Skip to content

C156 v1.20

C. 156, pp. 2-49.

Marginalias d’ A:o 1778.

1778: 15: Jann:ij

De Missive van de Heeren der Hooge Indiasche Regeering, de dato 29: 8bre des voorl: Jaars ter afzonderlijke Lecture bij de Heeren Leeden te laten rond gaan.

aanstellinge van nieuwe Weesmeesteren in steede der afgaande.

1778: 20: Jann:ij

Ingekomen berigt nopens de Sterke Suspiciën eener verregaande Sluijkhandel op d’ Overheeden van ‘t Schip de Mercuur .

wat dienaangaande aan den Heer Independent Fiscaal is gedemandeerd.

te doene rescriptie op’t bovengem: geagt aanschrijvens van de Heeren der Hoge Indiasche Regeering tot Batavia.

hoedanig het eijgentlijk geleegen is met de bezijden vermelde van d’ uijtkomende Scheepen hier verbleevene Manschappen.

en de geene die in minderen getale naar Batavia verzonden zijn.

het generaal getal der Dienaren, in dit Gouvernement eerst op 1156 Coppen gesteld geweest zijnde.

heeft men het selve naderhand, zoo op de dieswegens bekomene qualificatie als alhier genomene Resolutiën tot 1306 Coppen moeten augmenteeren.

redeneering over het getal van 1981 Coppen die onder ult:o Junij 1776 alhier in weezen waaren.

van denwelke de bezijdengem: afgetrocken zijnde.

Consteerd als dan, dat ‘er geen naamwaardig getal, boven de effectivelijk voor dit Gouvernements bepaalde Manschappen zijn aangehouden.

Sullende egter ten eijnde haar Hoog Edelens in’t præsente buijten gewoone volks gebrek, van onze zijde zoo veel mogelijk te [.....]

de aan het nieuwe Hospitaal dienst doende Europeese Handlangers &:a daarvan afgenomen en naar Batavia gezonden.

en in dies Steede om de ter zijden vermelde Motiven, Slaven van particulieren werden gehuurd.

Sijnde Sedert den aanleg van het voorsz: Hospitaal, nooijt meer dan een Metzelaar en Twee Timmerlieden herwaards gezonden

bij arrivement der Vaartuijgen voor dit Gouvernement, zal den staat van der selver aangebragte Manschappen Successivelijk berigt.

en d’ Equipagie der uijt komende Scheepen conform het geordonneerde gesuppleerd

mitsg:s de gevorderde Lijst en Specificatie

Item de gerequireerde Monster rolle aan Haar Wel Edele Groot Agtb:s werden gesuppediteerd.

Wat aan welgem: Haar Hoog Edelens bij herhaling wegens het nieuwe Hospitaal, onder het oog zal werden gebragt

met berigt dat de Tweede Voor-Vleugel in’t korte meede ten eenemaal voltooijd zal zijn.

en hoe veel de kosten van het meermelde Hospitaal, onder ult:mo Aug:s d’ A:o pass:o hebben bedragen.

Den Heere Gouverneur zig aan de vordering van’t ged:e werk, steeds ten hoogsten hebbende laten geleegen zijn

Zal desselfs Leetweezen wegens haar Edele Agtb:en contrarie opinie daaromtrent werden betuijgd.

te doene dank zegging voor de te rug zending der bezijden verm: heele aamsbanden

Zullende aan d’ uijtkomende en naar Bengalen gedestineerde Scheepen, de herwaards gezondene Extracten behoorlijk afgegeeven.

en het geordonneerde nopens het ligten van Zeijlen uijt de Vaderlandsche Scheepen pligtschuldig nagekomen.

mitsgaders de door Haar Hoog Edelens gevorderde Lijst der ter deezer Plaatse in weezen zijnde ballingen overgezonden werden.

vermits den tijd waarvoor Sommige Landerijen in Erfpagt zijn uijtgegeeven, bereijds verscheenen is, of in’t korte staat t’ expireeren

Zullen dies huurders des verzoekende, wederom voor Vijfthien Jaaren in de Possessie derselver gelaten werden.

Lecture eener Missive van Kerkenraade aan Drakensteijn .

wat men daarop, nopens het ontslag van den Verkorenen Diacon Hauptfleisch in antwoord zal laaten afgaan.

aanstelling van een ander Diacon voor gem: Hauptfleisch

Ingediend Request van Weesmeesteren deeze Steede, betreffende het betaalen der Zoldijen van afgestorvene S E: Comp:s Dienaaren.

het welk in Copia Authenticq aan de Heeren Majores in ‘t Patria zal werden overgezonden.

de gepræsenteerde Soldij procuratien ter onderzoek in handen van den Heer Independent Fiscaal gesteld.

Verleende permissie aan den Schipper van’t retour Schip de Jonge Hellingman , om met Stilstand van gagie alhier over te blijven.

Weshalven het Commando van dien Bodem aan den Gezaghebber van de Fluijt de Hoop is opgedragen.

Wat verders aan dees’ en geene Persoonen is geaccordeerd.

Op het dientwegen bij Request gedaan verzoek, door den Burger Albert Jooste.

zal tot overkomste van desselfs Huijsvrouw en Twee kinderen, aan de Heeren Majores favorable voordragte werden gedaan.

uijtgave van een Stukje Huijs Erfs en Thuijnland aan den Burger Christiaan Godlieb Barts

Gepræsenteerd verzoek-Schrift van den Burger Johannes Nicolaas Colijn.

aan wien van desselfs Plaats een nieuwe Erfgrondbrief zal werden verleend.

den Bootsman Ernst Cassendijk, mits hogen ouderdom gegageerd

Consideratien, waarom de gedaane Emancipatie van zeekeren bezijden verm: Slaven Jonge geapprobeerd.

en de selven zo van het stellen der gewone Borgtogte, als van de betalinge der gestatueerde 50 Rijxd:s ten behoeve der Diaconij, is g’ excuseerd.

1778: 24: Jann:ij

gedaan verzoek van den Heer Engelsch Commandeur Hughes, dat aan neevensgem: twee Persoonen, met het Schip de Jonge Hellingman , Passagie mogte verleend.

en aan dezelve teffens gepermitteerd werden, in’t Canaal op een Engelsch Schip of ander Vaartuijg over te gaan.

Welk een en ander onder zeekere Conditien is geaccordeerd.

hoedanige Schriftelijke ordre dien aangaande aan d’ Overheeden van voorsz: Bodem de Jonge Hellingman zal werden meede gegeeven.

hoe veel gedagte Overheeden wegens de aangebragte Aracq te vergoeden.

Verleende permissie aan de Weed:we Frankena, om onder betalinge, eene Slavinne naar Nederland overte voeren.

Sijnde daarentegen aan M:r Jan Wichers Jansz geaccordeerd, om uijt hoofde der Indispositie zijner Huijsvrouw enigen tijd ter deezer Plaatse over te blijven.

  1. 2: Febr:ij

deliberatiën over den inhoud eener Secreete Missive, door de Heeren der Hoge Indiasche Regeering aan deezen Rade gerigt.

en der middelen, om haar Hoog Edelens in het præsente groot gebrek aan Militairen, met een renfort uijt dit Guarnisoen te hulp te komen.

Zullende men de naar Nederland verloste persoonen, tot het aangaan van een nieuw verband tragten t’ engageeren.

en aan dezelve boven de gewoone verhoging van bezolding, een præmie van drie maanden Gagie, in Contanten gelde doen betaalen.

Terwijl van de bij een te brengene militairen op het ter Rheede leggend’ Schip Mentor , boven desselfs Equipagie, niet wel enig meerder Volk geplaatst

en d’ afzending derselve met de bezijdengem: nog verwagt werdende Scheepen, meede niet zo Spoedig als vereijscht werd, kan geschieden.

Is dierhalven best gedagt, het Fluijt Schip de Hoop tot Transport der gem: Militairen t’ Emploijeeren.

omtrent welkers afzendinge een nader besluijt zal werden genomen.

  1. 3: Febr:ij

Gecommuniceerde door den Heere Gouverneur dat uijt de Manschappen van diversse Posten 100: Soldaaten voor Batavia waaren bij een gebragt.

dog dat daar en tegen van het verloste volk, niet meer dan Ses, tot het aangaan van een nieuw verband hadden kunnen werden gedisponeerd.

Weshalven men om het bepaalde renfort voor ged:e Indiase Hoofdplaatse te completeeren, de nevens gem: Militairen uijt het Guarnisoen alhier daarbij zal voegen.

Zijnde den Sergeant Johan Carel Muller, ten eijnde het Commando over het voorsz: Corps te voeren, tot Vaandrig bevorderd.

en dewijl het gerequireerd getal mattroosen tot d’ Equipagie van de Fluijt de Hoop reets bij een is gebragt.

Zal gedagten kiel dierhalven, na dat van de benodigde provisien zal zijn voorzien.

Vervolgens met voorsz: Militairen naar Batavia moeten vertrecken.

Wat nopens de te rug zendinge van ged: Fluijt aan de Heeren der Hooge Indiasche Regeering zal werden verzogt.

Resumptie van de Reekeningen der Armen Penningen der hier te Lande zijnde Vijf Kerken.

dewelke à usu naar’t Vaderland zullen werden verzonden.

Geproduceerde Memorie, nopens de uijt leevering van d’ aracq met de daarbij vermelde Scheepen van Batavia ontfangen.

hoedanig de Scheeps overheeden te crediteeren.

en daar en tegen te belasten.

Den Commandeur der Retour-Vloot d’ E: Jan Abel op’t Schip de Vrijheijd Zijnde komen te Overlijden.

Is het Commando van dien Bodem aan dies opperstuurman opgedragen.

en in desselfs Plaatse een ander opperstuurman aangesteld.

Reedenen, waarom aan de Persoonen hier bezijdengemeld, is toegestaan derselver gepermitteerde kisten alhier te laten branden.

den Burger Rediger, zal, mits betaalende, mogen repatrieeren

Tot de herwaards Overkomste der Dogter van den nevensgemelden Burger zal aan de Heeren Majores, favorabel werden geschreeven.

  1. 24: Febr:ij

Memorie door den E: p:l Hoofd Administrateur geproduceerd.

op wat wijze de Scheeps-Overheeden voor de meerder uijtgeleeverde Aracq te crediteeren.

resumptie van de reekening der Weesgelden onder den laatsten December des gepasseerden Jaars.

Op’t ingediend’ Schriftuur van den Heer Independent Fiscaal

Is verstaan den Quartiermeester Dirk Dosijn in goede verzeekeringe naar ‘t Vaderland op te zenden

Lecture van een Tweede Schriftuur door opged:e Heer Fiscaal overgeleeverd

hoedanig met de daarbij vermelde persoonen te handelen

Schriftelijk berigte van meerm: Heer Independent Fiscaal, betreffende den Sluijkhandel waarmeede d’ overheeden van’t Schip de Mercuur zijn beschuldigt geweest.

waarvan aan d’ Edele Heeren Bewindhebberen ter præsidiale Camer Amsterdam, ampel verslag zal werden gedaan.

aan dewelke ook zal werden gesuppediteerd, het Rapport, of en in hoe verre d’ overheeden van nevensgemelden Bodem aan d’ Ordres ter Conservatie van ‘S Volks gezondheijd gesteld, hebben voldaan.

wat Haar Edele Groot Agtb:s dien aangaande verders zal werden ter kennisse gebragt.

Vermits de gagie van geciteerden Heer Independent Fiscaal, bij de Monsterrolle van’t Schip, waarmeede uijtgekomen is, op ƒ80:- is bekend gesteld.

Terwijl alle desselfs Prædecesseurs ƒ100:- ter maand hebben genoten.

Zullen de Heeren Majores dierhalven ootmoedig werden verzogt, dat het zelve Tractement aan zijn Ed: toegevoegd, en het minder genotene aan denselven mag vergoed werden.

Te rug komst van het ter in handeling van Slaven naar ‘t Eijland Zanzibar afgezonden geweest zijnde Freguat Scheepje Jagtrust .

Zijnde op deezen Togt in’t geheel 328 Slaaven ingeruild.

en daarvan 78 Stux op de reijze overleeden.

Reedenen waarom men genoodzaakt sal zijn voorsz: handel nog enigen tijd aan te houden.

moetende den inkoop van Slaaven volstrekt met Mexicaanen geschieden

Weshalven daartoe de nevensgem: quantiteijt uijt ‘t Patria zal werden gepetitioneerd.

gepræsenteerde Request door den Gezaghebber van ‘t voorsz: Freguat Jagt-rust Cornelis Andriessen.

Zullende het daarbij gedaan Supplicq, om tot Schipper te werden bevorderd aan de Heeren Majores gunstig werden voorgedragen.

Vermits het overlijden van den Schipper op’t Schip Mars .

Is het Commando dier kiel aan desselfs Opperstuurman opgedragen

Welke verdere Advancementen daarop nog zijn gedaan.

Verleende permissie aan den Heer oud Gouverneur van Malacca Jan Crans tot den overvoer eener Slavinne naar Nederland.

Werwaards den Molenaar Hendrik Herbst, desselfs zoon ook zal mogen laten vertrecken.

Op het dientwegen gedaan verzoek door den Persoon van Johan Nathanaël Streeck

Is aan denselven toegestaan, zijne reijze met mede neeminge van desselfs geadopteerde Dogtertje p:r ‘t Schip de Mercuur naar ‘t Vaderland te vervorderen.

  1. 20 Maart

Ontfangst van het g’ Eerde aanschrijvens der Hoog Edele Heeren Zeventhienen, de dato 17 Octob:r des voorl Jaars.

Waar uijt gebleeken zijnde de aanstelling van den Heer Pieter Hacker tot Secunde deezes Gouvernements

Is zijn E: dierhalven, volgens d’ ordre tot Præsident des Raads van Justitie benoemd.

Zijnde de besoigne nopens de rescriptie op voorsz: Missive, tot nadere geleengendheijd uijtgesteld.

beraamden tijd tot het opneemen der Burger Effecten.

Geaccordeerde aan M:r Jan Wicherts Jansz:, om met desselfs Huijsvrouw p:r Ouwerkerk te repatrieeren

  1. 24: Maart

Te doene rescriptie op het zeer geagt aanschrijvens der hoog Edele Heeren Seventhienen van 10: Octob:r pass:o

Het genoegen, dat Hoogst de zelve in onze Directie van Zaaken hebben gelieven te neemen, ons tot geen geringe Eere hebbende gestreckt.

Zullen wij oversulx niet afzijn ‘S E: Comp:s belangen met verdubbelde attentie te blijven behartigen.

en voorts ook niet manqueeren, om in de bezijden gem: gevallen, de gerequireerde Scheeps-Journaalen over te zenden

Terwijl door haar Edele Hoog Agtb:s van de Heeren der Hooge Indiasche Regeering gevorderd zijnde, derselver Consideratiën nopens het zenden van een Jaarlijks provisie Schip na herwaards.

men de vrijheijd zal neemen hoogst dezelve onder ‘t oog te brengen, de reedenen waarom Sulx niet wel kan werden g’excuseerd

en wat ons weerhouden heeft welgem: Heeren der Hooge Indiasche Regeering te verzoeken, om gelijk bevorens, wederom Twee provisie-Scheepen aan te leggen.

Weshalven welopgem: Heeren Majores zullen werden verzogt, de herwaards Zendinge dusdaniger Scheepen te willen doen afschaffen.

d’ ontstaane Ziektens en Sterfte op de Fluijt Noordbeek aan geen pligt verzuijm der Overheeden hebbende kunnen werden geattribueerd.

Zal men wijders wanneer onder de Provisien en dranken, voor de Zieken meede gegeeven, enige onbruijkbaar mogten werden bevonden, daarvan bij de brieven behoorlijke aanhalinge doen.

hoedanig met de Reconvalescenten, voor hun vertrek na Boord werd gehandeld.

werdende aan dezelve dagelijx op hun Middag- en Avond-Eeten, een portie wijn verstrekt

te doen berigt, dat de Tweede voorvleugel van het nieuwe Hospitaal genoegzaam in’t geheel is voltooijd

en met het optimmeren der Chirurgijns-Wooningen, mitsg:s het ophaalen der Poort en Ringmuur van ‘t geheele Werk staat te werden begonnen.

Sullende men behoorlijk Sorge dragen, om de benodigde Materialen, voor de Extructie van ‘t voorsz: Hospitaal aan handen te hebben.

Wat ten dien belange bereijds aan de Heeren der Hooge Indiasche Regeering is verzogt.

Te doen verzeekering aan Haar Edele Hoog Agtb:s dat omtrent de uijtleevering der aangebragte Goederen, alle vereijschte oplettendheijd werd gebruijkt.

Oorzaaken, waar door de min gewigten op het gesorteerde Ijzer werden gecauseerd.

hoeveel de Spillagie, bij ontfangst van het selve, komt te bedragen.

hoedanig het eijgentlijk met de Ledig opgegeevene Tonnetjes Swartsel is geleegen.

En door wat middel Sulx in’t vervolg zoude kunnen werden voorgekomen

Sullende het aangeschreevene, om aan de bezijden gem: Cameren, ijder een geeijkte Coorn-Maat, te zenden.

en het nader geordonneerde, nopens het trecken van Assignatiën Schuldpligtig werden geobserveerd.

Terwijl d’ opneem-rolle van d’ Effecten der Coloniers, voortaan niet meer overgezonden.

dog daar en tegen het generaal getal derselve, met hunne Effecten, van ijder District, afzonderlijk bij onze Brieven zal werden bekend gesteld.

Consideratiën op het gedaan vertoog door het Eerw: Classis van Amsterdam over de nuttigheijd eener gecombineerde Kerklijke Vergaderinge alhier.

Waarvan nogthans het tegendeel ten klaarsten zal werden aangetoond.

Gelijk meede, dat de disputen die onlangs aan Drakensteijn zijn gereesen in een dusdanige gecombineerde Vergadering, dog niet zouden hebben kunnen werden afgedaan.

waar inne de kosten die wegens de vernietigde gecombineerde Kerkelijke Vergadering voorheen zijn gevallen, voornamentlijk hebben bestaan.

verder aanmerkingen daaromtrent.

En reedenen, waarom de Heeren Majores ootmoedig Zullen werden verzogt, dat de gecombineerde Kerkelijke Vergadering mag blijven afgeschaft.

Het onderzoek betreffende d’ Overheeden van’t Schip de Mercuur volgens d’ ordres van d’ Edele Heeren Bewindhebberen der Præsidiale Camer Amsterdam, exactelijk gedaan Zijnde.

Zal men de vrijheijd neemen, zig aan het dientwegen geadviseerde aan wel gem: Heeren Bewindhebberen op’t Eerbiedgst te gedragen

Gelijk meede kennisse zal werden gegeeven, dat de nevens gem: van hier naar Spanjen gevlugte Persoonen, op ordre van Zijne Catholijke Majesteijt herwaards zijn te rug gezonden

Sullende men het verwagt werdende Hoeker-Schip Catwijk aan Rhijn bij een goeden Coorn-Ougst in het aanstaande voor-Jaar laaten retourneeren.

en inmiddels het finaal besluijt van Haar Edele Hoog Agtb: om in Cas als bezijden gem:, Caabse Wijnen op Vragt over te Zenden, blijven afwagten.

reedenen waarom wij ons volstrekt buijten staat hebben gevonden, om de Equipagien der na Ceijlon gedestineerde Scheepen alhier t’ augmenteeren.

Sullen de welopgem: Heeren Meesteren uijt Naam van den Heer Secunde Pieter Hacker, wegens deselfs bevordering tot dit Ampt, eerbiedig werden bedankt.

Gelijk meede voor de gunstige approbatie, nopens de gedaane aanstelling der nevensgem: Persoonen.

en insonderheijd, dat op onse voordragte aan de Cap:ns Warneck en de Lille, de Gagie van ƒ100: is toegevoegd.

Gelijk ook voor de verleende permissie om den Persoon van Pieter Diederik Boonacker, weder in een Militair emploij te stellen.

Den Coopman H:r Jacobus Johannes Le Suëur, in plaatse van opgem: Heer Secunde Hacker, tot Keldermeester aangesteld zijnde.

Is wijder in steede van denselven den ondercoopman en Adjunct fiscaal Jan Adriaan van Schoor tot Cassier bevorderd

Terwijl den Adsistent Timmer bij provisie tot het waarneemen van gem: dienst als Adjunct Fiscaal is benoemd

Zijnde aan den E: Coopman en Soldij Boekhouder Dirk Westerhoff, als nu de gagie van ƒ60:- ter maand toegevoegd

Consideratien, over den tegenwoordigen ongeluckigen toestand van gem: E: Westerhoff.

en daarop genomen besluijt, om denselve op zijn hierom gedaan verzoek, behoudens zijn gagie en Emolumenten uijt den dienst der E: Comp:ie te ontslaan.

Weshalven in Steede van meerm: E Westerhoff, den Soldij overdrager Van der Spuij tot Soldij Boekhouder.

en den Boekhouder van Echten in desselfs Plaats tot overdrager is aangesteld.

Verkiesing van den Equipagiemeester Staring tot Lidt deezer Vergadering.

Mitsgad:s van vier Leeden in den raad van Justitie.

Van dewelke den ondercoopman Kirsten, om de bezijden gem: motiven in gem: Raade voor als nog geen Sessie kunnende hebben.

Zal denselven egter, behoudens desselfs Rang en anciënniteijt als actueel Lidt, tot alle Justitieele Commissiën moeten vaceeren.

Geaccordeerde aan den Landdrost Daniël van Rijneveld, omme ter obtenue van de qualiteijt en gagie van ondercoopman aan de Heeren Seventhienen te requestreeren.

hoeveel d’ overheeden van nevensgem: Bodem, wegens d’ aangebragte Aracq te doen Vergoeden.

Ingediende Memorie door den Heer Hoofd Administrateur

En besluijt daarop.

Overgeleeverde Reekening wegens de verkogte Zeguls

dies bedragen in ‘S E: Comp:s Cassa te laaten overbrengen.

Oorzaaken, waarom men de alhier agter gelatene Boot van ‘t Retour Schip de Wackerheijd zal doen slopen.

Verleende permissie aan den ondercoopman Neethling, om desselfs Zoontje met het Retour Schip Bredenhoff naar Nederland over te zenden.

Werwaards den Burger Pieter Broeders nevens zijn Huijsvrouw en een Slavinne meede zal mogen vertrecken

Uijtgave van een Stukje Lands aan de weed:we van Adriaan Smuts.

aanstellinge van Twee BurgerConstapels.

Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch g’ injungeerd te dienen van berigt, nopens d’ insaam der alhier groeijende Wasch-Bossen, en de middelen tot voorkoming van derselver vernieling

  1. 31: Maart

op de hier zijnde penningen van den gerepatrieerden coopman Douglas arrest te doen leggen.

Geaccordeerde aan M:r Pieter van der Vorm, om met het Retour Schip Hoogcarspel naar Nederland te vertrecken.

benoemde Gecommitteerdens tot het Examineeren der Negotie- en Soldij-Boeken in steede der ter zijden gem:de

  1. 14: April

Ingediende Memorie, wegens d’ uijtleevering der Lading van’t provisie Schip de Behemoth .

hoedanig daar over is gedisponeerd.

Voor hoeveel de Soldij Reekeningen der opperhoofden te belasten.

Wat hun daarentegen te vergoeden.

Welke Marginaale aanteekeningen te doen stellen op het Rapport, nopens de dagelijkse verrigtingen in’t lossen en weder belaaden van gem: Bodem de Behemoth .

reedenen waarom best gedagt is, den Burger Johannes Slierbach wederom in dienst der E: Comp:ie te trecken.

bepaal den tijd tot het eijken der Ellen, maaten en Gewigten deezer Ingezeetenen.

  1. 28: April

Ingediend berigt van Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch op het van hun gevorderde, nopens de hier vallende wasch-bessen.

wat dienaangaande, bij Placcaat zal werden gestatueerd.

om welke motiven den oppermeester van’t Schip de Jonge Hugo naar Nederland te rug te zenden.

  1. 5 Maij.

Genomen besluijt, om de ter zijdengem: Ceijlonsse en Chinase Retour Scheepen van de benodigde provisien te doen voorzien.

Geaccordeerde aan den Schipper Michiel Hamelo, om p:r ‘t Retour Schip ‘T Loo te repatrieeren.

en bij vacature op dien bodem in Commando te treeden.

verleende permissie aan de weed:we Evert van Schoor, om haar Zoontje naar’t Vaderland over te Zenden.

als meede aan den Burger Johannes Kilian om te repatrieeren.

op het dientwegen in Scriptis gedaan verzoek door den Persoon van Daniël Hendrik Tonjus.

is aan denselven vergund zig als Burger alhier te mogen neder Zetten.

  1. 26: Maij

Den Heere Gouverneur besloten hebbende, ten fine als de zijden verm: een reijs naar de verre afgeleegene Districten te doen.

Is dierhalven verstaan, de beijde Landdrosten neevens Heem- en krijgs-raaden der buijten Colonien, het nodige hieromtrent te doen aanschrijven.

Sullende d’ Ingezeetenen der voorsz: buijten Districten voor deezen Jaare van de gewoone krijgs-Exercitiën werden g’ excuseerd.

den prov:l Adjunct Fiscaal Timmer gequalificeerd, om de Crimineele procedures voor den Landdrost van Swellendam waar te neemen.

den Baas Houtcapper Johannes Hofman gegageerd.

en aan den Landbouwer Jozeph Callinger een Stukje Lands in Eijgendom vergund.

Gepleegde brutaliteijten door den Corporaal Pieter Casper Broedersz

den welken hierom tot Soldaat gedegradeerd Sijnde, als Sodanig naar Batavia zal werden verzonden.

wat in zijnen opzigte aan de Heeren der Hoge Indiasche Regeering te verzoeken.

Wegens de aanstaande verpagting van ‘S Lands-gemeene middelen en Inkomsten, Billiëtten te doen affigeeren.

aanstellinge van den onderCoopman Cruijwagen tot Cassier, in Steede van den overl: van Schoor.

van een andere opziender over het Hout-maguazijn

Zijnde den E: Equipagiemeester Staring mits tijds Expiratie in gagie verhoogd.

Ingeleeverd Schriftuur door den Heer Secunde Pieter Hacker als Præsident des Raads van Justitie.

1778: 7 Julij:

Wat nopens het contracteeren van Trouw beloften door ‘S Comp:s Dienaaren, aan een ijgelijk bij affixie van Billiëtten, zal werden bekend gemaakt.

Uijtgave van een Stuk Bouw-land aan den Burger Johannes Winterbach.

1778: 18: Aug:s

reedenen, waarom de Caabse Burgerije dit Jaar van de gewoone Exercitie en Wapen Schouwinge meede zal zijn g’ excuseerd

bevestiging van den Adsistent Timmer in den dienst als Adjunct Fiscaal.

Twee Slaven Jongens van den Burger Tesselaar, en de Weed:we van de Westhuijsen, om de ter zijdengemelde motiven bij provisie op’t Robben Eijland te Confineeren.

op ‘t hierom gedaan verzoek door den Persoon van Pieter Diederik Boonacker

Is denselven uijt ‘S E: Comp:s dienst ontslagen, en met het burgerregt alhier begunstigd.

Uijtgave van een Stukje Huijs Erfs en Thuijnland in Eijgendom, aan den Burger Jan Christiaan Rode.

Item van een Stuk Bouwland in Erfpagt, aan den Landbouwer Cornelis Verweij.

Wegens de aanbesteeding van Versch Vleesch en Levendige Schaapen aan ‘S E: Comp:s Scheepen &:a billiëtten te doen affigeeren.

præsent door den Heere Gouverneur Embellissement der Raad-Zaal, gedaan.

  1. 31: Aug:s

Verpagting van ‘S Lands gemeene middelen en Inkomsten.

  1. 1 Septbr:

Geaccordeerde Bijtappers, aan de Pagters der Brandewijnen en Vaderlandsche dranken.

En Zoo meede van die der Caabse koele wijnen aan ‘t ronde bosje .

Vermits den Heere Gouverneur voorneemens is, de reijze naar de wijdst geleegene Districten op overmorgen te onderneemen.

Waartoe zijn Edele door de gezamentlijke Leeden des Raads eene voorspoedige en behouden reijze is toegewenscht.

Heeft hoogst denselven wijders, de waarneeming der huijsselijke en dagelijx voorvallende Zaaken alhier geduurende desselfs afweezen aan den Heer Secunde aanbevolen.

Lecture eener missive van den Landdrost tot Stellenbosch , betreffende het gestrande Engels Comp:s Schip The Colebrook .

Wat aan gem: Landdrost daarop zal werden aangeschreeven.

  1. 21: Septbr:

op het dieswegens bij Request gedaan Supplicq door de ter Zijden gemelde Persoonen.

Is aan dezelve gepermitteerd, het wrak van opgem: Engelssen Bodem, met dies toerusting &:a p:r publicque vendutie te mogen verkopen.

Geproduceerde Memorie door den Heer Hoofd Administrateur hoedanig daar over gedisponeerd is.

resumptie der reekening van den ontfangst en uijtgaaf der Zeguls.

welkers bedragen in ‘S Comp:s Cassa zal werden overgebragt.

  1. 29 Septbr:

geaccordeerde aan nevensgem: Persoon, om met een der aanweezende ‘S E: Comp:s Scheepen, naar Batavia te vertrecken.

Consideratiën, waarom den selven van de betaling der gewoone Transport en kost penningen is g’ Excuseerd.

  1. 5 Octob:r

Gedaane verplaatsing der Huijsvrouw van den op’t Schip Holland bescheijdenen Commandeur der Soldaaten en de reedenen van dien.

Vermits het Slegt gedrag van den ordonnantie ruijter Jurgen Riesch.

Is denselven tot Soldaat gedegradeerd om in diervoegen naar Batavia versonden te werden

  1. 16: Octob:r

Verzoek van zeekeren Franssen Carga om enigen tijd ter deezere Plaatse te mogen verblijven.

dat om de bezijdengem: reedenen van de hand geweezen is.

  1. 1: Decemb:r

den Edelen Heere Gouverneur van desselfs moeijelijke reijze naar de wijdst geleegene Districten gereverteerd, aan het Hoofd deezer Vergadering verscheenen

bedankt d’ E: E:s Leeden derselve, voor de goede Sorg, in’t waarneemen van ‘S E: Comp:s belangen geduurende zijn E: afweezen.

na het welke zijn Edele voorsz: raadsleeden nogmaals met desselfs geluckig volbragte voijagie respectuëuselijk is gecomplimenteerd.

Communicatie, nopens d’ ordres, door zijn Edele op alle voorgekomene Zaaken geduurende dien Togt gesteld.

hebbende d’ Ingezeetenen van het Cambdebo reets in den voorl: Jaare, derselver drukkende omstandigheen wegens de Considerable verheijd van dit District te kennen gegeeven.

en Sulx de novo gedaan, wanneer den Heer Gouverneur zig in’t ged:e District quam te bevinden

en wel Speciaal nopens d’ Inconveniënten, dat alle geschillen op Stellenbosch moesten werden afgedaan.

en Zijlieden haare Militaire Exercitiën ook daar ter plaatse verrigten.

met verzoek, dat ‘er in het selve Cambdebos District, een Landdrost mogt werden geplaatst.

desgelijks Een Predikant ten eijnde haare Godsdienst behoorlijk te kunnen oeffenen.

wat door dezelve omtrent de te Stigtene Kerk, mitsg:s het opbouwen der Wooningen voor een Predikant en Landdrost is aangeboden.

Oorzaaken, waarom voorsz: Ingezeetenen zig in’t ged:e verre leggend’ District hebben neder gezet.

om werwaards te komen, men alvorens verscheijde zeer woeste Landstreeken moet passeeren.

bestaande het Cambdebo op zig selven egter in zeer grasrijke Velden.

die in der tijd veel nut aan deese Colonie in’t Generaal zullen kunnen toebrengen.

Sullende het Request door meermelde Ingezeetenen gepræsenteerd, in copia aan de Heeren Majores overgezonden

en haar Edele Hoog Agtb:s teffens ter opregting eener magistrature in’t voorsz: District.

als meede om een Predikant voor de Gemeijnte aldaar, en permissie tot den opbouw eener Kerk werden verzogt.

mitsg:s qualificatie om d Ingezeetenen hieromtrent met de nodige Ambagtslieden, ‘S Comp:s wegen te mogen adsisteeren.

doleantie van verscheijdene Ingezeetenen nopens de in de Berg Rivier leggende Ponton.

Weshalven Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch en Drakensteijn Sullen werden gelast, deswegens met den Ponthouder een nadere Schikkinge te beraamen.

Gecommuniceerde door den Heere Gouverneur ten opzigte der Steeds aanhoudende roverijen der Bosjesmans-Hottentotten.

die zig thans in groote menigte in het Bamboes Gebergte ophouden, en van daar hunnen Stroperijen onder d’ Ingezeetenen komen voortteZetten.

Zijnde ‘er geen ander middel ter uijtroeijing van voorm: Roovers, dan dezelve met een Sterk Commando t’ attacqueeren.

des opgem: Landdrost nevens den Krijgsraad van Stellenbosch en Drakensteijn , zullen werden gelast, daartoe de nodige Maatregulen te neemen.

Aanstellinge van den Soldij overdrager SaLomon van Echten tot Soldij Boekhouder

en van den oudsten Boekhouder Johan David Storm tot Soldij overdrager.

Zijnde gem: Van Echten teffens tot Lidt in den Raad van Justitie benoemd.

den Burger Lieutenant Barend Jacob Artoijs op desselfs verzoek, van ged: officie ontslagen zijnde.

Is wijders aan denselven gepermitteerd, naar Nederland te vertrecken

resumptie van het kort vertoog der Lasten deezes Gouvernements.

Hoeveel ijder Last-post in’t bijzonder meer of minder heeft bedragen, met de reedenen van dien.

Rendement der Winsten en Inkomsten.

Wat de Winsten dit Boek-Jaar meerder als in’t vorige ten agteren staan en waardoor Sulx is veroorzaakt.

reedenen van het minder bedragen van ‘S Lands Inkomsten.

verleende qualificatie tot het Sluijten der Negotie-Boeken.

Overgeleeverde verzoek Schriften der resp:ve Administrateurs.

aan dewelke de gewoone afschrijvingen zijn toegestaan.

  1. 8 Decbr:

revisie den Negotie en Soldij-Boeken met de Rapporten der tot dies Examinatie gestelde Gecommitt:s

die volgens gebruijk, zoo naar’t Vaderland als naar Batavia Zullen werden verzonden.

Verkiezinge van nieuwe Leeden in de onderstaande Collegiën.

op het dientwegen bij Request gedaan verzoek door D:s Henricus Kronenburg.

goedgevonden zijnde, zijn Eerw: behoudens volle gagie van het Predik ampt t’ ontslaan.

Zal daarvan aan den Kerkenraade alhier bij Missive kennisse gegeeven.

en gem: D:s Kronenburg teffens daarbij voor desselfs betoonden onvermoeijden ijver en Trouwe in dat Ampt geneegendst werden bedankt.

Lecture van zeeker klagtschrift van Kerkenraade aan Drakensteijn jegens de bezijden vermelde Persoonen.

dewelke Zullen werden aangeschreeven zig deswegens bij den Heere Gouverneur te komen verantwoorden.

  1. 15: Decemb:r

gepræsenteerd verzoek-Schrift door de gezamentlijke Gemagtigdens van de in dit Gouvernement zijnde Lutheraanen

Waarop besloten zijnde, aan de Supplt:en de daarbij verzogte Inteekening tot vermeerdering van het bereijds bij hun opgelegd Fonds te permitteeren.

Zal wijders aan de daarvan te passeerene Verband Schriften de Legaliteijt van alle andere obligatoire Actens verleend.

dog dezelve tot ‘er tijd toe, dat in Effective Schuldbrieven Sullen weesen geconverteerd, van ‘t Zegul blijven g’ excuseerd.

van welke te doene Inteekening na dat dezelve zal weezen volbragt, aan deezen Raade behoorlijk berigt zal moeten werden gedaan.

den ondercoopman en Landdrost aan Stellenbosch , Drakensteijn Marthinus Adrianus Bergh, op desselfs hierom gedaan verzoek als oud ondercoopman en oud Landdrost van gemelden dienst ontslagen weezende.

is den meede Ondercoopman en Secretaris der Weescamer Oloff Godlieb de Wet, behoudens den rang als Lidt van Justitie tot Landdrost.

En den Ondercoopman en Eerst Gesw:e Clercq ter Politicque Secretarije Tobias Christiaan Ronnenkamp wederom tot Secretaris der Weescamer

mitsg:s den Boekhouder en Geswooren Clercq ter gem: Secretarije Johannes Marthinus Horak tot Eersten Clercq aangesteld.

Electie van nieuwe Leeden bij de Collegiën van Commissarissen van Civile en Huwelijks-Zaaken, mitsgaders Heemraaden aan Stellenbosch en Drakensteijn .

1778: 28: Decbr:

Lecture van het zeer geagt aanschrijvens van Haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren der Hoge Indiasche Regeering tot Batavia, de dato 12: Octob: des voorl: Jaars.

In welkers rescriptie Haar Hoog Edelens voor de Spoedige te rug zending van het Fluijt Schip de Hoop met al daarin voor dit Gouvernement afgeladen Goederen.

En dat door hoogst dezelve de quantiteijt van 100 Leggers wijn meer dan in den voorl: Jaare van hier zijn g’ eijscht, pligtschuldig Sullende werden bedankt.

Zal men wijders alle mogelijke Zorge doen dragen, dat die Wijnen van de vereijschte deugd komen te weezen.

Terwijl omtrent de geordonneerde vergoedingen conform d’ ordre gehandeld.

en bij ‘t verzenden van Rozen water en Thuijn zaaden, haar Hoog Edelens remarques pligtschuldig in agt genomen werden.

de alhier zijnde Penningen van den Coopman Douglas, van de Sequestratie in ‘S E Comp:s Cassa ontheft zijnde.

Zal egter het daarop gelegde arrest onder den Coopman van Echten blijven stand houden.

C. 156, pp. 50-52.

Donderdag den {17780115} 15 Jann:ij 1778.

‘S voormiddags alle present uijtgenomen D’ E: Westerhoff, mits indispositie.

Door den Heere Gouverneur in Rade overgelegd zijnde, de Missive en daartoe gehoorende Bijlagen van Haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren der Hoge Indiasche Regeering tot Batavia, Sub dato 29. Octob:r des voorl: Jaars herwaards gerigt, en met het op heeden ter deezer Rheede gearriveerde Commandeurs Schip de Vrijheijd alhier aan gebragt; Soo is verstaan, de selve ter afzonderlijke Lecture bij de Heeren Leeden te doen rondgaan, ten eijnde in de naaste Vergadering des te beter omtrent de daarop te doene rescriptie zal kunnen werden gebesoigneerd.

En zijn voorts op dieswegens door het Collegie van Weesmeesteren ingediende Nominatie in steede der afgaande Gerhardus Hendrik Cruijwagen en Christiaan George Maasdorp wederom tot Weesmeesteren verkoren, Johan Adolph Kuuhl en Johannes Smuts, ten eijnde als sodanig voor den gewoonen tijd van Twee Jaaren in’t voorsz: Collegie te fungeeren.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

C. 156, pp. 53-104.

Dingsdag den {17780120} 20 Jann:ij 1778.

‘S voormiddags alle present behalven den Heer Major van Prehn en E: Soldij Boekhouder Westerhoff.

Is op heeden geleezen het geagt aanschrijvens van Haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren Bewindhebberen ter Camer Amsterdam, gedateerd 11 Septbr: des voorleeden Jaars, en p:r de aanweezende Scheepen de Dolphijn en Foreest alhier ontfangen; hebbende tot bijlage zeekere te Cowes in Engeland belegde, mitsg:s aldaar Solemneel beEedigde verklaring, door de bediendens van den Exchequer aldaar verleend, en dewelke komt te behelsen sterke Suspiciën eener verregaande Sluijkhandel, waaraan zig den Schipper van ‘t Schip de Mercuur , Cornelis Bosch, ofte meer andere Overheeden van dien Bodem, bij desselfs jongste Uijtreijse hebben Schuldig gemaakt; Soo is hierop verstaan, den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers te demandeeren, om zo wel ten belange voorsz: als ook ingevalle gemelde Overheeden bij derselver retour met het bovengemelde Schip de Mercuur uijt Bengalen , enige Contrabande Goederen mogten hebben meede gebragt, exact onderzoek te doen, ten eijnde vervolgens naar exigentie van Zaaken, tegen dezelve te kunnen werden geprocedeerd.

Waarna wederom ter Tafel gebragt zijnde, de Missive van Haar Hoog Edelens de Heeren der Hooge Indiasche Regeering tot Batavia, gedateerd 29: Octob:r des gepasseerden Jaars; Soo is beslooten op dezelve, en wel aanvankelijk op Haar Hoog Edelens remarques, dat van 630 Coppen, die van Twintig in den voorl: Jaare gepasseerde uijtkomende Scheepen hier verbleeven zijn, maar 390 Coppen, wederom op dezelve waaren geplaatst, in allen Eerbied te rescribeeren:

dat voorsz: 630 Coppen, meest alle zijn geweest Impotenten, met voorsz: Scheepen hier aangebragt, van dewelke 52: Persoonen in’t Hospitaal zijnde komen t’ overlijden, dus van de 240 Coppen, die van voorsz: Manschappen, minder op d’

Uijtkomende Scheepen waaren geplaatst, alhier niet meer zijn aangehouden, als men onvermijdelijk heeft komen te benodigen, niet alleen tot het Suppleeren der Manschappen, dewelke zo in’t Guarnisoen, als op de resp:ve buijten Posten quamen t’ ontbreeken, Voor de geene, die mits d’ expiratie van hun verbonden tijd, naar’t Vaderland hadden moeten werden verlost, maar ook tot remplacement der Zeevarende, die zo van d’ Equipagiewerf, als hier permanente Hoekers en Vaartuijgen, op de resp:ve Retour-Bodems waaren geplaatst, ten eijnde die kielen in Staat te stellen, om op de voor hun geprævigeerde tijden, van hier te kunnen werden gedimitteerd:

dat voorts het generaal getal der Dienaaren in dit Gouvernement, bij de alhier in dato 6: Julij 1756: geformeerde Memorie van consideratie, wel is gesteld geweest op 1156: Coppen; dit getal egter naderhand bij ondervinding, dat ‘S Compagnies omslag daarmeede onmogelijk konde werden gaande gehouden, Zoo op expresse Qualificatie der Hoog Gebiedende Heeren Majores, als de alhier genomene besluijten, waarvan men niet in gebreeken is gebleeven, aan Haar Edele Hoog Agtb:s pligtschuldig kennisse te geeven, is g’ augmenteerd tot 1306 Coppen, waarop het generaal getal der Dienaaren in dit Gouvernement dan ook steeds is gehouden; Sulx dat, bij aldien Haar Wel Edele Groot Agtb:s van het getal van 1981 Coppen, dewelke onder ult:mo Junij 1776 alhier in weezen zijn bevonden gelieven te detraheeren, de doenmaals ten Hospitaale geleegen hebbende Impotenten, de Gecondemneerdens op ‘t Robben Eijland , de Gegageerdens, mitsg:s de aan het Nieuwe Hospitaal /:als buijten gewoon en maar voor een tijd aangehouden Volk:/ dienst doende Ambagts- en Opper-Lieden; desgelijx een aantal van 18: reconvalescenten, die uijt het Hospitaal in de Linie waaren geplaatst, en 174 Recruten, die alle Successivelijk op 2: Man na, blijkens de Sub dato 4: October 1777. p:r het Schip ‘T Huijs ter Mije afgegaane Memorie, naar India zijn voortgezonden, als dan zullen komen te bevinden, dat het Generaal Getal der effectivelijk in dit Gouvernement g’ emploijeerde Manschappen, zo niet præcis, immers geen naamwaardig getal meerder, dan de bevorensgem:e 1306: Coppen, hebben komen uijt te maken.

dan ofschoon uijt deeze, aan welgemelde Heeren der Hooge Indiasche Regeering te doene demonstratie, op een evidente wijze zal consteeren, dat de tegenwoordig hier aanweezende Manschappen, het voor dit Gouvernement bepaald getal niet komen t’ excedeeren, is egter, ten eijnde Haar Hoog Edelens in’t presente buijten gewoone Volks gebrek van onse zijde, zoo veel mogelijk t’ adsisteeren, beslooten, om voor eerst de aan het nieuwe Hospitaal dienst doende Europeese Handlangers en OpperLieden, daarvan af te neemen, en met d’ aanweezende Scheepen naar Batavia voort te zenden: Terwijl om het evengem: Werk niet te doen Stil staan, wederom Slaven van de particuliere Ingezeetenen zullen werden ingehuurd tegens 5 Rijxd:s p:r maand, te meer, nadien d’ ondervinding heeft doen zien, dat men van dezelve ten opzigte van meerm: arbeijd, niet alleen ruijm zo veel dienst kan trekken, maar dat ook de voorsz: huurpenn: van Rd:s 5: voor ijder Slaaf genoegsaam egaliseerd, het geene waarop de voorsz: Europeesche Manschappen d’ E: Comp:ie wegens haare gagie en d’ aan dezelve maandelijx verstrekte Randsoenen te staan komen.

Sullende voorts ten opzigte van het aangehaalde bij meerm: Missive, nopens d’ Ambagtslieden, dewelke expres tot den opbouw van’t nieuwe Hospitaal zouden weezen uijtgezonden, bij eene daarvan over te zendene Notitie werden aangetoond, dat ‘er t’ sedert d’ alhier bekomene ordre tot de Constructie van het evengem:e Hospitaal, nooijt meer dan een Metzelaar genaamd Isaac Lalau en Twee Timmer-Lieden, in naamen Pieter Wenders en Frans Bauman herwaards gezonden zijn, waarvan d’ eerste, mits het uijtdienen van zijn verband, wederom gerepatrieerd, den Tweeden uijt hoofde van desselfs onbequaamheijd, de facto te rug gezonden is, en laatstgem: die bevorens veele Jaaren als Burger ter deeser Plaatse gewoond, en doorgaans een Slegt Leevensgedrag gevoerd hebbende, vervolgens naar het Vaderland is vertrocken, en zig als Huijstimmerman voor de Caab hebbende weeten te laten aanneemen, ten eersten op zijn arrivement alhier, heeft getragt buijten ‘S Comp:s dienst te geraaken, Sulx men te gemoed Ziende, den vereijschten dienst van denselven niet te Zullen kunnen erlangen, heeft moeten resolveeren, hem naar India te laten voortvaren.

Gelijk meede op den verderen inhoud van meerm: Missive, zal werden geantwoord; dat het geordonneerde, om bij arrivement der Vaartuijgen, die ter afhaling van Tarw en Transport van Manschappen, herwaards staan gezonden te werden; te berigten, met hoe veel Volk dezelve uijtgezeijld, en met hoeveel alhier aangekomen zijn; desgelijx, om zoo veel mogelijk, d’ Equipagiën der uijtkomende Scheepen, zo wel uijt de herstelde Zieken, als uijt de aangebragte Recruten uijt Nederland, te Suppleeren, behoorlijk, en na dat egter evengemelde herstelde Zieken, alvorens wederom te werden t’ Scheep gezonden, hun verblijf enigen tijd, in het voor dezelve geapproprieerde Logement in de Linie zullen hebben gehad; Zullende werden agtervolgd, voorts aan Haar Hoog Edelens, zal werden gesuppediteerd een Lijst, behelzende het getal der Manschappen, van d’ uijtkomende Scheepen, die Sedert Primo Januarij deezes Jaars in’t Hospitaal alhier overleeden, en welke ten behoeve deezes Gouvernements aangehouden Zijn, desgelijx een Specificatie, inhoudende de Zieken, dooden en herstelde in ‘t evengem: Hospitaal, Terwijl, na dat de generaale Monstering van alle ‘S Comp:s Dienaaren in dit Gouvernement bescheijden, volgens Jaarlijx gebruijk onder ult:mo Junij aanstaande, zal geschied zijn, als dan ook de door Haar Hoog Edelens gerequireerde Monsterrolle zal werden overgezonden.

Maar nadien welgem: Heeren der Hooge Indiasche Regeering bij meer geciteerde Missive, ten belange van het nieuwe Hospitaal hebben gelieven ter neder te stellen:

dat het selve sedert een reeks van Jaaren onder handen zijnde, onnoemelijke Schatten hadde gekost, zonder nog veel gevorderd te zijn:

dat het groote Gebouw volgens ons Schrijvens van den 22:ste Maart des voorl: Jaars voltooijd weezende, Haar Hoog Edelens geen reeden vonden, waarom de Zieken uijt het oude bouwvallige Hospitaal, daar in niet zouden kunnen werden getransporteerd, en wijders hoopten, dat de Vleugels, waaraan met 200: Mannen gearbeijd wierd, Spoedig zouden werden voltooijd, waarvan dan zo wel, als van ‘t Transport der Zieken uijt het Oude in’t Nieuwe Hospitaal nader berigt waaren afwagtende:

Is hierop beslooten, hooggemelde Haar Hoog Edelens onder het Ooge te brengen, dat men d’ Eere gehad heeft bij onze evengem: eerbiedige Letteren t’ adviseeren, dat het Epidemicque Gebouw, uijtmakende de regter Vleugel van ‘t voorsz: Hospitaal, ten eenemaal was voltooijd, Sulx de Gewelven beneeden het selve, reets met merkelijk gerief tot berging van diverse Goederen der E: Comp:ie wierden gebruijkt, en de beijde boven Etages volkomen in die ordre waaren, om ingevalle het Oude Hospitaal ons eens Subiet mogte begeeven, als dan al inmediaat een groot getal Impotenten in het gedagte nieuwe Gebouw zouden kunnen werden geplaatst, met bijvoeging welke obstaculen omtrent het uijtgraven der Fundamenten van de Tweede-Voorvleugel waaren ontmoet, dan dat door de Maatregulen, die tot wegneeming dier hindernissen waaren genomen en in’t werk gesteld, men met ged:e Tweede Voorvleugel, dies tijds meede tot aan de derde Etage was gevorderd, en dit Gebouw overSulx naar het afloopen van het als doen voor handen zijnde Winter Saijsoen /:geduurende het welke egter met het leggen der verdere Fundamenten zoude werden voortgevaaren:/ in’t korte zoude kunnen voltooijd zijn, Sonder dat van’t Hospitaal Selve iets anders of meerder, veel min van dies voltooijing bij onze voorsz: Missive is gemeld:

en dat ter Selvertijd aan Haar Hoog Edelens is gesuppediteerd een Plan, waarbij zeer distinct is aangeweesen, welke Gebouwen reets in’t geheel waaren voltooijd, en hoe verre men met d’ overige gevorderd was; Weshalven men zig dan als nog, zo aan gemelde onse Eerbiedige Letteren van den 22: Maart des gepasseerden Jaars, als het voorsz: daarneevens overgezondene Plan zal refereeren, met bijvoeging dat het werk aan voorsz: Tweede Voorvleugel naar het afloopen van het gepasseerde Winter-Saijsoen met zoo veel Spoed is voortgezet, dat ook dit important Gebouw, uijtterlijk in’t laatst der aanstaande maand Maij meede in het geheel zal weezen voltooijd:

dat ten opzigte van het geene Haar Hoog Edelens nopens het reets bekostigde aan het meermelde nieuwe Hospitaal, hebben gelieven te zeggen, zal werden aangehaald, dat Haar Hoog Edelens uijt het aan hoogst dezelve te Suppediteerene Rapport der Gecommitteerdens, die tot het examineeren der Negotie Boeken deezes Gouvernements hebben gevaceerd, in’t korte, en uijt d’ evengem: Negotie-Boeken Selve, breeder zullen kunnen beoogen, dat de kosten van het meerm: onder handen zijnde nieuwe Hospitaal, onder ult:mo Augustus des jongst voorleeden Jaars, nog maar een Somma van ƒ118818:4:8:, hebben bedragen.

En wijders, dat, nadien den Heere Gouverneur aan de Constructie van het meermelde nieuwe Hospitaal zig steeds zo veel heeft laten geleegen zijn, dat hij, zonder zig in deezen, het zij op de Baasen, dan wel den Opzigter te verlaten, het werk genoegzaam dagelijx in Persoon heeft weezen bezigtigen, ten eijnde, dus niet alleen ten vollen verzeekerd te zijn, dat alles goed, en met de meeste Spoed wierde verrigt, maar ook dadelijk in de opkomende hindernissen te voorsien; zijn Edele dierhalven niet omheen konde, in’t bijzonder desselfs Leetweezen te betuijgen, wegens het denkbeeld, waarin Haar Hoog Edelens Schijnen te verseeren, als of omtrent den opbouw van het gedagte Hospitaal, niet allesints overeenkomstig het belang der E: Compagnie was en wierde gehandeld: dog dat in voorsz: door hem Heere Gouverneur geadhibeerde Sorge, zijn Edele egter bij continuatie zoude blijven voortvaaren, zonder teffens uijt het ooge te verliesen, of in gebreeken te blijven, om Zodra de Zieken door een onvermijdelijke noodzakelijkheijd uijt het oude- in’t nieuwe-Hospitaal zouden dienen te werden getransporteerd, als dan met de resp:ve Leeden des Raads Sodanige besluijten te neemen, als men zoude kunnen en mogen vertrouwen op een voldoende wijze bij de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren en niet minder bij Haar Hoog Edelens selve te zullen kunnen Verantwoorden.

Sullende al verder voor de herwaards zending der in’t Schip d’ Indiaan voor dit Gouvernement afgelaaden, dog alhier niet ontscheept geweest zijnde 300: p:s heele Aams-banden onzen verschuldigden dank werden betuijgd; met bijvoeging, dat men niet zal afzijn, om bij arrivement der direct voor Bengalen gedestineerde uijtkomende Scheepen, aan dies Overheeden ter hand te stellen een Exemplaar, der door Haar Hoog Edelens ditheen gezondene Ordonnantiën, om in Cas van onverhoopte ongevallen in’t opkomen der Rivier, daarvan direct kennis naar Houglij te geeven, mitsgaders de gestelde ordres omtrent het ligten van Zeijlen van de Vaderlandse Scheepen /:waaromtrent altoos de uijtterste menage is betragt:/ behoorlijk op te volgen: Terwijl de door Haar Hoog Edelens gevorderde Lijst der alhier in weezen zijnde Inlandse Ballingen, ook ten eersten zal werden overgezonden.

Vermits den tijd van Vijfthien Jaaren, waar voor de Landerijen die in A:o 1732: in Erfpagt uijtgegeeven en laatst volgens besluijt van den 11: Maij 1762:, voor gelijken tijd geprolongeerd zijn, in opzigte van enige derzelver, bereijds verscheenen is, en dat die der overigen meede Successivelijk staat t’ expireeren; Soo is op de propositie van den Heere Gouverneur, goedgevonden en besloten om de tegenswoordige Bezitters dier Landerijen, des verzoekende, wederom op nieuw voor Vijfthien Jaaren in de possessie derzelver te laten continueeren, onder Sodanige bepalingen, als waarop meermelde Landerijen d’ eerstemaal zijn uijtgegeeven.

Vervolgens is geleesen een Missive van het Eerwaarde Collegie van Kerkenraade aan Drakensteijn , Sub dato 5: der præsente maand, aan deezen Raade gerigt, en luijdende als volgt.

‘Cabo de Goede Hoop.’

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Extra Ordinair Raad van India, Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop met den ressorte van dien &: &: &: beneevens den E: Agtb: Politicquen Raad.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Kerkenraaden alhier hebben uijt U wel Edelens Gestr: en E: Agtb:s hoog g’ Eerde Missive van den 9:de Decbr: 1777 gezien, U wel Ed:s Gestr: en E: Agtb:s gunstige approbatie van den g’ eligeerden Pieter de Villiers d’ oude tot Ouderling; als meede, dat U Wel Ed: Gestr: en E: Agtb:s uijt ons genomineerd dubbeld getal, tot Diaconen hebben gelieven te verkiesen Jozua Joubert Gideonsz; en Godfried Gabriël Hauptfleisch; dog naar dien de laatstgenoemden wegens zeeker beswaar tegens hem ingebragt, hoofdzakelijk hierin bestaande, dat voor desselfs Huwelijk, een kind zoude geprocreëert hebben, en deswegens geactioneerd en gecondemneerd zijn geworden, tot het onderhouden van’t voorm: kind: waarvan ons egter het tegendeel is gebleeken, uijt zeeker Certificaat, aan ons, door den g’ eligeerden Diacon Hauptfleisch overgegeeven; zo heeft nogthans dezelve tot voorkoming van alle verwarring en onrust, lievers van die bediening willen afzien en daarvoor bedanken. Weshalven Kerkenraade wederom genecessiteerd zijn geworden, om met bewilliging en goedkeuring van U Wel Ed: Gestr: en E: Agtb:s in desselfs Plaats te nomineeren Schalk Willemsz van der Merwe en David van der Merwe, met ootmoedig verzoek, om uijt dit Tweetal, Sodanig eenen te verkiesen, als U Wel Ed: Gestr: en E: Agtb:s zullen gelieven goed te vinden.’

‘Vermits U Wel Ed: Gestr: en E: Agtb:s verders, om reedenen hebben goedgevonden, geen Commissaris Politicq na de buijten Districten af te zenden, tot opneeming der Jaarlijxe Kerk-Reekeningen; zenden wij de onse hierneevens over, niet twijffelende of de zelve zal in alles wel bevonden worden.’

‘Waarmeede wij deezen besluijten, en na U Wel Ed: Gestr: en E: Agtb:s in de bescherminge des Alder Hoogsten bevoolen te hebben, met de volmaakste agting ons onderschrijven.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele Gestr: Heer en Agtb:e Heeren U wel Ed: Gestr: en E: Agtb:s Ootmoedigste Dienaaren. /:was geteekend:/ P: V: D: Spuij, Isak Nel, Daniël Du Plesie, P: D: Villiers, S:t J: Weijers, T: A:s Theron de Jonge, Abraham Jozua Le Roux, J:a Joubert. /:in margine:/ Drakensteijn den 5 Jann:ij 1778.’

Waarop verstaan is, in antwoord te laten afgaan, dat het deesen Raade niet wijnig heeft verwonderd, dat het voorsz: Collegie dadelijk is getreeden, tot het doen eener nieuwe Nominatie, zonder alvorens te hebben afgewagt, hoedanig men met opzigt tot het ontslag van bovengem: Hauptfleisch, als werkelijk door ons tot het ged:e Kerkelijk Officie verkoren zijnde, zouden hebben goedgevonden te disponeeren; dog dat men Sulx egter voor dit maal wel hebbende willen passeeren, dus uijt de in dubbelen getale voorgestelde Persoonen, tot Diacon heeft verkoren Schalk Willemsz: van der Merwe, omme naar Kerklijk gebruijk bevestigd zijnde, als Sodanig voor den gewoonen tijd te dienen, in verwagting, dat gemelde Kerkenraad, zig onse vorenaangehaalde remarque, zullen laten strecken tot narigt en observance, wanneer in het toekomende wederom iets diergelijx /:’t geen men egter niet wil hoopen:/ zal komen voor te vallen.

Waarna van wegen het Eerwaarde Collegie van Weesmeesteren deezer Steede wierd gepresenteerd het onderstaand’ Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg, Raad Extra Ordinair van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop met den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: E: Agtb: Heeren!’

‘Geeven met Schuldige Eerbied te kennen, Weesmeesteren deezer Plaatse, dat dezelve, ingevolge het Testament van den Overleeden Hofmeester in ‘t huijshouden van den Wel Edelen Gestr: Heer Gouverneur Lodewijk Hanssen, komende t’ administreeren den na gelaten Boedel van denselven Hanssen geneegen zijn zouden, met de Retour Scheepen deezes Jaars aan de Amsterdamsche Weescamer op te dragen, d’ incassatie der Soldijen, die gem: Hanssen tot zijn overleijden, op Twee Reekeningen ter Somma van ƒ410:- heeft te goed behouden; dog dat om de Swarigheeden, die doorgaans bij het uijtbetaalen der Maandgelden van Overleedenen opkomen, gelijk voor als nog plaats heeft, omtrent die van den Overleeden Boekhouder en Geswooren Clercq van der Suppl:te Camer Jacobus Willem Blankenberg, waar van de reekening in’t begin des Jaars 1775: aan d’ Amsterdamsche Weescamer ter incassatie overgezonden is, en welke Swarigheeden veeltijds niet als met veel moeijte en kosten, of ook wel onmogelijk kunnen werden uijt den Weg geruijmt, de Suppl:ten bedugt zijn, dat daar door insgelijx de betalinge der Soldijen van gem: Hanssen getraineerd, en desselfs Weed:we dus in haare wel bekende armoede en debiliteijt, gedestitueerd zoude blijven, van ‘t geene dezelve daaruijt competeerd:’

‘dat, dewijl de Suppl:ten uijt een van de Bataviasche Weescamer bekomen Extract van de bij Haar Hoog Edelens de Heeren der Hoge Indiasche Regeering, in dato 24:ste Decbr: 1773: genomene Resolutie, deesen in Extract verzellende, onder anderen hebben ontwaard, dat Haar Hoog Edelens aan d’ evengem: Weescamer, op derselver verzoek, hebben verleend voorschrijvens aan de Hoog Edele Groot Agtb: Heeren Seventhienen in Nederland, dat voortaan alle Soldijen, waarvan de Reekeningen overgezonden zouden werden, van Persoonen, welker Boedels bij Extract Resolutie van dezelve Bataviasche Weescamer zouden blijken, dat onder haar beheering of administratie gekomen zijn, mogten werden betaald, op dat door het refus der afbetalinge van dezelve, der verdieneren Boedels, in geen gevaar van insolventie gesteld werden: Soo is’t, dat de Suppl:ten de vrijheijd neemen, hun bij deezen te keeren tot U Wel Ed: Gestr: en E: E: Agtb:s, met nedrige Sollicitatie, om insgelijx te mogen erlangen een gunstig voorschrijven aan Hoogstgem: de Hoog Edele Groot Agtb: Heeren Seventhienen in Nederland, ten eijnde niet alleen de Soldijen van gem: Hanssen mogen werden afbetaald, maar dat ook, dewijl buijten het geval van Armoede der Weed:we of kinderen, het alhier meede zoude kunnen gebeuren, dat door een gerefuseerde afbetalinge van de Soldijen, de Boedels van de geene, die de zelve hebben verdiend, in gevaar van insolventie zouden kunnen geraaken, voortaan ook de voldoeninge moge geschieden, van alle Sodanige maand gelden, waarvan de Reekeningen overgezonden werden, als verdiend en te goed behouden Zullen zijn, bij Persoonen, welker Boedels uijt een bijgevoegd Extract Resolutie, Zullen blijken, dat bij uijtterste wille, of intestato onder d’ Administratie van der Suppl:ten Camer gekomen zijn.’

’/:onderstond:/’

‘’T welk doende &:a Uijt naam en Last van Weesmeesteren voorm:’

’/:was geteekend:/ O: G: De Wet Secret:s.’

En is naar Lecture van ‘t gedagte Request verstaan, dat het Selve in Copia Authenticq aan Haar Wel Edele Hoog Agtb:s de Heeren Majores in’t Patria zal werden overgezonden, met bijgevoegd eerbiedig verzoek, dat het Haar Edele Hoog Agtb:s goedgunstiglijk moge behagen, daarop favorabel reflectie te willen neemen.

Gelijk meede op de dieswegens ingediende Verzoek-Schriften van diversse Persoonen, aan dezelve is toegestaan, haare te goed behoudene maandgelden door middel van Procuratie; aan haare Vrienden ofte Gemagtigdens in Nederland te mogen overmaken, mits dat de zelve alvorens door den Heer Independent Fiscaal g’ examineerd weezende, daaromtrent niets contrarie de Ordres der Heeren Meesteren zal bevonden zijn.

Door den Schipper van ‘t aanweezend’ voorzeijlend Retour-Schip de Jonge Hellingman Michiel Hamelo bij Request verzogt, en daarop aan denselven geaccordeerd Zijnde, om ter Zake zijner Swaare Indispositie, tot desselfs herstellinge, met Stilstand van Gagie alhier te mogen verblijven, is wijders goedgevonden, den Opperstuurman van ‘t meede hier vertoevend’ Fluijt Schip de Hoop , Hillert Folkers, als Gezaghebber op gedagten Bodem de Jonge Hellingman te plaatsen, ten eijnde als Sodanig daarop het Commando te voeren.

Sijnde voorts naar Lecture der verdere ingediende Verzoek-Schriften, aan de onderstaande Persoonen, het volgende toegestaan, als.

Aan Anna Catharina Brinkman, laatst Weed:we wijlen den Opper Chirurgijn te Batavia Jan Coenraad Coeleman, die met het bovengem: Schip de Jonge Hellingman , van gezegde Indiasche Hoofdplaatse alhier is aangeland, om uijt hoofde van haare Swakke Lighaamsgesteldheijd ter deezer Plaatse te verblijven, en vervolgens, wanneer Zij Spoediglijk wederom tot herstellinge mogte komen te geraaken, haare reijze als dan met het Retour-Schip de Both naar’t Patria te vervorderen.

Aan den met het Retour-Schip Willem Fredrik repatrieerenden Ondercoopman en geweezen Tweede Administrateur van de Pakhuijsen ten Eijlande Onrust en de Cuiper, Barend van Nieuwkerken gen:d Nijvenheijm, om ter oppassinge van desselfs bij zig hebbend’ Dogtertje gen:d Ida Johanna Sijna, en onder betalinge der daartoe staande Transport- en kost-penningen, voor de heen en weder reijse van en naar Batavia, naar Nederland meede te neemen, een Slavinne in naame Roosje van de Westcust.

Aan den met het Retour Schip de Both repatrieerenden Adsistent Johan Christiaan Helmbold, om ten zijnen dienste met zig naar’t Patria over te voeren, een Slaven Jonge genaamd September van Bengalen, ende Sulx almeede onder betalinge als vooren.

Aan den Burger deezer Plaatse Fredrik Willem Storch om neevens desselfs Huijsvrouw Sophia Hendrina van der Heijde, en hunlieder Zuijgend’ Zoontje gen:d Otto Constant, p:r het Retour Schip de Wackerheijd naar Nederland te vertrecken, en ten dienste van gemelde zijne Huijsvrouw en kind meede te neemen, een Slavinne genaamd Malatie van Macassar, onder betalinge voor Logies en Tractement in de Cajuijt, voor hem en Familie, dog voor de voorsz: Slavinnne de Ongelden voor de heen en weder reijse van hier na Nederland, en van daar herwaards te rug.

Aan den meede Burger Jan Abel Beck, om al meede neevens zijn Huijsvrouw Hester van der Burg, mitsg:s de bij haar geprocreEerde Vier kinderen, met naamen Jan, Hester, Christiaan en Maria, alle beneeden de Twaalf Jaaren oud, p:r een der retour scheepen deezes Jaars, te repatrieeren, mits betalende Transport- en kostgeld, om in de Cajuijt te werden gelogeerd en getracteerd.

Aan den in ‘S Comp:s Hospitaal bescheijden geweest Zijnde Kok Johan Willem Eckhard, den welken mits tijds Expiratie naar Nederland is verlost, om met zig derwaards meede te neemen, desselfs Huijsvrouw genaamd Maria Springerin, en hunlieder Dogtertje in naame Geertruijda Jacoba, oud omtrent drie Jaaren, voor dewelke denselven zal moeten betaalen, d’ ordinaire Onkosten, wegens Logies en Tractement in de Cajuijt.

Gelijk verder op het dientwegen meede p:r Request gedaan Supplicq van den Burger Albert Joosten, is verstaan, dat aan de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren in’t Patria, favorabel zal werden geschreeven, ten eijnde desselfs Huijsvrouw Dina Marcus, thans t’ Amsterdam woonagtig, neevens desselfs bij haar verwekte Twee kinderen genaamd Johannes Hendrik en Anna Margaretha Joosten, bij bequaame Scheeps Occasie, herwaards mogen overkomen.

En is wijders ten verzoeke van den Burger Christiaan Godlieb Baarts, aan denselven in Eijgendom gegeeven, een Stukje HuijsErfs en ThuijnLand, geleegen onder ‘t District van Drakensteijn , aan de Vier en Twintig Rivieren , ter groote van Twee Morgen omme zig daarop ter neder te zetten, en desselfs SmitsAmbagt, ten dienste der daaromstreex woonende Ingezeetenen, te oeffenen.

Vervolgens ook geleesen zijnde, zeeker Request, door den Burger Johannes Nicolaas CoLijn, in de volgende bewoordinge gepræsenteerd.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinair van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft met verschuldigd Respect en onderdanigheijd te kennen, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s seer nedrigen Dienaar den Burger Johannes Nicolaas Colijn, als tegenwoordigen Bezitter van de Plaats ofte Hofsteede genaamd Vergenoegd , geleegen onder ‘t District van Stellenbosch : hoe des Suppl:ts evengem: Plaats, ter geleegendheijd van zeeker verschil ‘t welk tusschen hem en desselfs Buuren, den Oud Heemraad Hendrik Cloete en den meede Burger Jacobus Hugot, is gereesen geweest, tot Sodanigen groote van Negen en Vijftig Morgen Seven en Negentig quadr:t Roeden, als waarop dezelve in den Jaare 1696: is uijtgegeeven, ten overstaan van Gecommitteerdens uijt den Agtb: Justitieelen Raade deezes Gouvernements, hebbende moeten werden gemeeten, dewijl op de hiervan verleende deesen geannexeerde Erfgrond-brief geen Caart was gemaakt geworden, den Suppl:t als nu zeer gaarne, volgens de Figuur, door den Landmeeter daaraf geformeerd, en die hij de vrijheijd neemt, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s hierneevens insgelijx aan te bieden, een behoorlijke Erfgrondbrief wenschte te hebben; Weshalven den Suppl:t op’t eerbiedigst is verzoekende, dat het van Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s welbehagen moge zijn, aan hem na deeze nu gedaane meeting, een Erfgrondbrief in forma te verleenen, op dat door de te stellene Bakens, den Suppl:t buijten alle verdere moeijelijkheeden, met desselfs Na-Buuren moge blijven./:onderstond:/ ‘T Welk doende &:a.’

Is daarop verstaan dat aan den Suppl:t de verzogte nieuwe Erf-grond brief van desselfs Plaats ofte Hofsteede genaamd Vergenoegd , geleegen onder ‘t District van Stellenbosch zal werden verleend.

Sijnde wijders den op het hier permanent Hoeker-Schip de Zon bescheijdene Bootsman Ernst Castendijk van Breemen, ter Consideratie dat hij d’ E: Comp:ie den tijd van ruijm 40 Jaaren gediend, en thans den Ouderdom van 61: Jaaren bereijkt hebbende, niet meer in Staat is, zijn dienst langer naar behooren waar te neemen, op desselfs hierom gedaan verzoek, conform d’ ordre, met ƒ12:- p:r m:d gegageerd.

Laatstelijk is nog geleesen, het volgend’ Request en g’annexeerde Bijlagen.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Vertoond met d’ uijtterste Submissie Fortuijn van Bengalen, geweesen Leijf Eijgen van den Burger Pieter Hanssen: hoe den Suppl:t door desselfs evengem: Lijf-Heer uijt Slavernije ontslagen geworden zijnde, denselven hem voorts, tot zijnen eenigen en algeheelen Erfgenaam heeft benoemd en aangesteld; gelijk Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s Sulx, uijt de deezen geannexeerde Codicillaire en Testamentaire dispositiën van wijlen gem: Hanssen, des behagende Sullen kunnen beogen:’

‘Dan dewijl des Suppl:ts geciteerde Lijf-Heer heeft verzuimd, ijmand te benoemen, door wien aan hem een behoorlijke Vrij-brief zoude kunnen werden bezorgd, als hebbende den Suppl:t alleen tot Executeur van den voorsz: Testamente aangesteld; Zoo neemt den Suppl:t de vrijheijt, zig te keeren tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s, met nedrige beede, dat het dezelve niet alleen goedgunstiglijk behagen moge, deeze Emancipatie t’ approbeeren, en hem daarvan een Vrij-brief in de vereijschte forma te doen erlangen, maar ook dat Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s, van de goedheijd gelieven te zijn, den Suppl:t te qualificeeren, den Boedel van wijlen meerm: Hanssen, als zijn g’ institueerde Erfgenaam t’ aanvaarden, en tot Liquiditeijt te brengen.’

’/:onderstond:/’

‘’T Welk doende &:a.’

Op het welke overwogen zijnde, dat den in het voorsz: Request en annexe Documenten vermelden Burger Pieter Hanssen, bij desselfs bovengem: gepasseerde, mitsgad:s met de dood bekragtigde Uijtterste Wille, ten vollen heeft blijven Persevereeren, bij desselfs Codicillaire dispositie, bevorens in dato 30:ste Octob:r 1774. Ten faveure van den Suppliant opgeregt; en dat het over Zulx ten uijtterste hard zoude zijn, dat den Suppl:t door een verzuijm, buijten zijn Schuld ofte toedoen, gecommitteerd, zoude moeten verstooken blijven, van de Weldaad door desselfs Lijf-Heer aan hem, ter belooning zijner trouwe diensten beweesen; Is dierhalven verstaan, de voorschreeve gedaane Emancipatie des Suppliants t’ approbeeren, en denselven mitsdien uijt Slaafse dienstbaarheijd te ontslaan en te stellen in vollen vrijdom, en hem wijders als Sodanig te qualificeeren, om als g’ institueerde Erfgenaam van bovengemelde Pieter Hanssen, desselfs Nalatenschap te mogen aanvaarden, en zonder ijmands tegen zeggen, te blijven bezitten; Terwijl voor ‘t overige, nog goedgedagt is, den Suppl:t t’ excuseeren, zo wel van het stellen der gewoone Borgtogt, als van de betaling van Sodanige Somma van Vijftig Rijxd:s, als volgens het gestatueerde bij deeze Regeering, door alle vrijgelatene Lijf Eijgenen aan de Diaconij alhier, moeten werden opgebragt.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

C. 156, pp. 105-113.

Saturdag den {17780124} 24 Jann:ij 1778.

‘S voormmiddags alle præsent uijtgenomen d’ E: Westerhoff door indispositie.

Door de Heer Edward Hughes, die als Commandeur, het bevel over de in India zijnde Engelsse Konings Scheepen heeft gevoerd, en zig nu met het Konings Schip The Salisbury , ter deezer Rheede komt te bevinden heeden p:r Request te kennen gegeeven Zijnde, dat, nadien zijn E: zig eerst nog enigen tijd alhier, en vervolgens te S:t Helena , zoude moeten ophouden, ten eijnde de Successivelijk uijt India verwagt werdende Engelsse Oost Indische Comp:s Scheepen, onder desselfs convoij te neemen, en daarmeede naar Europa te vertrecken, het dus zeer onzeeker was wanneer aldaar zoude arriveeren, en hij Heer Commandeur oversulx zeer gaarne enige wigtige depeches, betreffende ‘S Conings dienst, zoo voor zijn Majesteijts Ministers van Staat, als aan d’ Admiraliteijt ten Spoedigsten wenschte t’ expedieeren; met bijgevoegd verzoek, dat ten dien fine aan de Heeren William Burke en William Wadsworth, die met d’ overbrenging dier depeches waaren gechargeerd, passagie met het thans tot vertrek gereed leggend’ voorzeijlend Schip de Jonge Hellingman , mogte verleend, en teffens aan dezelve geaccordeerd werden, bij ontmoeting in’t Canaal van een Engelsch Schip of ander Vaartuijg, op het Selve te mogen overgaan, om dus de voorsz: depeches met des te meerder Spoed te kunnen bestellen; Soo is, bij overweeging, dat dewijl uijt hoofde van het belang, ‘t welk hierin voor zijn Groot Brittannische Majesteijts dienst komt te resideeren, het voorsz: verzoek van bovengemelde Heer Hughes, niet wel met gevoeglijkheijd kan werden gerefuseerd; over Sulx beslooten, de verzogte passagie aan ged:e Heeren Wadsworth en Burke t’ accordeeren, onder Conditie dat het daartoe staande Transport- en kost-geld, alhier in ‘S Comp:s Cassa zal moeten worden voldaan, en dat derselve buijten de tot hun Lighaam behoorende bagagie, geen de minste andere goederen Zullen mogen meede voeren.

Terwijl d’ Overheeden van ‘t ged:e Schip de Jonge Hellingman bij een Schriftelijke ordre zullen werden gelast:

dat wanneer zij bij hun komst in’t Canaal, enig Engelsch Schip of Vaartuijg zullen ontmoeten, als dan bij zoo verre Sulx tot geen de minste vertraging in’t vervorderen haarer reijze zoude kunnen geschieden, gemelde Heeren Burke en Wadsworth, op Sodanig Schip of Vaartuijg te laten overgaan, ende Sulx ter præsentie van den vollen Scheepsraad, en zonder dat door evengem: Passagiers enige de minste andere, dan d’ alhier aan hun geaccordeerde en eenelijk tot hun Lighaam behoorende bagagie werde meede genomen:

dat voorm: Scheeps-Overheeden wijders, nauwkeurig Sorge zullen hebben te dragen, om van Sodanig Engelsch Schip of Vaartuijg, niemand binnen boord van hunlieder onderhebbenden Bodem te laten overkomen, nog ook dat ijmand uijt het selve, zig in’t Vaartuijg, waarmeede gem:de Heeren Burke en Wadsworth, van boord zullen afsteeken, komen te begeeven, en dus alle Communicatie tusschen wederzijdsche Scheepelingen te beletten.

En laatstelijk dat zij Scheeps-Overheeden, een der op ‘S E: Comp:s Retour Bodems kruijssende Oorlog-Scheepen van onsen Staat bejeegenende, de voorschreeve aan hun ter handen gestelde Schriftelijke ordre, ten eersten aan den daarop commandeerenden Capitain zullen hebben te vertoonen, en Zijn Ed: indiervoegen van d’ omstandigheeden der Zaaken, behoorlijk t’ informeeren.

En nadien uijt eene, door den Provisioneel Hoofd-Administrateur de Heer Pieter Hacker dientwegen overgelegde Memorie, is komen te blijken, dat op d’ Aracq, die met het bovengemelde voorzeijlend Retour-Schip de Jonge Hellingman van Batavia voor dit Gouvernement is aangebragt, de quantiteijt van 22: kannen minder, als het RegLement op d’ afschrijvinge van Dranken dicteerd, is te kort gekomen; Soo is verstaan, het bedragen van ƒ11:11:- Indiasch geld, aan de Scheeps-Overheeden, op haare Reekeningen van Soldije, behoorlijk te doen ten goede brengen.

Sijnde voorts ten verzoeke van Juff:w Maria Helena Clasina de Reeder, Weed:we wijlen den CoLLonel en Hoofd over ‘S Compagnies Militie in Indiën de Heer ArnoLdus Frankena, die met het ter Rheede Leggend Retour-Schip Diana is repatrieerende, aan de zelve toegestaan, om ter haarer oppassinge naar Nederland meede te neemen, een Slavinne genaamd Orelia van Ternaten, mits betalende het daartoe staande Transport- en kostgeld voor de heen en weder reijze van en naar Batavia.

Waarentegen aan het geweesen ordinaris Lidt in den Agtb: Raad van Justitie des Casteels Batavia, M:r Jan Wichers Jansz:, denwelken met het voorzeijde Schip Diana van opged:e Indiasche Hoofdplaatse, alhier is aangeland, is toegestaan, om uijt hoofde der indispositie van desselfs bij zig hebbende Huijsvrouw Juff:w Petronella Maria Horeman, enigen tijd ter deezer Plaatse over te blijven.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

C. 156, pp. 114-122.

Maandag den {17780202} 2 Febr:ij 1778.

‘S voormiddags alle præsent behalven den E: Coopman en Soldy Boekhouder Dirk Westerhoff.

De vergaderinge thans door den Heere Gouverneur extra ordinair belegd zijnde, wierd door zijn Edele in dezelve gecommuniceerd, een Secreete Missive, door Haar Wel Edele Groot Agtb: de Heeren der Hoge Indiasche Regeering tot Batavia, sub dato 28: Novbr: des voorl: Jaars aan deezen Raade gerigt, en met het op gisteren gearriveerd’ Retour Schip de Johanna Margaretha alhier aangebragt, behelzende in Substantie, dat de præsente Criticque omstandigheeden, insonderheijd op Macasser en Ternaten haar Hoog Edelens hadden genootzaakt, deese Regeering nader aan te Schrijven, om niet alleen ten Spoedigsten naar Batavia voort te schikken, de Militairen, die ten deezen Gouvernemente overcompleet mogten zijn, maar Haar Hoog Edelens uijt het selve nog toe te zenden een Spoedig ontset, al was het maar van Twee à drie Honderd Militairen, dewijl buijten des geen de minste hulp konde werden toegebragt aan de Comptoiren, die het zoo zeer quamen te benodigen: Ten opzigte van welk aanschrijvens, welgem: Heere Gouverneur wijders geliefde te zeggen, dat nadien volgens het geresolveerde ter Jongste Vergaderinge de aan het nieuwe Hospitaal dienst gedaan hebbende Europeesche Handlangers, desgelijx de Klipbreekers en Manschappen, die aan ‘S Comp:s Steen Ovens hebben moeten werden gebruijkt, daarvan afgenomen, en ter verrigting van geciteerden Arbeijd, Slaven van d’ Ingezeetenen alhier ingehuurd zijnde, door deeze Schicking was geeffectueerd, dat de Manschap, die aan d’ Equipagie van het ter Rheede leggend’ uijtkomend’ Schip Mentor heeft komen t’ ontbreeken, in Steede der daarop overleedene, en de geene die mits haare aanhoudende Swaare indispositie, ten deezen Hospitaale moeten verblijven, wederom behoorlijk had kunnen versterkt; en voorsz: Equipagie dus tot 283: Coppen gebragt werden; het oversulx ‘er nu maar hoofdzakelijk op aanquam of en in hoe verre aan het Tweede Lidt van ‘t voorsz: geeerd aanschrijvens van opgem: Heeren der Hooge Indiasche Regeering, om namentlijk Haar Hoog Edelens ten Spoedigsten een renfort uijt het Guarnisoen alhier, te doen toekomen, zoude kunnen werden voldaan, gemerkt het selve uijt niet een enkeld Man meer, dan het gefixeerd getal is bestaande, van dewelke dagelijx tot het bezetten der Wagten en gedetacheerde Posten 80 Soldaaten werden vereijscht, en uijt dien hoofde niet zonder merkelijk beswaar voor het gedagte Guarnisoen, enige Manschap uijt het selve kunnende werden gemist; het belang der E: Comp:ie egter ten hoogsten vorderde, om welgem: Heeren der Hooge Indiasche Regeering in het presente groot gebrek aan Militairen, te hulp te komen.

En is dierhalven voor eerst besloten, dat men Soo wel de Militairen, als andere Perzoonen, die mits d’ expiratie van hun verbonden tijd, der selver verlossing naar Nederland hebben geobtineerd, zal tragten tot het aangaan van een nieuw verband t’ engageeren, en ten dien eijnde, behalven de gewoone verhoging van Twee Guldens p:r maand, aan dezelve een premie van drie Maanden gagie in Contanten gelde te doen betalen, en naar mate men hieromtrent zal hebben gereusseerd, verder de nodige maatregulen te neemen, om zo veel immers doenlijk zal zijn aan het bedoelde Oogmerk te kunnen voldoen.

Terwijl wijders nopens het transport der voorsz: Militairen, die men invoegen voorsz: hoopt te zullen kunnen bijeen brengen, meede gedelibereerd zijnde, in dien opzigte is voorgekomen, dat d’ Equipagie van het ter Rheede leggend’ Schip Mentor , gelijk bevorens is gezegd, reets tot 283 Coppen gebragt zijnde, boven dit aantal, niet wel enig meerder Volk op het ged:e Schip kan werden geplaatst, zonder dezelve alle aan Ziektens en Sterfte t’ exponeeren, en dat de Scheepen de Held Woltemade en Ritthem , desgelijx het provisie Schip de Behemoth , als bereijts zoo uijt het Vaderland als van Batavia vertrocken weezende, wel dagelijx hier werden verwagt, alle drie die kielen voor dit Gouvernement beladen zijnde, dus ten eenemaal moeten werden ontlost, het geen door de in het præsente Somer Saijsoen Schier dagelijx waaijende harde Z:d O:te winden, doorgaans considerabel werd vertraagd, daar nogthans het afzenden der meerm: Militairen, de meeste Spoed komt te vereijschen: Weshalven best geoordeeld is, hier toe wederom t’ imploijeeren, het Fluijt Schip de Hoop , te meer, nadien door het slegt uijtvallen van het Graan-Gewasch, met het selve geen Coorn naar’t Vaderland kan werden afgestoken; dan dewijl het op gedagte Fluijt Schip bescheijden geweest zijnde Volk, bereijds overlang elders in ‘S E: Comp:s dienst is gebruijkt, en dat ook de Equipagie van het jongst van Sansibar gereverteerd Freguat Jagt-Rust op de Slegtst gesteld geweest zijnde Retour-Scheepen heeft moeten werden verdeeld; is dierhalven op de propositie van den Heere Gouverneur goedgedagt, dat zodra het op meermelde Fluijt Schip de Hoop gerequireerd getal Zee Vaarende zal weezen bij een gebragt, als dan omtrent het afzenden van ‘t selve met de dikwerf gemelde Militairen naar Batavia nader besluijt zal werden genomen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

C. 156, pp. 123-140.

Dingsdag den {17780203} 3 Febr:ij 1778

‘S voormiddags alle præsent behalven d’ E: Westerhoff, mits indispositie.

Door den Heere Gouverneur te kennen gegeeven zijnde, dat uijt de Manschappen, die volgens het geresolveerde onder den 20: Jann:ij jongstl: waaren geligt van alle Posten, die Sulx maar immers hadden kunnen leijden, een aantal van 100: Coppen, die als Soldaaten zijn uijt gekomen, voor Batavia waaren bij een gebragt; dog dat daarentegen van het naar Nederland verloste volk tegens verwagting, niet meer dan Ses Militairen hadden kunnen werden gedisponeerd, om mits genietende een præmie van drie maanden gagie in Contanten gelde, boven de verhoging van ƒ2:- p:r maand in Gagie, een nieuw verband aan te gaan; heeft men overzulx moeten besluijten, om bij voorsz: Recruten nog 2: Sergeanten, 4 Corporaals en 94 gemeene Soldaaten uijt het Guarnisoen alhier te voegen, het welk alles is, dat met enige mogelijkheijd, ter tijd toe, dat men dezelve wederom, ‘t zij met de Reconvalescenten uijt het Hospitaal, dan wel door het ligten van andere Manschappen van de Vaderlandsche Scheepen, zal kunnen remplaceeren, heeft kunnen werden gemist; invoegen het renfort Militairen voor Batavia in’t geheel in 200: Coppen Sullende bestaan, heeft men voorts, bij overweeging der noodzakelijkheijd dat er een bequaam Officier over dit Corps wierde gesteld, ten eijnde hetselve niet alleen geduurende de reijze in goede Ordre te houden, maar de meermelde Recruten ook dagelijx in den Wapenhandel t’ exerceeren, goedgevonden, den Sergeant Johan Carel Muller, die als een goed en capabel Persoon, aan denwelken voorsz: uijt dit Guarnisoen getrockene Manschappen gewend zijnde, des te bequamer is geoordeeld, om het Commando over het geheele Corps te voeren, tot Vaandrig met de daartoe staande gagie van ƒ40:- ter Maand te bevorderen, in vertrouwen dat Haar Wel Edele Groot Agtb: de Heeren der Hoge Indiasche Regeering Sulx, om de voorsz: geallegueerde reedenen wel zullen gelieven t’ approbeeren.

En nadien welgem: Heere Gouverneur verder geliefde te Communiceeren, dat men ook nog had kunnen bijeen bringen, een getal van [.....] Mattroosen, Zijnde zo veel als tot d’ Equipagie van ‘t Fluijt-Schip de Hoop werden gerequireerd; is dierhalven meede besloten, gedagte kiel ten alderspoedigsten van de benodigde Provisiën, drinkwater en het geene verders tot het doen der reijze naar Batavia vereijscht werd, te doen voorzien, en daarop zonder het minste tijd verzuijm met de meermelde 200: Militairen naar evengem: Indiasche Hoofdplaatse te laten vertrecken: Terwijl gemelde Haar Hoog Edelens op het instantigst Sullen werden verzogt, het gementioneerde Fluijt Schip de Hoop niet alleen ten eersten wederom herwaards te rug te zenden, maar ons ook met het selve te laten toekomen Sodanige houtwerken, als bereijds over lange tot den opbouw van ‘t onder handen zijnde nieuwe Hospitaal zijn gepetitioneerd, en waarvan als nu wederom een bijzondere Eijsch aan Haar Hoog Edelens zal werden gesuppediteerd.

Hierna geresumeerd weezende de reecq:gen der Arme penn:gen van de hier te Lande zijnde Vijf Kerken, is daarop verstaan, dat dezelve volgens gebruijk in Copia naar’t Vaderland zullen werden overgezonden, luijdende voorsz: Reecq:gen als volgd.


'T Generaal Montant des Capitaals deezer Caabse Diaconij Armen.
Bestaande in het volgende.
A:o 1777: p:mo Januarij, was het Capitaal   ƒ227609:03:-:
In dit Jaar bij gekomen.
Aan Aalmoessen ƒ5762:-:-:
d:o Grafsteeden d:o 1930:16:-:
d:o Intresten d:o 9479:08:-:
d:o Armbossen d:o 965:19:-:
d:o Testamentaire & Liberale Gifte   d:o 1699:11:-:
d:o Verhuurde Gestoeltens   d:o 504:-:-:
d:o Winst en verlies d:o 47:11:-: d:o 20389:05:-:
  ƒ247998:08:-:
Gaat af.
Aan Onkosten der Armen ƒ15074:14:-:
d:o d:o d:o Kerk d:o 2203:06:-: d:o 17278:-:-:
Blijft onder Ult:mo Xber restant ƒ230720:08:-:
Bestaande in de volgende Parthijen, als.
Aan Cassa over restant ƒ 8332:10:-:
d:o Obligatiën en Custing-brieven d:o 164190:13:-:
d:o agterstallige Intresten d:o 10457:15:-: ƒ182980:18:-:
d:o Ornamenten van de Kerk ƒ1099:10:-:
d:o de Diaconij van Stellenbosch d:o1600:-:-:
d:o d:o d:o van 't Land van Waveren d:o 23440:-:-:
d:o d:o d:o van 't Swartland d:o 21600:-:-: d:o 47739:10:-
Somma   ƒ230720:08:-:

'T Generaal Montant des Capitaals deezer Caabse Diaconij Armen.
Bestaande in het volgende.
A:o 1777: p:mo Januarij, was het Capitaal   ƒ227609:03:-:
In dit Jaar bij gekomen.
Aan Aalmoessen ƒ5762:-:-:
d:o Grafsteeden d:o 1930:16:-:
d:o Intresten d:o 9479:08:-:
d:o Armbossen d:o 965:19:-:
d:o Testamentaire & Liberale Gifte   d:o 1699:11:-:
d:o Verhuurde Gestoeltens   d:o 504:-:-:
d:o Winst en verlies d:o 47:11:-: d:o 20389:05:-:
  ƒ247998:08:-:
Gaat af.
Aan Onkosten der Armen ƒ15074:14:-:
d:o d:o d:o Kerk d:o 2203:06:-: d:o 17278:-:-:
Blijft onder Ult:mo Xber restant ƒ230720:08:-:
Bestaande in de volgende Parthijen, als.
Aan Cassa over restant ƒ 8332:10:-:
d:o Obligatiën en Custing-brieven d:o 164190:13:-:
d:o agterstallige Intresten d:o 10457:15:-: ƒ182980:18:-:
d:o Ornamenten van de Kerk ƒ1099:10:-:
d:o de Diaconij van Stellenbosch d:o1600:-:-:
d:o d:o d:o van 't Land van Waveren d:o 23440:-:-:
d:o d:o d:o van 't Swartland d:o 21600:-:-: d:o 47739:10:-
Somma   ƒ230720:08:-:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en Getransporteerd in Kerkenrade aan Cabo de Goede Hoop, ten overstaan van mij onderget:de als Commissaris Politicq den 26: Jann:ij 1778: /:was geteekend:/ W: C: Boers.’


Cassa Reekening der Diaconij Armen Gelde zo als bevonden is op Ult:mo December 1777.
 
Debet.
Aan d' Eerw: Collegie der Kerkenraade van Cabo ƒ2000:-:-:
Het bovenstaande hiervan afgetrokken d:o 5908:06:-:
So resteerd het Capitaal der Diaconij Armen ƒ3908:06:-:
 
Credit.
Bij het Sluijten der vorige Jaars Reekening is 'er p:r restant
In Cassa gebleeven ƒ2644:08:-:
Onder den Godsdienst in't Jaar 1777 gecollecteerd d:o 845:-:-:
Nog wegens Intresten, Giften en Kerke Geregtigheeden d:o 923:-:-:
Somma ƒ4412:08:-:
Hiervan uijtgegeeven aan Alimentatie en diversse benodigdheeden d:o 1602:02:-:
Sodat 'er aan Contanten dit Jaar in Cassa blijft ƒ2810:06:-:
d' Obligatien bedragen d:o 900:-:-:
d' Agterstallige Intresten d:o 398:-:-:
de Kerke Ornamenten d:o1800:-:-:
Somma ƒ5908:06:-:
Het Debet staande Capitaal afgetrocken d:o 2000:-:-:
So resteerd het Capitaal der Diaconij Armen ƒ3908:06:-:
Ofte aan Hollands Courr:t geld d:o 3126:14:-:

Cassa Reekening der Diaconij Armen Gelde zo als bevonden is op Ult:mo December 1777.
 
Debet.
Aan d' Eerw: Collegie der Kerkenraade van Cabo ƒ2000:-:-:
Het bovenstaande hiervan afgetrokken d:o 5908:06:-:
So resteerd het Capitaal der Diaconij Armen ƒ3908:06:-:
 
Credit.
Bij het Sluijten der vorige Jaars Reekening is 'er p:r restant
In Cassa gebleeven ƒ2644:08:-:
Onder den Godsdienst in't Jaar 1777 gecollecteerd d:o 845:-:-:
Nog wegens Intresten, Giften en Kerke Geregtigheeden d:o 923:-:-:
Somma ƒ4412:08:-:
Hiervan uijtgegeeven aan Alimentatie en diversse benodigdheeden d:o 1602:02:-:
Sodat 'er aan Contanten dit Jaar in Cassa blijft ƒ2810:06:-:
d' Obligatien bedragen d:o 900:-:-:
d' Agterstallige Intresten d:o 398:-:-:
de Kerke Ornamenten d:o1800:-:-:
Somma ƒ5908:06:-:
Het Debet staande Capitaal afgetrocken d:o 2000:-:-:
So resteerd het Capitaal der Diaconij Armen ƒ3908:06:-:
Ofte aan Hollands Courr:t geld d:o 3126:14:-:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en Nagezien in Kerke-Vergadering aan Stellenbosch den 7: Januarij 1778. /:was geteekend:/ Ph: Kuijs V: D: M:, J:s Groenewald,’

‘J: D: Villiers J:P:Z: J:s Conterman, A:s, C:l V: d: BijL, Paul Roux, J:s C:l Groenewald.’


'T Generaal Montant des Capitaals deezer Drakensteijnsche Diaconij Armen, bestaat in't volgende.
Anno 1777: primo Januarij was het Capitaal   ƒ10866:-:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Aan Aalmoesen   ƒ812:12:-:
d:o Intresten   d:o 360:04:-:
d:o Kerkhofs-Geregtigheeden   d:o 231:-:-:
d:o Huurbanken   d:o 96:-:-:
d:o Armbossen   d:o 44:-:-:
d:o Testamentaire en Liberaale Giften d:o 325:-:-: ƒ1869:-:-:
  ƒ12735:-:-:
Gaat af.
Aan Onkosten der Armen van Drakensteijn ƒ701:-:-:
d:o d:o d:o d:o van Waveren d:o 625:-:-:
d:o d:o der Kerk en desselfs Gebouwen d:o 205:-:-: d:o 1531:-:-:
Blijft onder Ult:o December 1777 ƒ11204:-:-:
Bestaande in de volgende Parthijen, als.
Aan Cassa over restant ƒ1004:-:-:
d:o Obligatiën en Scheepenen kennissen d:o10200:-:-:
Somma   ƒ11204:-:-:
Ofte aan holl:s Courr:t geld   ƒ8963:04:-:

'T Generaal Montant des Capitaals deezer Drakensteijnsche Diaconij Armen, bestaat in't volgende.
Anno 1777: primo Januarij was het Capitaal   ƒ10866:-:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Aan Aalmoesen   ƒ812:12:-:
d:o Intresten   d:o 360:04:-:
d:o Kerkhofs-Geregtigheeden   d:o 231:-:-:
d:o Huurbanken   d:o 96:-:-:
d:o Armbossen   d:o 44:-:-:
d:o Testamentaire en Liberaale Giften d:o 325:-:-: ƒ1869:-:-:
  ƒ12735:-:-:
Gaat af.
Aan Onkosten der Armen van Drakensteijn ƒ701:-:-:
d:o d:o d:o d:o van Waveren d:o 625:-:-:
d:o d:o der Kerk en desselfs Gebouwen d:o 205:-:-: d:o 1531:-:-:
Blijft onder Ult:o December 1777 ƒ11204:-:-:
Bestaande in de volgende Parthijen, als.
Aan Cassa over restant ƒ1004:-:-:
d:o Obligatiën en Scheepenen kennissen d:o10200:-:-:
Somma   ƒ11204:-:-:
Ofte aan holl:s Courr:t geld   ƒ8963:04:-:

’/:was geteekend:/P: V: D: Spuij, Isak Nel, Daniel de Plesie, P: D: Villiers,’

‘S:n J:se Weijers, T: A:s Theron de Jonge, Abraham Josua Le Roux, J:a Joubert.’


Reekening nopens den Staat der Armen Cassa In't Land van Waveren , onder Ult:mo December 1777.
den 31: Decbr: 1776: was't restant der in Cassa gebleevene Contanten ƒ2496:13:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Onder het doen van den Godsdienst gecollecteerd d:o764:01:-:
Over betaalde kerken Geregtigheeden d:o 307:10:-:
't geene p:r Testament vermaakt en ingekomen is d:o 305:04:-:
van Swellendam ingekomen d:o 97:08:-: ƒ3971:04:-:
Daarvan Gaat af
Wegens diversse benodigtheeden van Kerk- en Predikants Wooningen: mitsg:s andere kerkelijke Gebouwen te voorsien &:a   d:o1898:01:-:
Blijvende dus onder dato deezes p:r Restant   ƒ2073:03:-:
Daarentegen is deeze Kerk Debet.
Aan de Diaconij van Cabo de Goede Hoop volgens diversse Scheepenenkennissen   29300:-:-:
Waarvan detraheere de bovengem: nu p:r restant blijvende Contanten   d:o 2073:03:-:
So dat de Kerk thans aan die van Cabo de Goede Hoop Debet blijft   ƒ27226:13:-:
Ofte aan Hollands Courr:t geld   ƒ21781:09:-:

Reekening nopens den Staat der Armen Cassa In't Land van Waveren , onder Ult:mo December 1777.
den 31: Decbr: 1776: was't restant der in Cassa gebleevene Contanten ƒ2496:13:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Onder het doen van den Godsdienst gecollecteerd d:o764:01:-:
Over betaalde kerken Geregtigheeden d:o 307:10:-:
't geene p:r Testament vermaakt en ingekomen is d:o 305:04:-:
van Swellendam ingekomen d:o 97:08:-: ƒ3971:04:-:
Daarvan Gaat af
Wegens diversse benodigtheeden van Kerk- en Predikants Wooningen: mitsg:s andere kerkelijke Gebouwen te voorsien &:a   d:o1898:01:-:
Blijvende dus onder dato deezes p:r Restant   ƒ2073:03:-:
Daarentegen is deeze Kerk Debet.
Aan de Diaconij van Cabo de Goede Hoop volgens diversse Scheepenenkennissen   29300:-:-:
Waarvan detraheere de bovengem: nu p:r restant blijvende Contanten   d:o 2073:03:-:
So dat de Kerk thans aan die van Cabo de Goede Hoop Debet blijft   ƒ27226:13:-:
Ofte aan Hollands Courr:t geld   ƒ21781:09:-:

’/:onderstond:/ Aldus Gedaan en nagezien ter Kerk Vergadering In’t Land van Waveren den 5 Jann:ij 1778 /:was geteekend:/ J: A: Kuijs V:D:M:, Pieter du Plesie, Jacobus Theron, Hendrik Möller, Joh:s de Waal, Jan Gijsbert Olivier, Francois de Wet.’


Reekening nopens den Staat der Armen Cassa In't Swartland gehouden den 31:ste Xber 1777.
den 31: Xbre 1776. was't restant der in Cassa gebleevene Contanten ƒ1510:06:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Aan Aalmoese d:o 1042:13:-:
d:o Kerke-Geregtigheeden en vrijwillige Giften d:o 423:12:-: ƒ2976:15:-:
Daarvan Gaat af, diversse Onkosten tot het repareeren der Kerk-Predikants- Dominies- en Costers-Wooning, alles volgens overgeleeverde Reecq:, mitsgaders enige andere benodigtheeden:   d:o 2826:13:-:
Dus blijft onder dato deeses p:r restant   ƒ150:02:-:
Daarentegen is deeze Diaconij aan die van Cabo de Goede Hoop volgens diversse Scheepenen-kennissen, Debet ƒ27000:-:-:
Waarvan detraheere de bovengemelde nu p:r restant blijvende Contanten d:o 150:02:-:
So dat deeze Kerk nog Debet blijft   ƒ26849:14:-:
ofte aan Hollands Courr:t geld   d:o 21479:18:-:

Reekening nopens den Staat der Armen Cassa In't Swartland gehouden den 31:ste Xber 1777.
den 31: Xbre 1776. was't restant der in Cassa gebleevene Contanten ƒ1510:06:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Aan Aalmoese d:o 1042:13:-:
d:o Kerke-Geregtigheeden en vrijwillige Giften d:o 423:12:-: ƒ2976:15:-:
Daarvan Gaat af, diversse Onkosten tot het repareeren der Kerk-Predikants- Dominies- en Costers-Wooning, alles volgens overgeleeverde Reecq:, mitsgaders enige andere benodigtheeden:   d:o 2826:13:-:
Dus blijft onder dato deeses p:r restant   ƒ150:02:-:
Daarentegen is deeze Diaconij aan die van Cabo de Goede Hoop volgens diversse Scheepenen-kennissen, Debet ƒ27000:-:-:
Waarvan detraheere de bovengemelde nu p:r restant blijvende Contanten d:o 150:02:-:
So dat deeze Kerk nog Debet blijft   ƒ26849:14:-:
ofte aan Hollands Courr:t geld   d:o 21479:18:-:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan, Gereekend en Gesloten ter Kerke-Vergaderinge in’t Swartland , datum als boven. /:was geteekend:/ D: Goldbach, Joh:s van Aarde, Andries Gobregts, Paul Retif, I: Slabber, Matthijs Michielsz: Basson, Andries Stephanus Gous.’

Sijnde voorts door den Heer provisioneel Hoofd Administrateur Pieter Hacker, wegens d’ uijtleeveringe der Arak, die met d’ ondergen:de Retour Scheepen van Batavia voor dit Gouvernement is aan gebragt, ter Vergaderinge geproduceerd, de volgende memorie.

‘Memorie van de nabesz: Aracq, p:r de volgende retourscheepen van Batavia, voor dit Gouvernement aangebragt, bij pijling minder bevonden, gelijk blijkt bij de verklaring van Gecommitteerdens hier annex, namentlijk.’


Uijt de Vr: Antonetta Coenrardina .
184 1/2 Cann: Arak, op 5 Leggers, bij pijling minder, als zijnde 4: van 5:, en 1: van 7 duijm wan, zijnde 9 1/2 prC:to ruijm.
Uijt 'S Comp:s Welvaren .
230 1/2: Cann: Arak op 8: Leggers, bij pijling minder, als zijnde 5: van 4:, 2: van 5: en 1 van 7: d:m wan, zijnde 7 7/16 prC:to Sch:s
Uijt de Both .
184: Cann: Aracq, op 7 Leggers bij pijling minder, als zijnde 4: van 4:, en 3 van 5 d:m wan, zijnde 6 3/4 prC:to ruijm.
Uijt de Vrijheijd .
248: Cann: Arak op 8: Leggers bij pijling minder, als zijnde 2: van 4:, 5 van 5, en 1 van 6 d:m wan, zijnde 8 prC:to Schaars.
Uijt Diana .
196 1/2 Cann: Aracq, op 5 Leggers bij pijling minder, als zijnde 3 van 5, 1 van 6, en 1 v:n 7 d:m wan, zijnde 10 1/8 prC:to ruijm.

Uijt de Vr: Antonetta Coenrardina .
184 1/2 Cann: Arak, op 5 Leggers, bij pijling minder, als zijnde 4: van 5:, en 1: van 7 duijm wan, zijnde 9 1/2 prC:to ruijm.
Uijt 'S Comp:s Welvaren .
230 1/2: Cann: Arak op 8: Leggers, bij pijling minder, als zijnde 5: van 4:, 2: van 5: en 1 van 7: d:m wan, zijnde 7 7/16 prC:to Sch:s
Uijt de Both .
184: Cann: Aracq, op 7 Leggers bij pijling minder, als zijnde 4: van 4:, en 3 van 5 d:m wan, zijnde 6 3/4 prC:to ruijm.
Uijt de Vrijheijd .
248: Cann: Arak op 8: Leggers bij pijling minder, als zijnde 2: van 4:, 5 van 5, en 1 van 6 d:m wan, zijnde 8 prC:to Schaars.
Uijt Diana .
196 1/2 Cann: Aracq, op 5 Leggers bij pijling minder, als zijnde 3 van 5, 1 van 6, en 1 v:n 7 d:m wan, zijnde 10 1/8 prC:to ruijm.

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop den 3: Febr: 1778. /:was geteekend:/ P: Hacker.’

Naar welkers Lectuure goedgevonden is, dat het geene daarvan minder als de gepermitteerde afschrijvinge dicteerd is te kort gekomen, de resp:ve Scheeps-Overheeden op haare Soldij Reekeningen zal werden vergoed in deezer voegen, Namentlijk.

die van de Vrijheijd .
Over 62: Cann: Arak, zijnde 2: prC:to Sch:s voor reecq: van
wijlen den Commandeur der Retour-Vloot d' E: Jan Abel, voor 2/3 ƒ21:14:-:
en den opperstuurman Christ:n Fredrik Winterheijm, voor 1/3 d:o 10:17:-: ƒ32:11:-:
die van 'S Compagnies Welvaren .
Wegens 79 1/2 Cann: Arak, zijnde 2 9/16: prC:to Sch:s
den Schipp:r voor 2/3 ƒ27:16:08:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 13:18:-: ƒ 41:14:08:
die van de Both .
Over 87 1/2 Cann: Arak ofte 3 1/4 prC:to Schaars
den Schipp:r voor 2/3 ƒ30:12:-:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 15:06:-: ƒ45:18:-:
die van de Vr: Antonetta Coenrardina .
Wegens 9 1/2 Cann: Arak, zijnde 1/2 prC:to Schaars
den Schipp:r voor 2/3 ƒ3:06:08:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 1:13:08: ƒ5:-:-:
Waar en tegen d' Opperhoofden van het Schip Diana , wegens het geene Zijl: meerder als bij 't Reglement is bepaald, zijn te kort geschoten, op de volgende wijze zullen moeten werden belast, als.
Over 2 1/2 Cann: Arak zijnde 1/8 prC:to ruijm
den Schipp:r voor 2/3 ƒ1:01:08:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o -:11:-: ƒ1:12:08:
die van de Vrijheijd .
Over 62: Cann: Arak, zijnde 2: prC:to Sch:s voor reecq: van
wijlen den Commandeur der Retour-Vloot d' E: Jan Abel, voor 2/3 ƒ21:14:-:
en den opperstuurman Christ:n Fredrik Winterheijm, voor 1/3 d:o 10:17:-: ƒ32:11:-:
die van 'S Compagnies Welvaren .
Wegens 79 1/2 Cann: Arak, zijnde 2 9/16: prC:to Sch:s
den Schipp:r voor 2/3 ƒ27:16:08:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 13:18:-: ƒ 41:14:08:
die van de Both .
Over 87 1/2 Cann: Arak ofte 3 1/4 prC:to Schaars
den Schipp:r voor 2/3 ƒ30:12:-:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 15:06:-: ƒ45:18:-:
die van de Vr: Antonetta Coenrardina .
Wegens 9 1/2 Cann: Arak, zijnde 1/2 prC:to Schaars
den Schipp:r voor 2/3 ƒ3:06:08:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 1:13:08: ƒ5:-:-:
Waar en tegen d' Opperhoofden van het Schip Diana , wegens het geene Zijl: meerder als bij 't Reglement is bepaald, zijn te kort geschoten, op de volgende wijze zullen moeten werden belast, als.
Over 2 1/2 Cann: Arak zijnde 1/8 prC:to ruijm
den Schipp:r voor 2/3 ƒ1:01:08:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o -:11:-: ƒ1:12:08:

En vermits den Commandeur der retour Vloot deezes Jaars d’ E: Jan Abel, die zig op het voorzeijde Schip de Vrijheijd , heeft bevonden, op de herwaards reijze is komen t’ overlijden; Soo is besloten het Commando op ged:e Bodem, aan den Opperstuurman Christiaan Fredrik Winterheijm, als Gezaghebber op te dragen, en in desselfs plaats wederom tot opperstuurman te bevorderen, den onder dito van’t Retour Schip de Bodt Johannes Nottermans van Delft, met halveering van Gagie tot ƒ40:- p:r maand.

Door de op het voorwaardsgemelde RetourSchip Diana bescheijdene Schieman Christoffel Gedouw en Bootsmansmaat Carsten Fredrik Bentfeld, bij Request te kennen gegeeven zijnde, hoe de Suppl:ten ter zaake, dat zijl:, wanneer ged:e Bodem ter Bataviasche Rheede had geleegen, genoodzaakt waaren geweest, aan boord te blijven, om het Schip ter reijsvorderinge in Staat te helpen brengen, hierdoor, en door het daarop gevolgde Schielijk vertrek van voorsz: kiel, was veroorszaakt, dat de Suppl:ten geen tijd nog geleegendheijd hadden gehad, aan Land te komen, ten eijnde het branden hunner gepermitteerde kisten te verzoeken, invoegen zij dan ook, zonder sulx g’ obtineerd te hebben, van Batavia waaren vertrocken; met bijgevoegd ootmoedig Supplicq wijders, dat ten aanzien het voor de Suppl:ten ten hoogsten Schadelijk zoude vallen, de reijze indiervoegen naar ‘t Vaderland voort te zetten, derselver voorsz: kisten dierhalven hier ter plaatse mogten werden gebrand; zoo is, dewijl uijt de, nevens het voorzijde Verzoekschrift, overgelegde Verklaringe, door den Schipper ende verdere Officieren van gezegden Bodem Diana ten dien opzigte verleend, is komen te blijken, dat het niet branden der kisten van opgem: Persoonen, geensints door derselver verzuijm is te wege gebragt oversulx goedgedagt der Suppl:ten verzoek t’ accordeeren.

Vervolgens aan den Burger Johan Godfried Rediger hierom almeede in Scriptis verzoek doende, gepermitteerd zijnde, p:r een der RetourScheepen deezes Jaars, onder betalinge van de gewoone Transport en Costpenn: te repatrieeren; is voorts op de deswegens insgelijx bij geschrift gedaane instantie van den meede burger Johan Deowald Andreas, besloten, dat aan de Hoog Edele Heeren Seventhienen, in zijn faveur zal werden geschreeven, ten einde desselfs Dogter Anna Christina Andreas, te Grossen Gottern in ‘t Thuringsche woonagtig, bij bequaame Scheeps-Occasie herwaards moge overkomen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

C. 156, pp. 141-197.

Dingsdag den {17780224} 24 Febr:ij 1778.

‘S voormiddags alle present, behalven den E: Soldij Boekhouder Dirk Westerhoff.

Heeft den E: Provisioneel Hoofd Administrateur Pieter Hacker, nopens d’ uijtleeveringe der Arak, met de daarbij vermelde Scheepen van Batavia aangebragt, geproduceerd de volgende Memorie.

‘Memorie van de nabesz: Arak, p:r de volgende Retour Scheepen van Batavia voor dit Gouvernement aangebragt, bij pijling minder bevonden, gelijk blijkt bij de verklaring van Gecommitteerd:s hier annex, Namentlijk.’


Uijt 't Schip Willem Fredrïk .
184: Cann: Arak, op 7: Leggers bij pijling minder, als zijnde 4: van 4: en 3 van 5 duijm wan, zijnde 6 3/4: prC:to ruijm.
Uijt 't Schip Johanna Margaretha .
120: Cann: Arak, op 5: Leggers bij pijling minder, als zijnde 4: van 4: en 1 van 5 d:m wan, zijnde 6 3/16 prC:to Schaars
Uijt 't Schip Hoolwerf .
140: Cann: Arak, op 5: Leggers bij pijling minder, als zijnde 2: van 4: en 3 van 5 d:m wan, zijnde 7 3/16: prC:to ruijm.
Uijt 't Schip Bredenhoff .
150: Cann: Arak, op 5: Leggers bij pijling minder, als zijnde 1: van 4: en 4 van 5 duijm wan, zijnde 7 3/4: prC:to Schaars.

Uijt 't Schip Willem Fredrïk .
184: Cann: Arak, op 7: Leggers bij pijling minder, als zijnde 4: van 4: en 3 van 5 duijm wan, zijnde 6 3/4: prC:to ruijm.
Uijt 't Schip Johanna Margaretha .
120: Cann: Arak, op 5: Leggers bij pijling minder, als zijnde 4: van 4: en 1 van 5 d:m wan, zijnde 6 3/16 prC:to Schaars
Uijt 't Schip Hoolwerf .
140: Cann: Arak, op 5: Leggers bij pijling minder, als zijnde 2: van 4: en 3 van 5 d:m wan, zijnde 7 3/16: prC:to ruijm.
Uijt 't Schip Bredenhoff .
150: Cann: Arak, op 5: Leggers bij pijling minder, als zijnde 1: van 4: en 4 van 5 duijm wan, zijnde 7 3/4: prC:to Schaars.

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop en 24: Februarij 1778. /:was geteekend:/ P: Hacker.’

Welke Memorie geleezen weezende, is goedgevonden, dat het geene daar van minder als de gepermitteerde afschrijvinge dicteerd, te kort gekomen is, op de Soldij Reekeningen der resp:ve Scheeps Opperhoofden zal werden goed gedaan, in maniere navolgende, te weeten.

Die van 't Schip Willem Fredrik .
87 1/2: Cann: Arak, zijnde 3 1/4: prC:to Sch:s.
den Schipper voor 2/3 ƒ30:12:-:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 15:06:-: ƒ45:18:-:
Die van de Johanna Margaretha .
74: Cann: Arak, zijnde 3 13/16 prC:to ruijm
den Schipper voor 2/3 ƒ25:18:-:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 12:19:-: ƒ38:17:-:
Die van Hoolwerf .
54: Cann: Arak, zijnde 2 13/16 prC:to Sch:s
den Schipper voor 2/3 ƒ18:17:08:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 9:09:-: ƒ28:06:08:
Die van Bredenhoff .
44: Cann: Arak, zijnde 2 1/4 prC:to ruijm.
den Schipper voor 2/3 ƒ15:08:-:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 7:14:-: ƒ23:02:-:
Die van 't Schip Willem Fredrik .
87 1/2: Cann: Arak, zijnde 3 1/4: prC:to Sch:s.
den Schipper voor 2/3 ƒ30:12:-:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 15:06:-: ƒ45:18:-:
Die van de Johanna Margaretha .
74: Cann: Arak, zijnde 3 13/16 prC:to ruijm
den Schipper voor 2/3 ƒ25:18:-:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 12:19:-: ƒ38:17:-:
Die van Hoolwerf .
54: Cann: Arak, zijnde 2 13/16 prC:to Sch:s
den Schipper voor 2/3 ƒ18:17:08:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 9:09:-: ƒ28:06:08:
Die van Bredenhoff .
44: Cann: Arak, zijnde 2 1/4 prC:to ruijm.
den Schipper voor 2/3 ƒ15:08:-:
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 7:14:-: ƒ23:02:-:

Ook is nagezien de onderstaande Reekening der Weesgelden, Sodanig als dezelve onder Ult:mo Decbr: des voorl: Jaars ter Weescamer zijn bevonden.


Generaale Reekening der Weescamer Onder Ultimo December 1777.
1777.
p:mo Jann:ij was't Capitaal op de Boeken . Rd:s 312803:39
En het restant der Contanten op d' open staande Boedels d:o 24587:46 Rd:s 337391:37
In dit Jaar bijgekomen op de Boeken, te weeten.
Aan geprofiteerde renten op d' uijtstaande Capitaalen Rd:s 12292:44
d:o nieuwe Bewijzen d:o 15307:36
d:o ingekomene penningen ten voordeele der weesen d:o 40138:43
Op d' openstaande Boedel Reekeningen. d:o 97289:43 d:o 165029:22
In dit Jaar afgegaan.
Op de Boeken: Namentlijk.
Wegens betaalde Bewijzen Rd:s 3385:45
d:o Uijtgegeevene Contanten tot voldoening en onderhoud der Weezen mitsg:s Camer ongelden d:o 38229:09
Op d' Openstaande Boedel Reekeningen d:o 66126:44 d:o 107742:02
Resteerd onder dato deezes Een Somma van   rd:s 394679:09
Welk Evengem: Capitaal in't volgende bestaat, te weeten.
In diversse Verbandbrieven rd:s 323573:05
d:o verscheenen Intresten d:o 9145:06
d:o 't restant der Contanten op de Boeken d:o 6210:01
d:o d:o op d' openstaande Boedels d:o 55750:45 d:o 394679:09

Generaale Reekening der Weescamer Onder Ultimo December 1777.
1777.
p:mo Jann:ij was't Capitaal op de Boeken . Rd:s 312803:39
En het restant der Contanten op d' open staande Boedels d:o 24587:46 Rd:s 337391:37
In dit Jaar bijgekomen op de Boeken, te weeten.
Aan geprofiteerde renten op d' uijtstaande Capitaalen Rd:s 12292:44
d:o nieuwe Bewijzen d:o 15307:36
d:o ingekomene penningen ten voordeele der weesen d:o 40138:43
Op d' openstaande Boedel Reekeningen. d:o 97289:43 d:o 165029:22
In dit Jaar afgegaan.
Op de Boeken: Namentlijk.
Wegens betaalde Bewijzen Rd:s 3385:45
d:o Uijtgegeevene Contanten tot voldoening en onderhoud der Weezen mitsg:s Camer ongelden d:o 38229:09
Op d' Openstaande Boedel Reekeningen d:o 66126:44 d:o 107742:02
Resteerd onder dato deezes Een Somma van   rd:s 394679:09
Welk Evengem: Capitaal in't volgende bestaat, te weeten.
In diversse Verbandbrieven rd:s 323573:05
d:o verscheenen Intresten d:o 9145:06
d:o 't restant der Contanten op de Boeken d:o 6210:01
d:o d:o op d' openstaande Boedels d:o 55750:45 d:o 394679:09

’/:onderstond:/’

‘Ter Weescamer aan Cabo de Goede Hoop Ult:o Xbre: 1777. /:lager:/ Continueerende en aankomende Weesmeesteren. /:was geteekend:/ W: C: Boers, G: H: Meijer, W: F: V: Reede van Oudshoorn, J: M: Bletterman, J: A: Kuuhl J:s Smuts. /:in margine:/ afgaande Weesmeesteren /:en geteekend:/ C: G: Maasdorp, G:s H:k Cruijwagen.’

Waarna door den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers wierd ingediend, het volgende Schriftuur.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinair van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop met den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en Ed: Agtb: Heeren!’

‘De Ondergeteekende in zijne qualiteijt door den Burger Hendrik Elshout, woonagtig in de Baaij Fals , g’ informeerd geworden zijnde, dat zeekere Dirk Dosijn, als Quartiermeester bescheijden zijnde geweest op’t Schip Delfshaven , zou hebben kunnen goedvinden, te fabriceren en met den naam van hem Hendrik Elshout t’ onderteekenen, eene Erkentenisse of renversaal, waarbij dezelve Hendrik Elshout quasi zoude hebben bekend, op den 30:ste Maij 1776, uijt handen van hem Dirk Dozijn, toen ter tijd als Constapel zijnde geretourneerd met ‘t Schip Oud Haarlem , te hebben ontfangen enige daarbij gespecificeerde Lijwaaten, te Samen bedragende een Somma van 456: Rijxd:s en hetselve alzo gefabriceerde Renversaal, bij Notariële Acte op den 8: Octbr: 1777. voor den Notaris N: Brahé en Getuijgen binnen Amsterdam gepasseerd tot Securiteijt voor de voldoeninge van eene Somma van 658 Guld:s en 14 Stv:s holl: Cour:t, Welke hij Dirk Dozijn, bij dezelve Acte wel en deugdelijk verclaarde Schuldig te zijn, aan Joost Hanssen, wonende binnen Amsterdam , met cessie van Actie en Procuratie in rem Suam aan denselven Joost Hanssen over te geeven, heeft zig, ter ontdekkinge van de waarheijd derselve beschuldiginge, in de onvermijdelijke noodzakelijkheijd gevonden, denselven Dirk Dozijn eerst in ‘t vriendelijke daarover t’ onderhouden, en nadat hij al het selve in’t particulier completelijk hadde geadvoueerd, op Articulen tot dat eijnde geformeerd, voor Heeren Gecommitteerd:s uijt den E: Agtb: Raad van Justitie te doen hooren, waarvan het gevolg geweest zijnde, dat dezelve Dirk Dosijn zijne voorgemelde misdaad hebbende geconfesseerd, en dus de Waarheijd der beschuldiginge, tegen hem ingebragt, hebbende geadvoueerd, d’ onderget:de zig heeft geimagineerd gehad, dat, hoe zeer deselve Dirk Dozijn, zo uijt hoofde, dat dezelve falsiteijt zoude zijn gepleegd binnen Amsterdam, en dus buijten het territoir en de Judicature van d’ Edele Compagnie, en gevolglijk ook buijten het bereijk van desselfs resp:ve Officieren, als meede wel voornamentlijk, om dat het Corpus delicti of d’ Origineele gefalsifieerde of gefabriceerde Acte zig binnen Amsterdam zou bevinden, en mits dien alhier aan denselven Dirk Dozijn, niet kan werden voorgehouden, om van de wezendlijke Existentie en identiteijt van dien, geconvinceerd te worden, het egter van zijnen indispensablen pligt was, tot voorkominge van dergelijke of andere misdaaden, welk niet dan ten uijttersten præjudiciabel zouden kunnen zijn, voor d’ onderhoorigen van den Staat in deeze Gewesten en voor d’ Edele Compagnie selve, denselven Dirk Dozijn in verzeekeringe te houden, en van het een en ander aan U Ed: Gestr: en Ed: Agtb:s kennisse te geeven, ten eijnde, door dezelve sodanige mesures te kunnen werden genomen, als met den Aart der Zaake overeenkomstig zal werden geoordeeld.’

‘Waarmeede, na Uw Ed: Gestr: en Ed: Agtb:s in de bescherminge Godes te hebben aanbevolen, de onderget:de d’ Eer heeft zig te noemen.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele Gestr: Heer en Ed: Agtb: Heeren! Uwel Ed: Gestr: en Ed: Agtb:s Dienstwilligen Dienaar. /:was geteekend:/ W: C: Boers. /:in margine:/ Cabo de Goede Hoop den 24:ste Februarij 1778.’

Waarop verstaan is, dat, om de reeden in’t voorsz: Schriftuur vervat, den daarbij vermelden Quartiermeester Dirk Dozijn, met een der aanweezende voor de præsidiale Camer Amsterdam repatrieerende Scheepen, in goede verzeekering naar het Vaderland zal opgezonden, en daarvan, onder overzending der door ged:e Heer Fiscaal ten Lasten van bovengem: Dozijn ingewonne Stucken per Missive aan Haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren Bewindhebberen ter voorm: Præsidiale Camer, behoorlijk kennisse gegeeven werden.

Gelijk meede door ged:e Heer Independent Fiscaal is ingeleeverd een Tweede Schriftuur, luijdende als volgd.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Neederlands India, mitsgaders Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop met den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Politicquen Raad.

‘Wel Edele Gestr: Heer en Ed: Agtb: Heeren!’

‘De Schipper van ‘t Oost Indische Comp:s Schip Borsselen , wanneer het zelve de laatste maal alhier ter Rheede geankerd lag, aan den Onderget:de Independent Fiscaal deezes Gouvernements kennisse hebbende gegeeven, dat reets in den beginne van desselfs reijze herwaards, diversse Persoonen binnen zijnen Bodem zig d’ Eene in eene meerdere en de andere in eene mindere graad hadden Schuldig gemaakt, aan de verfoeijlijke misdaad van Sodomie, dat Sommige daarvan, wanneer zij nog in Duijns ten Anker lagen, na de Straffe, bij Sententie van den Scheepsraad tegen henlieden gedecerneerd, te hebben ondergaan, als infame en inhabile Persoonen waaren aan den Wal gezet, dog dat anderen daarentegen, zo om dat derselver misdaad in de Provintie van Zeeland aan den Wal zou zijn begaan, als wel uijt hoofde van de Criticque omstandigheeden, welke den Scheepsraad in’t examineeren van derselver Zaake waaren voorgekomen, door hem waaren gehouden, in hetselve Arrest, met intentie omme dezelve aan den Ondergeteekenden in zijne qualiteijt overgegeeven zijnde bij den Edelen Agtb: Raade van Justitie deezes Gouvernements na bevind van zaaken te kunnen werden gestraft en als Sodanige aan den ondergeteekenden hebbende overgegeeven, drie Soldaaten van desselfs Schip met naamen Pieter Jozeph Boussché, Hendrik Cappens en Jozeph Winkelaar, waarvan d’ eerste Pieter Jozeph Boussché zig selve beschuldigde met den Tweeden Hendrik Cappens, dezelve misdaad van Sodomie completelijk te hebben bedreeven en de Twee laatsten door anderen beschuldigd waaren, aan boord het Sogen:de Crimen mastuprationis begaan te hebben, is het den ondergeteek:de voorgekomen, dat wat betrof de beschuldiginge van den Eersten Gedetineerden, die de misdaad van Sodomie met denselven Hendrik Cappens completelijk zou hebben begaan, het met dezelve beschuldiginge Sodanig Scheen geleegen te zijn, dat, al hadde den Onderget:de de Cognitie dier zaake gecompeteerd, d’ Onderget:de geene de minste Swarigheijd zou hebben gemaakt, te declareeren van begrip te zijn, dat men alhier nimmer in Staat kon zijn, omme ter dier Zaake enige gefundeerde Crimineele Procedures te entameeren, veel min met hoop van enig Succes te pousseeren, in Consideratie niet alleen, dat ‘er tot probatie van het selve fait geene andere Getuijgen, of de geringste bewijsen konden werden gesuppediteerd, als het bloote voorgeeven van denselven Pieter Jozeph Boussché, die den Onderget:de bij zijn particulier examen is voorgekomen, juijst de Spiritueelste van zijnen tijd niet te zijn, maar om dat ook daaren boven deselve Pieter Jozeph Boussché op eene gemodereerde en zagtzinnige wijze door den Ondergeteek:de in’t particulier nopens dezelve beschuldiginge zijnde onderhouden, met zeer veel ingenuiteijt heeft gedeclareerd, dat men hem in Zeeland zolange had geplaagd, om dat hij dien avond, wanneer hetselve zou zijn voorgevallen, wat vroeger als ordinair was gaan Slaapen, tot dat hij eijndelijk wel genoodzaakt was geweest, hetselve te moeten advoueeren, en dezelve zijne beschuldiginge ook vervolgens als geheel abusief en met de Waarheijd Strijdig Completelijk heeft geretracteerd gehad, het welk een en ander gevoegd bij de notoire onbevoegdheijd van den Onderget:de omme ter zaake van misdaaden op het territoir van Zeeland, en dus buijten het ressort van de Generaliteijt begaan, eene behoorlijke actie te kunnen entameeren, den Onderget:de Resolutie heeft doen neemen, van dit een en ander, aan Uw Ed: Gestr: en Ed: Agtb:s kennise te geeven, ten eijnde door dezelve, omtrent den Persoon van denselven Pieter Jozeph Boussché te kunnen worden gedisponeerd, zo als dezelve zouden gelieven goed te vinden; Terwijl tegen de Twee andere geaccuseerdens door den onderget:de op fundament van de gesuppediteerde bewijzen bij den Ed: Agtb: Raade van Justitie deezes Gouvernements, de gepaste Prodedures zijn g’ entameerd, en dezelve bij Sententie van denselven Rade zijn gecondemneerd, zo als dezelve in goede Justitie hebben geoordeeld te behooren.’

‘Waarmeede na Uw Ed: Gestr: en Ed: Agtb:s in de bescherminge des Allerhoogsten te hebben aanbevolen d’ Onderget:de d Eer heeft zig te noemen.’

’/:onderstond:/ Wel Edele Gestr: Heer en Ed: Agtb: Heeren! Uwel Ed: Gestr: en Ed: Agtb:s Dienstwilligen Dienaar. /:was geteekend:/ W: C: Boers. /:in margine:/ Cabo de Goede Hoop den 24: Febr:ij 1778.’

En is hierop besloten, den Soldaat Pieter Joseph Bouché insgelijx in goede verzeekeringe met het Retour Schip Juno , op te zenden naar de Camer Zeeland, waarvoor is uijtgekomen, Terwijl ten opzigte van den meede bij het voorsz: Schriftuur vermelden Hendrik Cappens, die bij Vonnisse des Raads van Justitie, ten Eeuwigen dage uijt dit Gouvernement en den Ressorte van dien, is gebannen, mitsgad:s om voor de kost Scheeps dienst doende naar het Vaderland te werden verzonden, best gedagt is, denselven als Sodanig insgelijx te plaatsen op het ged:e Schip Juno , met ordre aan dies Overheeden om gem: Hendrik Cappens, niet alleen zo veel mogelijk, van bovengem: Pieter Jozeph Bouché afgezondert te houden, maar denselven Cappens bovensdien, wanneer voor de Nederlandse Wal zullen gekomen zijn, meede te stellen in verzeekering, en beijde voorsz: Persoonen, sodanig te houden, ter dispositie van Haar Edele Groot Agtb: de Heeren Bewindhebberen ter Camer Zeeland, aan wien de ten hunnen Laste door ged:e Heer Independent Fiscaal overgelegde Stucken meede Copiëlijk zullen werden gesuppediteerd.

En gelijk ter Sessie van den 20 Jann:ij Jongstl: aan meerm: Heer Independent Fiscaal, is gedemandeerd geworden, omme agtervolgens het aangeschreevene door Haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren Bewindhebberen ter præsidiale Camer Amsterdam, nopens de Sterke Suspicie eener verregaande Sluijkhandel, waaraan zig d’ Overheeden van ‘t ter Rheede leggend’ Bengaals Retour Schip de Mercuur , op derselver uijtreijse zouden hebben schuldig gemaakt, exact onderzoek te doen, zo wierd door zijn E: als Sulx behoorlijk hebbende verrigt, deesen aangaan almeede ter Vergadering geproduceerd, het onderstaande berigt.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinair van Nederlands India, mitsgad:s Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop met den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:ren Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en Ed: Agtb: Heeren!’

‘De Onderget:de Independent Fiscaal deezes Gouvernements, uijt zeekere Missive, door de Wel Edele Groot Agtb: Heeren Bewindhebberen ter Camer Amsterdam, aan den Wel Edelen Gestrengen Heere Gouverneur en den Politicquen Rade alhier geaddresseerd /:waarvan door Uwel Ed: Gestr: en Ed: Agtb:s zo wel als van de daarbij gevoegde Copije Authenticq Translaat verklaringe aan den Onderget:de Copije ter hand gesteld is:/ ontwaar geworden zijnde, dat Cornelis Bosch, Schipper van het alhier ter Rheede Leggend’ Bengaalsch RetourSchip de Mercuur , beneevens de verdere Overheeden van dien Bodem, onder eene zeer vehemente Suspicie waaren geraakt, als of zij met Sommige baatzugtige Lieden in Europa , een Plan van verregaanden Sluijkhandel zouden hebben geconcerteerd gehad, en ter voldoeninge daaraan, met verzaakinge van den dierbaaren Eed, aan d’ Edele Compagnie gedaan, zeker GaljootSchip genaamd de Johannes en Wiegerius , gevoerd door Schipper Sietse Rienkes Bies, zouden hebben afgehuurd, en met diversse particuliere en ongepermitteerde Goederen bevragt, met Oogmerk, omme de zelve Goederen, naar derselver vertrek uijt Texel , op d’ eene of andere wijze, uijt hetselve GaljootSchip in denselven Bodem de Mercuur te doen overscheepen, en dat door welgem: Heeren Bewindhebberen daarvan aan de Regeeringe alhier, kennisse was gegeeven, ten eijnde na resumtie van voorgemelde Verklaringe, omtrent dies inhoude, door den Independent Fiscaal deezes Gouvernements, bij het Retour alhier van de Officieren en verdere Manschappen, die op het Schip de Mercuur bij desselfs vertrek uijt het Vaderland bescheijden zijn geweest, de vereijschte Enqueste gedaan, en tegen de Schuldige zijn Ampt en pligt betragt zou worden, met een daarbij gevoegd Declaratoir, dat dezelve Heeren Bewindhebberen zig gepersuadeerd hielden, dat bij de te rugkomste van dezelve Officieren, en verdere Manschappen ter deeser Rheede, nauwkeurig zou werden onderzogt, of dezelve als dan enige verbode Goederen hadden aangebragt, ten eijnde ook in dat Cas tegens hen zou kunnen worden geprocedeerd, naar Exigentie van Zaaken; heeft ter obedientie aan dezelve gevenereerde Ordres, terstond bij het arrivement van hetselve Schip de Mercuur , ten overstaan van Heeren Gecommitteerdens uijt den Edelen Agtb:re Rade van Justitie, op de accuraatste wijze mogelijk, doen Examineeren en onderzoeken, of door denselven Schipper Bosch, of ijmand zijner Officieren, enige verbodene Goederen waaren aangebragt, dog met geen ander gevolg, dan dat door dezelve Heeren Gecommitteerdens, en den Adjunct Fiscaal, die bij absentie van den Onderget:de, dezelve Commissie heeft geadsisteerd, bij derselver te rugkomst van Boord, is gedeclareerd geworden, dat door henlieden geene diergelijke particuliere of verbodene Goederen, voor zoo verre men hadde kunnen nagaan, waaren ontdekt geworden, zo als uijt het Schriftelijk door henlieden ten dien opzigte gegeeven en geteekend Rapport, ten deesen geannexeerd, kan worden gezien.’

‘Zeer korten tijd daarna, heeft d’ Onderget:de zig insgelijx met Heeren Gecommitteerdens uijt den Edelen Agtb: Raade van Justitie alhier, aan boord van het Selve Schip begeeven, en eerst alle de Deks-of Onder-officieren, welke zig aan boord bevonden, en daarna een zeer groot gedeelte der Mattroosen welke met het selve Schip uijt het Vaderland waaren uijtgevaaren, doen hooren, en onder Solemneelen Eeden antwoorden op Sodanige Articulen, als ter ontdekkinge van d’ effective waarheijd van dezelve Suspicie, door den onderget:de waaren geformeerd, en aan dezelve Heeren Gecommitteerdens tot dat eijnde waaren overgegeeven geworden, dog met geen ander gevolg, dan dat door dezelve alle unaniem zonder enige de minste reserve, is gedeclareerd, en met Solemneele Eeden bevestigd geworden, dat zij nog van het huuren van een dergelijk GaljootSchip, nog van de dadelijke overscheepinge van enige Goederen uijt hetselve, in derselver Schip de Mercuur , enige de allergeringste kennise of bewustheijd hebben gehad, ja selfs daarvan nimmer als alhier ter Rheede bij de algemeene gerugten hadden hooren Spreeken, zoo dat uijt dezelve Enquesten niet alleen geen de minste convincante preuve, maar Selfs niet de allergeringste Suspicie zijnde komen t’ ontstaan, op welks Fundament d’ Onderget:de met enigen Schijn van apparent Succes, d’ eene of ander provisie van Justitie zou hebben kunnen obtineeren, ten eijnde volgens d’ ordinaire Stijle tegens denselven Bosch of zijne verdere officieren enig regulier Crimineel Proces, door middel van een behoorlijk Decreet van apprehensie of Dagvaardinge in Persoon te kunnen entameeren, het selve zeekerlijk zou zijn geweest, van dat natuurlijk gevolg, dat dezelve zaake, uijt hoofde van d’ onmogelijkheijd, omme alhier enig verder bewijs te kunnen opspeuren, door den Onderget:de buijten alle verder vervolg zou zijn gelaten geworden, indien de zoo klaare en Expressive bewoordingen, in meergem: Missive van welgem: Heeren Bewindhebberen vervat, den Onderget:de niet ten Sterksten hadden g’animeerd, omme geene middelen, welke met enige mogelijkheijd ter ontdeckinge van de Waarheijd der voorsz: Suspicie zouden kunnen werden g’emploijeerd, onbezogt en onbeproefd te laten, het welk dan ook den Onderget:de Resolutie heeft doen neemen, omme, hoe zeer het selve met den Strikten en geusiteerden Stijl van procedeeren in Crimineele Zaaken, op de volmaakste wijze, juijst niet quadreerd, zig bij Requeste t’ addresseeren aan den Edelen Agtb: Rade van Justitie alhier, en na te kennengeevinge van al het voorgemelde, ten eijnde zoo veel maar immer mogelijk was, aan d’ intentie of den Letter der meergem: Missive van Heeren Bewindhebberen met de uijtterste exactitude te voldoen, te verzoeken, zo als d’ Ondergeteek:de dan ook bij denselven Rade heeft geobtineerd gehad, een Authorisatie en qualificatie, omme denselven Schipper Bosch en zijne verdere Officieren ten overstaan van Heeren Gecommitteerdens uijt denselven Rade, te hooren op Sodanige Articulen, als ter verdere recherche en ontdekkinge der meergem: Suspicie, zouden nodig geoordeeld worden, met eene daarbij gevoegde ordre op denselven Schipper Bosch, en zijne verdere Officieren, omme op dezelve Articulen Cathegorisch te antwoorden.’

‘Dezelve Schipper Bosch en zijne verdere Officieren vervolgens, uijt kragte van dezelve qualificatie, ten overstaan van Heeren Gecommitteerdens uijt meergemelden Rade van Justitie zijnde gehoord, en door henlieden alle op het Sterkste zijnde gedisadvoueerd geworden, dat zij immer of ooijt enig dergelijk Plan van Sluijkhandel zouden hebben geconcerteerd, dat zij gevolglijk ook nimmer enige Vaartuijg tot dat eijnde hadden afgehuurd of doen afhuuren, Ja dat selfs de Persoon van Sietse Rienkes Bies, bij henlieden niet eens bekend was, vind zig d’ Ondergeteekende thans in de noodzakelijkheijd gebragt, om te moeten declareeren, dat hij in zijne qualiteijt, uijt alle de ingewonne Enquesten geen Schaduw van Fundament kan vinden, en dat hij buijten dien zig ook niet in Staat bevind, omme enig middel in deeze Colonie bij der hand te neemen, waaruijt d’ Onderget:de met enige hoop van Succes enig Fundament zou kunnen verwagten, ten eijnde, daarop tegens denselven Schipper Bosch of zijne Officieren enig regulier en ordentelijk Crimineel Proces te kunnen entameeren; Terwijl d’ Onderget:de aan den anderen kant teffens billijk vertrouwd, dat welgem: Heeren Bewindhebberen met derselver gewoone accuratesse en attentie examineerende, het geen door den Onderget:de in deezen is verrigt, op’t Sterkste zullen worden overtuijgd, dat in deezen alle mogelijke middelen en Wegen zijn gebruijkt en ingeslagen, omme aan hoogst derselver gerespecteerde ordre en intentie /:waare het mogelijk geweest:/ te voldoen.’

‘De Onderget:de heeft gemeend van dit een en ander aan Uwel Ed: Gestr: en E: Agtb:s kennisse te moeten geeven, ten eijnde door dezelve, bij de rescriptie op de Missive, welke door meergem: Heeren Bewindhebberen ten deesen opzigte aan Uwel Ed: Gestr: en Ed: Agtb:s, is geschreeven geworden, daarvan zo wel, als van alle de Articulen, waarop de respective Getuijgen en Beschuldigdens zijn gehoord geworden, met derselver responsiven daarop gegeeven, mitsgaders van’t Request door den Onderget:de aan der Ed: Agtb:re Raade van Justitie gepræsenteerd, met het daarop gevallen appoinctement, /:van al’t welk Copijen hierneevens zijn gevoegd/: Sodanig gebruijk gemaakt te kunnen worden als Uwel Ed: Gestr: en Ed: Agtb:s zouden komen goed te vinden.’

‘Intusschen heeft d’ onderget:de na Uwel Ed: Gestr: en E: Agtb:s, de bescherminge des Alderhoogsten aanbevolen te hebben, d’ Eer zig te noemen.’

’/:Onderstond:/’

‘Wel Edele Gestr: Heer en Ed: Agtb:re Heeren! Uwel Ed: Gestr: en Ed: Agtb:s bereijdwilligen Dienaar. /:was geteekend:/ W: C: Boers. /:in margine:/ Cabo de Goede Hoop den 24 ste: Februarij 1778.’

Naar welkers Lecture besloten is, dat hiervan welopgem: Heeren Bewindhebberen, onder overzending van het voorsz: berigt en alle de ingewonne Stucken, ampel verslag zal werden gedaan.

Sullende wijders aan hoogstgedagte Edele Heeren Bewindhebberen ter præsidiale Camer Amsterdam, ook werden gesuppediteerd, het Rapport dat door voorzeijden Heer Independent Fiscaal en den Equipagiemeester, mitsg:s de beijde OpperChirurgijns deezes Gouvernements, is ingediend, wegens het gedaan onderzoek, of en in hoe verre d’ Overheeden van’t onlangs hier gepasseerde Schip Mentor , aan de zeer gerespecteerde ordres door de Hoog Edele Heeren Seventhienen, tot conservatie van ‘S volks Gezondheijd gesteld, hebben voldaan, en welke Consideratien door gem: Scheeps Overheeden, daaromtrent geallegueerd geworden zijn; met bij gevoegde kennisgeeving, dat door voorsz: Gecommitteerdens ten opzigte der verder uijtgekomene Scheepen aan ons is gedeclareerd, dat de Ziektens onder derzelver Scheepelingen, meestendeels in Scorbut bestaan hebbende, d’ oorzaake daarvan in’t generaal hieraan waaren toegeschreeven, dat gem: kielen langer als ordinair in de resp:ve Zee-Havens van Nederland hadden moeten blijven vertoeven, eer dezelve haare Voijagien hebben kunnen onderneemen.

Vervolgens wierd door meerged: Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers, te kennen gegeeven, dat bij de Monsterrolle van’t Schip de Herstelder , waarmeede zijn Ed: in A:o 1774: is uijtgevaaren, desselfs gagie op ƒ80:- ter maand bekend gesteld zijnde, deselve dan ook, vermits ‘er buijten des geen aanschrijvens dien aangaande alhier was ontfangen, Sodanig bij de Soldij Boeken deeses Gouvernements was overgebragt, en Sedert quam voort te loopen:

Dan dat, dewijl uijt dezelve Soldij Boeken quam te consteeren, dat alle de resp:ve Independent Fiscaals deeses Gouvernements, geene uijtgezondert, dadelijk bij haare aanstelling tot dit Ampt, de Gagie van ƒ100:- ter maand is toegevoegd geweest, hij Heer Fiscaal dus vastelijk moest vertrouwen, d’ intentie der Hoog Gebiedende Heeren Meesteren ook ontwijffelbaar zal zijn geweest, om hem inselvervoegen als alle desselfs Prædecesseurs, van’t altoos aan’t voorsz: Fiscalaat geaccrocheerd geweest zijnde Tractement van ƒ100: ter maand, te laten Jouisseeren, en uijt dien hoofde verzogte, dat Sulx aan welopgem: Heeren Majores mogte werden voorgedragen, ten eijnde het hoogst dezelve goedgunstiglijk mogte behagen, om hem M:r Willem Cornelis Boers, niet alleen voortaan te laten genieten de Gagie van ƒ100:- ter maand, maar ook te doen vergoeden, ‘t geene hij t’ sedert desselfs vertrek uijt ‘t Vaderland minder genoten had; Waarop besloten is, dat hooggemelde Heeren Meesteren op’t Eerbiedigst Zullen werden verzogt, het een en ander, aan ged: Heer Fiscaal Boers te willen accordeeren.

Het ter inruijling van Slaven naar Zanzibar afgezonden geweest zijnde Freguat Jagtrust , alhier behouden gereverteerd zijnde, heeft den als Commies bij deese Expeditie g’ emploijeerden Adsistent Constant van Nult Onkruijt, ten opzigte van voorsz: gedreeven Handel gerapporteerd, dat Zijl. na veele en onderscheijde Obstaculen, Sodanig als de zelve breedvoerig in het door hem gehoudene Dag-Register zijn aangeteekend, aan de zijde der Arabieren te hebben ontmoet; eijndelijk door behulp der Swaliers /:zijnde een zeer goede Natie en de Oude Bezitters van het Land:/ in zo verre waaren gereusseerd, dat in’t geheel een aantal van 328: Slaven in Soort waren magtig geworden, en daarmeede dit heen zijn gesteevend; dog van welk getal geduurende de Reijze 78 overleeden weezende, dus nog 250: Stux in Soort alhier zijn aangebragt, dewelke D’E: Compagnie door den anderen gereekend, op ƒ80:6:- te staan komen; Soo is verstaan dat deselve als sodanig bij de Negotie Boeken deeses Gouvernements zullen werden ingenomen.

Maar nadien het gebrek aan Lijf Eijgenen waarin men nu t’ Sedert enige Jaaren herwaards, heeft geverseerd, dermaten groot is geweest, dat het voorsz: nu bekomen aantal, op verre na, niet toereijkend is, om ons dien aangaande, buijten verleegendheijd te stellen, heeft men dierhalven moeten besluijten, den Handel ter voorm: Plaatse nog enigen tijd aan te houden, te meer, dewijl de onse nu, met de voorwaardsgemelde Sualiers bekend geworden zijnde, er nu meerder apparentie is, om door middel van dezelve, Spoediger een goede parthij Slaven te kunnen magtig worden; Terwijl voorts, bij overweeging dat dit maal wederom is ondervonden dat so wel den inkoop van Slaven als der benodigde Provisiën, volstrekt met Mexicaanen moet geschieden, Sonder omtrent het een of ander enige Coopwaaren te kunnen emploijeeren, gelijk meede, dat ‘er geene de minste geleegendheijt is geweest, om de aan meermelde Commies meede gegeevene 1000: p:s heele en 2000: halve Ducatons, Schoon dezelve alle in nieuwe en gerande Specie heeft bestaan, aldaar te kunnen afzetten; al verder beslooten is, de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren op het eerbiedigst te verzoeken, ons tot het drijven van den Slaven handel op of omtrent Zanzibar , p:r Eerste Scheepsgeleegendheijd de Somma van Twintig Duijzend Mexicaanen te willen doen toekomen.

Verders wierd door den op het voorschreeven Freguat Jagt-Rust bescheijdenen Gezaghebber Cornelis Andriesz gepræsenteerd het volgende Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra ordinair van Nederlands India, mitsgad:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop met den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:ren Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en Ed: Agtb: Heeren!’

‘Vertoond met verSchuldige Eerbied en onderdanigheijd, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s ootmoedigen Dienaar, Cornelis Andriesz van Zeel: hoe den Suppl:t in A:o 1761 met het Schip Lapienenburg als Bootsmansmaat uijtgevaren, en op desselfs te rugkomst uijt India, ter deezer Plaatse verbleeven, mitsg:s als Onderstuurman op den hier permanenten Hoeker de Snelheijd bescheijden geworden Sijnde, Voorts na verloop van enigen tijd, als Sodanig op het meede bij dit Gouvernement gehoorend’ Hoeker Schip de Zon is verplaatst; met welken evengem: Bodem den Suppl:t in de Jaaren 1771: en 1772 tot Twee maalen toe naar Nederland vertrocken, en daarmeede laatstelijk in A:o 1773, als Opperstuurman à ƒ48:- p:r m:d, wederom alhier gereverteerd weezende; is denselven daarop tot Gezaghebber eerst op voorzeijden Hoeker de Zon , en naderhand op het hier permanente Freguat Scheepje Jagt-rust onder desselfs voorsz: winnende besolding aangesteld.’

‘En nadien den Suppl:t bevorens ofte t’ sedert de Jaaren 1752 tot 1760 inclusive, met diversse Scheepen, bereijds vijf reijzen naar en uijt India, mitsgaders geduurende den tijd dat ten deesen Gouvernemente bescheijden is /:ongereekend de voorsz: Twee Voijagiën, met den Hoeker de Zon naar’t Vaderland:/ ook Successivelijk Ses Togten, zo naar Madagascar als naar de Cust van Zanguebar en ‘t Eijland Zanzibar , ter inhandelinge van Slaven heeft gedaan, en hij dus d’ Eere gehad hebbende d’ E: Comp:ie den tijd van 36: Jaaren, altoos trouw en Eerlijk te dienen, en zoo hij vertrouwd, in’t waarneemen zijner dienste behoorlijk genoegen te hebben gegeeven, als nu zeer gaarne wenschte tot Schipper te mogen werden bevorderd; zoo neemt den Suppl:t de vrijheijd, zig door deezen te keeren tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s, met Eerbiedig verzoek, om door derselver favorabel voorschrijven aan de Hoog Gebiedende Heeren Majores in’t Patria, te willen bewerken, dat den Suppl:t met de qualiteijt en gagie van Schipper moge werden begunstigd.’

’/:onderstond:/’

‘’T Welk doende &:a /:was geteekend:/ C:s Andriesz: /:in margine:/’

Overgegeeven in Rade van Politie des Casteels de Goede Hoop den 24: Februarij 1778.

Waarop in consideratie genomen zijnde, dat gedagten Gezaghebber Andriesz: een nugteren en bequaam Zeeman zijnde, wijders niet alleen bij continuatie in zijnen dienst goed genoegen, maar ook insonderheijd in beijde naar Zanzibar gedaane Togten, preuves van beleijd en voorzigtigheijd heeft gegeeven, en dat de Hoog Gebiedende Heeren Majores, de door deese Regeering in de Jaar 1748:, 1750: en 1771 gedaane aanstellingen van de Gezaghebbers der Hoekers Ter mije , de Hector en de Zon , Jan Knoop, Hans Harmsz: en Andries Hanssen tot Schippers hebben gelieven t’ approbeeren, dierhalven goedgedagt is, hoog gemelde Heeren Meesteren op’t Eerbiedigst te verzoeken, voorm: Gezaghebber Cornelis Andriesz, insgelijx tot Schipper met ƒ60:- ter maand te bevorderen.

En nadien den Schipper van het ter Rheede leggend’ Retour-Schip Mars Samuel Willegaards, op de reijze van Ceijlon na herwaards, is komen t’ overlijden, is goedgevonden, het Commando van dien Bodem aan den daarop bescheijdenen opperstuurman Baart Bezaan als Gezaghebber op te dragen, en voorts in desselfs plaats tot opperstuurman aan te stellen, den onder dito van het Schip de Mercuur , Dirk Hulsenbosch, Terwijl in Steede van denselven, den Derdewaak Jan le Duc tot onderstuurman bevorderd zijnde, wijders in de plaats van deezen, meede tot onderstuurman is geadvanceerd, den Jong mattroos Hendrikus Cramer, ende Sulx alles met halveering van Gagie, de Eerstgem: tot ƒ40:-, de Tweede tot ƒ29:-, en de Laatstgen:de tot ƒ17:- ter Maand.

Aan den met het meede aanweezend RetourSchip Willem Fredrik repatrieerenden Oud Gouverneur van Malacca , de Heer Jan Crans, op desselfs dientwegen gedaane instantie, gepermitteerd geworden zijnde, om ten dienste van desselfs bij zig hebbende Huijsvrouw, Juff:we Angenita Margaretha Haselkamp, naar Nederland over te voeren een Slaven Meijd genaamd Tanka van Padang, onder de gewoone betalinge van Transport en kostgeld, voor de heen en weder reijse van en naar Batavia; Is wijders ten verzoeke van den Molenaar Hendrik Herbst, aan denselven insgelijx toegestaan, om zijn Zoon, meede Hendrik genaamd, oud 13 Jaaren, p:r het RetourSchip Juno naar Europa te laten vertrecken, mits al meede voldoende de Cost- en Transport- penningen voor Logies en Tractement in de Cajuijt.

Sijnde laatstelijk door den Persoon van Johan Nathanaël Streek bij Request vertoond: hoe hij Suppl:t als Soldaat in dienst der E: Comp:ie te Colombo bescheijden geweest zijnde, van de Regeering aldaar, niet alleen permissie had geobtineerd, vermits d’ expiratie van den tijd zijns verbands, te repatrieeren, maar ook om zijn aangenomen Dogtertje genaamd Juliana Smitten, tot hier aan Cabo met zig meede te neemen; Terwijl hij Suppl:t ter consideratie van desselfs behoeftigheijd, door bovengemelde Regeering van de betalinge der ordinaire Transport- en kostpenningen voor het geciteerde kind was g’ excuseerd:

dat den Suppl:t met zijn voorsz: geadopteerd Dogtertje in den voorl: Jaare p:r het Ceijlons retourSchip Honcoop alhier aangeland, en vervolgens na daartoe behoorlijk Consent te hebben verkreegen, ter deezer Plaatse verbleeven zijnde, hij als nu zeer gaarne, met meede neeming van het geciteerde kind, desselfs reijse p:r een der aanweezende RetourScheepen, naar Nederland zoude willen vervorderen, met bijgevoegde instantig verzoek, dat hem daartoe permissie verleend, en hij Suppl:t wijders, uijt hoofde van desselfs voorsz: behoeftigen toestand, door deesen Rade, al meede van de betalinge voor het voorsz: kind gunstig mogte werden vrij gekend.

En nadien des Suppl:ts Armoede is komen te blijken, uijt het geene dienaangaande door de Regeeringe van Ceijlon herwaards is geschreeven, bij derselver Missive p:r voorzeijden Bodem Honcoop aangebragt; Is dierhalven verstaan, aan hem te permitteeren, zijne Reijse met het Schip de Mercuur naar’t Vaderland te vervorderen, en desselfs meermelde aangenomene Dogtertje, Zonder betalinge derwaards meede te neemen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

C. 156, pp. 198-201.

Vrijdag den {17780320} 20: Maart 1778.

‘S voormiddags alle præsent, behalven d’ E: Westerhoff.

Vermits uijt den inhoude van het zeer gevenereerd aanschrijvens der Hoog Edele Heeren Seventhienen, de dato 17 October des voorleeden Jaars, het welk met het op gisteren gearriveerde Schip Vreedenhoff , alhier is aangebragt, onder anderen is komen te blijken, dat Haar Edele Hoog Agtb:s den Coopman en Keldermeester de heer Pieter Hacker, hebben gelieven aan te stellen tot Oppercoopman en Secunde deeses Gouvernements; Soo is zijn E:, na dat als Sodanig Sessie hadde genomen, wijders ingevolge de permanente Ordres der Heeren Meesteren, tot Præsident des Raads van Justitie alhier benoemd, waarvan aan welgemelden Rade p:r Missive behoorlijk kennisse zal werden gegeeven; Terwijl nopens de op het voorsz: geagt aanschrijvens van hooggemelde Heeren Majores te doene rescriptie zal werden gebesoigneerd, zodra het selve bij de Heeren Leeden deezer Vergadering afzonderlijk zal werden rondgeleesen.

En is voorts goedgedagt, om onder ult:mo April, mitsgaders 1:ste en 2:de Maij aanstaande wederom te doen opneemen d’ Effecten der Coloniers, zo hier als in de buijten Districten en daarvan naar gewoonte de nodige Billiëtten te doen affigeeren.

Sijnde laatstelijk aan het geweesen Lidt Ordinair in den Agtb:ren Raad van Justitie des Casteels Bartavia M:r Jan Wicherts Jansz: die zijne Reijze met het RetourSchip Diana , uijt hoofde der doenmalige Swaare indispositie van desselfs Huijsvrouw, niet heeft kunnen vervorderen, als nu, mits haare herstelling, geaccordeerd, met het Schip Ouwerkerk te mogen repatrieeren.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

C. 156, pp. 202-261.

Dingsdag den {17780324} 24: Maart 1778.

‘S voormiddags alle præsent, behalven d’ E: Westerhoff.

De zeer geagte Missive van Haar Wel Edele Hoog Agtb:s de Heeren Majores in’t Patria, de dato 17: Octob:r des voorl: Jaars, bij de Heeren Leeden des Raads, afzonderlijk ter Lectuure rond geweest zijnde, Soo is op heeden besloten, dat op dezelve in allen Eerbied zal werden gerescribeerd:

dat nadien het deeze Regeering wederom tot geen geringe Eere heeft gestrekt, uijt dezelve te hebben mogen zien, het Contentement dat Haar Edele Hoog Agtb:s niet alleen in’t algemeen, hebben gelieven te neemen, in de alhier gehouden directie met op zigt tot de aan dit Gouvernement gearriveerde en weder vertrockene ‘S Comp:s Scheepen, maar ook in’t bijzonder nopens de Maatregulen die tot berging der Lading van ‘t afgelegde Schip Nieuwrhoon waaren genomen, men oversulx niet zal afzijn, met verdubbelde attentie het belang der E: Comp:ie, altoos indiervoegen te blijven behartigen, dat onse Verrigtingen de g’ Eerde approbatie van Haar Wel Edele Hoog Agtb:s steeds zullen mogen wegdragen, gelijk men dan ook niet in gebreeken zal blijven, om in’t vervolg, wanneer onverhooptelijk een Schip ter deezer Rheede mogte verongelucken, of ten minsten verhinderd werden, desselfs Reijze verder voort te zetten, als dan de Journaalen van dusdanige Bodem over te zenden, aan de Camer, van waar het Schip is uijtgevaaren, of voor welke dezelve had moeten t’ huijs komen:

dat dewijl teffens uijt Haar Edele Hoog Agtb:s voorsz: g’ Eerd aanschrijvens is gebleeken, dat vermits men, ten tijde dat het Provisie Schip de Patriot , had moeten werden aangelegd, om de Lading van voorm: Bodem Nieuwrhoon naar Nederland te transporteeren, geleegendheijd had gehad, om de Graanen die andersints door eerstgem: kiel naar Batavia hadden moeten werden vervoerd, met Sommige uijtkomende Scheepen derwaards af te steeken; Sulx aan Haar Edele Hoog Agtb:s aanleijdinge had gegeeven, om in overweeging te neemen, of tot uijtwinning van kosten voor d’ E: Comp:ie het zenden van den Provisie Schip, voor’t vervolg niet zoude kunnen werden afgeschaft, en waarover Haar Edele Hoog Agtb:s de Consideratien van de Heeren der Hooge Indiasche Regeering hadden gevorderd, men zig over sulx verpligt gevonden heeft, hooggemelde Heeren Meesteren ten deezen belange van onzen kant Eerbiedigst onder het oog te brengen, dat ofschoon het ten opzigte van de Tarw, die jaarlijx met het provisie Schip van hier werd verzonden; wel zoude kunnen werden geschikt, het zelve in d’ uijtkomende Scheepen af te laden, het egter aan den anderen kant, niet wel doenlijk zoude zijn, om de Goederen waarmeede de Provisie-Scheepen doorgaans voor dit Gouvernement beladen zijn, op gelijke wijze bij verdeeling over de Retour-Scheepen herwaards te kunnen zenden, nademaal behalven de Lijwaat-packen, Poeder- en Candij- Zuijker met meerm: Provisie-Scheepen herwaards werden aangebragt.

Invoegen men, bij aldien hier in niet waaren weerhouden, door de bewustheijd van ‘t groot gebrek aan Scheepen en Volk, waarin men zig sedert enige Jaaren herwaards in India heeft bevonden, reets overlang haar Hoog Edelens de Heeren der Hoge Indiasche Regeering zouden hebben moeten verzoeken, om weder, gelijk bevorens, Jaarlijx Twee Provisie-Scheepen voor dit Gouvernement aan te leggen, ten einde ons met dezelve niet alleen Successive te doen toekomen d’ Estricken en Swaare Jatij balken, die nog op onze ten behoeve van’t nieuwe Hospitaal gedaanen Eijsch komen t’ ontbreeken, maar ook Jaarlijx herwaards te zenden, zo veel van voorsz: Vloersteenen, mitsgad:s Balken, planken en Duijgen, als men altoos gewoon is geweest te petitioneeren, zo tot diversse andere gebruijken voor d’ E: Comp:ie, als gerief der Ingezeetenen alhier, die doorgaans ten hoogsten om voorsz: Materialen verleegen zijnde, deeze Bouwstoffen dan ook altoos met goede advancen voor d’ E: Comp:ie zullen kunnen werden afgezet; en dat in deezervoegen aan Haar Wel Edele Hoog Agtb:s ten klaarsten gedemonstreerd zijnde, de ondoenelijkheijd, om meerm: provisie-Schip voor ‘S Compagnies ommeslag ten deesen Gouvernemente te kunnen ontbeeren, men dierhalven hopen wel, dat Haar Edele Hoog Agtb:s zo ter Consideratie van dien, als tot præventie van’t groot derangement, dat door het gemis derselve, onvermijdelijk zoude komen te resulteeren, goedgunstiglijk mogen behagen, de meergemelde voor dit Gouvernement aangelegd werdende provisie-Scheepen, niet te willen doen afschaffen:

dat ten opsigte van de fatale reijze, die ‘t Fluijt-Schip Noordbeek uijt het Vaderland tot aan deeze Plaats heeft gehad, en het groot getal dooden op de reijse bekomen, mitsgad:s de menigvuldige Zieken hier aangebragt, ons niet voorgekomen zijnde, dat Sulx aan enig Wandevoir of pligt verzuijm der Overheeden heeft kunnen werden geattribueerd, wij voorts niet in gebreeken zullen blijven, om wanneer onder de provisiën en Dranken voor Zieken, werdende meede gegeeven, enige onbruijkbaar of niet van de vereijschte deugd zouden mogen werden bevonden, daarvan altoos aanhaling bij onse Brieven te doen:

dat ook nopens Haar Wel Edele Hoog Agtb:s remarques, om de herstelde Zieken niet direct uijt het Hospitaal aan Boord der Scheepen te zenden, men de vrijheijd zal neemen, te zeggen; dat sedert ons dieswegens genomen besluijt van den 14: Jann:ij des voorl: Jaars, de Reconvalescenten Successivelijk uijt het Hospitaal werden verplaatst, in de Linie wagt, alwaar dezelve aan een lugtigen Oird, in een ruijm vertrek gelogeerd zijnde, naar mate van derselver kragten, zoo aan de Fortificatiën als andere ‘S Comp:s Werken dienst doen, en vervolgens naar verloop van enige tijd, direct van daar naar Boord der Scheepen, waarmeede naar India moeten vertrecken, werden getransporteerd; Terwijl, om des te beter aan het bedoeld oogmerk te voldoen, ingevolge ons voorsz: besluijt, aan voorsz: aan ‘S Comp:s Werken dienst doende Reconvalescenten, dagelijx op hun middag en avond eeten, een portie Wijn verstrekt werd, en welke Maatregulen wij dierhalven hoopen, van Haar Wel Edele Hoog Agtb:s g’ Eerde approbatie te Sullen zijn:

Ondertusschen dat nopens het onder handen zijnde nieuwe Hospitaal hooggemelde Heeren Meesteren pligtschuldig zal werden geadviseerd; dat het Werk aan de Tweede Voorvleugel, waarvan bij ons onderdanig Schrijvens van den 3:de Maij des voorl: Jaars mentie gemaakt is, naar het aflopen van het gepasseerde Winter-Saijsoen, met zoo veel Spoed is voortgezet, dat ook dit important Gebouw in’t laatst deezer lopende Maand Maij, meede in’t geheel zal weesen voltooijd:

En dat, nadien volgens het ter nedergestelde bij onse voorsz: onderdanige Missive, door de voltooijing van d’ Eerste Voorvleugel, reets zo veel ruijmte aan handen is, om ingevalle van noodzakelijkheijd, al inmediaat een groot aantal Zieken in het selve, ende sulx met ongelijk meerder Commoditeijt als in’t oude Hospitaal, te kunnen plaatsen, men nu met alle mogelijken Spoed zal laten optimmeren, de Woningen, voor de beijde opperchirurgijns, en teffens de Poort en Ringmuur van’t geheele geprojecteerde Werk doen ophaalen; mitsgaders ook niet in gebreeken blijven, om door het doen van bequame petitiën, steeds zo veel in ons zal zijn, te Sorgen, de vereijschte Materialen voor d’ Extructie van’t meermelde Hospitaal aan handen te hebben, met bijvoeging, dat bereijds bij onse Missive, dewelke Sub dato 16: Februarij pass:o p:r het FluijtSchip de Hoop aan welgemelde Heeren der Hoge Indiasche Regeering is afgegaan, haar Hoog Edelens op het instantigst zijn verzogt, het gemelde Vaartuijg niet alleen ten eersten herwaards te rug te zenden, maar ons ook met het selve te willen doen toekomen, de Houtwerken en Vloersteenen, die bereijds overlange ten behoeve van het meermelde nieuwe Hospitaal g’eijscht, dog voor als nog niet voldaan zijn:

Sullende welopgem: Haar Edele Hoog Agtb:s voorts, op het Eerbiedigste werden verzeekert, dat gelijk omtrent de uijtleevering der aangebragte Goederen, steeds alle vereijschte oplettendheijd werd gebruijkt, dus ook insonderheijd omtrent de Steenen, alle mogelijke Sorge werd gedragen, om het breeken derselve voor te komen.

En dat vermits haar Edele Hoog Agtb:s ten opzigte van de min wigten op het gesorteerd ijzer gelieven g’elucideert te zijn, men dierhalven, zoo hierop, als wegens hoogst derselver g’ Eerde remarques, omtrent de ledig aangebragte Tonnetjes Swartsel, de vrijheijd zal neemen t’ antwoorden, dat door ons ten belange van het een en ander, de berigten van d’ ordinaire Gecommitteerdens Johan Adolph Kuhl en Fredrik Gothold Holtzapfel, als altoos bij het ontlossen der voor dit Gouvernement aangebragt werdende goederen, komende t’ adsisteeren gevorderd zijnde, dezelve ons hebben gerapporteerd, dat betreffende de minwigten op het ijzer, zijlieden moesten vooronderstellen, Sulx alleen voort te komen, door het dikwils verwerken van het selve, en de roest die zig van tijd tot tijd daaraan komt te setten:

dat voorts het ijzer in het Vaderland gewogen zijnde, eerst in de Vaartuijgen, daarna in de Scheepen afgescheept, vervolgens bij aanbreng ter deezer Plaatse op het Zeehoofd gelost, en van daar naar ‘t Casteel bij de Pakhuijsen, ter weging op de Schaalen gebragt werdende, al dit verwerken onvermijdelijk Spillagie moet veroorsaaken; gelijk men dan ook doorgaans genoodzaakt is, om de Ses, Vijf of mindere Weegsels, de Schaalen van het afgevallene roest te moeten zuijveren; Terwijl met dit alles de Spillagie op het ijzer, doorgaans maar een geringe quantiteijt van 1 1/4: a 1 1/2: prC:to komt te bedragen:

dat voorts ten opzigte der Swartsel-Tonnetjes, die als ten eenemaal ledig zijn opgegeeven het eijgentlijk dusdanig geleegen is; dat dezelve Tonnetjes, wel niet in’t geheel ledig in de Cassen zijn gevonden, egter verbruijkt zijn tot het opvullen van anderen, die effectivelijk maar half vol zijn geweest, alhoewel men ook dikmaals het uijt de Tonnetjes gevallen Swartsel in de Cassen vind leggen, het welk dan, zo door de ruuwheijd der Cassen, als het daar onder geraakte vuijl, niet weder kan werden g’ emploijeerd, Sulx dan om dit een en ander voor te komen, best zoude zijn, dat het Swartsel voortaan, gelijk nu onlangs met de Scheepen de Held Woltemade en Mentor is geschied, in Leedere Zacken, dog in geen groter quantiteijt dan van 1: à 1 1/2 lb wierde gedaan:

dat Haar Wel Edele Hoog Agtb:s verdere geagte beveelen, om met het Eerste Schip, dat met Graanen belaaden, van hier zal retourneeren, voor de Camer Zeeland en met het Eerste dat ingelijkervoegen zal t’ huijs keeren voor de Camer Amsterdam, te zenden, een geëijkte Maat, waarmeede men gewoon is de Tarwe bij belading der Scheepen te meeten, en wel die Maat, met welke is gedaan, de meeting van de Graanen, die als dan werden verzonden, Schuldpligtig Zullende werden g’observeerd, wij niet Sullen nalaten, in opvolginge van hoogst derselver ten deezen opzigte gegeevene nadere ordre, voortaan bij het trecken van Assignatiën niet verder te gaan, als de noodzakelijkheijd volstrekt zal vorderen, en Sulx als dan met voldoende reedenen aan te toonen; Terwijl de Generaale opneem Rolle van d’ Effecten der Coloniers, die tot dus verre Jaarlijx is overgezonden, en Steeds tot

veel verswaring omtrent ‘t ander meer noodzakelijk Schijfwerk ter Secretarije heeft gestrekt, ook in’t vervolg niet meer zal werden overgezonden, maar daarentegen conform haar Edele Hoog Agtb:s g’ Eerde ordre, Jaarlijx in onse Brieven werden bekend gesteld, het generaal getal van alle Coloniers, met derselver Effecten te Samen in eene Massa, dog van ijder District afzonderlijk, op gelijke voet, als Sulx thans bij onsen Generaalen Brief over het geheele Gouvernement in eens werd gedaan.

Welopgem: Heeren Meesteren verders hebbende gelieven te vorderen, onse Consideratiën, over de nuttigheijd, die volgens de aan hoogst dezelve, door ‘t Eerw: Classis van Amsterdam gedaane Vertoogen, zoude resideeren, in de gecombineerde Kerkelijke Vergadering, die voormaals in dit Gouvernement plaats gehad hebbende, egter in den Jaar 1759: wederom is afgeschaft; Sullen Haar Edele Hoog Agtb:s ten deesen opzigte Eerbiedigst werden vertoond, dat ofschoon bij ons onderdanig Schrijvens van den 20 April des gedagten Jaar 1759:, slegts is aangehaald, dat d’ afschaffing dier gecombineerde Kerkelijke Vergadering alleen is geschied, dewijl bevonden was, dat deselve geensints aan het Oogmerk voldeed, en integendeel, door de daarop vallende kosten tot groot beswaar Strekte, van de Kerken ten platten Lande, die Steeds merkelijk ten agteren bleeven; hiervan ook, volgens het geene daarvan aan diversse nog in weezen Sijnde Persoonen bekend is, die, of als Leeden dier Vergadering te meer maalen hebben bijgewoond, of andersints daarvan ten vollen onderregt zijn, wel die principaalste reeden zijn geweest, dat in gem: gecombineerde Vergadering, Seldsaam enige Zaaken van gewigt wierden verhandeld, en daarentegens bij Continuatie onder diversse Leeden over geringe Zaaken dusdanige discrepantiën zijn gereesen, dat dezelve telkens zo door bemiddeling, zo wel van den doenmaligen Commissaris Politicq, als wijlen den Heer Gouverneur Tulbagh, niet als met moeijte hebben kunnen werden uijt den weg geruijmt, Terwijl ‘t eijndelijk zo verre was gekomen, dat Sommige der Predikanten ten Platten Lande volstrekt hebben geweijgerd t’ ontfangen een g’ introduceerde Kerkelijke Commissie, die uijt een Predikant en Ouderling bestaande, Jaarlijx den tour naar de buijten Kerken quam te doen, om alles na te zien en op te neemen; en wat betreft de meening van ‘t voorsz: Eerw: Classis van Amsterdam, dat de onlangs aan Drakensteijn onstaane disputen, veelligt in dusdanige gecombineerde Vergadering zouden hebben kunnen werden afgedaan, en ‘t Classis dierhalven daarmeede zoude zijn onbemoeijd gebleeven, men haar Edele Hoog Agtb:s met volle gerustheijd kan verzeekeren; dat hoedanige Schikking ook bij diergelijke gecombineerde Vergadering was gemaakt, geene der parthijen zig immer daaraan Soude hebben onderworpen:

dat de kosten, die wegens meerm: gecombineerde kerkelijke Vergadering voor heen zijn gevallen, voor zo veel men nu nog heeft kunnen nagaan, voornamentlijk hebben bestaan, in de penningen, die voor de Rijtuijgen, waarmeede de voorsz: visiten der buijten Kerken wierden gedaan, hebben moeten werden uijtgegeeven; welke kosten, bij aldien van meerm: gecombineerde Kerkelijke Vergadering andersints enig nut konde werden vewagt, wel door de te vorenstaande Kerken Zouden kunnen werden gedragen, alhoewel die van de Caab Sedert veele Jaaren aan de kerken van Stellenbosch , ‘T Land van Waveren en ‘t Swartland , reets een aanmerkelijke Somme van ƒ46640:- in verschot zijnde, het deselve dus niet zoude convenieeren, enige andere en Soo men het noemen mag, onnutte kosten te dragen, en die van Drakensteijn het al meede zeer zuijnig moeten overleggen, om met haare Inkomsten, d’ Onkosten der kerk en alimentatie der Armen goed te maken:

dat bij dit alles nog zal werden gevoegd, dat ingevalle bij de tegenwoordige toestand van Zaaken, tot het weder opregten eener gecombineerde Kerkelijke Vergadering wierde getreeden, Sulx niets anders ten effecte zoude hebben, dan dat daarmeede zoude werden g’ opend een deure tot geduurige Twisten en oneenigheeden, die alle ontwijffelbaar ter decisie aan het Eerw: Classis Zullende komen, hooggem: Heeren Meesteren overzulx eerbiedigst Zullen werden verzogt, dat dikwerfgem: gecombineerde Kerkelijke Vergadering mag blijven afgeschaft.

Dat d’ ordres door d’ Edele Heeren Bewindhebberen ter præsidiale Camer Amsterdam aan ons gegeeven, en die meerm: Heeren Meesteren bij haare voorsz: geagte Missive hebben gelieven te Confirmeeren, met relatie tot het geene, waaruijt eene verregaande Sluijkhandel tusschen den Schipper van het Galjoot de Johannes en Wigerius en d’ Overheeden van ‘S E: Comp:s Schip de Mercuur moeste werden gepræsumeerd, met alle mogelijke Exactitude onderzogt, en daarvan bij onse Missive van den 2:de deeser Maand, aan welgem: Præsidiale Camer; onder overzending van alle d’ ingewonne Stucken, kennisse gegeeven zijnde, men, ten eijnde d’ attentie van hoogstged:e Heeren Majores niet met eene afgedaane Zaak te vermoeijelijken, de vrijheijd zal neemen, zig daaraan op’t onderdanigst te gedragen.

Sullende Haar Edele Hoog Agtb:s voorts naar verschuldigtheijd ter kennisse worden gebragt, dat het zijn Catholijke Majesteijt niet alleen gracieuselijk heeft behaagd, om de vier Swarte Slaven en een Mattroos, die alle van hier aan boord van het Feguat Juno waaren gevlugt en zig op het selve hadde weeten te versteeken, met het onlangs hier gepasseerde Freguat L’ Astrea herwaards te zenden, maar bovensdien, den Cap:n van gem: Bodem Don Antonio Mesia te gelasten, voor d’ overvoering dier Deserteurs geen de minste kosten te declareeren, en dat wijders ingevolge Haar Wel Edele Hoog Agtb:s g’ Eerde intentie, meerm: Slaven en Mattroos zijn gelaten buijten de Straffe waaraan zij zig andersints hadden Schuldig gemaakt.

Dat al verder, ten opzigte van haar Edele Hoog Agtb:s dispositie ter herwaarts zending van het Hoeker Schip Catwijk aan Rhijn , zal werden geantwoord, dat men niet zal manqueeren, om in geval den Coorn-Ougst dit Jaar beeter als in’t gepasseerde zal weezen uijtgevallen, gem: kiel als dan, zo vroegtijdig mogelijk, in het aanstaande voor Jaar met het voorsz: Graan beladen, van hier te laten retourneeren, en wijders op’t Eerbiedigst zal blijven afwagten, Haar Wel Edele Hoog Agtb:s g’ Eerd finaal besluijt, over de door ons gedane propositie, om bij ontstentenisse van Graanen, voor die Retour lading, aan particulieren te permitteeren, het senden van Caabse Wijnen op zeekere nader te bepaalene vragt.

Dat wij, mits het bijzondere genoegen dat Haar Wel Edele Hoog Agtb:s hebben gelieven te betuijgen, in de door ons gedaane afzending naar Ceijlon van ‘t fluijt Schip de Hoop met circa 180: Militairen, zo veel te meer hadden gewenscht, ook ditmaal wederom aan d’ instantiën van het gedagte Gouvernement te hebben kunnen voldoen; waartoe ons egter volstrekt buijten Staat hebben gevonden, nademaal door de onlangs gedane afzending van meerm: Fluijt en de daarop geplaatste 200: Militairen naar Batavia, dermaten van Volk ontbloot geraakt zijn, dat alles wat wij in deezen hebben kunnen doen, alleen heeft bestaan, om d’ Equipagiën der Scheepen Ceres en Amsterdam te Suppleeren tot het getal waarmeede dezelve uijt het Vaderland vertrocken zijn.

En zullen Haar Wel Edele Hoog Agtb:s wijders, uijt naam van den oppercoopman en Secunde de Heer Pieter Hacker, wegens desselfs bevordering tot het voorsz: Ampt Eerbiediglijk werden bedankt.

Gelijk men bovensdien ook de vrijheijd zal neemen, Haar Edele Hoog Agtb:s onsen verschuldigden dank te betuijgen, voor de gunstige approbatie, van den door ons tot Landdrost van Swellendam bevorderden Boekhouder Daniël van Rijneveld, mitsg:s den ten deesen Gouvernemente bescheijdene Militaire Officiers, insgelijx door ons op hoogst derselver nadere approbatie geadvanceerd, en insonderheijd, dat het haar Wel Edele Hoog Agtb:s ook goedgunstiglijk heeft behaagd, op onse gedaane voordragte, aan de Capit:ns Warneck en de Lille, meede toe te voegen, de Gagie van ƒ100:- ter m:d, mitsg:s de rang onder hun te laten, Sodanig als dezelve alhier was geschikt.

En laastelijk voor de goedheijd die hoogst dezelve hebben gehad, om ten opzigte van den Persoon van Pieter Diederik Boonacker, ons te permitteeren, denselven bij eerste Vacature, wederom te Stellen in den Militairen Emploij, en ons de vrijheijd te laten, hem, naar mate zijner Verdiensten en het genoegen dat hij zal komen te geeven verder te bevorderen.

En dewijl haar Edele Hoog Agtb:s goedgunstigst hebben gelieven te approbeeren, de door ons gemaakte prov:le Schikking, volgens welke, de waarneeming van den dienst als Keldermeester aan den E: Coopman M:r Jacobus Johannes Le Suëur is opgedragen; is als nu verstaan, gem: M:r Jacobus Johannes Le Suëur tot Keldermeester in Steede van bovengem: Heer Hacker aan te stellen; en in desselfs plaats wederom tot Cassier te bevorderen den Ondercoopman en Adjunct Fiscaal Jan Adriaan van Schoor; Terwijl op het verzoek en de voordragte van den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers, den ter Secretarije van Politie bescheijden geweest zijnden Adsistent George Elias Timmer, bij provisie tot het waarneemen van den dienst als Adjunct Fiscaal is benoemd geworden:

Gelijk meede, ingevolge de door hooggem: Heeren Meesteren ons verleende Qualificatie, vervat bij derselver zeer geagte Missive van den 18 Octob:r 1771:, als nu ook aan den E: Coopman en Soldij Boekhouder Dirk Westerhoff de Gagie van

ƒ60: ter Maand, met de daartoe staande Emolumenten, is toegevoegd.

Maar nadien evengemelde E: Coopman Westerhoff, nu t’ sedert ruijm Twee Jaaren, dermaten aan ‘t Gezigt is verswakt geraakt, dat wel verre van enige hoop tot beterschap, men niet anders kan te gemoed zien, dan dat eerlang ten eene maal van’t Gezigt zal beroofd, en dus geraakt zijn in een allerdeerniswaardigen toestand en ten deezen opzigte in Consideratie is genomen, dat denselven d’ E: Compagnie nu meer dan Veertig Jaaren, altoos met d’ uijtterste Trouw heeft gediend, Sonder intusschen op zijnen dienst iets voor den ouden dag ofte Zijne kinderen te hebben kunnen opleggen:

dat behalven zijne tegenswoordige ongeluckige toestand, desselfs gezondheijd ook al voor veele Jaaren is quijt geraakt, door de menigvuldige Fatiques, die op d’ onderscheijden naar Madagascar gedaane Togten heeft geleeden, gelijk ‘er dan ook genoegsaam geene Expeditiën derwaards zijn gedaan, in dewelke niet altoos, behalven andere Bediendens, een der Commissen het Leeven heeft moeten laten:

Soo is eenpariglijk beslooten, gemelde E: Westerhoff, op zijn dieswegens gedaan instantig verzoek, behoudens zijne Gagie en Emolumenten uijt den dienst der E: Compagnie t’ ontslaan, en hoogstgem: Heeren Majores gantsch nedrig te verzoeken, Sulx niet alleen ter Consideratie van alle de voorsz: reedenen, maar ook, dat het selve is geschied, in faveure van Een Oud Dienaar, die d’ E: Compagnie zo een lange reeks van Jaaren met bijzondere trouwe gediend hebbende, nu op eene bekrompene wijze zoude moeten leeven, goedgunstiglijk te willen approbeeren.

Terwijl voorts is goedgedagt, onder hoogst derselver g’ Eerde nadere goedkeuring in steede van ged:e E: Westerhoff, den overdrager Johannes Cornelis van der Spuij wederom als Soldij Boekhouder, en den Oudsten Boekhouder op het Soldij Comptoir Salomon van Echten, als overdrager in plaats van evengem: Van der Spuij te laten Succedeeren.

En dewijl ‘er in steede van meermelde E: Coopman Westerhoff, een ander Lidt in den Politicquen Raad werd vereijscht, is dierhalven, op het voorstel van den Heere Gouverneur daartoe den E: Equipagiemeester Damiën Hugo Staringh verkooren.

Sijnde voorts op het te kennen geeven door den Oppercoopman en Secunde de Heer Pieter Hacker, als Præsident des Raads van Justitie, dat nadien, zo door het optreeden van zijn E: als het geaccordeerde ontslag aan den E: Coopman Westerhoff, mitsg:s de bevorens vacant gevallene plaatsen in opgem: Raade, dezelve noodwendig met nieuwe Leeden diende te werden versterkt; op de dieswegens door zijn E: gedaane voordragte besloten, tot Leeden van Justitie aan te stellen.

Maar nadien gedagten ondercoopman Kirsten uijt hoofde der affiniteijt tusschen denselven en den Heer Major Hendrik van Prehn, geen Sessie in voorsz: Raad van Justitie kan hebben, is dierhalven verstaan, meerm: Ondercoopman Kirsten van het bijwoonen der Vergadering, geduurende den tijd dat evengemelden Heer Major van Prehn indezelve zal zitten, t’ excuseeren; Sullende egter tot alle Justitieele Commissiën moeten vaceeren, en dienvolgens desselfs Rang en anciënniteijt in allen gevallen als actueel Lidt, blijven behouden.

En is wijders, op het dieswegens gedaan verzoek door den Boekhouder en Landdrost van Swellendam Daniël van Rijneveld, aan denselven geaccordeerd, om onder ‘S E: Comp:s Papieren, een Eerbiedig Request aan Haar Wel Edele Hoog Agtb:s de Heeren Seventhienen te mogen over zenden, ten eijnde daarbij op’t onderdanigst te kunnen verzoeken, om op het voorbeeld Sijner Prædecesseurs, tot Ondercoopman te mogen werden bevorderd; welk Supplicq met een favorabel voorschrijvens van deeze Regeering zal werden ondersteund.

Vervolgens door den Heer Hoofd-Administrateur Pieter Hacker te kennen gegeeven sijnde, dat op de 7: Leggers Aracq, die met het aanweezend Retour Schip Ouwerkerk , ten behoeve deezes Gouvernements van Batavia zijn aangebragt, een getal van 136 1/2: Cannen minder als bij het Reglement op d’ afschrijvinge van dranken word bepaald gevonden, zijn te kort geschooten, zo is verstaan, dat het bedragen van dien ter Somma van ƒ71:12:8: Indiasch geld, aan d’ Opperhoofden van voorsz: Bodem, na d’ ordre zal werden vergoed.

Waarna door voorm: Heer HoofdAdministrateur, met verzoek van daarop dispositie te mogen erlangen, geproduceerd wierd, de volgende Memorie.

‘Memorie van de nabesz: Zeep, Lijn Olij, Olijven Olij, Bier, Ijzer, Tabakspijpen, Houtwerken en diversse andere Goederen, uijt de onderstaande Scheepen, zoo te min, gebroken, bij pijling minder, de Foulij in’t Negotie Pakhuijs te kort, als meede de Leijf Eijgenen, in de Jongst gepasseerde Ses maanden, door de natuurlijke dood overleeden, en het Vee in gem: tijd, zo verrekt, als door het Wild-gedierte vernielt, alles volgens Verklaringen blijkende, Namentlijk.’


Uijt Woestduijn .
afschr: { 152: lb Coperdraat in 24 bossen bij 't openen van 2: Cassen L:a S: en T: in 't geheel niet gevonden.
29: d:o Spaanse Zeep, op 472 lb in 1 Cas, bij naweeging te min.
verkopen { 4: p:s gr: Latten van 1 1/2 en 1 1/2 d:m op 20 p:s } gebroken
3: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 2: d:o d:o 20 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 1 1/2: d:o d:o 25 d:o
8: d:o Deelen van 1 1/2: d:o d:o 150 d:o
9: d:o d:o d:o 1 1/4: d:o d:o 150 d:o
21: d:o d:o d:o 1: d:o d:o 200 d:o
4: d:o gezaagde Deelen d:o - 3/4: d:o d:o 25: d:o
Uijt de Morgenster .
verkoopen. { 1: p:s gr: Balk van 5: en 6 d:m op 10 p:s } gebroken
2: d:o d:o Latten d:o 2: d:o 3: d:o d:o 10 d:o
2: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 20 d:o
2: d:o d:o Deelen van 2: d:o 25 d:o
7: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 150 d:o
15: d:o d:o d:o d:o 1 1/4: d:o 150 d:o
22: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 250 d:o
3: d:o gezaagde Deelen d:o - 3/4: d:o 25: d:o
Uijt Zuijdbeveland .
Afschr: 98 2/5: Cannen Lijn Olij op 25: halve aamen pijlende 9: van 2:, en 16 van 3 d:m wan.
verkopen. { 1 p:s gr: Balk van 4 en 6 d:m op 12 p:s } gebroken
1: d:o d:o d:o d:o 4: d:o 5: d:o d:o 15: d:o
3: d:o d:o Latten d:o 2: d:o 3: d:o d:o 25 d:o
5: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 3: d:o d:o 25 d:o
2: d:o Deelen van 2: d:o d:o 20 d:o
2: d:o d:o d:o 1 1/4: d:o d:o 25 d:o
2: d:o d:o d:o 1: d:o d:o 50 d:o
11: d:o gezaagde deelen d:o d:o 125: d:o
Uijt Foreest .
Inneemen: 25: Riemen klijn formaat papier in 11 Cassen op 50 Riem meerder bevonden dan de Factuur meld.
Afschr: { 40: p:s Tinne holle kommen, op 75: p:s in 1 Cas L:a P: minder bevonden, hebbende de gevondene 35: p:s maar gewogen 151 lb.
96: d:o Tinne Leepels op 150 p:s in voorsz: Cas minder bevonden.
6: d:o Smeltkroesen op 60 p:s in 1 Vat gebroken.
Verkoopen. { 26: d:o Amsterdamse Coorn Schoppen op 150 p:s gebroken
35: d:o Tiggelsteentjes op 300 p:s gebroken
Afschr: { 63: lb Spaanse Zeep op 949: lb in 1 Cas bij naweeging te min.
70 2/5: Cann: Olijven Olij op 12 halve Aamen, pijlende 4: van 2:, 5 van 3: en 3 van 4 d:m wan.
1/15 kelder gedistileerde Wateren, op 1 kelder gebroken.
729: Cannen Bier Anker op 6000 Cannen, ofte 50 Vaten, pijlende 26: van 3:, 21 van 4: en 2: van 5 d:m wan, mitstg:s 1: Ledig.
Uijt Borsselen .
Afschr: 856: lb gesort:d ijzer op 54000 lb bij naweeging te min
Verkopen. 3: p:s gesort:de ijzere Potten op 75 p:s gebroken
Afschr: 2/15 kelder fransse Brandewijn op 1 kelder gebroken.
1/15 d:o gedistileerde Wateren op 1 kelder gebroken.
Uijt Delfshaven .
Afschr: 6 3/4: Gros Lange Tabakspijpen, op 25 Gros bij 't openen van 1 Cas gebroken.
Uijt de Wackerheijd .
  110: p:s Gingam Beddeteijk op 160 p:s in 1 pak minder bevonden, komende de gevondene 50 p:s met het afpakbriefje te accordeeren.
Uijt Mentor .
afschr: { 8 1/4: Gros lange Tabaks pijpen op 25 Gros, bij het openen van 1 Cas gebroken.
32: p:s wijn kelken op 150 p:s bij 't openen van 1 Cas 29: d:o Bierglaasen d:o 150 d:o gebroken
verkoopen { 11: d:o Amsterd:se Coorn Schoppen op 75 p:s
4: d:o d:o Graaven d:o 200 d:o gebroken.
9: d:o Juffers lang 36 v:t op 75 p:s zoo gebroken als defect.
verkopen { Uijt de Jonge Hellingman .
135: p:s Gonnij zacken op 800 p:s zoo verrot als onbequaam
Uijt 'S Comp:s Welvaren .
98: p:s Gonnij zacken, op 1500 p:s als even
Uijt de Bodt .
153: d:o Gonnij zacken 1500 p:s als voorsz:
Uijt de Vrijheijd
110: d:o Gonnij zacken op 1500 p:s als gezegd
Uijt Diana .
45 p:s Gonnij zacken op 700 p:s als meergem:
Uijt de Vr: Anthonetta Coenrardina .
95: p:s Gonnij zacken op 700 p:s verrot
Uijt Willem Fredrik .
115: d:o Gonnij zacken op 1500: p:s onbequaam
Uijt Johanna Margaretha .
94: d:o Gonnij zacken op 800 p:s onbequaam
Uijt Hoolwerff .
85: d:o Gonnij zacken op 700: p:s onbequaam
Uijt Bredenhoff .
65: d:o Gonnij zacken op 700 p:s onbequaam
Afschr: { Uijt Mars .
44: Cannen Clappus Olij, op 576: Cannen in 12: halve Aamen, pijlende 10: van 2, en 2: van 3 duijm wan, zijnde 7 2/3: proC:tos Sch:s
Uijt de Zeeuw
845: p:s Glase Ruijten van 12: en 14 d:m, op 5000: p:s bij 't openen van 20: Cassen gebroken.
28: p:s Wijn kelken op 200 p:s bij 't openen van 1: Cas
56: d:o Bierglasen d:o 300: d:o gebroken
53: d:o groote Tonnen Swartzel op 600 p:s in 3: Cassen Ledig
12 7/12: Grossen Lange Tabaks Pijpen op 40 gros in 2: Cassen gebroken
Verkopen. { 13: p:s Amsterdamse Coorn Schoppen op 150: p:s in 3: Cassen Gebroken
Afschr: { 35: lb Marziliaanse Zeep op 500 lb in 1: Cas bij naweeging te min
In't Negotie Pakhuijs.
Afschr: { 11 lb: Foulij bij 't openen van Een Zoekel N:o 7: bij naweeging te kort.
In't Equipagie Pakhuijs
Verkopen { 1 p:s Wang, Ongetaxeerde, door de Lugt verteerd en geheel en al vergaan.

Uijt Woestduijn .
afschr: { 152: lb Coperdraat in 24 bossen bij 't openen van 2: Cassen L:a S: en T: in 't geheel niet gevonden.
29: d:o Spaanse Zeep, op 472 lb in 1 Cas, bij naweeging te min.
verkopen { 4: p:s gr: Latten van 1 1/2 en 1 1/2 d:m op 20 p:s } gebroken
3: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 2: d:o d:o 20 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 1 1/2: d:o d:o 25 d:o
8: d:o Deelen van 1 1/2: d:o d:o 150 d:o
9: d:o d:o d:o 1 1/4: d:o d:o 150 d:o
21: d:o d:o d:o 1: d:o d:o 200 d:o
4: d:o gezaagde Deelen d:o - 3/4: d:o d:o 25: d:o
Uijt de Morgenster .
verkoopen. { 1: p:s gr: Balk van 5: en 6 d:m op 10 p:s } gebroken
2: d:o d:o Latten d:o 2: d:o 3: d:o d:o 10 d:o
2: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 20 d:o
2: d:o d:o Deelen van 2: d:o 25 d:o
7: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 150 d:o
15: d:o d:o d:o d:o 1 1/4: d:o 150 d:o
22: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 250 d:o
3: d:o gezaagde Deelen d:o - 3/4: d:o 25: d:o
Uijt Zuijdbeveland .
Afschr: 98 2/5: Cannen Lijn Olij op 25: halve aamen pijlende 9: van 2:, en 16 van 3 d:m wan.
verkopen. { 1 p:s gr: Balk van 4 en 6 d:m op 12 p:s } gebroken
1: d:o d:o d:o d:o 4: d:o 5: d:o d:o 15: d:o
3: d:o d:o Latten d:o 2: d:o 3: d:o d:o 25 d:o
5: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 3: d:o d:o 25 d:o
2: d:o Deelen van 2: d:o d:o 20 d:o
2: d:o d:o d:o 1 1/4: d:o d:o 25 d:o
2: d:o d:o d:o 1: d:o d:o 50 d:o
11: d:o gezaagde deelen d:o d:o 125: d:o
Uijt Foreest .
Inneemen: 25: Riemen klijn formaat papier in 11 Cassen op 50 Riem meerder bevonden dan de Factuur meld.
Afschr: { 40: p:s Tinne holle kommen, op 75: p:s in 1 Cas L:a P: minder bevonden, hebbende de gevondene 35: p:s maar gewogen 151 lb.
96: d:o Tinne Leepels op 150 p:s in voorsz: Cas minder bevonden.
6: d:o Smeltkroesen op 60 p:s in 1 Vat gebroken.
Verkoopen. { 26: d:o Amsterdamse Coorn Schoppen op 150 p:s gebroken
35: d:o Tiggelsteentjes op 300 p:s gebroken
Afschr: { 63: lb Spaanse Zeep op 949: lb in 1 Cas bij naweeging te min.
70 2/5: Cann: Olijven Olij op 12 halve Aamen, pijlende 4: van 2:, 5 van 3: en 3 van 4 d:m wan.
1/15 kelder gedistileerde Wateren, op 1 kelder gebroken.
729: Cannen Bier Anker op 6000 Cannen, ofte 50 Vaten, pijlende 26: van 3:, 21 van 4: en 2: van 5 d:m wan, mitstg:s 1: Ledig.
Uijt Borsselen .
Afschr: 856: lb gesort:d ijzer op 54000 lb bij naweeging te min
Verkopen. 3: p:s gesort:de ijzere Potten op 75 p:s gebroken
Afschr: 2/15 kelder fransse Brandewijn op 1 kelder gebroken.
1/15 d:o gedistileerde Wateren op 1 kelder gebroken.
Uijt Delfshaven .
Afschr: 6 3/4: Gros Lange Tabakspijpen, op 25 Gros bij 't openen van 1 Cas gebroken.
Uijt de Wackerheijd .
  110: p:s Gingam Beddeteijk op 160 p:s in 1 pak minder bevonden, komende de gevondene 50 p:s met het afpakbriefje te accordeeren.
Uijt Mentor .
afschr: { 8 1/4: Gros lange Tabaks pijpen op 25 Gros, bij het openen van 1 Cas gebroken.
32: p:s wijn kelken op 150 p:s bij 't openen van 1 Cas 29: d:o Bierglaasen d:o 150 d:o gebroken
verkoopen { 11: d:o Amsterd:se Coorn Schoppen op 75 p:s
4: d:o d:o Graaven d:o 200 d:o gebroken.
9: d:o Juffers lang 36 v:t op 75 p:s zoo gebroken als defect.
verkopen { Uijt de Jonge Hellingman .
135: p:s Gonnij zacken op 800 p:s zoo verrot als onbequaam
Uijt 'S Comp:s Welvaren .
98: p:s Gonnij zacken, op 1500 p:s als even
Uijt de Bodt .
153: d:o Gonnij zacken 1500 p:s als voorsz:
Uijt de Vrijheijd
110: d:o Gonnij zacken op 1500 p:s als gezegd
Uijt Diana .
45 p:s Gonnij zacken op 700 p:s als meergem:
Uijt de Vr: Anthonetta Coenrardina .
95: p:s Gonnij zacken op 700 p:s verrot
Uijt Willem Fredrik .
115: d:o Gonnij zacken op 1500: p:s onbequaam
Uijt Johanna Margaretha .
94: d:o Gonnij zacken op 800 p:s onbequaam
Uijt Hoolwerff .
85: d:o Gonnij zacken op 700: p:s onbequaam
Uijt Bredenhoff .
65: d:o Gonnij zacken op 700 p:s onbequaam
Afschr: { Uijt Mars .
44: Cannen Clappus Olij, op 576: Cannen in 12: halve Aamen, pijlende 10: van 2, en 2: van 3 duijm wan, zijnde 7 2/3: proC:tos Sch:s
Uijt de Zeeuw
845: p:s Glase Ruijten van 12: en 14 d:m, op 5000: p:s bij 't openen van 20: Cassen gebroken.
28: p:s Wijn kelken op 200 p:s bij 't openen van 1: Cas
56: d:o Bierglasen d:o 300: d:o gebroken
53: d:o groote Tonnen Swartzel op 600 p:s in 3: Cassen Ledig
12 7/12: Grossen Lange Tabaks Pijpen op 40 gros in 2: Cassen gebroken
Verkopen. { 13: p:s Amsterdamse Coorn Schoppen op 150: p:s in 3: Cassen Gebroken
Afschr: { 35: lb Marziliaanse Zeep op 500 lb in 1: Cas bij naweeging te min
In't Negotie Pakhuijs.
Afschr: { 11 lb: Foulij bij 't openen van Een Zoekel N:o 7: bij naweeging te kort.
In't Equipagie Pakhuijs
Verkopen { 1 p:s Wang, Ongetaxeerde, door de Lugt verteerd en geheel en al vergaan.

‘Volgens bijgevoegde Reekeningen van den Opziender van ‘S Compagnies Slaven Logie gesterkt met Secretariale Verklaringen, zijn in de Jongst gepasseerde Maanden September, October, November, en December 1777 mitsgaders Januarij en Februarij deezes Jaars, van ‘S Compagnies Slaven door de Natuurlijke Dood Overleeden.’


Afschr: { 31: Kloeke Jongens
8: School d:o
2: Zuijgende d:o
17: Kloeke Meijden
1: School d:o
1: Zuijgend Meijsje
2: Bandieten Jongens, als.
1: overleeden en
1: g' Executeert

Afschr: { 31: Kloeke Jongens
8: School d:o
2: Zuijgende d:o
17: Kloeke Meijden
1: School d:o
1: Zuijgend Meijsje
2: Bandieten Jongens, als.
1: overleeden en
1: g' Executeert

‘En volgens g’ annexeerde Reekeningen van de Landdrosten gesterkt met Secretariale beEedigde Verklaringen sijn meede in voorsz: tijd van ‘S Comp:s Beestiaal, so verrekt als door het Wild Gedierte vernielt.’


Afschr: { 354: Stux Runderen
6: d:o Paarden
1: d:o Ezel
20: d:o Bocken.

Afschr: { 354: Stux Runderen
6: d:o Paarden
1: d:o Ezel
20: d:o Bocken.

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop, d:n 24: Maart 1778 /:was geteekend:/ P: Hacker.’

Naas welkers Lectuure beslooten is, dat de daarbij vermelde gestorvene Lijf Eijgenen, zoo wel als het verrekt Beestiaal der E: Compagnie, bij de Negotie-Boeken deezes Gouvernements sullende werden afgeschreeven; men voorts met de verdere daarbij gespecificeerde en alhier zo gebroken, als te min aangebragte Goederen, indiervoegen zal doen handelen, als in margine van voorsz: Memorie Staat aangeteekend.

Gelijk meede is nagezien de Reekening der in de laatst afgeweekene Ses Maanden verkogte Zeguls, met de Restanten van dien, luijdende als volgt.


Zeguls D' A:o 1777/8
 
Debent.
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:mo 7bre 1777 restant verbleeven 689: 518: 236: 36: 127: 140: 74: 3: 94: 11: 26: 21: 12: 24: 5: 63: 6: 3: 6: 4
den 8: 7bre 1777 bijgekomen 1500: 1200: 800: -: 400: 150: 25: 200: -: -: 25: 25: -: -: -: 25: -: -: -: -:
Somma 2189: 1718: 1036: 36: 527: 290: 99: 203: 94: 11: 51: 46: 12: 24: 5: 88: 6: 3: 6: 4
 
Credunt.
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
Sedert p:mo 7bre 1777 tot dato verkogt 1634: 1245: 430: 22: 187: 77: 14: 49: 19: 1: 23: 30: 3: 4: 1: 37: 1: -: 1: -:
de dato deezes restant 555: 473: 606: 14: 340: 213: 85: 154: 75: 10: 28: 16: 9: 20: 4: 51: 5: 3: 5: 4
Somma 2189: 1718: 1036: 36: 527: 290: 99: 203: 94: 11: 51: 46: 12: 24: 5: 88: 6: 3: 6: 4

Zeguls D' A:o 1777/8
 
Debent.
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:mo 7bre 1777 restant verbleeven 689: 518: 236: 36: 127: 140: 74: 3: 94: 11: 26: 21: 12: 24: 5: 63: 6: 3: 6: 4
den 8: 7bre 1777 bijgekomen 1500: 1200: 800: -: 400: 150: 25: 200: -: -: 25: 25: -: -: -: 25: -: -: -: -:
Somma 2189: 1718: 1036: 36: 527: 290: 99: 203: 94: 11: 51: 46: 12: 24: 5: 88: 6: 3: 6: 4
 
Credunt.
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
Sedert p:mo 7bre 1777 tot dato verkogt 1634: 1245: 430: 22: 187: 77: 14: 49: 19: 1: 23: 30: 3: 4: 1: 37: 1: -: 1: -:
de dato deezes restant 555: 473: 606: 14: 340: 213: 85: 154: 75: 10: 28: 16: 9: 20: 4: 51: 5: 3: 5: 4
Somma 2189: 1718: 1036: 36: 527: 290: 99: 203: 94: 11: 51: 46: 12: 24: 5: 88: 6: 3: 6: 4

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop Ult:mo Februarij 1778. /:was geteekend:/ P: Hacker. /:in margine:/ Deeze Reekening door ons ondergeteekende Independent Fiscaal en Gecommitteerde Leeden uijt den E: Agtb: Raad van Justitie alhier, behoorlijk nagezien, en met de Restanten geconfronteerd Zijnde, is dezelve in allen deele accordeerende bevonden. Datum ut supra. /:en geteekend:/ W: C: Boers, O: M: Bergh, A: V: Schoor, /:lager:/ mij præsent /:geteekend:/ C: L: Neethling Secret:s.’

Waaruijt gebleeken weezende, dat het rendement der voorsz: verkogte Zeguls de Somma van Rd:s 3032: komt te bedragen, zal dit montant p:r Schriftelijke Ordonnantië van den Heere Gouverneur, in ‘S Comp:s Cassa overgebragt, en bij de voorseijde Negotie-Boeken moeten werden ingenomen.

Vermits de Boot van het onlangs vertrockene RetourSchip de Wackerheijd , die door d’ Overheeden van evengem: Bodem is agtergelaten, of het mogelijk mogte zijn alhier te verhelpen, de gebreeken, waarmeede dezelve is behebt, volgens ingediende verklaringe van Zee- en Scheeps- Timmer-Lieden, dewelke het gemelde Vaartuijg hebben gevisiteerd, over het geheele Lichaam dusdanig slegt gesteld bevonden is, dat de kosten der Reparatiën, die daaraan noodzakelijk moeten werden gedaan, de Waarde van de Boot verre zoude komen te Surpasseeren, heeft men dierhalven moeten besluijten dezelve te doen afleggen en Sloopen.

Op het dientwegen gedaan verzoek door den Ondercoopman en Secretaris des raads van Justitië Christiaan Ludolph Neethling, aan denselven gepermitteerd geworden zijnde, omme desselfs Zoontje gen:d Johannes Henoch, oud 7: Jaaren, ter verdere erlanginge eener goede Educatie, p:r het ter Rheede geankerd leggend Retour-Schip Bredenhoff naar Nederland te laten vertrecken, is voorts aan den Burger deezer plaatse Pieter Broedersz:, op zijn hierom al meede gedaan Supplicq, geaccordeerd, om neevens desselfs Huijsvrouw Maria Elizabeth Toute en hunl: Zoontje in naame Pieter, met gedagten Bodem Bredenhoff te repatrieeren, mitsgaders ten dienste van desselfs geciteerde Huijsvrouw en kind, met zig naar Europa meede te neemen, een Slavinne genaamd Amelia van Suratte; onder Conditie, dat de daartoe staande Transport-en kostpenningen /:voorgemelde Slavinne gereekend voor de heen en weder reijze:/ in ‘S Comp:s Cassa alhier behoorlijk werden voldaan.

Ook is op het daartoe bij Request gedaan verzoek, van Maria Regina Otto, weed:we van Adriaan Smuts, aan dezelve in Eijgendom gegeeven, een Stukje Lands, geleegen annex haar Huijs en Erf, in den Dorpe van Stellenbosch , groot vijfhonderd en vijf quadraat Roeden en Twee dito voeten.

En zijn wijders, zoo in Steede van den overleedenen Jan Struwig, als ter plaatsvullinge van den gerepatrieerden Johan Godfried Reediger, weder tot Burger Constapels aangesteld, de Burgers Willem Godfried Lotter en Fredrik Botha.

Laatstelijk overwogen zijnde, dat hoogstgem: Heeren Seventhienen bij der selver te meermaalen gem: zeer g’ Eerde Missive, d’ onderneeming van Sommige Ingezeetenen, om van Zeekere hier te Lande zeer abundant groeijende Bessen, een goed groen Wax te trekken, hebben gelieven aan te merken, als reflexie verdienende, met bijvoeginge, ons derselver veel geagte Ordres te zullen doen toekomen, of en in hoeverre daarvan enigen Inkoop voor d’ E: Comp:ie zoude behooren te werden gedaan; en men intusschen heeft moeten ervaaren, dat verscheijde Persoonen Sig niet hebben ontsien, omtrent het insamelen dier Bessen op dusdanige rukeloose en baatzugtige wijze te werk te gaan, dat bij aldien hier tegen niet in tijds wierde voorzien, dit nuttig product, in korten tijd ten eenemaal zal vernield zijn; Is dierhalven noodzakelijk geoordeeld, en dienvolgens beslooten, Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch t’ injungeeren, deezen Rade niet alleen te dienen van berigt, en haare Consideratiën, op wat tijd en wijze voorsz: Bessen bequamelijk, en om daarvan het meeste nut t’ erlangen, zoude dienen ingezameld te werden, maar ook, door welke maatregulen zoude kunnen werden geweerd, dat deselve niet in’t geheel werden geruineerd.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 262-265.

Dingsdag den {17780331} 31: Maart 1778.

‘S voormiddags alle præsent.

Met de Chinasche Retour Scheepen de Ganges en ‘t Zeepaard , alhier aangebragt zijnde, het geagt aanschrijvens van Haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren der Hooge Indiasche Regeering, gedateerd 2: December des voorleeden Jaars; Soo is in opvolginge van het daarbij geordonneerde verstaan, Sodanig bedragen van Agt duijzend Rijxdaalders, als door den Coopman Abraham Douglas p:r Wissel in ‘S Comp:s Cassa op Batavia, herwaards overgemaakt zijnde, door den alhier woonagtig zijnden oud Coopman Johannes van Echten is ontfangen, onder denselven te laten arresteeren, en vervolgens wederom in ‘S E: Comp:s Cassa te doen overbrengen, om aldaar ter nadere dispositie van welgem: Heeren der Hooge Indiasche Regeering gesequesteerd te blijven.

En is op het dieswegens bij Request gedaane verzoek van den met het Retour-Schip Ouwerkerk alhier aangelanden geweezen Advocaat Fiscaal van Indië M:r Pieter van der Vorm aan denwelken uijt hoofde van desselfs in dispositie is geaccordeerd geweest, van gem: Bodem af te gaan, en enigen tijd ter deezer Plaatse te verblijven, als nu wederom toegestaan, desselfs reijze nevens het onder zijn op zigt staande Zoontje van den Ondercoopman Palm, thans met het Bengaalsch retour-Schip Hoogcarspel naar Nederland te vervorderen, mits desselfs gepermitteerde Goederen op Eerstgem: kiel werden gelaten.

Sijnde wijders, mits het optreeden van den Heer Pieter Hacker tot Secunde en het ontslag van d’ E: Coopman Westerhoff, wederom tot het examineeren der Negotie- en Soldij-Boeken deezes Gouvernements, te weeten tot het nasien van d’ Eerstgemelde, den E: Coopman en Dispencier Adriaan van Schoor en den Ondercoopman en Zoldij Boekhouder Johannes Cornelis van der Spuij, mitsg:s tot die der laatstgen:de, evengem: E: van Schoor en den E: Coopman en Keldermeester M:r Jacobus Johannes Le Suëur, benoemd geworden.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 266-278.

Dingsdag den {17780414} 14 April 1778.

‘S voormiddags alle præsent.

Sijn op heeden geleezen en geresumeerd de Memorie, nopens de te kort en bedurven bevondene Goederen op de Lading van ‘t Provisie Schip de Behemoth , neevens de Schriftelijke verantwoording, door den Schipper van ged:en Bodem Hendrik Nuboer, deezen aangaande overgeleeverd, luijdende dezelve als volgd.

‘Memorie van de nabesz: Rijst, Porcelijn, Poeder Zuijker, Houtwerken en Metzelsteenen, uijt de Lading van het Provisie Schip Behemoth bedorven, gebroken, als te min, gelijk te zien is, bij de Verklaring van Gecommitteerdens hier annex; namentlijk.’


28973: lb Rijst op 465000 lb of 150: Cojangs te weeten.
  23593: lb bedorven
  5380: d:o te min
319: lb Poeder Zuijker op 20171: lb in 100 klijne Cannassers te min zijnde 1 1/2 prC:to r:m.
64: p:s Porcelaine Assiëtten op 200: p:s in 1 Cas gebroken, zijnde 32: prC:to n:tto.
1369: d:o Estricken van 16 d:m op 4000 p:s gebroken zijnde 34 1/4 prC:to Schaars.
3380: d:o Estricken van 12 d:m op 10000 p:s gebroken zijnde 33 4/5: prC:to netto.
95: d:o Jatij-Planken op 1000 p:s gebroken
128: d:o Jatij Duijgen op 2010 p:s gebroken
1: p:s Jassemse Balk l:g 20 à 22 voeten dik 8 à 9 d:m op 30: p:s defect.

28973: lb Rijst op 465000 lb of 150: Cojangs te weeten.
  23593: lb bedorven
  5380: d:o te min
319: lb Poeder Zuijker op 20171: lb in 100 klijne Cannassers te min zijnde 1 1/2 prC:to r:m.
64: p:s Porcelaine Assiëtten op 200: p:s in 1 Cas gebroken, zijnde 32: prC:to n:tto.
1369: d:o Estricken van 16 d:m op 4000 p:s gebroken zijnde 34 1/4 prC:to Schaars.
3380: d:o Estricken van 12 d:m op 10000 p:s gebroken zijnde 33 4/5: prC:to netto.
95: d:o Jatij-Planken op 1000 p:s gebroken
128: d:o Jatij Duijgen op 2010 p:s gebroken
1: p:s Jassemse Balk l:g 20 à 22 voeten dik 8 à 9 d:m op 30: p:s defect.

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop den 14: April 1778. /:was geteekend:/ P: Hacker.’

Den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra

‘Ordinaris van Nederlands India, Gouverneur in loco &:a &:a. d’ Ondergeteek:de Schipper van’t Schip Behemoth , hebbende gelieven t’ ordonneeren, omme behoorlijk te verantwoorden, waar door de Defecten op de Lading van voorsz: Bodem voor dit Gouvernement aangebragt zijn ontstaan, zo verklaare ik, d’ oorzaak daarvan te zijn, als in margine deezer Staat aangehaald, bestaande in als volgt.’


28973: lb Rijst op 465000 lb of 150: Cojangs te weeten.
  23593: lb bedorven
  5380: d:o te min
het bederf is principaal voortgekomen, door bijgekomen Zee Water het welk door Swaar Zeijlen en Overkomende Zeën door de Lijfnaaden in't Schip gedrongen en op de reijse niet heeft kunnen ontwaar worden, dan bij ontlossing, gelijk dan ook met de volheijd van tusschen deks; geen naauwkeurige visitatie heeft kunnen werden gedaan; middelerwijl dat ook door het breeken der Stroo Zacken en matten, spillagie is veroorzaakt, het welk tusschen het Houtwerk neergevallen, en aldaar bedurven is, mogelijk dat ook bij het overscheepen zo na Boord, als meede bij het lossen en vervoeren ter deezer Rheede met de Landsboots wel Spillagie veroorzaakt is.
 
319: lb Poeder Zuijker op 20171: lb in 100 klijne Cannassers, te min: -
door het bijgekomen Zee Water is de Zuijker nat geworden en gesmolten.
 
64: p:s Porcelaine Assiëtten op 200: p:s in 1 Cas gebroken: -
deeze Cas met Porcelijn mij ongeopend overhandigd zijnde, heb ik bij dies in en afscheeping alle behoorlijke voorzigtigheijd doen gebruijken.
 
1369: p:s Estricken van 16 d:m op 4000 p:s gebroken
3380: d:o d:o d:o 12 d:m d:o 10000 d:o d:o: -
Betreffende deese Steenen, zijn deselve in zig selfs zeer bros vervolgens door het arbeijden van 't Schip in Zee gedeeltelijk ook door haar eijgen gewigt als hebbende alle op den anderen gestapeld gestaan, in het lossen alhier ter Rheede komen te verbrijselen en gebroken geraakt.
 
95: p:s Jatij Planken op 1000 p:s gebroken
128: d:o Jatij Duijgen op 2010 p:s gebroken
1: d:o Jassemse Balk l:g 20 à 22 voeten dik 8 à 9 d:m op 30: p:s defect: -
Alle de Houtwerken onder de Lading en andere Goederen geleegen hebbende, zal dat gewigt en de oneffene Legginge van de selve Houtwerken in't ruijm, de Jatij- Duijgen en Planken en zo meede de Jassemse Balk hebben doen breeken.

28973: lb Rijst op 465000 lb of 150: Cojangs te weeten.
  23593: lb bedorven
  5380: d:o te min
het bederf is principaal voortgekomen, door bijgekomen Zee Water het welk door Swaar Zeijlen en Overkomende Zeën door de Lijfnaaden in't Schip gedrongen en op de reijse niet heeft kunnen ontwaar worden, dan bij ontlossing, gelijk dan ook met de volheijd van tusschen deks; geen naauwkeurige visitatie heeft kunnen werden gedaan; middelerwijl dat ook door het breeken der Stroo Zacken en matten, spillagie is veroorzaakt, het welk tusschen het Houtwerk neergevallen, en aldaar bedurven is, mogelijk dat ook bij het overscheepen zo na Boord, als meede bij het lossen en vervoeren ter deezer Rheede met de Landsboots wel Spillagie veroorzaakt is.
 
319: lb Poeder Zuijker op 20171: lb in 100 klijne Cannassers, te min: -
door het bijgekomen Zee Water is de Zuijker nat geworden en gesmolten.
 
64: p:s Porcelaine Assiëtten op 200: p:s in 1 Cas gebroken: -
deeze Cas met Porcelijn mij ongeopend overhandigd zijnde, heb ik bij dies in en afscheeping alle behoorlijke voorzigtigheijd doen gebruijken.
 
1369: p:s Estricken van 16 d:m op 4000 p:s gebroken
3380: d:o d:o d:o 12 d:m d:o 10000 d:o d:o: -
Betreffende deese Steenen, zijn deselve in zig selfs zeer bros vervolgens door het arbeijden van 't Schip in Zee gedeeltelijk ook door haar eijgen gewigt als hebbende alle op den anderen gestapeld gestaan, in het lossen alhier ter Rheede komen te verbrijselen en gebroken geraakt.
 
95: p:s Jatij Planken op 1000 p:s gebroken
128: d:o Jatij Duijgen op 2010 p:s gebroken
1: d:o Jassemse Balk l:g 20 à 22 voeten dik 8 à 9 d:m op 30: p:s defect: -
Alle de Houtwerken onder de Lading en andere Goederen geleegen hebbende, zal dat gewigt en de oneffene Legginge van de selve Houtwerken in't ruijm, de Jatij- Duijgen en Planken en zo meede de Jassemse Balk hebben doen breeken.

‘Sullende Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s uijt het in margine deezer ter neder gestelde kunnen beoogen, waar door de defecten der voorsz: Goederen haaren Oorspronk hebben, om welke reedenen den Onderget:de op d’ Eerbiedigste wijze verzoekt /:als een Dienaar die d’ E: Comp:ie sedert hij dezelve gediend heeft, altoos trouw en Eerlijk heeft behandelt:/ dat hij voor de gemelde Defecten, der voor aangeroerde Goederen, niet moge werden belast.’

’/:was geteekend:/ Hend:k Nuboer. /:in margine:/ In’t Schip Behemoth d:n 11: April 1778.’

Waarop gedelibereerd en ten dien belange overwogen zijnde, dat de Cast, waarin het voorsz: Porcelain is afgepakt geweest, tot Batavia ongeopend ontfangen, en ook Sodanig alhier, volgens het bruto gewigt uijtgeleeverd is, en dat het breeken der Estricken, ten principaale door het Sterk arbeijden van’t Schip, mitsg:s derselver brosheijd en Swaarte, als op malkanderen geleegen hebbende, veroorzaakt zijnde, het bederf der rijst, uitwijzens de hiervan verleende Verklaringe der Stuurlieden en Dex-Officieren, alleen door Leccagie is te wege gebragt; heeft men dierhalven moeten besluijten, het een en ander te passeeren, en bij de Negotie Boeken deezes Gouvernements te doen afschrijven; Terwijl ten opzigte van de gebroken en defect bevondene Houtwerken, is verstaan, dat, nadien niet blijkt; het selve door enig verzuijm of agteloosheijd der Scheeps-Overheeden te zijn ontstaan, Sulx almeede te passeeren, en dezelve nevens de voorsz: gebroken Vloersteenen, bij publicque Vendutie, voor’t geene zullen komen te gelden, te laten verkopen.

Sijnde egter ten belange van de te min uijtgeleeverde Rijst; besloten, het bedragen van dien, d’ Opperhoofden van voorsz: Bodem op haare Soldij Reekeningen in maniere als volgt te doen belasten, te weeten.

  Nederlands geld Ducat:s van 66 stv:s ned: geld Indiasch geld van 80 stuijv:s p:r Ducaton
Weegens 5380 lb: Rijst met een half Capitaal Advans ƒ164:12:-: ƒ49 29/33 ƒ199:10:08:
Hierop 25: prC:to verhoging, Sijnde     d:o 49:17:08:
  Komt ƒ249:08:-:
Bedraagd voor reecq:g van den Schipper
Hendrik Nuboer voor 2/3     ƒ166:05:08:
En voor die van den Opperstuurman
Hermanus Burger voor 1/3     d:o 83:02:08:
  Sommeert als boven ƒ 249:08:-:
  Nederlands geld Ducat:s van 66 stv:s ned: geld Indiasch geld van 80 stuijv:s p:r Ducaton
Weegens 5380 lb: Rijst met een half Capitaal Advans ƒ164:12:-: ƒ49 29/33 ƒ199:10:08:
Hierop 25: prC:to verhoging, Sijnde     d:o 49:17:08:
  Komt ƒ249:08:-:
Bedraagd voor reecq:g van den Schipper
Hendrik Nuboer voor 2/3     ƒ166:05:08:
En voor die van den Opperstuurman
Hermanus Burger voor 1/3     d:o 83:02:08:
  Sommeert als boven ƒ 249:08:-:

Terwijl dezelve Overheeden daar en tegen, voor ‘t geene op de Poeder Zuijker, mitsgaders Peper, Cattoen en Waks, minder dan de gepermitteerde afschrijvinge dicteerd, is te kort gekomen, op haare Soldij Reekeningen het volgende zal werden te goed gedaan, als.

  Nederlands geld Ducat:s van 66 stv:s ned: geld Indiasch geld van 80 stuijv:s de Ducaton
Over 286: lb Poeder Zuijker zijnde 1 1/2 prC:to Sch:s tegens uijtkoopsprijs ƒ50:-:08 p:s 15: 7/44 ƒ60:13:-:
d:o 32 lb Peeper ofte 2: prC:to met een half capitaal advans bovensdien d:o 6:-:-: 1: 9/11 d:o 7:05:08:
d:o 40 lb Cattoen Gaarn, zijnde 2: prC:to meede met een half Capt:l advans d:o15:05:08: 4: 83/132 d:o 18:10:08:
d:o 6: lb ruuw Wax, ofte 3 prC:to, met advans als vooren. d:o 5:15:-: 1 49/66 d:o 6:19:08:
  Telt te samen ƒ93:08:08:
Oversulx voor Reekening van bovengem:
Schipper Nuboer, voor desselfs 2/3     ƒ62:05:08:
mitsgad:s den Opperstuurman Burger wegens zijn 1/3     d:o 31:03:-:
  komt als voren ƒ93:08:08:
  Nederlands geld Ducat:s van 66 stv:s ned: geld Indiasch geld van 80 stuijv:s de Ducaton
Over 286: lb Poeder Zuijker zijnde 1 1/2 prC:to Sch:s tegens uijtkoopsprijs ƒ50:-:08 p:s 15: 7/44 ƒ60:13:-:
d:o 32 lb Peeper ofte 2: prC:to met een half capitaal advans bovensdien d:o 6:-:-: 1: 9/11 d:o 7:05:08:
d:o 40 lb Cattoen Gaarn, zijnde 2: prC:to meede met een half Capt:l advans d:o15:05:08: 4: 83/132 d:o 18:10:08:
d:o 6: lb ruuw Wax, ofte 3 prC:to, met advans als vooren. d:o 5:15:-: 1 49/66 d:o 6:19:08:
  Telt te samen ƒ93:08:08:
Oversulx voor Reekening van bovengem:
Schipper Nuboer, voor desselfs 2/3     ƒ62:05:08:
mitsgad:s den Opperstuurman Burger wegens zijn 1/3     d:o 31:03:-:
  komt als voren ƒ93:08:08:

Voorts geleesen weezende, het Rapport, dat door meerm: Schipper Nuboer, aangaande de dagelijxe verrigtingen in’t lossen en weder beladen van het voorwaards geciteerde Provisie Schip de Behemoth , is verleend geworden; heeft men hierop goed gevonden, in margine van het selve te doen aanteekenen, dat de daarbij aangehaalde dagelijxe verrigtingen, nopens het ontlossen en weder beladen dier kiel, allesints met de Waarheijd conform zijn ter neder gesteld; en dat denselven voor’t Overige niet eerder heeft kunnen werden gedimitteerd, uijt hoofde van het volhandig werk, dat men met het afvaardigen der Successivelijk van hier vertrockene zoo Retour- als uijtkomende Scheepen der E: Comp:ie, mitsg:s het ontlossen en herladen van enige der laatstgen:de heeft gehad.

Vermits den Persoon van Johannes Slierbach van Lorac in Hessen Cassel, die in den Jaare 1772 uijt ‘S Compagnies dienst ontslagen, en met het Burgerregt deezer Plaatse begunstigd is, Sedert een geruijmen tijd herwaards zijn werk heeft gemaakt, met gints en herwaards rond te swerven, zonder ergens een vast Domicilium te houden, veel min desselfs Chirurgijns metier te oeffenen, of zig met een andere Eerlijke kostwinninge t’ erneeren; is dierhalven best gedagt, hem wederom voor Soldaat met ƒ9:- ter maand, onder een vijf Jarig verband in dienst der E: Comp:ie te trecken.

Laatstelijk is besloten omme op den 13:de, 14: en 15:de der aanstaande Maand Maij, wederom te doen eijken, d’ Ellen, Maaten en Gewigten der Ingezeetenen, ten welken eijnde den Heer Independent Fiscaal, neevens Gecommitteerde Leeden uijt den Raad van Justitie, op voorsz: drie dagen hier ten Casteele, mitsgaders Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch ten Huijse van den Landdrost aldaar zullen vaceeren; Waarvan tot waarschouwing van een ijgelijk, volgens gebruijk, de nodige Billiëtten zullen werden g’ affigeerd.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 279-290.

Dingsdag den {17780420} 20 April 1778.

‘S voormiddags alle præsent.

Als nu ingekomen zijnde het van Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch gevorderde berigt, vermeld bij Resolutie van den 24 Maart Jongstl: en luijdende als volgd.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg, Raad Extra Ordinair van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:ren Politicquen Raad deezes Gouvernements.

‘Wel Edele Gestr: Heer en Ed: Agtb: Heeren!’

‘Ingevolge Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb: zeer g’ Eerde ordre, vervat bij derselver Missive van den 24: Maart Jongstl:, omme Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb: niet alleen te dienen van berigt, en onse Consideratiën, op wat tijd en wijse de hier te Lande vallende Wax-Bessen, bequamelijkst, en om daarvan het meeste nut t’ erlangen, zouden dienen te werden ingezameld, maar ook door welke Maatregulen zoude kunnen werden geweerd, dat het gemelde nuttig product door een onbesonnen en baatzugtig gedoente, niet ten eenemaal werde geruineerd: op heeden in onse Vergaderinge deswegens gebesoigneerd Sijnde, hebben wij thans d’ Eere, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s in deezen te melden, dat volgens Sustenue der ondergeteekende Heemraaden Johan Bernhard Hofman, Pieter Gerhard Wium, Philippus Albertus Meijburgh en den na te meldenen Jan de Villiers Jan Pz:, als de eenigste van ons, die tot nog toe van gem: Bessen, wat tot eijgen Consumptie, in de Huijshouding vergaderd hebbende, dus langs dien weg enige ondervinding van dat procuct verkreegen hebben: den bequaamsten tijd ter insameling dier Bessen, de Maanden Augustus, September en October weezen zoude, als wanneer dezelve doorgaans rijp zijnde, het meeste Wax komen uijt te leeveren; hoewel den meede Heemraad Jan de Villiers J: P:Z: vermeende, dat, wijl die Bessen op enige Plaatsen en wel omstreex Zandvliet , reets in de Maanden Junij en Julij rijp zijn, en dezelve ter Eerstgem: tijd als dan meest afgevallen of door de Vogelen verteerd zouden zijn, het dienvolgens best waare met dies insameling in de maand Junij reeds begin te maken, het welk men meend, dat met het afbreeken der met Bessen beladene Takjes, Sonder dat Sulx aan dies Bossen enige Schade doen kan, best zullende kunnen geschieden: Wij voorts oordeelen, dat tot voorkoming van’t ruineeren derselve, vooral maar zoude dienen te werden geweerd en in agt genomen, dat gem: Bossen niet door het in brandsteeken der Velden, het afkappen digt aan den grond, met bijlen of ander Scherp gereedschap, dan wel voornamentlijk door het uijtroeijen werden vernield.’

‘Waarmeede verhopende, aan de voorsz: g’Eerde ordre na vermogen en beste kennisse te hebben voldaan, zoo neemen wij de vrijheijd, deezen te laten dienen voor nedrige Consideratie en Eerbiedig berigt. Terwijl wij met alle behoorlijke Respect blijven.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren! U Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s zeer Onderdanige en Gehoorzaame Dienaaren.’

’/:was geteekend:/ M: A: Bergh, J: B: Hoffman J:b D: Villiers, P: G: Wium, P: A: Mijburgh, J: D: Villiers J:P:Z:’

’/:in margine:/ Ter Vergadering van Heemraaden aan Stellenbosch den 6: April 1778.’

Soo is hierop goed gevonden en besloten, dat voortaan niemand zig zal hebben t’ onderstaan, de voorsz: Bessen te gaan insamelen, zonder alvorens daartoe van den Heere Gouverneur te hebben bekomen, een behoorlijke ordonnantie, waarbij distinctelijk zal weezen bepaald:

Gelijk meede de Persoonen, hun werk makende van’t roeijen en herwaards aanvoeren van duijn-hout, op geenerhande wijze, het voorsz: Glashout zullen vermogen te kappen, veel min in brand te Steeken, alles op verbeurte eener boete van Rd:s 25: voor d’ Eerste, 50: Rd:s voor de Tweede reijze, ten behoeve van den Officier, die de Calange zal doen, en ten derdenmaale daarop agterhaald werdende, bovensdien naar Exigentie van Zaaken te werden gestraft, van al het welke aan een ijgelijk bij Placcaat behoorlijk kennisse zal werden gegeeven.

Vervolgens door den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers overgelegd zijnde, eenige Stucken, binnen Boord van het aanweezend Schip de Jonge Hugo , ten lasten van den daarop bescheijdenen Oppermeester Arnoldus Bergakker belegd, en aan zijn E: overgeleeverd; wierd voorts ten deesen opzigte door gem: Heer Fiscaal te kennen gegeeven, dat bij arrivement van gemelden Bodem, en het aan hem gedaan rapport, nopens het voorgevallene met gedagte Oppermeester, Zijn E: denselven had doen aan Land komen, ten eijnde hem in persoon t’ examineeren; dog dat hij Heer Fiscaal, zo bij dit, als enige volgende Examen, hadde ontwaard, dat voormelde Oppermeester Bergakker, ten eenemaal krank zinnig kwam te zijn, gelijk Sulx dan ook uijt den inhoude der voorsz:, binnen boord belegde Stucken, is komen te blijken, Sulx zijn E: ter dier oorzaake, geen regterlijke actie tegens denselven konde institueeren, weshalven besloten is, dat nadien ‘er onder de ter Rheede leggende retourScheepen, zig geen voor de Camer Enchuijsen komt te bevinden, meerm: Oppermeester Bergakker oversulx, in arrest met het RetourSchip ‘T Loo , naar Nederland zal te rug gezonden, en daarvan, zo aan d’ Edele Heeren Bewindhebberen ter Camer Amsterdam, als Enchuijsen, behoorlijk kennisse werden gegeeven; Sullende bovensdien aan laatstgem: Camer, de voorsz: ten lasten van dikwilsgem: Oppermeester Bergakker ingewonnen Stucken, overgezonden, en desselfs Gagie, van den 12 Jann:ij deezes Jaars, dat aan boord in arrest is gesteld, afgeschreeven werden.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 291-298.

Dingsdag den {17780505} 5: Maij 1778.

‘S voormiddags alle præsent, behalven de Heeren Major Hendrik van Prehn en Secretaris Oloff Martini Bergh, beijde door Indispositie.

Geliefde den Heere Gouverneur te produceeren de Resolutien door d’ Overheeden der ter Rheede leggende Ceijlonsse- en Chinase Retour Scheepen ‘T Loo , Willem de Vijfde , Canaan en Overduijn , nopens het aan doen deezer Tafelbaaij , genomen, en aan Zijn Ed: overgeleeverd; naar welkers Lecture, door den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers gedeclareerd zijnde, daarop geen remarques te hebben; is voorts, ten opzigte der provisiën, die gem: kielen, volgens het ter nedergestelde bij voorsz: Resolutiën, zouden komen te benodigen, best gedagt, en dienvolgens besloten, dat behoorlijk zal werden onderzogt, welke montbehoeftens aan meermelde Bodems tot het voortzetten haarer reijze, noodwendig zullen dienen te werden bijgezet, dewelke men dan ook vervolgens aan dezelve zal doen verstrecken.

Waarna door den van’t Voorzeijlend Retour-Schip deezes Jaars de Jonge Hellingman , mits indispositie alhier verbleevenen Schipper Michiel Hamelo, bij Request zeer instantig verzogt zijnde, dat, dewijl hij thans wederom tot volkomen herstellinge was geraakt, dierhalven aan hem niet alleen mogte werden gepermitteerd, p:r ‘t voorwaartsgemelde Schip ‘T Loo , als Tweede Schipper te repatrieeren, maar ook omme bij aflijvigheijd, ofte andere ongevallen, van den Schipper dier kiel Stoffel Kock, bij Survivance het Commando op het ged:e Schip ‘T Loo te voeren; is hierop verstaan, het een en ander aan voorzeijden Schipper Hamelo t’ accordeeren.

Gelijk ook op het dientwegen al meede in Scriptis gedaan Supplicq, aan Catharina Everdina Cruijwagen weed:we wijlen den oud Burgerraad Evert van Schoor, gepermitteerd zijnde, om haar zoontje genaamd Meijndert Adriaan, oud 7: Jaaren, ter verdere erlanginge ener goede Educatie, met het Schip Willem de Vijfde , naar’t Vaderland over te zenden, is wijders aan den Burger deeser Plaatse Johannes Kilian, hierom insgelijx bij geschrift verzoek doende, toegestaan, met een der aanweezende RetourScheepen te repatrieeren: onder Conditie egter, dat de daartoe staande Transport- en kostpenningen, te weeten voor het gem: kind, om in die Cajuijt, mitsg:s voor ged:e Kilian, om op den overloop te werden gelogeerd en getracteerd, in ‘S Comp:s Cassa behoorlijk werde voldaan.

Laatstelijk nog geleezen weezende, zeeker Request door den Persoon van Daniël Hendrik Tonjus, in de volgende bewoordingen gepræsenteerd.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft ootmoediglijk te kennen, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s gantsch nedrigen Dienaar Daniel Hendrik Tonjus van Breemen, hoe den Suppl:t van den Edelen Heere Gouverneur en Raad te Colombo , alwaar voormaals als Canonier is bescheijden geweest, op zijn dientwegen gedaan verzoek, permissie geobtineerd hebbende, zig buijten ‘S E: Comp:s dienst herwaards te mogen begeeven, den Suppl:t dan ook, neevens desselfs Huijsvrouw Magdalena Meerkamp, nu onlangs met het ter Rheede Leggend’ Ceijlons RetourSchip ‘T Loo alhier is aangeland: ende ten aansien den Suppliant zig thans Seer gaarne als Burger alhier zoude willen ter neder zetten, ten eijnde zijn bestaan met desselfs Horologiemakers metier te kunnen vinden; Soo neemt hij de vrijheijd, zig te wenden tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s met demoedig Supplicq, dat het van derselver welbehagen moge zijn, hem met het Burgerregt deezer Plaatse te favoriseeren.’

’/:onderstond:/ ‘T Welk doende &:a.’

Is daarop aan den Suppl:t vergund, zig als Burger alhier ter neder te mogen zetten.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring Mij Present. T: C: Ronnenkamp E:g: Clercq

C. 156, pp. 299-308.

Dingsdag den {17780526} 26: Maij 1778.

‘S voormiddags alle præsent.

Door den Heere Gouverneur te kennen gegeeven zijnde, dat zijn Edele, ten eijnde niet alleen van de wijdst geleegene Landerijen, mitsgad:s de onlangs nader bepaalde Limiet Scheijding tusschen de beijde Coloniën van Stellenbosch en Swellendam , oculaire inspectie te neemen, maar ook, om ten opzigte van diversse Zaaken, die in voorsz: verre afgeleegene Districten, een noodwendig redres quamen te vorderen, de nodige ordres te stellen, besloten had, met het begin der Maand September deezes Jaars, een reijs derwaards te doen: Is dierhalven besloten, dat de resp:ve Landdrosten neevens de Heem- en Krijgs-Raaden van Stellenbsoch en Drakensteijn , mitsgad:s die van Swellendam , zullen werden gelast, de nodige ordres te stellen, dat ‘er op Sodanige tijden en plaatsen, als haarl: teffens zal werden opgegeeven, niet alleen de benodigde Voorspannen van Trek-Ossen voor 6: Wagens in gereedheijd komen te zijn, maar dat ook door Sodanige Perzoonen, die op de resp:ve te reguleerene Stations woonen, en rijd-paarden bezitten, dezelve, neevens de voorsz: voorspannen, insgelijx paraat werden gehouden:

dat voorts om welgem: Heere Gouverneur op deezen Togt te begeleijden, uijt elk District zal moeten werden gecommandeert een Detachement, bestaande in een Cornet, Corporaal en 8 Dragonders uijt de Land-Militie met derselver volle Wapenen; Sullende het Stellenbosch’s Detachement, zijn Edele tot aan het Swellendamse District geëscorteerd hebbende, aldaar afgedankt, en door het Commando uijt het zoo evengemelde District, werden afgelost:

dat beijde de voorsz: Detachementen zig wijders, van het nodige proviand, voor hun selve zullen moeten voorzien, waarvoor zo wel, als voor het Vee, dat ten dienste van welopgem: Heere Gouverneur g’emploijeerd werdende, zal komen te verrecken, of tot proviand gebruijkt werden, desgelijx van alle andere te fourneerene provisiën, behoorlijk vergoeding zal werden gedaan.

Terwijl voorts, bij overweeging dat veele der Ingezeetenen in meerm: buijten Districten, ter zaake voorsz: op haare Plaatsen dienen præsent te zijn, als ook om deselve wegens de Commando’s, die nog bij continuatie tegens de Stroperijen der Bosjesmans, moeten werden gedaan, te gemoed te komen, ook goedgedagt is, dezelve voor deesen Jaare, van de gewoone Burgerlijke Exercitie en Wapen- Schouwing t’ excuseeren.

En dewijl uijt hoofde van de verre afgeleegendheijd der Swellendamse Drostdije, het voor den Landdrost van ‘t gem: District, niet wel doenlijk is, om tot het beleggen der Justitieele Enquesten en het voortzetten zijner Crimineele Proceduren, altoos in Persoon, hier ter plaatse te kunnen vaceeren; Soo is, naar voorafgaande betuijging van den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers, dat zijn E: ‘er niets tegen hadde, dat den aan hem toegevoegden p:l Adjunct George Elias Timmer, gemelde Landdrost in deesen quam t’ adsisteeren, goedgedagt en besloten, evengemelden p:l Adjunct Fiscaal Timmer te qualificeeren, om, wanneer meerm: Landdrost van Swellendam , hiertoe niet zal kunnen vaceeren, als dan het beleggen der Justitieele Papieren en het voortzetten zijner Crimineele Proceduuren, voor denselven waar te neemen.

Vermits den Baas der Houtkappers Johannes Hofman, d’ E: Comp:ie niet alleen een tijd van 21: Jaaren gediend, en ten naasten bij den Ouderdom van Sestig Jaaren bereijkt heeft, maar dat denselven bovensdien in den Jaare 1760: nevens meer andere Manschappen op een parthij moorddadige bij een gerotte Slaven uijtgezonden zijnde, als doen het ongeluk heeft gehad, door dezelve dermaten gequetst te worden, dat daar door, het Gezigt zijn’s regteroogs ten eenemaal heeft verlooren, is dierhalven, ter Consideratie van alle voorsz: reedenen, besloten, gedagte Hoffman, thans hierom bij request verzoek doende, met een rust-gagie van ƒ10:- ter maand uijt den dienst der E: Comp:ie t’ ontslaan.

Sijnde voorts, op het dieswegens meede in Scriptis gedaan verzoek van den Landbouwer Jozeph Pattinger, aan denselven in Eijgendom gegeeven, een Stukje Lands, geleegen annex desselfs Huijs en Erf onder het District van Drakensteijn , groot drie Morgen, Twee quadraat Roeden en Vijf dito Voeten, mits de daarop gestelde recognitie, behoorlijk aan d’ E: Compagnie betalende.

Den Persoon van Pieter Casper Broedersz:, denwelken in A:o 1770 als Corporaal, met stilstand van Gagie van Ceijlon alhier aangeland, en aan wien op desselfs instantig verzoek, en sterke beloften, van zig allesints behoorlijk te zullen comporteeren, gepermitteerd geworden is, bij desselfs bevorens ter deezer Plaatse getrouwde Huijsvrouw te mogen verblijven; nu Seedert enigen tijd herwaards door sterke debauches in den drank, tot verregaande brutaliteijten zijnde komen uijt te Spatten; is dierhalven verstaan, denselven te degradeeren tot Soldaat à ƒ 9. ter maand, en hem als Sodanig met het in de Baaij-Fals vertoevend’ Schip de Vrouwe Everhardina naar Batavia te verzenden; Terwijl Haar Wel Edele Groot Agtb: de Heeren der Hooge Indiasche Regeering sullen werden verzogt, dat aan meerm: Broedersz: geen geleegendheijd mag werden gegeeven, om zig op d’ eene of andere wijze wederom alhier ter neder te zetten.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 309-325.

Dingsdag den {17780707} 7: Julij 1778.

‘S voormiddags alle præsent.

Vermits den gewoonen tijd der Verpagting van ‘S Lands gemeene middelen en Inkomsten deezes Gouvernements begind aan te naderen, is dierhalven verstaan Sulx onder Ult:mo der aanstaande maand Augustus wederom op den vorigen voet te laten geschieden, en ten dien eijnde daarvan volgens gewoonte, Billiëtten te doen affigeeren.

Sijnde voorts in steede van den Overleedenen Ondercoopman Jan Adriaan van Schoor, den meede Ondercoopman en Opziender van ‘S Comp:s Hout-Maguazijn en Slaven Logie Gerhardus Hendrik Cruijwagen tot Cassier, en in plaatse van evengemelde Cruijwagen, den Ondercoopman William Ferdinand van Reede van Oudtshoorn tot Opziender van’t voorsz: Hout-Maguazijn, met dies ap- en dependentie aangesteld.

Gelijk meede den E: Equipagiemeester Damiën Hugo Staringh, mits tijds Expiratie tot ƒ80:- ter maand in Gagie is verhoogd, onder een nieuw drie Jarig verband.

Vervolgens wierd door den Heer Secunde Pieter Hacker, als Præsident des Raads van Justitie, ingeleeverd, het volgende Schriftuur.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg, Raad Extra Ordinaris van Nederlands India en Gouverneur van Cabo de Goede Hoop met den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:ren Politicquen Raad.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: E: Agtb: Heeren!’

‘De Wel Edele Gestr: Heer Gouverneur M:r Joachim van Plettenberg, heeft ter geleegendheijd, dat door Weesmeesteren alhier, als Voogden over zeekere Suzanna Margaretha Meijers, op Fundament van gegeevene Trouwbeloften, en daarop gevolgde beswangeringe, tegens den ten deezen Casteele bescheijden Soldaat Carel Adolph Mijselbag, voor onsen Rade was geentameerd Proces, in Cas Matrimonieel, bij desselfs Missive in dato 8 Jann:ij deezes Jaars, aan ons in Substantie ter kennisse gebragt, dat zijn Wel Edele Gestr: gegronde Verwagting was, dat zoo wel in het Vonnissen van dezelve Litis pendente Zaake, als verders, bij vervolg in alle gevallen, waarin een Comp:ies Dienaar, het zij uijt hoofde van gegeevene Trouwbeloften, ofte andere oorzaaken, in regten mogte werden aangesprooken, ter Solemneele celebreeringe van een wettig Huwelijk, Steeds in’t Oog zoude werden gehouden, het incontestabel regt, om aan alle ‘S Compgn:s Dienaaren, die zig in den Huwelijken staat willen begeeven, tot het aangaan daarvan, Schriftelijke permissie te verleenen, en Sonder dewelke geobtineerd te hebben, Commissarissen van Huwelijx Zaaken, zouden onbevoegd zijn, de door de Wet absolutelijk vereijscht werdende Huwelijks Proclamatiën te laaten aantekenen en afloopen, het welk zijn Wel Edele Gestr: als Gouverneur deezer Plaatse uijt kragte van de Statutaire Wetten van Batavia, vermeende aan hem te Competeeren, en het welk ook Sedert onheuglijke tijden, alzo was gepractiseerd geworden, en dat gevolglijk ook bij onzen Rade, wiens Eerste en voornaamste Pligt bestaat in de Conservatie van een ijders Regt en Geregtigheeden, zo min in deselve Litis pendente Zaake, als in het toekomende en Soortgelijke gevallen immer enige dispositie zou worden genomen, of enige Sententie geslagen, welke aan dat zijn Wel Edele Gestr: indisputabel Regt, direct of indirect op enigerhande wijze præjudiciabel zoude kunnen zijn.’

‘Wij kunnen aan den eenen kant niet ontveijnsen, dat het ons is voorgekomen, dat Zo wel de Regeerings Constitutie, als andere omstandigheeden, absoluut Schijnen te vorderen, dat geen Comp:s Dienaar zonder præalabele voorkennisse van eenen Hoofd-Gebieder, enige Engagementen contracteere, waarvan de adimpletie, niet alleen op een notabele wijze zoude kunnen præjudiceeren aan’t wettig Gezag en verschuldigde Auctoriteijt, maar ook bovensdien tegelijk met eene vilipendie van een behoorlijk Respect, tot een merkelijk nadeel voor den dienst en het Intrest van d’ Edele Compagnie zou kunnen verstrecken, en dat uijt dien hoofde ook de Statutaire wetten van Batavia, betreckelijk tot de resp:ve Formaliteijten, welke ter observantie en standhouding van een betamelijke auctoriteijt en Subordinatie ten reguarde van eenen Gouverneur Generaal, behooren geobserveerd te worden, niet minder gevoeglijk als noodzakelijk op eenen Hoofd-Gebieder, vooral in eene Colonie als deeze, kunnen en behooren te worden overgebragt, en dat gevolgelijk de tusschen beijden komende Auctoriteijt van den Justitieelen Regter, ook nimmer kan of behoord te worden g’emploijeerd tot een palliatief van Engagementen, welke perse geheel en al zijn ongepermitteerd, om daar door /:was het mogelijk:/ het Effect zo wel van eene willige auctoriteijt en Gezag, als van de Wet selve, te maken elusoir, maar het is ons aan den anderen kant ook toegescheenen, dat daar de zelve Engagementen of Trouwbeloften, tusschen Compagnies Dienaaren zo wel als Burgers, sedert de erectie deezer Colonie, zonder het aldergeringste onderscheijd, en zonder Contradictie of oppositie van enigen Hoofd-Gebieder, tot hiertoe, altoos zijn geadimpleerd, de onwillige door middelen van Regten, in eene menigte van voorgevallene Zaaken, bij den Raade van Justitie daartoe zijn geconstringeerd, en de resp:ve Burgers en Ingezeetenen alhier, daardoor natuurlijker wijze, zijn gebragt, in een zeer pardonnabel erroneus begrip, dat dezelve Engagementen, zoo wel als alle andere zijn valabel, en dat men d’ onwillige, ‘t zij Compagnies Dienaaren, ‘t zij Burgers, promiscue zonder eenig onderscheijd, hoe ook genaamd, uijt hoofde van ‘t regt; het welk men door dezelve Engagementen heeft geacquireerd, met het uijterste Fundament kan constringeeren, om aan dezelve te voldoen, men mitsdien ook met reeden zoude kunnen vreesen, dat het van zeer dangereuse Gevolgen zoude kunnen zijn, wanneer men, na eene zo langduurige Contrarie Practijk, in eene zo talrijke menigte van voorgevallene Zaaken, Stilswijgende geapprobeerd, ten minsten getolereerd thans zonder de minste kennisgeevinge of advertentie aan’t Publicq, den weg tot de Justitie eensklaps zoude willen Sluijten, of d’ Administratie en Exercitie van eene tot hiertoe zo geusiteerde Justitie weijgeren, aan die geenen die uijt hoofde van diergelijke Engagement, door eenen Comp:ies Dienaar gecontracteerd, hunnen toevlugt tot ons Collegie zouden tragten te neemen; En het is om die reedenen, dat wij in’t bezef van de natuurlijke insimulatiën, welke den Raade van Justitie, daaruijt notoir te wagten zoude moeten hebben, en de zo merkelijke præjudicie, welke daaruit voor de resp:ve Ingezeetenen zoude kunnen profluieren, dat wij ‘t best hebben gemeend, de vrijheijd te moeten neemen, omme deeze onse Consideratiën, onder ‘t penetrante Oog van Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s te moeten brengen, in de zeekere overtuijginge, dat bij dezelve niet zal worden gehæsiteerd, om in deeze omstandigheeden van Zaaken, Sodanige middelen te beraamen, waar door de Wel Edele Gestr: Heer Gouverneur bij zijne Regten en prærogativen werde gemaintineerd, alle verkeerde illatiën en Suspitiën ten reguarde van onzen Raade geprævenieerd, en teffens de gepaste Sorge gedragen, dat d’ Effecten der voorgemelde vreese van de respect:ve Ingezeetenen en derselver Familiën moge werden geweerd.’

‘Terwijl wij in’t thans litispendente geval, ons uijtterste vermogens in’t werk zullen Stellen, om Sodanig te handelen, dat nog aan het regt van den Wel Edelen Gestr: Heere Gouverneur, nog aan het Respect en Gezag van onsen Raade, enige atteinte werde toegebragt.’

‘Waarmeede wij Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s in de bescherminge Godes beveelen, en met verschuldigde Eerbied verblijven.’

’/:onderstond:/ Wel Edele Gestr: Heer en E: E: Agtb: Heeren! Uwe Wel Edele Gestr: en Ed: Agtb:s zeer Ootmoedige Dienaaren den præsident en Leeden des Raads van Justitie alhier. /:lager:/ Ter Ordonnantie van haar Ed: Agtbaarens. /:was geteekend:/ C: L: Neethling Secret:s /:in margine:/ In’t Casteel de goede Hoop den 4: Junij 1778.’

Waarop goedgedagt en besloten is, om tot wegneeming van het verkeerd begrip, dat tot nu toe onder de Ingezeetenen alhier heeft plaats gehad, aan alle ende een ijgelijk bij publicatie en affixie van Billiëtten te doen adverteeren, dat wanneer voortaan een ‘S Comp:s Dienaar enige trouwbeloften, zal hebben gecontracteerd, en de resp:ve Heeren Gouverneurs ofte Hoofd Gebieders aan deezer Plaats, zoude mogen difficulteeren, ofte wijgeren, permissie tot het voltrecken van het Huwelijk te geeven, dusdanigen Dienaar der E: Comp:ie in Zulken gevalle niet voor ged:e Raad van Justitie deezes Gouvernements in regten zal mogen betrocken, ofte tot het presteeren der door hem aangegaane trouwbeloften kunnen geconstringeerd worden, invoegen niemand hiervan enige ignorantie kunnende prætendeeren, een ijgelijk zig integendeel zal kunnen wagten voor alle ongeleegendheeden, waarinne denselven andersints zoude kunnen komen te vervallen.

Sijnde Laatstelijk op het hierom bij Request gedaane verzoek van den Burger Johannes Winterbach, aan hem bij desselfs oude Land ofte Plaats geleegen onder de Wijnberg gen:d Weltevreeden , een Stuk Bouwland, ter groote van Negen en Twintig Morgen en Vierhonderd en Vijfthien quadr:t roeden, in eijgendom gegeeven, mits daarvoor Jaarlijx de gewoone recognitie van een halve Rijxd:r voor ijder Morgen, in ‘S Comp:s Cassa werde betaald.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 326-337.

Dingsdag den {17780818} 18: Aug:s 1778.

‘S voormiddags alle præsent.

De Land Militie zo wel van Stellenbosch en Drakensteijn als die van Swellendam om de Reedenen bij Resolutie van den 26: Maij pass:o ter nedergesteld, voor dit Jaar van de Jaarlijxe Exercitie en Wapenschouwing g’ excuseerd zijnde; Soo is, ofschoon die Selfde reedenen wel niet omtrent de Caabse Burgerije komen te militeeren egter goedgedagt, om, ten eijnde dezelve niet boven die der buijten Districten te beswaaren, voorm: Caabse Burgerrije insgelijx voor deesen Jaare van de meerm: Exercitie van Wapenschouwing t’ excuseeren.

Vermits den Adsistent George Elias Timmer, den dienst als Adjunct van den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers, tot genoegen van Sijn E: heeft waargenomen, is dierhalven verstaan, denselven in voorsz: dienst te bevestigen, ende Sulx met verhoging van qualiteijt tot Boekhouder met ƒ30:- ter maand.

Waarna door gedagten Heer Fiscaal zijn overgelegd Twee Verklaringen, ten Lasten van den Slaaf Cæsar toebehoorende den Burger Johannes Tesselaar, mitsgad:s nog Twee Attestatiën tegens August van Bengalen, Lijf Eijgen van de Weed:we Pieter van de Westhuijsen door zijn E: ingewonnen; met en de neevens d’ Interrogatorien, waarop den laatstgem: voor Gecommitteerde Leeden uijt den Raad van Justitie alhier is gehoord; ende ten aanzien meerm: Heer Fiscaal ten deesen opzigte betuijgde, dat niettegenstaande voorsz: door zijn E: ingewonne Stucken, niet voldoende waaren, om een Crimineele Actie tegens bovengemelde Twee Slaven te kunnen institueeren, de Zaaken egter waaren van dien Aart, dat het niet raadzaam zoude zijn, dezelve haare Eijgenaars wederom t’ huijs te zenden, veel min op vrije voeten te Stellen; Zoo is dierhalven verstaan, dezelve bij provisie te Confineeren op ‘t Robben Eijland .

Wijders wierd door den Persoon van Pieter Diederik Boonacker gepræsenteerd, het volgende Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:ren Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft met verschuldigde Eerbied en onderdanigheijd te kennen Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s ootmoedigen Dienaar Pieter Diederik Boonacker, van Bergen op Zoom; A:o 1770 met het Schip ‘T Lam , voor Sergeant à ƒ20:- ter maand uijtgevaaren, en in den volgenden Jaare 1771 bij arrivement van geciteerden Bodem aan dit Gouvernement, naar hiertoe goedgunstig permissie te hebben geobtineerd, onder Stilstand van gagie ter deezer Plaatse verbleeven; vervolgens op den 6: Febr:ij 1776: tot Boekhouder en Landdrost van Swellendam met ƒ30:- ‘S maands bevorderd; dog bij besluijt van Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s de dato 15 April 1777. ten aansien de voorsz: aanstellinge door Haar Wel Edele Hoog Agtb:s de Heeren Majores in’t patria, niet is geapprobeerd, wederom in zijn bovengem: vorige qualiteijt van Sergeant gesteld: hoe den Suppl:t g’informeerd zijnde, dat welopgem: Heeren Meesteren op Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s ten deezer opzigte infaveure des Suppl:ts gedane voorschrijvens, wel hebben gelieven te permitteeren, dat den Suppl:t bij eerste vacature weder in een militair emploij werde gesteld, omme vervolgens daarinne te werden geadvanceerd, hij dierhalven niets zo zeer zoude wenschen, dan het Effect deezer voor hem Suppl:t allesints gracieuse dispositie t’ erlangen: Maar nademaal den Suppl:t t’ sedert dat hij van ‘t voorsz: Ampt van Landdrost is afgetreeden, zig heeft gezet in een dusdanigen ommeslag, als hij nodig heeft geagt tot Soutien van desselfs Huijshouden bij der hand te moeten neemen, en den Suppl:t zig dus, zonder desselfs merkelijk nadeel, daarvan niet zoude kunnen ontdoen; Terwijl hij daarentegen verhoopt bij het aanhouden van dien ommeslag, buijten den dienst der E: Comp:ie voor hem en zijne Familie verder een ordentelijk bestaan te kunnen vinden; Zo neemt den Suppl:t op’t eerbiedigst de vrijheijd zig door deezen te wenden tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s met ootmoedig verzoek, dat dezelve van die goedheijd gelieven te zijn, hem Suppl:t uijt voorm: dienst der E: Comp:ie t’ ontslaan, en met het Burgerregt alhier te favoriseeren: Terwijl den Suppl:t voor’t overige, het van zijnen indispensabelen pligt oordeeld te zijn, om Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s voor het favorabel getuijgenis van zijn Persoon; aan hoogstged:e Heeren Majores gegeeven, en het welk de voorsz: gunstige dispositie tot gevolg heeft gehad, nedrigst te moeten bedanken.’

’/:onderstond:/ ‘T Welk doende &:a.’

Waarop goedgedagt is, denselven uijt ‘S E: Comp:s dienst t’ ontslaan met permissie om zig alhier in den Burgerstand met alle geoorloofde Traficquen te mogen erneeren.

Aan den Burger Jan Christiaan Rode op zijn dientwegen in Scriptis gedaan Supplicq, in Eijgendom gegeeven zijnde, Een Stukje Huijs Erfs en Thuijnland ter grote van Een à Twee Morgen geleegen aan de Paarl bezijden de Kerk, omme zig daarop tot het voortsetten van desselfs Timmermans Ambagt, ten dienste der daaromstreeks woonende Ingezeetenen ter neder te zetten, is voorts aan den Landbouwer Cornelis Verwij hierom insgelijks bij geschrifte verzoek doende, in Erfpagt vergund, een Stuk Bouwland, gel: bij desselfs oude Land en Twee Plaatsen, de klijne Stink Rivier en Rosenboom genaamd, zijnde groot vijf Morgen, negen en dertig quadr:t Roeden en Twee dito Voeten, waarvoor denselven jaarlijx d’ ordinaire recogn: penn: van vier Schell:gen voor ijder Morgen aan d’ E: Comp:ie zal moet betaalen.

En ten aansien den tijd van d’ aanbesteding der Leverantie van Versch Vleesch en Levendige Schaapen aan ‘S Comp:s passeerende Scheepen, het Hospitaal en Slaven Logie, die Jongst op den 1 Febr:ij 1774: voor den tijd van Vijf Jaaren is geschied, thans wederom begind aan te naderen, is dierhalven verstaan, dat wegens de nieuwe aanbesteding der voorsz: Leverantie op den 1:ste Febr:ij des aanstaanden Jaars 1779, omme primo Maij daaraan inte gaan, aan alle ende een ijgelijk bij affixie van Billietten, kennisse zal werden gegeeven, en dat deese aanbesteeding op den vorigen voet van Een, drie of vijf Jaaren wederom zal geschieden.

Laatstelijk geliefde den Heere Gouverneur te kennen te geeven, dat zijn Edele tot embelissement der Raadzaal, quam present te doen, de thans in dezelve geplaatste Pourtraitten van Haare Doorlugtigste en Koninglijke Hoogheeden den Heere Erfstadhouder en Mevrouw desselfs Gemalinne; Weshalven verstaan is, dat, ten eijnde Sulx altoos ter waardige Gedagtenis van zijn Edele zoude mogen Strecken, hetselve in deezervoegen te doen aanteekenen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 338-340.

Maandag den {17780831} 31 Aug:s 1778.

‘S voormiddags alle præsent behalven den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers, door Indispositie.

Na voorgaande Klocke geklep en uijtroeping van den Bode, op heeden volgens Jaarlijx gebruijk getreeden zijnde tot de publicque Verpagting der gemeene middelen en Inkomsten deeses Gouvernements, navolgens de dieswegens geaffigeerde Billietten, zo zijn de zelve ingemeijnd geworden door alsulke Persoonen en tot sodanige prijsen als hier onder staat uijtgedrukt, te weeten.

'T Moutbier
Jan Smook   ƒ1900:-:-:
 
Brandewijnen
Eerste quart Willem de Krieger ƒ8100:-:-:
Tweede d:o Jan Jacob Schreuder d:o 8600:-:-:
derde d:o Maarten Bateman d:o 9000:-:-:
Vierde d:o Willem de Krieger d:o 8900:-:-: d:o 34600:-:-:
 
Vaderlandse Bieren en Wijnen.
Jan Jacob Schreuder   d:o 725:-:-:
 
Caabse Wijnen.
Eerste quart Johannes Roep ƒ6000:-:-:
Tweede d:o Jan Smook d:o 6400:-:-:
derde d:o Jan Christoffel Luster d:o 6500:-:-:
Vierde d:o Johannes Roep d:o 6800:-:-:
  ƒ25700:-:-:
Welke vier perceelen van Pagt der Caabse Coele Wijnen vervolgens naar den Inhoude der Pagt Conditiën weder op geveijld en afgeslagen weezende zijn dezelve ingemeijnd geworden door den Burger Marten Melk, invoegen hij Generaalen Pagter der voorzeijde Wijnen is gebleeven voor Een Somma van d:o 32000:-:-:
 
Caabse Wijnen &:a aan 't Ronde Bosje en In de Baaij Fals .
Gerhardus Munnik   d:o 4800:-:-:
 
Koele en Brandewijnen aan Stellenbosch en Drakensteijn .
Frans Zebrits   d:o 450:-:-:
 
d' Impost op de Wijn, Aracq en brandewijn aan vreemde Natiën geleeverd werdende.
Maarten Melk   d:o 8000:-:-:
Sodat de geheele Pagtpenn: bedragen   ƒ82475:-:-:
'T Moutbier
Jan Smook   ƒ1900:-:-:
 
Brandewijnen
Eerste quart Willem de Krieger ƒ8100:-:-:
Tweede d:o Jan Jacob Schreuder d:o 8600:-:-:
derde d:o Maarten Bateman d:o 9000:-:-:
Vierde d:o Willem de Krieger d:o 8900:-:-: d:o 34600:-:-:
 
Vaderlandse Bieren en Wijnen.
Jan Jacob Schreuder   d:o 725:-:-:
 
Caabse Wijnen.
Eerste quart Johannes Roep ƒ6000:-:-:
Tweede d:o Jan Smook d:o 6400:-:-:
derde d:o Jan Christoffel Luster d:o 6500:-:-:
Vierde d:o Johannes Roep d:o 6800:-:-:
  ƒ25700:-:-:
Welke vier perceelen van Pagt der Caabse Coele Wijnen vervolgens naar den Inhoude der Pagt Conditiën weder op geveijld en afgeslagen weezende zijn dezelve ingemeijnd geworden door den Burger Marten Melk, invoegen hij Generaalen Pagter der voorzeijde Wijnen is gebleeven voor Een Somma van d:o 32000:-:-:
 
Caabse Wijnen &:a aan 't Ronde Bosje en In de Baaij Fals .
Gerhardus Munnik   d:o 4800:-:-:
 
Koele en Brandewijnen aan Stellenbosch en Drakensteijn .
Frans Zebrits   d:o 450:-:-:
 
d' Impost op de Wijn, Aracq en brandewijn aan vreemde Natiën geleeverd werdende.
Maarten Melk   d:o 8000:-:-:
Sodat de geheele Pagtpenn: bedragen   ƒ82475:-:-:

Aldus Gedaan en Uijtgevoerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring Mij Present. T: C: Ronnenkamp E:g: Clercq

C. 156, pp. 341-344.

Dingsdag den {17780901} 1 Septb:r: 1778.

‘S voormiddags alle præsent dempto den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers bij Indispositie.

Door de Burgers Willem de Krieger, Jan Jacob Schreuder en Maarten Bateman als aanneemers van de Pagt der Brandewijnen en gedistileerde Wateren, in dit Caabse District, bij Request zeer instantig verzogt en daarop aan dezelve geaccordeerd Sijnde, voor ijder perceel een bijtapper te stellen, is bovensdien aan gemelde Schreuder als Pagter der Vaderlandse Bieren en Wijnen toegestaan, om behalven desselfs gepermitteerde Bijtapper, de voorsz: dranken nog door een Tweede Bijtapper te mogen laten debiteeren.

Soo als ook aan den Pagter der Coele en Brandewijnen aan ‘t Ronde Bosje Gerhardus Munnik is geaccordeerd, om tot beter voortsetting zijner neering aldaar als Bijtappers te mogen aanstellen de Burgers Tobias Rogiers, Jan de Goede en Johannes Casparus Holtman, op derselver Woonplaatsen aan ‘t Ronde Bosje , de drie Koppen , en de Soute Rivier .

Waarna den Heere Gouverneur geliefde te kennen te geeven, dat zijn Edele in conformiteijt en ten fine als bij Resolutie van den 26: Maij deeses Jaars is aangeteekend, de reijse naar de wijd geleegenste Districten op Overmorgen den 3:de deezer Stond t’ onderneemen: op het welke door de gezamentlijke RaadsLeeden welgem: Heere Gouverneur een voorspoedige en behouden reijse, op deezen Togt toegewenscht zijnde, is door zijn Edele verders aan den Oppercoopman en Secunde deezes Gouvernements de Heer Pieter Hacker aanbevoolen, de Huijsselijke en dagelijks voorvallende Zaaken alhier, geduurende desselfs afweesen, waarte neemen en te doen uijtvoeren.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 345-351.

Dingsdag den {17780908} 8:e 7ber 1778

‘S voormiddags alle præsent uijtgenomen den Wel Edelen Gestr: Heere Gouverneur M:r Joachim van Plettenberg.

Wierd door den Heer Secunde Pieter Hacker te kennen gegeeven dat zijn E: de Vergadering expres hadde belegd, om aan de resp:ve Leeden derselver te communiceeren een Missive van den Landdrost tot Stellenbosch Marthinus Adrianus Bergh, luijdende als volgd.

Aan den E: Agtb: Heer Pieter Hacker Oppercoopman en Secunde &:a, thans het Gezag voerende tot Cabo de Goede Hoop

‘E: Agtb: Heer!’

‘Ik heb d’ Eere U E: Agtb: bij deesen te berigten, dat door mij, ingevolge U E Agtb:s demandatie en d’ intentie van den Edelen Heer Gouverneur, aan de resp:ve Veld-Wagtmeesters over het Hottentots Hollands Gebergte , bij Missives is last gegeeven, om alle Sodanige Engelschen, als van’t aan de Hanglip gestrande Engelsch Comp:s Schip The Colebrook , Landwaards in zijn gedeserteerd, niet alleen als Deserteurs te doen aanhouden en opbrengen, maar in Cas van resistentie, dezelve met geweer en Wapenen tot d’ overgave te dwingen, en des noods ook op hun los te mogen doen branden.’

‘Vindende mij voorts genooddrongen U E Agtb:s teffens te moeten ter kennisse brengen, dat mij door de resp:ve Hoofden der BurgerCommando’s, die door mij Successivelijk, tot beveijliging der Stranden, naar de voorm: Hanglip zijn afgezonden, geweest, op gisteren en heeden is gerapporteerd, dat zij met alle hunne aangewende Vlijt en vigilantie, niet hebben kunnen weeren, dat door een groote menigte van Inwoonders en meede gebragte Hottentots en Slaaven, die van Stellenbosch , ‘T Moddergat , Hottentots Holland , ja selfs uijt het Swellendams District, aldaar waaren t’ samen gerot een groote quantiteijt, en daaronder veele importante Goederen, hoofdzakelijk des nagts, van’t Strand weggevoerd zijn geworden, zonder dat mij tot nog toe door ijmand is kennisse gegeeven, volgens inhoude van’t deswegens g’affigeerde Jongste Placcaat; Weshalven dan de vrijheijd neeme, U E Agtb:re eerbiedig in Consideratie te geeven, of ter Zaake men meend, dat nog veel hier in de nabijheijd word agtergehouden, het oversulx niet van U E Agtb:s welbehagen zoude zijn, om van wegens denselven en den E: Agtb: Politicquen Raad, bij Billiëtten ordres te Stellen, dat door een ijder, die iets mogte hebben geborgen ofte weggevoer, binnen Zeekeren peremptoiren tijd aan de resp:ve Officieren, een ijder in’t zijne, daarvan aangeeving en overgave moet werden gedaan.’

‘Waarmeede in haast en met Eerbied onder afwagting van U E Agtb: nader ordres omtrent het een en ander, mij Subscribeere, als.’

’/:onderstond:/ E: Agtbaare Heer! U E Agtb zeer ootmoedigen Dienaar. /:was geteekend:/ M: A: Bergh. /:in margine:/ Stellenbosch ter Drostdije den 7. September 1778.’

Waarop best gedagt en dienvolgens besloten is, dat gedagte Landdrost Bergh, ter ordre van welgemelde Heer Secunde zal werden aangeschreeven, dat men voor als nog niet hebbende kunnen goedvinden, de bij desselfs geciteerde Missive voorgestelde Billiëtten, te doen affigeeren, door hem intusschen alle devoir zal moet werden aangewend, om de ginder Swervende Engelsche Deserteurs, hoe eerder hoe beeter t’ apprehendeeren en in goede verzeekering herwaards op te zenden.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 352-369.

Maandag den {17780921} 21 Septbr: 1778.

‘S voormiddags alle præsent behalven den Edelen Heere Gouverneur M:r Joachim van Plettenberg.

Door den Ondercoopman en Posthouder in de Baaij Fals Christoffel Brand, den oud Burgerraad Petrus Johannes de Wit en den Adsistent Abraham Chiron op heeden gepræsenteerd zijnde het volgende Request.

Aan den E: Agtb: Heere Pieter Hacker Oppercoopman en Secunde deeses Gouvernements beneevens den E: Agtb: Politicquen Raad.

‘E: E: Agtb: Heer en Heeren!’

‘Vertoonen met behoorlijke Eerbied en onderdanigheijd, Uwer E: E: Agtb:s zeer ootmoedige Dienaaren, den Ondercoopman en Posthouder der Baaij Fals Christoffel Brand, den Oud Burgerraad Petrus Johannes de Wit en den Adsistent Abraham Chiron: hoe de Supplianten door den op het onlangs aan d’ Oost-Wal der voorsz: Baaij Fals , omtrent de Sogenaamde Hanglip gestrande Engelsch Comp:s Schip The Colebrooke gecommandeerd hebbenden Capitain Arthur Morris, expresselijk verzogt ende gequalificeerd geworden zijnde, omme niet alleen al het geene dat van- en uijt het Wrak van gezegden Bodem The Colebrook het zij van’t Schip, dan wel van desselfs Lading ofte andersints, ginder op ‘t Strand bereijts mogte weezen opgespoeld, en in’t vervolg nog zoude mogen komen aanspoelen, maar ook het voorsz: Wrak selve, bij publicque Vendutie aan de meestbiedende te verkopen; de Suppl:ten dan ook deeze Commissie gaarne zouden willen effectueeren; als neemen zij de vrijheijd zig te wenden tot U E E: Agtb:s met nedrig Supplicq dat aan haarl: daartoe goedgunstelijk permissie mag werden verleend. /:onderstond:/ ‘T Welk doende &:a /:was geteekend:/ C:l Brand, P: J: de Wit, Ab:m Chiron.’

So is goedgevonden en beslooten, aan de Suppl:ten te permitteeren om bij publicque Vendutie aan de meestbiedende te mogen doen verkoopen, niet alleen het Wrak van’t aan d’ Oostwal der Baaij Fals omtrent de zogen:de Hanglip gestrande Engelsch Comp:s Schip The Colebrooke , met al het geene zo wel van de toerusting of lading zig aan en in’t Selve komt te bevinden, maar ook alles wat tot voorsz: toerusting en lading behoord hebbende, op’t Strand ter evengem: Plaatse is leggende, of aldaar nog zal aanspoelen, desgelijx meede Sodanige Goederen die bevorens geborgen en herwaards opgebragt zijn, invoegen voorsz: te doen verkopen.

Werdende hierna door den Oppercoopman en Hoofd Administrateur de Heer Pieter Hacker overgegeeven de volgende Memorie.

‘Memorie van de nabesz: Olijven Olij, Clappus Olij, Bier, Brandewijn, Ijzer, Houtwerken, en diversse andere Goederen meer, uijt de volgende Scheepen, zo te kort, gebroken als bij pijling minder, de Foulij in’t Negotie Pakhuijs bij naweeging minder, als meede de Lijf Eijgenen in de Ses Jongst gepasseerde Maanden door de Natuurlijke Dood overleeden, het Vee in gemelde tijd zoo verrekt als door het Wild gedierte vernield, en eijndelijk verscheijde Goederen, Sedert primo Septbr: A:o pass:o tot Ult:mo Aug:s in de resp:ve Pakhuijsen onbruijkbaar bevonden alles volgens verklaringen blijkende, Namentlijk.’


Uijt Ritthem .
Afsz: { 958: lb gesort ijzer op 122881 lb bij naweging te min
3 1/4 Vaten Theer tot 't opvullen van 21 3/4 vaten verbruijkt
verkoopen { 4: p:s Juffers Lang 30 à 36 v:te op 35 p:s gebroken
1: d:o Eijke Plank van 3 1/2 d:m op 12 p:s defect
Uijt de Held Woltemade .
Afschr: { 28: p:s Wijnkelken op 150: p:s } bij 't openen van 1 Cas gebroken.
25: d:o Bierglasen d:o 150: d:o
verkoopen { 7: d:o gesort:de ijzere Potten op 100 p:s } gebroken
17: d:o Amsterd:mse Coornschoppen d:o 75 d:o
7: d:o d:o Graaven d:o 200 d:o
35: d:o Witte Tiggelsteentjes d:o 300 d:o
3: d:o Juffers lang 30 à 36 v:t d:o 40 d:o
Afschr: { 1201: Cann: bier Anker op 12000 Cann: ofte 100 Vaten, pijlende 60 van 3, 34 van 4 en 6 van 5 d:m wan.
1/15 Kelder brandewijn op 1 kelder gebroken
87 3/5: Cannen Olijven Olij op 13 halfaamen pijlende 1 van 3: en 3: van 4 d:m Wan.
3 3/4 Vaten Theer tot het opvullen van 21 1/4 vaten verbruijkt.
Uijt Ouwerkerk .
verkoopen { 95: p:s Gonnij-zacken op 1500: p:s verrot
Uijt 'T Loo .
Afschr: 41 1/5 Cann: Clappus olij, op 528 Cann: in 1 heele aam en 9 halve Aamen, pijlende 't heele aam 3 duijmen en de halve Aamen 6 van 2:, en 3 v:n 3 d:m wan, zijnde 7 13/16 prC:to Sch:s
Uijt Willem de Vijfde .
Afschr: 40 3/10 Cann: Clappus olij op 509 Cannen in 2 heele Aamen, 4: halve aamen en 1 bier pijp, zijnde de 2: heele Aamen ieder 3 d:m, de 4: halve Aamen ieder 2 d:m, en de bierpijp 5 d:m wan bevonden, zijnde 8 prC:to Sch:s.
Uijt 'T Hof ter Linde .
Afschr: { 815: lb gesort:d ijzer, op 66000: lb bij naweeging te min.
verkoopen { 15385: p:s geele Klinkers op 50000 p:s } gebroken
6: d:o gr: Latten van 1 1/2: en 2 d:m d:o 25 d:o
20: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
12: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 2 d:o d:o 50 d:o
37: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 1 1/2 d:o d:o 75 d:o
2: p:s gr: Deelen van 2 d:m op 55 p:s
10: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 225 d:o
10: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 225 d:o
47: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 325 d:o
Afschr: { 4: Vaten Theer tot opvullen van 21 Vaten verbruijkt.
Uijt Catwijk aan Rhijn .
Inneemen { 60: p:s pijlaken en 10 Cassen, onaangereekend herwaards gezonden.
10000 d:o Glase Ruijten van 12 en 14 d:m in 100 Cassen meerder bevonden dan de Factuur meld, zijnde van dezelve
  1304: p:s gebroken
Afschr { 261: p:s Glase ruijten van 12: en 14 d:men op 2000 p:s in 20: Cassen gebroken
verkopen { 5: d:o Amsterd:mse Graven op 400 p:s } gebroken
  8: d:o Ijzere Potten gesort:d d:o 100 d:o
Afschr { 1587 lb: gesort:d ijzer, op 127119: lb: bij naweeging te min.
verkopen { 2570 p:s geele klinkers, op 10000 p:s gebroken
2: d:o d:o balken van 12: en 14 d:m op 50 p:s } zo gebroken als defect
2: d:o d:o d:o d:o 9: d:o 11 d:o d:o 50 d:o
2: p:s gr: Balken van 8 en 10 d:m op 50 p:s
8: d:o d:o d:o d:o 6: en 8 d:o d:o 150 d:o
6: d:o d:o d:o d:o 5: d:o 7 d:o d:o 150 d:o
3: d:o d:o Ribben d:o 4: d:o 6 d:o d:o 50 d:o
3: d:o d:o d:o d:o 4: d:o 5 d:o d:o 50 d:o
1: d:o d:o d:o d:o 3: d:o 6 d:o d:o 50 d:o
2: d:o d:o d:o d:o 4: en 4 d:o d:o 50 d:o
2: d:o d:o d:o d:o 3: d:o 4 d:o d:o 50 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 3: d:o 3 d:o d:o 50 d:o
33: d:o d:o Latten d:o 2: d:o 3 d:o d:o 100 d:o
3: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 3 d:o d:o 100 d:o
2: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 2 d:o d:o 100 d:o
8: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 1 1/2 d:o d:o 200 d:o
6: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 2 d:o d:o 200 d:o
25: d:o d:o d:o d:o 1: en 1 1/2 d:o d:o 200 d:o
1: d:o d:o Deel d:o 2 1/2: d:m d:o d:o 100 d:o
62: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o d:o d:o 800 d:o
16: d:o gezaagde Deelen d:o 250 d:o
In't Negotie Pakhuijs.
Afschr: 7 1/4: lb foulij, bij het openen van Een Zoekel bij naweeging te min
afschr: 135: lb: Tabak bij het naweegen van 100 Rollen, in 2 Cassen te min, p:r 't FluijtSchip de Hoop aangebragt.

Uijt Ritthem .
Afsz: { 958: lb gesort ijzer op 122881 lb bij naweging te min
3 1/4 Vaten Theer tot 't opvullen van 21 3/4 vaten verbruijkt
verkoopen { 4: p:s Juffers Lang 30 à 36 v:te op 35 p:s gebroken
1: d:o Eijke Plank van 3 1/2 d:m op 12 p:s defect
Uijt de Held Woltemade .
Afschr: { 28: p:s Wijnkelken op 150: p:s } bij 't openen van 1 Cas gebroken.
25: d:o Bierglasen d:o 150: d:o
verkoopen { 7: d:o gesort:de ijzere Potten op 100 p:s } gebroken
17: d:o Amsterd:mse Coornschoppen d:o 75 d:o
7: d:o d:o Graaven d:o 200 d:o
35: d:o Witte Tiggelsteentjes d:o 300 d:o
3: d:o Juffers lang 30 à 36 v:t d:o 40 d:o
Afschr: { 1201: Cann: bier Anker op 12000 Cann: ofte 100 Vaten, pijlende 60 van 3, 34 van 4 en 6 van 5 d:m wan.
1/15 Kelder brandewijn op 1 kelder gebroken
87 3/5: Cannen Olijven Olij op 13 halfaamen pijlende 1 van 3: en 3: van 4 d:m Wan.
3 3/4 Vaten Theer tot het opvullen van 21 1/4 vaten verbruijkt.
Uijt Ouwerkerk .
verkoopen { 95: p:s Gonnij-zacken op 1500: p:s verrot
Uijt 'T Loo .
Afschr: 41 1/5 Cann: Clappus olij, op 528 Cann: in 1 heele aam en 9 halve Aamen, pijlende 't heele aam 3 duijmen en de halve Aamen 6 van 2:, en 3 v:n 3 d:m wan, zijnde 7 13/16 prC:to Sch:s
Uijt Willem de Vijfde .
Afschr: 40 3/10 Cann: Clappus olij op 509 Cannen in 2 heele Aamen, 4: halve aamen en 1 bier pijp, zijnde de 2: heele Aamen ieder 3 d:m, de 4: halve Aamen ieder 2 d:m, en de bierpijp 5 d:m wan bevonden, zijnde 8 prC:to Sch:s.
Uijt 'T Hof ter Linde .
Afschr: { 815: lb gesort:d ijzer, op 66000: lb bij naweeging te min.
verkoopen { 15385: p:s geele Klinkers op 50000 p:s } gebroken
6: d:o gr: Latten van 1 1/2: en 2 d:m d:o 25 d:o
20: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
12: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 2 d:o d:o 50 d:o
37: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 1 1/2 d:o d:o 75 d:o
2: p:s gr: Deelen van 2 d:m op 55 p:s
10: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 225 d:o
10: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 225 d:o
47: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 325 d:o
Afschr: { 4: Vaten Theer tot opvullen van 21 Vaten verbruijkt.
Uijt Catwijk aan Rhijn .
Inneemen { 60: p:s pijlaken en 10 Cassen, onaangereekend herwaards gezonden.
10000 d:o Glase Ruijten van 12 en 14 d:m in 100 Cassen meerder bevonden dan de Factuur meld, zijnde van dezelve
  1304: p:s gebroken
Afschr { 261: p:s Glase ruijten van 12: en 14 d:men op 2000 p:s in 20: Cassen gebroken
verkopen { 5: d:o Amsterd:mse Graven op 400 p:s } gebroken
  8: d:o Ijzere Potten gesort:d d:o 100 d:o
Afschr { 1587 lb: gesort:d ijzer, op 127119: lb: bij naweeging te min.
verkopen { 2570 p:s geele klinkers, op 10000 p:s gebroken
2: d:o d:o balken van 12: en 14 d:m op 50 p:s } zo gebroken als defect
2: d:o d:o d:o d:o 9: d:o 11 d:o d:o 50 d:o
2: p:s gr: Balken van 8 en 10 d:m op 50 p:s
8: d:o d:o d:o d:o 6: en 8 d:o d:o 150 d:o
6: d:o d:o d:o d:o 5: d:o 7 d:o d:o 150 d:o
3: d:o d:o Ribben d:o 4: d:o 6 d:o d:o 50 d:o
3: d:o d:o d:o d:o 4: d:o 5 d:o d:o 50 d:o
1: d:o d:o d:o d:o 3: d:o 6 d:o d:o 50 d:o
2: d:o d:o d:o d:o 4: en 4 d:o d:o 50 d:o
2: d:o d:o d:o d:o 3: d:o 4 d:o d:o 50 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 3: d:o 3 d:o d:o 50 d:o
33: d:o d:o Latten d:o 2: d:o 3 d:o d:o 100 d:o
3: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 3 d:o d:o 100 d:o
2: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 2 d:o d:o 100 d:o
8: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o 1 1/2 d:o d:o 200 d:o
6: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 2 d:o d:o 200 d:o
25: d:o d:o d:o d:o 1: en 1 1/2 d:o d:o 200 d:o
1: d:o d:o Deel d:o 2 1/2: d:m d:o d:o 100 d:o
62: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o d:o d:o 800 d:o
16: d:o gezaagde Deelen d:o 250 d:o
In't Negotie Pakhuijs.
Afschr: 7 1/4: lb foulij, bij het openen van Een Zoekel bij naweeging te min
afschr: 135: lb: Tabak bij het naweegen van 100 Rollen, in 2 Cassen te min, p:r 't FluijtSchip de Hoop aangebragt.

‘Volgens bijgevoegde Reekenings van den Opziender van S Comp:s Slaven Logie, gesterkt met Secretariale verklaringen, zijn in de Jongst gepasseerde Maanden Maart, April, Maij, Junij, Julij en Augustus van ‘S Comp:s Slaaven, door de Natuurlijke Dood overleeden.’


Afschr: { 42: Kloeke Jongens
13: School d:o
1: Zuijgende d:o
30: Kloeke Meijden
2: School d:o
1: Zuijgende d:o
3: Bandiete Jongens

Afschr: { 42: Kloeke Jongens
13: School d:o
1: Zuijgende d:o
30: Kloeke Meijden
2: School d:o
1: Zuijgende d:o
3: Bandiete Jongens

‘En volgens geannexeerde Reekeningen van de Landdrosten gesterkt met Secretariale beEedigde Verklaringen zijn meede in voorsz: tijd van ‘S Comp:s Beestiaal, zo verrekt, als door het Wild gedierte vernield &:a.’


Afschr: { 35 Stuks Paarden, als
34: p:s verrekt en
1: d:o absent
3: Stuks Ezels
1495: d:o Runderen
17: d:o Bokken

Afschr: { 35 Stuks Paarden, als
34: p:s verrekt en
1: d:o absent
3: Stuks Ezels
1495: d:o Runderen
17: d:o Bokken

‘De volgende Goederen zijn geduurende dit Boekjaar, ofte sedert p:mo 7ber: A:o pass:o tot Ult:o Aug:s deezes Jaars, bij diversse Administrateurs onbequaam en onbruijkbaar bevonden, Namentlijk.’


Verkoopen { In't Negotie Pakhuijs.
1: p:s Grofsmits blaasbalg.
24: p:s Mans Bolkvangers } p:r 't Hoeker Schip Catwijk aan Rhijn aangebragt
4: d:o Jongens d:o
14: d:o Mans wolle Packen
4: d:o Jongens d:o d:o
25: d:o Mans Linne Packen
5: d:o Jongens d:o d:o
20: p:r wolle koussen
25: d:o Linne d:o
45: p:s Hembden
23: p:re Schoenen
2: p:s Waakrokken
Bij d' Arthillerij.
2: p:s Voorwagens } onbequaam
1: d:o Affuijt à 3 lb
Op de Wapen Camer. }onbequaam
29 p:s Granadiers Houwers
65 d:o Port d' Epèes Zeemleere
In de Wijnkelder.
12: p:s heele Leggers } van diversse Scheepen in ruijling
134: d:o heele d:o
22: d:o halve d:o
In 'S Comp:s Hospitaal.
6: p:s tinne Gangbeckens } onbequaam
2: d:o d:o Water flessen
8: d:o Siften in Soort
20: d:o Incisie Schaaren
1: d:o kruijder d:o
24: d:o Laat Lancetten
2: d:o Scheermessen
2: d:o klisteer Spuijten
2: d:o Ijzere Potten.
Op 'S Comp: Stal.  
11 paaren Paarde Stangen
14: d:o Stiegbeugels
In 'S Comp:s Thuijn.
14: p:s halve Maanen.

Verkoopen { In't Negotie Pakhuijs.
1: p:s Grofsmits blaasbalg.
24: p:s Mans Bolkvangers } p:r 't Hoeker Schip Catwijk aan Rhijn aangebragt
4: d:o Jongens d:o
14: d:o Mans wolle Packen
4: d:o Jongens d:o d:o
25: d:o Mans Linne Packen
5: d:o Jongens d:o d:o
20: p:r wolle koussen
25: d:o Linne d:o
45: p:s Hembden
23: p:re Schoenen
2: p:s Waakrokken
Bij d' Arthillerij.
2: p:s Voorwagens } onbequaam
1: d:o Affuijt à 3 lb
Op de Wapen Camer. }onbequaam
29 p:s Granadiers Houwers
65 d:o Port d' Epèes Zeemleere
In de Wijnkelder.
12: p:s heele Leggers } van diversse Scheepen in ruijling
134: d:o heele d:o
22: d:o halve d:o
In 'S Comp:s Hospitaal.
6: p:s tinne Gangbeckens } onbequaam
2: d:o d:o Water flessen
8: d:o Siften in Soort
20: d:o Incisie Schaaren
1: d:o kruijder d:o
24: d:o Laat Lancetten
2: d:o Scheermessen
2: d:o klisteer Spuijten
2: d:o Ijzere Potten.
Op 'S Comp: Stal.  
11 paaren Paarde Stangen
14: d:o Stiegbeugels
In 'S Comp:s Thuijn.
14: p:s halve Maanen.

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop den 21: Septemb:r 1778. /:was geteekend:/’

‘P: Hacker.’

Waarop verstaan is, de daarbij vermelde gestorvene LijfEijgenen en het verrekte Beestiaal der E: Comp:ie bij de Negotie-Boeken deeses Gouvernements te doen afschrijven: Terwijl voorts met d’ overige zoo te kort als defect bevondene Goederen, indiervoegen zal werden gehandeld, als in margine der voorschreeve Memorie Staat aangeteekend.

Gelijk meede door ged:e Heer Hoofd Administrateur is ingeleeverd de Reekening wegens de Zeguls die t’ Sedert primo Maart tot Ultimo Augustus deeses Jaars zijn verstreckt, luijdende as volgt.


Zeguls D' A:o 1777/8
 
Debent.
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:mo Maart 1778 p:r restant verbleeven 555: 473: 606: 14: 340: 213: 85: 154: 75: 10: 28: 16: 9: 20: 4: 51: 5: 3: 5: 4
den 27 d:o bijgekomen 1200: 1000: 400: 50: 200: -: -: -: -: -: -: 25: -: -: 25: -: -: -: -: -:
Somma 1755: 1473: 1006: 64: 540: 213: 85: 154: 75: 10: 28: 41: 9: 20: 29: 51: 5: 3: 5: 4
 
Credunt.
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
van P:mo Maart 1778 tot dato verkogt 1235: 727: 467: 18: 145: 76: 16: 66: 12: -: 22: 22: 2: 4: 1: 9: 1: -: -: -:
de dato deezes restant 520: 746: 539: 46: 395: 137: 69: 88: 63: 10: 6: 19: 7: 16: 28: 42: 4: 3: 5: 4
Somma 1755: 1473: 1006: 64: 540: 213: 85: 154: 75: 10: 28: 41: 9: 20: 29: 51: 5: 3: 5: 4

Zeguls D' A:o 1777/8
 
Debent.
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:mo Maart 1778 p:r restant verbleeven 555: 473: 606: 14: 340: 213: 85: 154: 75: 10: 28: 16: 9: 20: 4: 51: 5: 3: 5: 4
den 27 d:o bijgekomen 1200: 1000: 400: 50: 200: -: -: -: -: -: -: 25: -: -: 25: -: -: -: -: -:
Somma 1755: 1473: 1006: 64: 540: 213: 85: 154: 75: 10: 28: 41: 9: 20: 29: 51: 5: 3: 5: 4
 
Credunt.
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
van P:mo Maart 1778 tot dato verkogt 1235: 727: 467: 18: 145: 76: 16: 66: 12: -: 22: 22: 2: 4: 1: 9: 1: -: -: -:
de dato deezes restant 520: 746: 539: 46: 395: 137: 69: 88: 63: 10: 6: 19: 7: 16: 28: 42: 4: 3: 5: 4
Somma 1755: 1473: 1006: 64: 540: 213: 85: 154: 75: 10: 28: 41: 9: 20: 29: 51: 5: 3: 5: 4

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop Ult:mo August:s 1778. /:was geteekend:/’

‘P: Hacker. /:in margine:/ Deeze Reekening door ons ondergeteek:de Independent Fiscaal en Gecommitteerde Leeden uijt den E: Agtb: Raad van Justitie alhier, behoorlijk nagezien, en met de Restanten geconfronteerd Zijnde, is dezelve in alle deelen accordeerende bevonden, datum ut supra. /:was geteekend:/ W: C: Boers, T: C: Ronnenkamp, P: L: Le Suëur /:lager:/ mij præsent en geteekend:/ C: L: Neethling Secret:s.’

En nadien uijt voorschreeve Reekening komt te consteeren, dat de in voorschreeven Ses Maanden verkogte Zeguls, een Somma van Rijxd:s 2007 1/8 bedragen; Soo is verstaan, dat dit Montant volgens gebruijk in ‘S Compagnies Cassa overgebragt zijnde, wijders bij boven geciteerde Negotie-Boeken zal werden ingenomen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 370-372.

Dingsdag den {17780929} 29 Septbr: 1778.

‘S voormiddags, alle præsent uitgenomen den Edelen Heere Gouverneur M:r Joachim van Plettenberg en den Heer Major Hendrik van Prehn.

Door den Heere Eyre Coote, die zig op het ter Rheede leggend Engelsch Comp:s Schip The Stafford , komt te bevinden, en door zijn Groot Brittannische Majesteijt is uijt gezonden, om als Lieutenant Generaal, het bevel over alle de in India zijnde zo ‘S Konings als andere Engelsse Troupes te voeren, verzoek gedaan zijnde, dat aan eenen M:r Holmes die op ‘t verongelukte Schip The Colebroke bescheijden geweest zijnde, door de Heeren Directeuren der Engelsse Oost Ind:s Comp:ie voor het Gouvernement van Bencolen is bestemd, met een onser thans hier aanweezende Scheepen, passagie naar Batavia mogte werden verleend, ten eijnde bij Haar Wel Edele Groot Agtb:re de Heeren der Hoge Indiasche Regeering te Solliciteeren, om van daar naar Bencolen voorm, te kunnen geraken; Is hier op goedgedagt Sulx aan ged:e M:r Holmes t’ accordeeren; en denselven ter Consideratie dat door voorsz geleedene Schipbreuk al ‘t zijne heeft verloren, van de betaling van ‘t Transport en kost-geld te excuseeren.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 373-376.

Maandag den {17781005} 5: Octbr: 1778.

‘S voormiddags alle præsent uitgenomen den Edelen Heere Gouverneur M:r Joachim van Plettenberg.

Vermits ‘er op de herwaards reijse van het aanweezend Schip Holland tusschen de daarop bescheijdene Officieren en Passagiers, groote disputen hebben plaats gehad, die haare Source ten principaale hebben genomen, door de Twisten en oneenigheeden die tusschen den Commandeur der Soldaaten Christiaan Fried:h Tauman en desselfs Huijsvrouw Catharina van Mechelen zijn ontstaan, en dat door beijde dezelve zeer instantig is verzogt om de Reijze naar Batavia afzonderlijk te mogen doen als voor neemens zijnde, bij hun arrivement aldaar, tot Separatie van Tafel, Bed en bijwoning te procedeeren; Soo is tot voorkoming van alle verdere disordres op bovengemelde Bodem, best gedagt, geciteerde Catharina van Mechelen te plaatsen op het meede ter Rheede Leggend’ Schip de Princes van Orange , en daarmeede naar gedagte Indiasche Hoofd-Plaatse te laten overvaaren.

Sijnde Laatstelijk naar Lectuure eener Missive door den Landdrost van Stellenbosch en Drakensteijn , Marthinus Adrianus Bergh, onder den 30:ste Septbr: jongstl: aan den Heer Secunde, nopens het onbetamelijk gedrag van den onder hem bescheijden zijnde Ordonnantie Ruijter Jurgen Riesch gerigt; verstaan: dat denselven Riesch tot desselfs vorige qualiteijt van Soldaat à ƒ9:- ter Maand gedegradeerd zijnde, indiervoegen met het aanweezend Schip de Princes van Orange naar India zal werden verzonden.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 377-378.

Maandag den {17781116} 16: Novbr: 1778.

‘S voormiddags, alle præsent uitgenomen den Edelen Heer Gouverneur M:r Joachim van Plettenberg ende Heer Major Hendrik van Prehn.

Door den Heer Secunde Pieter Hacker te kennen gegeeven zijnde, dat door eenen Mons:r Dizij die zig als Carga op het ter Rheede leggend’ en van Mauritius hier aangeland Fransch Scheepje Le Vigelant komt te bevinden, aan zijn E: verzoek was gedaan om enigen tijd ter deezer Plaatse te mogen verblijven; So is tot voorkoming van alle ongepermitteerde handelingen, die uijt een diergelijke Concessie zoude kunnen komen te resulteeren, best gedagt en dienvolgens besloten, het dientwegen gedaan verzoek van de hand te wijsen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 379-412.

Dingsdag den {17781201} 1: Decbr: 1778.

‘S voormiddags, alle præsent.

Den Heere Gouverneur van desselfs gedaane zeer moeijelijke Reijze naar de wijdst geleegene Districten, den 26:ste der even afgeweekene Maand November in gewenschte Welstand wederom alhier gereverteerd zijnde, geliefde zijn Edele, alvorens ter verhandeling van Zaaken te treeden, de gezamentlijke Leeden des Raads voor derselver goede Zorge in’t waarneemen van ‘S Compagnies belangen ten deezen Gouvernemente geduurende zijn Edelens afweezen gedragen, op de vriendelijkste wijze te bedanken: waarop welgem: Edelens Heere Gouverneur door ged:e E: E: Raads Leeden nogmaals met desselfs gelukkig volbragte voijagie, en dat men zijn Edele in volmaakte gezondheijd, wederom aan het Hoofd deezer Vergadering, had mogen zien verschijnen, respectueuselijk is gecomplimenteerd geworden.

Geevende zijn Edele vervolgens te kennen, dat ingevolge het voornaamste Oogmerk van desselfs Reijze, niet alleen de bereijds gestelde Limieten tusschen de resp:ve Districten van Stellenbosch en Swellendam nader opgenomen en vastgesteld, maar insonderheijd ook op alle de voorgekomene Zaaken, de vereijschte ordres tot conservatie der rust en vreede onder de Ingezeetenen in voorsz: wijd geleegene Landerijen gesteld had, dog aan hem Heere Gouverneur ter dier occasie door ged:e Ingezeetenen enige verzoeken waaren gedaan, van dien aard, en dat gewigte, dat zijn Edele, vermeijnde, dezelve deezen Raade te moeten voordragen, ten eijnde daarop gezamentlijk te besoigneeren en vervolgens Sodanige besluijten te neemen, als men ten welweezen van meerm:de Ingezeetenen zoude vinden te behooren, welkenvolgende zijn Edele dan geliefde te communiceeren:

dat gelijk het deezen Raade bekend was, hoe dat d’ Ingezeetenen van het Cambdebo’s District, de drukkende omstandigheeden, waarin zij zig ter oorzaake der verre afgeleegendheijd hunner Woonplaatsen zoo van de Stellenbosche Drostdije als van de Kerk in’t Land van Waveren , reets in den voorl: Jaare bij Request hadden te kennen gegeeven, dog dat men best gedagt had met het neemen van een besluijt op de teffens daarbij gedaane verzoeken, te Supercedeeren, ter tijd toe zijn Edele bij desselfs diestijds voor handen zijnde reijze, alles in persoon, zoude hebben onderzogt; dezelve Ingezeetenen van het gedagte Cambdebo , hem Heere Gouverneur wanneer in dat District was aangekomen, nader en op de nadrukkelijkste wijze, hadden vertoond:

dat hunl: Woonplaatsen ruijm een Maand rijzens van Stellenbosch , waaronder zig Sorteerden komende te Leggen, zij oversulx tot het afdoen der tusschen hun ontstaane geschillen, alleen tot het doen der heen en te rug reijze Twee Maanden op weg moesten zijn; en dus genoodzaakt waaren, haare Vrouwen en kinderen, mitsgaders Have en goed inmiddels aan het grootste gevaar der Stropende Bosjesmans-Hottentotten en ander vagabondeerend’ Volk t’ exponeeren, van welke ongeleegendheijd zig veele quaadwillige onder hun, quamen te bedienen, om andere goede Ingezeetenen grooten overlast en quellingen aan te doen, en dat dus hieruijt door de dagelijx meer en meer toeneemende Haat en Verbittering onder de voorsz: Ingezeetenen, niet dan de gevaarlijkste gevolgen te dugten waaren:

dat zij Ingezeetenen haare Burgerlijke Militaire Exercitiën Jaarlijx ook aan Stellenbosch moetende verrigten, Sulx aan hun meede tot een Swaar drukkende Last quam te verstrekken, nademaal zijl: ten dien eijnde meede zig niet alleen tusschen de 2: en 3 Maanden van haare Woonplaatsen moesten verwijderen, maar ook door de afweezendheijd der meeste weerbaare Manschap, alles ten prooije der voorsz Moord- en roof-zieke Bosjesmans overlaaten:

Sulx ged:e Ingezeetenen om alle de voorsz: aangehaalde reedenen zeer instantig hadden verzogt, dat in het meerm: Cambdebo’s District een Landdrost geplaatst werden mogte, ten eijnde alle ontstane geschillen, aldaar afgedaan, de goede ordre en rust onder de Ingezeetenen gehandhaaft en de Burgerlijke Militaire Exercitiën ook ter dier Plaatse even als aan Stellenbosch en op Swellendam konde verrigte werden:

dat wijders die selfde Swarigheeden door de verre afgeleegendheijd haarer bewooningen van de Kerk in het Land van Waveren quam plaats te hebben, Sulx de geleegendheijd voor hun als afgesneeden was om de Heijlige Bondzeegelen te kunnen gebruijken, Terwijl ‘er veeltijds Jaaren agter een verliepen, eer zij hunne kinderen konden laaten doopen, die vervolgens, Sonder in de gronden der Godsdienst te kunnen werden onderweezen, als in’t wild moesten opgroeijen, van dewelke dus niet dan alle onheijlen konde werden verwagt, en wesweegen de voorsz: Ingezeetenen ook op het Sterkste hadden aangehouden, dat ‘er in het meerm:e Cambdebo’s District een Predikant geplaatst, mitsgad:s tot het oeffenen van den Godsdienst een Kerk mogte opgebouwd werden, hebbende daartoe gelijk Sulx ook bereijds bij derselver voorsz Request was geschied, aangebooden, om zo wel tot de Wooning van een Landdrost als tot den opbouw eener Kerk en Predikants Huijs, de daartoe benodigde Materiaalen van Hout en Steen op hunne kosten te leeveren ter Plaatse daar Sulx zoude werden vereijscht, mits haar ‘S E: Comp:s weegen, alleen de nodige Ambagts-Lieden, tot het opregten van voorsz: Gebouwen wierden bijgevoegd.

Ten opzigte van welke verzoeken welgemelde Heere Gouverneur verders quam te betuijgen, dat zijn Edele bevonden had, dat vermits door de dagelijks meer en meer toeneemende Inwoonderen, geen bequaame velden ofte Landereijën nader dit heen leggende, meer wierden gevonden, de voorsz: in’t Cambdebo woonende Ingezeetenen wel genoodzaakt waaren geweest zig zoo verre heen te begeeven, en dat men om in’t voorsz: Distsrict te komen, alvorens verscheijde Landstreeken, hier te Lande Caro-Velden genaamd, moeste passeeren, van dewelke Sommige dermaaten woest waaren, dat ‘er in een gantsche Dag-rijsens geen het minste Gras of ander Voedsel voor het vee, nog ook geen Water om het selve te drenken, gevonden wierd, dog dat aan den anderen kant het meerm: Cambdebo’s District op zig selven, uijt zeer grasrijke Velden quam te bestaan, Sulx d’ aldaar wonende Ingezeetenen, wanneer alles eenmaal in ordre zoude gebragt zijn, niet alleen een goed bestaan voor hun en derselver Familien zouden kunnen vinden, maar ook door het aanfocken van Hoorn-Vee, en het maken van Boter, veel nut aan deeze Colonie in’t generaal toebrengen.

Weshalven na hier over gehoudene besoigne goedgevonden en beslooten is, dat het voorsz: aan deeze Regeering gepræsenteerd Request door dikwilsgemelde Ingezeetenen van het Cambdebo’s District in Copia authenticq aan de Hoog Gebiedende Heeren en Meesteren in het Vaderland zal werden overgezonden, met Eerbiedig verzoek, dat het Haar Edele Hoog Agtb:s goedgunstig gelieve te behagen, op het selve een favorabel besluijt te neemen, en mitsdien te permitteeren, dat aldaar inselvervoegen als aan Stellenbosch en Swellendam wierde opgeregt een Magistrature, bestaande in een Land-drost, vier Heemraaden en een Secretaris, van dewelke den Landdrost, Secretaris, mitsgad:s een Bode, Dienaaren der E: Comp:ie moetende zijn, de Heemraaden uijt de geschikste Ingezeetenen aldaar, zouden kunnen werden genomen.

Gelijk meede dat tot d’ Oeffening van den Godsdienst in’t meerm: District, op den voet als Sulx door meerm: Ingezeetenen is aangebooden, een Kerk moge werden opgebouwd, en Haar Edele Hoog Agtb:s teffens van die goedheijd gelieven te zijn, ten dienste dier Gemeijnte, een Predikant herwaards te zenden, mitsgaders deeze Regeering verders te qualificeeren, om tot den opbouw der Kerk, mitsgaders der Wooningen voor den Predikant en Land-drost, d’ Ingezeetenen, met de benodigde Ambagts-Lieden der E: Comp:ie te mogen adsisteeren.

Ende ten aanzien, niet alleen alle de in het meerm: Cambdebo en daaromtrent woonende Ingezeetenen, maar ook, die der nader ditheen leggende Districten der Sogen:de Rogge- en Bokke-Velden zeer komen te doleeren dat zijl: ongeagt de in de Berg Rivier Leggende Ponton nooijt quamen te gebruijken, evenwel Jaarlijks ƒ8:- aan den Ponthouder moesten betaalen, dus in dien opzigte eguaal waaren gesteld, met de geene die bij Continuatie van voorsz ponton gebruijk moesten maaken, het welk welgem: Heere Gouverneur vermeijnde, zeer oneijgen te zijn; Soo is best gedagt en dienvolgens beslooten, den Landdrost, neevens Heemraaden van Stellenbosch en Drakensteijn te doen aanschrijven, om met voormelde Ponthouder een nadere Schikking te beraamen, volgens welke alle de geene, wier plaatsen Sodanig geleegen zijn, dat zij meermelde Ponton niet behoeven te gebruijken, van de voorsz: belasting van ƒ8:- ontheft en daarentegens een evenredige Tantum van Penningen wierde betaald, door de geene die ‘t zij voor haare Persoonen, dan wel met Wagens en Vee, meerm:de Ponton zullen komen te gebruijken.

Waarna welopgemelde Heere Gouverneur nog geliefte te kennen te geeven, dat zijn Edele ten opzigte der Steeds aanhoudende Roverijen der Bosjesmans-Hottentotten, waardoor de Ingezeetenen uijt de Sogenaamde Sneeuwbergen eijndelijk genoodzaakt waaren geworden, alle haare Plaatsen aldaar t’ abandonneeren en naar elders de Wijk te neemen; Zig meede g’ inquireerd en daaromtrent insonderheijd van de Respective Veld-Wagtmeesters berigt bekomen had, dat zig voorsz: Roovers thans in groote menigte in het Bamboes-Gebergte komende op te houden, uijt deeze hunne Verzamel-plaats ginds en herwaards kleijne Troupen quamen uijt te zenden, die de geleegendheijd van der Ingezeetenen Plaatsen bespied hebbende, vervolgens op het onverwagtste dezelve van hun Vee beroofden, en andere moedwilligheeden bedreeven, Sulks het niet wel doenlijk was, deeze kleijne Troupen, die men zelden in’t Oog konde krijgen, door afzonderlijke Detachementen te keer te gaan, en ‘er uijt dien hoofde geen ander middel, om dezelve uijt te roeijen over bleeft, dan voorsz: Stropers met een Sterk Commando, in haare voorsz: Schuijlhoek t’ attacqueeren; Weshalven men heeft moeten besluijten, bovengenoemde Land-drost neevens den Krijgs-Raad van Stellenbosch en Drakensteijn te gelasten; daaromtrent Sodanige Maatregulen te neemen, en in’t werk te Stellen, als ZijLieden tot uijtroeiing van meerm: Roofzieke Natie zullen vinden te behooren:

Sijnde voorts, mits het overlijden van den Ondercoopman Johannes Cornelis van der Spuij, in Steede van denselven, wederom tot Soldij Boekhouder met den Rang van Ondercoopman aangesteld, den Boekhouder en Soldij Overdrager Salomon van Echten, en in desselfs Plaats wederom tot Overdrager bevorderd, den Oudsten Boekhouder op het gedagte Comptoir Johan David Storm, beijde onder hunne thans winnende Gagie, mitsgad:s ter nadere approbatie der Hoog Gebiedende Heeren Meesteren in’t Patria.

En dewijl ‘er in Steede van wijlen gemelde Ondercoopman Van der Spuij, ook een ander Lidt in den Raad van Justitie alhier werd vereijscht, is dierhalven op het verzoek en voordragte van den Heer Secunde Pieter Hacker als Præsident des gemelden Raads, goedgedagt, voorsz: nieuw aangestelden Soldij Boekhouder Salomon van Echten daartoe te benoem.

En is wijders op het dientwegen bij Request gedaan verzoek van den Lieutenant der Burger-Cavallerij alhier, Barend Jacob Artoijs, besloten, denselven van ged:e Burger-Officie te ontslaan, met verdere Permissie, om onder betalinge van het daartoe staande Transport- en kost-geld, om in de Cajuijt gelogeerd en getracteerd te werden, met een der Retour-Scheepen deezes Jaars naar’t Vaderland te vertrekken.

Waarna door den Heer Secunde en Hoofd-Administrateur Pieter Hacker, ingediend zijnde, het kort vertoog der Lasten deezes Gouvernements, geduurende dit Boek-Jaar 1777/8.- neevens die van ‘S Jaars bevoorens ofte d’ A:o 1776/7. dewelke bedragen als volgd, te weeten.

  1777/8 1776/7
'T Nieuwe Hospitaal ƒ28513:09:08: ƒ-:-:-:
Onkosten van Scheepen d:o165702:07:08: d:o 142142:18:08:
Randsoenen Ordinair d:o 79865:16:08: d:o 80793:11:-:
Onkosten Ordinair d:o 42381:11:-: d:o 36956:14:-:
Onkosten Extra Ordinair d:o 4550:01:08: d:o 4258:02:-:
Timmeragie en Reparatie d:o 20383:02:08: d:o 16677:07:-:
Fortiicatiën d:o 5275:16:08: d:o 13088:12:-:
Onkosten van 'S Comp:s Lijf Eijgenen d:o 28329:17:08: d:o 22109:07:08:
'T Hospitaal d:o 744:15:-: d:o -:-:-:
Reecq: van Condemnatie & Confiscatie d:o 4287:09:08: d:o 3959:03:08:
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaart: d:o13217:10:-: d:o 10549:04:-:
Scheeps-Soldijen d:o 10162:19:-: d:o 10136:11:08:
Soldijen aan Land d:o 123239:10:-: d:o 113424:15:-:
Somma ƒ 526654:06:-: ƒ454096:06:-:
  1777/8 1776/7
'T Nieuwe Hospitaal ƒ28513:09:08: ƒ-:-:-:
Onkosten van Scheepen d:o165702:07:08: d:o 142142:18:08:
Randsoenen Ordinair d:o 79865:16:08: d:o 80793:11:-:
Onkosten Ordinair d:o 42381:11:-: d:o 36956:14:-:
Onkosten Extra Ordinair d:o 4550:01:08: d:o 4258:02:-:
Timmeragie en Reparatie d:o 20383:02:08: d:o 16677:07:-:
Fortiicatiën d:o 5275:16:08: d:o 13088:12:-:
Onkosten van 'S Comp:s Lijf Eijgenen d:o 28329:17:08: d:o 22109:07:08:
'T Hospitaal d:o 744:15:-: d:o -:-:-:
Reecq: van Condemnatie & Confiscatie d:o 4287:09:08: d:o 3959:03:08:
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaart: d:o13217:10:-: d:o 10549:04:-:
Scheeps-Soldijen d:o 10162:19:-: d:o 10136:11:08:
Soldijen aan Land d:o 123239:10:-: d:o 113424:15:-:
Somma ƒ 526654:06:-: ƒ454096:06:-:

Is wijders uijt dies te Samentrekkinge komen te consteeren, dat de Lasten in’t generaal deezen Jaare ƒ72558:-:- meerder als A:o pass:o bedragende, ijder Last-post in’t bijzonder het volgende meerder of minder heeft komen te rendeeren; als.

  meerder minder
 
'T Nieuwe Hospitaal, welkers opbouw als nu komt te kosten Een Somma van ƒ161764:9:-: onder welk montant meede werd begreepen, het bedragen der Bouwstoffen, die daartoe in dit Jaar zijn verbruijkt, ten beloope van ƒ42946:4:8:, Sulx naar aftrek van ƒ14432:15:- ofte het geen in den Voorleeden Jaare, op dat Huijs te voren is geweest, thans ten agteren komt te staan ƒ28513:09:08: ƒ-:-:-:
 
Onkosten van Scheepen, in dit Jaar meerder als in't gepasseerde bedragende, is Sulx veroorzaakte, door de gedaane Extra ordinaire verstreckingen van Provisiën, dranken &:a aan't Fluijt Schip de Hoop die tot transport der Militairen van hier na Batavia is vertrocken, als ook door de buijten gewoone verstrekking van Swaare Touwen aan diversse uijt en t'huijsvarende Scheepen d:o 23559:09:-: d:o -:-:-:
 
Randsoenen Ordinair, daarentegen minder beloopende, door dien het getal der alhier Guarnisoen houdende Militairen, mitsg:s aan de Steen Ovens en prov:l bij de klippenbreekers dienst gedaan hebbende Arbeijders, nevens de Reconvalescenten aan de Linie, Zoo groot niet als in den voorl: Jaare geweest zijnde, dierhalven door dezelve dan ook minder provisiën verorberd, en weijniger kostpenn: aan hun verstrekt geworden Zijn -:-:-: d:o 927:14:08:
 
Onkosten ordinair, nu meerder als in't vorige Boek-Jaar monteerende, komt voornamentlijk voort, door de ten Laste deeser conto gebragte Inkoop van Meubilen, tot meubileeren des Raad-Zaals, gelijk meede de verstrekte noodwendigheeden, ten dienste van de in dit Jaar aangelegde nieuwe Hout Cappers-Post in't Oute-Niqualand , en door de meerdere consumptie van Bussekruijt, tot het doen der Wagt- en dank-schooten van't Fort, zo bij't arrivement als op't vertrek van verscheijde aangeweest zijnde Scheepen der vreemde Mogendheeden d:o 5424:17:-: -:-:-:
 
Onkosten Extra Ordinair ook meerder Sommeerende, is Sulx gecauseerd, dat op deeze Reecq: is ten Laste gebragt, de verstrekte Vivres en andere behoeftens tot gebruijk op de Land-Togten van den Wel Edelen Gestr: Heere Gouverneur in Loco; als meede der gecommitteerde Heemraaden en Landmeeter; Waar entegen egter in dit Jaar geen Expeditie tegens de Hottentotten is gedaan, nog geen menagie penn:gen door het overlijden van den Commandeur der Retour-Vloot is afbetaald, mitsg:s een Pakhuijs minder in huur is geweest, en minder Tractementen aan de uijt Indiën na herwaards gerelegeerdens uijt Cassa is voldaan, oversulx het eene het ander overtreft een meerderheijd van d:o 291:19:08: -:-:-:
 
Timmeragie en Reparatie, al meede meerder monteerende, komt hoofdzakelijk voort uijt het te koste gelegde ter verdere Constructie van drie nieuwe Wooningen der Officiers in't Casteel, zo meede dat de Gebouwen in't Gouvernement voor't grootste gedeelte zijn vernieuwd geworden d:o 3705:15:08: -:-:-:
 
Fortificatiën, nu minder in't vorige Boekjaar beloopende is sulx ten principale voortgevloeijd uijt hoofde der in A:o pass:o opgetimmerde Kruijt-Maguazijn aan Stellenbosch , als ook door de gedaane verstrecking van kruijt- deekens, mitsgad:s Touw-Werk, tot Stroppen om het Canon te ligten en Loopers, gelijk meede de meerder verstrekte Gereedschappen ten dienste der Vesting-Werkers d:o -:-:-: d:o 7812:15:08:
 
Onkosten van 'S Comp:s Lijf Eijgenen beloopen in dit Jaar meer als het voorgaande, uijt oorzaak van den in deesen Jaare meerder verstrekte Provisiën, aan een grooter aantal Slaaven, en om dat het maken der nodige winterkleederen voor dezelve /: mits ontstentenisse van Guarnisoens-kleedermakers aan particulieren, heeft moeten werden aanbesteed, invoegen deeze Reekening meer bedraagd d:o 6220:10:-: d:o -:-:-:
 
'T Hospitaal staat in dit Jaar ten agteren uijt hoofde dat de aangewende kosten tot de herstelling en geneezing der Zieken meerder rendeeren, als de verteerde heele Gagiën der daarin geleegen hebbende Impotenten, een montant van d:o 744:15:-: d:o -:-:-:
 
Reecq: van Condemnatie & Confiscatie dies meerder bedragen heeft zijn oorsponk door de meerder verstrekte provisiën en winter kleederen aan een ruijmer getal Gecondemneerdens op't Robben Eijland d:o 328:06:-: d:o -:-:-:
 
Onkosten van Chaloupen en mindere vaartuijgen meede meerder rendeerende vloeijd voort door de opgebouwde nieuwe Landsboot, niet tegenstaande de gedaane verstrecking van Touw-werk en reparatie aan dezelve zo veel niet komen te monteeren, vertoond, zig egter een meerderheijd van d:o 2668:06:-: d:o -:-:-:
 
Scheeps Soldijen, het geringe meerder bedragen deezer reecq: is voortgekomen door de meer verstrekte goede Maanden, terwijl daarentegen de verteerde Guastos in't Hospitaal en 't belaste op reecq: van Soldijën wegens te kort gekomene goederen &:a in dit Jaar minder beloopen d:o 26:07:08: d:o -:-:-:
 
Soldijen aan Land, thans ook meerder als in't voorgaande Jaar, om reedenen dat op de reecq van Lands-Soldijen is belast, het kostende der monteering van't Guarnisoens-Volk ƒ23676:02:-:Waarvan egter moeten werden gedetraheerd, de volgende drie Posten, die in dit Jaar minder hebben gerendeerd, namentlijk.
de verteerde heele gagie der in't Hospitaal geleegen hebbende Impotenten ƒ5623:06:08:
Item de verstrekte goede maanden aan de alhier Guarnisoen houdende Militairen d:o 6512:-:-:
Mitsgad:s de betaalde Subsidie kostpenningen d:o 1726:-:08: d:o 13861:07:-:
Makende het een en ander een meerderheijd van d:o 9814:15:-: d:o -:-:-:
Somma   ƒ81298:10:-: ƒ8740:10:-:
  meerder minder
 
'T Nieuwe Hospitaal, welkers opbouw als nu komt te kosten Een Somma van ƒ161764:9:-: onder welk montant meede werd begreepen, het bedragen der Bouwstoffen, die daartoe in dit Jaar zijn verbruijkt, ten beloope van ƒ42946:4:8:, Sulx naar aftrek van ƒ14432:15:- ofte het geen in den Voorleeden Jaare, op dat Huijs te voren is geweest, thans ten agteren komt te staan ƒ28513:09:08: ƒ-:-:-:
 
Onkosten van Scheepen, in dit Jaar meerder als in't gepasseerde bedragende, is Sulx veroorzaakte, door de gedaane Extra ordinaire verstreckingen van Provisiën, dranken &:a aan't Fluijt Schip de Hoop die tot transport der Militairen van hier na Batavia is vertrocken, als ook door de buijten gewoone verstrekking van Swaare Touwen aan diversse uijt en t'huijsvarende Scheepen d:o 23559:09:-: d:o -:-:-:
 
Randsoenen Ordinair, daarentegen minder beloopende, door dien het getal der alhier Guarnisoen houdende Militairen, mitsg:s aan de Steen Ovens en prov:l bij de klippenbreekers dienst gedaan hebbende Arbeijders, nevens de Reconvalescenten aan de Linie, Zoo groot niet als in den voorl: Jaare geweest zijnde, dierhalven door dezelve dan ook minder provisiën verorberd, en weijniger kostpenn: aan hun verstrekt geworden Zijn -:-:-: d:o 927:14:08:
 
Onkosten ordinair, nu meerder als in't vorige Boek-Jaar monteerende, komt voornamentlijk voort, door de ten Laste deeser conto gebragte Inkoop van Meubilen, tot meubileeren des Raad-Zaals, gelijk meede de verstrekte noodwendigheeden, ten dienste van de in dit Jaar aangelegde nieuwe Hout Cappers-Post in't Oute-Niqualand , en door de meerdere consumptie van Bussekruijt, tot het doen der Wagt- en dank-schooten van't Fort, zo bij't arrivement als op't vertrek van verscheijde aangeweest zijnde Scheepen der vreemde Mogendheeden d:o 5424:17:-: -:-:-:
 
Onkosten Extra Ordinair ook meerder Sommeerende, is Sulx gecauseerd, dat op deeze Reecq: is ten Laste gebragt, de verstrekte Vivres en andere behoeftens tot gebruijk op de Land-Togten van den Wel Edelen Gestr: Heere Gouverneur in Loco; als meede der gecommitteerde Heemraaden en Landmeeter; Waar entegen egter in dit Jaar geen Expeditie tegens de Hottentotten is gedaan, nog geen menagie penn:gen door het overlijden van den Commandeur der Retour-Vloot is afbetaald, mitsg:s een Pakhuijs minder in huur is geweest, en minder Tractementen aan de uijt Indiën na herwaards gerelegeerdens uijt Cassa is voldaan, oversulx het eene het ander overtreft een meerderheijd van d:o 291:19:08: -:-:-:
 
Timmeragie en Reparatie, al meede meerder monteerende, komt hoofdzakelijk voort uijt het te koste gelegde ter verdere Constructie van drie nieuwe Wooningen der Officiers in't Casteel, zo meede dat de Gebouwen in't Gouvernement voor't grootste gedeelte zijn vernieuwd geworden d:o 3705:15:08: -:-:-:
 
Fortificatiën, nu minder in't vorige Boekjaar beloopende is sulx ten principale voortgevloeijd uijt hoofde der in A:o pass:o opgetimmerde Kruijt-Maguazijn aan Stellenbosch , als ook door de gedaane verstrecking van kruijt- deekens, mitsgad:s Touw-Werk, tot Stroppen om het Canon te ligten en Loopers, gelijk meede de meerder verstrekte Gereedschappen ten dienste der Vesting-Werkers d:o -:-:-: d:o 7812:15:08:
 
Onkosten van 'S Comp:s Lijf Eijgenen beloopen in dit Jaar meer als het voorgaande, uijt oorzaak van den in deesen Jaare meerder verstrekte Provisiën, aan een grooter aantal Slaaven, en om dat het maken der nodige winterkleederen voor dezelve /: mits ontstentenisse van Guarnisoens-kleedermakers aan particulieren, heeft moeten werden aanbesteed, invoegen deeze Reekening meer bedraagd d:o 6220:10:-: d:o -:-:-:
 
'T Hospitaal staat in dit Jaar ten agteren uijt hoofde dat de aangewende kosten tot de herstelling en geneezing der Zieken meerder rendeeren, als de verteerde heele Gagiën der daarin geleegen hebbende Impotenten, een montant van d:o 744:15:-: d:o -:-:-:
 
Reecq: van Condemnatie & Confiscatie dies meerder bedragen heeft zijn oorsponk door de meerder verstrekte provisiën en winter kleederen aan een ruijmer getal Gecondemneerdens op't Robben Eijland d:o 328:06:-: d:o -:-:-:
 
Onkosten van Chaloupen en mindere vaartuijgen meede meerder rendeerende vloeijd voort door de opgebouwde nieuwe Landsboot, niet tegenstaande de gedaane verstrecking van Touw-werk en reparatie aan dezelve zo veel niet komen te monteeren, vertoond, zig egter een meerderheijd van d:o 2668:06:-: d:o -:-:-:
 
Scheeps Soldijen, het geringe meerder bedragen deezer reecq: is voortgekomen door de meer verstrekte goede Maanden, terwijl daarentegen de verteerde Guastos in't Hospitaal en 't belaste op reecq: van Soldijën wegens te kort gekomene goederen &:a in dit Jaar minder beloopen d:o 26:07:08: d:o -:-:-:
 
Soldijen aan Land, thans ook meerder als in't voorgaande Jaar, om reedenen dat op de reecq van Lands-Soldijen is belast, het kostende der monteering van't Guarnisoens-Volk ƒ23676:02:-:Waarvan egter moeten werden gedetraheerd, de volgende drie Posten, die in dit Jaar minder hebben gerendeerd, namentlijk.
de verteerde heele gagie der in't Hospitaal geleegen hebbende Impotenten ƒ5623:06:08:
Item de verstrekte goede maanden aan de alhier Guarnisoen houdende Militairen d:o 6512:-:-:
Mitsgad:s de betaalde Subsidie kostpenningen d:o 1726:-:08: d:o 13861:07:-:
Makende het een en ander een meerderheijd van d:o 9814:15:-: d:o -:-:-:
Somma   ƒ81298:10:-: ƒ8740:10:-:

Gelijk meede uijt het geciteerde Vertoog is komen te blijken, dat de Reekening van Winst en verlies, mitsgad:s die van ‘S Lands-Inkomsten hebben gerendeerd, als volgd, te weeten.

A:o 1777/8 A:o 1776/7
is gewonnen ƒ32358:08:-: gewonnen ƒ39111:03:-:
verlooren d:o 68699:08:08: verlooren d:o 48959:18:-:
dus 't verlies grooter als de winst ƒ36341:-:08: Is oversulx 't verlies groter als de winst ƒ9848:15:-:
alzo aan Winst ƒ-:-:-: Winst d:o -:-:-:
'S Lands Inkomsten   'S Lands Inkomsten
d:o 174528:05:-: ƒ174528:05:-: d:o 209909:19:08: ƒ209909:19:08:
A:o 1777/8 A:o 1776/7
is gewonnen ƒ32358:08:-: gewonnen ƒ39111:03:-:
verlooren d:o 68699:08:08: verlooren d:o 48959:18:-:
dus 't verlies grooter als de winst ƒ36341:-:08: Is oversulx 't verlies groter als de winst ƒ9848:15:-:
alzo aan Winst ƒ-:-:-: Winst d:o -:-:-:
'S Lands Inkomsten   'S Lands Inkomsten
d:o 174528:05:-: ƒ174528:05:-: d:o 209909:19:08: ƒ209909:19:08:

Invoegen voorsz: reecq: dit Boek-Jaar ƒ26492:9:-, meerder als het vorige ten agteren Staande, is Sulx veroorzaakt, ten deele, door de wijniger behaalde Advancen, op de Coopman Schappen; dewelke zo uijt de hand als p:r vendutie zijn verkogt, en anderendeels, door het meerder verlies op diversse gebroken en onbequaame, mitsgad:s te kort aangebragte Goederen; gelijk meede dat ‘er een grooter getal Lijf Eijgenen der E: Comp:ie gestorven en meerder Beestiaal verrekt zijnde; den aanteel van’t Vee dit Jaar ook zo groot niet als A:o pass:o is geweest.

Beloopende ‘S Lands-Inkomsten insgelijx minder een Somma van ƒ35381:14:8; het welk voornamentlijk is voortgekomen, door de minder ingekomene Contanten, voor recognitie van Veeplaatsen, en in Eijgendom uijt gegeevene Landerijen, als meede door de minder ontfangene Penningen voor ‘S Heeren geregtigheijd van verkogte vaste Goederen, Item uijt het Land opgebragte Wijnen, Pagt penningen, Zeguls- Transport- en kost-gelden, mitsgaders dat ‘er ook geen Cassen met Wijn en pijpen met Bier op vragt uijt ‘t Patria zijn aangebragt: Terwijl aan den anderen kant meerder Runder-Beesten voor agterstallige recognitie op Leenings-Plaatsen geleeverd, en ‘er ook meerder Thiendens van opgebragte Graanen zijn ingekomen.

En is ten deezen belange voorts verstaan, op ged:e Heer Hoofd-Administrateur te qualificeeren, om met het Sluijten der Boeken te doen voortgaan.

Waarna geresumeerd weesende de Versoek-Schriften van d’ E: E: Dispencier en Keldermeester, mitsgaders den Pakhuijsmeester, tendeerende om te mogen genieten, de ordinaire Jaarlijxe afschrijvingen op de Goederen dewelke door haarl: geduurende het voorl: Jaar zijn verstrekt geworden, welke Verzoek-Schriften aldus waaren luijdende.

Den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:re Raad van Politie, word eerbiedig verzogt dat aan den ondergeteekende Dispencier mag werden toegestaan, d’ onderstaande Goederen dewelke door Spillagie, Leccagie, aanslaan der Muuren, als andersints, onvermijdelijk in Een Jaar komen t’ ontstaan, Namentlijk.


467 7/8: Mudd: Tarwe op 20272 1/2 mudd: te weeten
  187 1/2 mudd: op 6251 3/4 mudd: over 't Jaar geleegen hebbende à 3 prC:to.
  280 3/8 d:o op 14020 3/4 mudd: binnen het Jaar à 2 prC:to.
3 1/8: Mudden Rog op 126: Mudd:, als
  2: mudd: op 66: mudd: over't Jaar à 3 prC:to.
  1 1/8 d:o d:o 60: d:o binnen't Jaar à 2 d:o.
31 7/8 Mudd: Garst op 1839: mudd: te weeten:
  17 3/4 mudd: op 892 1/2 Mudden over't Jaar à 2 prC:to.
  14 1/8 d:o d:o 946: 1/2 d:o binnen't Jaar à 1 1/2 d:o.
1/2: Mudd: gemeene Gordt op 32 3/8 mudd: binnen't Jaar à 1 1/2 prC:to.
1 1/8 d:o Fijne d:o d:o 79 3/8 d:o d:o d:o
43 5/8 d:o Boonen op 874 3/8 Mudd: zijnde 5 prC:to
22 3/8 d:o Erwten d:o 1122 7/8: d:o over't Jaar à 2 d:o
10717: lb Rijst op 357239: lb zijnde 3 prC:to.
971: d:o Beschuijt op 62956: lb, als
  108: lb op 5418 lb over't Jaar à 2 prC:to.
  863: d:o d:o 57538: d:o binnen 't Jaar d:o 1 1/2 d:o
480: lb Poeder Zuijker op 24023 lb zijnde
24: d:o Candij d:o d:o 1213: d:o zijnde 2 prC:to.
5: d:o Hop, op 564: lb: zijnde 1: prC:to
36 1/2 d:o Peeper op 1640 3/4: lb te weeten
  36 1/4 lb op 1617 1/4 lb over't Jaar à 2 1/4: prC:to.
  1/4: d:o d:o 23: 1/2: d:o binnen't Jaar d:o 1 1/2 d:o
27 1/2: lb Gaarn Cattoene op 1995: 1/2 lb, als
  15 1/4: lb op 772 3/4: lb over't Jaar à 2 prC:to.
  12 1/4: d:o d:o 1222 3/4 d:o binnen't Jaar d:o 1 d:o
8: lb Waks op 273 lb over't Jaar à 3 prC:to.
59: d:o Wakskaarssen op 1987 lb
8: lb Zeep op 432 lb zijnde 2: prC:to
44 3/5 Cann: Olijven Olij op 893 Cann: over't Jaar à 5 prC:to.
42 1/10 d:o Clappus d:o d:o 984 1/2: d:o te weten
  31 1/2 Cann: op 631 1/10 Cann: over't Jaar à 5 prC:to.
  10 3/5 d:o d:o 353 2/5 d:o binnen't Jaar d:o 3: d:o
39 1/10 Cann: Lijn Olij, op 1202 1/2 Cann:, als
  7 7/10 Cann: op 154 1/5 Cann: over't Jaar à 5 prC:to.
  31 2/5 d:o d:o 1048: 3/10 d:o binnen't Jaar d:o 3: d:o
132 1/10 Cann: Traan op 2642 1/2 Cann: over het Jaar à 5 prC:to.

467 7/8: Mudd: Tarwe op 20272 1/2 mudd: te weeten
  187 1/2 mudd: op 6251 3/4 mudd: over 't Jaar geleegen hebbende à 3 prC:to.
  280 3/8 d:o op 14020 3/4 mudd: binnen het Jaar à 2 prC:to.
3 1/8: Mudden Rog op 126: Mudd:, als
  2: mudd: op 66: mudd: over't Jaar à 3 prC:to.
  1 1/8 d:o d:o 60: d:o binnen't Jaar à 2 d:o.
31 7/8 Mudd: Garst op 1839: mudd: te weeten:
  17 3/4 mudd: op 892 1/2 Mudden over't Jaar à 2 prC:to.
  14 1/8 d:o d:o 946: 1/2 d:o binnen't Jaar à 1 1/2 d:o.
1/2: Mudd: gemeene Gordt op 32 3/8 mudd: binnen't Jaar à 1 1/2 prC:to.
1 1/8 d:o Fijne d:o d:o 79 3/8 d:o d:o d:o
43 5/8 d:o Boonen op 874 3/8 Mudd: zijnde 5 prC:to
22 3/8 d:o Erwten d:o 1122 7/8: d:o over't Jaar à 2 d:o
10717: lb Rijst op 357239: lb zijnde 3 prC:to.
971: d:o Beschuijt op 62956: lb, als
  108: lb op 5418 lb over't Jaar à 2 prC:to.
  863: d:o d:o 57538: d:o binnen 't Jaar d:o 1 1/2 d:o
480: lb Poeder Zuijker op 24023 lb zijnde
24: d:o Candij d:o d:o 1213: d:o zijnde 2 prC:to.
5: d:o Hop, op 564: lb: zijnde 1: prC:to
36 1/2 d:o Peeper op 1640 3/4: lb te weeten
  36 1/4 lb op 1617 1/4 lb over't Jaar à 2 1/4: prC:to.
  1/4: d:o d:o 23: 1/2: d:o binnen't Jaar d:o 1 1/2 d:o
27 1/2: lb Gaarn Cattoene op 1995: 1/2 lb, als
  15 1/4: lb op 772 3/4: lb over't Jaar à 2 prC:to.
  12 1/4: d:o d:o 1222 3/4 d:o binnen't Jaar d:o 1 d:o
8: lb Waks op 273 lb over't Jaar à 3 prC:to.
59: d:o Wakskaarssen op 1987 lb
8: lb Zeep op 432 lb zijnde 2: prC:to
44 3/5 Cann: Olijven Olij op 893 Cann: over't Jaar à 5 prC:to.
42 1/10 d:o Clappus d:o d:o 984 1/2: d:o te weten
  31 1/2 Cann: op 631 1/10 Cann: over't Jaar à 5 prC:to.
  10 3/5 d:o d:o 353 2/5 d:o binnen't Jaar d:o 3: d:o
39 1/10 Cann: Lijn Olij, op 1202 1/2 Cann:, als
  7 7/10 Cann: op 154 1/5 Cann: over't Jaar à 5 prC:to.
  31 2/5 d:o d:o 1048: 3/10 d:o binnen't Jaar d:o 3: d:o
132 1/10 Cann: Traan op 2642 1/2 Cann: over het Jaar à 5 prC:to.

’/:onderstond:/ In’t Casteel de Goede Hoop Ult:o Augustus 1778. /:was geteekend:/ A: V: Schoor.’

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:re Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Den ondergeteekende Keldermeester verzoekt zeer eerbiedig aan Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s dat aan hem mag valideeren, de hier onder gespecificeerde afschrijving, te weeten.’


2604 1/2 Cann: Arak op 26045: Cann: die onder dato deezes restant Verblijven à 10 prC:to.
42081: d:o Caabse Wijn op 420813 1/2 Cann: die onder dato deezes meede restant verblijven à 10 prC:to.
3735: d:o Caabse brandewijn op 37353 1/2 Cann: die onder dato deeses Insgelijx restant verblijven à 10 prC:to.
13: Cannen Wijn Tint, op 132 1/2 Cann:, dewelke al meede, onder dato deezes restant verblijven à 10 prC:to.

2604 1/2 Cann: Arak op 26045: Cann: die onder dato deezes restant Verblijven à 10 prC:to.
42081: d:o Caabse Wijn op 420813 1/2 Cann: die onder dato deezes meede restant verblijven à 10 prC:to.
3735: d:o Caabse brandewijn op 37353 1/2 Cann: die onder dato deeses Insgelijx restant verblijven à 10 prC:to.
13: Cannen Wijn Tint, op 132 1/2 Cann:, dewelke al meede, onder dato deezes restant verblijven à 10 prC:to.

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop Ult:o Augustus 1778. /:was geteekend:/ J: J: Le Suëur.’

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India mitsgad:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:re Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Den Onderget:de Pakhuijsmeester verzoekt zeer eerbiedig, dat aan hem mag werden gevalideerd, d’ ordinaire afschrijving op de hieronder genoemde Goederen, geduurende dit Boek-Jaar onvermijdelijk gevallen, als.’


Cramerijen, over
23: lb: Alluijn op 764: lb over't Jaar geleegen hebbende à 3 prC:to.
14: d:o Lijm op 286: lb } à 5 prC:to.
10 1/2 d:o Stijfsel d:o 216 d:o
Loot.
8 3/8: lb: Plat op 6778 lb } à 1/8 d:o
2 3/8: d:o Schuijt d:o 1901 d:o
Coper
4 1/2 lb op 3638: lb à 1/8 prC:to
Ijzer
2535 lb: als
  1555 lb op 103677: lb over't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 prC:to.
  980 d:o d:o 98085 d:o binnen't Jaar aangebragt à 1 1/2 prC:to.
Staal.
26 1/2 lb, als
24: lb op 1624 1/2 lb over't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 prC:to.
2 1/2 d:o d:o 281 1/2 binnen't Jaar aangebragt à 1 prC:to.
Spijkers.
293: lb ges: op 19540 over't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 prC:to.
Verwen.
58: lb ges: grove op 1948 lb à 3 prC:to.
Tabak.
36 1/2: lb op 1223: lb à 3 prC:to.
Specerijen.
1: lb: Nooten op 109 1/2 lb } à 1 prC:to.
3/4: d:o Nagelen d:o 84: d:o
1 3/4: d:o Foulij d:o 176: 1/4 d:o
1 1/4: d:o Canneel d:o 125 d:o

Cramerijen, over
23: lb: Alluijn op 764: lb over't Jaar geleegen hebbende à 3 prC:to.
14: d:o Lijm op 286: lb } à 5 prC:to.
10 1/2 d:o Stijfsel d:o 216 d:o
Loot.
8 3/8: lb: Plat op 6778 lb } à 1/8 d:o
2 3/8: d:o Schuijt d:o 1901 d:o
Coper
4 1/2 lb op 3638: lb à 1/8 prC:to
Ijzer
2535 lb: als
  1555 lb op 103677: lb over't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 prC:to.
  980 d:o d:o 98085 d:o binnen't Jaar aangebragt à 1 1/2 prC:to.
Staal.
26 1/2 lb, als
24: lb op 1624 1/2 lb over't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 prC:to.
2 1/2 d:o d:o 281 1/2 binnen't Jaar aangebragt à 1 prC:to.
Spijkers.
293: lb ges: op 19540 over't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 prC:to.
Verwen.
58: lb ges: grove op 1948 lb à 3 prC:to.
Tabak.
36 1/2: lb op 1223: lb à 3 prC:to.
Specerijen.
1: lb: Nooten op 109 1/2 lb } à 1 prC:to.
3/4: d:o Nagelen d:o 84: d:o
1 3/4: d:o Foulij d:o 176: 1/4 d:o
1 1/4: d:o Canneel d:o 125 d:o

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop Ult:o Aug:s 1778. /:was geteekend:/’

‘P: L: Le Suëur.’

Is daarop beslooten, dat de daarbij aangehaalde minderheeden, als niet excedeerende bij de voorsz Negotie-Boeken, zullen werden afgeschreeven.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 413-426.

Dingsdag den {17781208} 8: Decbr: 1778

‘S voormiddags alle præsent uijtgenomen d’ E: Equipagiemeester Damiën Hugo Staring mits indispositie.

Sijn op heeden in Vergaderinge met attentie gerevideerd de Negotie en Soldij-Boeken deezes Gouvernements, van het gepasseerde Boek-Jaar, met ende beneevens de Rapporten der tot derselver Examinatie gesteld geweest zijnde Leeden des Raads d’ E: E:s Adriaan van Schoor en M:r Jacobus Johannes Le Suëur, uijt dewelke is komen te blijken, dat in gemelde Negotie-Boeken, niet alleen alle Posten van ongelden en andere afschrijvingen, met de dieswegens verleende Ordonnantiën accordeeren; maar dat ook buijten dien geene afschrijvingen zijn gedaan geworden; gelijk meede dat de Soldij-Boeken, navolgens d’ ordre der E: Comp:ie gehouden, d’ afbetalingen van de Dienaaren na behooren uijt gereijkt, mitsgad:s de belastingen daarvan, bij de Negotie-Boeken in diervoegen afgeschreeven zijn, als bij het Rapport van dien Specificq is aangetoond: en laatstelijk dat de Boedel-Reekening van ‘S E: Comp:s afgestorvene Dienaaren, welkers Nalatenschappen, door den Soldij Boekhouder, als Curator Adlites geadministreerd en verkogt zijn, meede na behooren onderzogt werdende, bevonden is, dat de inschrijving van bereekening daarbij na den Indiasen Stand-penning alhier, is gedaan, en dat de vendu-Boeken met d’ origineele Memoriën der gehoudene Vendutiën, en deeze wederom met d’ Inventarissen komen t’ accordeeren; voorts dat de Dood-Reekeningen der overleedene Persoonen, voor het zuijver provenue hunner NalatenSchappen, met vermindering van 4 1/6 prC:to voor Wissel Verlies, volgens besluijt de dato 25: Julij 1775 een ijder voor desselfs aandeel gecrediteerd geworden zijnde, dat bedragen wijders ter Somma van Ducatons 495:31: Stuijvers ofte ƒ1783:11:- neevens nog Ducatons 21:39 Stv:s ofte ƒ77:11:-: wegens het voorsz Wissel Verlies, door geciteerden Curator AdLites, onder Ult:o August:s laatstleeden in ‘S E Comp:s Cassa alhier geteld, en daarvan bij de Negotie-Boeken behoorlijk verantwoording is gedaan; invoegen omtrent het een en ander conform de gerenoveerde en geamplieerde Ordres van Haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren der Hooge Indiasche Regeering is gehandeld geworden: Weshalven verstaan is, dat de meermelde Negotie- en Soldij-Boeken, volgens Usantie, zo naar ‘t Vaderland als naar Batavia, en de bovengementioneerde Rapporten, nopens de Examinatie derzelve, bovensdien aan welgemelde Heeren der Hooge Indiasche Regeering Zullen werden gesuppediteerd.

Vervolgens is na Lectuure der ingediende Nominatiën van Kerkenraaden, zoo hier aan Cabo, als in de buijten Districten goedgevonden, de gedaane Electie van OuderLingen te approbeeren, en voorts uijt het dubbeld genomineerd getal, tot Diaconen te verkiesen, de volgende Persoonen, te weeten;

In de Kerk hier aan Cabo.

Johannes van der Riet tot Ouderling in steede van den afgaanden Gerhardus Hendrik Cruijwagen.

Johannes Knockers en Pieter de WaaL tot Diaconen voor de uijtgediende Salomon van Echten en Anthonij Berrangé,

In de Stellenbosche Kerk.

Jacobus Groenewald, tot Ouderling in plaatse van Jan de Villiers J:pZ.

Willem Adolph Krigo tot Diacon in steede van Paul Roux de Jonge

In de Kerk van Drakensteijn .

Johannes Petrus Roux tot Ouderling voor den af te treedenen Daniel du Plessis.

Petrus Johannes de Villiers JansZ: en David van der Merwe tot Diaconen in plaatse van Josua Le Roux en Thomas ArnoLdus Theron Pietersz:

In de Kerk in’t Land van Waveren .

Jacobus du Toit tot Ouderling en Johannes Jordaan tot Diacon, den eerstgem in Steede van Jacobus Theron en den anderen voor Jan Gijsbert Olivier.

In de Swartlandse Kerk.

Pieter van der BijL tot Ouderling in plaatse van Andries Gobrecht

ChristoffeL Lombard tot Diacon voor den afgaanden Matthijs MichieL Basson

Sullende voorsz Kerkenraaden verders werden aangeschreeven, dat dewijl ‘er deezen Jaare geen Commissaris Politicq naar de buijten Districten Staat af te gaan, zij dierhalven Zullen moet bezorgen, dat de Reekeningen haarer Arme Penningen ten eersten in gereedheijd gebragt en herwaards overgezonden werden.

Voorts zijn uijt de in dubbelen getale genomineerde Persoonen, om na gebruijk in d’ onderstaande CoLLegiën dienst te doen, verkooren, als

Tot Burgerraaden:

Christiaan George Maasdorp en Gerrit Hendrik Meijer:- in steede van Hendrik Oostwald Eksteen en Adam Gabriël Muller.

Tot Weesmeesteren.

ChristoffeL Brand, Adam Gabriël Muller en Pieter Diederik Boonacker ter plaatsvullinge van de af te treedene William Ferdinand van Reede van Oudshoorn, Gerrit Hendrik Meijer en Johannes Matthias Bletterman.

Tot Heermraaden van Swellendam .

Jacobus Steijn en Daniel du Plessis, in plaatse van de uijtgediende Hermanus Steijn d’oude, en Pieter ter Blanche.

Wijders wierd door d’ Eerw Hendricus Kronenburg Oudsten Leeraar bij deeze Caabse Gemeijnte het volgend Request gepræsenteerd.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:re Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft zeer reverentelijk te kennen Henricus Kronenburg, zijnde in den Jaare 1752; met het Schip de Gouverneur Generaal als Predikant voor dit Gouvernement hier aangeland, en daarop ten eersten naar zijn arrivement tot permanent Leeraar bij deeze Caabse Gemeijnte beroepen:’

‘dat hij Suppl:t dus den tijd van ruijm 26: Jaaren het Predik-Ampt zo wel als de Cathechisatiën, altoos naar uijterste vermogen, en gelijk hij met gerustheijd durft vertrouwen, tot goed genoegen der Gemeijnte waargenomen hebbende, daarin van Herten gaarne nog langer zoude wenschen te continueeren:’

‘dog dat hij Suppl:t al t’ Sedert enige Jaaren herwaards door een verswacking der Longe aangetast zijnde, dit ongemak van tijd tot tijd dermaten is komen te verergeren dat den Suppl:t in geduurige vreese moet zijn, van door het lang Spreeken op den Predikstoel en de daar bij vereijschte Stem verheffing, het een of ander gevaarlijk toeval te Zullen ondergaan.’

‘des den Suppl:t genoodzaakt is, zig te keeren tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s met ootmoedig verzoek, hem om voorsz: reedenen van den Predikdienst te ontslaan, en dat Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s verders goedgunstig moge behagen, den Suppl:t ter Consideratie van desselfs voorsz: veeljarige diensten, desselfs bij d’ E: Comp:ie genietende gagie te laaten behouden.’

’/:Onderstond:/ ‘T welk doende &:a /:was geteekend:/ H: Kroonenburg.’

Waarop goedgedagt en besloten is, om uijt hoofde der in het gedagte Verzoek Schrift ter neder gestelde reedenen, voornoemde D:s Kroonenburg van het Predik-ampt t’ ontslaan, en zijn Eerw: ter Consideratie van desselfs veeljarige diensten en het bij zonder genoegen, dat daarin altoos door desselfs voorbeeld in Leeven en Stigting in Leere zo aan de Gemeijnte in’t algemeen, als aan deeze Regeering in’t bijzonder heeft gegeeven, desselfs volle Gagie te laten behouden, waarvan aan d’ Eerw: Kerkenraad deezer Cabse Gemeente p:r Missive behoorlijk kennisse gegeeven en meerm: D:s Kronenburg teffens op het geneegendste zal bedankt werden wegens d’ onvermoeijden ijver en trouw met dewelke desselfs Swaarwigtig Ampt altoos heeft waargenomen.

Sijnde Laatstelijk naar Lecture van zeeker klagtschrift door ‘t Eerw Collegie van Kerkenraade van Drakensteijn Sub dato 30: 9bre pass:o wegens het onbehoorlijk gedrag der aldaar woonagtig zijnde Persoonen van Johannes Roos, Josua Charl Sillier, Frans Retif en Herm:s Boschman de Jonge aan deezen Raade gerigt best gedagt de selve te doen aanschrijven, om op zeeker bij den Heere Gouverneur te bepalene dag voor zijn Edele te verscheijnen ten eijnde zig wegens de tegens hun ingebragte klagten te verantwoorden.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

C. 156, pp. 427-443.

Dingsdag den {17781215} 15 Decbr: 1778.

‘S voormiddags alle præsent.

Wierd door de Gezamentlijke Gemagtigdens der in dit Gouvernement zig bevindende zoo ‘S E: Comp:s Dienaaren als Burgeren, alle Belijdenis doende van de Luthersche Godsdienst, het volgende Request gepræsenteerd.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop met den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:re Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeven met diepschuldig Respect en onderdanigheijd te kennen, Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s Ootmoedige Dienaaren den Ondercoopman en Eerste Geswooren Clercq ter Politicque Secretarije Tobias Christiaan Rönnenkamp, den Oud Burgerraad Jan Fredrik Wilhelm Böttiger, den Ondercoopman en Negotie Overdrager Jan Fredrik Kirsten, den Oud Heemraad Maarten Melck, den Ondercoopman en Secretaris van den Agtb:re Raad van Justitie Christiaan Ludolph NeethLing, den Capitain van de Compagnie Burger Infanterie de reserve Jan Anthon Hilzman, den Boekhouder der E: Comp:ie Sebastiaan Valentijn Scheller, en den Burger Thomas Fredrik Dreijer, als Gezamentlijke Gemagtigdens der in dit Gouvernement zig bevindende Leedemaaten der Augsburgse Confessie: dat de Suppl:te en haare verdere Geloofs Broederen, door het Eerw: Consistorie der Luthersche Gemeijnte t’ Amsterdam zijn g’ informeerd; dat op derselver aanhoudende nedrige Sollicitatiën, het Haar Wel Edele Hoog Agtb:s de Heeren Gecommitteerde Bewindhebberen ter Illustre Vergaderinge van Seventhienen, heeft behaagd, een aller favorabelst besluijt te neemen; voLgens welke door Haar Edele Hoog Agtb:s is geaccordeerd, dat der Suppl:ten Geloofs-Broederen alhier, haaren Godsdienst in’t openbaar zouden mogen oeffenen, zo als Sulx op Batavia komt te geschieden; en ten dien eijnde aan haar te vergunnen, een Kerk te Stigten.’

‘Dan ten aanzien d’ Ondergeteek:s teffens zijn berigt geworden, dat het Effect van voorsz bijzondere gunst en goedheijd van welgemelde Heeren Seventhienen, zal dependeeren, wanneer hier tegen geen gegronde Swarigheeden van Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s mogte werden ingebragt; en de Suppl:te uijt dien hoofde Supponeeren, dat hooggemelde Heeren Meesteren bedenkinge komen te dragen, of wel de gezamentlijke Leedemaaten der Luthersche Gemeente alhier, genoegzaam in Staat zouden zijn, om op haare kosten, niet alleen het opbouwen eener Kerk, mitsgaders het onderhoud van een Predikant te Supporteeren, zo neemen d’ ondergeteekendens de vrijheijd Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s omtrent het een en ander, eerbiedigst te demonstreeren:’

‘Met welk alles nu aan Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s distinct aangetoond zijnde, dat zij van het vernaamste tot het oeffenen van hun en hunner Geloofs Broederen-Godsdienst, te weeten, een ruijm voldoenend’ Kerk-Gebouw voorzien zijnde; zij zig verders ook volkomen in Staat bevinden, om uijt hun eijgen Lighaam, het onderhoud van een Predikant en mindere Kerkelijke Bediendens te zullen kunnen dragen; neemen de Suppl:ten dierhalven de vrijheijd, uijt naam van alle haare hier te Lande Zijnde Geloofs Broederen, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s op het allerdemoedigst te Smeeken, haare Zaak dermaten favorabel aan hoogstgem: Heeren Majores voor te dragen, dat het Haar Edele Hoog Agtb:s verder aller goedgunstigst moge behagen, der Suppl:ten Geloofs-genooten het dierbaar en gewenscht Effect van hoogst derselver g’ Eerde dispositie, te doen erlangen.’

’/:Onderstond:/’

‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ T: C: Ronnenkamp, J: F: W: Böttiger, J: F: Kirsten, Martin Melck, C: L: Neethling, J: A: Hilzman, S: V: Scheller, T: F: Dreijer. /:in margine:/ Overgegeeven in Raade van Politie des Casteels de Goede Hoop den 15: Xber: 1778.’

Over den inhoude van welk verzoek-Schrift gebesoigneerd zijnde is daarop beslooten, aan de Suppl:ten te permitteeren, dat door derselver zig in dit Gouvernement bevindende Geloofs-genooten, zal mogen werden gedaan een Inteekening tot vermeerdering van ‘t bereijds bij hun opgeregt fonds, Sodanig en tot alsulken fine, als in’t voorsz: Request is verzogt: dat wijders de daarvan te passeerene Verband-Schriften, de Legaliteijt van andere Obligatoire Actens Zullen hebben, dog van’t Zegul g’ excuseerd blijven, ter tijd tot dat dezelve in effective Schuld-Brieven, Zullen zijn geconverteerd, wanneer als dan, daartoe de Zeeguls naar proportie der Capitaalen volgens d’ ordonn: op het Stuk der Zeeguls beraamd, zullen moeten werden g’emploijeerd; Terwijl al verder is verstaan, aan de Suppl:ten te injungeeren, om naar dat de voorsz: Inteekening zal volbragt zijn, daarvan aan deezen Raade behoorlijk berigt te doen.

Waarna meede is geleezen het onderstaande Request door den onderCoopman en Landdrost van Stellenbosch en Drakensteijn Marthinus Adrianus Bergh gepræsenteerd.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, en Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop met den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:re Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft met behoorlijke Eerbied en onderdanigheijd te kennen, Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s ootmoedigen Dienaar, den ondercoopman der E: Comp:ie en Landdrost van Stellenbosch en Drakensteijn Marthinus Adrianus Bergh, dat het manquement aan des Suppl:ts gehoor hem reets sedert een geruijmen tijd, niet komende toe te laaten, om desselfs voorsz: dienst thans langer te kunnen waarneemen, hij dierhalven de vrijheijd neemt, zig te keeren tot Uwe Wel Edele’

‘Gestr: en E: Agtb:s met zeer nedrig verzoek, hem Suppliant als Oud Ondercoopman en Oud Landdrost goedgunstiglijk van die bediening te willen ontslaan.’

’/:onderstond:/’

‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ M: A: Bergh. /:in margine:/’

Stellenbosch den 14: Decemb:r 1778.’

Waarop goedgevonden en besloten zijnde, denselven als oud ondercoopman en oud Landdrost uijt ‘S E: Comp:s dienst t’ ontslaan, is wijders op de voordragte van den Heere Gouverneur wederom tot Landdrost van Stellenbosch en Drakensteijn , behoudens desselfs præsenten rang als Lid in den Raad van Justitie, aangesteld den Ondercoopman en Secretaris der Weescamer Oloff Godlieb de Wet, tot welke bediening den Ondercoopman en Eerst Geswooren Clercq ter Politicque Secretarije Tobias Christiaan Ronnenkamp benoemd, en in desselfs plaats tot Eerst Geswooren Clercq bevorderd is, den ter evengem: Secretarije bescheijden Zijnde Boekhouder en Gesw:n Clercq Johannes Marthinus Horak alles ter nadere approbatie van Haar Wel Edele Hoog Agtb:s de Heeren Majores in’t Patria.

Sijnde laatstelijk na resumptie der ingediende Nominatiën de volgende Persoonen tot Leeden in d’ onderstaande Collegiën verkooren, als.

Tot Commissarissen van Civiele en Huwelijx Zaaken

Casparus van Eerten en Johan Adolph Kuhl de Jonge in steede van de uijtgediende Johannes Marthinus Horak en Hendrik Pieter Warnecke.

Tot Heemraade van Stellenbosch en Drakensteijn .

Joost Rijnhard van As en Jan de Villiers Abrahamsz Paul Roux en Wentzel Christoffel Coetser voor d’ afgaande Johan Bernhard Hofman Philip Wouter de Vos Jacob de Villiers d’ oude en Andries Brink Junior.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 156, pp. 444-448.

Maandag den {17781228} 28: Xbre: 1778.

‘S voormiddags alle præsent.

Met het op gisteren ter deezer Rheede gearriveerde RetourSchip de Behemoth alhier aangebragt en heeden geleezen weezende, de zeer geagte Missive van Haar Wel Edele Groote Agtb:s de Heeren der Hooge Indiasche Regeering tot Batavia, de dato 12: 8bre des voorl: Jaars; zo is verstaan, dat in rescriptie van dien, welgem:de Haar Hoog Edelens pligtschuldig zullen werden bedankt, voor de goedheijd, die dezelve hebben gehad, om op ons dieswegens gedaan verzoek, het Fluijt Schip de Hoop , wederom ten eersten voor dit Gouvernement aan te leggen, en het selve te doen aflaaden met zo veel Houtwerken, als gem: kiel heeft kunnen inneemen, gelijk meede dat het hoogst dezelve ook goedgunstig heeft behaagd, de quantiteijt van Een Honderd Leggers wijn meer, dan in’t voorl: Jaar van hier te petitioneeren, omtrent welke wijnen, alle mogelijke Zorge zal werden gedragen, dat dezelve van de vereijschte Deugd komen te zijn, ten eijnde Haar Hoog Edelens in staat te stellen, dien Tak van handel tot welweezen deezer Colonie te vermeerderen.

dat wijders, omtrent de vergoeding van ƒ1089:-:- Zijnde het bedragen van Sodanige drie Leggers, en vijf en Seventig halve Aamen Wijn als in 1776/7 p:r ‘t Schip den Tempel naar Bengalen gezonden, en aldaar bedorven bevonden zijn, desgelijx der bij de Negotie-Boeken d’ A:o 1774/5 te min gereekende ƒ110:-:-, conform het geordonneerde Sullende werden gehandeld, men wijders ook niet in gebreeken zal blijven, om bij de verzending van het g’ eijschte Rozen-Water als der gepetitioneerde Thuijnzaaden te doen in agt neemen, het geene welgem: Haar Hoog Edelens omtrent het een en ander hebben gelieven te remarqueeren.

En is voorts op het nader aanschrijvens van welgem: Haar Hoog Edelens de Heeren der Hooge Indiasche Regeering bij derselver voorsz: geagte Missive van den 12: 8bre deeses Jaars, ten opzigte van zodanig bedragen van Agt Duijzend Rijxdaalders, als in den voorleeden Jaare door den gerepatrieerden Coopman Abraham Douglas p:r assignatie in ‘S Comp:s Cassa alhier, aan den Oud Coopman Johannes van Echten is overgemaakt, als nu besloten, dat het ged:e montant van rd:s 8000:- van de Sequestratie in ‘S Comp:s Cassa ontheft zijnde, het daarop gelegde arrest onder evengem: Oud Coopman Van Echten egter tot nadere ordre van hooggem: hun Hoog Edelens zal blijven Stand houden.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring