Skip to content

C157 v1.20

C. 157, pp. 2-43.

Marginalias. D’ A:o 1779.

5: Januarij.

Verzoek van den Engelssen Capitain Morris, om neevens eenige zijner Officieren en Bediendens met een van ‘S E: Comp:s Scheepen naar Nederland over te vaaren.

het geen aan hem met desselfs Boekhouder en een bediende is geaccordeerd.

den Burger Michiel Engelhard, mits zijn slegt comportement, wederom als Soldaat in dienst getrocken zal als Sodanig naar Batavia.

en een ander Burger Hans Moole genaamd om gelijke reedenen, voor de kost Scheeps dienst doende, naar’t Vaderland werden verzonden.

werwaards het bezijden gem: vrouwsperzoon meede zal moeten te rug keeren.

den Substituit Landdrost Joon met ƒ12:- p:r maand gegageerd.

14: Januarij.

geproduceerde Memorie door den Heer Hoofd Administrateur nopens d’ uijtleevering der Arak met het Schip d’ Indiaan alhier aangebragt.

hoeveel dies Overheeden wegens het minder te kort komende, op hunne Soldij reecq ten goede te laten brengen.

19: Januarie.

verleende permissie aan diversse S E Comp:s Dienaaren, omme hunne Soldij reecq:ge naar Nederland over te maken.

Resumptie van de reecq: der hier te lande zijnde vijf kerken.

die volgens gebruijk naar’t Vaderland zullen werden verzonden.

gedaan verzoek door den Schipper van’t Schip Zeeduijn Hendrik Schreuder om van het Commando op ged:e Bodem te werden ontslagen.

wat in dien opzigte door de Heeren der Hoge Indiasche Regeering herwaards geschreeven is.

waarop aan denselven geaccordeerde zijnde met Stilstand van gagie hier te verblijven.

Is het commando op voorsz: kiel aan den opperstuurman als Gezaghebber opgedragen.

verdere daarop gedaane advancementen

verzoek van den burger Tieleman Roos, om naar’t Vaderland over te vaaren, om aldaar eenige proeven der hier vallende Tabak te vertoonen.

onder welke voorwendzels men egter vaststellende, gantsch andere Oogmerken verborgen te zijn.

Is het selve onversulx van de hand geweesen

met permissie egter, om een Casje met de monsters van voorsz: Tabak te mogen overzenden.

besluijt om, mits het præsente Volks gebrek, de perzoonen die naar Neederland staan verlost te werden, tot het aangaan van een nieuw verband t’engageeren.

en aan dezelve, behalven de gewoone verhooging van bezolding nog een douceur van twee maanden gagie toe te leggen.

Verleende permissie aan Willem van As, om neevens zijne alhier getrouwde Huijsvrouw beneevens twee bij zig hebbende kinderen en een Slavinne, naar Nederland te vertrecken.

werwaards den ondercoopman en winkelier van Oudshoorn desselfs Zoon overzenden.

en nevensgem: vrouwsperzoone met haar Zuijgend Dogtertje meede zal mogen te rug keeren.

Terwijl op het dientwegen in Scriptis gedaan verzoek door den Perzoon van Jean Martin.

aan denselven is vergund, alhier te mogen ter nederzetten.

vrijgeeving van een Slaven Meijsje der E: Comp:ie

20 Januarie.

op gedane klagten van den Heer Independent Fiscaal, wegens d’ aanhoudende buijtenspoorige Leevenswijze van den Burger Carel Hendrik Buijtendag

Is beslooten denselven als Soldaat in dienst te neemen, en na Batavia te verzenden

1:ste Februarij.

Verpagting der Leverantie van Versch Vleesch en Leevendige Schaapen ten behoeve der E: Comp:ie

het welk voor vijf Jaaren tegens vier duijten het pond Versch Vleesch, en drie Schell: ijder Leevend Schaap is aanbesteed.

S Comp:s zo wel als particuliere Slagters de Talk niet langer voor Vijf Rijxd:s de 100 ponden aan d’ E: Comp:ie kunnende leeveren.

Is de prijs daarvan tot Rd:s 6:- verhoogd

en waarvoor het benodigde zoo voor’t Vaderland als Batavia zal werden ingekogt.

Ingediend berigt door de resp:ve Gemagtigdens der in dit Gouvernement zijnde Lutheraanen.

het welk zoo wel als het bevorens door hun gepræsenteerd Request, in Copia aan de Heeren Majores zal werden overgezonden.

welke objectiën ten opzigte der vrijheijd van Godsdienst Oeffening der voorsz: Lutheraanen zouden kunnen werden gemaakt.

die men egter vermeijnd, niet als een vast te voorziene Swarigheijd te kunnen opgeeven

hoedanige qualiteijten den voor ged: Lutherse Gemeente uijt te zendenen Predikant diende te bezitten.

met de reedenen van dien.

geaccordeerde aan den E: Keldermeester Le Sueur ter overzending van desselfs Zoontje naar ‘t Vaderland.

welke andere verzoeken aan dees’ en geene perzoonen toegestaan zijn.

Terwijl aan de Thuijnlieden Breda, Versfeld en Tesselaar is gepermitteerd, hunlieder Thuijnen te doen hermeeten.

geproduceerde Memorie, nopens de uijtleevering van d’ Aracq uijt de daarbij vermelde Scheepen van Batavia ontfangen.

hoedanig de Scheeps-Overheeden op haare Soldij reecq: te crediteeren.

en daarentegen te belasten.

den 16: Febr:ij

Ingediend berigt van den Heer Secunde Pieter Hacker, met relatie tot de van hier gedaane propositie tot verzendinge van Caabse Wijnen op recognitie naar’t Vaderland.

welk berigt in Copia aan de Heeren Meesteren zal werden overgezonden

hebbende men de gedaane interpretatie omtrent de kisten der repatrieerende Personen behoorlijk Effect doen Sorteeren.

wat men de vrijheijd zal neemen, hoogst dezelve ten deesen belange verder onder ‘t oog te brengen.

en in faveur van d’ Eijgenaars dusdanigen kisten te Solliciteeren.

nadere deliberatie nopens het te doene verzoek, tot aanstellinge van een Landdrost en het opregten eener Magistrature in’t Cambdebo’s District

en wat daaromtrent verders aan de Heeren Meesteren voor te dragen

reedenen waarom ‘t fluijtschip de Hoop alleen met Tarwe beladen, naar ‘t Vaderland zal kunnen retourneeren.

Sullende omtrent het Emploij van Noordbeek , nader besluijt werden genomen.

den Schipper van ‘t Retour-Schip de Patriot Hendrik Mulder, op de herwaards reijze Overleeden weezende.

Is het commando op ged:e Bodem aan den daarop bescheijdenen Opperstuurman opgedragen.

en een anderen opperstuurman op dezelve geplaatst.

resumptie van de reecq: der Weesgelden onder Ult:mo Decbr: pass:o geaccordeerde aan eenen van Kamptz om ter oppassing zijner Huijsvrouw, een Slavinne onder betaling naar Nederland meede te voeren.

Een Slaven Meijsje der E: Comp:ie mits betalende ƒ100:- uijt Slavernije ontslagen

24: Februarij

Gecommuniceerde door den Edelen Heere Gouverneur, aangaande de verschijning alhier op gisteren van het Keijzerlijk Schip de Prins Kaunitz .

gehoudende deliberatie omtrent de admissie van dien Bodem

zijnde aan denselven gepermitteerde zig van Water en brandhout, mitsg:s de benodigde ververssingen voor dies Equipagie te mogen voorzien.

geaccordeerde aan de bezijden gemelde Perzoonen, om ter obtenue der qualiteijt en gagie van Ondercoopman, aan de Heeren Seeventhienen Requesten te mogen præsenteeren.

dewelke met een favorabel voorschrijvens Sullen werden geappuijeerd.

verleende permissie aan zeekeren William Swan, om een vrij Perzoon met zig naar Nederland meede te neemen.

mitsg:s aan eenen John Redwaij om voor de kost Scheepsdienst doende derwaards over te vaaren.

hoeveel door d’ Overheeden van’t Schip ‘T Huijs teCrooswijk wegens de te kort komende Salpeter op hunne Soldij reecq: te doen vergoeden.

2: Maart.

Het Fluijt-Schip Noordbeek met Tarwe beladen naar Batavia af te zenden

met verzoek aan de Heeren der Hooge Indias Regeering, dat ged:e Fluijt met het daarop bescheijden Volk, en het neevens g’ eijscht ten eersten mag te rug keeren.

mitsg:s het Houtwerk tot de Schotten en garniering der Lading g’ emploijeerd, daarinne gelaten werden.

hoedanig te handelen met de Vaderlandse Houtwerken p:r Noordbeek en de Herstelder ter verkopinge aangebrag

aan eenen M:r Boyes met het Schip Hinloopen , onder betaling van’t gewoone Transport en kostgeld, passagie naa Batavia verleend zijnde.

Is aan denselven egter vrijheijd gelaaten om bij ontmoeting van een Engelsch Schip in de Straat Zunda op het selve te mogen overgaan

30:ste Maart.

Beraamden tijd tot het opneemen der Burger Effecten.

Memorie der defect aangebragte Goederen gestorvene Slaaven, en verrekt Beestiaal hoedanig daarmeede te handelen.

ingeleeverde Reecq: van de verkogte en restant zijnde Zeguls.

dies bedragen in ‘S E: Comp:s Cassa te doen brengen.

resumptie eener Memorie nopens d’ Arak p:r Woestduijn en Groenendaal , van Batavia aangebragt

Voor hoe veel het minder te kort komende daarvan, op de Soldij reecq: dier Overheeden zal werden ten goede gebragt.

Het gebrek aan Lijf Eijgenen bij d’ E: Comp:ie om oorzaake als neevensgem: nog al blijvende voortduuren.

Zal men het Freguat Jagt-Rust overzulx ter inhandeling van een goede parthij Slaaven naar Madagascar afzenden.

welke Perzoonen als Commiesen daarop aangesteld zijn.

dan nadien de Retourscheepen Venus en d’ Eendragt alhier tot nog toe niet opgedaagd.

nog ook volgens de Jongst uijt Nederland bekomene berigten, tot reets in de Maand November, aldaar niet waaren aangeland

Zal het ged:e Freguat Jagt-Rust ter opspeuringe dier Twee Scheepen, de Cours eerst van hier naar Rio de La Goa moeten stellen.

Wat deezen aangaande wijders aan dies Overheeden bij Instructie zal werden gelast.

Request van Burger- en Heem-raaden om eenige Perzoonen uijt de Burgerije naar Nederland te zenden, tot het doen eeniger voordragten nopens den tegenswoordigen Burger toestand.

d’ Apostille daarop

aanstellinge van een ander koster bij de Kerk aan Drakensteijn in steede van den overleedenen.

den Landbouwer Gabriël du Toit, een stuk Lands annex desselfs Plaats in Eijgendom verzoekende.

en Sulx onder de bezijdengem: Conditiën, aan hem vergund weezende

zijn aan dees’ en geene Perzoonen meede eenige andere verzoeken toegestaan.

gelijk meede den Burger Dirk Groeneboom wederom voor zijn oude qualiteijt als onderstuurman in dienst der E: Comp:ie aangenomen

ingediend verzoekschrift door eenige alhier aangebragte Passagiers van het door de Franssen genomen Engelsch Schip The Osterly .

aan dewelke ter Consideratie, en ingevalle als bezijdengemeld, de verzogte Passagie met ‘S E: Comp:s Scheepen naar Nederland is geaccordeerd.

6: April

Op de herhaalde Schriftelijke instantiën van den burger Tieleman Roos

en de plegtige verzeekeringen daarbij gedaan.

Is aan denselven toegestaan, neevens desselfs Zoon naar Nederland over te vaaren.

aanstellinge van eenige officieren bij de Caabse Burgerrije.

verleende permissie aan Seekeren Theunis Rozensteijn, tot meede neeming van een Slaven Jonge naar Nederland.

13: April

Resumptie van het geagt aanschrijvens der Heeren Majores in’t Patria, de dato 9: 8ber pass:o met de daartoe gehoorende bijlagen

Sijnde het in A:o 1774 voorgevallene met het Frans -Schip le Duc de Duras , niet zo zeer door negligentie des Posthouders in de Baaij Fals veroorzaakt.

als wel door de bezijden aangehaalde omstandigheeden.

Sulx men denselven niet welmeerder als met een verbale reproche heeft kunnen corrigeeren.

Vermits men omtrent den Perzoon van Radeen Mascaretta geen andere ordre heeft gehad, hem ergens in of op een verzeekerde Plaats te confineeren

heeft denselven oversulx niet naauwer dan andere zoortgelijke Ballingen kunnen werden gade geslagen.

Reedenen waarom men geen vermoeden eener bij het t’ onderneemene aufugie gehad.

en naderhand gepræsumeerd heeft, dat desselfs retraite naar Indiën had genomen.

des daarvan ten eersten kennisse aan de Heeren der Hooge Indiasche Regeering is gegeeven.

dog hetselve niet meede aan welopgem: Heeren Meesteren geschied weezende, zullen Haar Edele Hoog Agtb:s deswegen zeer Eerbiedig om Excuus werden verzogt.

En nadien gepræsumeerd werd, dat ged:e Radeen Mascaretta met een der visch-Schuijten of sogen:de Cadraaijen van hier aan boord van’t Schip Hoolwerff zal zijn geraakt

Zal men dierhalven alle mogelijke voorzorge gebruijken, dat Sulx voortaan niet meer kome te gebeuren.

Waardoor egter het quaad niet ten eene maale Sullende kunnen werden belet.

en de Swarigheeden die ‘er zijn, omme de alhier gerelegeerde Inlanders, alle op ‘t Robben Eijland te plaatsen.

Zullen meerwelm: Heeren Majores werden verzogt, tegens het herwaards zenden van dusdanige Perzoonen de nodige ordres te stellen.

te doen berigt nopens de vorderinge van’t onder handen zijnde nieuwe Hospitaal

reedenen waarom het hiervallende Wax niet zal kunnen werden gebleekt.

Het Freguat Jagt Rust zal na desselfs Retour van Rio de La Goa wederom naar Sansibar gezonden.

en het geordonneerde nopens de alhier geformeerd werdende korte Factuuren der Retour Scheepen g’observeerd werden.

Terwijl Haar Wel Edele Hoog Agtb:s uijt naam van de Heeren Independent Fiscaal en Lieutenant Collonel voor de bij hun genotene gunsten.

en door de gezamentlike Regeering wegens de goedheijd aan den Coopman Westerhoff beweezen.

gelijk meede nopens de bevorderinge van de bezijden vermelde Perzoonen Eerbiedigst bedankt.

mitsg:s aan hoogst dezelve teffens van het overlijden van D:s Kronenburg kennisse gegeeven werden.

het geordonneerde nopens den Directeur der Fortificatiën Gilquin zal pligt Schuldig werden nagekomen.

als ook het aangeschreevene ten opzigte van den Ingenieur Extra Ordinair Wijting Schull en Landmeeter Cloete.

Sullende d’ inspectie over ‘S E: Comp:s Gebouwen, met alles wat tot d’ Arthillerie behoord, aan gem: E: Gilquin werden overgegeeven

en denselven zijne zitplaats in de kerk in’t gestoelte van de Leeden deeses Raads hebben.

Terwijl van het gedisponeerde in faveure van Weesmeesteren tot Batavia aan de WeesCamer alhier Extract zal afgegeeven en het herwaards gezondene Request en Bijlage van den Franssen Capit:n Guirard, aan den Heer Fiscaal werden ter hand gesteld.

hoedanig te handelen in opzigte van het verzoek door S E: Comp:s Ministers te Nagapatnam met relatie tot den oud Boekhouder Scheller gedaan,

geaccordeerde aan den Schipper Siereveld om zijne alhier getrouwde Huijsvrouw met zig naar Nederland over te voeren.

en ter haarer oppassinge, onder gewoone betalinge, een Slavinne meede te neemen.

Ook is aan den Fiscaal der Retourvloot Bruijstens het meede neemen van den Slaven Jongen toegestaan.

verleende permissie aan den oud Burgerraad van Reenen en den Burger Heijns om naar ‘t Vaderland te vertrecken.

20: April

nadere deliberatie, om het echappeeren van Inlandsche met Visch-Schuijten en Cadraaijen te beletten.

Wat deezen aangaande bij publicatie en affixie van Billietten zal werden g’interdiceerd.

gedaan verzoek der Ceijlonsche Regeering nopens het plaatsen van Militairen op de uijtkomende Scheepen.

het geen om de bezijden gemelde Swarigheeden niet doenlijk zijnde.

zal egter d’ Equipagie van’t thans zeijl rhêe leggend’ Schip de Ganges tot 200 Coppen werden gebragt.

ingeleeverd Rapport van Gecommitt:s uijt den Raad van Justitie, nopens zeekere geschil tusschen de Thuijnlieden Pieter van Breda, Willem Versfeld en Johannes Jacobus Tesselaar.

van welkers Thuijnen conform de bovengem: Justitieele Commissie gedaane meetinge, nieuwe Caarten en Erfgrondbrieven geformeerd.

en gemelde Persoonen Zullen werden geordonneerd, de hun aangeweesene Bakens behoorlijk te doen opmetzelen

Request door eenen M:r Nathanaël Brassij Halhed gepræsenteerd.

aan denwelken neevens zijne Huijsvrouw met een van ‘S E: Comp:s Scheepen passagie naar Nederland is geaccordeerd

gedaane betuijging van den E: Equipagiemeester Staring, dat zig met dat besluijt niet konde conformeeren.

Zeekeren alhier uijt India aangebragte Inlander p:r Proavisie Schip Hoorn naar Batavia te rug te zenden.

den 4: Maij.

Zullende ter Spoediger voltooying der Werken aan de Linie nog een aantal van 30 stux Slaven van de particuliere Ingezeetenen werden ingehuurd

besluijt tot het inneemen van 2000 ponden Busse kruijt, dit Gouvernement niet aangereekend.

Het uijtborgen en leenen van geld aan S E Comp:s gemeene Dienaaren bij Billietten te verbieden.

Twee Engelsse Passagiers met ‘t Schip de Patriot , van Nagapatnam herwaards gekomen, verdere passagie naar Nederland met een van ‘S E Comp:s Scheepen verzoekende.

Is sulx om den bezijden aangehaalde Consideratiën aan de zelve verleend.

gelijk aan den Burger Barend Hendrik Taute, insgelijx is geaccordeerd p:r de Morgenster te mogen patrieeren.

Ingeleeverd Schriftuur van den Heer Independent Fiscaal, betreffende de Schippers Hendrik Elders en Cornelis Cornelisse.

het welk neevens de daartoe gehoorende verklaringen, in Copia Authenticq aan de Heeren Majores zal werden overgezonden resumptie van de Memorie, wegens de uijtleevering der Lading van ‘t prov: Schip Hoorn verantwoording van den Schipper Gerrit Bruijn.

Hoedanig daarover is gedisponeerd.

Wat d’ Overheeden ten lasten te brengen

en hun daar en tegen te vergoeden

welke marginale aanteekeningen te doen stellen op’t Rapport, nopens het lossen en weder beladen van gemelden Bodem Hoorn

Zullende de beantwoorde bevinding op de Negotie boeken deeses Gouvernements d’ A:is 1774/75 naar Batavia te rug gezonden.

en d’ Overheeden van ‘t Schip de Morgenster , wegens de nevensgemelde Quantiteijt Clappus Olij, op haar Soldij reecq: werden belast.

den 11 Maij.

Sustenue van den Chef der Arthillerie d’ E: Gilquin, dat ook de WapenCamer met het Schiet- en Zijd-geweer van’t Guarnisoen, onder hem behoorde te staan

Waarvan het tegendeel door den Lieutenant Collonel van Prehn beweerd zijnde.

Sullen dierhalven de Heeren Majores, om derselver Ordres op dit Subject werden verzogt.

ingediend Schriftelijk berigt, door den Heer Independent Fiscaal, op het Request en de bijlagen van den Franssen Cap:n Guirard.

reedenen waarom men vermeijnd niet tot d’ afgave der daarbij vermelde Geweeren te kunnen treeden

nog ook om dezelve Politicquer wijze confiscabel te verklaaren.

des men van het een en ander aan de Heeren Meesteren kennisse geeven, en hoogst derselver nadere ordres zal blijven afwagten.

Hoedanig intusschen met voorsz: Geweeren zal werden gehandeld.

Door Burgerraaden deeser Plaatse tot opregting van nog een nieuwe koorn windmolen bij Request verzoek gedaan zijnde.

Sal Sulx aan welopgem: Heeren Majores favorabel werden voorgedragen

met verzoek de daartoe vereijschte materiaalen tegens inkoops prijs en vragt vrij te willen herwaards zenden.

aanstellinge van een Cap:n bij een der Comp:ie Burger Infanterie alhier, in steede van den overleedenen La Febre.

Item van een Lieutenant en Vaandrig.

Verleende permissie aan d’ Executeurs des Testaments van wijlen D:s Kronenburg, ter verzending van een kist met kleederen en linnen goed naar Nederland.

den 14: Maij.

Lecture eener Resolutie gehouden bij de Overheeden van’t Schip de Vrijheijd nopens het aandoen deeser Tafel-Baaij

Waarop verstaan is gem: Overheeden om de bezijden geallegueerde Reedenen van alle regterlijke actie t’ ontslaan

en met het ontlossen en weder depecheeren van ged:e Bodem alle mogelijke Spoed te doen maken.

den 14: Junij

te rugkomst van’t Freguat Jagtrust van Rio de la Goa .

hebbende het RetourSchip Venus aldaar gevonden.

ende sulx in een desolaten toestand ten opzigte van desselfs Manschap gedaane adsistentie aan dien Bodem zijnde van’t Schip d’ Eendragt niets vernomen.

tegens welken tijd het selve Freguat met het nodige Secours voor de Venus wederom staat afgezonden te werden

Zullende Jagtrust ter opspeuringe van d’ Eendragt , van Rio de la Goa naar Madagascar oversteeken.

na Lecture eener Missive van Landdrost en Heemraaden, mitsg:s, krijgsofficieren aan Stellenbosch

Zijn de door dezelve beraamde Schikkingen, omtrent het attacqueeren en uijtroeijen der Bosjesmans Hottentotten geapprobeerd

en zal men aan dezelve de daartoe benodigde voorraad van bussekruijt en Loot doen verstrecken.

gedaan Schriftelijk verzoek door vier Engelsse Passagiers, met het Schip ‘T Hof ter Linde alhier aangebragt, om met dien Bodem verder naar Nederland over te vaaren

het geen om de bezijden geallegueerde reedenen onder betaling van’t gewoone Transport en kostgeld is geaccordeerd.

Vermits het contract met den oud Weesmeester Bletterman tot het aanrijden der Bouwstoffen voor’t nieuwe Hospitaal staat t’ expireeren.

en denselven niet inclineerende daarmeede langer te continueeren.

Is die Leverantie wederom voor drie Jaaren aan den Burger Johannes Smook overgelaaten

optreeding van den Lieutenant Johannes Smuts, tot Capit:n over een der Comp:n Burger Infanterie alhier, in steede van de overleedenen Soermans.

en aanstelling van een ander Lieutenant en Vaandrig mitsg:s van een Adjudant.

den 16: Junij

d:o genomen besluijt om den reets in A:o 1777: afgelegden Hoeker de Nepthunus maar ten eenemaale te doen Sloopen

hoedanig met dies toerusting en het daaraan zijnde houtwerk zal werden gehandeld.

den 6: Julij

Weegens d’ aanstaande verpagting van ‘S Lands gemeene middelen en Inkomsten Billietten te doen affigeeren

klagtschrift der gepræviligeerde Schoolmeesters alhier.

het welk ter onderzoek in handen van Scholarchen is gesteld

den Schipper van ‘t Schip ‘T Buijten Leeven alhier in detentie aangebragt, in handen der Justitie gesteld zijnde

Is den opperstuurman in’t Commando op gem: Bodem bevestigd.

verdere daarop gedane advancementen

Reedenen waarom ‘er geen militairen op het naar Ceijlon gedestineerde Schip ‘t Huijsom zullen kunnen werden geplaatst.

d’ Ordonnantie op de particuliere Slagterije niet allesints voldoende zijnde

Zullen daaromtrent eenige nieuwe keuren werden gemaakt.

den 9: Julij

arrivement alhier van eenen Mons:r de Montigny, met het Fransch konings Schip le Sevêre

en Lecture eener Missive door zijn Fransche Majesteijts Minister de Marine ten zijnen opzigte aan den Edelen Heer Gouverneur geschreeven.

bedenkingen van zijn Edele nopens d’ admissie van ged: Mons:r de Montigny in’t hem bij gem Missive geadscribeerde Character

en wat daarop door voorsz: Mons:r de Montigny is betuijgd geworden

Zijnde aan denselven eenelijk gepermitteerd ter zaake zijner indispositie, eeniger tijd ter deezer Plaatse te mogen verblijven

den 30 Julij.

Het Freguat Jagt-Rust thans gereed leggende, om met volk en verder Secours voor de Venus , wederom naar Rio de La Goa te vertrecken

Sullen d’ Overheeden van het laatstgem Bodem werden aangeschreeven ten spoedigsten herwaards te steevenen mitsg:s van de hun toegeschikte Provisiën allesints een nuttig gebruijk te maken.

Besluijt om van d’ uijtkomende Scheepen Circa 100: Coppen zeevaarende te ligten.

Waarvan aan de Heeren der Hooge Indiasche Regeering kennisse zal werden gegeeven

de reparatiën der gebreeken aan’t in de Baaij Fals leggend’ Retour Schip Alkemade , aldaar niet allesints kunnende werden verrigt.

Zal men dien Bodem na het afloopen van’t præsente Winter- Saijsoen ter deezer Caabse Rheede laaten opkomen.

Het Placcaat, vervattende de nieuwe keuren op de particuliere Slagterije te doen publiceeren en affigeeren

den 31 Aug:s

Vermits den Burger Willem de Kruger in gebreeken is gebleeven zijn aangenomen pagtpenn: ter behoorlijker tijd op te brengen.

Is oversulx aan den Heer Independent Fiscaal gedemandeerd, voor het Intrest der E: Comp:ie in deesen te vigileeren

Verpagting van ‘S Lands gemeene middelen en Inkomsten.

mits het overlijden van den Opzigter over’t Werksvolk aan’t opgebouwd wordende nieuwe Hospitaal Marthinus van Oorde.

zijn de daarbij bescheijdene meesterknegts der Timmerlieden en Metzelaars teffens als Baasen en Opzienders over het werksvolk aangesteld.

op het deswegens gepræsenteerd Request van Weesmeesteren deezer Steede

aan dezelve geaccordeerd zijnde, zeekere Slaven Jonge van wijlen de Weed:we Dignus de Vlamingh, uijt Slavernije te ontslaan.

Is ‘t ged:e Collegie wijders van de betalinge der anders daartoe staande Rd:s 50:- aan de diaconij g’excuseerd

Terwijl aan den Landbouwer Louis Taillard insgelijx d’emancipatie van een Slavinne toegestaan.

Verzoek der bezijdengen:de Burgers dat aan hun ijder voor een derde part mogte werden vergund regt van Eijgendom aan zeekere bij hun opgemetzelde Put.

het welk als een prærogatief voor derselver aldaar staande Huijsen en Erven aan de Suppl:t geaccordeerd zijnde.

Is wijders aan den oud Burgerraad Johannes Smuts een Stukje Lands annex desselfs oude Thuijnland in deeze Tafelvalleij in Eijgendom uijtgegeeven

ontslag van den Burger Leiutenant aan Stellenbosch Wentsel Christoffel Coetser.

welke advancementen hier door onder d’Officieren aldaar zijn gedaan.

den Boekhouder Borgwedel met een rust gagie van ƒ15:- p:r m:d uijt ‘S: E: Comp:s dienst ontslagen.

den 2: Septemb:r

Berigt des Heer Fiscaals nopens d’ agterstallige pagtpenn:gen van den Burger Willem de Kruger

reeden waarom aan denselven tot dies Betaling uijtstel is verleend

verdere genomene maatregulen in deeze zaak geaccordeerde Bijtappers aan de Pagters der Brandewijnen en vaderlandse dranken.

als meede aan die der koele en brandewijnen aan’t Ronde Bosje en in de Baaij Fals .

Ingediend Schriftelijk berigt door d E: E:s Scholarchen

dispositie omtrent de bezolding van den Schoolmeester in S Comp:s Slaven Logie.

Zijnde voorm: E: E:s Scholarchen gequalificeerd, om in’t vervolg, tot verbeeteering der Schoolen in’t generaal de nodige ordres te stellen.

die als dan ook door de Schoolmeesters behoorlijk sullen moeten werden geobserveerd ende nagekomen.

dewijl aan het bussekruijt tot de Canons gehoorende, op diversse Sein plaatsen, een meerder of minder quantiteijt komt t’ ontbreeken.

Zal het geene tot Supplement van het manqueerende werd vereijscht, wederom ‘S Comp:s wegen werden verstrekt

Wat dien aangaande aan de resp:ve Burger krijgsraaden, zoo hier aan Cabo als die der buijten Districten zal werden gelast.

aanstellinge van Twee Brandmeesters in steede van d’ overleedene de Wit en van Oorde

geaccordeerde aan den ondercoopman Cruijwagen, om een Slavinne met haar kind in vrijdom te stellen.

mits voor die beijde te Samen, behalven de gewoone Borgtogt 50 Rijxd:s aan de Diaconij betalende.

den 6: Septbr

op de klagte der Bakkers, dat zij om reedenen hierneevensgemeld, het brood thans niet voor den gewoonen prijs konden leeveren.

Is aan dezelve gepermitteerd, Brood tot een Stuijver het pond, aan de vreemde Natien te mogen verkoopen het geen egter niet langer als geduurende de præsente omstandigheeden zal plaats hebben:

en de prijs van ‘t brood aan de Ingezeetenen verkogt werdende, gelaten Sodanig als bij Ordonnantie is bepaald.

Verleende qualificatie aan Landdrost en Heemraaden van Swellendam tot het vernieuwen der Bouwvallige ‘S Colonies Gebouwen.

en de daartoe vereijschte Penn:gen op te neemen.

den 14: Septbr:

Schriftelijk berigt door den Inspecteur d’ E: Gilquin, nopens den toestand van ‘S Comp:s Gebouwen hierneevens gemeld:

waaruijt d’ irreparabelen toestand en de onvermijdelijke noodzaake van derselver geheele vernieuwing, wel is blijkende

dog teffens ook geene geringe Swarigheeden, en wel voornamentlijk in opzigte der daartoe vereijschte Ambagtslieden zijn voorgekomen.

besluijt om ten dien eijnde, een aantal van 10 Slaven Jongens, het Metzelaars werk volkomen verstaande

als meede nog 30: Slaaven om als opperlieden bij dezelve te dienen van de Ingezeetenen te huuren

en het vervaardigen van’t Houtwerk aan particuliere Timmerlieden aan te besteeden.

Zullende een van ‘S Comp:s Metzelaars bij de Slaven Metzelaars werden gesteld, om het Oog over dezelve te houden

den 25: Septbr:

Zeekeren lang absent gebleevenen Sold:t in naame Hendrik Jacob Wikardt van Amsterdam, wederom emploijabel verklaard.

den 11: Octob:r

Lecture eener missive van Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch en Drakensteijn

Op het welke goedgedagt is, de gemaakte Schikking nopens de betaling van’t veergeld der Ponton in de Berg Rivier , voor den aanstaanden t’approbeeren

Verstrecking van buskruijt en Vuursteenen tot d’ Exercitie en Wapenschouwing der Land militie aldaar

Ingediende Memorien van den Heer Hoofd Administrateur

Hoedanig daar over is gedisponeerd.

resumptie der reecq: van ontfangst en uijtgaaf der Zeguls.

Zullende dies rendement in ‘S Comp:s Cassa moeten werden overgebragt.

berigt des Heer Fiscaals nopens de agterstallige pagtpenn:gen van den Burger Willem de Kruger.

Welke Maatregulen omtrent die Zaak zijn genomen

Na Lecture van het Request van wegens het Eerw: Collegie van Kerkenraade alhier ingeleeverd.

goedgedagt zijnde, het ged:e Collegie tot vergroting en uijtlegging der Caabse Kerk, volgens het daarbij zijnde Plan te qualificeeren.

Sullen voorts de daartoe vereijschte Materiaalen, bij aldien dezelve, buijten ongerief voor d’ E: Comp:ie, kunnen werden gemist tegens inkoops prijs werden verstrekt

de benodigde kalk voor’t nieuwe Hospitaal uijt ‘S E: Comp:s eijgen kalk branderije, niet langer kunnende werden gefonaneerd.

Sullen d’ Ingezeetenen, nopens de Leverantie van Steen- en Schulp-kalk, bij Billietten verwittigd.

en die Leverantie als dan aan de minstbiedende werden aanbesteed.

ontdekking van eenige in’t Deensch Schip de Ganges verborgen gehoudene Swarten.

dewelke naar alle præsumptie, Slaaven van dees’ en geene onzer Ingezeetenen Zullen geweest Zijn.

en dat derselver aufugie door den Cap:n van’t gemelde Deensch Schip zal zijn gefaciliteerd.

des hiervan aan de Heeren Majores in’t Patria kennisse zal werden gegeeven

den 16 Novbr

Verzoekschrift van den Burger Jozephus Anthonius Becker tendeerende, om zijn Plaats Goed Geloof te doen hermeeten

het welk aan den selven geaccordeerd zijnde.

Is wijders aan den meede Burger Gerrit Hendrik Catenbrink

en aan den oud Burgerraad Böttiger ijder een Stuk Lands in Eijgendom uijtgegeeven

mitsg:s aan de neevensgem: drie Perzoonen in steede van het aan d’ E: Comp:ie afgestaane, elk een ander Stuk Lands, tot een Equivalent vergund

Verzoek van den Heer Schout bij Nagt Hughes, ten belange der zig van de Engelsse Scheepen geabsenteerd hebbende Manschappen.

van dewelke na het vertrek dier Scheepen de nevensgem: Ses perzoonen zig alhier aangegeeven.

en verzogt hebben, omme in ‘S E: Comp:s dienst te mogen werden g’ emploijeerd.

Consideratien, waaromme vier derselve voor Mattroosen aangenomen.

en d’ andere Twee, tot nadere geleegendheijd, op een der aanweezende Comp:s Scheepen of Vaartuijgen Zullen werden geplaatst.

proces verbaal van den Capt:n en verdere officieren van het Fransch Scheepje La Mouche nopens de aan het selve gepleegde vijandelijkheeden door d’ Engelsche Sloep the Nimph .

het welk niet eerder dan na ‘t vertrek der Engelsse Vloot van deeze Rheede, overgeleeverd geworden zijnde.

heeft men oversulx wegens het gepasseerde met den Heer Schout bij Nagt Hughes, niet kunnen in conferentie treeden

Consideratien dewelke in die Zaak Zijn voorgekomen.

doleantie der Franssen wegens het gedoente van’t Engelsch Schip The Ceres .

hoedanig men zig hierop zal inquireeren.

en de deswegens te doene protestatien.

Terwijl van het een en ander aan de Heeren Majores kennisse zal werden gegeeven

Besluijt om op de Batterije Chavonnes een Vlaggestok te doen plaatsen

van dewelke voortaan bij aankomst van Schip of Scheepen, de Hollandse vlagge zal werden vertoond.

den 25: Novbr

Ingezeetenen alhier bij affixie van Billietten te verwittigen om aan de hier zijnde Engelsse Zieken geen de minste penn: te leenen of uijt te borgen.

den 7: Decbr:

Resumptie van’t kort vertoog der Lasten deeses Gouvernements so van’t Jongst afgelopen boekjaar als die van ‘S Jaars bevorens

hoeveel ijder Lastpost op zig selven meer of minder heeft bedragen met de reedenen van dien

Rendement der Winsten en Inkomsten

reedenen van het meerder bedragen deselve.

verleende qualificatie tot het Sluijten der Negotie boeken.

Verzoek van de resp:ve Administrateurs om de gewoone afschrijvingen te mogen genieten.

dat aan hun is geaccordeerd.

Electie van nieuwe Leeden in de onderstaande Collegiën.

de Burgerraaden van der Poel en Meijer nog tot ult:mo Decbr. 1780. in die functie blijvende continueeren

Zal den Laatstgem: wijders als vice Preses bij ‘t Collegie van Commissarissen moeten fungeeren.

Schriftelijk berigt van den Heer Secunde en Gecomm:s die tot inspectie van de plaats agter de Cloof des Tafelbergs leggende, hebben gevaceerd.

qualificatie van de zelve, om de Scheijding der algemeene en particuliere wijde van ged:e plaats te bepaalen.

en door dies Eijgenaars de nodige bakens te doen stellen

aan besteeding der Leverantie van Steene en Schulp-kalk, ten behoeve der E: Comp:ie.

Lecture eener Missive van Landdrost en Heemraaden aan Stellenbosch

op welkers verzoek bij Billiëtten zal werden g’ interdiceerd, dat door niemand dan de Dorpelingen selve, aldaar eenige goederen Zullen mogen werden te koop geveijld.

ujtgave van een Stukje Huijs Erfs bij de Paarlse Kerk aan den Burger Jacobus Kruger.

Request van den Vaandrig Militair Carel Fredrik Brink

die met den rang als oud Lieutenant uijt den dienst der E: Comp:ie gedimitteerd is.

Verzoekschrift van den Burger Commissaris Johan Adolph Kuuhl

Sullende den daarbij, vermelden Slaaf Manuël voor d’ E: Comp:ie aangenomen en op’t Robben Eijland werd

den 14: Decemb:r

Revisie der Negotie en Soldij Boeken deezes Gouvernements met de Rapporten wegens d’ Examinatie derselve.

die volgens gebruijk, zo naar ‘t Patria als Batavia zullen werden verzonden

Een parthij Coffijboonen door de Franssen alhier aanagebragt, tegens 3 3/4 St:vers ‘t lb voor d’ E: Comp:ie te doen inkopen

tot wat Somme door de Resp:ve Landdrosten en Heemraaden voortaan bij arrest en parate executie Zullen mogen vonnissen

den 27:ste Decemb:r

Het Schip Diana zal, mits dies late verschijninge tot April aanstaande alhier aangehouden

en desselfs Equipagie op een aantal van 110 Coppen gebragt.

mitsg:s d’ overige Manschappen naar Batavia gezonden werden

de Relaasen der Overheeden van ‘t Loo en de Vr: Anthonetta Coenrardina , nopens de vijandelijke rencontres, met eenige Engelsse kapers, in Copia naar’t Vaderland te Zenden.

C. 157, pp. 44-50.

Dingsdag den {17790105} 5 Jann:ij 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Wierd door den cap:n Arthur Morris, gevoerd hebbende het alhier verongelukte Engelsch Comp:s Schip The Colebroke , gepræsenteerd het volgend’ Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:re Politicquen Raad.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Vertoond reverentelijk Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s nedrigen Dienaar Arthur Morris, geweesen Capitain van het op den 25: Aug:s des voorleeden Jaars aan d’ Oost-Wal der Baaij Fals gestrande Engels Comp:s Schip The Colebroke ; hoe den Suppl:t beneevens drie zijner Stuurlieden en den Scheeps-Boekhouder, door het voorsz: ongeval, hunl: geciteerden Bodem overgekomen, zig in de noodzakelijkheijd komen te bevinden, wederom van hier naar Europa te moeten te rug keeren, en den Suppl:t Sedert te vergeefs eene bequaame geleegendheijd tot hunl: retour, met een zijner eijgene Naties Scheepen zijnde blijven afwagten; Soo neemt denselven de vrijheijd, zig te wenden tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s met ootmoedig verzoek, dat aan hem beneevens de hiervorengem: Persoonen, mitsgaders des Suppl:ts bij zig hebbende Bediendens, met een van ‘S E: Comp:s Retour-Scheepen, passagie naar Nederland moge werden verleend, ten eijnde hun van daar wederom naar Engeland te kunnen begeeven; Sijnde den Suppl:t voor’t’

‘overige bereijd, de daartoe staande Transport en kost-penn:gen in ‘S E: Comp:s Cassa alhier te betalen.’

’/:onderstond:/’

‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ Arthur Morris.’

In opzigte van welk verzoek overwogen zijnde, dat de Hoog Gebiedende Heeren Majores, het verleenen van Transport aan vreemdelingen met ‘S Comp:s Scheepen, wel hebben gelieven t’ interdiceeren dog dat men moeste vertrouwen, in het præsente geval, niet tegens derselver g’ Eerde Intentie te Sullen handelen, ingevalle ged: cap:n Morris en desselfs voorsz: meede Schipbreukelingen, daarvan wierden g’eximeerd; Is dierhalven besloten, de voorsz: Passagie aan dezelve t’ accordeeren.

En is wijders den Persoon van Michiel Engelhardt van Holtszkerke, denwelken in A:o 1776. in Burger vrijdom is gesteld, ter zaake van desselfs Slegt Comportement, wederom voor zijn vorige qualiteijt van Soldaat met ƒ9:- ter maand, onder een vijf Jarig verband in dienst der E: Comp:ie getrocken, om in diervoegen van hier naar Batavia te werden verzonden.

Gelijk meede verstaan is, eenen Hans Moli van Chur in Switserland , die in den Jaare 1773 insgelijx met het Burgerregt deezer Plaatse is begunstigd, uijt hoofde van desselfs Slegte Conduite, daarvan t’ ontslaan, en als een onnut Subject met een der Eerst vertrekkende Retour-Scheepen, voor de kost Scheeps dienst doende, van hier naar ‘t Vaderland te verzenden.

Boven het welke nog is beslooten, Zeeker Vrouws-perzoon genaamd Catharina Margaretha Wijsrok, dewelke in den Jaare 1776 met het Schip Mars als Soldaat onder de Naam van Johan Jacob Wijsrok van Hessen-Cassel, ter deezer Plaatse is aangeland, meede met een der Retour Scheepen naar Nederland te rug te Zenden.

Sijnde Laatstelijk aan den Substituut Land-drost aan Stellenbosch Johan Godlob John, ter consideratie dat denselven d’ E: Compagnie bereijds 22: Jaaren gediend, en den Ouderdom van bijna 60: Jaaren bereijkt hebbende, thans door Lichaams-gebrekkelijkheijd buijten staat is, voorschreeve dienst langer te presteeren, met ƒ12:- p:r maand gegagieerd.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 51-53.

Dingsdag den {17790114} 14 Jann:ij 1779.

Door den Heer Hoofd Administrateur Pieter Hacker, wegens d’ uijtleevering der Aracq, met het voorzeijlend’ Retour-Schip d’ Indiaan van Batavia voor dit Gouvernement aangebragt, geproduceerd zijnde d’ Onderstaande Memorie.

‘Memorie van de nabesz: Aracq per het Retour Schip d’ Indiaan van Batavia, voor dit Gouvernement aangebragt, bij pijling minder bevonden, gelijk bij de Verklaring van Gecommitt:s hier annex, blijkt; Namentlijk.’

’/:onderstond:/ In’t Casteel de Goede Hoop den 14: Jann:ij 1779. /:was geteekend:/ P: Hacker.’

en daar uijt zijnde komen te blijken, dat op de voorsz: Aracq, de quantiteijt van 108: Cannen minder, als de gepermitteerde afschrijvinge dicteerd, zijn te kort gekomen; is dierhalven verstaan, het bedragen van dien, ter Somma van ƒ56:14:- India’s geld, aan de Scheeps-Overheeden dier kiel, te weeten, den Schipper voor 2/3 met ƒ37:16:- en den opperstuurman voor 1/3 met ƒ18:18:- op haare Soldij Reekeningen ten goede te laaten brengen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 54-74.

Dingsdag den {17790119} 19 Jann:ij 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Is op de dieswegens ingediende Verzoek-Schriften van diversse in dit Gouvernement bescheijdene Dienaaren der E: Compagnie, aan dezelve geaccordeerd, haare te goed behoudene Maand-Gelden, door middel van Procuratie, aan haare Vrienden ofte Gemagtigdens in Nederland te mogen overmaken, mits dat dezelve alvorens door den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers g’ examineerd weezende, daaromtrent niet contrarie d’ ordres der Heeren Meesteren, zal bevonden zijn.

Gelijk meede zijn nagezien de Reekeningen der Arme Penningen, van de hier te Lande zijnde Vijf Kerken, luijdende als volgd.


'T Generaal Montant des Capitaals deezer Caabse Diaconije Armen.
Bestaande in't volgende.
A:o 1778. p:mo Januarij was 't Capitaal   ƒ230720:08:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Aan Aalmoessen ƒ5768:-:-:
d:o Grafsteeden d:o 1111:12:-:
d:o Interessen d:o 9833:04:-:
d:o Armbossen d:o 945:11:-:
d:o Testamentaire & Liberale Giften d:o 120:-:-:
d:o Verhuurde Gestoeltens d:o 536:08:-:
d:o Vrij te geevene Lijf Eijgenen d:o 480:-:-:
d:o Winst en verlies d:o 239:19:-: d:o 19034:14:-:
Gaat af.
Aan Onkosten der Armen ƒ15417:12:-:
d:o d:o der Kerk d:o 1821:12:-: d:o 17239:04:-:
Blijft onder ult:mo Decbr: 1778.   ƒ232515:18:-:
Bestaande in de volgende Parthijen.
Aan cassa over Restant ƒ5680:13:-:
d:o Obligatiën en Custing-brieven d:o 170311:17:-:
d:o Agterstallige Intresten d:o 10383:18:-: ƒ186376:08:-:
d:o Ornamenten van de Kerk ƒ1099:10:-:
d:o De Diaconij van't Land van Waveren d:o 23440:-:-:
d:o d:o van't Swartland d:o 21600:-:-: d:o 46139:10:-:
  Somma ƒ 232515:18:-:

'T Generaal Montant des Capitaals deezer Caabse Diaconije Armen.
Bestaande in't volgende.
A:o 1778. p:mo Januarij was 't Capitaal   ƒ230720:08:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Aan Aalmoessen ƒ5768:-:-:
d:o Grafsteeden d:o 1111:12:-:
d:o Interessen d:o 9833:04:-:
d:o Armbossen d:o 945:11:-:
d:o Testamentaire & Liberale Giften d:o 120:-:-:
d:o Verhuurde Gestoeltens d:o 536:08:-:
d:o Vrij te geevene Lijf Eijgenen d:o 480:-:-:
d:o Winst en verlies d:o 239:19:-: d:o 19034:14:-:
Gaat af.
Aan Onkosten der Armen ƒ15417:12:-:
d:o d:o der Kerk d:o 1821:12:-: d:o 17239:04:-:
Blijft onder ult:mo Decbr: 1778.   ƒ232515:18:-:
Bestaande in de volgende Parthijen.
Aan cassa over Restant ƒ5680:13:-:
d:o Obligatiën en Custing-brieven d:o 170311:17:-:
d:o Agterstallige Intresten d:o 10383:18:-: ƒ186376:08:-:
d:o Ornamenten van de Kerk ƒ1099:10:-:
d:o De Diaconij van't Land van Waveren d:o 23440:-:-:
d:o d:o van't Swartland d:o 21600:-:-: d:o 46139:10:-:
  Somma ƒ 232515:18:-:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en Getransporteerd in Kerkenrade aan Cabo de Goede Hoop ten overstaan van mij Onderget:de als Commissaris Politicq den 18: Jann:ij 1779. /:was geteekend:/ W: C: Boers.’


Cassa Reekening der Diaconij Armen Gelde zo als bevonden is op ultimo Decemb:r 1778.
Bij het sluijten der vorige Jaars-Reekening is er p:r restant in cassa gebleeven ƒ2810:06:-:
Onder den Godsdienst in't Jaar 1778 gecollecteerd d:o 914:10:-:
Nog wegens Intresten, Giften en Kerke-Geregtigheeden d:o 809:10:-:
Somma ƒ4534:10:-:
Hiervan uijtgegeeven aan Alimentatiën en diversse benodigtheeden d:o 4089:01:-:
So dat 'er aan Contanten dit Jaar in Cassa blijft d:o 445:09:-:
D' Obligatiën bedragen d:o 900:-:-:
D' agterstallige Intresten d:o 410:-:-:
De Kerke-Ornamenten d:o 1800:-:-:
So is het Capitaal der Diaconij Armen groot Somma ƒ3555:09:-:
Ofte aan Hollands Courr:t geld ƒ2844:09:-:

Cassa Reekening der Diaconij Armen Gelde zo als bevonden is op ultimo Decemb:r 1778.
Bij het sluijten der vorige Jaars-Reekening is er p:r restant in cassa gebleeven ƒ2810:06:-:
Onder den Godsdienst in't Jaar 1778 gecollecteerd d:o 914:10:-:
Nog wegens Intresten, Giften en Kerke-Geregtigheeden d:o 809:10:-:
Somma ƒ4534:10:-:
Hiervan uijtgegeeven aan Alimentatiën en diversse benodigtheeden d:o 4089:01:-:
So dat 'er aan Contanten dit Jaar in Cassa blijft d:o 445:09:-:
D' Obligatiën bedragen d:o 900:-:-:
D' agterstallige Intresten d:o 410:-:-:
De Kerke-Ornamenten d:o 1800:-:-:
So is het Capitaal der Diaconij Armen groot Somma ƒ3555:09:-:
Ofte aan Hollands Courr:t geld ƒ2844:09:-:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en nagezien in Kerken-Vergadering aan Stellenbosch den [.....] Jann:ij 1779 /:was geteekend:/ Ph: Kuijs, J: de Villiers J:P:Z:, J:s Conterman, J:s Groenewald, P:r Roux, I: C: Groenewald, W: A: Krige.’


'T Generaal Montant des Capitaals deezer Drakensteijnsche Diaconie Armen, bestaat in't volgende.
A:o 1778. primo Januarij was't Capitaal   ƒ11204:-:-:
In dit Jaar bijgekomen aan Aalmoessen ƒ703:15:-:
d:o Intresten d:o 992:-:-:
d:o Kerkhofs Geregtigheeden d:o 150:-:-:
d:o Huurbanken d:o 109:-:-:
d:o Armbussen d:o 18:04:-:
d:o Testamentaire & Liberale Giften d:o 475:-:-: d:o 2448:03:-:
  ƒ13652:03:-:
Gaat af aan Onkosten der Armen.
Van Drakensteijn ƒ800:14:-:
d:o Waveren d:o 579:-:-:
der Kerk en desselfs Gebouwen d:o 360:03:-: d:o 1740:01:-:
Blijft onder ult:mo Decbr: 1778   ƒ11912:02:-:
Bestaande in de volgende Parthijen, als.
Aan Cassa over restant ƒ1412:02:-:
d:o Scheepenen kennisse en obligatien d:o 10500:-:-:
  Sommma ƒ11912:02:-:
ofte aan Hollands geld   ƒ9529:14:-:

'T Generaal Montant des Capitaals deezer Drakensteijnsche Diaconie Armen, bestaat in't volgende.
A:o 1778. primo Januarij was't Capitaal   ƒ11204:-:-:
In dit Jaar bijgekomen aan Aalmoessen ƒ703:15:-:
d:o Intresten d:o 992:-:-:
d:o Kerkhofs Geregtigheeden d:o 150:-:-:
d:o Huurbanken d:o 109:-:-:
d:o Armbussen d:o 18:04:-:
d:o Testamentaire & Liberale Giften d:o 475:-:-: d:o 2448:03:-:
  ƒ13652:03:-:
Gaat af aan Onkosten der Armen.
Van Drakensteijn ƒ800:14:-:
d:o Waveren d:o 579:-:-:
der Kerk en desselfs Gebouwen d:o 360:03:-: d:o 1740:01:-:
Blijft onder ult:mo Decbr: 1778   ƒ11912:02:-:
Bestaande in de volgende Parthijen, als.
Aan Cassa over restant ƒ1412:02:-:
d:o Scheepenen kennisse en obligatien d:o 10500:-:-:
  Sommma ƒ11912:02:-:
ofte aan Hollands geld   ƒ9529:14:-:

’/:was geteekend:/ P: V: D: Spuij, Daniël du Plesie, P: D: Villiers d’ Oude, J: P: Roux, P: J:s De Villiers, T: A:s Theron Pietersz, Abraham Josua Le Roes, I: I: Joubert, I: W: V: D: Merwe, D: V: D: Merwe.’


