Skip to content

C214 v1.20

C. 214, pp. 2-88.

Maandag den {17930304} 4:o Maart 1793

‘S Voormiddags, alle praesent.

Heeren Commissarissen Generaal, aan wien men de Vryheid heeft gebruikt gehad ter approbatie aan te bieden d’ extentie van het verhandelde in Rade op Vrydag den 15 der even afgeweekene maand february, toen het Haar Hoog Edelheedens heeft gelieven te behagen deeze Regeering met Hoogstderzelver teegenswoordigheid te vereeren, de voorschreeve extentie goedgekeurd hebbende, is dezelve dan ook heeden geresumeerd geworden.

Vervolgens in Conformité van de daarby voorkomende recommandatie van Haar HoogEdelheedens ter verhandeling opgenoomen zijnde het Concept Reglement door Hoogst dezelve voor d’ Administratie eener alhier opte rigtene Bank van Leeninge ontworpen, ten eijnde aan welopgedagte Haar HoogEdelheedens daaromtrend te kunnen Suppediteeren zodanige Consideratien als zig by deezen Raade op dat Sujet Zoude mogen komen voor te doen, Zoo is, met al den aandagt welke het gewigt der Stoffe vorderde over de in inhoude van het voorsch:r Stuk gedelibereert zynde goedgevonden en verstaan dadelyk bij Missive aan Heeren Commissarissen Generaal in allen eerbied op te geeven de alteratien en Ampliatien die het den Raade is toegescheenen te werden vereyscht, om het voorsz:: Concept Reglement tot die volmaaktheid te brengen, waarvoor hetzelve na de Locale gesteldheid van zaken in dit Gouvernement deezen Raade voorkomt Susceptibel te zijn, zynde dezelve voortestellene Ampliatien en Alteratien breeder omschreeven te vinden bij de aparte Notulen daarvan onder heeden gehouden.

Dit vooren Staande alzoo afgehandeld zijnde, is daarop ter Tafel gebragt de hieronder g’insereerde Missive door Heeren Commissarissen Generaal Sub dato 26 der even afgeweekene Maand february aan deezen Raade geschreeven.

‘Erntfeste, wijze, voorzienige zeer Discreete!’

‘Schoon Wij maar al te veel reedenen hadden om te vreezen, dat het ‘er zeer verre van daan was dat de directie der Weeskamer deezer Steede zig zodanig bevond, als zulks behoorde, wanneer Wij UE: onze expresse begeerte te Kennen gaven om dezelve naauwkeurig te doen opneemen, hebben Wy egter niet Kunnen verwagten, dat de voorsz: Staat zodanig zoude worden bevonden als thans gebleeken is, en Wy zullen liefst aan Uwe eige overweeging overlaaten de impressie welke eene vergelyking daarvan met den inhoude Uwer Resolutie van den 6:e Maart 1792 niet kan nalaaten te veroorzaaken, ons egter latende welgevallen de rondborstigheid waarmeede UE: zig op dat Stuk expliceeren bij haare Missive in dato 21 December 1792 waarbij UE Ons wijders voorslaan om te arresteeren d’ Instructie door het meede Lid Uwes Raads Olof Godlieb de Wet als in deezen gecommitteerd geweest bij zijn Rapport gevoegd, en vervolgens verzoeken om uit S Comp: Cas aan Weesmeesteren tegens den Intrest van 6 p:C:t ‘S Jaars te doen opschieten een Capitaal van Rd:s 30‘000:-:- en zulks onder verband van alle de Effecten ter kamer berustende en gehoorende omme zoo spoedig mogelyk te werden afgelost; mitsg:s om een gunstig Reguard te slaan op het voorstel bij het Eerste Articul van de voorschr: Concept Instructie gedaan, dat aan UE de vrijheid zoude worden gelaaten, om de Leeden van het Collegie van Weesmeesteren voor Twee Jaren of langer in dat Collegie te laaten Continueeren.’

‘Den inhoud Uwer voorsz: Missive mitsg:s het gem: Rapport thans nader in overweging genomen hebbende zullen wij deeze laaten dienen om UE onze Dispositien daaromtrend meede te deelen.’

‘Wij behoeven dan naauwlijks te herhalen dat uit het gemeld Rapport en de daarbij gevoegde Stukken blijkt, dat in de directie der Weeskamer ontbrooken hebben, die attentie, ordre, overleg en accuratesse, welke aldaar hadde behooren te heerschen, waardoor de grootste Confusie onbetamelijke disordres, ligtvaardigheid en misbruik omtrend der Weezengelden en de Administratie der Boedels in dat departement zijn ontstaan.’

‘De blijken hiervan zig openbaarende in bijna alle de deelen der huishouding en Directie welke ter onderzoek der Commissie zijn gesteld geweest moet het omtrend den Staat der Weeskamer over het geheel, waarvan het Eerste Hoofddeel van het Rapport handelt, onbegrijpelijk voorkomen, hoe ten minsten al zedert twee Jaren herwaards een volkomen onzeekerheid aangaande het Restant der Kas heeft kunnen plaats hebben, of zoo als uit de Omstandigheeden meer waarschijnlijk is, hoe men in Staat heeft kunnen Zijn Weesmeesteren zelve, die zig dog altoos omtrend al ‘t geen het bestier der Weeskamer betrof, verantwoordelijk houden moest, aangaande dat Restant te misleijden, zoo dat ‘er geen de minste bekommering is geweest over de onmogelijkheid waarin men langs dien weg vervallen moest, om Weezen, die hunne mondige Jaaren bereykten, of andere die gelden van de Weeskamer ontfangen moesten, nog ook de pretentien tot lasten der Boedels verstrekkende, behoorlijk te voldoen: in zoo verre zelfs, dat ‘er bij het einde des Jaars 1791 reeds een agter weezen van Rd:s 97886:4: in de Kas der Weeskamer heeft plaats gehad, en ‘er zig onder Ult:mo Augustus Laatstl: naauwlyks eene Somma van Rd:s 13784: 37 hoofdzakelijk alleen tot de Boedels relatie hebbende, in de kas bevond, niet tegenstaande op de Boedels alleen het agterweezen in de betaling der Prætentien, toen tot een zeer important bedragen van ruijm Rd:s 54‘000 -: geklommen was, behalven het geen wij van nabij g’informeerd zijn, dat bovendien nog door de Weeskamer had behooren te zijn uitbetaald geweest.’

‘Dit gebrek in de Kas blykt ontstaan te zyn, eensdeels door een onberadene uitzetting van gelden, zoo dat in den loop van het voorleden Jaar tot Ult:mo August:s l: l: Rd:s 221976:25. meer is belegd, als er onder Ult:mo December bevorens uitstond, Schoon het uitstaand onder Laatstgem: datum, het montant der gelden van de Weezen welke Intressen vorderen, reeds eene Somma van Rd:s 99601:28: te bovenging.’

‘Andersdeels straalt ten duidelijksten door, dat hetzelve geldsgebrek wel hoofdzakelijk toe te Schrijven is, of aan het gebruik dat de Secretaris die de Administratie der Kas heeft gehad, daarvan voor zijn Privé heeft gemaakt, of aan zijne onverschönlijke onagtzaamheid, door welken de gelden hem Kunnen zijn ontvreemd geworden, zonder dat hij in Staat is geweest zulks te bemerken; zoo dat op het tijdstip dat door het onderzoek, eener Commissie, de zaak zig zoude Komen te openbaaren, dog waartoe men getragt heeft mankeerende in de Kas te Suppleeren, dog waartoe men door tijds omstandigheeden geen ander middel heeft Kunnen vinden, dan toevlugt te neemen tot het cedeeren of Passeeren van Schuldbrieven, die het deficieerende Konde Suppleeren.’

‘Tegen een zodanig misbruik van de Contanten der Weeskamer, zoo Strijdig met het belang van Weduwen en weezen, als Pernicieus voor de gerustheid en het vertrouwen, welk een ieder op het bestier der Weeskamer had moeten, Kunnen Stellen, hadden Weesmeesteren na derzelver gehoudenisse behoren te maken, Schoon nu, wanneer Weesmeesteren door een meerder en betamelyk gevoel vande teedere Verpligtingen welke op hun leggen, aangespoord, met terzijde Stelling van alle onpartijdige Schroom en inschikkelijkheid die in het behartigen van de Weduwen en Weesen belang en welvaart hinderlijk zijn, zig gelyk wij billijk verwagten, naar de voorschriften in de nu ontworpene Instructie, vervat, Stiptelijk gedragen het Publicq vertrouwen hersteld, en de zoo noodzakelijke gerustheid zal herboren zijn, dat de zaaken van de Weeskamer voorthaan behoorlijk Zullen worden gederigeerd, zo vordert nogthans de Situatie waarin zig de zaaken van de Weeskamer op dit ogenblik bevinden dat ook voor het tegenswoordige, tegen de gevolgen die uit de wandirectie der Weeskamer, reeds zijn ontstaan en nog worden gedugt, geschikte voorzorgen en maatregulen worden gebruikt’

‘Nadien het ons gebleeken is, onvermijdelyk nodig te zijn, dat, wil men den allernadeeligsten in vloed, die het voorsz: gebrek aan Penningen bij de Weeskamer, op Weduwen, Weezen en andere geinteresseerdens hebben moet, intijds van dezelve afwenden, in dat gebrek ten Spoedigsten behoord te worden voorzien, hebben Wij hoe ongaarne ook wel moeten besluiten UE volgens haare voordragt te qualificeeren gelijk wij doen bij deese, om uit S Comp:s Kas aan de Weeskamer opteschieten eene Somma van Rd:s 30‘000:-:- ten einde daarmeede de noodzakelijkste uitbetalingen te Kunnen doen, zullende deeze opschieting egter voor niet langer zyn, dan uitterlyk voor een Jaar, binnen welken tyd Weesmeesteren verpligt Zullen Zijn de Geldsom in al zulke gedeeltens als Succesivelyk uit de aflossing der Schuldbrieven zullen moeten g’incasseert en ontfangen worden, waartoe den tijd van Een Jaar bij een behoorlijke Vigilantie genoegzaam zijn zal weder in ‘s Comp:s Kas te restitueeren, daarbij voegende de Intressen die na rato des tyds op de genoemde gedeeltens verlopen zullen Zijn, te vinden uit de renten welke bij de Capitalen die als overvloedig uitstaande opgeeijscht en afgelost zullen moeten worden, Staan in te Komen’

‘Daar nu, behalven eene zo onberadene en overmatige uitzetting van gelden bij de Weeskamer waarvan Wij hier voren hebben gewaagd, uit derde Hoofddeel van het Rapport blykt dat, wel verre van daarinne nog die omzigtigheid en Precautien gebruikt te hebben, welke Weesmeesteren bij derzelver Instructie voorgeschreeven waren, men zig integendeel van de Contante gebruikelijkheeden heeft los gemaakt en daaromtrend op eene zoo ligtvaardige wijze te werk is gegaan, dat er ongereekend eene Somma van Rd:s 13443:- wegens Vendu Penningen en te veel gedaane avances zonder de minste Zeekerheid, onder den titul van Stilstaande posten bij de Boeken loopende, onder het geenen men geduurende dit Jaar aan Schuldbrieven by de Weeskamer heeft overgenomen, zig nog bevind eene aanzienlijke Somma van Rd:s 33‘333:16:- gedeeltelijk bestaande in Secretarieele obligatien, onder Borgtogt, dog zonder Vaste Hypoteecq, gedeeltelijk Slegts in onderhandsche obligaties met Cautie en gedeeltelijk zelfs in onderhandsche Obligatien zonder cautie of Speciaal verband, zonder ‘er niets onbetamelyker zijn dan dat het nadeel, het welk uit diergelijke tegen de voorgeschr: ordres Strydende handelwijze moet worden gedugt, redundeeren zoude op Weduwen, Weezen en andere onschuldigen, die voor de zeekerheid van hunne gelden, geen de minste vrees uit de administratie der WeesKamer hebben behoren te Kunnen opvatten : en ten einde daarteegens op eene regtmatige wijze te voorzien, gelasten Wy dat in de Eerste plaats door den Secretaris Rönnenkamp, van wien de Schuldbrieven tot Suppletie van het manquement der Kas, gedeeltelijk afkomstig zijn, zal moeten worden gesteld eene zoo voldoende Cautie ofte andere verzeekering als alle Securiteiten vervullen kan, welke aan die SchuldBrieven ontbreeken, ende zulks ten tijde toe, dat dezelve Schuldbrieven volkomen afgelost en betaald zullen Zijn’

‘Even het welk ook Plaats zal moeten hebben omtrend diergelijke Schuldbrieven, voor zooverre dezelve van andere buijten hem Secretaris aangenomen mogten zijn, alzoo Wij moeten veronderstellen, dat deeze ligtvaardige acceptatie meede is ontstaan door te abuseeren van het vertrouwen hetwelk Weesmeesteren in haren Secretaris hebben gesteld ten waare niet hij Secretaris maar deszelfs Adjunct, eene zodanige aanlijdende oorzaak tot het aanneemen van die Schuldbrieven mogt zijn geweest, in welken gevalle ook de gezegde Zeekerheid door den Laatsgem: zal moeten worden gesteld: dog zal zoowel den Secretaris als adjunct daarvan weesen gelibereerd, wanneer zij zullen Komen aan te tonen, dat na hun pligt Weesmeesteren omtrend het een en ander in tyds behoorlyk g’informeerd hebbende dezelve evenwel tot het accepteeren van die Schuldbrieven beslooten hebben, in welken gevalle ook Weesmeesteren voor de nadeelen die daarop mogten en worden geleeden, in derzelver Privé aansprakelijk Zullen Zijn’

‘Wijders zal behalven het geene hierna omtrend de Vendubrieven zal voorkomen, voormelde Secretaris Rönnenkamp, uitterlijk binnen den tyd van Ses Maanden, te reekenen van den Dag dat de Resolutie ter Kennisse van de Weeskamer zal gekomen zijn, verpligt zijn in gereed geld ter Weeskamer in te brengen het rendement van alle zodanige Posten, als Staande zijn functie als Secretaris zeer abusivelijk voor Reekening der Weeskamer overgenomen zijn, en (: gelijk wij hiervoren hebben aangemerkt :) uit ongeliquideerde Vendubrieven, ofte te veel geavanceerde Penningen voortspruitende, zig onder den titul van Stilstaande Posten bij de Lyst der debiteuren vinden begreepen, behoudens zijn verhaal op de geene tot wiens lasten diergelijke vendubrieven Strekken, ofte die de abusive avances genoten hebben; ten welken einde aan denzelven zullen moeten worden inhandigt alle de bewijzen welke tot die Posten Specteeren: Zullende hij voor die voldoeninge meede moeten Stellen Suffisante Cautie, en intusschen de Boeken van alle die Posten moeten werden gezuiverd, en deeze op zijn byzondere Reekening werden overgebragt’

‘Insgelijks zal dadelijk door hem Secretaris worden ingebragt het bedragen van zodanige Pretentien als op diverse zedert ‘t Jaar 1779 afgeslotene Boedels gevalideert hebben, en by de geregtigdens niet genoten zijn geworden om aan dezelve voor zo verre ‘er van hun nog aanweezig zijn, ofte zig Erffgenamen alhier bevinden, door den Bode onder quittantie te werden te huijs gezonden, en de overige voor de geene die daarop aanspraak maken Kunnen, wegens het aan hun Competeerende bij de Weesboeken te crediteeren; waartoe van de Lyst der bevinding Sub N:o 14 1/2 bij het Rapport overgelgd, aan Weesmeesteren Copia zal moeten worden ter hand gesteld.’

‘Voorts zal van de Schuldbrieven die, het zij door gem: Secretaris tot Suppletie van het manquement aan de Kas, het zij door hem ofte andere, die Penningen, welke onder hunne Particuliere Administratie hadden gestaan, ter Weeskamer hebben moeten inbrengen, in voldoening zijn gegeeven, voor zoo verre bij dien inbreng niet gevoegd is geweest, zo veel aan gereed Geld als verstrekken moest, om aan de meederjarige Erffgenamen of geregtigdens, dadelijk uitgekeerd of overgemaakt te worden, zoo veel moeten worden opgezegd en ingemaand als nodig is om die uitkeering, welke intusschen door de Weeskamer gepresteerd is en nog zal moeten worden, weeder te Suppleeren en verder te Effectueeren’

‘Alverder zal zonder uitstel worden opgeeischt, om drie maanden daarna ter Weeskamer in te brengen het Capitaal van Rd:s 3000:- aan den Burger Capitain H: O: Laubscher en van ƒ26000:- aan den Adjunct Secretaris Van der Riet nog in de Jongstvoorleedene maand Augustus en dus zeer ontijdig uitgezet, als blijkende bij Resolutie van den 13 August:s 1792 dat gemelde Laubscher het eerstgem: Capitaal Schuldig is geweest aan andere die hetzelve ter Weeskamer hadden moeten inbrengen: en zo meede uitdezelve Resolutie en verdere Stukken dat ook voorn: Adjunct Secretaris Van den Riet de gezegde Somma in zijn Privé heeft gebruikt van gelden, die zoo voor een door de Weeskamer verleende Wissel, als wegens Contanten in den Boedel van Jan Jacob Meyer gevonden en uit de Slagterey ten voordeel van dien Boedel ingekomen, op de Weeskamer behoorden.’

‘Zullende verder behalven de voorzorgen bij UE reeds met betrekking tot de agterstallige Interessen en Overleedene of van hier vertrokkene Borgen, volgens haar Besluit van den 28 Aug:s l: l: genoomen, waarvan Wij de Stricte nakoming recommandeeren, Weesmeesteren insgeljiks zonder het minste tyd verzuim omtrend alle vaste goederen die bij de Weeskamer Speciaal verbonden Staan, naauwkeurig moeten Examineeren of dezelve nog Zijn in het bezit en den Eigendom der geene die dezelve verhijpotecqueert hebben, en of dezelve Suffisant genoeg Kunnen worden geestimeerd tot zeekerheid van de Capitaalen voor welke Zy verbonden Zijn om bij het tegendeel van dien zodanige maatregulen te neemen, als Strekken Kunnen tot het daarstellen van die Securiteiten, welke na het 54:ste Articul der ontworpene Instructie worden overeyscht.’

‘Werdende Weesmeesteren ten Einde zig tot deeze examinatie in Staat te vinden gequalificeerd, om, des noods met adsistentie van een der gezw: Clerquen van de Politicque Secretarye, de transporten der Vaste goederen intezien en omtrend ieder Debiteur, van wien men niet zeeker weet dat zig nog in de Possessie der verbonden Vastigheeden bevind, bij die Transporten na te gaan of dezelve door hem mogten zyn veralieneert dan niet.’

‘Voorts gelasten Wy wel uitdrukkelyk, dat Weesmeesteren met alle attentie Zullen hebben te waaken, dat uit de veralieneering der Vaste goederen door Francois de Villiers bij de Weeskamer verbonden, nog ook uit de Speciaale verbintenis van hetzelve goed door Isaac de Vlaming geen nadeel voor de Weeskamer onstæ, en daartoe in tyds de gepaste middelen in ‘t werk te Stellen, tegen de geene die verzuimd heeft gehad zig ten dien aanzien van Zynen Pligt en gehoudenisse te Kwyten.’

‘Gelyk ook Weesmeesteren dadelyk de nodige middelen zullen moeten in ‘t werk Stellen, om de bewijzen die by Weeskamer te Boek Staan en de vereischte Securiteit ontbreeken, als meede de Resp:e Paayen der Custingen die niet op den bedongen tyd afgelost maar op Intrest voortgeloopen zijn, te brengen onder die Securiteiten welke omtrend dezelve by de 27 en 55 Articulen der nu gearresteerde Instructie Zijn bepaald, of wel indien zulks tot de vereischte aanvulling der Kas nodig is, gemelde Verscheene Paayen te doen inbrengen.’

‘En vermits vooral de Weeskamer een bijzonder belang heeft, bij den goeden uitslag der middelen, welke men tragt aantewenden ter verbeetering van d’ opvoeding der Jeugd, waartoe thans de gelegendheid bijna geheel ontbreekt, voor zooverre zulks, namentlijk ten aanzien der Pupillen onder de Weeskamer sorteerende, meede in aanmerking behoord te komen, hebben wij goedgevonden Weesmeesteren na aanleiding van het 4:de hoofddeel van het Rapport mits deezen te qualificeeren om uit de considerable Somma van Rd:s 32634:16 aan overgewonne Renten op de beide Reekeningen van Intressen en Onkosten, onder Ult:o Decemb:r 1791 te voren gestaan hebbende eene Somma van Rx 3000:- aftesteeken en in Suffesante Schuldbrieven tot het fonds ter opregting der Publicque Scholen ten nutte van de Weezen te fourneeren.’

‘Nadien wijders behalven het geene wij hier vooren ten aanzien van het onmatig uitzetten der Weesgelden hebben aangehaald, uit het 5:de Hoofddeel van het Rapport insgelijks is op te maken dat de Somma van Rd:s 32634:16 welke als evengemeld aan overgewonne Interessen, bij het Eijnde des voorleeden Jaars te goed heeft gestaan, in den loop van dit Jaar nog zal weezen aangegroeid, zo zullen Weesmeesteren niet vermogen van dezelve en verdere diergelijke overgewonnen werdende Interessen buijten UWe Expresse qualificatie eenig ander gebruik of employ te maaken, als by deeze onze dispositien en de door ons gearresteerde Instructie is bepaald’

‘Ook begeeren Wy, dat Weesmeesteren behalven de opeijsschingen hiervoren aangeweezen, na maate de omstandigheeden zulks zullen toelaaten, nog van de uitgezitte gelden zooveel zullen opzeggen, en op de geconditioneerde termijnen in manen, als nodig is om eene genoegzaame hoeveelheid te doen overblyven om de weezen van het genot van behoorlyke Interessen te doen Jouisseeren, en de Jaarlijksche Onkosten van de Weeskamer goed te maken, in die opeijssching zodanig te werk gaande dat daartoe vooraf werden gedespicieerd de Capitalen, welker Zeekerheid in vergelijking van anderen minder is, en vervolgens die het Jongst op Intrest zijn uitgezet: zonder Intusschen hoegenaamd eenige gelden meer op Intrest te beleggen, om langs dien weg te Kunnen komen tot en vervolgens altoos te blijven bij eene Stricte observantie van het geene bij het 88 Articul der voorsch:r Instructie voorgeschreeven is, ten einde alzo, Zonder eenige Adsistentie van buiten, waarvan voorheen geen voorbeeld is geweest, uit de gelden die bij de Weeskamer zelve daartoe gereed moeten zyn Weezen die hunne mondige Jaaren bereijken en andere die Gelden Van de Weeskamer te Pretendeeren hebben, zonder eenige Voor hun nadeelige delaijen behoorlijk uit te betalen’

‘Voorts zullen Weesmeesteren voor het einde des Jaars 1794 in ‘S Comp:s Kas moeten overbrengen alle gelden, volgens het Agtste Hoofddeel van het Rapport voor de onbekende Erffgenamen bij derzelver Kamer berustende dewelke onder Ult:mo Decemb:r 1791 eene Somma van Rd:s 4908:32. hebben bedragen en het geene ‘er dan nog bij gekomen zal zijn: met bijvoeging van een Specificque Lijst door wie en wanneer die gelden nagelaten en onder d’ Administratie der Weeskamer gekomen zijn’

‘Wijders ten aanzien van de Administratie en Liquidatie der Boedels uit het 10:e Hoofddeel van ‘t Rapport, dog meer Specificq uit de Lijst bij hetzelve gevoegd en tot het gezegde Hoofd deel betrekkelijk, aan Ons gebleeken zijnde de allezints onbetamelyke en Slordige handelwijze welke daaromtrend heeft plaats gehad, en de Schandelijke afwijkingen van die Ordre en accuratesse waarin de Weeskamer in het Administreeren en Liquideeren der Boedels aan ieder Particulier tot een voorbeeld had behoren te verstrekken, zoo dat veele Boedels die bereids in het Jaar 1790, en ook vroeger onder de Administratie der Weeskamer vervallen zijn, door gepleegde nalatigheid in het inmanen der Vendupenningen en crediten, en gebrek aan zorge en iever omtrend de middelen die ter betaling der Lasten dienen moest, nog onafgeslooten en ongeliquideert zijn gebleeven zoo beveelen Wy dat Weesmeesteren, om zoo veel mogelijk voor het tegenswoordige daarinne te remedieeren, alle de Reekeningen der Boedels, daaronder begreepen de Zulke die na het afsluijten van Zommige nog geformeerd of aangelegd Zijn, naauwkeurig door Expresse Gecommitteerdens zullen doen Examineeren, en van Post tot Post met de Inventarissen, Vendurollen en verdere Stukken, zoo tot den ontfangst als uitgaaf relatie hebbende, Confronteeren, zonder op die Reekeningen egter te laten valideeren de VenduBrieven welke niet tot Lasten der Boedels zelve, maar tot die der geinteresseerdens of Erffgenamen verstrekken: omme die Reekeningen allezints accoord bevonden hebbende, dezelve te onderteekenen, en elk in zijn geheel door den gezw: Clercq by de Weesboeken te doen overbrengen, zoo dat elke Boedel volgens die Reekening, op de Kas, voor de ontfangst en uitgaaf respectivelyk moet worden gecrediteert en gedebiteert, en vervolgens ten opzigte van dezelve Punctueelyk te observeeren het geene omtrend het Administreeren en Liquideeren der Boedels bij de 92 tot 96 Art: der meergem: Instructie Voorgeschreeven word; Zullende ten einde Weesmeesteren in Staat te Stellen tot het remedieeren van alles wat aan de behoorlijke Administratie van ieder derzelve Boedels ontbrooken heeft, aan dezelve niet alleen moeten worden afgegeeven Extract van het 10:e Hoofddeel uit het Rapport, maar ook Copia van de Lyst der Boedels tot dat Hoofddeel betrekkelyk, met Last om al het geene zoo uit dat gedeelte van het Rapport als uit de gemelde Lyst blijken zal, dat aan de Inventarissen, Vendurollen, aanteekeningen in maning der Crediteuren, betaling der Pretensien als anderzints ontbreekt, behoorlijk te doen Suppleeren, te amplieeren en te remedieeren: En Zullen wyders die geene van Weesmeesteren, op welken het Vonnis, des Raads van Justitie van Batavia in de zaak contra de Testamentaire Executeuren van Martinus Melk, voor zoo verre de ProcesKosten aangaat, van applicatie is, moeten inbrengen het montant der Kosten waarin dezelve gecondemneert geworden zijn, dewelke zeer Strijdig met dat Vonnis nog op den Boedel van ged: Melk bij de Weeskamer voor loopen: Zullende insgelijksch door den Secretaris en Bode aan den Boedel van Jan Jacob Swanenfelder moeten worden gerestitueerd zodanige Somma van Rd:s 262:43 als bij dien Boedel ten lasten gebragt is voor Vendu Salaris wegens goederen welke niet P:r Vendutie, maar uit de Winkel zijn verkogt, waarvan het Provenu Contant ter Weeskamer is gefourneert geworden.’

‘Terwijl tevens, om het al te groot bezwaar van Wagenhuur voor de Boedels te verminderen, Weesmeesteren in Oorweging zullen moeten neemen, of niet in de Publicque aanbesteeding, daaromtrend een middel tot besparing voor de Boedels te vinden zoude zijn, en ook die aanbesteeding in zulken gevalle dadelijk doen gevolg neemen, waartoe zij bij deezen werden gequalificeerd: zullende inmiddels door den Secretaris meede moeten werden gerestitueerd, al het geen hij in de twee laatste Jaaren meer dan Agt Ryxd:s ‘S Daags voor Wagenhuur uit de Boedels zal hebben genooten, en de zulks ter Profijte van die Boedels, dan wel de daarby geinteresseerdens of Erffgenamen, welke daar meede zijn beswaard geworden.’

‘En dewijl het allezints billijk is, dat elke Boedel die door vertraging in het afbetaalen der pretensien nadeel geleeden heeft, deswegens Schadeloos werde gesteld, zoo zal ook ten voordeele van die Boedels uit de overgewonne Intressen der Weeskamer behooren te worden te goed gedaan al zulk meerder bedragen van Intressen, als verlopen zal zijn, zeedert den tyd dat die Prætentien betaald hadden moeten worden, en insgelijks aan de zulke die byde Liquidatie des Boedels als Geregtigdens of Erffgenaamen geinteresseerd zijn geweest, uit dezelve overgewonne Interessen zo dra uit de boedels de overschrijvingen ten behoeve derzelve zullen weezen geschied, op hunnen Reekeningen zoo veel aan Interessen te goed worden gebragt, als te reekenen is van de tyd dat Zij hunnen Penningen hadden behooren te ontfangen, tot dat die op derzelver Reekeningen zullen zijn Overgeschreeven.’

‘En ten aanzien van de schade of het verlies het welk op de crediten der gem: onafgeslootene Boedels bij de invorderingen welke onmiddelijk door gepaste middelen en weegen van regten zullen moeten worden geëffectueerd mogte Komen te ontstaan, zal al zulke Schade of verlies geenzints vermogen te Komen ofte te verstrekken voor Reekening ende tot nadeel der belang hebbende ofte Erffgenamen, maar vergoed moeten worden door de geene die tot het invorderen derzelve ex officio gehouden is geweest te ageeren, ten waare deeze laatste door voldoende bewijzen Konde aantonen niets te hebben vezuijmd van die middelen en weegen van regten, door welke de nalatige Debiteuren, tot betaaling hadden Kunnen en behoren te werden geconstringeert, of wel dat de blijkbaare insolventie van die debiteuren ten tijde dat de gezegde middelen hadden behoren te werden aangewend, het menageeren van onnodige Kosten noodzakelijk had gemaakt.’

‘Dan hoewel wijders, betrefffende de VenduPenningen, het innen derzelve tot de functie van den Bode behoord, en deeze verpligt is daarvan Verantwoording te doen aan den Secretaris voor wiens Reekening dezelve loopen, is egter zeeker, en zulks blijkt ook uit het Elfde Hoofddeel van het Rapport, dat de Vendubrieven die nog onbetaald onder den Bode zijn overgebleeven, zig gecomprehendeert hebben gevonden onder de Contanten die op de Kamer restant moesten zyn; en dat dus zoo wel het verzuijm in de incasseering, gepleegd. (: zoo dat ‘er nog zijn die van het Jaar 1783 loopen:/ als het te ligtvaardig Crediteeren van Lieden welker Soliditieit zeer Dubieus was, meede veel tot het manquement der Weeskamer Kas heeft toegebragt’

‘De noodzakelykheid vorderd dierhalven dat ook in dit gedeelte van de Administratie der Weeskamer, onmiddelyk voorzieninge werde gedaan, ten einde daaruit geen ander nadeel Resulteere, als ten lasten der geene die in der daad des weegens aanSprakelijk zyn.’

‘En zal om daarinne een behoorlijke vereffening te weeg te Kunnen brengen, vooraf de Reekening der Vendubrieven die onder den Bode Sorteeren, door Weesmeesteren of hunne Gecommitteerdens, naauwKeurig moeten worden geexamineerd, en of alle Vendu Penningen bij die Reekening belast, ook op de Boedels tot welke dezelve behoren, ten voordele gebragt geworden zijn: Zullende in zoo verre den Secretarye als Vendumeester van de Kamer aan de Kas gedebiteerd moeten worden voor het geene die Vendubrieven importeeren dog op de Reekening van den Bode Vendu Brieven gevonden wordende welke nog niet ten voordeele zijn gebragt op de Boedels tot welke dezelve Specteeren, zal den Secretaris voor het geheel bedraagen den Vendurollen, waaruit die Vendubrieven voortgesprooten zyn, gedebiteerd moeten worden, ten voordeele der Boedels welke die Vendu Penningen Competeeren: zonder der Vendubrieven der geinteresseerdens of Erfgenamen in de Boedels, eerder en verder in Reekening te laten valideeren, dan, na dat de Boedels behoorlyk geliquideert zijnde, derzelve geinteresseerdens of Erfgenamen voor hunne Resp:e Portien gecrediteerd zyn, en uit die Portien het bedragen der Vendubrieven Kan worden betaald, zoo dat ten dien einde aan den Secretaris te rug gegeeven en van de uitgaven der onafgeslotene Boedels afgetrokken, mitsgaders op zijn Reekening van Vendu Penningen belast zullen moeten worden alle Vendubrieven welke ten lasten der gemelde geinteresseerdens of Erfgenaamen verstrekken en zig op die Lopende Boedelreekeningen onder de uitgaven bereekend vinden.’

‘En zal vervolgens door gemelde Secretaris binnen den tyd van Ses Maanden moeten worden afgelost en ingebragt het bedragen van alle Vendubrieven welke voor Primo Jannuary 1792 zijn ontstaan, mitsgaders uitterlyk binnen het lopende Jaar, of wel voor Ultimo December 1793 al het geene nog van het agterweezen der Vendubrieven Restant zal zijn, Zoo dat alle Vendubrieven die het bedragen van Rd:s 80275:- onder Ult:mo Augustus ll: onder den Bode voor Reekening en ter verantwoording van hem Secretaris berustende geweest zijnde hebben uitgemaakt, met bijvoeging der geene die, gelyk gezegd is, tot lasten der geinteresseerdens of Erfgenamen op de lopende Boedels verstrekken, binnen dit lopende Jaar, of wel voor Ult:o Decemb:r 1793 zig volkomen geliquideert zullen moeten vinden; en waarvoor hij Secretaris verpligt zal zijn Sufficante Cautie ofte andere zekerheid tot genoegen van Weesmeesteren te Stellen: terwijl niettemin aan hem zyn aanspraak gereserveerd werd gelaten op den Bode Pro Varte van zijn Salaris of voor zo verre dezelve, het zij door gepleegd verzuijm in de invordering, dan wel door gegeeven Credit buiten ordre of bewilliging van den Secretaris Schade of verlies op die Vendubrieven mogt hebben Veroorzaakt.’

‘Daar nu de agterlijkheid en Slordige behandeling van zaaken welke alle deeze wanordres in de directie der Weeskamer heeft voortgebragt, het zij men die aan de merkelijk verzwakte vermogens van den Secretaris, of wel aan de ieverloosheid of onagtzaamheid van zijnen Adjunct, op welke het Schijnt dat men, misschien door een al te Verregaande inschikkelijkheid voor den eenen en Vertrouwen op den anderen, alles heeft doen aan Komen, wil toeschrijven, nimmer tot die hoogte zoude hebben kunnen Klimmen, wanneer Weesmeesteren zelve een naauwer en zorgvuldiger toezigt op het bestier der Weeskamer hadden uitgeoeffend en in Staat waren geweest zig die Administratie meer aan te trekken en eigen te maaken, Zoo hebben wy het dan ook van het hoogst belang en noodzakelijkheid geoordeelt te zyn, dat aan Weesmeesteren een meer directen invloed op de zaken van haare Administratie werde verzorgd, en zij tot meer attentie en waakzaamheid op de hun toebetrouwde belangen van Weduwen en Weezen werden verbonden, waartoe de voormelde Instructie ook volkomen is ingerigt; terwyl wij ons tot meer volleedige bereijking van dat oogmerk ook in ‘t byzonder hebben laten welgevallen den inhoud van het eerste Articul derzelve Instructie volgens welke de Regeering de facultiet zal hebben, den Vice Præsident of andere Leeden, na Expiratie der twee Jaaren waarvoor zy worden aangesteld te laten continueeren, wanneer Zulks zal geoordeelt worden met het belang der Weesen het meest over een te komen, waarvoor dan ook aan Uwe voordragt by voorschreeve Missive aan ons op dit Stuk gedaan is voldaan.’

‘Maar dewijl de billijkheid dan ook meede brengt dat Weesmeesteren in evenreedigheid van den meerderen arbeid, welken zij zullen moeten verrigten, beter worden gesalarieert, als uit het 12:de Hoofddeel van het Rapport Consteerd dat tot hier toe is geschied, zal ingevolge het 53:e Articul van de Instructie in gelijkstelling van het geene Weesmeesteren te Batavia genieten, aan Weesmeesteren alhier, uit het geene voor de Pupillen inkomt toegelegd zijn den 40:ste Penning onder zodanige restrictie, als dat Articul nader dicteert: in die Verwagting nogthans, dat zy zig voor het belang van Weduwen en Weezen na hun Eed en Pligt ook meer als thans gebleeken is, interesseeren, de ordres in deezen vervat Promptelyk Executeeren en doen Executeeren, en overigens de Administratie van de Kamer en Boedels naauwkeurig en allezints overeenkomstig de gemelde Instructie zullen Waarneemen.’

‘Weshalven twee der Weesmeesteren die daartoe de geschikste zullen zijn, ten minsten een maal ‘S Weeks eenen daartoe bestemden dag opzettelijk zullen moeten vaceeren om met alle attentie de Boedels Sucessivelyk te brengen in die termen van Liquiditeit als door ons thans voorgeschreeven is, waarin aan hun word overgelaten den Secretaris al ofte niet naar goedvinden, tot adsistentie te gebruiken, voor welke extra ordinaire dienst, dezelve Weesmeesteren uit de meergemelde overgewonne Interessen zullen moeten worden gesalarieerd met een dubbeld daggeld, behalven het ordinair Salaris voor het Opmaken en resumeeren der Boedel reekeningen tot hiertoe bereekend geweest, dit laatste voor ieder Boedel die zig tot Liquiditeit of in de termen zullen hebben gebragt, om bij de Boeken te worden overgebragt.’

‘Nadien wijders ook omtrend de Borgtogten voor den Secretaris en Bode verzuijmd is geworden te zorgen, dat de Borgen die door den Secretaris waaren gesteld dog overleeden zijn, wederöm door andere Sufficiente Borgen wierden geremplaceerd, terwijl door den Bode aan de Verpligting tot het Stellen van Borgtogt in ‘t geheel niet is voldaan, zal in het een en ander ten Spoedigsten moeten werden voorzien en voorts Stiptelyk moeten worden agtervolgd, het geen ten dien belange bij de Instructie is bepaald’

‘Overigens gelasten Wij, dat Weesmeesteren zig, Stiptelijk na de voorsz: Instructie welke door Ons met de hier na te meldene alteratie mits deezen werd gearresteerd, zullen hebben te gedragen, en dezelve voor zoo verre betreft de Boeken dadelijk en voor dat de lopende nog worden geslooten, in trein te brengen, op Poene van by de minste afwijking van het geene daarin voorgeschreeven word, deswegens een ieder in zijn Privé aansprakelijk te zullen zyn: werdende Weesmeesteren mits deezen gequalificeerd om met de resp:e Landdrosten der buijten Districten in overweeging te neemen door welke instellingen, zoo ten meesten dienste van Weduwen en Weezen, als tot Securiteit van de Weeskamer Boedels die verre Landwaarts in ter beheering van de Weeskamer openvallen, waarheen Weesmeesteren zelve, ter vermijding van te grote Kosten ofte anderzints, zig niet begeeven Kunnen, en die dus tot nog toe, tot veel perijkel aan de zorge en directie van de naaste Buuren of Vrienden hebben moeten worden overgelaaten, voortaan met ordre, accuratesse en Spoed te beredderen en ter Weeskamer over te brengen zouden zijn, mitsgaders om met dezelve Landdrosten billijke Schikkingen te maken omtrend het Salaris dat zij deswegens zouden behoren te genieten.’

‘En zullen Weesmeesteren ieder ten spoedigsten van wegen hun Collegie moeten worden voorzien van een authentiek afschrift der voorsz: Instructie’

‘Wij hebben alverder goedgevonden de inkomsten van den Secretaris en verdere Suppoosten in dier voegen te bepalen als vermeld bij de 105; 106, 107 en 108:e Artikelen der Voorschreeve Instructie zodanig als dezelve door Ons zijn gealtereerd, hierna volgende g’insereerd:’

‘105.’

‘“Den Secretaris der Weeskamer zal gehouden weezen, op zyn aanmaning Cautie te Stellen ter Somma van Agt Duijzend Ryxdaalders zoowel tot zeekerheid van het montant dat van de Weeskamer volgens de bepaling hier boven gemaakt, onder hen in de dagelijkse Kas berusten Zal, als wegens zijne Responsabiliteit voor de Vendu Penningen, en behalven zijne Gagie en Emolumenten van de Compagnie als Onderkoopman, voor het inboeken der Capitalen, het houden der Vendutien en wesmeer zodanig Salaris genieten, als bij de g’annexeerde Lyst bepaald is.’

‘106.’

‘Den Eerste Clercq, die gehouden zal weezen bij zijn aanStelling den navolgenden Eed te doen, ten einde bij noodzakelijkheid als Secretaris te kunnen fungeeren, zal van de Compagnie de gagie genieten van Boekhouder, met de Emolumenten van Onderkoopman, gelijk tot hiertoe heeft plaats gehad, zynde deszelfs Salaris voor het overige meede bij de geannexeerde Lyst bepaald. Buitendien mag het Collegie nog hebben drie Clercquen, dewelke in Gagie van de Compagnie bij Expiratie van den Verbonden tyd Kunnen worden verbeeterd tot ƒ24: S maands’

‘107.’

‘Daar en boven zullen Weesmeesteren hebben een Bode, genietende van de Weeskamer een Maandelijks tractement van Agt Ryxd:s die bij zijn aanstelling behalven zijn voorschreeve Borgtogt ten behoeven van den Secretaris als Vendumeester nog tot zeekerheid van de Kamer Cautie moet Stellen voor de Somma van Een Duyzend Ryxd:s gehouden weesen den volgenden Eed te doen’

‘108.’

‘En zullen de Gagien en Emolumenten van den Secretaris, Eerste en drie verdere Clercquen, Jaarlyks door Weesmeesteren aan de Comp:ie moeten worden gerestitueerd en goedgedaan uit de Renten der Kamer volgens het 88:ste Articul te Profiteeren, waaruit ook het Tractement aan den Bode toegelegd en andere noodwendige onkosten van de Kamer moeten voldaan worden.”’

‘Wyders in overweging hebbende genomen dat met den aanvang van dit Jaar als Weesmeesteren moesten afgaan de Persoonen van Johannes Daniel Carnspek wegens ‘S Compagnies Dienaren, mitsg:s Daniel de Waal en Pieter Laurens Cloete van Burger Wegen, hebben wij goedgevonden voor dit maal het maken der gewoone Nominatien excuseerende, als Weesmeesteren aantestellen van ‘S Compagnies wegen den zig alhier buijten Emploij en Gagie bevindenden Onderkoopman Willem Joan van Oosterzee, en van Burgerwegen de Persoon van Hendrik Johannes Fehrsen, en zulks in Steede van voorn: Karnspek en de Waal respective, mitsg:s den voorn: Pieter Laurens Cloete in voorsch:r functie te laten Continueeren, ten einde als vice-Præsident van het gem: Collegie te fungeeren.’

‘En voorts disponeerende op het daartoe aan ons by Request gedaane verzoek van den Secretaris der Weeskamer Tobias Christiaan Rönnenkamp, denzelven Rönnenkamp mits deezen van zijn gem: Bedieninge, beneevens de door hem bekleed wordende zitting in de Raad van Justitie te ontslaan, behoudens desselvs tegenwoordige Rang, en met dien verStande dat aan hem uit Consideratie zijner Langjaarige dienst en toeneemende Ouderdom, deszelvs leevenlang geduurende zullen worden uitgekeerd voor de helft de revenuen over het Ampt van Secretaris der Wees kamer, waarin door den Secretaris van Justitie voor twee derde Parten, en door den Secretaris der Wees Kamer voor het resteerende derde Part zal worden gecontribueert.’

‘Werdende door ons ter vervulling van de plaats hebbende vacatuure in den Raade van Justitie uit hoofde van het repatrieeren, van het geweezen Lid van dezelve Carel Mappa, mits deezen tot Lid van gem: Raade, met den Rang van Koopman, mitsgaders tot Secretaris der Weeskamer aangesteld de Secretaris van Justitie Willem Stephanus van Ryneveld, als van wiens getrouwheid, activiteit en bekwaamheid tot het Spoedig helpen in ordre brengen der zo verwarde toestand van de zaken der Weeskamer, Wij ons op goede gronden overtuygd houden, en die zig dan ook op ons betoond ernstig verlangen tot het aanvaarden van de gemelde post bereidvaardig heeft verklaard.’

‘Wijders hebben wij nog ten gevolge van dien, goedgevonden aan te stellen, gelijk aangesteld word mits deezen tot Secretaris van Justitie met de Effective Qualiteit en Gagie van Onderkoopman, den Adjunct fiscaal M:r Johannes Andreas Truter; reserveerende aan ons om omtrend zijne gemelde daardoor openvallende bedienige van adjunct Fiscaal nader te disponeeren.’

‘Waarmeede UE in de bescherming des Allerhoogsten aanbeveelende’

‘Ernfeste, wijze, Voorzienige zeer Discreete!’

‘De Commissarissen Generaal over Nederlands Indie’

‘was geteekend S: C: Nederburgh’

‘S: H: Frijkenius’

‘In ‘t Casteel de Goede Hoop den 26 february 1793’

‘Ter Ordonnantie van Haar Hoog Edelheedens’

‘get / Ed:d Daniels’

‘Aan den Gezaghebber benevens den Raad van wegens de generale Nederlandsche oost Indische Compagnie aan Kabo de Goede Hoop’

En nadien uit de Lectuure van dat zeer gevenereerd aanschryvens is komen te blijken hoedanig Haar HoogEdelheedens zig verpligt geacht hebben omtrend de bevindingen den Staat der Weeskamer concerneerende, te moeten disponeeren na dat Hoogstdezelve het Berigt diendwegen door den Heer Cassier de Wet ingediend, beneevens ‘S Raads ten geleide derzelve aan Haar Hoog Edelheedens geconsigneerde onderdanige Letteren van den 21 Decemb:r des voorleden Jaars in overweging hadden genoomen. Zoo is na deliberatie op wat wijze men best zoude kunnen effectueeren dat alle de voorsz: Dispositien prompte en Stipte in haren ganstchen Zamenhang ter executie werden gelegd, goedgevonden en verstaan dat daartoe aanvankelijk aan ‘t Collegie van Weesmeesteren bij Extract uit voorsch:r Haar HoogEdelheedens Missive gesuppediteerd zal werden alle zodanige passages, met de tot dezelve Specteerende Stukken uit de Bijlagen van het voorsz: Berigt van den Heere de Wet, als ter harer informatie en Narigt moeten dienen, omme de Ordres en beveelen daarbij vervat, gelyk zulks het gemelde Collegie bij deezen ten Stelligsten aangerecommandeert en bevolen werd, dadelijk met den meest mogelijksten Spoed en accuratesse naar den Letter ter uitvoer te brengen en te doen brengen.

Dat vervolgens om Weesmeesteren tot de voorschreeve prompte nakoming van ‘t gunt zoo even aan hun is gedemandeert geworden te Kunnen bekwamen, ingevolge Haar HoogEdelheedens qualificatie en Last aan derzelve per ordonnantie uit S E Comp:s Cassa zal werden opgeschooten de Somma van Dertig Duyzend Ryxdaalders, ten eijnde daarmeede de noodzakelijkste uitbetalingen te kunnen doen, zoo nog thans dat het voorsch:r bedragen van Rd:s 30‘000 - binnen den tyd van uitterlijk Een Jaar weederom zal moeten werden gerembourseert met ende beneevens de Intressen die na rato des tyds op de Successivelijk afgelegd werdende gedeeltens van dien zullen weezen verloopen

Dat voorts, vermits alvorens te Kunnen werden bepaald in hoeverre den Secretaris Rönnenkamp mitsg:s deszelfs Adjunct Van der Riet, dan wel Weesmeesteren zelve aansprakelijk zullen moeten werden gehouden voor de nadeelen welke kunnen voortspruiten uit zodanige bij de Kamer overgenomene Schuldbrieven als zig van de nodige vereischtens gedestitueerd bevinden en bestaan gedeeltelijk in Secretarieele Obligatien onder Borgtogt, dog zonder Vaste Hijpotheecq, gedeeltelijk Slegts in onderhandsche Obligatien met Cautie, en gedeeltelijk zelfs in onderhandsche Obligatien zonder Cautie of Speciaal verband, vereischt werd, dat aan deezen Raade blijke in hoeverre die Schuld Brieven door gem: Secretarissen eijgener Authoriteit en zonder daartoe behoorlijke qualificatie g’obtineeerd te hebben, zijn aangenoomen, mitsg:s in hoe verre daarinteegen tot derzelver acceptatie bij Weesmeesteren beslooten is geworden, door dezelve Secretarissen Rönnenkamp en Van der Riet, binnen den tyd van 14 Dagen, te reekenen van den Dag dat de voorsch:r Dispositien van Heeren Commissarissen Generaal ter Kennisse van Weesmeesteren gekomen zullen zyn, tot ‘S Raads genoegen aangetoond zal moeten werden, dat zij naar hunnen pligt Weesmeesteren voormeld omtrend al het geen nopens de voorsz: Schuldbrieven tot derzelver Kennisse diende te werden gebragt, in tyds g’informeerd hebben, dog dat des niettegenstaande bij derzelve tot dies aanneeminge geresolveerd geworden is, als wanneer Weesmeesteren voor de nadeelen welke daarop mogten werden geleeden in derzelver Privé aanSprakelijk zullen werden gehouden, terwijl anderzints de verantwoordelijkheid zal Komen voor Reekening van hun Secretarissen, en door een ijder hunner voor zijn aandeel ten genoegen van ‘t Collegie de bij Hoogstged: Heeren Commissarissen Generaal geordonneerde Securiteyt zal moeten werden gesteld.

Dat inmiddels ten eijnde Scholarchen g’informeerd zijnde van de gunstige dispositie van Heeren Commissarissen Generaal concerneerende de afsteeking van eene Somma van drie duijzend Ryxdaalders uit de Renten op de beyde Reekeningen van Intressen en onkosten ter Weeskamer overgewonnen tot het Fonds ter Oprigting der Publicque Scholen, zouden kunnen zorgen dat ingevolge Haar Hoog Edelheedens expresse Last de gemelde Somma in Suffisante Schuldbrieven door Weesmeesteren aan haar werde g’extradeert van de Periode dees dispositie behelzende aan Scholarchen voormeld een authenticque Extract zal werden ter handen gesteld omme te Strekken t’ harer narigt.

Dat aangezien Weesmeesteren voor het eijnde des Jaars 1794 ook in ‘S Comp:s Cas zullen moeten overbrengen alle gelden welke volgens het agste Hoofd-deel van het Rapport voor onbekende Erfgenamen bij derzelver Kamer berustende Zyn, daarvan een gelijk Extract uit Haar Hoog Edelheedens zeer g’eerbiedigde Letteren aan den Heere Cassier zal werden gesuppediteerd, ten einde te Strekken tot desselfs informatie, en omme het voorsz: tydstip daar zijnde, teevens almeede voor de dadelijke præstatie dier overbrenging de behoorlijke zorge te Kunnen dragen.

Dat Heeren Commissarissen Generaal om Weesmeesteren een naauwer en zorgvuldiger toeverzigt op het bestier der Kamer te doen uitoeffenen en dezelve in Staat te Stellen om zig die Administratie meer te Kunnen aantrekken en eijgen maaken, mitsg:s om hun tevens een meer directen invloed op de zaaken van hare administratie te verzorgen ten eynde zy tot meer attentie en waakzaamheid op de hun toebetrouwde belangen van Weduwen en Weesen werden verbonden, zig hebbende laaten welgevallen den inhoude van ‘t Eerste Articul der nieuw ontworpenen Instructie volgens welke de Regeering de faculteijt zal hebben den Vice Præsident of andere Leeden, na expiratie der twee Jaaren waarvoor zy worden aangesteld te laaten continueeren wanneer zij zulks zal oordeelen het meest met het belang der weezen te zullen overeenkomen, mitsdien dan ook van nu voorthaan door Weesmeesteren niet zal vermogen geprocedeert te worden tot het formeeren van Nominatien om daaruit nieuwe Leeden voor hun Collegie te werden verkoozen dan na telkens daaromtrend eerst en vooraf ‘S Raads goedvinden gevraagd en verkreegen te hebben

Dat welgem: Haar Hoog Edelheedens overigens hebbende goedgevonden met zodanige Alteratie omtrend de 105, 106, 107 en 108 Articulen als by Hoogstderzelver voorsch:r Missive omschreeven werd gevonden, voor g’arresteerd te verklaren de bovengem: by den Heere Cassier ontworpene nieuwe Instructie voor de Weeskamer met last dat Weesmeesteren zig Stiptelijk na de zelve zullen hebben te gedragen dezelve Instructie dierhalven met inlijving der geordonneerd veranderingen omtrend den inhoude der evengeciteerde vier Articulen in ‘t net geschreeven en almeede aan Weesmeesteren toegeschikt zal werden, omme voor zoo verre betreft de Boeken, Conform de begeerte van Heeren Commissarissen Generaal dadelijk en voor dat de lopende nog werden geslooten in train te werden gebragt.

En dat laatstelijk om van het geobtineerd ontslag van voornoemde Rönnenkamp als Lid in den Raade van Justitie, mitsg:s de wederaanstelling van den præsenten Secretaris der Weeskamer Willem Stephanus Van Ryneveld tot gem: Qualiteit in Steede van het gerepatrieerd meede Lid Carel Mappa, en zoo ook van d’ aanStelling van den geweezen Adjunct fiscaal M:r Johannes Andreas Truter tot Secretaris van Justitie zoo aan opgem: Justitieelen Raade als aan den Prointerim fiscaal M:r Jacob Pieter Deneys en ‘t hoofd den Soldyen Clement Matthiessen almeede de nodige Kennisse te geeven; uit meerm: Haar HoogEdelheedens zeer gevenereerd aanschrijvens aan dezelve insgelijks de vereijschte Extracten zullen werden gesuppediteerd ten eijnde een yder in den zijnen te Strekken tot deszelfs Informatie en Narigt

Vervolgens geproduceerd ende geleezen zynde eene tweede Missive door Heeren Commissarissen generaal onder den 28 February Jongstleeden aan deezen Raade geschreeven, houdende dat Haar HoogEdelheedens uit ‘S Raads onderdanige Letteren Sub dato 20 der even gem: maand aan Hoogstdezelve gerigt, met verbazing gezien hebbende, dat de Perceptie der Recognitie op de Leenings plaatzen, zijnde een der voornaamste takken van ‘S Lands Inkomsten, zoodanig is verwaarloost, dat volgens de Zogen:de Wildschutten Boeken de Comp:ie een importante Prætentie zoude hebben ten laste der Opgezeetenen deezer Colonie van wel Rd:s 376360:- alleen weegens agterstallen van dezelve Recognitien, op de deugdelijkheid van welke vertooning egter zoo uit hoofde van de Confuse wijze waarop de Wildschut Boeken, zynde de eenige Source welke men daaromtrend kan raadpleegen, gehouden zijn, als om verschydene andere reedenen weinig Staat te maaken is. - en dat hierdoor niet weining zynde bevestigd geworden de noodzakelijkheid waarvan Haar HoogEdelheedens overigens bereids met deezen Rade waren geconvinceerd, dat alle de Inkomsten van de Maatschappy ten deezen Gouvernemente voorthaan bij aparte Boeken werden behandeld, Hoogstdezelve mitsdien volkomen approbeerende den Voet daaromtrent door deezen Rade bij Haar voorsz: Missive voorgeslagen, den Rade qualificeeren om ingevolge van dien daartoe dadelijk over te gaan

Dat welgem: Haar HoogEdelheedens zig meede latende welgevallen de verdere voordragten bij evengem: Missive aan Hoogstdezelve gedaan, betrekkelyk de middelen om het waar bedragen der voorsch:r Agterstallen zoo Spoedig doenlyk en met de meeste ordre en accuratesse te doen consteeren, gelyk ook de wijze waarop dezelve bij de nieuwe Boeken zouden werden bekend gesteld. - de middelen om de Land-drosten in Staat te Stellen tot het behoorlyk houden hunner Registers, den ontfangs der gem: Inkomsten. - de gepleegde verzuijmen in het verzoeken van Prolongatie van de Erfpagten de Præcautien te neemen tot het weeren van fraudes in de opgaaven van Kooppenningen van vaste goederen en opstallen van Leeningsplaatzen die uit de hand werden verkogt, en eijndelijk de Stipulatien by vervolg bij de Pagt Conditien te maken in ‘t geval dat de Pagters in gebreeken blyven de Verschuldigde Pagtpenningen te voldoen, welopged: Haar HoogEdelheedens deezen Raade dienvolgens dan ook alverder gelasten aan dat alles meede de nodige executie te geeven.

Dat wijders bij Hoogstderzelve in aanschouw zynde genoomen het important belang het welk de Maatschappy er bij heeft, dat de directie en Administratie van ‘S Lands inkomsten voorthaan met alle attentie en nauwkeurigheid werde gade geslagen en daarop een bijzonder toeverzigt gehouden, Haar HoogEdelheedens nog hebben goedgevonden te bepaalen, dat de voorsch:r nieuw g’introduceerde behandeling daaromtrend zal geschieden door een Boekhouder van de Generaale ‘S Lands Inkomsten deezes Gouvernements, waartoe altijd zal moeten gedespicieerd werden een Lidt van deezen Rade, en die tot zijne adsistentie zal hebben een Eerste en een Tweede Onderboekhouder, waartoe zal Staan de qualiteit en Gagie van Adsistent met Rang van Onderkoopman en de gemelde qualiteit en Gagie zonder die Rang respectivelijk, met bijgevoegde Last aan deezen Rade dierhalven ten Spoedigsten de nodige Instructien voor die Bediendens te concipieeren, dewelke intusschen behalven derzelver gewoone Gagien en Emolumenten tot Salaris weegens de voorsz: Bediening zullen genieten, de Boekhouder drie PerCent de Eerste onderboekhouder twee derde PerCent en de Tweede Onderboekhouder Eenderde PerCent, van het geen de voorsz: inkomsten Jaarlijks zuijver in S Comp:s Cassa zullen opbrengen.

En dat eijndelijk Haar HoogEdelheedens hebben goedgevonden tot de gem: Post van Boekhouder der generaale ‘S Lands Inkomste aan te Stellen het Lid deezes Raads den Heere Olof Godlieb de Wet, (:onder reserve aan zig om, omtrend de door zijn Ed: bekleede werdende Bediening van Kassier, bij een nadere gelegendheid te disponeeren :/ mitsg:s tot Eerste Onderboekhouder der gemelde Inkomsten den zig alhier bevindende Onderkoopman buijten Employ, Adriaan Vincent Bergh, en tot Tweede Onderboekhouder den Adsistent Adriaan Jacobus Cruijwagen, aan wien Hoogstdezelve tot een opentlijk blijk van genoegen over den Dienst door hem ter Secretarije van Haar HoogEdelheedens, geduurende Hoogstderzelver aanweezen alhier gepræsteerd, hebben toegevoegd de qualiteit, Gagie en Emolumenten van Onderkoopman, alles onverminderd de voorsz: dispositien omtrend de qualiteit en Rang aan de gemelde Bedieningen voor ‘t vervolg g’affecteert.

Dat Haar HoogEdelheedens bij dees gelegendheid ook gedisponeert hebbende op het daartoe aan Hoogstdezelve bij Requeste gedaan verzoek door den voor Indie gedestineerden Advocaat J: H: Neethling, aan gem: Neethling hebben gepermitteerd om alhier te mogen verblijven en denzelven teffens aangesteld tot Adjunct Fiscaal, in steede van den tot Secretaris van Justitie bevorderden M:r Johannes Andreas Truter, en zulks met de effective qualiteit en Gagie van Boekhouder beneevens den Rang van Onderkoopman.

Dat ter deezer Occagie door den Adinterim Fiscaal M:r Jacob Pieter Deneijs aan Haar HoogEdelheedens vertoond zijnde geworden hoe d’ Inkomsten van ‘t fiscalaat thans niet meer gelijk voorheen Sufficient zijn, om daaruit te Salarieeren den Adjunct fiscaal, daar nogthans deeze tot adsistentie van ‘t fiscalaat meer dan immers bevorens noodzakelyk is; Hoogstdezelve op die repræsentatien een billijk reguard willende slaan, mitsdien wijders goedgevonden hebben, dat den Adjunct fiscaal van nu voorthaan uit S Comp:s Kassa zal genieten Jaarlijks een Salaris van Rd:s 400:- behalven zijne gewoone Gagien en Emolumenten

Mitsgaders dat Haar HoogEdelheedens Laatstelijk nog in overweging genoomen hebbende, dat het billijk is, dat zolange de verpagting der perceptie van d’ inkomende en uitgaande Regten geen gevolg zal hebben genomen, de fiscaal of die dezelve Post adinterim waarneemd, voor de moeijte en verantwoordelijkheid daaraan gelegd op een convenabele wijze werde gesalarieerd; goedgevonden hebben te bepaalen, dat dezelve daarvoor zal genieten Vier Procentos van het geen de gem: inkomende en uitgaand regten Jaarlijks zullen Komen te rendeeren, ingaande met het lopende Boekjaar.

Zoo is omme als nu bij vervolg de voorsch:r ‘S Lands Inkomsten, ingevolge de daartoe door Heeren Commissarissen generaal verleende qualificatie te doen Boeken en Administreeren naar het daarvan door den Eerst gesworen Clercq ter Politicque Secretary George Fredrik Goetz geformeerde Ontwerp, Unanime beslooten het diendwegen door gem: Goetz overgelegd, enby ‘S Raads Resolutie van den 20 february Jongstleeden g’insereerd Berigt te Converteeren, gelijk hetzelve geconverteerd werd bij deeze, in een Besluit van deezen Raade, en van hetzelve Berigt beneevens van alle verdere daartoe relative Stukken aan den hiervoren gemelde tot Boekhouder der gemelde Inkomsten aangestelden Heere de Wet authenticque Copias te laten afgeeven, ten einde zoo als Zyn Ed: daartoe bij deezen g’authoriseert werd niet alleen uit het gemelde Berigt en dezelve Stukken aan alle ende een ijgelijk die bij dees nieuwe inrigting eniger maten mogte geconcerneert weezen het nodige te communiceeren en te Suppediteeren, maar met de gem: Bediendens ook in overleg te treeden en te correspondeeren, langs welke middelen en hoedanig best zoude Kunnen werden geremedieert aan de verloopene termynen binnen welke zeekere gedeeltens van dit werk hadden moeten tot Stand gebragt zijn geweest, om vervolgens het geene men zig voorgesteld heeft gehad, de Nieuw te formeerene Boeken nog onder Ult:o Augustus deezes Jaars te hebben Kunnen zuijveren; zoo nogthans dat omme in deezen met ordre en na de weinige door den Rade aan Heeren Commissarissen Generaal voorgeslagene mitsg:s bij Hoogstdezelve g’amplecteerde veranderinge in ‘t ontwerp van meerm: Goetz te procedeeren reeds nu dadelyk bij het vervaardigen der gem: nieuwe Boeken waarmeede ten Spoedigsten mogelyk een begin gemaakt zal moeten werden, dat gedeelte van de voorsz: Som van Rd:s 376360:- welke als een reëele Schuld kan werden aangemerkt, zal moeten werden afgeschyden van die gedeeltens, welke men van nu af aan als dubieus behoord te beschouwen, indiervoegen, dat uit de overgelegde Lijsten zal moeten getrokken worden een Lijst van de Agterstallen hegtende opzodanige Plaatzen die in de Jongste Tien Jaren op Ordonnantie zijn verleend, en op zodanige plaatzen als vroeger zijn uitgegeeven, dog waarvan in den loop der gem: Tien Jaren, ‘t zij geheel, ‘t zij ten deele de erkentenisse is voldaan geworden, als kunnende deeze ten agteren Staande Recognitie nog werden aangemerkt als een weezentlyk Schuld, nadien de geene welke Plaatzen binnen de Jongstverloopene Tien Jaaren op Ordonnantie hebben verkreegen en andere die in dien tusschentyd op hunne bevorens verKreegene Leenings Plaatzen agterstallen hebben voldaan zeer gemakkelyk zullen Kunnen werden gevonden en van hun, of by overlyden van hunne Erfgenamen verkregen worden alle nodige elucidatien, omme hunne Schuld bij d E Comp:ie behoorlijk t’ apprecieeren, waartoe zoo den fiscaal als de resp:e Landdrosten een ijder in zijn district de nodige Perquisitien zullen moeten doen, terwijl om hem daartoe in Staat te stellen aan een ijder hunner voor zooveel zijne onderhorige Colonie aangaat zal moeten werden inhandigt Extract uit laatsgem: Lijst, ten eijnde daaromtrend ten Spoedigsten hunne Berigten aan gemelde Heere de Wet te Suppediteeren

Dat uit dezelve overgelegde Lijsten al verder zal behoren geformeerd te worden een andere Lyst van zodanige bij de Wildschuttenboeken voorkomende agterstallige Recognitie, die door de lange tyd dat dezelve op eenige Plaatzen heeft blijven voortloopen als dubieus moet worden beschouwd, en nog een Lijst der agterstallen door diversse Persoonen verschuldigd op Plaatzen door hen verlaaten van welke beijde Lysten almeede aan de Resp:e Landdrosten voor zooverre het district van ijder hunner concerneerd Extracten zal moeten afgegeeven werden, ten eynde gelijk zij daartoe bij deezen gequalificeerd ende gelast werden, by affixie van Billietten d’ Opgezeetenen onder hunne Districten gehoorende, die bij de gem: Lysten, als debiteuren voorkomen, dan wel hunne Erfgenamen, binnen eene daartoe door denzelve Landdrosten beneevens Heemraaden, met overleg van meergeciteerden Heere de Wet te bepalene convenabelen tyd, mits voor Ult:mo July eerstkomende op te roepen, om aan te toonen of dezelve Plaatzen nog door hun werden bewoond ofte gebruikt, mitsgaders of en wanneer de Plaatzen nog op hunne namen Staande, door hen of hunne voorzaten mogten zijn verlaten, en door wien dezelve thans werden bewoond en beweid, en eindelijk om te Produceeren bewys, wanneer van die Plaatzen de laatstemaal eenige agterstallen zijn voldaan, alles op Poene dat bij nalatigheid om die opgaave behoorlijk te doen; tegens de onwilligen niet alleen in regten zal worden geprocedeert om de Comp:s Schadeloos te houden, maar ook ingetrokken werden het leenregte der Plaatzen waarvan geene opgave zal werden gedaan, ten eijnde aan andere in Leening te werden vergund

Dat dus ook bij ‘t vervaardigen der voorsz: Boeken, die voorthaan de Staat van ‘S Compagnies Inkomsten ten deezen Gouvernemente zullen vertoonen, omtrend d’ agterstallige Recognitie der Leenings Plaatzen voor ijder der Buijten Districten zal moeten geopend worden drie Aparte Reekeningen, als een onder de benamimg vanAgterStallige Leenings-Penningen op Vee en Bouw-Plaatzen, een onder de Titul vandubieuse Agterstallige Leenings Penningen, en een derde onder de benaming vanAgterstallige Leenings Penningen op verlatene Plaatzen, ten einde onder deeze benamingen bij de Boeken te blijven voortloopen tot dat door de middelen daartoe beraamd, alle verwarringen omtrend de realiteijt of valscheid der vertoning van Schuld die bij dezelve Boeken zal moeten worden gemaakt zullen weezen ontwikkeld, om als dan een ijder der opgezeetenen voor het verschuldigde te werden gedebiteerd

Dat daaromme de Landdrosten in Staat te Stellen het gunt aan hun gedemandeert is te Kunnen verrigten, aan dezelve zoude moeten worden opgegeeven, hoeveel yder der Plaatzen onder hun District gehorende volgens de Wildschutten Boeken ten agteren komt te Staan, dog men daartoe buijten Staat is gesteld door dien bij ‘t oprigten van de Colonie Graaffe Reinet bij de Boeken niet is genoteerd welke Plaatzen uit de Colonie van Stellenbosch en Zwellendam tot die van Graaffe Reinet zijn overgegaan, alverder uit de Lijsten door den Eerstgezworen Clercq Goetz geformeerd zal moeten gemaakt en aan de Landdrosten toegezonden werden eene Notitie der Plaatzen waarop agterstallen zijn hegtende, zonder dat men weet onder wat District dezelve tegenswoordig gehoren, om daarvan het vereischt gebruik te maken, en teffens aan den zoo dikwils gemelden Heere de Wet ten Spoedigsten en naauwkeurig op te geeven onder welke Districten die Plaatzen zijn leggende.

Dat aangezien de meeste confusie bij de Wildschuts Boeken worden aangetroffen omtrend Plaatzen in de verre afgeleegene Districten gesitueerd, en zeer Weinige met opzigt tot die onder ‘t Kaaps District zijn gelegen, welke laatsten bovensdien gemakkelijk zijn te redresseeren, zo dat, zal men zig in Staat bevinden om binnen een zeekeren bepaalden tyd van de verschuldigde agerstallen een Juijste vertooning te kunnen maaken, en met die accurate Vertoning te continueeren de Resp:e Landdrosten alles zullen moeten opvolgen wat navolgens het Berigt van den Eerstgezw: Clercq Goetz aan dezelve bij deezen werd gedemandeert, van al het gunt de Leeningsplaatzen betreft, Jaarlijks door hen een omstandig Rapport aan deezen Rade zal moeten werden gedaan.

Dat daarentegen uit aanmerking dat het aan veele difficulteijten onderheevig zoude zijn, wanneer men d’ opgezeetenen onder de verpligting wilde leggen, om Kennis te geeven aan den resp:e Landdrosten van hun voorneemen om dezelve Agterstallige Recognitie-of Leenings penningen op te brengen ente betaalen, nadien de verre afstand van veele Plaatzen van de Drostdijen de opgezeetenen die zig Caabwaards zouden willen begeeven om aan hunne verbintenissen omtrend DE Comp:ie te voldoen merkelijk in hunne Ryzen zoude vertragen, alleen de zulken welke een nieuwe Plaats in Leenings zullen begeeren te verzoeken, zig van een certificaat der Landdrosts zal moeten voorzien, ten blijke, dat de verzogt werdende Plaats zonder præjuditie van ijmand Kan werden uitgegeeven.

Dat om nogthans de Landdrosten in Staat te Stellen hunne Registers in behoorlijke Ordre te houden, de betaling der agterstallen of voor de verkreegene Permissien, zal moeten geschieden op een Billet van den Boekhouder, geschreeven op een gelijke Zegul als omtrend d’ ordonnantien tot nu toe heeft plaats gehad, waarbij met den minsten ommeslag zal moeten werden beschreeven, dat de Houder permissie heeft verkreegen van den Heere HoofdGebieder, om de daarby te benoemene plaats op ordonnantie te mogen neemen, dan wel om op zijne in Leening hebbende plaats of Plaatzen agterstallige Recognitie Penningen te voldoen, welke Billietten voor de betaling gequitteerd en door den Boekhouder geboekt, aan de geenen die de betaling gedaan hebben, weederom ter handen gesteld zullen moeten werden om aan de Landdrosten vertoond en door hun geregistreerd te werden

Dat vermits zoo wanneer de voorsch:r betalingen gelijk tot nu toe plaats heeft gehad, in de Kas der E Comp:e komen te geschieden; inSteede van navolgens het ontwerp van gem: Goetz aan de voorsch:r Boekhouder gepræsteerd te werden door de aanteekeningen en Boeken welke in gem: Kas werden gehouden, de behandeling van zaken den Boekhouder opgedragen en toebetrouwd altoos exact nagegaan, en hy teffens in de menigvuldige verrigtingen welke dit vak zijner werkzaamheeden hem zal verschaffen, eeniger maten gesoulageert zal Kunnen werden, de voorsz: betalingen mitsdien dan ook als voren aan den Cassier zal moeten geschieden, terwijl alleen de zorg dat alles wat de Maatschappij voor Inkomsten der Lands Competeerd, ter behoorlyker tyd aangezegde Kassier opgebragt en afgelegd werde, aan den Boekhouder der gem: middelen gedemandeert zal weezen

Dat in de veronderstelling, dat eenige Persoonen zullen hebben verzuimd bij expiratie van den tyd voor dewelke aan hun het gebruik is toegestaan der Landerijen welke zij in Erfpagt komen te bezitten om Prolongatie van dezelve te verzoeken alle de Bezitters van zodanig Land bij affixie van Billieten zullen worden geordonneerd on hunne bewijzen daarvan uitterlijk tegens Ult:mo July aanstaande aan gem: Heer de Wet in zyn Ed: voorsz: qualiteit als Boekhouder te vertonen, en dezulke onder dezelve, welke verzuimd mogten hebben de vereijschte Prolongatie ter behoorlijker tyd te laten doen, tevens gelast zullen werden om de gem: Prolongatie als nog te Solliciteeren.

Dat om alle fraudes te Kunnen weeren, welke gepleegd worden in de opgave der Kooppenningen van vaste goederen en opstallen van Leeningsplaatzen die uit de hand werden verkogt, ten einde daarvan door dies Koopers de verschuldigde geregtigheid te werden voldaan insgelijks bij dezelve Publicatie alle in-en Opgezeetenen onder de verpligting zullen werden gelegd, om wanneer zij vaste goederen dan wel opstallen van Leeningsplaatzen uit de hand kopen, daarvan kennisse te moeten geeven aan den Officier van ‘t district waaronder zodanige goederen of Plaatzen geleegen zijn, met last aan gem: Officiers om wanneer deeze Opgaven by hun verdagt mogten voorkomen, als dan omtrend de bedongene Kooppenningen de naauwkeurigste Perquisitien te doen, en wanneer door hun bevonden mogte werden daarinne ter kwader trouw te zijn gehandeld, als dan teegens zodanige overtreeders als fraudateurs van ‘S Lands Inkomsten te procedeeren, omme dezelve na rigeur der wetten te worden gestraft; terwijl daarentegen wanneer de Officieren de gedaane opgaven naar waarheid mogten oordeelen gedaan te zijn, door hun zal moeten werden gepasseerd een Schriftelijk bewijs, dat aan hun is Kennisse gegeeven van den verkoop, met bekendstelling van de Koopschat; onder welk bewijs door den Boekhouder van ‘S Lands Inkomsten vervolgens zal genoteerd moeten werden, hoeveel door de Koper voor ‘S Heeren Geregtigheid zal moeten werden betaald, om vervolgens dezelve Bewyzen door den Cassier gequitteerd, by ontfangst van ‘t Transport en opdragt aan de daartoe vaceerende gecommitteerdens uit den Rade van Justitie, of aan den Beamptschrijver voor wien het gem: Transport komt te geschieden, te werden overgelegd. - en

Dat voorts, daar men Dikwerf de grootste moeijte moet aanwenden om bij verschijning der uitgeloofd wordende Pagtpenningen dezelve voor de Compagnie te innen, ter wegneeming dier Difficultyten, bij vervolg in de Pagtconditien zal moeten bepaald, dat de verscheenen Pagtpenningen, wanneer de Resp:e Pagters in gebreeken mogten blijven dezelve ter gezetter tyd te voldoen, bij parate executie zonder eenig forme van Proces op hunne Goederen zullen werden Verhaald.

