C171 v1.20
C. 171, pp. 4-9.¶
Saturdag den {17860305} 5 Maart 1786
alle præsent behalven de Heer Collonel Robert Jacob Gordon
Door den Capitain van het aanweesend Comp:s wegen ingehuurd Fransch partiCulier Schip le Castries wierd gepræsenteerd het volgende Request luijdende
A Son Excellence son Excellence Monsieur van de Graaff Gouverneur General du Cap de bonne Esperance et dependances
‘Monsieur’
‘Jean Baptiste Marchès, Capitaine et Supre carque du Vaisseau particulier le Castries de Bordeaux Chargé a Batavia pour Compte de la Compagnie hollandoise des Indes orientale & qui a eul’honneur de vous representer par ses requëtes des 13 & 22 du mois passé ses besoins de vivres & agrées pour son retour en Europe & demander l’Argent necessaire pour le paijement des dits articles, Supplie votre Excellence d’ordonner, qu’a cet effet il lui Soit avancé par la Caisse de la Compagnie / a compte de son frêt:/ la quantite de 1860 Rixdales, a la quelle se monte Son Compte de depenses Sans ij Comprendre les articles fournis par les magasins de la Compagnie.’
‘il Scait que Sa polue d’Afretement ne porte point d’obligation de la compagnie pour cette avance, aussi n’a t’il jamais entendu l’obtener a ce titre mais Seulement a titre de Service, qu’il doit d’aclant plus attendre que ses depenses ne Sont que pour les besoins urgens de Son vaisseau & qu’au de saut du quel il n’a d’autres ressources que la vente pour pareille Somme en marchandise de Son Chargement, a la quelle toutes les ordonnances, reglemens vz & Coutumes de mer l’autorisent malgres toutes oppositions quelconque et au præjudice de que qu’il puisse appartenirs.’
’/:was geteekend:/’
‘Marches /:In Margine:/ Cap de bonne Esperance le 4 mars 1786.’
Waaruijt is komen te blijken dat gem: Capitain wanneer de daarbij gevraagde Somma van rijxd:rs 1860:, ongeacht zyne Cherte parthije geensints is meede brengende dat men van Comp:s wegen verpligt is hem met eenige behoeftens t’ adsisteeren, aan hem niet wierde g’accordeert, zig in de noodzakelijkheid vinden zoude, om zo veel van zijn Lading te verkopen als dienen kan om hem de voorsz: gevraagde Somma ter betalinge zijner alhier gemaakte Scheepsonkosten te fourneeren; Terwijl ook aan d’ andere zijde in aanmerkinge is genomen, dat vermits men onbewust is van het bedragen der onkosten die door de reparatien welke aan voorsz: bodem op Isle de France zyn geschied aldaar zijn gemaakt, en het gantsch oneigen zoude zijn dat d’ E Comp:ie niet ten opzigte van het geene harentwegen tot behoefte van het Schip werd verstrekt een geprefereert regt hebben zoude op de vragtpenningen die de Rheeders door dien Bodem bij haar te goed maken zullen, is dierhalven verstaan aan voormelde Capitain de voorsz: Somma van Rijxd:rs 1860 uijt ‘S Comp:s Cassa alhier te doen verstrekken, onder dien mits nogthans dat denselven uijt name ende van wegens zijne Rheeders zig verbind om zo wel de voorsz: Somma als het geene verders tot behoefte van het Schip alhier is verstrekt geworden te betalen uijt de vragtpenn: welke wegens hetzelve Schip bij d’ E Comp:ie Zullen werden te goed gemaakt, en dat dien overeenkomstig, deselve Rheeders zullen moeten gedogen, dat het bedragen der geheele door hem Capitain t’ onderteekene oncost reek: op deselve vragtpenningen werde gedecorteerd.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] A: V: Schoor
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet. rt en secret.
C. 171, pp. 10-30.¶
Dingsdag den {17860314} 14 Maart 1786.
‘S voormiddags alle præsent behalven de Heer Collonel Robbert Jacob Gordon.
Door den Heere Gouverneur voorgedragen zijnde dat den Majoor en Commandant van’t Regiment van Meuron aan zijn Edele had te kennen gegeven en verzogt, dat zodanige Vier Zoldaten van hetselve Regiment met namen
als dewelke door hun gedrag onder het voorsz: Regiment, noodzakelijk gemaakt hadden na elders te werden verplaatst, gelijk den selve ook bereijd waren, zig op nieuws voor Vijff Jaren bij d’ E Comp:ie te engageeren en na Batavia over te gaan mogten werden verwisseld tegens de volgende vier Soldaten, die genegen waren zig wederom onder het voorsz: Regiment in dienst te Stellen te weten:
is daarinne gecondescendeert, mits gem: Majoor en Commandant alvorens in ‘S Comp: Cassa alhier vergoede het geen de laatstgem: vier Perzonen op hunne resp:ve reekeningen mogten te quaad Staan.
En aangezien ‘t Schip de Negotie het welk ingevolge het zeer g’Eerd aanschrijven der Edele Groot Achtbare Heeren Bewindhebberen ter kamer Amsterdam in dato 4:o October 1785. na dit Gouvernement is gedestineerd geworden, om volgens het geresolveerde der Hoog Edele Heeren Seventhienen vervat by de missive der Edele Groot Achtb:re Heeren Bewindhebberen ter præsidiale Camer Zeeland in dato 28:e Julij 1785. te dienen om met producten van hier in retour na het vaderland te werden beladen; eerstdaags van de daarin overgebragte goederen zal zijn ontlost, in overweging genomen zijnde of van dien Bodem daartoe het zij thans dan wel binnen korten het bedoeld gebruik zoude kunnen werden gemaakt, is aan d’ eene zyde geconsidereerd, dat door het groot gebrek aan koorn, van dat product niets te verzenden zijnde, hoewel de wyn in genoegzame abundantie zoude kunnen werden uitgevoerd, aan d’ eene kant de tijd te kort is om deselve uit het Land te doen opkomen, en aan de andere zijde indien al tijds genoeg overig wesen mogt, men van het benodigt vaatwerk daartoe zoude weesen ontbloot, als waaromtrent zelfs tot emplooij in den nu weder onder handen zijnde wijnoogst groote Schaarsheijd plaats heeft, en is dierhalven best gedagt, aangezien welgem: Heeren Bewindhebberen ter kamer Amsterdam bij voorsz: missive hebben gelieven aan te schrijven dat indien geen lading in retour voor het gem: Shcip aan de Caab mogt aan handen zijn, men hetzelve zoude moeten laten voortzijlen na Batavia , dien bodem ook derwaards te doen vetrekken zo dra hetzelve ter rijsvorderinge in Staat zal zyn gesteld.
Na het welke geleesen is een ingediend vertoog van den pro interim Fiscaal Gabriël Exter, luidende als volgt
Aan den Wel E Gestr: en Wel E Agtb: Heer, d’ Heer Cornelis Jacob van de Graaff, Gouverneur en Directeur van Cabo de goede Hoop en de ressorte van dien &:a &:a &:a benevens den E. E Agtbaren raad van Politie dezes Gouvernements
‘Wel E Gestrenge en Wel Ed Agtb: Heer E E Agtbaare Heeren!’
‘Geeft met Schuldigen Eerbied te kennen den ondergeteekende ad interim Fiscaal Gabriël Exter:’
‘Dat Cornelis van Es en Nicolaas Guere den eersten als Timmerman op’t Eijland Onrust , en den anderen als Soldaat te Batavia in S E Comp:s dienst bescheiden geweest zijnde, en zig van dezen hunne posten geabsenteerd hebbende, voorts den eerstgem: Cornelis van Es met ‘t ingehuurde franse particulier Schip Elisabeth Sophie en den laatstgem: Nicolaas Guere met een diergelijke Schip le Neptune alhier gearriveerd zijnde, zig bij den ondergeteek:den als zodanige gemeld, en aangegeven hebben.’
‘Dat den Deserteur Cornelis van Es zyne desertie daarmede heeft zoeken te ontschuldigen dat hy op den bodem waarmeede hij is overgekomen gewerkt hebbende, zig door beloften had overreeden laten by diens vertrek daarop overtegaan, waar van hij egter dadelijks groot berouw had gehad en hij is bewogen geworden, zig directelijk bij zijn aankomst aan de Caab aan te melden met versoek om wederom in ‘S E Comp:s dienst geemployeerd te worden;’
‘Waar Nicolaas Guere ‘t zelve versoek doende declareerde tot verscheijdene reijzen op Batavia ziek en geduurende den geheelen tijd zijns verblijfs aldaar zeer elendig geweest te zijn, hebbende dus den voorslag van een Matroos van voorsz: Schip de Neptune zyn landsman zijnde, van met hem te gaan en de vreese voor een Zeekere dood, hem Guere doen besluijten op evengem:e bodem overtegaan en zig te absenteeren; dog zijn doelwit nooit geweest zijnde om zig d’ E Comp:ies dienst te willen onttrekken, had hij dien bodem alhier verlaten, om zig daar toe wederom te præsenteeren.’
‘dat hoewel deese verschoningen meer als leege uitvlugten voorkomen, ‘t vertrouwen dier menschen en de vrijwillige aangaave zekerlijk eenige reflexie Zullen meriteeren en’t bedenken moeten plaats grypen of bij te rug zending of bestraffing derselven naar den teneur der wetten, niet een afschrik voor andere zoude geboren worden, om uit berouw wederom te keeren, ofte zijne misslagen bekend te maken, en zig vrijwillig overtegeven, en’t dus raadzamer en voor’t interesse der E Comp:ie profitabler zyn, eenige nazigt ten dien opzigte te gebruiken voorts deese menschen wederom in dienst der E: Comp:ie te nemen, en daarin te emploieeren.’
‘’T geen wel in’t placaat d’ A:o 1764 van de hooge Indiasche regeering omtrent de geene geordonneert zijnde, dewelke uijt berouw wederom naar hunne verlatene posten te rug keeren; dog over ‘t voorliggende geval geen opsluijting existeerende, heeft den ondergeteekende ‘t van zyn Schuldigen pligt gehouden, deze met alle Eerbied te brengen ter tafel van UwEgestr: en E E Agtb:e omme omtrent de bovengemelde personen van Cornelis van Es en Nicolaas Guere hooggunstig te nemen Zodanige besluijt als UwEgestr: en E. E: Agtb: zullen oordeelen te behoren.’
’/:onderstond:/’
‘’T Welk doende &:a /:was geteekend:/ G: Exter’
Waarop vermits den Heer Gouverneur te kennen gaf, dat de daarbij vermelde twee Perzonen van Cornelis van Es en Nicolaas Guere, zig mede bij zijn Edele vervoegd en aangegeven, mitsg:s hunne desertie in diervoegen als voorsz: vertoog komt te dicteeren, verschoond hadden, verstaan is dewyl alhier niets anders ten lasten dier menschen bekend is, hunne vrywillige aangaave aan haar Wel Edele Groot Agtb:s de Heeren der Hooge Indiasche Regeering te Batavia voortedragen en tot hoogst derselver gunstige dispositie deese personen per Eerste Scheepsgeleegendheijd derwaards over te zenden.
Gelijk daarna meede geleesen is het ingediend Request van J:s Lour de Martignac Cap:n van Comp:ie wegen ingehuurd en te Batavia in retour beladene Fransch part:e Schip Le Neptune luidende als volgt
A Monsieur
‘Monsieur van de Graaff, Gouverneur General pour la noble Compagnie des Indes au Cap de bonne Esperance et Messieurs les Conseilliers du Conseil Superieur au dit Lieu’
‘Supplie humblement J:s Lour de Martignac Commandant le vaisseau particulier le Neptune fretté a la ditte Compagnie, et sur son depart pour Rotterdam Lieu de Sa destinature son depart etant fixe au 15 Cour:t’
‘Disant le dit Supp:lt qu’il seroit venu de Relache dans ce port faisant beaucoup d’eau; qu’il vous auroit fait deverses Supplications pour avoir tous les Secours auquel il devoit S’attendre dans un port appartenant ala ditte Compagnie; et qu’il auroit obtenu dans l’objet de ces demandes etant forcé decharger et debavancer ces deux ponds, pour alleger son vaisseau, de transporter a bord du Vaisseau le huys Spijk Cap:n Waarland, les objets qui etoit dans ces deux ponts appartenant tant au vaisseau qu’ ala Compagnie’
‘En Consequence le 19 Janvier dernier le Supp:lt aijant donne ordre a Son Secours d’opperer, il auroit Commencé le dit jour adebarquer les objets de ces deux ponts et auroit envoyé a bord du dit vaisseau nous servant d’entrepot, Sous la Conduite de M:r Desmorices S:S Llieutenant les dits objets dont l’ arrimage & dezarimage a bord du dit Entrepot, au roit été fait par le nommé Julien Yves Bouton off:r marine du Neptune , et la Chaloupe & les bots Servant aux Charois auroit été esCorté par le sieur garau off:r du dit Vaisseau Suivant ce qui porte le verbal qui le Supliant a l’honneur de vous remettre sous les ijeux, ou dans la quantité d’objets, qu’on auroit debarque et transporté a bord de l’ entrepot, l’ objet majeur de la Compagnie Consistoit en onze cent Sept sacs deCasse dont il ne n’est rentre abord du Neptune que onze cent Sacs ce qui fait Sept Sacs de mangue’
‘de meme l’objet majeur du Neptune consistoit en quarante cing pieces de Cordage de deverses qualité et on lui en auroit detourné deux pieces a bord du dit entrepot de meme que les Sept Sacs deCasse’
‘Le Supp:lt a tout lieu de croire que le vol C’est fait a bord du dit entrepot sur les rapports qui lui ont été fait de la Conduite des personnes commis a sa garde & nottammient a la proposition que a été faite a un de ses offiCiers touchant ce meme objet, ce que a étonné beaucoup le Supp:lt qui ajoutte que le dit vol n’a peu etre fait que par l’ Etembray du mat de mizaine du dit entrepot quand on ba dematté, qu au Suivant les ordres du Suppliant les paneaux n’ auroient été fermé & ouverte quen præsence de son premier Lieutenant gardien duClefs et en consequence Le dit Suppliant a Recours a votre Justice pour que les gens de ce vaisseau ayent a Repondre des objets de manque a leur bord mentionnee cij dessecs ou que le dit Suppliant en soit de Chargé par la noble Compagnie et fera justice’
’/:onder stond:/’
‘Cap de bonne Esperance Le 12:o mars 1786. /:geteekend:/ J:s Lour de Martignac.’
Sijnde na overweging goedgevonden voor apostille daarop te verlenen, dat vermits aan den Supp:lt op zyn daartoe gedaan versoek by besluit van den 17:e Januarij deeses Jaars, tot de ontlossing en berging der goederen uit zynen onderhebbenden Bodem is toegestaan gebruik te mogen maken van het bij voorsz: Request vermelde Schip ‘T Huis te Spijk voor zo verre dat Schip na examinatie door hem Supp:lt daartoe nog zoude werden bekwaam geoordeelt, mits alles lopende voor reekening der Reeders en zonder eenige resico voor de Comp:ie en dat hij Supp:lt bovendien volkomene Vrijheijd heeft gehad, alle Zodanige voorzorgen aan te wenden als zo bij de ontlossing als berging der goederen, by hem nodig wierden geoordeeld oversulx in het door hem gedaan verzoek niet kan werden getreeden; zullende niettemin Copijen van het gem: request en de verzellende verklaring werden gesteld in handen van den pro interim fiscaal, ten einde aangaande de gepleegde diefte zo Spoedig mogelijk nauwkeurig onderzoek te doen, en bij aldien van het gestolen nog iets mogte werden agterhaald, hetselve weder aan den Supp:lt dan wel aan den geenen die hij bij zijn vertrek daartoe qualifiCeeren zal, voor reek: der Reeders overtegeven.
Wijders door den onder afgeschreevene gagie gestelden Bootsman Pieter Langenou bij requeste versogt geworden Zynde, om benevens zyne Huijsvrouw met een der Retourscheepen dezes Jaars te mogen repatrieeren is hierinne bewilligd, mits dat, ingevalle zulks met een van ‘S Comp:s eigene Scheepen komt te geschieden, het ordinair Transport en kostgeld voor zijne huijsvrouwe alvorens in’s Comp: Cassa zal werden betaald, dog ingevalle tot de passagie op een der ingehuurde particuliere Scheepen gelegentheyd voorkomen mogt, denselven deswegens zig zal hebben te gedragen na de Cherte parthije door de Comp:ie met de Rheeders van Zodanig Schip aangegaan.
Ook is op het in geschrifte gedaan versoek van den Lieutenant by de Comp:ie burger Invalides Jonas Albertus van der Poel, om uit hoofde van de Zwaare duizeligheijd waarmede hy by aanhoudentheijd zodanig behebt is, dat zig buiten Staat bevind eenige burgerlijke diensten waartenemen, van zijne voorsz: functie te mogen werden ontslagen, hetselve ontslag mitsdien aan denselven geaccordeerd.
Nog wierd door Juffrouw Egberta Boeses, weduwe van wylen den koopman mitsg:s Lidt en Secretaris dezes Raads de Heer Oloff Marthini Bergh, als moeder en eenige voogdesse van haren minderjarigen zoon den adsistent Adriaan Vincent Bergh by requeste verzogt dat aan gem:e haren zoon mogt werden gepermitteerd ter obtenu van Veniam Ætatis zig te addresseeren aan de Wel Edele Groot Heeren der Hooge Indiasche Regeering te Batavia . En is hierop goedgevinden het gem: Versoek te accordeeren, en tevens na den verderen inhoude van het gem: Request aan Haar Hoog Edelens eerbiedig te versoeken, dat op het ten voorsz: eijnde te geschiedene Supplicq van gem: Adriaan Vincent Bergh, een gunstig reguard mag werden geslagen.
Zynde verders goedgevonden ten meesten profijte der E. Comp:ie op Dingsdag den 11:de der aanstaande maand April, mitsgaders nog op zodanige andere dagen meer als daar toe Convenabelst Zullen werden geacht nader, by publicque verkopingen af te zetten zo veel van de uit het Vaderland alhier aangebragte Extraordinair koopmanschappen als immers mogelijk zijn zal, en zo meede ter zelver tijd te doen verkopen een gedeelte van het met diversse Scheepen uit het Patria ontfangene Houtwerk, tot welkers berging tegens de Infectiën der lugt geene bekwame ruimte aan handen is; als ook nog een parthij der van Batavia ontfangene lijwaten.
Laatstelijk geliefde het den Heere Gouverneur aan de Vergaderinge te Communiceeren, dat ingevolge besluit deezes Raads van den 28:e der Jongstvoorleedene maand February, en ter voldoeninge aan de ordre door de Hoog Gebiedende Heeren Seventhienen by missive der Wel Edele Groot Achtbaare Heeren Bewindhebberen ter præsidiale kamer Zeeland in dato 28:o July 1785. dit Gouvernement aangeschreeven, bij den Raad van Justitie geformeerd geworden zijnde eene Nominatie van agt Perzonen tot Burgerraaden, door zijn Ed overeenkomstig de voorz: ordre, op heden daar uijt de verkiesingen was gedaan van de vier volgende namentlijk:
Aldus Geresolveert ende G’arresteert In’t Casteel de Goede Hoop Ten daage en Jaare Voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet rt en secret.
C. 171, pp. 31-45.¶
Vrijdag den {17860324} 24:o Maart 1786.
‘S voormiddags alle præsent behalven de Heer Collonel Robbert Jacob Gordon
Den opperkoopman Titulair en dispensier de Heer Adriaan van Schoor op desselfs gedaan versoek uit den dienst der E Comp:ie ontslagen en aan zijn E. tevens gepermitteerd geworden zijnde om nevens desselfs Huijsvrouw naar Europa te mogen vertrekken en derwaards mede nemen een Slave Jonge en een Slavinne heeft den Raad insgelijks bewilligt, dat mits gebrek aan gelegendheijd met ‘S Comp:s Scheepen, gemelde Heer van Schoor Transport derwaards tragt te verkrijgen op het aanweesend ‘s lands oorlogs Schip Wassenaar , En wierd gem: Heer Van Schoor daarop afscheijd uijt de vergadering nemende voor desselfs adsistentie in de selve en aan de Compagnie betoonde langjarige en trouwe diensten bedankt, en door de Heeren Leeden Le Suëur en de Wet tot aan de Puije van het Gouvernement uijtgeleijd.
Zijnde vervolgens in overweging genomen het verder versogte van gemelde Heer Van Schoor, om mits zijne E: voorsz: vertrek na het Vaderland in ‘S Comp: Cassa na derwaards te mogen remitteeren, eene Somma van rd:rs 25000:- en zo ter Consideratie van Voorsz: door zyn E aan d’ E Comp:ie betoonde diensten en desselfs alhier bekleeden waardigheijd als om de noodzakelijkheijd dat tot desselfs subsistentie eenige middelen in’t vaderland diend aan de hand te hebben, daarinne bewilligd. Zullende het gem: montant werden gesplist, en daarvan de eene helfte p:r assignatie op de najaarsche verkopinge van dit Jaar, en d’ andere helfte op de volgende voorjaarsche verkopinge mogen werden geremitteerd.
En is wijders door den Heere Gouverneur voorgesteld hoe zeer de noodzakelijkheijd vorderde, dat in Steede van meergem: Heer Van Schoor een zodanig persoon tot meede Lidt deeser Vergaderinge wierd verkoren als de præsente tyds omstandigheeden vorderde, daar bovendien den Heer Secunde Pieter Hacker meede om desselfs ontslag by de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren versogt hebbende wel ligt, zo tot vervulling van dien Post, als het vacerend ampt van Fiscaal Independent, twee personen nog vreemd in de Zaken van dit Gouvernement, door hoogst gemelde Heeren Majores uit het vaderland zoude kunnen werden aangesteld. En nadien welgem: Heere gouverneur betuigde dat aan zyn Ed: daartoe alleen preferabel voorgekomen was, den Coopman Titulair en Secretaris der WeesCamer Tobias Christiaan Ronnenkamp, die by desselfs langdurige diensten ter politicque Secretarije in de hoedanigheyd van Eerste gesw: Clercq, mitsg:s in de post van Secretaris van weeskamer zig met veel applicatie had toegelegd tot het verkrijgen van de nodige kennisse en bekwaamheden, gelyk Sulks ook door de verdere Leeden wierd g’advoueerd, is eenparig erkend, dat de noodzakelijkheijd vorderde gem: Ronnenkamp tot Lidt deeses Raads aantestellen, hoe zeer daartegen anderzints zoude obsteeren d’ ordre zo onlangs van de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren ontfangen, dat tot Leeden dezes Raads niet zullen mogen werden verkoren personen van de Lutherse gesinte, gelijk in meergem: Ronnenkampt plaats heeft, dog waaromtrent men vertrouwde te mogen verwagten, dat zo uijt hoofde van het geene ter Sessie van den 28:o der voorleedene maand February reeds besloten is, aan Hoogst gem: Heeren Majores ten opsigte der personen van den Luthersen godsdienst voordragt te doen, als de voorsz: nu nader bijkomende omstandigheeden Haar Edele Hoog Agtb:e wel zullen gelieven overreed te zijn, dat eene Stricte bepalinge aan die ordre in dit gouvernement, niet anders dan van zeer nadeelige uijtwerkinge zoude kunnen weesen, en dat daar het geval Zodanig exteerd, dat eer nog eene nadere dispositie van Haar Edele Hoog Agtb: op de gemelde voordragt kan werden afgewagt, men gedrongen word of tot disfaveur der Zaken van dit gouvernement zig na d’ ontfangene ordres te gedragen, of ten meesten heil en nutte daarvan in een enkeld geval af te wijken; te meer dewyl desen Raade daar door niet verhinderd werd, zig te reserveeren om wanneer eenige Zaken de Religie betreffende voorkomen mogten, de deliberatiën daarover met uijtsluijting van gemelde Ronnenkamp te houden.
Om welke reedenen dan ook op voordragt van gemelden Heere Gouverneur in hope eener gunstige approbatie van de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren meergem: Heer Ronnenkamp onder voorsz: Reserve tot Lidt deeses Raads is aangesteld, en daarby provisioneel toegevoegd den door Hoogstgem: Heeren Majores daar aan g’accrocheerden Titul en rang van opperkoopman, zijnde denselven Ronnenkamp op gelijke voordragt ook in plaats van voorsz: Heer Van Schoor aangesteld tot dispensier.
Terwyl tevens goed gevonden is meergemelde Heer Ronnenkamp uit hoofde van desselfs voorsz: aanstelling tot Lidt dezes Raads, te ontslaan van desselfs ouderlingschap bij de Lutherse gemeente alhier en den kerkenraad dier gemeente daarvan t’ informeeren met aanschrijving, om in desselfs plaats en voor den Tijd die zijn E nog zoude hebben moeten dienen, te treden tot d’ Electie van een ander Persoon als ouderling ter voordragt aan dezen Rade.
Verders tot vervulling van voorsz: ampt van Secretaris by de WeesCamer aangesteld zijnde den onderCoopman en Secretaris van den raad van Justitie Christiaan Ludolph Neethling, is nadien voorm: Heer Ronnenkamp geen Sessie meer by gemelde Raad van Justitie hebben kan, en dat den onlangs veranderden form van dat Collegie, het grootste getal van desselfs Leeden nieuwlings heeft doen aankomen die dus nog maar weinig ervaren is in Rechtzaken kunnen hebben, zo dat de vacant gewordene plaats noodwendig diend te werden vervuld door een persoon van gelyke bekwaamheden daartoe als gemelde raad thans in voorsz: Heer Ronnenkamp zal komen te missen, waartoe unanim geoordeeld is, dat gemelde Neethling alleen in aspect komen kan, als by desselfs dertig jarigen dienst als Secretaris van dat Collegie daartoe de verEijschte bequaamheden verkregen hebbende, denselven Neethling dierhalven meede op voordragt van welgemelde Heere Gouverneur aangesteld tot Lidt in gemelde Raad van Justitie met den Titul en Rang van Coopman, onder inwagting nogthans dat hoogstgem: Heeren meesteren ten reguarde dat men uit hoofde van voorsz: naadzakelijkheijd en om d’ aangelegentheijd der Justitie, voor dit maal meede geen aanschouw heeft kunnen neemen op de Lutherse Leere die denselven Neethling toegedaan is, daarop insgelyks hoogstderselver approbatie zullen gelieven te verleenen.
Zynde wijders in Steede van meergem: Neethling op voordragt van den Heer Gouverneur den alhier van ‘t Schip Java door indispostie overgebleevene onderCoopman Cornelis van Aerssen, al meede op approbatie der Hoog Edele Heeren Zeventhienen aangesteld tot Secretaris van den Raad van Justitie, des desselfs stil gestaan hebbende gagie van heden af aan weder Cours nemen Zullende, zal aan haar Hoog Edelens de Hoog Indiasche Regeering te Batavia werden verzogt, dat vermits men in de noodzakelijkheijd is geweest door gebrek aan Stoffe gemelde ondercoopman van Aerssen als een bekwaam Sujet tot het gemelde ampt t’ emploijeeren het Hoogst deselve zal mogen behagen zig zulks te laten welgevallen en daarop derselven gunstige approbatie te verleenen
Vervolgens door den E Capitain ter Zee en Equipagiemeester Justinus van Gennep by request versogt geworden Zynde, van den dienst als Equipagiemeester by dit Gouvernement te werden ontslagen en dat aan hem gepermitteerd mogt werden om nevens zijne Huijsvrouw en kinderen p:r het voormelde aanwezend ‘S Lands oorlogschip de Wassenaar naar Nederland te vertrekken, mitsg:rs tot oppassing van gem: desselfs huijsvrouw derwaards te mogen meede nemen de vrije vrouw Carolina Dirksz benevens een Slavinne en een Slave jongetje, is in dat versoek bewilligd, dog niet te min het Transport p:r voorsz: Bodem overgelaten, om versogt te werden bij den Heer Capitain van dat Schip ofte de geene die Sulx andersints concerneeren mogt.
Zijnde meede op het by het voorsz: Request verder versogte van gem: E. van Gennep aan denselven g’accordeert, omme by Splitsing invoegen voorsz: in ‘S Comp:s Cassa naar het Vaderland te mogen remitteeren, eene Sodanige Somma van Rijxd:rs 8000:- als zijn E verwagt dat uijt desselfs alhier te verkopene Effecten zal komen te proflueeren.
En is daarop tot het voorsz: ampt van Equipagie meester als een ervaren en Zeer bekwaame Zee Officier door den Heere Gouverneur voorgedragen, den Capitain ter Zee Francois du Minie die daarenboven door zijne merites in den laatst geyndigden oorlog de gunstige reflexie van de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren tot zig getrokken en deswegens door Hoogst deselve met de bevordering tot zijn voorsz: qualiteijt van Capitain is beloond geworden, des gem: Capitain du Menie ook unanim onder de g’ Eerde nadere approbatie der Hoog Gebiedende Heeren Meesteren tot Equipagie meester is aangesteld geworden, op zodanige Instructien als thans noodzakelijk g’oordeeld is, dat voor dat ampt nader uitgevaardigt en door gem: Equipagiemeester du Minie zal moeten werden b’eëdigd.
Wijders op versoek van het Eerw: Collegie van weesmeesteren aan derselver Pupil Fredrik Antohn Sparenberg volgens desselfs daartoe Strekkende inclinatie toegestaan om zig op het voorsz: Schip Wassenaar in’s land dienst te mogen begeven en daarmeede van hier te vertrekken.
Voorts is aan den Burger Jonas van Bergen op desselfs daartoe bij Request gedaan verzoek, in Eijgendom vergund een Strookje Lands annex desselfs oude Erf gelegen in het moddergat onder het district van Stellenbosch groot in zijnen grond vier morgen en Een hondert dertig quadraat Roeden.
Laatstelijk geleesen Zijnde een ingekomene missive van den provisioneelen Coopman Titulair en Landdrost benevens den provisioneelen krijgsraad van Graaffe Rijnet , waarbij te kennen gaven, de noodzakelijkheijd by dezelve gevonden wordende om tot het attacqueeren der roovend Bosjesmans Hottentotten op drie a vier differente plaatse de nodige burger Conmmandos te doen uijtgaan, van zo veel manschappen als by elkanderen te brengen zyn Zullen, en waartoe zo wel als om eenige voorraad aldaar aan de hand te hebben, door deselve wierd versogt te mogen werden g’adsisteerd met
is om dit te wel bekende noodzakelykheijd van de voorsz: Commandos in dat Versoek bewilligd.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet rt. en secret.
C. 171, pp. 46-68.¶
Maandag den {17860327} 27 Maart 1786.
‘S namiddags alle præsent behalven de Heer Collonel Robbert Jacob Gordon
Wierd door den Heere Gouverneur te kennen gegeven, deeze Vergadering Expres te hebben doen byeenkomen, ten einde aan dezelve open te leggen, dat zijn Edele door den Coopman Titulair en Landdrost van Stellenbosch en Drakenstein Hendrik Lodewyk Bletterman, was g’informeerd geworden, dat gisteren voormiddag door den burger en Landbouwer David Muller na even voor het aangaan van den godsdienst, in het dorp van Stellenbosch /:die als toen door den Eerw: Predikant der Drakensteinse gemeijnte D:s Aling volgens zijn Tourbeurd aldaar Stond te werden verrigt/: van zijn Eerw: hier toe desselfs bewilliging verkreegen te hebben, zijn Jong geboren kind ten doop gepræsenteerd geworden zijnde, wanneer na het eijndigen der predikatie het formulier des H Doop door gem D:s Aling geleesen was, en den op Stellenbosch wonende Eerwaarde Emeritus Predikant D:s Petrus van der Spuij zig bij het bekken gesteld had, om het H Bondzegul toe te dienen, gem: Muller met duijdelijke gebaarden had geweijgerd den Doop uit de hand van gem: Eerw: Predikant van der Spuij aan zyn kind te ontfangen, maar daartoe meergem: D:s Aling verzogt had zelfs van den Predikstoel te willen afkomen, gelyk Zulx dan daarop ook door gem: D:s Aling was verrigt geworden, het geen veel opschudding onder de gemeente veroorzaakt had, dermaten dat eenige dadelyk zig uit de kerk begeven en andere met zeer veel aandoening getroffen geworden waren.
Dat aangesien deese gebeurtenisse volkomen moest werden t’ huijs gebragt, op de verdeeltheden, die ten tijde dat gem: D:s van der Spuij zijn Standplaats bij de Drakensteijnse gemeijnte gehad heeft, in die gemeente Zijn ontstaan, als in welke de aangehuwde namagen van gem: Muller gemeleerd zijn geweest, te meer dewijl behalven gemelde Muller zeer veel deelhebbers in de parthijen tegen gem: D:s van der Spuij zo het Scheen als met voordagt toen in de kerk byeengekomen waren, En dat een ander voorval van dien aard met gem: D:s van der Spuij reeds de verbitterde gemoederen van Twee personen meede tot de familie van dat gedeelte der Drakensteijnsche gemeente gehorende, zo verre vervoerd had van eenige weinige maanden voorleeden, zig in zeer beledigende Termen teegens de Leeden van den Stellenboschen kerkenraad over die materie uit te laten, het geen egter door tusschenkomst van zijn Edele zodanig weder bijgelegd was geworden, dat gem: Twee Personen zig in denselven kerkenraad vervoegd en deswegens afbede gedaan hebbende, dien kerkenraad daar inne genoegen genomen had, zonder dat gem: D:s van der Spuij evenwel hadde kunnen goedvinden tot diergelijke ontmoetingen de aanleijdinge te menageeren. En uit al hetzelve moest werden afgenomen, hoe verre het ‘er nog van daan was, dat de gem: verdeeltheeden en verschillen zodanig zoude weesen uit den weg geruijmd, dat daar door niet op nieuw een vuur van Tweedragt ter beroeringe der gemeetens in de resp:ve buijten kerken zoude kunnen werden geboren: de noodzakelijkheijd dierhalven vorderde, dat in tijds gepaste maatregulen werden genomen om de gevolgen voor te komen, die daaruijt nader zoude kunnen ontstaan.
Over het welke met aandagt gedelibereerd zijnde is verstaan meergem: D:s van der Spuij aan te schreiven dat tot vermijding van diergelijke ontmoetingen, zo onaangenaam voor zijn Eerw: zelve als aan stotelijk voor de gemeente, en door welkers gevolgen deese Regeering en andere noodzakelijke bezigheden Zouden moeten werden geinterrumpeerd, zijn Eerw: als geen beroepen Leeraar by die gemeente, en daar bij rustend Predikant Zijnde, zig zal hebben t’ onthouden van het Bond Zegel des H: Doops te bedienen anders als bij afweesen van eenig ander leeraar aan de Zodanige die voor hun ofte hunne kinderen zijn Eerw: opzettelijk daarom zullen komen versoeken, en tot hetzelve kunnen werden toegelaten.
Waarop zijn geleesen en geresumeerd, de memorie nopend de te kort en bedurven bevondene goederen op de lading van het Provisie Schip Trompenburg nevens de Schriftelijk verantwoordinge door den Capitain van gesz: Bodem Willem Udemans, deesen aangaande overgeleeverd, luijdende deselve als volgd:
‘Memorie van de nabesz: Arack, Rijst &:a uyt de lading van ‘t provisie Schip Trompenburg te min, bedorven als broken gelyk te zien is by de verkaring van geCommitteerdens deesen annex, namentlijk’
‘
3922 Cann | Arack op 120 leggers minder, als Zijnde 29 van 3, 62 van 4, 12 van 5, 6 van 6, 3 van 7, 2 d:o 8, 1 d:o 9, 2 d:o 10, 1 d:o 18 en 1 d:o 27 duijm by pyling wan en 1 ledig zijnde deeze wannigheijd veroozaakt door het Springen van Een bodem en dùijgen op differente plaatsen zynde 8 7/16 pC: Schaars | |
58733 lb | Rijst op 465000 lb ofte 150 Cojangs, als 24591 lb aangeslagen en 34142 d:o te min uytgeleeverd | |
40 bossen | rottingh op 3500 bossen a 50 p:s minder [.....] bos te min | |
1 p:s | Jaty balk van 7 d:m lang 25 v:t op 150 p:s | defect en gebroken |
10 d:o | molen planken d:o 3 duym d:o 100 | |
23 d:o | d:o d:o d:o 2 d:o d:o 200 | |
31 d:o | d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 350 p:s heele en 100 p:s halve in Steede van 50 p:s heele | |
240 p:s | Jatij planken, op 1000 p:s te weten 31 p:s te min 209 d:o gebroken | |
2483 p:s | Extricken van 16 d:m op 6000 p:s | |
1606 d:o | d:o d:o 12 d:o d:o 6000 d:o Soo hoekige, zijnde 41 1/3 pC:o ruijm als gebroken d:o 26 3/4 d:o d:o | |
50 d:o | deekens geCattoenneerde groote Guluco. rynse in 2 pakken, op 200 p:s in 8 pakken die alle min of meer door bij gekomen olij bevlekt en bedorven zijn. | |
157 p:s | grove porcelijne kommen op 1000 p:s in 3 Cassen gebroken zijnde 15 1/10 pC:o netto | |
316 d:o | platte porcelijne borden op 1000 p:s in 2 Cassen gebroken zijnde 31 3/5 pC:to netto | |
334 d:o | Holle porcelijne borden op 1000 p:s in 2 Cassen gebroken zijnde 33 2/5 prC:to netto | |
33 d:o | fijne porcelijne groote Commen op 100 p:s in 1 Cas gebroken, zijnde 33 pC:to netto | |
159 d:o | d:o d:o kleijne Commen op 500 d:o d:o 1 Cas gebroken zijnde 31 4/5 pC:to Netto | |
110 p:s | assietten porcelijnen op 500 p:s in 2 Cassen gebroken zijnde 22 pr:Cto netto | |
7710 d:o | Cajang matten, op 10000 p:s te min |
3922 Cann | Arack op 120 leggers minder, als Zijnde 29 van 3, 62 van 4, 12 van 5, 6 van 6, 3 van 7, 2 d:o 8, 1 d:o 9, 2 d:o 10, 1 d:o 18 en 1 d:o 27 duijm by pyling wan en 1 ledig zijnde deeze wannigheijd veroozaakt door het Springen van Een bodem en dùijgen op differente plaatsen zynde 8 7/16 pC: Schaars | |
58733 lb | Rijst op 465000 lb ofte 150 Cojangs, als 24591 lb aangeslagen en 34142 d:o te min uytgeleeverd | |
40 bossen | rottingh op 3500 bossen a 50 p:s minder [.....] bos te min | |
1 p:s | Jaty balk van 7 d:m lang 25 v:t op 150 p:s | defect en gebroken |
10 d:o | molen planken d:o 3 duym d:o 100 | |
23 d:o | d:o d:o d:o 2 d:o d:o 200 | |
31 d:o | d:o d:o d:o 1 1/2 d:o d:o 350 p:s heele en 100 p:s halve in Steede van 50 p:s heele | |
240 p:s | Jatij planken, op 1000 p:s te weten 31 p:s te min 209 d:o gebroken | |
2483 p:s | Extricken van 16 d:m op 6000 p:s | |
1606 d:o | d:o d:o 12 d:o d:o 6000 d:o Soo hoekige, zijnde 41 1/3 pC:o ruijm als gebroken d:o 26 3/4 d:o d:o | |
50 d:o | deekens geCattoenneerde groote Guluco. rynse in 2 pakken, op 200 p:s in 8 pakken die alle min of meer door bij gekomen olij bevlekt en bedorven zijn. | |
157 p:s | grove porcelijne kommen op 1000 p:s in 3 Cassen gebroken zijnde 15 1/10 pC:o netto | |
316 d:o | platte porcelijne borden op 1000 p:s in 2 Cassen gebroken zijnde 31 3/5 pC:to netto | |
334 d:o | Holle porcelijne borden op 1000 p:s in 2 Cassen gebroken zijnde 33 2/5 prC:to netto | |
33 d:o | fijne porcelijne groote Commen op 100 p:s in 1 Cas gebroken, zijnde 33 pC:to netto | |
159 d:o | d:o d:o kleijne Commen op 500 d:o d:o 1 Cas gebroken zijnde 31 4/5 pC:to Netto | |
110 p:s | assietten porcelijnen op 500 p:s in 2 Cassen gebroken zijnde 22 pr:Cto netto | |
7710 d:o | Cajang matten, op 10000 p:s te min |
’/:onderstond:/’
‘In’t Casteel de goede Hoop den 27:e Maart 1786 /:was geteek:d P Hacker’
‘Den Wel Edelen Gestrengen Heere Cornelis Jacob van de Graaff, Gouverneur in loco &:a &:a &:a den ondergetekende opperhoofd van ‘t hier thans ter rheede g’ankerd Leggende Provisie Schip Trompenburg , hebben gelieven te ordonneeren om behoorlijk te verantwoorden waar door de defecten op de lading van voorsz: bodem voor dit Gouvernement aangebragt zijn ontstaan, zoo verklaare ik, d’ oorzaak daar van te zijn als in margine deeses Staat aangehaald, Namentlijk’
‘
58733 lb rijst op 465000 lb ofte 150 Coijangs, als 24591 lb aangeslagen 34142 d:o te min uitgeleverd | 't bederf is principaal ontstaan door bijgekomene Zeewater 't welk door zwaar zijlen en overkomende Zëen door 't bovengem: Schip ingedrongen is, en op de reyze niet heeft kunnen ontwaard werden, dan bij dies ontlossing gelijk dan ook met de volheijd tusschen deks geen naauwkeurige visitatie kan gedaan werden, midlerwyl, dat door 't breeken de Stroosacken en matten Spillagie is veroorsaakt, 't wel tussen 't houtwerk is neergevallen en bedorven geraakt, dat de te min uitgeleverde rijst de oorsaak is wegens de Slegte gesteldheijd der Zaaken en diveryen die er gepleegd werden in de Landsboots, op 't hoofd en onder 't dragen van 't Eijnde van't Hoofd tot in't Casteel alwaar men onmogelijk die toezigt kan nemen dewyl 'er altoos duurende passagie is, zo van d' eene als d' ander |
3922 Cann Arack op 120 leggers ofte 46560 Cann: te min | de min uitlevering deeser post komt voort door de leccagie die op de reyse 'er bygekomen is, de leggers hebben alle goed en wel gestuuwd in het ruijm gelegen zo als de geCommitteerdens bij de ontlossing hebben bezigtigd |
157 p:r grove porcelijne Commen op 1000 p:s in 3 Cassen gebroken 316 d:o platte porcelyne borden op 1000 p:s in 2 Cassen gebroken 334 p:s holle porcelijne borden op 1000 p:s in 2 Cassen gebroken 33 d:o fijne porcelijne groote Commen op 100 p:s in 1 Cas gebroken 159 d:o d:o d:o klyne Commen op 500 d:o in 1 Cas gebroken 110 porcelyne assietten op 500 p:s in 2 Cassen gebroken | de Cassen ongeopend ontfangen en zodanig wederom afgelost hebbende zo kan 't breken wel niet anders als door 't werken van 't Schip, dan wel 't naboord en wederom aan de wal brengen der Cassen veroorsaakt zijn en dus niet aan 't versuijm van den onderg:t mag werden toegeschreeven. |
40 bossen rottang op 3500 bossen a 50 p:s in ieder bost te min | de uitlevering van boord en de ontfangst uijt de landsboots op het eijnden van het Hoofd zijn volgens de gelijbriefjes uijtgekomen, en deese hebben bestaan in 9677 bosjes a 18 p:s ieder bos ofte 174186 p:s dus er 814 d:o zoude te kort komen, 't geen den ondergeteekende niet vreemd voorkomt, also d' eerste dag bij het opdragen van het Hoofd na 't Casteel 50 bossen van 18 p:s in ieder bos zijn te kort gekomen, en Sulx niet anders ontstaan is, dan door dievery. |
1 p:s Jatybalk van 7 d:m 25 v:t op 150 defect 10 d:o Jaty molen planken van 3 d:m op 100 p:s defect en gebroken 23 d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 200 defect en gebroken 31 d:o d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:m d:o 350 d:o heele en 100 p:s halve in Steede van 50 p:s heele defect en gebroken 240 d:o Jaty planken op 1000 p:s als 209 p:s gebroken 31 p:s te min | alle de Houtwerken onder de lading en andere goederen gelegen hebbende zal dat gewigt ende oneffe leggenden van deselve Houtwerken hebben doen breeken. |
2483 p:s Estricken van 16 d:m op 6000 p:s soo hoekig als gebroken 1606 d:o d:o d:o 12 d:o d:o 6000 d:o soo hoekig als gebroken | de te kort koming van dien zoude door het tellen 't zy op Batavia aan land of in't Schip kunnen ontstaan zijn dewel deselve onder in't Schip hebben gelegen en zeer bros zijn vervolgens door 't arbeyden van 't Schip in Zee als meede door haar eygen gewigt vermits deselve op malkanderen gestapeld geweest zijn en ook door 't lossen en afscheepen hier ter reede is komen te breeken |
50 p:s geCattoeneerde deekens groote tutiCoryns in twee packen op 200 p:s en 8 pakken, alle min of meer door bijgekomene olij gevlekt en bedorven | de packen die tans hebben alle in't ruim in't agterluijk gelegen en't bederf is ontstaan door de lekkagie der Lamp en Stort olij die in het agterhok hebben gelegen 't geen doorde naderen aan't onderdek is gedrongen welke leccagie men ook in Zee bij dat vaatwerk heeft ontdekt en direct in een ketel heeft laten overstorten |
7710 p:s Cajangmatten op 10000 p:s te min | blijkens verk:t hier annex |
58733 lb rijst op 465000 lb ofte 150 Coijangs, als 24591 lb aangeslagen 34142 d:o te min uitgeleverd | 't bederf is principaal ontstaan door bijgekomene Zeewater 't welk door zwaar zijlen en overkomende Zëen door 't bovengem: Schip ingedrongen is, en op de reyze niet heeft kunnen ontwaard werden, dan bij dies ontlossing gelijk dan ook met de volheijd tusschen deks geen naauwkeurige visitatie kan gedaan werden, midlerwyl, dat door 't breeken de Stroosacken en matten Spillagie is veroorsaakt, 't wel tussen 't houtwerk is neergevallen en bedorven geraakt, dat de te min uitgeleverde rijst de oorsaak is wegens de Slegte gesteldheijd der Zaaken en diveryen die er gepleegd werden in de Landsboots, op 't hoofd en onder 't dragen van 't Eijnde van't Hoofd tot in't Casteel alwaar men onmogelijk die toezigt kan nemen dewyl 'er altoos duurende passagie is, zo van d' eene als d' ander |
3922 Cann Arack op 120 leggers ofte 46560 Cann: te min | de min uitlevering deeser post komt voort door de leccagie die op de reyse 'er bygekomen is, de leggers hebben alle goed en wel gestuuwd in het ruijm gelegen zo als de geCommitteerdens bij de ontlossing hebben bezigtigd |
157 p:r grove porcelijne Commen op 1000 p:s in 3 Cassen gebroken 316 d:o platte porcelyne borden op 1000 p:s in 2 Cassen gebroken 334 p:s holle porcelijne borden op 1000 p:s in 2 Cassen gebroken 33 d:o fijne porcelijne groote Commen op 100 p:s in 1 Cas gebroken 159 d:o d:o d:o klyne Commen op 500 d:o in 1 Cas gebroken 110 porcelyne assietten op 500 p:s in 2 Cassen gebroken | de Cassen ongeopend ontfangen en zodanig wederom afgelost hebbende zo kan 't breken wel niet anders als door 't werken van 't Schip, dan wel 't naboord en wederom aan de wal brengen der Cassen veroorsaakt zijn en dus niet aan 't versuijm van den onderg:t mag werden toegeschreeven. |
40 bossen rottang op 3500 bossen a 50 p:s in ieder bost te min | de uitlevering van boord en de ontfangst uijt de landsboots op het eijnden van het Hoofd zijn volgens de gelijbriefjes uijtgekomen, en deese hebben bestaan in 9677 bosjes a 18 p:s ieder bos ofte 174186 p:s dus er 814 d:o zoude te kort komen, 't geen den ondergeteekende niet vreemd voorkomt, also d' eerste dag bij het opdragen van het Hoofd na 't Casteel 50 bossen van 18 p:s in ieder bos zijn te kort gekomen, en Sulx niet anders ontstaan is, dan door dievery. |
1 p:s Jatybalk van 7 d:m 25 v:t op 150 defect 10 d:o Jaty molen planken van 3 d:m op 100 p:s defect en gebroken 23 d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o 200 defect en gebroken 31 d:o d:o d:o d:o d:o 1 1/2 d:m d:o 350 d:o heele en 100 p:s halve in Steede van 50 p:s heele defect en gebroken 240 d:o Jaty planken op 1000 p:s als 209 p:s gebroken 31 p:s te min | alle de Houtwerken onder de lading en andere goederen gelegen hebbende zal dat gewigt ende oneffe leggenden van deselve Houtwerken hebben doen breeken. |
2483 p:s Estricken van 16 d:m op 6000 p:s soo hoekig als gebroken 1606 d:o d:o d:o 12 d:o d:o 6000 d:o soo hoekig als gebroken | de te kort koming van dien zoude door het tellen 't zy op Batavia aan land of in't Schip kunnen ontstaan zijn dewel deselve onder in't Schip hebben gelegen en zeer bros zijn vervolgens door 't arbeyden van 't Schip in Zee als meede door haar eygen gewigt vermits deselve op malkanderen gestapeld geweest zijn en ook door 't lossen en afscheepen hier ter reede is komen te breeken |
50 p:s geCattoeneerde deekens groote tutiCoryns in twee packen op 200 p:s en 8 pakken, alle min of meer door bijgekomene olij gevlekt en bedorven | de packen die tans hebben alle in't ruim in't agterluijk gelegen en't bederf is ontstaan door de lekkagie der Lamp en Stort olij die in het agterhok hebben gelegen 't geen doorde naderen aan't onderdek is gedrongen welke leccagie men ook in Zee bij dat vaatwerk heeft ontdekt en direct in een ketel heeft laten overstorten |
7710 p:s Cajangmatten op 10000 p:s te min | blijkens verk:t hier annex |
‘Sullende UwEd: Gestrenge en E Agtb:e Uit ‘t in margine deeses ter neder gesteld kunnen beoogen waar door de defecten der voorsz: goederen hunnen oorspronk hebben om welke reedenen den ondergeteekenden op d’ Eerbiedigste wyze versoekt, als een dienaar die d’ E Comp:ie zeedert hy deselve gedient heeft altoos trouw en Eerlijk heeft behandeld dat hij voor de gemelde defecten der voren aangehaalde goederen niet moge werden belast.’
’/:onderstond:/’
‘Cabo de goede Hoop den 24:e Maart 1786. /:was geteek:d :/ W: Udemans Junior’
Over dewelke gedelibereerd en ten dien belange overwogen zijnde, dat de Cas waarin het porcelain is afgepakt geweest, tot Batavia ongeopend ontfangen en ook zodanig alhier, volgens het bruto gewigt uitgeleeverd is, en dat het breeken der Estricken ten principalen door het Sterk arbeijden van’t Schip mitsg:rs derselver broosheid en Swaarte als hebbende op elkanderen gelegen veroorzaakt zijnde, het bederf door rijst door bij gekomen leccagie en instorting van ‘t Zeewater is te weeg gebragt; heeft men derhalven moeten besluiten het een en ander te passeeren en bij de Negotieboeken deeses Gouvernements te doen afschrijven. Terwijl ten opzigt van de gebroken en defect bevondene Houtwerken als meede de bevlekte en onbruikbaar gewordene Cattoene deekens is verstaan dat nadien niet blijkt, het een en ander door versuijm of agteloosheijd der Scheeps overheeden te zijn ontstaan, Zulx al meede te passeeren en deselve Houtwerken en Deekens, nevens de voorsz: gebreke vloer Steenen bij publicque vendutie voor’t geene zullen komen te gelden te laten verkopen
En vermits uit eene verklaring der Deks Officieren van het voormelde Schip Trompenburg is komen te Consteeren, dat de op de hier voren geinsereerde memorie meede bekend gestelde 7710 p:s Caaijmatten te Batavia naar land te rug zijn gesonden, zal derhalven het bedragen van dien d’ Indiasche Hoofdplaatse werden te rug bereekend.
Synde egter ten belange van de te min uitgeleverde houtwerken, bindrottings en rijst besloten het bedragen van dien d’ opperhoofde van voorst Bodem op hunne Zoldy reekening in manier als volgt te doen belasten te weeten.
Nederl: geld | DuCat:s van 66 Stv:s nederl:geld | Indiasch geld van 80 Stv:s p:r DuC:tn | |
31 p:s Jaty planken met 2 Capit: advans | ƒ23:14:08 | 7 25/132 | ƒ28:15:- |
40 bossen bindrotting teg:s 1/2 Capit:l advans | d:o 21:16:08 | 6 81/132 | d:o 26:09:- |
34142 lb rijst tegens marktprijs a 4 1/2 rd:s het C:to lb | 1024 18/66 | d:o 4097:02:- | |
d:o 4152:06:- | |||
hierop 25 p:Cto verhoging | d:o 1038:01:08 | ||
komt | ƒ5190:07:08 | ||
bedraagd voor reecq: van den Capt:n Willem Udemans voor zijn 2/3 | ƒ3460:05:- | ||
en den Cap:n Lieut:nt Johannes van der Plas voor 1/3 | d:o 1730:02:08 | ||
Sommeerd als boven | ƒ5190:07:08 |
Nederl: geld | DuCat:s van 66 Stv:s nederl:geld | Indiasch geld van 80 Stv:s p:r DuC:tn | |
31 p:s Jaty planken met 2 Capit: advans | ƒ23:14:08 | 7 25/132 | ƒ28:15:- |
40 bossen bindrotting teg:s 1/2 Capit:l advans | d:o 21:16:08 | 6 81/132 | d:o 26:09:- |
34142 lb rijst tegens marktprijs a 4 1/2 rd:s het C:to lb | 1024 18/66 | d:o 4097:02:- | |
d:o 4152:06:- | |||
hierop 25 p:Cto verhoging | d:o 1038:01:08 | ||
komt | ƒ5190:07:08 | ||
bedraagd voor reecq: van den Capt:n Willem Udemans voor zijn 2/3 | ƒ3460:05:- | ||
en den Cap:n Lieut:nt Johannes van der Plas voor 1/3 | d:o 1730:02:08 | ||
Sommeerd als boven | ƒ5190:07:08 |
Terwijl deselve overheeden daar en tegen voor het geene op de arak, waskaarssen , wax, Cattoen, Peeper en Zuijker minder dan de gepermitteerde afschrijving dicteerd is te kort gekomen op hunne Soldy reekening het volgende zal werden te goed gedaan als
Nederl: geld | DuCatons van 66 Stv:s Ned: geld | Indias geld van 80 stv:s p:r duCaton | |
734 Cann: arak zijnde 1 9/16 p:rC:to ruijm tegens uitkoops prijs | ƒ317:16:- | duC 96 20/66 | ƒ385:04:08 |
135 lb wax kaarssen tegens 1/2 Cap:l advans | d:o 176:14:- | d:o 53 36/66 | d:o 214:03:08 |
15 d:o wax tegens 1/2 Cap:l advans | d:o 14:03:- | d:o 4 19/66 | d:o 17:03:- |
60 d:o Cattoene garen sijnde 2 prC:to tegens 1/2 Cap:l advans | d:o 15:16:08 | d:o 4: 115/132 | d:o 19:03:08 |
60 d:o peeper mede 2 pC:to tegens 1/2 Cap:l advans | |||
1568 d:o poeder Zuiker als 1507 lb Sijnde de gevaliderde 3 pC:to op 5023 lb 61 d:o aan overwigt 1568 lb poeder Zuijker teegens uijtkoops prijs | d:o 274:08:- | d:o 83: 16/66 | d:o 332:12:- |
146 lb Candij Zuijker als 120 lb sijnde de gevalideerde 3 pC:to op 4025 lb 26 d:o aan overwigt 146 lb Candij Suijker tegens 1/2 Capitaal advans | d:o 30:01:08 | d:o 9 15/132 | d:o 36:09:- |
Telt te Samen | ƒ1018:17:- | ||
Oversulx voor reek: van voorn:de Capitain Udemans voor 2/3 | d:o 679:04:08 | ||
Voor die van den Capitain Lieutenant van der Plas voor 1/3 | d:o 339:12:08 | ||
komt als voren | ƒ1018:17:- |
Nederl: geld | DuCatons van 66 Stv:s Ned: geld | Indias geld van 80 stv:s p:r duCaton | |
734 Cann: arak zijnde 1 9/16 p:rC:to ruijm tegens uitkoops prijs | ƒ317:16:- | duC 96 20/66 | ƒ385:04:08 |
135 lb wax kaarssen tegens 1/2 Cap:l advans | d:o 176:14:- | d:o 53 36/66 | d:o 214:03:08 |
15 d:o wax tegens 1/2 Cap:l advans | d:o 14:03:- | d:o 4 19/66 | d:o 17:03:- |
60 d:o Cattoene garen sijnde 2 prC:to tegens 1/2 Cap:l advans | d:o 15:16:08 | d:o 4: 115/132 | d:o 19:03:08 |
60 d:o peeper mede 2 pC:to tegens 1/2 Cap:l advans | |||
1568 d:o poeder Zuiker als 1507 lb Sijnde de gevaliderde 3 pC:to op 5023 lb 61 d:o aan overwigt 1568 lb poeder Zuijker teegens uijtkoops prijs | d:o 274:08:- | d:o 83: 16/66 | d:o 332:12:- |
146 lb Candij Zuijker als 120 lb sijnde de gevalideerde 3 pC:to op 4025 lb 26 d:o aan overwigt 146 lb Candij Suijker tegens 1/2 Capitaal advans | d:o 30:01:08 | d:o 9 15/132 | d:o 36:09:- |
Telt te Samen | ƒ1018:17:- | ||
Oversulx voor reek: van voorn:de Capitain Udemans voor 2/3 | d:o 679:04:08 | ||
Voor die van den Capitain Lieutenant van der Plas voor 1/3 | d:o 339:12:08 | ||
komt als voren | ƒ1018:17:- |
Vervolgens door den Heer Secunde en Hoofdadministrateur Pieter Hacker overgelegd zynde d’ onderstaande memorie
Aan den Wel Edele Gestrenge Heere Cornelis Jacob van de Graaff, Gouverneur & Directeur van Cabo de goede Hoop en resorte van dien &:a &:a &:a benevens den E Agtb: Politicque Raad
‘Wel Edele Gestrenge Heer en E. Achtbare Heeren’
‘Den ondergeteekende Hoofd administrateur deeses Gouvernements heeft de Eer Uwel Edele Gestrenge en E Achtbare te kennen te geven dat door den Dispensier alhier, een en andermaal op de quantiteit der Successive van Batavia herwaards gezonden ontfangen Zuijker, niet tegenstaande de gepermitteerde afschrijving van 2 pC:tos volgens d’ ordre, dan eens tusschen de 2 en 3000 lb en weder op andere tijden meer en min is te kort gekomen, waaromtrent eenlijk onseekere gissingen konnen worden gemaakt, Dan thans bij den ontfangst der laast p:r het Provisie Schip Trompenburg aangebragte Zuijker ontwaard zijnde, dat volgens factuur, de Tarra van ieder halve Canasser was genomen, slegts op 10 lb daar nogthans bevorens deselve Zoort de Tarra op 15 lb ieder, alhier plagt te worden aanbereekend, makende alzoo op 199 p:s halve Canassers laast aangebragt een verschil van 995 lb minder bereekende Tarra; zijn derhalven tot 6 p:s dier Canassers door de ordinaire geCommitteerdens, blijken nevensleggende door hun verleende verklaring, ten overstaan van den Capitain van gem: Bodem Trompenburg , d’ E: Willem Udemans Ledig gemaakt, behoorlijk gewogen en bevonden dat deselve in Steede van 10 lb ieder, de volgende Zwaarte hadden als 1 van 18 lb, 1 d:o 20, 2 p:s ieder 24 lb, 1 d:o 25 lb en 1 d:o 27 lb,’
‘Zulks wanneer de gemelde Canassers door malkanderen ieder op 23 lb Tarra bereekend wordende, deselve Tarra in plaatse van 1990 lb alzo zoude komen te bedragen 4577 lb ‘t welk zonder hieromtrent behoorlijk redres te maken, dewyl het grootste gedeelte aan Randsoen en pond voor pond word toegewogen dienvolgens groot verlies veroorsaken moet.’
‘Waarom den ondergeteekende, uijt aanmerking van het vorenstaande, ter voorkoming van verder nadeel onder approbatie van Uwel Edele Gestr: en E. Agtbarens vermeend dat de Tarra van voorsz: 199 p:s Halve Canassers, ieder op 23 lb bereekend en van het ontvangen bruto gewigt zijnde 52222. lb afgetrokken, al zo bij de Negotie boeken alhier behoord ingenomen en deswegens vervolgens de wel Edele Hoog Agtbare Heeren der Hoge Indiasche Regeeringe de verschuldigde kennis gegeeven te worden.’
’/:onderstond:/’
‘Wel Edele Gestrenge Heer en E. Agtbare Heeren, Uwel Edele Gestr: en E. Agtbarens zeer ootmoedige Dienaar/:was geteekend:/ P: Hacker /:In Margine :/ Int Casteel de goede Hoop den 27: Maart 1786.’
Is na resumptie van deselve goedgevonden en verstaan opged: Heer Hoofdadministrateur te qualificeeren, om na dat de nevens opged: memorie overgelegde verklaringe der ordinaire geCommitteerdens alvorens zal wesen gerecolleerd en beEedigd, de Tarra op ieder halve Canasser Zuijker te Stellen op 23 ponden door malkanderen geslagen en dies volgens de bereekening, het netto gewigt van de Zuijker p:r het voorwaards gemelde provisie Schip Trompenburg aangebragt, by de Negotie Boeken dezes Gouvernements in te nemen, en waar van dan ook onder oversendinge eener Copie der voorsz: memorie en annexe Verklaring aan haar Wel Edele Groot Agtb:e de Heeren der Hoge Indiasch Regeering kennisse zal werden gegeven.
Aldus Geresolveerd ende G’arresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet ret. en secrets.
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 69-78.¶
Vrydag den {17860331} 31 Maart 1786.
alle præsent behalven den heer Collonel Robbert Gordon.
Wierd door den Capitain van het aanweesend deensch Comp:s retour Schip de Kroonprins overgeleeverd het volgende request luijdende
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur van Cabo de goede Hoop en den resorte van dien &:a &:a &:a benevens den E Achtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en Ed: Agtb: Heeren!’
‘Den ondergeteekende Capitain Imanuel Nicolaas Junge, voerende het ter rheede alhier vertoevend deensch Asiatisch Comp:ie retour Schip de Kroonprins , neemd de vreijheijd Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: Eerbiediglijk voortedragen:’
‘Hoe hij Supp:lt by desselfs aankomst ter deeser plaatse het ongeluk heeft gehad dat wanneer uit hoofde der fel waaijende Z: O:te wind, onder ‘t Robben Eijland zagt ten anker te gaan, desselfs voorsz: Bodem aldaar aan de grond is geraakt, en niet dan na eenige dagen tijds en veele moeijte wederom vlot heeft kunnen werden en ter Caabsche rheede opkomen, alwaar hy in dusdanige Slegte Situatie g’arriveerd is, dat ofschoon niet noodzakelijk is geoordeeld het Schip te doen lossen en kielen, hij egter met reeden veele Zwarigheyd maakt om in dien staat de rijze naar Europa ten minsten alleen verder voort te zetten.’
‘Dat hy Supp:lt ter dier oorsake zig direct heeft geadddresseerd by den het meede hier vertoevend Comp:s Schip zijner natie, genaamt Mars , Commandeerende Capitain Diederik Bagge, ten eijnde van deselve de nodige adsistentie voor de verdere voijage te bekomen, en deselve in geseldschap van dien bodem te vervolgen, dog dat ongelukkiglijk dat Schip, als reeds eene reyse van Twee Jaaren gedaan hebbende, zelve in een zeer Soberen toestand en ten eenemaal buiten Staat is om in tyd van nood aan des Supp:lts bodem de vereyschte adsistentie toe te brengen, zynde in de eerste plaatse ontbloot van bequaame vaartuijgen, die in Cas van onverhoopte ramp op zee ter redding der Equipagie zoude kunnen dienen als meede van ankers, touwen en andere noodwendigheden van die natuur, welke hem in Staat zouden kunnen Stellen, om gemerkt het aannaderend winter saisoen, hier ter rheede de reysvaardigheid van des Supp:lts onderhebbenden bodem af te wagten, zonder dat ‘er geleegendheid is om ten deesen gouvernement thans met het een of ander te kunnen werden gerieft en dat evengem: bodem Mars oversulx alle mogelijke Spoed maakt om zelve van hier te vertrekken em onmogelijk zo lang vertoeven kan, tot dat het Schip van den Supp:lt maar eenigsints in Staat zal zyn gebragt om meede te Zeylen.’
‘den Supp:lt zig dus in groote verleegentheyd bevindende en niets onbeproefde willende laten om waare het mogelijk desselfs meerm: bodem aan geen verdere gevaar bloot te Stellen, Verstout zig zyne toevlugt te nemen tot Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: ootmoedig versoekende dat ‘t deselve gracieuselijk gelieven te behagen hem en deesen eenige adsistentie te verleenen en hem toe te Staan om in geseldschap der Eerst van hier te vertrekkenstaande hollandsche retour Scheepen desselfs reijze te mogen Continueeren, en dat hij door deselve Schepen geconvoijeerd moge werden tot op d’ Europeesche kusten, kunnnende hy Uwel Edele Gestr: en E Agtb:s verzeekeren dat zyn Supp:lt Schip zeer goed bezeyld zijnde en geen Zwarigheijd is te vreesen, dat hetselve op die reyze eenige vertraging hoegenaamd aan’t Convooij Staat toe te brengen.’
‘Waar en boven hy Supp:lt de vrijheijd neemt Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: te betuijgen, dat door deese assistentie, zo wel eene buijtengewone gunst aan hem, als een bijzondere dienst aan de Wel Edele Groot Agtb: Heeren Bewindhebberen zyne Meesteren zal werden beweesen, die hy zig verzeekert houd dat deselve bij alle geleegentheeden omtrent de Scheepen der Nederlandsche maatschappije gaaren zullen reciproceeren.’
‘Terwijl hy Supp:lt laatstelijk nog de vrymoedigheyd neemt Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: in Consideratie te geven, de goede vriendschap en verstandhouding tusschen zyne koningl: Deensche Majesteit en de Nederlandsche Republicq Subsisteerende en te Suppliceeren dat Sulx principalijk moge Strekken tot appuij van het in deesen gedaan versoek en dat hetselve ter dier oorsake niet mag werden geweesen van de hand’
’/: onderstond :/’
‘’T welk doende &:a /: was geteek:d :/ J: N: Junge /:in Margine :/ Cabo de goede Hoop den 29:e Maart 1786.’
Waar over by den Heere Gouverneur ingenomen zynde het advijs van den Equipagiemeester en andere Zeekundigen, dewelke Sustineerden dat vermits het voorsz: Schip reeds oud was en daarenboven door het lang aan de grond zitten bij het robben Eijland , veel zal hebben geleeden, de Scheepen der E Comp:s grotelijx in hunne reyze zouden werden vertraagd, wanneer deselve verpligt wierden dien Bodem onder hun Convooij te nemen, en zig bij denselven te blyven ophouden. En dat daarby de onzeekerheyd van de aan het gem: Schip geleedene Schade, het geen den Capitain zelve aanspoord om zodanige maatregulen te nemen als zouden kunnen dienen om des noods d’ Equipagie te redden, ook moet doen dugten, dat wanneer het ongemak zig op de reyze quam te openbaren, en van zulk een gewigt bevonden wierd, dat door de Scheepen der E. Comp:ie de nodige hulpe aan dien Bodem Zoude moeten werden toegebragt, hier door Zeekerlijk eene groote belemmering voor deselve Comp:ie kostbaare kielen in hunne rheise zoude werden veroorzaakt.
Zoo is het gemelde request en de voorsz: Remarques by de Heeren Leeden in omvraag gebragt zynde na overweging goedgevonden voor appostille daarop te verleenen, dat om de bovengemelde reedenen in het gedaan versoek niet kan werden getreeden, maar dat niet te min aan den Supp:lt werd gepermitteerd met zijn onderhebbenden bodem ‘S Compagnies retour Scheepen by hun vertrek zodanig te volgen, als hy vermeenen zal hem dienstig te zijn, om ingevalle van nood van deselve t’ erlangen alle adsistentie die na tijds omstandigheeden zal kunnen werden verleend.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet rt. en secrets.
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 79-106.¶
Dingsdag den {17860404} 4 April 1786.
‘S voormiddags alle præsent
Wierd door den Heer Hoofd Administrateur Pieter Hacker ingedien het kort vertoog der Lasten dezes Gouvernements gedurende dit boekjaar 1784-5 nevens die van ‘S Jaars bevorens ofte A:is 1783-4. dewelke bedragen als volgd te weeten.
d'A:is 1784-5 | d' A:is 1783-4 | |
Onkosten van Scheepen | ƒ215238:16:- | ƒ240788:-:08 |
'T Nieuwe Hospitaal | d:o 4614:-:08 | -:-:-: |
Trein en Oorlogs Onkosten | d:o 64945:10:08 | 82434:01:08 |
Onkosten aan de Hulp Troupen | -:-:- | 249235:18:08 |
'T Regiment de Meuron | d:o 296241:04:- | 320075:19:- |
Randsoenen Ordinair | d:o 105429:09:08 | 117514:16:- |
Onkosten Ordinair | d:o 68188:01:08 | 62198:11:- |
Onkosten Extra Ordinair | d:o 9809:12:08 | ƒ9475:-:08 |
Timmeragie en Reparatie | d:o 41471:-:- | 55708:04:- |
Fortificatiën | d:o 182370:13:08 | 202308:10:- |
Onkosten van LyfEijgenen | d:o 41471:07:08 | 32102:02:08 |
'T Hospitaaal | d:o 23299:17:- | 14701:04:08 |
Reekening van Condemnatie | d:o 3603: 15:08 | 3910:03:08 |
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaartuijgen | d:o 11232:12:08 | 12688:07:08 |
Soldijen aan Land | d:o 161498:04:08 | 193103:17:- |
Scheeps Zoldijen | d:o 16728:11:08 | 29449:19:08 |
Reekening van Intrest | d:o 33405:12:08 | 34754:04:- |
'T Legioen van Waldener | -:-:- | 3767:13:- |
'T Regiment Luxemburg | d:o 5207:14:08 | 27290:16:- |
Somma | ƒ1284912:03:08 | ƒ1691507:08:08 |
d'A:is 1784-5 | d' A:is 1783-4 | |
Onkosten van Scheepen | ƒ215238:16:- | ƒ240788:-:08 |
'T Nieuwe Hospitaal | d:o 4614:-:08 | -:-:-: |
Trein en Oorlogs Onkosten | d:o 64945:10:08 | 82434:01:08 |
Onkosten aan de Hulp Troupen | -:-:- | 249235:18:08 |
'T Regiment de Meuron | d:o 296241:04:- | 320075:19:- |
Randsoenen Ordinair | d:o 105429:09:08 | 117514:16:- |
Onkosten Ordinair | d:o 68188:01:08 | 62198:11:- |
Onkosten Extra Ordinair | d:o 9809:12:08 | ƒ9475:-:08 |
Timmeragie en Reparatie | d:o 41471:-:- | 55708:04:- |
Fortificatiën | d:o 182370:13:08 | 202308:10:- |
Onkosten van LyfEijgenen | d:o 41471:07:08 | 32102:02:08 |
'T Hospitaaal | d:o 23299:17:- | 14701:04:08 |
Reekening van Condemnatie | d:o 3603: 15:08 | 3910:03:08 |
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaartuijgen | d:o 11232:12:08 | 12688:07:08 |
Soldijen aan Land | d:o 161498:04:08 | 193103:17:- |
Scheeps Zoldijen | d:o 16728:11:08 | 29449:19:08 |
Reekening van Intrest | d:o 33405:12:08 | 34754:04:- |
'T Legioen van Waldener | -:-:- | 3767:13:- |
'T Regiment Luxemburg | d:o 5207:14:08 | 27290:16:- |
Somma | ƒ1284912:03:08 | ƒ1691507:08:08 |
Uijt welkers t’zamen trekking is komen te consteeren dat de lasten in’t generaal dezen Jare ƒ406595:5:8 minder als A:o pass:o hebben gerendeert een ieder lastpost op zig zelven ‘t volgende meer of minder heeft bedragen als.
meerder | minder | |
Onkosten van Scheepen sommeerd in dit Boekjaar meerder als A:o pass:o Schoon het getal der gepasseerde kielen bijna gelyk Staat, allen veroorzaakt door de Slegte Staat waarin zig de Scheepen Catwijk aan Rhijn en 't Huijs te Spijk hebben bevonden tot welkers reparatie buijten gemene kosten zyn aangewend, het welk dit Boekjaar geen plaats gehad hebbende eene minderheid Vertoon van | -:-:- | 25549:04:08 |
'T Nieuwe Hospitaal welkers opbouw thans beloopt ƒ376905:11: zou veel hoger zyn gesteegen indien niet van de generale Lasten dezer Stigting ten bedrage van ƒ24965:16:8: volgens Politicq Raads besluit Sub dato [ ..... ] deezer was afgeschreeven ƒ20351:16: op reekening van Trein en Oorlogs onkosten, aangezien de arbeiders tot dies opbouw voor handen en de Slaven tot dat einde in huur daar aan niet gearbeid hebben, maar tot andere nodige werken gebeezigd zijn, dan aangezien verscheide benodigtheeden aan gem: Huijs geduurende dit Boekjaar zyn verstrekt, zo blijkt op dies Reekening eene meerdere belasting als A:o pass:o van | 4614:-:08 | -:-:- |
Trein en Oorlogs Onkosten belopen dit boekjaar minder als A:o pass:o uit hoofde dat de Mattrosen van de veroverde Scheepen een gedeelte van het zelve ten lasten dezen Reekening zijn onderhouden mitsg: door het afdanken van eenige Commandos zo inde Hout baaij als elders en eindelijk door de mindere overschrijving van 't Nieuwe Hospitaal | -:-:- | 17488:11:- |
Onkosten aan de Hulp Troupen van zyn aller Christelijkste Majesteit het vertrek van 't Regiment Pondicherij inde Maand April 1784. heeft bij de nieuwe Boeken deze last Reekening vernietigd en dus eene minderheid in de Lasten veroorzaakt van | -:-:- | 249235:18:08 |
'T Regiment de Meuron minder als in't voorige Boekjaar uit hoofde dat in't zelve aan ieder Soldaat van dat Corps ander half brood en in het teegenwoordige Slegts een 'S weeks is uitgereikt, mitsg:s door de onkosten in A:o 1783-4 Veroorzaakt door het maken van diversse Arthillerie en andere behoeftens, en een gelijk door eene aanzienlijke minderheid van Impotenten waar uit eene minderheid van provisiën &:a is gesproten, en dus een Vermindering van | -:-:- | 23834:15:- |
Randsoenen Ordinair de Exhorbitante duurte der in't voorleeden Jaar ingekogte en verstrekte Rijst, en de uitreiking van wijn in steede van Bier tot randsoen aan 'S Compagnies Dienaren, het welk door den aanvoer van beide Articuls dit afgelopen Jaar geen plaats gehad heeft, hebben deeze Reekening doen dalen | -:-:- | 12085:06:08 |
Onkosten Ordinair meerder als A:o pass:o ten groten deele veroorzaakt door het verstrekken van Snaphanen en wapenrusting aan het opgerecht Jager Corps en de in't Battaillon dienst doende Cadetten | 5989:10:08 | -:-:- |
Onkosten Extra Ordinair de klyne verhoging van deze Lastpost is alleen veroorzaakt door de in de Maand October Verstrekte 1000 lb Bussekruit aan de Veld Commandanten en Wagtmeesters der wijd afgeleegene Districten ter resistentie der rovende Hottentotten en Bosjesmans | 334:12:- | -:-:- |
Timmeragie en Reparatie deeze last reekening is aanzienlijk vermindert door dat in't Jaar 1783-4 de Nieuwe Kruitkelder agter de grote Batterij is voltooijd en dus in dit boekjaar een veel mindere quantiteit Kalk en andere Bouwmaterialen is verbruikt | -:-:- | 14237:04:- |
Fortificatiën is verminderd door dat in't voorleedene Boekjaar ten Lasten deezer Reekening is gebragt de Pallissaden en Batterij Planken door de Fransche Administrateurs van Mauritius herwaards gezonden | -:-:- | 19937:16:08 |
Onkosten van 'S Comp:s LijfEijgenen de vermeerdering van deeze Reekening Spruit de verstrekte provisiën en kleeding, zo aan 216 Slaven p: Schip de Meermin aangebragt als aan 382 Stux ten voordeele van d' E Comp:ie alhier ingekogt en verkogt | 9434:05:- | -:-:- |
'T Hospitaal mede meerder als A:o pass:o door het meerder aantal zieken dat in dit afgelopen boekjaar ten Hospitale zijn g'alimenteerd geworden | 8598:12:08 | -:-:- |
Reekening van Condemnatie is door't afgaan van 10 gecondemneerdens op't Robben Eijland vermindert met | -:-:- | 306:08:- |
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaartuigen zyn dit boekjaar verminderd door dien in't voorgaande vijf Lands Boots zijn onderhouden en door het verongelukken van een derselve thans maar Vier ten lasten deezer Reekening zyn geweest | -:-:- | 1364:15:- |
Soldijen aan Land minder als in't voorleedene Boekjaar Spruitende uit de minder verstrekte monteering van dit Jaar als A:o pass:o ten bedragen van ƒ29675:4:8 de mindere vestrekking van goede Maanden 6084:10: teld ƒ35759:14:8 Waarvan afgaat de meerderheid der verteerde heele gagie d:o 4145:2: vertoond overzulx een minderheid van | -:-:- | 31605:12:08 |
Scheeps Soldijen mede minder als A:o pass:o ontstaande zo door de mindere uitgereikte goede Maanden als de mindere heele verteerde Gagie ten bedragen van | -:-:- | 12721:08:- |
Reekening van Intrest het aflossen van eenige Capitalen in voorgaande Jaren genegotieerd hebben deeze Reekening vermindert met | -:-:- | 1348:11:08 |
'T Legioen van Waldener van dit Corps gedurende het afgeloopene boekjaar geen recruten gepasseerd zijnde is deze reecq: vernietigd en brengd dus een minderheid in de Lasten van | -:-:- | 3767:13:- |
'T Regiment van Luxemburg vertoond een mindere belasting als A:o pass:o alleen te weege gebragt door de minderheid van Recruten bij hun passagie alhier van't nodige verzorgd | -:-:- | 22083:01:08 |
Somma | ƒ28971:-:08 | ƒ435566:05:08 |
meerder | minder | |
Onkosten van Scheepen sommeerd in dit Boekjaar meerder als A:o pass:o Schoon het getal der gepasseerde kielen bijna gelyk Staat, allen veroorzaakt door de Slegte Staat waarin zig de Scheepen Catwijk aan Rhijn en 't Huijs te Spijk hebben bevonden tot welkers reparatie buijten gemene kosten zyn aangewend, het welk dit Boekjaar geen plaats gehad hebbende eene minderheid Vertoon van | -:-:- | 25549:04:08 |
'T Nieuwe Hospitaal welkers opbouw thans beloopt ƒ376905:11: zou veel hoger zyn gesteegen indien niet van de generale Lasten dezer Stigting ten bedrage van ƒ24965:16:8: volgens Politicq Raads besluit Sub dato [ ..... ] deezer was afgeschreeven ƒ20351:16: op reekening van Trein en Oorlogs onkosten, aangezien de arbeiders tot dies opbouw voor handen en de Slaven tot dat einde in huur daar aan niet gearbeid hebben, maar tot andere nodige werken gebeezigd zijn, dan aangezien verscheide benodigtheeden aan gem: Huijs geduurende dit Boekjaar zyn verstrekt, zo blijkt op dies Reekening eene meerdere belasting als A:o pass:o van | 4614:-:08 | -:-:- |
Trein en Oorlogs Onkosten belopen dit boekjaar minder als A:o pass:o uit hoofde dat de Mattrosen van de veroverde Scheepen een gedeelte van het zelve ten lasten dezen Reekening zijn onderhouden mitsg: door het afdanken van eenige Commandos zo inde Hout baaij als elders en eindelijk door de mindere overschrijving van 't Nieuwe Hospitaal | -:-:- | 17488:11:- |
Onkosten aan de Hulp Troupen van zyn aller Christelijkste Majesteit het vertrek van 't Regiment Pondicherij inde Maand April 1784. heeft bij de nieuwe Boeken deze last Reekening vernietigd en dus eene minderheid in de Lasten veroorzaakt van | -:-:- | 249235:18:08 |
'T Regiment de Meuron minder als in't voorige Boekjaar uit hoofde dat in't zelve aan ieder Soldaat van dat Corps ander half brood en in het teegenwoordige Slegts een 'S weeks is uitgereikt, mitsg:s door de onkosten in A:o 1783-4 Veroorzaakt door het maken van diversse Arthillerie en andere behoeftens, en een gelijk door eene aanzienlijke minderheid van Impotenten waar uit eene minderheid van provisiën &:a is gesproten, en dus een Vermindering van | -:-:- | 23834:15:- |
Randsoenen Ordinair de Exhorbitante duurte der in't voorleeden Jaar ingekogte en verstrekte Rijst, en de uitreiking van wijn in steede van Bier tot randsoen aan 'S Compagnies Dienaren, het welk door den aanvoer van beide Articuls dit afgelopen Jaar geen plaats gehad heeft, hebben deeze Reekening doen dalen | -:-:- | 12085:06:08 |
Onkosten Ordinair meerder als A:o pass:o ten groten deele veroorzaakt door het verstrekken van Snaphanen en wapenrusting aan het opgerecht Jager Corps en de in't Battaillon dienst doende Cadetten | 5989:10:08 | -:-:- |
Onkosten Extra Ordinair de klyne verhoging van deze Lastpost is alleen veroorzaakt door de in de Maand October Verstrekte 1000 lb Bussekruit aan de Veld Commandanten en Wagtmeesters der wijd afgeleegene Districten ter resistentie der rovende Hottentotten en Bosjesmans | 334:12:- | -:-:- |
Timmeragie en Reparatie deeze last reekening is aanzienlijk vermindert door dat in't Jaar 1783-4 de Nieuwe Kruitkelder agter de grote Batterij is voltooijd en dus in dit boekjaar een veel mindere quantiteit Kalk en andere Bouwmaterialen is verbruikt | -:-:- | 14237:04:- |
Fortificatiën is verminderd door dat in't voorleedene Boekjaar ten Lasten deezer Reekening is gebragt de Pallissaden en Batterij Planken door de Fransche Administrateurs van Mauritius herwaards gezonden | -:-:- | 19937:16:08 |
Onkosten van 'S Comp:s LijfEijgenen de vermeerdering van deeze Reekening Spruit de verstrekte provisiën en kleeding, zo aan 216 Slaven p: Schip de Meermin aangebragt als aan 382 Stux ten voordeele van d' E Comp:ie alhier ingekogt en verkogt | 9434:05:- | -:-:- |
'T Hospitaal mede meerder als A:o pass:o door het meerder aantal zieken dat in dit afgelopen boekjaar ten Hospitale zijn g'alimenteerd geworden | 8598:12:08 | -:-:- |
Reekening van Condemnatie is door't afgaan van 10 gecondemneerdens op't Robben Eijland vermindert met | -:-:- | 306:08:- |
Onkosten van Chaloupen en mindere Vaartuigen zyn dit boekjaar verminderd door dien in't voorgaande vijf Lands Boots zijn onderhouden en door het verongelukken van een derselve thans maar Vier ten lasten deezer Reekening zyn geweest | -:-:- | 1364:15:- |
Soldijen aan Land minder als in't voorleedene Boekjaar Spruitende uit de minder verstrekte monteering van dit Jaar als A:o pass:o ten bedragen van ƒ29675:4:8 de mindere vestrekking van goede Maanden 6084:10: teld ƒ35759:14:8 Waarvan afgaat de meerderheid der verteerde heele gagie d:o 4145:2: vertoond overzulx een minderheid van | -:-:- | 31605:12:08 |
Scheeps Soldijen mede minder als A:o pass:o ontstaande zo door de mindere uitgereikte goede Maanden als de mindere heele verteerde Gagie ten bedragen van | -:-:- | 12721:08:- |
Reekening van Intrest het aflossen van eenige Capitalen in voorgaande Jaren genegotieerd hebben deeze Reekening vermindert met | -:-:- | 1348:11:08 |
'T Legioen van Waldener van dit Corps gedurende het afgeloopene boekjaar geen recruten gepasseerd zijnde is deze reecq: vernietigd en brengd dus een minderheid in de Lasten van | -:-:- | 3767:13:- |
'T Regiment van Luxemburg vertoond een mindere belasting als A:o pass:o alleen te weege gebragt door de minderheid van Recruten bij hun passagie alhier van't nodige verzorgd | -:-:- | 22083:01:08 |
Somma | ƒ28971:-:08 | ƒ435566:05:08 |
Gelijk mede uit het voorsz: Vertoog is komen te consteeren, dat de Reekening van Winsten en verlies dit Boekjaar heeft bedragen als volgd
d'A:is 1784-5 | d'A:is 1783-4 | ||||
Winst en Verlies | ƒ82747:02:08 | ƒ348215:17:08 | Winst en Verlies | ƒ65558:02:08 | ƒ287492:02:08 |
'S Lands Inkomsten | ƒ265468:15:- | 'S Lands Inkomst: | ƒ221934:-:- |
d'A:is 1784-5 | d'A:is 1783-4 | ||||
Winst en Verlies | ƒ82747:02:08 | ƒ348215:17:08 | Winst en Verlies | ƒ65558:02:08 | ƒ287492:02:08 |
'S Lands Inkomsten | ƒ265468:15:- | 'S Lands Inkomst: | ƒ221934:-:- |
Hebbende de Winsten en S Lands Inkomsten overzulx dit Boekjaar meerder als in’t gepasseerde opgeleeverd een Somma van ƒ60723:15:-
Welke meerderheid is heenkomende door de meerdere quantiteit verkogte IJzer en het advance dat op een parthij LijfEijgenen die per publicque Vendutie zyn verkogt, is behaald geworden.
Terwijl het meerder bedragen van ‘S Lands Inkomsten is voortspruitende door het meerder Rendement der Pagtpenningen ten bedrage van circa ƒ3400: als meede de meerderheid van nog eenige Posten, die deeze Reekening insgelijx formeeren als de betaalde Heeren Geregtigheeden voor verkogte vaste goederen, Recognitie van opgebragte wijnen &:a waar en teegen egter de Recognitie voor uitgegeevene Landrijen in Eijgendom de Verkogte Zeeguls &:a die een wijnig minder hebben gerendeert.
En is ten deezen belange verstaan opged: Heer Hoofd Administrateur te qualificeeren om met het Sluijten der boeken te doen voortgaan, tot welkers Examinatie vermits het ontslag en aanstaande vertek van de Heer Adriaan van Schoor, als daartoe nevens den Heer M:r Jacobus Johannes le Sueur gesteld geweest zijnde thans weeder nevens gem: Heer le Suëur is gecommitteerd geworden, het mede Lidt dezer vergaderinge de Heer Tobias Christiaan Ronnenkamp
Bij de Heeren Leeden ter rondleesing geweest Zijnde de bij aankomst van den Bodem ‘T Duijfje op den 24 der jongst gepasseerde Maand Maart ontfangene zeer g’Eerbiedigde Missive van de Wel Edele Hoog Agtb: Heeren Seeventhienen in dato 23 November des gepasseerden Jaars, waaruit door meenigvuldige occupatiën thans alleen in overweeging heeft kunnen werden genomen het poinct rakende het project der Lading van het Ship de Kroon Prins van Pruijssen en de daar omtrend bij haar Edele Hoog Agtb: gemaakte aanmerkingen, is verstaan dat aan gemelde Heer Secunde Pieter Hacker en zo mede aan den E: Equipagiemeester Justinus van Gennep en den Negotie overdragen Casparus van Eerten, ieder zal werden afgegeeven Extract uit de voorsz: Missive voor zo verre de geme: Materie betrefd en dat dezelven daar bij zullen werden gelast elk voor zo verre het hem concerneerde, zo spoedig mogelijk en gem: Equipagiemeester van Gennep nog voor zijn vertrek van hier, dezen Rade daaromtrend nader te dienen van hun berigt, en zulx tot beetere Elucidatie van het geene hoogstgem: Heeren Meesteren komen te vorderen.
In aanmerkinge genomen zijnde dat uit hoofde van de onzeekere en Criticque omstandigheeden waar inne onze Republicq met opzigt tot de bestendigheid der Vreede steeds is verzeerende tot Vijligheid van ‘S Comp:s aanweesende en dagelijx nog verwagt werdende kostbare retour Bodems zeer veel zoude werden toegebragt, wanneer dezelve hare verdere Rheize van hier naar het Vaderland onder Convoij van ‘S Lands oorlog scheepen voortzetten mogten, is goed gevonden zulx aan den Capitain en Commandant van ‘S Lands Esquader den Heer Jacob Pieter van Braam bij Missive voor te dragen en daarbij te versoeken dat het van syn Ed: goedvinden mag zyn uit het Esquader een zodanig Convoij voor die Scheepen te bepalen, als zijn Ed: gevoeglijkst en bequaamst oordeelen zal, mitsg:s wijders dat wij mogen werden geinformeerd van den tijd op welke het vertrek van het te verleene Convoij uitterlijk zoude weezen bepaald, ten einde ‘S Comp:s Bodems in Staat zouden kunnen werden gesteld, om daar mede gelijktijdig van hier te vertrekken.
Nadien wyders uit een overgelegt Rapport van de Capitains der particuliere Scheepen de Negotie en de Twee Gezusters nopens de ingevolge aan hun opgedragenen Commissie gedane visitatie van de Boot van’t provisie Schip Trompenburg is komen te blijken dat de gem: Boot ten eenemaal afgevaren, en niet meer te repareeren zijnde vermits dezelve dus aan voorsz: Bodem ook van geen dienst zoude kunnen zijn, alhier zal moeten werden agtergelaten, is goedgevonden de voorsz: Boot af te leggen en te doen slopen.
En is vermits den gewonen tijd tot de opgaaf der Effecten deezer Coloniers begint aan te naderen, verstaan dezelve te laten geschieden op Saturdag den 29 deezer Maand April mitsg:s Maandag en Dingsdag den 1 en 2 der aanstaande Maand Maij en daarvan de nodige Billiëtten te doen affigeeren.
Door den Edelen Heere Gouverneur Vervolgens ter Vergaderinge overgelegd Zijnde een bij zyn Edele ontfangene brief van den aan de S:t Helena Baaij woonenden burger Jacobus Laubscher gedateerd den 26 der evengepasseerde Maand Maart waarbij denselven kennisse geeft dat ‘s daags te voren in de gem: Baaij ten anker was gekomen Een Engels Oorlogs Freguat zonder de Naam van hetzelve te noemen hetwelk na een reize van drie Maanden uit Bengalen en veele tegenspoeden geleeden te hebben waar door ook verhinderd was geworden, alhier ter Rheede of de Saldanha baaij binnen te lopen zig genoodzaakt had gevonden die baaij als het naast ter bereiking overig weezende te verkiesen, ten einde zig in’t uitterste gebrek aan Water te voorzien waar na indien het mogelijk was, aldaar het nodige water te bekomen voornemens was na S:t Helena voort te zeilen, dat gem: Laubscher over deeze vreemde verscheining, als hem niet bekend zijnde dat ooit te voren een Schip in de Baaij was geweest, verzogt te mogen worden gelast hoedanig zig in’t vervolg wanneer weder een Schip aldaar aankomen mogt zoude hebben te gedragen
Is daarop geconsidereerd hoe bezwaarlijk het voor de Scheepelingen Vallen zal om aldaar Versche water te bekomen alzo de Berg-Rivier die zig in de gem: Baaij ontlast, thans door de lang aanhoudende droogte niet meer afvloeit, en het geene tot op een zeer verren afstand van de mond dier Rivier landwaards in gevonden word, genoegzaam het zeewater in brakheid gelijk is
En dierhalven verstaan gemelde Laubscher doen aanschreiven dat ons bijzonder aangenaam is geweest de promptitude de door hem betragt, om spoedig narigt aangaande de verscheininge van gem: Bodem in voorsz: Baaij herwaards over te zenden En dat daar teegenwoordig de Vreede tusschen ons ende Engelsche Natie is hersteld hij wel gedaan heeft, van die Menschen tot Vervulling van hun gebrek te hebben laten tragten, om het nodig water te bekomen dog dewijl niet nodig is dat zodanige vreemde Natien die Baaij bezoeken om zig van andere Provisiën te voorzien hem gerecommandeerd werd, zo bij deze als alle andere zoortgelijke geleegendheeden wanneer die in het vervolg weder voorkomen mogten, te verhoeden dat de Vreemde Naties Scheepen geen provisiën erlangen ten einde dezelve zig genoodzaakt vinden ten spoedigsten weder van daar te vertrekken, en zo mede zo veel mogelijk te beletten, dat niemand van dezelve zig landwaards in begeeve.
Zijnde vervolgens ten versoeke van den provisioneel oppercoopman Titulair en Dispencier de Heer Tobias Christiaan Ronnenkamp besloten welgem: Heeren Majores onderdanigst te versoeken, dat op desselfs bij Request voor te dragen Versoek om de gagie en Emolumenten van Coopman favorabel mag werden gedisponeerd
Verders is het Præsidie der Weescamer als door het voorm: ontslag van den oppercoopman Titulair en Dispencier de Heer Adriaan Van Schoor open gevallen zijnde, provisioneel opgedragen aan den mede oppercoopman Titulair en Keldermeester de Heer M:r Jacobus Johannes Le Suëur
Vervolgens is geleezen het Request van den Chirurgijn Major bij het Guarnisoen alhier, den Medicinæ Doctor Hendrik le Suëur, tendeerende om desselfs zoon Frans Sebastiaan Valentijn le Suëur thans Cadet bij d’ Arthillerie per ‘S Lands Oorlog Schip Utrecht naar Neederland te mogen laten vertrekken, het geene aan denzelven is geaccordeert, des gem: Cadet le Suëur uit ‘S Comp:s dienst ontslagen zijnde zal desselfs gagie van heeden af werden afgeschreeven.
Op het mede bij geschrifte gedaan verzoek van den Adsistent Carel Christiaan Bernhardi, dat vermits hij door continueele indispositie zeedert eenige Maanden buiten staat was geweest, den dienst na behoren te verrigten, en uit dien hoofde op desselfs versoek syne winnende gagie heeft stil gestaan in hope dat hij wel weder de herstelling zyner gezondheid erlangen, en tot den dienst in staat geraken zoude, daar in teegendeel ondervonden had, dat alle tot nog toe gebruikte hulpmiddelen hem geene genezinge aanbragten en hij derhalven te rade was geworden, om zig na Europa te begeeven, ten einde misschien door de verandering van het Climaat daartoe te geraken, aan hem mogt werden gepermitteerd als sijn verbonden tijd behoorlijk uitgediend hebbende, met een van ‘S Comp:s retourscheepen behoudens qualiteit en gagie te repatrieeren is na overweeginge daar inne bewilligd en zal op’t verder verzogte van gem: Bernhardi de Hoog Gebiedende Heeren Majores onderdanigst werden verzogt dat aan denzelven als een Sujet van goede Conduiten zijnde en die alhier van syne nabestaande komt agter te laten indien inclineeren mogt weeder naar deeze plaatze te rug te keeren, daartoe goedgunstig Transport herwaards mag werden verleend.
Vervolgens is op de voordragt der Lutherschen Kerkenraad alhier den in Steede van bovengem: Heer Ronnenkamp tot Ouderling dier Gemeente verkorenen Clement Matthiesen Junior als zodanig g’approbeerd.
Eijndelijk geleezen zijnde de verzoek Schriften van de Heeren Dispencier Keldermeester en Pakhuijsmeester om te mogen genieten de ordinaire Jaarlijxe afschrijvingen op de goederen dewelke door haarlieden gedurende het voorleeden Boekjaar zijn verstrekt geworden, welke verzoekschriften aldus waren luidende.
‘Den Wel Edele Gestr: Heere Cornelis Jacob van de Graaff gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a benevens den E Agtb: Raad van Politie word Eerbiedig verzogt, dat aan den ondergeteekende Dispencier mag werden toegestaan de ordinaire afschrijving van de onderstaande goederen, dewelke door Spillagie, lekkagie, aanslaan der Muuren als anderzints onvermijdelijk in Een Jaar komen te ontstaan Namentlijk’
‘
325 1/8 | Mudde Tarwe op 14364 1/2 Mudde te weeten | |
194 3/8 Mud op 6480 5/8 mud over 't jaar gelegen hebbende a 3 pC; 157 3/4 d:o d:o 7883 7/8 d:o binnen 't jaar gelegen hebbende 2 pC | ||
5 3/4 | Mudd: Garst op 365 mudd: als | |
1 1/2 Mud op 77 5/8 mud over't jaar gelegen a 2 pC; 4 1/4 d:o d:o 287 3/4 d:o binnen het jaar gelgen a 1 1/2 pC:o | ||
1/8 | Mud gemeene Gort op 13 mudd: binnen 't jaar gelegen a 1 1/2 pC:o | |
20 3/4 | Mudd: Bonen op 415 1/2 Mudd: en | zynde 5 pC:t |
1243 | lb: Bonen op 24877: lb | zynde 5 pC:t |
4 3/4 | Mudd: Erwten op 318 3/4 mudd: te weeten | |
1/4 Mud op 15 1/2 mudd: over't Jaar a 2 pC:t; 4 1/2 d:o d:o 302 7/8 d:o binnen 't jaar a 1 1/2 pC:t | ||
5572 | lb Rijst op 185756 lb: zynde 3 pC:t | |
1031 | d:o Biscuit op 67579 lb: te weeten | |
74 lb: op 3721: lb: over't jaar gelegen a 2 pC:t; 957 d:o d:o 63858 d:o binnen't jaar gelegen d:o 1 1/2 pC: | ||
570 | lb Poeder Zuijker op 28507 lb: | zynde 2 pC:t |
8 | d:o Candij d:o d:o 411 d:o | zynde 2 pC:t |
10 | d:o Hop op 1009 lb: zynde 1 pC:t | |
30 3/4 | lb Peper op 1660 1/2 lb: te weeten | |
16 3/4 lb op 749 1/2 lb: over't jaar a 2 1/4 pC:t; 13 5/8 d:o d:o 911 d:o binnen 't jaar 1 1/2 pC:t | ||
19 | lb: Cattoene garen op 959 1/2 lb: over't jaar gelegen a 2 pC:t | |
50 3/8 | lb: Zeep Marseill op 2519 lb: zijnde 2 pC:t | |
9 | lb: Wasch gem: op 304 lb: | over't jaar a 3 pC:t |
1 | d:o Waschkaarssen d:o 42 d:o | over't jaar a 3 pC:t |
66 1/10 | kannen Olijven Olij op 1834 9/10 kannen te weeten | |
27 4/5 kannen op 556 7/10 kann: over't jaar a 3 pC:t; 38 3/10 d:o d:o 1278 1/5 d:o binnen't jaar a 5 pC:t | ||
16 4/5 | kannen klappus olij op 2045 kann: over't jaar 5 pC:t | |
102 1/5 | d:o Lijn olij 336 kann: over't jaar a 5 pC:t | |
138 4/5 | d:o Traan op 2777 d:o zynde 5 pC:t | |
416 | lb Padij op 20822 lb: binnen't jaar a 2 pC:t |
325 1/8 | Mudde Tarwe op 14364 1/2 Mudde te weeten | |
194 3/8 Mud op 6480 5/8 mud over 't jaar gelegen hebbende a 3 pC; 157 3/4 d:o d:o 7883 7/8 d:o binnen 't jaar gelegen hebbende 2 pC | ||
5 3/4 | Mudd: Garst op 365 mudd: als | |
1 1/2 Mud op 77 5/8 mud over't jaar gelegen a 2 pC; 4 1/4 d:o d:o 287 3/4 d:o binnen het jaar gelgen a 1 1/2 pC:o | ||
1/8 | Mud gemeene Gort op 13 mudd: binnen 't jaar gelegen a 1 1/2 pC:o | |
20 3/4 | Mudd: Bonen op 415 1/2 Mudd: en | zynde 5 pC:t |
1243 | lb: Bonen op 24877: lb | zynde 5 pC:t |
4 3/4 | Mudd: Erwten op 318 3/4 mudd: te weeten | |
1/4 Mud op 15 1/2 mudd: over't Jaar a 2 pC:t; 4 1/2 d:o d:o 302 7/8 d:o binnen 't jaar a 1 1/2 pC:t | ||
5572 | lb Rijst op 185756 lb: zynde 3 pC:t | |
1031 | d:o Biscuit op 67579 lb: te weeten | |
74 lb: op 3721: lb: over't jaar gelegen a 2 pC:t; 957 d:o d:o 63858 d:o binnen't jaar gelegen d:o 1 1/2 pC: | ||
570 | lb Poeder Zuijker op 28507 lb: | zynde 2 pC:t |
8 | d:o Candij d:o d:o 411 d:o | zynde 2 pC:t |
10 | d:o Hop op 1009 lb: zynde 1 pC:t | |
30 3/4 | lb Peper op 1660 1/2 lb: te weeten | |
16 3/4 lb op 749 1/2 lb: over't jaar a 2 1/4 pC:t; 13 5/8 d:o d:o 911 d:o binnen 't jaar 1 1/2 pC:t | ||
19 | lb: Cattoene garen op 959 1/2 lb: over't jaar gelegen a 2 pC:t | |
50 3/8 | lb: Zeep Marseill op 2519 lb: zijnde 2 pC:t | |
9 | lb: Wasch gem: op 304 lb: | over't jaar a 3 pC:t |
1 | d:o Waschkaarssen d:o 42 d:o | over't jaar a 3 pC:t |
66 1/10 | kannen Olijven Olij op 1834 9/10 kannen te weeten | |
27 4/5 kannen op 556 7/10 kann: over't jaar a 3 pC:t; 38 3/10 d:o d:o 1278 1/5 d:o binnen't jaar a 5 pC:t | ||
16 4/5 | kannen klappus olij op 2045 kann: over't jaar 5 pC:t | |
102 1/5 | d:o Lijn olij 336 kann: over't jaar a 5 pC:t | |
138 4/5 | d:o Traan op 2777 d:o zynde 5 pC:t | |
416 | lb Padij op 20822 lb: binnen't jaar a 2 pC:t |
’/:onderstond:/’
‘In’t Casteel de Goede Hoop Ultimo Augustus 1785. /:was geteekend:/ A: V: Schoor.’
Aan den wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a benevens den E Agtb: Raad van politie
‘Wel Edele Gestr: Heer & E Agtb: Heeren’
‘De ondergeteek: Pakhuijsmeester verzoekt Eerbiedig dat aan hem mag werden toegestaan de ordinaire afschrijvinge gedurende dit Boekjaar op de volgende goederen onvermijdelijk gevallen te weeten’
‘
Cramerijen | ||
14 | lb: Aluijn op 477 lb over't jaar gelegen hebbende a 3 pC:t | |
8 | d:o Lijm op 173 lb | a 5 pC:tos |
67 | d:o Stijsel op 1344 lb: | a 5 pC:tos |
Loot | ||
9 7/8 | lb plat op 7875 lb | a 1/8 pC:t |
17 | d:o Schuit d:o 13600 lb | a 1/8 pC:t |
Kooper | ||
11 1/8 | lb op 8999 1/2 lb a 1/8 pC:t | |
IJzer | ||
3408 | lb 227259 lb: a 1 pC:t over't jaar gelegen hebbende | |
Staal | ||
21 | lb: op 1400 lb d:o d:o d:o d:o | |
Spijkers | ||
413 | lb op 27589 lb d:o d:o d:o d:o | |
Verwen | ||
2 1/4 | lb: fijne op 77 lb | a 3 pC:t |
162 | d:o ges: grove op 5405 lb | a 3 pC:t |
Tabak | ||
28 3/4 | lb: op 965 lb a 3 pC:t |
Cramerijen | ||
14 | lb: Aluijn op 477 lb over't jaar gelegen hebbende a 3 pC:t | |
8 | d:o Lijm op 173 lb | a 5 pC:tos |
67 | d:o Stijsel op 1344 lb: | a 5 pC:tos |
Loot | ||
9 7/8 | lb plat op 7875 lb | a 1/8 pC:t |
17 | d:o Schuit d:o 13600 lb | a 1/8 pC:t |
Kooper | ||
11 1/8 | lb op 8999 1/2 lb a 1/8 pC:t | |
IJzer | ||
3408 | lb 227259 lb: a 1 pC:t over't jaar gelegen hebbende | |
Staal | ||
21 | lb: op 1400 lb d:o d:o d:o d:o | |
Spijkers | ||
413 | lb op 27589 lb d:o d:o d:o d:o | |
Verwen | ||
2 1/4 | lb: fijne op 77 lb | a 3 pC:t |
162 | d:o ges: grove op 5405 lb | a 3 pC:t |
Tabak | ||
28 3/4 | lb: op 965 lb a 3 pC:t |
’/:onderstond:/’
‘In’t Casteel de Goede Hoop ult:o aug:s 1785. /: was geteekend:/ O:G: de Wet.’
Zo is goedgevonden de minderheeden daarbij uitgedrukt als niet excederende bij de bovengemelde Negotie Boeken te laten afschrijven
Voorts is op de propositie van den Heere Gouverneur goedgevonden, omtrend de geene der Zeevarende en Militairen dewelken hun verbonden tijd uitgediend hebbende zoude kunnen repatrieeren op dien zelfden voet te werk te gaan als in het voorleeden Jaar en mits dien aan de zulke die zig op nieuw voor Een Jaar zullen engageeren thien en aan de geene die een nieuw verband voor drie Jaren aangaan willen Vijf en Twintig Rijxdaalders uit ‘S Compagnies Cassa tot een Douceur te doen betalen
Aldus Gedaan ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten daage en Jaare Voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet. rt. en secrets.
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 107-112.¶
Vrijdag den {17860407} 7 April 1786.
‘S voormiddags alle præsent
Bij de resp:ve Heeren Leeden des Raads in omvraag gebragt zijnde zeeker Request van den Schipper Barend Jansse Uffen voerende het Hollands particulier Schip de Vlugge Trekvogel , zynde dit versoekschrift van inhoud als volgd.
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a benevens den E Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren’
‘Geeft met allen Eerbied te kennen Barend Janssen Uffen, Schipper op het door d’ E Comp:ie ingehuurd Holl: part: retourschip de Vlugge Trekvogel :’
‘Hoe hij Supp:lt van Batavia Vertrokken weezende, zonder zig van meerder Victualie te hebben voorzien dan voor de Rheize na herwaards nodig was, zig thans inde volstrekte noodzakelijkheid bevind het voor de verdere Rheize gerequireerd proviant en wel principaal een quantiteit Brood alhier te moeten inkopen.’
‘Neemende hij Supp:lt overzulx de Vrijheid Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: nedrig te versoeken, dat het dezelve gelieven te behagen hem van ‘S Comp:s weegen tegens behoorlyke betaling, dan wel voor Reecq: sijner Rheeders te laten verstrekken na het getal der Manschappen syner Equipagie die compleet zijnde in 31 koppen komt te bestaan’
‘of dat ingevalle d E Comp:ie van ‘t een en ander niet genoegzaam mogt voorzien weezen, hem Supp:lt permissie mag werden verleend hetzelve bij particulieren in te kopen’
‘Boven het welke hij nog Suppliceerd, dat Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: van die goedheid gelieven te zijn hem te adsisteeren met 8 a 10 Coppen waaronder een Tweede Scheeps Timmerman ende zulks insteede zo van d’ overledene Manschappen zyner Equipagie als die welke hij door zware Indispositie genoodzaakt zal weezen ten Hospitale alhier agter te laten’
‘Hopende den Supp:lt dat Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: ingevolge den inhoud syne Charte partij het hem in deezen verzogte als van hoge noodzakelijkheid zynde niet zullen gelieven te refuseeren’
’/:onderstond:/’
‘’T welk doende &:a /:was geteekend:/ B: J: Uffen, /:in margine:/ Exhibitum den 4 April 1786.’
Soo is nadien den Heere Secunde en Hoofd Administrateur Pieter Hacker heeft betuigd dat ‘er geen mogelijkheid is om van ‘S Compagnies Voorraad ‘t zij Koorn ofte Meel iets te missen; eenpariglijk verstaan aan gemelde Schipper Uffen eenelijk permissie te verleenen om zig van de bij voorschreeve Request gespecificeerde en verzogte mondbehoeftens bij particuliere te voorzien zullende egter het tot den inkoop daarvan benodigt geld bij aldien daar mede verlangd gerieft te werden, ingevolge den inhoud sijner cherte parthije aan hem uit ‘S Comp: Cassa alhier werden verstrekt terwijl aan hem het verzogte getal van Manschappen zal werden bijgezet mits door de Rheeders derselver Gagiën na het geene zij bij de Comp:ie gewonnen hebben, voor den tijd dat dezelve op gemelden Bodem in dienst overgaan werde betaald, zullende aan de geene onder dezelve Manschappen die haar tijd uitgediend hebbende in de termen zijn, van te kunnen repatrieeren en hare præmie prætendeeren moge, dezelve præmie ‘S comp:s wegen in’t Vaderland werden voldaan.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 113-117.¶
Maandag den {17860417} 17 April 1786.
alle præsent by omvrage
Door den Capitain op het aanweezend Hollandsch particulier Schip Eijck en Woude Claas Ent gepræsenteerd zijnde het volgende Request
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a benevens den E Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en E Agtb: Heeren!’
‘Den Schipper op het van Batavia retourneerend Hollandsch particulier Schip Eijk en Woude Claas Ent in groote verleegendheid zijnde om eenige mondbehoeftens voor desselfs Equipagie in 50 Coppen bestaande, en zonder welke vivres hij buiten staat is de Rhijze van hier te kunnen vervolgen, neemd dierhalven de Vrijheid Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: needrig te verzoeken, om teegens betaling ofte op Reekening het volgende van ‘S Comp:s weegen te genieten dan wel bij particulieren te mogen verkopen als’
‘Gelijk mede dat Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: van die goedheid gelieven te zijn, hem Supp:lt bij aldien genoodzaakt was van sijne alhier ten Hospitale aangebragte Manschappen 3 a 4 Coppen door zware indispositie agter te laten als dan met zo veel andere in dies Steede t’ adsisteeren’
’/:onderstond:/ ‘T welk doende &:a /:was get:/ Claas Ent’
Is uit hoofde van de Verleegendheid waar in men zig omtrend de daar in gevraagde Articulen voor ‘S Compagnies Eijgene omslag alhier bevind, verstaan om in zelvervoegen als in dato 7 deezer Maand ten opzigte van den Schipper Barend Janssen Uffen is geresolveerd geworden, aan den Supp:lt in deezen eenelijk permissie te verleenen om zig van de gevraagde mond behoeftens bij particulieren te mogen voorzien als meede om hem het geld daar voor des benodigt uit ‘S Compagnies Cassa voor Reekening sijner Rheeders te laten verstrekken Terwijl de verzogte Manschappen aan gemelden Schipper Ent werden geaccordeert onder Conditie dat door zyne Rheeders aan die Leeden werden betaald dezelve Maandelijkse gagiën welke zij alhier gewonnen hebben, zijnde aan zodanige die door het uitdienen hunner verbonden tijd in de termen zijn van in het vaderland præmie te kunnen genieten dezelve premie ‘S Comp:s wegen toegelegd.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten daage en Jare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet. rt. en secrets
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 118-277.¶
Woensdag den {17860419} 19 Ap:l 1786.
‘S voormiddags alle præsent
Bij vervolg der zeer gevenereerde Missive van de Wel Edele Groot Agtb: Heeren Bewindhebberen ter præsidiale Camer Zeeland in dato 28 Julij des voorL: Jaars voor zo verre dies inhoude ter Vergaderinge van den 28 der voorL: Maand Februarij door de intusschen bijgekomene occupatiën gesurcheert gebleeven is, Verders gebleeken zijnde welke besluit de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren hebben gelieven te nemen omtrend het bij dezelve Missive onder Het derde Hoofddeel Verhandelde Materie Namentlijk de Militie, is verstaan aan de Heere Collonel en Hoofd der Militie Gordon en zo mede aan de door Hoogstgem: Heeren Majores tot Collonel bevorderden Directeur der Fortificatiën de Heer Gilquin ieder tot desselfs narigt te doen afgeeven Extract uit de voorsz: Missive voor zo verre dat Hoofddeel betrefd, en dezelve daar bij te gelasten, om aan deesen Rade op te geeven welke Schikkingen er nodig zouden weezen, om tot verbeteringen van het Militaire weezen te werden ingevoerd, ten einde daar over nader de gedagten te kunnnen laten gaan, en volgens het aangeschreevene bij opgem: Missive haar Edele Hoog Agtb: ten spoedigsten van onze Consideratiën te dienen omtrend het geene deeze Regeeringe overtuigd weezen zal, dat er als nog tot verbeteringe zoude kunnen werden gemaakt.
Gelijk ook de Heer Collonel de Meuron bij afgave van Extract uit de voorsz: Missive zal werden geinformeerd hoedanig haar Edele Hoog Agtb: verstaan en begreepen hebben, dat het Regiment van dien Naam zal staan onder het bevel van het Hoofd en Chef van ‘S Comp:s Troupen alhier
En nadien ten opzigte van het geene ingevolge dezelve Missive Stond te weezen een Voorwerp van deliberatie voor de Vergadering van Seeventhienen tot het aannemen namentlijk van eenige Cadets voor het Caabsche Guarnisoen bij onze onderdanige van den 23 Aug:s des voorL: Jaars aan haar Edele Hoog Agtb: reeds kennisse is gegeeven, van het besluit op voordragt van den Heere Gouverneur ter beantwoordinge aan het geene bij Haar Edele Hoog Agtb: Resolutie van den 3 Maij 1784. aan syn Edele was gedemandeert geworden, alhier genomen zal aan hoogst dezelve ook werden overgezonden een Lijst der Cadets die zeedert op den Voet, als bij gem: onze Missive is opgegeeven in dienst genomen zijn, met verzeekering dat daar omtrend niet alleen in’t oog is gehouden om dezelve te neemen uit goeden Huijze alhier, maar ook dat teffens is gelet op zodanige Jonge-Lieden als door een Vlug en Schrander begrip in staat kunnen zijn, om spoedig aan het daar mede bedoeld goed oogmerk te beantwoorden.
Dan dat ook daarbij zal werden vertoond dat ingevalle haar Edele Hoog Agtb: navolgens het bij hoogst dezelve voorgesteld plan tot de vermeerdering van’t Guarnisoen zullen komen over te gaan, eene bijvoeging van zeeker getal Cadets tot ieder Compagnie nog zeer dienstig zijn zoude, om het zij direct in’t Vaderland aangenomen, dan wel alhier aangesteld te werden, uit zodanige Voorwerpen, als men daar toe best geschikt en bequaamst oordeelen zal
En dat vermits het wel te verwagten is dat wanneer eenige Inboorlingen deezes Lands, eerst tot zeekere bevorderingen in den Militairen Staat zullen zijn geraakt, zulx veele andere onder hunne Landsgenoten aanzetten zal, om meede tot dien Staat over te gaan, en daar door als dan een groot getal der zodanige die door leedigheid alleen tot Last verstrekken ten nutte der Maatschappije zouden kunnen werden geEmploijeerd, het te wenschen ware dat haar Edele Hoog Agtb: mogten goedvinden tot de aanstellinge der Cadets uit de Inboorlingen dezer plaatze, nog nader eenige Vacante Geleegendheeden bij voorsz: Vermeerderinge van’t Guarnisoen te doen voorkomen.
Zullende zo dra door de Heer Gilquin aan den Heere Gouverneur zal zyn opgegeeven het getal Slaven, dat tot beetere voortzetting der onder handen zynde Fortificatie Werken werd verijscht het zij van de geene die met ‘S Comp:s Freguat devan Mosambique onlangs aangebragt, en te missen zullen zijn het zij door nog eenige daar bij in te huuren zo veel tot het getal werden toegevoegd als men volgens de intentie harer Edele Hoog Agtb: voor S Comp:s dienst volstrekt noodzakelijk oordeelen zal
Terwijl daarbij alle mogelijke middelen Zullen aangewend ter beproeving in hoe verre het practicabel zijn zal om na het voorbeeld der Fransschen de Recruten en andere Soldaten aan de Fortificatiën te doen arbeiden, ten einde haar Edele Hoog Agtb: daaromtrend nader te kunnen berigten
En ten aanzien Haar Edele Hoog Agtb: hebben gelieven te vorderen een Specifique opgaaf van de kosten, welke tot de oprigting van’t daarbij vermelde Blok Casernen werden verEijscht mitsg:s een Teekening daarvan beneevens een berigt hoeveel Manschappen in het Hospitaal, wanneer hetzelve zal zijn voltooijd, zouden kunnen werden geplaatst na aftrek van de plaats voor de zieken nodig is goedgevonden den Heer Directeur Gilquin op te dragen om ten eersten te formeeren en bij deezen Rade in te brengen een Plan en afteekening van zodanig Blok Casernen als voor een Regiment van 700 Man verEijscht werd, met een Specificque opgaaf van de daartoe nodige Materialen het getal der Arbeiders en den tijd die tot voltooijing van dat Blok zoude moeten verlopen; ten einde ter voldoening aan het gemelde requisit op het een en ander een bereekening te kunnen formeeren van de daartoe nodige kosten
En zo mede hoe veel Manschappen bij voltooijing van het Hospitaal na aftrek van de ruimte die voor de zieken noodzakelijk overblijven moet, daar in nog zullen kunnen werden geplaatst
Dan terwijl met opzigt tot haar Edele Hoog Agtb: Vrage of niet in eenige der Baaijen aan de Caab, het benodigd Hout voor het Hospitaal als mede voor de Caserne ten minsten voor een gedeelte te vinden zij uit hoofde der reeds te meermalen hieromtrend bij deze Regeeringe opgekomene bedenkingen bij besluit dezer vergaderinge in dato 17 der jongst gepasseerde Maand Januarij aan den Landdrost der Colonie Graaffe Rijnet ordre is gegeeven, om op zijn retour na herwaards de Plettenbergs Baaij aan te doen, en te onderzoeken op welke wijze het kappen van Timmer en ander Hout in de naast in die Baaij geleegene Houteniqua bosschen best aan te vangen en voort te zetten zij, en vervolgens van de Post in het Houteniqua Land , hoe eerder hoe liever een bequaam getal Manschappen daar heen te verleggen en met dat werk een aanvang te maken
Waarvan men bij te rug komst van gem Landdrost een goed succes meend te mogen verwagten.
En dat thans wel ligt door de ongelukkige Schaarsheid aan Tarwe waar door Maatregulen genomen zijn, om geinformeerd te worden of nog het een of ander voorraad bij de Ingezeetenen omstreeks en verder als de Mosselbaaij wonende te bekomen zal zijn, geleegendheid voorkomen zal, om eene proeve te neemen, in hoe verre aan het Plan te beantwoorden zouden zijn om het Timmerhout uit de voorsz: Plettenbergs Baaij te doen afhalen
Wanneer Namentlijk de quantiteit der te bekomen zijnde Tarwe niet genoegzaam tot de Lading van het derwaards te zenden Schip of Vaartuijg kunnende Strekken het ten dien einde te destineerene Schip of Vaartuijg met eenen tot het Laden van een quantiteit Hout na de Plettenbergs Baaij zal kunnen werden gezonden. Zal hier van provisioneel aan haar Edele Hoog Agtb: verslag gedaan, en na het bevonden Succes deezer onderneeming nader open gelegd werden, hoedanige apparentie men daarvan voort vervolg met eenige meerdere zeekerheid zal kunnen verwagten.
Met relatie tot het Vierde Hoofddeel de Commercie Namentlijk door haar Edele Hoog Agtb: goedgevonden zynde deeze Regeeringe te qualificeeren om al het Graan de Wynen en verdere Landsproducten der Colonisten die dezelve aan de vreemde Scheepen niet zouden kunnen vertieren en die zij nog zouden over hebben, na dat de Maatschappij van het nodige zo voor het gebruik aan de Caab zelve als voor hare Verzendingen, zo naar Indiën als naar Europa zouden werden voorzien, van die Colonisten welke verlangen zouden dezelve aan de Maatschappij te leeveren voor Reecq: van de Comp:ie te ontfangen.
Is in aanmerkinge genomen dat ten einde die Producten te kunnen inslaan niet alleen ten uittersten noodzakelijk zijn zal, daartoe de VerEijschte Maguazijnen te doen opregten, maar ook nog andere zeer nodige Schikkingen zullen dienen voor af te gaan, en dierhalven best gedagt van de Heeren M: Jacobus Johannes le Suëur als keldermeester en Tobias Christiaan Ronnenkamp als Dispencier te requireeren aan deezen Rade hoe eer hoe beeter derselver Consideratiën te Suppediteeren hoedanige Maguazijnen ‘tzij Comp:s weegen op gerecht of van particulieren ingehuurd zoude behoren te werden, om de voorsz: qualificatie der Heeren Meesteren ter Executie te kunnen brengen en welke van beide het meest met de belangen der Maatschappije over een komen zoude mitsg:s op welke wijze al verder om aan de meening tot het inslaan der Producten te beantwoorden best zoude kunnen werden te werk gegaan
Terwijl bij deeze geleegendheid in overweeging genomen zijnde de verleegendheid waarin men gedurende den laatst geEindigden Oorlog telkens omtrend de Producten van Wijn, zo wel als van Granen is gesteld geweest, zo dat men tot groot bezwaar voor de Comp:ie verscheide malen om zig uit die verleegendheid te redden, tot het betalen van Excessive prijzen heeft moeten overgaan en dat ook nu nog door een misgewas van het laatst te velde gestaan hebbend Koorn de Schaarsheid aan Brood meer en meer algemeen wordende, schoon men te meermalen ingezien heeft van welk nut en voordeel het weezen zoude, indien een genoegzamen voorraad aan handen konde blijven, daar nu eindelijk toevlugt heeft moeten werden genomen om van Noord America te doen aanbrengen een Product dezes Lands, het welk voor wynige Jaren abundant genoeg was om de Indiën overvloedig te voorzien en daar en boven een goede quantiteit na het vaderland te verzenden het van eene onvermijdelijke noodzakelijkheid is geworden, dat men alhier ten minsten van een Jaar Voorraad voorzien blijft gelijk zulx boven het gezegde ook mede tot den Staat van verdediging dezer Plaatze in tijd van nood werd verEischt.
Is ook goedgevonden dat gem: Heeren Leeden hun voorsz: berigt zullen doen verzeld gaan van derselver Consideratiën, hoedanige maatregulen zouden kunnen werden genomen, om te gelijk ten meesten dienste der Maatschappije en zodanig als haar het minst bezwaren kan en te gelijk tot welzijn van den Landman, ende Ingezeetenen aan de Caab, aan dat heilzaam oogmerk te voldoen
Ten einde vervolgens door deezen Rade daarover nader gebesoigneerd en ook aan haar Edele Hoog Agtb: ten dien belange het nodig berigt zoude kunnen werden gegeeven.
Intusschen is al mede overwogen dat het aan de eene kant met de Intentie der Heeren Meesteren strijden en aan de andere zijde tegen het belang der Colonisten aanlopen zoude, wanneer thans ter tijd dat den Landman genoegzaam alle sijne wijnen reeds zo aan de Comp:ie als aan particulieren heeft opgebragt weeder van de laatste die wijnen voor welkers deugdzaamheid thans niet meer kan werden ingestaan uit de Tweede hand wierde ingekogt, om gebruik te maken van de geleegendheid die door haar Edele Hoog Agtb: goedgunstige bestellinge met de expres uitgezondene Scheepen deen dewaarvan het laatste nog aan de hand is, en tot eene proeve van dat Product eene verzendinge te doen behalven dat men daartoe van het verEischte Vaatwerk in verre na niet zoude weezen voorzien
En gelijk het dus niet mogelijk is, dat van de voorsz: Scheepen voor teegenwoordig nog tot den uitvoer der gem: Twee Hoofd Producten het koorn en de Wijn Namentlijk gebruik heeft kunnen werden gemaakt daar alle andere Producten Slegts bij toeval in Zodanige ruimte voorkomen, dat de prijzen derselve geproportioneerd zijn om eenige Winsten in het Vaderland op te leeveren
En dat ook haar Edele Hoog Agtb: hebben gelieven aan te schrijven, dat bij aldien door het een of ander toeval de Producten niet in gereedheid mogten zijn maar egter als nog verwagt wierden, als dan van de ged: Scheepen in dien tusschen tijd zodanig gebruik zal kunnen werden gemaakt, als voor de Colonie en de Comp:ie zelve, nuttig zal werden geoordeelt.
Om welke reeden dan ook volgens besluit van den 14. der jongst voorleedene Maand Maart goedgevonden is, het Schip dena Batavia te doen voortzeilen, is mede verstaan vermits ook van het Schip detot het bedoelde einde voor als nog geen gebruik kan werden gemaakt en eer nog de nodige preparatiën in gereedheid zouden kunnen zijn, de tijd te verre zoude verlopen om dien Bodem na Europa te kunnen doen retourneeren, mits dien om hetzelve niet tot groot nadeel der E Comp:ie alhier tot het aanstaande Jaar te doen overwinteren, daar hetzelve voor de Maatschappij van dienst in de Indiën zoude kunnen zijn, hetzelve mede ter dispositie der Hoge Indiasche Regeeringe na Batavia te doen voortvaren
Terwijl ook om met eenige mogelijke zeekerheid te werk te kunnen gaan in de door haar Edele Hoog Agtb: gevorderde opgaaf, of niet de Producten van de Colonisten zonder præjuditie van de Comp:ie van de Baaijen zouden kunnen worden afgehaald, met Vaartuijgen met Comp:s Equipagie bemand onder betalinge van zeekere Vragt of recognitie om daar uit de onkosten te vinden, als mede of en welke Vaartuijgen daartoe uit het Patria zouden moeten werden gezonden als mede nodig is geoordeelt
Dat Vermits op het geene bij besluit van den 16 Februarij dezes Jaars aan den burger Lieutenant Johannes Gysbertus van Reenen en de Swellendamsche Heemraden H: Muller en A: Holtshuisen ter aanmoediging van den Graanbouw bij de Ingezetenen omstreeks de Mossel- en Plettenbergs Baaijen is gedemandeerd geworden, met grond een goed Succes zal mogen werden verwagt, aan gezien den Graan-bouw daar heen tot nu toe alleen Verhindert is geworden, door de onmogelijkheid om de kosten tot het Transport van dat Product over Land herwaards te kunnen goedmaken, dog dat men voor eerst het geen aldaar staat gewonnen te worden voor de Comp:ie zelve, ten hoogsten nodig hebben zal, om hetzelve na dat men omtrend den uitslag van het gewas zal weezen geinformeerd uit de gem: Baaijen te doen afhalen, hiervan provisioneel aan haar Edele Hoog Agtb: kennisse zal werden gegeeven, om in het vervolg over het geene ten dien opzigte aan particulieren zoude kunnen werden gepermitteerd, nader de gedagten te laten gaan en het advijs van des kundigen in te neemen.
Synde inmiddels om ter pligtschuldige voldoeninge aan haar Edele Hoog Agtb: zeer gerespecteerde Ordre van onze Consideratiën te dienen, op het addres door eenige Burgers en opgezeetenen alhier in Vergaderinge van den 17 Februarij 1784. overgegeeven, en bij onze Missive van den 15 Maart van dat Jaar aan hoogst deselve overgezonden, nodig geoordeelt in de Eerste Plaatse aan haar Edele Hoog Agtb: te berigten, dat behalven dat de Drie Eerste Teekenaars van het gem: Adres zijn van de vermogendste, oudste en voornaamste Familiën in den Burger-stand alhier, dezelve neevens de overige hoe zeer bij dat addres doende blijken, hun wensch en verlangen te zijn, dat tot den Bloei en welvaart deezer Colonie zodanige verbeeteringen en veranderingen mogten werden ingevoerd, als haren teegenswoordigen Aart en Conditiën komen te vorderen, zig egter altoos afkeerig hebben getoond van het gedrag en de handelwijze bij een ander gedeelte der Inwoonderen gehouden, en dat verders bij het addres zelve gevonden werden eenige gegronde en na waarheid gestelde aanmerkingen over dit Land en hare Inwoonderen, schoon niet volkomen kan werden geadvoueerd, al het geen aldaar word gezegd, en het daarom nodig zyn zal, eenige nadere Consideratiën te doen volgen. Om het welk in eenige ordre te doen het zelve Addres hoofdzakelijk werd gebragt tot vier Hoofd poincten Namentlijk
‘Een Vertoog van d’ omstandigheeden der Colonisten,’
‘Het nadeel dat de Wisselvalligheid waaraan het Vertier van ‘S Lands Producten onderheevig is, aan den Bloei en Welvaart van de Colonie toebrengt’
‘De Vrees die men heeft, dat de Ingezetenen in de Ver afgeleegene velden tot een Woest en Barbaarsch volk zullen ontaarden en’
‘Eenige weegen en Middelen die verzogt werden dat mogen werden toegestaan, tot standhouding van de Welvaart dezer Colonie’
Omtrend alle welke poincten in het gemeen, ingevolge voorsz: onze onderdanige van den 15 Maart 1784 geoordeelt is, dat aangezien den gerepatrieerden Heer Gouverneur van Plettenberg had betuijgd, dat door sijn Ed: aan Haar Edele Hoog Agtb: deswegens reeds voordragt was geschied, men onder overzending van het meerm: Adres zo als het lag, het daarbij konde laten berusten.
En is bij vergelijking van hetzelve Addres, met de door gem: Heer van Plettenberg ter Secretarije alhier agtergelatene Consideratiën gebleeken dat betreffende het Eerste aan de eene zyde niet ontkend, en aan de andere zyde betoogd werd, den Bloei en Welvaart die de Colonie was genietende, ten bewijze van het welke gem: Heere van Plettenberg na waarheid afgeschetst heeft de uitterlijke blijken van Pragt en opschik in Kleeding tot de laagste Classe van Inwoonderen, het aanzien der Huizen, de zindelykheid en kostbaarheid der Meubilaire Goederen, genoegzaam bij een ieder gevonden werdende ende aanmerkelijke vergroting deezer Plaatze: al het welke men haar Edele Hoog Agtb: verzeekeren kan, dat teegen woordig nog meestendeels plaats heeft.
Dog is begreepen dat tot Haar Edele Hoog Agtb: nadere Elucidatie daar bij zal werden gevoegd, dat gelijk in de jongst verstreekene Jaren, van een Extra ordinair Vertier der Lands Producten aan de Vreemde Natiën, en de noodzakelijkheid waarin men geweest is, om ook Comp:s weegen veel hoger Prijzen voor de Producten te betalen als in ordinaire tijden de Excessive Winsten door veele Ingezetenen daarbij behaald, een gedeelte van dezelve heeft gesteld in aanzienlijke bezittingen van goederen en Jaarlijxe Renten, Terwijl zulx een andere gedeelte van hun vrij onbedagtzaam gemaakt en tot een baldadige verspillinge in het besteeden dier winsten hebbende doen overslaan, de begeerte waardoor de Overige zig hebben laten vervoeren om even als de zodanige in uitterlijke vertoninge gelijk te zijn, veroorzaakt heeft, dat al veele Ingezeetenen aan deeze Plaatze zonder de toevalligheid dier lyden in te zien, of eenige bekommernissen te hebben, om zig in schulden te steken op eene zeer buitensporige wijze te werk zijn gegaan in het aankopen van allerlei zo losse als vaste goederen en het daartoe benodigt geld op Intrest te Negotieeren, wijl zij genoeg andere vonden, die niet minder ligt vaardig waren, om zig voor die Schulden als Borgen te interponeeren
Dat hoewel deze handelwijze bij die Ingezeetenen is voortgesproten, deels uit een zeer iedele hoop op de bestendigheid van gem: voorspoed, en deels uit onbedagtzaamheid, met uitzondering nogthans van de geenen die, om van geen woning ontbloot te zijn, zig verpligt hebben gevonden na de dwaasheid van andere zo wel in het aankopen van Huijzen als andere noodwendige gerieflijkheeden zig te schikken, zulx egter met opzigte tot de Landlieden van eene meer voordeelige zyde moet werden beschouwd, alzo de buitengewone Prijzen, waarvoor alle Producten en in’t bijzonder de wijnen in al dien tijd en bij continuatie zyn verkogt geworden, natuurlijk de Plaatzen dewelke deeze Producten uitleeveren, zo wel als den gantschen ommeslag die daartoe werd verEischt, en in’t bijzonder de op den Landbouw afgeregte Slaven tot drie en Vier Capitalen hoger hebben doen stijgen als in ordinaire tijden zo dat de aankomelingen onder dat nuttig gedeelte der Inwoonderen, die zig hier in neder zetten wilden, tot dien prijs de aankopingen hebben gedaan, en daartoe verpligt zijn geweest, zig zo diep in schulden te steeken dat de Interessen bij de minste ongunstige Veranderingen van tyd en wanneer intusschen op de Capitalen niets werd afgelegd, door veelen zeer bezwaarlijk zullen kunnen werden opgebragt; waarvan het gevolg zijn zal, dat bij nalatigheid in het betalen der Interessen door geregtelijke verkopingen der bezittingen van den een na den andere, zo losse als Vaste goederen hare waarden verliezen zullen en het manquement aan genoegzame provenu tot voldoening der Crediteuren het bederf tot de Borgen overslaan, ja eene beklaaglijke armoede het lot van een groot gedeelte der Inwoonderen worden zal, zo dat de geld bestierende Collegiën en Capitalisten door het verlies aan de Hoofd Sommen zullen moeten werden gekrenkt, van welke gevolgen alhier een zeer streng gevoel is geweest in de Epoque zo bij het voorsz: addres als het berigt van den Heere van Plettenberg aangehaald
Dat gelijk de gem: grove Winsten door den voorsz: Oorlog haar begin genomen hebben, en ook weder met dien zelfden oorlog zijn geEindigt, terwijl het getal der Inwoonderen intusschen toegenomen is, en dus tot de overblijvende geleegendheid om iets te profiteeren de mede dingers talrijker zijn, waar door dan een zeer schrale winst te behalen valt, en in teegendeel de duurte van allerlei leevensmiddelen door het misgewas der granen blijft aanhouden, zo dat den Ambagts- en gemeenen werksman synen dagloon Veel hoger nemen moet, en den Landman weder verpligt is het geen hij van deezen nodig heeft, in evenreedigheid ten duursten te betalen, de Wyngaardeniers intusschen al aanstonds eenen aller nadeeligsten invloed op hun bestaan moeten ondervinden wanneer in het laatst gepasseerde Jaar op eenen rijken wijn Oogst gevolgd is, dat de vreemde Natiën minder hebben uitgevoerd, het geen dat Product dadelijk omtrend drie vierde van den Prijs tot welke zij gesteegen was heeft ontnomen
Dat wijders ongeacht de buiten gemeen hoge betalinge van het Slagt vee over het algemeen geen voorspoed kan gevonden worden onder die Ingezeetenen, welke zig op de vee fokkerij toeleggen, door de zo dikwerf voorvallende stroperijen der Bosjesmans Hottentotten waardoor meenig eenen zijn besittend vee ontnemen en genoodzaakt word met Syn Huisgezin en gering overschot een goed heenkomen te zoeken, welke ongelukkige omstandigheeden voor die Ingezeetenen door de instelling eener nieuwe Magistrature als het beste middel, gelijk bij onze onderdanige van den [.....] aan haar Edele Hoog Agtb: vertoond is, om de daar bij gevoegde Reedenen vertrouwd werd allengskens te zullen werden geremedieert: Daar al aanstonds verscheide der geenen die hunne plaatzen in de Cambdebo en op den Sneeuwberg verlaten hadden, dezelve met dat goed vooruitzicht weeder zyn gaan bewonen
Dat uit dit gezegde genoegzaam blijkt, dat ongeagt den Bloei en voorspoed die ‘er in deeze Colonie heerscht op de rijkdom welke uitterlijk daardoor werd vertoond egter dit Generaal Sommier kan worden gemaakt, de enorme winsten die behaald zijn geworden, steeken bij de Inwoonderen ende Drie en Vier dubbele verhoging der Prijzen van hunne Huizen, Plaatzen Slaven, Vee, Meubilen en alle andere Bezittingen, van welke winsten zo dra die Effecten weder tot hare vorige waarde keeren, ook zeer wijnig anders overblijven zal, als dat veele Landlieden hare wijn, gaarden en Koorn landen met den daar bij gehorenden ommeslag uitgebreid hebben en daar door gelijk bij het addres welgezegd word, tot hun bestaan en onderhoud zo veel meer Vertier van noden hebben en dat de Zulke die hare gemaakte profijten tot Interest doende Capitalen hebben belegd, eene geregtelyke aanspraak zullen behouden op de geenen aan welke zij die gelden hebben geleend, schoon van deeze laatste veele zullen gevonden worden, die slegts zo veel bezitten, als zij schuldig zijn wanneer die goederen namentlijk haare waarde behouden en anders niet.
Dat deze aanmerkingen op de teegenswoordige omstandigheeden ook als vanzelve aantonende welk nadeel uit de wisselvalligheeden waaraan ‘S Lands Producten onderheevig is, tot haren bloei en welvaart geboren word als het Tweede poinct hier boven uit het addres ter betragtinge voorgesteld, gelijk daartoe bij hetzelve adres meer andere welgepaste gronden zijn bijgebragt ten naderen betoge daarvan zal kunnen dienen dat, gelijk een ongemeenen voorspoed onder de Inwoonderen van een Land en de gemakkelijkheid die zodanigen voorspoed mede brengd, om aan de kost te komen de lust bij veele doed opkomen, om zig in dat Land ter neder te zetten, daar door met de natuurlijke propogatie veroorzaakt word, dat na het aflopen van dien Stroom van voorspoed bij de nablijvende schaarsheid tot geldwinnning, eene sterke vermeerdering der Inwoonderen gevonden word, die gantsch niet meer geEvenreedigd is aan de weeder gekeerde Tijden van matigheid om iets te winnen. En daardan de voorgaande gemakkelijkheid den iever en toeleg heeft doen verflauwen om iets bij der hand te neemen dat met moeite gepaard gaat, ja veele, van hun vorig werkzaam bestaan tot dat gemak zijn overgegaan, zal het niet verwonderen, dat zeer wijnige onder de Inwoonderen gevonden worden, die de voor de Colonie zo nuttige als noodzakelijke Ambagten Exerceeren, veel minder dat zij huns gelijken van ruijmer middelen en Vermogen als knegts zouden dienen, maar dat tot nu toe ter gerieve der gemeente telkens nieuwe Europeesche Ambagtslieden tot de Inwoonderen hebben moeten werden toegestaan, waarvan veele op hun tijd weder na andere opvolgers van dat zoort tot hunnen dienst en gemak uitzien en verlangen, gelijk wy d Eer gehad hebben bij een vorige geleegendheid in dato 23 Decemb: 1785 aan Haar Edele Hoog Agtb: te vertonen en dat om den Landbouw de zo nodige knegts niet te onttrekken meesten deels Europeeschen die bij dat werk opgebragt zijn uit ‘S Comp:s dienst in leening moeten werden toegestaan, en even hetzelve ook plaats heeft, met opzigt tot de schoolmeesters van welke die buiten Ingezeetenen die veele kinderen hebben door de verre afgeleegendheid der Plaatsen van elkanderen het geene onmogelyk maakt om de kinderen uit onderscheidene Huyzen ten Platten Lande in een School te verzamelen noodzakelijk moeten werden geriefd, zo als door den Heere Gouverneur ook geobserveerd word, met zodanige uit de gemeene Militairen of Zeevaart daar toe aan de Huisgezinnen toe te staan als tot de minste præjuditie der E Comp:ie geschieden kan: Hoewel ook boven het gezegde schadelyk gemak der Inwoonderen hier uit dagelijx nog deeze zeer nadelige gevolgen voor de Colonisten zelve geboren worden dat namentlijk die Ambagtslieden, Knegts of Schoolmeesters hun bestaan tragtende te verbeeteren, zig tot zodanige Huwelijken engageeren als best geschikt zijn om hun tot den burgerstaat over te brengen, en zig in het een of ander geprefereerd beroep neder te zetten wanneer het ook zeer zelden mist, dat die Lieden als tot het arbeiden en oppassen voor andere genoodzaakt geweest zijnde, daartoe veel meer geneigd blyven, zo dra hun eijgen belang zulx vorderd, en dat zij dan binnen wynig tijds in zeer goede bezittingen geraken
Een zaak hoe nadeelig ook aanstonds in’t oog vallende, zo als zulx ook bij de Inwoonderen niet teegengesproken word, en tot welkers verhinderinge daarom door dezelve in de Eerste plaatze ook met ernst aan de Regeeringe de hand moest werden geboden, ondertusschen door ‘S Lands opgezeetenen dikwerf zo sterk aangedrongen werd, dat een Hoofd Gebieder eindelijk genoodzaakt werd aan de Verzoeken van zo veele die zig bij zulke geleegendheeden daarvoor intercedeeren, tot het Burgerschap en Huwelijken van die Lieden toe te geeven
En het geene geenzints te twijffelen is, of zal bij de Teekenaars van het voorsz: Addres als Lieden van de geschikste der Inwoonderen meede zeer natuurlijk ingezien maar ook opzettelijk verzwegen zijn geworden om dat eene schielyke veranderinge hier inne even zo nadeelig weezen zoude als die zaak te laten voortgaan op den teegenswoordigen voet
Dat ten deezen van dienst zal zijn zo wanneer inder tijd op eenige meest bewoonde Plaatzen landwaards in, als daar zijn Stellenbosch , de PaarL , het Zwart Land , het Rode Zandt of Land van Waveren , Swellendam en de Cambdebo , Publicque Scholen konde werden opgeregt, alwaar de Ingezetenen teegens reedelijke prijzen hunne Kinderen onder het opzigt van goede Lieden aanbesteden konden, het geen aanvankelyk niet anders als door het een of ander fonds in te voeren zynde ook niet als bij eene nadere daartoe geschikte tijds geleegendheid kan werden ondernomen: als wanneer om zodanige Scholen te favoriseeren en te doen stand houden, ten profijte van dezelve tegelijk een belasting zoude dienen te werden ingevoerd op het houden van bijzondere Schoolmeesters die dog over het algemeen wijnig nut aan de Colonie toe brengen en ook aan niemand gepermitteerd zoude moeten zijn, diergelyke Schoolmeesters aan te nemen dan op expresse permissie van de Regeering en na dat dezelve vooraf door Kerkenrade zoude weezen geExamineerd en daartoe bequaam gekend
Gelijk mede het aanhouden van Knegts die namelijk uit den dienst der E Comp:ie worden geligt, langzamerhand al mede in gebruik zoude kunnen werden gebragt, door het invoeren van eene zware belasting op de zelve tot het formeeren van een fonds waar uit in teegendeel ‘S Lands Kinderen zouden kunnen werden aangemoedigt om zig tot die dienstbaarheid bij de Landlieden over te geeven, en uit zodanig fonds boven derselver bedongen Loon eene afzonderlijke præmie te genieten
Dat ten naderen betoge van het nadeel, dat de nootlottige omwenteling in het vertier van ‘S Lands Producten te weeg brengd bij het geene ten belange van de Wijnen gezegd is, ook vooral in aanmerking komt dat door de Excessive hoge Prijzen tot welke dat Producten door den Considerablen uitvoer zo in den begin van den laatsten oorlog beurtelings dan door de Engelsche en dan door de Fransche Esquadres en naderhand door de andere alleen veroorzaakt, gesteegen is geweest, ieder Landbouwer die maar eenigzints in de geleegendheid daartoe was, zijnen Wijngaard zo zeer uitgebreid of nieuwe aangelegd heeft, dat thans zal moeten staat gemaakt worden ten minsten op eene Verdubbelde quantiteit der Wijnen teegens het geene zij voor Thien Jaren bij een gelijk gewas en gewin uitmaken konde waarvan ook het gevolg is geweest dat slegts een enkeld Jaar waar in den uitvoer mindere gevallen is heeft kunnen in staat zijn om gelyk reeds gezegd is, de prijs daar van beneden de waarde te doen dalen.
Dat buiten eenige twijfel door de zelve oorzaak mede eene zodanige ruimte in de granen zoude hebben moeten ontstaan indien het mogelijk was geweest de Landerijen daar toe uit te breiden, en met de geene die reeds bebouwt zyn geweest, dog hare Vrugtbaarheid verloren hebben, gelijktijdig onder den Ploeg te brengen, maar dat nadien den Aart der Landerijen in dit Gewest zulx niet toelaat, en nieuw zijnde nauwlijx drie Jaren agter een met hoop van gewin kan werden bezaaijd terwijl het Land voor het overige altoos weder Synen braak tyd nodig heeft en den Landman die door een te verre gaande begeerte gedreeven word, om hier van af te gaan of meer zaad te gelijk op het Land te brengen als hetzelve voeden kan, nooit anders als tot syn eigen nadeel werd beloond, door het welke bij de teegenwoordige mindere Vrugtbaarheid der Landerijen gelijk hier voren reeds is aangemerkt, in steede dat het voor eerst nodig wezen zoude, om op eene vermeerdering van den uitvoer derselve bedagt te zijn, uit noodzakelijkheid den bouw der granen verder Landwaards in werd aan gemoedigd
dat inteegendeel als een ander en wel het voornaamste bederf uit de wisselvalligheid van het Vertier in ‘S Lands Producten geboren wordende te achten is, de zugt die zig bij de Ingesetenen tot het iedel bezit van Slaven uitstrekt, als waarvan de Landlieden meest onderhevig zijn, en over het gemeen alle winsten besteed worden, die zij bij een verzamelen kunnen want behalven de kosten van derselver onderhoud ende risico die de Sterflijkheid mede brengd waardoor meenig Landman bij besmettelijke ziektens onder syne Slaven total is geruineerd geworden, door den aanwas van derselver getal hier te lande de Consumptie van Tarwe ook groter is en in schaarsche tijden als teegenswoordig de gantsche Colonie ten sterksten bezwaard, gezwegen dat zo lang de dienstbaarheid derselve genoten werd, ‘S Lands Inboorlingen Ja Zelfs Europeeschen die in Europa hebben gediend, zig schamen en onwillig zijn zullen met dezelve te werden gelijk gesteld, waarbij nog den aankoop der Slaven door de grote geldwinning toegenomen zijnde, een gedeelte daarvan gediend heeft om de Wyngaarden uit te breiden, en een ander gedeelte het bezit uitmaakt van zodanige Lieden die met dezelve te verhuren hun onderhoud winnen en door het afsterven dier Slaven ook hun bestaan moeten verliesen of wanneer dezelve niet meer zullen kunnen werden Verhuurd bij het gemis der huurpenningen met hun onderhoud bezwaard blijven moeten
Dat al mede tot zeer veel nadeel aan Colonie strekt, het gebrek aan geleegendheid om de gelden die den Negotiant voor zijne waren besteeden moet na het Vaderland te remitteeren alzo daar door de Contanten niet teegenstaande derselven verhoging tot zeer veel profijt voor de Comp:ie zonder de minste teegenkanting is ingevoerd geworden al schielyk weder tot groot bezwaar der goederen het Land werden uitgejaagd
Dat om haar Edele Hoog Agtb: attentie niet te fatigueren, meer andere aanmerkingen van minder gewigt gepasseerd werdende, verder belangende de vrees die er na de voorsz: Addres weezen zoude dat de Ingezeetenen in de ver afgeleegene velden tot een Woest en Barbaarsch volk zullen ontaarden; Schoon het geen daar omtrend bij dat Addres werd bijgebragt niet geheel van grond is ontbloot men evenwel aan de andere Zijde meend, dat het verre daarvan daan zij, aan iemand anders als aan die Menschen zelve te kunnen werden geweten, wanneer zij tot zulk een Woest Volk quamen te ontaarden, want het geenzints geweest is de noodzakelijkheid om de Veefokkerije uit te breiden, maar enkel en alleen de zugt dier Ingezeetenen om hun eigen meester te weezen in steede van nader aan de Hoofdplaats te blijven en huns gelyken te dienene ende zulx ongeacht de strenge Placcaten in den beginne om ware het mogelijk die nadelige verwijdering en uitbreidinge der Colonie voor te komen en te beletten geEmaneerd als dewelke kragteloos hebben moeten werden, wanneer ondervonden wierd dat evenwel dagelijx eene emigratie der Ingezeetenen met Vrouw en kinderen na de wijd afgeleegene Velden geschiede zo dat de Regeering Eensdeels om d E Comp:ie in haar regt niet te doen verkorten en anderen deels om geen oorzaak te weezen, dat die Inwoonderen om de Plaatzen welke zij indiervoegen uit zig zelven zouden hebben gaan bezitten elkanderen gingen bestrijden heeft moeten overgaan, om regulier de Plaatzen daarheen even gelijk die nader bij geleegen zijn ten profyte der Comp:ie in leening uit te geeven.
Dat gelyk wel voor als nog in’t geheel geene vermenging der Ingezeetenen met de Kaffers bekend is, en die met de afkomelingen der Hottentotten al g’exteerd heeft lang voor de gem: verre uitbreiding der Ingezeetenen alzo nu geen meerdere huwelijken met de reeds Verbasterde Hottentottinen geschieden als in vroeger Jaren.
Terwijl met opzigt tot de ontugt die door Slegte Lieden met het Vrouw Volk der beide gem: Natiën mogt werden gepleegd, als het welk ook hier aan de Caab zelve omtrend het gemeen met de Hottentottinen en Slavinnen plaats heeft geen ander middel te bedenken is, om zulx te beletten, als eene Wreede Verbanning van alle de zodanige welkers vermenging behoord te werden geschuuwd. Ondertusschen niet kan werden ontkend zeer noodzakelijk te zijn dat door gepaste middelen in tijds behoord te werden voorgekomen het geen ten dien opzigte door de continueele zamen woning dier Menschen zoude kunnen ontstaan: want gelijk door de gem: ontugt zelve een verbastering geboren word en deze generatie meer geneigtheid tot huwelijken met dezelv verwekt zal alleen door een gereegeld bestier en de Indrukselen van den Godsdienst eene afkeerigheid daarvan kunnen werden ingeboesemd en deze t’zamen moeten werken en de geschikste middelen zijn, om de ontaarding dier Ingezetenen tot een Woest Volk voor te komen
Dat aangezien door de Instelling eener Magistrature in de Cambdebo onder haar Edel Hoog Agtb: gunstige approbatie tot het Eerste reeds is voorzien, en omtrend het Tweede alleen nodig zijn zal aan de daar toe strekkende favorable dispositie van hoogst dezelve te beantwoorden, gelijk zulx in het vervolg voor komen zal, verder met opzigt tot de armoedige Levenswijze dier Ingezeetenen aan haar Edele Hoog Agtb: zal werden vertoond
Dat hoewel in den beginne, wanneer de voorsz: veefokkende Inboorlingen en met hun eenige reeds op den Landbouw zig toegelegd hebbende Europeeschen zig na de wijd afgeleegene velden hebben begeeven, alwaar toen geen Woning of Lijfberging te vinden was, dezelve zig hebben moeten behelpen met zodanige Hutten als in de kortheid des tijds konden werden opgeslagen, en dat ook door de meenigte van het grof Wild in die Woest gelatene Velden gevonden wordende, daarvan gebruik wierd gemaakt uit eene poinct van menage om zo veel meer van het Tamme vee te besparen, en tot de Voortteeling te doen dienen; gelijk meede dat in een Land alwaar nog Ploeg nog Spade bekend ofte ooit gebezigd was, geene granen tot Brood konde werden bekomen waar door veelal die Ingezetenen zig genoodzaakt hebben gevonden vleesch tot vleesch te Eeten egter voor teegenwoordig die omstandigheeden zodanig zyn verandert dat derselver Huijzen meerendeels tot geschikte Boere woningen zijn verandert ook door de vermindering van het Grof Wild en de toeneming van het Tamme vee, na de lust van een ieder onder hun van het laatste meer gebruik werd gemaakt en door de bearbeiding van den grond, het Brood bij dezelve weder tot een dagelijx voedsel geworden is
Dat ook wel gelijk bij het Addres gezegd word waar is, dat het traject dier Menschen om met een wagen vragt die bij zommige de inzameling van een gantsch Jaar uitmaakt, na de Caab te kunnen komen van de Verst wonende tot meer dan een Maand lang duurt maar dat niet de Somma van Ryxd:s 100: die meerendeels voor een zodanige Wagen Vragt word gemaakt, het geheel inkomen dier Menschen uitmaakt, als het welke meerder bestaat uit het vee dat telkens aan de Slagters en andere Verkogt, en door de Slagters Knegts afgehaald wierd voor welke bij opkomst dier Ingezeetenen de betalinge geschied gelijk hier uit dan ook volgd, dat na mate deeze of geene dier Ingezeetenen van den Roof der Bosjesmans Hottentotten bevrijd blijft, en dus meerder Vee verkopen kan, syn welvaard geprefereerd werd, boven dat van anderen welke somwijlen ongelukkig genoeg zijn van door dien zelfden Roof geheel te werden geruineerd, schoon deezen geezel weg genomen zijnde het Lot dier Menschen anderzints zo ongelukkig niet is, dat zij zig desweegens beklagen zouden
Terwijl om over te gaan ter beschouwing der weegen en Middelen die bij het Addres verzogt werden dat tot de duurzaamheid van den bloei en welvaart deezer Colonie mogen werden toegestaan, waar omtrend men erkennen moet dat door de natuurlijke gesteldheid van het Land en hare Inwoonderen, het zeer moeijelijk zo niet onmogelijk valt Stellig aan te weizen welke wegen en middelen zonder benadeeling der Comp:ie daar toe best zullen kunnen werden geopend en in’t werk gesteld.
Is vermits haar Edele Hoog Agtb: ten dien einde reeds eenige aanmerkelijke faveuren hebben ingewilligd en omtrend andere, onze consideratiën gelieven te vorderen, zo als bij vervolg van opgem: Missive nader voorkomen zal, alleen nodig geacht aan te merken dat bij het Addres werd gedoleerd over de geringen plaatsvulling die voor jonge Lieden in den Militairen dienst en bij de zeevaart kan werden verwagt.
En dierhalven geoordeeld niet ondienstig te zijn aan haar Edele Hoog Agtb: te vertonen dat hoe waaragtig dit ook zij daar tot op den tijd der overleevering van hetselve Addres, de bevorderinge onder de Militairen zo wel als bij de Zeevaart door gantsch Indiën en ook aan deeze plaatse geweest is, van den laagsten trap van Soldaat of Mattroos en hier door geene avancementen verkregen hebben kunnen worden als bij de geene die onder het voeren eener Leevenswijze met dien staat overeenkomende lust en iever konden overhouden om zig aan eene honnete denkenswijze te binden en na mate van de voorkomend geleegendheid op het verkrijgen van eenige bequaamheeden toe te leggen en de tijd die ‘er noodzakelijk verlopen moest eer men tot bevorderinge geraken konde voor jonge Lieden die toen en voor als nog kwalijk geschikt zijn, om zig onder Command en discipline te stellen niet zeer animeerend was om de lust daartoe op te wekken, en den dienst van Soldaat of Mattroos te doen prefereeren boven een leedig leeven zo als bij veele Ingezeetenen door de gemakkelijkheid om aan de kost te kunnen komen, gevoerd word, men egter gelijk hiervoren reeds is geconsidereerd, meend te mogen hopen dat bij vervolg door de Vermeerdering van het guarnisoen de bevordering van eenige Inboorlingen tot den Militairen dienst waartoe bij den laatsten oorlog reeds geleegendheid geweest is, nader geboren werdende, zulx of de Jonge Lieden zelve opwekken of de ouders aan zetten zal om derselver Zoons daar inne te doen treeden En zo mede dat de teegenswoordige inrigting van het zeeweezen insgelijx zal mogen toebrengen ter aanmoediging van jonge Lieden uit dit gewest tot dien dienst.
Dan bij haar Edele Hoog Agtb: verder goedgunstig besloten zynde jaarlijx een of meer Scheepen ter afhaal van Producten na dit Gouvernement te zenden en welke Scheepen na die dispositie op zodanige tijd uit het Vaderland staan te vertrekken, dat de ontlossing en belading van dezelve in de Tafelbaaij zoude kunnen geschieden, waar omtrend overwogen is, dat gelijk nu ook in’t vervolg wel ligt de Producten ter afzending niet in gereedheid zouden kunnen zijn maar evenwel verwagt werden, wanneer van die Scheepen na de bijgevoegde qualificatie harer Edele Hoog Agtb: gebruik zoude kunnen werden gemaakt zo als voor de Colonie en de Comp:ie zelve nuttig zal werden geoordeelt.
Is ten dien belange in aanmerkinge genomen dat wanneer de omstandigheeden der Colonisten eenen nieuwen aanvoer van Slaven vorderde zo als na den teegenwoordigen aanwas der Colonie Jaarlijx ten minsten een getal van Twee a drie Hondert Stuks derselve nodig zal zijn, het zeer met den Intrest der E Comp:ie overeenkomen, en ook voor de Colonisten gemerkt derselver hier voren reeds beschreevene zugt tot het bezit van Slaven ten meerderen faveure strekken zoude dat zodanige Slaven met die Scheepen intusschen afgehaald, en alhier Publicq verkogt wierden, om dan door de Ingezetenen als het ware betaald te werden, met derselver aan de Comp:ie te leeverene Producten, dan dat bij den aanbreng van Slaven door de vreemde Natiën, gelijk meerendeels geschied is, de Contanten het Land werden uitgevoerd.
En zal dierhalven aan haar Edele Hoog Agtb: werden voorgedragen de noodzakelijkheid dat om hier in wel te kunnen slagen den invoer van Slaven door particuliere ofte Vreemdelingen Verboden en dien handel tot groot Soulaas van de kosten die de Comp:ie ter afhaling van Producten tot faveur der Colonie aanwenden moet alleen aan haar gehouden werde.
Dan mede nodig geacht zijnde dat men zig Comp:s weegen toelegge om in Zulken gevalle voorzien te weezen van zodanige geld Speciën en Koopmanschappen als gem: Handel het meeste profijt kan doen opleeveren, is verstaan van den Capitain ter zee Francois du Miny als in dien Handel zeer ervaren zijnde te requireeren een nauwkeurige opgaaf van alle zodanige goederen en geld Speciën als tot gem: Handel best kunnen dienen ten einde zulx aan haar Edele Hoog Agtb: open te leggen en daarbij verzoek te doen om ingevalle van hoogst derselver agreatie hier omtrend eene genoegzame quantiteit daar van dit Gouvernement te laten toekomen met qualificatie om het geene de Indische gewesten daartoe opleeverd mede tot dat eijnde van daar te mogen Eijschen
Zullende omtrend de goederen die in A:o 1783 ter aflossing van het Papiere geld van hier sijn geEischt, dog van welkers verdere verzending uit hoofde van het door ons gedaan berigt van dies meenigvuldigen aanbreng door Vreemde Scheepen, naderhand is afgezien ter voldoeninge van het geene haar Edele Hoog Agtb: dien aangaande gelieven te requireeren, onderdanigst werden berigt dat gelijk men nog met een groot gedeelte dier goederen belemmert is, zo ter zake voorsz: als het geene nog daarbij is gekomen, dat derselver qualiteiten niet na de prijzen geEvenredigt zijn waar van men uit de confrontatie met het geene particulieren in de gepermitteerde kisten bekomen hebben overtuigd is geworden zulks het byna onmogelijk is geworden zonder Verlies voor de Comp:ie die goederen te kunnen verkopen, en uit de Articuls ter dier tijd opgegeeven alleen bestendig Comp:s weegen zal uit te zenden zijn, de volgende welkers Volume te groot is, dan dat particulieren dezelve bekomen kunnen als Namentlijk
‘Ijzer’
‘Smeekolen zo veel immers de ruimte toelaten kan’
‘Klinkers’
‘Grauwe Moppen’
‘Hamburger Pijpeduigen en’
‘Ijzere heele Leggers banden.’
Deeze Articuls egter niet anders als per Vendutie te verkopen nadeelig voor de Comp:ie zijn, en de Ingezeetenen geen nut aanbrengen zoude, ndien bij de gem: verkoping alleen geleegentheid zoude weezen, om zig te voorzien voor de geene die op zodanige tijd daarvan komen te benodigen, terwijl het overige ingekogt zoude kunnen worden door deeze of geene die alleen een temporeel gewin beoogende, daar door in staat zoude weezen andere mede Ingezeetenen te drukken. Dat daar om van meer voordeel aan de eene en nuttiger ja ook tot meer genoegen aan de andere zijde weezen zoude wanneer de prijzen dier goederen naar billijkheid geproportioneerd blijvende by derselver aanbreng zo veel daar van per vendutie werden verkogt, als voor die prijzen geschieden kan, en dat men voor ‘t ovrige tegens dezelve prijzen al verder Successivelijk aan de Ingezeetenen verstrekt zo veel zij komen te benodigen
Dan dat men omtrend de overige Articuls geen vooruitzicht van voordeel kan hebben, wanneer daar mede op den geprobeerden dog bij uitkomst kwalijk gereusseerden voet wierd voortgevaren, maar dat aan haar Edele Hoog Agtb: in consideratie zal werden gegeeven of het niet beter met derzelver oogmerk ende belangen der Comp:ie overeenkomen zoude wanneer onderzogt wierd of de Negotianten ter dezer Plaatze zouden willen inclineeren, om alle goederen die zij begeeren uit het Vaderland te hebben zelve bij derselver Correspondenten of Factoors te Eijsscjhen en door dezelve in de kisten en kasten te doen afpakken en bezorgen mitsg:s met ‘S Comp:s Bodems naar herwaards over zenden, om na het Addres van gemelde Factoors en Leveranciers alhier te werden ontscheept en afgegeeven, ten einde door de geene die dezelve goederen zullen hebben geEischt en ontfangen, het bedragen der daar van aan hem overgezondene Reekeningen of Factuuren ten behoeve derselve Factoors onder quitantie alhier in ‘S Comp:s Cassa te werden betaald, met een advans van 45 pC:to ten profijte der E Coomp:ie zo voor de risico der zee en Vragt als remise, alle bij de Comp:ie te dragen, en dat dan in het Vaderland van de gem: alhier gepresteerde betalinge in ‘S Comp:s Cassa zynde gebleeken na het aflopen der Comp:s weegen gehouden wordende verkopingen of op eenen Vasten verloop van tijd ook aan den Leverancier of Factoor aldaar uitkeering geschiede van het bedrag en zijner alhier betaalde Reekening of Factuur, welke wijze van doen na ons inzien, ook het beste geschikt is aan d’ eene zijde om inden Negotiant alhier de Vrijheid te geeven, na mate van sijn vertier de goederen uit het Vaderland te doen overkomen, en ook den Colonist daar mede te doen gerieft worden, als aan d’ andere zijde om de Comp:ie het voordeel aan te brengen van het gem: Advans voor eene ruimte die anderzints in de Scheepen welke met de voorsz: aan de Comp:ie blyvende Articuls als het ware slegts op haar Ballast kunnen gebragt worden zoude moeten open blijven. En in welke manier om voor de Colonie goederen herwaards over te krijgen, men vertrouwd dat niet alleen hier gaarne zal werden getreden om dat een Negotiant de Risico voor zijne Commissionaris en de remise der penn: als anderzints zo hoog nemen moet als het gem: Advans voor de Comp:ie is opgegeeven, en ondertusschen altoos geambrasseerd is, om de betalinge ter behoorlijker tijd te kunnen remitteeren maar die ook in’t Vaderland voor de Cooplieden aannemelijk zyn moet, als hun eenen betere weg zo tot de afzending der goederen als het ontfangen der betaling openende; Terwijl ondertusschen het gem: advans hoger zoude moeten werden genomen naar mate van de Volume der goederen volgens eenen Tax die daarvan zoude behoren te werden geformeerd.
Dat aangezien hier door dan ook ontruimd zoude zijn de onzekerheid waaraan d E Comp:ie altoos bloot gesteld wezen zoude van door de verkopinge der goederen bij Publicque Vendutiën in steede van voordeel te behalen of zelfs de ongelden die daar op bereekend werden moeten te recoureeren in teegendeel groot Verlies te Leiden en het dus nog alleen nodig zyn zal te berigten of ook ten algemeenen nutte en genoegen Strekken zoude wanneer alles het geen dat door de Vreemde Scheepen aangebragt werd, bij Publicque Verkoping wierd verkogt, aan haar Edele Hoog Agtb: ten dien opzigte zal werden voorgesteld, dat eene absolute verpligtinge hiertoe op de Vreemdelingen te leggen aan de eene kant dezelve van de Vaart is deeze Plaatze afschrikken en dus ook een minder Vertier in ‘S Lands Producten Veroorzaken en aan d’ andere zijde de Ingezeetenen mede ontszetten zoude van de geleegendheid om dikwils alleen op speculatie tot het aanbrengen van de eene of andere Sorteering van goederen eenig accoord met de vreemde Natiën aan te gaan.
Maar dat wanneer de Vreemdelingen slegts verhinderd wierden, om zig aan te matigen het geen aan d’ Ingezeetenen alleen behoord over te blijven, van Namentlijk: hare goederen bij het Stuk of klyne parthijen uit te verkopen het daar bij dan in teegenstelling van het voorgaande van meer nut voor de Colonie en ook tot voordeel voor de Comp:ie strekken zoude, indien op de goederen met Vreemde Scheepen en ook met die van de Comp:ie anders dan in maniere voorsz: uit Europa over komende gelijk mede op de goederen zo die in ‘S Comp:s Scheepen onder de aan de Overheeden gepermitteerde Lasten als dewelke door de Vreemde Natiën uit Indiën aangebragt werden een Douane van Vijf pC:tos: gelegd en dit Regt Verpagt wierd.
Dan aangezien door de invoering deezer belasting, met het geene nader als zodanig omtrend den uitvoer van ‘S Lands Producten Staat te werden geproponeerd en het verbod op den aanbreng van Slaven door Vreemde Natiën waarvan hier voren gesproken is, geheel weg genomen zoude roerden, zodanige middelen van Inkomsten als tot op deezen tijd aan het Fiscaals Ampt in dit Gouvernement zijn geaccrocheert geweest, Schoon met het geen bij dat Officie daarvan gejouisseerd wierd, uit hoofde dat zulx nimmer als een daar aan competeerend en regtmatig Inkomen konde erkend worden altoos na zyn welgevallen heeft kunnen bepalen en dus considerabel besnoeijen waarom het ook aan d’ eene zeide gelukkiger voor dien Amptenaar en aan d’ andere kant zo tot beste der Ingezeetenen als voordeel der E Comp:ie strekken zoude, wanneer deeze propositie gegouteerd en tot dedomagement voor het Ampt van Fiscaal als dit Gouvernement en deeze Colonie ten hoogsten aangeleegen zijnde, dat hetzelve gemoedelijk werd geadministreerd, zonder nodig te hebben indirecte weegen, tot het behalen van desselfs Voordeelen in te slaan, eene Somma van Rijxd:s 15000 ofte ƒ36000 holl:s uit ‘S Comp:s Cassa alhier te betalen, wierde in de plaats gesteld als het geene na de moeite en zorgvuldigheid van dat Ampt en den staat en ommeslag die daarbij gevoerd en aangehouden werden moet, niet te hoog genomen is, waarteegen de voorsz: daarvan te onttrekkene en aan de Comp:ie over te brengene Inkomsten door eene gereegelde heffing ruim opweegen, en de Comp:ie een aanzienlijk voordeel aanbrengen zouden
Dat belangende de Fraudes in het stuk der Thiendens gepleegd werdende zo als zulx aan haar Edele Hoog Agtb:uit de consideratiën van den gerepatrieerden Heer Gouverneur van Plettenberg duidelijk is voorgekomen, Hoogst dezelve ter voldoeninge aan het gevorderd berigt of dezelve ook op eene betere en voordeeliger wijze zoude kunnen werden geheeven, pligtschùldig zal werden voorgedragen, dat de gem: Fraudes ontstaan door dien de Thiendens der Granen werden bereekend van al het geene den Landman gewonnen heeft, ende Zulx volgens de opgaaf die ieder Iingezeetenen verpligt is Jaarlijx te doen, en welk generaal bedragen der Thiendens hem bij uitbetaling van het geleeverde aan de Comp:ie werd gedecorteerd. Dat wijders dewijl die belasting hier door direct op den Landman zelve werd gebragt, die ook zeer natuurlijk begrijpt, dat hem niet veel tot syn bestaan overblyven zoude wanneer hij in den opgaaf syner Granen na het geene van hem gevergd werd, trouw en zonder agterhoudendheid te werk wilde gaan overzulx altoos oogluikend heeft moeten werden gedoogd, dat die Ingezeetenen om zodanig bezwaar te ontduiken, de quantiteit der gewonne Granen niet groter opgeeven als voor zo veel aan de Comp:ie geleeverd werd, om daar van alleen de korting der Thiendens te ondergaan, zonder dat een Streng Placcaat het welk in den Jare 1776 om deze Frauden in den opgaaf tegen te gaan, is geEmaneerd geworden, iets anders als een groot misnoegen onder de graan bouwende Ingezetenen te weeg gebragt heeft
Dat dierhalven wanneer even als ten opzigte der Wijnen onder de Naam van Vatgeld plaats heeft, ook van alle Granen die het Casteel passeeren op de Naam der geenen die dezelve uit het Land opbrengd, of de particuliere die dezelve by leevering ontfangen de Thiendens wierden geheven, den Landman de Vrijheid hebben zoude dien Last Chimericq door een ander te doen dragen, en denzelven zig het Exempel der wynen voorstellende van welkers billyke belasting men zo wel overreed is, dat daar tegen geen de minste deleantie voorkomt, ‘er ook niets teegen zoude kunnen hebben, dat onder de Naam van Passagie geld betaald wierd de volgende Douane zijnde de Thiende geteekend na de prijzen die de Comp:ie voor die Granen ordinair betaald Namentlijk
blyvende dan aan den Landman vrij van Thiendens over het geene hij tot Brood en nieuw zaad aanhouden moet en zo mede het geen hij teegen wijn, vee of andere noodwendigheeden in het Land verhandeld.
Waarbij dan nog op den uitvoer dier Producten door Vreemde Natiën gelijk met de wijnen plaats heeft, zouden kunnen worden gelegd de volgende Impositiën Namentlijk
Terwijl het voorsz: passagie geld der Granen even gelijk het Vatgeld der Wijnen door de Bodems op te halen zijnde daar en teegen den Impost op derselven uitvoer mede op den voet als die der Wijnen zoude kunnen werden Verpagt.
En is bij deze geleegendheid goedgevonden aan Haar Edele Hoog Agtb: mede te vertonen, dat tot nu toe als een gevestigd gebruik de Leenings Plaatzen van den eenen bezitter tot den anderen overgaat, zonder dat van de Cooppenn:n zogen:d voor de opstallen dier Leenings Plaatzen uitgeloofd ofte betaald werdende, de Comp:ie eenige gerechtigheid komt te genieten, niet teegenstaande al van ouds stand gegreepen heeft, dat zo wel van Plaatzen als Erven en Huijzen, in Eijgendom bezeten werdende wanneer dezelve binnen drie Jaren na de uitgifte van den grond werden veralieneerd den Thienden en wanneer die Vervreemding binnen Thien Jaren geschied den Twintigsten dog Thien Jaren na de uitgift verstreken zijnde den Veertigsten Penning van de Cooppenn: aan de Comp:ie werd betaald. Dat wel is waar de Comp:ie van de Leenings Plaatzen een Jaarlijx inkomen van Rd:s 24. voor ieder geniet en het Recht heeft zodanige Plaatzen in te trekken, en weder aan andere uitgeven, dan dat van dit Regt gebruik te maken, zo als bij zeer zeldzame gevallen wel plaats heeft gehad, eene zodanige hardigheid bij de geene die zulx ondergaat, verondersteld word, hem te worden opgelegd dat daar uit veel eer eene Verkorting van het hem in verbeelding toekomend regt dan eene behandeling opgevat word, zo als den aart en natuur der zaken zulx mede brengd en dat ook de gem: Jaarlijxe betaling van Rysd:s 24 op ieder Leenings Plaats geen hinder kan toebrengen, waarom dezelve niet even als de andere Eygendoms Vaste goederen aan eene betalinge van geregtigheid voor den overdragt bij vervreemding sujet zoude kunnen en behoren te werden gemaakt daar veele Plaatzen die zeedert het jaar 1743 in Eijgendom uijtgegeeven zijn, onder die zelfde Jaarlijxe belasting als de Leenings Plaatzen legggende, evenwel bij vervreemding niet uitgesloten zijn maar omtrend deselve even als van alle andere vaste goederen den voorsz: 10:den 20:sten en 40:sten penn: van het koops bedragen moet werden betaald; en dat boven dien voor de opstallen der Leeningplaatzen zeer wijnig zoude werden gemaakt wanneer den koper zig niet verzeekerd konde houden, van daarom verzoekende de plaats in leening te zullen verkrijgen om en voor welke men eijgentlijk den prijs maakt, en na welkers waarde al is het ook dat ‘er geen Hut of eenige Timmeragie voor opstal op de Plaats gevonden word, de kooppenningen gerigt worden. Dat dierhalven geoordeeld is met de grootste billykheid te zullen kunnen werden ingevoerd dat voortaan wanneer eenige Leeningsplaatzen met expresse bewilliging van den Heere Gouverneur werd verkogt ofte veralieneerd, van dezelve geen overdragt zal mogen geschieden, dan na dat alvorens in ‘S Comp:s Cassa zal weezen betaald den Theinden penn:g van het ware koops bedragen ende zulx zo dikwerf de verkoping ofte veralieneering geschied op pœne van nulliteit der aangegane koop en dat de leening der Plaats voor vervallen zal werden gehouden mitsg: arbitrale Correctie na merite der gepleegde Fraude
Dat om deze Fraude voor te komen ook zoude kunnen werden gestatueerd dat van de leenings Plaatzen voortaan zouden moeten werden gepasseerd behoorlijke Actens van Transport met dat onderscheid nogthans dat gelyk het van de verre wonende Landlieden /:welke meest Leenings Plaatzen bezitten:/ te veel zoude gevergd zijn, om zig daar toe eenige dagen aan de Caab te moeten ophouden, daar van andere vaste goederen de Actens van overdragt werden gepasseerd voor Gecommitt:s uit den Raad van Justitie, de Transporten derselve zoude kunnen werden verleend voor Notaris en getuigen: mits aan dezelve alvorens de acte te passeeren van de voldoening der voorsz: Thiende penn:g aan de Comp:ie kome te blijken, en zij gehouden zijn zulx in de Acte zelve te declareeren
Dat al verders ingevalle den Verkope in de betalinge syner Jaarlijxe Leenings penningen ten agteren weezen mogt, zonder als nog het vermogen te hebben om zulx te presteeren, geen overdragt van de Plaats zoude behoren te geschieden ten ware den koper bereid is, dat agterwezen onder een legaal verband op den opstal der Leenings Plaats over te nemen
Dat aangezien in opmerking genomen werden mogt, dat nadien volgens het geene voorzegt is, van de Cooppenn:n der Leenings Plaatzen, onveranderlijk zoude moeten werden betaald den Thienden penning daarvan die der vaste goederen zulx tot op den Veertigsten penning verminderd, de behoorlijke Evenreedigheid niet zoude werden betragt tot betere elucidatie hiervan, daar bij zal werden gevoegd, dat dit verschil alzo zoude behoren plaats te grijpen als dien kunnende om ieder Bezitter van eenig Leenings Plaats aan te sporen, dezelve Plaats in Eygendom te verzoeken, ten einde den Eygendom verleend werdende, na mate van de waarde der Plaats gelyk bij die geleegendheeden altoos betragt werd in eens eene Sommeatot erkentenisse voor de Comp:ie te erlangen onder den op de Plaats gehegt blijvende last eener Jaarlijxe betalinge van Rd:s 24. gelijk hier voren is gezegt, dat thans bij de uitgave der Plaatzen in Eygendom werd geobserveerd
Dat behalven de gezegde profijten voor de Maatschappij, ook nog in aanmerkinge zouden kunnen komen een verhoging van het klijn zeegel op eenige Articuls die dezelve genoegzaamst lijden kunnen; het regt van Collateraal, de instelling eener Bank van Leening en die eener Loterije, dan dat men niet twijfelt of de hier na te meldene Commissarissen, na het geene aan dezelve is gedemandeerd geworden, Zullen hierop wel requard nemen, en dezelve onder de middelen die de inkomsten voor de Comp:ie Verbeeteren moeten doen voorkomen.
Vervolgens als een zaak omtrend welke Haar Edele Hoog Agtb: ten sterksten aanbeveelen, dat eenen bijzonderen aandagt zal werden gevestigd bij meergem: Missive voorkomende de verwijdering der Coloniers ten einde dies verderen voortgang te stuiten, is verstaan Hoogst dezelve te verzekeren dat met verdubbelde attentie bij alle te nemene maatreegulen, zal werden in’t oog gehouden om aan’t hier in bedoeld oogmerk te beantwoorden.
Dan aangezien Haar Edele Hoog Agtb: op fundament van ‘t geene dienaangaande de bij meergem: Addres voorkomt insgelijx hebben gelieven aan te beveelen om steeds op zulke middelen bedagt te zijn door welke misschien langzamerhand den Landbouw op de Vaderlandsche wijze in te rigten, en de Colonisten aan elkanderen dienstbaar te maken weezen zoude, zal aan hoogst dezelve werden vertoond, dat hoe zeer ieder Lidt deezer Vergaderinge overreed is van het Heil, den voorspoed en het geluk dat zo voor de Colonie als voor de Comp:ie daar in opgesloten legd, en hoe gaarne men mits dien alle middelen en Vermogens daar toe zoude willen aanwenden zulx evenwel te considereeren is, als een zaak van volstrekte onmogelijkheid, zo als dit meede erkend is geworden bij die geene der Teekenaars van het Addres dewelke hier over onderhouden en verzogt zyn geworden eenige openingen te willen geeven van de middelen die na hun inzien daar inne eenige Veranderingen zouden kunnen te weeg brengen welk gedeelte van dat Addres dierhalven niet anders te houden is, als bij den Steller door gebrek aan kennis en ervarendheid omtrend die gesteldheid deezes Lands en hare Inwoonderen daar inne te zijn gelast. Dan dat wel ligt na verloop van eenige Eeuwen wanneer eene onafgebrokene toeneeming der Inwoonderen het Land hare ruymte zal hebben benomen zo dat eindelijk geen hoekje Vrugtbaar gronds ter uitgave meer overig is, dat iemand animeeren kan om eer zig tot de dienstbaarheid te begeeven liever daarop te gaan arbeiden en zyn eigen Meester te blijven; wanneer onophoudelijk de Verwijdering der Inwoonderen naar binnen Landsche nog onbewoonde Steeken zal kunnen werden belet; wanneer eene Armoede, en daarbij verzellend gebrek aan leevens onderhoud bij zommige eerst de schaamte om te dienen zal hebben overmeesterd deezen zamenloop van zaken die gelukkige uitwerkinge voor de Ingezeetenen te weeg brengen kan waaraan nu te willen arbeiden bij ieder Verstandige die dit Land en hare Inwoonderen wel kend niet anders dan als eene zeer iedele onderneeminge kan werden beschouwd.
Voorts ten opzigte van het Vijfde of laatste Hoofddeel der meergem: zeer geeerde Missive den Burgerstand concerneerende gebleeken zijnde, de intentie der Ed: Hoog Agtb: Heeren Seeventhienen te zijn, dat behalven het geene daar bij aan Commissarissen die uit den Raad van Justitie zullen moeten werden benoemd omtrend de invoering der belastigen gedemandeerd is geworden, insgelijx van de Landdrosten en Heemraden ten Platten Lande derselver berigt daaromtrend zal behoren te werden gevorderd, ten einde zo daar op als het geene men van gem: Commissarissen in’t vervolg zal moeten inwagten onder Haar Edele Hoog Agtb: approbatie zodanige ordres te stellen als vermeend zal worden te behoren.
Is verstaan voor eerst den Landdrost en Heemraden van Stellenbosch en Drakenstein , gelijk mede die van Swellendam te doen aanschrijven dat dezelve zullen hebben te overweegen welke belastingen onder Ingezeetenen ter Platten Lande gevoeglijkst zouden kunnen werden ingevoerd ten einde de Comp:ie op de minste drukkende wijze voor de Colonie te gemoed te komen, inde zware kosten welke zij om zig alhier in een behoorlijk Postuur van tegenweer te stellen genoodzaakt is te dragen mitsg: daarvan zo spoedig mogelijk ons te doen toekomen derzelver berigt. En dat even hetzelve vervolgens mede zal werden gevorderd van den Landdrost en Heemraden van Graaffe Rijnet zo dra die Magistrature behoorlijk zal zijn gevestigd.
En nadien haar Edele Hoog Agtb: wijders mede hebben gelieven te bepalen welke zaken in het vervolg aan de meergemelde Commissarissen zullen werden opgedragen en dat ook hoogst dezelve goedgevonden hebben dat tot adsistentie van dezelve Commissarissen zal kunnen werden toegevoegd den Eersten Clercq van Politie, zo is goedgevonden en besloten dat vermits den Raad van Justitie thans tot den bij haar Edele Hoog Agtb: voorgeschreevene form is gebragt, daar uit tot Commissarissen te benoemen
aan dewelke bij provisie de voorsz: Zaken Zullen werden gedemandeerd, tot dat dien aangaande en het geene verders aan dezelve op te dragen nodig zal werden geacht, nader eene behoorlijke Instructie tot derzelver narigt zal weesen geformeerd: Dog vermits den teegenswoordigen Eersten Clercq van Politie mede zelfs een Lidt van den Raad van Justitie komt te zijn en zo uit dien hoofde als ter zake van zynen continueelen dienst ter Secretarije de voorsz: adsistentie bij de gem: Commissarissen niet zal kunnen toebrengen, daar boven dien den ommeslag van dit Gouvernement en met dezelve den gem: dienst door de in te voerende veranderingen meer en meer staat toe te neemen, en dat ook den gezworen Clercq van Justitie door de meenigvuldige en dagelijx voorvallende regtszaken om geen Veragtering in het werk der Justitie te veroorzaken, met dien last niet kan werden bezwaard, is tot gem: dienst als gezworen Clercq aangesteld den ter Politicque Secretarije bescheidenen Adsistent Oloff Marthinus Bergh onder eene verhoging zyner winnende gagie van ƒ24 tot ƒ30. ‘S Maands om als zodanig te werden onder den Eed genomen welke schikking verhoopt werd dat tot genoegen en approbatie van haar Edele Hoog Agtb: zal mogen strekken
Nadien wijders niet alleen als zeer nuttig maar tevens noodzakelijk is geoordeeld dat het Caabsche Vlek werden verdeeld in Wijken, is om in deezen aan’t oogmerk van haar Edele Hoog Agtb: te beantwoorden verstaan, de voorsz: Commissarissen te gelasten om een Plan te formeeren tot de Verdeeling der Wijken mitsg:s een Lijst van de geschikste en bequaamste Perzonen uit ieder dier wijken, ten einde door den Heere Gouverneur daar uit een verkiesinge zal kunnen werden gedaan van Twee Wijkmeesters in ieder Wijk waarbij dezelve Commissarissen zullen hebben te formeeren de Instructie voor de gem: Wyksmeesters om dezelve ter gelyker tijd aan dezen Rade ter goedkeuringe over te leggen.
Gelijk ook nog bij nadere geleegendheijd ter gehoorzame opvolging van het geene dien aangaande is geordonneerd, zal worden opgeregt Een Keurkamer voor de Goud en Silver Smeeden
Dan bij haar Edele Hoog Agtb: gerequireerd zijnde, onze Consideratiën of het nuttig zoude weezen dat er deeze of geene gildens wierden ingevoerd; Is ten deezen aanzien geremarqueert, dat nadien veele Ingezeetenen hun bestaan erlangen uit zodanige op onderscheidene Ambagten afgeregte Slaven als zij voor dag loon of bij de Maand verhuren en zulx in de teegenswoordige tijden daar allerley Arbeidsloon van Europeeschen zeer hoog te staan komt, weder om grotelijx komt te strekken ten gerieve der zulke die de spaarzaamheid betragten, en zig met den arbeid dier Slaven behelpen moeten het invoeren der Gildens in zo verre zulx eene belemmeringe daar inne te weeg brengen of het bestaan aan d’ eene en het gerief aan den anderen kant bezwaren mogt, van eene zeer nadeelige uitwerkinge zoude zijn, hoe zeer het anderzints te wenschen ware dat tot verbeeteringe van veele Ambagten Gildens van dezelve wierden ingevoerd
En is om gem: Reedenen best gedagt en verstaan ten einde haar Edele Hoog Agtb: deezen aangaande nader pligtschuldig te dienen meergem: Commissarissen te gelasten insgelijx te onderzoeken of en op hoedanige wijze onvermindert het voorsz: bestaan en het gerief der Ingezetenen mitsg:s van welke Ambagten de Gildens zouden kunnen werden ingevoert; en ten dien opzigte aan deze Vergaderinge te dienen van derselver berigt.
Zullende om aan het geordonneerde met opzigt tot de Soldaten en Mattrosen te voldoen, werden geinterdiceerd, dat geene derselve zullen vermogen op hun eijgen eenig Ambagt te oeffenen, en dat ook niemand der Burgers ofte andere Ingezetenen daartoe eenige Huijs, Woning ofte gebouw zullen mogen leenen ofte verhuuren, op pœne dat de geene die hier teegen zal hebben aangegaan in handen van den Heer Fiscaal overgegeeven zal werden om teegen dezelve na bevindinge te procedeeren.
En vermits op den 21 April des jaars 1781. door de toen exteerende noodzakelykheid het getal der officieren bij de respective Comp:iën der Burger Cavallerie Infanterie, reserve en Invalides, reeds ieder met een Sous Lieutenant is vermeerderd en dat ook als toen door de Heer Collonel Gordon uit Naam van den gerepatrieeerden Heer Gouverneur van Plettenberg op de Burgerwagt Stellige ordre is gegeven tot het overnagten van den wagthebbenden Officier aldaar, en deze Schikkingen dus volkomen overeen stemd met het geene haar Edele Hooge Agtb: ten dien belangen hebben gelieven aan te schreiven is begreepen het daar bij te kunnen laten berusten
Vervolgens in overweging genomen zijnde hoe reeds in den Jare 1751. door de Swellendamsche Ingezetenen en in later dagen mede door die in de Cambdebo derselver Verlangen is te kennen gegeven geworden dat door het opregten van een Kerk en het Stellen van een Leeraar in ieder dier Districten aan hun geleegendheid tot de Christelijke Godsdienst Oeffeningen en het gebruik der H: Sacramenten goedgunstelyk mogt werden toegebragt zo als het Nut en de noodzakelijkheid daarvan hier voren ook reeds is aangemerkt, terwijl bij dezelve geleegendheeden ter dier tijd ook gebleeken is, dat de gem: Ingezeetenen wel bereid en geneegen waren, zo veel op te brengen als tot het opregten van de Kerken, Predikants en Voorleezers Huijzen zoude werden verEijscht, is goedgevonden en besloten dat om aan Haar Edele Hoog Agtb: met zeekerheid de daarom begeerde opgaaf te kunnen doen den Landdrost en Heemraden van Swellendam mede zullen werden aangeschreeven dat dezelve na nauwkeurig te hebben nagegaan hoe veel tot het oprechten dier gebouwen in dat District zoude moeten werden bekostigd, verders zullen moeten onderzoeken of en op welke wijze het daartoe vereischt werdend montant door die Ingezeetenen zoude kunnen werden gefourneerd dan wel hoedanige middelen men daartoe anderzints als meer geschikt en bequaam uit denken kan, mits men voor af eene bepalinge gemaakt hebbe om de Kerk zo na mogelijk zij, bij de Drosdije te plaatzen gelyk zulx ook in het voorsz: Jaar 1751. reeds geconsidereerd is, dat met veel meer gevoeglijkheid zoude dienen te geschieden dan dezelve van daar te verwijderen
En al het welke ook in diervoegen vervolgens zal werden gevorderd van den Landdrost en Heemraden van Graaffe Rijnet wanneer de opregting dier Magistrature haar verder beslag zal hebben erlangd
Om na dat de berigten dien aan gaande zullen zyn ingekomen dezelve met bijvoeging van onze Consideratiën aan haar Edele Hoog Agtb: te kunnen voordragen.
Voorts gebleeken zijnde dat haar Edele Hoog Agtb: na gedaan onderzoek der berigten op de nadere klagten die bij de Twede Memorie van Jacobus van Reenen C: S: van den 17 April 1782 voorkomen zo door den gerepatrieerden Heere Gouverneur van Plettenberg als deezen Rade aan Hoogst dezelve zijn gesuppediteerd, gelieven te verclaren dat dezelve klagten niet anders hebben kunnen werden aangemerkt dan als van genoegzame grond te zyn ontbloot met byvoeging wijders van het geene haar Edele Hoog Agtb: goedgevonden hebben op de Twaalf Articulen van Verzoeken welke aan het Slot van ges: Memorie voor komen te disponeeren is ter pligtschuldige beantwoordingen daar aan besloten
Dat het Eerste betreffende, zo wanneer de geene die direct geconcerneerd zijn in de Zaak der Perzonen aan dewelke de bij de gem: Memorie voorgewende Excessen zouden zijn gepleegd, zig aan deeze Regeeringe mogten komen te addresseeren daar op zodanige reguard te slaan als men vinden zal den Aart der zaak te meriteeren.
Dat aangaande het Tweede den Landdrost van Stellenbosch en Drakenstein zal werden aangeschreeven om zig te informeeren en deezen Rade te berigten welke Burgers ter zake van hunne in den Jare 1778 ter Verzelling van den Heere Gouverneur gedane Landtogt als nog eenige wettige prætentie zoude mogen hebben ten einde daarop als dan naar billykheid te disponeeren.
Waarbij aan haar Edele Hoog Agtb: zal werden vertoond, dat om diergelyke klagten, en door zommige zeer abusief geformeerde pretensiën bij vervolg voor te komen, en de Burgers van dat bezwaar te ontlasten zeer gevoeglijk zoude kunnen werden gelast dat den Heere Gouverneur nodig oordeelende een Land-togt te onderneemen zig daarop zal hebben te doen verzellen door syn Dragonder-Lijfwagt dan wel zodanige gedeelte derzelve als zijn Edele dienstig oordeelen zal
Dat het Derde Articul concerneerende tot narigt zal werden genomen, het geen haar Edele Hoog Agtb: met opzigt tot het ligten of in Vrijdom geeven der Knegts hebben gelieven te ordonneeren
Dat op het geene haar Edele Hoog Agtb: met relatie tot het Vierde Articul, over het intrekken en uitgeven der Leenings Plaatzen handelende goedgevonden hebben te disponeeren aan Hoogst dezelve onderdanigst zal werden berigt, dat nadien uit het geene de Vrijheid genomen is, hier voren ter neder te stellen gebleeken zal zyn hoe bezwarend het voor de Landlieden uitkomen zoude wanneer dezelve zig verpligt vonden om tot het afdoen der zaken van hunne Leenings plaatzen zig eenige dagen aan de Caab te moeten blyven ophouden, het aangeschreevene mede niet zoude kunnen werden ingevoerd zonder zware kosten en belemmeringen voor die Ingezeetenen te veroorzaken als zynde het uitgeven en afdanken der Leenings Plaatzen, zaken die tot het dagelijx Huishouden behooren en om die Lieden niet op te houden ook dadelijk werden afgedaan. Dan dat om te ontruimen den Waan die bij deeze of geene plaats hebben mogt, als of hier inne eenige partialiteiten werden betoond, onder Hoogst derselver gunstig welnemen zoude kunnen werden gelast, dat iemand over de uitgift eener Leenings Plaats zig bezwaard vindende, desselfs belangen zal hebben voor te dragen aan den Heer Fiscaal ofte den Landdrost onder wiens District zodanige plaats geleegen is, om ten kosten der Succumberende Parthijen is het doenlijk met Adsistentie van Gecommitt:s uit den Raad van Justitie ofte Heemraden zig op de gefundeertheid ofte ongefundeerdheid der klagten nauwkeurig te informeeren en van de bevinding behoorlijk Rapport aan den Heere Gouverneur over te brengen, met byvoeging der genomene informatiën ten einde bij zyn Edele als dan daar op zodanig te werden gedisponeerd als de zaak zal VerEijschen
En dat wijders het geen haar Edele Hoog Agtb: op het Vijfde en verdere Articulen van voordragt hebben gelieven te verstaan steeds met behoorlyke nauwkeurigheid zal werden geobserveerd.
Zynde om aan haar Edele Hoog Agtb: te doen toekomen de gerequireerde Lysten der Perzonen die in burger Vrijdom gesteld of als Knegts geligt werden goedgevonden den Zoldij Boekhouder bij Extract deezes te gelasten zodanige Lijsten in het vervolg Jaarlijks ter Secretarije te bezorgen, met byvoeging van de omstandigheeden en Reedenen welke tot het vrijgeven en ligten dier Perzonen aanleiding zullen hebben gegeeven; Terwijl dezelve Reedenen en omstandigheeden in het vervolg ten dien einde precise zullen moeten werden bijgevoegd, zo dikwerf eenig Perzoon geligt of in burger Vrijdom gesteld werdende den opbreng daarvan volgens gewoonte aan het Zoldij Comptoir geschied.
Om wijders gehoorzaamst te dienen van de nadere consideratiën tot dewelke haar Edele Hoog Agtb: goedvinden ons te gelasten belangende de veranderingen die volgens Missive van hier in dato 22 July 1783. in de Vrijbrieven nodig scheenen, is daar op aangemerkt, dat of schoon met bijvoeging eener originele Vrijbrief het zamenstel en den inhoude daar van aan haar Edele Hoog Agtb: is vertoond, en men van hoogst derselver welbehagen was afwagtende of de tot Burgers gelargeerd werdende Perzonen eenig meerder voorregt zoude mogen erlangen waarmede als toen gedoeld zal zijn, op de bezwaren in de beide Memoriën van J: V: Reenen C:S: voorkomende over het in dienst nemen en verzenden van eenig Burger, die zulx zoude meriteeren, en van hetwelke een bijzonder voorregt aan dezelv zoude behoren te werden verleend men egter onder haar Edele Hoog Agtb: gunstig welnemen van oordeel is, dat gelijk ‘er buiten eene zodanige Privilegie reeds moeite genoeg gevonden word, om Burger Lieden van Slegte Conduiten te corrigeeren of uit deze Colonie te Verzenden het verleenen van eenig voorregt door het welke hier aan eene engere bepalinge zoude werden gemaakt ook niet anders dan een grotere Vrijheid tot onbandigheid en slegte conduiten onder dezelve en veel belemmering voor de Justitie te weeg brengen zoude en dat het dus in teegendeel veel heilzamer en ter meerder beteugeling der geenen die in’t vervolg in burger Vrijdom gesteld werden mogten strekken zoude wanneer in de Eerste plaatze de benaming van Burgerregt uit de Vrijbrieven wierd gelaten, als waaruit veele zeer verkeerdelijk willen afleiden dat de Burgers of Colonisten alhier zig zodanige voorregten toereekenen kunnen als de Burgers van zommige Steeden inde Republicq bij bijzondere oude handvesten verkreegen hebben: en dat ten Tweeden dezelve tot Burgers vrij gelaten werdende Dienaren voor den tijd van Twintig Jaren bepaald wierden aan het Beroep of Ambagt tot welkers Exercitie zij het Burgerschap verkrijgen om niet gelijk bij onze onderdanige van den 23 December des gepasseerden Jaars de Vrijheid genomen is, te vertonen, inde noodzakelijkhied te vallen van telkens weder nieuwe Ambagtslieden vrij te geeven, tot eene nadeelige uitbreiding der Colonie, mitsg: ten Derden dat even als ten opzigte van zodanige in burger Vrijdom te latene Perzonen zelve geconditioneerd werd, het mogen verzenden van zyne nakomelingen als mede aan de Regeering gereserveerd zal blijven, daar men anderzints meend te mogen beweeren dat de geene die uit de zulke geboren werden niet meer als daar aan Sujet maar in teegendeel voor Vrij en buiten bedwang der Wetten van de Maatschappij geborene Burgers aan te merken zijn.
En van hoedanigen Vrijbrief na het geene Haar Edele Hoog Agtb: gelieven te requireeren een formulier is ingesteld ten einde bij de rescriptie aan hoogst dezelve te werden overgezonden
En nadien haar Edele Hoog Agtb: ter Consideratie van het geene aan hoogst dezelve uit de Aparte Missive van den Heere Gouverneur van Plettenberg is gebleeken, al verder hebben gelieven aan te schreiven dat de recognitie penningen die voorm: Jacobus van Reenen aan de Maatschappij nog Schuldig is, van denzelven en van alle anderen die in het zelfde geval zullen mogen zijn, als nog zullen behooren te werden geint, ten ware reedenen ter contrarie van dewelke als dan aan Haar Edele Hoog Agtb: zouden moeten werden berigt, tevens aanbeveelende teegen diergelijke agterlijkheid in het invorderen van ‘S Comp:s geregtigheeden te zorgen, en zo meede voorzieninge te doen tegen het verwisselen der Namen van de Leenings Plaatzen, zal betreffende het Eerste, aan haar Edele Hoog Agtb: gehoorzaamst werden vertoond, dat dewijl uit de moeielijkheeden die reeds ten tijde van welgem: Heere Gouverneur van Plettenberg over de Leenings Plaatzen van voorsz: Van Reenen zijn ontstaan af te leiden is, hoe bezwaarlijk de betalinge der voorsz: nog ten agteren staande Recognitie penningen buiten middelen en wegen van Rechten van denzelven van Reenen te erlangen zouden zijn, en men door het bij ‘er hand neemen en inslaan van deze Middelen en wegen zeekerlijk zeer onaangename poursuites te gemoeid zoude moeten zien, om zulx voor te komen best zoude zijn den tyd af te wagten dat op de eene of anderer wijze, den Boedel van gem: Van Reenen tot liquiditeit en distributie onder zyne Erfgenamen werd gebragt, ten einde als dan de pretensie omtrend voorsz: Leenings Penningen te doen incasseeren en dat belangende anderen die zig mede in het zelfde geval bevinden reeds bij Billietten aanmaninge tot het opbrengen van hun agter weezen is geschied met dat gevolg dat een groot aantal derselve daaraan hebben voldaan terwijl ook daarbij het onvermogen van veele niet heeft gedoogd dat efficatieuser middelen bij der hand genomen wierden daar zulx tot bederf van die Lieden strekken en teegens haar Edele Hoog Agtbr: intentie aanlopen zouden
Zullende ten opzigte van het Tweede de Landdrosten in de Resp:ve buiten Districten werden gelast, nauwkeurig te onderhouden een Lijst van alle zodanige Leenings Plaatzen als onder hun District uitgegeeven zijn, met precise aanteekeninge van het geene daarop werd betaald ten einde de zodanige die met het opbrengen van ‘S Comp:s geregtigheid voor dezelve in gebreeken blyven mogt, telkens daar toe aan te sporen en des noods door middelen van regten te constringeeren. Gelyk ook bij Billietten de zodanige die op de laatst voorgaande aanmaninge van den 5 Aug:s des gepasseerden Jaars daar inne nalatig gebleven zijn, de novo zullen werden gewaarschouwd om hun agterwezen met den eersten te voldoen, op pœne, dat bij verdere nalatigheid van dien hunne Leenings Plaatzen ingetrokken en den opstal met het geene zig verder op dezelve bevinden mogt, tot betalinge der agterstallen bij Executie zullen werden verkogt.
En zal wijders om met opzigt tot het derde of het Verwisselen der Namen van de Leenings Plaatzen te voorzien, en zo mede om voor te komen de Frauden die gepleegd worden bij de geene die de Leenings Plaatzen op de Naam van anderen bezitten als waar door zeer bezwaarlijk ja dikwerf onmogelijk gemaakt werd, om de Perzonen die voor het agterweezen op die Plaatzen moeten aangesproken werden te kunnen ontdekken mede werden gestatueert dat voortaan niemand eenige Leenings Plaatzen op ordonnantie zal mogen neemen op de Naam zijner nabestaande ofte anderen, maar dat dezelve Plaats zal moeten werden bekend gesteld en ter Secretarije geboekt, op zyn Eijgen Naam gelijk meede dat de geene die eenige Plaats in Leening verzoekt welke te voren uitgegeeven is geweest daarvoor geene andere Naam of geleegentheid zal mogen opgeven of doen bekend stellen als de zodanige waar onder die Plaats bij de Buren en andere bekend is geweest, op pœne dat wanneer hier inne ter Contrarie werd gehandeld, de geene die de Naam der Leenings Plaats veranderd heeft, ofte ook anders als op zyn Eygen Naam komt te bezitten vervallen zal weezen van de Vergunninge die daar omtrend is geschied, en de Plaats uitgegeeven werden, zal aan den geenen der burger Landbouwers die zulx zal hebben ontdekt, met eene verbeurte van ƒ1000. ten behoeve van den Officier die de Calange zal komen te doen, en waarbij den zodanigen teffens zal werden geconstringeerd tot voldoeninge der Leenings penningen die op diergelijke Plaats ten agteren staan mogten, zullende aan een ieder die teegenswoordig eenige Leenings Plaats onder een Verwisselde benaminge of op den Naam van een ander mogt bezitten, of hebben doen bekend Stellen werden gelaten den Tijd van een Jaar binnen welken tijd de bekendstelling van de oude Naam der Plaats of overschreiving op hun eigen Naam met betaling der ten agteren staande recognitie penningen zal moeten geschieden also na verloop van dien tijd overeenkomstig het hiervoren gestatueerde tegens de nalatige zal mogen en moeten werden geprocedeerd.
Verders bij haar Edele Hoog Agtb: begeerd zijnde, dat zal werden gediend van onze Consideratiën en Advijs op de bedenkelijkheid of het aanbesteeden der Leverantie van Vleesch en Leevendig Vee, voor de Comp:ie voortaan wel meer zoude behoren te werden gedaan, aan de zullen die eenig vee of veeplaats van zig zelf bezittenen zo mede of in de wijd afgeleegene Velden in’t vervolg wel eenige Plaatzen dienen te werden uitgegeeven dan aan de zodanige die in dezelve velden woonagtig zijn of onder conditie om zig aldaar met ‘er woon te zullen neder zetten
Is ten deezen aanzien geconsidereerd, dat wat het Eerste betrefd, de aanhoudende duurte van’t Slagtvee niet aanraden zoude voor Eerst de Bezitters van Vee of Vee plaatsen van de aanbesteeding der voorsz: Leverantie uit te sluiten hoe zeer zulx in tijden dat het vee abundant is voor zeer noodzakelijk moet werden gehouden om voor te komen dat de aanneemers dier Leverantie door hun eigen vee tot de Slagterij aan te wenden zodanige mede Ingezeetenen die uit de Veefokkerij alleen hun bestaan hebben het Vertier derselve niet belemmeren of voor het grootste gedeelte afsnijden alzo den Intrest der ges: Aanneemers zeer natuurlijk mede brengd om het slagt vee na de aanbesteeding zo lang in te kopen als hem mogelijk is, en om het welke te dwingen zij door het Bezitten van een groot Aantal vee, en veeplaatzen uit zig zelven in staat kunnen zijn.
Waarom men aan Haar Edele Hoog Agtb: zeer gerustelijk meend te mogen en moeten adviseeren dat de Regeeringe alhier behoord te werden aanbevolen nauwkeurig in agt te neemen om in tijden dat ‘er een overvloed van vee gevonden word bij de Billietten die voor de verpagting werden geaffigeerd, en zo mede by de conditiën der aanbesteeding zelve te stipuleeren, dat niemand die een noemenswaardige quantiteit vee of eenig Veeplaats van zig zelven bezit tot Contractant of Deelhebber aan het Contract der Leverantie zal werden gedoogd, en dat de geene die de Leverantie aanneemd in zulken gevalle is het nood ook bij Eede zal moeten verklaren, op eens anders Naam geen vee of veeplaatzen te bezitten, nog ook eenige veeplaats of aanteel vee gedurende den tijd dat hij in het Contract tot de Slagterij voor de Comp:ie Staat te zullen aankopen, of in dezelve Slagterij met iemand te participeeren, of te zullen participeeren die vee of veeplaatzen bezit of in den tijd dat het Contract stand grijpt zal komen te bezitten
En dat het Tweede, aangaande voor de Ingezeetenen in de wijd afgeleegene velden ten nadeele strekt, dat iemand anders als die aldaar woonachtig is, in dezelve velden eenige Plaatzen bezit om reeden dat aan d’ eene zijde het Vertier van vee minder moet worden wanneer de geenen die uit andere Takken van den Landbouw bestaan in het vermogen te zijn zig zelfs het vee te bezorgen dat zij tot hun omslag nodig hebben, en anderendeels ook wel hoofdzakelijk zo lang het geweld en Overlast der Bosjesmans Hottentotten blijft duuren om dat zodanige Plaatzen Slegts met eene Europeesche knegt of ander vertrouwd Perzoon werd bezet, die voor zyns Meesters vee verantwoordelijk weezende niet zo wel tot het te keer gaan der rovende Bosjesmans Hottentotten kan werden geEmploijeerd als iemand die op syn Eygen Plaats in die Velden woond en voor den tijd dat hij of sijne Zoonen wanneer die zig meede reeds bekwaam daartoe vinden, tegens de gemelde Rovers in Commando uittrekken moeten, naar zijn Eijgen goedvinden een ordre op desselfs nablyvend bezit stellen kan.
Dan dat het met veel moeite en onaangenaamheeden verzeld zoude gaan wanneer nu ingetrokken en weder aan de zulke die in de gem: velden wonen of zouden willen gaan wonen, uitgegeeven wierden de Plaatzen die anderen reeds aldaar bezitten; En zoude daarom dan ook alleen voor het vervolg de nodige Voorzieninge dienen te werden genomen, om geene Plaatzen ‘tzij nieuw aan te leggene dan wel die verlaten zijn geworden, meer of weder uit te geeven, dan aan Ingezeetenen die aldaar wonen of onder conditie van zig op zodanige Plaatzen met ‘er woon neder te zetten, ten einde door dien weg zo veel te meer Weerbare Mannen ter onderlinge bescherminge in het te keer gaan van den ondraaglijken Last en het geweld der voorsz: Rovende Wilden, in de voorschreeve Velden te kunnnen bij een Verzamelen.
Met al het welke vertrouwd werdende provisioneel aan Haar Edele Hoog Agtb: zeer gevenereerde intentie te zullen weezen beantwoord, zal zo dra van het geene volgens het gezegde eenig nader verslag of berigt is vorderende de nodige Elucidatiën ingekomen zullen zijn, daarvan onder de resp:ve Hoofddeelen tot dewelke der Materiën bij voorsz: geerbiedigde aanschrijvinge gehandeld zijn, ook aan Hoogst dezelve pligtschuldig kennisse en berigt werden gedaan.
Terwijl men onder betuiging eener opregte erkentenisse wegens het geene Haar Edele Hoog Agtb: over de verantwoordinge der Resp:ve Dienaren alhier op de voorsz: nadere klagten van J: Van Reenen C:S: hebben gelieven te verklaren, Hoogst dezelve tevens verzeekeren zal dat alle pogingen zullen werden aangewend op dat na het verlangen Harer Edele Hoog Agtb: tot herstelling der rust de zaken hier mede mogen werden gehouden voor afgedaan, met bijvoeging dat voor zo verre men immers nagaan kan, een ieder met de dispositie harer Edele Hoog Agtb: de maatregulen dewelke overeenkomstig dezelve genomen zyn en het geen men verder binnen korten daaruit te verwagten heeft, zeer te Vreeden is, en van de voorheen plaats gehad hebbende onrustige beweegingen niets meer vernomen werd;
Gelijk aan Haar Edele Hoog Agtb: tevens kennisse zal werden gegeeven dat door den gerepatrieerden Heere Gouverneur van Plettenberg ten deezen Gouvernement nagelaten zyn, de minuten van zodanige zijn Ed: Consideratiën en aparte Missive als van welke Hoogst dezelve gelieven te gewagen, om in Cas zulx niet zoude weezen geschied ons dezelve te doen toekomen.
En dewijl eindelijk met leedweezen uit de meergem: Haar Edele Hoog Agtb: gevenereerde Missive, en de daar nevens gevoegde Copijen is ontwaard hoedanige Addressen door M: A: Bergh C:S: aan Haar Hoog Mogende de Heeren Staten Generaal der VeEenigde Neederlanden zijn gepræsenteerd geworden als mede welk berigt Haar Edele Hoog Agtb: goedgevonden hebben daarop te doen afgaan, terwijl uit het laatste is gebleeken dat bij Hoogst dezelve met de aankomst der toen Verwagt werdende Scheepen wierden te gemoed gezien de Stukken dewelke ontbroken hebben om bij hetzelve berigt aan hun Hoog Mogende volleedig op te geeven, wat er zij van de gevallen waar over de gem: Requestranten voornamentlijk hun beklag Schynen te doen rakende de alhier gevoerde Procedures omtrend den Burger Daniël Verwij en de handelwijze van den Heer Independent Fiscaal Jan Jacob Serrurier met opzigt tot de Burgers Bartholomeus Goethart en Johan George Berends en waarbij Hoogst dezelve ook gelieven te vorderen dat op den inhoude van voorsz Stukken zo verre dezelve aangaan zal werden gediend van berigt
Dog nadien met geen zeekerheid kan werden geweeten of door Wijlen gemelde Heer Independent Fiscaal reeds de Stukken die beide voorsz: zaken en gevallen concerneeren geligt en verzonden geworden zijn en haar Edele Hoog Agtb: verlangen dien aangaande pligtschuldig behoord te werden voldaan, is verstaan van de Justitieele Secretarije alhier te doen ligten en ten spoedigsten aan Haar Edele Hoog Agtb: over te zenden Copijen van alle Stukken de voorsz: gevallen der daarbij gem: Perzonen Concerneerende
En nadien die zaken den Raad van Justitie in het bijzonder betreffende welkers handelwijze uit dezelve Stukken genoegzaam komt te blijken, zal de Vrijheid werden genomen ter vermijding van recites en wydlopigheid ons daaraan Eerbiedigst te refereeren met byvoeging nogthans dat hoe wel door het Overleiden van meergem: Heer Serrurier afgesneden is de geleegendheid om zig te expurgeeren van den hem daarbij opgelegden Blaam, concerneerende syne voorgewende gepleegde Subtiliteiten omtrend de gemelde Burgers Goedhard en Berends, die beschuldigingen egter van alle waarschijnlijkheid zijn ontbloot, nadien geen particuliere bedoelingen kunnen werden verondersteld off gemaakt, waar aan men gem: Heer Fiscaal Serrurier zoude Schuldig kennen, of door welke hij zoude hebben kunnen vervoert worden om daden te pleegen zo strijdig met de zuivere behandelinge der Justitie en de pligten van het Fiscaals Ampt, als in het Addres van den 14 December hem ten Lasten werden gelegd.
Door den afgaanden Equipagiemeester Justinus van Gennep ingevolge het geene ter Sessie van den 4 dezer aan denzelven is gelast geworden, thans ingediend hebbende desselfs berigt, rakende het project der Lading van het Schip deen de daaromtrend voorkomende aanmerkingen bij de zeer geeerde Missive der Hoog Edele Heeren Seeventhienen in dato 23 November 1785 en welk berigt was luidende als volgd
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff gouverneur en Directeur van Cabo de Goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a benevens den E Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en E Agtb: Heeren!’
‘Het Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: gunstig behaagd hebbende, ingevolge zeer gevenereerd Raadsbesluit van den 4 Maij aan den ondergeteek te laten afgeven een Extract uit de zeer geeerbiedigde Missive van de Wel Edele Hoog Agtb: Heeren Zeeventhienen in dato 23 November A:o pass:o alhier op den 24 der Jongst gepasseerden Maand Maart met het Schip ‘Taangebragt, rakende het Project der Lading van het Schip deen de daar omtrend bij haar Edele Hoog Agtb: gemaakte aanmerkingen mitsg: de daar uit voortgevloeide te veel bereekening van ƒ22650: aan præmie van assurantie, en daar bij te gelijk den ondergeteek: te gelasten zo spoedig mogelijk Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: daaromtrend van berigt te dienen en wel tot betere Elucidatie van het geene hoogst gem: Heeren en Meesteren komen te vorderen’
‘Den ondergeteek: werd verpligt eensdeels door het doen van Transport aan Syn Vervanger, en ander deels door het vereffenen van zyn particuliere affaires voor zyn vertrek na Europa zo Succinct aan dien ordre te voldoen, als mogelijk is, en zal aanvankelijk d’ Eere hebben van aan te merken, dat ofschoon de Heeren en Meesteren bij bovengem: zeer gerespecteerd extract gelieven te zeggen, dat het volgens Haar Edelens Hoog Agtb: begrip het natuurlijkst is, te onderstellen dat hij in qualiteit als Equipagiemeester voor de eijgentlijke opsteller van het meerm: Project moet werden gehouden, ‘tzij dan dat hij daar in te rade is gegaan met den Schipper Dirk Huijzing, wylen den Negotie overdrager Kirsten en de ordinaire Gecommitt:s Johan Adolph Kuuhl en Johan Fredrik Godhold Holtzapfel ‘tzij dat hetzelve werk door hem alleen verrigt is, en in deze zonne klaar demonstreeren en wel op goede gronden, dat nog het een nog het ander op hem kan toegepast worden, en hij in deezen onschuldig is, en dus bij gevolg buiten alle verantwoording die daar uit voort gevloeit is, moet gesteld worden.’
‘Den Ondergeteek: begint dan, met Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: aller Eerbiedigst en prealabel voor te dragen dat hij de Facturen van het Negotie Comptoir met geen ander inzigt en oogmerk heeft gerequireerd, als om daar uit t’ontwaren hoe veel pakken Balen Coffy bonene en kouwers ‘er nog in’t Schip ‘Tberustend waren, en niet om daar uit een Project Lading voor’t Schip dete formeeren, deweijl op de Notitie der ordinaire Gecommitteerdens geen mentie daar van gemaakt wierd’
‘Den ondergeteek: negeert niet maar avoueert het teegendeel volkomen dat volgens den Aart van syn bediening en gelijk de Heeren en Meesteren zulx wel en te regt bij hare zeer gevenereerde aanschryvens gelieven aan te merken, mede brenge, om de Projecte en Lading der Scheepen te beramen en in ordre te brengen dog in dit geval heeft hij er zig niet mede opgehouden, wel fort en ferm ontkennende nooit een ordre ontfangen te hebben, nog van den geweezen Heer Gouverneur van Plettenberg nog van den Heer Hoofd Administrateur Hacker om een project te formeeren van de Lading voor het Schip devoor aldaar de geld Som bij bepaald en bekend gesteld waren, dewijl de Factuuren al waar de geld Sommen bij bekent staan voor hem altoos met de uitterste omzigtigheid zyn bedekt gehouden, om wat reeden is hem ten eenemaal onbekend, en zo het nog al komt te gebeuren wanneer het de uitterste nood vereischt, dat hij het oog ‘er in hebben moet, dan is het nooit geschied als in præsentie van den een of ander pennist van’t Negotie Comptoir gelijk zulx ook Plaats heeft gehad, wanneer hij de Factuur van het Schip ‘Trequireerde, gelijk blijkt uit zyne verleende Declaratoir sub dato 12 Junij 1784. maar wel daar en teegen heeft hij ordre van geciteerde Heer Gouverneur en Hoofd Administrateur en ook nog maar mondeling ontfangen om dien Bodem af te laden met zodanige goederen die in het Gouvernement en de aanweezende Scheepen aan handen waren zonder eenige bepaling ontfangen te hebben hoe veel dat de geld Sommen bedragen moest daar en boven ook nog wel expresselijk ontkennende nog met Schipper Huijzing nog wijlen den Negotie Overdragen Kirsten of de ordinaire Gecommitteerdens Kuuhl en Holtzapfel over dat onderwerp gesproken veel min geraadpleegd te hebben, Terwijl die daartoe al meede nooit ordre ontfangen hebben, blijkens bovengem: Veklaring, dewijl gem: Kuuhl en Holtzapfel daar bij wel ten duidelijkste en op het Solemneelste declareeren van een project niets te weeten’
‘Den ondergeteek: nam de Vrijheid zo even te advoueeren dat de Aart van sijn bediening mede brengt, om de projecten te maken voor Scheepen die hier beladen worden, en daar omtrend te rade te gaan en Communicatief te handelen met de Negotie Overdrager, ten einde om de geld Somma te kunnen bepalen en weeten dog in Casu Subjecto is dat nooijt geschied, wel heeft den Ondergeteek: Wel Edele Gestr: en E Agtb: Heeren uit de opgegeevene Notitie der ordinaire Gecommitteerdens tot syn eijgen Speculatie een plan of project geformeerd dien hij nodig en dienstig oordeelde tot het beladen van bovengem: Bodem dog hij heeft hetzelve nooijt aan iemand wie het ook syn mag vertoond of overgegeeven en nog veel minder een afschrift daar van afgegeeven en welke Notitie, zonder dat daar nogthans de geld Som bij bekend stand, inhield alle zodanige goederen die in dit Gouvernement aan handen en in de scheepen berustende waren, mitsg: tot Lading dienen moeste voor Europa en welke Notitie hij gevordert heeft, om daarop aan te halen en te noteeren zodanige goederen die in dekonde afgeladen worden om daar omtrend geen misslag te begaan, dewijl hij geen de minste Notitie had welke goederen bij het Gouvernement aan handen waren en waar mede de overige Scheepen voor Europa moesten afgeladen en gedepecheert worden’
‘De reedenen en motiven die den needrigen Dienaar heeft bewogen, wel Edele Gestr: en Agtb: Heeren! onder Eede niet te hebben willen opgeeven en declareeren ten opzigt van de opgave of niet opgave van het Project der Lading in geschrifte of niet, zijn zeer simpel mitsgaders zonder eenigste de minste ingewikkeldheid dezelve bestaan hierin’
‘primoomdat hij direct nog indirect de maker niet is van het Project in questie of daartoe eenige ordre van wie het ook weezen mag ontfangen te hebben, om het zelve te formeeren en in ordre te stellen’
‘Secundo dewijl het van des ondergeteekendes departement is, om zodanige project te formeeren, gelijk boven geallegueert en aangemerkt is, geadsisteerd met de Negotie Boekhouder want zonder die zyn hem de geld Somme onbekend, zoo had hij daar toe gequalificeerd geweest, door een Schriftelijk ordre want het is in dit Gouvernement een constate ordre en gewoonte dat wanneer den Equipagiemeester van Memorie declaratoir, berigt, en wat het ook zijn mag dienen moet, rakende syn dienst en departement, hij daartoe geinjùngeert en gelast word bij een schriftelijke ordonn:ie op het Secretarije geschreeven en door de Heer Gouverneur geteekend, om van zodanige gerequireerde papieren in geschrift te dienen en welke geschriften voor den ondergeteek: altoos op het Secretarije van Politie volgens gebruik geconcipieerd zijn geworden volgens het concept het welk hij daarvan Suppediteerd en waarvan een Copia met de door den Heer Gouverneur geteekende ordonnantie aldaar blijft berusten om in tyd en wijlen tot een bewijs te dienen, en het zeer aanmerkelijk, dat ‘er zodanige ordonnantie juist nu het op een vergoeding aankomt en die men den ondergeteekenden wel gaarne op Reekening zoude willen zien stellen op het Secretarij niet te vinden is, en den teegenswoordige Negotie Boekhouder Casparus van Eerten niet weet, op wiens ordre hij het Project van de Lading van het Schip degeschreeven heeft schoon het zeer waarschijnlijk is, dat hij weeten moet op weins ordre en Last dat Project gemaakt is, en wie daar toe ordre heeft gegeeven, dewijl hij ten tijde van den overleedene Negotie overdrager Kirsten, de affaires van dat Comptoir meest in Perzoon heeft waargenomen en gade geslagen’
‘Tertio zodanige schriftelijke en door den Heer Gouverneur geteekende ordonnantie ontfangen hebbende diend hij van berigt in Scriptis en steld het zelfs eigenhandig in handen van den Heer Gouverneur die zo het de Negotie betreft het overgeeft aan den Hoofd Administrateur of Tweede het geen in dit geval ook geen plaats heeft gehad en nu dat het op vergoeden en betalen aankomt weet niemand wie de maker van dat Project is, en men zoude wel gaarne het Gewigt van de geheele zaak op den ondergeteekende willen doen needer storten.’
‘Quarto het is zeer onwaarschijnlijk dat men juist in dit geval teegens den gewone constante Wet, van den ondergeteek: een mondelinge opgaaf van zodanig een Factuur zoude gevergd hebben, ten minste het zoude buiten practijk en teegens de belangen der E Comp:ie direct Strijdig weezen om de wille der abuisen die daar door zouden kunnen gecauseert werden, buiten en behalven dat hij ook zeer gaarne wel wil declareeren, daar toe niet in staat te weezen, veel minder zig zouden kunnen rappelleeren, wat hij in zodanig geval aan een en ander ten dien einde bij mondelinge opgaaf heeft gedaan, dog daar en teegen is het zeeker dat indien men van den ondergeteek: had gevordert om zodanige Project te formeeren en in geschrifte over te geeven men zulx zeekerlijk bij een ordonn: zouden hebben gedaan, en bij aldien het in geschrifte is overgegeven dan hadden volgens boven geciteerde constante gewoonte en Wet drie differente blijken tot een leevendig en spreekend bewijs ter Secretarije te vinden moeten weezen, daar ‘er teegenswoordig nu het op betalen aankomt geen een te vinden is, en derhalven is het zeeker, dat er nooijt zodanig een Project door den ondergeteek: geconcipieerd in de weereld is geweest, nog de daartoe gerequireerd wordende ordonn: of dat men juist in dit geval, en daar het op betalen aankomt op het Secretarije negligeant te werk is gegaan en om alle deze motiven sustineert den ondergeteek: Eerbiedig dat men in Casu Subjecto geen Eed van hem kan vorderen, maar dat het grootste recht des weereld aan zyn kant is, om het zelve van de hand te wijzen die dikwils door verloop van tijd recht, strijdig teegens zijn eigen geschrift zoude kunnen aanlopen, zijnde ook nog al een van de voornaamste oorzaken en motiven geweest waarom hij heeft gerefuseert zyne declaratie onder Eede gestand te doen omdat hij niet ignoreerde, dat den Hoofd Administrateur de Heer Pieter Hacker bij den Agtb: Raad van Politie had ingebragt het meer geciteerde Project in questi en notoir ook moest weeten wie de maker van hetzelve was, en daar ik altoos in dat denkbeeld heb geverseerd dat den heer geweezene Gouverneur van Plettenberg nevens den Hoofd Administrateur Hacker, en den thans zynde Negotie boekhouder Van Eerten van dat Project de makers waren, en hetzelve hadden beraamd, te meer daar laatsgem: de Schrijver zelfs van de Copia is, dat ter Secretarije berust dewijl dog deeze Heeren de eenigste zijn die inspectie van de Facturen word aanvertrouwd, zo heb ik eerstgem: Twee Heeren tot nog toe gemenageert, eensdeels om het Respect dat ik haar verschuldigt was, en anders deels niet dan onaangenaamheeden op den hals gehaald zoude hebben, om dat ik met zodanig een Declaratie my den haat van die beide Heeren op den hals zoude gehaald, het geen ten gevolge zoude kunnen gehad hebben een reeks van disagrementen en verdrietige ontmoetingen in myn dienst, mogt het nogthans komen te gebeuren Wel Edele Gestr: en E Agtb: Heeren dat de Wel Edele Hoog Agtb: Heeren Majores niet teegenstaande het een en ander middag klaar is beweezen met deze zuivere en na waarheid gedeposeerde demonstratie niet te vreeden zijn, dan neemd hij aan ten allen tijde en des gerequireerd werdende met Solemneele Eede te corroboreeren, dat hij van zodanig project nooijt de maker is geweest, of nog van den Heer Gouverneur van Plettenberg nog van den Hoofd Administrateur Hacker ordre ontfangen te hebben om hetzelve te concipieeren en in gereedheid te brengen, en dus het aan hem niet kan geimputeert werden, het abuis dat ‘er omtrend de præmie van assurantie gebeurt is, schoon hij volkomen van gevoelen is dat de geene die opgeeft, dat hij de maker van dat Project is geweest hem daarvan ook voldoende moet overtuigen en in welke geval dan ook den ondergeteek: zeer gaarne de begeerde vergoeding zig wil onderwerpen.’
‘Daar de tijd zeer kort is, van het aanweezen van den ondergeteek en hij daar door sterk geoccupeert is, zo met het overgeven van zyn Adminstratie als het Reguleeren van zyn affaires en ook niet gaarne Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: precieuse attentie te veel vergen wil, nog hoogst desselfs wigtige en serieuse occupatiën storen, zo zoude hij hier kunnen eindigen, dog de zaak in questie is van te groot gewigt en belang om niet alles te berde te bringen wat in deeze tot eenige Elucidatie zoude kunnen dienen en daarom vervrijmoedigt hij zig om Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: in hope van een gunstige welduiding in overweging te geven om den afgeganen Heer Gouverneur Van Plettenberg en den Hoofd Administrateur Hacker te injungeeren om onder præsentatie van Eede te declareren en op te geven of zij den onderget: ooit narigt hebben gegeven of onderhoude over het important verschil der Canneel Balen die in’t Schip dezyn geladen geworden want zo dien Bodem volgens dat Plan of Project van den ondergeteek: was geladen geworden, dan had hij zelf zeekerlijk bij tijds ontdekt dat hij een misstap had gedaan en zoude in staat geweest zijn om het zelve te repareeren, dog dat is nooijt geschied Ja! zelfs heeft hij het ook nooijt geweeten als nu eerst dat hij uit bovengem: zeer gevenereerd Extract heeft ontwaard want zo hij daar over was onderhouden geworden dan was hij zeekerlijk ook in staat geweest om een middel aan de hand te geeven, om dat abuis te redresseeren, met in steede van Thusschen deks Thee te laden Balen Caneel met Peeper te leggen dat de Lading merkelijk in prijs zoude hebben doen steigeren, en waar door het important Verschil in de præmie van assurantie zoude hebben kunnen geprævenieert worden, om al verders meerm: Heer Gouverneur en Hoofd Administrateur te gelasten om op die zelfde wijze op te geeven of zij zelfs dat Project niet buiten de minste kennisse van den ondergeteek: hebben ontworpen of niet weeten wier het Project eigentlijk gemaakt heeft waardoor zo veel Schrijvens over en weder zal uitgewonnen worden ende zaak in questie zijn volle beslag kunnen erlangen, mitsg:s aan wien het toe te schrijven en te wijten is, dat het abuis en verschil van ƒ22650. aan præmie van assurantie ontstaan is, tot merkelyke schade en præjuditie van de belangen der Heeren en Meesteren’
‘Den ondergeteek: Vleid zig hier mede volkomen voldaan te hebben aan de zeer gevenereerde intentie van de Wel Edele Hoog Agtb: Heeren en Meesteren en Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: zonne klaar gedemonstreerd en ten volle geprobeert te hebben dat het buiten zyn toedoen en schuld is, dat het abuis omtrend de præmie van assurantie exteert, dog zo Uwel Edele Gestr: en Agtb: met deze sijne apologie geen genoegen kunnen nemen dan offereert hij zodanig een Cautie te stellen als Uwel Edele Gestr: en Agtb: zullen komen goed te vinden hem te imponeeren’
‘Waarmede hij d’Eere heeft zig met de volmaakste gevoelens van respect en submissie te noemen’
’/:onderstond:/’
‘Wel Edele Gestr: Heer en E Agtb: Heeren Uwel Edele Gestr: en E Agtb: ootmoedige en gehoorzame Dienaar /:was get: :/ J: V: Gennep /:in margine:/ Cabo de Goede Hoop den 13 April 1786.’
Wierd na lecture van hetzelve door den Heer Secunde Pieter Hacker gedeclareert, dat betreffende het geen door voorm: afgaande Equipagiemeester Van Gennep daarbij wierd te kennen gegeeven dat namentlijk door hem Heer Secunde aan denzelven geen ordre gegeeven was tot het maken van het gem: Project, zulx volkomen met de waarheid over een quam.
En nadien meergem: Equipagiemeester Van Gennep bij hetzelve komt te præsenteeren, om indien de Wel Edele Hoog Agtb: Heeren Majores met sijne gedeponeerde demonstratie niet te vreeden mogten zijn ten allen tijden en des gerequireerd werdende met Solemneele Eede te corroboreeren dat hij van zodanig Project nooit de maker is geweest, of nog van den Heer Gouverneur Van Plettenberg nog van voorm: Heer Hoofd Administrateur Hacker ordre ontfangen te hebben om hetzelve te concipieeren en in gereedheid te brengen, is verstaan het gem: berigt na dat ook door meergem: Heer Secunde Hacker en den Negotie Overdrager van Eerten daar van zal zyn gediend, gezamentlijk na het Patria over te zenden.
Na het welke door den onder afgesz: gagie staande Boekhouder Hermanus Augustinus Vermaak in geschrift wierd te kennen gegeeven dat hij in den Jare 1782 in ‘S Comp:s Cassa alhier geteld hebbende een Somma van 329 p:s Ducatons om naar’t Patria geremitteerd en ontfangen te werden door de Heer Gerrit Willem Hijnsen tot Amsterdam ofte desselfs Gemagtigdens ofte Erven; wesweegens de in duplo verleende Assignatiën, door hem op twee differente retour Scheepen ook aan gem: Hynsen overgezonden geworden waren gem: Hynsen aan hem egter had berigt, dat geen der beide Assignatiën te regt gekomen zijnde, hij buiten staat was gebleeven, om de voorsz: Somma bij d E Comp:ie te kunnen ontfangen; zijnde op het door voorsz: Vermaak ten dien belange daarbij gevoegd Verzoek aan denzelven geaccordeert geworden van het Negotie Comptoir te mogen ligten Copia der quitantie wegens de intelling der gem: Somma alhier als mede een extract uit het Cassa Boek waarbij aan hoogst gem: Heeren Majores van het voorschreevene kennisse gegeeven en onderdanigst versogt worden zal, dat uit hoofde van het absent raken der Assignatiën op de gemelde bewijzen de uitbetaling van gedagte 329 Ducatonnen mog geschieden.
Vervolgens door den Bosschieter Carmen Clomp bij Request verzoek gedaan zijnde om uit S Comp: dienst ontslagen, en in burger Vrijdom te mogen werden gesteld, is ter consideratie dat gem: Clomp in het Jaar 1779 op het Schip Willem Fredrik in den dienst der E Comp: de duijm van sijn regter hand heeft verloren en daarbij reeds verre in Jaren gevorderd zijnde na verloop van eenigen tijd d’ E Comp:ie tot Last zoude komen te strekken, wanneer aan denzelven syn gagement zoude moeten werden geaccordeert, daar hij in teegendeel als op den Landbouw afgeregt zynde bij dezelve van nut zijn, en in den burger staat zyn onderhoud en bestaan vinden kan desselfs verzoek geaccordeert, zullende nogthans aan hem syn burger Vrijbrief werden verleend op zodanigen voet als de Wel Edele Hoog Agtb: Heeren Majores uit hoofde van het gene hierboven besloten is, aan Hoogst dezelve voor te dragen nader zullen gelieven te ordonneeren.
Zijnde wijders op de daartoe gepresenteerde Requesten de volgende verzoeken toegestaan te weeten
aan Elizabeth Johanna Jacobse, Huisvrouw van den geweezen burger dezer Plaatze Michiel Christiaan Vos, thans als Predicant in Neederland beroepen, om ten einde zig bij gem: haren Man te vervoegen met het aanweezend ingehuurd part: Schip dederwaards te vertrekken, mits zig ten opzigte der Vragtpenn: gedragende na de Cherte Partij door d E Comp:ie met de Rheeders van dien Bodem aangegaan
aan den burger Nicolaas Everhardus Smit om mede onder de evengem: Conditie, met ged: Schip na het Patria over te varen
aan den oud Commissaris van Civiele en Huwelijx zaken Anthonij Berangee om sijne Twee zoons in Name Anthonij oud 12 en Daniël Fredrik Berange oud 9 Jaren ter erlanging van verdere goede Educatie, met het ter Rheede leggend Bengaalsch Retourschipnaar Neederland te mogen overzenden
aan den krankbezoeker en voorleezer bij deeze Caabse gemeente Jan de Wolf desselfs desselfs ontslag uit den dienst der E Comp:ie ten einde met het voorm: Schipte mogen repatrieeren ende zulx vermits desselfs verbonden tijd reeds zeedert lange heeft uitgediend behoudens qualiteit en gagie. en
aan Christoff Otto van Kampts, om, ten dienste en ter oppassing van hem en sijne Huisvrouw onder betalinge van het daartoe staande Transport en kostgeld alhier, naar het Vaderland te mogen mede neemen een Slaven Jonge en een Slavinne
Nog door den Eersten Lieut: bij de burger Infanterie aan Stellenbosch Jacob de Villiers Jan Pietersz: gelijk mede door den Tweeden Lieut: bij dezelve Stellenbosche Infanterie Jan de Villiers Abrahamsz: bij geschrifte te kennen gegeeven zijnde, dat uit hoofde hunner aanhoudende Lighaams Corruptiën, zig geheel buiten staat bevonden om de voorsz: Functiën langer na behoren waar te neemen; is op hun ten dien einde daarbij gedaan Verzoek het ontslag aan beide dezelve geaccordeert
Zijnde in steede van den bij besluit in dato 14 Maart laatstL: ontslagenen sous Lieutenant bij de burger Invalides alhier Jonas Albertus van der Poel weederom daartoe aangesteld den Vaandrig bij de Compagnie de reserve Pieter van Breda.
Den Heer Gouverneur gaf vervolgens te kennen, dat nadien de Wel Edele Hoog Agtb: Heeren Meesteren bij de bovengem: Missive insgelijx goedgevonden hadden te gelasten dat met de voltooing van het onder handen zijnde Hospitaal voor’t eerste zoude werden voortgegaan en het noodzakelijk werk der Batterijen, zo wel als het geene op verschillende Plaatzen noodwendig diende te werden voorzien en gerepareert niet toeliet de Arbeiders welker getal om aan het Hospitaal te arbeiden al vrij aanzienlyk zoude moeten weezen weder van dat werk af te neemen en boven dien de materialen voor een groot gedeelte door particulieren zoude moeten werden gelevert zyn Edele met den Heere Directeur der Fortificatiën Gilquin in overleg genomen hebbende om eene proeve te neemen of niet profytelijker voor de Comp:ie en tot meerdere Spoed van’t werk zoude strekken wanneer de verdere voltooing van’t ged: Hospitaal aan particulieren wierden besteed, gem: Heer Directeur Gilquin met sijn Edele van oordeel was dat eene particuliere aanbesteeding aan d’eene zijde de Arbeiders menageeren zoude die tot veel ander werk bij aanhoudendheid moeten werden geEmploijeert en welkers getal niet te vermeerderen is, daar aan de andere zijde veel spoed zoude werden toegebragt om het meergem: Hospitaal mits het gebrek aan ruimte tot Plaatzing voor de Militairen wanneer de Hoog Edele Heeren Majores goedvinden mogten, het Guarnisoen alhier te vermeerderen tot dat einde gedeeltelijk te doen dienen. En dat syn Edele door ged: Heer Directeur Gilquin om de gen:de reedenen had doen ontwerpen de Conditiën volgens welke voor eerst aan te besteden zoude zijn den verderen opbouw van een Perceel of Vak van’t Hospitaal zig uitstrekkende van’t grote Portaal of de middel parthij tot aan de reeds staande gebouwen ten N:W:en
Waar over geraadpleegd zynde, is goedgevonden en verstaan de Heeren M: Jacobus Joh:s le Suëur en Tobias Christiaan Ronnenkamp expres te Committeeren omme na dat bij affixie van Billietten, een ieder dien aangaande zal zijn geinformeert, ten overstaan van meergem: Heer Directeur Gilquin den opbouw van voorsz: Perceel op Maandag den 22 der aanstaande Maand Maij Publicq aan te besteeden aan de gene die zulx teegens de minste prijs zal willen aanneemen.
Vervolgens in aanmerkinge genomen zijnde dat vermits overeen komstig de voorsz: nadere dispositiën der Hoog Edele Heren Majores als nu zal moeten effect sorteeren hoogst derselver ordre omtrend den Rang voor de Burger officieren en zo ten dien opzigte, als om in’t vervolg voor tekomen de confusiën en abuisen, die zo dikwerf op de Begraffenissen en andere geleegendheeden in het opleezen der Perzonen voorvallen zeer noodzakelyk zij, dat een vast Rigtsnoer werde bepaald waarna zig een ieder te gedragen hebbe , is op heeden beraamd en gearresteerd, Eene Rang Lijst om in dit Gouvernement te werden geobserveerd, waar bij de burger officieren zodanig zyn geplaats als met haar Wel Edele Hoog Agtb: Resolutie van den 3 X:bre 1783, mitsg:s hoogst derselven bovengem: nadere aanschreiven is overeenstemmende
Op heeden meede gerevideert zijnde de Negotie en Zoldij Boeken dezes Gouvernements van het gepasseerde Boekjaar, met ende benevens de rapporten der tot dies Examinatie gesteld geweest zijnde Leede dezes Raads de Heeren M: Jacobus Joh:s le Suëur en Tobias Christiaan Ronnenkamp uit dewelke zynde komen te blijken dat in de gem: Negotie Boeken niet alleen alle Posten van ongelden en andere afschreivingen met de deswegens verleende ordonn:n accordeeren, maar dat ook buiten dien gene afschreivingen gedaan zijn geworden, gelijk mede dat de zoldij Boeken navolgens de ordre der E Comp:ie gehouden, de afbetalinge der Dienaren na behoren uitgereikt, mitsg:s de belastingen daarvan bij de Negotie Boeken in diervoegen afgeschreven zijn als bij het Rapport van dien specificq is aangetoond en laatstelijk dat de Boedelrekeningen van ‘S Comp: afgestorvene Dienaren welkers nalatenschap door den zoldij boekhouder als Curator ad Lites geadministreert en verkogt zijn mede na behoren onderzogt en bevonden zijn, dat de inschreiving en berekening daarbij na den Indiaschen Standpenn: alhier is gedaan, mitsg:s dat de Vendu Boeken met de origineele Memoriën der gehoudene vendutiën en deze wederom met de Inventarissen komen te accordeeren als mede dat de Dood Reekeningen der overledene Perzonen voor’t zuiver provenue hunner Nalatenschappen met vermindering van 6 17/18 pC: voor wissel verlies ingevolge het zeer geëerd aanschreivens van haar Wel Edele Hoog Agtb: de Heeren Majores in’t Patria de dato 32 April 1778. een ieder voor syn aandeel gecrediteerd geworden zijnde dat bedragen wijders ter Somma van Ducat:s 633: 57 Stuivers ofte ƒ2281:13. benevens nog een Somma van Ducatonnen 47: 21: St: of ƒ170:5. voor wisselverlies door meergem: Curator ad Lites onder ultimo Augustus laatstL: in S Comp:s Cassa alhier geteld, en daarvan bij de Negotie Boeken behoorlijke verantwoordinge is gedaan, invoegen daaromtrend in alles Conform de gerenoveerde en geamplieerde Ordres van Haar Wel Edele Hoog Agtb: de Heeren der Hoge Indiasche Regeeringe gehandelt is geworden, is dierhalven verstaan dat de meergemelde Negotie en Zoldij Boeken volgens usantie zo naar het Vaderland als Batavia en de bovengemelde Rapporten nopens de Examinatie derselve bovensdien aan de Heeren der Hooge Indiaasche Regeeringe zullen werden gesuppediteerd
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten daage en Jaare Voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suër
[Signed:] O: G: de Wet. rt. en secrets.
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 278-282.¶
Woensdag den {17860426} 26 April 1786.
‘Voormiddags alle present.
Den door de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren ten dienste dezes Gouvernements met het Schip ‘tuitgezonden Predikant Petrus van der Spuij bij de vacante gemeente aan het Swartland geplaast zijnde, zal hier van aan Haar Edele Hoog Agtb: onder Eerbiedige danksegging voor deese sending de verschuldigde kennisse werden gegeeven.
Vervolgens door de Burgers Marten Bateman en Johannes Bomgaard bij request te kennen gegeeven zijnde, dat onder hun als gemagtigdens van den in het Jaar 1785 in commando op ‘t Schip ‘Tgerepatrieerden Capitain ter Zee Dirk Hulsenbosch, komende te berusten eene Somma van Rijxd:rs 897:20. wegens het rendement der nalatenschappen van diversse binnen boord van gem: Bodem overleedene Perzonen, omtrend welke penningen zij Supp:ten voor weinige dagen van ged:te Capitain Hulsenbosch ordre hadden ontfangen, om deselve zonder uitstel p:r assignatie in ‘S Comp:ie Cassa naar Neederland over te maken, ten einde aan de daar toe regt hebbende en desweegens continueel aansoek doende Perzonen te kunnen werden uitgekeerd, met verzoek dat de voorsz: Somma in ‘S Comp:s Cassa ten fine voorsz: mogt werden geaccepteerd, is in dat versoek om de voorsz: reedenen bewilligd, Zullende de ged:e penningen mits dien in ‘S Comp:s Cassa werden ontfangen om p:r assignatie na het Vaderland geremitteerd, en aldaar weder ontfangen te kunnen werden, na het aflopen der voorjaarsche verkopinge van A:o 1787.
Zijnde meede op het in geschrifte gedaan verzoek van den Capitain ter Zee Töger Abo aan denzelven toegestaan om desselfs Huisvrouw Maria van der Spuij met zig naar Neederland te mogen overvoeren, en ook ter oppassing van hem en de zelve Zijne huisvrouwe op de reise, onder betalinge van het daar toe staande Transport en kostgeld derwaards te mogen meede neemen een Slavinne genaamd Daphine van Bengalen en een Slaven Jongen in name Mentor van de Caab.
Daar na is op voordragt van den Heer M:r Jacobus Johannes Le Suëur als President der Weescamer in plaats van den overleedene Johan Leonard Waldpot wederom als bode by gem: kamer aangesteld den Burger Bode Jurriaan Prins
En is laatstelijk besloten, omme op den 15, 16 en 17. der aanstaande maand Juny weederom te doen eijken, de Ellen maten en gewigten der Ingezeetenen, ten welken eijnde gecommitteerde Leeden uit den Raad van Justitie nevens den Pro Interim Fiscaal op voorsz: drie dagen hier ten Casteele, mitsg:s Landdrost en Heemraden van Stellenbosch ten huise van den Landdrost aldaar Zullen vaceeren, waarvan tot waarschouwinge van een ieder volgens gebruik de nodige billietten Zullen werden g’affigeerd.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten dage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet. rt. en secrets.
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 283-287.¶
Saturdag den {17860429} 29: April 1786.
‘S Voormiddags alle present
Den Capitain ter Zee en geweesen Equipagiemeester te Colombo Abraham van der Hegge, bij request verzogt hebbende dat nadien hy Supp:lt in het gepasseerde Jaar met het Schip deter deezer Plaatze is aangekomen ten eijnde de gunstige dispositie der Hoog Edele Heeren Majores in ‘t Patria af te wagten om de verdere reise na Neederland te mogen voortzetten, en het hoogst ged:e Heeren Majores behaagt had, bij derzelver gevenereerde missive de dato 23 Novb:r laatstleeden, dit Gouvernement aan te schrijven dat aan hem Supp:lt was toegestaan, om met een der eerstvertrekkende Scheepen van de Compagnie zijne reise naar Neederland te vervorderen, aan hem mogt werden gepermitteerd, met het Schipderwaards over te varen, met ende beneevens Zijne huisvrouwe en twee ter oppassing van hem en dezelve zijne huisvrouwe dienen Zullende Slaven, is in dat verzoek bewilligt, mits door hem van der Hegge de transport en kostpenn: voor Zijne huisvrouwe en zo meede voor de gem: twee Slaven alhier, in ‘S Comp:s Cassa werde voldaan.
Zijnde wijders door George Gunn, Capitain militair in dienst Syner groot brittannische Majesteit, die in het gepasseerde Jaar met het Fransch Schip lealhier aangeland, en door indispositie verbleeven, mitsgaders vervolgens met Maria Elisabeth Krijnauw gehuuwt is, meede bij request verzogt om met meede neeming van Zijne gem: Huijsvrouw ter vervordering Zijner reijze na Engeland op het Schipna Neederland te mogen overvaren en ook nog meede te voeren een tot desselfs oppassing dienende Domesticq het geen onder g’eerde welduijding der Hoog Gebiedende Heeren Majores Zo uit aanmerkinge van voorsz: Huwelijk, als om gemelde vreemdeling, door gebrek aan geleegendheijd om met eenig Schip van de Engelsche Natie te kunnen vertrekken, niet langer tot last in deese Colonie te moeten aanhouden, aan denselven is geaccordeerd ende Zulks onder behoorlijke betalinge van het Transport en kostgeld, Zo voor hem als Zyne gem: huisvrouw en Domesticq, zijnde aan denselven egter niet gepermitteerd geworden, iets anders meede te neemen, dan de bagagie tot het lighaam van hem en deselve Zijne huijvrouw en Domesticq gehorende.
Gelijk al verder aan den oppercoopman en geweesen dessave te Colombo de Heer Cornelis de Kock, op desselfs insgelijks hier om in Scriptis gedaan verzoek is toegestaan om p:r het Schipmet zig naar Neederland te mogen voeren een Slaven Jongen genaamd Jason van Colombo onder betaling der Transport en kostgelden van Ceylon naar Neederland en van daar te rug.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 288-289.¶
Donderdag den {17860504} 4 Maij 1786.
‘S Voormiddags alle present behalven den Heer Secunde Pieter Hacker
Het generaal verslag van Zaken aan de Hoog Edele Heeren Seventhienen, van weegens dit Gouvernement met de retourscheepen af te Zenden, g’examineert en geteekend Zijnde, wierd wijders vermits den opperkoopman en Keldermeester de Heer M:r Jacobus Johannes Le Suëur als met het Presidie der Weeskamer gechargeert weezende verzogt van dat bij Commissarissen van Civile en huwelijks Zaken te werden ontslagen, daar inne bewilligt en laatstgem: Presidie weder opgedragen aan den provisioneel opperkoopman en Dispencier de Heer Tobias Christiaan Ronnenkamp.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 290-292.¶
Vrijdag den {17860505} 5: Maij 1786.
alle Present
Wierd door George Fredrik John Sampson geweesen Capitain bij de artillerie in dienst der Engelsche Oost Indische Compagnie in Bengalen , bij request te kennen gegeeven, dat hij met het Deensch Schipvan Bengalen repatrieerende en daar meede alhier gearriveert Zijnde, nadien dat Schip ter wyl Zylvaardig lag, gisteren namiddag ongelukkig op deeze reede van desselfs ankers geslagen en op strand gedreeven was, van het welke nevens hem Supp:lt drie onder zijn opzigt sorteerende kinderen en twee Domesticquen; Zo wel als de geheele Scheeps Equipagie egter gelukkig waren gered geworden, Zulks hem verhindert had, zijne thuis rijse waartoe om zijne particuliere omstandigheeden verpligt was allen mogelijken spoed te maken, met dien Bodem verder voort te zetten.
Dat hij dus gedrongen zijnde na eene andere bekwame geleegentheijd om te zien; en welke hij vreesde, vermits de tijd des Jaars te verre verlopen was, wanneer langer daarop moest blijven wagten, Zeer bezwaarlijk te zullen aantreffen, zeer instandig verzogt, dat aan hem nevens de gem: drie kinderen en twee Domesticquen passagie mogt werden verleend op het retourschip,
Het geen bij de Heeren Leeden in omvraag gebragt zijnde, ter consideratie van het voorsz: ongelukkig geval aan ged:e Capitain Sampson is geaccordeert, mits betalende het behoorlijk transport en kostgeld zo voor hem als gem: drie kinderen en twee Domesticquen
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet. rt. en secrets.
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 293-344.¶
Vrijdag den {17860512} 12: Maij 1786.
‘S Voormiddags alle present
Nadien ongeagt de voorzorgen en maatregulen die in het werk gesteld en beraamd zijn geworden, om ware het mogelijk een gebrek aan de in deeze Colonie over het algemeen ganschelijk niet te ontbeerene behoefte van brood te verhoeden, voor dewelke men door den ongemeen Zoberen uitslag van het laatste graangewas al vroeg gevreesd had, de schaarsheid hoe langer hoe meer toeneemd, zo dat reeds by publicque verkopingen de Tarw tegens Honderd, ja Honderd en Derthien Rijxdaalders en de garst tot Tagtig Rijxdaalders de vragt ofte Thien mudden is verkogt geworden en van Noord America op het met den Capitain Carpenter volgens besluit van den 16: Februarij laatstL: aangegaan accoord, tot den aanbreng van een lading Tarw en meel niet voor de maand October dezes Jaars ontzet te verwagten zijnde, het geheele restant in ‘S Comp:s Maguazynen slegts bestaan in nog
het geen volgens een ruuwe bereekening van de nodige verstreckingen zo aan de Scheepen als het guarnisoen volk, de buiten posten en ‘S Comp:s Slaven, beswaarlijk tot het laatst der aanstaande maand Julij zal kunnen toereiken; Terwijl veele Ingezeetenen dagelijks reeds over het gemis van brood klagen, Zo dat indien aan de eene kant omtrend het geen nog overgebleeven is alle mogelijke behoedselen in het werk gesteld, en aan de andere Zeijde middelen bij der hand genomen wierden, om op de eene of andere wijse eenig eerder ontzet te erlangen, de allerkommerlijkste gevolgen daar uit zoude moeten ontstaan: Wesweegens den Heere Gouverneur aan de Vergadering geliefde te kennen te geeven, dat Commissarissen uit den Raad van Justitie nopens deeze zeer prangende omstandigheeden aan zyn Edele in het particulier voorgedragen hebbende, de doleantien die ‘er onder de Ingezeetenen plaats hadden, zijn Edele hun Commissarissen daar op had gequalificeert met den anderen te overweegen, welke maatregulen, met een hoop van Succes, bij der hand te neemen zouden zijn, om onder den genodigen bijstand des Allerhoogsten de verdere gevolgen te verhoeden, die daar uit moeten werden verwagt; en het geene hun daar toe als gevoeglijk voorkomen mogte aan deesen Raade voor te dragen, ten einde na daar over nader te hebben gedelibereerd al Zulke mesures te neemen, als men bequaam en eerbaar vinden zal in’t werk te stellen.
Dat gem: Commissarissen hier op vervolgens aan zijn Edele hadden overgeeven een vertoog van inhoude als volgt
Aan den Wel Edelen Gestr: Heer Cornelis Jacob van de Graaff Gouverneur van Cabo de goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a benevens den E: Agtb: Raad van Politie
‘Wel Edele Gestr: Heer en E: Agtb: Heeren!’
‘Aan de ondergeteekendens ter hand Zijnde gesteld, Extract Resolutie in den E Agtb: Politicquen Raad genomen, op Woensdag den 19 der afgeweekene Maand April, hebben de ondergeteekendens uit dezelve Resolutie gezien en vernomen dat het Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb:s heeft geliefd ingevolge de g’ Eerde dispositie der Heeren Majores uit de Ses Comp: Dienaren, mitsg:s Ses Burgerraden thans de Leeden van den Raad van Justitie uitmakende, als Commissarissen te benoemen de ondergeteekendens, ten einde aan dezelve in’t vervolg op te dragen, en te demandeeren, de Zulke Saken als volgens d’ intentie der Heeren Meesteren tot hunlieder departement zouden behoren.’
‘Commissarissen voormeld dus ten dien belange speciaal te gemoed ziende de ordres en Instructiën, waar na dezelve zig zullen moeten gedragen, hebben ondertusschen uit de g’Eerde dispostiie der Heeren Majores, waarvan extract hebben bekomen, reets voor een gedeelte genoegzaam begreepen, welke Zaken voortaan eigentlijk tot het Departement van Commissarissen stonden te werden gebragt, en wel voornamentlijk het beramen van Zodanige middelen dewelke ten requarde van het nauw verband tusschen ‘S Comp:s belangens en die der Ingezeetenen Zouden kunnen strecken, tot welzijn deezer zo Importante Colonie en ten voordeele der Ed: Maatschappije.’
‘Daar men Zig dan thans bevind in dien kommerlyken tijdstip van eensklaps een heerschend gebrek aan onontbeerlijke levens middelen te ontmoeten het welk een aller akeligst vooruitzicht van een algemeen gebrek aan Brood, dat zo nodig en gezeegend voedzel geeft, hebben Commissarissen dus begreepen zulx een zaak te zijn aan dewelke zij hun niet onttrekken maar ter Contrarie alle Zodanige attentie besteeden moesten als zonder een ogenblijk verzuim in staat zoude mogen zijn, tot præventie dier Rampen, die bij verdere voortduuring eeven spoedig en onvermijdelijk moeten volgen:’
‘Op dit fundament is ‘t dan ook dat Commissarissen op Uwer Wel Edele Gestr: en E Agtb: g’ Eerde goedkeuringe in deezen vertrouwende na daar van aan den Wel Edelen Gestr: Heer Gouverneur in ‘t particulier vooraf kennisse te hebben gegeeven, en qualificatie verzogt, deezen namiddag bijeenkomst hebben gehouden.’
‘En vermits de zaak van te groten aanbelang is geconsidereerd, hebben Commissarissen daar bij verzogt de adsistentie der overige vijf Leeden uit den Raad van Justitie, die dan ook met Zeer veel geneegen-en-bereidwilligheid Zulx op zig hebben genomen en Commissarissen van derzelver advisen in dit object gediend.’
‘Commissarissen nemen overzulx de vrijheid Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: Eerbiedigst voor te dragen de volgende poincten van consideratiën Zodanig als dezelve in de voorz: bijeenkomst onderling zijn beraamd:’
‘1. Daar het ontwijffelbaar Zeeker is, dat het eenigste fundament waarop men zijne verwagtinge ende Hope van een goed Succes sijner aangewende pogingen, vlijt en ijver, omme den geringen voorraad der Levensmiddelen van Granen tot behoefte der Ingezeetenen deezer Plaatze, nog te doen Strekken, moet grondvesten, deeze alleen is, dat ‘er van die Producten niet uit het Land werde gevoerd, als zonder welke alle de andere middelen van voorzorge van geen het minste Effect zouden kunnen zijn, zo hebben Commissarissen dan ook uit dien hoofde vermeend, het gewigt van dat poinct als het eerste en voornaamste, Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb: in Serieuse overweeging te moeten geeven, waartoe nodig zoude zijn dat het billiet, betreffende het verbod op den uitvoer en afscheep van Tarw, Garst, Rog, Meel en Biscuit van den 30: December 1785 werde gerenoveerd, en daar bij teffens den afscheep en uitvoer van Erwten en Bonen ten Scherpsten geinterdiceerd op al zulke zware pænaliteiten ja om het gewigt der zake, tot Lijfstraffe toe, als Uwe Wel Edle Gestr: en E. Agtb: zullen komen goed te vinden’
‘2. Vermits Commissarissen in deezen alleen het welzijn der gezamentlijke Ingezeetenen op het oog hebben, als waar toe zij na het geene hun aanbevolen is, ook steeds met een onvermoeijden iever hunne geringe vermogens aanwenden en arbeiden zullen, meenen zij voor Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: niet te mogen verbergen de Vrees die hun bekruipt, dat weder, gelyk voorbeelden genoeg geleerd hebben, deeze en geene Ingezeetenen door particuliere inzichten van baatzucht en eigen belang, middelen zullen weeten uittevinden, om alzulke maatregulen als teegen den uitvoer zouden werden beraaamt te veriedelen en buiten effect te stellen, en vermeenen Commissarissen dierhalven betreffende dit poinct als van het eerste en voornaamste gewigt, Uwe Wel Edele Gestr: zeer Eerbiedig te moeten solliciteeren, dat zij door Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: mogen werden gelast, van hunne zijde zo veel mogelijk te zorgen en agt te geeven dat ‘er geene der hier vorengem: Producten buiten ‘S Lands werden vervoerd, en teffens gequalificeerd daar toe de gepaste middelen in ‘t werk te stellen, en zo wanneer door hun iets van die natuur mogte werden agterhaald even of zulx door den officier der Justitie waare geschied, het aangehaalde met voorgaande kennisse en goedvinden van den Edelen Heer Gouverneur ten profijte van de behoeftige gemeijnte te confisqueeren, onvermindert de daar tegen gestelde pænaliteiten.’
‘3. Zoude het ontijdig en overtollig zijn bij aldien Commissarissen zig wilden inlaten, omme den Wel Edelen Gestr: Heer Gouverneur ouverture te doen van het misbruik dat door baat en winzugtige Lieden kan werden gemaakt met het Consent dat zijn Wel Edele Gestr: aan zig heeft gelieven te houden tot het verleenen van permissie, nopens het afscheepen en uitvoeren van zodanige quantiteit Meel en biscuit, als de Scheepelingen volstrekt tot Consumptie op de rheize komen te benodigen, en eene matige quantiteit garst voor groff Vee, Schapen ofte pluimgediertens op de Scheepen, als waarvan over het algemeen bekend is, hoe zeer men die permissie heeft weeten te misbruiken tot het sluiten van groter quantiteiten als de permissie diende’
‘Dan daar het geval kan exteeren, dat Uwe Wel Edele Gestr: en E: Agtb: in de onvermydelijke noodzake kunnen werden gebragt, omme zo aan ‘S Comp:s- eijgen Scheepen dan wel andere waar toe de Maatschappij eenige relatie heeft, den uitvoer van eenige geringe quantiteit der op genoemde Producten /:zo er die mogten zijn:/ te moeten permitteeren; neemen Commissarissen de vrijheid voor te dragen, of Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: in zoortgelijke gevallen niet zouden kunnen goedvinden om dat daar van geene misbruik zoude kunnen werden gemaakt, het licentie briefje, het welk door den Edelen Heer Gouverneur tot den afscheep, zo als gewoonlijk werd verleend, eerst en vooraf te doen vertonen aan Twee der Commissarissen; kunnende Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: zig als dan ten Sterksten verzekerd houden dat door die Commissarissen zelve, de nauwste oplettendheid genomen, en zorge zal werden gedragen dat er in der daad niet meer werde afgescheept als gepermitteerd geworden zal zijn.’
‘4. dat daar ‘S Comp:s gecontracteerde Slagters het regt bezitten om wanneer eenige Fusten van ‘t Zeehoofd werden afgescheept en zij Slagters eenige præsumptie hebben, dat die vaten misschien met gezouten Vleesch mogten zijn gevuld als dan deselve aantehouden en te doen openenen; zonder dat die Slagters egter aan den anderen kant omtrend den afscheep hunner Fusten met Vleesch tot nog toe aan eenige visitatie ofte andere restrictiën zijn subject gesteld geweest; en het welke men dus ook zoude kunnen brengen onder die middelen in geleegentheden om door dien weg Sluikhandel met eenige der opgenoemde Producten te kunnen drijven; hebbende Commissarissen gemeend dit poinct meede te moeten brengen onder het doorzigter oog van Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb:, met Eerbiedig verzoek dat Commissarissen mogen werden gequalificeerd, zulx nodig oordeelende, de Vleesch Vaten der Slagters meede te mogen Examineeren omme daar door alle Sluikerije te beletten, en waar voor Commissarissen als dan zig interponeeren na vermogen te Zullen Vigileeren.’
‘5. dat het Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: moge behagen in tijds zodanige ordres te stellen waar door werde belet het Transport zo hier van de Caab als het Ronde Bosje en verder buiten heen, van Koorn, Rog, Garst, Brood, Meel, Erwten, Bonen &:a zo met wagens, Paarden, Slaven als anderzints naar de Baaij Fals , waar toe onder g’Eerde welduiding best zoude weesen, dat aan Muijsenburg een Wagt wierde gelegt, met stricte ordres om niets van dien aart te laten passeeren en dat Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: den Posthouder in de Baaij Fals gelieven te gelasten, aldaar insgelijx te waaken, dat geene Producten werden afgescheept en uitgevoerd en waaromtrend Commissarissen aan het hoog wijzer oordeel van Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: overlaten, of niet ged:e Posthouder zoude kunnen werden gequalificeerd, aldaar in de Baaij Fals op te neemen den voorraad van Koorn, Garst, Meel &:a bij de particulieren, ten einde daar door te prævenieeren, alle voorwendsels van gebrek aan die Producten om langs dien wegt, obtineeren eenig Transport van dezelve Producten na de voorsz: Baaij Fals .’
‘Commissarissen dus hebbende aangetoond welke middelen zouden kunnen in ‘t werk gesteld werden, om voor te komen en te beletten, den uitvoer van zodanige Producten, als dienen moeten tot onontbeerlijke voedzel, voor de gemeente alhier, zullen thans overgaan tot die middelen die hun als de best geschikste zijn voorgekomen, om waare het mogelijk de Ingezeetenen van dagelijx Brood te kunnen doen voorsien, en waar toe de vrijheid neemen Eerbiedigst voor te dragen.’
‘6. dat het van Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: welbehagen moge zyn, te Supprimeeren het Billiet van den 30: December des voorL Jaars 1785 waar bij de prijs van het Koorn op rd:rs 40. is bepaald geworden, en dat daar en tegen aan de Bakkers de vrijheid werde gelaten, het bij hun benodigde Koorn te mogen inkopen tot alzulke prijzen als het zelve zal weesen te bekomen.’
‘7. dog dat de Bakkers wel stricte mogen werden bepaald het grof en witte brood zonder onderscheid niet minder dan 3/4 lb voor Twee Stuivers te mogen leveren op eene zware boete teegen de overtreeders, vermits anderzints /:gelijk de ondervinding reeds heeft doen zien dat deselve Bakkers het dubbeltjes witte brood voor een Schelling hebben durven Verkopen:/ door hun daar omtrend altoos willekeurig zoude werden gehandeld, te meer daar bij eene gemaakte reecq: is ontwaard, dat een Bakker van een mud koorn tot de ordinaire 180 lb: gereekend zo als het Meel van de Molen komt, kan uitleeveren 200 lb brood makende tegens 3/4 lb voor 2 Stuijv: gereekend Rd:rs 11 1/4 van ieder Mud koorn, dat door hem op die wijze werd verbakken: en zijn Commissarissen onder Correctie ook van begrip, dat de gem: Bakkers ten dezen zouden kunnen werden gehouden in de verpligting, om het Brood op het gestelde gewigt aan de Ingezeetenen te leeveren wanneer Uwe Wel Gestr: en E Agtb: zouden kunnen goedvinden aan hun Commissarissen het opzigt daar over op te dragen, en tevens te qualificeeren, om zo dikwerf zij het nodig oordeelen, daaromtrend onderzoek te doen en de Schuldige na bevindinge te Corrigeeren.’
‘8. dat voorts ingevalle de Bakkers mogten Declareeren, niet meer met Bakken te kunnen Continueeren, het als dan aan een ieder, die misschien koorn in voorraad mogte hebben, zal vrijstaan ten gerieve van de Ingezeetenen alhier te mogen brood bakken en leeveren.’
‘9. dat ingevalle met eenige Scheepen een quantiteit Tarwe ofte Rijst mogte werden aangebragt, Commissarissen tot den inkoop van die Granen voor de Caabse Colonie mogen werden gequalificeert dog ingevalle d’ E Comp:ie /:Zo als Commissarissen zeker stellen:/ den inkoop daar van mogte komen te doen Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: als dan gunstig gelieven aan Commissarissen te doen afstaan ‘t zij de helft dan wel een derde gedeelte der ingeslagene quantiteit dier Producten na mate van de geheele Massa ten einde dezelve te doen dienen om aan de behoeftige en noodlijdende gemeente te werden uitgereikt:’
‘Terwijl Commissarissen zig verpligt vinden hier bij nog ter kennisse van Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: te moeten brengen, hoe dat door hun met voorkennisse en geobtineerd Consent van den Wel Edelen Gestr: Heer Gouverneur reeds een inkoop van 6 a 7000. lb Rijst is gedaan, omme ten voorsz: fine te werden g’ Emploijeert welke inkoop dus eenelijk zijnde geschied om de gebrek lijdende gemeente te ondersteunen en de verstrekking daar van aan deselve van dat Product, niet anders dan tegens dezelfde inkoops prijsen zullende geschieden, versoeken Commissarissen derhalven Eerbiedigst, dat Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: ter Consideratie van dien, en dat ‘S Colonies Cassa daar toe niets kan contribueeren, hun in dit geval met een Somma van 3 a 4000 rd:rs uit ‘S Comp:s Cassa, zonder betalinge eeniger Intrest, goedgunstig willen adsisteeren, en waar van als dan met belofte van restitutie ter eerster aanmaningen door Commissarissen de gerequireerde Schuldbrieven onder hunne handteekeningen zullen werden gepasseerd en geteekend’
‘Eijndelijk neemen Commissarissen nog de Vrijheid Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: voor te stellen:’
‘dat daar ingevolge de zeer geëerd ordre der Hoog Gebiedende Heeren Meesteren aan Commissarissen onder anderen meede staat te werden opgedragen het Schouwen en doen repareeren der gewone weegen, Straten, Hùijzen en gragten op gezette tijden des Jaars, het formeeren der Taxatie Lijsten omtrend het geene in burger Cassa moet werden gefourneert, het direct aanstellen van Ratelwagts en de begeevinge van andere klijne bedieningen ter betalinge van de Burgerije Staande, en Eijndelijk het verpagten en reguleeren van alles wat tot de Burger Molens behoord, dus alle met elkanderen zaken die bevorens tot het Ampt van Burgerraden hebben behoord, Commissarissen derhalven onder Correctie zijn van gevoelen, dat zo ras aan deselve het een en ander zal wesen opgedragen als dan de drie overige burger raden zouden moeten werden geconsidereerd als buiten functie en uitgesloten van het bestier van alle burger affaires, dus eenelijk aangemerkt als simpele Leeden van den Raad van Justitie’
‘Commissarissen laaten de verdere beoordelinge daar van aan Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb:, dog versoeken teffens op ‘t Eerbiedigst, dat het dezelve mogen behagen omtrend de aanstelling van Commissarissen die veranderinge te maken dat in steede van de Ses die reeds zijn benoemd, die drie andere burgerraden, zo wel als de Twee overige Leeden van Justitie Comp:s wegen /:die buiten des zo als nu reeds heeft plaats gehad, in zaken van belang zouden moeten adsisteeren:/ meede tot Commissarissen wierden benoemd ende aangesteld waar door dan ook gevolglijk alle zaken, betrekkelijk tot dat Collegie waar van Sommige Leeden bovensdien dagelijx met beezigheeden in den dienst der E Comp:ie zijn geoccupeerd; op een veel zeekerder en gemakkelijker wijze g’Expedieerd en de dagelijxe voorvallende kleine zaken bij de Bùrgerije, als dan bij tourbeurten, onder elkanderen te Reguleeren, telkens bij vier Commissarissen zouden kunnen werden waargenomen.’
‘Commissarissen dit een en ander met allen Eerbied aan Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: voordragende neemen de vrijheid met alle verschuldigd Respect zig te teekenen’
’/:onderstond:/’
‘Wel Edele Gestr: Heer en E. Agtb: Heeren Uwe Wel Edele Gestr: en E. Agtb: onderdanige en gehoorz: dienaren /:was geteek:/ G H Cruijwagen, Joh:s Smuts, S: V: Echten, A: V: Sittert, C: G: Maasdorp, J: M: Horak /: In margine:/ Cabo de Goede Hoop den 10 Maij 1786’
Waar over geraadpleegd zijnde, is verstaan bij renovatie en ampliatie der in dato 30 December laatstleeden g’emaneerde Interdictie, omtrend den uitvoer der producten nader te doen verbieden, dat niemand zonder onderscheid, zal vermogen aan de hier passeerende Scheepelingen het zij van ‘S Comp:s of vreemde naties Scheepen direct ofte indirect te verkopen, verruilen ofte af te scheepen, eenige de minste quantiteit Tarw, Rog, Garst, Erwten, Bonen, Rijst, gebuideld of ongebuideld meel, nogte Biscuit, van wat zoort het zoude mogen zijn, op pœne dat de geene die hier tegen komen aan te gaan, boven en behalven de Confiscatie van het verhandelde graan, meel of Biscuit, ten voordeele der Colonie, om onder de behoeftigen te werden verstreckt, voor de eerste reise zal vervallen zijn in eene amende van Een Duijzend guldens te verdeelen de helfte voor den officier, en de andere helfte ten profijte der Burger Cassa met verdubbeling van dezelve Boete by verdere overtreedinge, ofte wel dat denselven als dan naar exigentie van Zaken aan den Lijve zal werden gestraft.
Maar nadien het zoude kunnen zijn, dat bij noodzakelijkheid aan deese of geene der Schepelingen, het een of ander der voorsz: onder het verbod van uitvoer begreepen articulen tot Consumptie op de reise niet geweegend werden kan, en dat de ondervinding geleerd heeft, hoe deese of geene Ingezeetenen door particuliere belang vervoerd zijn geworden, om de daar toe verleende permissiën te misbruiken tot het Sluiken van groter quantiteiten, als waar toe Licentie verleend geworden was, is ten dien opzigte verstaan nader te Statueeren, dat van het geene aan de Scheepen, ten einde voorsz: Staat te werden gepermitteerd, door den Heere Gouverneur zullende verleend werden een Licentie briefje, men alvorens eenig afscheep te doen, dat briefje zal moeten vertonen aan een der vaceerende Commissarissen uit den Raad van Justitie en den Pro Interim Fiscaal, dewelke ten blijke dat het briefje aan hun is vertoond geworden, hetzelve zullen moeten onderteekenen, op pœne dat de geene die bevonden word, eenige leverantie ter afscheep van het geene dat briefje behelst in groter quantiteit als daar bij is uitgedrukt, behalven de verbeurte van het geene hij alzo heeft afgeleeverd, mede in zodanig boete vervallen ofte alzulke Lyfstraffen onderhevig weezen zal, als hier voren tegen den uitvoer is gesteld.
En is meede goedgevonden aan de geenen die zig erneeren met op Jollen na de ter Rheede of in de Baaij Fals leggende Scheepen te varen, te verbieden eenig Versch brood, ofte gebak van wat zoort zulx zoude mogen zijn, nog ook eenige hier voren uit te voeren verbodenen articulen met hunne Jollen ofte schuiten na de Scheepen te brengen ofte aldaar te verkopen op pœne dat al meede behalven de verbeurte van het geene Strijdig met dat verbod door hun zal zijn meede genomen, ofte verkogt, om door Commissarissen aan behoeftigen te werden uitgedeeld, den overtreeder telken reise vervallen zal zijn in een boete van Vijftig Rijxdaalders ten behoeve van den pro Interim Fiscaal zullende de Eijgenaars der Jollen moeten instaan voor de Slaven die daarop varen.
Zo als ook geene gepriviligeerde broodbackers ofte eenige andere particuliere perzonen zullen mogen bakken, verkopen ofte te koop omzenden eenig klijn gebak van wat benaminge het zelve ook zoude mogen zijn, op verbeurte van al zulk klijn gebak en een boete van Vijftig Rijxdaalders ten behoeve van den officier die de Calange zal komen te doen gelijk daar en boven meede op geene begraaffenissen eenig gerasp:t brood, krakelingen of ander gebak zal mogen werden gepresenteerd ofte toegediend, op eene boete van Een Duijsend guldens te verdeelen de helfte voor den officier, en de andere helfte ten profijte der Burger Cassa.
Zijnde om allen smokkelhandel omtrend voorsz: Levensmiddelen, zo veel te beter te kunnen tegen gaan en beletten verstaan de voorsz: Commissarissen te qualificeeren, gelijk deselve gequalificeerd werden bij deesen om staande het heerschend gebrek, en voor zo lange mitsdien ons placcaat deswegens in figeur blijven zal, zo wel als den pro Interin Fiscaal, zo dikwerf zij Commissarissen het nodig oordeelen zullen de vaten, kisten of kassen die men zal willen afscheepen, al waare het ook van de gecontracteerde Slagters, gepriviligeerde Wijnkopers ofte pagters, zodanig te doen visiteeren en examineeren, ofte te openen, als zij voldoende zullen oordeelen om gerust en verzeekert te zijn, dat deselve vaten, kisten of kassen niets van de voorsz: verbodene articulen komen te vervatten. En ingevalle daar inne iets van de voorsz: Producten mogte werden ontdekt, al hetselve niet alleen dadelijk Confiscatie subject te doen zijn, om onder de behoeftige Ingezeetenen te werden verdeeld, maar zal den Leverancier of afscheeper daarvan boven dien in eene boete van ƒ1000. weesen vervallen ter verdeelinge als hier voren is gezegd, ofte dat denselven anderzints naar exigentie van zaken aan den Lijve sal werden gestraft.
En daar men gehoopt en verwagt had, dat de voorzorge die bij voorm: Interdictie van 30 December laatstl: genomen is geworden om de Tarw op den prijs van Veertig Rijxdaalders de vragt te stellen, op dat deselve tot drucking der Smalle gemeente niet te hoog klimmen mogt, haare bedoelde uitwerkinge zoude hebben gehad, dog thans ondervonden werd, dat de schaarsheid hoe langer hoe meer toeneemd en tegens dien prijs geen Tarw genoeg nog voor ‘S Comp:s maguasijnen nog tot Spijzing der Inwoonderen te bekomen is geweest, zo is meede nodig geoordeeld de voorm: Interdictie in zo verre dien prijs daar bij is bepaald geworden, te herroepen, op dat dus zodanige der buiten Lieden, die uit een menschelijk gevoel van het jammerlijk gebrek alhier, nog eenige granen van het hunne zoude kunnen en willen afbreeken, en tot vervulling van dat gebrek toebrengen, daar toe door het bekomen van eenen hogeren prijs zoo veel te meer mogen werden geanimeerd.
Gelijk wijders meede dewijl door de handelwijse der bakkers, om het brood op de prijs van een Schelling te bakken en verkopen, de smalle gemeente zeer bezwaarlijk in staat blijven kan om zig dagelijx van een broodje tot hun nooddruft te voorsien, om zulx te remedieeren, goedgevinden is te statueeren, dat de gem: broodbakkers verpligt zullen zijn, zo wel het grof als wit brood tegens een dubbeltje te blijven verkopen: met dien verstande nogthans, dat aangezien uit hoofde van den onmatigen prijs van het koorn, het brood niet meer op het bevorens gepaald gewigt kan worden gebakken en verkogt, aan hun Bakkers vryheid werd gelaten, om het dubbeltjes brood tot eene mindere Zwaarte te mogen bakken en verkopen, mits in allen gevalle zo wel het wit als grof brood niet ligter zij als driequartpond ieder voor Twee Stuijv:s mitsgaders goed en deugdzaam brood, en op de gezegde tijden te bekomen weezende.
Zijnde verstaan ten einde de gem: Bakkers ten deesen te houden in de verpligting om het brood op de voorsz: Zwaarte aan de Ingezeetenen te leeveren, aan Commissarissen voorsz: het opzigt daarvoor op te dragen, des dezelve zo dikwerf zij het nodig oordeelen, daar omtrend onderzoek zullen mogen doen, ten einde de Schuldige aan het officie Fiscaal over te geeven, om deswegens na bevindinge te werden gecorrigeert.
Terwijl begreepen zijnde dat het agste articul van voordragt door Commissarissen nopens het verleenen van permissie aan ieder die eenig voorraad van koorn bezitten mogt, om brood te bakken en verkopen, ingevalle de gepriviligeerde broodbakkers declareeren mogten niet meer met bakken te kunnen continueeren voorals nog zal kunnen werden gehouden in Suspens, dezelve Commissarissen ondertusschen werden gequalificeerd, om ingevalle met eenige Scheepen, Staande dit gebrek een quantiteit Tarw of rijst mogt werden aangebragt in so verre men deselve granen niet ‘S Comp:s wegen voor het guarnisoen zoude mogen benodigen en inkopen willen deselve voor de Caabse Colonie in te slaan. Zullende bij aldien den inkoop ‘S Comp:s wegen komt te geschieden, daar van na gelang van de quantiteit, en dat de omstandigheeden het toelaten zullen aan Commissarissen voor de Colonie eenig gedeelte werden afgestaan, en aan de behoeftigen en noodlijdende gemeinte te weren uitgereikt.
Zijnde verders goedgevonden aan Commissarissen ter betalinge der bij hun ten dienste der Colonie ingekogte rijst op hun versoek tot adsistentie van de Burger Cassa toegestaan eene Somma van Rd:rs 4000 op een obligatie tot restitutie bij eerste aanmaninge zonder Intrest uit ‘S Comp:s Cassa te doen afgeeven.
En nadien den Heere Gouverneur heeft gelieven te declareeren, ten opzigte der aan Muyzenburg leggende wagt de Strikste ordres te sullen stellen op dat aldaar niets van de voorsz: Levensmiddelen zonder zijn Ed:e expresse ordre kome te passeeren waar bij verder geconsidereerd is, zeer noodzakelijk te zijn, dat geweetene werden welken voorraad in de Baaij Fals aan handen is, op dat Welgem: Heere Gouverneur in het verleenen van permissie aan de geene die iets derwaards mogt willen Transporteeren, daar na te werk zoude kunnen gaan, is meede verstaan Twee uit voorsz: Commissarissen te qualificeeren, om zig hoe eer hoe beter te vervoegen in de gem: Baaij Fals , en aldaar ten overstaan van den Coopman en posthouder, door de in de gem: Baaij wonende particuliere Ingezeetenen onder Solemneelen Ede te doen opgeeven, den voorraad van Tarw, Garst, Meel, biscuit en zodanige provisiën van dien aart, als ieder van gem: Ingezeetenen aldaar komt te bezitten, om daar van behoorlijk rapport te doen in geschrifte.
Werdende de Twee Commissarissen Gerhardus Hendrik Cruijwagen en Johannes Smuts onder afgave van Extract dezes expres gequalificeerd, om van alle zodanige Ingezeetenen ten platten lande, als zij kunnen nagaan dat nog eenig voorraad van Koorn, Garst, Rog, Erwten of Bonen in voorraad bezitten, of van het hunne tot vervulling van het kommerlijk gebrek in dit vlek, zouden willen afbreeken en toebrengen, al het zelve tegen zodanige prijzen, als naar de tegenwoordige omstandigheeden te bekomen zal zijn, ‘S Comp:s wegen van die Ingezeetenen in te kopen, ten eijnde op eenen bij hun Commissarissen met deselve te reguleerene tijd in ‘S Comp:s Maguazijnen te werden opgebragt en geleeverd, waar toe de gem: Twee Commissarissen en bij zo verre zulx door hun beijden alleen niet kan werden verrigt, andere meede Commissarissen zig dan ook zullen hebben te vervoegen, by alle zodanige Ingezeetenen en op al zulke plaatsen in’t Land als zij zullen kunnen opmaken dat het een of ander te bekomen zal zijn.
En is verders bij overweeging van het door voorsz: Commissarissen aan het einde van hun vertoog gedaan verzoek tendeerende dat om de bijgevoegde reedenen de Vijff Leeden van Justitie die buiten de functie van Commissarissen zijn gebleeven, insgelijx als zodanig mogten werden benoemd en aangesteld, terwijl deselve geallegueerde reedenen allezints gegrond geoordeeld wierden zo dat door eene zodanige meerderheid van het getal der Commissarissen, en de gelijkheid in de verrigtingen der resp:e Leeden van Justitie eene zeer gevoeglijke Schikkinge onder hun zoude kunnen werden gemaakt om bij tourbeurten tot de dagelijx voorvallende zaken te vaceeren, in de zulken die van weinig aanbelang zijn, dadelijk af te doen als waarmeede de Ses Commissarissen alleen gechargeert zouden blijven boven en behalven de zaken, tot dewelke zij intusschen zo wel als de overige Leeden van Justitie zonder eenige uitzonderinge vaceeren moeten, is overzulx, om de Ses Commissarissen naar billijkheid van dat beswaar te ontlasten, verstaan in het gem: verzoek t’accordeeren, en onder hooggunstige approbatie der Hoog gebiedende Heeren Meesteren, de Vijff overige Leeden van gem: Raad van Justitie die tot geen Commissarissen zijn benoemd geweest, meede als zodanig aan te stellen, ten einde met de Ses vorige gelijkelijk in diervoegen te ageeren als de zeer gevenereerde aanschrijvinge der Hoogstgem: Heeren Majores, en het besluit dezes Raads van den 19 April laatstl: is meede brengende, ter tijd toe dat men geleegendheid hebben zal hun daaromtrend van eene volleedige Instructie te voorzien.
En nadien men zig in de voorsz: omstandigheeden van het heerschend gebrek verpligt vind, tot op den tijd eener nieuwe recolte, of wel dat het secours uit Noord America aangekomen zal zijn, op alle mogelijke middelen van uitkomst bedagt te zijn, en den agent zijner aller Christelijkste Majesteit alhier de Heer Percheron is komen aan te bieden, om wanneer men goedvinden konde, het hier ter rheede aanweesend frans particulier Schip le Fabius daar toe in te huren, hij met deese Regeering Conjunctim, het Ministerium op Isle de France zoude versoeken, uit den voorraad in ‘S Konings Maguazijnen, hoe eer hoe liever dat Schip met een lading Tarw, rijst of Mahies tot adsistentie van dit Gouvernement, en deese Colonie te willen te rug zenden het geen gem: Heer Agent staat maakte in Augustus aanstaande op het langst te zullen kunnen geschieden, is goedgevonden van deeze zeer heusche aanbiedinge gebruik te maken: Zullende overzulx na dat met de Heer Bidard de Lanoë Capitain van het ged:e Schip le Fabius ten dien einde een bequaam accoord omtrend de vragtpenn: zal zijn getroffen, en waar toe de Heeren Leeden M:r Jacobus Johannes Le Suëur en Tobias Christiaan Ronnenkamp gecommitteerd en gequalificeerd zijn geworden, de Heeren Souillac en Motair de Narbonne Gouverneur en Intendant op Isle de france zeer vriendelijk werden verzogt om door middel van gem Bodem dit Gouvernement ten aller spoedigsten met een Lading der voorm: granen, of wel van Tarw bij preferentie te adsisteeren, zullende van dit besluit aan ged: Heer Agent de nodige kennisse werden gegeeven, en met zijn Edele door voorm: Heeren Leeden daar toe verder de verEijschte arrangementen en het accoort met gem: Capitain werden beraamd.
Dan om ook intusschen bovengem: zobere restanten in ‘S Comp:s Maguazijnen tot op de aankomst van eenig ontset, zo veel mogelijk te doen strecken, en op dat het Guarnisoen niet met eens hun gewoone Spijs van brood zoude moeten missen, is verders besloten, de randsoenen voor zo lange de Tarwe nog toerijken zal, te bepalen op de helfte aan rijst en de andere helfte aan brood en na de geheele Consumptie der Tarwe op een deel rijst en een deel der voorsz: nog aan handen zijnde biscuit, mitsg:s aan ‘S Comp: Scheepen Slegts twee malen ‘S weeks versch brood te doen verstrecken.
Waar bij de Heer Hoofdadministrateur en gem: heer Dispencier gequalificeerd zijn geworden, om zo veel rijst, Erwten en Bonen, als bij de Ingezeetenen of van de hier passeerende Scheepen nog te bekomen zoude mogen zijn, tegens markst prijs in te kopen.
Zijnde insgelijks verstaan meergem: Heer Dispencier te qualificeeren, om met den Capitain Lieutenant bij de Burgerije Dirk Gijsbert van Reenen als Brouwer van het Caabse moutbier te beramen de gevoeglijkste Schikkingen, het zij met het doen Stil staan der Brouwerij, en als dan ten opzigte der pagtpenningen tot eenen billijken afslag te accordeeren, dan wel de brouwery noodzakelyk moetende Continueeren, wanneer daar meede geen al te groote Consumptie der granen in de tegenswoordige Schaarsheid werd veroorzaakt, van hem Brouwer egter een deel van zijn voorraad af te kopen.
En nadien thans nog een genoegzaam montant der in ‘S Comp:s Cassa ontfangene penningen aan handen is om de alhier voor d’ E Comp:ie opgenomene Capitalen te kunnen aflossen, en door de ingevolge besluit van den 2. Februarij laatstleeden afgelegde Capitalen, ondervonden werd niet genoegzaam te zijn beantwoord aan de motiven om welke met opzigt tot de Ingezeetenen dat besluit als toen genomen is geworden, zo is om zig van deeze gelegentheid te bedienen en d’ E Comp:ie van de Importante Interesten die Jaarlijks moeten werden betaald geheel te ontlasten, besloten, de resteerende nog op Interest lopende Capitalen meede aan de houders der bewijzen af te leggen.
Wijders is uit hoofde van het gebrek aan kajaten hout tot voortzetting van den arbeid, zoo aan het Hospitaal als ‘S Comp:s andere gebouwen, goedgevonden den Heer Hoofd administrateur te qualificeeren, om van de Burgers Jacobus Johannes Vos en Jacobus Johannes van den Berg in te kopen
Vermits door de plaatsing van den Eerw: Predikant Petrus van der Spuij tot permanente leeraar bij de Swartlandse gemeente, zijn komen te Cesseeren, de reedenen waaromme het waarnemen van den dienst aldaar aan de Eerwaarde Predikanten deezer Caabse kerke heeft moeten werden opgedragen, is om den Predikant aan Drakensteijn Dominus Robbert Nicolaas Aling in den dienst bij de Stellenbosche gemeente eenigsints te soulageeren, en ten einde die kerk door de kosten tot het gedurig transport der Predikanten van hier derwaards en te rug, tevens niet te veel moge werden beswaard, al verders goed gevonden daar omtrent die Schikkinge te maken dat op gedagte D:s Aling op dien voet gelijk tot hier toe is geschied, zullende blijven continueeren, om den predikdienst in de Stellenbosche gemeente waarteneemen, het bedienen van het H Nagtmaal op de gezette tijden, wanneer zulx zal komen intevallen bij de voorsz: Stellenbosche gemeente, door de Eerwaarde Predikanten alhier zal moeten werden waargenomen.
Zijnde wijders in aanmerkinge genomen dat reeds verscheide Jaaren agter een door den Posthouder in de Baaij Fals is vertoond geworden, hoe door gebrek aan vaartuigen aldaar, het dikwerf gebeurde, dat by aankomst van eenig Schip in de gemelde Baaij, eenige dagen moesten verlopen aleer men aangaande hetzelve eenig narigt verkrygen konde, en dat daar bij zeer veel vertraging in het expedieeren van ‘S Comp:s Scheepen veroorzaakt wierd, door dien deselve niet na behoren konden worden geadsisteerd met eenig vaartuig zo tot het na boord brengen van het benodigd water, provisiën en andere Scheeps behoeftens, als het lossen der goederen die voor dit Gouvernement in deselve geladen zijn. En gelijk boven dien, deels met het afhalen der provisiën die ten dienste van de Scheepen Spoedig van de Caab naar de Baaij Fals werden verEijscht uit de kalk Baaij , zeer veel van ‘S Comp:s ten dien einde g’emploijeerd werden moetende wagens en assen, welke laatste in dat Saisoen doorgaans tot Sodanig Transport onbekwaam, of daar toe van ander noodzakelijk werk zelfs niet aftebreeken zijn, zoude kunnen werden gemenageerd, en deels om Schulpen tot het branden van kalk en dekriet ten einde ‘S Compagnies gebouwen te onderhouden en repareeren, derwaards overtebrengen, door de nodige vaartuigen aldaar aan de hand te hebben, niet alleen zeer veel ‘S Comp:s wegen te besparen, maar ook meer Spoed tot het depecheeren der aldaar verscheinende Scheepen te maken zoude zijn, zo is op voordragt van den Heere Gouverneur goedgevonden en besloten, in de gem: Baaij ten dienste voorsz: een Boot en Schuit aan te houden, en tot bemanning derselve te doen dienen een quartiermeester en Veerthien Mattroossen. Terwijl tevens verstaan is, ten einde ‘S Comp:s gebouwen in de voorsz: Baaij, door gebrek aan eenige ambagtslieden, niet geheel te doen vervallen, maar integendeel langzamerhand te kunnen herstellen, en vervolgens behoorlijk te onderhouden, mitsgaders tot het repareeren van ‘S Comp:s wagens als anderzints de meergem: Baaij insgelijx te voorzien van een Timmerman, een Metzelaar, Een Smit en Een Wagenmaker.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet. rt. en secrets.
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 345-372.¶
Woensdag den {17860517} 17: Maij 1786.
‘S Voormiddags alle present.
Geliefde den Heere Gouverneur aan de Vergaderinge open te leggen dat zijn Edele bij overweeging van de noodzakelijkheid om den militairen dienst in dit Gouvernement na de VerEijschte Stipte ordre en op eenen vasten en geregelden voet in te voeren, volkomen gepersuadeerd geworden was, bijna onmogelijk te zijn, dat het Hoofd der Militie als zig met het geheel moetende bezig houden, en waar meede denzelven in de toegenomene extentie deeser zo volkrijke Colonie meer dan genoeg te bezorgen had, daar en boven na vereisch het detail van den guarnisoen dienst nauwkeurig konden gade slaan.
Dat benevens dien, dewijl het Guarnisoen bij Ziekte of absentie van het Hoofd der Militie door een ander Hoofd Officier moest werden gecommandeerd, en den Zodanigen altoos aan de hand diende te hebben een Officier die denzelven in alle particuliere omstandigheeden, dewelke dagelijx voorvallen en in deese Colonie met alle Zorgvuldigheid moesten werden geobserveerd, niet alleen voorligten maar ook tot een raad en hulpe dienen konde, zulx onvermijdelijk en ten uittersten noodzakelijk gemaakt had, dat een groot Majoor wierd benoemd en aangestelt om zo wel binnen het Casteel als buiten hetzelve, daar den dienst zig thans zo sterk uitgebreid had, in dien post te fungeeren.
Dat bij de gem: noodzakelijkheid ondertusschen ook deese diende te werden in het oog gehouden, dat den perzoon die tot Groot Majoor zoude worden benoemd, een man behoorde te zijn wiens fisicq Caracter daar toe geschikt was, voor al om dat hier ter plaatze zig bijna altoos gedistingueerde vreemdelingen aan land bevonden, en daar en boven zeer veel attentie en een steeds wakend oog nodig was, om de goede ordre te bewaren onder een menigte van gemeen zeevarend volk van allerlei natiën, gelijk hier onophoudelijk aanwezig was.
Al het welke in overweeging genomen zijnde terwijl de Heeren Leeden des Raads zig volkomen gepersuadeert vonden van de motiven door welopgemelde Heere Gouverneur tot voorsz: aanstellinge geallegueerd wierd door zijn Edele al verder voorgesteld, dat tot de gem: post van Groot Majoor zo voor het Casteel als de Stad wel een geschikt en kundig officier bij het Guarnisoen zoude kunnen werden gevonden, die provisioneel zonder beswaar van eenig hoger Tractement tot lasten van d’ E Comp:ie en alleen op een vermeerdering van Emolumenten, zo als die natuurlijk aan een diergelijk hoofd Officier volgen moesten het waarnemen van deesen moeielijken post gaarne aanvaarden zoude, mits van den ordinairen Regiments dienst ontslagen werdende op hope dat de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren daar aan wel eene geëvenredigde beloninge zouden gelieven te hegten.
En nadien welgem: Heere Gouverneur daar toe quam voor te dragen den Capitain bij het Switsersche Regiment van Meuron alhier Charles Rudolph Baron van Bonstetten is denselven dierhalven onder zeer geEerde approbatie der Hoog Edele Heeren Majores op zijn tegenwoordig tractement van Capitain onder eene vemeerdering van de daar toe staande Emolumenten tot voorsz: post van groot Majoor benoemd en aangesteld, zullende dierhalven aan haar Edele Hoog Agtb: ten deesen werden verzogt, Hoogst der zelver gunstige approbatie, en dat gracieuselijk aan voorsz: Groot Majoor, een zodanig Tractement gelieven toeteleggen, als Hoogst dezelve uit aanmerkinge van het nut, ende moeielijkheid van gem: dienst zullen vinden te behoren.
Werdende wijders door den Heere Gouverneur nog te kennen gegeeven, dat zijn Edele al aanstonds bij desselfs komst alhier ondervonden hebbende de noodzakelykheid der aanstellinge van een Hoofd Officier bij het Corps van het Hoofd der Militie den Heer Collonel Gordon ten einde over het huishoudelijke, en het dagelijx exerceeren der Troupes de zorge te hoùden en zulx te kunnen effectueeren, daar het van den Chef van een Regiment niet te vergen, en ook in geen dienst nog bij eenig Corps gebruikelijk was, dat wanneer gelijk zulx alhier plaats heeft, het Hoofd der Militie van een Militairen staat, den effectiven Collonel daar van is, denzelven met het gemelde detail en die zorge belast blijft, de nodige voordragt daar van door zijn Ed:e egter tot nog toe was gemenageert geworden, om dat den oudsten Capitain bij het Corps van gemelde Heer Gordon, Lodewijk Christoffel Warneck schoon een kundig en meriteerend officier zijnde door zyne zeer hogen ouderdom en zwakke gezondheid tot dien dienst niet meer in aspect komen konde, Dan dat daar gemelde Capitain militair Warneck door mancquement aan eenige vermogens tot de nodige fatiques verzogt had daar van te mogen weezen g’excuseert, Hij Heere Gouverneur thans voorstelde om den op hem Warneck volgende oudste Capitain Carel Matthijs Willem de Lille om de voormelde reedenen met de Majoriteit bij het Corps van den Collonel Gordon te begunstigen, En is hier op goed gevonden en besloten al meede uit hoofde van de door welgem: Heer Gouverneur bijgebragte noodzakelijkheid, en mitsdien onder hoog gunstige approbatie van Hoogst gemelde Heeren Meesteren, voorm: Capitain Warneck behoudens qualiteit en gagie van den dienst te ontslaan en den meede gem: Capitain de Lille aan te stellen tot Majoor met de daar toe staande gagie van ƒ150. ‘S maands.
Terwijl tevens insgelijks op voordragt van Welgem: Heere Gouverneur, om bij het guarnisoen den dienst van ten minsten provisioneel een plaats Majoor, gelijk voorheen geobserveert geweest zijnde, thans meer dan ooijt meede ten uittersten nodig werd bevonden weder in te voeren bij deese geleegendheid verstaan is op denselven voet als hier voren ten opzigte van den groot Majoor is gezegd, bij voorraad onder eene vermeerdering van emolumenten, en onder afwagting van zodanig tractement als de Hoog gebiedende Heeren Meesteren daar aan zullen gelieven te voegen den Capitain Lieutenant Militair Johan Arnoult Bleumer daarmeede te chargeeren.
En nadien den Heere Gouverneur al verders te kennen gaf dat het militaire wezen thans op eenen geheel anderen voet dan voorheen gebragt en de grove amunitie van oorlog reeds veel vermeerdert zijnde, zo als zulx nog aanmerkelijk stond toe te neemen, ‘S meesters Interest omtrend de Conservatie en bezorging derzelve amunitie goederen aan de eene en aan de andere zijde de ordre van zaken, om in tijd van nood daar zulx zoude werden verEijscht, de benodigtheeden uit den voorraad der Maguasynen geregeld uit te geeven, niet permitteerde langer uit te stellen om een Commies der Maguazijnen van de grove ammunitie zo die zig in’t Casteel als in de stad bevinden te benoemen, is op voordragt van welgem: Heere Gouverneur als zodanig aangesteld den Lieutenant der Arthillerie Hendrik Willem Ruts als een persoon van welken den Heere Gouverneur geliefde te betuigen, dat allen iever had betoond in de bevordering der affuitmakerij en andere werken die de arthillerij betreffende op de differente winkels bij de Batterij Imhoff dagelijks en bij Continuatie moeten werden gemaakt, waar meede denzelven als nog tot bijzonder genoegen was voortvarende. Voor welke moeielijke diensten aan denselven is toegelegd een extra tractement van rd:rs 50 ‘S maands, alhier uit ‘S Comp:s Cassa te genieten.
Voorts is uit aanmerkinge dat den Resident of Posthouder in de Baaij Fals , thans den Coopman titulair Christoffel Brand, bij ‘S Comp:s papieren zomwijlen met den Titul van Resident of Posthouder beschreeven geweest zijnde, men denselven naderhand egter slegts constant Posthouder heeft genoemd, een titul die den Heere Gouverneur te verstaan gaf zijn Edele al van tijd tot tijd voorgekomen te zijn, dat ongenoegen veroorzaakte, wanneer dien Perzoon, voor al bij vreemde Natiën of de verscheininge van ‘S lands Scheepen in de voorsz: Baaij, tot het een of ander ceremonieel dan wel de nodige Commissien moest werden g’emploijeerd, om dat men denzelven zeer abusivelijk gelijk stelde met den Posthouder op het Robben Eijland schoon deesen laatsten slegts de qualiteit van sergeant bekleed. En is dierhalven insgelijx op propositie van welopgem: Heere Gouverneur, omde voorsz: reedenen, ten einde de hier uit voorkomende allezints verkeerde begrippen van de geringheid dier bediening in de verdere zeer nadeelige gevolgen voor den dienst der E Comp:ie te ontruimen, mitsg:s op dat hem Resident of Posthouder in het oeffenen eener behoorlijke authoriteit, het ontbreeken of verkeerde benoeming van de hem competeerende en door gantsch Indiën gewonen en gepasten Titùl en nodig aanzien niet hinderlijk mogen zijn, verstaan voorsz: bediende in de Baaij Fals te doen bekend stellen met de benaming van Resident, zullende mits dien die van Posthouder ook in alle commissiën en depeches aan denzelven voortaan moeten werden gemenageert.
Door den Heer Dispencier Tobias Christiaan Ronnenkamp wierd wijders ter vergaderinge gerapporteerd, dat zijn Edele ingevolge besluit ter laatste sessie met den Burger Capitain Lieutenant Dirk Gijsbert van Reenen als Eigenaar der brouwerij van het Caabse moutbier ten belange der continuatie of discontinuatie dier brouwerij, tot de bedoelde schikkingen in onderhandelinge getreeden weezende, gem: van Reenen in aanmerkinge gegeeven had dat nadien tot op den tijd der aanstaande recolte wijnig Scheepen hier ter rheede konden werden verwagt, en de Sleet van Bier mits dien van zo geringe importantie zoude zijn, dat zulx geen naamwaardige consumptie in de granen veroorzaken konde het hem mitsdien in zijn particulier belang zeer indifferent zoude zijn, om tot op den tijd eener nieuwe inzamelinge met de brouwerije stil te staan, wanneer na gelang van den overigen tijd der pagt, aan den Pagter behoorlijken afslag van het tantum der pagtpenn: wierde geaccordeert, maar dat aangezien de Lieden die zig op het uitslijten van’t gem: bier bij de kleine maat hadden gestabileert, zig daar door in hun gering bestaan gekrenkt vinden en iets anders bij der hand nemen zouden, waar door bij vervolg zeer veel nadeel zo wel aan de voorsz; brouwerij als aan de Pagt van dat Bier zoude moeten werden toegebragt, gem: van Reenen geoffereerd had, om zo wanneer de continuatie der Brouwerij konde werden toegestaan, van de garst die hij daar toe bij voorraad had ingekogt, 200 mudden aan d’ E Comp:ie aftestaan, en zo meede d’ E Compagnie verder t’ adsisteeren met zo veel Tarw als hy na een te makene calculatie van het uitterste dat tot zijn huishouden nodig is, te missen hebben zoude, benevens nog 100 mudden van dat korl, welke voor hem bij den Burger Landbouwer Jacobus Louw Adriaansz: in besprek stonden, zo deselve nog aan handen mogten zijn. Zijnde daarop na overweeging van al hetselve goedgevonden de voorsz: Brouwerij onder de gem: aangebodene en allezints zeer redelijk geoordeelde Conditien, te laten voortgaan.
En is uit Consideratie van dien en ten einde de voorsz: Brouwerij te conserveeren tegens alle prejuditie die door den eenen of anderen pagter van ‘S lands gemeene middelen daar toe zoude kunnen werden ondernomen tevens verstaan dat bij de aanstaande verpagting van het Caabse moutbier, en vervolgens Jaarlijx expresselijk zal werden geconditioneerd dat geen Pagter van het zelve te gelyk zal kunnen of mogen zyn Pagter van eenige andere dranken.
Waarna door den Heer Secunde Pieter Hacker als Præsident des Raads van Justitie van wegens dezelve wierd ingeleeverd het onderstaande Vertoog
Aan den wel Edelen Gestrengen Heere Cornelis Jacob van de Graaff, Gouverneur en Directeur van Cabo de goede Hoop en den ressorte van dien &:a &:a &:a mitsgaders den wel Edelen Achtbaren Raade van Politie deezes Gouvernements
‘Wel Edele Gestrenge Heer en E E Achtbare Heeren!’
‘Vertonen zeer reverentelijk de ondergeteekende Leeden van den Raad van Justitie deeses Gouvernements’
‘Hoe op den 1: April deezes lopenden Jaars door den Wel Edelen Gestrengen Heere Gouverneur provisioneel bij den officier der hoofdwagt civiel arrest aan den persoon van den adsistent der E Compagnie Marinus Simon van Cruiselbergen zijnde geordonneert, wegens de vehemente op hem leggende Suspicie, van te zyn autheur van eene menigte valsche papiere en pergamente muntspecien tot eene aansienlijke somma uit desselfs handen ontfangen en toen ter tijd onder de Ingezeetenen alhier rouleerende, hij Cruiselbergen gevolglijk ter requisitie van den pro Interim Fiscaal d’ E Gabriel Exter, nog dienzelven dag ten overstaan van geCommitteerde Leeden uit den Raad van Justitie, is geinterrogeerd, voorts in deeze zaak verscheijdene verklaringen Successivelijk zijn ingewonnen, en hij gedet: nog nader invoegen voorsz: is ondervraagd geworden/: blykens alle de bylagen welke de vertoonders de Eere hebben aan UwelEd: Gestr: en E. Agtb:rs hierbij overteleggen’
‘Dat wijders op den 6:e derselven maand April, de pro interim Fiscaal, uit hoofde der vooraangehaalde Suspicie, bij vertoog /:Sub Lit: A:/ versogt heeft, dat door deese Regtbank aan hem vert: mogt worden verleend apprehensee Corporeel op de perzonen van gem: Cruiselberg en eenen Philippus du Bos, welke laatste door den pro interim Fiscaal meede wierd verdagt gehouden aan de voorsz; valsche munt making Schuldig te weezen, dog dewelke zo als van agteren gebleeken is, zig op eene verregaande disrespectuëuse en Calumnieuse wyze over zyne hooge en wettige overigheijd heeft geuit /:gelijk men bij zyn responsiva Lit Z. kan zien :/ en bij welk vertoog voorm: pro Interim Fiscaal meede verzogt heeft dat hy by decreet van deeze vierschaar mogt werden gequalificeert om te doen geregtelijke visitatie in de Huijsen van den Capitain der: E Comp:ie de Manhafte Sierveld en den burger Lieut:t de Manhafte Johannes Gijsbertus van Reenen alwaar de gem: gedetineerdens alternative hadden gelogeerd; en welk eerste Verzoek de vertoonders wijl zy Justineerden daar geen genoegsame grond toe te hebben, niet hebben kunnen Consenteeren, zijnde egter den voorm: pro interim Fiscaal zyn tweede verzoek toegestaan, en den Perzoon van Cruiselberg wel in Civiel arrest gehouden, dog buiten acces /:gelyk nader komt te blyken uit de Notulen op voorm: 6 April gehouden, hier geannexeerd Sub Lit B.:/’
‘Dat vervolgens deeze Zaak in den zelfden Staat gebleeven zynde, zonder dat de Schuld of onschuld van gem: Cruiselbergen in deezen nader komen te blyken, of dat de hem zo zeer drukkende Suspicie eenigermate is geaggraveerd of gediminueert, meergem: pro interim Fiscaal op den 20 April laatstleeden by vertoog /:te zien Sub Lit D.:/ aan de Vertoonders te kennen heeft gegeeven, dat hij uit de ingewonnen enquesten geen fundament hebbende om tegen Cruiselbergen eenige actie te institueeren ordinarie of Extraordinarie te procedeeren, dierhalven deze zaak ter dicisie van den Raad van Justitie overgav; welke declaratie de Vert: echter niet konde beweegen om gem: Cruiselbergen uit zyne detentie te elargeeren, en van de gesuspecteerde misdaad vry te spreeken, daar deselfde Suspicie nog in een even hogen graad op hem blijft leggen als het eerste ogenblik zyner in arrest neeming, weshalven de vertoonders deeze zaak in rijpe overweging genomen en op al wat eenigzints ter materie dienende was, in opmerking meriteerde gelet hebbende deselve van een zo important gewicht hebben bevonden te zyn, dat ze in allen gevallen zeer pernicieuse gevolgen voor d’ E Comp:ie en deese Colonie Scheen na zig te kunnen Sleepen, daar het nog van de uitterste aanbelang is, dat het Crediet der alhier door nood ingevoerde munt, met alle requëur worde opgehouden als door een onverhoopt Cesseeren van het welk het te dugten waare, dat ‘er een allerschadelijkst wantrouwen onder de burgerlijke zamenleeving onvermydelijk stond geboren te worden, en aan de eene zijde de gemakkelijkheijd waarmeede de vervalsching der gem: munt nu al zo verscheijde malen ondernomen is geworden, zonder dat de auteur daarvan telkens heeft kunnen worden ontdekt of op eene in rechten bestaanbare wijze overtuigd en aan de andere zijde het eclat het welk de reedenen der Suspicien die tegens gem: Cruiselbergen opgekomen zijn, onder de Ingezeetenen heeft verwekt, zeer veel aanleiding zoude kunnen geven, dat de zodanige die tot diergelijke Snoode onderneemingen verder geneegen mogten zijn minder beschroomd zouden worden gemaakt dezelve te werk te stellen’
‘Dan daar de vertoonders /: onder Correctie:/ begrijpen ten deesen door geen rechterlijk gewijsde met opzicht tot meergedagten Cruiselbergen de nodige mesures te kunnen neemen hebben zij vertoonders om de vooraangehaalde reedenen vermeend, deeze zaak onder Exhibitie van alle de daartoe relative Stukken en munimenten te moeten brengen onder het oog en ter Cognitie van Uwel Edele Gestrenge en E Agtb:s en verzoeken dat het van Uwel Ed: Gestr: en E Agtb: welbehagen zijn moge, ten belangen van den zelven Cruijselbergen zodanig te besluijten en disponeeren als na derselver hoog wijs oordeel, den aart der zaake is verEyschende.’
‘Middelerwyl dat de ondergeteek:s met verschuldigde hoogachting blyven’
’/:onderstond:/’
‘Wel Edele Gestr: Heer en E. E. Agtb: Heeren! Uwe Wel Edele Gestr: en E Agtb: onderdanige gehoozame Dienaren’
’/:was geteekend:/’
‘P Hacker, G: H: Cruijwagen, Joh:s Smuts, S: V: Echten, J M Horak, J: M: Bletterman, W: f: V: Reede van Oudtshoorn, C: G: Maasdorp, G: H: Meijer, H: J: de Wet :/ In Margine:/ Cabo de goede Hoop den 11 May 1786.’
Na lecture en deliberatie over welk vertoog het veyligste is geoordeeld, den daarby vermelden adsistent Marinus Simon van Cruiselbergen, wederom te stellen in zyn vorige qualiteit van Jong mattroos en als sodanig met het hier ter Rheede zeijlvaardig leggend Schip Vreedenburg naar Batavia te zenden; Sullende Copia van het voorsz: vertoog, nevens de daartoe gehorende Stucken p:r eerstvolgende Scheepsgeleegendheid meede derwaards werden overgezonden
Wijders in aanmerkinge genomen Sijnde dat door het verkopen der Pakhuijsen die d’ E Comp:ie van den gerepatrieerden Heer Dispencier Adriaan van Schoor in huur heeft gehad, men grotelijx belemmerd zoude zijn, ingevalle by eenen opulenten graan oogst geleegendheid wezen mogt eenige voorraad te verzamelen, daar de gem: Pakhuijsen nevens het woonhuijs van gem: heer van Schoor door den burger Jacobus Johannes van den Berg, gekogt zynde denzelven van den Berg, als een wynkoper, voornemens was na Ult:o August:s aanstaande, tot welken tijd de Comp:ie nog huur daaraan had, die Pakhuizen tot zyn eigen gebruik te emploieeren te meer, nadien men geen tyd overig nog genoegzame arbeiders aan handen heeft, om den opbouw van de verEyscht werdende Considerable Maguazynen te onderneemen terwijl boven dit alles indien als zulken hinder niet exteeren mogt den opbouw der Pakhuisen de Comp:ie niet veel beter koop te staan komen zoude als de eene of andere geleegendheid om dezelve van particulieren intekopen, zig wel kunnen aanbieden dierhalven best geoordeeld zig hoe eer hoe beter van de noodzakelijk verEyscht werde Maguazynen in Steede van de Voorsz: gemist werden Sullende Pakhuijzen, ‘S Comp:s wegen te voorzien, en nadien voorm: burger Van den Berg weder te koop is komen aan te bieden, een door hem nieuw opgebouwd Pakhuys van twee verdiepingen ter lengte van Circa 100 voeten en twee aparte vertrekken met de daarbij gehorende ruime grond, staande ende geleegen boven aan het Caabse Vlek, welke gebouwen bij examinatie bevonden zijn, niet alleen van eene zeer goede Constructie en ten onderscheyden gebruike Comp:s wegen welgesitueerd te zijn, maar dat de grond eene bequame ruimte heeft om meer Maguazijnen dan wel andere nodige gebouwen daarop te kunnen Construeeren, voor welk perceel gem: van den Berg was Eischende eene Somma van ƒ40000 Caabs, is verstaan de heeren Leeden deeses Raads Oloff Godlieb de Wet en Tobias Christiaan Rönnenkamp expres te Committeeren en te qualificeeren om meergem: Pakhuijs en gebouwen nevens den grond derzelve, van bovengem: van den Berg, ‘S Comp:s wegen in te kopen, tegens zodanige prys als deswegens best zal kunnen werden veraccordeerd; en dat men voorts by meer andere voorkomende geleegendheeden tragten zal in diervoegen ten voorsz: einde nog eenige bequame Maguazynen alhier voor d’ E Comp:ie te verkrijgen.
Zijnde eindelyk op het te kennen geven van den Heer Hoofdadministrateur Pieter Hacker dat uit hoofde van de duurte der Levensmiddelen geen boter voor d’ E Comp:ie minder dan tegens 10 Stv:rs ‘t lb te bekomen was, goedgevonden gem: heer Hoofdadministrateur tot dies inkoop voor zo verre zulx nodig weesen mogt tegens gem: prijs te qualifiCeeren en zo meede om als Præsident van den Raad van Justitie ten dienste van dat Collegie in te kopen al sulke boeken als haar ontbreeken en tot de regtspleeging van dienst en nut zijn kunnen
Aldus Geresolveert ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet. rt. en secrets.
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 373-375.¶
Saturdag den {17860520} 20:ste Maij 1786.
alle present
Den Heere Gouverneur hebbende gelieven te kennen te geeven, dat van ‘t verongelukt ‘S Lands Schip Holland over land herwaards aangekomen waren een groot getal Manschappen van welke een gedeelte op ordre van den Heere Commandeur Silvester onder geleide van een door zyn Edele daar toe gestelden officier weder na de Baaij Fals waren te rug gebragt, terwijl zig alhier nog bevonden twee en vijftig van gemelde Manschappen te weeten vijf en veertig zeevarende en Seven Militairen, alle geneegen zijnde zig in ‘S Comp:s dienste te engageeren teegens zodanige maandgelden als zijlieden bij het Land hadden verdiend. Dat hier over met welgem: Heere Silvester in brief wisseling getreeden zijnde, zijn Edele gedeclareerd had, vermits van die Manschappen tot ‘S Lands dienst geen gebruik te maken was, over deselve ten dienste der E Compagnie konde werden gedisponeerd, Is dierhalven goedgevonden en verstaan de gem: 52 man in dienst der E Comp: aanteneemen.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet. rt. en secrets.
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 376-381.¶
Donderdag den {17860525} 25: Maij 1786
‘S voormiddags alle present
Bij den Heere Gouverneur ontfangen en aan de Vergaderinge gecommuniceert zijnde een missive van den Heer Willem Silvester als Commandeur van ‘S Lands naar Indiën gedestineerd Esquader thans zo wel als de twee uit Indiën retourneerende ‘S Lands Scheepen Goes en Juno in de Baaij fals aanweezig.
Bij welke missive welgem: Heer Commandeur te kennen gaf dat ged:e Twee Scheepen Goes en Juno een verbazende quantiteit van allerleij benodigtheeden vereischten en de rijze niet zouden kunnen vervorderen indien geen middel van herstel gevonden wierd, terwijl alleen noteerende dat het Schip Goes genoegaam een Staande en lopende tuigagie nodig had, en dat zijn Edele vreesde de maguazijnen niet groot voorsien te zullen zijn, tevens voorstelde om van de nood een deugd te maken en zo wel uit de in de gem: Baaij gereed leggende Fluit de Vreede en Vrijheid als uit het Schip de Nepthunus al het daar in voor Batavia geladen touwerk te ligten.
Is bij Examinatie van de Lijst der Equipagie goederen die welgem: Heer Commandeur Silvester nevens meer andere differente benodigtheden in groote quantiteit alleen voor het ged:e Schip Juno komt te vragen, en dewelke voor zo verre dien Scheeps toestel betrof welopgem: Heere Gouverneur door den Equipagiemeester had doen nagaan, om te kunnen weeten in hoe verre daar aan zoude kunnen werden voldaan, komen te blijken, dat verscheide artikulen daar onder bereids in ‘S Comp:s Maguazijnen ontbreeken en dat het toebrengen van deese adsistentie aan het meergem: Schip Juno alleen, waar by provisioneel aan het Schip Goes ter geleegentheid dat een desselfs swaare touwen in de voorsz: Baaij is komen te breeken, een der geene die uit het meergem: Schip de Vreede en Vryheid voor dit Gouvernement waren geligt geworden, heeft moeten werden by gezet, met de reeds aan de twee gepasseerde ‘S Lands Scheepen Utrecht en Wassenaar , tot vervordering hunner thuis reise verstrekte Equipagie goederen, niet alleen ‘S Comp:s Maguazijnen alhier dermaten zijn ontbloot en verder staan ontledigt te worden, dat wanneer ‘S Comp:s Scheepen in een Staat van Zulks absolut benodigt te zyn, alhier mogten komen te verschijnen, men volstrekt buiten de mogelijkheid zoude zijn om dezelve na behoren te adsisteeren, maar dat ook de in voorsz: Scheepen de Vreede en Vrijheid en de Nephtunus geladen Equipagiegoederen van de uitterste noodzakelijkheid ter bezorging van ‘S Comp:s retour Scheepen te Batavia werdende gevordert, het volkomen emplooi van al hetzelve ten behoeve van ‘S Lands Scheepen, eene allernadeeligste uitwerkinge voor d’ E Comp:ie met opzigt tot haare kostbare kielen ten gevolge zoude kunnen hebben.
En nadien men uit dien hoofde geenzints raadzaam oordeelen konde om voor als nog in het gem: voorstel van welgem: Heere Commandeur Silvester volledig te treeden, dog, zo wel de benauwde omstandigheden van het uitterste gebrek aan brood alhier, als ‘S Lands dienst vorderen dat de twee gem: Scheepen Goes en Juno door mancquement van derzelver noodwendigheeden niet in de noodzakelijkheid werden gesteld van alhier te moeten blijven overwinteren, is na hier over met aandagt te hebben geraadpleegt, best gedagt, ten einde ten minsten het meergem: Schip Juno voor eerst tot vervordering der rijze te kunnen adsisteeren, uit het voorm: Schip de Vreede en Vrijheid niet alleen te doen ligten, het geen men daar toe alhier in ‘S Comp:s maguazijnen komt te ontbreeken, maar daar bij ook nog zodanige Touwerken als noodzakelijk alhier dienen aan handen te zijn, om ‘S Comp:s Bodems niet geheel aan allerlei onheilen bloot te stellen.
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop Ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet. rt. en secrets.
[Signed:] T: C: Ronnenkamp
C. 171, pp. 382-393.¶
Dingsdag den {17860530} 30 Maij 1786.
‘S voormiddags alle præsent
Bij resumptie der Lijsten van benodigdheeden voor ‘S Lands Freguat Juno door den Heer Silvester als Commandeur van ‘S Lands Esquadre den Heere Gouverneur nevens die der Scheeps behoeftens voor hetzelve Freguat, op welke laatste ten Vergaderinge van den 25 deezer reeds het nodige besloten is, toegezonden en door welgemelde Heere Gouverneur thans mede ter Vergadering geproduceerd; gebleeken zijnde dat bij het nagaan in hoe verre op de daar by gevraagde differente Articulen zoude kunnen werden voldaan, een groot gedeelte derselve niet te missen of in het geheel niet te bekomen zal zijn, is verstaan die Lijsten aan welgem: Heere Silvester weeder te doen afgaan met ter zijde gevoegde aanteekeningen van het geene al of niet te bekomen of aan handen is
Dan dewijl het uitterste gebrek aan brood het welk wij zelve niet als met een zeer zorgelijk Vooruitzicht gevoelen, volstrektelijk belet om van het geringen overschot iets het minste af te geeven, is best gedagt het mede Lidt dezer vergaderinge de Heer Tobias Christiaan Ronnenkamp te Committeeren en te qualificeeren om zig in Perzoon na de Baaij Fals te begeeven ten einde met opgem: Heer Commandeur Silvester te overleggen of ‘er eenig middel zoude kunnen werden gevonden om in dat Hoofdzakelijk Articul te voorzien en daaromtrend als dan in’t werk te stellen het geen best geoordeelt werden zal.
Bij geleegendheid dat de Twee ‘S Comp:s retourscheepen de Africaan en ‘t Slot ter Hoge zig thans in de voorsz: Baaij Fals bevinden en ten spoedigsten van de bekomene schaden hersteld en in gereedheid zullen werden gebragt om de Rheize verder na’t Vaderland voort te zetten, door den Heer Gouverneur in overweeging gegeven zijnde off niet daar geen meerdere Scheepen der Comp:ie voor het retour deezes Jaars uit Indiën werden verwagt dienstig zoude zijn tot beveiliging derzelve tegens Vijandelijke onderneemingen het Convoy van ‘S Lands Scheepen te verzoeken. Is na hier over te hebben geraadpleegd goedgevonden welgem: Heer Commandeur Silvester te verzoeken dat wanneer de gem: Scheepen nog tijdig genoeg in gereedheid mogte werden gebragt /:zo als daartoe mits het verlopen van het Jaar Saisoen alle mogelijke devoiren zullen werden aangewend:/ om gelijk met een van ‘S Lands Scheepen te vertrekken en of dat ook die scheepen om de gem: reedenen niet te lang zouden werden opgehouden om op het vertrek van een der ‘S Lands Scheepen te wagten dezelve door het als dan in gereed zijn zullende ‘S Lands Schip derwaards mogen werden geconvoijeerd
Wordende wijders door de Heeren Leeden Oloff Godlieb de Wet en Tobias Christiaan Ronnenkamp gerapporteerd, dat hun E E: ingevolge de Commissie en qualificatie door deezen Rade ter Sessie van den 17: deezer op hun verleend, van den burger Jacobus Johannes van den Berg hadden ingekogt desselfs bij Resolutie van dien datum vermelde Pakhuijs en daarbij gehorende gebouwen met den grond derzelve voor de Somma van ƒ36000. Caabs ofte Rd:s 12000: als mede dat dewijl intusschen ook voorgekomen was, de geleegendheid om van den Lieut: Ingenieur Pieter Laurens Cloete een wel geleegen en suffisant betimmerde Pakhuis en Erf in te kopen hun E E: met voorkennisse en bewilliging van welgopgem: Heere Gouverneur provisioneel dat Pakhuis mede onder approbatie van deezen Rade voor ƒ27000. Caabs ofte Rd:s 9000:- hadden ingekogt, welke prijzen geconsidereert zijnde, met de waarde der voorsz: gebouwen en gronden over een te komen, is mits dien verstaan beide de voorsz: aankopingen te approbeeren
Ook wierd door de Heeren M: Jacobus Johannes le Suëur en Tobias Christiaan Ronnenkamp gerapporteerd, dat agtervolgens het besluit dezer Vegaderinge van den 19 April laatstL: na voorgaande Affixie van Billietten en dat de ontworpene Conditiën tot den opbouw van een Perceel of Vak van het Hospitaal zig uitstrekkende van het grote Portaal of de middel parthij tot aan de reeds staande gebouwen ten N W:ten mede vooraf was publicq gemaakt, hun E E: ten overstaan van den Heer Collonel en Directeur Gilquin op den 23 deezer tot de aanbesteeding derzelve gevaceert hebbende, van verscheide Liefhebbers die daartoe aanbiedingen hadden gedaan, door de burgers Jacobus Johannes Vos, Arend van Wielligh en Jan Hendrik Vos, zulx teegens de minste prijs was geschied en dat hun E E: dierhalven met volkomene instemming van ged: Heer Directeur Gilquin de aanbesteeding aan die Perzonen hadden gedaan, onder de bepaalde Conditiën omtrend het bearbeiden en stellen van al het Timmer en Metzelwerk mitsg:s het gemaakte Ýzerwerk te leeveren teegens 11 Stuivers het Pond, en voorts de geheele Massa voor eene Somma van Rd:s 29000:- welke Perzonen zig ook verbinden en aangenomen hadden het werk voltooid over te leeveren op primo Maij des aanstaanden Jaars. En is de aanbesteeding mede geapprobeert.
Zijnde wijders op het geene door den Heer Hoofd Administrateur Pieter Hacker in Rade is te kennen gegeeven geworden, en bij overweeging dat daar den oorlog door welke de bij de Negotie Boeken geformeerde reekeningen van Trein en Oorlogs Onkosten is ontstaan geëindigt is, en deeze Reekening zeer oneigen bij die zelfde Boeken nog continueert goedgevonden en verstaan dat de gem: reekening met primo September aanstaande bij de nieuwe Boeken vernietigd zal blijven, en dat de Lastposten doorgaans op die reecq: bezwaard, voor zo verre dezelve door de teegenswoordige omstandigheeden en de in weezen blijvende Wagtposten nog komen te continueeren gebragt zullen moeten werden, op al zulke reekeningen als met welke dezelve de meeste overeenkomst hebben. En aangezien den opbouw van het Hospitaal mits het emploijeeren der daartoe gestelde Arbeiders tot het defensie weezen dezer plaatze gedurende den oorlog geen voortgang heeft kunnen hebben, dog de Arbeiders die daar toegehoren nog altoos op reecq: van dat gebouw derzelver verstrekkingen hebben genoten, schoon bij het eindigen van ieder Boekjaar al hetzelve weder is overgebragt geworden op reecq: van Trein en Oorlogs Onkosten; en deeze Reecq: thans vernietigd werdende daar de gem: Arbeiders nog bij continuatie tot de versterking dezer plaatze moeten werden aangewend, en dus ook niets tot Lasten van het meergem: gebouw genieten kunnen, te minder dewijl in maniere hier bovengemeld een begin is gemaakt met den opbouw dezer Stigting gedeeltelijk particulier aan te besteeden, zo is mede verstaan dat de aan meergem: Arbeiders geschiedende verstrekkingen wel nog in den loop deezer Maand naar gewoonte op reecq: van het meergem: Hospitaal gesteld maar onder Ultimo deezer overgebragt zullen moeten werden op Reekening van Fortificatiën als waartoe dezelve uitgaven en verstrekkingen gehoren gelijk zulx in’t vervolg onmiddelijk zal moeten geschieden ter tijd toe dat men in staat zijn zal, het ontbreekende aan het meergem: gestigte door dezelve ofte andere Arbeiders ‘S Comp:s weegen weeder te laten voltooien
Vervolgens door den Soldaat Johan Plat bij request verzogt geworden zijnde om tot Burger alhier te mogen werden geadmitteerd, geliefte den Heere Gouverneur te kennen te geeven, dat den Cap:n van de Comp:ie de reserve bij de Burgerije, Jan Anthonij Hitzman, Sijn Edele instantig had verzogt, dat gem: Plat als met een Nigt van hem Hitzman gehuuwd zijnde bij dewelke reeds een kind had verwekt, dus denzelven met een Huishouden bezwaard was, het welk hem in het geheel niet geschikt deed zijn, om langer als Soldaat te dienen waarbij de Huisvrouw van ged: Plat een der vermoedelijke Erfgenamen van hem Hitzman zullende zijn hij geneigd was nog bij sijn leeven deeze getrouwde perzonen zodanig in het een off ander burgerlijk beroep te stellen dat dezelve bij vervolg daar uit hun bestaan zouden mogen erlangen, hetwelk geen plaats hebben konde zo lange voorschreeve Plat verpligt was als Soldaat te dienen en dat om dezelve reedenen goedgunstig in dat verzoek mogt werden bewilligt en al hetwelke in overweeging en daar bij geconsidereerd zijnde, dat voormelde Hitzman een der gegoedste Ingezeetenen alhier komt te zijn, en desselfs Verzoek met veel billijkheid gepaard ging, is voorschreeve Plat uit ‘S Comp:s dienst ontslagen en in burger vrijdom gesteld, op zodanigen Voet als de Hoog Gebiedende Heeren Meesteren goedvinden Zullen daaromtrend te beramen
Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten Daage en Jaare voorsz:
[Signed:] C: J: van de Graaff
[Signed:] P Hacker
[Signed:] R: J: Gordon
[Signed:] J: J: Le Suëur
[Signed:] O: G: de Wet. rt. en secrets.
[Signed:] T: C: Ronnenkamp