t selve sal worden gesteld in handen van presente burgerraden omme op den inhoud van dien desen Raad te dienen van hare schriftelijke consideratien.

Den corporaal, Jurriaan Willem Ligtensteeder,82 zigh in den dienst te buijten gegaan en verscheijde disordres gepleegt hebbende, is dierhalven goedgevonden dat denselven met ‘t schip de Geertruij van hier naar Bataviaals zoldaat83 zal worden versonden.

Aldus geresolveert ende gearresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.84

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.

C. 47, pp. 85-97.

Dingsdagh den {17181108} 8e November 1718, voormiddags.

Alle praesent.

Den burger Hans Caspar Gerringer ter vergaderingh hebbende verthoont dat ten aansien hij alle het coorn dat in den voorleedene ougst van de landbouwers voor geld hadden konnen bekomen, ten behoeve deser ingesetenen verbakt hebbende, sonder als nu weder eenige ander door de groote schaarsheijd magtigh te konnen worden, dierhalven eerbiedigh versogt dat hem uijt ‘s Comps. graan maguasijn voor contant mogten worden verstrekt soo veel tarw als met het goedvinden van deesen Raad over een komstigh zoude zijn, ten eijnde desselfs bakneeringh tot zijn en anders merkelijk ongerief niet quame stil te staan; Soo is, diesaangaande geraatpleegt en in consideratie genomen zijnde dat d’ E. Compe. nogh rijkelijk van die granen voorsien is, en dierhalven wel een quantiteijt van dien sonder eenigh nadeel zoude konnen missen, temeer alsoo den ougst op handen schietende, het dierhalven beeter is weeder nieuwe granen in te slaan, als de oude te bewaren en dus aan de klander en ander bederf bloot gestelt te laten, dierhalven goedgevonden en geresolveert ‘t voorsz versoek t’ accordeeren, mits betalende ƒ10 voor de mud.

Vervolgens gelesen wesende seker requeste door landdrost en heemraden van Stellenbosch en Drakensteijn in de volgende termen gepresenteert:85

Aan - - - Maurits Pasques de Chavonnes - - - benevens den E. Achtbe. Raad van Politie deses Gouvernements.

‘Wel Ede. Gestrenge Heere en E. Achtbe. Heeren,’

‘Geven met schuldige eerbied te kennen land-drost en heemraden dat zeedert eenigen tijd herwaarts door den Eerw. predikant, Henricus Bek, en kerkenrade van haar suppte. afgevordert is uijtkeeringe eener zomma van ƒ2025:15:- dewelke ten tijde der regeeringe des Ede. Heer Simon van der Stel tot formeeringe eener cruijskerk zoude ingesamelt zijn ao.1698; dat zij supplten. daar over ter hunner secretarij alle documenten exactelijk hebben doen nasien, omme daar uijt d’ oorspronk en eijgenschap dier praetentie te kunnen ontwaren, daar inne geene de minste verligtinge hebben erlangt, als eenlijk voor d’ eerste maal daar van op een duijstere wijse en zoo vervolgens een aanhaalingh in de cassa reeke. van den jaare 1706, zonder eenige mentie in de als doen nogte successive resolutien te vinden door wiens ordre ‘t selve is geschiet en waarom zulx in de voorige niet bekent staat, mitsgrs. geene aanteijkeningh of specifique rol door welke personen ‘t bedragen van gem. zomma liberalijk zoude gedistribueert ofte gegeven zijn; dat sulx wegens de supplten. aan gem. Eerw. predikant en kerkenrade ter kennisse gebragt zijnde, van haar vervolgens de hier g’annexeerde verklaringen86 zijn doen inleveren, sekerlijk met intentie ten eijnde daarmede de deugtsaamheijd hunner eijsch aan te thoonen; dat onderwijlen de Drakensteijnse predikant, d’ Heer Petrus van Aken, aan de supplten. te kennen heeft gegeven dat Zijn Eerw. onderrigt was dat gem. zomma zoo wel voor de Drakensteijnse als dese kerk zoude gegeven zijn met instantie aan de supplten. Zijn Eerw. (indien het bij hunne pampieren te vinden was) het bewijs daar van te voorsien en gem. bekentmakinge te errinneren; dat de supplten. in dit geval sigh te eenemaal van circumstantieele blijken ontbloot vindende, aan meergeciteerde kerkenraad hebben doen verwittigen dat zij supplten. zigh diesaangaande nevens de verklaringen aan d’ Overheijd zouden addresseeren, omme derselver praetensie bekent te maken; oversulx keeren de supplten. zigh tot Uwel Ede. Gestr. en E. Achtbe. met eerbiedigh versoek dat aan ‘t gem. Eerw. collegie van kerkenrade alhier magh werden g’injungeert zoodanige blijken aan Uwel Ede. Gestr. en E. Achtbe. diesaangaande over te leeveren, waar uijt Haar Edls. de klaare circumstantien dier saken zullen kunnen bespeuren, en aan ons vervolgens te ordonneeren (als in zaaken van die natuur niets buijten deselve g’eerde beveelen kunnende verrigten) ‘t geene Uwel Ede. Gestr. en Achtbe. als dan naar bevindinge van zaken zullen oordeelen te behooren.’

‘Omme met alle submissie naargekomen te werden door - - - (was getekent) Jb. Voet, Matthijs Krugel, H van Brakel, Jacques Theron, F. du Toit, A. Tas, Arnoldus Krusman. (In margine) Ter vergaderingh aan Stellenbosch , pe.87 November 1718.’

Zoo is, op den inhoude van dien geleth en in agtingh genomen zijnde dat de zaak in questie bij ‘t selve vervath, bereijts bij den Raad van Justitie litispendent is hangende, goedgevonden en verstaan de supplianten dierhalven aan gem. Justitieelen Raad te renvoijeeren.88

Wijders getreden zijnde tot de lecture van het request door den ondercoopman en land-drost, Sr. Jacob Voet, in de volgende bewoordinge overgegeven:89

Aan - - - Maurits Pasques de Chavonnes - - - mitsgrs. den E. Achtbe. Politicquen Raad.

‘Wel Ede. Gestrenge Heer en E.E. Achtbe. Heeren,’

‘Geeft met schuldigh eerbied te kennen den land-drost, Jacob Voet, hoe hem supplt. ter ooren gekomen zijnde datter in desen Agtbaeren Raad goedgevonden was merkelijke veranderingen wegens Comps. beestiaal, tot als doen ter verantwoordinge des supplts. gestaan hebbende, te maken, sigh om extract van dat geresolveerde aan den Wel Edle. Heer Gouverneur g’adresseert heeft, ‘t welke door Zijn Wel Ede. g’accordeert zijnde, hem supplt. uijt ‘t selve gebleken is dat in vervolgh alle 6/m door expresse gecommitts. daar van den opneem soude geschieden en dat ondertusschen op de secretarijale rapporten der respective baasen de 3 maandelijxe reeke. alhier zoude geformeert worden, sonder eenige nadere de minste mentie aangaande den supplt. daar inne te vinden, waar uijt denselven met veel fondament heefft g’oordeelt dat het Uwel Ede. Gestr. en E.E. Achtbe. hadde behaagt hem van dies verantwoording te ontslaan. Maar aangesien sulx daar inne niet positief g’expresseert staat, keert den supplt. sigh tot Uwel Ede. Gestr. en E.E. Achtbe., reverentelijk versoekende dat sulx in margine deses bij weege van apostil magh geschieden.’

‘(Onderstont) ‘t Welk doende &a.’

Zoo is naer deliberatie goedgevonden en geresolveert dat ten aansien bij d’ instructie op de bedieningen der land-drosten, door den Hoogh Edele Heere Hendrik Adriaan van Rheede alhier gegeven,90 wel uijtdrukkelijk wort gelast dat den landdrost sal opsigt hebben en niet alleen verantwoordelijk zijn voor ‘s Comps. beestiaal op de vee posten ten platten lande geplaast, maar ook ‘t selve ten meesten gerustheijd en tot voorkominge van alle bedrogh der posthouderen ‘s maandelijx visiteeren, dierhalven den gem. Sr. Voet sal zijn en blijven naar usu voor ‘t selve responsabel, daarnevens wordende gelast voortaen niet meerder t’ accepteeren soodanige onderhandse maandelijxe rapporten der voorsz posthouders van ‘t verrekte en aangeteelde vee, als nu een geruijmen tijd herwaarts met wijnige gerustheijd en veel aanlijdinge van misgangen dier onderbasen is geschiet, maar ter contrarie deselve, naer luijd van onse resolutie van den 20e September jongstleden, alle drie maanden ter secretarije onder presentatie van eede door haar gepasseert zijnde, dus gevoegt te worden bij zijne reeke. wordende alle drie maanden overgegeven aan den Heer hooftadministrateur deses Gouvernements, sullende insgelijx, ter oorsake de veraf geleegentheijd der vee posten en andere occupatien jeegenwoordigh niet toelaten deselve precise ‘s maandelijx te besigtigen, gehouden wesen ‘t selve egter tot meerder inteugelingh der baasen en voorkomingh van alle bedrogh soo dikwils te verrigten als eenigsints bij te brengen zal zijn.

Naar resumptie van ‘t extract notulen van burger crijgsraad, de dato 7 deser, heden in Raade geexhibeert, is verstaan dat om redenen bij ‘t selve gementioneert, den burger Jan Stevensz.91 van Bassevelde weder in dienst der E. Compe. voor zijn oude qualiteijt sal worden aangenoomen, dogh wat aangaat ‘t versogte omtrent Oemar van Balij en Abraham Abramsz., dat sulx door gem. crijgsraad aan den independent fiscaal, den Heer Cornelis van Beaumont, sal worden overhandigt omme daar inne gehandelt te worden als vermijnen sal te behooren.

Op ‘t instandigh versoek van Juan de Maistre van Corfu, van een Hollands coopvaardij schip op St. Jago door een zeerover92 genomen, en nu weeder per ‘t jagt d’ Uno nu kortelinx aangekomen, is goedgevonden denselven in dienst der E. Compe. aan te neemen voor mattroos â ƒ9 per mt. onder een vijfjaarigh verband, en dat wijders Jan Prons van Devonshire, Lucas Kelle van Ierland, en Jan Besset van Sellij, insgelijx door gem. zeerover genomen en nu herwaarts met d’ Uno geaufugeert, voor de kost op de aanweesende vaertuijgen sullen worden geplaast ter tijd en wijlen met een Engels schip van hier of wel andersints naer ‘t Patria versonden konnen worden.

Daar na is door den Edele Heer Gouverneur in overlegh gebragt dat alhoewel om redenen vermelt bij het raadsbeluijt van den 4e Maij jongstleden, ten behoeve van dit Gouvernement uijt ‘s Comps. schip Bouckenroode waren geligt geworden 40 â 50 stucken zeijldoek, egter van ‘t selve al een merkelijke gedeelte tot deese en geene noodwendige saken niet alleen verbruijkt en aan passeerende scheepen was verstrekt geworden, maar dat ook booven dien ‘tjagtje d’ Uno en d’ andere mindere vaartuijgen weeder met nieuwe zijlen voorsien sullen moeten worden, door welke verminderinge het soude konnen gebeuren dat, bij verlies van zijlagie, aan de verwagt werdende retour of andere scheepen hindernis of retardement wierde aangebragt, of het dierhalven niet oorbaar zoude zijn uijt het voorsz fregatje d’ Uno , waar inne volgens bevindingh der gecommitteerdens nogh 18 cassen zijldoek bevonden worden, weeder eenigh zijldoek te ligten mitsgaders de 22 vaten spek, gemerkt F, in ‘t selve restant van d’ 50 volgens de stuasie lijst voor dit Gouvernement daarin geladen geweest, ten aansien men daar van alhier in ‘t geheel ontbloot is. Welken aangaande geraadpleegt zijnde, is goedgevonden en geresolveert dat de voorsz ligtinge sal worden gedaan.

Aldus geresolveert ende g’arresteert in ‘t Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz.93

[Signed:] M. DE CHAVONNES.

[Signed:] A. CRANENDONK.

[Signed:] C. v. BEAUMONT.

[Signed:] J. B. CRUSE.

[Signed:] JAN DE LA FONTAINE.

[Signed:] K. J. SLOTSBOO.

[Signed:] In kennisse van mij, A. v. KERVEL. Secrets.


## Footnotes


  1. Die gekursiveerde gedeelte is later tussen die reëls bygeskryf. In die H.K. is dit nie verander nie, en daar staan “waar en tegenswoordigh”. 

  2. Die gekursiveerde gedeelte is tussen die reëls bygeskryf. 

  3. In die H.K. staan “Gauris en Hecons” en in die kladnotule “Gaulis en Hijqua”. 

  4. Sien C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, no. 76, pp. 335-336. 

  5. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, p. 56. 

  6. Die gekursiveerde woorde is tussen die reëls bygeskryf. 

  7. Die vaandrig Jan David Vijrabent het op 5 September met 65 man op die ekspedisie vertrek. (Vgl. C.604:Dagregister, 1717-1722, p. 305). Die opdragte aan Vijrabent kan gevind word in C.702:Instructiën, 1686-1722, no. 611. 

  8. Sien C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, no. 77, p. 341. 

  9. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, p. 57. 

  10. Die gekursiveerde woord is tussen die reëls bygeskryf. 

  11. Sien C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, no. 78, pp. 345-346. 

  12. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, p. 58. 

  13. In die H.K. staan “gebesoigneerd”. 

  14. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, p. 59. 

  15. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, p. 60. 

  16. Daar bestaan geen kladnotule van hierdie resolusie nie. 

  17. Slotsboo het nie hierdie resolusie onderteken nie. 

  18. Sien C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, no. 85, p. 373. 

  19. Sien C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, no. 84, pp. 369-370. 

  20. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, p. 61. 

  21. Sy naam kom nêrens in die monsterrolle van Stellenbosch voor nie. 

  22. Sy naam verskyn sedert 1700 in die monsterrolle van Stellenbosch . Vgl. Stellenbosch 13/21:Generale Monster Rollen, 1700-1716. 

  23. ‘n Testament wat hy op 18 Februarie 1701 opgestel het, het bewaar gebly in Stellenbosch 18/2:Testamenten, 1698-1701, no. 7. 

  24. Die name van Gerrit Tempels en Jan Olofsz. (Oelifsz.) van Stockholm verskyn sedert 1706 nie meer in die monsterrolle van Stellenbosch nie. 

  25. Na die dood van Louis de Pirrone in 1696 is sy weduwee, Marie le Febre, met Hercules des Pres getroud. Sy is in 1701 oorlede. Sien M.O.O.C. 8/1:Inventarissen, 1692-1705, no. 64. 

  26. Maria Kickers van Amsterdam, ook bekend as Maria Bombam, was getroud met Jan Cornelisz. (Jan Bombam). Hulle is in 1700 geskei en in 1717 is sy weer met Fredrik Botha getroud. Sy het agt kinders by Botha gehad. 

  27. Hy was afkomstig van Erfurt en was getroud met Anna, ‘n dogter van Jan Cornelisz. en Catharina Harmensz. van Rheenen Sien C.J.2650:Testamenten, 1709-1715, no. 133, pp. 607-611. 

  28. Arij van Wijck van Amsterdam was getroud met Cornelia Helm, die weduwee van Johannes van den Bosch. Sien Stellenbosch 18/3:Testamenten, 1708-1714, no. 22. 

  29. Hy was getroud met Anna Maria Pieters de Leeuw, die weduwee van Francois Bastiaansz. Sien M.O.O.C. 7/4:Testamenten, 1726-1735, no. 32. 

  30. Helmer Pal, soos hy self sy naam geteken het, was afkomstig van Quakenbruck en het hom in 1692 as silwersmid in Drakenstein gevestig. Hy en sy vrou, Jacoba van Norden, is geskei en sy is in 1703 na Mauritius gestuur. 

  31. Jan Jurgen Roos van Eisenach het in 1710 as soldaat na die Kaap gekom en het in 1715 ‘n vryburger geword. Hy was getroud met Sara Coetsee, die weduwee van Matthijs Greef. Sien M.O.O.C. 8/4:Inventarissen, 1720-1727, no. 80. 

  32. Van Ek was getroud met Johanna Raster van Leiden, die weduwee van Thomas Monk. 

  33. Sy naam kom nêrens in die monsterrolle van Stellenbosch voor nie. 

  34. Sy naam verskyn sedert 1700 in die monsterrolle van Stellenbosch . Vgl. Stellenbosch 13/21:Generale Monster Rollen, 1700-1716. 

  35. ‘n Testament wat hy op 18 Februarie 1701 opgestel het, het bewaar gebly in Stellenbosch 18/2:Testamenten, 1698-1701, no. 7. 

  36. Die name van Gerrit Tempels en Jan Olofsz. (Oelifsz.) van Stockholm verskyn sedert 1706 nie meer in die monsterrolle van Stellenbosch nie. 

  37. Na die dood van Louis de Pirrone in 1696 is sy weduwee, Marie le Febre, met Hercules des Pres getroud. Sy is in 1701 oorlede. Sien M.O.O.C. 8/1:Inventarissen, 1692-1705, no. 64. 

  38. Maria Kickers van Amsterdam, ook bekend as Maria Bombam, was getroud met Jan Cornelisz. (Jan Bombam). Hulle is in 1700 geskei en in 1717 is sy weer met Fredrik Botha getroud. Sy het agt kinders by Botha gehad. 

  39. Hy was afkomstig van Erfurt en was getroud met Anna, ‘n dogter van Jan Cornelisz. en Catharina Harmensz. van Rheenen Sien C.J.2650:Testamenten, 1709-1715, no. 133, pp. 607-611. 

  40. Arij van Wijck van Amsterdam was getroud met Cornelia Helm, die weduwee van Johannes van den Bosch. Sien Stellenbosch 18/3:Testamenten, 1708-1714, no. 22. 

  41. Hy was getroud met Anna Maria Pieters de Leeuw, die weduwee van Francois Bastiaansz. Sien M.O.O.C. 7/4:Testamenten, 1726-1735, no. 32. 

  42. Helmer Pal, soos hy self sy naam geteken het, was afkomstig van Quakenbruck en het hom in 1692 as silwersmid in Drakenstein gevestig. Hy en sy vrou, Jacoba van Norden, is geskei en sy is in 1703 na Mauritius gestuur. 

  43. Jan Jurgen Roos van Eisenach het in 1710 as soldaat na die Kaap gekom en het in 1715 ‘n vryburger geword. Hy was getroud met Sara Coetsee, die weduwee van Matthijs Greef. Sien M.O.O.C. 8/4:Inventarissen, 1720-1727, no. 80. 

  44. Van Ek was getroud met Johanna Raster van Leiden, die weduwee van Thomas Monk. 

  45. Hy was afkomstig van Vierlanden by Hamburg en was getroud met Maria van Aelwyk van Rhenen by Utrecht . Sien C.J.2650:Testamenten, 1709-1715, no. 102, pp. 458-463. 

  46. Die oorspronklike verklaring kan gevind word in C.J.1031:Civiele Process Stukken, 1718, pp. 174-176. 

  47. Die gekursiveerde woorde is tussen die reëls bygeskryf. 

  48. Sien C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, no. 86, p. 377. 

  49. Die kladnotule van hierdie resolusie kan bevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, pp. 62-63. 

  50. ‘n Deel waarin die gebruiklike afskrywing van tekortkomende, gebroke en beskadigde goedere en gestorwe slawe en vee op voorstel van die hoofadministrateur gedoen is, is weggelaat. Een mansslaaf, een slawevrou en drie slawekinders is gedurende Junie, Julie en Augustus 1718 oorlede, terwyl drie esels, 19 perde en 41 beeste gedurende dieselfde tydperk gevrek het. Die deel wat weggelaat is kan gevind word in C.13:Resolutiën, 1718-1719, pp. 167-170. Die oorspronklike memorie het bewaar gebly in C.291:Memoriën, 1710-1726, pp. 167-168. 

  51. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, p. 64. 

  52. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, p. 65. 

  53. Die brief het bewaar gebly in C.436 (deel II):Inkomende Stukken, 1716-1719, pp. 507-536. 

  54. Van der Heijden is nooit voor die Raad van Justisie gedaag nie. 

  55. Huijbertje Craen het in 1696 met die skip Berkenroode as ‘n vroedvrou na die Kaap gekom. Op 1 Maart 1699 het die Politieke Raad besluit om haar ‘n salaris van ƒ10 per maand te betaal. 

  56. Die gekursiveerde woord is tussen die reëls bygeskryf. 

  57. Die gekursiveerde woord is tussen die reëls bygeskryf. 

  58. In die H.K. staan “vloeijpapier”. 

  59. Hy was die seun van Gerrit Jansz. van Deventer van Veldcamp en Ariaantje Jacobs en is in 1689 aan die Kaap gebore. In 1711 is hy met Magdalena Brits getroud. Sien M.O.O.C. 8/4:Inventarissen, 1720-1727, no. 41. 

  60. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, pp. 66-67. 

  61. Bruijns se rekwes kan gevind word in C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, no. 93, p. 409. 

  62. Sien Resolusies van die Politieke Raad, deel IV, p. 148. 

  63. Ferdinandus Appel (1665-1717) is aan die Kaap gebore en was getroud met Levina Cloete, die dogter van Jacob Cloete. Op 3 September 1708 het hy van goewerneur Van Assenburgh toestemming verkry om sy vee te laat wei, over de berg in Hottentots Holland , booven aan de Bot Rievier “. (Sien R.L.R.1.:Oude Wildschutte Boek, 1687-1712, p. 189; M.O.O.C. 8/3:Inventarissen, 1714-1719, no. 69). 

  64. ‘n Memorie waarin die hoofadministrateur besonderhede verstrek van alle tekorte, soos bevind tydens die jaarlikse voorraadopname aan die einde van Augustus 1718, is hier weggelaat. Die deel wat weggelaat is kan gevind word in C.13:Resolutiën, 1718-1719, pp. 183-188. Die oorspronklike memorie het bewaar gebly in C.291:Memoriën, 1710-1726, pp. 169-171. 

  65. Die kladnotule van hierdie resolusie is te vinde in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, p. 68. 

  66. Jan Rosier van Morselen (Morsnay) het in 1699 as soldaat met die Zion na die Kaap gekom. Hy het in 1711 ‘n vryburger geword en is in dieselfde jaar getroud met Wilhelmina Willemse. In 1713 het hy hertrou met Margaretha Harmensz. Hartingh. Hy het geen kinders gehad nie. (Sien C.J.2650:Testamenten, 1709-1715, no. 90, pp. 407-410; C.J.265l:Testamenten, 1716-1721, no. 43, pp. 173-175). 

  67. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, p. 69. 

  68. Die instruksies aan Slotsboo en Heijningh kan gevind word in C.702:Instructiën, 1686-1722, no. 612. 

  69. Sien C.337:Attestatiën, 1717-1718, p.743. 

  70. Sien C.436 (deel III):Inkomende Stukken, 1716-1719, pp. 749-751. 

  71. Hierdie brief, wat op 19 Oktober aan die Kaap ontvang is, kan gevind word in C.436 (deel III):Inkomende Stukken, 1716-1719, pp. 745-747. 

  72. Sien C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, no. 94, pp. 413-414. 

  73. Die twee krankebesoekers aan die Kaap was Jan Mahieu van Amsterdam en Jan van den Oever van Gorcum. 

  74. In sowel die H.K. as die oorspronklike rekwes staan “onpasselijkheijd”. 

  75. Hendrik Lussingh van Cleef se naam verskyn sedert 1701 as krankebesoeker in die monsterrolle. 

  76. Jan Ruger is in 1707 weens dronkenskap en onbekwaamheid na Batavia gestuur. 

  77. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, pp. 70-71. 

  78. In die H.K. staan “Cruse”. 

  79. In 1678 en weer in 1681 is daar plakkate teen ontug tussen blankes en slawe uitgevaardig. Sien dieKaapse Plakkaatboek, deel I, pp. 151-152 en 179-180. 

  80. Die gekursiveerde woorde is tussen die reëls bygeskryf. 

  81. Sien C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, no. 95, pp. 417-418. 

  82. Hy het as soldaat na die Kaap gekom en is in 1713 bevorder tot korporaal. 

  83. Die gekursiveerde woorde is tussen die reëls bygeskryf. 

  84. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, p. 72. 

  85. Die oorspronklike rekwes het bewaar gebly in C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, no. 98, pp. 429-431. 

  86. Afskrifte van hierdie verklarings kan gevind word in C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, nos. 97 en 97a, pp. 425-428. 

  87. In sowel die H.K. as die oorspronklike rekwes staan “pmo.” 

  88. Die saak het op 3 en 17 November voor die Raad van Justisie gedien. Die Raad het beslis dat die landdros en heemrade die bedrag aan die kerkraad moes uitbetaal en ook die koste van die geding moes betaal. (Sien C.J.7:Kriminele en Siviele Regsrolle, 17 18-1721, pp. 73-74 en p. 79; C.J.103l:Civiele Proces Stukken, 1718, nos. 42-46, pp. 126-139). 

  89. Sien C.225:Requesten en Nominatiën, 1718, no. 99, pp. 435-436. 

  90. Van Rheede se instruksies kan gevind word in C.700:Memoriën en Instructiën, 1657-1685, pp. 437-515. 

  91. Hy het in 1709 as soldaat met die Kiefhoek na die Kaap gekom en het in 1714 ‘n vryburger geword. 

  92. Die gekursiveerde woorde is tussen die reëls bygeskryf. 

  93. Die kladnotule van hierdie resolusie kan gevind word in C.113:Klad Notulen, 1717-1719, pp. 73-74.