C168 v1.20
C. 168, pp. 2-29.¶
Marginalias d’ A:o 1785
C. 168, pp. 30-39.¶
Dingsdag den {17850104} 4 Jan: 1785:
‘S voormiddags alle præsent.
Vermits de verlossing van ‘S E: Comp:s hun tijd uijtgediend hebbende Dienaaren op handen komt te zijn, is dierhalven op de propositie van den Heer gouverneur verstaan, omtrend deselve op gelijke wijse als in’t gepasseerde Jaar te handelen en dienvolgens aan de geene dewelke Zig op nieuw voor Een Jaar Sullen Engageeren de Somma van Rijxd:s Thien mitsgaders die dewelke een nieuw driejaerig verband Sullen willen aangaan een douceur van 25: Rd:s uijt ‘S Comp:s cassa te doen betaalen.
Vervolgens wierd door den Heer Independent Fiscaal M:r Jan Jacob Serrurier ingevolge het geene door Zijn E ter Resolutie van den 28 December Laetstleeden is gedeclareerd ingeleeverd het volgend Schriftelijk Protest.
‘de onderget Independent fiscaal ter jongstleeden vergadering aan Sig gereserveerd hebbende, omme op de toen gedaane aanteekening van den Heer van Schoor en in Rade genomene Resolutie Sodanige nadere aanteekening te doen ter needer stellen als hij te rade Soude werden zal, hoe seer hij niet als ten uittersten gesurpreneert heeft kunnen sijn, over den Singulieren inhoud van een gedeelte der voormelde aanteekening, welke den onderget: is voorgekoomen uitdruckingen te bevatten, welke Lieden van een Collegie van Regeering voorseeker Sig niet kunnen Laaten voorstaan van hunne meede Leeden te wagten te hebben egter om deese Saak tot geene voor het publicq altijd nadeelige verwijdering aanlijding te doen geeven, daarover Sig niet breeden uijtlaaten, alleenlijk protesteerende teegens de Resolutie bij welke de Heer van Schoor in de possessie van het præsidium der weescamer word gelaaten en het in deesen aan de nadere decisie aan onse Heeren en meesteren over laatende, aan welke den onderget: versoekt, dat so van sijne eerst gedaane Schriftelijke voordragt als de daarop gevolgde Rescriptie van den Heer van Schoor, neevens de præsente aanteekening van den onderget: in de eerste ministeriale brief van hier te senden, expresse mentie sal werden gemaakt en teevens alle de voorm: Stucken Sullen werden overgesonden, sal de onderget: met Eerbied afwagten ‘t geen welgem: onse Heeren en meesteren hier inne nader Sullen gelieven te decideeren.’
’/:was geteekend:/’
‘J: J: Serrurier /:in margine:/ Cabo de goede Hoop den 4 Jan 1785.’
Welk protest geleesen Zijnde den E Coopman en dispencier Adriaan van Schoor naar vooraf te hebben betuijgd, dat nopens de voorgewende Surprise van den Heer fiscaal over den gelijk Zijn E Zig quam uijt te drucken Singulieren inhoud van een gedeelte der door hem E: van Schoor ter voorige vergadering ingediend geschrift en ook nopens het daarbij gevoegd Protest teegens de resolutie bij deesen Raade gevallen vermeinde Sig niet te behoeven uijt te laaten, maar best te Zijn te menageeren, hierop eenige gepaste aanmerkingen toe te dienen, voorts versogt, dat mogte worden aangeteekend dat na dat ter vorige vergadering Zijn gem: Schriftuur /:waar in anders het hier onder volgende bij de 4: of Laatste afdeeling had dienen te werden gevoegd:/ had ingediend, hij niet alleen in’t Seekere was onderregt dat in de gouvernementen, Soo te Colombo als nagapatnam geen der Fiscaals het præsidium der weescamer aldaar waarneemen, inteegendeel dat voor en na te Nagapatnam , met namen de Heeren Bonk de Filletaz en Mossel, alle negotie overdraagers dien Post hadden bekleed, maar dat daarenboven Selfs bij een geauthentiseerd Testament, ter weescamer alhier berustende evident komt te consteeren dat A:o 1780 op nagapatnam dit præsidium door den gem: Heer Seracules Mossel toen aldaar negotie Boekhouder waargenomen is geworden, en wijders
dat aangesien bij de in’t Vervolgt Introduceerene ordres, onlangs uijt het patria dit gouvernement aan bedeeld alhier voortaan de Heeren Fiscaals in den Raed van Justitie, die dog de oppervoogdij moet worden toegekend, Sullen Continueeren Sessie te houden, dog daar en teegens de anderen Leeden des Raads, daarvan Souden Sijn g’ Excuseerd, onder gunstige welduijding vemeend, dat seer klaar volgd, dat meerm: præsidium met meerder en beeter reedenen door een der Raadsleeden als wel door een fiscaal /:die altoos des noods, dan ook met meerder gerustheid Sig bij het collegie der weescamer kan voegen en fungeeren:/ Soude Kunnen werden bekleed.
Ende ten aansien d’ E: Compagnie al seedert Twee á drie Jaaren van geene of Seer Wijnig Soete wijnen is voorsien geworden en de Eijsschen Soo voor’t Vaderland als de Comptoiren in Indiën alleen komen te bestaan in Soete Lijvige wijnen, Soo is dierhalven goedgedagt de resp: wijngaardeniers bij affixie van Billiëtten te Verwittigen dat bij de aanstaande ontfangst dier wijnen deselve bij præferentie Sullen worden genoomen van de geenen die d’ E Compagnie van d’ opgem: Soort van Soete Wijnen Sullen voorsien.
Door den Schipper van ‘t alhier verongelukte fluijtschip de Hoop Sijbrand Sax gepræsenteerd Sijnde het onderstaende Request.
Aan den wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg, Raad Extra ordinair van neederlands India mitsg:s Gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.
‘Wel Edele Gestr: Heer en E Achtb: Heeren!’
‘Neemd in allen Eerbied de vrijheid te vertoonen Uwer wel Edele Gestr: en E Agtb: needrige dienaar Sijbrand Sax als Schipper op het alhier verongelukt fluitschip de Hoop bescheijden geweest hoe hij Supp:lt gaarne met een der verwagt werdend Comp:s of andere voor denselver Reecq: uit Indiën retourneerende particuliere Scheepen, met afschrijving van gagie Soude willen Repatrieeren des hij Supp:lt Sig is wendende tot Uwe wel Edele Gestr: en E: Achtb: met ootmoedig versoek, Sulx aan hem te permitteeren.’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ S: Sax.’
Is daarop verstaan aan ged:e Schipper Sax t’ accordeeren met een der verwagt werdende uijt India retourneerende ‘S E Comp:ies ofte voor derselver reecq: varende particuliere Scheepen naar Neederland te vertrecken des Zijne gagie van dato deeses Sal werden afgeschreeven.
En is voorts aan Seekeren Anthon August Eerhardie die als passagier met het deens Schip Norge hier is aangeland, op desselfs hier om meede bij request gedaan versoek permissie verleend om eenigen tijd bij desselfs vader den alhier woonagtig Zijnden Burger Bertram Johan Martin Eerhardij te moogen verblijven.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:
[Signed:] J: V: Plettenberg
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] J: J: Serrurier
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 40-85.¶
Dingsdag den {17850111} 11 Jan: 1785:
‘S voormiddags alle præsent.
D’ E E: Adriaan van Schoor en M:r Jacobus Johannes Le Sueur als ingevolge en ter voldoening der bij Resolutie van den 9 November pass:o op hun
gedecerneerde commissie met ende neevens de afgaande en aangekomene Burgerraaden hebbende gevaceeerd, tot het beraamen van de verEijschte nieuwe Schickingen op ‘t Stuk der broodbackerij hebben deselve diesweegens op heeden ingediend het volgend Rapport.
Aan den wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra ordinair van neederlands India mitsg:s Gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.
‘Wel Edele Gestr: Heer en E Achtb: Heeren’
‘Op den 9 nov: des gepasseerden Jaers 1784: door de diestijds fungeerende Burgerraaden Hendrik Le Sueur, Jan Hendrik Munnik en Johannes Karnspek Uw wel Edele Gestr: en E: Achtb: gepresenteerd Sijnde seeker Request houdende’
‘in de Eerste plaatse een voordragte der klagten van ‘S Colonies molenaars in dit Caabsse district over de ongepermitteerde handelwijse van ‘S Comp:s molenaars die teegens het verbod nog al bleeven Continueeren soo voor de gepreviligeerde backers als verdere Ingeseetenen Coorn en ander graan te maalen ende Sulx in præjudicie der voorregte van voorsz: Pagters der dwangmolens’
‘ten tweeden over het nadeel dat Wierde toegebragt aan de Inkomsten van ‘S Colonies dwangmolens door al Sulke particuliere IngeSeetenen, Soo gepreviligeerde backers als andere dewelke Ros of handmolens hebben, waarop het nodige Coorn etc: voor hun en andere wierd gemaalen:’
‘en eijndelijk in de derde plaatse een voorstel der regtmaatige klagten en ongegrond misnoegen van diversse deeser Caabsse Ingeseetenen over de onreedelijke en Willekeurige handelwijse van het grootste gedeelte der gepreviligeerde backers dewelke onder frivoole voorwendsels in gebreeken ware gebleeken nu Seedert eenigen tijd volgens den inhoude hunner bak ordonn: d’ Ingeseetenen van brood te voorsien.’
‘met bijgevoegd versoek dat door Uwe wel Edele Gestr: en E: Achtb: in’t een en ander de nodige voorsieninge mogte worden gedaan:’
‘So heeft het uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: behaagd het voorm: request te Stellen in handen der onderget: meede Leeden in Uwer wel Edele Gestr: en E: Agtb: Vergaderinge de Cooplieden Adriaan van Schoor en M:r Jacobus Johannes Le Sueur en deselve teffens versogt en gecommitteerd om ene neevens burgerraaden voorm: behoorlijke Schickingen te beraamen, volgens welke het willekeurig gedoente der backers omtrend het backen en vercoopen van het brood, op eenmael weggenoomen en afgesneeden werdende deselve op de best mogelijkste wijse onder de verpligting werden gebragt en gehouden om d’ Ingeseetenen buijten verleegendheid te laaten en dat aan den anderen kant door het maalen op particuliere molens geen Inbreuk of nadeel aan de resp: dwangmolens werde toegebragt.’
‘d’ onderget:s dan ter voldoening aan de hun opgedragene Commissie hebben gevaceerd met voorm: Burgerraaden Le Sueur en Carnspek /:hebbende den Burgerraad Jan Hendrik Munnik vermits afweesigheid niet kunnen præsent Sijn:/ neevens de nieuw aangekoomene Burgerraaden Johannes Smuts en Jan Coenraad Gie en deselve gehoord op de beswaarnissen in het hier vorengemelde Request ter needer gesteld die daarop hebben gedeclareerd.’
‘dat met d’ ingebragte beswaarnissen weegens het maalen op ‘S E: Comp:s en andere molens geensints d’ Intentie quam te weesen om te beletten dat op die molens in’t geheel voor niemand Soude mogen werden gemalen, ne maar eenelijk voor te komen en teegen te gaan, het misbruijk dat daaromtrend teegens het gestatueerd verbod plaats hadde, den inbreuk op de voorregten der resp: dwang moolens en het groot nadeel dat aan eene der voornaamste burgerlijke Inkomsten wierde toegebragt.’
‘dat derhalven aan Uwe Wel Edele Gestr: en E: Achtb: mogte werden voorgedraagen omme bij Renovatie en ampliatie der vorige Locaale wetten hier omtrend t’ interdiceeren het maalen van Coorn en andere graenen op ‘S Comp:s en particuliere moolens Soo voor de gepriviligeerde broodbackers als alle andere Ingeseetenen, ten waare ‘S Colonies dwangmolens door een of ander toeval, defect of buijten Staat mogten weesen te Kunnen maalen, in welk geval aan een ijder vrijheid Soude Kunnen werden gelaaten Sijn graanen te Kunnen laaten maalen op sodanig een moolen als hen best sal Convenieeren, edog met die bepaelinge dat alvorens Soude moeten hebben beKoomen een briefje van weegens fungeerende Burgerraeden geteekend waarbij aan Sodanige Particuliere dan wel Comp:s molenaars vrijheid werd verleend om het coorn dat op die molens sal werden gebragt te moogen maelen:’
‘dat insgelijx voortaan alle de geenen hier aan de Caab woonagtig en die gewoon Zijn Coorn ofte garst bij d’ enkelde mudden op ‘S Comp:s watermolens te laaten maalen Sig meede van een diergelijk briefje van Burgerraaden soude dienen te Voorsien tot het verleenen van welke briefjes burgerraeden voormeld Uwer wel Edele gestr: en E Agtb: qualificatie versogten:’
‘dat wijders bij uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: mogte werden goedgevonden te Statueeren Seekere pœnaliteijten na den aerd der Saaken overeenkomstig geschikt teegens de overtreeders van het verbod, So wel voor die geenen die Sonder een brieffje van burgerraaden te hebben bekoomen, hun Coorn of garst op andere dan ‘S Colonies dwangmolens Zal hebben doen maalen als desulke particulieren die eenige graanen Sonder Sodanig Consent briefje op haare Moolens Sullen hebben gemaalen.’
‘en dat Eijndelijk bij Burgerraaden reflexie gevallen Sijnde hoe dat Sommige deeser Caabse Ingeseetenen waaronder Selve gepriviligeerde broodbackers, Ros- of handmolens waren hebbende waarop hun Coorn wierd gemaalen, dat dit meede moeste werden geconsidereerd als een merkelijke Inbreuk op de privilegiën der dwangmolens en als een voornaam middel meede tot benadeelinge der Resp: pagters dier molens, en dat men de noodsaakelijkheid dier Ros of handmolens mits de nabijheid der andere molens in Cas van verleegendheid niet konde vinden, Sij burgerraaden derhalven op goed fundament vermeijnden, dat ‘t hebben en houden van sodanige ros en handmoolens in de huijsen en Thuijnen in dit Caabse district geleegen aan een ijder Sonder onderscheijd met Regt Soude Kunnen werden verbooden:’
‘dat Laatstelijk de onreedelijke en willekeurige handelwijse van het grootste gedeelte der gepriviligeerde broodbackers, betreffende Sodanig als in het Request van Burgerraaden was voorgesteld, Zijn Burgerraaden Zig verpligt hadden gevonden Sulx te moeten brengen onder betoog van Uwe wel Edele gestr: en E: Achtb: waarbij nog moeten remarqueeren dat, daar geene dier gepreviligeerde broodbackers in den gepasseerden Jaare hebben gehad eene gewoone bak ordonnantie dit principaal meede hadde gediend als eene Exceptie en tot een voorwendsel voor hun in denselver voorsz: onwettig gedoente.’
‘dat derhalven om die reedenen en anderen meer in’t request aangehaald, Sij burgerraaden bleeven insteeren bij hunl: voorstel namentlijk omme de Backers te verpligten boven de voordeur hunner huijsen waar inne bakneeringe houden, te plaatsen een bord of ander teeken waaraan Kan werden gesien derselven privilegie als broodbackers.’
‘en dat het Uwe wel Edele Gestr: en E: Achtb: verder ook nog mogte behaagen in’t Verleenen der gewoone privilegie voor deesen Jaare om te moogen backen bij de ordonn: daar van de gem: backers te leggen onder alle Sodanige andere Restrictiën met de pœnaliteijten bij dies overtreedinge, als Uwe wel Edele Gestr: en E: Achtb: tot Stuijtinge der Willekeurige handelwijse dier backers, na het gewigt en d’ omstandigheeden van Saaken, volgens hoog wijser oordeel souden vermeenen te behooren.’
‘Sijnde bij deese geleegendheid door burgerraaden ook nog opgemerkt dat daar het Coorn thans door de gepreviligeerde broodbackers niet meer tot dusdanige buijten gewoonen prijs als bevorens behoeft te werden ingekogt en dus is komen te Cesseeren de voornaame Reedenen, waarom het gewigt op het Brood bij Billiet van 16 maart des voorl: Jaers is vermindert geworden, Sij burgerraaden dus vermeenden, dat het gewigt van het brood weederom gelijk bevoorens en op den ouden voet Soude kunnen werden gesteld, namentlijk het twee Stuijvers Witte bood tot 1 1/8 pond en het dubbeldjes Tarwe brood ter Swaarte van 3: ponden:’
‘en dat teffens ten einde de Ingeseetenen beeter en gemackelijker Souden kunnen werden geriefd, de backers meede mogte werden bepaald om in steede van Twee uuren gelijk tot nu toe vier uuren daags te weeten in den Zomer des morgens van vijf tot Seeven uuren en ‘S namiddags meede op die zelfde uuren mitsg:s geduurende den Winter ‘S morgens van ses tot agt en ‘S namiddags van vier tot ses uuren aan den gaande en komende man brood te moeten Leeveren.’
‘d’ onderget: neemen de vrijheid dit alles aan Uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: voor te draagen, en dus Vermeenen te hebben voldaan aan de hun opgedragene Commissie laaten deesen dienen voor Eerbiedig Rapport.’
’/:onderstond:/’
‘Cabo de goede Hoop den 6 Jan: 1785 /:was geteekend:/ A: V: Schoor’
‘J: J: Le Sueur /:lager:/ mij præsent/: is geteekend:/ J: M: Horak E: g: Clercq /:in margine:/ Als Burgerraaden /:en geteekend:/ H: Le Sueur J: Karnspek Joh: Smuts J: C: Gie.’
Naar Lectuure van welk Rapport meede nagesien weesende, de ordonnantie dewelke ‘t Laatst voor de resp: geprivilegeerde broodbackers heeft gediend, So is goedgevonden als nu voor deselve backers vast te Stellen de volgende keure als
Art: 1
dat een backer ten Zijnen woonhuijs in deese Tafelvalleij geduurende den tijd dat desselfs Bakordonn Sal voortloopen ten gerieve Soo wel der gaande en komende man als die Zijner dagelijxe Calanten goed en deugdsaam brood sal moeten backen en verkoopen.
Art: 2:
dat ijder backer Sig bij tijds van een voldoende quantiteid Coorn Sal moeten voorsien, vermits geen excuus van daar aan gebrek te hebben sal werden aangenoomen, en blijvende de gesamentlijke Backers wijders verbonden sodanige verdere ordonn en Statuten als alhier op het Stuk der broodbackerije reeds g’Emaneerd Zijn ofte nog staan g’Emaneerd te worden, op pœne dat wanneer een backer binnen den bepaalden tijd Zijner bakordonn: met desselfs neering Stil Staat of Komt uijt te Scheijden sonder daartoe verlof van deese Regeering te hebben verkreegen, boven de verbeurte van Zijn prævilegie sal vervallen weesen in een boete van Een duijsend Caebsse guldens waar van een derde sal Sijn voor den aanbrenger, Een derde voor de Burger Cassa en een derde bij den Heer Officier werden genooten.
Art: 3:
dat een Backer gehouden Zal Sijn het dubbeldjes witte brood te Leeveren tot een en een agtste pond en het Twee Stuijvers grof Tarwen brood ter Swaarte van drie Ponden het Laatste uijt goed Tarw meel gebacken So als het van de molen gemaalen Komt en Sal hetselve moeten gemerkt weesen met het gewoone merk bij de Backers afzonderlijk in gebruijk en bij versuijm van Sijn merk op het brood te Zetten, of het gewigt minder te geeven, Sal den backer telken reijse vervallen Zijn in een Boete van Vijfthien Rijxd:s insgelijx te verdeelen een derde voor den aanbrengen een derde voor de Burger Cassa en een derde voor den Heer Fiscaal boven de verbeurte van het gantsche baksel van dien dag.
Art: 4:
dat een Backer verpligt sal sijn, het geheele Jaar door des morgens van Ses tot Seeven en ‘S namiddags meede op dat Selfde uur mitsgaders ‘S winters van Zeeven tot agt uuren in den morgen en van vier tot vijf uuren in den agtermiddag sijn gebacken brood te Leeveren op verbeurte van Thien Rijxd:s ten behoeve der Burger Cassa.
Art: 5:
dat bij renovatie en ampliatie der bevorens reeds gestatueerde wetten aan een ijder backer blijft geinterdiceert en verbooden, eenig Coorn of ander graan ‘t Zij op ‘S Comp:s ofte particuliere molens te laaten maalen, ten ware Colonies dwangmolens door het een of ander toeval defect ofte buijten Staat mogten Sijn te kunnen maalen in welk geval aan de backers resp: de vrijheid werd gelaaten hunne graanen te moogen laaten maalen op Sodanigen molen als haar best sal Convenieeren edog met die bepaling dat alvorens Sullen moeten hebben bekoomen een briefje van weegens fungeerende Burgerraaden geteekend waarbij aan Sodanige particuliere dan wel ‘S Comp: molenaars vrijheid werd verleend, om het coorn dat op die molens Sal werden gebragt te mogen maalen op pœne dat Sowel de Backers die contrarie deeses eenig Coorn elders dan op een van ‘S Colonies dwangmoolens Sullen hebben laaten maalen als de geene bij wien het Sal weesen gemaalen telkens Sullen verbeuren een boete van Thien Rijxd:s ten behoeven van ‘S Colonies molenaars:
Art: 6:
dat ook geen der Backers Sullen vermoogen Ros ofte handmoolens in haare huijsen te houden, op pœne van Een duijsend Caebse guldens te verdeelen als bij art 2 en 3 is uitgedrukt.
Art: 7:
dat aan de gepreviligeerde broodbackers alleen Sal vrijstaan Scheeps biscuit ofte hard brood te backen en af te Leeveren Zoo aan ‘S Comp:s Scheepen als aan die der vreemde natiën, mitsg:s ook fijn Tarwe meel te vercoopen mits het selve aan d’ Ingeseetenen die het ten gebruijke in haare huijshoudingen komen te benodigen niet hoger dan tot Twee Stuijvers het pond sal mogen werden vercogt, op verbeurte bij de overtreeders van thien Rijxd: voor de Burger Cassa.
Art: 8:
dat een broodbacker meede Sal gehouden Zijn boven de deur van Zijn Huijs een Schild of bord uijt te hangen ten teeken dat daarin als gepræviligeerde broodbackers die neeringe door hun werd gedreeven op Verbeurte bij de nalaatige Soo meenigmaal hier omtrend in gebreeken blijft eener Boete van 25 Rijxd:s voor den Heer Officier.
En is al verder verstaan dat ten einde des te beeter aan het bedoeld oogmerk sal Kunnen werden voldaan, om in’t vervolg aan geen Cavillatiën met meerm: Backers onderworpen te Zijn en deselve den Pas af te Snijden en verder op frivole prætexten de voorsz: gemaakte Schickingen te traverseeren alvoorens ‘t Voorsz: ontwerp der ordonnantiën voor deselve Expedieeren daarvan een formulier aan Burgerraaden te doen ter hand Stellen, neevens een Lijst van alle de tot het oefenen der Bakneering versoek gedaan hebbende persoonen met ordre deselve voor hun t’ ontbieden en haar het ged: formulier duijdelijk voor te Leesen ten einde Zij dienaangaande naderhand geen ignorantie Sullen Kunnen prætendeeren mitsg:s hun daarbij aan te Zeggen dat de geene van hun die Zig niet aan de prompte naarkoming der Voorsz: Keuren Sullen Willen onderwerpen het Previlegie tot het backen en vercoopen van brood niet Sullen obtineeren naar verrigting van welk een en ander aan den Heer Gouverneur behoorlijk verslag Sal moeten werden gedaan.
Terwijl verders is goedgedagt dat van de briefjes dewelke door Burgerraaden Soo aan de Backers als andere persoonen Sullen werden verleend, om bij de hier vorengem: omstandigheeden hun coorn op ‘S E: Comp: en andere molens te mogen laaten maalen om de twee maanden een Notitie aan den Heer Independent fiscaal Sal moeten werden besorgd, ten einde behoorlijk te kunnen ingaan, welke persoonen omtrend het doen malen van haar coorn ingevolge bekomene Licentie hebben gehandelt.
Gelijk meede op de diesweegens bij ‘t voorsz: Rapport gedaane voordragte is beslooten dat mits het hier in resideerend nadeel voor de moolenaars der resp: dwangmolens ook aan alle andere hier in de Caab mitsg:s in de omleggende Thuijnen woonende Persoonen, bij publicatie en affixie van Billietten Sal worden geinterdiceert en verbooden om in haare Huijsen Ros- ofte hand moolens te mogen houden op pœne eener Boete van Een duijsend guldens Indische valuatie waar van een derde Sal komen ten behoeve der Burger Cassa, een derde voor den aanbrenger en een derde door den Heer fiscaal werden genooten.
Sullende egter aan de Sodanige der hier aan de Caab woonagtig Sijnde persoonen, dewelke gewoon Zijn Coorn ofte garst bij een enkeld mud op ‘S E: Comp: water molens te laaten maalen, dieselfde vrijheid Werden gelaaten mits Zij ten dien einde almeede van een behoorlijke Licentie briefje van burger Raden Sullen weesen Voorsien.
Hierna is geleesen het onderstaande rapport door den E: Equipagiemeester Justinus van Gennep als met ende neevens de verdere daarbij benoemde Zeekundigen op het naauwkeurigst hebbende geExamineerd den toe Stand waarin het van Mauritius alhier gearriveerd Retourschip ‘T Huijs te Spijk sig komt te bevinden.
Aan den wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra ordinair van neederLands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en E Achtb: Heeren!’
‘Aan den onderget: Capitain ter Zee en Equipagiemeester deeses gouvernements Justinus van Gennep ter hand gesteld Zijnde het Schriftelijk Rapport door den Schipper van het van Mauritius alhier gereverteerde Retourschip ‘T Huijs te Spijk Christiaan van Veerden neevens desselfs Stuurlieden aan Uw wel Edele Gestr: en E: Achtb: overgegeeven betreffende den præsenten toestand van dien bodem en hoedanig geduurende de herwaerds rheijse met opsigte tot de daar aan gedaane Reparatien ten voorm: Eijlande was bevonden neevens Een Extract uijt het geEerd besluit van 7: December Jongstl: bij Uw wel Edele Gestr: en E: Agtb: daarop genomen, waarbij aan den onderget: is opgedraagen geworden omme neevens andere door hem daarbij te neemene desKundige Lieden het ged: Rapport t’ Examineeren en vervolgens te dienen van Berigt, of het voorn: Schip ‘T Huijs te Spijk met gerustheid een Lading ‘t Zij Tarw of wijnen Sal Kunnen ingegeeven, en daarmeede naar Indiën versonden werden om vervolgens met nut en voordeel voor d’ E: Comp: aldaar te Kunnen dienen.’
‘Soo heeft den onderget: Equipagiemeester derhalven in opvolginge van dien, na alvoorens met de meede onderget: Capitains der aanweesende Comp: Scheepen Constantia , d’ Eenparigheid en Castor , Adriaan Catersfeld, Pieter Johan Muller en Matthijs Lodewijk Hijcoop te hebben geExamineerd het hier voren gen:de Rapport der overheeden van ‘t Schip ‘T Huijs te Spijk vervolgens neevens deselve drie Cap:ns geadsisteerd met den Baas der Scheeps Timmerlieden van ‘S Comp:s werf alhier Meijndert van Eijk in præsentie en ten overstaan van voorm: Schipper Christiaan van Veerden en den opper Timmerman van het voorn: Schip ‘T Huijs te Spijk , het Schip Selve over ‘t geheel op het naauwkeurigst gevisiteerd en ondersogt in welken Staat dien bodem Zig thans komt te bevinden en waaromtrend de gesamentlijke onderget:s dus d’ Eere hebben Uw wel Edele Gestr: en E: Agtb: het volgende te berigten.’
‘dat bij Examinatie van het voorm: Schip ‘T Huijs te Spijk het boven en tusschen deks Zijn bevonden op veele plaatsen ingewaterd in So verre dat Zo wanneer men dat Schip met Tarwe ofte iets anders waaraan eenige Leccagie ofte door watering Schade en bederf kan toebrengen Soude Willen belaaden als dan het boven deks eerst en vooral in’t geheel weggenoomen en met een nieuw dek belegd en het tusschen deks meede voor’t grootste gedeelte Soude dienen te werden vernieuwd, aan welk alles dus Zeer veele Reparatiën Souden moeten werden bekostigd.’
‘dan bij aldien dien Bodem met niets anders dan Wijnen in Fusten waar aan de doorwaatering geene Schade of nadeel kan veroorsaaken wierde belaaden, als dan de nodige reparatiën aan’t Schip Soude Kunnen werden gedaan, met eenige planken in de Dekken te Zetten in de naden der watergangen teegens boord langs het geheele tusschen deks tengels in te slaan Het Schip wijders over ‘t geheel ter deegge calfaat en aan het selve nog eenige Kleene reparatiën gedaan als wanneer het meerm: Schip ‘T Huijs te Spijk volgens der onderget: Sustenue met volkomen gerustheid een Lading Wijn voor Indiën Sal kunnen inneemen; en overvoeren, alwaar dien bodem naderhand nog verscheiden Jaaren tot d’ inlandse vaart en Handel voor d’ E Comp:ie Sal kunnen werden geEmploijeerd.’
‘Hiermeede gedenkende aan de g’Eerde Intentie Uwer wel Edele Gestr: en E: Achtb: te hebben voldaan, laaten d’ onderget:s deesen dienen voor needrig berigt.’
’/:onderstond:/’
‘Cabo de goede Hoop den 8 Jan:ij 1785 /:was geteekend:/ J: V: Gennep, A: V: Katersvelt, Peter Joh: Möller, M: L: Heijkoop, M: V: Eijk /:in margine:/ ter onser presentie /:geteekend:/ C: V: Veerden, Jan Arendt Bandjes’
Uijt den inhoude van welk Rapport komende te Consteeren, dat gem: Bodem niet in Staat is bevonden, om met een Lading Tarw naar Indiën te Kunnen werden gesonden, egter aan den anderen kant Sonder Sware reparatiën met wijnen of andere Saaken waaraan door het water geen Schade kan werden toegebragt, Soude kunnen werden afgelaaden: Soo is verstaan de ten dien eijnde opgegeevene Reparatiën aan ‘t ged: Schip ‘T Huijs te Spijk te laaten geschieden en dien bodem vervolgens, het Zij met Wijnen belaaden, of tot Sodanige andere eijnders, als ten nutte der E: Compagnie Sal kunnen geschieden naar Indiën te laaten vertrecken.
Ende ten aansien uijt de thans door den Heer Secunde Pieter Hacker ingediende gewone Lijst der bij dit gouvernement gehoorende Vaartuijgen en den Staat waarin de Selve volgens het berigt van bovengemelden Equipagiemeester komen te bevinden, blijkt dat het freguat Jagt Rust mits dies Swacke gesteldheid een goede reparatie quam te verEijschen, en ten dien eijnde noodwendig naar’t VaderLand diende te werden geSonden, nadien hetselve andersints in 3 á 4 Jaaren tijd buijten Staat Soude geraaken, om geduurende het Wintersaijsoen deese custen te Kunnen bevaaren: Is dierhalven best geoordeeld en dienvolgens beslooten ged:e Equipagiemeester van Gennep neevens Twee Schippers van Soo veel der ter rheede Leggende Comp:s Scheepen te committeeren, om geadsisteerd, met den Baas der Scheeps Timmerlieden van ‘S Comp:s werf alhier Meijndert van Eijk mitsg:s ten overstaan van den Schipper Cornelis Andriessen en de Timmerlieden van het meergem: freguat Jagt Rust naar naauwkeurig gedane Visitatie van het Selve gedetailleert op te geeven waarin de gebreeken van dien bodem komen te bestaan en de reeden waarom de daar aan te doene reparatiën in’t vaderLand Sullen moeten geschieden, ten einde naar’t inKomen van dusdanig Berigt als dan Sodanig besluijt omtrend het meerm: freguat sal kunnen werden genoomen, als men ten meesten dienste der E: Compagnie sal vinden te behooren.
Vervolgens wierd door den Burger en generalen Pagter der Caabsse Koele wijnen Jacobus Johannes van den Bergh gepræsenteerd het volgend Request.
Aan den wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra ordinair van Neederlands India, mitsg:s Gouverneur en Directeur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E E: Agtbaaren Raad Van politie
‘Wel Edele Gestr: en E: Agtb: Heer! wel Edele Agtb: Heeren!’
‘Geeft met alle Submissie en Schuldigen respect te kennen Uw E: gestr: en E E: Agtb: ootmoedigste dienaar den wijnverkooper en generaal pagter der Caebsse Koele wijnen Jacobus Johannes van den Berg, dat op de van denselven over meenigerleij bij de generaale pagt onder loopende desordres ingeleeverde klaagden onder anderen ten opsigte van de geene teegens den Brouwer en Accijsbeurder der Caabse mout bieren den burger Capitain Lieut: Dirk gijsbert van Rheenen gevoerd door Uw E: gestr: en E E: Agtb: E: Heeren Gecommitteerdens een Conventie tusschen hunlieden getroffen is geworden, dewelke onder den 17: der verleeden maand decbr: van Uw Ed: gestr: en E E: Agtb: geapprobeerd en geconfirmeerd, Zijnde bepaald’
‘dat den pagter van’t Caabsse moutbier sal gepermitteerd Zijn, met of Sonder Schild of uithangbord, in drie Huijsen door hem op te geeven de Bieren uit de Caebsse Brouwerij bij gelaagen te laaten verslijten en vertappen op deselve wijse als aan eenig ander Pagter of Tapper is geaccordeerd, terwijl het aan den Brouwer des caabssen moutbier Sal vrijstaan om ingevolge den inhoud Zijner pagt Conditiën, Zijne bieren door een ijder Sonder onderscheid bij de groote of Klijne maate te verkoopen en Sonder evenwel dat de geene die Zig met het uijtslijten dier Bieren komen t’ erneeren vrijheid te Sullen hebben, eenige gelaagen te Zetten, veel min musik of Sogenaamde Speelhuisen te houden.’
‘Hoewel den onderget: Sig gevleid heeft aan’t doelwit van Uw E: gestr: en E: Achtb: voldaan te hebben, om Sonder door deese Concessie ‘t interest der E: Comp:ie te benadeelen, alle verdere disputen desordres en klaagden voor te komen, So Ziet hij sig thans tot Zijn grootste Leedweesen en verdriet in Zijne hoop bedroogen.’
‘Ja wel Ed: gestr: en E E: Agtb: Heeren deese van Reenen, dewelke ingevolge der Conventie Zijne drie Huijsen aan den wel Ed: Agtb: Heer Independent Fiscaal heeft opgegeeven, bestaande in dien van Hendrik Benkers, Barend Barendse en Hendrik Bruijns, en daarmeede Zig genoegen Soude Continueerd niet teegenstaande voormelde Conventie bijna in allen de generaale Pagt toe behoorende Taphuijsen bier verslijten en vertappen te laaten waardoor op de natuurlijkste Wijse de Conditie van den Supplianten in plaats van gebeeterd, verslimmerd is geworden.’
‘Tot dies bewijs soude den Supp:lt meerdere verklaaringen des noods kunnen produceeren waaruijt blijkt, dat gem: van Reenen met opset en moedwil teegens Wetten, ordonn: en ordre en billijkheid handeld.’
‘Want hoewel ‘t aan ijder Ingeseetenen gepermitteerd is, bier bij kleijne en groote maat te Vertappen Soo is’t ook Slegts buijten de gepermitteerde Huijsen aan elkeen en een ijgelijk ondersegt gelaagen daarbij te houden en nog minder musijk en Speelhuijsen het geen alleen den generalen pagter toekomt, en diergelijke Huijsen te Setten so veel hij tot voortsetting van Sijn neering Sal goedvinden.’
‘En den Supp:lt vermeenende dat alle Wetten en Placcaaten ordinair moeten Letterlijk verstaan en na de Eijgenschap der Saak verclaard worden, geloofd ook dat op de natuurlijkste wijse geene Huijsen waar maar eenigsints gelaagen gehouden ofte Speelen ‘t Zij op Billard kolfbaan met de kaart ofte musik &:a gespeeld worden, mogen uitgenomen en geen onder Scheid kan gemaakt worden of ‘er bier bij Bottels ofte glaasen voor een Schelling of een dubbeldje uitgetapt word, ‘t geen Selve met de Pagt ordonnantiën van den generaalen Pagter der Koele Wijnen en bijsonders met het generaal Placcaat d’ A:o 1740 volkomen over een stemmende is, maar nog om alle Smockelaars voor te koomen, naar Articul b: b: Selve Coffie huijsen te houden verboden is, en dus de permissie van Tappen en Speelhuijsen :/: onder wat naam ‘t ook Zijn te houden, niet anders Sal mogen toegestaen worden als met de Conditie geen andere drank als van den generalen Wijnpagter te versleijten.’
‘Wanneer nu den Supp:lt door dusdanige teegens wettige handelingen en geduurige dwaarsdrijvereijen van voorm: Brouwer van begin van Zijn Pagting af den allergevoeligste nadeel is toegebragt en deesen Brouwer met moedwil en opset schijnt in præjudicium Legis te Continueeren, den Supp:lt nog hertere Slaagen bij te brengen, en Selve tot een niet van hem te Vergoedende verlies der E: Comp:ie en der Ingeseetenen den Wijnpagt tot een instal te brengen dan Sal ‘t den Supp:lt dies te meer te vergeeven Zijn dat hij Zijne klaagden en seer gegronde beswaardens bij Uw E: Gestr: en E: Agtb: herhaald, onderdanig bijvoegende dat onder dusdanige Krenkingen al bijna de helft van Zijn pagt tijd voorbij gegaan, en naauwlijx een derde der pagtpenningen ingenoomen hebbende de helfte daar van met den Comende maand moet afbetaald worden en dus der Supp:lt bij continuatie Zijn geheele ruine te gemoede moest Zien.’
‘dog den Supp:lt is de wettige bescherminge van Uw E: gestr: en E E: Agtb: verhopende en Sig wel derselver hoog gunstige manuteneering en Spoedigste hulp vertroostende Uw E: gestr: en E E Agtb: ootmoedigst versoekende en Smeekende’
‘dat ‘t Uw E: gestr: en E E: Agtb: hoog gunstig welbehaagen sijn moge de tusschen den Supp:lt en meergem: Brouwer en Accijsbeurder van’t Caebse moutbier gemaakte Conventie uit bij gebragte reedenen weederom te annulleeren en te vernietigen en gesz: Brouwer aan te wijsen, Sig stiptelijk naar de existeerende placcaaten en daarop gegronde pagtconditiën te gedraagen en den generaalen pagter der Caabsse Coele Wijnen op geenderleij wijse nadeel toe te brengen, mitsg:s hoog gunstig t’ ordonneeren dat in rim der pagt ordonnantiën en placcaaten buijten de elke pagter toebehoorende Huijsen, alle andere Herbergiers of Speelhuijsen Billard kolf en keegelbaanen of musijk en danspartijen houdende Ingeseetenen als tot de generaale Wijnpagt behoorende, onder de teegens de Smokkelaars gestatueerde en gesanceerde pœne geen drank als van de generaale pagter der Caebse Coele wijnen Sullen vermogen te vertappen ofte te verslijten ofte dusdanig hoog gelievende te resolveeren en te decreeteeren als Uw E: gestr: en E E: Agtb: naar regt en billijkheid der placcaaten en wetten Zullen vinden te behooren.’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende /:was geteekend:/ Jac: Joh: van den Berg. /:in margine:/ Exhibitum in Consilio den 11 Januarij 1785.’
Waarop is verstaan, dat ijmand geen Herbergier Sijnde en Billard of trek Tafels in Zijn Huijs houdende, Sonder daarop voor geld of geldwaarde te laaten Speelen, op geenerleij wijse eenige dranken hoegenaemd Sal mogen Schenken, vertappen ofte vercoopen dog ingevalle door middel van voorsz: Billard ofte trek tafels eenige neering of aanloop tot Sig sal soeken te trecken als dan gehouden Sal Sijn, Sijne dranken van den generaalen pagter te moeten neemen.
Waarna is geleesen een Tweede Request door gemelde generaalen Wijnpagter ingeleeverd, en Luijdende aldus.
Aan den wel Ed: gestr: en E: Agtb: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra ordinair van neederlands India, mitsg:s Gouverneur en Directeur van Cabo de goede Hoop en Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E E: Agtb: Raad van Politie.
‘Wel Edele Gestr: en E: Agtb: Heer en E E: Agtb: Heeren’
‘Geeft met diepsten Respect en Submissie te kennen Uw E: gestr: en E E: Agtb: seer needrigen dienaar Jacobus Johannes van den Bergh, dat hij als generaale Pagter der caabsse Coele wijnen om voor het Regiment Meuron Wijn uit te tappen aan eenige persoonen daarvan Wijntappen gegeeven, maar seer dikwils heeft moeten ondervinden, dat ook selve teegen de mondelijkse en Schriftelijke verseekeringen aan den Cheff en Major van gem: Regiment allerleij Smockelarijen onderliepen waar door en weegens de veele klaagdens dewelke den Supp:lt daar over en ten minsten Vrugteloos had moeten doen, den Supp:lt eijndelijk is aangedreeven geworden de gesz: personen de tap af te neemen en hun in’t toekomst wijn te geeven te refuseeren’
‘maar gelijk Zij van te vooren niet teegenstaande de Sulx verbiedende wetten van andere wijnvercopers hebben weeten wijn t’ ontfangen, Soo continueeren Zijn Sonder permissie ofte bevoegens nog dagelijks Wijn uit te tappen, gelijk ‘er ‘S dags dan wel bij Twee, drie, Ja vier en vijf half cannen wijn, naar hunlieden gebragt worden waer door den Supp:lt ten uijttersten gelaedeerd en benadeeld word en Sig op d’ een en d’ andere wijse moet bedroogen en existeerende wetten buijten Effect Zien.’
‘Den Supp:lt is daarom tot Uw E: gestr: en E E: Agtb: Sig keerende Hoog en wel deselve ootmoedigst versoekende en Smeekende’
‘dat ‘t aan Uw E: gestr: en E E: Agtb: hoog gunstig behagen moge aan alle en een ijder van’t Regiment Meuron te Verbieden en te onderZeggen eenige drankt te debiteeren en uit te tappen onder de teegens de Smockelaars gedetermineerde pœne ofte hier omtrend hoog gunstig te ordineeren het geen Uw Ed: gestr: en E E: Agtb: naar beschappenheid der Saake Sullen vinden te behooren.’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende / was get:/ Jac: Joh: van den Berg /:in margine:/ Exhibitum in Judicio den 11 Jann: 1785’
Op het welke door den Heer Gouverneur is verclaard de nodige ordres te Sullen Stellen dat de in het gemelde Request vermelde en ten nadeele van gemelden pagter gepractiseerd werdende Smockelarijen voortaan niet meer Sullen komen te geschieden.
Gelijk meede is nagesien de generaale Staat Reecq: der Lutherse Kerk alhier van primo Januarij tot ultimo December des voorleeden Jaars 1784: neevens een Lijst der persoonen die geduurende dat afgeloopen jaar tot Leedemaaten Zijn aangenoomen, als meede der gedoopte kinderen bij die kerke in dien tijd, welke reecq: en Lijsten in Copia aan de Heeren Majores Sullen werden gesuppediteerd. Terwijl Voorts nog is verstaan van voormelde Lijsten der Leedemaaten en gedoopten een afschrift aan den gereformeerden Kerkenraad alhier te doen ter hand Stellen.
Laatstelijk door den Heere Gouverneur te kennen gegeeven Zijnde, dat geneegen was desselfs Slaven Jongen Philis en Slavin Roosje, beide van Batavia uijt Slavernije t’ ontslaan en onder de gewoone Borgtogt in vrijdom te Stellen Soo is hierinne bij de gesamentlijke Raads Leeden geconsenteerd.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:
[Signed:] J: V: Plettenberg
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] J: J: Serrurier
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 86-109.¶
Dingsdag den {17850118} 18 Jan: 1785:
‘S voormiddags alle præsent.
Alsoo bij het dorschen of uijt trappen van het jongst te veld gestaan hebbende graangewasch tot Leedweesen is ondervonden dat het Coorn op verre na niet heeft uitgeleeverd dat geene het welk men daarvan had verwagt waar door de quantiteid van het selve graan, dat bereids in ‘S Comp:s maguazijnen is ontfangen met ‘t geene de Landbouwers bovens dien ten Leevering aan d’ E: Compagnie hebben opgegeeven, tot nog toe niet toerijkend komt te Zijn, tot het geene daar van alleen voor den omslag van het gouvernement in deesen Jaare werd benoodigt en het derhalven te dugten is, dat bij aldien niet in tijds werden genoomen en in’t werk gesteld sodanige maatregulen als in het præsente geval, ten algemeenen welsijn werd verEijscht men eerlang in groote ongeleegendheid Soude koomen te geraaken, Soo is verstaan, dat om hier teegen Soo veel mogelijk te voorsien en d’ ingewonne graanen te beeter te doen Strecken bij renovatie en ampliatie der bevorens Successivelijk hieromtrend gestatueerd Beveelen t’ interdiceeren en verbieden, dat niemand ‘t Zij backers of andere Sig Sullen mogen vervorderen, aan de hier passeerende Scheepelingen, ‘t Zij van ‘S E: Comp: ofte vreemde naties Scheepen eenige de minste quantiteid meel gebuijld ofte ongebuijld desgelijx meede geen biscuit van wat soort het soude mogen Zijn te Vercoopen, verruijlen, dan wel daarmeede eenige particuliere negotie te drijven ofte het voor haare reecq: aan boord der hier passeerende Scheepen te laaten brengen uitgenoomen alleen het meel en Biscuit dat de Scheepelingen tot Consumptie op de rheise sullen koomen te benodigen en’t welk evenwel niet Sonder Speciaal Consent van den heer gouverneur en op een daartoe door Sijn Edele te verleenene Licentie briefje Sal moogen werden afgescheept op pœne dat Contrarie doende en daarop agterhaald werdende boven en behalven de Confiscatie van het verhandelde meel of Biscuit ten voordeele der E: Comp:ie nog telkens in een boete van vijftig Rijxd:s ten behoeve van den Heer fiscaal te Sullen vervallen.
Gelijk meede bij renovatie der bevorens hier teegen g’Emaneerde Wetten insgelijx op’t Ernstigst sal werden g’interdiceert, dat ook door niemand eenige Tarw, Rog of garst aan de hier passeerende Scheepelingen op wat wijse het ook Soude moogen Sijn Sal moogen vercogt, verruijld ofte verhandeld werden waarvan egter meede uitgesondert blijft Sodanige matige quantiteid garst, als Op de voorsz: Scheepen tot voeder voor het van hier meede genomen werdend grof vee, Schaapen en pluijmgedierte Sal benodigt Sijn, en waarvan den afscheep insgelijx niet als met Speciaal Consent en een Schriftelijke permissie van den Heer Gouverneur Sal moogen geschieden op pœne dat alle dusdanige graanen meede ten profijte der E: Comp: geconfisqueerd en de contraventeurs niet alleen Sonder oogluijking in een Boete van Een duijsend Caabsse guldens te verdeelen Een derde voor den Heer Officier een derde voor den aanbrenger en een derde voor de Raadcamer Sullen vervallen weesen, maar bovensdien ook als onnutte en Schadelijke Subjecten van hier naar’t Vaderland Sullen werden gesonden.
En dewijl bij de onlangs gemaakte nieuwe keure op’t Stuk der broodbackerije onder anderen ook is gestatueerd.
dat de gepræviligeerde broodbackers voortaan gehouden Sullen Sijn, het dubbeldjes Witte brood, weederom als bevorens tot een en een agtste pond en het Twee Stuijvers grof Tarwen brood ter Swaarte van drie ponden te leeveren, mitsg:s het fijn Tarwe meel niet hooger dan tot Twee Stuijvers het pond aan d’ Ingeseetenen te verkoopen en voorts verpligt te Sijn, om het geheele Jaar door des Somers Smorgens van Ses tot Seeven en ‘S namiddags op dat Selfde uur mitsg:s ‘S Winters van Seeven tot agt uuren in den morgen en van Vier tot Vijf uuren in den agtermiddag Sijn gebacken brood te Leeveren, Soo is goedgedagt van dit alles aan een ijgelijk bij publicatie en affixie van Billietten de noodige Kennis te geeven.
Door den generaalen pagter der Caebsche Coele Wijnen de novo klagten Zijnde gedaan dat ongeagt de gemaakte restrictiën omtrend het houden van Billard of Trek tafels verscheijde Lieden of Schoon daarbij geen gelaagen koomen te setten, of opentelijke Tapperijen te drijven, egter door middel van voorsz: Billard of Trek Tafels en daarbij andere dranken dan Wijn te Schenken, hem merkelijk nadeel omtrend het debiteeren Sijner Wijnen quamen toe te brengen, So is om gem: generalen pagter in Zijn goed regt te maintineeren en te beletten dat de pagten Selve door diergelijke handelwijse tot geen instal kome te geraaken, goedgevonden en beslooten tot interpretatie van het op den 21 December des jongst verweekenen Jaars gedane publicatie nader te bepaalen, dat iemand geen Herbergier Zijnde en Billard of Trektafels in Zijn huijs houdende op geenerleij wijse eenige dranken hoegenaamd sal mogen schenken vertappen ofte vercoopen dog ingevalle door middel van voorsz: Billard ofte trek Tafels eenige neering of aanloop tot Sig sal Soeken te trecken, als dan gehouden Sal Sijn daar toe Wijnen ende Sulx alleen van den generalen pagter te moeten neemen, op pœne dat So dikmaals Sal werden agterhaald, Contrarie deeses te hebben gehandeld, telkens in een boete van Vijftig Rijxd:s te verdeelen á usu sal weesen vervallen.
Vervolgens is geleesen het geagt aanschrijvens der Edele Heeren Bewindhebberen ter Camer Amsterdam p:r het op gisteren g’arriveerde en door haar Edele Agtb: ingehuurd fluijtschip de vreede aangebragt en behelsend met welke goederen dien Bodem alhier Soude moeten werden afgelaaden waerop is beslooten nader te delibereeren, of en in hoe verre aan het voorsz: geordonneerde Sal kunnen werden voldaan, en als dan daarop Sodanig besluijt te neemen, als men ten meesten dienste der E Comp:ie in dit geval Sal vinden te behooren.
Vermits d’ ambagtslieden en ingehuurde Slaaven tot den arbeid aan ‘t Nieuwe Hospitaal dewelke geduurende het jongst afgeloopen boekjaar, even als in den Twee vorige niet aan dat werk hebbende kunnen arbeijden, egter ofschoon niet wel aan de fortificatien Zelf tot andere niet min noodsaakelijke en mits den oorlog verEijschte arbied hebben moeten werden geEmploijeerd, en dat dus het kostende dier ambagtslieden en Slaaven niet gevoeglijk op de Reecq: van het ged: nieuwe Hospitaal kan werden gebragt is dierhalven verstaan, deselve ongelden ten bedrage van ƒ23666:11:8 weederom te doen Stellen op Reecq: van Trein en oorlogs onkosten.
Waarna door den Schipper Christiaan van Veerden voerende het Retour Schip ‘T Huijs te Spijk wierd gepræsenteerd het volgende Request
Aan den wel Edelen gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg, Raad Extra ordinair van neederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de goede Hoop en Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren’
‘Geeft met verschuldigt Respect te kennen Uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: needrigen dienaar den Schipper Christiaan van Veerden:’
‘hoe hij Supp:lt in evengem: qualiteid als Schipper is in Commando op het thans hier aanweesend Schip ‘T Huijs te Spijk waarmeede van Ceilon in Retour naar Neederland a:o 1781 ten deeser plaatse is aangeland.’
‘dat mits den Laatst ontstanen oorlog tusschen de kroon van Engeland en onse Staat des Supp:lts onderhebbenden bodem neevens meer andere Retourscheepen van dat Jaar alhier Sijnde aangehouden geworden het ged: Schip ‘T Huijs te Spijk vervolgens na ontlossing der Lading alhier in den voorl: Jaare 1784 meede was g’ Emploijeerd geworden tot het Transport naar ‘t Eijland Mauritius der alhier in quarnisoen geleegen hebbende fransse Troupes van ‘t Regiment van Pondicherrij .’
‘dat hij Supp:lt na geluckig volbragte Rhijse met het ged: Schip ‘T Huijs te Spijk ter deeser plaatse gereverteerd Zijnde, Uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: op gedane declaratie van hem Supp:lt en Sijne Scheepsofficieren, betreffende den toestand, in welk Sijl: dat Schip op de herwaards rheijse hadden bevonden, hebben geliefen goed te vinden, hetselve door expresse Gecomm: Zeelieden te doen Visiteeren en Examineeren waarop bevonden Sijnde dat ‘t Evengem: Schip ‘T Huijs te Spijk Sonder eene geheel nieuw en seer kostbaare Reparatie alleen maar Konde dienen tot Transport eener Lading, waar aan door Leccagie en doorwatering geen bederf konde werden toe gebragt, is daar op bij Uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: het besluijt genoomen, dier bodem t’ Emploijeeren tot overbrenging eener Lading Wijnen naar d’ Indiën’
‘daar nu door een Zo lang vertoef ter deeser plaatse des Supp:lts particuliere Saaken en belangen een seer groot derangement hebben moeten ondergaan, tot merkelijk nadeel voor hem Supp:lt en die van nog Schadelijker gevolgen voor hem Supp:lt Soude Sijn indien hij Zig genooddwongen Sag met het voorm Schip ‘T Huijs te Spijk de rheijse naar India te moeten doen, Soo is ‘t dat hij om die reedenen de vrijheid neemd Sig te keeren tot Uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: met ootmoedig versoek hem Supp:lt gunstig van die Reijse t’ Excuseeren en hem van het Commando op dien bodem t’ ontslaan, met permissie om met Stilstand van gagie eenigen tijd ter deeser plaatse te mogen verblijven.’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende &:a /was geteekend:/ C: V: Veerden.’
Het welk geleesen en in aanmerking genoomen Sijnde de billijke reeden waarop des Supp:lts versoek is gefundeerd So is verstaan denselven van het commando van het gementioneerde Schip ‘T Huijs te Spijk t’ ontslaan en te permitteeren, om met Stilstand van gagie eenigen tijd ter deeser plaatse te moogen verblijven.
Gelijk meede door den oud Chirurgijn van ‘S Comp:s Hospitaal alhier Coenraad Nelson ingevolge en ter voldoening van het aan hem geinjungeerde bij Resolutie van den 21: December passato wierd ingediend het volgende Schriftelijk berigt.
Aan den wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra ordinair van neederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de goede Hoop en Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Politicque Raade deeses Gouvernements
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Achtb: Heeren!’
‘Uwer wel Edele Gestr: en E: Agtb: welbehaagen geweest Sijnde aan den onderget:e oud Tweeden opperchirurgijn deeses gouvernements Uwer wel Edele Gestr: en E: Agtb: Seer needrigen dienaar ter handen te doen Stellen een politicq Raads besluijt de dato 21 dec: 1784: gefondeert op het gevenereert aanschrijvens onser Heeren Superiores raakende Seeker agt duijsend rijxd:s dewelke volgens het te kennen geeven van de Heer Abraham Douglas desselfs neef den geweesen Coopman tot Batavia Abraham Douglas of Donglas onder den Vertoonder als desselfs gemagtigden nog Souden koomen te bevinden met Last om Uw Ed Gestr: en E Agtb: daarop te dienen van Berigt.’
‘Soo heeft den onderget: dienaangaande de Eere te Seggen dat wanneer hij bij sijn Laatste aanweesen in’t Vaderland met gemelde Abraham Douglas bij geval in kennisse geraakt was, denselven hem onderget: bij sijn depart na herwaerds bij procuratie had opgedraagen, om Sodanige 8000 Rd:s als hij Douglas onder de hier remoreerende oud Coopman der E: Coop: d’ E Johannes van Echten Staan hadde op te Eijschen ontfangen en na’t Vaderland te Remitteeren, het geen den onderget: te doen aangenoomen hadde, gelijk dan den onderget: bij Sijn komst alhier ook voorsz: S:r van Echten van dies uijtkeering aangesprooken egter ten antwoord bekoomen had, dat die penningen door de Regeering met arrest belegd waaren, en hij deselve dus niet afgeeven konde van welk antwoord den onderget: aan gem: Douglas p:r missive Kennisse gegeeven had.’
‘Dat voorsz: Douglas eenigen tijd daarop aan den onderteekenaar hebbende geschreeven dat die penn: van’t arrest ontheeven waaren met instantie van deselve als nu te ontfangen en te remitteeren, dog met Expres versoek van dit niet te tellen in ‘S E Comp:s Cassa maar wel met particulier of anders Contant meede te geeven Sulx den onderget: Sig na den ontfangst dier missive bij voorsz: E: van Echten begeeven, en van denselven ontfangen, de Somma van Rijxd:s 7450: en 30 Stuijvers hebbende den onderget: den in den Jare 1781 als commandeur der Retourvloot t’ huijs vaarenden E Cornelissen, met veel moeijte geper[.....]adeert omme van die penningen een Somma van 1000 Rijxd:s aan Spaanse matten ter bestelling aan gem: Douglas meede te neemen, welke Rijxd:s 1000: Soo als den onderget: in’t Seekere berigt is ook aan denselven besorgd sijn, sonder dat eenige der andere Scheepelinge Sig met het meede neemen der andere penningen heeft willen chargeeren Invoegen den onderget: vermits de opgekoomene oorlog met de Croon van Engeland omtrend die penningen in groote verleegendheid quam te geraken weshalven den Vertoner om maar van die Lastige commissie af te komen in den Jare 1782 Sub dato 26 april aan de cooplieden tot Amsterdam de Heeren Dijken en Mulder en Gerhardus van Proeten een Wissel van ƒ14886: hollands dewelke na aftrek van ‘t verlies van de Wissel met de van gem: E: Cornelissen reeds bekomene rd:s 1000: te samen rendeeren de somma van Rijxd:s 7450: 30 Stv:s welke wissel gemelde Douglas blijkens de door voorsz: cooplieden Dijken, Mulder en van Proeten aan den Teekenaar deeses toegesondene Specificque en door gerepten Douglas eijgenhandig ondergeteekende deese in Copia authenticq versellende quitantie Sub 7 Septb: 1782: van deselve ontfangen en dus op den onderget: gantsch geene prætensie meer heeft, En vermits van de voorsz: quitantie drie Eensluijdende Sijn geformeerd waarvan een aan de onderget: is gesonden terwijl de andere Sig onder de gem: Cooplieden koomen te bevinden, So soude des nodig de Editie daarvan alle Twijfeling kunnen beneemen, waarbij den onderget:e nog als ten overvloede moet voegen dat intusschen den Seedert van hier gerepatrieeerden Heere Independent fiscaal m:r Willem Cornelis Boers door gemelde Douglas tot Zijne gemagtigde was aangesteld geworden, Sijn E: bij Resumptie en Examinatie van ‘t voorenstaande den onderteekenaar insgelijx sub dato 13 decbr 1782: een eijgenhandige acte van decharge heeft gegeeven waarvan deese in Copia is bijgevoegd.’
‘het welk een en ander den onderget:e Vermeijnende aan de Zeer geEerde resolutie Uwer wel Edele Gestr: en E: Achtb: te hebben Voldaan, neemd den selven de vrijheid met verschuldigde Hoog agting te blijven’
’/:onderstond:/’
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren. Uwer wel Edele Gestr: en E: Agtb: onderdanigen dienaar /was geteekend:/ C: Nelson.’
Het welk met de daarbij overgelegde bijlaagen in Copia Authenticq aan de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren Sal werden gesuppediteerd.
Laatstelijk is geleesen Seeker Request door den Heemraad aan Draakensteijn Josua Joubert Gideonsz: gepræsenteerd en luijdende als volgd.
Aan den wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinair van neederlands India mitsg:s gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘Vertoond met verEijschten Eerbied Uwer wel Edele Gestr: en E: Achtb: needrige dienaar den Heemraad aan Drakenstein Josua Joubert Gideonsz: hoe hij Supp:lt met Voorkennisse en geobtineerd Consent van welopgem: Heer Gouverneur op eijgen kosten en tot Zijn ijgen gerief heeft aangelegd en vervaardigd een wagenweg door de Sogenaamde du Toits Clooff ‘
‘Welke passage Seer voordeelig en geleegen weesende, andere Ingeseetenen dus wel meede souden tragten gebruijk te maaken van een wagen weg, waaraan hij Supp:lt Soo veel heeft bekostigd:’
‘des neemd den Supp:lt de vrijheid Uw wel Edele Gestr: en E: Agtb: ootmoedigst te versoeken, dat tot voorkoming van het nadeel dat hij Supp:lt daarbij Soude lijden, en tot wegneeming van alle disputen, die daar uijt met ‘er tijd Soude kunnen ontstaan het van uwer wel Edele Gestr: en E: Agtb: gunstig welbehaagen moge Zijn vast te Stellen dat alle die geene die met wagens de voorsz: weg door de du Toits Clooff sullen willen passeeren, gehouden Sullen sijn voor die passage Zeeker billijk tantum aan de Supp:lt te betaalen tot goedmaaking der onvermijdelijke kosten van onderhoud dier passagie ende Sulx onverminderd het geen een ijder verpligt is tot onderhoud der algemeene wagenen Pontons Jaarlijx te moeten betaalen ten einde aan ‘S Colonies Inkomsten daar door geen nadeel werde toegebragt’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende.’
Waarop is verstaan hetselve te Stellen in handen van Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch en Drakenstein ten einde het ged:e versoekschrift behoorlijk g’ Examineerd hebbende vervolgens te dienen van berigt of des Supp:ts daarbij gedane versoeken in der daad tot geen præjudicie voor andere Ingeseetenen sal komen te verstrecken en dus met gevoeglijkheid aan hem Sal kunnen werden geaccordeerd.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:
[Signed:] J: V: Plettenberg
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] J: J: Serrurier
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 110-141.¶
Dingsdag den {17850125} 25 Jan: 1785:
‘S voormiddags Præsent de wel Edele Gestr: Heeren afgaande en aankoomende Gouverneurs M:r Joachim van Plettenberg en Cornelis Jacob van de Graaff beneevens alle de Leeden.
Wel op gem: Heere Gouverneur van de Graaff die neevens desselfs Familie met het op eergisteren gearriveerd Schip Voorschooten in volmaakte welstand alhier is aangeland heeden door den Heere Gouverneur van Plettenberg in deesen Raade geintroduceert en diesweegens door denselven Heere afgaanden gouverneur op ‘t geneegenste mitsg:s door de resp: Leeden der Vergadering seer Eerbiedig gecomplimenteerd en het selve door Zijn Edele in d’ obligeantste Termen beantwoord Zijnde, heeft Zijn Edele hier op desselfs Zitplaats ter LinkerZijnde van meer welm: Heere Van Plettenberg genomen door wien vervolgens wierd te kennen gegeeven dat men op de diesweegens door Zijn Edele uijtgevaardigde Commissien met het opneemen van ‘S Comp:s Effecten bereids so verre was gevordert dat den generaalen Inventaris binnen wijnige dagen in gereedheid Soude Zijn om daar op het gouvernement in ordre aan desselfs Successeur te kunnen overgeeven en waartoe door Zijn Edele een nadere Expresse vergadering Soude werden belegd.
Des dan nu ter afdoening der voor handen Zijnde Saaken getreeden Zijnde wierd aanvankelijk door ged: Heere van Plettenberg overgelegd eene missive Sub 20 deeser aan Zijn Edele geschreeven door den met het Schip ‘T Lam alhier aangekomenen Collonel van het te Ceilon in guarnisoen Leggend Legioen van Luxemburg , den Ridder d’ Hugonet welke Missive aldus was Luijdende
‘Le 20 de Janv: 1785’
‘Monsieur Le Baron!’
‘Apres Les preuves Certaines que Vous devez avoir que le matelot et Le Soldat chez toutes les puissances sont toujours desuni, qu’ils le sont bien davantage quand ils ne sont pas de la meme nation, ou que Sur tout ils ne parlent pas la meme langue d’apres cette Certitude monsieur Le Baron je crois qu’il Seroit fort a propos et que Le bien de Chose l’ exige que Le meme Batiment qui nous a conduit icij nous mene a Ceilon quoi que sa destination fait pour Batavia par la Vous eviterez le perte peut etre d’un tres grand nombre d’ hommes qui aujour d’ hui habites ensemble les uns et autres Chefs a qui ils ont a faire nóser ont plus tenter de Sedition comme cela est arrivé aux matelots etaijes par leur bossemanne, contre mas Soldats une nouvelle Connoissance entre ces deux especes d’hommes ne pourra avoir lieu Sans quelque trouble au lieu qu’il est clair qu’il n’ij en aura point Si les meme personnages font route ensemble le Capitain du Batament aijant merité n ‘on Seulement l’affection de L’officier, mais encore celle du Soldat generalement a qui ils ont obeis et obeiront dans toutes les circonstances avec plaisir, comme a moi parceque je Leur ai ordonne doit etre une preuve bien Suffisante de L’union quil regnera d’icij a notre arrive à ceilon, chose bien de sirable pour Le Service et pour La tranquilite de tout Le monde.’
‘Comme il sera dû a la fin dece mois trois mois de solde, tant aux officiers qu aux Soldats je vous prie de vouloir bien donner un ordre pour qu’on m’en fasse Le paijement, cela etant necessaire pour pouvoir a leur besoins urgent.’
‘me proposant de ramener avec moi deux officiers, qui avoient donner Leu de mission et mon entention etant de Leu ConServer leur emplois, je vous prie encore d’avoir La Conte di donner des ordres pour qu’on leur paije les appointements qui peuvent leur etre du devant etre regarde comme etant toujours au Corps, puis qui’il ij a plus de place vacante qu’il n ‘en faut pour les remplacer, cest de ce dont je puis vous assurer d’ apues l’ Etat de Situation du Regiment qui m’a donné M:r Le Clercq qui S’est dit Lieutenant Colonel du Corps L’orsque vous m’aureZ fait dire ou ma troup peut manger je ferai dessendre des hommes et la Veille j’avertirai celui que vous aurez charge de cela du nombre qu’il aura a nourir il ij a de plus icij trois hommes du dernier detachement qui depuis qu’ils sont icij n’ont paseu un Sol de decompte, je vous prie de vouloir bien le Leur faire faire, afin que je puisse les equiper etant absolument denue detout Vous m’obligerez infinement de m’honorer d’une reponse Le plus tot possible Sur tout les objets mentionnes afin que je puisse prendre Le parte convenable a La circonstance et Suis en attendant avec respect’
‘Monsieur Le Baron’
‘Votre tres humble et tres obeissant Serviteur. /:Signé:/ d’Hugonet.’
Waarop gedelibereerd weesende Soo is ten opsigte van het Eerste Lidt van gem: missive houdende versoek dat mits de daar van bij ged:e Heer d’ Hugonet geallegueerde Reedenen Zijn E: met de bij Zig hebbende recruten met het gementioneerde Schip ‘T Lam verder van hier naar Ceilon mogte werden getransporteerd, best geoordeelt, om alvoorens hierop finaal te disponeeren, den E: Eguipagiemeester Justinus van Gennep t’ injungeeren, om neevens den Schipper van het aanweesend Retourschip Rosenburg Gerhardus Bruijn en die van’t hier permanente freguat Jagt Rust Cornelis Andriesz: mitsgaders ten overstaan van den Capitain ter Zee van het ged: Schip ‘T Lam Bartholomeus Veau deesen Raade te dienen van Berigt, op hoedanige tijd verschil het in het præsente Saisoen in de rheijse van het Selve Schip ‘T Lam het Zij met direct van hier naar Batavia dan wel over Ceilon derwaards te Steevenen en teffens op te geeven, op welk van ‘S E Comp Etablissementen ten gem: Eilande deselve in’t evengem: geval dan Souden dienen te werden ontscheept, Terwijl op ‘t Tweede Lidt van voorsz: Missive is beslooten aan ged: Heer d’ Hugonet uijt ‘S Comp: Cassa alhier te doen betaalen de Somma van Een duijsend en Agt Hondert Rijxd:s om aan de voorsz: recruten so officieren als Soldaaten pro rato van ijders qualiteit op reecq: haarer verdiende en te goed gemaakte Soldij te werden verdeeld.
Gelijk meede op het derde versoek van gem: Heer d’ hugonet, tendeerende om Twee der gedimitteerde Officieren van het voorsz: Luxemburgse Regiment, dewelke neevens andere meer met den Hoeker Catwijk aan Rhijn alhier Sijn aangekoomen, om verder naar Europa te vertrecken Sijnde de Lieutenants Champenoij en de RoZiers neevens den volontair La Brousse insgelijx om de daarvan bij hem voortgebragte Reedenen met Sig weeder te rug te neemen, is Verstaan daar in te Condescendeeren, mits aanneemende Sulx bij de Ceilonsse Regeering of daar het verder Soude werden verEischt te Verantwoorden van welk een en ander aan den Heer gouverneur en Raad van het meerm: Ceilons gouvernement de nodige Kennisse Sal werden gegeeven.
Hierna is geleesen het onderstaande rapport van den E: Equipagiemeester Justinus van Gennep neevens de daarbij genoemde Cap:n ter Zee mattijs Lodwijk Hijcoop en Cornelis de Klerk als ingevolge en ter Voldoening aan het geresolveerde onder den 11 deeser maand neevens den Baas der Scheepstimmerlieden van ‘S Comp:s werf alhier exact geVisiteerd, de gebreeken dewelke Sig aan ‘t freguat Jagt Rust komen te bevinden
Aan den wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra ordinair van neederlands India, mitsgaders Gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raed van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Achtb: Heeren!’
‘Den onderget: Capitain ter Zee en Equipagiemeester deeses Gouvernements Justinus van Gennep bij de gewone Jaerlijxe Specificatie der bij dit gouvernement gehoorende vaartuijgen onder ult:o decbr des afgeweekenen Jaars 1784 geformeerd en overgegeeven onder anderen nopens den Staat waarin het permanent freguat Schip Jagt Rust Sig thans komt te bevinden, hebbende genoteerd, dat het selve freguat mits dies Swacke gesteldheid een goede reparatie Quam te VerEijsschen en ten dien einde noodwendig naar’t Vaderland diende te werden gesonden, nadien andersints in drie a Vier Jaaren tijds buijten Staat Soude geraaken om geduurende het Winter Saijsoen deese Custen te Kunnen bevaaren heeft het uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: daarop behaagd bij g’Eerde besluijt van den 11: deeser maand Januarij hem Equipagiemeester te Committeeren omme neevens Twee Schippers van Soveel der ter Rheede Leggende ‘S E Comp:s Scheepen geadsisteerd met den Baas der Scheeps Timmerlieden van ‘S Comp:s werf alhier Meijndert van Eijk ten overstaan van den Schipper Cornelis Andriessen en de Timmerlieden van het voormelde freguat Schip Jagt Rust naar gedane naauwkeurige Visitatie gedetailleerd op te geeven waarin de gebreeken van dien bodem komen te bestaan en de reedenen waarom de daaraan te doene Reparatie in’t Vaderland Sullen moeten geschieden.’
‘Omme derhalven aan den inhoude dier Commissie naar verschuldigtheid te voldoen, heeft den Onderget: Equipagiem: neevens de meede geteekende Capitains der aanweesende Scheepen Castor en Middelwijk , Matthijs Lodewijk Hijcoop en Cornelis de Clercq, met adsistentie en ten overstaan als de ordre hier voren dicteerd, op ‘t naauwkeurigst g’ Examineerd den jeegenwoordigen Staat en toestand van ‘t voorm: freguat Jagt Rust en bij gedane Visitatie bevonden.’
‘dat het Schip op verscheide plaatsen principaal langs de kiel bij de voor en ager Steeven, door de Spijkerhuijd tot op het vaste hout toe is doorknaagd van de worm die over het algemeen in deese Tafelbaaij en hier ter Caabsser rheede Seer ras en Sterk aangroeid’
‘dat op diversse Togten die reets geduurende den tijd van Agt Jaaren met het meerm: freguat Zijn gedaan en wel voornaamentlijk nu in’t Laatst gepasseerde Jaar, dat heeft gediend tot Transport der Lading van’t fluijtschip vreede en Vrijheid uit de Baaij fals na herwaards en die grootEndeels in Swaare Houtwerken heeft bestaan door het Swaar werken van het Schip de Haaks en Lijfnaaden meest alle uit elkanderen Zijn geweeken, Sodanig, dat deselve bij de minste Sterke beweeging van ‘t Schip open en toegaan, het welk met Continueel breuwen en Calfaaten, Soo veel mogelijk moet werden digt gemaakt dog waaraan somwijlen niet genoegsaam de hand kan werden gehouden, mits het gebrek aan Scheeps Timmerlieden, welkers getal op ‘S Comp: werf seer min en naauwlijx toereikend is, om het werk voor de af en aanKoomende voornamentlijk de Retourscheepen der E: Comp:ie te Kunnen aan den gang houden.’
‘dat voorts de Banden voor en agter in het ruijm meest alle en de Weegering over ‘t geheele Ruijm op verscheijde plaatsen sijn verteerd en ingerot. Welke gebreeken alle kome te weesen van dat belang, dat deselve een aller noodwendigste reparatie verEijsschen, Sonder welke het ged: Schip Jagt Rust andersints binnen 3 a 4 Jaaren tijds in dit gewest en Climaat onvermijdelijk Sal geraken in Sodanige Slegte Constitutie, dat met geen gerustheid meer tot de gewone Togten alhier geEmploijeerd, veel min als dan ter vertimmering naar Europa Sal kunnen werden gesonden.’
‘de reedenen en oorsaak nu die de onderget: Sijn voorgekoomen waaromme de voorsz: opgegeevene hoogst benoodige reparatie aan ‘t Voormelde freguat Jagt rust , hier ter plaatse niet wel Kunnen geschieden, bestaan hierinne’
‘dat men van het benoodigde houtwerk daartoe het principaalste in’t geheel niet en weederom andere maar in een Seer geringe voorraad alhier aan handen heeft.’
‘dat men buijten des nog als een Seeker gevolge moet vast stellen dat bij het opbreeken van ‘t Schip Zig nog verscheide andere defecten Sullen Kunnen ontdecken, waar toe het absoluut noodwendig ter reparatie Soude komen t’ ontbreeken’
‘dat om die nodige reparatie in ordre en So het behoord te doen, het Schip absoluut Soude dienen te werden gekielhaald het geen egter in deese Tafelbaaij met geen mogelijkheijd kan geschieden, vermits de ongestadigheijd van wind en weer op deese Rheede, alwaar men geduurende den geheelen Somer mouson geen dag voor de felle Z:O:te winden gesecureerd is, om welke reedenen men dan ook met geen gerustheid of het minste vertrouwen de Stucken uit de vaste huijd van ‘t Schip Soude durven neemen om weederom andere daar in te plaatsen en het buijten des een al te Seekere onmogelijkhijd blijft dat bij een Sterk door Komende Z:O:te een ander Schip tot het Kielhaalen van het freguat Jagt Rust nodig het op Sijde van het selve Soude Kunnen houden.’
‘dat wel is waar de geleegendheid van de Saldanhabaaij seer bequaam is tot het repareeren en kielhaalen van Scheepen dog waaromtrend in dit geval van het frequat Jagt Rust de onderget: de vrijheid moeten neemen te remarqueeren.’
‘dat tot het kielhalen van het selve absolut nog een ander daartoe bequaam Schip of ander vaartuijg noodwendig werd verEijscht, dat men egter niet aan handen heeft en waartoe dan geen ander middel Soude weesen als om tot ‘t kielhalen van Jagt Rust een ander bequaam Schip van d’ E Comp hier aan te houden ‘t geen d’ onderget: egter onder hoog wijse Correctie vermeenen niet seer met ‘t waare belang te Sullen over een komen, te meer daar de vertimmering van het freguat Jagt Rust eens gesteld Sijnde dat men van al het nodige daar toe was voorsien, mits ‘t gebrek der daartoe verEijscht werdende Timmerlieden een seer geruijmen tijd Soude komen te Requireeren en waar uit dan nog Soude voorkomen, dit onvermijdelijk Inconvenient dat de uijt en thuijs komende Scheepen dewelke alle min of meer reparatiën verEijsschen geduurende al dien tijd Souden moeten blijven buijten adsistentie der werklieden ofte dat men andersints Soude genoodsaakt Sijn bij verschijning van ijder Schip hier ter rheede of in de Baaij fals uijt de Saldanhabaaij te moeten doen opkomen, dieselfde Timmerlieden dewelke aldaar als dan tot het werk aan Jagt rust Souden werden g’Emploijeerd, het geen in allen gevalle maar Soude Strecken om het werk des te meer te doen Vertragen en waar door dan natuurlijkerwijse seer veel nadeel aan het belang der E: Compagnie Soo wel aan den een als andere Zijde Soude werden toegebragt.’
‘d’ onderget: onder Submissie van beeter gevoelen vermeinen dus het bequaamst middel en best te Sijn dat het voorm: freguat Schip Jagt Rust omme t’ erlangen de reparatiën en vertimmeringen die weesentlijk aan’t selve allernoodsaakelijkst blijven naar Europa wierde versonden als wanneer dien bodem weederom lange Jaaren ten nutte der E: Comp: Sal kunnen werden gebruijkt.’
‘En waarmeede verhoopende aan Uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: geEerde Intentie te Zijn voldaan, laaten d’ onderget: deesen dienen voor needrig berigt.’
’/:onderstond:/’
‘Cabo de goede Hoop den 21 Jan: 1785: /:was geteekend:/’
‘J: V: Gennep, M: L: Heijkoop C: de Klerk, M: v: Eijk /:in margine:/ Ten overstaan van ons /:geteekend:/ C: Andriessen, Jan Petri’
Waarop na diesweegens gehoudene deliberatie voor den meesten dienst der E: Compagnie eenpariglijk is beslooten het gedagte freguat Jagt Rust ter vertimmering naar het vaderland te Senden en nadien waarschijnlijk al de peeper, dewelke door de Regeering des Eijlands Ceilon p:r het Hoeker Schip Catwijk aan Rhijn herwaards is gesonden niet Conform derselver Intentie over de resp: Retourscheepen Sal kunnen werden verdeeld, is oversulx meede verstaan daar van de quantiteit van 400000 ponden dan wel Soo veel Sal Kunnen inneemen in het ged: Schip Jagt Rust voor ‘t Vaderland te doen afscheepen.
Door den ondercoopman en negotie overdrager Casparus van Eerten te kennen Sijnde gegeeven dat door hem de quantiteit van 19000 lb Boter voor d’ E: Comp:ie was gecogt, dewelke niet minder dan van 6 tot 8 Stuijvers het pond had Kunnen bekomen gelijk meede dat de Carwaat dewelke ten behoeve der retourscheepen was ingekogt teegens 4 Stuijvers p:r pond had moeten betaalen met bijgevoegd instantig versoek dat nadien door de Spillagie op het in en uijtweegen, mitsg:s over packen der Boter vallende dit Zuijvel So min als de voorsz: gedroogde visch Sonder important nadeel voor hem met tot dieselfde prijsen weederom aan de Compagnie konde Leeveren, het deesen Raade oversulx goedgunstig mogte behaagen, hem in deesen te gemoed te komen So is verstaan, om So voor de voorsz: bereids ingekogte Boter als voor die dewelke nog ten behoeve der E: Comp:ie Staan ingekogt te worden buijten en behalven 5 pC:to Spillagie neegen Stuijvers p:r pond mitsg:s de Carwaat tot vijf Stuijvers het pond aan gem: ondercoopman van Eerten te doen betaalen
En nadien onder anderen door de Camer Zeeland p:r het meerm: Schip ‘T Lam voor dit gouvernement Zijn uijtgesonden 60 vaaten met Bier van dewelke [.....] Suur [.....] Leedig eenige schoon niet bedurven egter niet verstrekbaar en het overige gedeelte uitgenoomen vier vaaten uijt de brouwerij de fles van dewelke het vijfde vat dat even half vol was tot het opvullen der anderen is verbruijkt dermaeten Schraal waaren dat men dat Bier daar de Randsoenen van dit Loopende jaar reets tot Ultimo Augustus aan de dienaaren waren verstrekt geworden tot ‘t aan staande Jaar Soude moeten laaten leggen en wel onopgevuld, dewijl uijt differente Brouwerijen Sijn aangebragt niet wel sal kunnen opgevuld en dus buijten bederf gehouden werden, heeft men derhalven moet besluijten [.....] vaten van het meermelde Bier bij Publicque vendutie te doen vercoopen en de daar van te provenieerene penningen bij de negotie boeken deeser gouvernements te laaten inneemen, mitsg:s van dit een en ander aan d’ Edele Heeren Bewindhebberen van bovengemelde Camer Zeeland kennisse te geeven.
Den Schipper van het hier Vorengemelde freguat Schip Jagt Rust Cornelis Andriessen bij request versoek hebbende gedaan ingevalle bij deesen Raade wierde beslooten hem met desselfs onderhebbenden bodem naar Neederland te laaten Vertrecken, als dan aan hem mogte werden verleend, permissie tot meede neeming Zijner huijsvrouw Anna Frouijn en dogtertje Catharina Andriessen genaamd, Soo is verstaan het ged:e versoek als nu aan den Supp:t t’ accordeeren
Gelijk insgelijx aan den burger franciscus van Heerden hierom meede in Scriptis versoek doende is toegestaan om met het thans hier aanweesende Hollands particulier Schip de Jonge Franc naar neederland te vertrecken.
En Zijn op de diesweegens ingediende requesten de volgende Landerije en Erven in Eijgendom uijtgegeeven, als.
aan den adjudant der Burger Dragonders aan Stellenbosch Willem Wium Een Stukje Lands geleegen bij den dorpe van Stellenbosch ter grootte van Vijf morgen 454 quad:t Roeden en 22 dito Voeten mits voor hetselve land de gewoone Recognitie van Vier Schellingen voor ijder morgen en dus Twee en drie quart Rijxd:s Jaarlijx aan d’ E Comp: werde betaald en wijders onder deese Expresse bepaaling dat de daarom Streex woonende gebuuren in d’ uijtdrift van hunlieder vee door hem niet Sullen moogen werden gehinderd.
aan den Burger Maurits Herman Otto Woeke meede een Stuk Lands groot Twee morgen 454 quad:t Roeden en 180: voeten leggende annex Zijn plaats aan de papegaaijs berg bij de voorsz: dorpe van Stellenbosch waar voor insgelijx Jaarlijx Een en een quart rijxd:s Recognitie in ‘S Compagnies Cassa sal moeten werden betaeld
aan den Burger Fredrik Heijneman Een Stuk Erfs geleegen annex desselfs oude Erf bij het Stellenbosche dorp groot 267 quad:t Roeden en 90 dito voeten.
Laatstelijk geresumeerd Zijnde de reecq: der Arme penningen van de hier te lande Zijnde Vijf Kerken, Luijdende als volgd.
‘
'T generaal montant des Capitaals deeser Caabsse Diaconij armen bestaende in't Volgende. | |||
A:o 1784 op primo Januarij was het capitaal | ƒ245511:07:- | ||
Waarvan afgetrocken werd, de volgende te vooren Staande reekeningen en Crediteuren als de Bibliotheecq: | ƒ2905:10:- | ||
diversse pupillen &:a | 8671:05:- | 11576:15:- | |
blijft oversulks voor het weesentlijk Capitaal | ƒ233934:12:- | ||
In dit Jaar bijgekomen. | |||
Aan grafsteeden | 1842:08:- | ||
d:o aalmoesen | 7849:-:- | ||
d:o Intressen | 10995:19:- | ||
d:o verhuurde gestoeltens | 568:16:- | ||
d:o armbussen | 1010:16:- | ||
d:o Vonnissen | 1699:12:- | ||
d:o Testamentaire en Liberale giften | 260:-:- | ||
24226:11:- | |||
ƒ258161:03:- | |||
Gaat af | |||
Aan onkosten der armen | ƒ8158:18:- | ||
d:o d:o der kerk | 3302:-:- | 11460:18:- | |
blijft onder ult:o decb: a:o 1784 | ƒ246700:05:- | ||
bestaende in de volgende partijen als aan Cassa over restand | ƒ12482:15:- | ||
d:o obligatiën en kusting brieven | 189120:-:- | ||
d:o agterstallige Interessen | 9973:03:- | ƒ211575:18:- | |
waarvan detraheere het geen de ondervolgende van het even voorgaende als Crediteuren Sijn competeerende te weeten de Bibliotheecq: | ƒ3049:10:- | ||
diversse pupillen &:a weegens Soo veel derselver reeckeningen Credit Loopen | 7965:13:- | 11015:03:- | |
Resteerd | ƒ200560:15:- | ||
Aan ornamenten van de Kerk | ƒ1099:10:- | ||
d:o de diaconij arme van 't Land van waveren | d:o 23440:- :- | ||
d:o d:o d:o d:o d:o Swartland | d:o 21600:-:- | 46139:10:- | |
Somma | ƒ246700:05:- |
'T generaal montant des Capitaals deeser Caabsse Diaconij armen bestaende in't Volgende. | |||
A:o 1784 op primo Januarij was het capitaal | ƒ245511:07:- | ||
Waarvan afgetrocken werd, de volgende te vooren Staande reekeningen en Crediteuren als de Bibliotheecq: | ƒ2905:10:- | ||
diversse pupillen &:a | 8671:05:- | 11576:15:- | |
blijft oversulks voor het weesentlijk Capitaal | ƒ233934:12:- | ||
In dit Jaar bijgekomen. | |||
Aan grafsteeden | 1842:08:- | ||
d:o aalmoesen | 7849:-:- | ||
d:o Intressen | 10995:19:- | ||
d:o verhuurde gestoeltens | 568:16:- | ||
d:o armbussen | 1010:16:- | ||
d:o Vonnissen | 1699:12:- | ||
d:o Testamentaire en Liberale giften | 260:-:- | ||
24226:11:- | |||
ƒ258161:03:- | |||
Gaat af | |||
Aan onkosten der armen | ƒ8158:18:- | ||
d:o d:o der kerk | 3302:-:- | 11460:18:- | |
blijft onder ult:o decb: a:o 1784 | ƒ246700:05:- | ||
bestaende in de volgende partijen als aan Cassa over restand | ƒ12482:15:- | ||
d:o obligatiën en kusting brieven | 189120:-:- | ||
d:o agterstallige Interessen | 9973:03:- | ƒ211575:18:- | |
waarvan detraheere het geen de ondervolgende van het even voorgaende als Crediteuren Sijn competeerende te weeten de Bibliotheecq: | ƒ3049:10:- | ||
diversse pupillen &:a weegens Soo veel derselver reeckeningen Credit Loopen | 7965:13:- | 11015:03:- | |
Resteerd | ƒ200560:15:- | ||
Aan ornamenten van de Kerk | ƒ1099:10:- | ||
d:o de diaconij arme van 't Land van waveren | d:o 23440:- :- | ||
d:o d:o d:o d:o d:o Swartland | d:o 21600:-:- | 46139:10:- | |
Somma | ƒ246700:05:- |
’/:onderstond:/’
‘Aldus gedaan en Getransporteerd in Kerkenrade van Cabo de goede Hoop ten overstaan van mij onderget:e als Commissaris politicq den 24: Januarij 1785 /:was geteekend:/ P: Hacker.’
‘
Cassa Reekening der Armen gelde So als bevonden is op Ultimo December 1784: | |
Bij het Sluijten der vorige Jaars reekening is 'er p: restand in Cassa gebleeven | ƒ5362:09 |
Onder de godsdienst in't Jaar 1784 gecollecteerd | 922:01 |
nog weegens Interessen, giften en kerke geregtigheeden | 1493:- |
Somma | ƒ7777:10 |
hier van uitgegeeven aan Alimentatie en diversse benodigtheeden | 5539:02 |
Sodat 'er aan Contanten dit Jaar in Cassa blijft | ƒ2238:08 |
de obligatien hiervoren gespecificeerd bedragen | d:o 900:- |
d' agterstallige Intressen | d:o 302:- |
de kerke ornamenten | d:o1800:- |
So resteerd het capitaal der armen | ƒ5240:08 |
Cassa Reekening der Armen gelde So als bevonden is op Ultimo December 1784: | |
Bij het Sluijten der vorige Jaars reekening is 'er p: restand in Cassa gebleeven | ƒ5362:09 |
Onder de godsdienst in't Jaar 1784 gecollecteerd | 922:01 |
nog weegens Interessen, giften en kerke geregtigheeden | 1493:- |
Somma | ƒ7777:10 |
hier van uitgegeeven aan Alimentatie en diversse benodigtheeden | 5539:02 |
Sodat 'er aan Contanten dit Jaar in Cassa blijft | ƒ2238:08 |
de obligatien hiervoren gespecificeerd bedragen | d:o 900:- |
d' agterstallige Intressen | d:o 302:- |
de kerke ornamenten | d:o1800:- |
So resteerd het capitaal der armen | ƒ5240:08 |
’/:onderstond:/’
‘Aldus gedaan en nagesien in Kerken vergaderinge aan Stellenbosch den 9 Jan: 1785 /:was geteekend:/ Ph: Kuijs, J: A: Mijburg J: Conterman, A: Faure C: J: Ackerma S: Cats D: W: Hoffman.’
‘
Het generaal montant des capitaals deser Drakensteinse Diaconij armen bestaat in het volgende | ||
1784 primo Jan was 't Capitaal | ƒ13769:07 | |
In dit Jaar bijgekoomen | ||
1 Aan aalmoesen | ƒ1366:03:- | |
2 d:o Interessen | d:o 1013:08:- | |
3 d:o kerkhoffsgeregtigheeden | d:o 249:-:- | |
4 d:o Testamentariën | d:o 125:-:- | |
5 voor huur banken | 156:-:- | |
6 uit de armbus | 18:-:- | |
7 aan Pastorij huurgelden | 527:-:- | 3454:11 |
ƒ17224:02 | ||
Gaat af aan onkosten. | ||
1 voor de armen van Drakensteijn | ƒ708:-:- | |
2 d:o d:o d:o te Waveren | d:o 450:-:- | |
3 reijloon voor de heeren predicanten | d:o 252:-:- | |
4 aan kerk gebouwen | d:o 423:06:- | 1833:06 |
blijft also | ƒ15390:12 |
Het generaal montant des capitaals deser Drakensteinse Diaconij armen bestaat in het volgende | ||
1784 primo Jan was 't Capitaal | ƒ13769:07 | |
In dit Jaar bijgekoomen | ||
1 Aan aalmoesen | ƒ1366:03:- | |
2 d:o Interessen | d:o 1013:08:- | |
3 d:o kerkhoffsgeregtigheeden | d:o 249:-:- | |
4 d:o Testamentariën | d:o 125:-:- | |
5 voor huur banken | 156:-:- | |
6 uit de armbus | 18:-:- | |
7 aan Pastorij huurgelden | 527:-:- | 3454:11 |
ƒ17224:02 | ||
Gaat af aan onkosten. | ||
1 voor de armen van Drakensteijn | ƒ708:-:- | |
2 d:o d:o d:o te Waveren | d:o 450:-:- | |
3 reijloon voor de heeren predicanten | d:o 252:-:- | |
4 aan kerk gebouwen | d:o 423:06:- | 1833:06 |
blijft also | ƒ15390:12 |
’/:was get:/’
‘R: N: Aling, P:d Villiers de oude, D: Rossouw G: Joubert W: v: d: Merwe Daniël Le Roex Jacobus du Pree’
‘
Reekening nopens de staat der armen Cassa in't Land van Waveren onder Ult:o December 1784: | ||
1783 31 Dec: was't restand der in cassa gebleeven Contanten | ƒ2964:04:- | |
In dit Jaar bijgekomen | ||
onder 't doen van den godsdienst gecollecteerd | 973:07:- | |
over betaalde kerke geregtigheeden | 144:-:- | |
weegens huurbanken ingekomen | 81:-:- | |
van Swellendam ingekoomen | 110:06:- | 4273:01 |
daar van gaat aff | ||
weegens diverse benodigtheeden van kerk en predicants woning mitsg:s andere kerkelijke gebouwen te voorsien | 897:12 | |
blijvende dus onder dato deeses p:r restand | 3375:05 | |
daar en teegen is deese Kerk debet aan de diaconij van Cabo volgens div: Sch: K: | ƒ29300:- | |
waar van detraheere de bovengem nu p:r restand blijvende contanten | d:o 3375:05 | |
Sodat de kerk nog ten agteren blijft | ƒ25924:11 | |
Ofte aan hollands courant | ƒ20739:15 |
Reekening nopens de staat der armen Cassa in't Land van Waveren onder Ult:o December 1784: | ||
1783 31 Dec: was't restand der in cassa gebleeven Contanten | ƒ2964:04:- | |
In dit Jaar bijgekomen | ||
onder 't doen van den godsdienst gecollecteerd | 973:07:- | |
over betaalde kerke geregtigheeden | 144:-:- | |
weegens huurbanken ingekomen | 81:-:- | |
van Swellendam ingekoomen | 110:06:- | 4273:01 |
daar van gaat aff | ||
weegens diverse benodigtheeden van kerk en predicants woning mitsg:s andere kerkelijke gebouwen te voorsien | 897:12 | |
blijvende dus onder dato deeses p:r restand | 3375:05 | |
daar en teegen is deese Kerk debet aan de diaconij van Cabo volgens div: Sch: K: | ƒ29300:- | |
waar van detraheere de bovengem nu p:r restand blijvende contanten | d:o 3375:05 | |
Sodat de kerk nog ten agteren blijft | ƒ25924:11 | |
Ofte aan hollands courant | ƒ20739:15 |
’/:onderstond:/’
‘aldus gedaan en nagesien ter Kerken vergadering in’t Land van waveren den 3 Jan: 1785 /:was get:/ Q: J: J: A: Kuijs V:D:M H: G: Möller, J: du Toit Jac Theron S: W: du Toit Charl Terron, J: de Waal.’
‘
Reekening nopens den Staat der armen Cassa in't SwartLand gehouden ultimo dec anno 1784: | ||
1783 ult: Dec:r was't restand der in Cassa gebleeven Contanten | ƒ1229:11:- | |
In dit Jaar bijgekomen aan aalmoesen | 463:12:- | |
Kerke geregtigheeden en vrijwillige giften | 450:12:- | ƒ2144:03 |
daarvan gaat af diversse onkosten tot het repareeren der Kerk predikants, dominis en costers woningen alles volgens overgeleeverde reecq: mitsg:s eenige ander benodigtheeden | 377:04 | |
dus blijft onder dato deeses p:r restand | ƒ1766:15 | |
daaren teegen is deese diaconij aan die van Cabo de goede hoop volgens diversse Scheepenkennissen debet | ƒ27000:-:- | |
waarvan Subtraheere de bovengemelde nu p:r restant bijvende Contanten | 1766:15:- | |
Sodat deese Kerk nog debet blijft | ƒ25233:01 | |
Ofte aan hollands Courant geld | ƒ20186:09 |
Reekening nopens den Staat der armen Cassa in't SwartLand gehouden ultimo dec anno 1784: | ||
1783 ult: Dec:r was't restand der in Cassa gebleeven Contanten | ƒ1229:11:- | |
In dit Jaar bijgekomen aan aalmoesen | 463:12:- | |
Kerke geregtigheeden en vrijwillige giften | 450:12:- | ƒ2144:03 |
daarvan gaat af diversse onkosten tot het repareeren der Kerk predikants, dominis en costers woningen alles volgens overgeleeverde reecq: mitsg:s eenige ander benodigtheeden | 377:04 | |
dus blijft onder dato deeses p:r restand | ƒ1766:15 | |
daaren teegen is deese diaconij aan die van Cabo de goede hoop volgens diversse Scheepenkennissen debet | ƒ27000:-:- | |
waarvan Subtraheere de bovengemelde nu p:r restant bijvende Contanten | 1766:15:- | |
Sodat deese Kerk nog debet blijft | ƒ25233:01 | |
Ofte aan hollands Courant geld | ƒ20186:09 |
’/:onderstond:/’
‘aldus gedaan gereekend en geslooten ter Kerkenvergadering In’t Swartand op datum als boven. /:was geteekend:/ P: v: d: Bijl, weegens siekte absent, M: M: Basson, H: V: D: Westhuijsen, H: N: Cotsee, E: J: Laubscher, Jac: Slabber’
Sullen deselve volgens gewoonte in Copia naar ‘t vaderland werden over gesonden
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:
[Signed:] J: V: Plettenberg
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] J: J: Serrurier
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 142-165.¶
Dingsdag den {17850208} 8 febr 1785:
‘S voormiddags Present de wel Edele Gestr: Heeren afgaande en aankoomende Gouverneur M:r Joachim van Plettenberg en Cornelis Jacob van de Graaff beneevens alle de Leeden.
Thans ingekoomen zijnde het van den E Equipagiemeester Justinus van Gennep en de neevens hem gecommitteerde Schippers Gerrit de Bruijn, en Cornelis Andriesz gevorderd berigt, op hoedanigen tijdsverschil het in ‘t presente Saisoen in de rheijse van het Schip ‘T Lam ‘t Zij met direct van hier naar Batavia dan wel over Ceijlon derwaards te Steevenen, Zoude uijtkoomen, met het geene verders met relatie tot deeze Zaak van dezelve is gerequireerd, en welk berigt aldus was luijdende
Aan den wel Edelen gestr: Heer M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra ordinair van Neederlands India mitsg:s Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘Ingevolge en ter voldoening aan ‘t g’ Eerd:e besluijt bij Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: op den 25 der verweekene maand Januarij genoomen, waarbij aan den ondergeteek: Equipagie meester is g’injungeerd, omme neevens den Schipper van’t aanweezend retour Schip Roosenburg , Gerrit Bruijn, en die van het hier permanent Freguat Jagt Rust , Cornelis Andriesz, mitsg:s ten overstaan van den Capitain van’t Uijtkoomend Schip ‘T Lam , Bartholomeus Veau, te dienen van berigt op hoedanige tijds verschil het in ‘t presente Saijsoen in de rheijze van ‘t Zelve Schip ‘T Lam ‘t Zij met direct van hier naar Batavia dan wel over Ceijlon derwaards te Steevenen, Zoude Uijtkoomen, en teffens op te geeven, op Welk van ‘S Comp:s Etablissementen ten gem: Eijlande de Recruten dewelke zig op ‘t voorm Schip ‘T Lam koomen te bevinden, en die behooren tot het Regiment van Luxemburg , in het evengem: geval als dan Zouden dienen te werden ontscheept Hebben d’ ondergeteek: d’ Eere Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: dien aangaande te berigten.’
‘Dat het opgem:e Schip ‘T Lam in deeze maand Februarij of Maart aanstaande van hier vertreckende naar het Eijland Ceijlon om van daar na Batavia te Steevenen Zulx bij eene ordinaire reijze, buijten alle andere toevallen en hindernissen langs de gewoone route tot d’ Eijlanden S:t Paulus en Amsterdam Zoude Uijtmaken een different van drie maanden langer als de reijze direct van hier naar Batavia’
‘Dat Wanneer egter dien Bodem tot Ult:o April hier wierde aangehouden, na welken tijd den Zelven de route door de Straat van Mosambicque Zoude kunnen neemen, en Zodanigen geval het verschil bij een ordinaire reijze maar Zoude Weezen Twee maanden langer nadien die route veel korter is dan de ordinaire’
‘Dat evenwel in beijde gevallen ‘t Zij het voorm Schip ‘T Lam , in Febr:, Maart, ofte Ult:o April, van hier koome te vertrecken het altoos Zeeker blijft dat dien Bodem Tutucorijn of Trinconomale Zal moeten aandoen om de inhebbende Troupes op een dier plaatzen t’ ontscheepen, dewelk volgens d’ordre de Colombose Rheede voor Ult:o Aug:s niet mag werden aangedaan’
‘Dat wel is waar, de Baaij van Puntogale in alle Jaargetijden tot een Veijlige legplaats voor de Scheepen kan dienen, dog het in de West mouson Zeer onZeeker is, om die Baaij te kunnen beZeijlen, Vermits de Scheepen in dat Mouson dagelijx gevaar loopen om door de Sterke Stroomen om de Noord loopende, bezuijden deZelve te geraken, en eens beZuijden deZelve geraakt Sijnde geduurende dat Mouson voor een Comp:s Schip geen mogelijkheid is om de meerm Baaij: weederom te boven te koomen, waar door dan in de noodzaake is, de Rheede van Trinconomale op te Zoeken.’
‘D’ ondergeteek: Zijn dus van gevoelen, dat Zoo Wanneer Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: mogten goedvinden het Schip ‘T Lam de reijze naar Ceijlon te laten doen, ‘t Zij in de maanden Februarij of Maart, dan wel na Ult:o April, het in bijde gevallen zeeker blijft dat de Troupes Zullen dienen te werden ontScheept ‘t Zij op Tutucorijn of Trinconomale , welke laatste plaats willende aandoen, de Scheeps overheeden altoos eerst en bevoorens Zouden kunnen tragten of ‘er kans en middel waare de Baaij van Punto Gale zonder gevaar te kunnen bereijken; dog in welken gevalle die overheeden wel Expresselijken Strict Zouden dienen te werden gerecommandeerd, Zorge te dragen om niet te veel benoorden Punto Gale te na onder de wal op ‘t Eijland Ceilon te houden; en daar door geen gevaar te loopen op dezelve te werden beZet.’
‘D’ ondergeteek:s verhoopende aan de g’ Eerde Intentie van Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: te hebben voldaan laten deezen dienen voor needrig berigt.’
’/:onderstond:/’
‘Cabo de goede Hoop den 3 Febr: 1785 /:was geteekend:/ J: V: Gennep, G: Bruijn, C: Andriesse /:in margine:/ ten mijnen overstaan /:geteekend:/ B: Veau’
Soo is bij overweeging dat buijten en behalven het te groote retardement, het welk aan de reijze van het gementioneerde Schip ‘T Lam zoude werden veroorzaakt, ingevalle dien Bodem over Ceilon naar Batavia wierde g’expedieert de zelve als dan nog aan geen geringe nadeelige toevallen, Zodanig als dezelve bij het voorsz: berigt breedvoerig zijn gedetailleerd, Zoude weezen blootgesteld, heeft men dierhalven raadsaamst g’oordeelt en dienvolgens beslooten om in het verZoek door den Heer Collonel D’Hugonet bij desZelfs missive van den 25 Jann: Jongtstl: gedaan, en tendeerende om neevens de bij Zig hebbende reCruten voor het Legioen de Luxemburg met het meerm: Schip ‘T Lam naar Ceijlon te werden getransporteerd niet te treeden maar ten deeZen opZigte in te Wagten d’ aankomst alhier der dagelijx verwagt werdende en direct naar Ceijlon gedestineerde Uijtkoomende Scheepen, ten eijnde ged:e Heer D’ Hugonet met een dier Bodems Zijne Rheijze naar het ged: Eijland te laten vervorderen, en de meerm: ReCruten op voorsz: derwaards gedestineerde Scheepen indiervoegen te verdeelen als d’omstandigheeden der Zaaken en den meesten dienst der E Comp:ie Zullen koomen te verEijsschen: Zullende dienvolgens het dikwerfgem: Schip ‘T Lam dan ook ten Eersten naar Batavia werden g’expedieerd:
Ende ten aanzien de bij de gemeijnte aan Stellenbosch gestaan hebbende Predikant Philippus Kuijs deeZer dagen is koomen t’ overlijden, is dierhalven beslooten, hiervan bij het Eerst af te gane Schreijvens deezer Regeering aan den Hoog Gebiedende Heeren Meesteren de verschuldigde kennisse te geeven, met bijgevoegd verZoek om p:r Eerste bequaame geleegentheijd weederom een anderen Leeraar ten dienste van dit gouvernement uijt te Zenden: Terwijl voorts ten eijnde de Godsdienst aan Stellenbosch inmiddels niet te doen Stille Staan den Eerw:e Predikant aan Drakensteijn Robbert Nicolaas Ahling Zal werden aangeschreeven, alle maanden eens te Stellenbosch te gaan prediken, en de H: Bondzegulen op de gewoone tijden aldaar uijt te deelen, van Welke Schicking ook aan den Stellenboschen Kerkenraad de nodige kennise p:r missive Zal werden gegeeven.
Vervolgens is geleesen het onderstaande versoek Schrift door den oud Heemraad Hendrik Cloete, en den Burger Nicolaas Colijn als bezitters der beijde plaatzen aan Constantia , gepresenteerd:
Aan de wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra ordinair van Neederlands India mitsg:s afgaande gouverneur en den Wel Edele Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff aankoomende Gouverneur, beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.
‘Wel Edele Gestr: Heeren en Edele Achtb: Heeren!’
‘Geeft met verschuldigden Eerbied te kennen Uwer Wel Edele Gestr: en E Agtb: needrige Dienaaren, den oud Heemraad aan Stellenbosch en Drakensteijn Hendrik Cloete, en den Burger Johan Nicolaas Colijn, als bezitters der beijde plaatZen gen:d Constantia , en de Hoop op Constantia , dat Zij al eenige Jaaren na den anderen uijt de prijs Couranten der verkoopingen bij d’ E Comp:ie gehouden niet Zonder haare grootste verwondering hadden opgemerk de So Seer van den anderen verschillende prijsen, waarvoor haare Wijnen van hier na derwaards ter verkoop voor d’ E Comp:ie Wordende Verzonden, Successive Zijn verkogt geworden, Zonder direct te hebben kunnen penetreeren, waar aan dat groot verschil te kunnen attribueeren daarbij Zig Zelfs verZeekerd Zijn, gelijk Zij Uw Ed: Gestr: en E Agtb: ook op’t plegtigst kunnen blijven verZeekeren; dat Zij altoos haare beste wijnen en Zoo veel maar immer mogelijk is van eene Selve voor d’ E Comp: koomen uijt te Soeken, en te versenden dan in ervaringe gekoomen Zijnde, dat die Wijnen in’t Vaderland aangebragt, in ‘S E Comp:s wijnkelder opgelegd Zijnde de Vaten opgeslagen, de wan bevonden werdende opgevuld, en op den Verkoopdag Weeder worden opgeslagen om de koopers daarvan te laten proeven, meenen de Suppl:ten eene gegronde oorZake te hebben gevonden, waardoor het heeft kunnen gebeuren dat het eene Vat Zoo veel in deugdzaamheid en geur Van ‘t ander komt te verschillen, dewijl de ondervinding, Zoo hier als elders leerd, dat de meeste Zoortgelijke Wijnen, voor al voor de lugt moeten worden gepreserveerd, dewijl anders, Zoo al niet bederven egter veel van haare geur, en musque koomen te Verliesen: de Suppl:ten neemen dus Zoo om de renommé van die Zoo over al gewilde Wijnen zo Veel mogelijk te bewaaren als vooral om het Interest der E Comp:ie en Van hun Zelven die anders niet Wijnig koomen te leijden, nedrigst de Vrijheijd te mogen neemen, om Zig tot Uwel Ed: Gestr: en E Agtb: te wenden, met Eerbiedigst Verzoek, dat het van hoogste deZelver welbehagen Zijn mooge dit een en ander onder ‘t oog van haar Hooge Agtb: de Heeren meesteren te brengen, en te Verzoeken, dat Voortaan alle de Constantia Wijnen bij de resp:ve kameren aangebragt Wordende, Zonder geopend of opgevuld te Worden, mogen bijven leggen, tot op den dag der Verkooping, en Zodanig na gedane proeving te koop geveijld Worden, En om Zoo Veel mogelijk Voor te koomen, dat niet Somtijds geduurende de rheijze, daar eenige kwaade Insecten of andere toevallen eenige Leccagie van’t Vaatwerk Werde toegebragt, VerZoeken de Zelve Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: nog op het inStantigt, dat voortaan, alle de amen met Constantia Wijn na ‘t Vaderland wordende versonden mogen Worden gepakt in daartoe vervaardigde en wel toegespijkerde kasten, om daarin te verblijven tot op den verkoopdag: De Requestranten Capteeren teffens deeZe geleegentheijd om Uwel Ed: Gestr: en E Agtb needrigst te kennen te geeven, hoe deZelven niet teegenstaande de gunstige dispositie der Heeren Majores van den Jaare 1764 Waar bij aan deZelve is toegeZegd geworden 10 pC:t van den Verkoop hunner Wijnen die booven een Capitaal advance hadden opgeworpen egter nu al een geruijmen tijd daarvan Zijn Verstooken gebleeven, Zijnde van alle de Wijnen t’ Zeedert den Jaare 1780 van hier Versonden geene rendementen herwaards overgeZonden, dan alleen Van die p:r de Scheepen Holland en Alkemade aan de kamer Amsterdam en p:r Hinlopen aan de Camer Rotterdam Zijn geconsigneerd geworden, waaromme deZelve de Vrijheijd neemen, om Uwel Edele Gestr: en E Agtb: op het Eerbiedigst te verzoeken hoogst derZelver gratieus voorschrijven aan Welopgemelde haare Wel Edele Hoog Agtb: ten fine de Suppl:ten van alle de resp:ve Cameren moge geworden, de Winst reekeningen der bij deZelven verkogte Constantia Wijnen, en Zij dus jouisseeren Van de hoog gunstige Schicking ten hunner faveure gemaakt:’
‘Hierop Uwel Ed: Gestr: en E Agtb gunstig appui en toestemming op het Eerbiedigst Supplieerende hebben wij d’ Eere met verschuldigt respect te blijven.’
’/:onderstond:/’
‘Wel Edele Gestr: Heeren en Edele Agtb: Heeren, Uwel Ed: Gestr: en E Agtb: Zeer onderd: en gehoorZ: Dienaren /: H: Cloete, /:daar onder:/ Conformeer mij met Voorsz: request, voor Zo verre ‘t eerste en laatste lid:/ geteekend:/’
‘J: N: Colijn, /:in margine:/ In rade overgegeeven den 8 febr: 1785’
Waarop is Verstaan der Suppl:ten verZoek indiervoegen als bij het ged:e Schriftuur Werd VerZogt Zoo aan de Hoog Gebiedene Heeren Meesteren als d’ Edele Heeren Bewindhebberen der resp:ve particuliere Cameren, dewelke gewoon Zijn Constantia Wijnen te petitioneeren voor te draagen.
Door Maria Elizabeth de Waal weed:we Wijlen den oud ondercoopman en geweeZen Landdrost aan Swellendam , Joachim Fredrik Mentz, heede gepresenteerd geworden Zijnde het onderstaand Request.
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer M:r Joachim Van Plettenberg Raad Extra ordinair van Neederlands India, mitsg:s Gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘Vertoond in allen Eerbied Uwer Wel Edele Gestr: en E Agtb: needrige Dienaresse Maria de Waal Weed:we Wijlen den oud ondercoopman en geweezen Land-drost aan Swellendam Joachim Fredrik Mentz hoe zij Suppl:te in den Jaare 1781 in ‘S Comp:s Cassa alhier geteld hebbende een Somma van ƒ827: 9 hollands, om door haar gemagtigden in Neederland den Coopman Pieter Lude weederom ontfangen te Werden, Zij Suppl:te ten dien eijnde de daarvan alhier verkreegene Eerste en Tweede assignatien in dat Zelfde Jaar met de voor de Camer Amsterdam gerepatrieerde Scheepen de Behemoth en Concordia naar derwaards overgeZonden heeft.’
‘Dan Nademaal ‘S Comp:s Retour Scheepen in’t gem: Jaar 1781 van hier vertrocken mits den ontstanen oorlog tusschen de kroon van Engeland en onZe Republicq, in de Haven van Cadix hebben moeten binnen loopen en aldaar een geruijmen tijd verbleijven, geduurende welke, veele particuliere papieren waar onder meede de voorsz: assignatiën met dies gelij brieven door de Suppl:te van hier geZonden, Zijn absent geraakt en die penningen hier door tot dato deeZes niet hebben kunnen werden ontfangen Zoo neemd de Suppl:te de vrijheijd haar te keeren tot Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: met ootmoedig verZoek dat deZelve van die goedheijd gelieven te Zijn, aan haar te verleenen de nodige munimenten in duplo als Copia der voorsZ: Assignatiën en Extract uijt het Cassa boek van ‘t opgem:e Jaar 1781, waar door Zij dus in Staat kan Zijn gesteld, te kunnen aantoonen dat de voorsz: Somma van ƒ827:9 door haar ten tijde als geZegd is, alhier in der daad in ‘S Comp: Cassa Zijn geteld geworden.’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ Maria de Waal, Weed:we Mentz’
Soo is na lectuure van hetZelve goedgevonden en verstaan, aan de Suppl:te niet alleen te doen afgeeven de verZogte Copias der Assignatie, en Extract uijt het Cassa boek van den Jaare 1781 in duplo, ten blijke dat de in het voorsZ: request opgegeevene Somme van ƒ827:9 hollands door haar diestijds in ‘S Comp:s Cassa is voldaan, maar ook aan haar te doen ter hand Stellen Extract deeZer Resolutie omme Zig van’t een en ander te kunnen bedienen, daar het nodig Zijn Zal, terwijl daar en booven de voldoening van het opgem:e bedragen bij af te gane Schreijvens eerbiediglijk aan onZe Heeren en Meesteren Zal Werden verZogt en voorgedragen.
Gelijk meede op ‘t by request gedaan versoek door zeekeren vrij Inlander Rombiam van Java die in den Jaare 1751 met de na herwaards gerelegeerden Javase prins Radeen Mascaretta hier gekoomen is, aan denZelven is gepermitteerd, om neevens Zijn Wijf de Vrijswartinne Candase van Java en Twee kinderen, met het Schip VoorSchooten naar Batavia te mogen vertrecken.
Terwijl door den Landbouwer Petrus Stephanus du Toit meede Zijnde gepresenteerd een Request Waarbij VerZoekt, om in Eijgendom te mogen hebben Zeeker Stukje Lands geleegen onder ‘t District van Drakensteijn , in ‘t Dal Josaphats , alvoorens daarop te disponeeren is Verstaan, het voorsZ: VerZoek Schrift te Stellen in handen van Landdrost en Heemraaden van Stellenbosch en Drakenstein , ten eijnde te dienen van berigt of d’ uijtgave van het voorsZ: Stuk Lands Zal kunnen geschieden Zonder dat ijmand der daaromstreeks woonende gebuuren daar door werde gepræjudicieerd.
Laatstelijk door Wel opgemelde Edelen Heere afgaanden Gouverneur van Plettenberg overgelegd Zijnde, de gewoone Lijst der perzoonen dewelke Successivelijk verzoek hadden gedaan, om haare te goed behoudene maandgelden door middel van ProCuratien in’t Vaderland te mogen laten ontfangen, Zoo is goedgedagt om na dat de voorsz: proCuratien met d’ annexe Zoldij reekening volgens den gebruijke door den Heer Independent FisCaal Zullen weeZen ondersogt aan de Suppl:ten te accordeeren, dezelve invoegen en ten fine als voorsZ: aan haare gemagtigdens te mogen overzenden.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] J: V: Plettenberg
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] J: J: Serrurier
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 166-173.¶
Maandag den {17850214} 14 febr: 1785:
‘S voormiddags Present de Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinair van Neederlands India, Admiraal, en Chef der retour Vloot deeZes Jaars, mitsg:s afgaande en den Wel Edelen Gestr: Heere Cornelis Jacob van de Graaff aankoomende Gouverneur en Directeur deeZer plaatZe beneevens alle de Leeden.
Gaf welgem: Edelen Heere M:r Joachim van Plettenberg te kennen dat nadien op desZelfs diesweegens gedaan verZoek Zijn ontslag Uijt den dienst der E Comp:ie van de Hoog gebiedende Heeren Meesteren had bekoomen, zijn Edele dierhalven deeze Extra ordinaire Vergadering had belegd, om ingevolge het g’Eerd aanschrijvens van Hoog gedagte Heeren Majores, behoorlijk Transport van het gouvernement met alles wat daartoe was behoorende, aan zijn Edelens vervanger, den heer bovengem: Heer gouverneur Van de Graaff te doen, en ten dien eijnde onder Ult:o der even afgeweekene maand Januarij alle de Contanten en verdere Effecten der E Comp:ie bij dit gouvernement berustende door Expresse gecommitteerdens exact had doen opneemen Welkers hierop ingediende Rapporten neevens den generalen Inventaris thans door Zijn Edele overgelegd en met den aankoomenden Heere gouverneur teegens elkanderen geconfronteerd, en vervolgens door den Heere van Plettenberg worden overgaaf, mitsg:s bij den Heer van de Graaff en den Heer Secunde Pieter Hacker voor den ontfangst geteekend, en aan laatstgem: Zijn Edele ter hand gesteld Zijnde, wierden te gelijk de Sleutels deeZer Fortresse en die der Pulver maguaZijnen door den afgaanden aan den nieuw aangekoomen Heere gouverneur overreijkt onder deeZe aanspraak
Dat daar hij Heere Van Plettenberg nu het genoegen had, deeZe Teekenen der aan hem toebetrouwd geweest Zijnde post in dusdanige goede handen als die van Welgem: Zijner Successeur te mogen Stellen, hij Zulx dierhalven quam te doen, met Serieuse en hartelijke toewensching van Godes dierbaarste Zeegeningen over Zijn Edelens Regeering ten eijnde deZelve alleZints moge gedijen tot welZijn der maatschappij en deeZe Colonie, en dat inZonderheijd dit voor haare Etablissementen in’t Generaal en Scheepvaart in’t bijZonder zoo Important Gouvernement voor haar moge blijven geconserveert.
Waarop den Heer aankoomend gouverneur na den Heere van Plettenberg met desZelfs g’obtineerd ontslag te hebben gefeliciteerd met opregte toewensching dat door een geluckig arrivement in ‘t lieve Vaderland desZelfs overige leeftijd aldaar in de volmaakste vergenoeging te mogen deurbrengen, verder quam te betuijgen.
Dat hoe Zeer Zijne Zorge Zig altoos daarheen Zoude Uijtstrecken, om door eene Zoo getrouwe als onvermoeijde ijver te beantwoorden, aan de fiducie, dewelke den Hoog gebiedende Heeren Meesteren, met hem dit gewigtig gouvernement te defereeren, op Zijn PerZoon hebben gelieven te Stellen, hij egter niet konde ontveijnsen Zijne bekommering van daarin Veel te Zullen te kort Schieten, bij aldien daarin niet kragtdadig wierde ondersteund, door de genadige bijstand des allerhoogsten, en de geneegene adsistentie van de Heeren Leeden deeZes Raads, waarop Zig ten vollen was verlaatende, ten eijnde dus in eene volmaakte, mitsg:s bestendige Eendragt de belangen der Maatschappij en deeZer Colonie altoos te behartigen.
Waarna meerm: Heere afgaanden gouvern:r van Plettenberg Zig tot de Heeren Leeden des Raads keerende, deZelve op de geneegentste wijze quam te bedanken, voor alle hulpe en bijstand, geduurende desZelfs Regeering van haar genooten, onder toewensching van ‘S Heemels Zeegen over alle hare besluijten die Zij nu met Zijn Edelens Successeur tot ‘S E Comp:s en deeZer Colonies welZijn Stonden te neemen.
Welke Heeren Raadsleeden hierop den Edelen Heere Van Plettenberg op ‘t Sinceerst bedankt hebbende voor alle Eere, beleeftheeden, en vriendschappen, geduurende desZelfs Regeeringe Van Zijn Edele genoten; den Heere gouverneur Van de Graaff verders op d’ Eerbiedigste wijZe verZeekerden Van hun onwrikbaar voorneemen, om Zijn Edele in dit nu aangevangen bestier Zonder interruptie en vooral in deeZe Zorgelijke toestand Van tijden en Zaaken Zoo Van buijten als binnen ‘S Lands alle hulpe en bijstand te Zullen toebrengen, die immer Van Eer- en Eed lievende Raadsleeden Zoude kunnen Werden verWagt en Zig als Zodanig in Zijn Edelens geneegentheijd, en Vriendschap op ‘t beste Waaren aanbeveelende.
Na verrigting van alle welke pligtpleegingen door meer Welm: Edelen Heer van Plettenberg gedeclareerd Zijnde dat het gouvernement nu aan den Heer desselfs Successeur hebbende geresigneerd in desZelfs Caracter als Raad Extra ordinair Van India, en Admiraal en Cheff der Retour Vloot deesZes Jaars, behoudens de præseance in deeZen Raade de Besoigne daarin tot desZelfs Vertrek zoude blijven bijwoonen, betuijgde Zijn Edele Verders, dat ter voldoening der g’ordonneerde Cautie, die ingevolge het geresolveerde in Raade Van India Sub 10 Julij 1750 gehouden Was, alhier te Stellen bij Zodanige Somma van Zeeven
Duijzend Rijxd:s dewelke ten behoeve van Zijn Edele bereijds bij d’ E Comp:ie was uijtstaande nog het montant van Drie Duijzend Rijxd:s in ‘S Comp:s Cassa te Zullen tellen, ‘t geen dan te Zamen de voor de resp:ve Heeren gouverneurs g’ ordonneerde borgtogt van Rd:s 10000 Zoude bedragen
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten daage en Jaare Voorsz:
[Signed:] J: V: Plettenberg
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] A: V: Schoor
C. 168, pp. 174-237.¶
Dingsdag den {17850222} 22 Febr: 1785
‘S voormiddags present, den Wel Edelen Gestr: Heere gouverneur Cornelis Jacob van de Graaf en alle de Leeden den Edelen Heere Raad Extra Ordinair van India, en admiraal der retourvloot M:r Joachim van Plettenberg niet tegenwoordig.
Wierd aanvankelijk geleezen het onderstaande Request door den Schipper van het hoeker Schip Catwijk aan Rhijn Clement Bijndorp gepresenteerd
Aan den Wel Edelen gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaf Gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘Met verschuldigde Eerbied geeft te kennen Uwer Wel Edele Gestr: en E Agtb: onderdanige Dienaar den Schipper van het ter Rheede leggend Hoekerschip Catwijk aan Rhijn Clement Bijndorp: dat hij Suppl:t nu t’ Zeedert een geruijme tijd herwaards aan een Continueel gebrek aan beide zijne oogen gelaboreerd hebbende dit ongemak doorgaans in Zee considerabel komt te verergeren, tot zo verre dat veelmaals weinig gebruijk van ‘t gezigt is hebbende:’
‘Weshalven hij Supp:lt het Commando op voorsz: hem toe vertrouwden Bodem niet langer met gerustheijd durvende op zig neemen overzulx de Vrijheijd gebruijkt Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: zeer Eerbiedig te verzoeken hem Supp:lt ter Zaake voorsz: van zijnen dienst t’ ontslaan, en onder afgesz: gagie met een der Retourscheepen deezes Jaars te laten repatrieeren’
’/:onderstond:/’
‘’T welk Doende &:a /:was geteekend:/ C: Bijndorp’
Waarop geConsidereerd des Supp:lts toestand geenzints komt toe te laten dat het Commando over voorsz: Bodem met gerustheijd langer aan hem kan werden toe vertrouwd heeft men dierhalven moeten besluijten het door hem verzogte ontslag t’ accordeeren met permissie om onder afgez: gagie met een der Retourscheepen deezes Jaars naar ‘t Vaderland te vertrecken.
Waarna door welgem: Heere gouverneur wierd overgelegd zeekere Memorie door den Titulair Vaandrig der Burgerije Jeremias Auret aan zijn Edele overhandigd en luijdende als volgd.
‘Memorie Eerbiedig overgegeeven aan den Wel Edelen gestrengen Heere Cornelis Jacob van de Graaf, Raad Extra ordinair van Nederlands India, mitsgaders Gouverneur en Directeur van Cabo de goede Hoop ende den Ressorte van dien &:a &:a &:a’
‘Wel Edele Gestr: Heer!’
‘Geeft met verschuldigde Eerbied en reverentie te kennen, uwer Wel Edele Gestr: zeer nederige Dienaar den Ondergeteekende Jeremias Auret Burger Vaandrig Titulair: hoe dat hij woonagtig zij bij de Simons Baaij geleegen in de Baaij Falso ; en vermits ondergeteekendens behuijsinge aldaar op een zeer gevaarlijke plaatse bij of onder een afhellende Berg is uijtgegraaven en werwaards naar het Zeestrand de grond is aangewerkt en opgebouwd; mitsgaders te kleijn en ongerieflijk voor ‘t geen, tot deszelfs broodwinninge verEijscht werd, de Huijselijke Familie dagelijks vergroot en om reedenen gem: behuijzing onder een verdieping en ook onder een Stroo dak boven de Vliering is opgebouwd, Zoo is hij ondergeteekende Voorsz: te raade geworden zig in de maand Julij des gepasseerden Jaars 1784 bij den geweesene Wel Edelen gestr: Heer Gouverneur alhier M:r Joachim van Plettenberg te vervoeren, ten fine met derzelver goedkeuringe bij des ondergeteekendene Huijs Erf in gem: Baaij Falso voorsz: te verzoeken nog twee Stukken Erfgronds ter wederzijde annex derzelver behuijzing voorm:, zo als zulx ook gratieuselijk door den geweesene welgemelde Heer Gouverneur is geaccordeerd, met intentie de ondergeteekende van het zelve niet ondienstig te laten leggen, maar tot gemeen gebruijk van hem het zelver te bebouwen, of zoo als hij ondergeteekende te rade werde mogte, gelijk als met alle Erven anderzints geschied; vervolgens gem Erf door den Landmeeter hem is toegemeeten geworden, waar op den ondergeteekende het benoodigde Houtwerk en andere dingen meer tot een nieuwe behuijsing, Pakhuijs, Stal en wesmeer heeft ingekogt, als hij best ten nutte van hem en ten algemeene gerieve van den gaande en Koomende man, mitsgaders aan en afgaande Scheepelingen, hadde nodig geoordeeld.’
‘Dat na eenigen tijd geleeden zoo den ondergeteekende best voorstaat, op den 21:e 7bre: daar aan volgende het verzoek omtrend voorsz: Ervens door den Wel Edelen gestr: Heer gouverneur en E: Agtb: politicque Raad was geapprobeerd, dus ingevolge derzelver Schuldige pligt bij Wel gem: Edelen Heer gouverneur en gezamentlijke politicque Raade zig heeft vervroegd, ten fine voor gratieuselijk Verleende Erven te bedanken, egter tot derzelver Leedweezen ontwaarde van Welgem: Edelen Heer gouverneur, die hem te kennen gaf in deeze Substantie, ik hoop dat Je het ten goeden meugd gebruijken, maar gij weet wel dat Je daar geen woonhuijs meugd zetten, waarop den ondergeteekende zijn Wel Edele Gestr: repliceerde, dat het niet en wiste en dat reeds daar toe ingerigt was en ingekogt had, zijn Wel Edele Gestr: den ondergeteekende wederom tot antwoord gaf, ik het een besluijt bij mij genoomen, dat zoo lange ik nog bij de Regeeringe blijve, geen huijsen meer inde baaij falso toelaaten zal te zetten, maar het staat uw vrij als de verwagt werdende gouverneur komt, daar om te verzoeken, voor ‘t ovirige kund gij daar Timmeren , Pakhuijzen etc: wat tot Uw gerief dienelijk is, als gij maar zorg dat de wagen weg die tusschen de Berg ende nog aan te leggene gebouwen en Zee Strand, niet verkleijnderd maar vergroot Werd, zoo als den Ondergeteek:de reeds voor een gedeelte gedaan heeft, en bij aldien eene Ordre mogte obtineeren, om het Vergrooteren der Weg, tusschen de gebouwen en Zee Strand, zeer faciel de breete der weg tot 40 a 50 voeten zoude kunnen brengen, daar het voortijds Circa niet meer tusschen berg en Zee Strand, als 10 a 12 Voeten is geweest.’
‘Intusschen zo wierd den ondergeteek:de vervolgens in de maand Januarij deezes Jaars door den OnderCoopman en Posthouder der gem: Baaij Falso de Heer Christoffel Brand een Extract Resolutie Vertoond, welker inhoud woordelijk wasdat gem: Erven zoude dienen tot Erven of opene plaatsen, om daar in zijn waagens en anderen omslag te bergen, invoegen op de roijing, of in een gelijke Linie, met de Voorfront van’t Huys geen gebouwen om tot wooningen te dienen zullen mogen opgezet werden, en wijders met volkomen magt en authoriteit etc: hebbende nu dus met gem: Heer Brand Caabwaards Vervoegd, en zijn Wel E: gestr: voorsz: weegens gem Extract Resolutie onderhouden, van zijn Wel Edele gestr: tot antwoord bequam,gij kunt voortvaaren met Pakhuijzen etc: en wat tot Uw gerief meerder nodig is, zoo als ik UE: altoos gezegd heb, mits geen woonhuijs, waarop den ondergeteek:de zijn Wel Ed: gestr: repliceerde, ik verzoek dan dat het in de Caart of Erf grondbrief der Erven ingevoegd werd dat ik Pakhuijzen etc: timmeren mog, zijn Wel Ed: gestr: andermaal tot antwoord geevende; het is niet nodig ik heb het aan de heer Brand gezegd, zoo als de Heer Brand voorsz: mij ook te kennen heeft gegeeven, dat hij zijn Wel Ed: gestr: gesprooken en verstaan had, dat ik Pakhuijzen, Stal &:a maar Setten konde en dat hij nu buijten verantwoording was.’
‘Zoo is het dat den Ondergeteekende nu de Vrijheijd neemd, tot Uw Wel Ed: gestr: zig te wenden, met aller ootmoedigst verzoek dat het van Uw Wel Ed: gestr: goedgunstig welbehaagen zijn moge, aan de ontdergeteek:en gratieuselijk te verleenen, reeds gem: Erven te betimmeren, als men allesints van Ouds gewoon is op erven te doen, teffens den Onderget: te ontheffen van Sodanig Servituut als op gem: Erven is belegd, terwijl den Ondergeteek: onbekend zij hiertoe eenige de minste reedenen te hebben gegeeven, vermits dat het onderzoek en navraag lijden kan, niet alleen bij zijn Wel Edele Gestr: maar ook bij de gesamentlijke Regeering respectief alhier, hoe dat den ondergeteek: zig gedragen, nog gedraagd en zig de moeijte gegeeven heeft omtrent het bedienen en behandelen der Scheepelingen in voorsz: Baaij Falso zoo vreemde als eijgene Natien, laatende dies met Voorm: Verzoek aan het Hoogwijs Oordeel en refexie Uwer Wel Edele over hoedat uw wel Edel Gestr: het zal goedvinden te beschikken dat den Onderget: niet tot nadeel ofte tot Schade door deeze gedane Contrapas van den Onderget: zal werden Veroorzaakt, zoo met den Inkoopen en laaten Vervaardigen der benoodigde Bouw Materiaalen tot reeds gem: Woonhuijs, pakhuijs, Stalling, etc: het welk voor ‘t meest en alleenlijk door den Onderget: zal aangelegd werden, ten gerieve der Scheeps Overheeden en SuperCargas, dewelke zonder zig te flatteeren / bij den ondergeteek: voor ‘t meest reeds gewoon Zijn en altoos hun Verblijf hebben, mitsg:s het geen dat tot hun Scheeps behoeftens nodig hebben gehad, door den ondergeteek: is geleeverd geworden en bij aankomst der Scheepen nog gedaan werd.’
‘Dierhalven den Ondergeteek: als nogmalen zig onderwerpende aan het Hoog wijs Oordeel en Veel Vermogen Uwer Wel Ed: gestr: vertrouwende /:Vermits de Winter op handen Staat ende betrimmeringe reeds ten deele is geschied :/ dat den Ondergeteek: het goedgunstig besluijt zal mogen erlangen, voort te vaaren, ter betimmering van het Woonhuijs & etc: voorsz: of zo als Uw Ed: gestr: best zullen goedvinden te behooren.’
’/:onderstond:/’
‘’T Welk doende &:a /:was geteekend:/ J: Auret: Junior /:in margine:/ Cabo de goede Hoop den 21 febr: 1785.’
Naar Lectuure welker Memorie best is g’oordeeld, om alvoorens hier op finaal te disponeeren door den Posthouder Brand en Landmeeter Lijste exact te laaten opneemen mitsg:s door de Laatstgem: een demonstrative figuur te doen formeeren welke gebouwen door ged:en Auret op de aan hem geconcedeerde erven zijn opgezet ten eijnde dus behoorlijk te kunnen weeten, of en in hoe verre door hem teegens de gemaakte bepaaling en d’ intentie waar op voorsz: Erven aan hem zijn uijtgegeeven, is gehandeld, en als dan daarop zodanige nader besluijt te neemen als men zal vinden te behooren.
Vervolgens is geleezen het onderstaande Request door den generaalen Pagter der Caabse Coele wijnen Jacobus Johannes van den Berg gepresenteerd.
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer C: J: van de Graaf Raad Extra Ordinair van Nederl: India mitsg:s gouverneur en directeur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a
‘Wel Edele Gestr: Heer!’
‘Met diepschuldige Respect geeft te kennen den Burger en aanneemer der Generaalen Pagt der Caabse Coele wijnen Jacobus Johannes van den Berg dat van’t oogenblik af hij Supp:lt de Pagt aangenoomen hebbende tot zijn Leedweezen bevind zeer benadeeld te zijn, door ‘t Regiment van Meuron also dezelve in hunne Caserne een publicque Herberg hebben, al Wijn Brandewijn en Pons vercogt werd, welke wijn den Heer Overste van Meuron bij de wijngaardeniers buijten had opgekogt een getal van 24 Leggers wijn bij den Wijngaardenier Herold, die met Leggers en de Caserne wierd binnen gereeden en voor twee Schelling p:r bottel wierd verkogt door drie daar toegestelde Fourieren van ‘t Regiment Meuron den Supp:lt hier over zig beswaard vindende zig beklaagde bij den E: Agtb: Heer Independent Fiscaal M:r Jan Jacob Serrurier met gevolg dat Zijn Ed: mij renvoijeerde na de Ed: Heer Gouverneur zijnde van dien uijtslag, dat den Supp:lt op den 10 Sept: 1784 verpligt wierd om een Contract te maaken met den Heer Overste van Meuron blijkens hier nevensgaande Sub L:a A: met toevoeginge van veele drijgementen. Den Supp:lt ontdek van tijd tot tijd verscheide publicque herbergen in de Caab, waar van de hospes Fourieren of Sergeanten waaren van gem: Regiment die Eijndelijk na den Supp:lt veel nadeel toegebragt te hebben hem deeze nevensgaande Schriftuuren vertoonde Sub L:a B. C. D en E. en als toen wijnen van hem Supp:lt quamen te vertappen dog moest gedoogen dat zijn alle Smokkelarijen quamen te bedrijven, met verboden dranken te vertappen, als Bandewijnen Pons en Caabse Moutbier, alles strijdig tegens de Placcaaten en Wetten van deeze Landen en inzonderheijd met den Supp:lten zijn pagt Conditien, het welk een Considerabel nadeel quam te geeven in het Debiteeren zijnen wijnen; den Supp:lt hier over zig allerswaarst beklaagd hebbende en wel inzonderheijd bij den Chef en Major van gen: Regiment met gevolg dat den Supp:lt van gem: Heer Major verzogt werd de wijnen een ducaton p:r ieder Half aam goedkooper te geeven, hij als dan Zoude zorgen zulke Sluijkerijen niet meer zoude geschieden, blijkers geschrift Sub L:a f. het welke den Supp:lt accordeerde, dog tot Leedweezen van den Supp:lt en groote Schadelijding in zijne pagt dagelijx met goede oogen moest aanzien, dat de Smokkelarij van dag tot dag toenam, met drie, vier, en vijf half aamen wijn p:r dag te Smokkelen, welke wijnen zij bij particulieren wijn koopers wiste magtig te worden, zelfs in half aamen die met den Supp:lt zijn brand Eijser gebrand waaren; dat Eijndelijk den Supp:lt op den 28 October 1784: met Leevensgevaar Vijf halfaamen wijn apprendeerde alle van den particulieren Wijnkooper Cornelis van der Poel binnen de Caserne van Meuron gebragt, tot bewijs dat gem: Wijnen gesmokkeld waaren heeft den Supp:lt op denzelfden dag aan de E: Agtb: Heeren Independent Fiscaal overhandigd Een Voldoende Verklaaring geteekend door neegen Soldaaten van ‘t Regiment van Meuron; zelfs Wel Ed: Gestr: Heer gouverneur is het gebeurt dat den Supp:lt de Caserne wilde doorgaan, het gemeen van gem: Regiment met knuppels en Stokken quaamen om den Supp:lt het hoofd te willen inslaan, en mij op de Vlugt dreeven binnen het woonhuijs van den Baas Timmerman der E Comp: Rademan vermits ze op dat ogenblik bezig waaren van te smokkelen de Veel vuldige vrugteloose klagten hier over aan de E: Agtb: Heer Independent fiscaal gedaan, heeft den Supp:lt genoodzaakt op den 11 Jann: 1785 Een Request te presenteeren bij den Ed: Agtb: Raad van politie Sub L:a G op het welke door den Edelen Heer gouverneur is verclaard de nodige ordres te zullen Stellen dat de in’t gem: Request vermelde en ten nadeele van gem: pagter gepractiseerd wordende Smokkelarijen voortaan niet meer sullen komen te geschieden, Den Supp:lt had zig nu gevleijd dat alles beter zoude toegaan, maar vind zig in zijn hoop bedroogen door dien de gemeene Soldaaten van meergem: Regiment dagelijx 2, 4, 6 en 8 halfaamen wijn bij particulieren wijn koopers weeten magtig te worden, dezelve agter de Justitie plaats en elders leedig storten in kelder Flessen Potten & en onder malkanderen dezelve verkoopen voor 2 Schellingen een fles, dat eenige Soldaaten van’t Regiment aan mijn generalen pakhuijs koomen, ende wijn voor 2 Schellingen een kelderfles willen hebben En vermits ik zulx niet kan doen hunne flessen moet Ledig Storten laten en dus laten gaan, andere Soldaten van’t Regiment brengen de Halfaamen wijn inde vrij Swarten of Javaanders hunne huijsen, Tappen dezelve in kelder flessen af en loopen van den morgen tot den avond met hun Twee en drien te gelijk om de flessen met wijn weg te Sleepen, in neusdoeken verbergen, en dat in zoo een meenigte, dat de buuren en andere Fatsoendelijke Lieden mijn Zulks hebben gewaarschouwd. Op zondag avond zijnde den 12: dezer maand, den Supp:lt met behulp van een dienaar van de Justitie een zodanig half aam wijn apprendeerde uijt een huijs van een vrijgegeeven Slaaf, welk halfaam wijn direct na de Tronk gebragt wierd, gemelde Slaaf getuijgd alle Twee daagen een Half aam wijn in zijn huijs leeg getapt te zijn en zulx na de Caserne der Franschen gebragd wierd, Op Zondag den 13 deezer smiddags ten 1/2 drie uuren quaame 14 a 16 Soldaten van ‘t Regiment Meuron in mijn openstaande Generaal Pakhuijs het zelve met geweld visenteerende, of het geapprendeerde halfaam wijn daar binnen was dog ‘t zelve niet vindende wilde met geweld een vol halfaam wijn wegdraagen dog ‘t voorzigtig beleijd mijner knegt haar alle wijs maakende dat het Comp:s goederen waaren en zijn dus heenen gegaan na mijn woonhuijs aan Strand geleegen en hebben veel brutaliteiten aan mijn Supp:lt beweezen, dog op ‘t aan naderen van ‘S Heeren geweldiger zijn ze vertrocken zommige derzelve zijn bij den Wijnkooper maasdorp binnen gegaan en hebben twee half aamen wijn te gelijk laaten wegdragen agter de Justitie plaats en zijn aan het Zuipen gegaan, zoo als ‘S Heeren geweldiger kan getuijgen.’
‘Den Suppp:lt heeft zig op maandag den 14 deezer hier over beklaagd bij den E: Heer gouverneur maar tot zijn leedweezen tot antwoord gekreegen, dat ik mijn pakhuijs dan moeste toe maken heb mij desweegens willen begeeven naar buijten bij den E Agtb: Heer Independent Fiscaal op aanRaading van de Heer Ronnekamp het fiscalaat waarneemende, dog hoorde ondertusschen van S Heeren geweldiger dat den E Agtb: Heer Fiscaal aan de Caab was geweest en geordonneerd had ‘t half aam wijn aan de Meuronders te rug te geeven zonder den Supp:lt eenig gehoor verleend te hebben.’
‘Wel Ed: Gestr: Heer gouverneur de meeste Oorzaaken deezer Smokkelarijen komen voort door dien alle die Fourieren & Sergeanten welke Taphuijsen of herbergen op gehouden hebben, en nog ophouden, als meede die van de Caserne hebben publicquelijk in mijn magazijnen verteld ter presentie van eenige Lieden dat zij voor de previlegie van te mogen tappen en in de Caab te woonen 10 Rijxd:s p:r maand boven hun gagie en die van de Casarne 20 Rijxd: p:r maand moesten op brengen.’
‘Wel Edele gestr: Heer Gouv:r het is niet alleen deeze Schaade die den Supp:lt bij ‘t Regiment van Meuron heeft koomen te leijden, maar den Supp:lt Smeekt Uw wE: gestr: op ‘t allerneedrigste een gunstig oog te leenen op deeze nevensgaande Copia Requeste Sub L:a H. en I. door den Supp:lt gepresenteerd, welke nadeelen den Supp:lt al niet heeft geleeden door den Vrij brouwer en accijs pagter der Caabse Moutbieren Dirk Gijsbertus van Reenen dewelke 5 maanden lang heeft geContinueerd zijn Rol te Speelen Strijdig teegens alle wetten, placcaaten, pagt Conditien &:a waar van den Supp:lt Zulx ver Eijscht wordende / behoorlijk kan bewijsen’
‘De beste tijjd die een generaalen pagter heeft bestaat in die maanden van de goede Mouson dewelke nu reeds voor ‘t grootste gedeelte verloopen is, en vermits de Pagten van Jaar tot Jaar gesteegen zijn, ja nimmer de generaale pagt zo duur is geweest als nu, en dat voor de Somma van ƒ71500:- bovendien de Supp:lt in zijne Maguazijnen aan Wijnen, Vaatwerk, Slaaven en andere noodzakelijkheedens wel’
‘ƒ150000:- nodig heeft, en vermits den Supp:lt een Calculatie had gemaakt op een Regiment van Ruijm 1000: Man, een tak van Voordeel voor den Generaalen Pagter soude zijn geweest even te gelijk den Supp:lt komt te genieten van ons Bataillon in’t Casteel, dewelke door de verdebiteerd werdende wijnen een groot voordeel aan de generaalen pagter toe brengen, Het verlies van de behoorlijke gepagte Vrijheedens, en allerleij disordres onder de pagtloopende, brengt den Supp:lt in gevaar van geruineert te werden, ten minste een Verlies van ƒ20 a 30000 en meer andere gevaarlijke onheijlen waar voor den Supp:lt teegenswoordig bloot Staat, beneevens het verlies van iever en Lust voor affaire.’
‘Om deeze Reedenen vind den Supp:lt Zig genoodzaakt te keeren tot Uw Ed: gestr: en te Smeeken UwEd: gestr: Wijze en Voorsienige Hulpe en bijstand in den Supp:lt zijne aangenoome Wijnpagt gemaintineerd te werde en zijn geleedene Schade te gemoed te koomen.’
’/:onderstond:/’
‘’T welk Doende &:a /:was geteekend:/ Jac: Joh:s van den Berg /:in margine:/ Cabo de goede Hoop den 19 Febr: 1785.’
Waarop gereflecteerd zijnde, dat hoe zeer het ged:e Request is opgevuld met klagten die bereijds tot zijn genoegen zijn afgedaan, en anderen ten eenmaal teegen de Waarheijd aan loopen, deszelfs doleantiën weegens de aanhoudende Smockelarijen die ‘er in de Casernen der Meuronse zoldaaten werden gepleegd, egter koomen te zijn van dien aard, dat daarop bijzonder reguard diend te werden genoomen, en dit kwaad des mogelijk eenmaal met wortel en Tak werde uijtgeroeijd is hierom op de propositie van den Heere gouverneur best geoordeeld en dienvolgens beslooten den Heer Independent Fiscaal M:r Jan Jacob Serrurier en den E: Coopman en keldermeester M:r Jocobus Johannes Le Sueur te verzoeken ente Committeeren, om neevens den Collonel van het ged:e Regiment den Heere Grave de Meuron te beraamen, Zodanige Schikkingen, als waar door aan het bedoelde oogmerk eenmaal zal kunnen werden voldaan en men dus van de geduurige quellingen des gem: generaalen pagter bevrijd blijvende, denzelven teffens bij zijn goed regt kan werden gemaintineerd Welke Commissie haar E: E: op zig hebben genoomen, indiervoegen werkstellig te maaken, en van derzelven verrigting deeze Raade vervolgens te dienen van berigt.
Verders is op het diendweegen meede p:r Request gedaan verzoek van den Stellenboschen Burger en Inwoonder Marthinus Bijleveld, zijnde volgens d’ ordre behoorlijk door een Certificaat van den Landdrost en Heemraaden dat zulx buijten ijmands præjuditie kan geschieden, geappuijeert aan denzelven in Eijgendom uijt gegeeven een Stukje Lands geleegen bij den dorpe aldaar groot in zijnen grond Twee morgen 231 quadraad Roeden en 117 dito voeten, weshalven hier van een behoorlijke Erfgrond brief zal werden g’expedieert.
Gelijk meede is verstaan ‘S Comp:s Slavinne Johanna van Catrijn, ter Consideratie dat dezelve het Sacrement des H: Doops heeft ontfangen, mitsg:s een kloeke manslaaf die blijkens attastatie der beide opperChirurgijns van ‘S Comp:s Hospitaal alhier gezond en van de Vereijschte hoedanigheijd is bevonden in haare plaatse komt te geeven, uijt Slavernije te ontslaan en in Vrijdom te Stellen.
Nog geliefde wel opgem: Heere gouverneur te produceeren de navolgende Schriftelijke voordragte door den Directeur over ‘S comp:s Fortificatien de Heer Philippus Hermanus Gilquin aan zijn Edele gepresenteerd.
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer C: J: van de Graaf gouverneur en directeur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a
‘Wel Edele Gestr: Heer!’
‘De 7 en 8: art: van mijne Instructie, dicteerende dat wanneer d’ Extra ordinaire Ingenieurs deezes guarnisoens de Edele Comp: geduurende de Vijf Jaaren in die qualiteit behoorlijk gediend hebben, dezelve als dan op mijn voordragt door de heeren Bewindhebberen ter vergadering van XVII Zullen geadvanceerd werden, vermits nu den Extra Ord: Ingenieur H: P: Wijting Schull reeds zeedert den 24 September 1778 door de Ed: Oost Compagnie is aangesteld zoo heb ik in de maand’
‘Julij 1783 denzelven aan den Ed: gr: agtb: Heeren van het bewind voorgeslagen, om volgens gem: art: mijner Instructie tot Lieutenant Ingenieur bevordert te werden. dan het Vaartuijg genaamt de Swaluw met welke gem: papieren verzonden zijn, wierd genoodzaakt weegens ongemak te Cadix in te loopen, en Veroorzaakte dus zodanig eene vertraging inde expeditie dier papieren dat er tot dus verre nog geen antwoord uijt Patria op mijne voordragt gekomen is, maar door gem: Extra Ord: Ingenieur H: C: Wijting Schull, die alhier reeds Zeedert den 5 April 1784 zijn vijf Jaarig Verband met allen roem heeft uijt gediend, Circum Circa een Jaar beneeden den Rang, die hem Regtvaardig toekomt heeft moeten fungeeren.’
‘Dierhalven neeme ik eerbiedigst de Vrijheijd Uw E: gestr: te verzoeken dat gem: Extra Ord: Ingen: H: P: Wijting Schull provisioneel onder in wagting van Zijne acte uit patria aan den garnisoene deezes Gouvernements als Lieutenant Ingenieur Zeedert den 5 April 1784 moge werden voorgesteld.’
‘Ik heb de Eer met de diepste Eerbied te zijn.’
’/:onderstond:/’
‘Wel Edele Gestr: Heer! /:lager:/ Uw Edele Gestr:s zeer onderdanige Dienaar /:was geteekend:/ P: H: Gilquin /:in margine:/ Cabo de goede Hoop den 16 febr 1785.’
In opzigte van welke voordragte aangemerkt zijnde dat dezelve is Conform de Instructie, voor de Hoog gebiedende Heeren Meesteren aan ged: Directeur verleend, en overzulx gerustelijk tot het Verzogte avancement kan werden getreeden, Is dierhalven beslooten voorm: Extra Ordinair Ingenieur H: P: Wijting Schull op de nadere approbatie van Hoog gem: Heeren meesteren te bevorderen tot Lieutenant Ingenieur met verhoging van bezolding tot ƒ50: ter maand, en een nieuw drie Jaarig verband, ‘t een en ander ingaande met den 5 April des gepasseerden Jaar 1784 wanneer deszelfs Vijfjaarig Verband is geexpireert geweest.
Door Welgem: Heere gouverneur te kennen zijnde gegeeven dat thans meede ter Tafel stont te brengen een Request door den Oud onderCoopman en geweezen Landdrost van Stellenbosch en Drakenstein Marthinus Adrianus Bergh aan zijn Edele en deezen Raade gerigt, zoo is na dat des Supp:lts Vader den E: Coopman en Secretaris Oloff Martini Bergh, was opgestaan, en zig in het naaste vertrek des Raadzaals had geretereerd, het zelve Request geleezen, weezende van inhoude als volgd
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaf Gouverneur en directeur van Cabo de goede Hoop &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘Vertoond reverentelijk Marthinus Adrianus Bergh oud Landdrost van Stellenbosch en Drakenstein ‘
‘hoe dat des Supp:lts affaires in Nederland wel principaalijk in de omstandigheeden van den nu eerst geEindigden Oorlog met Engeland , raakende zijne important aldaar belegde gelderen, ende de administratie van dien zijne perzoonlijke presentie, onder meer andere Zaaken, voor een tijd hooglijx komen te Vereijsschen zonder dat dezelve buijten merkelijke Schade, door andere aldaar kunnen werden in Ordre en geseCureerde Staat gebragt:’
‘Weshalven Soo neemd hij de Vrijheijd zig te keeren tot uwe wel Edele gestr: en E: Agtb met Eerbiedig vezoek, hem daar toe, Soo voor zig als voor Twee zijner kinderen, d’ Eene ruijm Veertien en d’ andere zeeven Jaaren oud welke hij in Nederland gaarne wilde in Seekere Studie en Staate brengen, te willen verleenen, de nodige passagie met eene der met de helfte of het laatst van d’ aanstaande maand April van hier te vertrekken Staande Retourscheepen der E: O: I: Maatschappije ofte eenige ander particulier Schip.’
‘Ende zulx ter Consideratie den ondergeteekende als Landdrost der Colonien van Stellenbosch en Drakenstein boven de Resp:ve Burger Capitains in krijgsraade gepresideerd heeft en behoudens rang ontslagen is, met meede voeringe der gepermitteerde kisten en bagagie van een Burger Capitain volgens het Constante reglement van Batavia.’
‘Zijnde den Supp:lt overigens bereijd, om niet alleen de tot het een en ander staande transport en Costgelderen, om in de Cajuijt gelogeerd en getracteerd te werden in Cassa der E: O: I: maatschappije te betalen, maar ook deszelfs bezit en Effecten te laaten onder zijne Huijsvrouw en verdere gemagtigdens en van het zelve maar alleenlijk zo veel meede te neemen, als hij tot die heen en weder Reijze, en zijn, neevens zijner voormelde kinderen verblijf in Nederland over eenkomstig zijn fatsoen komt te benodigen.’
‘Imploreerende den Supp:lt Soo om zig tot die Reijse na VerEijsch te kunnen verzorgen als om de maneance zijner affaires behoorlijk in Ordre te brengen en zijn teegenwoordige bezit /:welke eenig en alleen van den kant zijner huijsvrouwe hem is aangekoomen:/ ook op eene aan een eerlijk man Compatible wijze, onder de Veijlige administratie zijner huijsvrouwe te kunnen laaten, om dezelve reedenen, op deezen Eerbiedigen en instantigen Requeste, graCieuse en Spoedige appostille.’
’/:onderstond:/’
‘’T Welk Doende &:a /: was geteekend:/ M: A: Bergh /:in margine:/ Cabo de goede Hoop den 17 febr: 1785.’
Waar op gebesoigneert en reguard genoomen zijnde op de middelen daarbij geposeert, is goedgedagt des Supp:lt daar bij gedane verzoeken t’ accordeeren, en mits dien aan denzelven te permitteeren om met een der inde maand apr: deezes Jaars van hier te Vertrekken Staande ‘S E: Comp:s retour scheepen met meede neeming zijner Twee kinderen, onder betaaling voor hun alle der gewoone transport en kostpenningen voor ‘t Logies in de Cajuijt naar Nederland te mogen overvaaren; Terwijl wijders op des Supp:lts verder verzoek omtrend het meede voeren zijner Bagagie gedaan, uijt aanmerking der hierin resideerende Billijkheijd is verstaan, hem dezelve Bagagie als bij het reglement voor de burger Collegianten is bepaald, zijnde die van Coopman te permitteeren.
Wijders wierd door den Heer Hoofd Administrateur Pieter Hacker ingediend het kort vertoog der Lasten deezes gouvernements geduurende het gepasseerde boekjaar 1783/4 neevens die van ‘S Jaars bevoorens ofte d’ A:is 1782/3 dewelke bedraagen als volgd te weeten.
d'a:o 1783/4 | 1782/3 | |
Onkosten van Schepen | ƒ240788-:08 | ƒ162632:14:08 |
'T Nieuwe Hospitaal | ----------:-:- | ------------:-:- |
Trein en oorlogs onkosten | 82434:01:08 | 70490:19:08 |
Onkosten aan de hulptroupen van zijn allerchristelijkste Majesteit | d:o 249235:18:08 | 230926:10:- |
'T Switsers Regiment van Meuron | d:o 320075:19:- | 232998:03:- |
Randsoenen ordinair | d:o 117514:16:- | 103150:08:- |
Onkosten ordinair | d:o 62198:11:- | 59019:18:- |
Onkosten Extra ordinair | d:o 9475:-:08 | 5994:12:08 |
Timmeragie en Reparatie | d:o 55708:04:- | 47623:04:- |
Fortificatiën | d:o 202308:10:- | 136264:18:08 |
Onkosten van S Comp:s Lijf Eijgenen | d:o 32102:02:08 | 32196:06:- |
'T Hospitaal | d:o 14701:04:08 | 34403:11:- |
Reekening van Condemnatie | d:o 3910:03:08 | 4422:08:- |
Onkosten van chaloupen en mindere Vaartuijgen | d:o 12688:07:08 | 18291:12:- |
Soldijen aan Land | d:o 193103:17:- | 176794:10:- |
Scheeps Soldijen | d:o 29449:19:08 | 65381:16:08 |
Reekening van Intrest | d:o 34754:04:- | 17076:12:08 |
'T Legion van Waldener | d:o 3767:13:- | 17135:03:- |
't Regiment van Luxemburg | d:o 27290:16:- | 179231:04:- |
Somma | ƒ1691507:08:08 | ƒ1594034:11:- |
d'a:o 1783/4 | 1782/3 | |
Onkosten van Schepen | ƒ240788-:08 | ƒ162632:14:08 |
'T Nieuwe Hospitaal | ----------:-:- | ------------:-:- |
Trein en oorlogs onkosten | 82434:01:08 | 70490:19:08 |
Onkosten aan de hulptroupen van zijn allerchristelijkste Majesteit | d:o 249235:18:08 | 230926:10:- |
'T Switsers Regiment van Meuron | d:o 320075:19:- | 232998:03:- |
Randsoenen ordinair | d:o 117514:16:- | 103150:08:- |
Onkosten ordinair | d:o 62198:11:- | 59019:18:- |
Onkosten Extra ordinair | d:o 9475:-:08 | 5994:12:08 |
Timmeragie en Reparatie | d:o 55708:04:- | 47623:04:- |
Fortificatiën | d:o 202308:10:- | 136264:18:08 |
Onkosten van S Comp:s Lijf Eijgenen | d:o 32102:02:08 | 32196:06:- |
'T Hospitaal | d:o 14701:04:08 | 34403:11:- |
Reekening van Condemnatie | d:o 3910:03:08 | 4422:08:- |
Onkosten van chaloupen en mindere Vaartuijgen | d:o 12688:07:08 | 18291:12:- |
Soldijen aan Land | d:o 193103:17:- | 176794:10:- |
Scheeps Soldijen | d:o 29449:19:08 | 65381:16:08 |
Reekening van Intrest | d:o 34754:04:- | 17076:12:08 |
'T Legion van Waldener | d:o 3767:13:- | 17135:03:- |
't Regiment van Luxemburg | d:o 27290:16:- | 179231:04:- |
Somma | ƒ1691507:08:08 | ƒ1594034:11:- |
Uijt welkers t’ Samentrecking is komen t’ Consteeren dat de Lasten in’t generaal deezen Jaare ƒ97472:17:8 meerder als A:o pass:o hebben gerendeerd en ijder Lastpost op zig zelver het volgende meer of minder heeft bedragen als
meerder | minder | ||
Onkosten van Scheepen monteerd dito Jaar meerder als a:o pass:o ontstaande door een meerderheijd van 22 Scheepen alhier gepasseerd en door het proviandeeren van het hoekerschip Catwijk aan Rhijn tot Transport eens gedeelte van het Regiment Luxemburg als mede door de noodwendig verEijschte Equipagie goederen, houtwerken &:a ter toe takeling van 't Schip 'T Huijs ter Spijk gebezigd ten einde dien bodem te doen dienen tot overvoer der fransche hulp Troupen van 't Regiment Pondicherij van hier naar Mauritius | ƒ78155:06:- | ---------:-:- | |
'T nieuwe Hospitaal welkers opbouw thans nog ƒ372291:10:8 is geduurende dit Boekjaar niet beswaard, dewijl het geen ten bedragen van ƒ23666:11:8 Staat belast volgens politicq Raadsbesluijt Sub dato 18 Januarij 1785 op trein en oorlogs onkosten is overgeschreeven uijt aanmerking dat de arbeidslieden en Slaaven aan deeze Stichting gebeezigd wordende Staand dit Jaar, Schoon niet aan de fortificatien zelfs nog thans tot diverse nodige werken g'emploijeerd geworden en dus dit huijs die Last nie kan draagen | ƒ------:-:- | -------:-:- | |
Trein en Oorlogs Onkosten meerder als in't Voorleeden boekjaar zo door de meerdere overschrijving van 't nieuwe Hospitaal als door de Verhooging van Sevies geld en eindelijk het douceur aan de Pennisten toegestaan uijt hoofde der Sware duurte van Levensmiddele &:a | d:o 11943:02:- | ------:-:- | |
Onkosten aan de Hulptroupen van zijne Allerchristelijkste Majesteit meerder als A:o 1782/3 welke meerderheijd Schoon deeze Troupen Slegts tot de maand April alhier zijn verbleeven alleen veroorzaakt word door het proviandeeren van dezelve voor 3 maanden tot het doen van desselfs Reise van hier naar 't Eijland Mauritius | d:o 18309:08:08 | ------:-:- | |
'T Switsers Regiment van Meuron bedraagd meerder als a:o pass:o door dien 't Zelve daar in Slegts 8 maanden alhier in guarnisoen heeft geleegen en in't teegenwoordige het geheele Jaar verzogt is geworden waar bij gevoegd de aangekoomene recruten een meerderheijd maakt van | d:o 87077:16:- | -----:-:- | |
Randsoenen ordinair meede meerder als in't Voorige boekjaar Spruijtende alleen uijt de aanzienelijke verhooging der prijsen van de Rijst, Suijker, wijn &:a als meede door 't Verstrekken der franse Brandewijnen bij gebrek aan andere Sterke dranken ingekogt, dewijl buijten deeze duurte door het minder getal van guarnisoensvolk deeze Lastpost aanzienelijk had moeten daalen | d:o 14364:08:- | ------:-:- | |
Onkosten Ordinair monteeren dit Jaar meerder als in't Voorgaande zo door de duurte van Rijst als andere Vereijschtens als door de meerdere verstrekking so aan arbeidsgereedschappen als andere goederen, die men door Schaarsheijd in het voorleeden Boekjaar niet heeft kunnen uijtrekken | d:o 3178:13:- | ------:-:- | |
Onkosten Extra Ordinair bedragen al meede meerder Soo door het geen Smaands aan de voor het guarnisoen houdend Bataillon en arthillerie Corps kookende koks is betaald om hen aangezien de prijs van het vleesh exortitant is gesteegen, daarin te gemoed te koomen als door het geen uijt 'S Comp:e Cassa is betaald aan den Wel Edelen Groot Agtb: Heer Breton tot desselfs defraijement geduurende zijn verblijf alhier | d:o 3480:08:- | ------:-:- | |
Timmeragie en Reparatie is in dit Jaar ook meerder als in het voorgaande Soo door de Vermeerdering van de huur der Slaaven aan het ambagts quartier arbeidende als door de meerder Verbruijkte quantiteit kalk &:a ter opbouw van de nieuwe kruijt kelder | d:o 8085:-:- | ------:-:- | |
Fortificatiën al meede meerder als in a:o pass:o het opbouwen van de Nieuwe Batterije waartoe een veel grooter getal van Slaaven en wagens hebben moeten werden gehuurt, de Steenen en kalk tot die Sterkte Vereijscht ende Vragtpenningen van verscheide palissaden, Batterij planken &:a van't Eijland Mauritius alhier aangebragt in Wisselbrieven op Europa betaald hebben op deeze Last reekening een meerderheijd gebragt, ten bedrage van | d:o 66043:11:08 | ------:-:- | |
Onkosten van 'S Comp:s Lijf Eijgenen inteegendeel minder als in het Boekjaar van a:o 1782/3 welke minderheijd veroorzaakt is door dat getal van 'S Comp:s Slaaven eenigzints is gedeminieerd | d:o --------:-:- | 94:03:08 | |
'T Hospitaal monteerd meede minder als in 't voorleeden boekjaar zijnde d' Equipagie van 'S Comp:s Scheepen thans in veel beter Staat als in't voorgaande gearriveerd, waar door de verstrekking van Levensmiddelen en medicamenten &:a sodanig is ingekrompen dat deeze Rekening een minderheijd vertoond van | --------:-:- | 19702:06:08 | |
Reekening van Condemnatie al meede minder als a:o pass:o veroorzaakt door het overleijden van eenige Bandieten, de mindere prijsen van het pijlaken &:a ende Confiscatie van 12 mudden Erwten ten voordeele dezer Reekening ingenoomen | ---------:-:- | 512:04:08 | |
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaartuijgen bedraagd dit Jaar meede minder als a:o 1782/3 dewelk in Laatstgem: Jaar de nieuwe boot Gelder Land is gebouwd en dat in de maand December van het teegenwoordige een der Landsboots verongelukt zijnde men des te minder tot onderhoud van de Ovirige is benoodigd geweest: | --------:-:- | 5603:04:08 | |
Soldijen aan Land meerder als a:o pass:o ontstaande uijt de meerdere verstrekte monteering van dit Jaar als a:o pass:o ten bedrage van | ƒ36429:14:- | ||
de meerdere verteerde heele gagie | d:o 18691:05:- | ||
Telt | ƒ55120:19:- | ||
waar van af gaat de minderheijd der verstrekte goede maanden | 38811:12:- | ||
Vertoond dus overzulx een meerderheijd van | d:o 16309:07:- | -------:-:- | |
Scheeps Soldijen minder als in 't vorige boekjaar ontstaande Soo door de mindere uijtgereikte goede maanden als de mindere heele verteerde gagie ten bedrage van | -------:-:- | 35931:17:- | |
Reekening van Intrest de betaalde Intressen op de Capitalen d A:a 1782/3 genegotieerd hebben deeze op deeze Reekening een meerderheijd veroorzaakt van | d:o 17677:11:08 | --------:-:- | |
'T Legion van Waldner minder als a:o pass:o door dien in't loopende Jaar een Veel geringer getal recruten van dit Corps zijn gepasseerd als in het voorgaande | -------:-:- | 13367:10:- | |
'T Regiment Luxemburg het vertrek van dat Regiment in de maand Februarij van het voorleeden boekjaar zou in het tegenwoordige deeze Lastpost hebben vernietigd So niet de alhier Successivelijk gepasseerde Recruiten van 't nodige hadden moeten worden verzorgt waar door egter eene minderheijd is veroorzaakt van | --------:-:- | 151940:08:- | |
Somma | ƒ324624:11:08 | ƒ227151:14:- |
meerder | minder | ||
Onkosten van Scheepen monteerd dito Jaar meerder als a:o pass:o ontstaande door een meerderheijd van 22 Scheepen alhier gepasseerd en door het proviandeeren van het hoekerschip Catwijk aan Rhijn tot Transport eens gedeelte van het Regiment Luxemburg als mede door de noodwendig verEijschte Equipagie goederen, houtwerken &:a ter toe takeling van 't Schip 'T Huijs ter Spijk gebezigd ten einde dien bodem te doen dienen tot overvoer der fransche hulp Troupen van 't Regiment Pondicherij van hier naar Mauritius | ƒ78155:06:- | ---------:-:- | |
'T nieuwe Hospitaal welkers opbouw thans nog ƒ372291:10:8 is geduurende dit Boekjaar niet beswaard, dewijl het geen ten bedragen van ƒ23666:11:8 Staat belast volgens politicq Raadsbesluijt Sub dato 18 Januarij 1785 op trein en oorlogs onkosten is overgeschreeven uijt aanmerking dat de arbeidslieden en Slaaven aan deeze Stichting gebeezigd wordende Staand dit Jaar, Schoon niet aan de fortificatien zelfs nog thans tot diverse nodige werken g'emploijeerd geworden en dus dit huijs die Last nie kan draagen | ƒ------:-:- | -------:-:- | |
Trein en Oorlogs Onkosten meerder als in't Voorleeden boekjaar zo door de meerdere overschrijving van 't nieuwe Hospitaal als door de Verhooging van Sevies geld en eindelijk het douceur aan de Pennisten toegestaan uijt hoofde der Sware duurte van Levensmiddele &:a | d:o 11943:02:- | ------:-:- | |
Onkosten aan de Hulptroupen van zijne Allerchristelijkste Majesteit meerder als A:o 1782/3 welke meerderheijd Schoon deeze Troupen Slegts tot de maand April alhier zijn verbleeven alleen veroorzaakt word door het proviandeeren van dezelve voor 3 maanden tot het doen van desselfs Reise van hier naar 't Eijland Mauritius | d:o 18309:08:08 | ------:-:- | |
'T Switsers Regiment van Meuron bedraagd meerder als a:o pass:o door dien 't Zelve daar in Slegts 8 maanden alhier in guarnisoen heeft geleegen en in't teegenwoordige het geheele Jaar verzogt is geworden waar bij gevoegd de aangekoomene recruten een meerderheijd maakt van | d:o 87077:16:- | -----:-:- | |
Randsoenen ordinair meede meerder als in't Voorige boekjaar Spruijtende alleen uijt de aanzienelijke verhooging der prijsen van de Rijst, Suijker, wijn &:a als meede door 't Verstrekken der franse Brandewijnen bij gebrek aan andere Sterke dranken ingekogt, dewijl buijten deeze duurte door het minder getal van guarnisoensvolk deeze Lastpost aanzienelijk had moeten daalen | d:o 14364:08:- | ------:-:- | |
Onkosten Ordinair monteeren dit Jaar meerder als in't Voorgaande zo door de duurte van Rijst als andere Vereijschtens als door de meerdere verstrekking so aan arbeidsgereedschappen als andere goederen, die men door Schaarsheijd in het voorleeden Boekjaar niet heeft kunnen uijtrekken | d:o 3178:13:- | ------:-:- | |
Onkosten Extra Ordinair bedragen al meede meerder Soo door het geen Smaands aan de voor het guarnisoen houdend Bataillon en arthillerie Corps kookende koks is betaald om hen aangezien de prijs van het vleesh exortitant is gesteegen, daarin te gemoed te koomen als door het geen uijt 'S Comp:e Cassa is betaald aan den Wel Edelen Groot Agtb: Heer Breton tot desselfs defraijement geduurende zijn verblijf alhier | d:o 3480:08:- | ------:-:- | |
Timmeragie en Reparatie is in dit Jaar ook meerder als in het voorgaande Soo door de Vermeerdering van de huur der Slaaven aan het ambagts quartier arbeidende als door de meerder Verbruijkte quantiteit kalk &:a ter opbouw van de nieuwe kruijt kelder | d:o 8085:-:- | ------:-:- | |
Fortificatiën al meede meerder als in a:o pass:o het opbouwen van de Nieuwe Batterije waartoe een veel grooter getal van Slaaven en wagens hebben moeten werden gehuurt, de Steenen en kalk tot die Sterkte Vereijscht ende Vragtpenningen van verscheide palissaden, Batterij planken &:a van't Eijland Mauritius alhier aangebragt in Wisselbrieven op Europa betaald hebben op deeze Last reekening een meerderheijd gebragt, ten bedrage van | d:o 66043:11:08 | ------:-:- | |
Onkosten van 'S Comp:s Lijf Eijgenen inteegendeel minder als in het Boekjaar van a:o 1782/3 welke minderheijd veroorzaakt is door dat getal van 'S Comp:s Slaaven eenigzints is gedeminieerd | d:o --------:-:- | 94:03:08 | |
'T Hospitaal monteerd meede minder als in 't voorleeden boekjaar zijnde d' Equipagie van 'S Comp:s Scheepen thans in veel beter Staat als in't voorgaande gearriveerd, waar door de verstrekking van Levensmiddelen en medicamenten &:a sodanig is ingekrompen dat deeze Rekening een minderheijd vertoond van | --------:-:- | 19702:06:08 | |
Reekening van Condemnatie al meede minder als a:o pass:o veroorzaakt door het overleijden van eenige Bandieten, de mindere prijsen van het pijlaken &:a ende Confiscatie van 12 mudden Erwten ten voordeele dezer Reekening ingenoomen | ---------:-:- | 512:04:08 | |
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaartuijgen bedraagd dit Jaar meede minder als a:o 1782/3 dewelk in Laatstgem: Jaar de nieuwe boot Gelder Land is gebouwd en dat in de maand December van het teegenwoordige een der Landsboots verongelukt zijnde men des te minder tot onderhoud van de Ovirige is benoodigd geweest: | --------:-:- | 5603:04:08 | |
Soldijen aan Land meerder als a:o pass:o ontstaande uijt de meerdere verstrekte monteering van dit Jaar als a:o pass:o ten bedrage van | ƒ36429:14:- | ||
de meerdere verteerde heele gagie | d:o 18691:05:- | ||
Telt | ƒ55120:19:- | ||
waar van af gaat de minderheijd der verstrekte goede maanden | 38811:12:- | ||
Vertoond dus overzulx een meerderheijd van | d:o 16309:07:- | -------:-:- | |
Scheeps Soldijen minder als in 't vorige boekjaar ontstaande Soo door de mindere uijtgereikte goede maanden als de mindere heele verteerde gagie ten bedrage van | -------:-:- | 35931:17:- | |
Reekening van Intrest de betaalde Intressen op de Capitalen d A:a 1782/3 genegotieerd hebben deeze op deeze Reekening een meerderheijd veroorzaakt van | d:o 17677:11:08 | --------:-:- | |
'T Legion van Waldner minder als a:o pass:o door dien in't loopende Jaar een Veel geringer getal recruten van dit Corps zijn gepasseerd als in het voorgaande | -------:-:- | 13367:10:- | |
'T Regiment Luxemburg het vertrek van dat Regiment in de maand Februarij van het voorleeden boekjaar zou in het tegenwoordige deeze Lastpost hebben vernietigd So niet de alhier Successivelijk gepasseerde Recruiten van 't nodige hadden moeten worden verzorgt waar door egter eene minderheijd is veroorzaakt van | --------:-:- | 151940:08:- | |
Somma | ƒ324624:11:08 | ƒ227151:14:- |
Soo als ook uijt het voorschreeve vertoog is koomen te blijken dat op de Reekening van Winst en Verlies de Winsten en Slands Inkomsten t’ Zaamen dit boekjaar ƒ44277:7:8 meerder dan in het gepasseerde hebben opgeworpen te weeten
D A:o 1783/4 | D A:o 1782/3 | ||
Winst en Verlies | ƒ65558:02:08 | Winst en Verlies | ƒ20942:12:08 |
Slands inkomsten | d:o 221934:-:- | Slands inkomsten | d:o 222272:02:08 |
ƒ287492:02:08 | ƒ243214:15:- |
D A:o 1783/4 | D A:o 1782/3 | ||
Winst en Verlies | ƒ65558:02:08 | Winst en Verlies | ƒ20942:12:08 |
Slands inkomsten | d:o 221934:-:- | Slands inkomsten | d:o 222272:02:08 |
ƒ287492:02:08 | ƒ243214:15:- |
Sijnde de winsten tot een aanzienelijke Somma van ƒ44615:10 gesteegen, vermits dit Jaar een Veel meerder quantiteit Coopmanschappen Soo uijt ‘S E: Compagnie Pakhuijsen als per publicque Vendutie zijn verkogt geworden.
Waar en teegen egter ‘S lands Inkomsten eene geringe vermindering van
ƒ338:2:8 heeft ondergaan, Voornamentlijk vermits de betaalde Penningen voor verkogte Vaste goederen en Landerijen in Eijgendom als meede de Thiendens der gewonne graanen &:a minder hebben bedraagen; Terwijl egter de Recognitie Penningen van de Eijgendom en Leenings Plaatsen en die der Wijnen als meede de Pagtpenningen meerder hebben beloopen.
En is ten deezen belange verstaan opgedagte Heer Hoofd Administrateur te Qualificeeren om met het Sluijten der Boeken te doen voortgaan.
Waarna geresumeerd weezende de verzoek Schriften van d’ E E Dispencier en keldermeester, mitsg: den Pakhuijsmeester, tendeerende om te mogen genieten de ordinaire Jaarlijxe afschreijvingen op de goedere, dewelke door haarl: geduurende het voorl: Jaar zijn verstrect geworden, welke versoek Schriften aldus waren Luijdende.
‘Den Wel Edele Gestr: Heere M:r Joachim Van Plettenberg Raad Extra Ordinaris van Neederlands India, mitsg:s gouverneur Van Cabo de Goede Hoop, en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E Agtb: Raad Van Politie Word Eerbiedig verZogt, dat aan den ondergeteekende Dispencier mag werden toegestaan de ordinaire afschreijving Van de onderstaande goederen, dewelke door Spillagie, Lekkagie, aanslaan der muuren als anderzints onvermeijdelijk in een Jaar koomen te ontstaan, namentlijk.’
‘
445 1/8 | mud Tarwe op 18349 7/8 mud te Weeten |
234 7/8 mud op 7830 5/8 mud over 't Jaar geleegen hebbende a 3 prC:t | |
210 1/4 d:o d:o 10519 1/4 d:o binnen 't Jaar geleegen hebbende d:o 2 prC:t | |
3 7/8 | Mud Rogge op 130 3/4 d:o over 't Jaar geleegen a 3 prC:t |
20 | d:o Garst d:o 1262 mud als |
4 3/8 mud op 219 1/8 mud over 't Jaar a 2 prC:t | |
15 5/8 d:o d:o 1042 3/8 d:o binnen 't Jaar a 1 1/2 prC:t | |
1/8 | mud gemeene gort op 13 mud binnen 't Jaar a 1 1/2 prC:t |
41 3/4 | d:o Boonen op 836 1/2 mud zijnde 5 prC:t |
10 1/4 | d:o Erten op 680 1/4 mud, als |
5/8 mud op 33 7/8 mud over 't Jaar a 2 prC:t | |
9 5/8 d:o d:o 646 3/8 binnen 't Jaar a 1 1/2 prC:t | |
14728 | lb Rijst op 490955 lb, Zijnde 3 prC:t |
767 | d:o Biscuit op 47080 d:o als |
244 lb op 12208 lb over 't Jaar a 2 prC:t | |
523 d:o d:o 34872 d:I binnen 't Jaar a 1 1/2 prC:t | |
675 | lb Poeder Zuijker op 33781 lb, Zijnde 2 prC:t |
126 | d:o Candij Zuijker d:o 6315 lb Zijnde 2 prC:t |
46 5/8 | Peeper op 2470 lb, te Weeten |
28 3/4 lb op 1279 1/8 lb over 't Jaar a 2 1/4 prC:t | |
17 7/8 d:o d:o 1190 7/8 binnen 't Jaar a 1 1/2 prC:t | |
30 | lb Gaeren kattoene op 1508 1/2 lb over 't Jaar a 2 prC:t |
48 | d:o Zeep Spaanse op 2398 lb, Zijnde 2 prC:t |
5 | d:o Wax op 166 lb over 't Jaar a 3 prC:t |
46 | d:o Waks kaerssen op 1787 lb te Weeten |
28 lb op 925 lb over 't Jaar a 3 prC:t | |
18 d:o d:o 862 d:o binnen 't Jaar a 2 prC:t | |
87 1/5 | kannen Olijven Olij op 2465 kannen, Namentlijk |
33 2/5 kannen op 668 9/10 kannen over 't Jaar a 5 prC:t | |
53 4/5 d:o d:o 1796 1/10 d:o binnen 't Jaar a 3 prC:t | |
48 2/5 | kannen klappus Olij op 1017 kannen te Weeten |
44 4/5 kannen op 896 3/10 kannen over 't Jaar a 5 prC:t | |
3 3/5 d:o d:o 120 7/10 d:o binnen 't Jaar a 3 prC:t | |
139 | 1/2 kannen Lijn Olij op 2791 1/2 kannen over 't Jaar a 5 prC:t |
188 4/5 | kannen Traan op 3777 1/2 kannen, Zijnde 5 prC:t |
2943 | lb Padij op 147152 lb binnen 't Jaar a 2 prC:t |
445 1/8 | mud Tarwe op 18349 7/8 mud te Weeten |
234 7/8 mud op 7830 5/8 mud over 't Jaar geleegen hebbende a 3 prC:t | |
210 1/4 d:o d:o 10519 1/4 d:o binnen 't Jaar geleegen hebbende d:o 2 prC:t | |
3 7/8 | Mud Rogge op 130 3/4 d:o over 't Jaar geleegen a 3 prC:t |
20 | d:o Garst d:o 1262 mud als |
4 3/8 mud op 219 1/8 mud over 't Jaar a 2 prC:t | |
15 5/8 d:o d:o 1042 3/8 d:o binnen 't Jaar a 1 1/2 prC:t | |
1/8 | mud gemeene gort op 13 mud binnen 't Jaar a 1 1/2 prC:t |
41 3/4 | d:o Boonen op 836 1/2 mud zijnde 5 prC:t |
10 1/4 | d:o Erten op 680 1/4 mud, als |
5/8 mud op 33 7/8 mud over 't Jaar a 2 prC:t | |
9 5/8 d:o d:o 646 3/8 binnen 't Jaar a 1 1/2 prC:t | |
14728 | lb Rijst op 490955 lb, Zijnde 3 prC:t |
767 | d:o Biscuit op 47080 d:o als |
244 lb op 12208 lb over 't Jaar a 2 prC:t | |
523 d:o d:o 34872 d:I binnen 't Jaar a 1 1/2 prC:t | |
675 | lb Poeder Zuijker op 33781 lb, Zijnde 2 prC:t |
126 | d:o Candij Zuijker d:o 6315 lb Zijnde 2 prC:t |
46 5/8 | Peeper op 2470 lb, te Weeten |
28 3/4 lb op 1279 1/8 lb over 't Jaar a 2 1/4 prC:t | |
17 7/8 d:o d:o 1190 7/8 binnen 't Jaar a 1 1/2 prC:t | |
30 | lb Gaeren kattoene op 1508 1/2 lb over 't Jaar a 2 prC:t |
48 | d:o Zeep Spaanse op 2398 lb, Zijnde 2 prC:t |
5 | d:o Wax op 166 lb over 't Jaar a 3 prC:t |
46 | d:o Waks kaerssen op 1787 lb te Weeten |
28 lb op 925 lb over 't Jaar a 3 prC:t | |
18 d:o d:o 862 d:o binnen 't Jaar a 2 prC:t | |
87 1/5 | kannen Olijven Olij op 2465 kannen, Namentlijk |
33 2/5 kannen op 668 9/10 kannen over 't Jaar a 5 prC:t | |
53 4/5 d:o d:o 1796 1/10 d:o binnen 't Jaar a 3 prC:t | |
48 2/5 | kannen klappus Olij op 1017 kannen te Weeten |
44 4/5 kannen op 896 3/10 kannen over 't Jaar a 5 prC:t | |
3 3/5 d:o d:o 120 7/10 d:o binnen 't Jaar a 3 prC:t | |
139 | 1/2 kannen Lijn Olij op 2791 1/2 kannen over 't Jaar a 5 prC:t |
188 4/5 | kannen Traan op 3777 1/2 kannen, Zijnde 5 prC:t |
2943 | lb Padij op 147152 lb binnen 't Jaar a 2 prC:t |
’/:onderstond:/’
‘In’t Casteel de Goede Hoop Ult:o Aug:s 1784: /:was geteekend:/ A: V: Schoor’
Aan den Wel Edelen Gestr: Heere M:r Joachim Van Plettenberg Raad Extra ordinaires van Neederlands India, mitsg:s gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘Den ondergeteek: keldermeester versoekt Zeer Eerbiedig aan Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: dat aan hem mag valideeren, de hier onder gespecificeerde afschreijving, te Weeten.’
‘
1733 | Cannen Arack op 17330 Cann: die onder dato deezes restant verblijven a 10 prC:t |
17963 | d:o Caabse Wijn op 179632 Cann: die onder dato deezes meede restant verbleijven a 10 prC:t |
3377 1/2 | d:o Caabse Brandewijn, op 33774 Cann: die onder dato deezes insgelijx restant verbleijven a 10 prC:t |
59 | d:o Wijntint op 594 Cannen, dewelke al meede onder dato deezes restant verblijven a 10 prC:t |
1733 | Cannen Arack op 17330 Cann: die onder dato deezes restant verblijven a 10 prC:t |
17963 | d:o Caabse Wijn op 179632 Cann: die onder dato deezes meede restant verbleijven a 10 prC:t |
3377 1/2 | d:o Caabse Brandewijn, op 33774 Cann: die onder dato deezes insgelijx restant verbleijven a 10 prC:t |
59 | d:o Wijntint op 594 Cannen, dewelke al meede onder dato deezes restant verblijven a 10 prC:t |
’/:onderstond:/’
‘In’t Casteel de Goede Hoop Ult:o aug:s 1784 /:was geteekend:/ J: J: le Sueur.’
Aan den Wel Edelen Gestrengen Heer M:r Joachim Van Plettenberg Raad Extra ordinair van Neederlands India mitsgaders gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den Edelen Agtb: Raade Van Politie
‘Wel Edele Gestrenge Heer! en Edele Achtbare Heeren!’
‘Den ondergeteekende Pakhuijsmeester versoekt Zeer Eerbiedig, dat aan hem mag Worden toegestaan, de ordinaire afschreijving, geduurende dit boek Jaar op de Volgende goederen onvermijdelijk gevallen: te Weeten’
‘
Cramerijen | ||
35 1/2 | lb Alluin op 1781 lb binnen 't Jaar aangebragt a 2 prC:t | |
23 | d:o Stijssel d:o 462 d:o d:o 5 prC:t | |
Loodt | ||
21 3/4 | lb plat op 17464 lb a 1/8 prC:t | |
Coper | ||
13 1/2 | d:o op 11019 lb a 1/8 prC:t | |
Ijzer | ||
2661 3/4 | d:o als | |
1867 1/2 op 124513 lb over 't Jaar geleegen hebbende a 1 1/2 prC:t | ||
794 1/4 d:o 79491 d:o binnen 't Jaar aangebragt a 1 prC:t | ||
Spijkers | ||
400 | lb als | |
303 1/2 lb op 20250 over 't Jaar geleegen a 1 1/2 prC:t | ||
96 1/2 d:o d:o 971 binnen 't Jaar aangebragt a 1 prC:t | ||
Verwen | ||
1 1/2 | lb fijne op 56 lb a 3 prC:t | |
203 | d:o grove d:o 6768 d:o d:o | |
Tabak | ||
59 1/4 | lb op 1980 lb a 3 prC:t | |
Specerijen | ||
5 2/8 | lb Noten op 269 1/4 lb | } a 1 prC:t |
2 3/4 | d:o Nagulen d:o 276 5/8 d:o | |
2 3/8 | d:o Foulij d:o 236 3/4 d:o | |
1 1/4 | d:o Canneel d:o 132 3/4 d:o |
Cramerijen | ||
35 1/2 | lb Alluin op 1781 lb binnen 't Jaar aangebragt a 2 prC:t | |
23 | d:o Stijssel d:o 462 d:o d:o 5 prC:t | |
Loodt | ||
21 3/4 | lb plat op 17464 lb a 1/8 prC:t | |
Coper | ||
13 1/2 | d:o op 11019 lb a 1/8 prC:t | |
Ijzer | ||
2661 3/4 | d:o als | |
1867 1/2 op 124513 lb over 't Jaar geleegen hebbende a 1 1/2 prC:t | ||
794 1/4 d:o 79491 d:o binnen 't Jaar aangebragt a 1 prC:t | ||
Spijkers | ||
400 | lb als | |
303 1/2 lb op 20250 over 't Jaar geleegen a 1 1/2 prC:t | ||
96 1/2 d:o d:o 971 binnen 't Jaar aangebragt a 1 prC:t | ||
Verwen | ||
1 1/2 | lb fijne op 56 lb a 3 prC:t | |
203 | d:o grove d:o 6768 d:o d:o | |
Tabak | ||
59 1/4 | lb op 1980 lb a 3 prC:t | |
Specerijen | ||
5 2/8 | lb Noten op 269 1/4 lb | } a 1 prC:t |
2 3/4 | d:o Nagulen d:o 276 5/8 d:o | |
2 3/8 | d:o Foulij d:o 236 3/4 d:o | |
1 1/4 | d:o Canneel d:o 132 3/4 d:o |
’/:onderstond:/’
‘In’t Casteel de Goede Hoop den 31 Aug:s 1784: /:was geteekend:/’
‘O: G: de Wet’
Is daarop beslooten dat de daarbij aangehaalde minderheeden, als niet Excedeerende bij de Voorsz: Negotie boeken Zullen Werden afgeschreeven.
Sijnde laatstelijk nog geleesen het onderstaande Request des perzoons van Gabriel Von Moller.
‘A Monsieur le Baron de Plettenberg gouverneur et a Messieurs les Conseillers du Conseil Superieur Au Cap de bonne Esperance’
‘Messieurs’
‘Vous n ‘ignorés pas qu’a l’ annee 1780: M: M: les Directeurs de la noble Compagnie hollandoise m’ont accordé la permission de passer sur un de leurs Vaisseaux nommé ‘t Hof der Linden, dans Cette Colonie, Sous Condition, qu ‘apres mon arrivée icij, je devois me rendre a l’Endroit, ou mes affaires in appelloient: Pui de tems apres mon arrivement malheureusement pour moi la guerre S’ alluinoit d’ entre la Republique et l’ angletterre , le quel accident vous fit prendre Messieurs la Sage et necessaire Resolution d’ envoijer tous les anglois Comme prisonniers de guerre a la Campagne, et moi Comme aijant Servi a la Couronne Susdite, Je fus regarde Comme tet devois subir le meme fort et recu ordre de m’ij rendre aussi ou j’ai reste depuis tout le tems que la querre a du ré A: mon Retour de la Campagne, vous trouvates bon Messieurs de me defendre de poursuivre mon voijage de forte que Je fus oblige de repartir pour L’ Europe .’
‘Le tort que tous Ces Contretems ont fait a l’avancement de mes affaires m’obligera peut etre de me rendre en personne a madras pour les terminer mais pour qu’on ne trouve pas des raisons de me faire des Cabales dans mes pretentions, Je vous Supplie instamment messieurs, de vouloir bien me faire expedier un Certificat pour pouvoir Convaincre Ceux que pourroient, ou Voudroient me faire des difficultes, que ma longue absence na pas tenu a moi, mais que Cetoient vos ordres au quels je fus oblige d’oblige d’obeir qui m’ont empeché a ij venir plutot:’
‘J’ai l’honneur d’etre avec la plus haute Consideration’
‘Messieurs Votre tres humble et tres obeissant Serviteur’
‘au Cap de bonne Esperance le 13 feb 1785 /:signe:/ g e moller ag:t de S M le Roi de pruisse’
En daarop goedgevonden aan den Supp:lt te Verleenen een Certificaat Zo, en indiervoegen als bij ‘t Zelve request werd verwagt.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van De Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] J: J: Serrurier
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 238-291.¶
Dingsdag den {17850315} 15 Maert 1785
‘S Voormiddags present den wel Edelen Gestr: Heere Gouverneur Cornelis Jacob van de Graaff en alle de Leeden, den Edelen Heer Raad Extra Ordinair van India en admiraal der Retourvloot M:r Joachim van Plettenberg, niet teegenwoordig.
Gaf welgem: Heer Gouverneur te kennen, dat den E: Equipagiemeester Justinus van Gennep Zijn Edele Rapport hebbende gedaan tot hoeverre men bereids met het ontlossen der Lading van het bij d’ E: Comp:ie ingehuurd hollands particulier Schip Vreede was gevorderd, denselven ter dier occagie vesogt had te mogen geinformeerd Zijn omtrend de verdere destinatie van dien bodem, ten eijnde Zig in tijds daarna te kunnen reguleeren.
dat hij Heere Gouverneur ged: Equipagiemeester hierop had gedemandeerd Zijne bedenkingen ten opsigte van het gem: fluijtschip, ‘t Zij dat denselven ballast Scheeps naar Neederland Soude moeten terug keeren dan wel dat geresolveerd wierd hetselve na Batavia te laaten voortvaaren ingeschrifte te Stellen.
dat hierop door gem: Equipagiemeester aan Zijn Edele was overhandigd Sodanig schriftelijk Berigt, als thans ter Vergadering quam te produceeren en aldus was Luijdende
Aan den wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a
‘Wel Edele Gestrenge Heer!’
‘Bij geleegendheijd dat den ondergeteek:n Equipagiemeester deeses Gouvernements d’ Eere had Uwe wel Edele Gestr: berigt te doen in hoe verre men reeds was gevordert met de ontlossing van ‘t hier ter rheede Leggend bij d’ E Comp:ie ingehuurd Hollands part:r Schip de Vreede en Zig inquireerde na de verdere destinatie van dien bodem, so heeft het Uwe wel Edele Gestr: behaagd hem Equipagiemeester te demandeeren, het een en ander bij geschrifte voor te dragen, des hij de vrijheid neemd Sulx bij deesen te doen Uw wel Edele Gestr: in verschuldigtheid kennis geevende’
‘dat het voorm: fluitschip de vreede thans van de goederen voor dit Gouvernement aangebragt, ten eenemaal is ontlost.’
‘dat nadien hier geen goederen aan handen Zijn, waar meede dat Schip ingevolge de Cherte Parthij met dies Rheeders geslooten in retour van hier na Neederland Soude kunnen werden belaaden, den onderget:e dus eenelijk is versoekende en afwagtende de ordres nopens de verdere destinatie van dat Schip of hetselve ballast Scheeps na Europa te rug dan wel verder naar Indiën sal werden Voortgesonden ten einde men Sig daarna intijds soude kunnen reguleeren tot het in Staat Stellen en ingereedheid brengen van ‘t ged: Schip de Vreede navolgens dies verdere destinatie.’
‘En neemd den onderget:e teffens de vrijheid Uw wel Edele Gestr: bij deese geleegendheid Eerbiedigst voor te draagen.’
‘dat ingevalle mogt werden genomen besluit om met den Schipper van ‘t voorm: fluitschip de vreede te treeden in onderhandeling om met desselfs voorm: bodem van hier verder voort te steevenen naar Indiën ten einde aldaar voor d’ E: Comp:ie in retour te werden belaaden /:gelijk Sulx in den voorl: jare 1784 met het Hollands particulier Schip Vreede en Vrijheid meede is geschied:/ als dan bij de Cherte parthij alhier met den Schipper van het selve Schip de vreede op nieuws aan te gaan, de legdagen voor dat Schip te Batavia op langeren tijd als Veertig daagen so als bij de Cherte partij van ‘t voorm: Schip de vreede en vrijheid alhier is bepaald geworden:/ moogen werden gesteld, om reedenen dat het kan gebeuren, dat het meerm: fluitschip te Batavia aankomende, men aldaar niet opstonds een genoegsaame Lading voor hetselve aan handen heeft en men dus in de noodsaake is, deselve eerst van andere Indische comptoirer te doen afhaalen waartoe dan noodwendig eene meerderen dog onseekeren tijd werd vereischt.’
‘Sijnde den onderget: onder Submissie van gevoelen, dat men Zig in ‘t bepalen der legdaagen voor het selve Schip de vreede met seer veel Regt en gevoeglijkheid Soude kunnen reguleeren naar de Cherte Partijen van meest alle de particuliere Scheepen dewelke bij d’ E: Comp:ie ingehuurd en van hier verder naar Batavia Sijn vertrocken, in Europa opgeregt en geslooten, waarbij de Legdaagen sijn gesteld op 171 daagen gereekend na het vertrek uijt de neederlandsche Havenen om aldaar aan de Caab en te Batavia te Lossen en Laaden.’
‘den ondergeteekenden heeft d’ Eere Sig met verschuldigd Respect te teekenen’
’/:onderstond:/’
‘Uw wel Edele Gestr: ootmoedige en gehoorsaame Dienaar /:was geteekend:/ J: V: Gennep /:in margine:/ Cabo de Goede Hoop den 2 Maart 1785.’
Welk Schriftuur geleesen weesende geliefde den Heer Gouverneur de resp: Leeden af te vraegen hoedanig deselve vermeijnden dat als nu omtrend het meerm: fluijtschip de vreede voor den meesten dienst en het belang der E: Compagnies Soude dienen te werden gehandeld: Waarop gedelibereerd Zijnde in overweeging wierd genoomen.
dat bereids een geruijmen tijd voor ‘t arrivement van het selve al geen goederen bij dit Gouvernement aan handen Zijn geweest, om dien bodem met een Lading van hier naar’t Vaderland te kunnen Laaten retourneeren
dat wel is waar naderhand alhier van Ceijlon is aangeland het hoekerschip Catwijk aan Rhijn belaaden met 503884: ponden peeper, om volgens het aanschrijvens der Ceijlonse Regeering over de resp: retourscheepen te werden Verdeeld; dog
dat van voorsz: peeper reeds de Quantiteit van 19713 ponden in het ter rheede Leggend Retourschip ‘T Loo tot opvulling der ruijmte die in hetselve door het sacken der Lading was gevallen, gestord weesende voorts niet alleen nog een gedeelte dier peeper alhier Soude moeten worden aangehouden, om ten dien selfden einde voor de andere nog verwagt werdende Retourscheepen te dienen maar ook in de bij d’ E: Comp:ie afgehuurde hollandse en fransche particuliere Scheepen Vreede en Vrijheid , de Jonge Franc en Les Six Freres 46336 ponden waaren gescheept, om daar door te remedieeren de Considerable SlagZijden die deselve meede door ‘t Sacken haarer laadingen hadden bekomen.
dat dus van voorsz: met het hoekerschip Catwijk aan Rhijn aangebragte peeper maar 342250: ponden overgebleeven Zijnde, dit gevoegd, met de meede p:r evengemelde Bodem aangebragte 4650 ponden Cardamon nog geen halve Lading voor het voorwaerds gemelde fluijtschip de vreede als 426 Lasten groot quam uit te maaken dierhalven was beslooten, het voorsz: restant dier peeper met de Cardamon, het ter vertimmering naar het vaderland te vertrecken Staande freguat Jagt Rust in te geeven.
dat nadien wijders mits den te meermaalen aangehaalden Soberen uijtslag van ‘t graen gewasch, tot nog toe in ‘S Comp:s maguazijnen was aangebragt het geene dat alleen voor den omslag van het gouvernement voor deesen jaare werd verEijscht en ‘er dus geen Apparentie was om het ged: fluitschip de vreede met een Lading Tarwe te Kunnen Laaten retourneeren, dien bodem gevolglijk ballast Scheeps soude moeten werden terug gesonden
Daar aan den anderen Kant met derselven naar Batavia te laaten voortvaaren hier in niet alleen dees avantagie voor d’ E Compagnie Soude resideeren dat de Heeren der Hoge Indiase Regeering een Kloek Schip aan handen Souden bekoomen om te Batavia weederom in retour voor ‘t vaderland te werden aangelegd, maar insonderheid werden uijtgewonnen d’ Equipagie voor een Retourschip en deese manschap in het præsente extreme volksgebrek in Indiën kunnen werden g’Emploijeerd.
En is dierhalven om alle de voorsz: Reedenen voor den meesten dienst en het Intrest der E: Comp:ie eenpaarig beslooten om inselvervoegen als Sulx in het gepasseerde Jaar omtrend het fluitschip vreede en vrijheid is geschied, met den Schipper van ‘t meerm: fluitschip de vreede Thijs Keetel t’ accordeeren, om met desselfs evengem: onderhebbenden bodem van hier verder naar Batavia voort te Steevenen; ten welken eijnde d’ E E: Leeden deeses Raads Adriaan van Schoor en M:r Jacobus Johannes Le Sueur weederom Zijn versogt en gecommitteerd met gedagte Schipper Thijs Keetel in onderhandeling te treeden, nopens de wijse waarop Sulx op het voordeeligste voor d’ E Comp:ie sal kunnen geschieden, sullende voorts aan haar E E: werden ter handen gesteld, copia van het voorwaerds gem: Berigt des Equipagiemeesters ten einde Zig daarvan te kunnen bedienen en insonderheid te reflecteeren op het geene daar bij ten opsigte der verEijschte meerdere Legdaagen werd voorgedraagen.
Voorts is geleesen het onder Staande Request door den Burger Johannes Roos gepræsenteerd,
Aan den wel Edelen Gestr: Heere Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur en Directeur van Cabo de goede Hoop etc etc etc beneevens den E Agtb: Raade van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heere en E: Agtb: Heeren!’
‘Eerbiediglijk vertoond Johannes Roos Vrijburger en Ingeseeten te Draakenstein Hoe dat den Supp:lt wel gaarne ter in ordre brenginge en affdoeninge van Seekere bij sijn Laatste aanweesen in Neederland onafgedaan gebleevene Familie en andere Saaken nu weederom eene reijse derwaerds wenschte te doen.’
‘Weshalven hij dan de needrige Vrijheid neemd Sig te keeren tot Uwe wel Edele Gestr: en E Agtb: met ootmoedige en instantige versoeke, Uwe wel Edele Gestr: en E Agtb: gelieve hem daartoe, neevens Sijne huijsvrouw en vier a vijf kinderen, Successivelijk van drie maanden tot Zeeven Jaaren oud en een Slavin gracieuse Transport te verleenen met een der Retourscheepen welke in de helft of het Laatste der aanstaande maand April van hier Staan te vertrecken en Sulx met de gepermitteerde Kisten en bagagie van een vrijburger volgens Reglement van Batavia.’
‘Sijnde den Suppliant bereid de daartoe staande Transport en Kostgeld voor Logies en Tractement in de cajuijt alhier in Cassa der E: Compagnie te betaalen.’
‘Terwijl hij overigens om Sig bij tijds tot het doen dier Reijse te kunnen versorgen en in Staatstellen, mitsgaders om Sijnen boedel en Effecten, neevens Sijne hier blijvende Kinderen, onder de veijlige administratie sijner nabestaande Vrienden en gemagtigdens te Kunnen Laaten, oversulx op deesen needrigen Requeste reverentelijk is imploreerende om Spoedige en Gunstige Apostille’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende /:was geteekend :/ J: Roos /:in margine Caap de goede Hoope den 7: Maart 1785.’
Waarop is verstaan aan den Supp:lt te Permitteeren met een van ‘S Comp:s Scheepen die in de helft of ‘t Laatst der aanstaande maand April van hier staan te retourneeren, naar Neederland te Vertrecken, met meede neeming van desselfs Huijsvrouw en vier a vijff Kinderen, mitsg:s een Slavinne, mits het gewoone Transport en Kostgeld voor hem Roos en sijne familie om in de Cajuijt gelogeerd en getracteerd te werden en dat der Slavinne voor de heen en weeder rheijse naar het Vaderland en te rug naar deese plaats, mitsg:s om op den overloop te werden geplaatst alvorens in ‘S Comp:s Cassa alhier sal moeten werden voldaan.
Gelijk ook op het diesweegens meede p:r request gedaan Versoek van den Burger Johannes Henricus Reedelinghuijs aan denselven is toegestaan insgelijx met een van ‘S Comp: in de helft of Laatst der aanstaande maand April van hier retourneerende dan wel een ander particulieren bodem naar het vaderland te vertrecken en met sig derwaarts meede te neemen desselfs huijsvrouw, mits alvoorens voor hun beijden het gewoone Transport en kostgeld om in de Cajuijt gelogeerd en getracteerd te werden in ‘S Comp:s Cassa alhier betaalende luijdende het voorsz: Request aldus
Aan den wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur en Directeur van Cabo de goede Hoop &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heere en E E: Agtb: Heeren!’
‘Geeft met allen Eerbied te kennen Johannes Henricus Reedelinghuijs vrijburger Inwoonder alhier.’
‘Dat hij seer gaarne om eenige Familie en andere affaires, welke sijne præsentie verEijschen en waar meede Sijn voordeel of Schaade grotelijx geinteresseerd en vermengd is een Springtogt naar Neederland wenschte te doen.’
‘Weshalven den Supp:lt de vrijheid neemd Sig needrig te Keeren tot Uwe wel Edele Gestr: en E E: Agtb: ootmoedig versoekende hem daartoe neevens sijne huijsvrouw te Willen verleenen gracieuse Passagie met eene der in de helft ofte het Laatst van de aanstaande maend April van hier te vertrecken staande retourscheepen der E: Compagnie ofte met eenig particulier Schip’
‘ende Sulx met de gepermitteerde kisten en bagagie toegestaan aan een vrijburger, volgens de Reglementen van Batavia bereid sijnde om de daartoe staande Transport en Costgelden voor Logies en Tractement in de cajuit alhier in cassa der E: Comp: te voldoen.’
‘Terwijl den Supp:lt overigens om sijn boedel en affaires alhier voor af in behoorlijke ordre te Kunnen brengen, op deesen requeste instantig is versoekende gracieuse en Spoedige Apostille’
’/:onderstond:/’
‘’T Welk doende &:a / was geteekend:/ J: H: Reedelinghuijs, /:in margine:/ Cabo de goede Hoop den 1 Maart 1785.’
Waana door den Burger Johannes Augustus Bresler het onderstaande Zoortgelijk Request wierd gepresenteerd.
Aan den wel Edelen Gestr: Heere Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur en Directeur van Cabo de goede Hoop &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en Ed: Agtb: Heeren!’
‘Eerbiediglijk geeft te kennen Johannes Augustus Bresler vrijburger en Ingeseeten alhier hoe dat hij seer gaarne ter verrigtinge en afdoeninge van Seekere familie en andere Saaken waarmeede Sijne Intressen grotelijx vermengd is, en welke Sijne præsentie personelijk komen te verEijsschen, een Springtogt naar neederland Soude willen doen.’
‘Weshalven hij dan de vrijheid neemd Sig in allen Ootmoed te wenden tot Uwe Wel Edele Gestr: en Ed: Agtb: Heeren met instantig versoek, hem daartoe te willen verleenen gunstige Passagie met eene der Retourscheepen van de E: O: I: Comp:ie ofte met eenige andere bequaam particulier Schip in de helft of het Laatste der aanstaande maand April van hier te vertrecken Staende ende Sulx met de gepermitteerde kisten en bagagie aan een Vrijburger toegestaan volgens Reglement van Batavia Sijnde den Supp:lt bereid, niet alleen om de Transport en Costgelden voor Logies en Tractement in de Cajuijt alhier in Cassa der E: Comp:ie te betaalen.’
‘Maar ook om desselfs besit en Effecten te laaten onder de administratie van Sijne huijsvrouwe en gemagtigdens, en van ‘t selve alleen maar het nodige tot honnette Subsistentie in neederland geduurende desselfs verblijf aldaar meede te neemen.’
‘Suppliceerende den Supp:lt op deesen needrigen Requeste om Sig bijtijds tot de Reijse te kunnen in ordre brengen, oversulx Eerbiedig om Spoedige en gunstige Apostille.’
’/:onderstond:/’
‘’T Welk doende &:a / was geteekend:/ J: A: Bresler /:in margine:/ Cabo de goede Hoop p:mo maert 1785.’
Op het welk dan meede is goedgedagt van den Supp:lt t’ accordeeren met een van ‘S Comp: in de helft of het Laatste der aanstaande maand April van hier retourneerende Scheepen naar het vaderland te vertrecken, ten welken eijnde het gewoone Transport en Costgeld voor het Logies in de Cajuijt alvorens in ‘S Comp:s Cassa alhier Zal moeten werden voldaan.
Terwijl voorts aan de Supp:lten te weeten aan voorm: Roos en Reedelinghuijs voor hun en derselver Huijsvrouwen ijder een, mitsg:s aan ged: Bresler insgelijx een kleeder Kist is geaccordeerd meede te neemen
Al verder door den oud Tweeden Opperchirurgijn deeses Gouvernement Coenraad Nelson ook bij Request versoek gedaan Zijnde, om weederom met een der retourscheepen deeses Jaers ter repatrieeren, So is goedgedagt hetselve aan den Supp:lt t’accordeeren, ende Sulx onder betaaling der daartoe staande Transport en Kost penningen voor het Logies in de Cajuijt, terwijl bij voorvallende Vacature van een opperchirurgijns plaats op een der retourscheepen op des Supp:lts Versoek om als dan daartoe te werden g’Emploijeerd naar omstandigheid van Zaaken favorabel reguard Sal werden genoomen.
Ook is aan den Boekhouder Petrus Johannes Truter hierom al meede bij Request versoek doende g’accordeerd om desselfs zoontje meede Petrus Johannes genaamd ter erlangen eener verdere goede Educatie met het freguat Schip Jagt Rust naar Neederland over te Zenden, mits voor hetselfe d’ ordinaire Transport en Kostpenningen alhier in ‘S E: Comp:s Cassa werde betaald.
En nadien den krankbesoeker Hendrik Heijligers die in den Jaare 1781 met het retourSchip Batavia uijt India hier aangekoomen en Seedert is verbleeven, insgelijx bij request versoek is gedaan, om naar Neederland te mogen vertrecken, is verstaan Zulx aan hem t’accordeeren, en denselven Heijligers volgens Zijn verder versoek in desselfs qualiteit als krankbesoeker op het voor de Camer Enchuijsen retourneerend Schip Meerenberg te plaatsen.
Sijnde voorts door den Capitain Pierre Menard voerende het voor Reecq: der E Comp:ie te Batavia afgeladene frans part: Schip Le Jeune Stanislaus ingediend het volgende versoekschrift
‘A Messieurs Les membres du Conseil de La compagnie d’ Hollande au cap de Bonne Esperance’
‘Le Sieur Pierre Mesnard Capitaine du navire Le Jeune Stanislaus venant de Batavia charger pour le compte de La compagnie d’ hollande a l’honneur, de voux exposer q’uetant arrive a Batavia Le 1: Juillet 1784 venant de L Isle de france , qu aijant per du dans se traverseé une partie de sondoublagé et apres visite faitte de La part du Conseil de Batavia, il a été juger necessaire de remplacer le dit doublage et de carrener Le dit navires ce qui a eté fait a L Isle d’ onerons parles ouvriers de la ditte Compagnie apres Les reparations faittes audit navire et etant parti de Batavia pour aller a Roterdam il S ést declaré a la mer une voied cau, qu il La oblige de Relacher a L Isle de france ou il fait retablir Le navire et changer son gouvernail qui avoit été force par un coup de mer Le navire etant ainsij en Etat et ne faisant plus d’ eau, il est partij de L Isle de france pour Se rendre a Sa Destination a la mer il S’ est declaré une autre voie d’eau qui a augmentée de plus en plus jus qu’ au nombre de quinze a Seize pouces par heure ce qui a obligé de pomper toutes Les demi heures et á notre arrivee icij, d’avoir recours au gouverneur, pour avoir Les Secours necessaires et Le mettre en etat de pour Suivre Son virage ou ij a travaille aussitot en dechargeant Le casses de son entrepont et aijant fait Lever tribord et Babord environ trois cent quatre vingt pies de doublage sons cuite pour pouvoir decouvrir La voie d’eau apres avois travaille toutes Les coutures du franc bord, et replacé du Doublage neuff, il se trouve que Le Navire fait encor douze pouces d’eau a L’heure C’est pourquoi j’ai recours a votre autorité ainsi qu ‘a vos avis et conseils pour prendre au parti convenable’
’/:onderstond:/’
‘Messieurs: Votre tres humble et tres obeissant Serviteur /:was geteekend:/ P:re Menard /:in margine:/ du 14 Mars 1785.’
Welk Schriftuur geleesen weesende is verstaan te Stellen in handen van den E: Equipagiemeester Justinus van Gennep met Last om neevens Twee Schippers van so veel der ter rheede Leggende ‘S Comp:s Scheepen, mitsg:s g’adsisteerd met den Baas der Scheepstimmerlieden van ‘S Comp:s werf alhier op ‘t nauwkeurigst t’ Examineeren de gebreeken welke Sig volgens d’ opgave van bovengemelden franssen Capitain aan het ged: Schip Le Jeune StanisLaus souden bevinden en dies aangaende te dienen van Schriftelijk berigt, ten einde men indiervoegen van de weesentlijke toestand van meerm: bodem grondig onderregt Zijnde vervolgens sodanig besluijt Sal Kunnen neemen als voor ‘t Intrest en het belang het welk d’ E: Comp:ie daarbij is hebbende Sal werden bevonden te behooren.
Vervolgens wierd door voorwaardsgemelden Burgers Johannes Augustus Bresler en Johannes Henricus Reedelinghuijsen gepræsenteerd het volgende Request
Aan den Wel Edelen Gestr: Heere Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur en Directeur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘Reverentelijk geeven bij deesen te kennen de ondergeteekende Burgers alhier Johannes Augustus Bresler en Johannes Henricus Reedelinghuijs.’
‘Hoe Zij Supp:lten als aanneemers van het fransche Hospitaal in den Jaare 1782 op het voorstel van Zijn wel Ed: Gestr: den Heer oud Gouverneur M:r Joachim van Plettenberg en Zijn Excellentie den Heer Grave de Conwaij, genoodsaakt Zijn geweest, een nieuw Logement te doen bouwen voor de Zieken van het toentertijd alhier geleegen hebbend frans Regiment van Pondicherrij .’
‘dat door de omstandigheeden van dien tijd en nog andere Zaake te ampel hier in te melden, dit gebouw of Logement aan hun is komen te kosten een Somma van ruijm ƒ12000: Indische valuatie.’
‘mitsgaders aan Zijn wel Ed: gestr: den heer Oud Gouverneur voorm: beneevens dit ook is beweesen dat het gebouw alleen op begeerte der franschen, dus buijten hooge noodsaakelijkheid is opgeset en aan de onderget: Supplianten die alreeds Logementen genoeg hadden, onnoodige Kosten heeft veroorsaekt.’
‘En aangemerkt de Importante Schade en verliesen door de Supp:lten geleeden weegens opgem: Gebouw dat gebleeken is wanneer p:r ordre van Zijn Wel Edele gestr: de Heer oud Gouverneur Soude worden verkogt, het geen egter niet geEffectueerd geworden is vermits door de Supp:lten ten vendutie dage het selve moeste werden ingehouden om de Laagheid van ‘t bod in die hoope bij ‘t Lang gewenschte arrivement van Zijn Wel Ed: Gestr: de Heer Gouverneur van de Graaff aan Zijn wel Edele gestr: en Uw E: Agtb: daaromtrend de nodige vesoeken te doen ter dedomagement van de Supp:lten waartoe den Edelen Heer oud gouverneur voorm: niet wilde condescendeeren.’
‘So is het, dat de Supp:lten mitsdien Eerbiedig Zig hier in tot Uw Ed Gestr: en E Agtb: Keeren insteerende en Versoekende dat het Uw E: gestr: en E: Agtb: behaage aan de Supp:lten ter hunner Schaavergoeding in Vrijen Eijgendom te vergunnen het Terrain of Erf als nog den Heer toebehoorende op het welke ten dienste van den Lande en ‘t algemeen de Supp:lten gedwongen Zijn geworden ten hunner koste het gemelde gebouw te Laaten Timmeren, groot in Zijnen grond 102 quadraat roeden 15 dito Voeten en 36: gelijke duijmen So als de aan deesen geannexeerde figuure door den Landmeeter geformeerd omstandig komt aan te toonen.’
‘Terwijl de Supp:lten in hoope van gunstige accordatie teffens ook Suppliceeren om gunstige appostille.’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende etc: /:was geteekend:/ J: A: Bresler, J: H: Reedelinghuijs.’
’/:in margine:/ Cabo de goede Hoop den 15: Maart 1785.’
Het welk geleesen en ten dien belange overwoogen Zijnde dat bereids een geruijmen tijd geleeden, de Supp:lten Zijn geordonneerd geworden, om het door hun tot een Hospitaal voor de Zieken van het frans Regiment van Pondicherij opgeset gebouw tot den afbreuk te Vercoopen, en hier aan oversulx al lang had moeten Zijn voldaan is dierhalven beslooten, de Supp:lten de novo te gelasten, om Zonder hier meede Langer te traineeren voorsz: opstal tot den afbreuk te Verkoopen en de grond behoorlijk Effen mitsgaders van het puijn gesuijverd ter dispositie der E Comp:ie weeder over te Leeveren.
Door de Schippers der aanweesende Hollandse particuliere Scheepen Oudenaerde en de Vlugge Trekvogel , Hans claassen en Barend Jansz: Uffen bij Request versoek gedaan Zijnde d’ Eerstgemelde om met Twee mattroosen in Steede van een gelijk getal gedeserteerde ende Laatstgenoemde met drie in plaatse van Soo veel die als Impotenten hier moeten agterblijven te werden geadsisteerd, Soo is verstaan het versoek van voorm: Schippers aan deselve t’ accordeeren, en permissie te verleenen om van de Manschappen alhier, dewelke hun verlossinge en ontslag uijt den dienst der E: Compagnie hebben erlangd, en daartoe Sullen inclineeren, in dienst der Rheeders van opgem: Twee particuliere Scheepen aan te neemen.
Werdende hier na door den Heer Gouverneur geproduceert de door den Landmeeter geformeerde demonstrative figuur nopens de gebouwen, dewelke den Titulair vaandrig der Burgerije Jeremias Auret, heeft begonnen op te setten, op de onlangs aan hem uijtgegeevene Erven in de Baaij fals en ten deesen belange overwoogen Sijnde dat of wel door ged: Auret in deesen teegens de bepaling, der aan hem verleende Erfgrondbrieff is gehandeld, denselven waarschijnlijk de hieromtrend gebruijkte Conniventie des Heeren gouverneurs van Plettenberg wat te veel tot Zijn voordeel sal hebben geinterpreteerd Sonder egter het oogmerk te hebben gehad hier inne door een directe overtreeding der voorsz: gemaakte bepaaling te handelen
dat voorts gelijk het ten vollen bekend is, dat het voorsz: reets daarstaande Huijs en Erff van hem Sodanig is gesteld dat het selve niet langer tot een wooning sal kunnen werden gebruijkt.
En het hem oversulx tot important nadeel Soude Strecken, ingevalle voorsz: reets begonne gebouwen wederom Soude moeten demolieeren.
En dat wijders de door hem geoffereerde vergrooting aan den gemeenen weg Seer veel ten algemeenen nutte sal toebrengen.
So is verstaan aan denselven Auret te permitteeren om de op het voorsz: nieuwe Erff begonne gebouwen te mogen voltooijen, onder deese Expresse conditie nogthans dat deselve so min als het Stuk gronds aan de andere sijde van ‘t Huijs nimmer van het selve Huijs gesepareerd ofte gesplist en dus niet afsonderlijk vercogt, verhuurd ofte veralieneerd Sullen moogen werden maar ter contrarie altoos tot en aan elkanderen Sullen blijven en gehooren en dienvolgens in het meerm: Huijs en voorsz: nieuw begonne gebouwen ook maar een en het selfde bedrijff en neering werden geoeffend. en Sal aan den Posthouder Brand Extract deeses werden ter handen gesteld, ten eijnde bij continuatie naauwkeurig te letten dat gemelden Auret niet alleen op geener hande wijse teegens deese nadere bepaling koome te handelen, maar dat ook de voor bij desselfs meerm: Huijs en nieuw verkreegene Erven Loopende Weg Sodanig werde verbreed en uijtgelegd als sulx door hem is aangebooden en in voorsz: demonstrative figuur is bekend gesteld.
Door den geweesen Schipper van het Hoeker Schip Catwijk aan Rhijn , Clement Bijendorp die op desselfs diesweegens gedaan versoek van het commando op voorsz: hoeker is ontslaagen met permissie om onder afgesz: gagie naar’t Vaderland te moogen vertrecken thans meede versoek Gedaan Zijnde om ten dien eijnde met het van China verwagt werdend retourschip de gouverneur generaal de Klerk te mogen overvaaren, is best gedagt, de dispositie hierop uijtgesteld te laaten, tot dat voorsz: bodem hier Sal weesen gearriveerd en men dus Sal kunnen weeten, of daar in de nodige ruijmte voor gem: Bijendorp Sal Sijnde Sullende intusschen het Hoeker Ship met het geene daartoe behoord, door gem: Bijendorp aan den geenen die hem in het Commando over het selve sal opvolgen conform de ordre der E: Comp:ie moeten werden overgegeeven.
Verders overwoogen Zijnde dat de gelderen die onlangs p:r assignatie op’t Vaderland ten bedrage van [.....] Ducatons ofte ƒ [.....] hollands in ‘S comp:s Cassa Sijn geteld, volgens de ordre met ducatons a [.....] Stuijv: bij voorsz: Cassa ingenoomen en de assignatiën ook daarna zijn opgemaakt, daar nogthans het voorsz: bedraagen effectivelijk alles in Papiere munten is ontfangen, So is ten einde men in ‘t Vaderland niet Soude mogen vallen in het begrip als waare meerm: Sommen in Zilvere Specie ontfangen, verstaan, hier van bij ‘t eerst af te gaane Schrijvens de Heeren Meesteren te provenieren met bijgevoegd Eerbiedig versoek dat de Jongst Van hier gedane Eijsch van Contanten hier door geen verandering ondergaen maar ten vollen mogen werden voldaan.
Door den Heer Independent fiscaal M:r Jan Jacob Serrurier en den E: Coopman en Keldermeester M:r Jacobus Johannes Le Sueur ingevolge en ter voldoening van het aan hun E E: gedemandeerde bij Resolutie van den 22: februarij Laatstleeden nopens het ten dien dage gepræsenteerd request van den generaalen pagter der Caabsche coele wijnen Jacobus Johannes Van den Berg heeden ingediend Zijnde het volgende Berigt.
Aan den wel Edelen Gestr: Heer Jacob Cornelis van de Graaff Gouverneur en Directeur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Politicquen Raad
‘Wel Edele Gestr: Heer en Edele Agtb: Heeren!’
‘Uw E: gestr: en E Agtb: den onderget: den opper Koopman en Independent Fiscaal M:r Jan Jacob Serrurier en den Koopman en Keldermeester M:r Jacobus Johannes Le Sueur meede Leeden deeser vergadering hebbende gelieven op te dragen, de commissie omme te Examineeren seeker request door den generaalen Pagter der caabse coele wijnen Jacobus Johannes van den Berg aan den Edelen Heer Gouverneur gepresenteerd beneevens de daarbij verder overgelegde Stucken en papieren, voor al om te ondersoeken of men ten belange van het daarin vervat beswaar en Klagten van ged: Pagter over de meenigvuldige Sluijkerijen die Pal seedert het begin van het aanneemen Zijner pagt waaren gepleegd en nog wierden begaan in het quartier van het alhier nog guarnisoen houdend Switsers Regiment van Meuron niet een Expedient Soude Kunnen werden gevonden, waar door niet alleen alle klagten wierden uit den weg geruimd en gemenageerd, dat deese Raade niet wierde vermoeijlijkt, maar voor al geprævenieerd dat door geen Slinkse practijcquen eenig nadeel wierde toegebragt aan een pagt, die thans een der voornaamste Tacken van ‘S Lands Inkomsten komt uit te maaken: hebben deselven gemeend aan het g’Eerd oogmerk van Uwel Ed: gestr: en E Agtb: best te Sullen voldoen, om voor aff den Chef van dat Regiment den Heer Meuron Soo wel als evengem: aanneemer der generaale pagt te onderhouden en vervolgens in beide teegenwoordigheid Sodanige provisioneele middelen te beraamen, als waar door aan dat heilsaam oogmerk konde werden beantwoord, en alle disputen voor ‘t vervolg uit den weg geruimd: Ingevolge waarvan dan de onderget: thans de Eere hebben UwE: gestr: en E Achtb: als het resultat deeser hunner Commissie, ter Kennisse te brengen, dat meermelde generaalen pagter der Caebse Coele Wijnen Jacobus Johannes van den Berg aan de eene Sijde Sig hebbende verpligt om P:mo aan de onder Officieren van dat Regiment voor even denselfden prijs als waar voor gewoon is de Wijnen aan de particuliere Ingeseetenen alhier te vercoopen te Sullen Leeveren, hare dagelijx consumptie van dat vogt, die bereekend is geworden op Een’
‘Anker in de maand voor elk hoofd ten Tweeden aanneemd, de wijnen die in de Sogenaamde Cantines van ‘t quartier door de daartoe gepermitteerde Persoonen aan de Soldaaten van dat Corps Sullen werden vertapt, altoos een Rijxd: minder p:r halfaam te Sullen Leeveren, dan aan Zijne gewoone bijtappers pleeg te vercoopen, en welke Somme door het teegenswoordige bepaald word op rds: 12: p:r halfaam, Sullende deselve ten derde om alle confusiën en prætexten van ignorantie voor te koomen alle de halfaamen, die gebruikt worden tot het overbrengen der wijnen, so ten gebruijke der Onder Officiers als van de cantines op de bodems laaten maaken aan de eene Sijde met de woorden Regiment van Meuron en op de andere generaale Pagt, terwijl deselve Laetstelijk en wel voornamentlijk belooft om te Sullen Sorge draagen geene dan deugdsaame Wijnen die ten allen tijden door deskundigen Sullen Konnen werden geproevd, So wel aan de Cantines als aan de onder officieren te Sullen Leeveren onder Submissie aan de pœnaliteiten bij het generaal placcaat gestipuleerd teegens de vervalschers der wijnen; Terwijl aan de andere kant, den Heer Colonel de Meuron Sig heeft geEngageerd, niet alleen dat Zo min de onder Officieren voor hun bijsonder gebruijk als de fouriers dien Zijn Ed: Sal permitteeren in de cantines, wijnen bij de kleine maat aan de Soldaaten uit te Slijten van niemand eenige wijnen Sullen mogen koopen, dan van den generaalen pagter nog dat Sal gedoogen dat eenige wijnen van ijmand anders hoegenaamd en onder welk prætext Sulke ook soude moogen Zijn in’t Quartier werde ingebragt, of dat door ijmand eenige Smokkelarijen worde bedreeven, die met alle rigeur Soude teegengaan, maar daar en boven nog Zorge draagen, dat die geenen, die permissie hebben om buijten het Quartier te werken en te Slaapen en hier en daar op kamers of in huijsen komen te wonen ook geene andere wijnen tot hun gebruijk Sullen mogen inslaen en koopen dan van dikwelsgem: generaalen pagter.’
‘Welke provisioneele Schickinge de onderget: dan de vrijheid neemen aan ‘t hoogwijs oordeel en de nadere goedkeuringe van UwEd: Gestr: en E Achtb: reverentelijk op te dragen en te Laaten dienen voor Eerbiedig Rapport.’
’/:was geteekend:/’
‘J: J: Serrurier J: J: Le Sueur /:in margine:/ In raade overgegeeven den 15 Maart 1785.’
So is verstaan de daarbij gemaakte Schickingen ten Vollen t’ approbeeren en mitsdien het ged:e berigt in eene Resolutie deeses Raeds te converteeren waar van So aan den Heer Collonel van Meuron als aan voorwaardsgem: generaalen Pagter ijder een behoorlijk Extract Sal werden ter hand gesteld ten einde de voorsz: Schickingen Stiptelijk werde agtervolgd en naargekoomen, Terwijl bovensdien aan gem: Heer Fiscaal is opgedraagen, de hand te houden en te letten, teegens alle infractie die van de een of andere Zijde daaraan Soude kunnen werden toegebragt.
En is voorts op versoek en voordragte van gem: Heer Independent Fiscaal tot desselfs adjunct aangesteld den adsistend Gabriël Exter van Tweebruggen ende Sulx met bevordering tot Boekhouder met ƒ30: ter maand onder een nieuw drie Jarig verband.
Wijders door den Heer Hoofd Administrateur Pieter Hacker met versoek om daerop dispositie t’ erlangen in Raade geproduceert Sijnde de onderstaande Memorie.
‘Memorie van ‘t nabesz: ijser Bier Lijnolij, Houtwerken &:a als ‘er uijt de volgende Scheepen Soo te min gebrooken als bij Pijling minder bevonden, de Lijf Eijgenen in deses Jongst gepasseerde maanden door de natuurlijke dood overleeden het vee in gemelde tijd So verrekt als door het wild gedierte verslonden, alles volgens verclaringen blijkende namentlijk’
‘
Uijt 'S Comp:s Schip de Batavia | |||
afsz: { | 8 | p:s heele Scheepels op 14 p:s in 1 Cas n:o 31, te min | |
7 11/12 | gros Lange tabakspijpen op 25 grossen in gemelde | ||
2 3/12 | d:o Korte d:o d:o 10 do cassen gebrooken | ||
Uijt 't Comp:s Schip de Shelde | |||
afsz: { | 83: | lb hop op 1000: lb in 5 vaten bij naweeging te min | |
Uijt 't particulier Schip d' Eensgesindheijd | |||
Vercoopen { | 8 | p:s greene deelen van 1 1/2 d:m op 150: p:s gebrooken | |
14 | p:s gr: deelen van 1 1/2 d:m met een snee op 200 p:s | } gebroken | |
23 | d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o op 380 p:s | ||
28 | d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 550 d:o | ||
Uijt 't particulier fluitschip de Mentor | |||
vercopen | 9 | p:s beslage Schoppen op 200 p:s in 1 cas gebrooken | |
afsz: | 1005 | lb gesort: ijser op 67500: lb bij naweeging te min van den Extra ordinaire Eijsch | |
Uijt 't particulier Hoeker Schip Dordrecht | |||
vercopen { | 3 | p:s gr: Sparren van 30 a 36 v:t op 30 p:s | |
2 | d:o d:o d:o d:o 15 d:o 18: d:o d:o 65 d:o | ||
6 | d:o Juffers d:o 30 d:o 36 d:o d:o100 d:o gebrooken | ||
28 | d:o d:o Deelen d:o 1 1/2 d:m 24 v:t d:o 500 d:o | ||
afsz: | 1860 | Cann: Bier op 150 Vaten anker pijlende 96 van 3, 49 van 4:, 2 van 5:, 1 van 9 en 2 van 11 d:m wan | |
Uijt het particulier Schip de Jonge Jacob | |||
vercopen { | 740 | p:s grauwe moppen op 2500 p:s | |
515 | d:o geele klinkers d:o 2500 d:o | ||
1 | d:o Spar van 30 a 36 v:t op 10 p:s | ||
2 | Juffers d:o 30 a 36 d:o d:o 25 d:o | ||
afsz: | 1 | d:o gr: Rib d:o 6 en 8 d:m op 50 p:s te min | |
vercopen { | 3 | d:o d:o d:o d:o 5 d:o 7 d:o d:o 100 | } gebrooken |
4 | d:o d:o d:o d:o 5 d:o 6 d:o d:o 50 | ||
5 | p:s gr: Ribben van 4 en 5 d:m op 50 p:s | ||
10 | d:o d:o d:o d:o 3 d:o 3 d:o d:o 240 d:o | ||
afsz: | 128 | d:o d:o d:o d:o 3 d:o 3 d:o te min | |
Vercopen { | 14 | d:o d:o Latten d:o 1 1/2 d:o 3 op 145 p:s | } gebrooken |
15 | d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 2 d:o 200 d:o | ||
17 | d:o d:o Deelen d:o 2 d:m op 450 p:s gebrooken | ||
afsz: | 43 | d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 450 d:o te min | |
vercoopen | 26 | d:o d:o d:o d:o 1 1/2 op 620 p:s gebrooken | |
Inneemen | 92 | d:o d:o Latten van 2 en 3 duijmen uijtgeleeverd die niet op de factuur bekend Staan | |
afsz: { | 127 | lb Alluijn in 1 vat n:o 310: te min uijtgeleeverd van den Extra ordinaire Eijsch | |
200 | Ellen of 2 p:s breed vlaems Linnen | } een Cas te min uitgeleeverd | |
75 | Strengen Zijlgaaren | ||
19 | p:s heele Leggers banden op 1000 p:s in 5 bossen | } welke bossen alle wel geconditioneerd waaren te min bevonden van den Extra ordinairen Eijsch | |
18 | d:o Heele aams d:o d:o 1000 d:o d:o 3 d:o | ||
1 | d:o Halve d:o d:o d:o 1250 d:o d:o 2 d:o | ||
1643 | lb gesort: ijser op 70000 lb te min van den Extra ordinairen Eijsch | ||
64: | Cann: olijven olij op 't halve aamen pijlende 5 van 4 en 3 van 3 duijm wan | ||
Uijt het Particulier Schip Eijk en Woude | |||
Vercoopen { | 3 | p:s gr: Ribben van 3 en 3 d:m op 50 p:s | |
6 | d:o d:o Deelen d:o 2 d:m d:o 100 d:o | ||
8 | d:o d:o d:o met Een Snee van 1 1/2 d:m op 100 p:s | ||
10 | d:o d:o d:o van 1 1/2 d:m op 200 p:s | ||
4 | d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 100 d:o | ||
afsz: { | 25 | lb Bruijn oker in 1 vat n:o 9 te min uitgeleeverd | |
100 | p:s Tinne Schootels in 3 soorten w:t in Een Cas | ||
100 | d:o d:o borden 398 lb n:o 297 | ||
100 | d:o d:o heele commen in 2 Soorten w:t 356 1/2 lb in Een Cas n:o | ||
200 | d:o d:o beste Leepels 298 te min uijtgeleeverd | ||
inneemen { | 15: | riemen groot mediaan Papier op 45 riemen in 12 cassen n:o | |
35 | d:o formaat klijn d:o d:o 75 d:o 171 tot 182 | ||
22 | d:o Cardoes papier 10 d:o meerder | ||
96 | bladen bord papier die niet op de factuur bevonden als de bekend staan factuur dicteerd | ||
afsz: | 30 | Riemen Klijn mediaan papier in Laatstgem: Cassen minder bevonden als de factuur dicteerd. | |
Uijt 'S Comp:s Schip de Castor | |||
afsz: | 209 | p:s gesort drinkglaasen op 1000 p:s in 2 Cassen gebroken | |
Uijt 't particulier Schip de vrouwe Johanna Jacoba . | |||
vercoopen { | 19 | p:s gr: deelen van 2 d:m l:g 24 v:t op 450 p:s gebrooken | |
36 | gesaagde deelen met een Snee op 600 d:o d:o | ||
Uijt het Particulier Schip Ouden aarde | |||
afsz: { | 1 | p:s heele Legger Schoof op 30 p:s te min uitgeleeverd. | |
3247: | lb gesort: ijser op 60000 lb in't 1292 Staven bij naweeging minder | ||
vercoopen { | 17 | p:s ijseren potten op 100 p:s gebrooken | |
3 | d:o gr deelen van 2 1/2 d:m op 75 p:s so | } defect als gebrooken | |
7 | d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 175 d:o | ||
10 | d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 175 d:o | } gebrooken | |
7 | d:o gesaagde deelen van 1 1/2 d:m op 100 p:s met een Snee | ||
afsz: | 1335 | Cann: Lijn olij op 882 Stopen in 30 halve aamen pijlende 8 van 12, 19 van 3 en 3 van 4 duijm wan | |
vercoopen { | 7 | p:s hak en plat picken op 1000 p:s | } gebroken |
29 | d:o graven met Steelen d:o 1000 d:o | ||
51 | d:o gesort: raspen en vijlen op 827 p:s in 1 cas | ||
Uijt 'S Comp:s Schip Constantia | |||
afsz: | 1602 | lb gesort: ijser op 33750 lb in 894 Staaven bij naweeging te min van den Extra Ordinairen Eijsch | |
Uijt 'S Comp:s Schip 'T Lam | |||
afsz: { | 120 | Cannen bier op 5 vaaten uijt de Brouwerije de Fles waarvan 1 half leedig en 't restant gebruijkt tot 't opvullen der vier overige vaaten. | |
735 | p:s glaase ruijten van 12 & 14 d:m op 6000 p:s in 24 cassen gebrooken | ||
In 't negotie Pakhuijs | |||
afsz: { | 136 | lb Tabak te min ip 72 Rollen in 2 Cassen beijde genommert | |
189 | met het Schip de Factor uijt 't Patria in A:o 1783 aangebragt |
Uijt 'S Comp:s Schip de Batavia | |||
afsz: { | 8 | p:s heele Scheepels op 14 p:s in 1 Cas n:o 31, te min | |
7 11/12 | gros Lange tabakspijpen op 25 grossen in gemelde | ||
2 3/12 | d:o Korte d:o d:o 10 do cassen gebrooken | ||
Uijt 't Comp:s Schip de Shelde | |||
afsz: { | 83: | lb hop op 1000: lb in 5 vaten bij naweeging te min | |
Uijt 't particulier Schip d' Eensgesindheijd | |||
Vercoopen { | 8 | p:s greene deelen van 1 1/2 d:m op 150: p:s gebrooken | |
14 | p:s gr: deelen van 1 1/2 d:m met een snee op 200 p:s | } gebroken | |
23 | d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o op 380 p:s | ||
28 | d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 550 d:o | ||
Uijt 't particulier fluitschip de Mentor | |||
vercopen | 9 | p:s beslage Schoppen op 200 p:s in 1 cas gebrooken | |
afsz: | 1005 | lb gesort: ijser op 67500: lb bij naweeging te min van den Extra ordinaire Eijsch | |
Uijt 't particulier Hoeker Schip Dordrecht | |||
vercopen { | 3 | p:s gr: Sparren van 30 a 36 v:t op 30 p:s | |
2 | d:o d:o d:o d:o 15 d:o 18: d:o d:o 65 d:o | ||
6 | d:o Juffers d:o 30 d:o 36 d:o d:o100 d:o gebrooken | ||
28 | d:o d:o Deelen d:o 1 1/2 d:m 24 v:t d:o 500 d:o | ||
afsz: | 1860 | Cann: Bier op 150 Vaten anker pijlende 96 van 3, 49 van 4:, 2 van 5:, 1 van 9 en 2 van 11 d:m wan | |
Uijt het particulier Schip de Jonge Jacob | |||
vercopen { | 740 | p:s grauwe moppen op 2500 p:s | |
515 | d:o geele klinkers d:o 2500 d:o | ||
1 | d:o Spar van 30 a 36 v:t op 10 p:s | ||
2 | Juffers d:o 30 a 36 d:o d:o 25 d:o | ||
afsz: | 1 | d:o gr: Rib d:o 6 en 8 d:m op 50 p:s te min | |
vercopen { | 3 | d:o d:o d:o d:o 5 d:o 7 d:o d:o 100 | } gebrooken |
4 | d:o d:o d:o d:o 5 d:o 6 d:o d:o 50 | ||
5 | p:s gr: Ribben van 4 en 5 d:m op 50 p:s | ||
10 | d:o d:o d:o d:o 3 d:o 3 d:o d:o 240 d:o | ||
afsz: | 128 | d:o d:o d:o d:o 3 d:o 3 d:o te min | |
Vercopen { | 14 | d:o d:o Latten d:o 1 1/2 d:o 3 op 145 p:s | } gebrooken |
15 | d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:o 2 d:o 200 d:o | ||
17 | d:o d:o Deelen d:o 2 d:m op 450 p:s gebrooken | ||
afsz: | 43 | d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 450 d:o te min | |
vercoopen | 26 | d:o d:o d:o d:o 1 1/2 op 620 p:s gebrooken | |
Inneemen | 92 | d:o d:o Latten van 2 en 3 duijmen uijtgeleeverd die niet op de factuur bekend Staan | |
afsz: { | 127 | lb Alluijn in 1 vat n:o 310: te min uijtgeleeverd van den Extra ordinaire Eijsch | |
200 | Ellen of 2 p:s breed vlaems Linnen | } een Cas te min uitgeleeverd | |
75 | Strengen Zijlgaaren | ||
19 | p:s heele Leggers banden op 1000 p:s in 5 bossen | } welke bossen alle wel geconditioneerd waaren te min bevonden van den Extra ordinairen Eijsch | |
18 | d:o Heele aams d:o d:o 1000 d:o d:o 3 d:o | ||
1 | d:o Halve d:o d:o d:o 1250 d:o d:o 2 d:o | ||
1643 | lb gesort: ijser op 70000 lb te min van den Extra ordinairen Eijsch | ||
64: | Cann: olijven olij op 't halve aamen pijlende 5 van 4 en 3 van 3 duijm wan | ||
Uijt het Particulier Schip Eijk en Woude | |||
Vercoopen { | 3 | p:s gr: Ribben van 3 en 3 d:m op 50 p:s | |
6 | d:o d:o Deelen d:o 2 d:m d:o 100 d:o | ||
8 | d:o d:o d:o met Een Snee van 1 1/2 d:m op 100 p:s | ||
10 | d:o d:o d:o van 1 1/2 d:m op 200 p:s | ||
4 | d:o d:o d:o d:o 1 d:o d:o 100 d:o | ||
afsz: { | 25 | lb Bruijn oker in 1 vat n:o 9 te min uitgeleeverd | |
100 | p:s Tinne Schootels in 3 soorten w:t in Een Cas | ||
100 | d:o d:o borden 398 lb n:o 297 | ||
100 | d:o d:o heele commen in 2 Soorten w:t 356 1/2 lb in Een Cas n:o | ||
200 | d:o d:o beste Leepels 298 te min uijtgeleeverd | ||
inneemen { | 15: | riemen groot mediaan Papier op 45 riemen in 12 cassen n:o | |
35 | d:o formaat klijn d:o d:o 75 d:o 171 tot 182 | ||
22 | d:o Cardoes papier 10 d:o meerder | ||
96 | bladen bord papier die niet op de factuur bevonden als de bekend staan factuur dicteerd | ||
afsz: | 30 | Riemen Klijn mediaan papier in Laatstgem: Cassen minder bevonden als de factuur dicteerd. | |
Uijt 'S Comp:s Schip de Castor | |||
afsz: | 209 | p:s gesort drinkglaasen op 1000 p:s in 2 Cassen gebroken | |
Uijt 't particulier Schip de vrouwe Johanna Jacoba . | |||
vercoopen { | 19 | p:s gr: deelen van 2 d:m l:g 24 v:t op 450 p:s gebrooken | |
36 | gesaagde deelen met een Snee op 600 d:o d:o | ||
Uijt het Particulier Schip Ouden aarde | |||
afsz: { | 1 | p:s heele Legger Schoof op 30 p:s te min uitgeleeverd. | |
3247: | lb gesort: ijser op 60000 lb in't 1292 Staven bij naweeging minder | ||
vercoopen { | 17 | p:s ijseren potten op 100 p:s gebrooken | |
3 | d:o gr deelen van 2 1/2 d:m op 75 p:s so | } defect als gebrooken | |
7 | d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 175 d:o | ||
10 | d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o d:o 175 d:o | } gebrooken | |
7 | d:o gesaagde deelen van 1 1/2 d:m op 100 p:s met een Snee | ||
afsz: | 1335 | Cann: Lijn olij op 882 Stopen in 30 halve aamen pijlende 8 van 12, 19 van 3 en 3 van 4 duijm wan | |
vercoopen { | 7 | p:s hak en plat picken op 1000 p:s | } gebroken |
29 | d:o graven met Steelen d:o 1000 d:o | ||
51 | d:o gesort: raspen en vijlen op 827 p:s in 1 cas | ||
Uijt 'S Comp:s Schip Constantia | |||
afsz: | 1602 | lb gesort: ijser op 33750 lb in 894 Staaven bij naweeging te min van den Extra Ordinairen Eijsch | |
Uijt 'S Comp:s Schip 'T Lam | |||
afsz: { | 120 | Cannen bier op 5 vaaten uijt de Brouwerije de Fles waarvan 1 half leedig en 't restant gebruijkt tot 't opvullen der vier overige vaaten. | |
735 | p:s glaase ruijten van 12 & 14 d:m op 6000 p:s in 24 cassen gebrooken | ||
In 't negotie Pakhuijs | |||
afsz: { | 136 | lb Tabak te min ip 72 Rollen in 2 Cassen beijde genommert | |
189 | met het Schip de Factor uijt 't Patria in A:o 1783 aangebragt |
‘En volgens geannexeerde reekeninge van den opsiender van ‘S Compagnies Slaaven Logie, gesterkt met Secretarieele verclaaringen, Sijn in de Jongst gepasseerde maanden September, October, November, December, Januarij en Februarij van ‘S Comp:s Slaaven door de natuurlijke dood overLeeden als’
‘
afsz: { | 27 | Stux kloeke jongens |
17 | d:o School d:o | |
4 | d:o School meijden | |
3 | d:o Bandiete Jongens |
afsz: { | 27 | Stux kloeke jongens |
17 | d:o School d:o | |
4 | d:o School meijden | |
3 | d:o Bandiete Jongens |
‘En volgens Bijgevoegde Reekeningen van de Landdrosten, gesterkt met Secretarieele BeEedigde verklaaringen Sijn meede in Voorsz: tijd van ‘S Comp:s Beestiaal, Soo verrekt als door het wild gedierte vernielt, te weeten.’
‘
afsz: { | 323 | p:s Runderen |
30 | d:o Paarden | |
3 | d:o Bocken |
afsz: { | 323 | p:s Runderen |
30 | d:o Paarden | |
3 | d:o Bocken |
’/:onderstond:/’
‘In’t Casteel de goede Hoop den 15 Maart 1785 /:was geteekend:/ P: Hacker’
Soo is verstaan de daarbij opgegeevene gestorvene Lijf Eijgenen en verrekt Beestiaal bij de negotie boeken deeses gouvernements te doen afschrijven en met de gespecificeerde tekort komende mitsg: defect aangebragte goederen te handelen als in margine van voorsz: memorie is aangeteekend.
Sijnde Laatstelijk meede nagesien de reecq: der restand gebleevene mitsg:s in die jongst gepasseerde ses maenden Vercogte Zeeguls, Luijdende als volgd
‘
Zeguls D' A:o 1784/5 | ||||||||||||||||||||
Debent | ||||||||||||||||||||
Van | van | van | van | van | van | van | van | van | van | |||||||||||
rd:s | 1/8 | 1/4 | 1/2 | 3/4 | 1: | 2: | 3: | 4: | 5: | 6: | 8: | 10: | 12: | 15: | 20: | 25: | 30: | 40: | 50: | 60 |
p:mo Septb: 1784 Restant Verbleeven | 870: | 1093: | 615: | 62: | 150: | 40: | 63: | 53: | 48: | 16: | 7: | 39: | 23: | 21: | 22: | 43: | 10: | 2: | 4: | 4 |
den 14 September 1784 bijgekomen den 25 Jan: | 1785 | 2000: | 1000: | 500: | -: | 100: | 50: | -: | 25: | -: | -: | 75: | -: | -: | -: | -: | 25: | -: | -: | -: |
dito | -: | -: | -: | -: | 100: | 100: | -: | 50: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: |
Somma | 2870: | 2093: | 1115: | 62: | 350: | 190: | 63: | 128: | 48: | 16: | 82: | 39: | 23: | 21: | 22: | 68: | 10: | 2: | 4: | 4 |
Credunt. | ||||||||||||||||||||
Van | van | van | van | van | van | van | van | van | van | |||||||||||
Rd:s | 1/8 | 1/4 | 1/2 | 3/4 | 1: | 2: | 3: | 4: | 5: | 6: | 8: | 10: | 12: | 15: | 20: | 25: | 30: | 40: | 50: | 60 |
Sedert p:mo Septb: 1784 tot dato verkogt | 2494: | 1558: | 692: | 17: | 214: | 86: | 26: | 84: | 29: | 3: | 54: | 28: | 8: | 18: | -: | 35: | 1: | -: | -: | -: |
de dato deeses Restant. | 376: | 535: | 423: | 45: | 136: | 104: | 37: | 44: | 19: | 13: | 28: | 11: | 15: | 3: | 22: | 33: | 9: | 2: | 4: | 4 |
Somma | 2870: | 2093: | 1115: | 62: | 350: | 190: | 63: | 128: | 48: | 16: | 82: | 39: | 23: | 21: | 22: | 68: | 10: | 2: | 4: | 4 |
Zeguls D' A:o 1784/5 | ||||||||||||||||||||
Debent | ||||||||||||||||||||
Van | van | van | van | van | van | van | van | van | van | |||||||||||
rd:s | 1/8 | 1/4 | 1/2 | 3/4 | 1: | 2: | 3: | 4: | 5: | 6: | 8: | 10: | 12: | 15: | 20: | 25: | 30: | 40: | 50: | 60 |
p:mo Septb: 1784 Restant Verbleeven | 870: | 1093: | 615: | 62: | 150: | 40: | 63: | 53: | 48: | 16: | 7: | 39: | 23: | 21: | 22: | 43: | 10: | 2: | 4: | 4 |
den 14 September 1784 bijgekomen den 25 Jan: | 1785 | 2000: | 1000: | 500: | -: | 100: | 50: | -: | 25: | -: | -: | 75: | -: | -: | -: | -: | 25: | -: | -: | -: |
dito | -: | -: | -: | -: | 100: | 100: | -: | 50: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: | -: |
Somma | 2870: | 2093: | 1115: | 62: | 350: | 190: | 63: | 128: | 48: | 16: | 82: | 39: | 23: | 21: | 22: | 68: | 10: | 2: | 4: | 4 |
Credunt. | ||||||||||||||||||||
Van | van | van | van | van | van | van | van | van | van | |||||||||||
Rd:s | 1/8 | 1/4 | 1/2 | 3/4 | 1: | 2: | 3: | 4: | 5: | 6: | 8: | 10: | 12: | 15: | 20: | 25: | 30: | 40: | 50: | 60 |
Sedert p:mo Septb: 1784 tot dato verkogt | 2494: | 1558: | 692: | 17: | 214: | 86: | 26: | 84: | 29: | 3: | 54: | 28: | 8: | 18: | -: | 35: | 1: | -: | -: | -: |
de dato deeses Restant. | 376: | 535: | 423: | 45: | 136: | 104: | 37: | 44: | 19: | 13: | 28: | 11: | 15: | 3: | 22: | 33: | 9: | 2: | 4: | 4 |
Somma | 2870: | 2093: | 1115: | 62: | 350: | 190: | 63: | 128: | 48: | 16: | 82: | 39: | 23: | 21: | 22: | 68: | 10: | 2: | 4: | 4 |
’/:onderstond:/’
‘In’t Casteel de goede Hoop den 28 Februarij 1785: /:was geteekend:/’
‘P: Hacker. /:in margine:/ deese Reekening door ons ondergeteekende Independent Fiscaal en gecommitteerde Leeden uijt den E: Agtbaaren Raad Van Justitie alhier behoorlijk nagesien en met de Restanten geconfronteerd Sijnde, is deselve in allen deele Accordeerende bevonden. - datum ut Supra. /:was geteekend:/ J: J: Serrurier, L: C: Warneck, S: V: Echten. - /:lager:/ mij Present /:geteekend:/ H: L: Bletterman gesw: Clercq.’
En nadien uijt die Reekening Consteerd dat de in deselve Ses maanden vercogte Zeeguls een Somma van rijxdaalders 4006: Koomen te bedraagen, Soo is beslooten dat dit montant volgens gebruijk in ‘S Compagnies Cassa gebragt Zijnde, bij bovengemelde Negotie Boeken Sal werden ingenoomen.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] J: J: Serrurier
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 292-326.¶
Dingsdag den {17850329} 29 Maert 1785:
‘S voormiddags Præsent de Wel Edele Gestr: Heeren M:r Joachim van Plettenberg Raad Extra Ordinair van Neederlands India, mitsgaders Admiraal en Cheff over de retourvloot deeses Jaars en Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur en Directeur deeser plaats beneevens alle de Leeden.
Geliefde welopgem: Edelen Heere Van Plettenberg voor te draagen, dat op ijder der drie Bataviasche Retourscheepen ‘T Loo , Roosenburg en Meerenberg ter gemelde Hoofd plaats weederom waaren geplaatst Seeker aantal Chineesen, omtrend dewelke het deesen Raade bekend was de Intentie van haar Hoog Edelen den Heeren der hoge Indiasche Regeering te Sijn, dat deselve de rheijse van hier verder naar het Vaderland quamen te doen, dog dat Sig hieromtrend geen geringe Swaarigheeden quamen op te doen, nadien die manschen hun gewoon voedsel van Rijst niet konde ontbeeren en dat mits het agterblijven van het provisie Schip Zeeduijn , thans in ‘S Comp:s maguazijnen geen voorraad van dit Corl overig was, waarbij nog quam dat men aan meerm: Chineesen alleen geen verstrecking van Rijst soude kunnen doen, Sonder onse Europeesche manschappen op Voorsz: Scheepen veel ongenoegen en gemor te veroorsaaken, oversulx tot wegneeming van dien aan deselve meede eenig Rijst diende te werden gegeeven, Soo is uijt aanmerking van de hier in resideerende noodsaakelijkheid beslooten, den Heer Secunde Pieter Hacker te qualificeeren om ten fine als gem: de quantiteijd van duijsend ponden Rijst bij particulieren te doen inkoopen.
Waarna ged: Heer van Plettenberg meede te Kennen gaff, dat het ged:e Freguat Jagt Rust neevens Voorm: Bataviase Retourbodems mitsgaders de Van China aangekomene Scheepen de gouverneur generaal de Klerk en de Draak in Staat Soude Zijn, om onder Zijn Edelens Vlagge den 4: der naast komende maand April de rheijse naar ‘t Vaderland te onderneemen, met versoek aan den Heer gouverneur van de Graaff dat gedagte Kielen Oversulx op aanstaende Vrijdag den 1: dier maand mogte werden gemonsterd, dan waaromtrend door Laatstgen: Zijn Edele aan den Heer van Plettenberg in Consideratie wierde gegeeven hoe dat het geval thans quam t’ Exteeren dat Sig alhier was bevindene het ‘S Lands freguat van oorlog de waaksaamheid het welk op of teegens den 15: der ged: maand April meede van hier Stond te vertrecken en of dierhalven de Criticque omstandigheeden van tijden en Saaken in Europa oversulks niet wel hoogst nodig soude verEijsschen dat het vertrek dier Scheepen wierde uijtgesteld, ten einde onder convoij van het voorsz: freguat te Kunnen rhijs vorderen, op ‘t welk den Heer van Plettenberg vermeende dat soo om de wille van het aannaderend Winter saijsoen en daaruijt t’ ontstane Sorgelijkheid voor de Scheepen hier ter Rheede ‘er nog andere reeden quamen te militeeren dat deselve hoe eerder hoe beeter de rheijse na het vaderland quamen te onderneemen des den Heer gouverneur van de Graaff de Saak ter deliberatie des Raads gesteld, en hierop bij deselve gebesoigneerd Sijnde raadsaam geoordeeld en dienvolgens beslooten is, den Heer Willink Capitain van het voorseide freguat de waaksaamheid permissie t’ onderhouden over de noodsaakelijkheid, om voorschreeve Kostelijke Retourscheepen, Soo veel mogelijk te Secureeren teegens alle vijandelijke bejeegeningen die haarl Soude Kunnen overKomen, deselve tot in Neederland te Convoijeeren en Zijn Edele ten dien eijnde voor te slaan, desselfs voorgenomen vertrek te willen vervroegen tot op den 7: of uijterlijk den 8: der aanstaende maand April, en daartoe aan denselven t’ offereeren, alles te contribueeren wat immers Soude werden verEijscht om desselfs onderhebbend freguat hier toe in Staat te Stellen.
Waarna welopgem: Edele Heer Van Plettenberg te Kennen gaf dat Zijn Edele tot hier toe hebbende afgewagt, het arrivement der nog manqueerende Bataviase Retourscheepen Overduijn , de Harmonie , Hoorn en Breedenhof , ten einde Sig op het eerstgemelde als door haar Hoog Edelens tot desselfs Transport gedestineerd Zijnde t’ embarqueeren, dog de omstandigheeden van tijden en Saaken niet Komende toe te laaten, het vertrek der aanweesende Scheepen Langer uijt te Stellen, Zijn Edele dierhalven het besluijt hadde genoomen, de rheijse te doen met het freguat Scheepje Jagt Rust en dat ten einde de vlagge volgens gebruijk voor de præsidiale camer over te brengen het ged:e freguat oversulks voor Zeeland Soude moeten thuijs komen en dus So uijt hoofde van de aan het selve te doene Vertimmering als dat de daarin gelaadene peeper voor de Camer Amsterdam behoorde, dien Bodem dan van Zeeland naar Amsterdam Soude moeten Steevenen, weshalven is verstaan hier van aan d’ Edele Heeren Bewindhebberen ter gedagte Camer Zeeland de vereijschte Kennisse te geeven met versoek dat het meermelde freguat om d’ een en andere reeden met desselfs in hebbende Lading naar Amsterdam mogte werden gesonden aan welke Camer de factuur der peeper en het geen verder in meerm: Bodem is afgeladen Sal werden overgesonden.
Terwijl gedagte Heer van Plettenberg voorts te kennen gaf, dat ingevolge d’ authorisatie door haar hoog Edelens de Heeren der hoge Indiasche Regeering op Zijn Edele als admiraal en Cheff der Retourvloot verleend, tot Secretaris van voorseide Vloot had benoemd, den onder Stilstand van gagie p:r het Schip Meerenberg repartrieerenden ondercoopman Rudolphus Anthonius de Salis, wiens gagie dierhalven is verstaan weederom van dato deeses te laaten Cours neemen.
En geliefde meerwelmelde Edelen Heere van Plettenberg nog te Kennen te geeven dat daar volgens het geene bij het vertrek van een gouverneur uijt dit Gouvernement altoos gebruijkelijk geweest en geobserveerd geworden is, niet alleen ‘S E: Compagnies militie neevens de Burgerije Soo te Voet als te paard maar nu ook het thans alhier in guarnisoen leggend Switsers Regiment van Meuron in de wapenen Soude moeten koomen, hieromtrend bij Zijn Edele was gevallen deese bedenkelijkheid, dat Sig thans alhier Komen te bevinden, diversse vreemde Officieren van distinctie aan dewelke daar door geleegendheid Soude werden gegeeven oculaire Inspectie van onse magt te neemen, het geen hij Heere van Plettenberg bij de teegenwoordige gesteldheid van tijden en Saaken niet behoorde te geschieden en daarom best geoordeeld had van de voorsz: gebruijkelijke honneurs te desisteeren; te meer nadien Zijn Edele uijt hoofde eener onpasselijkheid, waarvan de gevolgen nog niet in ‘t geheel waaren gecesseerd Zig Liefst met den minsten omslag naar desselfs voorseide transport Bodem Zoude Willen begeeven Sonder dat hier uijt eenige Consequentie in priejuditie van desselfs Successeurs in der tijd Soude mogen werden getrocken: van welk een en ander dan is Verstaan bij deesen behoorlijk aanteekening te houden.
Terwijl op Zijn Edelens gedaan versoek dat ingevalle desselfs aangestelde gemagtigdens, Sijnde den ondercoopman en Pakhuijsmeester Olof Godlieb de Wet en den ter weesCamer dienst doenden clercq Hendrik Veerssen mogte geraaden vinden, om in Steede der door Zijn Edele in ‘S Compagnies Cassa alhier gebragte Somma van Thienduijsend Rijxdaalders Sufficante cautie ten genoegen deeses Raads te Stellen, voorsz: Somma als dan aan deselve mogte werden afgegeeven is verstaan deselve Cautie in ‘t voorsz: geval t’ accepteeren en het ged: montant van Thienduijsend rijxdaalders aan voorsz: Zijn Edelens gemagtigdens te Laaten restitueeren.
alle welke Saaken de te vertrecken Staande Retourbodems in ‘t algemeen en den Heer oud Gouverneur in ‘t particulier betreffende invoegen voorsz: afgehandelt Zijnde betuijgde Zijn Edele dat nadien desselfs præsentie omtrend andere presseerende Saaken noodwendig elders wierde verEijscht, Sig oversulx ditmaal van het bijwoonen der verdere besoignes deeser vergadering moeste Excuseeren, en hierop opgestaan en de nog Afte doene Saken bij den Heer priesente Gouverneur ter hand genomen Sijnde, Communiceerde Zijn Edele
dat Successivelijk op den 4: en 12 februarij jongstl: alhier waren verscheenen de fransse part:e Scheepen La Themise en Le Berger komende van Quiloa en Querimbo op de Cust van Africa het eerste met een carguasoen van [.....] en Laatstgem van [.....] Slaven in Soort.
dat Zijn Edele geinformeerd Zijnde dat Voorsz: Slaven alle quamen te bestaan in het beste soort dat ter voorsz: Custe wierde ingehandelt desselfs gedagtens had laaten gaan om in gevalle men deselve tot een modicque Prijs Soude kunnen bekoomen en dus op het vooruijtZigt om hier goed voordeel voor d’ E: Compagnie te behaalen als dan met deeser Raade nader te overleggen om inselvervoegen als Sulx in den Jare 1782 gepracticeerd en met goed gevolg geEffectueerd was voorsz: Slaven voor d’ E Compagnie in te kopen en dadelijk weederom p:r publicque vendutie aan de meest biedende te vercoopen.
dat hij Heer Gouverneur hier op den cap: van het ged: Schip La Therese mons: Berthomé als te gelijk carga over beide de Scheepen Zijnde ter sake voorsz: hebbende doen onderhouden, denselven hier op had gedeclareert voorsz: Slaven tot geen minderen prijs dan teegens 157: Rijxdaalders door den anderen het Stuk te kunnen afstaan en andersints getermineerd was, om deselve na S:t Domingo werwaards beide de voorsz: Scheepen waren gedistineerd meede te Voeren, alwaar hij verseekerd was deselve met Vrij meer voordeel te Sullen Kunnen afsetten.
dat voorsz: prijs van 157: Rijxdaalders wel [.....] rijxdaalders hoger was dan waar voor die in’t voorsz: Jaar 1782: waren ingekogt dog dat hieromtrend weeder in Consideratie quam, dat de Slaven in ‘t generaal thans seer gewild en dus met goed avans Sullende Kunnen werden gedemanueert, omtrend deese nog dit voordeel quam te resideeren, dat deselve alle gekleed waaren en men dus in ‘t aannaderend Winter Saijsoen voor eerst wijnig kosten Souden behoeven te doen, om deselve te Kleeden en gem: Capitain bovensdien ook had aangebooden om ingevalle men het met hem nopens de Koop van ged: Slaven eens wierd als dan ook aan d’ E: Comp:ie tot een Civielen prijs af te staan alsulke provisien, als waarvan hij om deselve naar S:t Domingo te vervoeren nog voorsien was.
Dat voorts behalven de gegronde apparentie om in deesenvoegen een aansienlijk voordeel voor d’ E: Comp:ie te behaalen, daar in nog dees avantagie lag opgeslooten, om bij soo verre wierd geoordeeld een parthij der voorsz: Slaaven voor d’ E: Compagnie selve, aan te houden deese door den voordeeligen vercoop der andere seer wijnig Soude te Staan komen en omtrend welke aanhouding in ‘t bijsonder in aanmerking quam dat door den goeden uijtslag van den Slaven handel die onlangs door den capitain Duminij met het freguat de Meermin op mosambique is gedreeven, wel eenigermaaten was gesuppleerd, aan het groot gebrek aan Slaven waar in men Seedert lange heeft geverseerd eger niet Sodanig dat men het voorsz: freguat de Meermin niet nog eenige rheijsen tot het in handelen dier dienstbare menschen Soude moeten werden gedaan, om maar het nodige werk bij alle departementen te kunnen aan den gang houden gesweegen dan dat den arbeid aan de fortificatien en andere publicque ‘S Comp:s Werken, dewelke nu tot excessive kosten voor d’ E: Comp:ie door gehuurde Slaven moet werden gedaan door hare eijgene konde geschieden en ten belange van welke noodwendig te hervattene Expeditie met het bovengemelde freguat de meermin al meede in Consideratie quam dat het selve bij het niet opdaagen der vooren aangehaalde Retourscheepen, onvermijdelijk tot opspeuring dier kielen en om aan deselve alle noodige adsistentie toe te brengen Sullende moeten werden g’Emploijeerd, het dus van den toestand waar in ged: Scheepen Sig Souden komen te bevinden Souden afhangen of het voormelde freguat de meermin naar deselve in d’ een of anderen Baaij of haven te hebben gevonden de rheijse tot het inhandelen van Slaven wel van daar naar de Cust van Africa soude Kunnen onderneemen en dien handel gevolglijk een merkelijke interruptie weederom Soude moeten ondergaan.
Op alle welke door den Heer Gouverneur naar gedane propositien Serieuselijk gedelibereerd Sijnde eenpariglijk is beslooten de voorsz: Slaven van ged: mons: Berthomé bestaande in
Voor de Somma van [.....] Rijxdaalders ‘t Stuk door den anderen voor d’ E Compagnie in te koopen en daarvan dadelijk weederom een aantal Van [.....] Stux p:r publicque vendutie de meestbiedende te vercoopen mitsg:s de resteerende voor d’ E Compagnie aan te houden om alhier tot het noodsaakelijkste werk te werden g’ Emploijeerd en dat voorts uijt aanmerking der noodsaakelijkheid om deese Laatsten voor eerst bij hem gewoon voedsel te houden en haar langsaamer hand aan die van dit Land te gewennen van ged: Capitain meede Sal werden ingekogt, Sodanige quantiteit van Rijst mitsg:s op de africaanse Cust vallende peulvrugten als hij van de voor voorsz: Slaven ingekogte provisien heeft overgehouden mitsgaders nog van gem: Capitain over te neemen een grote Copere Koks keetel dewelke als met een ijsere fornuijs voorsien mitsgaders expres voor den Slaven handel gemaakt Zijnde, dus vrij beeter is geoordeeld, dan die waarvan Sig tot hiertoe op de tot voorschreeve handel g’Emploijeerd Scheepen heeft bediend.
En is al verder verstaan dat van ‘t bedraagen der voorsz: in te koopene Slaaven ter Somma van [.....] Rijxdaalders aan meerm: mons: de Berthome Sullen werden verleend drie Wisselbrieven als Twee ijder groot ƒ[.....] en een ter Somma van ƒ[.....] alle hollands Courant om na Ses maanden Sigt ter Sijner ordre door de wel Edele Hoog Agtb: Heeren Bewindhebberen der neederlandse Oost Indische Compagnie te werden voldaan en het bedraagen der voorsz: provisie & uijt ‘S Comp:s Cassa alhier aan hem te doen betaalen.
Door den Heer Secunde Pieter Hacker overgelegd Sijnde Een Exacte Specificatie, waarbij de goederen dewelke op de diesweegens van hier gedanen Extraordinairen Eijsch uijt het Vaderland herwaerds Sijn gesonden alle in ordre bij een gebragt en met de resp: prijsen nopens de factuuren Sijn bekend gesteld So is verstaan gemelde Heer Secunde en den E: Coopman en Keldermeester M:r Jacobus Johannes Le Sueur te qualificeeren om met de persoonen dewelke Sullen inclineeren voorsz: goederen in te koopen, so nopens de prijsen waarvoor men deselve op de voordeeligste wijse voor d’ E Comp:ie Soude kunnen afsetten als ten opsigte van de Termijnen der betaaling dewelke tot meerder beneficie deeser vercoop aan de kopers Soude dienen te werden vergund in onderhandeling te treeden ten einde daaromtrend vervolgens bij deesen Raade Sodaanig besluijt sal kunnen werden genomen als men voor het meeste Intrest der E Comp:ie Sal vinden te behooren
Vervolgens wierd door den Heer gouverneur geproduceerd eene missive op gisteren bij Sijn Edele ontfangen van voorwaards gemelde Collonel d Hugonet dewelke aldus was luijdende
‘Monsieur Le gouverneur!’
‘N’aijant affaire qu’aux Gouverneurs des Etablissement ou je me trouve je pretende n’etre subordonné qu’a eux aussi je scais parfaite meut ceque je leur doit je m’en ecarterai jamais, mes obligations vis a vis deux ne consistent qu’a executer Leur ordre pour marcher par tout ou la presence du regiment Sera necessaire pour deffendre les possessions de la noble compagnie je dois me Conformer aux lois et usages de paijs ou je suis en Residence ce que je veux observer le plus scrupuleusement possible mais ce que je suis oblige d’ executer avec autant de Regularité ce Sont les ordres de M: le prince de Luxembourg , il m’en a donné un contre Le S:r de Valmont qui a deja, été Signifie deux fois a celui quij commendoit avant moi le regiment, S’il n’a pas été executé cela ne diminue en rien les torts dece lui contre le quel il a été Laché, cela ne prouve rien autre chose que celuij qui ne si est pas conformé etoit indigne decommeuder Le prince L’avoit telleurent reconnu ainsi qu’il mávoit ordonné de le destituer lui même cequine doit Laisser aucun doute que tout ce qu’il a fait ne peut etre approuvé, comme il nesciste plus Je suis debarassé de cette desagreable Commission, mais Le S:r de Valmont etant ij ci present je suis autoristé a L’empecher deporter L’uniforme puis que L’intention du prince est qu’il ne compte plus dans son corps d’ officiers est a vous prier de Le Renvoijer Soit dans L’inde ou en Europe apre savoir bien Voulu ordonner du Capitaine du bord ou il se trouvera de ne point Le Laisser Sortir qu aprés que M Le prince de L’uxembourg avir a communique Le parti qu’il Vous prendre a Son egard pour que vous Puisses Mons: Le gouverneur, vous opposer Legitemement a la demande que j’ai de ja eu L’ honneur de vous faire a ce Sujet il faut que Vous eussies La bonte de me prouver que M:r Le prince de Luxembourg ne peut pas d’est il ver un officier qui Sest mais dans le cas, et je pense qu’il vous sera de toute impossiblilité de pouvir parvenir a cette fin puis que Messieurs de La chambre des dits Sept lui accordent La justice militaire dans Son Regiment et cette justice militaire consiste a punir L’officier et le Soldat selon Lexigence, du cas, or celui qui commande ne peut Se desister de Son autorité que dans une affaire civile ou Criminelle Le S:r de Valmont ne se trouvant dans l’un uij L’autre cas il est tout a fait Sons La descipline de celui qui la nommé voila ma maniere de Voir ainsi que celle du prince, j’en Suis Sure, Si Vous ne croijes pas Ses pouvous si etendus, de montre le moi je Vous prie par un ecrit qui puisse Le convaincre que Si je n’ai point remplir Ses Vues il n’ij a pas eu de ma faute ce Sera a lui pour L’ors de Soutenir Ses droits et envoijer a la tete de Son corps Sil venoit a perdre Son procés au lieu d’un militaire un conseillie de quelques parlement qui puis se repondre a toutes les procedures que les Officiers ou Soldats voudront lui tenter car je ne me sens pasasser de Lumiere pour disenter contretant d’individu d’est l’ instant qu’on Permettera aux Subordonnés de contester les Punitions qui leur Seront infligé a dieu La Subordination, et un chef devient un Lero a la tete de Son corps je Suis persuade de cette Verité Monsieur Le Gouverneur que Si La compagnie me faisoit intraitement de cent mille ecus pour se mettre a de Semblables humiliations je Les refuseroit La discipline d’un Corps doit Regarder uniquement celui qui le commende, et Ses ordres dans tous Les gennes doi vent etre executer sauf apres ecus qui sont le’ser a faire Valoir leur droits mais jusqu’a ce quils sorient bien connu un cheff ne doit point etre deSaprouvé parde que cest L’avilir et exciter les cabales qui n’ont que trop lieu dans bien des corps M:r Le prince de Luxembourg n’aijant dont Se lon moij aucun compte a rendre q’au Messieurs des dix Sept avec qu’il a traité personne autre qu’eux ne peuvent de Sa prouver Sa conduite S’il se mettoit dans ce Cas comme il S’enfant de Beaucoup quil je Soit il aura Lieu d’estre fort Surpris de la Resistance qu’on apporte ace que son Colonel commendant mette en execution les ordres quil lui a donne, je vous pries d’observer Monsieur Le gouverneur que voila deux fois qu’on m’humilie dans cette Ville, Votre predecesseur La fait d’une maniere bien outrageante et qu’oi qué tant eu Sons ordre je n’etoit nullement fais pour cela ajourdhui que je Suis en cheff on medé pouille de mon autorité et on me donne le dossons avec un homme renvoije du corps de puis pres de trois ans je vous en ai donné les preuves les plus convaincantes ainsi qu á m:r Le fiscal est vous aifait connoistre qu’il tenoir quantité de propos contre Le prince et moi, parce que vous máves fait L’ honneur de me dire hier Verbalement il faudroit pour que obtienne justice commercer une procedure a quoi je me garderai bien parce que et n’est point a de semblables extremites ou un Cheff doit Sereduire en attendant avec beaucoup d’impatiance une prompte reponse qui deseidera de La conduite que jetiendraij’
‘j’ai L’honneur d estre avec Respect’
‘Monsieur Le gouverneur Votre tres humble et tres obeissant serviteur’
’/:signe:/ d’ Hugonet’
‘au Cap de bonne Esperance Le 20 mars 1785.’
Welk missive geleesen weesende welgem: Heere gouverneur verders geliefde te Zeggen, dat den Chev:r de Valmont door ged:e Collonel d’ Hugonet selve geinformeerd Zijnde van desselfs voorneemen om hem hier te doen arresteeren, aan hem Heere Gouverneur neevens diversse briefen door verscheijdene Officieren van het Legion aan hem geschreeven alle behelsende getuijgenissen van desselfs goed Comportement in het Corps ook had ter hand gesteld een Passepoort in de volkomenste ordre aan gem: Chev:r de valmont door wijlen den doenmaaligen Collonel en Second van het selve Legioen den Chev:r de Beaudraps verleend, mitsg:s door den Heere Ceilons Gouverneur M:r Iman Willem Falck geparapheert, en door den Commandeerende Chef van ‘S Comp:s Troupes gecontrasigneerd, waaruijt op een Legaale wijse Consteerd, dat aan voormelden Chev:r de Valmont wel verre van volgens het Seggen van de Heer d’ Hugonet bereids Seedert omtrend drie Jaaren uijt het corps gerenvoijeerd te Zijn geweest, inteegendeel ter verrigting Zijner affaires als effectief Capitain van het Selve Corps een verlof voor den tijd van agthien maanden is gegeeven, invoegen den Selver inderdaat al hier niet anders als passagier kunnende werden aan gemerkt, Oversulx eenparig is beslooten in de begeerte van ged: Collonel d’ Hugonet om meermelden Capitain Valmont te doen arresteeren Soo min als hem te noodsaaken d’ uniform van het Legioen af te Leggen niet te treeden maar denselven inteegendeel het volle effect van het Voorsz: aan hem verleend verlof te Laaten genieten, Terwijl voorts niet ongemerkt hebbende kunnen werden gelaaten d’ aanstootelijke Termen, waarvan meerm: Collonel d’ Hugonet heeft Kunnen goed vinden, Sig Strijdig met het aan den Heer Gouverneur verschuldigt Respect in desselfs bovengemelden Brief te bedienen bij den Heere Gouverneur en deesen Raade is verstaan te Reserveeren om ten gepasten tijde en plaatse te doen het geen deselve tot maintien van Zijn Edelens Caracter en aansien Vermijnen te moeten geschieden.
Waarna door den Heer Gouverneur meede Wierd overgelegd, het volgend versoekschrift, door den Grave de Meuron Collonel van het alhier in guarnisoen Leggend Switsers regiment van dien naam aan Zijn Edele gepræsenteerd.
‘Monsieur Le gouverneur’
‘d’apres votre agrement au conge demande par M: de Meuron du Rochat, Lieutenant de mon Regiment pour aller en Europe , il ‘S est procuré a Ses fraix un passage Sur Le Vaisseau particulier, nommé den onseekeren, Schipper Jacob Johan Staalkop Voor Zeeland mais comme ce Capitaine ne peut le receivir qu ‘au moijen d’un ordre de votre part je Vous Suplie de Voulour bien Le lui faire delivrer’
‘J’aij l’honneur d’etre avec des Sentiments respecteux’
‘Monsieur Le Gouverneur Votre tres humble & tres obeissant Serviteur’
’/:Signe:/ de Meuron’
‘Cap de bonne Esperance Le 28 Mars 1785.’
Naar Lectuure van welk versoekschrift is goed gedagt in het daarbij versogte te bewilligen, Sulllende dierhalven ten blijke deeser Concessie aan den Schipper van voorm: Bodem den onseekeren Jacob Johan Staalkop Extract deeses werden afgegeeven.
Sijnde verders verstaan om den opperstuurman van het verongelukt fluijtschip de Hoop , Sijbrand waarland als Sodanig te plaatsen op het hoeker Schip Catwijk aan Rhijn mitsg:s om Sodanig
dewelke het Chinas retourschip de gouverneur generaal de Klerk van desselfs provisie op d’ uijtrheijse overgehouden hebbende d’ overheeden dier kiel hebben versuijmd op Batavia af te geeven ten behoeve deeses Gouvernements uijt dien Bodem te Ligten en bij de negotie Boeken te Laaten inneemen.
Ook is mits ‘t op handen komen van den tijd der gewone opgave van d’ Effecten deeser Coloniers beslooten deselve opgaaf op maandag Dingsdag en Woensdag den 1, 2 en 3 der naastkoomende maand Maij te laaten geschieden en daar van de nodige Billietten te doen affigeeren.
Den Schipper van het thans hier nog aanweesend Schip ‘T Huijs te Spijk Christiaan van veerden op desselfs hier toe bij Request gedaan versoek ingevolge besluijt van den 18 Januarij passato van dien dienst ontslaagen geworden Zijnde is goedgevonden het Commando op dien Bodem aan den opperstuurman van het hier permanent freguat Schip de Meermin Jan Andries Suur als gesaghebber op te dragen: Terwijl den Lieuenant ter Zee Christiaan de Serf op het ged: Schip ‘T Huijs te Spijk is geplaatst om den dienst als opperstuurman waar te neemen
Sijnde wijders aan den geweesen Schipper op het ter rheede Leggend Hoeker Schip Catwijk aan Rhijn , Clement Bijndorp, op desselfs nader versoek gepermitteerd met het frans part:s Schip Le Jeune Stanislaus naar Neederland te Vertrecken.
Gelijk aan den oud Burgerraad Johannes Carnspek is toegestaan desselfs Soon Olof Christoph genaamd en aan den Burger Willem Hoppe meede een Soon genaamd Jan Hendrik genaamd, ter erlangen eener goede Educatie met het ter rheede Leggend Chinaas Retourschip de Draak naar Neederland over te Senden voor dewelke het daartoe Staande Transport en Kostgeld om in de Cajuijt te werden gelogeerd ende getracteerd alvorens in ‘S Compagnies Cassa alhier Sal moeten werden betaald.
Ook is aan d’ onderstaande persoonen op derselver hier om bij request gedaan versoek permissie verleend tot het meede Voeren van hier naar neederland de volgende Lijf Eijgenen namentlijk.
aan den met ‘t retourschip Roosenburg repatrieerende oppercoopman van ‘t Casteel te Batavia d’ E Gerhardus van Grol een Slaven Jonge fortuijn en een meid Diana genaamd
aan den Coopman en geweesen Eersten administrateur in ‘t graan maguazijn te batavia voormeld d’ E: arij Huijsens met ‘t Schip Meerenberg repatrieerende een vrijgegeeven Slaven Jongen Oro van Bougies
aan den met ‘t Selve Schip meerenberg thuijsvarenden ondercoopman Rudolph Anthonij de Salis een vrijgegeeven Slavinne Tjindanna genaamd.
Voorwelke egter alvorens ‘t daar toe staende Transport en kost geld alhier in ‘S Compagnies Cassa sal moeten werden betaald te Weeten voor de Slaven Jonge van opgemelden E: van Grol en den vrije Jongen Oro alleen het Transport geld van hier naar Neederland ende weeder te rug dog voor de Slaven meid van voormelden E: van Grol en die van den Ondercoopman Salis de Transport en Costpenningen voor de heen en weeder rheijse van Batavia naar Neederland
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de goede Hoop ten dage en Jare voorsz:
[Signed:] J: V: Plettenberg
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] J: J: Serrurier
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] O M Bergh R:t en Secret:s
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 327-344.¶
Zaturdag den {17850402} 2 April 1785:
‘S voormiddags present den Edelen Heer Gouverneur Cornelis Jacob van de Graaff, en alle Leeden; den Edelen Heer Raad Extra Ordinair van Indiën, en Admiraal en Cheff der retourvloot M:r Joachim van Plettenberg, niet teegenwoordig.
Na dat door den Heere Gouverneur was overgelegd, en daarop geleezen, de onderstaande Missive op Eergisteren door den Heer A: W: Willink Capitain van ‘S Lands Freguat van Oorloge de Waakzaamheid aan Sijn Edele en deeZen Raade gerigt
‘Hoog Edele Gestr: Heer Gouverneur en Raden!’
‘De Missive van U Hoog Edele Gestr: en Raden ontfangen hebbe d’Eer daarop te berigten, als dat ingevolge u Hoog Edele Gestr: Versoek van Convooij te verleenen, niet kan weigeren, maar het mij ‘t onmogelijk is, om den 7:e of 8 der aanstaande Maand April klaar te kunnen Zijn, en niet wel voor den 10 April waarop ik mij bepalen om dan Zeilvaardig te weeZen, egter zal alle mogelijke vlijt aanwenden om voor die tijd gereed te konne weezen en Zal U Hoog Ed: Gestr: en Raden als dan daarvan kennis geeven’
‘Ik ben met de uitterste hoogagting’
’/:onderstond:/’
‘Hoog Edele Gestr: Heer Gouverneur en Raden. U Hoog Ed: Gestr: Agtb: D: W: en gehoorzame dienaar /:was get:/ A: W: Willink /:in margine:/ Cabo de Goede Hoop den 31 Maart 1785.’
Geliefde welopgem: Heere Gouverneur te zeggen dat van het bij ged: Missive vervatte antwoord van opgem: Capitain Willink nopens den tijd dat in Staat zoude Zijn, om met de ten Rheede leggende Retourscheepen van hier te Zeilen, en dezelve te Convoijeeren, den Heere Admiraal van Plettenberg kennisse hebbende gegeeven, Sijn Edele hierop had gedeclareerd, desselfs intentie te zijn, op aanstaande Maandag den 4 deezer zig te begeeven naar desselfs Transport Bodem Jagt Rust en d’ Admiraals Vlagge van dezelve te doen heijssen, en naar de nodige ordres omtrend de Scheepen te hebben gesteld, Zig op Zondag den 9 deezer weederom naar Boord Zoude vervoegen, mitsg:s ingevolge het geene bij resolutie ter jongster Vergadering van den 29 Maart laatstl: had doen aanteekenen, zonder eenige Ceremonie van Land afsteeken, om vervolgens op den bepaalden tijd van Maandag den 10:e bij toelating van weer en wind onder inwagting van Godes Zeegen, de Rheize naar ‘t Vaderland te onderneemen: des den Heere Gouverneur met ged: Heer Admiraal van Plettenberg was over een gekomen, om meerm: te Vertrekken Staande retour Bodem op Woensdag den 6:e deezer te doen monsteren en de depeches voor gemelde Kielen in gereedheid te doen brengen, ten eijnde op voorsz: 9 deezer aan de Overheeden der Scheepen te kunnen werden afgegeeven
Waarna welgem: Heere Gouverneur geliefde te Communiceeren, dat, nadien zig mede hier ter Rheede quam te bevinden, het voor Reecq: der E: Comp varende Hollands particulier Schip den Onzeekeren , en Sijn Edele geinformeerd was, dat hetzelve teegens voorsz: 10 deezer meede in Staat van Vertrek Zoude Zijn hij Heere Gouverneur den Schipper van dien bodem Jacob Johan Staalkop had voorgehouden, de noodzakelijkheijd om mits de præsente criticque omstandigheeden, meede onder Convoij van het voorwaards gem: Lands Freguat de Waakzaamheid te Zeilen.
dat gem: Schipper Staalkop daarin in den beginne wel eenige zwarigheid had gemaakt, principaal uit hoofde dat desselfs onderhebbenden Bodem, als een ongemeen wel bezeild Schip zijnde en alleen Vertrekkende, wel een Maand eerder, dan wanneer hetzelve met het Smaldeel moeste zeilen, in ‘t Vaderland zoude kunnen zijn, en ten dien eijnde hierin voor ‘t meeste Intrest zijner principalen moesten in agt neemen te beraden, denzelven vervolgens had verclaard, naar alles wat hier in voor en teegens lag opgesloten, nauwkeurig te hebben overwogen, geresolveerd was, de Reize met het smaldeel onder Convoij van het meerm: Lands Freguat t’ onderneemen; weshalven verstaan is, hier van zo aan den Heer Cap:n Willink als Heer Admiraal van Plettenberg, de vereischte kennisse te geeven, zullende egter aan voorm: Schipper Staalkop werden overgelaten, om ingevalle men op de rheize berigten mogte bekomen, waar op volkomen Staat konde werden gemaakt, dat de zaken in Europa t’ Zeedert ten goede waren verandert, en hij als dan zoude vermeinen dat het Intrest Sijner Rheeders quam te vorderen, dat hij de verdere Rheize met desselfs onderhebbenden Bodem alleen quam te doen zig als dan diensweegens bij den Heere Admiraal zoude kunnen Vervoegen, om daarin door sijn Ed: na d’ omstandigheid van Zaken te werden gehandelt.
Vervolgens is geleezen het onderstaande Verzoekschrift, door den Commissaris Sijne Fransche Majesteits Marine, de Heer Percheron, aan den Heere Gouverneur gepræsenteerd
‘A Monsieur’
‘Monsieur Van de Graaff Gouverneur du Cap de bonne Esperance, et Ses depandences’
‘Monsieur!’
‘Le Commissaire de la Marine de S: M: T: C: a l honneur de vous represente qu’il avoit mis en Magazin l’armée derniere differents Vivres et Effets, qui lui avoit été demandée pour le Service de l’Esquadre de Mons:r de Suffren, qui devoit faire Son retour en Europe , deux de Ses Veaux Se Sont perdus avant d’arriver au Cap, un a passe Sans ij relacher, ce qui fait une l’aume qui a laisse le Commissaire surchargé d’une partie de farine, quil ne pouvoit pas emploijer au Cap et qu’il se proposoit de faire passer a l’ Isle de France pour le Service du Roij, lors qu’il a été informé, qu’on etoit menacé d’une disette de Blé, qui pouvoit rendre le 100/ m de farine qu’il avoit en Magazins utile a la Colonie Son premier Soin a été de la proposer a M: le Gouverneur de Plettenberg et de lui promettre de n’en disposer en aucune maniere, jus qua ce que la Subsistance du Cap fut assurée, les choses ont changées en bien, la recotte a été abondante, et la Colonie n’a pas eu besoin de ce Service, le Commissaire de la marine est donc Sondé a croire, que vous voudrés bien Mons lautoriser a faire passer cette farine a l’ Isle de France , ou elle peut etre utile pour le Service du Roij. Au Cap de bonne Esperance le 31 Mars 1785 /:was get: Percheron.’
Waarop in overweeging zijnde genomen, de reeden dat de bij het voorsz: verzoekschrift vermelde quantiteit Meel, schoon bereids lange ten behoeve van ‘S konings Scheepen en Troupes in Indiën ingekogt, tot nu toe alhier is aangehouden, nu noodzakelijk moet werden afgescheept, ende gereitereerde ordres der Heeren Meesteren komen te dicteeren, om alles te Contribueeren wat tot hooggem: Sijne Majesteits dienst werd Vereischt, verstaan is den uitvoer van het voorsz: Meel aan gem: Heer Percheron t’ accordeeren.
Gelijk mede ten belange van het insgelijx in Scriptis gedaan verzoek van den Capitain Pierre Menard, voerende het ter Rheede leggend Fransch Schip le Jeune Stanislas , in aanmerking genomen zijnde, dat dien Bodem te Batavia voor Reecq: der E: Comp:ie is afgeladen, overzulx is verstaan, aan voorm: Capitain Menard te permitteeren alhier te mogen inkopen en uitvoeren.
mitsg:s tot betaling deezer provisiën en andere noodwendigheeden, een Somma van Ses Hondert Rijxdaalders uit ‘S Comp:s Cassa aan hem te doen Verstrekken.
Zijnde hier na door d’ E E Leeden deezer Vergadering, Adriaan van Schoor en M:r Jacobus Johannes Le Suëur, gerapporteerd, dat zij ingevolge het aan hun gedemandeerde bij resolutie van den 15 maart Jongstl: den Schipper van ‘t Schip de Vreede , Tys Ketel hadden getragt te disponeeren, om op zeekere met hem nader over een te komene Conditiën, met desselfs voorsz: onderhebbenden Bodem verder naar Batavia voort te varen, dog dat zij daarin deeze obstaculen hadden ontmoet dat bij de Cherte partij door de rheeders van dien Bodem met d’ E Comp:ie gesloten bepaaldelijk is gestipuleerd, dat de zelve van dies inlading voor deeze plaats ontlost zijnde weederom met andere goederen beladen zoude moeten retourneeren, gem: Schipper Ketel oversulx niet had durven op zig neemen de verdere Rheize na Batavia t’ onderneemen, buiten en behalven; dat desselfs Manschap dewelke zig alleen had g’engageerd tot aan deeze plaatze te varen, uitgenomen [.....] Man: van dezelve Volstrekt quamen te weigeren de Rheize na Batavia te doen; en hij Schipper Ketel overzulx ten minsten van goede Mattroosen in derselver plaatze zoude moeten werden voorzien, dewelke alhier niet aan handen zijn, en ‘er uit hoofde van voorsz: obstaculen geen apparentie was, in de zaak te reusseeren weshalven verstaan is ten eijnde het voorsz: Schip de Vreede niet ten eenemaal ballast Scheeps te laten te rug varen, in hetzelve de quantiteit van 57003: Ponden Peeper, die ‘er nog van de Lading van ‘t Hoeker Schip Catwijk aan Rhijn is overgebleeven, mitsgaders nog
te doen afscheepen en dien bodem daar mede naar ‘t Vaderland te laten vertrekken
Verder is op het voorstel van den Heer Secunde en Hoofd Administrateur Pieter Hacker besloten, om terwijl er in ‘S Comp:s Negotie Pakhuis Zig komt te bevinden 959 p:s blauw Baftas, dewelke mits het agterblijven Van ‘t Provisie Schip met goed advans zullen kunnen werden afgezet, neevens nog een parthij van 1775 Ponden Zeep uit het Dispens, p:r publicque Vendutie te doen Verkopen.
Op heeden meede gerevideerd zijnde de Negotie en Zoldij Boeken deezes Gouvernements van ‘t gepasseerde boek jaar, met ende beneevens de Rapporten der tot dies Examinatie gesteld geweest zijnde Leeden deezes Raads d’ E: E:s Adriaan van Schoor en M:r Jacobus Joh:s Le Suëur, uijt dewelke zijnde komen te blijken, dat in gem: Negotie Boeken, niet alleen alle Posten van ongelden en andere afschrijvingen met de diesweegens verleende Ordonnantiën accordeeren, maar dat ook buiten des, geene afschrijvingen gedaan zijn geworden, gelijk meede dat de Zoldij Boeken, navolgens d’ordre der E: Comp:ie gehouden, de afbetaling der Dienaren na behoren uitgereikt, mitsg:s de belastingen daarvan bij de Negotie Boeken, in diervoegen afgeschreven zijn, als bij ‘t Rapport van dien Specificq is aangetoond, en laatstelijk dat de Boedel Reecq: van ‘S Comp: afgestorvene Dienaren welkers nalaatenschappen door den Soldij Boekhouder als Curator ad lites geadministreerd en Verkogt zijn, meede na behoren onderzogt en bevonden zijn, dat de inschrijving en bereekening daarbij na den Indiasen Standpenningen alhier is gedaan, mitsg: dat de vendu Boeken met d’ origineele Memoriën der gehoudene Vendutien, en deeze weederom met d’ Inventarissen komen t’ accordeeren, als meede dat de dood Reecq: der overleedenen Perzonen voor ‘t Zuiver provenue hunne nalatenschappen, met vermindering van 6 17/18 pC:tos voor Wisselverlies ingevolge het geeerd aanschrijven van haar wel Edele Groot Agtb: de Heeren Majores in ‘t Patria de dato 3 April 1778, een ieder voor Sijn aandeel gecrediteerd geworden Zijnde, dat bedragen wijders ter Somma van ducatons 1066: 30 Stijv:s, ofte Rijxd:s 3839: 2: beneevens nog Ducatons 79: 42:Stuijvers, ofte ƒ 286: 10, weegens het voorsz: wisselverlies door meergem: Curator ad lites onder Ultimo Augustus laatstl: in ‘S Comp:s Cassa alhier geteld, en daarvan bij de Negotie Boeken behoorlijke Verantwoordinge is gedaan; invoegen daaromtrend in alles Conform de gerenoveerde en geamplieerde ordres van haar Wel Edele Groot Agtb: de Heeren der Hoge Indiasche Regeering gehandelt is geworden; Is dierhalven verstaan, dat de meerm: Negotie en Zoldij Boeken, volgens usantie, zo naar ‘t Vaderland als Batavia en de bovengem: Rapporten nopens d’ Examinatie derselve, bovensdien aan de Heeren der Hoge Indiasche Regeering, zullen werden gesuppediteerd.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 345-354.¶
Maandag den {17850404} 4 Apr:l 1785:
alle præsent.
Door den Cap:n Pierre Menard, voerende het aanweezend voor d’ E Comp:ie te Batavia afgeladene fransch part: Schip le Jeune Stanislaus , gepræsenteerd zijnde het onderstaand Request
Aan den wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a, beneevens den E: Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en Edele Agtb: Heeren!’
‘Geeft met verschuldigt Respect te kennen Uwer Wel Edele Gestr: en E Agtb: Dienaar den onderget: Pierre Menard Capitain op het aanweezend frans part: Schip le Jeune Stanislaus dat voor reecq: der E Comp: te Batavia beladen tans op Vertrek legd naar Neederland.’
‘hoe dat zig op de herwaards Rheize van Batavia eenige leccagie aan het ged: Schip le Jeune Stanislaus hebbende ontdekt, waaromme hij Supp:lt is genoodzaakt geweest het Eijland Mauritius te moeten aandoen, alwaar de voorsz: leccagie weeder in Zo verre is verholpen geworden, dat na des Supp:lts arrivement ter deezer plaatze bij gedaan onderzoek is bevonden te weezen niet meer van dat gewigt en belang dat, dat Schip daar door in desselfs Rhijze zoude dienen te werden opgehouden:’
‘dan gemerkt, het egter zoude kunnen gebeuren dat op die verdere Rheijze naar Neederland de voorschreeve leccagie onverhooptelijk weederom quame toe te neemen, en des Supp:lts Equipagie maar in ‘t geheel bestaat uit 39 Coppen, welkers getal niet toereikend is, om ingevalle van noodzaakelijheid de Pompen behoorlijk aan de gang te houden’
‘derhalven Versoekt den Supp:lt dat Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: hem gelieven met nog drie a Vier Man t’ adsisteeren.’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende &:a :/was get:/ P:re Menard’
So is na lecture van hetzelve request Verstaan Voorsz: Cap:n om de reedenen daarbij ter nedergesteld met de Versogte Manschappen t’ adsisteeren.
Gelijk meede door de Burgeresse Sara Lambregts Huisvrouw van den uit dit Gouvernement gebannene burger Daniël Verwij, gepræsenteerd zijnde Een Request, van den volgende inhoude
Aan den wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop enZ:, benevens den Wel Edele Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en Wel Edele Agtb: Heeren!’
‘Geeft met alle Eerbied te kennen de ondergeteek: Sara Lambregts huisvrouw van den zig geretireerd en vlugtig gesteld hebbende vrij burger Daniël Verwij.’
‘Hoe zij Supp:lt is komen te vernemen, dat denzelven haren geretireerden Man door den Agtb: Raad van Justitie deezes Gouvernements bij Solemnele vonnis is gecondemneerd en Verweesen om ‘t Land Sijner geboorte en inwoning bij bannissement voor altoos te moeten ruimen, en zij Supp:lte door de teedere banden des Huwelijx te zeer verknogt, haar wettelijke en ongelukkige Man niet kunnende nog mogende Verlaten;’
‘Zo wend zij zig tot UwE Gestr: en U E: Agtb:, ootmoedig insteerende, dat aan haar mag worden geaccordeerd, ter harer Verkiesinge van hier naar het Vaderland te vertrekken, met eene der geleegenste van hier te retourneerende S E Comp:s Bodems, dan wel met eenig ander particulier Schip.’
‘En met zig derwaards mede te nemen een Zoontje, genaamd Cornelis Johannes Verweij zijnde een kind van des Supp:ltes Mans Broeder en welke zij Supp:lte, beneevens haar Man, zeederd sijn vroegste Jeugd, door het Sterfgeval Sijner Moeder volgens de pligten van getuigen opgevoed hebben.’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ S: Verweij, geb:n Lambregts /:in margine:/ Cabo de Goede Hoop den 15 Apr: 1785.’
Is na resumptie van hetzelve goedgevonden aan de Supp:lte permissie te verleenen om p:r voorkomende Scheepsgeleegendheid, haar best convenieerende, ‘t zij met een van ‘S Comp:s of andere particuliere Scheepen, naar Neederland te vertrekken, en met zig derwaards meede te neemen, het in haar Request vermelde Zoontje, Cornelis Johannes Verweij genaamd, mits dat door haar ingevalle met een ‘S Comp:s Bodem van hier komt voort te varen, alvorens de daartoe Staande Transport en kostpenningen voor haar en het ged: kind, alhier in ‘S E Comp:s Cassa Zullen moeten werden betaald.
Sijnde voorts door d’ onderstaande Perzoonen insgelijx bij geschrifte gedaan de volgende verzoeken als
door den oud Burger Cap:n Johannes Matthias Bletterman, om desselfs zoontje, Johannes Henricus genaamd, beneeden de Twaalf Jaren oud, ter erlanging eener verdere goede Educatie met het aanweezend retourschip de Gouverneur Generaal de Klerck naar Neederland over te zenden.
door den Adsistent Olof Jacobus Johannes Hemmij als gemagtigden van den Super Carga te Canton in China , Egbert van Karnebeek, om ter oppassinge van ‘t Zoontje van evengem: Karnebeek dat met het retourschip de Draak naar Neederland over vaart, een Slaven Jonge April genaamd, meede te geeven
Welke Verzoeken, zo als die leggen zijn g’accordeerd, onder die mits dat de Transport en kostpenn:n voor de Passagie volgens de ordre alhier in ‘S Comp:s Cassa werden voldaan.
En is wijders op Verzoek en voordragte van den E Coopman en Dispencier, Adriaan van Schoor, als Præsident der weescamer alhier den Jongeling Johannes Nicolaas Colijn, van Cabo de Goede Hoop, onder voogdij van Heeren Weesmeesteren Staande, en 21 Jaren oud, als mattroos in dienst der E Compagnie aangenomen, met de gewoone gagie van ƒ9 ‘S Maands, onder Een Vijf Jarig verband, om als zodaanig met het uitkoomend Schip Barbesteijn naar Batavia te vertrekken.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 355-356.¶
Vrijdag den {17850415} 15 Apr:l 1785:
alle præsent.
‘S Comp:s Slavinne in de Logie alhier Diana van Klijntje bij Request verzoek doende om uit Slavernij ontslagen en in vrijdom te werden gesteld, is hetzelve Request heeden bij de Resp:ve Heeren Leeden des Raads ter lecture en ‘t daarbij Verzogte in omvrage gebragt waar op is verstaan, aan ged: Slavinne Diana, ter Consideratie dat zij het H: bond Zeegel des Doops reets heeft ontfangen, en door haar een kloeke en gezonde Mans Slaaf aan d’ E Comp:ie is gegeeven, den Verzogten Vrijdom te verleenen.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 357-378.¶
Dingsdag den {17850419} 19 Apr:l 1785:
‘S voormiddags alle præsent.
Met het op Eergisteren hier ter Rheede g’arriveerd Scheepje ‘T Meeuwtje aangebragt, en op Heeden geleesen weezende het geagt aanschrijvens van haar Wel Edele Hoog Agtb: de Heeren Majores in ‘t Patria, de dato 27 November des voorleeden Jaars, waarbij onder anderen mede werd gerequireerd, Elucidatie nopens de Ladingen, die uit de Scheepen Middelburg , Honcoop , de Paarl , Hoog Carspel en de Dankbaarheijd ter deezer plaatze ontlost en naderhand met diversse andere Scheepen naar Neederland zijn versonden geworden,
als mede op de overgezondene Verklaring van den Cap:n van ‘t voor Reecq: der E Comp:ie alhier bevragt Schip l’ Esperance de la Paix , Joseph le Noux Zoo wel betreffende hem opgelegde vergoeding van de in ‘t Patria te min uitgeleeverde Ses Rollen Lood als het niet volladen van ‘t ged: Schip l Esperance de la Paix
Zal derhalven ter voldoening aan voorsz: geëerde Requisiten aan welgem: haar Edele Hoog Agtb: de nodige berigten dienaangaande werden gesuppediteerd.
Waarna den Heere Gouverneur te kennen gaf, dat nadien de in ‘t laatst van October en begin der Maand Novemb: des gepasseerden Jaars bereids van Batavia vertrokkene Retourscheepen de Harmonie en Overduijn , nevens het met goederen en provisiën voor dit Gouvernement afgeladenen Schip Zeeduijn , voor als nog alhier niet verscheenen, ofte elders op deeze Custen Zijn vernomen, oversulx het eenigste en beste dat men nog van dezelve konde hopen, zoude weezen, dat zij door geleedene Rampen ofte de slegte gesteldheijd harer Manschap, het niet langer op Zee hebbende kunnen houden, genoodzaakt zullen zijn geweest, zig in de eerste Haven de beste te bergen, en dus ‘t zij te Rio de la Goa dan wel in de Baaij van S:t Augustijn op Madagascar Zullen Zijn ter houw gekomen, gelijk Zulx in den Jaare 1757 met het Bengaals Retourschip de Naarstigheijd , en in A:o 1772 en 1778 met de Scheepen Welgeleegen en de Venus is gebeurd; en de voorsz: nu agterblijvende Scheepen zig meede in een der voorsz: Baaijen Zouden kunnen komen te bevinden, zonder in Staat te weezen van derselver toestand ‘t zij na herwaards, of elders eenig berigt te kunnen doen, invoegen d’ onvermijdelijke noodzakelijkheid dierhalven quam te vereisschen, dat hoe eerder hoe beeter de nodige maatreegulen ter opspeuring dier kielen en om aan dezelve alle hulp en adsistentie toe te brengen, wierden bij der hand genomen en in ‘t werk gesteld; weshalven Sijn Edele in Consideratie quam te geeven, hoedanig als nu hieromtrend Zoude dienen te werden gehandelt.
Waarop in overweeging zijnde genomen, dat in d’ eerste plaats, wel voor quam hiertoe t’ Emploijeeren het bij dit Gouvernement gehouwd Freguat de Meermin dog het geval nu exteerde dat die nodige hulp aan drie Scheepen te gelijk en alle van ‘t grootste Charter zoude moeten werden toegebragt, oversulx bij ‘t ged: Fregat de Meermin alleen niet konde werden ingenomen de Manschappen Provisiën en Rondhouten dier ‘er Zouden werden vereischt, om meerm: manqueerende Scheepen uit hare præsente omstandigheeden te redden.
dog dat zig thans hier quamen te bevinden, het retourschip ‘T Huis te Spijk en den Hoeker Catwijk aan Rhijn het oversulx een wenschelijke Zaak Zoude Zijn, ingevalle een dier kielen tot dees’ Expeditie konde werden gebruikt.
dat wel volgens het Sub dato 11 Jann:ij deeses Jaars ingediend berigt van den E Equipagiemeester van Gennep mitsg:s Gecommitteerde Zee en Scheeps Timmerlieden was bevonden, dat in ‘t ged: Schip ‘T Huis te Spijk ter oozake van de Slegte gesteldheid van desselfs tusschen-en-boven dekken geen andere goederen kunnen werden geladen, dan de zodanige waaraan geen Schade door ‘t water konde werden toegebragt, deeze Swarigheid egter niet zoude beletten met hetzelve af te zenden de Manschappen en daarin te laden, de provisiën en Materialen, voor de voorsz: op te Zoekene Scheepen, en weder in gevalle ‘er een ofte meer dier kielen, en in zonderheijd het ged: provisie Schip Zeeduijn , onverhooptelijk met de aan dezelve toe te brengene bijstand, niet in Staat Zoude Zijn de Rheize na herwaards t’ onderneemen, als dan zo veel goederen uit desselfs Lading als waaraan geen bederf door ‘t water konde werden toegebragt, en in allen gevalle de Houtwerken uit het voorm: Schip Zeeduijn over te neemen en herwaards te brengen
Is dierhalven best geoordeelt om alvorens hierop finaal te disponeeren, voorm: Equipagiemeester Van Gennep, neevens de Cap:ns ter Zee Jan Siereveld en Christoffel Beem, te Committeeren, om met den anderen t’ overleggen of, en welk nuttig gebruik van ‘t voorm: Schip ‘T Huis te Spijk en den Hoeker Catwijk aan Rhijn , in dezen Zoude kunnen werden gemaakt, of hoedanig dees Expeditie anderzints ten meesten dienste der E Comp:ie Zoude moeten geschieden en waaromtrend zij met relatie tot het voorwaardsgem: Freguat de Meermin in ‘t Ooge Zullen moeten houden, de intentie deezes Raads te zijn, om hetzelve na dat d’ omstandigheeden der Zaken waarin zig de voorsz: agterblijvende Scheepen, of een derzelve zoude bevinden, even en in Zelvervoegen als zulx bij de afzending van ‘t Freguat Jagt Rust in voorm: Jaare 1779 ter opspeuring van ‘t Schip de Venus heeft plaats gehad, als dan van Rio de la Goa of Madagascar verder ter inhandeling van Slaven na Mosambique te laten voort steevenen, en al waaromme dan ook is goed gedagt, dat bij deeze door voorm: Commissie te houdene besoigne, ook den Capitain ter Zee van ‘t dikwerf gemelde Freguat de Meermin Francois du Minij, en den Gezaghebber va ‘t Schip ‘T Huis te Spijk , Andries Christiaan Stuur, zullen moeten adsisteeren
Waarna door voorm: Commissie mitsg:s de zo evengem: daarbij te adsisteerene Capitain du Minij en Gezaghebber Stuur ten opzigte van hunl: gevoelen volgens welke wijze de voorsz: Expeditie voor den meesten dienst der E Comp:ie zoude behoren te werden gedirigeerd, op ‘t Spoedigst zullen moeten dienen van Exact Schriftelijk berigt om als dan daarop bij deezen Raade te kunnen werden genomen zodanig besluit, als men zal vinden te behoren.
Waarna welgem: Heere Gouverneur geliefde te Communiceeren, dat door den Heer Grave de Meuron, Collonel van het alhier in guarnisoen leggend Zwitsers Regiment van dien Naam, aan hem Heer Gouverneur was te kennen gegeeven.
dat nadien bij het 22 Articul der Capitulatie, tusschen de Wel Edele Heeren P: E: van de Perre en Fredrik Willem Boers, als Gedeputeerdens der Neederlandsche Oost Indische Comp:ie, en hem Heere de Meuron, gesloten, was gestipuleerd, dat het Regiment zoude hebben, desselfs eijgene Souveraine Justitie, gelijk alle andere Switsersche Troupen bij Vreemde Mogendheeden dienende, zig Conformeerende aan de Wetten der E Comp:ie, zijn E: dierhalven iterative bij den gerepatrieerden Heer Gouverneur van Plettenberg, had geinsteerd om van voorsz: Wetten der E: Comp:ie voor zo verre die van applicatie tot desselfs voorsz: Regiment quamen te zijn, te mogen werden voorzien, ten eijnde Zig bij voorkomende gevallen daar na te kunnen gedragen.
dat ged: Heer van Plettenberg hierop ook had aangenomen hem Heere Collonel de Meuron de voorsz: alhier Vigeerende wetten, te zullen doen toekomen, zo dra de meenigvuldige beezigheeden maar eenigzints zoude toelaten, dezelve in ordre, mitsg:s in de Fransche Taal te doen overbrengen, dan dat welgem: Heere van Plettenberg waarschijnlijk door d’ immer gecontinueerd hebbende Sterke Occupatiën hiertoe geen tijd hebbende gehad, zonder hem heere de Meuron de voorsz: wetten der E Comp:ie te bezorgen, was Vertrokken.
des hij Heer Collonel zig had Verpligt gevonden, diesweegens bij hem Heere Gouverneur aan te houden, te meer nadien bereids zeedert een geruimen tijd Zoldaten van desselfs Regiment weegens desertie waren gedetineerd geweest, dewelke bij gebreeke der voorsz: door Sijn Edele verzogte Elucidatie niet hadden kunnen werden te recht gesteld.
dat hij Heere Gouverneur ten deezen opzigte een en andermaal met den Heer de Meuron geaboucheert, en zig betreffende d’ Administratie der Justitie bij desselfs Regiment geinquireerd hebbende, op de bekomene informatie; Dat bij hetzelve altoos precise en naar den letter wierd gevolgd, het Crimineel wetboek van Keijzer Carel den Vijfde gemeenlijk de Caroline genaamd, en het welk hij Heere Collonel de Meuron affirmeerde dat door de resp:ve Switsersche Cantons, aan hare bij alle vreemde Mogendheeden dienende Regimenten, ter opvolginge in ‘t Administreeren der Justitie werd meede gegeeven, desselfs gedagten Rijpelijk hadde laten gaan, en bij overweeging dat bij de voorsz: Caroline, op de desertie was gesteld, de Straffe des doods, deeze doods Straffe, niet alleen bij de thans Vigeerende, en bij haar Hooge Mog: gestatueerde krijgswetten in zo verre is gemitigeerd;
dat dezelve niet dan bij Extreeme gevallen, meer plaats komt te hebben, maar dat ook inzonderheid de Misdaad van dezertie volgens het gestatueerde bij haar Hoog Edelens de Heeren der Hoge Indiasche Regeering, als de wettige representanten van den Souverain Conform het aan haar Hoog Edelens ingediend berigt, des E: Agtb: Raads van Justitie des Casteels Batavia de dato 26 Junij 1762, moet werden beregt, oversulx had Vermeijnd de zaak te moeten brengen ter Cognitie Van deezen Rade en aan dezelve te proponeeren, aan gem: Heer de Meuron bij eene door hem Heere Gouverneur aan Sijn E: te rigtene Missive aan te Schrijven, zig in ‘t Administreeren der Justitie voor als nog te houden aan vorengem: Caroline, uijtgenomen in ‘t Stuk van Desertie, waaromtrend de voor het militaire Guarnisoen alhier dienende krijgs articulen zoude moeten werden op gevolgd, en dezelve Articulen dewelke hij Heere Gouverneur met dit oogmerk in de fransche Taale had doen overbrengen, aan meerm: Heer Collonel de Meuron te doen ter hand Stellen, na dat dezelve alvorens door hem Heere Gouverneur geparagrapheert mitsg:s met ‘S Comp:s Cachet bezeeguld en door den Secretaris ter ordonn: van Sijn Edele en deezen Rade gecontrasigneerd zijnde dus de vereischte legaliteit zoude hebben verkreegen: waarop gedelibereerd Zijnde, eenpariglijk is verstaan, Zig met voorsz: propositie des Heeren Gouverneurs te Conformeeren en de Zaak in diervoegen desselfs beslag te doen erlangen.
Door den Perzoon Van Gabriël von Moller, aan wien door den gerepatrieerden Heer Gouverneur Van Plettenberg permissie is verleend, zig eenigen tijds ter deezer plaatze te mogen onthouden, thans verzoek gedaan Zijnde zig op een der ter Rheede leggende, mitsg:s naar Ceilon gedestineerde Scheepen, ‘t zij Huijsduijnen ofte Sparenrijk te mogen Embarqueeren, ten eijnde vervolgens geleegendheid te Vinden, om naar Madras te geraken; zoo is geconsidereerd, beide die Scheepen bereids met zo veel Passagiers bezet zijn, dat er geen geleegendheid is hem Möller daar meede te laten overvaren, maar dat het inzonderheid vrij vreemd is voorgekomen, dat ‘er onlangs verscheide geleegentheeden zijn geweest, om met eenige der hier gepasseerde Engelsse en Deensche Scheepen, ‘t zij direct naar Madras dan wel over Tranquebar derwaards te kunnen komen, dezelve zig die occagiën niet heeft ten nutte gemaakt, dierhalven best geoordeeld, het voorsz: gedane verzoek te declineeren.
Hierna door den Heere Gouverneur te kennen zijnde gegeeven, hoe dat Sijn Edele was g’informeerd, dat den bij Resolutie van den 29 Maart Jongstleeden Vermelden Capitain onder het te Ceilon in guarnisoen leggend Legion de Luxemburg Chev de Valmont, voorneemens scheen te zijn zig alhier t’ Etabliseeren daar nogthans het aan hem verleende Passeport alleen behelst een permissie voor den tijd van Agthien Maanden, om desselfs affaires in Frankrijk te gaan Verrigten, en het alleen op dit fundament is geweest, dat den zelven ook als een Passagier aangemerkt Zijnde, men niet in de ten Sijnen opzigte gedane begeerte van den thans hier præsent zijnde Collonel d’ Hugonet is getreeden; Soo is best g’oordeelt en dienvolgens besloten, dat aan gem: Chev: de Valmont zal werden aangezegt, om met een der eerst Vertrekkende Scheepen desselfs voorgenomen Rheize naar Frankrijk te vervorderen.
En nadien met het aanweezend retourschip Stralen alhier uit Bengalen is aangeland, den door de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren tot Vaandrig in dit Gouvernement aangestelden Perzoon van Adrianus Gijsbertus van Kervel is dierhalven verstaan, denzelven in die qualiteit zijnen dienst in het alhier Guarnisoen houdend Battaillon te laten presteeren.
Verder gedisponeerd Zijnde over de Vacante officiers plaatzen onder de Caabsche burger Infanterie, door het overlijden van den Lieutenant Jan Hendrik Ekkert, en den Sous Lieut: Johannes Henricus Verlee Soo is goedgevonden, om in Steede van eerstgemelde Lieutenant Ekkert weederom als zodanig bij ged: Burgerije te laten in vallen, den in a:o 1780 op Sijn Verzoek van dien dienst ontslagenen Hendrik Oostwald Eksteen Pietersz: en denzelven na den oudsten Lieutenant Johannes van Sittert, Junior, in Rang te doen volgen, mitsg:s ter plaats vullinge van wijlen den Sous Lieutenant Johannes Henricus Verlee, wederom in die qualiteit te laten op treeden, den oudsten Vaandrig Christiaan Pieter Brand, terwijl de Vacante Vaandrigs plaats is Vervuld met den burger Vaandrig titulair Jeremias Auret om als Vaandrig Effectief bij de voorsz: burger Infanterie dienst te doen.
Sijnde voorts in Steede van den gerepatrieerden Boekhouder Abraham Chiron weederom tot Boekhouder in ‘S Comp:s Equipagie Pakhuijzen aangesteld, den ten Negotie Comptoir beschijdenen Boekhouder Petrus Johannes Truter
Gelijk meede mits het overlijden van den Baas Thuijnier in ‘S Comp:s Thuijn aan het Ronde Bosje Frans Joseph Olwegen, weederom tot Baas Thuijnier aldaar is aangesteld, den voorleezer en Schoolmeester bij de Stellenbosche gemeinte Gillis de Korte, ende Zulx op desselfs gedane instantie, als daartoe meerder inclineerende, met Verhoging van besolding tot ƒ30 p:r M:d onder een nieuw drie Jarig verband.
Laatstelijk is aan den schrijver op ‘S Comp:s Ambagts quartier, Hendrik Zeel, op desselfs hierom bij Request gedaan verzoek, permissie verleend omme mits tijds Expiratie, behoudens qualiteit en gagie, van hier te repatrieeren, mitsgaders met zig te mogen meede neemen, desselfs huijs Vrouw en Dogtertje, Terwijl denzelven, ter Consideratie Zijner armoedigen toestand en onvermogen, van de betaling der gewoone Transport en kostpenningen voor Sijn Vrouw en kind is g’Excuseerd.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 379-385.¶
Vrijdag den {17850422} 22 April 1785
alle præsent behalven den Heer Independent Fiscaal M:r Jan Jacob Serrurier, mits indispositie
Door Vier der Officieren, behorende tot het bij d’ E Comp:ie in dienst en Zoldij Staande Regiment van Luxemburg , thans te Ceilon in Guarnisoen leggende, die aldaar derselver demissie hebbende erlangd, met het Hoeker Schip Catwijk aan Rhijn alhier zijn aangeland, dog op Verzoek en voordragte van de Heer Ridder d’ Hugonet, Collonel Commandant van ‘t zelve Regiment met hem weederom naar Ceilon staande te rug te keeren Sijnde den Lieut: Champenoij mitsg: de Sous Lieut:s de Roziere, Soufflot en Tissot, aan den Edelen Heer Gouverneur zijnde overhandigd het onderstaande Verzoek Schrift.
‘Mon General!’
‘L’impossibilité dans la quelle nous Sommes de Subvenir aux fraix d’une relache de prés de quatre Mois qui non seulement ont absorbé le peu que nous aviens recu mais qui en outre nous a mis dans la necessité de contracter des dettes indispensables nous engage mon General, a vous faire connoitre notre position et de vous Supplier de vouloir bien la mettre Sous les ijeux du Conseil’
‘Nous aurions besoin de deux Mois d’apointements et Emoluments.’
‘Nous esperons, Mon General, que vous voudres bien avoir égard a notre demande qui, quand meme elle ne Seroit pas authorisé par notre rentrée et le Service que nous faisons au Regiment de Luxembourg est asses motive par le besain urgent ou nous Sommes.’
‘Notre reconnoissance egalera toujours l’empressement que nous aurons a Suisir les occasions ou nous serons a même de prouver notre Zele pour le Service de la Patrie et de la noble Compagnie.’
‘Nous avons l’honneur d’etre avec le plus profond respect et un entier devouement a vos ordres’
’/:onderstond:/’
‘Mon General Vos trés humble et tres obeissant Serviteurs /:was geteek:/ de Champenoij Lieut:, De Rasiere, Soufflot, Tissot.’
En welk versoek schrift bij de respective præsente Heeren Leeden des Raads ter lecture en in omvrage Zijnde gebragt; Soo is met meerderheid van Stemmen goedgevonden en Verstaan, aan voorsz: Vier Officieren ter zake van d’omstandigheeden, waarin zig komen te bevinden en tot goedmaking der kosten voor dezelver te rug reize naar Ceilon alleen het Verzogte Advans van Twee Maanden gagie op Reekening van Zoldije, Zonder verdere Emolumenten, te doen verstrekken
Hebbende den E Coopman en keldermeester M:r Jacobus Johannes Le Suëur gedeclareerd;
dat sijn E: uit het addres van ‘t bovenstaande versoekschrift der Vier Officieren, niet konde opmaken, aan wien hetzelve eijgentlijk was opgedragen;
dat, ingevalle het ged: verzoekschrift /:gelijk Sulx uit de eenvoudige titulatur van Mon General niet onduidelijk moeste werden begreepen:/ aan den Collonel Commandant d’ Hugonet zelve was gerigt, en hij Collonel vermeende dat eenig Regard op het verzoek Sijner Vier officieren diende te werden geslagen, zulx als dan op eene allezints gepaste wijze door hem aan deeze Regeering had kunnen en ook moeten werden voorgedraagen,
en dat, nadien gedagte Collonel d’ Hugonet bij andere geleegendheeden, en voornamentlijk bij eene Missive laatst aan den Edelen Heere Gouverneur geschreeven, niet onduijdelijk had doen blijken, sijne meening als of met deeze Regeeringe niet te doen hadde.
hij Heer le Suëur derhalven om die reedenen desselfs gevoelen in deeze zaak niet zoude uijtten, nog in het besluit dat daarop Stond te werden genomen meede Stemmen.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 386-440.¶
Dingsdag den {17850428} 28 Apr:l 1785.
‘S voormiddags alle præsent.
Na dat de Resolutie onder den 19:de deezer Maand bij deze Vergaderinge genomen was geresumeerd, wierd door den Heere Gouverneur ter tafel gebragt het berigt van den Equipagiemeester Justinus van Gennep en nevens hem gecommitteerd geweest zijnde Zee Capitains Jan Siereveld en Christoffel Beem, betreffende het Emploij dat van het Schip ‘T Huis te Spijk en den Hoeker Catwijk aan Rhijn zoude kunnen werden gemaakt, ter opspeuring van ‘S Comp:s agterblijvende Scheepen de Harmonie , Overduijn en Zeeduijn , dan wel hoedanig dees Expeditie anderzints ten meesten dienste der E Comp:ie zoude moeten geschieden, ingevolge het besluit op voorm: 19 deezer bij deezen Rade genomen, en welk berigt aldus was luijdende
Aan den wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff, Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop met den ressorte van dien &:a &:a &:a benevens den E Agtb: politicque Raad
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘Uijt het geëerd besluit op den 19:de der præsente Maand April bij Uwe wel Edele Gestr: en E: Agtb: genomen, en waarvan Extract aan den ondergeteek: Capitain ter Zee en Equipagiemeester deezes Gouvernements Justinus van Gennep, en de meede geteekende Cap:ns Jan Siereveld en Christoffel Beem, is ter hand gesteld dezelve zijnde komen te blijken:’
‘dat, vermits het lange agter blijven der Twee Bataviasche retourscheepen Overduijn en de Harmonie , benevens het provisie Schip Zeeduijn , en de hope die ‘er nog over was, of die Scheepen door de geleedene Rampen ofte Slegte gesteldheijd hunner Equipagiën misschien niet mogten zijn gebragt geweest in de noodzake om zig in de eerste Haven de beste te bergen, en dus ‘t zij te Rio de la Goa , dan wel in de Baaij van S:t Augustin op Madagascar , ter houw gekomen, overzulx door welopgem: Edelen Heere Gouverneur was voorgesteld geworden, d’ onvermijdelijke noodzakelijkheid tot het neemen der Vereischte maatregulen ter opspeuring dier kielen, ware het mogelijk en om aan dezelve in dat geval alle hulpe en adsistentie toe te brengen:’
‘dat daarop in d’ eerste plaatze Uw Wel Edele Gestr: en E Agtb: wel was voorgekomen om het bij dit Gouvernement gehorend Freguat de Meermin daartoe t’ Emploijeeren, dog dat zig daarbij deeze Swarigheid had geopperd, dat het voorsz: Freguat de Meermin niet zoude kunnen inneemen alle de Manschappen, provisie en rondhouten, die er zoude werden vereischt tot adsistentie van drie Scheepen van het grootste Charter gelijk de voorm: Scheepen Overduijn , de Harmonie en Zeeduijn .’
‘dat derhalven Uw Wel Edele Gestr: en E Agtb: refexie was gevallen op het hier nog aanweezend retourschip ‘T Huijs te Spijk en den Hoeker Catwijk aan Rhijn of niet een dier kielen tot die Expeditie zoude kunnen werden gebruikt;’
‘en dat wel voornamentlijk het Schip ‘T Huijs te Spijk betreffende, in Consideratie was gekomen dat of schoon dien Bodem volgens het berigt van daartoe gesteld geweest Zijnde Gecommitteerdens was bevonden; dat in dezelve ter oorzake van de Slegte gesteldheid van desselfs tusschen en boven dekken geene andere goederen konden werden geladen dan de Zodanige waaraan geen schade door ‘t water konde werden toegebragt het Uw Wel Edele Gestr: en E Agtb: egter was voorgekomen, dat die Swarigheijd niet Zoude beletten omme het ged: Schip ‘T Huijs te Spijk te kunnen Emploijeeren tot opspeuringe der opgem: agtergebleevene drie Scheepen en om in hetzelve af te laden de provisiën en materialen voor die drie Scheepen benodigd; en om Vervolgens ingevalle een ofte meer van dezelve, inzonderheid het provisie Schip Zeeduijn onverhooptelijk met de aan hetzelve toe te brengen bijstand, niet in Staat mogte zijn de Reize na herwaards t’ onderneemen, als dan zo veel goederen uit desselfs Lading, waaraan geen bederf door het water kan werden toegebragt, en in allen gevalle de Houtwerken, uit het voorsz: Schip Zeeduijn over te neemen en herwaards te brengen’
‘dog dat Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: best hadden geoordeelt voor en aleer daarop finaal te disponeeren, den ondergeteek: Equipagiemeester Van Gennep en de Capitains Siereveld en Beem te Committeeren, om met den anderen te overleggen, of en welk nuttig gebruik van ‘t voorm: Schip ‘T Huijs te Spijk en den Hoeker Catwijk aan Rhijn in deezen zoude kunnen werden gemaakt, of hoedanig dees Expeditie anderzints ten meesten dienste der E Comp:ie zoude moeten geschieden, en waaromtrend met relatie tot het vorengem: Freguat de Meermin , in’t oog diende te werden gehouden d’ intentie van Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: te zijn, om hetzelve, na dat d’ omstandigheeden der Zaken waarin zig der Voorsz: agterblijvende Scheepen, of een derzelve Zoude bevinden even en in Zelvervoegen, als Zulx omtrend d’afzending van’t Freguat Jagt Rust in den Jaare 1779, ter opspeuring van ‘t Schip de Venus , heeft plaats gehad van Rio de la Goa of Madagascar verder ter inhandeling van Slaven naar Mosambicque te laten voort Steevenen.’
‘dat eijndelijk tot Slot van dit alles d’ ondergeteek:s Zijn gedemandeert geworden, omme ten opzigte van hunl: gevoelens, volgens welke wijze de voorsz: Expeditie voor den meesten dienst der E Comp:ie Zouden behoren te werden gedirigeerd, ten Spoedigsten te dienen van berigt, ten eijnde als dan bij Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: zoude kunnen werden genomen, Zodanig besluit, als dezelve zoude bevinden te behoren.’
‘Soo hebben d’ ondergeteekendens om aan de hun opgedragene Commissie en het daarbij g’ ordonneerde, Zo veel in hun is, pligtschuldig te voldoen in eene bijeenkomst waarinne ingevolgde d’ordre den Cap:n ter Zee van ‘t vorengem: Freguat de Meermin Francois du Minij en den Gezaghebber van den hoeker Catwijk aan Rhijn Christiaan Andries Stuur, meede zijn præsent geweest, en hebben geadsisteerd, met elkanderen gebesoigneerd over de middelen, dewelke hun Scheenen, als de mogelijkste en geschikste te weezen, tot bereik van het eijgentlijk bedoeld oogmerk.’
‘des d’ ondergeteek:s d’ Eere hebben derselver gevoelen in deezen op ‘t needrigst Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: voor te dragen en daarbij zeggen:’
‘dat belangende de reflexiën bij Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: gevallen, of niet het Schip ‘T Huijs te Spijk of den Hoeker Catwijk aan Rhijn zoude kunnen werden g’Emploijeerd tot d’ Expeditie ter opspeuringe van ‘S Comp: agter gebleevene drie Scheepen Overduijn de Harmonie en Zeeduijn , d’ onderget: de Vrijheid moeten neemen daarop te remarqueeren:’
‘dat het Schip ‘T Huijs te Spijk wel is waar, volgens het daarvan gedaan Rapport door Expresse Gecommitteerdens nog wel kan werden g’Emploijeerd tot Transport naar Indiën van zodanig eene lading als waaraan geen leccagie of door watering eenige Schade kan veroorzaken, en waar omme dien bodem dan ook reets is gedestineerd tot overbrenging van wijnen naar Batavia,’
‘dat het egter een al te zeeker en zeer groot different maakt off een Schip van die gesteldheijd als ‘T Huijs te Spijk dat, boven en behalven de opgegeevene manquementen aan dies tusschen en boven dekken, reets oud en zeer verre afgevaren is, werde g’Emploijeerd tot een directe rheize van hier naar Batavia en dus langs een Vaarwater, alwaar het zelve Voor geen ogenschijnlijke Rampen ter Zee dan die, buiten het bereik van ‘S Menschen voorzienigheijd zijn, werd g’Exponeerd; dan of Zodanig eenen Bodem werd g’Expedieerd op een kruijs togt ter opspeuringe van Scheepen langs de Custen, voornamentlijk die dewelke daartoe moeten werden bevaren, en die op zig zelven altoos dog wel bijzonder in dit getijde van ‘t Jaar, ten hoogsten gevaarlijk zijn:’
‘dat tot zodanig eene Expeditie absoluut en noodwendig werd Vereischt en goed hegt en Sterk Vaartuijg, dat teegens de gevaren der Zee bestaanbaar is:’
‘dat dus het Schip ‘T Huijs te Spijk in de Situatie daar het thans in is, tot al zulk eene togt niet kan dienen, vermits het in zodanigen Staat is dat bij eenige wijnige toevallen, die het zelve op diergelijke kruijs-togten onvermijdelijk Staat t’ ontmoeten, in’t geval kan geraken, omme zig meede in eene of andere haven de beste te moeten retireeren, zonder in Staat te Zijn van daar weeder in Zee te kunnen komen waardoor dan het principale oogmerk dier Expeditie in’t geheel Vereijdelt en men zig daar door nog in de noodzake zoude kunnen zijn gebragt, om tot het opspeuren van de vermiste drie Scheepen zo wel als van’t Huis te Spijk zelve, weederom op nieuws een ander Schip of Vaartuig van hier af te zenden’
‘Terwijl d’ ondergeteek:s onder gunstige welduijdinge hierbij nog moeten noteeren de noodzakelijkheijd, dat het meerm: Schip ‘T Huis te Spijk bij dit zeer aannaderend winter Mousson, hoe eerder hoe beeter direct van hier naar Batavia diende te werden afgezonden:’
‘dat wat betreft het Hoeker Schip Catwijk aan Rhijn welkers Jeegenwoordige gesteldheid den ondergeteek: Equipagiemeester overZulx volgens de daarvan bekomene Rapporten der daarop beschyden Zynde officiers, de Vrijheid neemd Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: te berigten:’
‘dat ged: Hoeker Catwijk aan Rhijn zig meede reets in een Zeer Zwakke gesteldheijd komt te bevinden:’
‘dat de geheele agtersteeven van dien bodem bijkans los gewerkt is, en de Twee onderste Vingerlingen van de weerhaaks van de Steeven af en weg zijn:’
‘des dat Vaartuijg, ten eijnde Twee andere Vingerlingen in de Steeven te kunnen werden gezet, absoluut in de Saldanha Baaij diend te werden gekield, of op een der banken aldaar gezet, bij welke geleegendheid dan ook onvermijdelijk de buiten Huijd die waarschijnlijk door een lang Vertoef van voorm: Hoeker, zo hier in deeze Baaij als in Indiën, zeer door de Worm zal weezen doorknaagd en Verteerd, meede voor een groot gedeelte zal moeten werden Vernieuwd:’
‘dus beide de voorm: Scheepen ‘T Huijs te Spijk en Catwijk aan Rhijn , volgens der ondergeteekendens Sustenue niet kunnende dienen tot uitzending ter opspeuring van ‘S Comp: drie agterblijvende Scheepen; hebben d’ ondergeteek:s vervolgens in overleg genomen, hoedanig nu deeze Expeditie anderzints ten meesten dienste der E Comp:ie Zoude kunnen geschieden; waaromtrend in d’ eerste plaatse in aanmerkinge is genomen, het Freguat de Meermin :’
‘dan nadien uit het hiervorenaangehaalde besluit Uwer Wel Edele Gestr: en E Agtb: d’ ondergeteek: is voorgekomen, dat dit Freguat bij aldien ook al mogte werden uitgezonden tot het opzoeken der agterblijvende drie Scheepen, egter na voorkomende omstandigheeden zoude blijven gedestineerd, tot een Reize ter inhandeling van Slaven voor d’ E Compagnie:’
‘en dat overzulx wanneer het ged: Freguat de Meermin eerst en vooraf zoude moeten werden afgezonden ter opspeuring der Vermiste drie Scheepen, behalven de Swarigheden die Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: zelve omtrend den overvoer van de nodige Manschappen provisien en Equipagie goederen met hetzelve voor de Drie Scheepen, zijn voorgekomen, dit een zeer grote vertraginge in de Reize van ‘t ged: Freguat de Meermin tot den Slaven handel zoude Veroorzaken, die Somtijds van zeer veel nadeel voor de Maatschappij in dien Handel zoude kunnen Zijn;’
‘d’ ondergeteek:e dus onder Correctie hebben Vermeend, dat het meerm: freguat de Meermin om die reedenen mede niet wel met goed Succes, en ten meesten voordeele der E Comp:ie tot opspeuringe der agterblijvende drie Scheepen zal kunnen werden g’Emploijeerd.’
‘Waaromme d’ ondergeteek: dan ook hebben moeten overgaan tot het naspeuren en uitvinden van een ander gepast en geschikt middel die de noodzakelijkheid onvermydelijk vorderde, dat in ‘t werk wierde gesteld, ter opspeuring van ‘S Comp:s meerm: agterblijvende Scheepen Overduijn , de Harmonie en Zeeduijn , waartoe dan na rijp beraad en overleg eijndelijk het ooge hebben geslagen op ‘t onlangs hier g’ arriveerd uitkomend Schip het Meeuwtje , welk Scheepje d’ ondergeteek:s Eenparig Vermeenen het bequaamst te weezen, om met het meeste nut en hope van goed Succes tot die Expeditie te kunnen werden g’Emploijeerd, Vermits hetzelve Schip ‘T Meeuwtje komt te weezen een nieuw hegt en wel bezeild Vaartuijg; welk Scheepje wel in zo verre voor Batavia is gedestineerd, dog waarteegens d’ ondergeteek: met zeer veel grond, en onder Submissie Vermeenen, dat weederom in Consideratie diend te werden genomen, het exteerend geval en de grote noodzakelijkheid voor den dienst der Maatschappij, waartoe dat Scheepje ‘T Meeuwtje diend te werden g’Emploijeerd, en dat nog aan den anderen kant d’ ondergeteek: al meede onder Eerbiedige Correctie vermeenen, dat vermits in deezen Jaare alleen reets een aantal Van 24 uitkomende zo Comp:s, als voor dezelve ingehuurde particuliere Scheepen naar opged: Indiasche Hoofdplaats gedestineerd alhier zijn gepasseerd, men oversulx thans in Indiën voor eerst geen gebrek aan Scheepen voor namentlijk van dat Charter als ‘T Meeuwtje , zal hebben.’
‘des ingevalle Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb: mogten goedvinden het meerm: Schip het Meeuwtje tot die Expeditie te destineeren hetzelve zoude kunnen werden afgezonden naar de Baaij van Rio de la Goa en in die Van S:t Augustijn op Madagascar , en verder langs deeze Africaanse kusten;’
‘in eene van welke havens ‘S E Comp: agtergebleevene Scheepen, ofte een derselve aantreffende, het ged: Schip ‘T Meeuwtje daarop ten Spoedigsten direct van daar herwaards zoude dienen te retourneeren, ten eijnde berigt te brengen van den Staat in welken die Scheepen zig bevinden, en welke adsistentie dezelve komen te benodigen:’
‘dat men dus Zeekerheijd van dit alles hebbende bekomen, ‘er altoos middelen aan handen zijn om aan die Scheepen de nodige adsistentiën met behulp van ‘S Comp:s uitkomende Scheepen van hier naar Batavia vertrekkende te doen toevoeren, en waartoe den tusschen tijd genoegzaam, overvloedig en toereijkend is, dewijl die Scheepen in eene der voorsz: Baaijen ofte elders anders op deze Custen leggende, niet nodig hebben eerder van daar te vertrekken, dan op Zodanigen tijd dat dezelve in de Maanden Januarij Februarij of Maart deezen uithoek kunnen besteevenen:’
‘dat wijders om meerm: Vermiste kielen niet in ‘t geheel van alle adsistentie ontbloot te laten van zodanige goederen als in ‘t voorm: Schip ‘T Meeuwtje in ‘t Patria voor Batavia zijn afgeladen, de zulke in ‘t Schip Zoude kunnen werden gelaten, die men met zeekerheid kan veronderstellen dat aan die Vermiste Scheepen in den toestand waarin dezelve zouden kunnen weesen, zullen kunnen te passe komen, om daarvan gebruik te maken, en van welke goederen een notitie ter Speculatie voor Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb: deezen is g’annexeerd:’
‘Waarbij nog zouden kunnen werden gevoegd eenige medicamenten, en wat men nog verder dienstig zal oordeelen;’
‘Terwijl d’ondergeteekendens aan het hoog wijzer oordeel van Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb: overlaten de verder bepalinge of het meermelde Schip ‘T Meeuwtje , ingevalle niet van de agtergebleevene drie Scheepen mogte hebben ontdekt de Reize als dan naar Batavia voort zetten dan wel tot meerder en Spoediger verzeekering Sijner Expeditie, evenwel na herwaards zal diene te retourneeren, in welk eerste geval te weten zo wanneer Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb: mogten gelieven goed te vinden het Schip ‘T Meeuwtje , bij al dien geene der Vermiste Scheepen mogte hebben aangetroffen, de Reize als dan naar Batavia te laten vervorderen, als dan in hetzelve nog 20 Leggers wijn p:r Factuur op den Bataviaschen Eijsch zouden kunnen werden afgeladen; welke wijnen echter in allen gevalle bij ontdekking der meermelde agter gebleevene Scheepen gedeeltelijk zouden kunnen dienen tot provisie voor d’Equipagie dier kielen.’
‘D’ondergeteekendens dus verhopende aan de geëerde Intentie van Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb: te hebben voldaan, laten deezen dienen voor needrig Rapport.’
’/:onderstond:/’
‘Cabo de Goede Hoop den 23 April 1785 /:lager:/ als Gecommitt: /:was get::/ J: V: Gennep, J: Siereveld, C: Beem, /:in margine:/ ter præsentie en ten overstaan van ons /:get:/ de ridder Duminij, A:s C:n Stuur’
Over den inhoude van welk Rapport gebesoigneerd, en in aanmerking genomen weezende:
dat daar het opzoeken en toevoeren van adsistentie terzelver tijd aan drie Scheepen moeste geschieden, en d’intentie altoos is geweest om daartoe in d’eerste plaatze t’Emploijeeren het Freguat de Meermin , nevens nog een tweeden bodem, ‘t zij ‘T Huis te Spijk of Catwijk aan Rhijn het doen van den Slaven handel met de Meermin geen plaats te doen hebben, dan wanneer d’omstandigheeden der zaken, en zonder het principale oogmerk van dies afzending, te weeten het opspeuren der Vermiste Scheepen, eenigzints te prejudicieeren,
heeft men dus het voorstel van gedagte Equipagiemeester van Gennep en gecommitteerde Zeelieden, van’t voorsz: Fregat de Meermin direct naar Mosambique tot het doen van den Slaven Handel te laten Vertrekken, en het Scheepje ‘T Meeuwtje alleen vooraf en wel ten principale om de vermist werdende Scheepen ergens aangetroffen hebbende ten eersten om daarvan berigt te doen herwaards terug te keeren niet kunnen amplecteeren
Maar is inteegendeel besloten, het ged: Fregat de Meermin daartoe te gebruiken, mitsg: terwijl men mits het hiervorenaangehaalde, zig in deezen niet van het Schip ‘T Huijs te Spijk zo min als den Hoeker Catwijk aan Rhijn heeft kunnen bedienen derhalven tot dees Expeditie mede t’emploijeeren het bovengem: Schip ‘T Meeuwtje , en ten dien eijnde van de daarin voor Batavia afgeladene goederen, zo veel van de zodanige als men kan nagaan voor de voorsz: op te zoekene Scheepen het meest testade te zullen komen, in’t ged: kieltje te laten blijven en overige te doen brengen in’t Schip ‘T Slot ter Hoge , en daar en teegen Zo in’t Schip ‘T Meeuwtje als in’t ged: Fregat de Meermin de nodige provisiën mitsg:s ligte rondhouten en verdere Equipagie goederen voor d’agterblijvende Scheepen te doen afladen, en dezelve daar meede ter opspeuringe dier kielen van hier af te zenden
Sullende de op ged: Scheepen de Meermin en ‘t Meeuwtje Commandeeren de Capitains Francois du Minij en Huijbert den Breem bij eene Schriftelijke Instructie werden gelast om van hier direct na Rio de la Goa te steevenen, en aldaar een of meer der Vermiste Scheepen aangetroffen en dezelve in Staat gebragt hebbende om van daar herwaards te vertrekken, dan wel zo veel Secours te hebben bijgezet om de verdere benodigde adsistentie van hier te kunnen afwagten, het voorsz: Freguat de Meermin , neevens het Scheepje ‘T Meeuwtje zig als dan verder zullen hebben te begeeven naar de Baaij van S:t Augustijn op Madagascar en aldaar bij ontmoeting van een off meer der agterblijvende Scheepen hetzelfde als zo even van Rio de la Goa is gezegd verrigt zijnde, het Meeuwtje daarop ten Spoedigsten na herwaards zal moeten te rug keeren ten eijnde te berigten of en welke ontdekkingen zo op Rio de la Goa als te Madagascar , zullen zijn gedaan; dog de Meermin uit de baaij van S:t Augustin de Cours zal moeten Stellen na d’oostkust van Madagascar ter ervaringe of Somtijds in een der Baaijen aldaar een der vermiste Scheepen mogte zijn ter houw gekomen, en dezelve in die Staat aangetroffen hebbende dat met de hun toegebragte hulpe de Rheize dit heen met gerustheid konde onderneemen, en So meede wanneer aldaar niets zal zijn vernomen, als dan tot het inhandelen van Slaven naar Mosambique voort te Steevenen:
Maar bij zo verre het mogte gebeuren dat ged: Cap:n Duminij aan gesz: Madagascarse Oostkust de dikwerfgem: Vermist werdende Scheepen of een derselve mogte hebben gevonden, en wel in dien staat, dat dezelve ongeagt de van hem bekomene adsistentie niet weeder in zee zouden kunnen gaan, denzelven als dan aan het verleegene Schip het nodige Secours hebbende bijgezet om verdere adsistentie van hier af te wagt en meede ten Spoedigsten dit heen zal moeten te rug keeren, om ons van desselfs ontdekking t’informeeren.
En nadien het zeer præsumptief is, dat het voornaamste gebrek der meerm: Vermiste Scheepen zal bestaan in Manschappen, is dierhalven best geoordeelt de geheele Equipagie met het welk ‘T Meeuwtje ten getale van 126 Coppen is uitgezeild op hetzelve te laten verblijven waarvan dan gevoeglijk 50 a 60 Coppen aan het des benodigd zijnde Schip of Scheepen zullen kunnen bijgezet en daarbij ook van Equipagie van de Meermin zonder dezelve te zeer te Verzwakken een aantal van 15 a 20 Coppen werden gevoegd, invoegen men als nu hoopt dat dies Expeditie van een goed Succes zal werden agtervolgd.
Gelijk verders, betreffende het voorwaards geciteerde Schip ‘T Huis te Spijk en den Hoeker Catwijk aan Rhijn , is verstaan, dat, behalven de quantiteit van 120 Leggers wijn in Zoort, dewelke bereids in’t Huis te Spijk voor batavia zijn afgeladen nog daarin Zullen werden afgescheept de goederen voor de Scheepen, die geduurende het Winter Saisoen in de baaij Fals staan aan te komen, ten eijnde naar ontlossing der goederen aldaar, verder naar Indiën voort te Steevenen; Terwijl den Hoeker Catwijk aan Rhijn van hier na de Saldanha Baaij zal werden afgezonden, om aldaar te werden gekield en gerepareerd van de gebreeken die zig aan dien bodem komen te bevinden.
Waarna is geleezen d’ onderstaande Missive door den wel Edelen Gestr: Heer A: Kuvel, Cap:n van’t ter rheede leggende Lands Freguat van Oorlog de Phœnix aan deezen Rade gerigt.
‘Edele Agtb: Heeren!’
‘Ik heb d’Eer U Edele Agtb: te communiceeren, dat d’Expeditie waar toe ‘S Lands Schip de Phœnix uitgerust is, diend ten eijnde ‘S Lands Esquader, onder Commando van den Capitain Commandeur Van Braam van het nodige te voorzien; de ordres mij door haar Edele Mogende van het Collegie ter Admiraliteit gegeeven, zijn van dusdanigen Inhoud, om bij mijn arrivement ter deezer Rheede mij te vervoegen bij U Edele Agtbare, op dat ik mogt g’informeerd zijn, van de Situatie en destinatie van ‘S Lands Scheepen en teffens het advies van U Edele Agtbare af te vragen, waardoor ik op het Spoedigst in Staat zoude zijn mij bij gemelde Esquader te vervoegen.’
‘Ik heb d’Eer met Eerbied te zijn’
’/:onderstond:/’
‘Edele Agtb: Heeren! U Edele Agtb: zeer onderdanige dienaar /:was get:/ A KuveL /:in margine:/ Op ‘S Lands Schip de Phœnix leggende ter Rheede van Cabo de goede hoop den 28 Apr:l 1785’
Om aan welke verzogte Elucidatie door opgemelde Heer Capitain Kuvel zo Veel mogelijk te voldoen, aan Sijn Edele in antwoord op desselfs vorengemelde Missive Zal werden gerescribeerd:
Dat schoon ten belange van ‘S Lands Esquader in Indiën geen Schrijvens van haar Hoog Edelens de Heeren der Hoge Indiasche Regeering of van elders, eenige ministeriale brieven alhier zijn ontfangen, den Heer Gouverneur egter door den Schipper van’t Retourschip Hoorn , Isaac Thierens, is g’informeerd dat, wanneer hij mits bekomene Schade aan desselfs Roer bij het Noorder Eijland had moeten ten Anker gaan, aldaar meede was Verscheenen ‘S Comp:s Schip de Zeeuw , Zijnde met een Lading Rijst van batavia naar Ceilon gedestineerd en hij bij die geleegendheid van den Schipper Levien had verstaan.
Dat het ged: Lands Esquader gelukkig te Batavia gereverteerd zijnde /: en het geen gemelde Schipper Thierens giste, in’t laatst der Maand December des gepasseerden Jaars te zullen zijn geweest:/ aldaar in’t algemeen wierd gezegd, dat het Esquader in de helft der Maand Februarij naar Ceilon Stond te Steevenen.
dat wanneer bij dit berigt wierd gevolgd dat de Heer Capitain Verheul, die met depeches van de Heer Van Braam voor het Edel Mogend Collegie ter Admiraliteit in Amsterdam daar is afgezonden, bij zijn vertrek van hier ter deezer plaatze heeft nagelaten een Missive aan ged: Heer Commandeur van Braam gerigt, en speciaal verzogt dat dezelve met het eerst van hier naar Ceilon vertrekkende Schip derwaards mogte werden verzonden en
dat een der principale reedenen van de uitzending van het meermelde Esquader heeft bestaan, om de uit ‘S Comp:s Possessie gerukte Etablissementen weederom rustig en vreedig in hare magt te doen overgaan, daar het bekend is, welke Stubbelingen omtrend de redditie van het zo gewigtig Trinconomale , tusschen de Franschen en Engelschen zijn ontstaan, en eijndelijk
dat ook volgens de laatst van Ceilon hier ontfangene Particuliere berichten reeds een rupture met den kijzer van Candia zoude plaats hebben, of ten minste zeer voor dezelve gevreesd wierd
men oversulx om alle die reedenen op het seekerst moest veronderstellen dat het dikwerf gemelde Esquadre zig thans te Ceilon zal komen te bevinden.
Vervolgens wierd door den Cap:n de la Motte Bertin die tot het Luxemburgse Legioen behorende van Ceilon hier is gekomen, als meede door den Capitain van het Corps de Waldener in Name de Ballan die mits desselfs indispositie Sijne demissie te Batavia heeft geobtineerd, gepræsenteerd de volgende verzoek- Schriften.
Aan den wel Edelen Gestr: en E: Agtb: Heer d’ Heer Cornelis Jacob van de Graaff, Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop en de ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: E: Agtb: Raad van Politie deezes Gouvernements
‘Wel Edele Gestr: en E: Agtb: Heer! E: E: Agtb: Heeren!’
‘Geeft zeer reverentelijk te kennen den ondergeteek: de la Motte Bertin, dat hij Supp:lt als Capitain van’t Corps der Vonlontaires van den Prins van Luxemburg in dienst der E: Holl: Ostind: Comp:ie Guarnisoen houdende te Gale , op het Eijland Ceilon , door Sijn aanhoudende indispositie en famillie aangeleegendheedens in Europa waarbij meede nog eenige bij voorm: Corps heerschende onlusten quamen, zig genoodzaakt heeft gevonden sijn ontslag en oorloff te neemen om naar Vrankrijk te retourneeren, dat hem Supp:lt ook ingevolgen Schriftelijke permissie en passeport is toegestaan geworden, maar denzelven voor eenige tijd alhier g’arriveerd en weegens Sijne veranderde en Verbeeterde gezondheids omstandigheedens, Zo wel als ook nadere uit Europa ontfangen narigten en Informatiën, te rade Zijnde geworden, van Sijn voorneemen te abstraheeren en Zig weederom tot Sijnen vorigen dienst aan den meede uit het Patria alhier aangekomenen Collonel Commandant van dikwerf gemelde Corps, M:r d’ Hugonet, te engageeren en na Ceilon weederom te keeren, is den Suppliant thans tot Uw E: Gestr: en E: Agtb: zig keerende met het Eerbiedig verzoek van aan hem hiertoe de nodige permissie hoog gunstig te Verleenen, beneevens de Vrijheijd van Transport en andere kosten.’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende &:a /:was geteek:/ de la Motte Bertin Cp:ne au R:nt de Luxembourg’
‘Monsieur’
‘Monsieur le Gouverneur, Et a Messieurs du Conseil de la Regence de Cap!’
‘Le Sieur claude Bonaventure de Balland Capitaine au Service de la Noble Compagnie Hollandaise, étant tombé dangereusement malade a Batavia, Et voiant qu’il ne pouvoit retablir Sa Santé, consequemment continuer Ses Services a Batavia, fût obligé de demander Sa demission, qui lui fût accordeé, mais étant totalement retabli Et desirant les continuer, il Supplie Monsieur le Gouverneur Et Messieurs du Conseil de lui permettre, d’ entrer dans le Corps des vonlontaires de Luxembourg aijant pour cela l’agrément de Monsieur D Hugonet, Colonel Commandant, et S’en raportera a tout ce que le dit Colonel poura faire pour lui, Et lui donner Son passage en Sa qualité Sur le même vaisseau qui Conduit le Colonel Commandant et le detachement du Corps de Luxembourg qui va a Cielan, sa reconnoissance Sera Sans Borne’
‘J’ai l’honneur d’etre avec respect’
’/:onderstond:/’
‘Votre tres humble Et obeissant Serviteur /:was get:/ de Balland. /:in margine:/ Vû par Nous Colonel Commandant du Reg: de Luxembourg /:get:/ d’Hugonet.’
Waarop in Consideratie Zijnde genomen, dat het verzoek dier Twee Capitains de la Motte en Balland om in’t voorm: Legioen van Luxemburg te werden geplaatst door den aanweezenden Collonel van dat Regiment de Heer d’ Hugonet bij den Edelen Heer Gouverneur Sterk geappuieerd is geworden, is dierhalven zo om die reedenen als bij overweeging, dat ingevalle volgens de hiervoren reeds gem: ontfangene berigten werkelijk een rupture met den Kijzer van Candia quam plaats te hebben, de voorsz: officieren als dan wel bij het Regiment zouden nodig zijn, goed gevonden en besloten, het verzoek der beijde Cap:ns t’accordeeren, en aan dezelve ieder drie Maanden gagie op reecq: hunner Soldije te laten Verstrekken.
En is wijders door den Heer Secunde en Hoofd administrateur Pieter Hacker en d’ E Coopman en Keldermeester M:r Jacobus Johannes le Suëur, overgelegd het onderstaand berigt
Aan den wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaf Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a benevens den E: Agtb: Raad van Politie.
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘Uw E Gestr: en E Agtb: den ondergeteek: opperkoopman en Secunde deezes Gouvernements, Pieter Hacker en den koopman en keldermeester M:r Jacobus Johannes le Suëur, meede Leeden deezer Vergadering, hebbende gelieven te Committeeren en qualificeeren om met zommigen deezer Ingezeetenen dewelken zig hadden aangeboden, en geneegen getoond, van de Koopmanschappen op den Extra ordinairen Eijsch van dit Gouvernement uit het Patria overgezonden, uit de eerste hand te willen koopen, zodanige overeenkomste over den Vercoop dier goederen te maken, als zij onder de nadere goedkeuringe Uwer Wel Edele Gestr: en E Agtb: zouden oordeelen, met het meeste Intrest der E Comp:ie te quadreeren, hebben dezelven thans d’ Eere Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: needrigst te berigten dat, na dat aan die Lieden ter harer Speculatie was gesuppediteerd geworden, het Factuur van den inkoop dier goederen, met de door de Heeren Meesteren geordonneerde vermeerdering van een Capitaal Advance, Zijl: zonder bijna eenig beraad te hebben genomen, aanstonds hebben gedeclareerd; van deeze koop ten eenemaal te moeten afzien, als zodanig hoog in prijs komende dat onmogelijk met eenig het minste Vooruitzigt zelfs maar van de geringste overwinste voor hun, konden werden aanvaard; En off Schoon de ondergeteekendens de Liefhebbers op alle mogelijke wijze zogten te encourageeren en te animeeren, door eene voor uitzigt, dat men de betalinge dier goederen Zoo faciel als immers mogelijk was zoude tragten te maken, is egter alles Vrugteloos geweest, in zo verre dat eijndelijk Verclaarden dat al konde de Regeeringe daartoe komen om hun die goederen volgens den reëelen inkoop te kunnen afstaan, Zij in gemoede konden getuigen, dat aanbod niet te zullen durven accepteeren, dewijl zelfs in dat geval de prijzen der meeste goederen zodanig hoog gesteld waren, dat geen naamwaardige overwinste gemerkt de grote risico op zo een aanzienlijk Cargazoen te lopen, te behalen zoude zijn.’
‘Wij neemen de Vrijheid dit bovenstaande voor needrig Rapport onzer Commissie te laten dienen, en hebben d’Eere met de meeste Eerbied te zijn.’
’/:was geteekend:/ P: Hacker, J: J: Le Suëur. /:in margine:/ Exhibitum den [.....] April 1785.’
Na Lecture van welk berigt best geoordeelt en dienvolgens geresolveerd is, opgem: Heer Hoofd Administrateur te qualificeeren omme de in hetzelve Berigt vermelde Coopmanschappen, Comp:s weegen p:r Publicque vendutie te doen verkopen.
Op het Schip de Africaan zig komende te bevinden Een Vaatje met kopere heele duijten, met dien Bodem uit het Patria hier aangebragt en onder anderen op de Factuur der Lading voor dit Gouvernement bekend gesteld zijnde, is Verstaan die koper Munten, Vermits alhier van geen gebruik kan weezen, met hetzelven Schip d’ Africaan naar Batavia voort te zenden.
Door den Eersten opper Chirurgijn deezes Gouvernements Pieter Domus in geschrifte zijnde voorgedragen:
Hoe dat hij door eene meer dan Twintig Jaarige dienst had ondervonden dat zo wel met d’uitkomende als repatrieerende Scheepen der E Compagnie niet alleen meer Zieken ten Hospitalen werd aangebragt, maar dat ook de Ziektens onder d’Equipagie dier Scheepen meenigvuldiger waren dan bevorens,
dat d’Impotenten Jeegenwoordig in Twee differente, zo wijd van elkanderen geleegene Gebouwen thans tot Hospitaal voor de Zieken g’approprieerd, moetende werden bediend en welkers getal veelmaals tot 900 a 1000 Man komende te belopen onder dewelke zig veele Lijders quamen te bevinden die dagelijx met d’uitterste en allerzorgvuldigste oplettendheid moeten werden behandeld; dit egter, ingevalle een der beide practisijns door Ziekte als anderzints in Synen dienst wierde Verhindert als dan niet dan zeer gebrekkig en tot nadeel der Lijders konde geschieden; met bijgevoegd Verzoek dat oversulx in dat gebrek voorzien en nog een derde practizijn of opperchirurgijn in’t Hospitaal alhier mogte werden aangesteld
Soo is op dit voorstel, en de Reedenen daar inne g’allegueerd, goedgevonden en Verstaan, onder geëerde approbatie der Heeren Majores in’t Patria tot derde Practizijn of opperchirurgijn, onder Sijn winnende Gagie en lopend verband aan te stellen den op het uitkomend Schip Voorschoten beschijden geweest zijnde opperchirurgijn Johannes Kalenberg.
En nadien den opperchirurgijn op het aanweezend Schip Avenhorn , Johannes Verwoerd, op d’ uitrheize is komen t’ overlijden, is in desselfs plaatze weederom tot opperchirurgijn op’t ged Schip Avenhorn aangesteld den ondermeester op het hier vorengemelde Schip Voorschoten , Dirk Hofman, van ‘S Hage; ten wiens opzigte haar wel Edele Groot Agtb: de Heeren der Hoge Indiasche Regeering tot Batavia zullen werden Verzogd, hem in die zelfde qualiteit als oppermeester, met een der eerstvertrekkende retour Scheepen te willen laten repatrieeren.
Op heeden ter deezer Vergaderinge ingediend Zijnde Een Lijst van Zodanige Perzonen, bestaande in 49, zo gemeene militairen, als Ambagtslieden, dewelke hun tijd bij d’ E Comp:ie uitgediend hebbende, zig weederom tot een nieuw verband hebben g’engageerd; Soo is verstaan aan gem: Perzonen het bij besluit van den 4:e Januarij deezes Jaars bepaald douceur te weten, die voor een Jaarig Verband, Rd:s 10, en voor drie Jaren Rd:s 25 uit ‘S Comp: Cassa te doen betalen.
Zijnde wijders op voordragte van den Eerw: kerkenraad aan Stellenbosch , in Steede van den onlangs tot Baas Thuijnier aangestelden Gillis de Korte wederom tot Voorleezer en Schoolmeester bij de Stellenboschse gemeijnte aangesteld, den burger George Knoop ende zulx met de Gagie van ƒ16 p:r Maand, onder Een Vijf Jarig verband.
Den met het Schip Sparenrijk uit Neederland hier aangelanden Passagier, Hendrik Carel Martheze, bij Request Verzoek doende om mits het hoog Swanger Zijn Sijne huisvrouw, eenigen tijd, tot dat zij zal zijn verlost, ter dezer plaatze te mogen overblijven, is zulx aan ged: Martheze geaccordeert
Terwijl aan den onderstuurman op’t Schip ‘t Huijs te Spijk Jan Hendrik Dekkerik hierom al mede in Scriptis verzoek doende permissie is verleend, om desselfs hier getrouwde huijsvrouw Maria Elizabeth Zeegers, met zig naar Indiën mede te nemen, zijnde denzelven Dekkerik mits zijn onvermogen van de betaling der gewone Trnasport en kostpenn:n voor sijne ged: Huijsvrouw g’Excuseerd.
Door den Cornet bij de Swellendamsche landmilitie Christ:n Sederblad, bij request verzoek zijnde gedaan, dat hij om reedenen dat reets zedert Twee Jaren geleden sijn Plaats onder de voorsz: Swellendamse colonie Sorterende en alwaar eenigen tijd woonagtig is geweest, met al den verderen omslag heeft verkogt en desselfs domicilium zedert onder dit Caabs district is hebbende van die functie als Cornet mogte werden ontslagen, is goedgevonden en Verstaan aan den Supp:lt het verzogt ontslag te verleenen.
Laatstelijk zijn d’onderstaande Erven in Eijgendom uitgegeeven, als
aan den burger Joh:s Rossouw Gabrielsz: een Stuk Erff groot Een Morgen en
aan den burger Dan:l Rossouw Gabrielsz: mede Een Erff, ter grote van Een Morgen en Vijf quad: roeden, welke beide Erven sijn gel: aan de groeneberg onder’t dist:t van Drakenstein
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 441-470.¶
Woensdag den {17850504} 4 Maij 1785
‘S Voormiddags alle present.
Wierd door den Capitain van het ter rheede leggend Uijtkomend Schip ‘t Slot ter hoge , Jan Siereveld gepresenteerd, het onderstaande Request
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff, Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘In allen Eerbied geeft te kennen Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: needrigen Dienaar den ondergeteekende Capitain ter Zee Jan Siereveld, als zodanig in Commando op het ter rheede leggend uijtkomend Schip ‘t Slot ter Hoge .’
‘hoe dat hij Supp:lt reets bij zijn vertrek uijt Europa heeft gelaboreerd aan de beginselen eener quaal, veroorsaakt door eene ongesteldheijd in de maag en de uijtwerkselen eener bedorvene Spijs verteering’
‘dat hij Supp:lt geenzints agt slaande op de gevolgen, en ter Contrarie in hoopen leevende dat de Zeelugt en het Scheepsleeven, waaraan hij Supp:lt van Zijner vroegste Jaaren reets is gewoon geweest, merkelijke verandering in de Constitutie van Zijn Lichaam, en een volmaakte herstelling Zoude te weege brengen, dus geene Swarigheijd heeft gemaakt, het Commando op het voorm: Schip ‘t Slot ter Hoge t’ aanvaarden, en de reijse daarmeede naar Indien t’ onderneemen’
‘dog dat hij Supp:lt tot uijtterste leedweesen heeft moeten ondervinden, dat Zijn quaal reeds bij den aanvang van de reijse Zig allengs meer en meer openbaarende, vervolgens ongeagt alle g’appliceerde mogelijke middelen daarteegen Zodanig is komen te verergeren dat den Supp:lt op ‘t laatst dagelijx de heevigste aanvallen, daar uijt haren oorsprong hebbende, heeft moeten lijden, in Zoo verre, dat Zelfs Zomtijds daar door buyten Staat is geweest, op ‘t ogenblik Zelve, dat Zijn dienst en pligt Zulx van hem vorderde, het Commando op Zijn onderhebbenden Bodem te kunnen voeren.’
‘Uwe Wel Edele gestr: en E Agtb: Sullen dit alles des behagende nadere en omstandigst kunnen ontwaren, uijt de verclaringen Zoo van den opperChirurgyn van Zyn Supp:lts onderhebbenden Bodem, en de nadere affirmatie van den Eersten en de beijde Tweede opperChirurgyns deeses gouvernements; van de Eerste Officieren van ‘t Schip.’
‘den Supp:lt dus in de omstandigheyd Waarin Zig bevind, ten eersten by Zijn arrivement ter deeser plaatse uytgesien hebbende naar de middelen tot herstelling Syner quaal, en derhalven met voorm: geneeskundigen daarover hebbende geConsulteerd, Zyn deselve van gevoelen, dat eenigen tyd verblijf hier aan land, allerhoogst noodzakelijk is tot de hoope van een goed Succes, voor de herstelling van den Supp:lt, gelyk Zulx uyt hunne gegeevene attestatiën blijkt’
‘hoe Schoorvoetende en traag hy Supp:lt dan ook tot dit besluyt heeft kunnen overgaan, gemerkt Zyn Supp:lts gegrond vooruytsigt, eener voordeelige reijse naar China , werwaards des Supp:lts onderhebbende Schip ‘t Slot ter Hooge is gedestineerd; Zoo heeft den Supp:lt egter, begrypende de hooge noodsakelijkheijd daar van, eijndelijk tot dien Stap moeten resolveeren.’
‘En het is dus om die reedenen, dat hij de vrijheijd neemd, Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: ootmoedigst te Versoeken, dat het deZelve moge behagen, hem Supp:lt ter Consideratie der omstandigheijd waarin Zig komt te bevinden, gevestigd op het getuygenis Zyner Officieren en die van de vorengemelde Opper Chirurgyns, Van ‘t Commando op het meerm: Schip ‘t Slot ter Hooge t’ ontslaan, en aan hem permissie te verleenen, om ter herstelling Zijner gesondheyd, eenigen tijd hier ter plaatse te mogen overblijven.’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ Jan Siereveld’
En gemerkt den in het voorsz: Request opgegeevene debilen toestand van opgem: Cap:n Siereveld, Zoo: door de resp:ve opper Chirurgyns van het Schip, en ‘S Comp:s Hospitaal alhier, als d’ Opper Officieren van het ged:e Schip ‘T Slot ter Hoge bij de attestatiën daarvan, neevens het request overgelegd, is geverefieerd geworden; Soo is verstaan aan ged: Capitain Siereveld het versogt ontslag t’accordeeren, en derhalven het Commando over het geciteerde Schip ‘t Slot ter Hoge Weederom op te dragen aan den Capitain Lieutenant van dien bodem Lodewyk Elgenhuysen, als een nugteren en ervaaren Zeeman Synde, aan wien hetZelve overZulx met gerustheijd kan werden toevertrouwd; Terwyl den heer gouverneur heeft aangenomen, met den Equipagiemeester te Zullen overleggen en beschikken, dat nog een Lieutenant op het voorengeCiteerde Schip het Slot ter Hoge werde geplaatst.
Hier op geleesen Zynde het volgende berigt met eene daarbij overgelegde memorie van den heer SeCunde en Hoofd administrateur Pieter Hacker
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff gouverneur in Cabo &: &: &: beneevens den E: Agtb: Politicquen Raad.
‘Wel Edele Gestr: Heer! en E: Agtb: Heeren!’
‘Den ondergeteekende Hoofd Administrateur heeft de Eer Uwel Edele Gestr: en E Agtb: bij deesen te berigten hoe in den loop van ‘t voorleende Jaar Verscheijde goederen, door de Heeren Majores Uyt ‘t Patria herwaards Zijn gesonden per de fransche Scheepen La Therése , Le Fabius & les Six Freres , mitsg:s p:r het keijserlijk Schip les deux Soeurs alle Welke goederen ten deezen gouvernemente niet geEyscht Zijn geworden, en egter aan het Zelven geconSigneerd, Zo dat deZelve alhier gelost Zijn, en in Zoo verre men uit de merken desZelfs destinatie heeft kunnen ontwaren na Batavia en Ceijlon geexpedieerd, ‘t welk men nogthans alleen aan Stuk goederen heeft kunnen doen, dewyl de arthillerie goederen en ammunitie geen merken dragende, alle ten deesen gouvernemente onderberusting van den Heer Gilquin Zijn gesteld, en de overige Stuk goederen, onder berusting van ordinaire gecommitteerdens in afwagting dat de Wel Edele Groot Agtb: Heeren Bewindhebberen over deese goederen of desselfs destinatie de nodige ordres Zouden gelieven te geeven; dan deese verwagting onvervuld gebleeven Zijnde, en de langduurige tijd dewelke deese goederen alhier in beslootene pakhuijsen hebben geleegen niet onwaarscheynlyk doende vermoeden, dat een gedeelte derselven, voornamentlijk de ManifaCtuuren bedorven of gemotteerd Zouden kunnen Zyn geraakt, heeft den ondergeteek: alle voorsz: goederen exaCt laten Visiteeren, en heeft d’ Eer dies bevinding aan deeze te annexeeren, met versoek dat ‘t Uw Wel Edele Gestr: en E Agtb: mogt behagen daarop zodanige dispositie te neemen, als deZelven met het belang der E: Comp:ie best overeenkomstig Zullen Vinden’
‘Intusschen neemd den ondergeteekende de vrijheijd ‘t UWel Edele Gestr: en E Agtb: nog te berigten, dat op de memorie uyt de bevinding van meerm: goederen geformeerd, Zijn gebragt’
‘4 Balen en Cassen gem: B:a en’
‘4 Balen gemerkt C:n’
‘alle uyt de lading van het Schip de Twee GeSusters , dewelken men uyt de merken moet besluyten na Batavia en Ceijlon gedestineerd te Zyn; met versoek dat UWel Edele Gestr: en E Agtb: in overweeging gelieven te neemen, of het niet dienstig Soude Sijn, deZelve per eerste geleegendheijd derwaards te Versenden.’
‘Middelerwyl heeft den ondergeteekende de Eere deesen te laten dienen voor berigt:’
’/:onderstond:/’
‘Wel Edele Gestrenge Heer en E: Achtbare Heeren. Uw Wel Edele Gestr: en E Achtb: Zeer gehoorZ: Dienaar /:was geteekend:/ P: Hacker /:in margine:/’
‘In’t Casteel de Goede Hoop den 4: Maij 1785’
‘Memorie van zodanige goederen als door de Wel Edele Groot Agtb: Heeren Bewindhebberen der O: I: Comp:ie ongeEijscht met de volgende Scheepen herwaards Syn Versonden te Weeten.’
‘
Uyt de Lading van het frans Schip les Six Freres , waarvan faCtuur met aanreekening Onder berusting van de heer Gilquin | ||||
Inneemen { | 8 | p:s Canonnen van 36 lb | ||
33 | d:o d:o d:o 24 d:o | |||
4409 | d:o kogels d:o 36 d:o | |||
4081 | d:o d:o d:o 24 d:o | |||
Uyt de Lading van 't keijserlijk Schip les deux Soeurs , waarvan faCtuur met aanreekening Onder berusting van GeCommitteerdens Gemerkt C P | ||||
Verkopen { | 49 | lb: blauw kemelsgaren | } alles in Een Vat n:o 305 bijgekomene nattigheijd aangeslagen | |
16 | d:o rood d:o | |||
6 | d:o wit d:o | |||
6 | lb Scharlaken garen | |||
75 | d:o blauw naaijgaren | |||
50 | d:o rood d:o door | |||
12 | d:o d:o kemelsgaren koord | |||
4 5/16 | d:o blauw naaijzijde | |||
4 | d:o roode d:o | |||
Inneemen | 50 | lb Zegullak in een Cas N:o 306 nog bruykbaar | ||
Verkopen | 400 | p:s Verfkwasten aangeslagen in een Cas N:o 307 | ||
Inneemen | 400 | d:o Buffelleeren riemen, bruykbaar | ||
Verkopen { | 100 | d:o fijne Hoeden in een Cas N:o 308 | } alle min of meer nat geweest, en thans zo gemotteerd aangeslagen als defect. | |
26 | d:o 6 d:ts d:o d:o d:o d:o d:o 309 | |||
156 | d:o 3 d:o d:o | |||
180 | d:o 3 d:o d:o d:o d:o d:o d:o 310 | |||
164 | d:o 3 d:o d:o | |||
30 | d:o 4 d:o d:o d:o d:o d:o d:o 311 | |||
24 | lb blauw kemelsgaren koord | |||
65 | grossen Copere roksknopen in een Cas | |||
130 | d:o d:o Camisools n:o 312 | |||
50 | dousijn Pinsbekke Roks | |||
120 | d:o d:o Camisools | |||
336 | Ellen | } roode baaij in 8 balen n:o 313 tot 320 Welke Baaijen min of meer Zijn nat geweest, en thans Zo defect gemotteerd als aangeslagen. | ||
334 1/4 | d:o | |||
334 1/4 | d:o | |||
338 3/4 | d:o | |||
348 1/4 | d:o | |||
353 1/4 | d:o | |||
342 1/4 | d:o | |||
356 1/4 | d:o | |||
338 1/2 | El | } Grove witte Sergie, in 6 balen n:o 321 a 326 | ||
359 1/2 | d:o | |||
322 5/6 | d:o | |||
343 3/4 | d:o | |||
316 2/3 | d:o | |||
348 3/4 | d:o | |||
310 | d:o of 6 p:s rechtdraat in een baal n:o 327 | |||
93 | d:o Scharlaken grijn | } in een baal n:o 328 | ||
250 | p:r Witte Wolle kousen | |||
105 | Ellen konings laken | } in een baal n:o 329 | ||
51 5/8 | d:o Wit d:o d:o | |||
5 5/6 | d:o Scharlaken | |||
26 1/4 | d:o blauw laken | |||
2 11/12 | d:o Scharlaken | |||
93 1/3 | d:o fijn blauw laken | } d:o d:o d:o d:o 330 | ||
58 1/3 | d:o d:o Wit d:o | |||
Inneemen | 500 | bladen Bordpapier nog bruykbaar | } in een baal n:o 331 | |
Verkopen { | 300 | bossen Schagten | } aangeslaan en defect | |
50 | vellen dik Pergament | |||
200 | d:o dun d:o | |||
29 1/6 | El fyn blauw konings laken | } in een Baal n:o 332 | } aangeslaan en defect | |
11 2/3 | d:o Scharlaken gryn | |||
70 | d:o Witte Sergie | |||
70 | d:o Beddelyk | |||
88 | p:s of 352 Ellen Stijf linnen | } in een dito n:o 333 | ||
62 | d:o d:o 248 d:o d:o d:o | |||
166 1/2 | El Scharlaken Sergie | } in een dito n:o 335 | ||
26 1/4 | d:o d:o d:o | |||
Verkopen | 150 | lb Galnoten tot Inkstoffe nog bruykbaar in een Vatje n:o 360 Gemerkt B:a | ||
Verkopen en ten goede brengen { | 140 3/4 | El blauw laken aangeslagen in twee balen | ||
144 | d:o n:o 267 a 268 | |||
30 | p:s Tinne klisteer Spuijten | } in een Cas N:o 391 alle gedrukt verbogen, en tot gebruijk onbequaam | ||
99 | d:o d:o WondSpuijten | |||
1 | Cas Met Vlas Zonder nommer onbedorven Gemerkt C:n | |||
159 5/8 | El blauw laken | } in 4 balen gemerkt n:o 290, 293, 297 en 299 alle gemotteerd, aangeslagen en defect | ||
160 17/24 | d:o d:o d:o | |||
157 5/8 | d:o d:o d:o | |||
156 | d:o d:o d:o | |||
Uyt de Lading van 't frans Schip La Therese Waarvan faCtuur Zonder aanreekening Onder berusting van den heer Gilquin | ||||
Inneemen { | 15 | p:s Canons van 18 lb | ||
10 | d:o d:o d:o 8 d:o | |||
700 | d:o Bommen d:o 12 d:m | |||
2800 | d:o Kogels d:o 12 lb | |||
1027 | d:o d:o d:o 8 d:o | |||
1500 | d:o d:o d:o 4 d:o | |||
1500 | d:o d:o d:o 3 d:o | |||
24 | d:o Ijzere draaij bassen van 1/2 lb bals | |||
4 | d:o Canons van 4 lb | |||
4 | d:o Affuijten a 4 lb | |||
800 | d:o kogels van 1/2 lb avanCeer riemen &:a in 5 Cassen | |||
7 | d:o Affuijten tot veldstuCken &:a | |||
2560 | d:o Handgranaten Waarvan 72 gebroken in 25 Cassen | |||
Onder berusting van ordinaire gecommitteerdens | ||||
Innemen | 15301 | lb IJzer van 1 1/2 a 2 1/2 d:m aan 366 Staven goed | ||
Uyt de Lading van 't frans Schip le Fabius Waarvan FaCtuur Zonder aanreekening Onder berusting van den heer Gilquin | ||||
Inneemen { | 6 | p:s Canons a 4 lb | ||
10 | d:o Mortiers d:o 12 d:m | |||
12 | d:o Yzere Affuijten | |||
600 | d:o Bommen, van 12 d:m waarvan 3 p:s gebroken | |||
9200 | d:o Kogels a 1/2 lb in 21 Vatjes | |||
1000 | d:o d:o d:o 4 onsen d:o 1 d:o | |||
600 | d:o d:o d:o 36 lb | |||
952 | d:o d:o d:o 24 d:o | |||
20000 | lb Buskruijt | |||
Onder berusting van gecommitteerd:s | ||||
Verkopen { | 272 | p:s blauw Carsaaij in 27 Cassen n:o 1 a 25, 28, 29 | } nat geweest gemotteerd & defect | |
19 | d:o roode d:o d:o 2 d:o d:o 26, 27 | |||
4253 | d:o Soldaten Hoeden d:o 14 Vaten | |||
147 | d:o Wolle matrose Baaitjies in een baal | |||
225 | d:o d:o d:o Broeken d:o een d:o | |||
Inneemen { | 3 | Kassen met mediCamenten ongeopend, en van buijten | ||
15 | Vaatjes drooge en wel geConditioneerd | |||
400 | p:s Grenadiers Houwers met kopere gevesten Zonder Scheeden, dog met koopere beslag voor deZelven In een Cas van buijten droog, en Wel geconditioneerd | |||
376 | Staven Ijzer van 1 1/2 a 2 1/2 d:m W:t 14460 lb: Goed |
Uyt de Lading van het frans Schip les Six Freres , waarvan faCtuur met aanreekening Onder berusting van de heer Gilquin | ||||
Inneemen { | 8 | p:s Canonnen van 36 lb | ||
33 | d:o d:o d:o 24 d:o | |||
4409 | d:o kogels d:o 36 d:o | |||
4081 | d:o d:o d:o 24 d:o | |||
Uyt de Lading van 't keijserlijk Schip les deux Soeurs , waarvan faCtuur met aanreekening Onder berusting van GeCommitteerdens Gemerkt C P | ||||
Verkopen { | 49 | lb: blauw kemelsgaren | } alles in Een Vat n:o 305 bijgekomene nattigheijd aangeslagen | |
16 | d:o rood d:o | |||
6 | d:o wit d:o | |||
6 | lb Scharlaken garen | |||
75 | d:o blauw naaijgaren | |||
50 | d:o rood d:o door | |||
12 | d:o d:o kemelsgaren koord | |||
4 5/16 | d:o blauw naaijzijde | |||
4 | d:o roode d:o | |||
Inneemen | 50 | lb Zegullak in een Cas N:o 306 nog bruykbaar | ||
Verkopen | 400 | p:s Verfkwasten aangeslagen in een Cas N:o 307 | ||
Inneemen | 400 | d:o Buffelleeren riemen, bruykbaar | ||
Verkopen { | 100 | d:o fijne Hoeden in een Cas N:o 308 | } alle min of meer nat geweest, en thans zo gemotteerd aangeslagen als defect. | |
26 | d:o 6 d:ts d:o d:o d:o d:o d:o 309 | |||
156 | d:o 3 d:o d:o | |||
180 | d:o 3 d:o d:o d:o d:o d:o d:o 310 | |||
164 | d:o 3 d:o d:o | |||
30 | d:o 4 d:o d:o d:o d:o d:o d:o 311 | |||
24 | lb blauw kemelsgaren koord | |||
65 | grossen Copere roksknopen in een Cas | |||
130 | d:o d:o Camisools n:o 312 | |||
50 | dousijn Pinsbekke Roks | |||
120 | d:o d:o Camisools | |||
336 | Ellen | } roode baaij in 8 balen n:o 313 tot 320 Welke Baaijen min of meer Zijn nat geweest, en thans Zo defect gemotteerd als aangeslagen. | ||
334 1/4 | d:o | |||
334 1/4 | d:o | |||
338 3/4 | d:o | |||
348 1/4 | d:o | |||
353 1/4 | d:o | |||
342 1/4 | d:o | |||
356 1/4 | d:o | |||
338 1/2 | El | } Grove witte Sergie, in 6 balen n:o 321 a 326 | ||
359 1/2 | d:o | |||
322 5/6 | d:o | |||
343 3/4 | d:o | |||
316 2/3 | d:o | |||
348 3/4 | d:o | |||
310 | d:o of 6 p:s rechtdraat in een baal n:o 327 | |||
93 | d:o Scharlaken grijn | } in een baal n:o 328 | ||
250 | p:r Witte Wolle kousen | |||
105 | Ellen konings laken | } in een baal n:o 329 | ||
51 5/8 | d:o Wit d:o d:o | |||
5 5/6 | d:o Scharlaken | |||
26 1/4 | d:o blauw laken | |||
2 11/12 | d:o Scharlaken | |||
93 1/3 | d:o fijn blauw laken | } d:o d:o d:o d:o 330 | ||
58 1/3 | d:o d:o Wit d:o | |||
Inneemen | 500 | bladen Bordpapier nog bruykbaar | } in een baal n:o 331 | |
Verkopen { | 300 | bossen Schagten | } aangeslaan en defect | |
50 | vellen dik Pergament | |||
200 | d:o dun d:o | |||
29 1/6 | El fyn blauw konings laken | } in een Baal n:o 332 | } aangeslaan en defect | |
11 2/3 | d:o Scharlaken gryn | |||
70 | d:o Witte Sergie | |||
70 | d:o Beddelyk | |||
88 | p:s of 352 Ellen Stijf linnen | } in een dito n:o 333 | ||
62 | d:o d:o 248 d:o d:o d:o | |||
166 1/2 | El Scharlaken Sergie | } in een dito n:o 335 | ||
26 1/4 | d:o d:o d:o | |||
Verkopen | 150 | lb Galnoten tot Inkstoffe nog bruykbaar in een Vatje n:o 360 Gemerkt B:a | ||
Verkopen en ten goede brengen { | 140 3/4 | El blauw laken aangeslagen in twee balen | ||
144 | d:o n:o 267 a 268 | |||
30 | p:s Tinne klisteer Spuijten | } in een Cas N:o 391 alle gedrukt verbogen, en tot gebruijk onbequaam | ||
99 | d:o d:o WondSpuijten | |||
1 | Cas Met Vlas Zonder nommer onbedorven Gemerkt C:n | |||
159 5/8 | El blauw laken | } in 4 balen gemerkt n:o 290, 293, 297 en 299 alle gemotteerd, aangeslagen en defect | ||
160 17/24 | d:o d:o d:o | |||
157 5/8 | d:o d:o d:o | |||
156 | d:o d:o d:o | |||
Uyt de Lading van 't frans Schip La Therese Waarvan faCtuur Zonder aanreekening Onder berusting van den heer Gilquin | ||||
Inneemen { | 15 | p:s Canons van 18 lb | ||
10 | d:o d:o d:o 8 d:o | |||
700 | d:o Bommen d:o 12 d:m | |||
2800 | d:o Kogels d:o 12 lb | |||
1027 | d:o d:o d:o 8 d:o | |||
1500 | d:o d:o d:o 4 d:o | |||
1500 | d:o d:o d:o 3 d:o | |||
24 | d:o Ijzere draaij bassen van 1/2 lb bals | |||
4 | d:o Canons van 4 lb | |||
4 | d:o Affuijten a 4 lb | |||
800 | d:o kogels van 1/2 lb avanCeer riemen &:a in 5 Cassen | |||
7 | d:o Affuijten tot veldstuCken &:a | |||
2560 | d:o Handgranaten Waarvan 72 gebroken in 25 Cassen | |||
Onder berusting van ordinaire gecommitteerdens | ||||
Innemen | 15301 | lb IJzer van 1 1/2 a 2 1/2 d:m aan 366 Staven goed | ||
Uyt de Lading van 't frans Schip le Fabius Waarvan FaCtuur Zonder aanreekening Onder berusting van den heer Gilquin | ||||
Inneemen { | 6 | p:s Canons a 4 lb | ||
10 | d:o Mortiers d:o 12 d:m | |||
12 | d:o Yzere Affuijten | |||
600 | d:o Bommen, van 12 d:m waarvan 3 p:s gebroken | |||
9200 | d:o Kogels a 1/2 lb in 21 Vatjes | |||
1000 | d:o d:o d:o 4 onsen d:o 1 d:o | |||
600 | d:o d:o d:o 36 lb | |||
952 | d:o d:o d:o 24 d:o | |||
20000 | lb Buskruijt | |||
Onder berusting van gecommitteerd:s | ||||
Verkopen { | 272 | p:s blauw Carsaaij in 27 Cassen n:o 1 a 25, 28, 29 | } nat geweest gemotteerd & defect | |
19 | d:o roode d:o d:o 2 d:o d:o 26, 27 | |||
4253 | d:o Soldaten Hoeden d:o 14 Vaten | |||
147 | d:o Wolle matrose Baaitjies in een baal | |||
225 | d:o d:o d:o Broeken d:o een d:o | |||
Inneemen { | 3 | Kassen met mediCamenten ongeopend, en van buijten | ||
15 | Vaatjes drooge en wel geConditioneerd | |||
400 | p:s Grenadiers Houwers met kopere gevesten Zonder Scheeden, dog met koopere beslag voor deZelven In een Cas van buijten droog, en Wel geconditioneerd | |||
376 | Staven Ijzer van 1 1/2 a 2 1/2 d:m W:t 14460 lb: Goed |
’/:onderstond:/ In’t Casteel de Goede Hoop den 4 Maij 1785 /:was geteekend:/’
‘P: Hacker.’
Soo is verstaan met de goederen bij de voorsz: memorie gespeCifiCeerd, te handelen als in margine van dien staat aangeteekend.
Waarna door den Heer gouverneur werd te kennen gegeeven
dat met relatie tot het militaire Weesen alhier bij Zijn Edele in aanmerkinge Zijnde genomen, hoe dat Zig onder de Subalterne OffiCieren van het guarnisoen verscheijdene quam te bevinden, die door de wijnige VaCatures, welke alhier bij het voorsz: guarnisoen komt voor te Vallen, bereijds veele Jaaren in hunne presente qualiteijten hadden moeten dienen, sonder in rang te hebben kunnen opklimmen, daar deZelve nogthans volgens het getuijgenis van den presenten Collonel en Hoofd der militie alhier, hunne resp:ve diensten altoos met veel yver en appliCatie hadden waargenomen, en uyt dien hoofde wel meriteerden om ten eijnde den moed in ‘S Comp:s dienst niet ten eenemaale te verliesen, te Werden bevorderd, en men ook eenige der onder OffiCieren van de nodige Emulatie onder deZelve te verwekken, behoorde t’advanCeeren Op welk voorstel van den Heer gouverneur ter Consideratie der hier in resideerende billijkheijd, derhalven goedgevonden en besloten is, onder de geEerde nadere goedkeuringe van haar Wel Edele Groot Agtb: de Heeren Majores in’t Patria, de volgende advanCementen onder de voorsz: militaire offiCieren te doen, als
de Lieutenants Johannes Steijn en Jan Arnaud Bleumer tot Capitain Lieutenants, met verhoging van gagie tot ƒ60 ter maand.
den Vaandrig Johannes Blesser tot Lieutenant met ƒ50 maandelijx
de Sergeanten Stephanus Hendriks, Gabriel Pieter Steijn en Christiaan Lodewijk Kandler, tot vaandrigs met vermeerdereing van besolding tot ƒ40 p:r maand.
Gelyk al verder door Welgemelde Heere gouverneur wierd geadvanCeerd
Dat den DireCteur der FortifiCatien Philippus Hermanus Gilquin in Zyne qualiteijt als major en Cheff der arthillerij aan hem Heere gouverneur in geschrifte hadde voorgedragen.
hoe dat de wynige OffiCieren der Arthillerie deeses gouvernements geduurende den Jongsten oorlog Steeds door staande blijken hunner bereydwilligheyd om d’ E Comp:ie alhier van weesentlyken nut te Zijn hadden gegeeven, en hunne resp:ve diensten altoos, met d’uytterste vigilantie en aCtiviteijt hadden verrigt, en voorsz: OffiCieren overZulx daar door de dierbare gunst onser Heeren Superiors ten hoogsten quamen te meriteeren.
Met bygevoegd Versoek dat deZelve OffiCieren overZulx in rang mogten werden geadvanCeerd
Waarop is beslooten, insgelijx op de geEerde nadere approbatie van welgem: haar Edele Hoog Agtb:, de onder te noemene OffiCieren der arthillerie op de volgende wijze meede in qualiteyt en gagie te Verhogen als.
den Capitain Lieutenant Johannes Fisscher, tot Capitain met ƒ80 ter maand.
den Lieutenant Salomon van Öhm tot Capitain Lieutenant met ƒ60 ter maand.
d’ Extra ordinaire vuurwerkers Laurens CornelisZ: en Hendrik Wilhelm Routz, tot Lieutenants met ƒ50, en
den Cannonier Pieter Ulrich Fisscher beneevens de Constapels Christiaan Godlieb Schildbach en Fredrik Langerman tot ordinaire Vuurwerkers met ƒ40 ‘S maands
Na dit alles geliefde meerm: heer gouverneur nog aan de presente Leeden des Raads voor te dragen
hoe dat Zyn Edele ongeagt desZelfs meenigvuldige occupatiën dadelijk als een der voornaamste poinCten Zyner aanvertrouwde post in betragting hadde genomen, de defensie deeser plaats; waaromtrend aan Zijn Edele was voorgekomen, het important nadeel het welk aan dit hoofd Etablissement konde werden toegebragt, door het Robben Eijland , gemerkt ‘er in dies presenten weerloosen Staat niets faCielder voor een vijand Zoude Zijn, dan hetZelve bij Surprise Slegts met een a Twee gedetaCheerde freguatten t’ emporteeren; invoegen door het opligten der besetting en ballinge denZelven, behalven een renfort Van manschap, Zig te gelyk meester van het aldaar Zijnde Vee en andere ververschingen gemaakt hebbende, in Staat Zoude weesen gesteld, om met het gros der Vloot Zig bij het gem: Eijland t’ onthouden en van daar de operatien teegens deeze plaats te dirigeeren; en ter gelyker tijd hier ter rheede en van Uyt de Houtbaaij t’attacqueeren, mitsg:s onse hun teegen te Stellene Troupes dus tusschen twee vuuren te setten.
dat hij Heere gouverneur Uyt de van hier afgegaane patriase brieven hebbende gesien dat aan een Esquader Engelsche konings Scheepen, het welk kort na de geslootene Vreede hier is gepasseerd, had moeten Werden toegestaan desZelfs groot aantal Sieken op het voorsz: Robben Eijland te brengen, overZulx Voor Zig in die vaste Suppositie moeste Syn dat d’ Engelsen dus het gewigt van hetZelve Eijland hebbende ondervonden Zig, ingevalle bij een nieuwe rupture met onse republicq een attacque op deeZe plaatsen Zouden Willen onderneemen, Zeekerlijk aldaar Soude tragten te nestelen en ons van daar merkelijke afbreuk Zouden kunnen doen
Alwaaromme het van d’ alleruijtterste noodzakelijkheijd kwam te Weesen het voorsZ: Eijland te Stellen in dien Staat, waardoor dusdanige vijandelijke desseijnen Zoo veel mogelijk konde Werden Verijdeld, en Waartoe de natuurlyke Situatie van hetZelve, als maar aan een enkelde plaats en eenelijk voor twee a drie Vaartuijgen te gelijk accessibel Zijnde, des te beeter geleegendheijd aan de hand gaf.
Met bijvoeginge verder, dat hy heere gouverneur dan ook niet Zoude nalaten, om Zoo dra de presseerende Saaken, waarmeede thans overkropt was, Zulx maar eenigZints Zoude toelaten, oCulaire inspeCtie van het Zelve te gaan neemen, omme als dan met CommuniCatie van deesen Raade, zodanige middelen te beramen, en in ‘t werk te Stellen, als met het gewigt der Zaken en tot algemeenen veijligheijd dienstig Zullen werden bevonden
Dan nadien het meerm: Eyland altoos van dat gewigt is dat hetZelve gelyk tot hier is geschied, geensints kan werden gelaten onder het bestier van een Sergeant, maar hier toe noodwendig werd verEijscht een persoon van hooger qualiteijt en bequaam om aan het in deeZen bedoeld oogmerk te voldoen; Soo is, op voordragte van welgem: Heere Gouverneur en op het favorabel getuijgenis van den Collonel en Hoofd der militie alhier, d’ E Robbert Jacob Gordon, verstaan den Lieutenant Bernardus Cornelis Van Balen als een Capabel en aCtief OffiCier, die een geruymen tijd den dienst als adjudant bij het guarnisoen alhier heeft Waargenoomen, tot Commandant ten voorsZ: Robben Eijlande aan te Stellen, en hem voor het waarneemen van dien post een douCeur van vijff en Twintig Rijxd:s p:r maand uyt ‘S Comp:s Cassa toe te leggen
Den door de Heeren Meesteren tot vaandrig militair aangestelden persoon van Adrianus Gysbertus Van KerVel, met het retour Schip Stralen Uyt Bengalen ter deeser plaatse aangeland, en daarop in ged:e qualiteyt by het alhier guarnisoen houdend Bataillon geplaatst, bij request versoek koomende te doen om, terwijl desZelfs Vijff Jarig verband heeft Uytgediend, en Zijne presentie in ‘t Vaderland ter verrigting Zijner partiCuliere affaires aldaar noodwendig werd verEijscht, derhalven met het ged:e Schip Stralen naar Neederland voort te vaaren; is Zulx aan hem toegestaan, terwyl de Heeren Majores Zullen Werden Versogt, om, ingevalle gemelde van Kervel mogte inclineeren in desselfs voorsz: qualityt weederom herwaards te komen, hem sulx als dan goedgunstiglyk te Willen accordeeren.
En is wijders aan den Boekhouder en adJunCt FisCaal Gabriël Exter, op desZelfs versoek geaccordeerd, request ter obtenue van ondercoopmans qualiteijt en gagie onder ‘S Comp:s papieren naar ‘t Vaderland over te Senden, Welk versoek met een gunstig voorschreijvens van deese Regeering Zal werden g’appuijeerd.
Terwijl laatstelijk aan den vrij swart Lucas van de Caab permissie is verleend om neevens sijn wijf en twee kinderen met ‘t ter rheede leggend Schip d’ AfriCaan na Batavia over te varen
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 471-473.¶
Dingsdag den {17850510} 10 May 1785
alle present, behalven den heer Independent FisCaal M:r Jan Jacob Serrurier mits indispositie.
D’ onderstaande versoek Schriften op heeden bij de resp:ve Heeren Leeden des Raads in omvrage synde gebragt, te Weeten
Een Request van den Burger Johan Andreas Klopfer, waarby versoekt, van onder betaling der daartoe Staande Transport en kost penningen, voor Logies en TraCtement in de Cajuyt, met het aanWeesend Ceijlons retour Schip Doggersbank naar Neederland over te Vaaren, en
Een gelyk versoek Schrift van LuCretia Meijma, weed:we Wylen den Baas der Scheeps Timmerlieden Philip van den Berg tot vertrek naar Neederland, met een der ter rheede leggende Compagnies Retour Scheepen, en omme met haar derwaards meede te neemen Twee vrye meijsjes, waar onder eene beneeden de Twaalf Jaaren oud, ende Zulx insgelijx onder de gewoone betalinge voor hunl Transport.
Soo is verstaan het versoek dier beyde persoonen, so als het legd, t’accordeeren.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 474-486.¶
Vrydag den {17850513} 13 May 1785
‘S voormiddags alle Present.
Na dat de brieven en papieren p:r de Zeyl rhee leggende Retour Scheepen, aan de Hoog gebiedende Heeren Meesteren in ‘t Vaderland staande af te gaan, waren geresumeerd en geteekend, gaf den Heer gouverneur te kennen, dat gelijk Zyn Edele de voorloopig bekomene Smertelyke tijding van het verongeluCken bij Caap Anguilhas van het kostelijk Retour Schip Brederode dadelijk aan de Heeren Leeden deeses Raads had doen CommuniCeeren, hij heere gouverneur deZelve ten opsigte van dit fataal ongeval, thans nader konde bedeelen.
Dat den Schipper dier kiel, Godlieb Muller op gisteren alhier g’arriveerd Zijnde Zijn Edele had ter hand gesteld, een relaas, behelsende d’ omstandigheeden die bij het verongelukken van het gementioneerde Schip hadden plaats gehad, door gem:e Schipper en Stuurlieden geteekend, en luydende aldus
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer C: J: van den Graaff, gouverneur en DireCteur aan de Caab de goede Hoop en Ressorte van dien.
‘Relaas van het voorgevallene op den 3 deeZer, met het Comp:s Schip Bredenrode Zoo als d’ ondergeteekende Officieren d’ Eer hebben Uwe Wel Edele Gestr: Zeedert hun bestek van den middag, doen Zij de bevonde breedte hebbe gehad van 35 grade 1 minuut, en peylden doen de hoek van de Vleesbaaij N: N: O: en hadde de diepte van 56 vaam sand, Resolveerden doen om bij de Cours van West te blijven.’
‘Met Sonsondergang peylde ‘t Oos:te van Caap Anguillas N: ten W:ten de platte bergen ‘t land N:Z:O:t de Uythoek of Zuyd:ste van aguillas N:W:te W 1/2 W:t Stonde volgens deese pijling 5 1/2 myl van ‘t laatsgem:e; dog volgens gissing meende ‘er Wel 6 1/2 mijl af te Zijn Loode doen diep 50: Vaam Wasig stek. De wind doen aan ‘t Oost en beZuijden Zijnde, gemeene en afneemende Coelte, Resolveerde ‘t de nagt door te laten staan met klijne seijlen om de WtZ en daar niet bewesten, om 8 Uur de diepte van 48 1/2 vaam, en met de drie glaSe in de eerste wagt ontdekte land van dek en ‘t NW:t W: naar gissing 2 a 2 1/2 mijl ‘er af te zijn, giste de Uythoek van Aguillas te weesen, boegde opstond bij de wind om de Zuijd om op Zee te koomen, en maakte kragt van Zijlen, terwijl op de gegiste Verteering Seedert Sons ondergang 3 1/2 mijl WtZ veranderd waren, en men op de peijling van ‘t land bevond Sterk om de Noord geset te Weesen, met den Vier glase konde de Wal niet meer Sien, bleeven voor eerst nog bij de wind boegen, dog omtrend de vijff glasen Stoote het Schip, en deed kort op malkaar Vier Stooten die Seer Swaar Waren, en daarna bevond Vlot te koomen, hadde egter met alle man Uytgesien, dog niets bevoorens van branding of breeking van Zee kunne ontwaren, voorts bevonde het roer kwyt te Zyn, en met eens Ses voeten Water in ‘t Schip loode op ‘t moment en bevonde de diepte van 45 tot 48 Vaam pompte opstond met 3 pompen, en mande met passe uyt ‘t kruijt gat op Zoo Veel men konde, dog Siende ‘t Water niet minderde, maar Sterk ‘er teegens aanwaste, deede meede alle meneuvres, om het Schip met de Steeve naar de Wal te krijgen, om was ‘t mogelijk ‘t Schip op een goede Strandig te Setten, om eenige dingen van Comp:s lading te bergen, dog bleeft bepaald met de kop om de Zuijd leggen.’
‘Middernagt de pompe aangewassen teegens allen moeijte op tien voeten Water, resolveerde en Sette bood en Schuijt Uyt om ‘t leeven te Salveeren, want bij aldien ‘er meerder inquam, men door de rangigheijd geen boot of Vaartuijg, meer uijt hadde kunnen krijgen Continueerde egter met pompen, en de meneuvres om het Schip naar de Wal te krijgen, dog alles vrugteloos, om 4 uur hadde 14 1/2 voet Water in het Schip, resolveerden met eenparigheyd van alle Officiers ‘t Schip te verlaten, terwijl nog weer hadde om met de Vaartuijgen aan de Wal te koomen, daarenbooven voorsage een onverwagte kentering terwijl meest met de Schietpoorte Water Sloege over en Weer.’
‘Om 1/25 Uur Verliete het Schip en ginge met alle man in de Vaartuygen, dog dag werdende Ziender Zijnen gedaan wierden aan boord van ‘t Schip, daar Uyt bleek nog menschen aan boord Waren, die door hun eijge Versuijm aan boord gebleeve benne, terwyl yder een genoeg bewust was van het Schip te Verlaten, Sage geen mogelijkheijd, om weeder te rug te keeren, terwyl te ver van het Schip afwaren, resolveerde als men eerst deese geburge had, weeder over Stuur te gaan, en hun waar het mogelijk te halen, om 10 Uuren in de voormiddag kwamen met groot leevens gevaar aan land, en bevonden doen in alles 87: manschappen, dus aan boord 12: menschen gebleeven, die men onmogelijk redderen kon, door dien de vaartuijgen door de Swaare branding ten eersten droog op Strand geSlagen wierden, en geen mogelijkheijd waar om dezelve weeder in het Water te krijgen, NB dat indien men wilde Stellen, dat het Schip zou gestoten hebben op die klip die volgens de Caart ten Zuijden van Caap Aguillas legt dan ook Zeeker deZelve vast geheel en al Oostelijker en Zuijdelijker legge moet als de kaart aanwijst, of dat daaromtrend een onbekende klip legd.’
’/:onderstond:/’
‘Aldus Gerelateerd aan Caap de goede Hoop den 1:e Maij 1785 /:was geteekend:/ G: Muller, A: S Koek, H: H: Cloete Hendrik van Roijen.’
Naar leCtuure van welk relaas is verstaan de Zaak te Stellen in handen van den Heer Independent FisCaal M:r Jan Jacob Serrurier, ten eijnde behoorlijk ondersoek te doen, of en in hoe verre het voorsz: ongeluk door eenig wandevoir of pligtversuijm der ged:e Scheeps overheeden is veroorsaakt; dan ten deezen belange door gem: Heer Independent FisCaal betuygd Sijnde, dat by dit aan zijn E gedemandeerd ondersoek, natuurlijk Stonden voor te koomen, Zaken waarvan de Remarques en Advijsen van Zeekundige noodwendig Zoude werden verEijscht, is dierhalven meede goedgevonden den E Equipagie meester Justinus van Gennep, neevens de Capitains ter Zee Christoffel Beem, en Jan Siereveld, mitsg:s den Schipper Christiaan van Veerden, te Committeeren om bij de voorsz: door den Heer FisCaal te doene ondersoek present te Zijn, ten eijnde Zijn E: allesints te dienen van derselver Remarques en Advijsen.
Uijt eene overgelegde verClaring door d’opper- en deks offeCieren van het aanweesend retour Schip Hoorn Zijnde komen te blyken, dat de Scheepsboot van dien Bodem ten eenemaal afgevaaren en tot Verdere diensten onbequaam komt te Weesen, en dat aan deselve overZulx geene reparatien kan werden gedaan, Soo is verstaan het geCiteerde vaartuyg bij den Inventaris van het opgem: Schip Hoorn te doen afschreijven en alhier voor d’ E: Comp:nie te Sloopen
Sijnde voorts op de diesweegens gedane versoeken der met het Schip Java Uytgekoomene ondercoopliedien Godard van Schuler en Cornelis van Aarssen, uyt hoofde van derselver Indispositie en de fatiques door de familie van eerstgemelde geduurende de reijse geleeden aan dezelve van Schuler en van Aarssen gepermitteerd, om tot derselven herstellinge eenigen tijd onder afgesz: gagie alhier te mogen overblijven.
Met het Schip het Meeuwtje alhier aangeland Zijnde den Eerw: Predikant Meent Borchers, die door de Hoog gebiedende Heeren Meesteren ten dienste der hervormde kerken ten deesen gouvernemente in ‘t algemeen is aangesteld, is goedgevonden ged:e D:s Borchers als derden permanenten Leeraar hier aan Cabo te plaatsen, en nadien mits die aanstelling Zijn komen te Cesseeren, de reedenen Waaromme Zeedert het overleijden van den Eerw: Johannes FrederiCus Bode, de Twee andere Predikanten hier aan de Caab Johannes Petrus Serrurier en Christiaan Fleck van het waarneemen der Predikdienst in het Swartland Zyn g’ ExCuseerd geweest, Soo is dierhalven verstaan, voorsz: dienst bij de Swartlandse gemeijnte nu voortaan weederom door de drie opgem: Caabse predikanten Serrurier, Fleck en BorChers, beurtelings na dat Zulx gevoeglijkst Zal kunnen geschieden, te doen Waarneemen, ende Zulx ter tyd toe de presente VaCature van het Leeraars ampt in’t Swartland Zal Weesen Vervuld.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 487-493.¶
Dingsdag den {17850521} 21 May 1785
alle present, behalven den heere Independent fisCaal M:r Jan Jacob Serrurier, mits Indispositie.
Uyt het relaas door den Schipper van ‘t Chinas retour Schip Brederode Godlieb Mulder, aan den Edelen Heer gouverneur overgegeeven, betreffende het ongeval van dien Bodem, niet alleen Zijnde voorgekomen, dat betreffende het verongelukken van ‘t Voorsz: Schip Brederode Zig geene der gesalveerden onder OffiCieren en gemeene Scheepelinge aan eenig pligt versuijm of Wandevoir hebben Schuldig gemaakt, maar dat ook door opgemelde Schipper en Stuurlieden geensints eenige klagten desweegens Zijn voortgebragt, is derhalven ten opsigte van gem: gesalveerde onder Officieren en gemeene Scheepelingen, bestaande in verte
en dus 79 Coppen; beslooten alle dezelve volgens d’ ordre van haare Wel Edele Groot Agtb: de Heeren der Hooge Indiasche Regeering tot Batavia weederom Emploijabel te verClaren, en in den dienst der E Comp:ie aan te neemen, voor Sodanige gagie als Zijlieden bevoorens gewonnen hebben gehad, en deZelve besolding met den 4:e deeser maand, ofte daags na dat ged:e Schip Brederode is verongelukt, weederom te doen ingaan.
Den Capitain van ‘S Lands freguat van Oorlog de Phenix , de Heer A: Kuvel, bij missive versoek doende, om met Vier Zeevaarende manschappen tot de reijse van hier naar Ceijlon te werden geadsisteerd, Soo is verstaan Zulx aan ged:e Heer Capitain t’ accordeeren, en dienvolgens de ondergenoemde Vier mattroosen met namen
Christiaan Kerk van Sterp,
Cornel is Bogaerd d:o UtreCht,
Johan Coenraad Groen de fudder, en
Pieter Blaauw van Amsterdam,
Uyt den dienst der E Comp:ie t’ ontslaan, en permissie te verleenen om over te gaan in ‘S Lands dienst op ‘t voorsz: freguat de Phœnix , en daar meede naar Ceijlon te VertreCken.
Sijnde voorts aan den ter politicque SeCretarije dienst doenden adsistend Jan Fredrik Gehr, op desZelfs versoek g’accordeerd, om in Sijn evengemelde qualiteijd met afgeschreeven gagie p:r ‘t ter reede leggend uijtkomend’ Schip Java naar batavia te vertreCken.
Gelijk meede den ten Zoldij Comptoire bescheijdenen adsistend Johan Fredrik Mentz, hierom versoek doende, tot desZelfs voorige qualiteijd van Soldaat gechangeerd, en aan denZelven permissie is verleend, om Zig met het aanweesend Schip Sparenrijk naar Ceijlon te begeeven.
Terwyl aan Seekeren vrijswart , Kitjil van Bougies genaamd, op desZelfs bij request gedaan versoek is toegestaan, om neevens Zijn Wijff, Amelie genaamd, met ‘t Schip ‘T huijs te Spijk naar Batavia over te vaaren
En nadien door Seekeren alhier gerelegeerden Chinees, Akir van Batavia bij request versoek is gedaan, dat Vermits reeds in a:o 1763 met het provisie Schip de Vrouwe Geertruijda , als banneling herwaards overgebragt, en dus bereijds den tijd van Twee en Twintig Jaaren alhier in bannissement was geweest, Zonder dat van dien Chinees mogte van de reedenen, zijns bannissements ofte dien bepaalden tijd van dien, eenige blijk ten deesen gouvernemente werd gevonden, derhalven aan hem mogte werden verleend gunstig voorschrijvens aan haar Wel Edele groot Agtb: de Heeren der Hooge Indiasche Regeering tot Batavia ten eijnde uyt desZelfs bannissement te werden gereleveerd, Soo is goedgevonden ged:e request aan welgem: haar Hoog Edelens te Suppediteeren.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van de Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
C. 168, pp. 494-524.¶
Vrijdag den {17850617} 17 Junij 1785,
des voormiddags alle present
Op den 21:e der afgeweekene maand Maij alhier zijnde komen t’ overleijden den oppercoopman en Independent FisCaal deeZes gouvernements, de Heer M:r Jan Jacob Serrurier, en derhalven thans over de provisioneele Waarneeming van het FisCalaat gedisponeerd zijnde, Soo is gemerkt den korten tijd, dat het ged: fisCalaat Staat vaCant te blijven, en omme daaromtrend met den minsten ommeslag te Werk te gaan, beslooten inselvervoegen en op gelijken voet als Zulx in den Jaare 1766 bij optreeding van den toenmaligen Independent FisCaal Jan Willem Cloppenburg, als SeCunde, alhier is geschied, het meerm: fisCalaat pro Interim te laten bedienen door den Boekhouder en adjunCt FisCaal Gabriel Exter.
Nadien de op ‘S Comp:s ambagts quartiere Staande woning dienen tot logement voor den opsigter harer Werken en arbeijdslieden, dermaten bouwvallig en onbewoonbaar is geworden, dat den Capitain der arthillerie Johannes Fisscher als presente opsigter al eenigen tijd genoodzaakt is geweest Zijn verblijf elders in een partiCuliere woning te neemen, en de billijkheijd dierhalven vorderd, dat denselven in deesen werden gededommageerd, Soo is goedgedagt aan gemelde Capitain Fisscher een Sommetje van Rijxd:s Twaalf p:r maand tot huyshuur uyt ‘S Compagnies Cassa te laten Verstrecken, ende Zulx ter tyd toe, dat voorsz: Wooning op ‘t ambagtsquartiere weederom in Staat Zal weesen gebragt, om als bevoorens door hem te kunnen Werden betroCken.
Verders in overweeging Zynde genomen, dat den Landdrost van Stellenbosch en Drakensteijn , aan wien bereyds van de vroegste tijden dat die magistrature in gem: DistriCten is opgeregt, een Sommetje van vier Rijxdaalders p:r maand tot paardenvoeder uijt ‘S Comp:s Cassa is toegelegd, nu al Zeedert veele Jaaren herwaards door de Considerable uytbreijdingen dier Colonien, bij Continuatie Verre en langduurige ritten moetende doen, ten dien eijnde onvermijdelijk genoodsaakt is, een groot aantal paarden aan te houden, waardoor dan het voorsz: douceure op verre na niet toerijkende komt te Zyn, om daar uyt het benodigde voeder voor Zyne Paarden te kunnen aanschaffen, en het geen dan gevoegd bij het sober middel van bestaan, dat van Zijne bediening heeft, hem notoir tot een Swaar druckende last moet verstreCken, heeft men dierhalven moeten besluijten, om aan voormelde Landdrost, voortaan de Somma van Twee en Dertig Rd:s p:r maand, tot voeder voor Zijne paarden Uijt ‘S Comp:s Cassa te laten verStreCken, ende Zulx van primo Febr:ij af te doen ingaan.
Vervolgens geleesen Weesende het onderstaande request van den Landbouwer Andries Bernardus du Toit.
Aan den Wel Edelen gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff, Gouverneur en Directeur van Cabo de goede Hoop, en den Ressorte van dien &:a &:a &:a, beneevens den E: Agtb: Raad van Politie.
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘Met betamelijken ontsag en Eerbied geeft te kennen, Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: needrigen Dienaar Andries Bernardus du Toit, burger aan Drakensteyn ‘
‘Hoe dat des Suppl:ts vader Guiliam du Toit, aan hem heeft verkogt ende getransporteerd, Zeeker Stuk land of plaats geleegen in ‘t dal Josaphats , groot in Zijnen grond Veertig morgen, en drie Honderd quadraat roeden, Zonder dat bij ‘t transport eenige de minste gewag wierd gemaakt, van eenige beswaarnissen die op ged:e plaats Zouden leggen; Egter na dat den Suppl:t ‘t Zelver niet lange beZeeten hadde, als toen door desZelfs buurman, den meede Burger David van der Merwe allerhande moeijelykheden wierd aangedaan, en met dreijgementen tragten te beletten, van op desZelfs Eijgendoms grond, niet vreijelijk te mogen timmeren, voorgeevende dat het ged:e Stuk land, alwaar den Suppl:t op timmerde, hem was toebehoorende;’
‘Waarop den Suppl:t genood zaakt wierd desZelfs Vader daar over te Spreeken, dog ter Contrarie van hem ten antwoord kreeg, nooijt ofte nimmer het land aan van der Merwe hadde afgegeeven ofte verkogt, maar dat voor eenige Jaaren door hem van der Merwe wierd gedagvaard, om voor het Collegie van Landdrost en Heemraaden te verscheijnen, alwaar door gen:de van der Merwe wierd geEyscht, dat gesegde mijnen vader het land aan dien Zyde van de rivier, alwaar het woonhuys van hem van der Merwe Stond moeste laten leggen, tot Zyn gebruijk en teffens een water grip over het ged:e land begeerde, het welk mijn vader niet woude toestaan, om reeden dat van der Merwe geensints konde bewijsen, dat wanneer het land besaaijd ofte beplant wierd /:mits deZelve te besluijten:/ hun eenige de minste hinder ofte Schade konde toebrengen, en met het Zelve land te laten leggen, daar door van der Merwe eenige voordeel konde bijsetten.’
‘Dog met dit alles bleef dikwilsgen:de van der Merwe bij Zijn onregtmatige pretensie persisteeren, en versogt te gelijk om een Commissie van Landdrost en Heemraaden, het welk aan hem g’accordeerd Zynde, gaf denselven bij verscheyning dier Commissie Zijne Schandaleuse pretensie, zodanig een glim in scheijn van regt; dat mijnen vader gedwongen wierd, het land niet te Zullen besaaijen, gelijk Zulx is geschied, met verder dreijgementen, dat wanneer het niet goedwilliglijk en liet, als dan voor den Raad van Justitie Soude gedagvaard, en teffens genoodzaakt zoude worden, om ‘t gem: Stukje land te laten leggen, dus door onkunde en vrees voor eene Crimineele vervolging heeft ged:e mynen vader moeten belooven, ged:e Stukje land niet te Zullen besaaijen of beplanten; dog dat deeze belooving met dat insigte was geschied, om reeden dat het land wat ver afgeleegen was van de woonplaats van mynen vader, dus niet anders dan Schade te wagten Zijnde, door dien dikwilsgen:de van der Merwe Zeer agteloos was omtrend het weijden van Zijn vee, egter dat het meermaals gen:de Stukje lands was en bleef zyn Eijgendoms land, gelyk het ook werkelijk is geschied, want anders Zoude het ook in des Suppl:ts Caart moesten afgestippeld weesen, en in die van van der Merwe zyn Caart bijgevoegd, te meer daar hy van der Merwe bij de Commissie teegens de Heeren gecommitteerdens zijde, dan zal ik de hoek baak maar weg neemen, die tusschen Zyn land en die van mij Suppl:t in questie was geplant.’
‘Waarop door ged:e Commissie wierd geantwoord, dat moet gij laten en de baak Zal blijven staan, gelyk het ook tot heeden toe nog Staat.’
‘dan door deese onderdruCking myn Vader niet alleen allerfelst getroffen Zijnde, wierd denZelven nog boven dit alles gecondemneerd in de Costen, dog ter betaling koomende, Zoo is de helft der onkosten aan hem geschonken, dog van der Merwe moest ‘t ander gedeelte betaalen.’
‘Weshalven den ondergeteekende voor Zig niet hebben kunnen afleijden, van op Zijn gemeeten grond niet vreijelyk te Zullen mogen timmeren, voortgegaan Zijnde, hetZelve te betimmeren, en in ‘t Zoo even gepasseerde Jaar 1784 ged:e Stuk land heb laten besluyten en beploegen, dog aan de zijde van mijne buurman van der Merwe, Ses en dertig voeten in zijn breedte heb laten leggen, door dien denZelven buurman een Zeer quastig persoon was, en door den tijd wel een doordrift Zoude begeeren, tusschen onse plaatsen, en als dan niet genoodZaakt Soude werden, om een Streeks reeds bebouwde land te moeten laten leggen.’
‘Edog gesegden mijnen buurman Zijne quaadwilligheijd niet hebbende kunnen beteugelen, heeft denZelven mij bij den heer Drost van Stellenbosch verklaagd, alwaar niet lange daarna den Suppl:t voor Landdrost en Heemraden wierd gedagvaard.’
‘dan door dien den Suppl:t desZelfs woord niet wel konde doen, alZo Swaar van Uytspraak Zijnde, heeft den Suppl:t een gemagtigde aangesteld, die voor zijn persoon Zoude Compareeren, dog Wel Edele Gestr: en E: Agtb: heeren, deesen gemagtigde wierd van de hand geweesen, Zoo dat den Suppl:t eijndelijk genoodperst wierd, om Zelve te Compareeren.’
‘dit nu geschied Zijnde, Zoo wierd mij een vonnis voorgeleesen, inhoudende dat het land Zal blijven leggen tot gebruyk van beijde de plaatsen en dat den Supp:t een Water grip over gemelde Stuk land in questie moeste gedogen, waarvan den Supp:lt nogte desZelfs Vader nimmer van te vooren een Copij van diergelijke conditie hebben gehad, gelyk dit vonnis behield, ‘t geen Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: des behagende nader Zullen kunnen beogen, Uyt de hier neevens versellende Copia vonnis.’
‘Alle Zaaken, Welke ten eenemaal onmogelijk is, ‘t Welk den Suppl:t naar Zyn best vermogen den heer Drost neevens de Heemraaden onder het oog hebt gebragt dog tot antwoord kreeg, gij moet U aan het vonnis onderwerpen en teffens geCondemneerd wierd, in alle de gevallene kosten.’
‘Waarop den Suppl:t versogte om te mogen genieten Copia van ‘t Vonnis, als anderZints, om als dan daar teegens te kunnen appelleeren, na den E Agtb: Raad van Justitie alhier, maar Zulx wierd van de hand geweesen, dog egter Copia van ‘t ged:e vonnis gekreegen hebbende, konde uyt deZelve geen besluyt opmaken, aan zodanig Servituut onderheevig te Zijn, al ofschoon mijn vader gedwongen Zijnde, beloofd heeft, ‘t Stuk land niet te Zullen besaaijen of beplanten, te meer, daar den Suppl:t Wel in ‘t Zeekere Zig heeft laten onderrigten, dat ‘er nooijd Zodanig een ContraCt tusschen mijnen Vader en van der Merwe is gemaakt geweest, dog met dit alles nog ten overvloede door mijnen broeder ter Secretarije van Stellenbosch heb laten vragen, om Zodanige Copia t’ erlangen, als ter ged:e SeCretarije Zoude berustende weesen, omtrend de bovengemelde Zaak, als toen ten antwoord kreeg, dat ‘er geen ContraCt van die natuur en waare, Teffens versogte mynen broeder meede, om te mogen genieten Copia van het door heeren gecommitteerde Heemraaden ingebragte rapport aan ‘t Collegie van Landdrost en Heemraaden, meede tot antwoord kreeg, dat ‘er geen Schriftelijk rapport was overgegeeven, maar dat Zulx met den monde was geschied.’
‘Na dat nu myn broeder was weg gegaan, wierd deselve door den SeCretaris te rug geroepen, en als toen een Copia ExtraCt overhandigd, welke direCt teegens ‘t Vonnis aanliep.’
‘En dus Wel Edele Gestr: en E Agtb: Heeren, wanneer den Suppl:t het land zoude moeten laten leggen, ‘t niet alleen de vryheijd van den Suppl:t plaats Zoude beneemen, maar ook bovendien de plaats als dan tusschen vier muuren Zoude weesen gemetseld, en om van deese Saak Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb een nadere en behoorlijke eluCidatie te geeven, heeft den Suppl:t goedgedagt een Sekere plan te formeeren, en deselve hier neevens te presenteeren, alwaar Uyt Uwe Wel Edele Gestr en E Agtb: des behagende ten klaarsten Zullen kunnen ontwaren, de gesteldheeden der plaatsen, die geleegen Sijn in ‘t dal Josaphats als meede d’ ongegronde, en baatsugige pretensie van Van der Merwe, ten duijdelykste aantoond.’
‘dan daar deese verregaande begeerte van mynen meede burger mij noodperst, Zoo neemd den Suppl:t bij deesen de vrijheijd, Zig te wenden tot Uwe Wel Edele Gestr en E Agtb ootmoedig versoekende dat het van Uwel Edele gestr en E Agtb gunstige Welbehagen mogen weesen, den Suppl:t ten eersten van Zodanige ongehoorde Servituten te ontslaan ‘t Welk anderZints tot groot nadeel voor den Suppl:t en desZelfs Vrouw en kinderen moet StreCken, en ontheeven werdende tot niemands nadeel kan Zijn.’
‘ten Tweeden, Zoo wanneer deeZe Zaak niet anders kan werden geschikt, den Suppl:t Zig als dan Zal laten welgevallen, een Watergip over Zijn land te gedogen /:Schoon Zijn buurman Van der Merwe het niet nodig heeft:/ want om Zijn magt te toonen, zoo heeft hij nu evengepasseerde Somer het Water op Zijn eijgen land uytgedampt, waardoor hy desZelfs Thuijn en Wijngaard heeft bevogtigd.’
‘En ook ten laatsten Zegge ik dat des Suppl:ts meede mensch Van der Merwe op des Suppl:ts land een dam heeft opgedampt, bloot en alleen om aan te toonen, hoe verre Zijn heerschende magt ging, waardoor Zijn evennaasten niet anders als Schade en moeijelijkheeden verwekte, alle welke aangehaalde Zaken den Suppl:t bereijd Zijnde, Wanneer hetZelve mogte werden verEijscht met SuffiCante bewijsen nader te Zullen aantoonen.’
‘Versoekende den Suppl:t Uwel Edele Gestr en E Agtb ootmoedgst hierop een gunstige decisie’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ Andries Bernardus du Toit /: in margine / Cabo de goede Hoop den 5 Maij 1785.’
Soo is verstaan hetZelve te request te Stellen in handen van Landdrost en Heemraden aan Stellenbosch en Drakensteyn ten eijnde te dienen van berigt, wat ‘er eygentlijk Zij van de beswaarnissen die in het Voorsz: request Zijn ter needer gesteld.
Ook wierd door de ten Soldij Comptoire dienst doende p:l adsistend Lambert van der Woordt ingediend, het volgend’ request.
Aan den Wel Edelen gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff, gouverneur van Cabo de Goede Hoop, en den ressorte van dien &:a &:a &:a, beneevens den E: Agtb: Politicquen Raad.
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘In allen Eerbied geeft te kennen Uwer Wel Edele Gestr: en E Agtb: ootmoedige Dienaar, den ondergeteekende Lambregt van der Woordt van Vlissingen geboortig, Zijnde in den Jaare 1783 met het Schip Ouwerkerk uyt Neederland alhier aangeland, en hebbende Zeedert eenigen tijd, als provisioneel adsistend ten Zoldij Comptoire dienst gedaan.’
‘Hoe hij Suppl:t onlangs bij eene missive, door Zijn vader aan hem geschreeven, en waarvan ExtraCt deesen is bygevoegd, tydinge heeft bekomen, dat hij Suppl:t op de SolliCitatie van deZelfs vader, van de hoog Edele Heeren Seeventhienen in ‘t Patria hadde geobtineerd de qualiteyt als ondercoopman, om als Zodanig van hier naar Batavia te vertreCken.’
‘Dat ofschoon nopens d’ evengemelde promotie des Suppl:ts /:gelijk denselven is g’ informeerd:/ voor als nog geen direCte aanschreijvens van Hoogst gedagte Heeren Majores ten deesen gouvernemente is ontfangen, vermeend denZelven egter met gerustheyd te kunnen vertrouwen op het berigt dienaangaande van desZelfs vader bekoomen, en dat ongetwijffeld daar van bereyds kennisse Zal Zijn gegeeven aan haar Wel Edele groot Agtb: de Heeren der Hooge Indiasche Regeering tot Batavia.’
‘En nadien hy Suppl:t thans eene bequame geleegendheyd voor Zig Zoude hebben, om met het in de baaij fals leggend Uijtkomend Schip de Paarl , van hier naar evengem: Indiasche Hoofdplaatse te kunnen overvaren, neemd hy dierhalven de vryheijd Uwe Wel Edele Gestr en E Agtb: needrigst te versoeken, aan hem Suppl:t permissie te verleenen, om in Zijne qualiteyt als Jong mattroos, met het ged:e Schip de Paarl , naar derwaards te vertreCken, en met Zig meede te neemen, desselfs alhier getrouwde huysvrouw Helena Wilhelmina Aspelink;’
‘en dat het Uwe Wel Edele gestr en E Agtb verders moge behagen, hem Suppl:t ter Consideratie Zyn’s onvermogens van de gewoone betaling der transport en kostpenn: voor Sijne gem: huijsvrouw gunstigst t’ ExCuseeren’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ Lamb:t van der Woordt’
Op het welk is goedgevonden en verstaan, aan den Suppl:t desselfs vertrek naar Batavia met desZelfs huysvrouw t’ accordeeren, en hem ter Zake van Zijn onvermogen van de betalinge der Transport en kostpenn: te ExCuseeren.
Gelijk meede aan de vryswartinne Siki van Bougies op haare Versoek permissie is verleend, om neevens haar kind Saijer van de Caab, beneevens nog een Slaven Jongen, genaamd Sambauwa, p:r een der Uijtkomende Scheepen insgelijx naar Batavia te vertreCken.
Synde voorts op voordragte van den E: Coopman en keldermeester M:r Jacobus Johannes le Sueur mits de Schaarsheijd en het gebrek aan benodigd Vaatwerk, en dat het gering getal der ambagtslieden, op de kuijpers winkel bescheijden, teegenswoordig geensints toerijkend komt te Zijn, om eene genoegZame voorraad daarvan te kunnen in gereedheijd brengen, verstaan, bij provisie nog vier kuypers op voorsz: Winkel te plaatsen.
Gelijk ook nog dewijl ‘er geen Smeekoolen meer aan handen zyn om ‘S Comp:s Smeederijen te doen voortgaan, en het gebruijken van HoutsColen niet alleen te kostbaare voor d’ E Comp:ie valt, maar daar en boven de Schaarsheijd aan brand hout in deeZe Colonie grotelijx doet toe neemen, besloten heeft moeten werden, van de ten extraordinairen verkope aangebragte Smeekolen, Successivelijk Zoo veel ten dienste der voorsz: Smeederijen te besigen als nodig Zal werden bevonden, ter tyd toe dat omtrend dat artiCul ontset Zal Zijn aangekomen.
Al het voorenstaande dus afgehandeld Zijnde, geliefde den Heere gouverneur aan de resp:ve Raadsleeden voor te dragen
Hoe dat op den 9 Julij Jongstl: in de Baaij fals was verscheenen, het Engels Compagnies Schip the Pigot , het welk volgens opgave van den daarop commandeerend Capitain Morgan den 2: Februarij deeses Jaars van Madras vertroCken, en naar Engeland destineerd Zynde volgens voorgeeven van den Capitain mits gebrek aan drinkwater, en de meenigvuldige Sieken, Zoo onder d’ Equipagie, als de op ged:e bodem geplaatste Invalides, Zig genoodZaakt hadden gevonden deeZe Custen te moeten aandoen
Dat Zy hierop in dato 7: may voor een Inham alwaar Zig Zeekere rivier de kromme rivier genaamd in Zee ontlast, en overZulx hier te lande de kromme riviers baay genaamd, waren ten anker gegaan, welken inham Zoo als hy heere gouverneur was g’informeerd, ruym 60 Uuren gaans van hier was geleegen, en beijde laatste onder den naam van S:t FrancisCus baay bekend.
Dat Zy, na met een onser aldaar woonende IngeZeetenen gesproken te hebben, hunne Zieken, ten getale van ruijm Honderd Stux, egter niet Zonder leevensgevaar, ter oorsake der Swaar deyningen aan land gesonden hebbende, aldaar tot den 30:e der voorsz: maand Maij hadden vertoefd, en inmiddels van alle leevensmiddelen abundantelyk waren voorsien geworden, waardoor hunne voorsz: Sieken dan ook ten vollen hersteld waren in’t Schip gekomen.
Dat Zig wijders op het gementioneerde Engels Schip quam te bevinden Zeekeren Engelsschen Collonel in ‘S konings dienst, genaamd Dalrymple, die gelijk hij hadde voorgegeeven, ten deele uyt begeerte van het land te besien, en deels mits een gereesen misverstand, tusschen hem en den Capitain te rade was geworden over land herwaards op te koomen, gelijk hij dan ook neevens Zijner familie, eenige Officieren en Domestiequen, met eenige van onse voorsz: aldaar woonende IngeZeetenen gehuurde Wagens, alhier was g’ arriveerd, welken Collonel Dalrymple na Vermaagschapt Zynde aan den geenen die door desZelfs gedane ontdeCkingen en Uytgegeevene Caarten der Indische Zeën en Custen Zig in ‘t algemeen Zeer berugt gemaakt hebbende, waarscheijnelyk ook door andere onderneemingen in Indien, aldaar niet onbekend sal Zijn.
Dat hoe Zeer nu bereijds seedert veele Jaaren herwaards, in de wyd van hier geleegene mosselbaaij , mitsg: in de nog 40 mylen verder oostwaards leggende baaij a la Goa , ten teeken onser possessie, aldaar waaren opgeregt Steenen, met Comp:s merk, en dat men niet had versuijmd hetZelve meede te doen in agt neemen, bij de onlangs gedane opneeming der tusschen beijde leggende Plettenbergs baaij , by de oude Caarten met de naam van baay Content bekend, het Zyn Edele egter van ‘t aller Uytterste gewigt, vooral in de presente ConjunCtur van tijden voorquam, dat in voorsz: mossel -, Plettenbergs , S:t franciscus en a la goa baaijen SuffiCiënte militaire detaChementen wierden gelegd.
Over welk voorstel van den heere gouverneur met aandagt gedelibereerd en in overweeging Zynde genomen, de daar in opgegeevene gegronde reedenen, voor het waar belang der maatschappye, is dierhalven eenpariglijk besloten, het guarnisoen alhier met nog Een Honderd Zoldaten te vermeerderen, en mitsdien den heer Collonel en hoofd der militie alhier, Robbert Jacob Gordon, te qualifiCeeren, om daar meede een begin te maken, met het aanhouden der militairen, dewelke Zig onder de reConvalesCenten alhier komen te bevinden; van welk besluyt by eerst af te gane Schreijvens aan de heeren majores in ‘t patria te verschuldigde kennisse Zal werden gegeeven.
Laatstelijk wierd door welgem heere gouverneur nog aan deesen Raade CommuniCatie gegeeven dat, nadien den Cap:n Lieutenant en Stalmeester Johannes Steyn hadde versogt, van het waarneemen dier bediening te mogen werden ontslagen, Zijn Edele Zulx aan denZelven geaccordeerd, en daarop de Waarneeming en ‘t opsigt over ‘S E: Comp:s Stal aan den Capitain Ingenieur Sebastiaan Willem van de Graaff hadde opgedragen.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: Van De Graaff
[Signed:] P: Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur