Skip to content

C152 v1.20

C.152, pp 2-41.

Marginalias d’ A:o 1774

den 11: Januarij.

Resumptie der Seer geagte missive van haar Hoog Edelens tot Batavia, gedateerd 26:October pass:o.

Oorsaken, waarom men in’t afvaardigen der uijtkomende

Scheepen des voorl: jaars, niet allesints naar wensch heeft kunnen Reusseeren.

in welke ongeleegentheijd men zig daaromtrent heeft gevonden.

Sullende de Scheepen, in Cas als bezijden gem: met het bepaald getal van volk van hier gedepecheerd

en de gedane petitie van Tarwe en andere Producten, ten vollen voldaan werden.

het geordonneerde omtrent het versenden van Mauritius Ebbenhout na Neederland.

en het aangeschreevene ten opzigte van den herwaards

overgekoomenen Coopman van Echten, zal men pligtschuldig nakoomen.

Terwijl de op dit Gouvernement getrockene assignatiën, behoorlijk sullende werden voldaan.

Zal men, bij aldien tot het weeder Suppleeren derselve, eenig geld uijt de vaderlandsche Scheepen zal moeten werden geligt, daar van de verschuldigde kennisse geeven.

Resumptie der bevinding op de Negotie boeken deeses Gouvernements d’ A:is 1769/70

Zijnde, ingevolge het daarbij geordonneerde, den negotie Boekhouder gequalificeerd bij voorsz: Boeken een aparte Reecq: van’t nieuwe hospitaal te formeeren.

en daar op de neevens gem: Posten, zoo ten goeden als ten Lasten te brengen.

aan deese en geene Persoonen geaccordeert Sijnde, naar’t Vaderland te retourneeren.

is wijders aan den Repartrieerenden Sous Lieutenant Ernst toegestaan, met desselfs huijsvrouw en kinderen eenigentijd alhier over te blijven

Verleende permissie tot het versenden van twee kisten met kleederen en Linnen goed van wijlen den heer Independent Fiscaal van Pabst.

geaccordeerde aan de bezijdengen:de Persoonen, om ter obtenue der qualiteijt en gagie van onderCoopman aan die Heeren Seeventhienen requesten te mogen presenteeren.

dewelke met een favorabel voorschrijvens zullen werden geappuijeerd.

de geproduceerde Zoldij procuratiën ter ondersoek in handen van den E: Provisioneel Fiscaal gesteld.

‘S Landsboot Helena irreparabel bevonden zijnde, te doen Sloopen.

ingediende Lijsten van de Penn:, die tot het maken der nevensgem: nieuwe weegen, te Stellenbosch , Staan gefourneerd te werden.

Wat daar omtrent op versoek van Landdrost en Heemraden aldaar is beslooten.

Seeker kind en de bij hetselve op het Retourschip Juno gebleevene Slavinnen, vermits van deselve geen besmetting der kinderziekte te dugten is, aan Land te laaten koomen.

den 17 Januarij

hoeveel aan d’ overheeden van het advijs’ Schip de Vr ouwe Cornelia hillegonda , wegens de aangebragte aracq, op haare Zoldij Reecq:n te vergoeden

den 25 Januarij

Hoedanig dien Drank met d’ andere retourscheepen ontfangen, is uijtgeleeverd.

Sullende de Scheeps opperhoofden der bezijdengen:de kielen, voor het geene zijl: minder als het Reglement dicteerd, zijn te kort gekoomen, gecrediteerd.

dog die van Vreeburg , daar en teegen, voor het meerder tekort geschootene moeten belast werden.

de gepermitteerde kisten van twee Scheepelingen alhier te doen branden.

gelijk meede die der thans van hier te repatrieeren Staande onderChirurgijns

geaccordeerde aan den Coopmantitulair Velinguis, om een Slavinne na Neederland meede te neemen.

Wanneer het fluijtschip de Hoop te doen monsteren.

de neevensgem: uijt vreese van besmetting der kindersiekte, ten Robben Eijland geplaatste ballingen en Slaven, van daar te laaten opkoomen.

den 1 Februarij

Verpagting der Leverantie van versch vleesch en leevendige Schaapen ten behoeve Der E: Comp:ne

het welk voor vijf Jaaren, tegens drie duijten het pond versch vleesch en vier Schell: en vier Stuijvers ijder Leevend’ Schaap is aan besteed.

eenige invendible en onbequame goederen na’t Vaderland te rug te senden.

ter herwaards overkomste der Huijsvrouw van den Gezaghebber des hoekers de Zon , zal aan de Heeren Majores favorabel werden geschreeven.

Verleende permissie aan den Burger Frans Bouman, om met een der Retourscheepen naar Europa te Retourneeren.

Seekeren Slaven jonge voor de gevallene Instituele kosten, by d’ E: Comp:ne in eijgendom aan te neemen.

Resumptie van de Reecq:ge der arme penn: van de hier te lande zijnde Vijf kerken.

dewelke volgens gewoonte, in Copia naar’t Vaderland Sullen werden gezonden.

Terwijl aan ‘s Comp:s Dienaaren is vergund haare gagiën aan derselver gemagtigdens te mogen remitteeren.

den 17 Februarij

Lectuure van’t Request door den van Batavia herwaards gekoomenen oud onderCoopman Titulair Jan Hendrik Funk gepresenteerd.

Reedenen, waarom raadsaamst geoordeeld is, in desselfs Supplicq, om verder van hier na Neederland te vertrecken, voor als nog niet te bewilligen.

den 1: Maart

Op versoek van den Lieutenant de Lille zal aan de Camer Enkhuijsen over de betaaling zijner onvoldaan gebleevene Maandgelden favorabel werden geschreeven.

geaccordeerde aan den burger Augustus Schrijver, om met een der nog verwagt werdende Retourscheepen te repatrieeren.

Aanstelling van twee Brandmeesters, in stede der ontslagene.

Resumptie van de Reecq: der weesgelden onder den laatsten December des gepasseerden Jaars.

op het ingediend Rapport van d’ E E: van Schoor en Hemmij.

is verstaan de gemaakte Schicking weegens het gebruijk van’t Water dat van’t gebergte afkomt te approbeeren.

Sullende d’Eijgenaars der particuliere Tuijnen, hetselve niet anders, dan op de bepaalde wijze, uijt zijnen loop vermogen af te leijden.

Wat zijl: daaromtrent verpligt zullen zijn, in’t werk te Stellen en te observeeren.

Overeenkomst, door de burgers Rode en de Vries dienaangaande onderling te maaken.

Wanneer het water in desselfs Loop niet zal moogen werden gestremd.

gestelde pœnaliteijten voor degeene, die tegens de gemaakte bepaalingen Sullen koomen aan te gaan.

gedefereerde aan Burgerraden ten deesen Subjecte.

hoedanig op d’ Ingediende Consideratien, nopens het Dispuut der besijdengen:d persoonen over’t gebruijk van drinkwater ontstaan, is gedisponeerd.

het aanleggend en in Stand brengen der geprojecteerd nieuwe wegen tusschen het Casteel en het Ronde Bosje , aan den oud heemraad Melk sullende werden opgedragen.

Sullen Bergerraden dierhalven, de daar toe benoodigde penn: Successivelijk aan denselven moeten afgeeven.

benoemde geCommitt:s om met voorsz: Melk de noodige Schickingen te maken, op wat wijze dat werk t’onderneemen.

Wat verders omtrent het bekoomen der benoodigde klippen tot gedagte weegen, is beslooten.

den 8: Maart.

Reeden, waarom de neevensgem: quantiteijt Cust guinees , maar met 30. op 25 proC:to advans p:r vendutie te laaten verkoopen.

den 22: Maart.

Memorie door den Heer gezaghebber geproduceerd.

Op wat wijze de Scheeps overheeden voor de meerder uijtgeleeverde aracq te Crediteeren.

Resumptie van een tweede Memorie.

Dispositie daar op.

Overgeleeverde Reecq: wegens de verkogte zegels dies bedragen in ‘S Comp:s Cassa te laten overbrengen.

genoomen besluijt, om den hoeker De Zon ter inruijling van Slaven na Madagascar af te Senden.

welke persoonen tot het drijven dier negotie, als Commisen zijn aangesteld.

Geaccordeerde aan D’E:Jan la Pro, omme ten dienste der geadopteerde kinderen, twee vrije vrouwen met zig naar’t Vaderland meede te neemen.

Werwaards den burger Bandjes, desselfs zoontje ook zal mogen oversenden.

Uijtgaaf van een dubbeld Stuk huijs erfs aan den burger Cap:tn Tobias van Neck .

beraamden tijd tot het opneemen der Effecten deeser Coloniers.

den 5: April

Memorie, nopens de gebrooken, bedorven, en defect bevondene goederen, op de Lading van ‘t Provisie Schip ‘t Huijs te Bijweg .

Schriftelijke verantwoordinge van den Schipper dier kiel , deesen aangaande.

Wat daarvan om de bezijden geallegueerde reedenen te passeeren.

en welke goederen bij publicque vendutie te verkoopen.

hoeveel aan d’overheeden op haare Zoldij Reecq:gen zal werden te goed gedaan.

welke marginale aanteekeningen op’t ingediend Rapport weegens de dagelijxe verrigtingen in’t lossen en weeder belaaden van opgemelden bodem te Stellen.

Van de aanweesende franssen, een parthij Swart Ebbenhout te laaten inkoopen.

Vermits Sommige baatzugtige persoonen middelen hebben weeten uijt te vinden, omme in vilipendi der gestatueerde ordres, veehandel met de zogen:de Caffers te drijven.

is dierhalven beslooten, daar teegens in maniere als besijdengem: te voorsien.

ende Placcaten op dit Stuk g’Emaneerd, wederom te doen Renoveeren.

Sullende ook het verkoopen van goederen of Coopmanschappen ten platten Lande Scherpelijk werden verbooden.

den 14 : April

hoedanig met het alhier gearriveerde Spaans Conings freguat Juno te handelen.

den 25: April

ontfangst van het geagt aanschrijvens der hoog Edele Heeren Seeventhienen de dato 20: Octbr: des voorl: Jaars.

Waaruijt gebleeken zijnde, d’Electie der Heeren van Plettenberg en Hemmij tot Gouverneur en Secunde deeser Plaatse.

is daarop aan den laatstgen:de het Presidie des Raads van Justitie alhier opgedragen.

en in desselfs plaats tot President van’t nevensgem: Collegie verkooren, d’E: Pieter Hacker.

aanstelling van den OnderCoopman Kirsten tot Negotie overdrager.

item van den Boekhouder Brand tot Posthouder in de Baaij Fals .

bepaalden dag, wanneer opgem: Edelen Heer van Plettenberg den volke als Gouverneur Solemneelijk zal werden voorgesteld.

Wat daaromtrent aan den Landdrost van Swellendam , p.r Missive te gelasten.

Sullende alle ‘S Comp.s Effecten, ten fine als bezijdengemeld behoorlijk werden opgenoomen.

te doene Rescriptie op den verderen inhoud van voorsz: Missive.

het geordonneerde, om het getal der Leeden van den Politicquen Raad op de voorige bepaaling te brengen, zal pligtschuldig werden opgevolgd.

terwyl hoogstgem: Heeren Meesteren Eerbiedigst Sullen werden bedankt, dat het deselve gunstig behaagd heeft, neevensgem: persoonen Sessie in voorsz: Raade te laaten behouden.

het genoegen in d’ontfangene Producten genomen, deesen Raade tot blijdschap hebbende gestrekt.

Sal men voorts niet afzijn, de gevorderde quantiteijt Tarwe voor Aº 1775. soo na mogelijk te voldoen.

en de Catjang matten tot het beslaan der Ruijmen van de Tarw. over te voerene Scheepen van Batavia te petitioneeren.

den nieuw aangestelden Independent fiscaal Boers, op zijn arrivement alhier, in die bediening Sullende werden geinstalleerd.

is wijders verstaanden Predikant Goldbach als vasten Leerraar bij de gemeijnte in ‘t Swart Land .

en den herwaards gezondenen Lieutenant Militair Burger, als zodanig ten deesen Casteele te plaatsen.

Sullende de Heeren Majores onderdanigst werden versogt, bij vermeerdering der Militaire officiers op de geene die alhier guarnisoen houden, favorabel reguard te Slaan.

den Vaandrig Herder na Batavia te laaten vertrecken.

dewijl er ditmaal geen geCommitteerdens tot bijwooninge van den opgaaf aan Stellenbosch kan werden afgesonden.

Sullen Landdrost en Heemraden aldaar, onder observantie van ‘t geene hun dieswegens zal werden aangeschreeven, daar meede maar

voortgaan.

den 4: Maij

Reedenen, waarom men zig omtrent de afvaardiging der aangekomene Patriase en Retourneerende Scheepen in verleegendheijd komt te bevinden

en d’ ordre van Batavia ontvangen, om d’ uijtkomende bodems niet langer als tot den 15 Maij in de tafelbaaij aan te houden, niet kan werden g’Excuteerd.

Deliberatie, hoedanig met de Scheepen, die alhier moeten werden ontlost te handelen, en of deselve naar de baaij fals zouden dienen te werden gezonden.

Welke inconvenienten zig daar omtrent koomen op te doen.

Weshalven beslooten is, voorsz: kielen ter deeser Caabse Rheede te doen ontlossen.

Middelen die in’t werk Sullen werden gesteld, om hetselve zoo wel alshet weeder belaaden van gemelde bodems met kragt te doen doorsetten.

genoomen besluijt om van de Masthouten p:r Alkemade aangebragt, met meer als 10 á 12: Stux te doen ontscheepen.

en de Heeren der hooge Indiase Regeering om qualificatie te versoeken, uijt de naderhand alhier aan te landene Scheepen, de benoodigde Rondhouten te mogen ligten.

Verleende permissie aan de Weed:e Vrugt ter oversending van haar Zoontje na’t vaderland.

Werwaards den te repatrieeren Staanden burger Schrijver, een Slaven jonge zal mogen meede neemen.

de gepermitteerde kist van den opper Zeijlmaker van Landskroon te laaten branden.

aan de Boekhouders van Oudshoorn en Brand vergund zijnde, aan de Heeren Seeventhienen te mogen requestreeren, ter erlanging der qualiteijd en besolding van onderCoopman.

Sal hun versoek met een gunstig voorSchrijvens werden ondersteund.

aanstelling van officiers onder de burgers Infanterije alhier.

item van een tweede vaandrig bij de Comp:ne de Reserve.

gelijk meede van een Adjudant in Steede van den ontslagenen.

en eijndelijk van drie aanspreekers bij de begravenissen.

uitgaaf van Erven agter het Terrein van ‘t nieuwe Hospitaal.

Reedenen waarom goed gedagt is, de Epidimique gebouwen aan ‘t gem: hospitaal, in plaatse van twee, drie verdiepingen hoog, te laaten ophaalen.

Waartoe de benoodigde balken te petitioneeren

den 9: Maij

genomen besluijt, om de goederen die tot onderlaag in de Scheepen Willem de Vijfde en Venus zijn afgescheept daar in te laten verblijven.

Waar in deselve kom te bestaan.

Sullende de Heeren Majores in’t Patria werden versogt, ons in Steede dier goederen, wederom andere met de Scheepen des aanstaanden Jaars te willen laaten toekomen.

den 17: Maij

Lectuure eener Missive, door Landdrost mitsg:s Heemraaden en krijgs officieren van Stellenbosch en Drakensteijn aan deesen Raade geschreeven.

Sijnde de gemaakte Schickingen, om de Stroopende Bosjesmans hottentotten door het uijtsenden van een Sterk Commando tegens deselve, tot reeden te brengen, geapprobeert.

gelijk meede de gedaane aanstellinge van Godlieb Rudolph Opperman, tot veldCommandant.

en zoo ook de verdere gemaakte Schickingen betreffende de veldCorporaals.

Welke ammunitie en andere goederen tot het doen deeser Expeditie, ‘S Comp:s weegen zullen werden verstrekt.

Approbatie der Instructie voor den veldCommandant geformeerd.

d’ overheeden van Hoog Carspel deese rheede Contrarie d’ordre hebbende aangedaan.

is den E:Provisioneel Fiscaal gedemandeerd daarna exact ondersoek te doen.

Terwijl met het vervaardigen der benodigde nieuwe masten voorgem: bodem alle mogelijke Spoed zal moeten werden gemaakt.

Bevordering van den Soldaat Stoll, tot geregtsboode.

den 25: Maij

aanstelling van een Gezaghebber op het Schip Amsterdam .

het ongepermitteerd Jagen van ‘S Heeren wild en gevogelte, de novo

te verbieden.

Reedenen, waarom de Weed:e Meijer, van het waarneemen der functie als geswooren of Stadsvroedvrouw, heeft moeten werden ontslagen.

des is de Weed:e van Dijk, in haar plaats weeder daartoe aangesteld.

den 7: Junij

ingediend Rapport van den E:Provisioneel fiscaal, betreffende het Schip Hoog Carspel .

waarbij aangetoond zijnde, dat de Scheepsoverheeden dier kiel met het inloopen deeser tafelbaaij , geensints op eene willekeurige wijze hebben gehandeld.

is dierhalven beslooten, deselve van alle regtelijke actie t’absolveeren.

Door wat geval de terzijdengen: vier Persoonen met opgem: bodem Hoog Carspel , alhier zijn aangeland.

Zijnde aan deselve, op hun instantig versoek gepermitteerd, p:r het fluijtschip Noordbeek , na Neederland te retourneeren.

Welke Landsproducten op aanschrijvens der Edele Heeren Bewindhebberen ter Camer Zeeland, met ged:e fluijt ter preuve zullen werden versonden.

en wat in opzigte der zogen:de Caabse madera wijn, te berigten.

welk versoek, aangaande de Schaapen- bocken- en lams-vellen te doen.

met aanhaling der reedenen, waarom men ook eenige ossehuijden ter preuve heeft doen afgaan.

Wat verders aan welopgem: Heeren Bewindhebberen, omtrent het bekend stellen van’t rendement der wijnen in’t generaal.

en het victualieeren van de ter afhaaling van producten, herwaards komende Scheepen, zal werden versogt.

De burgers Heering en Crause als onnutte subjecten, van hier te dimoveeren.

besluijt om de nieuwe weegen tusschen het Casteel en’t Ronde bosje te doen in stand brengen, indiervoegen als bij d’overgeleeverde notul van E:E:gecommitt:s werd voorgedragen.

den 29: Junij

Den Eerw: Predikant Harders thans buijten Staat weesende, zijn dienst waar.

Is dierhalven goedgevonden, den godsdienst te waveren, door de bezijdengen: Leerraars te laaten verrigten.

Welke veranderinge hier om in’t waarneemen des kerkendienst aan Stellenbosch heeft moeten werden gemaakt.

En wat kerkenraade van voorsz: gemeijntens dien aangaande zal werden gelast.

den 8: Julij

Berigt van den Posthouder der Baaij fals , dat het Salut van nevensgem frans particulier Schip, volgens d’ordre niet beantwoord zijnde.

den daarop Commandeerenden Capitain deswegens niet alleen heevig hadde gedoleerd, maar ook hier over Satisfactie quam te vorderen.

Gebesoigneerde dien aangaande.

En besluijt, om het voorsz: gedaan Salut, door het in opgem: Baaij leggend’ Commandeurschip te doen beantwoorden.

egter onder denuntiate aan voorm: franssen Cap:tn der Reeden, waarom men hiertoe is getreeden.

Zijnde den Heer Major van Prehn gecommitteerd, zig ten dien fine na de Baaij fals te begeeven.

dan aangezien men hier omtrent met de Capitains van andere fransse particuliere bodems, ook veele moeijelijkheeden heeft gehad.

Sal dierhalven ter vermeijdinge van dien, Seekere voordragte aan de heeren der Hooge Indiasche Regeering werden gedaan.

Versoek van de bezijdengen:de met het schip Alkemade uijtgekomene vrouws persoon, om tot nadere Scheeps geleegentheijd alhier te mogen overblijven.

Waarinne om reedenen is bewilligt.

den 21: Julij

Weegens d’aanstaande verpagtinge, Billietten te doen affigeeren.

alsmeede dat de verstreckingen uijt ‘S Comp:s pakhuijsen, voor den gewoonen tijd zullen ophouden.

den 30: Julij

Vermits deese en geene Persoonen uijt de waverse gemeijnte, zig onwillig hebben getoond, den aldaar dienst gedaan hebbenden Eerw: Predikant Boode weederom Caabwaards te brengen.

Soo is verstaan, kerkenraade de novo aan te Schrijven en t’ordonneeren, der Resp:e Leeraars door de bezijdengen persoonen te doen afhalen en weder te rug brengen.

Sullende aan deselve werden overgelaten, een ijders beurt gevoeglijkst te reguleeren.

de thans alhier roulleerende Slegte pattenase Ropijen, bij publicatie en affixie van Billiëtten billioen te verClaren.

den 16: Augustus

gepresenteerd request van den burger en Pagter van ‘t Caabse Moutbier Johannes Esler.

aan wien om de daarbij aangehaalde Reedenen, een afslag van ƒ600 op de als nog te betaalene pagtpenn: is toegelegd.

den apothecar Brouw, uijt hoofde zijner veelvuldige lichaams Corruptien gegageert.

aanstellinge van een ander indesselfs plaats.

item van een burger Constapel in Steede van den gerepatrieerden.

aan den Lieutenant militair Fredrik Burger een Stukje Lands in eijgendom vergund.

den 31: Augustus

verpagtinge van ‘S Lands gemeene middelen en Inkomsten.

den 2: Septbr:

ontslag van den burger Lieutenant Jacobus de Wet.

aanstelling van een ander, mitsg:s van een Cornet en Adjudant.

desgelijx van een voorleeser bij de gemeijnte in’t Swart Land , in Steede van den gegageerden.

Reedenen waarom den burger Jacob Mostert van hier zal werden verzonden.

den Zoldaat Zellig gequalificeerd, om den dienst van Substituut Landdrost van Swellendam , bij provisie waar te neemen.

Het volk aan de Schuur om de bezijdengem: motiven, met Ses Coppen te vermeerderen.

geaccordeerde bijtappers aan de Pagters der brandewijnen en vaderlandse Dranken.

en zoo meede aan die der Caabse koele en brandewijnen aan ‘t Ronde bosje .

den 6: Septbr:

d’ aanstellinge van onder officiers door den krijgsraad van Swellendam gedaan, geapprobeerd zijnde.

Zal men aan deselve wijders, de nevensgem: quantiteijt bussekruijt en vuursteenen, tot het verrigten der burgerlijke militaire exercitiën, doen verstrecken.

den 13: Septbr:

Ingediende Memorie van den Heer hoofd administrateur.

hoedanig daar over is gedisponeerd.

teegens wat prijs de tot de bezijden gen:de Maguazijnen gebruijkte halve moppen bij de negotieboeken deeses Gouvernements in te neemen.

Resumptie der reecq: van den ontfangst en uijtgaaf der Zeguls.

Sullende dies rendement in ‘S Comp:s Cassa moeten werden overgebragt.

aan nevensgem: Persoon wegens het verlies van zijn regter hand en oog in ‘S Comp:s dienst, het daartoe staande verset geld toegevoegd.

geaccordeerde, aan den Vaandrig Herder, om desselfs huijsvrouw en hunl: zuijgend dogtertje na Batavia meede te neemen.

Seekere met het Schip Woestduijn van Ilha de fuogo herwaards gekoomene drie Personen, op hun versoek als mattroosen in ‘S E Comp:s dienst aan te neemen.

aanstellinge van een gesworen Clercq ter weesCamer ter plaatsvullinge van den overleedenen.

Uijtgaaf van een Blok huijs Erven.

resumptie der nevensgem: Seer geagte Letteren van de Hoog Edele Heeren Seeventhienen.

welke ordres door hoogst deselve tot Conservatie van ‘S volks gezondheijd op ‘S comp:s Scheepen zijn gesteld.

wat daar omtrent aan den E: Secretaris Bergh, als het fiscaals ampt Provisioneel waarneemende, is geinjurgeert.

Sullende de berigten dienswegen ingediend, aan de præsidale Camer werden gesuppediteerd.

Ontvangst der g’Eerde Missive van de Edele Heeren Bewindhebberen ter Camer Amsterdam, de dato 9: Maij des voorl: Jaars.

wat daarbij nopens het onder handen zijnde nieuwe hospitaal ter needergesteld.

en dien aangaande aan de Resp:e Commissarissen van ‘t gem: hospitaal gedemandeerd geworden is.

den 20: Septbr:

aan de ter zijden gen:de vrouw geaccordeerd zijnde, alhier te mogen verblijven. is daar en teegen aan Johanna van Zuijlekom toegestaan, als nu p.r de Morgenster haare reijze na Batavia te vervorderen.

den 4: October.

Tot het doen van d’ aanstaande exercitie en wapenschouwing der Landmilitie aan Stellenbosch , buscruijt en vuursteenen te verstrecken.

Approbatie der bevorderinge van de nevensgem: persoonen tot wagtmeesters.

den 4: November

Reedenen waarom beslooten is, ‘S Comp:s oude Pelmolen te doen afbreeken, en in Steede van deselve een nieuwe ter geprojecteerde plaatse te laaten opsetten.

gecommuniceerde door den Heere Gouverneur, dat zijn Edele, om de bezijden aangehaalde Motiven, den baas aan de buffeljagts rivier , ter in ruijlinge van Vee uijtgezonden hebbende.

aan denselven ten dien eijnde, een behoorlijke Instructie en open ordre was ter hand gesteld.

Waarvan verstaan is aanteekening te houden.

Aanstellinge van officieren bij de Comp:ne vrijswarten.

den 6: December.

Resumptie van het kort vertoog der Lasten deeses Gouvernements geduurende dit Boekjaar 1773/74 neevens die van het voorige ofte d’ A:is 1772/73.

hoeveel ijder Lastpost op zig Selve meer of minder heeft beloopen,met de reedenen van dien.

Rendement der winsten en Inkomsten.

Oorsaken waarom de winsten dit boekjaar minder, als ‘S Jaars bevorens hebben bedragen.

en dat d’ Inkomsten nu ook minder als A:º pass:º komen te rendeer

Verleende qualificatie aan den heer hoofdadministrateur om met ‘t Sluijten der boeken te doen voortgaan.

Versoekschriften der resp:e Administrateurs

aan dewelke de gewoone afschrijvingen is toegestaan.

met nevensgem: franssen bodem, een parthij osse huijden alhier aangebragt zijnde,

Zal men tragten, deselve voor d’ E: Comp:ne in te koopen.

de bezijdengen:de vier kisten met Silvere Ducatons na Batavia te versenden.

en Seekeren desselfs tijd alhier uijtgediend hebbenden banneling derwaards te laaten terug keeren.

Verslag van het gedaan versoek der nevensgem: persoonen, dat omde daar van opgegeevene reedenen, tot het aanneemen der generale wijnpagt, voortaan geen wijngaardeniers mogte werden geadmiteerd en het geen desweegens met deselve is verhandeld.

Waarover bij een volgende bijeenkomst nader te delibereeren.

Sijnde ook de dispositie op de Consideratiën van Landdrost en Heemraaden te Swellendam , betreffende de bastaard hottentotten en drossende Slaven, tot nadere geleegendheijd uijtgesteld.

Electie van nieuwe Leeden in de resp:e Collegiën voor d’ uijtgediende.

Landerijen aan Josua Joubert en Jan Lategaan in Erfpagt verleend.

den 13: December.

den Heer Independent fiscaal M:r Willem Cornelis Boers neemt Sessie in deesen Raad.

aanstellinge van zijn Ed: tot præsident der weesCamer, mitsg:s tot Capitain over de Comp:ne Pennisten, als meede tot Commissaris Politicq.

genomen besluijt om het Schip de Herstelder , met de aan handen zijnde Tarwe en verdere producten te doen beladen en daarmeede ten spoedigsten naar ‘t Vaderland te laten retourneeren.

Sullende aan den Equipagiemeester werden geinjungeerd te berigten, met hoeveel Coppen, zoo officieren als gemeenen, gem: Bodem gevoeglijk van hier zal kunnen vertrecken.

Revisie der Negotie- en zoldij- boeken, nevens de daartoe specteerende Rapporten.

dewelke volgens gebruijk, zoo naar’t Vaderland als na Batavia, zullen

werden versonden.

C. 152, pp. 42-64.

Dingsdag den {17740111} 11: Jann: 1774.

‘S voormiddags alle Present, behalven den Heer Major Hendrik van Prehn, mit Indispositie.

Op heeden geresumeerd zijnde, het geagt aanschrijvens van haar wel Edele groot Agtb: de Heeren der hooge Indiasche Regeering, de dato 26: October pass:o, het welk p:r de Retourscheepen ‘t Huijs te Crooswijk en Juno , alhier is aangebragt, Soo is beslooten, daarop eerbiedig te Rescribeeren: dat hoe zeer men altoos zijn uijtterste devoir alhier aangewend en zig beijverd heeft, om de Successivelijk aanlandende Scheepen der E: Comp:n ten allerspoedigsten weederom te dimitteeren, men daaromtrent egter met d’uijtkomende Scheepen des voorl: Jaars, tot leedweesen, niet naar wensch heeft kunnen reusseeren, nademaal die Scheepen, gelijk zulx aan haar wel Edele groot Agtb: Schuldpligtig is geadviseerd, genoegsaam alle te gelijker tijd, en wel wanneer het winter Saijsoen al vrij na op handen was geschooten, alhier zijn koomen te verschijnen, meerendeels met aanbrenging van een buijten gewoon groot getal Dooden en zieken, welke laatste door het gaande weg instorten van het op de been gebleeven volk, nog merkelijk in getal zijn komen te vermeerderen; Terwijl alle de Reconvalescenten uijt het Hospitaal, en zoo veel manschappen, als men maar immers van de hier permanente vaartuijgen, d’ Equipagie werf en andere Posten heeft kunnen missen, tot Suppleering van het op de Retourscheepen benodigd geweest zijnde volk hebbende moeten werden g’ Emploijeerd, men naderhand zig in die ongeleegendheijd gevonden heeft, om, ten eijnde de na China gedestineerde Scheepen Europa , Holland, Juno en Voorberg , tot vertrek in Staat te Stellen, de daarop gerequireerde manschap van d’ andere Scheepen, die alhier van haare voor dit gouvernement aangebragte goederen moesten werden ontlost, te ligten, zonder dat tot het bemannen dier kielen, eenig ander middel, dan de Successivelijk hersteld raakende manschappen uijt ‘t Hospitaal quam over te blijven, invoegen hier door onvermeijdelijk heeft moeten volgen, dat gem: Bodems langer als andersints zoude geschied zijn, ter deeser Rheede hebben moeten vertoeven: ondertusschen dat men niet in gebreeken zal blijven, om bij aanhoudende Siekte der met de resp:e uijtkomende Scheepen aangebragte Impotenten ingevolge haar Hoog Edelens qualificatie, gedagte Bodems maar met 150: Coppen of iets minder, te laaten vertrecken.

Dat men meede niet zal afzijn, de door welgem: haar Hoog Edelens gedaane petitie van Tarw, Rogge, wijn en Boter, des mogelijk, ten vollen te voldoen, in hoope, dat de zodanige der verwagt werdende Scheepen, die alhier moeten lossen en daartoe de noodige ruijmte zullen hebben, Soo tijdig aan dit gouvernement Sullen mogen koomen te verschijnen dat deselve te deeser Caabser Rheede met voorsz: Producten Sullen kunnen werden afgelaaden.

Dat wijders zoo dra men van de Successivelijk hier van Mauritius aankomende fransse Scheepen, eenige quantiteijt Mauritius Ebbenhout zal zijn magtig geworden hetselve, Conform haar wel Edele groot agtb: g’ Eerde ordre, na Neederland versonden, en het aangeschreevene, ten opzigte van den om zijn Domicilium ter deeser plaatse te houden, herwaards overgekoomenen Coopman en geweesen groot Winkelier tot Batavia, Johannes van Echten, Schuldpligtig zal nagekoomen en de door haar wel Edele groot Agtb: zoo ten faveure van ged:e van Echten als diversse andere persoonen, op dit gouvernement verleende assignatien, ter Somma van Rx 54259 3/8 behoorlijk voldaan werden: gelijk men ook niet manqueeren zal, om bij aldien tot Suppleering van dit montant, de benodigde Contanten uijt d’ uijtkomende Scheepen Sullen moeten werden geligt, als dan daar van aan hoogst deselve de verschuldigde kennisse te geeven.

Sijnde voorts ook geresumeert, de door welgem: Heeren der hooge Indiasche Regeering herwaards gezondene bevinding op de Negotie Boeken deeses Gouvernements d’ A:is 1769/70 en nadien bij de in margine van dien gestelde aanteekening werd geordonneert, dat de ƒ23629:15: die de Reecq:g van ‘t Hospitaal, weegens meerder verteerde heele en halve gagie, dan de gedaane onkosten bedragen, is te vooren geraakt, ten faveure van ‘t nieuw gebouwd werdend’ hospitaal moeten overgeschreeven en daarmeede jaarlijx geContinuueerd werden: Soo is ten deesen opzigte verstaan, den Negotie Boekhouder deeses gouvernements te qualificeeren, bij deselve Boeken een aparte reecq:g van ‘t nieuwe Hospitaal te formeemeeren en daarop niet alleen ten goede te brengen, het geen de Reecq:g van ‘t oude Hospitaal, uijt hoofde der verteerde heele gagie van de daarin geleegen hebbende Impotenten tot heeden toe heeft te vooren gestaan, en daar door nog verder komt t’ advanceeren, maar ook bij weege van redres Posten op ‘t nieuwe Hospitaal wederom ten lasten te brengen, zoo wel den op Reecq:g van Timmeragie en Reparatie gedebiteerden inkoop van ‘t Huijs en Erf, waar op het nieuwe hospitaal thans gebouwd werd, met de daarop tot nu toe afgeschreevene aan dat huijs verstrekte Bouwmaterialen en betaalde Contanten voor ‘t uijtdelven der nieuwe watersloot langs hetselve, als ook de op Reecq: van Randsoenen ordinair, vereffende maandelijxe Randsoenen, die aan de Arbeijders van dat gebouw verstrekt geworden zijn.

En is wijders na Lectuure der dieswegens ingediende Requesten, aan d’onderstaande Persoonen, het volgende geaccordeert, als:

aan M:r Bartholomeus van de Coppello en Robbert James Gordon, die A:s pass:o met het Schip Holland ; als passagiers uijt Nederland alhier zijn aangeland, om met het ter Rheede leggend Retourschip Azia , derwaards te mogen Retourneeren; Sullende d’ Eerstgem:, ter zijner oppassinge met zig mogen meede neemen, een Slaven jongetje gen:t Alexander van Bengalen, ende Sulx onder betaalinge der daartoe Staande Transport en Costpenn:gen, te weeten voor geciteerde van de Coppello en Gordon, om in de Cajuijt gelogeert en getracteert te werden, dog voor het ged:e Slaven jongtje, gereekend van hier naar ‘t Patria, en van daar weederom herwaards te rug.

aan Juff:w Ernstina van Pabst, Suster van wijlen den Independent fiscaal deeses Gouvernements de Heer M:r Adrianus Albertus van Lawick van Pabst, omme met meede neeminge van desselfs twee kinderen gen:t Franciscus Emelius en Anthonetta p:r een der Retourscheepen deeses jaars, naar’t vaderland terug te keeren; weshalven zij voor haar Persoon het ordinaire Transport en Costgeld voor Logies en Tractament in de Cajuijt Sullende moeten voldoen, is egter in opzigte der voorsz: twee kinderen goedgevonden, de betalinge der Transport en Costpenn:gen voor deselve, aan het goedvinden der Heeren Majores in ‘t Patria eerbiedgst gedefereerd te laaten.

aan Henrietta Helena Dagh, die in den voorl: Jaare met het Schip Azia als Dienstmaagd der vrouwe Douarrierre van wijlen den Edelen Heere Gouverneur Pieter van Reede van Oudshoorn, herwaards is gekoomen, omme ingelijx met een der voorsz: retourbodems naar Neederland te vertrecken; Sullende deselve, om op den overloop te werden gelogeerd en getracteerd Transport en Costgeld moeten betaalen.

aan Elisabeth Maria Arland, Huijsvrouw van den geweesen opperChirurgijn in dienst der E: Comp:n Franco de Vrije, denwelken volgens besluijt van den 5:8bre: des jongst afgeweekenen jaars naar ‘t Vaderland Staat te werden gedimoveert; om neevens hunl: twee kinderen gen:t Theodorus Johannes en Catharina Elisabeth, met en in geselschap van derselver geciteerde man, derwaards te retourneeren: en nadien zij Supp:lte voor haar vertrek uijt het Patria, het volle Transport en Costgeld voor de reijze van daar na Batavia, werwaards zij doenmaals te navigeeren voorneemens is geweest, ter Somma van 50: Ponden vlaams ofte ƒ300 aan den Cassier ter Camer Middelburg heeft voldaan, gelijk Sulx uijt het bij haar Request overgeleeverd Extract der Monsterrolle van ‘t Schip Ruijteveld , waarmeede zij in den jaare 1767 is uijtgevaaren, komt te blijken, daar zij andersints, als met Consent deeser Regeering alhier verbleeven zijnde, met de helft dier ongelden had kunnen volstaan; zoo is ter Consideratie van dien, als ook uijt aanmerkinge van der Supp:lte behoeftigen toestand, verstaan, haar als nu van de betaalinge der ordinaire Transport en Costpenningen t’ Excuseeren.

Soo als ook aan den met het aanweesend voorseijlend Retourschip de vrouwe Cornelia Hillegonda alhier aangelanden geweesen Sous Lieutenant onder het Corps Dragonders te Batavia, Johan George Ernst op desselfs dies weegens gedaan Supplicq is gepermitteerd, omme ter zaake der Swangerschap zijner bij zig hebbende huijsvrouw Catharina Magdalena Verbeek met haar en desselfs aangehuuwde twee kinderen, in naame Hendriette Lieve en Agatha Alexandrina Relian, eenigen tijd met Stilstand van gagie ter deeser plaatse te verblijven.

Hier na door den Heer gezaghebber M:r Joachim van Plettenberg, als een der Executeurs des testaments van wijlen bovengem: Heer Independent fiscaal van Pabst, tekennen gegeeven zijnde, dat zijn E: Seer gaarne de kleederen, mitsg:s het Lijf- en Tafel- linnen goed, zoo van hem als van desselfs meede overleedene huijsvrouwe, afgepakt in twee kisten, d’ eene lang 60-mitsg:s hoog 23 1/2 en breed 23 duijmen, en d’ andere lang 60 1/2, hoog 24: en breed schaars 23: duijmen binnenswerks Rijnlandse maat, aan de Heeren Steven Swart, Constantijn van der Velde, en Hendrik Maurits van Pabst tot Amsterdam woonagtig, zoude willen oversenden; is goedgevonden daarinne te Condescendeeren.

Verders is aan den Landdrost van Stellenbosch en Drakensteijn , Marthinus Adrianus Bergh en den opziender van ‘t houtmaguazijn en Slaven Logie Gerhardus Hendrik Cruijwagen, op hunl: hier om in Scriptis gedaane Instantiën, toegestaan, onder ‘S Comp:s papieren, ijder een Request aan de Hoog Edele Heeren Seeventhienen over te Senden, om met de qualiteijt en gagie van ondercoopman te mogen werden begunstigt: Terwijl ter Consideratie van ‘t goed genoegen ‘t welk de Supp:lte Steeds hebben gegeeven, en nog zijn geevende, verstaan is, derselver gementioneerde versoeken, met een favorabel voorschrijvens aan welgem: Heeren Seeventhienen t’ appuijeeren.

Vervolgens nagezien weesende, de procuratiën en Zoldij Rekeningen van alsulke persoonen als op eene diesweegens geformeerde Lijst genoteerd Staan, tendeerende, om deselve aan haare gemagtigdens in ‘t Patria te moogen oversenden, zoo is ten dien belange goedgevonden, dat gem: Procuratiën en Rekeningen Sullen werden gesteld in handen van den E: provisioneel Fiscaal Oloff Martini Bergh, ten eijnde deselve behoorlijk t’ examineeren.

Vermits ‘S Landsboot Helena , volgens overgeleeverde verClaring der daar toe gesteld geweest zijnde geCommitt:s thans ten eenemaale is afgevaaren en niet weederom kan werden gerepareerd, heeft men dierhalven moeten besluijten, deselve te doen Sloopen, en het daarvan komende houtwerk tot het branden van ‘S Comp:s kalk ovens te laaten gebruijken.

Thans meede ingediend en nagezien weesende de Lijsten, waarbij, zoo wel ‘S Comp:s Dienaren als Landlieden onder de Districten van Stellenbosch en Drakensteijn Sorteerende, Sijn getaxeert geworden, tot het fourneeren van zodanig montant van Penn: als ‘er nog tot het maken der nieuwe weegen tusschen de Caab en ‘t Ronde Bosje , is vereijscht geworden, volgens welke Lijsten, uijt de twee geciteerde Districten het bedragen van Rx 7057: Staande geContribueert te werden; Soo is voorts op het van weegens Landdrost en Heemraden aldaar gedane versoek, beslooten, dat de penn: die naar het voltooijen der voorsz: weegen, van het geciteerde bedragen van 7057:-: Rijxd:s Sullen koomen over te Schietten, aan Landdrost en Heemraden, ten behoeve van ‘S Colonies Cassa Sullen werden terug gegeeven, ten eijnde daar uijt te kunnen goedmaken, de onkosten die ‘er tot het verder dempen en aanvullen, zoo wel van de voorige loop der Rivier, als de doordeselve veroorsaakte Considerable verspoeling rondsom de Drostdije aldaar werden vereijscht.

En nadien het met het aan de kindersiekte gelaboreert hebbend Dogtertje van den Coopman en Fiscaal der Retourvloot D’E.Nicolaas de Joncheere, mitsg:s de bij hetselve tot nu toe aan boord van ‘t Retourschip Juno gebleevene Slavinnen, thans zodanig gesteld is, dat ‘er geen besmetting van deselve te dugten zij, is dierhalven verstaan, geciteerde Persoonen als nu aan Land te laaten koomen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J. v. Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M.Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: v: Schoor J: J: Le Suëur

[Signed:] D . Westerhoff

[Signed:] Otto Luder Hemmij

C. 152, pp. 63-64.

Maandag den {17740117} 17 Jann: 1774.

Alle present.

Bij eene dieswegens ingediende Memorie gebleeken zijnde, dat op d’ aracq die met het aanweesend advijs Schip de vrouwe Cornelia Hillegonda ten behoeven deeses Gouvernements van Batavia is aangebragt, de quantiteijt van 160 1/2 Cann: minder als de gepermitteerde afschrijvinge dicteerd, is te kort gekomen, Zoo is verstaan, het bedragen van dien, tersomma van ƒ69:10 aan de Scheeps overheeden dier kiel te weeten, den Schipper voor zijn 2/3 de ƒ46:6:8: en den opperstuurman wegens desselfs 1/3 de part ƒ23:3:8 op hunl: zoldij rekeningen ten goede te doen brengen.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J. v. Plettenberg

[Signed:] S V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O.M.Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: v: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D. Westerhoff

[Signed:] Otto Luder Hemmij

C. 152, pp. 65-73.

Dingsdag den {17740125} 25: Jann: 1774.

‘S voormiddags alle present.

Is op heeden geresumeerd zeekere Memorie, nopens d’uijtleeveringe der aracq, p:r

de nagen:de Retourbodems van Batavia ontfangen, luijdende als volgt.

‘Memorie van denabesz: Aracq p:r d’ onderstaande Scheepen van Batavia, voor dit Gouvernement aangebragt, bij pijling minder bevonden gelijk blijkt bij de verClaring van gecommitt:s hier annex namentlijk.’


Uijt 't Loo .
388 1/2 kannen aracq op 12. Leggers bij pijling minder, als 7 van 4:, 2: van 5:, 1 v:n 6:, 1 v:n 7, en 1 v:n 8 d:m wan, zijnde 8 3/8 p:c:to Sch:s
uit Azia .
294 kann: Aracq op 12 Leggers bij pijling minder als 9 van 4:, en 3 v:n 5 d:m wan, sijnde 6 5/16 pC:to ruijm.
uijt Vreeburg .
397 1/2 kann: Aracq op 9 Leggers bij pijling minder als 8 van 4: en 1: van 18 d:m wan zijnde 11 3/8 pC:t ruijm
uijt Juno
198 kann: aracq op 9: Leggers bij pijling minder, alle van 4 d:m wan, zijnde 5 11/16 pC:to Sch:s
uijt 't Huijs te krooswijk .
186 kann: aracq op 8 leggers bij pijling minder als 7: van 4: en 1: van 5 d:m wan, zijnde 6 pC:to Schaars.
Uijt Foreest .
176 do aracq op 8 Leggers bij pijling minder, alle van 4 d:m wan, zijnde 5 11/16 pC:to Sch:s

Uijt 't Loo .
388 1/2 kannen aracq op 12. Leggers bij pijling minder, als 7 van 4:, 2: van 5:, 1 v:n 6:, 1 v:n 7, en 1 v:n 8 d:m wan, zijnde 8 3/8 p:c:to Sch:s
uit Azia .
294 kann: Aracq op 12 Leggers bij pijling minder als 9 van 4:, en 3 v:n 5 d:m wan, sijnde 6 5/16 pC:to ruijm.
uijt Vreeburg .
397 1/2 kann: Aracq op 9 Leggers bij pijling minder als 8 van 4: en 1: van 18 d:m wan zijnde 11 3/8 pC:t ruijm
uijt Juno
198 kann: aracq op 9: Leggers bij pijling minder, alle van 4 d:m wan, zijnde 5 11/16 pC:to Sch:s
uijt 't Huijs te krooswijk .
186 kann: aracq op 8 leggers bij pijling minder als 7: van 4: en 1: van 5 d:m wan, zijnde 6 pC:to Schaars.
Uijt Foreest .
176 do aracq op 8 Leggers bij pijling minder, alle van 4 d:m wan, zijnde 5 11/16 pC:to Sch:s

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop den 25 Jann: 1774 /:was geteekend:/ J: V: Plettenberg.’

in welkers opzigte beslooten is, dat het geene daar van minder als bij het reglement op de afschrijving van dranken werd bepaald gevonden, is te kort geschooten, d’ opperhoofden der onderstaande Scheepen op derselver Reekeningen van Zoldije, uijtkoops prijs zal werden goedgedaan indeeservoegen, als.

die van 'T Loo .
Over 77: kannen aracq, zijnde 1 5/8 pC:to ruijm
  den E: Commandeur der retourvloot voor 2/3 ƒ22:04:08:
  den opperstuurman 1/3 ƒ11:02:08:
  ƒ33:07:-:
die van Azia .
over 171 1/2 dito dito weesende 3 11/16 pC:to sch:
  den Schipper voor 2/3 ƒ49:10:-:
  den opperstuurman voor 1/3 ƒ24:15:-:
  ƒ74:05:-:
die van Juno .
do 151 dito dito zijnde 4 5/16 pC:to r:m
  den Schipper voor 2/3 ƒ43:11:08:
  den opperstuurm:n do 1/3 ƒ21:16:-:
  65:07:08:
die van 't Huijs te Crooswijk .
over 124: Cannen aracq ofte 4 pC:to ruijm
  den Schipper voor 2/3 ƒ35:16:-:
  den opperstuurm:n do 1/3 ƒ17:18:-:
  ƒ53:14:-:
die van Foreest .
over 134 do dito weesende 4 5/16 pC:to r:m
  den Schipper voor 2/3 ƒ38:13:08:
  den opperstuurm:n do 1/3 ƒ19:07:-:
  ƒ58:-:08:
Terwijl daar enteegen d' overheeden van 't Schip Vreeburg , wegens zodanige 48 1/2 Cann: aracq, als zij meerder dan de gepermitteerde afschrijvinge dicteerd, zijn te kort gekomen, op haare zoldij Reecq: zullen moeten werden belast, in maniere navolgende, te weeten.
  den Schipper voor 2/3 ƒ14:-:-:
  den opperst:m do 1/3 ƒ 7:-:-:
  ƒ21:-:-:
die van 'T Loo .
Over 77: kannen aracq, zijnde 1 5/8 pC:to ruijm
  den E: Commandeur der retourvloot voor 2/3 ƒ22:04:08:
  den opperstuurman 1/3 ƒ11:02:08:
  ƒ33:07:-:
die van Azia .
over 171 1/2 dito dito weesende 3 11/16 pC:to sch:
  den Schipper voor 2/3 ƒ49:10:-:
  den opperstuurman voor 1/3 ƒ24:15:-:
  ƒ74:05:-:
die van Juno .
do 151 dito dito zijnde 4 5/16 pC:to r:m
  den Schipper voor 2/3 ƒ43:11:08:
  den opperstuurm:n do 1/3 ƒ21:16:-:
  65:07:08:
die van 't Huijs te Crooswijk .
over 124: Cannen aracq ofte 4 pC:to ruijm
  den Schipper voor 2/3 ƒ35:16:-:
  den opperstuurm:n do 1/3 ƒ17:18:-:
  ƒ53:14:-:
die van Foreest .
over 134 do dito weesende 4 5/16 pC:to r:m
  den Schipper voor 2/3 ƒ38:13:08:
  den opperstuurm:n do 1/3 ƒ19:07:-:
  ƒ58:-:08:
Terwijl daar enteegen d' overheeden van 't Schip Vreeburg , wegens zodanige 48 1/2 Cann: aracq, als zij meerder dan de gepermitteerde afschrijvinge dicteerd, zijn te kort gekomen, op haare zoldij Reecq: zullen moeten werden belast, in maniere navolgende, te weeten.
  den Schipper voor 2/3 ƒ14:-:-:
  den opperst:m do 1/3 ƒ 7:-:-:
  ƒ21:-:-:

Zijnde voorts op het hier om gedaan ootmoedig Supplicq door de op de voorwaartsgem: Retourbodems Azia en Juno bescheijdene koks Jan Arnold Beukers en Adrianus krook, verstaan, hunl: bij zig hebbende gepermitteerde kisten, ter deeser Plaatse te doen branden, overmits deselve bij hun aanweesen tot Batavia, door onkunde hebben versuijmd, Sulx aldaar te laaten geschieden.

Dewijl ook door de met den hoeker de Zon en het fluijt Schip de Hoop uijtgekoomene tweede Meesters willem Dorp en willem kruijshoop, die thans in gem: qualiteijt weederom Staan te repatrieeren, seer instantig is versogt, dat voor hun mogten werden gebrand, zodanige kisten, als aan andere uijt India repatrieerende onder chirurgijns is vergund met zig te voeren, is daar op beslooten het voorsz: Supplicq t’accordeeren.

En is wijders aan den met ‘t Schip te Huijs Crooswijk repatrieerenden Coopmantitulair Wilhelmus Velingius, diesweegens versoek doende, toegestaan, ten dienste zijner bij zig hebbende Huisvrouwe naar ‘t Vaderland meede te neemen, een Slavinne gen:d Silvia van Bantam, mits betalende Transport en Costgeld voor de heen en weder reijze van en naar Batavia.

Ook is op de gedane voordragte des Heer gezaghebbers verstaan, om terwijl het fluitschip de Hoop , thans volkomen beladen zijnde, zig verders ten vollen in Staat van vertrek komt te bevinden, dien bodem oversulx op den 29: deser te doen monsteren om vervolgens met d’ Eerste favorable wind den Steven naar ‘t patria te wenden.

En nadien de p:r het Schip Juno herwaards aangebragte ballingen en Slaven, die ingevolge het geresolveerde van den 23: Xbre: pass:o op’t Robben Eijland zijn geplaatst, om, in gevalle deselve de kindersiekte onder de Leeden mogten hebben, de andersints door dit volk te vresene besmettiing des te beeter te kunnen voorkomen, niet alleen alle tot nu toe volkomen gezond gebleven, maar ook geen de minste teekene van voorsz: gevaarlijke Siekte aan deselve te bespeuren zijn; is dierhalven besloten ged:e ballinge en Slaven van ‘t voorsz: eijland herwaarts te laten opkomen

Aldus geresolveerd ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: v Plettenberg

[Signed:] H v Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: v: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D W esterhoff

[Signed:] Otto Lud: Hemmij

C. 152, pp. 74-87.

Dingsdag den {17740201} 1: febr: 1774.

‘S voormiddags alle present.

InConformiteijt van het gearresteerde onder den 5: October des gepasseerden jaars, en de hier op al omme geaffigeerde Billiëtten, op heeden getreeden zijnde, tot de publicque verpagting der Leverantie van versch vleesch en Leevendige Schaapen aan ‘S Comp:s passeerende Scheepen, het Hospitaal ensZ:, omme met P:mo Maij aanstaande in te gaan, ende sulx weederom op het voorbeeld van de laatste reijze, gelijk de PagtConditiën dit nader dicteeren, te weeten, voor den tijd van een, drie of vijf jaaren, om dus te mogen ondervinden, op welke van de drie gemelde tijden die Leverantie ten minsten prijze, en op de voordeeligste wijze voor D’ E Comp:n zal kunnen aan besteed werden; Zoo is na behoorlijke klocken geklep en uijtroepinge van den Boode, het laagste Bod gevallen, voor den tijd van Vijf jaaren, op drie Swaare Duijten het pond geslagt Soo Schaapen- als Beesten- vleesch, en vier Schellingen en vier Stuijvers ijder leevend schaap, waar voor die Leverantie in vier bijsondere perceelen, ijder voor een vierde part, bij de Burgers Johannes Albertus Mijburg, Philippus Albertus Mijburg, Cornelis van der Poel en Jan de Villiers jan Pietersz: is aangenomen geworden.

Waar na door den Heer Gezaghebber te kennen gegeeven zijnde, dat er teegenwoordig nog in ‘S Comp:s negotie Pakhuijs wierden gevonden, de onderstaande gereedschappen tot den Landbouw, dewelke aldaar bereijds Sedert een reeks van Jaaren als invendibel hebben geleegen; Zoo is ten dien belange op de verder gedane voordragte van zijn Ed: best geoordeelt en dienvolgens beslooten, de voorsz: invendible gereedschappen, bestaande in

ter oorsake als bovengem, met een der ter Rheede leggende Retourbodems naar ‘t Vaderland te rug te Senden.

Voorts is op het dieswegens overgeleeverd Request door den gezaghebber van den hier permanenten hoeker de Zon , Cornelis Andriesse goedgevonden, dat in zijn faveur aan de Heeren Majores zal werden geschreeven, ten eijnde, desselfs Huijsvrouw Anna Frowijn tot Amsterdam woonagtig, bij bequame Scheeps occagie, onder betalinge van het daartoe staande Transport en Costgeld, herwaards moge overkomen.

Ook is naar Lectuure van Seeker versoekschrift, door den Burger deeser Plaatse Frans Bouman gepresenteerd, en om de daar inne aangehaalde reedenen, aan denselven toegestaan, p:r een der Retourscheepen deeses jaars, naar Europa te retourneeren, mits in ‘S E: Comp:s Cassa alhier voldoende Transport en Costgeld voor Logies en Tractament ‘t zij in de Cajuijt, dan wel op den overloop, daar Sulx gevoeglijkst zal kunnen geschieden.

Sijnde wijders op het almeede in Scriptis gedaan versoek van den Burger Lambert Fick, verstaan, om desselfs Slaven jonge genaamd Jeptha van Boegies, die onlangs’ bij Sententie des justitieelen Raads deeses Gouvernements, voor den tijd van vijf en twintig Jaaren, ten Robben Eijlande gebannen geworden is, voor de gevallene ProcesCosten bij d’ E Comp:n in eijgendom aan te neemen.

Vervolgens zijn geresumeerd, de Reekeningen der arme Penningen van de hier te Lande zijnde vijf kerken, waar van den ontfangst ten uijtgaaf geduurende het voorl: Jaar hebben bedragen, als volgt


'T Generaal Montant des Capitaals deeser Caabe Diaconij Armen, bestaande in 't volgende.
A:o 1773 P:mo Januarij was 't Capitaal   ƒ213939:04:
In dit Jaar bijgekomen
Aan aalmoesen ƒ4902:- :
d:o Grafsteeden 795:04:
d:o Intresten 8625:03:
d:o Amrbossen 511:08:
d:o Testamentaire en Liberale giften 240:-:
d:o aan verhuurde gestoeltens 504:-:
d:o winst en verlies 2949:02: d:o 18526:17:
Gaat af:
Aan onkosten der Armen ƒ13132:12:
d:o d:o d:o kerk 2239:12: 15372:04:
Blijft onder Ult:mo Xber 1773   ƒ217093:17:
bestaande in de volgende Partijen, als.
Aan Cassa over restant ƒ8699:15:
d:o obligatien en Custing brieven 148321:17:
d:o agterstallige Intresten 10732:15: d:o 167754:07:
Ornamenten van de kerk ƒ1099:10:
D Diaconij van Stellenbosch 3200:-:
d:o d:o d:o 'T Land van Waveren 23440:-:
d:o d:o d:o 'T Swart Land 21600:-: 49339:10:
  Somma ƒ217093:17:

'T Generaal Montant des Capitaals deeser Caabe Diaconij Armen, bestaande in 't volgende.
A:o 1773 P:mo Januarij was 't Capitaal   ƒ213939:04:
In dit Jaar bijgekomen
Aan aalmoesen ƒ4902:- :
d:o Grafsteeden 795:04:
d:o Intresten 8625:03:
d:o Amrbossen 511:08:
d:o Testamentaire en Liberale giften 240:-:
d:o aan verhuurde gestoeltens 504:-:
d:o winst en verlies 2949:02: d:o 18526:17:
Gaat af:
Aan onkosten der Armen ƒ13132:12:
d:o d:o d:o kerk 2239:12: 15372:04:
Blijft onder Ult:mo Xber 1773   ƒ217093:17:
bestaande in de volgende Partijen, als.
Aan Cassa over restant ƒ8699:15:
d:o obligatien en Custing brieven 148321:17:
d:o agterstallige Intresten 10732:15: d:o 167754:07:
Ornamenten van de kerk ƒ1099:10:
D Diaconij van Stellenbosch 3200:-:
d:o d:o d:o 'T Land van Waveren 23440:-:
d:o d:o d:o 'T Swart Land 21600:-: 49339:10:
  Somma ƒ217093:17:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en Getransporteerd in kerken Rade aan Cabo de goede hoop ten overstaan van mij onderget:ke als Commissaris politicq den 24: Jann: 1774.’

’/:was geteekend:/ J: V: Plettenberg.’


Cassa Reekening der Armen Gelde, zoo als bevonden is op Ult:mo December 1773.
 
Debet.
Aan het Eerw: Collegie van kerkenraade aan Cabo ƒ4000:-:
het bovenstaande hier van afgetrocken ƒ5977:15:
Zoo Resteerd het Capitaal der Armen ƒ1977:15:
 
Credit
Bij het Sluijten der voorige jaars Reekening, is er p:r restant in Cassa gebleeven ƒ 1125:-:
Onder de godsdienst in A:o 1773 geCollecteerd d:o 629:04:
Nog wegens intressen giften en kerke geregtigheeden ontfangen d:o 793:10:
Somma ƒ2547:14:
hier van uijtgegeeven aan Alimentatie en diversse benoodigtheeden d:o 612:05:
zodat er aan Contanten dit jaar in Cassa blijft ƒ1935:09:
d' obligatiën bedragen 1620:-:
agterstallige Intressen d:o 622:06:
de kerke ornamenten d:o 1800:-:
Somma ƒ5977:15:
het debet Staande Capitaal hier van afgetrocken d:o 4000:-:
Zoo resteerd het Capitaal der Armen ƒ1977:15:
ofte aan holl: Cour:t geld d:o 1582:07:

Cassa Reekening der Armen Gelde, zoo als bevonden is op Ult:mo December 1773.
 
Debet.
Aan het Eerw: Collegie van kerkenraade aan Cabo ƒ4000:-:
het bovenstaande hier van afgetrocken ƒ5977:15:
Zoo Resteerd het Capitaal der Armen ƒ1977:15:
 
Credit
Bij het Sluijten der voorige jaars Reekening, is er p:r restant in Cassa gebleeven ƒ 1125:-:
Onder de godsdienst in A:o 1773 geCollecteerd d:o 629:04:
Nog wegens intressen giften en kerke geregtigheeden ontfangen d:o 793:10:
Somma ƒ2547:14:
hier van uijtgegeeven aan Alimentatie en diversse benoodigtheeden d:o 612:05:
zodat er aan Contanten dit jaar in Cassa blijft ƒ1935:09:
d' obligatiën bedragen 1620:-:
agterstallige Intressen d:o 622:06:
de kerke ornamenten d:o 1800:-:
Somma ƒ5977:15:
het debet Staande Capitaal hier van afgetrocken d:o 4000:-:
Zoo resteerd het Capitaal der Armen ƒ1977:15:
ofte aan holl: Cour:t geld d:o 1582:07:

’/:onderstond:/’

‘Aldus gedaan en nagezien in kerke Vergadering aan Stellenbosch den 9: Januarij 1774. /:was geteekend:/ A. Faure, Jacobus Conterman, P: G: Wium,’

‘H: Groenewald, A:l J:s Meijburg, Willem Adolf krige.’


'T Generaal Montant des Capitaals deeser Drakensteinsche Diaconij Armen, bestaat in 't volgende.
A:o 1773 p:mo Januarij was 't Capitaal   ƒ11520:08:
In dit jaar bijgekoomen.
Aan Aalmoesen ƒ 597:15:
d:o Intresten d:o 332:-:
d:o kerkhofsgeregtigheeden d:o 187:08:
d:o huurbanken d:o 150:-:
d:o Armbusschen d:o 33:-:
d:o Testamentaire en liberale giften d:o 72:-: ƒ1372:07:
  ƒ12892:15:
Gaat af aan onkosten der armen van Drakensteijn ƒ930:-:
d:o Waveren d:o 479:-:
der kerk en dessels gebouwen d:o 312:01: ƒ1721:01:
blijft onder Ult:mo December   ƒ11171:14:
bestaande in de volgende parthijen, als aan Cassa over restant ƒ121:14:
d:o obligatiën en Scheepe kennissen d:o 11050:-:
  Somma ƒ11171:14:
ofte holl: Cour:t geld   ƒ8937:10:

'T Generaal Montant des Capitaals deeser Drakensteinsche Diaconij Armen, bestaat in 't volgende.
A:o 1773 p:mo Januarij was 't Capitaal   ƒ11520:08:
In dit jaar bijgekoomen.
Aan Aalmoesen ƒ 597:15:
d:o Intresten d:o 332:-:
d:o kerkhofsgeregtigheeden d:o 187:08:
d:o huurbanken d:o 150:-:
d:o Armbusschen d:o 33:-:
d:o Testamentaire en liberale giften d:o 72:-: ƒ1372:07:
  ƒ12892:15:
Gaat af aan onkosten der armen van Drakensteijn ƒ930:-:
d:o Waveren d:o 479:-:
der kerk en dessels gebouwen d:o 312:01: ƒ1721:01:
blijft onder Ult:mo December   ƒ11171:14:
bestaande in de volgende parthijen, als aan Cassa over restant ƒ121:14:
d:o obligatiën en Scheepe kennissen d:o 11050:-:
  Somma ƒ11171:14:
ofte holl: Cour:t geld   ƒ8937:10:

’/:was geteekend:/ P:v:d:Spuij, J:b Marais, J: Blignaut, J: de Villiers Jzoon J:s de Pree, J:s Coetser, Jacobus Petrus de Pree, Gerhardus Munnik.’


Reekening nopens den staat der Armen Cassa, in 't Land van waveren , onder Ult:mo December 1773.
1772 31: Decbr. Was 't restant der in Cassa gebleevene Contanten ƒ433:10:
In dit Jaar bijgekomen.
onder het doen van den godsdienst geCollecteert d:o 554:04:
over betaalde kerken geregtigheeden d:o 261:08: ƒ1249:06:
daar van gaat af.
wegens diversse benodigtheeden van kerk en predikants wooninge en andere kerkelijke gebouwen te versien &:a   d:o 975:10:
Blijvende dus onder dato deeses p:r Restant   d:o 273:12:
Daar en teegen is deese kerk Debet.
Aan de Diaconij van Cabo de goede Hoop volgens Diversse Scheepenen kennissen ƒ29300:-:
waar van detraheere de bovengem: nu p:r restant blijvende Contanten d:o 273:12:
Soo dat de kerk thans aan die van Cabo de goede Hoop Debet blijft   ƒ29026:04:
ofte aan holl: Cour:t geld   ƒ23221:-:

Reekening nopens den staat der Armen Cassa, in 't Land van waveren , onder Ult:mo December 1773.
1772 31: Decbr. Was 't restant der in Cassa gebleevene Contanten ƒ433:10:
In dit Jaar bijgekomen.
onder het doen van den godsdienst geCollecteert d:o 554:04:
over betaalde kerken geregtigheeden d:o 261:08: ƒ1249:06:
daar van gaat af.
wegens diversse benodigtheeden van kerk en predikants wooninge en andere kerkelijke gebouwen te versien &:a   d:o 975:10:
Blijvende dus onder dato deeses p:r Restant   d:o 273:12:
Daar en teegen is deese kerk Debet.
Aan de Diaconij van Cabo de goede Hoop volgens Diversse Scheepenen kennissen ƒ29300:-:
waar van detraheere de bovengem: nu p:r restant blijvende Contanten d:o 273:12:
Soo dat de kerk thans aan die van Cabo de goede Hoop Debet blijft   ƒ29026:04:
ofte aan holl: Cour:t geld   ƒ23221:-:

’/:onderstond:/’

‘Aldus gedaan en nagezien ter kerkvergadering in ‘t Land van Waveren , Datum ut Supra. /:was geteekend:/ R: Harders V:D:M, Jan Theron, G:t H:k Meijer A:s du Toit, Jacob:s Hugo, Jan Geijsbert Olivier, Charl Theron.’


Reekening nopens den Staat der Armen Cassa in 't Swartland gehouden den 31: Xber 1773.
1772 Ult:m Xbre was het restant der in Cassa gebleevene Contanten 757:06:
In dit Jaar bijgekomen.
aan Aalmoesen 422:06:
d:o kerkegeregtigheeden en vrijwillige giften 186:14: ƒ1366:10:
Daar van gaat af diversse onkosten tot het repareeren der kerk, krank bezoekers, predikants en kosters Huijs, alles volgens overgeleeverde Reekening, mitsg andere benodigtheedens   624:05:
Dus blijft onder dato deeser p:r Restant   742:05:
Daar en teegen is deese Diaconij aan die van Caap de goede hoop volgens diversse Scheepen kennisse Debet ƒ27000:-:
Waar van detraheere de bovengem: nu p:r restant blijvende Contanten d:o 742:05:
soo dat deese kerk nog Debet blijft   d:o 26257:11:
ofte aan Holl: Cour:t geld   ƒ21006:03:

Reekening nopens den Staat der Armen Cassa in 't Swartland gehouden den 31: Xber 1773.
1772 Ult:m Xbre was het restant der in Cassa gebleevene Contanten 757:06:
In dit Jaar bijgekomen.
aan Aalmoesen 422:06:
d:o kerkegeregtigheeden en vrijwillige giften 186:14: ƒ1366:10:
Daar van gaat af diversse onkosten tot het repareeren der kerk, krank bezoekers, predikants en kosters Huijs, alles volgens overgeleeverde Reekening, mitsg andere benodigtheedens   624:05:
Dus blijft onder dato deeser p:r Restant   742:05:
Daar en teegen is deese Diaconij aan die van Caap de goede hoop volgens diversse Scheepen kennisse Debet ƒ27000:-:
Waar van detraheere de bovengem: nu p:r restant blijvende Contanten d:o 742:05:
soo dat deese kerk nog Debet blijft   d:o 26257:11:
ofte aan Holl: Cour:t geld   ƒ21006:03:

’/:onderstond:/’

‘Aldus gedaan en nagezien ter kerken vergaderinge in het Swart Land datum als boven. /:was geteekend:/ Paul Retief, Hendrik van d’ Westhuijsen, P:v:d:Bijl, Andries Gobreght, Matthijs Michielse Basson, Andries Stevanus Gous.’

in opzigten welker Reecq:gen beslooten is, dat deselve volgens gebruijk in Copia naar ‘t vaderland Sullen werden overgezonden.

En nademaal bij nadere Resumptie der procuratiën en zoldij Reecq:gen is komen te blijken, dat deselve door den E: provisioneel FisCaal Oloff Martini Bergh ondersogt en wel bevonden zijn; heeft men dierhalven aan dies Eijgenaars gepermitteert, om deselve aan haare gemagtigdens in ‘t Patria te moogen Remitteeren.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de goede Hoop. Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: v: Plettenberg

[Signed:] H v Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: v: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D. Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij Mij Present

[Signed:] T: C: Rönnenkamp, E:g: Clercq

C. 152, pp. 88-93.

Donderdag den {17740217} 17: febr: 1774.

‘S voormiddags alle present.

Is op heeden geleesen, Seeker Request, door den oud onderCoopman titulair en geweesen eerste Suppoost van ‘t Equipagie Comptoir ter Batavia, Jan Hendrik Funck, denwelken met het onlangs vertrockene Retourschip Vreeburch , als passagier alhier is aangeland, in de volgende bewoordinge gepresenteerd.

Aan den E: Agtb: Heer M:r Joachim van Plettenberg, gezaghebber deeses Gouvernements, benevens den E: Agtb: raad van politie.

‘E:Agtb: Heer en Heeren.’

‘Geeft reverentelijk te kennen U E E:s Agtb: ootmoedigen Dienaar, den met het onlangs vertrockene Retourschip Vreeburch , als passagier alhier aangelanden oud onderCoopmantitulair en geweesen Eerste Suppoost van ‘t Equipagie Comptoir te Batavia, Jan Hendrik Funck: hoe den Supp:lt voor omtrent twee jaaren geleeden, op desselfselfs diesweegens aan haar wel Edele groot agtb: de Heeren der hooge Indiasche Regeering gedaan Supplicq, behoudens zijn voorsz: Rang van oud onderCoopman tit:r uijt den dienst der E: Comp:n gedimitteerd geworden zijnde, den Supp:lt vervolgens in den voorl: Jaare, ter zijner nader instantie, van welopgem: haar Hoog Edelens, goedgunstelijk permissie heeft geobtineerd, tot recouvreeringe zijner gezondheijd, die denselven Seedert zijn aanweesen ter voorsz: Indiasche hoofdplaatse heeft verlooren, een Springtogt herwaards te mogen doen; welkenvolgende hij dan ook, invoegen als boven gesegd, ter deeser Plaatse is gearriveerd: maar nademaal den Supp:lt, niet teegenstaande zig nu bereijds den tijd van circa twee maanden alhier is bevindende, tot zijn bijzonder Leedweesen, geen de minste beeterschap bespeurd, en denselven uijt dien hoofde zeer gaarne verder naar ‘t Vaderland zoude willen vertrecken, alwaar den Supp:lt zig vleijd, beeter en Spoediger tot herstellinge zijner voorige gezondheijd te zullen kunnen geraken; Zoo neemt hij de vrijheijd, zig door deesen te keeren tot U E E: agtb: met Eerbiedig versoek dat U E E: agtb:, van die goedheijd gelieven te zijn, aan den Supp:lt om de geallegueerde reedenen te permitteeren, met het ter rheede leggend retourschip Foreest , naar ‘t Patria over te varen; bereijd zijnde, het daar toe staande Transport- en Cost-geld voor logies en tractament in de Cajuijt, in ‘S E: Comp:s Cassa alhier behoorlijk te voldoen. /:onderstond:/ ‘T welk doende &:a’

ten belange van welk versoekschrift in aanmerkinge genomen zijnde, dat ged:e Funck, alleen bij d’ ontfangene naamrolle van bovengementioneerden bodem Vreeburg , al passagier na de Caab bekendstaande, men voorts nopens de aan hem verleende permissie, om zig herwaards te begeeven, van haar Hoog Edelens de heeren der hooge Indiasche Regeeringe geen het minste aanschrijvens ontfangen hebbende, dus komt te verseeren in eene Ignorantie met welk oogmerk voorsz: Funck van Batavia naar deese plaats is overgekomen; heeft men dierhalven raadsaamst geoordeeld in desselfs geciteerd Supplicq, om van hier verder na ‘t vaderland te vertrecken, voor als nog niet te condescendeeren.

Aldus geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: v: Plettenberg

[Signed:] H v Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: v: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D. Westerhoff

[Signed:] Otto Luder Hemmij

C. 152, pp. 94-125.

Dingsdag den {17740301} 1 Maart 1774.

‘S voormiddags alle present, behalven den E: Guarnisoen boekhouder Dirk Westerhoff mits occupatie.

Door den deesen Casteele bescheijdenen Lieutenant Militair Carel Matthijs de Lille, bij Request instantig versogt geworden zijnde, dat in zijn faveur, aan haar Wel Edele groot agtb: de Heeren Bewindhebberen ter Camer Enkhuijsen mogte werden geschreeven, ten eijnde aan desselfs gemagtigdens in neederland de Cooplieden Dijken, Mulder en Gerrit van Proeten t’ Amsterdam , mogte werden betaald, Sodanige Somma van ƒ384:03:04: als den Supp:lt, wanneer in den Jaare 1770: van Bengalen is gerepatrieerd, bij de’ E: Comp:n verdiend, en ter voorsz: Camer te goed behouden heeft, en welke penn:, vermits de procuratie, die door gem: de Lille tot den ontfangst van dien, op zijne voorsz: gemagtigdens is gepasseerd, met geen behoorlijke Licentie gemunieerd geweesd zijnde, uijt dien hoofde onvoldaan zijn gebleeven; is dierhalven verstaan, welgem: Heeren Bewindhebberen eerbiedig te versoeken, op het voorsz: Supplicq favorabel te willen disponeeren.

Voorts is op het dieswegens almeede in Scriptis gedaan versoek, van den burger Augustus Schrijver, aan denselven gepermitteerd, met een der nog verwagt werdende Retourscheepen te Repatrieeren; Sullende gem: Schrijver, nadat de geleegendheijd daar toe Convenable zal werden gevonden, in de Cajuijt of op den overloop gelogeert ende getracteerd, en door hem na rato, het daar toe Staande Transport en Costgeld in S E: Comp:s Cassa moeten werden betaald.

De Brandmeesters Jan Fredrik Willem Böttiger en Hendrik Fehrszen, op hunl: hierom gedaane Instantiën, van ‘t verder waarneemen dier functie ontslagen weesende, zoo zijn in Steede van deselve, weederom tot Brandmeesters verkooren, de Burgers Christiaan Paulsen en Lodewijk Fichtener.

Sijnde wijders nagezien, de generale Reecq: der weesgelden, zodanig als deselve onder Ult:mo December des gepasseerden jaars, ter weesCamer zijn bevonden, luijdende als volgt.


Generale Reekening der WeesCamer onder Ult:mo December 1773.
1773 P:mo: Jann: was't Capitaal op de Boeken Rx 292244:23:
d:o d:o d:o 't restant der Contanten op de openstaande boedels d:o 22201:46: 314446:21:
In dit Jaar bijgekoomen.
Op de Boeken, als volgt.
Aan geprofiteerde Renten op d' uijtstaande Capitalen Rd:s 10434:15:
d:o nieuwe bewijzen d:o 2305:-:
d:o ingekomene Erffenispenningen tot voordeel der weesen d:o 43747:23:
op de openstaande Boedelreekeningen d:o 20632:01: 77118:39:
In dit Jaar afgegaan.
Op de Boeken als.
wegens betaalde bewijzen rd:s 7025:03:
d:o uijtgegeevene Contanten tot voldoening en onderhoud der weesen, mitsg: s Camer ongelden d:o 47295:18:
op de openstaande Boedel Reekeningen d:o 36888:22: 91208:43:
Resteerd onder dato deeses een Somma van   Rd:s 300356:17:
welk evengem: restant Capitaal bestaat in 't volgende als
In diversse verbandbrieven Rd:s 255376:35:
d:o verscheene Intresten d:o 6518:30:
d:o het Restant der Contanten op de Boeken d:o 32515:23:
d:o d:o d:o d:o op de openstaande boedels d:o 5945:25: d:o 300356:17:

Generale Reekening der WeesCamer onder Ult:mo December 1773.
1773 P:mo: Jann: was't Capitaal op de Boeken Rx 292244:23:
d:o d:o d:o 't restant der Contanten op de openstaande boedels d:o 22201:46: 314446:21:
In dit Jaar bijgekoomen.
Op de Boeken, als volgt.
Aan geprofiteerde Renten op d' uijtstaande Capitalen Rd:s 10434:15:
d:o nieuwe bewijzen d:o 2305:-:
d:o ingekomene Erffenispenningen tot voordeel der weesen d:o 43747:23:
op de openstaande Boedelreekeningen d:o 20632:01: 77118:39:
In dit Jaar afgegaan.
Op de Boeken als.
wegens betaalde bewijzen rd:s 7025:03:
d:o uijtgegeevene Contanten tot voldoening en onderhoud der weesen, mitsg: s Camer ongelden d:o 47295:18:
op de openstaande Boedel Reekeningen d:o 36888:22: 91208:43:
Resteerd onder dato deeses een Somma van   Rd:s 300356:17:
welk evengem: restant Capitaal bestaat in 't volgende als
In diversse verbandbrieven Rd:s 255376:35:
d:o verscheene Intresten d:o 6518:30:
d:o het Restant der Contanten op de Boeken d:o 32515:23:
d:o d:o d:o d:o op de openstaande boedels d:o 5945:25: d:o 300356:17:

’/:onderstond:/’

‘Ter WeesCamer aan Cabo de goede Hoop, Ult:mo Decembre 1773.’

’/:Laeger:/ Continueerende en aankomende weesmeesteren /:was geteekend:/ J: V: Plettenberg, J: v: d: Spuij C: Brand, H:k le Suéur, H: P: Möller, H: O: Eksteen, /:in Margine afgaande weesmeesteren/: en geteekend:/ J: A: la Febre, J: A Kuuhl.’

Vervolgens wierd door d ‘E E: Adriaan van Schoor en Otto Luder Hemmij, ingevolge en ter voldoening der op deselve bij Resolutie van den 7: Decbr: pass:o gedecerneerde Commissie ingediend, het volgende Rapport.

Aan den E: Agtb: Heer M:r Joachim van Plettenberg gezaghebber deeses gouvernements, benevens den E: Agtb: politicquen rade.

‘E: E: Agtb: Heer en Heeren.’

‘Om zoo veel mogelijk bij eene nadere te makene Schicking te zorgen, dat zoo de koorn-watermolen als Thuijn der E: Comp:n, het nodig water door de bezitters der daarboven leggende particuliere Thuijnen, niet te Seer zouden worden onthouden; hebben d’ ondergeteek:de Leeden deeser vergadering, in nakoming van het door U E E: Agtb: op den 7: December laatsll: genomen besluijt, d’ Eer ter needer te Stellen, dat zij onder Correctie vermeenen, dat dit op de Convenabelste wijze zoude kunnen geschieden, met onder vast gestelde pænaliteijt /:zelfs bij verbeurte van het anders vergunde prærogatief:/ te interdiceeren, dat geen der bezitters van bovengem: Thuijnen ooijt zal vermogen, het aflopend water uijt zijnen loop te leijden, dan op navolgende bepaalde wijze te weeten.’

‘het Water van dezogen:de platte klip afkoomende, voor de Thuijnen van Marthinus Smuts en Albert van der Poel, dog nooijt anders nog meer, dan ‘S morgens en ‘S avonds van vier tot Seeven uuren, in Steede van vijf tot Seven uuren, gelijk bevoorens geweest is.’

‘het water langs de thuijn van den burgerraad d’ E: Michiel van Breda, aflopende, meede, ‘S morgens en ‘S avonds op dien Selfden tijd.’

‘voor de thuijnen van Jan Rode, Jan Tesler, Barend de Vries, Joh:s Smuts, Joël Ackerman, willem de kruger en Adriaan Smuts, als voor die van Rode zondags avonds van vier tot Zeeven uuren. Maandags , Tesler en de Vries. Dingsdags, Joh:s Smuts en ackerman Woensdags, De kruger d:o Ad: Smuts Donderdags, Tesler d:o de Vries Vrijdags, Joh:s Smuts d:o ackerman Zaturdags ‘s morgens van vier tot Zeven uuren De kruger en Ad: Smuts.’

‘het water uijt het Tafel gebergte ontspringende en aflopende door het Land aan gem: E: Breda in den jaare 1769: in Eijgendom gegeeven.’

‘Voor de Thuijn van Breda zelve, dog meede nooijt anders, dan ‘S morgens en ‘S avonds van vier tot Seeven uuren, mits hij Breda verpligt blijve, het gem: Rivier water voor ‘t overige, geduurende het Somer Saijsoen te laaten loopen, langs zijn Thuijn en voorts beneeden waards met een hoek door desselfs Thuijn, in de gemeene Sloot naar de Molen.’

‘het water uijt het Tafelgebergte terzijde boven de thuijn van Bresler afkomende.’

‘voor de Thuijn van denselven Bresler alleen, en’

‘het water van de fonteijn aan den beneeden kant van Breslers thuijnland geleegen, en dewelke voor eenige jaaren ‘S Comp:s weegen ter verkrijging van meerder water, voor ‘S Comp:s Molen en Thuijn, is opgeruijmd geworden.’

‘voor de Thuijn van J: H: Hofmeijer, Jan Jacobse, Arend van wielinge en den Dispencier van Schoor, insgelijx ‘S morgens en ‘S avonds van vier tot Zeeven Uuren, te weeten.’

‘De twee eerstgen:de den eenen dag, en de twee laatstgem den anderen dag, om zoo vervolgens te werden geContinueerd, alleen met dit verschil, dat de geene die het water op den eenen tijd ‘S morgens gebruijkt heeft, zulx dan de volgende tourbeurt weeder ‘S avonds, en dus telkens bij verwisseling hebben Sal.’

‘Dan om veelerlij prætexten weg te neemen, en des te beeter zorg gedragen te kunnen worden; dat een ieder het water niet anders, dan op voorsz: gestipuleerde tijden aflijden zal, vermeenen de ondergeteek:ds dat een iegelijk die van deese bovengem: vergunning zal profiteeren willen, diende te worden verpligt, ten eersten, of binnen seekeren bepaalden tijd, op die Plaatsen, alwaarde uijtlijdingen zullen geschieden, Sluijsjes te doen inmetzelen, zodanig, dat alle de geene wiers tourbeurd het niet zij, het water te gebruijken, deselve Sluijsjes, geduurende dien tijd, digt onder het Slot zullen kunnen en moeten houden, en het water oversulx, navolgens bovengem: verdeeling, onverhindert zijnen loop zal mogen hebben.’

‘Terwijl d’ondergeteek:de wijders, ter meerdere wegneeminge van den Stank, dien door het lang agter een Stil Staan des waters in de gragten alhier, dikwerf word vernomen, oordeelen, dat van veel nut zijn zoude, wanneer Stipte ordre wierde gesteld, dat ‘S weekelijx van des Saturdags ‘S morgers te Zeeven uuren, tot Sondags namiddags te vier uuren, niemand zonder onderscheijd /: de Thuijniers in ‘S E: Comp:s thuijn, zoo wel, als alle de daar neevens geleegene particuliere Thuijnen en ‘S E: Comp:s Steenbackers daar onder begreepen:/ het minste water uijt Sijnen loop zoude vermogen te lijden, ten eijnde de Schut deuren der gragten des Saturdags voormiddags te Elf uuren open gesteld, het water afgeloopen en ten eersten de onderste Sluijsen, Soo bij ‘S E: Comp:s houthok, als voor het Huijs van S:r Johannes Faasen, mitsg:s na verloop van een a twee uuren, d’ overige Sluijsen van onderen op beginnende, weeder toegevallen zijnde, dus de gragten dan telkens met versch water zouden kunnen werden voorsien.’

‘Om nu eijndelijk aan het laatste Lid der aan d’ ondergeteekend:s opgedragene Commissie meede te voldoen, namentlijk t’ ondersoeken hoedanig best zoude kunnen worden getermineerd, het dispuut tusschen den Burger Marthinus Smuts en voorwaards gem: Burgerraad d’ E: Michiel van Breda ontstaan, ter zaake dat den Eerst-door den laatst- gemelde, ‘t Seedert eenigen tijd, onder voorgeeving, dat Sulx in zijn Boomgaard en Thuijn onvrijheijd veroorsaakte, mitsg:s voorsz: Smuts buijten des, het water van de platte klip afkomende tot drinkwater gebruijken konde, was belet geworden, het halen van drinkwater het geen door een in ‘S Comp:s waterbak leggende houte Buijs, zig van het overtollige water ontlast, en in de Sloot tusschen hunne thuijnen geleegen naar ‘S Comp:s Molen en Thuijn komt af te loopen; hebben d’ ondergeteek:ds nadat zig ter evengem: plaatse hadden begeeven, diesweegens behoorlijke inspectie genoomen, en bevonden, dat in ‘S E Comp:s Sloot, ter zijde de Thuijn van Breda, ronds om voorsz: houte buijs tot boven de Sloot naar den kant van gem: Smuts Thuijn, het zodanig met eenige aan malkanderen gebondene Paaltjes afgepaggert was, dat men alleen uijt zijn Bredaa’s Thuijn bij deese buijs koomen konde, daar in teegendeel, de Thuijn van geciteerden Breda, langs dien Sloot aldaar, gedeeltelijk open en oversulx niet bevrijd legd, Schoon Sonder veel moeijte, genoegsaam konde worden bezorgt en afgeslooten; En ten aansien dit water zig door meerm: Buijs in ‘S Comp:s Sloot, zig buijten de Thuijn en Land van welgerepte Breda komt t’ ontlasten, en teffens geaffirmeerd word, dat reets den voorigen bezitter der Thuijn van Smuts, zijnde wijlen den burger Jacob Schreuder, bevoorens geduurig, zelfs voor dat de houte Pompen aldaar waaren gelegd, het gebruijk van dit drinkwater, onverhindert gehad heeft, zoo vermeenen d’ ondergeteek:ds, onder wijser oordeel, dat dikwerf gem: Breda geen regt heeft, het haalen van dit drinkwater buijten zijn Thuijn en Land, voornamentlijk, aan den zodanigen, dewelke de houte pompen der waterleijdinge door hun Thuijnland, tot Schaade en ongemak moeten gedoogen, ofschoon ‘t selfs ook de waarheijd zij, dat nu en dan, ja veeltijds eenig Drinkwater elders anders te bekoomen zijn soude, te weeren of beletten en derhalven te mogen Sustineeren, dat gem: E: van Breda, behoorde weg te neemen de houte Paggers, naar den kant van zijn Buurmans Thuijn, en het haalen van drinkwater, onverhindert te gedoogen.’

‘Ende hier meede gedenkende aan U E E: Agtb: g’ Eerde Intentie te hebben voldaan, laaten de ondergeteek:ds deesen dienen, voor Eerbiedig Rapport’

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop, den 1: Maart 1774. /:was geteekend:/ A: V: Schoor, Otto Lud:r Hemmij’

Naar Lectuure van welk Rapport is verstaan, de daar bij door voorsz: E: E: van Schoor en Hemmij gemaakte Schicking, nopens de tijd en wijze dat het van het gebergte afkomend water doorde Eijgenaars ofte bezitters der Thuijnen, dewelke zoo wel boven de Coorn moolen, als Thuijn der E: Comp:n komen te leggen, zal mogen werden gebruijkt t’ approbeeren: des de voorsz: Eijgenaars der gementioneerde particuliere Thuijnen, het van ‘t gebergte afkomend water, geensints sullen vermogen uijt zijnen loop af te leijden, of op eenigerhande wijze te verhinderen, anders dan op de navolgende bepaalde wijze, te weeten.

het water van de zogen:de Platte klip afkoomende voor de Thuijnen van Marthinus Smuts en Albert van der Poel, egter nooijt anders, nog meer, dan ‘S morgens en ‘S avonds van Vier tot Zeeven uuren.

het water langs de Thuijn van den burgerraad Michiel van Breda afloopende, meede ‘S morgens en ‘S avonds van Vier tot Zeeven uuren, ten behoeve der Thuijnen van Johannes Roode, Jan Tesselaar, Barend de Vries, Johannes Smuts, Christman Joël Ackerman, Willem de Gruger en Adriaan Smuts, en de sulx voor ijder, op de volgende Dagen te weeten.

Voor die van Rode, Zondags avonds van vier tot Zeeven uuren.

Het water uijt het Tafelgebergte ontspringende en afloopende door het Land van meerm: Breda, in den jaare 1769 in eijgendom gegeeven voor de thuijn van evengem Breda Zelve, dog meede nooijt anders dan ‘S morgens en ‘S avonds van Vier tot Seeven uuren, en dat hij van Breda teffens gehouden blijft, het gedagte Rivier water, geduurende het Zomer Saijzoen eerst langs, en vervolgens beneedenwaards, met een hoek door zijn Thuijn in de gemeene Sloot naar de Moolen te laaten loopen.

Het water uijt het Tafel gebergte , ter zijde boven de Thuijn van Bresler afkomende voor de Thuijn van denselven Bresler alleen, en

het water van de fonteijn aan den beneedenkant van gem: Bresler thuijnland geleegen: voor de thuijnen der Burgers Jan Hendrik Hofmeijer, Jan Jacobsz, Arend van Wielligh en den E: Coopman en Dispencier Adriaan van Schoor, insgelijx ‘S morgens en ‘S avonds van vier tot Zeeven uuren, te weeten.

voor de twee eerstgem: den eenen, en voor de twee laatstgem den anderen dag, om zoo vervolgens te werden geContinueerd, eenelijk met dit onderscheijd, dat de geene, die het water op den eenen tijd des morgens zal hebben gebruijkt, hetselve dan bij de volgende tourbeurd, weederom ‘S avonds, en dus telkens bij verwisseling zal genieten.

Zullende voorts een ijgelijk, die invoegen voorsz:, van ‘t water zal koomen gebruijk te maken, verpligt zijn, om ten eersten op Sodanigen plaats, alwaar d’ uijtleijding zal moeten geschieden, een Sluijsje te doen metzelen, indiervoegen, dat de geene, wiens tourbeurt het niet zij, ‘t water te gebruijken, deselve Sluijsjes geduurende dien tijd digt en onder het Slot zullen kunnen en moeten houden, ten eijnde het water, volgens bovengem: verdeeling, desselfs Loop Steeds onverhindert zal kunnen behouden.

Gelijk dan ook de Burgers Johannes Roode en Barend de Vries met elkanderen zullen moeten over een komen, op wat wijze het water gevoeglijkst door des laatstgem: Thuijn ten behoeve van den eerstgem: zal dienen afgeleijd te werden.

En zal verders niemand zonder onderscheijd /: de thuijniers uijt ‘S E: Comp:s thuijn zoo wel, als de bezitters der daar neevens geleegene particuliere Thuijnen en ‘S Comp:s Steenbackers daar onder begreepen:/ zig mogen vervorderen, om het meerm: van ‘t gebergte afkomend water, van des Saturdags morgens te Seeven uuren tot Sondags namiddags te vier uuren, in ‘t allerminste uijt zijnen loop afteleijden, ten eijnde op voorsz: tijd te kunnen werden gebruijkt, tot ververssing van ‘t water in de gragten hier ter Steede, alles op pœne, dat de geene die teegens eenige der voorsz: bepalingen zullen komen aan te gaan, boven de verbeurte van 50: Rijxd:s pro fisco, nog van het aan hun vergunde prærogatief, om het water invoegen als bevoorens is gemeld, te mogen gebruijken, zullen zijn en blijven verstooken.

Boven het welke nog goed gedagt is, aan Burgerraden gedefereerd te laaten, om buijten en behalven d’ evengem: bepaalden tijd, nog bij zodanige andere geleegentheeden, als Zulx ten algemeenen nutte mogte werden gerequireerd, de voorwaards geordonneerde Sluijsjes te doen toehouden.

Terwijl laatstelijk, in opzigte van ‘t Dispuut, dat tusschen dikwerfgen:de Burgerraad van Breda, en den burger Marthinus Smuts is ontstaan, nopens het gebruijken van ‘t drinkwater, dat zig uijt de houte buijsen in de tusschen derselver Thuijnen leggende Sloot komt t’ontlasten, op de dies aangaande door bovengem: E: E: geCommitteerdens ingediende Consideratiën, is verstaan, dat de door gemed: van Breda aan d’ oversijde van gedagte Sloot gemaakte afpaggeringen; waar door aan ged:e Smuts belet word, het benoodigde drinkwater uijt deselve Sloot te kunnen bekoomen, ten eersten zal moeten werden weg genomen, ten eijnde door gedagten Smuts en de volgende bezitters van Sijnen Thuijn, het benoodigt Drinkwater voortaan onverhinderd uijt meerm: Sloot en wel ter plaatse, alwaar zig het water uijt de houte Pompen komt t’ ontlasten, zal kunnen gehaald werden; zullende egter door meerm: Smuts ofte de volgende bezitters van desselfs Thuijn, ter evengem: plaats op geenerlij wijze moogen gewasschen, en het voor derselver huijshouding en benoodigde drinkwater ook alleen geduurende de Somer des morgens te vijf, en Savonds te Zeeven uuren, mitsg:s ‘S winters, des morgens te Seeven en ‘S namiddags te vijf uuren mogen gehaald worden.

Verders in overweeging genomen weesende, dat, om de geprojecteerde nieuwe weegen tusschen het Casteel en ‘t Ronde Bosje , indiervoegen aan te leggen en tot Stand te brengen, dat daar omtrent het bedoelde, nut voor d’ Ingeseetenen zal moogen werden bereijkt, onvermijdelijk een des kundig zijnde Persoon werd vereijscht, zoo is op het te kennen geeven door den Heer gezaghebber, dat zijn Ed: dies aangaande, met den oud heemraad aan Stellenbosch Marten Melk, die, gelijk bekend is, van diergelijke werken goede kennisse heeft, gesprooken hebbende, denselven hadde betuijgd, daar toe bereijdwillig te zijn; oversulx goed gevonden en beslooten, het aanleggen en in Stand brengen der voorsz: weegen, aan ged:e Melk op te dragen: zullende dierhalven door burgerraden uijt de penn: die volgens gedane Taxatien reets ingekoomen zijn, en nog Staan opgebragt te worden, Successivelijk aan hem Melk moeten werden afgegeeven zoo veel denselven daar toe sal komen te requireeren, waar van hij egter gehouden zal weesen, van tijd tot tijd behoorlijke Reecq: te doen; Terwijl wijders goedgedagt is, meerm: E: E: van Schoor en Hemmij te versoeken en te Committeeren, omme neevens de fungeerende Burgerraaden te vaceeren, ten eijnde met meerm: Melk de vereijschte Schickingen te maken, op wat wijze het voorsz: t’ onderneemene werk zal dienen aangelegd en ter uijtvoer gebragt werden.

En na dien men tot gedagte weegen een groote quantiteijt klippen zal koomen te benoodigen, die meerendeels aan den voet des windbergs, zullen moeten gebrooken worden; is oversulx meede beslooten, dat de Eijgenaars der daar omtrent leggende Plaatsen, behoorlike aanwijzing aan meerm: Melk zullen moeten doen, tot hoe verre haarl: Plaatsen zig beneedenwaards koomen te Strecken, ten eijnde hij Melk zig daar na zal kunnen reguleeren.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: v: Plettenberg

[Signed:] H v Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: v: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 152, pp. 126-127.

Dingsdag den {17740308} 8: Maart 1774.

‘S voormiddags alle present.

Ten aansien ‘er in ‘t Negotie pakhuijs alhier, thans nog restant zijn 2888 p:s Cust guinees gemeen gebleekt, waar van onlangs p:r ‘t provisie Schip ‘T Huijs te Bijweg , 1000 p:s ongeEijscht zijn aangebragt; Zoo is verstaan, om ingevolge de verleende qualificatie van haar wel Edele groot Agtb: de Heeren der hooge Indiasche Regeering, vervat bij derselver missive van den 2: aug:s 1748, deselve 2888 p:s Cust guinees , maar met 30 of 25 pCt:o advans, p:r publique vendutie te laaten verkoopen.

Aldus geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: v: Plettenberg

[Signed:] H v Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D. Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmeij

C. 152, pp. 128-143.

Dingsdag den {17740322} 22 maart 1774.

‘S voormiddags alle present.

Heeft den Heer Gezaghebber ter vergaderinge geproduceert, d’ onderstaande Memorie.

‘Memorie van de nabesz: aracq p:r d’ onderstaande Scheepen van Batavia voor dit gouvernement aangebragt, bij pijling minder bevonden, gelijk blijkt bij de verClaring van geCommitteerdens hier annex, namentlijk’


Uijt Aschat
306: kann: aracq op 12: Leggers bij pijling minder als 9: v:n 4: 2 v:n 5: en 1: van 6 d:m wan, zijnde 6 9/16 pCt:o r:m.
Uijt Overhout
344 kann: aracq op 12 Leggers bij pijling minder als 4 van 4: en 8 v:n 5 d:m wan, zijnde 7 3/8 pCt:o ruijm.
Uijt Popkensburg
208 kann: aracq op 9 leggers bij pijling minder als 8 van 4: en 1 van 5 d:m wan Sijnde 5 15/16 pCt:o ruijm.

Uijt Aschat
306: kann: aracq op 12: Leggers bij pijling minder als 9: v:n 4: 2 v:n 5: en 1: van 6 d:m wan, zijnde 6 9/16 pCt:o r:m.
Uijt Overhout
344 kann: aracq op 12 Leggers bij pijling minder als 4 van 4: en 8 v:n 5 d:m wan, zijnde 7 3/8 pCt:o ruijm.
Uijt Popkensburg
208 kann: aracq op 9 leggers bij pijling minder als 8 van 4: en 1 van 5 d:m wan Sijnde 5 15/16 pCt:o ruijm.

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede hoop den 22: maart 1774: /:was geteekend:/ J: V: Plettenberg.’

naar welkers lectuure verstaan is, dat de Scheeps overheeden der daar bij vermelde kielen, voor ‘t geene deselve op d’ aangebragte Aracq minder als de gepermitteerde afschrijvinge dicteerd, te kort gekomen zijn, op haare zoldij Reekeningen Sullen werden gecrediteerd in maniere nabeschreeven, namentlijk:

den Schipper van Aschat , weegens
159 1/2 Cann: aracq a 3 7/16 pCt:o Sch:s teegen uijtkoopsprijs voor zijn 2/3 pC:t ƒ46:08:-:
en den opperstuurman over desselfs 1/3 als vooren d:o 23:08:-: ƒ69:01:
den Schipper van Overhout voor
121 1/2 Cann: aracq zijnde 2 5/8 pC:to Schaars desselfs 2/3 ƒ35:01:08:
mitsg:s den opperstuur:m wegens 1/3 17:10:08: ƒ 52:12:
den Schipper van Popkensburg , over
141 Cann: aracq a 4 1/16 pCt: Sch:s zijn 2/3 deel ƒ40:14:-:
en desselfs opperstuum:n voor 1/3 20:07:-: ƒ 61:01:
den Schipper van Aschat , weegens
159 1/2 Cann: aracq a 3 7/16 pCt:o Sch:s teegen uijtkoopsprijs voor zijn 2/3 pC:t ƒ46:08:-:
en den opperstuurman over desselfs 1/3 als vooren d:o 23:08:-: ƒ69:01:
den Schipper van Overhout voor
121 1/2 Cann: aracq zijnde 2 5/8 pC:to Schaars desselfs 2/3 ƒ35:01:08:
mitsg:s den opperstuur:m wegens 1/3 17:10:08: ƒ 52:12:
den Schipper van Popkensburg , over
141 Cann: aracq a 4 1/16 pCt: Sch:s zijn 2/3 deel ƒ40:14:-:
en desselfs opperstuum:n voor 1/3 20:07:-: ƒ 61:01:

Voorts nog geresumeerd weesende, een tweede Memorie, luijdende als volgt:

‘Memorie van de nabesz: metzelsteenen, Houtwerken Lijn olij & uijt d’ onderstaande Scheepen, zoo te kort, gebroken, als bij pijling minder, de Lijfeijgenen in de Ses jongst gepasseerde maanden door de natuurlijke dood overleeden, en ‘t vee in gemelden tijd zoo verrekt als door ‘t wild gedierte vernield, alles volgens verclaringen blijkende, namentlijk.’


Uijt den hoeker de Zon .
verkoopen { 18870 p:s grauwe moppen op 40000 p:s gebrooken .
uijt Blijswijk .
afschrijven. { 55 p:s Tonnetjes Swartsel op 500 p:s bij 't openen van Een kas n:o 83 Leedig
verkoopen. { 3 d:o ijzere potten op 25 p:s gebrooken
afschrijven. { 2/15 kelder gedistileerde wateren op 2 kelders } gebrooken
1/15 d:o franse brandewijn op 1 kelder
verkoopen. { 9 p:s meeten 924: ellen vlaams Linnen op 31: p:s ofte 3040 Ellen bij 't openen van 6 Cassen N:s 70: tot 75, door bijgekomene nattigheijd verrot.
10 d:o haire kruijtdeekens, bij 't openen van 2 Cassen, beijde L:a D: verrot
afschrijven { 19 vaten bussekruijt op 40: vaten, á 100 lb ieder, zijn meede volgens verClaring der Scheeps overheeden, op ordre van de Heeren Bewindhebberen met den Hoeker de Trieton na Middelburg nat en Bedorven teruggezonden.
verkoopen { 38676 p:s Leijdse Steenen op 100'000 p:s } gebrooken
1 d:o greene balk van 4 & 6 d:m op 15 d:o
1 d:o d:o Rib d:o 4: d:o 4: d:o d:o 10 d:o
1 d:o d:o d:o d:o 3: d:o 4: d:o d:o 15 d:o
2 d:o d:o d:o d:o 3: d:o 3: d:o d:o 15 d:o
8: d:o d:o Latten d:o 1 1/2 d:o 2: d:o d:o 50 d:o
2 d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 20 d:o
10 d:o d:o d:o d:o 1 d:o 1 1/2 d:o d:o 75 d:o
2: d:o d:o Deelen d:o 2 1/2 d:o d:o d:o d:o 50 d:o
10 d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o d:o d:o 125 d:o
12 d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o d:o d:o 200 d:o
13 d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o d:o d:o 200 d:o
44 d:o Theer quasten op 100 p:s bij 't openen van 1: Cas L:a F: verstikt
afschrijven. { 218 2/5 kann: Lijnolij op 30: half amen bij pijling minder als 20 van 3, 8 v:n 4: en 2: van 5 d:m wan.
Uit de Hoop
verkoopen { 1: p:s greene balk van 4 en 6 d:m op 20 p:s } gebroken
2 d:o d:o Deelen d:o 2 d:o d:o 200 d:o
4 d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 300 d:o
10 d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 150 d:o
23625 d:o leijdse Steenen op 70000 d:o

Uijt den hoeker de Zon .
verkoopen { 18870 p:s grauwe moppen op 40000 p:s gebrooken .
uijt Blijswijk .
afschrijven. { 55 p:s Tonnetjes Swartsel op 500 p:s bij 't openen van Een kas n:o 83 Leedig
verkoopen. { 3 d:o ijzere potten op 25 p:s gebrooken
afschrijven. { 2/15 kelder gedistileerde wateren op 2 kelders } gebrooken
1/15 d:o franse brandewijn op 1 kelder
verkoopen. { 9 p:s meeten 924: ellen vlaams Linnen op 31: p:s ofte 3040 Ellen bij 't openen van 6 Cassen N:s 70: tot 75, door bijgekomene nattigheijd verrot.
10 d:o haire kruijtdeekens, bij 't openen van 2 Cassen, beijde L:a D: verrot
afschrijven { 19 vaten bussekruijt op 40: vaten, á 100 lb ieder, zijn meede volgens verClaring der Scheeps overheeden, op ordre van de Heeren Bewindhebberen met den Hoeker de Trieton na Middelburg nat en Bedorven teruggezonden.
verkoopen { 38676 p:s Leijdse Steenen op 100'000 p:s } gebrooken
1 d:o greene balk van 4 & 6 d:m op 15 d:o
1 d:o d:o Rib d:o 4: d:o 4: d:o d:o 10 d:o
1 d:o d:o d:o d:o 3: d:o 4: d:o d:o 15 d:o
2 d:o d:o d:o d:o 3: d:o 3: d:o d:o 15 d:o
8: d:o d:o Latten d:o 1 1/2 d:o 2: d:o d:o 50 d:o
2 d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 20 d:o
10 d:o d:o d:o d:o 1 d:o 1 1/2 d:o d:o 75 d:o
2: d:o d:o Deelen d:o 2 1/2 d:o d:o d:o d:o 50 d:o
10 d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o d:o d:o 125 d:o
12 d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o d:o d:o 200 d:o
13 d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o d:o d:o 200 d:o
44 d:o Theer quasten op 100 p:s bij 't openen van 1: Cas L:a F: verstikt
afschrijven. { 218 2/5 kann: Lijnolij op 30: half amen bij pijling minder als 20 van 3, 8 v:n 4: en 2: van 5 d:m wan.
Uit de Hoop
verkoopen { 1: p:s greene balk van 4 en 6 d:m op 20 p:s } gebroken
2 d:o d:o Deelen d:o 2 d:o d:o 200 d:o
4 d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 300 d:o
10 d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 150 d:o
23625 d:o leijdse Steenen op 70000 d:o

‘Volgens bij gevoegde reekenings van den opziender van ‘S Comp:s Slavenlogie, gesterkt met Secretariale verclaringen, zijn in de jongste gepasseerde maanden 7ber:, Octb: November, en December 1773: mitsg: Jann: en febr:ij deeses Jaars, van ‘S Comp:s Slaven door de natuurlijke Dood overleeden.’


afschrijven { 5 kloeke jongens
1: zuigend d:o
1 kloeke meijd
2: zuigende d:o
6: Bandiete Jongens
2 d:o of Hottentots in de Logie gebannen en van daar gefugeert

afschrijven { 5 kloeke jongens
1: zuigend d:o
1 kloeke meijd
2: zuigende d:o
6: Bandiete Jongens
2 d:o of Hottentots in de Logie gebannen en van daar gefugeert

‘En volgens geannexeerde reekeninge van de Landdrosten, gesterkt met Secretariale beEdigde verclaringen zijn meede in voorsz: tijd, van ‘S Comp:s Beestiaal zoo verrekt als door ‘t wild gedierte verslonden.’


afschrijven { 189 Stuks Runderen
7: d:o paarden
30 d:o Bocken

afschrijven { 189 Stuks Runderen
7: d:o paarden
30 d:o Bocken

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede hoop den 22: maart 1774: /: was geteekend:/J: V: Plettenberg’

is daar op beslooten, dat met de daar bij geciteerde te kort komende en gebrooken aangebragte goederen, mitsg:s gestorven Slaven en verrekt Beestiaal der E: Comp:n zal werden gehandeld, indiervoegen als in margine dier Memorie Staat aangeteekend.

Zijnde ook weegens den ontfangst en uijtgaaf der zeguls overgeleeverd, de onderstaande Reekening.


Zeguls d' A:is 1773/4
 
Debent van van van van van van van van van van
R:ds 1/8 : 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:mo Septb: 1773 Restant verbleeven 820: 1382: 683: 103: 138: 24: 30: 72: 34: 21: 86: 96: 20: 11: 8: 34: 7: 3: 2: 4
den 3: 7ber: Jongstl Bijgekoomen 1800: 1000: 600: -: 100: 100: -: 100: -: -: -: -: -: -: -: 30: -: -: -: -:
Somma 2620: 2382: 1283: 103: 238: 124: 30: 172: 34: 21: 86: 96: 20: 11: 8: 64: 7: 3: 2: 4
 
Credunt. van van van van van van van van van van
R:ds 1/8 : 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60:
Seedert P:mo Septbr: 1773 tot dato verkogt 1304: 1031: 410: 2: 143: 47: 16: 50: 14: -: 9: 19: -: 1: -: 22: -: -: -: -:
Dato deeses Restant 1316: 1351: 873: 101: 95: 77: 14: 122: 20: 21: 77: 77: 20: 10: 8: 42: 7: 3: 2: 4:
Somma 2620: 2382: 1283: 103: 238: 124: 30: 172: 34: 21: 86: 96: 20: 11: 8: 64: 7: 3: 2: 4:

Zeguls d' A:is 1773/4
 
Debent van van van van van van van van van van
R:ds 1/8 : 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:mo Septb: 1773 Restant verbleeven 820: 1382: 683: 103: 138: 24: 30: 72: 34: 21: 86: 96: 20: 11: 8: 34: 7: 3: 2: 4
den 3: 7ber: Jongstl Bijgekoomen 1800: 1000: 600: -: 100: 100: -: 100: -: -: -: -: -: -: -: 30: -: -: -: -:
Somma 2620: 2382: 1283: 103: 238: 124: 30: 172: 34: 21: 86: 96: 20: 11: 8: 64: 7: 3: 2: 4
 
Credunt. van van van van van van van van van van
R:ds 1/8 : 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60:
Seedert P:mo Septbr: 1773 tot dato verkogt 1304: 1031: 410: 2: 143: 47: 16: 50: 14: -: 9: 19: -: 1: -: 22: -: -: -: -:
Dato deeses Restant 1316: 1351: 873: 101: 95: 77: 14: 122: 20: 21: 77: 77: 20: 10: 8: 42: 7: 3: 2: 4:
Somma 2620: 2382: 1283: 103: 238: 124: 30: 172: 34: 21: 86: 96: 20: 11: 8: 64: 7: 3: 2: 4:

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop den 31: Februarij 1774. /:was geteekend:/ J: V: Plettenberg. /in Margine:/ Deese Reekening door ons ondergeteekende provisioneele Fiscaal en gecommitteerdens uijt den E: Agtbr: Raad van Justitie alhier behoorlijk nagezien en met de Restanten geConfronteerd zijnde is deselve in allen deelen accordeerende bevonden /:en daar onder:/ In ‘t Casteel de goede hoop datum ut Supra /:geteekend:/ O: M: Bergh, A: V: Schoor, D: Westerhoff. /:Laeger:/ Mij present /:en geteekend:/ C: L: Neethling Secret:s.’

waar uijt komende te Consteeren, dat de verkogte Zeguls, geduurende de gepasseerde Zes maanden, een Somma van 2009 1/4 Rijxd:s hebben bedragen, zal dit montant in ‘S E: Comp:ns Cassa overgebragt, en bij de Negotie boeken deeses Gouvernements behoorlijk moeten werden ingenoomen.

Vermits op den Jongst gedanen Togt, en gedreeven Slaven handel des hoekers de Snelheijd ten eijlande Madagascar , niet meer als veertig Stuks Leijfeijgenen hebbende kunnen werden ingeruijld, dit ontzet egter geensints toereijkend komt te weesen, tot het groot gebrek aan Slaven ten deesen Gouvernements, is dierhalven op de Propositie van den Heer gezaghebber, noodzakelijk geoordeeld en dienvolgens beslooten, den Hoeker de Zon , ten dien fine, een Reijs naar het gementioneerde Eijland Madagascar te laaten doen; weshalven het ged:e vaartuijg van een Sortabel Carguasoen en de noodige Contanten tot het trocqueeren der voorsz: Dienstbaare menschen, Sullende moeten werden voorsien, zijn wijders, om deese Negotie te drijven, den Boekhouder Fredrik Godhold Holtsapfel weederom tot Eerste, en den Adsistent Jan Paddenburg tot tweede Commies aangesteld.

Door den met het aanweesend Schip Overhout repatrieerenden gewesen Resident van de Mattarm , d ‘E: Jan Lapro, bij request versoek gedaan zijnde, dat aan hem mogte werden gepermitteerd, ten dienste der bij zig hebbende geadopteerde twee zuijgende kindertjes met namen Charles Louis Philippe en Hendrik Francois, met zig naar ‘t vaderland meede te neemen, de vrije vrouwen Urania van Nias en Porcia van Passir; is goedgevonden, zulx aan hem t’ accordeeren, mits in ‘S E: Comp:s Cassa alhier betaalende, het daar toe Staande Transport en Costgeld, gereekend van Batavia naar ‘t Patria, en van daar wederom derwaards te rug.

Ook is aan den burger Jan Gert Bandjes op zijn diesweegens meede in Scriptis gedaan Supplicq, toegestaan, omme desselfs Zoontje gen:t Gerrit oud 10: Jaaren, ter verder erlanginge eener goede Educatie, met een der Retourscheepen naar Neederland over te senden, en de Sulx insgelijx onder betaaling der ordinaire Transport en Costpenn:, om op den overloop te werden gelogeert en getracteerd.

Gelijk al verder ter instantie van den burger Capitain Tobias van Neck, aan denselven in Eijgendom is vergund, een dubbeld Stuk huijs Erfs, geleegen in deese Tafelvalleij , in ‘t nieuw afgestookene blok N:o 16: en aldaar N:is 1 en 2: groot een en Neegentig quadraat Roeden en agt en Twintig dito voeten.

Laastelijk is, aangezien den tijd tot het opneemen der Burger Effecten weederom begind te naderen, goedgevonden, Sulx volgens het gewone gebruijk, zoo hier aan de Caab, als aan Stellenbosch , op Zaturdag, Maandag en Dingsdag, den 30: april, mitsg:s 2 en 3: Maij aanstaande, ten overstaan van den E: provisioneel FisCaal, nevens geCommitteerde Leeden uijt den Raad van Justitie alhier, mitsg:s van landdrost en heemraden in voorsz: buijten district te laten geschieden en daarvan de noodige billiëtten te doen affigeeren.

Aldus geresolveerd ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: v: Plettenberg

[Signed:] H v Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 152, pp. 144-165.

Dingsdag den {17740405} 5: April 1774.

‘S voormiddags alle present.

De goederen en provisien door haar Wel Edele groot Agtb: de Heeren der Hooge Indiasche Regeering tot Batavia, p:r ‘t aanweesend Schip ‘T Huijs te Bijweg herwaards gesonden, uijt dien Bodem ontlost geworden Sijnde, is op heeden, weegens het geene dat op de Lading dier kiel, zoo gebrooken als bedorven en defect is bevonden, in Raade geproduceert, de onderstaande Memorie

‘Memorie van de nabesz: Porcelijn, Rijst, zuijker, Houtwerken & uijt het Provisie Schip ‘T Huijs te Bijweg , zoo gebrooken, bedorven als te kort, gelijk te zien is, bij de verClaring van geCommitteerdens hier annex, namentlijk’


85 p:s platte Pieringen op 500 p:s in Een cas N:o 128 gebrooken, zijnde 17:pCt:o netto.
172 lb poeder Zuijker op 20142 lb in 113 kleene Cann:s bij naweeging over.
83 d:o Candij d:o d:o 4988 d:o in 12: Cann:s bij naweging te kort.
3127 d:o Rijst op 75: Cojangs ofte 232500 lb bedorven.
31 bos: bind Rottangs op 600 bos: verstikt
2079 p:s Estricken van 16 d:m op 3500 p:s gebroken, zijnde 59 pCt:o ruijm
4105 p:s Estricken van 12 d:m op 10000 p:s gebrooken, zijnde 41 pCt: r:m
2: d:o Jatij Balken van 8 d:m en 25 v:t op 50 p:s gebroken
3: d:o d:o Swalpen d:o 4 d:o d:o 25 d:o
1: d:o d:o Balk van 12 en 14 d:m d:o 25 d:o d:o 25 d:o defect
6 d:o d:o molen planken d:o 3 d:m d:o 100 d:o gebroken
8 d:o d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 100 d:o
12 d:o d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 100 d:o
1 d:o ambonse balk d:o 50 d:o
8 d:o Jassemse d:o d:o 400 d:o
966 d:o Jatij planken d:o 4000 d:o

85 p:s platte Pieringen op 500 p:s in Een cas N:o 128 gebrooken, zijnde 17:pCt:o netto.
172 lb poeder Zuijker op 20142 lb in 113 kleene Cann:s bij naweeging over.
83 d:o Candij d:o d:o 4988 d:o in 12: Cann:s bij naweging te kort.
3127 d:o Rijst op 75: Cojangs ofte 232500 lb bedorven.
31 bos: bind Rottangs op 600 bos: verstikt
2079 p:s Estricken van 16 d:m op 3500 p:s gebroken, zijnde 59 pCt:o ruijm
4105 p:s Estricken van 12 d:m op 10000 p:s gebrooken, zijnde 41 pCt: r:m
2: d:o Jatij Balken van 8 d:m en 25 v:t op 50 p:s gebroken
3: d:o d:o Swalpen d:o 4 d:o d:o 25 d:o
1: d:o d:o Balk van 12 en 14 d:m d:o 25 d:o d:o 25 d:o defect
6 d:o d:o molen planken d:o 3 d:m d:o 100 d:o gebroken
8 d:o d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 100 d:o
12 d:o d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 100 d:o
1 d:o ambonse balk d:o 50 d:o
8 d:o Jassemse d:o d:o 400 d:o
966 d:o Jatij planken d:o 4000 d:o

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede hoop den 5: april 1774: /:was geteek:d/ J: V: Plettenberg.’

Waar na meede is geleesen geworden, de Schriftelijke verantwoordinge van den Schipper Simon Both, nopens de voorsz: minderheeden, luijdende, als volgt.

‘Den E: Agtbaren Heer M:r Joachim van Plettenberg opperCoopman en gezaghebber deeses Gouvernements &:e &:e &:e den ondergeteekenden Schipper van ‘t Schip ‘T Huijs te Bijweg hebbende gelieven te ordonneeren, omme behoorlijk te verantwoorden waardoor de defecten en minderheeden op de Lading van voorsz: Bodem voor dit gouvernement aangebragt, zijn ontstaan; zoo verklare ik, daar van d’ oorsaak te zijn als in margine dezes Staat aangehaald, bestaand in als volgt’


de kas met Pieringen is op Batavia ongeopend ontfangen en zoodanig alhier wederom afgeleeverd, dus 't breeken door netto. 't werken van 't Schip, dan wel door 't aan boord en wederom aan Land brengen der Cas en dus buijten versuijm van den ondergeteekenden veroorsaakt. 85: p:s Platte Pieringen op 500 p:s in Een Cas N:o 128 gebrooken, zijnde 17: pCto
De Zuijker door vogtigheid aan 't broeijen en Smelten geraakt. 83: lb Candij zuijker op 4988 lb in 12 groote Cann:s bij naweeging te kort.
De rijst en desselfs bederf is wel principaal veroorsaakte door 't Swaar arbeijden van 't Schip, waar door de lijfnaden open geweeken zijn, leccagie aan de rijst gekoomen en dus aan 't broeijen en bederven gegaan. 3127 d:o Rijst op 75: Coijangs ofte 232500 lb bedorven.
De rottingen door broeijen in 't ruijm verstikt 31: Bos: Bind Rottings op 600 Bos: verstikt.
De Estricken als van een brosse Substantie zijnde, zoo door meenigvuldig werken en door de daar op geleegen hebbende Swaarte gebrooken. 2079 p:s Estricken van 16: d:m op 3500 p:s gebrooken, zijnde 59 pCt:o ruijm. verwerken met laaden en lossen, als meede
deesen meede als bovengemeld. 4105: p:s Estricken van 12 d:m op 10000 p:s gebroken zijnde 41: pCt:o r:m
de Jaty balken door vervuuring aangestooken en dus vermolmt geworden 2:d:o Jatij Balken van 8 d:m 25 d:m op 50 p:s gebrooken
de Swalpen als evengemeld. 3 p:s Jatij Swalpen van 4: d:m op 25 p:s gebrooken.
deese balk als evengemeld. 1 d:o d:o Balk d:o 12 en 14 d:o d:o 25: p:s op 25: p:s defect.
de molenplanken door meenigvuldig verwerken zoo na boord als Land gebrooken 6 d:o d:o molenplanken d:o 3 d:m op 100 gebrooken
deesen als evengemeld is 8 d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 100 d:o
deesen als evengem: is 12 d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 100 d:o
deesen balk door vervuuring aangestooken en dus vermolmt geworden. 1 d:o ambonse Balk d:o 50 d:o
deese balken als evengem: is 8 d:o Jassemse Balken d:o 400 d:o
deese planken door menigvuldig verwerken zoo naar boord als Land gebrooken. 966 d:o Jatij Planken op 4000 p:s gebroken

de kas met Pieringen is op Batavia ongeopend ontfangen en zoodanig alhier wederom afgeleeverd, dus 't breeken door netto. 't werken van 't Schip, dan wel door 't aan boord en wederom aan Land brengen der Cas en dus buijten versuijm van den ondergeteekenden veroorsaakt. 85: p:s Platte Pieringen op 500 p:s in Een Cas N:o 128 gebrooken, zijnde 17: pCto
De Zuijker door vogtigheid aan 't broeijen en Smelten geraakt. 83: lb Candij zuijker op 4988 lb in 12 groote Cann:s bij naweeging te kort.
De rijst en desselfs bederf is wel principaal veroorsaakte door 't Swaar arbeijden van 't Schip, waar door de lijfnaden open geweeken zijn, leccagie aan de rijst gekoomen en dus aan 't broeijen en bederven gegaan. 3127 d:o Rijst op 75: Coijangs ofte 232500 lb bedorven.
De rottingen door broeijen in 't ruijm verstikt 31: Bos: Bind Rottings op 600 Bos: verstikt.
De Estricken als van een brosse Substantie zijnde, zoo door meenigvuldig werken en door de daar op geleegen hebbende Swaarte gebrooken. 2079 p:s Estricken van 16: d:m op 3500 p:s gebrooken, zijnde 59 pCt:o ruijm. verwerken met laaden en lossen, als meede
deesen meede als bovengemeld. 4105: p:s Estricken van 12 d:m op 10000 p:s gebroken zijnde 41: pCt:o r:m
de Jaty balken door vervuuring aangestooken en dus vermolmt geworden 2:d:o Jatij Balken van 8 d:m 25 d:m op 50 p:s gebrooken
de Swalpen als evengemeld. 3 p:s Jatij Swalpen van 4: d:m op 25 p:s gebrooken.
deese balk als evengemeld. 1 d:o d:o Balk d:o 12 en 14 d:o d:o 25: p:s op 25: p:s defect.
de molenplanken door meenigvuldig verwerken zoo na boord als Land gebrooken 6 d:o d:o molenplanken d:o 3 d:m op 100 gebrooken
deesen als evengemeld is 8 d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 100 d:o
deesen als evengem: is 12 d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 100 d:o
deesen balk door vervuuring aangestooken en dus vermolmt geworden. 1 d:o ambonse Balk d:o 50 d:o
deese balken als evengem: is 8 d:o Jassemse Balken d:o 400 d:o
deese planken door menigvuldig verwerken zoo naar boord als Land gebrooken. 966 d:o Jatij Planken op 4000 p:s gebroken

‘Zullende Uw: E: Agtb: uijt ‘t in margine deeser, klaarlijk de waaragtige Reedenen kunnen beoogen, waar door de minderheeden en defecten der voorsz: goederen haaren oorspronk hebben; om welke reedenen den ondergeteekenden op d’ Eerbiedigste wijze versoekt, /:als een Dienaar dewelke d’ E:Comp:n sedert dat hij deselve bediend heeft, altoos trouw en Eerlijk heeft behandelt:/ dat hij voor de gemelde defecten der vooren aangeroerde goederen, niet moge werden belast.’

’/:was geteekend:/’

‘S:n Both. /:in margine:/ In ‘t Schip ‘T Huijs te Bijweg den 5: april A:o 1774.’

Over den inhoude welker Papieren met attentie gebesoigneerd, en ten dien belange in overweeging genomen weesende, dat de Cas waar in het porcelain is afgepakt geweest, door de Scheeps overheeden te Batavia ongeopend ontfangen, en ook zodanig alhier, volgens het bruto gewigt uijtgeleeverd zijnde, het breeken der Estricken, voorts ten principaale door het meenigvuldig verwerken derselve, gelijk meede door de Swaarte der op voorsz: Estricken geleegen hebbende Houtwerken en andere goederen is veroorsaakt, en dat wijders noopens de bedurvene 3127 ponden Rijst, bij een dieswegens door de Opper- en onder- officieren van voorsz: kiel verleende verklaring consteerd, dat Sulx, zoo wel als het versticken der 31: bossen bindrottings, alleen door Leccagie is te weege gebragt; heeft men dierhalven moeten besluijten, het een en ander te passeeren, en bij de Negotieboeken en deeses Gouvernements te doen afschrijven.

Terwijl ten opzigte der defect en gebroken bevondene houtwerken verstaan is, dat nadien niet blijkt, hetselve door eenig versuijm of agteloosheijd der Scheepsoverheeden te zijn ontstaan; Sulx almeede te passeeren, en deselve neevens de gebrookene Vloersteenen, bij publique vendutie voor ‘t geene sullen koomen te gelden, te laaten verkoopen.

En is voorts, ten belange van ‘t geene dat op de hier onder gespecificeerde goederen, minder als de gepermitteerde afschrijving dicteerd, is te kort gekoomen, beslooten, het bedragen van dien, gem: overheeden op haare Zoldij Reecq:g te laaten vergoeden, in deeservoegen als.

den Schipper Simon Both voor 2/3
over 776 lb Poeder Zuijker, zijnde de gevalideerde pCt:o teegens uijtkoops prijs ƒ90:10:08:
d:o 66: d:o Candij d:o bedragende met een half Capitaal advans, boven d'ordinaire pCt:o d:o 8:10:08:
d:o 40 d:o Cattoen ofte 2 pCt:o almeede met een half Capitaal advans d:o 10:05:-:
d:o 30 d:o Peeper als evengemeld d:o 3:11:08: ƒ112:17:08:
Den opperstuurman Jan Meijndertsz Swaal voor 1/3
Weegens 776: lb poeder zuijker ƒ45:05:08:
d:o 66 d:o Candij d:o d:o 4:05:08:
d:o 40 d:o Cattoen d:o 5:02:08:
d:o 30 d:o Peeper d:o 1:15:08: d:o 56:09:-:
den Schipper Simon Both voor 2/3
over 776 lb Poeder Zuijker, zijnde de gevalideerde pCt:o teegens uijtkoops prijs ƒ90:10:08:
d:o 66: d:o Candij d:o bedragende met een half Capitaal advans, boven d'ordinaire pCt:o d:o 8:10:08:
d:o 40 d:o Cattoen ofte 2 pCt:o almeede met een half Capitaal advans d:o 10:05:-:
d:o 30 d:o Peeper als evengemeld d:o 3:11:08: ƒ112:17:08:
Den opperstuurman Jan Meijndertsz Swaal voor 1/3
Weegens 776: lb poeder zuijker ƒ45:05:08:
d:o 66 d:o Candij d:o d:o 4:05:08:
d:o 40 d:o Cattoen d:o 5:02:08:
d:o 30 d:o Peeper d:o 1:15:08: d:o 56:09:-:

Hierna geleesen weesende het Rapport dat door meerm: Schipper Both, aangaande de dagelijxe verrigtingen in ‘t lossen en weeder afladen van ‘t voorwaarts geciteerde provisie Schip ‘T Huijs te Bijweg is verleend geworden, heeft men hier op goed gevonden, in margine van ‘t Selve te doen aanteekenen, dat het ontlossen en weder afladen dier kiel verrigt zijnde, met alle mogelijke Spoed, en zoo veel het volhandig werk dat men met het afvaardigen der Successivelijk alhier aangeweest zijnde Retourbodems, desgelijx met het ontlossen van ‘t aanweesend uijtkomend Schip ‘T Huijs Om , heeft gehad, maar eenigsints heeft willen toelaaten , wijders bij ondersoek bevonden is, dat de in ‘t voorsz: Rapport aangehaalde dagelijxe verrigtingen binnen Scheepsboord, Conform de waarheijd, ter needer gesteld zijn.

Vermits men g’ informeerd is, dat de ter rheede leggende van Mauritius herwaards gekomene fransse Scheepen een aansienelijke parthij Swart Ebbenhoud komen in te hebben, is dierhalven verstaan om bij aldien dies Eijgenaars hetselve alhier teegens een Reaal of Stuk van agten de 100 lb, waar voor men het voorsz: hout de laatstemaal heeft ingekogt, zoude willen afstaan, daar van als dan de quantiteijt van circa 200‘000 ponden ten behoeve der E: Comp:n te laaten inkoopen, om vervolgens bij bequame Scheeps geleegendheijd na het Vaderland te werden overgezonden.

Wijders overwogen zijnde, dat onaangezien het ruijlen van Vee met die hottentots en zogen:de Caffers, bij renovatie en ampliatie der Successivelijk daarteegens gestelde ordres, weederom op het Strengste bij het Placcaat dat men deswegens in dato 26: april 1770 heeft doen publiceeren, is geinterdiceerd geworden, Sommige baatsugtige persoonen evenwel middelen hebben weeten uijttevinden, om het voorseijde verbod illusoir te maken, en die verbodene vee ruijling met de bovengem: Caffers te drijven, door en met het van deselve ingeruijlde en allesints van ander Beestiaal seer ligt t’ onderscheijden zijnde rundvee te doen doorgaan, voor al Sulx Beestiaal als door hun van Sommige verre Landwaards in wonende Ingeseetenen was getrocqueerd geworden, en met welk bedriegelijk voorgeeven zijl hun voorsz: Strafwaardig gedoente te gemackelijker hebben kunnen bedecken, nademaal door de voormaals in deesen gepleegden morshandel verscheijdene Ingeseetenen nu al bereijds Selve in den Juk ofte teelt der zogen:de Caffers beesten zijn geraakt; Soo is, ten eijnde aan alle baatsugtige onderneemers van voorsz: verbooden veehandel, te beneemen de middelen en geleegendheijd, waar van zij zig immers zouden kunnen bedienen, om de daar teegens gestatueerde ordres, buijten effect te Stellen, en het voormelde quaad dus eenmaal met wortel en Tak uijt te roeijen, oversulx noodsakelijk geoordeeld en dienvolgens beslooten, bij Placcaat t’ ordonneeren en beveelen:

Dat alle degeene die eenige zogen:de Caffers beesten, ‘t zij direct van die natie afkomende, of door haar selve of andere Ingeseetenen voortgeteeld, koomen te bezitten, gehouden sullen zijn, ten eersten en zonder uijtstel, zig te vervoegen bij de resp:e Landdrosten onder wiens Jurisdictie zij Sorteeren ofte plaatsen hebben, en aan deselve op te geeven, de quantiteijt van al Sulke Caffersbeesten, ofte den aanteel daar van, ‘t zij Stieren, ossen, koeijen ofte Calvers, bij haarlieden beseeten werdende, van welk beestiaal vervolgens de Stieren ofte bullen ten eersten gesneeden en ter voortteelinge onbequaam gemaakt zijnde, een ijgelijk voorts, zig zoo van deselve als van alle andere soorten van Caffersbeesten, of den aanteel van dien, binnen den tijd van een jaar na de publicatie van ‘t voorsz: placcaat, zal hebben te ontdoen, zodanig dat na d’ expiratie van dees bepaalden Tijd, niets meer van het voorm: zoort van Vee onder eenige der Ingeseetenen deeses Lands zal mogen werden gevonden, op pœne niet alleen, van de dadelijke verbeurte van al zulk vee, maar ook eener boete van Een Hondert Rd:s voor den officier die de Calange zal koomen te doen: dan ten deesen belange teffens in overweeging zijnde genoomen, dat verscheijde Ingeseetenen vermoedelijk zullen zijn geraakt in ‘t bezit van den aanteel der meerm: Caffersbeesten, zonder zig aan ‘t inruijlen van dusdanig vee Schuldig gemaakt of daar in geparticipeerd te hebben, is dierhalven goedgedagt, ten eijnde deselve in ‘t quijtmaken van dien, te gemoed te koomen, in voldoening der Recognitie voor de Leenplaatsen, de meerm: Caffersbeesten preferabel voor ander Vee ten behoeve der E: Comp:ne aan te neemen, mits dat deselve Sullen moeten zijn, bequaame vierjarige ossen, die dan bij de Resp:e Baasen van S Comp:s buijten Posten zullen moeten ontfangen, en immediaat met het merk der E: Comp:ne gebrand werden; Terwijl gem: Baasen niet alleen gehouden Sullen weesen, den ontfangst der voorsz: Caffersbeesten bij de door haar afgegeeven werdende quitantiën bekend te Stellen, maar daar van ook telkens, om de drie maanden exact Rapport aan den Landddrost, onder wiens jurisdictie haare bescheijdene Posten geleegen Sijn te doen, ten eijnde door gem: officiers behoorlijk nagegaan en zorge gedragen zal kunnen werden, dat ‘er in deesen opzigte ook geene malversatiën tusschen de voorsz: Baasen en Ingeseetenen werden gepleegd.

Gelijk al verder verstaan is, om de in datis 8 December 1739 en 26: April 1770 g’ Emaneerde Placcaaten, waarbij aan alle ende ijgelijk, zoo wel het ruijlen van Vee met de Hottentots of Caffers, als het gints en herwaards swerven, mitsg:s van haare Plaatsen diep Landwaards in te trecken is geinterdiceerd, wederom te doen renoveeren.

Ende ten aansien ook is ondervonden, dat nu Seedert eenigentijd herwaards Sommige Persoonen haar werk koomen te maken, om met goederen en Coopmanschappen, op wagens, Carren, paarden en draag ossen, gelaaden, al omme ten platten Lande uijt het eene District in ‘t andere om te Swerven, en dus langs dien weg, meede veel ongereegeldheeden ten voorsz: platten Lande werden gepleegd; heeft men oversulx tot weering van dien, dienstig geagt en dienvolgens beslooten, bij het bovengem: Placcaat meede te verbieden, dat voortaan niemand zig zal hebben te vervorderen, met eenige goederen ofte Coopmanschappen op waagens, karren, Paarden, ofte Draagossen gelaaden, ten platten Lande ‘t zij in dit Caabse district dan wel in die van Stellenbosch Drakensteijn en Swellendam rond te rijden en aan d’ Ingeseetenen te koop te veijlen, dan wel voor vee ofte andere waaren te vermangelen; op pœne dat de geene die hier op Sullen werden agterhaald, boven de verbeurte der bij zig hebbende goederen, niet alleen Sullen vervallen Sijn in een boete van Vijf en twintig rd:s voor den officier die deCalange zal doen, maar ook na Exigentie van zaaken, als moedwillige overtreeders deeser beveelen van hier versonden werden: Terwijl de geene die van dusdanige Landlopers eenige goedere gekogt, dan wel tegen vee ofte andere goederen in ruijling Sullen hebben aangenoomen, telkens meede gelijke Somma van Rd:s 25: ten behoeve als gem: Sullen komen te verbeuren.

Aldus geresolveerd ende gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: v: Plettenberg

[Signed:] H v Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 152, pp. 166-168.

Donderdag den {17740414} 14: april 1774.

‘S voormiddags alle present.

Vermits het op gisteren gearriveerde Spaans Conings freguat Juno , volgens gedaan Rapport van den Equipagiemeester deeses Gouvernements Damiën Hugo Staring, zig zoo wel ten belange van het Schip als desselfs Equipagie, in geen de minste ongeleegendheijd, en dus niet in die omstandigheeden komt te bevinden, dat hetselve alhier zoude moeten werden geadmitteerd; Zoo is in opzigte dier kiel, naar overweeginge van zaken, unanimiter besloten; omme inConformiteijt der hier permanente seer g’ Eerde ordres, zoo van haar welEdele hoog agtb: de Heeren Majores in’t Patria, als van de Heeren der hooge Indiasche Regeering tot Batavia, den op het ged:e freguat Commandeerenden Cap:tn Don Juan de Araor, door voorm: Equipagiemeester Staring en den Eerste gesw: Clerq ter politicque Secretarije Tobias Christiaan Rönnenkamp, niet alleen te doen aankondigen, omme deese Rheede ten spoedigsten weederom te verlaaten, maar hem ook teffens t’ ontseggen, alle de gerieflijkheeden waarom voorsz: Capitain bij desselfs aan den Heer Gezaghebber toegezondene missive, versoek heeft koomen doen, behalven het genot van water en Brandhout, dat , even gelijk met de bevorens alhier aangeweest zijnde Spaanse Scheepen is geschied met ‘S Comp:s vaartuijgen aan boord van gecitt:de bodem Juno zal werden gebragt.

Aldus geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

C. 152, pp. 169-181.

Maandag den {17740425} 25 april 1774.

‘S voormiddags, present den Edelen Heere Gouveneur en alle de Leeden.

Dewijl uijt de Seer gevenereerde Missive van haar Wel Edele hoog agtb: de Heeren Seeventhienen, de dato 20: October des voorl: Jaars, dewelke op gisteren met het Schip Bootland alhier is aangebragt, is koomen te blijken, dat het zijne Doorlugtigste Hoogheijd heeft behaagd, in Steede van wijlen den Edelen Heere Gouverneur Pieter van Rheede van Oudshoorn, weederom tot Gouverneur en Directeur deeser plaatse t’ Eligeeren, den Heer Gezaghebber M:r Joachim van Plettenberg mitsg:s tot opperCoopman en Secunde te bevorderen, den Coopman en negotie overdrager, d’ E: Otto Luder Hemmij, zoo wierd, nadat welgem: Edelen Heer Gouverneur en den Heer Secunde, met derselver verheffing door de gezamentlijke raadsleeden gefeliciteerd, en den laatstgen:de volgens desselfs teegenwoordige Rang Sessie had genomen, aan ged:e Heer Hemmij, het Presidie des Raads van Justitie alhier, na den voorigen gebruijke, opgedragen; en voorts in de plaats van zijn E:, weederom tot president bij ‘t Collegie van Commissarissen van Civiele en huwelijx zaaken aangesteld, den Coopman en keldermeester, mitsg:s Lidt deeser vergaderinge, D E: Pieter Hacker: Terwijl den onderCoopman Jan Fredrik kirsten, in Steede van meerm: Heer Secunde, tot negotie overdrager bevordert zijnde, is wijders goed gevonden, denselven als Posthouder in de Baaij fals te doen Succedeeren, door den in ‘S E: Comp:s Dispens dienst gedaan hebbenden Boekhouder Christoffel Brand.

Sijnde vervolgens op het voorstel van den Heere Gouverneur eenpariglijk beslooten, dat gem: zijn Edele op Woensdag den 18: der aanstaande maand Maij, door opgem: Heer Secunde Otto Luder Hemmij, alle den volke Soo ‘S Comp:s Dienaaren als Burgeren, in die

hoedanigheijd Solemneelijk Sal werden voorgesteld, ende Sulx ten bijweesen van Landdrost en Heemraden, benevens krijgs officieren van Stellenbosch en Drakensteijn , dewelke door den Landdrost Marthinus Adrianus Bergh, die zulx zal werden aangeschreeven, zullen moeten geordonneerd en gewaarschouwd werden, hun ten dien eijnde teegens gem: tijd, hier ten Casteele te laaten vinden: maar nademaal den Landdrost mitsg:s de Heemraaden en krijgsofficieren van Swellendam mits de verre afgeleegendheijd van ‘t ged:e District bij voorsz: plegtigheijd niet Sullen kunnen present Sijn, heeft men dierhalven goedgedagt, den Landdrost aldaar Joachim fredrik Mentz p:r Missive te gelasten, omme op Seekeren door hem te bepalene dag te doen Convoceeren, Soo wel de fungeerende als oud Heemraden, desgelijx de present infuntie zijnde, mitsg:s afgegane krijgsofficieren, en in deese bijeenkomst aan deselve de promotie van hoogstged:e Heere Gouverneur bekend maken, ten eijnde zijn Edele, ingevolge den Eed van Trouwe en onderdanigheijd, bij hunne aanstellinge gepresteerd, als Hoofd gebieder deeser Landen en dies onderhorigheeden te Eeren, respecteeren ende gehoorsamen.

En is al verders verstaan, dat alle d’ Effecten en verderen ommeslag deeses gouvernements, volgens het geene in diergelijke geleegendheeden gebruijkelijk is, door expresse geCommitteerd:s onder Ult:o deeser exactelijk zullen werden opgenoomen, ten fine het Transport daar van bij een Schriftelijken Inventaris, vervolgens behoorlijk Sal kunnen werden gedaan.

Sullende wijders op den verderen inhoud van het voorwaarts geciteerd geagt aanschrijvens der Heeren Meesteren Eerbiedigst werden gerescribeert: Dat het geordonneerde om het getal der Leeden van den Politicquen Raad, bij versterf of vacatuure, weeder op die voorige bepaling te brengen en oversulx de twee eerst open te vallene plaatsen niet te vervullen, pligtschuldig zal werden opgevolgd, onder needrige dankbetuijging, dat het hoogst deselve goedgunstig heeft behaagd, op ons diesweegens gedaan versoek, meerm: door haar Edele Hoog Agtb: bevorderden Heer Secunde Otto Luder Hemmij, mitsg:s den E: Coopman en zoldij overdrager Dirk Westerhof, de aan hun verleende Sessie in gem: Raade te laaten behouden.

dat het deesen Raade tot bijsonder blijdschap hebbende gestrekt, het genoegen dat haar Wel Edele Hoog Agtb: hebben gelieven te neemen, in de granen en verdere producten, die in den voorl: jaare per de Scheepen Ouwerkerk en de Bartha Petronella van hier zijn afgezonden, men dus ook geensints in gebreeken zal blijven allesints de noodige voorsiening te doen, om, nadat in ‘t aanstaande Jaar 1775 dit Gouvernement en Indiën, van het benoodigde graan zullen voorsien zijn, als dan bij het retour der herwaards te zendene Transport Scheepen of vaartuijgen, de door haar Edele Hoog Agtb: geordonneerde quantiteijt Tarwe zoo na als immers mogelijk zal weesen te voldoen: Terwijl ingevolge derselver g’ Eerd bevel, door ons van de Heeren der hooge Indiasche Regeering zal werden versogt, om tot het beslaan van de ruijmen der alhier met Tarwe te belaadene Scheepen, de daar toe vereijschte Catjang-matten herwaards te Senden.

dat den door zijne Doorlugtigste Hoogheijd tot Independent FisCaal deeses Gouvernements benoemden M:r Willem Cornelis Boers, ten Eersten op desselfs arrivement alhier, in voorseijde bediening zal werden g’ installeerd; Middelerwijl dat ten opzigte van den Eerw: predikant Daniel Goldbach, die welgem: Heeren Meesteren ten dienste der kerken deeses Gouvernements hebben gelieven herwaards te Senden is verstaan, denselven als vaste Leerraar bij de gemeijnte in ‘t Swart Land te plaatsen.

dat wijders den door haar Wel Edele hoog Agtb: meede herwaards gezondenen Lieutenant Militair Fredrik Burger, ingevolge derselver g’ Eerd aanschrijvens, als zodanig ten deesen Casteele geplaatst zijnde, haar Wel Edele Hoog Agtb: ten deesen belange op het onderdanigst zullen werden versogt, om in gevalle het hoogst deselve behagen mogte, het getal der militaire officiers ten deesen gouvernemente te vermeerderen, als dan ter Consideratie van de langjaarige diensten der alhier guarnisoen houdende militaire officiers, en de weijnige geleegendheijd die ‘er voor hun is, om te kunnen advanceeren, favorabel reguard op deselve te Slaan: Sullende men voorts den Persoon van Johannes Herder, die door haar Edele Hoog Agtb: is aangesteld tot vaandrig militair, ingevolge derselver g’ Eerde ordre, naar Batavia laten vertrecken, om aldaar dienst te doen.

En vermits door het presente volhandig werk, in alle departementen van ‘S Comp:s dienst, ditmaal geen geCommitteerde ter bijwooninge van de voor handen zijnde jaarlijxe opgaaf aan Stellenbosch , derwaards zal kunnen werden afgezonden; is dierhalven goedgevonden, Landdrost en Heemraden van Stellenbosch en Drakensteijn te doen aanschrijven, om met voorsz: opgaaf, op den geprefigeerden tijd maar voort te gaan; Zullende deselve egter daar omtrent moeten Zorge dragen, dat zulx niet meer op dus danige fraudaleuse wijze koome te geschieden, als men nu eenige Jaaren herwaards tot bijzondere Ergernis, heeft moeten ondervinden, te Sijn gedaan; Terwijl den Landdrost om die reeden in’t bijzonder Zal werden gelast, om ingevalle naderhand eenige in deesen gepleegde fraudes mogte komen t’ontdecken, de Schuldige zonder Conniventie t’ actioneeren.

Aldus geresolveerd ende Gearresteeerd In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

C. 152, pp. 182-200.

Woensdag den {17740504} 4: Maij 1774.

‘S voormiddags alle present.

Nademaal niet alleen de thans aanweesende uijtkomende Scheepen der E: Comp:n, maar ook zoo wel de jongst vertrockene als op den 7: deeser te depecheerene retourbodems, genoegsaam ter gelijkertijd, in het teegenwoordige vrij na op handen geschooten winter Saijsoen, ter deeser rheede zijn komen aan te landen, en men zig oversulx omtrent de weeder afvaardiging van dus danig aantal scheepen, in geen geringe verleegendheijd komt te bevinden, te meer, nadien de heeren der hooge Indiasche Regeering, bij derselver geagte Missive van den 26: October des voorl: jaars, hebben gelieven te ordonneeren, om d’ uijtkomende Scheepen voortaan niet laater dan tot den 15 Maij, alhier in de Tafelbaaij aan te houden, en die kielen maar met 150 man of iets minder, na Batavia telaten vertrecken, welke ordre, hoe Seer deselve misschien nog wel zoude hebben kunnen werden geExecuteerd, wanneer hetselve alleen van de bemanning der voorsz: Scheepen hadde gedependeert, egter aan den anderen kant volstrekt ondoenelijk is, ter uijtvoer te brengen, dewijl behalven de voorsz: Retourbodems, wijders ook de na China , mitsg:s Ceijlon en Bengalen gedestineerde Scheepen, Ceres , Mars , Bredenhoff , Zuijdbevelend , ‘T Veldhoen en de Bovenkerkerpolder præferabel in gereedheijd dienen gebragt, en van d’ andere der voorsz: uijtkomende kielen, de Scheepen Honcoop , groenendal , Botland , Amsterdam , Willem de vijfde en Venus meerendeels voor dit Gouvernement beladen en uijt dien hoofde alhier ontlost en weederom met Tarw voor Batavia afgelaaden moeten werden; Zoo wierd ten deesen belange door den Heere Gouverneur in deliberatie gegeeven, hoedanig men met gementioneerde met goederen voor dit Gouvernement afgelaadene Scheepen zoude behooren te handelen, en of het met ‘t belang en Intrest der E: Comp:ne zoude quadreeren, dat deselve, als niet voor den 15 deeser maand in Staat van vertrek kunnende werden gebragt, dierhalver ter ontlossing naar de Baaij Fals wierden gezonden; waar over den Serieuselijk gebesoigneerd en overwoogen zijnde.

dat ingevalle voorsz: kielen van hier na gedagte Baaij fals wierden gezonden, ligtelijk een maand en meerder tijds, gelijk d’ ondervinding Sulx te meermalen heeft geleerd, zoude kunnen koomen te verlopen, voor ende aleer deselve konde werden besteevend, en dat ‘er als dan nog naar derselver arrivement in deselve Baaij, omtrent het ontlossen der goederen Self, onvermijdelijk veel tijd stond te werden t’ zoek gebragt, ter zaake men daar ter plaatse, van geen bequaame los vaartuijgen voorsien zijnde, dat werk oversulx alleen met de Scheeps barcassen zoude moeten werden verrigt, buijten en behalven dat ‘er als dan nog deese principale Swarigheijd zoude overblijven, dat ingevalle meerm: Scheepen, ter ontlossing naar dikwerfgem: baaij fals wierden gezonden, men zig als dan zoude verstooken sien, van de geleegentheijd om met deselve de zoo hooglijx in India benoodigt zijnde Tarwe derwaards te kunnen afsteeken, nademaal door d’ expeditie van den hoeker de Zon na Madagascar , en dat de hier aan handen zijnde hoekers de Snelheijd en de Nepthunus , niets naamwaardigs kunnende bergen, men oversulx geen middel aan handen heeft, de voorsz: Tarw voor India, naar meergeciteerde Baaij fals te Transporteeren, heeft men dierhalven, om alle de voorsz: Reedenen voor den meesten dienst der E: Comp:ne best geoordeeld, en dienvolgens moeten besluijten, de voorwaards gem: Scheepen ter deeser Caabser Rheede, van derselver aangebragte goederen te doen ontlossen; Sullende, ten eijnde sulx met des te meerder spoed te kunnen doen verrigten, zoo wel de opperlieden bij de metzelaars, als de aan de Steenovens en elders beschijdene manschappen van daar genomen en neevens ‘S Comp:s Slaven, tot het ontlossen der meerm: Scheepen te werk gesteld werden.

Sijnde vervolgens ten opzigte van het in de baaij fals gearriveerde Schip Alkemade overwoogen, dat de daar in afgelaadene masthouten, met geen mogelijkheijd door de hoekers de Snelheijd en de Nepthunus , herwaards kunnende werden vervoerd, deselve aldaar voor eerst een geruijmen tijd zouden moeten blijven leggen, en dan naderhand bij retour van den hoeker de Zon , weederom met veel moeijte herwaards werden vervoerd; terwijl men door de in deesen Jaare minder dan gewoonlijk gedaane verstrecking van masthouten, thans daar van ter deeser plaatse nog tamelijk voorsien Sijnde, de voorsz: aangebragte, teegenwoordig wel zoude kunnen ontbeeren; weshalven ook best geoordeeld is, dat, ten eijnde voorm: Bodem Alkemade , om de wille der voorsz: in dien bodem afgeladene masthouten, niet op te houden, maar insgelijx ten Spoedigsten te laaten reijs vorderen, van de daar in afgelaadene masten, alleen 10 a 12 in geciteerde Baaij te doen ontscheepen, om aldaar bewaard te blijven voor de Scheepen die in gem: Baaij zullen koomen aan te landen, en van Masten moeten werden voorsien, ende resteerende in gementioneerden Bodem te laaten verblijven, waaromtrent de Heeren der hooge Indiasche Regeering egter Sullen werden versogt, deese Regeering te qualificeeren, om bij de verschijning ter deeser Caabse Rheede van Schip of Scheepen, die met masthouten voor Batavia zijn afgelaaden, als dan de alhier benoodigde quantiteijt, of zoo veel als er thans in Alkemade zijn verbleeven, weederom uijt deselve te moogen doen ligten.

Verders is naar Lectuure van ‘t diesweegens gepresenteerd Request, aan Juff:w Isabella Angenitha Heijning, weed:we wijlen den Cap:tn ter Zee en Equipagiemeester deeses Gouvernements d’ E: Willem Vrugt, toegestaan, omme haar Zoontje genaamd Willem Nicolaas Vrugt, oud 8 Jaaren, met het aanweesend Chinaas Retourschip de Jonge Hellingman , ter verdere elanginge eener goede Educatie, naar het Vaderland over te Senden, mits in ‘S E: Comp:s Cassa betalende, het gewoone Transport en Costgeld, om in de Cajuijt te werden gelogeerd ende getracteerd.

Soo als ook aan den te repatrieeren Staande burger Augustus Schrijver, op zijn hier om al meede bij geschrift gedaan Supplicq, is gepermitteerd, ten zijnen dienste met zig na Neederland meede te neemen, een Slaven jonge in name Januarij van de Cust Chormandel , ende Sulx insgelijx onder voldoening der daar toe Staande Transport en Costpenn:, gereekend van hier naar ‘t Patria en van daar weederom herwaards terug.

En nadien door den op het meede ter Rheede leggend Ceijlons Retourschip Landskroon bescheijdenen opperzeijlmaker Arie van Ree, seer instantig is versogt, dat desselfs meede voerende gepermitteerde kist ter deeser Plaatse mogte werden gebrand, ten aansien hij uijt onkunde, versuijmd had, zulx op Ceijlon te laten doen; Soo is verstaan, het voorsz: versoek te’ accordeeren.

Gelijk al verder goedgedagt is, aan den Boekhouder en geheijmschrijver van den Edelen Heere gouverneur William Ferdinand van Reede van Oudshoorn, mitsg:s den meede Boekhouder en Posthouder der Baaij fals , Christoffel Brand, op derselver diendwegen in Scriptis gedaan Supplicq, te permitteeren, onder ‘S Comp:s papieren aan haar Wel Edele Hoog Agtb: de Heeren Seeventhienen Requesten te Suppediteeren, ten eijnde op het voorbeeld haarer predecesseurs met de qualiteijt en bezolding van onderCoopman te moogen werden gefavoriseerd; welke versoekschriften, uijt aanmerkinge van ‘t genoegen, dat de Supp:lte in het waarneemen haarer Resp:e diensten komen te geeven, met een gunstig voorschrijvens aan hoogstged:e Heeren Seeventhienen, zullen werden ondersteund.

Vermits het overlijden van den Cap:tn der derde Comp:ne burger Infanterije alhier Paulus Henricus Eksteen, is in Steede van denselven, wederom tot Capitain aangesteld, den oudsten Lieutenant Pieter Soermans, voor den welken men den vaandrig Petrus Jesse Möller als Lieutenant hebbende laaten optreeden, is wijders in desselfs plaatse, den wagtmeester Hendrik Oostwalt Eksteen petrusz: tot vaandrig bevordert.

Ter deeser geleegendheijd ook nodig geoordeeld zijnde, omme nog een officier als tweede Vaandrig bij de Comp:n de Reserve te plaatsen, Zoo is daartoe geadvanceerd, den burger Johannes Guilliam van Helsdingen.

Ende ten aansien den Adjudant der voorsz: burger Infanterije Benjamin Nöthling, ter oorsake van desselfs aanhoudende Swaare Indispositie, op zijn hier om bij Request gedaan versoek, van ‘t verder waarneemen dier functie heeft moeten werden ontslagen; is dierhalven ter plaatsvullinge van denselven, den Sergeant Johan Hendrik Eckert weederom tot adjudant bevordert.

Ook zijn tot aanspreekers voor de bagravenissen ter deeser Steede aangesteld de burgers Petrus Keeve, Matthiam Hofman en Godfried Christiaan Zieteman.

En is wijders in Conformiteijt van ‘t geresolveerde onder den 7: December des voorl:

Jaars, aan d’ondergen:de Persoonen ijder een Stuk huijs Erfs, geleegen in deese tafelvalleij , agter het terrein van ‘t nieuwe hospitaal, edog onder deese expresse Conditie, dat de daarop te Settene gebouwen alle met platten en gevolglijk geensints met Riet-daken zullen mogen werden getimmert, in eijgendom vergund, als.

Een Dubbeld Erf aan den Extraordinair Lieutenant der Arthillerie Johannes Fischer N:is l: en 2.

Een erf aan den opzigter over het werksvolk aan ‘t nieuwe hospitaal Marthinus van Oorde N:o 3.

Een d:o aan den burger Johannes Smit Jurriaansz: N:o 4

Een dubbeld Erf aan den Lieut:t militair Carel Matthijs Willem de Lille N:is 5 en 6.

Een Erf aan den burger Jan Smit van Dilburg, zijnde het grootste gedeelte van N:o 7.

Een Strookje Erfs ofte het restant van N:o 7, aan Sara Dreijer, weed:we wijlen den Extraordinair vuurwerker Johannes Bresler, en

Een Erf aan den Heer Major Hendrik van Prehn N:o 8.

Sijnde laatstelijk, op het te kennen geeven bij den Heere Gouverneur, dat de fondamenten van het thans onder handen zijnde Epidimicque gebouw aan het nieuwe Hospitaal, om daar meede waterpas te doen zijn, zoo hoog booven de grond hebben moeten werden opgehaald, dat bij al dien de voorsz: fondament muuren in Steede men deselve van binnen liet opvullen, met balken gelegd, en tusschen deselve met Steenen gevuld wierd, Seer gevoeglijk tot ruijme Pakhuijsen konde werden geapproprieerd, goedgedagt, zulx zodanig, zoo wel omtrent het thans begonnen zijnde gebouw, als dat het welk met hetselve equaal aan de N W:e zijde van ‘t hospitaal Staat geConstrueerd te worden, te laten geschieden, invoegen gementioneerde gebouwen nu in plaatse van twee, drie verdiepingen hoog zullende opgehaald worden; teffens goedgevonden is, om bij den Eijsch van het gerequireerde houtwerk, zoo veel balken meerder als er voorde geciteerde beneedenste verdiepingen in beijde de meerm: gebouwen benoodigt zijn, te petitioneeren.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

C. 152, pp. 201-206.

Maandag den {17740509} 9: maij 1774.

‘S voormiddags alle Present.

Dewijl ongeagt de buijten gewoone middelen, die ter spoediger ontlossing der voor dit Gouvernement afgeladene uijtkomende Scheepen Willem de Vijfde en Venus , zijn ter hand genoomen, er onvermijdelijk veel tijds Sal moeten werden t’ soek gebragt, voor ende aleer de onderlagen dier kielen, in ijser, Smeekolen, mitsg:s grauwe moppen en Leijdse Steenen bestaande, daaruijt ontlost, en in Steede van dien, en der verdere uijt die kielen ontscheepte goederen, de daar toe vereijschte groote quantiteijt Steenen tot ballast bij een gebragt, en weederom in die bodems Sullen kunnen afgescheept werden; is dierhalven voor den meesten dienst der E: Comp:ne raadsaamst geoordeeld, en dienvolgens beslooten, om, ten eijnde de gementioneerde Scheepen Willem de Vijfde en Venus , met des te meerder Spoed van hier te kunnen laaten reijsvorderen, ende Heeren der hooge Indiasche Regeering hier door ook zoo veel te eerder, het zoo hooglijx benoodigt zijnde ontzet van Scheepen en Volk, zoude mogen aan handen bekoomen; de in evengem: voor dit Gouvernement tot onderlaag afgescheepte goederen, als namentlijk

In Willem de Vijfde

In Venus

in gedagte Bodems te laaten verblijven, en deselve het hoofd Comptoir Batavia p:r factuur aan te reekenen: dan ten aansien de voorsz: goederen niet van daar weederom ditheen kunnen werden getransporteerd, zonder, behalven de Considerable belemmering die daar meede, ‘t zij in de Retour of Provisie Scheepen zoude werden veroorsaakt, ‘er ook nog een Importante Spillagie op de Smeekolen zoude komen te vallen, en dat ‘er van de voorsz: moppen en leijdse Steenen, geConsidereerd, wanneer deselve alhier direct uijt de Vaderlandsche Scheepen wierden gelost, doorgaans een Derde gedeelte en meerder gebrooken aangebragt bevonden worden, door het over en weeder voeren, ontwijffelbaar nog vrij meerder zoude koomen te breeken; is dierhalven verstaan, de Hoog Gebiedende Heeren Meesters in ‘t Patria, Seer Eerbiedig te versoeken, de voorsz: quantiteijt van 70: Hoeden Smeekoolen, mitsg:s 36286: lb ijser, als meede 30‘000 P:s graauwe Moppen, en 50‘000 p:s Leijdse Steenen, die men Zig om voorsz: aangehaalde Reedenen, genoodsaakt gevonden heeft in gedagte Scheepen Willem de Vijfde en Venus te laten verblijven, ons met de Scheepen des aanstaanden Jaars, weederom te willen laaten toekomen, ende Sulx buijten en behalven het geene daar van bij den Jongst afgegaanen Eijsch voor A:o 1775, is gepetitioneerd geworden.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

C. 152, pp. 207-243.

Dingsdag den {17740517} 17: maij 1774.

‘S voormiddags alle present

Is op heeden geleesen, een Missive door den Landdrost Marthinus Adrianus Bergh, neevens Heemraden en krijgs officieren van Stellenbosch en Drakensteijn , Sub dato 19: der even afgeweekene maand April, aan deesen Raade geschreeven, luijdende als volgt.

‘Cabo de goede Hoop.’

Aan den Wel Edelen gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg gouverneur van Cabo de goede hoop en den ressorte van dien &:e &:e &:e benevens den E: agtbaren politicquen raad aldaar.

‘Wel Edele gestr: Heer en E: Agtbare Heeren.’

‘Door de ondergeteekende Landdrost, mitsg:s Heemraden en krijgs officieren van Stellenbosch en Drakensteijn , in nakoming der Seer g’ Eerde ordre, en Conform d’ intentie van Uw: Wel Edele gestr: en E: Agtb:s in onse desweegens expres geCombineerde vergaderinge van den 28: December des voorl:, mitsg:s 28: Maart en 19 April deeses jaars, getreeden zijnde, ter beraaming van zodanige maatregulen waar door de Ingeseetenen der Camdebos , Nieuwe velds - hantams - groote - middel - kleijne Roggevelds - en Bockeveld - Districten, op eene bestandbare wijze, dog eenmaal mogten werden gesecureerd ende beveijligd, voor de moord- en roofzugt, der zig geduurig te Samen rottende en in de gebergtens daaromstreex onthoudende Bosjesmans hottentotten, dewelke volgens iterative en nu onlangs nog ingekomene berigten en klagten der voorsz: verafgeleegene Inwoonders, tot dien moedwil waren overgegaan, van niet alleen hunne veewagters in ‘t veld te vermoorden en hun vee vervolgens naar derselver Spelonken meede te voeren, maar ook reets zoo verre in hunnen wrevelmoed waaren voortgeslagen, om hunne plaatsen af te loopen, en in den brand te Steeken; Op dat de voorsz: Ingeseetenen met de Sterke hand weeder mogten werden hersteld, en vervolgens ook gehandhaafd in de vreedige Possessie der door hun ter zaake voorsz: verlaatene woon- en veeplaatsen; zoo hebben wij in onse voorsz: vergadering van den 28 December pass:o voor af in overweeging genoomen, zoo de noodsakelijkheijd dat de voormelde Rovers ter bereijking van ‘t bedoelde oogmerk in haar Schuijlhoeken, te gelijker tijd gewapenderhand geattacqueerd, en langs dien weg, ‘t zij tot een bestandhoudende rusthouding en vreede, dan wel ten eenemaal t’ ondergebragt en verdelgt wierden, als d’ onmogelijkheijd waar in men zig komt te bevinden, om de gem: Ingeseetenen daar in enige adsistentie van deese zijde toe te voegen; en daarbij geConsidereerd, dat het ook voor onse Ingeseetenen volstrekt ondoenlijk is, om sonder adsistentie van trouwe en in ‘t handteeren van ‘t Schietgeweer bequaame bastaards en andere hottentotten, die de gem: Rovers in ‘t gebergte beklauteren en in haare Spelonken opspeuren konnen, iets ter bereijking van ‘t gem: oogmerk te zullen kunnen uijtvoeren:’

‘Om alle welke aangehaalde motiven, wij dan hebben moeten besluijten, om alvoorens iets finaals hieromtrent te doen, de in de voorsz: velden Commandeerende veld Corporaals gesamentlijk t’ ontbieden, en van deselve des aangaande vooraf eens in te neemen haarlieder advijs, niet alleen hoedanig en op wat wijze men best, de voormelde Ingeseetenen in deesen te hulp zoude kunnen koomen, maar hoofdzakelijk, welkentijd des jaars daar toe zoo ter bekoming van ‘t noodige water en de weijde voor menschen en vee, als wegens de koude en andere te ontmoetene obstaculen best en bequaamst zoude zijn; welke veldCorporaals daarop, in onse voorgeciteerde vergadering van den 28 maart Jongst:l verscheenen zijnde; hebben wij Eerstelijk door deselve doen opgeeven, het getal van zodanige onder hun Sorteerende bequaame burgers en bastaard hottentotten, als door hun in deesen zonder te groote ontblooting van ‘t Land zullen kunnen werden gebruijkt: en daarbij nog gevoegd, eenige hieromstreeks onder de Ingeseetenen, volgens gedane opgawe der gezamentlijke Leeden deeser vergadering, woonagtig en in dienst zijnde Bastaards en Hottentotten, van welkers trouwe en bequaamheijd in ‘t handteeren van ‘t Schietgeweer als andersints, men zig volkoomen kan verseekerd houden: Waar op bevonden zijnde, dat dus in deesen zal kunnen werden ge’Emploijeerd’

‘hebben wij voorts bij overweeging niet alleen, dat dit Corps te Sterk komt te zijn, om zonder d’ aanvoering en ‘t bevel van een algemeen hoofd ofte Commandant, met hope van eenig goed Succes te kunnen werden g’ Expedieert, maar dat ‘t ook buijten dien te Sorglijk is, deselve aan ‘t beleijd en de gewone aanvoering der resp:e veldCorporaals te laaten; het derhalven van de hoogste noodsakelijkheijd geagt, dat daar over Conform de g’ Eerde Intentie van Uw Wel Edele gestr: en E: Agtb: een zodanigen wierde aangesteld: dan teffens overwoogen zijnde, dat in een dusdanig aan te Stellenen Bevelhebber, noodwendig de vereijschte kennisse, zoo nopens de Constitutie des Lands, als de geleegendheijd der Inwoonders en aard der Hottentotten werd gerequireerd, en dat deese aanstelling uijt d’ officieren der Land-militie alhier, wegens defectie van kennisse in Cas voorsz: volstrekt ondoenlijk geagt, dog van alle de aanweesende veldCorporaals op derselver ten deesen ingediende advijsen, in den Persoon van Godlieb Rudolph Opperman het meeste beleijd en de vereijschte bequaamheeden en vigilantie bevonden zijnde, hebben wij dierhalven unanime, ten meesten nutte van ‘t algemeen moeten besluijten, denselven ter g’ Eerde approbatie van Uw Wel Edele gestr: en E: Agtb: aan te Stellen tot VeldCommandant over de navolgende in de ondergen:de districkten Commandeerende veldCorporaals, namentlijk.’

‘door welke, neevens hunne voorsz: onderhoorige manschappen en bijgevoegde Bastaards en Hottentotten, wij dan, met ingenomen advijs zoo van hunlieden als van voorn:de veld Commandant, best geagt hebben, onder desselfs algemeen bevel, een generale Expeditie in drie Commando’s teegens voorsz: Roovende bosjesmans hottentotten te gelijkertijd te laaten doen en daarvan eene parthij onder voorm: veldCommandant, mitsg:de veld Corporaals. David Schalk van der Merwe, Adriaan van Jaarsveld, Jacob de Clercq en Charl Marais, van den Swartenberg , het Camdebo’s veld , den Sneeuwberg , mitsg:s het nieuwe[veld] en Coupsveld .’

‘de andere onder ‘t Commando van Nicolaas van der Merwe mitsg:s de veldCorporaals Pieter Jacobsz, Gerrit Putter, en Hendrik Olivier, van ‘t middelste- en klijne Roggeveld als meede het bockeveld agter den witsenberg , en’

‘de derde parthij onder d’ aanvoering van Gerrit van Wijk mitsg:s de veldCorporaals Willem Steenkamp, Lucas Steenkamp, Johannes Arnoldus Botma en Willem Burgert, van ‘t onderste Bockeveld , den hantam , mitsg:s het groote Roggeveld en d’ oliphants Rivier .’

‘te laaten trecken, om dus gemelde Rovers van alle kanten in ‘t gebergte in hunne Spelonken en Schuijlhoeken t’ attacqueeren, en ‘t zij tot den pais of vreede te dwingen, dan wel ten eenemaal t’ onder te brengen.’

‘Welke Expeditie best geagt is, met het eijnde der aanstaande maand Augustus, ofte uijtterlijk met het begin der daar aan volgende maand September, als de bequaamste Jaars getijde, te laaten aanvang neemen en op breeken.’

‘dan teffens door ons met advijs als vooren gemeld, in aanmerking genomen zijnde; dat buijten de Christenen, dewelke tot deese Expeditie zullen werden gebruijkt, en die in ‘t generaal maar Een Hondert Coppen, en dus een te inferieur Corps, om met eenig gewenscht Succes teegens de voorsz: meenigvuldige Rovers te kunnen werden aangevoerd, komt uijt te maken, daar toe agter een veel grooten aantal van Bastaards en hottentotten, volgens, zoo door ons als door de veldCorporaals gedane opgave, zal moeten werden g’ Emploijeerd, zonder dat deselve egter, van het onontbeerlijke Schietgeweer, buijten welk niets nuts verwagt werden kan, voorsien zijn, neemen wij dierhalven de vrijheijd Uw Wel Edele gestr: en E: Agtb: ten Eerbiedigsten te versoeken, ons zoo ten voorm: eijnde, als in ‘t generaal tot deese te doene Expeditie, ‘S E: Comp:s weegen te willen doen verstrecken, de volgende noodwendig vereijscht werdende ammunitie, als.’

‘En dewijl ook op vertooning van den veldCommandant, door ons in overweeging genoomen is, dat de voorsz: parthijen veelmaals, weegens Swaare Reegen en onweer genoodsaakt Sullen werden, eenige Dagen en nagten agter een in ‘t veld voor de opgeloopene Rivieren genoegsaam van de rovers omringd te blijven Campeeren, en derhalven niet alleen gewapen der wijze, voor onverwagte overrompeling, op hun hoede blijven, maar ook om voorsz: reedenen d’ ammunitie Steeds bij der hand en voor den Reegen gedekt, mitsg:s droog en bruijkbaar zullen houden moeten, ‘t geen op de met Leeftogt en andere goederen beladene wagens niet geschieden kan; Zoo neemen wij verder de vrijheijd Uw wel Edele gestr: en E: Agtb: instantigst te versoeken, daar toe de vereijscht werdende 3: p:s Tenten; te weeten voor ieder parthije een, insgelijx gunstigst te willen doen verstrecken; Zullende de tot deese Expeditie benoodigde wagens, Trekossen en Paarden, door de in deesen g’ Emploijeerde veld Corporaals en burgers, als hier in het meeste belang hebbende, gefourneerd mitsg:s de zorge en repartitie naar ieders omslag en vermogen daar van aan voorsz: veldCommandant en hoofden der andere Parthijen gelaaten, mitsg: ‘t zij Colonies weegen, dan wel door d’ Ingeseetenen deeser districten, dewelke in de voorsz: vergeleegene Contrijen haare vee plaatsen en dus in deese Zaak, zoo wel als de Colonie, hun belang hebben, te Samen uijtgelegd en gefourneerd werden, de quantiteijt van drie amen Brandewijn en drie hondert ponden Tabak, zoo ter dagelijxe verstrecking aan de meede gaande in deesen gebruijks werdende Bastaards en hottentotten, als om daar meede, in Cas bij ‘t maken van den Pais of vrede met de voorm: Rovers, het bedoelde oogmerk mogte werden bereijkt, deselve daar meede, zoo wel als met eenige andere bagatellen en Snuijsserijen te beschenken.’

‘Terwijl wij Uw wel Edele gestr: en E: Agtb: ten voorsz: eijnde, insgelijx versoeken, daar bij ook gunstiglijk te willen voegen en ‘S Comp:s weegen doen verstrecken’

‘Een quantiteijt Coralen en koopere ringen in Soort, als meede’

‘Eenige Stocken met koopere knoppen, waar op ‘S E: Comp:s merk gegraveerd, om de zogen:de Craal Capitains of hoofden der voorn:de bosjesmans hottentotten, bij aldien met deselve het bedoelde oogmerk in ‘t maken eener bestandhoudende vreede, mogte bereijkt werden, ten teeken dat zij onder de bescherming van ‘S Landsgebied aangenoomen zijn, daar meede te beschenken.’

‘En dewijl niet alleen reets veelmaal bevoorens, maar wel principaal, bij deese’

‘geleegendheijd, door verscheijde der voorn:de veldCorporaals, onder allerleij prætexten, om derselver ontslag is versogt geworden, zonder dat zijlieden daar toe bestaanbaare en wettige reedenen konden bijbrengen, het geen egter bij deswegens gedane Examinatie bevonden is, principaal oorspronkelijk te weesen, door dat gemelde veldCorporaals altoos gehouden zijnde, om weegens alle gevaarlijke voorvallen in expeditie te gaan, en daar toe haare onderhoorige te Commandeeren, daar voor geen de minste voorregten komende te genieten, bovens dien bij verandering van woonplaats ofte ontslag, gehouden en verpligt waren, om niet alleen onder andere, ja Selfs onder een van hunne eijgene manschappen die in hun plaats quam aangesteld te worden, maar ook als vooren weeder ordinaire Exercitie dienst te doen; hebben wij bij overweging zoo ter Compatible tijds- en Saaks- Circumstantiën als der billijk- en noodzakelijkheijd, dat daar in wierde voorsien, derhalven beslooten, onder gevenereerde approbatie van Uw Wel Edele gestr: en E: Agtb: aan de gezamentlijke veldCorporaals, om hun zoo tot het getrouw behartigen van hunnen dienst, t’ animeeren, als tot enCouragement in ‘t presente geval, onder hunnen tegenwoordigen naam toetevoegen den rang van wagtmeesters, en om in ‘t vervolg tot deesen Post zoo veel mogelijk, ervarene Lieden te verkrijgen, deselve voortaan niet dan om Seer wigtige en aanneembaare Reedenen, vrij van alle burgerlijke exerCitiediensten te ontslaan, edog niet eerder, dan dat door hun ‘t zij aan ons of den veldCommandant een ander bequaam Persoon voorgedragen, en den zodanigen zig persoonlijk zal hebben vertoond; terwijl wij wijders nut en noodsakelijk, mitsg:s met de Constitutie en geleegendheijd des Lands overeenkoomendst geoordeeld en derhalven vast gesteld hebben, dat door de resp:e veldCorporaals twee maal ‘S jaars, te weeten, om de Ses maanden, aanvoorn:de veldCommandant zal moet werden opgegeeven, het getal hunner onderhoorige manschappen, met de omtrent deselve, zoo wegens verandering van woonplaatsen, als andersints, voorgevallene veranderingen, als meede, welke Jongelingen de bequame Lichaamsgestalte en vereijschte Jaaren hebben bereijkt, om onder die burgerrije te kunnen werden ingeschreeven, en in ‘t generaal wat maar eenigsints van belang in hunne Districten mogte komen voortevallen; van welk een en ander hij Command:t dan om de vier maanden eens en dus driemaal in’t Jaar, in Persoon Schriftelijk Berigt zal moeten overleeveren.’

‘Dan ten aansien den nieuw aangestelden veldCommandant voor de thans op’

‘hem gelegde Charge buijten zijnen nieuwen Tijtul geen het minste prerogativ komt te genieten, en denselven egter, behalven de voorsz: derthien veldCorporaals, ook een aansienlijk Corps burgers te Commandeeren heeft, hebben wij derhalven ten allerbillijksten geagt, mitsg:s dienvolgens eenparig beslooten, denselven tot meerder Soutien van desselfs bevel, denConvenienten rang van Cornet toe te voegen.’

‘Weshalven wij Uw Wel Edele gestr: en E: Agtb: ten Eerbiedigsten versoeken Sulx zoo wel als de voorsz: bevordering der veldCorporaals, om de voorens geallegueerde motiven, aller goedgunstigst met derselver g’ Eerde approbatie te willen honoreeren, ende versterken.’

‘Terwijl wij overigens de vrijheijd neemen, Uw Wel Edele gestr: en E: Agtb: neevens deesen ter approbatie aan te bieden, de door ons voor veelgem: veldCommandant geformeerde Instructie, waarna denselven zig zoo op deese Expeditie als vervolgens met en neevens de onder hem gestelde veldCorporaals zal hebben te gedragen.’

‘Middelerwijl dat wij, in vertrouwen hier omtrent allesints Conform d’ Intentie van Uw’

‘Wel Edele gestr: en E: Agtb: naar vereijsch en omstandigheeden van Saaken en ‘S Lands Constitutie te hebben gehandeld, ons d’ Eere geeven, van in alle Schuldige onderdanigheijd te blijven.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele gestrenge Heer en E: Agtbare Heeren! Uw Wel Edele gestr: en E: Agtb: Zeer onderdanige en gehoorsame Dienaaren /:was geteekend:/ M: A: Bergh, J: B: Hofman, J: Blignaut, P: G: Wium, A:s Brink junior, J: R: van As, P: W: D: Vos, P: A: Mijburg, T: A:s Theron, H: A: Malan, J:n: de Villiers jpz:, H: O: Laubscher, A: J: Meijburg, T: A: Theron de jonge, N: V: As, D: J: Bleumer. /: in margine:/Ter vergadering van Heemraden en krijgs officieren aan Stellenbosch den 19 april 1774.’

en nadien uijt dies inhoude is gebleeken, dat Landdrost mitsg:s Heemraden en krijgs officieren voormeld, na dies aangaande gehoudene besoignes, bevonden hadden, dat, om d’ Ingeseetenen der Camdebos , nieuwe velds - hantams - groote - middel - klijne - Rogge en Bockevelds Districten, teegen het nu Seedert eenigen tijd herwaards gepleegd geweld en de Stroperijen der Bosjesmans hottentotten te beveijligen, en deselve weederom in de possessie haaren verlaatene bezittingen te Stellen, aan deselve niet wel eenige adsistentie uijt de nabij geleegene Districten konde werden toegebragt, en daarom de vereijschte Schickingen hadden moeten gemaakt werden, om behalven een Sterk Commando van een hondert persoonen uijt d’ Ingeseetenen der voorsz: verre liggende districten nog een aantal van Een hondert en Vijftig, Soo Bastaard, als oorspronkelijke aan ons getrouw en in ‘t behandelen van Schiet geweer bequaam Sijnde Hottentotten t’ emploijeeren, zoo is goed gevonden t’ approbeeren, alle de voorsz: gemaakte Schickingen, zoo wel nopens de persoonen en ‘t getal waar uijt het voorsz: Commando zal bestaan, als de wijze, om de bovengem: Struijkrovers t’ omcingelen en eerstelijk te tragten haarl: het houden eener bestendige vreede te doen aanneemen, dog daar toe geen middel zijnde, deselve als dan met geweld tot reeden te brengen.

Gelijk men zig ook heeft laaten welgevallen, dat Landdrost mitsg:s Heemraden en krijgs officieren meerm; om het voorsz: Sterk detachement in ordre te Commandeeren, na dies aangaande goede verseekeringen te hebben bekoomen, dat Sulx met gerustheijd aan den Persoon van Godlieb Rudolph Opperman had kunnen werden toevertrouwt, denselven hebben aangesteld tot veldCommandant met den rang van Cornet.

Inselvervoegen is meede geapprobeerd, dat zijl: om de daar van gegeevene billijke reedenen, de veldCorporaals der in haare meerm: Missive vermelde districten, hebben toegevoegd, den rang van wagtmeester, en de verdere gemaakte Schickingen tot haar functie relatief, waar onder dan ook in zonderheijd als Seer nut en dienstig is aangemerkt, dat door deselve veldCorporaals precise tweemaal ‘S jaars, aan den veldCommandant, en door deesen weederom, om de vier maanden aan den Landdrost berigt werde gedaan, nopens alles wat van eenig belang in de boven aangehaalde wijd uijtgestrekte districten zal koomen voor te vallen.

Sijnde voorts, op het versoek en de voordragte in voorsz: missive gedaan, goedgevonden, om ten eijnde de Ingeseetenen in het doen der voor handen zijnde expeditie, tegemoed te koomen daar toe ‘S Comp:s weegen aan deselve te laaten verstrecken.

Waarbij nog zullen werden gevoegd, om bij ‘t maaken eener vreede met voorsz: Bosjesmans tot Schenkagiën voor deselve te dienen.

Ook is meede geleesen, de bij voorsz: missive gevoegd geweest zijnde, mitsg:s voor den veldCommandant geformeerde Instructie; en nadien bevonden is, deselve allesints indiervoegen ingerigt te zijn, dat men bij een Stipte observantie van dien, Reeden heeft een goeden uijtslag deeser Expeditie te verwagten, heeft men dierhalven deselve Instructie, insgelijx ten vollen geapprobeerd.

Nademaal d’ overheeden van ‘t aanweesend Schip Hoog CarspeL , ter deeser Rheede zijn verscheenen, Contrarie de Seer g’ Eerde ordres van haar Wel Edele Hoog Agtbr:s de Heeren Majores in ‘t Patria, de dato 18: april 1758, waar bij aan de Resp:e Scheeps overheeden g’ interdiceerd geworden is, de Tafelbaaij aan te doen, wanneer zij genoegsaam Sullen kunnen voorsien, deselve niet weederom voor medio Maij te kunnen verlaaten; is dierhalven verstaan, aan den E: Coopman en Secretaris deeses Raads Oloff Martini Bergh, als het fiscaals ampt provisioneel waarneemende, te demandeeren, om noopens de door voorsz: Overheeden gepleegde overtreeding der geciteerde ordres van hoogst gem: Heeren Meesteren exact ondersoek te doen: Middelerwijlen dat met het vervaardigen der benodigde nieuwe groote en focke-masten voor ‘t ged:e Schip Hoog Carspel , alle mogelijke spoed zal moeten werden gemaakt, ten eijnde dien Bodem, Sonder het alderminste tijd versuijm, weederom van hier te kunnen dimitteeren

Laatstelijk is, in Steede van den overledene, Johan Christoff Diederik Wulkouw, wederom tot geregtsbode aangesteld, den Sold:t Bogis laus Diederik Stoll als een nugteren en bequaam persoon zijnde, ende Sulx met verhoging van gagie tot ƒ20: ter maand, onder een nieuw vijfjaarig verband.

Aldus Geresolveerd ende gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

C. 152, pp. 244-247.

Woensdag den {17740525} 25 Maij 1774.

‘S voormiddags alle present.

Aangezien den op het ter Rheede leggend Schip Amsterdam geCommandeerd hebbenden Schipper Coenraad Louwe, op de herwaards rijze is kom t’ overlijden, is dierhalven verstaan, om in Conformiteijt der hier permanente Seer g’ Eerde ordre van haar Wel Edele groot Agtb: de Heeren der hooge Indiasche Regeering tot Batavia, het Commando op voorsz: Bodem, aan den opperstuurman Claas Stokman op te dragen.

Sijnde voorts, gemerkt het ongepermitteerde Jagen van ‘S heeren wild en gevogelte, thans weederom Seer Sterk begind in Swang te gaan, noodsakelijk geoordeeld en dienvolgens beslooten, sulx bij renovatie van het daar teegens vigeerend’ placcaat de novo te verbieden.

En dewijl de Persoone van Agatha Blom, weeduwe Lucas Meijer, door hoogen ouderdom en andere Lighaams Corruptiën, teegenwoordig ten eenemale buijten staat komt te zijn, om de functie van geswooren- of Stads- Vroedvrouw, langer na behooren waar te neemen, en zij dierhalven, op haar versoek, daar van heeft moeten werden ontslaagen; zoo is, in Steede van deselve, weederom tot geswooren- of Stads- vroedvrouw aangesteld, Catharina Visagie weeduwe Hendrik van Dijk, als bij gedane Examinatie der beijde opperChirurgijns deeses Gouvernements bevonden Sijnde, daar inne reedelijk ervaaren te weesen, des dan ook aan haar, zodanige Emolumenten als de voorige vroedvrouwen hebben genooten, zijn toegevoegd.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

C. 152, pp. 248-272.

Dingsdag den {17740607} 7: Junij 1774.

‘S voormiddags alle present behalven de Heer Major van Prehn:

Den Coopman en Secretaris deeses Raads d’ E: Oloff Martini Bergh, als het fiscaals ampt p:l waarneemende, ingevolge het geresolveerde onder den 17: Maij jongstl:, voor geCommitteerde Leeden uit den Raad van Justitie alhier, hebbende gehoord en ondervraagd, d’ overheeden en Deks officieren van het ter rheede leggend uijtkoomend Schip HoogCarspel , nopens het aandoen deeser Tafelbaaij Contrarie d’ ordre der Heeren Meesteren; heeft denselven dies aangaande ingediend, het volgende Rapport.

Aan den Wel Edelen gestr: heere M:r Joachim van Plettenberg gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &: &: &: benevens den E: Agtb: raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren.’

‘Aan den ondergeteekenden Coopman en provisioneel Fiscaal door Uwe Wel Edele gestr: en E: Agtb:, bij politicq Raadsbesluijt van den 17: Maij jongstl: gedemandeerd Sijnde ondersoek te doen, welke reedenen d’ overheeden van het uijtkomend Schip HoogCarspel hebben bewoogen, op den 14: dito bevoorens de Tafelbaaij alhier in te loopen en dus te Contravenieeren de Seer geEerde ordres, door de Hoog Edele Heeren Seeventhienien, aan de Resp:e Scheepsoverheeden bij de Zeijlaas ordres voorgeschreeven, dicteerende, dat deselve Tafelbaaij niet zal moogen werden besteevend, wanneer genoegsaam te voorsien was, dat deselve niet voor den 15: Maij weederom zoude kunnen verlaaten werden; Soo heeft den ondergeteekende, om aan ‘t voorsz: g’ Eerd mandaat Uwer Wel Edele gestr: en E: Agbt: pligtschuldig te voldoen, d’ overheeden en Deks-officieren van het gedagte Schip Hoog Carspel , als gesamentlijk hebbende uijtgemaakt den Scheeps Raad, bij dewelke op den 12 der geciteerde maand Maij, is genomen het besluijt, om voorsz: Tafelbaaij aan te doen; voor E: E: geCommitteerde Leeden uijt den Justitieelen Raad alhier doen verschijnen, en deselve nopens haarl: voorsz: gedoente behoorlijk ondervraagd; waar op door deselve is voortgebragt:’

‘dat wanneer in ‘t afloopen der gronden, door een Swaaren Storm de groote mast van hunl: voorsz: onderhebbenden bodem onder ‘t Rak en de tweede woeling was koomen te breeken, zijlieden niet versuijmd hadden, om met alle mogelijke Spoed, een wang in gereedheijd te brengen, en deselve aan de gebrookene Mast te leggen, en behoorlijk t’ omwoelen, mitsg:s tot beetere ondersteuning dier mast, deselve met twee bakstagen te voorsien; dog dat des ongeagt, door dit toeval was veroorsaakt, dat vermits niet allesints de vereijschte manoeuvres met het Schip konde gedaan, nog hetselve naar tijds geleegendheijd doorde wind gebragt werden, de Reijze merkelijk was vertraagd geworden te meer, wanneer bezuijden de Linie geavanceerd sijnde, de focke mast insgelijx was koomen te breeken:’

‘dat zijlieden de reijze dus al Suckelende, tot den 11: der meerm: maand Maij vervolgd hebbende; het Scorbut middelerwijl vrij Sterk onder het volk d’ overhand hadde genoomen; Terwijl de wind tot het besteevenen der Baaij fals , hun niet voordeelig zijnde, en zijlieden, mits de voorsz: Slegte gesteldheijd der masten, geen kans hebbende gezien, deselve door kragt van Zeijlen te kunnen besteevenen; oversulx in overweeging hadden genoomen, dat wanneer in deesen toestand, het al eens tot voor de voorsz: Baaij fals hadden kunnen brengen, als dan nog groot gevaar zouden hebben geloopen, om in gevalle de winden Contrarie bleeven waaijen, tot op ‘t Rif van Anguilhas te vervallen, Sonder het van daar wederom tekunnen ophaalen, waar door dan hunl: onderhebbenden bodem onvermijdelijk aan ‘t uijterste gevaar zoude zijn geexponeerd geweest; des zijlieden tot behoud van Schip en zielen, hadden moeten besluijten, meerm: Tafelbaaij in teloopen, gelijk Uwe Wel Edele gestr: en E: Agtb: dit alles uijt de deesen Sub La: A bijgevoegde Notul onder den 24: der meerm maand Maij bij voorsz: Justitieele Commissie gehouden, des gelievende, nader zullen kunnen beoogen.’

‘Dan nadien, ofschoon blijkens het deesen Sub La: B: geannexeerd Rapport ten vollen Consteerd, dat bij visitatie der voorsz: groote en focke masten is bevonden, deselve dermaten gebrooken te zijn geweest, dat die rondhouten ten eenemaal afgekeurd zijn, en het ged:e Schip HoogCarspel van twee andere nieuwe masten heeft moeten werden voorsien, evenwel bij den ondergeteekenden, nog die bedenking quam over te blijven, of evengem: kiel, terwijl met demeerm: gebrookene dog invoegen voorsz: bezorgde masten, de reijse tot dus verre was vervorderd, met deselve ook niet de Baaij fals zoude hebben kunnen besteevenen en hij ten deesen opzigte noodwendig het advijs van Zeekundigen quam te requireeren; heeft het den Wel Edelen gestr: Heer Gouverneur op des ondergeteekend:s diesweegens gedaan versoek behaagd, den E: Equipagiemeester deeses Gouvernements Damiën Hugo Staring te Committeeren, om neevens de present zijnde Schippers, ten deesen belange in geschrifte te dienen van derselver berigt en Consideratiën; dewelke hier op na examinatie der Journalen, binnen boord van meerm: bodem HoogCarspel gehouden, hebben betuijgd: dat ofschoon wanneer dien kiel zig in dato 12 maij jongstl:, omstreex de hoogte van de Caab bevonden had, de winden als doen van het N W:ten tot W:t mitsg:s de twee daaraan volgende Daagen, van uijt het N en N:N:W:t hebben gewaaijt, en het ged:e Schip hier door, onaangezien den Slegten toestand zijner masten, een gunstige geleegendheijd hadde gehad, de westhoek der baaij fals te bezeijlen; ja Selfs met voorsz: winden, tot daar toe zoude gedreeven zijn, d’ overheeden dier kiel zulx egter met reeden niet hebben durven onderneemen, nademaal het voor hun niet doenlijk was, met bovengem: koelte, als regt in de wind zijnde, verder van de voorsz: westhoek af, de Simons baaij te besteevenen: en dat ingevalle zij al hadden getragt, het Schip door in de wind op te laveeren, in evengem: Baaij binnen te brengen /:het welk egter uijt hoofde van de Slegte gesteldheijd der masten niet raadsaam, maar Selfs ook ondoenlijk is geweest:/ zijlieden dan nog, naar alle waarschijnelijkheijd zig genoodsaakt zouden gevonden hebben, in de mond der meerm: Simons baaij op diep water en vuijle gronden ten anker te koomen, alwaar het Schip, bij aanhoudende teegenwinden niet alleen gevaar zoude hebben geloopen, ankers en touwen te verliesen, maar ook weederom in Zee gedreeven te werden, en dus terzaake van den ontramponeerden toestand van desselfs tuijg, aan veele periculen en Zeenoden te zijn bloot gesteld geweest; gelijk dit alles nader Consteerd uijt het Rapport van meerm: Zeeverstandigen, het welk den ondergeteek:den d’ Eere heeft, Uwe Wel Edele gestr: en E: Agtb: hierneevens Sub La: C: aan te bieden.’

‘En nadien het Uwe Wel Edele gestr: en E: Agtb: uijt dit alles evidentelijk zal koomen te blijken, dat meerm: Scheeps overheeden met het inloopen deeser Tafelbaaij geensints op eene willekeurige wijze, en dus niet bij overtreeding der daar teegens gestelde ordres der Hoog gebiedende Heeren Meesteren, maar in teegendeel tot behoud van Schip en zielen en gevolglijk over eenkomstig met het belang en intrest der E: Comp:n hebben gehandeld; zoo vermeijnd der ondergeteekenden, onder wijser oordeel, geen actie teengens deselve overheeden, in Cas van eenig wan devoir of pligtversuijm te kunnen institueeren: Middelerwijl dat hij d’ Eere heeft, met Schuldig Respect te zijn.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele gestr: Heer en E: Agtb: Heeren, Uw Wel Edele gestr: en E: Agtb: onderdanige en gehoorsamen Dienaar /:was geteekend:/ O: M: Bergh /:in margine:/ Cabo de goede Hoop den 7: Junij 1774.’

En nadien uijt den inhoude van het voorseijde Rapport en dies bijlagen evidentelijk Consteert, dat bovengem: Scheepsoverheeden met het inloopen deeser Tafelbaaij , geensints op eene willekeurige wijze, en dus niet bij overtreeding der daar teegens gestelde ordres der Heeren Majores maar in teegendeel tot behoud van Schip en Zielen en gevolgelijk overeenkomstig met het belang en Intrest der E: Comp:n hebben gehandeld; is dierhalven beslooten meerm: Scheeps overheeden van alle regtelijke actie, die anders ter zaake voorsz: teegens deselve zoude hebben kunnen werden geinstitueert, t’ absolveeren: Terwijl wijders het gementioneerde Rapport met dies bijlagen zoo aan hoogstgem: Heeren Meesters als de Heeren der hooge Indiase Regeering Copieelijk zal werden gesuppediteerd.

Vervolgens wierd door den Heere gouverneur geCommuniceerd, dat met het voorsz: Schip HoogCarspel alhier waaren aangeland, de Persoonen van Albert Schobbe, Arnoud Willem Duijker, Jan Barendsz en Jan krijgsman, van dewelke den eerstgem: als Passagier, den tweeden als bootsman en de beijde andere als Mattroosen waaren bescheijden geweest op Seeker na Demerarij gedestineerd Hollands Coopvaardij Scheepje de goede verwagting genaamd; welk Scheepje den 2: October des voorl: Jaars uijt texel gezeijld zijnde, vervolgens in dato 17: Januarij d’ a:o stantij, op de hoogte van Madera, door meerm: bodem HoogCarspel was ontmoed geworden; wanneer de bovengem: vier Persoonen met een klijn Schuijtje op ‘t Selve waaren overgekomen, ten eijnde voorsz: Passagier en bootsman te doen verbinden van de quetsuuren, haarl: door de buijtensporigheeden des Schippers toegebragt; dog dat het ged: Scheepje intusschen door kragt van Seijlen zig van het dikwerfgem: Schip HoogCarspel hadde verwijdert, en zijl: indiervoegen daar op verbleeven met dien Bodem hier aangeland weesende, als nu Seer instantig quamen te versoeken, met een van ‘S Comp:s Scheepen naar Neederland te mogen retourneeren: waar op goed gedagt is, om van meerm: vier Persoonen, als van alle middelen ontbloot, den Passagier Schobbe transport vrij, mitsg:s den Bootsman en twee mattroosen om geduurende de reijse voor de Cost Scheeps dienst te doen, p:r het in ‘t kort te vertrecken Staande fluijtschip Noordbeek te laaten overvaaren.

En dewijl haar Wel Edele groot agtb: de Heeren Bewindhebberen ter Camer Zeeland bij derselver geagte Letteren van den 25: november des gepasseerden Jaars, aan deese Regeering hebben gelieven te laaten, de vrijheijd, om boven en behalven de van hier gevorderde producten, nog met de geciteerde fluijt Noordbeek , aan haar Edele Agtb: aftesenden zodanige andere, als men zoude vermijnen, eenig aanmerkelijk voordeel voor d’ E: Comp:n te kunnen afwerpen, egter niet anders dan in een geringe quantiteijt en alleen ter preuve, is dierhalven beslooten in voorm: kiel nog te doen afscheepen

2: Leggers sogen:de Caabse Madera wijn a ƒ48:08 p:r Legger
30 p:s Raauwe osse Huijden d:o d:o 2:04 't p:s
1000: d:o d:o Schaapen vellen d:o d:o 11:- 't Cent
10: d:o d:o Bocke d:o d:o d:o -16 1/2 't p:s
25 d:o d:o Lams d:o d:o d:o 1:02: d:o
2: Leggers sogen:de Caabse Madera wijn a ƒ48:08 p:r Legger
30 p:s Raauwe osse Huijden d:o d:o 2:04 't p:s
1000: d:o d:o Schaapen vellen d:o d:o 11:- 't Cent
10: d:o d:o Bocke d:o d:o d:o -16 1/2 't p:s
25 d:o d:o Lams d:o d:o d:o 1:02: d:o

in opzigte welker voorsz: Soogen:de Caabse Madera wijn, welopgem: Heeren Bewindhebberen Sullen berigt werden, dat deselve reets vier Jaaren oud zijnde, dit Soort van wijnen wijders maar bij Sommige ingeseetenen werd geperst, ende Sulx in geen grooter quantiteijt als zij verseekerd zijn, aan deese en geene daar op gesteld zijnde Personen te kunnen afzetten, des dat, om voorseijde wijn van die hoedanigheijd als de thans te versenden Staande twee Leggers en in Sekere quantiteijt te kunnen bekoomen, de wijngaardeniers hier van alvorens zouden dienen geprevenieerd te zijn, ten eijnde zig in ‘t Persen derselver te kunnen reguleeren.

dat voor als nog ook niet wel kunnende werden geCalculeerd, de quantiteijt der Schaapen- Bocken en Lamsvellen, die jaarlijx van hier zouden kunnen werden afgezonden, welgem: Heeren Bewindhebberen oversulx zullen werden versogt, om in gevalle daar op goede winsten behaald, en de versending dier vellen insgelijx mogte werden geordonneerd, men als dan mogte gequalificeerd zijn, maar daar van dat geene te mogen oversenden, als ‘er aan handen zal weesen, en bequamelijk in de met Tarw en andere producten retourneerende Scheepen kunnen geborgen werden.

dat ten belange der osse huijden zal werden gemeld, dat ofschoon bij het van hier afgegaane Schrijvens de dato 20: Junij 1772 zijn ter needer gesteld, d’ obstaculen, om d’ osse-huijden in quantiteijt te kunnen versenden, men egter de vrijheijd heeft genoomen, de voorsz: 30: Stuks daarvan ter preuve te laaten afgaan, om bij aldien deselve meede goede voordeelen mogten komen af te werpen, en men door het een of ander toeval een naamwaardige quantiteijt dier Huijden zoude kunnen bekoomen, deselve als dan insgelijx te kunnen oversenden.

Boven het welke meede is goedgedagt, meerm: Edele Heeren Bewindhebberen ter Camer Zeeland te versoeken, om bij het herwaards te Sendene Rendement, nopens den verkoop der voorwaarts geciteerde Producten, daar bij met Relatie tot de wijnen in ‘t generaal, destinctelijk te willen doen bekend stellen, hoe veel ijder Legger wijn op zig Selfs heeft koomen af te werpen, met bijvoeging der nommers derselver, ten eijnde zig bij verder inkoop der wijnen, des te beeter te kunnen reguleeren.

Gelijk al verder is beslooten, dat hoogstged:te Heeren Majores Eerbiedig zullen werden versogt, dat de Scheepen die in vervolg van tijd ter afhaaling van hierlandse Producten naar dit Gouvernement zullen werden afgezonden, zoo wel voor de thuijs als uijt Reijze van gesouten Speck en vleesch moogen voorsien werden.

Sijnde wijders bij nadere Lectuure eener Missive door Landdrost en Heemraden van Swellendam Sub dato 16: Maart pass:o aan deesen Raade gerigt, mitsg:s der daarbij gevoegde verClaaringen, verstaan, om de door ‘t voorsz: Collegie ten regten aangeklaagde Persoonen van Aarnold Heering en Hermanus Lucas Crause, waar van d’ eerstgem: reets in civiel arrest ten deesen Casteele gesteld, en nopens, laatstgen:de den Landdrost van Swellendam aangeschreeven is, denselven in verseekering herwaards te Senden, als onnutte en voor deese Colonie Seer Schadelijke Subjecten, voor derselver voorige qualiteijten van Mattroosen, weederom in dienst der E: Comp:n te trecken en indiervoegen naar India te versenden.

De Heeren Otto Luder Hemmij en Adriaan van Schoor, ter voldoeninge aan ‘t geresolveerde, onder den 1: Maart laatstl:, neevens Burgerraden gevaceert hebbende, om met den oud Heemraad Maarten Melk, nopens ‘t aanleggen en in Stand brengen der geprojecteerde nieuwe weegen tusschen de Caab en ‘t Ronde bosje , de noodige Schickingen te maken; zoo is verstaan, de diesweegens door haar E: E: overgeleeverde notul t’ approbeeren, en mits dien dat werk indiervoegen te doen verrigten, als daar bij werd voorgedragen.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

C. 152, pp. 273-276.

Woensdag den {17740629} 29 Junij 1774.

‘S voormiddags alle present, uijtgenomen den Heer Major van Prehn.

Vermits den Eerw: in ‘t Land van Waveren staande Predikant Remmerus Harders, zig niet alleen teegenwoordig onvermoogens komt te bevinden Sijnen dienst waar te neemen; maar het ook seer onseeker is, of en wanneer daar toe wederom in Staat zal geraaken; zoo is ten eijnde den godsdienst in voorsz: gemeijnte niet te doen Stille staan, beslooten, d’ Eerw: Predikanten van Drakensteijn en ‘t Swart Land , Petrus van der Spuij en Daniel Goldbach te doen aanschrijven, om den Predikdienst te Waveren voorsz: beurtelings om de vier weeken te gaan verrigten; Terwijl evengem: D:s van der Spuij nu van het verder waarneemen der kerken dienst aan Stellenbosch ontslagen zijnde, voorts goedgedagt is, Sulx aan d’ Eerw: Predikanten hier aan Cabo D:s Henricus kroonenburg, Johannes Fredericus Bode en Joannes Petrus Serrurier insgelijx bij beurten om de vier weeken, op te dragen, ende Sulx ter tijd toe, geciteerde gemeijntes wederom van Permanente Leerraars zullen voorsien of hier omtrent bij deese Regeering nader of anders zal gedisponeerd zijn: Zullende oversulx de Resp:e kerkenraade van Stellenbosch en in ‘t Land van Waveren hier van niet alleen per Missive kennisse gegeeven, maar teffens gelast werden te bezorgen, dat de gedagte Leerraars, die invoegen voorsz: benoemd zijn, den Predik dienst bij derselver gemeijnte te gaan verrigten, Successivelijk met een behoorlijk Rijtuijg werden afgehaald.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop. Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

C. 152, pp. 277-287.

Vrijdag den {17740708} 8: Julij 1774.

‘S voormiddags alle present, excepto den E: Coopman en keldermeester Pieter Hacker mits occupatie

Geliefde den Heere Gouverneur te kennen te geeven, dat de vergadering thans buijten gewoon had doen beleggen, ten eijnde aan de resp:e Leeden te Communiceeren, dat zijn Edele van den Posthouder in de Baaij fals Christoffel Brand, had ontfangen, een Missive, waar bij berigt doed; dat zoo dra het aldaar op gisteren gearriveerde frans particulier Schip le Duc de Duras , het anker hadde laaten vallen, hetselve ‘S Comp:s Bodem Alkemade , de welke als ‘t Commandeurs Schip der Rheede in voorsz: Baaij komt te leggen met [.....] Canonschooten hadde gesalueerd; dan dit Salut ingevolge het door de Heeren der hooge Indiasche Regeering herwaards gesondene extract uijt haar Hoog Edelens besluijt de dato 24: aug:s 1772 niet opgenomen en dus met geen Contra Salut beantwoord zijnde, den op voorsz: franssen Bodem Commandeerenden Cap:tn chev:r Blond de St: Hilaire, als Sustineerende dat hier meede een opendlijk affront, de vlagge zijns konings was aangedaan, diesweegens niet alleen heevig hadde gedoleert, maar thans ook op de kragtigste wijze bleef insteeren hier over Satisfactie ‘t erlangen, en waar omtrent gem: Capt:n zig indier voegen hadde uijtgelaten, dat gem: Posthouder Brand voor de hier uijt te resulteerene Extremiteijten niet wijnig bekommert Schijnd te zijn; weshalven door welgem: Heere gouverneur inConsideratie gegeeven wierd, hoedanig in het presente geval zoude dienen te werden gehandeld, waar op in overweeging genoomen weesende, dat het voorsz: bij ged:e franssen Cap:tn gevraagde Resalut niet wel met gevoeglijkheijd kan werden geweijgert, nademaal denselven van de hier leggende Ordres, om het Salut der particuliere vreemde naties Scheepen niet op te neemen, onkundig Zijnde geweest, dus notoir heeft moeten verwagten dat het door hem gedane Salut, als bevoorens zoude zijn beandwoord geworden; terwijl aan den anderen kant door bovengem: Posthouder Brand is versuijmd geworden, om ingevolge den verderen teneur van ‘t voorwaarts geciteerde besluijt der Heeren van de hooge Indiasche Regeering meerm: franssen Capit:n alvoorens desselfs onderhebbenden bodem het anker hadde laaten vallen, te doen verwittigen, dat men van de hier aankomende particuliere vreemde naties Scheepen, geen Salut meer quam te verwagten, en dat ingevalle Sulx egter gedaan wierd, hetselve met geen Contra Salut zoude werden beantwoord; heeft men dierhalven, Soo om de voorsz: aangehaalde motiven, als ook tot vermijding der nadeelige gevolgen die door dit voorval in dusdanig afgeleegen en weerloos Etablissement als de Baaij Fals , Souden kunnen koomen t’ ontstaan, moeten besluijten voor ditmaal iets toe te geeven, en dienvolgens het door meerm: franssen bodem gedaan Salut door het voorwaarts geciteerde in de Baaij fals leggend’ Commandeurs-Schip Alkemade te doen beantwoorden; egter onder duijdelijke denuntiatie aan den Cap:tn de St: Hilaire, dat men hier toe eenelijk uijt hoofde van het door den Posthouder der baaij begane abuijs getreeden weesende, dus uijt deese inschickelijkheijd, geen ConSequentie voor eenige Particuliere ‘t zij fransse of andere vreemde naties Scheepen, zullen moogen werden getrocken, en dat ingevalle bij zijn depart uijt meerm: Baaij fals , eenig Salut quam te doen, hetselve niet zoude werden beantwoord; en is voorts, op dat dit besluijt behoorlijk werde uijtgevoerd den Heer Major Hendrik van Prehn geCommitteerd, zig ten dien fine naar de dikwerfgem: Baaij fals te begeeven.

Maar de wijl men Seedert dat de voorsz: door welgem: Heeren der hooge Indiasche Regeering gestelde ordres op het niet resalueeren der particuliere vreemde naties Scheepen alhier ontfangen en te werk gelegd is, ook veele moeijelijkheeden heeft gehad met de Cap:tns van verscheijden andere fransse particuliere Scheepen, die zig in ‘t algemeen beswaarlijk daar aan Schijnen te Sullen kunnen onderwerpen, nademaal geen particuliere Scheepen van andere vreemde natien dit gouvernement komende aan te doen, zij dierhalven de eenigste zijn, aan dewelke alhier geen Contra Salut werd gegeeven, waar bij nog komt, dat diversse der fransse particuliere Scheepen, thans werden gevoerd door Cap:tns die bevoorens, wanneer de fransse Oost Indische Comp:n nog existeerde, niet alleen veele Jaaren lang, Scheepen voor deselve Comp:n hebben geCommandeerd, maar ook geduurende den laatsten oorlog tusschen hun en d’ Engelssen met Commissien des konings voorsien, ter deeser Plaatse verscheenen en als zodanig met distinctie behandeld zijn: Is oversulx ter deeser Occagie meede beslooten, welopgem: haar hoog Edelens voor te dragen, of deselve ter vermijding der moeijelijkheeden, die ten deesen opzigte bij Continuatie alhier met deselve Staan voor te vallen, niet zoude kunnen goedvinden, dit gouvernement van de boven aangehaalde, op het niet resalueeren der Particuliere vreemde naties Scheepen gestelde ordre t’ excuseeren en deese regeering in teegendeel de vrijheijd te laaten, daar omtrent naar omstandigheijd van Zaaken te moogen handelen.

Door de Persoone van Johanna van Zuijlekom, die als dienstmaagd met den per het voorwaartsgemelde Schip Alkemade naar Batavia overvarenden Eerw: predikant Johannes Vos is uijtgekoomen, zeer instantig versoek gedaan zijnde, om hier ter Plaatse te moogen verblijven, tot de aankomst van een anderen bodem, om daar meede als dan na haaren Man den meesterknegt der Scheeps Timmerlieden ten eijlande Onrust Jacobus Blans voort te vaaren: Terwijl door gedagten Predikant insgelijx is versogt, om van deselve Johanna van Suijlekom, als een Slegt Subject zijnde te mogen werden ontslagen, heeft men dierhalven tot wegneeming der disordres die doorde ongereegelde leevenswijze van gementioneerde Johanna van Suijlekom, gedurende de herwaards reijze hebben Plaats gehad, moeten besluijten in het voorsz: versoek te Condescendeeren.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop. Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

C. 152, pp. 288-289.

Donderdag den {17740721} 21: Julij 1774.

‘S voormiddags alle present.

De verpagting der gemeene middelen en Inkomsten deses gouvernements, weederom beginnende op handen te Schieten, is goedgevonden, sulx op dien Selfden voet als in den voorl: Jaare, te laaten geschieden, en daar van volgens gewoonte billiëtten te doen affigeeren: Terwijl meede bij affixie van billiëtten aan een ijgelijk kennise zal werden gegeeven, dat na den 15 der aanstaande maand Aug:s uijt ‘S E Comp:s pakhuijsen geen Coopmanschappen zullen werden verstrekt, voor dat deselve pakhuijsen, volgens jaarlijx gebruijk, door expresse geCommitt:s sullen weesen opgenomen.

Aldus geresolveerd ende gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

C. 152, pp. 290-298.

Saturdag den {17740730} 30: Julij 1774.

‘S voormiddags alle present.

Op het te kennen geeven bij den Heere gouverneur, dat terwijl aan kerkenrade in ‘t Land van Waveren bij missive van den 29: Junij jongstl: kennisse was gegeeven, dat, ten eijnde de godsdienst bij haare gemeijnte, geduurende de Indispositie van den Eerw: Predikant Remmerus Harders, niet zoude Stille Staan, bij desen Raade was goed gevonden, den predikdienst door de Eerw: Leerraars aan Drakensteijn en ‘t Swart Land D:s Petrus van der Spuij, en Daniel Goldbach, bij beurten ijder om de vier weeken eens te doen waarneemen en gementioneerde kerken rade teffens was aangeschreeven, om te bezorgen dat ged:e Leerraars van tijd tot tijd met een behoorlijk rijtuijg wierden afgehaald, men dus vastelijk had moeten verwagten dat Sulx bereijdwilliglijk en zodanig als dit te meermalen bij andere gemeijntens is gedaan, en nu nog bij die van Stellenbosch komt te geschieden, zoude zijn nagekomen, te meer daar zulx door de nabijheijd der Drakensteijnse en Swartlandse kerken nog des te gemackelijker valt: dog dat Contrarie van dien, hem heere gouverneur tot groote verwondering en geen minder misnoegen was te voren gekomen, dat deese en geene personen uijt meerm: waverse gemeijnte, die versogt waren om den al daar den dienst waargenomen hebbenden Eerw: predikant Bode, met haar wagens wederom Caabwaards te brengen, zig daar toe op diversse uijtvlugten en voorwendsels onwillig hadden betoond; invoegen hier omtrent nader diende te werden voorsien; waarop verstaan is meerm: kerkenraad denovo aan te Schrijven en te ordonneeren: dat de bovengem: resp:e drakensteijnse en Swartlandse predikanten doorde volgende Ingeseetenen in ‘t Land van waveren met hare paarden en wagens zullen moeten werden afgehaald en wederom terug gebragt, te weten Eerstelijk door de regerende leeden des kerkenraads aldaar; wel te verstaan degeene die wagens en paarden bezitten en nog geene beurd hebben gehad; vervolgens die oude Leeden des kerkenraads, namentlijk.

daarna d’ ondergen:de alle mede wagens en paarden bezittende personen, te weeten.

Schalk Willemse van der Merwe Isaacsz: en Pieter du Plessis Charlsz:, die wel geen Paarden wagens houden, dog andersints genoegsaam bemiddeld zijn, het zodanig moeten werden geschikt, dat een der geene, die van Paarden wagens voorsien zijn, voor hun de meerm: resp:e Predikanten Sullen moeten doen afhaalen en weederom te huijs brengen, mits zij den zodanigen in Steede van dien weederom door het doen van een Togt Caabwaards of elders, met haar ossen wagens naar billijkheijd Sullen moeten te gemoed koomen: Terwijl den Persoon van Joseph de Clerq, die om d’ aanhoudende gerieflijkheeden die de gaande en komende menschen op zijn plaats koomen te genieten, in dit geval zal dienen te werden g’excuseerd.

En zal wijders aan dikwerfgem: kerkenraade werden overgelaten, om een ijders beurt zodanig te reguleeren als best en gevoeglijkst zal werden geoordeeld, gelijk meede, om bij aldien er nog deese ofte geene mogte zijn, die in deesen niet benoemd weesende, egter vermogens zoude zijn, meede de behulpsame hand te bieden, de zodanige ins gelijx daar toe haare beurd te doen hebben.

Nademaal Sommige Scheepelingen der in deesen Jaare hier aangeweest zijnde vreemde naties Scheepen, op een Clandestine wijze ter deeser plaatse hebben weeten in te voeren, en dus langs dien weg thans onder de gemeijnte alhier koomen te roulleeren Pattenasche ropije die als van een Slegt allooij en verre beneeden de waarde van alle andere Soorten van Ropijen zijnde, uijt dien hoofde door haar hoog Edelens de Heeren der hooge Indiasche Regeering tot Batavia bij Billiët van den 22 September 1772 - buijten Cours zijn gesteld, Soo is, ten, eijnde deese Colonie meede van voorschreeve Slegte muntspecie te Suijveren en teffens den verderen invoer daar van te beletten, goed gevonden, de gementioneerde Pattenasche Ropijen bij publicatie en affixie van Billiëtten, insgelijx Billioen te verclaaren; terwijl tot beetere onderregting voor een ijgelijk, de Stempels der meerm: afgekeurde Ropijen in margine der voorsz: t’ affigeerene Billiëtten Sullen werden geteekend.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

C. 152, pp. 299-306.

Dingsdag den {17740816} 16: aug:s 1774.

‘S voormiddags alle present.

Door den burger Johannes Esler, den welken bij de laatste verpagtinge van ‘S Lands Inkomsten aanneemer is gebleeven, van de Pagt van ‘t Caabse moutbier, gepresenteerd zijnde Seeker Request, luijdende als volgt:

Aan den wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg, gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a, beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft ootmoediglijk te kennen Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb: zeer needrigen Dienaar, den burger Johannes Esler, zijnde bij de laatste verpagting der gemeene middelen en Inkomsten deeses Gouvernements, onder Ult:mo aug:s van ‘t voorl: Jaar 1773, aanneemer gebleeven van de Pagt van ‘t Caabse Moutbier, omme ofte voor de Somma van ƒ2650: Indische valuatie; waar van den Supp:lt dan ook d’ eerste paaij, ten montante van ƒ1325: onder Ult:mo febr:ij pass:o bereijds in ‘S Comp:s Cassa alhier heeft betaald, invoegen denselven als nog gelijke ƒ1325: in voldoeninge der tweede termijn dier pagtpenn:, aan d’ E: Comp:ne zoude moeten opbrengen, hoe den Supp:lt geduurende de eerst Zes maanden zijner voorsz: pagt, het benoodigde Bier tot voortzetting zijner neering, uijt de Brouwerij hebbende bekoomen, den brouwer egter naderhand, door het afbranden van d’ oude Brouwerij en dat met het Construeeren der nieuwe, veel tijd is heen geloopen, zoo veel Bier aan den Supp:lt niet heeft kunnen leeveren, als denselven tot den Sleet zijner gepermitteerde Taphuijsen heeft koomen te requireeren; en dewijl den Supp:lt hier door aanmerkelijke Schade is te weege gebragt, Soo neemt hij de vrijheijd zig te keeren tot Uwe wel Edele gestr: en E: Agtb:, met ootmoedig versoek, dat Uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: uijt aanmerkinge van dien, van die goedheijd gelieven te zijn, den Supp:lt op de voorsz: nog te betaalene tweede paaij van ƒ1325: zoo veel redemtie te laaten genieten, als Uwe wel Edele gestr: en E: Agtb: billijk mogten vinden.’

’/:onderstond:/’

‘’T welk doende &:a’

Soo is na dies resumptie, ende om de bij het voorsz: versoekschrift aangehaalde reedenen, verstaan, aan geciteerden Esler, op de als nog aan de’ E Comp:ne te betalene tweede of laatste termijn zijner uijtgeloofde pagt penningen groot ƒ1325:- een afslag van ƒ600:- toe te leggen, invoegen meerm: Esler, de resteerende ƒ725:- d:o komende op te brengen, de voorsz: tweede Paaij daar meede voor afgelost zal gehouden werden.

Sijnde wijders den apothecar Cornelis Brouw van Middelburg, op desselfs dieswegens in Scriptis gedaan Supplicq, ende ter Consideratie, dat hij d’ E: Comp:ne den tijd van 29 Jaaren gediend hebbende, thans uijt hoofe zijner veelvuldige lichaams Corruptiën en toeneemenden ouderdom, als hebbende bereijds 57: jaaren bereijkt, buijten Staat komt te zijn, desselfs voorsz: functie langer behoorlijk te kunnen waarneemen, met ƒ14:- p:r maand gegageert: en is voorts ter plaatsvullinge van gemelde Brouw, en als daar toe de vereijschte bequaamheijd bezittende, weederom tot Apothecar in ‘S E: Comp:s Laboratorium bevorderd, den Mattroos Joris Taarling van Vlissingen, met de daar toe staande bezolding van ƒ20:- maandelijx onder zijn loopend verband.

Ook is in Steede van den gerepatrieerden Jan Daniel Holst, tot Constapel op de Batterij Tulbagh aangesteld den burger Jan Hendrik Zin.

Terwijl laatstelijk aan den Lieutenant Militair deeses Casteels, Fredrik Burger, hier om bij Request versoek doende, in eijgendom is gegeeven een Stukje Lands geleegen annex desselfs Thuijn, in deese Tafelvallleij , groot Een Hondert vijf en veertig quadraat roeden en dertig dito voeten.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop. Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

C. 152, pp. 307-310.

Woensdag den {17740831} 31: aug:s 1774.

‘S voormiddags alle present.

Naar voorgaande klocke geklep en uijtroeping van den Boode op heeden, volgens jaarlijx gebruijk, getreeden zijnde, tot de publicque verpagting der gemeene middelen en Inkomsten deeses gouvernements, navolgens de dieswegens geaffigeerde Billiëtten zoo zijn deselve ingemeijnd geworden, door alsulke Personen en tot Sodanige prijsen als hier onder Staat uijtgedrukt, te weeten.

'T Moutbier
Tobias Rogiers   ƒ 2600:-:
 
Brandewijnen.
Eerste quart Maarten Bateman ƒ6500:-:
Tweede d:o Jan Jacob Schreuder d:o 6200:-:
Derde d:o Willem de Gruger d:o 6125:-:
vierde d:o d:o d:o d:o d:o 6125:-: d:o 24950:-:
 
Vaderlandse Bieren en wijnen
Willem de Gruger   d:o 1125:-:
 
Caabse wijnen
Eerste quart Jan Smook ƒ5100:-:
Tweede d:o Jan Christoff Luster d:o 5200:-:
Derde d:o Jan Jacob Schreuder d:o 5200:-:
vierde d:o Casper Holtman d:o 5400:-:
  ƒ20900:-:
Welke vier perceelen van de pagt der Caabse Coele wijnen, vervolgens naar den inhoude der pagt Conditien weeder opgeveijld en afgeslagen weesende, zijn deselve ingemeijnd geworden door den oud Heemraad Marten Melk, invoegen hij generalen Pagter der voorseijde wijnen is gebleeven, voor een Somma van d:o 35550:-:
 
Caabse wijnen &:a aan 't Ronde Bosje en Baaij Fals .
Johannes Roep   d:o 1800:-:
 
Coele en Brandewijnen aan Stellenbosch en Drakensteijn
Willem Dempers   d:o 600:-:
 
D' Impost op de wijn, aracq en brandewijn aan vreemde natien geleeverd werdende.
Johannes Roep   d:o 8500:-:
Soo dat de geheele Pagtpenn: bedragen   ƒ75125:-:
'T Moutbier
Tobias Rogiers   ƒ 2600:-:
 
Brandewijnen.
Eerste quart Maarten Bateman ƒ6500:-:
Tweede d:o Jan Jacob Schreuder d:o 6200:-:
Derde d:o Willem de Gruger d:o 6125:-:
vierde d:o d:o d:o d:o d:o 6125:-: d:o 24950:-:
 
Vaderlandse Bieren en wijnen
Willem de Gruger   d:o 1125:-:
 
Caabse wijnen
Eerste quart Jan Smook ƒ5100:-:
Tweede d:o Jan Christoff Luster d:o 5200:-:
Derde d:o Jan Jacob Schreuder d:o 5200:-:
vierde d:o Casper Holtman d:o 5400:-:
  ƒ20900:-:
Welke vier perceelen van de pagt der Caabse Coele wijnen, vervolgens naar den inhoude der pagt Conditien weeder opgeveijld en afgeslagen weesende, zijn deselve ingemeijnd geworden door den oud Heemraad Marten Melk, invoegen hij generalen Pagter der voorseijde wijnen is gebleeven, voor een Somma van d:o 35550:-:
 
Caabse wijnen &:a aan 't Ronde Bosje en Baaij Fals .
Johannes Roep   d:o 1800:-:
 
Coele en Brandewijnen aan Stellenbosch en Drakensteijn
Willem Dempers   d:o 600:-:
 
D' Impost op de wijn, aracq en brandewijn aan vreemde natien geleeverd werdende.
Johannes Roep   d:o 8500:-:
Soo dat de geheele Pagtpenn: bedragen   ƒ75125:-:

Aldus Gedaan en Uijtgevoerd In’t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

[Signed:] Mij Present

[Signed:] T C Rönnenkamp E:g: Clerq

C. 152, pp. 311-317.

Vrijdag den {17740902} 2: Septb: 1774.

‘S voormiddags alle present, behalven den E: Coopman en Secretaris Oloff Martini Bergh.

Den tweeden Lieutenant der derde Comp:ne burger Dragonders aan Stellenbosch Jacobus de Wet, op desselfs dieswegens ingediend Request, en de om reeden daar bij vervat, van voorsz: militaire functie ontslagen geworden zijnde; is goed gevonden in Steede van denselven, weederom tot tweede Lieutenant aan te stellen den oudsten Cornet Philippus Albertus Meijburgh, in welkers plaatse den adjudant Eduard Wium tot Cornet geadvanceerd zijnde, is wijders in Steede van deesen tot adjudant bevordert, den wagtmeester Pieter van der Bijl.

En vermits den voorleeser der Swartlandsche gemeijnte Wietse Bootses, uijt aanmerkinge, dat hij den ouderdom van 62: jaaren bereijkt en d’ E Comp:ne bovensdien ook 30 jaaren gediend hebbende, tegenswoordig ten eenemale onvermogens is, desselfs dienst langer zodanig als ‘t behoord, te kunnen presteeren, oversulx op zijn versoek en Conform d’ ordre, met vijfthien guldens maandelijx, heeft moeten werden gegageert; Zoo is in desselfs plaats, weederom tot voorleeser van voorsz: gemeijnte aangesteld, den Persoon van Boote Bootes van Enkhuijsen; den welken dierhalven als zodanig uijt burger vrijdom in dienst der E: Comp:n is aangenoomen, met toevoeginge van ‘t gewoone Tractament a ƒ16:- ter maand, onder een vijfjarig verband.

Werdende voorts, door den Heer Secunde Otto Luder Hemmij, als President des Raads van Justitie alhier, van wegens evengem: rade versoek gedaan, dat den ter deeser Plaatse woonagtig zijnden burger Jacob Mostert, ter zaake van desselfs buijtenspoorige en liederderlijke leevenswijze, waar over aan ged:e Raade veele klagten waren te vooren gekoomen, als een onnut Subject van hier mogte werden gedimoveerd; weshalven verstaan is, voorsz: Mosterd, voor Soldaat in ‘S E Comp:s dienst te trecken, en hem als zodanig met de Eerste Scheeps geleegendheijd naar Batavia te versenden.

De bediening van Substitut Landdrost aan Swellendam , thans vacant Sijnde, is goedgevonden den Soldaat Willem Zellig te qualificeeren, om voorsz: functie bij provisie waar te neemen, ende Sulx ter Preuve of denselven in Staat zoude weesen, dien dienst naar vereijsch te kunnen presteeren.

Ende ten aansien den ommeslag op ‘S E Comp:s Post de Schuur van tijd tot tijd zodanig is komen toe te neemen, dat men het dagelijx werk met het aldaar bescheijdene volk teegenwoordig onmogelijk kan gaande houden, is hier om beslooten, derselver getal met Zes Coppen te vermeerderen.

Sijnde vervolgens naar Lectuure der dieswegens ingediende versoekschriften der burgers Maarten Bateman, Jan Jacob Schreuder en Willem de Gruger, als aannemers van de pagt der brandewijnen en gedistileerde wateren, aan deselve voor ijder perceel nog een bijtapper toegestaan: Terwijl aan voorm: de Gruger als pagter der vaderlandse bieren en wijnen is vergund, om behalven desselfs gepermitteerde bijtapper nog een tweede tot Debiet dier Dranken te mogen aanstellen.

Boven het welke aan den Pagter der Caabse Coele en brandewijnen aan ‘t Ronde Bosje Johannes Roep is toegestaan, om tot beeter voortsettinge zijner neeringe den burger Tobias Rogiers op desselfs woonplaats aan ‘t Ronde bosje , mitsg:s Jan de goede ten huijse van ged:e Rogiers aan de zogen:de drieCoppen en Johannes Casparus Holtman ten zijnen woonhuijze aan de zoute rivier als bijtappers aan te Stellen, Sullende hij Roep teffens pagter dier Dranken in de baaij fals zijnde, den Tap daarvan aldaar Selfs waarneemen.

Aldus Geresolveerd, ende gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff

[Signed:] Mij Present

[Signed:] T C Rönnenkamp

[Signed:] E:g: Clercq

C. 152, pp. 318-319.

Dingsdag den {17740906} 6: Septb: 1774.

alle present.

Naar resumptie eener Missive van den landdrost en burger krijgsraad tot Swellendam , de dato 19: aug:s jongstl: goedgevonden zijnde, de gedaane aanstellinge van Isaac van den Vijver tot wagtmeester, mitsg:s die van Pieter Pienaar de jonge en Hendrik le Roux, tot Corporaals in de Eerste Comp:n burger Dragonders aldaar, te approbeeren, is voorts op het verder versogte bij voorsz: Missive, verstaan, haarl: tot het doen der aanstaande burgerlijke krijgs exercitiën en wapenschouwinge aan Swellendam , de quantiteijt van 900 ponden bussekruijt en 1000 p:s vuursteenen te laten verstrecken.

Aldus geresolveerd ende gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor.

C. 152, pp. 320-353.

Dingsdag den {17740913} 13: Septb: 1774.

‘S voormiddags alle present.

Wierd door den Heer Hoofd administrateur Otto Luder Hemmij, met versoek van daarop dispositie te mogen erlangen, geproduceert, Seekere Memorie, luijdende als volgt.

‘Memorie van ‘t nabesz: ijzer, Bieren, Olijven Olij, Zeep, Hop houtwerken, Metzelsteenen en diversse andere goederen uijt de onderstaande Scheepen Soo te kort gebrooken als bij pijling minder, de Foulij in ‘t negotie pakhuijs bij naweeging te kort, als meede de Lijfeijgenen in de zes jongst gepasseerde maanden door de natuurlijke dood overleeden, ‘t Vee in gemelden tijd zoo verrekt als door ‘t wild gedierte vernield en eijndelijk verscheijde goederen ‘t Seedert P:mo September A:o pass:o tot Ult:o aug:s in de resp:e Pakhuijsen onbruijkbaar en onbequaam bevonden, alles volgens verclaaringen blijkende, namentlijk.’


Uijt 't Huijs Om .
Afsz: { 1375 lb gesort ijzer op 110000 lb bij naweeging te kort.
verkoopen { 2 p:s gr: Ribben op 15 p:s van 3 en 4: d:m } gebroken
1 d:o d:o d:o van 3 en 3 d:m op 15 p:s
3 d:o d:o Deelen d:o 2 1/2 d:m d:o 50 d:o
9: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 125 d:o
12 d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 200 d:o
13 d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 200 d:o
5915 d:o grauwe moppen d:o 10000 d:o
Afsz: zijnde ter vermalinge naa Batavia gezonden. 2: vaten met bussekruijt a 100 lb ieder op 19 vaaten volgens verClaring van expres geCommitteerdens ten eenemaal bedorven aangebragt
Uit Bodtland .
Afschrijven. { 369 lb gesort: ijzer op 29529 lb bij naweeging te kort.
5 p:s ijzere Potten op 25 p:s gebrooken
verkoopen. { 21 d:o d:o Graven d:o 333 d:o bij 't openen van twee Cassen L:as A: en C: gebroken.
Afsz: { 1 3/4 vaten Theer tot opvullen van 8 1/4 vaten verbruijkt.
2: p:s gr: balken van 5 en 7: d:m op 40 p:s defect
verkoopen { 1: d:o d:o Balk d:o 5 d:o 6 d:o d:o 30 d:o } gebroken
1: d:o d:o Rib d:o 3 d:o 4 d:o d:o 20 d:o
6: d:o d:o Latten d:o 1 1/2 d:o 2 d:o d:o 50 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 25 d:o
6: d:o d:o d:o d:o 1 d:o 2 d:o d:o 25 d:o
7: d:o d:o d:o d:o 1 d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
2: d:o d:o Deelen d:o 2 1/2 d:m d:o 50 d:o
12: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 225 d:o
16: d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 175 d:o
5: d:o gezaagde deelen d:o 25 d:o
2: d:o Juffers van 30 a 36 v:t d:o 50 d:o
14270 d:o geele klinkers op 50000 p:s
  9151 d:o grauwe Moppen op 20000 p:s waarvan
aan't nieuwe hospi:l afgegeeven 4000 p:s uijtgezogte
verkoopen 5151 Stucken en brocken
Afsz. { 896 kann: anker bier op 6000 kann: ofte 50: vaten bij pijling 18 van 3:, 26 v:n 4, en 4: v:n 5 d:m wan, mitsg:s 2 vaten geheel Leedig.
afsz: { 1/15 kelder brandewijn op een kelder gebroken.
26 lb Hop op 390 lb in Een baal bij naweging te kort, zijnde dies Tarra in Steede van 4: lb bevonden 30 lb te zijn
42 1/10 kannen olijven olij op 6: half amen Sijnde 4: van 3 en 2 v:n 4 d:m wan.
Uijt Groenendaal .
afsz. { 124 lb gesort: ijzer op 10000 lb bij naweeging te kort
verkoopen { 4 p:s ijzere potten op 50: p:s gebrooken
2 d:o gr: balken van 8 en 10 d:m op 8 p:s defect
2 d:o d:o d:o d:o 4 d:o 6 d:o d:o 10 d:o } gebroken
2: d:o d:o Ribben d:o 3 d:o 4 d:o d:o 10 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 3 d:o 3 d:o d:o 10 d:o
12: d:o d:o Deelen van 1 1/4 d:m op 150 p:s te weeten
afsz: 4: p:s te kort  
verkoopen 8: d:o gebrooken  
verkoopen { 10: p:s gr: Deelen van 1 d:m op 100 p:s } gebroken
8: d:o gezaagde Deelen d:o 50 d:o
2: d:o Juffers van 30 a 36 v:t d:o 50 d:o
  12879 d:o grauwen Leijdse Steenen op 50000 p:s gebrooken, waar van
aan 't n:we hospitaal afgegeeven 5780 p:s
aan 't huijs in de thuijn d:o 2900 d:o uijtgezogte
verkoopen 4199 d:o Stucken en brocken
Uijt Amsterdam
afschrijven { 69: p:s wijnkelken op 350 p:s } in Een kasje gebrooken
37: d:o bierglasen d:o 150 d:o
33: lb Zeep op 483 lb in 3 kassen bij naweeging minder
154 8/10 kann: lijn olij op 25 halve amen bij pijling als 4 v:n 2, 16 v:n 3 en 5 v:n 4 d:m wan.
  15545 p:s grauwe Leijdse Steenen op 50000 p:s gebroken waarvan
aan 't n:we hospitaal afgegeeven 8500 p:s
aan 't huijs in de thuijn 5000 p:s uijtgezogte
verkoopen 2045 p:s Stucken en brocken
Uijt Honkoop .
afschrijven. { 551 lb gesort: ijzer op 44185 lb bij naweging te kort
verkoopen { 2: p:s ijzere Potten op 25 p:s gebrooken
7: d:o graven op 167: p:s bij 't openen van een Cas L:a B: gebrooken
afsz: { 2: d:o Juffers van 30 a 36 v:t op 50 p:s te kort
verkoopen { 2: d:o gr: Ribben van 3 en 3 d:m op 20 p:s } gebrooken
4: d:o d:o Latten d:o 2 d:o 3 d:o d:o 15 d:o
2: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 3 d:o d:o 10 d:o
9: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 2 d:o d:o 50 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 25 d:o
6: d:o d:o d:o d:o 1 d:o 2 d:o d:o 25 d:o
8: d:o d:o d:o d:o 1 d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
2: d:o d:o Deelen d:o 2 1/2 d:m d:o 50 d:o
10: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 225 d:o
9: d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 175 d:o
10: gesaagde deelen d:o 25 d:o
  3969 p:s grauwe Moppen op 10000 p:s gebroken, waarvan  
aan 't n:we hospitaal afgegeven 2000 p:s uijtgezogte
verkoopen 1969 d:o Stucken en brocken
  18475 p:s Leijdse Steenen op 50000 p:s gebroken waarvan  
aan t N:we hospitaal afgegeeven 16560 p:s uitgezogte
verkoopen 1915 d:o Stucken brocken
afschrijven { 1 3/4 vaten Theer tot opvullen van 8 3/4 vaaten verbruijkt.
45 6/10 kann: olijven olij op 6 halfamen bij pijling minder als 3 van 3:, en 3 v:n 4: d:m wan.
17 lb Hop op 158 lb in een baal bij naweeging te min, Sijnde de baal Seer ontramponeerd en Stuckend.
688 kann: anker Bier op 6000 kann: ofte 50: vaaten bij pijling 19: van 3, 25 v:n 4: en 6: van 5 d:m wan.
1/15 kelder brandewijn op 1 kelder gebroken
2/15 d:o gedistileerde wateren op 1 d:o d:o
Uijt de Silvere Leeuw
afschrijven en tot Inpacken der geweeren na Madagascar ten dienste van den Slaven handel 't Emploijeeren { 310: p:s gonnij Sacken op 4000 p:s verrot en onbequaam.
Uijt Landkroon .
afsz: { 87 kann: Clappus olij op 12 heele Aamen bij pijling minder als 4 van 3, 3 van 4: 3 v:n 5 en 2 v:n 6 d:m wan zijnde 8: ProC:o Schaars
Uijt de Venus
  29 lb Spaanse zeep op 474: lb in 3: Cassen L:a F bij naweeging minder.
Uijt Noordbeek
  43825 p:s grauwe moppen op 80000 p:s gebroken, waarvan
aan t N:we hospit:l afgegeeven 28000 p:s uijtgesogte
verkoopen 15825 d:o Stucken en brocken.
Uit de Princes van orange
  18355 p:s Leijdse Steenen op 50000 p:s gebrooken, waar van
aan t N:we hospit:l afgegeeven 14000 p:s uijtgesogte
verkoopen 4355 d:o Stucken en brocken
In 't negotie Pakhuijs.
afschrijven. { 14 lb Foulij bij 't openen van 1: Soekel N:o 47 bij naweeging te kort
145 d:o Tabak bij naweging van 60 rollen in twee Cassen L:as X en Y. te kort p:r de jonge Samuel in maart 1770 aangebragt.

Uijt 't Huijs Om .
Afsz: { 1375 lb gesort ijzer op 110000 lb bij naweeging te kort.
verkoopen { 2 p:s gr: Ribben op 15 p:s van 3 en 4: d:m } gebroken
1 d:o d:o d:o van 3 en 3 d:m op 15 p:s
3 d:o d:o Deelen d:o 2 1/2 d:m d:o 50 d:o
9: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 125 d:o
12 d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 200 d:o
13 d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 200 d:o
5915 d:o grauwe moppen d:o 10000 d:o
Afsz: zijnde ter vermalinge naa Batavia gezonden. 2: vaten met bussekruijt a 100 lb ieder op 19 vaaten volgens verClaring van expres geCommitteerdens ten eenemaal bedorven aangebragt
Uit Bodtland .
Afschrijven. { 369 lb gesort: ijzer op 29529 lb bij naweeging te kort.
5 p:s ijzere Potten op 25 p:s gebrooken
verkoopen. { 21 d:o d:o Graven d:o 333 d:o bij 't openen van twee Cassen L:as A: en C: gebroken.
Afsz: { 1 3/4 vaten Theer tot opvullen van 8 1/4 vaten verbruijkt.
2: p:s gr: balken van 5 en 7: d:m op 40 p:s defect
verkoopen { 1: d:o d:o Balk d:o 5 d:o 6 d:o d:o 30 d:o } gebroken
1: d:o d:o Rib d:o 3 d:o 4 d:o d:o 20 d:o
6: d:o d:o Latten d:o 1 1/2 d:o 2 d:o d:o 50 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 25 d:o
6: d:o d:o d:o d:o 1 d:o 2 d:o d:o 25 d:o
7: d:o d:o d:o d:o 1 d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
2: d:o d:o Deelen d:o 2 1/2 d:m d:o 50 d:o
12: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 225 d:o
16: d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 175 d:o
5: d:o gezaagde deelen d:o 25 d:o
2: d:o Juffers van 30 a 36 v:t d:o 50 d:o
14270 d:o geele klinkers op 50000 p:s
  9151 d:o grauwe Moppen op 20000 p:s waarvan
aan't nieuwe hospi:l afgegeeven 4000 p:s uijtgezogte
verkoopen 5151 Stucken en brocken
Afsz. { 896 kann: anker bier op 6000 kann: ofte 50: vaten bij pijling 18 van 3:, 26 v:n 4, en 4: v:n 5 d:m wan, mitsg:s 2 vaten geheel Leedig.
afsz: { 1/15 kelder brandewijn op een kelder gebroken.
26 lb Hop op 390 lb in Een baal bij naweging te kort, zijnde dies Tarra in Steede van 4: lb bevonden 30 lb te zijn
42 1/10 kannen olijven olij op 6: half amen Sijnde 4: van 3 en 2 v:n 4 d:m wan.
Uijt Groenendaal .
afsz. { 124 lb gesort: ijzer op 10000 lb bij naweeging te kort
verkoopen { 4 p:s ijzere potten op 50: p:s gebrooken
2 d:o gr: balken van 8 en 10 d:m op 8 p:s defect
2 d:o d:o d:o d:o 4 d:o 6 d:o d:o 10 d:o } gebroken
2: d:o d:o Ribben d:o 3 d:o 4 d:o d:o 10 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 3 d:o 3 d:o d:o 10 d:o
12: d:o d:o Deelen van 1 1/4 d:m op 150 p:s te weeten
afsz: 4: p:s te kort  
verkoopen 8: d:o gebrooken  
verkoopen { 10: p:s gr: Deelen van 1 d:m op 100 p:s } gebroken
8: d:o gezaagde Deelen d:o 50 d:o
2: d:o Juffers van 30 a 36 v:t d:o 50 d:o
  12879 d:o grauwen Leijdse Steenen op 50000 p:s gebrooken, waar van
aan 't n:we hospitaal afgegeeven 5780 p:s
aan 't huijs in de thuijn d:o 2900 d:o uijtgezogte
verkoopen 4199 d:o Stucken en brocken
Uijt Amsterdam
afschrijven { 69: p:s wijnkelken op 350 p:s } in Een kasje gebrooken
37: d:o bierglasen d:o 150 d:o
33: lb Zeep op 483 lb in 3 kassen bij naweeging minder
154 8/10 kann: lijn olij op 25 halve amen bij pijling als 4 v:n 2, 16 v:n 3 en 5 v:n 4 d:m wan.
  15545 p:s grauwe Leijdse Steenen op 50000 p:s gebroken waarvan
aan 't n:we hospitaal afgegeeven 8500 p:s
aan 't huijs in de thuijn 5000 p:s uijtgezogte
verkoopen 2045 p:s Stucken en brocken
Uijt Honkoop .
afschrijven. { 551 lb gesort: ijzer op 44185 lb bij naweging te kort
verkoopen { 2: p:s ijzere Potten op 25 p:s gebrooken
7: d:o graven op 167: p:s bij 't openen van een Cas L:a B: gebrooken
afsz: { 2: d:o Juffers van 30 a 36 v:t op 50 p:s te kort
verkoopen { 2: d:o gr: Ribben van 3 en 3 d:m op 20 p:s } gebrooken
4: d:o d:o Latten d:o 2 d:o 3 d:o d:o 15 d:o
2: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 3 d:o d:o 10 d:o
9: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 2 d:o d:o 50 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 25 d:o
6: d:o d:o d:o d:o 1 d:o 2 d:o d:o 25 d:o
8: d:o d:o d:o d:o 1 d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
2: d:o d:o Deelen d:o 2 1/2 d:m d:o 50 d:o
10: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 225 d:o
9: d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 175 d:o
10: gesaagde deelen d:o 25 d:o
  3969 p:s grauwe Moppen op 10000 p:s gebroken, waarvan  
aan 't n:we hospitaal afgegeven 2000 p:s uijtgezogte
verkoopen 1969 d:o Stucken en brocken
  18475 p:s Leijdse Steenen op 50000 p:s gebroken waarvan  
aan t N:we hospitaal afgegeeven 16560 p:s uitgezogte
verkoopen 1915 d:o Stucken brocken
afschrijven { 1 3/4 vaten Theer tot opvullen van 8 3/4 vaaten verbruijkt.
45 6/10 kann: olijven olij op 6 halfamen bij pijling minder als 3 van 3:, en 3 v:n 4: d:m wan.
17 lb Hop op 158 lb in een baal bij naweeging te min, Sijnde de baal Seer ontramponeerd en Stuckend.
688 kann: anker Bier op 6000 kann: ofte 50: vaaten bij pijling 19: van 3, 25 v:n 4: en 6: van 5 d:m wan.
1/15 kelder brandewijn op 1 kelder gebroken
2/15 d:o gedistileerde wateren op 1 d:o d:o
Uijt de Silvere Leeuw
afschrijven en tot Inpacken der geweeren na Madagascar ten dienste van den Slaven handel 't Emploijeeren { 310: p:s gonnij Sacken op 4000 p:s verrot en onbequaam.
Uijt Landkroon .
afsz: { 87 kann: Clappus olij op 12 heele Aamen bij pijling minder als 4 van 3, 3 van 4: 3 v:n 5 en 2 v:n 6 d:m wan zijnde 8: ProC:o Schaars
Uijt de Venus
  29 lb Spaanse zeep op 474: lb in 3: Cassen L:a F bij naweeging minder.
Uijt Noordbeek
  43825 p:s grauwe moppen op 80000 p:s gebroken, waarvan
aan t N:we hospit:l afgegeeven 28000 p:s uijtgesogte
verkoopen 15825 d:o Stucken en brocken.
Uit de Princes van orange
  18355 p:s Leijdse Steenen op 50000 p:s gebrooken, waar van
aan t N:we hospit:l afgegeeven 14000 p:s uijtgesogte
verkoopen 4355 d:o Stucken en brocken
In 't negotie Pakhuijs.
afschrijven. { 14 lb Foulij bij 't openen van 1: Soekel N:o 47 bij naweeging te kort
145 d:o Tabak bij naweging van 60 rollen in twee Cassen L:as X en Y. te kort p:r de jonge Samuel in maart 1770 aangebragt.

‘Volgens bij gevoegde Reekenings van den opsiender van ‘S Comp:s Slaven Logie gesterkt met Secretariale verClaringen zijn in de jongst gepasseerde maanden Maart, April, Maij, Junij, Julij en Aug:s van ‘S Comp:s Slaven door de natuurlijke dood overleeden.’


afschrijven. { 4: kloeke jongens
2: School d:o
2: kloeke meijden
2: zuigende d:o
1: Rio de la goase meijd
13: bandiete Jongens
1: d:o meijd

afschrijven. { 4: kloeke jongens
2: School d:o
2: kloeke meijden
2: zuigende d:o
1: Rio de la goase meijd
13: bandiete Jongens
1: d:o meijd

‘En volgens geannexeerde reekeningen van de Landdrosten gesterkt met Secretariale beEedigde verClaringen, zijn meede in voorsz: tijd van ‘S Comp:s beestiaal zoo verrekt als door ‘t wild gedierte verslonden,’


afschrijven { 1279: Stuks Runder Beesten
29 d:o Paarden
3: d:o Ezels
70: d:o Bocken

afschrijven { 1279: Stuks Runder Beesten
29 d:o Paarden
3: d:o Ezels
70: d:o Bocken

‘De volgende goederen, zijn geduurende dit boekjaar, ofte Seedert P:mo Septb: A:o pass:o tot Ult:mo aug:s deeses Jaars bij diversse administrateurs onbequaam en onbruijkbaar bevonden, namentlijk.’


In 't Negotie Pakhuijs
verkoopen. { 2: p:s Disteleer Slangen onbequaam Seedert 't Jaar 1731 van Rio delagoa aangebragt
8: p:s mans Bolkvangers } P:r 't hoeker Schip de Son aangebragt
2: d:o Jongens d:o
7: d:o mans wolle packen
2: d:o Jongens d:o
10: d:o mans Linne packen
3: d:o Jongens d:o
6: p:r wolle koussen
10 d:o Linne d:o
147 p:s Hembden
22 p:r Schoenen
1: p:s waakrok
23 p:r wolle koussen } P:r 't fluijt Schip de Hoop d:o
25: d:o Linne d:o
81: p:s Hembden
8: p:r Schoenen
In 'S Comp:s Hospitaal
verkoopen. { 1: p:s gewigt doosje } onbequaam
23: d:o Schaaren
5: d:o Spuijtjes
30: d:o Lancetten
1: d:o Scheermes
1: d:o Incisimes
2: d:o Siften
7: d:o Steekbeckens
3: d:o klisteerSpuijten
2: d:o tinne water vlessen
1: d:o groote ijzere pot
4: d:o kopere dekoctum keetels
1: d:o d:o Staartpannetje
1: d:o Schaal en balans
1: d:o kooper gietbecken
In de wijnkelder
verkoopen { 52 p:s heele Leggers } onbequaam
37 d:o halve d:o
Op de wapenCamer
verkoopen { 48: p:s granadiershouwers } onbequaam
51 d:o port Epees
Op 'S Comp:s Stal
verkoopen { 14: p:s paarde stangen } onbequaam
14 d:o Stiegbeugels
Bij d' Arthillerij
afschrijven en tot het branden van pot en Steenovens te gebruijken { 1: p:s affuijt a 12 lb onbequaam

In 't Negotie Pakhuijs
verkoopen. { 2: p:s Disteleer Slangen onbequaam Seedert 't Jaar 1731 van Rio delagoa aangebragt
8: p:s mans Bolkvangers } P:r 't hoeker Schip de Son aangebragt
2: d:o Jongens d:o
7: d:o mans wolle packen
2: d:o Jongens d:o
10: d:o mans Linne packen
3: d:o Jongens d:o
6: p:r wolle koussen
10 d:o Linne d:o
147 p:s Hembden
22 p:r Schoenen
1: p:s waakrok
23 p:r wolle koussen } P:r 't fluijt Schip de Hoop d:o
25: d:o Linne d:o
81: p:s Hembden
8: p:r Schoenen
In 'S Comp:s Hospitaal
verkoopen. { 1: p:s gewigt doosje } onbequaam
23: d:o Schaaren
5: d:o Spuijtjes
30: d:o Lancetten
1: d:o Scheermes
1: d:o Incisimes
2: d:o Siften
7: d:o Steekbeckens
3: d:o klisteerSpuijten
2: d:o tinne water vlessen
1: d:o groote ijzere pot
4: d:o kopere dekoctum keetels
1: d:o d:o Staartpannetje
1: d:o Schaal en balans
1: d:o kooper gietbecken
In de wijnkelder
verkoopen { 52 p:s heele Leggers } onbequaam
37 d:o halve d:o
Op de wapenCamer
verkoopen { 48: p:s granadiershouwers } onbequaam
51 d:o port Epees
Op 'S Comp:s Stal
verkoopen { 14: p:s paarde stangen } onbequaam
14 d:o Stiegbeugels
Bij d' Arthillerij
afschrijven en tot het branden van pot en Steenovens te gebruijken { 1: p:s affuijt a 12 lb onbequaam

’/:onderstond:/’

‘In’t casteel de goede hoop den [.....] 7bre: 1774 /:was geteekend:/ Otto Lud:r Hemmij.’

Naar Lectuure van welke Memorie verstaan is, dat met de daar bij vermelde, te kort aangebragte mitsg:s in ‘S E: Comp:s pakhuijsen en elders onbruijkbaar gewordene en verminderde Effecten, gestorven Slaven en verrekt Beestiaal der E: Comp:n Sodanig zal werden gehandeld, als in margine der voorsz: Memorie Staat aangeteekend: Terwijl ten opzigte der p:r diversse Scheepen gebrooken aangebragte 122199 p:s grauwe moppen door ged:e Heer Hoofd administrateur te kennen gegeeven zijnde, dat daar van eene quantiteijt van 86740: p:s halve, tot het Slaan der bogen en gewelven in de thans onderhande zijnde maguazijnen onder het Epidemicque gebouw van ‘t nieuwe Hospitaal en andere ‘S Comp:s gebouwen hadden moeten werden g’ Emploijeerd met bij gevoegd versoek, te mogen weeten, tegens wat prijs deselve halve mopsteenen gevoeglijxt bij de negotie boeken zouden behooren ingenomen, en vervolgens de reekening van ‘t evengem: nieuwe hospitaal dieswegens gedebiteerd werden; zoo is ten aansien uijt eene door zijn E:g Exhibeerde memorie komt te Consteeren, dat de gebrokene grauwe moppen, die Seedert vijf jaaren herwaards bij publicque vendutie zijn verkogt geworden, door een geslagen, omtrent 1 3/4 rd:s ‘t mille hebben gerendeert, oversulx goed gevonden, om de tot voorsz: maguazijnen gebruijkte 86740 p:t halve moppen insgelijx tegens 1 3/4 rd:s p:r mille bij de geciteerde negotie boeken deses gouvernements te doen inneemen.

En is voorts meede nagezien de reecq. wegens den ontfangst en uijtgaaf der zeguls met de restanten van dien


Zeguls d' A:o 1773/74
 
Debent
  van van van van van van van van van van
rd:s 1/8: 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:o maart jongstl: restant verbleven 1316: 1351: 873: 101: 95: 77: 14: 122: 20: 21: 77: 77: 20: 10: 8: 42: 7: 3: 2: 4
den 27 maij 1774 bijgekoomen 1000: 800: 600: -: 200: 100: 25: 50: 25: -: -: -: -: -: -: 25: -: -: -: -:
Somma 2316: 2151: 1473: 101: 295: 177: 39: 172: 45: 21: 77: 77: 20: 10: 8: 67: 7: 3: 2: 4
 
Credunt
  van van van van van van van van van van
rd:s 1/8: 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
Sedert P:o maart Jongstl: tot dato deses verkogt 1037: 759: 403: 2: 132: 59: 8: 31: 10: -: 5: 9: -: 1: 1: 20: -: -: -: -:
de dato deeses restant 1279: 1392: 1070: 99: 163: 118: 31: 141: 35: 21: 72: 68: 20: 9: 7: 47: 7: 3: 2: 4.
Somma 2316: 2151: 1473: 101: 295: 177: 39: 172: 45: 21: 77: 77: 20: 10: 8: 67: 7: 3: 2: 4.

Zeguls d' A:o 1773/74
 
Debent
  van van van van van van van van van van
rd:s 1/8: 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:o maart jongstl: restant verbleven 1316: 1351: 873: 101: 95: 77: 14: 122: 20: 21: 77: 77: 20: 10: 8: 42: 7: 3: 2: 4
den 27 maij 1774 bijgekoomen 1000: 800: 600: -: 200: 100: 25: 50: 25: -: -: -: -: -: -: 25: -: -: -: -:
Somma 2316: 2151: 1473: 101: 295: 177: 39: 172: 45: 21: 77: 77: 20: 10: 8: 67: 7: 3: 2: 4
 
Credunt
  van van van van van van van van van van
rd:s 1/8: 1/4: 1/2: 3/4: 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
Sedert P:o maart Jongstl: tot dato deses verkogt 1037: 759: 403: 2: 132: 59: 8: 31: 10: -: 5: 9: -: 1: 1: 20: -: -: -: -:
de dato deeses restant 1279: 1392: 1070: 99: 163: 118: 31: 141: 35: 21: 72: 68: 20: 9: 7: 47: 7: 3: 2: 4.
Somma 2316: 2151: 1473: 101: 295: 177: 39: 172: 45: 21: 77: 77: 20: 10: 8: 67: 7: 3: 2: 4.

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop Ult:mo Augustus 1774. /:was geteekend:/’

‘Otto Lud:r Hemmij, /:in margine stond:/ deese Reekening door ons ondergeteek:de provisioneel Fiscaal en gecommitt:s den E: Agtb: Raad van justitie alhier behoorlijk nagezien en met de restanten geConfronteert zijnde is deselve in allen deelen accorderende bevonden, datum Ut Supra /:en geteekend:/ O: M: Bergh, P: Hacker, A: V: Schoor, /:Laeger/ Mij present /:Geteekend:/ C: L: Neethling Secret:s’

Waar uijt zijnde komen te blijken, dat de verkogte Zeguls, geduurende de jongst gepasseerde Ses maanden, een Somma van rijxd:s 1635 3/8. bedragen hebben; is hier op verstaan, dat dit montant in ‘S E: Comp:s Cassa over gebragt zijnde, almeede bij de voorsz: Negotie Boeken zal werden ingenoomen.

Dewijl uijt het Certificaat door d’ overheeden van ‘t onlangs in de Baaij Fals aangeweest zijnde Schip Alkemade , ter requisitie van den daarmeede uijtgekomenen en ten Hospitale alhier verbleevenen Constapel Carel Sterrenberg van Soest verleend; het welk door hem bij desselfs dieswegens op heeden in Raade gepresenteerd request is overgelegd, komt te blijken: dat wanneer hij Sterrenberg, eenigen tijd na het vertrek van voorsz: kiel uijt Texel en wel op den 14: Jann: d’ a:o stantij, ter ordre van den op voorm: bodem Alkemade Commandeerenden Schipper Daniel Deune, de Ladingen van vijf Stucken geschut die nat waaren geworden, hebbende moeten uijthaalen, en dat Canon voorts afbranden, het ongeluk heeft gewild, dat een dier Stucken, hetwelk al eens geweijgert had aftebranden, zoo als ged:e Sterrenberg beezig was, voor de tweede keer op dies Sint-gat kruijt te doen, op het onvoorsienst is los gebrand, waar door het kruijthoorn dat denselven in de hand quam te hebben, aan Stucken geslagen, en het daar in geweest zijnde Bus-pulver in Brand gevlogen weesende, meerm: Sterrenberg desselfs regter hand en beijde oogen daarbij zodanig heeft koomen te beseeren dat die hand twee dagen daar na had moeten werden afgezet, en hij vervolgens ook zijn regter oog was quijt geraakt; is dierhalven beslooten, dat men tot vergoedinge van dien, aan voorseijden Persoon, Conform het gestipuleerde bij den jongsten articulbrief, de daar toe staande Somma van Een Duijsend hollandse guldens uijt ‘S E: Comp:s Cassa zal doen betaalen.

Den vaandrig militair Johannes Jacobus Herder, op het ter Rheede leggend Schip de Bodt geplaatst zijnde, ten eijnde daar meede, ingevolge het geresolveerde onder den 25. April pass:o naar Batavia te vertrecken, is wijders aan denselven, op zijn hier om gedaan Supplicq, toegestaan, desselfs alhier getrouwde huijsvrouw Agatha Susanna de Neijs, en hunl: Zuijgend Dogtertje gen:t Maria Aletta, met zig derwaards meede te neemen.

Sijnde vervolgens, naar resumptie eener verClaring door d’ opper- en Dex- officieren van ‘t meede aanweesend Schip Woestduijn , ter requisitie van den Schipper dier kiel Pieter Thijssen Junior verleend, verstaan, Seekere drie Persoonen met namen Anthon Rodrigos, Louis Joseph en Emanuel Tiesten, dewelke daar meede van Ilha de fuogo herwaards zijn gekoomen, op derselver diesweegens gedaan versoek, voor Mattroosen a ƒ9: ‘S maands, mitsg:s onder een verband van vijf Jaaren, in dienst der E: Comp:n aan te neemen.

Vermits het overlijden van den geswooren Clercq ter weesCamer Jacobus Willem Blanckenberg, is in Steede van denselven weederom daar toe aangesteld den ter politicque Secretarije bescheijdenen Boekhouder Johannes knockers.

Voorts is naar Lectuure der dieswegens ingediende requesten, aan de onderstaande Persoonen, de daar bij genoteerde Erven in ‘t Blok N:o 13. In Eijgendom gegeeven, als.

Wijders op heeden meede geresumeert weesende, het Seer geagt aanschrijvens der hoog Edele Heeren Seventhienen de dato 11: april deeses Jaars, neevens het Extract uijt hoogst derselver Missive, onder dien Selfden datum aan de Heeren der hooge Indiasche Regeering tot Batavia gerigt, en beijde p:r het aanweesend Schip Woestduijn alhier aangebragt: bij welke laatsgem: Missive onder anderen ten belange der door welgem: Heeren Meesteren beraamde middelen, om de grasseerende Siektens en Sterfte op ‘S Comp:s Scheepen naar vermogen voor te koomen, werd geordonneerd.

dat op d’ uijtgaande Scheepen der E: Comp:ne eenmaal des weeks of zoo veel meer als d’ omstandigheeden Sulx Sullen komen te vereijsschen, een Scheepsraad zal moeten werden gehouden, waar in den oppermeester en Bootsman meede Sullen moeten present zijn, en welke Scheeps Raad alleen zal moeten werden aangelegd, om met den anderen Raad te Pleegen, over de middelen tot bewaaring van ‘s volks gezondheijd.

Dat van de Resolutien bij den voorm: Scheepraad genomen, en ook in gevalle van aangeleegentheid van d’ advijsen der bijsondere Leeden van deselve Scheepsraad, aanteekening zal moeten werden gehouden in een apart Boek, het geen bij arrivement ter deeser Plaatse aan de Regeering alhier zal moeten werden overhandigt, om g’ Examineerd en met derselver Advijs aan de Presidiale Camer te worden overgezonden.

dat dierhalven zorge zoude moeten werden gedragen, dat de aanteekeningen van het geen in voorsz: expres aangelegde en gehoudene Scheeps vergaderingen is voorgevallen, behoorlijk afgegeeven en invoegen gemeld, aan de presidiale Camer toegezonden worden, met de Consideratiën en dispositien welke daarop bij deesen Raade zouden mogen zijn gevallen.

en dat eijndelijk in het beijzonder, bij d’ aankomst van eenige Scheepen waar op de Siektens en Sterfte meer dan op andere bodems hebben gegrasseert, naauwkeurig zal werden ondersogt, de behandeling die aan boord der Scheepen met opzigt tot de Sieken heeft plaats gehad, en in hoe verre de precautien en ordres bij hoog gem: Heeren Meesteren gesteld, Sullen wesen agtervolgd.

Soo is, om aan al het voorsz: geordonneerde pligtschuldig te voldoen; aan den E: Coopman en Secretaris van Politie Oloff Martini Bergh als het fiscaals ampt provisioneel waarneemende geinjungeert, om neevens gecommitteerde Leeden uijt den Raad van Justitie alhier, Successivelijk bij d’ aankomst der Vaderlandse Scheepen exact ondersoek te doen, of en in hoe verre voorsz: gezagvoerders en verdere officieren aan de meerm: gestelde ordres der Heeren Meesteren Sullen hebben voldaan, en hier omtrent niet alleen te dienen van berigt, maar ook der Consideratien en remarques die aan ged:e Commissie ten deesen belange door meerm: gezagvoerders en verdere officieren zullen werden gegeeven; welke berigten dan neevens de binnen boord der Scheepen gehoudene aanteekeningen Conform het geordonneerde, van tijd tot tijd aan de presidiale kamer Sullen werden gesuppediteert.

Gelijk al verder meede is geresumeerd de g’ Eerde Missive der Edele Heeren Bewindhebberen ter Camer Amsterdam, gedateerd 9: Maij d’ A:o Stantij, en met het op eergisteren gearriveerde Schip de Waekerheijd hier aangebragt waar bij nopens het onderhanden zijnde nieuwe hospitaal onder anderen is ter needer gesteld, dat haare Edele agtb: waaren geinformeert, dat het Climaat en andere onvermijdelijke omstandigheeden niet quamen toe te laaten het voorsz: geprojecteerde gebouw in Sijn geheelen omtrek ter gelijkertijd aan te leggen en af te timmeren, maar dat Sulx bij gedeeltens of vacken zoude moeten geschieden, en dierhalven de van hier benoodigde Steenen en houtwerken ook maar bij gedeeltens zouden dienen te werden gezonden, naar mate die souden kunnen gebruijkt werden, om het breeken van d’ Eerste en het bederf der andere te meeder voor te komen, dog dat om hier aan na behooren te kunnen voldoen en den voortgang van het werk niet te stremmen, exactelijk van hier zouden moeten werden opgegeeven de Soorten

en quantiteijt der Steenen en houtwerken die men buijten de reets uijt het Vaderland hierwaards gezondene het eerst en vervolgens van tijd tot tijd Successivelijk zoude noodig hebben.

dat bij deese opgave ook zal moeten werden gevoegd een accurate bepaling van de lengte en dikte der houtwerken waar bij de getallen der voeten en duijmen tot vermijding der Schrijffouten die bij de voorige opgave waren begaan met woorden en niet met Cijffergetallen zullen moeten werden uijtgedrukt.

Dat men voorts haar Edele Agtb: ook zoo na doenelijk Soude moeten informeeren teegen wat tijd de voorsz: Boustoffen alhier diend en te werden ge’emploijeert, dewijl er dog eenigen tijd wierde vereijscht, om de houtwerken te doen vervaardigen en men niet dienstig oordeelde deselve langen tijd in voorraad te doen afmaaken.

Waarop goedgedagt en dienvolgens beslooten is, aan den Heer Secunde Otto Luder Hemmij en d’ E: E: Major Hendrik van Prehn en Zoldij Boekhouder Dirk Westerhoff te demandeeren, exact na te Sien, welke materialen reets tot den opbouw van het meerm: thans onder handen Sijnde nieuwe Hospitaal verstrekt, welke andere alhier nog aan handen Sijn, en wat daar van voor eerst weederom herwaards zal dienen gezonden te werden, met bijvoeging teegens welken tijd men zoude vermeijnen deselve te moeten Emploijeeren, ten eijnde welgem: Edele Heeren Bewindhebberen vervolgens Conform derselver intentie, het verschuldigde berigte omtrent het een en ander te kunnen laaten toekoomen.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff.

C. 152, pp. 354-355.

Dingsdag den {17740920} 20: Septbr 1774.

alle present.

Door Anna Catharina Toubien, die als dienstmaagd met den op het hier vertoevend Schip de Morgenster bescheidenen Eerw: Predikant Jacob Casper Metsler is uijtgekomen, zeer instantig versogt zijnde, om ter deeser plaatse bij haren alhier woonagtig zijnden man Johannes Hertz te mogen verblijven; is goed gevonden Sulx aan haar t’ accordeeren; mitsg:s daar entegen aan de bij besluijt van den 8: Julij laatstl: vermelde en van ‘t Schip Alkemade hier verblevene Johanna van Suijlekom toe te staan, wederom ten dienste der familie van ged:e Predikant, p:r bovengem: Bodem na Batavia voort te vaaren.

Aldus geresolveerd, ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff.

C. 152, pp. 356-357.

Dingsdag den {17741004} 4: 8bre: 1774.

alle present.

Op het dieswegens door den Landdrost en burger krijgsraad van Stellenbosch en Drakensteijn , bij derselver Missive de dato 20: der even afgeweekene maand Septb: gedaan versoek, goed gevonden zijnde, aan haarl: tot het doen der aanstaande exercitie en wapenschouwinge der burger landmilitie aan Stellenbosch 1500 lb Buskruijt en 2700 p:s vuursteenen te laaten verstrecken; heeft men zig wijders de gedane aanstellingen der Corporaals Willem Carel van der Merwe Petrus Johannes du Toit en Andries Christoffel van der Bijl tot wagtmeesters onder d’ Eerste, tweede en derde Compagniën Dragonders laaten welgevallen.

Aldus geresolveerd ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff.

C. 152, pp. 358-363.

Vrijdag den {17741104} 4: November 1774.

‘S voormiddags alle present.

Nademaal ‘S Comp:s Pel-molen, als thans ten eenemaal bouwvallig zijnde, uijt dien hoofde onvermijdelijk moet werden gerepareerd; Soo wierd ten deesen belange door den Heere gouverneur in Consideratie gegeeven, of het, terwijl de aan voorsz: molen te doene kosten wijnig minder Sullen beloopen, dan wanneer deselve in ‘t geheel vernieuwd wierd, dierhalven niet best zoude zijn, dat deselve Molen maar in ‘t geheel afgebroken, en nader bij de hand wierde opgezet, en waar toe zijn Edele vermeijnde, een Seer Convenable plaatse te zijn, agter de Thuijn van den burger Lieutenant Johannes Smuts, vermits gedagte nieuwe Pel-molen als dan even boven ‘S Comp:s koorn-water-molen Soude komen te Staan en door hetselve water gedreeven werden; Terwijl men als dan, behalven die avantagie om het werk dat met deselve molen moet werden gedaan, van na bij te kunnen gade slaan, nog dat nut zoude kunnen hebben om bij aldien deselve, Conform het dieswegens door Welgem: Heere gouverneur geproduceerde Plan wierd gebouwd, als dan ook op deselve, wanneer d’ omstandigheijd Sulx zoude vereijsschen, koorn te kunnen doen malen; waar op goed gedagt en besloten is; meerm: bouwvallige Pel-molen te doen afbreeken, en in Steede van deselve een nieuwe ter voorsz: plaatse en wel op zodanige wijze dat daar op naar tijds geleegendheijd, koorn Sal kunnen gemalen werden, te doen opsetten.

Sijnde hier na, door welopgem: Heer gouverneur meede kennisse gegeeven dat dewijl Soo wel door de nu eenigen tijd herwaards, onder ‘S Comp:s Beestiaal Sterk geregeerd hebbende Sogen:de Tong- en klauw-Ziekte, als de buijten gewoon veele en langduurige reegens, mitsg:s ongemeene koude, dermaten veel van ‘S Comp:s beestiaal, inzonderheijd trekossen Sijn koomen weg te Sterven, dat tegenwoordig het werk dat met die dieren moet werden gedaan, niet behoorlijk konde werden aan de gang gehouden; zijn Edele oversulx den Baas van ‘S Comp:s Post aan de Buffeljagts rivier Marten Theunisz hadde uijtgezonden, om van de daaromstreex liggende hottentotten; zoo veel Beestiaal in te ruijlen, als gevoeglijk van deselve zoude te bekoomen zijn, en dat ten dien eijnde aan denselven was ter hand gesteld, zodanige Instructie en opene ordre, als door hem Heere gouverneur thans ter vergaderinge wierde geproduceerd: En zijn, na dat deselve Instructie en ordre waren geleesen geworden, de daarbij door zijn Edele gestelde maatregulen, voor den dienst der E: Comp:ne allesints nut en noodsakelijk geoordeeld, des dan ook is verstaan, Sulx in deeser voegen te doen aanteekenen.

Den Cap:tn over de Comp:ne vrijswarten Jacobus Hendriksz, ter zaak van desselfs hogen ouderdom, van dien dienst hebbende moeten werden ontslagen; Zoo is op de gedaane voordragte van Burgerraden, in Steede van denselven weederom tot Cap:tn der gem: vrijswarten bevordert Adolf Danielsz; Terwijl de Persoonen van Adriaan van de Caab tot Eerste- en Lucas van Bengalen tot tweede- Lieutenant zijn aangesteld.

Aldus geresolveerd ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff.

C. 152, pp. 364-403.

Dingsdag den {17741206} 6: Decbr: 1774.

‘S voormiddags alle present.

Door den Heer Hoofdadministrateur Otto Luder Hemmij overgeleeverd zijnde, het kort vertoog der Lasten deeses Gouvernements geduurende dit Boekjaar 1773/74 nevens die van ‘S Jaars bevoorens, ofte d’ A:is 1772/73 dewelke bedragen als volgd, te weeten.

  1773/74 1772/73
Onkosten van Scheepen ƒ156765:18:-: ƒ184488:15:08:
Randsoenen Ordinair d:o 79980: 08:08: d:o 78878:17:-:
Onkosten d:o d:o 35495:16:-: d:o 30902:16:08:
d:o Extra d:o d:o 4743:11:08: d:o 3866:02:08:
Timmeragie en Reparatie d:o 9314:01:-: d:o 17783:16:08:
Fortificatiën d:o 1164:18:08: d:o 1155:05:08:
Onkosten van S Comp:s lijfeijgenen d:o 19543:01:-: d:o 18969:18:08:
Reecq: v:n Condemnatie en Confiscatie d:o 3079:03:08: d:o 4575:01:08:
Onkosten van Chaloupen &:o d:o 14706:16:-: d:o 9615:16:08:
Scheeps Zoldijen d:o 11132:17:08: d:o 14169:01:-:
Zoldijen aan Land d:o 156824:16:-: d:o 146497:08:-:
Somma ƒ492751:07:08: ƒ510902:19:-:
  1773/74 1772/73
Onkosten van Scheepen ƒ156765:18:-: ƒ184488:15:08:
Randsoenen Ordinair d:o 79980: 08:08: d:o 78878:17:-:
Onkosten d:o d:o 35495:16:-: d:o 30902:16:08:
d:o Extra d:o d:o 4743:11:08: d:o 3866:02:08:
Timmeragie en Reparatie d:o 9314:01:-: d:o 17783:16:08:
Fortificatiën d:o 1164:18:08: d:o 1155:05:08:
Onkosten van S Comp:s lijfeijgenen d:o 19543:01:-: d:o 18969:18:08:
Reecq: v:n Condemnatie en Confiscatie d:o 3079:03:08: d:o 4575:01:08:
Onkosten van Chaloupen &:o d:o 14706:16:-: d:o 9615:16:08:
Scheeps Zoldijen d:o 11132:17:08: d:o 14169:01:-:
Zoldijen aan Land d:o 156824:16:-: d:o 146497:08:-:
Somma ƒ492751:07:08: ƒ510902:19:-:

Is wijders uijt dies t’ samentrecking komen te Consteeren, dat de Lasten in ‘t generaal, deesen jare ƒ18151:11:8 minder als A:o pass:o bedragen hebben, ijder Lastpost in ‘t bijzonder het volgende meerder of minder heeft komen te rendeeren, als.

  meerder. minder.
Onkosten van Scheepen    
thans minder als in 't voorl: jaar, komt ten principale voort, door de doenmaals gedaane Extraordinaire verstreckingen van provisien, ankers en touwen &:aan diversse uijt en thuijsvarende 'S E: Comp:s Scheepen   ƒ27722:17:08:
 
Randsoenen Ordinair,
dit Jaar meer Sommeerende, is voornamentlijk veroorsaakt, door de verstrekte provisiën aan een grooter getal recruten aan de Linie wagt bescheijden ƒ1101:11:08:
 
Onkosten Ordinair,
Beloopen in dit Jaar meer als A:o pass:o uijt hoofde der verstrekte molen- en pel Steenen voor de Coorn en pel-molen de noodsakelijk meer verwerkte materialen van houtwerk en ijzer, mitsg:s kooper, zoo tot kokskeetels voor de Logie en baaij fals , als het maken van Schalen en het beslaan der Snaphanen ten dienste van de wapenCamers winkel, als meede de nodige Cabeltouwen en trossen voor de groote Jeijnbloks beneevens het Zeijldoek tot 't maken der Tenten voor d' Equipagiewerf ende Traanbranders, item het meer betaalde huijshuur aan militaire officier en, en het op deese reecq: ten laste gebragte onbequame affuijt Stuk van 12 lb bals &: d:o 4592:19:08:
 
d:o Extra d:o
Zijn ook meer als 'S Jaars bevorens, hoofdsakelijk ontstaan, door het bussekruijt en Snaphanen aan het uijtgezondene Commando tegens de Stropende bosjesmans hottentots verstrekt d:o 877:09:-:
 
Timmeragie en Reparatie
is minder in dit als 't voorgaande jaar, uijt oorsaak, dat de als doen gedaane ongelden tot den opbouw van 't nieuwe hospitaal van deese reecq afgeschreeven en op desselfs eijgene Conto belast zijn, mitsg:s dat 'er een bequaam Logement voor de Recruten aan de Linie is gemaakt geworden   d:o 8469:15:08:
 
Fortificatien, dit wijnig meerder rendement is veroorsaakt, door de verstrekte Rottinge tot man den voor de aan de Linie werkende manschappen d:o 9:13:-:
 
Onkosten van 'S Comp:s Leijfeijgenen, ook meer als A:o pass:o zijnde komt voort, weegens het meerder bedragen der verstrekte winterkleederen d:o 573:02:08:
 
'T Hospitaal in dit Boekjaar niets te vooren staande, is veroorsaakt, dewijl ingevolge de Seer g' Eerde ordre der Heeren der hooge Indiasche Regeering tot Batavia de dato 1: novbr: 1773 het daar op te goed gestaan hebbend montant van ƒ79572:9:8 zoo wel als de boven 't bedragen der onkosten door de in dit Jaar daar in geleegen hebbende impotenten meer verteerde heele gagie, ten bedragen van ƒ20184:17:8 op de reecq: van 't nieuwe hospitaal is overgeschreeven geworden, oversulx.
 
'T Nieuwe Hospitaal naar aftrek van het kostende zoo voor den gedanen Inkoop van den Erfgrond, als het geen tot den opbouw van dat huijs reets verder is te kosten gelegd, en met elkander bedraagt ƒ46685:15:08: in dit Boekjaar nog te vooren Staat een Somma van ƒ53071:11:08:
 
Reecq van Condemnatie en Confiscatie is in dit Jaar minder als in 't gepasseerde, principalijk, uijt hoofde van de op deese Reekening ten goede gebragte Penningen, uijt den boedel van den geaufugeerden Schipper Carel Philip Cassel   d:o 1495:18:-:
 
Onkosten van Chaloupen en mindere vaartuijgen,
meer in dit als in 't voorgaande Jaar bedragende, komt hoofdsakelijk voort, door de opgetimmerde nieuwe landsboot d:o 5090:19:08:
 
Scheeps Zoldijen bedragen daar en teegen minder, ter oorsaak van de in 't voorige Jaar meer verstrekte Zeguls tot d' actens, als meede de goede maanden nevens de op reecq: van Zoldijen belaste te kort komende goederen en de als toen meer verteerde heele gagie ten Hospitale   d:o 3036:03:08:
 
Zoldijen aan Land, beloopen thans meer als in 't Jongste boekjaar, ter oorsaak van de verstrekte en op reecq: van zoldijen belaste monteering aan 't guarnisoen, ter Somma van ƒ22745:08:-:
 
waarteegen egter weder afgaat de verstrekte goede maanden en Subsidiepenn: ƒ 4091:08:-:
Als ook de minder verteerde guastos der in 't hospitaal geleegen hebbende impotenten d:o 8326:12:-:
  d:o 2418:-:-:
  10327:08:-:
  Somma ƒ 22573:03:-: ƒ40724:14:08:
  meerder. minder.
Onkosten van Scheepen    
thans minder als in 't voorl: jaar, komt ten principale voort, door de doenmaals gedaane Extraordinaire verstreckingen van provisien, ankers en touwen &:aan diversse uijt en thuijsvarende 'S E: Comp:s Scheepen   ƒ27722:17:08:
 
Randsoenen Ordinair,
dit Jaar meer Sommeerende, is voornamentlijk veroorsaakt, door de verstrekte provisiën aan een grooter getal recruten aan de Linie wagt bescheijden ƒ1101:11:08:
 
Onkosten Ordinair,
Beloopen in dit Jaar meer als A:o pass:o uijt hoofde der verstrekte molen- en pel Steenen voor de Coorn en pel-molen de noodsakelijk meer verwerkte materialen van houtwerk en ijzer, mitsg:s kooper, zoo tot kokskeetels voor de Logie en baaij fals , als het maken van Schalen en het beslaan der Snaphanen ten dienste van de wapenCamers winkel, als meede de nodige Cabeltouwen en trossen voor de groote Jeijnbloks beneevens het Zeijldoek tot 't maken der Tenten voor d' Equipagiewerf ende Traanbranders, item het meer betaalde huijshuur aan militaire officier en, en het op deese reecq: ten laste gebragte onbequame affuijt Stuk van 12 lb bals &: d:o 4592:19:08:
 
d:o Extra d:o
Zijn ook meer als 'S Jaars bevorens, hoofdsakelijk ontstaan, door het bussekruijt en Snaphanen aan het uijtgezondene Commando tegens de Stropende bosjesmans hottentots verstrekt d:o 877:09:-:
 
Timmeragie en Reparatie
is minder in dit als 't voorgaande jaar, uijt oorsaak, dat de als doen gedaane ongelden tot den opbouw van 't nieuwe hospitaal van deese reecq afgeschreeven en op desselfs eijgene Conto belast zijn, mitsg:s dat 'er een bequaam Logement voor de Recruten aan de Linie is gemaakt geworden   d:o 8469:15:08:
 
Fortificatien, dit wijnig meerder rendement is veroorsaakt, door de verstrekte Rottinge tot man den voor de aan de Linie werkende manschappen d:o 9:13:-:
 
Onkosten van 'S Comp:s Leijfeijgenen, ook meer als A:o pass:o zijnde komt voort, weegens het meerder bedragen der verstrekte winterkleederen d:o 573:02:08:
 
'T Hospitaal in dit Boekjaar niets te vooren staande, is veroorsaakt, dewijl ingevolge de Seer g' Eerde ordre der Heeren der hooge Indiasche Regeering tot Batavia de dato 1: novbr: 1773 het daar op te goed gestaan hebbend montant van ƒ79572:9:8 zoo wel als de boven 't bedragen der onkosten door de in dit Jaar daar in geleegen hebbende impotenten meer verteerde heele gagie, ten bedragen van ƒ20184:17:8 op de reecq: van 't nieuwe hospitaal is overgeschreeven geworden, oversulx.
 
'T Nieuwe Hospitaal naar aftrek van het kostende zoo voor den gedanen Inkoop van den Erfgrond, als het geen tot den opbouw van dat huijs reets verder is te kosten gelegd, en met elkander bedraagt ƒ46685:15:08: in dit Boekjaar nog te vooren Staat een Somma van ƒ53071:11:08:
 
Reecq van Condemnatie en Confiscatie is in dit Jaar minder als in 't gepasseerde, principalijk, uijt hoofde van de op deese Reekening ten goede gebragte Penningen, uijt den boedel van den geaufugeerden Schipper Carel Philip Cassel   d:o 1495:18:-:
 
Onkosten van Chaloupen en mindere vaartuijgen,
meer in dit als in 't voorgaande Jaar bedragende, komt hoofdsakelijk voort, door de opgetimmerde nieuwe landsboot d:o 5090:19:08:
 
Scheeps Zoldijen bedragen daar en teegen minder, ter oorsaak van de in 't voorige Jaar meer verstrekte Zeguls tot d' actens, als meede de goede maanden nevens de op reecq: van Zoldijen belaste te kort komende goederen en de als toen meer verteerde heele gagie ten Hospitale   d:o 3036:03:08:
 
Zoldijen aan Land, beloopen thans meer als in 't Jongste boekjaar, ter oorsaak van de verstrekte en op reecq: van zoldijen belaste monteering aan 't guarnisoen, ter Somma van ƒ22745:08:-:
 
waarteegen egter weder afgaat de verstrekte goede maanden en Subsidiepenn: ƒ 4091:08:-:
Als ook de minder verteerde guastos der in 't hospitaal geleegen hebbende impotenten d:o 8326:12:-:
  d:o 2418:-:-:
  10327:08:-:
  Somma ƒ 22573:03:-: ƒ40724:14:08:

Soo als ook uijt het voorsz: vertoog is komen te blijken, dat de Suijvere winsten en ‘S Lands Inkomsten hebben bedragen als volgd, namentlijk.

d' A:o 1773/74 d' A:o 1772/73
is gewonnen ƒ37154:18:-: gewonnen ƒ48961:10:-:
en verlooren d:o 48100:18:08: verlooren d:o 34847:03:-:
dus het verlies grooter als de winst ƒ10946:-:08:
versulx aan winst ƒ :-:-:-: winst ƒ14114:07:-:
'S Lands Inkomsten d:o 155277:16:-: 'S Lands Inkomsten 157523:12:-:
  ƒ15277:16:-:   ƒ171637:19:-:
d' A:o 1773/74 d' A:o 1772/73
is gewonnen ƒ37154:18:-: gewonnen ƒ48961:10:-:
en verlooren d:o 48100:18:08: verlooren d:o 34847:03:-:
dus het verlies grooter als de winst ƒ10946:-:08:
versulx aan winst ƒ :-:-:-: winst ƒ14114:07:-:
'S Lands Inkomsten d:o 155277:16:-: 'S Lands Inkomsten 157523:12:-:
  ƒ15277:16:-:   ƒ171637:19:-:

Sulx de winsten dit Boekjaar minder bedragen ƒ10946:08:, het geen ten principale is voortgevloeijd, door de mindere advancen op de Zoldijen en den geringeren aanteel van ‘S Comp:s Beestiaal, mitsg:s door de wijnige voordeelen op de negotie goederen, waar van eenige met verlies zijn verkogt, gelijk meede door het verlies dat op de p:r vendutie afgezette gebroken en onbequame goederen is gevallen, mitsg:s door de gepermitteerde afschrijvingen die aan de resp:e administrateurs hebben moeten werden toegestaan, en eijndelijk dat er deesen Jaare een meerder getal van ‘S Comp:s Leijfeijgenen en Beestiaal gestorven en verrekt Sijn.

Terwijl ‘S Lands Inkomsten ook minder rendeerende een Somma van ƒ2245:16: zulx voornamentlijk is ontstaan, door de minder ingekomene recognitie penningen van in Leening zijnde veeposten en uijtgegeevene Eijgendomsplaatsen, die de betaalinge derselve onderheevig zijn; item door de minder afgelegde agterstallige en op de geleeverde granen afgetrockene thiendens, desgelijx door een minderen ontfangst van ‘S

heeren geregtigheijd wegens verkogte vaste goederen, weijniger verkoop van Zegels, en dat ‘er minder Cassen wijn en Pijpen Bier op vragt zijn aangebragt: waar en teegen de Recognitie van wijnen en in eijgendom vergunde Landerijen, als meede het Erfpagt geld voor Thuijn en bouwland, mitsg:s de betaalde pagtpenn: Transport- en kost-gelden door van hier vertrockene Persoonen, en de geleeverde Runderbeesten voor permissie van veeposten, in dit Boekjaar meerder als in ‘t voorige koomen te beloopen.

En is ten deesen belange verstaan, op gem: Heer Hoofd administrateur te qualificeeren, om met het Sluijten der Negotie Boeken te doen voortgaan.

Vervolgens door d’ E E: keldermeester en Dispencier Pieter Hacker en Adriaan van Schoor, mitsg:s den packhuijsmeester Petrus Ludovicus le Sueur ingediend zijnde, de volgende versoekschriften.

Aan den Wel Edelen gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg, gouverneur van Cabo de goede Hoop en den ressorte van dien &: &: &: beneevens den E: Agtb: Raad van politie.

‘Wel Edele Gestr: Heere en E: Agtb: Heeren.’

‘Den ondergeteek:de keldermeester versoekt Seer Eerbiedig aan Uwe wel Edele gestr: en E: Agtb:, dat aan hem mag valideeren, de hier onder gespecificeerde afschrijving, te weeten:’


1071: Cann: Arack op 10710 1/2 Cannen dewelke onder dato deeses restant verblijven a 10: pCt:o
37123 1/2 d:o Caabse wijn op 371237 1/2 Cann: die onder dato deeses meede restant verblijven, a 10 pCt:o
681 1/2 d:o d:o Brandewijn, op 6816 1/2 Cannen, dewelke onder dato deeses ingsgelijx restant verblijven a 10 pCt:o
6: Cannen wijntint op 68. Cannen, die almeede onder dato deeses restant verblijven a 10: pCt:o

1071: Cann: Arack op 10710 1/2 Cannen dewelke onder dato deeses restant verblijven a 10: pCt:o
37123 1/2 d:o Caabse wijn op 371237 1/2 Cann: die onder dato deeses meede restant verblijven, a 10 pCt:o
681 1/2 d:o d:o Brandewijn, op 6816 1/2 Cannen, dewelke onder dato deeses ingsgelijx restant verblijven a 10 pCt:o
6: Cannen wijntint op 68. Cannen, die almeede onder dato deeses restant verblijven a 10: pCt:o

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop den 31: aug:s 1774: /:was geteekend:/ P: Hacker’

‘Den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg, gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &: &: &: beneevens den E: Agtb: raad van politie, word Eerbiedig versogt, dat aan den ondergeteek:de Dispencier mag werden toegestaan, d’ ordinaire afschrijving van d’ onderstaande goederen, dewelke door spillagie, Leccagie, aanslaan der muuren als andersints, onvermijdelijk in een Jaar komen t’ ontstaan, namentlijk.’


896 1/4 mud: Tarwe op 40124 5/8 mud: als
  281 1/2 mud: op 9386 5/8 mud: over 't Jaar geleegen hebbende a 3 pCt:o
  614 3/4 d:o d:o 30738 d:o binnen 't Jaar geleegen hebbende a 2 pCt:o
16 5/8 mud: Rogh op 644 3/4 mud: te weeten
  11 3/8 mud: op 379 1/8 mud: over 't jaar a 3 pCt:o
  5 1/4 d:o d:o 265 5/8 d:o binnen''t jaar d:o 2 d:o
37: mud: Garst, op 2111: mud:, als
  22 mud: op 1104 5/8 mud: over 't jaar a 2 pCt:o
  15 d:o d:o 1006 5/8 d:o binnen 't jaar d:o 1 1/2 d:o
3 1/4 mud: gemeene gort, op 210 5/8 mud; te weeten
  1/2 mud op 24 1/2 mud: over 't Jaar a 2: pCt:o
  2 3/4 d:o d:o 1861/8 d:o binnen 't jaar d:o 1 1/2 d:o
1: mud fijne gort op 66 5/8 mud:, als
  1/8 mud op 2 5/8 mud over 't Jaar a 2 pCt:o
  7/8 d:o d:o 64: d:o binnen 't jaar d:o 1 1/2 d:o
46 1/2 mud: Boonen op 930 1/4 mud:, zijnde 5 pCt:o
19 3/8 d:o Erweten d:o 1011 3/4 d:o te weeten
  17 1/4 mud: op 863 5/8 mud: over 't Jaar a 2 pCt:o
  2 1/8 d:o d:o 148 1/8 d:o binnen 't Jaar d: 1 1/2 pCt:o
10764: lb Rijst op 358822 lb zijnde 3: pCt:o
1175 d:o Beschuijt op 75482 lb als
  174: lb op 8693 lb over 't Jaar a 2 pCt:o
  1001 d:o d:o 66789 d:o binnen 't Jaar d:o 1 1/2 d:o
500 lb Poeder zuijker, op 25045: lb Sijnde 2 pCt:o
29 d:o Candij d:o d:o 1470 d:o d:o d:o
10 d:o Hop 1080 lb, Sijnde 1: pCt:o
35 1/4 lb Peeper op 1616 1/2 lb te weeten:
  33 d:o op 1465 3/4 lb over 'Jaar a 2 1/4 pCt:
  2 1/4 d:o d:o 150 3/4 d:o binnen 't Jaar d:o 1 1/2 d:o
23 1/2 lb gaarn Catoene op 1667 1/2 lb, als
  13 3/4 lb op 692 lb over 't Jaar a 2 pCt:o
  9 3/4 d:o d:o 975 1/2 d:o binnen 't Jaar d:o 1 d:o
5: lb wacks op 241 lb te weeten:
  2: lb op 76: lb over 't Jaar á 3: pCt:o
  3 d:o d:o 165 d:o binnen 't Jaar d:o 2 d:o
47 lb wacks Caarssen, op 1570 lb over 't Jaar à 3: pCt:o
45 d:o Zeep Spaance d:o 2260 d:o Sijnde 2 d:o
39 1/5 Cann: olijven olij, op 1019: Cann:, als
  21 7/10 Cann: op: 435 3/5 Cann: over 't Jaar à 5 pCt:o
  17 1/2 d:o d:o 583 2/5 d:o binnen 't Jaar d:o 3 d:o
47 3/10 Cann: Clappus olij, op 1009: Cann:, te weten
  42 7/10 Cann: op 854 1/10 Cann: over 't Jaar à 5: pCt:o
  4 3/5 d:o d:o 154 9/10 d:o binnen 't Jaar d:o 3: d:o
46 4/5 Cann: Lijn olij, op 1209: Cann: als
  26 1/2 Cann: op 530 1/5 Cann: over 't Jaar à 5 pCt:o
  20 3/10 d:o d:o 678 4/5 d:o binnen 't Jaar d:o 3 d:o
159 9/10 Cann: Traan, op 3198 1/2 Cann: Zijnde 5 d:o

896 1/4 mud: Tarwe op 40124 5/8 mud: als
  281 1/2 mud: op 9386 5/8 mud: over 't Jaar geleegen hebbende a 3 pCt:o
  614 3/4 d:o d:o 30738 d:o binnen 't Jaar geleegen hebbende a 2 pCt:o
16 5/8 mud: Rogh op 644 3/4 mud: te weeten
  11 3/8 mud: op 379 1/8 mud: over 't jaar a 3 pCt:o
  5 1/4 d:o d:o 265 5/8 d:o binnen''t jaar d:o 2 d:o
37: mud: Garst, op 2111: mud:, als
  22 mud: op 1104 5/8 mud: over 't jaar a 2 pCt:o
  15 d:o d:o 1006 5/8 d:o binnen 't jaar d:o 1 1/2 d:o
3 1/4 mud: gemeene gort, op 210 5/8 mud; te weeten
  1/2 mud op 24 1/2 mud: over 't Jaar a 2: pCt:o
  2 3/4 d:o d:o 1861/8 d:o binnen 't jaar d:o 1 1/2 d:o
1: mud fijne gort op 66 5/8 mud:, als
  1/8 mud op 2 5/8 mud over 't Jaar a 2 pCt:o
  7/8 d:o d:o 64: d:o binnen 't jaar d:o 1 1/2 d:o
46 1/2 mud: Boonen op 930 1/4 mud:, zijnde 5 pCt:o
19 3/8 d:o Erweten d:o 1011 3/4 d:o te weeten
  17 1/4 mud: op 863 5/8 mud: over 't Jaar a 2 pCt:o
  2 1/8 d:o d:o 148 1/8 d:o binnen 't Jaar d: 1 1/2 pCt:o
10764: lb Rijst op 358822 lb zijnde 3: pCt:o
1175 d:o Beschuijt op 75482 lb als
  174: lb op 8693 lb over 't Jaar a 2 pCt:o
  1001 d:o d:o 66789 d:o binnen 't Jaar d:o 1 1/2 d:o
500 lb Poeder zuijker, op 25045: lb Sijnde 2 pCt:o
29 d:o Candij d:o d:o 1470 d:o d:o d:o
10 d:o Hop 1080 lb, Sijnde 1: pCt:o
35 1/4 lb Peeper op 1616 1/2 lb te weeten:
  33 d:o op 1465 3/4 lb over 'Jaar a 2 1/4 pCt:
  2 1/4 d:o d:o 150 3/4 d:o binnen 't Jaar d:o 1 1/2 d:o
23 1/2 lb gaarn Catoene op 1667 1/2 lb, als
  13 3/4 lb op 692 lb over 't Jaar a 2 pCt:o
  9 3/4 d:o d:o 975 1/2 d:o binnen 't Jaar d:o 1 d:o
5: lb wacks op 241 lb te weeten:
  2: lb op 76: lb over 't Jaar á 3: pCt:o
  3 d:o d:o 165 d:o binnen 't Jaar d:o 2 d:o
47 lb wacks Caarssen, op 1570 lb over 't Jaar à 3: pCt:o
45 d:o Zeep Spaance d:o 2260 d:o Sijnde 2 d:o
39 1/5 Cann: olijven olij, op 1019: Cann:, als
  21 7/10 Cann: op: 435 3/5 Cann: over 't Jaar à 5 pCt:o
  17 1/2 d:o d:o 583 2/5 d:o binnen 't Jaar d:o 3 d:o
47 3/10 Cann: Clappus olij, op 1009: Cann:, te weten
  42 7/10 Cann: op 854 1/10 Cann: over 't Jaar à 5: pCt:o
  4 3/5 d:o d:o 154 9/10 d:o binnen 't Jaar d:o 3: d:o
46 4/5 Cann: Lijn olij, op 1209: Cann: als
  26 1/2 Cann: op 530 1/5 Cann: over 't Jaar à 5 pCt:o
  20 3/10 d:o d:o 678 4/5 d:o binnen 't Jaar d:o 3 d:o
159 9/10 Cann: Traan, op 3198 1/2 Cann: Zijnde 5 d:o

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop Ult:o Aug:s 1774: /:was geteekend:/ A:V: Schoor.’

Aan den Wel Edelen gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg, gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &: &: &: beneevens den E: Agtb: raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren.’

‘Den ondergeteek:de Pakhuijsmeester, versoekt Seer Eerbiedig, dat aan hem mag werden gevalideert, d’ ordinaire afschrijving op de hier onder te noemene goederen, geduurende dit afgeweekene boekjaar onvermijdelijk gevallen, bestaande in ‘t volgende, als.’


Cramerijen.
18 lb Alluijn op 601 lb over 't jaar geleegen hebbende a 3: pCt:o
23 1/2 lb Lijm op 471 lb à 5 pCt:o
16 3/4 d:o Stijssel d:o 337 d:o d:o
Loot
9 1/2 lb Plat op 7646 lb à 1/8 d:o
3 5/8 d:o Schuijt d:o 2915 d:o d:o
Cooper
5 5/8 lb op 4566 1/2 lb à 1/8 pCt:o
Ijser
2087 lb als
1053 lb op 70198 lb over 't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 pCt:o
1034 d:o d:o 103409 lb binnen 't Jaar aangebragt à 1 pCt:o
Staal
34 1/2 lb op 2303 1/2 lb over 't jaar gelegen hebbende à 1 1/2 pCt:o
Spijkers
333 d:o d:o 22200 d:o d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o
Verwen
1/2 d:o fijne op 20 lb d:o d:o d:o d:o 3 d:o
58 1/2 d:o ges: grove op 1940 lb d:o d:o d:o 3 d:o
Tabak
32 1/2 lb op 1085 lb over 't Jaar geleegen hebbende à 3 pCt:o
Specerijen.
1 1/8 lb Nooten op 117 1/8 lb à 1 pCt:o
1 d:o Nagelen d:o 109 1/8 d:o d:o
1 7/8 d:o Foulij d:o 197 7/8 d:o d:o
5/8 d:o Caneel d:o 62 3/8 d:o d:o

Cramerijen.
18 lb Alluijn op 601 lb over 't jaar geleegen hebbende a 3: pCt:o
23 1/2 lb Lijm op 471 lb à 5 pCt:o
16 3/4 d:o Stijssel d:o 337 d:o d:o
Loot
9 1/2 lb Plat op 7646 lb à 1/8 d:o
3 5/8 d:o Schuijt d:o 2915 d:o d:o
Cooper
5 5/8 lb op 4566 1/2 lb à 1/8 pCt:o
Ijser
2087 lb als
1053 lb op 70198 lb over 't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 pCt:o
1034 d:o d:o 103409 lb binnen 't Jaar aangebragt à 1 pCt:o
Staal
34 1/2 lb op 2303 1/2 lb over 't jaar gelegen hebbende à 1 1/2 pCt:o
Spijkers
333 d:o d:o 22200 d:o d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o
Verwen
1/2 d:o fijne op 20 lb d:o d:o d:o d:o 3 d:o
58 1/2 d:o ges: grove op 1940 lb d:o d:o d:o 3 d:o
Tabak
32 1/2 lb op 1085 lb over 't Jaar geleegen hebbende à 3 pCt:o
Specerijen.
1 1/8 lb Nooten op 117 1/8 lb à 1 pCt:o
1 d:o Nagelen d:o 109 1/8 d:o d:o
1 7/8 d:o Foulij d:o 197 7/8 d:o d:o
5/8 d:o Caneel d:o 62 3/8 d:o d:o

’/:onderstond:/’

‘In ‘t Casteel de goede Hoop Ult: aug:s 1774: /:was geteekend:/ P. L: Le Sueur.’

Soo is na dies Lectuure goed gedagt, om de daar bij aangehaalde en op derselver administratiën gevallene minderheeden, als de gepermitteerde pCt:os niet excedeerende te laten valideeren, en dienvolgens bij de negotie Boeken deeses Gouvernements te doen afschrijven.

Op het te kennen geeven bij meergem: Heer Hoofd administrateur Otto Luder Hemmij, dat met het frans particulier Schip le Mascarin , alhier van Buenos airos waaren aangebragt een parthij van circa [.....] ossehuijden, die zijn E: vermeende dat den Reeder van ‘t ged:e Schip, zijnde Mons:r Joseph Amat, wel geneegen zoude weesen, tot dusdanige modicque prijs van d’ E: Comp:n af te Staan, dat daar op nog een goed advans voor deselve zoude te behaalen zijn; waar op gereflecteerd Sijnde, dat volgens de jongste Amsterdamse prijs-Courant, de gemeenste Soort huijden van Buenos airos , tegens 6 Stf:s p:r lb zijn verkogt, dierhalven goed gedagt is, ged:e Heer Hoofdadministrateur te qualificeeren, om bij aldien men de voorsz: huijden tegens 3 Stf:s ‘t lb soude kunnen bekoomen, deselve als dan tot die prijs voor d’ E: Comp:n van ged:e S:r Amat in te koopen.

Sijnde voorts bij overweeging, dat men thans genoegsaam van Contanten voorsien weesende, uijt dien hoofde gevoeglijk kunnen werden gemist, zodanige vier kisten met 22556 13/36 p:s Zilvere Ducatons, als p:r ‘t aanwesend Schip de Bartha Petronella , ten behoeve deeses Gouvernements Sijn aangebragt, voor ‘S Comp:s meesten dienst noodig geoordeeld en dien Conform beslooten, deselve met ged:tn Bodem ter dispositie van haar Hoog Edelens de Heeren der hooge Indiasche Regeering , na Batavia te versenden.

En vermits den herwaards gerelegeerden inlands burger Christoffel krijgh, den tijd zijnes bannissements alhier heeft uijtgediend; zoo is, op zijn hier om gedaan Supplicq verstaan, denselven met ‘t voorwaarts gemelde Schip de Bartha Petronella na opged:e Indiasche hoofdplaatse te laaten terug keeren.

Wijders geliefde den Heere Gouverneur te kennen te geeven, dat wanneer zijn Edele van desselfs onlangs gedaan Landreijsje, wederom, en wel op den 28: der jongst voorl: maand, ter deeser Plaatse was gereverteerd, den Heer Secunde Otto Luder Hemmij, bij het doen van verslag, nopens het geene ‘er geduurende het afzijn van hem Heere Gouverneur was voorgevallen, zijn Edele meede berigt gedaan had, dat door den Landdrost van Stellenbosch en Drakensteijn Marthinus Adrianus Bergh, aan hem Heer Secunde was gerapporteert, dat op den [.....] der geciteerde jongst verweekene maand, sig te Stellenbosch voorm: bij hem hadden vervoegd, d’ oud Heemraden Johannes Albertus Meijburg en Jacob de Villiers neevens den Lieutenant en Cornet der Landmilitie aldaar, Hendrik Oostwald Laubscher en Diederik Jacob Bleumer, te kennen geevende, dat zij zoo voor hun, als een groot getal andere wijngaardeniers van intentie waaren, zig tot hem Heere Gouverneur t’ addresseeren, ten eijnde te versoeken, dat het voortaan aan geen wijngaardenier meer mogte werden gepermitteerd, aanneemer ofte Pagter der generale Pagt van de Caabse wijn te mogen zijn, dewijl sulx tot merkelijke prejudicie der andere wijngaardeniers was Streckende, en wel principaal, wanneer de voorsz: generaalen wijnpagt quam te vallen in handen van den tegenwoordigen Pagter Marten Melk, geConsidereerd denselven van zijne [.....] plaatsen, thans bereets zoo veel wijn quam te perssen, dat reets nu in dit en ‘t gepasseerde Jaar, niets van d’ Ingeseetenen hadde ingekogt, en door het steeds aanplanten van nog meerder wijnstocken, ook in ‘t vervolg geen wijnen van de wijngaardeniers zoude behoeven in te koopen:

dat hij Landdrost, zonder ten deesen opzigte met voorsz: Persoonen in eenig detail te zijn getreeden, hun egter onder ‘t ooge hadde gebragt, dat zijl: wel Souden doen, om met deese hunlieder beswaarnisse te wagten, tot dat hij Heere gouverneur weederom aan de Caab: gelijk binnen weijnige dagen Stond te geschieden: /zoude gereverteerd Sijn; dog dat gem Meijburg C: S: hem hier op hadden geantwoord, Sulx ook van meeninge te zijn, dan dat zijl: geinformeerd weesende, dat bovengem: Melk zijne wijnen met kragt Caabwaards Stond op te rijden, zij dierhalven versogten, dat dit mogte werden gestaakt, ter tijd toe zijl: Sig met hun te doen versoek aan hem Heere Gouverneur hadde geaddresseerd:

dat hij Landdrost sonder zig ook nopens de billijk- of onbillijkheijd van dit tweede versoek van gedagte Persoonen, aan hun te hebben uijtgelaaten, deselve alleen hadde gerepliceerd, dat dewijl dog volgens gewoonte met het laatst der ged:e maand aan Cabo moeste zijn, daar van inmiddels verslag aan den Heer Secunde te Sullen doen, gelijk Sulx dan ook in diervoegen door denselven was gedaan: terwijl zijn E:, als oordeelende dat aan gem: generalen Pagter het aanvoeren zijner wijnen niet konde werden belet, Sonder denselven omtrent zijne tapperijen merkelijk te benadeelen, oversulx daar in niets hadde gedaan, en denselven dus met het oprijden zijner wijnen onverhinderd was geContinueerd:

dat deese zaak invoegen voorsz: door opgem: E: Secunde aan hem Heere gouverneur ter kennisse gebragt wesende, de meerm: persoonen van Johannes Albertus Meijburg, Jacob de Villiers, en Hendrik Oostwald Laubscher mitsg:s den geweesenen adjudant der Dragonders aan Stellenbosch , Hendrik Louw, vervolgens op den [ ....] deeser bij zijn Edele waaren verscheenen, versoek doende, dat tot proventie van het daar in voor alle de wijngaardeniers in ‘t generaal resideerend nadeel tot het aanneemen der generale pagt der Caabse wijnen, voortaan geen wijngaardeniers mogten werden geadmitteerd:

dat zijn Edele, naar aanged:e versoekers aanvankelijk desselfs verwonderinge te hebben betuijgd, dat zijl: met dit hun versoek sig niet aan hem Heere Gouverneur, voor desselfs vertrek van de Caab hadden geaddresseerd, henl: verders hadde voorgehouden, hoe Seer zijn Edele ten opzigte van hunl: versoek Selve was gesurpreneerd, nademaal men ten tijde dat de wijnen nu [ .....] a [.....] Jaaren geleeden, dermaten laag in Prijs waren gedaald, dat deselve tegens 14:, 12: ja! 10 Rijxd:s p:r Legger was verkogt, van de thans door hun voortgebragte beswaarnissen niets hadde vernomen, en zij nu daar meede voor den dag quamen, in een tijd, dat de wijnen tot omtrent 30: Rijxd:s p:r Legger in prijs gesteegen was:

dat zij versoekers in allen gevalle hadde behooren t’ overweegen, dat zij met versoeken van die natuur, haar hadden behooren t’ addresseeren, voor dat de generale wijnpagt, publiquelijk was aanbesteed, op dat ingevalle men deselve billijk of gefundeerd gevonden had, als dan daar omtrent zodanige besluijten hadde kunnen neemen, als men tot het algemeen welzijn zoude hebben dienstig geagt:

dat zij op dit een en ander, hun door zijn Edele voorgehouden, niets anders hadden weeten in te brengen, als dat zij dit hun versoek ten principale hadden gemeend te moeten doen, ten eijnde daar door voor te koomen, het nadeel, dat de wijngaardeniers in ‘t generaal bij vervolg van tijd zouden komen te lijden, wanneer de generaale wijnpagt door een wijngaardenier wierde aangenomen: terwijl Jacob de Villiers quam te versoeken, dat ten deesen eijnde door haarl: Request aan de Regeering mogte werden gepresenteerd:

dat zijn Edele haarl: hier op weederom hadde voorgehouden, dat in gevalle volgens hunl: Sustenue, tot de generale pagt der wijnen, geen wijngaardeniers behoorden te werden toegelaaten, hier uijt dan ook zoude moeten volgen, dat de Leverantie van ‘t versch vleesch en Leevend’ vee, dan ook niet aan hem Mijburg als een der principaalste vee bezittende Ingeseetenen, die zig meede alimmer meer en meer op het aanfocken daar van quam toe te leggen, had behooren aanbesteed te zijn:

dat hoe zeer zijn Edele ook met reeden was g’ indigneerd geweest, dat voorsz: Jacob de Villiers, die nu [.....] Jaaren geleeden, wanneer d ‘E: Comp:ne Sig in verleegendheijd omtrent de benodigde wijnen quam te bevinden, hem daar omtrent niet alleen boven andere weijgerig betoond, maar Selfs ook vrij arrogant hadde gedragen, nu weederom die geene quam te zijn, die meer dan d’ andere versoekers, op het inleeveren van een Request quam t’ insteeren; haarl: egter hadde toegestaan, omme des geraden vindende, een versoekschrift aan deese Regeering te presenteeren, dog dat zijn Edele teffens niet had kunnen afzijn, haarl: ten dien belange onder ‘t ooge te brengen: dat dewijl het versoek dat zij voorneemens waaren daar bij te doen, waarschijnelijk seer tot præjuditie der Pagten, zijnde een der principaalste Revenuën deeses Gouvernements, zoude Strecken, en het belang der E: Comp:e dus hiermeede grootelijx gemeleerd zijnde, men dienvolgens hier in niets zoude kunnen doen, maar de zaak breedvoerig aan de Heeren Meesteren detailleeren, in welk geval zijn Edele hun versoekers ter Selfs beoordeelinge overliet, hoe ongevallig dit haar Edele Hoog Agtb: niet Soude moeten te vooren koomen, daar hoogst deselve d’ Efficacieuste blijken van derselver allergunstigste attentie, om deese Colonie meer en meer te doen floreeren, quamen te geeven: het welk zijl: wel allesints hadden geavoueerd, Sonder zig egter te declareeren, wat verders van intentie waaren in desen te doen: weshalven hij Heere gouverneur als nu in overweeging gaf, hoedanig in deese zaak te handelen; waar op goed gedagt is, om deesen aangaande bij een volgende bijeenkomst nader te delibereeren, en als dan hier op een formeel besluijt te neemen.

Voorts is geleesen Seekere Missive door den Landdrost en Heemraden van Swellendam , Sul dato 25 Octbr: pass:o aan deesen Raade geschreeven, waar bij deselve onder anderen koomen te berigten: hoe Seedert eenigen tijd was ontwaard, dat Sommige drossende Slaven zig voor bastaard Hottentotten uijtgeevende, op dat prætext, in Steede van ingevolge de daar omtrent g’ Emaneerde Placcaten aangehouden, en ter behoorlijke plaatse opgebragt te werden ter Contrarie vrij doorgingen, mitsg:s tot merkelijk nadeel en ongerief van de Leijfheeren dus daniger Slaven, even gelijk voorsz: bastaards, bij deese en geene Landlieden in dienst quamen te treeden, met bij voeginge haarer Consideratiën, hoedanig en op wat wijze zijl: vermeijnen, dat dit quaad niet alleen, maar ook het geduurig wegloopen der bij voorsz: buijtenlieden werkelijk in huur zijnde bastaard hottentotten uijt hunnen dienst, en de buijtenspoorigheeden die door dat Soort van volk wierden gepleegd, zouden kunnen werden geweerd en teegengegaan: waar over gedelibereerd weesende is best geoordeeld, de dispositie op het een en ander, almeede tot nadere geleegendheijd uijt te Stellen.

Waar na ook geresumeerd zijnde, d’ ingediende nominatiën van kerkenrade zoo hier aan Cabo als in de buijten districten, is goed gevonden de gedane Electie van Ouderlingen t’ approbeeren, en verders uijt het dubbeld genomineerd getal, tot Diaconen te verkiesen, de volgende Persoonen, te weeten.

in de kerk hier aan Cabo.

Johannes van Echten tot ouderling, in plaatse van den afgaanden Petrus Ludovicus le Sueur. Casparus van Eerten, en Adam Gabriel Muller tot Diaconen voor de uijtgediende Hendrik Pieter Moller en Johannes Smuts.

in de Stellenbosche kerk.

Johannes Albertus Meijburg, tot ouderling, in Steede van Jacobus Conterman en Johannes Casparus Groenewald tot Diacon, in plaatse van Albert Johannes Meijburg.

in de kerk van Drakensteijn .

Wentzel Christoffel Coetzer tot ouderling, voor den afte treedenen Jacob Marais. Stephanus du Toit Pietersz:, en Pieter de Villiers tot Diaconen, in Steede van Jeremias Coetser en Isaac Nel.

in de kerk in ‘t Land van Waveren .

Jacobus de Wet, tot ouderling in plaatse van Gerrit Hendrik Meijer, en Jacobus Hugot tot Diacon, voor den afgaanden Jan Gijsbert Olivier.

In de Swartlandse kerk.

Hugo Lambregts tot ouderling, en Christoffel Lombaard tot Diacon, den Eersten in plaatse van Hendrik van de Westhuijsen en den anderen voor Matthijs Michielse Basson.

Sullende voorsz: kerkenraaden wijders werden aan geschreeven, dat ‘er deesen jaare geen Commissaris politicq naar de buijten districten Staat af te gaan, en dat zij hier om Sullen moet bezorgen, dat de kerkelijke Reecq:ge haarer arme penn: bij tijds in gereedheijd gebragt en herwaards werden overgezonden.

En zijn uijt de in dubbelen getale genomineerde personen, om na Gebruijk in de onderstaande Collegien dienst te doen, verkooren, als:

Tot Burgerraden

Jacobus Alexander la Febre en Christiaan George Maasdorp in Steede van de uijtgediende Petrus Johannes de Wit en Michiel van Breda.

Tot Weesmeesteren.

Jan Adriaan van Schoor, Michiel van Breda, en Adam Gabriël Muller, in plaatse van de afgaande Christoffel Brand, Jacobus van der Spuij en Hendrik le Sueur.

Tot Commissarissen van Civiele en huwelijx Zaaken.

Christiaan Liebrecht kloege en Willem Hurter ter plaatsvullinge van d’ afte treedene Johannes Steijn en Christiaan George Maasdorp.

Tot Heemraden van Stellenbosch en Drakensteijn .

Adriaan van Brakel Jan de Villiers Jan Pietersz: Paul Roux en Wentzel Christoffel Coetzer, insteede van Jan Bernhard Hofman, Pieter Gerhard Wium, Jan Blignault en Andries Brink Junior.

Tot Heemraden van Swellendam .

Danïel du Plessis en Lourens de Jager de Jonge in plaatse van de uijtgediende Hermanus Steijn d’ oude en Lourens de Jager.

Laatstelijk sijn aan de onderstaande Landbouwers, op derselver diesweegens in Scriptis gedaan versoek, de volgende Landerijen voor den tijd van Vijfthien jaaren ende Sulx voor vier Schellingen ijder morgen Jaarlijx in Erfpagt verleend, als.

aan Josua Joubert, een Stuk bouwland bij desselfs plaats gen:t de reeboks Cloof aan de wagenmakers valleij onder ‘t district van Drakensteijn , groot 11 morgen 402 quadraat roeden, en

Jan Lategaan een dito Stuk, ter groote van 4: morgen en 300 qua:t roeden, zijnde almeede geleegen onder ‘t voorsz: District agter de groene Berg bij zijn oude Land en plaats het Doolhoff genaamd.

Aldus Geresolveerd, ende Gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff.

C. 152, pp. 404-412.

Dingsdag den {17741213} 13 December 1774.

‘S voormiddags alle present.

Den door haar Wel Edele Hoog Agtb: de Heeren Majores in ‘t Patria tot Independent Fiscaal deeses Gouvernements aangestelden M:r Willem Cornelis Boers, met het aanweesend’ Schip de Herstelder , behouden alhier zijnde koomen aan te landen, heeft zijn E:, na dat de resp:e Eeden zoo tot desselfs voorsz: ampt staande, als die van Lidt van Politie en Justitie, behoorlijk hadde gepresteerd, op heeden Sessie aan deese Tafel genoomen.

Waarna op de gedane voordragte van den Edelen Heere Gouverneur goedgevonden en de beslooten is, het presidie der weesCamer alhier, aan opgem: Heer Independent FisCaal Boers, op te dragen: Terwijl zijn E: teffens als Capitain over de Comp:ne Pennisten aangesteld weesende, is wijders ook goedgedagt, omme meerm: Heer Boers, als zijnde van de gereformeerde Religie, tot Commissaris politicq te verkiesen en aan te Stellen

En vermits d’ Edele Heeren Bewindhebberen ter Camer Delft, ons bij der selver seer geagte Missive de dato 20: Julij deeses Jaars, dewelke met het voorwaarts geciteerde Schip de Herstelder alhier is aangebragt, hebben gelieven aan te Schrijven, dat haar Edele Agtb: evengem: bodem, ingevolge de qualificatie der hoog Edele Heeren Seeventhienen, herwaards hadden gezonden, omme met granen en andere Producten deeses Lands belaaden, wederom aan gem: Camer geConsigneerd, te werden terug gezonden, is dierhalven verstaan, het meerm: Schip de Helstelder Conform het geordonneerde van welgem: Heeren Bewindhebberen, met de aan handen zijnde Tarwe en verdere Producten te doen afladen en vervolgens ten Spoedigsten naar ‘t Vaderland te laaten retourneeren; Terwijl van het als nog in voorraad zijnde, mitsg:s van de franssen ingekogte Swart Mauritius Ebbenhout, in dien bodem ook zoo veel zal werden afgescheept, als denselven bequamelijk tot onderlaag ofte garneering zal kunnen inneemen.

Maar nademaal hoogst ged:te Heeren Bewindhebberen, aan ons hebben koomen over te laaten, omme het ged:te Schip de Herstelder , voor de thuijs reijze te doen bemannen, met of uijt de zodanige der daarmeede uijtgekoomende Scheeps officieren en verdere Equipagie, als wij daar toe noodig zouden oordeelen; Zoo is, ten eijnde hier omtrent aan derselver Intentie des te beeter te kunnen voldoen goedgevonden, den Equipagiemeester deeses Gouvernements Damien Hugo Staring te injungeeren, omme met ende benevens andere Zeekundige, behoorlijk te overleggen, en deesen Raade vervolgens te dienen van berigt, met hoeveel Coppen Zoo officieren als gemeene, het dikwerf gerepte Schip de Herstelder , gevoegelijk van hier zal kunnen vertrecken.

Sijnde voorts met attentie gerevideert, de negotie Boeken deeses gouvernements van ‘t jongst gepasseerde Boekjaar 1773/74, nevens ‘t rapport door de tot derselver Examinatie gecommitteerd geweest zijnde Leeden deeses Raads, d’ E E:s Pieter Hacker en Dirk Westerhoff, verleend; waar uijt dan is koomen te blijken, dat in deselve Boeken, niet alleen alle posten van ongelden en andere afschrijvingen met de daar van verleende ordonnantiën koomen t’ accordeeren, maar ook, dat buijten dien geen afschrijvingen Zijn gedaan geworden; Terwijl bij het meede ingediend Rapport van d’ E E: Pieter Hacker en Adriaan van Schoor, als Examinateurs der zoldij Boeken, is aangetoond, dat gem: Boeken in de vereijschte forme, navolgens d’ ordres der E: Comp:n gehouden, d’ afbetalingen der Dienaren na behooren uijtgereijkt, mitsg:s de belastingen daar van bij de negotie Boeken indiervoegen afgeschreeven zijn, als bij ‘t voorsz: Rapport specificq Staat ter neerder gesteld, en zoo meede, dat de Boedel Reecq:gn van ‘S E: Comp:s afgestorvene dienaaren, welkers nalatenschappen, zoo wel als de opgespoelde goederen der onbekende persoonen, die met ‘t alhier gebleevene Schip de Jonge Thomas zijn omgekoomen, door den E: zoldij Boekhouder als Curator ad Lites geadministreerd en verkogt zijn, meede na behooren ondersogt weesende, bevonden is dat alle deselve nalatenschappen en goederen behoorlijk geinventariseerd zijn, en dat de vendu Boeken met d’ origineele memoriën der gehoudende vendutiën, en deese weederom met d’ Inventarissen accordeeren; en eijndelijk, dat het Provenue der nalatenschappen, zoo wel als het Rendement der goederen van de onbekende verongelukte peroonen, te Samen ten bedragen van Rijxd:s 1951:6:- ofte ƒ4682:14:- hollands, door voorm: E: Curator ad Lites onder Ult:mo augustus pass:o in ‘S E: Comp:s Cassa alhier geteld zijnde, dus met alles Conform d’ ordres van haar hoog Edelens de Heeren der hooge Indiasche Regeering is gehandelt: Weshalven verstaan is, dat de meerm: Negotie en zoldij- Boeken volgens gebruijk, zoo na ‘t Vaderland als na Batavia, en de hier voren geciteerde rapporten nopens d’ examinatie derselve, bovensdien aan welgem: Heeren der hooge Indiasche Regeering zullen werden gesuppediteerd.

Aldus geresolveerd ende gearresteerd, In’t Casteel de goede Hoop, Ten Daage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] Otto Lud:r Hemmij

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D Westerhoff.

[Signed:] Mij present

[Signed:] T: C: Rönnenkamp E: g: Clerq.