Zynde wijders alverder besloten, dat vermits Haar HoogEdelheedens hebben gelieven te bepalen dat de Directie over dit departement altoos zal moeten werden opgedragen aan een Lidt der Regeeringe onder den titul vanBoekhouder der Generale ‘S Lands Inkomsten, beneevens twee onderboekhouders en tot de voorsch:r Bedieningen gelijk hierboven is gezegd voor het tegenswoordige aantestellen den Heere Cassier de Wet, beneevens den Onderkoopman A: V: Bergh en den Adsistent A: J: Cruywagen, met bevordering van deeze Laatsten tevens tot Onderkoopman effectief, Hoogstderzelver ordres in deezen Punctuëlyk zullen werden nagekomen, gelijk ook aan ‘t Hoofd der Soldijen, zal werden opgebragt de gemelde als nu gedaane aanstellingen, alsmeede de Voet en wyze waarop die by vervolg met opzigt tot de qualiteit, Gagie en Rang der ged:e Onder-Boekhouders zullen moeten geschieden, mitsg:s aan den Negotie Overdrager het Salaris aan den gem: Bediendens toegelegd, ten einde niet alleen te Strekken tot derzelver informatie en narigt Resp:e maar om door deezen Laatsten ook te werden gezorgd, dat Jaarlijks onder Ult:o Augustus bij ‘t Sluyten der Boeken de nodige Ordonnantien op den Cassier werden uitgevaardigd, om dat Salaris op ‘t zuijver provenu dier Inkomsten in de Proportie bij Heeren Commissarissen Generaal bepaald, aan dezelve uitgekeerd ende betaald werden

en dat terwijl men zal verbeiden de dispositie door Heeren Commissarissen Generaal te neemen omtrend de vervulling der door de voorsz: gedaane aanStellinge van den Heere de Wet tot Boekhouder van ‘S Lands Inkomsten thans vaceerende Bediening van Kassier - en den Heere Gezaghebber gedeclareerd heeft zig inmiddels te zullen chargeeren met het ontwerpen der nodige Instructien zoo voor den evengem: Heere de Wet en zijne Opvolgers in den tyd, als voor de aan hun g’adjungeerde OnderBoekhouders, om de concepten daarvan vervolgens in Rade ter examinatie en approbatie over te leggen - ondertusschen, even en in zelvervoegen, mitsg:s met het zelfde oogmerk als hier even is beschreeven aan’t gem: Hoofd der Zoldijen en Negotie Overdrager Extracten zal werden gesuppediteerd van de Passages concerneerende de indienst neeming van den voor Indien uitgekomene Advocaat Johan Henoch Neethling voor Adjunct Fiscaal, met de effective qualiteit en Gagie van Boekhouder en den Rang van OnderKoopman mitsg:s het Salaris van 400 Rijxd:s in ‘t Jaar aan denzelven en van 4 P:rC van het geen d’ inkomende en uitgaande Regten Jaarlijks zullen Komen te rendeeren aan den fiscaal of den geenen die de gem: Post in der tyd zal waarnemen toegelegd, zullende ook deeze Procentos van den fiscaal benevens het Douceur van zijn Adjunct even en in zelver voegen als de Salarissen der voorm: Bediendens aan dezelve onder Ult:o Augustus van ijder jaar p:r ordonn:e uit S Comp:s Cassa werden geextradeert

Wijders ter Tafel gebragt het onderStaande Vertoog, door Commissarissen uit den Rade van Justitie met opzigt tot de klagten door de gepræviligeerde Bakkers gedaan, over het verkopen van Brood uit ‘S Comp:s Slaven Logie aan den gaanden en komende Man aan deezen Rade ingediend

Aan den WelEd: Agtb: Heere Johannes Isaac Rhenius Gezaghebber deezes Gouvernements beneevens den E Achtb:en Raade van Politie

‘WelEdele Achtb Heer en E E Achtb:e Heeren!’

‘De gezamentlyke geproveligeerde Broodbakkers aan Commissarissen uit den Rade van Justite hebbende komen te kennen te geeven, dat zy tot merkelijk nadeel van hunne Bakneering moesten ondervinden, dat uit ‘S Compag:s Slaven Logie by groote quantiteiten Brood wierd verdebiteerd tegens de prijs van twee Stuijvers voor een Brood, dat vier ponden gewigt hield; waardoor te wege wierd gebragt, dat veele Ingezeetenen, dewelke gewoon waaren het benodigd Brood by hun Bakkers te Kopen, onder voorgeven, dat in ‘S Compagnies Slaven Logie het Brood beeter Koop Konden bekomen, hetzelve aldaar lieten haalen; dat de Bakkers Jan Bam, Philip Dihl en Jan Holst voor hunne oogen hadden gezien dat in de gezegde Slaven Logie zijn ingebragt geworden eenige Manden met gebakken Brood, Ja zelfs op die dagen, als waarvan men verzeekerd was, dat de verStrekking daarvan aan de in die Logie zich bevindende ‘S Compagnies Slaaven niet wierd gedaan en dat zij Bakkers door dies vermindering in hunne Bakneering in de noodzakelijkheid zouden worden gebragt, aan de door hun gedaane opgaave bij Commissarissen uit den Rade van Justitie van het Koorn, het welk zy om voor de Ingezeetenen te verbakken voor een rond Jaar nodig hadden, en het welk zij gehouden waren t’ ontfangen niet te Kunnen voldoen - met verzoek, dat door Commissarissen hierinne de nodige voorzieningen mogten werden gedaan.’

‘Zoo hebben Commissarissen dit voortgebragte in eene naauwkeurige overweging en daarbij in aanmerking genomen hoe een dergelijke handelwijze niet alleen is Strekkende tot merkelijke præjuditie van voorsch:r gepræviligeerde Broodbakkers; maar ook dat daaruit voortvloeijd een nadeel voor ‘S Colonies Graanmaguazijnen door dien de Bakkers op een dergelijke wyze in hunne neering te kort gedaan werdende, zich genoodzaakt zullen zien de gewoone opgave van het koorn, het welk zij Jaarlijks tot verlies aan de Ingezeetenen van nooden hebben, na rato van het nadeel, dat hun hierdoor word toegebragt, te verminderen, waar door zal werden veroorzaakt, dat Commissarissen met het overtollig Koorn zullen blijven zitten, en uit dien hoofde het Plan hieromtrend, zoo wijzelijk door de Hoog Edele Heeren Commissarissen Generaal voorgeschreeven om ver geworpen.’

‘Om welke reedenen Commissarissen de vryheid gebruiken van UWelEdele Achtb:e en E Achtb:s te verzoeken, omtrend dit geval zodanige maatregelen te willen neemen, als waardoor dit Kwaad gestuit, het nadeel zoowel voor de gepræviligeerde BroodBakkers als ‘S Colonies Graan Maguazijn voorgekomen en langs dien weg het Plan Hunner HoogEdelheedens in Stand gehouden zullen Kunnen worden.’

‘En waarmeede Commissarissen de eere hebben, met verschuldigde hoogagting te zyn.’

’( onderstond /’

‘WelEdele Achtbaare Heer en E E Achtbaare Heeren (: lager:/ Uwe WelEd: Achtb: en E Achtb:s onderdanige en gehoorzame Dienaren (: was geteekend / W: F: V: Reede van Oudtshoorn, Joh:s Smuts G: H: Meijer, H: J: de Wet, R: J: v: d: Riet, A:m Fleck, (: Inmargine :/ Cabo de Goede Hoop den 1:ste Maart 1793’

Welk Vertoog geleezen, en daarbeneevens door den Heere Van Reede Van Oudtshoorn in qualiteit als Præsident van Commissarissen voorm: te Kennen gegeeven zijnde dat zij Commissarissen communicatie hebbende bekomen, dat den aanneemer der Leverantie van ‘t benodigd Brood voor ‘S Comp:s ommeslag der Burger Arend Van Wielligh eenige demarches was komen te doen om te mogen obtineeren Permissie tot het Slyten van Brood aan Particulieren uit de aan hem afgestaane Compagnies Bakkerij. Zijn Ed: hadden verzogt het in Rade daarheen te willen dirigeeren dat aan het voorsz: verlangen van opged:e Van Willigh niet wierde gedefereerd, alzoo zulks anderzints almeede grotelijks tot nadeel van gem: gepræviligeerde Bakkers en van ‘S Colonies dwangmolens zoude verstrekken.

Zoo is getreeden zijnde ter deliberatie over den inhoude van het gem: Vertoog en van het evengeciteerd daarbij gedaan mondeling verzoek van den Heere van Reede van Oudsthoorn, aanvankelyk door den Heere Gezaghebber gedeclareerd dat Zijn Edele dadelijk op de bekomene Kennisse van de bovengem: door de Bakkers bij Commissarissen uit den Rade van Justitie ingebragte Klagten weegens het verkopen van Brood uit de Logie zig daarop ten naauwkeurigsten bij den opziender van gem: Logie, Christiaan Godlob Höhne hadde g’inquireerd, en bevonden dat de zaak waarvan met zooveel ophef door gem: Bakkers gewaagd wierd, bestond hierin, dat Namentlijk even als van al oude tyden eenige weinige munitie Brooden, dewelke verstrekt waren geworden aan oude afgeleefde Slaven der E Compagnie of aan anderen voor hunne zuijgende en verdere Kleine Kinderen, door die afgeleefde Schepzels en Ouders van Kleine Kinderen, waren verkogt, om voor het geld daarvan komende, weederom van, en bij de gem: thans klagende Bakkers zelfe witte brooden in Steede van deeze munitie Brooden, welke door zoo hoog bejaarde menschen en Jonge Kinderen niet wel Kunnen werden gegeeten, in te koopen

Weshalven dit gedeclareerde in consideratie genomen zijnde en daarbeneevens ook dat op het Request door ged:e van Willigh aan Heeren Commissarissen Generaal gepræsenteerd ter obtenue der vrijheid waarvan hiervorens is gevraagd, om meede Brood aan Particulieren uit de aan hem gecedeerde Comp:s Bakkerij te mogen verkopen, bereids favorabel is geadviseerd, in diervoegen egter, dat door Limitatien en bepalingen daarbij voorgedragen, wanneer dezelve door Haar Hoog Edelheedens mogten g’amplecteerd werden in de geapprehendeerde præjuditie welke eene zodanige concessie S Colonies dwang molens gelyk ook de voorm: Bakkers anderzints zoude hebben Kunnen toebrengen behoorlijk en op eene allerzints voldoende wyze zal weezen voorzien

Is dierhalven goedgevonden en Verstaan, dat vermits met dit een en ander eensdeels g’eclaireisseerd is de eenige waare reeden en grond waarop de Bakkers hunne doleantien hebben gefundeert zonder dat ‘er van het inbrengen van Brood in ‘S Comp:s Slaven Logie met manden vol, op dagen wanneer geene verstrekkingen van Brood worden gedaan, iets anders zij, dan dat inbrengen van Brood om hetzelve te beeter voor bederf te behoeden naar een onderlinge afspraake tusschengem: Opzigter Höhne en den Leverancier Van Willigh komt te geschieden naar de convenientie van den Eerstgem: zonder Stricte bepaling van tijd - en daarmeede ook zijn Komen te vervallen de motiven welke Commissarissen uit den Rade van Justitie bewoogen hebben het voorsz: Vertoog inteleeveren, terwijl wat betreft het boven geallegueerd verzoek van meerm: van Willigh afgewagt zal moeten werden zodanige dispositie als het Heeren Commissarissen generaal zal behagen daarop te neemen, mitsdien dan ook de repræsentatien en verzoeken in Deezen door Commissarissen uit den Rade van Justitie bij hun opgem: Vertoog gedaan, zullen werden gehouden voor vervallen, en bij ‘t inkomen van de Dispositie van Heeren Commissarissen Generaal op ‘t Request van den Burger Van Willigh, van die dispositie Zoo als dezelve zal Komen uit te vallen aan Commisarissen uit den Rade van Justitie de vereischte Kennisse zal werden gegeeven tot derzelver informatie en Narigt, mitsg:s om beneevens deezen Rade daarinne eerbiediglijk te berusten.

Maar nadien Staande de Besoignes over de voorsch:r Klagten der Bakkers door Commissarissen voorgedragen, Door den Heere De Wet te Kennen gegeeven is geworden, dat met opzigt tot gem: Bakkers zelve meermalen onder ‘t Publicq was en nog wierd gemurmureerd over de minwigt op het door hun afgeleeverd werdend Brood, Ja ‘t welk meer is dat Zyn Ed: om nategaan of die murmureeringe op eenige grond waren gevestigd, dat Brood nagewogen hebbende, Persoonelijk hadde bevonden, dat hetzelve Dikwils op verre na niet Kwam te houden de zwaarte bij de ordonnantien en Placcaaten bepaald, dog door opgem: Heere van Oudsthoorn hierop is geregereert, dat hoe zeer het voorsz: geavanceerde van den Heere de Wet niet alleen was volkomen conform de waarheid, maar ook Commissarissen zelve diergelijke observatien en waarneeminge gedaan hadden, en mitsdien meer dan eens bedagt waren geweest, om daartegen de nodige voorzieninge te doen, de mesures hiertegen te werk gelegd, nogthans van geen vrugt hadden Kunnen zijn, aangezien de cynosure en bepalingen door Heeren Commissarissen generaal vastgesteld en voorgeschreeven hoedanig tusschen Commissarissen voormeld en den fiscaal geconcerteerd moeten werden, de tyd en wijze waarop dat de Commissien, welke de noodzakelijk vorderd, dat ten Overstaan van den Officier werden verrigt, moeten werden g’effectueerd, tusschen het neemen van het Besluit om een diergelyke Commissie te doen en dies dadelijke executie te veel Formalias en ommeslag Komende te vorderen dan dat den geenen op wien het gemunt is, van het voorneemen bij Commissarissen leggende, geen Kennisse zoude bekomen, de zodanige der Bakkers of Slagters welke men ter zake der minwigte op het bij hun afgeleeverd werdend Vleesch of Brood had tragten te Surpræneeren, altoos de nodige tyd en middelen hadden weeten te vinden omme zig daartegen te Præcautioneeren; Zoo is dan ook alverder beslooten, dat vermits uit dit een en ander komt te blijken, hoe de Smalle gemeente bij continuatie in weerwil van de daartegen gestatueerde pænalitijten verkort werd uit gewigt van Vleesch en Brood, d’ onontbeerlijkste Articulen tot Leevens onderhoud in dit Land, om dat zij die er hun vil eigen belang meede bejagen gestadig de middelen weeten uit te vinden ter ontduiking der maatregulen en Straffen daartegen beraamd; en hoe zeer gevolglyk niet onbeproefd diend te werden gelaten om uit den weg te ruijmen alle zodanige inconvenienten als door welke eenige hinder of belet werd toegebragt aan de Prompte en meest efficacieuste werking dier maatregulen; dierhalven van de zwarigheeden welke zig in de opvolging der bovenaangehaalde door Heeren Commissarissen Generaal aan Commissarissen uit den Rade van Justitie gepræscribeeren regul omtrend het verrigten der Commissien Komen voor te doen aan Hoogst dezelve Eerbiedig zal werden Kennis gegeeven, met bijgevoegd verzoek, dat het Haar HoogEdelheedens behagen moge tot wegneeming der gem: inconvenienten, den Præsident van ‘t Colegie van Commissarissen uit den Rade van Justitie wel te willen qualificeeren, om in zaaken gehoorende tot den Kring der werkzaamheeden aan ‘t gem: Collegie gedemandeert welke (:zal men het but bereiken dat men zig met dezelve voorgesteld heeft:/ Spoed en Secretesse vorderen, voorthaan dadelijk naar de daartoe vereischt werdende Commissien te mogen decerneeren op zodanige Leeden als de maand hebben en van den Fiscaal te mogen laaten requireeren of verzoeken door zyne adjunct de gem: Commissien te willen doen adsisteeren, dan wel te bepaalen, dat Commissarissen zonder adsistentie van den fiscaal of zijnen zo even geciteerden Adjunct procedeeren zullen mogen tot het doen van visitatien, tot naweeging van ‘t Vleesch en Brood bij de resp:e Slagters en Bakkers, wanneer zij om eenige reeden noodzakelijk oordeelen zulks onverwagts te bewerkstelligen, en bij de zulken van wien zij het Vleesch of Brood bevonden zullen hebben het vereischt gewigt niet te houden provisioneel al zulk te ligt bevonden Vleesch en Brood in beslag te mogen en neemen, om daarvan vervolgens aan voorsz:e fiscaal Kennisse te doen geeven, ten eijnde dezelve de geenen bij wie de voorsch:r aanhalingen geschied zullen zijn, zal Kunnen actioneeren, om na den teneur der ordonnantien en keuren, waarteegen door hun zal weezen aangegaan te werden gestraft, of ook dat Haar Hoog Edelheedens zodanige andere middelen gelieven voor te Schrijven ter berijking van het doel in deezen, als Hoogstdezelve daartoe meer geschikt zullen oordeelen

Laatstelijk even voor het Schijden der Vergaderinge ontfangen, en daarop ook dadelyk geleezen zijnde een Extract uit de Resolutien op heeden bij Heeren Commissarissen Generaal genoomen, houdende dat den Adsistent Jacobus Albertus van Middelkoop zig bij Requeste aan Haar Hoog Edelheedens g’addresseerd hebbende, te Kennen geevende dat hij zig gereed bevindende, om ingevolge de daartoe van Hoogstdezelve bekomene Permissie met het thans zeilrhee leggend Schip Delft in zijne voorn:d qualiteit naar Batavia te vertrekken, by den ontfangst van zijne als nu afgeslootene Zoldij Reekening op dezelve met d’ uitterste verwondering hadde aangetroffen een vermaking van 3 Maanden Gagie Jaarlijks ten behoeve van zijn Suppl:ts Huijsvrouwe - dat hij Suppliant volkomen bewust, dat zodanige vermaking nimmer door hem was gepasseerd, op de daarna gedaane Perquisitien had vernomen, dat in de Jongstverloopen Maand September alhier was ingekomen eene Memorie van een Maand Cedule door de Heeren Bewindhebberen ter Kamer Delft, voor welke de Suppliant was uitgevaaren, aan zijne gemelde Huysvrouw op den 6 Junij 1792, en dus een Jaar na zijn Vertrek uit het Vaderland verleend, het welk hem veronderStellen deed, dat welgem:e Heeren Bewindhebberen daaromtrend moesten zijn gesurpræneert, en verzoekende, dat het Heeren Commissarissen Generaal dier halven behagen mogte de voorsz: maand cedulle te laaten roijeeren en buijten effect te Stellen; Welgem: Haar HoogEdelheedens hierop hebbende goedgevonden het Besluit te neemen, om het gemelde Verzoek te brengen ter Kennisse van de Vergadering van 17:en met voordragt, dat gemelde Vergadering daarop, wanneer des Supp:t positiven aan de waarheid overeenkomstig worden bevonden een favorabel reguard gelieven te Slaan en dat inmiddels aan den Supp:t, mits Stellende Suffisante Cautie, deszelfs volle Gagien, zoo alhier als in Indien zullen worden uitbetaald, even als of des Supp:te Zoldij Reekening met voorschreeve uitkeering niet ware bezwaard, Zoo is omme gehoorzaamelijk na te komen het geen Haar Hoog Edelheedens in deezen hebben gelieven te beveelen geresolveert dat van dit Besluit bij Hoogstdezelve genoomen, de vereyschte Kennisse zal werden gegeeven aan ‘t Hoofd en Visitateur der Zoldijen alhier, ten einde zo wanneer gem: Van Middelkoop mogte inclineeren deszelfs te goed gemaakte Zoldijen voor zijne afrijze alhier t’ ontfangen, dezelve zonder eenige terughouding aan hem te doen uitbetalen, onder beKendstelling egter op deszelfs afgeslooten Soldijreekening, en Kennis gave naar Batavia van de gronden waarop zulks is gedaan en aldaar ook verder zal moeten geschieden, mits in allen gevalle door den zelven Van Middelkoop eerst en vooraf werde gesteld zodanige voldoende Cautie als Heeren Commissarissen generaal hebben gelieven t’ ordonneeren dat door hem ter zaake voorsz: alhier zal moeten werden agter gelaaten.

Aldus Geresolveerd ende Gearesteerd, In ‘t Casteel de Goede Hoop ten dage ende Jaare voorschreeven

[Signed:] J: I: Rhenius

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] O: G: De Wet

[Signed:] W: F: V: Reede Van Oudtshoorn.

[Signed:] E: Bergh Secrets.

C. 214, pp. 89-94.

Dingsdag den {17930305} 5:de Maart 1793

‘S voormiddags alle Præsent

Heeren Commissarissen Generaal bij eene Missive van den 1:ste dewelke den 2:e daaraanvolgende ontfangen is geworden dog ‘t zeedert bij de resp:e Heeren Leeden des Raads in Rondleezinge is geweest deeze Regeeringe hebbende gelieven aanteschryven, dat bij Haar Hoog Edelheedens ingekomen en geleezen zynde ‘S Raads onder den 26 der gepasseerde maand aan Hoogstdezelve gerigte eerbiedige Letteren, houdende hare consideratien over de wyze waarop de Administratie van ‘t Dispens nog verder zoude Kunnen werden gesimplificeert welopged:e Haar Hoog Edelheedens nodig hadde geoordeeld alvorens daaromtrend finale bepalingen te maken, van deezen Rade te requireeren eene opgave zo nauwkeurig mogelyk opgemaakt van het voordeel het welk de Comp:ie zoude worden toegebragt bij aanwending der middelen tot de voorsz: nadere Simplificatie aan Hoogstdezelve voorgeslagen - Verlangende Heeren Commissarissen generaal daarbeneevens gediend te zijn van ‘S Raads advies, of ook in dien gevalle de Administratie van het Dispens met die van ‘t Negotie Pakhuijs, als welke nu reeds van zeer geringen ommeslag is en nog verder verminderen zal zouden Kunnen werden in een gesmolten en onder eene beheering gebragt - mitsg:s vermits door de aanstelling van den Onderkoopman en Postmeester Adriaan Vincent Bergh tot Eerste onderboekhouder van de Generale ‘S Lands Inkomsten door Hoogstdezelve op den 28:der voorm: evenafgeweekenen Maand februarij gedaan, vervald de voordragte door deezen Rade, Van denzelven tot de voorsch:r administratie dat den Rade aan Haar HoogEdelheedens daartoe een ander bequaam Subject zullen voordragen; hebbende de effective qualiteit van Onderkoopman.

Zoo is over de voorsz: Haar HoogEdelheedens zeer g’eerbiedigde Missive heeden geraadpleegd zynde, goedgevonden en verstaan daarop aan Hoogstdezelve zodanige rescriptie te doen afgaan, als de aparte Notulen van deezen dag zulks omstandig Komen uit tewyzen.

Vervolgens bij dees Occagie ook geresumeerd Zijnde de Reekening van het geen in den loop der Jongstgepasseerde maand februarij in ‘t Postcomptoir alhier voor bestelde Brieven is ontfangen geworden, en uit de voorsz: Reekening zijnde gebleeken dat zulks Komt te bedragen eene Sommetje van Rd:s 4:24:- zoo is alverder besloten dit montant van Vier Ryxdaalders en Vier en twintig Stuyvers na gewoonte P:r ordonnantie in S Compagnies Cassa te doen overbrengen, ten einde bij dezelve te werden ingenomen

Zijnde intusschen ten Slotte nog gedisponeert op d’ onderstaande Requeste, door den Capit:n van het ter Rheede leggende Deensch Assiatisch Comp:ie Schip de Kroonprincesse Louisa Augusta C: Lemining gepresenteert

Aan den WelEd: Achtb: Heere Johannes Isaac Rhenius Gezaghebber Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a benevens den E achtb: Politicquen Raad.

‘WelEdele Agtbaare Heer en E Achtbaare Heeren!’

‘Met verschuldigd respect neemt de vrijheid te kennen te geeven UWEd: Achtb:s nedrigen Dienaar C: Lemining, Capt:n van het jongst ter Rheede g’arriveerd Deensch Assiatisch Comp:e Schip de Kroonprinces Louisa Augusta

‘Dat hij Supp:t kort voor zijn aankomst alhier door een hevige Storm is beloopen geworden, bij welk gelegendheid, behalven meer andere bekomene capitale gebreeken zijn Boegspriet is verloren geraakt; zo dat hij zig genoodzaakt heeft bevonden dees Tafelbaay te moeten aandoen, om dezelven Spoedigste te doen repareeren en zig wijders voor de verdere Ryze van eenige noodwendigheden te voorzien.’

‘Dat hij Supp:t zig thans verstooken vind van het voorregt, om eenige van zyne in hebbende handelwaaren aan de Ingezeetenen van de hand te zitten, ten einde uit dies Provenue te Kunnen vinden de Kosten welke hij verpligt is te moeten impendeeren, zoo tot de noodwendig vereischt wordende Reparatie van zijne onderhebbende Bodem, als tot ‘t inkoopen en van onontbeerlyke levensbehoeftens voor zyn Equipagie;’

‘Reedenen waaromme den Supp:t de vrijheid neemt zig te wenden tot UWelEd: Agtb:e ootmoedig verzoekende, aan hem gunstig te willen Permitteeren ten fine voorn: te mogen debarqueeren zoo veel groove Tranquebaarse Lijwaaten en groove Blaauwe Doeken, als hij oordeelen zal nodig te hebben om uit derzelver debiet het bedragen te Kunnen vinden, welke hij geduurende zyn relache aan deezen uithoek tot het een en ander zal moeten bekostigen (:Onderstond ) ‘T welkdoende &:a (: was geteekend ) C: Lemining’

Waarop ingevolge de daartoe geobtineerde agreatie van Heeren Commissarissen Generaal goedgevonden en verstaan is aan opgem:e Cap:n Lemining toetestaan en te permitteeren, zoo als aan hem gepermitteerd en toegestaan werd bij deezen, om zoo veel groove Trancquebaarse Lywaten en blaauwe Doeken alhier ten verkoop aan Wal te mogen brengen als nodig zal zijn, om uit dies Provenue de voldoening der Kosten te Kunnen vinden welke hij Cap:n Lemining zal moeten impendeeren tot de vereischt werdende reparatien aan deszelfs voorsz: onderhebbenden Bodem en om d Equipagie van de nodige Verversching te Kunnen voorzien waarover den Fiskaal zal moeten jugeeren, aan wien bovensdien voor alle de in voegen voorsch:r te debarqueerene goederen het dubbeld Inkomend recht zal moeten werden voldaan.

Aldus Geresolveerd en Gearesteerd In ‘t Casteel de Goede Hoop ten Dage en Jaare voorschreeven

[Signed:] J: I: Rhenius

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] O: G: De Wet

[Signed:] W: F: V: Reede Van Oudtshoorn

[Signed:] E: Bergh SeCrets

C. 214, pp. 95-119.

Dingsdag den {17930312} 12:de Maart 1793

‘S Voormiddags alle Present

Wierd na resumptie der Resolutien in de vorige Vergaderingen genomen, getreeden tot de aanbesteeding der Leverantie van de voor de Compagnie benodigde Brandewijnen navolgens de daarvan vervaardigde en Publicq gemaakte Conditien, en zulks voor de tijd van Vyf agtereenvolgende Jaaren, omme integaan net Primo September 1794 en te eindigen met Ult:o Augustus 1799, dan alzoo na Lectuure der Conditien bevonden wierd tot die aanneeming weinig Liefhebbers te zijn, en dat het laagste bod van Rd:s 58 de Legger door den Burger Wykmeester Jacobus Johannes van den Bergh gedaan, verre Surpasseerde de Prys waarvoor den Raade zich had gevleid deeze aanbesteeding te zullen Kunnen doen, is alvorens tot ‘t Sluiten van het Contract met opgemelde Van den Bergh over te gaan door den Heere Gezaghebber van dit een en ander Kennisse gegeeven aan den HoogEdele Heeren Commissarissen Generaal, met verzoek den Raade wel te willen beveelen of de aanbesteeding moet door gaan, dan wel of dezelve ingevolge de voorbehouding bij de Conditien van aanbesteeding gedaan, zou moeten werden opgehouden, waar öp Hunne HoogEdelheedens den Raade hebben gelieven te qualificeeren met de aanbesteeding wel voort te gaan, doch voor niet langer dan twee Jaren, zoo is na dat den Heere Gezaghebber bij zijn Ed: terugkomst ter Raadzaale, daarvan Communicatie hadt gegeeven, den voormelde Van den Bergh afgevraagd, of hij de Leverantie van de benodigde Brandewijnen tegens de bedongene Prijs van Rd:s 58:- in Steede van voor Vyf Jaren zo als bij de Conditien was bepaald; wilde aanneemen voor Twee jaren; en zig daartoe bereid had getoond, het contract der Leverantie met hem geslooten, voor den tyd van Twee Jaaren, omme ingang te neemen met P:mo Septemb:r 1794 en te eindigen met Ult: Aug:s 1796

Hierna wierd door den Heere Gezaghebber den Raade gecommuniceerd dat wanneer na het overlijden van den Bode van Politie Claas Jacob Claassen in deszelfs Boedel wierden gevonden verscheidene vendubrieven ten lasten van de Ingezeetenen deezer Colonie over diverse goederen voor Reekening der Compagnie Publiecq verkogt zijn Ed: uit meedelijden voor de nagelatene Weduwe en Kinderen hadt gemeend aan haar de middelen te moeten faciliteeren om die Penningen in te vorderen en in S Comp:s Cassa te brengen; dat Zyn Ed: hiertoe best was voorgekomen de Procureur Jacobus Vercueil tot den ontfangst dier Penningen te authoriseeren, dat deeze uit hoofde van de moeilijkheeden die de invordering van voorsz: Penningen natuurlyk na zig moest Sleepen niet dan op Persuatie van hem Heere Gezaghebber zig daartoe had willen laaten emploijeeren; dat gem: Vercueil die taak op zig genomen hebbende, ook dadelijk met het incasseeren der uitstaande VenduPenningen een begin hadt gemaakt, zonder van zyne verrigting in deeze ooit aan zijn Ed: of aan de Wed:e Claassen eenige verantwoording te doen, of zonder van de door hem ingevorderde Gelden voor Reekening van D E Comp:e iets in haare Cassa te brengen, tot dat den Boedel van voormelde Vercueil by insolventie is geraakt onder administratie van den Sequester deezes Gouvernements, en door hem Vercueil wierd opgegeeven, zoo als ook uit het restant der in zijnen Boedel gevondene Vendubrieven ten volle consteerd, dat door hem voor Reekening der Comp:ie was ontfangen eene Somma van Rd:s 2267:- dat deeze Somma na inzien van Zyn Ed: behoord te worden geconsidereerd als Penningen de Compagnie toebehorende, en dus ook by Preferentie diende te worden verhaald op de Goederen uit den insolvente Boedel van den Procureur Vercueil verkogt, weshalven dan ook zyn Ed: den Raade in consideratie Kwam te geeven, welke middelen men zoude kunnen aanwenden om de Maatschappij in deeze Schadeloos te houden en voortekomen dat de Weduwe van den Bode Claassen die zich reets met haare Kinderen in de uitterste behoeftigheid bevind, en aan welkers Boedel dus weinig verhaal zou zijn te vinden, niet het ongelukkig Slachtoffer worde van den ongeoorloofde handel wyze door meerm: Vercueil ten haare opzigte gepleegd.

Over welk een en ander met alle aandagt gedelibereerd zijnde, en daarbij in aanmerking genomen, dat ofschoon de Boedel van de overleedenen Bode Claassen in de eerste plaats bij Preferentie aansprakelijk zoude zyn geweest voor de VenduPenningen welk niet door zijn nagelatene Weduwe in de Cassa der Comp:ie zouden hebben Kunnen worden voldaan, en dat het dus voorkomt dat zij op haare gesubstitueerde dezelve Preferentie behoord te hebben, echter in deeze niets anders kan worden gevolgt dan die wetten en ordres waarbij de Preferentie en concurentie van insolvente Boedels den Rechter ter observance is voorgeschreeven, Zoo is dan ook beslooten van dit een en ander bij Extract kennisse te geeven aan den Sequester deezes Gouvernements, te einde hetzelve neevens de Reekening van de insolvente Boedel van den Procureur Vercueil over te leggen aan den Raade van Justitie deezes Gouvernements, om bij ‘t reguleeren der Preferente en concurente Pretensien op den insolvente Boedel van den procureur Jacobus Vercueil over de door hem voor Reekening der Comp:ie op authorisatie van de Weduwe Claassen in gevorderde Penningen zodanig dispositie te neemen, als gemelde Raade navolgens de beschreeven Wetten, de gestatueerde ordres en de omstandigheeden bestaanbaar zal vinden.

Door den Equipagiemeester deezes Gouvernements bij geschrifte kennisse gegeeven zynde, dat het Schip de Vrouwe Maria Cornelia onder anderen ook van een Groot - en een Voor Bramzeil moet worden voorzien, waartoe vereischt word 5 1/2 Rol Everdoek a 50 Ellen ieder zonder dat zich iets van dat Doek in’S Comp:s Maguazijnen bevind; Zoo is verstaan den Equipagiemeester Cornelisz te qualificeeren gelyk dezelve gequalificeerd word bij deeze, omme het ontbreekende Everdoek voor de minst mogelijke Prys bij Particulieren in te Koopen, ten einde gedagte Bodem ten Spoedigsten van de benodigde Zeilen te Kunnen voorzien

Voorts wierd door den Heere Gezaghebber te kennen gegeeven, dat den Baas van S Comp:s Post de Zoetemelks vallei Marthinus Theunissen aan Zyn Ed: had gerapporteerd, dat ‘t Huijs aan ‘t warmeBad over den Berg geleegen, ten eenemaale bouwvallig Stond te worden, zoo niet ten Spoedigsten daaraan zodanige reparatien wierden gedaan, waardoor het inreegenen bij ‘t naderend Wintersaisoen Kon worden belet aan het Houtwerk voor de Lucht beveiligd worden, weshalven dan ook, om de menschen welke zich naar ‘t Bad begeeven, en zich daartoe van eene op Zegul geschreeven Permissie moeten voorzien te Kunnen doen Logeeren beslooten is; opgemelde Baas Theunissen te gelasten aan die Woning de nodige reparatien te laten doen, en hun daartoe uit S Comp:s Maguazijnen te laten afgeeven

Door den Heere Gezaghebber alverder geproduceerd zijne eene Notitie over Zuijker en Coffyboonen uit het afgelegd Schip de Vrouwe Catharina Johanna gelost en in S Comp:s Dispens opgeslagen, zoo is besloten, dat ingevolge het daaromtrend door de HoogEdele Heeren Commissarissen generaal gegeeven bevel de by die Notitie vermelde

Vervolgens geleezen zynde het onderstaande Request door den Vryslachter Jan Michiel Elser aan deezen Raade gericht

Aan den WelEdelen Achtb:r Heere Johannes Isaac Rhenius Gezaghebber van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den WelEd: Achtb:r Raad van Politie deezes Gouvernements

‘WelEdele Achtbaare Heer en Edele Achtbaare Heeren!’

‘Den onderget:e Jan Michiel Elser, geeft met alle verschuldigde Eerbied en Hoogachting UWelEdele Achtb:s zeer reverentelyk te Kennen’

‘Hoe hij Supp:t in A: P: zyne Twee Knegts met naame Lodewijk Elser en Carel Fredrik Sterrer heeft uit gezonden omme zeekere quantiteit Slagt-vee in te koopen, dewelke haare last volbragt hebbende, zig in de maand April J: L: Caabwaards wilden begeeven en hun als toen van een aanzienlijke bij zig hebbende troup Hamels een getal van 1820 door de roovende Bosjesmans wierd weggenoomen, evengelijk aan de Knegt van de Slagters Van Reenen’s is gedaan.’

‘Dat de Supp:t geinformeerd geworden zynde er door een Commando zeekere quantiteit Vee van voorsz: Roovers zoude hernomen en ten Drosdije Graaff Reinet opgebragt zijn en aan gem: Van Reenen’s bereids een getal van circa 600 P:s Hamels zijn gerestitueerd, en vermits den Supp:ts Schied-geweer gemerkt ME, blijkens Verklaaring ten deezen g’annexeerd Sub L:a A: & B. meede in voorzegde Roovers Kraal is bevonden, zo blijkt het onder correctie van zelven dat ‘er van des Supp:te Vee meede onder ‘t geroofde getal Hamels is geweest.’

‘Reedenen waarom den Supp:t de vrijheid neemt zig met alle onderdanigheid tot UWelEd: Achtb:e te wenden, zeer neederig imploreerende, dat ‘t dog van Hoogst derzelve gunstige welbehagen zijn moge den thans als Landdrost dienstdoende B: C: Van Baalen te injungeeren den Suppl:t even als voorsz: van Reenen’s zooveel Hamels van de hernomene troup aftegeeven, als hem naar evenredigheid te beurt zal vallen, ofte hieromtrend zodanig anders te disponeeren als UWEd: Achtb:e gratieuslyk ten faveure van den Supp:t zullen goedvinden’

‘Cabo de Goede Hoop ‘T Welk doende &:a den 12 Maart 1793 - (was geteekend / J: M: Elser’

‘L:a A: Wij ondergeschrevene betuigen en Certificeeren hier meede ter requisitie van den Diacon der Lutherse gemeente S:r Johan Michiel Elser’

‘Dat terwijl wij als Leeden des Krijgsraads Present ter Krijgs vergaderinge van Graaffe Reinet aan ons door den jegenswoordigen bekleeden Post als Landdrost Provisioneel den Manhafte Bernardus Cornelis van Baalen Een brief van voorsch:r Elser ter KrygsVergaderinge voorsz: wierd ingebragt en aan den Secretaris wierd overgegeeven te Leezen’

‘Waarop door den Landdrost Provisioneel meerm: in de rondvraag werd gebragt, of de Leeden des Krijgsraads ook konde betuigen dat ‘er Hamels van meerm: Elser onder het geroofde en benomene Vee bij de Kraal van den opper Roover Flamink ook hamels van voorsch:r Elser waaren.’

‘Waarbij door ons Ondergeteekendens wierd te Kennen gegeeven dat wij dat niet betuigen konden of ‘er Hamels van Voorsch:r Elser onder ‘t geroofde Vee waaren of niet.’

‘Betuigende wijders, datdenmeede Lid des krygsraads den Lieutenant commandant den Manhaften Nicolaas Smit bij afvraaging (: terwijl hij het Commando tot Executie had gebragt :/ meede als voorsz: heeft betuigd, en teffens daarbij zich declareerde, een met de naam van voorsz: Elser ingebrand Schietgeweer meerm: Elser toebehorende, bij de Craal van voorsz: Roover Flamink had gevonden’

‘Het welk wij met ons gewoone handteekening bekragtigen -‘

‘(onderstond’

‘Aan Cabo de Goede Hoop den 6 Xb:r 1792’

’(:was get:d A: Van Jaarsvelt, J: Joubert.’

‘L:a B: Ik ondergeteekende Casper Bodenstein verklaare mits deezen, dat het Schietgeweer ‘t welk in de Bosjesmans Craal bij de commando van den Manhaften Nicolaas Smit is gevonden, is gemerkt ME, afgegeeven het aan de Heer Elser.’

’( onderstond /’

‘Cabo de Goede Hoop den 28 feb:ry 1793 -‘

’(: was geteekend: / C: Bodenstein’

Zoo is bij overweeging, dat hoe zeer ook uit de Missives van Graaffe Reinet ontfangen, en bij de Resolutie deezer Tafel van den 12 february Jongstleeden omschreeven, genoegzaam blijkt, dat het Vee op de Bosjesmans Hottentotten heroverd komt te behooren aan ‘S Comp:s gecontracteerde Slachters, echter uit nadere informatie of naauwkeurigen onderzoek mogelijk zou Kunnen zijn gebleeken of nog blijken, dat zig eenig Vee den Supp:t toebehoord hebbende onder de heroverde Troup bevind, bestgedagt en dienvolgens beslooten Copia van ‘t gedacht Request toe te zenden aan den Landdrost en Heemraaden van Graaffe Reinet , omme daarop zodanig regard te Slaan, als hen bij evengem: Resolutie omtrent andere is voorgeschreeven.

Hierop is nog geleezen het volgend Request door den Capitain Lieutenant der Burgerij Johannes Gijsbertus van Reenen, als een van ‘S Comp:s gecontracteerde Slagters zoo voor hem als zijne meede geassocïeerdens aan deezen Raade gerigt

Aan den WelEdele Achtb:e Heer Joannes Isaac Rhenius Gezaghebber van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &: benevens den E Achtb:r Politicquen Raad.

‘WelEdele Achtb:e Heer en E E Achtbare Heeren!’

‘Geeft met de meeste Eerbied te Kennen UWEd:e Achtb: en E E Achtb:r zeer needrigen Dienaar Johannes Gijsbertus van Reenen, in qualiteit als gecontracteerde Slagter.’

‘Hoe den Supp:t uit het Placcaat door Hun Hoog Edelheedens de WelEdele Groot Achtb:e Heeren Commissarissen Generaal op den 20 der even afgeweekene Maand february nopens de betaling der agterstallige Recognitie Penningen der Leenings Plaatzen geemaneerd ontwaard heeft, dat Hoogstdezelve onder anderen daarby ook hadden gelieven vast te stellen dat vermits D E Comp:ie thans geen leevendig Vee meer benodigt heeft tot haren omslag, en hetzelve dus niet langer in voldoening der voorsch:r agterstallige Recognitie Penningen kan aanneemen en ‘t echter aan veele bezitters van Leen Plaatzen veel gemakkelyker valt de voldoening daarvan door middel van Vee dan in gereelde Penningen te effectueeren de voormelde Ingezeetenen Zullen hebben de vrijheid tot die voldoening te doen Strekken het bedragen van Vee door hen aan de gecontracteerde ‘S Comp:s mitsg:s Particuliere Slagters geleeverd werdende tot de Pryzen welke daarvoor zullen bedongen’

‘Dat ten einde door UWelE Achtb: en EE Agtb:s aan elk der voorin:d Slagters zullen worden verzorgd Specificque Lijsten van alle zodanige Persoonen als agterStallige Recognitie Penningen aan D E Comp: verschuldigt zijn, uitterlijk binnen Ses Weeken na dat zodanig Vee in mindering van verschuldigde agterstallen zal zyn geleeverd, het bedraagen daarvan in S Comp:s Cassa over te brengen, met Specifique opgave van de Persoonen ten behoeve van welken zulks is geschied, waarvoor aan hun eene quitantie van den Heere Cassier zal word en gegeeven, welke zij verpligt zullen Zyn te Produceeren aan die geene welke tot den ontfangst VerKoop penningen van ‘t aan hun verkogte Vee Zullen Zijn geregtigd, en na vereffening dier Reekening, dadelijk aan dezelve ter hand te Stellen’

‘Weshalven den Supp:t allerootmoedigst de vrijheid neemd zich te wenden tot UWelEd: Achtb:e en E E Achtb:e met zeer needrig verzoek, dat het van UWelEd: Achtb: en E E Achtb:s welbehagen zyn moge, dat door den Supp:t als gecontracteerd Slagter tog Jaarlijks eene aanzienlijke Leverantie zoo van Leevendig Vee als van Versch Vleesch &:a aan D E Comp:ie te doen heeft den Supp:t gracieuselijk te willen Permitteeren, de door hem van d’ Ingezeetenen in voldoening hunner agterStallige Recognitie Penningen t’ ontfangene Vee Jaarlijks met D E Comp:ie te mogen afreekenen’

‘Terwijl den Supp:t geneegen is, wanneer zulks bij UWelEd: Agtb:e en E E Agtb:s mogte werden gerequireerd, voor de voorsz: aan hem toe te vertrouwene Penningen ter genoegen van UWer WelEdele Agtb en E E Agtb:s te Stellen twee of meer goede en Suffisante Borgen’

’(: onderstond ) ‘T Welk doende &:a’

’(: was geteekend: J: G: Van Reenen’

Over welk geschrift gedelibereerd zijnde, zoo is beslooten tot apostille op hetzelve te verleenen, dat de tegenswoordige gecontracteerde Slachters zolange hun tegenswoordig en het met hen nieuw aantegaan contract zal duuren, zullen weezen bevryd, omme uitterlyk na verloop van Ses Weeken de Recognitie welke door hen ingevolge het Placaat van de Hoog Edele Heeren Commissarissen Generaal zal moeten worden ingevorderd, aan de Comp:ie optebrengen en te betaalen, doch dat dezelve Penningen op hunne Reekeningen zullen worden belast, om te Strekken in mindering van den Leverantien welke zij aan de Comp:ie komen te doen, ten einde dezelve hunne Reekening Jaarlijks onder Ult:mo Augustus te vereffenen door het geen zy te kwaad mogten Staan van hen te ontfangen of het batig Saldo aan hen uittekeeren; dat zij verder om zulks met de meeste ordre te Kunnen doen onder de Verpligting worden gelegt by Vertooning van ieder dier Lysten van het door hen ingekogt Vee aan den Heere Boekhouder over de Generaale Inkomsten des Lands eene Promesse te Passeeren, dat de Sommen welke Zijn Ed: hen zal opgeeven om voor d Comp:e in te houden, door hen worden erkend als eige Schuld om dezelve Prompt te voldoen, en daarvoor bij de Boeken als zodanig te worden gedebiteerd; doch dat dit een en ander geen effect zal Sorteeren en zij zich dus Zullen moeten onderwerpen aan den inhoud van ‘t Placcaat, voor en alëer en tot zoo Lange dat op hunne Reekening zal weezen geliquideerd en Vereffend de Somma van Rd:s 25000:- welke door hen bij anticipatie op Hunne Leverantien uit ‘S Comp:s Cassa zijn ontfangen.

Vervolgens is op het deswegens bij Requeste gedaan verzoek de Lieutenant ter Zee Gustavius Louwrense uit den Dienst der Comp:ie ontslagen, en hem gepermitteerd om in die van den Weesmeester Hendrik Johannes Fhersen als Rheder van ‘t Particulier Schip de Zeenimph overtegaan, onder zodanige bepalingen als door de Hoog Edele Heeren Commissarissen generaal zijn gestatueerd

Laatstelijk geleezen zijnde een Requeste door den Eerste Opper Chirurgyn in S Comp:s Hospitaal alhier Johannes Leeuver in de volgende bewoordingen aan deezen Rade gepræsenteert

Aan den WelEdelen Achtb:e Heere Johannes Isaac Rhenius Gezachhebber van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a beneevens den E Achtb: Raad van Politie

‘WelEdele Achtbaare Heer en E: Achtbaare Heeren!’

‘Volgens een al oud gebruik, zijn de Predecesseuren van den Ondergeteekenden Eersten Oppermeester van S Comp:s Hospitaal alhier, teevens Administrateurs en uitdeelers geweest der Vivres en benodigtheeden ten dienste der ImPotenten in voormeld Huijs g’alimenteerd werdende opgenomen, en hebben voor zo verre den needrigen Vertoonder bekent, door een zuinige Huijshoudinge en Stricte toesigt daaruit een bestaan voor hun en hunne familien niet alleen Kunnen vinden, maar zelfs gelegendheid gehad een Stuyvertje voor den ouden en gebrekkigen Dag opteleggen; bij de aanstelling van den eerbiedigen Teekenaar door U WelEdele Achtb:e in den Jaare 1791 tot desselfs teegenswoordigen Post is aan hem meede d’ Administratie der voorm: Vivres en benodigdheeden opgedragen, egter onder eene Stricte bepalinge van ‘t ontvangene, en verbruijkte ‘S maandelijks aan Heeren Buijten Regenten Reekening en verantwoordinge te doen, waaraan den onderget:e vertrouwt ten genoegen van voorm: Heeren ook Stiptelyk voldaan te hebben, hoe Sober en gering door deeze band het Inkomen van ‘t Hospitaal geworden is, kan den onderget: egter niet ontveinsen, dat door een naauwe toezigt en Suijnige beheeringe ‘er altijd een gering overschot tot maintien van ‘S Supp:t Huijs houdinge en familie bleef; door Hunne HoogEdelheedens de Heeren Commissarissen Generaal over Nederlands Indie en deezen Uijthoek goedgevonden zijnde Heeren Buijten Regenten te gelasten d’ Administratie der meerm: Vivres en benodigheeden van den onderget:e afteneemen en aan den Binnen Vader optedragen is op ordre voorm: Zulks in de gepasseerde Maand february g’efectueerd, en de Restanten onder den eerbiedigen Vertoonder berustende, aan voorm: BinnenVader overgegeeven, door welke Schikkinge den Supp:t zig in zijne Inkomsten alleenlijk tot de gewoone Tractementen en Emolumenten bepaald bevind, dewelke in het Jaar te zaamen uitmaaken een Somma van Rd:s 430:-: hierby gevoegd circa 200:- aan cuure geld voor ‘t geneesen de venerique Lijderen, zoo bedraagd zulks te zaamen Rd:s 630:-:- Wanneer UWelEdele Achtb: in aanmerking geliefd te neemen, dat den humbelen Teekenaar in zijn gering dakhuijs Rd:s 440:- aan Intressen moet verworven, vlijt zig denzelven dat daaruit ten Klaarsten zal consteeren de onmogelijkheid omme van zyne tegenwoordige Inkomsten te Kunnen Subsisteeren, en wel om zooveel te meer, terwijl de Bedieninge der Lijderen zoo veel werk verschaft, dat hij geen Part-practyk daarby Kan waarneemen, en gelijk over bekend is, een vry aansienelijk Practyk ten dienste van ‘t Hospitaal heeft opgeoffert, reedenen den Ondergeteekenden zig is Keerende tot UWelEd Achtb:r, met needrige beede, dat het van hoogstderzelver welbehagen mag zijn de Situatie waarinne den Supp:t zig komt te bevinden gunstig aan meerm: WelEdele Groot Achtb:e Heeren Commissarissen Generaal voor te dragen, vertrouwende van den overbekende en reeds beweezene clementie en goedertierendheid van Hunne HoogEdelheedens, dat Hoogst dezelve een bijna afgeleefden en 32 Jaarigen Dienaar der Maatschappye die bovendien een Post bekleed die door de Besmettinge der Lijderen niet zonder gevaar van de gezondheid en somtijds van ‘t leeven kan waargenoomen worden, niet zullen vergeeten, en hem voor het gemis der Administratie een Douceur zullen gelieven toeteleggen, waardoor hij zig, in Staat zal bevinden zijne Huijsvrouw en Huijshoudinge behoorlijk te Kunnen onderhouden.’

‘Cabo de Goede Hoop den 11 Maart 1793’

‘’T welk doende &:a’

’( was get: / J:s Leuwer’

En ten belange van dit Verzoekschrift in aanmerking zynde genoomen dat de gronden en motieven daarbij g’allegueerd allezints conform de waarheid Koomen te weezen;

Zoo is goedgevonden en verstaan aan des Supp:ts Beede te defereeren en mitsdien Copia Authenticq van dezelve Requeste te zenden aan Heeren Commissarissen Generaal met onderdanig verzoek hem Supp:t ter consideratie van de mogelijkheid en verantwoordelykheid van den Post welke komt te bekleeden en van d’ ontoerijkendheid der Inkomsten die tegenswoordig daaraan zijn gehegt, gracieuselyk zodanig douceur te willen toevoegen als Hoogstdezelve zullen vinden te behooren, en in Staat zal Kunnen zijn hem aan tezetten om zig onverdeeld toe tewijden aan d’ uitoeffening der teedere pligten welke hem zijn opgelegd, te meer daar de Heeren Militaire Commissarissen bij ‘t 8 Art:e hunner alhier agtergelatene Consideratien over ‘t Hospitaal, de noodzakelijkheid daarvan reeds hebben gelieven aantetoonen.

Aldus Geresolveerd en Gearresteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten Dage en Jaare Voorschreeven

[Signed:] J: I: Rhenius

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] O: G: De Wet

[Signed:] W: F: V: Reede Van Oudtshoorn

[Signed:] E: Bergh SeCrets

C. 214, pp. 120-128.

Vrijdag den {17930315} 15:de Maart 1793.

‘S Voormiddags alle Præsent

Den Negotie Overdrager Casparus van Eerten, aan wien bij Besluit van den 17 Januarij Laatstl is gedemandeerd geworden t’ examineeren de Positiven voorkomende bij eene Requeste door de Gecontracteerde Slagters aan Heeren Commissarissen Generaal gepræsenteerd, aan deezen zynen Last voldaan en daaromtrend ingediend hebbende het navolgend Berigt

Aan den WelEdele Achtb:e Heer Johannes Isaac Rhenius Gezaghebber van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien &:a &:a &:a benevens den E Achtb: Raad van Politie.

‘WelEdele Achtbaare Heer en E Achtbaare Heeren!’

‘Ingevolge UWelEd: Achtb:e Resolutie van den 17 January deezes Jaars wierd van den ondergeteekende gevorderd te examineeren de Positiven voorkomende bij een Request door de gecontracteerde Slagters aan Hunne HoogEdelheedens de Heeren Commissarissen generaal gepresenteert ten einde UW WelEdele Achtb:s op te geeven, in hoeverre der Supp:t opgave in der Daad conform komt te zijn met de waare toedragt van Zaaken; En om hieraan pligstchuldig te voldoen, zoo heeft den ondergeteekende de Eere te berichten.’

‘Dat het met de waarheid overeenkomstog is, de Supp:t aan den Ondergeteekende Kennisse hebben gegeeven, dat zy 10‘000 lb gesmolten Vet ter verzending na Batavia in gereedheid hadden waarop hij ondergeteekende (:volgens order:/ heeft bericht, dat de gevulde fusten by Provisie zouden worden weggehaald en in ‘t Schip Willem de Vierde afgelaaden; gelijk zulks ook werkelijk is geschied, blijkens Verklaring van ordinaire gecommitt:s die den Ondergeteekende de Vryheid neemt in Copie hierneevens te Suppediteeren.’

‘Ofschoon de Eisch van Batavia ten tijde der verzending alhier nog niet was aangekomen (:vermits dezelve eerst op den 17:de Maart 1791 P:r ‘t Schip de Africaan is aangebragt :/ zoo heeft men echter volgens al oude gewoonte gemelde Vet in voorraad op den Verwagt wordende Eisch afgezonden, uit hoofde dat men met geen moogelijkheid heeft kunnen vooruit zien, dat gem: Articul zoude worden geExcuseert’

‘Met betrekking tot de Slegte qualiteit van dikwilsgemelde Vet waaruit de belasting (:volgens aanschrijvens van den Heeren der Hooge Bataviase Regeering, de dato 22 Novemb:r 1791 :/ ten bedraga van D:s 559:2 Sts is Voortspruitende, hadden de ordinaire Gecommitteerdens van ‘t defect en ondeugdsaamheid aan den Heere Hoofd Administrateur verslag moeten doen, dan vermits zyn hun Rapport altoos onder Præsentatie van Eed aan gem Heere Hoofd Adminstr:en inleeveren, Schynt ‘t (: onder Correctie:/ dat zo Dat Vet van een goede qualiteit hebben bevonden, gelijk zulks dan ook in diervoege, is verzonden geworden.’

‘Verhoopende hiermeede voldaan te hebben aan den Hoog geEerde Intentie van UW WelEdele Achtbaares zoo laat den onderget:s deeze dienen voor needrig Rapport’

’(:onderstond ) WelEdele Achtb: Heer en E Agtb: Heeren’

’(:lager) UWelEdele Achtb: gehoorzaame en onderdanige Dienaar’

’(: was geteekend:) C: Van Eerten. (:Inmargine )’

‘In ‘t Casteel de Goede Hoop den 14 Maart 1793’

‘Opbrenging voor ‘t Negotie Comptoir ter ordre van den WelE:Agtb: Heer Hoofd Administrateur Joh:s Isaac Rhenius, zijn door ons ordin: Gecommitt:s in ‘S Comp:e Slagthuijs gewogen Twintig Vaten Vet, hebbende dezelve gewoogen als Volgt.’


Numero Thara Bruto Netto
1 117 554 437 lb
2 109 599 490 d:o
3 143 618 475 d:o
4 106 605 499 d:o
5 119 597 478 d:o
6 130 630 500 d:o
7 119 648 529 d:o
8 106 599 493 d:o
9 143 591 448 d:o
10 110 648 538 d:o
11 140 625 485 d:o
12 116 616 500 d:o
13 114 610 496 d:o
14 118 596 478 d:o
15 119 610 491 d:o
16 119 630 511 d:o
17 118 596 478 d:o
18 117 596 479 d:o
19 101 585 484 d:o
20 218 1205 987 d:o
  4282 lb 12758 lb 10276 lb

Numero Thara Bruto Netto
1 117 554 437 lb
2 109 599 490 d:o
3 143 618 475 d:o
4 106 605 499 d:o
5 119 597 478 d:o
6 130 630 500 d:o
7 119 648 529 d:o
8 106 599 493 d:o
9 143 591 448 d:o
10 110 648 538 d:o
11 140 625 485 d:o
12 116 616 500 d:o
13 114 610 496 d:o
14 118 596 478 d:o
15 119 610 491 d:o
16 119 630 511 d:o
17 118 596 478 d:o
18 117 596 479 d:o
19 101 585 484 d:o
20 218 1205 987 d:o
  4282 lb 12758 lb 10276 lb

’(: onderstond) Int Casteel de Goede Hoop den 22 february 1791.’

’(: was geteekend:) H: O: Eksteen, D: Kuuhl ( daaronder:)’

‘Accordeert en geteekend C: Van Eerten’

Zoo is na lectuure verstaan van hetzelve Berigt als nu in allen eerbied een authenticque Copij te Suppediteeren aan wel opged:e Haar HoogEdelheedens en Hoogstdezelve met gedraging aan den inhoude van dat Stuk, daarbeneevens t’ informeeren, dat wel het Vet waarover de vergoeding door de Heeren der Hoge Indiase Regeeringe is gevorderd, ongeeischt is verzonden, dog dat zoo omtrend dat Articul als alle andere voor Batavia gepetitioneerd wordende hierlandse Producten meest al is geobserveerd, om wanneer de ruijmte der uitkoomende Scheepen zulks toeliet het daarvan aan handen zynde als dan te verzenden by anticipatie op den verwagt werdenden Eisch

Dat men onmogelijk alhier hebbende Kunnen voorzien dat voorm: Hooge Regeeringe van Indien den gewoonen Eijsch van Talk voor den Jaare 1792 Zoude excuseeren, zig ook verpligt heeft gevonden het geen daarvan in gereedheid was te moeten ontfangen en Verzenden

Dat het Vet in quæstie bij den ontfangst blijkens het certificaat der ordinaire Gecommitteerdens ten bylage aan het voorm: Berigt van den Negotie Overdrager geannexeert en hierboven meede ingelijfd, bij den ontfangst goed en deugdzaam is bevonden.

en dat dus het bederf ‘t welk daaraan te Batavia ontdekt is, gewisselijk of aldaar of wel op de Ryze moet zijn bij gekomen.

Weshalven men dan ook, vermits uit dit een en ander blijkt, dat het nadeel hetwelk D E Comp:ie uit de ongeeischte verzending van deeze Talk aangebragt is, niet is het gevolg van eenige Kwade inzigten ofte negligentie van de zijde der gecontracteerde Slagters die deugd zaam goed hebben geleeverd en daarvoor ook betaling hebben erlangd zonder te guarandeeren dat dezelve Talk goed te Batavia zoude aankomen en zig aldaar concerveeren Haar Hoog Edelheedens in allen eerbeid verzoeken zal op het Supplicq der evengeciteerde Slagters om ontheffing van de op hun gelegde betaling een gunstig reguard te willen Slaan

Ondertusschen uit eene by de ordinaire gecommitteerdens geformeerde en onderteekende Lijst, dewelke den Heere Le Sueur in Rade is komen overteleggen, gebleeken zynde, dat thans niet alleen op eenige weinige niet noemenswaardige minderheeden na, alle de door de Overheeden van het op den 20 deezer alhier gearriveerd Batavias retour Schip Leiden aangebragte ongebrande en ongepermitteerde goederen, maar bovensdien ook nog

Zoo is op de Propositie daartoe door den Heere Gezaghebber gedaan goedgevonden en dienvolgend beslooten, dat van dezelve alzo uit voorschreeven Bodem Leyden geloste ongepermitteerde Particulieren Goederen ten behoeve der E Comp:ie zullen werden over genoomen de volgende te weeten

20 Picols met Koffij weg: Netto 2459 lb voor DuCt:s 131:10
1 Kasje d:o Thee d:o d:o 15 d:o d:o d:o -:-
19 Picols Kandij Zuyker Netto 2085 d:o d:o d:o 177:66
19 Kanassers d:o Poeder d:o d:o 6540 d:o d:o d:o 244:11
5000 Strengen Catoene gaarn d:o d:o d:o d:o 66:48
En dus het een met het ander te zamen voor een Som van DuCt: 619:63
Ofte Ryxd:s d:o 929:39
20 Picols met Koffij weg: Netto 2459 lb voor DuCt:s 131:10
1 Kasje d:o Thee d:o d:o 15 d:o d:o d:o -:-
19 Picols Kandij Zuyker Netto 2085 d:o d:o d:o 177:66
19 Kanassers d:o Poeder d:o d:o 6540 d:o d:o d:o 244:11
5000 Strengen Catoene gaarn d:o d:o d:o d:o 66:48
En dus het een met het ander te zamen voor een Som van DuCt: 619:63
Ofte Ryxd:s d:o 929:39

Zynde het inkoops Kostende daarvoor bij de Overheeden zelve uitgeloofd ten eijnde conform d’ ordres naar ‘t Vaderland te werden gezonden, terwijl met de overige Articulen zal moeten werden gehandeld, zoo als zulks bij de vroegere Besluiten deezes Raads Sub datis 21 en 26 der jongstverl: maand Febr:y genoomen omschreeven werd gevonden

Aldus Geresolveert ende Gearresteerd In ‘t Casteel de Goede Hoop ten Dage en Jaare Voorschreeven

[Signed:] J: I: Rhenius

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] O: G: De Wet

[Signed:] W: F: V: Reede Van Oudtshoorn

[Signed:] E: Bergh Secret

C. 214, pp. 129-140.

Maandag den {17930318} 18:e Maart 1793.

Bij Omvrage - alle Præsent

Den Capitain van het op den 14 deezer alhier garriveerd Chinas Retour Schip Oosthuijzen Gerrit Scheeler, op eergisteren aan den Heere Gezaghebber hebbende Komen ter handen te Stellen een Rapport van den toestand waarin zig deszelfs voorsch:r onderhebbenden Bodem komt te bevinden, beneevens een Petitie van zodanige Equipagie en Amunitie goederen, als gem:e Kiel komt te benodigen alvorens in een behoorlijke Staat en met gerustheid te Kunnen Rysvorderen.

Zoo heeft het welopged: Heere Gezaghebber gelieven te behagen voorm: Rapport en Eysch heeden morgen de overige Heeren Leeden des Raads ter visie en Lectuure toe te zenden, en hun Ed: daarbij te doen communiceeren, dat zijn Ed: op den ontfangst dier Stukken hadde gedefereerd aan den Sollicitatien van eevenged: Capit:n Scheeler om voor eenige weinige dagen mits niet excedeerende het getal bij Heeren Commissarissen Generaal bepaald, te mogen aan Land komen ter Schikking zijner Particuliere affaires

Waaromtrend het Poinct concerneerende de verleende Permissie aan gem: Scheeler om aan Wal te mogen Komen voor bedeeld aangenoomen Zijnde:- Is wijders op gedaan voorStel in den name ende van wegens meerwelm:e Heere Gezaghebber goedgevonden en verstaan met den eersten aan voorn: Bodem Oosthuyzen te doen verstrekken alle de zodanige der gepetitioneerde Equipagiegoederen als bij nagaan van den Inventaris ter Suppletie van ‘t verbruikte absolut noodzaakelijk zullen werden geoordeeld, om waarover te Kunnen jugeeren Kopij der vorengeciteerde Petitie aan den Equipagiemeester zal werden ter handen gesteld, met qualificatie en Last wijders om ook dadelijk en met den meestmogelijksten Spoed te doen effectueeren de weinige Reparatien die aan ‘t gem: Schip vereischt werden, terwijl wat aanbelangd het remplacement van zodanige 60 Vaten met BusseKruyt à 50 lb ieder welke bij de gem: Eisch worden gezegd te Canton in China door en ten byzijn van expresse Gecommitteerdens uit de factorij aldaar ter Rheede wanschoe als ten eenemale bedorven en onbruikbaar bevonden in Zee geworpen te zijn, mitsg:s de 6 Stukken Kanon a 6 lb die in een zeer zwaren Storm waarvan dit Schip in de Chinase Zee beloopen is geworden over boord gezet, de bestelling hiervan is gedefereerd gelaaten aan voorsz: Heere Gezaghebber, als aan wien volgens de Permanente ordres der Heeren van de Secreete Commissie is opgedragen de bezorging van al het geen de veiligheid der Retourscheepen en wel Specialijk derzelver aan Boord hebbende Ammunitie van Oorlog concerneert, zo nogthans, dat des niet te min tot d’ aflanging van de geciteerde

uit den aan handen zynden voorraad door den Raade de Vereijschte qualificatie is verleend

En nadien voorn: Capitain Scheeler, bij gelegendheid der Overgave van deszelfs voorsz: Rapport en Petitie aan den Heere Gezaghebber ook is Komen ter handen te Stellen, de bij Zijn Ed: ingevolge de Beveelen aan Heeren Commissarissen generaal gerequireerde opgave der ongebrande en ongepermitteerde goederen welke zig zoo van hem Capitain als van de overige Scheeps Officieren, gelijk ook onder derzelver bestellinge voor Ingezeetene van de Kaap aan Boord van ‘t zoo dikwils gem:e Schip Ooshuijzen komen te bevinden, met betuiging op den Eed bij de aanvaarding van deszelfs tegenswoordige Bediening gedaan.- dat behalven deeze alzoo opgegeevene goederen, dewelke alle zyn ingekogt van de daarby benoemde Persoonen geene andere meer in evengem: Bodem zijn afgeladen; en uit de gementioneerde opgaven Komt te blijken, dat de voorsch:r ongebrande en ongepermitteerde goederen Komen te bestaan in de navolgende, te weeten

Voor den WelEd: Achtb:r Heer Gezaghebber Rhenius
4 P:s Porcelaine Potjes daarin China Appelboompjes
Voor den E: Achtb:r Heer J: J: Le Sueur
6 P:s Jalousie Matten gekogt van den Chinees Manho Th:1:2
6 d:o heelsteende Quispedoors van Souchin d:o 3:-
8 Rollen zijde Damast, waarvan 18 Kussens overtrokken Van den Chinees Conqua d:o 24:18
12 p:s witte heelsteende Mandoryn Kopjes &:a van Souchim Th:- 4:-
6 Rollen best groen zijde damastpieking d:o Conqua d:o 15:
60 Cobido groene zijde franje tot d:o d:o d:o d:o 2 maas
260 d:o d:o d:o Coort d:o d:o d:o d:o d:o 5 condryn
4 p:s Quasten d:o d:o d:o d:o d:o d:o d:o Th 2:-
voor 18 p:s Stoelkussens van Linnen en met Kapocq gevuld door en van den Chinees Chinchong Th 2:-
Voor M:r J: P: Deneijs
1 Extra groot en fraaij blaauw Tafel Servies van Chinchong Th 680:-
1 Baaltje Borrij van Jekqua is 16 C:y d:o 3:-
Voor D: G: Anosie en J: A: Voltelen
6 p:s Groenen zijde hand Chiambreelen van Manho Th: 4:
200 d:o diepe Borden van den Sin:s Jieking Cand 6:6
100 d:o Vlakke d:o d:o d:o d:o d:o M:s 6:6
6 d:o Visch Schootels & P:l d:o Th: 3:
6 d:o Kleine Terines & toebeh: d:o d:o 1:2
6 d:o Langwerpige Booter Vlootjes &:a d:o d:o 4:5:
6 d:o Saus Kommen d:o d:o 2-:
100 p:r Theegoed, blauw d:o d:o 0:5:
100 d:o d:o g'emailleerd d:o
100 halve Kommetjes & Schaaltjes d:o d:o -:9:
100 d:o d:o g'Emailleerd d:o
6 Langer:e Schootels 1:e Zoort d:o 1:1
12 d:o d:o 2 d:o d:o d:o - 6:5
24 d:o d:o 3 d:o d:o d:o - 5:-
400 p:s Groove Kommen d:o Th:- 6:-
2 Kasjes daarin 10 Kasjes Thee Souchon Sinqua d:o 7:-
2 d:o d:o 6 d:o d:o pauuchon d:o d:o 1: 2:-
50 d:o d:o 5 Catty TheeKempoij is 2 pic: 40:cy d:o d:o 36:-
1 Kas inhoudende 74 lb N:to Thee Souchon d:o d:o 60:-
1 d:o d:o 53 d:o d:o d:o Boey d:o d:o 16:-
2 p:s groote Soup Therine & Toebehoor van Jecking d:o 2:
6 d:o fyne WasKommen en Gorgeletten d:o d:o d:o 2:
12 d:o g'emailleerde Mandaryn Koppen & d:o d:o d:o 4:-
59 p:s diverse Lustrings 4 draats d:o Conqua d:o 12:
11 d:o Weerschijn d:o d:o d:o d:o 12:2
2 p:s wit Sattijn 4 draats van Conqua Th: 18:2
2 d:o Zwart gekeepert Sattijn d:o d:o 15:-
6 d:o d:o d:o Doeken 1 1/2 El ? d:o d:o 16:-
31 1/2 Catty Naaij Zijde diverse Couleuren d:o d:o 4:5:
1 Rol zwart Nankings Sattijn d:o d:o 25:-:
Voor J: A: Voltelen
200 p:s geel Nankings Linnen van den Chinees Locqua Th: 55:-
162 Catty Borrij borrij d:o Telqua Sing d:o 18:-
12 Chiambreele groene zyde & lange Stokken van Manho d:o 4:-
10 Stukken wit Cantons Linnen d:o Locqua d:o 5:8
300 p:s diepe Borden blauw & Wit d:o Chinehong cand: 6: 6:-
420 d:o Vlakke d:o d:o d:o d:o 6: 6:-
100 Paar Theegoed d:o d:o d:o 5:-
6 Visch Schotels & Pladten d:o d:o Th: 3:-
6 hooge Salade Bakken d:o d:o d:o 1:-
28 Saus Kommen d:o d:o d:o 2:-
16 Boter potjes & Schotels d:o d:o d:o - 4: 5
12 Thee potten d:o d:o d:o d:o 4:-
100 Mandaryn Kommen d:o d:o d:o 1:6
50 d:o Schotels d:o d:o d:o 2:2
100 halve Kommen & Schotels d:o d:o d:o 9:-
4 met fruitmantjes d:o d:o d:o 4: 4
10 Catty Lakzaij van den Chinees Aleijn d:o 1:4
25 d:o Koekjes blaauw d:o d:o d:o d:o d:o 7:4:-
18 p:s Langw:e Schootels blaauw & Wit 1:e zoort d:o Chinclong d:o 1:1:-
24 d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o d:o d:o - 6:5:
36 p:s d:o d:o d:o 3 d:o d:o d:o d:o 5:-
36 p:s d:o d:o d:o 4 d:o d:o d:o d:o - 3:5
36 d:o d:o d:o 5 d:o d:o d:o d:o 2:5
6 Langwerpige Terines Schotels d:o d:o d:o 2:-
100 grove Kommen 1 Zoort d:o d:o d:o - 6:-
100 d:o d:o 2 d:o d:o d:o d:o -4:-
100 d:o d:o 3 d:o d:o d:o d:o - 2:2
100 d:o d:o 4 d:o d:o d:o d:o 1:8
210 grove Schotels d:o d:o d:o 8:-
2 P:s 5/ clij Kasjes Souchen van Sinchongqua Th - 7:-
10 d:o Jalousie Matten d:o Acang d:o 8:
10 d:o Rood Nank Linnen d:o Poonqua d:o 1:-
100 d:o 5 Catty Kassen Thee Kempuy 4 pic: 7 g v:cy van Sinqua 1 pic d:o 36:
4/4 Kassen Theeboeij 1 pic: 74 C:y d:o d:o d:o d:o 16:
8 fijne Wasch Kommen & Gorgoletten d:o Jeeking d:o 2:-
50 Mandaryns Drake Koppen & Schotels d:o d:o -3:
2 p:s zwart Keeper Sattyn d:o Conqua d:o 15:-
1 d:o wit d:o d:o d:o d:o 18:2
22 d:o Lustering in zoort d:o d:o d:o 12:-
28 Catty Naayzijde diverse d:o d:o d:o 4:5
4 Stukken Swarte zijde gekeeperde doeken 1 1/2 El ? d:o d:o 16:-
2 d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o ? d:o d:o 14: 6
2 Rollen zwart Nankings Sattyn d:o d:o 25:-
Voor W: J: Van Oosterzee
2 Visch Schotels & Plaaten van Jekking Th: 3:-
2 Salade Bakken d:o d:o d:o 1:-
10 Schootels 2:de Zoort d:o d:o d:o 6:5
20 d:o 3:e d:o d:o d:o d:o 5:-
20 d:o 4:e d:o d:o d:o d:o 3:5
30 p:s geel nankings Linnen d:o Poonqua d:o 5: 5
20 d:o wit d:o d:o d:o d:o d:o 1:2
1 Rol best Nanking Sattyn d:o Conqua d:o 25
2 d:o d:o Swarte Lustering d:o d:o d:o 12
8 Catty Naay zijde in zoort d:o d:o d:o - 4:5
Voor J: D: Boonacker
2 Baaltjes 108 C:y Borrij d:o Iecqua t Pic d:o 18:-
4 Boter Potjes d:o Souchin d:o - 4:5
6 groote grove Kommen d:o d:o d:o 8:8
55 Catty Lakzaij d:o d:o d:o 1:4
2 p:s yder a 3 C:y Kasjes Souchon Thee d:o Sinqua d:o 7:
20 p:s Rood Linnen d:o Poonqua d:o 1:-
18 p:s Lustering diverse couleuren d:o Conqua d:o 12:
2 p:s Zwarte gekeeperde zijde doeken 1 1/2 ? d:o d:o 16:-
Voor de Weduwe Heijning
24 Rystpieringen Cand: 6
96 p:s Vlakke Borden van den Chinees Souching d:o 6: 6:-
24 d:o diepe d:o nader nog 12 d:o d:o d:o d:o 6: 6:-
36 paar Coffij Goed d:o d:o d:o 8:-
4 Boter potjes d:o d:o St 4: 5:-
4 Schotels 1:e Zoort d:o d:o d:o 1: 1:-
6 d:o 2 d:o d:o d:o d:o - 6: 5
12 d:o 3 d:o d:o d:o d:o 5:-
24 Grove Kommen 1 Zoort d:o d:o d:o -:6
24 d:o d:o 2 d:o d:o d:o d:o -:4:-
2 Soup Terines & toebehoor d:o d:o d:o 2:-
6 p:s Jalousie Matten d:o Acong d:o 1:-
Voor H: P: Warnecke
2 p:s Jalousie Matten Van Acong Th: 1:-
Voor J: Van Reenen
6 p:s Jalousie Matten Van Acong Th: 1:-
Voor H: Sandenberg
100 P:s zwart Nankings Linnen van Locqua Th: 2:2
250 d:o wit d:o d:o d:o d:o d:o 1: 2
100 d:o geel d:o d:o d:o d:o de 100 p:s d:o 55:-
4 picols droge Gember d:o Asouw d:o 24:
14 d:o en 4 Catty Borrij d:o Jeckqua d:o 18:-
6 Picols Laksaij d:o d:o d:o 14:
780 Vlakke Borden d:o Chinchong d:o -:6: 6
750 diepe d:o d:o d:o d:o -: 6: 6
10 Schottels 1:e Zoort d:o d:o d:o 1:1
10 d:o 2 d:o d:o d:o d:o - 6:5
10 d:o 3 d:o d:o d:o d:o - 5:
10 d:o 4 d:o d:o d:o d:o -3:5
10 d:o 5 d:o d:o d:o d:o - 2:5
50 groote Mandarijn Schottels d:o Jekking d:o 2:2-
50 p:s blaauwe d:o Koppen d:o d:o d:o 2:2-
24 d:o hooge Slaa Bakken d:o d:o d:o 1:-
20 d:o Ronde d:o d:o d:o d:o 1:-
500 p:s Coffygoed, blaauw en Wit Van Jekking Th:- 0:8:
500 d:o Theegoed d:o d:o d:o d:o d:o d:o -:5:
25 p:r witte mandaryn Koppen & Schotels d:o d:o M:s 1:2 Cand:
50 p:s mandaryn Schotels d:o d:o d:o 1:2
500 p:s Coffijgoed g'emailleerd d:o d:o d:o - 9:-
560 p:s Theegoed d:o d:o d:o d:o -:5:-
100 p:s wit Coffijgoed d:o d:o d:o - 4:-
6 p:s Visch Schotels & Plaaten d:o d:o Th: 3-:-
50 p:s Therienes & toebehoor d:o d:o d:o 1: 4:-
26 wasch Kommen & Gorgoletten d:o d:o d:o - 6:
100 p:s blauwe Nanking Linnen d:o Poonqua d:o 1:-
100 d:o dik & Witgekeperte Chi:s Linnen d:o Manching d:o 2:-
200 d:o a 5 C:y Kasjes Kempoij Thee, weegende netto 9 Picol & 59 C:y van Conqua ad Re: Th: 36:-
50 d:o 10 C:y Kassen d:o d:o Thee Nett:o 4 Pic:91 C:y Conqua d:o 36:-
25/4 Kassen Thee Kempoij 16 pic & 84 C:y d:o d:o 36:-
20 heel Steende Waterpotten van Jekking d:o 1:4-
24 d:o d:o WaschKommen & Gorgoletten d:o d:o d:o 1:5
41 p:s Lustering, diverse Couleuren d:o Conqua d:o 12:-
9 d:o gebrocheerde d:o d:o d:o d:o 15:2
3 d:o best Nanking Sattyn d:o d:o d:o 25:-
38 Catty Naaizyde d:o d:o d:o 4:5:
4 halve Aamen Soya d:o Aheyn d:o 20:-
4 porcelaine Potten gesoute Gember d:o d:o d:o 5:-
2 d:o d:o Tsouwtsou d:o d:o d:o d:o 5:-
30 grove Nagtpotten d:o Jecking d:o - 6:-
Voor G: Middelkoop, C: Bestendig J: Middelkoop & J: Freislich
50 P:s zwarte Nank : Linnen van Poonqua Th: 2: 2:
500 d:o geele d:o d:o d:o d:o de 100 d:o 55:-
100 d:o Catty Sago d:o Arang d:o 10: 8: 8
200 d:o blaauw d:o Aheyn de 100 d:o 30:-:-
432 d:o Borry is 4 pic: 32 C:y d:o d:o 100 C:y d:o 18:-:-
6 p:s wit Cantons Linnen d:o Poonqua d:o 5:8:-
506 groote Mandorijn Schotels met Streepen van Jekking Th:- 2:2:-
1000 d:o d:o groove Kommen d:o d:o Cand: 8:8
1100 d:o d:o d:o Schotels d:o d:o d:o 8:-
960 p:s Vlakke borden d:o d:o d:o 6:6:-
1000 d:o diepe d:o d:o d:o d:o 6:6:-
200 d:o Lange Schottels als 66 p:s 2:de Zoort d:o d:o Th: 6:5:-
    66 d:o 3 d:o d:o d:o d:o 5:-:-
    68 d:o 4 d:o d:o d:o d:o 3:2:-
25 Boterpotjes &:a d:o d:o d:o 4:5:-
25 Saus Kommen d:o d:o d:o 2:- :-
100 vlakke Ryst pieringen d:o d:o d:o -:5:-
100 diepe d:o d:o d:o d:o d:o -:6: 2
320 p:s Wit Nankings Linnen d:o Locqua Th: 1:8:-
4 Picols Laksay d:o Aheijn d:o 14:-:-
2600 groote groove Kommen d:o Jekking d:o -: 7:2
1400 d:o d:o d:o Klijndere d:o d:o d:o - 6:-
900 d:o d:o Schotels d:o d:o d:o - 7 -
25 Terines en toebehoor d:o d:o d:o 1:4:-
26 groove Wasch Kommen en Gorgoletten d:o d:o d:o - 6:-
70 p:s wit Nanking Linnen d:o Locqua d:o 1:8:-
50 d:o rood d:o d:o d:o d:o d:o 1: -:-
301 a 5 C:y Kassen TheeKempoy 17 Picol d:o Sinqua d:o 36:-
8/4 Kassen fyne Thee Souchon 4 picol 86 C:y d:o d:o d:o 60:
24 p:s fyne Steene Wasch Komme d:o Jekking d:o 2:-
10 d:o d:o Zwartezijde gekeeperde Doeken d:o Conqua d:o 16:-
40 d:o Lustering diverse Couleuren d:o d:o d:o 12:-
88 Cattij Naay zyde divers d:o d:o d:o 4:5
10 Rollen best zwart Nanking Sattyn d:o d:o d:o 25:-
2 Wit Koopere Thee Machinen d:o Asoua d:o 20:-
door den Capit:n Lieutenant J: Geyls
20 Picols 1:ste zoort Congo Thee van den Chin:s Conqua ƒ3600:- :-
Een berottingde Kast met 200 Stukken geel Nank : Linnen, gekogt van den Chinees Kuttqua d:o 651:- :-
Een d:o d:o met 200 St wit Nank d:o d:o 1045:- :-
Twee d:o d:o ieder inhoudende Een picol Laxay d:o 14:- :-
Een d:o d:o met een half Picol Sago d:o 28:- :-
Tien d:o Kasten oude of overjarige thee Souchon ieder inhoudende 100 Kasses ruym 8 Catty a 8 Rx de 100 C:y Kasjes gekogt van den Chinees Singula d:o 1400:- :-
Twee Kasjes met allerhande Vuurwerken d:o 120:- :-
  20 Bondels met yder 25 p:s gemeene Kommen d:o 180:- :-
  8 d:o d:o d:o 30 d:o d:o d:o d:o 65:- :-
  8 d:o d:o d:o 30 d:o d:o Schotteltjes d:o 72:10:-
  10 d:o d:o d:o 50 d:o d:o Kommen d:o 95:10:-
  12 Bondels met yder 40 p:s fyne Kommen ƒ117:10
  12 d:o d:o d:o 40 d:o d:o d:o 88:-
  2 d:o d:o d:o 125 d:o thee Schoteltjes blaauwe d:o 28:-
  3 d:o d:o d:o 110 d:o d:o d:o d:o 45:-
  4 d:o d:o d:o 180 Klynder d:o d:o 25:-:-
Een berottingde Kist waarin
  20 Stuk donker blaauwe Nankings Linnen d:o 100:-
  20 d:o d:o bruijn d:o canton Linnen d:o 188:-
  20 d:o zwart Chinas Linnen d:o 220:-
  4 Rollen Zwart Nankes Satyn d:o 500:-
  2 Zwarte Rollen Lustering d:o 120:-
  2 donkerblaauwe d:o
  1 d:o bruijn d:o d:o 180:-
  1 Rol best zwart dimitie Zatyn d:o 90:-
en 6 Catjes Naayzij d:o 133:-
Voor den WelEd: Achtb:r Heer Gezaghebber Rhenius
4 P:s Porcelaine Potjes daarin China Appelboompjes
Voor den E: Achtb:r Heer J: J: Le Sueur
6 P:s Jalousie Matten gekogt van den Chinees Manho Th:1:2
6 d:o heelsteende Quispedoors van Souchin d:o 3:-
8 Rollen zijde Damast, waarvan 18 Kussens overtrokken Van den Chinees Conqua d:o 24:18
12 p:s witte heelsteende Mandoryn Kopjes &:a van Souchim Th:- 4:-
6 Rollen best groen zijde damastpieking d:o Conqua d:o 15:
60 Cobido groene zijde franje tot d:o d:o d:o d:o 2 maas
260 d:o d:o d:o Coort d:o d:o d:o d:o d:o 5 condryn
4 p:s Quasten d:o d:o d:o d:o d:o d:o d:o Th 2:-
voor 18 p:s Stoelkussens van Linnen en met Kapocq gevuld door en van den Chinees Chinchong Th 2:-
Voor M:r J: P: Deneijs
1 Extra groot en fraaij blaauw Tafel Servies van Chinchong Th 680:-
1 Baaltje Borrij van Jekqua is 16 C:y d:o 3:-
Voor D: G: Anosie en J: A: Voltelen
6 p:s Groenen zijde hand Chiambreelen van Manho Th: 4:
200 d:o diepe Borden van den Sin:s Jieking Cand 6:6
100 d:o Vlakke d:o d:o d:o d:o d:o M:s 6:6
6 d:o Visch Schootels & P:l d:o Th: 3:
6 d:o Kleine Terines & toebeh: d:o d:o 1:2
6 d:o Langwerpige Booter Vlootjes &:a d:o d:o 4:5:
6 d:o Saus Kommen d:o d:o 2-:
100 p:r Theegoed, blauw d:o d:o 0:5:
100 d:o d:o g'emailleerd d:o
100 halve Kommetjes & Schaaltjes d:o d:o -:9:
100 d:o d:o g'Emailleerd d:o
6 Langer:e Schootels 1:e Zoort d:o 1:1
12 d:o d:o 2 d:o d:o d:o - 6:5
24 d:o d:o 3 d:o d:o d:o - 5:-
400 p:s Groove Kommen d:o Th:- 6:-
2 Kasjes daarin 10 Kasjes Thee Souchon Sinqua d:o 7:-
2 d:o d:o 6 d:o d:o pauuchon d:o d:o 1: 2:-
50 d:o d:o 5 Catty TheeKempoij is 2 pic: 40:cy d:o d:o 36:-
1 Kas inhoudende 74 lb N:to Thee Souchon d:o d:o 60:-
1 d:o d:o 53 d:o d:o d:o Boey d:o d:o 16:-
2 p:s groote Soup Therine & Toebehoor van Jecking d:o 2:
6 d:o fyne WasKommen en Gorgeletten d:o d:o d:o 2:
12 d:o g'emailleerde Mandaryn Koppen & d:o d:o d:o 4:-
59 p:s diverse Lustrings 4 draats d:o Conqua d:o 12:
11 d:o Weerschijn d:o d:o d:o d:o 12:2
2 p:s wit Sattijn 4 draats van Conqua Th: 18:2
2 d:o Zwart gekeepert Sattijn d:o d:o 15:-
6 d:o d:o d:o Doeken 1 1/2 El ? d:o d:o 16:-
31 1/2 Catty Naaij Zijde diverse Couleuren d:o d:o 4:5:
1 Rol zwart Nankings Sattijn d:o d:o 25:-:
Voor J: A: Voltelen
200 p:s geel Nankings Linnen van den Chinees Locqua Th: 55:-
162 Catty Borrij borrij d:o Telqua Sing d:o 18:-
12 Chiambreele groene zyde & lange Stokken van Manho d:o 4:-
10 Stukken wit Cantons Linnen d:o Locqua d:o 5:8
300 p:s diepe Borden blauw & Wit d:o Chinehong cand: 6: 6:-
420 d:o Vlakke d:o d:o d:o d:o 6: 6:-
100 Paar Theegoed d:o d:o d:o 5:-
6 Visch Schotels & Pladten d:o d:o Th: 3:-
6 hooge Salade Bakken d:o d:o d:o 1:-
28 Saus Kommen d:o d:o d:o 2:-
16 Boter potjes & Schotels d:o d:o d:o - 4: 5
12 Thee potten d:o d:o d:o d:o 4:-
100 Mandaryn Kommen d:o d:o d:o 1:6
50 d:o Schotels d:o d:o d:o 2:2
100 halve Kommen & Schotels d:o d:o d:o 9:-
4 met fruitmantjes d:o d:o d:o 4: 4
10 Catty Lakzaij van den Chinees Aleijn d:o 1:4
25 d:o Koekjes blaauw d:o d:o d:o d:o d:o 7:4:-
18 p:s Langw:e Schootels blaauw & Wit 1:e zoort d:o Chinclong d:o 1:1:-
24 d:o d:o d:o d:o 2 d:o d:o d:o d:o - 6:5:
36 p:s d:o d:o d:o 3 d:o d:o d:o d:o 5:-
36 p:s d:o d:o d:o 4 d:o d:o d:o d:o - 3:5
36 d:o d:o d:o 5 d:o d:o d:o d:o 2:5
6 Langwerpige Terines Schotels d:o d:o d:o 2:-
100 grove Kommen 1 Zoort d:o d:o d:o - 6:-
100 d:o d:o 2 d:o d:o d:o d:o -4:-
100 d:o d:o 3 d:o d:o d:o d:o - 2:2
100 d:o d:o 4 d:o d:o d:o d:o 1:8
210 grove Schotels d:o d:o d:o 8:-
2 P:s 5/ clij Kasjes Souchen van Sinchongqua Th - 7:-
10 d:o Jalousie Matten d:o Acang d:o 8:
10 d:o Rood Nank Linnen d:o Poonqua d:o 1:-
100 d:o 5 Catty Kassen Thee Kempuy 4 pic: 7 g v:cy van Sinqua 1 pic d:o 36:
4/4 Kassen Theeboeij 1 pic: 74 C:y d:o d:o d:o d:o 16:
8 fijne Wasch Kommen & Gorgoletten d:o Jeeking d:o 2:-
50 Mandaryns Drake Koppen & Schotels d:o d:o -3:
2 p:s zwart Keeper Sattyn d:o Conqua d:o 15:-
1 d:o wit d:o d:o d:o d:o 18:2
22 d:o Lustering in zoort d:o d:o d:o 12:-
28 Catty Naayzijde diverse d:o d:o d:o 4:5
4 Stukken Swarte zijde gekeeperde doeken 1 1/2 El ? d:o d:o 16:-
2 d:o d:o d:o d:o 1 1/4 d:o ? d:o d:o 14: 6
2 Rollen zwart Nankings Sattyn d:o d:o 25:-
Voor W: J: Van Oosterzee
2 Visch Schotels & Plaaten van Jekking Th: 3:-
2 Salade Bakken d:o d:o d:o 1:-
10 Schootels 2:de Zoort d:o d:o d:o 6:5
20 d:o 3:e d:o d:o d:o d:o 5:-
20 d:o 4:e d:o d:o d:o d:o 3:5
30 p:s geel nankings Linnen d:o Poonqua d:o 5: 5
20 d:o wit d:o d:o d:o d:o d:o 1:2
1 Rol best Nanking Sattyn d:o Conqua d:o 25
2 d:o d:o Swarte Lustering d:o d:o d:o 12
8 Catty Naay zijde in zoort d:o d:o d:o - 4:5
Voor J: D: Boonacker
2 Baaltjes 108 C:y Borrij d:o Iecqua t Pic d:o 18:-
4 Boter Potjes d:o Souchin d:o - 4:5
6 groote grove Kommen d:o d:o d:o 8:8
55 Catty Lakzaij d:o d:o d:o 1:4
2 p:s yder a 3 C:y Kasjes Souchon Thee d:o Sinqua d:o 7:
20 p:s Rood Linnen d:o Poonqua d:o 1:-
18 p:s Lustering diverse couleuren d:o Conqua d:o 12:
2 p:s Zwarte gekeeperde zijde doeken 1 1/2 ? d:o d:o 16:-
Voor de Weduwe Heijning
24 Rystpieringen Cand: 6
96 p:s Vlakke Borden van den Chinees Souching d:o 6: 6:-
24 d:o diepe d:o nader nog 12 d:o d:o d:o d:o 6: 6:-
36 paar Coffij Goed d:o d:o d:o 8:-
4 Boter potjes d:o d:o St 4: 5:-
4 Schotels 1:e Zoort d:o d:o d:o 1: 1:-
6 d:o 2 d:o d:o d:o d:o - 6: 5
12 d:o 3 d:o d:o d:o d:o 5:-
24 Grove Kommen 1 Zoort d:o d:o d:o -:6
24 d:o d:o 2 d:o d:o d:o d:o -:4:-
2 Soup Terines & toebehoor d:o d:o d:o 2:-
6 p:s Jalousie Matten d:o Acong d:o 1:-
Voor H: P: Warnecke
2 p:s Jalousie Matten Van Acong Th: 1:-
Voor J: Van Reenen
6 p:s Jalousie Matten Van Acong Th: 1:-
Voor H: Sandenberg
100 P:s zwart Nankings Linnen van Locqua Th: 2:2
250 d:o wit d:o d:o d:o d:o d:o 1: 2
100 d:o geel d:o d:o d:o d:o de 100 p:s d:o 55:-
4 picols droge Gember d:o Asouw d:o 24:
14 d:o en 4 Catty Borrij d:o Jeckqua d:o 18:-
6 Picols Laksaij d:o d:o d:o 14:
780 Vlakke Borden d:o Chinchong d:o -:6: 6
750 diepe d:o d:o d:o d:o -: 6: 6
10 Schottels 1:e Zoort d:o d:o d:o 1:1
10 d:o 2 d:o d:o d:o d:o - 6:5
10 d:o 3 d:o d:o d:o d:o - 5:
10 d:o 4 d:o d:o d:o d:o -3:5
10 d:o 5 d:o d:o d:o d:o - 2:5
50 groote Mandarijn Schottels d:o Jekking d:o 2:2-
50 p:s blaauwe d:o Koppen d:o d:o d:o 2:2-
24 d:o hooge Slaa Bakken d:o d:o d:o 1:-
20 d:o Ronde d:o d:o d:o d:o 1:-
500 p:s Coffygoed, blaauw en Wit Van Jekking Th:- 0:8:
500 d:o Theegoed d:o d:o d:o d:o d:o d:o -:5:
25 p:r witte mandaryn Koppen & Schotels d:o d:o M:s 1:2 Cand:
50 p:s mandaryn Schotels d:o d:o d:o 1:2
500 p:s Coffijgoed g'emailleerd d:o d:o d:o - 9:-
560 p:s Theegoed d:o d:o d:o d:o -:5:-
100 p:s wit Coffijgoed d:o d:o d:o - 4:-
6 p:s Visch Schotels & Plaaten d:o d:o Th: 3-:-
50 p:s Therienes & toebehoor d:o d:o d:o 1: 4:-
26 wasch Kommen & Gorgoletten d:o d:o d:o - 6:
100 p:s blauwe Nanking Linnen d:o Poonqua d:o 1:-
100 d:o dik & Witgekeperte Chi:s Linnen d:o Manching d:o 2:-
200 d:o a 5 C:y Kasjes Kempoij Thee, weegende netto 9 Picol & 59 C:y van Conqua ad Re: Th: 36:-
50 d:o 10 C:y Kassen d:o d:o Thee Nett:o 4 Pic:91 C:y Conqua d:o 36:-
25/4 Kassen Thee Kempoij 16 pic & 84 C:y d:o d:o 36:-
20 heel Steende Waterpotten van Jekking d:o 1:4-
24 d:o d:o WaschKommen & Gorgoletten d:o d:o d:o 1:5
41 p:s Lustering, diverse Couleuren d:o Conqua d:o 12:-
9 d:o gebrocheerde d:o d:o d:o d:o 15:2
3 d:o best Nanking Sattyn d:o d:o d:o 25:-
38 Catty Naaizyde d:o d:o d:o 4:5:
4 halve Aamen Soya d:o Aheyn d:o 20:-
4 porcelaine Potten gesoute Gember d:o d:o d:o 5:-
2 d:o d:o Tsouwtsou d:o d:o d:o d:o 5:-
30 grove Nagtpotten d:o Jecking d:o - 6:-
Voor G: Middelkoop, C: Bestendig J: Middelkoop & J: Freislich
50 P:s zwarte Nank : Linnen van Poonqua Th: 2: 2:
500 d:o geele d:o d:o d:o d:o de 100 d:o 55:-
100 d:o Catty Sago d:o Arang d:o 10: 8: 8
200 d:o blaauw d:o Aheyn de 100 d:o 30:-:-
432 d:o Borry is 4 pic: 32 C:y d:o d:o 100 C:y d:o 18:-:-
6 p:s wit Cantons Linnen d:o Poonqua d:o 5:8:-
506 groote Mandorijn Schotels met Streepen van Jekking Th:- 2:2:-
1000 d:o d:o groove Kommen d:o d:o Cand: 8:8
1100 d:o d:o d:o Schotels d:o d:o d:o 8:-
960 p:s Vlakke borden d:o d:o d:o 6:6:-
1000 d:o diepe d:o d:o d:o d:o 6:6:-
200 d:o Lange Schottels als 66 p:s 2:de Zoort d:o d:o Th: 6:5:-
    66 d:o 3 d:o d:o d:o d:o 5:-:-
    68 d:o 4 d:o d:o d:o d:o 3:2:-
25 Boterpotjes &:a d:o d:o d:o 4:5:-
25 Saus Kommen d:o d:o d:o 2:- :-
100 vlakke Ryst pieringen d:o d:o d:o -:5:-
100 diepe d:o d:o d:o d:o d:o -:6: 2
320 p:s Wit Nankings Linnen d:o Locqua Th: 1:8:-
4 Picols Laksay d:o Aheijn d:o 14:-:-
2600 groote groove Kommen d:o Jekking d:o -: 7:2
1400 d:o d:o d:o Klijndere d:o d:o d:o - 6:-
900 d:o d:o Schotels d:o d:o d:o - 7 -
25 Terines en toebehoor d:o d:o d:o 1:4:-
26 groove Wasch Kommen en Gorgoletten d:o d:o d:o - 6:-
70 p:s wit Nanking Linnen d:o Locqua d:o 1:8:-
50 d:o rood d:o d:o d:o d:o d:o 1: -:-
301 a 5 C:y Kassen TheeKempoy 17 Picol d:o Sinqua d:o 36:-
8/4 Kassen fyne Thee Souchon 4 picol 86 C:y d:o d:o d:o 60:
24 p:s fyne Steene Wasch Komme d:o Jekking d:o 2:-
10 d:o d:o Zwartezijde gekeeperde Doeken d:o Conqua d:o 16:-
40 d:o Lustering diverse Couleuren d:o d:o d:o 12:-
88 Cattij Naay zyde divers d:o d:o d:o 4:5
10 Rollen best zwart Nanking Sattyn d:o d:o d:o 25:-
2 Wit Koopere Thee Machinen d:o Asoua d:o 20:-
door den Capit:n Lieutenant J: Geyls
20 Picols 1:ste zoort Congo Thee van den Chin:s Conqua ƒ3600:- :-
Een berottingde Kast met 200 Stukken geel Nank : Linnen, gekogt van den Chinees Kuttqua d:o 651:- :-
Een d:o d:o met 200 St wit Nank d:o d:o 1045:- :-
Twee d:o d:o ieder inhoudende Een picol Laxay d:o 14:- :-
Een d:o d:o met een half Picol Sago d:o 28:- :-
Tien d:o Kasten oude of overjarige thee Souchon ieder inhoudende 100 Kasses ruym 8 Catty a 8 Rx de 100 C:y Kasjes gekogt van den Chinees Singula d:o 1400:- :-
Twee Kasjes met allerhande Vuurwerken d:o 120:- :-
  20 Bondels met yder 25 p:s gemeene Kommen d:o 180:- :-
  8 d:o d:o d:o 30 d:o d:o d:o d:o 65:- :-
  8 d:o d:o d:o 30 d:o d:o Schotteltjes d:o 72:10:-
  10 d:o d:o d:o 50 d:o d:o Kommen d:o 95:10:-
  12 Bondels met yder 40 p:s fyne Kommen ƒ117:10
  12 d:o d:o d:o 40 d:o d:o d:o 88:-
  2 d:o d:o d:o 125 d:o thee Schoteltjes blaauwe d:o 28:-
  3 d:o d:o d:o 110 d:o d:o d:o d:o 45:-
  4 d:o d:o d:o 180 Klynder d:o d:o 25:-:-
Een berottingde Kist waarin
  20 Stuk donker blaauwe Nankings Linnen d:o 100:-
  20 d:o d:o bruijn d:o canton Linnen d:o 188:-
  20 d:o zwart Chinas Linnen d:o 220:-
  4 Rollen Zwart Nankes Satyn d:o 500:-
  2 Zwarte Rollen Lustering d:o 120:-
  2 donkerblaauwe d:o
  1 d:o bruijn d:o d:o 180:-
  1 Rol best zwart dimitie Zatyn d:o 90:-
en 6 Catjes Naayzij d:o 133:-

Zoo is teevens almeede op propositie van welgem: Heere Gezaghebber beslooten dat nadien de gem: goederen wel alle vallen in de termen van tegens restitutie der Inkoopsprijzen voor Reek: der E Comp:e te moeten werden aangeslagen en na Nederland verzonden, dog d’ ordre meedebrengd dat die verzending niet gedaan mag werden met dezelfde Bodem waarop d’ aanhaling heeft plaats gehad, maar geschieden moet met een ander Schip, dezelve goederen dierhalven aanvankelijk met allen mogelijken Spoed ontscheept, en met ontstentenis aan eigene bergplaats in expres daartoe inte huurene Pakhuyzen van Particulieren opgeslagen zullen moeten werden, en dat wyders van d’ eerstvoorkomende gelegendheid de beste, zal werden gebruik gemaakt tot de verzending dier goederen naar Nederland ten ware daarop bij Haar HoogEdelheedens anders mogte werden gedisponeert

Aldus Geresolveerd ende Gearresteerd, In ‘t Casteel de goede Hoop ten dage en Jare voorschreeven

[Signed:] J: I: Rhenius

[Signed:] J: J: Le Suëur

[Signed:] O: G: De Wet

[Signed:] W: F: V: Reede Van Oudtshoorn

[Signed:] E: Bergh Secret

C. 214, pp. 141-245.

Dingsdag den {17930319} 19:e Maart 1793

‘S Voormiddags alle Præsent

Opende den Heere Gezaghebber de deliberatien met na de gedane Resumptie der Resolutien onder den 4. 5. 12. 15 en 18 deezer genoomen, aan den Raade te communiceeren dat Heeren Commissarissen Generaal finaallijk gedisponeerd hebbende op het Klagtschrift door den Burgerkrijgsraad in dato 10 Maij 1791, aan deeze Regeering teegens den Heer Fiscaal van Lijnden gepræsenteerd, mitsgaders op het onderzoek naar de Poincten van beschuldiging daarbij voorkomende eerst door den tegenswoordigen Adinterim fiscaal M:r Jacob Pieter Deneijs, en naderhand op Speciaale begeerte van Haar HoogEdelheedens door het meede Lidt deezer Raade den Heere Van Reede van Oudtshoorn gedaan, en willende als nu de gem: tædieuse zaak in deszelfs gantschen zamenhang getermineerd en afgedaan hebben mitsdien den gem:s Burgerkrijgsraad teegens heeden morgen te Elf uuren hadden laten convoceeren

Dat welopgem: Haar HoogEdelheedens om tot deeze compleete afdoening te Koomen niet alleen Hoogstderzelver voorsch:r dispositien maar ook de nodige Extracten uit dezelve voor zo verre die aan den Burger Krijgsraad zouden dienen gecommuniceerd te werden dadelijk aan deeze Regeeringe zouden inzenden.

en dat zijn Ed: uit dien hoofde den Heere Collonel Gordon meede tot dies bijeenkomst des Raads hadde laten inviteeren, ten ynde hij Heere Gordon na de gedane Lectuure en resumptie der verwagt wordende Brieven en verdere Stukken waarvan hier even is gerept, directelyk met de zodanige uit dezelve Stukken gemunieerd als voor den Burger krijgsraad bestemd Sijn, zig in zyn Ed: qualiteit als Præsident naar gem: Krygsraad zoude Kunnen begeeven om in dezelve van de Besluiten door Heeren Commissarissen Generaal in deezen genoomen aan de verdere Leeden insgelijks de nodige Kennisse te geeven tot derzelver informatie en narigt

Naar welke voorenstaande declaratie van den Heeren Gezaghebber, geduurende dewelke de Brieven en verdere Stukken waarvan daarbij gewaagd is geworden ook werklijk zijn ontfangen, getreden zijnde tot de dadelijke Lectuure derzelve, bestaande aanvankelyk in de volgende Missive en een dubbel Stel van het daartoe relative Extracten uit de Resolutien op den 14:de bij Heeren Commissarissen generaal genomen.

‘Erenfeste, wijze Voorzienige zeer Discreete’

‘Wij zenden UE hierneevens een Extract uit onze Resolutien genoomen op heeden opzigtelijk zeekere Periode vervat in de Sententie van den Raade van Justitie deeze Gouvernements van den 1:ste Maart 1792 geweezen in de zaake van den fiscaal deeze Gouvernements R: O: Contra den Burger Vaandrig Coenraad Nelson en waarover door den Gezaghebber Rhenius ter Onzer Kennisse gebragt was, dat eenige Leeden van den Burger Krijgsraad zig bij hem hadden beklaagd.’

‘en zulks ten einde als by voorsz: onze Resolutie voorn:’

‘Waarmeede UE in de bescherming des Allerhoogsten aanbeveelende’

‘Erentfeste, Wyze, Voorzienige zeer Discreete!’

‘Int Casteel de Goede Hoop den 14:de Maart 1793.’

‘De Commissarissen Generaal over Nederlands Indie’


was geteekend S: C: Nederburgh
S: H: Frijkenius

was geteekend S: C: Nederburgh
S: H: Frijkenius

‘Aan den Gezaghebber beneevens den Raad van wegens de Generaale Nederlandsche oost Indische Compagnie aan Kaap de Goede Hoop’

‘Ter ordonn: van Haar HoogEdelheedens’

’(: get :/ Ed:d Daniels’

‘Extract uit de Resolutien van de HoogEdele Heeren Commissarissen generaal over Nederlandsch Indie en Kabo de Goede Hoop genomen in ‘t Casteel de Goede Hoop.’

‘Donderdag den 14 Maart 1793’

‘De Gezaghebber Rhenius heeft Commissarissen generaal geinformeerd dat zig bij hem vervoegd hadden eenige Leeden van den Burger Krijgsraad, te kennen geevende vernoomen te hebben, dat de Raad van Justitie deezes Gouvernements bij haar Sententie van den 1:ste Maart 1792 geweezen in de zaake van den fiscaal deezes Gouvernements R: O: contra den Burger Vaandrig Coenraad Nelson, hadde verklaard, dat de Burger Krijgsraad door zeekere Resolutie bij haar op den 23 february 1791 genomen, betrekkelyk de zaak waarover voorn: Nelson in voorsz: Procedures is geactioneerd geworden, den Pagter in’t jugeeren derzelver was vooruitgeloopen, en zig hierdoor eene Indicatuure had aangematigd, welke haar niet competeerde in zig deswegens zoo voor haar als haare verdere meede Leeden beklagende, alzo volgens hun begrip de Raad van Justitie geene bevoegdheid had omzulks indiervoegen te beslissen maar zulks alleen was van den Competentie der Regeeringe; dat hij Gezaghebber had aangenoomen voorsz: Klagten te brengen ter Kennisse van Commissarissen generaal ten einde Hoogst derzelver dispositie daarop te verzoeken’

‘Waarop gedelibereerd ende voorsz: zaake geëxamineerd zijnde is goedgevonden en Verstaan te verklaaren, gelijk verklaard word mits deezen, dat de Raad van Justitie deezes Gouvernements overeenkomstig haare verpligting heeft gehandeld, met bij de decisie deezer Procedures geen reguard te Slaan op de voorsz: Resolutie van den Burger Krijgsraad voor zo verre dezelve zoude mogen worden aangemerkt als hebbende vooruitgeloopen het regterlijk onderzoek der daarbij gementioneerde zaak, en te behelsen eene uitspraak, waartoe de Krygsraad, welke gehouden is zig Stiptelijk te gedragen na haar Instructie, geene bevoegdheid bezit; dog dat niet te min de Raad van Justitie oordeelende door de voorsz: handelinge des Burger Krygsraad te weezen geprejudicieerd, zig deswegens had behooren te addresseeren aan deeze Regeeringe, als alleen bevoegd om deswegens uitspraaak te doen en dat dierhalven de voorsch:r Periode, waarover de Leeden der BurgerKrijgsraad zig beklagen, uit de voorsch:r Sententie had Kunnen en behooren te zijn uit gelaaten, terwijl het voldoende zoude zijn geweest daarbij te verKlaaren, dat de Raad van Justitie in de Voorschreeve Proceduures regt deed, Sonder op de voorsch:r Resolutie der Burger Krijggsraad te letten.’

‘En zal Extract deezes gezonden werden aan den Gezaghebber beneevens den Politicquen Raad tot derzelver informatie, en ten einde daarvan authentieke Copijen te doen geworden aan den Raad van Justitie, mitsg:s den Burgerkrijgsraad omme (:aangezien het niet mogelijk is, in eene gepronuntieerde Sententie, welke aan geene nuliteit of informaliteit laboreerd, verandering te maken:/ daarvan by hunne Respective notulen aanteekening te houden en te Strekken tot derzelver narigt respective; met recommendatie wijders aan den Raad van Justitie, om zig te onthouden van nodelooze en onbevoegde Insertien in de Extentien van haare Sententien, en aan den Burger krijgsraad van zig te abstineeren van daaden Strijdig met de geëtablisseerde ordre van zaaken, en waartoe haare Instructie haar geen bevoegdheid geeft.’

’(:was geteekend :/ S: H: Frijkenius R:s’

‘Accordeert met voorsch:r Resolutie’

’(:geteekend :/ Ed:d Daniels’

Mitsgaders in een tweede Missive alsmeede van een dubbel Stel Extracten uit Haar HoogEdelheedens ten voorsz: dage genomene Besluiten verzeld Luijdende als volgd

‘Erentfeste, wijze Voorzienige zeer Discreete!’

‘Wij zenden UE: mits deezen Een Extract uit onze Resolutie genoomen op heeden op het Vertoog door het Lid van Uwen Raade Van Reede Van Oudtshoorn aan UE ingediend op de klagten door den Burger krijgsraad bij zeeker geschrift gedaan over den Independent Fiscaal van Lijnden door UE aan ons gezonden by hare Missive van den 11:e february Jongstleeden, en zulks tot zodanige eindens als bij dezelve onze Resolutie breeder vermeld.’

‘Wij hebben het wijders nodig geoordeelt UE bij deeze te gelasten om te zorgen dat behoorlijk werde verandwoorden in ‘S Comp:s Cassa overgebragt de Somma van Rd:s 1940:- door den Adjunct fiscaal Exter ten behoeve van de Comp:e ontfangen weegens geconfisqueerde touwerken, breeder bij voorsz: Resolutie omschreeven, ofte wel de Compagnie deswegens Secuur gesteld, wanneer voorn:d Adjunct fiscaal mogt Kunnen aantoonen die Som aan den independent Fiscaal Van Lynden te hebben gerestitueeerd in welken gevalle UE daarvan terstond aan den Vergadering van 17:en zullen moeten kennisse geeven en Hoogstderzelver verder dispositie afwagten’

‘Reserveerende ons overigens om zulks nodig oordeelende, ons nader te expliceeren over het gedrag den Gouverneur en Uwer Raad gehouden omtrent den fiscaal Van Lynden geduurende den tyd dat hij hier als zodanig heeft gefungeerd.’

‘Waarmeede UE in de bescherming des Aller hoogsten aanbeveelende’

‘Erentfeste, Wijze, Voorzienige zeer Discreete’

‘In ‘t Kasteel de Goede Hoop den 14 Maart 1793.’

‘De Commissarissen Generaal over Nederlands Indie’

‘was geteekend S: C: Nederburgh, S: H: Frijkenius’

‘Ter ordonn: van Haar HoogEdelheedens’

’( get:/ Ed:d Daniels’

Aan den Gezaghebber beneevens den Raad van wegens de Generale Nederlandsche oost Indische Kompagnie aan Kaap de Goede Hoop

‘Extract uit de Resolutien van de HoogEdele Heeren Commissarissen generaal over Nederlandsch Indie, en Cabo de Goede Hoop genoomen In ‘t Casteel de Goede Hoop’

‘Donderdag den 14 Maart 1793’

‘Bij Resumptie gedelibereerd zynde op de Missive van den Gezaghebber beneevens den Politieken Raad, geschreeven alhier den 11 february Jongstleeden, zendende daarbij aan Commissarissen Generaal een ampel en gedetailleerde Vertoog en Bijlagen, geformeerd door het Lid van Voorn: Raade Van Reede van Oudsthoorn, als door gem: Raade op bevel van Commissarissen Generaal gecommitteerd geweest om te examineeren een geschrifte door den Burger Krijgsraad op den 10 May 1791 ter Vergadering van Politie ingediend, bevattende verschijde beschuldigingen en Klagten teegens den Independent fiscaal Van Lijnden en over het gedrag door gem: fiscaal alhier gehouden; met beede, dat Commissarissen generaal omtrend deeze geheele zaak zodanig zouden gelieven te handelen, als zouden oordeelen te behooren’

‘En tevens geexamineerd zijnde het voorsch:r Klagtschrift der Burgerkrijgsraad, en gelet op alles wat betrekkelijk deeze zaak en derzelver gevolgen, byzonder met opzigt tot den adinterim fiscaal Deneijs van tyd tot tyd aan Commissarissen generaal is voorgekomen blijkens het aangeteekende bij de Resolutien van den 27 Junij 9, 10, 12 en 19 July 1792 en daarby breeder vermeld.’

‘Hebben Commissarissen Generaal begreepen, dat uit den geheelen Samenhang deezer zaake overvloedig blijkt, dat de Independent Fiscaal Van Lynden zig aan deeze en geen verregaande excessen in de uitoeffening van zyn ambt hebbende Schuldig gemaakt, zonder dat de Regeeringe (: ofschoon die excessen wareldkundig waaren:/ zig daarteegen, gelijk zulks behoorde, heeft verzet, en voorn: fiscaal daarin gestuit of tegengegaan, of ten minsten daartoe haare Pogingen aangewend, zulks een algemeene haat en misnoegen tegens voornoemde fiscaal Van Lijnden heeft doen ontstaan, en wyders ten gevolge gehad, dat de Burgerkrijgsraad gem: fiscaal deswegens door middel van het voorsch:r geschrift bij de Regeeringe heeft aangeklaagd, en daarby na aanhaling van diverse faiten en gevallen van meer en minder aangelegendheid verzogt, dat de Regeeringe zoude effectueeren dat meerm: Fiscaal Van Lijnden uit de gem: Post zoude worden gedimoveerd; waarbij nog is gevoegd geweest een Verzoek, dat de dienstdoende Officieren wanneer zij zig van hun Eed en pligt acquitteerden zo als ‘t behoord niet aan de Poursuites en onregtmatige Procedures van den fiscaal independent mogten bloot Staan’

‘Dat hierop in’t algemeen te remarqueeren valt, dat het eene der eerste en voornaamste pligten der Regeeringe is, te zorgen, dat de wetten welke Strekken tot beveijliging en zeekerheid der Persoonen en eijgendommen behoorlijk werden onder houden en uitgeoeffend, en dat alle Ingezeetenen, van den eersten tot den laatsten, bij het ongestoord genot der bescherming en voorregten hun volgens de Wetten toekomende, werden bewaard, en gehandhaaft, bij onderzoek tegens de willekeur en Vexatien van Publieke ambtenaaren, welke daarop inbreuk tragten te maaken, misbruikende het vertrouwen door de Overigheid in Hun gesteld, wanneer zij met hunne bedieningen wierden bekleed.’

‘Dat wanneer de Regeeringe zig van deezen Haaren pligt behooorlijk had gekweeten, nimmer aanleydinge tot zodanig een Klagtschrift zoude hebben Kunnen geboren worden, want dat, alwaar het dat deselve door opentlyk geweld waare verhinderd geweest om haar goede intensien effect te doen Sorteeren, gelijk bij voorsch:r Vertoog niet onduidelyk word te Kennen gegeeven door de meerderheid des Raade te zyn geappræhendeert, nogthans aan de meerderheid de weg openstond om daarvan onmiddelyk kennisse te geeven aan de Vergadering van 17:en, welke alsdan in Staat zoude zijn geweest door prompte en efficacieuse maatregulen de goede ordre te herstellen, aan de onderdrukten de nodige bescherming en aan het kwaad zijn loon te doen erlangen; door nu integendeel de goede Ordre en wettige Constitutie van zaaken merkelijk inbreuk hebben geleeden, en door het willekeurig vertrek van den fiscaal Van Lynden het onderzoek en herstel der door denselven gepleegde Excessen ten uitterste beswaarlijk; en zyne teregtstelling deswegens onmoogelijk is geworden’

‘Dat uit dien hoofde dan ook eenigzints kan worden verschoond de Stap door den Burgerkrijgsraad gedaan, door zigCollegialiteraan de Regeeringe in voegen voorsch:r te addresseeren, als zynde het ligt te begrijpen, dat de Regeeringe aan haaren pligt in gebreeken blijvende gem: Krijgsraad zig door de beschouwing dat nu niets meer in Staat was om den Independent fiscaal Van Lynden in zyne verkeerde handelingen te Stuijten, zig heeft laaten vervoeren tot een Stap, welke hoe zeer ook afwijkende van de wyze en oogmerken der instellinge van haar Collegie welke haar daartoe geene de minste bevoegdheid gaven, egter in dit Singulier geval, het welk nimmer had behooren plaats te grijpen, en ook niet had Kunnen Plaats grijpen, bij aldien de Regeeringe naar behoren waakzaam en actief naar waaren geweest, door de omstandigheeden en eene dringende noodzakelijkheid in hun oog kan Schijnen te worden gewettigd.’

‘Dat om deeze reedenen door Commissarissen Generaal dan ook op de voorsz: demarche van den Burgerkrijgsraad, wat de form betreft, geen verdere reflexien zullen worden gemaakt het welk te minder noodig voorkomt, daar Commissarissen Generaal volkomen vertrouwen dat de representatien welke zig voornemens zijn te doen aan Haar Hooge Committenten, en de maatregulen door hun alhier in Persoon genoomen om de Dienaren van de Compagnie tot haren pligt terug te brengen en te houden, zullen zijn van dat Effect, dat de Fiscaal Van Lynden van deeze zijne Post zal werden verlaaten en door de Regeering by vervolg tegens zoortgelijke Excessen zorgvuldig gewaakt, waardoor dan alle aanlyding to zodanige Klagten zal zijn afgesneeden, en een iegelijk des te meer verpligt zijn te houden binnen de paalen van de faculteit aan elk individueel Lit der Maatschappy volgens de Wetten competeerende om van alle ongeoorloofde daaden in zijn Particulier Kennisse te geeven aan de Overigheid of die dezelve representeerd, ten einde het kwaad ontdekt en de boosdoenders gestraft werden.’

‘Dat wijders met opzigt tot den inhoud van het voorsch:r Klagtschrift na den gewonen loop der Wereldsche zaaken wel eenigzints heeft moeten werden verwagt, dat in zodanige tijden van disordre Confusie en animositeit, als alhier geduurende de laatste Jaaren hebben plaats gehad, de Persoonen en gebeurtenissen zelden worden beoordeeld met die naauwkeurigheid en onpartijdigheid, als behoord, maar alsdan tegen iemand die het Publiek gevoelen tegen zig heeft, vooral wanneer hij daartoe gegronde reedenen heeft gegeeven, zo wel niet genoegzaam beweezene als beweerene, Ja zelfs ook wel in zig zelfs onschuldige of onverschillige zaaken worden ingebragt, om dat men alsdan gewoon is alles wat zodanigen Persoon concerneerd van de zwartste zijde te beschouwen, en al dikwils zonder voorafgegaan genoegzaam onderzoek te beoordeelen; en dat deeze waarheeden ook in het voorsz: Berigt op eene zigtbaare wijze haare toepassing vinden.’

‘Dat als klagten welke uit hoofde van derzelver aard in deezen eene bijzondere opmerking verdienen, genoegzaam beweeren zijn, en de nadeeligste indrukken moeten verwekken omtrend den Persoon en het Caracter van den fiscaal Van Lijnden kunnen worden geconsidereert die over de oogluyking welke heeft plaats gehad omtrend den invoer van Bóegineesche Slaven, over de Compositie met den Persoon van Smit van Dillenburg aangegaan, over een gedeelte der Straffe hem bij Sententie van den Raad van Justitie opgelegd, over de mishandelingen aan den vrijen man Caspar genaamd aangegaan, en die raakende het niet verantwoorden in S Comp:s Cassa eener Somma van Rd:s 1940:- door den Adjunct fiscaal Exter, blijkens de door hem gepasseerde quitantie in dato 25 Maart 1790 ontfangen ten behoeve van de Comp:e wegens zeekere geconfisqueerde Touwwerken door den franschen Capit:n Schonij van den Capit:n Lieutenant Arnoldus Rogge ingekogt.’

‘Dat met relatie tot het eerste dier Poincten Commissarissen Generaal bij haare Komst op Batavia zullen Effectueeren dat het vervoeren van dezelve naar herwaards nader en ten Strengsten werde verbooden, onder zulke Poenaliteiten en precautien als voldoende zullen zijn om de overtreeders afteschrikken en alle oogluijkingen daaromtrend in dit Gouvernement voor altoos te weeren.’

‘Dat vermits de reeds genomene dispositien door Commissarissen Generaal omtrend de voorsz: Compostie tusschen den Fiscaal Van Lijnden en den Persoon Smit van Dillenburg aangegaan, waaroor dezelve Compositie is vernietigd, deeze zaak dan ook daaromtrend is afgedaan.’

‘Dat Commissarissen Generaal ook reeds voorlang met de uitterste aandoening hebbende, vernoomen het ongelukkig geval den vrijen man genaamd Caspar overgekomen deeze zaak voor zooveel de Raad van Justitie betreft, beschouwen als een van de rampspoedige bewyzen van het gebrekkige van het menschelijk doorzigt, en van het onvolmaakte van alle derzelver instellingen, welke men nu en dan in de geschiedenissen der Wereld ontmoet en in gevallen gelijk dit, waarin niet de minste Schijn of Schaduwe is van eenige Kwade trouw of verfoeyelyke opzet van den Regter om den onschuldigen voor Schuldig te verklaaren, niets anders overlaten dan om den begaanen misslag, zooveel mogelijk te redresseeren, gelijk door den Raad van Justitie voor zooveel de eer en onschuld van dien ongelukkigen aangaat, opentlijk is geschied, en dat aangezien voor het overige door Commissarissen Generaal is gezorgd dat de voorn: Caspar voor de geleedene pijn en Smerte tot zijn genoegen is te vreede gesteld, ook deeze zaak daarmeede voor afgedaan moet worden gehouden.’

‘Dat aangezien niet blijkt dat immer in S Comp:s Cassa zijn overgebragt de Ryxd:s 1940:- door den Adjunct fiscaal Exter ten haaren behoeven ontfangen van voorn:d Capitain Scohij wegens geconfisqueerde Touwwerken, hij Adjunct fiscaal, ofte wel de Fiscaal Van Lynden ingevalle de voorsch:r Adjunct Fiscaal zal Kunnen bewijzen de Somma aan denzelven te hebben ter hand gesteld, deswegens aansprakelijk blijft, en de Regeering zal werden aangeschreeven te zorgen dat den Compagnie deswegens behoorlijk werde Secuur gesteld.’

‘Dat daarentegen als zaaken die niet genoegzaam beweezen zijn, of wel niet ten dien effecte, dat dezelve zonder nader onderzoek ten nadeele van den Fiscaal Van Lynden Kunnen worden afgedaan moeten beschouwd worden de Compositie van Rd:s 3060:-:- welke door de Independent fiscaal Van Lijnden, buijten de daartoe nodige qualificatie zoude zijn aangegaan met den Capitain Lieutenant Arnoldus Rogge, wegens den Verkoop van zeeker touwwerk - het niet actioneeren van den Gezaghebber Valkenburg wegens den Verkoop van een Schuit, eenige touwwerken, mitsgaders Scheeps en mond behoeftens aan den fransche Capitain Du Pin - het niet actioneeren van denzelven Valkenburg wegens den aanbring van houtwaren voor zijne eyge Reekening en die der overige Officieren met zijnen onderhebbenden Bodem uit de Plettenbergsbaaij - het niet actioneeren van den in de Saldanhabaaij Post gehouden hebbenden Sergeant Stoffberg, over Knevelarijen door den zelven aan den franschen Capitain DuPin gepleegd - het confisqueeren van Twaalf Hondert Ponden Tabak door den Capitain Lieutenant Altrog getragt ter Sluijk aan de Wal te brengen en waarvan het Provenue nimmer aan de Compagnie zoude zijn verantwoord - de violentien welke zouden zijn gepleegd bij het arresteeren van zeekeren Landbouwer genaamd Human door een Militaire wagt int huys van den Burger Christiaan Caroetz - het toelaten dat de Sergeant Kontze meer dan twee Jaaren in arrest was gehouden - het niet ontdekken en apprehendeeren eener bende huijsbrakers en Vagebonden - en eindelijk de mishandelingen die aan den Burger Koch zouden zijn aangedaan.’

‘Dat immers van de compositie met den Capitain Lieutenant Rogge aangegaan wegens den verkoop van zeeker Touw-werken, geen andere bewijzen voor handen zijn, dan de Verklaringen deswegens van denzelven Rogge en van zeekere Jacobus Johannes van Velden die de Compositie van den zijde van voorm: Rogge zoude hebben tot stand gebragt, en welke beijde Persoonen dus genoomen dat de voorsch:r Compositie ongeoorloofd was, als attesteerende van en tot hunne eijge Schanden, wanneer zulks door geene andere bewijzen word gesterkt, in regten geen geloof Kunnen meriteeren, welk gereflecteerde ook toepasselijk is op de confiscatie van 1200 Ponden Tabak van den Capitain Lieutenant Altrog, als zijnde tot staving daarvan alleen bijgebragt eene Verklaring van den Burger Valentijn Alexis Schoonberg, welke zelfs getuigd die Tabak gekogt te hebben, en dat dezelve door den voorn: Altrog Sluijksgewijze in leedige Leggers van Boord van deszelfs Schip aan wal was getransporteerd.’

‘Dat wel de voorsch:r Compositie met den Capitain Lieutenant Rogge bevestigd Schijnt te worden door een declaratoir van den Adjunct fiscaal Exter neevens het voorsz: Vertoog overgelegd, dag dat die Compositie daarbij in een geheel andere Ligt word voorgedragen en als niet meer dan Rd:s 200:-:- hebbende bedragen voor elk Persoon die zig in dat geval had Schuldig gemaakt (: tot hoedanige Som de fiscaal buijten qualificatie vermag te composeeren :/ zonder dat daarby zoude zijn bereekend geweest Rd:s 2400:-:- tot Schadeloosstelling voor de Compag:ie wegens het verkogte Touw werk, gelyk men zulks nogtans geattesteerd vind in de Verklaringen van voorm: Rogge en Van Velden, zoo dat deeze dispositien als elkanderen Contradiceerende, des te minder Kunnen worden gebeezigd om in deezen een voldoende bewijs te effectueeren.’

‘Dat alverder wel volkomen consteerd het niet actioneeren van den Gezaghebber Valkenburg enden Sergeant Stoffberg wegens de faiten aan dezelve te laste gelegd, en hiervoren vermeld, en er ook wel eenige grond tot præsumtie is, dat de Fiscaal van Lynden altans omtrend eerst gem: eene ongeoorloofde inschikkelijkheid zal hebben gebruikt, maar dat, vermits nergens beweezen is, dat de fiscaal Van Lynden kennisse heeft gedragen dat de voorsz: Faiten waarlijk door die Persoonen zouden zyn geperpetreerd, en daarvan voldoende bewyze zoude hebben kunnen inwinnen, eene enkelde Presumptie met geen billijkheid als voldoende Kan worden geoordeeld, om hem deswegens (: en zulks onverschoond :/ te veroordeelen; dat wel door de Verklaringen van den Burgers Christiaan Caroets, Hendrik Jacob Welchers, en Jacobus Johannes van den Berg tot eene groote trap van waarschijnlijkheid is gebragt, dat de militairen van Wurtemberg geweldadige Visitatien hebben gepleegd in de huijzen van den eerst en laatstgem: en dat de fiscaal Van Lynden niet actief is geweest om zulks tegen te gaan, maar dat hij egter om deeze zaaken tot de vereischte Klaarheid te brengen, daarop zoude moeten worden gehoord, het welk door deszelfs retraite uit dit Land, onmogelijk is geworden, welke remarque insgelijks haare applicatie vind, omtrend de hem te laste gelegde inactiviteit, omtrend het langduurig arrest van den Sergeant Kontze, en het niet ontdekken en apprehendeeren eener bende Huijsbraakers en Vagebonden, mistg:s de mishandeling waarover de Burger Koch zig heeft beklaagd, dog dat niet te min alle deeze zaaken gevoegd by die welke voor volkomen beweesen Kunnen worden gehouden, overvloedige gronden opleeveren, om de continuatie van meermelden Van Lynden in deszelfs Post van Independent fiscaal, als ten uittersten ongeraden en Schadelijk te doen oordeelen, waaromtrend dan ook, zoo om die als om meer andere reedenen door Commissarissen Generaal aan derzelver Hooge Committenten de nodige representatien zullen worden gedaan, met toezending van Copie van het voorsch:r Vertoog en Bijlaagen, ten einde daarvan ten opzigten van meerm: zig in Europa bevindende fiscaal Van Lynden zodanig verder gebruik te Kunnen maken als Hoogst dezelve zullen oordeelen te behooren, zonder egter reflexie te slaan op het daartoe gedaan verzoek door den Burger Krijgsraad, als waartoe dezelve is geweest ten eenemaal onbevoegd.’

‘Dat laatstelijk als van alle grond ontbloot moet worden beschouwd de aanleijding, tot Klagten tegens den fiscaal van Lijnden, welke de Burgerkrijgsraad genomen heeft uit de visitatie door den Onderschout Matthyssen gedaan in het Huijs van den Majoor Fischer - het niet overbrengen in de Armen Kassa eener Boete van Vyftig ducatons, door den fiscaal Van Lynden genoten van den Landbouwer Barend Beukes, wegens gepleegde injurie aan den Burger Brandmeester Andries Brink - en de compositie door meergem: fiscaal aangegaan met de Landbouwer Johannes Pieterssen voor eene Somma van Rd:s 1500:- ter zaake deeze getragt had eenen in zijn dienst Staande Hottentot, die in ‘t Huijs van voorm: fiscaal gevlugt was, van daar te haalen.’

‘Dat met relatie tot de voorsch:r Visitatie gedaan ten huijze van den Majoor Fischer, door gem: Fischer bij de beantwoording der interrogatorien waarop hy te dier zaake voor den Raad van Justitie is gehoord en door hem met Solemneele Eede is bekragtigd, woordelijk is gedeclareerd “dat de Schout Matthijsen uit naam van den fiscaal Van Lijnden by hem gekomen was, met vriendelijk verzoek of hij wel wilde Permitteeren dat in deszelfs combuijs de Vloer op genoomen en gevisiteerd worden wijl er onder een klip Twee Koussen met Spaansche Matten zouden begraven zijn, en dat in een dezelve Koussen, twee à drie gekapte Spaansche matten zig zouden bevinden. “’

‘“Dat hij daarop aan gem: Matthyssen ten andwoord gegeeven had: zegt aan den Heer Independent Fiscaal, dat vermits ‘er reeds op eene brutale wijze bij mij gebroken en gestoolen is, het mij zeer lief zoude zijn wanneer men daardoor iets konde ontdekken, en met plaisier wil laaten visiteeren: met byvoeging ik heb twee Combuijzen, dog in geen van bijden legd een klippen Vloer, en ‘er heeft ook nooit zodanige Vloer in gelegen: mogelijk zal het in eene van mijne huur huijzen moeten weezen; het geen voorm: Matthyssen beandwoord had met te zeggen:Ik heb ordre by de Majoor Fischer. “’

‘Dat hieruit dierhalven op eene onwedersprekelyke wyze consteerd dat de voorsz: visitatie is geschied met volkomen toestemming van den Majoor Fischer, dus in deezen van een directe applicatie is de bekende Regel in regten volgens welke aan niemand onregt ofte belediging geschied door eene daad waarin hy vrijwillig toestemd.’

‘Dat even zoo min ten lasten van den Fiscaal Van Lijnden kan worden gebragt, dat door hem niet in de Armen Cassa is overgebragt de Boete van Vyftig Ducatons, door hem genooten van den Land bouwer Barend Beukes, alzo nergens blijkt dat de armen Cassa op die Boete eene wettige aanspraak maken kon.’

‘Dat ook niet aan den fiscaal van Lijnden als eene misdaad kan worden geimputeerd de getroffe Compositie met den Landbouwer Pieterse hiervoren omschreeven alsoo de daad als daad van gem: Pieterse door met geweld in ‘t huijs van voorn: Fiscaal intedringen zeekerlijk correctie meriteerde, dat egter deeze Correctie met regt heeft kunnen vatbaar geoordeeld worden voor eene Compositie, en dat laatstelijk de getroffe compositie voor de Somma van Rd:s 1500:- :- moet gepresumeerd worden van de zyde van voorm: Pieterse te zyn geweest eene vrywillige daad alzo er geene bewijzen zijn van het tegendeel, nemaar dezelve op behoorlijke qualificatie en ten overstaan van den Regter zijn beslag heeft verkreegen.’

‘Dat eindelijk omtrend het eenige nog overblyvende poinct bij het voorsch:r Klagtschrift voorkomende, dat namentlijk de Fiscaal Van Lynden het Raadslid Le Suëur en den Burger Vaandrig Nelson heeft Suspect gehouden van den Capitain Lieutenant Rogge te hebben gecorrumpeerd door van hem eene Verklaring uit eenigen Respecte van VriendSchap te vorderen, aan Commissarissen Generaal van zodanige corruptie in geenen deele is gebleeken en overigens aan voorn: Raadslid Le Suëur en Burger Vaandrig Nelson vrijStaat om wanneer zij zig ten dien opzigte door den Fiscaal van Lynden beleedigd oordeelen, hunne actie desweegens te institueeren daar en zo ‘t behoord, als zijnde zulks geen opject tot eene Politieke Dispositie.’

‘Dat wat aangaat het gedrag door denad interimFiscaal Deneys betrekkelijk het voorsch:r Klagtschrift en het onderzoek waarmeede hij desweegens is gechargeerd geweest, Commissarissen Generaal met veel ontStigting vernomen hebben en ten hoogsten afkeuren, dat hijad interimfiscaal ten tyde hij door de Regeering met het gemelde onderzoek is belast geworden, niet gedeclareerd heeft, tot het opstellen van het gem: Klagtschrift de hand te hebben gebooden, en zig op dien grond van dat onderzoek geexcuceerd, als niet bezittende die onzydigheid welke altans in iemand die het regt van den Hoge Overigheid tegens eenen beschuldigen zal waarneemen vereyscht word, en welke de Regeering in hem moest hebben verondersteld, wanneer zij hem het voorschr: onderzoek heeft opgedragen.’

‘Dat Commissarissen Generaal niet minder onvergenoegd zijn dat hijadinterimfiscaal niet Spoediger van zyne bevinding heeft Rapport gedaan, en dit een en ander door Commissarissen Generaal aan voorm:dad interimfiscaal zal worden voorgehouden’

‘Dat hoe onvoorzigtig en voldoende het gedrag van gem:ad interimFiscaal in die beijde opzigten ook moge zyn geweest, egter aan de andere zijde aan Commissarissen Generaal geene de minste blijk is voorgekomen dat hijadinterimFiscaal zig in deezen aan eenige kwaade trouwe of opzettelijk pligt verzuijm zoude hebben Schuldig gemaakt, dat het eene zeekere waarheid is, en die zig in deezen ook door de uitkomst vind bevestigd, dat het eene geheel andere zaak is, om op grond van een meenigte bij een gevoegde en elkander versterkende gebeurtenissen het Schadelijke van iemands caracter en bestaan te betoogen, dan om als waarneemende het regt van de Hooge Overigheid elk van dezelve afzonderlyk beschouwd te brengen tot die trap van bewijs, welke in regten word gevorderd, dat ook het vertrek van den Fiscaal Van Lynden zulks omtrend zeer veelen der Poincten in het gem: Klagtschrift voorkomende onmogelijk heeft gemaakt terwijl die Poincten welke voor beweezen Konden worden gehouden juijst waaren van zodanigen aard, dat de Dispositien omtrend dezelve alleen van de Vergadering van 17:en of wel Commissarissen Generaal konden afvloeyen; waaromtrend dierhalven het Officie fiscaal verder met geen Vrugt werkzaam kon zijn.’

‘Dat ook met geen de minste grond bij het voorsch:r Vertoog aan meerm: ad interim fiscaal is te laste gelegd eene Compositie door hem met den Gezaghebber Valkenburg getroffen, voor eene Somma van Rd:s 2000:-:- alzoo een Officier van alle aanspraak in die gevallen behoord te weezen bevrijd, wanneer zodanige compositie is geschied met Kennis en goedkeuring van den wettigen Regter, die gesteld is om zulks te onderzoeken en te beoordeelen, vrywilllig van de zijde van den beschuldigde, en dezelve niet laboreerd aan gebreeken, die ze in zig zelven nul en onbestaanbaar maaken; aan alle welke vereijschtens de voorsz: Compositie den toets Kan Doorstaan.’

‘Ordonneerende en beveelende Commissarissen Generaal dier halven, dat de Klagten voor Komende bij het meergem: Berigt van den Burger Krijgsraad, met alle de gevolgen en aankleeven van dien, door de onderscheide Dispositien in deesen genoomen en in afwagting van het effect der repræsentatien door Haar te doen aan Haare Hoge Committenten omtrend den Independent fiscaal van Lijnden, zullen worden gehouden voor afgedaan.’

‘Wijders in overweging genoomen zynde het voorschr: verzoek van de Burger krijgsraad, dat de dienstdoende officieren, wanneer zij zig van hun Eed en pligt dequitteeren als ‘t behoord, niet aan de Poursuites en onregtmatige Proceduures van den fiscaal Independent mogen blootstaan, en gelet op den inhoud van de Resolutie van den Raad van Politie in dato 16 Aug:s 1791: op dit Suject genoomen.’

‘Is goedgevonden en Verstaan mits deezen te Verklaren, dat gelijk niemand wie hij zij, en dus ook geen Burger Officieren, behoord te zijn exponeerd aan onrechtmatige pourSuites en Vexatien, daartegen zoo door de Regeeringe als door den Raad van Justitie, als daartoe wettiglijk geconstitueerd, ten allen tijde zorgvuldig zal worden gewaakt, dog dat aangezien aan de Burger krijgsraad geene judicatuure competeerd, nog volgens de beginzelen eener wel ingerigte Regeeringe kan competeeren, dan voor zoo ver die aan haar bij derzelver Instructie is opgedragen in huijshoudelijke zaaken van gering aanbelang, de Burger Officieren in alle andere zaaken, even als alle Ingezeetenen deezer Colonie gehouden zijn te regt te Staan voor de Raad van Justitie deezes Gouvernements, als zijnde hunnen Competenten Regter.’

‘En zal Extract deezes gezonden worden aan den Gezaghebber beneevens den Politicquen Raad, met last om daarvan eene geauthentiseerde Copie te doen geworden aan den Burger krijgsraad, tot derzelver informatie en narigt, en met recommendatie om zig bij vervolg Stiptelijk te houden binnen de Paalen haar bij derzelver InStructie voorgeschreeven’

’(: was geteekend:/ S: C: Nederburgh’

‘Accordeert met voorsch:r Resolutie,’

’(: geteekend:/ Ed:d Daniels.’

Zoo is verstaan voorloopig van beijde de bovengem: in duplo ontfangene Extracten uit haar HoogEdelheedens Resolutien van den 14 deezer overeenkomstig Hoogstderzelver daarbij gemanifesteerde begeerte, een der afschriften ondergeleide eener expresse Missive directe uit de Vergaderinge aan den zig thans geconvoceerd bevinden Burger krijgsraad te Suppediteeren, en aan den Heere Collonel Gordon als Præsident van gem: Krijgsraad op te dragen om de inhoude derzelve dadelijk aan de verdere Leeden van dien kennelijk te doen worden, mistg:s van het laatste dier beide Extracten vervolgens ook een authenticque Copij te doen ter handen Stellen aan den Rade van Justitie deezes Gouvernements, ‘t een en ander onder Serieuse Recommandatie zoo aan evengenoemde Raade van Justitie, als aan den Burger Krijgsraad om zig voorthaan respectivelijk Stipte naar het geen daarbij is voorgeschreeven te gedragen, mistg:s om in opvolging van Haar HoogEdelheedens last en ordre van de uitspraak door Hoogstdezelve gedaan over het beswaar des Krijgsraads nopens de Passagie voorkomende in de Sententie bij den Rade van Justitie in de Zaak den Vaandrig Nelson concerneerende geslagen, bij hunne Resp:e Notulen aanteekeninge te dog houden: zullende wat betreft de verdere Poincten bij de voorsz: Brieven en daartoe Specteerende Extracten voorkomende, dezelve in nadere overweging werden genoomen, om alsdan daarop conform den aard der zaaken te werden beslooten.

Ondertusschen geprocedeert zynde tot de resumptie eener vroegere Missive van Heeren Commissarissen Generaal dedato 7 deezer, waarbij Hoogstdezelve berustende in de redenen door deezen Rade geallegueerd bij haare onder den 5:e bevorens aan Haar HoogEdelheedens gerigte eerbiedige Letteren, waarop het niet mogelijk is geweest zoo gedetailleerd op tegeeven het voordeel hetwelk voor de Compagnie zoude resulteeren uit eene verdere Simplificatie van ‘t Dispens als Hoogstdezelve zulks wel hadden verlangd, verklaren in ‘t algemeen door de voorsch:r reedenen welke deezen Rade op dat onderwerp bygebragt heeft gehad versterkt zijn geworden in ‘t begrip dat de vermindering van omslag uit de voorsch:r Simplificatie zullen voortvloeijen noodwendig van voordeelige gevolgen voor SComp:s finantien zal moeten zijn, vooral wanneer de beijde Administratien van het Dispens en Negotie Pakhuijs werden in een gesmolten en voorthaan beheerd door een onderkoopman als Dispencier en Pakhuijsmeester, daarin geadsisteert door een Boekhouder, nadien alsdan door dees Schikking een Boekhouders dienst voor de Compag:e zal werden geprofiteerd, om welk een en ander Haar Hoog Edelheedens den Rade dan ook qualificeeren om op dien voet tot de voorsz: Simplificatie maar dadelyk te mogen overgaan.

Dat Haar HoogEdelheedens goedkeurende dat de Koorn Maguazynen van de Compagnie blijven onder het inmediate opzigt van een Lidt van den Raad, en gevolglijk voor eerst onder dat van den Heere van Reede van Oudtshoorn, onder den Titul van Administrateur derzelve maguazijnen, aan denzelven dierhalven in die qualiteit zullen moeten worden gevalideert de ordinaire Præcentos voor Spillagie, tot dus verre door hem genoten.

Dat welgem: Haar HoogEdelhedens verder, uit aanmerking dat nu ook door de in een Smelting der beijde voorsch:r Administratien de Bediening van Pakhuijsmeester afzonderlijk beschouwd dadelijk komt te cesseeren goedgevonden hebben, dat aan den de voorsch:r Post dus verre bekleed hebbende Salomon van Echten deszelfs levenlang geduurende door den nieuw aan te Stellene Dispencier en Pakhuijsmeester of desselfs Successeuren in der tyd zullen werden uitgekeerd voor de helft de revenuen welke door hem uit hoofde van de bijvoeging der Administratie van het Negotie Pakhuijs tot die van ‘t Dispens zullen worden genooten.

Dat Haar HoogEdelheedens alwyders niet zonder Surprise hebben gezien dat hoezeer Hoogstderzelve verwagt hadden, dat navolgens de gedaane requisitie in Steede van den Postmeester Bergh (: als ‘t zeedert op eene andere wijze geplaatst zijnde :/ een andere bekwaam Subject, hebbende de qualiteit van Onderkoopman tot de gem: Bediening zoude zyn geproponeert, deezen Rade daartoe aan Haar HoogEdelheedens, den Boekhouder in ‘t Negotie Pakhuys Arend de Waal is komen voor te stellen.

Dat meerwelm: Haar HoogEdelheedens dan ook om die en ander reeden breeder by de gem: Missive gedetailleerd, Schoon niet ongeneegen om uit hoofde van het favorabel getuigenis door deezen Rade van voorm: De Waal gegeeven op denzelven bij voorkomende convenabele gelegendheid een gunstig reguard te Slaan hebben goedgevonden te persisteeren bij Hoogstderzelver voorneemen tot menagement voor de Compagnie tot de voorsch:r Bediening te dispicieeren een der zig alhier in een ruijm aantal bevindende onderkooplieden, en dierhalven tot Dispencier en Pakhuijsmeester aan te Stellen den Onder Coopman en Hoofd van ‘t Guarnisoens Comptoir Cornelis Cruywagen en om denzelven in de voorsch:r gecombineerde Administratie als Boekhouder te adsisteeren den voorm: Boekhouder Arend de Waal, met reserve aan zig om in de daardoor openvallende Post van Hoofd van ‘t Guarnisoens Comptoir nader te voorzien

Zoo is, om ingevolge de bij voorsch:r Missive door Heeren Commissarissen Generaal daartoe verleende qualificatie als nu tot Stand te brengen de aan Hoogstdezelve voorgestelde verdere Simplificatie van d’ administratie van ‘t Dispens, in diervoegen; dat dezelve Administratie voorthaan met die van’t Pakhuijs te zaamen gevoegd behoorlijk zal kunnen werden beheerd op den Voet en wijze hiervoren beschreeven en bij Haar HoogEdelheedens vastgesteld, mitsgaders omme tevens de nodige executie te geeven aan Hoogstderzelver verdere dispositien goedgevonden en Verstaan,

Dat te reekenen niet het afloopen der Presente maand Maart, nu ook zullen moeten Cesseeren alle de verstrekkingen van Provisien welke aan de gemeenen Dienaaren die op de onderscheijdene buiten Posten en elders, zoo als men het noemd, vast beschijden zijn tot nog toe gedaan, zijn geworden, omme te werden geremplaceert in gelde, met uitzondering egter der navolgende als militeerende daartegen de ondergenoemde Consideratien, te weeten -

Eerstelijk het Volk op de Lands Boots beschijden, nademaal deeze Lieden altoos D’eerste ordre gereed moeten zijn om met de gem: Vaartuigen onder zijl te gaan en togten te doen, welke zom wijlen een geruijm getal dagen Kunnen duuren, en dus niet wel van hem Kan werden gevergd zig met het inkoopen van hunne Randzoenen, meestäl uit ordinaire Scheeps Provisien bestaande te bemoeijen.

ten Tweeden de Posthoudende Manschappen in de Baay fals , aangezien de toelage in Geld, welke men deeze Menschen zoude Kunnen geeven anderzints tot ‘S Maatschappys Præjuditie veel hoger zoude moeten genomen werden als het bedragen der Randzoenen bij hun in natura genooten werdende komt te rendeeren, dewijl alle Leevensmiddelen in gem: Baay veel duurder zijnde, dan hier aan de Hoofdplaatze, notoir door dezelve ook meer g’impendeert zoude moeten werden om die te verkrygen wanneer zij dezelve aldaar zouden moeten inkoopen.

ten Derden de Slaven der E Comp:ie, de Scherpregter, den OnderScherpregter, de Kaffers zoo hier als in de buijten Districten mitsg:s de Bandieten welke zig ter deezer Hoofdplaatze en ten Robben Eijlande bevinden, om dat men alle deeze Menschen geen geld in handen zou durven geeven om zig het leevens onderhoud daarvoor te verzorgen, uit vreeze dat hetzelve Kwalijk zoude werden besteed, en dat wanneer het bedragen hunner Randzoenen wierd afgegeeven aan de geenen die ‘t opzigt over hen hebben, deeze zig Dikmaals bij Schaarsheid, dan wel duurte aan Leevensmiddelen buyten Staat zoude Kunnen vinden gesteld hen van het nodige voedzel te voorzien

ten Vierden de Reconvalescenten aan de Linie, waarvan boven de zo evengen: inconvenienten de betaaling ook zeer difficiel zoude zijn, alzoo eenige Dienaaren uit het Hospitaal derwaards gaande Slegts eenige Dagen aan de Linie verblijven om vervolgens op de Scheepen, dan wel ergens elders te worden g’Emploijeerd.

ten Vijfden alle Militaire Commando’s zonder onderschyd, dewijl de militairen ten deezen Gouvernemente geen Randzoenen genietende als wanneer zij buijten de Caap gecommandeert werden zig onmogelijk door inkoop Spoedig genoeg zouden Kunnen voorzien van alles wat zij gewoon zyn tot levens onderhoud uit ‘S Comp:s Dispens t’ontfangen, dan, wanneer zij op d’ eerste ordre paraat moeten zijn om te Kunnen uitmarcheeren - en ten

Sesden de Impotenten en verdere Persoonen in het Hospitaal beschijden en aan het zelve geaffecteert, vermits tot alimentatie der zieken tot nu toe altoos verstreckt zijn en ook aller noodzaakelijkst vereischt werden, onderscheijdene uitheemse behoeftens waarvan men zig niet zou kunnen verzeekeren regulier te zullen Kunnen worden voorzien zonder dezelve Direct voor Reekening der Maatschappy uit Patria en Indien te Petitioneeren.

Dan alle welke Dienaaren en Departementen de verstrekkingen der Randzoenen en in natura dierhalven als vooren zullen Continueeren.

Dan nadien by nagaan van ‘t geen aan d’ overige gemeene Bezoldigingen tot nu toe maandelijks ter hunner Subsistentie zoo aan Dranken en Provisien als aan Kostgeld is bekostigd geworden bevonden is, dat dezelve niet alle op een gelijke Voet zijn gesteld, alzoo eenige enkeld Kostgeld en Brood hebben genooten, andere weederom alleen Kostgeld, en nog andere onderschijdene Randzoenen van Vleesch, Brood, Erwten, Boonen, Ryst, Meel, Brandewijn, Arack, Azijn, Peeper ensz:, waarbij zommige meede Kostgeld hebben getrokken en andere weederom niet, en hierdoor de onkosten van het onderhoud dier onderschydene Dienaren bedragen van Vier en een halve tot Vyf en Drie quart gulden p:r maand buijten en behalven het Vleesch en Brood door hen in voegen voorsch:r genooten welke onevenredigheid zeer Schadelijke gevolgen zoude hebben Kunnen veroorzaaken wanneer de gem: onderschydene gemeene Dienaren hadden bezeeten het bezef en de vermogens om te Kunnen nagaan en bereekenen het bedragen van ‘t geen een ijder hunner kwam te genieten, alzoo uit deeze ongelijke bezorging alsdan zeer natuurlyk tusschen menschen van Schier een en dezelfde Classe en eenen Heer dienende, Jalousie zoude zijn ontstaan, tot wegneeming dier ongelijkheid, het voorsch:r de domagement in geld voor de ged: Randzoenen aan alle de overige gemeene Dienaren welke die Randzoenen tot nu toe genoten hebben, bij vervolg boven en behalven het Brood en Vleesch aan hem verstrekt werdende maandelijks zal werden betaald met Twee en Drie Agtste Ryxd:s ofte Negentien Schellingen en voor elk hoofd, en zulks onder de benaming van Kost en Randzoengeld, mitsg:s aan de Baazen of andere Opzigters die op zeekere Posten het gezag over de aldaar beschijdene mindere Dienaren voeren, met Twee Ryxdaalders boven hun gewoon Kostgeld, omme d’ een en andere zig daarvoor nu Voorthaan in alles zelve het nodig onderhoud te verzorgen

Dat voorts, insgelijks te beginnen met p:mo April aanstaande zal moeten ophouden de tot nog toe gedaane verstrekkingen uit het Dispens van Zout, Traan, Olyven Oly, Wax Kaarssen en Cattoen aan ‘t Bataillon en andere Posten, en daarvoor betaald een Equivalent aan Contanten, zodanig bereekend, dat de evenopgenoemde voorheen verstrekte benodigdheeden daarvoor zullen Kunnen werden ingekogt, welke bereekening den Negotie Ovedrager Casparus van Eerten bij deezen gelast werd dadelijk te formeeren en voor het uit einde deezer lopende Maand Maart ter approbatie aan deezen Rade in te dienen.

Dat te gelijker tyd ook zullen moeten ontworpen en ter goedkeuringe in Rade gepræsenteerd werden de concepten van zodanige Conditien als waarna men op de meest avantagieuste wijze aan den minst eyschende zoude kunnen aanbesteeden

Eerstelijk de Leverantie van de benodigde Gordt zoo voor ‘t Hospitaal en de passeerende Scheepen als ter voldoening der Indische Eysschen - bij welk perceel onder anderen meede zal moeten werden gestipuleerd dat aan den aanneemer ten zijnen gebruike zal werden afgestaan ‘S Comp:s Water Pelmolen in dit Kaapse Vlek geleegen op zodanige conditien als waarop de andere Water Molen aan den Aanneemer der Leverantie van ‘t Brood Biscuyt en Meel voor S Comp:s ommeslag ten deezen Gouvernemente gecedeert is geworden.

ten Tweeden de Leverantie van het vereijscht werdend zout Vleesch en Spek voor S Comp:s Scheepen onder zodanige Conditien en bepalingen als waardoor men zig verzeekert zal Kunnen houden, dat de Compagnie van goed deugdzaam Vleesch en Spek zal worden voorzien en dus voor altoos g’excuseert blijven de Eyschen van Vleesch en Spek uit Patria

ten Derden de Leverantie van de Boter die voorthaan nog tot randzoenen aan eenige Dienaren alhier beschyden en aan het Hospitaal zal moeten werden verstrekt, waardoor de Eijsschen van Vaderlandsche Boter almeede zullen Kunnen werden g’excuseert.

Om van dezelve Articulen uit aanmerking van de nog aan handen zijnden voorraad de fournituuren van de Gordt en Boter eerst een aanvang te neemen met Primo September deezes Jaars dog van het Vleesch en Spek daar en tegen met den Eersten July aanstaande - en

Dat voorts vermits den Voorwaards geciteerden aanneemer van de Leverantie van ‘t Brood Arend van Willigh hierover ondertast zijnde daartoe allezints geneegen getoond heeft bij ampliatie der Conditien en voorwaarden waarop hij de evengem: aanneeming heeft gedaan, aan denzelven zal werden aanbesteed de bezorging van het Meel het welk als nog tot de verstrekking van Randsoenen werd vereijscht, ende zulks voor zo lange het contract door hem met de Comp:ie aangegaan nog duuren zal, tegens 3 Rd:s voor de 160 lb zijnde dezelfde Prys waarvoor dat Articul aan de gequalificeerde Dienaren is bereekend geworden bij gelegendheid dat hunne afgeschafte Randsoenen in gelde zyn geremplaceert; Zullende vervolgens na d’ expiratie van dat contract bij de nieuwe aanbesteeding welke daarna geschieden mogt, in de Conditien zelve werden ingelijfd de verpligting dat den aanneemer van het Brood, ook dit Meel zal moeten fourneeren, en alsdan de minstmogelijkste Prys daarvoor werden bedongen

Dat om het dispens waarin door dit een en ander alleen zulllen overblijven zodanige Articulen als tot benodigdheeden voor de Scheepen mitsg:s tot het doen der Verstrekkingen aan ‘t Hospitaal, de Linie en verdere bereids genoemde Posten en Persoonen vereijscht zullen werden, gelijk meede de Peeper, Coffy, Boonen, Zuijker en Catoene gaarns, waaromtrend de Maatschappij den uitsluijtende handel aan zig heeft gereserveerd, en eijndelijk de Erwten en Bonen ter voldoening der Eysschen welke Jaarlijks van Batavia en elders uit Indien werden gedaan, aldus gesimplificeert en afgeschijden van de Graan maguazijnen, dewelke navolgens de beschikking van Heeren Commissarissen Generaal als voren zullen blijven onder het toeverzigt aan den Heere Van Reede van Oudtshoorn t’ incorporeeren in en te zaam te voegen by ‘t Negotie Pakhuijs, mitsgaders alzoo in een gesmolten te brengen onder de Administratie van den nieuw aan gestelden Pakhuijsmeester Cornelis Cruijwagen en der hem ter adsistentie toevoegden Boekhouder Arend de Waal, beijde dezelve Administratien dadelijk zullen moeten werden opgenomen door den Onderkoopman Jan Pieter Baumgardt en den Boekhouder van S Comp:s Equipagie Pakhuijzen Johannes Petrus Truter, en overgegeeven aan gem: Cruywagen bij welke gelegendheid dan ook het Gebouw waarin tot dus verre eijgentlyk het Dispens is gehouden, zal moeten werden g’evacueert en de zig, in hetzelve bevindende Articulen overgebragt zullen moeten werden in ‘t Negotie Pakhuijs om dat Pakhuys beneevens de Zolders waarop tot nu toe de Ryst, Boonen en Erwten zijn geborgen, mistgaders de ten deezen Casteele zijnde Klyne Kelders en Hokken voor d’ oplegging van ‘t gezoute Vleesch en Spek, gelijk ook van d’ olij gediend hebbende voorthaan de voorsch:r te zamen gevoegde Administratie uit te maaken.

Dat wyders ten eijnde voorn: Cruijwagen Stiptelyk nakome de Verpligting waaronder Heeren Commissarissen Generaal hem hebben gelieven te leggen met opzigt tot de uitkeering van de helft der Revenuen welke de zamen voeging van ‘t Pakhuijs aan ‘t Dispens hun Staat aan te brengen in faveure van den geweezen Pakhuijs meester Salomon Van Echten, en gem: Van Echten tevens werde g’informeerd van de voorsz: gunstryke dispositie door wel opged: Haar HoogEdelheedens in deezen op zijn Sujet genomen, aan beijde dezelve de nodige Extracten uit dit Besluit zullen werden gesuppediteerd om te Strekken tot derzelver informatie en narigt.

en dat Laatstelijk gelijke Extracten zullen werden afgegeeven aan ‘t Hoofd en Visitateur der Soldijen Clement Matthiessen en aan den Negotie Overdrager Casparus van Eerten van de Passages concerneerende het ontstlag van evengem: Van Echten als Pakhuijsmeester ende weder aanstelling van den Onder Coopman en hoofd van ‘t Guarnisoens Comptoir Cornelis Cruywagen tot Dispencier en Pakhuijsmeester gelijk meede van den Boekhouder in’t Pakhuijs Arend de Waal tot Boekhouder in de voorschr: nu evengen:de gecombineerde Administratie, mitsg:s van het toegelegd Equivalent in gelde aan de gemeene Dienaaren der E Comp:ie voor de bij derzelve tot dus verre genoten geweest zijnde Randzoenen om zig Respectivelik een ijder in den zynen na deeze Haar HoogEdelheedens dispositien te reguleeren, en te zorgen dat dezelve behoorlyk effect Komen te Sorteeren.

Maar nadien den Heere Van Reede Van Oudsthoorn bij dees occagie komen te declareeren, dat zijn Ed: ‘S volgenden daags na den ontfangst der voorsz: nu geresumeerde Missive van Heeren Commissarissen Generaal en gevolglijk inmediate na dat aan hem Heere van Oudtshoorn daaruit kennelijk geworden was Haar HoogEdelheedens hiervoren beschreevene dispositie waarbij de Koorn Maguazijnen der E Comp:ie zijn gelaten onder d’ Administratie van zijn Ed: en daarvoor aan hem gevalideert d’ ordinaire Procentos zig bij welgem: Haar HoogEdelheedens hadde vervoegt om aan Hoogstdezelve zijnen verschuldigden dank te betuigen voor de voorsch:r gedeeltelyke concervatie van de bij hem beheerd geweest zynde Administratie, dog dat hy Heer Van Oudtshoorn als toen teffens aan Heeren Commissarissen Generaal hadde te Kennen gegeeven niet om heen te mogen om aan Haar HoogEdelheedens voortedragen, dat hij zig zelven in den hoogsten graad ongelijk zoude moeten zyn en by Hoogstdezelve Suspect doen worden ingevalle hij zonder daartegen de vereyschte repræsentatien te doen kwam te berusten in d’ afschrijving welke Haar HoogEdelheedens hadden goedgevonden hem op ‘t onder zijn directie blyvend Koorn toe te leggen, nadien zulx zoude involveeren eene Stilswijgende bekentenisse dat men met eene afschrijving van 2 1/2 en 3 PrC:t op ‘t voorsch:r Koorn volstaan zoude Kunnen om daarin vergoed te vinden de Schaden en ‘t Verlies het welk men gewoonlijk op dat Graan zoo door Spillagie bij de bewerking als anderzints komt te lijden daarnavolgens de bereekening zijner Suppoosten op wien hij zig in deezen had moeten verlaten, door hem Heere van Oudsthoorn aan Haar HoogEdelheedens opgegeeven was geworden in den tijdverloop van een rond Jaar, daarop wel Vier ten Hondert te werden verloren, met bygevoegd verzoek, dat terwijl hij Heere van Oudsthoorn dees Haar HoogEdelheedens dispositie moeste toeschrijven aan het denkbeeld waarin men Hoogstderzelve hadde gebragt, als of de Tarw in de Maguazijnen opgeslagen, wel verre van eenige diminutie t’ ondergaan, integendeel door uitdijing, kwam te vermeerderen, en het tegendeel daarvan thans zeer gemakkelijk zoude Kunnen werden nagegaan, alzoo de verstrekkingen in gewigte bereids met Primo January deezes Jaars zijnde komen op te houden, daarvoor thans gesubstitueerd was den ontfangst en weder uitrijking bij de maat, het mistdien van Hoogstderzelver welbehagen mogte zijn aan hem Heere Van Oudtshoorn de voorsz: Ordinaire afschrijving niet te valideeren, maar te beveelen, dat onder Ult:o Augustus aanStaande zal moeten geschieten eene Generale nameeting van al het Koorn het welk zig als dan nog in de Maguazynen der E Comp:ie restant zal bevinden, ten einde door zamenvoeging van dat Restant met het bedragen der verstrekte en Verzondene Kwantiteiten de ware Spillagie te kunnen vinden om die dan bij de Boeken te werden afgeschreeven; en dat meerm: Haar HoogEdelheedens hierop hadden gelieven te andwoorden dat hij Heere van Oudsthoorn dit een en ander ter Kennisse van deezen Rade behoorde te brengen, op dat dezelve zulks geraaden oordeelende daarover aan Hoogstdezelve zodanige voordragten zoude Kunnen doen, als zoude bevinden te behoren.

Zoo is dan alwyders geresolveerd, dat vermits welopgem: Heere Van Reede van Oudsthoorn bij de Communicatie van ‘t gunt voorsz: is, teffens is komen t’ insteeren, dat om de reedenen door Zyn Ed: aangehaald, deszelfs voorsch:r aan Heeren Commissarissen Generaal gedaan verzoek ‘S Raads weegen mogte geappuijeert werden het gem: Verzoek dierhalven door deeze Regeering bij eene Missive aan Haar Hoog Edelheedens zal werden voorgedragen, met instantie dat Hoogstdezelve van die goedheid gelieven zijn daarop te disponeeren conform het verlangen van dikwils gemelde Heere van Reede van Oudsthoorn dan wel zodanig anders als Haar HoogEdelheedens zulks best Strookende met Hoogstderzelver intentien zullen oordeelen.

Hierna is geleezen een Vierde Missive van Heeren Commissarissen Generaal twee dagen later als de vorige ofte op den 9 deezer geschreeven, eenelijk ingerigt om te dienen ten geleide van een Extract uit de Resolutien onder evengemelde datum op eene Copieelijk daarbij gevoegde Memorie door het Lidt in den Rade van Justitie Ryno Johannes van der Riet aan Haar HoogEdelheedens gepræsenteerd, mitsg:s van een Tweede Extract uit de besluijten op den 2:e bevorens bij Welgem: Haar HoogEdelheedens gevallen nopens de Rang tusschen gem: Van Riet en den Jongst tot meede Lidt in voorsch:r Justitieelen Rade aangestelde tegenswoordige Secretaris der Weeskamer Willem Stephanus Van Ryneveld bij de zitting in het ged:e Collegie t’ observeeren luijdende dezelve Extracten woordelyks aldus -

‘Extract uit de Resolutien van de HoogEdele Heeren Commissarissen Generaal over Nederlands Indie en Kabo de Goede Hoop, genomen In ‘t Casteel de Goede Hoop’

‘Saturdag den 9:e Maart 1793’

‘Bij resumptie gedelibereerd zijnde op de Memorie aan Commissarissen Generaal gepræsenteerd door Rijno Johannes Van der Riet, houdende in Substantie, dat hij Suppliant in de Maand September 1791 door de Regeering deezer Plaatze, uit hoofde van de debile toestand van den Secretaris der Weeskamer Tobias Christiaan Rönnenkamp, aangesteld zynde tot Adjunct Secretaris derzelve kamer, zig terstond met allen ijver had toegelegd om de zaaken van gemelde Kamer, welke hij al ras ontwaarde, dat zig in een verwarde toestand bevonden, weederom in eene geregelde ordre te brengen.’

‘Dat intusschen op bevel van Commissarissen Generaal eene Commissie benoemd zijnde tot onderzoeke der zaaken van voorm: Kamer, wel had verwagt dat (:aangezien de Korte tyd welke hij Suppl:t in voorsch:r Bedieninge was gesteld geweest:/ geen zeer favorabel Rapport deswegens zoude kunnen worden uitgebragt dog geenzints dat zulx die nadeelige influentien zoude hebben voor hem Suppliant, als hij zeedert ondervonden had, dat zulks bij Commissarissen Generaal had veroorzaakt.’

‘Dat de Suppliant zulks daaraan toeschrijvende, dat ter zelver tijd dat het voorsch:r Rapport was ter deliberatie van Commissarissen Generaal, aan Hoogstdezelve niet was opengelegd dat geene het welke voordeele van den Supp:d Kwam te militeeren, hij Supp:t zig dierhalven daarvan thans als nog wenschte te kwijten, ten einde daardoor zoo veel mogelijk weg te neemen het ongenoegen, het welk de zaaken der Weeskamer bij Commissarissen Generaal hadden verwekt, en dus ook voortekomen de gevolgen, welke aan de bevordering van des Supp:ts fortuijn altoos nadeelig zouden Kunnen zyn.’

‘Allegeerende den Suppliant ten dien opzigte, dat hij de Resolutien der Weeskamer zeedert den Jare 1789 uit de gintsch en herwaards verstrooyd leggende Stukkenen beschyden had opgemaakt en effengesteld, geëffectueerd dat de Staat reekening der Kamer van den Jare 1791 met Ult:o february 1792 was in gereedheid gebragt - de nodige Voordragten aan Wees meesteren gedaan tot poursuite der Debiteuren van de Weeskamer, en met relatie tot de Securiteiten van de uitstaande gelden, welke door het vertrek of overlyden van Borgen mitsgaders het veralieneeren der hijpotheeken waaren verloopen - gesorgd dat in Steede van den toenmaligen een ander Vigilant en actief Persoon tot Procureur der Weeskamer is aangesteld; hebbende ook de opgebragte Vendupenningen van P:mo 7:br 1791 tot P:mo September 1792 ongelijk meer bedragen dan het Jaar bevorens, nimmer eenige Administratie over de Kas of Penningen der Weeskamer gevoerd; Justificeerende de Supp:t zig te dier gelegendheid omtrend het op Intrest behouden der Penningen geprovenieerd van het vernegotieeren van zeekere Wissel groot geweest tusschen de ƒ20‘000:- :- ƒ21000:- en nog van een Somma van ƒ5000 -: door den Suppliant ten behoeven van den Boedel van zeekeren Meijer ontfangen - zijnde de Supp:t ook gedurende al dien tyd merkelijk geoccupeert geweest als Lidt van Justitie -‘

‘Verzoekende de Supp:t om die en andere reedenen bij de voorsch:r Memorie geallegueerd, dat het Commissarissen Generaal behagen mogte ten zyner justificatie het een en ander in overweging te neemen, en uit hoofde van dien te verklaren, dat de verwarde toestand der zaaken van de Weeskamer niet aan eenige inactiviteit en negligentie, veel min aan eenige trouwloosheid van den Suppliant in de waarneeming van zijn dienst als Adjunct Secretaris der Weeskamer zij te wijten, en den Suppliant mits dien voor het vertrek van Commissarissen Generaal van hier bij voorkomende Vacature te favoriseeren met zodanig ambt, als Commissarissen Generaal voor de belangens der Maatschappy en deeze Colonie zouden dienstig oordeelen; inhaereerende de Supp:lt als nog het Supplicq door hem reeds bij monde gedaan, met relatie tot de Rang tusschen hem en het Lidt van Justitie Van Ryneveld, en dat Commissarissen Generaal hem Suppliant daaromtrend zouden gelieven te maintineeren.’

‘Mitsgaders op de Bijlagen nevens de voorsch:r Memorie gevoegd, alles breeder vermeld onder de Notulen van den 4 deezer.’

‘Is in consideratie genoomen dat er geene blijk voor handen is, dat het zij door Commissarissen Generaal, het zij door de Regeeringe, het zij door de Præsident of het Collegie van Weesmeesteren, de verwarde toestand van de zaaken der Weeskamer aan de inactiviteit en negligentie, en nog minder aan de trouwloosheid van den Suppliant word toegeschreeven, en dat mitsdien het eerste Lid van des Supp:lte voorsch:r verzoek niet te Passe komt.’

‘Dat althans zodanige blijk niet kan worden aangemerkt de aanstelling van den geweezen Secretaris van Justitie Van Ryneveld tot Secretaris der Weeskamer, nadien d’ Adjunctie Van den Supp:t hem geen ‘t minste regt op die Post gaf, en Commissarissen Generaal gewoon tot de openstaande bedieningen te Kiesen de Subjecten die hun de bekwaamste en geschikste voorkomen, deswegens geene verdere explicatie verschuldigd zyn.’

‘Dat het den Suppliant bij voorvallende Vacatures van ambten of Bedieningen vrijstaat dezelve nevens anderen te ambieeren en Commissarissen Generaal overeenkomstig de voorsz: beginselen, als dan daarop zodanig reguard zullen Slaan, als zij zullen vermeenen te behoren; welk gedeclareerde door Commissarissen Generaal met relatie tot het 2:de Lid van des Suppliants verzoek voldoende werd geoordeeld.’

‘Dat voor zoo verre de voorsch:r Memorie is ingerigt om te betoogen dat de Suppliant geduurende zijne functie als Adjunct Secretaris zijne uitterste Devoiren heeft aangewend om zig van zijne pligt te kwijten, zulks eerst te Passe zoude Komen, wanneer hij wierd beschuldigd daaraan te zijn in gebreeken gebleeven, in welken gevalle het den Supp:t ten allen tyde vrijstaat alle zodanige zaaken tot zijne Justificatie inte brengen, als hij in dien gevalle zal te raade worden.’

‘Dat egter niet ongeremarqueerd kan werden gelaaten dat wel verre dat de inhoud van voorsch:r Memorie zoude Strekken om de voorleedene Directie der Weeskemer in een gunstiger ligt te doen voorkomen, aan dezelve tot nog toe door Commissarissen Generaal is beschouwd, integendeel daarin nog verregaande Slordigheeden voorkomen, welke tot nog toe bij Commissarissen Generaal waaren onbekend geweest, als daar is het onvergeeflijk verzuijm gepleegd omtrend het effenStellen der Resolutien, welke niet alleen volgens het geposseerde bij de voorsch:r Memorie zeedert den Jaare 1789 niet waaren geformeerd, maar door den Supp:lt hebben moeten worden opgemaakt uitStukken en bescheiden daartoe gehorende, die ter Weeskamer verstrooyd lagen, gelijk ook de overige in het, net gebragte Resolutien op de gem: Kamer hier en daar lagen te Slingeren’

‘Dat ook, hoe zeer de door den Supp:lt aangewende devoiren bij zijne voorschr: Memorie vermeld, omtrent de agterstallige debiteuren der Weeskamer, mitsg:s tot Suppletie der defecten van genoegzame Securiteit voor de uitstaande Gelden, beweezen worden, door g’ authentiseerde Extracten van Resolutien van Weesmeesteren in datis 4 April 4 July 26 September en 24 December 1792, aan de voorsch:r Memorie geannexeerd; met dien betoonden ijver van den Supp:lt in dit opzigt egter geenzints is overeentebrengen, het geen bij ‘t onderzoek der zaaken van de Weeskamer niet minder authentiek gebleeken is, dat eenige Capitaalen tot een aanzienlijk montant van wel Rd:s 33333:16 in den loop des Jaars 1792, en dus geduurende den tyd dat de Suppliant als Adjunct Secretaris heeft gefungeerd, bij de Weeskamer zijn overgenoomen, zonder genoegzaame Securiteit volgens gebruik der Weeskamer, als zijnde belegd gedeeltelijk op Secretarieele Obligatien onder borgstelling zonder Hypotheecq, gedeeltelijk Slegts op onderhandsche Obligatien met cautie en zelfs gedeeltelijk op onderhandsche Obligatien zonder Cautie of Hypotheek.’

‘Dat wyders wel als voorzigtig Kan worden beschouwd de handelwijze van de Suppliant, waarop dezelve zig bij zyne Voorsch:r Memorie beroept, van zig niet te hebben willen Chargeeren met eenige verantwoordelijkheid omtrend de Kas, maar dat zonder zig daaraan in ‘t minste blood te Stellen, de Suppl:t had kunnen, en in zijn qualiteit van Adjunct Secretaris behoren tot een zijner eerste betragtingen te maaken om een zo essentieel gedeelte van de directie der Weeskamer na te gaan en gaade te Slaan, mitsg:s de onverschoonlyke nalatigheid welke daarin plaats had te brengen ter Kennisse daar zulks behoorde, ten einde daaromtrend de nodige voorzieninge had kunnen geschieden; en zulks te meer daar hij wist dat de Secretaris, aan wien hij tot deszelfs adsistentie was geadjungeerd, voor de Kas verandwoordelijk was, en dat deszelfs verzwakte vermogens van geest en Lighaam, het hem onmogelijk maakte dezelve naar behoren te administreeren’

‘Dat inzelver voegen, niet tegenstaande het merkelijke onderschyd, dat er gelegen is in het opbrengen der Vendupenningen van P:mo September 1791. tot Ult:o Augustus 1792 tot de Som van Rd:s 83664:- in vergelijking van het Jaar bevorens wanneer zulks bedragen had Rd:s 65616: 16:- volgens het Extract uit het Boek van Debet en Credit van den Bode der Weeskamer, aan voorsch:r Memorie g’annexeerd, en genomen dat zulks t’ attribueeren zy aan de goede directie van den Suppliant zulks geenzints Justificeerd d’ onbehoorlijke directie ook geduurende den tyd, dat hij als Adjunct Secretaris heeft gefungeerd, ter Weeskamer gehouden door het onberaaden uitzetten van Penn: waardoor niet alleen die opgebragte Vendupenningen ten eenemale zyn geabsorbeerd, maar zelfs de Kas der Weeskamer tot die engte is gebragt, dat Commissarissen Generaal op voordragd der Regeeringe genoodzaaakt zijn geweest dezelve met een importante Som van Rd:s 30‘000:- uit S Comp:s Kas te doen Subsideeren, om haare noodwendige uitgaaven te Kunnen gaande houden; iets waarvan bevorens nimmeer een voorbeeld heeft geexsteerd.’

‘Dat het er in ‘t byzonder zeer ver van daan is, dat het gedrag van den Suppliant, so wel als van Weesmeesteren, betrekkelijk de natemeldene Wissel, zoude zijn boven alle remarque, blijkende uit den inhoude van voorsch:r Memorie en Bijlagen, dat hetzelve zig in deeze voegen heeft toegedragen, dat de Secretaris op den 4:de April 1792 aan ‘t Collegie gerapporteerd had, dat hij ingevolge eene qualificatie op hem verleend, omme de erffenisse der zig alhier bevindende Kleine Kinderen van wijlen den in Europa overledenen Jan Nagel, vermits die erffenisse zig in Europa was bevindende op de meest voordeelige wijze over te maken, had vernegotieerd eene wissel door Weesmeesteren alhier te trekken op de Weeskamer te Amsterdam met 26 prC avans, waarmeede het Collegie genoegen had genoomen en beslooten om nadat de Wissel door den Præsident en de Twee oudste Leeden zoude zijn geteekend, die Penningen ter Weeskamer voor hunne Reekening zouden worden geseponeerd, tot tyd en wijlen uit Europa berigt omtrent de acceptatie of niet acceptatie zoude ingekomen zijn.’

‘Dat de Suppliant zoo hij zegd alleen met intentie om de minderjarigen Renten van de Voorsz: Som te doen Profiteeren, op den 13 Augustus 1792, en dus meer dan Vyf maanden daarna verzogt heeft de voorsch:r Penningen (: welke in geenen deele blijkt dat ooijt ter voldoening aan de Resolutie van Weesmeesteren van den 4:de April bevorens ter Weeskamer zijn geseponeerd geweest:/ op Weesmeesteren Kennisse onder Hijpotheecq en Borgtogt te mogen behouden, beneevens nog een tantum van Penningen door hem aan den Boedel van wijlen den Burger Jan Jacob Meijer verschuldigd, te zamen belopende eene Somma van ƒ26000:- met de Interessen, gerekend van P:mo July bevorens; zullende de Supp:lt gelijk men in de Resolutien van Weesmeesteren omtrend dit onderwerp vond aangeteekend:/ niet in gebreeken blijven, om zoo wanneer zijne uitstaande gelden zouden weesen g’ incasseerd, het Collegie met den eersten te tragten te libereeren van die Schuld; welk verzoek ten zelven dage ook aan hem geaccordeerd is geworden; terwijl de Suppliant alverder kan goedvinden bij zyne voorsch:r Memorie op dit Stuk te advanceeren, met den Secretaris Rönnenkamp een accoord te hebben getroffen volgens welke hij de voorsch:r aan den Boedel van Meyer verschuldigde Penningen zoude houden in betaling van Salaris, Vacatien en Verschotten door voorm: Secretaris Rönnenkamp aan hem Suppliant overschuldigd’

‘Dat, daar gelaaten de ongunstige reflexien welke de beschouwing deezer zaak niet kan nalaten te baaren, ten opzigte van Weesmeesteren, in ‘t byzonder ook omtrend de handelwijze door den Suppliant daarin gehouden in ‘t Oog loopt, dat de importante Som van ƒ21000:- welke men moet veronderstellen door hem voor die Wissel ten behoeven van de Weeskamer te zijn g’ incasseerd, nimmer door hem is overgebragt inde Kas der Weeskamer, of ter voldoening aan het geresolveerde van Weesmeesteren van den 4 April 1792 bij dezelve geseponeerd’

‘Dat vermits door hem nimmer eene Specificque verandwoording van zijne Verrigtingen daaromtrend is geschied, de zaak dus thans volkomen den uitterlyken Schijn heeft, en althans zeer zeeker in effecte daarop neerkomt, als of de voornoemde traite enkel geschied was om daarop Penn: te Negotieeren, en den Supp:lt daarmeede op naam der Weeskamer te gerieven - dat deeze opmerking des te meer Kragt ontleend uit de opgevolgde Protestatie van die op voordragt van den Supp:lt getrokken Wissel, welke trouwens bij het verleenen van dezelve reeds als zeer mogelijk was beschouwd; gelijk uit den inhoude der voorsch:r Resolutie van Weesmeesteren zelve in d:o 4 April 1792 blijkbaar is. - en eijndelijk dat door het inhouden der Voorsz: Penn:e door den Suppliant aan den Boedel van Meijer verschuldigd, op zodanig eene Wyze als door den Supp:lt zelve bij zijne voorsz: Memorie is voorgedragen, Volkomen consteerd van een ongeoorloofde overeenkomst tusschen hem en den Secretaris Ronnenkamp om der Weesen gelden bij hem geincasseerd te doen Strekken tot betaling van eene Particuliere Schuld van den Secretaris Ronnenkamp; tot verontschuldiging van welke daad door den Suppliant al verder met zeer weinig gratie word bijgebragt, dat de Secretaris Rönnenkamp op de Kassa der Weeskamer des tijds zoude gehad hebben eene importante Prætentie van Rd:s 15970:20:- waaruit de Voorsch:r Somma weder gevonden zoude hebben Kunnen worden, want dat behalven dat zulks nimmer zoude Kunnen dienen om zulke verregaande disordres en misbruijken van der Weesengelden vrij te pleiten, daar en boven bij het onderzoek der zaken van de Weeskamer gebleeken is, dat wel verre dat de voorsch:r Prætentie gefundeerd zoude zijn, in tegendeel toen ter tyd reeds ten zijner laste hebben geexteerd diverse Posten die verzuijmd waren ingenomen te worden bij de Reekeningen waartoe dezelve gehoorden, en dus onder het bedragen der Kas gebragt te worden, te zamen tot een montant van wel Rd:s 34543:15:- welke Som hij Secretaris Rönnenkamp dierhalven is verpligt geweest uit zijne Privé beurse te vergoeden.’

‘Dat uit dat alles dierhalven ten klaarsten blijkt dat de dispositien en beschikkingen van Commissarissen Generaal omtrend de zaaken der Weeskamer met de gevolgen en aankleeven van dien, voor zo verre de Suppliant kan geagt worden daarin geconcerneerd te zijn, gekenmerkt zyn door die beginzelen van indulgentie, waaraan zy wanneer zulks maar eenigzints Kan geschieden zonder Præjuditie van het Publieke welzijn en den goede ordre, altijd geneygd zijn gehoor te geeven, en waarvan althans in dit geval met zoo veel regt kon worden verwagt, dat dezelve tot geenerley Klagten en nog veel meer Prætentien van den Suppliant eenige termen zouden hebben overgelaaten.’

‘En wijders met opzigt tot de door den Supp:t geprætendeerde Rang boven het Lid van Justitie Van Rijneveld, gereflecteerd zijnde dat de Suppl:t als nog in die qualiteit behoeft de approbatie van Commissarissen Generaal - terwijl voorn: Van Ryneveld desselfs directe en finale aanstelling van Commmissarissen Generaal dan ook bereids den 2:e deezer loopende Maand (: blijkens de Resolutien van dien datum :/ geconstateerd hebben, dat de voorsch:r Rang in afwagting der dispositien van Commissarissen Generaal tot approbatie of disapprobatie van den Suppliant inmiddels wel en te regt aan voorn: Van Rijneveld is toegekend.’

‘Is goedgevonden en verstaan dat in de verzoeken van den Supp:t bij zijn voorsch:r Memorie niet kan worden getreeden, en worden dezelve mits dien geweezen van de hand; blijvende niet te min aan den Supp:t vrij en onverlet om bij Vacatures van openvallende bedieningen, neevens anderen om dezelve te Solliciteeren: Reserveerende Commissarissen Generaal als nog aan zig omtrend de approbatie of disapprobatie van den Suppliant als Lid van Justitie zodanig te disponeeren als zullen oordeelen te behooren’

‘En zal Extract deezes, mitsg:s Copia der voorsch:r Memorie en Bylagen, en een Extract uit het geresolveerde van den 2:e deezer met relatie tot de Rang van het Lid van Justitie Van Ryneveld en die van den Suppliant werden gezonden aan den Gezaghebber, beneevens den Politieken Raad, tot derzelver informatie, mitsg:s diergelijke beide Extracten aan den Suppliant worden ter hand gesteld, omme te Strekken tot deszelfs informatie en narigt.’

’(: was geteekend :/ S: C: Nederburgh’

‘Accordeert met voorsch:r Resolutie’

’(: geteekend:/ Ed:d Daniels.’

‘Extract uit de Resolutien van den HoogEdele Heeren Commissarissen Generaal over Nederlands Indie en Kaap de Goede Hoop genoomen In ‘t Casteel de Goede Hoop.’

‘Saturdag den 2:e Maart 1793.’

‘Zyn &:a’

‘Aan Commissarissen Generaal te voren zijnde gekomen dat ‘er difficulteiten zijn ontstaan over de Rang te observeeren tusschen de Leeden van Justitie Stephanus Willem Van Ryneveld en Ryno Johannes van der Riet, bij de zitting in het gem: Collegie, zijnde die Rang door den Præsident van ‘t gemelde Collegie De Wet toegekend aan voorm: van Ryneveld.’

‘Is verstaan dat in deezen de Rang Competeerd aan het Lidt van Justitie Van Ryneveld als zijnde direct aangesteld door Commissarissen Generaal - terwijl de Provisioneele aanstelling van voorm: Van Riet door de Ministers gedaan - als nog de approbatie van Commissarissen Generaal behoeft.’

’(: was geteekend / S: C: Nederburgh’

‘Accordeert met voorsch:r Resolutie’

’(: geteekend:/ Ed:d Daniels.’

En nadien uit de voorsch:r inhoude der gem: Extracten aan den Rade is Komen te blijken, hoedanig het Heeren Commissarissen Generaal heeft gelieven te behagen in deezen te disponeeren is goedgevonden en Verstaan zig het een en nader te laten Strekken ter informatie en narigt, mitsgaders tevens aan den Rade van Justitie een authenticque Copij van het laatst gem: Extract te doen Suppediteeren ten eynde dezelve daaruit moge zien en zig voorts voor ‘t toekomende bij ‘t weder exteeren van zoortgelijke gevallen als deezen ten regul Strekken late, dat den Rang op de daarover gereesene difficulteiten door den Heere De Wet in quailiteit als Præsident van den zo even geciteerden Justitieelen Rade aan voorsch:r Ryneveld boven het zoo dikwils gemeld meede Lidt Van der Riet Provisioneel toegekend, bij Heeren Commissarissen Generaal finalijk aan denzelven Van Rijneveld toegeweezen is geworden, om dat d’ aanstelling van deezen en directelijk en formeel geschied is door Haar HoogEdelheedens zelve, daar integendeel die van gezegde Van der Riet door deezen Rade Provisioneel gedaan als nog Hoogsten zelver approbatie behoeft

Ende ten aanzien ter kennisse van meerwelm: Heeren Commissarissen Generaal gekomen is, dat zommige baatzugtige Persoonen ter berijking hunner bijzondere oogmerken van eijgenbelang zig niet ontzien in weerwil der Wetten en Reglementen daartegen van tyd tot tyd g’emaneerd, in ‘t byzonder der Placcaten deezer Regeeringe van den 6 Maij 1782 en 16 December 1783, goude en zilvere Specien van hier uit te voeren, en alzoo de Colonie van contanten te beroven tot merkelijke Præjuditie van d’ algemeene belangen der Ingezeetenen.

Dat ook zeer verregaande excessen worden gepleegd in ‘t opkopen der Reekeningen van de bij de Dienaren der Comp:ie in dit Gouvernement verdiende Zoldijen, Strijdig met d’ ordres daarteegens van tyd tot tyd gestatueerd, waardoor niet alleen een Schandelijk misbruik word gemaakt van de vrijheid welke tot dus verre aan de voornoemde Dienaren is toegestaan geweest, om derzelver Zoldy Reekeningen met Licentie en Præcuratien naar Nederland te mogen overmaken, maar ook deeze Colonie verstooken word van de Contanten welke in circulatie zouden werden gebragt wanneer de voorsch:r Zoldijen alhier wierden uitbetaald. - mitsg:s -

Dat hierbij gevoegd de ruijme acceptatien van gelden in ‘S Comp:s Kas ter overmaking naar Nederland welke ‘t zeedert eenige Jaaren hebben plaats gehad, het een en ander thans ten gevolge heeft een zoo merkelijk gebrek aan numerair in deeze Colonie dat de circulatie daardoor byna geheel is gestremd, de dagelijkse handelingen genoegzaam Stilstaan en zelfs Lieden van een Solide Vermogen zig vinden buijten Staat gesteld om aan derzelver Engagementen te voldoen, waaruit niet dan zeer ruineuse gevolgen te verwagten zouden zijn, bij alsdien daarinne niet ten Spoedigsten wierde voorzien, mitsgaders zo omtrend de betaling der Zoldijen als op ‘t Stuk der acceptatien van Gelden in Cas, zodanige nadere bepalingen wierden gemaakt, als tot bevordering der Circulatie en Conservatie van het Rouleerend Numerair noodzakelijk worden vereyscht,

en Haar HoogEdelheedens dierhalven bij eene Publicatie den 15 :de deezer loopende Maand Maart bij Hoogstdezelve g’arresteerd, met inhæsie van het gestatueerde door deezen Rade bij de gem: hare Placcaten van 6 Maij 1782 en 16 Decemb:r 1783 teegens het uitvoeren van zilvere en goude Specien uit deeze Colonie, hebben goedgevonden nader te interdiceeren en te verbieden de exportatie uit deeze Colonie van zodanige Goude en Zilvere Specien, ‘t zij met eigene dan wel met Comp:s of te Vreemde Naties Scheepen op poene van confiscatie, met uitzondering egter der Spaanse Realen, zoo wanneer die met Scheepen der Ingezeetenen mogten werden uitgevoerd tot het drijven van Slavenhandel, mits in zulken gevalle daarvan bevorens opgave werde gedaan aan den fiscaal deezes Gouvernements op poene als voren in Cas van verzuijm.

Dat Haar HoogEdelheedens daarbeneevens hebben gelieven t’ ordonneeren en Statueeren, dat van nu af aan zal moeten cesseeren de faculteit aan S Compagnies Dienaren hebbende gecompeteerd, om de Reekeningen van derzelver alhier verdiende Zoldijen met Licentie en Procuratie over te maken naar Nederland, en dat dezelve voorthaan aan de gem: Dienaren alhier zullen worden uitbetaald, de Gulden tot Twintig Stuy:s bereekend, en dus in effecte beantwoordende aan een verhoging van een Derde van derzelver tegenswoordig bedragen alhier, zo tot Schadeloosstelling wegens het gemis der voorsch:r faculteit als tot verbetering van het bestaan der mindere Dienaren welke bevoorens geen gelegendheid hebben gehad daarvan voor hun zelven te profiteeren.

Terwijl Hoogstdezelve wijders alverder, zoo bij gem: Publicatie als bij eene Missive onder den eijgenSten datum van en 15:e deezer ten geleide van de zelve Publicatie, aan deezen Rade geschreeven, gelieven te zeggen

Dat tot de Jaarlijkse in Castelling welke Haar HoogEdelheedens uit Consideratie voor de belangen der Ingezeetenen, goedgevonden hebben bij Provisie nog te bepaalen op Viermaal Honderd Duyzend Guldens tot de bepaalde Cours van Zeeven en Sestig Stuyvers de Ducaton, tot concurentie van de helft en dus zoolange de voorsch:r bepaling Stand grijpt, tot Tweemaal Honderd Duyzend Guldens Præferent zullen zijn de Gelden die door de Weeskamer moeten werden overgemaakt, en verder alle zodanige remises welke dienen moeten tot betaling van Articulen van Europische behoeftens in Nederland ingekogt, op genoemd bij ‘t 8 Artic:e van Hoogstderzelver Placcaat van den 21 Sepetember 1792 op het Stuk der Walvisch Vischery g’emaneeerd, mits daarvan blyke ten genoege der Regeringe.

Dat voorts nademaal deezen Rade geen bedenkinge draagd omtrend de door welopged:e Haar HoogEdelheedens voorgeslagene Repartitie der Som van ƒ100‘000:- welke Hoogstdezelve uit het gementioneerde montant van ƒ400‘000:- aan den gezamentlijke ‘S Comp:s Dienaaren toestaan om Jaarlyx almeede bij Præferentie in Cas te tellen, Haar HoogEdelhedens dierhalven de voorsch:r Repartitie thans finaal hebben g’arresteerd in maniere als volgd.

De Gouverneur of Gezaghebber ƒ8000 :-
de Secunde d:o 5000:-
de Opperkooplieden infunctien zijnde d:o 20000:-
de Kooplieden infunctie zynde d:o 20000:-
de Onderkooplieden in functie zynde d:o 6000:-
de Boekhouders en Adsistenten d:o 9000:-
de Prædikanten aan de Kaap d:o 6000:-
de Prædikanten inde Buiten districten d:o 6000:-
de Chef en verdere Officieren der Militie d:o 20000:-
  ƒ100'000:-
De Gouverneur of Gezaghebber ƒ8000 :-
de Secunde d:o 5000:-
de Opperkooplieden infunctien zijnde d:o 20000:-
de Kooplieden infunctie zynde d:o 20000:-
de Onderkooplieden in functie zynde d:o 6000:-
de Boekhouders en Adsistenten d:o 9000:-
de Prædikanten aan de Kaap d:o 6000:-
de Prædikanten inde Buiten districten d:o 6000:-
de Chef en verdere Officieren der Militie d:o 20000:-
  ƒ100'000:-

de laatstgem: Som zodanig te verdeelen, als door den Heer Chef der Militie en Collonel Gordon meest dienstig zal werden geoordeeld, en waarvan ook een gedeelte zal mogen bestemd worden ten voordeele van Officieren of gemeene Militairen welke zig door hunne getrouwe diensten en goed Comportement zulks zullen waardig maken.

Dog dat uit hoofde der gedagte Præferentien de voorm: Dienaren zullen uitgeslooten zijn van het Participeeren in de bovengem: Som van ƒ200‘000:- voor de Weeskamer en zodanige Personen als hier Europische Producten hebben ingevoerd bepaald.

en dat in de resteerende Som van ƒ100‘000:- alleen als concurent zullen Participeeren zodanige Persoonen als van de Vergadering van 17:en Permissie tot in Kas telling hebben verkreegen, hoe die Permissien ook mogen luijden, en het rembours van de Ducaton in Nederland in ‘t algemeen zal bepaald blyven op 67 Stuy:s ten ware Hoogstgem: Vergadering mogt goedvinden daaromtrend nader en anders te disponeeren.

Dat alverder tot voorkominge der ruine van zodanige Ingezeetenen, welke volgens de bereekening der effecten naar derzelver teegenswoordige reëele waarde een vermogen bezitten, waarvoor de waarde van derzelver Engagementen ruijm Kan worden gerepræsenteerd, dog door het heerschend gebrek aan Numerair, zig buijten de mogeljkheid bevinden om daaraan te voldoen, mitsg:s langs dien weg meer numerair in circulatie te brengen, de handelingen onder de Ingezeetenen hunnen loop weeder te geeven, een verder verval in de waarde van alle effecten in deeze Colonie zooveel, mogelijk voor teKomen, en ook tot gerief van min vermogende, welkers bezittingen thans geheel verzwolgen worden door den Schandelijken woeker die zommige welke zig daartoe van den behoeftigen Staat hunner meede Ingezeetenen bedienen, zig niet ontzien te drijven, ten behoeve der Ingezeetenen deezer Colonie naar het Reglement daartoe ontworpen en bij de voorschreeve Publicatie ingelijfd, waarvan Haar Hoog Edelheedens zig dierhalven gedragen, zal moeten werden opgeregt en zoo ras doenlijk geopend eene Bank van Leening, onder bestier van drie Commissarissen, aan welke uit ’ S Comp:s Cassa in de thans alhier Rouleerende Papiere munt zal werden opgeschooten, omme door Commissarissen voorn: op Vaste en Losse goederen onder de Ingezeetenen op Intrest te worden uitgezet zodanige Somma van Penningen als tot herstel der Circulatie nodig is, alles volgens de ordres en bepalingen voorkomende in het gedagte Reglement, uit welkers inhoude, mitsg:s uit de verdere hier onder volgende dispositien deezen Rade zoude ontwaren in hoeverre door Haar HoogEdelheedens reflexie heeft kunnen werden geslagen op zodanige Consideratien als zij de Vrijheid gebruikt heeft gehad bij Hare Missive van den 7 deezer op dat Stuk aan Hoogstdezelve te Suppediteeren, terwijl Haar HoogEdelheedens het om diverse reedenen ongeraden hebben gevonden daarvan eenig verder gebruik te maken.

Dat meerwelm: Haar HoogEdelheedens ingevolge van ‘t gunt hiereven is gezegd, deezen Rade dan ook qualificeeren tot de gem: Successive opschieting van zodanige Sommen van Penningen aan de Bank als Commissarissen van dezelve Bank zullen nodig hebben om op Intrest uit te zetten, mits daarvoor verbonden blyven alle de effecten van de Bank en altoos zorge werde gedragen, dat de rouleerende Papiere munt, daaronder begreepen de restanten in de Kassen van de Compagnie gewoonlijk aan handen, niet excedeeren de Som van Een Millioen Ryxdaalders.

Dat door den Rade bij hare voorschr: eerbiedige Letteren van den 7 deezer abusivelijk gebeesigd zijnde de expresse, dat Haar Hoog Edelheedens zouden begeeren dat de genoemde Som in circulatie zoude worden gebragt, en Hoogstdezelve zulks hebbende geobserveert, tot beeter verstand van Haar HoogEdelheedens meeninge diend, dat zal moeten worden afgewagt of de uitzetting van gelden door de Bank van Leening die extentie zal hebben, en wanneer het tegendeel werd ondervonden, het numerair in circulatie dan ook van zelfs zooveel minder zal bedragen, dog dat in allen gevalle gelyk voorzegd, gezorgd zal moeten werden, dat de Papiere munt in circulatie, nimmer de voorschreeve Som te boven ga.

Dat Haar HoogEdelheedens wyders beveelen, dat van de uitgezette Capitalen Jaarlijks de ingekomen Renten Præcis onder Ult:o Augustus tot Vyf Procento ten Profyte van de Compagnie zullen worden bereekend, en door de Bank in hare Kas overgebragt. - en dat al het geen meer als de gezegde Vyf PrC:t op de uitgeleende Capitalen zal geprofiteerd werden, en anderzints aan de Bank komt te vervallen tot goedmaking der Onkosten ten Profyte van dezelve Bank zal verblyven om na afbetaing van Huijshuur, Klercken ensz:d te werden verdeeld als volgd Namentlijk -

Den Præsident drie Twaalfden

de Twee ander Commissarissen elk Twee Twaalfden, en

den Boekhouder en Cassier te zamen Vyff Twaalfden, om tusschen hen ingelijke Portien te worden verdeeld.

Waarvoor daarentegen Commissarissen en Boekhouder en Cassier gehouden zullen zijn in te Staan voor alle Banqueroeten die de Bank op de uitgezette Gelden mogt ondergaan, ijder Prorato van zijn voorsch:r aandeel in het overschot.

Dat Haar HoogEdelheedens voorts hebben goedgevonden tot Commissarissen aan te Stellen.

Als Præsident, den Heere Keldermeester en Lidt deezen Rade M:r Jacobus Le Sueur.

Als Tweede Commissaris het Lidt van Burgerwegen zitting hebbende in den Rade van Justitie Johannes Smuts, en

Als Derde Commissaris den Onder Koopman en hoofd van ‘t Zoldij Comptoir Clement Matthiessen Junior

Van welke Commissarissen Hoogstdezelve voor als nu verwagten eene voordragte van twee geschikte Subjecte tot Boekhouder en Pandbewaarder, mitsg:s Cassier, dan omtrend welke Twee laatsgem: Bedieningen in ‘t vervolg bij vacature de vervullinge op voordragte van Commissarissen van de Bank, door deezen Rade finalijk zal moeten geschieden.

Dat Hoogstdezelve wyders approbeeren ‘S Raads voorslag om de Bank van Leening provisioneel te plaatzen in de Woning ten deezen Casteele, thans betrokken door den Capitain Van Kervel, en dat daarvoor door de Bank maandelyx zo veel aan d E Comp:ie werde opgebragt, als aan een Capitain Militaire vir huijshuur werd gevalideert, het zelfs van die aangeleentheid agtende, dat de voorsch:t Bank geplaatst zy binnen ‘t Casteel, dat Haar HoogEdelheedens expresselijk begeeren, dat daarinne zonder bekomen qualificatie geen verandering werde gemaakt; welke verandering Hoogstdezelve teevens betuigen zig niet te kunnen voorstellen dat immer nodig zijn zal, vooral daar bij Haar HoogEdelheedens niet geraden is gevonden te treeden in ‘t voorstel door deezen Rade gedaan, om de bergplaats tot Volumineuse Goederen die men zoude willen beleenen, benodigd, te doen verschaffen door de Bank onder welkers inmediate beheering dezelve des niet te min volgens de daaromtrend gemaakte bepalingen zullen moeten werden gebragt.

en dat Laatstelijk tot ‘S Raads informatie is dienen dat Haar HoogEdelheedens tot het houden van het Comptoir van den Boekhouder van de Generale ‘S Lands Inkomsten hebben bestemd het Huijs alhier binnen het Kasteel, thans bewoond werden door den Capitain Lieutenant J: Blesser, het welk dierhalven ten Spoedigsten daartoe zal moeten werden ingeruijmd, en aan voormelde Blesser toegelegd de gewoone Huyshuur in gelde.

Zoo is nagehoudene deliberatie hoe men alle de voorsch:r bestellingen van Heeren Commissarissen Generaal best ter executie zoude Kunnen leggen goedgevonden en verstaan, dat om daartoe te geraken aanvankelijk met den eersten afgekondigd en alomme aangeplakt zal moeten werden de voorsch:r by Haar HoogEdelheedens g’arresteerde en door Hoogstdezelve aan deezen Rade toegezondene Publicatie.

Dat Voorts uit dezelve Publicatie mitsg:s uit dees Resolutie insgelijks zoo Spoedig mogelijk, geextraheert zijnde de Poincten en Passages welke de onderschydene Bediendens en bijzonderlijk Commissarissen van de Bank van Leening hunne resp:e functien ter informatie en narigt moeten Strekken, onder toezending der gem: Extracten aan alle dezelve bediendens zal gerecommandeert en aanbevolen worden, zo als men dezelve Recommandeert en aanbeveelt bij deezen, om een ijgelijk in den zijnen, d’ ordres daarby vervat, zoo haast hun zulks maar immer doenlijk zal zijn, behoorlyk ter uitvoer te brengen en te doen brengen.

Dat ten eijnde de voorsch:r Bediendens hiertoe te bequamen, bepaald en vastgesteld werd, dat Provisioneelijk in de eerste Plaatze onder Ult:mo deezes aan den Resp:e Corpsen en bijzondere Dienaren, welke na de inrigting van zaken in dit Gouvernement, tot dus verre maandelijks hunne te goedgemaakte Soldijen ontfangen hebben gehad, de uitbetaling dier Zoldijen teegens 20 Stuy:s p:r Gulden zal moeten geschieden, terwijl inmiddels van het Hoofd en Visitateur der Zoldijen Clement Matthiessen zal werden gerequireert den Rade te dienen van zijne Consideratien hoedanig ook deeze uitbetaling eerst met het uiteinde van den naastkomende Maand April, en naderhand reguliere alle Maanden, op den zelfden Voet aan d’ overige Dienaren welke of gewoon zijn geweest hunne te goed gemaakte maand gelden in Europa te doen ophalen, of dezelve drie malen in ‘t Jaar, te weeten onder Ult:o April, August en December alhier t’ ontfangen, op de gemakkelijkste en minst omslagstigste wijze gepresteerd zoude Kunnen werden

Dat voorts, terwijl men de voorsch:r gevorderde consideratien van ‘t Hoofd der Zoldyen zal verbeiden, inmiddels bij afkondiging en aanplakking van een expresse Publicatie aan alle ende een ijgelijk die er bij geconcerneerd is, advertentie zal werden gedaan, dat den Heere Cassier, als daartoe bij deezen gecommitteerd werdende, te reekenen van den 26 deezer, tot den 10 der aanStaande maand April inclusive, in de Kas vaceeren zal om t’ ontfangen d’ opgave der geenen die ingevolge de voorsch:r dispositie van Heeren Commissarissen Generaal eenige gelden ter remisse naar ‘t Vaderland zullen willen laten aan teekenen, met bijgevoegde Last en ordre, dat een ijder bij de gemelde te doene aanteekening zal moeten opgeeven de groote der Som welke hij overtemaken heeft in betaling van al zulke Europische behoeftens als in Nederland ingekogt, bij hem zijn ontfangen, mitsg:s van de zodanige, als tot welkers Remitteering hij, ‘t zij voor zig zelven, dan wel voor zijne principalen in ‘t Vaderland van d’ Illustre Vergadering van 17:en Permissie heeft bekomen, en dat bij dezelve alzoo te doene opgave, welke in Scriptis, mitsgaders door den opgeever zelven onderteekend zal moeten geschieden g’ annexeerd zal moeten werden de behoorlijke beschijden, ‘t zij die in factuuren aan wel andere Documenten bestaan, waaruit den ontfangst der voorm: Europische Articulen uit Nederland dan wel de voor zig zelve of zijne evengem:e Principalen van d’ illustre Vergadering van 17:en geobtineerde Permissie om alhier eenige gelden bij Præferentie in S Comp:s Kassa te mogen tellen op eene voldoende wijze kunne blijken, omme deeze opgave alzoo geschied, ende repartitie vervolgens, zo over alle de voorsch:r inteekenaren, als over de zodanige uit de resp:e Dienaren als welke te Participeeren hebben in de Som van ƒ100‘000:- voor hun aparte bestemd overeenkomstig d’ intentie van Heeren Commissarissen Generaal door de Heeren Le Suëur en Van Reede Van Oudsthoorn, dewelke daartoe bij deezen met ende beneevens voorm: Heere Cassier verzogt ende gequalificeert werden geslagen zijnde, als dan aan een ijder ten Spoedigsten te kunnen werden opgegeeven hoeveel door hem van de Somme die hij heeft laten aan teekenen zal kunnen werden geteld, ten einde door dezelve de Penningen welke aangenomen zullen worden om na het aflopen der najaarse Verkoping d’ A:o Stanty te worden betaald voor den laatsten der aanstaande Maand April, en die betaalbaar zullen werden gesteld na het afloopen der voorjaarse verkoping van 1794 uitterlijk voor den 15 May daaraanvolgende in de voorm: Kas der E Comp:ie opgebragt en de voldaan te werden, op Pœne dat die geene dewelke hierinne nalatig mogte blyven van het montant hem in de voorsch:r Remisse toebedeeld voor deezen Jare zal zijn en blijven verstoken.

Dat wijders directelijk door den Capitian Militair Van Kervel zal moeten g’evacueerd werden de woning in dewelke thans ten deezen Casteele gelogeerd is, en dat Gebouw door de beschikking van Commissarissen van de Bank van Leening vervolgens in dier voegen geapproprieert, dat hetzelve alle de vereyschtens zal Komen te Præsenteeren, welke nodig zullen werden geoordeelt, om niet alleen de Voorsch:r Bank daarin te Kunnen werden geplaatst, maar om tevens ook tot een Woning voor den Boekhouder en Pandbewaarder te Kunnen Strekken.

Dat dit alzoo bezorgde zynde, en de gemelde Boekhouder deszelfs intrek in de voorsch:r tot de Bank geapproprieerde Woning hebbende genomen, de evengenoemde Bank daarop dadelijk geopend en met de beleening een begin gemaakt zal moeten werden.

Dat om tot deeze werkelijke beleening te Kunnen procedeeren, zoo haast Commissarissen daarom zullen komen verzoeken P:r ordonnantie uit de Kleine Kas aan de Bank onder verband als hiervoren is gezegd opgeschoten zal werden de Penningen welke daartoe zullen werden vereyscht, om met deeze opschieting van Penningen op den Voet en onder de bedingen bij ‘t boven aangehaald Reglement omschreeeven vervolgens Successivelijk te werden gecontinneerd, en dat ten dien einde met den meesten Spoed in voorraad zal werden gestempeld een Millioen Ryxd:s op nieuwe Carton in de volgende Proportie, te weeten

5000 Stukken a Rd:s 60 bedragende Rd:s 300000:-
5000 d:o d:o d:o 50 d:o d:o 250000:-
2000 d:o d:o d:o 40 d:o d:o 80000:-
5000 d:o d:o d:o 30 d:o d:o 150000:-
5000 d:o d:o d:o 20 d:o d:o 100000:-
5000 d:o d:o d:o 10 d:o d:o 50000:-
5000 d:o d:o d:o 5 d:o d:o 25000:-
5000 d:o d:o d:o 4 d:o d:o 20000:-
5000 d:o d:o d:o 3 d:o d:o 15000:-
5000 d:o d:o d:o 2 d:o d:o 10000:-
'T welk te zamen getrokken de bovengem:
Somma uitmaakt van Ryxd:s 10'00000:-
5000 Stukken a Rd:s 60 bedragende Rd:s 300000:-
5000 d:o d:o d:o 50 d:o d:o 250000:-
2000 d:o d:o d:o 40 d:o d:o 80000:-
5000 d:o d:o d:o 30 d:o d:o 150000:-
5000 d:o d:o d:o 20 d:o d:o 100000:-
5000 d:o d:o d:o 10 d:o d:o 50000:-
5000 d:o d:o d:o 5 d:o d:o 25000:-
5000 d:o d:o d:o 4 d:o d:o 20000:-
5000 d:o d:o d:o 3 d:o d:o 15000:-
5000 d:o d:o d:o 2 d:o d:o 10000:-
'T welk te zamen getrokken de bovengem:
Somma uitmaakt van Ryxd:s 10'00000:-

Tot de teekening van welke gestempelde nieuwe Cartonne munten, na dat dezelve op den vorigen Voet, dog met een nieuwe Nummer en onder de dagteekening van heeden gelitreerd en beschreeven zullen weezen, zullen werden gecommitteerd, zoo als gecommitteerd werden bij deezen de navolgende Heeren Raadsleeden en mindere Bediendens, te weeten,

Tot de teekening der Stukken van 60 tot 40 Ryxd:s inclusive den Heere Le Suëur, beneevens den titulair Coopman Ryno Johannes van der Riet en den Boekhouder int Negotie Pakhuijs Arend de Waal

Tot het teekenen den Stukken van 30, 20 en 10 Ryxd:s

den Heere De Wet, met den Onderkoopman Cornelis Cruywagen, en den Boekhouder en Gezworen Clerq ter Weeskamer Johannes Gijsbertus Blankenberg.

Tot de teekening der Stukken van 5 en 4 Ryxd:s

den Heere Van Reede van Oudtshoorn, mitsg:s den Onderkoopman Oloff Martini Bergh en den Boekhouder van ‘S Comp:s Equipagie Pakhuijzen Petrus Johannes Truter, en

Tot de teekening der Stukken van 3 en 2 Ryxd:s

Den Heere Resident der Baayfals Christoffel Brandt, den Onderkoopman Jan Baumgardt, en den Boekhouder ter Secretarye van Justitie Petrus Diemel.

Zullende al dit nieuwe Cartonne Geld naar maate het zelve in voegen voorsch:r in gereedheid zal weezen gebragt, bij de Groote Cas ingenoomen en daaruit wederom naar gewoonte in de Kleine Kas overgebragt moeten werden, om van daar zoo door opschieting aan de Bank van Leening als door het doen der resp:e uitbetalingen in circulatie te geraaken, terwijl inmiddels van den voorsch:r gemaakte verandering in de teekening der onderscheidene hierboven gespecificeerde Stukken aan d’ ingezeetenen door Publicatie en affixie van Billieten de vereischte Kennisse zal werden gegeeven.

Dat alwijders, ten einde met een opslag van ‘t oog te kunnen werden gezien hoe groot het montant der Cartonne en Papiere munten is, welke zig in Roullance komen te bevinden om daarna de verdere opschieting van gelden aan de Bank van Leening te reguleeren, door den Negotie Overdrager bij een expres Boekje voorthaan Pertinente aanteekening zal moeten gehouden werden van de Successive af en toeneeming van ‘t Bedragen der voorsch:r in circulatie zijnde Papiere en Cartonne Munten

Dat ook aan den Capitain Lieutenant Johannes Blesser zal werden aangekondigd, dadelijk te moeten ontruijmen het thans door hem alhier ten deezen Casteele bewoond werdend Huijs, waarentegen zoo aan den zelven als aan den Capitain Militair Van Kervel van nu voortaan zal werden betaald de huijshuur aan een Capit: en Capit:n Lieut: Resp:e toegelegd

en dat eijndelijk deezen Rade voor zig zelfs de voorsch:r Haar HoogEdelhedens dispositien zig ter narigt zal laten Strekken, Stiptelijk zal nakomen de beveelen welke dezelve behelzen, en tevens naar vereisch er de hand aan houden zal, dat de gem: beveelen in zelver voegen Schuld pligtig agtervolgd en nagekomen werden door alle de verdere Bediendens wien dezelve eenigzints mogen aangaan.

Na dit een en ander geproduceert en geleezen zynde, nog eene Missive door Heeren Commmissarissen Generaal aan deeze Regeeringe geschreeven, en even als de laatst voorgaande onder den 15 der Præsente maand gedagteekend, waarby Haar HoogEdelheedens aan den Rade toezenden Copia eener Requeste door den Burger en Wyn Kooper alhier Jacobus Johannes Van den Berg aan Hoogstderzelve gepræsenteerd, te Kennen geevende het important nadeel dat hij onder anderen op de door hem tot de Somma van ƒ144900:- gemeinde generale Wynpagt voor den Jare 1790/1 zoude hebben geleeden uit hoofde der bij voorsch:r Requeste vermelde afschaffing en vermindering in S Comp:s ommeslag destyds ten deezen Gouvernemente g’exteerd hebbende, en verzoekende om die en zodanige andere reedenen, als bij ged:e Requeste omstandiger g’allegueert, dat het welgem: Haar HoogEdelheedens mogte behagen daar op gunstig reguard te Slaan, ten eynde hij Supp:t uit S Comp:s Kassa terug mogte ontfangen een Somma van Vier en Twintig Duijzend Een Honderd en Vyftig Ryxdaalders, zijnde de helft van het geheel bedragen der opgem: Somma van ƒ144900:- die den Supp:t voor Pagtpenningen heeft moeten betalen, en de zulks om op dat Request Hoogstdezelve ten Spoedigsten te dienen van Consideratien en Berigt.

Zoo is na een behoorlijk onderzoek der Positiven bij het voorsch:r Request van opgem: Van den Berg voorkomende en daarover gehoudene deliberatien goedgevonden en verstaan op hetzelve Request in diervoegen te berigten als de aparte Notulen onder heeden gehouden, zulks komen uit te wyzen

En is intusschen op ‘t verzoek daartoe deeze Regeeringe gedaan alverder geresolveert aan Pieter Herbert van Lawick, die in qualiteit als Jong mattroos met het Schip ‘t Duijfje uit Nederland alhier is g’arriveert deszelfs demissie uit den dienst der E Comp:ie te verleenen, ten einde zig als Cadet de marine bij den Lande op ‘t aanweezend freguat van Oorlog D’ Amazone te kunnen engageeren.

Laatstelyk is geleezen het onderstaande Request door den Capitain van het ter Rheede Leggend frans ParticulierSchip La Bellone , Victor des Bleds aan deezen Rade gepræsenteert.

‘A Monsieur Rhenius Regent du Cap de Bonna Esperance &:a &:a &:a et Messieurs les Conseillers de la Regence:’

‘Messieurs!’

‘Le Soussigne Sieur Victor des Bleds, Capit:n et Super cargue du Vaisseau Particulier francois La Bellone arrive ici Le 14 du Present mois, Prend la liberté de vous representer:’

‘Que Sa traverseé a ette tres longue tant par le defaut de marche de son Vaisseau que Par les contrarides qu il a eprouvé de puis france; que ce long Voyage à entierement & complettement consommé touttes les provisions, en Sorte qu ‘il arrive demune des choses les plus essentielles Pour reprendre la mer;’

‘Le dit Sieur Capit:n vous represente qu ’ il n’a auenns fonds à sa disposition, Pas même à fret; et qu ’ il n’a aucun credit sur qui que ce sort de ce Parys; attendu qu ’ il avoit le Projet d’ aller en droiture à L’ Isle de France et qu ’ il ne S ‘est Point precautioné contre le malheur qui lui arrive; en sorte qu ’ il ne peut vrayement fournira ses depenses qu ’ en vendant des Objets de Sa Cargaison qui Consiste en Vin, Eau de Vie & Fayance, sans autres articles quelquonque; Le dit Sieur Cap:ie vous represente qu ’ il est dans l’ impossibilité de sortier de sa malheureuse Situation, S ’ il n’ obtient la permission de vendre les articles que vous voudrés bien lui prescrive; L’ humanité dont faites profession lui fait esperer que vous vrendres a son Secours en lui fournissant les moyens de se procurer les Vivres dont il a besoin.’

‘Ce consideré Messieurs! qu ’ il vous plaise prendre la Presente en consideratien & ordonner que tel Article qu’ il vous Plaira de Sa Cargaison Pourra etre debarqué et vendu Pour Payer Ses depences et ferez Justice’

‘au Cap de bonne Esperance’

‘Ce 16 de Mars 1793 was get:e :/ V:r Desbleds.’

‘Translaat’

Aan den WelEd: Agtbaren Heere Johannes Isaac Rhenius Gezaghebber van Cabo de Goede Hoop en den Ressorte van dien & & &:a benevens den Ed: Achtb: Raad van Politie

‘WelEdele Achtb:e Heer en Ed: Achtbare Heeren!’

‘Den ondergesch:r Capitain en Supercarga Victor Desbleds van ‘t fransche Particulier Schip La Bellone , eergisteren alhier g’arriveerd, neemd de vryheid aan UWelEd: Agtb: en E Agtb:s te kennen te geeven.’

‘Dat zijne Reize van Vrankrijk naar herwaards zeer lang is geweest, zo wegens ‘t traage zeilen van zijn Schip, als wegen de tegenspoeden die hij geduurende dezelve heeft ondervonden; dat deeze lange reize geheel en al heeft doen verbruiken alle de Scheeps Provisien, zoo dat den Supp:lt alhier is g’arriveerd ontbloot van de onontbeerlijkste zaaken om wederom zee te Kunnen Kiesen; dat hij Suppliant geen fonds ter zyner dispositie, zelfs niet op Vragt, nog eenig Credit hoegenaamd ter deezer Plaatze heeft, vermist hij Suppliant voornemens was naar Mauritius te Steevenen, zonder alhier of ergens onder wege aan te doen, en dus geene voorzorge heeft gebruikt tegens ‘t ongeluk dat hem te beurt gevallen is; zoo dat hy in der daad de benodigde Penningen voor zijne alhier noodzakelijk te makene Onkosten niet kan vinden dan door Verkoop van eengedeelte zijner Ladinge welke bestaat in Wyn, Brandewyn, en fayance of wit Porcelijn, zonder eenige andere Artikels hoegenaamd.’

‘Den Suppliant neemd verder de Vrijheid aan UWelEdele Achtb: en E Achtb:s te kennen te geeven, dat hij in de onmogelijkheid verseerd zig uit deeze zijne ongelukkig Situatie te kunnen redden, in dien Hoogstdezelve hem niet gelieven te Permitteeren alhier te mogen verkopen zodanige der gem: Artikels die UWelEd: Agtb: en E Agtb: hem zullen gelieven voor te schrijven.’

‘UWelEd: en Ed: Achtb:s menschlievendheid doed hem hoopen, dat Hoogstdezelve hem wel zullen gelieven te hulp te komen, door hem de middelen aan de hand te geeven zich de benodigde Leevensmiddelen te kunnen verschaffen -‘

‘Dat het UWelEd: en E Achttb:s dan behage dit alles in consideratie te neemen en te ordonneeren, dat van zijne Lading zodanig Artikel, welk UWelEd: en E Achtb:s zullen gelieven te bepalen, aan de Wal gebragt en verkogt mogen werden, ten einde zijne depences daarmeede behoorlijk te kunnen betaalen’

‘Cabo de Goede Hoop den 16 Maart 1793’

‘’T welk doende &:a’

’(: geteekend ) V:or Desbleds’

‘Accordeerd met het hiernevens gevoegde Origineel uit t fransche getranslateerd door mij’

’(: was geteekend / C: G: Höhne gezw Trans:l’

Over welk Request gedelibereert en ten belange van ‘t verzoek daarbij voorkomende in aanmerking zijnde genomen dat geene der Articulen waaruit de Lading van ‘t voorm: Schip de Bellone komt te bestaan, en voor dewelke permissie tot ontscheeping werd gevraagd, kan werden gereekend onder de noodwendige behoeftens deezer Colonie (: waaraan men thans gebrek heeft :/ te behoren.

Is goedgevonden en verstaan het zelve verzoek de declineeren en te wijzen van de hand, zoo als hetzelve gedeclineert en van de hand geweezen werd bij deezen

Aldus Geresolveerd ende Gearesteerd In’t Casteel de Goede Hoop ten Dage en Jaare Voorschreeven

[Signed:] J: I: Rhenius

[Signed:] J: J: LeSuëur

[Signed:] O: G: De Wet

[Signed:] W: F: V: Reede Van Oudtshoorn

[Signed:] E: Bergh Secret