Reekening nopens den Staat der Armen Cassa in't Land van Waveren , onder ult:mo Decemb:r 1778.
ult:o decbr: 1777. was't restant der in cassa gebleevene Contanten ƒ2073:03:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Onder het doen van den Godsdienst gecollecteerd d:o 884:08:-:
Over betaalde Kerken Geregtigheeden, mitsg:s Testamentaire Vermakingen, en wegens Huurbanken ingekomen d:o 811:-:-:
Van Swellendam ingekomen d:o 112:-:-: ƒ3890:11:-:
Daar van Gaat af
Wegens diversse benodigtheeden van Kerk- en Predikants Wooningen mitsg:s andere kerkelijke Gebouwen te versien &:a   d:o 3532:09:-:
Blijvende dus onder dato deezes p:r restant   ƒ358:02:-:
Daar en tegen is deeze Kerk Debet.
Aan de Diaconij van Cabo de Goede Hoop volgens diversse Scheepenenkennissen ƒ29300:-:-:
Waarvan detraheere de bovengem: nu p:r restant blijvende Contanten d:o 358:02:-:
So dat de Kerk thans aan die van Cabo de Goede Hoop Debet blijft   ƒ28941:14:-:
ofte aan Hollands Courrant geld   ƒ23153:10:-:

Reekening nopens den Staat der Armen Cassa in't Land van Waveren , onder ult:mo Decemb:r 1778.
ult:o decbr: 1777. was't restant der in cassa gebleevene Contanten ƒ2073:03:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Onder het doen van den Godsdienst gecollecteerd d:o 884:08:-:
Over betaalde Kerken Geregtigheeden, mitsg:s Testamentaire Vermakingen, en wegens Huurbanken ingekomen d:o 811:-:-:
Van Swellendam ingekomen d:o 112:-:-: ƒ3890:11:-:
Daar van Gaat af
Wegens diversse benodigtheeden van Kerk- en Predikants Wooningen mitsg:s andere kerkelijke Gebouwen te versien &:a   d:o 3532:09:-:
Blijvende dus onder dato deezes p:r restant   ƒ358:02:-:
Daar en tegen is deeze Kerk Debet.
Aan de Diaconij van Cabo de Goede Hoop volgens diversse Scheepenenkennissen ƒ29300:-:-:
Waarvan detraheere de bovengem: nu p:r restant blijvende Contanten d:o 358:02:-:
So dat de Kerk thans aan die van Cabo de Goede Hoop Debet blijft   ƒ28941:14:-:
ofte aan Hollands Courrant geld   ƒ23153:10:-:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan en nagezien in Kerk-Vergadering In’t Land van Waveren den 4: Jannuarij 1779 /:was geteekend:/ I: A: Kuijs V: D: M:, Jacobus Theron, Hendrik Möller J: du Toit, Jan Gijsbert Olivier, Francoijs de Wet, Johannes Jordaan.’


Reekening nopens den Staat der Armen Cassa in het Swartland gehouden ult:mo December 1778.
ult:o Decemb:r 1777. Was't restant der in Cassa
gebleevene Contanten ƒ150:02:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Aan Aalmoesen d:o 973:15:-:
d:o Kerke Geregtigheeden en vrijwillige Giften d:o 649:02:-: ƒ1773:03:-:
Daarvan Gaat af.
Diverse Onkosten tot het repareeren der Kerk, Predikants- Dominies- en Kosters Woninge, alles volgens overgeleeverde Reecq:n mitsgad:s enige andere benodigtheeden   d:o 1373:06:-:
dus blijft onder dato deeses per Restant   ƒ399:13:-:
Daar en tegen is deeze Diaconij aan die van Cabo de Goede Hoop volgens diversse Scheepenen kennissen Debet ƒ27000:-:-:
Waarvan detraheere de bovengemelde nu p:r restant blijvende Contanten d:o 399:13-:
Soo dat deeze Kerk nog Debet blijft   d:o 26600:03:-:
ofte aan Hollands Courrant Geld   ƒ21280:13:-:

Reekening nopens den Staat der Armen Cassa in het Swartland gehouden ult:mo December 1778.
ult:o Decemb:r 1777. Was't restant der in Cassa
gebleevene Contanten ƒ150:02:-:
In dit Jaar bijgekomen.
Aan Aalmoesen d:o 973:15:-:
d:o Kerke Geregtigheeden en vrijwillige Giften d:o 649:02:-: ƒ1773:03:-:
Daarvan Gaat af.
Diverse Onkosten tot het repareeren der Kerk, Predikants- Dominies- en Kosters Woninge, alles volgens overgeleeverde Reecq:n mitsgad:s enige andere benodigtheeden   d:o 1373:06:-:
dus blijft onder dato deeses per Restant   ƒ399:13:-:
Daar en tegen is deeze Diaconij aan die van Cabo de Goede Hoop volgens diversse Scheepenen kennissen Debet ƒ27000:-:-:
Waarvan detraheere de bovengemelde nu p:r restant blijvende Contanten d:o 399:13-:
Soo dat deeze Kerk nog Debet blijft   d:o 26600:03:-:
ofte aan Hollands Courrant Geld   ƒ21280:13:-:

’/:onderstond:/’

‘Aldus Gedaan, Gereekend en Gesloten ter Kerk-Vergaderinge in’t Swartland , datum als boven. /:was geteek:d:/ D: Goldbach, Andries Gobrecht, Paul Retif, P: V: D: Bijl, Matthijs Michielse Basson, Andries S: Gous, C: Lombard.’

Welke Reekeningen volgens gebruijk, in copia naar’t Vaderland zullen werden overgezonden.

Sijnde voorts door den Schipper van’t ter Rheede leggend’ Batavia’s Retour-Schip Zeeduijn Hendrik Schreuder bij Request te kennen gegeeven, dat den Suppl:t van den Heere Gouverneur permissie verzogt en g’obtineerd hebbende, om zig alhier met de Dogter van den oud Heemraad aan Stellenbosch Marten Melk in name Maria Margaretha Melk, in huwelijk te mogen begeeven, als nu zeer gaarne wenschte, zig alhier te mogen ter neder zetten, met bijgevoegd zeer instantig verzoek, dat het deezen Raade mogte behagen, hem van’t Commando van bovengem: Bodem Zeeduijn , en verders uijt ‘S E: Comp:s dienst t’ ontslaan en behoudens zijn rang en fatsoen als oud Schipper onder afgesz: Gagie ter deezer Plaatse te laaten verblijven; ende ten aanzien Haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren der Hoge Indiasche Regeering, bij derselver geagte Missive van den 24:ste October des voorl: Jaars, deeze Regeering hebben gelieven aan te Schrijven, dat ingevalle door meerm: Schreuder, dusdanig verzoek alhier wierde gedaan, daarin wel te bewilligen; Is dierhalven goed gedagt denselven van’t Commando op bovengemelde Bodem Zeeduijn t’ ontslaan, en verders te permitteeren, alhier behoudens den rang en fatsoen als Oud Schipper te verblijven; Sullende dienvolgende desselfs gagie van dato deezes cesseeren, en hij Schreuder wijders verpligt zijn, voor zijn aandeel wegens de goede uijtleevering der Lading van het gementioneerde Schip Zeeduijn , voldoende Borgtogt te Stellen.

En is wijders het Commando op even gem: Bodem als Gezaghebber aan den daarop bescheijdenen Opperstuurman Benjamin der Kinderen opgedragen, aan wien ged:e kiel oversulx, volgens d’ ordre der E: Comp:ie, met dies ap- en dependentiën behoorlijk zal werden overgegeeven.

Terwijl in steede van ged:e Benjamin der Kinderen, tot Opperstuurman bevorderd zijnde, den Onderstuurman Cornelis Lorijn van Delft, met halveering van gagie tot ƒ40:- ter maand; voorts goedgedagt is, den op den Hoeker de Snelheijd bescheijden zijnden onderstuurman Hendrik van Brussel als Sodanig op voorsz: Schip Zeeduijn te laten overgaan.

Waarna door den Drakensteijnsen Burger Tieleman Roos, wierd ingeleeverd het volgende Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:re Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft met verschuldigd Respect te kennen, Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s onderdanigen Dienaar Tieleman Roos Burger en Ingezeeten aan Drakensteijn ; dat den Suppl:t het aanplanten van Tabak alhier, ter hand genomen hebbende, zeer gaarne enige proeven van het geene door hem is in gewonnen, in Perzoon in Nederland zoude willen vertoonen; en ingevalle dezelve aan de verwagting mogte beantwoorden, zig als dan tot het prepareeren der Tabak, kundig te maken, alzo den Suppl:t vermeend, dat, Sulx wel slagende, daaruijt groot voordeel zoude kunnen werden getrocken; Weshalven den Suppl:t de vrijheijd neemt, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s te verzoeken, aan hem t’ accordeeren, om ten fine voorsz: met een der Retour Scheepen deezes Jaars, naar’t Vaderland te vaaren; bereijd zijnde het daartoe staande Transport- en kost-geld, om in de Cajuijt gelogeerd en getracteerd te werden, alhier in ‘S E: Comp:s Cassa te voldoen.’

’/:Onderstond:/’

‘’T welk doende &:a’

Waarop ten belange des Perzoons van ged: Tieleman Roos, in aanmerking genomen weezende, dat denselven ten vollen bekend is, niet alleen te zijn, de principaale Autheur der onlusten, dewelke onder de Drakensteijnse Gemeente zijn ontstaan, maar ook voor den geenen, die het vuur van Twist en Tweedragt onder voorsz: Gemeente bij continuatie komt aan te blaasen en gaande te houden, en dat het voorsz: door hem gedaan verzoek, waarschijnlijk alleen zal weezen uijtgedagt, om onder dit Dekmentel, nopens de Geschillen die tusschen enige Leedemaaten uijt meermelde Gemeijnte, en den Eerw: Predikant Petrus van der Spuij zijn ontstaan geweest, en bereijds door het Eerw: Classis van Amsterdam zijn afgedaan, niet alleen nieuwe beweegingen bij Classen en Sijnoden te maken, maar ook de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren zelve, te vermoeijelijken; Is dierhalven best gedagt, het voorsz: gedaan verzoek, om in persoon naar’t Vaderland te vertrecken, van de hand te wijzen, dog aan denselven t’ accordeeren, om een Casje met Monsters der door hem ingewonne Tabak, met een van ‘S E Comp:s Scheepen, derwaards over te zenden, mits voor dies afzending; visitatie Subject blijvende; van welk een en ander aan hoogstged:e Heeren Majores pligtschuldig kennisse zal werden gegeeven.

Ook is, ter geleegendheijd der op handen zijnde verlossing der Dienaaren, die mits d’ expiratie van hun verbonden tijd, zouden willen repatrieeren, beslooten, om na het afloopen van voorsz: Verlossing, aan een ijder derzelver, die in een nieuw verband zal willen treeden, behalven de gewoone verhooging van bezolding, nog een Douceur van Twee Maanden gagie toe te leggen, ten eijnde, door dit middel, in’t præsente Volks-gebrek nog zo veel van de andersints uijt dit Gouvernement te vertreckene Manschappen aan te houden, als doenlijk zal zijn.

Sijnde voorts naar Lecture der verdere ingediende verzoek-Schriften, aan d’ onderstaande Perzoonen, het volgende toegestaan, als.

aan Willem van As, die in den voorl: Jaare met het Retour-Schip Hoogcarspel , als Passagier van Bengalen alhier aangeland, en mits indispositie ter deezer Plaatse verbleeven is; om zijne reijze met een der Retour Scheepen deezes Jaars naar Nederland voort te zetten, mitsgaders met zig derwaards meede te neemen, desselfs alhier getrouwde Huijsvrouw Catharina Dorothea Anthonetta Hemmij, beneevens Twee kinderen, in naamen William Watherston en Harriet Davidson, dewelke aan desselfs opzigt toevertrouwd, en met hem van Bengalen herwaards overgekomen zijn; als meede, omme ten dienste zijner bovengemelde Huijsvrouw, te mogen meede neemen, een Slavinne genaamd Regina van Bengalen: Terwijl door gemelden van As, bij zijn vertrek van Houglij , voor desselfs Persoon, de gewoone Transport-en kostpenningen voor de reijze tot naar Europa , in ‘S E: Comp:s Cassa aldaar betaald zijnde; zal voorts zoo voor gem: zijne Huijsvrouw, als de voorsz: twee kinderen, om neevens hem in de Cajuijt te werden gelogeerd ende getracteerd, het Transport- en kostgeld daartoe staande, mitsgaders dat der Slavinne voor de heen en te rug reijze van en naar deeze Plaats gereekend, in ‘S Comp:s Cassa alhier, behoorlijk moeten werden voldaan.

aan den Ondercoopman en Winkelier Barend Hendrik van Reede van Oudshoorn, omme onder betaling der gewoone Transport-en kostpenningen, desselfs Zoontje Pieter van Reede genaamd, beneeden de Agt Jaaren oud, ter verdere erlanginge eener goede Educatie, p:r een der aanweezende ‘S E: Comp:s retour-Scheepen, naar Europa over te zenden.

aan zeekere Vrouwsperzoone in naame Catharina Hervieux, zijnde in den Jaare 1774: met het Freguat Scheepje de Herstelder uijt Nederland ter deezer Plaatse gearriveerd, om beneevens haar Zuijgend Dogtertje Annette genaamd, p:r een der retour-Scheepen deezes Jaars, naar’t Vaderland te rug te keeren; Terwijl dezelve, ter Consideratie haarer behoeftigheijd, van de betalinge der Ordinaire Transport en kostgelden, is g’excuseerd.

Gelijk al verder op het dientweegen bij Request gedaan Supplicq van Zeekeren Jean Martin, in den Jaare 1776. met het Fransch particulier Schip La Ceres van Pondicherry alhier aangekomen, en zedert het verongelukken van dien Bodem ter deezer Caabser Rheede, hier ter Plaatse verbleeven, aan denselven is gepermitteerd, zig als Burger alhier te mogen needer Setten, en Sig, na dat door de beijde opper-Chirurgijns van ‘S Compagnies Hospitaal zal weezen g’ examineerd, met desselfs Chirurgijns Metier t’ erneeren.

Laatstelijk is ten verzoeke van den Portier in ‘S E: Compagnies Slaven Logie Johan Christiaan Elias Helt, hierom al meede in Scriptis gedaan, beslooten, zeeker Slaaven Meijsje der E: Compagnie genaamd Johanna Elizabeth van de Caab oud drie Jaaren uijt Slavernije t’ ontslaan; onder conditie, dat voor het gemelde Meijsje, in ‘S E: Compagnies Cassa werde voldaan, de Somma van Een Honderd Guldens Indische Valuatie.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 75-76.

Woensdag den {17790120} 20: Jann:ij 1779.

‘S namiddags alle præsent, behalven de Heer Major Hendrik van Prehn

Door den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers aan den Heere Gouverneur wegens de aanhoudende buijtensporige Levenswijze van den Burger Carel Hendrik Buijtendag, klagte gedaan en teffens verzogt zijnde, dat denselven tot voorkoming van alle onheijlen, van hier mogte werden verzonden; Soo is bij omvrage, ter ordre van welopgem: Heere Gouverneur, bij de resp:ve præsent zijnde Leeden des Raads gedaan, besloten, denselven Carel Hend:k Buijtendag, voor Sold:t met ƒ9:- ter maand, in dienst der E: Comp:ie te neemen, en als Sodanig met het ter Rheede leggend’ Schip Honcoop naar Batavia te verzenden.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 77-99.

Maandag den {17790201} 1: Febr:ij 1779

‘S voormiddags alle præsent.

In conformiteijt van het gearresteerde onder den 18 August:s des gepasseerden Jaars, en de hierop alomme geaffigeerde Billietten, op heeden getreeden Sijnde, tot de Publicque Verpagting der Leverantie van Versch Vleesch en leevendige Schaapen aan ‘S Comp:s passeerende Scheepen, het Hospitaal ensz., omme met p:mo Maij aanstaande in te gaan, ende Sulx wederom op het voorbeeld van de laatste reijze, gelijk de Pagt-Conditiën dit nader dicteeren, te weeten, voor den tijd van Een, drie of Vijf Jaaren, om dus te mogen ondervinden, op welke van de drie gemelde tijden, die Leverantie ten minsten prijse en op de voordeeligste wijze voor D’ E: Comp:ie zal kunnen aanbesteed werden; Soo is na behoorlijke klocke geklep en uijtroeping van den Boode, het laagste bod gevallen, voor den tijd van Vijf Jaaren, op Vier Swaare Duijten het pond geslagt, zoo Schaapen- als Beesten- Vleesch, en drie Schellingen ijder leevend Schaap, waarvoor die Leverantie in Vier bijzondere perceelen, bij de Burgers Johannes Smook, Dirk Gijsbert en Johannes Gijsbert van Reenen, is aangenomen geworden.

Maar dewijl, zowel door ‘S Comp:s gecontracteerde als de Burger-Slagters, te meermaalen is geklaagd, dat zijl: met de prijs van 5: Rijxdaalders voor de Honderd Ponden Talk, niet kunnende uijtkomen, dierhalven buijten staat waaren, het zelve daarvoor, langer aan d’ E: Comp:ie te kunnen leeveren, heeft men oversulx moeten besluijten, de prijs daarvan tegens 6 Rijxd:s de 100 lb te verhogen; en is den Heer Hoofd Administrateur Pieter Hacker, oversulx gequalificeerd, de quantiteijt der Talk, die, zo ter verzending naar’t Vaderland, als tot voldoening van’t g’ eijschte voor Batavia, werd gerequireerd; tegens voorsz: Somma van 6: Rijxd:s te doen inkopen.

Waarna door de resp:ve Gemagtigdens der zig in dit Gouvernement bevindende Lutheraanen ingediend zijnde, het volgend’ Schriftelijk berigt.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:re Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘D’ Ondergeteekendens als Gemagtigdens van de gezamentlijke Leedemaaten der Augsburgse Confessie alhier, op derselver dientwegen aan Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s bij Request gedaan verzoek, goedgunstig permissie hebbende geobtineerd, omme met malkanderen te mogen doen, eene Inteekeninge, tot het vermeerderen van’t bereijds bij hun opgerigte Fonds, ten eijnde uijt dies revenuen, het onderhoud van eene Predikant en mindere Kerkelijke-Bediendens, te kunnen vinden, met bij gevoegd bevel, om, na dat de voorsz: Inteekeninge zoude zijn volbragt, daar van als dan aan Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s te dienen van berigt; zoo zullen zij d’ Eere hebben, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s ten deezen belange pligtschuldig te rapporteeren:’

‘dat d’ ondergeteekendens, om Sulx in goede ordre te bewerkstelligen, na hiertoe van hoogstged:e Edelen Heere Gouverneur behoorlijk Consent te hebben verkreegen, haare Geloofs-Genooten op den 22:ste der Jongst gepasseerde maand December, in derselver Kerk-Gebouw hebbende doen bij een komen, de voorsz: Inteekeninge door dezelve als doen, met alle bereijdvaardigheijd, nevens ons, is g’ Effectueerd; belopende het getal der Inteekenaars op 303: Persoonen, en het bij hun vermeerderd fonds tot een Somma van Agt en Sestig duijzend, Vijf honderd Twee en Seventig Caabse Guldens, waarvan de meeste Inteekenaars hebben gepasseerd Verband-Schriften, met beding van Intrest tegens Ses prC:to p:r A:o; Terwijl d’ overige hun aandeel opstonds in Contanten gelde zijn komen te fourneeren; invoegen het daarmeede allesints naar wensch, en verre boven onse verwagting is toegegaan.’

‘D’ Ondergeteekendens Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s dus, den uijtslag van dien, eerbiediglijk onder het oog hebbende gebragt, agten zij het voorts van hunnen onvermijdelijken Pligte te zijn, omme ten opzigte van het geene dezelve, bij hun bovengemeld nedrig verzoek-Schrift, nopens het gefourneerde Capitaal haares Geloofs-Broederen zijn komen t’ allegueeren, thans voor Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s nader open te leggen, dat hetselve komt te bestaan, in als volgd, Namentlijk.’


In't bedragen van't oude Capitaal dat volgens de Jongst geslotene Reekeninge, bevonden is groot te weesen ƒ24019:-
d:o diversse verband Schriften en Contanten, bij de voorsz: gedane nieuwe Inteekeninge gepasseerd en ingekomen, belopende als hiervoren gezegd, op d:o 68572:-
In de waarde van't Kerk-Gebouw, het welk op verzoek der onderget:s door drie Timmer-en Metzelaars Baasen der E: Comp:ie gevisiteerd, en nevens het daar annexe Erf, getaxeerd geworden zijnde, na aanwijzinge van derselver, deezen bijgevoegd berigt, is geschat op d:o 45500:-
d:o het kostende van een Orgel, ingekogt voor Rijxd:s 750:- ofte d:o 2250:-
d:o diversse Zilvere Ornamenten tot het bedienen van't H: Avondmaal, betaald met d:o 1231:-
d:o het bedragen der Sit-Stoelen en Banken, mitsg:s andere Effecten, dewelke gedeeltelijk ingekogt, en gedeeltelijk aan de Gemeente præsent zijn gedaan, alles gecalculeerd op d:o 1000:-
Sommeerd te Zamen ƒ142572:-

In't bedragen van't oude Capitaal dat volgens de Jongst geslotene Reekeninge, bevonden is groot te weesen ƒ24019:-
d:o diversse verband Schriften en Contanten, bij de voorsz: gedane nieuwe Inteekeninge gepasseerd en ingekomen, belopende als hiervoren gezegd, op d:o 68572:-
In de waarde van't Kerk-Gebouw, het welk op verzoek der onderget:s door drie Timmer-en Metzelaars Baasen der E: Comp:ie gevisiteerd, en nevens het daar annexe Erf, getaxeerd geworden zijnde, na aanwijzinge van derselver, deezen bijgevoegd berigt, is geschat op d:o 45500:-
d:o het kostende van een Orgel, ingekogt voor Rijxd:s 750:- ofte d:o 2250:-
d:o diversse Zilvere Ornamenten tot het bedienen van't H: Avondmaal, betaald met d:o 1231:-
d:o het bedragen der Sit-Stoelen en Banken, mitsg:s andere Effecten, dewelke gedeeltelijk ingekogt, en gedeeltelijk aan de Gemeente præsent zijn gedaan, alles gecalculeerd op d:o 1000:-
Sommeerd te Zamen ƒ142572:-

‘En dewijl Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s hier uijt /:bij geliefte:/ zullen komen t’ ontwaaren, niet alleen de Waarde van het meermelde Kerk-Gebouw met het annexe Erf, en verdere Effecten, het geen der Ondergeteekendens Geloofs Broederen reets eijgendommelijk bezitten; maar ook in zonderheijd, dat uijt het thans voor handen zijnde Fonds, het Tractament van een Leeraar en verdere Kerken-Dienaaren, behoorlijk zal kunnen werden gevonden; neemen de Ondergeteekendens dierhalven de vrijheijd, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s nogmaals op het aller onderdanigst te verzoeken, haare Zaak door eene favorable voordragte aan onze Hoog Gebiedende Heeren Meesteren in’t Vaderland, gantsch gracieuselijk t’ ondersteunen.’

‘Terwijl zij voor’t overige d’ Eere hebben, deezen te laaten dienen voor Ootmoedig berigt. /:onderstond:/ Cabo de Goede Hoop den 30: Jann:ij 1779. /:was geteekend:/ T: C: Rönnenkamp, J: F: W: Böttiger, J: F: Kirsten, Martin Melk, C: L: Neethling, I: A: Hitzman, S: V: Scheller, J:s F:k Dreijer.’

‘Wij ondergeteekendens Petrus Jacobus Rademan, Philippus Diel en Johan Coenraad Hessenbosch, Timmer- en Metzelaars-Baasen in dienst der E: Comp:ie alhier, door de Heeren Gemagtigdens van de resp:ve Leedemaaten der Augsburgse Confessie, ten deezen Gouvernemente, expresselijk verzogt ende gecommitteerd geworden zijnde, omme het aan voorsz: Leedemaaten in Eijgendom toebehoorend Kerk-Gebouw, met ende beneevens het Erf daarannex, naar onse beste kennisse en Wetenschap te taxeeren, zo verklaaren wij Sulx verrigt, en na gedaane naauwkeurige visitatie van’t gemelde Gebouw en Erf, bevonden te hebben, het een en ander waardig te weezen, de Somma van Vijf en Veertig duijzend en Vijf honderd Guldens Indische Valuatie.’

’/:onderstond:/’

‘Cabo de Goede Hoop den 28 Jann:ij 1779 /:was geteekend:/ P: J: Rademan, J: C: Hessenbosch, Philipp Diehl.’

So is naar Lectuure van het gedagte berigt, verstaan, dat hetselve, mitsg:s het door voorsz: Gemagtigdens ter Vergadering van den 15: Decebr: laatstl: gepræsenteerd Request, beijde in Copia Authenticq aan de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren in’t Vaderland, zullende werden overgezonden; haar Edele Hoog Agtb:s daarbij op’t eerbiedigst zal werden voorgedragen, dat, alhoewel ten opzigte van de vrije Godsdienst-oeffening der Lutheraanen alhier, wel zoude kunnen werden geobjicieerd, de Twisten en oneenigheeden, die in de Huijshoudingen zoude kunnen ontstaan, tusschen de Mans van voorsz: gezindheijd, dewelke met Vrouwen van de Gereformeerde Religie zijn gehuuwd, nopens den Godsdienst, waarin zijl: de reets bij elkanderen geprocreEerde ofte nog te verwekkene kinderen, zouden willen optrekken, men egter vermeend, hetselve niet te kunnen opgeeven als een reële en vast te voorziene Swarigheijd, die welgemelde Heeren Meesteren zouden noodzaaken, hoogst derselver g’Eerde dispositie in deezen, buijten effect te laten: Sullen de Haar Edele Hoog Agtb:s egter verzogt werden, om, ingevalle het dezelve zoude behagen, het meerm: verzoek der Lutheraanen dies volle beslag te doen erlangen, en mits dien ten dienste dier Gemeijnte, een Predikant herwaards te zenden, denselven als dan, niet alleen moge zijn een Perzoon in een der Provinciën onzer Republicq gebooren, maar inzonderheijd van een pacificq Naturel, van wien men dierhalven, niet zoude te dugten hebben, enige aanleijding tot voren aangehaalde Oneenigheeden in de Huijshoudingen te Zullen veroorzaaken, maar integendeel verwagten mogen het zijne, tot Conservatie der Rust en Vrede in dezelve te Contribueeren.

Aan den Coopman en Keldermeester d’ E: M:r Jacobus Johannes Le Suëur, op desselfs hierom gedaan verzoek toegestaan zijnde, omme desselfs Zoontje Rijk Le Suëur genaamd, beneeden de Twaalf Jaaren Oud, onder betalinge der daartoe staande Transport-en kostpenningen, met het aanweezend Ceijlons Retour-Schip Amsterdam naar’t Vaderland te zenden; is wijders, op de hiertoe bij Requesten gedaane verzoeken, nog het volgende geaccordeerd, als.

aan den met het voorleeden Jaarsse Ceijlons Retour-Schip Mars alhier aangelanden geweezen OpperChirurgijn te Souratte Pieter van der Sprenkel, om neevens zijne Huijsvrouw Efrosina Kellens en Twee Dogters in naamen Elizabeth Robertina en Maria Efrosina van der Sprenkel, met een der verwagt werdende Retour Scheepen deezes Jaars, naar Nederland te vertrecken mitsgaders ter oppassinge zijner geciteerde Huijsvrouw en Dogters, meede te voeren een Slavinne genaamd Samida van [.....] onder Conditie dat de daartoe staande Transport- en kost-penningen, te weeten voor desselfs Huijsvrouw en Twee Dogters /:waarvan d’ eene beneeden de Twaalf en d’ andere circa Twee Jaaren oud is:/ van hier naar Nederland, mitsg:s voor ged:e Slavinne, voor de heen en weder reijze, in ‘S E: Comp:s Cassa alhier werde voldaan.

aan Ernst Fredrik van Kamptz van Mekelenburg in A:o pass:o met het voor de Camer Amsterdam uijtgevaren Schip Holland als Jong Mattroos, onder den Naam van Otto van Kamptz van Coningsbergen, ter deezer Plaatse aangeland en mits indispositie verbleeven, omme met meedeneeming zijner alhier getrouwde Huijsvrouw Anna Catharina Koekemoer, p:r een der het laatst in deezen Jaare van hier te vertrekken staande ‘S E: Comp:s Scheepen naar het Vaderland te

retourneeren, mits betaalende voor Logies en Tractement in de Cajuijt, zoo voor zig als zijne Huijsvrouw het Transport-geld daartoe staande.

aan Elizabeth Grové als nog Huijsvrouw van Diederik Jacob Bleumer, om tot Voortzetting van het appél door haar g’interjecteerd op ende Jegens Zeekere Vonnis bij den Raad van Justitie deezes Gouvernements ten laste van haar en ten voordeele van derselver bovengem: Man geveld, met een van ‘S E Comp:s uijtkomende Scheepen, onder betaling van d’ ordinaire Transport-en kost-penningen, om in de Cajuijt te werden gelogeerd ende getracteerd, naar Batavia over te vaaren.

Ook is op het hierom in Scriptis gedaan Supplicq, door de Burgers Pieter van Breda en Jacobus Johannes Tesselaar, mitsgad:s den onder afgesz: Gagie gestelden Sergeant Willem Versfeld, aan dezelve gepermitteerd, hunl: Thuijnlanden, in deeze Tafelvalleij annex den anderen leggende, een ijder het zijne, tot wegneeminge en voorkominge van alle onderlinge disputen te mogen doen hermeeten; na welke te doene hermeeting, aan de Suppl:ten ijder een nieuwe Caart en Erfgrondbrief zal werden verleend.

Waarna door den Heer Secunde en Hoofd Administrateur Pieter Hacker, nopens d’ uijtleevering der aracq per d’ ondergen:de Retour-Scheepen van Batavia ontfangen, wierd overgeleeverd zeekere Memorie, luijdende als volgd.

‘Memorie van de nabeschreevene Aracq p:r de volgende Retour-Scheepen van Batavia voor dit Gouvernement aangebragt, bij pijling minder bevonden, gelijk blijkt bij de verklaring van Gecommitt:s hier annex; Namentlijk.’


Uijt Behemoth .
290: Cann: Aracq op 10: Leggers, bij pijling minder als zijnde 3: van 4: en 7: van 5 d:m wan; zijnde 7 1/2 prC:to Schaars
Uijt Zeeduijn
335 1/2 Cann: Aracq op 10 Leggers bij pijling minder als zijnde 6: van 4:, 1: van 5:, 2: van 6: en 1: v:n 9 d:m wan; zijnde 8 5/8 prC:to ruijm
Uijt de Jonge Hugo .
238: Cann: Aracq op 8: Leggers, bij pijling minder als zijnde 3 van 4:, 4: van 5 en 1: van 6 d:m wan, zijnde 7 11/16 prC:to Schaars.
Uijt de Silvere Leeuw .
312: Cann: Aracq op 8 Leggers, bij pijling minder, als zijnde 7: van 4:, en 1: van 14 d:m wan, zijnde 10 1/16 prC:to Sch:s.
Uijt Ritthem .
206: Cann: Aracq op 8: Leggers, bij pijling minder, als zijnde 5 van 4:, en 3: van 5 d:m wan, zijnde 6 5/8 prC:to ruijm.
Uijt de Vriendschap .
216: Cann: Aracq op 8: Leggers bij pijling minder als zijnde 4: van 4: en 4: van 5 d:m wan, zijnde 6 15/16 prC:to ruijm.

Uijt Behemoth .
290: Cann: Aracq op 10: Leggers, bij pijling minder als zijnde 3: van 4: en 7: van 5 d:m wan; zijnde 7 1/2 prC:to Schaars
Uijt Zeeduijn
335 1/2 Cann: Aracq op 10 Leggers bij pijling minder als zijnde 6: van 4:, 1: van 5:, 2: van 6: en 1: v:n 9 d:m wan; zijnde 8 5/8 prC:to ruijm
Uijt de Jonge Hugo .
238: Cann: Aracq op 8: Leggers, bij pijling minder als zijnde 3 van 4:, 4: van 5 en 1: van 6 d:m wan, zijnde 7 11/16 prC:to Schaars.
Uijt de Silvere Leeuw .
312: Cann: Aracq op 8 Leggers, bij pijling minder, als zijnde 7: van 4:, en 1: van 14 d:m wan, zijnde 10 1/16 prC:to Sch:s.
Uijt Ritthem .
206: Cann: Aracq op 8: Leggers, bij pijling minder, als zijnde 5 van 4:, en 3: van 5 d:m wan, zijnde 6 5/8 prC:to ruijm.
Uijt de Vriendschap .
216: Cann: Aracq op 8: Leggers bij pijling minder als zijnde 4: van 4: en 4: van 5 d:m wan, zijnde 6 15/16 prC:to ruijm.

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop den 27: Januarij 1779. /:was geteekend:/’

‘P: Hacker.’

Naar welkers resumptie goedgevonden is, dat het geene daarvan minder als de gepermitteerde afschrijvinge dicteerd, is te kort gekomen, aan de resp:ve Scheeps-Overheeden in India’s geld, mitsg:s tegens uijtskoops prijs, zal werden vergoed, in deezer voegen, namentlijk.

die van de Behemoth .
98: Cannen Aracq, Zijnde 2 1/2 prC:to ruijm
der Commandeur der retour-vloot voor 2/3 ƒ34:05:08
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 17:03:- ƒ51:08:08
die van Zeeduijn .
52: 1/2 : Cann: Aracq, Sijnde 1 3/8 prC:to Sch:s
den Schipper voor 2/3 ƒ18:07:08
den Opperstuurman d:o 1/3 d:o 9:03:08 d:o 27:11:-
die van de Jonge Hugo .
72: Cannen Aracq, zijnde 2 5/16 prC:to ruijm
den Schipper voor 2/3 ƒ25:03:08
den opperstuurman d:o 1/3 d:o 12:12:- ƒ37:15:08
die van Ritthem .
104: Cannen Aracq, zijnde 3 3/8 prC:to Sch:s
den Schipper voor 2/3 ƒ36:07:08
den opperstuurman d:o 1/3 d:o 18:04:- d:o 54:11:08
die van de Vriendschap .
94: Cannen Aracq, zijnde 3 1/16 prC:to Sch:s
den Schipper voor 2/3 ƒ32:17:08
d:n opperstuurman d:o 1/3 d:o 16:09:- ƒ49:06:08
Waarentegens d' opperhoofden van 't Schip de Silvere Leeuw wegens het geene Zijlieden meerder als bij het Reglement is bepaald, zijn te kort geschooten, op de volgende wijze zullen moeten werden belast, als
2: Cannen Aracq zijnde 1/16 prC:to Sch:s.
zijnde voor den Schipper 2/3 ƒ-:18:-
d:o d:o d:o Opperstuurman 1/3 d:o -:09:- ƒ1:07:-
die van de Behemoth .
98: Cannen Aracq, Zijnde 2 1/2 prC:to ruijm
der Commandeur der retour-vloot voor 2/3 ƒ34:05:08
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 17:03:- ƒ51:08:08
die van Zeeduijn .
52: 1/2 : Cann: Aracq, Sijnde 1 3/8 prC:to Sch:s
den Schipper voor 2/3 ƒ18:07:08
den Opperstuurman d:o 1/3 d:o 9:03:08 d:o 27:11:-
die van de Jonge Hugo .
72: Cannen Aracq, zijnde 2 5/16 prC:to ruijm
den Schipper voor 2/3 ƒ25:03:08
den opperstuurman d:o 1/3 d:o 12:12:- ƒ37:15:08
die van Ritthem .
104: Cannen Aracq, zijnde 3 3/8 prC:to Sch:s
den Schipper voor 2/3 ƒ36:07:08
den opperstuurman d:o 1/3 d:o 18:04:- d:o 54:11:08
die van de Vriendschap .
94: Cannen Aracq, zijnde 3 1/16 prC:to Sch:s
den Schipper voor 2/3 ƒ32:17:08
d:n opperstuurman d:o 1/3 d:o 16:09:- ƒ49:06:08
Waarentegens d' opperhoofden van 't Schip de Silvere Leeuw wegens het geene Zijlieden meerder als bij het Reglement is bepaald, zijn te kort geschooten, op de volgende wijze zullen moeten werden belast, als
2: Cannen Aracq zijnde 1/16 prC:to Sch:s.
zijnde voor den Schipper 2/3 ƒ-:18:-
d:o d:o d:o Opperstuurman 1/3 d:o -:09:- ƒ1:07:-

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 100-116.

Dingsdag den {17790216} 16 Febr:ij 1779

‘S voormiddags alle præsent uijtgenomen den Heer Secunde Pieter Hacker, mits indispositie.

Aan evengem: Heer Secunde gedemandeerd zijnde, deezen Raade te dienen van berigt, nopens Sodanige nadere ilucidatie als de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren, bij derselver geagte Missive van den [.....] des voorl: Jaars, hebben gelieven te requireeren, nopens de van hier gedaane propositie, dat bij ontstentenisse van Graanen voor de Retour-Ladingen, aan particulieren mogte werden gepermitteerd, Caabse Wijnen op recognitie van hier te verzenden; zoo wierd van wegens zijn E: ingeleeverd het volgende Schriftelijk Rapport.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:ren Politicquen Raad.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Den Onderget:de Oppercoopman en Secunde heeft d’ Eere, in opvolging van het dieswegens aan hem g’ injungeerde Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s bij deezen te berigten, dat de quantiteijt der Wijnen die alhier werd ingeougst blijkens de opgaaf Rollen van d’ Effecten der Ingezeetenen sedert vijf Jaaren herwaards door een geslagen, Jaarlijx bestaat in 3244: Leggers, waarvan ‘er in dienselfden tijd 945: Leggers in’t Jaar voor reecq: van D’ E: Comp:ie zijn ingeslagen, Soo dat ‘er gevolglijk volgens voorzeijden omslag, Jaarlijx 2300: Leggers, voor d’ Ingezeetenen’

‘Zijn overgebleeven.’

‘Bestaande de voorsz: alhier ingeougst werdende Wijnen, voorts in witte wijnen, die wel het meeste van de groene druijf werd geperst, als meede in Pontak, roode en witte Muscadelle, ook witte Steen- en Caabse Madera wijn, dog wat moeijte den Ondergeteekende ook heeft aangewend, heeft hij egter niet kunnen te weeten komen, hoeveel d’ Ingezeetenen van ijder Soort komen te perssen, alzo thans een ijgelijk de Pontack-Stocken, om het wijnige Vogt, dat dezelve geeft, komt weg te doen, en dat ook andere de Steen-druijf-Stok meede uijtroeijen en groen druijf, dewijl die het meeste geeft, in de plaats planten.’

‘Ook is’t den onderget:de niet doenlijk op te geeven, hoeveel wijnen er Jaarlijx van hier na aftrek van het benodigde voor dit Gouvernement en India, door de Ingezeetenen voor haar reecq: naar’t Vaderland zoude kunnen worden gezonden, alzo ‘er voor eerst nooijt vasten Staat op het gewasch te maken is, en als zij geleegendheijd hebben haar wijnen aan de vreemde Natiën te verkopen, of hier uijt te Slijten, ‘er als dan voor hun geen voordeel is, om voor haar reecq: wijnen naar het Vaderland te zenden.’

‘Waarmeede den onderget:de hoopende aan de g’ Eerde Intentie van Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s voldaan te hebben, laat hij deezen dienen voor pligtschuldig berigt, en met de meeste agting blijft.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele Gest: Heer en E: Agtb:re Heeren, Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s volvaardigen Dienaar /:was geteekend:/ P: Hacker. /:in margine:/ In’t Casteel de Goede Hoop den 16. Februarij 1779.’

Waarop beslooten is, dat daarvan onder overzending van Copia van het gedagte Rapport aan welopgem: Heeren Meesteren pligtschuldig berigt zal werden gedaan.

Gelijk meede dat men niet in gebreeken is gebleeven, de door haar Edele Hoog Agtb:s gedaane interpretatie, op het Reglement nopens de bagagie der t’huijskomende Dienaaren, Sub dato 10: Septb:r 1750: gearresteerd, behoorlijk en Sodanig als Sulx bij bovengemelde geagte Missive is ter nedergesteld te doen effect Sorteeren: dan dewijl de meesten der met de Jongst vertrockene Retour-Scheepen uijt dit Gouvernement t’ huijsvarende Persoonen als ook de officieren der met Tarw te rug gezondene Scheepen de Herstelder en Catwijk aan Rhijn, hier door niet hebben kunnen jouisseeren van het beneficie dat aan dezelve omtrent het meede voeren der aan hun gepermitteerde kisten is gegund, en zij dezelve dus ledig hebben moeten meede neemen; is hierop geresolveerd, welopgemelde Heeren onderdanigst voor te dragen of het dezelve niet goedgunstig zoude mogen behagen, om ter Consideratie, dat buijten de Wijnen dit Land geen andere voortbrengselen opleeverd, en het geringe getal Dienaaren, die Jaarlijx uijt dit Gouvernement repatrieeren, mitsgad:s de wijnige officieren, die zig op de resp:ve met Tarw te rug keerende vaartuijgen komen te bevinden, aan dezelve t’ accordeeren, haare gepermitteerde Kisten, gelijk bevorens met de hier vallende Wijnen, te mogen vullen, en dat dezelve Kisten, dan ook als voor dato van Haar Edele Hoog Agtb:s geciteerde interpretatie, vrij te mogen werden afgegeeven.

Terwijl voorts, nopens het geresolveerde onder den 1:ste Decbr: pass:o, om meerwelm: Heeren Majores te verzoeken, dat er in’t Cambdebos District, niet alleen een Land-drost aangesteld, maar ook een Magistrature, op den voet als aan Stellenbosch en Swellendam mogte opgeregt werden; als nu, nader overwogen zijnde, dat Haar Edele Hoog Agtb:s Somtijds enige bedenking mogten hebben, daarin te condescendeeren, dierhalven op de propositie van den Heere Gouverneur, goedgedagt is, hoogst dezelve voor te dragen, of hun Edele Hoog Agtb:s in Sulken gevalle deezer Regeering geliefde te qualificeeren, tot het aanstellen van een Persoon, die met de Qualiteijt van Ondercoopman bekleed, jaarlijks met een Clerq of Schrijver verzeld, als Gecommitteerde naar het voorsz: District, mitsgaders Sodanige oirden, als daar aan paalen en onder Swellendam Sorteeren, dog meede zeer verre van deeze Drostdije geleegen zijn, wierde afgezonden, ten eijnde alzulke geschillen dewelke zonder figuure van Proces zouden kunnen werden getermineerd, aldaar af te doen, dog ‘t zij van Crimineele of andere Zaaken die volstrekt door een regterlijk Vonnis zoude moeten werden gedecideerd, de behoorlijke bewijzen, aldaar in te winnen, en dezelve vervolgens ter hand te Stellen, aan de resp:ve Landdrosten, onder wiens Jurisdictie de Zaaken Zullen weezen voorgevallen, ten eijnde de Schuldige daarop in regten te vervolgen: voor welke Gecommitteerde dan ook op zeekeren daartoe te stellene tijd en plaats, de meerm: verre wonende Ingezeetenen Jaarlijx haare Militaire Exercitiën zoude kunnen verrigten, en de revue passeeren.

Ende ten aanzien naar het dorsschen van het Coorn is bevonden, dat het selve op verscheijdene Plaatsen zoo veel niet heeft uijtgeleeverd, als men in den beginne wel verwagt hadde, en ‘er oversulx van het selve Graan, nog maar zoo veel ter verzending naar’t Vaderland is overgebleeven, als ‘er tot het afladen van een der thans nog aanweezende Twee Fluijten werd vereijscht, heeft men, bij overweeging dat van dezelve, het Fluijt-Schip de Hoop , behalven dies lang vertoef, ter deezer Plaatse, nog Twee reijzen, zoo naar Ceijlon als Batavia heeft gedaan, en zig daardoor thans in dien Staat komt te bevinden, dat hetselve noodwendig, over het geheel moet werden vertimmerd, dierhalven moeten besluijten, om de voorsz: aan handen zijnde Tarw voor’t Vaderland in gemelde kiel te doen afladen, en daarmeede te laten retourneeren, mitsgaders ten opzigte van’t Emploij van Noordbeek Sodanige nader besluijt te neemen als men ten meesten dienste der E: Comp:ie zal vinden te behooren.

Vermits den Schipper van’t Chormandels retour-Schip de Patriot , Hendrik Mulder, op de herwaards reijze is komen t’ overlijden, is dierhalven onder de g’Eerde nadere approbatie van Haar Wel Edele Hoog Agtb:s de Heeren Majores in’t Patria goedgevonden, het Commando op Evengem: Bodem, aan den daarop bescheijdenen opperstuurman Hermanus Volkers op te dragen, aan wien ged:e Kiel oversulks met dies ap- en dependentie, behoorlijk zal werden overgegeeven: Terwijl in Steede van gedagte Volkers, den van het Jongst vertrokkene Hoeker Schip Catwijk aan Rhijn , mits indispositie ter deezer Plaatse verbleevenen opperstuurman Matthijs Broes van Amsterdam op het gemelde Schip de Patriot zal werden geplaatst, om zijn dienst als Sodanig te presteeren.

Sijnde wijders nagezien, de Reekening der Weesgelden, Sodanig als dezelve onder ult:mo Decemb: des gepasseerden Jaars ter Weescamer zijn bevonden, luijdende als volgd.


Generaale Reekening der Weescamer Onder Ultimo December 1778.
1778: p:mo Jann:ij was't Capitaal op de Boeken... Rd:s 338928:12
En 't restant der Contanten op d' openstaande Boedels d:o 55750:45 rd:s 394679:09
In dit Jaar bijgekomen op de Boeken, Namentlijk.
aan geprofiteerde renten, op d' uijtstaande Capitalen rd:s 12876:42
d:o nieuwe Bewijsen d:o 21143:32
d:o ingekomene penningen ten voordeele der Weesen d:o 52557:29
op d' openstaande Boedelreekeningen d:o 33778:25 d:o 120356:32
In dit Jaar afgegaan op de Boeken, te weeten.
Wegens betaalde bewijsen Rds: 6379:06
d:o Uijtgegeevene Contanten, tot voldoeninge en onderhoud der Weezen, Item Camer Ongelden d:o 69285:22
op d' openstaande Boedel-Reekeningen d:o 33824:33 d:o 109489:13
Resteerd onder dato deezer een Somma van   rd:s 405546:28
Welk Evengem: Capitaal in't volgende bestaat; als.
In diversse Verband-Brieven Rd:s 340078:45
d:o Verscheenen Intresten d:o 9762:42
d:o 't Restant der Contanten op d' Openstaande Boedels d:o 55704:37 405546:28

Generaale Reekening der Weescamer Onder Ultimo December 1778.
1778: p:mo Jann:ij was't Capitaal op de Boeken... Rd:s 338928:12
En 't restant der Contanten op d' openstaande Boedels d:o 55750:45 rd:s 394679:09
In dit Jaar bijgekomen op de Boeken, Namentlijk.
aan geprofiteerde renten, op d' uijtstaande Capitalen rd:s 12876:42
d:o nieuwe Bewijsen d:o 21143:32
d:o ingekomene penningen ten voordeele der Weesen d:o 52557:29
op d' openstaande Boedelreekeningen d:o 33778:25 d:o 120356:32
In dit Jaar afgegaan op de Boeken, te weeten.
Wegens betaalde bewijsen Rds: 6379:06
d:o Uijtgegeevene Contanten, tot voldoeninge en onderhoud der Weezen, Item Camer Ongelden d:o 69285:22
op d' openstaande Boedel-Reekeningen d:o 33824:33 d:o 109489:13
Resteerd onder dato deezer een Somma van   rd:s 405546:28
Welk Evengem: Capitaal in't volgende bestaat; als.
In diversse Verband-Brieven Rd:s 340078:45
d:o Verscheenen Intresten d:o 9762:42
d:o 't Restant der Contanten op d' Openstaande Boedels d:o 55704:37 405546:28

’/:onderstond:/’

‘Ter Weescamer aan Cabo de Goede Hoop Ult:o Decbr: 1778. /:lager:/ continueerende en aankomende Weesmeesteren /:was geteekend:/ W: C: Boers, Joh:s Smuts, C: Brand A: G: Muller, P: D: Boonacker /:in margine:/ afgaande Weesmeesteren /:en geteekend:/ G: H: Meijer, W: F: V: Reede van Oudshoorn, J:s: M:s Bletterman.’

Voorts is op het dieswegens gedaan verzoek van Ernst Fredrik van Kamptz aan denselven gepermitteerd omme ten dienste en oppassing zijner Huijsvrouw, met zig naar NeederLand over te voeren, een Slavinne genaamd Diana van de Caab, mits voor deselve het Transport en kostgeld voor de heen- en weder-reijze alvorens alhier in ‘S E: Compagnies Cassa betaalende.

Gelijk al verder op het bij Request gedaan Supplicq van den Huijs- Timmerman bij den opbouw van het nieuwe Hospitaal Geerhard Meijer beslooten is, zeeker Slaven Meijsje der E: Compagnie in naame Gesie van Elizabeth Jacoba Petronella Lambertse, Zijnde 9: Maanden Oud, uijt Slavernije te ontslaan, en in Vrijdom te stellen, onder Conditie egter, dat voor het gedagte Meisje, de Somma van Een Honderd Caabse Guldens in ‘S E: Compagnies Cassa, zal moeten werden voldaan.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 117-125.

Woensdag den {1779024} 24: Febr:ij 1779.

‘S voormiddags Extra Ordinaire Vergadering alle præsent.

Den Heere Gouverneur vooraf hebbende gelieven te communiceeren, dat op gisteren ter deezer Rheede was gearriveerd, het Schip de Prins Caunitz , en dat den daarop commandeerenden Capt:n Jacob Pitullo, aan zijn Edele hadde vertoond een Zee-brief, in den Jaare 1775: door haar Keijzer en Koning-lijke Majesteijt te Weenen, voor ged:e Bodem verleend, om van Canton in China , naar andere Plaatsen in Oost-Indiën te mogen navigeeren, gelijk denselven dan ook op den 14: December pass:o, van ged:e Chinase Haven vertrocken weezende, van hier na Triest staat te vertrecken; gaf zijn Edele verder in consideratie, hoedanig omtrent d’ admissie van gem: Bodem, dewijl men dienaangaande, geen Speciale Ordres van de Heeren Meesteren bekomen had, zoude dienen te werden gehandeld; Waarop overwogen zijnde, het geen Haar Edele Hoog Agtb:s bij derselver g’ Eerde Missive van den 19: Maart 1752:, bij geleegendheijd der doenmaals opgerigte Asiatische Compagnie te Embden , en de van daar met Pruijsische Vlaggen en Paspoorten uijt te vaarene Scheepen in’t algemeen, omtrent de receptie van alle Natiën, die met Haar Hoog Mogende in vriendschap en goede Harmonie leefden hebben gelieven te remarqueeren, en dat ook het geagt aanschrijvens van Hoogstgem: Heeren Majores, Sub dato 3: September 1735: aan de Heeren der Hooge Indiasche Regeering gerigt, en dit Gouvernement in Extract bedeeld, onder den Titul van Bengalen , en wel met opzigt tot eene dies tijds reets voorgenomene Vaart van Triest voormeld, komt te dicteeren; dat, dewijl gemelde Haven, niet tot de Landen, die den Keijzer als Successeur van Spaniën quam te bezitten, maar onder d’ Erflanden van ‘T Huijs van Oostenrijk was behoorende; de Vaart van meerm: Haven van Triest , oversulx moeste werden verstaan, gepermitteerd te zijn; Soo is eenpariglijk goedgevonden en beslooten, het ged:e Schip de Prins Caunitz te permitteeren, zig alhier te mogen voorzien van Water en Brandhout, mitsgaders Sodanige Ververssingen, als tot herstelling van desselfs Equipagie, ten einde deeze Rheede ten eersten wederom te kunnen verlaaten, zal komen te benodigen.

Sijnde wijders aan den Soldij Boekhouder Salomon van Echten, den Eerst Geswooren Clercq ter Politicque Secretarije Johannes Marthinus Horak en den Adjunct Fiscaal George Elias Timmer, op hunlieder hierom in Scriptis gedaane Instantiën, toegestaan, onder ‘S Comp:s Papieren, ijder een Request aan de Hoog Edele Heeren Seventhienen over te zenden, om met de qualiteijt en gagie van ondercoopman te mogen werden begunstigd; Terwijl ter Consideratie van het goed genoegen, het welk de Suppll:ten steeds hebben gegeeven, en nog zijn geevende, verstaan is, derzelver gementioneerde verzoeken met een favorabel voorschrijvens aan welgem: Heeren Seventhienen t’ appuijeeren.

Hierna geleezen weezende, het onderstaande Request, door William Swan; zijnde met het ter Rheede leggend’ Retour-Scip ‘t Huijs te Crooswijk , als Passagier van Bengalen alhier aangeland, luijdende als volgd.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft met verschuldigde Eerbied te kennen, Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s nedrigen Dienaar William Swan; zijnde met het ter Rheede leggend’ Retour Schip ‘T Huijs te Crooswijk , als Passagier van Bengalen alhier aangeland; hoe den Suppl:t door verlamminge aan desselfs Regter arm, thans in die omstandigheijd is gebragt, dat zonder hulpe van ijmand, buijten staat is, zig te kunnen redden; Weshalven denselven de vrijheijd neemt, Sig te wenden tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s, met nedrig verzoek, aan hem Suppl:t te permitteeren, om ter zijner oppassinge met zig te mogen meede neemen, zeekeren vrij perzoon Johan Cato genaamd; voor denwelken den Suppl:t bereijd is, de Transport en kost-gelden alhier in ‘S E: Compagn:s Cassa behoorlijk te voldoen.’

’/:onderstond:/’

‘’T welk doende &:a.’

Is daarop verstaan, aan den Suppl:t te permitteeren, den in voorsz: Request te vermelden vrij perzoon Johan Cato, om reeden en ten fine als daarbij is aangehaald, met zig naar Nederland te mogen meede neemen, mits voor denselven het Transport- en kost-gelde daartoestaande, alhier in S E: Comp:s Cassa werde betaald.

Gelijk meede, aan zeekeren John Rodeway, zijnde van’t in den voorl: Jaare beoosten de Baaij-Fals verongelukte Engelsch Comp:s Schip the Colebrook ter deezer Plaatse verbleeven, op zijn hierom gedaan instantig verzoek, is geaccordeerd, om p:r ‘t aanweezend’ Ceijlons retour-Schip Amsterdam voor de kost-Scheepsdienst doende, naar’t Vaderland te vertrekken.

En dewijl bij eene dientwegen door den Heer Hoofd Administrateur Pieter Hacker ingediende Memorie is komen te blijken, dat de Salpeter met het voorwaards gemelde Schip ‘T Huijs te Crooswijk van Bengalen voor dit Gouvernement aangebragt, de quantiteijt van 120: Ponden meerder, als d’ ordin: afschrijvingen dicteerd, is te kort gekomen; Soo is goedgevonden het bedragen van dien tegens uijtkoopsprijs, ter Somma van ƒ54:10:8 op de Soldij Reecq:gen der Overheeden dier kiel, namentlijk die des Schippers voor 2/3: met ƒ36:7:- en die van den opperstuurman voor 1/3, met ƒ18:3:8, na de ordre, ten lasten te doen brengen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 126-131.

Dingsdag den {17790302} 2: Maart 1779

‘S voormiddags alle præsent.

Dewijl volgens het van Batavia bekomen aanSchrijvens, door de Heeren der Hooge Indiase Regeering, tot een Provisie-Schip voor dit Gouvernement is aangelegd, het Schip Hoorn ; Soo is, bij overweeging dat volgens de Charter van gem: Bodem en de permanente ordres van Haar Hoog Edelens maar 250: Lasten, in dezelve Staan afgeladen te werden, het daaren boven ook onzeeker blijft, of ‘er in de verwagt werdende, en met Goederen voor deeze Plaats beladene uijtkomende Scheepen, wel genoegzaame ruijmte zal werden gevonden, om daarmeede d’ overige op de Bataviasche Eijsch resteerende quantiteijt van ‘t ged:e Graan, derwaards te kunnen afsteeken; oversulx voor den meesten dienst der E: Comp:ie besloten, om van de geleegentheijd, die men thans aan handen heeft, om met het Fluijt-Schip Noordbeek een goede parthij Coorn voor geciteerde Hoofdplaatse te kunnen doen overvoeren, gebruijk te maken, en mitsdien in het selve te doen afladen 300: Lasten Tarw, mitsg:s Sodanige andere van hier ge’eijschte Landsproducten, als denselven bovensdien bequamelijk zal kunnen inneemen; waarmeede het ged:e Fluijt-Schip Noordbeek ten Spoedigste van hier naar Batavia zullende werden afgezonden, is wijders goedgevonden welopgem: Heeren der Hooge Indiasche Regeering te verzoeken, gem: Bodem met de daarop bescheijdene officieren en gemeene Zeevaarende niet alleen ten eersten wederom herwaards te rug te zenden, maar ook in dezelve te doen afladen de Houtwerken die nog komen te resteeren, op den Eijsch, dewelke tot den opbouw van’t nieuwe Hospitaal van hier is gedaan, en men d’ Eere heeft gehad, neevens het Schrijvens deezer Regeering van den 16 Febr:ij des voorl: Jaars, aan Haar Hoog Edelens te Suppediteeren; en dat dezelve wijders van die goedheijd gelieven te zijn, ook die Ordres te Stellen, dat Sodanige quantiteijt van 36: Vadems Vaderlands-brandhout en 350: p:s Christiaanstads Deelen, dewelke tot garniering onder de Tarw g’ emploijeerd zijn, desgelijks meede de Stutten en planken, waaruijt de Slinger- of hevel-Schotten zijn te Samen gesteld, in’t meerm: Fluijt-Schip werde gelaaten, en ‘t selve daarmeede herwaards te doen te rug keeren.

Vervolgens door den Heere Gouverneur geproduceerd zijnde, een Memorie, die zijn Edele had doen formeeren van het Vaderlands Houtwerk, dat zo met bovengem: Fluijt-Schip Noordbeek , als met het Freguat de Herstelder alhier aangebragt zijnde, aan particuliere Ingezeetenen zoude kunnen werden verkogt; Is hierop verstaan, dezelve tegens de gewoone Advance van 75: prC:to bij publicque Vendutie te laten verkoopen, ofte andersints daarvoor p:r ordonn: uijt het Hout-Maguazijn te doen verstrekken.

Sijnde laatstelijk op’t dieswegens bij Request gedaan verzoek van zeeker M:r Georg Boyes, die als Passagier op’t verongelukte Schip the Colebroke is bescheijden geweest, aan denselven geaccordeerd, om met het ter Rheede leggend’ Schip Hinlopen naar Batavia te vertrecken, ten eijnde desselfs reijze van daar naar Bencolen , als de Plaats zijner distinatie zijnde, te kunnen vervorderen; Weshalven het daartoestaande Transport- en kost-geld, door denselven alhier in ‘S Comp:s Cassa zal moeten werden voldaan; Zullende gedagte M:r Boyes egter de vrijheijd hebben, om ‘t zij in de Straat Zunda , of elders, een Engelsch Schip mogte ontmoeten, waarmeede geleegendheijd zoude hebben naar Bencolen voormeld te geraken, als dan op hetselven van bovengem: Bodem Hinlopen te mogen overgaan.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 132-164.

Dingsdag den {17790330} 30 Maart 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Vermits den tijd van d’ opgaaf der Effecten deezer Coloniers begind aan te naderen, is dierhalven besloten, dezelve op Donderdag en Vrijdag den 29:ste en 30: der aanstaande Maand April, mitsgaders Saturdag den 1:ste Maij daaraan volgende te laten geschieden, en daarvan naar gewoonte, de nodige Billiëtten te doen affigeeren.

Sijnde voorts door den Heer Hoofd-Administrateur Pieter Hacker ingediend de volgende Memorie.

‘Memorie van de nabesz: Houtwerken, geele klinkers, Graauwe Moppen, Ijzer en Clappus Olij, uijt de onderstaande Scheepen, zo te min, gebroken, als bij pijling minder, de Tabak in’t Negotie Pakhuijs te kort, als meede de Leijf Eijgenen in de Jongst gepasseerde Ses Maanden door de natuurlijke Dood overleeden, en het Vee in gemelden tijd, zoo verrekt als door het Wild-Gedierte vernield, alles volgens Verklaring blijkende; Namentlijk.’


Uijt de Herstelder .
Afschr: 315: lb gesort:d ijzer op 26000 lb bij naweeging te min
verkopen { 4: Juffers van 30 v:ten op 75: p:s } gebroken
10: Sparren d:o 15: à 18 d:o d:o 50 d:o
75: gr: deelen 1 1/4 d:men d:o 1000 d:o
87: d:o d:o 1: d:o d:o 1000 d:o
Op den Eijsch van dato 29 febr:ij 1776 tot Negotie
11: p:s Juffers van 30 à 36: v:te op 100 p:s gebroken.
1: d:o gr: Rib van 3 en 6 d:m op 50 p:s } gebrooken
40: d:o d:o deelen d:o 1 1/2 d:o d:o 500: d:o
36: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 411: d:o
21: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 250: d:o
Uijt Europa .
verkopen { 11795: p:s geele klinkers op 50000 d:o } gebrooken
Uijt Noordbeek .
Afschr: 735: lb gesort:d ijzer op 59000 bij naweeging minder
verkopen { 21635: p:s graauwe Moppen op 50000 p:s } gebroken
1: d:o gr: Rib van 3 en 6 d:m d:o 13: d:o
3: d:o d:o d:o d:o 3: d:o 3: d:o d:o 13: d:o
1: d:o d:o Lat d:o 2: d:o 3: d:o d:o 25: d:o
5: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 3: d:o d:o 25 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
10: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 2: d:o d:o 50: d:o
20: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 1 1/2 d:o d:o 75: d:o
2: d:o d:o Deelen d:o 2: d:m d:o 75: d:o
15: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 250: d:o
21: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 250: d:o
56: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 375: d:o
10: d:o gezaagde Deelen d:o 125: d:o
5: d:o Juffers van 30: à 36 v:t d:o 75: d:o
10: p:s Sparren van 30: à 36 voeten op 75 p:s
20: d:o d:o d:o 15: d:o 18: d:o d:o 50: d:o
Uijt voorsz: Bodem Tot Negotie.
verkoopen { 7: p:s gr: deelen van 2: d:men op 200: d:o } gebroken
27: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o d:o 500: d:o
47: d:o d:o d:o d:o 1 1/4: d:o d:o 750: d:o
71: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 500 d:o
11: d:o Juffers d:o 36: voeten d:o 100 d:o
Uijt de Hoop .
  37: d:o Jatij Molen planken dik 1 1/2 d:m op 1200 d:o
Uijt Amsterdam .
  45: Cann: Clappus Olij op 582: Cannen 6: heele Aamen, waarvan 3: van 3: en 3: van 4 d:m bij pijling wan, zijnde 7 3/4: prC:to Schaars.
In't Negotie Pakhuijs.
Afschr. 52: lb Tabak, bij 't naweegen van 36: Rollen in 1 Cas te min, p:r 't Fluijtschip de Hoop in A:o 1776 aangebragt.
Bij d' Arthillerie.
  24: p:s Leedere Brand-Emmers bij geleegendheijd van den Brand die in den Nagt van den 12: December Jongstl: ten Huijse van den Burger Adriaan de Nicker is ontstaan, absent geraakt
In't Equipagie-Pakhuijs.
verkopen. { 1 kiel tot een afbreuk Boot onbequaam
Op 'S Comp:s Stal.
Op reekening van voorige winsten en verliesen Inneemen { 1: Paard dat in de Maand August:s A:o passato, absent is geraakt, en als toen afgesz:, wederom ten voorschijn gekomen.

Uijt de Herstelder .
Afschr: 315: lb gesort:d ijzer op 26000 lb bij naweeging te min
verkopen { 4: Juffers van 30 v:ten op 75: p:s } gebroken
10: Sparren d:o 15: à 18 d:o d:o 50 d:o
75: gr: deelen 1 1/4 d:men d:o 1000 d:o
87: d:o d:o 1: d:o d:o 1000 d:o
Op den Eijsch van dato 29 febr:ij 1776 tot Negotie
11: p:s Juffers van 30 à 36: v:te op 100 p:s gebroken.
1: d:o gr: Rib van 3 en 6 d:m op 50 p:s } gebrooken
40: d:o d:o deelen d:o 1 1/2 d:o d:o 500: d:o
36: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 411: d:o
21: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 250: d:o
Uijt Europa .
verkopen { 11795: p:s geele klinkers op 50000 d:o } gebrooken
Uijt Noordbeek .
Afschr: 735: lb gesort:d ijzer op 59000 bij naweeging minder
verkopen { 21635: p:s graauwe Moppen op 50000 p:s } gebroken
1: d:o gr: Rib van 3 en 6 d:m d:o 13: d:o
3: d:o d:o d:o d:o 3: d:o 3: d:o d:o 13: d:o
1: d:o d:o Lat d:o 2: d:o 3: d:o d:o 25: d:o
5: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 3: d:o d:o 25 d:o
4: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 1 1/2 d:o d:o 50 d:o
10: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 2: d:o d:o 50: d:o
20: d:o d:o d:o d:o 1: d:o 1 1/2 d:o d:o 75: d:o
2: d:o d:o Deelen d:o 2: d:m d:o 75: d:o
15: d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 250: d:o
21: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 250: d:o
56: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 375: d:o
10: d:o gezaagde Deelen d:o 125: d:o
5: d:o Juffers van 30: à 36 v:t d:o 75: d:o
10: p:s Sparren van 30: à 36 voeten op 75 p:s
20: d:o d:o d:o 15: d:o 18: d:o d:o 50: d:o
Uijt voorsz: Bodem Tot Negotie.
verkoopen { 7: p:s gr: deelen van 2: d:men op 200: d:o } gebroken
27: d:o d:o d:o d:o 1 1/2: d:o d:o 500: d:o
47: d:o d:o d:o d:o 1 1/4: d:o d:o 750: d:o
71: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 500 d:o
11: d:o Juffers d:o 36: voeten d:o 100 d:o
Uijt de Hoop .
  37: d:o Jatij Molen planken dik 1 1/2 d:m op 1200 d:o
Uijt Amsterdam .
  45: Cann: Clappus Olij op 582: Cannen 6: heele Aamen, waarvan 3: van 3: en 3: van 4 d:m bij pijling wan, zijnde 7 3/4: prC:to Schaars.
In't Negotie Pakhuijs.
Afschr. 52: lb Tabak, bij 't naweegen van 36: Rollen in 1 Cas te min, p:r 't Fluijtschip de Hoop in A:o 1776 aangebragt.
Bij d' Arthillerie.
  24: p:s Leedere Brand-Emmers bij geleegendheijd van den Brand die in den Nagt van den 12: December Jongstl: ten Huijse van den Burger Adriaan de Nicker is ontstaan, absent geraakt
In't Equipagie-Pakhuijs.
verkopen. { 1 kiel tot een afbreuk Boot onbequaam
Op 'S Comp:s Stal.
Op reekening van voorige winsten en verliesen Inneemen { 1: Paard dat in de Maand August:s A:o passato, absent is geraakt, en als toen afgesz:, wederom ten voorschijn gekomen.

‘Volgens bijgevoegde Reekeningen van den Opziender van ‘S Comp:s Slaven Logie gesterkt met Secretariale Verklaringen zijn in de Jongst gepasseerde Maanden September, October November en December 1778, mitsg:s Januarij en Februarij deezes Jaars van ‘S Comp:s Leijf-Eijgenen door de Natuurlijke Dood Overleeden.’


Afschr. { 1: Kloeke Jongen
3: Zuijgende d:o
3: Kloeke Meijden
2: chool d:o
1: Zuijgende d:o
1: Bandiete Jonge

Afschr. { 1: Kloeke Jongen
3: Zuijgende d:o
3: Kloeke Meijden
2: chool d:o
1: Zuijgende d:o
1: Bandiete Jonge

‘En volgens geannexeerde Reekeningen van de Land-drosten, gesterkt met Secretariale beEedigde Verklariingen, zijn meede in voorsz tijd van ‘S Comp:s Beestiaal zo verrekt als door het Wild-Gedierte vernield.’


Afschr: { 7: Stuks Paarden
216: d:o Runderen.
30: Stuks Bokken.

Afschr: { 7: Stuks Paarden
216: d:o Runderen.
30: Stuks Bokken.

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop den 30: Maart 1779. /:was geteekend:/’

‘P: Hacker.’

Waarop verstaan is, dat de daarbij vermeldene gestorvene Leijf-Eijgenen, mitsgaders verrekt Beestiaal der E Comp:ie bij de Negotie Boeken deezes Gouvernements, Zullende werden afgeschreeven, voorts met de gebrokene en te kort komende Goederen, zal werden gehandeld, als in margine der voorschreeve Memorie is aangeteekend.

Gelijk meede door gedagten Heer Hoofd Administrateur is overgegeeven de Reecq:s der Zeeguls, luijdende als volgd.


Zeguls D' A:is 1778/9
 
Debent
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:mo Septemb:r 1778 Restant gebleeven 520: 746: 539: 46: 395: 137: 69: 88: 63: 10: 6: 19: 7: 16: 28: 42: 4: 3: 5: 4
den 14: Septbr: 1778 Bijgekomen. 1000: 800: 600: -: -: -: -: 50: -: -: 50: 50: -: -: -: 25: -: -: -: -:
den 25 Jann:ij Jongstl: Bijgekomen. 1000: 500: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -:
Somma 2520: 2046: 1139: 46: 395: 137: 69: 138: 63: 10: 56: 69: 7: 16: 28: 67: 4: 3: 5: 4
 
Credunt
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
Sedert p:mo Septbr Jongstl tot dato verkogt 1811: 1318: 549: 36: 192: 77: 55: 49: 18: 2: 18: 11: 3: -: -: 36: -: -: -: -:
dato deezes restant. 709: 728: 590: 10: 203: 60: 34: 89: 45: 8: 38: 58: 4: 16: 28: 31: 4: 3: 5: 4
Somma 2520: 2046: 1139: 46: 395: 137: 69: 138: 63: 10: 56: 69: 7: 16: 28: 67: 4: 3: 5: 4

Zeguls D' A:is 1778/9
 
Debent
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:mo Septemb:r 1778 Restant gebleeven 520: 746: 539: 46: 395: 137: 69: 88: 63: 10: 6: 19: 7: 16: 28: 42: 4: 3: 5: 4
den 14: Septbr: 1778 Bijgekomen. 1000: 800: 600: -: -: -: -: 50: -: -: 50: 50: -: -: -: 25: -: -: -: -:
den 25 Jann:ij Jongstl: Bijgekomen. 1000: 500: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -: -:
Somma 2520: 2046: 1139: 46: 395: 137: 69: 138: 63: 10: 56: 69: 7: 16: 28: 67: 4: 3: 5: 4
 
Credunt
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
Sedert p:mo Septbr Jongstl tot dato verkogt 1811: 1318: 549: 36: 192: 77: 55: 49: 18: 2: 18: 11: 3: -: -: 36: -: -: -: -:
dato deezes restant. 709: 728: 590: 10: 203: 60: 34: 89: 45: 8: 38: 58: 4: 16: 28: 31: 4: 3: 5: 4
Somma 2520: 2046: 1139: 46: 395: 137: 69: 138: 63: 10: 56: 69: 7: 16: 28: 67: 4: 3: 5: 4

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop Ult:mo Februarij 1779. /:was geteekend:/’

‘P: Hacker /:in margine:/ Deeze Reekening door ons Onderget:de Independent Fiscaal en Gecommitt:de Leeden uijt den E: Agtb:re Raad van Justitie alhier, behoorlijk nagezien en met de Restanten geconfronteerd zijnde, is dezelve in allen deelen accordeerende bevonden. Datum utsupra. /:en geteekend:/’

‘W: C: Boers O: M: Bergh, S: V: Echten /:lager:/ mij præsent /:geteekend:/’

‘C: L: Neethling Secret:s’

En dewijl uijt voorsz: Reecq:g consteerd, dat ‘er van de Zeguls, die geduurende de Jongst gepasseerde Ses Maanden zijn verkogt is, ingekomen een bedragen van Rd:s 2796:0 3/8, zo is verstaan dat dit montant in ‘S E: Comp:s Cassa zal overgebragt, en bij de voorsz: Negotie-Boeken werden ingenomen.

Boven het welke nog is geleesen de onderstaande Memorie, nopens d’ uijtleevering van 18 Leggers Aracq, alhier van Batavia aangebragt.

‘Memorie van de nabesz: Aracq, p:r de volgende Scheepen van Batavia voor dit Gouvernement aangebragt, bij pijling minder bevonden, gelijk blijkt uijt de Verklaring van Gecomm:s hier annex, Namentlijk.’


Uijt Woestduijn .
345 1/2 Cann: Aracq op 9: Leggers bij pijling minder, als zijnde 5: van 4:, 2 van 5:, 1 van 6: en 1 van 12 d:men wan, zijnde 9 7/8 prC:to ruijm
Uijt Groenendaal .
324: Cann: Aracq op 9: Leggers bij pijling minder, als zijnde 6: van 5:, en 3: van 6 d:men wan, zijnde 9 1/4 prC:to ruijm.

Uijt Woestduijn .
345 1/2 Cann: Aracq op 9: Leggers bij pijling minder, als zijnde 5: van 4:, 2 van 5:, 1 van 6: en 1 van 12 d:men wan, zijnde 9 7/8 prC:to ruijm
Uijt Groenendaal .
324: Cann: Aracq op 9: Leggers bij pijling minder, als zijnde 6: van 5:, en 3: van 6 d:men wan, zijnde 9 1/4 prC:to ruijm.

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop den 30 Maart 1779. /:was geteekend:/’

‘P: Hacker.’

En is daarop besloten d’ overheeden der bij gemelde Memorie vermelde Scheepen wegens d’ Arak, die minder dan de gepermitteerde afschrijving dicteerd, is te kort gekomen, tegens uijtkoops Prijs, op haare Soldij Reekeningen ten goede te laten brengen, als

die van Woestduijn .
den Schipper voor 2/3 ƒ1:04:08
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o -:12:08 ƒ1:17:-
die van Groenendaal .
den Schipper voor 2/3 ƒ8:15:-
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 4:07:08 d:o 13:02:08
die van Woestduijn .
den Schipper voor 2/3 ƒ1:04:08
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o -:12:08 ƒ1:17:-
die van Groenendaal .
den Schipper voor 2/3 ƒ8:15:-
d:o Opperstuurman d:o 1/3 d:o 4:07:08 d:o 13:02:08

Vervolgens door den Heere Gouverneur te kennen gegeeven zijnde, dat vermits de meer en meer toeneemende omslag der E: Comp:ie ten deezen Gouvernemente aan de eene, en het wegsterven van een groot aantal der Jongst te Zanzibar ingehandelde Slaven aan de andere zijde, het gebrek aan Lijf-Eijgenen nog al doed voortduuren, en de noodzakelijkheijd oversulx vereijschte, dat daaromtrent wierde voorzien; Is hierop besloten het Freguat Jagt-Rust naar Madagascar af te zenden, ten eijnde aldaar een goede parthij Slaven voor d’ E Comp:ie in te handelen, zullende het gedagte Freguat dierhalven tot het doen deezer Reijze, ten Spoedigsten in gereedheijd gebragt, en aan het selve aan Sufficient Carguasoen der aldaar gewilde Goederen werden meede gegeeven, Terwijl tot het drijven van voorsz: Slaven handel is verstaan, den Boekhouder Constant van Nult Onkruijt tot Eersten en den Persoon van Jan Meijnderts Cruijwagen tot Tweeden Commies aan te stellen, welk laatste dierhalven tot Adsistent met ƒ20:- ter maand is aangesteld.

Maar nadien uijt de Missive van Haar Hoog Edelens de Heeren der Hoge Indiasche Regeering tot Batavia Sub dato 4: Febr:ij des voorl: Jaars, met de voor de Tweede Bezending aangelegde Scheepen Venus en d’ Eendragt aan deeze Regeering gerigt en p:r ‘t Retour-Schip d’ Indiaan in copia alhier aangebragt, komt te blijken, dat ged:e Twee Scheepen door Haar Hoog Edelens expres zijn gelast geweest, dit Gouvernement aan te doen, en dat dezelve integendeel alhier niet opgedaagd, nog ook volgens de Hollandse Couranten van de Maand November, dewelke den Heer Gouverneur p:r het Spaansch -Freguat Juno over Cadix zijn toegebragt, tot dien tijd toe in Nederland niet aangeland zijn, en men uijt dien hoofde met reeden moet bedugt zijn, of voorsz: Twee Scheepen op het best genomen, ‘t zij door uijtsterven haarer Manschap of andere bekomene rampen, mogelijk zullen genoodzaakt geworden zijn, zig in d’ een of andere Baaij te bergen, zonder in Staat te zijn, enig berigt van haar toestand, het zij naar deeze Plaats of elders te kunnen geeven: heeft men dierhalven noodzakelijk geoordeeld en besloten, d’ Overheeden van’t voorsz: Freguat Jagt-Rust bij Instructie onder anderen meede te gelasten, om van hier vertrekkende de Cours te stellen naar Rio de la Goa , en die Plaats eerst aan te doen, ter ervaringe of ged:e vermiste Twee Scheepen, dan wel een van beijden aldaar mogte zijn ter houw gekomen; in welk geval, te weeten dat voorsz: Twee Scheepen, dan wel een van beijde te Rio de la Goa zullen weezen aangetroffen; d’ Overheeden van Jagt-Rust zullen werden gelast, met hun evengem: onderhebbenden Bodem ten eersten van daar herwaards te rug te keeren; ten eijnde men op het Spoedigste nopens gemelde Twee kielen, het nodig berigt erlang hebbende, als dan Sodanige Maatregulen tot derselver adsistentie zal kunnen neemen, en doen in’t werk stellen, als d’ omstandigheijd der Zaaken zullen komen te vereijsschen; Zullende meerm: Overheeden egter, aan Sodanig aldaar gevonden Schip of Scheepen, alle hulp en bijstand moeten toebrengen als in derselver vermogen zal zijn, immers zo veel, als voorsz: kielen mogten komen te benodigen, om de van hier aan hun te doene adsistentie te kunnen afwagten.

Dog de meerm: Twee Scheepen nogte een van beijden te Rio de la Goa niet aantreffende, zij Overheeden van Jagt-Rust die plaats als dan, ten eersten wederom zullen hebben te verlaten, en van daar de Cust Langs zeijlen tot aan Caap Corintes toe, nademaal door Zeekeren Louis de Losme, tegenwoordig op het aanweezend’ Fransch Schip le Duc de la Vrilliere bescheijden, bij desselfs dieswegens verleend, en thans door den Heere Gouverneur in Raade gecommuniceerd Relaas, is verhaald, dat in de Maand September des gepasseerden Jaars, door een Armenisch Scheepje, waarop hij zig als doen bevond, tusschen Rio de La Goa en Caap Corintes voormeld, was ontdekt een Schip, het welk aldaar op de Cust was gestrand, en gepresumeerd wierd een Hollandsen Bodem te zijn; dan ingevalle nog op Rio de La Goa , nog op de Cust van daar tot Caap Corintes toe, niets van de meermelde vermiste Scheepen zullen hebben kunnen ontdekken, zij Overheeden als dan, naar Madagascar zullen moeten oversteeken, ten eijnde ingevolgen het principaal Oogmerk van derselver afzending, aldaar zo veel Slaven ten behoeve der E: Comp:ie in te handelen, als zij zullen kunnen magtig worden; gelijk dit alles aan dezelve bij de dieswegens voor hun geformeerde, mitsgaders thans in Rade geresumeerde en geteekende Instructie is voorgeschreeven.

Vervolgens wierd door de præsente Burgerraaden, mitsgaders Vier der fungeerende Heemraaden van Stellenbosch en Drakensteijn gepræsenteerd, het volgend Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg, Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Vertoonen met het uijtterste Respect Uwer Edele Gestr: en E: Agtb:s zeer nedrige Dienaaren de præsente Burgerraaden Cornelis van der Poel, Christiaan George Maasdorp en Gerrit Hendrik Meijer, beneevens de fungeerende Heemraaden aan Stellenbosch en Drakensteijn Philippus Albertus Meijburgh, Jan de Villiers Jan Pietersz:, Joost Rijnhard van As en Hendrik Louw: hoe door een aantal van tusschen de 3 à 400: Burgers en Ingezeetenen zo hier aan Cabo, als die der voorsz buijten Districten aan de Suppl:ten verzoek gedaan geworden zijnde, uijt naam van hun allen, aan Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s Request te præsenteeren, en daarbij op’t Eerbiedigst te verzoeken, dat aan gem: Burgers mogten werden gepermitteerd, enige uijt hun te mogen verkiesen en na Europa af te zenden, ten eijnde aan de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren voor te stellen, den tegenswoordigen Burgerstand deezer Colonie, en het geweld aan den onlangs van hier verzondenen Burger Carel Hendrik Buijtendag gepleegd, waardoor zij Burgers vermeijnen, de Burgerije te zijn geschonden:’

‘dat de voorsz: Burgers en Ingezeetenen teffens aan de Supplianten hebbende verzogt, dat zij Suppl:ten in derselver qualiteijten als Burger- en Heem-raaden tot dewelke zij oversulks haar toevlugt hadden genomen, volgens derselver Eed en Pligt, publicq voor hunne belangen mogten opkomen, en daarin Egualijk deel neemen; zij Suppl:ten dierhalven de vrijmoedigheijd gebruijken, het voorsz: Verzoek der meerm Burgers en Ingezeetenen, op’t Eerbiedigst in deezen, aan Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s voor te dragen; met nedrig Supplicq, dat het Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s goedgunstigst gelieve te behagen Sulx aan haarl: t’ accordeeren./:onderstond:/ ‘T welk doende &:a /: was geteekend:/ C: V: D: Poel, C: G: Maasdorp, G: H: Meijer, P:s A: Meijburgh, J: de Villiers J:pz:, J: R: V: As, H:k Louw.’

Uijt welk Request met veel bevreemding gezien zijnde, het verzoek der Suppl:ten om nopens den toestand der Burgerrije alhier, enige Persoonen uijt dezelve aan de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren in’t Vaderland af te zenden, zonder zig alvorens zo dies aangaande als het geene waarover verder in’t voorsz: Request werd gedoleerd, aan deeze Regeering als door hoogst gemelde Heeren Majores tot het bestier deezer Landen aangesteld zijnde, te hebben geaddresseerd; is dierhalven verstaan op het meermelde Request voor appostille te geeven; dat om voorsz: reedenen, in het daarbij gedaan verzoek niet konde werden getreeden, dog dat des niet te min, aan de Suppl:ten wierde gereserveerd gelaten, om nopens het geene waarover de Burgerrije, zig meende beswaard te vinden, aan deezen Rade Sodanige voordragten te doen, als zij zoude vermeijnen in billijkheijd te behooren:

Sijnde voorts naar resumptie eener Missive van’t Eerw: Collegie van Kerkenraade aan Drakensteijn , de dato 22:ste Febr:ij Jongstl: goedgevonden, de gedaane aanstelling van den Burger Hartwich Johannes Luttich, tot Coster der Kerk aldaar in Steede van den overleedenen Adolph Jonker t’ approbeeren.

Door den Landbouwer Gabriël du Toit bij Request verzogt geworden zijnde, dat aan hem in Eijgendom mogte werden vergund zeeker Stuk Lands geleegen in de Fransse Hoek , onder ‘t District van Drakensteijn annex desselfs Plaats la Motte genaamd, groot Vier Morgen drie Honderd Negen en Seventig quadraat Roeden en Een en Tachtig dito Voeten; Soo is verstaan het gemelde Stuk Lands aan voorsz: du Toit in Eijgendom te verleenen, mits niet alleen Jaarlijks daarvoor in ‘S E: Comp:s Cassa alhier betalende d’ ordinaire recognitie penn: van Een halve Rijxd:r voor ijder Morgen, maar dat ook door denselven zal moeten werden geobserveerd Sodanige Conditiën, als hij du Toit volgens besluijt van Landdrost en Heemraaden aan Stellenbosch gedateerd 4: Maart 1776, en neevens het voorsz: Request overgelegd, aangenomen heeft in agt te neemen en te voldoen.

Wijders is, naar Lecture der dientwegen ingediende Verzoek-Schriften aan de Onderstaande Persoonen het volgende geaccordeerd, als.

aan Ignatius Thomas van Aussig in Bohemen; zijnde voormaals als Burger te Batavia bescheijden geweest, en van Haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren der Hoge Indiasche Regeeringe aldaar, permissie geobtineerd hebbende als Passagier te mogen repatrieeren, daarop in A:o 1776 met het Retour-Schip de Held Woltemade , als Sodanig ter deezer Plaatse aangeland en mits indispositie verbleeven, omme met het ter Rheede leggend’ Retour-Schip GroenendaaL , desselfs reijze naar Nederland te vervorderen: En nadien uijt een Extract der Monsterrolle van het vorengem: Schip de Held Woltemade , neevens het verzoek-Schrift van gem: Thomas in rade overgelegd, is komen te blijken, dat denselven door welopgem: Heeren der Hoge Indiasche Regeering van de betalinge der gewoone Transport- en kost-penningen, gratieuselijk is g’ excuseerd geweest; is dierhalven goedgevonden, meerm: Ignatius Thomas van dies betalinge, alhier insgelijx vrij te laten.

aan den Burger Johan Paul Lappe, omme desselfs Slaven Jonge genaamd ChristoffeL van de Caab uijt Slaafse dienstbaarheijd t’ ontslaan, en in vrijdom te mogen Stellen.

aan den vrij swart Fredrik van Tranquebar meede ter Emancipatie zijner Slavinne, in name Lorint van de Caab.

Terwijl ter consideratie dat voorn:de ChristoffeL de Zoon is van zeekere Johanna Renetta met dewelke den Suppl:t Paul Lappe is getrouwd, en geciteerde Lorint komt te zijn de Dogter van eene Johanna van Marshoorn, met de welke bovengem: Fredrik Jacobus is gehuuwd, verstaan is, de gem: Suppl:te van de betalinge der andersints daartoe gestelde Somma van vijftig Rijxd:s voor ijder der voorsz: vrij te geevene aan de Diaconije Armen alhier, te excuseeren; Sullende zijl: egter de vereijschte Cautie moeten Stellen, dat dezelve binnen den daartoe bepaalden tijd van Thien Jaaren, niet tot Lasten der Diaconij zullen komen te vervallen, nog dezelve om enige alimentatie verzoeken.

Ook is op het hierom bij Request gedaan Supplicq, door den Burger Dirk Groeneboom van Amsterdam zijnde in den Jaare 1776 in qualiteijt als Onderstuurman à ƒ32:- p:r m:d met afgesz: gagie van ‘t Schip de Held Woltemade alhier verbleeven, en op den 20: Aug:s deselvigen Jaars, op zijn dientwegen in Scriptis gedaan verzoek, met het Burgerregt deezer Plaatse begunstigd, besloten, gemelden Groenenboom, wederom voor desselfs voorsz: oude Qualiteijt als onderstuurman, met de daartoe staande Gagie, in dienst der E: Comp:ie te neemen.

Met het ter Rheede Leggend Transport-Scheepje le Vaillant, alhier aangebragt zijnde, eenige Passagiers, dewelke zig bevonden hebben op’t Engelsch Comp:s Schip The OsterLy , het welk komende van BengaLen , op den 21: Februarij Jongstleeden, circa 20: Mijlen in het Z:d O:ten van Caap Anguilhas is genomen, door Twee Fransse Freguatten genaamd La Pourvoyeuse en L’ Elizabeth , zoo wierd door gedagte Passagiers heeden gepræsenteerd het volgend Request.

To The Honorable The Governor and Council of The Cape of Good Hope.

‘Honorable Sir and Sirs!’

‘The Honorable English East India Companijs Ship Osterly , on which we were Passengers, having had the misfortune to be taken by Two French Frigates, cruizing of Cape Infanta , the Commodore thought proper to send us to this Place bij a Small French vessel, we accidentally fel in with, laden with Slaves from The Coast of Mozambique .’

‘Not finding any conveyance from hence to Europe , by the Ships of our own as any other Nation, we are reduced to the necessity of requesting, that you will be pleased to grant us permission, to embark for Europe by the earliest and most convenient opportunity on board Some of The Honorable Company’s Dutch Ships.’

‘The Peculiar predicament in which we Stand of Prisoners brought contrary to our own inclinations and deprived by our infortunate capture of many things we especially the Children stand in need of which, as it renders our Situation extremely distressing and irksome, will we flatter ourselves have its due weight with you, and enable you to comply with our request, we are.’

’/:onderstond:/’

‘Honorable Sir and Sirs, your most obedient and humble Servants /:was geteek:d:/ Edward Parry, Dan:l Barwell with Servant, John Kinneir with five Children and two Servants entrusted to his care by Cap:n Rogers,’

‘I: Cunningham with two Children and Two Servent, W: Aldrage /:in margine:/ Cape of Good Hope March 27:th 1779 /:en daar onder:/ M:r Parry’s Family, M:rs Parry, four Children and four Servants.’

Waarop, ter consideratie van het toeval waardoor gem: Perzoonen alhier zijn geraakt; heeft moeten werden besloten, dat bij aldien ‘er intusschen geen Scheepen, ‘t zij van haar eijgen of andere vreemde natiën ter deezer Plaatse mogte komen t’ arriveeren waarmeede zijl: naar Europa zouden kunnen vertrekken, als dan aan dezelve de verzogte passagie met de aanweezende en nog verwagt werdende ‘S Comp:s retour-Scheepen t’ accordeeren, mits door de geene die daartoe in Staat zullen zijn de gewone Transport- en kost-penn: alhier in ‘S Comp:s Cassa, behoorlijk werden voldaan.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 165-173.

Dingsdag den {17790406} 6: April 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Wierd door den Burger Tieleman Roos gepræsenteerd het volgend’ Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg, Raad Extra Ordinaris van Neederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel EdeLe Gestr: Heer! en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft met Schuldige Eerbied en onderdanigheijd te kennen, Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s nedrigen Dienaar Tieleman Roos, Burger en Ingezeetenen aan Drakensteijn , dat den Suppl:t ter vergaderinge van Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s de dato 19: Jann:ij deezes Jaars, p:r Request heeft te kennen gegeeven, hoe hij Suppl:t het aanplanten van Tabak alhier, ter hand genomen hebbende, zeer gaarne eenige proeven van’t geene door hem was ingewonnen, in perzoon in Nederland zoude willen vertoonen, om ingevalle dezelve aan de verwagting mogte beantwoorden, zig als dan tot het prepareen der Tabak kundig te maken, met onderdanig verzoek, om ten dien fine met een der Retour-Scheepen deezes Jaars, naar’t Vaderland te mogen overvaaren; waarin Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s niet hebbende gelieven te condescendeeren, eenelijk aan den Suppl:t hebben geaccordeerd, een kastje met de Monsters der door hem ingewonne Tabak te mogen overzenden.’

‘dan ten aanzien den Suppl:t in ervaring is gekomen, dat het voorsz: door hem gedaane verzoek, door Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s is gedeclineerd, uijt vermoeden, dat des Suppl:t intentie zoude zijn geweest, om ten opzigte der geschillen, die tusschen hem Suppl:t met meer andere Leedemaaten der Drakensteijnsche Gemeijnte en D:s Petrus van der Spuij zijn ontstaan, nieuwe beweegingen bij Classen en Sijnoden te maken; Zoo neemt den Suppl:t de vrijheijd’

‘Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s te verzeekeren nimmer enige andere intentie te hebben gehad, dan alleen om de in desselfs voorsz Request geposeerde reedenen zig naar Nederland te willen begeeven, en mits dien bij deesen op de kragtigste wijze, mitsgaders onder præsentatie van Eede te belooven, niet alleen bij d’ Eerw: Classen nogte Sijnoden geene beweegingen weegens voorsz: onlusten onder de Gemeijnte aan Drakensteijn te zullen maken, maar ook de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren, ‘t zij dientwegens of nopens andere Zaaken de CoLonie alhier betreffende, te zullen vermoeijelijken:’

‘Verzoekende den Suppl:t dierhalven nogmaals op’t onderdanigst, dat het Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s moge behagen, aan den Suppl:t mitsgad:s desselfs Zoon, insgelijx Tieleman Roos genaamd te permitteeren, met een der nog verwagt werdende retour Scheepen der E: Comp:ie onder betaling der daartoe Staande Transport-en kostpenningen naar Nederland te mogen overvaaren.’

’/:onderstond:/’

‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ T:n Roos.’

In opzigte van welk verzoekschrift, in consideratie genomen zijnde, des Suppl:t daarbij gedaane plegtige verzeekering, om nopens de geschillen, die tusschen hem met meer andere Leedemaaten der Drakensteijnsche Gemeijnte en D:s Petrus van der Spuij zijn ontstaan, niet alleen bij d’ Eerw: Classen nogte Sijnoden geene beweegingen meer te Zullen maken, maar ook der Hoog Gebiedende Heeren Meesteren ‘t zij dientwegen, of nopens andere Zaaken, de Colonie alhier betreffende te zullen vermoeijelijken; Is dierhalven verstaan als nu aan den Suppl:t t’accordeeren, om neevens desselfs Zoon insgelijx Tieleman Roos genaamd, met het aanweezend Retour Schip de Morgenster naar Nederland over te vaaren; Sullende ten dien eijnde de daartoe staande Transport- en kost-penn:gen alvorens voor hun beijden in ‘S Comp:s Cassa alhier, behoorlijk moeten werden voldaan.

Sijnde voorts in steede van den overleedenen Ritmeester over d’ Eerste Comp:ie Burger Cavallerije alhier Petrus Michiel Eksteen, den oudsten Lieutenant onder voorsz: Comp:ie Johannes Hendrik Munnik tot Ritmeester aangesteld; mitsgaders zoo in plaatse van gedagte Munnik, als dan naar het Vaderland vertrokkenen Barend Jacob Artoijs, weederom tot Lieutenants bevorderd de Cornets Dirk Gijsbert van Reenen en Johannes Dempers, in welkers plaatsen den Vaandrig onder de Infanterije Pieter de Waal en den Adjudant onder meermelde Cavallerije Andries Stephanus Goutsch tot Cornets aangesteld zijnde, voorts wederom tot Vaandrig in Steede van gedagte de Waal, den Perzoon van Johannes Gie, en tot Adjudant, ter plaatsvulling van bovengemelde Goutsch, den Burger Willem Cornelis Arents zijn benoemd geworden.

Laastelijk is aan den Persoon van Theunis Roosensteijn, als Passagier met het ter Rheede Leggend’ RetourSchip GroenendaaL van Batavia repatrieerende, diesweegens verzoek doende, toegestaan omme ter Sijner oppassinge met zig naar Neederland meede te neemen een SLaven Jonge genaamd Alis van Bougies, mits betaalende Transport- en kost-geld, voor de heen en weder reijze van en naar Batavia.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 174-197.

Dingsdag den {17790413} 13 April 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Vermits neevens de Sub dato 6: deeser maand per het Schip Voorberg ontfangene zeer g’ Eerde Missive van Haar Wel Edele Hoog Agtb:s de Heeren Majores in’t Patria, niet meede zijn aangebragt geweest de daartoe gehoorende bijlagen, en uijt dien hoofde niet gevoeglijk nopens de beantwoording van voorsz: Missive eerder hebbende kunnen werden gebesoigneerd, dezelve Bijlagen als nu per het op gisteren gearriveerde Schip Mars , zijn ontfangen; is dierhalven besloten, dat op het meerm: geagt aanschrijvens in allen Eerbied zal werden gerescribeerd.

dat den Posthouder in de Baaij Fals , wel niet ingevolge onse Ordres aan het in A:o 1774: aldaar gearriveerde Fransch Schip Le Duc de Duras in tijds hebbende doen verwittigen, dat het selve, ingevolge de als doen van Batavia ontfangene ordre, niet zoude werden geresalueerd, Sulx egter niet zoo zeer is veroccasioneerd door een negligentie van zijn kant, als wel door verscheijdene daaromtrent geconcureerd hebbende omstandigheeden, van dewelke eene der voornaamste is geweest, dat het ged:s Schip Le Duc de Duras niet alleen was een Schip van Charter als die der grootste van d’ E: Comp:ie, maar dat het selve ook een Wimpel van de groote Mast gevoerd hebbende, dus was aangezien voor een Konings Schip, die volgens het gebruijk, niet eerder enig Salut doen, dan, na dat zij alvorens een Officier aan Land hebben gezonden om het Salut en contra groete te reguleeren, Sulx men, zoo om die reeden, als het geene waarmeede ged:e Posthouder zig verders heeft komen te disculpeeren, het bij verbale reproche hebbende moeten laten berusten, hiervan bij onze nadere aan welgem: Heeren Majores gerigte eerbiedige Letteren, geen mentie is gemaakt, nadien intusschen de voorsz: Ordre van het niet resalueeren der vreemde Naties Scheepen, door de Heeren der Hooge Indiasche Regeering, indiervoegen weder opgeheeven zijnde, dat men met reeden moeste verwagten, met dezelve dieswegens in’t vervolg, buijten alle broudleriën te zullen kunnen blijven, overzulx vermeend heeft, hooggem: Heeren Meesters op dat Sujet niet meer te hebben moeten vermoeijelijken.

dat ons voorts met leetweezen gebleeken weezende het ongenoegen van Haar Wel Edele Hoog Agtb:r; wegens d’aufugie van den alhier gereLegeerden Radeen Mascaretta, men dierhalven de vrijheijd zal neemen hierop te zeggen, dat nadien denselven zig den tijd van circa 28 Jaaren altoos Stil en vreedzaam heeft gedragen, en het ten zijnen opzigte bekomen aanschrijvens van de Heeren der Hooge Indiasche Regeering niet quam te dicteeren, om denselven ergens in of op een verzeekerde Plaatse te confineeren, denselven Radeen Mascaretta, dan ook niet anders of meerder heeft kunnen werden gade geslagen, dan alle andere Inlanders, die op gelijke wijze naar deese Plaats zijn gerelegeerd, en Sommige met Speciale aanhaling om zig alhier Selfs t’ erneeren.

dat voorsz: Radeen Mascaretta dan ook altoos, zo goed doenlijk desselfs bestaan, neevens andere hier domicilieerende Inlanders gezogt, en al ten eersten na zijn aankomst, naar de wijze zijn’s Lands, met meer dan een vrouw zijner Natie gehuuwd zijnde, en daarbij kinderen geprocreEerd hebbende, nimmer eenig ongenoegen heeft doen blijken, het welk enig vermoeden heeft gegeeven, dat hij zig t’ eeniger tijd van hier zoude tragten t’ soek te maken.

dan dat denselven naar een zo langjarig verblijf evenwel zig hebbende komen te absenteeren, men niet anders heeft kunnen denken, dan dat denselven zijne retraite zoude hebben genomen naar India, en dat oversulx het geene bij eenige door hem agtergelaatene Brieven was ter needer gesteld gevonden, te weeten, dat zig met een ‘S Comp:s Schip naar Nederland begeeven had, natuurlijker wijze moeste worden aangemerkt als gefingeerd, ten eijnde de gedagten van desselfs meer te præsumeerene evasie naar India te beeter aftetrecken; des men niet heeft nagelaaten, hiervan met de eerste geleegendheijd aan welgem Heeren der Hoge Indiasche Regeering kennisse te geeven, ‘t geen men niet kunnende ontkennen, dat ook inselvervoegen aan welgem: Heeren Majores hadde moeten gedaan zijn, dienvolgens ons bijzonder Leetweezen zal werden betuijgd, met eerbiedig verzoek, het verzuijm in deesen goedgunstiglijk te willen excuseeren; Terwijl voorsz: Radeen Mascaretta, conform het ten zijnen opzigte geordonneerde, wederom gesteld zijnde in den Staat, waarin hij zig voor desselfs aufugie van hier, bevonden heeft, men voorts zal afwagten, hoedanig, ingevolge Haar Wel Edele Hoog Agtb:s g’ Eerde qualificatie, omtrent denselven, door den Heeren der Hooge Indiasch Regeering zal werden gedisponeerd.

Maar nadien het zeer præsumptief is, dat meerm: Radeen Mascaretta aan boord van ‘t Schip Hoolwerff , waarmeede van hier geaufugeerd is, zal zijn geraakt, met een der zogen:de Cadraaijen; Is dierhalven besloten dat alle mogelijke voorzorgen zullen werden gebruijkt, ten einde in’t vervolg door middel dier Vaartuijgen, geen Inlandsche Ballingen meer mogen komen t’echapeeren; dog dewijl men, ongeagt alle te neemene voorzorgen, egter niet ten vollen zal kunnen verzeekerd zijn, dat daardoor aan Sodanige Persoonen de geleegendheijd zal weezen benomen, om van hier te kunnen fugeeren, nademaal deeze Plaats aan alle zijden onbesloten, en het Strand daar en boven van een considerable uijtgestrecktheijd zijnde, het niet wel mogelijk is, sulx te kunnen beletten, en alsulke ballingen die herwaards gerelegeerd zijn, om zig selven t’ erneeren, Sodanig te kunnen doen gadeslaan, dat dezelve geen middel zouden vinden, zig in de af- en aan-vaarende Schuijten en Boots der hier passeerende vreemde Naties Scheepen te kunnen versteeken, en daarmeede weg te geraaken; en het aan den anderen kant, niet alleen een hardigheijd zoude zijn, dat om Sulx voor te komen, de Vonnissen dusdaniger alhier gerelegeerde Persoonen, die geen Speciaal confinement dicteeren, wierden verswaard, met deselve te plaatsen op’t Robben Eijland , maar dat daarin ook deeze Swarigheijd zoude resideeren, dat het ged:e Eijland als de enigste plaats zijnde, alwaar men de Swaare delinquanten uijt een zoo uijtgebreijd Gouvernement als dit Caabse, kan confineeren, reeds dermaten vervuld is met Delinquanten, die Successivelijk zoo van Batavia als Ceijlon , daarop werden gebannen, dat men al genecessiteerd zijnde geweest, de bezetting op’t voorsz: Eijland, met eenige Manschappen te versterken, dezelve onvermijdelijk nog al gaande weg tot geen gering beswaar voor d’ E: Comp:ie zoude moeten vermeerderen, naar mate de herwaards zending van Ballingen uijt India, om aldaar na dictamen van derselver vonnissen te werden bewaard, zoude blijven continueeren; Is dierhalven besloten hooggem: Heeren Meesters van’t een en ander pligtschuldig kennisse te geeven, met bijgevoegd eerbiedig verzoek, die ordres te stellen, dat ‘er voortaan geen Inlandse Ballingen, ‘t zij om op’t meerm: Eijland gebannen te blijven, veel min om zig alhier selfs te erneeren, meer naar dit Gouvernement werden gezonden.

Dat voorts ten opzigte van het onder handen zijnde Werk van’t nieuwe Hospitaal Haar Wel Edele Hoog Agtb:s thans wederom naar verschuldigtheijd zullen werden berigt, dat de Tweede voorvleugel, neevens een der Combuijzen meede genoegzaam voltooijd zijn, Sulx dat, vermits het oude Hospitaal tegenswoordig dermaten bouwvallig is, dat men van hetselve niet wel langer enig gebruijk kan maken, de Zieken dierhalven met het nu voor handen zijnde winter Saijsoen in d’ eerst voltooijde Regter Voorvleugel van’t ged:e nieuwe Hospitaal zullen kunnen werden getransporteerd: Waar bij Haar Wel Edele Hoog Agtb:s nogmaals op’t eerbiedigst zullen werden verzeekerd, dat men niets zal verzuijmen, wat immers tot een Spoedige en teffens Solide extructie van dat Gebouw zal kunnen Strecken, en dus insonderheijd altoos bedagt zijn, om voor te komen alle inconvenienten, die een goede en prompte voortgang van het werk zoude kunnen verhinderen.

Dat gelijk bij onse onderdanige Letteren van p:mo Maart deeses Jaars, zijn gemeld de reedenen, waarom aan de vorige gedaane petitie van het van het hier vallend wasch, niet heeft kunnen werden voldaan, men dierhalven de vrijheijd moet neemen, zig als nog daaraan te gedragen; dog bij de nu ontfangene Eijsch van retouren aan ons zijnde overgelaaten, daarvan 4: à 6000: lb over te zenden, bij aldien het mogelijk zoude zijn, dat dit Wasch alhier konde werden gebleekt, zullen welopgem: Heeren Meesteren ten deezen opzigte werden berigt, dat door den Burger Nicolaas Godfried Heijns, het gedagte Wasch tot een volmaakte graad van witheijd is gebragt, dog denselven Heijns voorneemens zijnde, te patrieeren, en de voorsz: bleeking altoos als een bijzonder geheijm behandeld hebbende, zonder dat voor zoo veel ons bekend is, ijmand buijten hem Sulks ondernomen of daarin gerëusseerd heeft, men dierhalven niet in Staat zal zijn, het meermelde Wasch, gebleekt te kunnen over zenden: dan nadien ‘er nu wijnige dagen geleeden, geleegendheijd is geweest, om de quantiteijt van 600: ponden van het meermelde Wasch dat van zeer verre uijt het Land is opgebragt, tegens de vorige prijs van 7 Stuijvers ‘t lb in te kopen, is dierhalven goedgedagt, het selve per het aanweezend’ Retour-Schip de Morgenster over te zenden, ten eijnde Haar Edele Hoogagtb:s zig daarvan zoude kunnen bedienen, ingevalle mogten goedvinden, een preuve van het bleeken derselve te doen neemen.

Dat men zig al meede op’t Eerbiedigst zal refereeren, aan’t geene ten opzigte van den Jongst op’t Eijland Zanzibar gedreevenen Slaven handel, bij Missive van den 2 Maart des voorl: Jaars, omstandig is geadviseerd, en dewijl ons t’ Sedert is toegebragt de tot voorsz: handel verzogte 20000 MexiCaanen, is dierhalven verstaan, om het Freguat Jagt-Rust , nadat hetselve wederom van Rio de La Goa , zal weesen gereverteerd, naar het geciteerde Eijland Zanzibar ter inhandeling van Slaven afte zenden; Intusschen dat welopgem: Heeren Meesteren, naar verschuldigdheijd zullen werden bedankt, voor de goedheijd die dezelve hebben gehad, van op ons gedaan verzoek en voordragte, den op’t gedagte Freguat bescheijdenen Gezaghebber Cornelis Andriesz: , tot Schipper met de gagie van

ƒ60:- ter maand te bevorderen.

Dat betreffende de korte Factuuren, die alhier werden geformeerd, uijt de lange Factuuren der Bataviasche Retour Scheepen, behoorlijk zorge zullende werden gedragen, dat daarin voortaan geen abuijsen meer werden begaan; Voorts ingevolgen Haar Edele Hoogagtb:s g’Eerde beveelen, het zenden van meer dan Twee Stux dier korte Factuuren in’t vervolg zal werden nagelaaten.

Sullende welgem: Haar Edele Hoog Agtb:s wijders uijt naame van d’ ondergeteekende Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers, en het Hoofd der Militie alhier Hendrik van Prehn, eerbiediglijk werden bedankt voor de gunsten, met aan den eersten te laaten genieten de gagie van ƒ100:- ter maand, en teffens toe te leggen, het geene Seedert desselfs vertrek uijt Nederland minder heeft genoten, mitsg:s aan Laatstgen:de te confereeren den Titul van Lieutenant Collonel.

Gelijk men dan ook gezamentlijk de vrijheijd zal neemen, Haar Wel Edele Hoog Agtb:s te bedanken, dat het dezelve goedgunstig heeft behaagd, aan den door ons uijt ‘S Comp:s dienst ontslagenen Coopman en Soldij Boekhouder Dirk Westerhoff desselfs gagie en Emolumenten te laten behouden.

Desgelijks meede wegens de bevordering van den Landdrost van Swellendam Daniël van Rijneveld tot Ondercoopman, en de approbatie van George Elias Timmer tot Adjunct Fiscaal: Terwijl van’t afsterven van den Ondercoopman en Soldij Boekhouder Johannes Cornelis van der Spuij, en den Ondercoopman en Cassier Jan Adriaan van Schoor, bij onse voorsz: onderdanige Missive van p:mo Maart deeses Jaars, pligtschuldig kennisse gegeeven zijnde, hierbij nog zal werden gevoegd, dat den door ons als Emeritus uijt ‘S Comp:s dienst ontslagenen Predikant Henricus Kronenburg t’ sedert meede is komen t’overlijden.

Dat men, ten opzigte van den door Haar Wel Edele Hoog Agtb:s tot Directeur over ‘S Comp:s Fortificatiën deezes Gouvernement aangestelden en met het Schip de Mercuur alhier gearriveerde Persoon, van Philippus Hermanus Gilquin, niet in gebreeken zal blijven, ten Stipsten naar te komen en op te volgen, dat boven het Tractement, bij desselfs Instructie bepaald, door voorsz: Ingenieur niets meer directelijk of indirectelijk zal genoten werden; Terwijl men nopens de p:r bovengemelden Bodem de Mercuur insgelijx hier aangelande Ingenieur Extra Ordinair Pieter Wijtingschul en Landmeeter Pieter Cloete zig pligtschuldig zal gedragen, naar het geene hooggem: Heeren Meesteren ons ten hunnen opsigte hebben gelieven aan te Schrijven.

En nadien niet alleen bij de door Haar Edele Hoog Agtb:s voor bovengem: E: Gilquin geformeerde Instructie aan hem is opgedragen d’ Inspectie over ‘S Comp:s Gebouwen maar dat denselven ook is benoemd tot Chef der Arthillerije alhier, is oversulx besloten dat dezelve Arthillerije, met dies ap-en dependentie door expresse Gecommitt:s aan ged:e E: Gilquin zal werden overgegeeven; Zullende wijders, vermits aan hem bij meerm: Instructie is toegevoegd de qualiteijt van Major, met rang naast het Hoofd der Militie alhier, desselfs Zitplaats in de Kerk hebben in’t gestoelte van de Leeden des Politicquen Raads.

En zal voorts aan de Weescamer alhier, ten eijnde voor dezelve te Strecken tot een Rigtsnoer in’t toekomende werden afgegeeven Extract uijt de generaale Missive, deezen Jaare door welgem: Heeren Meesteren aan de Heeren der Hooge Indiasche Regeering geschreeven, vervattende hoogst derselver g’Eerd besluijt op het verzoek in faveure van Weesmeesteren te Batavia gedaan, ten eijnde in’t vervolg betaald mogte werden, alle Soldijen waarvan naar Nederland zouden werden overgezonden de Reecq:gen van Persoonen, welkers Boedels zoude blijken onder beheering ofte administratie van gedagte Weescamer te zijn gekomen.

Gelijk al verder is verstaan, om het door meermelde Heeren Majores herwaards gezondene Request en Bijlage van wegens den Franssen Cap:n J; Guirard aan hoogst dezelve gepræsenteerd, te stellen in handen van den Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers, ten eijnde deezen Raade geinformeerd hebbende, hoedanig het eijgentlijk met de daarbij vermelde Zaak mogte geleegen zijn, als dan Sodanig te werden gedisponeerd, als men zal oordeelen te behooren.

Sijnde voorts ten opzigte van Sodanig verzoek, als ‘S E Comp:s Ministers te Nagapatnam bij derselver Missive van den 20:ste Jann:ij deezes Jaars, hebben komen te doen, verstaan, dat daar van aan den Oud Boekhouder Sebastiaan Valentijn Scheller zal werden gedaan de nodige verwittiging, ten eijnde door hem moge werden bezorgd, het geene tot vereffening des Boedels van den te Nagapatnam voormeld, overleedenen Boekhouder Fredrik Samuël Neitge, werd gerequireerd.

Door den Schipper van’t aanweezend China’s Retour-Schip de Zeeuw Jan Siereveld, bij Request verzoek gedaan zijnde, dat aan hem mogte werden gepermitteerd, omme desselfs op zijne uijtreijze alhier gehuuwde Huijsvrouw Alida van ELwe, met zig naar Nederland over te voeren, mitsgaders ter haarer oppassinge meede te neemen, een Slavinne in naame HeLena van de Caab, is goedgevonden het een en ander aan gedagte Schipper Siereveld te accordeeren; Terwijl voor opgemelde Slavinne het gewoone Transport- en kostgeld voor de heen en weder reijze van hier naar Nederland, alvorens in ‘S E: Comp:s Cassa zal moeten werden voldaan.

Gelijk meede aan den p:r het ter Rheede leggend’ Retour-Schip Woestduijn repatrieerenden Fiscaal der Retour-Vloot Johan Agato Christiaan Bruijstens op zijn dieswegens al meede in Scriptis gedaan Supplicq, is toegestaan, ter zijner oppassinge met zig naar Nederland over te voeren een Slaven Jonge genaamd Ontong van Sambouwa, mits voor denselven het daartoe staande Transport- en kost-geld, gereekend van Batavia naar’t Patria en van daar wederom te rug, alvoorens in ‘S E: Comp:s Cassa betaalende.

Ook is naar Lecture der VerzoekSchriften door den Oud Burgerraad Jacobus van Reenen en den Burger Nicolaas Godfried Heijns, gepræsenteerd, aan dezelve toegestaan, onder betaalinge van de gewoone Transport- en kost-penningen voor Logies en Tractement in de Cajuijt per een der aanweezende ofte nog verwagt werdende Retour-Scheepen naar Nederland te mogen vertrekken.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 198-224.

Dingsdag den {17790420} 20: April 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Thans nader gesprooken weezende nopens de middelen, waardoor op de best doenlijkste wijze zoude kunnen werden belet, dat de alhier gerelegeerde Inlandse Ballingen in’t toekomende geen geleegendheijd meer mogen bekomen, om met de Visch-Schuijten ofte zogen:de Cadraaijen aan boord der ter Rheede leggende Scheepen te geraken, en daarmeede van hier t’ echappeeren; Zoo is verstaan, bij Publicatie en affixie van Billietten, aan alle de geene die de voorsz Cadraaijen komen te houden, ‘t zij dat zij zelver daarop vaaren, dan wel daartoe Slaven ofte andere Persoonen gebruijken, op het Scherpste t’ interdiceeren, om voortaan geene Chineesen ofte andere Indiaanse Ballingen, met dezelve naar de ter Rheede Leggende Scheepen, onder wat benaming het mogte weezen, te laten vaaren op pœne dat hiertegens doende, telkens in een boete van 25: Rijxd:s voor den Heer Fiscaal zullen weezen vervallen; Terwijl de Lijf-Heeren voor derselver Slaaven en andere voor hun op meerm Cadraaijen vaarende Perzoonen, zullen moeten instaan en verantwoorden, en de Ballingen die na deezen zullen onderstaan, met meerm: visch-schuijten, JoLLen of ander diergelijke klijn vaartuijge, naar de Scheepen te vaaren, Strengelijk gelaarst en verders naar omstandigheijd der Zaake zullen gestraft werden.

Wijders wierd, bij geleengendheijd dat het ter Rheede Leggend’ en naar CeijLon gedestineerde Schip de Ganges , binnen wijnige dagen derwaards staat te vertrecken, door den Heer Gouverneur voorgedragen, dat door de Regeering van’t ged:e Eijland, bij derselver Missive van den 28: Jann:ij des voorl: Jaars zeer g’ insteerd zijnde, dat uijt hoofde der criticque omstandigheeden zoo op Mallabaar als ChormandeL , alhier op de voor Ceijlon uijtkomende Scheepen mogten werden geplaatst, zoo veel Militairen als gevoeglijk zoude kunnen geschieden, zig hieromtrend geen geringe Swarigheeden opdeeden, nademaal ‘er thans niet alleen maar een gering getal reconvalescenten aan handen, maar ook alle de aanweezende uijtkomende Scheepen dermaaten Swak bemand waaren, dat ‘er van dezelve genoegzaam niet een enkeld man konde werden gemist; Sulx bij overweeging van dien, heeft moeten werden beslooten, het egter daarheen te dirigeeren, om de Equipagiën van bovengem: Bodem de Ganges te brengen tot 200: Coppen, ‘t welk alles zal zijn, wat in deezen zal kunnen werden gedaan.

Waarna door den Heer Secunde Pieter Hacker, als Præsident des Raads van Justitie, is ingeleeverd het Rapport van Gecommitteerde Leeden uijt gem: Raade, nopens zeeker geschil, het welk tusschen de Burgers en ThuijnLieden Pieter van Breda, Johannes Jacobus Tesselaar en Willem Versveld is ontstaan, luijdende het selve rapport aldus.

Aan den Wel Edelen Agtb: Heere Pieter Hacker Præsident beneevens den Ed: Agtb: Raad van Justitie deezes Gouvernements.

‘Wel Edele Agtb: Heer en Heeren!’

‘Op den 19 der Jongstl: Maand Maart, door de Ondergeteekende Gecommitteerdens uwer E: Agtb:s Vergadering werkstellig gemaakt zijnde, Sodanige Commissie, als door Uw: E: Agtb:s op den 14 Febr:ij Jongstl, ten verzoeke van de Burgers en ThuijnLieden Johannes Jacobus Tesselaar Willem Versveld en Pieter van Breda gedecerneerd geworden is; hebben de Ondergeteekendens, door den Geswooren Landmeeter doen meeten, de in deeze Tafel Valleij leggende Thuijnen van voorsz: Persoonen, en wel eerstelijk den ‘t beneedenst leggende Thuijn van gem: Tesselaar, die, vermits voorsz: Tesselaar, uijt zijn eijgene motif, niet alleen de kant van den Windberg , langs zijn Land heen, eene hoeveelheijd van 8 à 9 Voeten breed, maar ook tot voorkominge van Buuren-Twist, aan de verdere Strekkingen, enig Land liet leggen, dus blijkens de daarvan gemaakte Figuur, met ende beneevens Zeeker Stuk Lands ter groote van 284: Quadr:t Roeden en 28 dito Voeten, dat tot dus verre in Erfpagt bezeeten geweest is, en ingevolge de door den Wel Edelen Gestr: Heere Gouverneur verleende Concessie, mits blijvende de daarop leggende belasting, in Eijgendom meede is ingemeeten, groot is Twee morgen 360 quadr:t roeden en 31: d:o voeten.’

‘Waarna d’ Ondergeteekendens hun begeeven hebbende na den Thuijn van bovengem: Versveld; heeft denselven g’insteerd, om’t Stukje ‘S E: Comp:s Land, ‘t welk aan deese kant der Sloot, die de Thuijnen van voorsz: Versveld en Breda van den anderen Scheijd, bij de aldaar zig bevindende Fonteijn, komt te leggen; en waar over bij de vorige Commissie, tusschen die Twee ThuijnLieden, blijkens het ten dien’

‘tijde daarvan geformeerde en in U E: Agtb: Raad overgeleeverd Rapport, Zo veeL commotie gemaakt is, in zijn Thuijn, in gemeeten te hebben, zeggende, hem Sulx door den Wel Edelen Gestr: Heere Gouverneur in Loco, op zijn daarom gedaan verzoek, geaccordeerd te zijn; dog tegens welke inmeeting voorsz Breda zo wel thoen, als thans zeer protesteerde, Sustineerdende dat het selve Land, hem Breda tot een vrijheijd van zijnen Thuijn, en aldaar zijnde Wasch-plaats voor hem, diende; dan wel, dat het Stukje ‘S E: Comp:s Land, andersints, indiervoegen als thans leggen bleef; werdende tusschen die Twee Thuijn-Lieden over dat Strookje Lands, teffens veele debatten gewisseld.’

‘D’ Ondergeteekendens het voorsz over ende weder geprætendeerde wel te gemoed gezien; den Eerst ondergeteekende zig dierhalven ook, bij den Wel Edelen Gest: Heere Gouverneur vervoegd, en dien aangaande versogt hebbende, om onderrigt, hoedanig en in hoe verre de Commissie daar omtrent zoude vermogen te gaan; en door zijn Edele daarop gezegd zijnde, dat zoo parthijen Schickelijk waaren, als dan, tot voorkominge van alle verschillen aan een ijder de helft van dat klijne Strookje ‘S E: Comp:s Land zoude mogen werden ingemeeten, zoo hebben d’ onderget:ds aan henl: de voorsz: Last van den Wel Edelen Gestr: Heere Gouverneur gezegd; waarmeede meerm: Breda wel betuijgde te vreeden te zijn, dog gem: Versveld, dewijl zoo als hij zegt, de vrijheijd van zijnen Thuijn, die aan deese kant der Sloot legd; terwijl alle het Land van gerepten Breda aan d’ overkant derselve is leggend, daar door benoomen wierd, ten eenemaal niet Content was; egter vervolgens, wanneer daar over onderling gesprooken wierd, daartoe overging, mits dat daarbij wel degelijk wierd gestipuleerd, dat hij, of de geene die na hem zijnen Thuijn verkreegen, voor altoos, over ‘t Strookje Land, dat gem: Breda bekomen zoude, de volle Magt en vrijheijd behielden, om heen en weder na de Fonteijn te gaan, en het nodige drink-water aldaar te kunnen haalen.’

‘Edog voorsz: VersveLd, kort daar op weder zijnde, komen zeggen, dat hij met de vorentstaande Schikking geensints te vreeden weezen konde, overmits dat, zoo wanneer voorm: Breda eenig Land aan deeze kant der Sloot bequam, denselven niet alleen in alle deelen zijnen zin en wil verkreeg, maar Sulx ook een altoos duurenden Twist veroorzaaken, en hem de vrijheijd van zijnen Thuijn beneemen zoude, teffens betuijgd hebbende, dat zig aan zijne Oude Caart hielt, en op den Voet als hier bevorens gezegd is, geen nieuwe meeting of Caart te prætendeeren; hebbende teffens geinsteerd, om de meeting van zijnen Thuijn, van zijn vaste Baak, de bij zijn Caart gestelde groote klip, te doen beginnen, dewijl als dan quam te blijken, dat gerepte Breda, een aanmerkelijke deel van het Land van hem Versveld, zig toegeëijgent, en hetselve beplant had; met bijvoeging, dat hij bewijzen konde, dat bij de in Anno 1769: gedaane meeting, van’t door de Vader van hem Breda, nieuw verkreegen Land, geene Buuren daarbij geroepen geweest waaren, maar dat de meeting Slegts na de opgave van denselven geschied was.’

‘Hoe zeer de Onderget:de ook poogden, om gem: VersveLd, van zijn quaad begrip nopens de Groote Klip, en dat Sulx geene Baak zijn konde, maar Slegts eene aanwijzing van de Strecking weezen moest, t’ overtuijgen; gemerkt zo wanneer men van die klip bovenwaards, en na gem: Breda begon te meeten, het wel waar was, dat men in den Thuijn van gem: Breda te Lande, quam, en dat het Strookje ‘S E: Comp:s Land, als dan meede in de Caart van hem VersveLd gemeeten wierd; dog dat hij VersveLd dan ook een groot gedeelte, van Zijn beneedenste en beste gedeelte Thuijn Land, als buijten zijnen Caart blijvende, quijt raaken zoude, en aan ‘t selve geen Eijgendom prætendeeren konde, terwijl hij, van die groote Klip na beneeden gemeeten werdende, Land te kort Schoot: Zoo was Sulx alles egter buijten Effect, en bleef denselven teegens de begonne meeting van de Thuijn en der gestelde Baak van voormelde Tesselaar af, protesteeren: onder prætext, dat die meeting begonnen werden zoude van een distantie, alwaar geen Baak van hem was: hebbende meermelde VersveLd inmiddens nog gezegd: dat hij, zoo als toenmaals ook had gedaan, nu nogmaals protesteerde tegens de Onkosten der Eerste Commissie, alsoo dezelve door hem niet verzogt geworden was; en hij dierhalven vast stelde, daar meede niet belast te kunnen worden.’

‘D’ Ondergeteekendens, zonder hun aan de grondeloose prostestatie te Stooren, zagen zig dierhalven in de noodzakelijkheijd gesteld, de meeting van den Thuijn van meerm: VersveLd te doen beginnen, alwaar het Land van voorm: Tesselaar eijndigt, aldaar een paal in den grond te slaan, ten blijk dat op dien plaats eene Baak zoude moeten werden opgemetzeld, en voorts volgens de uijtwijzing der Caart van gem: Versveld te continueeren, blijvende dus aan de Slootkant een heel Smalle Strookje leggen alwaar voor lange Jaaren een Wagen Weg doorgeloopen heeft, dog die Sedert door de wederzijdsche Buuren geoccupeerd, bepoot en beplant, en dus ten eenemaal vernietigd geworden is, Terwijl het voorsz: Stukje ‘S E Comp:s Land, bij de Fonteijn Leggende, tusschen de Thuijnen van gerepten Versveld en Breda, buijten de Strekking quam te blijven, werdende op’t Land, dat gem: Versveld aan deese kant der Sloot tot aan’t Stukje ‘S E: Comp:s Land, toegemeeten wierd, nog hier en daar Wijngaard-Stokken gevonden, waarmeede het zelve door de vorige bezitters is beplant geweest; van waar men voortmeetende, tot na de groote Klip, wel een diversie in deeze, tegens de vorige meeting had; dog om dewelke weg te neemen, men best gedagt heeft, die twijffelagtige Baak of groote Klip, bij de nieuw te formeerene Caart, in eene waare of vaste Baak te converteeren, ingevolge ‘t welke men, om alle verschillen zoo veel mogelijk zij, voor ‘t toekomende te prævenieeren, men van die Klip af, de Strekking regt op de hoek der Muur van de Werf van voorsz: Tesselaar, en dus in eene regte lijn genomen heeft; hebbende d’ Ondergeteekendens op alle Hoeken, een paal in de Aarde laten slaan, op dat voorsz: VersveLd, die egter onder herhaalde Protestatiën, bij de meeting præsent was, aldaar immers op de voornaamste Hoeken, Baaken opmetselen, en dus voor altoos weeten kunne, waar zijn Land legt; invoegen de Thuijn van meerm: Versveld blijkens de daarvan door den Landmeeter geformeerde Caart, bedraagd drie Morgen vijf Honderd Negen en Vijftig quadr:t roeden en Agt en Veertig dito Voeten.’

‘D’ Ondergeteekendens vervolgens getreeden zijnde, tot de meeting van den Thuijn van voorsz: Breda, heeft meerm: VersveLd, wanneer die meeting op de Hoek, alwaar dezelve met klippen opgezet, en door gerepte Breda altijd verzeekert is, dat dezelve zijne Baak zij, begonnen wierd, onder het zeggen, dat hij, dewijl tegens die meeting, als in zijn nadeel geschiedende protesteerde, daar bij niet nodig was, van d’ Ondergeteek:s geabsenteerd; Sulx de Ondergeteek:s de meeting door den Landmeeter langs de Eijken Heijning of Sloot, voorbij de Fonteijn, en voorts langs de afloopende Sloot, tusschen de Thuijnen van meerm: Breda, Versveld en Tesselaar heen, hebbende laten voortsetten, alles ter competeerende Lengte, gelijk de door den Landmeeter daarvan geformeerde Figuur aantoont, zonder de andere Strekkingen van dien Thuijn, alzo gem: Breda ten opzigte derzelve, als langs het gebergte heen Schietende, met niemand enig verschil heeft, gemeeten te hebben; bedragende de Thuijn van voorsz: Breda in zijn geheel Een en Veertig Morgen, Vier en dertig quadraat Roeden en Ses en dertig dito Voeten.’

‘D’ Ondergeteekendens hebben, om Uwel Edele Agtb:s zoo veel te klaarder de waare legging en Strekkingen der Thuijnen in questie, aan te toonen, de Figuuren derselve in een Caart demonstratief doen brengen; waaraan dezelve ter vermijding van Prolixiteijten, de vrijheijd neemen, zig te refereeren, en deezen dus te laten dienen voor pligtschuldig Rapport.’

’/:onderstond:/’

‘Overgegeeven in Raade van Justitie des CasteeLs de Goede Hoop den 8: April 1779. /:was geteekend:/ G: H: Cruijwagen, C: G: Maasdorp. /:lager:/ mij præsent /:en geteekend:/ C: L: Neethling Secret:s’

En is, na dat over den inhoude van ‘t voorsz: Rapport was gebesoigneerd, best gedagt, en dienvolgens besloten, dat tot wegneeming van alle verdere disputen, tusschen voorsz: Pieter van Breda, Johannes Jacob:s Tesselaar en Willem Versveld, van derselver Thuijnen zullen werden geformeerd nieuwe Caarten en grondbrieven, conform de ten overstaan van bovengen:de Justitieele Commissie gedaane meeting, en de neevens het voorsz Rapport overgelegde demonstrative figuur; Terwijl meerm: Eijgenaars dier Thuijnen zullen werden geordonneerd, omme naar de expiratie van drie maanden van dato deezes gereekend, de hun aangeweesene Baakens behoorlijk te doen opmetzelen.

Ook wierd door eenen M:r Nathanael Brassij Halhed, gepræsenteerd het volgend Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg, Raad Extra Ordinaris van NederLands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft reverentelijk te kennen Nathaniël Brassy Halhed, hoe den Suppl:t uijt hoofde van desselfs aanhoudende Indispositie, hebbende moeten resolveeren, zig uijt Bengalen naar Europa te begeeven, en ten dien eijnde met desselfs Huijsvrouw Helena Louisa Ribaut, zijnde behuuwd Dogter van den Edelen Heere Johannes Matthias Ross, Directeur wegens de Nederlandsche Oost Indische Comp:ie in Bengalen voorm:d, met het Engelsch Comp:s Schip The Rochefort van daar vertrocken en in de maand Jann:ij deezes Jaars alhier aangeland zijnde, den Suppl:t mits desselfs Swacke Lichaams gesteldheijd, hunl: reijze met gem: Bodem niet heeft kunnen vervorderen, maar genoodzaakt is geweest, te deezer Plaatse te verblijven, met voorneemen, om met een ander hier aankomend Schip zijner Natie wederom van hier te vertrecken.’

‘dog dat ‘er Sedert zijn vertoef alhier geen Engelsch Schip meer ter deezer Plaatse aangekomen zijnde, het bovensdien, uijt hoofde der meer en meer toenemende vijandelijkheeden tusschen de Engelssen en Franssen, niet apparent is, dat ‘er eenige Scheepen zijner Natie ter deezer Plaatse zullen aankomen, Sulks den Suppl:t zig in de uijtterste verleegendheijd bevind, om, terwijl thans wederom volkomen in vorige gezondheijd is hersteld, naar Europa te kunnen geraaken; Weshalven hij de vrijheijd neemt, zig te keeren tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s, met instantig verzoek, dat Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s van die goedheijd gelieven te zijn, aan den Suppl:t te permitteeren, om neevens desselfs voren geciteerde Huijsvrouw mitsg:s haar bij zig hebbende Slavinne in naame [......] p:r het ter Rheede Leggend Schip der Ed: Nederlandsche Comp:ie gen:d Ridderkerk naar Nederland te mogen overvaaren; zijnde den Suppl:t bereijd, de daartoe staande Transport-gelden voor’t Logies in de Cajuijt, alhier behoorlijk te voldoen.’

’/:onderstond:/’

‘’T Welk doende &:a. /:was geteekend:/ Nathaniël Brassey Halhed.’

Ten opzigte van welk verzoek door den Heere Gouverneur te kennen gegeeven zijnde, dat het aan zijn Edele bekend was, dat ged:e M:r Halhed alle devoir hadde aangewend, om met de hier gepasseerde Deensse en Sweedsche Scheepen te vertrecken, dog daarin, uijt hoofde van dat dezelve te zeer met passagiers bezet waaren, niet had kunnen reusseeren; heeft men dierhalven moeten besluijten aan denselven, neevens desselfs Huijsvrouw, mitsg:s haare bij zig hebbende Slavinne genaamd [.....] de verzogte passagie p:r het RetourSchip Ridderkerk , t’ accordeeren; Zullende het daartoe staande Transport en kostgeld alvorens in ‘S E: Comp:s Cassa alhier, moeten werden voldaan: met welk besluijt den E: Equipagiemeester Staring heeft betuijgd, zig niet te kunnen conformeeren, met verzoek dat Sulx mogte worden aangeteeken.

Met het ter Rheede Leggend China’s Retour-Schip de Dolphijn , alhier aangebragt zijnde, zeekeren Inlander genaamd Moamat, die wanneer gemelde Bodem in dato 12: Januarij deezes Jaars, op O: gr: 10 min:, in de Chinasche Zeehad ten Anker geleegen, aldaar in een klijne Cano drijvende gevonden, en vervolgens binnen boord van het gementioneerde Schip de Dolphijn is overgenomen; Zoo is, nadien gemelde Moamath betuijgd, te zijn Lijf Eijgen van een Kiassan woonagtig te Samarang, verstaan, denselven per het aanweezend provisie Schip Hoorn naar Batavia te zenden, en van de voorsz: omstandigheeden aan de Heeren der Hooge Indiasche Regeering behoorlijk kennisse te geeven.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 225-250.

Dingsdag den {17790504} 4: Maij 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Door den Directeur over ‘S comp:s Fortificatiën alhier d’ E: Gilquin, aan den Heere Gouverneur te kennen gegeeven zijnde, dat zoo wel ter Spoediger reparatie der Oude, als het voltooijen der nieuwe Werken aan de Linie, noodzakelijk enig meerder Arbeijds-volk wierd gerequireerd; zoo is hier op beslooten, dat ten dien eijnde nog een aantal van 30: Slaaven tegens Vijf Rijxd:s per maand, van de particuliere Ingezeetenen alhier, zal werden ingehuurd.

En nadien ‘er met de aanweezende uijtkomende Scheepen de Vrouwe Margaretha Maria en de Zeeploeg alhier is aangebragt, de quantiteijt van 2000: ponden Bussekruijt, zonder dat het selve op de Factuuren dier Scheepen is bekend gesteld; Is dierhalven verstaan, het ged:e pulver bij provisie bij de Negotie-Boeken deezes Gouvernements te doen inneemen.

Vermits ongeagt het verbod dieswegens bij het vigeerend generaal Placcaat gedaan, evenwel werden gevonden, Lieden, die haar werk maaken, met het Borgen en Leenen van Geld aan ‘S Comp:s gemeene Dienaaren, waardoor dezelve komende te vervallen in Schulden boven haar vermogen, om die te kunnen betaalen, dus doorgaans tot quaade handelingen overslaan, heeft men oversulx noodzakelijk geoordeeld, een ijgelijk bij affixie van Billiëtten te vermaanen, zig van voorsz: ongeoorloofde uijtborgingen en geld-Leeningen, ‘t zij aan AmbagtsLieden, Soldaaten, Mattroosen of andere diergelijke gemeene ‘S Comp:s Dienaaren t’ onthouden, nadien volgens het gestatueerde bij’t voorsz: generaal Placcaat geen regt, op eenige prætensien ter zaake voorsz:, Zullende gedaan werden, een ijder zig oversulks voor de andersints te leijdene Schade zal kunnen wagten.

Wijders ten opzigte van Twee Engelsse Passagiers in naamen William Read en Gabriël von Möller, dewelke ingevolge hiertoe geobtineerde permissie van ‘S E: Comp:s Ministers te Nagapatnam , met het Schip de Patriot van daar herwaards zijn gekomen, om met Schip of Scheepen haarer Natie, van hier verder naar Engeland te geraaken, overwogen zijnde, dat, gelijk ‘er tot nog toe geen Engelsse Scheepen uijt India, ter deezer Plaatse zijn verscheenen, het ook uijt hoofde der tusschen Engeland en Vrankrijk ontstaane onlusten, niet apparent is, dat ‘er deezen Jaare eenige Scheepen van eerstgem: Natie hier zullen verscheijnen, en gem: Perzoonen hun devoir hebbende aangewend, om met andere vreemde Scheepen te vertrecken, egter daarin niet hebben kunnen reusseeren; heeft men dierhalven moeten besluijten, ten eijnde dezelve van hier quijt te worden, aan hun met een der aanweezende ofte nog verwagt werdende Retour-Scheepen verder passagie te verleenen, mits alvoorens het gewoone Transport- en kostgeld alhier in ‘S E Comp:s Cassa werde betaald.

Gelijk al meede aan den Burger Barend Hendrik Taute, thans hierom bij Request verzoek doende, is geaccordeerd, om, onder betaling der daartoe staande Transport- en kost-penn:gen, met het ter Rheede leggend’ Retour-Schip de Morgenster te patrieeren.

Waarna door den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers wierd ingeleeverd, het volgend Schriftuur.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinair van Neederlands India, mitsgaders Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop met den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb:e Heeren!’

‘Uijt eene Extract-Missive door de Hoog Gebiedende Heeren Zeventhienen aan de Hooge Indiasche Regeering te Batavia geschreeven, in dato 3: April 1778, heeft d’ Ondergeteek:de ontwaard, dat, de Schippers der Scheepen de Held Woltemade en Ritthem , Hendrik Elders Junior en Cornelis Cornelisse, ten Lasten gelegd geworden zijnde, dat zijl:, geduurende hun verblijf ter Rheede van Cowes, verscheijden onnodige Schooten hadden gedaan, het welk, ter kennisse van de Wel Edele Hoog Agtb:s Heeren Majores in’t Patria gebragt zijnde, Hoogst dezelve de Wel Edele Groot Agtb: Heeren der Hooge Indiasche Regeeringe hadden aangeschreeven, ingevalle gem: Schippers zig nog in Indiën mogten bevinden, dezelve, ter Zaake voorsz: na verdiensten te corrigeeren.’

‘D’ Onderget:de heeft zig, uijt hoofde van de communicatie dier generaale Ordre, amptshalven, verpligt gevonden, bij het arrivement van voorsz: Bodems ter deezer Rheede, op ‘t naauwkeurigste onderzoek te doen, of en in hoe verre dezelve Schippers Elders en Cornelisse, zig aan het hun geimputeerde hadden Schuldig gemaakt, en uijt dien hoofde hunl: dieswegens ondervraagd hebbende, zijn daarop door meerm: Elders en Cornelisse, tot meerder bewijs hunner geallegueerde onschuld, aan den Ondergeteek:de overgeleeverd, de deezen bijgevoegde Verklaaringen, verleend, door Zoo veele der Scheeps-Officieren, als te dier tijd op de gementioneerde Scheepen de Held Woltemade en Ritthem bescheijden geweest zijnde, nu bij het aanweezen dier Bodems in deese Tafel-Baaij , zig meede alhier hebben bevonden.’

‘En gelijk dan bij dezelve ter hunner requisitie verleende Verklaringen met zoo veele Woorden, onder præsentatie van Eeden, word betuijgd, dat ten opzigten van den Schipper ELders, door hem geene andere Schooten zijn gedaan, als ter Salueeringe der Rheede van Spithead en vervolgens als Wimpelvoerder, de nodige Seijn-Schooten, zoo om’t Tuij-Anker te ligten, te zeijlen, weder t’ ankeren, en te vertuijen, als om het Loots-Vaartuijg; mitsg:s dat hij, bij het ontscheepen van ‘t Lijk van den Ondercoopman Reijnet, neegen Schooten had gedaan, uijt hoofde van de agting welke hij den Overleedenen en zijne Familie toedroeg.’

‘En met betreckinge tot den Schipper Cornelis Cornelisse, dat door denselven in’t geheel geene nodeloose Schooten, hoe ook genaamd, waaren gedaan, is het den Ondergeteek:de /:onder verbeetering:/ voorgekomen, dat door hem niet gevoeglijk eenige Actie, Zoo min tegen den eenen, als tegen den anderen heeft kunnen werden geinstitueerd. Niet tegen den laatstgen:de Schipper Cornelis Cornelisse, omdat ten zijnen opzigte uijt de voorsz: verklaringen consteerde, dat door hem geen onnodige Eer-Schooten hoe ook genaamd, waaren gedaan, en dat hij vervolgens, ter Zaake van eene overtreedinge, die niet exteerde, niet konde werden geactioneerd. En ook niet geheel en al zonder reflexie tegen den Eerstgem: Schipper Elders, om dat de klaarblijkelijke Intentie van de Wel Edele Hoog Agtb:e Heeren Majores, bij welgem. Missive alleenlijk Schijnende te zijn, omme dezelve Schippers gecorrigeerd te hebben, ter Zaake van geheel en al nutteloose Schooten, welke de goede ordre der Engelsse Rheede zouden hebben kunnen troubleeren, en mitsdien daar door aan henl: Stoffe tot regtmatige klagten veroorzaaken, van alle omstandigheeden behoorlijk g’ informeerd, daar onder zeer mogelijk niet zouden hebben gelieven te begrijpen, Sodanige neegen Schooten, als ter Eere van ‘t Lijk van den Ondercoopman Reijnet, welke de Schipper bovensdien betuijgde, door diversse Heeren van’t Bewind ten Sterksten aan hem te zijn aanbevoolen, wanneer het zelve Lijk in een vreemde Haven na de Wal wierd gebragt, op ordre van gem: Schipper waaren gedaan. Weshalven de Ondergeteek:s in die onzeekerheijd van het begrip, waarin hoogstgem: Heeren Majores, na het bekomen deeser Informatiën, zouden kunnen verseren, raadsaamst heeft geoordeeld, aan Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s in consideratie te geeven, of deselve niet zouden kunnen goedvinden, van dit een en ander, mitsg:s van de ten deesen geannexeerde Verklaringen aan de Hoog Gebiedende Heeren Majores de nodige Ouvertures en Communicatie te geeven, ten eijnde, indien Hoogst dezelve, des niettegenstaande al eens mogten vallen in het begrip, dat dezelve 9 Schooten, bij het afscheepen van’t Lijk van meergem: Ondercoopman Reijnet gedaan, moesten worden geconsidereerd, als geheel en al onnodig, en mitsdien te vallen in de Termen van die Schooten, tegen dewelke, zo bij den Articulbrief, als bij d’ Instructie voor de Eerste Gezaghebbers op ‘S Comp:s Scheepen, is gestatueerd de verbeurte van een maand gagie voor ijder Schoot, als dan door welgem: Haar Wel Edele Hoog Agtb:s daaromtrent bij het betaalen der maandgelden, door denselven Schipper Elders verdiend, Sodanige Mesures te kunnen worden genomen, als Hoogst dezelve zouden oordeelen te behooren.’

‘Terwijl d’ Ondergeteek:s voor ‘t overige d’ Eere heeft, met het meeste Respect te zijn.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edelen Gestrenge Heer en E: Agtb:re Heeren! Uwe Eel Edele Gestrenge en E: Agtb:s dienstwilligen Dienaar. /:was geteekend:/ W: C: Boers, /:in margine:/ Cabo de Goede Hoop den 4: Maij 1779.’

Op het welke beslooten is, dat het ged:e Schriftuur in Copia Authenticq aan de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren in’t Patria zal werden overgezonden, met ende beneevens de Afschriften der Verklaringen, dewelke door de Schippers Hendrik ELders en Cornelis Cornelisse t’ hunner decharge zijn geproduceerd, ten eijnde door Haar Edele Hoog Agtb:s daaromtrent zullen kunnen werden genomen en in’t werk gesteld, Sodanige Mesures als de zelve Zullen vermeijnen te behooren.

Sijnde voorts, nopens de te kort komende, mitsg:s gebroken en bedorven bevonden goederen op de Lading van het aanweezend provisie Schip Hoorn , door den Heer Hoofd Administrateur Pieter Hacker ingediend en vervolgens geleesen de onderstaande Memorie.

‘Memorie van de nabesz: Rijst, Porcelijn, Candij Zuijker, Houtwerken en Metzelsteenen &:a uijt de Lading van’t provisie Schip Hoorn , bedorven, gebroken, als te min, gelijk te zien is, bij de verklaaring van Gecommitteerdens hier annex; namentlijk’


15411: lb: Rijst op 465000 lb of 150 Cojangs bedorven.
109: d:o Candij zuijker op 10246: lb in 24 Canassers bij naweeging te min, zijnde 1 1/16 proC:to ruijm.
17 Bossen Rottang op 1500: Bossen te min
21: lb: Peeper op 1640: lb te min, zijnde 1 5/16: prC: sch:s.
38 p:s porceleijne Assiëtten op 200: p:s in 1 Cas gebrooken, zijnde 19: prC:to netto.
54: d:o Porcelijne fijne groote kommen op 100: p:s in gemelde Cas gebrooken, zijnde 54: prC:to netto.
1574: d:o Estricken van 16: d:men op 4000: p:s gebrooken zijnde 39 3/8: prC:to Sch:s
2285: d:o d:o van 12 d:men op 4660: p:s gebroken zijnde 49 1/16 proC:to Sch:s
20: d:o Jatij duijgen op 1000 p:s gebroken
70: d:o d:o planken d:o 1000: d:o d:o
24: d:o d:o Molen Planken van 1: duijm op 4000 p:s gebroken.
10: d:o d:o Molen planken van 2 duijmen op 250: p:s gebroken

15411: lb: Rijst op 465000 lb of 150 Cojangs bedorven.
109: d:o Candij zuijker op 10246: lb in 24 Canassers bij naweeging te min, zijnde 1 1/16 proC:to ruijm.
17 Bossen Rottang op 1500: Bossen te min
21: lb: Peeper op 1640: lb te min, zijnde 1 5/16: prC: sch:s.
38 p:s porceleijne Assiëtten op 200: p:s in 1 Cas gebrooken, zijnde 19: prC:to netto.
54: d:o Porcelijne fijne groote kommen op 100: p:s in gemelde Cas gebrooken, zijnde 54: prC:to netto.
1574: d:o Estricken van 16: d:men op 4000: p:s gebrooken zijnde 39 3/8: prC:to Sch:s
2285: d:o d:o van 12 d:men op 4660: p:s gebroken zijnde 49 1/16 proC:to Sch:s
20: d:o Jatij duijgen op 1000 p:s gebroken
70: d:o d:o planken d:o 1000: d:o d:o
24: d:o d:o Molen Planken van 1: duijm op 4000 p:s gebroken.
10: d:o d:o Molen planken van 2 duijmen op 250: p:s gebroken

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop den 30: April 1779. /:was geteekend:/ P: Hacker.’

Waarna ter Vergadering ontboden zijnde den Schipper van opgem: Bodem Gerrit Bruijn, ten eijnde, wegens de voorsz: defectueuse en gebrooken uijtgeleeverde Goederen, desselfs verantwoordinge te doen, heeft denselven daarop ingeleeverd het volgende Schriftuur.

Den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, Gouverneur in Loco &:a &:a &:a den ondergeteek:de Schipper van’t Schip Hoorn , hebbende gelieven t’ ordonneeren, omme behoorlijk te verantwoorden, waar door de defecten, op de Lading van voorsz: Bodem, voor dit Gouvernement aangebragt, zijn ontstaan, zo verclaare ik d’ oorzaak daar van te zijn, als in margine deezer staat aangehaald, bestaande in als volgd.


15411: lb: Rijst op 465000: lb of 150: Cojangs bedorven.
de bederving van de rijst is toe te schrijven aan enige Leccagie in de Lijfnaaten 't welk men niet heeft kunnen ontwaaren, dan, bij ontlossing welke Leccagie, zekerlijk voor't Swaar werken van't Schip is veroorzaakt, gelijk ook geduurende de reijze met de volheijd van't ruijm geen naauwkeurige visitatie in't selve heeft kunnen werden gedaan.
 
109: lb: Candij Zuijker op 10246: lb in 24 Canassers bij naweeging te min.
de min wigt is door Leccagie en Smelting veroorzaakt.
 
17 Bossen Rattang op 1500 bossen te min
Hiervan kan geen andere reeden worden gegeeven dan dat waarschijnelijk; niet tegenstaande alle goede toezigt, enige Schadelijke handgreepen daaraan gepleegd zijn.
 
21: lb: Peeper op 1640 lb te min
denkelijk door indroogen veroorzaakt, wijl de Baalen wel geconditioneerd zijn uijtgeleeverd.
 
38: p:s porceleijne Assiëtten op 200 p:s in 1 Cas gebrooken.
54: d:o porceleijne fijne groote kommen op 100: p:s in gemelde Cas gebrooken.
de Cassen ongeopend en wel geconditioneerd op Batavia ontfangen, en Sodanig hier weder afgeleeverd, Zoo kan dit breeken niet anders als door het verwerken met aan boord en weder aan Land brengen der Cassen en dus buijten verzuijm van den Onderget:de veroorzaakt te zijn, werden toegeschreeven.
 
1574: p:s Estricken van 16 d:men op 4000: p:s gebrooken.
2285: d:o Estricken van 12 duijmen op 4660 p:s gebrooken.
d' Estricken van een brosse Substantie, zijn gebrooken, gedeeltelijk door haar eijgen gewigt, als hebbende op elkandereen gestapeld gestaan, en gedeeltelijk door Swaar Werken van het Schip als meede met 't verwerken bij de in- en ont-lossing
 
20: d:o Jatij duijgen op 1000: p:s gebroken
70: d:o d:o planken d:o 1000: d:o d:o
24: d:o d:o molen d:o van 1: duijm op 400 d:o d:o
10: d:o d:o d:o d:o d:o 2: d:o d:o 250: d:o d:o
de Houtwerken hebben gedeeltelijk onder de rijst en op den anderen geleegen, dus zal apparentelijk het gewigt en de oneven legging als ook het verwerken aan boord en aan Land de neevenstaande duijgen en planken hebben doen breeken.

15411: lb: Rijst op 465000: lb of 150: Cojangs bedorven.
de bederving van de rijst is toe te schrijven aan enige Leccagie in de Lijfnaaten 't welk men niet heeft kunnen ontwaaren, dan, bij ontlossing welke Leccagie, zekerlijk voor't Swaar werken van't Schip is veroorzaakt, gelijk ook geduurende de reijze met de volheijd van't ruijm geen naauwkeurige visitatie in't selve heeft kunnen werden gedaan.
 
109: lb: Candij Zuijker op 10246: lb in 24 Canassers bij naweeging te min.
de min wigt is door Leccagie en Smelting veroorzaakt.
 
17 Bossen Rattang op 1500 bossen te min
Hiervan kan geen andere reeden worden gegeeven dan dat waarschijnelijk; niet tegenstaande alle goede toezigt, enige Schadelijke handgreepen daaraan gepleegd zijn.
 
21: lb: Peeper op 1640 lb te min
denkelijk door indroogen veroorzaakt, wijl de Baalen wel geconditioneerd zijn uijtgeleeverd.
 
38: p:s porceleijne Assiëtten op 200 p:s in 1 Cas gebrooken.
54: d:o porceleijne fijne groote kommen op 100: p:s in gemelde Cas gebrooken.
de Cassen ongeopend en wel geconditioneerd op Batavia ontfangen, en Sodanig hier weder afgeleeverd, Zoo kan dit breeken niet anders als door het verwerken met aan boord en weder aan Land brengen der Cassen en dus buijten verzuijm van den Onderget:de veroorzaakt te zijn, werden toegeschreeven.
 
1574: p:s Estricken van 16 d:men op 4000: p:s gebrooken.
2285: d:o Estricken van 12 duijmen op 4660 p:s gebrooken.
d' Estricken van een brosse Substantie, zijn gebrooken, gedeeltelijk door haar eijgen gewigt, als hebbende op elkandereen gestapeld gestaan, en gedeeltelijk door Swaar Werken van het Schip als meede met 't verwerken bij de in- en ont-lossing
 
20: d:o Jatij duijgen op 1000: p:s gebroken
70: d:o d:o planken d:o 1000: d:o d:o
24: d:o d:o molen d:o van 1: duijm op 400 d:o d:o
10: d:o d:o d:o d:o d:o 2: d:o d:o 250: d:o d:o
de Houtwerken hebben gedeeltelijk onder de rijst en op den anderen geleegen, dus zal apparentelijk het gewigt en de oneven legging als ook het verwerken aan boord en aan Land de neevenstaande duijgen en planken hebben doen breeken.

‘Sullende Uw Ed: Gestr: en E: Agtb:s uijt het in margine deezer ter neder gestelde kunnen beoogen, waar door de defecten der voorsz: Goederen haaren oorspronk hebben, om welke reedenen den Ondergeteek:de op d’ Eerbiedigste wijze verzoekt /:als een Dienaar die d’ E: Comp:ie Sedert dat hij dezelve gediend heeft, altoos trouw en Eerlijk heeft behandeld:/ dat hij voor de gemelde Defecten, der voor aangevoerde Goederen, niet moge werden belast.’

’/:onderstond:/’

‘In’t Schip Hoorn den 30: April 1779 /:was geteekend:/ G: Bruijn.’

Over den inhoude welker Papieren, met attentie gebesoigneerd, en dien aangaande in overweeging genomen Zijnde, dat de Cas waarin het voorsz: porcelain is afgepakt geweest, door de Scheeps-Overheeden tot Batavia ongeopend ontfangen, en ook Sodanig alhier, volgens het bruto gewigt uijtgeleeverd zijnde, het breeken der Estricken voorts, ten principaalen zoo door derselver eijgen gewigt, als hebbende op elkanderen gestapeld gestaan, als bij’t Swaar werken van’t Schip en de ontlossing alhier, is veroorzaakt, en dat wijders het bederven der Rijst, ontstaan is, dat door het sterk arbeijden van’t Schip, bij Swaar weer, de Lijf-naaden open gegaan en hier door veel Water in’t Schip is gekomen, zonder dat Sulks aan enige negligentie der Scheeps-Overheeden, kan werden toegeschreeven, heeft men dierhalven moeten besluijten, het een en ander te passeeren, en bij de Negotie-Boeken deezes Gouvernements te doen afschrijven.

Gelijk ook ten opzigte der defecten gebrooken bevondene Duijgen en planken, is verstaan, dat nadien niet blijkt, dat hieromtrent enig verzuijm of agteloosheijd bij de Scheeps-Overheeden heeft plaats gehad, Sulx insgelijks te passeeren, en dezelve neevens de gebrookene Vloer-Steenen, p:r publicque Vendutie voor het geene zullen komen te gelden, te laten verkoopen.

Terwijl egter wegens de te kort komende Bind-rottings, gem: Scheeps-Overheeden in maniere als volgd op haare Zoldij Reecq:gen zullen werden belast, namentlijk.

  Nederl:ds geld. Ducatons van 66 St:vers Nederland geld Indiasch geld à 80 St:vers p:r Ducaton
17: Bossen bind rottings tegens 1/2 Capit:l advans ƒ10:17:08 3: 13/44 ƒ13:03:08
hierop 25. prC:to verhoging, zijnde     d:o 3:06:-
  komt ƒ16:09:08
bedraagd voor reecq: van den Schipper Gerrit Bruijn wegens zijn 2/3     ƒ10:19:08
en voor die van den opperstuurman Eric Warnar voor 1/3     d:o 5:10:-
  Sommeerd als boven ƒ16:09:08
  Nederl:ds geld. Ducatons van 66 St:vers Nederland geld Indiasch geld à 80 St:vers p:r Ducaton
17: Bossen bind rottings tegens 1/2 Capit:l advans ƒ10:17:08 3: 13/44 ƒ13:03:08
hierop 25. prC:to verhoging, zijnde     d:o 3:06:-
  komt ƒ16:09:08
bedraagd voor reecq: van den Schipper Gerrit Bruijn wegens zijn 2/3     ƒ10:19:08
en voor die van den opperstuurman Eric Warnar voor 1/3     d:o 5:10:-
  Sommeerd als boven ƒ16:09:08

Waar en tegen het bedragen dat op de hier onder gespecificeerde Goederen minder is te kort gekomen, als de gepermitteerde afschrijving dicteerd, dezelve Overheeden op haare voorsz: Soldij Reecq:gen op de volgende wijze sal werden te goed gedaan, als.

  Nederl:ds geld. Ducatons van 66 St:vers Nederlands geld Indiasch geld à 80 St:vers p:r Ducaton
1339 lb: Poeder Zuijker, als.
908 lb: zijnde de gevalideerde 3 prC:to op 30284: lb
431: d:o aan overwigt
1339 lb tegens uijtkoops prijs ƒ234:06:08 p:s 71 1/132 ƒ284:-:08
198: lb Candij Zuijker zijnde 115/16 prC:to Sch:s tegens 1/2 Capit:l advans. d:o 38:07:- d:o 11: 41/66 d:o 46:09:08
11 1/2 d:o peeper, zijnde 11/16 prC:to ruijm tegens 1/2 Capit:l advans d:o 2:03:08 d:o 29/44 d:o 2:12:08
40: d:o Cattoene gaarn zijnde 2 prC:to tegens 1/2 Capit:l advans d:o 15:09:08 d:o 4: 91/132 d:o 18:15:-
  Telt te Samen ƒ351:17:08
Oversuks voor reecq: van opgem: Schipper Bruijn voor desselfs 2/3 : part     ƒ234:11:08
mitsgaders den Opperstuurman Warnar voor zijn 1/3     d:o 117:06:-
  komt als boven ƒ351:17:08
  Nederl:ds geld. Ducatons van 66 St:vers Nederlands geld Indiasch geld à 80 St:vers p:r Ducaton
1339 lb: Poeder Zuijker, als.
908 lb: zijnde de gevalideerde 3 prC:to op 30284: lb
431: d:o aan overwigt
1339 lb tegens uijtkoops prijs ƒ234:06:08 p:s 71 1/132 ƒ284:-:08
198: lb Candij Zuijker zijnde 115/16 prC:to Sch:s tegens 1/2 Capit:l advans. d:o 38:07:- d:o 11: 41/66 d:o 46:09:08
11 1/2 d:o peeper, zijnde 11/16 prC:to ruijm tegens 1/2 Capit:l advans d:o 2:03:08 d:o 29/44 d:o 2:12:08
40: d:o Cattoene gaarn zijnde 2 prC:to tegens 1/2 Capit:l advans d:o 15:09:08 d:o 4: 91/132 d:o 18:15:-
  Telt te Samen ƒ351:17:08
Oversuks voor reecq: van opgem: Schipper Bruijn voor desselfs 2/3 : part     ƒ234:11:08
mitsgaders den Opperstuurman Warnar voor zijn 1/3     d:o 117:06:-
  komt als boven ƒ351:17:08

Gelijk meede na Lecture van’t Rapport door bovengem: Schipper Gerrit Bruijn, nopens de dagelijkse verrigtingen, in ‘t Lossen en weder beladen van’t voorwaards geciteerde Provisie Schip Hoorn verleend, is goedgevonden, in margine van’t selve te doen aanteekenen, dat de daar in aangehaalde dagelijkse Verrigtingen, omtrent het ontlossen en weder beladen allesints met de waarheijd conform zijn ter neder gesteld, en dat gem: Kiel voor’t overige niet eerder heeft kunnen werden gedimitteerd, uijt hoofde van’t volhandig werk, dat men met het afvaardigen der Successivelijk van hier vertrocken Retour Scheepen, desgeLijks met het ontlossen en weder beladen der uijtkomende Scheepen de Ganges , Voorberg , ‘T Zeepaard , de Johanna Margaretha , Mars en de Zeeploeg heeft gehad.

Hierna geresumeerd weezende, het antwoord en berigt, het welk is gesteld op de van Batavia herwaards gezondene bevinding der Negotie-Boeken deezes Gouvernements d’ A:is 1774/5 is daarop besloten ged:e bevinding, in diervoegen conform d’ ordre van Haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren der Hoge Indiasche Regeering, te rug te zenden.

En dewijl op de Clappus Olij, p:r het meede ter Rheede leggend Retour-Schip de Morgenster , van Ceijlon voor dit Gouvernement aangebragt, de quantiteijt van 27 1/2 Cannen meerder, als het Reglement op de gepermitteerde afschrijvinge dicteerd, zijn te kort gekomen; Zoo is verstaan het bedragen van dien, de Scheeps-Overheeden op haare Soldij Reekeningen te doen belasten, in deezervoegen; als.

  Nederland:s geld. ducatons van 66 Stv: Nederl: geld Indiasch geld van 80 Stver:s p:r ducaton
27 1/2: Cannen Clappus Olij zijnde
4 11/16 prC:to ruijm tegens 1/2 Capit:l advans ƒ12:19:- p:s 3: 61/66 ƒ15:14:-
hierop 25 proC:to verhoging     d:o 3:18:08
      ƒ19:12:08
komt dus aan Schipper voor 2/3     ƒ13:01:08
en den Opperstuurman d:o 1/3     d:o 6:11:-
  Telt te Samen als boven ƒ19:12:08
  Nederland:s geld. ducatons van 66 Stv: Nederl: geld Indiasch geld van 80 Stver:s p:r ducaton
27 1/2: Cannen Clappus Olij zijnde
4 11/16 prC:to ruijm tegens 1/2 Capit:l advans ƒ12:19:- p:s 3: 61/66 ƒ15:14:-
hierop 25 proC:to verhoging     d:o 3:18:08
      ƒ19:12:08
komt dus aan Schipper voor 2/3     ƒ13:01:08
en den Opperstuurman d:o 1/3     d:o 6:11:-
  Telt te Samen als boven ƒ19:12:08

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 251-280.

Dingsdag den {17790511} 11: Maij 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Gaf den Heere Gouverneur te kennen, dat, ingevolge het onder den 13:de der gepasseerde Maand ApriL genomen besluijt, d’ Arthillerije alhier, met dies ap- en dependentie, door expresse Gecommitteerdens, aan den Directeur over ‘S E: Comp:s Fortificatiën en Chef der ged:e Arthillerije d’ E: Philippus Hermanus Gilquin was overgegeeven; denselven hadde vermeijnd, dat naar het gebruijk in’t Vaderland, ook aan hem ter Administratie had moeten werden overgegeeven, ‘S Comp:s Wapen-Camer, met het daarin bewaard werdend hand-geweer, als Snaphaanen, Musquetten, Pistoolen, Sabels, Bajonetten, mitsg:s de Tenten en Militaire Fournituuren van’t Guarnisoen alhier; Waarentegens egter, door den Heer Lieutenant Collonel Hendrik van Prehn gesustineerd wierd, dat, naar de constitutie deeses Lands al het bovengem: behoorde te staan onder het Bestier van’t Hoofd der Militie, gelijk dan ook, wanneer in den Jaare 1750: door de Heeren Majores, als Capitain en Chef der Arthillerije voor dit Gouvernement was uijtgezonden, den Persoon van Engelbert Muller, de meerm: Wapen-Camer met het daarin bewaard werdend Schiet- en hand-geweer, mitsgaders het geene verders ten dienste van het Militair Guarnisoen behoorde, volgens besluijt deeser Regeering, onder den Heer Lieutenant Collonel Meinertzhagen als doenmalig Hoofd der Militie alhier, was verbleeven; Weshalven hierop best gedagt is, de Zaak te laten op den præsenten voet, en hoogstgem: Heeren Meesters te verzoeken, ons derselver g’ Eerde ordre op dit Sujet te willen doen toekomen.

Sijnde voorts door den Heer Independent Fiscaal M:r WiLLem Cornelis Boers, ingevolge en ter voldoening van het aan zijn E: gedemandeerde, nopens het door welopgem: Heeren Majores herwaards gezonden Request en BijLaagen, van wegen den Franschen Capt:n Guirard, aan dezelve gepræsenteerd, op heeden ingediend, het volgend’ Schriftelijk berigt.

‘Berigt gedaan, maaken ende overgegeeven, aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:s Politiquen Raad; door den ondergeteek:de Independent Fiscaal deeses Gouvernements M:r Willem Cornelis Boers; op ende jegens de Requeste en Bijlage, door zeekeren Capitain J: Guirard, aan Haar Wel Edele Hoog Agtb:s de Heeren Gecommitteerde Bewindhebberen en Gevolmagtigdens ter Illustre Vergadering van Seeventhienen gepræsenteerd en overgeleeverd.’

‘Ter voldoeninge aan den inhoude van Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s ResoLutie de dato [.....] Jongst Leeden, waarbij dezelve in conformité van zeekere Missive, in dato 9: October 1778, door de Hoog Gebiedende Heeren Majores in’t Patria, aan welopgem: Heere Gouverneur en Raad alhier geschreeven, hebben goedgevonden, in handen van den ondergeteekenden te stellen, de Requeste en Bijlage door zeekeren Capit:n J: Guirard, aan hoogstged:e Heeren Meesteren gepræsenteerd, zal den onderget:de de vrijheijd neemen, daarop te remarqueeren, in d’eerste plaatse: dat de middelen van het zelve Request, zo wel als van’t daarbij gevoegde Protest, niet alleen zijn geheel en al gedestitueerd van alle apparentie van waarheijd, maar selfs in Sommige opzigten volstrekt abusief en onwaaragtig: en in de Tweede Plaatse; dat geSupponeerd Selfs, dat deselve middelen /:des geensints:/ al eens waaren conform de waarheijd; de confessie egter van’t verzoek zelve, zou zijn, van al te dangereuse gevolgen voor d’ Ingezeetenen in’t generaal en voor het Intrest der E: Comp:ie in’t bijzonder.’

‘Ten opzigte van’t eerste, zou de Onderget:de kunnen remarqueeren; dat het niet veel præsumptie van waarheijd voor zig heeft, wanneer door gem: Capt:n Guirard werd voorgewend; dat d’ officie van zijn Schip, in plaatse van eene kist met Zeep, zoo als hij Capit:n had opgegeeven, juijst casueel bij abuijs een kist met Snaphaanen, zou hebben afgelaaden, welke quasi van dezelve groote was, als de kist met Zeep moest zijn, dog die evenwel, het geen zeer remarquabel is, van geen merk, hoegenaamd, was voorzien.’

‘dat dit voorgeeven te meer Suspect moet werden gehouden, om dat gemelde Cap:n Guirard, van dit abuijs van Zijnen Officier, direct had kunnen doen consteeren, door denselven Officier, daarvan een behoorlijke beEedigde Verklaringe te doen passeeren; ‘t welk nu niet geschied zijnde, ten zijnen opzigten /:onder correctie:/ moet worden geconsidereerd, eene volkome preuve van eene volstrekte onwaarheijd te zijn; vermits het tegen alle præsumptie van Waarheijd aanloopt, dat gem: Cap:n zig zoo veel moeijte zou geeven, om dezelve Snaphaanen gerestitueerd te krijgen; dat hij zig meer dan Twee Jaaren na d’aanhaling, Selfs nog in Europa , tot dat eijnde addresseerd aan de Wel Edele Hoog Agtb:re Heeren van’t bewind; en dat hij een dergelijk remarquabel en decisoïr bewijs, ‘t welk hem van zo veel nut kon zijn, zou hebben genegligeerd gehad.’

‘dat het geen minder kenmerk van præsumptive onwaarheijd draagd, wanneer hij Cap:n Guirard, daarop bij zijn zogenaamd protest, verder laat volgen, dat hij NB: zelve, op het Zeehoofd komende, bij Casualiteijt dit abuijs hebbende ontdekt, die kist met Snaphaanen zonder aan iemand enige kennisse daarvan te geeven, veel min aan de zorge en het Opzigt van deezen of geenen te recommandeeren, ter goeder trouwe, zoo maar op’t Zeehoofd, om dat daar quasi een Schildwagt stond, zou hebben laaten staan; terwijl deeze Slofheijd, niet alleen regtdraads zoude Strijden, met de gewoone cauteleusheijd der Fransche particuliere Zeevaart, die men hier dagelijks ziet passeeren, maar om dat het ook bovensdien te zeer bekend, en ook zeer natuurlijk te begrijpen is, dat geene goederen, hoe ook genaamd, op ons Zee-hoofd, ‘t welk ijder ogenblik van den dag, door zo veel differente Natiën en Vaartuijgen werd gefrequenteerd, op eene Secuure wijze, aan zig zelve kunnen werden overgelaaten, en dat dezelve niet expresselijk aan den Schild-wagt aldaar zijnde overgegeeven, en alzo door den eenen Schildwagt op den anderen werdende overgebragt /:zoo als in diergelijke gevallen anders altoos geschied:/ men ook van die Schildwagt met geen mogelijkheijd kan verwagten, dat hij aan eene kist, welke op’t Hoofd staat, en aldaar gebragt is, reets voor dat hij op dien Post geplaatst is, zou kunnen zien, dat die kist aan den Franschen Cap:n Guirard en aan niemand anders, toebehoorde, en dat hij dus moest Sorge dragen, dat ze door geen andere Vreemde of onse eijgen Natie selve, niet werd weg gestolen.’

‘Dat d’ Onderget:de hierbij nog menigvuldige dergelijke Staaltjes van præsumptive onwaarheijd, zou kunnen voegen, dan dat de gem: Capt:n Guirard zig hebbende bediend van diergelijke aperte Leugentaal, die uijt hoofde van de Sigillatien; welke daaruijt bij consequentie zouden kunnen werden getrocken, /:en om die reeden zeekerlijk ook, aan hem, door zijne vrienden alhier, zullen zijn gesuppediteerd:/ de nadeeligste gevolgen voor de reputatie van den Onderget:de zouden kunnen na zig Sleepen, d’ Ondergeteek:de dan ook, met præteritie van alle die minutees, de vrijheijd zal neemen, alleenlijk ten deezen opzigte hier nog kortelijk bij te voegen, dat Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s ten Sterksten verzeekerd kunnen zijn, dat het is, een gefingeerd en geheele en al onwaaragtig voorgeeven van gem: Capit:n Guirard, wanneer hij dat zijn protest begind met een Historisch verhaal, waarbij hij poseerd, bij den ondergeteek:de permissie tot het verkopen van zijne particuliere Goederen, te hebben gevraagd, en onder de daarbij gemelde mits, ook te hebben bekomen.’

‘D’ Onderget:de verclaard, hoe zeer ten overvloede en geheel ongehouden, op den Eed bij den aanvang van zijne Bediening gedaan, dat dit voorgeeven van denselven Capt:n Guirard is geheel en al onwaaragtig, en het Spreekt dus van selve, dat dezelve Guirard, en alle die hem hieromtrent behulpsaam zijn geweest, om hunne Sinistre Oogmerken te beeter te bereijken, zig van formeele Lastertaal hebben bediend gehad; en dit heeft den Onderget:de ook reets aan den Capt:n Guirard zelve gedeclareerd, wanneer hij Guirard den Ondergeteek:de bedreijgde, dat hij genoodzaakt zou zijn, om, bij verdere wijgeringe, dit protest te doen, en als toen dat Protest aan den ondergeteek:de voorlas: reets op dat selfde Ogenblik, heeft den onderget:de aan gem: Guirard geantwoord, dat het hem vrijstond te protesteeren, en zig te addresseeren, zo als hij zou komen goed te vinden, maar dat hij voorzigtig moest zijn, van zijne protesten of addressen, met geen onwaarheeden op te vullen, zoo als hij met relatie tot dit protest, reets had gedaan.’

‘D’ Ondergeteekende hiermeede niet alleen, het præsumptive, maar ook het volstrekt onwaaragtige van de middelen en positiven der voorsz Requeste en Bijlage, voor genoegsaam gedemonstreerd houdende, zal vervolgens nu nog verder d’ Eere hebben te remarqueeren; dat de restitutie van eenige Goederen, en vooral van Snaphaanen, door den Schildwagt op’t Zee-Hoofd ontdekt, en van daar, op ordre van den Wagt hebbenden Officier, in de Hoofd-Wagt gebragt, en door denselven wederom aan het Officie Fiscaal overhandigd, voor de Ingezeetenen in’t generaal en voor het Intrest der E: Comp:ie in’t particulier, van zeer præjudiciable gevolgen Zou kunnen zijn.’

‘Het kan immers aan de geheele Regeeringe, en particulier aan den Wel Edelen Gestr: Heere Gouverneur, en die verder selfs het Fiscalaat hebben waargenomen, niet onbekend zijn, dat men tegen het afscheepen van particuliere ongepermitteerde Goederen, geene verdere of andere Wagt gewoon is te houden, en ook niet gevoeglijk kan houden, anders als op’t Zee-Hoofd selve, en dat de Goederen eens van’t Zee-Hoofd Caap-waards in getransporteerd zijnde, bijna nimmer met enige mogelijkheijd kunnen werden agterhaald: indien nu die ongepermitteerde goederen afgescheept, en ook dadelijk op het Hoofd gebragt, wanneer se aldaar ontdekt en agterhaald werden, zouden kunnen gereclameerd worden, op prætext, van dergelijke g’ excogiteerde abuijsen, dan zal, dan kan ook het gevolg niet anders zijn, als dat men, zonder zig aan enige ordres, hoe ook genaamd, te bekreunen, maar alles zal afscheepen wat men goed vind, en dat dus door de vreemde Natiën, niet alleenig aan onse negotieerende Ingezeetenen in’t generaal, maar aan de Negotie der E: Comp:ie in’t bijzonder, eene irreparable præjuditie zou kunnen werden toegebragt: Want kan men de Kisten, kasten of packen, bij geluk van’t Zeehoofd getransporteerd krijgen op het een of ander valsch voorgeeven, zoo als men voor al bij de Fransche Natie niet zeldzaam weet te doen, onder prætext van kisten en kleederen &:a dan heeft men, al wat ‘er verder in is, hoe contrabande het ook zoude mogen zijn, in præjudicie van d’ Ingezeetenen en van d’ E: Comp:ie in onse Colonie ingevoerd: en worden de goederen aangehouden op’t Zee-Hoofd, in contrabande bevonden, dan zal het niet manqueeren aan prompte gefabriceerde Historiën van allerhande natuur, om de Casualiteijt van het geval te pallieeren; en gevolgelijk zou men aan de kant der vreemde Natiën, indien deeze Methode eens wierde geintroduceerd, nooijt iets risqueeren met alles aan de Wal te brengen en op’t Zeehoofd af te zetten, en aan de kant van’t officie Fiscaal, nimmer na behooren kunnen vigileeren, tegen de introductie van die goederen, welke bij de resp:ve Ordres zijn geinterdiceerd geworden; en dus zou dan ook bij verdere consequentie daarmeede in geenen deelen worden beantwoord en voldaan, aan de zoo klaare en duijdelijk gedeclareerde intentie van de Hooge Indiasche Regeeringe, vervat in hoogst derselver Resolutie in dato 13 febr:ij 1767., waarbij gestatueerd is, niet alleenlijk dat alle verbodene goederen, welke door vreemde Natiën op ‘S E: Comp:s Comptoiren ter verkoop of ruijlinge re verâ aan Land gebragt mogten werden, maar ook Selfs die goederen, welk gebragt mogten worden aan Land te brengen, ter plaatse, die actueel onder het Gebied van Haar Hooge Mogende zijn, zullen worden gesaiseerd en verbeurd verclaard.’

‘D’ Onderget:de verbeeld zig, dat Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s het gewigt hiervan, ten klaarsten zullen penetreren, en dat het vervolgens onnodig is, hier iets meer bij te voegen, om van derselver gewoone prudentie niet mogen verwagten, dat de dispositie, welke hieromtrent aan Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s is gedemandeerd geworden, geene occasie tot verdere Lecentie aan de vreemde Natiën moge geeven: Terwijl hij voor’t overige d’ Eere heeft, met het meeste Respect te zijn.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb:e Heeren! Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s ootmoedige Dienaar. /:was geteekend:/ W: C: Boers. /:in margine:/ Overgegeeven in Raade van Politie des Casteels de Goede Hoop den 4: Maij 1779.’

Waarop overwogen zijnde, dat door ged:e Heer Fiscaal tot Slot zijner remarques word gesustineerd, dat de restitutie van eenige Goederen, en vooral van Snaphaanen, die, invoegen als bij’t bovengend Berigt is vermeld, waaren aangehaald, voor d’ Ingezeetenen in’t generaal en het Intrest der E: Comp:ie in’t bijzonder, van zeer præjudiciable gevolgen zoude kunnen zijn, heeft men dierhalven vermeijnd, niet tot het doen afgeeven der meerm: Geweeren te kunnen treeden: Terwijl aan d’ andere zijde is gereflecteerd, dat de aanhaaling der voorsz: Geweeren, niet voor den Raad van Justitie deeser Plaatse, geventileerd zijnde, dezelve over Sulks thans ook niet politicquer wijze, zoude kunnen werden confiscabel verclaard, zonder aan den Eijgenaar te beneemen de geleegendheijd om daar tegens t’ appelleeren, en dat volgens het ter neder gestelde, bij het zeer g’ Eerd aanschrijven der Hoog Edele Heeren Seventhienen Sub dato 27: Julij 1719 aan de Heeren der Hoge Indiasche Regeering gerigt, en dit Gouvernement in Extract bedeeld, meede is g’improbeerd, dat de confiscatie der daarbij vermelde goederen, door den Politicquen en niet door den Justitieelen Raad was geschied, nadien daar door aan de geintresseerdens, wanneer vermeenen mogten, daarbij beswaard te weesen, den weg van Appel wierd afgesneeden.

dat wijders, zo door de afweezendheijd van denselven Capt:n Guirard, als dat ter dezer Plaatse niemand heeft aangesteld, om voor hem in Judicio t’ ageeren, de Zaak ook nu niet tot den ordinairen regter alhier, kan werden gerenvoijeerd. Invoegen uijt hoofde van’t een en ander, op het meerm: van wegens bovengem:de Cap:n Guirard gepræsenteerd Request en bijlagen, hoe zeer men andersints wel hadde gewenscht hoogstgem: Heeren Meesteren ook in dit geval, alle verdere moeijelijkheeden te beneemen, niet en diffinitive hebbende kunnen werden gedisponeerd, men dierhalven heeft moeten besluijten, van al het voorenstaande, aan Haar Wel Edele Hoog Agtb:s, onder verzending in Copia van’t ged:e Schriftelijk Berigt des Heer Fiscaals, kennisse te geeven, en daarop ten deezen belange, derselver g’ Eerde nadere Ordre te blijven afwagten.

Sullende de geciteerde Geweeren intusschen naar ‘S E: Comp:s Wapen Camer werden overgebragt, ten eijnde aldaar verder gesaiseerd te blijven, en van tijd tot tijd te werden nagezien, dat dezelve niet door de roest komen te deterioreeren.

Ook is op heeden door Burgerraaden deezer Plaatse, gepræsenteerd het onderstaande Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg, Raad Extra Ordinair van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Vertoonen met Schuldige Eerbied en onderdanigheijd, Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s nedrige Dienaaren Burgerraaden deezer Plaatse; hoe in den Jaare 1717: door de Illustre Vergaderinge der Hoog Edele Heeren Seventhienen, het important faveur aan deese Colonie is beweezen, met aan dezelve voor de inkoops prijsen, mitsgaders vragt-vrij, te doen toekomen, alle de Materiaalen, die tot het opregten eener Coorn-Wind-Molen wierden vereijscht: dat ged:e Molen dan ook, door de teffens expres herwaards gezondene Werks-Lieden, dermaten goed en Sufficant is opgeregt, dat dezelve zig als nog in den besten Staat komt te bevinden, dog dat indien tijd, dat dezelve is opgesteld; dat Caabse Vlek, maar in Circa 150 Huijsen heeft bestaan daar het getal der Huijsen hier aan de Caap, met de in deeze Tafel-Valleij leggende Thuijnen, thans tot tusschen de 7: à 800: Wooningen toegenomen zijnde, het getal der Inwoonders na rato ook zoo considerabel is vermeerderd, dat voorsz Molen, nu op verre na, niet meer aan het behoef van zoo veele Menschen kan voldoen, en men sig daardoor te meermaalen in d’ uijtterste verleegendheijd bevind, wanneer dezelve, ‘t zij om gerepareerd te worden, of door andere toevallen, maar voor een korten tijd, heeft moeten stille staan.’

‘Weshalven de Suppl:ten zig in allen ootmoed zijn wendende tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s, met instantig verzoek, dat dezelve van die goedheijd gelieven te zijn, de zoo hooge noodzakelijkheijd in de opregting van nog een Coorn-Wind-Molen, aan Haar Wel Edele Hoog Agtb:s de Heeren Majores in’t Patria favorabelst voor te dragen, en teffens van wegens deeze Caabse Colonie te verzoeken, dat het Haar Wel Edele Hoog Agtb:s ook nu gratieuselijk moge behagen, gem: Colonie, in opzigte van’t uijtzenden der daartoe vereijschte Materiaalen, inselvervoegen te begunstigen, als bij de opregting van d’ eerste Molen is geschied; en mitsdien de tot het opregten van meerm: nieuwe Coorn-Wind-Molen vereijscht werdende Materiaalen, tegens d’ inkoops prijsen, mitsgad:s vragt vrij te willen herwaards zenden./:Onderstond:/ ‘T Welk doende &:a./:was geteekend:/ C: v: d: Poel, C: G: Maasdorp, G: H: Meijer.’

Op het welke, ter consideratie der in het ged:e Request resideerende billijke reedenen, goedgedagt is, de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren Eerbiedig te verzoeken, op het voorsz: door Burgerraaden ten behoeven deezer Colonie gedaan Supplicq, favorabel reguard te neemen, en mitsdien, de tot het opregten eener nieuwe Coorn-Wind-MoLen vereijschte Materiaalen, Sodanig als dezelve op de diesweegens meede ingediende Notitiën zijn gespecificeerd teegens d’ Inkoops-Prijzen, mitsgaders Vragt-vrij te willen herwaards zenden.

Den Capitain van een der Compagniën Burger Infanterije alhier Jacobus Alexander La Febre, zijnde komen te overlijden, is in desselfs plaatse wederom tot Capitain bevorderd, den Oudsten Lieutenant Ernst Philip Sparenberg, in wiens plaatse men den Vaandrig Johannes van Sittert tot Lieutenant hebbende laaten optreeden; voorts tot Vaandrig is aangesteld den Adjudant Jan Hendrik Ekkert.

Sijnde laatstelijk, op het dieswegens p:r Request gedaan verzoek, door de Executeurs des Testaments van Wijlen D:s Henricus Cronenburg, aan dezelve gepermitteerd, om Sodanige Kleederen en Linnen, als door denselven aan zijne zig in Nederland bevindende Erfgenaamen zijn vermaakt, met een van ‘S Comp:s Scheepen, derwaards te mogen over zenden, mits de kist, waarin de voorsz: Goederen staan afgepakt te werden voor dies afzending behoorlijk visitatie zal moeten Subject blijven.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 281-284.

Vrijdag den {17790514} 14: Maij 1779.

Bij de respective Heeren Leeden des Raads, ter Lecture rond geweest zijnde een Resolutie, genomen Sub dato 27:ste der gepasseerde Maand April, bij d’ Overheeden van het op den 10:de deezer alhier in de Tafel-Baaij gearriveerde Schip de Vrijheijd , behelsende, dat, nadien zijl: als zijnde bereijds den 20:ste October des voorl: Jaars van Texel gezeijld, en dus een considerable lange reijze hadden gehad, zeer ligt nog lange in Zee Zouden hebben kunnen Swerven, voor en al eer de Baaij Fals hadde kunnen besteevenen, waardoor zij den groot gevaar zouden hebben geloopen, dat haare Equipagie, die nog redelijk welgesteld was, in een Slegten toestand had kunnen geraaken.

dat hunl: voorsz: onderhebbenden Bodem voorts meerendeels voor dit Gouvernement beladen zijnde, ter deezer Caabser Rheede zeer Schielijk zoude kunnen werden ontlost, daar integendeel, in gevalle Sulks in voorsz: Baaij Fals moeste geschieden, zo wel d’ ontscheeping der Goederen als het weder aanvoeren der nodige Ballast, met hunne eijgene Vaartuijgen moetende verrigt werden, met het een en ander merkelijk veel tijds Stond te verloopen, en Zij Lieden oversulks hadden moeten resolveeren, deeze Tafel-Baaij aan te doen; Soo is bij overweeging dat gedagte Overheeden hieromtrent op geen lossen Voet veel min bij moedwillige overtreeding van ‘S E: Compagnies Ordres hebben gehandeld, verstaan, dezelve t’ absolveeren van alle Regterlijke Actie, waaraan dezelve andersints nopens het besteevenen deeser Tafel-Baaij , zouden zijn Subject geweest; Terwijl voorts met het ontlossen en weder belaaden van meermelde Bodem de Vrijheijd , alle mogelijke Spoed gemaakt, en dien Bodem vervolgens Sonder het minste tijd verzuijm wederom van hier zal gedimitteerd worden.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t CasteeL de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 285-305.

Maandag den {17790614} 14: Junij 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Het ter opspeuring der Bataviasche Retour Scheepen Venus en d’ Eendragt uijtgezonden Freguat Jagt-Rust , op gisteren behouden in de Baaij-Fals te rug gekomen zijnde hebben de op het selve geplaatste Boekhouder Constant van Nult Onkruijt en Adsistent Johannes Meijnderts Cruijwagen in geschrift gerapporteerd:

dat zijl: den 10: der even afgeweekene Maand Maij te Rio de la Goa waaren aangeland, en het bovengem: Schip Venus , aldaar in een desolaten toestand hadden gevonden nademaal van desselfs Equipagie, nog maar 45: Coppen waaren overgebleeven, de welke meerendeels zeer ziek of door Swaare Ulceratiën aan de Beenen, genoegzaam buijten Staat waaren om dienst te doen.

dat zijl: hierop het gedagte Schip ten eersten niet alleen van de hun meede gegeevene Provisiën en Equipagie-goederen, het nodige bijgezet, maar ook op het selve, een Onderstuurman, Ondermeester, Kok, Onder-Timmerman en Zeeven Mattroosen hadden doen overgaan.

dat zij nopens het Schip d’ Eendragt te Rio de La Goa , niets vernomen en zig wijders ook naauwkeurig g’ informeerd hebbende, naar Sodanige Schip als volgens het gerelateerde door den Persoon van Louis de Losme, tusschen Rio de La Goa en Caab Corintes zoude gestrand zijn, hun deezen aangaande, door de Capit:ns van Twee zig aldaar bevonden hebbende met Keijzerlijke Vlaggen vaarende klijne Scheepjes was verzeekerd, dat ter voorsz plaatse geen ander Schip was gestrand, dan een klijn Arabisch Scheepje, waarop gem:de Losme was bescheijden geweest; Sulks het door denselven alhier verleend Relaas, niet als een louter verdigtsel te houden is, te meer, dewijl denselven daarbij geen de minste mentie heeft gemaakt, dat het bovengem: Schip Venus zig te Rio de La Goa quam te bevinden, niettegenstaande hij niet alleen aan boord van ‘t selve is geweest, maar ook bij d’ Overheeden dier kiel, aansoek hadde gedaan, om door haar in ‘S Comp:s dienst te werden genomen.

dat d’ Overheeden van Jagt-Rust , het Schip Venus , door de aan het selve toegevoegde Adsistentie in Staat gesteld hebbende het verder benodigde Secours van hier te kunnen afwagten; het gedagte Freguat den 24: der meerm: maand Maij, wederom van Rio de La Goa vertrocken, en met hunl: onderhebbenden Bodem, naar op de herwaards reijze, verscheijden Swaare Stormen te hebben uijtgestaan, op gisteren in de Baaij Fals waaren aangeland.

En nadien zoo uijt voorsz: Schriftelijk Rapport van voorwaardsgemelde Boekhouder Nult Onkruijd en Adsistent Cruijwagen, als uijt eene Missive, door den Schipper Gerrit ten Sonder Sub dato 17:en der even afgeweekene maand Maij herwaards geschreeven, komt te blijken, dat het meerm: Schip Venus ten principaale met een Sufficient aantal Manschappen van hier zal moeten werden voorzien; Is dierhalven beslooten, het dikwerfgem: Freguat Jagt-Rust , in’t laatst der aanstaande Maand Julij, of het begin van Augustus tot verdere adsistentie van de Venus, af te zenden, ten eijnde gem: kiel vervolgens in October daaraan, wanneer Sulx uijt hoofde van’t Mousson aldaar, op het vroegst kan geschieden, de reijze herwaards zal kunnen onderneemen, in hoope dat de nog verwagt werdende Vaderlandsche Scheepen intusschen dermaten wel gesteld alhier zullen mogen aanlanden, dat men van dezelve enig ontset van Volk zal kunnen bekomen, als waaromtrent het gebrek thans dusdanig groot is, dat men van de reconvalescenten uijt ‘t Hospitaal alhier, naauwlijx zoo veel Manschappen heeft kunnen bij een brengen, als ‘er onvermijdelijk nodig zijn, om het thans meede in de Baaij fals leggend’ Retour Schip ‘T Hof ter Linde , in staat van vertrek te stellen; maar dewijl men van’t Schip de Eendragt niets te Rio de la Goa heeft kunnen ervaaren, en ons dus nog die hoope overblijft, dat het selve zig ergens aan’t Eijland Madagascar zoude kunnen bevinden, zullen d’ Overheeden van Jagt-Rust , bij derselver voorsz wederom te doene voijagie, werden gelast, om naar het voor de Venus gedestineerd Secours aan het selve te hebben toegebragt, als dan van daar naar het evengem: Eijland Madagascar over te steeken, ter ontdekking of het meermelde Schip d’ Eendragt zig in een der Baaijen aldaar mogte hebben geborgen, bij welke occasie dezelve dan ook naar omstandigheijd van Zaaken aan’t ged:e Eijland, een goed aantal Slaven voor d’ E: Comp:ie zullen tragten in te handelen, en waarom al verder is goedgedagt, het aan dezelve ten dien eijnde op de vorige expeditie meede gegeeven Carguasoen, in Jagt-Rust te laten verblijven.

Waarna is geleesen geworden de Onderstaande Missive, van Landdrost en Heemraaden mitsgaders den Burger-Krijgsraad aan Stellenbosch .

Cabo de Goede Hoop.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Gouwerneur en Directeur van Cabo voormeld en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Politiquen Raad aldaar.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘In pligtschuldige opvolging van Uw Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s zeer g’ Eerde Ordre, vervat bij derselver Missive van den 25 Maart Jongstl:, omme de steeds roovende Bosjesmans Hottentotten, met een Sterk Commando in het Bamboes-Gebergte , alwaar de zelve zig ook in groote menigte komen op te houden, t’ attacqueeren, mitsgad:s Sodanige Maatregulen te neemen, en in het werk te stellen, als wij tot uijtroeijing van gem: roofzieke Natie zullen vinden te behooren: op heeden in onse gecombineerde Vergaderinge, desweegens breedvoerig gebesoigneerd zijnde; hebben wij best gedagt, ten eijnde de voorsz Expeditie door een Sterk Commando te laten doen, zonder nogthans de bewoonde Districten t’ ontblooten van de nodige Manschappen, ter dekking tegens den aanval en de Stroperijen dier gints en herwaards Swervende Rovers: dat Sulx wierde werkstellig gemaakt, indiervoegen en op Sodanige wijze, als onlangs bij eene Schriftelijke Ordre, tot narigt van de gezamentlijke Veld-Wagtmeesters der Cambdebose en Sneeuwbergse Districten ten opzigte van het agterhaalen en verdelgen der meerm: Roovers reets is afgevaardigd; en is dienvolgens onder Uw Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s g’ Eerde approbatie, goedgevonden en besloten, aan ijder der voormelde Veld-Wagtmeesters met naamen David Schalk van der Merwe, Josua Joubert Fransz, Carel van der Merwe Hendriksz, Hendrik Meijntjes van den Berg en Adriaan van Jaarsveld Albertsz, bij Missives op’t ernstigst te gelasten, omme ingevolge de voorsz: aan hun gegeevene Schriftelijke ordre, Een Sterk Corps te formeeren, van de helfte der Manschappen uijt elks District, door welk Corps, onder Commando en de aanvoering van eene der Veldwagtmeesters en een dito Corporaal bij het Lot daartoe te verkiesen, de voorsz: Expeditie naar het Bamboes Gebergte , zonder de minste nalatigheijd ofte verzuijm, zal moeten werden gedaan, ten eijnde de meerm: Bosjesmans met de uijtterste vigilantie in derselver Schuijlhoeken aldaar t’ attacqueeren, en des doenlijk uijt te roeijen; met bijvoeging, dat den gecommandeerd hebbende Veldwagtmeester na dies verrigting, bij Schriftelijk Rapport van al het daaromtrent voorgevallene, aan den Eerst Ondergeteek:de exact en behoorlijk verslag zal hebben te doen.’

‘Terwijl wijders ten belange van de gedurig te doene Commando’s op de voorsz: Bosjesmans zo wel als andere Vagabonden in overweging genomen zijnde, de noodzakelijkheijd om alhier enig voorraad van Buskruijt en Loot, in gereedheijd te mogen hebben, ten eijnde daarvan aan de Veld-Wagtmeesters, des gerequireerd werdende, Successivelijk van hier te kunnen werden verstrekt; Zoo neemen wij de vrijheijd, op ‘t nedrigst te verzoeken, dat het Uw Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s behagen mogen, ons ten gemelden eijnde 1000: lb Buskruijt en 2000 lb Loot, goedgunstiglijk te doen erlangen.’

‘Waarmeede verhopende aan Uw Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s hoog g’ Eerde ordre in deesen te hebben voldaan, blijven wij met ‘t diepst respect.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren! Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s zeer Onderdanige en gehoorsaame Dienaaren. /:was geteekend:/’

‘O: G: D: Wet, P: G: Wium, P:s A:s Mijburgh, J: d: Villiers Jan Pietersz, J: B: Hofman, E: Wium. /:in margine:/ Ter Gecombineerde Vergadering van Heemraaden en Krijgs-Officieren aan Stellenbosch den 13 Apr:l 1779’

En is hierop goedgedagt en beslooten, de bij voorsz: gecombineerde Vergadering beraamde Schikking, om de steeds roovende Bosjesmans Hottentotten indiervoegen t’ attacqueeren, en des doenlijk uijt te roeijen, als Sulks bij voorsz: Missive is ter neder gesteld, t’ approbeeren; Terwijl voorts, bij overweeging der noodzakelijkheijd, dat ‘er ten fine als bij meerm: Missive is aangehaald enig voorraad van Buskruijt en Loot te Stellenbosch aan handen zij, verstaan is, de door bovengem: Landdrost en Heemraaden, mitsgaders den Krijgsraad, verzogte Een duijzend ponden Buskruijt en Twee duijzend ponden Loot, aan dezelve te doen verstrecken.

Sijnde vervolgens door vier Engelsse Passagiers, in naamen Robert Haij, John Hay, James Stevenson en John Burnet, dewelke met het in de Baaij Fals geankerd leggend’ Retour-Schip ‘T Hof ter Linde zijn aangeland, gepræsenteerd het Onderstaande Request.

To The Honble the Governor and Council of the Cape of Good Hope.

‘Honble Sir & Sirs!’

‘Having been dissapointed in a conveyance to Sues by which we proposed, proceeding to Europe , and being on account of the bad state of our health under the necessity of leaving India, we left Bencolen in December last, and proceeded to the straith of Sundah , where we were in hopes, of meeting Some of the Englisch homeward bound China Ships, which we had reason te expect, would come there, about that time; however having wented there Two months without meeting any English Vessels bound for Europe , and having certain intelligence of the China Ships having proceeded thro the Straits of Malacca , we were from the impossability of our returning to Bencoolen for some months on account of the then prevailing monsoon, and the bad state of our health, which would not admit of our going to Batavia, under the necessity of requesting Captain Hoffman would grant us a passage on board the Honble Company’s Ship Hof te Linde , which he, on account of our particular Situation granted; having Still the Same reason for proceeding to Europe and being deprived of any other means of affecting it, but by your Honorbl:s assistance, we must request your Honor H:r would be pleased, to grant us and one Servant named Cammang liberty to proceed, on the Honorble Company’s Ship Hof ter Linde , which Vessel we understand is soon to be dispatched from hence.’

‘We are with Respect.’

’/:onderstond:/’

‘Honble Sir and Sirs! your most Obedient Servants. /:was geteekend:/ Robert Hay, Robert Hay for John Hay, James Stevenson John Burnet. /:in margine:/ Cape of Good Hope 10 June 1779’

In opzigte van welk verzoekschrift overwogen weezende dat voorsz: Persoonen nu reets hier zijn, en ‘er in lang geen Scheepen van haar eijgen of andere vreemde Natiën ter deeser Plaatse werden verwagt, om daarmeede naar Europa te geraaken, heeft men dierhalven moeten besluijten, aan deselve de verzogte passagie met het bovengem: Schip ‘T Hof ter Linde t’ accordeeren, mits alvoorens de daartoe staande Transport- en kost-penningen, voor voorsz: Passagiers mitsg:s een bij zig hebbende Bediende, gereekend van Batavia naar Nederland, in ‘S Comp:s Cassa alhier werden voldaan.

En nadien het aanrijden van Berg- en Metzelklippen, mitsg:s andere Bouwstoffen voor het onderhanden zijnde nieuwe Hospitaal, het welk voor den tijd van drie Jaaren, bij den Burger Weesmeester Johannes Matthias Bletterman is aanbesteed geweest, met den 5:de der aanstaande maand Julij staat t’ expireeren, en gem: Bletterman niet inclineerd, daarin langer te continueeren; Is dierhalven verstaan, denselven daarvan t’ ontslaan, en den aanvoer van gedagte Materiaalen wederom voor drie Jaaren, tot die selfde prijsen en op gelijke Conditiën, als waarvoor de zelve bij meerm: Bletterman is aangenomen geweest, over te laaten aan den Burger Jan Smook en Sodanigen Persoon of Persoonen, als hij met hem zal komen t’ associeeren, dewelke zig dan ook deswegens bij een behoorlijke Acte Zullen moeten verbinden.

Sijnde wijders in steede van den overleedenen Capitain over een der Compagniën Burger Infanterije alhier Pieter Soermans, wederom tot Capit:n bevorderd, den Lieutenant Johannes Smuts, in wiens plaatse men den Vaandrig Hendrik Oostwald Eksteen tot Lieutenant en den Sergeant George Hendrik Bunding, tot Vaandrig heeft laten optreeden; Terwijl ter plaatsvullinge van den onlangs tot Vaandrig opgetreedenen Jan Hendrik Ekkert, wederom tot Adjudant bij gemelde Burger Infanterije is aangesteld den Persoon van Hendrik Truter.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 306-308.

Woensdag den {17790616} 16 Junij 1779.

Vermits den Hoeker de Nepthunus , die uijt hoofde van desselfs slegte gesteldheijd, en als ten eenemaal afgevaaren Zijnde, reets volgens het onder den 30:st Augustus 1777: genomen besluijt heeft moeten werden afgelegd, thans ook niet meer in Staat is, om daarin te kunnen bergen de goederen, die uijt de voor dit Gouvernement afgeladene Scheepen moeten gelost, en naderhand wederom in deselve afgelaaden werden: Is dierhalven bij omvrage aan de respective Leeden des Raads gedaan, beslooten het gedagte Vaartuijg te doen sloopen; Sullende dierhalven d’ Ankers en Touwen, waarvoor het selve thans is vast leggende, neevens de Masten en het wandt bij de Boeken alhier ingenomen, en het Houtwerk van’t gesloopte Hol, daar het selve ten dienste der E: Compagnie zal te Stade komen, g’ emploijeerd werden.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 309-318.

Dingsdag den {17790706} 6: Julij 1779.

‘S voormiddags alle præsent uijtgenomen de Heer Lieuten:t Collonel Hendrik van Prehn

Dewijl den tijd der Verpagting van ‘S Landsgemeene middelen en Inkomsten begind op handen te Schieten, is dierhalven goedgedagt, dezelve onder Ult:mo der aanstaande maand Augustus wederom op den vorigen voet te laten geschieten, en daarvan na gewoonte Billiëtten te doen affigeeren.

Wijders wierd door den Heere Gouverneur te kennen gegeeven, dat de gepriviligeerde Schoolmeesters alhier, aan d’ Eerw: Predikanten deeser Caabse

Gemeijnte in geschrifte hadden voorgedragen het nadeel, dat aan hun wierd toegebragt, door diversse Persoonen, dewelke zonder daartoe behoorlijk permissie te hebben erlangd, het School houden quamen t’ oeffenen, met verzoek dat daartegens mogte werden voorzien; welk verzoekschrift door haar Eerw:s aan welgem: Heere Gouverneur overgeleeverd zijnde, aldus was luijdende.

De Wel Eerwaarde Heeren Predikanten der Gereformeerde Gemeente aan Cabo de Goede Hoop.

‘Vertoonen met behoorlijke Eerbied, de gezamentlijke gepriviligeerde Schoolmeesters deezer Plaatse, de vervallen Staat van enige hunner resp:ve Schoolen; ten opzigte van de Schaarsheijd der Leerlingen; welken hoe langer hoe meerder verminderen; het geen voor de algemeene ruine der geadmitteerde Schoolen doed vreesen, werdende dit verval veroorsaakt, door het groot aantal van onaangestelde Schoolmeesters, en dewelke nog dagelijks toeneemen: Gelijk de Remonstranten, op nieuws in ervaringe zijn gekomen, dat zonder daar toe bevoorregt te zijn, onder veele Particulieren, die aanneemen de Jeugd aan de Huijsen te instrueeren; ook insgelijks gevonden werden Persoonen, die Sulks verrigten, in bijzondere daartoe opgeregte Schoolen; als werdende onder anderen gemaintineerd, door den geweezene Houtschrijver N: N: Wedel: Zoo is’t, dat de Suppl:ten genoodzaakt zijn, hunne toevlugt te neemen, tot hunne Wel Eerwaardens, met ootmoedig verzoek, dat, daar Sulks met hunne meeninge en voorzorge komt te Strijden, gunstig te willen verstaan, ten beste van het algemeen, dat de gem: onbevoorregte Schoolen, vernietigd werden, ten eijnde het total verval der geadmitteerde te verhoeden.’

‘Het welk doende enz.’

’/:onderstond:/’

‘Cabo de Goede Hoop den 29 Maij 1779. /:was geteekend:/ P: Meijer, David Hendrik Mellet, D: N: Dureng, A:s Joosten, G: Knoop, W: Wijdeman,’

‘J: H: Redelinghuijs.’

Waarop best gedagt en dienvolgens besloten is, het gedagte Verzoek-Schrift te Stellen in handen van den Heer Commissaris Politicq M:r Willem Cornelis Boers, mitsgad:s d’ Eerw: Predikanten deezer Caabse Gemeijnte, en den thans Burgerswegen fungeerende ouderling, ten eijnde in haare qualiteijten als Scholarchen, zo wel nopens de klagten der gepriviligeerde Schoolmeesters, als den tegenswoordigen toestand der Schoolen, behoorlijk Onderzoek te doen, en deezen Raade vervolgens te dienen van berigt en derselver Consideratien, wat daaromtrent ter verbeetering zoude werden vereijscht.

Den op’t de Baaij Fals geankerd Leggend’ Schip het Buijten Leeven gecommandeerd hebbende Schipper Carel Magnus Paulin, bij het vertoef van gem: Bodem in Portsmouth , wegens tentamen eener Schandelijke daad beschuldigd, en dieswegens in arrest gesteld, mitsg:s dusdanig alhier aangebragt zijnde, is verstaan die Zaak ter onderzoek te stellen in handen van meerm: Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers: en nadien, volgens de Authenticque Copie van zeekere Missive, zub dato 12 Febr:ij deezer Jaars, door d’Edele Heeren Bewindhebberen ter Camer Delft, aan den Consul van Haar Hooge Mogende te London de Heer Thimothij Nucella, nopens voorsz facheuse Zaak geschreeven, het Commando op voorsz: Bodem, is opgedragen aan den Opperstuurman Wouter Verhagen, is dierhalven besloten, denselven daarin te confirmeeren, en voorts tot opperstuurman te laaten optreeden den onder dito Adrianus Schotte van Delft, en in Steede van denselven, tot onderstuurman te doen Succedeeren, den Derdewaak Jan Eekman meede van Delft alles nogthans ter nadere approbatie van Haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren der Hoge Indiasche Regeering tot Batavia; Terwijl al verder goedgedagt is, voorwaards geciteerde Copia Missive van welopgem: Edele Heeren Bewindhebberen ter Camer Delft, als door boven gem: Heer Nucella, den Gezaghebber verhagen inhandigt zijnde, onder desselfs berusting te laaten.

Hebbende den Heere Gouverneur voorts te kennen gegeeven, dat na dien ‘er onder de wijnige reconvalescenten alhier, zig geen Soldaaten bevinden, en dat ook de Equipagie van het bovengemelde Schip Het Buijten Leeven , meest al in Slegte Mattroosen komt te bestaan, oversulks geen Militairen op het naar Ceijlon gedestineerde Schip ‘T Huijs Om zullen kunnen werden geplaatst.

Laastelijk overwogen zijnde, dat de Wetten en Ordonnantien dewelke op’t Stuk der particuliere Slagterije zijn g’ Emaneerd, door diversse omstandigheeden thans niet allesints voldoende zijn om de daaromtrent van tijd tot tijd ingesloopene misbruijken, behoorlijk te kunnen weeren, en tegengaan en dat de noodzaakelijkheijd oversulks vereijscht daarin te voorzien, ten eijnde alle verkeerde interpratatiën der vorige gestelde Ordres voor het vervolg ten eenemaal werden weggenomen; Soo is best gedagt en dienvolgens beslooten, omtrent voorschreeve particuliere Slagterije Sodanige nieuwe keuren te maaken, als tot bereijking van het voorschreeve Oogmerk zal werden bevonden te behooren.

Aldus GeresoLveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 319-326.

Vrijdag den {17790709} 9: Julij 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Wierd door den Heere Gouverneur Gecommuniceerd, dat met het op den 4:de deezer in de Baaij Fals gearriveerd Fransch Conings-Schip le Sevêre alhier was aangeland eenen Mons:r de Montigny, dewelke van weegens zijne Fransse Majesteijts Minister de Marine de Heer de Sartine aan hem Heere Gouverneur hadde overhandigd de volgende Missive.

A’ Versailles 7: Fevrier 1779

‘Comme il peút arriver, Monsieur que les Coloniers des Iles de France et de Bourbon , ainsi que les vaisseaux du Roi ou du commerce que relathent au Cap de bonne Esperance ayant besoin de se procurer des comestibles dans la Colonie dont le Gouvernement vous est confié, J’ai donné ordre au S:r de Montigny de S’y rendre pour veiller à ceque le payement en Soit fait exactement La place de Subrecargue de la Compagnie Francoises des Indes qu’il a remplié en Chine pendant plusiéurs années et son caractêre doux et honnête me persuadent qu’il meritera votre bien vaillance, et Je ne doute pas, que la bonne harmonie qui Subsiste entre le Roi et les Etats Généraux ne vous engage à procurer au S:r de Montigny toutes les facilités qui dependront de vous, pour remplir la mission dont il est chargé.’

‘Je l’autorise à solder toutes les Livraisons que lui Seront au Cap en ses traites sur le Tresorièr general de la Marine à Paris à six mois de vuë, et vous pourrez donner aux Fournisseurs l’assurance que Je ferai pourvoir exactement au payement des dites traites. Je saisis bien volontiers cette occasion de vous temoigner l’estime particuliere que J’ai pour vous et de vous assurer de la Consideration distinguée avec la quelle J’ai L’honneur d’etre Monsieur Votre tres humble et três obeissant Serviteur.’

’/:was geteekend:/ de Sartine.’

Naar Lectuure welker Missive nog door welgemelde Heere Gouverneur wierd geavanceerd, dat op de bedenkingen die zijn Edele aan gedagte Monsieur de Montigny hadde te kennen gegeeven, om hem in’t bij voorschreeven Missive geadscribeerde Caracter alhier te kunnen admitteeren, nademaal ten dien opzigte bij deeze Regeering geen het minste aanschrijvens der Hoog Gebiedende Heeren Meesters in’t Patria was ontfangen, denselven hier op betuijgd had, dat diesaangaande door de Fransche Ambassadeur in ‘s Hage , de nodige voorstellingen aan zijn DoorLugtigste Hoogheijd waaren gedaan, en hem door gedagte Heer de Sartine, niet alleen was verzeekerd, dat dezelve geene Swaarigheeden Stonden te ontmoeten, dog dat hij Monsieur de Montigny, om van de geleegendheijd die zig voor hem met het bovengemelde Schip Le Sevêre opdeed te kunnen profiteeren, zig maar ditheen hadde te begeeven; als geensints twijffelende, of het nodige aanschrijvens aan deeze Regeering, zoude aan deselve direct uijt Neederland werden gedaan; des hij Heere Gouverneur in consideratie gaf, hoedanig intusschen omtrent meermelde Monsièur de Montigny zoude dienen te werden gehandeld; en is, naar hier over gehoudende besoigne, eenpariglijk vermeijnd, dat zo lange men ten zijnen opzigte met geene Ordres onzer Hoog Gebiedende Heeren principaalen zal weesen gemunieerd, denselven ook op geenerleij wijze te kunnen admitteeren, om alhier indiervoegen als bij voorschreeve Missive is ter needer gesteld, voor de Fransche Natie te ageeren: Sijnde egter, ter consideratie der Swaare indispositie van meermelde Monsieur de Montigny verstaan, aan denselven te permitteeren om enigen tijd ter deezer Plaatse te mogen verblijven.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 327-331.

Vrijdag den {17790730} 30: Julij 1779.

‘S voormiddags alle præsent uijtgenomen den Heer Lieutenant Collonel Hendrik van Prehn.

Vermits het Freguat Jagt-Rust thans volkomen gereed legt, om met een aantal van 80: Zeevaarende Coppen, mitsgaders de benodigde provisiën en Equipagie-Goederen voor het te Rio de la Goa leggend’ Retour Schip Venus t’zeijl te gaan; Is dierhalven verstaan de Overheeden van’t gedagte Freguat te gelasten, om met de eerste dienstige wind, de Baaij Fals te verlaaten, en naar Rio de la Goa voormeld te vertrecken; Terwijl d’ Overheeden van ged:e Bodem Venus zullen werden aangeschreeven, om zodra het voorsz: Secours van Volk en andere noodwendigheeden bij haar zal weezen ontfangen; zijl: als dan derselver onderhebbenden Bodem op het Spoedigste in Staat van vertrek Zullen hebben te stellen, en daarop ten eersten sonder het minste tijd verzuijm, de reijze herwaards aan te neemen, met ernstige recommandatie wijders, om van de hun toegeschikte provisiën, een nuttig gebruijk te maken, ten eijnde haare Manschap, daar door niet alleen tot vorige kragten mogen geraken, maar ook vervolgens in behoorlijke staat van gezondheijd werden gehouden.

En nadien niet alleen de voorsz: 80 Coppen voor meerm: bodem de Venus , maar ook de Manschappen die de retour Scheepen ‘t hof ter Linde en Alkemade zijn benodigd geweest, meerendeels zo van d’ Equipagie werf als bij dit Gouvernement gehorende Hoekers hebben moeten werden genomen, en ‘er oversulx zo op ged:e Werf als permanente Vaartuijgen circa 100 Coppen komen t’ontbreeken, heeft men dierhalven moeten besluijten, dezelve Successivelijk, van de hier te Landene Vaderlandse Scheepen te doen ligten, waarvan dan aan de Heeren der Hoge Indiasche Regeering behoorlijk kennisse zal werden gegeeven.

Sijnde voorts door den Heer Gouverneur te kennen gegeeven, dat de gebreeken dewelke zig aan het Roer van’t voorsz: in de Baaij Fals geankerd leggend’ retour Schip Alkemade hadden bevonden, daar ter plaatse wel wederom waaren gerepareerd, dog dat vermits gem: bodem buijten des niet alleen over het geheel zeer ontramponeerd, maar de Combuijs insonderheijd dermaten slegt gesteld bevonden was, dat dezelve noodwendig afgebrooken en in’t geheel moetende vernieuwd werden, Sulx alles niet wel in voorsz: Baaij Fals konde werden verrigt; Weshalven best geoordeeld en dienvolgens besloten is, het meerm: Schip Alkemade naar medio der aanstaande maand Augustus en dus naar het afloopen van het præsente Winter-Saisoen, uijt meerm: Baaij fals ter deezer Caabse Rheede te laten opkomen.

Laastelijk door welgem: Heere Gouverneur geproduceerd weezende, het ontwerp eens Placcaats, vervattende de noodwendig vereijscht werdende nieuwe keuren op de particuliere Slagterije; Soo is verstaan; dat hetselve indiervoegen zal werden gepubliceerd en alomme geaffigeerd.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 332-350.

Dingsdag den {17790831} 31: Aug:s 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

De Vergadering thans bij een gekomen weezende, om ingevolge de dieswegens geaffigeerde Billiëtten, publicq te verpagten ‘S Lands gemeene middelen en Inkomsten, zoo wierd door den Heere Gouverneur gecommuniceerd, dat op gisteren bij zijn Edele was verscheenen den Burger Willem de Kruger, die als bij de Jongste Verpagting, het Eerste en Vierde perceel der Brandewijnen, voor de Somma van ƒ17000:- ingemeijnd hebbende, hem Heere Gouverneur had te kennen gegeeven, dat hij zo door een Slegt debit der voorsz: door hem gepagte Sterke dranken als de buijten gewoon hoge prijsen, waar voor hij dezelve had moeten inkoopen, niet alleen een considerabel verlies op de voorsz: door hem aangenomene perceelen hadde geleeden, maar ook ongeagt alle aangewende devoiren, om de bij hem benodigt zijnde penn:gen op Intrest te negotieeren, daarin niet had kunnen reusseeren, en hij daar door buijten staat was geraakt, om de Tweede Termijn zijner aangenomene Pagtpenningen ten bedrage van ƒ 8500:- aan d’ E: Comp:ie voor als nog te hebben kunnen voldoen; des zijn Edele ged:e Willem de Kruger had aangekondigt, dat nadien hij volgens den Teneur der Conditiën en voorwaarden, waarop de bovengem: perceelen der Brandewijns-pagt door hem waaren aangenomen, ter zaake voorz: bij deeze nieuwe Verpagting niet ad missibel quam te zijn, zig over Sulks niet alleen van het pagten Selve zoude hebben t’onthouden, maar hem diesaangaande ook niet als Borge voor een ander

t’interponeeren: En is hierop voorts aan den Heere Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers gedemandeerd, om ten opzigte van’t voorsz: agterweezen van dikwerf genoemde Willem de Kruger, voor het Intrest der E: Comp:ie te vigileeren.

Waarna de voorschreeve ‘S Lands gemeene Middelen en Inkomsten na voorgaande Clokke geklep en uijtroeping van den Bode, publicq opgeveijld zijnde, zoo zijn dezelve ingemeijnd geworden door al Sulke Persoonen en tot Sodanige prijzen als hier onder staat uijtgedrukt, te weeten.

'T Moutbier.
Willem Hurter   ƒ2525:-
 
Brandewijnen.
Eerste quart Marten Batemen ƒ5500:-
Tweede d:o Jan Jacob Schreuder d:o 4800:-
Derde d:o Christiaan Bam d:o 4000:-
Vierde d:o Marten Bateman d:o 4000:- d:o 18300:-
 
Vaderlandse Bieren en Wijnen.
Jan Jacob Schreuder   d:o 600:-
 
Caabse Wijnen.
Eerste quart Pieter Matthijs Taute ƒ5250:-
Tweede d:o d:o d:o d:o d:o 6075:-
Derde d:o Daniël Hugo d:o 5600:-
Vierde d:o d:o d:o d:o 5700:-
  ƒ22625:-
Welke vier perceelen van de Pagt der Caabse Coele wijnen vervolgens naar den Inhoude der pagt Conditiën weeder opgeveijld en afgeslagen weezende, zijn dezelve ingemeijnd geworden door den Oud Heemraad Marten Melk, invoegen hij Generaalen Pagter der voorsz: Wijnen is gebleeven voor een Somma van d:o 32200:-
 
Caabse Wijnen aan 't Ronde Bosje en in de Baaij Fals
Jan Roep   d:o 3900:-
 
Coele en Brandewijnen aan Stellenbosch en Drakensteijn .
Frans Zebrits   d:o 550:-
 
D' Impost op de Wijn, Aracq en Brandewijn aan Vreemde Natien geleeverd werdende.
Jurgen Wolfgang Spengeler   d:o 18500:-
Zodat de Pagtpenn: te zamen bedragen   ƒ76575:-
'T Moutbier.
Willem Hurter   ƒ2525:-
 
Brandewijnen.
Eerste quart Marten Batemen ƒ5500:-
Tweede d:o Jan Jacob Schreuder d:o 4800:-
Derde d:o Christiaan Bam d:o 4000:-
Vierde d:o Marten Bateman d:o 4000:- d:o 18300:-
 
Vaderlandse Bieren en Wijnen.
Jan Jacob Schreuder   d:o 600:-
 
Caabse Wijnen.
Eerste quart Pieter Matthijs Taute ƒ5250:-
Tweede d:o d:o d:o d:o d:o 6075:-
Derde d:o Daniël Hugo d:o 5600:-
Vierde d:o d:o d:o d:o 5700:-
  ƒ22625:-
Welke vier perceelen van de Pagt der Caabse Coele wijnen vervolgens naar den Inhoude der pagt Conditiën weeder opgeveijld en afgeslagen weezende, zijn dezelve ingemeijnd geworden door den Oud Heemraad Marten Melk, invoegen hij Generaalen Pagter der voorsz: Wijnen is gebleeven voor een Somma van d:o 32200:-
 
Caabse Wijnen aan 't Ronde Bosje en in de Baaij Fals
Jan Roep   d:o 3900:-
 
Coele en Brandewijnen aan Stellenbosch en Drakensteijn .
Frans Zebrits   d:o 550:-
 
D' Impost op de Wijn, Aracq en Brandewijn aan Vreemde Natien geleeverd werdende.
Jurgen Wolfgang Spengeler   d:o 18500:-
Zodat de Pagtpenn: te zamen bedragen   ƒ76575:-

Door d’ E: Gilquin als Inspecteur over ‘S Comp:s Gebouwen aan den Heere Gouverneur voorgedragen zijnde, dat nadien den over d’ Ambagts Lieden en de verdere aan’t nieuwe Hospitaal arbeijdende Manschappen aangestelden Opzigter Marthinus van Oorde onlangs was komen t’ overlijden de noodzakelijkheijd dierhalven vorderde, dat ‘er een of meerder Persoonen wierden aangesteld, ten eijnde bestendig het oog op voorsz Werks-Lieden te houden, en den arbeijd allezints met des te meerder Spoed te doen voortgaan; Zoo is op de propositie van den Heere Gouverneur best gedagt en dienvolgens besloten, om de Meesterknegts der bij het ged: nieuwe Hospitaal bescheijdene Timmerlieden en Metzelaars Petrus Jacobus Rademan en Johan Coenraad Hessenbos, den eersten tot Baas en Opziender over de TimmerLieden en Smits, en laatstgen:de tot Baas en Opziender over de Metzelaars, beijde met verhoging van gagie tot ƒ30:- ter m:d aan te stellen.

Sijnde voorts door Weesmeesteren deezer Steede gepræsenteerd het volgend’ Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel EdeLe Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeven met verschuldigt Respect te kennen, Weesmeesteren deezer Steede, als Executeurs des Testaments van wijlen Martha Vorbeek weed:we wijlen den Schipper der E: Comp:ie Dignus de Vlamingh: hoe dezelve bij haare evengem: uijtterste wille, eerstelijk hebbende komen te begeeren, dat haaren Slaven Jonge Gedult van Macassar, zoude moeten gaan woonen, bij derselver Swager, den Ondercoopman en Secretaris der Weescamer Tobias Christiaan Rönnenkamp, en dus niet mogen werden verkogt, zij naderhand egter te Raade is geworden, gem: Slaven Jonge te doen emancipeeren en op vrije voeten Stellen, mitsg:s deeze haare nadere begeerte te bekragtigen door een declaratie, agter den voorz: Testamente gevoegd; gelijk Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s het een en ander, uijt het deezen geannexeerde Authenticque Extract haarer gem: laatste dispositie en de daarop gemaakte ampliatie, bij geliefte nader zullen kunnen beoogen; Weshalven zoo neemen de Supplianten in hunne voorsz: Qualiteijten de vrijheijd, zig te keeren tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s met eerbiedig Supplicq dat aan hun, tot het vrijgeeven van gezegden Slaven Jonge, permissie mag werden verleend.’

‘dan aangezien door den Voorzeijden Ondercoopman Rönnenkamp aan de Suppl:te is betuijgd, dat aan voorsz: Slaaf Geduld, bij alle de vroegere Testamenten, die zijne gemelde Leijf vrouwe heeft gemaakt, desselfs vrijdom besprooken geworden zijnde, zij met ten zijnen opzigte bij het opregten haarer laatste metter dood bekragtigde uijtterste wille eerst anders te disponeeren, alleen was komen te bedoelen de vervullinge haarer belofte, aan hem Rönnenkamp bevorens gedaan, om ged:e Slaven Jonge, onder de voorwaards gem: Conditie bij denselven te doen blijven; dog dat de getrouwe diensten door hem aan zijne meerm: Lijf-vrouwe, boven al in haare laatste Ziekte beweezen, bij haar de novo in aanmerking gekomen zijnde, hij dezelve daarop van haare voorsz: belofte ontslagen, en zij; op zijn aanraaden vervolgens, haare begeerte, om den meermaals genoemden Slaven Jonge, zijn vrijdom te Schenken, in maniere als voorsz: ten papiere had doen stellen; waaruijt dan komende te blijken, dat de intentie der Overleedene altoos is geweest, haaren gerepten Lijf-Eijgen niet te laten in Slavernije, maar denselven integendeel vrij te geeven; Zoo neemen de Suppl:ten in derselver Qualiteijten al verder de vrijheijd, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s Eerbiedig te verzoeken, omme ter consideratie van dien, te mogen werden g’ excuseerd van de betaling der geordonneerde Vijftig Rijxdaalders, ten voordeele van de Diaconij Armen, op het emancipeeren van Slaven gesteld; Terwijl wanneer Sulks gunstig mogt werden geaccordeerd, den bovengem: Ondercoopman Rönnenkamp en der Overleedene Schoon-Dogter Elizabeth van Es, weed:we wijlen den Boekhouder Tobias Jan de Vlamingh, als dan bereijd zijn, zig te stellen als Borgen, dat dikwilsgen:de vrij te geevene Slaaf, zo lange hij leeft, niet tot Lasten der voorsz: Diaconie kome te vervallen, nog dezelve om enige alimentatie verzoeken.’

’/:onderstond:/’

‘’T Welk doende &:a /:lager:/ Uijt naam en Last van Weesmeesteren voormeld. /:was geteekend:/ T: C: Rönnenkamp Secret:s’

Waarop goedgedagt is, aan Weesmeesteren voormeld niet alleen t’accordeeren de aan wijlen de Weed:we Dignus de Vlamingh toebehoord hebbende Slaven Jonge Geduld van Macasser uijt Slavernije t’ ontslaan en onder de geoffereerde Borgtogt in vrijdom te stellen, maar het ged:e Collegie bovensdien, ter consideratie der in het bovengem: Request aangehaalde reedenen t’ excuseeren, van Sodanige Somma van Vijftig Rijxd:s als andersints, boven de voorsz: Borgstelling, nog aan de Diaconij Armen alhier voor bovengem: ‘t emancipeerene Slaaf zoude hebben moeten werden betaald.

Gelijk meede op het insgelijks p:r Request gedaan verzoek van den Landbouwer Louis Taillard, aan denselven is toegestaan, desselfs Slavinne gen:d Rachel van de Caab, uijt Slavernije t’ ontslaan en in vrijdom te stellen, mits betaalende de voorsz: Somma van Rd:s 50:-: ten behoeve der Diaconij alhier, en dat door hem de vereijschte Borgtogt werde gesteld, dat dezelve binnen den bepaalden tijd niet tot Laste der Diaconije kome te vervallen.

Vervolgens door de Burgers Hans Diederik Mohr, Willem Hoppe en Jozua Joubert Gideonsz: ingediend zijnde het volgend’ Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Met verschuldigde Eerbied geeven te kennen, Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:rens nedrige Dienaaren, de Burgers Hans Diederik Mohr, Willem Hoppe en Jozua Joubert Gideonsz: hoe zij Suppl:ten na voorgaande geobtineerd Consent van welopgemelden Edelen Heere Gouverneur, tusschen derselver Huijsen en Erven, in deeze Tafelvalleij in’t Blok N:o 10: annex den anderen, staande tegens de aldaar voorbij lopende nieuwe Gragt aan’t Veld, tot hunner Supplianten onderling gerief en op eijgene bekostiging, een Put hebbende doen uijtgraven en opmetzelen, en dezelve thans ten eenemaale voltooijd, mitsgad:s in stand gebragt zijnde, neemen zij Suppl:ten oversulks de vrijheijd, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s Ootmoedigst te verzoeken, dat het dezelve goedgunstigst moge behagen, aan de Supplianten als een beneficie voor derselver opgem: Huijsen en Erven, een ijder voor een derde gedeelte te verleenen regt van Eijgendom tot en aan de voorsz opgemetzelden Put, en om bij namaligen verkoop dier Huijsen en Erven als andersints, daar bij teffens van dat verkreegene Regt, een ijder voor zijn aandeel, cessie ende Overdragt aan de kopers of volgende Eijgenaars der meerm: Huijsen te mogen doen.’

’/:onderstond:/’

‘’T Welk doende &:a.’

Soo is verstaan, aan de Suppl:ten als een prærogatif voor derselver thans bewoond werdende, mitsg:s in’t Blok N:o 10: geleegene Huijsen, ijder voor een derde part te vergunnen, het regt en Eijgendom aan en tot de door haar opgemetzelde Waterput en om hetselve regt bij verkoop der voorsz: Huijsen aan de volgende Bezitters en Eijgenaars te mogen overdragen.

Gelijk wijders aan den Oud Burgerraad Johannes Smuts in Eijgendom is uijtgegeeven, een Stukje Lands, annex desselfs oude Thuijn Land, geleegen in deeze Tafelvalleij , ende Sulx ter groote van Vier Honderd Vier en Veertig quadraat Roeden en twee dito Voeten.

Den Eersten Lieutenant in de Tweede Comp:ie Dragonders uijt de Land-Militie aan Stellenbosch , Wentzel Christoffel Coetser wegens desselfs debilen toestand, van dien dienst hebbende moeten werden ontslagen, is in steede van denselven den Tweeden Lieuten:t Philippus Albertus Mijburgh tot Eerste, en den Cornet Eduard Wium, wederom tot Tweeden Lieuten:t bevorderd, Terwijl den Adjudant Stephanus Jansz: Weijers tot Cornet opgetreeden zijnde, voorts in desselfs plaats den Wagtmeester Roeloff Laubscher tot Adjudant is aangesteld.

Laatstelijk is ter consideratie dat den ter Justitieele Secretarije bescheijdenen

Boekhouder Jochem Hendrik BartwedeL van Meklenburg d’ E: Comp:ie den tijd van

26: Jaaren behoorlijk gediend hebbende, bovensdien den Ouderdom van 62 Jaaren heeft bereijkt, goedgevonden, denselven op zijn hierom bij Request gedaan verzoek, naar dictamen van’t Reglement op het Emeriti stellen dusdaniger afgeleefde Dienaaren met een rust gagie van ƒ15:- p:r m:d uijt ‘S E Comp:s dienst t’ ontslaan.

Aldus GeresoLveerd ende Gearresteerd mitsg:s Gedaan en Uijtgevoerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 351-369.

Donderdag den {17790902} 2: 7ber 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Gaf den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers te kennen, dat den Burger Willem de Kruger door zijn Edele tot de betalinge van Sodanige Somma van Rijxd:s 2883:16:, als denselven wegens de Tweede Termijn, der door hem bij de Verpagting des voorl Jaars aangenomene Eerste- en Vierde Perceelen der Brandewijn aan d’ E: Comp:ie is debet gebleeven, aangesprooken zijnde, gem:de Kruger hierop hadde betuijgd, dat hij al een geruijmen tijd voor d’ expiratie van de tijd dat de voorsz: Tweede Termijn, der bij hem uijtgeloofde pagtpenn:gen zoude moeten betaald zijn, alle mogelijke devoiren hadde aangewend, om die penningen op Intrest op te neemen; dog dezelve mits de tegenswoordige Schaarsheijd aan Contanten, nergens had kunnen bekomen;

dat hoe zeer desselfs vaste goederen alleen meer importeerde, dan het geene waarvoor dezelve waaren verhijpothequeerd, het egter niet dan tot desselfs totale ruine Zoude Strekken; ingevalle dezelve geregtelijk wierden verkogt, des hij zeer instantig verzogte, dat het deezen Raade om voorsz: reedenen, en dat hij nu verscheijde Jaaren agter een, diversse perceelen der Brandewijns-Pagt tot considerable Sommen had aangenomen, Zonder bevoorens, omtrent de betaling, in gebreeken te zijn gebleeven, goedgunstig mogte behaagen, ten Zijnen opzigte thans eenige consideratie te gebruijken, en ten dien eijnde aan hem tot het opbrengen zijner voorsz ten agteren zijnde Pagt-penningen, enig uijtstel te verleenen, in welken gevalle hij met het begin der aanstaande Maand October, bij vrijwillige verkoping, zo veel van desselfs vaste goederen zoude verkopen, als tot betaling der meermelde ten agteren zijnde pagt-penn:gen wierden vereijscht.

Waarop in overweeging zijnde genomen, dat voorsz: Willem de Kruger voor een goed en naarstig Burger bekend zijnde, dus in het negotieeren van Penningen niet zoude zijn gefrustreerd geworden, bij aldien Sulx niet door het præsente gebrek aan gereed geld, zoo wel bij de resp:ve Collegiën, als vermogende particulieren was veroorzaakt; Is dierhalven, ten eijnde denselven zo veel mogelijk staande te houden, eenpariglijk beslooten, aan denselven tot het opbrengen van desselfs aan d’ E: Comp:ie ten agteren staande pagtpenningen uijtstel te verleenen, tot Ult:mo der aanstaande Maand October, waarvan aan de Persoonen, die zig als Borgen voor de voldoening van voorsz: pagtpenn:gen hebben geinterponeerd, behoorlijk kennisse zal werden gegeeven; Terwijl door den Coopman en Secret:s deezes Raads d’ E: Oloff Martini Bergh, in desselfs qualiteijt als Vendu-Meester zorge zal moeten werden gedragen, om van de gelden die uijt de door dikwerfgem:de Kruger bij Vendutie te verkopene Goederen staan geprovenieerd te werden, het voorsz: bedragen van Rijxd:s 2833:16 ten behoeve der E: Compagnie in te houden.

Sijnde voorts aan de respective aanneemers der Jongst verpagte Brandewijns perceelen, Item der Vaderlandsche Bieren en Wijnen, mitsgad:s die der Caabse Coele en Brandewijnen aan ‘t Ronde Bosje en in de Baaij Fals , op derselver dieswegens gepræsenteerde Requesten geaccordeerd, om tot beeter voortzetting hunner neering, de verzogte Bij-Tappers te mogen aanstellen.

Wijders wierd door d’ E: E: Scholarchen alhier, ingediend het volgend Schriftelijk berigt.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s aan d’ Ondergeteek:ds Scholarchen, hebbende gelieven ter hand te stellen, Extract uijt derselver Resolutie, Sub dato 6: Julij pass:o genomen, op de doleantiën der gepræviligeerde Schoolmeesters alhier, behelzende het nadeel, dat volgens derselver Sustenue, aan hun wierd toegebragt door diversse Persoonen, dewelke Zonder daartoe behoorlijk permissie te hebben erlangd, het Schoolhouden quamen te oeffenen; ten eijnde d’ Ondergeteek:s zo wel nopens de gemelde klagten der gezegde Schoolmeesters, als den tegenwoordigen toestand der Schoolen, behoorlijk onderzoek gedaan hebbende, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s vervolgens zouden dienen van berigt, en haare consideratien, wat daaromtrent ter verbeetering zoude werden vereijscht; Soo neemen d’ Onderget:s de vrijheijd, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s te berigten, dat bij gedaane visite en Examinatie der Schoolen van opgem: gepriviligeerde Schoolmeesters derselver voorgewende klagten, ten opzigte der toeneemende Schaarsheijd van Leerlingen en daaruijt geconsequeerde vreese voor een total verval hunner Schoolen, aan d’ Ondergeteek:s ten eenemaal ongefundeerd zijn te vooren gekomen, nadien’

‘Eerstelijk- Een ijder der voorsz: gepriviligeerde Schoolmeesters, die het onderwijs der hem aanvertrouwde Jeugd, maar met behoorlijken ijver en Vlijt wil behartigen, altoos Zoo veel toevloed van Leerlingen in zijn School, Ja! somtijds meer zal hebben, als hij op eene gevoeglijke wijze vermogens zal weezen te kunnen instrueeren; gelijk Sulx uijt eene geformeerde en deezen geannexeerde Lijst van’t Getal der Kinderen, die thans in ijder School werden gevonden, komt te blijken.’

‘Ten Tweeden.- dat bij gedaan onderzoek, zo wel nopens de School van den perzoon van Johan Simon Wedel /:op welke de klagers wel principaal Schijnen te doelen:/ als andere particuliere Informators, is bevonden, dat de Leerlingen, door dezelve g’instrueerd werdende, meest alle zijn kinderen, die, of bevorens in de publicque Schoolen, de Spel lees- en Schrijf-kunde, mitsg:s de eerste beginselen van den Godsdienst onzer kerke reets geleerd hebben, ofte deselve Schoolen tot die Eijndens, als nog komen te frequenteeren, en dus door opgemelde Wedel en andere bijsondere Informators eenelijk in de Fransse Taal of eenige andere Weetenschappen werden onderweezen; Sulx dan daar door almeede op geenerleij wijze, eenige præjudicie ofte nadeel aan de gepriviligeerde Schoolen werd toegebragt.’

‘Gelijk voorts omtrent den toestand der Schoolen, ende verbeeteringe derselve voor het tegenwoordige aan d’ Ondergeteek:s niets remarquabels is voorgekomen, dan alleen met betreckinge tot de Schoole in ‘S E: Comp:s Slaven Logie, waarvan den Meester vrij sterk geborneerd Schijnt in zijne middelen van bestaan, het welk tot zijn natuurlijk gevolg heeft, dat hij, omme zig met Vrouw en kinderen te kunnen Sustenteeren, zig wel eens met andere Zaaken, als het onderwijssen zijner Scholieren, moet occupeeren, waaruijt dan geen gering nadeel voor dezelve zijne Scholieren is proflueerende.’

‘dat verders van tijd tot tijd uijt die Schoolen werden genomen, d’ aankomende Jongetjes en Meijsjes, om aan deeze en geene ligte ‘S Comp:s Werken t’ arbeijden voor en al eer dat dezelve genoegsaam onderwijs hebben bekomen waardoor het dan zeer dikwerf gebeurd, dat zij in een maand meer agter uijtgaan, als in drie à Vier hebben geprofiteerd.’

‘Weshalven d’ Ondergeteekend:s onder correctie zouden vermeijnen, dat tot remedieering van’t gebrekkige, omtrent de SchooL in meerm: Slaven Logie, de besolding ofte het onderhoud van den Schoolmeester, tot zo verre behoorde te werden vermeerderd, dat denselven daarvan behoorlijk konde bestaan, en dat ten opzigte der in ged:e Schoole onderweezen werdende ‘S Compagnies Slaven kinderen, de vereijschte Schikking wierde gemaakt, dat dezelve beeter dan tot nu toe aan’t Leeren blijvende, daaromtrent dan ook meerder komen te vorderen.’

‘D’ Ondergeteekendens dus vertrouwende aan de geEerde intentie van Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s hebben voldaan, neemen voorts de vrijheijd te verzoeken, dat zij als Scholarchen mogen werden gequalificeerd, om, wanneer aan hun iets ter verbeetering omtrent de Schoolen in’t generaal, mogten voorkomen, als dan daartoe de nodige ordres te stellen, en dat de resp:ve Schoolmeesters mogen werden geordonneerd, daaraan behoorlijk t’ obedieeren.’

‘Waarmeede d’ Eere hebben met Schuldige Eerbied te blijven.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele Gestr: en E: Agtb:re Heeren! Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s zeer Onderdanige en gehoorzaame Dienaaren. /:was geteekend:/’

‘W: C: Boers, J: T: Bode, J: P: Serrurier, Jan Serrurier. /:in margine:/ Cabo de Goede Hoop den 2: 7ber 1779’

In de laatste School bezoeking op den 13 August:s 1779 hebben zij bevonden dat ‘er in de Schoolen deezer Steede dadelijk onderweezen worden het volgende getal kinderen, als.

In de School van Meijer.
Jongetjes 37 } te Zamen 77.
Meijsjes 34
Slaven kinderen 6
 
In de School van Mellet
Jongetjes 24 } te Zamen 62.
Meijsjes 30
Slaven kinderen 8
 
In de School van Dureng.
Jongetjes 34 } te Zamen 56.
Meijsjes 20
Slaven kinderen 2
 
In de School van Knoop.
Jongetjes 49 } te Zamen 136.
Meijsjes 62
Slaven kinderen 25
 
In de SchooL van Joosten.
Jongetjes 42 } te Zamen 115.
Meijsjes 56
Slaven kinderen 17
 
In de SchooL van Wijdeman.
Jongetjes 40 } te Zamen 98.
Meijsjes 55
Slaven kinderen 3
 
In de School van Redelinghuijs
Jongetjes 46 } te Zamen 102.
Meijsjes 51
Slaven kinderen 5
 
In de School van Job Jacobse
Jongetjes 18 } te Zamen 50.
Meijsjes 16
Slaven kinderen 16
Bevinde zig dus in de bovengen: Schoolen 696 kinderen.
Hier komt nog bij de Logie School waarin onderweesen worden.
Van de Logie kinderen 44 } te Zamen 84.
Burger Slaven 40
In de School van Meijer.
Jongetjes 37 } te Zamen 77.
Meijsjes 34
Slaven kinderen 6
 
In de School van Mellet
Jongetjes 24 } te Zamen 62.
Meijsjes 30
Slaven kinderen 8
 
In de School van Dureng.
Jongetjes 34 } te Zamen 56.
Meijsjes 20
Slaven kinderen 2
 
In de School van Knoop.
Jongetjes 49 } te Zamen 136.
Meijsjes 62
Slaven kinderen 25
 
In de SchooL van Joosten.
Jongetjes 42 } te Zamen 115.
Meijsjes 56
Slaven kinderen 17
 
In de SchooL van Wijdeman.
Jongetjes 40 } te Zamen 98.
Meijsjes 55
Slaven kinderen 3
 
In de School van Redelinghuijs
Jongetjes 46 } te Zamen 102.
Meijsjes 51
Slaven kinderen 5
 
In de School van Job Jacobse
Jongetjes 18 } te Zamen 50.
Meijsjes 16
Slaven kinderen 16
Bevinde zig dus in de bovengen: Schoolen 696 kinderen.
Hier komt nog bij de Logie School waarin onderweesen worden.
Van de Logie kinderen 44 } te Zamen 84.
Burger Slaven 40

En is hierop goedgedagt, dat om de reedenen in het voorm: berigt-Schrift vermeld, aan den Schoolmeester in ‘S Comp:s Slaven Logie, behalven het genot van dubbeld randsoen van Brood en Vleesch, nog in plaatse van Twee Reaalen kostgeld, die denselven tot hiertoe heeft genoten, voortaan drie Rijxd:s p:r m:d, tot onderhoud aan hem uijt ‘S E: Comp:s Cassa zal werden betaald, en dat wijders de in bovengem: School onderweesen werdende kinderen zo lange ter Schoole gaan, bestendig aan’t leeren Zullen moeten werden gehouden; Terwijl al verder is verstaan, bovengem: E: E: Scholarchen te qualificeeren, om wanneer in’t vervolg nopens de Scholen in’t generaal, aan dezelve deeze of geene Zaaken ter verbeetering mogte voorkomen, als dan daar op de nodige ordres te Stellen, dewelke, dan ook door de resp:ve Schoolmeesters behoorlijk Zullen moeten werden geobserveerd en naargekomen.

Vermits bij de laatst gedaane visitatie der Seijn Canons en het daartoe gehoorende Buskruijt is bevonden, dat behalven het pulver, dat in’t algemeen tot het afblaasen van’t voorsz: geschut is verbruijkt, buijten des op diversse der voorsz: Zeijn-plaatsen een meerder of minder quantiteijt aan de geordonneerde 50: Ponden komt te ontbreeken, is derhalven verstaan, om het geene tot Supplement van het manqueerende werd vereijscht, wederom ‘S Comp:s wegen te laten verstrecken; waarvan aan de resp:ve Burger krijgsraaden, zoo hier aan de Caap, als der buijten Districten, niet alleen kennisse zal gegeeven, maar dezelve bovensdien ook gelast werden, Zorge te dragen, dat bij het visiteeren van’t meerm: Canon, die geenen, dewelke daartoe gesteld zijn, behoorlijk agt omtrent het Buskruijt komen te geeven, en insonderheijd dat bij verandering der persoonen die tot het doen der Seijnen zijn benoemd, het buskruijt als dan door die, dewelke het selve in bewaring heeft gehad, in de vereijschte quant en qualiteijt aan desselfs vervanger werd overgegeeven.

Voorts zijn in steede der Overleedene Petrus Johannes de Wit en Marthinus van Oorde wederom tot Brandmeesters aangesteld, de Burgers Petrus Michiel Eksteen Hendriksz en Charles von Cahman.

Laastelijk is op het dieswegens p:r Request gedaan verzoek van den Ondercoopman en Cassier Gerhardus Hendrik Cruijwagen, aan denselven geaccordeerd, uijt Slavernije t’ ontslaan en in vrijdom te mogen stellen, desselfs Slavinne gen:d Trijn met haar kind in naame Sara, beijde van de Caap, mits behalven de gewoone Borgtogt, de Somma van Vijftig Rijxd:s voor beijde te Samen, aan de Diaconij alhier werde betaald.

Aldus GeresoLveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 370-374.

Maandag den {17790906} 6: Septbr: 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Door de gepriviligeerde Brood-Bakkers deezer Steede, te kennen gegeeven zijnde, dat door de buijten gewoone groote consumptie, die door het aanweezend Esquader Engelsse Konings- en Comp:s-Scheepen, in het grof Tarwe Brood werd gemaakt, het Coorn thans dermaten hoog in prijs was gesteegen, dat zij niet in Staat waaren, het voorsz: Brood, langer tot de vorige prijs van Twee Stuijvers voor de drie ponden, te kunnen leeveren, met instantig verzoek, dat het deesen Rade oversulx mogte behagen hierin Sodanig te voorzien, als dezelve tot præventie van het andersints door hun te leijdene nadeel zoude oordeelen te behooren; zo is hierop goedgedagt en besloten, de voorsz: gepriviligeerde brood-Backers te permitteeren om aan bovengem: Engelsse Konings- en Comp:s Scheepen, mitsgad:s die der andere vreemde Natiën, dewelke geduurende derselver aanweesen hier zullen aanlanden, het grof Tarwe brood tot een Stuijver het lb te mogen verkoopen, zonder dat hier uijt egter eenige consequentie voor’t vervolg zal mogen werden getrocken, wanneer de voren geciteerde omstandigheijd, die de præsente duurte in’t graan heeft komen te veroorzaaken, niet zal existeeren; Terwijl voor’t overige, de prijs waarvoor het brood in’t generaal aan d’ Ingezeetenen zal werden verkogt, werd gelaten, Sodanig als Sulks bij de aan meerm: Backers verleende ordonn: is bepaald.

Sijnde voorts geleesen een Missive van Land-drost en Heemraaden tot Swellendam de dato 16: der even afgeweekene Maand Augustus, behelzende, dat naar gedaane visitatie des Substituts Woning, met de daar annexe Logementen der Ordonnantie-Ruijters, desgelijks de Caffers Cage en Tronk, dezelve alle dusdanig bouwvallig waaren bevonden, dat niet langer zonder Leevensgevaar konden werden bewoond, en uijt dien hoofde, tot de grond toe afgebrooken, en in’t geheel nieuw opgebouwd moesten werden, met bijgevoegd verzoek wijders, dat, nadien de daartoe vereijschte Penningen bij ‘S CoLonies Cassa niet voor handen waaren, ten dien eijnde, de Somma van Een Duijzend Rijxdaalders tegens de gewoone Intrest te mogen opneemen; Waarop goedgevonden is, het voorschreeve Collegie aan te Schrijven om voorschreeve irreparabele Wooningen, zoo wel, als het Gevangenhuijs, maar hoe eer hoe beter af te breeken en nieuw op te bouwen, en deselve voorts te qualificeeren, om daartoe voor Reekening der Colonie, de Somma van Een duijzend Rijksdaalders tegens een behoorlijke Intrest te negotieeren.

Aldus GeresoLveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 375-382.

Dingsdag den {17790914} 14: Septbr: 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Den Heere Gouverneur voor af hebbende gecommuniceerd, dat vermits de woning van den Baas met het Logement der Scheeps-TimmerLieden, desgelijx de daaraan vast zijnde Gevangenhuijsen met des Geweldigers Woning, als meede dat gedeelte van d’ Equipagie-Werf, waar in de Mattroosen haar verblijf houden, al sedert lange dermaten slegt gesteld zijn geweest, dat dezelve niet meer zonder gevaar bewoond, en de Gevangenen in de Tronken, ook niet meer zeeker kunnen bewaard worden, gelijk daarvan het geval heeft g’exteerd, dat eenige Gedetineerdens met wijnig moeijte door de vermolmde Solderingen en het daarop leggend Plat-Dak, hebben weeten te breeken; hij Heere Gouverneur dierhalven den Inspecteur over ‘S E: Comp:s Gebouwen d’ E: Gilquin hadde gelast de voorsz: Gebouwen exact te visiteeren; wierd vervolgens door zijn Edele overgelegd, het dieswegens door ged: E: Gilquin ingediend Schriftelijk Rapport, Luijdende als volgt.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a.

‘Ingevolge UW Ed: Gestr: Ordres heeft de Ondergeteekende Directeur der Fortificatiën en Gebouwen, geadsisteerd door de meede Ondergeteekende Baasen Metzelaars en Timmerlieden geëxamineerd, het Westlijke en noordelijke gedeelte van’t Blok Compagnies Gebouwen genaamd de Werf, waarin begreepen is het publicue Gevangenhuijs of de Tronk, met den Geweldigers en zijne onderhebbende Caffers Woninge, het Huijs van den Timmermans-Baas van d’ Equipagie-Werf, enige vertrekken tot Logement van den Bootsman en de Mattroosen, als meede tot berging van Scheeps-en Timmer-Materiaalen, declareerende d’ Ondergeteekende meest alle deeze Gebouwen, zo wel in derselver muur- als Timmer-werk, in eenen zeer Slegten en vervallenen Staat gevonden te hebben, voornamentlijk dat gedeelte het welke diend, tot Logement voor de mattroosen, en tot berging van Scheeps-Materiaalen, als meede het publicque Gevangenhuijs, welke Gebouwen, uijt hoofde van derselver bouw-valligheijd noodzakelijk eene vernieuwing verëijschen.’

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop den 9: Septbr: 1779 /:was geteekend:/’

‘P: H: Gilquin, Joh: C: Hessenbosch, P: J: Rademan, Joh: Jacobus Graff.’

Naar Lecture van welk Rapport, welgem: Heere Gouverneur verder geliefde te zeggen, dat hoe zeer uijt het zelve quam te blijken, de irreparabelen toestand der voorsz: Gebouwen en de daaruijt volgende onvermijdelijke noodzaake van derselver geheele vernieuwing, zig daar omtrent egter geen geringe Swarigheeden opdeeden, en wel voornamentlijk in opzigte der daartoe vereijschte AmbagtsLieden, nademaal, behalven de meerm: bouwvallige Gevangenhuijsen, mitsg:s het Quartier der Scheeps-Timmerlieden en Mattroosen, nog diversse andere Gebouwen, zo in’t Casteel als op verscheijden van ‘S Comp:s buijten Posten, zig in dienselfden Slegten toestand quamen te bevinden, en het eene niet konde werden ter hand genomen, zonder het andere te doen stille staan, Sulks zijn Edele desselfs gedagten hierop rijpelijk hebben laten gaan, en insonderheijd dat ‘er verscheijdene Ingezeetenen zijn, wier Slaven Jongens, het Metzelwerk volkomen verstaan, dierhalven niets anders ofte beeters had kunnen uijtdenken, dan dat ‘er ten fine voorsz; het vereijschte aantal Slaven Jongens, het metzelen ten vollen verstaande, wierden ingehuurd, en het maken der Casijns, mitsg:s Deuren en Vengsters, als ook het Strijken en Schaaven der Leg-balken en planken, zo van de Soldering als der platdaken, ten minsten prijse aan particuliere timmerlieden aan te besteeden.

Waarop overwogen zijnde, dat voorsz: Gevangenhuijsen, zo wel als de Logementen der Scheeps TimmerLieden en Mattroosen, niet lang onder handen kunnen blijven, maar integendeel met de uijtterste Spoed dienen opgebouwd te werden; is dierhalven eenpariglijk ten meesten voordeele der E: Comp:ie, besloten, zig met voorsz: propositie van den Heere Gouverneur te confirmeeren; Sullende mitsdien van meerm: Ingezeetenen een aantal van 12: Slaaven, die het metzelwerk volkomen verstaan, voor het gewoone Loon, of Zoo veel minder als men zal kunnen bedingen, als meede nog 30: Slaaven om als Opperlieden bij ged: Metzelaars te werden g’emploijeerd, ende Sulx deese laatste tegens 5 Rijxd:s p:r m:d werden ingehuurd.

dat wijders het maken der Casijns met de daartoe gehoorende deuren en Vengsters mitsg:s het Schaven en Strijken der balken en planken van de Solders en plat-daken, meede ten minsten prijze aan de particuliere Timmerlieden zal werden aanbesteed.

Terwijl laatstelijk nog goedgedagt is, om bij meerm: in te huurene Slaven Metzelaars, Een van ‘S Comp:s Metzelaars te stellen, om het Oog te houden, dat het werk allesints naar behooren werde verrigt.

ALdus GeresoLveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 383-385.

Saturdag den {17790925} 25: Septbr: 1779.

Vermits uijt de door den Heer Secunde Pieter Hacker, als Præsident des Raads van Justitie, op heeden g’exhibeerde en Sub datis 9 en 23 deezer in gemelde Justitieelen Raade gehoudene Notulen, mitsg:s het bij laatstgem: aanteekening geinsereerde Declaratoir des Heer Independent Fiscaals M:r Willem Cornelis Boers is komen te blijken, dat zeekere Hendrik Jacob Wickard van Amsterdam, die als Schrijver in ‘S Comp:s Hospitaal bescheijden geweest zijnde, zig in den Jaare 1775 van desselfs ged: Bescheijden Post geabsenteerd, dog nu onlangs selve wederom ten deezen Casteele gesisteerd heeft; altoos hier verre in’t Land gebleeven en dus niet uijt het Territoir van d’ E: Comp:ie geweeken is, Sulx ged: Heer Fiscaal, zo om die als andere bij desselfs bovengem: Declaratoir ter neder gestelde reedenen, heeft verclaard te renuntieeren en afte zien van d’ instantie door hem in dato 4: Jann:ij 1776 tegens voorsz: Wickard in Cas van desertie g’ entameerd en waarin bij voorm: Raad van Justitie is geacquiesceerd; Soo is na omvrage, bij de Heeren Leeden des Raads gedaan, verstaan, meerm: Hendrik Jacob Wickard wederom als Soldaat in dienst der E: Comp:ie aan te neemen, en de daartoe staande gagie van ƒ 9.- ter maand van dato deeses te laten Cours neemen.

ALdus GeresoLveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 386-423.

Maandag den {17791011} 11 Octob: 1779.

‘S voormiddags alle præsent

Is geleesen een Missive door Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch aan deezen Rade gerigt, en luijdende als volgd.

‘Cabo de Goede Hoop’

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur en Directeur van Cabo voormeld, en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Politicquen Raad aldaar.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Agtervolgens Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s hoog g’ Eerde ordre, vervat bij derselver Missive Sub dato 25:ste Maart deeses Jaars, omme met den Ponthouder een nadere Schickinge te beraamen, volgens welke alle de geene, wier plaatsen Sodanig geleegen zijn, dat zij de in de Berg Rivier leggende Ponton niet behoeven te gebruijken, van de belasting van ƒ8: onthefd, en daaren tegen een evenredige Tantum van penningen wierde betaald voor de geene die, ‘t zij voor haare Persoonen dan wel met Wagens en Vee, gem: Ponton komen te gebruijken: in onse Vergaderinge deswegens breedvoerig gebesoigneerd Sijnde, hebben wij na rijp overleg, in overeenkomst met den Ponthouder Gideon Joubert Pietersz: goedgevonden, de volgende Schickinge te beraamen, dewelke wij thans d’ Eere hebben, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s ter gunstige approbatie, bij deesen pligtschuldig voor te dragen, namentlijk: dat, dewijl den Ponthouder, ingevolge de deswegens Successivelijk gepasseerde Contracten, zig in de verpligting heeft gesteld, om voor Sodanige Agt Guldens Caabs, als ijder der aan geene zijde van de groote Berg-Rivier woonagtig zijnde Ingezeetenen, tot nu toe gewoon zijn geweest Jaarlijx te betaalen, zoo wel de groote en klijne Ponton in ged: Berg-Rivier als de nieuwe Rodezands-Cloof , ten dienste en tot gerief van deselve Ingezeetenen in goeden staat t’ onderhouden, denselven onder die eijgenste verpligting gelijk voorheen zal blijven genieten, Agt Guldens ‘S Jaars, van ijder der Ingezeetenen die over de groote Berg-Rivier en de Breede-Rivier , mitsgad:s in’t Land van Waveren over de vier en Twintig Rivieren , tot aan de Oliphants-Rivier woonagtig zijn, ofte hunne Plaatsen aldaar geleegen hebben, met dit onderscheijd nogthans, dat de geene, die Twee, ofte meer afzonderlijke Bouw-plaatsen aldaar komen te bezitten, en dus een menigvuldiger gebruijk van de Ponton moeten maken, ook gehouden zullen zijn, voor ijder van diergelijke afzonderlijke Bouw-plaatsen, voortaan ‘S Jaars Agt Guldens te betaalen; en dat daaren tegen, ingevolge het voorsz: hoog g’ Eerd bevel, de gewoone betalinge van Agt Guldens ‘S Jaars met relatie tot de Ingezeetenen over de Hex-Rivier , in de Bokke- en Rogge-velden , over de Oliphants Rivier en zoo verder Landwaards in woonagtig, ofte de geene, die aldaar eenige Plaats ofte Plaatsen geleegen hebben, mits deesen van nu af aan volkomen werdende vernietigd en afgeschaft; de bewoonders egter der Bocke- en Rogge-Velden , mitsgaders verders de Sodanige, die in de geleegendheijd zijn, van langs den ordinairen weg, de Roode Zands-Cloof te moeten passeeren /:even als de geene die over de Hottentots-Hollands Cloof woonagtig of derselver Plaatsen aldaar geleegen hebbende, voor het onderhouden dier Cloof aan de Colonie alhier moeten contribueeren:/ aan meerged:e Pont- en Cloof-houder Joubert tot het in Staat houden van dezelfe Rodezands-Cloof , Jaarlijks Vier Guldens zullen hebben te betaalen; Terwijl in’t algemeen de geene, die aan de voorsz: Jaarlijkse betalinge voor de Ponton niet Subject, ofte daarvan bij deesen ontslagen zijn geraakt, telkens bij het gebruijken van een der voorsz: Pontons aan meerm: Ponthouder Zullen hebben te voldoen, het daartoestaande gewoone Veer-geld, te weeten,’

‘Terwijl wij verder op de deswegens door voorm: Ponthouder Joubert bij ons gedaane instantie, de vrijheijd neemen, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s zeer nedrig te verzoeken, dat de voorsz: Schickingen, vermits dit Jaar reets verre verloopen is, met het begin des aanstaanden Jaars 1780, aanvang moge neemen.’

‘Waarmeede verhoopende aan Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s zeer gevenereerde Ordre in deesen te hebben voldaan, wij d’ Eere hebben, met het diepst Respect te blijven.’

’/:onderstond:/’

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren! Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s zeer onderdanige en gehoorsaame Dienaaren. /:was geteekend:/’

‘O: G: De Wet, P: G: Wium, J:n De Villiers J: P: Z., H:k Louw, Paul Roux, J: de Villiers A:Z: /: in margine:/ Ter Vergadering van Heermraaden aan Stellenbosch den 2: Aug:s 1779’

Waarop goedgedagt is, om de Schicking, door Land-drost en Heemraaden voorm:, met den Ponthouder Gideon Joubert Pietersz: gemaakt, volgens welke, het Veergeld voortaan, op de gevoeglijkste wijze aan hem zoude dienen te werden betaald, allesints t’approbeeren, en die Schicking met primo Jann:ij des aanstaanden Jaars 1780, te laten gevolg neemen.

Gelijk meede naar Lecture eener missive door opgem: Landdrost neevens den Burger Krijgs-raad van Stellenbosch en Drakensteijn , is verstaan, de daarbij versogte 1500: lb Buskruijt en 2700: p:s Snaphaan Steenen, tot het doen der voor handen zijnde Exercitie en Wapenschouwing aan Stellenbosch te doen verstrecken.

Waarna door den Heer Hoofd Administrateur Pieter Hacker wierd ingediend de Onderstaande Twee Memoriën.

‘Memorie van de nabesz: Olijven Olij, Bier, Brandewijn, Ijzer Houtwerken en diversse andere goederen meer uijt de volgende Scheepen Soo te min, gebroken, als bij pijling minder, de Foulij in’t Negotie Pakhuijs over, als meede de Lijf Eijgenen in de Ses Jongst gepasseerde maanden door de Natuurlijke dood Overleeden, het Vee in gem: tijd, zoo verrekt, als door het Wild gedierte vernield en eijndelijk verscheijde Goederen Sedert p:mo September A:o pass:o tot Ult:mo August:s deeses Jaars, in de respective Pakhuijsen onbruijkbaar bevonden, alles volgens verklaring blijkende, Namentlijk.’


Uijt Mars .
Afschrijven. { 958: lb: gesort:d ijzer op 76825 lb, bij naweging te min
Verkoopen { 3: p:s ijzere Potten op 25: p:s } gebroken
13: d:o Amsterd:se Coornschoppen d:o 100: d:o
13: d:o d:o Graaven d:o 200: d:o
1: d:o Eijke plank v:n 3 1/2 d:m d:o 6: d:o
1: d:o d:o d:o d:o 3: d:o d:o 12: d:o
7: d:o d:o d:o d:o 2: d:o d:o 25: d:o
7: d:o gr: Deelen d:o 2: d:o d:o 300: d:o
Afschrijven. { 3 1/4: Vaten Theer, tot het opvullen van 16 3/4 Vaten verbruijkt.
Uijt 't Zeepaard .
verkopen { 10: p:s gr: deelen van 1 1/2 d:m op 150 p:s } gebroken
14: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 280 d:o
27: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 450 d:o
Uijt 't de Vr: Johanna Margaretha .
Afschr: { 33: Tonnetjes Swartsel, op 250 Tonnetjes verbruijkt tot het opvullen van de half ledig bevondene Tonnetjes
598: lb gesort: ijzer op 48175: lb bij naweeging minder
verkopen { 2: p:s ijzere Potten op 25: p:s } gebroken
17: d:o Amstd:se Coornschoppen d:o 100: d:o
12: d:o d:o Graaven d:o 200: d:o
4170: d:o Graauwe Moppen d:o10000 d:o
3085: d:o Klinkersteenen d:o 10000 d:o
Afschr: { 896: Cann: Bier op 8400 Cann: ofte 70 Vaten Anker, pijlende 32: van 3: en 38: van 4 d:m wan
2/15 Kelder Fransse Brandewijn op 1 kelder gebroken
36 2/5 : Cann: Olijven Olij, op 5 halve Aamen pijlende 3: van 3 en 2: van 4 d:men wan.
Uijt de Ganges .
verkopen { 19: p:s gr: deelen van 1 1/2 d:m op 550 p:s } gebroken
Uijt de Zeeploeg .
Afschr: { 89: p:s glase Ruijten van 7 en 9 d:m op 893 p:s } gebroken
242: d:o d:o d:o d:o 12: d:o 14 d:o d:o 2200 d:o
6 3/4 grosse lange Tabaks pijpen op 25: grossen
Uijt de Vrijheijd .
Afschr: { 91: p:s Wijnkelken op 500: p:s } gebroken
494: d:o glase ruijten van 12 en 14 d:m op 3800 d:o
215: d:o d:o d:o d:o 7: d:o 9: d:o d:o 1950 d:o
verkopen { 13: d:o Amsterd:mse Graaven d:o 400 d:o
23: d:o d:o Coornschoppen d:o 100 d:o
Afschr: { 112 2/5: Cann: lijn olij op 15 halve Aamen, pijlende 8: van 3: en 7: van 4 d:men wan
66 4/5 d:o Olijven Olij, op 5 halve Aamen pijlende 4: van 4:, en 1 van 10 d:men wan.
verkopen { 2: p:s Eijke planken van 3 d:men op 13 p:s } gebroken.
5: d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 24: d:o
Op den Eijsch van den 29: febr:ij 1776 Tot Negotie.
verkopen. { 16: p:s gr: deelen van 1 1/4 d:men op 274: p:s
  15: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 250: d:o gebroken
Afschr: { 3: Vaten Theer tot het opvullen van 17 Vaten verbruijkt.
Uijt 't Huijs Om .
Afschr: { 6 1/4 Vaten Theer tot het opvullen van 33 3/4 Vaten verbruijkt.
Uijt Noordbeek .
verkopen { 270: p:s Gonnij-Zacken ongetaxeerde op 2120 p:s verrot.
In 't Negotie-Pakhuijs.
Inneemen. { 1 1/2 lb Foulij bij het openen van Een Soekel N:o 102:, bij naweeging meerder

Uijt Mars .
Afschrijven. { 958: lb: gesort:d ijzer op 76825 lb, bij naweging te min
Verkoopen { 3: p:s ijzere Potten op 25: p:s } gebroken
13: d:o Amsterd:se Coornschoppen d:o 100: d:o
13: d:o d:o Graaven d:o 200: d:o
1: d:o Eijke plank v:n 3 1/2 d:m d:o 6: d:o
1: d:o d:o d:o d:o 3: d:o d:o 12: d:o
7: d:o d:o d:o d:o 2: d:o d:o 25: d:o
7: d:o gr: Deelen d:o 2: d:o d:o 300: d:o
Afschrijven. { 3 1/4: Vaten Theer, tot het opvullen van 16 3/4 Vaten verbruijkt.
Uijt 't Zeepaard .
verkopen { 10: p:s gr: deelen van 1 1/2 d:m op 150 p:s } gebroken
14: d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 280 d:o
27: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 450 d:o
Uijt 't de Vr: Johanna Margaretha .
Afschr: { 33: Tonnetjes Swartsel, op 250 Tonnetjes verbruijkt tot het opvullen van de half ledig bevondene Tonnetjes
598: lb gesort: ijzer op 48175: lb bij naweeging minder
verkopen { 2: p:s ijzere Potten op 25: p:s } gebroken
17: d:o Amstd:se Coornschoppen d:o 100: d:o
12: d:o d:o Graaven d:o 200: d:o
4170: d:o Graauwe Moppen d:o10000 d:o
3085: d:o Klinkersteenen d:o 10000 d:o
Afschr: { 896: Cann: Bier op 8400 Cann: ofte 70 Vaten Anker, pijlende 32: van 3: en 38: van 4 d:m wan
2/15 Kelder Fransse Brandewijn op 1 kelder gebroken
36 2/5 : Cann: Olijven Olij, op 5 halve Aamen pijlende 3: van 3 en 2: van 4 d:men wan.
Uijt de Ganges .
verkopen { 19: p:s gr: deelen van 1 1/2 d:m op 550 p:s } gebroken
Uijt de Zeeploeg .
Afschr: { 89: p:s glase Ruijten van 7 en 9 d:m op 893 p:s } gebroken
242: d:o d:o d:o d:o 12: d:o 14 d:o d:o 2200 d:o
6 3/4 grosse lange Tabaks pijpen op 25: grossen
Uijt de Vrijheijd .
Afschr: { 91: p:s Wijnkelken op 500: p:s } gebroken
494: d:o glase ruijten van 12 en 14 d:m op 3800 d:o
215: d:o d:o d:o d:o 7: d:o 9: d:o d:o 1950 d:o
verkopen { 13: d:o Amsterd:mse Graaven d:o 400 d:o
23: d:o d:o Coornschoppen d:o 100 d:o
Afschr: { 112 2/5: Cann: lijn olij op 15 halve Aamen, pijlende 8: van 3: en 7: van 4 d:men wan
66 4/5 d:o Olijven Olij, op 5 halve Aamen pijlende 4: van 4:, en 1 van 10 d:men wan.
verkopen { 2: p:s Eijke planken van 3 d:men op 13 p:s } gebroken.
5: d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 24: d:o
Op den Eijsch van den 29: febr:ij 1776 Tot Negotie.
verkopen. { 16: p:s gr: deelen van 1 1/4 d:men op 274: p:s
  15: d:o d:o d:o d:o 1: d:o d:o 250: d:o gebroken
Afschr: { 3: Vaten Theer tot het opvullen van 17 Vaten verbruijkt.
Uijt 't Huijs Om .
Afschr: { 6 1/4 Vaten Theer tot het opvullen van 33 3/4 Vaten verbruijkt.
Uijt Noordbeek .
verkopen { 270: p:s Gonnij-Zacken ongetaxeerde op 2120 p:s verrot.
In 't Negotie-Pakhuijs.
Inneemen. { 1 1/2 lb Foulij bij het openen van Een Soekel N:o 102:, bij naweeging meerder

‘Volgens duplicaat Factuur gedateerd Batavia den 2: Februarij 1778 is p:r het Schip d’ Eendragt , herwaards gezonden en aangereekend, dog niet aangebragt,’


Op reecq van voorjarige winsten en verliesen afgeschreeven { 800: p:s Gonnij-Zacken Bengaalse
40: d:o Deekens gecatt: groote Cust
5: Leggers Aracq Apij
5: p:s heele Leggers
Het volgende om volgens Haar Hoog Edelheedens besluijt van den 30: Xber 1777: bij arrivement van de Ceijlonse Scheepen, aan een derde Retour-Bodem afgegeeven te werden, als.
970: lb Aracq op kruijden
1: p:s Legger

Op reecq van voorjarige winsten en verliesen afgeschreeven { 800: p:s Gonnij-Zacken Bengaalse
40: d:o Deekens gecatt: groote Cust
5: Leggers Aracq Apij
5: p:s heele Leggers
Het volgende om volgens Haar Hoog Edelheedens besluijt van den 30: Xber 1777: bij arrivement van de Ceijlonse Scheepen, aan een derde Retour-Bodem afgegeeven te werden, als.
970: lb Aracq op kruijden
1: p:s Legger

‘Volgens bijgevoegde Reekenings van den Opziender van ‘S Comp:s Slaven Logie gesterkt met Secretariale Verklaringen, zijn in de Jongst gepasseerde Maanden Maart, April, Maij, Junij, Julij en Augustus van ‘S Comp:s Slaven door de Natuurlijke dood Overleeden, te weeten.’


Afschrijven { 8: Kloeke Jongens, als
  6: Stuks Overleeden
  2: d:o absent
5: School Jongens
6: Kloeke Meijden
1: School d:o
3: Zuijgend d:o
En volgens geannexeerde Reekeningen van de Landdrosten gesterkt met Secretariale beEedigde verklaringen zijn meede in voorsz: tijd van 'S Compagnies Beestiaal, zo verrekt, als door het Wild gedierte vernield.
Afschrijven { 13: Stuks Paarden
1: p:s Ezel
656: d:o Runderbeesten
8: d:o Bocken

Afschrijven { 8: Kloeke Jongens, als
  6: Stuks Overleeden
  2: d:o absent
5: School Jongens
6: Kloeke Meijden
1: School d:o
3: Zuijgend d:o
En volgens geannexeerde Reekeningen van de Landdrosten gesterkt met Secretariale beEedigde verklaringen zijn meede in voorsz: tijd van 'S Compagnies Beestiaal, zo verrekt, als door het Wild gedierte vernield.
Afschrijven { 13: Stuks Paarden
1: p:s Ezel
656: d:o Runderbeesten
8: d:o Bocken

‘De volgende Goederen zijn geduurende dit Boekjaar ofte Sedert p:mo 7ber A:o pass:o tot Ult:mo August:s deeses Jaars, bij diversse Administrateurs onbequaam en onbruijkbaar bevonden, Namentlijk.’


In't Negotie Pakhuijs
verkopen. { 9: p:s groote Waakrocken } gemotteerd
5: d:o Duffeltjes
16: d:o mans Bolkvangers } P:r 't Schip de Herstelder aangebragt
4: d:o Jongens d:o
14: d:o Mans wolle packen
1: d:o Jongens d:o d:o
45: d:o Mans Linne d:o
5: d:o Jongens d:o d:o
34: p:ren Wolle koussen
25: d:o Linne d:o
55: p:s Hembden
9: p:ren Schoenen
1: p:s Waakrok
6: p:s Mans wolle packen } p:r 't Fluijt Schip Noordbeek aangebragt
2: d:o Jongens d:o d:o d:o
32: d:o Mans Linne packen
6: d:o Jongens d:o d:o
6: :ren Wolle koussen
58: d:o Linne d:o
23: d:o Schoenen
110: p:s Hembden
In de Wijnkelder.
verkopen { 112: p:s heele Leggers onbeq: als
  5: p:s uijt 't Gouvernement. } in ruijling ontfangen
  106: d:o van diversse Scheepen
  1: d:o d:o 't Vissershok
18: p:s Halve Leggers onbequaam, te weeten
  17: p:s van diversse Scheepen } in ruijling ontfangen
  1: d:o d:o de Landsboot Piet Heijn
Op 'S E: Comp:s StaL.
verkopen { 14: p:ren Paarde Stangen, } onbequaam
In 'S Comp:s Hospitaal.
verkopen { 6: p:s Tinne Gangbekkens } onbequaam
7: d:o Copere en ijzere mond-Spuijtjes
11: d:o Stiften in Soort
19: d:o Incisie Schaaren
1: d:o kruijder Schaar
24: d:o Laat Lancetten
1: d:o Scheermes
2: d:o Copere Staartpannen
4: d:o Klisteer Spuijten
Op de Wapen-Camer.
verkopen { 65: p:s Port d' Epeez Zeemleere } onbequaam
20: d:o Pattroon Tassen
11: d:o Granadiers houwers
2: d:o Onder Officiers Tenten
2: d:o Soldaaten d:o
30: p:ren Swarte zijde koussen, dewelke niet voor het Guarnisoen g'eischt zijn, met 't Schip Mars zijn aangebragt.
Bij d' Arthillerij.
verkopen { 3: p:s Affuijten à 24: lb } onbequaam
2: d:o d:o d:o 18: d:o
1: d:o d:o d:o 8: d:o
2: d:o d:o d:o 2: d:o
80: d:o Lêere Brand Emmers
20: d:o Morgensterren
In't Equipagie-Pakhuijs
verkopen { 204: p:s Leedere Brand Emmers d:o } onbequaam
tot Wangen aan 't Zeehoofd t' emploijeeren { 1: d:o groote Mast ongetax:d
1: d:o Bezaans d:o d:o

In't Negotie Pakhuijs
verkopen. { 9: p:s groote Waakrocken } gemotteerd
5: d:o Duffeltjes
16: d:o mans Bolkvangers } P:r 't Schip de Herstelder aangebragt
4: d:o Jongens d:o
14: d:o Mans wolle packen
1: d:o Jongens d:o d:o
45: d:o Mans Linne d:o
5: d:o Jongens d:o d:o
34: p:ren Wolle koussen
25: d:o Linne d:o
55: p:s Hembden
9: p:ren Schoenen
1: p:s Waakrok
6: p:s Mans wolle packen } p:r 't Fluijt Schip Noordbeek aangebragt
2: d:o Jongens d:o d:o d:o
32: d:o Mans Linne packen
6: d:o Jongens d:o d:o
6: :ren Wolle koussen
58: d:o Linne d:o
23: d:o Schoenen
110: p:s Hembden
In de Wijnkelder.
verkopen { 112: p:s heele Leggers onbeq: als
  5: p:s uijt 't Gouvernement. } in ruijling ontfangen
  106: d:o van diversse Scheepen
  1: d:o d:o 't Vissershok
18: p:s Halve Leggers onbequaam, te weeten
  17: p:s van diversse Scheepen } in ruijling ontfangen
  1: d:o d:o de Landsboot Piet Heijn
Op 'S E: Comp:s StaL.
verkopen { 14: p:ren Paarde Stangen, } onbequaam
In 'S Comp:s Hospitaal.
verkopen { 6: p:s Tinne Gangbekkens } onbequaam
7: d:o Copere en ijzere mond-Spuijtjes
11: d:o Stiften in Soort
19: d:o Incisie Schaaren
1: d:o kruijder Schaar
24: d:o Laat Lancetten
1: d:o Scheermes
2: d:o Copere Staartpannen
4: d:o Klisteer Spuijten
Op de Wapen-Camer.
verkopen { 65: p:s Port d' Epeez Zeemleere } onbequaam
20: d:o Pattroon Tassen
11: d:o Granadiers houwers
2: d:o Onder Officiers Tenten
2: d:o Soldaaten d:o
30: p:ren Swarte zijde koussen, dewelke niet voor het Guarnisoen g'eischt zijn, met 't Schip Mars zijn aangebragt.
Bij d' Arthillerij.
verkopen { 3: p:s Affuijten à 24: lb } onbequaam
2: d:o d:o d:o 18: d:o
1: d:o d:o d:o 8: d:o
2: d:o d:o d:o 2: d:o
80: d:o Lêere Brand Emmers
20: d:o Morgensterren
In't Equipagie-Pakhuijs
verkopen { 204: p:s Leedere Brand Emmers d:o } onbequaam
tot Wangen aan 't Zeehoofd t' emploijeeren { 1: d:o groote Mast ongetax:d
1: d:o Bezaans d:o d:o

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop den 11 Octbr: 1779. /:was geteekend:/ P: Hacker.’

‘Memorie van de nabeschr: Goederen, dewelke van de alhier gesloopte Hoeker de Nepthunus aan diversse Administrateurs zijn overhandigt, volgens verklaring van Gecommitt:s hier annex, namentlijk’


Aan den Keldermeester.
  14: p:s halve Leggers, als
Inneemen 5: p:s goede
Verkopen 9: d:o onbequaame
Aan d' Arthillerie.
Ongetaxeerd Inneemen { 4: p:s ijzer Canonnen van 3: lb
365: d:o d:o kogels d:o 3: lb
verkopen { 4: d:o Rolpaarden } onbequaam
3: d:o Wissers
1: d:o Leepel
4: d:o Laad priemen
Aan de WapenCamer
na Europa te Zenden { 4: p:s Snaphaanen } onbequaam
3: p:r Pistoolen
2: p:s Donderbussen
1: brieven kistje aan de Secreta rije van Politie afgegeeven
1: Scheepsklok aan't Vissershok
Aan den Pakhuijsmeester.
Inneemen 430: lb Oud Loot
2: lb 346: d:o d:o Coper
1: lb 1310: d:o d:o Ijzer
verkopen { 1: p:s Copere Spijsketel
1: d:o d:o Braadpan
3: d:o d:o Staartpannen
1: d:o d:o SchuijmSpaan
Aan d' Equipagiemeester.
Inneemen { 5 p:s Ankers, wegende 1225:, 930:, 846:, 810 en 518 lb
ongetaxeerd inneemen { 1: d:o groote Mast
1: d:o Focque d:o
14: d:o Oude Zijlen
1: d:o Roerpen
2: d:o Scheeps Pompen
3: d:o Dieplooden
300: d:o Vademen Oud Cabeltouw
1: p:s Octant
5: d:o gesort:de Compassen
1: d:o Pijl d:o
1: d:o Azumuth d:o
70: d:o Bloks en Juffers
g'emploijeerd tot het maken van rollen tot het ophaalen der Landsboots en Schuijten van d' Equipagie-Werf, de kiel en plat boomde Schuijten van 't Robben Eijland , Muijsenburg en de Vishoek . { 1: p:s Bezaans-mast
1: d:o Bramsteng
1: d:o Bramrhaa
1: d:o groote Steng
1: d:o groote Steng
1: d:o kruijs d:o
2: d:o Marsz: Rhaas
1: d:o kruijz d:o
1: d:o Bezaans rhoe
1: d:o groote Rhaa
1: d:o Schuijt aan't Schip Batavia afgegeeven } om werk van te pluijsen.
1: parthij oud Staande en lopend Wand

Aan den Keldermeester.
  14: p:s halve Leggers, als
Inneemen 5: p:s goede
Verkopen 9: d:o onbequaame
Aan d' Arthillerie.
Ongetaxeerd Inneemen { 4: p:s ijzer Canonnen van 3: lb
365: d:o d:o kogels d:o 3: lb
verkopen { 4: d:o Rolpaarden } onbequaam
3: d:o Wissers
1: d:o Leepel
4: d:o Laad priemen
Aan de WapenCamer
na Europa te Zenden { 4: p:s Snaphaanen } onbequaam
3: p:r Pistoolen
2: p:s Donderbussen
1: brieven kistje aan de Secreta rije van Politie afgegeeven
1: Scheepsklok aan't Vissershok
Aan den Pakhuijsmeester.
Inneemen 430: lb Oud Loot
2: lb 346: d:o d:o Coper
1: lb 1310: d:o d:o Ijzer
verkopen { 1: p:s Copere Spijsketel
1: d:o d:o Braadpan
3: d:o d:o Staartpannen
1: d:o d:o SchuijmSpaan
Aan d' Equipagiemeester.
Inneemen { 5 p:s Ankers, wegende 1225:, 930:, 846:, 810 en 518 lb
ongetaxeerd inneemen { 1: d:o groote Mast
1: d:o Focque d:o
14: d:o Oude Zijlen
1: d:o Roerpen
2: d:o Scheeps Pompen
3: d:o Dieplooden
300: d:o Vademen Oud Cabeltouw
1: p:s Octant
5: d:o gesort:de Compassen
1: d:o Pijl d:o
1: d:o Azumuth d:o
70: d:o Bloks en Juffers
g'emploijeerd tot het maken van rollen tot het ophaalen der Landsboots en Schuijten van d' Equipagie-Werf, de kiel en plat boomde Schuijten van 't Robben Eijland , Muijsenburg en de Vishoek . { 1: p:s Bezaans-mast
1: d:o Bramsteng
1: d:o Bramrhaa
1: d:o groote Steng
1: d:o groote Steng
1: d:o kruijs d:o
2: d:o Marsz: Rhaas
1: d:o kruijz d:o
1: d:o Bezaans rhoe
1: d:o groote Rhaa
1: d:o Schuijt aan't Schip Batavia afgegeeven } om werk van te pluijsen.
1: parthij oud Staande en lopend Wand

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop den 11: Octbr: 1779 /:was geteekend:/ P: Hacker.’

En is hierop besloten dat de bij gem: Memorie vermelde gestorvene LijfEijgenen en verrekt beestiaal bij de Negotieboeken deeses Gouvernements zullende werden afgeschreeven, voorts met de meede gespecificeerde te kort bevondene mitsg:s bedorvene goederen desgelijx ‘t geene dat tot de toerusting van d’ afgelegde en gesloopte Hoeker de Nepthunus heeft gediend, zal werden gehandeld als in margine van voorsz: Memoriën is aangeteekend.

Soo als ook is nagezien de Reekening wegens de restant geweest en verkogt zijnde Zeguls Luijdende als volgd.


Zeguls D' A:is 1778/9
 
Debent
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:mo Maart jongstl: restant verbleeven 709: 728: 590: 10: 203: 60: 34: 89: 45: 8: 38: 58: 4: 16: 28: 31: 4: 3: 5: 4
den 13 April jongstl bijgekomen. 1500: 1200: 800: -: 100: 100: 50: -: -: -: 25: -: -: -: -: 25: -: -: -: -:
Somma p:s 2209: 1928: 1390: 10: 303: 160: 84: 89: 45: 8: 63: 58: 4: 16: 28: 56: 4: 3: 5: 4
 
Credunt
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
Sedert p:m Maart 1779 tot dato verkogt 1483: 978: 532: 7: 146: 68: 22: 45: 14: 2: 13: 10: -: 2: -: 10: -: -: -: -:
dato deeses restant. 726: 950: 858: 3: 157: 92: 62: 44: 31: 6: 50: 48: 4: 14: 28: 46: 4: 3: 5: 4
Somma p:s 2209: 1928: 1390: 10: 303: 160: 84: 89: 45: 8: 63: 58: 4: 16: 28: 56: 4: 3: 5: 4

Zeguls D' A:is 1778/9
 
Debent
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
P:mo Maart jongstl: restant verbleeven 709: 728: 590: 10: 203: 60: 34: 89: 45: 8: 38: 58: 4: 16: 28: 31: 4: 3: 5: 4
den 13 April jongstl bijgekomen. 1500: 1200: 800: -: 100: 100: 50: -: -: -: 25: -: -: -: -: 25: -: -: -: -:
Somma p:s 2209: 1928: 1390: 10: 303: 160: 84: 89: 45: 8: 63: 58: 4: 16: 28: 56: 4: 3: 5: 4
 
Credunt
  van van van van van van van van van van
Rd:s 1/8 1/4 1/2 3/4 1: 2: 3: 4: 5: 6: 8: 10: 12: 15: 20: 25: 30: 40: 50: 60
Sedert p:m Maart 1779 tot dato verkogt 1483: 978: 532: 7: 146: 68: 22: 45: 14: 2: 13: 10: -: 2: -: 10: -: -: -: -:
dato deeses restant. 726: 950: 858: 3: 157: 92: 62: 44: 31: 6: 50: 48: 4: 14: 28: 46: 4: 3: 5: 4
Somma p:s 2209: 1928: 1390: 10: 303: 160: 84: 89: 45: 8: 63: 58: 4: 16: 28: 56: 4: 3: 5: 4

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop Ultimo Augustus 1779. /:was geteekend:/’

‘P: Hacker. /:in margine:/ Deeze Reekening door ons ondergeteekende Independent Fiscaal en Gecommitteerde Leeden uijt den E: Agtb:re Raad van Justitie alhier behoorlijk nagezien en met de restanten geconfronteerd zijnde, is dezelve in alle deelen accordeerende bevonden. datum ut supra.’

’/:geteekend:/ W: C: Boers, P: L: Le Suëur, G: H: Cruijwagen /:lager:/ mij præsent /:en geteekend:/ C: L: Neethling Secret:s.’

En nadien uijt voorsz: Reecq: consteerd, dat het montant der verkogte Zeguls geduurende de laatst gepasseerde Ses maanden hebben bedragen Rijxd:s 1795:01:-, zoo is verstaan, dat dit montant volgens gebruijk in ‘S E: Comp:s Cassa overgebragt zijnde, vervolgens bij voorsz: Negotie-Boeken zal worden ingenomen.

Vervolgens wierd door den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers te kennen gegeeven, dat den Burger Willem de Kruger, enige zijner vaste en Meubilaire Goederen, bij publicque vendutie te gelde gemaakt hebbende, dezelve hadden gerendeerd, als volgd, te weeten.

drie Huijsen en Erven ƒ8150:-:-
aan Losse Goederen d:o 3151:14:-
Somma ƒ11301:14:-
drie Huijsen en Erven ƒ8150:-:-
aan Losse Goederen d:o 3151:14:-
Somma ƒ11301:14:-

Waarvan de gewoone Vendu Ongelden afgetrocken zijnde, het zuijver rendement dus wel een Somma van ƒ10917:10:-: quam te bedragen, dog dat nadien de voorsz: vaste Goederen, volgens gebruijk waaren verkogt, om in drie Termijnen te werden betaald, dus zoo voor d’ Eerste paaij als de meubilaire Goederen voor eerst maar ƒ5485:10:-: staan in te komen, dierhalven door gemelde Kruger een nadere Schicking, ‘t zij door het vernegotieeren der Custing-brieven, als andersints, zal dienen te werden gemaakt, waar door desselfs ten agteren staande pagtpenn:gen, ten bedragen van ƒ8500:-, volgens d’ intentie deeses Raads, zonder langer traineering werden betaald; Waarop goedgedagt is, dat de ten behoeve van meerm: Willem de Kruger te passeerene Custingbrieven niet van de Politicque Secretarije Zullen werden afgegeeven, voor dat de nog ontbreekende Somma van ƒ3014:06:-, door hem zal weezen te berde gebragt; Sijnde voorts de Heer Hoofd Administrateur Pieter Hacker gequalificeerd, om bij de Negotie Boeken d’ A:is 1778/9 onder ‘S Lands Inkomsten meerm: Willem de Kruger, wegens desselfs voorsz: ten agteren zijnde pagtpenn:gen ten bedrage van ƒ8500:- te debiteeren, en vervolgens naar dies voldoening, wederom bij de nieuwe Boeken d’ A:is 1779/80 te crediteeren.

Door opgem: Heer Boers in qualité als Commissaris Politicq vervolgens van wegens het Eerw: Collegie van Kerkenraade alhier ingeleeverd zijnde, het volgend’ Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Reverentelijk geeven Kerkenraade deeser Steede niet alleen te kennen, dat het Dak van derselver Kerk, Sedert een geruijmen tijd, in een zeer slegte Staat zig bevind, waardoor de gedurige Leccagie, van tijd tot tijd, meer en meer verergerd geworden is, het dienvolgens van d’ uijtterste noodzakelijkheijd komt te weezen, dat het selve, ter voorkominge van verrottinge der Houtwerken, ten eersten weder werden verdekt, maar dat ook sedert eenige Jaaren, de gemeente zeer sterk vermeerdert en aangenoomen was, waar door veele van de Leedemaaten, als andere, geen vaste Plaatse konde gegeeven worden, het dierhalven niet ongeraaden agten, dat bij deeze geleegendheijd van ‘t verdekken als daartoe het bequaamste tijdstip zijnde, de Kerk op eene welvoegelijke wijze, volgens het bijgevoegde Plan, zoude kunnen werden vergroot.’

‘Dan nadien Kerkenraade tot deese te doene verandering, niet wel kunnende treeden, voor en al ëer het selve door Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s zal zijn geratificeerd: Soo neemen de Suppl:ten de vrijmoedigheijd, hun tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s te wenden, met gedienstig verzoek, dat het van derselver welbehagen moge zijn, Kerkenraade tot het vergrooten der Kerk te qualificeeren, en dezelve wijders te permitteeren, dat de daartoe benodigd zijnde Materiaalen tegens Inkoops prijzen, volgens gebruijk, uijt ‘S E: Comp:s Pakhuijsen mogen werden verstrekt.’

’/:onderstond:/’

‘’T Welk doende &:a. /:lager:/ Uijt naam en Last van voorsz: Kerkenraade /:was geteekend:/ Johannes Knockers Scriba.’

Soo is naar Lecture van ‘t voorsz: Request, goedgedagt, Kerkenrade voormeld, te qualificeeren, om de Kerk alhier, conform het dieswegens meede ingediend Plan, te vergrooten en uijt te leggen; Terwijl de daartoe vereijschte Materialen, zoo verre die bij d’ E: Comp:ie aan handen zijn, en zonder merkelijk ongerief voor de thans onder handen zijnde, en nog te extrueerene Capitaale Gebouwen kunnen werden gemist, tegens d’ inkoops prijsen aan dezelve zullen werden verstrekt.

Vermits men thans werks genoeg heeft, om uijt ‘S E: Comp:s eijgen Kalkbranderije aan te Schaffen, de kalk die ‘er werd vereijscht, zoo voor derselver thans onder handen zijnde Capitaale Gebouwen, als die dewelke volgens het geresolveerde onder den 14: 7ber: Jongstl: met allen Spoed moeten werden opgemaakt, en het oversulx niet doenlijk is, om het benodigde voor’t nieuwe Hospitaal teffens uijt voorsz: Kalkbranderije te kunnen fourneeren; Is dierhalven best gedagt, en dienvolgens besloten, d’ Ingezeetenen bij affixie van Billiëtten te doen verwittigen, dat een ijgelijk die geneegen mogte zijn, eenige Leverantie van Steen- en Schulp-kalk te doen, zig op Woensdag den 1: Xber deeses Jaars voor d’ E: E: Gecommitteerdens, dewelke als dan daartoe ten deesen Casteele zullen vaceeren, zal kunnen vervoegen, en aan dezelve op te geeven, hoedanige quantiteijt en tot wat prijsen zijl: voorsz: Steen- en Schulp-Kalk zullen aanneemen te leeveren; welke Leverantie als dan zal werden overgelaaten aan de geene, die dezelve ten minsten prijse zal aanbieden te doen, Sullende wijders de te leeverene Kalk, gaande weg ontfangen, en in een of meer der reets voltooijde vertrecken van het bovengem: nieuwe Hospitaal geborgen werden.

Laastelijk is geleesen het onderstaande Relaas verleend ter requisitie van meerm: Heer Independent Fiscaal voor gecommitt:de Leeden uijt den Raad van Justitie alhier, door den Capt:n en eenige Officiers van ‘t ter Rheede leggend Engelsch Konings Schip the Eagle .

‘Compareerden voor ons Onderget:d Gecomm:s uijt den E: Agtb: Raad van Justitie deezes Gouvernements, de Mess:rs Wolter Serogold vierde Luijtenant, Thomas Leef Stuurman, Johan Cambell Cadet; alle als Sodanig bescheijden op’t Engelsch Konings Schip The Eagle , van competenten Ouderdom, dewelke ter requisitie van den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers, verklaarden hoe waar is:’

‘dat wanneer de Comp:ten op den 18:de der jongstL: maand Aug:s van den op voorm: Bodem the Eagle commandeerenden Capit:n de Heere Ambross Reddall, dies tijds in de Baaij Fals ten Anker leggende, ordre hadden bekomen, hun te vervoegen aan boord van’t toenmaals meede in gem: Baaij aanweezend geweest zijnde Deensch Schip de Ganges , even na dat het selve onder Zeijl was gegaan, om zijne reijze naar Europa te vervorderen, /:zijnde de naam dier kiel, dien zij bevorens niet hebben geweeten, hun thans bekend gemaakt:/ ten fine te onderzoeken, of zig binnen boord van’t gem: Deensch Schip de Ganges , ook eenige Engelsche Deserteurs mogten komen te bevinden, den Eersten Comp:t als toen op het half dek verbleeven, en aldaar een Swart Persoon bloods beens had zien staan.’

‘dat de Twee laatstgem: Comp:ten vervolgens door den Eersten Comp:t na beneeden gezonden geworden zijnde, dezelve bij rondzoekinge wel geen Engelsse Deserteurs, maar daar en tegen eenige Swarte Menschen hadden gevonden, die onder het weg ruijmen van de hier en daar staande Vaten en kisten, te voorschijn quamen.’

‘Compareerde meede den voormelden Capitain de Heere Ambross Reddall, denwelken betuijgde, dat op de te rugkomst der Eerstgem: drie Comp:ten, aan boord van desselfs voorsz: onderhebbenden Bodem The Eagle , dezelve aan zijn E: rapport hebben gedaan, dat zijl: op’t voorsz: Deensch -Schip de Ganges , geen Engelsche Deserteurs, gewaar geworden waaren; dog dat zijl: eenige Swarten, na gissing ten getale van Twaalf of Veerthien gezien hadden.’

‘Niets meer verclaarende, geeven de Comp:ten resp:ve voor reedenen van Wetenschap, als in den Text, bereijd zijnde, het selve des gerequireerd werdende, nader Solemneel te bevestigen.’

’/:onderstond:/ Aldus Gedaan ende verleeden aan Cabo de Goede Hoop den 2: 8ber 1779, bij vertolking uijt d’ Engelsche in de Nederduijtsche Taale, door den Ondercoopman en Posthouder in de Baaij Fals S:r Christoffel Brand, voor d’ E: E:s Oloff Martini Bergh en Tobias Christiaan Ronnenkamp, Leeden uijt den E Agtb: Raad van Justitie voormeld; die de minute deeses beneevens de Comp:ten en mij Secretaris meede behoorlijk hebben onderteekend. /:Lager:/ ‘T Welk ik getuijge /:was geteekend:/ C: L: Neethling Secret:s.’

Ende ten aanzien den Heere Gouverneur nopens deeze Zaak geliefde te zeggen, dat den Cap:n van’t in voorsz: relaas verm: Deensch Schip de Ganges in naame [.....] Junge, bij desselfs arrivement had te kennen gegeeven, dat hij mits gebrek aan Volk zig in d’ uijtterste verleegendheijd bevond, op wat wijze desselfs reijze te kunnen vervorderen, en opgem: Heer Fiscaal Boers, meede betuijgde dat ‘er kort voor’t vertrek uijt de Baaij Fals , van gem: Deenssen Bodem, diversse Ingezeetenen Slaaven absent geraakt, en nog niet weder om te voorscheijn gekomen waaren; Sulx uijt hoofde van’t een en ander, geen geringe Suspiciën zijn op te maken, dat de binnen boord van’t ged: Schip de Ganges verborgen gehoudene Swarten zullen zijn geweest enige der voorsz: absente Ingezeetenen Slaven welkers aufugie, door ged:e Cap:n Junge zal weesen gefaciliteerd, om dus desselfs gebrek aan Volk te vervullen; Weshalven bij overweeging van het important nadeel, dat aan d’ Ingezeetenen alhier zoude werden toegebragt, ingevalle dusdanige Schandelijke vervoering haarer Lijf Eijgenen, niet met allen ernst wierde tegen gegaan, besloten is, hiervan, met overzending van het bovengemelde Relaas, aan de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren in’t Patria kennisse te geeven, om, of het Haar Edele Hoog Agtb:s mogte behagen, de Heeren Directeuren der Asiatische Comp:ie, dieswegens t’ onderhouden, dan wel Sodanig anders te disponeeren, als naar derselver wijs Oordeel zullen vermeijnen te behooren.

ALdus GeresoLveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 424-453.

Dingsdag den {17791116} 16 November 1779.

‘S voormiddags alle præsent, uijtgenomen den E: Coopman en Secretaris Oloff Martini Bergh, mits indispositie

Wierd door den Burger Jozephus Anthonius Becker ingediend het volgend Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeft in allen Eerbied te kennen Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb: nedrigen Dienaar, den Burger Jozephus Anthonius Becker, hoe hij Suppl:t in den Jaare 1775 van de Weed:we wijlen den Oud Weesmeester Arnoldus Maasdorp gekogt, en door haar in dato 15 Junij des gemelden Jaars aan hem getransporteerd geworden is, zeekere Plaats ofte Hofsteede genaamd Goed-Geloof geleegen onder dit Caabse District aan de Witte Boomen , welke Plaats, volgens de daarvan verleende deezen geannexeerde Erfgrondbrief in zig zoude moeten behelsen eene groote van Sestig Morgen en Vijf Honderd quadraat Roeden, Sonder dat egter zo ten tijde der verkoop als naderhand, hebben kunnen werden aangeweesen ofte gevonden eenige opgestelde Bakens, volgens welkers aanwijzinge eene nadere meetinge van voorm: plaats gedaan, en daar door de bepaalde Strekking, van het daartoe behoorend’ Land zoude hebben kunnen werden gevonden; Waaromme hij Suppl:t dan ook vervolgens niet zonder reedenen is gevallen in de præsumptie of bij verdere culture van geciteerde Plaats, niet wel eenig annex Leggend’ ‘S E: Comp:s Land, meede mogte weezen bebouwd ende bepoot, en hij Suppl:t daar door t’ eeniger tijd, buijten voorweeten of Schuld in moeijelijkheeden, zoude kunnen komen te geraaken; dierhalven neemt denselven de vrijheijd zig te wenden tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s, met ootmoedig verzoek, dat het deselve goedgunstig behagen moge, des Suppl:ts meerm: Plaats Goed-Geloof sodanig als dezelve jegenwoordig is betimmerd en gecultiveerd, tot al Sulke groote van Sestig Morgen en Vijf Honderd en Tachtig Quadraat Roeden, als d’ oude Erfgrond-brief komt te dicteeren, de novo te doen hermeeten, en hem Suppl:t daarvan een nieuwe Erfgrond-brief te verleenen, op dat door de te stellene Bakens, den Suppl:t voor’t vervolg buijten alle disputen en moeijelijkheeden, zoo met desselfs Gebuuren als andersints moge blijven.’

’/:onderstond:/’

‘’T Welk doende &:a’

Waarop ter consideratie der in het ged: Verzoekschrift ter nedergestelde reedenen goedgedagt en beslooten is, aan den Suppl:t te permitteeren, zijn Plaats Goed Geloof Sodanig als dezelve jegenwoordig is betimmerd en gecultiveerd, tot al Sulken groote van Sestig Morgen en Vijf Honderd en Tachtig Quadraat Roeden, als d’ oude Erfgrondbrief komt te dicteeren, de novo te mogen doen hermeeten, mits de voorsz: meetinge zal moeten geschieden, in præsentie der Gebuuren, ten eijnde daar door aan niemand hunner eenig nadeel werde toegebragt; na welke te doene hermeetinge vervolgens aan den Suppl:t een nieuwe Caart en Erfgrondbrief zal werden verleend.

Door den Burger Gerrit Hendrik Catenbrink, meede bij Request versogt geworden zijnde, dat aan hem in Eijgendom mogte werden vergund zeeker Stuk Lands geleegen in’t Land van Waveren bij den weg, even aan dees zijde der Breede Rivier , om zig daarop ter neder te Zetten, en desselfs Ambagten als Smit en Wagenmaker, ten dienste der daaromstreeks woonende Ingezeetenen t’ oeffenen; Soo is verstaan, het gemelde Stuk Lands, aan voorsz: Catenbrink in Eijgendom te verleenen, mits door denselven stiptelijk werde g’observeerd de conditie, hem door Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch , nopens de bebouwing van’t meerm: Stuk Lands; bij haarl: Besluijt van den 6 Septbr deezes Jaars, neevens het voorsz: Request overgelegd, voorgeschreeven.

Ook is ten verzoeke van den oud Burgerraad Jan Fredrik Willem Böttiger, aan denselven insgelijx in Eijgendom gegeeven, een Stukje Lands, ter groote van vier Morgen en Vijf Honderd Vijf en Twintig Quadraat Roeden, annex desselfs Plaats ofte Hofsteede Boshoff genaamd, aan het Liesbeeks Rivier geleegen.

En nadien door den meede Oud Burgerraad Jan Meijnderts Cruijwagen den Oud Commissaris van Civile en Huwelijx Zaaken Jan Willem Hurter en den Burger Tobias Rogiers, van derselver insgelijx aan voorsz: Liesbeeks Rivier leggende Plaatsen Veldhuijsen de Brouwerije en Questenburg genaamd, ijder een Stukje Lands ten dienste van ‘S E: Comp:s Thuijn ‘T Nieuwe Land zijn afgestaan; zoo is tot een Equivalent van dien, aan elk der voorsz: Persoonen, een ander stuk Lands, insgelijx aan derselver bovengemlde Plaatsen Streckende, uijtgegeeven, als

aan Jan Meijnderts Cruijwagen een Stuk Lands groote Agt en Twintig Morgen en Ses en Tachtig Quadraat roeden.

aan Jan Willem Hurter een Stuk ter groote van drie en dertig Morgen en Een Honderd en Sestig Roeden.

aan Tobias Rogiers een Stuk groot Ses en dertig Morgen en Negen en dertig Quadraat Roeden.

Terwijl voorts verstaan is, d’ uijtgave deezer drie laatstgen:de Stucken Lands te doen, Sonder dat de andersints daarop vallende Ongelden, wegens het Zegul, Meetloon, mitsg:s het Expedieeren der Erfgrondbrieven ter Secretarije zullen behoeven te werden betaald.

Waarna door den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers wierd te kennen gegeeven, dat den Heer Edward Hughes als Schout bij Nagt, het Opperbevel over de onlangs van hier vertrockene Engelsse Konings-en Comps- Scheepen voerende, bij zijn Ed:s aanweesen aan hem Heer Fiscaal verzoek gedaan hebbende, omme bij aldien na depart van voorsz: Engelsse Scheepen eenige der zig van dezelve geabsenteerd hebbende Manschappen, ter deeser Plaatse mogten werden ontdekt, dezelve als dan aangehouden, en zoo lange elders in verzeekeringe mogten werden gesteld, tot dat op een der uijt Europa verwagt werdende Engelsse Scheepen, van dewelke ged: Heer Schout bij Nagt hadde verzeekerd, dat, zoo niet reets voor immers kort na zijn Ed:s vertrek een of meer alhier Stonden t’ arriveeren, konden werden getransporteerd; vervolgens, Sodra de voorm: Engelsse Vloot van deese Rheede was vertrokken, wijnige dagen naderhand, Ses dusdanige van dezelve agtergebleevene Persoonen, in naamen

Sig bij hem Heer Fiscaal aangegeeven hebbende, zijn E: in verwagtinge, dat volgens de voorm: gedaane declaratie van den Heer Hughes, intusschen Schip of Scheepen der Engelsse Natie alhier zouden komen te verschijnen, de voorsz: Ses Pesoonen dus zo lange in verzeekeringe hadde doen houden, dog vermits tot nog toe geen Engelsch Schip alhier was komen opdagen, op het welke dezelve zoude hebben kunnen werden getransporteerd, en de meerm: Persoonen ondertusschen herhaalde Instantiën hadden gedaan, om in dienst der E: Comp:ie te mogen werden g’emploijeerd; hij Heer Fiscaal dierhalven verzogt, d’ intentie deeses Raads, hoedanig daaromtrent diende te werden gehandeld:

Waarop in overweeging genomen zijnde, de Tegenswoordige omstandigheeden van tijd, waarin de vijandelijkheeden tusschen d’ Engelschen en Franschen dagelijx meer en meer komen toe te neemen, en het uijt dien hoofde zeer onzeeker zijnde, of en wanneer wel wederom eenige Scheepen van eerstgem: Natie ter deeser Plaatse staan aan te komen om de vorengem: agtergebleevene Manschappen op deselve te kunnen doen Transporteeren, men zig zoo nopens een Zeekere verblijf plaats als het nodige onderhoud voor dezelve in verleegendheijd komt te bevinden; Terwijl aan den anderen kant geconsidereerd zijnde, het præsente groote volks gebrek bij d’ E: Comp:ie, is dierhalven op het voorstel van den Heere Gouverneur best gedagt, en dierhalven geresolveerd, van de voorsz: Ses Persoonen de Vier eerstgem: als bovensdien geen Nationale Engelsschen zijnde, neevens nog eenen in naame Jan Heinim van Bristol , die volgens getuijgenisse van voorm: Heer Fiscaal Boers, alhier door de Engelschen aan de Wal gezet en gedeclareerd geworden is, denselven niet weder aan boord te willen hebben, op hunlieder verzoek als Mattroosen à ƒ9:- ‘S maands onder Vijfjarige verbanden in dienst der E Comp:ie aan te neemen en als Sodanig met het ter Rheede leggend’ Schip ‘S Compagnies Welvaaren naar Batavia te laten vertrecken; mitsgaders de Twee laatstgemelde Zo lange op een der aanweezende Scheepen of permanente Vaartuijgen te plaatsen, ten eijnde dezelve in gevalle nog binnen korten een Engelsche Schip alhier mogte aankomen, op het selve Sullen kunnen werden getransporteerd, dog zig daartoe geene geleengendheijd opdoende, zal als dan omtrent derselver verzoek, om meede in dienst der E Comp:ie te mogen werden g’emploijeerd, nader besluijt werden genomen.

Vervolgens geliefde den Edelen Heere Gouverneur te communiceeren, dat zijn Edele ten eijnde den Burger optrek en Wapenschouwing aan Stellenbosch in Perzoon bij te woonen, zig voor enige dagen na derwaards begeeven hebbende bij te rug komste alhier door den Heer Secunde Pieter Hacker /:aan wien het Gezag inmiddels geduurende de absentie van hem Heere Gouverneur was opgedragen:/ aan zijn Edele was overhandigd geworden zeeker Proces Verbaal, door den Capitain van het aanweezend Fransch Brigantijn Scheepje La Mouche Mons:r Louis Bourbon, neevens zijne Officieren, nopens de Vijandelijkheeden door d’ Engelsse Konings Sloep The Nimph tegens de gem: Fransse Brigantijn gepleegd, opgemaakt en geteekend, mitsg:s door opgem: Capitain Bourbon, aan den Heer Secunde ingeleeverd; welk geschrift, door den Heere Gouverneur thans in Vergaderinge geproduceerd, aldus was luijdende.

‘L’ An mille Sept Cent Soixante dix Neuf le premier de Novembre aprés midy nous Louis Bourbon Capitain Commandent la Corvette particuliere La Mouche Matee en Golette du Port de cent vingt Tonneaux Partie de l’ Isle de Bourbon le deuz Octobre, pour venir prendre au Cap de bonne Esperance un chargement des denrées de cette Colonie pour comple des mes Armateurs Officiers de l’ Etate Majores & Officiers Mariniers, declarons, que la corvette se trouvent dan le O: S: O: de la pointe de pandum distence d’ une demij Lieu vers les Six heures du matin et faisant route pour entrer dans la Rade du Cap de Bonne Esperance, il lui feut donne Chasse par une Freguatte qu il luij restoit dans le Nord en dedans de L’ Isle Robin à la distende d’ un tier de Lieu.’

‘Que cette Freguatte en arrivent Sur la Corvette arbora pavillon Anglois et l’ assura d’ un Coup de Canon a Boulet dirigé Sur lui.’

‘Quau mêm e instant le Sieur Bourbon mit Son pavillon Francois qu ‘i l assúra d’ un Coup de Canon à poudre.’

‘Quila Freguatte Angloise Continua sa Chasse et continua aussi à lirer Sur la Corvette des Coup des Canons à Boulets dont la plus grande partie a Sorté à Terre Parceque la Corvette S’ en etoit tres fort aprochée et la Servit de três prés; que dans cette chasse la Freguatte à liré a mitraille, et qu ’ elle a aussi liré plusieurs coup da fuzils.’

‘Que dans une decharge de Cincq Coup de Canon livé à la fois lors que la Corvette se trouvoil en dedans de la pointe dépandure Son grand Mals fux offensé d’ un boulet à dix huite pieces audessous de Son Chaquet, ce qui le mèt hôrs d’ etat de Servir,’

‘Que la Corvette a eu plusieurs manoeuvres de couper par les coup de Canon a metraille et de voiller endomagee & percée par les coup de Canon.’

‘Que la chasse donnée à la Corvette a duré trois quarts d’ heures & qu’ elle n’ a cessé qu a un Signal fait par le Vaisseau Anglois amiral qu’ alôrs la Corvette Set ouvoit le travers de la Baterie Situè en de dans de la pointe de pandur’

‘Que la Corvette possant entre la Batrie el un vaisseuas Anglois à lanere après avoir echapé à la pour suitte de la Freguatte; Ce vaisseau à l’ancre lui avoit tiré un Coup de Canon à boulet qui a voit passé sur son arriere & porté à Terre, que cette nouvelle attacque ajant mis la consternation dans l’ Equipage le Sieur Bourbon avoit pensé prendre le partie de faire cotte et de getter son Batiment au plein, voijant qu ‘il n ‘etoit pas protegé par la Batrie Hollandoise et craignant dessuier le feu des autres vaisseaux Anglois mouillé dans la Rade pour les Canons des quels il avoit à passer pour se vendre lui même au mouillage des vaisseaux de Sa grandeur ce qu ‘il auroit fait si los vaisseaux Anglois qui avoit tiré Sur lui le Coup de Canon lui en avoit tiré d’ autre, que cependant le Sieur Bourbon avoit continué Sa route & S’etoit rendu à Sept heures trois quart au mouillage Que tout se que a été fait par la Freguatte est contre les Regles qui S’ observe en Europe par les Nations qui sont en hostilités que c ‘est une violation des droits de la neutralité, et qu ‘en pareil cas les Anglois seroit forcé par la Nation neutre de lui paijer les avaries qu’ ile lui Son t occasion cé par la Protection de Ses Batries et de Son pavillon, en foij de qu oij nous arons dresse et sògné le present procés verbal, en ce oistré sur chaqu ‘un de nos Journe aux pour Servré et valoir ce que de raison protestant Contre cet acte d’ hostilité illicite, et nous reservant d’ en porter nos plaintes a notre Cour, à Bord de la Corvette ce même Jour et aux que dessus.’

’/:was geteekend:/ Bourbon, Bosse, L: M: Bonaud, Caubios P:re Du port’

‘Charpentier, ne Sachant Signé à fait Sa croix ordenaire +: /:op de rugge stond:/ Dit onderstaande Declaratoir is op heeden den 4: Novbr. 1779 des namiddags de klokke half Vijf úuren door den Franssen Cap:n Bourbon aan den Heer Secunde Pieter Hacker overhandigt in præsentie van mij onderget:de en den oud Commissaris M:r Jan Coenraad Gie /:geteekend:/ O: M: Bergh R:t en Secret:s’

over den inhoud van welk Proces verbaal met aandagt gebesoigneerd zijnde wierd voor eerst en principaal in overweeging genomen, dat door den voorsz: Fransschen Capitain, bij desselfs arrivement en aankomst aan Land wegens de daarbij ter nedergestelde beswaarnissen bij den Heer Secunde regtstreeks geene klagten zijnde ingebragt, en hetselve Declaratoir /:blijkens het daarbij aangeteekende:/ niet eerder dan Donderdag den 4:de deezer loopende Maand November, des namiddags tusschen 4: en 5 Uuren, zijnde dus reets de vierde dag na het geval, en Juijst, na dat d’ Engelsche Vloot dien Morgen van deeze Rheede was vertrocken, is overgeleeverd geworden, men daar door in d’ onmogelijkheijd is gebragt geweest, wegens het gepasseerde met den Heer Engelssen Admiraal als Commandant der Vloot, in conferentie te treeden, en met denselven te besoigneeren over het geene in het proces-verbaal, wegens herstelling en vergoeding van geleedene Schade is ter neder gesteld en men dus de gantsche Zaak zoude hebben kunnen laten blijven in Statu, houdende het overgelegde proces verbaal voor Notificatie, te meer, daaruijt de omstandigheeden die voor, onder en na het Gevegt van het Engelsche Freguat Schip The Nymph , tegens het Fransch Scheepje La Mouche , plaats hebben gehad, en een ijgelijk, die dezelve heeft waargenomen, bekend zijn, en wel voornamentlijk, dat d’ Engelsche Admiraal, zo ras de Vlagge van ons Casteel, ten teeken dat, het Frans Scheepje in’t gezigte van’t selve was genaderd, opgeheesen is geworden, van desselfs Admiraals Schip een zeeker Seijn heeft gedaan, waarop de vijandelijkheeden opstonds gestaakt en met Canonneeren heeft opgehouden; welk Seijn men dus met reeden moet houden voor een Ordre, voor den Capitain van gem: Freguat-Schip, om met Schietten tegens het Fransch Scheepje te cesseeren, om dus geene vijandelijkheeden te willen gedogen, tegens een Schip, het welk als toen directelijk onder de Protectie van onse Vlag te Zijn moest werden aangemerkt, en waaruijt dus met groote waarschijnlijkheijd kan werden afgeleijd, dat de Heer Engelsche Admiraal geensints eenige kleijnagting aan de Nederlandsche Vlagge op onse Rheede ofte onder ons geschut heeft willen toebrengen: dan dewijl in het meergem: proces Verbaal te kennen word gegeeven, als of gem: Fransch Scheepje vervolgd zoude zijn geworden tot dat reets tegens over onse buijtenste Batterije was genaderd en als toen eerst het ged: Seijn van het Engelsch Admiraals Schip was gedaan, zoude men daaruijt moeten besluijten dat van ons Casteel de Vlagge niet zoude zijn bijgemaakt op’t Ogenblik dat gem: Scheepje in’t gezigt van het selve zoude gekomen zijn, dewijl d’ aankomende Scheepen reets van’t Casteel kunnen werden gezien, alvorens tot aan of over onse Batterije Chavonnes zijn genaderd, daar nogthans het Constante gebruijk hier is, de Vlagge op te heijssen, zodra van het Casteel de Scheepen die opkomen, gezien werden; Waaromme dan goed gevonden is, dat men ter wegneeming van alle Captiën en Cavillatiën, die zouden kunnen werden gemaakt, door den ten deezen Casteele bescheijdenen Constapel Laurens CornelisZ, wien het incumbeerd, de Vlagge van ‘t Casteel te doen bijmaken, Sodra Schip of Scheepen tot in het gezigt van het selve zijn genaderd, een Relaas onder Eede te doen passeeren, rakende het tijdstip, opwelke in dit geval, de Vlagge heeft doen opheijssen, en of Sulx volgens al oud gebruijk is gedaan, Zodra het Fransse Scheepje la Mouche van de Plaats daar de Vlagge-Stok staat is gezien geworden; Terwijl men verders, met relatie tot het geene bij meermelde Proces Verbaal is bekend gesteld wegens de Schoot met Scherp, die op het Fransse Scheepje zoude zijn gedaan van een der Engelsse Scheepen, het geen ten Anker had geleegen, wanneer het selve tusschen onse Batterij Chavonnes en geciteerde Engelsch Schip was doorgezeijld na dat de Vlag van ons Casteel reets was op geheesen en het Engelsch Freguat ook het doen van vijandelijkheeden hadde gestaakt; Sonder egter daardoor eenige Schade te hebben ontfangen, dewijl de Kogel over het agter Schip zoude zijn heen gevlogen; geresolveerd is, dat men zig p:r Missive bij eerst voor komende geleegendheijd, diesaangaande Regeerings wegen, aan den Heere Ridder Edward Hughes Schout bij Nagt en Commandant van zijne Brittannische Majesteijts Esquader in Indiën zal vervoegen en van zijn Edele nopens de Waarheijd en omstandigheeden dier ingeleeverde klagte, nadere Informatiën afvragen; Sullende daarbij teffens werden gedecladeerd, dat bij aldien Sulx weezendlijk mogte werden bevonden, geschied te zijn, de Regeering als dan protesteerd tegens de gevolgen, die uijt dusdanige violentie, op een Neutraale Rheede gepleegd, en betoonde klijnagting aan de Vlagge van den Staat der VerEenigde Nederlanden zouden kunnen resulteeren, met reservatie, deswegens regtmatige klagten en doleantien in te mogen brengen, en Sodanige voldoening te vorderen, als tot maintiën der onbetwistbaare Regten onser Oost Indische Comp:ie ter deezer Plaats zal bevonden werden te behooren; Zullende intusschen van het een en ander pligt Schuldig kennisse werden gegeeven aan onze Heeren Principaalen, onder overzending van het meergem: Proces verbaal in Copia authenticq.

Waarna door den Heere Gouverneur in overweeging wierd gegeeven, of het vooral in deeze Criticque tijds Omstandigheeden, niet raadzaam waare, dat op onse groote Batterije Chavonnes, als zijnde de buijtenste Fortresse, en die het eerst door de opkomende Scheepen gezien en gepasseerd werd, een Vlagge-Stok wierde geplaatst met ordre aan den de daar in Guarnisoen leggenden Constapel, om Sodra Schip of Scheepen van ged:e Batterije, voordat dezelve van’t Casteel kunnen werden gezien, vernomen werden, de gewoonlijke Hollandsche Vlagge op te heijssen, ten teken voor de Scheepen der Vreemde Natiën dat aldaar ter verdediging van ‘S Comp:s wettig Regt van Possessie een Bezetting en Geschut is leggende, als waardoor alle voorgeeven van ignorantie zal werden weggenomen; zo wanneer men onverhoopt bij vervolg eens zal weezen genoodzaakt, de neutraliteijt deeser Rheede met nadruk te beschermen tegens Vijandelijke agressiën die onder het Geschut dier Batterije mogten werden ondernomen: Waarop besloten is, ingevolgen de propositie aldaar een Vlagge-Stok te doen plaatsen en den E: Equipagiemeester Damien Hugo Staring te demandeeren Sulx Effectueeren, en dezelve op te regten ter plaatse het verste in See sal kunnen werden gezien

ALdus GeresoLveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

[Signed:] Mij Present

[Signed:] J M Horak Eg Clercq

C. 157, pp. 454-456.

Dingsdag den {17791125} 25 Novbr: 1779.

Den Heere Gouverneur aan de resp: Leeden des Raads bij omvrage hebbende doen ter kennisse brengen, dat door den Schout bij Nagt, van’t onlangs van hier vertrokkene Esquadre Engelsse Konings- en Comp:s Scheepen de Heer Edward Hughes, bij een Sub dato 25:ste der gepasseerde Maand, aan hem Heere Gouverneur gerigte en thans meede rond gezondene Missive hadde verzogt, om een aantal van 80: Zoo Zeevaarende als Mariniers, die uijt hoofde haare Swaare indispositie, niet meede hadden kunnen werden t’ Scheep gezonden, alhier te mogen laaten, ten einde met eenige aankomende Engelsche Retour Scheepen naar Europa te werden te rug gevoerd; Terwijl opgem: Heer Hughes, onder de bij voorsz: Missive vermelde perzoonen hadde gelaten de nodige penn:gen voorsz: Zieken daaruijt naar behooren te kunnen bezorgen.

dan dat den Chirurgijn en Schrijver die door bovengem: Heer Hughes waaren gesteld om het opzigt over meermelde Manschappen te houden, hadden geklaagd, dat eenige de derselver, ongeagt van alles behoorlijk wierden voorsien, bij deeze en geene Ingezeetenen hadden beginnen Schulden te maken, waartegens voorsz: over hun gestelde Opzigters hadden verzogt te mogen werden voorzien; So is hierop verstaan, om aan voorsz: Ingezeetenen bij affixie van Billiëtten te doen verwittigen, om aan dikwerfgem: Engelsche Zieken geen de minste penn: te leenen of uijt te borgen alzo diergelijke prætentiën op geenerleij wijze zullen aangenomen of iets het allerminste daarop zal werden betaald.

ALdus GeresoLveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 457-502.

Dingsdag den {17791207} 7: Decbr: 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Heeft den Heer Secunde en Hoofd-Administrateur Pieter Hacker ingediend het kort vertoog der Lasten deeses Gouvernements geduurende dit Boekjaar 1778/79 neevens die van ‘S Jaars bevorens ofte d’ A:is 1777/78 dewelke bedragen als volgt, te weeten

  d' A:is 1778/9. d' A:is 1777/8
'T Nieuwe Hospitaal ƒ39119:10:08 ƒ28513:09:08
Onkosten van Scheepen d:o 170171:07:08 d:o 165702:07:08
Randsoenen Ordinair d:o 78679:16:- d:o 79865:16:08
Onkosten Ordinair d:o 36999:02:- d:o 42387:17:-
Onkosten Extra d:o d:o 3867:19:- d:o 4550:07:08
Timmeragie en Reparatie d:o 22372:01:- d:o 20383:02:08
Fortificatiën d:o 6355:17:08 d:o 5275:16:08
Onkosten van 'S E: Comp:s Lijf Eijgenen d:o 27465:12:08 d:o 28329:17:08
'T Hospitaal d:o 2376:08:- d:o 7443:15:-
Reecq: van Condemnatie en Confiscatie d:o 4241:02:08 d:o 4287:09:08
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaartuijgen d:o 8396:-:08 d:o 13217:10:-
Scheeps Soldijen d:o 9380:-:08 d:o 10162:19:-
Soldijen aan Land d:o 95844:04:08 d:o 123239:10:-
Somma ƒ505269:02:-: ƒ526654:06:-:
  d' A:is 1778/9. d' A:is 1777/8
'T Nieuwe Hospitaal ƒ39119:10:08 ƒ28513:09:08
Onkosten van Scheepen d:o 170171:07:08 d:o 165702:07:08
Randsoenen Ordinair d:o 78679:16:- d:o 79865:16:08
Onkosten Ordinair d:o 36999:02:- d:o 42387:17:-
Onkosten Extra d:o d:o 3867:19:- d:o 4550:07:08
Timmeragie en Reparatie d:o 22372:01:- d:o 20383:02:08
Fortificatiën d:o 6355:17:08 d:o 5275:16:08
Onkosten van 'S E: Comp:s Lijf Eijgenen d:o 27465:12:08 d:o 28329:17:08
'T Hospitaal d:o 2376:08:- d:o 7443:15:-
Reecq: van Condemnatie en Confiscatie d:o 4241:02:08 d:o 4287:09:08
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaartuijgen d:o 8396:-:08 d:o 13217:10:-
Scheeps Soldijen d:o 9380:-:08 d:o 10162:19:-
Soldijen aan Land d:o 95844:04:08 d:o 123239:10:-
Somma ƒ505269:02:-: ƒ526654:06:-:

En is wijders uijt dies t’ Samentreckinge komen te consteeren; dat de Lasten in’t generaal deesen Jaare ƒ21385:4:- minder als A:o pass:o bedragende, ijder Lastpost op zig selven, het volgende meer of minder heeft komen te rendeeren als.

  meerder minder
'T Nieuwe Hospitaal, welkers opbouw thans komt te fourneeren ƒ200883:19:8, onder welk montant meede werd begreepen, het kostende der Materiaale die daartoe staande dit Boekjaar zijn verbruijkt, ten bedrage van ƒ39119:1:8, het welk naar aftrek van het geene in A:o pass:o op dat Huijs ten agteren is geweest, als nu een meerderheijd vertoond van ƒ10606:01:- d:o -:-:-
 
Onkosten van Scheepen in dit Jaar meerder als in't gepasseerde bedragende is veroorzaakt, door dien 'er drie Scheepen meer in deesen dan in den voorleeden Jaare al hier zijn aangeweest d:o 4469:-:- -:-:-
 
Randsoenen Ordinair daarentegen minder beloopende, vloeijd voort, door de als nu minder verstrekte Provisien en dranken, aan een geringer getal Guarnisoen houdenden Persoonen en aan de Linie Wagt bescheijdene Recruuten   1186:-:08
 
Onkosten Ordinair meede minder monterende heeft zijn Oorspronk, zoo door de in A:o pass:o ingekogte, en op deeser Reecq: belaste Huijs meubelen, als de verstrekte noodwendigheeden tot het behangen des Raad Zaals, mitsgad:s dat in dit Boekjaar geen busse kruijt en Snaphaan Steenen tot het doen der Burger Exercitiën, Zoo hier als in de buijten Districten, als meede geen Loot tot Scherpe Patroonen aan de Burgerrije verstreckt, en dat Agt Maanden Huijshuur voor een Predikant minder is betaald geworden   5382:09:-
 
Onkosten Extra Ordinair ook minder als in den voorl: Jaare bedragen, Spruijt voort, zoo wel uijt de toenmaals aan gecommitteerde Heemraaden en Landmeeter verstrekte benodigdheeden op den gedaanen Land Togt als de betaalde præmie aan Twee perzoonen meer, die zig na expiratie van hun verbonden tijd, op nieuw in dienst der E: Comp:ie hebben g' engageerd d:o -:-:- 682:02:08
 
Timmeragie en reparatie in dit Jaar meerder als in't Jongste Boekjaar Sommeerende, komt voornamentlijk voort, uijt het ten koste gelegde ter verdere vernieuwing van 'S E Comp:s Thuijn Huijs d:o 1988:18:08 -:-:-
 
Fortificatiën insgelijx meerder renderende, ontstaat hoofdzakelijk, doordien in dit Jaar ofte sedert medio Maij, 30 Slaaven meer om aan de Vestingwerken t' arbeijden, in huure zijn geweest, waarentegen egter in den voorl: Jaare een nieuwe Bok voor d' Arthillerie vervaardigd en meer groenen Zeep voor d' Affuijten verstrekt geworden is d:o 1080:01:- -:-:-
 
Onkosten van 'S E: Comp:s Lijf Eijgenen thans minder zijnde, komt voort, wegens het minder bedragen der verstrekte Winter kleederen aan dezelve d:o -:-:- 864:05:-
 
'T Hospitaal staat in dit meer als in't gepasseerde Jaar ten agteren, Uijt hoofde dat de aangewende Onkosten tot herstelling en genezing der Zieken, de heele verteerde gagiën der daarin geleegen hebbende Impotenten overtreffen d:o 1631:13:- -:-:-
 
Reecq: van Condemnatie en Confiscatie, het minder bedragen van dien vloeijd voort, door de minder betaalde Justitieele Onkosten met 'S Comp:s Cassa, terwijl daar entegen de verstreckte provisiën en Winter Kleederen aan een groote getal Bandieten op't Robben Eijland meerder bedragende het een en ander nog Surpasseerd een minderheijd van   d:o 46:07:-
 
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaartuijgen beloopen dit Jaar meede minder dan in't Voorgaande, uijt Oorsaake van de in A:o pass:o opgetimmerde nieuwe Landsboot niet tegenstaande de noodwendig gedaane reparatiën aan de voorsz: Vaartuijgen thans meerder komen te monteeren, zijnde die minderheijd   4821:09:08
 
Scheeps Soldijen ook minder bedragende, is ten principalen ontstaan, vermits van Batavia wederom na herwaards is ten goede gebragt de crediteering der Scheeps Overheeden van't Schip 'T Huijs te Crooswijk , mitsg:s de minder verstrekte Contanten tot goede maanden en belasting op reecq: van Soldijen, terwijl egter de verteerde Guastos in't Hospitaal als meede de verstrekte Zeeguls tot de Actens meerder bedragen d:o -:-:- 782:18:08
 
Soldijen aan Land beloopen in dit Jaar insgelijks minder als A:o pass:o veroorsaakt door de toenmaals verstrekte monteering aan't Guarnisoens-Volk ter Somma van ƒ23676:02:-
wegens de minder verteerde Guastos d:o d:o 1309:01:-
Item de verstrekte goede maanden aan het Guarnisoens Volk d:o d:o 1311:10:-
mitsg:s onbetaalde Subsidie kost penn: d:o 1098:12:08   27395:05:08
  Somma ƒ19775:13:08 ƒ41160:17:08
  meerder minder
'T Nieuwe Hospitaal, welkers opbouw thans komt te fourneeren ƒ200883:19:8, onder welk montant meede werd begreepen, het kostende der Materiaale die daartoe staande dit Boekjaar zijn verbruijkt, ten bedrage van ƒ39119:1:8, het welk naar aftrek van het geene in A:o pass:o op dat Huijs ten agteren is geweest, als nu een meerderheijd vertoond van ƒ10606:01:- d:o -:-:-
 
Onkosten van Scheepen in dit Jaar meerder als in't gepasseerde bedragende is veroorzaakt, door dien 'er drie Scheepen meer in deesen dan in den voorleeden Jaare al hier zijn aangeweest d:o 4469:-:- -:-:-
 
Randsoenen Ordinair daarentegen minder beloopende, vloeijd voort, door de als nu minder verstrekte Provisien en dranken, aan een geringer getal Guarnisoen houdenden Persoonen en aan de Linie Wagt bescheijdene Recruuten   1186:-:08
 
Onkosten Ordinair meede minder monterende heeft zijn Oorspronk, zoo door de in A:o pass:o ingekogte, en op deeser Reecq: belaste Huijs meubelen, als de verstrekte noodwendigheeden tot het behangen des Raad Zaals, mitsgad:s dat in dit Boekjaar geen busse kruijt en Snaphaan Steenen tot het doen der Burger Exercitiën, Zoo hier als in de buijten Districten, als meede geen Loot tot Scherpe Patroonen aan de Burgerrije verstreckt, en dat Agt Maanden Huijshuur voor een Predikant minder is betaald geworden   5382:09:-
 
Onkosten Extra Ordinair ook minder als in den voorl: Jaare bedragen, Spruijt voort, zoo wel uijt de toenmaals aan gecommitteerde Heemraaden en Landmeeter verstrekte benodigdheeden op den gedaanen Land Togt als de betaalde præmie aan Twee perzoonen meer, die zig na expiratie van hun verbonden tijd, op nieuw in dienst der E: Comp:ie hebben g' engageerd d:o -:-:- 682:02:08
 
Timmeragie en reparatie in dit Jaar meerder als in't Jongste Boekjaar Sommeerende, komt voornamentlijk voort, uijt het ten koste gelegde ter verdere vernieuwing van 'S E Comp:s Thuijn Huijs d:o 1988:18:08 -:-:-
 
Fortificatiën insgelijx meerder renderende, ontstaat hoofdzakelijk, doordien in dit Jaar ofte sedert medio Maij, 30 Slaaven meer om aan de Vestingwerken t' arbeijden, in huure zijn geweest, waarentegen egter in den voorl: Jaare een nieuwe Bok voor d' Arthillerie vervaardigd en meer groenen Zeep voor d' Affuijten verstrekt geworden is d:o 1080:01:- -:-:-
 
Onkosten van 'S E: Comp:s Lijf Eijgenen thans minder zijnde, komt voort, wegens het minder bedragen der verstrekte Winter kleederen aan dezelve d:o -:-:- 864:05:-
 
'T Hospitaal staat in dit meer als in't gepasseerde Jaar ten agteren, Uijt hoofde dat de aangewende Onkosten tot herstelling en genezing der Zieken, de heele verteerde gagiën der daarin geleegen hebbende Impotenten overtreffen d:o 1631:13:- -:-:-
 
Reecq: van Condemnatie en Confiscatie, het minder bedragen van dien vloeijd voort, door de minder betaalde Justitieele Onkosten met 'S Comp:s Cassa, terwijl daar entegen de verstreckte provisiën en Winter Kleederen aan een groote getal Bandieten op't Robben Eijland meerder bedragende het een en ander nog Surpasseerd een minderheijd van   d:o 46:07:-
 
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaartuijgen beloopen dit Jaar meede minder dan in't Voorgaande, uijt Oorsaake van de in A:o pass:o opgetimmerde nieuwe Landsboot niet tegenstaande de noodwendig gedaane reparatiën aan de voorsz: Vaartuijgen thans meerder komen te monteeren, zijnde die minderheijd   4821:09:08
 
Scheeps Soldijen ook minder bedragende, is ten principalen ontstaan, vermits van Batavia wederom na herwaards is ten goede gebragt de crediteering der Scheeps Overheeden van't Schip 'T Huijs te Crooswijk , mitsg:s de minder verstrekte Contanten tot goede maanden en belasting op reecq: van Soldijen, terwijl egter de verteerde Guastos in't Hospitaal als meede de verstrekte Zeeguls tot de Actens meerder bedragen d:o -:-:- 782:18:08
 
Soldijen aan Land beloopen in dit Jaar insgelijks minder als A:o pass:o veroorsaakt door de toenmaals verstrekte monteering aan't Guarnisoens-Volk ter Somma van ƒ23676:02:-
wegens de minder verteerde Guastos d:o d:o 1309:01:-
Item de verstrekte goede maanden aan het Guarnisoens Volk d:o d:o 1311:10:-
mitsg:s onbetaalde Subsidie kost penn: d:o 1098:12:08   27395:05:08
  Somma ƒ19775:13:08 ƒ41160:17:08

Gelijk meede uijt het voorsz: vertoog is komen te blijken, dat op de reekening van winst en verlies, de Winsten en ‘S Lands Inkomsten dit Boek-jaar meer, dan in’t gepasseerde hebben opgeworpen, te weten.

A:o 1778/79 A:o 1777/78
Winsten ƒ2743:04:- Winsten ƒ-:-:-
'S Lands Inkomsten d:o192725:06:08
  ƒ195168:10:08 'S Lands Inkomsten ƒ174528:05:-
A:o 1778/79 A:o 1777/78
Winsten ƒ2743:04:- Winsten ƒ-:-:-
'S Lands Inkomsten d:o192725:06:08
  ƒ195168:10:08 'S Lands Inkomsten ƒ174528:05:-

Welke behaalde winsten dit:o Jaar gesproten zijn uijt de verkogte Negotie Goederen zoo per Vendutie als uijt de hand, den groteren aanteel van Beestiaal en de minder gestorvene Lijf Eijgenen, mitsgad:s verrekte Runder beesten.

Beloopende ‘S Lands Inkomsten insgelijks meer, een Somma van

ƒ18197:1:8, het welk voornamentlijk is voorgekomen, door de meerder ingekomene Contanten en Runder-Beesten voor recognitie van Veeplaatsen, en in Eijgendom uijtgegeevene Landereijen, als meede door meerder ontfangene penn:gen voor uijt het Land opgebragte Wijnen, pagtpenningen, mitsgaders betaalde kost- en Transport-gelden; item voor Thiendens van opgebragte Graanen; Terwijl aan den anderen kant de betaalde penn:gen voor ‘S Heeren geregtigheijd van verkogte vaste Goederen; Erfpagt, van Thuijn- en Bouwland en de verkogte Zeguls minder hebben gerendeerd.

En is ten deezen belange verstaan opged: Heer Hoofd Administrateur te

qualificeeren, om met het sluijten der Negotie Boeken te doen voortgaan.

Hierna geresumeerd weezende, de verzoekschriften van d’ E: E: Dispencier en Keldermeester, mitsg:s den Pakhuijsmeester, tendeerende, om te mogen genieten d’ ordinaire Jaarlijkse afschrijvingen op de goederen, dewelke door haarl: geduurende het voorl: Jaar zijn verstrekt geworden, welke verzoekschriften aldus waaren luijdende.

Den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie, word eerbiedig verzogt, dat aan den Ondergeteekende Dispencier mag werden toegestaan de Ordinaire afschrijving van d’ Onderstaande Goederen, dewelke door Spillagie, Leccagie, aanslaan der Muuren, als andersints onvermijdelijk in een Jaar komen te ontstaan, Namentlijk.


857: Mudden Tarwe op 39456 3/4 mud, te weten
  203 7/8: mud op 6796 3/8 m:d over't Jaar geleegen hebbende à 3 prC:to
  653 1/8: d:o d:o 32660 3/8 d:o binnen 't Jaar à 2 prC:to
6 1/8 : Mudd: Rog op 283 1/2 Mud als
  1 5/8 Mud op 56 7/8 mud over't Jaar à 3 prC:to
  4 1/2 d:o d:o 226 5/8 d:o binnen 't Jaar à 2 prC:to
30 7/8 Mudden Garst op 1873 Mudden te weeten
  11 5/8 Mudden op 581 5/8 mudd:n over 't Jaar à 2 prC:to
  19 1/4 d:o d:o 1291 3/8 d:o binnen 't Jaar à 1 1/2 prC:to
1 1/2 Mudd: Gemeene Gordt op 102 mudden, als
  1/8 mud op 9 3/4 mudden over 't Jaar à 2 prC:to
  1 3/8 d:o d:o 92 1/4: d:o binnen 't Jaar à 1 1/2 prC:to
1 5/8 Mud Fijne Gordt op 108 1/2 m:d binnen 't Jaar à 1 1/2 prC:to
45 1/8 d:o Boonen op 903 5/8 mudd: zijnde 5 prC:to
22: d:o Erweten d:o 1104 1/8 d:o over't Jaar à 2: d:o
13443: lb Rijst op 448103 lb zijnde 3: prC:to
968: d:o Bischuijt op 64408: lb te weeten.
  10 lb op 531: lb over't Jaar à 2 prC:to
  958 d:o d:o 63877: lb binnen 't Jaar à 1 1/2 prC:to
742: lb poeder Zuiker op 37112: lb zijnde 2 prC:to
155: lb Candij d:o d:o 7796: d:o d:o d:o d:o
6: d:o Hop op 654: lb sijnde 1: prC:to
36: d:o Peeper op 1643 1/2 lb, zijnde 1: prC:to
  34 1/2 lb op 1540 lb over 't Jaar à 2 1/4 prC:to
  1 1/2 d:o d:o 103 1/2: binnen 't Jaar à 1 1/2 d:o
22 1/2: lb Gaarn Cattoene op 1508 1/2 lb te weeten
  15: lb op 749 3/4: lb over't Jaar à 2 prC:to
  7 1/2: d:o d:o 758 3/4: binnen 't Jaar à 1: d:o
7: lb Wax op 234 lb over't Jaar à 3 prC:to
69: d:o Wax kaarsen op 2313 lb over't Jaar à 3 prC:to
8: lb Zeep Spaansse op 442: lb zijnde 2 prC:to
83 3/10 Cann: Olijven Olij op 1846 1/2 Cann: als
  77 2/5 Cann op 1548 Cannen over 't Jaar à 5 prC:to
  5 9/10 d:o d:o 298 1/2 d:o binnen 't Jaar à 2: d:o
54 4/5 Cann: Clappus Olij op 1101 1/2 Cann te weten
  54 3/5 Cann op 1092 Cann: over 't Jaar à 5 prC:to
  1/5 d:o d:o 9 1/2 d:o binnen't Jaar à 3 prC:to
22 1/5 Cann Lijn Olij op 714 1/2 Cann: als
  2: Cann: op 40 3/5 Cann: over 't Jaar à 5 prC:to
  28 1/5 d:o d:o 673 9/10 d:o binnen't Jaar à 3 prC:to
200 1/2 Cannen Traan op 4010 1/2 Cann: zijnde 5 prC:to

857: Mudden Tarwe op 39456 3/4 mud, te weten
  203 7/8: mud op 6796 3/8 m:d over't Jaar geleegen hebbende à 3 prC:to
  653 1/8: d:o d:o 32660 3/8 d:o binnen 't Jaar à 2 prC:to
6 1/8 : Mudd: Rog op 283 1/2 Mud als
  1 5/8 Mud op 56 7/8 mud over't Jaar à 3 prC:to
  4 1/2 d:o d:o 226 5/8 d:o binnen 't Jaar à 2 prC:to
30 7/8 Mudden Garst op 1873 Mudden te weeten
  11 5/8 Mudden op 581 5/8 mudd:n over 't Jaar à 2 prC:to
  19 1/4 d:o d:o 1291 3/8 d:o binnen 't Jaar à 1 1/2 prC:to
1 1/2 Mudd: Gemeene Gordt op 102 mudden, als
  1/8 mud op 9 3/4 mudden over 't Jaar à 2 prC:to
  1 3/8 d:o d:o 92 1/4: d:o binnen 't Jaar à 1 1/2 prC:to
1 5/8 Mud Fijne Gordt op 108 1/2 m:d binnen 't Jaar à 1 1/2 prC:to
45 1/8 d:o Boonen op 903 5/8 mudd: zijnde 5 prC:to
22: d:o Erweten d:o 1104 1/8 d:o over't Jaar à 2: d:o
13443: lb Rijst op 448103 lb zijnde 3: prC:to
968: d:o Bischuijt op 64408: lb te weeten.
  10 lb op 531: lb over't Jaar à 2 prC:to
  958 d:o d:o 63877: lb binnen 't Jaar à 1 1/2 prC:to
742: lb poeder Zuiker op 37112: lb zijnde 2 prC:to
155: lb Candij d:o d:o 7796: d:o d:o d:o d:o
6: d:o Hop op 654: lb sijnde 1: prC:to
36: d:o Peeper op 1643 1/2 lb, zijnde 1: prC:to
  34 1/2 lb op 1540 lb over 't Jaar à 2 1/4 prC:to
  1 1/2 d:o d:o 103 1/2: binnen 't Jaar à 1 1/2 d:o
22 1/2: lb Gaarn Cattoene op 1508 1/2 lb te weeten
  15: lb op 749 3/4: lb over't Jaar à 2 prC:to
  7 1/2: d:o d:o 758 3/4: binnen 't Jaar à 1: d:o
7: lb Wax op 234 lb over't Jaar à 3 prC:to
69: d:o Wax kaarsen op 2313 lb over't Jaar à 3 prC:to
8: lb Zeep Spaansse op 442: lb zijnde 2 prC:to
83 3/10 Cann: Olijven Olij op 1846 1/2 Cann: als
  77 2/5 Cann op 1548 Cannen over 't Jaar à 5 prC:to
  5 9/10 d:o d:o 298 1/2 d:o binnen 't Jaar à 2: d:o
54 4/5 Cann: Clappus Olij op 1101 1/2 Cann te weten
  54 3/5 Cann op 1092 Cann: over 't Jaar à 5 prC:to
  1/5 d:o d:o 9 1/2 d:o binnen't Jaar à 3 prC:to
22 1/5 Cann Lijn Olij op 714 1/2 Cann: als
  2: Cann: op 40 3/5 Cann: over 't Jaar à 5 prC:to
  28 1/5 d:o d:o 673 9/10 d:o binnen't Jaar à 3 prC:to
200 1/2 Cannen Traan op 4010 1/2 Cann: zijnde 5 prC:to

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop ult:o August:s 1779. /:was geteekend:/’

‘A: V: Schoor.’

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heere en E: Agtb: Heeren!’

‘Den Ondergeteekende Keldermeester verzoekt zeer Eerbiedig aan Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s dat aan hem mag valideeren, de hier onder gespecificeerde afschrijving, te weeten’


2290 1/2 Cann: Arak op 22909. Cann: die onder dato deeses restant verblijven à 10 prC:to.
36068 1/2 d:o Caabse Wijn op 360686 1/2 Cannen die onder dato deezes meede restant verblijven à 10 prC:to
2805 1/2 d:o Caabse Brandewijn op 28059 1/2 Cann dewelke onder dato deezes restant verblijven à 10 prC:to
31 1/2 Cann: Wijntint, op 315 1/2 Cann: die onder dato deezes insgelijx restant verblijven, à 10 prC:to

2290 1/2 Cann: Arak op 22909. Cann: die onder dato deeses restant verblijven à 10 prC:to.
36068 1/2 d:o Caabse Wijn op 360686 1/2 Cannen die onder dato deezes meede restant verblijven à 10 prC:to
2805 1/2 d:o Caabse Brandewijn op 28059 1/2 Cann dewelke onder dato deezes restant verblijven à 10 prC:to
31 1/2 Cann: Wijntint, op 315 1/2 Cann: die onder dato deezes insgelijx restant verblijven, à 10 prC:to

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop ult:o August:s 1779. /:was geteekend:/’

‘J: J: Le Suëur’

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Den Ondergeteekende Pakhuijsmeester verzoekt zeer Eerbiedig, dat aan hem mag werden toegestaan de Ordinaire afschrijving op de onder te noemen Goederen, geduurende dit Boekjaar onvermijdelijk gevallen, namentlijk.’


Cramerijen, over.
24: lb Alluijn, als.
18 5/8 lb op 621 1/8 lb over 't Jaar geleegen hebbende à 3 prC:to
5 3/8 d:o d:o 271 7/8 d:o binnen 't Jaar aangebragt d:o 2: d:o
7 1/8 lb Lijm op 143 lb à 5 prC:to
14 1/2: d:o Stijfsel d:o 290:
Loot over.
10 5/8 lb Plat op 8592: lb } à 1/8 prC:to
9 5/8 d:o Schuijt d:o 7704:
Coper, over
7 5/8: lb gesort:d op 6143 lb à 1/8 prC:to
Ijzer, over
3394: lb gesort:d op 226316 lb over't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 prC:to
Staal, over
32 3/8 lb op 2156 5/8 lb over d:o d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o
Spijkers over
361: lb ges: ijzere op 24060 lb d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o
Verwen, over
42 lb gesort:de grove op 1394: lb à 3: prC:to
Tabak over
28 1/2 lb op 949 1/2 lb à 3: prC:to
Specerijen over
1 1/4 lb Nooten op 126 5/8 lb } à 1: prC:to
1: d:o Nagelen d:o 101 3/4:
1 1/2 d:o Foulij d:o 152
1 1/8 d:o Canneel d:o 120 1/8

Cramerijen, over.
24: lb Alluijn, als.
18 5/8 lb op 621 1/8 lb over 't Jaar geleegen hebbende à 3 prC:to
5 3/8 d:o d:o 271 7/8 d:o binnen 't Jaar aangebragt d:o 2: d:o
7 1/8 lb Lijm op 143 lb à 5 prC:to
14 1/2: d:o Stijfsel d:o 290:
Loot over.
10 5/8 lb Plat op 8592: lb } à 1/8 prC:to
9 5/8 d:o Schuijt d:o 7704:
Coper, over
7 5/8: lb gesort:d op 6143 lb à 1/8 prC:to
Ijzer, over
3394: lb gesort:d op 226316 lb over't Jaar geleegen hebbende à 1 1/2 prC:to
Staal, over
32 3/8 lb op 2156 5/8 lb over d:o d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o
Spijkers over
361: lb ges: ijzere op 24060 lb d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o
Verwen, over
42 lb gesort:de grove op 1394: lb à 3: prC:to
Tabak over
28 1/2 lb op 949 1/2 lb à 3: prC:to
Specerijen over
1 1/4 lb Nooten op 126 5/8 lb } à 1: prC:to
1: d:o Nagelen d:o 101 3/4:
1 1/2 d:o Foulij d:o 152
1 1/8 d:o Canneel d:o 120 1/8

’/:onderstond:/’

‘In’t Casteel de Goede Hoop ult:o Augustus 1779. /:was geteekend:/’

‘P: L: LeSuëur’

Is daarop beslooten, dat de daarbij aangehaalde minderheeden als niet excedeerende, bij de voorsz: Negotie Boeken Zullen werden afgeschreeven.

Sijnde voorts, naar Lecture der ingediende Nominatiën van Kerkenraaden, Zoo hier aan Cabo als in de buijten Districten, goedgevonden de gedaane Electie van Ouderlingen t’ approbeeren en verders uijt het dubbeld genomineerd getal tot Diaconen te verkiesen de volgende persoonen, te weeten

In de Kerk hier aan Cabo

Johannes van Sittert tot Ouderling in steede van den afgaanden Jan Serrurier.

Andries van Sittert en Anthonij Berrangé tot Diaconen voor de uijtgediende Petrus Johannes Truter en Christman Joël Ackerman

In de Stellenbosche Kerk.

Philip Wouter de Vos tot Ouderling in plaatse van Jacobus Conterman.

Samuel Johannes Cats, tot Diacon in steede van Johannes Casparus Groenewald.

In de Kerk van Drakensteijn

Pieter Blignault tot Ouderling voor de af te treedenen Pieter de Villiers.

Abraham Jozua Le Roux en Daniel Rossouw, tot Diaconen in plaatse van Jozua Joubert Gideonsz: en Schalk Willemse van der Merwe.

In de Kerk van’t Land van Waveren .

Jacobus Hugo tot Ouderling en Johannes de Waal Cornelisz tot Diacon, den eerstgem: in Steede van Hendrik Francois Moller, en den anderen voor Francois de Wet.

In de Kerk aan’t Swartland .

Matthijse Michielse Bason tot Ouderling in plaatse van Paul Retief en Everhardus Johannes Laubscher tot Diacon voor den afgaanden Andries Stephanus Goutsch.

Sullende voorsz: Kerkenraaden wijders werden aangeschreeven, dat dewijl er deesen Jaare wederom geen Commissaris Politicq naar de buijten Districten staat af te gaan, zij dierhalven Zullen moeten bezorgen, dat de Reecq:gen haarer Arme penningen, ten eersten in gereedheijd gebragt en herwaards overgezonden werden.

Voorts zijn uijt de in dubbeld getale genomineerde Persoonen, omme na gebruijk in d’ onderstaande Collegien dienst doen, verkooren, als.

Tot Weesmeesters.

Barend Hendrik van reede van Oudshoorn en Hendrik Le Suëur in steede van Johan Adolph Kuuhl en Johannes Smuts.

Tot Commissarissen van Civile en Huwelijx Zaaken.

Hendrik Justinus de Wet en Jan van Schoor, zo in plaatse van den overleedenen Marthinus van Oorde als den afgaanden Focke Hendriksz.

Sijnde ook in steede van den E: Coopman en Dispencier mitsg:s Lidt deeses Raads Adriaan van Schoor, die op zijn verzoek, van het præsidie in dat Collegie is ontslagen, wederom tot Præsident verkooren den Coopman en Keldermeester mitsg:s meede Lidt deezer Vergadering d’ E: M:r Jacobus Johannes Le Suëur.

Tot Heemraaden van Stellenbosch en Drakensteijn :

Jacobus Conterman Hendrik Oostwald Laubscher Andries Brink Junior en Pieter de Villiers d’ Oude in steede van Pieter Gerard Wium, Jan de Villiers Jan Pietersz, Philippus Albertus Meijburg en Hendrik Louw.

Tot Heemraaden aan Swellendam .

Esaias Meijer en Lourens de Jager de Jonge in plaatse van d’ uijtgediende Ferdinant Albregt Bierwerdt en Hendrik van der Merwe.

En na dien de Burgerraaden Cornelis van der Poel en Gerrit Hendrik Meijer, die volgens gebruijk met het eijnde van dit Jaar hadden moeten afgaan, aan den Heere Gouverneur hebben betuijgd, dat zij om de reedenen bij Resolutie van den 19 Octb:r pass:o vermeld, bereijdwillig waaren, nog een Jaar langer te dienen; Is dierhalven verstaan dezelve, in conformiteijt van het voorsz besluijt, voor gem: tijd te continueeren, invoegen zij neevens den meede Burgerraad George Christiaan Maasdorp tot ult:o Xber 1780 Zullende moeten dienen, ged: Meijer wijders ook voor Zoo lang als Vice præSes in’t Collegie van Commissarissen van Civile en Huwelijx Zaaken zal fungeeren.

Vervolgens wierd door bovengem: Heer Secunde Pieter Hacker als Præsident des Raads van Justitie overgegeeven Sodanig Schriftelijk berigt, als ter gem: Justitieele Vergadering was ingediend door den Heere Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers, mitsg:s gecommitteerdens dewelke neevens zijn E: tot opneeming en Inspectie der Situatie van de agter de Cloof des Tafelbergs Leggende en aan den gerepatrieerden Fredrik Willem van Camptz: toebehoorend plaats, hebben gevaceerd, welk berigt aldus was luijdende.

Aan den Wel Edele Agtb: Heere Pieter Hacker Præsident beneevens den E: Agtb:re Raad van Justitie deeses Gouvernements.

‘Wel Ed:e Agtb: Heer en Heeren.’

‘Het heeft aan den Ed:e Agtb: Politicquen Rade deeses Gouvernements behaagd, omme bij geleegendheijd van zeekere differenten bij repetitie gereesen tusschen de resp:ve Eijgenaars van Zeekere Plaats ofte Hofsteede, geleegen agter de Cloof van de Tafelberg , thans in Eijgendom toebehoorende aan Fredrik Willem van Kamps al so in huwelijk hebbende Anna Maria Koekemoer laatst Weed:we van wijlen den Oud Commissaris van Civiele en Huwelijx Zaaken Joachim Johan Lodewijk Warnich, en tusschen Sommige Ingezeetenen van deese Plaatse, welke hunne koeijen &:a agter denselven Leeuwen Cop deeden weijden van deezen Raade te requireeren, desselfs Consideratien ten opzigte van de gepaste remediën, welke zouden kunnen en behooren g’ emploijeerd te werden, tot prævenieering van alle verdere onaangenaame addressen, welke Zoo van de eene als andere zijde, aan welgem: Rade zouden kunnen worden gemaakt; vervolgens hebben U Ed: Agtb:s kunnen goedvinden den Ondergeteek:de Independent fiscaal en Leeden uijt deesen Raade te committeeren tot het neemen van eene oculaire inspectie van’t Terrain bij en omtrent dezelve plaatse geleegen, ten eijnde aan U Ed: Agtb:s te kunnen dienen van derselver Consideratiën en advis, of en op welke manier best en gevoeglijkst aan de voornoemde g’ Eerde intentie van welgem: Politicquen Raade zoude kunnen worden voldaan.’

‘Ter voldoeninge /:waare het mogelijk:/ aan dit een en ander hebben dan ook de Ondergeteekendens geadsisteerd met den Secretaris deeses Raads zig in persoon naar dezelve plaatse of Hofsteede toe begeeven, en na eene Exacte opneeminge van ‘t Terrain, daar rondsomme geleegen bevonden, dat, hoe zeer het aan d’ eene kant, zeekerlijk ten uijttersten noodzakelijk was, dat hoe êer hoe beeter d’ eene of andere bake wierde gesteld, tot eene Scheijdpaale der algemeene en particuliere wijde, van dezelve Plaatse of Hofsteede, ten eijnde op wat prætext Sulx ook zoude mogen geschieden, de resp:en Eijgenaars van dezelve Plaatse in hunne weijde niet zoude kunnen werden gepræjudiceerd, het egter aan den anderen kant uijt hoofde van de Wilde-Woeste klip-en bergagtige Situatie geheel en al onmooglijk was, aan U Ed: Agtb:s ofte aan welgem: Politiquen Rade bij geschrifte te kunnen opgeeven die Plaatsen, alwaar de ondergeteek:s naar hunne beste meeninge zouden oordeelen, dat dezelve Baken gevoeglijkst, en tot de minste Schade, en’

‘præjudicie zo van den eene als anderen zouden kunnen worden gesteld.’

‘En gelijk dan daaruijt noodwendig moet proflueeren, dat de Ondergeteek:s zo min als U Ed: Agtb:s selve zig in Staat bevinden omme compleetelijk aan de zeer gerespecteerde intentie van den Politicquen Raade te voldoen, zoude d’ Ondergeteekendens /:onder eerbiedige reverentie:/ van begrip zijn, dat van deeze gesteldheijd der Zaaken, en de natuurlijke onmogelijkheijd welke daaruijt voortvloeijd, aan welgem: Politicquen Raade, kennisse zoude behooren te werden gegeeven, ten eijnde indien bij hoogst denselven Politicquen Raade uijt Consideratie van dit een en ander konde worden goedgevonden, omme ‘t zij de Ondergeteek:s ‘t zij andere Leeden uijt deezen Raade te qualificeeren, omme de Scheijdinge der algemeene en particuliere weijde van dezelve Plaatse of Hofsteede te bepaalen en tot dat eijnde op sodanige Plaatsen, als zijl: zouden nodig en gevoeglijkst oordeelen, door den Eijgenaar van dezelve Plaatse of Hofsteede te doen evigeeren Sodanige Baaken als zij zouden komen goed te vinden, als dan de vereijschte qualificatie daartoe te kunnen verleenen met ordre aan alle ende een ijgelijk, omme zig daarna te moeten reguleeren, en met verbeurte van Zeekere pænaliteijten ten opzigte van die geenen wiens vee, door wat oorzaak zulx ook zoude mogen zijn, toe- of bijgekomen, buijten de algemeene en binnen de particuliere Weijde, van dezelve Plaatsen of Hofsteede zoude mogen werden gevonden, laatende niet te min Zoo aan U E: Agtb:s als aan meergem: Politicquen Raade over, omme Sodanige andere messures ter bereijking van het voorsz: oogmerk te neemen, als dezelve naar derselver g’eclairciseerder begrippen Zullen oordeelen te behooren.’

‘Terwijl d’ Ondergeteekendens hiermeede Zoo veel in hun gering vermogen is geweest, meenende voldaan te hebben aan U Ed: Agtb:s zeer gerespecteerde Intentie, d’ Eere hebben zig met de meeste Consideratie te teekenen.’

’/:onderstond:/ Wel Ed: Agtb: Heer Uwe Wel Edele Agtb:s zeer Ootmoedige Dienaaren. /:was geteekend:/ W: C: Boers, G: H: Cruijwagen, C: G: Maasdorp. /:lager:/ mij præsent:/ get./ C: L: Neethling Secret:s /:in margine:/ Exhibitum in Judicio den 2:de Novembr: 1779.’

En dewijl uijt den inhoude van’t voorsz: berigt consteerd, dat uijt hoofde der daarbij aangehaalde inconvenienten, bovengemelde Commissie zig buijten Staat bevonden heeft, aan het bedoeld Oogmerk te kunnen voldoen, Is dierhalven verstaan ged: Heer Fiscaal Boers, mitsg:s deselfde Gecommitteerdens dewelke in deeze Zaak hebben geadsisteerd, te qualificeeren, om de Scheijding der algemeene en particuliere weijde van voren geciteerde plaats te bepaalen, en tot dien eijnde op Sodanige Plaatsen als nodig en gevoeglijkst zal werden geoordeeld, door den Eijgenaar te doen opregten alsulke Baakens, als voorsz: Commissie zal komen goed te vinden, wanneer na verrigting van dien, bij deesen Raade zullen werden gesteld, de nodige ordres voor een ijgelijk om zig na de bovengemelde te maakene bepaaling te reguleeren.

Door den Directeur der Fortificatiën en Inspecteur over de Gebouwen der E: Comp:ie alhier, d’ E: Gilquin, neevens den Ondercoopman en Negotie Overdrager Jan Fredrik Kirsten, dewelke door den Heere Gouverneur zijn gecommitteerd geworden, om ingevolge het geresolveerde onder den 11: October deeses Jaars, te vaceeren bij de aanbesteeding der Leverantie van Steen- en Schulp-kalk ten behoeve van d’ E: Comp:ie; aan wel opgem: Heere Gouverneur gerapporteerd zijnde, dat ‘er van diversse Persoonen, die zig tot het leeveren van Steen-kalk hadden aangebooden, alleen de Burgers Johannes Conterman en Daniel Malan Danielsz waaren geweest, die g’offereerd hadden het halfaam tegens 32: Stuijvers te leeveren, terwijl de anderen alle hadden betuijgd, Sulks niet minder dan voor 36 Stuijvers het halfaam te kunnen doen, en dat ten opzigte der Schulp-kalk, de Luijden die haar werk van’t branden derselve maaken, eenpariglijk hadden verclaard, het halfaam niet minder dan tegens 36 Stuijvers te kunnen leeveren; Soo is hierop best gedagt om de bij d’ E: Comp:ie benodigde Steenkalk tegens 32 Stuijvers het halfaam door gementioneerde Conterman en Malan te doen leeveren en aangaande de Schulp-kalk bovengem: E: Gilquin en Ondercoopman Kirsten te qualificeeren, om daarvan dat geene ‘t welk ten dienste van het nieuwe Hospitaal werd vereijscht, Successive te doen bezorgen, door die geene van dewelke voorsz: Bouwstoffe in de beste qualiteijt, en ten civielsten prijse dog niet hoger dan voor 36 Stver:s het halfaam zal te bekomen zijn.

Ook is geleesen de volgende missive van Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch .

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Politicquen Raad deeses Gouvernements.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’

‘Geeven met Schuldige Eerbied te kennen, Uwe Wel Edele Gestr: en Agtb:s ootmoedige Dienaaren de Ondergeteek:de Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch en Drakensteijn : hoe dat ter geleegendheijd van de laatste Burgerlijke Exercitie alhier, den Eerstgeteekende klagten zijn te vooren gekomen, over het nadeel dat de Inwoonderen van dit Dorp in derselver geoorloofde neeringen toen weder gelijk meermaalen hadden ondergaan, door de Sodanige, die van de Caab dezelve Neeringen in dit Dorp of vrijelijk waaren komen drijven of Sulx voor hunne reekening door andere hadden laaten verrigten; den Eerstget:den egter door geen exclusive privilegie deeser Dorpelingen in dat opzigt, zig amptswegen gewettigd had gevonden hun daartegen te maintineeren, hoe zeer het ook eene hardigheijd inhereerde, dat dezelve Voor de wijnige Exercitie dagen, die Slegts eens ‘S Jaars voorkwamen en tot vorderinge hunner neeringen gunstig waaren, daarinne wierden verkort door Inwoonderen van de Caab die integenstelling van dien met veelvuldige andere geleegendheeden wierden gebeneficeerd; Weshalven de ondergeteekendens uijt aanmerking van de billijkheijd der Zaake, tot welzijn der Inwoonderen van dit Dorp de vrijheijd neemen, zig in deesen te keeren tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s zeer nedrig verzoek doende, dat het Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s behagen moge, voorsz: Dorpelingen te begunstigen met een Interdictie tegen een ijder buijten dit Dorp woonende, om binnen het selve Dorp ‘t zij in den tijd der Burgerlijke Exercitie of buijten dezelve te doen ofte te drijven eenige Burgerlijke neeringen ofte Traficquen, met dewelke zig derselver Inwoonderen komen te behelpen.’

’/:onderstond:/’

‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ P: G: De Wet, P: G: Wium, P:s A:s Meijburgh, H: Louw, J: R: van As, Paul Roux, J: D: Villiers AbrahZ, W: C: Coetser. /:in margine:/ Ter Vergadering van Heemraaden aan Stellenbosch den 8 novbr 1779.’

Waarop verstaan is, dat tegens den tijd dat in den aanstaanden Jaare de gewoone Exercitie en optrek der Land-militie aldaar zal geschieden, bij affixie van Billiëtten t’ interdiceeren, dat zo wel geduurende voorsz: Exercitie dagen, als den Optrek selve, door niemand dan de Inwoonderen van het Stellenbosche Dorp selve iets zal mogen werden te koop geveijld op pœne dat behalven de verbeurte der al daar door andere te koop gebragte goederen de Contraventeurs bovensdien nog in een boete van Thien Rijxd:s ten behoeve van ‘S Colonies Cassa aan Stellenbosch voorn:d zullen weezen vervallen.

Sijnde voorts aan den Burger Jacobus Johannes Krugel in Eijgendom verleend een Stukje Huijs Erfs geleegen neevens het Kerken Land aan de Paarl , als blijkende uijt een door hem g’exhibeerd Extract Resolutie van Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch en Drakensteijn dat de uijtgave van het ged: Stukje Erfs geensints tot hinder of benadeeling zoo van voorsz: Kerkengrond, als der aldaar woonende Gebuuren komt te Strecken.

Waarna door den Vaandrig militair Carel Fredrik Brink wierd gepræsenteerd het onderstaande Request.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:ren Politicquen Raad.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb:re Heeren!’

‘Geeft met Schuldige Eerbied te kennen, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s nedrigen Dienaar den Vaandrig Militair Carel Fredrik Brink van Berlin.’

‘dat hij Suppl:t in A:o 1756 met ‘t Schip Amstelveen ter deezer Plaatse aangeland zijnde, het Jaar daaraan volgende of te in A:o 1757: tot Adsistent ter Secretarije van Justitie met ƒ20 ter maand is bevorderd.’

‘dat den Suppl:t vervolgens in A:o 1760 onder het voorsz: Tractement van’

‘ƒ20 is aangesteld tot Landmeeter en Caartenmaker, en in die functie, mitsgad:s als Scriba is g’ emploijeerd geworden, op den verren en penibelen Land Togt die in A:o 1761 tot ontdecking der Noordwaards Leggende en doenmaals nog onbekend geweest zijnde Landen is ondernomen.’

‘dat den Suppl:t bij desselfs te rugkomst alhier, de bovengem: diensten wederom gepresteerd heeft, tot in a:o 1769 wanneer hij door Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s gunste is bevorderd, tot Vaandrig Militair met ƒ40 ter maand.’

‘dat hij Suppl:t in evengem: dienst heeft gecontinueerd tot den Jaare 1776, wanneer mits het overlijden van den Lieutenant Ingenieur Carel David Wentzel, gem: functie tot p:mo Julij deezes Jaars 1770 heeft waargenomen.’

‘Ende ten aansien den Suppl:t thans gaarne wenschte honorabel uijt ‘S E: Comp:s dienst te werden ontslagen, Zoo neemt hij de vrijheijd Uwe Wel Edele Gestr: en E:Agtb:s op het demoedigst te verzoeken, dat Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s ter consideratie dat hij d’ Eere heeft gehad, d’ Comp:ie den tijd van 23. Jaaren te dienen waarin aan zijne resp: Gebieders altoos goed genoegen heeft gegeeven, gelijk meede, dat ruijm drie Jaaren den dienst als Lieutenant Ingenieur heeft gepresteerd, hem dierhalven goedgunstiglijk zijne demissie uijt ‘S E: Comp:s dienst met den rang van Lieutenant te verleenen.’

’/:onderstond:/ ‘T Welk doende &:a’

Het welk geleesen weezende, is goedgedagt, denselven, uijt hoofde der in het gedagte Request aangehaalde en ten zijnen faveure militeerende Consideratiën, met den Rang als Oud Lieutenant Militair uijt ‘S E: Comp:s dienst te dimitteeren.

Gelijk Laatstelijk door den Commissaris van Civile en Huwelijx Zaaken Johan Adolph Kuuhl meede is ingediend het volgende verzoekschrift.

Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Nederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb:e Raad van Politie.

‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb:re Heeren!’

‘Geeft reverentelijk te kennen Uwer Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s nedrigen Dienaar den Commissaris van Civile en Huwelijx Zaaken Johan Adolph Kuuhl Junior; hoe wijlen Juff:w Magdalena Elizabeth Kina, zijnde geweest der Suppl:ts Huijsvrouwe Moeije, en Weed:we van wijlen den Coopman en Cassier de Heer David D’ Aillij reets iin haare Leeftijd, bij acte van donatie onder meer andere Lijf Eijgenen ook haaren Ouden Mans-Slaaf Manuel van Bengalen genaamd, aan hem Suppl:t in vrijen Eijgendom geschonken hebbende, ged: Slaven Jongen altoos in die verbeeldinge is geweest, dat na overlijden van zijne gem: vorige Lijfvrouwe, zoude moeten werden g’emancipeerd, en dus zijn Vrijdom hebben erlangd, dog als nu het tegendeel van dien ondervindende, en dierhalven daarover malcontent Schijnende, heeft denselven, na hem Suppl:t en Zijne Huijsvrouw te meermaalen op eene brutaale wijze bejeegend en als ‘t waare daardoor hebbende zoeken te dwingen hem vrij te geeven, zig eijndelijk met Zoo verre gaande Obstinaatheijd jegens hem Suppl:t geopponeerd, dat selfs drijgementen had durven doen, bij aldien zijn vrijdom niet quam te erlangen, als dan zig zelve te kort doen of om het Leeven te zullen brengen; des den Suppl:t vreezende voor de verdere gevolgen van diesdanig Strafbaare buijtensporigheijd en brutaal gedrag /:van welk laatste ged: Slaaf Manuël reets bij Leeftijd van wijlen opgem: Sijne voorige Lijfvrouw te dikwerf d’ overtuijgendste Blijken gegeeven, en om die reeden ook nooijt gemeriteerd heeft, na haar overlijden in vrijdom te werden gesteld:/ denselven oversulx met voorkennisse van den Heer Independent Fiscaal provisioneel in hegtenis heeft doen stellen, dan nadien het voor den Suppl:t zeer gevaarlijk zoude weesen, wanneer gerepten Slaven Jonge wederom wierde gelargeerd, neemt hij dierhalven de vrijheijd zig te wenden tot Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s met ootmoedig verzoek dat het deselve goedgunstig moge behagen, meerm: Slaven Jonge Manuël van Bengalen ten behoeve der E Comp:ie aan te neemen, en dat denselven wijders tot meerder Zeekerheijd voor den Suppl:t en de zijnen, geduurende den overigen tijd zijns Leevens op’t Robben Eijland moge werden geplaatst.’

’/:onderstond:/’

‘’T Welk doende &:a’

Waarop verstaan is, den in het voorsz: verzoekschrift vermelden Slaaf Manuël van Bengalen voor d’ E: Comp:ie in Eijgendom aan te neemen, en gedurende den overigen tijd zijns Leevens op’t Robben Eijland te laaten verblijven.

ALdus GeresoLveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] H V Prehn

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 503-509.

Dingsdag den {17791214} 14: Decbr: 1779.

‘S voormiddags alle præsent, uijtgenomen de Heer Lieutenant Collonel Hendrik van Prehn.

Sijn op heeden in Vergaderinge met attentie gerevideerde Negotie en Soldij Boeken, deeses Gouvernements van het gepasseerde Boekjaar met ende beneevens de Rapporten der tot derselver Examinatie gesteld geweest zijnde Leeden deezes Raads d E E Adriaan van Schoor en M:r Jacobus Johannes Le Suëur, uijt dewelke is komen te blijken, dat in gem: Negotie Boeken, niet alleen alle Posten van Ongelden en andere afschrijvingen, met de dieswegens verleende ordonnantien accordeeren, maar dat ook buijten des geene afschrijvingen zijn gedaan geworden gelijk meede, dat die Soldij-Boeken, navolgens d’ ordre der E: Comp:ie gehouden, d’ afbetalingen van de Dienaaren na behooren uijtgereijkt, mitsg:s de belastingen daarvan bij de Negotie Boeken indiervoegen afgeschreeven zijn als bij het Rapport van dien Specificq is aangetoond: en laatstelijk, dat de Boedel Reekening van ‘S E: Comp:s afgestorvene Dienaaren; welkers Nalatenschappen door den Soldij Boekhouder als Curator Adlites geadministreerd en verkogt zijn, meede na behooren ondersogt weezende, bevonden is dat de inschrijving en bereekening daarbij na den Indiaschen Stand penning alhier is gedaan en dat de Vendu Boeken met d’ origineele Memorien der gehoudene Vendutien, en deeze wederom met d’ Inventarissen komen te accordeeren; voorts dat de dood Reekeningen der overleedenen Persoonen, voor het zuijver provenue hunner Nalatenschappen, met vermindering van 6 17/18 prC:to voor Wissel verlies, ingevolge het g’ Eerd aanschrijvens van Haar Wel Edele Hoog Agtb:s de Heeren Majores in’t Patria de dato 3: April 1778, een ijder voor desselfs aandeel gecrediteerd geworden zijnde, dat bedragen wijders ter Somma van Ducatons 385: 22 Stuijvers ofte ƒ1387:02:- neevens nog Ducatons 28:54 Stver:s ofte ƒ103:10:- wegens het voorsz: Wissel verlies door geciteerden Curator Adlites onder Ult:mo August:s laatstleeden in S E Comp:s Cassa alhier geteld, en daarvan bij de Negotie Boeken behoorlijk verantwoordinge is gedaan, invoegen omtrent het een en ander, conform de gereneveerde en geampliceerde ordres van Haar Wel Edele Groote Agtb:s de Heeren der Hooge Indiasche Regeering is gehandeld geworden; weshalven verstaan is, dat de meerm: Negotie-en Soldij Boeken volgens usantie, zo naar’t Vaderland al naar Batavia, en de bovengementioneerde Rapporten, nopens d’ Examinatie derselve, bovensdien aan welgem: Heeren der Hooge Indiasche Regeering zullen werden gesuppediteerd.

Door den Heer Secunde Pieter Hacker te kennen gegeeven zijnde g’informeerd te weezen dat er met het ter rheede Leggend Fransch particulier Schip Le Triton alhier zouden weezen aangebragt een quantiteijt van tusschen de 7: à 800 Baalen Bourbonsse Coffij Boonen en daartoe misschien, wel geleegendheijd zoude zijn dezelve tegens een convenable prijs voor d’ E: Comp:ie in te kopen; Zoo is, bij overweeging der ten deezen opzigte, bij den Eijsch van retouren d’ A:o 1775 aan deeze Regeering verleende Qualificatie, goedgedagt en beslooten, dat bij aldien de Franschen voorsz: Bourbonse Coffije Boonen tegens 3 3/4: Stver:s het pond, Zullen willen afstaan, als dan de voorsz Parthij van 7: à 800: Baalen, of zoo veel meer als men tot ged: prijs zal kunnen bekomen, ten behoeve der E: Comp:ie te doen inkopen.

Vermits bij d’ eerste opregting der Magistratuur ten platten Lande, de Collegiën van Landdrost en Heemraaden zijn bepaald om niet hoger dan tot Vijf en Twintig Guldens bij arrest te vonnissen, ‘t geen mits de tegenswoordige considerable uijtgebreijdheijd der resp: Collonien, niet langer plaats kan hebben, nademaal het niet wel doenlijk is, om voorsz: Vonnissen op de Woonplaatsen der Succumbeerende parthijen, mits derselver te verre afgeleegendheijd der Drostdijen op de gewoone wijze t’ executeeren; Sulx dezelve Succumbaten zig wijnig aan de ten hunnen Laste gevelde vonnissen bekreunen, waardoor dan de getriumpheerd hebbende persoonen van hun goed regt versteeken blijven, en d’ uijtspraaken der meerm: Collegien notoir in veragting geraaken moeten; zo is, om hier tegens te voorzien, noodzakelijk geoordeeld en dienvolgens beslooten de Collegien van Landdrosten en Heemraaden van Stellenbosch en Drakensteijn , mitsg:s die van Swellendam t’ authoriseeren om voortaan tot de Somma van Vijf en Twintig rd:s bij arrest te mogen vonnissen, en die Gewijsdens paratelijk te mogen doen executeeren.

ALdus GeresoLveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring

C. 157, pp. 510-513.

Maandag den {17791227} 27: Decbr 1779.

‘S voormiddags alle præsent.

Op eergisteren den 25:ste deezer, alhier zijnde komen t’ arriveeren het door de præsidiale Camer Amsterdam tot een Tweeden directen Bodem voor Bengalen aangelegd Schip Diana , zoo is bij overweeging dat door de laate verscheijning van gem: Kiel ter deezer Plaatse, als zijnde bereijds den 17: April deezes Jaars uijtgezeijld, het Saijsoen thans te verre verloopen is, om de reijs nu na Bengalen voormeld te kunnen doen, best gedagt en dienvolgens besloten het ged: Schip Diana , alhier tot in April aanstaande als den bequaamsten tijd voorde na Bengalen moetende Scheepen aan te houden, en als dan derwaards te laten vertrekken; Sullende dierhalven ingevolge het geordonneerde door d’ Edele Heeren Bewindhebberen ter opgemelde præsidiale Camer, vervat bij Missive van den 30:ste Maart deezes Jaars, d’ Equipagie van voormelden Bodem werden gebragt op een aantal van 110 à 120 Coppen, en de overige Manschappen van dezelve geligt en op de aanweezende uijtkomende Scheepen Oud Haarlem en Canaan verdeeld zijnde, naar Batavia werden voortgezonden, Terwijl voorts omtrent ged: op het meerm: Schip Diana te laatene Manschappen, conform de g’ Eerde intentie van welopgem: Heeren Bewindhebberen, zal werden gehandeld.

Sijnde voorts door den Heer Independent Fiscaal M:r Willem Cornelis Boers overgelegd Twee Relaasen voor Gecommitteerde Leeden uijt den Raad van Justitie alhier verleend, mitsgaders Solemneel beEedigd, door d’ Opper en Onder Officieren, der uijtkomende en meede ter Rheede Leggende Scheepen ‘T Loo en de Vrouwe Anthonetta Coenrardina , nopens de Vijandelijke recontres die dezelve met eenige Engelsche Capers hebben gehad, waarvan aan de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren onder overzending van Authenticque Copias der voorsz: Relaasen, de verschuldigde kennisse zal werden gegeeven.

ALdus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:

[Signed:] J: V: Plettenberg

[Signed:] P: Hacker

[Signed:] W: C: Boers

[Signed:] O M Bergh

[Signed:] R:t en Secret:s A: V: Schoor

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] D: H: Staring