C149 v1.20

C. 149, pp. 33-34.

Saturdag den {17710105} 5 Jann: 1771:

alle Present.

Is aan den met het ter rheede vertoevend’ Schip de Vrouwe Cornelia Hillegonda, van Batavia alhier aangelanden Repatrieerenden Ondercoopman en geweesen Resident van Bima , Jacob Bikkes Backer, op desselfs hierom gedaan schriftelijk versoek, gepermitteerd, omme uijt hoofde zijner Indispositie eenigen tijd met Stilstand van Gagie ter deeser plaatse te verblijven.

Aldus Geresolveert, ende Gearresteert, In ‘t Casteel de Goede Hoop, Ten dage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R: Tulbagh

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 35-37.

Dingsdag {17710108} 8 Jann: 1771:

’s Voormiddags alle present uijtgenomen den E: Soldij boekhouder Dirk Westerhoff, als in Commissie zijnde.

De Procuratiën en geannexeerde Soldij reecq:n van alle zodanige Personen, als op een diesweegens geformeerde Lijst bekend staan, tendeerende om deselve Reecq:n aan hare gemagtigdens in ‘t Vaderland te mogen oversenden, op heeden nagesien weesende; Soo is dien aangaande beslooten deselve te stellen in handen van den Heer Independent Fiscaal M:r Joachim Van Plettenberg, om volgens d’ ordre der E: Comp: te werden geExamineerd.

En is voorts in Steede van den alhier overl: Coopman en Fiscaal der Retourvloot Abraham Casimir Comans, op zijn diesweegens gedaan versoek weederom als zodanig aangeSteld, den op ‘t aanweesend Commandeurs Schip Kroonenburg als Secretaris van Voorsz: Vloot beschijden boekhouder Adolph Siks.

Aldus Geresolveerd ende gearresteert, In ‘t Casteel de Goede Hoop, Ten daage en Jaare Voorsz:

[Signed:] R: Tulbagh

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 38-47.

Dingsdag den {17710122} 22 Jann: 1771.

alle present.

Door den in den voorl: Jaare met het Schip Nieuw rhoon uijtgekoomen, en met Stilstand van gagie ter deeser plaatse verbleevenen opperstuurman Cornelis van Citters Junior, als in huwelijk hebbende Juff:rw Hester Maria Cloppenburg, bij Request Seer instantig versogt zijnde, om p:r het aanweesend’ Retourschip de Jonge Samuel , naar Nederland te moogen oversenden, en aan desselfs gemagtigdens, de Heeren M:r Huijbregt de Haze Bomme, Scheepen en Raad, Cornelis van Citters kiesheer, mitsg:s de Heer Benjamin Catteau te Middelburg , t’ addresseren, een Cas lang 3: v:ten 10 d:m mitsg:s breed en hoog 1: voet en 11 d:men, met de familie Schilderijen, door desselfs Schoonvader wijlen den Secunde deeses Gouvernements, de Heer Jan Willem Cloppenburg naargelaaten; is goedgevonden, Sulx aan gem: van Citters, mits ged: Cas de visitatie sal moeten Subject blijven, t’ accordeeren.

Sijnde wijders aan de nagen:de persoonen, hier om al meede in Scriptis versoek doende, gepermitteerd, de volgende Leijfeijgenen, onder betaling der daar toe Staande Transport en Costgelden, gereekend voor de heen en weeder reijse van en na Batavia, met zig naar ‘t Patria meede te neemen, als.

aan den Schipper van ‘t Retourschip Vlissingen , Jacobus ‘t Hart, tot oppassinge der onder desselfs opzigt, met gem: Bodem naar Neederland overvaarende geadopteerde twee kinderen van den titulair opperCoopman en Resident te Djoe Jocarta , Jan Lapro, in naame Abraham Josias, Jan en Jean Guilleaume Fredrik, een Slaven meijd genaamt Cananga van Boegies; en

Aan den met het Schip ‘t Huijs ter Meije , repatrieerenden Coopman Reynier van Oosterhoud, ten dienste van desselfs bij zig hebbend’ Zoontje, insgelijx een Slavinne, met naame Tjitje van Mandhar.

Ook is door den p:l kok van ‘t Retourschip Ridderkerk Willem Disselaar gepresenteerd, het onderstaande Request.

Aan den Wel Edelen groot Agtb: Heer Ryk Tulbagh, Raad ordinair van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede Hoop, met den Ressorte van dien &&&, benevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele groot Agtb: Heer en E: Agtb: Heeren.’

‘Geeft met diepschuldig Respect te kennen Uwe Wel Edele groot Agtb: en E: Agtb: zeer needrigen Dienaar, Willem Desselaar van Pruijsminde, zijnde als p:l kok op ‘t ter rheede leggend Retourschip Ridderkerk bescheijden: hoe den Supp:lt ten tijde, dat de gepermitteerde kisten der scheepelingen van gem: Bodem, tot Batavia, gebrand geworden zijn, door desselfs doenmalige Indispositie, daar bij niet hebbende kunnen present weesen, desselfs kist, volgens de daar van zijnde Brand Rolle, wel meede gebrand, dog aldaar agtergebleeven, en dus niet aan boord gebragt is, gelijk Uwe wel Edele groot agtb: en E: Agtb: uijt de geannexeerde verclaring van den opperstuurman dier kiel, Maarten Schooningh, des gelievende, nader Sullen kunnen beoogen: Ende ter aansien het voor den Supp:lt ten hoogsten schadelijk zoude vallen, om de Reijse Sonder deselve, verder naar het vaderland voort te setten, zoo neemt hij de vrijheijd, zig in alle Eerbied te keeren tot Uwe wel Edele groot Agtb: en E: Agtb:, met ootmoedig versoek, dat om voorsz: Reeden, voor den Supp:lt de aan hem gepermitteerde kist hier ter plaatse moge gebrand worden.’

’/:onderstond:/ ‘T welk doende &:a’

‘Verklaring’

‘Den ondergeteekende verklaare met een Suijver geweeten, dat den p:l kok Willem Desselaar van Pruijsminde, geen gepermitteerde kist voor neederland heeft in ‘t Schip Ridderkerk , alwaar gem: kok is bescheijden op dien Bodem, om daar meede te repatrieeren.’

‘Dit bovenstaande verklaare waar en waaragtig te zijn, en bereijd ten alleen tijde zuls met Eede nader gestand te doen.’

’/:onderstond:/’

‘Actum In ‘t Schip voornoemd, den 18: Jann: 1771. -‘

’/:was geteekend:/ M: Schooningh.’

Waar op uijt aanmerkinge der daar bij geallegueerde reedenen, goed gevonden is, dat des Supp:lts kist, zodanig als die volgens het Reglement is gepermitteerd, hier ter plaatze zal werden gebrand.

Sijnde voorts den per het schip Vlissingen , met Stilstand van gagie van Batavia vertrockenen Adsistent, M:r Jacob Oever, op desselfs gedaane instantie aangesteld, om in Steede van den tot Fiscaal der Retourvloot bevorderden Adolph Six, den dienst als Secretatis, op het ter rheede leggend’ Commandeurs Schip kroonenburg , waar te neemen; ten welken eijnde, desselfs Gagie van heeden weederom zal moeten Cours neemen.

Laatstelijk is verstaan, Seekere Vrouwspersoon genaamt Grieta Catharina Reijmers, dewelke in den voorleeden Jaare, met het Schip Schoonzigt , als soldaat onder de naam van Hans Hendrik Reijmers, ter deeser plaatse is aangeland, met het Schip ‘t Huijs ter Meije naar ‘t vaderland te rug te Senden.

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd. In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik:

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 48-76.

Dingsdag den {17710129} 29: Jann: 1771.

‘S voormiddags alle present.

Haar Wel Edele groot Agtb: de Heeren der hooge Indiasse Regeering tot Batavia, bij derselver gevenereerd aanschrijvens, van den 16: October des voorl: Jaars, ons hebbende gelieven te melden, dat de voor dit gouvernement g’Eijschte Lijwaten, in den ter rheede leggenden Retourbodem kroonenburg , en het meede aanweesend provisie Schip ‘t Veldhoen , waaren afgescheept geworden, ten eijnde de ter deeser plaatse restand gebleevene Peeper, van het te Bourbon afgelegde Schip Azia , in eerstgem: kiel Soude kunnen werden afgeladen; wierd door den Heer Gouverneur, deesen aangaande geCommuniceerd, dat dewijl na ontlossing der voorsz: in ‘t Schip kronenburg afgescheept geweest zijnde Lijwaat packen, in de hier door leedig gevallene plaats, niet meer dan circa 62100: ponden Peeper hebben kunnen werden afgelaaden, zijn Edele dierhalven expresse gecommitteerdens hadde gesteld, omme op ‘t naauwkeurigste t’ ondersoeken, of in de meede hier vertoevende, voor de presidiale Camer Amsterdam retourneerende Scheepen Nieuw Rhoon , de Jonge Lieven , ‘t Huijs ter Meije en Woestduijn , insgelijx niet een gedeelte van het restant der voorsz: peeper zoude kunnen werden gestort, en dat deselve daar op hadde overgeleevert het onderstaande Rapport.

Aan den Wel Edelen groot Agtb: Heere Rijk Tulbagh, Raad ordinaris van Neederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de goede Hoop, en den Ressorte van dien &:a &:a &:a.

‘Wel Edele groot Agtb: Heer!’

‘Het van Uwe Wel Edele groot Agtb: welbehagen geweest zijnde, d’ ondergeteekendens t’ ordonneeren, omme dewijl in ‘t aanweesend Commandeurs schip kronenburg , van de alhier overgebleevene peeper, uijt de Lading van den te Bourbon afgelegden Bodem Azia , niet meer als de quantiteijt van circa 62100 ponden, heeft kunnen werden afgelaaden, dierhalven ten overstaan van den E: Equipagiemeester deeses Gouvernements JaCob Rijsik, op het naauwkeurigste t’ ondersoeken, of in de meede ter rheede leggende, voor de presidiale Camer Amsterdam retournerende Scheepen Nieuw Rhoon , de Jonge Lieve , ‘t Huijs ter Meije en Woestduijn , insgelijx niet een gedeelte van ‘t restant der voorschreeven peeper zoude kunnen werden gestort; Soo zullen d’ ondergeteekendens de Eere hebben Uwe wel Edele groot agtb: deesen aangaande te berigten; dat zij zig ten fine voormeld, aan boord van geciteerde kielen vervoegd, en naar exact gedane visitatie, bevonden hebben, dat deselve tot Batavia, ten eenemaal volladen weesende, dies overheeden bovensdien van de peeper, die aan hun ter gesegde Indiaasse hoofdplaatse is meede gegeeven, ten eijnde van tijd tot tijd, tussen de Ladingen ingestort te werden, nog wel de helft in voorraad koomen te hebben; invoegen d’ ondergeteekendens in voorsz: Bodems, geen de minste ruijmte tot meerder berging van peeper hebben kunnen vinden.’

‘Dan vermits aan d’ ondergeteekd:s na dieswegens, onder het gunstig welneemen Uwe Wel Edele groot Agtb:, met eenen oculairen inspectie genoomen te hebben, is koomen te blijken, dat in het meede hier vertoevend’ voor de Camer Hoorn geprojecteerde Retourschip Ridderkerk , volgens gissing, plaats genoeg tot het inneemen van omtrent 9: á 10‘000 ponden van voorsz: peeper, voor handen is; hebben deselve oversulx van hunnen onvermijdelijken pligt geoordeeld te weesen, Uwe Wel Edele groot Agtb: daar van behoorlijk kennisse te geeven, of ‘t zaake waare, dat Uwe Wel Edele groot agtb: mogte goedvinden, die quantiteijt met gem: kiel te versenden.’

‘Waar meede gedenkende pligtschuldig te hebben voldaan, neemen wij de vrijheijd, deesen te laaten dienen, voor ootmoedig Rapport.’

’/:onderstond:/’

‘Cabo de goede hoop den 14: Jann: 1771. /:Laeger:/ als gecommitteerdens /:geteekend:/ P: Angelvorst, P: V: proijen /:in margine:/ ten mijnen overstaan /:en geteekend:/ J:b Rijzik.’

Uijt den inhoude van welk Rapport gebleeken weesende, dat in de voorwaardsgem: bodems, geen de minste ruijmte tot berging van peeper is te vinden geweest; heeft men dierhalven moeten besluijten, om in het voor de Camer Hoorn geprojecteerde Schip Ridderkerk , de quantiteijt van 9 á 10‘000 ponden dier korl, vermits volgens berigt van voorsz: gecommitt:s, daar toe in gem: kiel plaats genoeg voor handen is, te doen aflaaden; Terwijl bij aldien er in de verwagt werdende Ceylonse of bengaalsse Retourbodems, de vereijschte ruijmte tot het inneemen van het restant der meerm: peeper, mogte werden gevonden, deselve als dan daar meede van hier zal werden versonden.

De Journalen, gehouden door den gezaghebber en Stuurlieden des hoekers de Snelheijd door geCommitteerde Zeelieden, ten overstaan van den E: Equipagiemeester deeses Gouvernements Jacob Rijzik, volgens besluijt van den 11: Decbr: pass:o g’Examineerd geworden Sijnde, hebben deselve daar van overgeleevert, het volgende Schriftelijk berigt.

Aan den wel Edelen groot agtb: Heere Rijk Tulbagh, raad ordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede hoop, en den ressorte van dien &: &: &: benevens den E: Agtb: politicquen Raad.

‘Wel Edele groot Agtb: Heer en E: Agtb: Heeren.’

‘D’ ondergeteekendens Schippers der ter rheede leggende Retourscheepen Ridderkerk en de Jonge Samuel , Pieter van Prooijen en Pieter Angelvorst, agtervolgens Uwe Wel Edele groot Agtb: en E: Agtb: Seer gevenereerd besluijt van den 11: der Jongst afgeweekene maand December, waar van aan hun Extract is ter handen gesteld, ten overstaan van den meede geteekende Equipagiemeester deeses Gouvernements d’ E: Jacob Rijzik, g’ Examineerd hebbende, de Journaalen door den gezaghebber en verdere Stuurlieden van den hier permanenten hoeker de, op de gedane Expeditie, ter opspeuringe der aan dit gouvernement niet opgedaagde Bengaalsse Retourscheepen Enkhuijsen en Vaillant gehouden, ten fine, omme dewijl het hoofdzakelijkste gedeelte der aan ged: gezaghebber meede gegeevene Instructie, te weeten het aandoen van rio de la goa , niet ter uijtvoer is gebragt, dierhalven door voorsz: ondersoek in ervaringe te koomen, of en in hoe verre deselve zig daar omtrent aan eenig pligtversuijm mogten hebben Schuldig gemaakt; Zoo Sullen d’ ondergeteekendens d’ Eere hebben, Uwe Wel Edele groot agtb: en E: Agtb: dienaangaande gehoorsaamst te berigten: dat voorsz: Journaalen door haarl: met de uijtterste oplettentheijd nagezien weesende, daar uijt gebleeken is; dat d’ overheeden des voorseijden hoekers alle mogelijke devoiren hebben aangewend, om gem: baaij van Rio de la goa te bestevenen, dog dat zulx voor hun ten eenemaale ondoenelijk is geweest, nademaal zijl: door de aldaar ontmoete, en doorgaans fris gewaaijt hebbende Noordelijke winden, en om de zuijd lopende Sterke Stroomen, zoo verre beneeden deselve zijn geraakt, dat zijl:, ofschoon zig al bij tusschen vlagen, een Slap zuijdelijk lugje heeft koomen opdoen, het daar meede onmogelijk weederom noordwaards hebben kunnen ophaalen, invoegen voorsz: opperhoofden zoo hier om, als ook ter zaake dat het vaartuijg bij de wind zeijlende, Considerabel quam af te drijven, en zijl: dus het Land niet te na hebben kunnen, of durven koomen, uijt een welgegronde vreeze, om bij eenige ongelegendheijd, het niet weederom van een lager wal te kunnen haalen, zig oversulx volstrekt buijten staat hebben gevonden, meerm. Baaij, gelijk gesegd, te besteevenen, mitsg:s hunnen last, Conform het oogmerk Uwer wel Edele groot Agtb: en E: Agtb: in deesen behoorlijk te volbrengen: moeten de ondergeteekend:s voor ‘t overige nog hier bijvoegen, dat door dikwilsgen:de overheeden daar omtrent allesints naar zeemandschap te werk gegaan weesende, dienvolgens geen wan gedrag bij hun heeft plaats gehad.’

‘En hier meede verhopende aan de g’ Eerde Intentie Uwer Wel Edele groot Agtb: en E: Agtb: pligtschuldig te hebben voldaan, neemen wij de vrijheijd, deesen te laten dienen voor needrig rapport.’

’/:onderstond:/’

‘Cabo de goede hoop den 19: Jann: 1771. /:Laeger:/ als GeCommitteerdens /:was geteekend:/ P: V: Proijen, P: Angelvorst /:in margine:/ ten mijnen overstaan /:en geteekend:/ J:b Rijzik.’

En dewijl daar bij door voorsz: geCommitt:s is gerapporteerd, dat gem: gezaghebber en Stuurlieden alle mogelijke devoiren hebben aangewend, om de Baaij van Rio de la goa te besteevenen, het geen egter voor deselve niet doenelijk is geweest, nademaal zijl: door de aldaar ontmoete en doorgaans fris gewaaijd hebbende N:lijke winden, en om de Zuijd lopende Sterke Stroomen, zoo verre beneeden voorsz: baaij zijn geraakt, dat zijl: naderhand, bij ontstentenisse eener dienstige wind, het onmogelijk weederom noordwaards hebben kunnen ophalen: met bijvoeging wijders, dat meerm: gezaghebber en Stuurlieden allesints behoorlijk zeemanshap geoeffend hebbende, dienvolgens geen wangedrag bij hun heeft plaats gehad; Is dierhalven verstaan, zig met het voorsz: Rapport voldaan te houden:

Sullende dienvolgens van het een en ander, zoo aan haar Wel Edele hoog Agtb: de Heeren Majores in ‘t Patria, als aan haar Hoog Edelens tot Batavia, de verschuldigde kennisse werden gegeeven.

Sijnde vervolgens bij resumptie der Respective Reekeningen, van de hier te Lande zijnde vijf kerken, beslooten, dat deselve volgens gebruijk, in Copia na ‘t Vaderland zullen werden overgezonden; welke Reekeningen aldus waaren luijdende.

‘

'T Generale montant des Capitaals deeser Caabse Diaconij armen, bestaande in 't volgende, te weeten.
A:o 1770 P:mo Januarij was 't Capitaal		ƒ212931:09:
In dit Jaar bijgekomen
aan Aelmoesen	ƒ5035:-:
d:o Grafsteeden	d:o 920:16:
d:o Intressen	d:o 8030:08:
d:o armbossen	d:o 718:09:
d:o Testamentaire en liberale giften	d:o 16:-:
d:o verhuurde gestoeltens	d:o 410:08:
d:o winst en verlies	d:o 441:07:
		ƒ15572:08:
		ƒ228503:17:
Gaat af.
aan onkosten der armen	ƒ12567:13:
d:o d:o d:o kerk	d:o 1264:12:
		d:o 13832:05:
Blijft onder Ult:mo December 1770		ƒ214671:12:
Bestaande in de volgende parthijen
Aan Cassa over restant	ƒ15766:08:
d:o obligatiën en Custing Brieven	d:o 133874:-:
d:o agterstallige Intresten	d:o 11691:14:
		ƒ161332:02:
d:o ornamenten van de kerk	ƒ1099:10:
De Diaconij van Stellenbosch	d:o 7200:-:
d:o d:o d:o 't Land van Waveren	d:o 23440:-:
d:o d:o d:o 't Swart Land	d:o 21600:-:
		d:o 53339:10:
Somma		ƒ214671:12:

‘

'T Generale montant des Capitaals deeser Caabse Diaconij armen, bestaande in 't volgende, te weeten.
A:o 1770 P:mo Januarij was 't Capitaal		ƒ212931:09:
In dit Jaar bijgekomen
aan Aelmoesen	ƒ5035:-:
d:o Grafsteeden	d:o 920:16:
d:o Intressen	d:o 8030:08:
d:o armbossen	d:o 718:09:
d:o Testamentaire en liberale giften	d:o 16:-:
d:o verhuurde gestoeltens	d:o 410:08:
d:o winst en verlies	d:o 441:07:
		ƒ15572:08:
		ƒ228503:17:
Gaat af.
aan onkosten der armen	ƒ12567:13:
d:o d:o d:o kerk	d:o 1264:12:
		d:o 13832:05:
Blijft onder Ult:mo December 1770		ƒ214671:12:
Bestaande in de volgende parthijen
Aan Cassa over restant	ƒ15766:08:
d:o obligatiën en Custing Brieven	d:o 133874:-:
d:o agterstallige Intresten	d:o 11691:14:
		ƒ161332:02:
d:o ornamenten van de kerk	ƒ1099:10:
De Diaconij van Stellenbosch	d:o 7200:-:
d:o d:o d:o 't Land van Waveren	d:o 23440:-:
d:o d:o d:o 't Swart Land	d:o 21600:-:
		d:o 53339:10:
Somma		ƒ214671:12:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en getransporteerd in kerkenrade aan Cabo de goede hoop, ten overstaan van mij ondergeteek:de als Commissaris politicq den 21 Jann: 1771. /:was geteekend:/ J: v: Plettenberg.’

‘

CassaRekening der armen Gelde, Soo bevonden is op Ultimo December 1770.
Debet
Uijtgegeeven aan alimentatie en diversse benoodigtheeden &:a	ƒ1594:11:
In Leen van haar Eerw: den kerkenraade aan Cabo	d:o 9000:-:
Credit
Bij het Sluijten der voorige Jaars Reekening, is er aan Contanten per restant in Cassa gebleeven	ƒ2441:-:
Onder de godsdienst in 't Jaar 1770: ontfangen	d:o 890:10:
Nog weegens Intressen, giften, kerkengeregtigheeden &:a	d:o 1144:14:
Somma	ƒ4476:08:
d' uijtgaaf hier van afgetrocken	d:o 1594:11:
Zoo blijft dit jaar aan contanten in Cassa	ƒ2881:13:
d' uijtstaande Capitalen bedragen	d:o 3020:-:
d' agterstallige Intressen	d:o 675:02:
de kerke ornamenten	d:o 1766:-:
Somma	ƒ8342:15:
Afgetrocken van de neevenstaande	d:o 9000:-:
Blijft aldus Diaconies Cassa Debet	ƒ657:01:
ofte aan hollands Courrant geld ƒ525:13:

‘

CassaRekening der armen Gelde, Soo bevonden is op Ultimo December 1770.
Debet
Uijtgegeeven aan alimentatie en diversse benoodigtheeden &:a	ƒ1594:11:
In Leen van haar Eerw: den kerkenraade aan Cabo	d:o 9000:-:
Credit
Bij het Sluijten der voorige Jaars Reekening, is er aan Contanten per restant in Cassa gebleeven	ƒ2441:-:
Onder de godsdienst in 't Jaar 1770: ontfangen	d:o 890:10:
Nog weegens Intressen, giften, kerkengeregtigheeden &:a	d:o 1144:14:
Somma	ƒ4476:08:
d' uijtgaaf hier van afgetrocken	d:o 1594:11:
Zoo blijft dit jaar aan contanten in Cassa	ƒ2881:13:
d' uijtstaande Capitalen bedragen	d:o 3020:-:
d' agterstallige Intressen	d:o 675:02:
de kerke ornamenten	d:o 1766:-:
Somma	ƒ8342:15:
Afgetrocken van de neevenstaande	d:o 9000:-:
Blijft aldus Diaconies Cassa Debet	ƒ657:01:
ofte aan hollands Courrant geld ƒ525:13:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en nagezien in kerkevergadering aan Stellenbosch den 8: Jann: 1771. /:was Geteekend:/ J: Appeldoorn, H: Cloete, J:s Conterman, W: Morkel, A:J: Meijburg, P: W: de Vos /:in margine:/ ten mijnen overstaan /:en geteekend:/ D: Westerhoff.’

‘

'T Generaale Montant des Capitaals deeser Drakensteinsche Diaconie armen, bestaat in 't volgende.
A:o 1770 P:mo Jann: was 't Capitaal		ƒ11926:09:
In dit Jaar bijgekoomen
aan Aelmoessen	ƒ986:04:
d:o Intresten	d:o 552:-:
d:o kerkhofsgeregtigheeden	d:o 168:-:
d:o huurbanken	d:o 75:-:
d:o armbosschen	d:o 17:06:
Testamentaire en liberale giften	d:o 142:-:
		ƒ1940:10:
		13867:03:
Gaat af.
Aan onkosten der armen	ƒ748:05:
d:o d:o d:o der kerk en desselfs gebouwen	d:o 1341:08:
		ƒ2089:13:
Blijft onder Ult:o December 1770		ƒ11777:06:
bestaande in de volgende parthijen, als.
aan Cassa over restant	ƒ1077:06:
d:o obligatiën en Scheepenen kennissen	d:o 10700:-:
Somma		ƒ11777:06:
of aan holl: Courrant geld ƒ9421:18:

‘

'T Generaale Montant des Capitaals deeser Drakensteinsche Diaconie armen, bestaat in 't volgende.
A:o 1770 P:mo Jann: was 't Capitaal		ƒ11926:09:
In dit Jaar bijgekoomen
aan Aelmoessen	ƒ986:04:
d:o Intresten	d:o 552:-:
d:o kerkhofsgeregtigheeden	d:o 168:-:
d:o huurbanken	d:o 75:-:
d:o armbosschen	d:o 17:06:
Testamentaire en liberale giften	d:o 142:-:
		ƒ1940:10:
		13867:03:
Gaat af.
Aan onkosten der armen	ƒ748:05:
d:o d:o d:o der kerk en desselfs gebouwen	d:o 1341:08:
		ƒ2089:13:
Blijft onder Ult:o December 1770		ƒ11777:06:
bestaande in de volgende parthijen, als.
aan Cassa over restant	ƒ1077:06:
d:o obligatiën en Scheepenen kennissen	d:o 10700:-:
Somma		ƒ11777:06:
of aan holl: Courrant geld ƒ9421:18:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en nagezien in kerkevergadering aan drakensteijn , den 10: Jann: 1771. /:was geteekend:/ P: v:d: Spuij, P: Roux, R: v:d: Merwe, P: Loret, J:P: Roux, Pieter Joubert Gz:, J: Nel, J:s Coetzer, D: d: Villiers, Pz, J: Louw Az, /:in margine/ ten mijnen overstaan /:en geteek:d:/ D: Westerhoff.’

‘

Reekening nopens den Staat der Armen Cassa, onder Ult:mo December 1770.
1769.
den 31: Decbr: Was 't restant der in Cassa gebleevene Contanten	ƒ805:08:
In dit Jaar bygekomen
Onder het doen van den godsdienst geCollecteerd	d:o 625:03:
over betaalde kerkengeregtigheeden	d:o 267:14:
van Swellendam ingekomen	d:o 68:14:
Aan bijzondere Collecte, of Liberale giften ingekoomen	d:o 260:-:
		ƒ2027:07:
Daar van gaat af.
Weegens diversse benoodigtheeden van kern en predikantswoninge, mitsgad:s andere kerkelijke gebouwen		d:o 352:10:
Blijvende dus onder dato deeses p:r Restant		ƒ1674:13:
Daar en teegen is deese kerk Debet.
Aan de Diaconije van Cabo de goede Hoop, volgens diversse Scheepenen kennissen	ƒ29300:-:
Waar van detraheere de bovengem: nu per restant blijvende Contanten	d:o 1674:13:
Soo dat de kerk thans Debet blijft		ƒ27625:03:
ofte aan hollands Courrant geld		ƒ22100:03.

‘

Reekening nopens den Staat der Armen Cassa, onder Ult:mo December 1770.
1769.
den 31: Decbr: Was 't restant der in Cassa gebleevene Contanten	ƒ805:08:
In dit Jaar bygekomen
Onder het doen van den godsdienst geCollecteerd	d:o 625:03:
over betaalde kerkengeregtigheeden	d:o 267:14:
van Swellendam ingekomen	d:o 68:14:
Aan bijzondere Collecte, of Liberale giften ingekoomen	d:o 260:-:
		ƒ2027:07:
Daar van gaat af.
Weegens diversse benoodigtheeden van kern en predikantswoninge, mitsgad:s andere kerkelijke gebouwen		d:o 352:10:
Blijvende dus onder dato deeses p:r Restant		ƒ1674:13:
Daar en teegen is deese kerk Debet.
Aan de Diaconije van Cabo de goede Hoop, volgens diversse Scheepenen kennissen	ƒ29300:-:
Waar van detraheere de bovengem: nu per restant blijvende Contanten	d:o 1674:13:
Soo dat de kerk thans Debet blijft		ƒ27625:03:
ofte aan hollands Courrant geld		ƒ22100:03.

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en Nagezien ter kerk vergadering in ‘t Land van Waveren , den 13: Januarij 1771. /:was geteekend:/ R: Harders, vdm. JaCobus Theron, P: Theron, J: de Wet, G:h: Meijer, H: f: Moller Pieter du plesis /:in margine:/ ten mijnen overstaan /:en geteek:d/ D Westerhoff.’

‘

Reekening nopens den Staat der Armen Cassa in 't Swart Land gehouden Ult:mo December 1770.
1769.
Ult: Xber: Was't restant der in Cassa gebleevene contanten	ƒ488:06:
In dit Jaar bijgekomen
Aan aelmoessen	d:o 415:04:
d:o kerkegeregtigheden en willige giften	d:o 103:08:
		ƒ1007:02:
Daar van gaat af.
diversse onkosten tot het repareeren der kerk, krankbesoekers en kosters wooning, alles volgens overgeleeverde reecq:, mitsgaders eenige andere benoodigtheeden		d:o 340:14:
Dus blijft onder dato deeser per restant		ƒ666:04:
Daar en teegen is deese Diaconije aan die van Cabo de goede Hoop, volgens diversse Scheepenen kennissen Debet	ƒ27000:-:
daar van detraheere de bovengemelde nu per restand blijvende Contanten	d:o 666:04:
Soo dat deese kerk nog Debet blijft		ƒ26333:12:
ofte aan holl: Courrant geld		ƒ21067:-:

‘

Reekening nopens den Staat der Armen Cassa in 't Swart Land gehouden Ult:mo December 1770.
1769.
Ult: Xber: Was't restant der in Cassa gebleevene contanten	ƒ488:06:
In dit Jaar bijgekomen
Aan aelmoessen	d:o 415:04:
d:o kerkegeregtigheden en willige giften	d:o 103:08:
		ƒ1007:02:
Daar van gaat af.
diversse onkosten tot het repareeren der kerk, krankbesoekers en kosters wooning, alles volgens overgeleeverde reecq:, mitsgaders eenige andere benoodigtheeden		d:o 340:14:
Dus blijft onder dato deeser per restant		ƒ666:04:
Daar en teegen is deese Diaconije aan die van Cabo de goede Hoop, volgens diversse Scheepenen kennissen Debet	ƒ27000:-:
daar van detraheere de bovengemelde nu per restand blijvende Contanten	d:o 666:04:
Soo dat deese kerk nog Debet blijft		ƒ26333:12:
ofte aan holl: Courrant geld		ƒ21067:-:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en Nagezien in kerke Vergadering in ‘t Swart Land den 16 Januarij 1771. /:was Geteekend:/’

‘Hendrik v:d: Westhuijsen, P: v:d: Bijl, Hugo Lambregts, Pieter Johannes Louw, J: van Aarde, And:s Stephanus Gous, /:in margine:/ ten mijnen overstaan /:en geteek:d:/ D: Westerhoff.’

En vermits bij nadere Resumptie der procuratiën en zoldij reecq:gen, is koomen te blijken, dat deselve volgens d’ ordre der E: Comp:ne door den Heer Independent fiscaal M:r Joachim van Plettenberg, ondersogt en wel bevonden zijn; is dierhalven beslooten, d’ Eijgenaars der voorsz: Reekeningen te permitteeren, om deselve aan haare resp: gemagtigdens in ‘t patria over te senden.

Waar na geleesen weesende, de Requesten van den oud burgerraad Jan fredrik Willem Böttiger, den burger Lieutenant Pieter Soermans, den Baas der Scheeps Timmerlieden, Philip van den Bergh, mitsg:s de Burgers Jurgen Spengelaar, en Casper Lijbregt, tendeerende, omme ijder een Stuk huijs Erf, geleegen in deese Tafelvalleij , in ‘t Blok N:o 7: in eijgendom te hebben; is verstaan het versoek der voorsz: Supp:lten t’ accordeeren.

Voorts is den Burger Jan Struwig in Steede van den onlangs overleedene Pieter de Graaf, wederom tot burger Constapel aangesteld.

Sijnde wijders, op het te kennen geeven door den Heer gouverneur, dat de Heer Percheron, aan wien volgens het bij zijn Edele ontfangen Schrijvens, van den Gouverneur en Intendant des Eijlands Mauritius , de Heeren des Roches en Poivre, was opgedraagen om als Commissaris der fransse konings marine te fungeeren, Seer instantig versoek hadde gedaan, om ten dienste zijner Majesteijts hier aanweesende Scheepen, met de quantiteijt van 200: leedige Leggers te moogen werden geriefd, goed gevonden en beslooten, om de versogte 200 leedige Leggers, dewijl deselve uijt hoofde van den thans aan handen zijnden voorraad, gevoeglijk kunnen werden gemist, oversulx aan gem: Heer Percheron, tegens vijftjien Rijxd:s ‘t p:s te laaten verstrecken; Terwijl voorts nog verstaan is, om het ligten van ledige Leggers uijt de Vaderlandse Scheepen, waarmeede men volgens het aangeteekende bij Resolutie van den 29 Maart des voorl: Jaars, goedgedagt heeft, eenigen tijd te Supercedeeren, als nu wederom gelijk bevoorens, te laaten geschieden.

En is laatstelijk op het diesweegens gedaan versoek der Capitains deeser Caabse burgerrije beslooten, om het benoodigde Laaken tot uniforme van gedagte Burgerije, weederom uijt het Vaderland te petitioneeren.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 77-83.

Dingsdag den {17710205} 5: febr: 1771

‘S voormiddags alle present.

Door den Heer provisioneel Secunde en hoofd administrateur M:r Joachim van Plettenberg, nopens de uijtleevering der Arak, die met de resp: Retourscheepen van Batavia alhier is aangebragt, overgeleverd Sijnde, Seekere Memorie, luijdende als volgd.

‘Memorie van de Nabesz. Aracq, p:r de onderstaande Scheepen van Batavia voor dit Gouvernement aangebragt, bij pijling minder bevonden, gelijk blijkt bij de verclaaring van gecommitteerdens hier annex, namentlijk’

‘

P:r 't Huijs ter Meije .
201:	kann: op 8: Leggers bij pijling minder, als 1: van 3, 6: v:n 4, en 1: v:n 7 d:m wan, zijnde 6 1/2 pCt:o Schaars.
P:r de Jonge Lieve .
249 1/2	kann: op 8: Leggers, bij pijling minder, als 5: v:n 3, 2: v:n 4, en 1: v:n 13 d:m wan, Zijnde 8 pCt:o ruijm.
P:r Woestduijn
147 1/2	kann: op 8: Leggers bij pijling minder, als 3 v:n 3, en 5: v:n 4: d:m wan, Sijnde 4 3/4 pCt:o Ruijm.
P:r de Jonge Samuel
122 1/2	kann: op 6: Leggers bij pijling minder, als 1: v:n 3, en 5: van 4: d:m wan, Sijnde 5 1/4 pCt:o ruijm.
P:r de vrouwe Anthonetta Coenrardina
113:	kann: op 6: Leggers, bij pijling minder, als 2 v:n 3: en 4: v:n 4 d:m wan, Sijnde 4 7/8 pCt:o Schaars.
P:r Ridderkerk
170 1/2	kann: op 6: Leggers, bij pijling minder, als 1: van 3:, 4 v:n 4, en 1: v:n 8: d:m wan, Sijnde 7 5/16 pCt:o Ruijm.
P:r Vlissingen .
113:	kann: op 6: Leggers, bij pijling minder, als 2 van 3, en 4 v:n 4 d:m wan, Sijnde 4 7/8 pCt:o Schaars.

‘

P:r 't Huijs ter Meije .
201:	kann: op 8: Leggers bij pijling minder, als 1: van 3, 6: v:n 4, en 1: v:n 7 d:m wan, zijnde 6 1/2 pCt:o Schaars.
P:r de Jonge Lieve .
249 1/2	kann: op 8: Leggers, bij pijling minder, als 5: v:n 3, 2: v:n 4, en 1: v:n 13 d:m wan, Zijnde 8 pCt:o ruijm.
P:r Woestduijn
147 1/2	kann: op 8: Leggers bij pijling minder, als 3 v:n 3, en 5: v:n 4: d:m wan, Sijnde 4 3/4 pCt:o Ruijm.
P:r de Jonge Samuel
122 1/2	kann: op 6: Leggers bij pijling minder, als 1: v:n 3, en 5: van 4: d:m wan, Sijnde 5 1/4 pCt:o ruijm.
P:r de vrouwe Anthonetta Coenrardina
113:	kann: op 6: Leggers, bij pijling minder, als 2 v:n 3: en 4: v:n 4 d:m wan, Sijnde 4 7/8 pCt:o Schaars.
P:r Ridderkerk
170 1/2	kann: op 6: Leggers, bij pijling minder, als 1: van 3:, 4 v:n 4, en 1: v:n 8: d:m wan, Sijnde 7 5/16 pCt:o Ruijm.
P:r Vlissingen .
113:	kann: op 6: Leggers, bij pijling minder, als 2 van 3, en 4 v:n 4 d:m wan, Sijnde 4 7/8 pCt:o Schaars.

‘

P:r Duijnenburg
128 1/2	kann: op 8: Leggers bij pijling minder, als 5: v:n 3, en 3 v:n 4: d:m wan, Sijnde 4 1/4 pC:to ruijm.

‘

P:r Duijnenburg
128 1/2	kann: op 8: Leggers bij pijling minder, als 5: v:n 3, en 3 v:n 4: d:m wan, Sijnde 4 1/4 pC:to ruijm.

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop, den 5: Febr: 1771. /:was geteekend:/ J: V: Plettenberg.’

Soo is na dies resumptie, goedgevonden en verstaan, dat het geen daarvan minder, dan de gepermitteerde afschrijving dicteerd, is te kort gekoomen, de opperhoofden der ondervolgende Scheepen op hunne Zoldij Reekeningen, Sal werden goed gedaan, in deeser voegen, als.

die van 'T Huijs ter Meije .
109:	kann: Arak, Sijnde 3 1/2 pCt:o r:m tegens uijtkoops prijs, als.
	voor reecq: van de Schipper 2/3	ƒ31:09:08:
	d:o d:o d:o d:o opperstuur:m 1/3	d:o 15:14:08:
			ƒ47:04:-:
die van de.
60 1/2	kann: arak, Sijnde 2 pCt:o Schaars, als
	2/3: voor den Schipper	ƒ17:09:08:
	1/3 d:o d:o opperstuurman	d:o 8:14:08:
			d:o 26:04:-:
die van Woesduijn
162 1/2	kann: Arak, Sijnde 5 1/4: pCt:o Schaars, als
	2/3: voor den Schipper	ƒ46:18:-:
	1/3: d:o d:o opperstuurman	d:o 23:09:-:
die van de Jonge Samuel .
110:	kann: Arak, Sijnde 4 3/4 pCt:o Schaars, als.
	2/3 voor den Schipper	ƒ31:15:-:
	1/3 d:o d:o opperstuurm:n	d:o 15:17:08:
			ƒ47:12:08:
die van de vr: anthonetta Coenrardina .
119 1/2	kann: Arak, Sijnde 5 1/8 pCt:o ruijm, als
	2/3: voor den Schipper	ƒ34:10:-:
	1/3 d:o d:o opperstuurman	d:o 17:05:-:
			ƒ51:15:-:
die van Ridderkerk
62	kann: arak, Sijnde 2 11/16 pCt:o Schaars, als
	2/3 voor den Schipper	ƒ17:18:-:
	1/3 d:o d:o opperstuurman	d:o 8:19:-:
			d:o 26:17:-:
die van Vlissingen .
119 1/2	kann: arak, sijnde 5 1/8 pCt:o rüijm, als
	2/3 voor den Schipper	ƒ34:10:-:
	1/3 d:o d:o opperstuurman	d:o 17:05:-:
			d:o 51:15:-:
die van Duijnenburg
181 1/2	kann: arak, Sijnde 5 3/4 pCt:o schaars, als.
	2/3 voor den Schipper	ƒ52:08:-:
	1/3 d:o d:o opperstuurman	d:o 26:04:-:
			d:o 78:12:-:

die van 'T Huijs ter Meije .
109:	kann: Arak, Sijnde 3 1/2 pCt:o r:m tegens uijtkoops prijs, als.
	voor reecq: van de Schipper 2/3	ƒ31:09:08:
	d:o d:o d:o d:o opperstuur:m 1/3	d:o 15:14:08:
			ƒ47:04:-:
die van de.
60 1/2	kann: arak, Sijnde 2 pCt:o Schaars, als
	2/3: voor den Schipper	ƒ17:09:08:
	1/3 d:o d:o opperstuurman	d:o 8:14:08:
			d:o 26:04:-:
die van Woesduijn
162 1/2	kann: Arak, Sijnde 5 1/4: pCt:o Schaars, als
	2/3: voor den Schipper	ƒ46:18:-:
	1/3: d:o d:o opperstuurman	d:o 23:09:-:
die van de Jonge Samuel .
110:	kann: Arak, Sijnde 4 3/4 pCt:o Schaars, als.
	2/3 voor den Schipper	ƒ31:15:-:
	1/3 d:o d:o opperstuurm:n	d:o 15:17:08:
			ƒ47:12:08:
die van de vr: anthonetta Coenrardina .
119 1/2	kann: Arak, Sijnde 5 1/8 pCt:o ruijm, als
	2/3: voor den Schipper	ƒ34:10:-:
	1/3 d:o d:o opperstuurman	d:o 17:05:-:
			ƒ51:15:-:
die van Ridderkerk
62	kann: arak, Sijnde 2 11/16 pCt:o Schaars, als
	2/3 voor den Schipper	ƒ17:18:-:
	1/3 d:o d:o opperstuurman	d:o 8:19:-:
			d:o 26:17:-:
die van Vlissingen .
119 1/2	kann: arak, sijnde 5 1/8 pCt:o rüijm, als
	2/3 voor den Schipper	ƒ34:10:-:
	1/3 d:o d:o opperstuurman	d:o 17:05:-:
			d:o 51:15:-:
die van Duijnenburg
181 1/2	kann: arak, Sijnde 5 3/4 pCt:o schaars, als.
	2/3 voor den Schipper	ƒ52:08:-:
	1/3 d:o d:o opperstuurman	d:o 26:04:-:
			d:o 78:12:-:

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop. Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 84-103.

Dingsdag den {17710219} 19: febr: 1771.

‘S voormiddags alle present Excepto d’ E E: Jacob Rijsik en Dirk Westerhoff, de eerstgem: mits occupatie, en laatstgen:de bij Indispositie.

Is op heeden geleesen, het onderstaande Schriftelijk berigt, door Burgerraden deeser plaatse ingediend, ingevolge en ter voldoening van ‘t geene, aan deselve, ten deesen belange bij Resolutie van den 2: October des voorleeden Jaars, is Gedemandeert, Luijdende als volgt.

Aan den Wel Edelen groot Agtb: Heere Rijk Tulbagh Raad ordinaris van Neederlands India, en Gouverneur van Cabo de goede Hoop, met den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: politicquen Raad.

‘Wel Edele, groot Agtb: Heer. en E: Agtb: Heeren.’

‘De ondergeteekende Burgerraade door Uw wel Edele groot Agtb: en E: Agtb:s bij Extract uijt derselver gevenereerde Resolutie, van den 2: Octbr: Anno pass:o gelast en gequalificeerd zijnde, om met adsistentie van den Ingenieur d’ E: Carel David Wentzel, de Straaten en weegen deeser Steede, die op veele plaatsen, zoo door ‘t van ‘t gebergte afkomende water als door de van tijd tot tijd bij veelen wederom ingeslopen gewoonte, om de grond voor haare huijsen aan te hoogen, Considerabel uijtgespoeld, en voor de Rijtuijgen bijna onbruijkbaar geworden zijn, naauwkeurig op te neemen en te bezigtigen, mitsg:s van hunne bevinding en Consideratie op wat wijze de gem: Straaten weederom op de gevoeglijkste, en min kostbaarste wijze, zouden kunnen werden geremedieerd, te dienen van berigt: Soo hebben d’ ondergeteek:ds d’ Eere, Uw Wel Edele groot agtb: en E: Agtb: te berigten, dat zij na naauwkeurige bezigtiging der voorm: Straten en weegen, bevonden hebben, dat de gem: gebreeken niet alleen werden veroorsaakt, door ‘t van ‘t gebergte afkomende water, en het onbezonnen aanhoogen ter weedersijde voor de huijsen, van voorsz: Straaten, maar ook door het overloopen van eenige Slooten in de Reegen tijd, voornamentlijk in die Straat, dewelke begind met het Huijs van den Tweeden Opperchirurgijn van ‘t Hospitaal S:r Nelson, en opwaards na het veld eijndigt, met het Huijs van den Burger Casper Hammes: gelijk ook Seekere waterloopen, die van ‘t gebergte bij de Thuijn van den burger Lieutt: Floris Brand afkoomen, door hunne overstrooming Considerable verspoelingen veroorsaken, in de Straat tusschen de Huijsen der Burgers Daniel krijnouw, en Jan Marten Vogel: alle welke waterloopen en Slooten oversulx noodwendig uijtgegraven, opgehaald, en met Bruggen in eenige dwars Straaten ter onderhouding der Communicatie van deselve, belegd zullen dienen te werden: terwijl voorts om het afstroomen van ‘t water dat van ‘t gebergte in de opgaande Straaten loopt, te beletten, langs de uijtterste huijsen aan het veld, een gragt van 7: a 8 voeten diep gegraven, met klippen en kalk opgemetzeld, mitsg:s met de noodige Bruggen belegd, als meede in ‘t midden zoo wel der gem: opgaande als dwars Straaten, een insgelijx met klippen gemetselde Rioel van 2 a 3: voeten breet, zoude dienen gemaakt te werden: dan nadien dit een en ander niet zonder groote onkosten zal kunnen werden werkstellig gemaakt, zoo neemen d’ ondergeteekendens de vrijheijd, Uw Wel Edele groot Agtb: en E: Agtb: onderdanig te versoeken, dat het van derselver welbehagen mooge zijn, aan hun, niet alleen, de tot voorn:de gragten, Bruggen en Rioelen benodigde klippen, uijt ‘S E: Comp:s klipkuijlen te willen doen verstrecken, maar d’ ondergeteek:ds teffens t authoriseeren, om d’ Ingeseetenen deeser Steede, te mogen gelasten, dat een ieder de op een onbezonne wijze opgehaalde hoogtens voor desselfs huijs op eygen kosten, zal hebben te Slegten, en de Straaten te evenen, als meede om tot betaling der onkosten die tot ‘t maken van voorm: Rioelen zullen werden gedaan, d’ Ingeseetenen alhier, een ieder na proportie, van de breete hunnen huijsen te mogen taxeeren, tot fournissement van Sodanige Somma van penningen, als na ten dien eijnde gedaane meeting van de breete hunner huijsen zal werden overeenkomstig gevonden; Terwijl d’ ondergeteekendens seer Eerbiedig versoeken, met een bequaam en kundig persoon, als Rooijmeester en opzigter over het voorm: werk, na Uwe Wel Edele groot Agtb: en E: Agtb:s goedvinden, te mogen werden geadsisteerd, zullende voor ‘t overige het Rijloon van klippen als andersints, en een Douceur na evenreedigheijd van ‘t werk voor gem: Rooijmeester, uijt de Burger Cassa werden betaald: Middelerwijl dat d’ ondergeteekendens nog de vrijheijd neemen, Uw Wel Edele groot agtb: en E: Agtb: teffens te versoeken, dat d’ ingeseetenen door Uwe Wel Edele groot agtb: en E: Agtb: bij affixie van billiëtten mogen werden gelast, de voorm: Schickingen en ordres van Burgerraden en Rooijmeester, t’ opserveeren en na te koomen.’

‘Waarmeede gedenkende aan Uw Wel Edele groot Agtb: en E: Agtb: hooggeagt bevel pligtschuldig voldaan te hebben, zoo laaten de ondergeteekendens deese dienen voor Eerbiedig berigt.’

’/:onderstond:/’

‘Cabo de goede Hoop den 4: febr: 1771. - /:was Geteekend:/ A:s Brink, J:M: Cruijwagen, J:s van Sitters, /:in margine:/ waarmeede mij Conformeere /:en geteekend:/ C:D: Wentzel.’

Waarop gedelibereerd zijnde, goedgevonden is, de bij het voorsz: Schriftuur ter needer gestelde middelen, nopens het verbeeteren der Straaten en weegen hier ter Steede, volkomen t’ amplecteeren, en dienvolgens Burgerraaden voormeld, te qualificeeren, om met adsistentie van den Lieuttenant en Ingenieur Carel David Wentzel, de voorsz: hoognoodige verbeetering der Straaten, ten eersten ter hand te neemen, en ten dien eijnde niet alleen d’ Ingeseetenen alhier te moogen gelasten, de op eene ongereegelde wijze gedaane ophogingen voor hunne Huijsen op eijgen kosten te Slegten, en de Straaten behoorlijk te effenen, maar ook om de voorsz: Ingeseetenen wegens de Costen, die tot de geproponeerde Riolen, zullen moeten werden gedaan, te mogen taxeeren, en vervolgens te laaten betaalen, het geene waar in een ijder derselve na proportie der breedte van zijn Huijs of huijsen, zal werden bevonden, te moeten Contribueeren: terwijl om voors: Ingeseetenen in opzigte der geciteerde Costen te gemoed te koomen, de tot dit werk benoodigde klipsteenen, ‘S Comp:s weegen aan Burgerraaden zullen werden bijgeset: Zullende voorts hier van aan alle de meerm: Ingeseetenen deeser Steede, bij affixie van Billietten de vereijschte kennisse gegeeven, en deselve teffens geordonneerd werden, de bovengem: aan Burgerraade en Ingenieur Wentzel opgedragene schickingen Stiptelijk t’ obseerveeren, en naar te koomen, ten eijnde dit zoo noodzakelijk zijnde werk, allesints in ordre en zonder vertraging kan werden volvoerd, op pæne dat de geene, die deese ten algemeenen nutte gestelde ordres, komen te Contrarieeren, in diervoegen zullen werden geCorrigeert, als men naar omstandigheijd van zaaken zal vinden te behooren.

Gelijk te deeser gelegendheijd al verder goedgedagt en dienvolgens beslooten is, meerm: Ingenieur Carel David Wentzel tot Rooijmeester aan te Stellen, Sullende ten eijnde hier omtrent in ordre te kunnen fungeeren, de noodige Instructie voor denselven werden geformeert.

En is voorts nagezien de generaale Reekening der weesgelden, zodanig als deselve onder Ult:mo Decbr: des gepasseerden Jaars ter weesCamer zijn bevonden, luijdende als volgt.

‘

Generale Reekening der WeesCamer aan Cabo de goede Hoop, onder Ult:mo December 1770.
1770.
p:mo Jann: Was't Capitaal op de boeken rd:s 311083:39. te weeten
Over het geene die boedels, wegens derselver meerder uijtgaaf dan ontfangst aan de boeken te quaad waaren	Rd:s 6408:11:
over het geene also nog op de boeken resteerd	d:o 304675:28:
makende te zamen voorsz: Capitaal van		rd:s 311083:39:
In dit Jaar bijgekomen
Op de Boeken, als.
Over de op uijtstaande Capitalen verscheene Renten	R:s 8775:25:
d:o nieuwe bewijzen	d:o 10080:-:
d:o de tot voordeel der weesen ingekomene penningen	d:o 15264:23:
op de openstaande boedelreekeningen	d:o 14012:35:
		d:o 48132:35:
		Rd: 359216:26:
Afgegaan.
Op de Boeken, als.
Over betaalde Bewijzen	rd:s 4064:24:
d:o uijtgegeeven Contanten tot voldoening en onderhouding der weesen, mitsg:s Camer ongelden	d:o 39441:46:
op de openstaande boedelreekeningen	d:o 5958:18:
		d:o 49464:40:
resteerd onder dato deeses een Somma van		rd:s 309751:34:
Evengem: Capitaal bestaat.
In diversse verband Brieven	rd:s 258113:34:
d:o verscheene Intresten	d:o 10534:44:
d:o het restant der Contanten op de Boeken	d:o 33048:35:
d:o d:o d:o d:o d:o op de openstaande Boedels	d:o 8054:17:

‘

Generale Reekening der WeesCamer aan Cabo de goede Hoop, onder Ult:mo December 1770.
1770.
p:mo Jann: Was't Capitaal op de boeken rd:s 311083:39. te weeten
Over het geene die boedels, wegens derselver meerder uijtgaaf dan ontfangst aan de boeken te quaad waaren	Rd:s 6408:11:
over het geene also nog op de boeken resteerd	d:o 304675:28:
makende te zamen voorsz: Capitaal van		rd:s 311083:39:
In dit Jaar bijgekomen
Op de Boeken, als.
Over de op uijtstaande Capitalen verscheene Renten	R:s 8775:25:
d:o nieuwe bewijzen	d:o 10080:-:
d:o de tot voordeel der weesen ingekomene penningen	d:o 15264:23:
op de openstaande boedelreekeningen	d:o 14012:35:
		d:o 48132:35:
		Rd: 359216:26:
Afgegaan.
Op de Boeken, als.
Over betaalde Bewijzen	rd:s 4064:24:
d:o uijtgegeeven Contanten tot voldoening en onderhouding der weesen, mitsg:s Camer ongelden	d:o 39441:46:
op de openstaande boedelreekeningen	d:o 5958:18:
		d:o 49464:40:
resteerd onder dato deeses een Somma van		rd:s 309751:34:
Evengem: Capitaal bestaat.
In diversse verband Brieven	rd:s 258113:34:
d:o verscheene Intresten	d:o 10534:44:
d:o het restant der Contanten op de Boeken	d:o 33048:35:
d:o d:o d:o d:o d:o op de openstaande Boedels	d:o 8054:17:

’/:onderstond:/’

‘Ter Weescaamer aan Cabo de goede Hoop.’

‘Ultimo December 1770. /:Laeger:/ Continueerende en aankomende Weesmeesteren;’

’/:was geteekend:/’

‘J: V: Plettenberg, Joh:s van Sittert, G:s H:k Cruijwagen, P:J: de Wit, C:D: Wentzel, A: v:d: Poel.’

’/:in margine:/ afgaande weesmeesteren /:en geteekend:/ J:F:W: Bottiger, M:A: Bergh, J:A: La Febre.’

Vermits de Boot de, volgens overGeleeverde verclaaring der daar toe gesteld geweest zijnde geCommitteerdens, thans ten eenemaal is afgevaaren, en niet weederom kan werden gerepareerd, heeft men dierhalven moeten besluijten, deselve te doen Sloopen, en het daar van komende Houtwerk, tot het branden van ‘S Comp:s kalkovens, te laaten gebruijken.

Sijnde wijders in Steede van den alhier overleedenen Schipper van ‘t ter rheede leggend Bataviaas Retourschip Duijnenburg , Jan Verheeke, ter nader approbatie der Heeren Meesteren in ‘t Patria, weederom tot Schipper aangesteld, den opperstuurman dier kiel, Adriaan de keijser van Delfshaven, met halveering van gagie tot ƒ54- p:r Maand, in wiens plaatse den onderstuurman Willem Lensia, van Bergen op zoom, tot opper dito á ƒ40: maandelijx opgetreeden zijnde, zijn wijders tot onderstuurlieden bevordert, den Derdewaak Jan Lemseele van Middelburg, en den Bottelier Matthijs Verhagen van den Briel, de eerstgem: a ƒ29, en laatstgem: tot ƒ23: ‘S maands.

Aan den Boekhouder Gerhardus Hendrik Cruijwagen, op zijn hier om in Scriptis gedaan Supplicq, gepermitteerd zijnde, desselfs zoontje in naame Johannes Meijndert, oud 10: Jaaren, p:r ged: Bodem Duijnenburg , naar het Vaderland over te Senden, is vervolgens ook aan den in a:o pass:o met het Schip Woestduijn uijtgekoomenen en alhier verbleevenen Matt:s Bartholomeus van de Copello, dieswegens almeede bij request versoek doende, toegestaan, met het meerm: Schip Duijnenburg , onder afgeschreeven gagie, te repatrieeren, en met zig meede te neemen, zijne alhier getrouwde Huijsvrouw Elisabeth Catharina Bergh, onder Conditie egter, dat voor deselve mitsg:s voor bovengem:de Jongeling, het Transport en Costgeld in ‘S Comp:s Cassa alhier volgens d’ ordre werde voldaan.

Boven het welke aan den met het meede aanweezende Schip Nieu rhoon thuijsvarenden ordinair Clercq Petrus Bernhardus Duurveld, op desselfs insgelijx bij geschrift gedane instantie, is geaccordeert, ter zijner oppassinge, met zig naar ‘t vaderland over te voeren, een Slaven Jonge, gen:t Meij van Sambouwa, onder betaling voor de heen en weder reijze van Batavia naar ‘t vaderland, en van daar wederom derwaarts terug.

Laatstelijk is aan den burger Christiaan Daniel Persoon, hier om ook bij Request versoek doende, een Stuk huijs Erfs, geleegen in deese Tafelvalleij , in ‘t blok N:o 11. en aldaar N:o 8. groot 34: quad:t roeden, en 51 dito voeten, in eijgendom vergund.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 104-105.

Maandag den {17710225} 25: febr: 1771.

alle present.

Den Schipper van ‘t aanweezend Ceijlons retourschip Geijnwensch , Jan Nicolaas Harrold, op de herwaarts reijse zijnde komen t’ overlijden is in Steede van denselven, wederom tot Schipper bevordert, den opperstuurman dier kiel, Joost keller, ende Sulx met halveeringe van bezolding tot ƒ54:- p:r maand; zijnde in desselfs plaatse, den onderstuurman Isaac de vries, tot opper dito a ƒ40:- en voor deesen, den derdewaak Hermanus kuijper, tot onderstuurman met ƒ29- maandelijx, aangesteld. Alles nogthans ter finale goedkeuringe van haar Wel Edele hoog agtb: de Heeren majores in ‘t Vaderland.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 106-109.

Woensdag den {17710227} 27: febr: 1771.

‘S voormiddags alle present.

Door den op ‘t hier vertoevend schip ‘t Lam bescheijdenen opper Chirurgijn Christiaan Esselbrugge, zeer instantig versogt geworden zijnde, dat aan hem ter zaake zijner Indispositie, mogte werden gepermitteerd, onder Stilstand van gagie, ter deeser plaatse te verblijven, is goedgevonden, zulx aan denselven t’ accordeeren.

Sijnde voorts ook aan de persoone van Dorothea Sellonf, die als dienstmaagd van de op ‘t ged: Schip ‘t Lam overleedene Juff:w Maria Johanna van Tets, is uijtgekoomen, toegestaan, om van evengem: Bodem op ‘t Schip Ijsselmonde , te mogen overgaan, en daar meede naar Batavia voorttevaaren.

Dewijl onder d’ afgebrookene oude en bouwvallige gebouwen, die binnen dit Casteel tusschen het nieuw opgesette Dispens en de Negotie pakhuijsen hebben gestaan, zig ook heeft bevonden een der officiers wooningen, waar in Laatst den vaandrig Jan Andries Schultz, desselfs verblijf heeft gehad; en dat ‘er voor gedagte vaandrig, geen ander Logement in ‘t Casteel te vinden geweest zijnde, denselven oversulx een wooning hier aan de Caab heeft moeten huuren, ‘t welk te Swaar zijnde, om uijt desselfs Tractament te kunnen werden goedgemaakt; Soo is bij overweeging van dien, mitsg:s ingevolge het geene ten deesen opzigte Soo tot Batavia, als op de buijten Comptoiren in India, gebruijkelijk is, goedgevonden en beslooten, om voortaan aan de militaire officieren, die van geen ‘S Comp:s wooning kunnen werden voorsien, maandelijx Ses Rijxd:s voor Huijshuur uijt ‘S Comp:s Cassa te laten verstrecken.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 110-112.

Dingsdag den {17710305} 5: Maart 1771

alle present.

Dewijl uijt de Declaratoiren door de persoonen van Jan Raadsteijn, David Willem Dein, gerrit van der Waart, Johannes Meijer, Jan de Wit, en Elbert Gerritse, die alle op het te Bona Vista verongelukte schip Leijmuijden bescheijden geweest, en van dewelke d’ eerstgeme: door het frans Scheepje l’ alliance van S:t Jago naar Mauritius , en van daar naar herwaarts, mitsg:s de vijf laatstgen:de p:r de scheepen Rijnsburg en ‘t Lam , van ‘t geciteerde Eijland S:t Jago meede alhier overgebragt zijn, ter requisitie van den Heer Independent Fiscaal M:r Joachim van Plettenberg, voor geCommiteerde Leeden uijt den Raad van Justitie deeses Gouvernements verleend, is koomen te Consteeren, dat zijl: zig aan de binnen boord van ged: verongelukten bodem gepleegde diverijen en Spooreloosheeden, niet hebben schuldig gemaakt, zijn deselve dienvolgens wederom Emploijabel verclaard, en voor derselver oude qualiteijten in ‘S Comp:s dienst aangenomen, omme als zodanig op een der uijtkomende Scheepen te werden geplaatst, te weeten.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 113-147.

Dingsdag den {17710319} 19: Maart 1771.

‘S voormiddags alle present, uijtgenoomen den E: Coopman en Cassier M:r Jacobus Johannes le Sueur.

De goederen en provisien door haar Wel Edele groot agtb: de Heeren der hooge Indiaasse Regeering tot Batavia, per het aanweesend Schip ‘t Veldhoen herwaards gezonden, uijt dien bodem ontlost geworden Sijnde, zoo wierd op heeden door den Heer p:l Secunde en hoofd administrateur M:r Joachim van Plettenberg, nopens het geene dat op de Lading dier kiel, zoo te kort als gebrooken en bedurven is bevonden, geproduceerd, de onderstaande Memorie.

‘Memorie van de nabez: Rijst, peeper, waxCaarssen, arak, Estricken, en houtwerken &: uijt ‘t provisie Schip ‘t Veldhoen , zoo bedorven, te kort, gebrooken, als bij pijling minder bevonden, gelijk te Sien is bij de verclaaring van geCommitteerdens hier Annex, namentlijk.’

‘

afsz	7563	lb Rijst op 150: Cojangs ofte 465000 lb bedorven bevonden.
	20:	d:o Peeper op 1000 lb bij naweeging te kort, zijnde de gevalideerde 2 pCt:o
op Zoldijen te belasten.	49	lb waxkaarssen op 2000 lb in 5 Cassen bij naweeging te kort.
afsz:	482.	Cann: arak op 34: Leggers bij pijling minder, als 28 van 3: en 6: v:n 4 d:m wan, zijnde 8 2/3 pCt:o Sch:s
verkoopen.	1220	p:s Estricken van 16 d:m op 2000 p:s gebroken Sijnde 61. pCt:o netto.
	1262	d:o d:o d:o 12 d:o d:o 3000. d:o d:o d:o 42 pCt:o r:m
	226	d:o Jatij planken op 1500 p:s gebrooken
	6:	d:o d:o molen d:o van 3 d:m op 400 p:s d:o
	21:	d:o d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 334 d:o d:o
	67:	d:o d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 1599 d:o d:o
Batavia weeder aanreekenen	6:	d:o ankerstocken p:r Factuur dit gouvernement aangereekend, en volgens verclaaring der Scheepsoverheeden in 't Schip overgenoomen en op het dek geplaatst zijn, egter wegens de groote belemmering die deselve op den overloop veroorsaakten, den dag van 't vertrek, wederom ontlost, en in een der Lands vaartuijgen gelegd, en na Land gescheept zijn.
	9:	lb wax zijnde de gevalideerde 3 pCt:o op 300 lb
	40:	d:o Cattoene gaaren d:o d:o 2: d:o d:o 2000: d:o

‘

afsz	7563	lb Rijst op 150: Cojangs ofte 465000 lb bedorven bevonden.
	20:	d:o Peeper op 1000 lb bij naweeging te kort, zijnde de gevalideerde 2 pCt:o
op Zoldijen te belasten.	49	lb waxkaarssen op 2000 lb in 5 Cassen bij naweeging te kort.
afsz:	482.	Cann: arak op 34: Leggers bij pijling minder, als 28 van 3: en 6: v:n 4 d:m wan, zijnde 8 2/3 pCt:o Sch:s
verkoopen.	1220	p:s Estricken van 16 d:m op 2000 p:s gebroken Sijnde 61. pCt:o netto.
	1262	d:o d:o d:o 12 d:o d:o 3000. d:o d:o d:o 42 pCt:o r:m
	226	d:o Jatij planken op 1500 p:s gebrooken
	6:	d:o d:o molen d:o van 3 d:m op 400 p:s d:o
	21:	d:o d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 334 d:o d:o
	67:	d:o d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 1599 d:o d:o
Batavia weeder aanreekenen	6:	d:o ankerstocken p:r Factuur dit gouvernement aangereekend, en volgens verclaaring der Scheepsoverheeden in 't Schip overgenoomen en op het dek geplaatst zijn, egter wegens de groote belemmering die deselve op den overloop veroorsaakten, den dag van 't vertrek, wederom ontlost, en in een der Lands vaartuijgen gelegd, en na Land gescheept zijn.
	9:	lb wax zijnde de gevalideerde 3 pCt:o op 300 lb
	40:	d:o Cattoene gaaren d:o d:o 2: d:o d:o 2000: d:o

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop, den 19. Maart 1771. /:was geteekend:/ J: V: Plettenberg.’

Waar na meede is geleesen geworden, de Schriftelijke verantwoordinge van den Schipper Carel Philip Cassell, wegens de voorsz: minderheden luijdende als volgd.

‘Den wel Edelen groot Agtb: Heer Rijk Tulbagh, Raad ordinairis van neederlands India, gouver[…] in Loco &: &: &: den ondergeteekende Schipper van ‘t Schip ‘t Veldhoen hebbende gelieven t’ ordonneeren, omme behoorlijk te verantwoorden, waar door de defecten, en minderheeden op de Lading van voorsz: Bodem voor dit gouvernement zijn ontstaan, Soo verclaare ik d’ oorsaak daar van te zijn, als in margine deeses Staat aangehaald, bestaande in als volgd.’

‘

veroorsaakt door de leckagie der tusschen deks zijnde poorten en lijfnaden, volgens verclaring.	7563	lb Rijst, op 150 Coijangs ofte 465000 lb bedorven bevonden.
door Indroging, Stoff en Spillagie	20:	d:o Peeper, op 1000 lb bij naweeging te kort.
Deeze minderheijd is wel voor 't grootste gedeelte in eene kast die buijten twijffel in de Champang te Batavia opengebrooken is.	49:	d:o Waxkaarssen op 2600 lb, in 5 Cassen bij naweeging te kort.
oorspronklijk door indrooging en min of meer leckagie	482:	Cann: Arack op 34: Leggers bij pijling minder, als 28 van 3 en 6 van 4 d:m wan Sijnde.
de Steenen zijn door het nazuijgen van water zo bros geworden, dat deselve bij na niet konde verwerkt werden, boven dien zijn veele door de groote last, dat daar op geleegen heeft gebroken.	1220:	p:s Estricken van 16 d:m op 2000 p:s gebrooken.
	1262	d:o d:o d:o d:o 12 d:m d:o 3000 d:o d:o.
het Scheuren en breeken der Jatij en molen planken, ontstaat zoo wel van de last dat op deselve geleegen heeft, als van het menigvuldig verarbeijden, van Land na 't Schip en van daar weder na Land.	226:	p:s Jatij planken op 1500 p:s gebrooken
	6:	d:o d:o d:o molen d:o van 3 d:m op 400 d:o d:o
	21	d:o d:o d:o d:o d:o d:o 2: d:o d:o 334 d:o d:o
	67:	d:o d:o d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 1599 d:o d:o
De ankerstocken zijn wegens de belemmering op 't dek ensz: te Batavia weder gelost, als blijkt bij verclaring.	6:	d:o ankerstocken te kort.

‘

veroorsaakt door de leckagie der tusschen deks zijnde poorten en lijfnaden, volgens verclaring.	7563	lb Rijst, op 150 Coijangs ofte 465000 lb bedorven bevonden.
door Indroging, Stoff en Spillagie	20:	d:o Peeper, op 1000 lb bij naweeging te kort.
Deeze minderheijd is wel voor 't grootste gedeelte in eene kast die buijten twijffel in de Champang te Batavia opengebrooken is.	49:	d:o Waxkaarssen op 2600 lb, in 5 Cassen bij naweeging te kort.
oorspronklijk door indrooging en min of meer leckagie	482:	Cann: Arack op 34: Leggers bij pijling minder, als 28 van 3 en 6 van 4 d:m wan Sijnde.
de Steenen zijn door het nazuijgen van water zo bros geworden, dat deselve bij na niet konde verwerkt werden, boven dien zijn veele door de groote last, dat daar op geleegen heeft gebroken.	1220:	p:s Estricken van 16 d:m op 2000 p:s gebrooken.
	1262	d:o d:o d:o d:o 12 d:m d:o 3000 d:o d:o.
het Scheuren en breeken der Jatij en molen planken, ontstaat zoo wel van de last dat op deselve geleegen heeft, als van het menigvuldig verarbeijden, van Land na 't Schip en van daar weder na Land.	226:	p:s Jatij planken op 1500 p:s gebrooken
	6:	d:o d:o d:o molen d:o van 3 d:m op 400 d:o d:o
	21	d:o d:o d:o d:o d:o d:o 2: d:o d:o 334 d:o d:o
	67:	d:o d:o d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 1599 d:o d:o
De ankerstocken zijn wegens de belemmering op 't dek ensz: te Batavia weder gelost, als blijkt bij verclaring.	6:	d:o ankerstocken te kort.

‘Sullende UWel Edele groot Agtb: en E: Agtb: uijt het in margine deeses ter needer gestelde, klaarlijk de waaragtige reedenen kunnen beogen, waar door de defecten der voorsz: goederen haaren oorspronk hebben, om welke reedenen den ondergeteek:de op d’ Eerbiedigste wijze versoekt, /:als een Dienaar die d’ E: Comp:n Seedert dat hij deselve gediend heeft, altoos trouw en Eerlijk heeft behandelt: / dat hij voor de gem: defecten der voor aangeroerde goederen, niet mag werden belast.’

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Schip ‘t Veldhoen , den 19: Maart 1771. /:was geteek:d/ C: P: Cassell.’

Over den inhoud welker papieren, met attentie gebesoigneerd, en ten dien belange in overweeging genoomen weesende, dat blijkens de diesweegens door de Stuurlieden en Deks officieren verleende, mitsg:s thans meede g’ Exhibeerde attestatie, het bederf der Rijst is veroorsaakt, door leckagie die zij Sustineeren, bij de poorten en Lijfnaden tusschen deks gehad te hebben, en dat wijders het breeken der Estricken mitsg:s Jatij en molen planken; geensints door onagtsaamheijd der Scheeps overheeden is ontstaan, heeft men dierhalven moeten besluijten, het een en ander te passeeren, mitsg:s de voorsz: bedurven Rijst, en het te kort komende op de peeper, als de gevalideerde proc:tos niet exedeerende, bij de negotie boeken alhier te doen afschrijven; dog de gebrooken Estricken en planken bij publique vendutie te laaten verkoopen; Terwijl voorts in opzigte van zodanige Ses p:s ankerStocken, als bij de factuur van voorsz: Bodem ‘t Veldhoen , onder anderen meede bekend gesteld, dog volgens overgelegde verclaaring van gem: Scheeps opperhoofden, weegens de groote belemmering, die deselve op den overloop veroorsaakten, ter Bataviase Rheede wederom naar Land gezonden Zijn, verstaan is, dies bedragen het hoofd Comptoir wederom per factuur aan te reekenen.

En is wijders, ten belange van het te kort komende op de Waxkaarssen, beslooten, het selve met een half Capitaal advans, voorsz: overheeden op haare Zoldij reecq:gen te doen belasten in deeservoegen, Als.

Den Schipper Carel Philip Cassel voor 2/3
weegens 49 lb waxkaarsen	ƒ37:09:08:
Den opperstuurman Justinus van Gennip voor 1/3	d:o 18:14:08:
		ƒ56:04:-:

Den Schipper Carel Philip Cassel voor 2/3
weegens 49 lb waxkaarsen	ƒ37:09:08:
Den opperstuurman Justinus van Gennip voor 1/3	d:o 18:14:08:
		ƒ56:04:-:

Sullende daar en teegen, het geene, dat op d’ ondergespecificeerde goederen, minder, als de gepermitteerde afschrijving dicteerd, is te kort gekoomen, deselve opperhoofden op haare voorsz: Zoldij Reecq:gn te goed werden gedaan, te weeten.

Den Schipper Cassell, voor 2/3
over 837: kann: Arak uijtkoops	ƒ241:12:-:
d:o 9 lb wax, tegens 1/2 Capit:l advans	d:o 5:10:-:
d:o 40 d:o Cattoen d:o d:o d:o d:o	d:o 5:10:08:
		ƒ252:12:08:
Den opperstuurman van Gennip voor 1/3
over 837. kannen Arak	ƒ120:16:-:
d:o 9: lb wax	d:o 2:15:-:
d:o 40 d:o Cattoen	d:o 2:15:-:
		d:o 126:06:-:

Den Schipper Cassell, voor 2/3
over 837: kann: Arak uijtkoops	ƒ241:12:-:
d:o 9 lb wax, tegens 1/2 Capit:l advans	d:o 5:10:-:
d:o 40 d:o Cattoen d:o d:o d:o d:o	d:o 5:10:08:
		ƒ252:12:08:
Den opperstuurman van Gennip voor 1/3
over 837. kannen Arak	ƒ120:16:-:
d:o 9: lb wax	d:o 2:15:-:
d:o 40 d:o Cattoen	d:o 2:15:-:
		d:o 126:06:-:

Sijnde voorts na Lectuure van het rapport, door bovengem: Schipper Cassell, nopens de dagelijxe verrigting in het lossen en weeder aflaaden, van het voorwaartsgeciteerde provisie Schip ‘t Veldhoen verleend, goedgevonden, in margine van hetselve te doen aanteekenen, dat de daar in aangehaalde dagelijxe verrigtingen, omtrent het ontlossen en weeder beladen, allesints met de waarheijd Conform zijn ter needer gesteld, en dat gemelden kiel voor ‘t overige, net eerder heeft kunnen werden gedemitteerd, uijt hoofde van ‘t volhandig werk, dat men met het afvaardigen der successivelijk van hier vertrockene Retourscheepen, desgelijx met het ontlossen der met goederen voor dit gouvernement belaaden geweest sijnde uijtkoomende bodems de Pallas en Comp:s Welvaren heeft gehad.

Ook is op heeden geresumeerd geworden Seekere Memorie luijdende als volgd.

‘Memorie van de nabesz: grauwe Moppen, klinkers, Houtwerken gonnijsacken en Clappus Olij, uijt de onderstaande Scheepen Soo gebroken, verrot als bij pijling minder de Leijfeijgenen in de Ses Jongst gepasseerde maanden door de natuurlijke dood Overleeden, en ‘t vee in gemelden tijd zoo verrekt als door ‘t wildgedierte vernield, alles volgens verclaringen blijkende, namentlijk’

‘

Uijt Walcheren
verkoopen	18756	p:s grauwe moppen op 40000 p:s gebrooken
Uijt Blijdorp
verkoopen	17707	p:s graauwe moppen op 40000 p:s gebrooken.
Uijt de Barbara Theodora
verkoopen	5010	p:s grauwe Moppen op 10000 p:s gebrooken.
Uijt Rijnsburg
verkoopen	520	p:s geele klinkers op 5000 p:s gebroken
	2:	d:o gr: deelen van 2 1/2 d:m d:o d:o 30 d:o d:o
	2:	d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o d:o 130 d:o d:o
	15	d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o d:o 230 d:o d:o
	25	d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o d:o 200 d:o d:o
	10:	d:o d:o d:o d:o 1d:o d:o d:o 100 d:o d:o
	33	p:s d:o gezaagde Deelen op 260 p:s gebrooken
Uijt Bovenkerkerpolder
verkoopen	95	p:s Lange Gonnijs op 2000 p:s verrot
	557	d:o Gonnijzacken ord:re fijne op 3000 p:s verrot en onbequaam.
Uijt Gynwensch .
afschrijven	56 8/10	Cann: Clappus olij op 9 heele en 6: halve amen bij pijling minder als, 1 heele van 3, 1 v:n 4, 1: v:n 5, en 1 v:n 6: d:m, 3 halve van 2: 1 v:n 3 en 1 v:n 4: d:m wan, sijnde 4 15/16 pCt:p Schaars.

‘

Uijt Walcheren
verkoopen	18756	p:s grauwe moppen op 40000 p:s gebrooken
Uijt Blijdorp
verkoopen	17707	p:s graauwe moppen op 40000 p:s gebrooken.
Uijt de Barbara Theodora
verkoopen	5010	p:s grauwe Moppen op 10000 p:s gebrooken.
Uijt Rijnsburg
verkoopen	520	p:s geele klinkers op 5000 p:s gebroken
	2:	d:o gr: deelen van 2 1/2 d:m d:o d:o 30 d:o d:o
	2:	d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o d:o 130 d:o d:o
	15	d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o d:o 230 d:o d:o
	25	d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o d:o 200 d:o d:o
	10:	d:o d:o d:o d:o 1d:o d:o d:o 100 d:o d:o
	33	p:s d:o gezaagde Deelen op 260 p:s gebrooken
Uijt Bovenkerkerpolder
verkoopen	95	p:s Lange Gonnijs op 2000 p:s verrot
	557	d:o Gonnijzacken ord:re fijne op 3000 p:s verrot en onbequaam.
Uijt Gynwensch .
afschrijven	56 8/10	Cann: Clappus olij op 9 heele en 6: halve amen bij pijling minder als, 1 heele van 3, 1 v:n 4, 1: v:n 5, en 1 v:n 6: d:m, 3 halve van 2: 1 v:n 3 en 1 v:n 4: d:m wan, sijnde 4 15/16 pCt:p Schaars.

‘Volgens bijgevoegde reekenings van den opziender van ‘S Comp:s Slaven Logie gesterkt met Secretariale verclaringen, zijn in de Jongst gepasseerde maanden September Octob:, Novbr:, en December 1770. mitsg:s Januarij en febr: deses Jaars van ‘S Comp:s Slaven door de natuurlijke dood overleeden.’

‘

afsz:	10:	kloeke Jongens
	2:	d:o Meijden
	1:	zuijgend meijsje
	2:	bandiete Jongens

‘

afsz:	10:	kloeke Jongens
	2:	d:o Meijden
	1:	zuijgend meijsje
	2:	bandiete Jongens

‘En volgens geannexeerde Reekeningen van de Landdrosten, gesterkt met Secretariale beEedigde verclaringen, Zijnde meede in voorsz: tijd van ‘S Comp:s beestiaal, zoo verrekt, als door ‘t wild gedierte verslonden.’

‘

afsz:	196	Stux Runderen
	15	d:o paarden
	13	d:o Bocken.

‘

afsz:	196	Stux Runderen
	15	d:o paarden
	13	d:o Bocken.

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop den 19: Maart 1771.’

’/:was geteekend:/’

‘J: V: Plettenberg.’

Waar op verstaan is, dat met de daar bij vermelde gestorvene Leijfeijgenen nevens het verrekte Beestiaal der E: Comp:ne, mits:s de te kort komende en defect aangebragte goederen, indiervoegen zal werden gehandelt, als in margine der voorsz: Memorie is aangeteekend.

Gelijk al verder weegens den ontfangst en uijtgaaf der Zegels, mitsgaders de Restant van dien, is ingeleeverd, d’ onderstaande Reecq:

‘

Zeeguls d' A:is 1770/1

Debent

van

van

van

van

van

van

van

van

van

van

Rd:s

-1/8:

-1/4:

-1/2:

-3/4:

1:

2:

3:

4:

5:

6:

8:

10:

12:

15:

20:

25:

30:

40:

50:

60:

p:mo Septbr: 1770 restant verbleven

1768:

977:

579:

30:

136:

75:

60:

83:

24:

11:

23:

34:

25:

22:

9:

24:

7:

4:

3:

4:

den 21: Novb: 1770 bijgekoomen

600:

600:

600:

-:

100:

100:

-:

-:

-:

-:

-:

-:

-:

-:

-:

25:

-:

-:

-:

-:

Somma

2368:

1577:

1179:

30:

236:

175:

60:

83:

24:

11:

23:

34:

25:

22:

9:

49:

7:

4:

3:

4:

Credunt

van

van

van

van

van

van

van

van

van

van

Rd:s

-1/8:

-1/4:

-1/2:

-3/4:

1:

2:

3:

4:

5:

6:

8:

10:

12:

15:

20:

25:

30:

40:

50:

60:

Sedert p:m Septbr:1770 tot dato dezes verkogt.

1378:

1012:

453:

16:

133:

65:

16:

35:

19:

2:

15:

15:

-:

1:

-:

30:

-:

-:

-:

-:

de dato deeses Restant

990:

565:

726:

14:

103:

110:

44:

48:

5:

9:

8:

19:

25:

21:

9:

19:

7:

4:

3:

4:

Somma

2368:

1577:

1179:

30:

236:

175:

60:

83:

24:

11:

23:

34:

25:

22:

9:

49:

7:

4:

3:

4:

‘

Zeeguls d' A:is 1770/1

Debent

van

van

van

van

van

van

van

van

van

van

Rd:s

-1/8:

-1/4:

-1/2:

-3/4:

1:

2:

3:

4:

5:

6:

8:

10:

12:

15:

20:

25:

30:

40:

50:

60:

p:mo Septbr: 1770 restant verbleven

1768:

977:

579:

30:

136:

75:

60:

83:

24:

11:

23:

34:

25:

22:

9:

24:

7:

4:

3:

4:

den 21: Novb: 1770 bijgekoomen

600:

600:

600:

-:

100:

100:

-:

-:

-:

-:

-:

-:

-:

-:

-:

25:

-:

-:

-:

-:

Somma

2368:

1577:

1179:

30:

236:

175:

60:

83:

24:

11:

23:

34:

25:

22:

9:

49:

7:

4:

3:

4:

Credunt

van

van

van

van

van

van

van

van

van

van

Rd:s

-1/8:

-1/4:

-1/2:

-3/4:

1:

2:

3:

4:

5:

6:

8:

10:

12:

15:

20:

25:

30:

40:

50:

60:

Sedert p:m Septbr:1770 tot dato dezes verkogt.

1378:

1012:

453:

16:

133:

65:

16:

35:

19:

2:

15:

15:

-:

1:

-:

30:

-:

-:

-:

-:

de dato deeses Restant

990:

565:

726:

14:

103:

110:

44:

48:

5:

9:

8:

19:

25:

21:

9:

19:

7:

4:

3:

4:

Somma

2368:

1577:

1179:

30:

236:

175:

60:

83:

24:

11:

23:

34:

25:

22:

9:

49:

7:

4:

3:

4:

’/:onderstond:’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop Ult:o Februarij 1771.’

’/:was Geteekend:/’

‘J: V: Plettenberg. /:in Margine:/’

‘Deese Reekening door ons ondergeteekende geCommitteerdens uijt den E: Agtb: Raad van Justitie alhier, en den Adjunct Fiscaal behoorlijk nagezien, en met de restanten geConfronteerd zijnde, is deselve in allen deesen accordeerende bevonden Datum Ut Supra. /:was geteekend:/ O:M: Bergh, A: V: Schoor, O: G: de Wet.’

’/:Laeger:/ Mij present /:geteekend:/ C:L: Neethling Secret:s’

Waar bij komende te Consteeren, dat de verkogte Zeguls, geduurende de Ses Jongst gepasseerde maanden, een Somma van Rd:s 2256:6: hebben bedragen, zal dit montant volgens gebruijk in ‘S E Comp:s Cassa overgebragt, en bij de voorseijde Negotie Boeken deeses Gouvernements, behoorlijk werden ingenoomen.

Ende nademaal onder de bijlagen, die neevens het Seer geagt aanschrijvens van haar Wel Edele groot Agtb: de Heeren der hooge Indiasche Regeering tot Batavia, de dato 16: October des gepasseerden Jaars 1770, zijn ontfangen, zig meede heeft koomen te bevinden, een factuur van aanreekening, gedateerd Ult: Aug:s bevoorens, wegens diversse ammunitie goederen, die alhier in den Jaare 1764. uijt de Scheepen Bosch en hoven en velzen geligt, mitsg:s dit Gouvernement bij factuur de dato 19 Octbr: 1764. wel aangereekend, dog ‘t hoofd comptoir niet weederom van hier ten goede bereekend zijn; Sulx het bedragen van dien, ter Somma van ƒ2313:19: met twee Capitaalen advans, in gevolge den Inhoude van het meede ontfangene Extract uijt de Notulen van het gebesoigneerde en geresolveerde in Raade van India, Sub dato 28: Novbr: des voorsz: gepasseerden Jaars, door de gemagtigdens van den gerepatrieerden OpperCoopman en Secunde deeses gouvernements de Heer Pieter van Reede van Oudshoorn zoude moeten werden vergoed; Soo is ten belange deeser zaak, door voorwaartsgem: opperCoopman en p:l hoofd administrateur de Heer M:r Joachim van Plettenberg, in raade geproduceerd Seeker berigt, waar bij denselven komt te vertoonen.

dat voorsz: aanreekening in A:o 1764. bij de Boeken deeses Gouvernements niet is geschied, nademaal het Canon met dies toebehooren, uijt de bovengeciteerde Scheepen Bosch en hoven en velzen , tendienste van ‘t Huijs te Bijweg geligt, en defacto op laatstgem: Bodem overgescheept, mitsg:s niet alleen op d’ onkost reecq: dier kiel, volgens Usantie bekend gesteld, maar dat daar van ook bij Missive deeser Regeering, de dato 20: Junij des voorm: Jaars 1764 aan welopgem: haar wel Edele groot Agtb, gelijk meede Sub dato 28: dier maand, aan de Heeren Majores in ‘t Patria pligtschuldig kennisse was gegeeven geworden.

dat voorts de meede aangereekende 25 volle granadiers wapenen, die in de maanden Junij en Julij 1764: met de Scheepen de Liefde en Oud Carspel , het gouvernement Ceijlon Sijn aangereekend, ter dier tijd volkomen, en na genoegen aan d’ overheeden dier Scheepen waaren verantwoord, maar dat daar van door het Schip de Liefde , 15: volle wapenen agter uijt geseijld, egter op den 4: Julij aan d’ opperhoofden van oud Carspel weeder afgegeeven en p:r Memorie op de factuur van dien Bodem waaren bekend gesteld: En ten aansien meerm: goederen, ten tijde dat den Heere gouverneur Sig persoonlijk in de Baaij fals bevonden heeft, p:r Schriftelijke ordonnantie van zijn Edele, van het eene Schip op het andere zijn overgescheept, en dus hier omtrent geen versuijm heeft plaats gehad, veel min eenige de minste verkortinge of nadeel aan d’ E: Comp:n is toegebragt; heeft men dierhalven moeten besluijten, meerm: opperCoopman en p:l hoofdadministrateur de Heer M:r Joachim van Plettenberg te qualificeeren, voorsz: Lastposten ‘t Hoofd Comptoir Batavia weederom te mogen doen te rug reekenen; Sullende daar van aan hoogstged: Heeren der hooge Indiase Regeering, niet alleen de verschuldigde kennisse gegeeven, maar deselve teffens ook Eerbiedigst versogt werden, dat voorm: gerepatrieerden Secunde van Oudshoorn van de voorsz: geordonneerde vergoeding mag zijn en blijven ontheft.

Door de Burgeresse Maria Taillefert, weed:we wijlen Pieter van Niekerke, neevens haare meerderjaarige kinderen, in namen Pieter Cornelis, Maria Susanna, Magdalena Elisabeth, en Gerhardus Henricus van Niekerke, d’ eerste als moeder en laatstgem: als Broeders en Susters, van wijlen Johannes Stephanus van Niekerke, bij Request te kennen gegeeven zijnde, dat evengem: Johannes Stephanus van Niekerke, in den voorl: Jaare, in qualiteijt als Boekhouder te Batavia, ab intestato Sijnde komen t’ overlijden, desselfs Nalatenschap daarop door den E: Curator ad Lites was aanvaaard geworden: met bijgevoegd Seer instantig versoek wijders, dat aangesien Sij Supp:ltn Sig gesamentlijk, in een Seer behoeftigen toestand quamen te bevinden, en uijt dien hoofde voorsz: nalatenschap, Soo Spoedig mogelijk, wenschten t’ erlangen; dierhalven ten deesen opzigte favorabel aan hoogstged: Heeren der Hooge Indiasse Regeeringe mogte werden geschreeven, ten eijnde het zuijver rendement des meerm: nalatenschaps, door den E: Curator ad lites te Batavia, herwaards aan hun mogte werden geremitteerd; Soo is verstaan, haar Wel Edele groot Agtb: onder het Copieelijk oversenden van opgem: Request, Seer Eerbiedig te versoeken, op het voorsz: gedaan Supplicq der bovengem: Supp:lten, een gunstige Reflexie te willen neemen.

Wijders is aan den Boekhouder van ‘S E: Comp:s Equipagie Pakhuijs, Sebastiaan Valentijn Scheller, op zijn dieswegens in Scriptis gedaan versoek gepermitteerd, desselfs Zoontje in naame Fredrik, oud 9: Jaaren, met het aanweesend Retourschip Willem de Vijfde , ter verdere erlanging eener goede Educatie, naar het Vaderland over te Senden, mits alvoorens de daartoe Staande Transport- en Costpenn: om in de Cajuijt te werden gelogeerd en getracteerd, in Cassa der E: Comp:ne betalende.

En nadien den tijd tot het opneemen der burger Effecten, weederom begind te naderen; is dierhalven goedgevonden, Sulx na gewoonte op den laatsten April, mitsg:s 1 en 2: Maij aanstaande, zoo ten deesen Casteele als aan Stellenbosch , ten overstaan van den Heer Independent Fiscaal, neevens geCommitteerde Leeden uijt den Raad van Justitie alhier, mitsg:s van Landdrost en Heemraden in ‘t voorsz: buijten district, te laaten geschieden waar van volgens gebruijk, Billiëtten zullen werden geaffigeert.

Hierna geresumeerd weesende, de seer gevenereerde Missive van haar Wel Edele Hoog Agtb: de Heeren Majores in ‘t Patria, de dato 15: October des voorl: Jaars, dewelke per de Scheepen ‘t Loo en Oud Haarlem alhier is aangebragt; is verstaan, op deselve in allen Eerbied te Rescribeeren.

Dat dewijl ‘er tot het leggen der fondamenten van het geprojecteerde nieuwe hospitaal, een considerable quantiteijt klipsteenen werd vereijscht, dierhalven dagelijx met het breeken en aanvoeren dier Steenen geContinueerd werd, ten eijnde daar van zoo veel mogelijk zij, in voorraad en bij der hand te hebben, om vervolgens op den ontfangst van welopgem: haar Wel Edele hoog Agtb: g’Eerde ordres, ten eersten met den opbouw van het voorsz: gasthuijs te kunnen doen voortgaan.

Sijnde voorts, om ten belange van het opregten in de Baaij Fals van twee Battereijen van 10: a 12: Stucken Canon ijder, te beeter in Staat te zijn, Hoogstgem: Heeren majores de gerequireerde Elucitatie te kunnen laaten toekomen, best geoordeeld en dienvolgens beslooten, aan den heer Major en Hoofd van ‘S E Comp:ns Militie alhier, Hendrik van Prehn, te demandeeren, om met adsistentie van den Lieutenant en Ingenieur Carel David Wentzel, mitsg:s den onderCoopman en Resident in voorsz: Baaij fals , Jan Fredrik kirsten, niet alleen exact nader ondersoek te doen, nopens Effect dier Batterijen, maar ook ten opzigte der verdere, bij welgem: haar Wel Edele hoog agtb: ten deesen Subjecte gevallene remarques, deesen Raade te dienen, van een ampel Schriftelijk berigt, Sullende zoo dra het voorsz: ondersoek volbragt, en van alles het geordonneerde Berigt in Scriptis zal weesen ingediend, als dan aan meer welopgem: Heeren en Meesteren, de door hoogst deselve geordonneerde Eclaircissementen, met zoo veel naauwkeurigheijd, als immers mogelijk zal weesen, pligtschuldig werden gesuppediteerd.

En dewijl het welopgem: Heeren Meesteren behaagd heeft, de door ons gedane aanstellingen van M:r Jacobus Johannes le Sueur tot Cassier, mitsg:s van Lucas Sigismundus Faber, tot Landdrost van Stellenbosch en Drakensteijn te approbeeren, met toevoeging aan d’ eerstgemelde, als actueel Coopman der gagie van ƒ60:- en laatstgenoemde van ƒ40:- ter maand, met de qualiteijt van onderCoopman; desgelijx de bevordering van Lodewijk Christoffel Warneck tot Cap:tn Lieutenant, van Philip van Heijden tot Lieutenant, mitsgaders van Johan David Warneck en Carel fredrik Brinck, tot vaandrigs, insgelijx goed te keuren; Soo is verstaan, haar Wel Edele Hoog Agtb:s diesweegens Seer Eerbiedig te bedanken: Terwijl hoogst deselve nogmaals op ‘t onderdanigst Sullen werden versogt, op de door ons in faveure der E E:s zoldij Boekhouder Dirk Westerhoff en Negotie overdrager Otto Luder Hemmij, mitsgaders van den Resident in de Baaij fals Jan fredrik kirsten, en E: Equipagiemeester Jacob Rijsik gedane voordragte, ten eijnde de drie eerstgem: de qualiteijt van Cooplieden en laatstgem: die van Capitain ter Zee, mogten erlangen, een gunstige reflectie te willen neemen.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 148-159.

Maandag den {17710408} 8: April 1771.

‘S voormiddags alle præsent.

Na dat den Heere Gouverneur voor af te kennen gegeeven had, dat het Bataviaas Retourschip Damzigt op den 31:der Jongst voorleedene maand maart, bereijds tot in het gezigt deeser rheede verscheenen, dog door de Subiet opgekomene felle ZO:te wind, genoodzaakt geweest zijnde, den Steeven naar ‘t Robben Eijland te wenden, het ongeluk hadde gehad, aldaar met het agterschip vast te sitten, mitsg:s differente rijsen te Stooten, dermaten, dat het Roer uijt desselfs haaken was geligt geworden; Uijt welk gevaar dien Bodem door de van hier aan denselven ten Spoedigsten toegezondene hulpe van vaartuijgen en manschappen, mitsg:s ankers en Touwen, egter nog geluckig gered en wederom vlotgebragt was; wierd vervolgens door zijn Edele meede gecommuniceerd, dat zoo dra het gedagte Schip Damzigt ter deeser rheede was opgekoomen, hij Heere Gouverneur op het ontfangen berigt, dat zig aan hetselve eenige Leccagie quam t’ openbaaren, den E: Equipagiemeester Jacob Rijzik neevens de Schippers van alle de ter rheede leggende ‘S Comp:s Scheepen, had geCommiteerd, om op het naauwkeurigste te visiteeren,welkeSchade meerm: Bodem door het voorsz: ongeval mogte hebben geleeden.

dat voorsz: gecommitteerdens zig hier op defacto naar ‘t ged: Schip Damzigt hadden begeeven, Sonder egter de geciteerde geordonneerde visitatie te hebben kunnen ter uijtvoer brengen, waar van door deselve aan zijn Edele was overhandigt, het volgende Schriftelijk Rapport.

Aan den Wel Edelen groot Agtb: Heere Rijk Tulbagh, Raad ordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &: &:

‘Wel Edele groot Agtb: Heer.’

‘D’ ondergeteekende Schippers der ter rheede leggende, zoo uijtkoomende als Retourneerende Scheepen der E: Comp:ne, de Pallas , S Comp:s welvaren , Schoonzigt , de Silvere Leeuw , westerveld en Renswoude , Claas Roem, Hendrik Jacob Beelt, Marten Hakker, Christiaan Andries Spin, Michiel Hendrik kerke en Hendrik Willemse, neevens den gezaghebber van den hier permanenten Hoeker de Son , Andries Hanssen, door uwe Wel Edele groot Agtb: geordonneert geworden zijnde, omme ten overstaan van den meede geteekende Equipagie meester deeses gouvernements Jacob Rijzik, en den Baas der Scheeps Timmerlieden van ‘S Comp:s werf alhier, Philip van den Berg exact te ondersoeken, of, en welke gebreeken zig aan ‘t meede ter rheede leggend retourschip Damzigt , als het ongeluk gehad hebbende, den 31: der Jongst gepasseerde maand maart, bij ‘t Robben Eijland met het agter Schip vast te Sitten, en diversse malen te Stooten; zoude mogen bevinden: Soo hebben d’ ondergeteek:ds zig gezamentlijk defacto aan Boord van ‘t ged: Schip Damzigt vervoegd, ten eijnde voorsz: Uwe Wel Edele groot Agtb: g’Eerde ordre pligtschuldig ter uijtvoer te brengen; dan nadien d’ ondergeteek:ds voor eerst bij bezigtiging van ‘t Roer, ‘t welk, wanneer gem: kiel invoegen voorsz: is komen vast te Sitten, ten eersten los en uijt zijn haaken is geraakt, hebben ontwaard, dat ‘er vijf haken afgebrooken zijn, en ‘t roer Selve merkelijk beschadigd weesende, het oversulx Seer presumptief is, dat de voorsz: afgebrookene Roer haaken, of eenige van dien, in de vingerlingen zijn blijven Sitten.’

‘dat ook de Leccagie die zig aan ‘t Schip heeft geopenbaart, Seedert desselfs arrivement hier ter rheede, gaande weg is koomen toe te neemen, dermaten, dat deselve met de weynige beweeging die ‘t Schip bij ‘t presente zagte en handzaam weer is makende, thans in vier uuren Tijds, derthien Duijmen water opgeeft.’

‘En dat buijten dit alles, d’ ondergeteek:ds ook g’informeert zijn, dat wanneer d’ overheeden dier kiel het dagelijx anker bij ‘t Robben Eijland hebben laaten vallen, het Schip over ‘t Selve anker is gegaan en Sodanig gestooten heeft, dat de Schagt verdraaijt en meerm: Anker onbequaam geraakt is.’

‘Vinden d’ ondergeteek:ds zig, om alle de voorsz: reedenen verpligt te moeten Seggen, dat het Schip dus gelaaden leggende; het volstrekt ondoenelijk is, de voorsz: visitatie te kunnen verrigten, en zij ondergeteek:ds oversulx eenpariglijk van gevoelen zijn, dat meermelden Bodem Damzigt ter dier oorsaken onvermijdelijk hier ter rheede zal moeten werden ontlost, ten eijnde als dan te kunnen ervaaren, hoedanig het met de meerm: gebreeken zal gesteld zijn.’

‘Middelerwijl dat d’ onderget:ds d’ Eere hebben met diepschuldig Respect te blijven.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele groot Agtb: Heer uwe wel Edele groot Agtb: Seer onderdanige en gehoorsame Dienaren /:was geteekend:/ M:H: kerke, M:n Hakker, C:ls Roem, J:b J Beelt, Hend:k Willems, Christ: Andries Spin, A: Hanssen /:ter zijden Stond:/ Cabo de goede Hoop den 6: April 1771. - /:en daar onder:/ Ten onsen overstaan /:geteekend:/ J: Ryzik, P: v:d: Bergh.’

‘En dewijl uijt den inhoude van ‘t voorseijde Rapport komt te blijken, dat het Schip dus geladen leggende het volstrekt ondoenelijk is, om de gebreeken die zig aan hetselve komen te bevinden, te kunnen visiteeren, en dat dien Bodem oversulx onvermijdelijk zal moeten werden ontlost; heeft men dierhalven moeten besluijten, alle de daar in afgelaadene goederen, ten eersten te doen ontscheepen, en hier aan Land te doen brengen: Sullende ten dien eijnde, den onderCoopman en zoldij overdrager Johannes Cornelis van der Spuij, nevens d’ordinaire gecommitteerd:s Jan Adolph kuuhl, en Nicolaas Leij, mitsg:s den Boekhouder Hend:k Pieter Moller werden geCommitteerd, om de voorsz: t’ ontscheepene Lading behoorlijk t’ ontfangen, en daar van niet alleen naauwkeurige aanteekening te houden, mar ook Sorge te dragen, dat deselve in de daar toe gedestineerde plaatsen werden geborgen: Terwijl door ‘t overige nog beslooten is, om de door den Schipper en Stuurlieden van het dikwilsgen:de Schip Damzigt gehoudene Journalen, door bovenged: E: Equipagiem:r Rijzik nevens eenig Schipp:rs en andere zeelieden, naauwkeurig te doen examineeren, om daar uijt te kunnen ontwaren of ‘er bij Voorm: Schipper en Stuurlieden ook eenige agteloosheijd op pligtsversuijm heeft plaats gehad.’

‘Sijnde voorts den Sold:t Hans Hendrik Simme van Lijsse, ter Consideratie dat hij den ouderdom van 60: Jaren bereijkt, en d’ E: Comp:ne bovensdien ook 27: Jaren gediend hebbende, tegenwoordig buijten Staat komt te zijn, om desselfs dienst langer Sodanig als ‘t behoord, te kunnen waarneemen, oversulx op zijn versoek en Conform d’ ordre met Zeeven guldens maandelijx gegageerd.’

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop. Ten Daage en Jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 160-168.

Dingsdag den {17710416} 16: April 1771

‘S voormiddags alle present.

Aan den E: Coopman en Dispencier Adriaan van Schoor, hier om versoek doende, toegestaan zijnde, om desselfs Soontje genaamt Jan Mijnard, oud 8: Jaaren, ter erlanging eener goede Educatie, p:r het aanweesend Bengaals Retourschip Ritthem , naar het vaderland te mogen oversenden; is vervoglens ook aan den van ‘t Schip Nieuw Rhoon , met Stilstand van gagie ter deeser plaatse verbleevenen opperstuurman Cornelis van Citters Junior, op desselfs dieswegens bij Request gedaan Supplicq geaccordeert, met het ged: Schip Ritthem , wederom indiervoegen te repatrieeren, en desselfs alhier getrouwde huijsvrouw Juff:w Maria hester Cloppenburg, met zig meede te neemen, ten welken eijnde voor deselve, gelijk meede voor ‘t zoontje van opged: E: van Schoor, de gewoone Transport en Costpenn: in ‘S Comp:s Cassa alhier zullen moeten werden voldaan: terwijl wijders aan voorsz: opperstuurman Van Citters meede is gepermitteerd, om behalven desselfs ordinaire bagagie, nog een kist lang 50 1/2, breet 20 en hoog 19 duijmen, met gemaakt Silverwerk en Boeken, mitsg:s een dito lang 30- breet 16 en hoog 17 1/2 duijmen meede met Boeken, alles uijt de nalatenschap van wijlen desselfs Schoonvader den opperCoopman en Secunde de Heer jan Willem Cloppenburg, mits visitatie Subject blijvende, met zig te mogen meede neemen.

Boven het welke nog aan meerm: opperstuurman van Citters toegestaan weesende, ten dienste van desselfs voorsz: Huijsvrouw en hunl: Jong gebooren kind, met zig over te voeren, twee Slavinnen, met naamen Lena van de Caab, en Rosa van Bengalen, is voorts ook aan den Schipper van meerm: bodem Ritthem Abraham van der Weijde, op desselfs almeede in Schriptis gedaan versoek, vergund, omme ter oppassinge van het onder desselfs opzigt naar ‘t Vaderland overvarende Dogtertje van den Bengaalsen Burger Jan Fredrik Smit, derwaards meede te neemen, een Slaven meyd genaamt Rebecca van Bengalen, mits de Transport en Costgelden voor gem: Leijfeijgenen, gereekend voor de heen en weeder reijse, insgelijx in voorsz: Cassa der E: Comp:ne behoorlijk betalende.

Waarna door den Heer Independ:t fiscaal M:r Joachim van Plettenberg wierd geproduceert, Seeker declaratoir, door den met het Engels conings Schip the Dolphijn van S:t Jago hier gekomenen, en op het te Bona Vista verongelukte Schip Leijmuijden geweest zijnde Jong mattroos, Jurriaan van Schutterop van Amsterdam, voor geCommitt:s uijt den Justitieelen Raade alhier, verleend; waar bij denselven komende te betuijgen, niets van ‘S E Comp:s goud of ander goederen, meede van boord genomen te hebben; is dierhalven verstaan, gemelden Jurriaan van Schutterop, voor desselfs geciteerde oude qualiteijt van Jong mattroos, a ƒ7: p:r maand, de novo in dienst der E: Comp:ne aan te neemen, en als zodanig naar India te laaten vertrecken.

En dewijl behalven de Considerable Sterfte, die men eenige jaare agter den anderen, onder S E: Comp:s Leijfeijgenen hier ter plaatse heeft gehad, de Successive Togten die ter inruijling van Slaven van hier na ‘t Eijland Madagascar zijn gedaan, telkens meede Seer Slegt uijtgevallen weesende, ons gebrek aan voorsz: diensbaare Menschen, oversulx nog blijft aanhouden; is dierhalven op de propositie van den Heere Gouverneur, goedgevonden ende beslooten, bij den Eijsch onser behoeftens van Bengalen , voor den aanstaanden jaare 1772, van daar meede te petitioneeren, een aantal van Een Hondert Stux half wassene Leijfeijgenen, in vooronderstellinge, dat deselve mits het groot gebrek aan Leevensmiddelen aldaar, wel tot een Civile prijs te bekoomen Sullen zijn; Sullende dienvolgens S E: Comp:s Ministers van gemelde Directie, niet alleen op het vriendelijkste werden versogt, ons deselve te willen laten toekoomen, maar hun teffens ook werden aangeschreeven, dat daar meede aan d’ E Comp:ne Veel dienst, en ons bijzonder plaijzier zal geschieden.

Synde laatstelijk verstaan, om het restant der peeper, uijt de Lading van het te Bourbon afgelegde Schip Azia , bestaande in 25272 ponden, in Conformiteijt van ‘t geresolveerde, onder den 29: Jann: pass:o p:r het aanweesend Bengaals retourschip ritthem , aangesien de noodige ruijmte daar toe in gem: bodem voor handen is, na ‘t Vaderland over te Senden.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop. Ten daage en Jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 169-171.

Saturdag den {17710504} 4: Maij 1771.

Alle present.

Vermits van de ten behoeve deeses gouvernements door de Heeren Meesteren geaccordeerde ƒ200‘000 p:r ‘t Schip Aschat alhier zijn aangebragt, agt kisten met 31047: Ducatons, die bij de Negotie boeken na d’ ordre ingenomen zijnde ƒ102455:2 komen te bedragen; invoegen wij hier door in Staat gesteld geworden Sijn, als nu wederom te kunnen voldoen, zodanige Somma van ƒ129964:5: als volgens besluijt van den 13 Febr: 1770 - uijt het Carguasoen der Scheepen Ridderkerk en Scholtenburg heeft moeten werden geligt, is dierhalven beslooten, de voorsz: 8: kisten met Ducatons, bedragende als bovengem: ƒ102455:2.- met het Schip de Vrouwe Geertruijda naar Batavia te versenden; Sullende de opgeciteerde geligte Somma van ƒ129964:5.- nog ontbreekende ƒ27511-3- per eerstvolgende bequaame Scheeps geleegentheijd, meede derwaarts werden overgeschikt.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop. Ten Daage en Jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 172-182.

Dingsdag den {17710507} 7: Maij 1771.

‘S voormiddags alle present.

De ontlossing van het bij ‘t Robben Eijland vast geseeten en aldaar gestooten hebbend’ Bataviaas Retourschip Damzigt , dewelke naar het dieswegens onder den 8: der even afgeweekene maand april genomen besluijt, ten eersten werkstellig gemaakt, dog Seedert zoo door het volhandig werk met het afvaardigen der Jongst vertrockene retourscheepen der E Comp:ne als het ruuw en Stormagtig weer dat men van den 19 tot den laatsten der gedagte Jongst voorleeden maand April heeft gehad, Considerabel is vertraagd geworden, thans wederom met ijver voortgezet werdende, invoegen de Lading van voorm: Bodem bij aanhouding van het presente handsaam weer, in ‘t korte zal kunnen ontscheept zijn; geliefde den Heere Gouverneur dierhalven ten deesen belange te kennen te geeven, dat dewijl het ged: Schip Damzigt , om gekield te werden, onvermijdelijk naar de Saldanhabaaij zoude moeten werden gezonden hetselve oversulx, ofschoon de Leccagie en verdere gebreeken, teegens de gegronde vreese die men daar van moeste hebben, weederom zouden kunnen werden gerepareerd, dog in deesen Jaare niet van hier naar Neederland kunnende gedimitteerd werden, het dienvolgens tot merkelijk nadeel voor d’ E: Comp:ne zoude Strecken, ingevalle de lading dier kiel, intusschen tot in den aanstaanden Jaare, nutteloos ter deeser plaatze wierd aangehouden.

Dat hij Heer Gouverneur wijders verhoopt had, dat het Schip ‘t huijs om ‘t welk in ‘t geheel met goederen voor dit Gouvernement in ‘t vaderland is belaaden, alhier in tijds zoude zijn verscheenen, en men zig dus van dien Bodem hebben kunnen bedienen, om voorsz: Lading van Damzigt daarmeede naar ‘t Vaderland te doen transporteeren, alhoewel Sulx geConsidereert het tegenwoordig groot gebrek aan Scheepen in India, niet zonder veel ongerief voor de Heeren der hooge Indiasche Regeering zoude hebben kunnen geschieden, dog dat dewijl het ged: Schip ‘t Huijs Om , niet alleen voor als nog quam agter te blijven, maar dat ook de thans ter rheede leggende uijtkoomende Scheepen Ouwerkerk , de Vrouwe Geertruijda en aschat , ten eenemaal voor Batavia volladen zijn, en dierhalven niet gevoeglijk tot het Transporteeren der meerm: Lading van ‘t Schip Damzigt konden werden g’Emploijeerd, zijn Edele oversulx de vergadering thans expresselijk had doen beleggen, ten eijnde in deliberatie te geeven, hoedanig als nu in dit geval ten meesten dienste der E: Comp:n diende te werden gehandelt, en of het voor derselver belangen niet best en voordeeligst Soude zijn, dat de in meerm: bodem Damzigt afgelaaden geweest zijnde packen en kisten met Lijwaaten, neevens zoo veel der verdere meest waardig zijnde goederen, als den hier permanenten hoeker de Zon , bequamelijk zoude kunnen inneemen; in het gem: Vaartuijg overgescheept en daarmeede naar het Vaderland versonden wierden; te meer dewijl het grootste gedeelte dier Lading, niet alleen in deeservoegen op de Spoedigste wijze zoude kunnen werden getransporteerd, maar dat ook den Hoeker daar toe seer gevoeglijk konde werden gemist, nademaal den Soberen uijtslag van den Jongst met denselven gedreevenen Slaven handel op madagasCar , ten principaale is veroorsaakt, dat den inlander aldaar haare Leijfeijenen op ‘t Laatst niet dan teegen mexiCanen hebben willen afstaan, en dat men van die Specie al een geruijmen tijd herwaards ten eenemaal ontbloot geweest zijnde, voorsz: Slaven handel dus niet wel met hoope van beeter Succes zoude kunnen doen hervatten, Sonder alvorens van een toerijkend tantum der voorseijde Mexicanen voorsien te zijn, invoegen ged:te Hoeker dog tot na het afloopen van het presente winter Saijsoen in de Baaij fals zoude moeten vertoeven; over welk alles met Attentie gebesoigneerd zijnde, voor ‘S Comp:s meesten dienst eenpariglijk best geoordeeld en dienvolgens beslooten is, om in Corformiteijt van ‘t door welgem: Heere Gouverneur gedane voorstel, alle de in voorwaartsgem: bodem Damzigt afgelaaden geweest zijnde packen en kisten met Lywaaten, neevens zoo veel der meest waardig zijnde goederen uijt de Lading dier kiel als voorwaartsgem hoeker de zon , gevoelijk zal kunnen inneemen, in deselve te doen overscheepen en daarmeede naar ‘t Vaderland te Senden; Terwijl ten opzigte der hier overblijvende goederen uijt meerm: Lading, de Heeren der hooge Indiaasse Regeering zullen werden versogt, om tot berging derselve, de noodige Ruijmte in een of meer der Retourscheepen des aanstaanden Jaars te willen laaten.

En dewijl het gelijk hier booven is aangehaald met den Slaven handel op MadagasCar , tans zodanig geleegen is, dat men om daar in beeter als tot nog toe is geschied te kunnen reusseeren, voortaan Soo wel als de andere vreemde Natiën, insonderheijd de franssen, met Mexicanen sal moeten te markt koomen, is dierhalven meede beslooten, dat de Heeren Meesteren in ‘t Patria eerbiedig Sullen werden versogt van die goedheijd te zijn, om onder Sodanige Somma van ƒ300‘000:- als bij onse Jongst afgeganen Eijsch ten behoeve deeses Gouvernements is gepetitioneerd geworden, ons te willen laten toekoomen, een Tantum van 12 á 15000 mexicanen, om tot voorsz: Slaven handel op Madagascar te werden gebruijkt.

Sijnde Laatstelijk den ter Justitieele Secretarije bescheijdenen adsistent Christiaan Livregt kloege, vermits den dienst als geswooren Clercq ter gem: Secretarije eenigen tijd ter preuve waargenoomen, en daar in goed genoegen gegeeven heeft, daar toe gevordert, ende Sulx met de qualiteijt van Boekhouder, en verhooging van maandgeld tot Dertig guldens, onder desselfs loopend verband.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop. Ten Daage en jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 183-200.

Woensdag den {17710515} 15: Maij 1771.

‘S voormiddags alle present.

Door den E: Equipagiemeester Jacob Rijzik, nevens de Schippers van alle de ter rheede leggende ‘S Comp:s Scheepen mitsg:s den gezaghebber van den hier permanenten hoeker de Zon , ingevolge het Sub dato 8: April Jongstl: genoomen besluijt, ge’examineerd zijnde geworden, de Journalen door den Schipper en Stuurlieden van het bij ‘t Robben Eijland vast geseeten en aldaar gestooten hebbend Retourschip Damzigt gehouden, hebben deselve daar van ingediend, het onderstaande Schriftelijk Rapport.

Aan den Wel Edelen groot Agtbr: Heere Rijk Tulbagh. Raad ordinair van Neederlands India en gouverneur van Cabo de goede Hoop met den Ressorte van dien &: &: &: nevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele groot Agtb: Heer en E: Agtb: Heeren.’

‘Het door Uwe Wel Edele groot Agtb:s Sub dato 8: der even afgeweekene maand april genoomen, en aan den ondergeteek:de Equipagiemeester in Extract ter hand gesteld besluijt, dicteerende dat de door den Schipper en Stuurlieden van het bij ‘t Robben Eijland vast geseeten, en aldaar gestooten hebbend’ Retourschip Damzigt gehoudene Journalen, door hem Equipagiemeester, neevens eenige Schippers en andere zeelieden, zouden moeten werden g’Examineerd, om daar uijt te kunnen ontwaren, of ‘er omtrent het voorsz: ongeval, bij voorsz: Schipper en Stuurlieden eenige agteloosheijd of pligtversuijm mogte hebben plaats gehad; ter oorsake van het volhandig werk, dat ‘er niet alleen geduurende de geheele Jongst gepasseerde maand April, maar Selfs ook tot in het begin deeser lopende maand Maij, met het in gereedheijd brengen, der Jongst zoo naar ‘t Vaderland als India vertrockene Scheepen der E: Comp:ne is te doen geweest, eenigen tijd hebbende moeten werden uijtgesteld, heeft hij Equipagiemeester, als de handen thans wat ruijmer gekreegen hebbende, neevens de meede ondergeteek:de Schippers Jacobus de Frein, Jan Abel Jan Siereveld en Asmus Hendrik Sterrenberg, voerende de zoo alhier ter rheede, als in de Baaij fals geankerd leggende uytkomende Scheepen Ouwerkerk , Aschat , Borsselen , en ‘t Huijs de Bijweg , mitsg:s den gezaghebber van den hier permanenten hoeker de Zon , Andries Hanssen, de voorsz: geordonneerde examinatie op gisteren behoorlijk volbragt; Weshalven d’ ondergeteekendens als nu, van haarl: bevinding gezamentlijk d’ Eere Sullen hebben, Uwe Wel Edele groot Agtb: en E: Agtb: pligtschuldig te berigten.’

‘Dat zijl: aanvankelijk het bij den Schipper Arend Willemsz: gehoudene Journaal nagesien hebbende, in hetselve onder den 31: maart pass:o hebben aangeteekend gevonden.’

‘dat wanneer hij met desselfs voorsz: onderhebbenden bodem in ‘t gezigt deeser Rheede, en wel onder de Sand duijnen was gekoomen, de ZO:te wind als doen dermaten hart had beginnen door te waaijen, dat genoodzaakt was geworden, met 3 reeven in de marszeijls, naar ‘t Robben Eijland te loopen.’

‘dat wanneer het Schip vervolgens was gekomen op de hoogte, om derwaards af te houden, hij Schipper de enkelde fok had laaten opgeijen, en het vlaggemans Huijsje als doen in het NW:te hebbende, de Cours om de N: en N:N:W:t tot W: had blijven houden, dog dat dewijl door de Sterke voortgang van het Schip, geen grond met het Loot konde bekoomen, en ‘t Schip teffens niet wilde vallen, hij Schipper als doen het dagelijx anker had laaten toegaan, wanneer egter gewaar wierd, dat het Schip quam vast te Sitten, waar op geloot en de diepte van 3 1/2 vadem vuijle grond bevonden zijnde, door hem Schipper de nodige ordres was gesteld, om waare het mogelijk het Schip weederom vlot te krijgen; Terwijl volgens de aangeteekende pyling, als doen het Posthouders huijs van het gem: Robben Eijland , W:t ten Z: en het vlaggemans Huijsje Z:Z:W: zoude hebben gehad; dog welke pijling door d’ ondergeteekendens in ‘S Comp:s platte Caart afgepast zijnde, bevonden is, dat het Schip als dan 3/16 mijlen van de wal, mitsg:s op de diepte van 5 à 5 1/2 vadem zoude hebben moeten leggen.’

‘Den op ‘t ged: Schip Damzigt bescheijden zijnde opperstuurman Michiel Coplijn blykens de deesen geannexeerde Attestatiën van den opperchirurgijn mitsgaders Stuurlieden en Deksofficieren van voorsz: Bodem, ten tijde van het aan deselve overgekoomen ongeval, door Indispositie buijten Staat geweest zijnde, desselfs dienst te presteeren, en dus van denselven geen verantwoording kunnende werden gevordert, zijn d’ ondergeteek:ds oversulx voortgevaaren, met het Examineeren der Journaalen, door den onderstuurman en Derdewaaks dier kiel gehouden, uijt dewelke het aan hun is gebleeken.’

‘dat de daar in aangeteekende pijling, volkomen met des Schippers Journaal accordeeren, dan nadien het aan d’ ondergeteek:ds uijt voorsz: door de Stuurlieden gehoudene Journaalen, is voorgekoomen, dat zij Stuurlieden wanneer met het robben Eijland begon te naderen, den Schipper Willemsz: hebben voorgeslagen, de gordings van de fock te doen ophaalen, ten eijnde het Lood behoorlijk te kunnen gebruijken, dog dat gem: Schipper, in Steede van Sulx te doen, in tegendeel nog de LyfockeSchoot heeft doen opkorten, waar door het Schip in zijnen vaart blijvende Continueeren, oversulx niet heeft kunnen werden gelood.’

‘En dat ook bovensdien, wanneer bij het ten anker komen van het Schip, door den onderstuurman was geCommandeerd, om ‘t Roer aan bakboord te draaijen, den Schipper Willemsz, niet tegenstaande het Schip hier door van de wal afswaaijde, het Roer aan Stuurboord had doen draaijen, waar door het Schip naar de wal quam te vallen.’

‘d’ ondergeteek:ds zig oversulx verpligt vinden, te moeten Seggen, dat de zaaken Zoo zijnde, het aan voorsz: bodem Damzigt overgekoomen ongeval oversulx, alleen aan de quade manoeuvres, die op Commando van den Schipper zijn gedaan, moet werden toegeschreeven.’

‘Waarmeede d’ ondergeteek:ds verhoopende, aan de g’Eerde Intentie van Uwe wel Edele groot Agtb: en E: Agtb: te hebben voldaan, deesen Sullen laaten dienen, voor Eerbiedig Rapport, Terwijl zij d’ Eere hebben met verschuldigt respect te blijven.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele groot Agtb: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Uwer wel Edele groot Agtb: en E: Agtb:s seer onderdanige en gehoorsame Dienaaren’

’/:was geteekend:/’

‘J:b Rijzik, J: d: Frein, Jan Abel, J: Siereveld, A:H:k Sterrenberg, A:s Hanssen. /:in margine:/ Cabo de goede Hoop den 14 maij 1771.’

‘Ik ondergeschreevenen F: Guerre, oppermeester van ‘S E Comp:s Schip Damzigt , verclarende ter Requisitie van den Opperstuurman Michiel Coplijn, dat denselven ter dier tijd dat het Schip Damzigt op ‘t Robben Eijland op de klippen is vast gezijld, Siek en Impotent was, en niet in Staat was om dienst te doen.’

‘Het welk ik ondergechreevene met een Eed kan bevestigen.’

’/:was geteekend:/’

‘F: Guerre /:in margine:/’

‘Schip Damzigt den 5: april 1771.’

‘Wij ondergeschreevene verclaren ter requisitie van den Opperstuurman Michiel Coplijn, dat denselven ter dier tijd dat ‘S E Comp:s Schip Damzigt op de klippen aan ‘t Robben Eijland is vast gezeijld, Siek en Impotent was, en niet in Staat was om dienst te doen.’

‘Welke wij ondergeschreevene op een Eed kunnen bevestigen.’

’/:was geteekend:/’

‘J:H: Sickman onderstuurman’

‘A:S: van Halm derdewaak’

‘P:r Edam d:o’

’/:in margine:/’

’ Damzigt den 5:April 1771’

‘Wij ondergeschreevene verClaren, ter requisitie van den opperstuurman Michiel Coplijn, dat denselven ter dier tijd, dat ‘S Comp:s Schip Damzigt op de klippen is vast gezeijld, Siek en Impotent was om dienst te doen’

‘Hetwelk wij ondergeteekende op een Eed kunnen bevestigen.’

’/:was geteekend:/’

‘Fredrik Rust, Bootsman Gillis van Dalen, Schieman Christiaan Haak, Constapel’

’/:in margine:/’

‘Schip Damzigt den 5: april 1771.’

Naar Lectuure van welk Rapport, is verstaan, hetselve te Stellen in handen van den Heere Independent FisCaal M:r Joachim van Plettenberg, ten eijnde den Schipper van ‘t voorsz: Schip Damzigt , Arend Willemsz, en de geene die zig verders ten belange van het aan gemelden Bodem overgekomene ongeval, aan eenig wandevoir of pligt versuijm mogte hebben Schuldig gemaakt, voor den Raad van Justitie deeses Gouvernements t’ actioneeren.

En dewijl ‘er op de in den voorl: Jaare van hier gedaanen Eijsch van Pijlaken, voor als nog niets daar van uijt het Vaderland herwaarts gezonden is, en de noodsakelijkheijd egter vereijscht, om ‘S Comp:s Slaaven van de gewoone winter kleeding te doen voorsien; is dierhalven beslooten, om bij d’ Ingeseetenen alhier, ten civielsten prijze, soo veel Blaauw Carsaaij te laaten inkoopen, als men tot de voorschreeve winter kleeding voor ‘S Comp:s Leijfeijgenen Sal koomen te benoodigen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop. Ten Daage en Jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 201-212.

Dingsdag den {17710528} 28: Maij 1771.

‘S voormiddags alle præsent.

Nademaal het aanweesend’ thans Ontloste Retourschip Damzigt /:gelijk bij Resolutie van den 7: der presente maand is ter needer gesteld:/ in de Saldanhabaaij zal moeten werden gekield, hetwelk niet Sonder een ander Schip nevens of ter zijden van dien Bodem te doen leggen, kunnende geschieden, zoo geliefde den Heer Gouverneur in deliberatie te geeven, of het in de Baaij fals geankerd leggend Schip ‘T Huijs Om hier toe met gevoeglijkheijd zoude kunnen werden geemploijeert; dan ten deesen belange overwoogen zijnde, dat het kielen van Scheepen in voorm: Saldanhabaaij ter oorsake der holle deijningen, die men aldaar geduurende den winter tijd heeft, oversulx met geene mogelijkheijd anders ofte eerder, dan in het Somer Saijsoen, kunnende werden werkstellig gemaakt, gem: Bodem dierhalven voor eerst, niet alleen tot in de maand September aanstaande, in voorsz: Baaij fals zoude moeten vertoeven, maar als dan nog eerst van daar ter deeser rheede dienen op te koomen, om alhier ontlost te werden, waar door zoo hier meede als met den tijd die tot het kielen van Damzigt in de Saldanhabaaij zoude werden vereijscht, niet wel minder dan Seeven a agt maanden Stonden te verloopen voor en al eer het ged: Schip ‘t, wederom na Batavia zoude kunnen vertrecken, en dat het dierhalven vrij beeter met den dienst der E: Comp:ne zoude over een koomen, dat om het meerm: Schip Damzigt te doen kielen, een der verwagt werdende Paasch Scheepen wierde gebruijkt, die hier doorgaans in voorsz: maand September komende te verscheijnen, dus ten Eersten na de Saldanhabaaij zoude kunnen werden afgezonden, en in Allen gevalle niet langer, als tot het kielen van Damzigt , bij dit gouvernement zoude behoeven te werden aangehouden, heeft men dierhalven best geoordeelt en dienvolgens beslooten, het meerm: Schip ‘T Huijs Om , ten Spoedigsten doenlijk van desselfs voor dit gouvernement aangebragte goederen te doen ontlossen, en vervolgens naar Batavia te laten reijsvorderen: dan nadien ‘er onvermeijdelijk een geruijmen tijd Staat te verloopen, eer dat dien bodem van de voorsz goederen ontheft en in dies plaats met de noodige ballast zal kunnen voorsien zijn, zoo is al verder verstaan, de zig in het meerm: Schip ‘t Huijs Om bevonden hebbende Agt kisten met Silver, in Conformiteijt der Seer geEerde ordre van haar Wel Edele groot Agtb: de Heeren der hooge Indiaasse Regeering, in het meede in de Baaij fals vertoevend’ op morgen te monsteren Staande Schip T Huijs te Bijweg te doen overscheepen en daarmeede naar Batavia te versenden.

Sijnde voorts ten belange van dikwilsgen:de bodem Damzigt , gearresteerd, dat dewijl desselfs Roer bereijds wederom is aangehangen, denselven oversulx met d’ eerste doorstaande ZO:te wind naar voorsz: Saldanhabaaij te zenden, ten eijnde hier door t’ ontgaan, het gevaar, waar aan dien kiel andersints geduurende het tegenwoordige winter Saijsoen ter deeser Caabser rheede, zoude moeten g’Exponeerd blijven.

Ende ten aansien den reets een geruijmen tijd herwaards op den hoeker de Son bescheijdenen gezaghebber Andries Hässen, aan ons bekend is, een bequaam en ervaaren zeeman te zijn, aan wien het Commando op voorsz: vaartuijg, bij de voor handen zijnde reijse naar ‘t Vaderland oversulx met gerustheijd kan aanvertrouwd blijven; Zoo is, ten eijnde denselven het gezag met meerder authoriteijt zoude kunnen voeren, als meede ter Consideratie, dat de gezaghebbers Jan knoop en Hans Harmsz, die op de meede by dit gouvernement gehoord hebbende mitsg:s alhier afgelegde Hoekers ter Meije en de Hector , bescheijden geweest zijn, de qualiteijt en gagie van Schippers hebben gehad, goedgevonden, gedagte gezaghebber Andries Hanssen, insgelijx tot Schipper met ƒ60 ter maand aan te Stellen, waar van aan onse Hoog gebiedende Heeren Meesteren in ‘t Patria de verschuldigde kennisse zal werden gegeeven, met Seer eerbiedig versoek, dat haar Wel Edele hoog Agtb:, deese door ons gedane aanstelling, zig niet alleen gelieven te laaten welgevallen, maar dat ‘t hoogst deselve ook goedgunstiglijk mooge behaden, gem: Andries Hanssen, in die Selfde qualiteijt van Schipper, gelijk meede de Stuurlieden Cornelis Andriesse en Pieter Pieterse kroes, met voorsz: Hoeker de Zon wederom herwaards te laaten retourneeren; nademaal gem: Schipper en Stuurlieden, nopens de Custen en Baaijen van ‘t Eyland Madacascar goede ervarendheijd bekomen hebbende, oversulx noodwendig bij de volgende derwaards te doene Togten; ter afhaling van Slaven voor d’ E: Comp:ne zullen moeten werden g’Emploijeerd.

Door Seekeren Mons:r Joseph Marie Tual, die mits Swaare Indispositie van een frans schip ter deeser plaatse heeft moeten overblijven, te kennen gegeeven zijnde, dat nadien het Seer onseeker was, wanneer alhier een frans of ander vreemde naties Schip zoude verscheijnen, waar meede na Europa zoude kunnen vertrecken, en dat van de weijnige bij zig gehad hebbende middelen, het grootste gedeelte reets hier ter plaatse hebbende moeten verteeren, het resteerende niet konde toereijken om zig alhier langer te kunnen Sustenteeren, met bijgevoegd Seer instantig versoek, dat dierhalven aan hem mogte werden gepermitteerd, p:r voorwaartsgem: Hoeker de zon , naar neederland te mogen overvaaren; is verstaan sulx aan denselven, onder betaling van ‘t daar toe staande Transport en costgeld, t’ accordeeren.

En is wijders den Mattroos Jan Warinke van Bremen, na Lectuure van ‘t dieswegens gepresenteerd Request, uijt aanmerkinge dat denselven d’ E Comp:n den tijd van 23 Jaren gediend, en thans den ouderdom van ruijm 60 jaren bereijkt hebbende, zig tegenwoordig buijten Staat is bevindende, desselfs voorsz: dienst langer na behoren te kunnen presteeren, dienvolgens Conform d’ ordre met ƒ7 p:r maand gegageerd.

Ook is op het hierom almeede in Scriptis gedaan versoek door ‘S Comp:s Slavin Johanna van Petronella van de Caab, goedgevonden ende verstaan, om ter Consideratie, dat zij niet alleen het sacrament des doops heeft ontfangen, en de nederduijtsche taal volkomen wel Spreekt, maar ook bovensdien een kloeke mansslaaf gen:t Maart van Mallabaar, die bij gedane visitatie gezond, en van de vereijschte lighaams gestalte is bevonden, in haar plaats aan d’ E Comp:n presenteerd te geeven, gem: Johanna van Petronella van de Caab, dierhalven uijt Slavernije t’ Emancipeeren en in vrijdom te Stellen.

Sijnde vervolgens den burger Johannes Simon keijser, ter plaatsvullinge van den onlangs ontslagenen Hendrik Elsthout, wederom tot burger Constapel benoemd.

En dewijl ‘er thans in ‘S Comp:s houtmaguazijnen geen de minste ruijmte tot berging eeniger houtwaren meer overig is, men buijten des ook geen gelegentheijd aan handen heeft, om de Vaderlandse houtwerken, voor al de geene die tot het geprojecteerde nieuwe hospitaal moeten bewaard worden, te kunnen bergen; heeft men dierhalven moeten besluijten, dat daartoe de nodige pakhuijsen ten civielsten prijze van particulieren Sullen werden gehuurd.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop. Ten Daage en jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 213-221.

Woensdag den {17710619} 19: Junij 1771.

‘S voormiddags alle present.

Bij geleegendheijd dat de winterkleeding voor ‘S Comp:s Leijfeijgenen, thans meerendeels in gereedheijd gebragt zijnde, oversulx eerstdaags aan deselve zal kunnen werden uijtgedeeld, in overweeging genoomen weesende, dat dewijl het opkoopen, verruijlen en aftroggelen der voorsz: Slave kleederen, ongeagt het van ouds daar teegens gedaane verbod, als nog blijft in Swang gaan, en het uijt dien hoofde, met reeden te dugten is, dat dit baatsugtig gedoente, nu meer dan anders zal werden gepleegd, door dien men genoodsaakt is geweest, meerm: kleederen, mits gebrek aan pijlaaken, ditmaal van Blaauw Carsaaij te doen aanmaken; zoo is, om hier teegens te voorsien, goedgevonden en beslooten, bij affixie van Billiëtten te interdiceeren en verbieden, dat niemand zig zal hebben te vervorderen, eenige kleederen van ‘S Comp:s slaven of bandieten te koopen of op eenige andere wijze, haar deselve afhandig te maaken, op pæne van Vijftig Ryxd:s voor de Eerste, Ryxd:s Een hondert voor de tweede rhijze, en ten derdemaale daar op agterhaald zijnde, als een onnut en Schadelijk Subject uijt dit Gouvernement en den ressorte van dien, gebannen te werden, en dat de vrijswarten en Slaaven bij overtreeding deeser, Strengelijk gegeeseld, mitsg:s in de ketting geklonken zijnde, daar in voor den tijd van thien Jaaren aan ‘S Comp:s gemeene werken zullen moeten arbeijden, Sullende wijders bij ‘t voorsz: billiet, ook tot narigt van een ijder, werden bekend gesteld, dat meerm: kleederen gemerkt zijn, met een kruijs dat in het regter voorpand van de rok besneeden en weederom met deselfde Stoffe, te weeten met blaauw Carsaaij toegelaschd is, zulx deselve kleederen hier aan volkoomen te kennen zijnde, dus door niemand Sal kunnen werden voorgewend, hier omtrent onweetend te hebben gehandeld; boven het welke den opziender der Logie, bij Continuatie ook naauwe toezigt zal moeten doen houden, omtrent de voorsz: aan ‘S Comp:s Slaaven en Bandieten uijtgereijkte kleederen, en bij ervaaring dat eenige derselve mogte weesen t’ soek gebragt, daar van ten eersten aan den Heer Independent FisCaal kennis hebben te geeven, ten eijnde daar na behoorlijk ondersoek Sal kunnen werden gedaan, gelijk al verder den Landdrost van Stellenbosch en Drakensteijn bij Missive zal werden gelast, insgelijx Sorge te dragen, dat ‘er in de voorsz: Districten op geenerlij wijze eenige dier kleederen werden verquanseld.

En nadien men meede tot bijzonder ergernis moet ondervinden, dat d’ ordres, om het needervallend en Stervend’ Vee, behoorlijk onder de aarde te dompelen, dagelijx op een Schandelijke wijze werd overtreeden, dermaaten dat men genoegsaam over al op de publique weegen verrekte paarden en Beesten vind leggen; is derhalven beslooten, om het dienaangaande in dato 4: Septbr: 1742 geaffigeerde billiet weeder te doen renoveeren.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 219-221.

Donderdag den {17710711} 11: Julij 1771

alle present.

De verpagtinge der gemeene middelen en Inkomsten deeses Gouvernements weederom beginnende op handen te Schietten, is goedgevonden, Sulx op dien Selfden voet als in den voorl: Jaare te laaten geschieden, en daar van volgens gewoonte Billiëtten te doen affigeeren: Terwijl meede bij affixie van Billiëtten, aan een ijgelijk kennisse zal werden gegeeven, dat na den 15: der aanstaande maand Augustus, uijt ‘S E: Comp:s Pakhuijsen geen waaren zullen werden verstrekt, voor ende aleer deselve pakhuijsen, volgens Jaarlijx gebruijk door expresse geCommitt:s zullen weesen opgenomen.

En dewijl met het op heeden in de Baaij fals gearriveerde Schip Vreeburg , ten behoeve deeses Gouvernements is aangebragt een kistje met 3866. Silvere heele ducat:s ofte ƒ12757:16: zoo is verstaan, het ged: kistje ongeopend in dien bodem te laaten verblijven en het voorsz: bedragen van ƒ12757:16 Conform het geresolveerde onder den 4: Maij pass:o in deeservoegen aan haar Wel Edele groot Agtb: de Heeren der hooge Indiasche Regeering tot Batavia te Suppediteeren, in minderinge van zodanige Somma van ƒ27511:3:- als doenmaals nog onvoldaan is gebleeven.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop, ten Daage en jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 222-231.

Maandag den {17710812} 12 Aug:s 1771.

‘S voormiddags present alle de Leeden.

De vergadering door den Heer p:l Secunde en Hoofd administrateur M:r Joachim van Plettenberg, extraordinair belegd zijnde, wierd daar in door zijn Ed: voorgesteld, dat nadien op gisteren nademiddag, de Clocke omtrent Ses Uuren, tot algemeene droefheijd was overleeden, den Wel Edelen groot Agtb: Heere Rijk Tulbagh, Raad ordinaris van Neederlands India, en gouverneur deeser plaatse, Loflijker gedagtenisse, en dat dit Gouvernement hier door, van dies oppergebieder ontbloot zijnde geworden, de noodzakelijkheijd oversulx vorderde dat deselve ten eersten weederom wierde gesuppleert, ten eijnde den dienst en belangens onser Heeren en Meesteren allesints Sonder interruptie zoude kunnen werden verrigt en waargenoomen, tot tijd en wijle door haar Wel Edele Hoog Agtb: deesen aangaande, nader zoude wezen gedisponeerd; waar op in overweeging zijnde genoomen, dat welopgem: onse hoog gebiedende Heeren principaalen, bij derselver gevenereerde Missive van den 4: Septbr: 1739: ten deesen Subjecte Speciaal hebben gelieven te ordonneeren, dat bij het afsterven van een Gouverneur, den Secunde persoon, Soo ‘er geen wettige Reedenen van verhindering mogte weesen, altijd bij provisie de voorrang zal hebben, om het gouvernement op zig te neemen: en dat gedagte Heer p:l Secunde en hoofd administrateur, niet alleen die diensten neevens het fiscalaat, maar ook insonderheijd, zoo wel bij de voorige als de laatste Indispositie van wijlen den Heere gouverneur zal:r, het gezag deeses gouvernements met zoo veel voorzigtigheijd en Sorge hadde waargenoomen, dat hetselve nu verders met volkomen gerustheijd aan zijn Ed: konde werden opgedragen; Is dierhalven eenpariglijk besloten, gedagten Heer en M:r Joachim van Plettenberg, ingevolge voorsz: g’Eerde ordre, der Heeren Majores, tot gezaghebber deeses gouvernements aan te Stellen; op het welke zijn Ed: door de Resp: Leeden des Raads, op de genegenste wijze wierd gefeliciteeren onder hertelijke toewensching, dat het welopgem: onse hoog gebiedende Heeren en meesteren zoude mogen behaagen, zijn Ed: in het hoofdbestier deeses Gouvernements te Confirmeeren; waar voor haar E E:s, door den Heer gezaghebber weederom op het vriendelijkste zijn bedankt geworden, met bijvoeging; dat nadien geduurende desselfs aanweesen ter deeser plaatse, genoegsame gelegendheijd hadde gehad t’ ondervinden, met welken ijver en trouwe haar E E:s derselver resp: diensten steeds hadden waargenoomen, hij Heere gezaghebber zig uijt dien hoofde volkoomen gerust hield, bij alle accureerende geleegendheeden, ook alle hulpe en adsistentie van haar E: E:s te Sullen erlangen; onder verdere verseekering, dat zijn Ed: niet zoude nalaaten, alles te Contribueeren waar door de thans in deese vergadering Subsisteerende goede harmonie ten dienste onser Heeren Principalen, mitsg:s ten nutte deeser Colonie, verder zoude kunnen onderhouden en geCultiveert werden: waarna zijn Ed:, op Speciaal versoek des Raads, tot maintiën van ‘t Respect deeser Regeering, Sessie in des presidents Stoel genoomen hebbende, dus ook als een Sequeele van dien, desselfs Sitplaats in de kerk in ‘t gouverneurs gestoelte zal neemen.

Werdende vervolgens door gem: Heer Van Plettenberg te kennen gegeeven, dat zijn Ed: nu tot gezaghebber aangesteld zijnde, gevolgelijk het presidie in den Raad van Justitie, mitsg:s het fisCaals ampt, niet konde blijven bekleeden, en de ordre der zaaken oversulx vereijschte, dat hier omtrent almeede wierde voorsien; Soo is eerstelijk nopens het voorsz: presidie in den Raad van Justitie verstaan, dat daar toe den Heer Major en Hoofd van ‘S E: Comp:s Militie Hendrik van Prehn, als voorsittend, en bij zijn E: absentie het naast op denselven volgend’ Lidt, zal fungeeren: Terwijl op de gedane presentatie bij den Coopman en Secretaris deeses Raads d’ E: Oloff Martini Bergh, om het fiscalaat neevens de politicque Secretarije te bedienen, met unanimiteijt van Stemmen is beslooten, dat het gedagte ampt van fisCaal, op dien voet bij gemelde Secretaris Bergh zal werden waargenoomen.

En nadien wijlen den Edelen Heere Gouverneur Tulbagh bij desselfs Testamentaire dispositie, de begravenisse van zijn Edele, aan deesen Raade heeft opgedragen; Is dierhalven, ten eijnde hetselve allesints Conform zijn Edelens Caracter als een ordinair Lidt der Edele hooge Indiasche Regeering, mitsg:s van een gebieder, die deese Colonie zoo vele Jaaren op een Loflijke wijze bestierd, en daar in altoos een bijzonder genoegen aan de hoog gebiedende Heeren en Meesteren heeft gegeeven, op de Statelijkste wijze zoude mogen geschieden; op de propositie des heer gezaghebbers beslooten, den Heer major van Prehn en E: Secretaris Bergh te versoeken en te Committeeren, hetselve invoegen voorsz: te reguleeren, en wel zoo Spoedig, dat den daartoe vereijsten toestal in gereedheijd zoude kunnen zijn, om het Lijk op aanstaande Saturdag den 17: deeser maand te kunnen doen ter aarde brengen.

Wijders overwoogen Sijnde, dat ‘er noopens het militair honneur voor een gezaghebber geen vaste ordre gevonden werd, t’ geen egter te deeser gelegendheijd meede behoorde te werden gereguleerd, zoo is verstaan, dat men voor een Heer gezaghebber bij ‘t passeeren der hoofdwagt, het geweer zal doen presenteeren, en drie Rouffels Slaan, Sullende egter door den officier met desselfs Sponton niet werden gesalueert.

Sijnde laatstelijk aan den burger Lodewijk Fichtener op desselfs dieswegens bij request gedaan Supplicq, twee Stux Huijs Erven, geleegen annex den anderen in deese tafelvalleij in ‘t blok N:o 11: en aldaar N:es 6: en 7: te samen groot agt en Sestig quad:t roeden en vijf dito voeten, in Eijgendom gegeeven.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten daage en jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 232-238.

Donderdag den {17710815} 15 Aug:s 1771.

‘S voormiddags alle present, uijtgenomen den E: Coopman en kelder meester Pieter Hacker, mits Indispositie.

Den Heer Major Hendrik van Prehn, en den Coopman en Secretaris deeses Raads d’ E: Oloff Martini Bergh, ingevolge der op deselve gedecerneerde Commissie, het Ceremonieel der begravenisse van den Wel Edelen groot agtb: Heere gouverneur Rijk Tulbagh /:L:M:/ gereguleert en het project daarvan heeden ter vergadering ingediend hebbende; Zoo is, na dat hetselve geleesen en in alles zoo wel met het eminent Caracter van wijlen zijn Edele, als d’ Intentie deeses Raads was bevonden te quadreeren, en de gem: E: E: van Prehn en Bergh, voor derselver in deesen genoomene moeijte waaren bedankt, verstaan, dat voorsz: plegtige uijtvaart, Conform het gedagte project, op den daar toe bereijts geprefigeerden tijd van Saturdag den 17: deeser, ende Sulx des namiddags de Clocke twee Uuren precise, zal werden ter uijtvoer gebragt, terwijl voorts tot voorkooming van alle Confusiën en disordres, die daar omtrent zouden kunnen koomen t’ ontstaan, nog goed gedagt en beslooten is.

dat eerstelijk, alle taphuijsen van ‘Smorgens met sonnen opgang af, geslooten blijvende, niet eerder dan na dat de begravenis ten eenemaal zal g’eyndigt zijn, weederom zullen mogen werden open gesteld.

dat voorts behalven de dienaaren der Justitie, nog onder den bootsmansmaat van d’ Equipagiewerf zullen werden g’Emploijeert, 4: quartiermeesters, de twee Europische mandoors uijt ‘S Comp:s slaven Logie, neevens 6: onder opzigters ofte gemeene bediendens uijt het Hospitaal, alle met halve pieken voorsien, om te bezorgen, dat de gantsche weg van uijt het Casteel, tot aan het kerk plein toe, waar langs de Lijkstatie zal gaan, onbelemmert blijft.

Dat zoo dra de burger Militie van voor ‘t wagthuijs naar ‘t Casteel komt te trecken, ten eersten alle toegangen naar het voorsz: kerk pleijn zullen werden beset, door differente detachementen, uijt de Comp:n burger Infanterije de reserve, om te beletten, dat hetselve Plein niet ten eenemaal door de toesienders vervuld raakende, hetselve in teegendeel in ‘t geheel vrij en onbelemmert kan blijven, ten eijnde zoo wel ‘S Comp:s als burger militie zig op hetselve met de drie voor het Lijk gevoerde veldstucken aan ‘t front behoorlijk Sullen kunnen rangeeren, en de Salvos vervolgens zoo wel uijt het Canon als de Musquetterie, in ordre gedaan werden.

dat al verder de Comp:ne invalides uijt de Burgerije in ‘t geweer zal moeten verschijnen aan ‘t burger wagthuijs, van waar hetselve van tijd tot tijd patroulles door alle Straaten zal moeten uijtsenden tot weering van alle ongereegeldheeden, die bij deese geleegentheijd door slaven en ander Slegt volk zouden kunnen werden gepleegt; gelijk ook om die Selfde Reedenen, zoo dra het detachement burger Cavallerije, t’ welk geordonneerd is, agter de Lijkstatie, den train te Sluijten, haare Standplaats naderhand op het kerk plein zal hebben betrocken, eenige Ruijters uijt hetselve zullen werden afgezonden, om langs de afgeleegentste Straaten en weegen deeser Steede te patrouilleeren.

Sijnde Laatstelijk, te deeser geleegendheijd, meede beslooten, dat de Rouw die inmediaat op het afsterven van wijlen welopgemelden Heer gouverneur bij den E: Agtb: Heere gezaghebber mitsg:s de resp: Leeden deeses Raads en derselver familiën is aangenoomen, niet eerder dan naar d’ expiratie van Ses weeken zal werden afgelegd.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D. Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 239-273.

Saturdag {17710831} 31: aug:s 1771.

‘S voormiddags alle present behalven den E: Equipagiemeester Jacob Rijzik mits Indispositie.

Na voorgaande klocke geklep en uijtroeping van den Boode, op heeden volgens gebruijk, getreeden zijnde tot de publicque verpagting van ‘S Lands gemeene middelen en inkomsten, navolgens de diesweegens geaffigeerde Billiëtten, zoo zijn deselve ingemeijnd geworden, door alsulke persoonen en tot sodanige prijsen, als hier onder word uijtgedrukt te weeten.

T Moutbier
Jan Nicolaas Esler		ƒ1975:
Brandewijnen
Eerste quart Jan Jacob Schreuder	ƒ6100:
Tweede d:o Marten Baartman	d:o 6350:
derde d:o Jan Jacob Schreuder	d:o 6500:
vierde d:o d:o d:o d:o	d:o 6450:
		d:o 25400:
Vaderlandse Bieren en Wijnen.
Jan Jacob Schreuder		d:o 1000:
Caabse wijnen.
Eerste quart Jurgen Spengelaar	ƒ7800:
Tweede d:o Casper Holtman	d:o 7600:
derde d:o d:o d:o	d:o 7050:
vierde d:o Pieter Broeders	d:o 7000:
	ƒ29450:
Welke vier perceelen van de pagt der Caabse wijnen weder in eene massa na de pagt Conditien opgeveijld en afgeslagen weesende, zijn deselve in gemeijnd geworden door den burger Marten Melk, invoegen hij generalen pagter van voorm: dranken is gebleeven, voor een somma van	d:o 36300:
Caabse wijnen &: aan 't Ronde Bosje en in de Baaij fals .
Jan Roep		d:o 2825:
Coele en Brandewijnen aan Stellenbosch en Drakensteijn
Hendrik Meijer		d:o 525:
D' Impost op de wijn arak, en Brandewijnen aan vreemde naties geleeverd werdende
Jan Roep		d:o 8800:
Soo dat de geheele pagtpenn: bedragen		ƒ76825:

T Moutbier
Jan Nicolaas Esler		ƒ1975:
Brandewijnen
Eerste quart Jan Jacob Schreuder	ƒ6100:
Tweede d:o Marten Baartman	d:o 6350:
derde d:o Jan Jacob Schreuder	d:o 6500:
vierde d:o d:o d:o d:o	d:o 6450:
		d:o 25400:
Vaderlandse Bieren en Wijnen.
Jan Jacob Schreuder		d:o 1000:
Caabse wijnen.
Eerste quart Jurgen Spengelaar	ƒ7800:
Tweede d:o Casper Holtman	d:o 7600:
derde d:o d:o d:o	d:o 7050:
vierde d:o Pieter Broeders	d:o 7000:
	ƒ29450:
Welke vier perceelen van de pagt der Caabse wijnen weder in eene massa na de pagt Conditien opgeveijld en afgeslagen weesende, zijn deselve in gemeijnd geworden door den burger Marten Melk, invoegen hij generalen pagter van voorm: dranken is gebleeven, voor een somma van	d:o 36300:
Caabse wijnen &: aan 't Ronde Bosje en in de Baaij fals .
Jan Roep		d:o 2825:
Coele en Brandewijnen aan Stellenbosch en Drakensteijn
Hendrik Meijer		d:o 525:
D' Impost op de wijn arak, en Brandewijnen aan vreemde naties geleeverd werdende
Jan Roep		d:o 8800:
Soo dat de geheele pagtpenn: bedragen		ƒ76825:

Aldus Gedaan en Uijtgevoerd, In ‘t Casteel de goede Hoop. Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] Mij present T:C: Rönnenkamp E:g:Clercq

C. 149, pp. 243-273.

Dingsdag den {17710903} 3: Septb: 1771.

‘S voormiddags alle present, behalven den E: Equipagiemeester Jacob Rijzik, mits Indispositie

Den Schipper van het ter rheede leggend naschip Duijvenbrug , Steven Booms, op heeden bij Request Seer instantig hebbende koomen te versoeken om dewijl zig door desselfs Swaare Indispositie buijten Staat bevind, de reijse naar Neederland te kunnen doen, dierhalven tot herstelling zijner gezondheijd, ter deeser plaatse te moogen overblijven; zoo is goedgevonden, zulx aan denselven onder Stilstand van gagie t’ accordeeren; dan aangesien ‘er geduurende de rheijze eenige discrepantiën tusschen gem: Schipper Booms en den onderstuurman Andries kleijn aan d’ eene en den opperstuurman Coenraad Louwe ter andere zijde, hebben plaats gehad, heeft men hier om best geoordeeld, met de aanstelling Soo van een ander gezagvoerder op gem: kiel, als der verder gerequireerde officieren te Supercedeeren, tot dat diesweegens behoorlijk ondersoek gedaan en de ontstaane geschillen uijt den weg geruijmd zijnde, dus hier omtrent met volkoomen gerustheijd en ten meesten dienste onser Heeren en Meesteren Sal kunnen werden gehandeld.

Waar na door den Heer gezaghebber wierd te kennen gegeeven, dat wanneer het Schip Damzigt in gereedheijd was gebragt, naar de Saldanhabaaij te vertrecken; den opperstuurman dier kiel Michiel koplijn gelast geworden Sijnde, behoorlijk verantwoording te doen, waar door de op de lading dier kiel te kort bevondene peeper was ontstaan, denselven hier op in dato 18: Junij deeses jaars aan wijlen den Edelen Heer Gouverneur Rijk Tulbagh hadde overhandigt, een behoorlijke schriftelijke verantwoording; waar op de dispositie egter hebbende moeten werden uijtgesteld, vermits den geweesen Schipper dier kiel arent Willems, uijt hoofde zijner doenmalige Siekte, niet meede had kunnen werden gehoord, den selve egter op gisteren aan hem Heer gezaghebber ten deesen belange desselfs verantwoording insgelijx in Scriptis hadde overgegeeven, welke voorsz Schriftuuren zoo van bovengem: opperstuurman koplijn als evengeciteerden geweesen Schipper Willems, door zijn E: geproduceert zijnde, aldus waaren luijdende.

‘Den wel Edelen groot Agtb: Heer Ryk Tulbagh, Raad ordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur in loco &: &: &: den ondergeteekenden Opperstuurman van ‘t alhier ter rheede leggende ontloste Retourschip Damzigt hebbende gelieven te ordonneeren omme behoorlijk te verantwoorden waardoor de te min uijtgeleeverde quantiteijt Swarte en zuijver geharpte, mitsg:s ten eijlande Onrust sonder Stof ten zijnen genoegen toegewoogene peeper uijt de Lading van voorm Bodem voor ‘t Patria is ontstaan, zoo verclaard denselven, dat de oorsaak daarvan moet zijn gelijk in margine deeses is bekend gesteld namentlijk.’

‘

Zijnde deese minderheijd Schoon genomen de peeper op 't Eijland Onrust zuijver geharpt is ontfangen, apparentlijk geCauseert, door het in en afscheepen, mitsg:s t' over en weer werken in 't ruijm als andersints, waar door zeer veel Stof en Spillagie is veroorsaakt geworden, en 't welk na den afscheep alhier, aan de in 't ruijm gebleevene Stof ook genoegsaam is te Sien geweest, waar bij komt, dat de peeper zonder de minsten uijtslag is toegewoogen, en dat bij den afscheep alhier van boord na de wal, door de schielijke ontlossing en 't geduurig in dit Jaar getijde te dugtene ruuwer weer niet alle, maar Slegts eenige Zacken zijn gewoogen, en d' overige na derselver gewigt geCalculeert geworden, oversulx dewijl dit groote en klijne Sacken door elkander Sijn geweest, ook 742: groote Sacken, daar van in een der ter rheede alhier geleegene Hoekers zijn geborgen geweest, de netto quantiteijt van de uijtgeleeverde ponden peeper niet wel heeft kunnen uijtkoomen, zonder nog verder aan te haalen de door 't indrogen veroorsaakte minderheijd op deese Zoo Importante quantiteijt. - kunnende den ondergeteekende altoos met Solemneelen Eede verclaren, dat de geheele quantiteijt peeper zodanig als deselve in 't Schip is gekoomen, ook wederom daar uijt is afgeleevert, als hebbende voor de goede bewaaring der ingehad hebbende Lading alle behoorlijke zorge en vigilantie gedragen.

29485 Ponden op 226100 ponden swarte Zuijver geharpte peeper te kort.

‘

Zijnde deese minderheijd Schoon genomen de peeper op 't Eijland Onrust zuijver geharpt is ontfangen, apparentlijk geCauseert, door het in en afscheepen, mitsg:s t' over en weer werken in 't ruijm als andersints, waar door zeer veel Stof en Spillagie is veroorsaakt geworden, en 't welk na den afscheep alhier, aan de in 't ruijm gebleevene Stof ook genoegsaam is te Sien geweest, waar bij komt, dat de peeper zonder de minsten uijtslag is toegewoogen, en dat bij den afscheep alhier van boord na de wal, door de schielijke ontlossing en 't geduurig in dit Jaar getijde te dugtene ruuwer weer niet alle, maar Slegts eenige Zacken zijn gewoogen, en d' overige na derselver gewigt geCalculeert geworden, oversulx dewijl dit groote en klijne Sacken door elkander Sijn geweest, ook 742: groote Sacken, daar van in een der ter rheede alhier geleegene Hoekers zijn geborgen geweest, de netto quantiteijt van de uijtgeleeverde ponden peeper niet wel heeft kunnen uijtkoomen, zonder nog verder aan te haalen de door 't indrogen veroorsaakte minderheijd op deese Zoo Importante quantiteijt. - kunnende den ondergeteekende altoos met Solemneelen Eede verclaren, dat de geheele quantiteijt peeper zodanig als deselve in 't Schip is gekoomen, ook wederom daar uijt is afgeleevert, als hebbende voor de goede bewaaring der ingehad hebbende Lading alle behoorlijke zorge en vigilantie gedragen.

29485 Ponden op 226100 ponden swarte Zuijver geharpte peeper te kort.

‘Sullende Uw wel Edele groot Agtb:, en E: Agtb: uijt het in margine deeses ter needergestelde de waaragtige reedenen kunnen beoogen, dat de te kort bevondene peeper, aan geen ander oorsaak kan werden toegeschreeven; weshalven den ondergeteekenden op de Eerbiedigste wijze versoekt /:als een Dienaar zijnde die d’ E Comp:ne altoos trouw en Eerlijk heeft behandeld:/ dat hij voor de te min bevondene quantiteijt peeper niet mooge werden belast /:onderstond:/ Cabo de goede Hoop den 18: Junij 1771 /:was geteekend:/ M: koplijn.’

‘Den E: Agtb: Heer M:r Joachim van Plettenberg gezaghebber deeses gouvernements, den ondergeteekenden geweesen Schipper van het Retourschip Damzigt hebbende gelieven t’ ordonneeren, omme behoorlijk te verantwoorden waar door de te min uijtgeleeverde quantiteijt swarte en Suijver geharpte, mitsg:s ten Eylande Onrust sonder Stof, ten zijnen genoegen toegewoogene peeper, uijt de lading van voorm: bodem voor ‘t Patria is ontstaan; Soo verclaard denselven, dat d’ oorsaak daar van moet zijn, gelijk in margine deeses is bekend gesteld; namentlijk.’

‘

Dewijl den ondergeteekende ten eersten na het arrivement van het Schip ter deser Caabse rheede ziek geworden en ruijm twee maanden in dien Staat gebleeven zijnde, hier door niet vermoogens is geweest, bij de ontlossing der peeper, te kunnen present zijn; kan denselven ten opzigte der boven aangehaalde minderheijd, geen andere reeden geeven, dan dat, vermits 'er uijt hoofde van het ruuw weer, dat men in dien tijd dagelijx te dugten had, geen tijd is geweest, om al d' ontloste peeper te kunnen weegen en dus maar alleen eenige Zacken gewoogen, en d' andere naar het gewigt derselver geCalculeert zijn, en dat daar en boven niet alleen de zakken van een en de Selfde, maar wel van verschillende groote Sijn geweest, maar ook nog 742 Sacken in den hoeker de Zon ongewoogen overgescheept Zijn, het netto gewigt onmogelijk heeft kunnen uijtgekoomen; Zulx den ondergeteekende dan ook met reeden vooronderstellen moet, dat voorsz: 29485 ponden peeper in der daat niet te kort gekoomen, en dus de geheele parthij van 226100 lb zig in den hoeker zal hebben komen te bevinden.

29485 Ponden, op 226100: ponden Swarte Suijver geharpte peeper, te Kort.

‘

Dewijl den ondergeteekende ten eersten na het arrivement van het Schip ter deser Caabse rheede ziek geworden en ruijm twee maanden in dien Staat gebleeven zijnde, hier door niet vermoogens is geweest, bij de ontlossing der peeper, te kunnen present zijn; kan denselven ten opzigte der boven aangehaalde minderheijd, geen andere reeden geeven, dan dat, vermits 'er uijt hoofde van het ruuw weer, dat men in dien tijd dagelijx te dugten had, geen tijd is geweest, om al d' ontloste peeper te kunnen weegen en dus maar alleen eenige Zacken gewoogen, en d' andere naar het gewigt derselver geCalculeert zijn, en dat daar en boven niet alleen de zakken van een en de Selfde, maar wel van verschillende groote Sijn geweest, maar ook nog 742 Sacken in den hoeker de Zon ongewoogen overgescheept Zijn, het netto gewigt onmogelijk heeft kunnen uijtgekoomen; Zulx den ondergeteekende dan ook met reeden vooronderstellen moet, dat voorsz: 29485 ponden peeper in der daat niet te kort gekoomen, en dus de geheele parthij van 226100 lb zig in den hoeker zal hebben komen te bevinden.

29485 Ponden, op 226100: ponden Swarte Suijver geharpte peeper, te Kort.

‘En nadien den ondergeteekende voor ‘t overige met Solemneelen Eede kan bevestigen, dat door hem altoos d’ uijtterste Sorge en vigilantie, voor de bewaaringe der Lading in ‘t generaal is gedragen, zonder zig in ‘t allerminste omtrent de voorsz: te kort bevondene peeper te hebben verrijkt; Soo versoekt hij dierhalven op ‘t Eerbiedigst, deswegens ook op geenerlij wijze te mogen werden belast.’

’/:onderstond:/’

‘Cabo de goede Hoop den 2: Septb: 1771’

’/:was geteekend:/’

‘Arent Willemsz.’

Over den inhoude welker Schriftuuren met attentie gebesoigneerd en dien aangaande overwogen zijnde, dat wanneer de lading van voorm: bodem Damzigt is ontlost geworden, het winter Saijsoen in der daad bereijds zeer na op handen was geschooten, weshalven met het lossen, bergen en weeder afscheepen der voorsz: lading, alle mogelijke Spoed heeft moeten werden gemaakt; Terwijl men voorts alhier van geen andere of meerdere pakhuijsen ofte maguazijnen voorsien zijnde, dan die tot den ordinairen omslag deeses gouvernements onvermijdelijk werden gerequjireerd, mitsdien genoodzaakt is geweest, de packen met Lijwaaten uijt gem: kiel in des Gouverneurs en Secundes wooning te plaatsen en tot berging der peeper te moeten Emploijeeren het nieuwe en ter dier tijd nog niet voltooijde dispens, zonder dat daar in al die ontscheepte peeper heeft kunnen werden geborgen, waar door dan niet alleen de quantiteijt van 742: Sacken direct in den hoeker de Zon heeft moeten werden overgebragt, maar ook de Successivelijk aan Land gebragte parthijen niet telkens gestort en buijten de Sacken hebbende kunnen gewoogen, maar na het gewigt van eenige gewooge zacken moeten geCalculeerd werden, Sulx het voortgebragte in deesen door voorsz: opperstuurman en geweesen Schipper, geensints bezijden de waarheijd zijnde, het derhalven ook zeer aanneemlijk voorkomt, dat het netto gewigt niet wel heeft kunnen uijtkoomen, en dat dienvolgens de voorsz: 29485 lb peeper effectivelijk niet te kort zijnde, de gantsche quantiteijt van 226100 lb die het meerm: Schip Damzigt heeft ingehad, buijten de Spillagie, die ‘er onvermeijdelijk door het in en afscheepen heeft moeten vallen, dus ook werkelijk in den hoeker de Son zal gescheept zijn; heeft men oversulx moeten besluijten, dat hier van aan haar Wel Edele Hoog Agtb: de Heeren Majores in ‘t Patria pligtschuldig kennis gegeeven en de dispositie hier op aan hoogst derselver geeerd goedvinden eerbiedigst zal werden overgelaaten.

En nadien door het ongepermitteerd Jaagen ‘t welke ongeagt de daar teegens gestatueerde beveelen seedert eenigen tijd herwaards wederom zeer Sterk in Swang heeft gegaan, ‘S heeren wild en gevogelte dermaten is vernield geworden, dat ingevalle hier teegens niet met ernst werd voorsien, daar van ten laatsten in ‘t geheel niets meer zal overig blijven; is dier halven beslooten, hetselve weederom bij placcaat, en sulx Conform het diesweegens ter ordre van den Heer gezaghebber geformeerde, en thans door zijn Ed: in Raade geproduceerde Concept, zal werden verbooden.

Vervolgens is geleesen Seeker request door ‘t Eerwaarde Collegie van kerkenraade alhier gepresenteerd, luijdende als volgd.

Aan den E: agtb: Heere M:r Joachim van Plettenberg gezaghebber deeses Caabsen gouvernements, benevens den E: Agtb: Raad van politie.

‘E: E: Agtb: Heer en Heeren.’

‘Met Schuldige eerbied geeven te kennen UEd: Agtb: ootmoedige Dienaaren, kerkenraade deeser Steede, hoe zij seedert een geruijmen tijd, in ervaaringe zijn gekoomen, dat ‘er verschiejdene Graftkelders in de kerk koomen te zijn, waar van de regte eijgenaars niet alleen onbekend, maar ook in een lange reeks van Jaaren niet gebruijkt nogte geopend zijn geworden, dus niet zonder groote reedenen bedugt zijn, dat deselve door ontsteltenisse van de nodige reparatie, bij d’ een of ander geleegendheijd mogte komen in te Storten, gelijk Sulx onlangs onder den godsdienst, van een derselver is gebeurd, tot groote ontsteltenisse der vergaderde gemeente, te meer, de Supp:lten niemand tot de vereijschte reparatie dier grafkelders hebben weeten ofte konnen aansetten; Weshalven de versoekers hun genoodzaakt vinden, tot verhoeding van de daar door te ontstaane ongelucken, zig tot UEd: Agtb: te keeren, met needrig versoek, dat het van derselver gunstige welbehagen mogen weesen, de requestranten te qualificeeren, om alle de Inwoonderen deeses Gouvernements, bij affixie van Billiëtten te waarschouwen, dat die geene die eenige Actie ofte pretensiën, ‘t zij uijt hoofde van Erffenisse extestamento dan wel ab intestato ofte andersints hoe genaamt, op de voorsz: met de N:os en name aan wien deselve zijn gegeeven geworden, te meldene grafkelders, mogten vermeenen te hebben, zij zig zoude konnen addresseeren, aan kerkenraade, met de noodige bewijzen van dien, en Sulx binnen den tijd van Ses maanden, op pæne van verstek.’

‘En nadien het veel ligt zoude konnen weesen, dat ‘er in ‘t Vaderland of elders, ook eenige menschen zig bevinden, die uijt hoofde van versterffenisse als andersints, eenige pretentie namaals op meerm: grafkelders soude konnen maken, de Supp:ltn dienvolgens almeede UEd: Agtb: gelijke qualificatie zijn versoekende, ten fine om door de Couranten alomme in Europa te laaten bekend maaken, dat die geene die eenige actie of pretentiën uijt voorsz: hoofde op de insgelijx met de namen en N:os bekend te Stellene grafkelders zoude vermeenen te Sustineeren, zij zig aldaar bij eenen daartoe aan te Stellene persoon of persoonen binnen den tijd van een Jaar en Ses weeken konnen aangeeven, met de daar toe Specteerende bewijzen, op pæne als voorsz. Terwijl de requestranten wijders UEd: Agtb : insgelijx needrig versoeken, dat het meede van derselver gunstige approbatie mogen weesen, dat kerkenrade intusschen, dikwils geciteerde grafkelders, die eenige raparatie vereijsschen, zullen moogen voorsien, en deselve benoodigt weesende te gebruijken, ten eijnde alle ongelucken voor te koomen.’

’/:onderstond:/’

‘’T Welk doende &:a /:Laeger:/ uijt naam en Last van kerkenraade.’

’/:was geteekend:/’

‘H:P: Möller Scriba.’

’/:in margine:/’

‘Overgegeeven in Raade van politie den 3: Septbr: 1771.’

Waar op goedgedagt is, de bij ‘t voorz: request gedaane versoeken te accordeeren, zoo als deselve geaccordeert werden bij deesen.

gelijk meede door kerkenraade aan Stellenbosch , is ingediend het volgende versoekschrift.

‘Wel Edele en groot Agtbare Heer, E: Agtbare Heeren.’

‘Dat gedeelte der Stellenbossche gemeente, welke zig over de hottentots Hollands Cloof bevind, was in voorige dagen gewoon, haare dooden alhier aan den Coster op te geeven, die daar van een nuttig gebruijk moeste maaken, en de dooden of aan den Secretaris alhier of aan die van de weesCamer aan Cabo, volgens hooge orders opgaf, terwijl welgestelde lieden, ook alhier kerkengeregtigheeden betaalden, dog t een en andere, is van tijd tot tijd in verval geraakt, gelijk vaak ‘t Lot van menschelijke insettingen is, de dooden worden niet meer opgegeeven, den koster kan zig niet behoorlijk in dit gedeelte van zijn ampt quijten, om ‘t betalen van kerkegeregtigheeden daar bekommert zig niemand, ‘T heeft ons tot sonderling genoegen gestrekt te moogen ontwaaren, hoe Uw welEd: en gr: Agtb: en E: Agtb: in dit verval, ten opzigt van de kerk aan ‘t Land van Waveren een goed en gunstig redres hebben gelieven te maaken, uijt overtuijginge van onse onmagt, om de vervallene zaaken te redresseeren, wenden wij ons tot Uw WelEd: gr: Agtb: en E: Agtb:, met oogmoedig versoek, van Sulke maatregulen te neemen, waar door de vervallene zaaken mogen worden hersteld, en deese kerk niet langer van haare wettig inkoomen mag worden beroofd.’

‘In deese verwagtinge, teekenen wij ons met verschuldigde Eerbied.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele en groot Agtbare Heer E: Agtbare Heeren Uw: onderdanige Dienaaren. /:was geteekend:/ J: Appeldoorn, J:bs Conterman, W: Morkel, P:W: D: Vos, Jan de Villiers J:P:s /:In margine:/ Stellenbosch den 9: Junij 1771.’

en is ter Consideratie der in ‘t voorsz: versoekschrift resideerende billijkheijd verstaan, dat den Landdrost van Stellenbosch en Drakensteijn Lucas Sigismundus Faber zal werden aangeschreeven, niet alleen de nodige ordres te Stellen, dat wanneer voortaan eenige persoonen die onder Stellenbosch gehoord en over het Hottentots Hollands gebergte gewoond hebben, komen te Sterven, Sulx doorde geene die het aangaat, aan den Coster der Stellenbossche kerk behoorlijk zal moeten werden bekend gemaakt, ten eijnde ter plaatse daar ‘t behoord, de geordonneerde opgave te kunnen doen; maar ook dat door de voorsz: Ingeseetenen de kerkgeregtigheeden volgens de voorige gebruijken behoorlijk werden voldaan.

Sijnde wijders na Lectuure van de diesweegens ingediende versoekschriften der Burgers Jan Jacob Schreuder, en Marten Baartman, als aanneemers van de pagt der Brandewijn en gedistileerde wateren, goedgevinden aan deselve voor ijder perceel, nog een bijtapper te vergunnen, Terwijl aan voorm: Schreuder als Pagter der vaderlandsche Bieren en wijnen, meede is toegestaan, om behalven desselfs gepermitteerde Bijtapper, nog een Tweede tot debiet dier Dranken te moogen aanstellen.

Gelijk al verder aan den pagter der Caabse Coele en Brandewijn aan ‘t Ronde Bosje Jan Roep is geaccordeert, om tot beeter voortsetting zijner neering de Burgers Jan Willem Hurter en Tobias Rogiers, op hunl: woonplaatsen aan de Brouwerij en ‘t Ronde Bosje , mitsg:s Jan de goede ten huijse van gedagten Rogiers aan de zogenaamde drie Coppen en Johannes Casparus Holtman ten zijnen woonhuijse aan de Soute Rivier als bijtappers aan te Stellen, Sullende hij Roep als teffens pagter dier Dranken in de Baaij fals zijnde, den Tap daar van aldaar Selfs waarneemen.

Door de persoonen van Hendrik Pekking, kok, Claas Pietersz, Bootsmansmaat en Jan Jurgens Schiemansmaat alle als zodanig, op ‘t voorwaartsgementioneerde naSchip Duijv en Brug bescheijden, in scriptis te kennen gegeeven zijnde, hoe de Supplianten, ten tijde dat evengem: bodem ter Bataviade Rheede bereijds zeijlvaardig was leggende, van Bengalen gekoomen en vervolgens illico daar op geplaatst geworden zijnde, ten eijnde daar meede naar Neederland te vertrecken, hier door dan veroorsaakt was, dat voor hun ter voorsz: Indiasche hoofdplaatse, geen kisten hadden kunnen werden gebrand, met bijgevoegd Ootmoedig versoek, dat nadien het voor de Supp:ltn ten hoogsten Schadelijk soude vallen, de reijse indiervoegen verder voort te Setten, dierhalven voor deselve, de aan hun gepermitteerde kisten, hier ter plaatse mogten werden gebrand; Zoo is naar overweeging van zaaken verstaan, het voorsz: versoek, om de geallegueerde reedenen t’ accordeeren.

En is voorts den Cornet van d’ eerste Comp:ne burger Dragonders aan Stellenbosch , Schalk Willemse van der Merwe Isaaksz:, uijt aanmerkinge van desselfs Lighaams Corruptiën, op zine hier om bij request gedaan Supplicq, van ‘t waarneemen dier functie ontslagen.

Terwijl wijders den Burger Jurgen Wolfgang Spengeler, in Steede van den thans aan ‘t Ronde Bosje woonagtig zijnden Tobias Rogiers, tot Brandmeester alhier is aangesteld.

Ook is den aan de Tygerhoek beschijdenen Corporaal Daniël Seijn van Manheim, ter Consideratie dat hij den ouderdom van 66: Jaaren bereijkt en d’ E Comp:n reets 22: Jaaren gediend hebbende, zig tegenwoordig buijten Staat bevind, om desselfs dienst langer naar behooren te kunnen presteeren; oversulx volgens d’ ordre, met thien guldens p:r maand gegageert.

Sijnde wijders naar lectuure van Seeker Smeekschrift door den alhier gerelegeerden Padje, geweesen Cap:tn Louwt van Tiboro, gepresenteerd, aan denselven uijt aanmerkinge van zijne groote behoeftigheijd, het ordinaire randsoen eens bandiets, te weeten veertig ponden Reijst en een kan azijn maandelijx, mitsg:s 3/4 lb versch vleesch ‘S daags, tot Levens onderhoud toegevoegd.

Laatstelijk zijn ‘S Comp:s Slaven, willem van Christijn en David van Griesella van de Caab, ijder een Jonge en gezonde mansslaaf met namen Tam en geduld van Bengalen, in haar plaats aan d’ E: Comp:n geevende, uijt Slavernije ontslagen en in vrijdom gesteld.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en jaare voorsz.

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 274-289.

Dingsdag den {17710910} 10: Septb: 1771.

‘S voormiddags alle present, behalven d’ E E:s Equipagiemeester Jacob Rysik en Negotieoverdrager Otto Luder Hemmij bij Indispositie.

Is op heeden geresumeert geworden, Seekere Memorie, luijdende als volgt.

‘Memorie van t nabesz: yzer, zeep, Bieren, grauwe moppen, klinkers, Houtwerken, gonnijs, gonnijzacken &:a uijt d’ onderstaande Scheepen, zoo te kort, gebrooken, als bij pijling minder, de foulij en Tabak in ‘t negotie pakhuijs bij naweging te kort, als meede de Leijfeijgenen in de Ses Jongst gepasseerde maanden, door de natuurlijke dood overleeden, ‘t vee in gem: tijd zoo verrekt, als door ‘t wild gedierte vernield, en eijndelijk, verscheijde goederen ‘t seedert p:mo September A:o pass:o tot Ult: Aug:s in de resp: pakhuijsen onbequaam en onbruijkbaar bevonden, alles volgens verClaringen blijkende, namentlijk.’

‘

Uijt de Pallas .
afschrijven.	118.	lb gezort: ijzer op 10000 lb bij naweeging te kort.
verkoopen.	3:	p:s ijzere potten op 25 p:s	gebrooken
	12510	d:o graauwe moppen d:o 30000 d:o
	12208	d:o Geele klinkers d:o 30000 d:o
	4:	d:o Carveel planken d:o 10 d:o gescheurt
	6:	d:o Sparren van 30 a 36 v:t op 50 p:s	gebroken
	10:	d:o d:o d:o 15 d:o 18 d:o d:o 50 d:o
	2:	d:o Juffers d:o 30 d:o 36 d:o d:o 38 d:o
	2:	d:o gr: Balken d:o 12 en 14 d:m d:o 15 aangestoken
	4:	d:o d:o d:o d:o 5 d:o 7 d:o d:o 20:	gebrooken
	3:	d:o d:o d:o d:o 5 d:o 6 d:o d:o 10 d:o
	2:	d:o d:o d:o d:o 4 d:o 6 d:o d:o 15 d:o
	3:	d:o d:o Latten d:o 1 1/2 d:o 3 d:o d:o 12 d:o
	2:	d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 2 d:o d:o 25 d:o
	4:	d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 25 d:o
	2:	p:s gr: Latten van 1 en 2 d:m op 25 p:s	gebroken
	8:	d:o d:o d:o d:o 1 d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
afschrijven	6:	kannen wijntint op een halfaam bij pijling 3 d:m wan.
	2:	flessen gedistileerde wateren op een kelder gebrooken
	7 1/15	vaten Bier ankers op Vijf en Seventig vaten bij pijling minder als 10: v:n 2, 33 v:n 3, en 32 v:n 4: d:m wan.
	2 1/4	vaten Theer tot opvullen van 13 3/4 vaten verbruijkt.
Uijt 'S Comp:s Welvaren .
verkoopen	8277	p:r grauwe moppen op 20000 p:s	gebrooken
	12	p:s gr: Deelen van 1: d:m d:o 170 d:o
	7	d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 230 d:o
Uijt Blijswijk
afschrijven en tot 't inpacken der geweeren &: na madagasCar , ten dienste van den slaven handel te Emploijeeren	114:	p:s Gonnijs op 2000 p:s verrot en verstikt
	324	d:o gonnijzacken d:o 11000 d:o verstikt en onbequaam
Uijt Rithem
afschrijven en tot 't inpacken der geweeren &: na madagasCar , ten dienste van den slaven handel te Emploijeeren	356:	p:s gonnijzakken op 12000 p:s verrot en beschadigt.
Uijt Ouwerkerk .
afschrijven	4 1/4	vaten Theer tot opvullen van 20 3/4 vaten verbruijkt.
Uijt Borsselen
afschrijven	1 1/2	vaaten Theer tot opvullen van 6 1/2 vaten verbruijkt.
Uijt Aschat
verkoopen	11	p:s gr: deelen van 1 1/2 d:m op 250 p:s	gebrooken
	21	d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 350 d:o
afschrijven	105	lb zeep op 1619 lb in 3: Cassen, bij naweeging te kort.
Uijt 't Huijs te Bijweg
verkoopen	2505	p:s geele klinkers op 15000 p:s gebrooken

‘

Uijt de Pallas .
afschrijven.	118.	lb gezort: ijzer op 10000 lb bij naweeging te kort.
verkoopen.	3:	p:s ijzere potten op 25 p:s	gebrooken
	12510	d:o graauwe moppen d:o 30000 d:o
	12208	d:o Geele klinkers d:o 30000 d:o
	4:	d:o Carveel planken d:o 10 d:o gescheurt
	6:	d:o Sparren van 30 a 36 v:t op 50 p:s	gebroken
	10:	d:o d:o d:o 15 d:o 18 d:o d:o 50 d:o
	2:	d:o Juffers d:o 30 d:o 36 d:o d:o 38 d:o
	2:	d:o gr: Balken d:o 12 en 14 d:m d:o 15 aangestoken
	4:	d:o d:o d:o d:o 5 d:o 7 d:o d:o 20:	gebrooken
	3:	d:o d:o d:o d:o 5 d:o 6 d:o d:o 10 d:o
	2:	d:o d:o d:o d:o 4 d:o 6 d:o d:o 15 d:o
	3:	d:o d:o Latten d:o 1 1/2 d:o 3 d:o d:o 12 d:o
	2:	d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 2 d:o d:o 25 d:o
	4:	d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 25 d:o
	2:	p:s gr: Latten van 1 en 2 d:m op 25 p:s	gebroken
	8:	d:o d:o d:o d:o 1 d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
afschrijven	6:	kannen wijntint op een halfaam bij pijling 3 d:m wan.
	2:	flessen gedistileerde wateren op een kelder gebrooken
	7 1/15	vaten Bier ankers op Vijf en Seventig vaten bij pijling minder als 10: v:n 2, 33 v:n 3, en 32 v:n 4: d:m wan.
	2 1/4	vaten Theer tot opvullen van 13 3/4 vaten verbruijkt.
Uijt 'S Comp:s Welvaren .
verkoopen	8277	p:r grauwe moppen op 20000 p:s	gebrooken
	12	p:s gr: Deelen van 1: d:m d:o 170 d:o
	7	d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 230 d:o
Uijt Blijswijk
afschrijven en tot 't inpacken der geweeren &: na madagasCar , ten dienste van den slaven handel te Emploijeeren	114:	p:s Gonnijs op 2000 p:s verrot en verstikt
	324	d:o gonnijzacken d:o 11000 d:o verstikt en onbequaam
Uijt Rithem
afschrijven en tot 't inpacken der geweeren &: na madagasCar , ten dienste van den slaven handel te Emploijeeren	356:	p:s gonnijzakken op 12000 p:s verrot en beschadigt.
Uijt Ouwerkerk .
afschrijven	4 1/4	vaten Theer tot opvullen van 20 3/4 vaten verbruijkt.
Uijt Borsselen
afschrijven	1 1/2	vaaten Theer tot opvullen van 6 1/2 vaten verbruijkt.
Uijt Aschat
verkoopen	11	p:s gr: deelen van 1 1/2 d:m op 250 p:s	gebrooken
	21	d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 350 d:o
afschrijven	105	lb zeep op 1619 lb in 3: Cassen, bij naweeging te kort.
Uijt 't Huijs te Bijweg
verkoopen	2505	p:s geele klinkers op 15000 p:s gebrooken

‘

Uijt 't Huijs Om
afschrijven	126	lb gesort: ijzer op 100000 lb bij naweeging te kort.
verkoopen	5:	p:s ysere Potten op 25 p:s	gebrooken
	15825	d:o grauwe moppen d:o 30000 d:o
	17188:	d:o geele klinkersteenen d:o 30000 d:o
	3:			d:o Sparren van 15 a 18 v:t d:o 50 d:o
	1:	d:o gr: Balk d:o 4 en 6 d:m d:o 15 d:o
	1:	d:o d:o d:o Rib d:o 4 d:o 4 d:o d:o 15 d:o
	2:	d:o d:o Latten d:o 2 d:o 3 d:o d:o 12 d:o
	2:	d:o d:o d:o d:o 1 d:o 2 d:o d:o 25 d:o
	4:	d:o d:o d:o d:o 1 d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
afschrijven.	8 7/15	vaten Ankers Bier op 75 vaten, als
		7 7/15 vaten op 74 vaaten bij pijling minder, als 6 van 2:, 31 van 3: en 37 van 4: d:m wan, mitsg:s
		1 d:o Bedorven.
	9 2/10	kannen wijntint op Een half aam bij pijling 4 d:m wan.
	2 1/2	vaaten Theer tot opvullen van 13 1/2 vaten verbruijkt
In 't Negotie Pakhuijs.
afschrijven	2 3/4	lb Foulij bij 't openen van een Soekel N:o 103 bij naweeging te kort.

‘

Uijt 't Huijs Om
afschrijven	126	lb gesort: ijzer op 100000 lb bij naweeging te kort.
verkoopen	5:	p:s ysere Potten op 25 p:s	gebrooken
	15825	d:o grauwe moppen d:o 30000 d:o
	17188:	d:o geele klinkersteenen d:o 30000 d:o
	3:			d:o Sparren van 15 a 18 v:t d:o 50 d:o
	1:	d:o gr: Balk d:o 4 en 6 d:m d:o 15 d:o
	1:	d:o d:o d:o Rib d:o 4 d:o 4 d:o d:o 15 d:o
	2:	d:o d:o Latten d:o 2 d:o 3 d:o d:o 12 d:o
	2:	d:o d:o d:o d:o 1 d:o 2 d:o d:o 25 d:o
	4:	d:o d:o d:o d:o 1 d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
afschrijven.	8 7/15	vaten Ankers Bier op 75 vaten, als
		7 7/15 vaten op 74 vaaten bij pijling minder, als 6 van 2:, 31 van 3: en 37 van 4: d:m wan, mitsg:s
		1 d:o Bedorven.
	9 2/10	kannen wijntint op Een half aam bij pijling 4 d:m wan.
	2 1/2	vaaten Theer tot opvullen van 13 1/2 vaten verbruijkt
In 't Negotie Pakhuijs.
afschrijven	2 3/4	lb Foulij bij 't openen van een Soekel N:o 103 bij naweeging te kort.

‘Volgens bijgevoegde reekenings van den opziender van ‘S E Comp:s slavenlogie, gesterkt met Secretariale verclaringen, zijn in de Jongst gepasseerde maanden maart, april, maij, Junij, Julij en aug:s van ‘S Comp:s Slaven, door de natuurlijke dood overleeden.’

‘

afschrijven	31.	kloeke Jongens
	5:	School d:o
	7:	Zuijgende d:o
	32:	kloeke meijden
	1:	School d:o
	2:	Suijgende d:o
	5:	bandiete Jongens.

‘

afschrijven	31.	kloeke Jongens
	5:	School d:o
	7:	Zuijgende d:o
	32:	kloeke meijden
	1:	School d:o
	2:	Suijgende d:o
	5:	bandiete Jongens.

‘En volgens g’annexeerde Reekeningen van de Landdrosten, gesterkt met Secretariale b’Edigde verclaringen, zijn meede in voorsz: tijd van ‘S Comp:s beestiaal zoo verrekt, als door ‘t wildgedierte verslonden.’

‘

afschrijven	851:	Stux Runderbeesten
	26:	d:o Paarden
	3:	d:o Ezels
	46:	d:o Bocken.

‘

afschrijven	851:	Stux Runderbeesten
	26:	d:o Paarden
	3:	d:o Ezels
	46:	d:o Bocken.

‘De volgende goederen zijn geduurende dit Boekjaar, ofte Sedert p:mo Septb:a pass:o tot Ult:mo aug:s deeses jaars, bij diversse administrateurs, onbequaam en onbruijkbaar bevonden, namentlijk’

‘

In 't Negotie pakhuijs
verkoopen	2:	p:s grofsmits blaas balgen	onbequaam
	1	d:o ijzere balans
	26/36	d:o pijlaaken	gemotteert en met 't Schip gynwensch van Ceijlon te rug gebragt.
	8:	d:o groote waakrocken
	9:	d:o klijne d:o
In 't Dispens
verkoopen	2:	p:s koorn harpen onbequaam
In de Wijnkelder
verkoopen	42:	p:s heele Leggers	onbequaam
	5:	d:o halve d:o
In 't Hospitaal
verkoopen	11:	p:s Steekbeckens	onbequaam
	4:	p:s Coopere Staart pannen
	4:	d:o Tinne waterflessen
	4:			d:o klisteer Spuijten
	2:			d:o Coopere Schaalen me haar balansen
	26:	d:o Laat Lancetten
	21:	d:o Insisie Schaaren
	2:	d:o d:o messen
	1:	d:o Scheermes
Op de WapenCamer
verkoopen	80:	p:s Granadiers Houwers	onbequaam
	90:	d:o port d' Epees
	86:	d:o patroontassen
In 't Houtmaguazijn
verkoopen	14:	p:s gr: Balken van 11 en 13 d:m
	11:	d:o d:o Deelen d:o 2: d:o door bijgekoomene nattigheijd verrot en vergaan.
By d' Arthillerij
afschrijven en tot pot en Steen ovens te gebruijken	2:	p:s affuijten van 24: lb	onbequaam
	1:	d:o d:o d:o 18: d:o
	1	d:o d:o d:o 12: d:o
	1:	d:o d:o d:o 8: d:o
	1:	voorwagen voor Canon

‘

In 't Negotie pakhuijs
verkoopen	2:	p:s grofsmits blaas balgen	onbequaam
	1	d:o ijzere balans
	26/36	d:o pijlaaken	gemotteert en met 't Schip gynwensch van Ceijlon te rug gebragt.
	8:	d:o groote waakrocken
	9:	d:o klijne d:o
In 't Dispens
verkoopen	2:	p:s koorn harpen onbequaam
In de Wijnkelder
verkoopen	42:	p:s heele Leggers	onbequaam
	5:	d:o halve d:o
In 't Hospitaal
verkoopen	11:	p:s Steekbeckens	onbequaam
	4:	p:s Coopere Staart pannen
	4:	d:o Tinne waterflessen
	4:			d:o klisteer Spuijten
	2:			d:o Coopere Schaalen me haar balansen
	26:	d:o Laat Lancetten
	21:	d:o Insisie Schaaren
	2:	d:o d:o messen
	1:	d:o Scheermes
Op de WapenCamer
verkoopen	80:	p:s Granadiers Houwers	onbequaam
	90:	d:o port d' Epees
	86:	d:o patroontassen
In 't Houtmaguazijn
verkoopen	14:	p:s gr: Balken van 11 en 13 d:m
	11:	d:o d:o Deelen d:o 2: d:o door bijgekoomene nattigheijd verrot en vergaan.
By d' Arthillerij
afschrijven en tot pot en Steen ovens te gebruijken	2:	p:s affuijten van 24: lb	onbequaam
	1:	d:o d:o d:o 18: d:o
	1	d:o d:o d:o 12: d:o
	1:	d:o d:o d:o 8: d:o
	1:	voorwagen voor Canon

’/:onderstond:’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop.’

‘den 10: Septbr: 1771.’

’/:was geteekend:/’

‘J: V: Plettenberg.’

Waar op verstaan is, dat met de daar bij vermelde gestorvene Leijfeijgenen, neevens het verrekt Beestiaal der E: Comp:n, mitsg:s de te kort komende en defect aangebragte, item in de Resp: pakhuijsen onbruijbaar bevondene goederen, indiervoegen sal werden gehandeld, als in margine der voorsz: Memorie is aangeteekend.

Gelijk al verder weegens den Ontfangst en uijtgaaf der Zeeguls met de Restanten van dien, is ingeleevert de onderstaande Reekening.

‘

Zeeguls d' A:is 1770/71

Debent

van

van

van

van

van

van

van

van

van

van

Rd:s

-1/8

-1/4:

-1/2:

-3/4:

1:

2:

3:

4:

5:

6:

8:

10:

12:

15:

20:

25:

30:

40:

50:

60:

ult:mo Febr: 1771 restant verbleven

990:

565:

726:

14:

103:

110:

44:

48:

5:

9:

8:

19:

25:

21:

9:

19:

7:

4:

3:

4:

den 17: Maij 1771. bygekoomen

1000:

1000:

300:

50:

100:

-:

-:

50:

50:

-:

-:

50:

-:

-:

-:

25:

-:

-:

-:

-:

Somma

1990:

1565:

1026:

64:

203:

110:

44:

98:

55:

9:

8:

69:

25:

21:

9:

44:

7:

4:

3:

4:

Credunt

van

van

van

van

van

van

van

van

van

van

Rd:s

-1/8:

-1/4:

-1/2:

-3/4:

1:

2:

3:

4:

5:

6:

8:

10:

12:

15:

20:

25:

30:

40:

50:

60:

Sedert p:mo maart 1771. tot dato deeses verkogt

972:

712:

363:

14:

149:

50:

13:

23:

10:

-:

4:

17:

2:

1:

-:

14:

-:

-:

-:

-:

de dato deeses restant

1018:

853:

663:

50:

54:

60:

31:

75:

45:

9:

4:

52:

23:

20:

9:

30:

7:

4:

3:

4:

Somma

1990:

1565:

1026:

64:

203:

110:

44:

98:

55:

9:

8:

69:

25:

21:

9:

44:

7:

4:

3:

4:

‘

Zeeguls d' A:is 1770/71

Debent

van

van

van

van

van

van

van

van

van

van

Rd:s

-1/8

-1/4:

-1/2:

-3/4:

1:

2:

3:

4:

5:

6:

8:

10:

12:

15:

20:

25:

30:

40:

50:

60:

ult:mo Febr: 1771 restant verbleven

990:

565:

726:

14:

103:

110:

44:

48:

5:

9:

8:

19:

25:

21:

9:

19:

7:

4:

3:

4:

den 17: Maij 1771. bygekoomen

1000:

1000:

300:

50:

100:

-:

-:

50:

50:

-:

-:

50:

-:

-:

-:

25:

-:

-:

-:

-:

Somma

1990:

1565:

1026:

64:

203:

110:

44:

98:

55:

9:

8:

69:

25:

21:

9:

44:

7:

4:

3:

4:

Credunt

van

van

van

van

van

van

van

van

van

van

Rd:s

-1/8:

-1/4:

-1/2:

-3/4:

1:

2:

3:

4:

5:

6:

8:

10:

12:

15:

20:

25:

30:

40:

50:

60:

Sedert p:mo maart 1771. tot dato deeses verkogt

972:

712:

363:

14:

149:

50:

13:

23:

10:

-:

4:

17:

2:

1:

-:

14:

-:

-:

-:

-:

de dato deeses restant

1018:

853:

663:

50:

54:

60:

31:

75:

45:

9:

4:

52:

23:

20:

9:

30:

7:

4:

3:

4:

Somma

1990:

1565:

1026:

64:

203:

110:

44:

98:

55:

9:

8:

69:

25:

21:

9:

44:

7:

4:

3:

4:

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop Ult:mo Aug:s 1771.’

’/:was Geteekend:/ J: v: Plettenberg. /:In margine:/ Deeze reekening door ons ondergeteek: provisioneel Fiscaal en geCommitt:s uijt den E: Agtb: raad van Justitie alhier behoorlijk nagezien en met de restanten geConfronteerd zijnde is deselve in allen deelen accordeerende bevonden, datum Ut Supra.’

’/:was geteekend:/ O: M: Bergh, Otto Lud:r Hemmij, C: Warneck, /:Laeger:/ Mij present /:en geteekend:/ C: L: Neethling Secret:s’

uijt dewelke komende te Consteeren, dat de verkogte Zeguls, gedurende de Jongst gepasseerde Ses maanden, een Somma van Ryxd:s 1512 1/2 hebben bedragen, zal dit montant volgens gebruijk, in ‘S E: Comp:s Cassa overgebragt, en bij de negotie boeken deeses Gouvernements hoorlijk moeten werden ingenomen.

Ende nademaal de disputen dewelke volgens het genoteerde bij resolutie van den 3: deeser, onder d’ officieren van ‘t aanweesend na schip Duijf en brug zijn ontstaan geweest, wederom in der minne zijn bijgelegd, en wijders bij ondersoek bevonden is, dat den daar op bescheijdenen Opperstuurman Coenraad Louwe, een nugteren en bequaam Zeeman komt te weesen, is dierhalven beslooten, het gezag op voorm: bodem, aan denselven op te dragen, met toevoeging der ordinaire opperstuurmans gagie van ƒ48: p:r maand; Terwijl bovensdien, nog ter nadere approbatie van haar wel Edele hoog agtb: de Heeren majores in ‘t patria, de volgende op voorsz: bodem gerequireerde advancementen met halveering van gagie zijn gedaan, als

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

C. 149, pp. 290-291.

Vrijdag den {17710913} 13: Septb: 1771.

alle present.

Op de diesweegens door den Land-drost tot Stellenbosch , gedaane voordragte, is goedgevonden, tot Cornet bij d’ eerste Comp:ne burger Dragonders aldaar, in plaatse van den nu laatst ontslagenen Schalk Willemsz: van der Merwe Isaaksz:, aan te Stellen den Standaar Jonker Thomas Arnoldus Therron.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: Rijzik

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 292-298.

Dingsdag den {17711015} 15: Octbr: 1771

‘S voormiddags alle present, dempto den E: Equipagiemeester Jacob Rijzik door Indispositie.

Door d’ Edele Heeren Bewindhebberen ter Camer Amsterdam p:r het aanweesend Schip Vredelust herwaards gezonden geworden Sijnde, het plan beneevens een ampele beschrijving, hoedanig haar Edele groot Agtb: oordeelen, dat het alhier aan te bouwene nieuwe hospitaal, zoude dienen te werden gemaakt met aanschrijvens bij derselver teffens ontfangene g’Eerde Missive, de dato 15: Maij deeses Jaars, om het een en ander naauwkeurig t’ Examineeren, en haar Edele Agtb: vervolgens hoe eerder hoe beeter te laaten toekoomen, onse bevinding met de Remarques die daar op mogte vallen, ten eijnde in Staat te zijn, de benoodigde materialen herwaards te Senden; Soo is, om hieraan behoorlijk te voldoen, best geoordeeld, en diesvolgens beslooten, het voorsz: plan met dies beschrijving te Stellen in handen van den Heer Major en hoofd van ‘S E: Comp:s Militie alhier Hendrik van Prehn, en den E: Zoldij Boekhouder Dirk Westerhoff, als Commissarissen van het Hospitaal, ten eijnde het een en ander met adsistentie van den Eersten Opperchirurgijn Johannes van der Riet, den Lieutenant Ingenieur Carel David Wentzel en den opzigter over ‘S Comp:s gebouwen Johannes Bresler, op het naauwkeurigste t’ examineeren, en deesen Raade vervolgens te dienen van berigt, noopens derselver bevinding en de Remarques die daar omtrent zoude, moogen zijn gevallene.

P:r het meede ter rheede leggend Schip den Tempel onder anderen ten behoeve deeses Gouvernements aangebragt zijnde, een kistje met 3853 heele Ducatons, ofte ƒ12714:18:- Soo is goedgevonden, het ged: kistje ongeopend met het meede aanweesend, binnen korten te vertrecken Staande Schip Blijenburg naar Batavia over te Senden, en dus weederom in diervoegen aan de Heeren der hooge Indiasche Regeering te laaten toekoomen, het voorsz: bedragen van ƒ12714:-18 in minderinge van dat geene, t welk nog p:r restand van het in A:o pass:o uijt de Scheepen Ridderkerk en Scholtenburg geligte bedragen van ƒ129964:15:- aan gedagte hoofdplaats moet werden gesuppediteerd.

En is wijders aan den met gem: bodem Blyenburg als passagier uijtgekoomenen geweesen Schipper Hendrik Stuurmans, op zijn diesweegens gedaan versoek; gepermitteerd, omme ter zaake van desselfs Indispositie, tot nadere Scheepsgeleegentheijd alhier te mogen overblijven.

Door den Capitain van d’ oudste Comp:ne Burger Dragonders aan Swellendam Jacobus Botha Theunisz: bij request te kennen gegeeven zijnde, hoe hij Supp:lt Seedert eenigen tijd herwaarts geduurig Siekelijk en met verscheijde Lichaams-quaalen behebt weesende, deselve dagelijx Sodanig quamen toe te neemen, dat zig daar door thans buijten Staat bevond, zijn dienst langer zoo als ‘t behoord, te kunnen waarneemen, alwaar omme op ‘t ootmoedigst was versoekende, van ‘t waarneemen dier functie te moogen werden ontslaagen; Zoo is verstaan, het voorsz: versoek om de geallegueerde reedenen t’ accordeeren.

Synde voorts op de diesweegens gedaane voordragte van Landdrost en Heemraden des districts Swellendam , aan Aletta van Rooijen, weed:we Johannes Potgieter, een huijs Erf ter breete van Sestig en diepte van vier en Twintig voeten bij voorsz: drostdije geleegen, in Eijgendom uijtgegeeven.

Ende ten aansien den tijd van de generale wapenschouwinge der Landmilitie aan Stellenbosch , op handen begind te schieten, zoo zijn d’ E: E:s M:r Jacobus Johannes le Sueur en Dirk Westerhoff Leeden deeses Raads tot bijwooninge van dien geCommitteerd geworden.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V; Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 299-319.

Dingsdag den {17711126} 26: November 1771.

‘S voormiddags alle present, behalven den E: Equipagiem:r Jacob Rijzik mits indispositie.

Op heeden ingediend zijnde, het kort vertoog der Lasten deeses Gouvernements, geduurende dit Boekjaar 1770/71:, neevens die van ‘S Jaars bevoorens ofte d’ A:is 1769/70, dewelke bedragen als volgt, te weeten.

	1770/1	1769/70
Onkosten van Scheepen	ƒ146894:11:08:	ƒ154132:13:-:
Randsoenen Ordinair	d:o 72472:15:-:	d:o 71995:02:-:
Onkosten d:o	d:o 32061:17:08:	d:o 34095:03:08:
d:o Ekstra d:o	d:o 3373:12:08:	d:o 3472:03:08:
Timmeragie en Reparatie	d:o 11124:18:-:	d:o 11370:09:08:
Fortificatiën	d:o 1988:09:-:	d:o 1943:12:08:
Onkosten van 'S Comp:s leijfeijgenen	d:o 21823:19:-:	ƒ 18779:09:08:
Reecq: van Condemnatie &:a	d:o 4379:03:08:	d:o 4456:07:-:
Onkosten van Chaloupen &:a	d:o 13234:07:-:	d:o 17789:18:-:
Scheeps Zoldijen.	d:o 13234:07:-:	d:o 8624:02:-:
Zoldijen aan Land	d:o 130529:09:08:	d:o 138116:10:-:
Somma	ƒ452010:15:-:	ƒ464775:10:08:

	1770/1	1769/70
Onkosten van Scheepen	ƒ146894:11:08:	ƒ154132:13:-:
Randsoenen Ordinair	d:o 72472:15:-:	d:o 71995:02:-:
Onkosten d:o	d:o 32061:17:08:	d:o 34095:03:08:
d:o Ekstra d:o	d:o 3373:12:08:	d:o 3472:03:08:
Timmeragie en Reparatie	d:o 11124:18:-:	d:o 11370:09:08:
Fortificatiën	d:o 1988:09:-:	d:o 1943:12:08:
Onkosten van 'S Comp:s leijfeijgenen	d:o 21823:19:-:	ƒ 18779:09:08:
Reecq: van Condemnatie &:a	d:o 4379:03:08:	d:o 4456:07:-:
Onkosten van Chaloupen &:a	d:o 13234:07:-:	d:o 17789:18:-:
Scheeps Zoldijen.	d:o 13234:07:-:	d:o 8624:02:-:
Zoldijen aan Land	d:o 130529:09:08:	d:o 138116:10:-:
Somma	ƒ452010:15:-:	ƒ464775:10:08:

Is wijders uijt dies te Samen trecking koomen te Consteeren, dat de Lasten in ‘t generaal, deesen Jaare ƒ12764:15:8. minder als A:o pass:o bedragen hebbende, ijder Lastpost in ‘t bijzonder, het volgende meerder of minder heeft koomen te rendeeren, als.

		meerder	minder
Onkosten van Scheepen, dit jaar minder als a:o pass:o bedragende, is veroorsaakt door dien de als toen met den hoeker de Snelheijd na Madagascar en Rio de la Goa ten dienste van de vermiste retourscheepen Enkhuijsen en Vaillant meede gegeevene provisien en Equipagiegoederen &:a wederom te rug zijn gebragt, en ten voordeele deeser reecq: ingenoomen, mitsg:s dat in dit BoekJaar 't verstrekte aan de alhier bescheijdene drie hoekers, minder als in 't gepasseerde Jaar bedraagt, en dus een minderheijd geeft van		ƒ7238:01:08:
Randsoenen Ordinair, beloopen daar en teegen meer, uijt oorsaake dat men aan 't volk op de buijten posten, voor 't grootste gedeelte Caabse brandewijn insteede van aracq waarvan de voorraad niet toerijkende was, heeft moeten tot randsoen verstrecken oversulx meer als a:o pass:o	ƒ477:13:-:
Onkosten ordinair, minder sommeerende als in ¹t gepasseerde Jaar, komt voort door de toenmaals ten dienste van 't guarnisoen verstrekte 74 p:s Snaphanen, 't maken van Ses tenten voor d' Equipagie werf en verder gebruijk, mitsg:s de meer verstrekte pelsteenen voor de pelmoolen, als meede door de in dit Jaar minder als a:o pass:o verbruijkte houtwerken, arbeijds gereedschappen, Staal en Smeekoolen.		d:o 2033:06:-:
Onkosten Extraordinair, ook minder als in 't voorige jaar bedragende, is principalijk ontstaan, door de gedane verstrecking in 't gepasseerde Jaar aan de Landdrosten der Colonien Stellenbosch en Swellendam , tot 't doen van een landtogt, ter bepaaling der Limieten in hunne districten		d:o 98:11:-:
Timmeragie en Reparatie, beloopen thans al meede minder, als in 't voorledene Jaar, uijt oorsaak, dat als toen de gebouwen aan de Post de Clapmuts voor 't grootste gedeelte zijn vernieuwt geworden		d:o 245:11:08:
Fortificatiën, dies meerder bedragen in dit Jaar, is voornamentlijk ontstaan, door de meer verstrekte groene Zeep, ten dienste van de arthillerij	d:o 44:16:08:
Onkosten van 'S Comp:s Leijfeygenen, beloopen in dit jaar ook meer als a:o pass:o uijt oorsaak van de in deesen Jaare meer verstrekte provisien aan een grooter getal Slaven, mitsg:s principalijk, om dat men tot de noodige winter kleederen, geen pijlaken aan handen heeft gehad, en daar door genoodzaakt is geweest, tot het maken derselve Carsaaijen in te koopen, invoegen deese reecq: meer bedraagt	d:o 3044:09:08:
'T Hospitaal, Staat in dit jaar, uijt hoofde van de verteerde heele gagie der daar in geleegen hebbende impotenten te vooren, eene Somma van ƒ15543:15: en met de in den voorleden Jaare overgeschotene ƒ23629:15: een bedragen van ƒ39173:10
Reekening van Condemnatie en Confiscatie, Sommeert thans zoo veel niet als a:o pass:o door de in dit jaar verstrekte mindere provisien aan een geringer aantal van twee á drie Banditen alhier		d:o 77:03:08:
Onkosten van Chaloupen en mindere vaartuijgen, beloopen meede minder ter oorsaak van het meerder bedragen in 't gepasseerde Jaar, van de gedaane timmeragie aan een veel grooter Landsboot met een toegestreeken dek, als aan de geene die in dit jaar is getimmert geworden		d:o 3662:05:08:
Scheeps Soldijen bedragen in teegendeel dit jaar meerder, door de meer verteerde guastos in 't hospitaal, als meede de verstrekte goede maanden aan 't volk op de hoeker &:a	d:o 4610:05:-:
Soldijen aan Land Sommeeren daar en teegen in dit Jaar minder, ter oorsaak van de in 't gepasseerde jaar verstrekte monteering aan 't guarnisoens volk benevens de meer verstrekte goede maanden en Subsidie Costpenningen ter Somma van	ƒ14467:19:-
waar van egter weder afgaan 't geen de verteerde guastos, en 't soek gebragte beddegoed, dit Jaar wederom meer bedragen als a:o pass:o	d:o 6880:18:08:
			d:o 7587:-:08:
Somma		ƒ8177:04:-:	ƒ20941:19:08:

		meerder	minder
Onkosten van Scheepen, dit jaar minder als a:o pass:o bedragende, is veroorsaakt door dien de als toen met den hoeker de Snelheijd na Madagascar en Rio de la Goa ten dienste van de vermiste retourscheepen Enkhuijsen en Vaillant meede gegeevene provisien en Equipagiegoederen &:a wederom te rug zijn gebragt, en ten voordeele deeser reecq: ingenoomen, mitsg:s dat in dit BoekJaar 't verstrekte aan de alhier bescheijdene drie hoekers, minder als in 't gepasseerde Jaar bedraagt, en dus een minderheijd geeft van		ƒ7238:01:08:
Randsoenen Ordinair, beloopen daar en teegen meer, uijt oorsaake dat men aan 't volk op de buijten posten, voor 't grootste gedeelte Caabse brandewijn insteede van aracq waarvan de voorraad niet toerijkende was, heeft moeten tot randsoen verstrecken oversulx meer als a:o pass:o	ƒ477:13:-:
Onkosten ordinair, minder sommeerende als in ¹t gepasseerde Jaar, komt voort door de toenmaals ten dienste van 't guarnisoen verstrekte 74 p:s Snaphanen, 't maken van Ses tenten voor d' Equipagie werf en verder gebruijk, mitsg:s de meer verstrekte pelsteenen voor de pelmoolen, als meede door de in dit Jaar minder als a:o pass:o verbruijkte houtwerken, arbeijds gereedschappen, Staal en Smeekoolen.		d:o 2033:06:-:
Onkosten Extraordinair, ook minder als in 't voorige jaar bedragende, is principalijk ontstaan, door de gedane verstrecking in 't gepasseerde Jaar aan de Landdrosten der Colonien Stellenbosch en Swellendam , tot 't doen van een landtogt, ter bepaaling der Limieten in hunne districten		d:o 98:11:-:
Timmeragie en Reparatie, beloopen thans al meede minder, als in 't voorledene Jaar, uijt oorsaak, dat als toen de gebouwen aan de Post de Clapmuts voor 't grootste gedeelte zijn vernieuwt geworden		d:o 245:11:08:
Fortificatiën, dies meerder bedragen in dit Jaar, is voornamentlijk ontstaan, door de meer verstrekte groene Zeep, ten dienste van de arthillerij	d:o 44:16:08:
Onkosten van 'S Comp:s Leijfeygenen, beloopen in dit jaar ook meer als a:o pass:o uijt oorsaak van de in deesen Jaare meer verstrekte provisien aan een grooter getal Slaven, mitsg:s principalijk, om dat men tot de noodige winter kleederen, geen pijlaken aan handen heeft gehad, en daar door genoodzaakt is geweest, tot het maken derselve Carsaaijen in te koopen, invoegen deese reecq: meer bedraagt	d:o 3044:09:08:
'T Hospitaal, Staat in dit jaar, uijt hoofde van de verteerde heele gagie der daar in geleegen hebbende impotenten te vooren, eene Somma van ƒ15543:15: en met de in den voorleden Jaare overgeschotene ƒ23629:15: een bedragen van ƒ39173:10
Reekening van Condemnatie en Confiscatie, Sommeert thans zoo veel niet als a:o pass:o door de in dit jaar verstrekte mindere provisien aan een geringer aantal van twee á drie Banditen alhier		d:o 77:03:08:
Onkosten van Chaloupen en mindere vaartuijgen, beloopen meede minder ter oorsaak van het meerder bedragen in 't gepasseerde Jaar, van de gedaane timmeragie aan een veel grooter Landsboot met een toegestreeken dek, als aan de geene die in dit jaar is getimmert geworden		d:o 3662:05:08:
Scheeps Soldijen bedragen in teegendeel dit jaar meerder, door de meer verteerde guastos in 't hospitaal, als meede de verstrekte goede maanden aan 't volk op de hoeker &:a	d:o 4610:05:-:
Soldijen aan Land Sommeeren daar en teegen in dit Jaar minder, ter oorsaak van de in 't gepasseerde jaar verstrekte monteering aan 't guarnisoens volk benevens de meer verstrekte goede maanden en Subsidie Costpenningen ter Somma van	ƒ14467:19:-
waar van egter weder afgaan 't geen de verteerde guastos, en 't soek gebragte beddegoed, dit Jaar wederom meer bedragen als a:o pass:o	d:o 6880:18:08:
			d:o 7587:-:08:
Somma		ƒ8177:04:-:	ƒ20941:19:08:

So als ook uijt het voorseijde vertoog is komen te blijken, dat de suijvere winsten en ‘S Lands inkomsten, hebben bedragen als volgt, namentlijk.

	d' A:is 1770/71	A:is 1769/70
Winsten	ƒ2016:14:08:	ƒ157556:11:08:	ƒ9402:15:08:	ƒ151399:07:08:
'S Lands inkomsten	d:o 155539:17:-:		d:o 141996:12:-:

	d' A:is 1770/71	A:is 1769/70
Winsten	ƒ2016:14:08:	ƒ157556:11:08:	ƒ9402:15:08:	ƒ151399:07:08:
'S Lands inkomsten	d:o 155539:17:-:		d:o 141996:12:-:

Sulx de winsten dit jaar ƒ7386:1:- minder dan A:o pass:o hebben afgeworpen, het geen ten principaale is voortgevloeijt, doorde minder verkogte Coopmanschappen, als meede dat ‘er vrij meer Leijfeijgenen gestorven, mitsg:s Runderen en ander beestiaal verrekt zijn.

Terwijl daar en teegen ‘S Lands inkomsten ƒ13543:5: meerder komende te monteeren, Sulx hoofdsakelijk is gecauseert, door de meerder ingekoomene agterstallige thiendens, mitsg:s Recognitie penningen en geleeverde runderbeesten, van de Leenplaatsen, gelijk ook weegens betaalde Transport en Costgelden door eenige met ‘S E Comp:s Scheepen van hier vertrockene persoonen, voorts dat de pagten, deesen Jaare hooger als a:o pass:o geloopen, en meerder Zegels dat in den afgeweekenen Jaare, verkogt geworden zijn.

En is ten deesen belange voorts verstaan, dat met het Sluijten der negotie boeken zal werden voortgevaaren.

Waarna door d’ E: E:s keldermeester en Dispencier Pieter Hacker en Adriaan van Schoor, mitsg:s den pakhuijsmeester Petrus Ludovicus le Sueur, ingediend zijnde de volgende versoek Schriften.

Aan den E: Agtb: Heer M:r Joachem van Plettenberg, Gezaghebber deeses Gouvernements, beneevens den E: Agtb: Raad van politie.

‘E: E: Agtb: Heer en Heeren.’

‘Den ondergeteekende keldermeester, versoekt Seer Eerbiedig, aan Uwe Wel Ed: agtb: dat aan hem mag valideeren, de hier onder gespecificeerde afschrijving, te weeten.’

‘

2279:	Cann: aracq op 22797: Cannen, dewelke onder dato deeses restant verblijven a 10 pC:to
32330 1/2	d:o Caabse wijn op 323305 1/2 Cann: dewelke onder dato deeses meede restant verblijven a 10 pC:to
51:	d:o Caabse Brandewijn, op 519 Cann: dewelke onder dato deeses insgelijx restant verblijven a 10 pC:to

‘

2279:	Cann: aracq op 22797: Cannen, dewelke onder dato deeses restant verblijven a 10 pC:to
32330 1/2	d:o Caabse wijn op 323305 1/2 Cann: dewelke onder dato deeses meede restant verblijven a 10 pC:to
51:	d:o Caabse Brandewijn, op 519 Cann: dewelke onder dato deeses insgelijx restant verblijven a 10 pC:to

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede hoop Ult:o aug:s 1771’

’/:was geteekend:/ P: Hacker.’

‘Den E: agtb: Heer M:r Joachim van Plettenberg. Gezaghebber deeses Gouvernements, benevens den E: agtb: Raad van politie, word Eerbiedig versogt, dat aan den ondergeteekende Dispencier, mag werden toegestaan, d’ ordinaire afschrijving van d’ onderstaande goederen, dewelke door Spillagie, Leccagie, aanslaan der muuren als andersints, onvermijdelijk in een Jaar komen t’ ontstaan, namentlijk.’

‘

485 1/4	mud: Tarwe, op 18935 3/8 mud: als
	319 7/8 mud: op 10663 mud: over 't Jaar geleegen, 3: pCt:o
	165 3/8 d:o d:o 8272 3/8 d:o binnen 't Jaar geleegen, 2: pCt:en
35 1/8	mud: Garst op 1921 mud:, als
	25 3/4 mud op 1292 1/2 d:o over 't Jaar 2: pCt:oo
	9 3/8 d:o d:o 628 1/2 d:o binnen d:o 1 1/2 d:o
5 1/2	mud: Rogh op 209 5/8 mud: te weeten
	3 7/8 mud op 128: 7/8 mud:, over t Jaar 3 pCt:o
	1 5/8 d:o d:o d:o 80 3/4 d:o binnen d:o 2: d:o
2:	mud: gemeene gordt op 133 1/4 mud:, te weeten
	-1/4 mud op 14 7/8 mud: over 't Jaar 2: pCt:
	1 3/4 d:o d:o 118 3/8 d:o binnen d:o 1 1/2 d:o
-7/8	mud: fijne gordt, op 63 3/4 mud:, als.
	-1/8 mud op 6 3/8 mud over 't Jaar 2 pCt:o
	-3/4 d:o d:o 57 3/8 d:o binnen d:o 1 1/2 d:o
36 7/8	mud: boonen, op 739 1/4 mud, Sijnde 5 pCt:oo
16 7/8	d:o Erweeten d:o 843 7/8 d:o over t Jaar 2 d:o
12171	lb Rijst op 405703 lb, zijnde 3 pCt:o
1369	d:o Beschuijt op 88433 d:o te weeten
	175 lb op 8770 lb, over 't Jaar 2 pCt:o
	1194 d:o d:o 79663 d:o binnen d:o 1 1/2 d:o
211	lb poederzuijker op 10552 lb, zijnde 2 pCt:o
6:	lb Candij zuijker op 320 lb, zijnde 2: pCt:o
10 1/4	d:o Hop, op 1029 lb, Sijnde 1 pCt:o
30 1/2	d:o Peeper d:o 1359 d:o over 't Jaar 2 1/4 d:o
29 1/2	d:o gaarn Catoene op 2057 lb, als
	18 lb op 903 1/2 lb over 't Jaar 2: pCt:o
	11 1/2 d:o d:o 1153 1/2 d:o binnen d:o 1 d:o
7:	lb wax, op 266: lb over 't Jaar 3 pCt:o
46:	d:o waxCaarsen op 1625 lb, te weeten
	44 lb op 1483 lb over 't Jaar 3 pCt:o
	2 d:o d:o 142 d:o binnen d:o 2 d:o
38	lb zeep op 1942 lb, Sijnde 2 pCt:o
44 1/10	Cann: Olijven Olij, op 883 Cann:	over 't jaar 5 pCt:o
68 3/5	d:o Clappus d:o d:o 1372 1/2
132 9/10	d:o Lijn d:o d:o 2658 1/2 d:o
138 9/10	d:o Traan d:o 2779 1/2 d:o

‘

485 1/4	mud: Tarwe, op 18935 3/8 mud: als
	319 7/8 mud: op 10663 mud: over 't Jaar geleegen, 3: pCt:o
	165 3/8 d:o d:o 8272 3/8 d:o binnen 't Jaar geleegen, 2: pCt:en
35 1/8	mud: Garst op 1921 mud:, als
	25 3/4 mud op 1292 1/2 d:o over 't Jaar 2: pCt:oo
	9 3/8 d:o d:o 628 1/2 d:o binnen d:o 1 1/2 d:o
5 1/2	mud: Rogh op 209 5/8 mud: te weeten
	3 7/8 mud op 128: 7/8 mud:, over t Jaar 3 pCt:o
	1 5/8 d:o d:o d:o 80 3/4 d:o binnen d:o 2: d:o
2:	mud: gemeene gordt op 133 1/4 mud:, te weeten
	-1/4 mud op 14 7/8 mud: over 't Jaar 2: pCt:
	1 3/4 d:o d:o 118 3/8 d:o binnen d:o 1 1/2 d:o
-7/8	mud: fijne gordt, op 63 3/4 mud:, als.
	-1/8 mud op 6 3/8 mud over 't Jaar 2 pCt:o
	-3/4 d:o d:o 57 3/8 d:o binnen d:o 1 1/2 d:o
36 7/8	mud: boonen, op 739 1/4 mud, Sijnde 5 pCt:oo
16 7/8	d:o Erweeten d:o 843 7/8 d:o over t Jaar 2 d:o
12171	lb Rijst op 405703 lb, zijnde 3 pCt:o
1369	d:o Beschuijt op 88433 d:o te weeten
	175 lb op 8770 lb, over 't Jaar 2 pCt:o
	1194 d:o d:o 79663 d:o binnen d:o 1 1/2 d:o
211	lb poederzuijker op 10552 lb, zijnde 2 pCt:o
6:	lb Candij zuijker op 320 lb, zijnde 2: pCt:o
10 1/4	d:o Hop, op 1029 lb, Sijnde 1 pCt:o
30 1/2	d:o Peeper d:o 1359 d:o over 't Jaar 2 1/4 d:o
29 1/2	d:o gaarn Catoene op 2057 lb, als
	18 lb op 903 1/2 lb over 't Jaar 2: pCt:o
	11 1/2 d:o d:o 1153 1/2 d:o binnen d:o 1 d:o
7:	lb wax, op 266: lb over 't Jaar 3 pCt:o
46:	d:o waxCaarsen op 1625 lb, te weeten
	44 lb op 1483 lb over 't Jaar 3 pCt:o
	2 d:o d:o 142 d:o binnen d:o 2 d:o
38	lb zeep op 1942 lb, Sijnde 2 pCt:o
44 1/10	Cann: Olijven Olij, op 883 Cann:	over 't jaar 5 pCt:o
68 3/5	d:o Clappus d:o d:o 1372 1/2
132 9/10	d:o Lijn d:o d:o 2658 1/2 d:o
138 9/10	d:o Traan d:o 2779 1/2 d:o

’/:onderstond:/’

‘Int Casteel de goede Hoop’

‘Ult:mo aug:s 1771.’

’/:was Geteekend:/’

‘A: v: Schoor.’

Aan den E: Agtb: Heer M:r Joachim van Plettenberg, Gezaghebber deeses Gouvernements, beneevens den E: agtb: Raad van Politie.

‘E: Agtb: Heer en Heeren’

‘Den ondergeteek:de Pakhuijsmeester, versoekt Seer Eerbiedig, dat aan hem mag werden toegestaan, d’ ordinaire afschrijving op de hier onder te noemene goederen, geduurende dit afgeweeken Boekjaar, onvermijdelijk gevallen, bestaande in ‘t volgende, namentlijk.’

‘

Cramerijen
20	lb allwijn op 681 lb over 't Jaar geleegen hebbende a 3: pCt.
16 3/4	lb Lym op 338 lb	a 5 pCt:o
10 3/4	d:o Styfsel d:o 215 d:o
Loot
6 3/4	lb Plat op 5468 lb	a 1/8 pCt:o
4	d:o Schuijt d:o 3226 d:o
Cooper.
4 3/8	lb gesort: op 3553 1/4 lb a 1/8 pCt:o
Yzer.
1385	lb gesort: op 92375 lb, over 't Jaar geleegen hebbende a 1 1/2 pCt:o
Staal
12 1/2	lb op 839 1/2 lb over 't Jaar gelegen hebbende á 1 1/2 pCt:
Spykers
262	d:o gesort: yzere op 17472 d:o d:o d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o
Verwen
56	d:o d:o grove op 1875 lb d:o d:o d:o d:o d:o 3 d:o
Tabak
12 1/2	d:o op 428 lb d:o d:o d:o d:o d:o 3 d:o
Speseryen
-3/4	lb nooten op 82: lb	á 1 pCt:o
-3/4	d:o nagelen d:o 80 3/4 d:o
1 1/2	d:o Fouly d:o 142 1/4 d:o
-7/8	d:o Canneel d:o 91 7/8 d:o
Coffij boonen.
5 1/2	lb op 261 lb a 2 pC:to

‘

Cramerijen
20	lb allwijn op 681 lb over 't Jaar geleegen hebbende a 3: pCt.
16 3/4	lb Lym op 338 lb	a 5 pCt:o
10 3/4	d:o Styfsel d:o 215 d:o
Loot
6 3/4	lb Plat op 5468 lb	a 1/8 pCt:o
4	d:o Schuijt d:o 3226 d:o
Cooper.
4 3/8	lb gesort: op 3553 1/4 lb a 1/8 pCt:o
Yzer.
1385	lb gesort: op 92375 lb, over 't Jaar geleegen hebbende a 1 1/2 pCt:o
Staal
12 1/2	lb op 839 1/2 lb over 't Jaar gelegen hebbende á 1 1/2 pCt:
Spykers
262	d:o gesort: yzere op 17472 d:o d:o d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o
Verwen
56	d:o d:o grove op 1875 lb d:o d:o d:o d:o d:o 3 d:o
Tabak
12 1/2	d:o op 428 lb d:o d:o d:o d:o d:o 3 d:o
Speseryen
-3/4	lb nooten op 82: lb	á 1 pCt:o
-3/4	d:o nagelen d:o 80 3/4 d:o
1 1/2	d:o Fouly d:o 142 1/4 d:o
-7/8	d:o Canneel d:o 91 7/8 d:o
Coffij boonen.
5 1/2	lb op 261 lb a 2 pC:to

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop, Ult:mo Aug:s 1771 /:was geteekend P:L: Lesueur’

Soo is na dies Lectuure goedgedagt, om de daar bij aangehaalde en op derselver administratien gevallene minderheeden, als de gepermitteerde pCt:os niet excedeerende, te laaten valideeren, en dienvolgens bij de voorsz: negotie boeken deeses Gouvernements, te doen afschrijven.

Ende ten aansien volgens d’ opgave des E: Equipagiemeesters Rijzik, tot het kielen van Damzigt , noodwendig diend te werden geEmploijeert, een Schip van ‘t Selfde Charter als evengem: bodem, te weeten, van 150 v:ten en dat de Seedert het expireeren van ‘t winter Saijzoen hier ter rheede aangelande, mitsg:s bereijts naar Batavia vertrockene Scheepen Blijenburg en den Tempel , om derselver mindere Charter van 136 v:tn, dienvolgens daar toe niet hebben kunnen dienen; is dierhalven beslooten als nu daar toe t’ emploijeeren het aanweesend uijtkomend Schip Vreedenlust welken bodem dan met d’ eerste goede gelegendheijd ten fine voorsz: naar de Saldanhabaaij zal afgezonden, en de Sorge van het doen kielen van meerm: bodem Damzigt , mitsg:s om ten dien belange op alles de noodige ordres te Stellen, aan den Schipper van het bovengem: schip Vredenlust , Willem Silvester, opgedraagen werden, aangesien voorm: E: Equipagiemeester Rijsik, uijt hoofde van desselfs indispositie, thans daar toe niet kan vaceeren, waar van aan d’ overheeden van Damzigt , bij missive de vereijschte kennisse zal werden gegeeven: terwijl laatstelijk nog verstaan is, den Baas der Scheepstimmerlieden van ‘S Comp:s werf alhier Philip van den Bergh insgelijz met het geciteerde Schip Vredenlust Baijwaarts te laaten vertrecken.

Vervolgens door den E: Coopman en keldermeester Pieter Hacker nevens den oud onderCoopman Jan fredrik Tiemmendorf, in qualité als Executeurs des Testaments van wijlen den Edelen Heere Gouverneur deeser plaatse Rijk Tulbagh versogt zijnde, om in plaatse der geordonneerde borgtogt van Rijxd:s 10‘000, te mogen volstaan met geduurende den tijd van vier jaaren, onder zig te blijven aan houden, zoo veel der nog uijtstaande penn: ofte andere Effecten van wijlen zijn Edele, soo is verstaan sulx t’ accordeeren.

Sijnde wijders aan den oud Burgerraad Petrus Johannes de wit, op desselfs diesweegens in Scriptis gedaan Supplicq in Eygendom verleend, Seekere veeplaats, die hij al eenige jaaren van d’ E: Comp:ne in leening heeft beseeten gehad, genaamt keert de koe , geleegen aan de zogenaamde Oliphants kop aan de blaauwe berg onder dit Caabse district, ende Sulx ter groote van Sestig morgen netto; onder Conditie, dat behalven, een erkentenisse van Tagtig Rijxd:s, door hem als bevoorens de Recognitie van 24: Rijxd:s ‘S Jaars, in ‘S Comp:s Cassa zal moeten werden voldaan.

Soo als ook aan den Burger Joseph Wolmerans, hier om al meede bij geschrifte versoek doende, voor den Tijd van Vijfthien jaaren, in Erfpagt is uijtgegeeven, een Stuk bouwland, geleegen onder dit Caabse District in de Tijgerbergen , bij desselfs oude landen plaats, genaamt het oude westhoff , groot twaalf morgen, mits daar voor Jaarlijx de gewoone Recognitie van een halve rijxd:r voor ijder morgen, in voorsz: Cassa der E: Comp: ne werde betaald.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 320-343.

Dingsdag den {17711210} 10: Decbr: 1771.

‘S voormiddags alle present, uijtgenomen den Heer Major Hendrik van Prehn en E: Equipagiemeester Jacob Rijzik.

Wierd door den Heer Gezaghebber geCommuniceerd, dat op gepasseerde Dingsdag den 3: deeser door den Coopman en Secretaris deeses raad d’ E Oloff martini Bergh, in zijn qualiteijt als p:l Fiscaal, aan zijn E: gerapporteerd zijnde, dat aan hem was voorgekoomen, dat op het in dato 2: deeser alhier gearriveerde frans Conings Schip le Mascarin , eenige persoonen geduurende de reijze dier kiel van Mauritius herwaards, door de kindersiekte aangetast geworden zijnde, als nog daar aan zoude laboreeren, hij Heer Gezaghebber op dit bekoomen Berigt, defacto de vaceerende Leeden, met den Secretaris des Raads van Justitie hadde geCommitteerd, om neevens den opperChirurgijn Pieter Domus en den burger practisijn Honoratus Mainier, zig te vervoegen aan boord van het ged: Schip le mascarin , ten eijnde dies aangaande, op het naauwkeurigste ondersoek te doen, en dat Sulx door ged: Commissie volbragt zijnde, deselve van hunne bevinding aan zijn Ed: hadden overgeleeverd, het volgende Schriftelijk Rapport.

Aan den Wel Edelen Agtb: Heere M:r Joachim van Plettenberg, Gezaghbebber des Gouvernements van Cabo de goede Hoop, met den ressorte van dien &:a &:a

‘Wel Edele Agtb: Heer!’

‘Uwer wel Edele Agtb: Seer onderdanige Dienaaren, de ondergeteekende Leeden beneevens den Secretaris van den E: Agtb: Raad van Justitie, in voldoening Uwer wel Edele agtb:s Seer g’ Eerde ordre, geadsisteerd door den opperChirurgijn der E: Comp:ne Pieter Domus en Burger practisijn, Honoratus Mainier, hun heeden in den voordemiddag begeeven hebbende, aan boord van ‘t op gisteren ter deeser rheede gearriveerde frans Conings schip le Mascarin , geCommandeert werdende, door den Capitain Mons:r Marion du Fresne, ten fine exactelijk te ondersoeken, of zig binnen dien Bodem, naarvolgens de ontstaane gerugten, ook eenige Contagieuse Siekte, t zij van kinderpokjes ofte andersints quam te bevinden, zoo hebben d’ ondergeteekendens aan gem: Mons:r Marion du Fresne, naar aan denselven de oorsaake hunner komst aan boord, opengelegd te hebben, in den naam Uwer Wel Edele Agtb: ernstelijk afgevraagd: of zig aan boord van gem: Schip le mascarin , eenige besmettelijke en præcautie vereijschende Siekte bevond, en zoo Ja! dat d’ ondergeteek:ds daarvan in ‘t Seekere onderregt werden, mitsg:s occulaire inspectie hebben mogten, en door voorsz: Mons:r Marion, daar op essentieelijk ten antwoord bekomen: dat voor zoo verre hem bewust was, binnen den door hem gevoerd werdenden Bodem, geene Contagieuse siekte regeerde, en dat ofschoon waar quam te zijn, dat ‘er eenige persoonen een uijtslag gehad hadden; Sulx egter reets twintig dagen voor hun arrivement alhier was geweest, mitsg:s dat ‘tselve volgens het aan hem, door zijn Medicijn gedaane Rapport, geene aansteekende Siekte, nog ook geene kinderpocken, maar Slegts een geringen soort van uijtslag geweest zijnde, die mannen thans wederom hersteld waaren, met bijvoeging, dat hij Mons:r Marion bereijd was, Sijne geheele Equipagie, man voor man, voor de ondergeteekendens te laaten passeeren, en door de bijde ondergeteek:ds zijnde geneeskundige doen bezigtigen; welke presentatie door d’ ondergeteek:ds geamplecteerd weesende, heeft gem: mons:r Marion opstonds desselfs monsterrol doende leesen, zijn geheele Scheepsvolk, zoo wel als eenige wijnige binnen dat Schip hun bevindende madagasCarsse Slaven, den eenen naar den anderen, voor de ondergeteek:ds laaten passeeren, Sonder dat zig iemand onder deselve bevond, die de minste Sweem naar eenige Siekte had.’

‘Dan dewijl gerepte mons:r marion verders Seijde dat de persoonen dewelke met de voorsz: uijtslag behebt geweest waaren, zig tusschen Deks bevonden, hebben d’ ondergeteek:ds hun naar beneeden begeeven, en deselve niet alleen besigtigt, maar door de bovengem: practisijns meede doen visiteeren; als wanneer bevonden wierd, dat die persoonen ingevolge de aan hun nog gezien wordende versche Lid teekenen, re vera; de kinder pokjes, edog een seer goede soort gehad hadden, en reets wederom hersteld waaren, zijnde ten dien opzigte door den franssen Medicijn aan de ondergeteek:ds verseekering gedaan, dat dewijl die uijtslag Sonder eenige voorafgegaane toevallen, Schielijk voortgekomen, en naar verloop van Seeven dagen wederom afgeschilvert was, hij, die de kinder pokjes nimmer gehad hadde, ‘t Selve voor eenige Soort van uijtslag had aangesien, en niet voor kinderpokjes; invoegen Sulx ook de waare reedenen waaren, waarom zijl: bij de komst ter deeser rheede aan bovengem: oppermeester Domus, wanneer denselven gevraagd had: of op hunnen bodem Sig ook eene Contagieuse Siekte, kinder pokjes ofte andere qualen bevonden, geantwoord hadden van neen!’

‘Naar dat de ondergeteek:ds alle ‘t voorsz: Staande gezien en bevonden hadden, is door hun aan den Cap:tn mons:r Marion geCommuniceerd geworden, de reets voor veele jaaren ten belange van binnen boord der hier aankomende Scheepen grasseerende besmettelijke Siektens genoomene besluijten en beraamde præcautiën, mitsg:s dat ingevolge derselve, alle de kooij goederen en kleedagien, die de geinfecteerde ofte herstelde persoonen toequamen of deselve aan hun Lichaam gehad hadden, over boord geworpen, en met behoorlijke Swaarte voorsien, in zee versonken werden moesten; met begeerte, dat zulx mitsdien op dit frans Schip meede gedaan werden moest, waar toe dan gem: Mons:r Marion, niet alleen bereijd was, maar ook de plunderagies, en ‘t gunt die herstelde Scheepelingen aan hun Lijf gehad hadden, op Staandevoet te Samen deed packen, over boord in zee werpen en te gronde versinken.’

‘Waarmeede de ondergeteekendens verhopende aan de g’Eerde intentie Uwer Wel Edele Agtb: en de besluijten van ‘S Lands Regeering voldaan te hebben, de vrijheijd neemen, deesen te laaten dienen voor Eerbiedig Rapport, en teffens met de uijtterste hoog agting blijven.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele agtb: Heer, Uwer wel Edele agtb: Seer onderdanige gehoorsame Dienaaren.’

’/:was geteekend:/’

‘Otto Lud:r Hemmij, L:C: Warneck’

’/:Laeger:/’

‘Mij present /:en geteekend:/ C:L: Neethling Secret:s’

’/:in margine:/’

‘Cabo de goede Hoop den 3 Decbr: 1771.’

Uijt den Inhoude van welk rapport, dan is komen te blijken, dat zoo door het cesseeren dier Siekte onder de Scheepelingen van voorm: franssen bodem, als door de gebruijkte voorsorge, met het over boord werpen van alles, waardoor de besmetting alhier aan de wal zoude kunne werden overgebragt, diesweegens onder Godes hulpe geen gevaar te dugten is; maar nademaal men in ‘t Seekere geinformeerd is, dat niet alleen bij het vertrek van Mauritius , der laatste van daar ter deeser plaatse gearriveerde fransse Scheepen, de voorsz: gevaarlijke kindersiekte op dat Eijland nog was grasseerende, maar dat ‘er ook in ‘t korte, nog diversse Scheepen van daar herwaards Stonden te vertrecken; Soo is ten eijnde zoo veel mogelijk voor te koomen, de onheijlen die andersints daar van met reeden te dugten zijn, op de propositie des Heer gezaghebbers noodzakelijk geoordeeld en dienvolgens beslooten: dat den E: Equipagiem:r Jacob Rijzik, of den geenen die bij desselfs absentie of indispositie tot het opneemen van een aankomend vreemd Schip of Scheepen zal zijn afgezonden, bij verschijning van een frans Schip, ‘t zij direct van mauritius dan wel over Bourbon ditheen gesteevend, den Capitain van dusdanig Schip de facto uijt naam deeser Regeering sal hebben te gelasten, niemand van boord aan land, of naar een ander ter rheede leggend Schip van wat natie deselve mogte sijn, te senden, ter tijd toe het Schip behoorlijk zal weesen gevisiteerd.

Dat wanneer men vervolgens bij aan land komst des Equipagiemeesters zal verwittigt zijn, dat het gearriveerde Schip is komende van een der bovengem: plaatsen, zig als dan onmiddelijk daar op naar hetselve zullen begeeven, de twee Vaceerende Leeden van Justitie met den Secretaris, mitsg:s de opper chirurgijns Coenraad nelson, en Pieter Domus, wanneer door voorsz: Justitieele Commissie van den Capitain zal moeten werden afgevordert, de Rolle zijner Equipagie volgens dewelke, deselve voor hun man voor man zullen moeten doen passeeren ten eijnde deselve niet alleen door de beijde opperChirurgijns te doen bezigtigen, maar ook, om door deese monstering te beeter te kunnen ervaren, welke ‘er van deselve impotent mogten Sijn, die dan voornamentlijk meede ten hunnen overstaan, op de Exacste wijze Sullen werden gevisiteerd.

dat de visitatie in deeservoegen volbragt zijnde, wijders ook Sal moeten werden afgeeijscht het Journaal van den Chirurgijn Major, die aan Land zal moeten werden gebragt, ten eijnde daar uijt nader te ondersoeken, of en welke Siekte ‘er binnen Scheepsboord mogte zijn geweest.

dat voorts de Slaven die zig op dusdanig Schip of Scheepen Sullen bevinden insgelijx op de naauwkeurigste wijze zullen moeten werden bezigtigt.

Van al het welke meerm: Commissie vervolgens aan den Heer Gezaghebber behoorlijk rapport zal moeten doen, ten eijnde als dan door zijn Ed: Sodanige nadere ordres omtrent het gearriveerde Schip Sal kunnen werden gesteld, als de omstandigheeden der zaaken zullen komen te vereijsschen.

Vermits den burger Paulus Janssen, die mits zijn Slegt leevensgedrag, al lang in ‘t oog geloopen heeft, zig nu bovensdien Seer Suspect heeft gemaakt, met uijt den Boedel van seekere overleedene vrij Swartin in naame Aurora van Rio de la goa eenige Contante penn: te hebben t’ Soek gebragt, voor en al eer den Boedel door Weesmeesteren was geinventariseert, dog waar van de bewijzen niet Convincant genoeg zijn, om denselven diesweegens voor den Raad van Justitie te doen Actioneeren, is dierhalven best geoordeeld, gem: Paulus Janssen, na dictame der aan hem verleende vrijbrief, voor matrtroos met ƒ9- ter maand in dienst der E: Comp:ne te trecken, en indiervoegen met een der ter rheede leggende Scheepen, naar Batavia te versenden.

Sijnde wijders na Resumptie van d’ ingediende nominatiën der resp: Collegiën, zoo hier aan Cabo, als in de buijten districten, gedane Electie van Ouderlingen geapprobeert, en verders uijt het dubbeld genomineerd getal, tot Diaconen verkooren, de volgende persoonen, te weeten.

In de kerk hier aan Cabo.

Jan Serrurier tot ouderling, in plaatse van den afgaanden Johannes Meinderts Cruijwagen.

Carel Albregt Haupt, en George Christiaan Maasdorp tot Diaconen voor de uijtgediende Hendrik Pieter Möller en Jan Coenraad Gie.

In de Stellenbossche kerk.

Abraham Faure tot ouderling in Steede van Johannes Jacobus Conterman; en tot Diacon Johannes Casparus Groenewald, in plaatse van Philip Wouter de Vos.

In de kerk van Drakensteijn

Thomas Arnoldus Theron tot ouderling. Jacob de Villiers Jansz., en Jan du Preez tot Diaconen den Eersten in plaatse van Roelof van der Merwe, ende andere twee voor Isaac Nel en Jeremias Coetser.

In de kerk in ‘t Land van Waveren .

Jan Theron tot ouderling in plaatse van Pieter Theron. Jacobus Hugot tot Diacon ter plaatsvullinge van Hendrik François Moller.

In de Swartlandse kerk.

Paul Retief tot ouderling in Steede van Pieter van der Bijl, en tot Diacon.

Andries Gobregt, voor den uijtgediende Johannes van Aarden.

Sullende voorsz: kerkenraaden wijders werden aangescrheeven, dat ‘er deesen Jaare geen Commissaris politicq na de buijten districten Staat af te gaan, en dat zij hier om zullen moeten bezorgen, dat de kerkelijke Reecq: haarer arme penn: bij tijds in gereedheijd gebragt en herwaards werden overgezonden.

Voorts zijn uijt de in dubbelen getalle genomineerde persoonen, om na Gebruijk in de onderstaande Collegiën dienst te doen, verkooren, als.

Tot Burgerraden.

Hendrik Oostwald Muller en Jacobus van der Spuij, in Steede der afgaande Andries Brink en Johannes van Sitterd.

Tot Weesmeesteren.

Jan Adolph kuuhl en Jacobus Alexander la Febre, ende Sulx ter plaatsvullinge van de af te treedene Gerhardus Hendrik Cruijwagen, en Johannes van Sittert.

Tot Commissarissen van Civiele en Huwelijx zaaken

Pieter Domus, en Hendrik le Sueur, in Steede van Jan arnout Bleumer en adam Gabriël Muller.

Tot Heemraden van Stellenbosch en Drakensteijn .

Hendrik Cloete, Jacobus Conterman, Thomas arnoldus Theron en Pieter Marais Danielsz: in Steede van Adriaan van Brakel, Josias de kock, Jan de Villiers d’ oude, en Roelof van der Merwe.

Tot Heemraden van Swellendam .

Hermanus Steijn, d’ oude, en Esaias Meijer Ezaiasz:, ter plaatsvullinge van d’ uijtgediende Jacobus Steijn en Gideon van Zeijl.

Sijnde laatstelijk den Brandmeester Jan Hendrik Gintsenberg, op zijn hierom gedaan versoek, ende ter Consideratie van desselfs hogen ouderdom, van ‘t waarneemen dier functie ontslagen, mitsg:s in Steede van denselven, wederom tot brandmeester aangesteld, den burger Daniel van Reenen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 344-348.

Dingsdag den {17711217} 17: Decbr: 1771.

‘S voormiddags alle present behalven den E: Equipagiemeester Jacob Rijzik, bij Indispositie.

Syn op heeden in vergaderinge met attentie gerevideert, de Negotie boeken deeses Gouvernements van ‘t Jongst gepasseerde Boekjaar, met ende beneevens het Rapport der tot derselver Examinatie gesteld geweest zijnde Leeden deeses Raads d’ E. E:s Pieter Hacker en Dirk Westerhoff, uijt dewelke is koomen te blijken, dat in deselve boeken niet alleen alle posten van ongelden en andere afschrijvingen met de diesweegens verleende ordonnantiën accordeeren, maar dat ook buijten dien, geen afschrijvingen zijn gedaan geworden; Terwijl uijt het meede ingediend Rapport van d’ E E: Pieter Hacker en Adriaan van Schoor als geCommitteerde Examinateurs der Soldij Boeken, is koomen te Consteeren, dat deselve Boeken in de vereijschte forme, navolgens de Ordre der E: Comp:ne gehouden, d’ afbetaaling aan de dienaaren, na behooren uijtgereykt, mitsg:s de belastingen daarvan, bij de negotie Boeken indiervoegen afgeschreeven zijn, als in’t voorsz: Rapport Specificq is aangetoond, en laatstelijk dat door den zoldij Boekhouder als Curator ad lites, omtrent het inventariseeren, verkoopen en inboeken der nalatenschappen van de Dienaaren der E: Comp:ne, mitsg:s het in Cassa tellen van dies volle bedragen ter Somma van Rijxd:s 1692:37: ofte ƒ4062:13: Holl:, in alles Conform d’ ordres van haar Wel Edele groot Agtb: de Heeren der hooge Indiasche Regeering is gehandelt geworden; Weshalven verstaan is, dat de meerm: negotie en zoldij Boeken volgens usantie zoo naar ‘t vaderland als Batavia, en het geciteerd Rapport, ten opzigte van dies Examinatie, daar en booven aan welgem: Heeren der hooge Indiasche Regeering, zullen werden overgezonden.

Sijnde voorts naar Lectuure der diesweegens ingediende requesten, de Soldaaten Jan Langenberg van Utrecht en Jacob Lierman van Lunenburg, op hun ootmoedig versoek, ende ter Consideratie dat deselve hoog van Jaaren zijnde, zyl: bovensdien d’ E: Comp:n langen tijd gediend, en nu buijten Staat zijn hun dienst langer naar behooren te presteeren, oversulx Conform ‘S E: Comp:ns ordres met Seeven guldens ter maand gegageert.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 349-354.

Vrijdag den {17711227} 27: Decemb: 1771.

des voormiddags alle present behalven den E: Equipagiemeester Jacob Rijzik, mits indispositie.

Op gisteren over den Landweg uijt de Saldanhabaaij ontfangen sijnde een missive van den Schipper van het Schip Vredelust Willem Silvester, neevens een Rapport, door hem mitsg:s de officieren, zoo van desselfs onderhebbenden bodem als die van Damzigt , desgelijx door den Baas der Scheeps Timmerlieden van ‘S Comp:s werf alhier Philip van den Bergh, neevens d’ oppertimmerlieden van beijde de Scheepen geteekend, mitsg:s onder den 23 deeser gedateerd, behelzende: dat na dat de gebreeken die zig aan de bakboord Sijde der kiel hadden bevonden, ten besten doenlijk verholpen geworden waaren, het Schip vervolgens over evengem: bakboord zijde gewonden weesende, de Schaade der kiel aan Stuurboord zijde van vrij meerder belang bevonden was, nademaal de kiel niet alleen over ‘t geheel beschadigt quam te zijn , maar ook alle de bouten krom en omgeboogen lagen, dermaaten, dat sommige derselve 2: à 3 d:m door het Schip heen Staken en dat uijt dien hoofde gevreesd wierd, dat bij een Swaare beweeging van’t Schip, deese bouten zouden kunnen koomen los te werken en een ontsetting in de Lassen veroorsaaken, het geen in zee gebeurende, niet zoude te verhelpen zijn; om welke reedenen door voorm: Schipper Silvester bij desselfs geciteerde Missive versogt werd, dat ten eijnde gem: gebreeken neevens hem nader te bezigtigen, geCommitteerdens baaijwaarts mogten werden gezonden: soo is na lectuure van meerm: Missive, en het daarneevens overgezondene Rapport, verstaan, de Schippers der hier ter rheede leggende Scheepen Schagen en Zuijdbeveland , Leendert van Coopstad en Lambertus Arnout Halfman te Committeeren, om zig ten Spoedigsten over den Landweg naar de Saldanhabaaij te begeeven, ten eijnde met ende neevens voorwaartsgemelde Schipper Silvester en Baas van den Berg, en ten overstaan der overheeden en Scheeps timmerlieden van Damzigt , de voorsz: gebreeken en wel bijzonderlijk die, dewelke Sig aan Stuurboord Sijde der kiel van ged: Bodem koomen te bevinden, Exact gevisiteerd hebbende, vervolgens met elkanderen t’ overleggen, op wat wijze deselve gebreeken op de best doenlijxte wijze wederom zouden kunnen werden gerepareerd.

En is wijders den Soldaat Jan Hendrik Schrader uijt aanmerkinge dat hij den ouderdom van 60 jaaren bereijkt, en d’ E: Comp:ne ten naasten bij 20: Jaaren gediend hebbende, tegenwoordig buijten Staat komt te Sijn, zijn dienst langer Soo als ‘t behoord waarteneemen, dierhalven volgens d’ ordre, op zijn in Scriptis gedaan Supplicq, met Seeven guldens maandelijks gegageert.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd. In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 149, pp. 355-357.

Dingsdag den {17711231} 31 Decbr: 1771.

alle present, behalven den E: Equipagiemeester Jacob Rijzik door Indispositie.

Door den Heer Percheron, agent de marine zijner Aller Christelijke Majesteijt, versoek gedaan sijnde, dat Seekere vrouwspersoone in naame Sophi Caroline de Solemij, die met het aanweesend Schip Botland , onder de naam van Charl augustus de Solmij van Parijs als Soldaat uijtgevaaren, en vervolgens aan boord ontdekt geworden is, aan zijn E: mogte werden overgegeeven, ten eijnde deselve met het meede hier vertoevend naar Europa gedestineerde frans Schip le Brisson , aan haar familie in vrankrijk te rug te senden; zoo is verstaan het voorsz: versoek t’ accordeeren, onder Conditie egter, dat door gem: Heer Percheron alvoorens in ‘S E: Comp:s Cassa alhier werde voldaan, zodanig bedragen als bovengem: persoone, zoo wegens haar gemaakt Transport als andersints, aan d’ E: Comp:ne debet is.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd. In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] H: V: Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M. Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J:J: Le Suëur

[Signed:] D: Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij