Skip to content

C138 v1.20

C. 138, pp. 55-74.

Dingsdag den {17600108} 8: Jann 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Wierd door d’ E E:s David D’ Aillij en Oloff Martini Bergh, noopens de

op hun gedecerneerde Commissie, vermeld bij Resolutie van den 18: der even gepasseerde maand December, op heeden het onderstaande rapport ingeleevert.

Aan den Wel Edelen gestr: heer Rijk Tulbagh Raad Extra ordinaris vanNeederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop en den Ressorte van dien &&&:a beneevens den E: Agtb: Raed van Politie.

‘Wel Edele gestr: Heer, en E Agtb: Heeren!’

‘Het van uwe wel Edele gestr: en E Agtb: welbehaagen geweest zynde,’

‘d’ onderget: ter Sessie van den 18 der even afgeweekene maand DeCember te Committeeren, om een overslag te maaken, nopens de quantiteijt van ‘t Caabs gesouten vleesch, Carwaat, item Suurkool, kleijne Roosijnen en citroenen, die ingevolge het nu van Batavia ontfangene Reglement, aan de sogen: Rijstscheepen, mitsg:s ‘S Comp:s uyt en thuijsvarende bodems, voor derselver resp: reysen zal moeten werden verstreckt, met bijvoeging, waar voor de gementioneerde Provisien en ververssingen ten Civielsten Pryse Zoude kunnen werden bekoomen; Soo hebben d’ ondergeteek: ter Schuldpligtige voldoening aan voorsz: g’ Eerde Commissie, t’ een en ander soo na doenelijk gecalculeert op de volgende wijze, te weeten.’


Voor de Rystscheepen waarvan d' Equipagie gesteld word op 130 Coppen
Aan Carwaat
Voor 6: Cajuijtsgasten à 5: lb: ieder S' maands, bedraagd   lb: 30:
d:o 8 onder officieren d:o 4: d:o d:o d:o d:o   d:o 32:
d:o 116: gemeene d:o 3: d:o d:o d:o d:o   d:o 348:
    lb. 410:
    3:
dus voor drie maenden 1230 lb: Carwaet
Een maand Caabs gesouten Vleesch.
Voor 6. Cajuijtsgasten a 10 1/2 lb: de man, bedraagd
d:o 8: onderofficieren lb: 147:
d:o 116: gemeene d:o 7: d:o d:o d:o d:o   d:o 812:
Te Samen 959 lb:
sout vleesch
Voor de Retourscheepen
Het getal deser Scheepen met het naschip en Scholtenburg , dit Jaar 30 stux zullende uytmaaken, en derselver Equipagie 't eene Schip door 't andere op 115 Coppen gesteld Zynde, Zoude deselve dus koomen te benoodigen.
Aan Carwaat
Voor 240: Cajuijtsgasten à 5 lb: ieder S' maands, bedraagd lb: 1200:
d:o 240: onderofficieren d:o 4: d:o d:o d:o d:o d:o 960:
d:o 2970: gemeene d:o 3 d:o d:o d:o d:o d:o 8910:
    lb: 11070
    4:
  dus voor vier maanden 44280 lb
  Carwaat
Een maand Caabs gesouten vleesch
Voor 240: Cajuijtsgasten à 10 1/2 lb: de man, bedraagd
d:o 240: onderofficieren lb: 5040
d:o 2970: gemeene d:o 7: d:o d:o d:o d:o d:o d:o 20790
  te Saamen 25830 lb:
  sout vleesch.

Voor de Rystscheepen waarvan d' Equipagie gesteld word op 130 Coppen
Aan Carwaat
Voor 6: Cajuijtsgasten à 5: lb: ieder S' maands, bedraagd   lb: 30:
d:o 8 onder officieren d:o 4: d:o d:o d:o d:o   d:o 32:
d:o 116: gemeene d:o 3: d:o d:o d:o d:o   d:o 348:
    lb. 410:
    3:
dus voor drie maenden 1230 lb: Carwaet
Een maand Caabs gesouten Vleesch.
Voor 6. Cajuijtsgasten a 10 1/2 lb: de man, bedraagd
d:o 8: onderofficieren lb: 147:
d:o 116: gemeene d:o 7: d:o d:o d:o d:o   d:o 812:
Te Samen 959 lb:
sout vleesch
Voor de Retourscheepen
Het getal deser Scheepen met het naschip en Scholtenburg , dit Jaar 30 stux zullende uytmaaken, en derselver Equipagie 't eene Schip door 't andere op 115 Coppen gesteld Zynde, Zoude deselve dus koomen te benoodigen.
Aan Carwaat
Voor 240: Cajuijtsgasten à 5 lb: ieder S' maands, bedraagd lb: 1200:
d:o 240: onderofficieren d:o 4: d:o d:o d:o d:o d:o 960:
d:o 2970: gemeene d:o 3 d:o d:o d:o d:o d:o 8910:
    lb: 11070
    4:
  dus voor vier maanden 44280 lb
  Carwaat
Een maand Caabs gesouten vleesch
Voor 240: Cajuijtsgasten à 10 1/2 lb: de man, bedraagd
d:o 240: onderofficieren lb: 5040
d:o 2970: gemeene d:o 7: d:o d:o d:o d:o d:o d:o 20790
  te Saamen 25830 lb:
  sout vleesch.


D' uytkomende Scheepen
Deese scheepen seedert eenige Jaaren herwaards op 28: Stux bepaald, en daar van 12: Scheepen van 150 voeten met 350, en 16 van 136: à 140 voeten met 270 Coppen bemand geweest Zynde, komt derselver Equipagie dus op 8360 Coppen, waer van voor de dooden en sieken een getal van 760: Coppen, Zijnde 25 à 30 voor yder schip afgetrocken weesende, zoude 'er dus nog resteeren 7600 Coppen, en daar aen moeten verstrekt worden.
Suurkool.
Voor 7600 Coppen à 150 lb: de 100 man, bedraagt.   11400 lb:
ofte circa 80 halve amen, 't
halfaem gereekent op 140 lb: netto
Kleyne Rosijnen
d:o d:o d:o d:o 30: d:o d:o d:o d:o   2280 lb rosynen
Citroenen
d:o d:o d:o d:o 200: d:o d:o d:o d:o   15200 p:s Citroenen
Een maand Caabs gesouten Vleesch
Voor 224: cajuytsgasten à 18 lb: ieder, bedraagd lb: 4032:
d:o 224: onderofficieren d:o 13 1/2: d:o d:o d:o d:o 3024:
d:o 7152: gemeene d:o 9: d:o d:o d:o d:o 64368:
Te Samen gesouten vleesch   71424: lb:
 
Zulx de quantiteijt van de voorsz: Provisiën en ververssingen bij een gevoegd Zijnde, bedraagd als volgt.
98213: lb Caabs gesouten vleesch
45510: d:o Carwaat.
11400: d:o ofte 80 halve amen Suurkool
2280: d:o kleyne Rosijnen
15200: p:s Zuure Limoenen.
Werdende hier doorgaans voor de meergemelde Provisiën onder de Ingeseetenen betaald.
Citroenen de 100 p:s 1 1/8: Ryxd:s
Carwaat 't lb: 4: Stuyv:s
Kleyne Rosijnen d:o d:o 5: d:o
Suurkool, 't halfaam a 140 lb: 7 1/2 Ryxd:s
dog Zonder Fust, weshalven ieder Schip na maate van desselfs benoodigtheijd, daar toe eenige van haare Leedig gevallene Spek of olyvaten zoude dienen af te geeven.
Zynde het gesouten vleesch, laatst teegen 2 stuijv:s 't Pond aanbesteed geweest.

D' uytkomende Scheepen
Deese scheepen seedert eenige Jaaren herwaards op 28: Stux bepaald, en daar van 12: Scheepen van 150 voeten met 350, en 16 van 136: à 140 voeten met 270 Coppen bemand geweest Zynde, komt derselver Equipagie dus op 8360 Coppen, waer van voor de dooden en sieken een getal van 760: Coppen, Zijnde 25 à 30 voor yder schip afgetrocken weesende, zoude 'er dus nog resteeren 7600 Coppen, en daar aen moeten verstrekt worden.
Suurkool.
Voor 7600 Coppen à 150 lb: de 100 man, bedraagt.   11400 lb:
ofte circa 80 halve amen, 't
halfaem gereekent op 140 lb: netto
Kleyne Rosijnen
d:o d:o d:o d:o 30: d:o d:o d:o d:o   2280 lb rosynen
Citroenen
d:o d:o d:o d:o 200: d:o d:o d:o d:o   15200 p:s Citroenen
Een maand Caabs gesouten Vleesch
Voor 224: cajuytsgasten à 18 lb: ieder, bedraagd lb: 4032:
d:o 224: onderofficieren d:o 13 1/2: d:o d:o d:o d:o 3024:
d:o 7152: gemeene d:o 9: d:o d:o d:o d:o 64368:
Te Samen gesouten vleesch   71424: lb:
 
Zulx de quantiteijt van de voorsz: Provisiën en ververssingen bij een gevoegd Zijnde, bedraagd als volgt.
98213: lb Caabs gesouten vleesch
45510: d:o Carwaat.
11400: d:o ofte 80 halve amen Suurkool
2280: d:o kleyne Rosijnen
15200: p:s Zuure Limoenen.
Werdende hier doorgaans voor de meergemelde Provisiën onder de Ingeseetenen betaald.
Citroenen de 100 p:s 1 1/8: Ryxd:s
Carwaat 't lb: 4: Stuyv:s
Kleyne Rosijnen d:o d:o 5: d:o
Suurkool, 't halfaam a 140 lb: 7 1/2 Ryxd:s
dog Zonder Fust, weshalven ieder Schip na maate van desselfs benoodigtheijd, daar toe eenige van haare Leedig gevallene Spek of olyvaten zoude dienen af te geeven.
Zynde het gesouten vleesch, laatst teegen 2 stuijv:s 't Pond aanbesteed geweest.

‘Waarmeede d’ ondergeteekendens verhoopende, aan uwe wel Edele’

‘gestr: en E: Agtb: g’ Eerde Intentie te hebben voldaan, Zullen Zij deesen dierhalven laten dienen voor needrig rapport’

’/:onderstond/ In ‘t Casteel de goede Hoop den 8: Jann: 1760 /:was geteekent/ D:d D’ Aillij, O.M. Bergh.’

Naar lectuure van welk Rapport goedgevonden en beslooten is, dat met het inkoopen van Suurkool, Carwaet, mitsg:s Citroenen en Rosijnen tot sodanige quantiteijt en alsulke Prysen, als bij ‘t voorsz: Rapport werd gespecificeerd, ten eersten een begin Zal werden gemaekt, ten eijnde t’ een en ander vervolgens naer den teneur van het diesaangaande van Batavia ontfangene Reglement aan S’ E: Comp:s resp:t hier passeerende uyt en thuijsvaarende Scheepen te kunnen Laaten verstrecken: en dewijl men ten belange van ‘t benoodigde gesouten Rundvleesch geinformeert is, dat den Burgerraad Hendrik van der Heijden daar omtrent niet alleen de meeste bequaamheijd komt te besitten, maar ook teffens een Persoon is, op wiens trouwe behandeling volkoomen Staat kan werden gemaakt; is dierhalven meede beslooten, de leverantie van Een Hondert Duysend Ponden Caabs gesouten Rundvleesch teegens 2 Stuyv:s ‘t lb: voor den tijd van een geheel jaar, gereekent van dato deeses, aan hem van der Heijden over te laaten, waaromtrent men met denselven wyders is overeengekoomen, dat aan hem tot dit werk niet alleen Zal werden vergund, het vrije gebruijk van S’ E Comp: Slagthuijs, maar ook van ‘t vaatwerk dan men ‘S Comp:s weegen tot berging van ‘t vleesch zal doen afgeeven, altoos 50: goede vaten in voorraad Zullen besorgd, en aan hem daar en boven telkens een van S’ Comp: kuypers om de vaten open en toe te slaan Zal bygeset worden; waer en teegen hij van der Heijden van Zijn Zyde Zig voor ‘t goed blijven van ‘t vleesch behoorlijk zal moeten verbinden; Terwijl voor ‘t overige ‘t meergem: gesouten vleesch niet Zal moogen afgeleevert werden, dan na dat hetselve alvoorens door de resp: overheeden der scheepen, waarvoor het gedestineerd is, Zal weesen besigtigd en goedgekeurd.

En nadien men als nu bevonden heeft, dat de twee Vaten met gesouten vleesch, die in den voorl: Jaare met het Schip de drie Papegaaijen , naar batavia versonden, en volgens aanschrijvens van haar hoog Edelens van Zeer Slegten deugd bevonden Zijn, hier ter plaatse Zijn afgeleevert, door de burgers Jacob van Rhenen de jonge en Jan Loose, Zijn deselve oversulx heeden ter vergaderinge ontbooden, en over hunl: Slegte en Slordige behandeling daar omtrent Scherpelijk gereprimendeert.

Ook is hierna geleesen, het onderstaande berigt door den Equipagiem:r Hendrik Taal en Ingenieur Joseph Ponté, verleend.

Aan den Wel Edelen gestr Heere Ryk Tulbagh, Raad Extra ordinaris van neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer, en E: Agtb: Heeren!’

‘D’ ondergeteekendens in opvolginge van uwe wel Edele gestr: en E Agtb: veel g’ Eerde ordre, vervat bij het aan hunl: ter handen gestelde Extract uijt derselver Resolutie van den 11: der even verweekene maand December, Zig naer het Robben Eyland begeeven, en aldaer naauwkeurig opgenoomen hebbende, welke gebouwen ter evengem: plaetse noodwendig Zouden dienen te werden geconstrueert, Soo Sullen d’ ondergeteek:t d’ Eere hebben dienaangaende bij deesen pligtschuldig te berigten, dat het voornaamste dat als daar komt te mancqueeren, eygentlijk soude bestaan in een wooning, om daarin Conform uwer wel Edele gestr: en E: Agtb: g’ Eerde Intentie eenige Inlanders van distinctie, afgesondert van d’ ordinaire banditen te kunnen doen Logeeren; Weshalven den tweeden onderget:de van een diergelijk noodwendig gerequireerd’ gebouw, Sodanige twee onderscheijdene afteekeningen heeft geformeert, als uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: bij dit neevensgevoegd papier eerbiedigst werd aangebooden: Terwijl d’ ondergeteek: ten belange der verdere gebouwen ten voorsz: Eylande bevonden hebben, dat de Combuysen Zoo van des Posthouders wooning als die van het ordinaire banditen, ten eenemaal bouwvallig Zijn, en daar om in ‘t geheel Sullen moeten werden vernieuwt, Terwijl bovens dien d’ evengem: posthouders wooning en ‘t vlaggemanshuysje van nieuwe buyten deuren en Cosijns Zullen moeten voorsien, en de wooning van den corporaal dienen verdekt, in ‘t selve teffens, vermits geen afwatering genoeg heeft wat schuynser moeten gelegd worden.’

‘Gedenkende hiermeede aan d’ g’ Eerde Intentie van uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: Schuldpligtig te hebben voldaan, dient deesen voor needrig rapport.’

’/:onderstond:/’

‘Cabo de goede Hoop den 8: Jann: 1760. /:was geteekent:/ Hendrik Taal, Joseph Pontée Ing:r’

Waarop verstaan is, om de daar bij vermelde noodsakelijk gerequireerde wooning voor d’ Inlandse ballingen van distinctie, in diervoegen als deselve bij d’ afteekening van bovengem: Ingenieur sub L:a A: is ontworpen, ten eersten in gereedheijd te doen brengen, mitg:s de verdere nodig Zijnde reparatien der overige op ‘t Robben Eyland staande gebouwen meede ten spoedigsten te laten geschieden.

Vervolgens door den Heere gouverneur te kennen gegeeven zijnde, dat den Cap:tn van het aanweesend Frans schip le gange Mons: Magon de la Vilbagge, ingevolge de last die hem Cap:t door den Heere Magon Directeur der fransse Oostindische Comp: en geweesene Commandant generaal der Eylanden Mauritius en Bourbon bij desselfs vertrek van hier was nagelaaten, Zijn Edele hadde versogt, om alhier ten behoeven van ‘t Eyland Mauritius met een Lading Tarw teegens Contante betaling te moogen werden voorsien, geliefde welgem: Heere gouverneur deesen aangaande verders te Seggen, dat dewijl men thans niet alleen de quantiteijt van nog ruijm 12000 mudden Coorn van het voorl: Jaarsse gewasche in S’ E: Comp: maguasijnen aan handen quam te hebben, maar dat ook bovensdien het teegenwoordig ingeougst werdend’ gewasch van voorsz: Corl, door des heeren Seegen dermaten wel was uytgevallen, dat men hoopt in Staat te sullen Zijn, om zoo wel d’ ordinairen Eijsch voor Batavia te kunnen voldoen, als ook te Zullen magtig worden, het geene men S’ Comp:s weegen in dit gouvernement komt te benoodigen; Zijn Edele dierhalven van gevoelen was, dat de gementioneerde versogte lading Tarw aan voorseijden franssen Cap:t gevoeglijk uijt S’ E Comp: graen Maguazijn Zoude kunnen werden bijgeset, nademaal men dus doende, op een seer faciele wijse van een goede Parthij oud Coorn ontlast raakende, teffens te beeter in staat zoude werden gesteld, om soo veel meerder van ‘t nieuwe gewasch voor d’ E: Comp: te kunnen inslaan en bergen; waar over gedelibereert, en ‘t selve als eene voor den dienst der E: Comp: seer nutte en voordeelige Saak geconsidereert weesende, is hierop goedgevonden en beslooten, aan meergem: franssen Capitain de la Vilbagge uyt S E: Comp: Pakhuijsen te laaten volgen, soo veel tarw als hij tot vollading van desselfs onderhebbend Schip zal komen te benoodigen, ende Sulx teegens ƒ8 1/2: indische valuatie de mud, om alhier met Contante penn: in S’ E Comp:s Cassa te werden voldaan.

Wyders wierd door de heeren du Mont, Lidt des Superieuren Raads te Pondicherij en Charpentier de S:t Janvier, geweesen opzigter der maguasijnen te mauritius gepresenteerd, Seeker Request, waarbij deselve te kennen geeven, dat Zijl: geen occagie gehad hebbende, om direct van ‘t evengem: Eijland Mauritius naar Europa te kunnen overvaaren, oversulx genoodsaakt waaren geweest, met het voorwardsgem: schip Le gange herwaerds over te komen, met bygevoegd seer instantig versoek wyders, dat terwijl dit Schip weederom naar Mauritius Staat te Retourneeren, en dat ‘er op het meede aanweesend Freguat scheepje La Subtile , waarop zig den heer Directeur Magon met desselfs Suite komt te bevinden, geen de minste ruymte gevonden word, om daarmeede te kunnen overvaren, aan haar oversulx Passagie met S’ E: Comp: Retourscheepen mogte werden geaccordeert, soo voor haar Persoonen, als voor de familie van gedagten Mons:r de S:t Janvier, bestaande in desselfs huysvrouw, twee kinderen en Twee nigten, mitsg:s haarl: gesamentlijke domesticquen ten getale van 3: Europeese en 4: Inlandse Dienaren. Waarop uyt aenmerking der voorsz: aangehaalde Reedenen goedgevonden en beslooten is, Zulx aan deselve t’ accordeeren; Onder Conditie, dat door haarl: niet meer dan de tot derselver Lighaamen gehoorende bagagie Zal moogen meede genoomen, en het gewoone Transport en Costgeld voor der Suppl:t Persoonen, familiën en domesticquen alvoorens in S’ E Comp:s Cassa ter deeser Plaatse moeten voldaan werden.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 75-111.

Dingsdag den {17600122} 22 Jann: 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Het g’ Eerd nader aanschryvens van Haar wel Edele groot Agtb: de

Heeren der Hooge Indiase Regeering tot Batavia de dato 30: Octob: des voorl: Jaars, ‘t welk P:r het ter rheede leggend Commandeurschip Noord Beveland alhier is aangebragt, heeden geresumeert weesende is goedgevonden, dat daarop met Eerbied Zal werden gerescribeert, dat men omtrent het doen der eijsschen ten behoeve deeses gouvernements, in geen gebreeken Zal blyven, het diesaangaende geordonneerde behoorlijk en Zoo veel doenelijk zal zijn op te volgen: Terwijl welgem: Haar Hoog Edelens ten opsigte van het gerequireerde Journaal gehouden door den Schipper Jan Christoffel Tiede op het in A:o 1757. ter deeser rheede verongelukte Provisie Schip de voorsigtigheid pligtschuldig zal werden berigt, dat het voorsz: Journaal, volgens het voorgeeven van gem: Schipper Tiede hier ter plaetse niet is blijven berusten, maar door hem alleen voor een korten tijd ter Secretarije van Politie is afgegeeven geweest, bij geleegentheijd dat hetselve bij ‘t opmaaken van ‘t Relaas, ‘t welk door hem en de verdere officieren weegens ‘t verongelucken van ‘t voorsz: Schip is verleend, vereyscht wierd om daar uyt te kunnen nasien, de nette tijden wanneer Zig de Leccagien van meergem: bodem geduurende de reijze Successivelijk hebben komen t’ openbaaren, en dat als doen uyt aanmerkinge van deese en meer andere op de reijze gebeurde en in ‘t geciteerde Relaas opgegeevene voorvallen dienstig geoordeelt Zijnde een afschrift van ‘t gedagte Journaal ter Secretarije te doen bewaaren, hetselve daarop ten eersten gecopieert en ‘t origineel vervolgens weederom aan meergem: Schipper Tiede is ter hand gesteld geworden, welk Copia Journaal dierhalven aan welgem: Heeren der Hooge Indiase Regeering Zal werden gesuppediteert.

Synde voorts ten belange van Sodanige geldsomma’s, mitsg:s diversse goederen als op de P:r het meede aanweesend’ Schip Amstelveen ontfangene Factuur dit gouvernement Zijn aangereekent, verstaan.

Eerstelijk dat dewijl door den Curator ad Lites alhier, behoorlijk is aangetoont, dat het daarbij Vermelde bedragen van Rx:s 1884: 1/6, Zijnde het rendement der vercogte nalaatenschappen eeniger op de reijze tusschen het Vaderland en deese plaats op diversse Scheepen overleedene Persoonen, bereyts voor een gedeelte in ‘S E: Comp: Cassa alhier geteld en het overige P:r Assignatiën aan den Curator ad Lites tot Batavia geremitteert is; het voorsz: bedragen van Rx:s 1884: 1/6: evengem: hoofdplaatse weederom P:r Factuura Zal werden aangereekent, aan welke factuura wijders Zal moeten geannexeert Zijn, een memorie van meergem: Curator ad Lites mitsg:s een Extract uyt het Cassa boek, bij welk een en ander Specificq werd aangetoond, op wat tyden en in welke parthijen het voorsz: montant alhier in Cassa geteld, mitsg:s P:r assignatie overgemaakt is.

Ten tweeden, dat het montant van ƒ59:18: weegens het toegelegde aan den visitateur generaal over d’ ondekte erreuren in de Caabse Negotie boeken, als bereyts in de voorl: Jaare vereffent zynde, batavia in Selvervoegen Zal werden te rug gereekent, onder oversending insgelyx van een Extract uyt het Cassa boek, ten blijke dat het voorsz: montant van ƒ59:18: ten tyde als gemeld is, alhier behoorlijk is voldaan.

Ten derden, dat nademaal de bij voorsz: Factuur gespecificeerde cassen met planten dewelke in A:o 1758 van Bengalen herwaarts Zoude weesen overgesonden, niet alleen alhier niet ontfangen, maar bovensdien ook nooyt van daar geeyscht Zijn, men dierhalven het bedraagen derselve ter somma van ƒ50:1:, de directie in Bengalen zal doen aanreekenen: dog de ten laste gebragte twee vaten met theer, mitsg:s 13: Carveel planken bij de Negotie boeken alhier te doen inneemen en weeder afschrijven, terwijl het kostende van 181: Militaire waapenen gelijk meede nog dat van 26 p:s diergelijke waapenen, dewelke dit gouvernement in den voorl: Jaare p:r het naschip BuytenZorg zijn aangereekent, insgelyx bij de voorsz: Negotie boeken ingenoomen weesende, voorts met het Crediteeren der Soldij Reecq: van de overheeden van ‘t Retourschip Vrijburg Conform het aangeschreevene Zal werden gehandelt.

Soo als wyders bij Resumptie der als nu meede ontfangene bevinding op de Negotie Boeken deeses gouvernements d’ Annis 1756/57: beslooten is, dat het daarbij aangehaalde bedragen van ƒ38:13:8: weegens de te veel afgeschreevene 67 7/10: Cannen Clappus Olij aan d’ E Comp: vergoed ende voorsz: bevinding wijders Conform d’ ordres van haar hoog Edelens beantwoord na Batavia Zal werden te rug gezonden.

Vervolgens wierd door den Heer Independent Fiscaal, Pieter Reede van Oudshoorn ter voldoening van het aan Sijn E: gedemandeerde ondersoek Soo omtrent het gedrag van den gesaghebber Bastiaan van Pantegem, als weegens de desertie eeniger op den hoeker de Neptunus bescheijdene Persoonen, het volgende Schriftelijk berigt ingeleevert.

Aan den wel Edelen gestr: Heer Rijk Tulbagh, Raad Extraordinaris van neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop, en desselfs Ressorte &&:a beneevens den E: agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele gestr: Heer en E Agtbaare Heeren.’

‘Den ondergeteekenden Independent FisCaal deeses gouvernements, door uw wel Edele gestr: en E: Agtb: bij Raads besluyt van den 11: December A:o pass:o ter obedientie van Haar wel Edele groot Agtb: de heeren bewindhebberen ter Camer Middelburg g’ Eerde aanschryvens de dato 12: Julij desselven Jaars 1759: gedemandeert geworden Zijnde, omme behoorlijk ondersoek te doen, naar de reedenen die de van den Hoeker de Neptunes geduurende desselfs verblijf voor Nantes ter Rheede van Pain Boeuf gedeserteerde Ses Mattroosen in naam Christiaan Rieman, Theunis Theunissen, Pieter Jacobus Becu, Adriaan Ysbrandsen Zeeuw, Jacob Oolman en Christoffel Wijs, gemoveert hebben, omme aldaar te deserteeren, mitsg:s of ook het gedrag van den gesaghebber op den voorn: Hoeker Bastiaan van Pantichem, in allen opzigte is voldoende geweest aan d’ ordres der E: Comp:, Soo heeft denselven thans d’ Eer uw wel Ed: Gestr: en E Agtb: daarop Eerbiedigst te berigten.’

‘Dat wanneer den ondergeteekende de voorn: Ses Mattroosen een ieder in ‘t bijsonder, ten overstaan van heeren gecommitteerdens uyt den E: Agtb: Raad van Justitie alhier, weegens hunne desertie exactelijk ondervraagt heeft, Zylieden naar luijd der hier neevens g’ annexeerde gehoudene Notul voor opgemelde E E:s gecommitteerde Leeden eenpariglijk hebben betuijgt.’

‘Dat ten tijde Zij den 19 Febr: met voorsz: Hoeker Neptunes in Zee gestooken waaren, denselven, als te Swaar gelaaden Synde, reets kort daarnae tot twee malen toe aan ‘t sinken geweest was, en zylieden oversulx niet anders als een gewisse Dood voor Ogen gesien hadden, gelijk dan ook in de Storm op den 23: Maart, om ‘t Schip Soo veel doenlijk verligting bij te brengen Vier Stucken geschut beneevens eenige kisten en Vaatwerken Zijn over boord geworpen worden.’

‘Dat wyders op den 10: April, hun bodem Nog Soo diep onder water geleegen hadde, dat het selve van vooren de bak over, en dus over het geheele Schip tot in de Cajuijt sodanig gestroomt hadde, dat dat water met putsen en hoosvaten weederom daaruyt heeft moeten gemant worden, als wanneer ook de focke mast over boord geraakt was; Terwijl zijlieden wijders gedurende hunne reijs van de rheede van Rammekes tot in Vrankrijk , den meesten tijd in ‘t water hebbende moeten staan, daardoor hunne kleederen altijd nat, en aan hunne Lighaamen als verrodt geweest waaren, met verdere bijvoeging, dat eijndelijk voor Nantes , en ter rheede van Pain beuf gearriveert Zijnde, d’ inwoonders aldaar hun nog bevreesder gemaakt hadden; vermits hun quamen te verseekeren, dat het Schip te hoog getuijgt was, en Zyl: niet behouden ter hunner gedestineerden Plaatse Souden kunnen aanlanden.’

‘Om alle welke Reedenen Zylieden als voor hun leeven billiglijk vreesende, en uyt aanmerkinge der reets geleedene ongemacken niet konden besluyten, om met dien bodem hunne reijze herwaards te vervorderen, maar hun oversulx van denselven g’ absenteert hadden, dog dat naderhand, wanneer door een hunner stuurlieden opgespeurt, en tot hun pligt waaren aangemaand geworden, Zijl: hun goedwillig daar toe hadden laten beweegen: in hoop dat God hun Zoude bewaaren en brengen ter plaatse hunner begeerte, gelijk sijl: neevens hunne officieren in ‘t vervolg dan ook hun best devoir tot behoud van schip en Zielen aangewend hadden.’

‘Met eyndelijke betuijging, dat zij door hunnen voorm: gesaghebber of d’ andere officieren geensints qualijk, maar zeer wel gehandelt waaren, hun behoorlijk Randsoen genooten, en dus niets te klagen hadden.’

‘Hebbende den ondergeschreevene verders neevens den Equipagiemeester deeser plaatse Hendrik Tael ook het op die reijze door den opgem: gesaghebber van Pantichem en Zijne Stuurlieden gehoudene Scheeps Journaal naauwkeurig g’ Examineert, dog daar uyt ook geen ‘t minste wan gedrag of pligtversuijm Strijdig teegens d’ ordres der E: Comp: konnen ontdecken.’

‘Terwijl door den veel ged:n gesaghebber tot nadere Elucidatie syner gemaakte Costen daer ter Plaatse, aan den ondergeteekende dusdanige reekening Courant, van S’ E: comp: Correspondent te Nantes de Heer Michel is ter hand gesteld, als denselven d’ Eer heeft hierneevens meede over te leggen.’

’/:onderstond:/’

‘Hiermeede dan vermijnende aan de hoog g’ Eerde Intentie onser heeren Majores voldaan te hebben, Soo dient deesen tot een Eerbiedigst berigt.’

’/:was geteekent:/’

‘P: v: Reede van Oudshoorn.’

’/:in margine:/’

‘Overgegeeven in Raade van Politie den 22: Jan:rij 1760.’

‘Maandag den 24: deCemb: 1759.’

‘In gevolge het door de heeren majores bij derselver g’ Eerde missive van den 12: Julij deeses jaars geordonneerde, mitsgaders het dien aangaande sub dato 11: deeser in Raade van Politie alhier genoomene besluijt, den Heer Independent Fiscaal Pieter van Reede van Oudshoorn ten overstaen van d’ E E: Christoffel Brand en David d’ Aillij, als gecommitteerde leeden uyt den E: Agtb: Raad van Justitie deeses Gouvernements, gehoord en ondervraagt hebbende, de van den Hoeker de Neptunus geduurende desselfs vertoef voor Nantes ter rheede van Pain Boeuf gedeserteert geweest synde Ses Mattroosen in Namen Christiaan Reiman, Theunis Theunissen, Pieter Jacobus Becu, Adriaan Ijsbrandsen Seeuw, Jacob Oolman en Christoffel Wijs, is op Zyn E:s afvraage, wat reedenen hunl: gemoveert hadden, hunnen bescheydenen bodem te Verlaaten, en sig fugatief te stellen, door deselve eenparig betuygt geworden, dat wanneer op den 19 Febr: met voorsz: Hoeker in Zee gestooken waaren, denselven als te Swaar gelaaden Zijnde, reets kort daarna, tot twee maalen toe, aan ‘t sinken geraakt was, Syl: oversulx niet anders dan een gewisse dood voor Oogen gesien hadden, weshalven vervolgens, of op den 23 maart, vermits Swaare Stormen en hooggaande Zeën, ten eynde ‘t Schip soo veel doenelijk verligting bij te brengen, ook Vier Stucken geschut, beneevens eenige kisten en Vaatwerken zijn over boord geworpen geworden, boven ‘t welke op den 10: April hunnen bodem soo diep onder water geleegen hadde, dat hetselve van vooren de back over, en dus over het geheele schip tot in de Cajuijt quam te Stroomen, soo dat dat water met putsen en hoosvaten daar weederom moest uijtgemant worden, als wanneer ook de Focke mast over boord geraakt was, terwijl Sijlieden wijders geduurende hun reys van de Rheede van Rammekens tot in Vrankrijk den meesten tyd in ‘t water hebbende moeten Staan, daar door hunne kleederen altyd nat, en aan hunne Lighaamen als verrot waaren, met verdere byvoeging, dat eijdelijk voor Nantes en ter rheede van Pain boeuf gearriveert Zynde, de inwoonders aldaar hun nog bevreesder gemaakt hadden, vermits hun quamen te verseekeren, dat het schip te hoog getuijgt was, en Zijl: niet behouden ter hunner gedestineerde Plaatse Souden kunnen aanlanden, om alle welke Reedenen Sijlieden, als voor hun leeven billijglijk vreesende, en uyt aenmerkinge der reets geleedene ongemacken, niet konden besluyten, om met dien bodem hunne reijs herwaarts te vervorderen, maer hun Oversulx van denselven geabsenteerd hebben, dog naderhand wanneer door een hunner Stuurlieden opgespeurd, en tot hun pligt waaren aangemaant geworden, Zijl: hun goedwillig daer toe hadden laaten beweegen, in hoop en wensch, dat God hun wilde bewaren en brengen ter plaatse hunner begeerte.’

‘gelijk jul: neevens hunne officieren in ‘t vervolg dan ook hun best devoir tot behoud van schip en Zielen aangewend hadden.’

‘Met eyndelijke betuijging, dat zij door hunnen voorm: gesaghebber of d’ andere officieren geensints qualijk, maar zeer wel gehandelt waaren, hun behoorlijk randsoen genooten, en dus niets te klagen hadden.’

‘Hebbende den ondergeschreevene verders neevens den Equipagiemeester deeser plaatse Hendrik Tael ook het op die reijze door den opgem: gesaghebber van Pantichem en Zijne Stuurlieden gehoudene Scheeps Journaal naauwkeurig g’ Examineert, dog daar uyt ook geen ‘t minste wan gedrag of pligtversuijm Strijdig teegens d’ ordres der E: Comp: konnen ontdecken.’

‘Terwijl door den veel ged:n gesaghebber tot nadere Elucidatie syner gemaakte Costen daer ter Plaatse, aan den ondergeteekende dusdanige reekening Courant, van S’ E: comp: Correspondent te Nantes de Heer Michel is ter hand gesteld, als denselven d’ Eer heeft hierneevens meede over te leggen.’

’/:onderstond:/’

‘Hiermeede dan vermijnende aan de hoog g’ Eerde Intentie onser heeren Majores voldaan te hebben, Soo dient deesen tot een Eerbiedigst berigt.’

’/:was geteekent:/’

‘P: v: Reede van Oudshoorn.’

’/:in margine:/’

‘Overgegeeven in Raade van Politie den 22: Jan:rij 1760.’

Maandag den 24: deCemb: 1759.

‘In gevolge het door de heeren majores bij derselver g’ Eerde missive van den 12: Julij deeses jaars geordonneerde, mitsgaders het dien aangaande sub dato 11: deeser in Raade van Politie alhier genoomene besluijt, den Heer Independent Fiscaal Pieter van Reede van Oudshoorn ten overstaen van d’ E E: Christoffel Brand en David d’ Aillij, als gecommitteerde leeden uyt den E: Agtb: Raad van Justitie deeses Gouvernements, gehoord en ondervraagt hebbende, de van den Hoeker de Neptunus geduurende desselfs vertoef voor Nantes ter rheede van Pain Boeuf gedeserteert geweest synde Ses Mattroosen in Namen Christiaan Reiman, Theunis Theunissen, Pieter Jacobus Becu, Adriaan Ijsbrandsen Seeuw, Jacob Oolman en Christoffel Wijs, is op Zyn E:s afvraage, wat reedenen hunl: gemoveert hadden, hunnen bescheydenen bodem te Verlaaten, en sig fugatief te stellen, door deselve eenparig betuygt geworden, dat wanneer op den 19 Febr: met voorsz: Hoeker in Zee gestooken waaren, denselven als te Swaar gelaaden Zijnde, reets kort daarna, tot twee maalen toe, aan ‘t sinken geraakt was, Syl: oversulx niet anders dan een gewisse dood voor Oogen gesien hadden, weshalven vervolgens, of op den 23 maart, vermits Swaare Stormen en hooggaande Zeën, ten eynde ‘t Schip soo veel doenelijk verligting bij te brengen, ook Vier Stucken geschut, beneevens eenige kisten en Vaatwerken zijn over boord geworpen geworden, boven ‘t welke op den 10: April hunnen bodem soo diep onder water geleegen hadde, dat hetselve van vooren de back over, en dus over het geheele schip tot in de Cajuijt quam te Stroomen, soo dat dat water met putsen en hoosvaten daar weederom moest uijtgemant worden, als wanneer ook de Focke mast over boord geraakt was, terwijl Sijlieden wijders geduurende hun reys van de Rheede van Rammekens tot in Vrankrijk den meesten tyd in ‘t water hebbende moeten Staan, daar door hunne kleederen altyd nat, en aan hunne Lighaamen als verrot waaren, met verdere byvoeging, dat eijdelijk voor Nantes en ter rheede van Pain boeuf gearriveert Zynde, de Inwoonders aldaar hun nog bevreesder gemaakt hadden, vermits hun quamen te verseekeren, dat het schip te hoog getuijgt was, en Zijl: niet behouden ter hunner gedestineerde Plaatse Souden kunnen aanlanden, om alle welke Reedenen Sijl:, als voor hun leeven billijklijk vreesende, en uyt aenmerkinge der reets geleedene ongemacken, niet konden besluyten, om met dien bodem hunne reijs herwaarts te vervorderen, maer hun Oversulx van denselven geabsenteerd hebben, dog naderhand wanneer door een hunner Stuurlieden opgespeurd, en tot hun pligt waaren aangemaant geworden, Zijl: hun goedwillig daer toe hadden laaten beweegen, in hoop en wensch, dat God hun wilde bewaren en brengen ter plaatse hunner begeerte.’

‘Dat sijn E: hun wyders afgevraagt hebbende, of Zijl: misschien ook door hunnen gesaghebber ofte andere officieren kwalijk gehandelt, dan wel in hun randsoen verkort geworden waren, wierd daarop door hunl: volmondig Geantwoord van Neen, onder verdere betuijging, dat hunne officieren soo wel als Zyl: hun devoir hadden aangewend tot behoud van Schip en Zielen, en voor ‘t overige ook nergens over te klagen hadden, maar door deselve wel waaren behandelt geworden /:onderstond:/ In ‘t Casteel de goede Hoop’

‘Dië et anno ut Supra /:lager/ mij Present /:en get:/ L:S: Faber gesw. Clercq:’

Naar welkers Lectuure goedgevonden is, dat het voorsz: Schriftuur met de daar aan geannexeerde Reecq: en verdere Papieren in Copia aan haer wel Edele Groot Agtb: de Heeren bewindhebberen ter Camer Zeeland sullen werden overgesonden.

Hierna geresumeert weesende de Reecq: der hier te lande Synde Vijf kerken, is daar op verstaan, dat deselve volgens gebruijk in Copia naar het Vaderland Sullen werden overgesonden, luijdende voorsz: Reecq: als volgt.


'T Generaale Montant des Capitaals deeser Caabse Diaconij Armen, bestaande in de volgende, te weeten.
A:o 1759 P:mo Januarij was 't Capitaal groot   ƒ233804:15:-:
In dit Jaar bygekoomen
Aan Aalmoesen ƒ4911:- :
d:o Grafsteede d:o 1182:- :
d:o Intresten d:o 8648:03:
d:o Armbossen d:o 537:17:
d:o Testamentaire giften d:o 648:- :
d:o Verhuurde gestoeltens d:o 288:- :
d:o Huys Huur d:o 100:16:
d:o Winst en Verlies d:o 427:14: d:o 16743:10:-:
    ƒ250548:05:-:
Gaat af.
Aan onkosten der Armen ƒ13590:06:
D:o d:o d:o kerk d:o 1511:-: d:o 15101:06:
Blijft onder Ultimo December 1759   ƒ235446:19:
Bestaande in de volgende Parthijen als
Aan Cassa over Restant ƒ20613:17:
d:o Obligatiën en Custing brieven d:o 153001:06:
d:o Agterstallige Intresten d:o 10584:12: ƒ18199:15:
d:o Ornamenten tot de kerk ƒ1099:10:
d:o huyssen over bouwstoffen d:o 12547:14:
d:o de Diaconie van Stellenbosch d:o 7200:-:
d:o d:o d:o d:o 't swart Land d:o 19200:-:
d:o d:o d:o d:o 't Land van waveren d:o 11200:-: d:o 51247:04:
  Somma ƒ235446:19:

'T Generaale Montant des Capitaals deeser Caabse Diaconij Armen, bestaande in de volgende, te weeten.
A:o 1759 P:mo Januarij was 't Capitaal groot   ƒ233804:15:-:
In dit Jaar bygekoomen
Aan Aalmoesen ƒ4911:- :
d:o Grafsteede d:o 1182:- :
d:o Intresten d:o 8648:03:
d:o Armbossen d:o 537:17:
d:o Testamentaire giften d:o 648:- :
d:o Verhuurde gestoeltens d:o 288:- :
d:o Huys Huur d:o 100:16:
d:o Winst en Verlies d:o 427:14: d:o 16743:10:-:
    ƒ250548:05:-:
Gaat af.
Aan onkosten der Armen ƒ13590:06:
D:o d:o d:o kerk d:o 1511:-: d:o 15101:06:
Blijft onder Ultimo December 1759   ƒ235446:19:
Bestaande in de volgende Parthijen als
Aan Cassa over Restant ƒ20613:17:
d:o Obligatiën en Custing brieven d:o 153001:06:
d:o Agterstallige Intresten d:o 10584:12: ƒ18199:15:
d:o Ornamenten tot de kerk ƒ1099:10:
d:o huyssen over bouwstoffen d:o 12547:14:
d:o de Diaconie van Stellenbosch d:o 7200:-:
d:o d:o d:o d:o 't swart Land d:o 19200:-:
d:o d:o d:o d:o 't Land van waveren d:o 11200:-: d:o 51247:04:
  Somma ƒ235446:19:

’/:onderstond:/’

‘Aldus gedaan en getransporteerd in kerkenraaden aan Cabo de goede Hoop Ten overstaan van Mij ondergeteekende als Commissaris Politicq den 22: Januarij 1760: /:was geteekent:/ S:s Swellengrebel.’


Cassa Reecq: der Arme Gelden soo als bevonden is op ultimo Decemb:r 1759.
Debet
In Leen van haar Eerwaardens de kerkenraade van Cabo ƒ9000:-:
Het neevenstaande d:o 7495:07:
Blijft aldus de diaconies Cassa debet ƒ1504:09:
Gereduceert tot Swaargeld bedraagt ƒ1203:13: Stvr:s
Credit
bij het sluyten der voorige Jaars reecq: is 'er aan
Contanten in Cassa gebleeven ƒ2486:09:
Onder de Godsdienst in 't jaar 1759 ontfangen d:o 859:07:
Nog weegens intressen, giften, en kerke geregtigheeden &:a d:o 1165:06:
Somma ƒ4511:06:
Hiervan uytgegeeven aan alimentatiën en
diverse benoodigtheeden d:o 1820:12:
Soo dat 'er aan contanten dit jaar in Cassa blijft ƒ2690:10:
d' obligatiën bedragen d:o 4070:-:
d' agterstallige Intressen d:o 494:13:
d' kerke Ornamenten d:o 240:-:
Somma ƒ7495:07:

Cassa Reecq: der Arme Gelden soo als bevonden is op ultimo Decemb:r 1759.
Debet
In Leen van haar Eerwaardens de kerkenraade van Cabo ƒ9000:-:
Het neevenstaande d:o 7495:07:
Blijft aldus de diaconies Cassa debet ƒ1504:09:
Gereduceert tot Swaargeld bedraagt ƒ1203:13: Stvr:s
Credit
bij het sluyten der voorige Jaars reecq: is 'er aan
Contanten in Cassa gebleeven ƒ2486:09:
Onder de Godsdienst in 't jaar 1759 ontfangen d:o 859:07:
Nog weegens intressen, giften, en kerke geregtigheeden &:a d:o 1165:06:
Somma ƒ4511:06:
Hiervan uytgegeeven aan alimentatiën en
diverse benoodigtheeden d:o 1820:12:
Soo dat 'er aan contanten dit jaar in Cassa blijft ƒ2690:10:
d' obligatiën bedragen d:o 4070:-:
d' agterstallige Intressen d:o 494:13:
d' kerke Ornamenten d:o 240:-:
Somma ƒ7495:07:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en Nagesien in kerke Vergadering aan Stellenbosch den 10 Jann: 1760. /:was geteekent:/ Johannes Appeldoorn, D:l Malan, G: V:D: Bijl, P:r Laubster, H: Cloete. J:bs Conterman, D:k D: Vos.’


'T generaale Montant des Capitaals deeser Drakensteynsche Diaconie Armen bestaat in 't volgende.
A:o 1759 primo Januarij was 't Capitaal   ƒ13206:11:
In dit Jaar bijgekoomen
Aan Aalmoesen ƒ993:07:
d:o Intresten d:o 732:-:
d:o kerkhofsgeregtigheeden d:o 223:08:
d:o Testamentaire en Liberale giften d:o 62:-: ƒ2010:15:
    ƒ15217:10:
Gaat af.
aan onkosten der armen ƒ1053:12:
d:o d:o der kerk en desselfs gebouwen d:o 870:-: ƒ1923:12:-:
Blijft onder Ultimo DeCemb: 1759 d:o 13293:14:
bestaande in de volgende parthijen als
aan Cassa over restant ƒ2993:14:
d:o Obligatien en Scheepen kennissen d:o 10300:-:
Somma ƒ ƒ13293:14:-:
Gereduceerd tot Swaargeld bedraagt ƒ10635:2: Stvr:s

'T generaale Montant des Capitaals deeser Drakensteynsche Diaconie Armen bestaat in 't volgende.
A:o 1759 primo Januarij was 't Capitaal   ƒ13206:11:
In dit Jaar bijgekoomen
Aan Aalmoesen ƒ993:07:
d:o Intresten d:o 732:-:
d:o kerkhofsgeregtigheeden d:o 223:08:
d:o Testamentaire en Liberale giften d:o 62:-: ƒ2010:15:
    ƒ15217:10:
Gaat af.
aan onkosten der armen ƒ1053:12:
d:o d:o der kerk en desselfs gebouwen d:o 870:-: ƒ1923:12:-:
Blijft onder Ultimo DeCemb: 1759 d:o 13293:14:
bestaande in de volgende parthijen als
aan Cassa over restant ƒ2993:14:
d:o Obligatien en Scheepen kennissen d:o 10300:-:
Somma ƒ ƒ13293:14:-:
Gereduceerd tot Swaargeld bedraagt ƒ10635:2: Stvr:s

’/:was geteekent:/’

‘P: v:d: Spuij, Charle Marais, R:V:D: Merwe, Pieter Loret, Daniel Rossouw, Paul Roux, J: Blignaut, Andries du Tooij, Johannis Petrus Roux, Pieter de Villiers. D:Z:’


Cassa Reekening der arme gelderen, soo als bevonden is, in 't Land van Waaveren , Sub Ultimo DeCembris 1759.
Sub ultimo DeCbris: 1758 resteerde aan Contanten ƒ1212:02:
geduurende dit jaar an Collecten daar bij gekoomen
In 't Land van Waaveren d:o 794:02:
d:o d:o Drost Ampt Swellendam d:o 96:06:
nog weegens kerkelijke geregtigheeden ontfangen d:o 42:-:
facit ƒ2144:10:
Van deese Zomma uytgegeeven tot onderhoud van
kerk en Predikants huys &cc: d:o 354:-:
Resteerd ergo an Contanten in Cassa ƒ1790:10:
daar en teegen is deese kerk an die van Cabo de
goede hoop schuldig d:o 13000:-:
Waar van 't bovenstaande afgetrocken, So blyven wij
in 't agteren ƒ11209:06:

Cassa Reekening der arme gelderen, soo als bevonden is, in 't Land van Waaveren , Sub Ultimo DeCembris 1759.
Sub ultimo DeCbris: 1758 resteerde aan Contanten ƒ1212:02:
geduurende dit jaar an Collecten daar bij gekoomen
In 't Land van Waaveren d:o 794:02:
d:o d:o Drost Ampt Swellendam d:o 96:06:
nog weegens kerkelijke geregtigheeden ontfangen d:o 42:-:
facit ƒ2144:10:
Van deese Zomma uytgegeeven tot onderhoud van
kerk en Predikants huys &cc: d:o 354:-:
Resteerd ergo an Contanten in Cassa ƒ1790:10:
daar en teegen is deese kerk an die van Cabo de
goede hoop schuldig d:o 13000:-:
Waar van 't bovenstaande afgetrocken, So blyven wij
in 't agteren ƒ11209:06:

‘gereduceerd tot swaar geld bedraagd ƒ8967:10: Sts:’

’/:onderstond:/’

‘Aldus gedaan in onse kerkvergadering in ‘t Land van Waveren Ultimo DeCbris: 1759: /:was geteekent:/ Remmerus Harders v:D Me: Jan Theron, David van der Merwen, Jacobus de Wet. Jacobus Theron.’


Cassa Reekening der Armen Gelden Soo als bevonden is op Ult:mo DeCb: 1759.
Debet.
Uytgegeeven tot diverse benoodigtheeden ƒ424:14:
In leen ontfangen van d' Eerw: kerkenrade van Cabo d:o 24000:-:
Credit.
Bij 't Sluijten van de voorige Jaars Reecq: p:r restant
in Cassa gebleeven ƒ160:15:
Onder de Gods-dienst ontfangen d:o 565:03:
nog weegens kerk-geregtigheeden en willige giften d:o 580:02:
  ƒ1306:04:
Uijtgaaf hier van afgetrocken d:o 424:14:
  ƒ881:06:
dit restant van 't neevenstaande afgetrocken d:o 24000:-:
Soo dat de kerk nog debet blijft ƒ23118:10:
Gereduceert tot Swaar geld bedraagt ƒ18494:18: Stvrs:

Cassa Reekening der Armen Gelden Soo als bevonden is op Ult:mo DeCb: 1759.
Debet.
Uytgegeeven tot diverse benoodigtheeden ƒ424:14:
In leen ontfangen van d' Eerw: kerkenrade van Cabo d:o 24000:-:
Credit.
Bij 't Sluijten van de voorige Jaars Reecq: p:r restant
in Cassa gebleeven ƒ160:15:
Onder de Gods-dienst ontfangen d:o 565:03:
nog weegens kerk-geregtigheeden en willige giften d:o 580:02:
  ƒ1306:04:
Uijtgaaf hier van afgetrocken d:o 424:14:
  ƒ881:06:
dit restant van 't neevenstaande afgetrocken d:o 24000:-:
Soo dat de kerk nog debet blijft ƒ23118:10:
Gereduceert tot Swaar geld bedraagt ƒ18494:18: Stvrs:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en nagesien in kerk Vergadering in ‘t Swart Land datum als boven. /:was geteekent:/ Gerard Croeser V:D:M: P:V:D: Bijl, Paul Retif, Stevanus Sebastiaan Walters, Maerten Slabber, Henderik vad: Westhuijsen, Andries Gobregt.’

Gelijk ook op heeden geleesen en nagesien Zijn, eenige versoek schriften en daar aan geannexeerde Procuratiën en Soldij reecq: door d’ onderstaande Persoonen ingeleevert, tot obtineering van Permissie om die na haare gemagtigdens te moogen oversenden, te weeten.

Jan Serrurier als Testamentaire boedelhouder van wijlen zijne eerste huysvrouw Catharina Cruytsman, en voogd over desselfs ab intestato overl: voorsoon den matt: Jan Basilius van der Swijn

Johan Fredrik Willem Böttiger en desselfs huysvrouw Sara Palingh als Erfgen: ab intestato van wijle haren Zoon Johan Petrus Böttiger

Hendrik Oostwald Muller en Jan Haszingh, als Executeurs des Testaments van wijlen den burger Commissaris Hendrik Heijns, zynde geweest vader en Voogd van desselfs ab intestato overl: soon Paul Heijns.

In welkers opsigte verstaan is, dat deselve sullen werden gesteld in handen van bovengem: Heer FisCaal, ten eynde hier omtrent volgens d’ ordres der E: Comp: te handelen.

Laatstelijk ingevolge het geresolveerde Onder den 27: nov: Pass:o ter vergaderinge gecompareert weesende den Oud Heemraad van Swellendam Jan Loots; is denselven door den Heere gouverneur weegens desselfs betoonde onwilligheijd om Zig ter eerster ontbieding van den Land-drost van ‘t Voorsz: District Jan Andries Horak bij denselven te vervoegen, Scherpelijk gereprocheert, onder ernstige bedryging wijders om bij aldien Zig in ‘t toekoomende weederom Soude moogen onderstaan, in diergelijke of andere gevallen eenige de minste disobedientie te betoonen, als dan geensints op dusdanige gratieuse wijze als thans behandelt, maar in teegendeel op ‘t rigoreuste ten exempel van andere te Sullen gestraft worden.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd. In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 112-154.

Dingsdag den {17600129} 29 Jann: 1760:

S’voormiddags alle Present.

Dewijl het aanweesend uytkoomend schip Noord Nieuwland thans weederom Zoo ver in Staat van Reijsvorderinge is geraakt, dat hetselve op Saturdag den 2: der aanstaande maand Febr: sal kunnen werden gedimitteert, en dat in teegendeel het bevoorens gearriveerde Schip Duijnenburg , Zoo ter ontlossing der daarin voor dit gouvernement in ‘t Vaderland afgelaadene goederen, als het weeder inneemen van tarw, nog eenigen Tijd alhier Zullende moeten vertoeven, het geval dus komt ‘t Exteeren, dat de door haar Wel Edele groot Agtb: de heeren der hooge Indiasche Regeeringe geordonneerde verdeeling en voortsending van ‘t geld dusdaniger Scheepen, nu omtrent gem: bodem moet worden werkstellig gemaakt, soo is bij overweeging, dat terwijl het gementioneerde Schip Noord Nieuwland zelfs een getal van 20: geldkisten komt in te hebben, en het dus niet raadsaam zoude weesen, dien bodem daar bij nog al de Contanten van Duynenburg , bestaande in 14: kisten, in te geeven, dierhalven op de Propositie van den Heere gouverneur best geoordeelt en dienvolgens beslooten, daar van maar de helft ofte Seeven kisten te ligten, en op het meergem: Schip Noord Nieuwland te plaatsen, in hoope van hiermeede dus te beeter aan de Intentie van welgem: haar Hoog Edelens noopens de verdeeling deeser Contanten sal voldaan weesen.

Vervolgens wierd door den heer Independent Fiscaal Pieter Reede van Oudshoorn, noopens de door zijn E: belegde Enquesten ter ervaaring of ‘er in het te Rio de la goa afgelegde Schip de naarstigheijd bij dies vertrek van Bengalen eenige Particuliere goederen afgescheept geweest Zijnde, deselve vervolgens t’ sij p:r Scholtenburg of den Hoeker de Hector van Rio de la goa herwaards mogten getransporteerd Zijn, het onderstaande berigt ingeleevert.

Aan den wel Edelen gestr: heere Rijk Tulbagh Raad Extra ordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop en desselfs Ressorte &:a &:a beneevens den E: Agtb: Politicquen Raad.

‘Wel Edele gestr: Heer, en E: Agtb: Heeren!’

‘Den ondergeteek: Independent FisCaal deeses gouvernements, d’ Eere gehad hebbende aan Uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: ter Politicquen vergadering van den 2: October des gepasseerden Jaers 1759: te kennen te geeven; Dat, gelyk bij Resolutie van den 21:n Junij 1757: door uw wel Edele gestr: en E: agtb: aan hem was gedemandeert, naauwkeurig Onderzoek te doen, naar sodanige Particuliere goederen, als volgens aanschrijven van den Heer Directeur en Raad in Bengalen gepræsumeert wierd, in het van daar vertrockene, en te dier tijd te Rio de la goa g’ arriveerde beschadigde Retourschip de Naarstigheijd te Zijn afgeladen, hij immediaat op ‘t arrivement van het van daar gekoomene, en aldaar de lading van ‘t voorm: Schip de Naarstigheijd overgenoomen hebbende Schip Scholtenburg en den Hoeker de Hector ter deeser Rheede, Zodanige ordres hadde gesteld, als volgens welke hij Zig ten vollen konde gerust houden, dat in gevalle ‘er eenige Particuliere goederen, in een dier kielen mogten weesen overgescheept, dezelven op geenerleij wijze hier aan de Wal Zouden kunnen werden gebragt; Dog dat, terwijl het gem: Schip de Naarstigheid te Rio de la goa allesints ten Overstaan van den doenmaals op ‘t voorsz: Schip Scholtenburg in Commando gestelden Schipper Hans Harmsz:, en den ordinaire gecommitteerde Jan Adolf Kuhl, als beyde te Samen door uw wel Edele gestr: en E: Agtb: expres gecommitteert geweest zijnde, om bij het Lossen der Lading van den voorm: bodem de Naarstigheijd present te sijn, mitsg:s desselfs lading vervolgens weederom in ‘t bovengem:den Schip Scholtenburg te doen overscheepen, was ontlost geworden, en het aan haarl: oversulx ten volle Zoude moeten bekent Zijn, ingevalle Zig daer in eenige particuliere goederen mogten hebben bevonden, hij dierhalven meede voorneemens was, deselven dienaangaande voor gecommitteerde Leeden uijt den Raad van Justitie deeses gouvernements te hooren, en verders ten belange deeser saak, sodanige andere Justitieele Enquesten te beleggen, als daar omtrent Souden werden vereyscht. Soo heeft hij dan ook in opvolginge van dien, wanneer ‘t voorm: schip Scholtenburg neevens den Hoeker de Hector hier ter rheede gereverteerd waaren, Zig neevens de E: E:s Pieter Coningh en Pieter Hacker, leeden van den Raad van Justitie, ende geadsisteerd met den Equipagiemeester Hendrik Taal, naar luyd der onder L:a A: hierbij geannecteerde Notul over evengem: E E:s gecommitteerdens op den 8: Octob: A:o Pass:o gehouden, voor eerst vervoegd naar boord van het voorgeciteerde Schip Scholtenburg , en aldaar aanvankelijk soo wel d’ opper- als deks officieren van het te Rio de la goa afgeleyde voorm:de Schip de naarstigheijd , thans op voorsz: bodem Scholtenburg bescheyden Synde, in Serieuse Termen, en ten aanhooren van genoegsaam al ‘t gemeene volk afgevraagt. Of haarlieden niet bewust was, dat ‘er voor hun vertrek uyt Bengalen eenige Particuliere goederen van Lywaaten of Rijst in ‘t gedagte Schip de Naarstigheid waaren ingelaaden geworden, mitsg:s in hoe veel Packen of Sacken deselve bestaan, en aan wie toebehoort hadden. Met ernstige waarschouwinge wyders, dat indien door iemand iets versweegen ofte agtergehouden wierd, en ‘t selve naderhand ontdekt mogte werden, deselve als dan met deportement, dan wel andersints na Exigentie van Zaaken, swaarder gestraft zouden werden.’

‘Waarop door haarlieden eenpariglyk geantwoord Zynde, dat zij van geen Particuliere goederen wisten, nog hun ook niet bekend was, deselve op Bengaalen aan boord gekoomen te Zijn, met presentatie, hetselve met Eede te willen bevestigen; heeft den ondergeteek: ter Presentie als vooren, mitsg:s meede ten aanhooren van een iegelijk op ‘t Schip Zig g’ inquireert bij den voorsz: Schipper Hans Harmensz en verdere officieren van dien bodem, te weeten: Of zijlieden ook eenige Particuliere goederen, het zij Packen met Lywaten ofte Zacken met Rijst uyt het voorsz: Schip de naarstigheyd op Rio de la goa mogten ingeladen, en herwaarts getransporteert hebben, alles meede onder voorhouding der Pœnaliteijten, in gevalle Zij hieromtrent iets quamen te verswijgen: Op ‘t welk zijlieden egter gezamentlijk betuijgt hebben, niets het allerminste der voorsz: goederen te Rio de la goa overgenoomen, en herwaards gebragt te hebben. En welk een en ander zij ook presenteerden ten allen tyde met solemneele Ede gestand te doen.’

‘Waarop den ondergesz: neevens d’ E E: gecommitteerdens, en den Equipagiemeester tot Visitatie van voorsz: bodem Scholtenburg getreeden Synde, het geheele ruijm van de broodkamer af, tot het Schot van ‘t watergat toe, gelijk meede het watergat zelfs, voor in de Hel, het Kabelgat, de Constabels Camer, de broodkamers, en Zeijlkooi, het Hok tusschen deks, en de Cajuijt, naauwkeurig doorzogt, dog niets dienaangaande gevonden hebben. Invoegen Zij dan hierop, en naar dat de scheeps overheeden, en mindere officieren nogmaals betuijgt hadden, direct of indirect van geen Particuliere goederen te weeten, van meerged:ten Schip Scholtenburg na den als nu meede van Rio de la goa te rug gekoomen weesende Hoeker de Hector zijn gegaan, en aldaar ook exacte Inquisitie naar dikwerf gerepte ongepermitteerde goederen gedaan, mitsg:s dies scheepelingen meede alles wat hun door het verswijgen van dien Zoude kunnen overkomen, voorgehouden hebbende, ongeagt dit alles niets hebben kunnen ontdecken, en daarop gezamentlyk na de wal weederom Zijn te rug gekeert.’

‘Naar ‘t welke den ondergesz: dan vervolgens ook, den voorn: Schipper Hans Harmensz, en den meede bovengen:de ordinaire gecommitteerde Jan Adolf Kuhl voor E E: gecommitteerde Leeden van Justitie alhier heeft g’ appointeert: Als wanneer dezelven bij haare deesen sub L:a B: bijgevoegde verleende, mitsg:s gerecolleerde en b’ Eedigde verclaring betuijgt hebben, dat het voorm: Schip de Naarstigheid te Rio de la goa , in ‘t geheel en tot den kiel allesints in hunlieder Presentie ontlost geworden Zijnde, Zijlieden, behalven de gepermitteerde kisten der Deks officieren, geen de minste particuliere of ongebrande goederen, hoe ook genaamt, in voorm: bodem ontdekt hadden.’

‘Waarna den ondergeteekende, uijt overweeging, dat door veelged:te Schipper Hans Harmensz met den meergem: Hoeker de Hector , voor zijne reijze met het schip Scholtenburg na Rio de la goa ter overbrenginge van Provisie aan ‘t voorgerepte Schip de Naarstigheijd , reeds twee Togten derwaarts waaren gedaan, denselven nog eens afzonderlyk voor E E: gecommitteerde Justitieele Leeden gehoord hebbende, hij Hans Harmensz: hier op bij de onder L:a C: hiermeede bijgevoegde, en door hem insgelijx beEedigde attestatie heeft verclaard.’

‘Dat hij op desselfs te rug reijze met dien Hoeker van Rio de la goa na herwaarts, geen particuliere Rijst of Lywaaten heeft overgebragt, dan eenlijk drie kleyne Pakjes voor den burger Capitain alhier Jan Fredrik Willem Buttiger, en welke drie Pakjes, die onder berusting geweest Zijn van den met de boot van ‘t voorsz: Schip de Naarstigheijd naar Mosambique gezondene stuurman Jan Soeteman van delfshaven, hem Harmensz: door den Capitain Lieutenant Pieter Schoneman zijn overhandigt geworden, om deselve aan gem: Böttiger te bestellen, zonder dat hem egter bewust is, wat zig in voorsz: Pakjes bevonden heeft, met betuijging voor ‘t overige ten vollen verseekert te Zijn, dat door niemand der verdere op den Hoeker de Hector bescheijden Sijnde Persoonen, eenige Lywaten of Rijst, hoe wynig ‘t ook zoude moogen Zijn is aangebragt geworden.’

‘Weshalven den ondergesz: dan eijndelijk meede nog, omme ook niets te versuijmen, wat hem eenige Elucidatie van den Inhoud dier Pakjes konde geeven, den voorged:en Jan Fredrik Böttiger voor E: E: gecommitteerdens uyt den voorgeciteerden Raad van Justitie, uijtwijsens de onder L:a D: hierneevens meede leggende desweegen gehoudene aanteekening, noopens die door den meerged:en Hans Harmensz met den Hoeker de Hector van Rio de la goa voor hem Böttiger aangebragte voorm: drie Pakjes, Exactelijk ondervraagd, en daarop van denselven tot antwoord bekoomen heeft.’

‘Dat het de Waarheijd was, dat hij Böttiger drie kleijne Pakjes ontfangen had, die hem door den Seedert gerepatrieerden, en op Bengalen bescheijden geleegen hebbenden Boek houder Willem Beens tot een Contra Present waaren toegezonden, weegens eenige mandjes met Thuijnzaden, die hij Böttiger aan voorsz: Beens naar Bengalen had gezonden; Met betuijging dat Zig in een dier Pakjes eenige Ponden Breij Cattoen, in ‘t tweede Thien Paren boven, en in ‘t derde Thien Paaren onderkousen tot Zijn eijgen gebruyk bevonden hadden; Mitsg:s dat hem ged:en Pakjes waaren in huijs gebragt, door een man van ‘t Schuijtsvolk, Zonder, vermits den Langen tusschen tijd desselfs Naam te weeten, nog hem te kennen, als meede, dat die Pakjes soo klijn geweest waaren, dat die mattroos deselve buyten voorweeten van den ondergeteekende aan de wal gebragt Had.’

’/:onderstond:/’

‘Hiermeede dan gedenkende aen d’ g’ Eerde Intentie van Uw wel Edele gestr: en E Agtb: voldaan te hebben, soo dient deesen voor Pligtschuldig Rapport.’

’/:was geteekent/’

‘P: v: Reede van Oudshoorn’

’/:in margine/’

‘geproduceerd ter vergaderinge van Politie aan Cabo de goede hoop den 29:e Januarij A:o 1760:’

‘Maandag den 8: October 1759.’

‘Den Heer Independent FisCael Pieter van Reede van Oudshoorn ingevolge het aan Zijn E: gedemandeerde bij Politicque Raads besluyt de dato 21: Junij 1757:, mitsg:s het geene hierop door sijn E: in welgem: vergaderinge sub dato 2: deeser loopende maand October, is te kennen gegeeven, zig met ende neevens d’ E E: Pieter Coning en Pieter Hacker, leeden van den E: Agtb: Raad van Justitie, ende geadsisteerd met den E: Equipagiemeester Hendrik Taal, op huyden morgen vervoegt hebbende, aan boord van het van Rio de la goa gereverteerde, ende thans ter Rheede leggende Schip Scholtenburg , heeft gem: Heer FisCaal aanvankelijk Soo wel de opper als deksofficieren van het te Rio de la goa voormelt afgelegde Schip de Naarstigheid , thans op voorm: bodem Scholtenburg bescheijden Synde, in serieuse Termen, en ten aanhooren van genoegsaam al ‘t gemeene volk, afgevraagt, of haarlieden niet bewust was, dat ‘er voor hun vertrek uyt Bengalen eenige particuliere goederen van Lywaaten of ryst in ‘t gedagte Schip de Naarstigheijd waaren ingeladen geworden, mitsg:s in hoe veel Packen of Sacken deselve bestaan, en aan wien toebehoord hebben, met ernstige waarschouwinge wijders, dat indien door iemand iets versweegen ofte agter gehouden wierd, en ‘t selve naderhand ontdekt mogte worden, deselve als dan met deportement dan wel andersints na Exigentie van Saaken Swaarder gestraft Souden werden; waarop door haarlieden eenpariglijk geantwoord synde, dat sij van geen particuliere goederen wisten, nog hun ook bekend was, deselve op Bengaalen aan boord gekoomen te Zijn, met presentatie hetselve met Eede te willen bevestigen, heeft welgem: Heer FisCaal ter presentie als vooren, mitsg:s meede ten aanhooren van Een iegelijk op ‘t Schip Zig geinquireert bij den geduurende de heen en weeder reijze naer en van Rio de la goa het Commando op ‘t Schip Scholtenburg gevoerd hebbende Schipper Hans Harmsz, en verdere officieren van dien boodem, te weeten: of Zyl: ook eenige Particuliere goederen, het zij Packen met Lywaat ofte Sacken met rijst, uyt het voorsz: afgelegde Schip de naarstigheijd op Rio de la goa mogten in gelaaden, en herwaards getransporteerd hebben, alles meede onder voorhouding der pœnaliteijten, ingevalle zij hier omtrent iets quamen te verswijgen, op ‘t welk Zijlieden gezamentlijk betuijgden, niets het alderminste der voorsz: particuliere goederen te Rio de la goa overgenoomen, en herwaards gebragt te hebben, welk een en ander zij ook presenteerden, ten allen tijde met solemneelen Eede gestand te doen.’

‘Waarna voorsz: Heer FisCaal E E: gecommitt:s en Equipagiemeester tot visitatie van voorsz: bodem Scholtenburg getreeden Zynde, het geheele ruijm van de broodCamer af tot het Schot van ‘t Watergat toe, gelijk meede het watergat, zelfs voor in de hel, het Cabelgat, de Constabels Camer, de broodCamers, en Zeijlkooij, het hok tusschen deks, en de Cajuijt naaukeurig doorsogt, dog niets dies aangaande gevonden hebben, invoegen haer E E: naar dat de Scheeps overheeden en mindere officieren nogmaals betuijgd hadden, direct of indirect van geene particuliere goederen te weeten, van meergem: Schip scholtenburg , na de hoeker de Hector , als nu meede in geselschap van Eerstgem: bodem van Rio de la goa te rug gekoomen weesende, Zijn gegaan, en aldaar meede exacte Inquisitie naar dikwerf gerepte ongepermitteerde goederen gedaen, mitsg:s dies Scheepelingen meede alles wat hun door het verswijgen van dien, Soude kunnen overkoomen, voorgehouden, dog ongeagt dit alles niets hebben kunnen ontdecken, daarop gesamentlijk weederom na de wal Zijn te rug gekeert.’

’/:onderstond:/’

‘Cabo de goede Hoop datum ut supra /:lager/ Mij present /:was geteek:/ L: S: Faber gesw: Clercq.’

‘Compareerden voor ons onderget: gecommitt:s uyt den E: Agtb: Raed van Justitie deeses gouvernements, den op het aanweesend Schip Scholtenburg , geduurende dies heen en weeder reijze naar en van Rio de la goa ‘t Commando gevoerd hebbenden manhaften Schipper Hans Harmsz: mitsg:s den ordinaire gecommitteerde Jan Adolff Kuul, als met ende neevens den eersten Comp:t door den wel Edelen heer gouverneur en den E: Agtb: Politicquen Raad deeser plaatse expres gecommitteert geweest Zynde, om bij het ontlossen der lading van het te Rio de la goa voorm: afgelegde Bengaalse Schip de Naarstigheijd , present te Zijn, mitsg:s deselve lading vervolgens weederom in bovengem: bodem Scholtenburg te doen overscheepen, ende verClaarden zij Comp:en beyde ter requisitie van den Heer Independent Fiscaal Pieter van Reede van Oudshoorn, dat het gedagte Schip de Naarstigheijd ter voorm: plaatse in ‘t geheel, en tot op den kiel toe, allesints in hunlieder presentie ontlost geworden Zynde, Zij Comp:ten behalven de gepermitteerde kisten der officieren, geen de minste particuliere ofte ongebrande goederen, hoe ook genaamt in voorm: bodem ontdekt te hebben, met presentatie deese hunne depositie ten allen tijden, nader te Zullen gestand doen.’

’/:onderstond:/’

‘Aldus gepasseerd aan Cabo de goede hoop den 18: Octob: 1759 voor d’ E E:s Pieter Coningh en Pieter Hacker leeden uyt den E: Agtb: Raad van Justitie voorm: die de minute deeses beneevens de Comp:ten ende mij gesw: Clercq meede behoorlijk hebben gesubscribeert. /:lager:/ ‘T welk ik getuijge /:was geteekent:/ L: S. Faber gesw: clercq.’

‘Recollement.’

‘Compareerden voor ons onderget: gecommitt:s uyt den E: Agtb: Raad van Justitie deeses gouvernements voorm: Hans Harmsz: en Jan Adolf Kuuhl dewelke deese hunne gegeevene depositie van woorde tot woorde klaar en duydelijk voorgeleesen Zijnde, verClaarden daar bij ten vollen te persisteeren, begeerende oversulx niet dat ‘er iets meer bijgevoegt ofte van gedaan werden Zal, en spraken zij Comp:ten ter bevestiging der waarheyd van dien, een ijder in ‘t bysonder de solemneele woorden, Soo waarlijk help mij god Almagtig.’

’/:onderstond:/’

‘Aldus gerecolleert ende beEedigt in ‘t Casteel de goede Hoop den 25 Jann: 1760: voor d’ E E:s Jan Fredrik Tiemmendorf en Pieter Hacker leeden uyt den E Agtb: Raad van Justitie voorm:, die de minute deeses, beneevens de Comp:ten ende mij gesw: Clercq meede behoorlijk hebben gesubscribeert.’

’/:lager:/’

‘’T welk ik getuijge /:was geteekent:/ L:S: Faber gesw: Clercq.’

‘Compareerde voor ons ondergeteek: gecommitt:s uyt den E: Agtb: Raad van Justitie deeses gouvernements den thans op den hier Permanenten Hoeker de Hector bescheijdenen Schipper der E: Comp: Hans harmsz:, van Competenten ouderdom, denwelken ter Requisitie van den Heer Independent FisCaal Pieter van Reede van Oudshoorn verclaarde hoe waar is.’

‘Dat hij Comp:t op de twee togten die hij voor de Reyse naar Rio de la goa met het Schip Scholtenburg , tot het overbrengen van Provisie aan ‘t aldaar geleegen hebbende Retourschip de Naarstigheid met den Hoeker de Hector derwaards gedaan heeft, op desselfs te rug Reijze van daar naer herwaards geen particuliere lijwaaten ofte reijst alhier heeft overgebragt, dan eenelijk drie kleijne pakjes, voor den burger Capitain alhier Jan Fredrik Willem Böttiger, welke drie Pakjes die onder berusting geweest Zijn, van den met de bood van voorsz: Schip de Naarstigheijd naar Mosambique gesondenen Stuurman, hem Comp:t door den Cap:t Lieut: Pieter Schooneman Zijn overhandigt geworden, om deselve aan gem: Böttiger te bestellen sonder dat hem Comp: egter bewust is, wat zig in voorsz: Pakjes heeft bevonden.’

‘Betuijgende den Comp:t voor ‘t overige ten vollen verseekert te sijn, dat door niemand der verdere op den Hoeker de Hector bescheijden Zijnde Persoonen, eenige lijwaaten of Rijst is overgebragt geworden, hoe wijnig ‘t ook Soude moogen Zijn.’

‘Welk voorenstaanden den Comp:t verclaarde bereijd te Zijn, om altoos nader gestand te doen.’

’/:onderstond:/’

‘Aldus gepasseerd In ‘t Casteel de goede hoop den 22: Jann: 1760: voor d’ E E:s R:S: Alleman en P:r Hacker leeden uyt den E: Agtb: Raad van Justitie voorm:; die de minute deeses beneevens den Comp: ende mij Secretaris meede behoorlijk hebben gesubscribeert.’

’/:lager/’

‘’T Welk ik getuijge /:was geteekent/ C:L: Neethling secret:s’

‘Recollement.’

‘Compareerde voor ons ondergeteek: gecommitt:s uyt den E Agtb: Raad van Justitie deeses gouvernements, voorm: Hans Harmsz:, denwelken deese zijne gegeevene verklaaring van Woorde tot woorde klaar ende duydelijk voorgeleesen werdende betuijgde daarbij volkoomen te persisteeren, niet begeerende oversulx dat ‘er iets meer bijgevoegt ofte van gedaan werden Zal, en sprak hij Comp:t ter bekragtiging der Waarheid van dien, de solemneele woorde, Soo waarlijk help mij God Almagtig.’

’/:onderstond:/’

‘Aldus gerecolleerd ende beEedigt In ‘t Casteel de goede hoop den 25 Jann: 1760: voor d’ E E: J: F: Tiemmendorf en P: Hacker, leeden uyt den E Agtb: Raad van Justitie voorm:, die de minute deeses beneevens den Comp: ende my gesw: Clercq meede behoorlijk hebben gesubscribeert.’

’/:lager:/’

‘’T Welk ik getuijge /:was geteekent/ L: S: Faber gesw. Clercq.’

‘Dingsdag den 22: Jann: 1760: S’ voornoens present d’ E E: Rudolph Siegfried Alleman en Pieter Hacker.’

‘Den heer Independent FisCaal Pieter van Reede van Oudshoorn, op heeden voor haar E E:s bovengem: hebbende doen appoincteeren, den burger Capitain alhier, Jan Fredrik Willem Böttiger, om denselven te hooren, weegens seekere drie Pakjes, die den schipper Hans Harmsz: blijkens desselfs voor haar E E:s bovengemeld, verleende verClaaring voor gerepte Böttiger met den Hoeker de Hector van Rio de la goa heeft meede gebragt: Soo heeft meergem: Böttiger op de bij gem: Heer Independent FisCaal aan hem gedaane exacte afvraage betuijgt waar te weesen, dat hij drie kleyne Pakjes had ontfangen, die hem door den seedert gerepatrieerden, en op Bengalen bescheijden geleegen hebbenden boekhouder willem Beens tot een Contra Present waaren toegesonden, weegens eenige mandjes met Thuijnzaaden, die hij Böttiger aan voorsz: Been naar Bengalen had besorgt, Seggende gerepte Bottiger wijders, dat Zig in een dier Pakjes eenige Ponden braaij Cattoen, in ‘t tweede thien Paren boven, en in ‘t derde thien Paaren onder Cousen tot Zijn eijgen huys gebruijk bevonden hadden; mitsg:s dat hem gedagte pakjes waaren in ‘t huys gebragt, door een man van ‘t schuytsvolk, Sonder, vermits den langen tusschen tijd, desselfs Naams te weeten, nog hem te kennen, als meede dat die Pakjes soo kleijn geweest waaren, dat dien mattroos deselve buyten voorweeten van voorm: Heer Independent FisCaal aan de wal gebragt had.’

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede hoop datum ut Supra /:was geteekent:/ C: L: Neethling Secret:s’

Naar welkers Lectuure goedgevonden en verstaan is, dat dit Schriftuur met de daar aan geannexeerde bijlagen aan onse hoog gebiedende heeren en meesteren in ‘t Vaderland Zal werden overgesonden.

Door den Cap:t van het ter rheede leggend Frans schip le gange Mons: Magon de la ville bagge aan den Heere gouverneur te kennen gegeeven Zijnde, dat hij met desselfs voorm: onderhebbenden bodem van Mauritius herwaards hadde overgebragt, een parthij van 300 Stucken swart Ebbenhout dewelke te samen Circa 30‘000 Ponden in gewig te komen uyt te maaken, met Presentatie wijders, om in gevalle men dit hout ten behoeve der E: Comp:van hem Zoude willen Koopen, hij bereijd was de voorm: Parthij van 300: Stucken teegens 1 1/2 Reaal of Stuk van agte voor ijder af te staan, heeft men bij overweeging dat het Ebbenhout, ‘t welk in den Jaere 1756: alhier van ‘t frans schip Le S:t Charles omtrent teegens de Selfde Prijs is ingekogt, bij verkoop in neederland, na aftrek van alle ongelden nog 120: P:r C:to advans heeft afgeworpen, dierhalven beslooten, de voorsz: Parthij van 300: Stucken Swart Ebbenhout bij aldien deselve van de vereijschte qualiteijten Zijn, en te Samen 30‘000: Ponden in gewigte koomen uyt te maaken, ten Prijse als bovengemeld is, van gem: Franssen Capitain ten behoeve der E: Comp: te laaten inkoopen, om vervolgens bij bequaame Scheeps geleegentheijd na het Vaderland te werden overgesonden.

Soo als ook op het bij Request gedaane versoek van den adsistent Benjamin Seydler beslooten is, dat in Zijn faveur aan haar Wel Edele hoog Agtb: de heeren Seeventhienen Zal werden geschreeven, ten eynde desselfs huysvrouw Cornelia van der Riet bij bequaame Scheeps geleegentheijd herwaards moogen overkoomen: Terwijl daarneevens aan d’ Edele heeren bewindhebberen ter Camer Zeeland waar voor gem: Seydler is uytgevaaren, ook op het eerbiedigst zal werden versogt, dat de door hem ten behoeve Zijner geciteerde huijsvrouw gemaakte maandCeel van drie maanden gagie, als dan mag werden geroijeert.

Synde Laatstelijk bij nadere resumptie der Procuratiën en Soldij reecq: koomen te blijken, dat deselve door den Heer Independent FisCaal Pieter Reede van Oudshoorn onderZogt en wel bevonden Zijn; weshalven men aan dies eygenaars heeft gepermitteerd, om deselve naar haare gemagtigdens in ‘t Vaderland te moogen oversenden.

Aldus Geresolveerd ende gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 155-164.

Dingsdag den {17600205} 5: Febr: 1760:

alle Present.

Op heeden geleesen weesende Seekere verclaring door d’ ordinaire gecommitt: Jan Adolph Kuuhl en Jan Fredrik Pricelius verleend, noopens derselver bevinding bij openinge van Sodanige twee Packen met Cassembasaarsse Chitsen, genomm:t N:o 577 en 578, als Alhier P:r ‘t Schip ‘T Huijs ten Donk van Bengalen zijn aangebragt, luydende als volgt.

‘Den wel Edelen gestr: Heere Rijk Tulbagh, raad Extra ordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop &:a &:a ons ondergeteekendens hebbende gelieven te Committeeren, tot het ontfangen van Sodanige 2: Packen met voerChitsen als ‘er alhier met het Bengaals Retourschip ‘T Huys ten Donk sonder Factuur Zijn aangebragt, Soo verclaaren wij Zulx verrigt en deselve aan den Pakhuysmeester d’ E: David D’ Aillij in presentie des Schippers van gem: bodem overgeleevert te hebben, als werd gespecificeerd.’

‘1: Pak N:o 577: daarin volgens dies opschrift moeste zijn 100 p:s Chitsen, bij dies openen bevonden 92 p:s sonder afpak briefje, koomende het beschreeven B:to gewigt ook niet te accordeeren, synde in steede van 320: maar 300 lb:, d’ Emballagie en kruijstouwen egter wel geconditioneert, mitg:s een dier Chitsen aan de kant gevlekt.’

‘1: Pak N:o 578: daarin moeste weesen 73 P:s, volgens het hierbij gelegde afpak briefje, hebbende egter maar bevonden 64 p:s waarvan nog 9: P:s aan de kanten zijn gevlekt, dies B:to gewigt is in Steede van 235:, 208 lb, de Conditie betreffende d’ Emballagie is als vooren.’

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop den 6: Jann: 1760 /:was geteekent:/ J:A: Kuuhl J:F: Pricelius.’

Is hierop goedgevonden en verstaan, om de daar bij vermelde gevlekte 10 P:s Chitsen bij publicque vendutie voor ‘t geene deselve zullen koomen te gelden, te doen verkoopen, dog daar en teegen de te kort koomende 17 Stux, vermits bij de geciteerde verclaring komt te blyken, dat d’ Emballagie van beyde Packen, waarin deselve te min bevonden Zijn, Zoo wel als de kruystouwen en Zeeguls wel geconditioneert Zijn geweest, gelijk meede, dat het bruto gewigt derselve, te weeten, dat van N:o 577: 20 lb:, en dat van N:o 578 d:o 27 lb: minder bevonden is, als deselve van buyten zijn beschreeven geweest, en dat eyndelijk in ‘t eerstgem: Pack geen afpak briefje is gevonden geworden, de voorsz: te kort koomende 17 p:s Chitsen oversulx, Conform d’ ordres der heeren van de hooge Indiase Regeeringe de directie van Bengalen zullen werden aangereekent.

Vervolgens aan den Schipper van ‘t ter rheede leggend retourschip Amerongen Christiaan Hansen, uyt hoofde van desselfs Swaare indispositie hebbende moeten werden gepermitteerd, eenigen tijd ter deeser Plaatse met stilstand van gagie te moogen verblijven, is voorts in Steede van denselven ter nadere approbatie van haar wel Edele hoog Agtb: de heeren Majores in ‘t Patria weederom tot schipper op ‘t selve Schip amerongen aangesteld, den daarop bescheyden geweest zynde opperstuurman Christiaan Blom van Amsterdam, met halveering van gagie tot ƒ54: ter maand, en in desselfs plaats tot opperstuurman insgelyx met halveering van besolding tot ƒ40 maands den onderstuurman Arend Willemsz van Dantzick, mitsg:s den Schieman Jan Daniel Wiljouw van Hoorn weederom tot onderstuurman met ƒ23: per maand bevordert; Zullende wyders het gementioneerde Schip Amerongen aan den voorseyden nieuw aangestelden Schipper volgens d’ ordre der E: Comp: door Expresse gecommitterdens werden Overgegeeven.

Soo als ook in Steede van den op de herwaards reijze overleedenen

Secretaris der retourvloot Jan Fredrik van Seets op het voordragen van den Commandeur over deselve d’ heer Coert Roseboom daar toe weeder is aangesteld, den met het Schip Schagen van Batavia vertrockenen adsistent Christiaen Albregt Lehman.

En dewijl tusschen den met het meede aanweesend retourschip de vrouw Elizabeth van Batavia vertrockenen ondercoopman Anthonij van Bijweegen, en den Schipper dier kiel Fredrik Willardt, op de herwaards reijze eenige disputen zijn ontstaan, heeft men dierhalven tot voorkoominge van alle verwarringen op voorsz: bodem goedgevonden, gedagten onderCoopman Bijweegen, ingevolge Zijn hier om gedaan versoek, op het voor de Camer Zeeland thuijsvaarend schip Tulpenburg te laten overgaan, mits egter desselfs gepermitteerde bagagie in eerstgem: bodem koomen te verblijven.

Sijnde al verder verstaan, omme Seekeren Marthinus Suijdewind die a:o Pass:o voor soldaat met het schip Vreedesteijn alhier is aangeland, als op Batavia geschavotteerd weesende, weederom per het Presente Retourschip de Standvastigheijd naar ‘t vaderland te rug te Senden.

Laatstelijk is op het diesweegens bij request gedaane versoek van den burger Marthinus Broekmans aan denselven toegestaan, onder betaaling van het daertoe Staande Transport en Costgeld, om in de Cajuijt gelogeert en getracteerd te werden, met een der ter rheede leggende Retourscheepen naar ‘t Patria te moogen overvaaren.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 165-170.

Woensdag den {17600213} 13 Febr: 1760:

S’ voormiddags alle Present.

Wierd door den Heere gouverneur ter vergaderinge geproduceert, twee brieven door den franssen gouverneur van ‘t Eijland Mauritius d’ heer de Forges Boucher, mitsg:s den Superieuren Raadt aldaar, aan welgem: Heere Gouverneur en Raad deeser plaatse gerigt, gedateerd 4: en 8: Januarij Jongstl: behelzende, dat haar Ed: hadden moeten besluyten, weederom een Esquader oorlogscheepen onder het bevel van Le Chevalier de Palliere die Zig op het heeden morgen ter deeser rheede gearriveerde Schip le Vengeur komt te bevinden, herwaarts te senden, ten eijnde zig alhier in selvervoegen als in ‘t gepasseerde Jaar is geschied, van eenige Provisiën te voorsien, en vervolgens weederom naar ‘t bovengem: Eijland Mauritius te retourneeren; met bygevoegd versoek wijders, dat aan den heer Babinet, aan wien de besorging van al het benoodigde ten behoeve van ‘t voorsz: Esquader was opgedragen, daartoe de vereijschte Permissie mogte werden verleend; waarop goedgevonden en beslooten is, aan gem: Heer Babinet t’ accordeeren, de meergem: benoodigde Victualiën alhier te moogen inkoopen, wel te verstaen in soo verre Zulx Sal kunnen geschieden buyten prejuditie van ‘t geene men voor d’ E: Comp: Soo ter versending na Batavia als tot Consumptie in dit gouvernement zal komen te benoodigen.

Synde voorts aan de volgende met het bovengemelde Oorlogschip Le Vengeur hier aangekoomene fransse Passagiers, op derselver diesweegens gedaane versoeken gepermitteert, nog met d’ ondertenoemene thans Zeijl rhee leggende S’ E: Compagnies Retourbodems naer Europa te moogen overvaaren, als.

Met de Standvastigheijd

de graven Maudave, ende Maulde, beyde Collonels der Infanterije ten dienste Syner koninklijke majesteijt van Vrankrijk neevens derselver drie Domesticquen genaamt de Chevreau, Antoine en Renaudin.

Met de Vrouw Elisabeth .

De heeren Gueuhellette geweesene Conseiller van Pondicherij , en de Villeneuve Cap:t der Infanterije ten dienste als bovengem:, met haare domesticquen in naamen Antoine, Marquis, en Auguste, Zynde de laetste beneeden den 12: jaaren oud.

Met OudCarspel

de heeren S:t Maurice en Alvarez d’ Herbellin, neevens derselver bediendens gen:t Marechal en Poulmar.

Onder Conditie egter, om niets meer of anders, dan de tot derselver Lighaamen gehoorende bagagie te moogen meede neemen; en dat wijders ‘t ordinaire transport en Costgeld. zoo voor derselver Persoonen als domesticquen alhier in S’ E: Comp: Cassa behoorlijk zal moeten werden voldaan.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd. In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 171-190.

Dingsdag den {17600226} 26 feb: 1760:

S’ voormiddags alle Present.

Na dat op heeden was geresumeert geworden, het op den 13: deeser loopende maand genoomene besluyt, waarbij onder anderen aan den Commissaris over de ter rheede leggende Fransse Oorlog- en Comp:e Scheepen de heer Babinet is geaccordeert, om ten behoeve zoo van evengem: bereyts hier gearriveerde, als nog van Mauritius verwagt werdende, en meede tot het Esquader van den Ridder de Palliere gehoorende Scheepen, die benoodigde Provisiën en Victualien in te koopen, voor soo verre Sulx Zoude kunnen geschieden buyten Prejuditie van het geene men voor d’ E: Comp: zoo ter versending naar Batavia als ten dienste deeses gouvernements zoude koomen te benoodigen; Geliefde den heere gouverneur deesen aangaande te kennen te geeven, dat nademaal men ondervonden heeft, dat het jongst ingeougste graan gewasch bij het uijttrappen of dorsschen van hetselve, om verre na soo veel niet heeft koomen te beschietten, als men daarvan, nog in de garven Zynde, hadde te gemoed gesien; sijn Edele dierhalven, om Zoo na moogelyk te kunnen weeten, wat men buyten eijgen ongerief daarvan aan de franssen Zoude kunnen laten volgen, niet alleen exact hadde laaten opneemen, het nog in s’ E: Comp: Pakhuijsen aan handen Zijnde, Coorn van het voorl: Jaarsse gewasch, maar ook de quantiteijt van het geene, dat volgens de diesweegens verleende ordonnantiën van den nieuwen ougst, aan d’ E: Comp: staat geleevert te werden, en dat hierop bevonden was, dat ‘er onder ult:mo Januarij Jongstl: in ‘t geheel 11008: mudden oud Coorn restant geweest zijnde, Seedert tot dato deeses nog maar d’ ordonnantien tot leverantie van 8471: mudden waaren gemaakt geworden, ‘t geen dus te samen de quantiteijt van 19479: mudden quam te bedragen, dog dat hier en teegen, staande deese maand, zoo aan de gepasseerde Scheepen verstrekt, als p:r Noord Nieuwland en Duynenburg na Batavia waaren versonden, omtrent 3000 mudden van voorsz: graan, waar bij gevoegd Zynde groote 6000 mudden, die volgens het geresolveerde onder den 8: Januarij laatstl: aan den franssen Cap:t de la vilbagge zijn toegestaan, mitsg:s nog Circa 2600 mudden, die ‘er vereijscht wierden tot 300‘000 lb Biscuyt, mitsg:s 60‘000 lb meel, om dewelke gedagten heer Babinet hoofdsaakelijk ten behoeve van ‘t voorsz: Esquader heeft koomen te versoeken, dit alles met malkanderen gereekent de quantiteijt van 11367 lb: zoude koomen uyt te maaken, ‘t welk van de boven aangehaalde thans aan handen zijnde, mitsg:s nog van de landbouwers ‘t ontfangenen 19479: mudden afgetrocken Zijnde, ‘er als dan wijnig meer dan 8000 mudden zoude koomen over te schietten, en dat dit gevolgelijk niet quam toe te reijken, tot het geene ‘er alleen ter versending naar India werd gerequireert; Weshalven hij heere gouverneur vermeynde het volstrekt noodsakelyk te Zijn, dat men, ten eynde d’ E: Comp: in allen gevalle buyten eenige verleegentheid te houden, niet alleen geen de minste quantiteijt t’ Zij van Coorn, Biscuyt ofte meel, buyten ‘t geene hier boven is gespecificeerd, aan de franssen diende te laaten volgen, maar dat daar en boven ook ten behoeve der E: Comp: behoorden te werden genaast, Zodanige 4000: mudden van het meergem: graan, als door den burgerweesmeester Jacobus Blanckenberg bereyts zijn opgekogt, met voorneemen, om hetselve aan de franssen te leeveren: Over welk een en ander met attentie gedelibereert weesende, is hier op Conform het voor wel op gem: heere gouverneur gedaane voorstel, voor den meesten dienst der E: Comp:, mitsg:s het gemeene welzijn in dit gouvernement, goedgevonden en verstaan, dat behalven de gementioneerde quantiteijt van ruijm 6000 mudden Coorn, 300‘000 lb: Biscuijt en 60‘000 lb: meel, mitsg:s het brood dat zij tot haar dagelijxe consumptie koomen te benoodigen, niets meer van ‘t een of ander door de franssen sal moogen ingekogt, ofte van hier vervoerd werden, en dat wijders de door gem: Jacobus Blanckenberg ingeslaagene 4000: mudden Coorn teegens d’ ordinaire Prijs van ƒ8: voor d’ E: comp: zullen werden genadert; maar nademaal door de wijnige Spoed die voorwaartsgem: Cap:t de la Vilbagge met het ontfangen en afscheepen der voorsz: aan hem geaccordeerde Tarw komt te maken, voor als nog geen naamwaardige ruijmte in S’ Comp: Coorn Pakhuijsen werd gevonden, ten minsten zoo veel niet, om daarin de meergeciteerde 4000: mudden te kunnen bergen, heeft men dierhalven al verder op de Propositie van den heere gouverneur verstaan, om ingevalle de Particuliere Pakhuijsen, waarin het Soo evengem: graan Zig thans komt te bevinden, sodanig gesteld Zijn, dat hetselve daarin verder met gerustheid kan blijven leggen, deselve Pakhuijsen als dan van dies eijgenaars sullen werden gehuurd, voor soo lang als men die ten dienste der E: Comp: Zal koomen te benoodigen, Zynde oversulx ten eynde hier van behoorlijk verseekert te Zijn, d’ E E: Pieter Hacker en oloff Martini Bergh, gecommitteerd, om de dikwerf gem: Pakhuysen, soo wel als het in deselve leggende Coorn naauwkeurig te besigtigen.

Wijders in overweeginge genoomen weesende, dat de thans ter deeser rheede leggende fransse Oorlog Scheepen le Vengeur en le Centaure ijder met tusschen de 5 a 600 coppen bemand Zijnde, bovens dien nog dagelijx meede van Mauritius alhier verwagt werden, de scheepen Le Fortune van 64: en le S:t Louis van 56 st: Canon, die waarscheijnelijk met geen minder getal manschappen als de twee eerste voorsien weesende, d’ Equipagie dier vier scheepen, gevolgelijk met die van het meede aanweesend schip Le Lis , tusschen de 2 a 3000: Coppen Zal koomen te bedragen, is hierop raadsaamst geoordeelt, en dienvolgens beslooten, dat om Zoo veel moogelijk zij teegens alle verrassingen gesecureert te weesen, het op de Batterijen en Redouten gehoorende volk steeds bij der hand gehouden werdende, men voorts ten eersten een detachement van 50: man te paard uyt de landmilitie van buyten Sal doen opkoomen, om neevens deese Caabse burgers de wagt te houden; Terwijl bovens dien ook Staande vergaderinge door den Edelen Heer gouverneur aan den heer L:t Collonel Meinertzhagen gelast wierd, om de militaire buyten wagt aan ‘t Zeehoofd, mitsg:s die in de linie en op de voorsz: batterijen en Redouten over al te doen verdubbelen, gelyk meede om te besorgen, dat door de voorsz: Posten des nagts bij Continuatie langs ‘t Strand behoorlijk werd gepatroulleert: dog waarop door gem: Heer Meinertzhagen wierd te kennen gegeeven, dat dewijl de bij ‘t Bataillon Zijnde officieren thans maar in twee Lieutenants en 4: vaandrigs, buyten den adjudant quaamen te bestaan, en van dit klijn getal dagelijx een officier op de hoofd, en een op de patroulle wagt moetende trecken, deselve dus, wanneer alle Present zijn, om den anderen dag moeten dienst doen, terwijl deselve nu bij indispositie van den lieutenant Koning, of ook maar bij ‘t minste voorval dat ‘er een officier op Commando werd g’ Emploijeert, den eenen dag van de wagt koomende, den volgende weederom moeten optrecken, dat ook verders, dewijl het voorsz: hier guarnisoen houdende bataillon militairen niet meer dan 350 Zoldaaten in Rijen en geleederen komt uyt te maaken, deselve oversulx door het verdubbelen der bovengem: gedetacheerde Posten insgelyx om den anderen dag wagten moetende doen, den dienst dierhalven Zoo voor d’ officieren als gemeenen te swaar quam te vallen, gelijk Zulx in den voorl: Jaare geduurende het vertoef alhier van ‘t frans Esquader onder Le Chevalier de Ruis is ondervonden, en waarom dan ook bij besluijt deeses raads de dato 27 Maart a:o pass:o was goedgevonden, om naar ‘t vertrek van ‘t voorsz: Esquader, aan ‘t guarnisoen tot een douceur voor de door hetselve gedaane swaare diensten, een legger wijn, mitsg:s wat Pijpen en Taback S’ Comp:s weegen te doen afgeeven; Waar op in overweeginge genoomen Zijnde, dat de Presente haggelijke tijds omstandigheeden egter absolut vereijsschen, dat men zig teegens alle verrassingen soo veel moogelijk in staat van defentie koome te houden, heeft men dierhalven op het voorstel van den heer gouverneur moeten besluyten, dat tot wegneeming der voorseijde Zig daarteegens opdoende Swaarigheeden, het meergemelde bataillon militairen deeses Casteels, tot 400 Coppen in rijen en geleederen gebragt werdende, voorts twee der bequaamste Sergeanten tot Vaandrigs zullen werden aangesteld, waartoe dan ook de Persoonen van Philip van Heyden en Johannes Steijn met de daar toe gehoorende gagie van ƒ40: ter maand zijn bevorderd geworden, ter g’ Eerde nadere approbatie der heeren Majores in ‘t Patria, aan wien hier van bij ons eerst af te gaen Schryvens de verschuldigde Kennisse Zal werden gegeeven, in vertrouwen dat haar wel Edele Hoog Agtb: de onvermijdelijke noodsakelijkheijd deeser Schickingen insiende, Zig deselve Zullen gelieven te laaten welgevallen.

Synde voorts op het diesweegens door voorwaartsgemelde Chevalier De Palliere gedaan versoek beslooten, dat aan Zijn Ed: ten behoeve van desselfs onderhebbenden bodem Le Vengeur twee swaare ankers en een d:o touw, neevens twee masthouten van 22: en 23: @ 24: Palmen, tot het maaken van Stengen mitsg:s ten dienste van ‘t Schip Le Centaure Insgelijx een Swaar anker zullen werden bijgeset.

En is vervolgens ook nagesien geworden de generaale reekening der weesgelden, Sodanig als deselve onder Ultimo December des verweekenen Jaars ter weesCamer Zijn bevonden, luydende als volgt.


Generaale Reekening des weescamer aan Cabo de goede hoop onder ult:o DeCemb: 1759.
1759 P:mo Jann: was 't Capitaal
op de boeken Rx: 277860:35:
d:o d:o d:o d:o d:o d:o restant der
Contanten op de openstaende boedels d:o 6192:06: Rij: 284052:41:
In dit Jaar bygekoomen
Op de boeken, als.
over de op intrest uytstaande
Capitaalen en verscheene renten Rij: 6079:31:
d:o nieuwe bewijsen d:o1798:47:
d:o de tot voordeel der weesen
ingekoomene Penn:en d:o 7800:40:
d:o de openstaande
Boedelreekeningen d:o 3495:- :
    Rij: 19174:22:
    Rij: 303227:15:
Afgegaan.
op de boeken, als.
over betaalde bewijsen Rij: 4342:34:
d:o uytgegeevene Contanten
tot Voldoening en onderhoud,
mitsg:s Camer ongelden d:o 40207:45:
d:o de openstaande
boedelreekeningen d:o 6052:38:
    Rij: 50603:21:
resteerd onder dato deeser een somma van   Rx: 252623:42:
Evengem: Capitaal bestaat.
In diversse verband brieven Rix: 207331:14:
d:o Verscheene Intressen d:o 10858:11:
d:o 't debet der weesCamer
Van Amsterdam d:o 2611:34:
d:o d:o d:o d:o d:o Batavia d:o 331:16:
d:o d:o d:o d:o d:o Rotterdam d:o 3001:24:
d:o d:o restant der Contanten
op de Boeken d:o 24855:23:
d:o d:o d:o d:o op de openstaande
boedelreekeningen d:o 3634:16:
    Rij: 252623:42:

Generaale Reekening des weescamer aan Cabo de goede hoop onder ult:o DeCemb: 1759.
1759 P:mo Jann: was 't Capitaal
op de boeken Rx: 277860:35:
d:o d:o d:o d:o d:o d:o restant der
Contanten op de openstaende boedels d:o 6192:06: Rij: 284052:41:
In dit Jaar bygekoomen
Op de boeken, als.
over de op intrest uytstaande
Capitaalen en verscheene renten Rij: 6079:31:
d:o nieuwe bewijsen d:o1798:47:
d:o de tot voordeel der weesen
ingekoomene Penn:en d:o 7800:40:
d:o de openstaande
Boedelreekeningen d:o 3495:- :
    Rij: 19174:22:
    Rij: 303227:15:
Afgegaan.
op de boeken, als.
over betaalde bewijsen Rij: 4342:34:
d:o uytgegeevene Contanten
tot Voldoening en onderhoud,
mitsg:s Camer ongelden d:o 40207:45:
d:o de openstaande
boedelreekeningen d:o 6052:38:
    Rij: 50603:21:
resteerd onder dato deeser een somma van   Rx: 252623:42:
Evengem: Capitaal bestaat.
In diversse verband brieven Rix: 207331:14:
d:o Verscheene Intressen d:o 10858:11:
d:o 't debet der weesCamer
Van Amsterdam d:o 2611:34:
d:o d:o d:o d:o d:o Batavia d:o 331:16:
d:o d:o d:o d:o d:o Rotterdam d:o 3001:24:
d:o d:o restant der Contanten
op de Boeken d:o 24855:23:
d:o d:o d:o d:o op de openstaande
boedelreekeningen d:o 3634:16:
    Rij: 252623:42:

’/:onderstond:/’

‘Ter WeesCamer aan Cabo de goede hoop ult:mo DeCember 1759. /:lager/ continueerende en aankomende weesmeesteren /:was geteekent:/ P:v: Reede van Oudshoorn, H:O: Eksteen, T:C: Rönnenkamp, J:bs Blanckenberg, D: Westerhoff, H:O: Muller /:in margine:/ afgaande weesmeester /:en geteekent:/ J: V:D: Riet.’

Syn de Laatstelijk aan den oud Burgerraad Jan Serrurier en den burger Hendrik Gerhard op derselver diesweegens bij Requesten gedaene versoeken geaccordeert, haare Leyfeijgenen genaamt Januarij van mallabar en Christijn van de Caab uijt Slavernij te ontslaan en onder behoorlyke Cautie in Vrydom te moogen Stellen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S: Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 191-217.

Dingsdag den {17600304} 4: Maert 1760.

S’ voormiddags alle Present, uytgenoomen den E: Dispencier Christoffel Brand, mist occupatie.

D’ E: E: Pieter Hacker en Oloff Martini Bergh, ingevolge en ter voldoening der op hun verleende Commissie, Zynde weesen bezigtigen, het bij d’ E: Comp: genaaste Coorn van den burger weesmeester Jacobus Blanckenberg, mitsg:s teffens opgenoomen hebbende, de gesteldheijd der Pakhuysen, waarin Zig hetselve komt te bevinden; Wierd als nu deesen aangaende door deselve gerapporteerd, dat Zij niet alleen het voorsz: Coorn allesints goed en Zonder eenige vermeijtering of andere defecten hadden bevonden, maar dat ook de Pakhuysen waarin hetselve geborgen is, dusdanig gesteld Zijn, dat ingevalle het graan, bij Continuatie maar behoorlijk wierd verarbeid, men hetselve als dan daarin verder met gerustheijd Zoude kunnen laten leggen, met bijvoeging wyders, dat gementioneerden Blanckenberg had aangenomen, het meergem: Coorn nog geduurende den tijd van twee maanden voor d’ E: Comp: na vereijsch gade te slaan, Sonder deselve daar voor iets in reecq: te brengen, bij aldien hij maar binnen een dag of agt mogte werden ontheft van de quantiteijt van een Duysend mudden, dewijl hij Blanckenberg op een Spoedige afscheeping van hetselve, staat gemaakt hebbende, daarvan in het Pakhuys van de wed: wylen den E: winkelier Cornelis Eelders, en in dat van den Adsistent van der Sluys meer geborgen had, als de Ruymte derselver quam toe te laten, om het Coorn te kunnen verwerken, waar door hij gevolgelijk buyten Staat Zoude Zyn, om ingevalle ‘er bij een Schielijke reegen eenige inwaatering mogte bespeurd worden, het Coorn behoorlijk voor Schaade te kunnen bevrijden; Waarover gedelibereert, en hieromtrent in Consideratie genoomen weesende, dat men voor als nog van het aan den franssen Cap:t de la vilbagge overgelatene Coorn niet ontlast zijnde, oversulx geen plaats in S’ E: Comp: Pakhuysen gevonden werd, om de voorsz: duijsend Mudden te kunnen bergen; buyten en behalven, dat bij het Leedig raaken dier Pakhuijsen de daarin gevallene ruymte in allen gevalle noodsakelijk tot berging van het voor d’ E: Comp: benodigde nieuwe graan werd vereijscht, heeft men dierhalven moeten besluijten, aan meergem: Blanckenberg te permitteeren, om de voorsz: Duijsend Mudden Tarw aan de franssen te moogen afleeveren.

Maar nademaal men komt t’ ondervinden, dat de Soo evengem: vreemdelingen Zig niet ten genoegen van oude wijnen kunnende voorsien, de Sogen: most ofte nieuwe wijn bereits hebben beginnen op te koopen, om deselve van hier te vervoeren, onaangesien die wijn dus ontijdig vervoerd werdende, notoir in korten tijd moet koomen te bederven, en oversulx aan haar van geen het allerminste nut kunnende Zijn, met dienvolgens moet vaststellen, dat deselve hieromtrent door Sommige baatsugtige wijngaardeniers of andere ingeseetenen worden misleijd en bedroogen, invoegen door dit opkoopen deeser nieuwe wijnen, grootelijx te dugten is, dat de Pagten mits gebrek aan wijnen, tot een totale ruïne Souden kunnen koomen te vervallen, en men daar en boven meede buyten Staat gesteld werden, om de benoodigde wijnen, zoo tot verstrecking aan ‘t volk van S’ E Comp: hier aankomende Scheepen, als ter versending naar ‘t Vaderland en India, te kunnen bekoomen, gelijk daar door dan al bereyts is veroorsaakt, dat d’ ingeseetenen, t geen zij daarvan tot hunne consumptie noodig hebben, tot Excessive Prijsen moeten betalen: heeft men dierhalven om teegens voorsz: onbehoorlijk gedoente te voorsien, op de Propositie van den heere gouverneur noodsakelijk geoordeelt, en dienvolgens beslooten, bij affixie van billietten t’ inderceeren en verbieden, dat van nu af aen niemand deeser particuliere ingeseetenen eenige de minste quantiteijt Sogen: Most ofte nieuw geperste wijn aan de franssen of andere hier aankomende vreemdelingen zullen moogen verkoopen, ofte onder wat benaaming het ook Zoude moogen Zijn, te leeveren, op Pœne van hierop agterhaald werdende, in een boete van Een Duijsend Caabse guldens te Zullen vervallen.

En dewijl ook Seedert eenige dagen herwaards niet alleen Zeer veel bisschuijt voor de franssen van buyten is opgebragt, maar dat ook bovensdien hier aan de Caab voor deselve veel van dat gebak werd vervaardigt, en men uijt dien hoofde niet sonder reeden moet bedugt Zijn, dat ingevalle hier teegens almeede niet in tijds wierde voorsien, de Leverantie daarvan, mitsg:s den uytvoer van Meel in ‘t korte verre Zoude koomen t’ Excedeeren de quantiteijt van 300‘000 lb: Bisschuyt en 60‘000 lb meel, die men volgens het geresolveerde in de Jongste vergadering aan de franssen heeft geaccordeert, te moogen afscheepen; is hierom al meede verstaan, aan alle ende een ygelijk der in deese tafelvalleij woonagtig Zynde ingeseetenen te verbieden, om geen de minste quantiteyt Bisschuijt of meel aan de franssen te leeveren, om ten behoeven derselver af te scheepen, Zonder dat alvoorens daartoe door haar van den heer Independent FisCaal een behoorlijk permissie briefje Zal Zijn versogt, en Zijl: aan Zijn E: sullen hebben opgegeeven, de quantiteijt van het door hem af te leeverene Bisschuijt of meel, ten eynde daervan door gem: Heer fisCaal Successivelijk exact berigt aan den Heere gouverneur Zal kunnen werden gedaan; op Pœne wyders, dat de geene die hieromtrent in gebreeken Zullen blyven, dan wel eenig Bisschuyt of meel meerder koomen af te leeveren, als door haar opgegeeven, deselve insgelijx Zullen vervallen in een gelijke boete van Een Duysend guldens indische Valuatie.

Door den Eerw: Predikant Henricus Cronenburg, als teegenwoordige Præses deeses Caabsen Kerkenraads versoek gedaan Zijnde, dat het gem: Collegie mogte werden gequalificeert, om uyt haare arme Penn: de somma van Twee Duysend en Vijf hondert guldens, aan den kerkenraad in ‘t swarte Land ter leen te moogen afgeeven, ten eynde tot voltooijing van hetgeene ‘er nog aan ‘t Predikants huys Zoude koomen t’ ontbreeken, te werden geëmploijeert; heeft men bij overweeging, dat de soo evengem: Swartlandse kerk niet alleen bereits een Considerabel montant van ƒ24000:-: aan deese diaconije debet is, maar dat ook in den Jaare 1756: aan den kerken raed aldaar is toegestaan, om Zoo wel hier aan de Caab als onder haare eyge gemeijnte een Collecte te moogen doen, Zonder dat het deesen Raade gebleeken is, wat daarvan is ingekomen, nog ook waartoe hetselve ten principaele is uijtgegeeven, oversulx niet kunnen goedvinden, voor als nog in het voorsz: versoek te bewilligen, maar in teegendeel verstaan, geciteerde kerken raad in ‘t Swarte Land bij missive te doen aanschrijven, Specificq op te geeven, hoeveel ‘er bij voorsz: Collecte is ingekoomen, mitsg:s waartoe die Penn: Zijn g’ Emploijeert; gelijk meede, wat ‘er teegenwoordig nog aan ‘t meergem: Predicants huys onvermijdelijk moet werden gedaan, ten eijnde men van ‘t een en Ander ten genoegen geinformeert Zynde, als dan daaromtrent Sodanig nader besluyt Zal kunnen neemen, als men Sal vinden te behooren.

Vervolgens wierd door den Heer Hoofd administrateur Sergius Swellengrebel geproduceert d’ onderstaande Memorie.

‘Memorie van de nabesz: houtwerken, Zeep, Olyven oly, ijser Arak, en diversse andere goederen, uyt de onderstaande Scheepen Soo te kort, gebroken, als bij pijling minder, de foulij en Tabak bij ‘t openen van een Zoekel en verscheijde kassen in het Negotie Pakhuijs te kort en bedorven bevonden, als meede de lijfeijgenen in de Ses jongst gepasseerde maanden door de natuurlijke dood overleeden, en ‘t Vee in gem: tijd Soo verrekt, als door ‘t wild gedierte vernield, alles volgens verclaaringen van gecommitteerdens ensz: blijkende, namentlijk.’


Uijt 't Schip Keukenhoff :
afschrijven 2: bladen wagenschot van 1 1/4 d:m op 40 p:s te kort
2: d:o d:o d:o 1 1/2: d:o d:o 50 d:o
1: d:o d:o d:o 1 3/4: d:o d:o 15: d:o
verkoopen 5: p:s Eijke Planken d:o 2 1/2: d:o d:o 30: d:o gebrooken
1: d:o d:o d:o d:o 2: d:o d:o 25
  27: p:s gr: deelen van 1: d:m op 280: p:s als.
    afschrijven 13 p:s te kort
    verkopen 14: d:o gebrooken
verkopen 3 d:o d:o d:o d:o 2: d:o d:o 124: p:s gebroken
  44 d:o d:o latten d:o 1 1/2 en 1 1/2 d:o 150: d:o als.
    afschrijven 10: p:s te kort
    verkopen 34: d:o gebrooken
  22: d:o gesaagde deelen d:o 100: d:o als
    afschrijven 8: p:s te kort
    verkoopen 14: d:o gebrooken
  8 d:o Sparren van 36: voet op 100 p:s te weeten
    afschrijven 5: p:s te kort
    verkoopen 3: d:o gebrooken
Uijt 't Schip Duijnenburg .
afschryven 109 p:s gesort: Drinkglasen op 500 p:s bij 't openen van 1: kas N:o 133: gebrooken
23: Tonnetjes Swartsel op 500 p:s bij 't openen van 2: kassen beijde N:o 110: leedig
6 3/4 grossen korte Tabax pypen op 30: grossen in 1: kasje N:o 104 bij het openen gebrooken
9 1/2 d:o lange d:o op 40 grossen in 2: kassen, beijde N:o 135
1 1/3 Hoeden Zmeekolen op 40 hoeden bij nameeting te Min.
806: lb: ges: ijser op 64500 lb: bij naweeging te min.
103: d:o Spaanse Zeep op 2000 lb: in 4: kassen N:o 106 en 107: bij naweeging te kort.
162 6/10 kann: Olyven olij op 25: halve amen bij pijling minder, als 5: van 3 d:m 12: van 3 1/2 d:m en 8: van 4 d:m wan,
  16: p:s gr: deelen van 1: d:m op 70: p:s als.
    verkoopen 9 p:s gebrooken
    afschrijven 7: d:o te kort.
  14: d:o d:o d:o d:o 1 1/4: d:m d:o 100: d:o als.
    d:o 9: p:s te kort
    verkopen 5: d:o gebrooken
verkopen 13 p:s gr: latten van 1: en 2: d:m op 200 p:s gebroken
  8 d:o Sparren van 15 à 18 voet: op 300 p:s te weten
    d:o 5: p:s gebrooken
    afschrijven 3: d:o te kort
verkopen 2: p:s Sparren van 30 voet: op 100 p:s gebroken
10: d:o gesaagde deelen d:o 100 d:o d:o
Uijt 't Schip Nieuw Nieuwerkerk .
afschryven 319 kann: Arak op 8: leggers bij Pijling minder bevonden, als Zynde 1: van 4:, 3: van 5:, 2: van 6:, en 2 v:n 7: d:m wan, Zijnde 10 pC:to ruijm
Uijt 't Schip OudCarspel .
afschryven 312: kann: arak op 8: leggers, bij welkers Pijling 2: van 4:, 4: van 5, en 2: van 8: d:m wan, Zynde 10 pC:to r:m
Uijt 't Schip Amstelveen .
afschryven 309 kann: arak op 8: leggers bij Pyling minder, als 2: van 4:, 2: van 5:, 2: van 6:, en 2: van 7: d:m wan, weesende 10 pC:to Sch:s.
Uijt 't Schip d' Admiraal de Ruijter
afschryven 304: kann: arak op 8: leggers bij Pijling minder, als 4: van 5:, en 4: van 6 d:m wan Zijnde 10: P:r C:to Sch:s.
Uijt 't Schip Rhoon
afschryven 307: kann: Arak op 16: halve leggers bij welkers Pijling 3: van 3, 2: van 4:, 10 van 5:, en 1: van 6 d:m wan, Zijnde 10 p:r C:to Sch:s.
Uijt 't Schip Amerongen .
afschryven 306: kann: Arak op 16: halve leggers bij pyling minder als 10: van 4:, 3: van 5:, en 3 v:n 6: d:m wan Zynde 10 P:r C:to Sch:s.
Uijt 't Schip Schagen .
afschryven 228 kann: Arak op 6: leggers, bij welkers Pyling 3: v:n 5: en 3: v:n 6: d:m wan, Zynde 10: P:r C:to Sch:s.
Uijt 't Schip de Vrouwe Elizabeth
afschrijven 230: kann: arak op 6: leggers bij pijling minder, als 1: van 4:, 1 v:n 5:, en 4: v:n 6 d:m wan, Zijnde 10 P:r C:to Sch:s.
Uijt 't Schip Lijcochton
afschrijven 228: kann: Arak op 6: leggers, bij welkers Pijling 3 v:n 5: en 3: v:n 6: d:m wan, Zynde 10: pC:to Sch:rs
Uijt 't Schip de Hoop .
afschrijven 229 kann: arak op 12: halve leggers bij Pijling minder, als 5: van 4:, en 7: van 5 d:m wan, Zijnde 10: pC:to Sch:s.
Uyt 't Schip Langewijk
afschrijven 228 kann: arak op 12: halve leggers, bij welkers Pyling 2 v:n 3, 6 van 4: 1 v:n 5:, 2: v:n 6, en 1: v:n 7 d:m wan, Zynde 10 pC:to sch:s
Uijt 't Schip Barzande .
afschrijven 236 kann: arak op 12: halve leggers, bij Pijling minder, als 4: v:n 4: en 8 v:n 5: d:m wan, Zijnde 10 PC:to r:m
Uijt 't Schip de vr: Rebecca Jacoba .
afschrijven 46 kann: Clappus Olij op 5: halve leggers of 880 kann: bij welkers Pijling 1: v:n 2, 3 v:n 3, en 1: van 4 d:m wan, Zijnde 5: pC:to r:m
Uijt 't Schip Tulpenburg
afschrijven 43: kann: Clappus olij op 5: halve leggers inhoudende 866: kann: bij Pijling minder als 1: v:n 1:, 3 v:n 3: en 1: v:n 4 d:m wan Zijnde 5: p:C:to.
In 't Negotie Pakhuijs
afschrijven 2 lb: foulij bij 't openen en naweegen van Een Zoekel te kort.
  217 Tabak, als.
    afschryven 169 lb: bij 't naweegen van 96: rollen in 3 kass: N:o 147 tot 149 p: 't schip Visvliet in febr: 1754: aangebragt, te kort.
    verkoopen. 48: d:o bedorven.
  583 lb: Tabak, te weeten.
    afschrijven 231: lb: bij 't naweegen van 131 rollen in 4: kass: N:o 183 p: t schip Cattendijke in Maart 1756 aangebragt, te min.
      verkoopen 352: d:o bedorven.

Uijt 't Schip Keukenhoff :
afschrijven 2: bladen wagenschot van 1 1/4 d:m op 40 p:s te kort
2: d:o d:o d:o 1 1/2: d:o d:o 50 d:o
1: d:o d:o d:o 1 3/4: d:o d:o 15: d:o
verkoopen 5: p:s Eijke Planken d:o 2 1/2: d:o d:o 30: d:o gebrooken
1: d:o d:o d:o d:o 2: d:o d:o 25
  27: p:s gr: deelen van 1: d:m op 280: p:s als.
    afschrijven 13 p:s te kort
    verkopen 14: d:o gebrooken
verkopen 3 d:o d:o d:o d:o 2: d:o d:o 124: p:s gebroken
  44 d:o d:o latten d:o 1 1/2 en 1 1/2 d:o 150: d:o als.
    afschrijven 10: p:s te kort
    verkopen 34: d:o gebrooken
  22: d:o gesaagde deelen d:o 100: d:o als
    afschrijven 8: p:s te kort
    verkoopen 14: d:o gebrooken
  8 d:o Sparren van 36: voet op 100 p:s te weeten
    afschrijven 5: p:s te kort
    verkoopen 3: d:o gebrooken
Uijt 't Schip Duijnenburg .
afschryven 109 p:s gesort: Drinkglasen op 500 p:s bij 't openen van 1: kas N:o 133: gebrooken
23: Tonnetjes Swartsel op 500 p:s bij 't openen van 2: kassen beijde N:o 110: leedig
6 3/4 grossen korte Tabax pypen op 30: grossen in 1: kasje N:o 104 bij het openen gebrooken
9 1/2 d:o lange d:o op 40 grossen in 2: kassen, beijde N:o 135
1 1/3 Hoeden Zmeekolen op 40 hoeden bij nameeting te Min.
806: lb: ges: ijser op 64500 lb: bij naweeging te min.
103: d:o Spaanse Zeep op 2000 lb: in 4: kassen N:o 106 en 107: bij naweeging te kort.
162 6/10 kann: Olyven olij op 25: halve amen bij pijling minder, als 5: van 3 d:m 12: van 3 1/2 d:m en 8: van 4 d:m wan,
  16: p:s gr: deelen van 1: d:m op 70: p:s als.
    verkoopen 9 p:s gebrooken
    afschrijven 7: d:o te kort.
  14: d:o d:o d:o d:o 1 1/4: d:m d:o 100: d:o als.
    d:o 9: p:s te kort
    verkopen 5: d:o gebrooken
verkopen 13 p:s gr: latten van 1: en 2: d:m op 200 p:s gebroken
  8 d:o Sparren van 15 à 18 voet: op 300 p:s te weten
    d:o 5: p:s gebrooken
    afschrijven 3: d:o te kort
verkopen 2: p:s Sparren van 30 voet: op 100 p:s gebroken
10: d:o gesaagde deelen d:o 100 d:o d:o
Uijt 't Schip Nieuw Nieuwerkerk .
afschryven 319 kann: Arak op 8: leggers bij Pijling minder bevonden, als Zynde 1: van 4:, 3: van 5:, 2: van 6:, en 2 v:n 7: d:m wan, Zijnde 10 pC:to ruijm
Uijt 't Schip OudCarspel .
afschryven 312: kann: arak op 8: leggers, bij welkers Pijling 2: van 4:, 4: van 5, en 2: van 8: d:m wan, Zynde 10 pC:to r:m
Uijt 't Schip Amstelveen .
afschryven 309 kann: arak op 8: leggers bij Pyling minder, als 2: van 4:, 2: van 5:, 2: van 6:, en 2: van 7: d:m wan, weesende 10 pC:to Sch:s.
Uijt 't Schip d' Admiraal de Ruijter
afschryven 304: kann: arak op 8: leggers bij Pijling minder, als 4: van 5:, en 4: van 6 d:m wan Zijnde 10: P:r C:to Sch:s.
Uijt 't Schip Rhoon
afschryven 307: kann: Arak op 16: halve leggers bij welkers Pijling 3: van 3, 2: van 4:, 10 van 5:, en 1: van 6 d:m wan, Zijnde 10 p:r C:to Sch:s.
Uijt 't Schip Amerongen .
afschryven 306: kann: Arak op 16: halve leggers bij pyling minder als 10: van 4:, 3: van 5:, en 3 v:n 6: d:m wan Zynde 10 P:r C:to Sch:s.
Uijt 't Schip Schagen .
afschryven 228 kann: Arak op 6: leggers, bij welkers Pyling 3: v:n 5: en 3: v:n 6: d:m wan, Zynde 10: P:r C:to Sch:s.
Uijt 't Schip de Vrouwe Elizabeth
afschrijven 230: kann: arak op 6: leggers bij pijling minder, als 1: van 4:, 1 v:n 5:, en 4: v:n 6 d:m wan, Zijnde 10 P:r C:to Sch:s.
Uijt 't Schip Lijcochton
afschrijven 228: kann: Arak op 6: leggers, bij welkers Pijling 3 v:n 5: en 3: v:n 6: d:m wan, Zynde 10: pC:to Sch:rs
Uijt 't Schip de Hoop .
afschrijven 229 kann: arak op 12: halve leggers bij Pijling minder, als 5: van 4:, en 7: van 5 d:m wan, Zijnde 10: pC:to Sch:s.
Uyt 't Schip Langewijk
afschrijven 228 kann: arak op 12: halve leggers, bij welkers Pyling 2 v:n 3, 6 van 4: 1 v:n 5:, 2: v:n 6, en 1: v:n 7 d:m wan, Zynde 10 pC:to sch:s
Uijt 't Schip Barzande .
afschrijven 236 kann: arak op 12: halve leggers, bij Pijling minder, als 4: v:n 4: en 8 v:n 5: d:m wan, Zijnde 10 PC:to r:m
Uijt 't Schip de vr: Rebecca Jacoba .
afschrijven 46 kann: Clappus Olij op 5: halve leggers of 880 kann: bij welkers Pijling 1: v:n 2, 3 v:n 3, en 1: van 4 d:m wan, Zijnde 5: pC:to r:m
Uijt 't Schip Tulpenburg
afschrijven 43: kann: Clappus olij op 5: halve leggers inhoudende 866: kann: bij Pijling minder als 1: v:n 1:, 3 v:n 3: en 1: v:n 4 d:m wan Zijnde 5: p:C:to.
In 't Negotie Pakhuijs
afschrijven 2 lb: foulij bij 't openen en naweegen van Een Zoekel te kort.
  217 Tabak, als.
    afschryven 169 lb: bij 't naweegen van 96: rollen in 3 kass: N:o 147 tot 149 p: 't schip Visvliet in febr: 1754: aangebragt, te kort.
    verkoopen. 48: d:o bedorven.
  583 lb: Tabak, te weeten.
    afschrijven 231: lb: bij 't naweegen van 131 rollen in 4: kass: N:o 183 p: t schip Cattendijke in Maart 1756 aangebragt, te min.
      verkoopen 352: d:o bedorven.

‘Volgens bijgevoegde reekenings van den opsiender van ‘S Comp: Slaven Logie, gesterkt met Secretariale verclaringen, Zijn in de jongst gepasseerde maanden Septb:, Octob:, Novb: en DeCb: 1759, Jann: en febr: deeses Jaars van S’ Comp:s Slaven door de Natuurlyke dood overleeden.’


afschrijven 5: kloeke Jongens
5: Zuygende d:o
1: School d:o
6: kloeke meijden, en
6 Bandite Jongens.

afschrijven 5: kloeke Jongens
5: Zuygende d:o
1: School d:o
6: kloeke meijden, en
6 Bandite Jongens.

‘En Volgens geannexeerde reekeningen van de landdrosten, gesterkt met Secretariale beEedigde verClaringen Zijn meede in voorsz: tijd an S Comp:s beestiaal, so verrekt als door ‘t wild gedierte verslonden.’

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede hoop den 4 Maart 1760’

’/:was geteekent:/ S:s Swellengrebel.’

Naar welkers Lectuure verstaan is, dat met de daarbij vermelde gestorvene Leijfeygenen en verrekt beestiaal der E: Comp:, mitsg:s de soo te kort als bedurven aangebragte goederen, zal werden gehandelt als in margine van voorsz: Memorie Staat aangeteekent.

Sijnde hierna ook geleesen geworden, Seeker request door den Burger Andries Nolte gepresenteerd, Luydende als volgt.

Aan den Wel Edelen gestr: heer Rijk Tulbagh Raad Extra ordinaris van neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop en den ressorte van dien &&&:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren.’

‘Geeft met d’ uijtterste Eerbied en onderdanigheyd te kennen, uwe wel Edele gestr: en E Agtb: gantsch needrigen dienaar, den burger Andries Nolte, hoe des Suppl:ts woonhuys nu onlangs door Zijn geweesene Slave Jonge Januarij van Boegis op een boosaardige wijze in den brand gestooken weesende, hetselve dus met de daar in geweest zijnde goederen, Soo wel als de Loyereij en Paarde Stal, die hij ten gebruijke van desselfs Sadelmakers ambagt daarneevens had opgetimmert, ten eenemaal in de Assche Zijn gelegd geworden, door welk fataal geval hij dan ook tot d’ uijtterste armoede is geraakt: Weshalven hij Suppl:t de vrijheijd neemt, Uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: op ‘t Eerbiedigste te versoeken, dat deselve van die goedheijd gelieven te Zijn, hem een Stukje huys Erfs ter groote van twee morgen, geleegen in ‘t Land van Waveren aan de watervals berg , omtrent de plaats de Seeven Fonteijnen gen:t, in eygendom te verleenen, ten eijnde daarop de voorsz: gebouwen, die hij tot voortsetting van desselfs geciteerde ambagt hoofdZakelijk benoodigt is, weederom te kunnen opsetten.’

’/:onderstond/’

‘’T Welk doende &:a’

Waarop ter Consideratie der in ‘t gem: request aangehaalde Reedenen goedgevonden is, aan gem: Nolte in eijgendom uyt te geeven, het versogte Stukje huys Erfs en thuynland ter grootte van twee morgen, geleegen in ‘t Land van waveren aan de watervals berg , onder conditie van daer op geen vee te moogen houden, en dat ook niemand der Buuren door ‘t uytgeeven van dit Land kome benadeelt te werden.

En dewijl in Steede van den onlangs gerepatrieerden Carel David Wentzel noodsakelijk een ander bequaam Persoon werd gerequireert, om als Landmeeter te fungeeren, is dierhalven verstaen daar toe aan te Stellen den Ingenieur Joseph Ponté.

Aldus Geresolveert ende gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaere Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 218-237.

Dingsdag den {17600311} 11 Maart 1760.

S’ voormiddags alle Present, uytgenoomen den E: Coopman en dispencier Christoffel Brand, mits Occupatie.

Met het aanweesend uytkomend Schip Velzen hier aangebragt Zijnde, de seer g’ Eerde letteren van haar wel Edele hoog Agtb: de heeren majores in ‘t Patria, de dato 16: Octob: des voorl: Jaars; Zoo is naar Resumptie derselver verstaan, dat daarop met verschuldigde Eerbied zal werden gerescribeert; dat nademaal bij ons onderdanig Schrijvens van den 25: Febr: 1758: voor d’ eerste maal aan welgem: haar Edele hoog Agtb: de verpagting van den Impost op de wynen, Arak en brandewijnen aan vreemde natiën geleevert werdende, is geadviseert geworden, men dierhalven om alles distinct te noteeren, bij de opgegeevene Somma van ƒ500: ook de waarde der guldens Conform de Pagtconditie, te weeten, Indische valuatie heeft gevoegd, dog dat Sulx bij ‘t Rendement der overige Pagten, die altoos meede werden uytgeloofd, om in guldens Indische valuatie ofte teegens 16: stuyv:s als den algemeenen Standpenning hier ter plaatse, te werden betaald, niet is geschied, nademaal omtrent de Specie dier Pagtpenn: nooijt eenige veranderinge gemaakt Zynde, men dienvolgens doorgaans maer geadviseert heeft, dat de verpagting daarvan op den voorjarigen voet was gedaen.

En dewyl welgem: Heeren en meesteren verder gelieven te Zeggen, uyt d’ afgegaene missive der Hooge Indiase Regeeringe de dato 15: nov: 1757: ontwaard te hebben, dat ter dier tijd alhier aan handen quam te zijn, een somma van ƒ240‘000 aan nieuw Payement, ‘t geen met de maandelijxe opgaave van ‘t restant dier Specie niet komende t’ accordeeren, men dierhalven Zoude moeten berigten, van waar en wanneer dit Paijement hier is aangebragt, mitsg:s voor hoe veel hetselve gangbaar komt te Zijn, is hierop verstaan, hoogst deselve ten belange van ‘t een en ander t’ informeeren.

Dat in gevolge de diesweegens door haar wel Edele Hoog Agtb: gestelde ordres, Seedert veele jaaren herwaards alhier gebruijkelyk is geweest, dat wanneer Zig in S’ Comp: kleene geldCassa meerder Contanten koomen te bevinden, als den Cassier tot den dagelijxen uijtgaaf noodig heeft, dit te veel Zijnde geld als dan p:r Schriftelijke ordonn: van den Heere gouverneur, uyt de voorsz: kleene of dagelyxe geld Cassa werd overgebragt, in de binnen dit Casteel Staande wooning van den secunde, en vervolgens in een Expres hier toe geapproprieerd en wel versorgd vertrek, waar van de Sleutels ieder afzonderlijk onder den gouverneur en Secunde blyven berusten, geborgen Zijnde, aldaar in diervoegen bewaard blijft, ter tijd toe, dat ‘er weederom penn: in de meergem: kleene Cassa werden vereijscht, wanneer dan het benoodigde weederom op gelijke wijze per ordonn: derwaards werd overgebragt, invoegen de voorsz: Contanten, na maate deselve in de dagelijxe Cassa te veel, dan wel aldaar benoodigt zijn, uyt deese in de groote Cassa heen en weeder koomen te roulleeren; gelijk dan ook het montant der Penn: in evengem: groote Cassa, dat in Anno 1757: in ƒ240‘000 heeft bestaan, nu Seedert een Jaar herwaarts maar ƒ120‘000 heeft bedragen, gelijk Sulx uyt de Laatst overgesondene Negotie boeken naderZal kunnen worden beoogd.

Dat gem: somma van ƒ120‘000 in geen nieuw, dog egter hier ter plaatse goed en gangbaar Paijement komt te bestaan, mitsg:s van tijd tot tijd onder diversse andere speciën in de meer gem: dagelijxe Cassa voor d’ ordinaire S’ lands inkomsten en wat dies meer zij, ontfangen zijnde, voorts in dit gouvernement weynig ander Paijement gevonden werd, dan Seste halven, mitsg:s dubbelde en enkelde Stuijv:s, waarvan de Seste halven teegens Ses, de dubbelde Stuyv:s teegens Twee, en d’ enkelde voor een Stuijver, gangbaar Zijn: Terwijl voor ‘t overige nog goed gedagt is, dat bij de maandelijxe Rapporten weegens den opneem der reekeningen van de kleijne Cassa voortaan ook zal werden genoteerd, het montant der in de voorsz: groote Cassa berustende penn:en, ten eynde welgem: Heeren Majores den Staat derselver telkens neevens die der kleijne Cassa teffens zal kunnen blyken.

Sullende voorts bij verscheyning alhier van den professor Donati en desselfs reijsgesellen de vereijschte ordre worden gesteld, dan aan deselve geen verhindering werde toegebragt, in het voortsetten hunner natuurkundige observatiën; Terwijl men daarbij ook te gelijk zooveel moogelijk zij zorge zal doen dragen, dat door gem: Persoon geen misbruijk van de hier toe aan haar verleende permissie werde gemaakt

Maar nademaal hoogstgem: Heeren Majores, ten belange der door ons gesuppediteerde presumptive Oorsaaken der desertie van ‘t Scheeps volk te S:t Jago gelieven te betuygen, deselve te houden voor bedeeld, met bijvoeging egter, dat daar teegen moogelijk nog al wat Zoude kunnen voorsien worden, indien maar de scheepsoverheeden de verschuldigde agt daarop gaven, en dat het geval thans weederom exteert, dat de nu gearriveerde Scheepen Oosthuysen en Marienbosch het voorseyde Eyland hebbende moeten aandoen, aldaar van ‘t volk van eerstgem: kiel 17:, mitsg:s van Marienbosch 12: Persoonen zijn koomen te fugeeren; is dierhalven beslooten, hier van aan haar wel Edele hoog Agtb: de verschuldigde kennisse te geeven, met versoek, dat het deselve behaagen mogte, d’ overheeden van S’ E: Comp: uytgaande Scheepen t’ ordonneeren, daar teegen Zoo veel doenelijk zij de vereyschte voorsieninge in ‘t werk te Stellen.

Synde wyders ook verstaan, dat welgem: Heeren en meesteren voor de herwaarts Sending van den voor dit gouvernement beroepenen Predikant Jan Pieter Serrurier eerbiedig Zullen werden bedankt; Terwijl men voor ‘t overige meede in geen gebreeken Zal blijven, om bij het accepteeren van gelden op assignatiën, Zig te gedragen Conform het geene haar Edele Hoog Agtb: diesweegens bij derselver onder bovengem: 16: October Pass:o aan de heeren der hooge Indiase Regeeringe gerigte, en ons in extract bedeelde missive komen t’ ordonneeren

Vervolgens wierd door den Heere gouverneur ter vergaderinge geproduceert, d’ onderstaande brief, door den landdrost van Stellenbosch en Drakensteijn Adriaan van Schoor op gisteren aan zijn Edele geschreeven.

‘Cabo de goede Hoop’

Aan den wel Edelen gestr: Heer Rijk Tulbagh Raad Extra ordinaris van neederlands India, mitsg:s gouverneur en directeur van Cabo voorm: ende den ressorte van dien &&&:

‘Wel Edele gestr: Heer.’

‘Op het door uw wel Edele gestr: desweegens gegeeven Zeer hoog geEerd bevel, mij zoo veel doenelijk geinquireert hebbende, hoedanig het Coorngewas, naar dat hetzelve uit het stroo gebragt is, is bevonden dit Jaar te hebben geslaagt; heb ik de eer uw wel Edele gestr: althans ten onderdanigsten te berigten, dat, naarvolgens opgaave der geenen, dewelke in de districten van Stellenbosch en Drakensteijn doorgaans het meeste Coorn koomen te verbouwen, Zij, nu dat hunne graanen uit het stroo zijn gebragt, vrij minder hebben verkreegen, als door hun verwagt, en meestijds op andere Jaaren gewonnen geworden was; ‘t geen in alles Zig Zeer waarscheijnelijk koomende op te doen, Zoude men overZulx wel moogen vast stellen, dat den coornougst deeses Jaars, gantsch niet opulent is Koomen uyt te vallen, te meer, om dat in bovengem: Districten bij verre de meeste, thans ook Zeer weynig Coorn word bevonden te Zijn.’

‘Ende hiermeede besluijtende, blijve ik met verschuldigt Respect.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele gestr: Heer uwe wel Edele gestr: Zeer onderdanige en gehoorzame dienaar /:was geteekent:/ A:V: Schoor’

’/:in margine/ Stellenbosch den 10: Maart 1760.’

Naar welkers Lectuure welgem: heere gouverneur geliefde te Seggen, dat dewijl men nu genoegsaam verseekert was, dat ‘er geen naamwaardige quantiteijt Coorn meer in de buyten districten werd gevonden, en dat wijders volgens de hier van bij Zijn Edele ontfangene Rapporten bereyts meer dan 250‘000 lb: Bischuyt voor de franssen van buyten aangevoerd zijnde, het dienvolgens seer apparent was, dat het geene ‘er nog op de aan hun geaccordeerde 300‘000 lb: komt t’ ontbreeken, misschien nog wel op heeden zal werden opgebragt, en hij heere gouverneur teffens onderrigt was, dat ‘er des ongeagt nog gaande weg sterk met het backen van Bischuyt Zoo in de buyten districten als hier aan de Caab werd voortgevaaren, Zoo dat bij aldien hier teegens niet in tyds wierde voorsien, daarmeede nog Seer veel Tarw soude werden verspild; is dierhalven ten deesen Subjecte goedgevonden en beslooten, bij affixie van billietten t’ interdiceeren, dat van nu af aan, niemand geen de minste quantiteijt Bisschuyt, dewelke Soude dienen om door de Scheepen van hier te werden vervoerd, sal vermoogen te backen; Terwijl tot het opbrengen van ‘t geene ‘er bereyts ten platten lande mogte vervaardigt zijn, alleen nog maar den tijd van twee daagen van heeden af gereekent, Sal werden vergund, invoegen na aanstaande Donderdag avond ofte den 13: deeser geen Bisschuyt meer van buyten sal moogen werden opgebragt, op Pœne dat deselve dadelyk voor d’ E Comp: zal werden geconfisqueert.

Wijders door den Heere gouverneur meede te kennen gegeeven Zynde, dat nademaal voor den ontfangst van het door de heeren der hooge Indiase Regeeringe herwaarts gesondene reglement noopens de verstrecking der Randsoenen aan S’ Comp:s Scheepen bereyts waaren ingeslaagen, Zoo veel Erweten en boonen, als ‘er vereyscht wierden, om de resp: verwagt werdende Zoo uytkoomende als retourneerende Scheepen der E: Comp: daarmeede op den voorigen voet geduurende een rond jaar te kunnen voorsien, en dat door de vermindering die in de verstrecking deeser Potspijze bij het voorseyde reglement is gemaakt, te dugten is, dat den daar van aan handen zynde Voorraad door het Lang leggen, Zoude koomen te bederven, bij aldien men daarvan niet een weynig meer als hetselve Reglement dicteert, aan S’ Comp:s Scheepen quam te verstrecken, heeft men dierhalven moeten besluyten, dat Zoo verre den teegenwoordigen voorraad van Erweten en Boonen toerijkt, met dies verstrecking op den ouden voet Zal werden voortgevaaren, in hoope, dat welgem: haar hoog Edelens aan wien hier van de verschuldigde Kennisse Zal werden gegeeven, zig hetselve om de voorschreeve geallegueerde Reedenen zullen gelieven te laaten welgevallen.

Ook is door den heer Hoofd Administrateur Sergius Swellengrebel weegens den ontfangst en uytgaaf der Zeegels mitsg:s de restanten van dien ingeleevert, d’ onderstaande Reekening.


Zeeguls D' A:o 1759/60:
Debent
  van van van van van van van van van van
Ryxd:s 1/8: 1/4 : 1/2 : 3/4 : 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60:
Ultimo aug:s 1759Restant verbleven 306: 543: 283: 23: 95: 64: 64: 58: 74: 30: 8: 50: 7: 46: 4: 34: 3: 4: 5: 7:
den 24: Septb: 1759bygekoomen 1000: 600: 800: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: 50: -: -: -: -:
den 25 Jann: 1760bygekoomen 600: 500: -: -: 200: -: -: -: -: -: 50: -: -: -: -: -: -: -: -: -:
Somma 1906: 1643: 1083: 23: 295: 64: 64: 58: 74: 30: 58: 50: 7: 46: 4: 84: 3: 4: 5: 7:
Credunt
  van van van van van van van van van van
Ryxd:s 1/8: 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60:
't Zeedert p:m Septb:tot dato deeses vercogt 1135: 808: 328: -: 133: 53: 11: 29: 7: -: 6: 10: -: 1: 1: 37: 1: -: -: 1:
de dato deeses restant 771: 835: 755: 23: 162: 11: 53: 29: 67: 30: 52: 40: 7: 45: 3: 47: 2: 4: 5: 6:
Somma 1906: 1643: 1083: 23: 295: 64: 64: 58: 74: 30: 58: 50: 7: 46: 4: 84: 3: 4: 5: 7:

Zeeguls D' A:o 1759/60:
Debent
  van van van van van van van van van van
Ryxd:s 1/8: 1/4 : 1/2 : 3/4 : 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60:
Ultimo aug:s 1759Restant verbleven 306: 543: 283: 23: 95: 64: 64: 58: 74: 30: 8: 50: 7: 46: 4: 34: 3: 4: 5: 7:
den 24: Septb: 1759bygekoomen 1000: 600: 800: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: 50: -: -: -: -:
den 25 Jann: 1760bygekoomen 600: 500: -: -: 200: -: -: -: -: -: 50: -: -: -: -: -: -: -: -: -:
Somma 1906: 1643: 1083: 23: 295: 64: 64: 58: 74: 30: 58: 50: 7: 46: 4: 84: 3: 4: 5: 7:
Credunt
  van van van van van van van van van van
Ryxd:s 1/8: 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60:
't Zeedert p:m Septb:tot dato deeses vercogt 1135: 808: 328: -: 133: 53: 11: 29: 7: -: 6: 10: -: 1: 1: 37: 1: -: -: 1:
de dato deeses restant 771: 835: 755: 23: 162: 11: 53: 29: 67: 30: 52: 40: 7: 45: 3: 47: 2: 4: 5: 6:
Somma 1906: 1643: 1083: 23: 295: 64: 64: 58: 74: 30: 58: 50: 7: 46: 4: 84: 3: 4: 5: 7:

’/:onder stond:/’

‘In ‘t Casteel de Goede Hoop Ultimo Febr: 1760 /:was geteekent:/’

‘S: Swellenbregel’

’/:in margine:/’

Deese Reecq: door ons ondergeteek: FisCaal en gecommitt:s uyt den Raad van Justitie alhier behoorlijk nagesien, en met de Restanten geconfronteert zynde, is deselve in allen deele accordeerende bevonden, datum ut Supra /:en geteekent:/ P: v: Reede van oudshoorn, R:S: Allemann, D:d D’ Aillij /.lager/ mij present /:geteekent C:L: Neethling Secret:s

Waarbij koomende te Consteeren, dat de verkogte Zeegels geduurende de jongst gepasseerde Ses maanden een somma van Rijxd:s 2128:7: hebben bedragen, zal dit montant volgens gebruyk in S’ Comp:s Cassa overgebragt, en bij de negotie boeken deeses gouvernements behoorlijk werden ingenoomen.

Sijnde laatstelijk, vermits den tijd tot het opneemen der burger effecten, wederom begint te naderen, goedgevonden, om Zulx volgens het gewoone gebruyk Soo hier aan de Caab als aan Stellenbosch op Woensdag, Donderdag en Vrydag den 30 April, mitsg:s 1: en 2: Maij aanstaande, ten overstaen van den heer FisCaal, landdrost en gecommitt:s te laten geschieden, en daar van de nodige billietten te doen affigeeren.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 238-270.

Dingsdag den {17600408} 8: april 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Wierd op heeden door den Heere gouverneur in vergaderinge geproponeert, dat dewijl den onlangs hier aangekoomenen Predicant Jan Pieter Serrurier, door onse heeren en Meesteren expresselijk voor dit gouvernement uijtgesonden is, hier uijt ten klaarsten blijkt, dat haer wel Edele Hoog Agtb: niet hebben gelieven goed te keuren, de Provisioneele Schicking, dewelke voor ruijm twee Jaaren geleeden, door den Edelen Heer Commissaris Joan Gideon Loten is gemaakt, in opzigt der plaetsing van den Eerw: Predicant Remmerus Harders in het Land van Waveren , waarvan hoogstgem: onse heeren en meesteren nogthans, bereijts lang voor het uijtsenden van gedagten Predicant Serrurrier de vereijschte kennisse hebben ingekreegen, en dat bijgevolge gesegden Heer Harders bij bequaame geleegentheijd, en met desselfs Commoditeijt overeenkoomende, na Batavia Sullende dienen te vertrecken, hier uijt dan ook van Zig Selven als een natuurlijke Consequentie voortvloeijden, dat de saaken hier door weederom hersteld Zijn, in dien Staat, waarin Zig deselve bevonden hebben, voor dat boven aangehaalde provisioneele Plaatsing van den Eerw: Predicant Harders, in het Land van Waveren was geschied, en dat bijgevolge den Eerw: Predicant Johannes Fridericus Boode, dewelke voor die gemeijnte ter plaatsvervulling van wijlen den Eerw: Heer Meijering, uijtgekomen, dog ter oorsaake van het voorseijde indicent, middelerwijl als tweeden Predikant bij deese gemeijnte is geemploijeert geweest, nu na desselfs regte Standplaats het Land van Waveren diend over te gaan, om den dienst aldaar, als ordinair en permanent Leerraar, bij die gemeijnte te kunnen Presteeren, en dat vervolgens meergem: Predicant Serrurier, die in steede van den overleedene Predicant deser Caabse gemeynte, wijlen den Eerw: Heer Christiaen Benjamin Voltelen, versogt, en door onse Heeren en meesteren herwaarts gesonden is, alhier ook als Permanent Leerraar diend te worden geplaatst, om desselfs dienst in ‘t vervolg van tijd aldaer te kunnen waarneemen; betuijgende welgem: Heere gouverneur wyders, dit het gevoelen van zijn Edele Sijnde, hij nodig geoordeelt had, hetselve aan de leeden deeses raads voor te dragen, ten eijnde na overweeging van zaken, hieromtrent een behoorlijk besluijt opgemaakt, en daarvan aan welgem: onse Heeren Majores met d’ eerst vertreckende retourscheepen, de verschuldigde kennisse Zal kunnen gegeeven worden.

Waar over gedelibeert zynde, hebben d’ heer Secunde Sergius Swellengrebel, den E: Capitain militair Rudolph Sigfried Allemann, mitsg:s d’ E E:s Pakhuijsmeester David d’ Aillij, den Cassier Pieter Hacker en Secretaris van Politie Oloff Martini Bergh, zig met het gevoelen van den Heere gouverneur geconformeert; dog de heeren Independent FisCaal Pieter Reede van Oudshoorn en L:t Collonel Isaac Meinertzhagen, mitsg:s den E: Dispencier Christoffel Brand van een ander sentiment geweest Zijnde, wierd wijders door gem: Heer FisCaal, wanneer desselfs advijs wierd afgevraagd, geantwoord, dat vermits zijn E: voor eenige weijnige dagen diesaangaande met d’ heeren gouverneur en Secunde gesprooken, en ter dier occagie haar Ed:s gevoelen noopens deese saak bereijts verstaan had, hij heer FisCaal oversulx de Reedenen waarom in voorseijde verplaatsing niet konde toestemmen, in geschrifte hadde gebragt, met versoek dat deselve Zodanig bij Resolutie aengeteekent, mitsg:s in de brieven die hierover aan de heeren en meesteren staan af te gaan, mogten ter needer gesteld worden, Luijdende het voorsz: Schriftelijk advijs aldus.

Het wegsenden of verplaetsen van d’ Heer Bode hier van de Caab naar ‘t Land van waveren ; vermeijnd den ondergeteek: dat absolut niet kan geschieden, om deese navolgende reedenen.

1: Om dat zijn Eerw: bij een eenparig besluyt van deesen Raadt, in de Plaats van den overleedene Predicant Voltelen als NB: tweede vaste leerraar hier aan de Caab formeel en sonder eenige reservatie is beroepen, en

2: als Sodanig de gemeijnte Publicq voorgesteld, en dus Plegtiglijk in ‘t voorsz: beroep bevestigt is.

  1. Dat het den ondergeteek: niet bekent is, dat ‘er ‘t Zij op de Leer of ‘t Leeven van zijn Eerw: het alderminste te Zeggen valt, of dat ‘er tusschen denselve en de gemeijnte iets is voorgevallen, dat oorsaak tot zijn verplaatsing geeven kan.

4: Dat ‘er geen Speciale ordres leggen om zijn Eerw: van zijn wettig geordineerde Standplaats teegen wil en dank naar een mindere kerk gemeijnte te versenden, en dat de Periode in de laatst ontfangene brief van de heeren Majores omtrent den Eerw: Heer Serrurier niet dicteert, dat deselve hier aan de Caab moet worden beroepen, maar sulx alleen siet dat Zijn Eerw: niet uyt dit gouvernement naar India Zoude worden beroepen, ‘t welk nader is opgeheldert, door die selfde ordre door haar Ed: Hoog Agtb: aan de Hooge Indiase Regeering gegeeven, gelijk den Edelen Heer gouverneur en meer andere Leeden deeser Vergaderinge van dit selfde gevoelen Zijn geweest, wanneer in vergaderinge van den 22:e der gepasseerde maand, de bovengem: brief der heeren meesters wierd geleesen.

5: Dat het niet alleen teegen alle Kerkelijke Ordres, maar Zelfs strijdig is, met de wetten van onse Souverainen,om een Leerraar eenmael wettig beroepen zijnde, teegen wil en dank van een hooger naar een mindere Plaats te versenden.

6: Dat dusdanige verplaatsing teegens een voorgaand eenparig besluijt, sonder Speciale en uytdruckelijke last der heeren Majores, en sonder dringende noodsaake eenmaal ingevoerd Zijnde; hier uyt niet dan gevaarlijke en voor den Heijligen dienst seer nadeelige gevolgen te vreesen Zijn, die den ondergeteek: voor als nog niet nader Sal specificeeren.

Sijnde den ondergeteek: hierom van gevoelen, dat den Predicant Bode om de aangehaalde Reedenen alhier aan de Caab diend te verblijven, en dat den Predicant Harders na Batavia moet vertrecken, en den Eerw: Heer Serrurier in Zijn Plaats na ‘t Land van waveren beroepen worden /:was geteekent/ P:V: Reede van Oudshoorn.

Bij welk Schriftelijk advijs gem: Heer FisCaal versogte, dat meede mogte werden aangeteekent, dat hem niet bewust was, dat den Predikant Boode, gelijk den Heere gouverneur sulx bij sijn Edelens bovengem: Propositie geliefde te seggen, speciaal voor ‘t Land van Waveren was uytgekoomen, maar dat zijn E: ter Contrarie Sustineerde, dat denselven, even gelijk alle de bevoorens herwaarts gesondene Predicanten, door de heeren en Meesteren in ‘t algemeen voor dit gouvernement was aangenoomen, om dan volgens het al oud gebruijk door de Regeering te werden geplaatst, in Zodanige gemeijnte als ‘er bij desselfs arrivement alhier, vacant quam te Zijn.

Invoegen dan bij meerderheijd van Stemmen beslooten is, dat den Eerw: Predikant Remmerus Harders bij bequame en met desselfs Commoditeijt overeenkomende geleegentheid naar Batavia sullende dienen te vertrecken, meergem: Predicant Johannes Fridericus Bode als Permanent Leerraar naar ‘t Land van waveren Zal moeten overgaan, en D:ms Jan Pieter Serrurier als tweeden vasten Predicant bij deese Caabse gemeynte Zal werden geplaetst.

Het aanweesende en naar Bengalen gedestineerde Schip ‘T Huys te manpad thans weederom zoo verre ter reijsvorderinge in Staat geraakt Zijnde, dat hetselve binnen weijnige daagen derwaarts Zal kunnen werden gedimitteert, geliefde den Heere gouverneur ten belange van gedagten bodem te kennen te geeven, dat gelijk met de jongst uijt Bengalen geretourneerde Scheepen ‘T Huijs ten Donk en Visvliet alhier is aangebragt de teijdinge, dat tusschen onse en d’ aldaar geseetene Engelsse natie, geen geringe troubelen waaren ontstaen, zijn Edele oversulx te meerder hadde gewenscht, dat de twee andere nog uijt gemelde directie verwagt werdende Scheepen Welgeleegen en Bleijswijk spoediglijk ter deeser rheede hadden moogen koomen op te dagen, ten eijnde daarmeede eenige nadere berigten te kunnen erlangen; dog dat gem: kielen voor als nog hier niet verscheenen, en het wintersaijsoen thans bereyts vrij verre ingeschooten Sijnde, het dienvolgens aan d’ eene Zijde niet Raadsaam was, voorm: bodem ‘t Huys te manpat , in deesen Sorgelijken tijd des Jaars langer hier ter rheede te doen vertoeven; dog dat het aan den anderen kant meede ten hoogsten dangereus Zoude zijn, ingevalle met denselven in voorsz: haggelijke tijds omstandigheeden direct naar Bengalen liet vertrecken: Weshalven hij Heere gouverneur verders in Consideratie quam te geeven, of het hierom niet best en raadsaamst Soude Zijn, dat aan dies overheeden geordonneert wierd, om van hier vertreckende den Steeven naar Nagapatnam te wenden, ten eijnde aldaar nadere en seekere informatiën noopens den weesentlijken toestand der Saken in Bengalen te kunnen erlangen; te meer, dewijl de aan haarl: door de Heeren en meesteren in ‘t Vaderland ter hand gestelde Instructie, onder anderen komt te behelsen, dat ingevalle de noodsakelijkheijd mogte vereysche de Cust van Cormandel aan te doen, Zijl: als dan, niet, als te nagapatnam voorm: Zouden Moogen aanloopen; Over welk een en ander geraadpleegt Zijnde, is hier op voor den meesten dienst der E: Comp: beslooten, dat Conform het door welgem: Heere gouverneur gedaane voorstel, d’ overheeden van ‘t Voorsz: Schip ‘T Huys te manpat , bij een Schriftelijke ordre sullen werden gelast, om van hier naer Nagapatnam te stevenen, ten eijnde aldaar, gelijk gesegd is, nadere en Sekere berigten, noopens den Staat der saaken in Bengalen te kunnen erlangen, waar van aan den Heere gouverneur bij missive de vereijschte Kennisse zal werden gegeeven; met bijgevoegd versoek, dat haar Ed: bij arrivement aldaar van dikwilsgem: bodem ‘T Huijs te Manpat verders Sodanige maetregulen omtrent denselven gelieven te neemen, als deselve ten meesten dienste der E: Comp: zullen vermeijnen te behooren.

Sijnde wijders naar Resumptie van het geEerd aanschrijvens van Haar Wel Edele groot Agtb: de heeren der Hooge Indiase Regeeringe tot Batavia, de dato 18: Jann: deeses Jaars, dat met het ter rheede leggende Provisie Schip Nijenburg hier is aangebragt, verstaan, dat ten belange der daarbij door welgem: haar Hoog Edelens gerequireerde Elucidatie, noopens het Restant der geweeren, die boven de bepaaling bij de memorie van menage, in dit gouvernement werden gevonden, men deselve in alle eerbied zal berigten, dat het voorsz: Restant, niet ten dienste van het guarnisoen alleen, aan handen werd gehouden, maar dat gelijk onder hetselve komen te Sorteeren, de geweeren die ‘er voor den Slaven handel op MadagasCar benodigt Zijn, men van d’ overige quantiteijt meede noodsakelyk diend voorsien te blijven, om niet alleen de jaarlijks aankoomende manschappen onder de resp: 14: Compagniën Burger en Landmilitie, mits betaalende, het benodigde geweer te kunnen bijsetten, maar ook om in tijd van nood behoorlijk in Staat te zijn, om d’ onbruykbaar wordende geweeren der voorsz: Burgerij met andere bequame te kunnen Suppleeren.

Den hier Permanenten Hoeker Ter meijen , al seedert een geruijmen tijd herwaards dermaten Swak gesteld geweest sijnde, dat denselven niet als tot het bevaaren der Saldanhabaaij heeft kunnen werden gebruykt, en uijt dien hoofde als nu ter ordre van den Heere gouverneur gevisiteerd geworden Sijnde, wierd door Zijn Edele geproduceert, het Rapport dat door de diesweegens gecommitteerde Zee en Scheeps Timmerlieden is verleend, luijdende als volgt.

Aan den wel Edelen gestr: Heer Ryk Tulbagh, Raad Extraordinaris van Neederlands India mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop en den ressorte van dien &&&.

‘Wel Edele Gestr: Heer.’

‘D’ Onderget:ds door Uwe wel Edele gestr: bij Schriftelijke Commissie de dato 31: der even verweekene maand maart, geordonneerd geworden Zijnde, om op het naauwkeurigste te ondersoeken, den toestand van den hier permanenten Hoeker Ter meijen , en of de daar aan bevonden werdende gebreeken, ten minsten niet sodanig Zouden kunnen werden gerepareert, dat men het gemelde Vaartuijg nog eenigen tijd tot het bevaaren deeser Custen met gerustheijd Zoude kunnen Emploijeeren, dan of hetselve Zoude moeten werden afgelegt; Zoo verClaren wij bij deesen, ter Schuldpligtige Obediëntie van dien, ons aan boord van gedagten Hoeker begeeven, en bij Exact gedaane Visitatie bevonden te hebben, dat Soo wel de agter als voorsteeven van denselven, niet alleen Los ende gescheurt, maar ook gedeeltelijk vergaan Zijn, Zynde de buyten huijd in de kimmen wel 2: à 3: duijmen, van de Zitters af, ten eenemaal ontweeken, en de binnen Weegering meede gantschelijk vergaan; welke Swaare gebreeken, alhier niet weederom kunnende werden verholpen, is geciteerden Hoeker dienvolgens daardoor buijten Staat, om verder Zee te bouwen, weshalven denselven noodsakelijk zal dienen te werden gesloopt.’

‘Waarmeede gedenkende aan de g’ Eerde Intentie van Uwe Wel Edele gestr: pligtschuldig te hebben voldaan, Zoo laten wij deesen dienen voor ootmoedig rapport. /:Onderstond/ Cabo de goede hoop den 4: April 1760:’

’/:lager/’

‘Als gecommitt:s /:was geteekent/ J:n D: La voje, And:s Lind, Allebert van Kempen, Jan Sinkhorst, Douwe Schuyt. /:in margine/ ten mijnen overstaan /:en geteekent/ Hend:k Taal.’

Waar uijt Sijnde koomen te blijken, dat het gem: Vaartuijg dermaten afgevaaren is, dat de daaraan bevondene gebreeken ten eenemaal irreparabel koomen te Zijn, heeft men dierhalven moeten besluijten, hetselve te doen Sloopen, ten eynde de daarvan koomende materialen daar deselve te passe sullen komen ten dienste der E: Comp: t’ emploijeeren.

Ook is op heeden geleesen geworden d’ onderstaande brief van kerken raade in ‘t Swarte Land , waerbij deselve, onder oversending der gerequireerde reecq: van ontfangst en uijtgave der door haar in a:o 1756 gecollecteerde gelderen, komen te berigten, de reparatiën dewelke thans aan het Predicants huijs aldaar onvermeijdelijk werden vereijscht, luijdende gem: brief, als volgt.

‘Wel Edele Gestrenge Heer Rijk Tulbagh, gouverneur van Cabo de goede hoop Extra ordinaris Raed van de Hooge Regeering van neederlands India, en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Politicquen raad aldaar.’

‘Wel Edele gestrenge Heer, en E: Agtb: Heeren.’

‘Hebben uijt uwel Ed: gestr: en E:Agtb: gevenereerde letteren /ged:s 4 Maart deeses Jaars/ verstaan, dat uwelEd: gestr: en E: Agtb: geliefden te weeten, wat Somma gelds wij gecollecteerd hebben, Soo dient tot narigt van uwel Ed: Gestr: en E: Agtb:, dat wij aan Liefde gaven aan Cabo de goede hoope ontfangen hebben, in ‘t Jaar 1756 de Somma van 2273 guldens, aan Drakensteyn 132:, en aan ‘t Swart Land 193 guld:s en 14: Stver:s.’

‘Senden in opvolging van uwel Ed: gestr: en E Agtb: gevenereerde ordres, die specificq reekeningen van het Jaar 1756, en eenige volgende Jaeren op, waar uyt uwel Ed: gestr: en E: Agtb: Zult kunnen verneemen, waar toe die penningen Zijn geemploijeert.’

‘Vervolgens Sal dienen tot narigt van uwel Ed: gestr: en E: Agtb:, dat aan de Predikant wooninge mancqueert, dit volgende, namentlijk 13: Engelsse raamen, die nog niet met glaase ruijten voorsien zyn: wenste ook wel Soo geluckig te weesen, dat gemelde voorhuijs met de 2: Seijkamers besoldert en bevloert wierde met Batavische Steenen, van weegens de groote koude en togt die men verneemt in ‘t Winter Zaijsoen alhier. Daar en boven soo soude het seer noodsakelijk Zijn, dat onse kerk eens geverft wierde, naardien ‘t houtwerk en de glaase ramen aan de kerk door de groote hitte Seer ingekrompen is: En indien aanstaande Jaar de kosters wooninge niet verdekt worde, Zoo Zijn wij in gevaar, dat gem: dak Zoude instorten.’

‘Versoeken dierhalven op de alderootmoedigste wijze, dat uwel Ed: gestr: en E: Agtb: dit alles overweegende, dat de Eerw: Kerkenraed aan Cabo mag worden gequalificeert, om uijt haare arme Penningen aen onse Swartlandsche kerk ter leen te geeven, de versogte Twee Duysend en Vijf hondert guld:s, souden dan in Staat Zijn, om al ‘t mankeerende in esse te kunnen voltooyen; naer uwel Ed: gestr: en E Agtb: gode en den woorde van Gods genade toegewenscht te hebben, die magtig is uwel Ed: gestr: en E Agtb: op te bouwen, en een plaatse te geeven onder alle de heijligen, zo verblijven wij met verschuldigde Eerbied.’

‘/Onderstond/ Wel Edele gestre: Heer en E: Agtb: Heeren uwel Ed: gestr: en E: Agtb:s onderdanigsten en heijlwenschenden dienaaren. /:was Geteekent/ Gerard Croeser V:D:M:, Poul Retief, weegens een reijs naerde Cabo absent, Stevanus Sebastianus Walters, Hendrik van der Westhuijsen, Andries Gobreght /:in margine:/’

Swart Land 23. Maart 1760.’

Waaromtrent in overweeging genoomen weesende, dat het Seer noodsakelijk Soude Zijn, dat eer en alvoorens de versogte Penn: aen deselve te doen afgeeven, eens naauwkeurig wierd ondersogt, of voorsz: Predicants wooning, die van den beginne af aan veel te groot en ruijm is aangelegd, niet op een gevoeggelijke wijse Zoude kunnen werden ingetrocken, dermaten, dat men t’ Zy een of meer niet noodsakelijk Sijnde vertrecken tot een kosters Wooning in Steede van het thans bouvallig Zynde, konde approprieeren, en dat wyders bij die geleegentheid de voorsz: Notitie van ontfangst en uijtgave ook daar ter plaatse diende te werden geconfronteert, met de betaalde reecq:gen, waar toe in evengem: Notitie telkens werd gerefereert; heeft men op de Presentatie van den heer Independent FisCaal Pieter Reede van Oudshoorn, om met nog een Lidt deeses raads, t’ een en ander te gaan opneemen, goedgevonden en beslooten, Sulx aan Sijn E: mitsgaders den E: Cassier Pieter Hacker te demandeeren; Terwijl den Ingenieur Joseph Pontée zig ook derwaarts Zal moeten vervoegen om haar E E: omtrent de voorsz: te doene Visitatie van meer gem: Predikants wooning in alles naar behooren te Kunnen adsisteeren.

Sijnde voorts aan de heeren Jaques François des Vaux, Raadsheer in den Superieuren Raad van Pondichery Louis Jerôme Goupil Commandant van een Bataillon Infanterij en Jean Marihaure de la Salli, Capitain der Artillerij, alle in dienst der Fransse Oost Indische Comp:, mitsgaders met het Schip Le Centaure hier aangekoomen, op derselver diesweegens bij request gedaane versoeken geaccordeert, om neevens hunl: familiën en Domesticquen, Zodanig als deselve op een, het voorsz: Request geannexeerde Lyst gespecificeert Zijn, onder betaaling van het gewoone transport en Costgeld met S’ Comp: Retourscheepen naar Europa te moogen overvaaren.

Soo als ook op het meede in Scriptis gedaane versoek, door Yda Magetski weed:we wijlen den opperstuurman Jacob Schouten, aan deselve is toegestaan, met het ter rheede leggend Retourschip Amelisweert naar ‘t Vaderland te moogen vertrecken.

Synde laatstelijk nog verstaan, dat bij ons p:r naasten af te gaan Schrijvens aan haar wel Edele groot Agtb: de heeren bewindhebberen ter Camer Amsterdam eerbiedig Zal werden voorgedragen, het teegenwoordig bij request gedaene versoek van den Soldaat Joseph Wolfskröber van Weenen, te weeten dat Seekere maandCeel die denselven voor Zijn vertrek uijt ‘t Vaderland door misleijding heeft gepasseert mogte vernietigt worden.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Dage en Jaere Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 271-291.

Dingsdag den {17600415} 15 April 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Aan de resp: kerkenraaden zoo hier aan de Caab als in ‘t Land van Waveren , volgens gebruijk bij missive de vereijschte kennisse gegeeven Sijnde, van het op den 8: deeser genoomene besluijt, waarbij verstaan is, om den Eerw: Predicant Johannes Fridericus Bode, als Permanent Leerraar naar ‘t Land van waveren te doen overgaan, en dom:s Jan Pieter Serrurier weederom als Tweeden vasten Predikant bij deese Caabse gemeijnte te Plaatsen; Wierd op heeden door gem: Predikant Bode, ter vergaderinge ingeleevert, het onderstaande Schriftuur.

Aan den Wel Edelen gestr: Heer gouverneur Raad Extraordinaris van Neederlands India, mitsg:s den E: Agtb: raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer, en Heeren!’

‘Aan mij ondergeteekende Predikant op den 9:den van deese maand, door den Koster alhier, uyt naam en van weegens den pro tempore president des Kerkenraads, den Eerw: Heer Kronenburg, overhandigt Zijnde een brief uijt uwel Edele gestr: en E Agtb: aansienelijke vergadering geschreeven, waaruyt de onderget: tot zyn uijtterste verwondering dog Smertelijke aandoening, vernoomen, dat hij ondergeteek:, door het goedvinden van den wel Edel: Gestr: Heer gouverneur en E: Agtb: Raad, tot Predikant van de gemeinte van ‘t Roode Sant was aan gesteld; Over welke aanstelling de ondergeteek: als een kerkelijk Persoon Zijnde, versogt, om een kerk vergadering te laaten beleggen, om in deselve Zijne voorstellingen diesaangaande, aan voorsegde kerkenraad te moogen doen. Dog terwijl dat Eerw: Collegie goed vond, mij ondergeteek: op geenerleij wijse aan te hooren, maar mij tot uwel Edele Gestr: en E Agtb: Raed versonden hebben: Hierom is het dan, dat den Ondergeteek: de Vrijheijd neemt, op het Eerbiedigste hiermeede aan uwel Edl: Gestr: en E Agtb: Raad te kennen te geeven, de Reedenen, om welke de ondergeteek: het voorgenoemde beroep na ‘t Roode Sant /:hoe geern de ondergeteek: anders gewillig en bereid is, volgens Goddelijke en menschelijke wetten, zijne wettige Overheijd te gehoorsaamen:/ niet kan aanneemen.’

‘1: Om dat de ondergeteek: zig dan Schuldig maakt, aan eene schandelijke veragting van de goddelijke Voorsienigheyd, welke in Zijne plaatsing alhier in deese gemeinte soo klaar doorstraalt, dat hij aan de goddelykheid van Zijn beroep niet kan nog mag twijffelen. Zo dat de Ondergeteek: met alle vrijmoedigheid op de eerste Vrage, welke in ‘t Formulier van bevestiging van de Dienaren des goddelijken Woords gevonden word, Ja en Amen kan seggen, welke vrage aldus Luyd! Of gij gevoeld in u Harte, dat gij wettelijk van Gods gemeinte en mitsdien van God selve tot deesen Heijligen dienst geroepen Zijt? Daar de Ondergeteek: nu van den Wel Edl: Gestr: Heer gouverneur en E: Agtb: Raed tottweeden Vasten Leerraaraan deese hoofdplaats is aangesteld, en deese gemeinte toegewesen, Zoo heeft de ondergeteek: ook agtervolgens Zijne Lastbrieven en classicale acte, alle de deelen van den H: Predikdienst waargenomen in Conformiteit van de Neederlandse kerke Confessie en Christelijke Catechismus, welk alles niet sonder den Zeegen gods in geschied, waardoor hij Zijn goedkeuring daaraan gegeven.’

‘2: Ten Tweeden, zoo kan de onderget: zulk eene aanstelling niet aanneemen, overmits hij Zig aan de overtreeding van de Neederlandsche geloofs Belydenis, Soude Schuldig maaken, welke beleijdenis door hem is ondergeteekent. In Neederlands Kerke aangenoomen in ‘t Sijnode te Dordrecht , en geauthoriseert door de Ed: groot Mog:, de heeren Staaten der verEenigde Neederlanden: in ‘t bijsonder komen hier het 31: en 32: artijkel in aanmerking.’

‘3: Ten Derden, zo mag volgens Gods woord een Wettig geroepen Herder eener Kudde, deselve Zonder gewigtige Reden niet verlaaten, nog teegens Zijnen Zin daar van afgescheurt worden, willen wij niet het groote voorbeeld van den grooten Herder Jesus Christus uyt het Oog verliesen en veragten. Terwijl deese grooten Herder, den ondergeteek: langs Gode betamelijke weegen, tot den dienst des Herderampts alhier geroepen en het opzigt aan hem gegeeven, vind hij in Zijn gemoed geen Vrijheijd, om van een groote tot een kleijndere gemeinte over te gaan. Te meer, overmits de Suijvere toeleg van den ondergeteek: is geweest, om niet alleen een leerend maar ook een voorbeeldend herder, door de vrije Genade Gods te mogen Zijn. Als de wettige Herder en leerraar deeser gemeinte, is de onderget: voorgesteld, aan deselve, door den Eerw: Heer Cronenburg den 26: 9br: 1758 uyt 2: Cor: 8: 23:24:. Waarop zig de ondergeteek: door een plegtige Intree Reede uyt Rom:1:16 op den 3: DeCeb: van voorn: Jaar aan de gemeinte heeft verbonden, Welke dingen natuurlijk volgens neederlands kerk ordening een wettige verkreegene roeping veronderstellen, en in Zig Sluijten.’

‘4: Ten Vierden, zoo word de ondergeteek: daar door buijten staat, om dan voortaan eenige weesentlijk nut aan Gods kerk te doen, en vrugten op Zijnen Arbeid te wagten, terwijl ‘er altoos een heymelijk mistrouwen in de gemoederen der menschen moet overblijven, teegens den ondergeteek:, overmits hij Zoo Zonder eenige reede van Zijn wettelijk verkreegene bediening word verstooten.’

‘5: Ten Vyfden, zoo is de ondergeteek: in Patria op de selfde wijze aangesteld als alle andere Predikanten, welke voor dit gouvernement worden uijtgesonden: Zijnde hij onderget: door de wel Ed: groot Agtb: heeren Bewindhebberen tot Predikant na de Caab gedespiciëert, en daer op door het Eerw: Classis van Amsterdam kerklijk beroepen na de Caab. Sonder van een plaats of persoon, waar of wiens plaats hij Soude aangesteld worden, eenige melding te maken; als wel weetende, dat dit alhier aan den Wel Edl: Gestr: Heer gouverneur en E: Agtb: Raad Stond. Soo als ik ook aanstond sonder eenige Sollicitatie kort na mijn aankomst alsTweeden vasten Leerraeralhier ben beroepen en aangesteld, door den Wel Ed: Gestr: Heer gouverneur en Agtb: Raad alhier. Waaruijt dan moet volgen, dat ‘er gewigtige Reedenen moeten zijn, waarom men ondergeteek: van deese plaats na een ander veel kleinder heeft gelieven te verplaatsen, ‘twelk, Soo als voorheen gemeld, niet bewust Zijnde, aan den ondergeteek:, hij niet kan denken, dat Zulk een verandering kan plaats hebben, als niet overeenkoomende, met de gewoone weg welke in deesen word gehouden.’

‘6: Eindelijk Zoo heeft men ook geene voorbeelden, nog hier nog ergens elders in Indiën, dat men een Predikant, die eens door de hooge Regeering aan een plaats als vast Predikant is aangesteld, Sonder wettige reeden en sonder versoek van Zulx een Predikant, teegens zijnen zin van zijn Standplaets, na een kleindere heeft versonden. En terwijl den Ondergeteek: geene andere wetten of Ordonnantiën, als die de kerk van Neederland heeft, Zijn ter hand gesteld, Zoo vermeent de Ondergeteek: ook verpligt te zijn, zig volgens die kerk Ordening als een kerkelijk Persoon te gedragen, Staande de ondergeteek: in die betrecking onder ‘t Wel Eerw: Classis van Amsterdam .’

‘Om deese Reedenen dan, versoekt de Ondergeteek: op het allereerbiedigste,deselve overweegende, en ter harten neemende, hem in Zijn eens aangeweesene en wettig verkreegene Standplaats te laaten verblijven. Dog mog ‘t Uwel Ed: gestr: en E Agtb: raad Zulx onverhooptelijk aan den Ondergeteek: niet toestaen, dan versoekt den Ondergeteek: dat aan hem mag werden vrij gelaaten, Zig in deese Zaak direct aan de Heeren Majores, mitsg:s het wel Eerw: Classis van Amsterdam te mogen addresseeren, ende dat ten dien einde aan den ondergeteek: moogen werden afgegeeven, Zodanige papieren, als hij hier toe Soude moogen noodig hebben.’

‘Waarmeede de Ondergeteek: onder een hertelijk toebidden van des heeren milden Zeegen, Genade, Wijsheijd ende ligt in een groote mate over den Wel Ed: Gestr: Heer gouverneur en E Agtb: Raad, met alle onderdanige hoogagting is en verblijft.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele Gestr: Heer gouverneur en E: Agtb: Raad, uwel Edele Gestr: en E: Agtbaarheedens onderdanigste en Ootmoedigste dienaer /:was geteekent:/ J:F: Bode Predikant’

’/:in margine/’

‘Cabo de goede hoop den 15 April 1760.’

Over welke daarbij gedaane versoeken gebesoigneert Synde, is bij meerderheid van Stemmen geresolveert, om bij het boven gem: op den 8: deeser genoomene besluijt, bij ‘t welke Zijn Eerw: als Permanent Leerraar in ‘t Land van Waveren is aangesteld, te Persisteeren, dog hem egter vrij te laaten, Zig met desselfs in ‘t voorsz: Schriftuur aangehaalde Reedenen, waarom Zijn Eerw: Sustineert, geciteerde plaatsing niet te Kunnen aenneemen, aan onse hoog gebiedende heeren en meesteren in ‘t Patria te mogen addresseeren; terwijl aan denselven Zullen worden afgegeeven, Zodanige Papieren, als hij hier toe Zal koomen te benoodigen, mits egter de g’ Eerde decisie van welgem: Heeren Majores hier omtrent onder Stilstand van gagie en verdere Emolumenten, mitsg:s Schorssing van dienst te blijven afwagten; Ten belange van welk besluijt, de heeren Independent Fiscaal Pieter Reede van Oudshoorn en Lieutenant Collonel Isaac Meinertzhagen, mitsg:s den Coopman en Dispencier Christoffel Brand verClaarden, dat gelijk haar E E:s in het verplaatsen van meergem: Heer Bode, hier van de Caab naar ‘t Land van Waveren niet hadden kunnen toestemming, Zij Zig gevolgelijk ook nu niet met het Soo evengem: besluijt, betreffende het doen ophouden van zijn Eerw: gagie en het Schorten van desselfs dienst konden Conformeeren.

Sijnde egter eenpariglijk goedgevonden, om, ten eynde den Godsdienst in ‘t Land van Waveren middelerwijl niet te doen Stil Staan, den Eerw: Predikant Remmerus Harders tot her waarneemen van dien, aldaer te laaten verblijven, tot dat de saak van gedagte dom:s Bode door de heeren en Meesteren Zal weesen gedecideert.

Vervolgens is aan d’ onderstaande Persoonen op derselver hierom in Scriptis gedaane versoeken geaccordeert, omme onder betaaling der daartoe Staande Transport en costpenn: met de aanweesende Retourscheepen naar Neederland te moogen vertrecken, namentlijk.

d’ heer Joseph de Caro de la Trinité, kamerling van Zijne koninklijke Hoogheijd den heere Prince Don Antonio van Portugal .

d’ heer Jean George Baron de Wüst, Commandant over de Huzaren en verdere Duytse Troupen, ten dienste Zijner Koninklyke majesteit van Vrankrijk in Indiën, beneevens desselfs bij Zig hebbend’ onderofficier, gen:t Jaques de Kock, en Twee domesticquen, met naamen Andries Morits en La Pierre.

Onder Conditie wijders, dat de voorsz: Vreemdelingen, die met het onlangs vertrockene frans schip Le Lis van Mauritius ter deeser plaatse Zijn gearriveert, geen andere van de tot hunlieder Lighamen gehoorende bagagie zullen mogen meede neemen.

den burger deeser plaatse Christiaan wijnstroom, met desselfs vier Kinderen gen:t Johannes Hendrik, Anna Aurelia, Maria Elisabeth en Rudolph Wijnstroom, alle beneeden de Twaalf jaaren oud.

Gelijk ook op het diesweegens bij request gedaane versoek, door den meede burger Jan Pieter Kepler aen denselven is toegestaen, om met een der voorwaartsgem: retourscheepen te moogen repatrieeren, ende sulx ter Consideratie van desselfs armoedigen toestand, vrij van Transport en Costgeld, mits geduurende de reijze voor de cost Scheeps dienst doende.

Terwijl wijders aan den met het thans ter rheede leggend Schip Amelisweert repatrieerenden OnderCoopman Jan Fredrik Lantius is gepermitteerd, ten zijnen dienste met zig naar ‘t Vaderland te moogen meede neemen, een Slave Jonge Jan van Mozambicque genaamt, zullende egter het Transport en Costgeld voor denselven, gereekent van Batavia naer ‘t Patria, en weederom van daar naar gedagte Indiase hoofdplaetse te rug, door hem Lantius alhier in S’ E: Comp: Cassa moeten werden Voldaan.

Laatstelijk is aan den Schipper Christiaen Hansen, die door indispositie van ‘t Schip Amerongen ter deeser plaetse verbleeven is, geaccordeert, omme als nu met Vrijburg van hier naar ‘t Vaderland te moogen vertrecken.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 292-293.

Vrijdag den {17600425} 25 April 1760.

S’ Voormiddags alle Present.

Door den met het aanweesend Schip Sparenrijk uijtgekoomenen Predikant Nicolaas Graaij, Zeer instantig versogt geworden Zijnde, om eenigen tijd ter deeser Plaatse te moogen overblijven, ten eijnde desselfs voorgenoomen Huwelijk met de dogter van den Oud Commissaris van Civiele en Huwelijx Zaken Nicolaas Brommert te kunnen voltrecken; is goedgevonden en verstaan, Zulx aan denselven onder afgeschreeven gagie t’ accordeeren, gelijk hetselve geaccordeert werd mits deesen.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 294-301.

Dingsdag den {17600513} 13: Maij 1760.

S’ Voormiddags alle Present uijtgenoomen den heer Independent Fiscaal Pieter Reede van Oudshoorn.

Door den Heere Gouverneur geproduceert geworden Sijnde, een missive des kerkenraads in ‘t Land van Waveren , sub dato 8: deeser aan Welgem: Zijn Edele en deesen Raade gerigt, luijdende als volgt.

‘Wel Edele gestr: Heer Rijk Tulbagh, Raad Extraordinaris van Neederlands India en gouverneur aan Cabo de goede hoop en den ressorte van dien &&&:a beneevens den Edelen Agtb: Politicquen Raad.’

‘Wel Edele gestr: Heer en Edele Agtb: Heeren’

‘Met alle gehoorzame onderdanigheijd koomen wij, als uijt naam van de gantsche gemeijnte van ‘t Land van Waveren , onse Seer ootmoedige versoek, aan uw Wel Edele gestr: Heer en Edele Agtb: Heeren voor te dragen. In hoope om de gunste hier in te mogen genieten.’

‘Dat namelijk de Ew: Heer Remmerus Harders, die thans over de twee jaaren, met veel neerstigheijd, en getrouwigheijd den Predikdienst als Leerraar alhier heeft waargenoomen, en volgens de aanschryvinge aan ons van Uw Wel Edele gestr: Heer en Edele Agtb: Heeren desselfs Sorge en dienst deeser gemeijnte, nog verders weederom is toebetrouwt.’

‘Soo is nu onse Seer ootmoedige versoek, of ‘er niet eenige mogelijkheijd voor is, om onsen voorn: leerraar, bij weege van bedanken of afsterven van een Predikant, niet alhier Zoude kunnen blijven. Dewijl dien E:W:Heer, in leer en leeven ons bekent is; En uijt dien hoofde van de gemeijnte ook met alle behoorlijkheijd bemind werd: En hem diesweegens gaarne alhier mogten houden.’

‘En uijt dien grond wensen wij van harten, als ‘er nog iets ten voordeele van dit ons versoek Soude kunne gedaan worden, Soo versoeken wij Seer ootmoedig, Uw Wel Edele gestr: Heer en Edele Agtb: Heeren, om de gunst hier in te moogen genieten, en over deese saak naar ‘t Vaderland te schrijven.’

‘Stellende dus onse versoek in de gunstige uijtwerkinge van uw wel Edelens gestr: beveelens, in hoope om alles wat nog hierin doenlijk is, de goedhijd mogen genieten.’

‘Overigens verblyven wij met alle schuldige verpligtinge’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele gestr: Heer en Edele Agtbaere Heeren, uw onderdanige en gehoorsame dienaaren. /:was geteekent:/ David van der Merwen, Pieter Theron, Jacobus Theron, Johannes Jordaan /:in margine/ In ‘t Land van Waveren den 8: Maij 1760:’

Soo is naar lectuure van gem: missive best geoordeelt en dienvolgens beslooten, dat bij bequame geleegentheijd; wanneer men over d’ ordinaire huijshoudelijke Zaaken deeses gouvernements aan de heeren majores zal komen te schrijven, als dan ook teffens van het bij gem: brief gedaane versoek aan haar wel Edele Hoog Agtb: de verschuldigde kennisse Zal werden gegeeven.

Sijnde voorts op de Propositie van den Heere gouverneur verstaan, om 8: Stux dreggen die van tijd tot tijd uyt het Vaderland hier aangebragt, dog voor de lands- boots te swaer, en dus in dit gouvernement van geen gebruijk Zijn, P:r het aanweesend Provisie Schip Nijenburg naar Batavia te Senden.

Terwijl Laatstelijk door welgem: Heere gouverneur wierd te kennen gegeeven, dat zijn Edele voorneemens weesende, in ‘t Laatst deeser week Zig naar S’ E Comp:s Thuijn aan ‘t Ronde bosje te begeeven, en aldaar eenigen tijd te vertoeven, hij Heere gouverneur oversulx de Zorge over de middelerwijl voorvallende Saaken in diervoegen als Sulx bij Resolutie van den 8: Maij des voorl: Jaars is ter needer gesteld, aan den Heer Secunde Sergius Swellengrebel quam op te dragen.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Dage en Jaere Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 302-318.

Dingsdag den {17600520} 20 Maij 1760

S’ voormiddags alle Present.

Wierd door den hier hoofd administrateur Sergius Swellengrebel geproduceert d’ onderstaande memorie, noopens de te kort koomende, gebrookene, mitgs:s defect gevondene goederen op de lading van ‘t Provisie Schip Nijenburg , luijdende als volgt.

‘Memorie van de ondervolgende goederen, dewelke onder anderen, met het Provisie schip Nyenburg van Batavia, voor dit gouvernement, soo geinfecteert, te kort, en gebrooken Zijn aangebragt, gelijk blijkt bij de verklaring van gecommitt:s deesen annex, namentlijk.’


763 p:s Guinees gemeen gebleekt kust op 1440 p:s in 36 Packen doorgaens gevlekt, welke Packen voor het meeste gedeelte bij het aan land brengen nog nat, en de Embalagies verrot waaren.
49 d:o Cambaijen ruwe roode op 480 p:s in 3: Packen in maniere als boven gesegt beschadigt.
39 d:o deekens gecattoeneerde groote Zour op 600 p:s in 15. Packen
14: p:s porcelijne kommen in soort op 100 p:s bij 't openen van 1: kas N:o 63: gebrooken, sijnde 14 pC:to
88: dubb: bossen rottang op 1000 bossen, door daar bij gekoomene nattigheid verstikt.
29942 lb: Rijst op 310'000 lb: ofte 100 Cojangs, als.
  3913 lb: bedorven
  26029 d:o te kort, Zijnde 8 2/5 pC:to sch:s
1686: p:s Estricken van 16: d:m op 3000 p:s soo beschadigt als gebrooken sijnde 56 1/5 pC:to
1917 d:o Estricken van 12: d:m op 3000 p:s als evengemeld, Zijnde 63 9/10 pC:to
3: p:s Jatij balken van 12: d:m dik 20 voeten lang, op 120 p:s te kort.
9 p:s molen planken van 2 d:m op 500 p:s gebrooken
23 d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 500 d:o
37: d:o Jatij Duijgen d:o 1000 d:o
299 lb: Tabak aan 16 rollen op 30 rollen in een kas L:a A A: die A:o Pass:o in 't Schip Cronenburg verbleeven geweest, bij 't openen nat en bedorven.
6 p:s Pijlaken in een kas L:a Y A:o voormeld in 't schip d' Eendragt verbleeven, alle gemotteert.

763 p:s Guinees gemeen gebleekt kust op 1440 p:s in 36 Packen doorgaens gevlekt, welke Packen voor het meeste gedeelte bij het aan land brengen nog nat, en de Embalagies verrot waaren.
49 d:o Cambaijen ruwe roode op 480 p:s in 3: Packen in maniere als boven gesegt beschadigt.
39 d:o deekens gecattoeneerde groote Zour op 600 p:s in 15. Packen
14: p:s porcelijne kommen in soort op 100 p:s bij 't openen van 1: kas N:o 63: gebrooken, sijnde 14 pC:to
88: dubb: bossen rottang op 1000 bossen, door daar bij gekoomene nattigheid verstikt.
29942 lb: Rijst op 310'000 lb: ofte 100 Cojangs, als.
  3913 lb: bedorven
  26029 d:o te kort, Zijnde 8 2/5 pC:to sch:s
1686: p:s Estricken van 16: d:m op 3000 p:s soo beschadigt als gebrooken sijnde 56 1/5 pC:to
1917 d:o Estricken van 12: d:m op 3000 p:s als evengemeld, Zijnde 63 9/10 pC:to
3: p:s Jatij balken van 12: d:m dik 20 voeten lang, op 120 p:s te kort.
9 p:s molen planken van 2 d:m op 500 p:s gebrooken
23 d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 500 d:o
37: d:o Jatij Duijgen d:o 1000 d:o
299 lb: Tabak aan 16 rollen op 30 rollen in een kas L:a A A: die A:o Pass:o in 't Schip Cronenburg verbleeven geweest, bij 't openen nat en bedorven.
6 p:s Pijlaken in een kas L:a Y A:o voormeld in 't schip d' Eendragt verbleeven, alle gemotteert.

’/:onderstont:/’

‘In ‘t Casteel de Goede Hoop den 20 Maij 1760 /:was geteekent/’

‘S: Swellengrebel.’

Naar Lectuure welker memorie den heer Gouverneur geliefde te Seggen, dat Zijn Edele aan den Schipper van voorm: bodem Pieter Huijsman had doen ter hand Stellen, Extract uijt de verclaring der gecommitt:s die bij ‘t ontlossen van voorsz: goederen Zijn Present geweest, ten eijnde het geene dat daarvan defect ofte gebrooken is bevonden, behoorlyk te kunnen verantwoorden, en dat hierop door gem: Schipper het volgende Schriftuur was overgeleevert.

‘Den wel Edelen gestr: Heere Rijk Tulbagh Raad Extraordinaris van Neederlands India, gouverneur in Loco &:a &:a &:a, den ondergeteekende Schipper van het Schip Nijenburg hebbende gelieven te ordonneeren, omme behoorlijk te verantwoorden, waerdoor de deffecten en minderheeden op de lading van voormelde bodem voor dit gouvernement aengebragt, Zijn ontstaan, Soo verklaare ik, de oorsaak daar van te Zijn, als in margine deeses staat aangehaald bestaende in als volgt, namentlijk.’


Van het bederf der 16: rollen Tabak, kan ik geen andere Reedenen opgeeven, dan die van de lywaten hier onder worden ter needer gesteld, zijnde mij deese kas ende neevens staande met Pylakens ongeopent bruto toegewogen. 299 lb: Tabak aan 16: Rollen op 30: rollen in een Kas L:a AA: die A:o Pass:o in 't Schip Cronenburg verbleeven geweest, bij 't openen nat en bedorven.
6: p:s Pijlaken in een Kas L:a Y, A:o voormeld in 't Schip d' Eendragt verbleeven alle gemotteerd.
Het natworden en aanslaen der guinees Lijwaat, Cambaijen en Deekens, komt voort door een Swaaren Storm, welken deesen bodem van den 22: tot 25: Maart jongstleeden, heeft moeten doorstaan, waar door de Naden van het Schip haer open gedaan, en veel water in genoomen hebben, gelijk uwe Wel Edele gestr: en E: Agtb: des gelievende, Zulx uijt de deesen versellende verclaring der Scheeps officieren nader zullen kunnen beoogen. 763 p:s guinees gemeen gebleekt kust, op 1440 p:s in 36 Packen doorgaans gevlekt; welke Packen voor het meeste gedeelte bij het aan land brengen nog nat, en de Embalagies verrot waren.
49: Cambaijen ruwe roode op 480 p:s in 3: packen invoegen als voorsz:, beschadigt
39 d:o Deekens gecattoeneerde groote Zouratse op 600 p:s in 15 Packen als even gemeld, beschadigt.
deese kas met Porcelijnen, mij meede ongeopent overhandigt Zijnde, heb ik bij dies in en afscheeping de behoorlyke voorsigtigheid doen gebruijken. 14 p:s Porceleijne kommen in Soort op 100 p:s bij 't openen van Een kas N:o 63: gebrooken, Zijnde 14 pC:to
De Rottangen tusschen de knies teegen boord aan, weg gestuuwt geweest Zijnde, Zijn deselve door ontfangen vogt, aan 't broeijen geraakt en verstikt. 88: dubb: bossen Rottang op 1000: bossen, door daar bij gekoomene nattigheid verstikt.
desgelijx sijn de 3913: lb: rijst door bijgekoomen Zee water als voorengesegt komen te bederven, maar de kort komende 26029 lb: dat een excessive spillagie is, en hoofdsakelijk voortkomt, door dien de rijst op Java Seer Schielijk, en genoegsaem geheel buijten mijn bijweesen, ofte een mijner Stuurlieden na boord van deesen bodem is afgescheept, op batavia gedeeltelijk aan Land, en in andere kielen heeft moeten worden overgescheept, ten eijnde de swalpen en verdere houtwerken voor die hoofd plaats uijt dit schip aldaar te kunnen lossen, vervolgens Sonder na te weegen in deesen bodem wederom herscheept is geworden, door welk een en ander, als meede het lossen en over voeren ter deeser rheede met de lands boots de voorseyde spillagie is veroorsaakt. 29942: lb: Rijst op 310'000 lb: ofte 100 Cojangs, als.
    3913 lb: bedorven, en
    26029 d:o te Kort, Zijnde 8 2/5 pC:to sch:s
Betreffende deese steenen, zijn deselve in sig selfs Seer broos, en blijkens factuur deeser bodem, in deselve soo heel als stuckend afgescheept, vervolgens door het verplaatsen van dien op Java, het arbeijden van 't schip in Zee en het lossen alhier ter rheede, dus komen te verbreyselen. 1686 p:s Estricken van 16 d:m op 3000 p:s soo beschadigt als gebrooken, Zijnde 56 1/5 pC:to
1917: P:s Estricken van 12 d:m op 3000 p:s als eevengemeld, Synde 63 9/10 pC:to.
deese drie balken Zijn t' soek geraakt waarskeijnelijk geduurende een sterke landwind, die ons wanneer men op Java beesig was, dit hout van een Vlot in te neemen, heeft overvallen, bij welkers heevigheijd men niet naauwkeurig heeft agt geslagen op het tellen van deselve en dus zullen weesen gesonken. 3: p:s Jatij balken van 12: d:m dik, 20: voeten lang, op 120 p:s te Kort.
het breken der molenplanken en duijgen, is veroorsaakt, door het dikwils verwerken derselver op Batavia en ter deeser Plaatse. 9 p:s molen planken van 2 d:m op 500 p:s gebrooken
  23: d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 500 d:o
  37: d:o Jatij Duijgen d:o 1000

Van het bederf der 16: rollen Tabak, kan ik geen andere Reedenen opgeeven, dan die van de lywaten hier onder worden ter needer gesteld, zijnde mij deese kas ende neevens staande met Pylakens ongeopent bruto toegewogen. 299 lb: Tabak aan 16: Rollen op 30: rollen in een Kas L:a AA: die A:o Pass:o in 't Schip Cronenburg verbleeven geweest, bij 't openen nat en bedorven.
6: p:s Pijlaken in een Kas L:a Y, A:o voormeld in 't Schip d' Eendragt verbleeven alle gemotteerd.
Het natworden en aanslaen der guinees Lijwaat, Cambaijen en Deekens, komt voort door een Swaaren Storm, welken deesen bodem van den 22: tot 25: Maart jongstleeden, heeft moeten doorstaan, waar door de Naden van het Schip haer open gedaan, en veel water in genoomen hebben, gelijk uwe Wel Edele gestr: en E: Agtb: des gelievende, Zulx uijt de deesen versellende verclaring der Scheeps officieren nader zullen kunnen beoogen. 763 p:s guinees gemeen gebleekt kust, op 1440 p:s in 36 Packen doorgaans gevlekt; welke Packen voor het meeste gedeelte bij het aan land brengen nog nat, en de Embalagies verrot waren.
49: Cambaijen ruwe roode op 480 p:s in 3: packen invoegen als voorsz:, beschadigt
39 d:o Deekens gecattoeneerde groote Zouratse op 600 p:s in 15 Packen als even gemeld, beschadigt.
deese kas met Porcelijnen, mij meede ongeopent overhandigt Zijnde, heb ik bij dies in en afscheeping de behoorlyke voorsigtigheid doen gebruijken. 14 p:s Porceleijne kommen in Soort op 100 p:s bij 't openen van Een kas N:o 63: gebrooken, Zijnde 14 pC:to
De Rottangen tusschen de knies teegen boord aan, weg gestuuwt geweest Zijnde, Zijn deselve door ontfangen vogt, aan 't broeijen geraakt en verstikt. 88: dubb: bossen Rottang op 1000: bossen, door daar bij gekoomene nattigheid verstikt.
desgelijx sijn de 3913: lb: rijst door bijgekoomen Zee water als voorengesegt komen te bederven, maar de kort komende 26029 lb: dat een excessive spillagie is, en hoofdsakelijk voortkomt, door dien de rijst op Java Seer Schielijk, en genoegsaem geheel buijten mijn bijweesen, ofte een mijner Stuurlieden na boord van deesen bodem is afgescheept, op batavia gedeeltelijk aan Land, en in andere kielen heeft moeten worden overgescheept, ten eijnde de swalpen en verdere houtwerken voor die hoofd plaats uijt dit schip aldaar te kunnen lossen, vervolgens Sonder na te weegen in deesen bodem wederom herscheept is geworden, door welk een en ander, als meede het lossen en over voeren ter deeser rheede met de lands boots de voorseyde spillagie is veroorsaakt. 29942: lb: Rijst op 310'000 lb: ofte 100 Cojangs, als.
    3913 lb: bedorven, en
    26029 d:o te Kort, Zijnde 8 2/5 pC:to sch:s
Betreffende deese steenen, zijn deselve in sig selfs Seer broos, en blijkens factuur deeser bodem, in deselve soo heel als stuckend afgescheept, vervolgens door het verplaatsen van dien op Java, het arbeijden van 't schip in Zee en het lossen alhier ter rheede, dus komen te verbreyselen. 1686 p:s Estricken van 16 d:m op 3000 p:s soo beschadigt als gebrooken, Zijnde 56 1/5 pC:to
1917: P:s Estricken van 12 d:m op 3000 p:s als eevengemeld, Synde 63 9/10 pC:to.
deese drie balken Zijn t' soek geraakt waarskeijnelijk geduurende een sterke landwind, die ons wanneer men op Java beesig was, dit hout van een Vlot in te neemen, heeft overvallen, bij welkers heevigheijd men niet naauwkeurig heeft agt geslagen op het tellen van deselve en dus zullen weesen gesonken. 3: p:s Jatij balken van 12: d:m dik, 20: voeten lang, op 120 p:s te Kort.
het breken der molenplanken en duijgen, is veroorsaakt, door het dikwils verwerken derselver op Batavia en ter deeser Plaatse. 9 p:s molen planken van 2 d:m op 500 p:s gebrooken
  23: d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 500 d:o
  37: d:o Jatij Duijgen d:o 1000

‘Sullende uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: uyt het in Margine deeses ter needer gestelde, Klaarlyk de waaragtige Reedenen Kunnen beoogen, waar door de minderheeden en defecten der voorsz: Goederen, haeren Oorspronk hebben, om welke Reedenen, den ondergeteekende op de Eerbiedigste wijze versoekt, /:als een Dienaar die de E: Comp: Seedert dat hij deselve gedient heeft, altoos trouw en eerlijk heeft behandelt:/ dat hij voor de gemelde minderheeden en defecten der boven genoemde goederen, niet moge worden belast.’

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Schip Nijenburg den 20 Maij 1760 /:was geteekent:/ P: Huijsman.’

‘Verklaring’

‘Van ‘t E: Compagnies Schip Nyenburg

‘Wij ondergeschreevene Scheeps officieren van het E: Compagnie-schip Nyenburg , Oirkonden ende betuijgen mits deesen, ter Requisitie van den Schipper Pieter Huijsman voerende bovengemelde Bodem.’

‘Dat wij den 22: Maart deeses jaers S’ nagts de wind O:N:O:s Sijnde, Swaare Stormen gehad, den 24 d:o de wind N:N:W: en N:W:t weeder storm, den 25: d:o N:W:t - Waar door het Schip Swaar arbeijde, en de Dek-Naden open werkten, waar door men water tusschen Deks kreeg, en bij de ontlossing bevonden, verscheijden packen Lijnwaten nat te Zijn, ende ontwaarden, dat genoegsaem alle naden tusschen Dek waren opengewerkt, alsoo de leckagie door alle naden gekoomen was, meest mits ‘t Schip Scheeps, niet teegenstaande de Timmerman Zoo veel callefatede ende Stopte, als ‘t mogelijk was.’

‘Welk bovengeschreevene wij betuijgen de Suijvere waarheid te zijn, ende als het vereijscht word, met Solemneelen Eede konnen bevestigen /:onderstond:/ Aldus gedaan op ‘t Schip voorn:t leggende ter reede van Cabo de goede hoop den 12 Maij 1760 /:was geteekent:/ Pieter Boot. Daniel Raaf, Jan Pieterz:, Godfried Kreuger.’

Over den inhoude welker Papieren met attentie gebesoigneert, en daar bij in overweeging genoomen weesende, dat het nat worden der lywaaten volgens de diesweegens verleende verclaring der Stuurlieden en deks officieren van voorm: bodem, eenelijk door het bij Swaar weer overgekreegene Zeewater is veroorsaakt, Sonder dat hieromtrent eenig versuijm heeft plaats gehad, gelijk den Heere gouverneur ten deesen belange dan ook geliefde te Zeggen, dat gem: schipper huijsman immediaat bij Zijn komst aan de wal, aan Zijn Edele desselfs bedugting noopens het nat worden sommiger Lijwaat Packen te kennen gegeeven hebbende, deselve oversulx ter ordre van hem heer gouverneur ten Spoedigsten waaren aan de wal gebragt, invoegen dan om voorsz: geallegueerde Reedenen heeft moeten werden beslooten, het geciteerde beschadigde lijwaat te Passeeren, te meer, dewijl deselve gedeeltelijk nog met weijnig verlies verkogt, en ‘t overige ten gebruijke van S’ E: Comp:s hospitaal &:a, sal kunnen geemploijeert worden; Terwijl in opzigte van de bedurvene Rottings en Tabacq, mitsg:s het gemotteerde Pijlaken item de gebrookene Porcelijnen en Estricken verstaan is, dat dewijl het bederf der tabacq en Rotting insgelijx door het overgekreegene Zeewater is veroorsaakt, en dat wijders d’ estricken blijkens het aangeteekende op de factuur door de Scheeps overheeden Soo gebrooken als heel ontfangen Zijnde, de Porcelijn Cassen door haar geslooten overgenoomen en dusdanig weederom hier afgeleevert Zijn, ‘t een en ander oversulx meede gepasseert, en neevens de gebrookene moolen Plancken bij Publicque vendutie voor het geene deselve Zullen gelden, verkogt, dog het gebrookene Porcelijn met de bedurvene reijst bij de negotie boeken deeses gouvernements werden afgeschreeven.

Synde wijders noopens de te kort koomende 3: p:s Jatij balken goedgedagt, deselve met twee Cap:tn, en de te min uijtgeleeverde 26029 lb: Rijst met 1/2 Capitaal advans door de meergemelde Scheeps Overheeden op reecq: van Zoldij te doen vergoeden; bedragende als volgt, te weeten.

Den Schipper Pieter Huysman voor 2/3.
weegens 26029 lb: Rijst ƒ643:09:
d:o 3: p:s Jatij balken d:o 38:11: ƒ682:-:-:
Den opperstuurman Pieter Boot d:o 1/3:
weegens 26029 lb: Reyst ƒ321:14:08:
d:o 3: p:s Jatij balken d:o 19:05:08: ƒ341:-:-:
Den Schipper Pieter Huysman voor 2/3.
weegens 26029 lb: Rijst ƒ643:09:
d:o 3: p:s Jatij balken d:o 38:11: ƒ682:-:-:
Den opperstuurman Pieter Boot d:o 1/3:
weegens 26029 lb: Reyst ƒ321:14:08:
d:o 3: p:s Jatij balken d:o 19:05:08: ƒ341:-:-:

Terwijl voor ‘t overige de hier vorengem: verleende verclaring noopens het defect raaken der Lywaaten voor gecommitt:de leeden uijt den Raad van Justitie solemneel sal moeten werden beEedigt.

Vervolgens geleesen weesende het Rapport, dat door meergem: Schipper Huysman, aangaande de dagelijxe verrigtingen in het lossen en weeder afladen van het voorwaartsgeciteerde Provisie Schip Nijenburg is verleend geworden, heeft men hierop goedgevonden in margine van ‘t Selve rapport te doen aanteekenen, dat soo wel de daar bij aangehaalde dagelijxe verrigtingen binnen boord van gem: kiel, als de verhinderingen bij het ontlossen en weeder afladen van ‘t Schip ontmoet, bevonden Zijnde, Conform de waarheid ter needer gesteld te weesen, gem: kiel voor ‘t overige niet eerder heeft kunnen werden gedepecheert, uijt hoofde van het volhandig werk dat men zoo met het in gereedheid brengen der Retour Scheepen van de tweede besending, als der jongst van hier vertrockene uijtkomende bodems heeft gehadt.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaere voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 319-330.

Dingsdag den {17600610} 10 Junij 1760.

S’ voormiddags alle Present, uijtgenoomen den E: Coopman en Dispencier Christoffel Brand bij indispositie.

Nademaal het Chinaas Retourschip kronenburg ‘t ongeluk heeft gehad, omtrent deese kusten door een Seer Swaren Storm dermaten te Zijn beloopen geworden, dat dies overheeden genoodsaakt geweest Zijn, de groote en besaans masten te moeten kappen, mitsg:s niet alleen al het te lijboord gestaan hebbend’ Canon met dies ropaarden, maer bovensdien nog 93: Cassen met Thee en 2: baalen Curcuma over boord te werpen, en dat gem: kiel wijders, volgens ‘t rapport van den daar op Commandeerenden Cap:t Lieutenant Willem Hoogland, in bovengem: Storm, tusschen de 12: en 13: voeten waters ingehad hebbende, de lading hier door voor een groot gedeelte nat en beschadigt geworden is; is dierhalven op het voorstel van den heere gouverneur raadsaam geoordeelt, en dienvolgens beslooten, den Equipagiemeester deeses gouvernements Hendrik Taal, neevens den Cap:t Lieut: Christiaan Hagerop, mitsg:s de schippers Steven Lodewijk de Lil en Jan Mulder voerende de thans in de baaij fals geankert leggende Retourscheepen de vrouw Geertruijda , de Vrouw Petronella Maria en Welgeleegen te Committeeren, omme Zig te vervoegen aan boord van ‘t geciteerde Schip kronenburg , en aldaar ten overstaen der E:E: Carga’s Arthur Abercrombij, François L’ Heureux, en Jan Christoffel Sleeger, op het naauwkeurigste te examineeren, de gesteldheid waar in zig de lading dier kiel komt te bevinden, en of denselven de reijse met gerustheijd van hier na ‘t Vaderland Zal kunnen voortzetten, zonder dat de daar in afgelaadene, en nat gewordene Thee en andere goederen sullen behoeven te werden ontladen, of dat deselve andersints gevaar zouden loopen van verder bedurven te raaken, dan wel dat het Schip Selve daardoor aan eenig Pericul Soude werden geexponeert, van welk een en ander, gelijk meede, wat daar omtrent wijders ten meesten dienste der E: Comp: soude dienen te werden gedaan, door haarl: een Exact schriftelijk berigt zal moeten werden overgegeeven, ten eynde men dienaangaande behoorlijk geinformeert Zijnde, als dan Zodanig nader besluijt zal kunnen werden genoomen, als men ten meesten dienste der E: Comp: sal vinden te behooren.

Maar nadien het gedagte Schip kronenburg door het kappen der geciteerde masten, ook al de verdere daar toe gehoorende rondhouten en Zeijlen, mitsg:s het Staand’ en loopend touwwerk is quijt geraakt, en dus genoegsaam in ‘t geheel op nieuw Sullende moeten worden toegetuijgd, hiermeede volgens het berigt van voorm: Equipagiemeester Taal, ten minsten tusschen de 4: à 5: weeken tijds Zullen komen heen te loopen, terwijl de drie andere hier boven geciteerde Scheepen de vrouw Geertruijda , de vrouw Petronella Maria en Welgeleegen , daar en teegen binnen weijnige dagen volkoomen in staat van vertrek zullen kunnen Zijn; Geliefde welgem: Heere gouverneur oversulx in Consideratie te geeven, of het voor S’ Comp: Intrest niet best en voordeeligst Zoude Zijn, dat men gem: drie kielen, Sonder deselve naar het meergem: Schip Kronenburg te doen wagten, maar voor af liet vertrecken, nademaal het niet alleen nog Seer onseeker bleef, hoedanig het met dies inlading gesteld was, maar dat het bovensdien ook ligtelijk konde gebeuren, dat het vervaardigen en insetten der nieuwe masten en verdere toetuijging van ‘t Schip door het ruuw weer, dat men in het teegenwoordige Saijsoen dagelijx te wagten heeft, binnen de hier vooren aangehaalde gegiste tijd van 4: of 5: weeken niet kunnende werden afgedaan, gem: kiel als dan van deesen Jaare niet naar het Vaderland Zoude kunnen vertrecken. Waar over vervolgens met attentie gebesoigneert, en daar bij overwoogen Zijnde, dat behalven meer andere diergelijke voorbeelden, nog onlangs in de maand Maij d: a:o 1757: genoegsaam het selfde geval, omtrent de doenmaals meede in de baaij fals geleegen hebbende bengaalsse retourscheepen ‘T Huijs ten Donk en Buijtenzorg heeft koomen t’ Exteeren, te weeten, dat men het eerstgem: zoodra in staat van vertrek quam te Zijn, Zijne reijse na ‘t Vaderland hebbende laaten voortzetten, zonder dien bodem naar desselfs geciteerde macker, tot welkers reparatie ook gegist wierd nog een maand tijds vereijscht te worden, te doen wagten, deese schicking dan ook door de heeren majores is geapprobeert geworden, en dat wijders, hoe vroeger de voorseijde retourscheepen in het Vaderland Sullen komen aan te landen, hoe hetselve voordeeliger voor d’ E: Comp: moet worden geoordeelt te zijn; heeft men dierhalven, om alle de voorsz: Reedenen voor den meesten dienst der E: Comp: best geoordeelt, en dienvolgens, Conform het geproponeerde bij welgem: Heere gouverneur beslooten, de gementioneerde Retourscheepen de Vrouw Geertruijda , de Vrouw Petronella Maria en Welgeleegen , zoo dra deselve in staat van vertrek Zullen Zijn, maar voor af naar derselver resp: gedestineerde Havenen te laaten reijsvorderen; Sullende wijders met het repareeren der gebreeken van Kronenburg Soo veel spoed als immers doenelijk is, werden gemaakt, ten eijnde dien bodem, ingevalle de lading niet sal behoeven ontlost te worden, als dan meede Sonder het allerminste tijd versuijm van hier te dimitteeren.

En dewijl door de buijten gewone Slijting in onze masthouten, mitsg:s ligt touwwerk en Zeijldoek, dat men Soo wel ten behoeve van het dikwilsgen: Schip Kronenburg , als het meede Chinaas Retourschip de vrouw Geertruijda heeft moeten gebruijken, wij van de twee eerstgen: Soorten van Equipagie goederen, nog maer een Seer geringe voorraad aan handen hebben gehouden, en van het laatste ten eenemaal gedestitueert geraakt zijn, is hier om verstaan, dat met de presente Scheeps geleegentheijd een naderen Eijsch der meest benodigde Equipagiegoederen uijt ‘t Vaderland Zal moeten gedaan worden.

Vermits Seeker Leyfeijgen van den burger Lieutenant Gijsbert Rogiers genaamt Pieter van Balij tot dusdanige afschuwelijke boosaardigheid is overgeslagen, om op Woensdag den 4: deeser, een ander Slaaf met nog een Slavinne van gem: Zijnen Leijfheer in in desselfs huijs seer moorddadig om ‘t leeven te brengen, en daarop immediaet naar ‘t pleegen van dit horribel feijt, Zig op de vlugt begeeven hebbende, dus de handen der Justitie heeft weeten te ontkomen; Zo is tot voorkominge der onheijlen die door gem: booswigt nog verder zouden kunnen werden gepleegt, goedgevonden een premie van vijf en Twintig Rijxd:s te Stellen, voor de geene die voorsz: moordenaar leevend’ of dood zal kunnen magtig worden, zullende gem: premie Zonder uytsondering, ‘t zij door Slaven of andere Personen die Zig van denselven invoegen als gesegt is, komen meester te maaken, genoten werden; waar van bij affixie van billieten aan een ijder de vereijschte kennisse Zal werden gegeeven.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd. In ‘t Casteel de goede Hoop Ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 331-343.

Maandag den {17600616} 16 Junij 1760

S’ voormiddags alle Present, behalven den E: Coopman en Dispencier Christoffel Brand bij Indispositie.

De lading van het in de baaij fals vertoevend’ Chinaas Retourschip kronenburg , agtervolgens het geresolveerde in de Jongste vergaderinge van den 10: deeser, door de Expres hier toe gestelde gecommitt:s naauwkeurig gevisiteert geworden Zijnde, wierd op heeden door den heere gouverneur geproduceert, het rapport, dat gem: gecommitt:s noopens haarl: bevinding hebben koomen over te leeveren, luijdende als volgt.

‘Rapport weegens de bevinding van de lading van ‘t E:de Comp: Schip kronenburg , gedaan van Hendrik Taal, Equipagiemeester, Christiaan Hagerop Cap:t Lieut: op ‘t Schip de vrouw Geertruijda , Steven Lodewijk de Lill, schipper op ‘t Schip de vr: Petronella Maria en Jan Mulder Schipper op ‘t Schip Welgeleegen , ten overstaan van de Cargas Arthur Abercrombij, François Anthonij L’ Heureux en Joan Christoffel Steeger aan den wel Edelen gestr: Heere Rijk Tulbagh Raad Extra ordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop &:a beneevens den Agtb: Raad aldaar.’

‘Wel Edele Gestr: Heer en E:E: Heeren!’

‘De ondergeteekendens gecommitteerdens Zig vervoegd hebben, volgens uw wel Edele gestr: ordre na ‘t Schip kronenburg , om de lading van ‘t selve naauwkeurig na te sien en te visiteeren.’

‘Hebbende gesien en bevonden, dat de Lading Thee aan bakboord Zijde in ‘t ruijm van agteren tot vooren, en van boven teegens het dek tot onder op het Porcelain, ten Eenemaal door en door nat en bedurven is gevonden; Verders van vooren tot agteren gevisiteerd hebbende, Zijnde bevonden dat aan Stuurboords Zijde van vooren tot aan de groote mast, de drie onderste laagen Thee, meede ten Eenemaal door en door nat was.’

‘Tussen deks aan Bakboord meede bevonden, dat een groot gedeelte van de fijne Thee is beschadigt en bedurven, Zijnde verscheijde kassen geopend, gestooken en geheel nat bevonden.’

‘Verders zijn de Schotten in de Cajuijt van agteren en vooren opgebrooken, en naauwkeurig na de kassen met Zijde Stoffen en ruuwe Zijde &:a gesien en gevisiteerd, maar droog en seer wel geconditioneert bevonden; als meede de kassen met Rhabarber, welke in Constapels kamer Zijn geplaatst, ook droog en wel bevonden.’

‘Verders oordeelen wij dat het voordeeligste Zal weesen voor de resteerende Lading van goed Thee, dat het Schip sal werden moeten gelost; uijt hoofde dat de lading die soo slegt is bevonden geworden, onmoogelijk soo in een Staat sonder Perykel van Schip en goed kan werden getransporteerd.’

‘Verders hebben wij d’ Eere met de vereijschte respect ons te noemen’

’/:onderstond:/ Wel Edele gestr: Heer en E: E: Heeren, uw wel Edele gestr: Onderdaanige Dienaren; /:was geteekent:/ Hend:k Taal, Christiaan Hagerop, S:L: de Lill, J:n Mulder, /:ter sijden stond:/ ten onsen overstaen /:en geteekend:/ Arthur Abercrombij, F:A: L’ Heureux, Joan Christoffz: Steeger. /:in margine:/ In ‘t Ed: Comp: Schip kronenburg leggende ter rheede baaij fals , den 13: Junij A:o 1760.’

Uijt welk rapport gebleeken weesende, dat het grootste gedeelte der voorsz: lading nat en bedurven is geraakt, en dat deselve oversulx niet sonder pericul van ‘t Schip Selve, mitsg:s de verdere daarin nog onbeschaadigt gebleevene goederen kan werden getransporteert, heeft men dierhalven moeten besluijten, den Cap:t ter Zee en Equipagiemeester deeses gouvernements Hendrik Taal, neevens den ondercoopman en adjunct Fiscaal Otto Luder Hemmij, te Committeeren, om met adsistentie der ordinaire gecommitteerdens Jan Adolph Kuuhl en Jan Fredrik Pricelius, het voorm: Schip Kronenburg ten eersten te doen ontlossen, mitsg:s de t’ ontscheepene Thee en andere goederen op het naauwkeurigste na te Sien, het goede van het bedurvene te Sorteeren, en verders Sodanig te besorgen, dat deselve weederom in een behoorlijke Staat in voorm: bodem Zullen kunnen werden afgescheept; En dewijl ten deesen belange meede noodsakelijk geoordeelt wierd, dat zoo wel bij de geciteerde ontlossing, als in sonderheid tot het nasien en Sorteeren der Thee, eenige der Carga’s diende t’ adsisteeren, en de drie eerste Carga’s Abercrombij, L’ Heureux en Steeger, hier op in Raade ontbooden, mitsg:s dies aangaande gehoord Zijnde quamen te betuijgen, dat de Persoonen van Pieter Kintsius en Andries Everhardus van Braam Houkgeest, daar toe gevoegelijkst zouden kunnen werden geEmploijeert, is oversulx meede goedgevonden en beslooten, deselve ten dien eijnde hier aan te houden; Terwijl daar en teegens aan voorseijden Eersten Carga, Abercrombij, op zijn te kennen geeving, dat hij als eerste in de Commissie Zijnde, Zijne Reijze noodwendig met de presente geleegentheijd diende voort te setten, ten eijnde aan d’ heeren meesters het vereijschte verslag, noopens den gedreevenen handel te kunnen doen, is geaccordeert geworden, om van het meergem: Schip Kroonenburg op de vrouw Petronella Maria te mogen overgaan.

Werdende hier na door meergem: drie eerste Carga’s wijders versoek gedaan, dat nademaal ‘er nog al vrij wat tijd zoude moeten heenloopen, eer dat ‘t meergem: Schip Kronenburg weederom in Staat van vertrek Zal kunnen werden gebragt, dierhalven de daarin afgelaadene en nog onbeschadigt gebleeven Zijnde Zijde Stoffen, ruuwe Zeijde en Rhabarber, mitsg:s eenige Cassen met fijne Thee en nankings linnen, in het thans meede in voorsz: baaij fals vertoevend Bengaals retourschip Welgeleegen mogten werden overgescheept, Waarop den Schipper dier kiel Jan Mulder insgelijx gehoord, en door denselven te kennen gegeeven Zijnde, dat Zig daar toe nog wel eenige bequame ruijmte in desselfs geciteerden onderhebbenden bodem quam te bevinden, heeft men oversulx best geoordeelt, dat aan meergem: Equipagiemeester Taal nog op heeden bij missive Zal werden gelast, om in ‘t bijweesen der voorengeciteerde drie eerste Carga’s Abercrombij, L’ Heureux en Steeger, die ten dien eijnde ten eersten weederom baaijwaards zullen moeten vertrecken, in het gedagte Schip Welgeleegen te doen overscheepen, de voorsz: Zeijde Stoffen, ruuwe Zeijde en Rhabarber, mitsg:s nog zoo veel van de gementioneerde fijne Thee, als daar in bequamelijk, zonder nadeel of belemmering aan dat schip toe te brengen, Zullen kunnen geborgen worden, met ordre daar bij, dat na verrigting van dien, hij Equipagiemeester niet alleen ten Spoedigsten een notitie der overgescheepte goederen herwaards zal moeten opsenden, maar ook het gedagte Schip Welgeleegen , neevens de vrouw Geertruijda en de vrouw Petronella Maria , ten eersten laaten monsteren, zonder daar toe eenige nadere ordres af te wagten, ten eijnde die kielen dus sonder het allerminste tijd versuijm haare reijze te kunnen laaten voortsetten.

Sijnde laatstelijk op het diesweegens bij request gedaane versoek van den met het meergem: Schip Welgeleegen hier gearriveerden geweesenen Secretaris en Cassier in Bengaalen Michiel Bastiaansz: aan denselven geaccordeert om mits desselfs indispositie eenigen tijd onder afgeschreeven gagie, neevens zijne famielie alhier te moogen overblijven.

Aldus geresolveert en Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 344-347.

Dingsdag den {17600708} 8: Julij 1760.

alle Present.

Den tijd der verpagting van S’ lands gemeene middelen en inkomsten op handen koomende te schieten, is dierhalven verstaan, sulx op den gewoonen voet onder ult:o der aanstaande maand augustus te laaten geschieden; gelijk meede om tenselven daage weederom onder alsulke Conditiën en voorwaarden als in a:o pass:o is gedaan, te laaten opveijlen, de voor uijtgaande regten gestelden impost op de wijnen, arak en Brandewijnen, die aan de resp: hier aankoomende vreemde natiën Scheepen Zullen werden verkogt, van welk een en ander de nodige billietten Zullen werden geaffigeert.

So als wijders ook goedgevonden is, om meede bij affixie van billietten aan een ijgelijk kennisse te geeven, dat na den 15: der voorseijde maand Augustus de verstrecking van goederen uijt S’ E: Comp: Pakhuijsen, Soo lange Zal ophouden, tot dat deselve Pakhuijsen volgens gewoonte door Expresse gecommitt:s Zullen weesen opgenoomen.

Vervolgens geleesen weesende, een Missive van den land-drost en krijgsraad aan Swellendam , is daarop verstaan, aan haarl:, zoo tot de gewoone Exercitie, als den optrek aan Swellendam voorn:, te doen verstrecken, 600 lb: buscruijt en 500 P:s Vuursteenen.

Sijnde laatstelijk aan den van ‘t Schip Sparenrijk hier verbleevenen Predikant Nicolaas Graaij op desselfs hier om gedaan versoek gepermitteerd, om neevens desselfs alhier getrouwde Huijsvrouw Margaretha Jacomina Brommer, hunl: reijse met het thans in de baaij Fals leggend’ schip Thoornvliet naar Batavia te moogen voortsetten.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 348-353.

Dingsdag den {17600715} 15 Julij 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Dewijl eenige fugative en bij een gerotte Slaaven, die Zig een tijd lang hier omstreex de Tafel en windberg hebben opgehouden, tot die gruwelijke en overgegeevene boosheijd Zijn uijtgespat, om gisteren avond tusschen agt en Neegen uuren, den boekhouder Michiel Smuts, neevens desselfs huijsvrouw en een kleijn kind derselver, op d’ allerontmenschte wijze om ‘t leeven te brengen; en dat tot attrappeering dier booswigten, bereijts differente reijsen eenige manschappen uijt gesonden geweest zijnde, Sonder deselve te hebben kunnen magtig werden, men dienvolgens met Reeden moet Suspicieeren, dat deselve met andere ondeugende Slaven, en wel de Sogen: houthaalders een ongeoorloofde Correspondentie voerende, van deselve hun onderhoud koomen t’ erlangen; Is dierhalven, ten eijnde gem: boosdoenders de middelen af te snijden, waar door Zyl: nog langer Zouden kunnen vagabondeeren, en deselve des t’ eerder in handen te krijgen, goedgevonden, aan een ijgelijk Sonder onderscheijd bij affixie van billietten t’ interdiceeren en verbieden, om geene van haare Slaven tot het haalen van brandhout of om eenige andere Reedenen, naer de voorsz: hier omstreex leggende of andere gebergtens hoegenaamt uijt te Senden, op Pœne dat de meesters van Sodanige Slaaf of Slaven die aldaar Sullen werden gevonden, niet alleen Zullen weesen vervallen in een boete van Een Hondert rijxd:s, maar dat ook dusdanige Slaven aan den Lijve Zullen werden gestraft; Terwijl om d’ Ingeseeten in opzigt van hun benoodigt brandhout egter Soo veel moogelijk Zij, buijten verleegentheijd te Stellen, tot weederseggens toe, aan deselve Zal werden gepermitteerd, het voorsz: brandhout te moogen doen haalen, in de vlaktens over ‘t Zoute Rivier .

Boven het welke nog verstaan is, dat van ‘t vallen van den Avond af, tot soo lange het maar eenigsints duijster Zal Zijn, Sig Geene Slaaven op Straat Zullen moogen laaten vinden, Sonder een Ligtend’ Lantaarn bij Zig te hebben, op Pœne van Vijf en Twintig Rijxdaalders boete voor den Meester, en dat Sodanigen Slaaf bovens dien Scherpelijk Zal werden gecorrigeert.

Sijnde laatstelijk op het diesweegens gedaane versoek door Burgerraaden deeser Plaatse nog verstaan, dat bij de manschappen die uijt deese Caabse Burgerije, tot opsoeking der meergem: fugativen Zijn gecommandeert, vier militairen uijt dit guarnisoen, Sullen werden gevoegd, ten eijnde ingevalle gem: booswigten Zig in eenige der in ‘t gebergte leggende Spelonken mogten onthouden, deselve als dan met het werpen van handgranaten daar uijt te drijven: terwijl aan gem: gecommandeerde manschappen nog 5: à 6: ‘S E Comp: leijfeijgenen tot het dragen van derselver Provisien Sullen werden bijgeset.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd. In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 354-359.

Donderdag den {17600717} 17 Julij 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Op heeden in nadere overweeging genoomen weesende, van hoe grooten aangeleegentheijd het voor de rust en veijligheijd Soo van d’ ingeseetenen deeser Plaats, als die van ‘t Platte land komt te weesen, dat het bewuste, Zig bereijts aan moord en Roof Schuldig gemaakt hebbend’ Complot fugative Slaaven, spoediglijk agterhaald en uijtgeroeijd werd; Is dierhalven verstaan, aan een ijder Sonder onderscheijd voor elk der voorsz: booswigten, die Zij dood of leevendig Sullen kunnen magtig worden, een Premie van Vijf en Twintig Rijxd:s uijt S’ E: Comp: Cassa toe te leggen.

Terwijl voorts ook noodsakelijk geoordeelt en dienvolgens beslooten is, dat bij ampliatie van het op eergisteren geaffigeerd’ billiet aan alle ende een ijgelijk deeser ingeseetenen op ‘t Scherpste Sal werden gelast en aanbevoolen, dat zij hunne Slaven tot het haalen van brandhout op de thans vergunde plaats koomende uijt te Senden, deselve alvoorens Zullen moeten voorsien, van een briefje, inhoudende de naamen der meesters, en op welken datum Zij deselve uijtsenden, welk briefje wijders niet alleen dagelijx vernieuwd, maar ook telkens, wanneer de Slaven met het hout van buijten opkomen, door deselve aan den Sergeant van de Patrouille wagt sal moeten werden afgegeeven; ten welken eijnde deselve dan ook geen anderen weg als voorbij de voorsz: Patrouille wagt Zullen moogen passeeren; op Pœne dat de Slaven die van geen behoorlijk briefje Zullen voorsien Zijn, immediaat aangehouden en aan de dienaaren der Justitie Sullen werden overgegeeven, om vervolgens Strengelijk te werden gecorrigeert, terwijl derselver Leijfheeren daar en boven ook zullen vervallen Zijn, in een boete van Vijf en Twintig rijd:s welke Pœnaliteijten inselvervoegen Sullen plaats hebben, ingevalle eenige der voorsz: houthaelders sullen werden geattrappeerd, dat Zij naar buijten gaande of van daar te rug koomende, een anderen weg als hier bevoorens is geordonneert, Sullen hebben genomen.

Gelijk al verder verstaan is, om bij renovatie der bevoorens deesen aangaande gestatueerde beveelen, een ijgelijk soo S’ Comp:s dienaaren als burgeren, wel expresselijk t’ ordonneeren, dat wanneer ijmand eenige Slaaf of Slaven, maar even buijten deese Plaats of de buijten luijden van haare wooningen naar de Caab of elders komen af te Senden, om een boodschap of iets anders te verrigten, zij deselve telkens een briefje van dien eijgen dag gedateerd, Sullen meede geeven, met de naamen van derselver Lijfheer, vrouw ofte hun knegt onderteekend, en aanhaaling daar bij, waar heen Sodanigen Slaaf gesonden werd, sullende andersints alle Slaaven die van geen diergelijk briefje voorsien Zijnde, Sullen worden gevonden, bij een ijgelijk als wegloopers mogen aangetast, en ‘t Zij aan den heer Independent FisCaal of de resp: landdrosten opgebragt worden.

Aldus geresolveerd ende gearresteerd. In ‘t Casteel de goede hoop Ten Daage en Jaere voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 360-365.

Donderdag den {17600807} 7: Aug:s 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Dewijl het moorddadig Complot fugative Slaaven, Soo door de diesweegens genoomene goede maatreegulen, als de betoonde vigilantie der Succesivelijk uijtgesonden geweest Zijnde Commando’s, alle soo dood als Leevendig in handen der Justitie zijn geraakt, en dus hier door Zijn koomen op te houden de reedenen, waarom bij billietten van den 15: en 17: Julij Jongstl:, aan d’ alhier woonagtig zijnde ingeseetenen is geordonneerd geworden, om hun benoodigd’ brandhout door haare Slaaven tot weederseggens toe, te doen haalen in de vlaktens over de Soute Rivier ; Is dierhalven op heeden goedgevonden, gem: ordre bij affixie van billietten weederom in te trecken, en aan gem: Ingeseetenen te permitteeren, het brandhout weederom gelijk bevoorens, van en uijt het hier omstreex leggend’ gebergte te moogen laaten haalen, Terwijl egter de verdere bij bovengem: billietten gestelde ordres, te weeten, dat van ‘t vallen van den avond af, tot Soo lange dat het duijster zal Zijn, Zig geene Slaaven op de Straaten Zullen moogen laaten vinden, sonder een Ligtend’ Lantaarn bij Zig te hebben, mitsgad:s dat deselve naar buijten in ‘t Land gaande, en van daar opkoomende, altoos van een behoorlijk briefje Zullen moeten voorsien zijn, in haar geheel blijvende, dus bij Continuatie Stiptelijk Zullen moeten werden naargekoomen.

Boven het welke aan een ijgelijk sonder onderscheijd uijtdruckelijk Zal werden gelast en aanbevoolen, dat deselve haare Leijfeijgenen, die Zij, ‘t Zij om hout te haalen, of tot andere verrigtingen in ‘t veld uijtsenden, en dienvolgens voor al hunne veewagters Scherpelijk Zullen hebben te ordonneeren, dat ingevalle Zij op eenigerhande wijze, mogten te weeten koomen, waar zig eenige drossende Slaaven koomen op te houden, Zij daarvan Immediaat kennisse aan hunne resp: lijfheeren Zullen hebben te geeven, die Zulx dan ook Zonder uijtstel, ‘t Zij aan den Heer Independent FisCaal of de Resp: Land-drosten Sullen moeten bekend maaken, Zullende andersints de Slaaven die naderhand bevonden Zullen worden, eenige drossers gesien of vernoomen te hebben, Sonder hier van aan hunne meesters kennisse te hebben gegeeven, als meede pligtige aan de misdaden, die Meergem: drossers sullen koomen te pleegen, of alreets mogten gepleegd hebben, aangemerkt, en dienvolgens als Sodanig gestraft worden.

Wijders geresumeerd weesende, de door den Eerw: Kerkenraed deeser plaetse overgeleeverde nominatie, zoo is uit het daar bij in dubbelen getale voorgestelde Persoonen, in Steede van den overleedenen Michiel Smuts, weeder tot Diacon verkooren, den Boekhouder Carel Albregt Haupt, om als Zodanig voor den tijd die gem: Smuts nog had moeten dienen, te fungeeren.

Aldus geresolveerd ende gearresteerd. In ‘t Casteel de goede hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 366-377.

Dingsdag den {17600819} 19: Aug:s 1760.

S’ voormiddags alle Present, uijtgenoomen den Heer Secunde Sergius Swellengrebel, en E: Secretaris Oloff Martini Bergh, beyde door indispositie.

Den Hoeker de Neptunus , die geduurende het gepasseerde winter saijsoen, diverse maalen ter overbrenging naer de Baaij fals der benodigtheeden voor S’ E Comp:s aldaar aangeweest Zijnde, en nog vertoevende Scheepen is g’ Emploijeert geweest, onlangs weederom van daar gereverteerd, en daarop ten eersten van dies overgebragte lading ontlost weesende, dus niet voor den aanstaanden Jaare weederom ten voorsz: eijnde Sullende behoeven te werden gebruijkt; wierd oversulx op heeden door den Heere gouverneur ter vergaderinge geproponeert, om het gem: Vaartuijg, dat om de voorsz: reedenen thans gevoeglijk kan werden gemist, ter inruijlinge van Slaven ten dienste deeses gouvernements naer MadagasCar te Senden, oordeelende Zijn Edele Zulx seer noodsakelijk te Zijn, dewijl S’ E: Comp:s Leijfeijgenen door Sterfte als andersints berijds merkelijk waaren vermindert, invoegen wanneer daar teegen niet in Tijds wierde voorsien, men eerlang in groote verleegentheijd Soude kunnen geraaken; waar over gedelibereerd, en hetselve als eene voor den dienst der E: Comp: nuttige Zaak geoordeelt Zijnde, is dierhalven eenpariglijk goedgevonden ende gearresteerd, om voorseyden Hoeker de Neptunus ten fine als bovengem:, ten Spoedigsten in gereedheijd te doen brengen, en denselven tot het doen van dien Togt behoorlijk te laten proviandeeren; Terwijl wijders aan dies overheeden tot het drijven van den Handel, en ‘t doen van Schenkagiën aan de vorsten op ‘t voorsz: Eijland, een Carguasoentje der aldaar meest gewilde goederen &:a Sullende worden meedegegeeven, men deselve daer en boven ook zal qualificeeren, om bij de Particuliere Ingeseetenen alhier, ten civielsten prijse een quantiteijt coraalen te moogen incoopen, als Zijnde degeene die alhier in ‘S E: Comp:s Pakhuijs gevonden werden, niet van de vereijschte Sorteering: En is voorts om als Commies op deesen Togt te fungeeren aangesteld, den ten Zoldij Comptoire dienst doenden Adsistent Johan Godfried Krausen.

Maar nademaal door den thans op gem: Hoeker de Neptunus het Commando voerenden Schipper Hans Harmsz:, bereijds twee Togten naar ‘t geciteerde Eijland MadagasCar , als d’ eerste in den Jaere 1752: en d’ andere in A:o 1755, en dus beijde kort op den anderen Zijn gedaan, en denselven dienvolgens aldaar niet alleen ten vollen bekent is, maar ook noopens den Slaven Handel Zelfs, met relatie waer en op wat wijze die moet gedreeven worden, de vereijschte Ervarentheijd koomende te besitten; het uijt dien hoofde niet noodzakelijk is, deesen aangaande weederom een aparte memorie te formeeren, heeft men dierhalven goedgevonden, om even en in diervoegen als Zulx bij Zijne hier bovengem: laatste voijagie in a:o 1755. is geschied, gem: Schipper Harmsz: en Commies Crause, ‘t een en ander aangaande over te wijzen aan de Instructie, dewelke voor den Schipper Godlob Silo op Zijn Togt met het fluijtschip de Drie Heuvelen in a:o 1753 is geformeert geworden, die aan haarl: derhalven in Copia Zal werden ter handen gesteld, met ende beneevens de Journalen, die zoo door ged:tn Schipper Silo als den doenmaligen Commies Westerhoff Zijn gehouden, waarbij verders Zullen worden gevoegd, Zodanige andere Journalen en Kaarten, als aan gem: Schipper nodig, en ter Sijner narigt bevorens insgelijx Zijn meedegegeeven geweest.

Verders bij deese geleegentheijd meede gesprooken Zijnde, over de Trouwe Daad, door den Slaaf van den Duijkelaar Paulus Beek, in naame Boone van Boegis, aan ‘t Publicq beweesen, te weeten, dat ten tijde het fugatief geweest Zijnde, mitsg:s zig aan moord en roof schuldig gemaakt hebbend’ Complot Slaaven, waar van nu onlangs bereyds de meeste Zijn geExecuteerd, en d’ overige ter erlanging hunner wel verdiende Straffe als nog in hegtenis werden gehouden, omtrent de blaauwe bergh ontdekt, en door het daarop uitgesondene Commando agterhaald, mitsg:s uijt hare Schuijlhoeken waaren verdreeven geworden, deselve zig van daar naar de Zogenaemde Macassers duijnen hebben begeeven gehad, en na nog eenige dagen omswervens, eijndelijk op den 26: Julij jongstl: bij zommige Leijfeygenen, dewelke door hunne Meesters tot het branden van Houtskoolen derwaarts waaren gesonden, Zijn gekoomen, deselve aangerand, en niet alleen van hunl: mondcost en Tabak hebben ontroofd, maar daar en boven ook bedreijgd, Zig op verbeurte van hun Leven niet van daer te begeeven.

Dog dat voorm: Boone van Boegis, die Zig meede onder het getal der voorsz: Coolenbranders heeft bevonden, ongeagt dit alles, met het uijtterste gevaar een middel heeft weeten te vinden, omme Zig van geciteerde booswigten t’ absenteeren, en van derselver ontmoeting nog des nagts ter deeser plaatse behoorlijk kennisse te komen brengen, waar door deselve dan ook gesamentlijk Zijn geattrappeerd geworden; Is dier halven, ten eijnde ged:s Boone van Boegis daar voor naar verdienste te beloonen, en om andere Slaaven in diergelijke gevallen des te beeter tot hunnen pligt aan te moedigen, goedgedagt, denselven uijt Slaafse dienstbaarheijd te ontslaan, en in volle vrijdom te stellen, mitg:s daar van aan hem een Vrijbrief in forma te verleenen; Sullende egter, om bovengem: Zijnen Leijfheer hieromtrent billijkerwijze Schadeloos te stellen, door welopgem: Heere Gouverneur en de verdere resp: Leeden deeses Raads, een beurs ter Somma van Ryxd:s 225: geformeert, en aan denselven werden ter hand gesteld.

Den Capitain van een der Comp: en burger Infanterije alhier Henning Joachim Prehn, op Zijn hierom bij Request gedaan versoek, ter consideratie van desselfs klimmenden Ouderdom en verscheijde Swaare Lichaams gebreckelijkheeden, van voorsz: bediening ontslagen geworden Zijnde, heeft men goedgevonden in Steede van denselven weederom tot Capitain te benoemen, den Lieutenant in die selfde Comp: Hendrik Oostwald Muller voor denwelken den vaandrig Jacobus Alexander la Febre als Lieutenant opgetreeden Zijnde, is wijders in plaatse van den laatstgen: tot Vaandrig aangesteld, den Persoon van Johan Daniel Wieser.

Soo als ook op de diesweegens meede in Scriptis gedaane instantie door den Cornet en adjudant der Swellendamse burger Dragonders Godfried Droskij, aan denselven geaccordeert weesende, omme uijt hoofde van desselfs ommeslag, zijn vast Domicilium voortaan hier aan Cabo te moogen houden; is voorts beslooten, hem teffens ook van voosz: functiën te ontslaan, en in Steede van denselven weederom tot Cornet en adjudant ter dier plaatse te bevorderen, den Standaarjonker Gerrit Hendrik Meyer Esaïasz:, in verwagting dat denselven Zig allesints als een wacker en Trouw officier Zal komen te gedragen.

Sijnde wijders den houtkapper Casper Otto Tietje Homan uijt aanmerkinge dat hij den ouderdom van 61: Jaaren bereijkt, en d’ E:Comp: bovensdien ook 21: Jaaren gedient hebbende, teegenwoordig buijten staet komt te Zijn, om desselfs dienst langer naer behooren te kunnen presteeren, oversulx op Zijn versoek Conform d’ ordre met thien guld:s ter maand gegageert.

Laatstelijk is aan den landbouwer Frans Hendrik Batenhorst, op desselfs hierom gedaan Supplicq in Eygendom gegeeven, seekere veepost, die denselven bereyds eenige Jaren van d’ E: Comp: in leening heeft beseeten, geleegen onder ‘t District van Stellenbosch aan de blaauwe bloms Cloof , onder Conditie nogthans, dat boven en behalven de Jaarlijxe recognitie penn: van Rxd: 24: door hem nog tot een Erkentenisse voor het verkrijgen van den Eygendom van voorseijde Plaats, aan d’ E: Comp: Zal moeten werden betaald, de somma van Twee hondert Rijxd:s.

Aldus geresolveerd ende gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] Mij Present T C Rönnenkamp E:g:Clercq

C. 138, pp. 378-381.

Saturdag den {17600830} 30: Aug:s 1760.

S’ voormiddags alle Present, dempto den Heer Secunde Sergius Swellengrebel bij Indispositie.

Op heeden volgens Jaarlijx gebruijk naar behoorlijk klocke geklep en uijtroepinge van den Bode getreeden sijnde, tot de publicque verpagting der gemeene Middelen en Inkomsten deeses gouvernements, navolgens de diesweegens geaffigeerde Billietten; Zoo zijn deselve ingemeijnd geworden, door alzulke Persoonen en tot Sodanige Prijsen als hier onder Staat uijtgedrukt te weeten.

'T Moutbier
Aletta de Nijs wed:e wijlen Gerrit Reynders Vos   ƒ675:
Brandewijnen
Eerste quart Jochem Dan:l Hiebner ƒ3500:
Tweede d:o Dirk de Jong d:o 4600:
Derde d:o d:o d:o d:o 2800:
Vierde d:o Jochem Dan:l Hiebner d:o 3450: d:o 14350:
Vaderlandsche Bieren en Wijnen.
Jochem Daniel Hiebner   d:o 2350:
Caabse wijnen.
Eerste quart. Jan Marten Vogel ƒ3075:
Tweede d:o d:o d:o d:o d:o 3300:
Derde d:o Pieter Broeders d:o 3425:
Vierde d:o Marten Melk d:o 4600:
      ƒ14400:
welke vier perceelen van de pagt der Caabse wijnen vervolgens naar den inhoude der Pagt Conditiën weederom opgeveijld en afgeslaagen weesende, zijn deselve ingemeijnd geworden, bij den burger Marten Melk, invoegen denselven generalen Pagter gebleeven is, voor een Somma van   d:o 18000:
Caabse wijnen ensz: aan 't Ronde Bosje en in de baaij fals .
Joseph Wolmerans   d:o 2175:
Coele en Brandewijnen aan Stellenbosch en Drakensteijn
Jan Grijling   d:o 375:
D' Impost op de Wijn Aracq en Brandewijn Aan vreemde natiën geleevert werdende.
Marten Melk   d:o 6000:
Soo dat de geheele Pagtpenn: bedragen   ƒ43925:
'T Moutbier
Aletta de Nijs wed:e wijlen Gerrit Reynders Vos   ƒ675:
Brandewijnen
Eerste quart Jochem Dan:l Hiebner ƒ3500:
Tweede d:o Dirk de Jong d:o 4600:
Derde d:o d:o d:o d:o 2800:
Vierde d:o Jochem Dan:l Hiebner d:o 3450: d:o 14350:
Vaderlandsche Bieren en Wijnen.
Jochem Daniel Hiebner   d:o 2350:
Caabse wijnen.
Eerste quart. Jan Marten Vogel ƒ3075:
Tweede d:o d:o d:o d:o d:o 3300:
Derde d:o Pieter Broeders d:o 3425:
Vierde d:o Marten Melk d:o 4600:
      ƒ14400:
welke vier perceelen van de pagt der Caabse wijnen vervolgens naar den inhoude der Pagt Conditiën weederom opgeveijld en afgeslaagen weesende, zijn deselve ingemeijnd geworden, bij den burger Marten Melk, invoegen denselven generalen Pagter gebleeven is, voor een Somma van   d:o 18000:
Caabse wijnen ensz: aan 't Ronde Bosje en in de baaij fals .
Joseph Wolmerans   d:o 2175:
Coele en Brandewijnen aan Stellenbosch en Drakensteijn
Jan Grijling   d:o 375:
D' Impost op de Wijn Aracq en Brandewijn Aan vreemde natiën geleevert werdende.
Marten Melk   d:o 6000:
Soo dat de geheele Pagtpenn: bedragen   ƒ43925:

Aldus Gedaan en Uijtgevoerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 382-389.

Dingsdag den {17600902} 2: Septb: 1760.

S’ voormiddags alle Present, behalven den Heer Secunde Sergius Swellengrebel bij Indispositie.

Door den Ritmeester over de Tweede Comp: Cavallerij Hendrik van der Heijde, bij request seer instantig versogt geworden Zijnde, om uijt hoofde zijner aanhoudende lighaams gebreckelijkheeden van voorsz: Functie te mogen werden ontslagen, is goedgevonden Zulx aan hem t’ accordeeren; en den oudsten, mitsg:s in d’ eerste Comp: dienende Lieut: Petrus Michiel Eksteen weederom tot Ritmeester te bevorderen, voorts den Cornet Nicolaas Laubster als Lieutenant, en den Wagtmeester Michiel van Breda als Cornet te laaten optreeden, en eijndelijk den Lieutenant in meergem: tweede Comp: Cavallerij Oloff Bergh op zijn versoek in d’ Eerste Comp: ter Plaatsvullinge van bovengem: Eksteen te laaten overgaan.

Waarna door den Heer Lieut:t Collonel Meijnertshagen te kennen gegeeven Zijnde, dat de granadier-mutsen van ‘t alhier guarnisoen houdende bataillon Militairen ten eenemaal afgesleeten en onbruijkbaar Zijnde geworden, deselve oversulx noodwendig van andere dienden te werden voorsien; is hier op beslooten, het gerequireerde getal Mutsen weederom te laaten aanmaken, van sodanig fatsoen als de laatste geweest Zijn, en het daartoe benoodigde Latoen kooper, dat na gissing de quantiteijt van 300: lb: zal bedragen, teegens Inkoops Prijs uijt S’ E: Comp:s Pakhuijs te laaten verstrecken.

Op de diesweegens in Scriptis gedaene versoeken door de burgers Jochem Daniel Hiebner en Dirk de Jong, als aanneemers van de Pagt der Brandewijnen, aan deselve voor ijder Perceel een bijtapper geaccordeerd Zijnde; is wijders aan voorsz: Hiebner als Pagter der Vaderlandsche Bieren en wijnen toegestaen, om behalven desselfs gepermitteerde Bijtapper, de voorseijde dranken nog door den burger Hendrik Wittig in de Thuijn gen:t Uijtvlugt te moogen laaten debiteeren.

Desgelijx is aan den Pagter der Coele en Brandewijnen aan ‘t rondebosje en in de baaij Fals Joseph Wolmerans gepermitteerd, om de burgers Johannes Bruijns en Jan Mostert op haare woonplaatsen aan ‘t ronde bosje en de Sogen:de drie Coppen , als bijtappers te moogen aanstellen, mitsg:s gem: Dranken ook door Aletta de Nijs wed:we wijlen Gerrit Reijndersz: Vos, ten haaren woonhuijse aen de Brouwerij te moogen laaten uijttappen.

Sijnde laatstelijk door den burger Marten Melk bij request te kennen gegeeven, dat denselven nu onlangs van den Heemraad Michiel Romond gekogt hebbende, Seekere Plaats ofte hofsteede, geleegen in Hottentots Holland , gen:t de Paarde Valleij , hij daar op ten eersten de Sogenaemde Paarde valleij , waarna deese Plaats, gelijk evengem: genaamt, en die gedeeltelijk in desselfs eijgen land is leggende, mitg:s Zoo goed als ten eenemaal uijtgedroogd was, hadde doen opruijmen, deselve vervolgens niet alleen weederom met water voorsien, maar ook daer in uijt eijgen Liefhebberij eenige visschen ter voort teelinge had gebragt, dog dat Zulx ook door dies voormaalige besitters geprobeert geworden Zijnde, deselve egter tot hunl: Spijt en verdriet hadden moeten ondervinden, dat Sommige vuijlaardige menschen dan aanstonds hun werk maakten, om de visschen, Sonder deselve Tijd van groot te worden, of aan te teelen te gunnen, weeder daar uijt te Vangen, en dus deese queekerij te ruineeren; met bijgevoegd versoek wijders, dat dewijl hij uijt dien hoofde met reeden bedugt was, dat hem Zulx meede t’ eeniger Tijd Zoude kunnen overkoomen, het deesen raade dierhalven goedgunstig mogte behaagen, daar teegens te voorsien; waar op goedgevonden en beslooten is, dat aan een ijgelijk Sal werden verboden, in gedagte Paarde valleij te moogen visschen, en dat Zulx in ‘t vervolg maar alleen aan hem Melk, en de geene, die hiernamaals wettige Eijgenaars van voorsz: Plaats Zullen koomen te weesen, Sal werden gepermitteerd; Zullende daar van een open brief en ordre worden gegeeven, op dat deselve aan den landdrost Adriaan van Schoor vertoond werdende, hij Zorge Zal kunnen dragen, dat dies Inhoude behoorlijk werde in Agt genoomen.

Aldus Geresolveerd ende gearresteerd In ‘t Casteel de goede hoop. Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 390-419.

Dingsdag den {17600916} 16: Septb: 1760.

S’ voormiddags alle Present, behalven de heeren Secunde Sergius Swellengrebel, en Independent FisCaal Pieter Reede van Oudshoorn, mitsg:s L:t Collonel Isaac Meinertzhagen, neevens den E: Cassier Pieter Hacker, de twee eerstgem: bij Indispositie, en de laatstgen:de als in Commissie Zijnde.

Door den Heere Gouverneur, mits de zoo evengem: Indispositie van den Heer Secunde en Hoofd Administrateur ter vergadering overgelegd Zijnde, Seekere Memorie, dewelke aldus was Luijdende.

‘Memorie van de Nabesz: Clappus Olij, Bieren, Equipagiegoederen, Timmerhout, Metselsteenen, glaase Ruijten, Olijven Olij en diversse andere goederen uijt de onderstaande Scheepen, soo te kort, gebrooken, bij Pijling minder, als tot ‘t opvullen verbruijkt, de Tabak bij ‘t openen van verscheijde kassen in ‘t Negotie Pakhuijs te kort, als meede de leijfeijgenen in de Ses Jongst gepasseerde maanden door de Natuurlijke dood overleeden, ‘t vee in gem: Tijd Soo verrekt, als door ‘t Wild gedierte vernield, en eijndelijk diversse goederen Seedert P:mo September A:o Pass:o tot ult:mo Aug:s in de resp: Pakhuijsen &:a onbequaam en onbruijkbaar bevonden, alles volgens verclaringen blijkende, namentlijk.’


Uijt de Liefde .
afschrijven 31 kann: Clappus Olij op 4: halve leggers of 675: kann: bij Pijling minder, als 1: van 2: d:m en 3: van 3: d:m wan, zijnde 4 5/8 P:r C:to Sch:s
Uijt Vrijburg .
afschrijven 36: d:o Clappus Olij op 4: halve Leggers, inhoudende 713: kann: bij welkers Pijling bevonden, als 1: van 1: d:m, 1: van 2: d:m en 2: van 4: d:m wan, Zijnde 5: P:r C:to Sch:s
Uijt Marienbosch .
afschrijven 56: P:s gesorteerde Drinkglasen op 250 P:s bij 't openen van Een kasje L:a P:P: gebrooken.
7 2/3 vaaten Haantjes Bier op 50 vaten bij Pijling minder, als 25 van 4 d:m 20 van 5: en 5: van 6: d:m wan.
2 3/4 vaten Theer tot 't opvullen van 12 1/4 vaten verbruijkt.
Uijt Sparenrijk
afschrijven 77: P:s ges: Drinkglasen op 250 P:s bij 't openen van Een kasje L:a S:S: gebrooken.
595 lb: gesort: Ijser op 40000 lb: bij naweeging te kort.
Verkoopen 3: P:s ges: ijsere Potten op 25 p:s gebrooken
afschrijven 3: vaaten Theer tot 't opvullen van 7 vate verbruijkt.
115 2/10 kann: Olijven Olij op 25 halfamen bij Pijling minder, als 6: van 2: d:m, 13: van 3: d:m en 6: van 3 1/2 d:m wan.
6 4/10 kann: wijntint op 2: halfamen bij welkers Pijling ieder 2: d:m wan.
afschrijven en ten dienste der E: Comp: te gebruijken 1437: P:s graauwe moppen op 6000 P:s gebrooken
874: d:o klinkersteenen d:o 4000: d:o
Verkoopen. 1: p:s gr: balk van 11: en 13: d:m op 60 P:s aangestooken.
4: d:o Carveel Planken van 2 1/2 d:m op 35: P:s gebrooken.
Uijt Oosterbeek
afschryven 2: P:s gr: Deelen van 2 d:m op 200 P:s te kort
3: d:o d:o Balken d:o 3 en 6 d:o d:o 30: d:o
1: d:o d:o Rib d:o 3 d:o 4: d:o d:o 25: d:o
  9: d:o d:o Deelen d:o 1 1/2 d:m d:o 100: d:o als
    afschrijven 5: p:s te kort
    verkoopen 4: d:o gebrooken
  14. P:s gr: Deelen van 1 1/4 d:m op 85: P:s te weeten.
    afschryven 7: P:s te kort
    verkoopen 7: d:o gebrooken.
  14: d:o d:o d:o van 1: d:m op 174: P:s als.
    afschrijven 5: P:s te kort.
    verkoopen. 9: d:o gebrooken.
Uijt Ouderamstel
  9: P:s gr: Deelen van 2: d:m, als.
    afschrijven 3: P:s te kort
    verkoopen. 6: d:o gebrooken
afschrijven 3: blad:e wagenschot van 1 1/2 d:m op 50 p:s te kort.
Uijt de Snoek .
afschryven 5/6: hoeden Smeekoolen op 36 hoeden bij nameeting te min.
verkoopen. 1: P:s buijkplank op 175 P:s gebrooken.
afschrijven. 4: P:s gr: balken van 5 en 6: d:m op 40 P:s te kort.
verkoopen 2: d:o d:o Ribben d:o 3: d:o 6: d:o d:o 30 d:o gebroken
  4: d:o d:o Deelen d:o 2 d:m op 388: als.
    afschrijven 2: P:s te kort.
    verkoopen 2: d:o gebrooken.
Uijt Amelisweert .
afschrijven 228: kann: Arak op 6: Leggers bij Pijling minder als 3: van 5: d:m, en 3 van 6: d:m wan, Zijnde 10 P:r C:to Sch:s.
Uijt 'T Huijs te Boede .
afschrijven 196: kann: Arak op 5: leggers bij welkers Pijling 2: van 5: d:m en 3: van 6 d:m wan, Zijnde 10: P:r C:to Ruijm.
Uyt d' Immagonda .
afschrijven. 184: kann: arak op 5: leggers bij Pijling minder, als 3: van 5: d:m en 2: van 6: d:m wan geweest, Zijnde 9 1/2 P:r C:to Sch:s.
Uijt Thoorenvliet .
  8: P:s gr: Deelen van 1 1/4 d:m op 480 P:s als.
    afschrijven 3: P:s te kort
    verkoopen. 5: d:o gebrooken
  11: P:s gr: deelen van 1 1/2: d:m op 500 p:s te weeten
.   afschrijven 7: P:s te kort
    verkoopen. 4: d:o gebrooken.
verkoopen. 18: P:s gr: gesaagde deelen op 150 P:s gebrooken
Uijt de gouverneur generaaL .
  10 2/5 vaten Bier Delfs Truweel op 50 vaten als.
    afschrijven 9 2/5: vaten op 49: vaten bij Pijling minder, als 1 van 3: d:m, 23 van 4: d:m, 15: van 5 d:m, 1 van 6: d:m, 3 van 7 d:m, 2: van 8: d:m, 2: van 9: en 2: van 13: d:m wan, mitsg:s
    verkoopen. 1: vat hard bevonden.
Uijt Renswoude
afschrijven 76: P:s Tiggelsteentjes op 600 P:s bij het openen van 2: kasjes L:a A: en B: gebrooken
92: d:o drinkglaasen op 450 P:s bij 't openen van 1: kasje L:a C: gebrooken.
355: d:o glaase ruijten van 12: en 14: d:m op 2000 P:s bij 't openen van 10 kassen L:a N tot U gebrooken.
19 d:o kleijne Tonnetjes Swartsel op 200 P:s bij 't openen van Een kasje L:a S:S: leedig
87: d:o groote d:o d:o d:o 1000. d:o bij 't openen van10 kasjes van L:a T:T: tot C:C:C: leedig bevonden.
verkoopen 100: bossen Schagten in 't Kasje L:a D:D:D: door 't daar bij geleegene Spaansgroen aangestooken en onbruijkbaar.
1: P:s gr: deel van 2: d:m, lang 20 v:t op 120 p:s gebrooken
21: d:o d:o gesaagde deelen op 230 P:s
Uijt Pijlsweert .
afschrijven 12: P:r Schoenen op 75 p:r bij 't openen van Een vat te kort.

Uijt de Liefde .
afschrijven 31 kann: Clappus Olij op 4: halve leggers of 675: kann: bij Pijling minder, als 1: van 2: d:m en 3: van 3: d:m wan, zijnde 4 5/8 P:r C:to Sch:s
Uijt Vrijburg .
afschrijven 36: d:o Clappus Olij op 4: halve Leggers, inhoudende 713: kann: bij welkers Pijling bevonden, als 1: van 1: d:m, 1: van 2: d:m en 2: van 4: d:m wan, Zijnde 5: P:r C:to Sch:s
Uijt Marienbosch .
afschrijven 56: P:s gesorteerde Drinkglasen op 250 P:s bij 't openen van Een kasje L:a P:P: gebrooken.
7 2/3 vaaten Haantjes Bier op 50 vaten bij Pijling minder, als 25 van 4 d:m 20 van 5: en 5: van 6: d:m wan.
2 3/4 vaten Theer tot 't opvullen van 12 1/4 vaten verbruijkt.
Uijt Sparenrijk
afschrijven 77: P:s ges: Drinkglasen op 250 P:s bij 't openen van Een kasje L:a S:S: gebrooken.
595 lb: gesort: Ijser op 40000 lb: bij naweeging te kort.
Verkoopen 3: P:s ges: ijsere Potten op 25 p:s gebrooken
afschrijven 3: vaaten Theer tot 't opvullen van 7 vate verbruijkt.
115 2/10 kann: Olijven Olij op 25 halfamen bij Pijling minder, als 6: van 2: d:m, 13: van 3: d:m en 6: van 3 1/2 d:m wan.
6 4/10 kann: wijntint op 2: halfamen bij welkers Pijling ieder 2: d:m wan.
afschrijven en ten dienste der E: Comp: te gebruijken 1437: P:s graauwe moppen op 6000 P:s gebrooken
874: d:o klinkersteenen d:o 4000: d:o
Verkoopen. 1: p:s gr: balk van 11: en 13: d:m op 60 P:s aangestooken.
4: d:o Carveel Planken van 2 1/2 d:m op 35: P:s gebrooken.
Uijt Oosterbeek
afschryven 2: P:s gr: Deelen van 2 d:m op 200 P:s te kort
3: d:o d:o Balken d:o 3 en 6 d:o d:o 30: d:o
1: d:o d:o Rib d:o 3 d:o 4: d:o d:o 25: d:o
  9: d:o d:o Deelen d:o 1 1/2 d:m d:o 100: d:o als
    afschrijven 5: p:s te kort
    verkoopen 4: d:o gebrooken
  14. P:s gr: Deelen van 1 1/4 d:m op 85: P:s te weeten.
    afschryven 7: P:s te kort
    verkoopen 7: d:o gebrooken.
  14: d:o d:o d:o van 1: d:m op 174: P:s als.
    afschrijven 5: P:s te kort.
    verkoopen. 9: d:o gebrooken.
Uijt Ouderamstel
  9: P:s gr: Deelen van 2: d:m, als.
    afschrijven 3: P:s te kort
    verkoopen. 6: d:o gebrooken
afschrijven 3: blad:e wagenschot van 1 1/2 d:m op 50 p:s te kort.
Uijt de Snoek .
afschryven 5/6: hoeden Smeekoolen op 36 hoeden bij nameeting te min.
verkoopen. 1: P:s buijkplank op 175 P:s gebrooken.
afschrijven. 4: P:s gr: balken van 5 en 6: d:m op 40 P:s te kort.
verkoopen 2: d:o d:o Ribben d:o 3: d:o 6: d:o d:o 30 d:o gebroken
  4: d:o d:o Deelen d:o 2 d:m op 388: als.
    afschrijven 2: P:s te kort.
    verkoopen 2: d:o gebrooken.
Uijt Amelisweert .
afschrijven 228: kann: Arak op 6: Leggers bij Pijling minder als 3: van 5: d:m, en 3 van 6: d:m wan, Zijnde 10 P:r C:to Sch:s.
Uijt 'T Huijs te Boede .
afschrijven 196: kann: Arak op 5: leggers bij welkers Pijling 2: van 5: d:m en 3: van 6 d:m wan, Zijnde 10: P:r C:to Ruijm.
Uyt d' Immagonda .
afschrijven. 184: kann: arak op 5: leggers bij Pijling minder, als 3: van 5: d:m en 2: van 6: d:m wan geweest, Zijnde 9 1/2 P:r C:to Sch:s.
Uijt Thoorenvliet .
  8: P:s gr: Deelen van 1 1/4 d:m op 480 P:s als.
    afschrijven 3: P:s te kort
    verkoopen. 5: d:o gebrooken
  11: P:s gr: deelen van 1 1/2: d:m op 500 p:s te weeten
.   afschrijven 7: P:s te kort
    verkoopen. 4: d:o gebrooken.
verkoopen. 18: P:s gr: gesaagde deelen op 150 P:s gebrooken
Uijt de gouverneur generaaL .
  10 2/5 vaten Bier Delfs Truweel op 50 vaten als.
    afschrijven 9 2/5: vaten op 49: vaten bij Pijling minder, als 1 van 3: d:m, 23 van 4: d:m, 15: van 5 d:m, 1 van 6: d:m, 3 van 7 d:m, 2: van 8: d:m, 2: van 9: en 2: van 13: d:m wan, mitsg:s
    verkoopen. 1: vat hard bevonden.
Uijt Renswoude
afschrijven 76: P:s Tiggelsteentjes op 600 P:s bij het openen van 2: kasjes L:a A: en B: gebrooken
92: d:o drinkglaasen op 450 P:s bij 't openen van 1: kasje L:a C: gebrooken.
355: d:o glaase ruijten van 12: en 14: d:m op 2000 P:s bij 't openen van 10 kassen L:a N tot U gebrooken.
19 d:o kleijne Tonnetjes Swartsel op 200 P:s bij 't openen van Een kasje L:a S:S: leedig
87: d:o groote d:o d:o d:o 1000. d:o bij 't openen van10 kasjes van L:a T:T: tot C:C:C: leedig bevonden.
verkoopen 100: bossen Schagten in 't Kasje L:a D:D:D: door 't daar bij geleegene Spaansgroen aangestooken en onbruijkbaar.
1: P:s gr: deel van 2: d:m, lang 20 v:t op 120 p:s gebrooken
21: d:o d:o gesaagde deelen op 230 P:s
Uijt Pijlsweert .
afschrijven 12: P:r Schoenen op 75 p:r bij 't openen van Een vat te kort.

‘Volgens bijgevoegde reecq: van den opsiender van S’ Comp:s Slaven Logie, gesterkt met Secretariale verclaaringen, Zijn in de Jongst gepasseerde maanden, Maart, April, Maij, Junij, Julij en Augustus van S’ Comp:s slaven door de natuurlijke Dood overleeden.’


afschrijven 5: kloeke Jongens
6: Suijgende d:o
1: d:o Meijsje
3: bandite Jongens.
En volgens g' annexeerde reecq:gen van de Landdrosten, gesterkt met Secretariale beEedigde verclaaringen, Zijn meede in voorsz: tijd van S' Comp: Beestiaal, soo verrekt als door het wild gedierte verslonden.
afschrijven 828 Stux Runderbeesten.
45: d:o Paarden
10: d:o Ezels
16: d:o Bocken
In 't Negotie Pakhuijs
afschrijven 89 lb: Tabak bij 't naweegen van 90: rollen in 3: kassen L:a Z, B B: en C:C: te kort, P:r 't Schip Kroonenburg in April 1759 aangebragt.
413: d:o d:o d:o d:o d:o van 429, rollen in 12: kassen N:o 136, 137 en 138 te kort. P:r 't Schip Duijnenburg in Febr: 1760 aangebragt.
131 lb Tabak bij 't naweegen van 132: rollen in 4 kassen L:a A:, B:, G: G:, en H:H: te kort, P:r 't Schip Marienbosch in April 1760: aangebragt.
De volgende goederen Zijn geduurende dit boekjaar ofte Seedert P:mo Septb: A:o Pass:o tot Ult:mo augustus deeses Jaars, bij diverse Administrateurs onbequaam en onbruijkbaar bevonden, als.
In 't Negotie Pakhuijs
verkoopen 26 P:s Pijlaaken gemotteert
5: d:o groote waakrocken
4: d:o Duffeltjes
5: d:o Broeken
69: p:s Cousen
5 1/2 El Trijp
7: P:r Schoenen van de rotten beschadigt.
47: Ellen bombasijnen, die tusschen den 14: en 15: Jann: deeses Jaars in de nagt door swaare reegens en veroorsaakte Leccagie ter Eenemaal nat en gevlekt Zijn geworden.
In de Wijnkelder.
verkoopen 44: P:s heele Leggers onbequaam
7: d:o halve d:o
In S' Comp: HospitaaL.
verkoopen 1: P:s Dekoktum keetel
  9: d:o Steekbeckens
  4: d:o Clisteer Spuijten
  2: d:o koopere Staart Pannen
  2: d:o gewigt Doosjes
  9: d:o Siften
  1: d:o Watervles.
  24: Lancetten
  18: Incisie Schaaren
Volgens Extract.
afschrijven 7 16/36: hoeden Smeekoolen, dewelke van de in de baaij Fals aangebragte en aldaar geloste Parthijen Zijn t' soek geraakt, blijkens het aangeteeckende bij Politicq Raads besluijt alhier de dato 27: Novb: 1759.

afschrijven 5: kloeke Jongens
6: Suijgende d:o
1: d:o Meijsje
3: bandite Jongens.
En volgens g' annexeerde reecq:gen van de Landdrosten, gesterkt met Secretariale beEedigde verclaaringen, Zijn meede in voorsz: tijd van S' Comp: Beestiaal, soo verrekt als door het wild gedierte verslonden.
afschrijven 828 Stux Runderbeesten.
45: d:o Paarden
10: d:o Ezels
16: d:o Bocken
In 't Negotie Pakhuijs
afschrijven 89 lb: Tabak bij 't naweegen van 90: rollen in 3: kassen L:a Z, B B: en C:C: te kort, P:r 't Schip Kroonenburg in April 1759 aangebragt.
413: d:o d:o d:o d:o d:o van 429, rollen in 12: kassen N:o 136, 137 en 138 te kort. P:r 't Schip Duijnenburg in Febr: 1760 aangebragt.
131 lb Tabak bij 't naweegen van 132: rollen in 4 kassen L:a A:, B:, G: G:, en H:H: te kort, P:r 't Schip Marienbosch in April 1760: aangebragt.
De volgende goederen Zijn geduurende dit boekjaar ofte Seedert P:mo Septb: A:o Pass:o tot Ult:mo augustus deeses Jaars, bij diverse Administrateurs onbequaam en onbruijkbaar bevonden, als.
In 't Negotie Pakhuijs
verkoopen 26 P:s Pijlaaken gemotteert
5: d:o groote waakrocken
4: d:o Duffeltjes
5: d:o Broeken
69: p:s Cousen
5 1/2 El Trijp
7: P:r Schoenen van de rotten beschadigt.
47: Ellen bombasijnen, die tusschen den 14: en 15: Jann: deeses Jaars in de nagt door swaare reegens en veroorsaakte Leccagie ter Eenemaal nat en gevlekt Zijn geworden.
In de Wijnkelder.
verkoopen 44: P:s heele Leggers onbequaam
7: d:o halve d:o
In S' Comp: HospitaaL.
verkoopen 1: P:s Dekoktum keetel
  9: d:o Steekbeckens
  4: d:o Clisteer Spuijten
  2: d:o koopere Staart Pannen
  2: d:o gewigt Doosjes
  9: d:o Siften
  1: d:o Watervles.
  24: Lancetten
  18: Incisie Schaaren
Volgens Extract.
afschrijven 7 16/36: hoeden Smeekoolen, dewelke van de in de baaij Fals aangebragte en aldaar geloste Parthijen Zijn t' soek geraakt, blijkens het aangeteeckende bij Politicq Raads besluijt alhier de dato 27: Novb: 1759.

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede hoop den 16 7ber: 1760 /:was geteekent/’

‘S: Swellengrebel.’

Soo is naar Lectuure van dien verstaan, dat met de daarbij vermelde gestorvene Lijfeijgenen, neevens het verrekt Beestiaal der E: Comp:, mitsg:s de te kort koomende en defect aangebragte item de in de resp: Pakhuijsen onbruijkbaer bevondene goederen, in diervoegen zal werden gehandelt, als in Margine der voorsz: Memorie is aangeteekent.

Sijnde hierna ook geresumeert geworden d’ onderstaande Memorie, weegens de goederen, gedient hebbende tot de toerustinge en Equipagie van den afgelegde Hoeker Ter meijen .

‘Memorie van de na te noemene goederen, dewelke van den alhier gesloopten Hoeker Ter mijen aan de wal Zijn gebragt, en aan de volgende Administrateurs overhandigt, gelijk te sien is bij verClaring van gecommitteerdens hier annex namentlijk:’


Aan de Pakhuijsmeester
verkoopen 2: P:s Copere Spijs keetels. onbequaam
2: d:o d:o Potten
1: d:o d:o Keetel
1: d:o Staart Pan
2: d:o koeke Pannen
2: d:o Coopere Leepels
1: d:o ijsere rooster
1: d:o d:o Vuurtang
1: d:o d:o Asschop
1: d:o d:o Spekvork
2: d:o beslage Schoppen
2: d:o Graven
7: d:o Bijlen
2: d:o Dissels
2: d:o Avegaars
1: d:o kallevaathamer
1: d: Nijptang
1: d:o Kraansaag
1: p:s Copere Pomp
3: d:o Houte Pompen
1: d:o Tregter
4: d:o Lantaarns
1: d:o Slonsje
1: d:o Verfmool
2: d:o Tinne Soupkommen
7: d:o d:o Borden
1: d:o d:o doopkommetje
1: d:o d:o Schootel
1: d:o d:o Soutvaatje
1: d:o d:o flapkan
1: d:o Botteliers Beeker
1: d:o Halfje
1: d:o Musje
Inneemen 2:lb: voor Een
1205 lb oud Eijser
203: d:o d:o Cooper
402: d:o Loot.
Aan de Keldermeester
18 P:s Halve Leggers, als.
  Inneemen 3: P:s bequaame
  Verkoopen 15: d:o Onbequame
Aan de Heer Meinertzhagen
na Europa te senden 6 P:s Snaphanen onbequaam
1: p:s Pistoolen
verkoopen 6 d:o Plampers
1: d:o Bajonet
1: d:o Cogelvorm
6: d:o Cardoesen
Voor de Arthillerie
Inneemen 2 P:s ijser Canon van 3 lb:
2: d:o Metaale Bassen
6: d:o d:o Camers
102: d:o Rondscharp van 3 lb:
30: d:o knuppels d:o 3 d:o
30 P:s rondscharp van 1: lb:
60: d:o d:o d:o 1/2 d:o
verkoopen. 1: d:o Copere Tregter onbequaam
1: d:o d:o kruytmaat
4: d:o Kardoes Kookers
1: d:o Beurston
Aan de Equipagiemeester
Aan de Equipagiemeester af te geeven. 1: Partij Zeekaarten oud
1: Blicke Bus met 3: Zeekaarten
11: P:s Diversse vlaggen en geusen
na Europa te Senden. 1: d:o Dommekragt onbequaam
Inneemen 2: d:o Dieplooden
1: d:o Dagelijx anker
1: d:o Thuij d:o
1: d:o anker weegt 1008 lb:
1: d:o lok d:o d:o 510: d:o
1: d:o Loodlijn.
Verkoopen 1: d:o Pijl Compas onbequaam
1: P:s Hang Compas
7: d:o gesorteerde d:o
1: d:o Doos met roosen
10: d:o Sandloopers
2: d:o vlaggestoks knoppen
Ten dienste van de Equipagiewerf af te geeven 1: d:o groote mast. onbequaam
1: d:o Basaans d:o
1: d:o uijtlegger
1: d:o besaans roe.
1: d:o Steng
1: d:o groote Rhaa
1: d:o marsz: d:o
1: d:o d:o d:o ter waarlo.
1: d:o Bramrhaa
1: d:o Roer.
1: d:o d:o Pen
1 P:s Eselshoofd
4: d:o Pompen
1: Parthij loopend en staend touwerk
1: d:o Blocken in Soort
vooroud Cabeltouw Inneemen 3: p:s Cabeltouwen oud
2: d:o Enden Cabeltouw
Inneemen. 4: d:o Seijlen
aan de Secretarije van Politie afte geeven. 1: d:o Brieve kas.
1: d:o Armbus.

Aan de Pakhuijsmeester
verkoopen 2: P:s Copere Spijs keetels. onbequaam
2: d:o d:o Potten
1: d:o d:o Keetel
1: d:o Staart Pan
2: d:o koeke Pannen
2: d:o Coopere Leepels
1: d:o ijsere rooster
1: d:o d:o Vuurtang
1: d:o d:o Asschop
1: d:o d:o Spekvork
2: d:o beslage Schoppen
2: d:o Graven
7: d:o Bijlen
2: d:o Dissels
2: d:o Avegaars
1: d:o kallevaathamer
1: d: Nijptang
1: d:o Kraansaag
1: p:s Copere Pomp
3: d:o Houte Pompen
1: d:o Tregter
4: d:o Lantaarns
1: d:o Slonsje
1: d:o Verfmool
2: d:o Tinne Soupkommen
7: d:o d:o Borden
1: d:o d:o doopkommetje
1: d:o d:o Schootel
1: d:o d:o Soutvaatje
1: d:o d:o flapkan
1: d:o Botteliers Beeker
1: d:o Halfje
1: d:o Musje
Inneemen 2:lb: voor Een
1205 lb oud Eijser
203: d:o d:o Cooper
402: d:o Loot.
Aan de Keldermeester
18 P:s Halve Leggers, als.
  Inneemen 3: P:s bequaame
  Verkoopen 15: d:o Onbequame
Aan de Heer Meinertzhagen
na Europa te senden 6 P:s Snaphanen onbequaam
1: p:s Pistoolen
verkoopen 6 d:o Plampers
1: d:o Bajonet
1: d:o Cogelvorm
6: d:o Cardoesen
Voor de Arthillerie
Inneemen 2 P:s ijser Canon van 3 lb:
2: d:o Metaale Bassen
6: d:o d:o Camers
102: d:o Rondscharp van 3 lb:
30: d:o knuppels d:o 3 d:o
30 P:s rondscharp van 1: lb:
60: d:o d:o d:o 1/2 d:o
verkoopen. 1: d:o Copere Tregter onbequaam
1: d:o d:o kruytmaat
4: d:o Kardoes Kookers
1: d:o Beurston
Aan de Equipagiemeester
Aan de Equipagiemeester af te geeven. 1: Partij Zeekaarten oud
1: Blicke Bus met 3: Zeekaarten
11: P:s Diversse vlaggen en geusen
na Europa te Senden. 1: d:o Dommekragt onbequaam
Inneemen 2: d:o Dieplooden
1: d:o Dagelijx anker
1: d:o Thuij d:o
1: d:o anker weegt 1008 lb:
1: d:o lok d:o d:o 510: d:o
1: d:o Loodlijn.
Verkoopen 1: d:o Pijl Compas onbequaam
1: P:s Hang Compas
7: d:o gesorteerde d:o
1: d:o Doos met roosen
10: d:o Sandloopers
2: d:o vlaggestoks knoppen
Ten dienste van de Equipagiewerf af te geeven 1: d:o groote mast. onbequaam
1: d:o Basaans d:o
1: d:o uijtlegger
1: d:o besaans roe.
1: d:o Steng
1: d:o groote Rhaa
1: d:o marsz: d:o
1: d:o d:o d:o ter waarlo.
1: d:o Bramrhaa
1: d:o Roer.
1: d:o d:o Pen
1 P:s Eselshoofd
4: d:o Pompen
1: Parthij loopend en staend touwerk
1: d:o Blocken in Soort
vooroud Cabeltouw Inneemen 3: p:s Cabeltouwen oud
2: d:o Enden Cabeltouw
Inneemen. 4: d:o Seijlen
aan de Secretarije van Politie afte geeven. 1: d:o Brieve kas.
1: d:o Armbus.

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede hoop den 16: Septb: 1760. /:was geteek:/’

‘S: Swellengrebel.’

Met alle welke goederen men goedgedagt en dienvolgens beslooten heeft, al meede te doen handelen als d’ aanteekeningen ter Seijde van gem: Memorie gesteld, koomen te dicteeren.

Gelijk al verder weegens den ontfangst en uijtgaaf der Zeeguls mitsgaders de restanten van dien is ingeleeverd, d’ onderstaende Reecq:


Zeegels D' A:o 1759/60
Debent
  van van van van van van van van van van
Rx: 1/8: 1/4 : 1/2 : 3/4 : 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60:
Ult:o Febr: Jongstl: restant verbleeven 771: 835: 755: 23: 162: 11: 53: 29: 67: 30: 52: 40: 7: 45: 3: 47: 2: 4: 5: 6:
den 29: Maart 1760 bijgekoomen -: -: -: -: -: 200: -: 100: -: -: -: -: -: -: -: 100: -: -: -: -:
Somma 771: 835: 755: 23: 162: 211: 53: 129: 67: 30: 52: 40: 7: 45: 3: 147: 2: 4: 5: 6:
Credunt
  van van van van van van van van van van
Ryxd:s 1/8: 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60:
Zeedert P:mo Maart jongstl: tot dato verkogt 693: 636: 272 -: 72: 36: 8: 24: 7: -: 5: 10: -: -: -: 8: -: -: -: -:
de dato deeses restant 78: 199: 483: 23: 90: 175: 45: 105: 60: 30: 47: 30: 7: 45: 3: 139: 2: 4: 5: 6:
Somma 771: 835: 755: 23: 162: 211: 53: 129: 67: 30: 52: 40: 7: 45: 3: 147: 2: 4: 5: 6:

Zeegels D' A:o 1759/60
Debent
  van van van van van van van van van van
Rx: 1/8: 1/4 : 1/2 : 3/4 : 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60:
Ult:o Febr: Jongstl: restant verbleeven 771: 835: 755: 23: 162: 11: 53: 29: 67: 30: 52: 40: 7: 45: 3: 47: 2: 4: 5: 6:
den 29: Maart 1760 bijgekoomen -: -: -: -: -: 200: -: 100: -: -: -: -: -: -: -: 100: -: -: -: -:
Somma 771: 835: 755: 23: 162: 211: 53: 129: 67: 30: 52: 40: 7: 45: 3: 147: 2: 4: 5: 6:
Credunt
  van van van van van van van van van van
Ryxd:s 1/8: 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60:
Zeedert P:mo Maart jongstl: tot dato verkogt 693: 636: 272 -: 72: 36: 8: 24: 7: -: 5: 10: -: -: -: 8: -: -: -: -:
de dato deeses restant 78: 199: 483: 23: 90: 175: 45: 105: 60: 30: 47: 30: 7: 45: 3: 139: 2: 4: 5: 6:
Somma 771: 835: 755: 23: 162: 211: 53: 129: 67: 30: 52: 40: 7: 45: 3: 147: 2: 4: 5: 6:

’/:onder stond:/’

‘In ‘t Casteel de Goede Hoop Ultimo Augustus 1760 /:was geteekent/’

‘S’ Swellengrebel.’

‘Deese reecq: door ons onderget: FisCaal en gecommitt:s uijt den Raad van Justitie alhier behoorlijk nagesien, en met de restanten geconfronteerd Zijnde, is deselve in allen deelen accordeerende bevonden datum ut supra /:geteekent:/ P:V: Reede van Oudshoorn, D:d D’ Aillij, D:l Heijning /:lager:/ Mij Present /:en geteekent:/ C:L: Neethling Secret:s’

Waarbij koomende te Consteeren, dat de vercogte Zeeguls geduurende de Jongst gepasseerde Ses maanden, een Somma van Rd:s 1020 5/8, hebben bedragen, Zal dit montant volgens gebruijk in S’ Comp:s Cassa overgebragt, en bij de Negotie boeken deeses gouvernements behoorlijk werden ingenoomen.

Vervolgens is goedgevonden, dat ‘er Billietten Zullen werden geaffigeert, tot waarschouwing aan een ijgelijk deeser Caabse Ingeseetenen, dat den Heer Independent FisCaal Pieter Reede van Oudshoorn, te Samen met gecommitteerde Leeden uijt den Raad van Justitie, binnen korte daagen Schouwing van de Straaten en weegen, binnen het vlek van de Caab Zullen Koomen doen, ten Eynde een yder de vuijlnis nesten en andere onreijnigheeden voor Sijn deur Sal kunnen opruijmen en weg doen brengen, om Zig alzo voor Schade te hoeden.

De Persoonen van Hendrik Baak en Hermanus Keeve, dewelke als Brandmeesters hebben gefungeert, onlangs beijde overleeden weesende, zijn op het voordragen van welopgem: Heere Gouverneur in derselver plaatsen weederom als Brandmeesters aangesteld, den Weesmeester Jacobus Blanckenberg en oud dito Petrus Johannes de Wit.

Sijnde voorts aan den Heer Secunde SwellengrebeL in eijgendom gegeeven, een Stuk huijs Erfs in deese Tafelvalleij , teegenover het blok T:, waar van de meeting in diervoegen Zal moeten geschieden, dat daar door geen misstand aan dat gedeelte van dit vlek nog eenig nadeel voor de Eijgenaars der aldaar Staande Huijsen werd veroorsaakt.

Soo als ook op het diesweegens Schriftelijk gedaan versoek door den burger Pieter Zeeman, aan denselven meede in Eijgendom gegeeven is, een Stukje Thuijnland, geleegen in deese Tafelvalleij annex desselfs Thuijn, Zijnde een gedeelte van ‘t Zogenaamde roode Hek groot Een Hondert agt en dertig quadraat Roeden.

Laatstelijk geleesen weesende, Seeker request door den Botteliersmaat David Steur in de volgende bewoording gepresenteerd.

Aan den wel Edelen gestr: heere Rijk Tulbagh, Raad Extra ordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop en des ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Politicquen Raad.

‘Wel Edele Gestr: Heer, en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft met verschuldigd’ Respect te kennen, uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: zeer needrigen dienaar David Steur van Goes, in den Jaare 1744: voor Botteliersmaat à ƒ14: ter maand met het Schip Vijvervreugd hier gekoomen, hoe den Suppl:t bij Zijn vertrek uijt het Vaderland aan desselfs huijsvrouw Adriana de voet heeft vermaakt, drie maenden gagie Jaarlijx, dewelke den Suppl:t ook Seedert altoos heeft voldaan; dan ten aansien gem: Zijne huijsvrouw bereets in den Jaare 1748: is koomen te overleijden; en hij des niet teegenstaande ged:tn drie maanden gagie altoos heeft moeten betaalen; Soo neemt den Suppl:t de vrijmoedigheijd Zig in alle Eerbied te keeren tot Uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: met gantsch demoedig versoek, om derselver gunstig voorschrijvens aen Haar wel Edele groot Agtbr: de Heeren Bewindhebberen ter Camer Zeeland, waar voor is uijtgevaaren, ten eijnde gem: MaandCeel geroijeert, en hem het te veel genootene weederom mogte werden gerembourseert’

’/:onderstond/ ‘T welk doende &:a.’

Soo is goed gevonden en beslooten, dat tot vernietiging der daarbij vermelde maandCeel, in Zijn faveur aan haer wel Edele groot Agtb: de heeren bewindhebberen ter Camer Zeeland, waar voor hij is uijtgevaren, zal werden geschreeven.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 420-423.

Saturdag den {17600920} 20: Septb: 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Geliefde den Heere gouverneur te kennen te geeven, dat den Heer Independent FisCaal Pieter Reede van Oudshoorn, mitsg:s den Landdrost van Stellenbosch Adriaan van Schoor, zijn Edele onlangs hadden gerapporteert, dat door Sommige in de Piquet bergen woonende Landbouwers verscheijde maalen soo aan gem: heer FisCaal, als gedagten Landdrost was geklaagt geworden, dat den burger Gerrit Victor d’ oude, die nergens eenig vast domicilium houdende, het gantsche Land door komt te Swerven, een geruijmen tijd geleeden, een Parthij groot en kleijn vee in voorsz: Piquet bergen Sonder aldaar een plaats in leening te besitten, gebragt hebbende, ‘t selve buijten eenige toesigt liet Loopen, waar door dit beestiaal Seer verwildert geraakt Zijnde, bij Continuatie groote Schaade aan het gesaaijde der daarom Streex woonende menschen quam toe te brengen, Sonder dat gem: Victor Schoon hiertoe dikwils door meergem: officieren was aangemaand geworden, tot nog toe Zijn vee van daar had willen wegneemen, en op een gepermitteerde plaats te laaten weijden; Weshalven hij Heere gouverneur bij Provisie ordre hadde gesteld, om dit vee herwaarts op S’ E Comp:s Post de Schuur te brengen, alwaar ‘t Selve op gisteren gekoomen Zijnde, heeft men als nu op Zijn Edelens gedane Propositie best geoordeelt en dienvolgens beslooten, het meergem: Beestiaal, bestaande in 62: Runderen 103: Schaapen en 2: Paarden, mitsg:s nog een mansslaaf van gedagten Victor Eerstdaags geregtelijk te doen verkoopen, en de daar van geprovenieerde Penn: naar aftrek der gevallene onkosten aan hem te doen ter hand Stellen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 424-436.

Dingsdag den {17600930} 30: Septb: 1760.

S’ voormiddags alle Present, dempto den Heer Secunde Sergius Swellengrebel bij Indispositie.

Nademaal bij de Jongst uijt het vaderland ontfangene beandwoorden Eijsch deeses gouvernements komt te blijken, dat de daar bij voor deesen Jaere gedaene Petitie van 8000 lb: Buscruijt niet staat voldaan te werden, en dat den Presenten voorraad van dit Pulver, zoo door d’ ordinaire Consumptie ter deeser Plaatse, als de Successivelijk gedaane verstreckingen aan de des benoodigt geweest Zijnde Scheepen, thans maar in 64‘000 lb: komt te bestaan, heeft men dierhalven, om het ontbreekende eenigsints te Suppleeren, en den voorraad daar van Zoo veel moogelijk op de door haar wel Edele groot Agtb: de heeren der hooge Indiasche Regeering geordonneerde quantiteijt van 80‘000 Ponden te houden, moeten besluijten, van de hier Passeerende uijtkoomende Scheepen 10‘000 lb: buscruijt te ligten, waar van aan welgem: heeren der hooge Indiasche Regeering de verschuldigde kennisse Zal werden gegeeven.

Den Schipper van het ter rheede leggend’ uijtkoomend Schip Luxemburg Dirk Pietersen op de herwaarts reijze Zijnde koomen t’ overleijden; is weederom tot Schipper op gem: bodem aangesteld, den daarop bescheijden geweest zijnde opperstuurman Christiaen Cornelisse Testrop van Nieuwen Clooster, en in desselfs plaats tot opperstuurman, den onder dito Jan Rondekrans van Calmer; Terwijl den Derdewaak Hendrik Starrenberg van Nieuwstad tot onderstuurman opgetreeden Zijnde, is voorts in Steede van denselven meede tot onderstuurman bevordert, den boss:r Rasmus Pieterse Smit van Zunderborg, alles nogthans ter nadere approbatie van haer hoog Edelens de heeren der hooge Indiasche Regeering tot Batavia.

Vervolgens is geleesen geworden het Rapport door den Heer Lieutenant Collonel Isaäc Meinertzhagen en E: Cassier Pieter Hacker, van derselver verrigting noopens het nasien der Reecq:n van ontfangst en uytgaaf, der door den kerkenraad in ‘t Swart Land gecollecteerde gelderen, mitsg:s ten belange der Presente Constitutie van des Predikants-huijs en Costers wooning aldaar, in de volgende bewoording verleend.

Aan den Wel Edelen gestr: Heer Rijk Tulbagh, Raad Extraordinaris van Neederlands India, gouverneur in Loco &:a &:a beneevens den E: Agtb: Politicquen Raad.

‘Wel Edele gestr: Heer, en E: Agtb: Heeren!’

‘Volgens Raadsbesluijt van uwe wel Edele Gestr: en E Agtb: van den 8: April deeses Jaars, hebben wij ondergeteekende meede Leeden van uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: Politicque vergaderinge, en wel den Eersten met uwe wel Edele gestr: voorkennisse, in steede van den Heer Independent FisCaal Pieter van Reede van Oudshoorn, geoccupeert weesende, ons op den 12: deeser Loopende maand September nade kerk in ‘t Swartte Land vervoegt, en aldaar alles naauwkeurig nagesien hebbende, vinden wij het Predikants huijs dus ingerigt te Zijn, Een voorhuijs van Circa twintig voeten, neevens twee voorkaameren van gelijke groote, Een gaenderij omtrent van Dertig, en breed twintig voeten, en aan weederzeijde van de gaanderij een vertrek, waar van het eene tot Studeerkamer, en het ander tot een dispensje werden gebruijkt; Verders de twee agter uijt gaande vlerken bestaan aan de eene zijde uijt een kamer ook Circa Twintig voeten breed en Lang, waar agter een kleijn vertrekje dat tot een bottelarijtje diend, en aan de andere Sijde de Combuijs, meede Soo breed en lang als de andere vleugel, waar onder een Logementje voor de Slaven begreepen is, dus is het huijs niet Soo groot of ruijm, als daar van wel is opgegeeven geworden, maar het selve is tot een Predikants wooninge bequamelijk geschikt, en dierhalven op geene gevoegelijke wijze een of meerder vertrecken daarvan Zullen kunnen afgenoomen, of tot een Costers wooning geapproprieert kunnen werden; maar het zal seer noodig zijn, dat de twee voorkameren en voorhuijs volgens hun gedaan versoek met een Solder voorsien werden, om dus van de Swaare koude in het winter Saijsoen bevryd te zijn: geene vloeren in het huys Zijnde,dat egter nogthans wel noodsakelijk is, mogten dan die in hetselve ook wel behoorlijk gelegt worden; De vensterramen die nog sonder ruijten Zijn, bestaan eenelijk uijt Derthien enkelde glasramen, waar van de twee een bol Cozijn maken, die alle met glaaze voorsien dienden te werden, om alsoo van de daar door treckende togt bevrijd te kunnen blijven: wijders is het Schilderen van kerk en Predikants huijs Seer noodsakelijk en Zal wel ten eersten moeten geschieden, alsoo dat houtwerk andersints door de grootte hitte der Sonne ten eenemaal Zal koomen op te krimpen; De Costers wooninge besigtigt hebbende, vinden wij de muuren nog heel goed te Zijn, kunnende hetselve huijs met een nieuw dak daar weederom op te leggen tot een goed gebruijk voor den Coster blijven; De reecq: van ontfangst en uijtgaaf daar ter plaatse door ons exactelijk nagesien, en teegens ieder gequiteerde reekening naauwkeurig geconfronteerd zijnde, vinden wij deselve in alles volkomen te accordeeren, en zal tot de hier vooren genoemde voltooijing en reparatiën die kerkenraad de versogte twee Duijsend Vijf hondert guldens wel noodig hebben, en dewijl zij egter Seer bedugt Zijn, dat met de nieuwe verdeckinge van ‘t Costers huijs, het met de voorsz: Somma wat Schaars uijtkoomen Zal, versoeken Zij dierhalven uwe wel Edele gestr: en E Agtb: Seer ootmoedig, die meergesegde Somma met nog Vijf hondert guld:s te augmenteeren, wijl hun kerk geen inkoomen heeft, en de Sondaagse Collectens aldaar niets van belang koomen op te werpen.’

‘Hiermeede verhoopen wij dat aan d’ Intentie van Uwe wel Edele gestr: en E: Agtba: volkoomen Zal voldaen Zijn, dierhalven Zullen wij ons met d’ uijtterste Eerbied en hoog agtinge noemen /:Onderstond:/ Wel Edele gestr: Heer enE: Agtb: Heeren. - Uwe wel Edele gestr. en E Agtb: seer onderdanige en gehoorzaame Dienaaren /:was geteekent:/ I: Meinertzhagen, P: Hacker /:in margine:/ overgegeeven in Raade van Politie den 30: September 1760.’

Waaruijt gebleeken weesende, dat het voorsz: Predikants huijs niet alleen voor een gedeelte nog onvoltooijd is, maar dat ook het bereyds geconstrueerde aan dit huijs, mitsg:s des kosters wooning diversse Reparatiën koomen te vereijsschen, en dat tot het een en ander, na gemaakte Calculatie de somma van Drie Duijsend guldens zoude werden gerequireert; Is dierhalven uyt aanmerking van het bekende onvermogen der Swartlandsche kerk, goedgevonden, den kerkenraed alhier aan Cabo weederom te qualificeeren, aan die in ‘t Swart Land de voorsz: benoodigde ƒ3000: Sonder Intresse ter leen op te schietten, waer van aen gem: Swartlandschen kerkenraed verwittiging Zal werden gedaen, met serieuse recommandatie, om soo wel omtrent de voorsz: voltooijing van des Predikants wooning als de verdere te doene reparatiën, allesints een behoorlijke menage te betragten, en Zorge te dragen, dat daeromtrent niets noodeloos verspild werde.

Sijnde laatstelijk op het bij request gedaene versoek door S’ Comp: Slavinne Hendrina van de Caab, beslooten, om ter Consideratie dat deselve niet alleen het Sacrament des Doops ontfangen heef, en de neederduijtsche Taal volkomen magtig is, maar ook bovens dien een kloeke mansslaaf gen:t David van Mallabar, die bij visitatie gesond, en van de vereijschte lighaams gestalte bevonden is, in haer plaats aan d’ E: Comp: presenteerd te geeven, gem: Hendrina derhalven uyt slavernij t’ontslaen en in vrijdom te stellen.

Aldus geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 437-439.

Dingsdag den {17601007} 7: October 1760,

alle Present, behalven den E: Pakhuijsmeester David d’ Aillij bij occupatie.

Is op ‘t versoek van den landdrost en krijgsraed van Stellenbosch en Drakensteijn , vervat bij derselver missive van den 23: Septb: jongstl: goedgevonden, aan haarl: Zoo tot de gewoone Exercitie als den aanstaanden optrek aan Stellenbosch , Vijfthien Hondert Ponden Buscruijt en Seeven en Twintig hondert P:s vuursteenen te doen verstrecken.

En dewijl aan de jonge manschappen, dewelke deesen Jaare onder de voorsz: districten van Stellenbosch en Drakensteijn reeds zijn en nog Staan ingeschreeven te worden, mitsg:s ook eenige ingeseetenen aldaar, volgens berigt van gem: landdrost en krijgsraad, voor als nog geen lood is ter handen gesteld, ten eijnde daarvan bij een generaalen opontbod behoorlijk voorsien te Zijn, is dierhalven wyders goedgedagt, deselve teffens te qualificeeren, het restant van ‘t Lood dat in den Jaare 1747, met dit Selfde oogmerk aan haarl: is afgegeeven, en ‘t welk volgens derselver opgaaf, thans nog in omtrent 700 lb: komt te bestaen, onder de voorsz: Persoonen te distribueeren; Terwijl voor ‘t overige het voorsz: verstrekte Lood dat in ‘t geheel een quantiteijt van 2800: lb: heeft koomen te bedragen, als nu bij de negotie boeken deeses gouvernements ten eenemaal Zal werden afgeschreeven.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] S Swellengrebel

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 440-443.

Dingsdag den {17601021} 21: Octob: 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Dewijl den Tijd van den burger optrek, mitsg:s het doen der waapenschouwing aan Stellenbosch , als volgens gebruijk op den laatsten deeser maand Staande te geschieden, thans begint te naderen, geliefde den Heere gouverneur ter vergaderinge te Communiceeren, voorneemens te Zijn, deselve in persoon te gaan bijwoonen; weshalven Zijn Edele de sorge over dit gouvernement middelerwijlen aan den Heer Secunde Sergius Swellengrebel quam op te draagen.

Sijnde hier na geleesen geworden, Seekere Request door den burger Christiaan Creijnouw in de volgende bewoording gepresenteerd.

Aan den wel Edelen gestr: Heere Rijk Tulbagh, Raad Extra ordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop en den ressorte van dien &&&:a beneevens den E Agtb: Politicquen Raad.

‘Wel Edele Gestr: Heer, en E: Agtb: Heeren.’

‘Vertoond met schuldige Eerbied, Uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: seer needrigen dienaar, den burger Christiaan Creijnauw, hoe den Suppl:t wel geneegen Soude Zijn, omme de Jeugd ter deeser plaatse in het leesen, Shrijven, Ceijfferen &:a, mitsg:s de gronden van de gereformeerde Religie, waarvan den Suppl:t beleijdenis doet, te onderwijsen, derhalven neemt den Suppl:t de vrijheijd, Sig te wenden tot Uwe wel Edele gestr: en E: Agtb:, ootmoedig versoekende, dat deselve van die goedheijd gelieven te zijn, hem daar toe goedgunstiglijk permissie te willen verleenen’

’/:onderstond:/ ‘T Welk doende &:a’

Welken aangaande best is gedagt, de dispositie daarop uijtgesteld te laten, tot dat den Suppl:t weegens desselfs bequaamheid in het onderwijsen der jeugd door kerkenraede deeser plaetse zal ondervraagd Zijn, en voorts diesweegens aen deesen raede berigt weesen gedaen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 444-448.

Dingsdag den {17601111} 11: Novb: 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Is aan de Landbouweresse Anna Bok, weed:we wijlen Andries Bester, op haar hierom in Scriptis gedaan versoek in Eijgendom gegeeven, Seekere Twee Veeplaatsen, die zij bereijds eenige Jaaren herwaards van d’ E: Comp: in Leening heeft gehad, beijde geleegen in de Koebergen gen:t de modderfonteijn ende Draaijhoek , mits dat zij daar voor navolgens haare presentatie, als een Erkentenisse voor deese gunst aan d’ E: Comp: koome te betaalen, een Somma van Drie hondert Rijxd:s, te weeten, voor de modder fonteijn , Rijxd:s 180: en voor de Draaijhoek rijxd:s 120:, boven en behalven de daer op Staande recognitie Penn: ten bedraage van Vier en Twintig rijxd:s Jaarlijx.

Sijnde vervolgens geleesen geworden, het berigt van kerkenraade deeser Plaatse, noopens het Examineeren van den burger Christiaan Creijnouw, in de volgende bewoording vervat.

Aan den Wel Edelen gestr: heere Rijk Tulbagh, Raad Extraordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer, en E: Agtb: Heeren!’

‘Ingevolge de bij uwe wel Edele gestr: en E Agtb: op ‘t in Scriptis gedaan versoek door den burger Christiaan Creijnauw Sub dato 21 October A:o Stantij genoomene, en kerkenraade alhier ter hand gestelden versoek Schrift, den kerkenraad getreeden Zijnde ter Examinatie van den Suppl:t, om te Sien of denselven navolgens den teneur Zijner versoek Schrift Capabel Zoude weesen, om ten onderwijs der Jeugt deeser plaatse als Schoolmeester te kunnen werden geadmitteerd, Soo heeft kerkenraade denselven Christiaan Crijnauw in Staad bevonden, om onder ‘t gehengen uwer wel Edele gestr: en E: Agtb: als Schoolmeester ter deeser plaatse te kunnen fungeeren.’

‘En hiermeede gedenkende aan de g’ Eerde Intentie van uwe wel Edele gestr: en E: agtb: te hebben voldaen, Soo hebben d’ ondergeteek:s de Eer deese te laten dienen voor needrig berigt’

’/:onderstond:/ uijt naam en last van kerkenraade deeser plaetse /:was get:/ S:V: Echten Schriba.’

Weshalven goedgedagt is, dat aan voorm: Christiaen Creijnouw zal werden gepermitteerd, om alhier school te moogen houden.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 449-465.

Dingsdag den {17601125} 25: Novemb: 1760:

‘S voormiddags alle Present.

Door den heer Hoofd administrateur Sergius Swellengrebel geproduceerd Zijnde, het kort vertoog der Lasten deeses gouvernements, geduurende dit boekjaar 1758/59: neevens die van s’ Jaars bevoorens ofte d’ A:is 1758/59: dewelke bedragen als volgt, namentlijk.

  1758/59: 1758/59:
Onkosten van scheepen ƒ159314:01:08: ƒ147961:03:08:
Randsoenen Ordinair d:o 72513:12:08: d:o 73155:05:-:
Onkosten d:o d:o 29569:16:08: d:o 29374:19:-:
d:o Extraordinair d:o 6365:11:08: d:o 4163:11:08:
Timmeragie en Reparatie d:o 5380:17:-: d:o 4945:13:-:
Fortificatiën d:o 1449:-:08: d:o 1145:05:-:
Onkosten van 'S Comp:s Leijfeijgenen d:o 22450:18:08: d:o 21709:17:-:
'T Hospitaal d:o 7360:05:-: d:o 3823:-:08:
Reecq: van Condemnatie &:a d:o 3797:05:08: d:o 3214:09:-:
Onkosten van Chaloupen &:a d:o 4806:10:-: d:o 7592:15:08:
Scheeps Soldijen d:o 18858:01:08: d:o 11689:19:08:
Soldijen aan land d:o 133270:02:-: d:o124078:07:-:
Somma ƒ465136:02:-: ƒ432854:05:08:
  1758/59: 1758/59:
Onkosten van scheepen ƒ159314:01:08: ƒ147961:03:08:
Randsoenen Ordinair d:o 72513:12:08: d:o 73155:05:-:
Onkosten d:o d:o 29569:16:08: d:o 29374:19:-:
d:o Extraordinair d:o 6365:11:08: d:o 4163:11:08:
Timmeragie en Reparatie d:o 5380:17:-: d:o 4945:13:-:
Fortificatiën d:o 1449:-:08: d:o 1145:05:-:
Onkosten van 'S Comp:s Leijfeijgenen d:o 22450:18:08: d:o 21709:17:-:
'T Hospitaal d:o 7360:05:-: d:o 3823:-:08:
Reecq: van Condemnatie &:a d:o 3797:05:08: d:o 3214:09:-:
Onkosten van Chaloupen &:a d:o 4806:10:-: d:o 7592:15:08:
Scheeps Soldijen d:o 18858:01:08: d:o 11689:19:08:
Soldijen aan land d:o 133270:02:-: d:o124078:07:-:
Somma ƒ465136:02:-: ƒ432854:05:08:

Is wijders uijt dies ‘t samentreckinge koomen te consteeren, dat de lasten in ‘t generaal deesen Jaare ƒ32281:16:8: meerder als a:o Pass:o bedragen hebbende, ijder Lastpost in ‘t bijsonder het volgende meerder of minder heeft koomen te rendeeren als.

  meerder minder
Onkosten van Scheepen, beloopen dit Jaar meerder dan a:o Pass:o, weegens de exessive reparatiën, dewelke aan de in de baaij fals geleegen hebbende Chinaase Retourscheepen de vrouwe Geertruijda en Kronenburg hebben moeten werden gedaan, een montant van ƒ11352:18:-:
Randsoenen ordinair, beloofden minder dan in 't vergangen Jaar, ter Zaake dat het grootste gedeelte van 't Randsoen, aan S' Comp:s gequalificeerde Dienaaren met vaderlandsbier, in Steede van Caabse wijn, heeft kunnen werden voldaan.   ƒ641:12:08:
Onkosten Ordinair d:o 194:17:08:
Het meerder rendement deeser reecq:, is heenkoomende, door dien 'er een grooter quantiteijt smeekoolen en staal heeft moeten werden verbruijkt
Onkosten Extra ordinaire, almeede meerder bedraagende, als a:o Pass:o, komt Zulx voort, eensdeels dat aan de resp: Zeinmannen, zoo van het Caabse district als die van Stellenbosch , Drakensteijn en Swellendam , het noodige buskruijt is afgegeeven, ten eijnde daarmeede bij een onverhoopte vijandelijke overkomste, de geordonneerde Seinen van allarm te kunnen doen, ten tweeden dat aan de burgers der voorsz: districten Stellenbosch en Drakensteijn kruijd en Lood tot het maaken van Scherpe Patroonen, omme daarvan bij een generaalen opontbod voorsien te Zijn, in voorraad is verstrekt, en eijdelijk, dat de defroijementen Zoo op nieuwe Jaarsdag, als afscheydsmaal voor d' opperhoofden en gequalificeerde Passagiers der Retourvloot deesen Jaare Zijn gehouden, bedragende dit alles een Somma van d:o 2202:-:-:
Timmeragie en Reparatie monteeren insgelijx meerder dan in 't voorl: Jaar, weegens de verbruijkte 25: hijpalen, Jatij Balken en andere houtwerken tot het repareeren van 't Zeehoofd d:o 435:04:-:
Fortificatiën meerder bedraagende als A:o vergangen, is daarvan d' oorsaak dat tot het vergrooten van de Couvreface Imhoff , veel kalk heeft moeten werden g' Emploijeert. d:o 303:15:08:
Onkosten van S' Comp:s Leijfeijgenen, rendeeren insgelijx meerder als in den gepasseerden Jaere, om dat aan S' Comp:s Slaven, Brood in steede van rijst voor weekelijk randsoen is verstrekt, mitsg:s weegens de meerder betaaling voor 't versch vleesch van 5/8 tot 3/4: St:vers 't Pond d:o 741:01:08:
'T Hospitaal Sommeert ook meerder heenkoomende, door dien de daar in geleegen hebbende Scheepelingen zoo wel als 't guarnisoens volk, dit Jaar Zoo veel halve gagien minder hebben verteerd. d:o 3537:04:08:
Reecq: van Condemnatie en Confiscatie, dat deese Reecq: meerder beloopt als A:o Pass:o, is voortkoomende, over de uijt S' Comp:s Cassa betaalde penn: voor g' Excecuteerde Slaven &:a gelijk meede, weegens het kostende van 't verbruijkte hout en Ijserwerk tot het maken van Palen, waaraan de quartieren van Sommige dier g' Executeerdens langs S' heeren weegen zijn gehangen. d:o 582:16:08:
Onkosten van Chaloupen en mindere vaartuijgen rendeeren in teegendeel dit Jaar minder als in 't afgeweekene, dewijl a:o Pass:o de boot Helena opgetimmert en toegetakeld is, Zijnde bovensdien ook aan de Vaartuijgen niet dan de noodsaakelijkste reparatiën bekostigt   d:o 2786:05:08:
ScheepsZoldijen, Sommeeren meerder als in 't voorl: Jaar, uijt hoofde der meerdere afgegeevene goede maanden, aan de hier gepasseerde scheepelingen ten bedrage van: d:o 7168:02:-:
Zoldijen aan land, insgelijx die van A:o Pass:o overtreffende, weegens het afgeeven der monteering aan 't guarnisoens-volk, voor welkers bedragen deselve egter reeds op hunne Reecq: belast Zijnde, dies montant dus weederom aan d' E: Comp:e is te goed gedaan. d:o 9191:15:-:
Somma ƒ35709:14:08: ƒ3427:18:-:
  meerder minder
Onkosten van Scheepen, beloopen dit Jaar meerder dan a:o Pass:o, weegens de exessive reparatiën, dewelke aan de in de baaij fals geleegen hebbende Chinaase Retourscheepen de vrouwe Geertruijda en Kronenburg hebben moeten werden gedaan, een montant van ƒ11352:18:-:
Randsoenen ordinair, beloofden minder dan in 't vergangen Jaar, ter Zaake dat het grootste gedeelte van 't Randsoen, aan S' Comp:s gequalificeerde Dienaaren met vaderlandsbier, in Steede van Caabse wijn, heeft kunnen werden voldaan.   ƒ641:12:08:
Onkosten Ordinair d:o 194:17:08:
Het meerder rendement deeser reecq:, is heenkoomende, door dien 'er een grooter quantiteijt smeekoolen en staal heeft moeten werden verbruijkt
Onkosten Extra ordinaire, almeede meerder bedraagende, als a:o Pass:o, komt Zulx voort, eensdeels dat aan de resp: Zeinmannen, zoo van het Caabse district als die van Stellenbosch , Drakensteijn en Swellendam , het noodige buskruijt is afgegeeven, ten eijnde daarmeede bij een onverhoopte vijandelijke overkomste, de geordonneerde Seinen van allarm te kunnen doen, ten tweeden dat aan de burgers der voorsz: districten Stellenbosch en Drakensteijn kruijd en Lood tot het maaken van Scherpe Patroonen, omme daarvan bij een generaalen opontbod voorsien te Zijn, in voorraad is verstrekt, en eijdelijk, dat de defroijementen Zoo op nieuwe Jaarsdag, als afscheydsmaal voor d' opperhoofden en gequalificeerde Passagiers der Retourvloot deesen Jaare Zijn gehouden, bedragende dit alles een Somma van d:o 2202:-:-:
Timmeragie en Reparatie monteeren insgelijx meerder dan in 't voorl: Jaar, weegens de verbruijkte 25: hijpalen, Jatij Balken en andere houtwerken tot het repareeren van 't Zeehoofd d:o 435:04:-:
Fortificatiën meerder bedraagende als A:o vergangen, is daarvan d' oorsaak dat tot het vergrooten van de Couvreface Imhoff , veel kalk heeft moeten werden g' Emploijeert. d:o 303:15:08:
Onkosten van S' Comp:s Leijfeijgenen, rendeeren insgelijx meerder als in den gepasseerden Jaere, om dat aan S' Comp:s Slaven, Brood in steede van rijst voor weekelijk randsoen is verstrekt, mitsg:s weegens de meerder betaaling voor 't versch vleesch van 5/8 tot 3/4: St:vers 't Pond d:o 741:01:08:
'T Hospitaal Sommeert ook meerder heenkoomende, door dien de daar in geleegen hebbende Scheepelingen zoo wel als 't guarnisoens volk, dit Jaar Zoo veel halve gagien minder hebben verteerd. d:o 3537:04:08:
Reecq: van Condemnatie en Confiscatie, dat deese Reecq: meerder beloopt als A:o Pass:o, is voortkoomende, over de uijt S' Comp:s Cassa betaalde penn: voor g' Excecuteerde Slaven &:a gelijk meede, weegens het kostende van 't verbruijkte hout en Ijserwerk tot het maken van Palen, waaraan de quartieren van Sommige dier g' Executeerdens langs S' heeren weegen zijn gehangen. d:o 582:16:08:
Onkosten van Chaloupen en mindere vaartuijgen rendeeren in teegendeel dit Jaar minder als in 't afgeweekene, dewijl a:o Pass:o de boot Helena opgetimmert en toegetakeld is, Zijnde bovensdien ook aan de Vaartuijgen niet dan de noodsaakelijkste reparatiën bekostigt   d:o 2786:05:08:
ScheepsZoldijen, Sommeeren meerder als in 't voorl: Jaar, uijt hoofde der meerdere afgegeevene goede maanden, aan de hier gepasseerde scheepelingen ten bedrage van: d:o 7168:02:-:
Zoldijen aan land, insgelijx die van A:o Pass:o overtreffende, weegens het afgeeven der monteering aan 't guarnisoens-volk, voor welkers bedragen deselve egter reeds op hunne Reecq: belast Zijnde, dies montant dus weederom aan d' E: Comp:e is te goed gedaan. d:o 9191:15:-:
Somma ƒ35709:14:08: ƒ3427:18:-:

Soo als ook uijt het voorseijde vertoog is koomen te blijken, dat de Suijvere winsten en ‘S lands Inkomsten hebben bedragen, als volg, te weeten.

  d' A:is 1759/60 d' A:is 1758/59
Winsten ƒ49202:06:08: ƒ48643:03:-:
inkomsten d:o 114075:17:-: d:o 137204:04:-:
  ƒ163278:03:08: ƒ185847:07:-:
  d' A:is 1759/60 d' A:is 1758/59
Winsten ƒ49202:06:08: ƒ48643:03:-:
inkomsten d:o 114075:17:-: d:o 137204:04:-:
  ƒ163278:03:08: ƒ185847:07:-:

Zulx de winsten en ‘S Lands Inkomsten te Saamen dit boekjaar ƒ22569:3:8: minder als in ‘t gepasseerde bedragen, ‘t welk is voortgekoomen, eerstelijk, weegens het minder rendeeren der Pagtpenn:, ten tweeden, dat het wijngewasch geringer als ‘S Jaars bevoorens uijtgevallen Zijnde, daarvan oversulx vrij minder recognitie gelderen in S’ Comp:s Cassa Zijn ingekoomen, hebbende andersints de winsten der verkogte Coopmanschappen op Zig Selven genoomen, een somma van ƒ6204:12:8: meerder als in ‘t voorige boekjaar beloopen.

Sijnde deesen aangaande voorts beslooten, voorengemelden Heer Hoofdadministrateur Sergius Swellengrebel, te qualificeeren, om met het Sluijten der Negotie boeken deeses gouvernements te doen voortgaan.

Waarna geresumeert weesende, de versoek Schriften van den Dispencier, Pakhuijsmeester en keldermeester, tendeerende om te moogen genieten, d’ ordinaire jaarlijxe afschrijvingen op de goederen, dewelke door haarl: geduurende het voorl: Jaar Zijn verstrekt geworden, welke versoek Schriften aldus waaren luijdende.

‘Den wel Edelen gestr: Heere Rijk Tulbagh Raad Extra ordinaris van Neederlands India, Gouverneur van Cabo de goede hoop &&&: beneevens den E Agtb: Raad van Politie, werd Eerbiedig versogt, dat aan den ondergeteek: Dispencier mag werden toegestaan, de ordinaire afschrijving van d’ onderstaande goederen, dewelke door Spillagie, leckagie, aanslaan der muuren als andersints, onvermijdelijk in een Jaar koomen te ontstaan, namentlijk.’


510 3/4 mudd: Tarwe op 25546 7/8 mudden geduurende dit boekjaar uijt gemeeten, en versonden, zijnde 2: P:s C:to.
22 1/2 mudd: Rogh op 750 1/2 mudd:, invoegen als even gesegd, Zijnde 3: p:rC:to.
27 3/8: d:o garst op 1829: mudd: deesen Jaere uijtgemeeten, Zijnde 1 1/2 pC:to
2 1/4: d:o gemeene gort op 158 mud d:o d:o 1 1/2 pC:to
1 1/4: d:o fijne d:o d:o 80 5/8: d:o d:o d:o 1 1/2 pC:to
25 3/5 d:o Boonen op 944: 7/8: mud: als.
  19 5/8 mudd: of 3 p:rC:to van 657 3/8 mudd: over het Jaar geleegen hebbende.
  5 3/4: d:o d:o 2: p:r C:to d:o 287 1/2: mudd: binnen 't Jaar.
26: mudd: Erweten op 860 3/8 mudd:, die over het Jaar geleegen hebben, Zijnde 3 p:r C:to
11468: lb: rijst op 382274 lb: d:o 3: d:o
701: d:o bisschuijt d:o 46768: d:o d:o 1 1/2. d:o over het Jaar geleegen hebbende Zynde 3: pC:to
1303: d:o Poeder Zuijker op 43455: lb: 25: d:o Candy d:o d:o 848o d:o
10: d:o Hop op 990 lb: Zijnde 1: P:r C:to
27 1/2 lb: Peeper op 1342 lb: als:
  22 1/2 lb: op 1004:1/2 lb: over het jaar geleegen a 2 1/4 pC:to
  5: d:o d:o 338: d:o van dit Jaar d:o 1 1/2: d:o
15 lb: Cattoene gaarn op 1048 lb: als.
  10: lb op 514: lb: van voorleeden Jaar d:o 2 pC:to
  5: d:o d:o 534: d:o d:o dit Jaar d:o 1: d:o
8: d:o wax op 275 lb: over het Jaar geleegen hebbende, Zijnde 3: P:r C:to
37: d:o wax kaarssen op 1861: lb als even d:o 2: d:o
100 d:o Zeep op 4999 lb: Zijnde 2: d:o
41: kann: Olijven olij op 1368: kann: d:o 3: d:o
76 1/2: d:o LijnOlij d:o 1532: 1/2 d:o d:o 5: d:o
127. d:o Clappusolij d:o 2541: d:o d:o 5: d:o
95: d:o Traan d:o 3177 1/2: d:o d:o 3: d:o

510 3/4 mudd: Tarwe op 25546 7/8 mudden geduurende dit boekjaar uijt gemeeten, en versonden, zijnde 2: P:s C:to.
22 1/2 mudd: Rogh op 750 1/2 mudd:, invoegen als even gesegd, Zijnde 3: p:rC:to.
27 3/8: d:o garst op 1829: mudd: deesen Jaere uijtgemeeten, Zijnde 1 1/2 pC:to
2 1/4: d:o gemeene gort op 158 mud d:o d:o 1 1/2 pC:to
1 1/4: d:o fijne d:o d:o 80 5/8: d:o d:o d:o 1 1/2 pC:to
25 3/5 d:o Boonen op 944: 7/8: mud: als.
  19 5/8 mudd: of 3 p:rC:to van 657 3/8 mudd: over het Jaar geleegen hebbende.
  5 3/4: d:o d:o 2: p:r C:to d:o 287 1/2: mudd: binnen 't Jaar.
26: mudd: Erweten op 860 3/8 mudd:, die over het Jaar geleegen hebben, Zijnde 3 p:r C:to
11468: lb: rijst op 382274 lb: d:o 3: d:o
701: d:o bisschuijt d:o 46768: d:o d:o 1 1/2. d:o over het Jaar geleegen hebbende Zynde 3: pC:to
1303: d:o Poeder Zuijker op 43455: lb: 25: d:o Candy d:o d:o 848o d:o
10: d:o Hop op 990 lb: Zijnde 1: P:r C:to
27 1/2 lb: Peeper op 1342 lb: als:
  22 1/2 lb: op 1004:1/2 lb: over het jaar geleegen a 2 1/4 pC:to
  5: d:o d:o 338: d:o van dit Jaar d:o 1 1/2: d:o
15 lb: Cattoene gaarn op 1048 lb: als.
  10: lb op 514: lb: van voorleeden Jaar d:o 2 pC:to
  5: d:o d:o 534: d:o d:o dit Jaar d:o 1: d:o
8: d:o wax op 275 lb: over het Jaar geleegen hebbende, Zijnde 3: P:r C:to
37: d:o wax kaarssen op 1861: lb als even d:o 2: d:o
100 d:o Zeep op 4999 lb: Zijnde 2: d:o
41: kann: Olijven olij op 1368: kann: d:o 3: d:o
76 1/2: d:o LijnOlij d:o 1532: 1/2 d:o d:o 5: d:o
127. d:o Clappusolij d:o 2541: d:o d:o 5: d:o
95: d:o Traan d:o 3177 1/2: d:o d:o 3: d:o

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop den 23: October 1760: /: was geteekent/’

‘C:l Brand.’

Aan den wel Edelen gestr: Heere Rijk Tulbagh Raad Extraordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop en den ressorte van dien &&&:a beneevens den E Agtb: Raad van Politie deeses gouvernements.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E Agtb: Heeren.’

‘Den ondergeteekenden Pakhuijsmeester versoekt Seer Eerbiedig, dat aan hem mag werden toegestaan, d’ ordinaire afschrijving op de hier onder te noemene goederen, geduurende dit afgeweekene boekjaar onvermeijdelijk gevallen, bestaende in de volgende namentlijk.’


Cramerijen
25 lb: Alluijn, als.
  15 lb: op 506 lb: over 't Jaar geleegen hebbende â 3: P:r C:to
  10: d:o d:o 486 lb: binnen 't Jaar aangebragt â 2 p:r C:to
25 lb: Lijm op 504: lb: à 5 P:r C:to
43: d:o Styfsel d:o 861: d:o
Loot.
8: lb:, als.
  2 1/2 lb: oud plat op 1960: lb: â 1/8 pC:to
  5 1/2: d:o nieuw d:o d:o 4231: d:o
Cooper.
5 1/2 lb: gesorteert op 4363 1/2 lb: a 1/8 pC:to
Ijser
1696: lb: op 113052: lb: over 't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 pC:to.
Staal  
12: lb:, als:
  9: lb: op 566 lb:, over 't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2: p:r C:to.
  3: d:o d:o 295 lb: binnen 't Jaar aengebragt â 1: P:r C:to
Speijkers
390: lb: gesorteerde ijsere op 25986 lb: over 't Jaar geleegen hebben â 1 1/2 p:r C:to
Verwen.
1 1/4 lb: fijne op 41: lb: over 't Jaar geleegen hebben â 3 p:r C:to
92: d:o gesorteerde grove op 3076: lb: over 't jaar geleegen hebbende â 3: P:r C:to
Tabak
276: lb: op 9202: lb: â 3: p:r C:to.
Specerijen
2 1/2 lb nooten op 243 3/8 lb: over 't jaar geleegen hebbende â 1: P:r C:to
1/2 d:o nagulen d:o 64: 7/8: d:o
1 1/2: d:o foulij d:o 143: 7/8: d:o
1 3/4 d:o Canneel 173: 1/8 d:o
Coffijboonen
700 lb: op 35000 lb: over 't Jaar geleegen hebbende à 2 P:r C:to
Oliphants Tanden
30 lb: als
  5: lb: op 537 lb: Eerste Soort over 't Jaar geleegen hebbende â 1: P:r C:to
  25: d:o op 5082: lb: Eerste Soort, binnen 't Jaar aangebragt à 1/2 P:r C:to.
6: lb, als
  2: lb: op 206 lb: Tweede soort over 't Jaar geleegen hebbende a 1: P:r C:to
  4: d:o d:o 810: d:o Tweede Soort binnen 't Jaar aangebragt â 1 P:r C:to.

Cramerijen
25 lb: Alluijn, als.
  15 lb: op 506 lb: over 't Jaar geleegen hebbende â 3: P:r C:to
  10: d:o d:o 486 lb: binnen 't Jaar aangebragt â 2 p:r C:to
25 lb: Lijm op 504: lb: à 5 P:r C:to
43: d:o Styfsel d:o 861: d:o
Loot.
8: lb:, als.
  2 1/2 lb: oud plat op 1960: lb: â 1/8 pC:to
  5 1/2: d:o nieuw d:o d:o 4231: d:o
Cooper.
5 1/2 lb: gesorteert op 4363 1/2 lb: a 1/8 pC:to
Ijser
1696: lb: op 113052: lb: over 't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 pC:to.
Staal  
12: lb:, als:
  9: lb: op 566 lb:, over 't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2: p:r C:to.
  3: d:o d:o 295 lb: binnen 't Jaar aengebragt â 1: P:r C:to
Speijkers
390: lb: gesorteerde ijsere op 25986 lb: over 't Jaar geleegen hebben â 1 1/2 p:r C:to
Verwen.
1 1/4 lb: fijne op 41: lb: over 't Jaar geleegen hebben â 3 p:r C:to
92: d:o gesorteerde grove op 3076: lb: over 't jaar geleegen hebbende â 3: P:r C:to
Tabak
276: lb: op 9202: lb: â 3: p:r C:to.
Specerijen
2 1/2 lb nooten op 243 3/8 lb: over 't jaar geleegen hebbende â 1: P:r C:to
1/2 d:o nagulen d:o 64: 7/8: d:o
1 1/2: d:o foulij d:o 143: 7/8: d:o
1 3/4 d:o Canneel 173: 1/8 d:o
Coffijboonen
700 lb: op 35000 lb: over 't Jaar geleegen hebbende à 2 P:r C:to
Oliphants Tanden
30 lb: als
  5: lb: op 537 lb: Eerste Soort over 't Jaar geleegen hebbende â 1: P:r C:to
  25: d:o op 5082: lb: Eerste Soort, binnen 't Jaar aangebragt à 1/2 P:r C:to.
6: lb, als
  2: lb: op 206 lb: Tweede soort over 't Jaar geleegen hebbende a 1: P:r C:to
  4: d:o d:o 810: d:o Tweede Soort binnen 't Jaar aangebragt â 1 P:r C:to.

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede hoop Ult:mo Augustus 1760: /:was geteekent:/ D:d D’ Aillij.’

Aan den wel Edelen gestr: heer Rijk Tulbagh Raad Extra ordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede Hoop, en den ressorte van dien &&&:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren.’

‘Den ondergeteekenden Keldermeester versoekt Seer Eerbiedig aan uwe wel Edele gestr: en E: Agtb:, dat aan hem mag valideeren, de hieronder gespecificeerde afschrijving, te weeten.’

‘1594: kannen Arak op 15946: kannen, dewelke onder dato deeses Restant verblijven â 10 p:r C:to.’

‘21081: kannen Caabse wijn op 210818: kannen dewelke onder dato deeses insgelijx restant verblijven à 10 P:r C:to’

‘109 kannen Caabse Brandewijn op 1097: kannen, dewelke onder dato deeses meede restant verblijven à 10: P:r C:to’

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop Ultimo Augustus 1760. /:was geteekent:/ J:F: Tiemmendorff.’

Is daarop goed gevonden ende Verstaan, dat de daer bij aangehaalde minderheeden, als niet Excedeerende, bij de Voorseijde Negotie boeken Zullen worden afgeschreeven.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 466-484.

Dingsdag den {17601209} 9: Decb: 1760:

‘S voormiddags alle Present.

Sijn heeden in vergaderinge met aandagt gerevideert, de Negotie en Zoldij boeken deeses Gouvernements van ‘t jongst afgeloopene Boekjaar, neevens het rapport door de tot derselver Examinatie gecommitteerd geweest zijnde leeden deeses Raads, d’ E E:s David D’ Aillij en Pieter Hacker verleend; uijt welk een en ander is koomen te blijken, dat in de voorseijde Negotie boeken niet alleen alle Posten van ongelden en andere afschrijvingen met de diesweegens verleende ordonnantiën koomen t’ accordeeren, maar dat ook buijten deselve, geen de minste afschryvingen zijn gedaan geworden: gelijk meede ten belange der Zoldij boeken, dat deselve insgelijx in de vereijschte forme, navolgens d’ ordres der E: Comp: gehouden Zijn, en dat de afbetaalingen aan de Dienaaren derselver naar behooren uijtgereijkt, mitsg:s de belastingen daar van bij de negotie boeken in diervoegen Zijn afgeschreeven, als in ‘t voorseijde rapport Specifice werd aangetoond; en laatstelijk dat door den Zoldij Boekhouder als Curator ad lites, omtrent het Inventariseeren, verkoopenen, Inboeken der Nalatenschappen van S’ E: Comp:s dienaren, mitsg:s het in Cassa tellen van dies geheel bedragen, ter Somma van rd:s 1747 1/2: ofte ƒ4194:-:-: in alles volgens d’ ordes van haar wel Edele groot Agtb: de heeren der hooge Indiasche regeering is gehandelt geworden; Weshalven goedgevonden en beslooten is, dat de meergem: Negotie en Zoldij boeken volgens gebruijk, zoo na ‘t Vaderland als na Batavia, en het geciteerd Rapport noopens dies Examinatie bovens dien aan welgem: heeren der hooge Indiaasche Regeering zullen werden gesuppediteerd.

Vervolgens geresumeerd weesende, d’ ingediende Nominatiën der resp: Collegiën, zoo hier aan Cabo als in de buijten Districten, heeft men zig de gedaane Electie van ouderlingen laaten welgevallen, en verders uijt het dubbeld genomineert getal tot Diaconen verkooren, de volgende Persoonen, te weeten.

In de kerk hier aan Cabo.

Hendrik Möller tot Ouderling, in plaatse van den afgaanden Daniel Heijning. Dirk Westerhoff en Petrus Johannes Voorwerk tot Diaconen, voor de uijtgediende Salomon van Egten en Gijsbert Rogiers.

In de Stellenbosche Kerk.

Nicolaas Vlock tot ouderling in Steede van Gerrit van der Bijl en tot Diacon Jacobus Groenewald in Plaatse van Jacobus Conterman.

In de kerk aan Drakensteijn .

Pieter du Toit de Jonge tot ouderling. Paul Roux en Pieter Blignault tot Diaconen den eersten in plaatse van Roeloff van der Merwe, en de twee Andere voor Jan Blignault en Andries du Toit.

In de kerk in ‘t Land van Waveren .

Isaäc van der Merwe tot ouderling in steede van David van der Merwe. Jacobus du Toit tot Diacon ter Plaatsvullinge van Jacobus Terron.

In de Swartlandsche Kerk.

Gideon Slabber tot ouderling in Steede van Paul Retief en tot Diacon Jacobus Meijburg voor den uijtgedienden Hendrik van der Westhuijsen.

Sullende voorsz: kerkenraade wijders werden aangeschreeven, dat ‘er deesen Jaare weederom geen Commissaris Politicq na de buijten districten Staat af te gaan, en dat zij hierom Sullen moeten besorgen, dat de kerkelijke reecq:gen haarer Arme Penn: bij Tijds in gereedheijd gebragt en herwaards werden overgesonden.

Voorts zijn uijt de in dubbelen getaele genomineerde Persoonen, om na gebruijk in d’ onderstaande Collegiën dienst te doen, verkooren, als.

Tot Burgerraden.

Jan Serrurier en Jacobus Blanckenberg in Steede der afgaande Hendrik Lodewijk Bletterman en Jan Meindertsz: Cruijwagen.

Tot Weesmeesteren.

Carel Maximiliaan Adleda, Petrus Michiel Eksteen en Jan van Sittert ende Sulx ter Plaatsvullinge van d’ af te treedene Tobias Christiaan Rönnenkamp, Hendrik Oostwald Eksteen en Jacobus Blankenberg.

Tot Commissarissen van Civiele en Huwelijx saaken.

Jean Benjamin D’ Aillij en Hendrik Fehrszen in Steede van Dirk Westerhoff en Jan van Cittert.

Sijnde ook in Plaatse van den E: Pakhuijsmeester David D’ Aillij, die op Zijn versoek van ‘t presidium in dat Collegie is ontslagen, weeder tot President verkooren den E: Cassier Pieter Hacker.

Tot Heemraden van Stellenbosch en Drakensteijn

Nicolaas Vlock, Dirk de Vos, Jan de Villiers en Stephanus Grové in Steede van Daniel Malan, Johannes Albertus Meijburg, Roeloff van der Merwe en Hendrik François Möller

Tot Heemraden van Swellendam

Carel Pietersz de Jager en Michiel Muller ter plaatsvervullinge Van d’ uytgediende Laurens de Jager en Pieter Pienaar.

Wijders wierd door den oud Heemraad Jacobus van der Spuij, het onderstaende Schriftuur ingeleeverd.

Aan den wel Edelen gestr: Heer Rijk Tulbagh Raad Extra ordinaris van neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer, en E:Agtb: Heeren.’

‘Uwer wel Edele gestr: en E: Agtb: Seer Needrigen Dienaar, den oud Heemraad van Stellenbosch en Drakensteijn Jacobus van der Spuij, als teegenwoordige besitter van een der Perceelen ofte het bovenste gedeelte der hofsteede Constantia, onlangs door wijlen den E: Agtb: Heer Secunde Sergius Swellengrebel, ter occagie dat zijn E: Zig op des ondergeteek: geciteerde plaats quam te bevinden, om het Jongste wijn gewasch te proeven, aangesprooken Zijnde, om alle desselfs ingeougste wijnen aan d’ E: Comp: te leeveren, nademaal het geperste door S’ E: Comp:s gecontracteerde Leverancier Lambert Meijburg, op verre na niet toereijkend quam te Zijn, tot het geene ter versendinge naar het Vaderland wierd vereijscht; vind den ondergeteek: Sig verpligt, uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: ten deesen belange op het Eerbiedigste te moeten vertoonen, dat den ondergeteek: Seedert denselven in ‘t besit van bovengem: plaats is geweest, ‘t ongeluk hebbende gehad, dat de Vendanges der wijn, of sober in deugd of gering in quantiteijt uijtgevallen Zijnde, hij hier door dermaten gedrukt en ten agteren geraakt is, dat zig den vertoonder volstrekt buijten vermoogen komt te bevinden, om eenige naamwaardige quantiteijt Sijner wijnen teegens den Prijs van 100: Rijxd:s voor de legger Roode, en de witte tot Rx: 50, die d’ E Comp: gewoon is daar voor te besteeden, aan deselve te leeveren, terwijl den ondergeteek: gelijk Zulx Uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: ten vollen bekend is, zijne wijnen aan d’ Ingeseetenen ter deeser plaatse bij ‘t halfaam teegens 25: tot 30: Rijxd:s de roode en de witte van 12. tot 15: Rijxd:s kunnende debiteeren, dus altoos ruijm eens soo veel van de legger kan Profiteeren, als ‘er door d’ E: Comp: voor deselve word betaald.’

‘Dan aangesien den Suppl:t Soo seer als eenig ingeseeten deeses lands verpligt is t’ erkennen, de bijsondere gunst die de hoog gebiedende heeren en Meesteren op ‘t Stuk der wijnen aan deese Colonie hebben gelieven te bewijsen, en hij dienvolgens van herten gaarne bereijd is, d’ E: Comp: perferabel voor andere, met zijne wijnen te gerieven, ende zulx selfs beneeden den Prijs als waar voor hij deselve op de vooren verhaalde wijse met gemak kan omsetten; Soo neemt den Suppl:t de Vrijheijd Uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: bij deesen op ‘t Eerbiedigst te offereeren, om in gevalle deselve konden goedvinden, de Prijs der wijnen, die deselve in ‘t vervolg voor d’ E Comp: van hem mogten koomen in te slaan teegens 150: Rijxd:s voor de legger roode wijn, en 75 voor de witte te verhoogen, den ondergeteek: als dan geneegen is, om Jaarlijx van alle de door hem ingeougste wijnen niet meer als het derde gedeelte voor Zig te houden, Soo tot zijn eygen gebruijk, als om daarmeede te gerieven, eenige fatsoenelijke Luijden ter deeser plaatse, die gewoon Zijn, wijnen van hem te neemen, en de overige volle twee derde Parten teegens de geciteerde Prijsen aen d’ E: Comp: te leeveren.’

‘Wanneer uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: deesen aangaande verders goedgunstiglijk gelieven te Considereeren, dat behalven de voorwaarts aangehaalde geleedene misgewasschen het bloote bij hem beseeten werdende gedeelte van Constantia , den ondergeteek: niet alleen een importante Somma van ƒ45000:-: heeft gekost, maar dat hij daer en boven ook nog verpligt geweest Zijnde, een aanmerkelijke Somma voor Vaatwerk, Slaven, en wat ‘er verders tot den grooten omslag op Voorsz: plaats werd vereijscht, te besteeden, en als van Zig selfs geen toelangende middelen gehad hebbende, alle deese gelderen teegens de hier te lande gebruijkelijke Intrest van 5: tot 6: P:r C:to heeft moeten negotieeren, en dat desselfs meergem: plaats geen andere voordeelen koomende te geeven,voorsz: Swaare intrest Soo wel als het onderhoud van des ondergeteek:s familie en alle andere onkosten, eenelijk uijt het enkele Product der wijnen moeten werden gevonden en goedgemaakt; So vleijd Sig den ondergeteekende, dat Uwe wel Edele gestr: en E Agtb: Sig ten vollen gepersuadeert houdende, dat het den ondergeteek: niet wel moogelijk is, om desselfs wijnen lager, als teegens de vooren geciteerde Prijs van Ryxd:s 150: voor de Roode en 75: voor de witte, aan d’ E: Comp:e te kunnen leeveren, Uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: oversulx ook in desselfs hier omtrent gedaane aanbieding goed genoegen zullen gelieven te neemen. Ondertusschen dat den ondergeteek: d’ Eere heeft, Zig met d’ uijtterste Eerbied te noemen.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele gestr: Heer en E: Agtb: Heeren, uwe wel Edele Gestr: en E Agtb: Seer onderdanige en gehoorzaamen Dienaar /:was geteekent:/ J:V:D: Spuij’

’/:in margine:/’

Overgegeeven in Raade van Politie den 9: Decb: 1760.

Over welkers inhoude gedelibereerd, en ten dien belange in aanmerkinge genoomen weesende, dat de daarin aangehaalde Reedenen, waar door hij van der Spuij betuijgd, onvermoogens te Zijn; eenige naamwaardige quantiteijt sijner wijnen teegens 100: rijxd:s voor de legger Roode, en 50: de witte aan d’ E: Comp: te kunnen leeveren, allesints na waarheijd Zijn ter needergesteld, en dat dienvolgens in de versogte verhooging dier Prijsen geen onbillijkheijd resideert; heeft men dierhalven moeten besluijten, om ingevolge Sijn gedaene presentatie, Jaarlijx de Volle twee derde Parten van alle desselfs ingeougste wijnen, wel te verstaen, wanneer die van de verEijschte deugd koomen te zijn, en anders niet, teegens 150: Ryxd:s de legger Roode en Rx:s 75: voor de witte, ten behoeve der E: Comp: aen te neemen, waar van aan haar wel Edele hoog Agtb: de heeren Majores in t: Patria de verschuldigde kennisse Zal werden gegeeven, ten eijnde derselver g’ Eerd goedvinden hier op t’ erlangen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 485-493.

Vrijdag den {17601212} 12: DeCeb: 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Den oppercoopman en Secunde deeses gouvernements, d’ heer Sergius Swellengrebel, op Maandag den 8: deeser Zijnde koomen t’ overleijden, geliefde den heer gouverneur deesen aangaande te kennen te geeven, hoe dat Zijn Edele vermeijnde, het seer noodsakelijk te Zijn, dat tot het waarneemen der Secundes plaats, bij provisie weederom ijmand anders wierde aangesteld, op dat, in gevalle hem Heere gouverneur iets menschelijks mogte overkoomen, de Saaken in dit gouvernement allesints, Sonder eenige verhindering ten meesten dienste onser heeren en meesteren zouden kunnen werden bestierd; waar toe wijders door welgem: Zijn Edele, den heer Independent FisCaal Pieter Reede van Oudshoorn als de naaste geproponeert weesende, is hier op eenpariglijk goedgevonden en beslooten, gedagten heer van Oudshoorn tot P:l Secunde aan te stellen; Weshalven d’ E E:s Capitain militair Rudolff Sigfried Alleman en Secretaris van Politie Oloff Martini Bergh Zijn gecommitteerd geworden, om onder ult:o deeser ‘S Comp:s groote geld Cassa op te neemen, en deselve vervolgens, neevens de Negotie boeken deeses gouvernements, aan voorsz: P:l aangestelden Secunde over te geeven; Terwijl de Pachuijsen en verdere effecten der E: Comp:, insgelijx op geciteerden Tijd, door expresse gecommitteerdens Sullen werden opgenoomen.

Maar nademaal meergem: Heer Van Oudshoorn thans ook als President in den raad van Justitie Zal moeten fungeeren, en uijt dien hoofde noodwendig een schicking omtrent het bedienen van ‘t FisCalaat gerequireert werd; heeft men op de propositie van den Heere Gouverneur best geoordeelt, hetselve pro interim door den onderCoopman en adjunct Otto Luder Hemmij te laaten waarneemen, op den voet als sulx in den Jaare 1737: omtrent den doenmaligen adjunct Johannes Needer, geduurende het P:le gesaghebberschap van den Heer M:r Daniel van den Hengel is gereguleert geworden, en bij Resolutie van den 1: October des gem: Jaars Staat aangeteekent.

Sullende de hoog gebiedende heeren en Meesteren voorts uijt naam van den Heer Gouverneur, en de gesamentlijke Raadsleeden op ‘t Eerbiedigst werden versogt, om ter Consideratie dat dikwilsgen: Heer van Oudshoorn, nu bereijts den tijd van Twintig agter een volgende Jaaren, als Independent FisCaal deeses gouvernements heeft gefungeert, en daar bij de verEijschte ervarentheijd komt te besitten, om het ampt van Secunde na behooren waar te neemen, dierhalven de Voorsz: gedaane P:le aanstelling van Zijn E: goedgunstiglijk te willen approbeeren; Soo als wijders op de diesweegens gedaane versoeken van den Heer L:t Collonel Isaäc Meinertzhagen, mitsg:s d’ E E: Dispencier Christoffel Brand, den Pakhuijsmeester David D’ Aillij, den Cassier Pieter Hacker en Secretaris van Politie Oloff Martini Bergh, dat in derselver faveur aan hoogstgem: Heeeren Majores mogte werden geschreeven, om bij ‘t optreeden van d’ heer van Oudshoorn, met het Fiscalaat te moogen begunstigt worden, Zulx aan Haar Edele Hoog Agtb: Zal werden voorgedragen, ten eijnde hier op naar derselver g’ Eerd’ welgehagen te disponeeren, Terwijl bij deese geleegentheijd door den E: Capitain Militair Rudolff Sigfried Allemann, is versogt geworden, om in gevalle de keuse van welgem: heeren en meesteren hieromtrent op den Persoon van den Heer L:t Collonel Meinertzhagen mogte vallen, als dan weederom als hoofd der Militairen, op Sodanigen voet als Haar Wel Edele Hoog Agtb: Zullen gelieven goed te vinden, te moogen Succedeeren.

Waarna geleesen weesende twee brieven, door den Gouverneur der Eijlanden Mauritius en Bourbon de Heer des Forges Boucher en den Raad aldaer, aan de Regeering deeser Plaatse gerigt, beijde gedateert 5: November Jongstl:, houdende versoek, om aan het aanweesend’ Escader Soo Koonings- als Comp:s Scheepen weederom die Selfde gerieflijkheeden, als aan de onlangs hier aangeweest Zijnde, te willen bewijsen, en dat ten dien eijnde aan haar Ed:s Commissaris de Heer Babinet, ofte bij dies absentie, aan desselfs Adjunct d’ heer Guillemain mogte werden Verleend, Sodanige adsistentie, als zij, om het voorsz: Escader van de benoodigde Provisiën te voorsien, Zouden komen te versoeken; Is hier omtrent best gedagt, dat door gemelden Heer Babinet alvoorens Zal moeten werden opgegeeven, welke Provisiën, en in wat quantiteijt hij ten behoeve van ‘t meergem: Escader komt te benoodigen, om daar op vervolgens Zodanig nader besluijt te neemen, als men Zal vinden te behooren, dan aangesien door evengem: Commissaris Babinet seer instantig is versogt geworden, om voor eerst met de quantiteijt van 3000: mudden Tarw of iets meerder uijt S’ E Comp:s Maguasijnen te moogen werden gerieft, ten eijnde hier door in Staat te Zijn, om het Schip Le Mauras daarmeede op het Spoedigste naar Mauritius te kunnen laaten retourneeren, heeft men by overweeging, dat voorsz: quantiteijt door den teegenwoordigen opulenten Coorn-Ougst, gemackelijk kan werden gemist, en dat met zig in diervoegen van oud Coorn t’ ontdoen, weederom zo veel meerder van ‘t nieuwe gewasch voor d’ E: Comp: Zal kunnen ingeslagen en geborgen worden; dierhalven goedgevonden, om 3000 @ 3500 mudden Tarw, teegens ƒ8 1/2 de Mud uijt S E: Comp:s Pakhuijsen aan de franssen te laaten Volgen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 494-499.

Dingsdag den {17601216} 16: DeCb: 1760.

S’ voormiddags alle Present.

Wierd door den Heere Gouverneur op heeden geproduceert, een Memorie, in Conformiteijt van het geresolveerde in de jongste vergaderinge, door den franssen Commissaris de heer Babinet aan Zijn Edele ter hand gesteld, waar bij denselven komt te versoeken, om ten behoeve van ‘t aanweesend’ Escader Soo konings- als Comp:s Scheepen, met de volgende Provisiën te mogen werden gerieft, te weeten.

400: leggers met wijn

500‘000: lb: Bisschuijt

100‘000: d:o Meel

100‘000: d:o gesouten rundvleesch, en

10‘000: d:o mudden Coorn, de bereyts versogte, en aen hem geaccordeerde 3000: mudden daar onder begreepen Zijnde.

Waarop na gehoudene besoigne in aanmerking genoomen weesende, dat men thans in S’ E: Comp:s kelders bereijts zoo veel wijn aan handen heeft, als ‘er geduurende den aanstaanden Jaere, zoo voor derselver omslag, als tot voldoening der gewoone Eijsschen van Batavia werd gerequireert, is oversulx verstaan, aan gem: Heer Babinet te permitteeren, de versogte 400: leggers wijn Van d’ ingeseetenen deeser plaatse te moogen inkoopen, mitsgad:s de bovengem: quantiteijt Bisschuijt, Meel en gesouten vleesch, insgelijx te moogen laten in gereedheijd brengen; Sullende egter het accordeeren der volle quantiteijt van de voorsijde Seeven Duijsend mudden Tarwe, soo lang uijtgesteld blijven, tot dat men met volkoomen seekerheijd zal kunnen weeten, of Zulx buijten eenig ongerief voor d’ E: Comp: en ingeseetenen alhier zal kunnen geschieden.

Soo als wijders op het diesweegens meede gedaane versoek door gedagten Heer Babinet, om ten dienste van een der hier aanweesende Fransse Oorlogscheepen, met een Cabel touw en anker Stok, mitsg:s twee Rondhouten tot het maaken van Stengen te moogen werden geholpen, verstaan is, om ‘t Cabeltouw en Anker Stok, teegens inkoops prijs aen denselven te laaten verstrecken; dog dat Sulx in opzigte der versogte Stengen uijt hoofde van derselver teegenwoordige Schaarsheijd, thans niet kunnende geschieden, deselve egter aan gem: bodem Sullen werden bijgeset, wanneer met een der dagelijx verwagt werdende Vaderlandsche Scheepen, diergelijke rondhouten voor dit gouvernement aengebragt, en deselve als dan meede buijten ongerief Zullen Kunnen gemist worden.

En dewijl de bediening van Landmeeter, Seedert het overleijden van den Ingenieur Ponté, door den adsistent Carel Fredrik Brink is waargenomen, en men bevonden heeft, dat denselven de vereijschte bequaamheijd daar toe komt te besitten; Is dierhalven goedgevonden ged:tn Brink onder Zijn thans winnende gagie tot Landmeeter Aan te Stellen.

Sijnde laatstelijk op het diesweegens gedaan versoek door den Burger-raad Hendrik Lodewijk Bletterman, aan denselven in Eijgendom gegeeven, Zeeker Stukje Thuijnland, geleegen in deese Tafelvalleij annex desselfs Thuijn, groot Drie Hondert en Seven quad:t Roeden, en Neegen en dertig dito Voeten.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

C. 138, pp. 500-513.

Dingsdag den {17601223} 23 dec: 1760.

‘S voormiddags alle Present.

In op heeden door den oud Commissaris van Civiele en Huwelijx Saken Lambert Meijburg gepresenteerd het onderstaende request.

Aan den Wel Edelen gestr: heere Rijk Tulbagh, Raad Extra ordinaris van neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop, en den ressorte van dien, &&&:a beneevens den E Agbt: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E Agtb: Heeren.’

‘Geeft met d’ uytterste Eerbied en onderdanigheijd te kennen, uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: seer ootmoedigen Dienaar, den oud Commissaris van Civiele en Huwelijx Saaken, mitsg:s besitter van het beneedenste gedeelte der hofsteede Constantia Lambert Meijburg, hoe dan den Suppl:t voor weijnige daagen geleeden, heeft verstaan, dat den oud Heemraad Jacobus van der Spuij als eijgenaar van het andere gedeelte van bovengem: plaats, aan uwe wel Edele gestr: en E Agtb: vertoond hebbende, desselfs onvermoogen, om Zijne wijnen teegens 100: Rijxd:s voor de legger roode, en Rx:s 50: de witte, langer aan d’ E: Comp: te kunnen leeveren, het uwe wel Edele gestr: en E Agtb: hierop heeft behaagd, de Prijsen Sijner wijnen teegens 150: Rijxd:s de legger roode, en Rx:s 75: de witte te verhoogen; ende ten aansien den Suppl:t Zig deesen aangaande in het selfde geval komt te bevinden, als waer in gem: van der Spuij heeft geverseert, zoo in opzigte der eenige Jaaren agter den anderen geleedene misgewasschen, als wel hoofdzakelijk, dat hij Zijne wijnen onder d’ ingeseetenen alhier bij ‘t half aam teegens 25 @ 30: Rijxd:s de roode, en 12: tot 15: rijxd:s de witten kunnende debiteeren, het dus voor hem Suppl:t een Considerabel nadeel is, deselve wijnen voor de helfte minder aan d’ E: Comp: te leeveren; en dat, gelijk de plaatsen van gem: van der Spuij, en die van den Suppl:t bevoorens maar een Zijn geweest, en hunl: wijnen dus ook een en deselfde Koomen te Zijn, het dienvolgens voor den Suppl:t niet alleen een t’ overharde Zaak Zoude weesen, om Zijne wijnen voor een derde minder te moeten afstaan, maar dat hij Suppl:t ook met reeden moet bedugt Zijn, dat dusdanig verschil in de Prijsen door den Tijd voor den Suppl:t onvermeijdelijk van dit Fataal gevolg Zouden kunnen Zijn, om zoo wel zijne wijnen als de plaats Selve ten eenemaal installig te maaken; Soo neemt hij de vrijheijd zig te keeren tot uwe wel Edele gestr: en E Agtt:, met gantsch ootmoedig versoek, dat deselve van die goedheijd gelieven te zijn, de Prijsen der wijnen, die uwe wel Edele gestr: en E Agtb: van den Suppl:t voor d’ E: Comp: Zullen gelieven te neemen, insgelijx tot 150 Rx:s de roode en 75: de witte te willen verhoogen; Waarop den Suppl:t dan verhoopende een favorabel besluijt te zullen erlangen, wijders d’ Eere heeft, zig met het uijtterste respect te noemen.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele Gestr: Heer en E Agtb: Heeren, Uwe wel Edele Gestr: en E Agtb: seer ootmoedige en gehoorzamen dienaar /:was geteekent:/ L: Meijburg /:in margine/ over gegeeven in Rade van Politie den 23 December 1760.’

Naar lectuure van welk versoekschrift exact nagesien weesende, het geene dies aangaande van tijd tot tijd met des Suppl:t voorsaat wijlen den burger Johannes Colijn is gehandelt, soo is uijt het daarvan aangeteekende Soo bij de successivelijk aan de heeren en Meesteren afgegaene brieven als de resolutiën koomen te blijken, dat wanneer welgem: Heeren majores bij derselver geagte letteren van den 28: Aug:s 1727. hebben gelieven geinformeert te zijn, welke quantiteijt Constantia wijn jaarlijx van hier naar ‘t Vaderland Soude kunnen werden overgesonden; ged:n Colijn hierop gehoord weesende, heeft betuijgd gehad, buijten toeval van misgewasschen, alle jaaren 10: à 12: leggers roode en 20: leggers witte wijn aan d’ E Comp: teegens 80: Rysd:s de legger van d’ eerste en 50: Rijxd:s de legger van de tweede soort te Zullen Kunnen fourneeren, ‘t geen dan ook in diervoegen door hem is agtervolgd tot den Jaere 1736. wanneer gem: Colijn in vergaderinge van den 20 Maart desselvigen Jaars verscheenen weesende, heeft te kennen gegeeven, dat hij bereijd was de voorsz: quantiteijt bij Continuatie aan d’ E: Comp: te blijven leeveren, maar dat hij met eene versogt, dat de Prijs van de Roode van 80 tot 100 rijxd: de legger mogte verhoogd Worden, nademaal die door hem voor eerstgem: prijs niet langer konde werden gegeeven, vermits hij van Particulieren graag en willig 130: Rijxd:s voor ijder legger roode wijn krijgen konde, dog dat hij gereed was om de witte op 50 Ryxd:s te laaten, Schoon dat die ook wel voor 70: en 80: rijxd:s aan andere Soude Kunnen verhoopen; waarop dan ook is goedgevonden, ‘t voorsz: versoek t’ accordeeren, en dienvolgens de roode wijn teegens 100: Rijxd:s de legger aan gem: Colijn te doen betalen: Weshalven als nu ten belange van ‘t een en ander in overweeging genoomen weesende, dat van dien tijd af aan door meergem: Colijn, mitsg:s na dato, Soo door desselfs wed: als den Suppl:t Selve de leverantie hunner wijnen conform de geciteerde laatste over eenkoming is gedaan geworden, Sonder middelerwijl eenige meerdere verhooging in de Prijsen te hebben versogt, heeft men dierhalven vermeijnd, als nu ook daaromtrent niet wel eenige verandering te Kunnen maaken; dog dat aan den anderen kant meede in aangemerking genoomen werdende, dat gelijk de Prijs der meergem: wijn, waar voor men d’ eerste mael met voorsz: Colijn is over een gekoomen, mitsg:s de naderhand gedaane verhooging derselve, beijde naar de doenmalige waerde dier wijnen Zijn gereguleert geweest, en dat deese wijn thans Soo veel hooger in prijs gesteegen weesende, de nu versogte verhooging uijt dien hoofde ook niet kan werden geagt onbillijk te Zijn; Is dierhalven verstaan, dat het request van meergem: Meijburg in Copia aan onse hoog gebiedende heeren en meesteren in ‘t Vaderland Zal werden overgesonden, ten eijnde omtrent desselfs daer bij gedaan versoek naar derselver g’ Eerd welbehaagen te disponeeren.

Sijnde Laatstelijk ook geleesen geworden, Seeker Request door den Soldaat Gerrit Hendrik Teulke in de volgende bewoordingen gepresenteerd.

Aan den wel Edelen gestr: heere Rijk Tulbagh, Raad Extra ordinaris van Neederland India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop en den ressorte van dien &&&:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele gestr: Heere en E: Agtb: Heeren.’

‘Vertoond met d’ uijtterste Eerbied en onderdanigheijd, uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: Zeer ootmoedigen Dienaar, Gerrit Hendrik Teulke van Rolle, in den Jaare 1751: als Zold:t à ƒ9: p:r maand, met het schip de Spaarsaamheijd , voor de Camer Amsterdam uijtgevaaren; hoe den Suppl:t kort voor Zijn vertrek, ten behoeve van desselfs moeder Anna Margaretha Strees heeft gemaakt, een maand Ceel van drie maanden gagie Jaarlijx, dewelke hij ook Seedert altoos voldaan heeft; dan dewijl voorm: des Suppl:ts moeder reets in A:o 1758: is Koomen t’ overleijden, en denselven des niet teegenstaande ged:t drie maanden gagie altoos heeft moeten missen, Soo neemt den Suppl:t de vrijheijd, Zig in alle Eerbied te keeren tot uwe wel Edele gestr: en E Agtb: met gantsch needrig versoek, om derselver gunstig voorschrijvens aan hoogstgem: haar wel Edele groot agtb: de heeren bewindhebberen ter Camer Amsterdam bovengemeld, ten eijnde geciteerde maandCeel geroijeert, en hem het te veel genootene wederom gerembourseert mogte werden /:onderstond:/ ‘T welk doende &:a.’

Waarop goedgevonden en beslooten is, dat tot vernietiging der daar bij verm: maandceel in zijn faveur aan haar wel Edele groot agtb: de heeren bewindhebberen ter Camer Amsterdam waar voor hij is uytgevaren Zal werden geschreeven.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R Tulbagh

[Signed:] P:V: Reede van Oudshoorn

[Signed:] I: Meinertzhagen

[Signed:] R S Allemann

[Signed:] C Brand

[Signed:] D:d D’ Aillij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s