Skip to content

C209 C210 v1.20

C. 209, pp. 377-379 en C. 210, pp. 2-14.

Donderdag den {17921129} 29 Novem:br 1792

bij Omvraage, alle praesent.

De Vergadering van XVII: bij Hoogstderzelver zeer gevenereerde Letteren van den 14 deCember 1792, dit Gouvernement ter informatie hebbende gelieven te bedeelen, dat wederom naar herwaards Staat overtekomen, den geweezen Sergeant bij de Jager Compagnie van ‘t Guarnisoen alhier Johan Anthon Amman, ten einde als titulair Officier by ‘t nationaal Bataillon te militeeren tot dat bij eerste voorkomende Vacature effective als Vaandrig zoude kunnen invallen, dan met opzigt tot voorsz: Perzoon, heeden van Heeren Commissarissen Generaal zijnde ingekomen, eene Missive van 28 dezer, geleidende Extract uit hunner Hoogedelheedens Resolutien van dien zelfden datum houdende dat hoogstdezelve op des bekomene informatien dat gem: Amman alhier bekend is voor een zeer slegt Subject gelyk zulks dan ook aan Haar Hoogedelhedens op eene voldoende wijze nader is komen te blijken uit zes Stux Verklaaringen verleend, door den Heere Colonel Gordon, den Major de Lille den Capitain der Arthillerij Kemper den Lieut: Militair Frans Mulder met ende beneevens den Vaandrig Stephanus Hendriks den auditeur dezes Guarnisoens Gabriel Exter, en den Soldaat George Christoph Meijer, alle welke verklaaringen zig aan’t Voorsz: Extract g’annexeerd komen te bevinden, hebben goedgevonden dat den voorsz: Johan Anthonij Amman, als hebbende de Vergadering van XVII:en geabuseerd en gesurpreneerd, bij de eerste geleegendheid die zig na zyn aankomst alhier zal voordoen, als een onnut Subject met afgesz: Gage naar Europa zal werden te rug gezonden.

Zo is bij omvrage hiervoor ter ordre van den Heere Gezaghebber bij de verdere Heeren Leeden des Raads gedaan, beslooten, dat ten einde aande voorsz: Resolutie de nodige Executie te bezorgen, zo aanden Heere Colonel Gordon als aanden Soldij boekhouder dezes Gouverments van bovengen: dispositie van Heeren Commissarissen Generaal nopens denzelven Amman de vereischte kennisse zal werden gegeven tot derzelver informatie en narigt respective.

Ook is verstaan in handen van den voorm: Equipagemeester te doen stellen drie Schriftelijke Petitien, om EquipageGoederen, zo door den Heere J: O: Vaillant ten dienste van zijn E onder hebbende ‘S Lands Freguat van Oorlog de Zephir , als door den Gezaghebber van ‘S Comp: Schip de Castor , Arij Smitskam en den Schipper van den partiCuliere Bodem de Geertruij en Petronella , Louis Willem van Rossum, voor deeze hunne evenged: Kielen gedaan, ten fine op dezelve petitien af te langen aan voorm: Heere Vaillant al het geen men uit den voorraad zonder eigen ongerief zal Kunnen missen, en aan den Gezaghebber Smitskam benevens den Schipper van Rossum alleen ‘t noodzakelijke om hunne Voorsz: Bodems tot ‘t doen der rhijze naar Nederland, daarmede behoorlijk in staat te Kunnen Stellen.

En nadien nu ook is ingekoomen een berigt door de Capitains ter Zee, Klaas Keuken en Jan Drewis, dewelke op de Kennisse bij den Heere Gezaghebber bekomen, dat zig aan de voorbramsteng van ‘t ter rheede leggend retourschip de Constitutie eenige defecten kwaamen voor te doen, door welopged: Heere Gezaghebber gecommitteerd zijn geworden om g’adsisteerd met den baas der Scheepstimmerlieden, ten overstaan van den Equipagemeester, mitsg:s in teegenwoordigheid van den Commandeerende Officier op gem: Bodem de Constitutie de voorsz: gebreeken naauwkeurig te visiteeren van deeze hunne verrigting ingediend, uit welk berigt der voorsz: Zee en Scheepsbouwkundigen Komt te consteeren, dat de gem: Voorbramsteng dwarsdoor midden gebrooken zijnde dus tot allen verderen dienst is onbekwaam geworden, Zo heeft men dierhalven bij deese gelegendheid welmeede moeten besluiten den voorsz: Equipagemeester te qualificeeren, gelijk denzelven gequalificeerd werd bij deezen ‘t meerged: retourschip de Constitutie van een nieuwe voorbramsteng te doen voorzien.

Maar nadien door welopged:e Heere Capit:n Vaillant bij eene aan den Heere Gezaghebber gerigte Missive dewelke zijn Edele, aan de overige Heeren Leeden des Raads heeft doen Communiceeren ook is gedaan geworden de propositie om van 23 vaten Spek inhoudende te zamen 8000 lb, die ‘S Comp: weegen op Batavia aan zijn Ed: tegens ƒ2176:- waaren gecedeert, wederom tegens dezelve prijs aan de Maatschappij af te staan, 12 Vaaten van dat Spek, dewelke op den voorraad zo wel van voorn: Freguat van Oorloge de Zephir , als van ‘t Schip de Havik door den Wel Ed Gestr: Heer Verheull onder d’ ordres van Hem Heere Vaillant gecommandeert werdende te veel zijn bevonden, dan tegens dit voorstel van gem: Heere Vaillant zig heeft voorgedaan die bedenking en Zwarigheid, dat men met dees overneeming zoude risqueeren, of dit Spek of wel ander uit den eigenen voorraad tot bederf te zien overgaan alvorens te hebben kunnen verstrekt of te verconsumeerd werden, aangezien op de qualificatie en last hiertoe nu onlangs van Heeren Commissarissen Generaal bekoomen, bereids zo veel vleesch en Spek ingemaakt en in de Pakhuijzen der E Comp: opgeslaagen is, dat men met dien voorraad rijkelijk zal Kunnen strekken tot de maand April des aanstaanden Jaars 1793; Zo is dan ook om de Maatschappij niet nodeloos aan Schadens te exponeeren, mitsdien geresolveert, van dit aanbod van dikwils gem: Heere Capt: Vaillant niet te profiteeren maar zyn Wel Ed: Gestr: integendeel met opgave der voorsz: reedenen, daarvoor, beleefdelyk in den naame dezes Raads door den gezw: Clercq te doen bedanken.

Wijders gedisponeerd zijnde op eenige ingediende en bij de voorsz: Stukken gevoegd geweest zynde Requesten; Zo is aanvankelijk bij voorm: Heeren Leeden des Raads, geleezen het Supplicq van Antonij van Watering, Rheeder van ‘t onder eergisteren vermeld fransch partiC: Scheepje L’ Aimable Josephine houdende verzoek, dat aan hem vrijheid mogte werden verleend, om uit de Lading zijn voorsz: Bodems te moogen doen ontscheepen, ten einde alhier te werden gedemandeerd de volgende Koopwaaren, te weeten, Spijkers, Snuijftabak, Olijven Olij, Engelsch Staalwerk, Chitzen en VoerChitzen, mitsg:s Tjaal-en-Kustdoeken, Matjes Rollen, Marmere Steenen en porCelaine Schotels en Borden, enz. - Schrijfpapier, en Eindelijk eenige Vaten met Roode wyn, en dat ‘t hem wyders mogte zyn gepermitteerd voor ‘t bedragen van dien wederom in ruiling te mogen ontfangen om vervolgens van hier vervoerd te werden, de onderstaande Landsproducten, als,

Waarop is verstaan, dat vermits Heeren Commissarissen Generaal, aan wien den Heere Gezaghebber ‘t voorsz: Request alvorens ‘t zelve ter dispositie te leggen gepraesenteerd heeft gehad, ten einde daarop Haar HoogEdelhedens welbehagen te verneemen, deezen Raade door welopgem: Heere Gezaghebber hebben gelieven te doen qualificeeren, om op ‘t zelve request uit consideratie dat ‘t Placaat bij hoogstdezelve tegens ‘t dryven van allen handel met en door vreemde Natien ter deezer plaatze nog niet is gepromulgeerd geworden in zo verre favorabel te disponeeren, dat van de opgegeevene artikelen, alle de zodanige welke niet tot voeding der Luxe strekken ingevoerd, en ook de gevraagde Landsproducten daar en tegen met behoorlijke omzigtigheid uitgevoerd zullen mogen werden, mitsdien aan voorsz: Van Watering zal zyn gepermitteerd, Zo als hem gepermitteerd werd bij deesen ten verkoop aan wal te mogen brengen, dedog geenzints ‘t Engels Staalwerk en Porcelain nog de marmere Steenen of de Vaten met de Roode Wijn.

Zullende, wat Concerneert den uitvoer der voortbrengzelen van dit Land, waarvan hier voren is gesprooken, alvorens dezelve toe te staan, aanvankelijk door meerm: Watering moeten werden opgegeeven de quantiteit van elk der Artikelen waarvan hy zig d’ exportatie heeft voorgesteld, ten einde daaruit te Kunnen werden nagegaan, in hoe verre zonder nadeel voor dit Land, daaraan zal Kunnen werden gedefereerd.

Vervolgens ook gedisponeert zijnde op eenige ander Requesten, is op de verzoeken daarbij voorkomende aan de onderstaande Perzoonen het navolgende geaccordeert geworden.

Aan den Burgerraad Hendrik Justinus de Wet, om met ‘t hier voorengenoemd Schip Regt door Zee , naar Batavia op vragt te mogen afzenden 6 a 8 halve Aamen met Boter, mits betalende alvorens de vragt na de bepaling daarvan zijnde.

Aan den Burger Commissaris van Civile en Huwlijkse Zaaken Hendrik Johannes Fherssen om als Rheeder van ‘t partiC: Schip, de Zeenijmph door hem van de E: Comp: ingekogt uit den dienst der Maatschappij in de zyne te mogen engageeren en overneemen, de volgende Zeelieden, dewelke Hun verbonden tijd alle behoorlijk hebben uitgediend, namentlijkalle welke perzoonen zig zo alhier aan Land, als op de ter rheede leggende uit en thuijs komende Scheepen, mitsgaders op de by dit Gouvernement permanente Vaartuigen en Landsboots komen te bevinden.

Weshalven den Equipagemeester dan ook by deesen werd gelast de gem: Perzoonen van der zelver bescheidene Bodems en Posten te ontslaan, terwijl den Soldy boekhouder teffens gequalificeerd werd, de Reekeningen die Lieden finaalijk af te Sluijten, zorgende daarbij nochtans dat zij het geen aan de Maatschappij te quaad mogten weezen, eerst en vooraf behoorlijk in ‘S Comp: Cassa komen te voldoen.

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd In ‘t Casteel de Goede Hoop, Ten dage en Jaare voorschr:

[Signed:] J: I: Rhenius

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] O: G: De Wet

[Signed:] W: F: V: Reede Van Oudtshoorn.

[Signed:] In Kennisse van my E: Bergh p:l seCret