Skip to content

MOOC8 31 40

MOOC8/31.1

{18140723} 23 Julij 1814 Maria Roelofse

Inventaris van zodanige goederen als er ab intestato met ter dood zijn ontruijmd ende nagelaten door Maria Roelofse ten voordeele van haare overgebleevene man den burger Jacob Mosterd Louiszoon ter eenre, en hunne bij den anderen in echt verwekte zo mondige als minderjarige kinderen, met namen:

1) Elizabeth Anna Mosterd geh:d met Izaak Vivier ter andere zijde
2) Cornelia Mosterd getrouwd met Christiaan Fredrik Sietsman
3) Maria Magdalena Mosterd oud 20
4) Louis Mosterd oud 13
5) Cornelis Mosterd oud 9 jaren

invoegen als het een en ander door mij Adj:t Commis in presentie van getuigen is opgenomen en ingeschrifte gebragt, bestaande deese goederen in de volgende, namentlijk

twee beddens met hun toebehoren
twee cadels
een rustbank
twee stoelen
twee tavels
twee kisten
twee emmers
twee bijlen
twee graven
een pik
vijf ijzere potten
een parthij timmermans gereedschappen
een ploeg
een osse wagen
Beestiaal
sesthien trekossen
twintig aanteelbeesten
twaalff aanteelpaarden
een honderd een en vyftig aanteelschapen
drie en sestig aanteelbokken
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de heer Hendrik Cloete s:r over contant geleende penningen, op een obligatie aan cap:l per rest 100:--
met de renten zedert den 2 Februarij 1814
aan H: Wicht over koop van negotie goederen 61:30
aan den burger Cornelis Mosterd Louisz: over contant geleende 50:--
aan voorm: Christiaan Fredrik Sietsman over contant geleende 79:--
aan den burger Jan du Preez Pieterz over koop van 15 hamels a 2 rd:s ieder - uitbetaald 30:--

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 23 Julij 1814 ende zulx op het op- en aangeeven van de in den hoofde deeses gemelde weduwenaar, dewelke verklaarde zich hier inne ter goeder trouwe gedragen en zijnes weetens niets versweegen of terug gehouden te hebben dat tot den boedel behoord invoegen hij ook betuigde de deugdelykheid zijner opgave ten allen tyde des vereijscht werdende met eede gestand te doen, en belofte wijders zo hier na nog iets tot gez: nalatenschap behorend mogte worden ontdekt, daar van nader en getrouwelijk opgave te zullen doen, ten einde deesen inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deesen inventaris door den inventarient in presentie van my Adj:t Commis en getuigen behoorlijk onderteekend.

Als getuigen: P: Poggenpoel, R: van Breda

Voor den opgaaff: J:s Mostert L:z

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/31.2

{18140120} 20 Januarij 1814 Hendrina Maria Auret

Inventaris van alle zodanige goederen als ‘er op den [ ..... ] op de plaats van den eerwaarde heere J:W:L: Gebhard genaamd de Simonsvalley gelegen in Groot Drakenstein , onder het district van Stellenbosch , ab intestato met er dood zyn ontruymd ende nagelaten door de meerderjarige dogter Hendrina Maria Auret ten voordeele haarer hiernatemeldene, minderjarige zusters- en broederskinderen en kindskinderen, als

1) de kinderen van wylen Maria Auret wed: Nicolaas Colyn, die geweest is eene volle zuster van de overledene, uit het huwelyk van wylen Jeremias Auret en Maria Anna Grové, met namen a) Lambert Colyn mondig
b) Maria Colyn get:d met Hendrik Vos Hendrikszoon
2) de kinderen en kindskinderen van wylen Jeremias Auret, die geweest is een volle broeder van de overledene, uit het voorz: huwelyk met namen a) Jeremias Auret mondig
b) Beatrix Auret get: met Egidius Benedictus Ziervogel
c) de kinderen van wylen Maria Auret, in huwelyk verwekt by wijlen Carel Ewald Ziervogel, in namen aa) Christina Johanna alle minderjarig
bb) Carel Benedictus
cc) Jeremias Fredrik Ziervogel
  d) Fredrik Auret mondig
  e) Pieter Auret mondig
  f) Hendrik Pieter Auret mondig
  g) Abraham Auret mondig
3) de kinderen van wylen Andries Auret, die mede geweest is, een volle broeder van de overledene als a) Maria Anna mondig
b) Jeremias Auret mondig
c) Geertruyda Auret geh:d met Jacobus Luttig
d) Christiaan Auret mondig
e) Johanna Auret mondig
f) Carolina Auret mondig
4) de kinderen van wylen Godlieb Weller, die geweest is een halve broeder van de overledene, uit het huwelyk van wylen [ ..... ] en Maria Anna Grove die alle mondig zijn, doch waarvan het getal en de namen onbekend zyn
5) de kinderen van wylen Anna Maria Rouselet Buison, die mede geweest is, een halve zuster van de overledene, uit het huwelyk van [ ..... ] en Maria Anna Grove met namen a) Christina Russouw get:d met Gabriel Vos
b) Daniel Russouw mondig
c) Fredrik Russouw mondig
d) Nicolaas Russouw mondig
e) Jan Nicolaas Russouw mondig
f) Maria Russouw get:d met Daniel Barend Smit
g) Anna Maria Russouw get:d met Theunis Dirksze van Schalkwyk
h) Johanna Russouw get:d met Emanuel de Roubaix
6) de kinderen van wylen Rachel Rouselet Buison, die insgelyks is geweest eene halve zuster van de overledene, uit het gem: huwelyk met namen a) Maria Anna Wannenburg mondig
b) Pieter Wannenburg mondig
c) Daniel Wannenburg mondig
d) Anna Wannenburg get:d met Benjamin Grayson

Zodanig als dezelve nalaatenschap door my ondergeteekende Adjunct Commis der Weeskamer, ter praesentie van getuygen, is g’inventariseerd en opgenomen; mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, nam:

Op de voorm: plaats
een kast of kabinet
een kleine bed peuluw en 3 kussens
twee kombaarsen
een kadel
een stoel
zeventhien hembden
zestien rokken
vyftien lakens
negen slopen
elf tabberts
zes jakken
zeven zakken
vier jalie doeken
negen doeken
een borstrok
zeven en twintig oude mussen
derthien paren koussen
agt bollen catoen
een gebrede muts
vyf paer handschoenen
twee hoedjes
een predikatie boek
een Klyne Testament
drie paren schoenen
een waayer
twee kammen

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 10 January 1814.

Als getuigen: P: Poggenpoel, J: Serrurier

J:W:L: Gebhart V: D:z:n

Mij present, P:E: Faure, Adj:t C:s

Ampliatie

Inneschulden
    Rd:s
nevens 't schuld met de daarop tot heden verl: renten vold: den 21 October 1814 van Hendrik Oostwald Wilsenach in huywelijk hebbende de wed:e Jan Michiel Stigling over contant geleende penningen blykens Weesm: kennis de dato 27 Julij 1787 aan capitaal twee duijzend en vier honderd guldens ofte 800
  met de renten zeedert [ ..... ]

Moetende de executeuren des testaments van wijlen juff:w Johanna Adriana Arendse door reekenschap van intressen welke de overleedene nog competeerd,

1) weegens een capitaal groot drie duijzend guldens Kaapse guldens door voorm: weduwe Arendse bij haare testaments de dato 7:de April 1788 aan haar A:M: Auret onder zekere conditie gelegateerd, mitsg:

2) van het erfdeel bij voor:s testamente den heer A:W: Auret meede onder zeekere voorwaarde besproken en nevens het voorw: legaat bij den zelve executeuren g’administreerd.

Aldus opgegeeven ter Weeskamer den 21 Januarij voorm:e door den heer Egidius Benedictus Ziervogel ter presentie van de meede geteekende getuigen

Als getuigen: P: Poggenpoel, J:N: Rörich

Voor de opgaaff: E:B: Ziervogel

Mij present: J:P: Faure, Secret:s

MOOC8/31.3

{18150613} 13 Juny 1815 Hendrik van Geems , Christina Andriessen

Inventaris van alle zodanige goederen als behooren tot den gemeenschappelyken boedel van Hendrik van Geems en deszelf huysvrouw Christina Andriessen, mitsgaders van de zyde der laatsgenoemde op Donderdag den agtste dag deezer lopende maand Junij in den jaare een duyzend acht honderd en vyfthien ab intestato metter dood ontruiijmd ende nagelaten, ten voordeele harer hieronder te meldene in twee differente huwelyken verwekte kinderen, als

a) by hare eersten man Fredrik Burselman 1) Christiaan Wilhelm Burselman mondig
2) Wilhelmina Fredrica Burselman oud 23 jaren
b) bij haren thans overgebleevenen echtgenoot Hendrik van Geems 3) Hendrik Godfried van Geems oud 19 jare
4) Ryk Christiaan van Geems oud 17 jaren en
5) Wyntje Helena van Geems oud 15 jaren

Zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is g’inventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In een huurhuisje van J:G: van Reenen, en aldaar

In het voorhuijs
een klaptafel
een vierkante tafel
twee rakken waarop
zes schotels
een en twintig borden
twee aarde kommen
twee witte kommen
een tinne keetel en aarde confoor
In de voorkamer
een witte schuif gordyn
een spiegel met vergulde lijst
drie schilderijtjes
een porcelaine scheerbekke
een tafel met een groene kleedje
zeeven stoelen
een ledikant met wit behangsel waarop
een bulzak
een peuluw
drie kussens en
een deeken
een kadel waarop
een bulzak
drie kussens
een deeken
een kast, waarin de klederen van den overleedenen bestaande in
zes rokken deese kleederen zijn door gecommitteerde Weesmeesteren onder approbatie van het Collegie aan de dogters der overledene zonder betaling gelaten
vyf hembden
drie kabaaitjes
drie doeken
een borstrok, almeede nog
twee lappen linnen
een goude ring met drie steentjes
twee chambreelen
een tafelkast
een lessenaar
In de agterkamer
twee hoekrakjes
een tafel
een lessenaar
een stelletje
een klein kistje
In de combuijs
vier yzere potten
een koekepan
een rooster
een drievoet
twee ysere leepels
twee waterkeetels
een water halfaam
een rystblok en stamper
drie strijkijzers
agt ysere eetleepels
zes vorken
zes messen
vier kopere kandelaars
Op de agterplaats
een oude schaafbank
drie balies
een huijstrap
een party houtwerk en rommeling
Lyfeigenen
een jongen gen:d Maart van Madagascar
een meid gen:d Doortje van de Kaap
Crediten des boedels
  Rd:s
van den heer P:S: Buissinne volgens specificque reekening 61:24
van Christiaan Wilhelm Burselman voor reparatie aan een schuit 19:--

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huijze voormeld op den 13:e Juny 1815 ende zulks op het op en aangeeven van Christiaan Wilhelm en Wilhelmina Fredrica Burselman, dewelke verklaarden zig hierinne ter goederen trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zijn dan ook betuygden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot ges:e nalatenschap behorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deesen inventaris daarmeede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deesen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Adj:t Commis der Weeskamer door den inventarienten eigenhandig onderteekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: A: v: Breda, G:E: Overbeek

Voor den opgaaff: Christiaan Willem Burselman, Wilhelmina Frederica Burselman

Mij present: P:E: Faure, Adj:t Commis

Ampliatie

Crediten des boedels
  Rd:s
van den heeren m:r W:D: Jennings en J:C: Fleck de comp: over scheepstimmermanswerk per rest 950
van voorm: Christiaan Willem Burselman nog over van de overleedene contant geleende penningen 10
Lasten des boedels
    Rd:s
voldaan aan Jacobus Gerhardus van Rheenen over huur van een huisje staande in de Riebeeks Straat zeedert p:mo Maij tot ult:o Julij l:l: a rd:s25 p:r maand 76:64

Aldus opgegeeven door den weduwenaar in den hoofde deeses gemeld den 17 October 1815.

Hen: v: Geems

MOOC8/31.4

{18150923} 23 September 1815 Johanna Florentinia Verus

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Dingsdag den neegenden dag deezer lopende maand September in den jaare onzes Heeres een duijzend acht honderd en vijftien ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Johanna Florentina Verus wed:e wylen Siegfried Daniel Ziedeman ten voordeele der door haar by evengemelden haar vooroverleedenen man in echt verwekte kinderen, met namen

1) Siegfried Daniel, mondig
2) Theodorus Petrus Jacobus oud 22
3) Maria Christina oud 19
4) Johanna Wilhelmina oud 18
5) Alida Johanna oud 14
6) Bartholomeus Marthinus oud 12
7) Jacobus Johannes oud 9
8) Yda Johanna oud 7
9) Adam Joh:s Ziedeman oud 5 jaren

invoegen als het een en ander door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In een huurhuis van H:k Vos Jansz:n en aldaar

In een voorkamer
een ophaal gordyn
een defecte spiegel
agt schilderyen
een klederenkas waarin de klederen van den overleedene, bestaande in
drie rokken
vier jakkies
twee tabberts
drie doeken
drie p:r kousen
twee borstrokken
een muts, mitg:s nog
elf sloopen
twee lakens
twee servietten
een lessenaar met een glazen kast
een lessenaar
vier tafels
acht stoelen
twee ledige kisten
een Bybel in folio
een roodkopere theemachine
drie kopere kandelaars
een strykyzer
een koffiemolen
een kleine balie
een stoof
twee aarde kommen
zeeven borden
tien vertinde leepels
zes messen
agt vorken
een ledikant met wit behangsel waarop
een bulzak
een peuluw
vier kussens en
een combaars
een kadel waarop
een bulsak
een peuluw en
vier kussens
een vierkante kistje
een tinne keetel en kopere confoor
In de dispens
vyf aarde potten
drie aarde kannen
vyf vlessen
drie bottels
een ankervaatje
een houte bok
een scheepel
een bank
een oude halfaam
een oude kistje
een blikke tregter
een wynpomp
een schenkbord
In de combuijs
een tafel
een kist
een waterhalfaam
drie balies
een watervaatje
een hakkebord
vyf ysere potten
twee roosters
een koekepan
drie drievoeten
twee schoorsteenkettings
twee ysere leepels
een oude graaf
een vyzel en stamper
drie schotels
Lyfeigenen
een meid gen:t Roosje van Mosambicque
een meid gen:t Sara van Mosambicque
Crediten des boedels
  Rd:s
van der overleedene zoon Siegfried Daniel Ziedeman over contant geleende penningen op een onderhands briefje d:d: 3 deeser groot tagtig rd:s zegge 80:--
van Jan Nagel over contant geleende penningen op een onderhands briefje per rest groot zes ryksd:s 12 st:s 6:12
van Jan Slabbert over koop van dranken 3:24

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huyse voormeld op den 23 September 1815 ende zulks op het op en aangeeven van de in den hoofde deeses gemelde Siegfried Daniel, Theodorus Petrus Jacobus en Maria Christina Ziedeman dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al hetgeen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zylieden dan ook betuygden de deugdelykheid hunner opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gesegde nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelijk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde in zulken gevalle deeser inventaris daarmeede kan worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deesen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Adjunct Commies der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig onderteekend.

Als gecomm:e Weesmeester: Daniël de Waal, A:V: Bergh

Voor den opgaaff: S:D: Ziedeman, T:P:J: Ziedeman, C:M: Ziedeman

My present: P:E: Faure Adj:t C:

Ampliatie
een botervat
een blaauwe pot
twee wit aarde kommen
een stoel
een schilderij
een kopere beker
twee balijs
een wolle deken
een beddelaken

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 25 September 1815.

Voor den opgaaff: C:M: Ziedeman

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/31.5

{18121228} 28 December1812 Johannes Roux , Cornelia Margaretha Roelofze

J:N: Stole

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ‘er door Johannes Roux, de oude en wijlen Cornelia Margaretha Roelofze in gemeenschap bezeeten en door laastgemelde ab intestato met ‘er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen zijn bevonden geworden, te weeten

een wagen met zijn toebehoor
een wagen kist
een oud kistje
twee buldzakken
een peul
vier kussens
twee combaarsen
een kooygoedzak
een klijne tafel
twee stoelen
een matras
drie geweeren
twee zadels met tomen
twee boeken
twee bijlen
een bytel
een partheij oud ijzer
een snijmes
een kopere tregter
een driekante vijl
drie ijzere potten waarvan een defect
een roostertje /:defect:/
twee oude emmers
een half aam /:defect:/
een handwasch balie
een kl: vaatje
een karn vaatje
twee oude borsels
een blikke pintje
een tinne trekpot
een strykijzer met voet /:defect:/
twee kopere ketels
een compfoir
vier tinne borden
een tinne schotel
acht tinne lepels
ses vorken /:yzere:/
een kandelaar
een snuijter
een aardepot met dekzel
een stoof
een oude tesje
Beestiaal
drie ruijn paarden
twintig trekossen
dertig aanteel beesten
een hondert en drie aanteel bokken
seven hondert seven en veertig aanteel schapen
Contant in den boedel
  Rd:s
aan gereed geld 't welk den langstleevende is gelaten 40
Baten des boedels
    Rd:s
deese schuld zeedert aan de weduwenaar J: Roux betaald vide bewijs van den 21 November 1813 van d' edele Petrus Pienaar over verkogte hamels 20
  Cornelis Beukes per rest over koop van een wagen 10
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Fred:s Simon Mocke over geleend geld 8
aan Willem Jacobus van der Merwe over geleend geld 5
Erfgenaamen
Johannes Marthinus Dippenaar geb: den 18 Augu:s 1805 dit is een zoon uit den eersten bedde met wijlen Alewijn Joh:s Dippenaar

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 28:ste December 1812 volgens ‘t op en aangeven van voornoemde weduwenaar Johannes Roux, dewelke verklaarden zig in het op en aangeven zijns boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten verswegen, of agtergehouden verklaarende zig dus bereid deeze zijne opgave ter allen tijde des gerequireerd werdende met solemneele eede te staven; met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in ‘t bijweezen van den clercq T:B: Wiese en den venduafslager Jeremias Auret als getuigen

Als getuigen: J:B: Wiese, J:s Auret

Johannes Roux

In kennisse van mij: Th:s Müller, Secret:s

MOOC8/31.6

{18140911} 11 September 1814 Jacob Johannes van der Bank

Lyst van den nalatenschap van den overleeden Jacob Johannes van der Bank geweest in den ouderdom van 25 jaaren en eniege maanden

2 ossen
1 merriepaard
1 trektuyg met drie jokken, 9 stroppen, 7 riemen
6 ongemaakte jokken
1 spoor
1 hantsambok
de volle hout die tot een nuewe wagen behoort
2 elle blouwe laken
21 elle blouwe linne
5 en een half elle fluweel
1 scheermes
1 sweep
2 tentmatjes
18 ryxd: kontante
43 ryxd: te pretendeeren op de Weeskamer
en den overleeden Van der Bank is schuldig omtrend een hondert in de dertig a veertig ryxd:

Den 11 September 1814

Christiaan Cloete, Veld Cornet

MOOC8/31.7

{18150418} 18 April 1815 Jan Josie

Inventaris van alle sodanige goederen als er metter dood ontruimd ende nagelaten door Jan Josie bestaande alle deselve in als volgt

een wolle hembd
een blau baatje
twee oude wolle baatjes
twee paar kousen
twee lenne broeken
een klyne zyldoekse zak
een klyne zyldoekse zak met eenig zylmakers gereedschap
aan contante rd:s16

Kaapstad den 18 April 1815

Als getuigen: J:N: Rörich, J: Bernard

Voor den opgaaf: J:B:S: Timmen

MOOC8/31.8

{18150320} 20 Maart 1815 John Buckley

Inventaris der goederen op heeden door m:r Robert Stuart aan de Weeskamer alhier overgegeeven als behorende tot de nalatenschap van wylen John Buckley Esq:r overleeden op den [ ..... ] aan boord van het schipcapitain Thomas Milner op de rheize van Bengalen naar herwaards, welke goederen vermits er onder des overleedenens papieren geene testamentaire of andere uitterste wils dispositie is gevonden, ten reguarde zyner onbekende uitlandige erfgenamen door Heeren Weesmeesteren deezer Colonie ex officio ter administratie zyn overgenomen, mitsg:s door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren geinventariseerd, en bevonden te bestaan in het volgende, namentlyk

een kist no: 1 waarin
negentien witte broeken
vier en twintig witte onderbroeken
neegen flennelse onderbroeken
vyftien witte onderbaatjes
agt flennelse onderbaatjes
tien dassen
twee p:r zwarte zijde kousen
vijf p:r witte katoene kousen
zes p:r witte katoene zokken
twee lakens
zestig servietten
een lap fluweel
een kussensloop
een p:r ledere handschoenen
een kussen voor een das
een kist no: 2 waarin
dertig hembden
zeeven stukken wit Chineesch linnen
een lap blaauw Chineesch linnen
een lap flennel
vyf en twintig witte onderbaatjes
een witte onderbroek
vyf en vyftig kussenslopen
twaalf servietten
vier lakens
een kist no: 3 waarin
eenige papieren
een kist no: 4 waarin
zeeven en vyftig boeken
drie lakense rokken
een blaauw linnense baatje en broek
een zwarte zyde broek
drie p:r schoenen
een p:r pampoesjes
een p:r Chineesch linnen stevels
een onderbaatje
vier kussenslopen
zes servietten
twee pakken inktstof
twee potjes pomade
een scheerdoos
een foudraal met twee scheermessen
een verlakte theedoos
een kleder borsel
een tandeborsel
een kam
een party knoopvormen
drie bossen pennen
een kist no: 5 waarin
neegen hembden
tien onderbroeken
vier witte doeken
vyf p:r witte kousen
dertien witte onderbaatjes
vier kussenslopen
twee en zeventig servietten
drie en twintig buykbanden
een party franjes
een klyne zilvere theemachine
een zilvere waterkeetel
een zilvere sauspot
een zilver boterpot
een zilver zuykerbus
vier zilvere schotels
twee zilvere kommen
twee zilvere bottelbakjes
een zilvere oly en azynstander met 5 vlessen
een zilvere saus leepel
twe zilvere eetleepels
twee zilvere vorken
vier klyne zilvere lepels in zoort
een zilvere botermes
een zilvere noterasp
een p:r zilvere schoengespen
een p:r zilvere kniegespen
een goud horologie met een goud ketting cachet en sleutel
een zilvere zakhorologie
een enkelde goude hand knoop
een schryflessenaar waarin eenige kleynigheeden
drie plettit kandelaars

Aldus geinventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 20 Maart 1815 in de tegenwoordigheid en op het aangeeven van m:r Robert Stuart en captain Milner in den hoofde deeses gemeld, dewelke deesen inventaris benevens ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eerste Commis der Weeskamer behoorlyk hebben onderteekend

Als gecomm:e Weesmeesteren: A:V: Bergh, C: de Bruyn van Tromp

Rob: Stuart

Tho:s Milner

My present: G:A: Watermeijer, E: C:

MOOC8/31.9

{18140614} 14 Junij 1814 Hester Johanna Jonker

Den opgenoomen boedel door mijn Jacobus H: van Zyl Veltcornet met twe getuijgen gedaan den 14 Junij 1814 van wegen mejuffrouw Hester Johanna Jonker weduwe van wylen den burger Joseph Albartus van Eede overleden den 11 Junie 1814 agterlatende vier onmondige kinderen: twee zoons en twe dogters

een wagen met sijn toebehooren
elf osse
3 paarde
70 bokke
7 hamels
2 bultsakke, 2 kombaars, 5 kussens
1 een perd
2 tafeltjes
2 kiste
5 borde
3 schotel
3 lepels, 5 vorken
2 trekpotjes
1 kommetje
1 bottel, 1 kan, een ketel
3 kookpotte
1 vlees vaatje
1 span sakke
1 perd
1 koekepan
1 vleesvork
1 blaker met snuyter
3 boeke
1 comvoor
1 katel
1 waterpot

Nagelaten twee zoons en twee dogters, alle onder de 16 jaar

Johannes Hendrik Cloete

David Hendrik de Villiers

MOOC8/31.10

{18140919} 19 September 1814 Hermanus Potgieter , Geertruijda Klopper

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door Hermanus Potgieter en wylen desselfs huisvrouw Geertrujijda Klopper in gemeenschap bezeeten en door den laatstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten zynde, dezelven bevonden te bestaan, in

De helft der opstal staande op de leeningsplaats genaamd de Commando Drift gel: aan de Tarka's Rivier
twee wagen kisten
een bed, vier kussens en een combaars
twee zeep potten
drie kleine yzere potten
twee yzere potleepels
een yzere vleesch vork
een rooster
een koekepan
twee plat vaatjes
een tavel
een halve aam /:defect:/
drie stoelen
een stoof
twee Keulse kannen
twee aarde potten
een kleine vaatje
twee mandjes
een schuifdoosje
drie trommels
een kistje met agt vlessen
een meelzeeft
een kopere ketel
een trekpot
vyf tinne schotels
elf tinne borden
twaalf tinne lepels
agt staale vorken
een tinne soep lepel
twee kopere kandelaaren
twaalf zikkels
een snuyter
een brood bak
vier emmers
een blaasbalk
een aambeeld
een hamer
een tang
een spyker vorm
een schroef
drie graaven
drie graaven /:defect:/
twee oude pikken
twee oude bylen
een hand byl
twee oude zadels en toomen
een dissel
een yzere omslag
een rasp en passer
een zaag
agt vlesjes
een inkt kannetje
een ploeg met zyn toebehoren
een osse wagen met tent, zyl en jukken
een graaf yzer en een parthy oud yzer
vyf balken en drie enden planken
twee geweeren waarvan een defect
Beestiaal
twaalf trekossen
sestig aanteelbeesten
drie rydpaarden
thien aanteelpaarden
twaalf hondert drie en tagtig schaapen
vier hondert en sestien bokken
Baaten des boedels
  Rd:s
van de weduw Joh:s C: Geyer over contant geleende gelden 77
van Claas Niemand wegens verkogte hamels 21
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de weduwe Jacobus Potgieter wegens contant geleende gelden 50:--
aan zoveel de kinderen in eerder huwelyk verwekt met Petronella Kruger, in naame Hermanus Philippus en Willem Jacobus Potgieter nog wegens moeders bewys uit den boedel yder eene somma van twee honderd een en veertig ryksd:s competeerd
aan zoveel het kind in naame Nic:s Joh:s Potgieter in een tweede huwelyk verwekt met Johanna Magdalena Niemand meede nog zijn's moeders bewys uit den boedel competeerd de groote der somma deur opgeever onbekend, doch zegde dat zulks by de Weeskamer bekend staat 1330:21
Erfgenaamen
Susanna Catharina geb: den 10 Mey 1807
Geertruyda Maria Margaretha geb: den 25 Maart 1810 en
Hester Johanna Cornelia geb: den 14 February 1813

Aldus gedaan en geinventariseert ten voorengemelde plaatze de Commando Drift op den negenthienden dag der maand September agthien hondert en veerthien ende zulks ter op en aangaave van den in den hoofde deeses gem: Hermanus Potgieter dewelken betuigde zich daarinne ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weetens verzweegen of agtergehouden te hebben van al het geen tot den boedel behoort bereid zijnde des gerequireerd wordende ten allen tyde met solemneele eede te bevestigen en verdere beloften zo wanneer in der tyd iets nader tot gem: boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daar meede te zullen emplieeren ter praesentie van Joh:s Henricus Meiring en den boode Jeremias Auret als getuigen

Als getuigen: J:H: Meiring, J:s Auret

Hermanes Potgieter

Ten mynen overstaan: J:H: Fischer, Landd:

MOOC8/31.11

{18150317} 17 March 1815 H: Brinkman

Account of articles belonging to H: Brinkman seaman on board the brigwho departed this life 17 March 1815

2 pillows
1 trunk
1 quadrant
1 jar of sweet meats
2 coats
4 pairs of pantaloons
1 shirt
1 Guernsy jacket
5 vest
2 hatts
2 pairs stockings
5 p:r shoes
1 book with a pocket book containing papper
3 ostricqs egs
1 gold breast pin
1 piece of silk hankerchifts
1 rull
1 looking glas

C: Winterbag, Capteen

A: Wolff

Joch: Fhillip Schifmetsseller

MOOC8/31.12

{18150516} 16 Meij 1815 Coenraad Schreuder

Inventaris van alle zodanige goederen als er metter dood ontruimd en de nagelaaten zijn door Coenraad Schreuder bestaande dezelve in als volgt:

een kist waarin
zes hembden
een broek
zes onderbaatjes
zeven doeken
een oude laken
twee oude rokken
een p:r oude schoenen
een hoed
een tafel
een stoel
een blaasbalk
een koekepan
twee ysere potten
een kleine kopere ketel
een oude koffy molen
drie blikke trommels
een kleine balie
een katel waarop
een bulzak
een peul
drie kussens
een deken
een kleine kist met eenige oude boeken en voort
wat rommeling

Kaapstad den 16 Mey 1815.

Als getuigen: J:N: Rorich, Jan Frylink

Voor den opgaaf: N: Vos

MOOC8/31.13

{18140813} 13 Augustus 1814 W:A: Muller

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door wylen W:A: Muller ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten zijn, mitsgaders heeden opgenomen en bevonden te bestaan in

Beestiaal
drie hondert agt en dertig aanteel schape
agt en veertig bokken
negenthien beesten
drie paarden
een jagt geweer
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Chr:n Joh:s Muller weegens koop van een paard en zes beeste 106

Aldus gedaan en g’inventariseerd op den 13 Augustus 1814 ter Adj:t Drosdije Cradock volgens het op en aangeeven van Diederik Johannes Muller dewelke betuigde zig in ‘t op en aangeeven des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten verzweegen of agtergehouden, verklaarende zig dus bereid deeze opgaave ten alle tyde des gevorder wordende met solemneele eede te zullen staave en verdere belofte zo hij iets nader tot den boedel behoorende mogte ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen emplieëren, en is zulks geschied door mij ondergeteekende Adj:t Landd:s ter bij weezen van den veldc: Van Heerden en den burger Jacobus Marais Ch:l zoon

Voor de opgaave: J:S: Muller

A: Stockenstrom, Adj: Landd:

J:S: v: Heerden, Veld Cornet, Jacobus Marais

Erfgenaamen
1) de moeder Anna Susanna Nel thans hertrouwd met Marcus Greeve
2) Diederik Johannes Muller mondig
3) Johan Christiaan Muller mondig
4) Adriaan Gerhardus Muller 18 jaaren
5) Albertus Jacobus Muller tweelingen 16 jaaren
6) Stephanus Jacobus Muller
7) Susanna Marijna Muller gehuuwd met Johan Nicolaas Sauer
8) Elisabeth Maria Muller gehuuwd met Arnoldus de Beer
9) Anna Catharina Muller gehuuwd met Piet Jordaan

MOOC8/31.14

{18141115} 15 November 1814 Elizabeth Maria Kuuhl

Inventaris der goederen en effecten op den 12 December des jaars 1813 ter plaatze van de wed:e Ockert Coetzee geleegen in ‘t midden Roggeveld ab intestato metter dood ontruymd ende nagelaten door de meerderjarige jonge dochter Elizabeth Maria Kuuhl, ten voordeele hare ondertemeldene broeders en zusters, dan wel der vooroverleedene wettige afstammelingen bij plaatsvulling, met namen

1) Johan Adolph Kuuhl
2) David Benjamin Kuuhl
3) Aletta Elsabe Kuuhl get:d met Arend van As
4) Justina Susanna Kuuhl get: met Albertus Johannes Herhold
5) de nagelatene kinderen van wylen Susanna Margaretha Kuuhl in echt verwekt by haaren meede overleedenen man Fredrik Wilhelm Maasdorp, met namen a) Susanna Elsabe Johanna Maasdorp oud 19 jaren
b) Johan Otto Benjamin Maasdorp oud 16 jaren
c) Elisabeth Henrietta Maasdorp oud 11 jaren
6) het eenig overgebleeven kind van wylen Johanna Jacoba Kuuhl, in echt verwekt by haren meede overleedenen man Nicolaas Louis Brugman, genaamd Johannes Jacobus Brugman oud 11 jaren

Zodanig als deselve door opgemelde Aletta Elsabe Kuuhl, als generale gemachtigde van haren man Arend van As blykens procuratie op heeden voor den notaris publiek ten deeser gouvernement Rynier Beck en getuygen gepasseerd, en alwaar de overleedene is woonachtig geweest, en mets dien op het op en aangeeven van gesegde Aletta Elsabe Kuuhl q:q: door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en bevonden te bestaan in het volgende, namentlyk

enige weinige klederen, die door de inventariente thans niet specificq kunnen worden opgegeeven, dog waarvan zij beloofd, ten eersten een lyst ter Weeskamer in te zenden
een slave meisje genaamd Doortje van de Kaap , blykens transport daarvan op den 18 December 1812 aan de overleedene gedaan
Crediten
  Rd:s
zo veel de overleedene volgens de Weesboeken te goed heeft wegens erffenis voortkomende uit den boedel van wylen haren broeder Philippus Petrus Kuuhl 23:26

Aldus gedaan en geinventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 15 November 1814 ter op en aangave als in den hoofde deeser gemeld, betuygende de inventariente q:q: zig daarinne allezints ter goeder trouwe gedragen, en hares weetens niets verzwegen of agtergehouden te hebben van al hetgeen tot den boedel en nalatenschap behoord of betrekking heeft, betuygende bereid te zijn deese haare gedane opgave ten allen tijde des gerequireerd wordende zo voor zig zelve als in de ziel van haren man en principaal, met solemneele eede te bevestigen, en met verdere belofte zo wanneer in der tijd iets den boedel concerneeren nader mogte ontdekken, daarvan nader getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde in deese geval deesen inventaris daarmeede na behooren ku[ ..... ] worden g’amplieerd.

Ten blijke der waarheid is deesen door de inventariente q:q: beneevens ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eersten Commis der Weeskamer eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, G:E: Overbeek

Voor den opgaaf: A:E: van As geboore Kuuhl

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/31.15

{YYYY} [ ..... ] Jan die Ee

De lijst van de goederen van Jan die Ee

drie tinne borde
twee tinne borde stukkende
een tinne kom
drie postelijne kommetjes
vijf lepels
vijf vorken
een oude tinne soplepel
een oude tinne trekpot
een oud tetavel
een kis
een stukkende blikke plattevaatje
twee ijserpotte klijn: 1stukkende, 1 heel
twee Vranse Bijbels
een Vranse prediecaatsie boek
drie oude postelijne schotels
drie postelijne borden
twe postelijne borden klijne
twe postelijne borden stukkende
een oude stoof en oude tessie
een klijne kis sonder deksel
een stukkende blikke trommel sonder deksel
een aarde lampet stukkende
een oude klijne schinkblad
twee oude nagt spiegels
een blikke klijne blaker en snuijter
drie oude messe
een aarde pot
een blikke snuijf blik
een hand bijl
vier scheermesse
een bed van vel, twee kussens en vel kombaars
twee oude hoorn bekers
een stukkende babeljoen
een hele katel
een oude vlijs vork
een stukkende strijkijser
de schoen makers gereedschap
5 messe
1 oude taveltje
2 tange
2 schare
1 raspe
1 dop gus
3 elsten
77 leesten
2 schoen borssels
1 schootsvel
12 elsten
1 hout potlepel
2 veldstoelen
72 schaape en bokkevelle met haare ongelooijd nog rouw
1 strook sool leer met lappe
1 bol schoen makers gare
1 bak met wat pik
1 doos met wijnig swartsel
1 stevel knegt
1 nieuwe karsaye baatje
2 oude baatjes
2 oude broeke
1 meel sif

Wy als getuygen: Johannes Nieuwoudt, Veld Cornet, Jan Craffort Jan soon, Willem Voordewind

MOOC8/31.16

{18141112} 12 November 1814 Maria Striegel

S:V: Cloete

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten als er op den 13:de Augustus deeses jaars met er dood zyn ontruymd en nagelaten door Maria Striegel voormaals wed:e wylen Jacob Breed; laatst wed:e Gerrit van Zyl ten voordeele der erfgenamen zynde vyf mondige kinderen in voorz: huwelyken verwekt, waarvan een uitlandig is, als:

uit het eerste huwelyk Anna Margaretha Breed gehuuwd met Pieter van Zyl
Johannes Augustus Breed
Jacob Coenraad Breed
uit het tweede huwelyk Pieter Andries van Zyl
Hester van Zyl gehuwd met Willem Johannes Beemmert - uitlandig
Losse goederen des boedels
een koffy molen
een stryk yzer
een vuurtang
drie keetels in zoorten
drie postelyne kommen in zoorten
zeven pierings en vyf kopjes
vier tinne schotels in zoorten
drie klyne porcelyne potjes
twee koopere kandelaars
een zout vaatje
een peperbus
een kom en 5 potjes
een schoffel
twee flesjes en een bottel
een aarde pot
een kist slot
een kapmes
een vuurtest
een snuiter
twee trek potten
een oude beker
een yzere pot
een water emmer
drie boeken in zoort
een kleyne koffer
een kleere kist
een peul, drie kussings en 1 combaars
een boter vaatje
Lyfeigenen
1 slavinne gen:d Lea , met haar twee kinderen Rachel en Fielda , alle van de Kaap
Contanten des boedels
aan contanten papiere munt twee honderd en vyf en zeventig ryksdaalders
aan zilveren munt een honderd negen en zeventig rykds: en 6 schell:
Baten des boedels
een schuldbekentenis ten lasten Pieter Andries van Zyl spruitende over koop van een slaaf gen:d David van Mosambique , groot vyf honderd en zestig ryksd:s
een schuldbekentenis ten lasten diezelfde van Zyl groot acht en veertig ryksd:s
een schuldbekentenis van Johannes Augustus Breet groot rd:s vier en negentig
zynde deeze drie schuldbekentenissen berustende op de Weeskamer
een schuldbekentenis ten lasten Pieter van Zyl W:m z:n groot ryksd:s twee honderd acht en negentig
Boekschulden
Jacobus Joubert over koop van twee kisten acht ryksd:s

Aldus gedaan en g’inventariseerd op de woonplaatze van voorz: P: van Zyl genaamd de Brakke-fontyn gelegen in het Onder Bokkenveld op heeden den 12:de November 1814, ende zulks ter op en aangeeving van meerm: P: van Zyl denwelken betuigde zig daarinne ter goeder trouwe gedragen en zyns weetens niets verzweegen ofte agtergehouden te hebben van al het geen tot den boedel of nalatenschap behoord, bereid zynde zulks des gerequireerd wordende ten alle tyden met solemneele eede gestand te doen en verdere belofte zoo wanneer in der tyd nog iets mogte worden ontdekt, daarvan getrouwelyk opgaaf te zullen doen ten einde deese inventaris daarmeede na behooren kan worden g’emplieerd.

In teeken der waarheid is deesen in tegenwoordhigheid van my ondergetekende Adj:t Landdrost en getuigen door den inventarient eigenhandig gesubscribeerd

Als getuigen: W:A: de Vries, J:s Keet

Pieter van Zyl W:soon

In kennisse van my: P:M: Bergh, Adj: Landd:

MOOC8/31.17

{18140814} 14 Augustus 1814 Jan Nel , Johanna Carolina Bek

C: Bird

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, slaaven, baaten en lasten des boedels van wijlen den ab intestato overleedenen Jan Nel Willem zoon en nagelaatene weduwe, Johanna Carolina Bek behooren, en door vernoemden Jan Nel op den veertienden April 1814 met den dood is ontruijmd en nagelaaten, zijnde deeze inventaris door mij ondergeteekende, fungeerende Secretaris van het district Tulbagh ter presentie der nagenoemde getuijgen geformeerd en in geschrifte gebragt als

De opstal der leenings plaats genaamt de Drie Fonteijnen , geleegen aan de andere zijde van de Buffels Revier , agter den Zwarten Bergh , in het district van Tulbagh

Op voornoemde plaats en aldaar

In 't woonhuijs
1 kleijne tavel
2 stoelen
2 groote kisten
2 plat vaatjes
1 anker vaatje
1 koeke pan
3 keetels in zoort
1 thee potje
1 kadel
1 oude zaag en wat oud eijzer werk
In een buijten vertrek
2 bedden met hunne toebehooren
2 booter karrens
1 schiet geweer /oud/
6 eijzere potten in zoort
1 rooster
3 emmers in zoort
1 hout bijl
12 nieuwe vlakke tinne borden
8 nieuwe dieppe tinne borden
11 oude tinne borden in zoort
7 tinne schootels
20 vurken in zoort
16 tinne leepels in zoort
Op de werf
1 osse waagen compleet
1 zadel en 1 toom
2 pikken
1 graaf
1 sleijpsteen
1 banck schroef
1 knap zak zout
1 half aam /:defect:/
1 hout bijl /:defect:/
1 ploeg schaar
1 ploeg, defect
6 zeijle zakken
1 dissel
2 hand bijlen in zoort
1 sneij mes
1 omslag met seeven booren
2 fijlen in zoort
1 rasp
1 haamer
1 cijfer leij
5 kommetjes
1 vles
2 kandelaars in zoort
Lijf eijgene des boedels
1 slaaf Januarij van Mosambieke
1 slaaf Anthonij van Malabaar
1 slavine Rachel , met haar kind Julij , beede van de Kaap
Beestiaal
2 rijd paarden
22 ossen
50 aanteel beesten
890 schaapen
280 bokken
Baaten des boedels
een onderhandsche schuld brief van Willem Kouwenburg groot rijksdaalders sestig
Lasten des boedels
aan E:B: le Roux weegens gekogte negotie goederen per restant rijksd:s seeven en dertig

Aldus gedaan en geinventariseerdt ter plaatze de Drie Fonteinen , geleegen agter den Zwarten Bergh , den viertienden Augustus 1814 en zulk’s volgens op en aangeven van de weduwe Jan Nel, Pieter Willem Nel Janz:n, Johannes Paulus Zwarts en Johan Nel, dewelke betuijgden in het doen inventariseeren dezes boedels, hun in alles ter goeder trouw te hebben gekweeten, en zonder hun weeten iets tot den boedel specteerende agter te houden of te verzweegen met offerte om indien naaderhand nog iets tot de nalaatenschap specteerende mogte koomen te ontdekken, deeze inventaris daarmeede te zullen emplieeren en dit alles ten allen tijde, des vereijscht met sollemneele eijde te sterken, mietsgaaders acte geformeerd ter presentie van Alberthus Pieter Meiring en Frederik Mong als getuijgen, die de minute deezer, benevens bovengemelde opgeevers ende mij fungeerende Secretaris meede behoorlijk op een zeegul van agt en veertig stuijvers hebben onderteekend.

Quod attestor: J:F: van de Graaff, fung: Secret:s

Ampliatie

Lasten des boedels
  Rd:s
aan Abraham Brink Jansz: over gekogte negotie goederen 152:30
Anthonij Lombard over geleend geld op een onderh: briefje 200:--
met den renten zeedert den [ ..... ] 1812
Inneschulden
  Rd:s
van Nicolaas Joh: Brits woonachtig te Uittenhagen over koop van een wagen bl:s bewijs 250:--
met de renten à 6 p:c p:r a:o zeedert den 1 Maart 1811

Ter Weeskamer aan de Kaap de G: Hoop den 20 Maart 1815.

Als getuigen: R: van Breda

Voor de opgaaf: Johanna Carolina Beck wediwe Nel

Mij present: J:P: Faure, Secret:s

MOOC8/31.18

{18150120} 20 January 1815 Johan Andreas Triftshyser

S:V: Cloete

Staat en inventaris van alle zodanige goederen, etz: als welke door Elisabeth Johanna Roux weduwe van wylen Johan Andreas Triftshyser ab intestato overleeden nalatende vier kinderen met namen

Maria Margaretha oud acht jaaren door den overledenen in een voorig huwlyk met Maria Welman verwekt en thans woonagtig by Pieter Willem Rossouw
Elisabeth Magdalena oud vyf jaaren door Willem Joubert G:szoon by voorm: E:J: Roux verwekt en
Maria Johanna Elisabeth oud twee jaaren
als meede een jong gebooren dogtertje oud vyf maanden door den overleedene in het tegenwoordig huwlyk verwekt

bezeeten worden.

Gedaan maken door de voormelde Elisabeth Johanna Roux en zulks ten verzoek van Heeren Weesmeesteren dezen volkplanting als gemelde boedel administreerende zo ende in diervoegen als hier na is volgende

Vaste goederen
geen
Lyfeigenen
Regina van Mosambique , beneevens haare twee kinderen genaamd Pamela , oud circa zes jaren en Fleur , circa oud vier maanden
Losse goederen
twee bedden
zes kussens
een combaars
een katel
een stoel
vier kisten
een lessenaar
vier yzere potten
een blikke trommel
twee tinne trekpotten
drie groote tinne schotels
acht tinne borden
twaalf aarde borden
twee witte aarde kommetjes
zes yzere leepels
zes yzere vorken
twee kopere keetels
een kopere kandelaar
een aarde kan
een aarde pot
een kleine spiegel
een tinne waterpot
drie schiet geweeren
een bandelier
een zadel en toom
drie bylen
een schuymspan
een hak mes
vyf schaaren in zoort
een kogelform
een hol dissel
een hands zaag
een hamer
twee bytels
een snymes
vier haaken en kommen
een party oud yzer
een ploeg defect
een osse wagen
twee trektouwen
acht jukken
een teerputs
een remketting
vier mudde zakken
vier kar leeren
een buikplank voor een kar
een buikplank voor een wagen
een duims boor
een halfaam
een boter vat
een boter karn
drie vaatjes in zoort
een plat vaatje
een graaf
een pick
een koevoet
Beestiaal
een ryd paard
drie aanteel paarden
dertig trekossen
acht en twintig aanteel beesten
zeven aanteel beesten - door de nagelaten weduwe opgegeven als het eigendom van de voorm: voordogter van den overledenen, Maria Margaretha genaamd, en afgegeven aan P:W: Rossouw
zeven honderd een en veertig schapen en bokken
Baten des boedels
  Rd:s
David Jacob Roux Dan:s zoon blykens onderhandsche schuldbrief de dato 23 Mey 1813 200:--
renten zedert 23 Mey 1813 a 5 pc: 's jaars
Elias Wilhelmus Mynhard blykens onderhandsche schuldbrief d:d: 23 February 1814 400:--
benevens de renten gerekend à 5 pc: 's jaars
Johannes Lodowicus Bikker blykens onderhandsche schuldbrief 40:--
Piet Cornelis Oosthuysen blykens onderhandsche schuldbrief 10:6
Hendrik Nieuwenhuysen blykens anitatie in den boedel gevonden 47:--
Jan Jonker Janszoon blykens anitatie in den boedel gevonden 5:--
de wed:e Jacob Schreuder blykens anitatie in den boedel gevonden 40:--
de heer P:J: Buissinne 200:--
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Mathys de Beer spruytende weegens reste der kooppenningen van opgem: slavinne Regina 50

Op heeden den 20 January 1800 en vyftien compareerde voor my Daniel Kuys Notaris van het district van Zwellendam , de opgemelde Elisabeth Johanna Roux dewelke verklaarde in het opgeven van deezen inventaris zig zelve getrouwelyk en oprechtelyk te hebben gedragen zonder deswegens iets agter gehouden of verzweegen te hebben, direct of indirect, presenterende des noods en daar toe verzoekt zynde deeze met solemneele eede te zullen bekragtigen, beloovende indien iets naders tot voordeel of schade van gemelde boedel mogte opkomen hetzelve ten alle tyden by nadere ampliatie van inventaris te voorschyn te zullen brengen.

Aldus deeze inventaris gesloten ter presentie van George Gabriel Vos en Hendrik Jeremias Roux als getuygen daartoe verzocht /:onderstond:/ /:Was geteekend:/ Elisabeth Roux /:Lager:/ In kennise van my: /:was geteekend:/ D: Kuys, Notaris /:In margine:/ Als getuigen: /:was get:d:/ G:G: Vos, Hendrik Jeremias Roux

Accordeert met dies origeneel ter Secretarye van Zwellendam berustende: D: Kuys, Not:s

MOOC8/31.19

{18150817} 17 Augustus 1815 Fredrik Delitz

Inventaris van alle zodanige goederen als er ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Fredrik Delitz ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door my ondergeteekende Adjunct Commis der Weeskamer ter presentie der meede geteekende getuygen is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ten huise van J:N: Rorich

een koffer waarin
drie jekkets
zes broeken
neegen hembden
dertien baatjes in zoort
vier p:r kouzen
een slaap kabaay
een hoed
negen doeken
een foudraal met een scheermes

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huyse voormeld op den 17 Augustus 1815

Als getuigen: J: Serurrier, J:N: Rorich

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:s

MOOC8/31.20

{18150116} 16 Januarij 1815 Coenraad Vermaak , Maria Jacomina Klasen

Staat en inventaris van alle zodanige goederen, effecten, baaten en lasten als tot den boedel van Maria Jacomina Klasen en nagelaten man Coenraad Vermaak s:r behoren en door voorsch: Maria Jacomina Klasen sub dato 29 Nov:r 1812 ab intestato met de dood ontruimd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en ingeschrifte door my ondergetekende Secretaris van het district Uitenhage en aldaar as Notaris Fungeerende in presentie van de natenoemene getuigen, mitsgaders ter requisitie van voorm: weduwenaar gebragt, bestaande deselve in als volgt

twee beddens met hun toebehoren
vier kisten
vier stoelen
een tavel
een tavel /klap/
zeventhien schotels
twee douzyn borden
een half douzyn theegoed
een theepot
twee kandelaren
een lamppot
vier kookpotten
een zout vatje
een peper doos
twee douzyn lepels
een douzyn vorken
een douzyn messen
een boter pot
drie zilvere horologies
een hand moolen
een lek vatje
een kan
twee stoven
drie geweeren
twee ketels
twee zadels
een wagen met zyn toebehoren
een wagen /:defect:/
een smitswinkel
een kraan zaag
een trek zaag
een span zaag
een schroef
een duims boor
een ploeg /:defect:/
twee hout bylen
een dissel
twee alfämen
een botervat
een karn
een bierpyp
drie ankers
Beestiaal
30 ossen
36 beesten
81 schapen
4 paarden
Baaten des boedels
  Rd:s
van Jan Philip Hartman geleende penningen 550
van Dirk van der Schyf geleende penningen 100
van Jan Potgieter c:t geleende penningen 100
van Barend Bouer over koop van 2 ossen 60
van Jan Hend:k Oosthuizen over geleende penn: 100
van Jan Potgieter J:H:z over kopen van koorn 50
Lasten des boedels
  Rd:s
aan C:W: Behrens wegens gekogte negotie goederen 361:7
aan J:D: Weilbach wegens gekogte negotie goederen
aan G:L: van Nieukerk geleende penningen 100:--
Erfgenaamen
Maria Jacomina getrouwd met Jan Hendrik Oosthuizen, geboren den 24 July 1784 deese erfgenamen zijn volgens opgave door de heer Jan Carel Bergh den 7 Maij 1816 ter Weeskamer gedaan kinderen uit den huwelyke van voorm: Coenraad Vermaak, wylen zyne huisvrouw Maria Jacomina Klaassen
Cornelis Tobias geboren den 1 Oct:r 1788
Susanna Sophia gehuuwd met Fredrik Coenraad Meijer geboren den 6 Sept:r 1789
Clasina Magdalena geboren den 6 Nov:r 1791
Nicolaas Jacobus geboren de 7 Oct:r 1793
Coenraad Marthinus gebore den 25 February 1799

Aldus gedaan en geinventariseerd ter woonplaatze van voormelde Coenraad Vermaak s:r, gen:t Misgunt gel: aan Oliphants Revier in Albanij op den 16 January 1815 ende zulx op het op en aangeeven van de requisant in den hoofde deeses voorm:, dewelke betuygde hem daaromtrend ter goeder trouwe gedragen en met zyn weetens niets versweegen of agter gehouden te hebben tot den boedel behorende met presentatie des gerequireerd werdende met solemnele eede te zullen bevestigen, en beloofde zo wanneer iets mogt komen te ontdekken, tot dien boedel behorende deese inventaris daarmeede te zullen amplieren, mitsgaders acte geformeerd ter presentie van d’ burgers Cornelis Tobias Vermaak en Coenraad Fredrik Meyers als getuigen

Als getuigen: Cor: T: Vermaak, C:F: Meijer

Voor myn vader: Corn: T: Vermaak

In kennisse van my: J:C: Bergh, F:N:

MOOC8/31.21

{18150116} 16 Januarij 1815 Cornelis Potgieter s:r , Rachel Lea Meyer

Staat en inventaris van alle zodanige goederen, effecten, baten en lasten als tot den boedel van wylen Cornelis Potgieter s:r en nagelaten weduwe Rachel Lea Meyer behoren en door voortsz: Potgieter sub dato 26 Mey 1813 ab intestato met de dood ontruimd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en ingeschrifte door my ondergetekende Secretaris van het district Uitenhage en aldaar als Notaris Fungeerende in presente van de natenoemene getuigen, mitsgaders ter requisitie van voorm: weduwe gebragt, bestaande deselve in als volgt

een bed en toebehoren
een oude kist
een katel
zes borden
twaalf lepels
zes vorken
twee schotels
een ketel
drie kommetjes
twee kookpotten
een karn
twee emmers
vier tinne schotels
een oude wagen
een parthy rommelerye
twee bylen
een span zaag
een duims boor
een molen steen
Beestiaal
21 ossen en beesten
54 schapen en bokken
Baaten des boedels
[ ..... ]
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Step:s Ferreira Step:sz: geleende penn: 46:6
aan F: Korsten, over gekogte yzer werk 53:--
aan de wed:e Zulch over gekogte negotie goederen 47:--
aan Piet Potgieter Theod:sz geleende penn 30:--
Erfgenaamen
Johannes Petrus Theodorus geboren den 19 Feb:y 1788
Aletta Maria gehuuwd met Anthony Michael Muller geboren den 1 Oct:r 1793
Isaac Hermanus, geboren den 17 July 1796
Lucas Gerhardus geboren den 7 Juny 1798
Rachel Jacomina Johanna geboren den 1 Mey 1812

Aldus g’inventariseerd ter woonplaatze van Coenraad Vermaak s:r, gen:t Misgunt gel: aan Oliphants Rivier in Albanien op den 16 Jan:y 1815 ende zulx op het op en aangeevan van voors: wed:e dewelke betuigde haar daar omtrend ter goeder trouwe gedragen en met haar weetens niets verswegen te hebben ofte agtergehouden tot dien boedel behorende met presentatie des gerequireerd werdende met solemneele eede te zullen bevestigen, en beloofde ze wanneer iets mogt komen te ontdekke tot dien boedel behorende dese inventaris daar meede te zullen amplieren, mitsg:s acte geformeerd ter presentie van d’ burgers Johannes Petrus Theodorus Potgieter en Isaac Hermanus Potgieter als getuigen

Als getuigen: J:P:T: Potgieter, J:H: Potgieter

R:L: Potgieter geb: Meijer

In kennisse van my: J:C: Bergh, F:N:

MOOC8/31.22

{18151221} 21 December 1815 Fredrik Adriaanse

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Maandag den agttiende dag deezer lopende maand December in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd en vyftien ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Fredrik Adriaanse, ten voordeele zyner natemeldene kinderen en een kindskind by syne vooroverleedene huysvrouw Johanna Catharina van de Kaap verwekt, met namen

1) Johanna Helena Adriaanse get:d met Christiaan Fredrik Boijjé
2) Aletta Geertruyda Adriaanse get:d met Hendrik Ravens
3) het kind van wylen Maria Elizabeth Adriaansen in huwelyk verwekt by Bernardus Theodorus Noors in naame Helena Hendrica Noors oud 9 jaren
4) Jacobus Cornelis Adriaansen mondig

Zodanig als dezelve nalatenschap door my ondergeteekende Adj:t Commis der Weeskamer ter presentie der meede geteekende getuijgen is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In een huurhuis van A: Dell en aldaar

In de voorkamer
een chitse ophaal gordijn met plank en lynen
een witte ophaal gordijn
een spiegel /:defect:/
neegen schilderyen in zoort
een klaptafel
een vierkante tafel
drie stoelen
een groote kist
een kleyne kist
een kast waarin
een lakense rok
een lakense jekket
tien broeken in zoort
zes baatjes
twaalf hembden
agt p:r kousen
een ronde hoed
drie chitze spreyen
twee lappen baatjes goed
een egte tjaal
vyf lakens
een en dertig sloopen
vyftien handdoeken
een porcelaine pot
drie porcelaine kommen
een karaf
een glas
een party ledige vlessen en bottels
een ledikant met behangsel waarop
twee bulzakken
een peuluw
neegen kussens en
twee deekens
een kadel
twee kleyne kistjes
een kopere vyzel en stamper
twee kopere kandelaars en een snuyter
een soupterrine
zestien schotels in zoort
zeeven borden
een lampet en kom
zes kopjes en drie pierings
twee mandjes
een trommel
een aarde bak
een hout schuyfdoosje waarin
een zilvere soupleepel
agt zilvere eetleepels
drie zilvere vorken
een zilvere theelepeltje
een zilvere confytvorkje
een p:r zilvere schoengespen
twee p:r zilvere kniegespen
een p:r zilvere broeksknopen
tien zilvere hembdroksknopen
twintig zilvere knopen met agate steenen
een zilver horologie
twee stukjes paarl d' amour
een houte doosje met eenige kleynigheeden
zes yzere vorken
een kleyn koffertje waarin
een goude halsketting met paarlen
een p:r goude oorkrabben, defect
een p:r goude handknopen
zes vergulde knoopjes
een agate steen
twee snuyfdoozen
een papiere doosje
een p:r brasseletten met steenen
een zilver naaldenkoker
een restant band
een memorieboekje
In de combuys
een etenskast
een pottenbank
twee watervaatjes
vier ysere potten
drie schoorsteenkettings
een rooster
een koekepan
een waterkeetel
een drievoet
een vuurtang
een yzere lepel
een koffieketel
een kopere poffertjespan
vier rakken
een theebalie
een houte bak
een ysere balans met houte schalen
een rijstblok en stamper
vier bankjes
Lijfeigen
een oude slave jongen gen:d Anthonie van Mallebaar
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten
vier goude guineas
drie halve guineas
agt en een halve zilvere ropijen
veertien zilvere dubbeltjes
vier stukjes vreemd zilver geld
aan papier en koper munt eene somma van veertien ryksd:s zegge 14
van Hendrik Ravens over kontant geleende penningen volgens eigen opgaaf 25
van Mogedas van de Kaap op een onderhandsh briefje, per rest groot 80

Aldus na gedane ontzegeling g’inventariseerd aan Kaap de Goede Hoop ten huyse voorm:d op den 21 December 1815 ende sulks op het op en aangeeven van de in den hoofde deeses gemelde mondige erfgenamen, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuygden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen en verdere belofte, zo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelijk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde deezen inventaris daarmeede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van my Adj:t Commis en de meede geteekende getuigen door de inventarienten eigenhandig onderteekend.

Als getuijgen: J: Serrurier

Voor den opgaaff: C:F: Boijie

Dit kruys + merk is door Hendrik Ravens als niet kunnende schryven voor zyn naamteekening ter nedergesteld.

J:C: Adriaansze

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/31.23

{18151130} 30 November 1815 Andrew John Clason

Inventaris van alle zodanige goederen als ‘er op Zaturdag den elfden dag deezer lopende maand November in den jaare onzes Heeren een duijzend acht honderd en vyfthien ab intestato metter dood zijn ontruijmd ende nagelaten door den heere Andrew John Clason in leeven major bij het 20 Reg:t Infanterie te Madras , ten voordeele zijner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

een koffer no: 1 waarin
een blaauw lakense rok
een hembd
zes broeken in zoort
een flennelse baatje
zes p:r kousen
zeeventien p:r zokken
dertien witte doeken
twee lakens
zes sloopen
neegen servietten
een p:r ledere slopkousen
een yvoire etui
een ringkraag
een dragon voor een degen
een fluit
twee klederborsels
vier tandenborsels
vier koekjes zeep
een kleyne zak thermometer
een passer en trekpen
twee kammen
een doos tandenpoeder
drie penseelen
een strykriem
een zabel
een degen scheede
een hoed
twee schoenborsels
een bottel met een restant soda poeder
een tinne kom en beeker, en
een party boeken
een koffer no: 2 waarin
een lakense manel
een lakense rok
een moorsen rok
vier en dertig broeken in zoort
zes baatjes
vyf p:r kousen
vier p:r slopkousen
twee zwarte zyde doeken
drie p:r laarsen waarvan twee p:r met kopere spooren
twee p:r schoenen
een p:r spooren
een matje
een restant garen en zyde
een driekante hoed
een koffer no: 3 waarin
een blaauw lakense rok
een oude lakense jekket
een lap rood laken
een lap groen laken
een lap voeringlinnen
vier pakjes knoopen
neegen hembden
agt broeken
zes baatjes
zes doeken
een p:r kousen
een p:r zokken
drie p:r ledere handschoenen
een opera glas
een scheerdoosje
twee klederborsels
een hair borsel
vyf tandeborsels
twee kammen
een scheerdoos en strykriem
een doosje tandenpoeder
twee p:r goude epauletten
een restant goude tres
een dragon voor een zabel
twee koppels voor een zabel
een zyde sjerp
twee ledere halsbanden
een p:r staale spooren
drie zilvere knopen en drie stukjes zilver
een houte doos waarin
een militaire kap
een ledere koffertje waarin
vier p:r laarsen
twee kannetjes met zwartzel
een ouwel drukker
een oude rok
een broek
een baatje
een doek
neegen en twintig hembden
agttien broeken
zeeven baatjes
twintig p:r kousen
agt doeken
zeeven servietten
vier lakens
drie slopen
drie kruisbanden
twee deegens
een mandje waarin
een blikke veldkombuys
een mandje waarin
een party boeken
een pak waskaarsen
een kast, waarin
een zadel, toom, pistoolholsters en verdere toebehooren
een hangmat waar
een mattras
twee kussens
drie deekens
een rustbank met een kussing
een tafel
een kloklantaarn
een spiegel
een verrekyker
een hoed

Zijnde voorts in den boedel gevonden

een doosje g'addresseerd aan William Moir Esq:r Paymaster 2: Ceylon Regiment, Madras
een packet g'addresseerd Hon:ble and Rev:d Thomas James Twistleton, Columbo
een packet aan Major Hall, 89 Reg:t te Madras
een packet aan Mr J: Hayley, Assistant Surgeon Bengal Medical Establishment te Calcutta
een packet aan Twisleton Esq:r
een packet en drie boeken toebehorende aan Mr George Drury
drie boeken toebehorende aan Alex: Anderson
een [boeken] toebehorende aan the Rev:d Z: Clarke
een [boeken] toebehorende aan Cap:tn Rundall

alle welke packetten en boeken aan Mr James Flemning zyn afgegeeven omme aan dies addressen te worden besteld.

Aldus geinventariseerd en opgenomen ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 30 November 1815 ende zulks in tegenwoordhigheid van de heeren Philip Harbert, James Flemning en John Henry Simmonds.

Als Gecommiteerden: Daniël de Waal, A: v: Breda

P: Herbert, James Fleming, H: Simmonds

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/31.24

{18140813} 13 Augustus 1814 Jacob Munnick

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door wylen Jacob Munnick, geweezenen policiruiter, ab intestato met ‘er dood ontruimd en nagelaaten zyn, mitsgaaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in:

Beddegoed
een bulzak
vyf kussens
twee kombaarssen
twee beddelakens
Kleederen
een jas
twee oude hoeden
een swart lakense rok
een fluweele jek
twee oude baatjes
twee onder baatjes
drie broeken
vier hembden
vyf doeken
vier p:r koussen
een lamfer
een p:r schoenen
een kist met een hangslot
een zilvere horlogie met kopere ketin
een p:r groote zilvere schoegespen
een p:r kleine zilvere schoegespen
een zilvere broek gesp
een tinne trekpot
vyf tinne theelepels
een pypsteel /defect/
twee tinne borden
drie scheermessen
een scheerdoos en strykriem /defect/
een spiegel /defect/
een porceleine bord
drie scheermessen
een peper doos
een tinne schinblad
drie lapjes linne /in zoort/
twee lapjes zwart fluweel
twee stringe witte garen
twee stringe zwart zij
een Gebede boek
een weinig hagel en eenige kurken
Contanten
  Rd:s
aan papieren geld 30:3
Schulden des boedels
  Rd:s
aan den adj:t landd:t Stockenström, wegens een reeken: aan J: Gerber voldaan blykens quitantie 33:--
aan den veldc: W:m v: Heerden wegens begraavenis onkosten 16:6
aan den burger W:m Meintjes wegens 10 pond tobak 5:--
van Heerden wegens 1 brood 0:2
  Rd:s55:--

Geen erfgenaamen

Aldus gedaan en g’inventariseerd op den 13 Augustus 1814; ter Adj:t Drosdye Cradock volgens het op en aangeeven, van Gerhardus Henricus Rhyders, dewelke betuigde zig in ‘t op en aangeeven des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen, en niets met weeten verzweegen of agtergehouden: verklaarende zig dus bereid, deeze opgaave ten alle tyde des gevorderd wordende met solemneele eede te zullen staaven en verdere belofte, zo hy iets nader tot den boedel behoorende mogte ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen emplieëren, en is zulks geschied door my ondergeteekende Adj:t Landd:t ter byweezen van den veldc:t W:m van Heerden en den burger Jacobus Marrais Ch:l z:n

Voor den opgaave: Gerhard Hinnrik Rehders

Stockenström, Adj: Landd:

W: v: Heerden, Veld Cornet

Jacobus Marais

MOOC8/31.25

{18151031} 31 October 1815 Lena van de Kaap

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Donderdag den zes en twintigsten dag deezer lopende maand October in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd en vyftien ab intestato metter dood zijn ontruijmd ende nagelaten door de vrije vrouw Lena van de Kaap ten voordeele harer ondertemeldene in onecht verwekte kinderen, met namen:

1) Johan Adam Lockhoup oud 23 jaren
2) George Fredrik Lockhoup oud 20 jaren
3) Catharina Lockhoup oud 15 jaren
4) Jacob Lockhoup oud 13 jaren
5) David Lockhoup oud 11 jaren
6) Sara Theodora Lopckhoup oud 9 jaren
7) Carolina Johanna Hendrica Lockhoup oud 7 jaren
8) Rosina Elizabeth Lockhoup oud 5 jaren
9) Alida Petronella Lockhoup oud 3 jaren en
10) Joh:a Magdalen Lockhoup oud 2 jaren

Zodanig als deselve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In een huurhuisje toebehoorende aan juff:w de wed:e Pieter van der Riet en aldaar

In de gaandery
een roode ophaal gordyn
vyf schilderyen
een klaptafel
een bakkerstafel
In de voorkamer
een roode ophaal gordyn
vier spiegels met vergulde lysten
vier schilderyen
twee vierkante tafels
agt stoelen in zoort
een kabinet met een stel kastpotten waarin
twee hembden
twee rokken
vier kabaatjes
twee borstrokken
twee witte rokken
een ledikant met blaauw linnen behangsel waarop
een bulzak en
twee kussens
een lessenaar met een glazen kast waarin
een oly en azyn standert
twee karaffen
drie kopjes en vijf pierings
twee trekpotten
een zilvere theezeeftje
vier porcilaine beekers
twee geel kopere quispedoors
In de combuijs
een tafel
een waterhalfaam
twee yzere potten
twee yzere drievoeten
een yzere vork
een yzere schuymspan
een kapmes
twee kopere taartenpannen
twee kopere poffertjes pannen
een kopere castrol
een kopere vergiettest
een hakkebord
een vleeschblok
Op de agterplaats
een oude tafel
twee oude vaten
een oude scheepel
Inneschuld
  Rd:s
van den heere Clemens Matthiessen als een der executeuren des testaments van wylen Johanna Staat weduwe wylen Johan Adam Lockhoup over zo veel de overleedene aan erffenisse uit gem: boedel competeerd 685:18

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd en opgenomen aan de Kaap de Goede Hoop ten huize voormeld op den 31 October 1815.

Als gecommitt: Weesmeesteren: A:V: Bergh, A: v: Breda

Voor den opgaaf: J:A: Lockhoup

Mij Present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/31.26

{18150209} 9 Februarij 1815 Barend Erasmus , Maria Zusanna du Pré

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Barend Erasmus d’ oude en deszelfs huisvrouw Maria Zuzanna du Pré, in gemeenschap bezeeten, en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden geworden te bestaan in

een bulzak
twee kussens
een peul
een combaars
Beestiaal
een ryd paard
vyf aanteel beesten
vier ossen
een honderd en vier schaapen
agttien bokken
een ketel
een kist
een balie
een botervaatje
een schotel
vyf borden
zeven lepels
drie forken
twee bottels
een kan
twee emmers
twee trekpotjes
een water vaatje
een Keulse pot
twee oude handbylen
een yzere pot
een yzere zoeplepel
een tafel blad
drie stoelen
een zadel en een toom
een geweer
een oude wagen
een rooster
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Petrus Joh:s Erasmus wegens geleende contanten 50
Erfgenaamen
Lourens Joh:s Erasmus Barendz: gebooren op den 19 April 1807
Barend Petrus Francois Erasmus B:dz: gebooren op den 8:e Juny 1810
Joh:s Jurgen Corn:s Erasmus Bar:dz: gebooren op den 4:e Feb:y 1812

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten adjunct drosdye Cradock op den 9:e February 1815, volgens op en aangeeven de gem: wed:e Barend Erasmus d’ oude dewelke betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouw te hebben gedraagen, en niets met weeten versweegen of agtergehouden; verklaarende zig dus bereid deeze opgaave ten allen tyde des gevorderd wordende, met zolemneele eede te zullen staaven en verdere belofte, zo zy iets nader tot den boedel behoorende mogte ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied door my ondergetekende Adj: Landd: ten bywezen van d’ edele Louis van Wyk, en de manhafte Abram Karel Greyling

A: Stockenström, Adj: Landd:

Voor d’ opgaave: dit + is door gem: wed:e B:d Erasmus ges:d

L: van Wijk, A: Gryling

MOOC8/31.27

{18150211} 11 Februarij 1815 Klaas Prinslo , Geertruyda Johanna du Plessis

Inventaris van alle zodaanige goederen en effecten als er door Klaas Prinslo en wylen deszelfs huisvrouw, Geertruyda Johanna du Plessis, en gemeenschap bezeeten en door laatstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenoomen en bevonden te bestaan in

Beddegoed
een bulzak
een peul, drie kussens en een combaars
een beddezak
Beestiaal
een ryd paard
een merry met haar veule
dertien aanteel beesten
twee honderd twee en tagtig schaapen
zeven en zestig bokken
elf ossen
Beestiaal
een rydpaard
een merry met haar veule
dertien aanteelbeesten
tweehonderd twee en tagtig schaapen
zeven en zestig bokken
elf ossen
een wagen met toebehooren
een wagen kist
een wagen katel
een zadel en toom
twee stoelen
een kogelform
twee boter vaatjes
een party oud yzer
een zaag
een houtbyl
een koevoet
een yzere drievoet
drie yzere potten
een yzere lepel en fork
twee ketels
een emmer
een water vaatje
een schuifdoosje
een tinne schotel
zes tinne borden
drie tinne lepels
drie forken
een snuiter
een schaar
veertig steenen zeep
vier Psalm boeken
een paar zilvere schoegespen
een borssel
twee kammen
twee geweers
een ongemaakte geweer laai
een rooster
Baaten des boedels
van Gerrit Knoetze, over verkoop van een paard rd:s twee en veertig
van Jan de Bruin over verkoop van een kist rd:s tien
van de Weeskamer over een erfportie komende ten profyte deezes boedels uit het nalaatenschap van wylen Hendrik Fredrik Prinslo rd:s vyf en twintig
Contanten
een rykdaalder en vier schellingen, heden door Johan Hend:k Bakemeyer als zyn debit aan de boedel voldaan
Schulden des boedels
aan Isaac Leesen voor negotie goederen een honderd rykdaalders
aan Hendrik van der Vyver voor negotie goederen zes rykdaalders
aan Johan Jacob Pansegraauw voor negotie goederen zeven ryksdaalders
aan Lourens Rasmus Erasmus voor negotie goederen vyf ryksdaalders
aan Daniel Jac:s Erasmus d' oude voor geleende contanten een en veertig ryksd:rs
aan Jan Robbertse voor 't repareeren van een wagen zeven en twintig rd:s
Erfgenaamen
Sophia Geertruyda Johanna van der Merwe gehuwd met Marthinus Lourens Prinslo
Geertruyda van der Merwe gehuwd met Jac:s Eduard Kock
Helena Maria van der Merwe gehuwd met Joh:s Christ:l Roelofse
Elsje Jacoba van der Merwe gehuwd met Hendr: Pet:s Prinslo
Klaas Joh:s Petrus Prinslo gebooren op den 22:e Sept:r 1814

Aldus gedaan en g’inventariseerd, ten adjunct drostdye Cradock op den elfden dag den maand February 1815, volgens het op en aangeeven van Klaas Prinslo, dewelke betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden, verklaarende zig dus bereid ten allen tyde deeze opgaave des gevorderd wordende met zolemneele eede te zullen staaven, en verdere belofte zo hy iets nader tot den boedel behoorende mogte ontdekken, deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren ende is zulks geschied, door my ondergetekende Adjunct Landdrost, ten byweezen van d’ edele Louis van Wyk en de manhafte Philippus Albertus Opperman

Voor d’ opgaave: Klaas Prinsloo

A: Stockenstrom, Adj: Landd:

L: van Wijk, P:H: Opperman

MOOC8/31.28

{18150828} 28 Augustus 1815 Carel Winter

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Vrydag den vyfentwintigsten dag deezer lopende maand Augustus in den jaare onzes Heeren een duijzend acht honderd en vyftien ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door den gezwooren translateur Carel Winter ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In een huurhuisje van Jan Jansze de Bruyn, bewoond door de wed:e Digue, en aldaar

In een voorkamer
acht schilderytjes
twee tafels
een boekenrak waarop
een party boeken
een kadel waarop
een mattras
een peuluw en
een kussen
een kist waarin
twee rokken
vyf hembden
drie broeken
vier baatjes
vyf p:r kousen
twee hoeden
twee p:r schoenen
twee witte gordynen
een koppel voor een zabel
een chitze sprey
een toilet doos waarin
een ouwel drukker
twee cachetten
een zilvere broekgesp
drie pennemessen
drie borsels
een lessenaar
een carette doos
een zilver zakhorologie met kopere ketting
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve gevonden aan Kaapsch papiere munt eene somma van neegen honderd zes en twintig ryksdaalders en twee stuyvers zegge 926:2
Inneschulden
    Rd:s
renten voldaan tot ultimo December 1815 van Christiaan Orffer over contant geleende penningen op een schepenenkennis de dato 27 September 1811 aan capitaal ƒ12000 ofte 4000
  met de renten à 6 p:r c:to p:r a:o zeedert primo October 1814
renten vold: tot den 18 October 1815 van Jan Geyling over contant geleende penningen op een schepenenkennis de dato 18 October 1811 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000
  met de renten a 6 p:cto p:r a:o zeedert [ ..... ]
  van Abram Pieter de Villiers over contant geleende penningen op en schepenen kennis de dato 29 January 1813 aan capitaal ƒ12000 ofte 4000
  met de renten a 6 p:cto p:r a:o zeedert den 29 Januarij 1815
vold: den 15 Jan:y 1816 van August Möller over contant geleende penningen op een notarieele obligatie de dato 21 May 1807 aan capitaal ƒ12000 ofte 4000
  met de renten a 6 p:ct p:r a:o zeedert den 21 May 1814
voldaan den 12 October 1815 van Jacobus Sebastiaan Heuningh over contant geleende penningen op een notarieele obligatie de dato 13 October 1810 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000
  met de renten a 6 p:cto p:r a:o zeedert den 13 October 1814
den 8 December 1815 voldaan met een ten behoeve der Weeskamer gepasseerde Weesm: kennis van 8 December 1815 de renten contant bet:d van Johan Anthon Verg over contant geleende penning op een notarieele obligatie de dato 29 April 1811 aan capaitaal ƒ3000 ofte 1000
  met de renten a 6 p:cto p:r a:o zeedert den 29 April deeses jaars
den 29 December 1815 voldaan met de renten van Johan George Göpell over contant geleende penningen op een notarieele obligatie de dato 1 February 1812 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000
  met de renten à 6 p:cto p:r a:o zeedert primo Februarij deeses jaar
voldaan den 27 Maart 1816 met de renten van Jacob Hendriksen over contant geleende penningen op een notarieele obligatie de dato 20 October 1812 aan capitaal ƒ6000 ofte 2000
  met de renten à 6 p:cto p:r a:o zeedert medio October 1814
  van Gideon Jacobus Joubert Josua z:n over contant geleende penningen op een notarieele obligatie de dato 4 January 1814 aan capitaal ƒ6000 ofte 2000
  met de renten zeedert [ .....]
renten voldaan den 8 Nov:r 1815. vereffend den 17 May 1816 van Daniel Brink d' oude over contant geleende penningen op een notarieele obligatie de dato 10 November 1814 aan capitaal ƒ6000 ofte 2000
vold: den 30 Jan:j 1816 van Cornelis Mol over contant geleende penningen op een notarieele obligatie de dato 28 Maart deeses jaars aan capitaal ƒ3000 ofte 1000
  met de renten zeedert den 24 Maart jongstl:
voldaan den 28 Decb:r 1815 van den heer G:E: Overbeek over een maand gegeeven onderwijs aan zyn ed: kinderen 8
  van Fredrik Rossouw over een maand gegeeven onderwijs aan zyn ed: kinderen 8
Last des boedels
  Rd:s
aan voorm: wed:e Digue voor een maand kamerhuur 8

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd en opgenomen aan de Kaap de Goede Hoop op den 28:e Augustus 1815

Als gecomm: Weesmeesteren: A: v: Breda, G:E: Overbeek

My praesent: P:E: Faure, Adjt: C:

Catalogus van boeken behorende tot de nalaatenschap van wylen Carel Winter, dewelke op Zaturdag den 23 September 1815 ten huyze van den venduafslager J:N: Rorich in de Pleinstraat no: 24 zullen worden verkogt

In folio
N:s
1 Lexicon Graeco Latinum novum 1
2 Bernardi Siegfried Albini Explicatio tabularum Bartholomaei Eustachii 1
3 Toneel der dwergen met platen 1
4 C: van Eyk Nederlandsch scheepsbouwkunst 1
In quarto
5 Salomonis Glasii, Philologia sacra 1
6 Lexicon Latino Belgicum novum 2
7 Johannes Burmanni Rariorum Africanarum plantarum 1
8 A treatise on shipbuilding and navigation by Mungo Murray 1
9 Thom:s Sydenham Opera medica 1
10 Simon van Leeuwen Roomsch Hollandsch Recht 1
11 B: van Zutphen Nederlandsch practyk 1
12 Het consulaat van de zee 1
13 Jacob Friedrich Ludovici Einleitung zum civil process - behoord aan Jan de Jager 1
14 Joh:s Hermanus Manne, Reformatie van Luterus 1
15 Grausame und boshafte anschlage der Jesuiten under die vornehmsten protestantischen Hofe Teutschlandes zie ausrottung dezer Protestanten 1
16 Theodorus van Gulpen Schoolwinkel 1
17 Elegant extracts 1
18 J: Robertson, The elements of navigation 1
19 A new geographical, historical and commercial grammar and present state of the several kingdoms of the world 1
20 Bailey's dictionary 1
21 Schellers Grammattica 1
22 Biblica Hebraica - aan H:k Vogelgezang behorende 1
In octavo
23 Corpus juris civilis 1
24 Dictionarium Teutonico Latinum novum 1
25 Grammatica Latina 1
26 Cornelis Schrevilii Lexicon manuale Graeco Latinum, Latino Graecum 1
27 Dictionarium tetraglotton novum 1
28 Grammattica Latino Tamulica 1
29 Johanni Buxtorf Thesaurus grammatticus lingua sancte Hebraece 1
30 Johannes Buxtorf Lexicon Hebraicum, Chaldaicum 1
31 Schellers Grammattica 1
32 Dictionaire universel Francois-Latin 1
33 Lingua Latina rudimenta 1
34 Lexicon Syriacum 1
35 Henerarum D: Beniaminis cum versione et notis 1
36 Johannes Strauchii Ad Cornelu Taciti Germaniam dissertationes aliquot 1
37 Institutionum logicanum 1
38 Epigrammatum delectus ex omnibus tum veterbus tum recentioribus poetis accurate deceptus 1
39 Providii Nasorus opera 1
40 Providii Nasorus opera omnia 1
41 Cajus Tuetonius Tranquillus ex recension Jo: Georgu Graevu cum ejusolum animad versionibus et nummus Caesarum rarioribus are desceiptis 1
42 Q: Horatii Flacci Satyrarum 1
43 Qunti Horatii Flacci Poëmata cum commentarus Joh: Min: Ellu 1
44 P: Vergilie Historia 1
45 Cornelius Nepos De excellentibus vius 1
46 M: Val: Martialis epigramm: 1
47 Joh:s Fred: Stapferi v: d: M: Helv: Bern Institutiones theologea polemicae universae, ordine scientifico dispositie - aan H:J: de Jager 1
48 British synonymy 1
49 The trial of Henry Lord Viscount Melville 1
50 A new Portuguese grammar 1
51 Grammar of the French tongue 1
52 Grammar of the French language
53 The scholars guide to arithmetic 1
54 The genders of the French substantives 1
55 A new Spanish grammar 1
56 Sheridan's and Henderson's practical method of reading and reciting English poëtry 1
57 The speaker for miscellaneous pieces, selected from the best English writers 1
58 Logic of the right use of reason in the inquiry after truth 1
59 Mr Hoppu's Measurer greatly enlarged and improved 1
60 The season by James Thomson 1
61 Models of letters in French and English 1
62 The minor theatre 1
63 An abridgment of Capt:n Cook's first and second voyages 1
64 An abridgment of Capt:n Cook's last voyage 1
65 Primitive Christianity revived by W: Wheston 1
66 William Cowper's poems 1
67 The poëms of Mark Akenside M:D: 1
68 The poëtical works of Dr Thomas Parnell 1
69 Stultifera Novis or the modern Ship of Fools 1
70 The Edinburgh musical miscellany 1
71 Lyle's short hand 1
72 Entich's New spelling dictionary 1
73 The book of common prayer 1
74 The ignorant philosopher 1
75 The pleasing instructor or entertaining moralist 1
76 A Sentimal journey through France and Italy by Mr Yorick 1
77 The universal letter writer 1
78 The Shipwreck a poëm by Will Falconer 1
79 Les avantures de Thelemaque 1
80 Dictionaire raisonne universel des aits et metiers par l' Abbe Joubert 5
81 Lettres persones - behoord aan Maria Jacoba Duminy 1
82 Le Calvenisme convaincu de nouveau 1
83 Oeuvres de Voltaire par Mr Pallessot 2
84 Oeuvres de Voltaire nouvelle edition 1
85 Recueil a l'usage des Ecoles Francoises 1
86 Les Dieux et la religion des Payens 1
87 Le nouveau secretaire de la cour 1
88 E: Zeydelaar, Grammaire Francoise et Hollandaise 1
89 Nouvelle et parfaite grammaire royale Francoise et Hollandaise 1
90 Grammaire Italienne partique et raisonnee par M l' Abbe Antonini 1
91 Dictionnaire portatif de l'ingenieur par M: Belidon 1
92 Nugent's French and English dictionary 1
93 Nouveau dictionaire Françoise par Leonard Snetlage 1
94 Nieuwe Fransche spraakkonst door J: des Roches 1
95 Methode pour bien ecriere 1
96 L'Arithmetique de Barreme 1
97 Principes de chirurgie 1
98 La medicine dogmatique mechanique etc:a 1
99 Le manuel des Dames de Charite ou formules de medicamens faciles apreparer 1
100 Receuil necessaire avec l'evangile de la raison 1
101 L'Italien ou le Cofessional des penitens nous 4
102 Adele de Senange 2
103 Lady Almeri Belmore 2
104 Zelie dans le desert 2
105 Reflexions sur la perfectibilité de l'homme 1
106 Chefs d'oeuvres d' Alexis Piron 4
107 Momose ou Suite de Felicia 4
108 L'Abbye de Grasville 4
109 La politique du clergé de France 1
110 Secrets merveilleux de la magie naturelle et cabalistique du petit Albert 1
111 L'Elevé de la nature par M: Beaurieu 2
112 Kort begrip der heelkonst 1
113 De werken van J: Lucretius Carus van het heelal 1
114 Catechismus der wetenschappen, schone kunsten en fraaie letteren 2
115 J:L: Kersteman's Academie der jonge practisyns 1
116 Justiniaans Beginzelen des rechts 1
117 Verhandeling over verschillende stukken de zeevaart betreffende 1
118 De nieuwe hervormde examen van land en zee chirurgie 1
119 Waaragtige historie van 't geslagt, geboorte, leven, bedryf, gevangenisse examinatie, bekentenissen, rechts proceduuren brieven, laatste woorden en dood van wylen de heere J: van Olden Barnvelt 1
120 Verhandeling van de uitspraak en gebaarmaking van eenen redenaar door Michiel le Foucheur 1
121 Algemeene en geredeneerde spraakkunst 1
122 Judas den aartsschelm ten nutte voor alle eerlyk luy 1
123 Bernard Neumeister's Tisch der Herrn 1
124 Der volkommene Englische wegweiser fur du Deutschen 1
125 Georg Friedrich Meier Anfangs gründe aller schönen Wissenschaften 1
126 Societeit der Wissenschaften 1
127 Erleichterte Grieschische Grammattica 1
128 Christliche religions Theorie furs gemeine Leben 1
129 Balthazar Gracians Uomo discorte, oder Kluger Hof und Weltmann 1
130 Aufsichten in die Ewigheit in Briefen 1
131 Biblische Historien 1
132 Historia do povo Romano 1
133 Manuel de Epicteto filosofo 1
134 Suenos y discursos 1
135 Casta de Juan de la Encina 1
136 Clamores y llantos dele Hijo Prodigo 1
Joubert den 1:sten January
Villiers den 29:sten January
Gopell den 1:sten February
Moll den 24:ste Maart
Herch den 1:sten Mey
Möller den 21:sten Mey
Orffer den 27:sten September
Heuning den 13:e October
Gyling den 18:e October
Hendriksen den 15:e October
Brink den 1 November

MOOC8/31.29

{18140930} 30 September 1814 Andries Adriaan Smit

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ‘er door wijlen Andries Adriaan Smit N:sz: zijn bezeeten en ab intestato met ‘er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waaren weezen bevonden geworden, te weeten

twee sligtschaaven
twee schrobschaaven
een avega's boor
een drie quartier boor
een omslag en vier booren
een parthij gereedschap
een rasp
twee vijlen
een steekzaag
twee bijtels
een kruishout
een snijmes
een spanzaag
een schietgeweer
Beestiaal
sesthien schaapen en bokken
een jonge osje
veerthien aanteel beesten
een rydpaard
twee aanteel paarden
Baten des boedels
  Rd:s
van aan zo veel den overleedenen aan moeders erffenisse is compet:de en door de voogden d' E: Paul Maré en Nic:s Jac:s Smit bij deeze kerke tegens den intrest à 5 p:cto is uitgezet - voldaan den 6 Juny 1816 671:2:3
van aan zo veel nog voor vaders erffenissen is te beurt gevallen en door Heeren Weesmeesteren als nog worden veradministreerd
van Abram Smit voor een balie 1:4:--
Jan Kruger voor timmerwerk 5:--:--
van Casper Hendrik le Roux over door hem verkogte beesten 49:--:--
Schulden des boedels
  Rd:s
aan zo veel Pieter Ernst Kruger voor doctor loon, begraaffenis penninge, etc:a heeft bet:d en dus competeerd 62:2
Erfgenaamen
1) Abram Johannes Smit
2) Helena Elisabeth Smit get:d met Jac:s Pet:s v:d: Berg
3) Anna Magdalena Smit get:d met Pieter Ernst Kruger
4) Maria Jacomina Smit get:d met Johan:s Corn:s Coetzee
5) Elisabeth Catharina Smit get:d met Joh:n Christ:l Boshof
6) Nicolaas Jacobus Smit
7) Elsje Adriana Smit get:d met Casper Hend:k le Roux
8) Jasper Franc:s Alewijn Smit en
9)Cecilia Jacoba Smit

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 30:ste dag der maand September 1814 volgens ‘t op en aangeeven van de burgeren Pieter Ernst Kruger en Casper Hendrik le Roux dewelke betuigden hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandelt en niets met weeten versweegen of agter gehouden. Verklaarende hun dus bereid deeze opgave ten allen tijde des gerequireerd werdende met solemneele eede te staaven, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel specteerende mogte ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren - en is zulks geschied in ‘t bijweezen van d’ edele G:F: Enslin en den v:dc:t F: Hartzenberg als getuigen.

Als getuigen: G:F: Enslin, F: Hartzenberg

Pieter Erens Kruger, Casper Hendrik Leroex

In kennisse van mij: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/31.30

{18140701} 1 Julij 1814 Marthinus Rademan

Cupidos Kraal aan Pottebergh den 1:ste July 1814

Het Eerwaarde Colegie van Heere Weesmeesteren gelieve deezen te laate dienen als inventaris der nalatenschap van wylen myn zoon Marthinus Rademan /:overleden zynde den 21:ste Maart deezes jaars:/ bestaande in een legaat ter somma van vyf duyzend guldens aan hem per uyterste wil vermaakt door wylen myn schoonzoon Fredrik Lambert Herman; verder is niets van eenige waarde door myn zoon voormeld nagelaaten het welke tot bevestiging eygen handig teekene

Als getuygen deezes: Johann Gottfried Gruner, Dirk Cornelis Uijs

P:F: Rademan

Bovengem: capital van ƒ5000 met de renten daar op verlopen onder berusting van den heere Jacobus Johannes Vos volg:s desselfs eijge opgaave.

MOOC8/31.31

{18140909} 9 September 1814 Johannes Jacobus Goeijeman , Christina Alida de Vries

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ‘er door Johannes Jacobus Goeijeman en desselfs huisvrouw wijlen Christina Alida de Vries, in gemeenschap bezeeten en door laastgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waren weezen zijn bevonden geworden, te weeten

een ledige kist
twee ijzere potjes
een vles
een bottel
een Keulsche kannetje
drie boeken in zoort
vier tinne borden
een tinne schotel
drie lepels
drie vorken
Beestiaal
thien trekossen
Baten des boedels
  Rd:s
van Joseph van Dijk voor een os 20
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Willem Ryntz over negotie 32
aan Joh:s Olivier over negotie 20
Erfgenamen
1) Elisabeth Johanna Jacomina geboren den 9 Julij 1808
2) Margaretha Sophia geboren den 12 Julij 1810

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet , op den 9:de dag der maand September 1814, volgens ‘t op en aangeeven van voorgem: J:J: Goeijeman; dewelke verklaarde zig in het op en aangeeven zyns boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten versweegen of agter gehouden; verklaarende zig dus bereid, deeze zyne opgave ten allen tijde des gerequireerd werdende met solemneele eede te zullen staven, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deezen inventaris daar meede te zullen amplieeren en is zulks geschied in ‘t bijweezen van den veldcornet Ferd:d Hartzenberg en den burger H:F: Papenfus als getuigen.

Als getuigen: F: Hartzenberg, H: Papenfus

Dit merk + heeft Joh:s Jac:s Goeijeman eigenhandig ter needer gesteld.

In kennisse van mij: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/31.32

{18151024} 24 October 1815 Hendrik Albert:s Gildenhuyzen , Hilletje Aletta Smith

Inventaris van alle zodanige goederen als er in gemeenschap bezeten geweest zyn by den burger der colonie Stellenbosch , Hendrik Albert:s Gildenhuyzen Albert Barend zoon en deszelfs huisvrouw Hilletje Alletta Smith, mits: door den eerstgenoemde op den 14 der jongst gepasseerde maand September ab intestato metter dood ontruymd ende nagelaten ten voordeele hunne by den anderen in echt verwekte kinderen, met namen

1) Albertus Barend oud 12 jaren
2) Johanna Hendrika Maria oud 10 jaren
3) Soph:a Sibella Helena oud 4 jaren
4) Christoffel Christiaan Gildenhuyzen oud 2 jaren

Zodanig als dezelve door ons ondergetekendens namens het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesm: dezer Colonie zyn geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Een plaats ofte hofstede genaamd Koornlands Drift zynde een gedeelte van de plaats gen:d Bootsmansdrift gelegen in het district van Drakenstyn groot in zynen grond drie en twintig morgen en negen en vyftig quadraat roeden eigendoms land blykens het transport daarvan in dato 17 April 1807 aan den overledene gedaan

Op de evengemelde plaats in het woonhuys en aldaar

In het voorhuys
een vierkante tavel
een groote porcelaine kom
In de voorkamer
een rak
vyf stoelen
In de kombuys
een groote kist
vier yzere potten
een rooster
een potlepel en een vleesch vork
een water emmer
een klyne waterketel
een trekpot
twaalf borden
twee schootels
een oude yzere comfoor
een kombuystavel
zes messen
agt vurken
zes tinne lepels
In een buyten vertrek
drie kisten in zoort
een klyne meel zift
een geweer
een kadel waarop
twee onderbeddens
zes kussens en
twee combaarsen
In een tweede buytenvertrek
een oude kist
een vleisch baly
agt oude tuygen
een zadel en toom
een koonschepel
een snymes
een boor
een handzaag
een dissel
drie bylen
een knyptang
een passer
drie klyne booren
een omslag boor
vier zikkels
een troffel
twaalf zakken
een zweep en drie zweep stokken
Op de werf
twee kaadels
een oude tentzijl
een paarde wagen met een voorkistje en twee bankjes
twee ploegen
agt ploegscharen
twee mandjes
twee tent matten
een vleesch baly
zes jukken in zoort
agt oude tuygen
twee pikken
een graaf
drie ladders in zoort
een teerputs
een strooy rak en voorts een party yzer en romm:
In de stal
zeven wagen paarden
In de kraal
vyfthien trekossen
Lyfeigenen
een mansslaaf genaamd Geduld van Mosambique
een slavin genaamd Julinda van Mosambique , met haar vier kinderen genaamd Lea oud 6 Ragel oud 5 Malatie oud 2 jaren en Primo oud 3 weeken
Lasten des boedels
    Rd:s
  aan de Bank van Leening op een bank kennis aan capitaal per rest ƒ700 ofte 233:16
  met de renten zedert primo January deezes jaars
vold: den 24 Juny 1816 aan Jan Fredrik Serrurier als administreerende den boedel van wylen Michiel Evert op een schepenenkennis aan capitaal groot ƒ3000 ofte 1000:--
  met den intrest zederd den 24 Aug:s 1814
vold: den 27 Maart 1816 aan de wed: Christoffel Lombaart op een schepennenkennis aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met den intrest van het lopende jaar
vold: den 27 Maart 1816 aan evengemelde wed: Lombaart op een onderh: obligatie aan capitaal ƒ1000 ofte 333:16
vold: den 27 Maart 1816 aan Stephanus Jordaan op een onderh: obligatie aan capitaal 100:--
  aan de wed: Gideon Visser almede op een onderh: obligatie de dato 7 Augustus 1814 betaalbaar in de maand Octob:r deezes jaars per rest 100:--
  aan Theunis Dirkse van Schalkwyk over koop van negotie goederen volgens twee rekeningen 253:28

Aldus gedaan en geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter plaatse voorm: op den 24 October 1815 ende zulx op het op en aangeven van de in den hoofde deezes gem: wed: dewelke betuigde zig daarinne ter goeder trouwe gedragen en hares weetens niets verzwegen te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord bereid zynde zulx des vereischt wordende ten allen tyde met solemneele ede gestand te doen en verdere belofte, zoo wanneer in der tyd iets dienaangaande mogte komen te ontdekken, daarvan ter Weeskamer getrouwelyk opgaaf te zullen doen ten einde in zulk geval deezen tegenswoordige inventaris daarmeede na behooren kan worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deezen door meerm: wed: in tegenwoordigheid van ons ondergetekendens eigenhandig mede gesubschribeerd

Voor den opgaaf: Hilletje Aletta Smith de wedu: Gildenhuijs

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/31.33

{18160302} 2 Maart 1816 James Coupland

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Dingsdag den zeven en twintigsten dag der maand February in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd en zestien ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door James Coupland ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deselve nalatenschap door my ondergeteekende Adjunct Commis der Weeskamer ter presentie der meede geteekende getuygen is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In een huijs bewoond door de wed:e Jan Jansze Oostendorp

een koffer waarin
twee rokken
vier hembden
zes broeken
vyf onderbaatjes
drie p:r kouzen
vier doeken
een serviet
een kussensloop
een slaapmuts
een hoed
een p:r schoenen
een scheermes
een boek
een mattras
twee kussens
Contanten
twee stuijvers
Lasten des boedels
  Rd:s
aan voorm: wed:e Oostendorp voor logies en kostpenningen 35

Pro memorie word alhier genoteerd dat volgens opgaaf van gez: wed:e Oostendorp, aan boord van het alhier ter rheede leggend Engelsch schip The, zoude komen te bevinden eenige goederen aan des overledenen address.

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huyse voormeld op den 2:e Maart 1816

Als getuygen: J: Serrurier, J:N: Rörich

Voor den opgaaff: Wedewe Oostendorp

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:s

MOOC8/31.34

{18141227} 27 December 1814 Pieter Johannes Jordaan , Maria Catharina Snyman

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ‘er door Pieter Johannes Jordaan en desselfs huisvrouw wylen Maria Catharina Snyman in gemeenschap bezeeten en door laastgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden te weeten

een tinne theepot
drie vorken en twee tinne lepels
twee tinne schotels
vier tinne borden
een duymsboor
twee ledige bottels
een graaff
een schietgeweer
drie ijzere potten /in zoort/
een buldzak en 3 kussens
een onderstel van een wagen met buikplank, remketting en een juk
Beestiaal
twaalf zo trek als jonge ossen
achtien aanteel beesten
seven hondert en negen aanteel schaapen
een ryd paard
twee merry paarden
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Gerrit van der Merwe G:t z: over gel:d geld 200
aan Jan Jordaan over gel:d geld 50
aan de wed:w W:m Frans:s Pretorius over gel:d geld 10
Erfgenaamen
1) Aletta Magdalena geboren den 20 Decb:r 1799
2) Pieter George geboren den 10 Octb:r 1803
3) Susanna Geertruida geboren den 23 Novb:r 1805
4) Christ:l Joh:s Pet:s geboren den 20 Novb:r 1808
5) Gerrit Jacobus geboren den 19 Novb:r 1812

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 27:ste Decb:r 1814 volgens ‘t op en aangeeven van voorgem: P:J: Jordaan, dewelke verklaarde zig in ‘t op en aangeeven zyns boedels ter goeder trouwe gedragen en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid deeze zyne opgave ten allen tyde des gerequireerd werdende, met solemneele eede te staaven, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in ‘t bijweezen van den clercq J:B: Wiese en den adjunct bode J: Auret als getuigen.

Als getuigen: J:B: Wiese, J:s Auret

Piet Johannes Jorddaan

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/31.35

{18150119} 19 Januarij 1815 Diena Johanna Louw

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ‘er door wylen de ab intestato overleedene jonge dogter Diena Johanna Louw nagelaaten en bevonden, zynde te bestaan in

vyf en tagtig aanteelschaapen
twee aanteelpaarden
een ryd paard
veerthien aanteelbeesten
Erfgenaamen
het kind Maria Johanna Strous geb: den 17 Sept:r 1814 in onecht verwekt en door Jacob Joh:s Strous en desselfs huisvrouw Maria Magdalena Fredrica Burger als de hunne geadopteerd

Aldus gedaan en geinventariseert aan Groot Tafel Berg gel: agter op Sneeuw Berg op den 19 dag der maand Jannuary 1815 ter op en aangaave van den burger Wynand Joh:s Koerzten dewelke betuigde zich daarin ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben van al het geen tot het boedeltje en nalaatenschap behoort bereyd zynde des gerequireert werdende ten allen tyde met solemneele eede te bevestigen en verdere belofte zoo in der tyd iets nader tot gem: boedeltje behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren ter praesenten van Johannes Henricus Meiring en den bode Joachem Bartold Wieze als getuygen

Als getuigen: J:H: Meiring, J:B: Wiese

Wynand Johannis Coertsen

Ten myne overstaan: J:H: Fischer, Landd:

MOOC8/31.36

{18140728} 28 July 1814 Gabriel Stolz , Magdalena Bezuidenhout

C: Bird

L:ra B No: 20 1/2

Staat en inventaris van alle zodanige goederen, effecten, baaten en lasten als tot den boedel van wijlen den veldcommandant Gabriel Stolz en nagelaten weduwe Magdalena Bezuidenhout behooren, en door voorsch: Stolz ab intestato sub dato 5 February 1814, met de dood ontruimd en nagelaaten zyn, zynde deselve geformeerd en ingeschrifte door mij ondergeteekende Jan Carel Bergh Secretaris van het district Uitenhage en aldaar als Notaris Fungeerende ter presentie van de natenoemene getuigen, mitsg:s ter requisitie van voormelde weduwe gebracht, bestaande deselve in als volgt

Een leenings plaats genaamt de Hartebeeste Fontein gel: aan de Kleine Winterhoeks Bergen
In de voorhuis
twee tavels
een kist
een koffy kan
een tinne keetel
twee trekpotte
een boter pot
een blikke trommel
thien tinne borden
twee schotels
drie witte aarde borden
vier messen
derthien vorken
thien leepels
vier kommetjes
een beeker
een kandelaar
een groote zeeppot
drie kookpotten
twee emmers
twee rakken
acht stoelen
een snuyter
een melk pot
Op de werf
een osse wagen /:defect:/ met zyn tendzijl
een paarde wagen
een parthy yzere rommelenge
een blaasbalk /:defect:/
een spier haak
een smits tang
twee oude bylen
een kraan zaag
een trek zaag
een dissel
een span zaag
twee schaaven
een snymes
een duims boor
een vyf quartiers boor
een kroos
een hamer
twee sikkels
een geweer
een boter vat
twee veilen
een slijpsteen
twee molen steenen
twee karns
een ploeg /defet
een ysere schroef
een parthy rommelerije
Beestiaal
thien ossen
vyf aanteel beesten
een bul
drie hondert negentig schapen
een hondert dertig bokken en
een rijd paard
Baaten des boedels
    Rd:s
  Johannes Christ:n Davel p:r obligatie d:d: [ ..... ] 100:--
  Mart:s Oosthuizen s:r p:r obligatie d:d: [ ..... ] 65:--
  Casper Knoetze p:r obligatie d:d: [ ..... ] 250:--
  Piet Nel W:mz, over koop van een paard 30:--
deze post is door de Commissie van Rechtspleeging verminderd tot op rd:s100 d' heer Korsten weegens aanbesteeding zyner beesten 246:1
  Jan Fred:k Bezuidenhout weegens gedaane opgaaf 7:5
vold: den 8 February 1716 Jan Zwanepoel weegens gedaane opgaaf 5:3
wed:e Wynd:d van der Bank volgens gedaane opgaaf 2:7
  Dirk van der Bank weegens reecq: 7:--
volgens declaratie van de wed:e Stoltz den 6 Febr:j 1816 ter Weeskamer gedaan is deese schuld door s:r Stoltz aan wijlen haren man betaald Willem Stolz, contant 20:--
Lasten des boedels
    Rd:s
  Hendrik Woest over koop van een paarde wagen 480:--
volgens de ter Weeskamer ingediende bewijsen, is bevonden deese protonis in 't geheel te bedragen rd:s159 David Pietersen voor drank 177:--
David Pietersen /:over koop van bokken:/ 50:--
  Coenraad Stolz /contant/ 163:4
  Willem Kruger over koop van een paard 25:--
  Gert Nel voor koorn etc:a 27:--
  Gert Brits s:r voor koorn etc:a 28:--
Erfgenaame
Gabriel Stolz geboren 28 Februarij 1793
Coenraad Fredrik Stolz geboren 6 April 1797

Aldus gedaan en geinventariseerd ter woonplaatze van voorn: wed:e Gabriël Stolst gen:t de Hartebeestefontein gel: aan de Kleine Winterhoeks Bergen op den 28 July 1814, ende zulx op het op en aangeeven van meergem: weduwe dewelke betuigde haar ter goeder trouwe gedragen en met haar weetens niets verzweegen ofte agtergehouden te hebben tot dien boedel behoorende met presentatie des gerequireerd werdende met solemneele eede te zullen bevestigen en beloofd zo wanneer iets mogt komen te ontdekken dat tot dien boedel behoord deeze inventaris daar meede te ampliëren, mitsg:s acte geformeerd ter presentie van de klerk Adriaan de Waal en den burgers Hend:k Oostw:d Lange, Gabriël Stolz en Johannes Jurie van Staden als getuigen

Als getuigen: A: de Waal, H:O: Lange, Gabriel Stols, Joh: Juri van Staden Vel Cornet Winterhoek

Magdalena Stols geboren Besuijdenhoudt

In kennisse van my: J:C: Bergh, Fung:d Notaris

Ampliatie

Inneschuld
  Rd:s
van Jacobus Petrus Carelse d' oude over contant geleende penningen op drie onderhandse obligatien onder berusting zijnde van den secretaris van het district George den heer J:C: Bergh te zamen groot 250

Aldus ter Weeskamer opgegeevan den 7 Februarij 1816 door de weduwe G: Stoltz in den vooren deezes gemeld

Voor de opgaaf: Magdalena Besuijdenhoudt die wed:e Stols

Inventaris des boedels van wylen de comm:t G: Stoltz

MOOC8/31.37

{18150601} 1 Junij 1815 Fredrik Justus Brinkmeijer

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Maandag den negen en twintigste dag der jongst gepasseerde maand May in den jaare eenduyzend acht honderd en vyftien ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Fredrik Justus Brinkmeijer ten voordeele zijner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door de ondergeteekendens ter presentie der meede geteekende getuygen, ingevolge opgaaf van Fredrik Willem van Reenen J: z:n bij wien den overleedenen als knegt is bescheiden geweest, is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

een kist, waarin behoord aan een slavin van de wed:e Oliveira
een rok
een schansloper
drie hembden
agt baatjes
drie broeken
twee hoeden
twee doeken
elf p:r kousen
twee boeken
een p:r oude schoenen
een kist, waarin
een party rommeling
een bulzak
twee kussens
een wolle deeken
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve gevonden aan papier en koper munt eene somma van agt en zeventig ryksdaalders zegge 78
van Carel Benjamin Franke over van den overleedenen in bewaring gehad hebbende gelden volgens bewys in den boedel gevonden 114
Lasten des boedels
  Rd:s
aan gem: F:W: van Reenen over begraffenis onkosten volgens reekening 54

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 1:e Juny 1815.

Als getuygen: An: Arens F:z:, L: Seit

Voor den opgaaff: Fred:k Willem van Reenen

Ter onzer presentie: J: Serrurier, J:N: Rörich

MOOC8/31.38

{18151230} 30 December 1815 Lindor van Bengalen

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Dingsdag den zes en twintigsten dag van de maand December in den jaare een duyzend agt honderd en vijftthien ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door de vrije perzoon Lindor van Bengalen ten voordeele zijnen onbekende uitlandige erffgenamen, zodanig als het een en ander door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren zijn opgenomen en in geschrifte gebragt bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

In een huurhuijs van Hermanus Barend Keijtel

vier tavels
thien stoelen
een lidikant waar op
een bulzak
twee kussens
een deken
een lidikant waar op
een bulzak
vier kussens
een spiegel met vergulde lyst
een spiegel met note boome lyst defect
een bureau met laden waar in
twee hembden
vier broeken
vijf baatjes
twee schotels
vier en twintig borden
ses kopjes en pieringjes
twee aarde potten
zes tinne lepels
een tinne trekpot
een tinne ketel
twee kopere kandelaars
een kopere vijzel
drie ijzere potten
een ijzere rooster
een drievoet
een schuijmspan
een vörk
een koekepan
een waterketel
een hakbord
een water halfaam
drie ledige vaten
een huijs ladder
Lijfeigenen
een jonge gen:t Maart van de Kaap /:kleedermaker:/
een jonge gen:t Mentor van Mosambicque

Zullende de inneschulden der boedels nader opgegeeven en bij ampliatie aan deesen inventaris worden bekend gesteld.

Aldus na gedane ontzegeling g’inventariseerd ten huijse voormeld op den 30:e December 1815.

Als gecommitt:de Weesm: A: v: Breda, G:E: Overbeek

Voor den opgaaff: dit kruijs merk + heeft de vrije meijd Barissa van de Kaap eigenhandig alhier ten nedergesteld.

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

Ampliatie

Dubieuse Inneschulden
  Rd:s Rd:s
van Pieter Visser over kleedermakers loon   51
van Bertram over kleedermakers loon   24
van Carel Kok over kleedermakers loon   30
van m:r Kolan over kleedermakers loon 8
als meede over geleende 2 Sp: matten gereek:d teegens 2 rd:s ieder 4 12
van m:r Frank over kleedermakers loon   28

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 27 April 1816.

Als getuigen: P: Poggenpoel, A: v: Breda

Voor den opgaaff: dit + merk heeft de vrije meijd Banija van de Kaap eigenhandig ten nedergesteld.

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/31.39

{18141014} 14 October 1814 J: W:m van Wyk , Chatrina Chraffort

Lyst van den burger J: W:m van Wyk en zyn overleedene huysvrouw Chatrina Chraffort hunne naagelaate goedere, als volgt

schuld agt hondert en veertien rd:s aan den burger Jan Chraffort sinior
  Rd:s
een oude slavinne gen:d Martha van de Kaap 350:--
een jong slavinne gen:d Flora van de Kaap 1200:--
een oude ossewaage 200:--
een oude ossewaage 50:--
tien trekosse 160:--
een ryd paart 40:--
een merry paart met een jaarig vulle 50:--
een oude zadel en toom 4:--
twee koeyje, 4 kalvere 30:--
tweehondert zeeven en neegentig aanteelschaape 297:--
zes en seeventig bokke, klyn en groot 33:--
vyf yzere potten twee, defect 16:--
een kopere ketel en konvoor 8:--
twee aarde potte 1:--
een aarde kom 0:6
drie blikke schootels 1:--
dertien tinne borden 6:--
een en twintig tinne leepels 2:5
agt vorken 1:--
2 schoteltje en 2 koppis 1:--
een kommetje 0:3
1 tinne trekpot 0:6
een oude kopere ketel 0:4
2 emmers 2:--
1 lantaarn 1:--
1 bed 30:--
8 vellezakke 4:--
drie schaaven 1:4
drie booren 2:4
een hand byl 1:4
twee hand bylen, klyne 1:--
1 omslag meet een part boortjes 1:--
een ploeg schaaf en sponnig schaaf 6:--
een party gereedschap 3:--
1 groot passer 1:--
1 soep leepel 1:--
1 vlees vork 0:4
1 vuur tang 1:--
1 leepel rak 2:4
een smits blaasbalk 20:--
1 voorhamer en twee smeetange 5:--
2 stukkende graave 1:--
een graafyzer 3:--
een hand moolen 6:--
een party oud yzerwerk 4:--
voor een ploeg yzerwerk 10:--
1 leepel vorm 5:--
1 thee tafel 5:--
twe stoelen 3:--
2 hang slooten 1:--
vier oude seekels 1:--
2 houte kandelaars 0:1
1 pot leepel 1:--
1 yzere schroef 4:--

Opgenoomen en getaxseerd door den veld cornet J: Nieuwhoudt en den burger A: van Coller

Actum den 14:de October 1814

Tot den voorm: boedel behoord nog volgens opgave door Johannes Willem van Wyk J: Willemz:n op den 27 October 1816 ter Weeskamer gedaan

een schietgeweer
een bed
een paard met zadel en toom

MOOC8/31.40

{18141213} 13 December 1814 Elisabeth Scholtz

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, slaaven, baaten en lasten behoorende tot de nalaatenschap van wylen Elisabeth Scholtz weduwe van wylen den burger Gerrit Matthys van Wyk en door haar op den 30:e September 1814 ab intestato met de dood ontruimd en nagelaaten zynde deezen inventaris geformeerd en in geschrifte gebragt door my Fungeerende Secret:s van het district Tulbagh ter praesentie der nagenoemde getuigen, mitsgaders ter op en aangaave van den burger Gerrit Jacobus van Wyk, by wien de overleedene heeft ingewoond, en den veldcommandant Jac:s Nel als zynde schoonzoon van voorn: wed:e wylen Gerrit Matthys van Wyk.

De opstal staande op de leenings plaats de Matjes Fontein gel: op het Onder Roggeveld ingevolge testamentaire dispositie gedevolveert op Gerrit Jacobus van Wyk voor [ ..... ]

Op voornoemde plaats in het woonhuis en aldaar

In het voorhuis
een rustbank met dies kussen
een theetafel
een groote blad tavel
een combuis tafel
drie stoelen in zoort
een wagen kist
een hoek rak
twee boter karns
een kopere ketel met zyn voet
een kopere water ketel
een vogel kooij
een borde rak
een kopere themachine met een plaat
een thee potje
een boeyangs pot
In een kamer over de voordeur
een zilvere zak horologie
een tafel met een kleedje
een lessenaar
een katel waarop
een bed
agt kussings
een deken
een laken
agt sloopen
een katel waarop
een bed
zes kussings met sloopen
twee deekens en twee lakens
een stoel kussing
een kist waarin
een foliant Bybel
zes Predicatie boeken in zoort
drie Psalm boeken
derthien boeken in soort
een groote kist met kopere spykers
een groote groene trommel
een groote bruine trommel
een groote bruine trommel /:defect:/
een groote bruine trommel /:defect:/
drie bruine trommels in zoort
een likeur kelder /:defect:/
een borde rak waarop
vyf witte schotels in soort
ses blauwe porcelyne borden in soort
thien witte aarde borden en in soort
een thee kom waarin
ses kopjes en schoteltjes in soort
een snuifseeft
een coffij molen /:defect:/
een coffij molen /:defect:/
een schuifdoos
een schuifdoos /:defect:/
een kopere comvoor met een tinne waterketel
een tinne coffykan
een tinne water ketel
een blikke fles
een kopere vyssel met een stamper
een coffij kan
een kopere castrol met deksel
een kopere vuurtesje
een tregter
een beker
een pap potje
een aarde stoof pot met een deksel
een spiegel
een vlakke tinne schotel
een diepe tinne schotel
twaalf tinne borden in zoort
een tinne soep lepel /:defect:/
agt en twintig tinne lepels in zoort
vyfthien staale vorken in zoort
vier messen
twee tinne boter potjes
twee schenkbladen
een kistje
een tinne soupterrine
een peper bus
een wit kopere thee machine
een leij
een groote witte glasen bottel
een groote witte [glasen] met rotting
twee witte aarde soep terrines
een porcelyne pot
een Japanse diepe schotel /:defect:/
een witte aarde diepe schotel /:defect:/
een Japanse kom /:defect:/
een spaarpotje
een porcelyne kom
een witte aarde kom
twee kommetjes
een melk kannetje
een kopere lamp /:defect:/
twee kopere kandelaaren
twee snuiters /:defect:/
een nieuwe snuiter met een blaker
een groote tafel kast waarin
twee groote glasen craften, een daarvan /:defect:/
een kleine glasen [craften]
twee gesleepen glasen craften
een kleine glase caraft
een vierkantige glase vles
een groene glase caraft
een porcelyne caraft
drie groote water glasen
een glase beker
een kelk
zes bierglasen in zoort
twee thee potjes in soort
vier kommetjes in soort
een blauwe vlesje
ses blauwe kopjes en pierings
een parthy porcelyn in soort
een tinne soep lepel
een p:s aangescheurde linnen
twee chitsen
een voerchits
drie en een halve swarte el voerchits
zes el zwarte chits /:schaars:/
twee el blauw laken
een p:s wit Chinaasch linnen
een el fyn linnen
vier pakjes wit garen
agt el witte dimet
zes el carsaaij
een p:s chits
vyfthien bottels in zoort
drie vlessen
een oude zeeft /:defect:/
een stel behangsels voor een ledikant
drie stryk yzers in zoort
twee groote kannen in zoort
een pype rak /:defect:/
drie stooven /:in zoort:/
een wasch fontyntje en balie
twee madjes in zoort
twee ballast manden
In de combuis
vier emmers in zoort
vier yzere potten in zoort
seeven zikkels /:defect:/
een brood mes
een rooster
een ladder
een braad pan
een groote yzere zeep pot
een koekepan /:defect:/
een asschop
een balans schaalen en gewigt
In een buitenvertrekt
drie snymessen
twee bytels
een zadel /:defect:/
een boor
een yzere pot /:defect:/
twee molensteenen
een theer puts
twee ploegschaaren
een parthy oud yzer
een parthy hoepels
Op de werf
een stuk loot
een paarde wagen /:compleet:/
een paarde wagen /:defect:/
een osse wagen
zes geweeren
een ploeg
een eg
twee vleesch vaten
een tafel
een anker vat
een plat vaatje
een groote vat
een kan
een vleesch haak
een halve aam /:defect:/
vier mudden koorn
twee mudden garst
een mud rog
een stel jukken en touw
vyf mudden zakken
een molen as
In de smits winkel
een blaasbalk
een kleine aambeeld
een deur kosyn met de deur
een witte aarde kom
een vengster cosyn
twee graaven
een pik
een dissel
een span zaag
een vat /:defect:/
een bank schroef
een oude handbyl
twee boore in zoort
In de stal
een blauw schimmel hengst
een oude rydpaard
Beestiaal
veertig aanteelpaarden
twee en twintig jonge reun paarden
vier en twintig aanteel beesten
negenthien ossen
veerthien hondert en sestig aanteelschaapen
twee hondert en vyfthien bokken
Lyfeigenen des boedels
Salomon van Mosambique
Regina van de Kaap , oud
Lina van de Kaap
Baaten des boedels
  Rd:s
aan zoveel Jan Willem Maas aan den boedel komt schuldig te zyn 229
aan zoveel aan contanten in den boedel is gevonden 985
aan zoveel Barend Fredrik Lubbe an den boedel komt schuldig te zyn 300
Lasten des boedels
  Rd:s
zoveel Hannes van d: Berg hebben moet voor 100 pond tabak 37:4
zoveel Barend Fred:k Lubbe meede voor 100 pond tabak hebben moet 27:4
zoveel Schalk Lubbe hebben moet voor ryloon en het fourneeren van wyn en brandewyn by de vendutie 150:--
Erfgenaamen
1) Gerrit Jac:s van Wyk
2) Catharina Elisabeth van Wyk gehuuwd met Jan Abraham Nel Jan A:z
3) Anna Jacomina van Wyk gehuuwd met de manhafte Jacobus Nel
4) de erfgenaamen van wylen Elisabeth van Wyk getr: geweest met Hannes Adolph Zandberg, in naamen a) Elisabeth NB de moeder dier erfgenaamen is eerst na den dood van de overleedene Gerrit Matthys van Wyk komen te overlyden
b) Maria
c) Gerrit Matthys
5) de erfgenaamen van wylen Maria Magdalena van Wyk geh: geweest met Nicolaas Vlok in naam a) Arnoldus Christiaan NB de moeder is meede na den dood van de overleedene Gerrit Matthijs van Wyk eerst komen te overlyden
b) Anna Christina
c) Nicolaas Joh:s
6) Maria Margaretha van Wyk gehuuwd geweest met Gerrit Steenkamp W:z uit welk huwelyk geen kinderen zyn, dan de vrouw is meede na den dood van de overleedene Gerrit Matthys van Wyk komen te overlyden
7/ Sophia Christina van Wyk gehuuwd met de manhafte Barend Fredrik Lubbe

Aldus gedaan en geinventariseert ter plaatze de Matjes Fontein gel: op het Onder Roggeveld op den 13 December 1814 ter op en aangaave van de in den hoofde deeses voormelden G:J: van Wyk en den veldcommandant Jac:s Nel dewelke verklaarden by het inventariseeren deese boedels hun in alles ter goeder trouw te hebben gekweeten en niets met hunnens weetens te hebben agtergehouden en versweegen met offerte om indien naderhand in der tyd nog iets tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deesen inventaris daarmeede te zullen empliëeren en zulks des noods zynde met solemneele eede te zullen bevestigen, mitsgaaders acte te hebben geformeerd ter praesentie van Joh:s Fischer Pieters en Jan Coenraad Stein j:r als getuigen die de minute deeses beneevens den voorm:e Van Wyk en Nel ende my Fungeerende Secretaris meede behoorlyk op een zegul van agt en veertig stuivers hebben onderteeken

Quod attestor: J:F: van de Graaff, Fung: Secret:s

MOOC8/31.41

{18131213} 13 December 1813 Urban Hensse

Inventaris van alle zoodanige goederen als door den ter plaatze van den burger Jacobus Roux overleedenen Urban Hensse van Halle volgens opgaaff van denzelven Jacobus Roux zyn nagelaaten en door my ondergeteekende Veldcornet en getuygen zyn geinventariseert, als

een gestreepte buldzak en een oude kussen
twee oude jekkers en
twee oude onderbaaijtjes
twee oude broeken en 2 oude hembden
wat oude vijlen
drie oude trommels met wat oude cooper en eijser
een handschroeft en wat oude sleutels
een paar wolle kousen
een scheer doos en scheer mes
een klijne trommel
een blikke oude bak
een matje en waterpot
een kuber boor
een oude schaar, oude keetel en oude doos
een oude kadel
een roode baaije lap
aan contanten twee ryxd:s en 1 schelling
een reekening ten lasten van den burger Jan de Villiers Jac:z d' oude over arbijdsloon ten bedraage van ryxsdaald:s 29 en 5 schel:

Aldus geinventariseert ter plaatze van booven gem: Jacobus Roux de jonge ende zulx op ‘t op en aangeeven van denzelven Roux dewelke betuigde met zyn weeten niets tot de nalaatenschap van denzelven Hensse behoorende te hebben verzweegen.

Libertas den 13 Decenber 1813

Als getuygen: J: Appel, Abraham A: de Villiers

Christiaan Ludolph Neethling H:kzoon, Veldcornet

MOOC8/31.42

{18150119} 19 Jannuary 1815 Jacob van Wyk , Sara Jacoba Esterhuizen

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Jacob van Wyk en Sara Jacoba Esterhuizen in gemeenschap bezeeten en door de eerstgem: ab intestato met ‘er dood ontruimd en nagelaaten; zynde dezelve bevonden te bestaan in

een handmolen
zes eyzere potten
een zeep pot
een eg
drie emmers
een meelzeeft
een coffy molen
een peper molen
twee kopere ketels
een blikke ketel
een tinne trekpot en twee aarde potten
een yzere comfoor
een stryk eyzer
een ley
vier geweeren
twee groote kannen
twee Keulse kannen
een scheer bekken
een rooster
een pot lepel en vork
een vuurtang
een combuis eyzer
een vleesch haak
vyf mantjes
zes stoelen
een tafel
vier houte bakken
een vleesch balie
twee carrens
een boter vat
een katel
een kopere kandelaar
een priem
een trek schaal en een oude pan
een plamper
een stoof
twee zikkels
een trekpot
negen schaaff blokken met negen bytels
twee raspen
zes bytels
veerthien vylen
een kogel vorm
een dissel
een hol dissel
twee groote booren
een omslag met twintig booren
een kruis hout en winkelhaak
een passer
twee zaagen
een kroos zaag
twee doorslaagen
een snymes
een hamer
twee kisten en drie koubytels
een tante trekker
een bel hamer
een hand rasp
een slypsteen
twee teer vaten /:een defect:/
een schroef
een troffel
een pistool
twee koornschoppen, drie harken en vyf gaffels
drie graaven
een pik
twee steen vormen
een schuif doos
drie tinne schootels
agt tinne borden
tien tinne lepels en vyf vorken
een tinne soep kom en lepel
zes en seeventig steenen zeep
een bed met zyn toebehooren
een peul
een en twintig koeke vet
zes koeke en een knapsak met halfgereedgemaakte zeep
een mud zout
een wagen met zyn toebehooren
een parthy hout werk
een inktkoker
een blad tafel
een ploegbeugel en skil
een ploegschaar
drie mudden koorn
twee kleine vaatjes
twee ledige bottels
een ledige halve aam
Beestiaal
twintig trekossen
negen en sestig aanteelbeesten
vyfthien hondert vyfthig schaapen
dertig bokken
drie ryd paarden
drie jonge hengsten
derthien aanteelpaarden
Leifeigene
een slaave jongen Frans van Bengalen oud, afgeleefd en blind
een slaave jongen Lindor van Mosambique ingevolge dispositie van den overleedene aan de weduwe gelegateerd voor een somma van seven hondert ryksd:s
een slaave jonge Francis van Mosambique
een slaave jonge Jek van Mosambique
Baaten des boedels
Johannes A:s Rossouw blykens onderhandsche obligatie de dato 6 October 1812 eene somma van negentig ryksdaald:s
Johannes Willem Minie over koop van een os, sesthien ryksd:s
Petrus Coenraad van der Westhuizen weegens een ongemaakte as, vyf ryksd:s
C:F: Leibbrandt over een slagters brief de dato 20 November 1814 van een hondert en twee en veertig hamels door zijnen knegt Carel Wagener tegens 2 ryksd:s het stuk gekogt, ofte voor de somma van twee hondert en vier en tagtig ryksd:s
Johan Fredrich Veyll over een slagters brief de dato 23 Decemb:r 1815 van derthien hamels door zynen knegt Willem Visser van Barend Petrus de Beer tegens 2 rd:s het stuk gekogt, ofte voor eene somma van ses en twintig ryksd:s, en door gem: De Beer getransporteerd op Van Wyk
bovengem: Johan Fredrich Veyll over een slagters brief de dato 20 Decemb:r 1813 van drie hondert en elf hamels door den knegt Willem Visser voor twee rd:s het p:s gekogt, ofte voor eene somma van ses hondert en twee en twintig ryksd:s
Hendrik Johannes Botha over contant geleende penningen eene somma van een hondert en twaalf ryksd:s
Lasten des boedels
  Rd:s
aan zoveel Floris Visser Paulsoon wegens verkogte hamels die de overleedene op de helft der aanteelt heeft gehad uit den boedel competeerd eene somma van vier hondert en dertig ryksd:s
aan zoveel Johannes Hendrik Visser wegens vyf onderhandsch obligatien te competeeren heeft eene somma van twee duizend en vier en tagtig ryksd:s
aan zoveel de jonge dogter Maria Margaretha Visser meede weegens onderhandsch obligatie 't competeeren heeft eene somma van vyftig ryksd:s
aan zoveel Hendrik van Wyk voor twee hamels hebben moet, vier ryksd:s
aan zoveel Wynand Willem van Wyk voor elf hamels hebben moet, twee en twintig ryksd:s
aan zoveel de kinderen van wylen in den hoofde deeses vermelden Van Wyk in eerder huwelyk by wylen Martha Maria Visser geprocreëert wegens moeders bewys nog uit den boedel competeerd
eene somma van ses hondert ryksd:s ter Weeskamer beweezen ofte aan een yder als aan
Adriaan Jacob 200
Johannes Hendrik en 200
Jacob Pieter van Wyk 200
aan zoveel het dogtertje in name Ester Fredrica in een tweede huwelyk met wylen Ester Fredrica Fasen geprocreëert meede wegens moeders bewys te competeeren heeft eene somma van twee hondert ses en negentig ryksd:s vier schell: en drie stuivers
Erfgenaamen
1) Adriaan Jac:s vanWyk
2) Johannes Hend:k van Wyk
3) Jacob Pieter van Wyk
4) Ester Fredrica van Wyk geb: den 11 July 1811
5) Christoffel Jacob van Wyk geb: den 18 September 1814

Aldus gedaan en geinventariseert aan Groot Tafel Berg gel: agter op Sneeuw Berg op den 19 dag der maande Jannuary 1815 ter op en aangaave van de in den hoofde deezes voorm: weduwe Sara Jacoba Esterhuizen dewelke betuigde zich daarinne ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten verzweegen ofte agtergehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalaatenschap behoord; bereyd zynde des gerequireerd werdende ten allen tyde met solemneele eede te bevestigen, en verdere belofte zoo in der tyd iets nader tot gem: boedel behoorende mogte komen t ontdekken deesen inventaris daarmeede te zullen amplieeren ter praesentie van Johannes Henricus Meiring en den bode Joachem Bartold Wieze als getuigen

Als getuigen: J:H: Meiring, J:B: Wiese

Saartje Jacoba Esterhuyse wedewe Jacob van Wyk

Ten mijnen overstaan: J:H: Fischer, Landd:

MOOC8/31.43

{18151226} 26 December 1815 Johan Engelhard Kerkhof

Agter de Paarel den 26 Dezember 1815 is overleeden den burger Johan Engelhart Kerkhof. De zelfde heeft nagelaate als volg

1 paart
1 bet
1 kaatel
1 zaadelsmaakers taafel
1 kis met wat ouwe kleere
1 tafel
1 kassie
1 kist met wat zaadelsmaakers gereetschap
1 naaij bank

Als getuigen: Joh:s Nic:s de Villiers, D:l J:s van Dyk, Veld Cornet

MOOC8/31.44

{18150111} 11 January 1815 Willem Grobbler , Maria van Rooyen

Staat en inventaris van alle zodanige goederen, effecten, baaten en lasten als tot den boedel van wylen de manh: Willem Grobbler en nagelatene weduwe Maria van Rooyen behoren en door voorsch: W:m Grobbler sub dato 24 Sept:r 1814 ab intestato met de dood ontruymd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en in geschrifte door my ondergeteekende Secretaris van ‘t district Uitenhage en aldaar als Notaris Fungerende in presentie van de natenoemene getuigen, mitsg:s ter requisitie van voorn: weduwe gebragt, bestaande in als volgt

Een plaats genaamt Blauwe Heuvel geleegen aan Groot Riet Rivier
In de voorhuis
twee kleine boter karns
twee kiste
een oude kist
1 tavel
twee banken
vyf stoelen
twee veld stoelen
elf bottels
een oude tavel
een hand molen
een brood mes
vier emmers
een seeppot
vyf kookpotten
een rooster
een yzere vork
een koeke pan
een vuurtang
een pot leepel
een koffy molen
In de kamer
twee plat vaatjes
een water balie
een keteltje
twee stryk yzers
vier schotels
derthien borden
derthien vorken
thien leepels
vier kommetjes
een theepot
vyfthien flesjes
een katel
een bed en toebehoren
een verrekyker
een geweer
twee kandelaars
een melk pot
vyf zakken
In de wagen huis
ploeggereedschap
vier balken
een half sleete osse wagen
een oude osse wagen
een pik
vier graaven
een parthy oud yzer
twee oude zadels
vyf sikkels
een winger mes
een water molen
een loop vellings
een parthy houtwerk
In de smits winkel
een blaasbalk
een schroef
een ambeeld
vier smits tangen
een moker
vyf koubeitels
twee deurslagen
drie hand beilen
drie schaven
een steek zaag
een hand zaag
een snijmes
een winkel haak
vier veilen
vier boren
een half aams ketel
een legger
vier half amen
een bier pijp
Lyf eigenen
een slaaf genaamt Jantje
een slaaf genaamt January
een slaaf genaamt Adonis
een slaaf genaamt Rachel
Beestiaal
zeven en dertig ossen
vyftig aanteel beesten
vyf hondert en achtien schapen
drie rydpaarden
Baaten des boedels
[ ..... ]
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Johannes Rabie wegens verkogte hamels - voldaan 94
aan Adam Rinneke wegens geleende penn: 21
Erfgenaamen
1) Engela Geertruida Grobbler, gehuwd met Dirk Jacobus Kotzé, geboren den 10 Mey 1795
2) Johanna Hendrina Grobbler, gehuuwd met Jan Els, geboren den 20 January 1797
3) Magdalena Maria geboren den 17 October 1798
4) Willem geboren 15 April 1801
5) Nicolaas geboren 30 Juny 1803
6) Magtel Anna Susanna geboren 26 Sept:r 1805
7) Rachel Elizabeth Alida 10 Sept:r 1807
8) Cornelia Jacomina geboren 7 Sept:r 1809
9) Cornelis geboren den 14 Aug:s 1811
10) Agatha Petronella geboren den 13 Juny 1813

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten woonplaatze van voorn: wed:e Grobbler op den 11 January 1815 ende zulx op het op en aangeve van den requiserante in den hoofde deeses voorm: dewelke betuigde haar daaromtrend ter goeder trouwe gedragen en met haar wetens niet verswegen of agter gehouden te hebben tot den boedel behorende met presentatie des gerequireerd werdende met solemnele eede te zullen bevestigen, en beloofde zo wanneer iets mogte komen te ontdekken tot dien boedel behorende deese inventaris daar meede te zullen te ampliëren, mitsg:s acte geformeerd ter presentie van d’ klerk ter Secretarye Adriaan de Waal en den veldcornet d’ manh: Louis Jacobus Nel en Dirk Jacobus Kotze als getuigen

Als getuigen: A: de Waal, Louves Jacobus Nel, Derck Jacobus Kotzee

Voor meijn moeder: Engela Geertruij Grobler

In kennisse van my: J:C: Berg, Secret:s

MOOC8/31.45

{YYYY} [ ..... ] Oelof Tafel

Inventaris van de goederen van Oelof Tafel zijn als volgt

8 hemden
7 onder baaitjes
1 jekker
1 bove baaitje
1 menel
1 jas
8 broekke in soorte
10 doeke in soorte
5 paar kouse
6 mutsen
3 paar slop kousen
1 hoed
1 paar schoene
1 beth en 4 kusse, 1 beuluw
8 sloopen, 2 laakens
een koffer en 1 klijn kissie
1 scheerdoos en 2 metsen
1 spiegel
een knijptang en 1 hamer
2 rij paarde, 1 zaal en toems
1 koei
eenig schoen makers gereedschappe
1 schoen makers tafel
1 geweer

Als getuijgen: D:W: Steijn, J:L: d: Preez, P:J: du Preez, G:s J:a van Niekerk

MOOC8/31.46

{YYYY} [ ..... ] Wellem Adolf Akkerman

Lys van den overleedene Wellem Adolf Akkerman van zijne nalatenschap

1 wage kist
1 1/2 elle blouw laken
10 elle wit linne
3 lange broeke
2 onderbaatjes
2 slaap cabaaij
2 hemde
3 kussing sloope
1 slaapmuts
1 vlenesse onde hempt
1 paar kruijs bande
1 seyde doek
1 spegel
1 1/2 pakkies gaare
1 boek papier
1 bol schoemakers gaare
1 dozeijn knoope
1 streng blouwe zeij
1 kannetje
1 partey boeke
2 borssels
1 partij oude papiere
2 furkke
1 pakkie gember
1 scheer messe
1 lienjaal
1 lepel
1 zelver horlogie
1 snuijfdoos
1 schaar
1 blikki met een naaij ring
1 bril
1 penne mes
1/2 stang roode lak
1 klyne roode kisje met rommelerij
1 schanslooper
4 ryksd:s 1 schelng aan contand
1 hangslot
1 tinne kom
1 ketel
1 hamer
1 heynsche met een bril
1 strykriem
1 inktcoker
1 rok
1 hoed
1 scheermes
1 matras
1 peul met 3 kussings
1 combaars
1 olie steen

L:F: de Jager

O: Davel

MOOC8/31.47

{18151019} 19 October 1815 Andries Cornelis Esterhuisen , Magdalena Snyman

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door Andries Cornelis Esterhuisen en Magdalena Snyman in gemeenschap bezeeten en door laatsgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en in waaren weesen zyn bevonden geworden, te weeten als

Een opstal staande op de leeningsplaats genaamd de Modderfontein gelegen aan de Kleine Rietrivier
drie geweeren
een bankschroef
drie nieuwe zikkels
vier oude zikkels
een yzere zeep pot /defect/
twee yzere klyne potten
een yzere pot /defect/
twee aarde potten
een koopere keetel met zyn komfoor
een tinne keetel
een blikke koffy kan
een blikke castrol /defect/
tien tinne borden
drie tinne schootels
zeeven tinne leepels
zeeven staale vorken
een groote schaar
drie aarde kommen
een tinne trekpot
een koopere strykyzer
een tinne waterpot
een tinne theekeetel
een koopere kandelaar
een snuyter
een klyne kistje
twee aarde kannen
een roskam
vier stoelen /: waarvan een op t Roggeveld :/
een oude molen spil
een tavel /defect/
drie veylen in zoort
een rasp
een doorslag
een passer
een soldeerbout
een koubytel
twee houtbytels
een snymes
een houtbyl
een handbyl
een dissel
een handzaag
een schaaf
vier pikken /:waarvan een op de woonplaats:/
een handhamer
een party oud yzer
een smitstang
een emmer
twee wagenkisten
een ordinaire kist
drie zadels /:waarvan een defect:/
twee tomen
een mud zout
drie mudden koorn, na gissing
drie mudden meel
drie ledige zakken
vyfthien bokkevelle knapzakken
een meel zeef
een hand blaas balg
een duims boor
een omslag boor
twee nagel booren
twee graven
een stoof
een stoof /:defect:/
een brook bankje
een uyntjes yzer
een gelooyde bokkevel
een klyne ley
twee kelder flessen
een verrekyker
een worst cabelgaarn
een foliant Bybel met koper beslag en platen
een Psalm boek met zilvere slootjes
zes Psalm boeken zonder zilvere slootjes
vyfthien boeken in zoort
een oude teervat
een handmolen
een oude ploeg /:zynde nog op de woonplaats:/
twee beddens met een peluw, zes kussens en drie zo wolle als velle combaarsen
drie blikken met buskruid
een party geweer kogels
twee tinne schotels
een rooster
vier wagen roeyen
een osse wagen met vyf jukken, trek touw en tentzyl
een osse wagen met vyf jukken, trek touw en tentzyl
een teerputs
elf osse riemen en zeventien stroppen
drie haken en krammen
drie sweepstokken
een beestevel
zeeventhien steenen zeep
een katel
een viool
drie klyne spiegels
een blikke doosje
Lyfeigenen
  Rd:s
een mans slaaf genaamd Arie , geboortig van de Kaap - zynde reeds bejaard, en met genoegen der erfgenamen ten behoeve van A:C: Esterhuisen getauxeerd voor eene som van 1200
Beestiaal
achtien trekossen
zeeventhien aanteelbeesten
vier rydpaarden
twee jonge hengstjes
tien aanteelpaarden
veertien hondert en vyftig aanteelschapen
twee hondert een en dertig bokken
Contanten
[ ..... ]
Baten des boedels
[ ..... ]
Schulden des boedels
    Rd:s
  aan de wed:e Jacobus Snyman een capitaal groot 300:--
  met de daarop verlopen renten zeedert 16 September 1815 a 6 p:r c:t
  aan de executeuren des boedels van wylen de wed:e Rasmus Erasmus een capitaal groot 250:--
  met de daarop verloopen renten zeedert [ ..... ]
  aan Gerrit van Wyk d' oude over gekogte schapen 211:--
  aan Gerrit van Wyk d' oude voor twee paarden 170:--
  aan Johannes Rasmus van der Merwe voor onkosten tot de begravenis en andere geleverde goederen 75:3
NB volgens deese acte in Heeren Weesm: resolutie van den 13 December 1815, competeeren de drie kinderen tezamen voor moeders bewijs slegts rd:s534 over zo veel de drie kinderen van A:C: Esterhuisen in voorig huwelyk verwekt by Martha Magdalena Erasmus voor moeders bewys, ingevolge daar van op den 14 Aug:s 1805 voor den toenmaligen notaris G:F: Goets en getuigen gepasseerde acte van kinderbewys competeerd zynde tezanen 634:--
  aan agterstallige recognitie penn: zedert p:mo January 1813
Erfgenamen
1) Gerrit Jacobus van der Merwe geboren den 20 Decemb:r 1794
2) Sophia Magdalena geboren den 8 October 1796 staande haar in 't huwelyk te begeeven met Willem Jacobus Janse van Rensburg Nicolaasz:n
3) Magdalena Johanna van der Merwe geboren den 3 October 1799 gehuuwd met Frans Nicolaas Joosen Jacobusz:n

Aldus gedaan en g’inventariseerd, mitsgaders /:voor zo veel de slaven jongen Arie van de Kaap aangaat:/ getauxeerd in de Caroo op de legplaats van den burger Andries Cornelis Esterhuizen genaamd de Bassons Fontein gelegen aan de Ongeluksrivier op den 19 October 1815 ende zulks op het op en aangeeven van de weduwenaar voormelde Andries Cornelis Esterhuisen, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandelt en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben, verklarende dus bereid te zyn deese opgaave ten allen tyde des gevorderd wordende met solemneele eede te zullen staaven, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel specteerende mogte ontdekken, deese inventaris daarmeede te zullen amplieeren; en is zulks geschied ten byweesen van den veldcornet Johannes Rasmus van der Merwe Danielsz en den burger Frans Stephanus Marits d’ oude als getuigen.

Als getuigen: J:R: van der Merwe V:t Cornet, Frans S: Maretz

Andries Cr:s Esterhuyse

Op last van de H:r Landd:

Mij praesent: J:C: Winterbach, K:k: van de H:r Land:t

MOOC8/31.48

{18151025} 25 October 1815 Pieter Smith , Maria Ninaber

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door Pieter Smith d’ oude en Maria Ninaber in gemeenschap beseeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en in waren weesen zyn bevonden geworden, te weeten

De woonsteede van den overleedene en desselvs nagelatene weduwe bestaande in vier opstallen of kleine gebouwen geleegen in een dal genaamd de Vogelfontein en wel in het district van het Koude Bokkeveld ; zynde door wylen Smith op den 2 November 1803 ten Lands Comptoire aangeteekend, en zeedert door hem bewoond en 't omliggend land gecultiveerd zynde behalven een moes- en vrugte-tuin nog met circa 3500, wynstokken beplant; zonder dat noghthans eenige bewyzen van vergunning het zy in leening of eigendom is kunnen worden aangetoond

In de voormelde woonsteede en aldaar

In het voorhuis
een tavel
vyf stoelen
een emmer
twee rakken
een tabaksmes
twee tinne trekpotten
een aarde pot
in een muurkast
een groote foliant Bybel met platen en kopere slooten
een koopere strykyser
twee Predicatie boeken
twee Psalm boeken
een Sluiters gesang boek
twee aarde kommetjes
twee kopjes en pierings
vyf porcelaine borden
ses tinne borden
drie tinne schotels
sestien yzere leepels
zes staale vorken
een koopere kandelaar
een snuyter
twee kannen
In de combuis
vier yzere potten in zoort
een koopere keetel
een rooster
een vuurtang /defect/
In de kamer
twee katels
een bed, een peluw, zes kussens en een combaars
een bulzak
een tavel
drie stoelen
een groote kist
een pistool
een sabel
In een buiten vertrek
een rydzadel met zyn toom
een pakzadel
In de winkel
een oude zeef
een hand blaasbalg
een stuk vierkant yzer, dienende tot een ambeeld
een oude bakkist
een draaybank /defect/
een halfaam
vier sikkels en 1 wyngaardmes
een anker /defect/
vier oude wagen assen
twee oude draay borden
een oude wagentang
neegen wagen vellingen
twee hamers
twee handbylen
vier schaaven /in zoort/
twee handzagen /defect/
twee spanzagen
een snymes
een winkelhaak
een knyptang
een kroos
drie bytels
een rasp
een veyl
zeeventhien yzere wagen roeyen
een parthy oud yzer
een yzere mooker
een koevoet
twee pikken
Op de werf
vier koornschoppen
vyf graaven in zoort
een bankschroef
een ploeg /defect/
een eg met houte tanden
vyf populiere houten planken van 10 voeten yder
een party oud houtwerk
drie dissels /in zoort/
vier bossen Spaansche rieten /tezamen 150/
een osse wagen met vyf jukken, trektouw en tentzyl
een groote vleeschvat
een platvaatje
een Noorsche moolen /defect/
Beestiaal
achtien trekossen
neegen aanteelbeesten
twee hondert en vyf aanteelschaapen
een hondert en elf bokken
twee ryd paarden
Contanten
[ ..... ]
Baten des boedels
[ ..... ]
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Abraham Mouton Jacobuszoon over geleende penn: 110:--:--
aan Pieter Albertus Smit over geleende penn: 42:--:--
aan Pieter Albertus Smit over zo veel aan hem nog voor zyn aandeel uit den boedel voor moeders erffenisse competeerd van des overleedene eerste huisvrouw Anna Dorothea Kramer 79:2:4
Erfgenamen
van des overleeden eerste huisvrouw Anna Dorotea Kramer 1) Erasmus Johannes Smit geb: den 19 Febr:y 1776 gehuuwd met Marea Dorotea van Heerden
2) Geesina Cornelia Smith geb: en 13 Mey 1780 gehuuwd met Daniel du Plessie
3) Johannes Marthinus Smit geboren den 24 April 1784 gehuuwd met Maria Magdalena Olivier
4) Pieter Albertus Smit geboren den 12 February 1784
5) Aldert Daniel Smit geboren den 9 July 1785 gehuuwd met Martha Elisabeth Botha
van des overleeden tweede huisvrouw Maria Ninaber 6) Johan Hendrik Smit geb: den 23 October 1788 gehuuwd met Anna Elisabeth Olivier
7)Maria Jacoba Smit geboren den 18 Juny 1790 gehuuwd met Abraham Mouton Jacobuszoon
8) Cornelia Margaretha Smit geboren den 3 February 1792 gehuuwd met Johannes Paulus Lubbe Paulzoon
9) Charl Gerhardus Smit geboren den 14 Augustus 1795
10) Anna Dorothea Smit geboren den 2 September 1797 gehuuwd met Barend Johannes Janse van Rensburg Nicolaaszoon
11) Gerrit Willem Smit geboren den 23 October 1799
12) Pieter Carel Smit geboren den 15 December 1801
13) Nicolaas Wilhelmus Smit geboren den 11 February 1804
14) Christiaan Andries Smit geboren den 29 November 1806
15) Martha Geertruyda Smit geb: den 17 December 1808
16) Johanna Carolina Smit gebooren den 24 January 1811

Aldus gedaan en geinventariseerd in het Koude Bokkeveld ter woonsteede van den overleedene genaamd de Vogelfontein op den 25:e October 1815 volgens het op en aangeeven van voormelde weduwe Maria Ninaber dewelke betuigde, hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandelt en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben; verklarende haar dus bereid te zyn deese opgaave ten allen tyde des gevordert werdende met solemneele eede te zullen staaven, met verdere belofte, zo iets nader tot den boedel specteerende mogte ontdekken, deesen inventaris daarmeede te zullen amplieeren; en is zulks geschied ten byweesen van den veldcornet van het Koude Bokkeveld Jan Charl Hugo en den burger Jacobus Petrus Joosten Pietzoon als getuigen.

Als getuygen: J:C: Hugo Velt kornet, J:P: Jooste

Maria Ninaber weduwe P: Smit

Op last van de Heer Landd:t

My present: J:C: Winterbach, Klerk v: den H:r Land:

MOOC8/31.49

{YYYY} [ ..... ] Joh: D: Eggerstein

Inventaris van den overledenen Joh: D: Eggerstein

1 schaafbank
7 span zaagen in zoort
43 schaaven in zoort
33 beitels in zoort
8 raspes
15 veilen
2 kleip tange
4 passers
1 omslag boor met 9 kregten
1 omslag boor divect
1 duim stok
1 duij stok devict
5 swaaij kaken
6 winkel haaken
1 dissel
1 hand beil
3 hamers in zoort
4 schrapers
1 bank haak
7 hand schroeven
1 stik saag
1 kleine hand zaaij
1 strijkeyser
8 kruijs houten
1 koubeitel
1 haartang
1 gereedschap zak
1 lijm pod
1 partij ouwe rommelereij aan hout
2 kisten
1 kadel
1 tavel
1 ouwe klavier, divect
1 ouwe bed
1 zwarte rok, een zatijn onder pak
een vlooweele baatje en broek
een hempt
een zwart zeyde doek
een ouwe lakense jas
een vlinnese baatje
1 paar stevels
3 el rood linnen
1 paar schoenen
1 doosje
1 paar zulvere schoe gespen
1 paar kuid gespen
1 oue zulve zak horlosie
2 schelling aan contante
1 kleine spiegel
1 ouwe koffe molen
1 kandelaar
een snuiter
1 bottel
een potje
een vles
1 zakje met wat ouwe boeken
1 paard zadel en toom
1 oude stoel zonder mat
1 wit kopere zak horlogie kas
23 kleine boore
nog eeneg ouwe rommelereij
1 snuif zifje
2 scheermesjes
2 scharen
1 slijp steentje

Door myn opgenome met twe getuige

J: d: Villiers D:zoon, J: Roux

Fr: J:n Roos, Veldcornet

MOOC8/31.50

{18150920} 20 September 1815 Willem Pretorius , Johanna Magdalena Jordaan

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot den boedel van wyle den burger Willem Pretorius en nagelatene weduwe Johanna Magdalena Jordaan behooren, en door eerst gem: op den 29 Dec:r 1811 ab intestato met den dood is ontruymd en nagelaaten, bestaande dezelve in als

Losse goederen
een wagen kist
een emmer
een theepot
een keeteltje
een ankervatje
twee tinne schotels
thien tinne borden /:in zoort:/
agt staale furken
agt tinne leepels
een groote ketel
een trommel
een dissel
een zeeppot /:defect:/
een graaft
een slonsje
een eyzere pot
een bed met zyn toebehooren
twee stoelen
een ossewagen met toebehooren
een kadel /:defect:/
een yzere pot
Beestiaal
vyf honderd en zeventhien schaapen en bokken
zes en twintig ossen
drie en veertig aanteelt beesten
twee rydpaarden
Contanten des boedels
vier honderd ryksdaalders papieren munt

Aldus gedaan en geinventariseerd ter Adjunct Drostdy Cradock , op den 20:e September 1815, ende zulks volgens op en aangave van de wed:e in den hoofde dezes vermeld, dewelke betuigde haar in alles ter goeder trouw te hebben gekweeten en niets met haar weeten te hebben agterhouden of verzweegen, met offerte om indien naderhand iets tot de boedel specteerende mogte komen te ontdekken, deeze inventaris daarmeede te zullen suppleeren bereid zynd deze haare opgave ten allen tyde met solemneele eede te bevestigen

Als getuige: Willem van Heerden Veld Cornet, Johan Jurgen Schindehutte

Johanna M: Jordaan wede: Pritori[ ..... ]

In kennisse van my: J:F: van de Graaff, Adj:t Landd:t

MOOC8/31.51

{18150925} 25 September 1815 Godlieb Rudolf Opperman , Susanna Jacomina van Jaarsveld

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot boedel van Godlieb Rudolf Opperman en wylen Susanna Jacomina van Jaarsveld behooren, en door laastgen: op den 7:e September 1815 ab intestato met den dood is ontruymd en nagelaten, bestaande dezelve in als

Losse goederen
een taveltje
twee stoelen
een theepotje
een ketel /:defect:/
een kandelaar
twee tinne schootels
agt tinne borden /:defect:/
zeven leepels en een furk
een grote tinne schotel
een koekepan
twee Keulse kommen
twee schaaren
een party gereedschap
drie bottels
een flesch en een kan
twee water vaatjes
een eyzere potje
een kopere keetel
een blikke emmertje
een boor
een water emmer
een party oud eyzer
een pik
drie graaven
twee kisten
een bed met toebehooren /:defect:/
een kadel /:defect:/
vier eyzere potten /:in zoort:/
zeven zikkels
een hand molen
een slypsteen
twee trommels
vyf schiet geweeren
een osse wagen /:defect:/
een oude slegte paarde wagen
drie ossen - zyn by Van Jaarsveld gegee om te verkopen dog weet nog niet of ze verkogt zyn of niet
Beestiaal
drie ryd paarden
een merrie [paarden]
agt thien ossen
thien aanteelt beesten
zeventhien honderd en drie schaapen en bokken
Lasten des boedels - boekschulden
aan Hendrik Penninghof thien ryksdaalders zynde begraffenis onkosten
aan Didrik Opperman thien ryksdaalders
aan Marcus Greeven drie ryksdaalders
aan Ockert Oosthuyzen zes ryksdaalders en vier schellingen
aan Paul du Plessie vyf ryksdaalders
aan Burgert Smit twee ryksdaalders
aan Christiaan Opperman vier ryksd:s
aan Jan Adriaan Venter dertig ryksdaalders
aan onkosten voor de vendutie thien ryksdaalders en vier schellingen
Erfgenaamen des boedels
1) Christiaan Rudolf geboren den 5 February 1795
2) Albertus Stephanus geb: den 25 July 1799
3) Maria Christina geb: den 30 October 1801
4) Alberta Susanna geb: den 23 October 1803
5) Jacomina Margaretha geb: den 4:de July 1806
6) Godlieb Rudolf geb: den 13 Mey 1810
7) Didrik Johannes geb: den 14 November 1812 en
8) Anna Catharina Maria Opperman geb: den 21:se September 1814

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze de Palemiet Fontein gel: in Tarka op den 25:te September 1815, ende zulks volgens op en aangaave van den in de hoofde dezes vermelde G:R: Opperman dewelke betuigde hem in alles ter goeder trouwe te hebben gekweeten en niets met zyn’s weetens te hebben agterhoude of verzweegen, met offerte om indien naderhand nog iets tot den boedel specteerende mogten komen te ontdekken, deeze inventaris daarmede te zullen suppleeren bereid zynde deze zyne opgave ten allen tyde des gerequireerd werdende met solemneele eede te bevestigen en zulks ter presentie van den veldcornet Step:s Joh:s van Wyk en de bode J:J: Schindehutte als getuigen.

Als getuigen: S:J: van Wijk, J:J: Schindehutte

G:R: Opperman

In kennisse van my: J:F: van de Graaff, Adj:t Landd:t

MOOC8/31.52

{18151019} 19 October 1815 Frans Nicolaas Slabbert , Cornelia Britz

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behoorende tot de nalatenschap van den ab intestato overleedene Frans Nicolaas Slabbert en nagelaatene weeduwe Cornelia Britz [ ..... ] en door eersgem: op den 8 Mey 1811 met den dood ontruymd en nagelaaten, bestaande dezelve in

een oude ossewagen
1 bed met 2 kussens
1 wagen kist
1 tinne kom
1 tinne borden
2 tinne leepels en 2 forken
1 plat vatje
1 geweer
1 emmer
2 eyzere potten
Beestiaal
2 trek ossen
8 aanteelt beesten
407 schaapen en bokken
Baaten des boedels
een onderhand's schuldbekentenis d:d: 13 November 1805, van den burger Piet du Preez, weegens ryl van een paard en schietgeweer voor zes ossen
Erfgenaamen des boedels
1) Elsje Sophia Johanna geboren den 16:e July 1807
2) Gertruyda Elizabeth geboren den 8 Mey 1809
3) Cornelia geboren den 15 April 1810 en
4) Fransina Jacoba Magdalena Slabbert geboren den 3 December 1811

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze de Kraanvogel Valleij gel: agter op Sneeuwberg in ‘t district van Graaff Reinet op den 19:e October 1815 ende zulks volgens op en aangaave van de weduwe in den hoofde dezes vermeld, dewelke verklaarde in ‘t opgeeven deezes boedels haar in alles ter goeder trouw te hebben gekweeten en zonder met haar weeten iets te hebben agterhouden ofte verzweegen, met offerte om indien naderhand nog iets tot den boedel specteerende mogte komen te ontdekken deeze inventaris daar meede te zullen amplieeren, ende zulks des vereisd werdende ten allen tyde met solemneele eede te bevestigen, mitsgaders acte geformeerd ter presentie van Hendrik Fredrik Papenphus en Gustaaf Erland als getuigen.

Als getuigen: Gustaf Erlank

Dit + merk heeft de weduwe als nie kunnende schryve eigenhandig ter neder gesteld.

J:F: van de Graaff, Adj:t Landd:t

MOOC8/31.53

{18150620} 20 Junij 1815 Willem van Heerden , Martha Sophia van Heerden

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ‘er door wijlen Willem van Heerden Roelofszoon en nagelate weduwe Martha Sophia van Heerden in gemeenschap zijn bezeeten en door eerstgemelde ab intestato met ‘er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgehomen en in waaren weezen zijn bevonden geworden, te weeten

Den halven opstal der leeningsplaats gen:d de Kruijsfontein , gelegen onder de Sneuwbergen
den halven opstal der leeningsplaats gen:d de Loeriefontein geleegen op de Sneuwberg
den halven opstal der leeningsplaats gen:d de Leliefontein meede als evengem:d geleegen op de Sneuwberg en alle drie met Willem Aron van Heerden in Comp:nie bezeeten
een oude paardewagen met 8 oude tuijgen
een compleete osse wagen meede zeer oud
twee hondert acht en veertig voet planken in zoort
drie stukken stinkhout
sestig voet essen houte planken
vier leerboomen
vier en twintig leer schijen
vier assen
twee schamels
een agtertang
veerthien vellings
twee en dertig spaken
twee disselboomen
een ploeg met toebehoor
twee ploeg wielen
een ligterhout met voet
vyf jukken met haaken en kramme
ses schietgeweers /waarvan vyf defect/
een yzere combuijs
een ploeg spil
een euntjes ijzer
acht graven
vijf pikken
vier sweepstokken
een groote schroef
twee oude theer vaten met wat theer
twee half aamen
twee defecte zadels
twee emmer hoepels
een parthij oud ijzer
vier trommels
een schaar
een thee kistje
twee meel ziften waarvan 1 koperdraat
een koekepan
een koffij moolen
een kopere castrol
een taartepan
twee strykijzers
een tinne boter potje
een blikke koffij kan
een koopere koffij kan met tesje
een verkijker
een span zaag
drie avegaa's
een dissel
een handbijl
drie schaven in zoort
een kuypers dissel
een omslag
een handhamer
een knyptang
vier vijlen
een rasp
vijf zekels
een deurslag
een koubytel
een gat schyf
een stuk staal
twee oude roersloten
een snymes
een passer
een winkelhaak
vier bytels
twee pistoolen
een kogelvorm
een stuk loot
een zak met wat spijkers
twee rotting mantjes
derthien boeken in zoort
een spiegel
een zeer oude en defecte thee machien
een geel kopere ketel met kopere compfoir
tinne thee pot
een zilvere zak horlogie /defect/
twee roosters
twee kandelaars
een blaker
een snuijter
een zeeppot /defect/
een oude blikke lantaaren
drie atjaar potten
drie aarde kannen
een porcellaine potje
een kiste met oud ijzer
een ijzere compfoir
een hout boter pot
een ijzere sous potje
een aarde sous potje
een aarde kannetje
acht yzere potten
een yzere ketel
een kopere ketel
drie kisten
acht stoelen
een veldstoel
twee tafels
een stoof
twee boterbakken
drie katels
twee buldzakken waarvan een oud
twaalf kussens
twee peulen
twee behangzels
drie combaarsen
twaalf witte diepe borden
vyf witte borden in zoort
een witte schotel
elff tinne borden
vier tinne schotels
een tinne bak
twee tinne bakjes
een tinne soepleepels
een tinne soepterrien
veerthien tinne lepels
een tinne inktkoker
een tinne soutvaatje
elf staale vorken
een vlees vork
drie kommetjes
ses kopjes en pierings
vyf wijn en soopjes glaasen
twee water glaasen
thien vlessen
negen bottels
vier emmers
vyf klijne balies in zoort
een hangslot /defect/
vier vlees vaatjes in zoort
een half mud zout
agt mudden kooren
een zadel met zijn toebehoor
een lekvaatje
twee ronde aarde schotels
Slaven
een mansslaaf gen:d Moses van de Kaap , omtrend 45 jaar
een slavin gen:d Colonie van Mossambicque , in de 50 jaaren oud
Dina van de Kaap , 10 a 11 jaaren oud
Beestiaal
derthien zo rijd als wagen paarden
veerthien aanteelpaarden
drie en twintig trek ossen
twee en sestig aanteel beesten
een en twintig hondert twee en sestig aanteelschapen
een hondert seven en dertig aanteel bokken
Baten des boedels
  Rd:s
van Roelof van Heerden W:mz: over contant geleend geld 234
Contanten
  Rd:s
aan 1 pies slagter brief ten lasten van Joh:n Fredr: Veijl groot 552
denwelken ter incasseering is genomen
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Elsje Willemina van Heerden getrouwd met Isaac Petrus van Heerden per rest op haar moeders erffenisse 285:--:--
aan Martha Sophie Aletta van Heerden 481:5:5 1/2
aan Martha Louisa van Heerden per rest op haar moeders erffenisse 481:5:5 1/2
aan Willem Schalk van Heerden per rest op zijn moeders erffenisse 481:5:5 1/2
aan Maria Helena van Heerden per rest op haar moeders erfenisse - NB laastgem: bij leeven van de vader overleeden 481:5:5 1/2
aan Simon Stronk aan de Kaap over negotie blyk:s reek: p:r rest 299:2:--
aan Hendrik Maartens over 8 vlessen wijn 2:--:--
Erfgenamen
1) Roelof van Heerden geb: den 3:de Febr: 1792 deeze zijn kinderen uit het eerste bed met Elsje Helena van der Merwe
2) Elsje Willemina van Heerden geb: den 3 Maart 1794
3) Martha Sophia Aletta van Heerden geb: den 5 Decb:r 1798
4) Maartje Louisa van Heerden geb: den 23 Octb:r 1801
5) Willem Schalk van Heerden geb: den 19 Novb:r 1804
6) Jacobus Lodowicus van Heerden geboren den 11:de Septb:r 1814 en geprocrieerd in het tweede huwelijk met Martha Sophia van Heerden

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze genaamd de Kruijs Fontein gelegen onder de Sneuwberg , op den 20:sten dag der maand Junij 1815 volgens ‘t op en aangeeven van voorn: Martha Sophia van Heerden wed:e wijlen Willem van Heerden R:z dewelke verklaarde haar hierinne ter goeder trouwe en na beste kennis en weetenschap gedragen en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben, ‘t geen tot den boedel is specteerende met belofte zo iets verder tot den boedel behoorende mogt worden ontdekt, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren. Verklaarende eindelijk deeze haare opgave ten allen tijde des gevordert werdende, met solemneele eede te zullen staven, is zulks geschied in ‘t byweezen van d’ edele Jacobus Stephanus van Heerden en den veldcornet Andries Jacobus Burger als getuigen

Als getuigen: J: St: van Heerden, A:J: Burger

Marta S: van Heerden wediewe W: van Heerden

In kennisse van my: Th:s Muller Secret:s

MOOC8/31.54

{18160216} 3 Februarij 1816 Jan Hendrik Coetzee , Hester Brits

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ‘er in leeven zijn bezeeten bij den zig zelf om het leeven gebragt hebbenden burger Jan Hendrik Coetzee D:ks zoon en meede wijlen Hester Brits, door beide ab intestato met ‘er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen bevonden geworden, te weeten

een geweer
een schotel
twee borden
een lepel
een vork
een snuijter
een duimstok
een geweer krasser
acht lb lood
een siambock
een oude koffer
een scheermes
een buldzak
drie kussens
een oude zadel en toom
Beestiaal
een hondert en een aanteel schaapen
dertig aanteel bokken
twee oude ruijn paarden
Schulden des boedels
  Rd:s
aan den vendumeester T:s Muller weg:s een p:s vendubrief per rest 42:1
aan Hend:k Penninghof over schoolgeld van den hiernatenoemene erfgenaam 6:--
Erfgenamen
Dirk Coetzee J:H:z: de ouderdom niet bekent gist den opgever dat den zelven omtrend negen jaaren komt te zyn

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den derde February 1816 volgens ‘t op en aangeven van den manhafte Johannes Cornelis Coetzee, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandelt en niets met weeten versweegen of agter gehouden, verklaarde zig dus bereid deeze opgave ten allen tijde des gevordert werdende met solemneele eede te bevestigen, onder verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en is zulks geschied van de E:E:s G:F: Enslin en Johan Hendrik Grijling als getuigen.

Als getuigen: G:F: Enslin, J:H: Grijling

Johannes Corneles Coetsee

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/31.55

{18150116} 16 Jannuarij 1815 Hermanus Barend van der Schijf , Martha Johanna Jacobsz

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ‘er door wijlen Hermanus Barend van der Schijf en desselfs nagelaten huisvrouw Martha Johanna Jacobsz in gemeenschap zijn bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen bevonden geworden, te weeten

een oude paarden wagen met tent zijl, remketting, stok en zweep
een oude zadel
een tinne theepot
een buldzak met 2 kussens en 1 combaars
vier defecte paarde tuijgen
een defecte wagen kist
een stoel
een stoof
een defecte tinne schotel
drie tinne borden
twee tinne lepels
twee vorken
een geweer
een bijl
twee schaven
een winkelhaak
een kruyshout
twee spanzaagen
een kuypers kaoos
een oud snymes
een ijzere potje
een klijne kopere ketel /defect/
een klijn botervaatje
een emmer
Beestiaal
een hondert ses en veertig aanteelschapen
veerthien aanteelbeesten
drie rijd paarden heel oud
Baten des boedels
  Rd:s
van Andries Venter J:sz voor drie hamels 6
van Philip Arnoldus Olivier Jansz:n over 2 hamels 4
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Hend:s Kruger J:J:z over koop van een paard 8
aan Philip Dan:l Riekert over geleend geld 40
Erfgenaamen
Martha Johanna v:d: Schyf geboren 25:ste Decb:r 1809
Cornelia Isabella v:d: Schyf geboren 18 Decb:r 1811
Anna Petronella Susanna geboren 28 Febr: 1814

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze van den burger Willem Jacobus Pelzer gen:d de Zoutpans Drift gelegen aan ‘t Groot Brakrivier agter Rhinocerosberg op den 16:de Jann: 1815 volgens ‘t op en aangeven van voorgemelde Martha Johanna Jacobsz weduwe Herm:s Barend van der Schijf; dewelke betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandelt en niets met weeten versweegen of agter gehouden verklaarende haar dus bereid deeze opgave ten allen tijde des gevordert werdende met solemneele eede te bevestigen onder verdere belofte, zo iets nader tot den boedel behoorende mogte ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in ‘t bijweezen van d’ edele Louis van Wijk en den adjunct gerechts bode Jerem:s Auret als getuigen

Als getuigen: L: van Wijk, J:s Auret

Martha Johanna Jacobs de weduwe van der Schyf

In kennisse van mij: Th:s Muller Secret:s

MOOC8/31.56

{18150120} 29 Jannuarij 1815 Schalk Willem Lubbe , Elsje Elisabeth Vorster

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door Schalk Willem Lubbe en desselfs huisvrouw wylen Elsje Elisabeth Vorster in gemeenschap bezeeten en door laastgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen sijn bevonden geworden, te weeten

een ijzere pot
ses tinne borden
drie tinne leepels
vyf vorken
twee tinne schotels
een ossewagen, tentzijl, matje en juk
een schietgeweer
een buldzak
twee kussings
een peul
Beestiaal
vier hondert en een aanteel schaapen
seven trek ossen
een rijdpaard
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Schalk Willemze Burger weg:s gek:te schapen 100:--
drie jaaren rente van dien à 5 pc:to 15:--
aan Joh:s Hendrik Lubbe over geleend geld 100:--
aan Nic:s Jac:s Smit voor een paar wage leeren 50:--
een jaar rente van dien 2:4
Erfgenaamen
1) Elsje Elisabeth Sophia geb: den 20 Julij 1806
2) Anna Willemina Hend:na geb: den 10 Aug:t 1809

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 20 Jann: 1815 volgens ‘t op en aangeeven van voorgem: S:W: Lubbe, dewelke verklaarde zig in het op en aangeeven zyn’s boedels ter goeder trouwe gedraagen en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid deeze zijne opgave ten allen tijde des gerequireerd werdende met solemneele eede te zullen staaven, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren. En is zulks geschied in ‘t bijweezen van d’ E: Georg Fredrik Enslin en den veldc:t F: Hartzenberg als getuigen.

Als getuigen: G:F: Enslin, F: Hartzenberg

Schalk W: Lubbe

In kennisse van mij: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/31.57

{YYYY} [ ..... ] Jacob Weijnand Brits

Ennetars van de nalatenschap van de overleden Jacob Weijnand Brits

75 aantel schapen
24 aantel geijten
6 jonge ossen
8 aantel besten
1 gewer
1 saal
40 contanten penneg

Als getuijgen: Jan H: Geldenhuijs, J:J: Oosthuijsen, J:s Erasmus, V: Cornet

MOOC8/31.58

{18151222} 22 December 1815 Fredrik Cornelis Bezuidenhout

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot den boedel van wylen den burger Fredrik Cornelis Bezuidenhout behooren en door denzelven op den 10:e October 1815 ab intestato met den dood is ontruimd en nagelaten, bestaande dezelve in als

Losse goederen
een yzere pot
een rooster
een parthy ploegbeslag
twee oude graven
een wagen kist
een water emmer
twee zikkels
een oude zadel
een osse wagen
vier jukken
een trektauw
Beestiaal
vier hondert en elf aanteel schaapen
thien trekossen
drie en vijftig aanteel beesten
twee rydpaarden

Aldus gedaan en geinventariseerd ter adjunct drostdye Cradock , op den twee en twintigsten dag der maand December een duizend acht hondert en vijfthien, ende zulks volgens op en aangave van des overledenens broeder den burger Gerrit Pieter Bezuidenhout de oude, denwelken betuigde zig hierin ter goedertrouw te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden, met offerte om indien naderhand iets tot den boedel specteerende mogt komen te ontdekken deeze inventaris daarmede te zullen amplieeren, bereid zijnde deeze zijne opgave ten allen tyde met solemneele eede te bevestigen. En is zulks geschied ter praesentie van den clercq C:J: Muller en den ger: bode J:J: Schindehutte als getuigen.

Als getuigen: C:J: Muller, J:J: Schindehutte

G:P: Besuydenhout de oude

In kennisse van mij: J:A: van de Graaff, Adj:t Landd:t

MOOC8/31.59

{18160217} 17 Februarij 1816 Dirk Christoffel Benadé , Martha Wilhelmina Venter

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door wylen Dirk Christoffel Benadé en deszelfs nagelaatene weduwe Martha Wilhelmina Venter in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenoomen en bevonden te bestaan in:

een bulzak
twee kussens en een combaars
Beestiaal
agt trek ossen
een jonge os
een bul
vyf koejen
vyf kalvers
een ryd paard
vier aanteel paarden
vyf honder een en zeventig aanteelschaapen
een schiet geweer
een schiet geweer /oud/
twee vaatjes
twee yzere potten
een graaf
een kopere ketel
twee bottels
een stryk yzer
een meelzift
twee sickels
een tinne schotel
vier tinne borden
drie forken
zes lepels
een tinne theepot
een tinne blaker
een byl
een boor
een schaaf
een snymes
een passer
een bytel
een hoopje oud yzer
een stinkhoute wagen kist
een oude wagen met eenige toebehoore
een oude zadel en toom
Baaten des boedels
van Jurgen Benadé Joh: Matth:sz over verkoop van een hengst tagtig rd:s - voldaan den 19 Maij 1817
van Martha Wilhelmina Venter, zynde nagelaatene wed:e van den overledene, eene somma van een honderd rd:s voor zekere oude mans slaaf in naame July , door de overledene blykens onderhandsch testament aan haar voor gen: somma vermaakd
Contanten
[ ..... ]
Schulden des boedels
aan Hendrik Davel Mey over zestig voet planken tot de doodkist van den overledene vyfthien rd:rs
Erfgenaamen
Anna Jacoba Benade gebooren den 2:e Juny 1797
Wilhelmina Christina Benadé, gebooren den 5:e Feb:y 1799
Jacob Benadé gebooren den 5:e Sept:r 1800
Dirk Jac:s Benadé gebooren den 12 Oct:r 1802
Martha Maria Elisabeth Benade gebooren den 23:e Juny 1804
Joh:s Matthys Benade gebooren den 23:e September 1806
Aletta Johanna Benadé gebooren den 16:e Augustus 1809
Johannes Tobias Albertus Benade gebooren den 21:e February 1813 en
Hester Benade gebooren den 13:e November 1815

Aldus gedaan en g’inventariseerd te Graaff Reinet , op den 17:de dag der maand February 1816, volgens het op en aangeeven van Martha Wilhelmina Venter wed:e wijlen D:k Christ:l Benadé, dewelke betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedel ter goeder trouw te hebben gedragen en niets met weeten versweegen of agter gehouden; verklaarende zig dus bereid ten allen tijde des gevorderd wordende deeze opgaave met solemmeelen eede te zullen staaven en verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deeze inventaris daarmede te zullen emplieeren, ende is zulks geschied voor my onderget:e Landdrost van Graaff Reinet , ter byweezen van d’ edele George Fredrik Enslin en de manhafte Matthys Jac:s Pretorius als getuigen.

Voor d’ opgaave: dit + is eigenhandig gesteld door Martha Wilhelmina Venter weduwe wijlen Dirk Christoffel Benade

A: Stockenstrom, Landd:

G:F: Enslin, Mattijs J: Pretorius

MOOC8/31.60

{18160302} 2 Maart 1816 Jacob Geysler

C: Bird

Inventaris van alle zodaanige goederen en effecten als er door wylen Jacob Geysler /in leven slagter knegt van Fredrik Feyl/ by deszelfs overlyden ten deezen dorpe zyn nagelaaten; mitsgaders, volgens besluit en qualificatie van Weledelen Heeren Weesmeesteren op heden opgenoomen en bevonden te bestaan in

een jas
een p:r stievels
een brandewyn hoorn
een spiegel /klein/
een hoed /oud/
drie boven baatjes
vier onder baatjes
vijf broeken
drie hembden
twee p:r koussen
vier en twintig doeken in zoort
een lap linnen
een lap bedde tijk
vier tjaals
tien klip pypen
vier tonteldoozen en een vuurslag
drie knip messen
een penne mes
twee scheermessen en een scheerdoos
agt elzen
negen schaaren
een pype rietje met een zilvere dopje
drie kopere ringen
twee pakjes groene koord
eenige naalden
een weinig garen
twee tobak zakken
een ledere zak
een zak horologie
een vellies
een ledere zak boekje inhoudende instructie brieven, slagters brieven in blanco en eenige andere papieren van geen belang
Contanten
een honderd twee en veertig 3/8 ryksd:rs papiere munt
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Johan Marthinus Durr weg:s begraafnis kosten blykens gespecificeerde rekening 145:4
zynde aan Johan Marthinus Durr voldaan d' opgen: contante penningen 142:3
Blyvende dus de schuld nog Rd:s3:1

Aldus gedaan en g’inventariseerd te Graaff Reinet op den 2:e dag der maand Maart 1816, volgends het op en aangeeven van Johan Marthinus Durr dewelke betuigde zig in het op- en aangeeven des voormelden boedels ten goeder trouw te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, verklaarde zig dus bereid ten allen tyde des gevorderd wordende, deeze opgaave met solemneelen eede te zullen staaven en verdere belofte zo hy iets nader tot de boedel hoorende mogte komen te ontdekken deeze inventaris daarmede te zullen emplieeren, ende is zulks geschied door my ondergeteekende Landdrost van Graaff Reinet ten byweezen van d’ E:E:s Hendrik Adriaan Meintjes en Jan Hendrik Greyling als getuigen

Voor d’ opgaave: [ ..... ]

A: Stockenstrom, Landd:

H:A: Meyntjes, J:H: Grijling

MOOC8/31.61

{18160215} 15 Februarij 1816 Matthias Auinger

Inventaris van alle zodanige goederen als er ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Matthias Auinger ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deselve nalatenschap door my ondergeteekende Adj:t Commis der Weeskamer ter presentie der medegeteekende getuijgen is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, namentlyk

Ten huyse van de wed: Carel Fredrik Wagenaar en aldaar

In de voorkamer
een kist waarin
een lakense rok
een jekket
vyf hembden
zeeven broeken
een onderbaatje
twee p:r laarsen
een hoed
Lyfeigene
een meid gen:d Salatrie van Mosambicque
Inneschuld
  Rd:s
van Jan Rolman over koop van twee paarden 145
Last den boedels
  Rd:s
aan voorm: wed:e Wagener voor 5 maanden kamerhuur 50

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huyse voormeld op den 15 February 1816.

Als getuygen: J: Serrurier, J:N: Rörich

Voor den opgaaff: dese kruys merken +++ syn door Saartje Mack als niet kunnende schryven voor haare naamteekening ter nedergesteld

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/31.62

{18160302} 2 Maart 1816 Matthias Auinger

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Matthias Auinger /: in leven slagters knegt in dienst van George Muller en alt:/ by deszelfs overlyden, ten dezen dorpe zyn nagelaaten, mitsgaders volgens genoomen besluit en verleende qualificatie van Weleerw:e Heeren Weesmeesteren, op heden opgenoomen en bevonden te bestaan in:

een p:r stievels
een p:r schoenen
een p:r spooren
een knip mesje
een inkt koker
een boekje
een velle combaars
een oude hoed
een sjambok
een boven baatje
twee onder baatjes
twee broeken
twee hembden
agt en twintig doeken in zoort
vyf tjaals
twee schitzen
twee en dertig banjen hoeden
twaalf schaaren
vier potlooden
een weinig lak
eenige spelden
een en veertig strengen zeide
een pakje swarte zyde
drie pakjes garen
agtien yzere trompes
tien en een half el swart lampher
eenig oud scheergoed
eenig oud vuurgoed
een boek papier
een ledere zakje met een lb kruid
een vellies
een ledere zakboekje, inhoudend slagters brieven blanco; eenige brieven en andere papieren van geen belang
Baaten des boedels
van Joh:s Petrus du Plessis de somma van een honderd en twintig rd:s en zes schellingen wegens contant geleende penningen, blyk:s onderhandsche schuldbrief
Schulden des boedels
    Rd:s
voldaan de 14 Maij 1817 aan de colonies chirurgyn Karel Philip Koning blyk:s rek:g 6
aan F: Sluyermaker 21
  Somma Rd:s27

Aldus gedaan en g’inventariseerd te Graaff Reinet op den 2:en dag der maand Maart 1816 volgends het op en aangeeven van Fredrik Sluyermacher dewelke betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouw te hebben gedraagen en niets met weeten verzweegen of agtergehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid ten allen tyde des gevorderd wordende, deezen opgaave met solemneelen eede te zullen staaven en verdere belofte zo hy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deeze inventaris daarmede te zullen emplieeren ende is zulks geschied door my onderget:e Landdrost van Graaff Reinet ten byweezen van d’ E:E:s Hendrik Adriaan Meintjes en Jan Hendrik Greyling als getuigen

A: Stockenstrom, Landd:

H:A: Meyntjes, J:H: Grijling

MOOC8/31.63

{18160408} 8 April 1816 Cornelis Smit , Anna Catharina van Wyk

C: Bird

Inventaris van alle zodaanige goederen en effecten, als er door wylen Cornelis Smit en deszelfs nagelaatene weduw: Anna Catharina van Wyk in gemeenschap bezeeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenoomen en bevonden te bestaan in

een bed /zynde 1 bulzak en 2 kussens/
een tafel
twee stoelen
een lange kist
een wagenkist
zeven yzere potten in zoort
een yzere lepel
een yzere fork
een rooster
een boter vaatje
vyf balies in zoort
een koeke pan
twee anker vaatjes
een halfaam en duigen
een plat vaatje
een stryk yzer
een blaker
een kandelaar
een vuurtang
vier tinne borden
drie tinne schotels
zes tinne lepels
vier tinne forke
drie kopere ketels
drie emmers
een water vaatje
een karn
een aarde potje
een zuiker potje
een kom
een kopje
een piering
twee trek potjes
een blikke trommel
een beker
een zoep lepel
een handbyl
een hamer
twee graven
vyf aarde kannen
vyf bottels
een flesch
twee hangsloten
een komfoor
een tinne inkt koker
een dissel
een katrol
drie sickels
een spanzaag
een party gereedschap
vier schiet geweers
een schiet [geweers] /defect/
twee yzere schroeven
een verkyker
een plat pik
een steek pik
een Psalm boek
drie gezang boeken
vier boeken in zoort
een hand moolen met een yzere spil en verdere toebehooren
een halfslete ossen wagen met een tentzyl, jukken en verdere toebehooren
Beestiaal
drie duizend en agt en dertig aanteel schaapen, waaronder mede begreepen zyn hamels
vier en negentig lammer schapen
negen en twintig trekossen
een en vyftig aanteel beesten waaronder eenige jonge ossen
vyf merries
twee veulens
een bruine hengst
een jonge reun
een schimmel ryd paard
Slaven
nihil
Contanten
nihil
Baaten des boedels
van Pieter Willemse Prinslo een honderd ryksd:rs wegens contant geleende penningen - voldaan den 19 Maij 1817
van den slagter C:F: Herren een honderd en veertig ryksd:rs wegens gekogte slagt hamels blykens slagters brief
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen
1) Christoffel Joh:s Smit gebooren op den 19 Juny 1787
2) Cornelis Abram Smit gebooren op den 20:e Juny 1789
3) Maria Johanna Smit gehuwd met Corn:s Jac:s Smit Chr:lsz
4) Willem Jac:s Smit gebooren op den 31 Maart 1797
5) Hendrik Joh:s Smit gebooren op den 10:e Sept:r 1802 en
6) Anna Jacoba Smit gebooren op den 9:e Augustus 1805 en overleden op den 30:e Maart 1816

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten plaatze de Drie Fonteine in ‘t Nieuweveld , volgends op en aangeeven van de wed:e Corn:s Smit dewelke betuigde zig in ‘t op en aangeeven des gemelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid deeze opgaave des gevorderd werdende ten allen tyde met solemneelen eede te zullen bevestigen, met alverdere belofte indien zy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deeze inventaris daarmede te zullen emplieeren ende is zulks geschied op den 8:e April 1816 ten overstaan van my onderget:e Landdrost van Graaff Reinet , ten byweezen van d’ E:E:s Jac:s Steph:s van Heerden en Hend:k Adriaan Meintjes als getuigen

Voor d’ opgaave: A:C: van Wyk

A: Stockenstrom, Landd:

J:S: van Heerden, H:A: Meyntjes

MOOC8/31.64

{18140121} 21 Januarij 1814 Petrus Cornelis Pelzer , Elsje van der Merwe

J:N: Stole

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wijlen den burger Petrus Cornelis Pelzer en desselfs nagelate weduwe Elsje van der Merwe in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: ab intestato met ‘er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waaren weezen zijn bevonden geworden, te weeten

een oude osse wagen met tentzijl, remketting, trektouw en vier jukken
een nieuwe voortang
seven velligen
een slypsteen
een emmer
twee vaatjes
twee ijzere potten
een kan
een emmer
een balie
een half anker vaatje /defect/
een bankschroef
een dissel
een zaagblad
een spanzaag
een bijl
een handbyl
een roebank
een klijne spanzaag
een duimstok
een ploegschaaf
twee scheene
negenthien vijlen in zoort
drie raspen in zoort
een pijpe riet boor
een draay gus
een drilboor
twee snijmessen
veerthien schaven in zoort
een kruijshout
een kuypers hefel
een holdissel
een dissel
twee avega's
een smits tang
een oude zadel
twee trek potjes
drie lepels
drie vorken
drie bilhamers
twee winkelhaken
twee verstek haken
twee zwaay haken
een lepel
een omslag boor
een steek zaag
een boog zaag
een klijne schroef
een passer
een kruishout
twee booren
een hamer
een lympot
een parthij oud koper
een parthij oud ijzer
een oud kastje met ijzer
een rooster
een kastje met oud yzer
twee ijzere hoepels
een troffel
een stuk yzer
drie zekels
twee oude tinne schotels
vyf oude tinne borden
twee disselbomen
een juk
sestig voet geelhoute planken
een draaijbank klijn
een oude graaf
vier handsambokken
een tafel
een kopere ketel
drie stoelen
een sweepstok met sweep
twee meulensteene
een slypsteen
een stoof
een wagen kist
een oud bed
een oude kooygoedzak
Beestiaal
thien ossen oud en jong
twintig aanteelbeesten
drie paarden als twee ruijns en 1 hengst
twee merrie paarden
twee hondert acht en tagtig aanteelschapen
acht en seventig aanteelbokken
Baten des boedels
[ ..... ]
Schulden des boedels
[ ..... ]
Erfgenamen
1) Engela Catharina getr:d met Daniel Struwig deezen zijn kinderen uit het eerste huwelijk met wijlen Martha Maria Boshof
2) Petrus Cornelis gebooren den 4:de Dec: 1786
3) Helena Magdalena getrouwd met Hendr: Swanepoel Pt:szoon
4) Abram Libregt geboren den 2 Aug:s 1791
5) Elisabeth Maria Margaretha getrouwd met Jacobus Bester Jac:sz
6) Willem Hendrik geboren den 17 Meij 1798
7) Anna Maria Jacoba geboren den 13 Aug:s 1800
8) Magteld Maria gebooren den 8:ste August: 1803 deeze vijf zijn kinderen uit het tweede bed met Elsje van der Merwe
9) Barbera Jacomina gebooren den 27 April 1806
10) Isaac gebooren den 8 Meij 1809
11) Elsje Johanna Jacoba gebooren den 20 Octb:r 1810
12) Petronella Cornelia gebooren den 7 August: 1813

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze van de weduwe wijlen den burger Pieter Schalk van Heerden senior, genaamd ‘t Doornrivier gelegen in ‘t district agter Sneuwberg op den 21:ste dag der maand Jann: 1814 volg:s ‘t op en aangeven van voorgemelde Elsje van der Merwe weduwe wijlen den burger Petrus Cornelis Pelzer en haar voorzoon der meedeburger Petrus Cornelis Pelzer P:C:zoon dewelke betuigde hun hierinne ter goeder trouwe gedragen te hebben en niets met weeten versweegen ofte agter gehouden; verklaarende hun des bereid deeze opgave ten allen tijde des vereischt werdende met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied in ‘t bijweezen van d’ edele Louis van Wijk en den burger Willem Jacobus Pelzer als getuigen

Als getuigen: L: van Wijk, W:J: Pelser

Dit merk + heeft Elsje van der Merwe weduwe wylen Pet:s Cornelis Pelzer eigenhandig ter neder gesteld

P:C: Pelser

In kennisse van mij: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/31.65a

{18140331} 31 Maart 1814 Hendrik Godfried Kuster

Inventaris van zodanige goederen als er ab intestato met er dood zijn ontruimd ende nagelaten door Hendrik Godfried Kuster, ten voordeele van zijne hier ondertemeldene drie volle zusters en een volle broeder neevens een halve zuster, met namen:

1) Helena Elizabeth Kuster get:d met Laurens Liebentrouw alle kinderen uit het huwelijk van wijlen Johan Godf:d Kuster en meede overl: huysvr: Yda Maria van Zeijse
2) Christina Eliza Kuster geh:d met Frans Roos
3) Anna Dorothea Kuster get:d met Balthazar de Roos
4) Casje Claasen Kuster oud 22 jaren
5) Henrietta Wilhelmina Kuster oud 15 jaren deese laatste eene halve zuster uit het huwelijk van opgem: Johan Godfried Kuster en Henrietta Wilhelmina Baart

invoegen als het een en ander door mij ondergeteekende Adj:t Commis in teegenwoordigheid van getuigen is opgenoomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

een hembd
een broek
een jekket
twee halsdoeken
een baatje
een paar kousen
een paar laarsen
een hoed
een zadel en toom
Inneschuld
  Rd:s
van voorm: Frans Roos over conttant geleende penningen waar van geen bewijs voor handen is 200
Dubieuse schuld
  Rd:s
van Jan Jennek over contant geleende penningen - van deese meede geen bewys voorhanden 150
Lasten
  Rd:s Rd:s
aan voorm: Balthazar de Roos over 't saldo van reekening 256:39
voor betaalde kerkengeregtigheid 8:24
    Rd:s265:15

Worden alhier pro memoria genoteerd dat volgens opgaaff, van meerm: Balthazar de Roos, bij zeekere Holtshuijzen of Oosthuijzen woonagtig onder het district van Zwellendam , zig nog moeten bevinden de volgende door den overl: aldaar agtergelatenen goederen, als

een tavel met horologie makers gereedschappen
een kist met klederen
een goud horologie met ketting en cachet
drie zilver horologies
als meede
vier paarden

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter Weeskamer aan Cabo de Goede Hoop den 31 Maart 1814. Ende zulx op het op- en aangeeven van dikwelsgem: B: de Roos, dewelke verklaarde zig hier inne ter goeder trouwe gedragen en niets verzweegen of te rug gehouden te hebben dat tot voorm: boedel behoord, invoegen hij ook getuigde de deugdelykheid zyne opgave ten allen tijde des vereischt werdende met eede gestand te doen en verdere belofte zo hier na nog iets tot gez: nalatenschap specteerende mogte worden ontdekt daar van nader en getrouwelyk opgaaff te zullen doen ten einde deesen inventaris daar meede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeser ter praesentie van my Adj: Commis en getuigen door meerm: B: de Roos behoorlijk onderteekend.

Als getuigen: P: Poggenpoel, R: van Breda

Voor den opgaaff: B: de Roos

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:s

MOOC8/31.65b

{18140427} 27 April 1814 H:G: Custer

Inventaris des boedels van wijlen den overledene H:G: Custer

2 ry paarden
2 swarte rokken
3 onder baaties
2 broeken
1 nag kabaaij
1 goud orlogie
1 sulver orlogie
100 orlogie glaasen
1 klijne bank schroef
1 halve kisie
1 oude peul en twee kussens

J: Holtshausen, V: Cornet

Door d’ veldcornet Jac:s Holtshausen den 27 April 1814 ter Weeskamer geproduceerd zynde voorsz: goederen volgens zyn zeggen opgegeeven door zijnen broeder Petrus Josephus Holtshausen by wien den overleedene het laatst is woonagtig geweest.

MOOC8/31.66

{18160214} 14 Februarij 1816 Petrus Johannes du Plessies , Elisabeth Hendrina Mijburg

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als tot den boedel van den burger Petrus Johannes du Plessies Janszoon en wylen desselfs huisvrouw Elisabeth Hendrina Mijburg behooren, en door laastgemelde op den 5:de Juny 1815 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, bestaande dezelve in

Losse goederen
een oude osse wagen met toebehoor
een wagen kist
een koffer
een kelder kistje
een bed met toebehoor /defect/
een emmer
een vleesch balie
twee klijne vaatjes
twee yzere potten
twee kopere ketels
een rooster
twee schietgeweeren
een yzere veldcombuis
twee kommetjes
twee kopjes en pierings
ses tinne borden
ses stale vorken
ses tinne lepels
twee tinne schotels
een zadel en toom
een zilvere horologie /oud/
een blikke lantaarn
twee bijlen
een zekel
twee stoelen /oud/
een stoof
een theepotje
twee blikke trommeltjes
een graaf
Beestiaal
twee rydpaarden
seven trekossen
acht aanteel beesten
twee hondert en negen aanteelschaapen
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Jan Louis du Plessies over cont:t geleend geld 200:--
rente van dien à 4 pc:to zedert den 20 Septb:r j:l:
aan Dirk Coetzee J:sz: over koop van een paard p:r rest 19:4
Erfgenamen
1) Helena Hendrina geb: den 8 Aug:s 1810 en
2) Jan Louis geb: den 4 Septb:r 1813

Aldus gedaan en g’inventariseerd, ter adj:t drostdije Cradock , op den 14:de Febr: 1816 ende zulks volgens op en aangave van voorm:de P:J: du Plessies J:sz dewelke betuigde zig in ‘t op en aangeeven zyns boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen, en niets met weeten versweegen of agtergehouden met offerte om indien naderhand iets tot den boedel specteerende mogte komen te ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, bereid zijnde deeze zijne opgave ten allen tijde, met solemneele eede te bevestigen, en is zulks geschied ter praesentie van den clercq C:J: Muller en den gerechts bode P:J: Schindehutte als getuigen.

Als getuigen: C:J: Müller, J:H: Schindehutte

P:J: du Plesie J:s

In kennisse van mij: J:A: van de Graaff, Adj:t Landd:t

MOOC8/31.67

{18160226} 26 Februarij 1816 Barend Gertze Durant , Johanna Catharina de Bruin

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot den boedel van wijlen den burger Barend Gertze Durant, en nagelaten weduwe Johanna Catharina de Bruin en door eerstgem: op den 24 Junij 1815 ab intestato met den dood is ontruimd en nagelaten, bestaande dezelve in als

Losse goederen
een ossen wagen
een bed met toebehooren
een koffer
een trommel
een trekpot
twee yzere potten
twee tinne schotels
vyf tinne borden
drie vorken
drie lepels
een kopere ketel
een schiet geweer
Beestiaal
twee rijd paarden
dertien aanteel paarden
negentien ossen
zeven en veertig aanteel beesten
twee hondert negen en zeventig schapen
twee en veertig bokken
Erfgenaam
Barendina Gerietza Durant geboren den 12 December 1814

Aldus gedaan en geinventariseerd ter adjunct drostdije Cradock , op den zes en twintigste dag der maand Februarij een duizend acht hondert en zestien ende zulks volgens op en aangave des in den hoofde deezes vermelde weduwe Durant dewelke betuigde haar bij het doen inventariseeren dezes boedels in alles ter goeder trouw te hebben gekweeten en niets met ‘s hares weetens te hebben agtergehouden ofte verzweegen met offerte om indien naderhand nog iets tot de boedel specteerende mogte koomen te ontdekken deeze inventaris daar meede te zullen amplieeren bereid zijnde deeze hare opgaave des vereischt wordende met solemneele eeden te bevestigen.

En is zulks geschied ter praesentie van den ger: booden Jan Jurgen Schindehutte en Pieter Meiring als getuigen.

Als getuigen: J:J: Schindehutte, Pieter Meiring

De wedwe B:G: Durant geboren de Bruin

In kennisse van mij: J:A: van de Graaff, Adj:t Landd:t

MOOC8/31.68

{18160302} 2 Maart 1816 Mourits Herman Otto Kruger , Cesilia Gertruyda du Plessie

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, baten, lasten etc:a als behoorende tot de boedel van den burger Mourits Herman Otto Kruger en wylen deszelfs huysvrouw Cesilia Gertruijda du Plessie en door laastgemelde op den 19:de December 1815 ab intestato met de dood is ontruymd en nagelaaten, bestaande dezelve in

Losse goederen
een ossewagen met zyn toebehooren
een bed met zyn toebehooren
twee kleine kopere keetels
drie kleine eyzere potten
een emmer
een schietgeweer
een platvatje
een kleine kist
twee tinne leepels
vier tinne borden
zes stale forken
een tinne schotel
een blikke trommel
een kleine botteltje
een aarde kan
een hamer
een knyptang
een dissel
een kleine balie
een zadel en toom /defect/
Beestiaal
drie rydpaarden
vyf aanteelt paarden
elf ossen
zes en dertig aanteelt beesten
een honderd zes en negentig schaapen en bokken
Contanten des boedels
drie-en-twintig ryksdaalders papiermunt
Lasten des boedels
  Rd:s
aan den burger Frans du Plessie over contant geleende penn: 465
/zonder rente/
Erfgenamen
1) Anna Cisilia Gertruyda, geb: den 1 August 1812
2) een kind, geb: 11 Dec:r 1815 /ongedoopt/

Aldus gedaan en geinventariseerd ter adjunct drostdij Cradock , op den 2 Maart 1816, ende zulks volgens op en aangeeven van voorm: M:H:O: Kruger, dewelke betuigde zig in ‘t op en aangeeve zyne boedels ter goeder trouw te hebben gekweeten en niets met zynes weetens te hebben agterhouden ofte verzweegen, met offerte om in dien nader hand nog iets tot den boedels specteerende mogte komen te ontdekken deze inventaris daar mede te zullen amplieeren, bereid zynde deeze zyne opgaave ten allen tyde met solemneele eede te bevestigen, mitsgaders inventaris geformeerd ter presentie der clerke Carel Tiodorus Muller en de bode Jan Jurgen Schindehutte

Als getuigen: C:T: Muller, J:J: Schindehutte

M:H:O: Krugel

In kennisse van my: J:A: van de Graaff, Adj:t Landd:t

MOOC8/31.69

{18150116} 16 Jannuarij 1815 Petrus van der Merwe

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wijlen den minderjaarigen burger Petrus van der Merwe Nicolaaszoon in leeven bezeeten en ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen zijn bevonden geworden, te weeten

een schietgeweer
een toom
Beestiaal
ses en veertig aanteel schapen
ses aanteel bokken
twee ossen
een jonge hengstje
twee merries met veulen
Erfgenaamen
[ ..... ]

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze van den burger Willem Jacobus Pelzer genaamd de Zoutpans Drift gelegen aan ‘t Groot Brak Rivier agter de Rhinocerberg op den 16:de Jann: 1815 volgens ‘t op en aangeeven van den burger Pieter Venter Jansz:n, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandelt en niets met weeten versweegen of agter gehouden, verklaarende zig dus bereid deeze opgave ten allen tijde des begeert werdende met solemneele eede te zullen bevestigen, onder verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied in ‘t byweezen van d’ edele Louis van Wijk en den adjunct gerechts bode Jerem:s Auret als getuigen

Als getuigen: L: van Wijk, J:s Auret

Dit + merk heeft Pet:s Venter eigenhandig gesteld

In kennisse van mij: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/31.70

{18161028} 28 October 1816 Catharina Maria Blanckenberg

Inventaris des boedels op den een en twintigste deezer lopende maand October ‘s avonds de klokke elf uuren ab intestato metter dood ontruymd ende nagelaten door mejuffrouw Catharina Maria Blanckenberg weduwe wylen den weledelen heer Christoffel Brand, ten voordeele harer by evengemelden haren vooroverleedene echtgenoot in huwelijk geprocreëerde kinderen en kindskinderen, met namen

1) Anna Catharina Brand gehuuwd met den secretaris der Weeskamer Jan Pieter Faure
2) Sara Brand gehuuwd met het lidt in den Raade van Justitie Frans Rijnhard Bresler
3) Johanna Hendrina Brand wed:e wylen den capitain ter zee Jacob Claris
4) de kinderen van wylen Catharina Maria Brand door deselve in twee onderscheide huwelyken bij wylen den capitain ter zee Louis Willem van Rossum, en den schout by nagt Gerrit Verdoorn verwekt, met namen a) Catharina Maria van Rossum geh:d met den major van het 1:e Reg:t Husaren in dienst van den Koning der Nederlanden Pieter Lodovicus le Seuer /uitlandig/
b) Jacomina Johanna van Rossum gehuuwd met den lieut: ter zee Jan Heutz /uitlandig/
c) Gerrit Christoffel Verdoorn oud 16 jaren /beide laatste mede uitlandig/
d) Nicolaas Marinus Verdoorn oud 14 jaren
5) Christina Burgerdina Brand wed:e wylen den capitain ter zee Anthony Franciscus Steffers
6) Johannes Henricus Brand Gouvernements Resident in de Simonstad
7) Hester Catharina Brand mondig

Zo als denzelven door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is opgenomen en bevonden te bestaan in het volgende, namentlijk

Een huis, pakhuis en erf, staande ende geleegen in deese Tafelvalleij op de hoek van de Heeren Gragt en Langemarkt Straat , en aldaar No: 24 blykens transport daarvan in dato 14 October 1762 aan wylen den heere Brand gedaan, mitsg:s extract resolutie genomen bij Raade van Politie in het Kasteel de Goede Hoop op Woensdag den 18 Augustus 1784 waarby een gedeelte van het voorsz: erf ter grootte van negen quadraat roeden, drie en tagtig quadraat voeten, en vier en tagtig gelijke duimen aan den heer overleedenen in eigendom is gegeven

In het evengem: huis en aldaar

In het voorhuis
een kloklantaarn
zeeven schilderijen
een pendule
een draagstoel met stokken en banden
een klaptafel
een rustbank en
vier stoele met losse kussings
een huistrap
twee vloermatten
In de voorkamer ter regterhand
drie chitze vengster gordynen met planken
drie jalousie matten
een groot spiegel met vergulde lyst
agt schilderyen in zoort
twaalf stoelen met vaste paardehaire zittingen
twee guerridons
een kabinet met verguld koper beslag waarin
twee Bybels met zilver beslag
een Bybel zonder beslag
een Nieuwe Testament en Psalm boek
zes boeken in zoort
twaalf zilvere eetleepels
een klein keldertje met zes bitter vlesjes
veertien brillen in zoort
een doosje met vyf waayers
een doosje met agt bolletjes gaaren
twaalf lardeer naalden
eenige pakjes gaaren, naaizijde en veeters
een blikke doosje met specerijen
een zakje met een restant noote muscaat
een pakje met een restant kanneel en nagelen
drie stukjes slangenhout
elf yvoire kammen
neegen carette kammen
een kleine yvoire spuit met drie pijpen
een spaane doosje met een restant medicijnen
een bal cordiaal
een kleine cordiaal
een hout doosje met vier vlesjes pedro cordiaal
een vlesje met een restand oli coelie louwang
een bottel met cardemong
een kleine gevlegt mande met catjou
een snuyfdoos /word gepresumeerd goud te zyn/
een goude geémalleerde snuyfdoos in een foudraal
een zilvere snuyfdoos
tien snuyf doosen in zoort
twee zilvere zakhorologies
een kleine zak compas
een houte poederdoos
twee schaaren
een bril met een foudraal
twee bril glasen
vyf doosjes in zoort
twee zuigglaasen
een zilvere beugeltas
een kleine zilvere knipbeugel
een paar zilvere schoegespen
een paar goude kniegespen
een goude halsgesp
een goude halsgesp nader bevonden geen goud te wezen
een p:r Jawasse schoen en kniegespen
neegen en dertig goude baatjes knopen 25 p:s nader bevonden geen goud te wesen
vyf p:r goude hand knopen Nota, behoorende een paar tot de lighaamskleeding van de overledene
vier staale knoopen in goud gevat
een p:r silvere hand knopen met steenen
vier goude ringetjes waarvan twee met steenen
zes hairnaalden in zoort
een snoer echte paarlen
een p:r goude oorlietten met steenen
een goud beslag voor een rotting
twee en een halve staaf zilver
een p:r goude brasseletten
een p:r kniegespen met steenen
een schuifdoosje met eenige slangensteenen en andere kleinigheeden
dertien horologie glasen
een papiere doosje waarin tien pakjes sloopen kant in zoorten
een houte bakje met een party bloed coraalen, barensteen en andere steenen
twee glazen mostert leepeltjes
een laade, met differente soorten onbekende medicynen
vyf glaasen in zoort
een porcelaine beker
een kleine Japanse trekpot
vier aangesneede stukken hanekaatjes
twee stukken chitz
een lap chitz
een chitse spry
een p:s roode neusdoeken
acht zakjes waarin de ondergespecificeerde muntspetien, als
een goude guinee
twee goude ducaaten
vyf en twintig en drie quart Spaansche matten
een Fransche kroon
een halve Engelsche kroon
een hondert dertien ducatons en drie gulde stukken
zeeven en twintig halve ducatons
een honderd en veertig ropyen
twee hondert en veertig guldens
drie hondert twee en veertig quartjes
vyf hondert en vyf schellingen
zes en twintig dubbeltjes
twee stuyvers
aan papiere munt veertig rydksd:s en twee schellingen
aan kopermunt vier ryksd:s en agt en twintig stuyvers
een onderhandsche briefje de dato 21 Juny 1812 ten lasten Theresia Andriessen groot een hondert en vyftig ryksdaalders
twee familie cachetten aan den eenigste zoon, van de overledene afgegeven
en voorts de kleederen van de juff:w overleedene
een kabinet met verguld koper beslag waarin
elf stukken en lappen linnen in zoort
zeeven en veertig handdoeken, servietten en kussingslopen
een catoene deken
een rol Vlaamsch linnen
drie blaauwe bankschitsen
twee voerchitzen
vier lappen chitz
een lap boelang
een lap geruit
een lap groene zyne gryn
twee lappen roode baay
drie lappen vlaggedoek
een lap blaauwe doek
een party gemaakte catoene mutzen
een stuk blaauwe bafta
een spanedoos met spelden
een tokkodielje bord
een verlakte schenkbord
zes verlakte bakken in zoort
een papiere foudraal met drie glazen
vyftien stukjes zeep in zoort
neegen koekjes schoenzwartzel
een spaane doos met coraalen
een rol behangzel papier
een pakje was kaarsen
een restant blaauwzel
een papiere doosje met Jobs traanen
een papiere doosje met galnooten
vier ledige papiere doosjes
een Japans verlakt schenkblaadje
drie doosjes met naaizijde
twee pakjes Chineesch gaaren
een kleine yzere balans met twee kopere schaaltjes
een sleutelkistje
agttien pakjes gaaren in zoort
een restand sureboea
twee scharen
een sleutelkistje defect
twaalf brillen
een ronde olysteen
een blikke trommel met een party knoopvormen
een snoei mes, en voorts
een party kleynigheeden
In de voorkamer ter linkerhand
een jalousiemat
zeeven schilderyen met vergulde lysten
vyf schilderyen mt vergulde lysten
twaalf stoelen met losse kussings
zes guerridons
een clavier zynde een staartstuk
een tokkodielje bord
twee kleine kopere kwispedoors
een speeltafel
een lade tafel waarin
een restant grote visch hoeken
een restant kardoespapier
een kabinet waarop
vyf porceleine potten en bekers en waarin
agt witkopere girandols
een zilver soupleepel
twee zilver ragouleepels
agt en veertig zilvere eetleepels
zes zilvere vorken
zes zilvere theelepeltjes
drie zilvere mostertlepeltjes
een foudraal waarin
een mes
een vork en
een zilvere leepel
een tinne tobaks confoor
twee tinne beekers
neegen tinne kommetjes
een tinne soupleepel
vier en twintig tinne eet leepels
agt tinne vorken
vier en twintig staale vorken
agt oude yzere leepels
vyf messen in zoort
een trancheer mes en vork
vier en twintig stale snuyters in zoort
een schuifdoos met een restant specerijen
drie fluyten in twee papiere doosjes
een Spaanse doos met coraalen
een party zyde linten
een party viool en bast snaren
een blikke trommel met vogelnestjes
een restant waschdoek
vyf verlakte schenkbladen
vyf kleine schenkbladen
zes bottelbakjes
vyf en twintig schotel matjes
drie glase confytpotjes
een glase [confytpotjes] kleinder
agt glaze lampen
zeeven glasen in zoort
twee schilderytjes
vyf waschkaarsen
twee Japanse melkpotjes
drie witte aarde beekers
twee borsels
een pakje spijkers
een pakje drop en voorts
een party kleinigheeden
In de schryfkamer agter de voorkamer ter linkerhand
een barrometer
drie kleine thermometers
een viool met een foudraal
zeeven schilderyen in zoort
een geweer rak
een jagtzak
twee kruidhoorns
een hagelzak
een zydgeweer
een spiegel met vergulde lyst
een rak waarop
een doos met een restant Hallische medicynen
een restant medicynen in zoort en voorts
een party kleinigheeden
een rak waarop
een schaar
een jagtmes
drie spaane dosjes
een olysteen
zeeven blikke beekers
drie blikke bussen
twee tafelschellen
een kopere roeper
een blikke eyerstandertje
twee doosjes met apothecars gewigt en voorts
een party kleinigheeden
een verrekyker
een verrekyker op een voet
een kleine yzere geldkistje
een ronde speeltafel
vier leuningstoelen
een tekenraam
een witkopere themachine
twee witkopere tobaks confooren
een tafelkastje waarin
zeeven tinne leepels
twaalf tavelmesen met pletty heften
twee hamers
een kopere kraan
een party koper beslag
twee pakjes spykers
een rood verlakte bak
zes wit kopere kandelaars
een bufet waarin
een party viool en klavier snaren, en voorts
eenige kleinigheeden
een bureau waarop een kastje, waarin
zes en dertig boeken in zoort
een p:r zilvere schoengespen
een doos met mathematische instrumenten
een etui met mathematische instrumenten
een klederborsel
een ouwel cachet
twee knipmessen
een brandglas
een restant schryfpapier
twaalf zilvere Spaansche matten
twee en een halve zilvere ropyen
een zilvere quartje
een zilvere schelling
een quart pagode
aan kleingeld een ryksd:r en dertig stuyvers
zeventhien deursloten in zoort
twee wijnpompen /glase/
een kopere tobaksdoos
drie pakjes vischhoeken
een party koperbeslag
twee pypen foudralen
een pakje gordyn knoppen
een brandewijns proever
een kruit proever
een foudraal met een mes
een kleine hand globe
een restant schoenzwartzel en voorts
een party kleinigheeden
een kast waarin
acht zilvere schenkborden in zoort
een zilvere oly en azyn standert met drie vlessen
een zilvere oly en azyn standert met vyf vlessen
twee zilvere sauspotten
twee zilver sauspotten kleinder
een zilvere bakje met twee ooren
een zilvere spoelkom
een zilver zuykermandje met twee zilvere tangen
twee zilvere beekers
twee zilvere zuikerbussen
een zilvere mostertpotje
een zilvere zuikertrommeltje
vier zilvere zoutvaatjes met blaauwe glaasen
vier zilvere zout leepeltjes
een ziljvere kleine mandje
een zilver melkkan
een zilvere tobaks confoor
twee zilvere koelbakjes
vier zilvere zoutschopjes
een zilvere mostertpotje met een blaauwe glas en een zilvere lepeltje
twee zilvere kandelaars
twee zilvere kandelaars
twee zilvere kandelaars
vier zilver kandelaars
vier bottelbakjes met zilvere randen
twee zilvere vischschoppen
zes zilvere soupleepels
twee zilvere ponsleepels
vyftien zilvere eetleepels
vier en twintig zilvere vorken
zestien zilvere theelepeltjes in zoort
drie zilvere confyt vorkjes
twee zilver zoutschopjes
een zilvere theezeeftje
een zilvere zuikerleepeltje
een zilvere mosterdleepeltje
een schuif doosje waarin twaalf messen met zilvere heften
een foudraal waarin twaalf messen en twaalf vorken met zilvere heften
een plettit theemachine
zes plettit kandelaars
zes plettit kandelaars
zes plettit kandelaars
een plettit snuyterbak en drie staale snuyters
vier bottel bakjes met plettit randen
zes bottel bakjes met plettit randen
een witkopere schenkbord
een witkopere waschbak
zes glaze confytpotjes en een glaze koelbakje met vergulde randen
drie borsels
een houte doos met craion
een oude Japans verlakte schenkblad
drie stellen lijzels
een chambreel
een ledere valies
een restant Vlaams linnen
een lap blaauw carsaay
twee lappen groen laken
een lap gebreide broekegoed
twee lappen gebreide broekegoed
een lap fluweel
twee p:r Chinaas laarsen
een groene tafelkleed
een plant yzer
In de gaandery
drie chitze ophaalgordijnen
een klaptafel
een vierkante tafel
een guerridon
acht stoelen met losse kussings
een kinderstoel
twee wasch lampetten en kommen
In een muurkastje
drie zilvere schenkborden
een Indische gorgelet
een Kaapsche gorgelet
een Kaapsche gorgelet, groter
elf glasen in zoort
In de gaandery kamer aan de regterhand
drie ophaal gordijnen
drie jalousie matten
een spiegel met nooteboomhoute lyst
een ledikant met wit behangzel
een kleine papier rak
een schenkbord van ryst gemaakt
twee bed schermen
twee klaptafels
elf kleine tafels in zoort
een groote ziekenstoel
twee leuningstoelen
elf stoelen in zoort
een stel porcelaine potten en beekers
een wit aarde tafelservies met blaauwe randen bestaande in
twee soepterrines
een salade bak
vier vierkante schotels met deksels
twee vischschotels
vier diepe pasty schotels
agttien vlakke schotels in zoort
vyf en twintig diepe borden
een en zestig vlakke borden
dertien dessert borden
twaalf ryst bordjes
drie sauspotjes met deksels
vier souspotjes zonder deksels
een atjar bak met vier potjes
zes blaauwe porcelaine boterpotjes met deksels en schoteltjes
zes blaauw schotels in zoort
vier blaauwe waterborden
acht ronde diepe bakken
vyf ronde fruit schoteltjes
elf kleine borden in zoort
twee kleine sauspotjes
vier kleine atjar bakjes
twee wit porcelaine ronde schotels
vyf Japanse trekpotten
vyf aarde trekpotten in zoort
vyf en dertig porcelaine en aarde kommen in zoorten /:zonder dekzels:/
twintig zo porcelaine als aarde kommen met dekzels
twee porcelaine kommen met onderschotels
een blikke coffiepot
zes aarde trekpotten in zoort
drie tinne trekpotten
zeeven aarde melkkeeteltjes
neegen Japanse nestjespotjes
thien theekopjes en agt schoteltjes
twaalf theekopjes en twaalf schoteltjes
neegentien theekopjes en twintig schoteltjes
een stel porcelaine theegoed, bestaande in
een koffiepot
een trekpot
een zuikerpot
een melkkan
een theebusje
dertig kopjes en vyf en dertig schoteltjes
een koekschoteltje
een stel porcelaine theegoed, bestaande in
een trekpot
een spoelkom
drie en twintig kopjes en drie en twintig schoteltjes
vier zwarte aarde trekpotjes
drie aarde melkkannen
vier aarde kommen
dertig kopjes en vyf en dertig schoteltjes in zoorten
een porcelaine koffie kan
twee porcelaine konfytpotten
twee porcelaine kleine konfytpotten
een Japans porcelaine kom, de dekzel en schotel
een porcelaine groote pot met dekzel
elf wit aarde beekers in zoort
elf aarde melkkannetjes
zes porcelaine beekers in zoort
vier porcelaine handquispedoortjes
een urine machine
twee groote aarde leeuwen
zestien witte potjes met vyftien dekzels
twaalf witte potjes zonder dekzels
drie atjar bakjes
twaalf kopjes met dekzels in zoort
twaalf sellij vormen
vyftien Japans porcelaine borden
veertien Japans porcelaine borden
zeeven Chinaasch mandaryn schotels
een Chinaasch mandaryn scheerbekke
vier compleete stellen porcelaine kastpotten en beekers in zoort
twee stellen potten en een beeker
twee porcelaine visschen
zeeventhien wit aarde schotels in zoort
twintig diepe borden
zes en vyftig vlakke borden
een salade bak
drie saus potjes
een boterpotje
zes vrugtenmanden met schotels
een liquerkeldertje met negen vlessen
een liquerkeldertje met twaalf vlessen
een tover lantaarn met twintig glazen
een kistje met Hallische medicynen
een verlakte toilet doos
een hout schuifdoos waarin
een restant naai gaaren in zoort
vyf douzein messen en
vyf douzein vorken met yvoire heften en zilver beslag
een douzein messen met yvoire heften en zilver beslag
een douzein vorken met yvoire heften en zilvere ringetjes
een party tafelmessen, vorken en tinne leepels in zoort
een houte doos met een slot /:zynde een inktstander:/
een klein kastje met een restant vischhoeken
een verlakte kistje met een restant medicynen
een spaane doos waarin
een party wit gaaren paarden versiersels
twee verlakte broodmandjes
een scheerdoosje
twee blikke bakken
elf blikke pasty vormen
twaalf blikke pasty vormen
twee blikke sprits spuiten
een blikke zuikerbroods vorm
een kleine blikke couverture
een kopere blaker
een kopere vuilnis blik
een kopere koffiekan
een kopere bakje
een kopere inktstander
een tinne koffiekan met een kopere test
drie tinne sauspotjes
een tinne wynpomp
een koffiemolen
zes en twintig aarde potten en bakken in zoort
een nestje aarde stoofpotten met dekzels van vyf
twee steene mortiers
een vuurstoof
neegen stooven in zoort
veertien geelkopere quispedooren in zoort
een geelkopere nagtlamp
een vierkante pot met klapper olie
twee houte theebakken met koper gemonteerd
vier ledige vlessen in zoort
een kleine zeeft
een wandelrotting met een zabel
twee patent lampen met de glasen daartoe behorende
twee glaze distelleer kolven
twee ledige manden
twee vloer alketyven
drie tafelkleeden
een kabinet waarin
een quart Bybel
negentien boeken in zoort
een kastje met een dominé's spel
twee borstels
een lap linnen
twee chitze spreijen
een blaauw porcelaine boterpotje
een pakje vischhoeken
vier bierglazen in zoort
zestien aarde kommetjes in zoort
een witte kom met een dekzel
een kleine Japanse potje
zes vlessen in zoort
een aarde trekpot
zes borden in zoort
twee katoen haspels
een spaane doos waarin
een yvoire kop met steenen bezet
twee zakhorologies
twee zilvere mosterd leepeltjes
drie kleine zilvere theelepeltjes in zoort
twee zilvere confytvorkjes
eenige zilvere knoop ringetjes
vier brillen
een brandglas en voorts
eenige scharen, messen, mandjes, doosjes en eenige kleinigheeden in zoorten
wyders nog
eenige stukjes zeep
een restant zijde, gaaren, band en veters
een zilvere ducaton
agt zilvere guldens
een zilvere quartje
een kopere dubbeltje
een koek nootenzalf
twee klisteer spuiten
een chitze overtrekzel voor een cannappé
een geel gestreepte ophaal gordyn
een lap chitz
een lap bont catoene goed voor gordynen
een kaarsenscherm
een glazenkast waarin
vier en dertig lappen linnen in zoorten
zes stukken blaauwe baftas
twee stukken blaauwe baftas
vyf lappen blaauwe baftas
zeeventien chitzen en voerchitzen in zoort
agt stukken geruit en kleedkes in zoort
een [stukken] duyvels sterk
neegen stukken doeken in zoort
twee stukken kleedjes
een [stukken] geruit
zes chitse spreyen
een stuk blaauw Chineesch linnen
zes stukken geel Chineesch linnen
twee stukken gingang
een rol Othahitish linnen
een stuk catoene goed voor gordynen
een stuk poggelapoer
neegen strengen zylgaaren
vier gemaakte chitze broeken
een spane doos met nagemaakte paarlen
een zak met catechamer
een zak met klietjes
een stukvat kraan
een handbyl
een hamer
een zakje met een restant blaauwzel
een party lappen in zoort
een stuk rood linnen
een restand braai katoen in strengen
twee groene tafelkleedjes
een carsaaye baatje en broek
drie chitse slaapkabaayen
elf lakens
een zak met een restant cubében
twintig servietten en handdoeken in zoort
een en twintig kussenslopen
zeeventien geruite handdoeken
een geruite overtrekzel
twee chitze spreien
veertien blaauwe hembden
twaalf blaauwe servietten
twee keurslyven
een rood linnense gordyn
een katoene deeken
een partij lappen in zoort
een kabinet waarin
een party garen en band
een party gemaakte bloemen
een party kopere vingerhoeden
een spaane doos met een party naainaalden en spelden
veertig lakens in zoort
een hondert negen en zeventig kussen sloopen
agt en tagtig handdoeken
een hondert twee en tagtig servietten
vyftien geruite handdoeken
zeeven blaauw linnense servietten
drie dolken
een paknaald
drie glase vlessen
een celinder bureau waarin
een party knopen in zoort
een spane doos met vyf messen en drie scharen
een toetssteen
een urine glas
twaalf zilvere gespen in zoort
een p:r goude kniegespen
een party zilvere knoopjes
twee en twintig pakjes Chinasch tandepoeder
drie aarde kommen
een borstel
twaalf lakens
een chitze spry
drie lappen geschilderde gaas
vier servietten
een groote ledige kist
twee kleine ledige [kist]
een kindertafeltje
een stoof
In de dispens
twee zilvere soupleepels
twee zilvere soupleepels in de vorm van een schelp
vier en twintig zilvere eetleepels
een zilvere vischschop
een zilvere murgleepel
twaalf zilver vergulde dissert leepels
twaalf zilvere vorken
twee p:r trancheermessen en vorken
twee en twintig vorken met groene heften
elf p:r dissert messen en vorken met groene heften
derthien dissert messen en
twaalf vorken met zwarte heften
zes witkopere blakers
een geelkopere [blakers]
vier geelkopere kandelaars
twee blikke blakers
tien snuyters in zoort
twee verlakte snuyter bakken
vier tregters in zoort
een lampet en kom
drie lantaarns
een plettit oly en azyn standert met zeven vlessen
een messen bak
een blaas balk
een wit aarde soupterrine
negentien schotels in zoort
vyf en vyftig borden in zoort
drie sauspotjes
vyf porcelaine atjar bakjes
een verlakte schenkblad
vier witte schotels met dekzels
vier vrugte mandjes met onderschotels
vier blaauwe porcelaine schotels
een blikke keetel
twee yzere confoortjes
een aarde confoortje
een pepermolen
een muysenval
een botervaatje
drie ledige vlessen
een dispens kast
een glazenkast
een kabinet kast, zynde een linnenpars, waarin
een verlakte specery doos
vyf blikke trommels in zoort
een steene mortier en stamper
twee blikke raspen
een watervaatje met koper beslag
een kopere confoor
een kopere vuurtestje
vier strykyzers
drie lantaarns
een bruin verlakte theemachine
In de combuis
een combuis tafel
een kapblok
vier wateremmers
twee schoorsteenkettings
tien yzere potten
zes aarde potten en pannen in zoort
een kopere taartenpan
een groote kopere vyzel met een ysere stamper
een groote kopere waterkeetel
een kleindere waterkeetel met een ysere konfoor
twee koekepannen
twee roosters
zes drievoeten
drie kapmessen
een vuurtang en asschop
twee schuimspanen
een vleesvork
een vleeschhaak
een ballast mand
drie tinne schotels
een tinne schotel en een tinne vergiettest, en voorts
eenige kleinigheeden
Op de boven voorzolder
een oude tafel
twee oude stoelen
twee vogelkooien
In de bovenkamer no: 1
een roode ophaal gordyn
twee schilderyen
een spiegel met noote boom houte lysten
een tafel
zeeven stoelen
een ledikant met wit behangzel, waarop
twee mattrassen
een peuluw
drie kussens en
een chitse deeken
een enkelde ledikant zonder behangsel
twee enkelde kadels
twee kinder kadels
een bed scherm
een bureau met een opstaande kast waarin
zes en twintig glaaze kopjes en
twee en twintig glaaze schoteltjes
een groene glaze vaatje
een en twintig karaffen in zoort
twaalf bocaalen in zoort
zes kleine konfyt potjes
drie koel glaasjes
twaalf glaase kopjes
agt glaase schoteltjes
agt en vyftig kelkjes in zoort
drie bierglazen
vyf vogelglazen
zeeven glaze zoutvaatjes
In de bovenkamer no: 2
een spiegel met vergulde lyst
tien schilderyen in zoort
een vierkante tafel
een ronde speeltafel
zes stoelen in zoort
een mattras
vyf kussings
een peuluw
een chitze deeken
In de bovenkamer no: 3
drie witte ophaal gordynen
zeeven schilderyen in zoort
een ledikant met wit behangsel waarop
een bulsak
een mattras
vyf kussings
een peuluw en
een chitse deeken
een ledikant met wit behangsel
een vierkante tafel
zes stoelen
een kabinet
een spiegel met vergulde lijst
een lampet en kom
In de kamer no: 4
zes mattrassen
tien onderbeddens
zeeven peuluwen
zes en twintig kussings
neegen deekens in zoort
twee oude groene zyde kussings
veertien oude stoelen in zoort
een kast thee /restant/
een kastje met eenige grote glaze ruijten
twee kleine koffertjes
zes zakken met restanten kapok
een [zakken] met restanten paardenhair
een stoof
een voetbankje
drie matten
een klederenkast waarin
elf stukken wit linnen
een [stukken] gekeperd
veertig stukken chitz en voerchitz in zoort
twee chitze spreyen
een chitze deeken
een stukje gestreept
een kleedje
twee aangescheurde rollen Vlaams linnen
een lap roode baay
twee stukken blaauw linnen
een en twintig lakens
tien kussenslopen
agt en vyftig servietten in zoort
een verlakte schenkblad
elf pakjes gaaren
een blikke trommel met Boerhaven zuiker
twee verlakte blakers
een tinne trekpot
een rood verlakte bak
een bureau met een opstaande kast waarin
zeeven en zestig boeken in zoort
een bottel castoor oly
drie kastjes met restanten medicijnen
een kleine glaze mortier en stamper
een houte bak met medicynen
twee kistje en
eenige vlesjes
een houte kastje waarin
dertien boeken
vyf strykyzers roosters
een blikke trommel met een restant drop
een blikke trommel met een restant zuiker
een aarde pot
twee strijkysers
een pakje waschkaarsen
een porcelaine trekpot
zes schilderijtjes
een kist no: 1 waarin
twee wolle deekens
drie stukken blaauw linnen
een vlag
drie lappen vlaggedoek
een kist no: 2 waarin
een zyldoekse zak
drie stukken ruwlinnen
vier stukken blaauw linnen
een restant kaneel
een kist no: 3 waarin
tien stukken wit linnen
vyf stukken ongebleekt linnen
een kist no: 4 waarin
vier en veertig stukken chitz en voerchitz in soorten
twee lappen chitz en voerchitz in zoorten
een p:s ongebleekt linnen
twee chitse spreyen
een rol Hollands linnen
een rol beddetijk
drie en twintig p:s gingang in zoort
vyf Suratse chitze baatjes
twee stukken rood linnen
een stel rood linnense gordijnen
een kist no: 5 waarin
twee Suratse chitse baatjes
drie chitse combaarsen
een aangesneede rol paardenhair
vier lappen Othahitish linnen
een party rood en blaauw linnense gordynen in zoort
een kist no: 6 waarin
agttien kleine vloertapyten
een party lappen linnen en zyldoek
een zyldoekse bedde zak
een kist no: 7 waarin
zeeven stukken wit linnen
twee stukken wit linnen
een lap wit linnen
vyf stukken en twee lappen gestreept
een kist no: 8 waarin
tien rollen groene zyde gebloemde damast
tien rolle roode zyde gebloemde damast
vier rollen groene zyde voering
vier rollen roode zyde voering
een pakje groene gordyn koord
een pakje roode gordyn koord
zes pakjes groene gordyn band
agt pakjes roode gordyn band
agt groene zijde gordyn kwasten
agt roode zijde gordyn kwasten
een kist no: 9 waarin
zeeventien zakken in zoort
drie bedde zakken
een party zyldoekse lappen
een kist no: 10 waarin
een zyldoekse zak
een party oude lappen
een kist no: 11 waarin
een party rood en blaauw linnense gordijnen in zoort
een kist no:12 waarin
zes kleine vloertapijten
een party kaarsen katoen
een wolle combaars
een kist no: 13 waarin
een stuk Hollands geruit
een lap Hollands geruit
vier stukken rood linnen
een lap rood linnen
vyf stukken wit linnen
drie stukken gestreept
een pak geel Chinasch linnen
In de bovenkamer no: 5
een ledikant
twaalf manden in zoort
twee bakermanden
een wieg
negentien zyldoekse zakken in zoort
een nagtstelletje met een pot
een nagtstelletje met een pot
een nagtstelletje met een pot
een nagtstelletje met een pot
drie oude spiegels
een kleine tafeltje
een klisteer bankje
veertien oude groene trype stoelkussings
agttien oude rode trype stoelkussings in zoort
twee katoen haspels
een Bybel knaap waarop
een foliant Bybel defect
vyf stelletjes potten met dekzels
agt porcelaine waterpotten
twee tinne waterpotten
een kopere waschlampet met zyn kom en stander
zeeven roode ophaal gordynen met planken
een party roode gordynen
zeeventien gordyn roeien
vyf gordyn planken
een klok lantaarn
een trap lantaarn
een verrekyker
twee kleine draai orgels
twee harpen
een bast
een guitar
een tokkodielje bord zonder schyven
acht oude vogelkooien in zoort
vyf oude jalousiematten
twaalf oude regen en zonne schermen in zoort
vier ragebollen
een bos ballijnen
zes oude blikke trommels in zoort
een groote klaptafel
een kasjte met blaauwzel
een kastje met medicijnen
een vloermat
een stel witte bed gordynen
een ledige kistje
een kabinet waarin
een lap ruw linnen
een stuk geruit
twee kleedjes
twee stukken gestreept
vyf stukken gingang
zes chitze spryen
vyf lappen beddetyk
agt bossen kleine paarl d' amoure koraalen
tien lakens
dertien handdoeken, servietten en slopen in zoort
een party blaauwzel
een kist waarin
twee chitze deekens
twee wolle deekens
agt pakken geel Chineesch linnen
agt en twintig stukken rood linnen
vier blaauwe baftas
een stuk geruit
een party rode en blaauwe ophaal gordijnen
tien zakken in zoort
een tafelkastje
een kist waarin
drie wolle kombaarsen
vyf chitse deekens
zes stukken duyvels sterk
vier stukken geruit in zoort
een kleine vloer alketyf
een lap wit linnen
een zak
een klein kastje met een restant thee
twee klein kastjes met een restant thee
een kist waarin
agt pakken geel Chineesch linnen
een stuk ongebleekt linnen
vyftien stukken wit linnen
een vloermat
een party linnense lappen
een stoel met een bidet en voorts
een party oude schilderijen, ledige kistjes, kastjes romm: in zoort
Op de combuis zolder
zes kopere ronde taartenpannen
twee kopere langwerpige taartenpannen
een kopere hamketel
een kopere konfytketel
een kopere casserollen met dekzels
een kopere poffertjes pan
twee kopere zuikerbroods vormen
een kopere podding vorm
een kopere koelbak
vyf kopere keetels in zoort
een kopere theemachine
een kopere bak met ooren
een kopere water beeker
een p:r kopere schalen met ysere balans met 6 stukken gewigt
een kleine kopere bak
een yzere boboti pan
zestien yzere kookpotten in zoort
een ronde kopere vischketel
een ronde kopere kleine taartenpannetje
twaalf yzere en blikke potten in zoort
een blikke vischketel
vyf yzere en blikke casserollen in zoort
een ysere braadpan
twee ysere taatjes
vier koekepannen
vyf roosters
zes drievoeten
agt wafel en oblie yzers
vyf potlepels
vier vleeschvorken
drie vischschoppen
een kopere vyzel en stamper
een kleine kopere keteltje
een kleine tinne keteltje
twee tinne beekers
zes blikke schotels met lampen
een kopere confoor
vyftig tinne schotels in zoort
zestien tinne borden in zoort
drie blikke vergiettesten
een blikke chocolade kan
een kopere schuimspan
vier en twintig aarde potten en pannen in zoort
vier aarde vuurtestjes
een aarde boterbak
twee Japanse aarde melkkan
een houte boterbak
acht ronde houte bakken in zoort
zes blikke trommels in zoort
een gegooten ysere veldcombuijs
een mand met een party houte leepels
zeeven schuimspaanen
negentien ysere potleepels
drie ysere vleeschvorken
drie ysere visschoppen
een ysere vuurtang
een ysere asschop
een ysere kapmes
een ysere schoorsteenkettings
twaalf ysere braadpennen
een ysere handbijl
een kleine boterkarn
een koffiemolen
een pepermolen
drie steene tafelbladen
een stoof
vier porcelaine visschotels in zoort
vyf porcelaine soepterrines
een hondert en veertig porcelaine schotels in zoort
zes en twintig porcelaine en aarde kommen en kommetjes in zoort
drie hondert en vyftig porcelaine en aarde borden en schoteltjes in zoort
een party porcelaine atjar bakjes
twee porcelaine waterpotten met deksels
twee porcelaine boterpotten
een porcelaine melkkan
twee ledige kisten
een kist waarin
zeeven blikke platen
vyf blikke schotels
drie blikke vergiettesten
twee blikke couvertures
tien blikke potjes in zoort
vier kopere tafelkransen
een kopere vuurtestje
een kopere rasp
drie kopere schuimspanen
twaalf kopere pastybakjes
dertien bladen vertinde blik
een tinne theedoos
een steene mortier
agttien tinne schotels in zoort
een vat met houte hoepels waarin
een koffiemolen
drie houte bakken
twee aarde kannen
een aarde confoor
zeeven aarde potten en pannen in zoort
een kist waarin
een restant zeep
vier hout stylen, zynde het verhemelte van een paveljoentje
een koffiemolen
een ledige provisie kist
een kist waarin
een party rommeling
een kelder met veertien vlessen waarin
een restant lynolie
vier kelders met veertien vlessen waarin
een restant lynolie
vier kelders met een party ledige vlessen
twee blikke couvertures
twee hanglantaarns
een zeeft
een ysere waterketel met een kopere kraan
een groote aarde waterpot
een kleyne tafeltje en voorts
een party ledige mandjes, kastjes, en wat romm: in zoort
Op de agterplaats
drie waterhalfaamen
een oude ledikant
twee oude kadels
drie emmers
vier balies in zoort
een oude tafel
twee planken
een halfaam bok
vier aarde potten
een stuk ballast yzer
drie gehouwe steene waterbakken
twee kleine steene waterbakken en voorts
wat rommeling
In het pakhuijs
een kelder met een restant lynolie
neegen [kelder] met een party ledige vlessen
twee kopere zuikerbroods vormen met dekzels
twee kleine zuikerbroods vormen met dekzels
een kopere pasty pan
twee kopere keetels
een kopere braadpan
drie kopere beekers
een kopere tregter
vier blikke emmers
twee blikke couverturen
vyf blikke couverturen
een blikke chocolade kan
drie blikke potten met dekzels
zes blikke bakken in zoort
zes yzere potten
een yzere vleeschkroon
een yzere kapmes
twee blakertjes
drie ysere taatjes
twee ysere schoorsteenkettings
een ysere braadpan
vier ysere braadspitten met toebehooren
zeeven ysere leepels
een kopere [leepels]
drie ysere schuimspanen
een ysere moker
een hand zaag
een dommekragt
een kleine ladder
een huijstrap
twee vaten met een restant zout
drie ledige vaten in zoort
een rystblok en stamper
een kopere glazenspuit
twee houte boterstampers
drie aarde potten in zoort
twee ysere koekepannen
twee rolstokken
een mandje met een party koperbeslag
een kast met een party oud yser
twee ballast manden
een yzere vischbraatspit
een kastje waarin
drie en twintig deurslooten
een vleeschbaly
twee ledige negengulden kisten
een kleine hakkebord
drie tinne borden
vier boterspanen en voorts
een party kleinigheeden
In het provisie pakhuis
een bottelrak
een party planken voor een rak
zes en veertig porcelaine en aarde potten in zoort
vier aarde kannen
vyf blikke podding vormen
een tinne steekbekke
zeeventien bottels Jopenbier en voorts
een party vlessen bottels en kannen in zoort, met een party huisprovisie en dranken
In de kelder
een kast waarin circa zes douzein bottels vaderlandsche roode wijn
twee groote glase bottels
zes oude ledige kasten waarin
een party ledige bottels en kannen
In het pakhuis naast het huis
een rak
een ledige legger
zestien ledige vaten en vaatjes in zoort
een houte tregter
twee blikke tregters
een ledikant
een party ophaalder planken
een tent
agt ledige kannen
drie bylen
een kapmes
een verfsteen
een party verfkwasten en balies
drie kelders met ledige vlessen
vier kopere kranen
twee ysere hamers
drie houte hamers
een pik
een graaf
een stamper
vier ladders
een party ledige manden
een groote vloermat
een restant rotting
vier valliezen
twee ledige zakken
drie lugthaken
een houte boterbak met twee houte spanen en voorts
een party rommeling in zoort
Op de binnenplaats
een lange ladder
negen emmers en balys in zoort
twee kafzakken
drie muddezakken
twee oude bokken
een steene waterbak
een party oud yser en koper
Lijfeigenen des boedels
een mansslaaf gen:d Jacob van de Kaap , dewelke ingevolge het transport door wylen Jan de Waal Cornelis z:n daarvan aan den overleedenen gedaan niet publicquelyk mag worden verkogt, maar aan wien de vryheid moet worden gelaten, om een ander lyfheer of lyfvrouw voor hem te kiezen. Nota - heeft verkozen te gaan wonen, bij mejuf:w Christina Burgerdina Brandt weduwe Anthonij Franciscus Stoffers, en is door Heeren gecommitteerde Weesmeesteren getauxeert op rd:s10 - G:A: Watermeijer
een mansslaaf gen:d Joemat van de Kust van Cormandel
een mansslaaf gen:d Willem van de Kaap
een mansslaaf gen:d Nooitverlegen van de Kust van Cormandel
een mansslaaf gen:d Apollis van Mosambicque
een mansslaaf gen:d Titus van de Kaap /: zynde kok:/
een mansslaaf gen:d Vigilant van Madagascar
een mansslaaf gen:d Africa van Mosambicque
een mansslaaf gen:d January van Mallebaar
een mansslaaf gen:d September van Ceilon , een schapenwagter
een mansslaaf gen:d Present van Madagascar , zynde een vrouwenkledermaker
een mansslaaf gen:d Benjamin van de Kaap , in de leer op het kledermakers ambacht
een slavin gen:d Rampie van Colombo
een slavin gen:d Marie van Macoa
een slavin gen:t Betje van Macoa
een slavin gen:d Rosetta van de Kaap
een slavin gen:d Flora van Madagascar
een slavin gen:d Roosje van Batavia
een slavin gen:d Hester van de Kaap
een slavin gen:d Antje , met haar kind Betje , beide van de Kaap
een slavin gen:d Mietje van de Kaap
een slavin gen:d Cathryn van de Kaap
een slavin gen:d Carolina van de Kaap
een slavin gen:d Sitie van de Kaap
een slavin gen:d Thia van de Kaap
Inneschulden
    Rd:s
  een onderhandsche obligatie ten lasten de heer Frans Rynhard Bresler de dato 8 Augustus 1815 groot aan capitaal 2000:--
  een onderhandsche obligatie de dato 15 September 1815 ten lasten de heer Frans Rynhard Bresler groot in capitaal 4000:--
volgens rekening courant van de heer F:R: Bresler is op deese schuld in mindering betaald rd:s100 - de rest betaald met rd:s53:18 een onderhandsche obligatie ten lasten Jurgen Sieberhagen de dato 24 October 1812 groot 100:--
evengem: Sieberhagen over zo veel door den heere overleedene voor zyne reek:g op een vendubrief is betaald 53:18
  Jasper de Wit wegens geleende contanten blykens een ongedateerde brief 20:--
  de heer Dirk Hulsenbosch te Amsterdam over het saldo eener reekening by het boek der overleedene openstaande 366:7
  de heer Johannes Henricus Brand over koop van een geweer en een zonnewijzer 30:--
Lasten des boedels
  Rd:s
aan mejuff:w de wed: van wylen de heer Jacob Claris over het saldo eener reek:g courant gesloten op den 12 Maart 1806 en daarby gevoegde aanteekening van de heer overleedene op den 28 daaraanvolgende 1127:18
met de renten zeedert den datum dat de reekening courant is gesloten
aan de heer Jan Pieter Faure over het saldo eener gesloten reekening courant 257:26

Werdende overigens alhier pro memorie genoteerd dat volgens opgaaf der presente mondige erfgenamen door den mede erfgenaam de heer Frans Rynhard Bresler, die zig thans buiten de stad bevind, zeedert eenige tyd herwaards verscheidenen zaken voor de juff:w overleedene heeft waargenomen, waarvan dus door zyn Ed: by deszelfs terugkomst reekening en verantwoording zal worden gedaan ten einde deezen inventaris daarmede te amplieeren.

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten sterfhuise voormeld op den 28, 29, 30 en 31 October van den jaare 1816 ende zulks op het op en aangeven van de gezamentlyke mondige erfgenamen dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen, en met hun weeten niets verzweegen of te rug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuijgden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gesegde boedel behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde desen inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deese ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eerste Commis der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: A: v: Breda, G:E: Overbeek

Voor den opgaaff: J:C: Faure, J:H: Brand weduwe J: Claris, C:B: Brand wed: Steffers, F: Brand, H:C: Brand

My present: G:A: Watermeijer, E:C:

Ampliatie

Inneschulden
  Rd:s
Johannes Hendrik van Eijk op een custingsbrief de dato 23 Junij 1815 betaalbaar in twee eguale termijnen op den 16 Maart 1816 en 1817, aan capitaal ƒ17732 ofte 5910:32
Orange Klein op een notarieele obligatie de dato primo April 1816, betaalbaar primo April 1817 aan capitaal 600:--
met de renten a 1/2 p:cto per maand
Hendrik Gertsen als agterborg of waarborg voor wijlen Fredrik Hofmaister blijkens notarieele acte de dato 19 Meij 1813, wegens door wijlen de heer Brandt in dato 25 Januarij 1816 voor evengem: Hofmaister aan Johan George Stadeler betaalde borgtogt - dog welke Gertsen thans mede insolvent en overzulks van deese post voor tegenwoordig geen betaling te wagten is 300:--
voorts nog diverse personen over slavenhuur waarvan geen aanteekening is gevonden en waarop dus nader zal dienen te worden geinformeert
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de heer Frans Rijnhard Bresler op een onderhandsch obligatie de dato 19 April 1816 aan capitaal 900:--
met de renten a 1/2 p:cto per maand
aan gemelde heer Bresler weegens het zaldo eener op heden gesloten rekening courant nopens de door zijn ed: voor rekening der overledene gevoerde administratie 0:35
aan evengemelde heer Bresler zoo veel daar zijn Ed: in dato ultimo September deesen jaars tot huijs gebruijk is verschoten en geommitteerd, bij zijn evengemelde rekening courant op te brengen 50:--

Aldus geamplieert ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 13:e December 1816.

Als gecommitteerde Weesmeesteren: G:E: Overbeek

Mij Present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/31.71

{18060712} 12 Julij 1806 Leopold Meijer

J: Gie

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er op Donderdag den thienden deezer loopende maand Julij ‘s morgens de klokke zeeven uuren metter dood zyn ontruijmd ende nagelaten door Leopold Meijer, oud apothecar in dienst van de voormalige Oost Indische Compagnie, hebbende denzelven by testamentaire dispositie in dato een en twintigste der jongst gepasseerde maand Junij voor den beëedigde notaris ten deese gouvernemente m:r Gerrit Buijskes en zekere getuigen verleeden, na vooraf aan deezen en geenen eenige legaten en andere makingen te hebben besproken, voorts in ‘t overige gedeelte zyner nalatenschap tot zyne algemeene erfgenamen aangesteld ende geinstitueerd de by de Gereformeerde en Lutersche Gemeentens alhier bestaande zogenaamde diaconien, uit welkers fondsen derzelver armen worden onderhouden en dat ieder de diaconien voor de helft; en wijders tot executeuren van het zelve testament, bezorgers zijner begravenis, redderaars zijnes boedels en administrateuren over de goederen zijner minderjarige legatarissen gesteld en gecommitteerd het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren alhier ter steede, weshalven deszelfs nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren op heeden na gedane ontzegeling is opgenomen en geinventariseerd, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In een huurhuis van de manh: George Willem Hoppe het welke bewoont woord bij de weduwe Voogt en aldaar

In een kamer bij de overleedene geoccupeert zijnde
twee kleine geruite schuifgordijntjes
een vierkante tavel
zes stoelen
een laade tavel waarin
twee klisteer spuiten
twee balancen met kleine kopere schalen
een steene mortier met twee stampers defect
een parthy boeken en voorts
een restant medicamenten
een kleine kast waarin
twee steene mortiers met stampers
twee tinne tregters
een foudraal met twee lancetten en voorts
eenige potjes en flesjes met een restant medicamenten
een laade tavel waarin
drie lakense rokken in zoort
twaalf broeken
veerthien onderbaatjes
thien hembden
twaalf p:r kousen
elf p:r halve kousen
twaalf witte doeken en dassen in zoort
zesthien slaapmutsen
twee lakens
drie kussensloopen
zeeven handdoeken
drie oude zakdoeken
een slaapkabaaij
een ronde hoed
twee tafel madjes
een ledige kast
een koffer waarin eenige schulpen en andere naturalien
een kadel waarop
een bulzak
een peuluw
vier kussens en
een chitze deeken
een voerchitze behangzel voor een ledikant
twaalf kussensloopen
zeeven servietten
twee handdoeken
een paruik
vier p:r laarsen
een beddetaveltje
een stelletje
een kelder met ledige vlessen
een tinne koffikan
een tinne keetel
twee kopere kandelaars
drie porcelaine potten
een porcelaine koffikan
een porcelaine kom
zesthien borden in zoort
een nagtspiegel
een tinne steekbekken
een kistje met een parthy theegoed
vyf messen met hoorne hegten
vyf vorken met hoorne hegten
twee yzere potten
een yzere soupleepel
een kopere pannetje
een drievoet
een snuyter met zyn bak
een cocosnote pocaal
een karaf
een papiere kistje waarin
een klein flesje met kwik
een tande trekker
een zilvere broeksgespen
een paarl d' amoure snuyfdoos met zilver gemonteerd
twee ordinaire snuyfdoosen
een noote muscaat rasp
een zilvere bry scheede
zes zilvere eetleepels
een zilver theezeeftje
een zilvere etui
twee goude horologies
een zilvere [horologies]
drie zilvere theelepeltjes
drie zilvere confituurvorkjes
een zilvere vingerhoed
een ring
twee stukjes oud zilver
eenige stukjes paarl d' amour
een spane doosje waarin
een schuiver
twee barlokken en
eenige steentjes
een zilvere hairspeld met een steen
een spaane doosje waarin
een p:r goude hembknoopen en
een p:r goude oorhangers
een sluitmandje
Op de zolder
een ledikant
een vierkante tavel
een kist waarin
een assortement van medicynen en chirurgicale instrumenten
Contanten des boedels
  Rd:s
in diverse munten zo goud, zilver, koper als papier eene somma van zeeven hondert twee en negentig ryxd:s en dertig stuijvers zegge 792:32

Zullende nadat de papieren des boedels geexamineerd zijn waartoe heeden de tyd ongenoegzaam was, moeten geblijken waarin de crediten des boedels mogten bestaan, en als dan deezen inventaris daarmeede naar behooren worden geamplieerd.

Lasten des boedels
  Rd:s
zo veel aan de volgende bij de in den hoofde deezes gemelde testamentaire dispositie zo voor legaten als anderzints is besproken, te weeten
aan Cornelia Maria Gielmet ƒ2000 666:32
aan Willem Voogt ƒ2000 ofte 666:32
aan Mattheas Voogt 100:--
aan Jean Trehant 150:--
aan de wed:e Voogt 50:--

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huyse voorm:t op den 12 Julij 1806, ende zulx op het op een aangeeve van voormelde weduwe Voogt dewelke betuigde zig daarinne ter goeder trouwe gedragen en haares weetens niets verzweegen te hebben van al ‘t geen tot den boedel en nalatenschap behoord, bereid zijnde zulx des vereischt wordende ten allen tijde met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zo wanneer in der tyd iets tot den boedel betrekkelijk nader mogte komen te ontdekken daarvan getrouwelijk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde in zulk geval deezen inventaris daarmeede kan worden geamplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons gecomm: Weesm: ende my Eerste Commis der Weeskamer door de inventariente eigenhandig gesubscribeerd

Als gecomm: Weesm: A: v: Breda, G:E: Oosterbeek

Voor den opgaaf: J: Voogt

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/31.72

{18010213} 13 Februarij 1801 Bartholomeus Eijbergen

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ‘er op Vrijdag den derthienden dag der maand Februarij in den jaare onzes Heeren een duizend agt hondert en een des morgens de clocke agt uuren ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door den burger Bartholomeus Eijbergen ten behoeve zijner in huwelijk bij zijne voor overleedene huijsvrouw Jacomina Hilletje de Wiedt verwekte eenige nagelatene dogter in name

Alletta Lousia Eijbergen oud [ ..... ] jaren

en door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling zijn opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande dezelve in de volgende, namentlijk

Een huijs, pakhuijs en erff staande ende geleegen in deeze Tavelvalleij aan den buijtenkant in het Blok No: 9

In het voorz: woonhuijs en aldaar

In het voorhuijs
een klok lantaarn
twee arm blakers
een rustbank
drie stoelen
twee beelden
een draagstoel met stokken en banden
In de kamer ter regterhand
drie witte ophaalders met planken en leijnen
zes groote spiegels met vergulde lijsten
twee elusters
een schilderij met vergulde lijsten
een glaase kroon
twee spiegel taveltjes
een tavel
een tavel horologie
twaalff stinkhoute stoelen met roode zittings
twee guerridons
een barromeeter
zes wit kopere quispeldoors
een tapijt
In de kamer ter linkerhand
twee witte ophaalders
twee jalosie matten
twee spiegels met vergulde lijsten
thien schilderijen met vergulde lijsten
twaalff stoelen met roode zittings
een bureau
een kabinet met zilver beslag dat volgens declaratie van de jonge dogter Maria Christina Kock behoord aan voorm: Alletta Lousia Eijbergen
een tavelkast
een klap tavel
twee schenk [tavel]
twee guerridons
een ledikant met witte doerias behangzel
en daarop
twee bedden, drie kussens en twee dekens
vier stoven
een pak zijlgaren
zes kopjes en pieringjes en twee zuijkerbussen van klapperschillen
In de gaanderij
twee rood ophaalders
een jalosie mat
twee spiegels met noote boome lijsten
drie klok lantaarns
vier vogelcooijen
een staand horologie
twee bloem kasjes
een tavel kast
twee tavels met steene bladen
een klap tavel
een gemakstoel met zijn pot
vier leuningstoelen
zeven stoelen met roode treijpe kussens
twee hoek kasjes waar in
een weinig porcelijn en aardewerk
twee verlakte schenk bladen
een wit kopere koffij kan
een trekpot
zes geel kopere quispeldoren in zoort
een tinne kom met wat thee goed
twee visch glasen
een stel kastpotjes
een stel beeltjes
in twee in de muur gemetzelde glaase kasten
veerthien pletted kandelaars
twee pletted zoutvaatjes
twaalff porcelijne potjes in zoort
thien borden met nagemaakte fruit
zeven fruit mandjes met borden
zes confituur glaasen
vier en twintig witte aarde schotels in zoort
een aarde soup terrine met zyn schotel
twee aarde vischschotels bladen
vier porcelijne commen
twee porcelijne trekpotten, een melk kan en een theepot
een witte aarde olij en azijn stander met glasen
twee porcelijne souspotjes
negen porcelijne pieringjes en agt porcelijne kopjes
vier glaase peeper bussen
een compas
een houte olij en azijn stander met vijff glaasen
twee glaase zoutvaatjes
een porcelijne boter pot
een verlakte broodbakje
drie glase karaffen
vijff glase flessen
zesthien kelkjes in zoort
vier bierglasen
vier flessen
zes bouteilles
twee trekpotten in zoort
een aarde zuijker pot
drie porcelijne melkkannetjes
twee porcelijne beekers
In de agterkamer
een cabinet waar in de kleederen van den overleedene en het linnen goed des boedels, bestaande in
een en dertig kussen slopen
twintig beddelakens
zeven tavellakens
drie spreijen in zoort en
thien servietten
en waar op
drie porcelijne beeltjes
een roode ophaal gordijn
drie witte ophaal gordijnen
een kadel waarop
twee bedden, agt kussens en twee deekens
een spiegeltje met vergulde leijsten
een octant
een aarde nagtspiegel
een porcelijne handquispeldoortje
een ledige coffer
twee stoelen in zoort
een roode trijpe kussen
een ledige kast
een halffaam met een restant suure bier
een ijzere balans met twee houte schalen
een verrekeijker
een draagband met zilver beslag
een zijtgeweer met zilver gevest
een restant knoopjes
In de dispens
een pletted liemon seeft
een pletted tregter
een pletted schenkblaadje
twee handlantaarns
twee porcelijne lampetten
twaalf witte aarde schotels met ses dekzels
vier porcelijne kastpotjes defect
een aarde trekpot
twee coffij molens
een witte aarde soupterine
dertig witte aarde borden in zoort
twee keldertjes met ledige flessen
twee blikke trommels
eenige strenge zijlgaren
een blikke castrol
een glase fles
een ijzere balans met kopere schalen en voorts
eenige ledige flessen en bottels
In de combuijs
twee rakken waarop
agt porcelijne schotels in zoort
twee tavels
een watervat
een waterhalffaam
twee watervaatjes
een coffij molen
een botervaatje
twee rijstblokken met een stamper
een hakkebord
een kopere ham ketel
twee kopere taartepannen
een kopere vork
een kopere strijkijzer
twee kopere kandelaren
een kopere vijzel
twee kopere waterketels
zes ijzere potten
een blikke [potten]
een blikke vischketel
twee blikke potten
twee ijzere roosters
drie drievoeten
een wavelijzer
een oblie ijzer
een taatje, defect
twee koekepannen
vier schoorsteenkettings in zoort
een blikke rasp
een blikke waterbeker
een asschop en een vuurtang
een schuijmspan
een lepel
veerthien messen en zeven vorken
twee snuijters
een bijl
Op de gaanderij zolder
drie klok lantaarns
agt spiegels in zoort
een verlakte schenkblad
een clavier
In de kamer no: 1
vier schuijff gordijnen
een rustbank met rode trijpe zittings
zes stoelen met rode trijpe zittings
twee tavels
een kadel waarop
een bed, negen kussens en een combaars
twee glase stulpen
twee porc: quispeldoors
In de kamer no: 2
twee stoelen met rode trijpe kussens
drie porcelijne kast potten
twee porcelijne beekers waar van een defect
twee vogelcooijen
een handlantaaren defect
een blikke rasp
twee spiegels defect
een pijpe rak
een trekpot defect
twee flesjes
een wit aarde waterpot
een wit aarde kan
vier schotels in zoort
twee aarde potten
een coffij kan
een kasje
twaalf blaauwe stoelkussens, die volgens declaratie van de jonge dogter Maria Christina Kok door den overleedene zijn gegeeven aan hare moeder Catharina Margaretha Harmse huijsvr: van den burger August Christiaan Kok
twee verlakte schenkborden
drie beddens, een peuluw en agthien kussens
drie groene trijpe wagenkussens
vier dekens en een kleedje
derthien rode trijpe kussens
een kleijne alketijff
een lap zijl
In de kamer no: 3
vier schilderijen in zoort
twee sassinetten
twee schermen
een taveltje, die bovengemelde jonge dogter Maria Christina Kok almeede declareerd door den overleedene aan hare moeder te zijn gegeeven
een huijs trap
een witte aarde wasch lampet
een stoel defect
In de kamer no: 4
vier schilderijen in zoort
twee jalosie matten
een verrekijker
een oude degen
drie karrebassen
twee kasjes met zoete olij
twee zakken met een restant coffij
een [zakken] met boonen
een overtrekzel van een bulzak
een overtrekzel van een peuluw
twee wolle dekens
twee porcelijne handquispeldoortjes
een parthij vlaggen
een zak met een restant krijt
zeven paar wolle handschoenen
twee paar wolle kousen
een kelder met zeven ledige flessen
een stoel
In de kamer no: 5
vijff mans zadels en vier toomen
een vrouwe zadel - volgens declaratie van de jonge dogter Maria Christina Kock door den overleedene aan haar present gedaan
twee chais tuijgen
een vogelcooij
een vuurmant
Op de agterplaats
twee trappen
een hoenderhok
een huijsladder
een vat met wat ijzerwerk
een koevoet
een waterhalffaam, defect
drie emmers en een bus, defect
een balij
een parthij oude tuijgen
een pik
twee wagen swengels
een gemak stelletje
twee baletjes
een emmer
een kast met ledige bouteilles
vier tinne nagt spiegels
een witte aarde nagt spiegel
een venster kousijn en voorts
een parthij rommeling
Op de groote pakhuijs zolder
een clavier defect
drie vosse huijden
een tavel defect
drie botervaatjes
een witte aarde nagtspiegel
twee tavels
een kelder met zeven ledige flessen
een kisje met flessen
een tobaksdoos
een zak met zaden
een horologie kast
een kasje
een houte balans met zijn schalen defect
een ledige kist
drie lappen zijl en voorts
een parthij rommeling

In een pakhuijs van Hendrik Matfeld, door den overleedene in huur gehad hebbende

een ledige legger
twee wijn tregters
drie vaten met een restant zout
twee schuit riemen
een blikke hever, defect
een koorn schop
drie oude en defecte cassijnen
een chairet
een chais
een oude osse wagen
een paarde wagen
zeven sassinetten
een parthij oude dekens
een oude zijl
twee lappen zijl en voorts
een parthij rommeling
Zilverwerk
een schenkbord wegende [ ..... ]
een vuurtesje wegende [ ..... ]
een trekpot met zijn blaadje wegende [ ..... ]
twee thee seefjes
twee zoutvaatjes
een zuijkerbus
vijff confituur vorkjes
twee leepeltjes
een bakje
twee souplepels
twintig leepels
vijfthien vorken
agt bureau schroefjes
Beestiaal
twee wagenpaarden zijnde van Spaanse ras
ses wagen paarden, oude - een door de hoef geslagt
twee koeijen en een kalf - verrekt
Lijfeigenen
een slave jongen gen:t Philander van Bougies
een slave jongen gen:t October van Bengalen , zijnde een kok
een slave jongen gen:t Anthonij van Rio de la Goa
een slave jongen gen:t Douki van Rio de la Goa
een slave jongen gen:t Jannuarij van Bougies
een slave jonge gen:t Louis van Mosambicq
een slave jongen gen:t Limas van Mosambicq , beestewagter
een slave jongen gen:t Jannuarij van Bengalen
een salve jongen gen:t April van Mosambicque , beestewagter
een slave jongen gen:t Carolus van Mosambicque , coetzier
een slave jongen gen:t Saul van Mosambicque
een slave jongen gen:t Onverwagt van Mosambicque
een slave jongen gen:t Africa van de Caab
een slave jongen gen:d Geduld van Mosambicq
een slave jonge gen:t Onverwagt van Mosambicq
een slave jongen gen:t Maart van Bengalen , coetzier
een slave jongen gen:t Roos van Bengalen
een slave jongen gen:t Titus van Coetchin
een slave jongen gen:t Sion van Mauritius , zijnde blind
een slave meijd gen:t Sara van Mosambicque , met haar kind gen:t Francois van de Caab
een slave meijd gen:t Filida van Bougies
een slave meijd gen:t Constantia van Mandar , met haar twee kinderen in name August en Adonis beide van de Caap
een slave meijd gen:t Stiera van Bougies

MOOC8/31.73

{18151123} 23 November 1815 Ockert Brets

Leys van weylen den overledene Ockert Brets overleden den 23 Novem: 1815 van weylen zyn nagelatene goederen

14 osse
14 aanteel beeste
1 rey paart
4 aanteel paarde
8 schaapen
55 bokken
1 oude osse waagen
1 geweer
2 beddes
1 ketel
1 tee potie
4 potte
2 kanne
1 ouwe karren
1 emmer
1 halvaam
1 anker
2 klyne vaatjes
1 katel
1 kes
2 stoele
1 schroef
5 schaawe
3 grawe
4 beytels
1 sneymes
1 veyl
1 raspe
1 saagt
3 beyle
2 sekels
1 slag eyzer
3 deszels
1 holdeszel
1 lootleepel
1 rooster
2 ouwe zaals
voor een ploeg gereetschap en out eyser
4 boore
1 mud sout

Als getuigen: F:J: Killian, P: Jansen

Jacobus J: Oosthuysen, Velt Cornet

MOOC8/31.74

{18120127} 27 Januarij 1812 Cajus Petrus Slotsbo

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Woensdag den twee en twintigste dag deezer lopende maand January in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd en twaalf ab intestato metter dood zijn ontruijmd ende nagelaten door den oud secretaris van den Raad der Gemeente de heere Cajus Petrus Slotsbo ten voordeele van zijne uitlandige dogter, in name

Stevelina Henrietta Alida Slotsbo woonagtig te Zwol

zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren is g’inventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, namentlyk

Ten huijze van Cornelis de Kock alwaar den overleedene is woonagtig geweest

een bureau waarin
twee zwarte lakense rokken
vijf broeken
agt baatjes in zoort
vyf hembden
zeeven p:r kousen
dertien doeken
zes slaapmutzen
zestien halsstroppen
elf beddelakens
agttien kussensloopen
een oude chitze spreij
een kleine kist waarin
twee rokken
twee hembden
vyf baatjes
drie broeken
twee driekante hoeden
een paruijk
een borzel
een zydgeweer met zilver gevest
een wandelrotting
vier zeekaarten
twee houte krukken
een kleine kistje met twee paruyken
een kleine tafel
een oude draagstoel met stokken en banden
een zeekerstoel
een gemakstoel
een bulzak
een peuluw
drie kussens
een deeken
een kist waarin
twee jassen
twee en zestig boeken in zoort
een restant schryfpapier
een doosje waarin een p:r zilvere schoengespen

Wordende alhier pro memorie genoteerd dat door de heeren C: van Nuld Onkruydt en E:F: Schrader als geweezene curatoren van den overledenen van hunne handelingen en administratie binnen weinige dagen ter Weeskamer rekenschap en verantwoording zullen worden gedaan.

Dat in den boedel is gevonden eenige papieren toebehoorende aan de uitl: wed:e Bruers.

Aldus na gedane ontzegeling g’inventariseerd en opgenomen aan de Kaap de Goede Hoop ten huijze voormeld op den 27 January 1812.

Als gecommitt: Weesm: A:V: Bergh, G:E: Overbeek

Voor den opgaaff: C: v: Nuldt Onkruydt

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/31.75

{18170326} 26 Maart 1817 Christiaan August Bösenberg , Aletta Jacoba Wiid

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er op Donderdag den twintigsten dag der maand Maart in den jaar onzes Heeren een duyzend acht honderd en zeventhien met er dood ontruymd ende nagelaten door den medecine doctor Christiaan August Bösenberg ten voordeele van het eenig minderjarig kind by zyne vooroverleedene huisvrouw Aletta Jacoba Wiid in echt verwekt met naame

Christiaan Hendrik Bösenberg oud 7 jaar en 7 maanden

hebbende de overleedene by testamentair dispositie met wijlen gem: zyne huisvrouw op den 26 Novemb:r 1816 voor den notaris publicq Rynier Beck en getuigen mutueel opgerigt tot zyne eenige en universeele erfgenaam geroepen opgem: zynen zoon en onder anderen verklaard malkanderen over en weder aantestellen tot executeur of executrise van dezelve testamente mitsg:s voogdes ofte voog over hunne nagelatene onmondige erfgenaame en bij overlyden van den langstlevenden hunne beiden /gelyk thans het geval is/ Heeren Weesmeesteren verzogt en aangesteld tot executeuren van hetzelve testament mitsg:s voogden over meerm: onmondige kind weshalven den boedel by Heeren Weesm: ter reddering aanvaard zynde by ons ondergetekende gecomm: Weesm: is geinventariseerd en opgenomen mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende.

Een huis en erf staande ende gelegen in deeze Tavelvally in de Houtstraat en aldaar No: 4

In gemelde huis en aldaar

In het voorhuis
een klok lantaarn
zes stoelen
een trap
In de gaandery
een staande horologie
een ophaal gordyn
een klok lantaarn
twee vogelkooyen met 2 kanary voogels
een papagaaij met zyn kooij
een barromeeter
een spiegel met noote boome lyst
twee vierkante taveltjes
agt stoelen
een etenstavel
In de kamer ter regterhand
twee witte ophaal gordynen
een spiegel met vergulde lysten
twee thee tavels
twaalf stoelen met roode trype zittings
een sova
zes gëlkoopere quispeldooren
een themachine en
een koffymachine
twee schenkblaaden
een alketyf
twee groene tavel kleeden
In de kamer ter linkerhand
een chitze ophaal gordyn
een spiegel met vergulde lyst
twee tavels in zoort
een rust bed met zyn matras
een buvet en een was bak
twee stoelen
een kabinet waarin de kleederen van de overleedene en desselfs vooroverledene huisvrouw als meede
agt laakens /:ongemaakt:/
een stuk linnen
zes en twintig servietten
agt tavel en negen bedde lakens
drie en twintig sloopen
agt hand doeken
een goude horologie met een goude ketting en goude cachet waarop des overleden naam is gegrapheerd
een Japaans verlakte doosje waarin
een paar goude hand knöpen
vier borstspelden met steenen
een goude ring met een steen
twee eklietjes met goud gemonteerd
een paar goude oorkrabben met steenen
twee paar goude oorkrabben met steenen
een blikke doosje met buskruid
vier glaase pompen
een verlakte doos
een witte katoene deeken
een zyde deeken
twee stukken geel Chinas linnen
twee lappen chitze
een [lappen] linnen
een [lappen] geruid voor een bed
een geruite ophaal gordyn
In de agter kamer
een spiegel met vergulde lysten
een klyne spiegel met houte lysten
drie aanzet etens tavels
drie vierkantige tavels
een klederkast waarin de klederen van de overleedene
een bureau waarin
drie koopere kraanen
een kooker met 13 booren in zoort
een groote lanzet
drie knipmessen in zoort
een party potlooten
en voorts een party rommelingen
een eike houte burau
drie kistjes met chirurgicale instrumenten
In de dispens
een rood koope themachine
een rood koope zokolade kan
een tinne kaarse vorm
twee tinne koffy kannen
een tinne ketel
een tinne waslampet
twee tinne tregters
een tinne beker
een tinne steek bekke
twee tinne klisteer spuiten
drie strykyssers
een vuurtesje
twee lantaarns
een kopee komfoor met tinne keetel
twee lantaarns
een verlakte specerye doos
drie trommels in zoort
zes aarde potten en pannen in zoort
een koffy moolen
een koopere schaal met balans
een blikke spuit
een blikke vergiet test
een blikke tregter
twee blikke melk keetels
twee blikke beekers
een porcelaine trekpot
agt porcelaine konfyt potten
een porcelaine soep terine
een porcelaine slaaybak
zes groot kommen in zoort
vyf kommen in zoort
drie en dertig schootels in zoort
zeven en dertig borden
vyf boter potjes
vier sous potjes
zes zuiker potjes
vyf kopjes en drie pierings
vier karaften in zoort
een en twintig kelkjes in zoort
twaalf bierglazen in zoort
zes komfyt glaasen
twee zuig glaasen
twee zout vaatjes
drie halve bottels ongry water
elf bottels kaneel water
drie vlessen atyar
een glaase stulp
zes messen
twaalf vurken
een transeer met een vurk
drie snuiters met drie verlakte bakjes
vyf verlakte thee bussen
zeventhien vlessen Haarlemmer oly
vier spaane doosse met plysters
twee ledige vlessen
In een muur kast
twee plettij schenkblaaden
agt plettij kandelaars
een plettij trekpot
een plettij oly en azyn standard
een verlakte thee kistje

Op de zolder en aldaar

In de kamer No: 1
een kist waarin
een party kruiden en
een thee kastje met kampher
een groote ledige kist
een klyne tavel kast
een klyne toonbank met laden waarin
een restant medicamenten
een fortepiano kast
een keldertje met wat kruiden
een kast met wat kruiden
een vaatje met wat kruiden
een ledige vaatje
vier steenen seep
een vat met met een restant azyn
een ledige vat
twee zeeften
een scheepel
een koorn schop
[ ..... ] mudden haaver
een tobaks doos
In een muur rak
een party potten, vlessen en bottels met een restant medicamenten
In de kamer no: 2
zes schilderyen met vergulde lysten
een hoek kast
een tavel
een ledikant waarop
een paarde hair mattras
een bulzak
een peuluw
zes kussens en
een wolle deeken
een bed, peuluwe en drie kussens
een bed, peuluwe en drie kussens
een bed, peuluwe en vyf kussens en een chitze deken
een bed, peuluwe en vyf kussens en een wolle deken
een bed, peuluwe en vyf kussens en een chitze deken
een ledige kast
een meel zeeft
een ledige koffer
een valies
een rol kadel
In de kamer no: 3
een spiegel met houte lyst
een vierkante tavel
Op de voorzolder
twee stinkhoute ledikanten
een klyne [ledikanten]
een draagstoel met stokken en banden
een koorn moolen
thien mudde zakken
een kist met een restant vlas
een kast met een restant kalk
een oude jalousie mat
een was lyn
een kistje /ledig/
In een agter kamer
een vierkante tavel
een vierkante tavel met steene blad
twee stoelen
een pijpe rak
een rak waarop
drie en negentig boeken in zoort
twee jagt geweeren
twee pistoolen
een paar pletty spooren
twee kopere schaalen met yzere balans met een party gewigten
een klyne kiste waarin
een klyne gewigt van goud
een kruid hoorn
een ros kam
een tobaks doos
een foudraal met twee snippers
een zakboek met eenige instrumenten
een zakboek met eenige instrumenten
een verlakte ommer doosje
een klyne kist /ledig/
een klyne inktkooker
een rak waarop
eenige vlessen en potten met medicamenten
een rak met laaden waarop
eenige vlessen en kruiden voor medicijnen
drie schaaren
een zaag
een tang
een pyp met zilver beslag
In het pakhuis
twee halve leggers met wyn
twee halve leggers met een restant wyn
drie leedige vaaten in zoort
een tregter
twee emmers
een boterkarn
twee klyne wyn bokken
een groote vles
een stoel
een ledige kelder
een ledige kast
een rak met wat ledige bottels
een houte hamer
een houte kraan
In de kombuis
vyf yzere potten
twee yzere koekepannen
twee roosters
vier drievoeten
een tang
een schop
een wavel yzer
een koopere hamkeetel
twee koopere kastrollen
een koopere taartepan
twee koopere vyzels met een stamper
drie blikke verlakte lansse
een blikke kastrol
vier tinne schootels
een rysblok met zyn stamper
een hakbord
een rolstok
een hand byl
een hand hamer
een schuims pan en een lepel
twee tavels
een rak
twee emmers
twee watervaatjes
een waterhalfaam met een kopere beeker
Op de agterplaats
thien blom potten
een tobaks doos
een stamper
een kadel
een koopere was bak met een yzere voet
een rak
een kelder met 4 vlessen
een kelder met wat rommeling
twee klyne kisten
een oude gieter
een aarde pot
drie aarde kannen en voorts een party rommeling
In de stal
drie ladders
drie balies
een oude emmer
een kaf zeeft
een oude kast
een oude kruiwagen
twee oude graaven
twee katrollen met zyn takel
Op de zolder
een restant kaf
Beestiaal
vier koeijen
Zilverwerk
een trekpot weegende [ ..... ]
een melkkan
een zuiker pot
een koel bak
twee zoutvaatjes met lepeltjes
een beker
twee soep leepels
elf leepels
een klyne leepel
zes thee lepeltjes
twee confyt vurkjes
twee snuifdoossen
een paar schoengespen
een paar kniegespen
een vingerhoed, een potloot pit en een haar naald
Lyfeigenen
een jonge gen:d Africa van Mosambique
een jonge gen:t Alexander van Malebaar
een meid gen:d Lea van de Kaap met haar kind gen:d Silvia met van de Kaap
een meid Philida van de Kaap , omtrend welke slavinne de testateuren zoo by voorz: testament als onderh: dispositie in dato 17 Janu:y j:l: uit kragte der in het zelfde testament g'insereerde clausule reservatoir aan den voet van hetzelve gemaakt verklarende hunne begeerte te zyn, dat zij Philida hun kind C:H: Bosenberg zal moeten dienen zoo lang hy zulks zal verkiezen, waarvoor zy genieten zal, een bezoldiging van rd:s5 per maand en daaren boven kost en kleding en na het overlyden van gem: kind, in vollen vrydom moeten word gesteld
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve gevonden te weeten
zilvere munt specien
vyf ropyen
negen guldens
zes kwarten
honderd en agtthien schellingen
twaalf dubbeltjes
aan papiere en kopere geld een bedragen van twee honderd zes en veertig rd:s zegge 246:18
Inne schulden
    Rd:s
  van mejuff:w Maria Catharina Perzoon wed: wylen Jacob van Reene op een schepene kennis de dato 15 October 1813 groot aan capitaal ƒ15000 ofte 5000:--
  met de renten zeedert [ ..... ]
  de gezamentlyke leede de Sositeit de Vriendschap blykens onderhandsche schuld bekentenis de dato 24 Maart 1814 groot aan capit:l ƒ9650 ofte 3216:32
  met de renten a 6 pec:t zed:t 24 Maart 1814
deese schuld is door den debiteure aan den overledenen Bosemberg op den 16 Jan:j 1815 afbetaald, blijkens quittantie daar van ter Weeskamer vertoond en onder de boedel papieren berustende van Johan Arend Coenraad Waal op een notarieele obligatie de dato 9 May 1814 groot aan capitaal ƒ5000 ofte 1666:32
  met de renten a 6 p:c zedert [ ..... ]
voldaan den 26 April 1817 van de heer Sebastiaan Lijbrand blykens onderh: schuld bekentenis van den 7 deezer door desselfs zoon Joh:s Seb:n Leibrand gepasseerd groot ƒ1200 ofte 400:--
  van Dirk de Jong op een onderh: briefje de dato 18 Jannuary j:l: groot 120:--

Zullende de verdere inneschulden by ampliatie deezer secretaris nader worden bekend gesteld.

Aldus na gedaane ontzegeling opgenomen en geinventariseerd ten woonhuize voormeld op den 26 Maart 1817.

Als gecomm: Weesmeesteren: Daniël de Waal, A:V: Bergh

Voor den opgaaf: A:J: Wiid, J:S: Leibbrandt

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/31.76

{18170515} 15 Maij 1817 Christiaan August Bösenberg

Ampliatie

Lijst van debiteuren aan den boedel van wijlen Christiaan August Bösenberg

      Rd:s Rd:s
  1801 M: Herhold over boekschuld blijkens boek no: 1   2:36
  1801 Wijlen de heer Adriaansen over boekschuld blijkens boek no: 1   0:24
  1804 Carel Pester over boekschuld blijkens boek no: 1 30:32
  1811 Carel Pester over boekschuld blijkens boek no: 2 16:24 47:18
  1805 lieut: Verweij over boekschuld blijkens boek no: 1   0:36
  1805 Heinrich horologiemaker over boekschuld blijkens boek no: 1   4:12
  1805 Abraham Moses over boekschuld blijkens boek no:1   6:--
voldaan 1808 Jacob Wied over boekschuld blijkens boek no: 2 1:18
1809 Jacob Wied over boekschuld blijkens boek no: 2 0:36
1810 Jacob Wied over boekschuld blijkens boek no: 2 0:36
1813 Jacob Wied over boekschuld blijkens boek no: 2 4:24 7:18
  1808 Michiel Elser over boekschuld blijkens boek no: 2   1:18
  1808 Paul Wijngard over boekschuld blijkens boek no: 2   2:36
  1810 Wiesenaar over boekschuld blijkens boek no: 2   4:6
  1811 Langeveld over boekschuld blijkens boek no: 2   28:24
  1811 Sophia Herhold over boekschuld blijkens boek no: 2   0:36
  1811 de wed:e van den chirurgijn Smidt over boekschuld blijkens boek no: 2   1:36
  1811 Jan Kirsten over boekschuld blijkens boek no: 2   1:--
  1811 Daantje Hoffman over boekschuld blijkens boek no: 2   1:24
  1812 capitijn Egger over boekschuld blijkens boek no: 2   1:--
  1812 de wed: Willem de Wit over boekschuld blijkens boek no: 2   2:24
  1812 de Lutherse Kerk over boekschuld blijkens boek no: 2   2:30
voldaan 1812 de Lade over boekschuld blijkens boek no: 2   29:12
voldaan den 9:e September 1817 1813 Jan Wiid over boekschuld blijkens boek no: 2   1:36
  1813 Vierman over boekschuld blijkens boek no: 2   1:--
  1813 Jan Jurgens over boekschuld blijkens boek no: 2   2:--
  1813 Sebast: van Reenen over boekschuld blijkens boek no: 2   4:30
  1814 Cruijwagen over boekschuld blijkens boek no: 3   2:36
  1814 juff:w van Koeverden over boekschuld blijkens boek no: 3   0:36
  1814 Abraham de Villiers over boekschuld blijkens boek no: 3   2:24
  1814 de wed: Reinhardt over boekschuld bl: boek no: 3   3:12
  1815 juff:w Lategaan over boekschuld bl: boek no: 3   3:--
voldaan 1815 Hoppe over boekschuld bl: boek no: 3   21:--
voldaan 1815 Stegman over boekschuld bl: boek no: 3   1:--
  1815 de wed: G: Freislich over boekschuld bl: boek no: 3 9:36
  1816 de wed: G: Freislich over boekschuld bl: boek no: 3 36:36 46:24
  1815 juff:w Rossouw over boekschuld bl: boek no: 3   2:--
  1815 P: van Koeverden over boekschuld bl: boek no: 3 1:42
  1816 P: van Koeverden over boekschuld bl: boek no: 3 1:42 3:36
  1815 Comans over boeksculd bl: boek no: 3   59:24
  1815 Aug:s la Rosa over boekschuld bl: boek no: 3 1:12
  1816 Aug:s la Rosa over boekschuld bl: boek no: 3 8:24 9:36
  1815 Bender over boekschuld bl: boek no: 3   38:--
  1815 Philip Wagener over boekschuld bl: boek no: 3   6:6
  1816 P: Buijtendag over boekschuld bl: boek no: 3   15:12
voldaan 1816 M: van Breda over boekschuld bl: boek no: 3   73:12
voldaan 1816 Heckroodt over boekschuld bl: boek no: 3   84:36
voldaan 1816 Fredrik van Reenen over boekschuld bl: boek no: 3   72:6
  1816 David Leijbrand blijkens spec: reek: per rest   65:--
  1816 C:P: Zin over boekschuld bl: boek n:r 3   14:6
  1816 juff:w Winterhoven   4:--
  1816 Eva van Vlotman   13:--
  1816 Frans de Necker   14:12
voldaan 1816 de wed: Stenfort   6:24
  1816 de wed: Peser   2:12
  1816 Christiaan de Jongh   15:36
  1816 de wed: J: Wahl   34:--
  1816 F: Schikkerling j:r   12:--
  1816 Wahl   0:12
  1816 A: Wahl   4:6
  1816 Isaak Rossouw   12:--
  1816 Smalbergh   12:42
  1816 N: Smidt   4:24
  1816 Martinson   3:--
den 31 Maij ter Weeskamer bewijs vertoond dat voldaan is 1816 Timmen over boekschuld bl: boek no: 3   21:--
  1816 H: Wulhuter over boekschuld bl: boek no: 3   0:24
  1816 Foelscher over boekschuld bl: boek no: 3   10:12
  1816 de wed: Johnston over boekschuld bl: boek no: 3   5:12
vold: 1816 M: Wolff over boekschuld bl: boek no: 3   5:36
voldaan 1816 A: Stadeler over boekschuld bl: boek no: 3   1:24

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 15 Maij 1817.

J:n S:n Leibbrandt, A:m J:s Wiid

Mij present: P:E: Faure Adj:t C:s

MOOC8/32.1

{18160516} 16 May 1816 Simon Pfluger

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op Maandag den dertiende dag deezer lopende maand Maij in den jaare onzes Heeren een duijzend acht honderd en zestien metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Simon Pfluger, hebbende dezelve by testamentaire dispositie in dato 22 November 1815 voor den notaris publiek Daniel Petrus Haupt en getuygen opgericht, tot zyne eenige en universeele erfgename benoemd en aangesteld de by zyne vooroverleedene huysvrouw Anna Catharina Steigerin in echt verwekte minderjarige dogter

Anna Catharina Pfluger oud 17 jaren

en uit kragte der daarin vervatte clausule reservatoir aan den voet van het selve gemaakte onderhandsche ongedateerde dispositie Heeren Weesmeesteren tot executeurs zyns testaments, redderaars des boedels en voogen over zijne nagelatene minderjarige erfgename benoemd en aangesteld, weshalven den boedel door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, namentlyk

Een huijs, pakhuijs en erf geleegen in deese Tafelvalley in de Zieke Dwars Straat

In gemelde huys en aldaar

In het voorhuijs
een lantaarn
In de kamer ter linkerhand
een chitze ophaal gordyn
twee spiegels
een vierkante tafel
een klaptafel
tien stoelen
zes zilvere leepels
In de kamer ter regterhand
een glazen kast waarin
een lap geruit
drie witte hembden
een witte broek
vyf pakken gaaren
een doosje met een restant gaaren
een pak schoenmakers gaaren
een streng zylgaaren
vier en twintig ysere lepels
vier messen
zeeven vorken
een glazen kast waarin
vyf witte hembden
agt servietten
drie pakken band
een bos veters
een restant zijde
zeeven bossen spinaal gaaren
een party hoorne vormen
twee p:r witte kammassen
een restant koper draat
een rak waarop
twaalf zikkels
agt en veertig steenen zeep
zes p:r stevelhaken
veertien schaafbeijtels
een restant vuursteenen
een blikke doos met een restant ouwels
een restant zwartzel
een restant blaauwzel
een restant mostert zaat
een blikke ketel met een restant tammerinde
drie vischschotels
zeventien borden in zoort
een restant lijm
een kastje met een restant harpuis
een ysere el
een blikke trommel
zes schalen met ysere balancen
een toonbank met laaden waarin
een restant zalpeter
een restant naalden
vyftien stukken gewigt in zoort
een kast met een restant thee
een kast met een restant zago
drie ledige vaten
een ledige halfanker
een tobaksdoos
twee tafels
twee cyffer leyen
twee lenialen
een blikke tregter
een party schryfpennen
twee ledige karten
een ledige vat
een wandelstok
een chambreel
een vogelkooi, voorts
eenig rommeling
In de gaandery
een klyne defecte spiegel
een klaptafel
een rustbank
een watervaatje met zyn baly
In de agterkamer
een kast waarin
twee lakense rokken
twee jassen
dertien baatjes in zoort
zeventien broeken
tien hembden
vier mutzen
twaalf p:r kousen
tien lakens
zes sloopen
een party boeken
twee hoeden en een p:r schoenen
een ysere balans met houte schalen en vyf stukken yser gewigt
vier ledige vaten
een tobaks bank
twee stoelen
In de dispens
een vat met eenig schoenmakers gereedschap
een ledige vat
een scheepel
een tinne koffie kan
een defecte soupterrine
agt schotels in zoort
dertig borden
een glase zoutvaatje
In de combuijs
een tafel
een watervat en een beeker
twee emmers
drie rakken
een koffij molen
een peper molen
vyf ysere potten in zoort
een kopere waterketel
een koekepan
een drievoet
drie vleeschvorken
een leepel
een schuymspaan
een strykyzer
vier kopere kandelaars
twee snuyters
een restant klinkers
een hand byl
Op de zolder
twee dekstoelen
een paviljoentje waarop
een mattras en
drie kombaarsen
twee stoelen
vier blindings
een zitbank
vyf yzere potten
drie aarde potten
drie defecte zeeften
twee pannen defect
een kleyne kouzyn en raam
een kleyne trap
een kleyne rak
een kopere spuit
drie vogel kooien
een halve scheepel
vier mandjes
een halfanker
een braadpan, voorts
eenig rommeling
Op de agterplaats
drie botervaaten
elf vaten in zoort
een oude kist
een kadel defect, voorts
eenig houtwerk en rommeling
een huysladder
Lijfeigen
een meid gen:d Lena van de Kaap
Inneschuld
van Wilhelm Snaar over pakhuys en kamerhuur zeedert primo January deezes jaars a rd:s50 per maand

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd en opgenomen aan de Kaap de Goede Hoop ten huyse voormeld op den 16:e May 1816 ende zulks op het op en aangeeven van de in den hoofde deses gemelde erfgenaame, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met haar weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuygde de deugdelykheid harer opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen einde deesen inventaris daarmeede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Adj:t Commis der Weeskamer door de inventariente eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesters: Daniel D: Koch, A:V: Bergh

Voor den opgaaff: Anna Catharina Pfluger

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/32.2

{18180106} 6 January 1818 Carel Heinrich Bergius

Inventaris des boedels op den vierden deezer lopende maand January ‘s morgens de klokke half zes uuren alhier ab intestato metter dood ontruymd ende nagelaten door Carel Heinrich Bergius, geboortig van Berlijn , ten reguarde van des overleedenens alhier onbekende uitlandige erfgenamen, door het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren deeser colonie ter beheeringe aanvaard, en na gedane ontzegeling door ons ondergeteekende expres gecommitteerders uit welgemelde Collegie geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In de Kaapstad ten huyse van de wed:e Andries Johannes Beck, staande in de Lange Straat N:o 13

In de voorkamer van het evengem: huis in komende ter regterhand, alwaar de overleedene het laatst woonagtig is geweest

een mahony houte celinder bureaux met koper beslag waarin
een zwart ledere doosje zynde een annotomiek bestek
een zwart ledere koker met verf
een zwart ledere koker met glaze pypen
een zilvere zakhorologie
een zilvere potlootpen
een olie steen
een pennemes met paarl d' amoure heft en agt lemmen
een zakthermometer /defect/
een schaar
een tandenborsel
vier medaillons met de daartoe behorende zyde linten
een zilvere Spaansche mat van Rio de la Plata a:o 1813
twee papiere doosjes met Chineesch inkt
eenige pakjes en een blikke doos met spelden
vier vlesjes met restanten zuurzout
vier en dertig printen, zynde gezigten van London
een rood ledere zakboek
aan papiere en koper munt neegen ryksdaalders en agt en dertig stuijvers
een porceleine pijpenkop met zyn roer
een kleine schilderij
een klein vlesje met rotting omvlogten
een houte planten pers
drie riemen, en een party los vloey en pak papier
een hout kastje, waarin
een schietgeweer met dubbelde loop
een getrokken bux
een kopere kruithoorn
een hagelsak met een restantje hagel
een koffer
zeeven kasten in zoort
een paardenhaire mattras
een kleine peuluwe en
een groene deeken
zes kaarten in zoort
drie p:r laarsen
twee p:r schoenen
een blikke bottanniseer kast
een ledere jagtzak
een koker met bosjesmans pylen
een stroo hoed
twee kaarten
een hondert en twaalf boeken in zoort
In een bureau behorende aan de in den hoofde dezes gem: wed:e Beck
een pakje chocolade
een verrekyker met zyn foudraal
een zak compas met zyn foudraal
een zakthermometer in een houte koker
een zak sextant in een houte doos
een klederborsel
een reis barrometer
twee kammen
een alcoholometer
twee vergroot glazen
een blikke insecten doos
eenige instrumenten om insecten te vangen en optezetten
twee leniaalen
een zakje met een restant hagel
een Duffelse jas
twee lakense rokken
twee lakense mannellen
twaalf hembden in zoort
dertien broeken in zoort
dertien baatjes in zoort
drie jekkets
tien p:r kouzen
vier p:r zokken
veertien doeken en dassen in zoort
twaalf halve hembdjes
twee servietten
een kruisband
een stroohoed
Wyders
In differente pakken, kastjes etc:a verscheide planten, insecten, en andere naturalien, waaromtrend door de heeren Peter Heinrich Pollman en Leopold Mond by de inventarisatie present zynde, verzoek is gedaan, dat deselve niet verkogt, maar in natura aan des overleedenens naastbestaanden naar Europa mogen worden verzonden, offereerende de inpakking en afzending derzelve te zullen helpen bezorgen

Voorts nog ten huise van Charles Maturien Villet

zes groote en
vier kleindere doosjes met opgezette insecten door den overleedenen aan hem gegeven om verkogt te worden

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 6 January 1818 ende zulks op het op en aangeeven van de in den hoofde deeses gem: wed:e A:J: Beck dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met haar weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid harer opgave ten allen tyde de vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende, mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaff te zullen doen ten einde desen inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deesen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eerste Commis des Weeskamer door de inventariente eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, A: v: Breda

Voor den opgaaff: de weduwe A:J: Beck

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/32.3

{18170107} 7 Januarij 1817 Emanuel Heijneman

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Zaturdag den vierden dag deeser lopende maand January in den jaare een duisend acht honderd en zeventien ab intestato metter dood zyn ontruimd en de nagelaten door Emanuel Heijneman ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deselve nalatenschap door de ondergeteekendens ter presentie der mede geteekende getuygen is geinventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In een huurhuisje van Hendrik Vos
een koffer waarin
een rok en een mannel
drie hembden
twee baatjes
drie broeken
twee oude hoeden
twee p:r oude schoenen
een kadel waarop
een oude mattras
een kussen
een kleyne tafel
twee stoelen
een toon bank
een eetens kast
een waterhalfaam
een oude combuys tafel
een blok
twee aarde potten
vier borden
vier vlessen
drie vorken en een mes
een kleyne spiegeltje

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop, ten huise voormeld op den 7:e Januarij 1817

Als getuygen: F:J:W: Keijht, C: Hoffmann

J: Serrurier, J:N: Rörich

MOOC8/32.4

{18160105} 5 January 1816 Jan Valentyn Buchner

Insolvent

A: Kloete

L:ra B: n:o 8 1/2

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als tot den boedel van wylen Jan Valentyn Buchner behoren en door den selven sub dato 30 December 1815 ab en testato met de dood ontruimd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en in geschrifte gebragt door my Charles Allen, Secretaris van het district Uitenhage en als Notaris fungerende, in presentie van de natenoemene getuigen ende zulx op het versoek van den ingezeeten Jan Esdoorn

twee batjes
vier broeken
twee p:r kousen
drie onderbaadtjes
een sleg mand
een p:r schoenen
een trek pot
drie borden
een zuiker pot
drie leepels, mes en vork
een kist
een katel
een kalf huid soolleer
een yzere pot
een doosje
een vatje
een emmer
Baten des boedels
  Rd:s
Daniel Koch /volgens opgaaf/ 254:--
W:L: van Buchenreder 38:--
C:F: Pöhl 6:--
C:W: Behrens 2:--
G:L: Scheepers 14:6
C:V: Buchner j:r 21:--
Johan Pieterson 70:--
Jan Esdoorn 125:--
Lasten
  Rd:s
aan Daniel Koch 148:--
aan Daniel Koch 71:1
aan C:W: Behrens 24:3
Erfgenamen
Carel Valentyn Buchner geboren den 6 Aug:s 1797
Carolina Amerentia geboren den [ ..... ]
Johannes Casparus geboren den 4 Dec:r 1800
Adam Johan geboren den [ ..... ]
Johannes Jacobus geboren den [ ..... ]

Aldus gedaan en geinventariseerd op heden den 5 January 1816 ten dorpe Uitenhage ende zulx op het op en aangeeven van de requirant in den hoofde deeses gem: dewelke betuigde de tot voorsch: boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe zig gedragen en met zijn weeten niets versweegen te hebben ofte agter gehouden met belofte wanneer in het vervolg iets mogte ontdekken dat daar toe is behorende deese inventaris daar meede te zullen ampliëren, mitsg:s denselven desvereischt met eede te bevestigen, ende zulx ter presentie van de klerk Adriaan de Waal d’ manh: Gerrit van Rooijen C:sz als getuigen

Als getuigen: A: de Waal, G: v: Rooijen

Kruys ++ merken van J: Esdoorn dewelke verklaarde niet te kunnen schryven

C: Allen, Sec:s

MOOC8/32.5

{18171119} 19 November 1817 John Pemberton Batten

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Zondag den zesthiende dag deezer lopende maand November in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd en zeventien ab intestato metter dood zijn ontruimd ende nagelaten door John Pemberton Batten ten behoeve zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als derzelve nalatenschap, door my ondergeteekende Adjunct Commis der Weeskamer ter presentie der meede geteekende getuigen is opgenomen en in geschrifte, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In een huis bewoond wordende door James Dalgleish, en aldaar

In een bovenkamer
een paviljoentje waarop
een bulzak
een wolle deeken
een chitze sprey
twee tafels
een stoel
een liquer kistje met vyf vlessen
een schryfkistje
een bureaux met laaden waarin
vier hembden
elf broeken
vyf onderbaatjes
neegen p:r kouzen
een kussen sloop
drie doeken
twee p:r kammassen
twee zilvere zakhorologies
drie borstels
een inktkoker
een rood ledere scheer etui met een scheermes
drie boeken
een p:r laarssen
een p:r schoenen
een hoed

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 19:e November 1817

Als getuijgen: J: Serrurier, J:N: Rörich

Voor den opgaaff: J:s Dalgleish

My present: P:E: Faure, Ad:t C:

Het bet daar Jan Petten opgelegen heeft, hoort aan mijn myt Mietje met de peul en 3 kussing en 3 slope en een laken, 2 wolle dekens en een sisse sprij

P:M: Smuts

MOOC8/32.6

{18161114} 14 November 1816 Matthias Wist

Inventaris van zodanige goederen, als ’er dood den ab intestato overleedene Matthias Wist is nagelaten, als

6 bedde laakens
6 kussen sloopen
7 hemden
6 dassen
9 halve hemden
5 p:s nieuw catoene kouzen
11 p:s gedraagd catoene kouzen
11 witte onderbaatjes
3 laakense onderbaatjes
1 witte bove baatje
1 blauw grijne baatje
4 witte diesneetse broeken
2 witte linnense broeken
3 oude linnense broeken
1 zwart nieuw rak
1 boetille coleum rak
4 zak doeken
1 p:r camassen
1 p:r ledere handschoenen
1 kleder borsel
1 zilvere horologie met caset en sleutel
4 rood agate caset steenen
1 witte caset steenen
6 paarl de amoere knoopen
1 goude borstspeld
1 zak kammetje
1 scheermes
1 knip mes
1 hoed en hoede doos
1 wit hairige koffer met slot en sleutel
1 rood hairige koffer zonder slot en sleutel
1 oude parra sal

Residents Bureau, Simons Start den 14 Novemb: 1816

Als getuigen: J: Kirsten, A: Lind

J: Brand

MOOC8/32.7

{18150330} 30 Maart 1815 Adriaan van Wyk , Aletta van Wyk

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als ’er door wylen Adriaan van Wyk en desselfs nagelaatene weduwe Aletta van Wyk in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: ab in testato met er dood ontruimd en nagelaaten, wyders op heeden opgenomen en bevonden te bestaan in

een water vaatje
een emmer
een vleesch vaatje
een tafeltje
een geweer
een cyffer ley
een bed met zyn toebehooren
twee stoelen
een ledige kist
een trekpot
ses tinne borden
twee tinne schotels
ses tinne lepels en 3 yzere vorken
een yzere zeep pot
vier yzere potten
een kopere ketel
een span zaag
een water bak
een pot lepel en vleesch vork
een dissel
een zadel
twee jukken
twaalf trek ossen
seven jonge ossen
negenthien aanteelbeesten
thien aanteelpaarden
twee hondert en vier en veertig schaapen en bokken
Baaten des boedels
van Hend:k van Wyk wegens verkogte hamels eene somma van een en negentig ryksd:s
Erfgenamen
1) Hester van Wyk zedert gehuwd met Matthijs Joh:s van den Bergh
2) Elsje van Wyk
3) Adriaan Piet:r van Wyk

Aldus gedaan en geinventariseert ten dorpe Graaff Reinet op den 30 Maart 1815 volgens op en aangaave van de in den hoofde deezes vermeld weduwe Aletta van Wyk, dewelke betuigde zich hier inne ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten verzweegen of agtergehouden te hebben van al het geen tot den boedel behoort, verklaarende dus bereid te zyn deezen opgaave ten allen tyde des gevond wordende met solemneele eede te staaven, en verdere belofte zoo in der tyd iets nader tot dien boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied ten byweezen van Joh:s Henric:s Meiring en den Bode Jeremias Auret als getuigen

Als getuigen: J:H: Meiring, J:s Auret

Dit is het kruis merk + van Aletta van Wyk weduwe Ad:n van Wyk

Ten mynen overstaan: J: H: Fischer, Landd:

MOOC8/32.8

{18150227} 27 February 1815 Gabriel Ernst Iesel , Clara Isabella Potgieter

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door Gabriel Ernst Iesel en wylen desselfs huisvrouw Clara Isabella Potgieter in gemeenschap bezeeten en door de laatst gem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, wyders op heeden opgenomen en bevonden te bestaan in

een kopere ketel /:defect:/
een aarde pot en botteltje
een yzere rooster
drie yzere potten
een yzere lepel en vleesch vork
een emmer
een kleine botervaatje
een grooter botervaatje
twee stoelen
een handmolen
een katel
een meelzeeft
een bed met zyn toebehooren
ses tinne borden
twee tinne schotels /:defect:/
seven tinne lepels en 3 yzere vorken
een tinne soep lepel /:defect:/
een trekpot
een blaker en snuijter
een hang slot
een schaar
een wagen kist
een tafel
een hondert agt en tagtig schaapen
negen bokken
Baaten des boedels
Adriaan van der Linde wegens gegeeve onderwys aan zyne kinderen komt debet t zyn eene somma van agt ryksd:s
Johannes Brits reets voor agt jaaren ter leering ontvangen drie jonge ossen van bovengem: Iesel dat nog in de boedel moet opgebragt worden
Lasten des boedels
aan zoveel Christiaan Lessing over geleend geld competeerd vyftig ryksd:s
aan And:s Martin over geleend geld twintig ryksd:s vier schell:
aan de weduwe Jan Ad:n Venter meede over geleend geld vyf ryksd:s
aan Piet van der Westhuiz als over geleend geld agt ryksd:s
Erfgenaamen
Gerbregt Philippina Jacoba geb: den 27 Jannuary 1804
Johan Christiaan geb: den 2 Mey 1805
Philippus Joh:s Lodewyk geb: den 9 Feb:y 1807
Gabriel Ernst geb: den 1 Juny 1809
Petrus Albertus en geb: den 3 Novemb:r 1811
Dorothea Johanna Susanna Isel geb: den 4 July 1813

Aldus gedaan en geinventariseert ten dorpe Graaff Reinet op den 27 February 1815 volgens op en aangeeven van de in den hoofde deezes voorn: Gabriel Ernst Iesel, dewelke betuigde zich hierinne ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weetens verzweegen of agtergehouden te hebben van al het geen tot gem: boedel dan wel nalatenschap behoord, met verdere beloften zoo in der tyd iets nader tot den boedel behoorende mogten ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en bereid zynde des gerequireert werden de deezen opgaave ten allen tyde met solemneele eede te bevestigen, en is zulks geschield ten by weezen van Joh:s Henric:s Meiring en den bode Jeremias Auret als getuigen

Als getuigen: J:H: Meiring, J:s Auret

Gabriel Ernst Isel

Ten mynen overstaan: J:H: Fischer, Landd:

MOOC8/32.9

{18160708} 8 July 1816 Hendrik Fredrik Prinslo , Maria Elizabeth Prinslo

C: Bird

L:ra B: N: 47

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als tot den gemeenschappelyken boedel wylen Hendrik Fredrik Prinslo Mtz:n en nagelatene weduwe Maria Elizabeth Prinslo behoren en door voorsch: H:F: Prinslo ab intestato sub dato den 9 Maart 1816 met er dood ontruimd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en in geschrifte gebragt door my Charles Allen, Secretaris van het district Uitenhage en als Notaris Fung:e, in presentie van de natenoemene getuigen ende zulx op het op en aangeven van voorm: M:a E:h Prinslo wed:e van wylen H:F: Prinslo, bestaande deselve in als volgt

een bed
twee emmers
twee kisten
drie vatjes
drie potten
een keetel
een thee pot
twee stoelen
een stoof
drie tinne schotels
zes tinne borden
zes leepels
vier vurken
een byl
een graaf
een geweer
een sadel
twee boeken en
een wagen
Beestiaal
drie hondert twee en dertig schapen
negen en veertig bokken
drie en twintig aanteel beesten
agt ossen
drie paarden
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de wed:e van wylen Willem Prinslo s:r 200
aan Mart:s Prinslo s:r 100
aan Laurens Erasmus s:r 3%
Erfgenamen
Martha Louisa geboren den 12 Nov:r 1809
Maria Margaretha geboren den 19 Nov:r 1811
Maria Elizabeth geboren den 27 Feb:y 1814

Aldus geinventariseerd ter woonplaatse van de wed:e van wylen Willem Prinslo s:r op Bruintjes Hoogte op heden den 8:ste July 1816 ende zulx op het op en aangeven van voorm: weduwe in den hoofde deeses voorm:, dewelke betuigde de tot den gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe zig gedragen en met haar weetens niets verswegen te hebben, met belofte van wanneer in het vervolg iets mogte komen te ontdekken wat daartoe is behorende deese inventaris daarmeede te zullen amplieren, mitsg:s denselven des vereischt wordende met solemneele eede te staven, ende zulx ter presentie an den veld cornet Willem Wouter Viljoen en de burgers Jan Gideon Roux en Willem de Plooy als getuigen

Als getuigen: W:W: Viljoen, J:G: Roux, W: d: Plooij

Maria Elisabeth Prinsloo

In kennisse van my: Cha:s Allen, Not:s

MOOC8/32.10a

{18161212} 12 December 1816 William Wade Pippin

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Donderdag den 28 der jongst gepasseerde maand November ’s middags de klokke een weinig over 12 uuren alhier metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den lieutenant van het tweede Batl:ln van zyn Majisteits 27 Reg:t Inventrie in dienst van de edele Oost Indische Compagnie van het Etablisment te Bengalen , William Wade Pippin, zodanig als dezelve nalatenschap ten reguarde van ’s overleedens uitlandige erfgenamen ingevolge Heeren Weesm: Resolutie van gisteren door ons onderget: gecomm: Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen en bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ten huize van mejuff:w de wed: William Caldwell in de Bergstraat alwaar den overleden is gelogeerd geweest en aldaar in een boven kamer

een koffer waarin
zeven en zeventig boeken in zoort
een ledere foudraal waarin een bottel met een restant siroop
twee folle bottels met siroop
drie borssels in zoort
een p:r sleutelhaken
drie paaren nieuwe schoenen
een zabel klink
een restant schryfpapier
drie bossen schryf pennen
een liniaal
twee tande borsels
een rolletje zwarte zeide lind
een paketje was kaarsen
een paketje seep
een blikke doosje met ouwels en voorts eenige klynigheeden
een koffer waarin
een monterings rok
vyf monterings jekkets
twee blauwe lakensche rokken
een blauwe jas
een gryne jas
een blaauwe jekket
een geruite gryne mantel
twee flennische over-rokken
een witte kasimiere broek
een roode kasimiere fest
een roode lakensche monterings muts
een velle kap
vyf lange broeken in zoort
een wit kasimiere lange broek
een paar zwart lakense slopkousen
zeventhien paaren slopkousen in zoort
negen wolle onderbroeken
zeven wolle onderbaatjes
vyf paaren wolle kousen
een wolle kap
zes p:r wolle kousen
een rol witte lammertjes baay
een wolle deeken
een koffer waarin
een en veertig witte en Nankinse broeken in zoort
tien onder broeken
negenthien onderbaatjes
zes onderbaatjes
zes doeriassche onder hembden
vier en veertig hembden
tien gestreepte musliene doeken
een en twintig zeide doeken in zoort
drie en twintig hals doeken
twintig zak doeken
vyf en twintig paaren katoene kousen en zokken in zoort
drie paaren zeide kousen
elf paaren nieuwe katoene kousen
twee witte katoene slaap mutsen
een zitsche slaap kabaay
een koffer waarin
derthien boven baatjes
vyf lange broeken in zoort
veerthien bedde lakens
drie en twintig kussens sloopen in zoort
vier en zeventig handoeken
twee zwarte fluweele keppen
twee hoeden
een ferrekyker
een zilvere beeker
een pyp met zilver beslag
drie zeide scharpen
drie ledere port d’ epées
een zeide port d’ epées
drie borsels
twee paaren handschoenen
een paar zwart lakensche slopkousen
twee zyd geweeren
een zwiep
een rotting
een klyne klok lantaarn en voorts eenige kleinigheeden
een kelder met zes leedige flessen
een blikke bad baaly
twee blikke emmers
een klyne matras en twee hoofd kussens
een ledere falies
een gorgelet
een scheer doos defect
een leuning stoel
zes p:r oude steevels
twee p:r oude schoenen
een steevel knegt
een schryfkisje waarin
een zilver zak horologie met een ketting
twee cachetten, een ring en een sleutel
een cachet
twee bortspelden
een ring met drie steenen
een ring kraag
een paar schoen gespen
een paar knie gespen
een zilvere eetens lepel
een zilvere desert lepel
drie zilvere thee [lepel]
een zilvere fork
twaalf goude knoopen
een foudraal waarin een goude ring met paarlen bezet
een zilvere potloot
twee kurke trekkers
een penne mes
een party knoopen presumtief zilver en voorts eenige klynigheeden
Op stal by m:r Payne
een rydpaard met zadel en toom
Lasten des boedels
aan mejuff:w de wed: William Caldwell voor logies penn: en gedaane verschotten waar van de reekening door haar Ed:s ter Weeskamer zal worden ingeleverd

Aldus gedaan en g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huize voorn: op den 12 Decemb: 1816 ende zulks op het op en aangeven van mejuff:w de wed: W: Caldwell dewelke betuigde zig daarinne ter goeder trouwer gedrage en hares wetens niets verzweegen te hebben van het geen alhier ter plaatse tot den boedel en nalatenschap behoord, bereid zynde haare gedane opgaaf des gerequireerd wordende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zoo wanneer hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende mogt koomen te ontdekken, daarvan ter Weeskamer te zullen op gaaf doen ten einde in zulx geval deezen inventaris daarmeede naar behooren kan worden g’amplieerd

Ter oorkonde der waarheid is deezen door de juff:w inventariente benevens ons gecomm: Weesmeesteren ende my Eerste Commis der Weeskamer eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: A: v: Breda, G:E: Overbeek

C: Caldwell

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/32.10b

{18161221} 21 December 1816 William Wade Pippin

Lyst van zoodanige boeken als op Zaturdag den 21 December 1816, ten huize van mejuf: de wed: Caldwell voor rekening des boedels van wylen den heer William Wade Pippin Weeskamers wegen zullen worden verkogt

1 The holy Bible
2 The plays of Shakspeare 8 volumes
3 The plays of Shakespeare a pocket edition the 1, 5, 6 and 9:th volume
4 John Milland’s pocket cyclopaedia 1 volume
5 W:m Guthrie’s geographical historical and commercial grammar in 1 volume
6 A collection of dialogues English and Hindoostanie by J: Gilcrest
7 A vocabulary English and Persian by Francis Gladwine
8 The stranger’s East India guide
9 The works of Voltaire in 32 volumes the 9, 10, 12, 17 and 23:th wanting
10 A dictionary English and Hindoostanie in 2 volumes with an apendise
11 A grammar of English and Hindoostanie in 2 volumes with an apendise
12 Johnson’s dictionary in one volume
13 The bachelor a novel in 3 volumes
14 The exile of Erin a novel in 3 vol:s
15 Leicestershire tales by Miss Mary Linewood
16 The history of knowledge, learning and taste in Great Britain during the reign of Queen Elisabeth
17 Rynald’s East and West India 2:d volume
18 Beauties of Ginlis one volume
19 Beauties of the Spectator, Tattler etc:a
20 The Spectator volume the 2:d
21 Treaties of British tactics by A: James
22 Biographical memoires of Lord Viscount Nelson by J: Charmick
23 Hume’s history of England abridged in 2 volumes
24 The history of England from the revolution to the comencement of the present administration, in continuation of Hume’s history
25 The Calcuttal dictionary for 1814
26 The annual register of history, politics and litterature for 1793

MOOC8/32.11

{18170814} 14 Augustus 1817 Dorothea Denner

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op Donderdag den zevenden dag der maand Augustus in den jaare een duyzend agt honderd en zeventhien door Dorothea Denner wed: wylen Arnold Uyster Sporkman ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten ten voordeele haarer hier ondertemelde kinderen en erffenagen, met namen

1) Carolina Dorothea Sporkman gehuwd met John Fison
2) Christina Johanna oud 18
3) Magdalena Johanna oud 16
4) Barb:a Dorothea Lodowica 9 en
5) Anna Christina Sporkman oud 6 jaren

invoegen als het een en ander door ons onderget: gecomm: Weesmeesteren is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deeze goederen in de volgende, namentlyk

Een huis en erf staande ende gelegen in deeze Tavelvally in het Blok N:o 17 en aldaar een gedeelte van N:s 1 en 5

In het gemelde woonhuis en aldaar in het voorhuis

vyf schilderyen in zoort
een eetens tavel
een vierkante tavel
vier stoelen in zoort
In de kamer ter linkerhand
drie spiegels in zoort
zeven schilderyen in zoort
zes stoelen met roode trype kussens
een lessenaar waarin een kopere waterpas en wat romm:
een kast waarin de klederen van de overledene
drie gerridons
zes geelkopere quispeldooren
een taveltje
een ledikant met wit behangzel waarop
een vedere bed
een peuluw
vier kussens
een witte ophaal gordyn
In de gaandery
vyf schilderyen in zoort
een klap tavel
een klyne vierkante tavel
zeven stoelen in zoort
een hoekkast waarop
twee bierglazen
tien kelkjes in zoort
een glaaze koelbakje
vier vlesjes in zoort
twee zwarte aarde potjes waarin
een wit aarde kom met vyf kopjes en vyf pierings
drie stooven
In een agter kamer
een ledikant waarop
een kapokke bed
een peuluw en
drie kussens
een kadel waarop
een vedere bed
een peuluw en
vier kussens
een ledige kist
een oude tavel
In de dispens
twee tavels
twee banken
een koffy moolen met zyn banktje
twee kelders met ledige vlessen
een balans met schalen en vier stukken gewigt
een klyne kopere balans met zyn schaal en gewigten
een kopere ketel met kopere konvoor
zeven kopere kandelaaren
een kopere vyssel
een kopere deurslag
een blikke tregter
een hand lantaarn
een blikke deurslag
twee tinne inktkookers
een blikke ketel en
twee blikke trommels /defect/
agt aarde potten in zoort
een aarde kan
een wit aarde soepterrine
een schotel
negen diepe en
vyf wit aarde vlakke borden
een boterpotje
een porcelaine sous potje
een mostard potje
een porcelaine konfyt pot
derthien tinne lepels
twee en twintig staale vorken
zes messen
een worst spuit
een kopere schop
een kopere bel
een hamer
twee houd bylen
een scenkbord en twee klyner [scenkbord]
twee hakmessen
een party braaynaalden
een kopere kraan
een party ledige bottels, voorts
wat rommeling
In de kombuis
een tavel
een waterhalfaam
twee beekers
twee water vaatjes
twee water emmers
twee keetels
twee confituur keetels
zeven yzere potten in zoort
een klyne taartepan
een koffy pan
twee koekepannen
twee roosters
twee drievoeten
een schuimspan
twee potlepels waarvan een defect
een lepel en vurk
een asch schop en vuurtang en een blaas pyk
vyf schoorsteen keetens
een rolstok
een blikke lamp en een blikke rasp
een kopere strykyzer
een wan
In een pakhuis
een pavieljoentje /defect/
een kelder met ledige vlessen
een ledige kelder
twee rakken
een schepel
twee ledige kisten
een kast met een restant kalk
een vleesch vat
drie visch vaatjes
Op de agterplaats
een oude tavel
een vleesch blok
een ryst stamper
Dubieuse inneschulden
  Rd:s
van Wilhelm Anton Hofschulte voor kost en logis penningen blykens bewys de dato 25 Feb:y 1806 20:--
van Hendrik Peussien op een onderh: briefje de dato 2 Octob: 1809 66:--
van Ertman Dryer voor kost en logis penningen blykens bewys de dato 24 Maart 1809 34:--
van Fredrik Voges voor een monteerde pyp blykens bewys 22:--
van Godlieb Laurens over kost en logis blykens bewys de dato 5 Juny 1809 20:--

Aldus nagedane ontzegeling geinventariseerd op den 14 Augustus 1817 ten huize voormeld ende zulx op het op en aangeve van de in den hoofde deezes gemelde Carolina Dorothea Sporkman, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en niets verzwegen of terug gehouden te hebben dat tot gem: nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelyk harer op gave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en belofte my dus zoo hierna nog iets tot gez: boedel specteerende mogte worden ontdekt, daavan nadere getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deeze inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons gecomm: Weesm: ende my Adjunct Commis, door den inventariente behoorlyk ondertekend.

Als gecomm: Weesm: G:E: Overbeck, J:F: Munnik

Voor den opgaaf: Carolina Dorothea Fison

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:s

MOOC8/32.12

{18170218} 18 February 1817 Wilhelm Christiaan Heilman

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Vrydag den 14 dag der maand February 1817 ab intestato met er dood is ontruimd ende nagelaten door Wilhelm Christiaan Heilman ten voordeele zyner hier onder te meldene minderjarige kinderen in huwelyk verwekt by zyne thans gesepareerde huisvrouw Anna Cornelia van Bergen, met naame

1) Agatha Maria oud 18
2) Carel Andries Heilman oud 15 jaren

invoegen als het een en ander ingevolge opgaaf van Elizabeth Johanna Blank huisvrouw van Gustoff Christoffel Greefrath, door my onderget: Adjunct Commis en getuigen is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deeze goederen in de volgende, namentlyk

een kist waarin
vier mannellen
een hembd
twee broeken
negen onderbaatjens
een klyne kist
drie doeken
een hoed
een paar laarsen
een pype riet met een zilvere dekzel
een oude schildery
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve gevonden 1013

Aldus na gedaaane ontzegeling opgenomen en g’inventariseerd ten huize van doorm: Greefrath op den 18 February 1817

Als getuigen: R: v: Breda, J:N: Rörich

Voor den opgaaf: E:J: Blank huysvrouw van G:C: Greffratt

My present: P:E: Faure, Adj: C:

MOOC8/32.13a

{18170708} 8 July 1817 Robert Marcus Shearman

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Zondag den negen en twintigste dag der jongst gepasseerde maand Junij ’s nachts de klokke omtrend een uur ab intestato metter dood zyn ontruijmd ende nagelaten door den brevet major en captain van het 86:e Regiment in dienst van zyn Groot Brittannische Majesteit Robert Marcus Shearman, ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ten huize van de weduwe Fredrik Hurlingh alwaar de overleedene is gelogeerd geweest, en aldaar

In de voorkamer
een kabinet toebehorende aan de weduwe Hurlingh waarin
een blikke bus met haver meel
een tinne doos met arroroot
twee ledige blikke bussen
een verlakte trommel met acht pakjes thee
twee verlakte [trommel] met een restant thee
[ ..... ] zuyker
twee verlakte beekers
een verlakte specery doos
een verlakte trekpot
vier aarde beekers
twee verlakte blakers met snuyters
een verlakte snuyterbak
een yzere ketel
een blikke ketel
zes blikke beekers in zoort
een hokka pijp
een blikke blaker
een blikke lamp
zes blikke castrollen in zoort
een blikke chocolade kan
een tinne inktkoker met drie glasen
een kopere theeketel
een aarde soupterrine
zes borden in zoort
twee kommetjes
een boterpotjes
twee eyer bakjes
een mandje zout
een zandloper
een zakje met een restant zago
een aarde beeker
vyftien glazen en kelkjes in zoort
vier koekjes chocolade
een restant broodzuyker
twee aarde kommen
een loode lampet
een doosje met sodopoeders
een vliegenwaayer
een glaaze zout vaatje
vyftien vlesjes in zoort
elf ledige bottels
vier halve bottels
een vles met een restant konvyt
neegen p:r laarsen
elf p:r schoenen
een yzere tang
een blaasbalg
twee messen en een vork
een zabel met twee waarlooze scheden
een klyn kistje waarin
een hokka pyp met zilver beslag
een monteerings kap
een blaauwe kap
een ronde hoed
een aarde schotel en dekzel
een kast met laaden waarin
in de eerste lade
zeeven hembden
zes en twintig broeken in zoort
tien witte onderbaatjes
een flenny [onderbaatjes]
elf witte halsdoeken
twaalf p:r katoene koussen
drie p:r katoene handschoenen
twee tafellakens
een serviet
vyf kussenslopen
een p:r wolle kousen
een schildery met vergulde lyst
een pourtrait zynde een familie stuk
in de tweede lade
zeeven hembden
vyf en twintig broeken in zoort
tien linnense bovenbaatjes
twee flenny onderbaatje
tien p:r zokken
elf p:r kammassen
een p:r wolle kouzen
een tafellaken
zes servietten
vier p:r ledere handschoenen
vier flennij buikbanden
In de derde lade
een monteerings rok met twee goude epauletten
een blaauwe lakense mannel
tien broeken in zoort
zeeven witte onderbaatjes
een flenny jekket
acht p:r zyde kouzen
vyftien p:r kouzen in zoort
drie doeken
twee p:r lakense kammassen
een kruisband
een bedde laken
een tafel laken
twee lappen linnen
twee flenny buik banden
een koppel voor een zabel
een p:r flenny kouzen
In de vierde lade
zes en twintig hembden
een en twintig broeken
een en twintig onderbaatjes
een klederborsel
een rustbank met laden waarin
in de eerste lade
een lakense rok
veertien hembden
vier onderbaatjes
drie broeken
een p:r zyde kouzen
twee p:r wolle kouzen
elf wolle zokken
vier en dertig doeken en dassen in zoort
twintig zyde zakdoeken in zoort
een tafellaken
vier servietten
in de tweede lade
een zwart lakense rok
een groene lakense rok
een flenny poeder jas
vier lakense broeken
twee onderbaatjes
drie tafellakens
een tafelkleed
een kussensloop
in de derde lade
een lakense baatje met pels gevoerd
een flenny poederjas
een driekante hoed
een p:r goude epauletten
vier broeken in zoort
vier onderbaatjes
twee zyde jekkets
twee beddelakens
zeeven sloopen
een hembd
elf doeken in zoort
zes p:r kouzen
een p:r handschoenen
twintig servietten
een witte deeken
een kruisband
een klederborsel
een schryfkistje waarin
een goud zakhorologie met goude kettings, drie cachetten en twee sleutels
een zilvere zakhorologie
vier en dertig vergulde knopen in zoort
een papiere doosje met Masonieke ornamenten
een yvoire doosje met een thermometer en twee goude tandestokers
een goude ring defect
een carette zak kam
drie foudraalen met pourtraitten
twee en twintig stukjes vreemd zilver geld
negen strengen zyde koort
een restant lak
een koffer waarin
dertig boeken
een tafel met laden waarin
twaalf vergulde knope
een klein doosje
een pakje band
een restant lak
een memoire boekje
een monteerings jekket
een geruite overtrekzel
drie hembden
drie bedde lakens
zeeven servietten
acht doeken
een chitze sprey
een kussensloop
vier oude flenny baatjes
een flenny buikband
een veldstoel
een kot
zes schilderyen met vergulde lysten, zynde afteekenningen en plannen van des overleedenens landgoederen in Ierland
een bulzak
een peuluw
vier kussens
drie wolle deekens
een leuningstoel
een tapyt
een veldstoel met leunings
een kleine voetmatje
een ledige kist
een toilet waarin
een foudraal met twee scheermessen en een strykriem
tien tandenborsels
een spiegeltje
een p:r laarsentrekkers
een plettit halsband
een kleine spiegeltje
een kam
vyf pakjes band
een goudschaal en eenig gewigt, en voorts
eenige vlesjes en doosjes met restanten medicynen
twee kopere cachetten
een mattras en kussen
een karriewats
een doosje met eenige schryfboeken en schryfpapier
twee hangtafels
Contanten
  Rd:s
aan papier en koper munt eene somma van twee en twintig rijksdaalders en dertig stuyvers zegge 22:30

Wordende alhier pro memorie genoteerd dat volgens declaratie van den knegt van den overleedenen James Millegar aan den heere Thomas Charles Cadogan is inhandigd eene somma van zes honderd tachtig star pagoden, waarop door den overleedenen eenig papiere geld in mindering is ontvangen, zonder het juist bedragen te kunnen opgeeven

Aldus gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter huise voormeld op den 8:e July 1817

Als gecomm: Weesmeesteren: Daniel de Waal, A:V: Bergh

Voor den opgaaf: Tho:s Rowles

My present: P:E: Faure, Adj: Commis

MOOC8/32.13b

{18170708} 8 July 1817 Robert Marcus Shearman

Lyst van boeken behoorende tot de nalatenschap van wylen den brevet major van Z:M: 86:th Reg:t Robert Marcus Shearman

n:o   volumes
1 The tale of the four Durwesh 1
2 A sketch of the rise progress of termination of the regular corps both by Lewis Ferdinand and Smith 1
3 Regulations for the exercise of rifelmen 1
4 Observations on the attack of Mudfoets 1
5 General regulations and orders 1
6 Instructions for the conduct of infantry by John Macdonald 1
7 Rules and regulations for the formation field exercise 1803 1
8 Rules and regulations for the formation field exercise 1812 1
9 A cowise of Dull and instruction in the movements and duties of light infantry 1
10 The manual and platoon exercises 1
11 An act for punishing mutiny and desertion, etc:a 1
12 An army list 1816 1
13 Tales of the fancy by S:H: Burney 1
14 The theory of dreams 2
15 Fingal 1
16 Instructions for the conduct of infantry 1
17 A dictionary of quotations 1
18 The works of Aristotle 1
19 The poetical works of the late T: Little Esq:e 1
20 Fugitive pieces by E:F: Smith 1
21 Madras Almanac 1814 1
22 Treatise on courts martial 1
23 Johnsons dictionary 1
24 Lord Chesterfields maxims 1
25 Regulations for the exercise of rifelmen 1
26 A common prayer 1
27 Observations on the virtues 5
28 The fundamental laws, etc: of S:t Patrick 1

MOOC8/32.14

{18140318} 18 Maart 1814 Thomas Melvill

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Dingsdag den vyftienden dag dezer lopende maand Maart in den jaare een duyzend acht honderd en veertien ’s morgens de klokke omtrend zes uuren met er dood zyn ontruymd ende nagelaten door m:r Thomas Melvill, en na alvorens by testament onderhandsch voor drie perzonen in dato 8 Junij 1797 in London gemaakt tot zyne eenige en universeele erfgenamen te hebben benoemd zyne twee kinderen, met namens

1) Jennet Melvill gehuuwd met George William Evans woonachtig in New South Wales en
2) John Melvill, mondig

invoegen als het een en ander ingevolge Heeren Weesmeesteren resolutie van den 15 deezer door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren is opgenomen en in geschrifte, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Twee stukken land met de daarop geconstrueerde gebouwen, waarvan door den Raad der Gemeente nog transport moet worden gedaan
In opgemelde gebouw
een schuijf gordijn
een spiegel
zeeven schilderijen
twee tafels
neegen stoelen
twee hoekkastjes
twee thermometers
een ledikant met chitze behangzel waarop
een bulzak
een kussen en
drie deekens
een zadel en toom
een koffer waarin
agt hembden
vyf broeken
vier onderbaatjes
drie lakense rokken
twee jassen
twee bedgordynen
neegen lakens
vier kussenslopen
drie servietten
een p:r zwarte zyde kousen
een stuk linnen
een zak waarin
vier hembden
drie broeken
drie baatjes
drie dassen
drie p:r kousen
twee lakens
drie kussenslopen
twee servietten
twee hoeden
twee p:r schoenen
een karaf
tien kelkjes
een glaze mosterd pot
een flesje mosterd
agt schotels
agt borden
drie kopjes en twee pierings
een beker
drie tinne soupleepels
vyf tinne eetleepels
twee messen
twaalf vorken
een blikke trekpot
twee blikke broodbakjes
een kopere koffijpot
een restant tuynzaad
eenige boeken en kaarten
een medicyn kist met eenige vlesjes en restanten medicynen
een verrekyker
een troffel
twee borsels
een bril
twee grendels
twee scheermessen
een blikke inktkoker
een hamer
een zoutvaatje
een zilvere beeker ingevolge gem: testament aan zynen zoon John Melvill vermaakt
een vaatje witloot
een nagtspiegel
In een ondervertrek
een vischzeegen
een anker
agttien graaven
drie pikken
agt koornzikkels
tien p:r hengzels
zestien yzere scharnieren
vier emmers
een watervat
twee tafels
een kistje met wat timmermans gereedschap
een touw machine
een restant spykers
een donderbus
een oude geweer
een bux
een kan met een restant lynolie
een restant touw
twee ballast manden
een restant koorngerven
zes stoelen
In de combuijs
een rak
een blikke trommel
een theekistje
twee blikke beekers
drie blikke bakken
een aarde trekpot
twee kopere kandelaars
vier yzere potten
een waterkeetel
twee roosters
een meelzeeft
een koekepan
Op de werf
een kar met tuijg
twee oude kruywagens
een ledige kast
vyf ledige vaten
een ploeg
twee balies
drie vaatjes
een grote aarde kan
een vengster kouzyn
een houtbyl
een ledere kano
een party houtwerk en voorts
eenig rommeling
Beestiaal
twee paarden
Lyfeigen
een meid gen:d Dries van de Kaap
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve gevonden aan papiere munt een duyzend een honderd en zes ryksd:s zegge 1106:--
van J:H:M: Kock op een onderh: briefje van den 4 Juny 1812 over koop van thee 50:--
Last des boedels
  aan des overl: huysvr: Jennet Melwill over een by testament aan haar besproken legaat een honderd ponden sterling
  wordende alhier pro memoria genoteerd dat volgens opgaaf van voorm: John Melvill, den overleedenen nog heeft eene openstaande maatschappy reekening met Joseph Johnston
deeze apprentice Mamsie genaamd den 24 Maart 1814 aan den klercq C: Blair te rug gegeeven en dat in den boedel nog is gevonden een apprentice door het Gouvernement aan den overleedenen voor veertien jaaren gegeeven, als meede
  een meid door zeekere captain Mackeij voor circa twaalf jaren by den overleedenen agter gelaten, en eyndelyk dat den inventarient heeft eene openstaand reek:g met den overleedenen

Aldus na gedane ontzegeling g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op het erf voormeld op den 18 Maart 1814 ende zulks op het op en aangeeven van de in den hoofde deezes gemelde John Melvill dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen, en met zyn weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuygde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaff te zullen doen, ten einde deezen inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Adj:t Commies door den inventarient eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, G:E: Overbeek

Voor den opgaaff: Jh:o Melvill

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

Ampliatie

Volgens nadere opgaaff van opgem: J: Melvill komen zig nog by hem te bevonden, als

een mahonij houte tafel en
twee Bijbels

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 21 Maart 1814

J:n Melvill

MOOC8/32.15

{18161009} 9 October 1816 Christiaan Albrect Kraft

Staat en inventaris van alle zodanige goederen, slaaven, baaten en effecten, als behoorende tot den gemeenschappelyken boedel van wylen den burger Christiaan Albrecht Kraft en nagelaatene weduwe Maria Isabella Steijn door eerstgem: ab intestato ontruimd en nagelaaten, bestaande deselve als volgt, te weeten

Een huis en erf staande en geleegen in het dorp Swellendam groot in zyn grond een morgen vier hondert zeeven en twintig quadraat roeden en achthien quadraat voeten
een onbeboude erf geleegen in het dorp Swellendam groot in zyne grond vier hondert een en veerthig quadraat roeden
een onbeboude erf geleegen in het dorp Swellendam groot in zeyne grond een morgen en een honderd en thien quadraat roeden
Slaaven
een manslaaf genaamd Rotterdam van Batavia oud na gissinge vijftig jaaren, zynde een werksjongen
een manslaaf genaamd Manuel van Mosambique oud naar gissinge veertig jaaren, zynde een werksjongen
een manslaaf genaamd Adam van de Kaap oud neegen jaaren
een slavinne genaamd Dina van Mosambique een huis meyd, oud naar gissinge vijftig jaaren
Meubelaire goederen
een rustebank met zyn peuluwe
twee leuning stoelen /:defect:/
thien stoelen in soort
een klap tavel
drie thee tavels
twee thee tavels /:defect:/
een spys kast
een kleedere kast
een bureaux
twee ledikanten met behangzel
twee ledikanten zonder behangzel /:defect:/
twee kaadels
vier beddens met deszelfs toebehooren
een kleyne lessenaar
een kleyne lessenaar /:defect:/
vyf ordinaire schildereyen in zoort
een kleyne spiegeltje
vier kisten
een wagen kist /:defect:/
drie leedige kelders
een peype rak
een kleyne rak
een verre keyker /:defect:/
een groote kom
een geel koopere thee machine /:defect:/
een geel koopere thee keetel met zyn convoir
een vuur test
een tinne thee keetel /:defect:/
een tinne koffij kan /:defect:/
een geel koopere lampet met zyn kom
vijf kandelaaren in soort
een aarde soep toriene
thien schootels in soort
twee douzyn diepe aarde borden
twee douzyn vlakke aarde borden
twee aarde potjes
zes thee kopjes en schooteljes
een water beker
vyf glaasen in soort
zeeven kelder vlessen in soort
zes bottels
een tinne nacht spiegel
een aarde nacht spiegel
twee tavel laakens
twee hand doeken
een tinne soep leepel
twaalf zilvere eet leepels
vyf tinne thee leepels
twaalf messen
twaalf vorken
een zilvere zak horologie /:defect:/
een paar zilvere schoen gespens
een paar zilvere knie gespens
een paar zilvere hand knoopen
neegen yzere kookpotten in soort
twee water keetels /:defect:/
een rooster
een pot leepel
een schuim spaan
een vleesch vork
een taarte pan
twee koeke pannen
een poffertjes pan
een vuurtang /:defect:/
een bak kist
een bak /:defect:/
vier schoorsteen keetings
een combuis tavel /:defect:/
een potte bank /:defect:/
twee kleyne koopere schaalen met zyn balance en een lb gewigt
twee koopere strykijzers
twee kannen in soort
een klyne geelkoopere koffij kan
een halve legger
een halve legger /:defect:/
twee anker vaatjes
vyf glaase raamen in soort
twee voor tuygen /:defect:/
een groote huis ladder /:defect:/
een zak met ganse veederen
een meel zift
een koorn zift
een oude schaaf bank
vij en twintig mudden koorn
eenige boeken in soort
een osse wagen /:defect:/
een halve beslaagen ossen wagen
een onbeslaagene ossen wagen
een onbeslaagene kar
een trek touw en vyf jukken
een ploeg /:defect:/
een eg /:defect:/
In de smits winkel
een aanbilth
een aanbilth /:defect:/
een speerhaak
een yzere schroef stok
veerthien staaven yzer in soort
zeeven smits tangen in soort
een blaas balch
twaalf hamers in soort
twee hand schroeven
een schroef snijtuig
twee arm veylen
drie kombytels en drie doorslagen
twee knyp tangen
een hoef mes
een span zaag
vier zoldeer bouten
drie groote booren in soort
zeeven nagel yzers
een partij oud yzer
twee hout beijlen
drie graven
twee pikken
een kouvoet
een omslag met een boor
een slypsteen
In de kelder
vijf leggers in soort
vier oude bier peypen
twee halve aamen
een kuip baleij
twee vleesch baleij
twee vleesch baleys /:defect:/
een brandewyns keetel compleet houdende een halve aam nat
een plat vaatje
een houte tregter /:defect:/
een huis ladder /:defect:/
vier oude cozynen in soort
een oude duer
een schiet geweer
twaalf ossen
drie oude paarden
twee ryd zaadels en een toom /:defect:/
een tent zeyl
vier mudden zakken
een parthij rommelarij
Baaten des boedels
voldaan den 7 January 1818 een onder handsche schuld brief d’ dato 29 Junij 1814 ten lasten H:d Muller groot aan capitaal ryxd:s een duyzend met de daar op verloopene renten zedert 29:e Junij 1816
  een onder handsche schuld brief ten lasten Joh:s Odendal d’ dato 22:n Julij 1816 groot een hondert ryxsd: renten zedert 22 Julij 1816
capitaal en renten betaald den 24 January 1817 een onder handsche schuld brief ten lasten Johanna Christina Vogel wed:w zulks d’ dato 8 Januarij 1814, groot ryxsd:s een hondert, renten zeedert 8:e Januarij 1816
renten betaald tot den 23 Decb:r 1816, den 23 January 1817, deeze schuld zal door de wed:we C:A: Kraft worden overgenomen bl: haar brief van den 12 Febr: 1817 opgem: schuld is door de hand op heden den 28 Octb:r 1817 een onderhandsche obligatie ten lasten L:C: Knaubelauch d’ dato 23 December 1812 groot aan capitaal twee duijzend ryxsd: renten zeedert 23:e Decemb:r 1815
  een onder handsche obligatie ten lasten H: van Vollenhoven d’ dato 3:e Januarij 1814 groot ryxsd:s derthig renten zeedert den 3:e Januarij 1814
  een onder handsche obligatie ten lasten C: Gräbe d’ dato 4:e Feb: 1811 groot aan capitaal twee hondert ryxsd: renten zeedert 4:e Feb: 1814
  een onder handsche obligatie ten lasten C: Grabe d’ dato 22 December 1813 groot aan capitaal twee hondert ryxsd:s renten zedert d’ 22 December 1813
capitaal en renten betaald den 24 January 1817 een onder handsche obligatie ten lasten Sebasthiaan Rothman ’d dato 11:d Junij 1814 groot aan capitaal ryxsd:s een hondert, renten zeedert den 11:d Junij 1816
capitaal en renten voldaan den 3 Feb:y 1817 een onderhandsche obligatie ten lasten P:B: de Jager d’ dato 20:e Feb:r 1816 groot aan capitaal een hondert ryxsd:s renten zeedert den 20:e Feb: 1816
voldaan den 8 Aug:s 1817 een onderhandsche obligatie ten lasten Marthinus Steyn d’ dato 20 September 1809 groot ryxsd:s twee hondert, renten zedert den 20:e Septemb:r 1816
  een onderhandsche obligatie ten lasten Henderik Vernhold d’ dato 3:e December 1810 groot aan capitaal ryxsd:s vijf en dertig, renten zeedert den 3:e Maart 1810
vold: den 8 Aug:s 1817 een onderhandsche obligatie ten lasten H: Steijn d’ dato 1:ste Septemb:r 1816 groot aan capitaal ryxsd:s vijftig, renten zeedert den 1:e Octob: 1816
voldaan den 21 Maij 1817 een onderhandsche obligatie ten lasten H:k van As /:Junior:/ d’ dato 27 Maart 1815 groot aan capitaal een hondert ryxsd:s renten zeedert den 27:e May 1815
  een onderhandsche obligatie ten lasten W:m Voordewind d’ dato 17:e Novemb:r 1815 groot aan capitaal twaalf ryxsd:s renten zeedert 1:e Decemb: 1815
voldaan den 8 F:bre 1817 een onderhandsche obligatie ten lasten Rijk Meiring d’ dato 12:e April 1813 groot aan capitaal drie hondert drie en dertig ryxsd:s twee schell: en vier stuivers, renten zeedert den 12:e April 1816
capitaal en renten voldaan den 31 Octb: 1817 een onder handsche obligatie ten lasten P:R: Botha d’ dato 26 Maij 1815 groot aan capitaal twee duyzend ryxsd:s renten zedert den 26:e Maij 1816
voldaan den 7 January 1818 een onder handsche obligatie ten lasten H:d Muller /:d’ oude:/ groot aan capitaal vijf hondert ryxsd:s renten zeedert den 12:e Julij 1816
voldaan den 7 January 1818 een onder handsche obligatie ten lasten H: Muller d’ dato 14:e Decemb:r 1814 groot aan capitaal vijftig ryxsd:s renten zedert den 14:e Decemb:r 1815
voldaan den 7 January 1818 een onder handsche obligatie ten lasten H: Muller d’ dato 1:e September 1814 groot aan capitaal een hondert ryxd:s renten zeedert den 1:e Septemb:r 1815
voldaan den 8 Aug:s 1817 een onderhands obligatie ten lasten M: Steyn d’ dato 24:e Junij 1816 groot aan capitaal ryxsd:s vier hondert renten zeedert 24:e Junij 1816
capitaal en renten voldaan den 1 Feb:y 1817 een onderhands obligatie ten lasten Carel Schmied d’ dato 23:e Feb:r 1816 groot aan capitaal veerthig ryxd:s renten zeedert den 23:e February 1816
  een reekening ten lasten Laurens de Jager groot zes en derthig rijxsd:s
deeze schuld zal door de wed:w A: Kraft, blijkens haar schrijven aan den Secret:s der kamer J:C: Faure de dato 15 Jan:ij 1817 worden overgenomen op heeden de weduwe aan ons te kennen gegeeven hebben [w:] dat Johannes Becker in den maand April l:l: van wylen haare man C:A: Kraft gekogt hebbende drie en dertig aan teel paarden voor de somme van zes hondert en zestig ryxsd:s betaalbaar met ultimo Maij eerstkoomende zyn de zelve door gemelde Becker g’accordeert
Aan contante gelde
neegen pace zilvere Spaansche matten
thien pace zilvere guldens stukken
acht thien stukken onbekend geld in soort
Aan pampiere munt
w: ryxsd:s zeeventig en drie stuiv:s
Lasten des boedels
rd:s65:40 een reekening ten behoeven W:C: Kuijp groot ryxsd:s een hondert acht en vyf st:
rd:s26:36 een reekening ten behoeven W: Koster groot ryxsd: ses en twintig vier schell: en vier stuivers
  een reekening ten behoeven Joh:s Beckker groot ryxsd:s veertig
  een reekening ten behoeven J:C: Zulch groot ryxsd:s vyftig
  een reekening ten behoeven J:H: Crous /:junior:/ groot ryxsd:s vyf en twintig

Aldus gedaan en geinventarizeerd in het dorp Zwellendam op den 9:e dag den maand October in den jaare 1816 in het bijweezen van George Gabriel Vos en Herman Frederik Schutte, als getuigen hier toe verzogt die dezelve met ende beneevens de weduwe en mij Veld Cornet meede behoorlyk hebben onderteekend

Als getuigen: G:G: Vos, H:F: Schutte

M:J: Steijn w:d Kraft

M: Taute, Veldc:t

MOOC8/32.16

{18160919} 19 September 1816 Anna Christina Fick

Inventaris van zodanigen goederen, als er ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door Anna Christina Fick gesepareerde vrouw van Albert Wijnand Louw, ten voordeele van haare nagelatene minderjarige zoon met namen

Christiaan Johannes Abraham Fick oud 1 1/2 maand

invoegen als het een en ander door den Adj:t Commis den Weeskamer in teegenwoordigheid van getuigen ingevolge opgaven van der overleedenen moeder Maria Elizabeth van Wielig wed: Abraham Fick is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deesen goederen in de volgende, namentlijk

een tavel kast waar in
twee tjaalen in zoort
agt witte tabberts in zoort
zeven bonte tabberts in zoort
drie witte onderrokken
vijf hembden
vijf borst rokken
vier jakken
zes mutzen
twee gaze mantels
een rode zijde baatje
vier witte gaze kragen
een rode scherp
een zwarte zijde rok
zes zak doeken
drie calot musjes
zes paaren kousen
twee paren handschoenen
vier beddelakens
vijf kussen slopen
een kadel waar op
een bed
een peuluw
vier kussens
een wolle deken
Inneschulden des boedels
    Rd:s
renten voldaan den 25 Apr: 1817 van Jan Fick over contant geleende penningen en op een notarieele obligatie de dato 8 Maij 1815 groot aan cap:l ƒ1800 ofte 600:--
  met de renten zedert 25 April deeses jaars
  van Petrus Gideon du Toit over koop van de slavin Sonti van de Kaap , blijkens notarieele obligatie de dato 9 Maij laatst: aan cap:l ƒ6000 ofte 2000:--
6/m renten tot 25 Julij 1816 voldaan met de renten zedert den 25:e Januarij deeses jaar
voldaan den 19 Sept:r 1816 als meede weegens het resteerend bedragen van zodanig gedeelte der koop schat van de voorsz: slavin Sonti groot geweest rd:s2200 als bij du Toit aangenomen heeft contant te betalen 100:--
  van Albertus Stephanus Jacob van Helsdingen het helfte aandeel in zeekere pretensies ten zijn lasten en ten behoeve van voorn: Albertus Wijnand Louw groot een duijzend guldens door hem Louw bij notarieele acte de dato 2 Maij 1814 aan de overleedene gecedeerd en getransporteerd dus groot aan cap:l vijf honderd guldens ofte 166:32
Lasten
  Rd:s
aan voorm: Maria Elizabeth van Wielig wed: Abraham Fick over begravenis onkosten blijkens speceficque reekening 161:24

Aldus gedaan ende g’inventariseerd ten Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 19:e September 1816 ende zulx op het op- en aangeeven dikwils gemelde wed: Abraham Fick, dewelke verklaarde zich hier inne ten goeder trouwe gedragen en niets versweegen of terug gehouden te hebben dat tot voorm: nalatenschap behoord, invoegen zij ook betuigde de deugdelikheid haarer opgave ten allen tijde den vereyscht werdende met solemneelen eede gestand te doen, en verdere belofte zo hier na nog iets tot gen: boedel behorende mogte worden ontdekt daar van nader en getrouwelijk opgave te zullen doen, ten einde deesen inventaris daar meede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deese door meer maal gem: wed: Abraham Fick in presentie van mij Adj: Commis en getuigen behoorlijk onderteekend.

Als getuigen: P: Poggenpoel, A: v: Breda

Voor den opgaaff: w:d A:m Fick

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:s

MOOC8/32.17

{18070610} 10 Junij 1807 Casparus Johannes Rijnhard Bresler , Hester Maria de Villiers

Inventaris van alle zodanige goederen, als in gemeenschap bezeeten door den burger Casparus Johannes Rijnhard Bresler en zijn huysvrouw Hester Maria de Villiers, mitsg:s door laatstgem: ab intestato met er dood ontruijmd ende nagelaten ten voordeele van haare moeder Maria Isabella de Vos voormaals weduwe Abraham de Villiers Izaakz: thands hertrouwd met Johannes Step[ ..... ] Viljoen in de eene helfte, en in de weder helft haarer nalatenschap haare drie zusters, met namen

1) Anna Catharina de Villiers gehuwd met Adriaan Marthinus Horak ter andere zijde
2) Maria Izabella d’ Villiers oud 14 en
3) Elizabeth Maria de Villiers oud 12 jaren

invoegen als het een en ander, ingevolge opgaa[ ..... ] van opgem: C:J:R: Bresler, door mij Adj:t Commis en getuigen is opgenomen en ingeschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

een kleder kast waar in
de kleederen van de overleedene van weinig belang
een ledikant met geruijte behangzel
een bed met
vier kussens
twee lakens
een deken
een groote kist
een zadel en toom
Beestiaal
twee rijd paarden
Lijf eigen
een jonge gen:d Adonis van de Kaap oud 12 jaren
Crediten des boedels
  Rd:s
van zijn schoonvader vooren:d Johannes Stephanus Viljoen, het vaderlyk erffdeel van wijlen zijne huysvrouw Hester Maria de Villiers ten bedrage van negen honderd vier en twintig ryxd:s en vyf en veertig en een halfe stuyver zegge 924:45 1/2
Last
  Rd:s
aan Jan Lombard over koop van een paard 100

Aldus g’inventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 10 Junij 1807 ende zulx op het op-en-aangeeven van de in den hoofde deeses gem: weduwnaar, dewelke verklaarde zig hier in ter goeder trouwe gedragen en niets versweegen of terug gehouden te hebben dat tot voorm: boedel behoord, in voegen hy ook getuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tijde der vereyscht werdende met eede gestand te doen en belofte wijders zo hier na nog iets tot gesz: nalatenschap behorende mogte worden ontdekt, daar van nader en getrouwelijk opgaaff te zullen doen ten einde deese inventaris daar meede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deesen inventaris door den inventariant in presentie van mij Adj: Commis en getuigen behoorlijk onderteekend

Als getuigen: P: Poggenpoel, J: Serrurier

Voor den opgaaff: C:J:R: Bresler

Mij present: P:E: Faure, Adj: C:

MOOC8/32.18

{18170314} 14 Maart 1817 M:S: Frik , C: le Roex

Inventaris van alle zodaniege hijpotiek en goederen welke behoren tot de nalatenschapen van wijlen M:S: Frik en desselfs wijlen zijne huisvrouw C: le Roex zeijnde de goederen door ons ondergeteekende ’g inventariseerd als volgt

een slave jonge genaamd Joël van Mansabieck geheel gebrekkelijk aan bijde beenen en bijkans onbekwaam om ijts te kunne doen
derthien aanteel paarde
twee oude osse
een bed met zijn toebehoord
zes borde met een kom
een ketel en een pot
zes vorken
twee kisten en een katel
vier stoelen en twee tafels
een rakje en zeven boeken
een oude zadel en 1 nagt spiegel

Aldus ’geenventariseerd op de plaats genaamd de Cekoekraal aan ‘t Revier Sonder End onder het district van Stellenbosch op den 14 Maart 1817

P:J: Delport, Veldc:

J: Christoffel Germershuijse, W:A: Germishuijsen als getuigen

MOOC8/32.19

{18071105} 5 November 1807 Godlieb Christiaan Plath

Inventaris van zodanige goederen als ’er ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door Godlieb Christiaan Plath ten voordeele zijnen onbekende uitlandige erffgenamen, invoegen als het een en ander door mij ondergeteekende Adj:t Commis en getuigen ingevolge opgaaff van William Murdock is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlijk

Ten huise van opgem: William Murdock

een ledikant met wit behangzel waarop
een bulzak
een peuluw
twee kussens
twee combaarsen
een kist waar in
een oude zwarte rok
agt oude hembden
vier oude baatjes
negen oude broeken
een doosje met een scheermes
drie oude hoeden
een spiegeltje
een aarde potje
een zilvere zak horologie
wat gedroogte visse
Aan het Zee Strand
een schuijt n:o 9 met mast, twee zijlen, twee riemen, roer en anker
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve gevonden een bedragen van 1:26
Last
  Rd:s
aan voorm: William Murdock over 2 maanden huur 20

Aldus gepasseerd ten huijse voorm: op den 5:e November 1807: ende zulx ten gedane ontzegeling ingevolge het op en aangeeven van dikwilsgem:e William Murdock

Als getuigen: R: v: Breda, J:N: Rörich

Voor den opgaaff: W:m Murdock

Mij present: P:E: Faure, Adj: C:

MOOC8/32.20

{18170804} 4 Augustus 1817 James Wickendon

Inventaris van zodanige goederen, als by eene gerechtelijke schouwing bevonden zyn te behoren tot den boedel van wijlen James Wickendon en zig bevinden op de plaats de Alexander Fontein in huur bezeten wordende door den heer F: Dashwood

zes broeken in zoorten
vier baatjes in zoorten
een monterings baatje
zeven hembden
een onderbaatje
een valies of port manteau
een combaars /:deese in de nalatenschap niet gevonden volg: declaratie van m:r T: Headlee:/
een ledere hoed
een paar laarsen
een klyne koffertje
aan contanten in berusting van Th: Heatlie Rd:s 44:--
en aan maandgeld te goed zedert den 8 June a 25 rd:s p:r maand

Actum den 4 Augustus 1817.

J:P: v: Lier

MOOC8/32.21

{18150408} 8 April 1815 Jan van Stiften

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als ’er door wijlen Jan van Stiften zijn bezeeten, en ab intestato met ’er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen zijn bevonden geworden te weeten

een oude jas /:sterk gemotteert:/
een buldzak
een matras
een combaars
drie kussens
een hoed
een blikke blaker
een paar schoenen
een horologie
een tabaks doos en pyperietje
een scheerdoos
een spiegeltje
een paar zilvere schoegespen
een kleere borstel
een schoene borstel
een bl: cirsaaije baatje
een bl: cirsaaije broek
twee onderbaatjes
twee bovenbaatjes
een onderbaatje
drie broeken /:in zoort:/
twee kooij lakens
twee kussen slopen
ses doeken
vier hemden
twee paar koussen
een zw: rok
een zw: onderbaatje
een slaap cabaaij
een lere zakje waarin
een kam
een schaartje
een knipmes en
een tinne lepeltje
een kist
een katel
een hamer
twee troffels
een voegijzer
een waterpas
een vrijfplank
twee ryen
een euntjes ijzer
Schulden des boedels
  Rd:s
aan T: Muller voor verschoote kleeding stukken en begraaffenis onkosten na aftrek, van de te goed gemaakte metzelaarsgagie, blykens specefique rekening, dezen met de bij lager annex p:r r:t 138:7

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 8:ste April 1815 alwaar de goederen bij den ondergeteekende in manier voors: zijn bevonden, in ’t bij weezen van den gerechts bode J:B: Wiese en den burger Hendrik Jacobus Dafel als getuigen

Als getuigen: J:B: Wiese, H:J: Davel

Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/32.22

{18160120} 20 January 1816 Nicolaas Jacobus Oosthuyzen

A:V: Cloete

Staat en inventaris van de goederen en effecten behoorende tot den boedel en nalatenschap van wylen den ab intestato overleedene Nicolaas Jacobus Oosthuyzen.

Gedaan maken door Gerret Oosthuyzen, Jacobus Oosthuyzen, Nicolaas Jacobus Oosthuyzen en Petrus Johannes Oosthuyzen ten verzoeke van Heeren Weesmeesteren deezer volkplanting als voogden over de minderjarige dogter

Johanna Susanna Oosthuyzen oud negentien jaaren

zo en in diervoegen als hierna is volgende

De opstal der leenings plaats genaamd de Bergfontyn gelegen aan deeze zeide van de Gourits Rivier in het district Zwellendam
de opstal der leeningsplaats genaamd Aan de Valsch Rivier gelegen aan de Twee Kuylen in het district Zwellendam

In het woonhuys

In het voorhuis
een hoek kast
een rust bank
agttien stoelen
vier tafels
In de kamer
twee wagenkisten
vyf beddens
vier schiet geweeren
een blikke trommel
een vierkante kastje
een kleeder kast
twee kadels
een ledikant
vyftien schotels
vyf kommen
drie doz:n stale forkens
drie doz:n tinne forkens
een doz:n tavel messen
drie aarde potten
twee doz:n diepe borden
een doz:n flakke
twee stooven
een kleine spiegel
een blikke schenk blad
zes wyn glaasjes
vier waterglaazen
een koopere keetel
een koopere confoir
vier geelkopere kandelaars
een koopere koffy kan
negen kopjes en schoteltjes
vier kommetjes
een tinne boterpot
In het kookhuis
vyf yzere potten
een kopere keetel
een rooster
een yzere vork
een schoorsteen ketting
In de kelder
vier ledige leggers
twee kuyp balies
twee trap balies
twee half aamen
drie lekvaatjes
twee manden
een visch zegen
een zadel en toom
een kraan zaag
een hand byl
drie houte bylen
een mooker
vier duims booren
twee omslag booren
twee snymessen
drie dissels
een hand zaag
een kuypers kroost
vier vylen
twee nyptangen
een hamer
agt bytels
een wynig wagenmakers gereedschap
agt rollen tobak
twee koorn seeften
een brandewyns ketel compleet
vier yzere hoepels
een tobaks mes
een yzere balans met twee houteschalen
tien vengsters
een tentzyl
2072 mudden garst
9 mudden koorn
een koorn miet inhoudende 2500 gerven
agt mudden zakken
In een buiten kamer
een meelkist
een tavel kast
twee bakkisten
twee booterkarns
100 voeten geelhoute planken
10 p:s geelhoute planken
vyf emmers
een booter bak
Op de werf
twee wagens met leeren buikplanken en 15 jukken
een kar
een wagenmakers schroef
een schaaf bank
twee teerputzen
twee slyp steenen
vier ongemaakte assen
een voortang /:ingemaakt:/
een ploeg compleet
negen en vyftig vellengen
een ploeg schaar
een ploeg kouter
zes en dertig speeken
vyf graven
In een buiten vertrek
drie mudden zout
zeven osse huiden
vier en twintig leerboomen
een ongemaakte ploeg balk
twee ongemaakte disselboomen
een party yzere rommeling
een kopere wasch lampet
In de kraal
veertig ossen
een honderd negen en twintig koejen en kalvers
tien aanteel paarden
twee rijd paarden
drie honderd drie en dertig schapen
negen en dertig bokken
Leifeigenen
een mansslaaf genaamd Achillis van Bengalen oud naar gissing 55 jaaren
een mansslaaf gen:d April van Mallebaar oud naar gissing 50 jaren
een mansslaaf gen:d Frans van Mosambique oud naar gissing 50 jaaren
een mansslaaf gen:d Floris van Java oud naar gissing 40 jaaren
een mansslaaf genaamd Frans van de Kaap oud naar gissing 20 jaaren
een slavin gen:d Appoloon van Mosambique oud naar gissing 50 jaren
een slavin gen:d Eva van de Kaap oud naar gissing 20 jaren
een slavin gen:d Griet van de Kaap oud naar gissing 18 jaren
een slavin gen:d Rachel van de Kaap oud naar gissing 13 jaren
een slavin gen:d Dolphina van de Kaap oud naar gissing tien jaaren
een slavin gen:d Spacie van de Kaap oud naar gissing 8 jaaren
een slavin gen:d Appoloon van de Kaap oud naar gissing 18 jaaren
Baaten des boedels
  Rd:s
een onderhandsche obligatie ten lasten Nicolaas de Necker dato 16 Mey 1816 groot 100
renten zedert dien datum
een onderhandsche obligatie ten lasten Gerrit Hendrik Meyer Esaias zoon dato 2 December 1815 groot 100
een onderhandsche obligatie ten lasten Johannes Andries Rautenbach dati 18 Maart 1815 100
een onderhandsche obligatie ten lasten Rynier Jansse van Rensburg dato 23 October 1818 groot 50
Boek schuld
  Rd:s
Jacobus Jansse van Rensburg Nic: z: weegens geleend geld 50
Abel Piennar weegens geleend geld 40
Jerimias Pienaar p:r rest op een wagen 30
Jan Mulder voor twee half aamen wyn en een slagt beest 20
Salomon Klaasen voor wyn en brandewyn 16
Nicolaas Prinslo voor huur van een wagen 35
Jeremias Bouwer per rest op een half aam brandewyn 10
Nicolaas Jansse van Rensburg Nic:s zoon voor huur van een wagen 25
Jacobus Oosthuyzen Nic:s zoon over geleend geld 116
Petrus Johannes Oosthuyzen Nic: z:n over geleend geld 50
Gert Oosthuyzen Nic:s zoon over geleend geld 100
Joh:s Fred: Fourie 100
Dan:l du Plessus Dan:l z: 25
Piet Wolmarans 4
Jacobus Piek is schuldig twee ossen
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Nicolaas Jansse van Rensburg Jac:s z:n 10:--
aan Johannes Hermanus Redelinghuyzen d’ jonge 18:--
aan Gert Oosthuyzen Nic:s zoon voor verkogte hamels 25:1
aan Jacobus Oosthuyzen voor verkogte hamels 32:7
aan Johannes Fourie Jos:s z:n 41:7
aan Nicolaas Jacobus Oosthuyzen Nic:s zoon d:d: 19:2
aan Susanna Oosthuyzen 2:4
aan Daniel du Plessus Dan: z: 5:--
aan Petrus Johannes Oosthuyzen Nicol:s zoon 4:--
aan het gouvernement voor een jaar recognitie op twee leenings plaatzen 50:--

Op heden den 20:st January des jaars een duyzend acht hondert en zestien

Compareerden voor Jan Ferdinand Bam, Secretaris van het district Zwellendam , praesent de natenoemene getuigen de opgemelde Gerret Oosthuyzen, Jacobus Oosthuyzen, Nicolaas Jacobus Oosthuyzen en Petrus Johannes Oosthuyzen dewelke verklaarden in het opgeven van dezen inventaris hun zelven getrouwlyk en oprechtelyk te hebben gedragen en hunnes weetens niets verzweegen of agter gehouden te hebben dat tot den boedel zoude behooren, met belofte om ingeval het een of ander tot den boedel behoorende mogten worden gevonden als dan deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren en vergrooten, zynde zyl: comparanten overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd deeze hunne opgave met solemneele eede te bevestigen

Aldus geinventariseerd ter plaatze genaamd de Berg Fontyn gelegen aan deeze zeide van de Gourits Rivier in het district Zwellendam , en aan gem: boedel behorende op jaar maand en dag voorsch: in byzyn van Andreas Tobias Kolver en Christiaan Johannes van der Lith als getuigen die de minute deezes beneevens de comparanten en my Secretaris op eene zegul van 48 stuyv:s bhoorlyk hebben onderteekend

Quod attestor: J:F: Bam, Sec:

MOOC8/32.23

{18160927} 27 September 1816 Johannes van der Sandt , Jacoba van der Merwe

Bij gebrek aan zeguls belegd met een van een rijksdaalder

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behooren tot den boedel van wijlen Johannes van der Sandt en nagelatene weduwe Jacoba van der Merwe, door eerstgenoemde op den 22:ste February l:l: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, bestaande dezelve in de navolgende, te weeten

Losse goederen
een ledige kist
een defecte tavel
twee tinne borden
twee tinne schootels
vyf tinne leepels
twee vorken
een stoel
een veldstoel
twee klijne emmers
een eijzere pot /:defect:/
een defecte zak horologie /:zilver:/
een bed /:defect:/
een ossewagen /:defect:/
Beestiaal
ses trek ossen
twee hondert vier en vyftig aanteel schaapen
Schulden des boedels
  Rd:s
aan And:s Martin weg:s negotie 30:--
aan Salomon Jacobsz weg:s boeksch:d 4:--
aan J: Soinman 4:--
aan de weduwe G:s Robbertze 3:2
Sommeerd Rijd:s41:2
Erfgenaamen
1) Joh:s van der Sandt geb: den 1 Octbr: 1805
2) Piet:r Joh:s van der Sandt geb: den 30:e Septbr: 1810
3) Schalk van der Sandt geb: den 20 Septbr: 1811
4) Wouter Anthonie geb: den 23 August 1813
5) Anna Marg:a Petron:a geb: den 16 October 1804
6) Cath:a Fredrica geb: den 15 Septb:r 1809
7) Jannetje Susan:a Christ:a geb: den 21 Septb:r 1816

Aldus gedaan en geinventariseerd ter Adjunct Drostdje Cradock , op den 27:e Septb:r 1816 en zulks volgens op en aangaave van de in den hoofde deezes gem: Jacoba van der Merwe wed:w J: van der Sandt, dewelke verklaarde niets met haar weeten versweegen of agter gehouden te hebben, met offerte indien iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren en zulks des vereischt werdende met solemneele eede te staaven, en geschied in ’t bij weezen van den clercq C:J: Muller en den Gerechts Bode J:J: Schindehutte als getuigen

Als getuigen: C:J: Muller, J:J: Schindehutte

Merk van + Jacoba van der Merwe wediwe Johannis van der Sant

In kennisse van my: J:F: van de Graaff, Adj:t Landd:

MOOC8/32.24a

{18170722} 22 Julij 1817 Benoit de la Motte

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Zaturdag den negentiende dag deezer lopende maand Julij in den jaare onzes Heeren een duijzend acht honderd en zeventien ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Benoit de la Motte ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door my ondergeteekende Adjunct Commis der Weeskamer ter presentie der meede geteekende getuygen is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ten huize van Gerhardus Croese alwaar de overleedene is woonachtig geweest, en aldaar

In een bovenkamer
een ledikant met geruite behangzel waarop
een bulzak
twee kussens en
een wolle deken
twee vierkante tafels
zes stoelen in zoort
twee leuning stoelen
een half ronde [stoelen]
een nagtstelletje
een Friesche klok
een oude kast waarin
een foudraal met mathematische instrumenten
eenige defecte instrumenten
twee klavier sleutels
een party rommeling
een kist met een party boeken
een kist waarin
zes landkaarten
een party muzieknooten
eenige oude couranten
een ledere zakboekje met vier brillen
twee blikke trommels
een pennemes
een scheermes
een schaar
een houte inktkoker
een kelkje
een glas
een tafelschel
een kleine drukpers
een zilvere zakhorologie
een kopere zakhorologie
een mandje met een restant kurken
twee cyffer leyen
een compas met zyn kistje
een wandel rotting
een schilderijraam met een glas
een kist waarin
vyf baatjes
vyf broeken
twee hembden
een p:r kouzen
twee mutzen
vier kussenslopen
een p:r muijlen
een ledige kist
twee kleine ledige kistjes
een party ledige vlessen en bottels
een lampet en kom defect, en voorts
een party rommeling

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 22 Julij 1817

Als getuygen: J: Serrurier, J:N: Rörich

Voor den opgaaff: G: Croeser

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

voldaan den 23 Julij 1817

MOOC8/32.24b

{18170722} 22 Julij 1817 Benoit de la Motte

Catalogue van boeken behorende aan den boedel van wijlen B: de la Motte

1 A French and English dictionary
2 [A] English dictionary by N: Bailey
3 A spelling dictionary by W:m Crakelt
4 A spelling dictionary by H: Entick
5 A spelling dictionary by H: Entick
6 A pocket dictionary
7 A new general biographical dictionary
8 A new geographical historical en commercial grammar
9 A grammar of the French tongue by L: Chambaud
10 A sort introduction to English grammar
11 Exercises to the rules and construction of French speech
12 The iidioms of the French and English languages by Lewis Chambaud
13 A new and easy introduction to universal geography
14 A natural history
15 The holy Bible, containing the old and new testament
16 A new history of England
17 An abredgement of the history of England by Goldsmith
18 A voyage to the East Indies with observations bij J:H: Grose
19 A voyage to Senegal, the isle of Goree and the river Gambia by M: Adamson
20 An essay on the divinie authority of the New Testament by D: Bogue
21 Secret anecdotes of the revolution of 4 September 1797 and memoires of the perzons deported to Guiana
22 Trail of Lieut: General John Whitelocke
23 An appeal to impartial posterity
24 Lord Chisterfields advice his son
25 A tour from Gibraltar bij W:m Lunpriere
26 The man of the world
27 A sentimental journey through French and Italy
28 Alciphron or the minute philosopher
29 Conversation on polite life
30 The adventures of Gilblas of Santillane
31 Biographical anecdotes of the founders of the French Republicq
32 The Isle of Thanet
33 The gentlemans calling
34 Analyses of a course of lectures
35 Nouveau dictionnaire françois Allemand
36 Ovres philosophiques
37 Synomynes françois 2 deelen
38 Traite de l’attaque des places par M: le Blond
39 Traite de la defense des places par M: le Blond
40 L’artillerie raisonnée par M: le Blond
41 Abrege des elemens de mathematiques
42 L’art de jettez le bomes
43 Les elemens d’Euclide
44 Traité de geometrie
45 Usage du compas de proportion et de l’instrument universel
46 Traite de la verité de la religion Christienne 2 deelen
47 Fable, lettres et varietés historiques
48 Les commencement et les progres de la vraiè piété par P: Dodduege
49 Manuel le naturaliste par M: de Busson
50 Candide ou l’optimoine
51 Les plus belles lettres francois sur toute sortes de sujets par P: Richilet
52 Abrégé de toutes les sciences a l’usage des enfans
53 Amitiez amours et amourettes
54 L’univers en abrégé
55 Traité des la civilite francoise
56 Les fables politicques et morales de pilpai par C: Mouton
57 Esaij des Merveilles
58 Les femmes de douze Caesars par M: de Serires
59 Pensées ingenieuses
60 Satijre de petrone par M: Boispreaux
61 L’arithmétique apentage
62 Traité curieux des charmes de l’amour conjugal
63 La philosophe a la graecque
64 Traité de la sphére par M: Robert
65 Memoire politicques et militaire
66 Preces de l’histoire philosphique et politicque de M: l’abbé Raynal
67 Description des experiences de la machine acrestotatiques de M:M: Montgossier
68 Dictionnaire geographique portatif
69 L’arithmétique en la perfection
70 Errotika Biblion
71 Des courz sur l’origine et les fondemens de l’inéqalites parmi les hommes par J:J: Rouseau
72 Le petit geometre familier
73 Principes pour aprendre l’orthographe
74 Le baume de galaad
75 Deux discours l’un sur les douceurs de la paix lautre sur la passion en general et sur lamour de la gloire en particulier
76 La logique ou lart depenser
77 Merkwaardige meetkunst door J:H: Knoop met platen
78 De werken van John Dispagnie
79 Consideratie en exemples van staat omtrend de fundamenten aller regeeringen
80 Bijbel verklaaring betrekkelijk tot Palestina door s:r Van Emdre
81 Grond beginzelen des Stuurmans kunst door Bijbo Steenstra
82 Practijk des Lantmeeters
83 Oeffenende spraakkunst door O:R:F:W: Winkelman
84 Venus muizieke gasthuijs
85 Pfaffisches Bibelwerk Altes Testaments 6 deelen
86 Pfaffisches Bibelwerk Neues Testament 2 deelen
87 Less: Ueber die religion
88 Less: Sontags evangelie
89 Garve’s Versuche 3 deelen
90 Garve’s Principien den settenlehre 1 [deelen]
91 Garve’s Betrachtungen uber die settenlehre 1 [deelen]
92 Wolff Versuche 3 deelen
93 Sumtliche register zu D: Pfaffeur Bibelwerk
94 Die kunst der menschlithe leben zu verlangen von C:W: Hufeland
95 N: Bion, Mathematesche werckschule
96 Mathematische lexicon von C: Wolff
97 Mathematische lexicon von C: Wolff
98 Die geometrie und trigonometrie von A:E: Schelding
99 Mathematische Uebingen van B: Hederich
100 Staats seitungs und conversations lexicon
101 Jacobi Malconoti, Mathematice selbs lehrend geometrie
102 Mathematischen und philosophischen erquick stunden
103 Philippi Grullingii artzenij buch
104 Wortenbuch, English en Deutch
105 J:L: Morheims Moralisten bibliothec
106 Holwells Historische narichten von Hindostan und Bengalen von J:F: Kleuker
107 J: Anderson Nachrichten von Island, Gronland und der Strasse Davis
108 J:J: Schatzen Anfangs grunde der geographie
109 Geistliche oden und lieder von C:F: Gellert
110 Feld messungs kunst uder Scheiben-messung
111 Die Arglist in bijspielen geschildert
112 Uebungs-buch zun erlerning den Englischen sprache
113 Salomon Maimon’s Stroifereien in gebiete der philosophie
114 Beschreibung und gebrouche eines geometrischen instruments
115 Von Wiedersehen in der eewigheid van C:G: Rebbeck
116 Wie werden uns wiedersehen von K:C: Engel
117 Geist der neuesten philosophie 12 deelen
118 Cornelis Schrevelie, Lixicon manuale Graeco-Latinum et Latino-Graecum
119 Dictionarum Teutonico-Latinum
120 Abrahami Golnitz Dantisz Ulysses, Belgico Gallicus
121 Guilielini Harvey, Exercitiones anatomica
122 Cornelius Nepos

MOOC8/32.25

{18160923} 23 September 1816 Christina Fredrika Paesselt

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door Christina Fredrika Paesselt weduwe van wylen den chirurgyn Johan George Christoffel Oldenburgh ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden door de onderget: Landdrost van Tulbagh opgenomen en in waren weesen zyn bevonden geworden, te weten

In het voorhuis van zeeker door de overledene gehuurd huisje in de Kerkstraat van Tulbagh toebehorende aan de wed:e Cosmus Joseph Rademan, en aldaar

drie kleine gordyntjes
twee kadels
een stoel
een mattras
vyf kussings, twee peluwen en twee dekens
In de eerste kamer
een spiegel
drie schilderyen /:in zoort:/
een kleine rustbankje
zeven stoelen /:in zoort:/
drie taveltjes /:in zoort:/
twee emmers
twee blikke schenkbladen
twee blikke beekers
een tinne trekpot
een kistje met koper beslag waarin enige oude papieren van geen belang
een kast met drie laden waarin
een papiere doosje met naalden
een papiere doosje met eenige rygnaalden
een papiere doosje met zeven bolletjes gaarn
een klein blik doosje met ouwels
een bos yzere brynaalden
negen stale horologie sleutels
drie stale horologie kettings
drie pakken witte kant van drie vingers breed
elf scharen /:in zoort:/
een party spelden
negen stale vorken
eenig gecouleerd garen
een party losse garen en zyde
zeeven zyde veeters
twaalf pakjes koord
elf pakjes band
agt dobbelstenen
derthien zyde doekjes
zes rolletjes lind
vier takjes bloemen
elf dozyn hembde knoopjes
derthien messen met pletty hegten
elf vorken met pletty hegten
zeven tinne lepels
een kleine rolletje yzerdraad
een schuiflaadje waarin
een paar zyde vrouwe handschoenen
een party kand, en lint /:reeds gedragen:/
een streng kattoen
sestien paar witte katoene kousen waarvan eenige reeds gedragen en oud
tien witte tabberts
een pakje met kindergoed
drie mutzen
een kante doek
een zyde doek
een kleine paraplui
een waayer
een rotting met silver gemonteerd
twee kante mutsen
een kapje
een castoor hoed
twee stroo [hoed]
een zwarte zyde tabbert
een tjaal
een tjaal zyde
een tjaal witte
twee witte doeken
drie kante doeken
een zwart fluweele kap
zes witte vrouwe rokken
vier doeken
negen paar handschoenen /:in zoort:/
drie borst rokken
een hembd
twee tavellakens
een party lappen
vyftien boeken /:in zoort:/
twee kammen en twee tandeborstels
een liniaal
een kurketrekker
een pennemes
een zuiker tang
een buig tang
een schryf kistje waarin
een kist slootje
een stryk riem
een mes
een tande borstel
twee nagel borstel
een kleine kam
eenige kleinigheden
een papiere doosje waarin
twee stel roode caroline kralen
zestig zwarte stale knoopjes
een paar kopere oorkrabbe met stenen
een doosje met twee snipper yzers
een scheerdoosje
een doosje waarin
twee goude ringen waarin een met een kleine juweele steen
een silvere mesje
een hangertje
een medailje
een bracelet gesp /:verguld:/
een snoer met swarte en vergulde kralen met een hangertje met een portraitje aan weder zyde
een zwarte snuifdoos waarin een lind met zwarte pypjes
een doosje met drie lancetten
een doosje met twee vergulde braceletten en twee hangertjes
een doosje waarin een paar silvere kniegespen
een paar goude hembd knopen
een goude ring met een steen
een paar goude oorkrabben
elf stukjes Duits geld
een agate doosje /:defect/ waarin
twee swarte borstspelden
een houte schuif doosje waarin
een silvere eet lepel
vyf silvere thee lepels
een silvere naayring
een zilvere zak beugeltje
een snoer roode agate kralen
een kyk glaasje in zilver gemonteerd
een silvere medaille
een yvoore doosje
twee silvere borstspelden
een zilvere rygnadel
een silvere ropy
een silvere schelling
vyf silvere dubbeltjes
vyf silvere stuivers
agt ryksdaalders en een schelling papiere munt
twee ryksdaalders en twee skellingen koper geld
een party defecte papiere geld
een ledere zak boekje
een goud zak horologie met twee kopere cachetten en 1 goude ring
een pletty zuikertang
twee kopere cachetten
een klyne schilderytje
een kistje met oude papieren
een kistje met eenige oude prullen
een balans met twee blikke schalen met 16 pont gewigt
een kleine ledige koffer
zeven stenen en eenige stukjes zeep
een ledige liqueur heldertje zonder vlessen
een witte gordyntje
een negotie rak waarop
een loode snuif trommel
een kopere kandelaar
twee blikke ledige trommels
een papiere doos met wat peperment
drie stukken geruit
twee lapjes geruit
een voerchits
derthien ellen wit gekeperd
drie blaauwe doeken
een tinne ketel en comfoor
een kastje met wat rommeling
een houte schuif doosje
een blikke tabaks doosje
drie schoolboeken
een paar ledere handschoenen
negen pakjes blaauw garen
drie roode zyde doeken
een roode linnesche gekeperde tjaal
een wit gebloemde gekeperde tjaal
vier geruite doeken
vier paar witte kousen
een stuk wit fyn patist
een stuk wit Chinaas linnen
een stuk wit grof linnen
twee [stuk] blaauw linnen
vier tinne borden
zes blikke snuif dosen
vyftien kelkjes in zoort
twee glaasen peperdoosen
negen ellen blaauw saay
negentien ellen groen saay
twee blikke dozen met peperment
een pond blaauw gaarn
een pond wit gaarn
twaalf en drie quart el paarze zaay
zeven ellen rood gestreept
elf en een quart el fluweel
vyf en twintig en een quart el zwart bombasyn
zestien pakjes wit gaaren
een houte bak met wat blaauwsel en twee vorken
een blikke doos
tien en een half el zwart gekeperd
vyftien en drie quart el vaale cassimier
zeventien el nankinet
elf el nankinet
een paar geel Chinas linnesche camassen
veerthien hemdjes
vier en een half el borstjes goed
een kastje met wat kaarsen
een schenkblad met twee blikke bekers, een melkpotje, een thee potje, twee potjes en een snuyter
een el
een ly
In een tweede kamer
drie zakken met wat meel
een grote koffer met een party oude lappen en rommeling
een hakkebord
een vleesch balie
twee drievoeten
vier yzere potten /:in zoort:/
een kopere castrol
een kopere keteltje
een yzere rooster
een yzere haak
een yzere vork
een yzere leepel
een yzere aschop en vuurtang
een yzere schuimspan
twee yzere braadpannen
een blikke schotel
een blikke tregter
een blikke koffygoed
een kopere strykyzer
een kopere comfoor
een vuilnis blik
een kast met wat blader tabak
een ledige koffer
twee manden
twee defecte stoelen
een kleine thee kastje met wat rommeling
een kleine mandje met vuil linnen en lappen
een kleine sluit mandje
een houte rystblok met zyn stamper
een koffer waarin
een blaauw lakense mansrok
tien witte broeken
agt onderbaatjes
vyf bovenbaatjes
zeven mans hembden
twee zwarte zyde doeken
twee zak doeken
een kleine spry /:defect:/
een party oude lappen
een tjaal
drie bedde lakens
zeven slopen
een paar kousen
een flennische onderrok
twaalf tabberts in zoort
twee tjaals
een zyde doek
zes doeken /:in zoort:/
een vrouwe hembd en voorts
een party oude defecte klederen en een spry
een botervaatje
een gordyn plank
een water calbas
een ledige koffer waarin een zak met wat zuiker
negen witte porcelyne schotels /:in zoort:/
een witte porcelyne soup turrien /:defect:/
een blaauwe porcelyne kom met wat boter
agt witte aarde potjes /:in zoort:/
twee witte aarde bekertjes
een witte aarde zoutvaatje en peperdoosje
twintig witte porcelyne borden /:in zoort:/
een grote tinne schotel
drie tinne [schotel]
drie messen, drie lepels en twee vorken
een tinne soup lepel
een kopere kandelaar
vyf wit porcelyne pierings en twee kopjes
een blikke schotel met zout
een houte schepel
een kapmes
een koffer met wat rozynen
een rolstok
twee snuiters
een rasp
een souspannetje
een knap zak met wat zout
een koffy molen
een kleine kistje met wat medicynen
twee kleine kistjes
een blikke trommel met wat koffybonen
een tinne kommetje
een lantaarn /:defect:/
vier Keulse potten
een oly kan
een grote koffer met wat gedroogte vrugten
een bed met twee kussings
een kleine hout kastje met twee oude stoel kussings
agt en twintig boeken /:in zoort:/
twee aarde trekpotten
agt ledige bottels /:in zoort:/
drie vlesjes /in zoort/
een aarde potje
een kast met een party plankjes

Aldus gedaan en g’inventariseerd in de Kerkstraat van Tulbagh in het huis van de overledene toebehorende aan de weduwe Cosmus Joseph Rademan, door de ondergetekende Landdrost van Tulbagh ende zulks ten overstaan van de nevens ondergetekende getuigen, verklarende ten allen tyde bereid te zyne des gevordert wordende, deese inventaris met solemneele eede te zullen staven, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel specterende mogte ontdekken deesen inventaris daarmede te zullen amplieeren, en is zulks geschied ten byweeten van de burgers Gysbert Keet en Lambertus Albertus van Heerden als getuigen, op den 23 7:ber 1816

Als getuigen: G:s Keet, L:M: van Heerde

Ten mijnen overstaan: J:H: Fischer, Landd:

MOOC8/32.26

{18171229} 29 December 1817 Catharina Sandenberg

Inventaris van zodanige goederen, als er op Donderdag den vyf en twintigsten dag der maand December in den jaare een duyzend acht honderd en zeeventhien door Catharina Sandenberg /:buiten gemeenschap van goederen gehuwd met den heer James Callander:/ ab in testato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten ten voordeele van de ondertemeldene by opgem: haaren echt genoot verwekte drie minderjaarige kinderen, met naame

1) Anna Betthea oud 10 jaaren 8 maanden
2) Jane oud 7 jaren
3) James Callander oud 2 jaren

invoegen als het een en ander door ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Adjunct Commis ingevolge opgaaf van gem: heer Callander is opgenoomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deeze goederen in de volgende

In een huurhuis van Hermanus Barend Reytel, en aldaar

In een boovenkamer
een klyne vierkante tavel
een ledikant met wit behangzel waarop
een bulzak
een peuluw
twee kussens
een wolle deeken en
twee laakens
een kabinet n:o 1 waarin
dertig hembden
negen en twintig rokken
agt tabbaarts
twaalf paaren zyde kouzen
zes zyde en chitze tabbaarts
vier rokken
vyfthien kussens sloopen
zeeven kast doeken
een vuurmands kleed
derthien paaren schoenen
vier en vyftig doeken in zoort
twee lyfjes
negen zyde en kante mantels in zoorten
een Chinas linnesche bedde sloop
twee kinder deekens
twee chambreelen
een Bybel met goud beslag
een Nagtmaals boekje
een spelde kussing
drie en twintig waayers
een en veertig mantels
zeven mutzen
zes kinder mutzen
twee geborduurde neteldoekse doeken
derthien paaren katoene koussen
twee paaren handschoenen
vier paaren zydekoussen
een doosje met coraalen
een leedige omber doosje
een blikke doosje met paarlen
een karette kabinetje
een verlakte thee kistje
zes paktjes band
een [paktjes] spelden
twee klyne kammetjes
vyf rolle leestering in zoorten
een stuk zyde gestreept
zes en twintig stukken chitzene geruit en gestreept
agt chitze lappen
drie zwarte zyde kuip en linne lappen
een chitze en een geborduurde spry voor een bed
een rol lamskie
een stuk wit cantons linnen
agt [stuk] wit linnen in zoorten
derthien stukke doeken in zoorten
thien stukke doerias in zoorten
derthien lappen doerias linnen in zoorten
twaalf stukken restant dimet
een pak koussen
negenthien egte tjaals
zes nagemaakte tjaals
een zyde sjerp
een netel doekje sjerp
vier zyde zak doeken
een lap bast
vyfthien servietten
zes hand doeken
twee baaker luiers
een party kant
vier ongemaakte zyde kleeden
een kabinet n:o 2 toebehoorende aan de heer Callander waarin
een en twintig tabbaarts
zeventhien rokken
derthien jakjes
zes hembden
elf borstrokken
twee mutzen
een kraagje
twee hoedjes
een blauw geruite rol
drie en een halve gecouleerde zyde rol
twee en een halve zwarte zyde rol
twee stukken zyde doeken
een stuk kamerdoekze [doeken]
derthien stukke doeken in zoorten
vier stukken tavel genees
drie stukken longcloth
twee en een half stukken gingangs
zeeven stukken izaries
een groote stuk kassa
drie [stuk] klynder kassa
thien stukken doerias
een pak servietten
vier en twintig hand doeken
een Chinas verlakte koffer op een voetstuk waarin
zes en een half stukken linnen in zoort
thien stukken Schots en andere gingangs
agt lappen Schots en andere gingangs
zes chitze en andere lappen tot kleeden
een stuk chits
een stuk kerryderry
derthien tjaalis in zoorten
drie stukken kassa doeken
een stuk roode bandanna zyde doeken
vier stukken randjes en geruite doeken
thien kassa doeken in een stuk
twee netel doekze kleeden
een koffer n:o 1 waarin
negen stukken rolletjes linnen
vier stukken Schots keembrik
twee stukken kantons linnens
een [stukken] zwarte panzij
een [stukken] moezelien
een neteldoekze kleed
drie geborduurde tjaals
een lap netel doek
een rood chitze tjaal
negen stukken gingang
twee stukken lappen
vyf lappen chits
zeven en vyftig randjes doeken
een koffer n:o 2 waarin
twee stukken dimet
zes stukken Schots keembrik
vyf stukken schits
twee lappen schits
thien stukken kassa
drie stukken gingang
een lap moezeline
zes paare katoene kouzen
een zyde doek
een koffer n:o 3 waarin
twaalf stukken Schots keembrik
twee stukken randjes doeken
een stuk geruit
twee stukken chits
een [stukken] gestreept
vier stukken lappen
een douzijn kousen
een kleeder kast waarin
negenthien stukken linnen in zoorten
zes stukken kassa
twee stukken baftist
twee stukken restant dimet
een [stukken] Schots keembrik
een [stukken] rolletjes linnen
vier stukken chits /:restant:/
agt stukken witte doeken met randen
zeven stukken doerias
twee lappen wit linnen
vyfthien tavel laakens
vier en twintig paaren katoene kouzen
een kleeder kast waarin
twee zwarte kante doeken
twee en zeventig hals en zakdoeken
twee servietten
een neteldoekse mantel
drie paaren schoenen
zeven nagemaakte tjaalen
een ledige verlakte doos
een koffertje met een restant kardamon
een kistje
een klyne drukpers
een kist waarin /:toebehorende aan d’ h:r Callander:/
twee stellen witte bedde gordynen
een venster gordyn
agt sloopen
zeven bedde laakens
negenthien laakens
twee en veertig kussen sloopen
twaalf hand doeken
een kist met laaden waarin
honderd en elf boeken en
enige muziek stukken
een klyne leedige kist
drie spane mandjes
een klyn celinder kantoor
Precieusiteiten
een goude geemailleerde coljé in een foudraal
twee goude brasseletten
twee goude oorkrabben
een goude borstspeld
een goude lobjé met twee brassiletten
negen goude borstspelden met en zonder steenen
een [goude borstspelde] met hair omset
een kruis van topas in ’t goud gezet
twee paaren topas oorkrabben
een [paaren] oorkrabben met paarlen
een [paaren] oorkrabben zonder paarlen
vier goude ringen met en zonder steenen
een paar goude brasseletten
een paar goude hand knoopen
twee goude kettings
drie snoere egte paarlen
een goud geemailleerde horologie met goud ketting haak en ornementen
een goude hals gesp
een foudraal waarin een paar oorlietten met diamante steenen
een foudraal waarin een paar diamante brasseletten
een zilvere beugeltast
twee paaren zilvere schoengespen
een zilvere reuk doosje
een zilvere vingerhoed
een zilvere naayring
een zilvere etui
een zilvere reignaald
twee zilvere haaken met steenen
vier reuk vlesjes
een karette kan met paarlen omzet
een inktkookertje
een staale haak
Lyf eigenen
een meid genaamd Sanna van de Kaap oud 28 jaren, naayster
een meid gen:d Jenira geboore van de Kaap oud 16 jaaren, kindermeid
een meid gen:d Gazya geboore van de Kaap oud 8 jaaren
een meid gen:d Gaziba geboore van de Kaap oud 6 jaaren
een meid gen:d Gadia geboore van de Kaap oud 6 jaaren
een meid gen:d Amia geboore van de Kaap oud 5 jaaren
een meid gen:d Dallila geboore van de Kaap oud 4 jaaren
een jongetje gen:d Abdol Rachim gebooren van de Kaap oud 1 jaar
Crediten des boedels
    Rd:s
  aan contanten in dezelven gevonde te weten
  vier goude Spaansche matten
  vier quart ropyen /:goud:/
  aan papiere munt eene somma van vyf honderd zes en vyftig ryks en vier en twintig stuivers zegge 556:24
  van de maatschappy tot nut van ’t algemeen en wel het departement alhier op een scheepen kennis de dato 13 Octob:r 1803 aan capitaal per rest nog groot ƒ22000 h:l: ofte 7333:16
  met de renten zedert 12 August l:l: a 6 pc:t
renten voldaan tot p:r January j:l: den 20 Feb:y 1818 een schepene kennis ten lasten Hendrik Mattfeld de dato 11 April deezes jaars groot a capitaal ƒ21500 ofte 7166:32
  met de renten zeedert primo January l:l: a 6 pc:t
Lasten des boedels
    Rd:s
voldaan den 10 April 1818 aan mejuff: de wed: van wylen de heer William Caldwell op een onderhands obligatie de dato 26 Novemb:r 1816 600:--
voldaan den 10 April 1818 met de renten a 6 perc:t zedert 26 Nov:r 1817
  aan dezelve blykens reekening 167:24
  aan mejuff: de wed: van wylen de heer Hercules Sandenberg over begravenis en andere gedaane uitgaaven 65:6

Aldus na gedaane ontzegeling opgenomen en g’inventariseerd ten huize voormeld op den 29 en 30 December 1817 ende zulx op het op en aangeven van de in den hoofde deezes gem: J: Callander, dewelke verklaarede zig hierinne ter goeder trouwe te hebben gedraagen en zynes weetens niets verzweegen of terug gehouden te hebben van het geen tot gem: nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zynes opgave ten allen tyde des vereischt werdende met eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: boedel specteerende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwlyk opgaaf te zullen doen ten einde deze inventaris daar meede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deze door den inventarient in tegenwoordigheid van ons gecomm: Weesm: ende my Adj:t Commis behoorlyk onderteekend

Als Gecommitteerdens: G:E: Overbeek, J:A: Munnik

Voor den opgaaf: James Callander

My praesent: P:E: Faure, Adj:t C:s

MOOC8/32.27

{18160405} 5 April 1816 Maria Magdalena du Toit

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Dingsdag den zes en twintigste dag der jongst gepasseerde maand Maart ab intestato metter dood zyn ontruijmd ende nagelaten door Maria Magdalena du Toit weduwe David de Villiers Jan Pieterszoon, ten voordeele harer ondertenoemene kinderen en kindskinderen by haren opgemelden voor overleedenen man in echt verwekt, met namen:

1) de overgebleevene kinderen van wylen Johannes Petrus de Villiers, als a) Maria Aletta de Villiers get:d met Hendrik Gerhardus Froneman
b) Louiza de Villiers get:d met Pieter Jacob de Villiers Pieterz:n
c) Hester Susanna de Villiers gehuuwd met Wynand Jacobus Louw
d) Rachel Johanna de Villiers get:d met Petrus Roelof Louw
2) David Jacobus de Villiers
3) de overgebleevene kinderen van wylen Petrus Francois de Villiers, met namen a) David Hendrik de Villiers
b) Daniel Johannes de Villiers
c) Elizabeth de Villiers get:d met Gideon Johannes Bosman
d) Pieter Gideon de Villiers
e) Gideon Maurits de Villiers oud 18 jaren
f) Gabriel Francois de Villiers oud 14 jaren
4) de overgebleevene kinderen van wijlen Hester Johanna de Villiers in echt verwekt by Gideon Jacobus Joubert, genaamd a) Josua Andreas Joubert oud 22 jaren
b) Hester Susanna Joubert oud 16 jaren
c) Maria Johanna Joubert oud 13 jaren
5) Izaak Stephanus de Villiers
6) Anna Magdalena de Villiers get:d met Petrus Stephanus Buissinne
7) Susanna Eleonora de Villiers gesepareerde vrouw van Hendrik Coenraad Maurits Bartels en
8) Maria Dorothea de Villiers get:d met Jacobus Johannes Luttig

Zodanig als dezelve door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling /:zynde den boedel dadelyk na het overlijden door den oud Heemraad van Stellenbosch , Johannes Jacobus Haupt, verzegeld geworden:/ is geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ten huize van opgemelde Jacobus Johannes Luttig alwaar de overleedene is woonagtig geweest

een kleederen kast waarop
drie porcelaine kast potten
twee porcelaine beekers en waarin
een blikke trommel met een restant kaarsen
een trommel met een restant rijst
twee ledige verlakte trommels
een schuyfdoos met een restant erweten
een kleine boter vaatje
een tinne kom
een blikke tregter
vyf boeken
een quart Bijbel
drie stukken zeep
een ledikant met geruite behangsel
een kadel waarop
een bulzak en
drie kussens en
een chitze deeken
een kleine witte gordyn
een ledikant met geruite behangsel waarop
een bulzak
een peuluw
een kussen en
een chitze deeken
een kleine tafel
vier stoelen met losse kussings
een kleine spiegel
een tinne water pot
een schenkblad
een Keulse pot
een kleine kastje
een bureau waarop een glaze kastje met een stel porcelaine kleine potten en beekers, en waarin
vijf zilvere theelepeltjes
twee zilvere confyt vorkjes
twee kleine blikke trommeltjes
vier boeken en voorts
eenige kleinig heeden van geen belang
een klein kistje
een enkelde bulzak
een peuluw
drie kussings
twee soupterrines
neegen borden
een boterpotje
een zuikerpotje
vier kommen
twee schotels
drie trekpotten in zoort
dertien kopjes en pierings
een tinne kom
een tinne schotel defect
drie tinne borden defect
een tinne schenkbord
een blikke beeker
een blikke lantaarn
een roodkopere ketel en confoor
vier roodkopere kandelaars
een roodkopere vuurtestje
een blikke broodbakje
een koffy molen
een strykijzer
een rooster
een vuurschop
een braadpan
een ysere balans met twee houte schalen en een stuk gewigt
drie aarde potten
een meelzeeft
een el
zeeven ledige bottels
vier kleyne spiegeltjes
twee glaazen
een kelkje
neegen messen
tien vorken
zes tinne leepels
een spuw balie
twee kisten
drie ysere potten
een houte en een blikke emmer
een bakkist
een kleine vleeschbalie
twee stooven
agt tabbaarts
zeventien rokken
neegentien kabaatjes
dertien hembden
neegen p:r kousen
vyftien mutzen
zeeven tjalies
twintig doeken in zoort
drie spreyen
een chambreel
zes zakken
drie borstrokken
twee waayers
vier p:r handschoenen
twaalf beddelakens
zes en twintig sloopen
vier en dertig servietten
neegen handdoeken
een voerchits
een restant linnen
twee hoedjes
Lijfeigenen
een slavinne genaamd Cornelia van de Kaap
een slavinne genaamd Alida van de Kaap
een slavinne genaamd Martha van de Kaap met haare twee kinderen waarvan de namen onbekend zyn, pretendeerende egter de in den hoofde deezes gemelde Gideon Jacobus Joubert aan hem toetebehooren als door wylen zynen schoonvader aan hem getransporteerd zijnde bij Heeren Weesmeesteren resolutie de dato 15 April 1818 is de nevens gemelde slavinne genaamd Martha met haare twee kinderen genaamd Adolph en Dina, alle van de Kaap, verklaard te zijn het wettig eigendom der nagelatene kinderen van nu wijlen Gideon Jacobus Joubert
Contanten
neegen en twintig zilvere ducatons en drie gulden stukken
vyf zilvere Spaansche matten
aan papiere munt zes en dertig stuijvers
aan koper munt twee stuyvers
Inneschulden
    Rd:s
deese schuld door den debiteur bij generale rekening courant verantwoord Izaak Stephanus de Villiers volgens zyn eigen opgaaf aan capitaal 1500:--
met de renten zeedert p:mo July l:l:
  Jacobus Johannes Luttig insgelyks volgens eigen opgaaf aan capitaal per rest ƒ5000 ofte 1666:32
  met den intrest zeedert de maand May 1815
volgens Heeren Weesmeesteren resolutie, de dato 3:e September 1817 is de nevenstaande int: vernietigd David Jacobus de Villiers almeede volgens zyn eige opgaaf dog zonder intrest 1000:--

Wordende overigens door de presente erfgenamen opgegeeven dat zo wel zijlieden als eenige andere der niet tegens woordige erfgenamen uit andere hoofden aan de nalatenschap van de overleedene debiteuren zijn, waarvan de bewijzen zouden te vinden zyn onder de boedelpapieren, dewelke niet dadelyk hebbende kunnen g’examineerd worden by de ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren zyn in bewaring genomen ten einde na de examinatie derzelve met die credit posten deezen inventaris te amplieeren

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop aan de Paarl Diamant ten huise voormeld op den 5:e April 1816 ende zulks op het op en aangeeven van de presente meerderjarige erfgenamen David Jacobus, Johannes Luttig, mitsg:s Gideon Jacobus Joubert als vader en voogd over zyne drie onmondige kinderen, dewelke betuygden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zylieden dan ook verklaarden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede te bevestigen en verder belofte zo hier na nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deesen inventaris daarmeede te kunnen amplieeren.

In teeken der waarheid is deesen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eerste Commis der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig onderteekend.

Als gecommitt: Weesmeesteren: A: v: Breda, G:E: Overbeek

Voor den opgaaff: D:J: de Villiers, I:S: de Villiers, J:J: Luttig D:z:, G:J: Joubert

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

Ampliatie

Inneschulden
  Rd:s
Johannes Petrus de Villiers Davidsz:n op een onderhandsche obligatie de dato 2 September 1786 - aan capitaal 433:16
met alle de renten a 6 pc: p:r a:o
Johannes Petrus de Villiers Davidsz:n op een gelyke obligatie de dato 15 Maij 1788 aan capitaal 500:--
met alle de renten a 5 pc% per anno
Johannes Petrus de Villiers Davidszn op een gelijke obligatie de dato 11:e Maij 1793 aan capitaal 1000:--
met alle de renten a 5 pc% per anno
Johannes Petrus de Villiers Davidszn aan door den overledene in dato 15 Januarij 1796 - voor hem betaalde borgtogt 2198:20
met ale de renten van dien
David Jacobus de Villiers op een onderhandsche obligatie de dato 27:e October 1800 - aan capitaal 1366:32
met alle de renten a 6 pc% per anno
David Jacobus de Villiers op een gelijke obligatie de dato 4 Augustus 1801 aan capitaal 300:--
met alle de renten a 6 pc% per anno
David Jacobus de Villiers wegens door den overledene op den 15 Maij 1804 voor zijne rekening aan Andries Lategaan betaalde borgtogt 234:--
met alle de renten van dien
David Jacobus de Villiers wegens van de overledene geleende contanten 81:--
David Andries de Villiers op een onderhandsche obligatie de dato primo Julij 1813 aan capitaal 100:--
met de renten a 6 pc:o ’t zeedert primo Julij 1814
David Andries de Villiers wegens geleende contanten 26:12
Petrus Francois de Villiers op een onderhandsche obligatie de dato 5 December 1798 aan capitaal 2112:--
met alle de renten a 5 pc p:r a:o waarop nogtans in mindering betaald zijn rd:s182
Petrus Francois de Villiers over boekschuld 14:22
Isaak Stephanus de Villiers over het zaldo eener rekening courant, gesloten primo Maij 1807 rd:s882:10 ter Weeskamer geaugmenteerd op 2000:18
Petrus Stephanus Buissinne per rest eener onderhandsche obligatie aan capitaal ƒ2000 ofte 666:32
met de renten ’t zedert 9 September 1815 a 6 pc:o p:r a:o
Petrus Stephanus Buissinne voor slaven huur 60:--
Hendrik Coenraad Maurits Bartels en desselfs van hem gesepareerde huijsvrouw Susanna Eleonora de Villiers, over voor zijne rekening door den overleden betaalde borgtogt aan differente perzonen 16267:10
behalven de verlopene renten
evengemelde Susanna Eleonora de Villiers, op een onderhandsch briefje 266:--
Jacobus Johannes Luttig op een onderhandsche obligatie de dato 30:e December 1808 aan capitaal 600:--
met de intrest a 5 pc% per anno ’t zedul primo Januarij 1813
Jacobus Johannes Luttig wegens geleende contanten zonder boding van intrest 300:--
Jacobus Johannes Luttig nog volgens opgave aan capitaal 1500:--
met de renten ’t zedert de maand Maij 1815
Jacobus Johannes Luttig voor een kerkstoel 4:--

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 17 April 1818

G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/32.28

{18160914} 14 September 1816 Abr:m Car:l Bothma , Aletta Maria Engelbrecht

A:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Abr:m Car:l Bothma en deszelfs huisvrouw Aletta Maria Engelbrecht in gemeenschap bezeeten en door eerst gemeld ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

1 bulzak, 2 kussens en 1 combaars
1 stoel
1 emmer
1 tinne schotel
4 tinne borden
4 lepels
3 forken
1 oude onbruikbare wagen
1 wagen kist
Beestiaal
6 trek ossen
170 schapen en bokken
Baten des boedels
nihil
Schulden des boedels
aan Bar:d Christoffel du Plesie wegens contant geleende penningen een somma van vyftig ryksdaalders
aan zekere Enslin negotiant te Uitenhage wegens negotie goederen een somma van veertig ryksdaalders
aan Jurgen Lombard wegens negotie goederen eene somma van agt en zestig ryks daalders
Erfgenaamen
Eva Maria Catharina Bothma gebooren op den 9 November 1805
Geertruida Maria Bothma gebooren op den 30 Juny 1807
Cornelis Johannes Bothma gebooren op den 15 July 1809
Gerhardus Adriaan Stephanus Bothma gebooren op den 24 Mey 1811
Abraham Carel Bothma gebooren op den 13 Juny 1813
Jan Daniel Bothma gebooren op den 13 August 1815

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter drostdye Graaff Reinet op den 14:de September 1816 volgens op en aangeeven van de weduwe Abr:m Car:l Bothma, dewelke betuigde zig in het op en aan geeven des gem: boedels ter goeder trouw te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid deeze opgaave des gevorderd wordende met solemneele eede te zullen staaven, met al verdere beloften indien hy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deezen inventaris daarmede te zullen emplieeren, ende is zulks geschied door my ondergetekende Landdrost, ten overstaan van d: E: George Frederik Enslin en Jac:s Joh:s Meintjes als getuigen

Voor d’ opgaave: Dit merk + is eigenhandig door de wed:e Abr:m Car:l Bothma gesteld

A: Stockenstrom, Landd:

G:F: Enslin, J:J: Meintjes

MOOC8/32.29

{18161212} 12 December 1816 Lucas Johannes Meijer

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen, als er door wijlen Lucas Johannes Meijer in leeven zyn bezeeten en ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen zijn bevonden geworden, te weeten

een kopere ketel
een tinne koffij kan
een parthij oud gereedschap, etc:a
een klyne boter vaatje
seven velle zakken
een vat /karn:/
een geelkopere strijkijzer
twee defecte ijzere potjes
een koevoet
een tent zijl
een emmer
een parthij oud ijzer en een bijl
twee schoteltjes
vier borden
vijf leepels
vijf vorken
een emmer
een kan /defect/
een kist
een buldzak, drie kussens en een combaars
Beestiaal
ses trek ossen
vijf aanteel beesten
een hondert aanteel schaapen
sesthien bokken
Baten des boedels
den opgever onbekend
Schulden des boedels
meede onbekend
Erfgenamen
Elisabeth Agatha Meijer getrouwd met Petrus Strijdom Matth:s z:n
Johanna Helena Meijer get:d met Ferd:d Pietersen
Anna Magd:a Meijer geh:d met Dirk Arnold:s Coetzee Joh:s z:n
Lucas Johannes Meijer geb: den 12:de Octbr: 1797

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze genaamd d’ Onverwagt , gelegen in ’t veld cornetschap de Buffelshoek , den 12:de December 1816, volgens ’t op en aangeven van des overledenen schoon zoon Dirk Arnold:s Coetzee, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandelt en niets met weeten verswegen of agter gehouden; verklaarende zig dus bereid deeze opgaave ten allen tijde des begeerd wordende met solemneele eede te staaven, en onder al verdere belofte zo iets nader tot den boedel specteerende mogt komen te ontdekken deezen inventaris daar meede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in ’t bijweezen van d’ E: Joh:s H:k Grijling en den adj:t ger:s bode Jerem:s Auret als getuigen

Als getuigen: J:H: Grijling, J:s Auret

Dirk H: Coetsee

In kennisse van mij: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/32.30

{18160927} 27 September 1816 Alewijn François van Heerden

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behooren tot den boedel van wijlen Alewijn François van Heerden P:s zoon, op den 18:de August l:l: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten bestaande dezelve in de navolgende, te weeten

Losse goederen
een schietgeweer
Beestiaal
twee ryd paarden
vyf aanteel paarden
twintig trekossen
vyf en twintig aanteel beesten
twee hondert en veerthien aanteel schaapen
Slaaven
een slaaf gen:d Jas van de Kaap
Contanten
  Rd:s Rd:s
aan papiere munt   60
waarvan betaald is:
aan Piet:s Schalk van Heerden j:r voor ’t bijeenzamelen der vhee 20
aan den veldcornet Willem v: Heerden weg:s een rit om de boedel op te neemen 5 25
Resteerd   Rd:s35
Erfgenamen
heele broeders en zusters voor wijl: zyn vader P:r Sch:k van Heerden by zyn eige moeder Elisabeth Helena Vorster verwekt, in name: 1) Anna Cecilia geh:d met Pet:s Grobler
2) Dorothea Maria geh:d met Nicolaas Grobler
3) Sophia geh:d met Jac:s Marais
4) Piet:r Willemze geboren den 26 Sept:r 1782
5) Willem Hendrik geboren den 20 Maart 1787
6) Pieter Schalk geboren den 16 July 1788
7) Cecilia Gerbregt geh:d met H:k Pet:s v: Heerden
8) Hester Johanna geh:d met Pet:s Joh:s v: Heerden
9) Isaac Johan:s geb: den 16 December 1794
10) Carel Nicolaas geb: den 13 July 1797
11) Barend Johannes van Heerden geboren den 16 October 1799
12) Pet:s Johannes van Heerden geboren den 12 Juny 1801
halve broeders en zusters door gem: P:S: v: Heerden in zijn tweede huwelijk bij Anna Krugel verwekt, in name 13) Andries Hendrik geb: den 29 July 1802
14) Elisabeth Helena geb: den 26 Sept:r 1803
in de derde huwelijk door gemelde zijne vader P:S: van Heerden bij Anna Susanna Elsje Petronelle van der Merwe geprocrieerd, als 15) Jacob Jacobus geb: den 27 Novemb:r 1809
16) Anna Maria geb: den 27 January 1812
17) Elsje Susanna van Heerden geboren den 4:de Mey 1814

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter Adjunct Drostdye Cradock den 27 September 1816, en zulks volgens op en aangave van des overleedene stiefmoeder Anna Susanna Elsje Petronella van der Merwe weduwe G:S: van Heerden, dewelke verklaarde bij het doen inventariseeren dezes boedels niets met haar weeten versweegen of agtergehouden te hebben met offerte indien iets nader tot den boedel behorende mogte ontdekken dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren ende zulks des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en is zulks geschied ter praesentie van den clercq Carel Theodorus Muller en den gerechts bode Joh:n Jurgen Schindehutte als getuigen

Als getuigen: C:J: Muller, J:J: Schindehutte

A:S:E: Pietternella van de Merwe wedewe v: Heerde

In kennisse van my: J:F: van de Graaff, Adj:t Landd:

MOOC8/32.31

{18170110} 10 Jannuary 1817 Alewijn François van Heerden

A:V: Cloete

Nadere opgaaf door de weduwe wijlen Pieter Schalk van Heerden gedaan, dat aan den boedel van wijlen haaren stiefzoon Alewijn François van Heerden nog is competeerende, als

  Rd:s
van Heeren Weesmeesteren, als geadministreerd hebbende den boedel van wylen zijne moeder Elisabeth Helena Vorster voor moeders bewys een somma van 314
van voorm: Heeren Weesmeesteren, als geadministreerd hebbende den boedel van wylen zijn vader P:S: van Heerden voor vaders bewijs een som van 650
Dus te zame Rd:s964

Aldus gedaan en opgegeeven ter Adjunct Drostdije Cradock op den thienden dag der maand Jannuary 1817 en is zulks geschied ter prosentie van den clercq Carel Theodorus Muller en den gerechts bode Johan Jurgen Schindehutte als getuigen

Als getuigen: C:J: Muller, J:J: Schindehutte

A:S:P:E: van der Merwe wedewe P:S: van Heerden

In kennisse van my: J:F: van de Graaff, Adj:t Landd:

MOOC8/32.32

{18160705} 5 July 1816 Olof Abram Servaas de Meyer , Anna Christ:a Weydeman

A:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door Olof Abram Servaas de Meyer en wylen deszelfs huisvrouw Anna Christ:a Weydeman in gemeenschap bezeeten en door laatstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenoomen en bevonden te bestaan in

een bed, bestaande in een bulzak een peul, twee kussens en een combaars
een veld tafel
drie veld stoelen
zes tinne borden
vier tinne forken
twee tinne lepels
twee tinne schotels
een trek potje
een kom
een blikke emmer met eenige snuisteryen van geen waarde
twee houte emmers
een plat vaatje
twee ziften
een mand
twee bottels
een kan
twee sickels
twee bylen
een tobaks mes
een parthy timmermans gereedschap
een kist
een rolstok
twee schaaren
een ledere zak
twee potten
een schiet geweer
een wagen met deszelfs toebehooren
Beestiaal
vyf trek ossen
een honderd en tagtig aanteel schaapen
Baaten des boedels
nihil
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen
Jacobus Willem de Meyer geb: op den 2:e Nov:r 1791
Sophia Aletta Jacoba de Meyer gehuwd met Johannes Hend:k Vorster
Martha Jacoba Cath: de Meyer gehuwd met Charl Johannes Marais W:m stiefzoon
Aletta Conradia de Meyer geb: op den 18:e Mey 1802
Anna Christina de Meyer geb: op den 16:e December 1805
Zuzanna Jacoba de Meyer geb: op de 2:e January 1808

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter Drostdye Graaff Reinet op den 5:e July 1816 volgends op en aangeeven van Olof Abram Servaas de Meyer, dewelke betuigde zig in het op en aan geeven des gemelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agter gehoude te hebben, verklaarende zig dus bereid deeze opgaave des gevondend toond ende met solemneele eede te zullen staaven met al verdere belofte in dien hy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deezen inventaris daarmede het zullen amplieeren en dus zulks geschied door my onderget:e Landdrost, ten overstaan van d’ E: George Fredrik Enslin en Jacobus Joh:s Meintjes als getuigen

Voor d’ opgaave: Oloff A:m S:s de Meijer

A: Stockenstrom, Landd:

G:F: Enslin, J:J: Meintjes

MOOC8/32.33

{18160612} 12 Juny 1816 Abel Daniel Kotzee , Petronella Aletta Prinslo

A:V: Cloete

Specificatie van alle zodaanige goederen en effecten, als er door Abel Daniel Kotzee en wylen deszelfs huis vrouw Petronella Aletta Prinslo in gemeenschap bezeeten en door laatst gemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten zyn gevonden, mitsgaders heden opgenoomen en bevonden te bestaan in

een bulzak, twee kussens en een combaars
een katel
een bedde zak
een mudde zak
een thee tafel
twee oude stoelen
een trek potje
twee karns
drie tinne schotels
twee lepels
drie forken
een zeep pot
vier kookpotten in zoort
een blikke emmer
een byl
twee hamers
een yzere schroef
een party timmermansgereedschappen in onderscheidene zoorten
een party oud yzer
een ploeg
een geweer en bandlier
een geweer /:defect:/
een zadel
twee zadel /:oud:/
een toom
een hand molen
een blaas balg
een party hoepels
een anker vaatje
een onopgemaakte wagen
twee oude wagens
een tentzyl
vyfthien leer boomen
een trek touw en drie jukken
een plank
twee stukken oulienen hout
een hoop houtwerk
een kist
een zak met zout
twee sickels
een oliphant’s tand en twee hoorns
de helft van d’ opstal van de leenings plaats d’ Allemans Fontein
Beestiaal
agt trek ossen
negentien aanteel beesten
twee en vyftig bokken
twee honderd vier en vyftig aanteel schaapen
een zeer oud ryd paard
Schulden des boedels
aan de wed:e Louis Kotzee weg:s de koop van opgem: leenings opstal den Allemans Fontein p:r rest een honderd rd:s
aan Gerrit Meinhart volgens beste geheugen van de aangeever omtrent vyftig á zestig rd:s, doch waarvan de crediten een schriftelyk bewijs heeft te produceeren
Erfgenaamen
Louis Kotzee gebooren d 20:e Mey 1796
Anna Maria Kotzee geb: d: 26:e Aug:s 1797
Johanna Catharina Kotzee gebooren den 15:e Dec:r 1798
Petronella Aletta Kotzee gebooren den 16:e Nov:r 1800
Maria Helgonda Kotzee gebooren den 26:e Nov:r 1802
Elizabeth Maria Kotzee gebooren den 14:e Mey 1808
Janie Abigael Kotzee gebooren den 4:e Sept:r 1810
Klaas Kotzee gebooren op den 28:e December 1811

Aldus gedaan g’inventariseerd ter plaatze d’ Allemans Fontein op den 12:e dag der maand Juny 1816 volgens op en aangeven van Abel Daniel Kotzee hierboven gemeld, die betuigde zijn het op en aangeeven deezes boedels ten goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agter gehoude te hebben, met alverdere belofte indien hy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, verklaarende zig dus bereid ten allen tyde des gevorderd wordende deeze opgaave met solemneele eede te bekragtigen ende is zulks geschied door my onderget:e Landd: ter bywezen van d’ edele: J:A: Meintjes en J:J: Schindehutte als getuigen

Voor d’ opgaave: Abel Daeël Kotse

A: Stockenstrom, Landd:

J:A: Meijntjes, J:J: Schindehutte

MOOC8/32.34

{18161108} 8 November 1816 Gerrit Pieter Bezuidenhoud , Catharina Elisabeth Gheere

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, etc:a als behooren tot den boedel van den burger Gerrit Pieter Bezuidenhoud d’ jonge en overledene huisvrouw Catharina Elisabeth Gheere door laast gemelde op den 15:de September 1816 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, bestaande dezelve in de navolgende, te weeten

Losse goederen
een ossewagen met volle toebehooren
een yzere pot
drie tinne borden
drie tinne leepels
een stale vork
een emmer
een plat vaatje
een schietgeweer
een klijne balie
een oude zadel en toom
Beestiaal
een rijd paard
een aanteel paard
sesthien ossen
negenthien aanteel beesten
drie hondert aanteel schaapen
tagtig aanteel bokken
Baten des boedels
  Rd:s
van Heeren Weesmeesteren zo veel wijlen zijne vrouw voor moeders erffenis is beweezen 330
Schulden des boedels
  Rd:s
aan de ged:te bastaard Hottentottinne Mietje Ecard 100
rente van dien zedert p:mo Juny jl:
aan G:P: Bezuidenhoud s:r 30
Erfgenamen
Gerrit Pieter Bezuidenhout geboren den 11:de September 1816

Aldus gedaan en geinventariseerd ter Adjunct Drostdije Cradock op den 8:ste November 1816 en zulks volgens op en aangave van de in den hoofde deezes gem: G:P: Bezuidenhout J:r, dewelke verklaarde niets met zyn weeten versweegen of agter gehouden te hebben met offerte indien iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, ende zulks des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en is zulks geschied ten bijweezen van den clercq C:J: Muller en den ger: bode J:J: Schindehutte als getuigen

Als getuigen: C:J: Muller, J:J: Schindehutte

Gert Pieter Besuijdenhout

In kennisse van my: J:F: van de Graaff, Adj:t Landd:t

MOOC8/32.35

{YYYY} [ ..... ] Hendrik Jansse

Ik onder getekende veld cornet benevens den onder getekende getuigen, verklaar bij dese dat wij het eenege naa geblevende goederen van de wedewe Maria Jansen geboren Lier het bedragen de boedel

is het getal van schaapen 400 ---- 70
de ossen zeijn 3
2 tinne borde
4 lepels
2 vurkens
1 pot

versoeke aan mijn heer Jan Piter Vaure zekkertaares van de Weeskaamer om het wynige goederen onder mijn twee kinders te delen of het van de veld cornet te laaten verkoopen

Wij onder getekende eijgenhandig getekend:

L: Brijtenbag, veld cornet

J:H:C: Oosthuysen

MOOC8/32.36

{18120802} 2 Augustus 1812 Johannes Esajas Davel , Anna Geertruijda Meyer

Copia

Inventaris van alle zodanige opstallen van leenings plaatsen, beestiaal en losse goederen, als er door Johannes Esajas Davel en Anna Geertruijda Meyer in gemeenschap bezeeten en door den eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders op heeden opgenoomen en in waaren weezen bevonden geworden, te weeten

De opstal der leenings plaats gen:d de Vaalefontyn gel: tusschen de Hartebeestefontein en Zoutpansnek aan de Kleine Wintershoeksberg
de helft der opstal genaamd de Hartebeestefontein gel: aan de Kleine Winterhoeksberg
Beestiaal
twaalf ossen
twee beesten
vyf honddert drie en vyftig schaapen
vier en tachtig bokken
Losse goederen
een bootervat
twee karn vaaten
twee half ankers
drie vatjes
vyf yzer potten
twee keetels
een tinne trekpot
een koffij moolen
een tafel
vier stoelen
drie emmers
twee trommels
drie tinne schootels
agt tinne borden
ses tinne leepels
ses vurken
een vyzel
twee beekers
twee kandelaars
twee vlesschen
drie bottels
een aarde pot
een rooster
een koekepan
een kommetje
een glas
twee booren
een vyl
een snymes
een rasper
drie bylen
vier graaven
een pik
een ijzer combuijs
twee moolen steenen
een meelzift
zeeven zakken
een baalietjie
een strijkijzer
vyf pond gewigten
een wagen kist
een wagen met tent zeil en toebehoor
een bed mit zyn toebehoor
Uitstaande penningen
    Rd:s
den debiteur overleden zonder iets het minste natelaten zeeker pretentie op den boedel van Jonas Albertus van der Poel groot per rest ƒ778:11 volgens annexe copyen en extract van ’t comptoir van Justitie
  Josua Francois Jouburt debit voor negotie goederen
  Jacobus Swanepoel voor negotie goederen per rest 35
  Willem Davel /:woonachtig aan de Kaapstad :/ geleende penningen 109
  door de weduwe Davel in te brengen voor goederen uit den boedel door haar verkogt, te weeten:
  voor twee slagt ossen 40
  voor een half legger vat 20
  voor een booter vat 8
Schulden
  Rd:s
aan Isaac Lezar voor negotie goederen per rest 362
aan de veldcommandant Gabriel Stolz voor 6 jaaren en 2 maanden recognitie door den zelve voor de helft der bovengemelde plaats gen:d de Hartebeestefontein verschooten tot dato der verkooping 92
Erfgenaamen
kinderen uit het huwlijk van wijlen Johannes Esajas Davel met wylen Catharina Saaijman, als 1) Johanna Catharina Davel gehuwd met Joh:s Andreas Pretorius
2) Johannes Christian Davel mondig
3) Cornelis Hendrik Davel zeedert de aanvaarding der boedel mondig geworden
4) Anna Maria Sebastiaana Davel gehuwd met Gerrit Petrus Slabbert
5) Margaretha Maria Magdalena Davel gehuwd met Sijbrand van Dijk

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatse genaamd de Vaalenfontein op den 2 Augustus 1812, ende zulks volgens het op en aangeeven van Anna Geertuijda Meijer weduwe Joh:s Esajas Davel, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandeld en niets met haar weeten te hebben verzweegen of agterhouden, weshalven zig bereid verklaarde deeze haare voorenstaande opgaave des gerequireerd wordende met solemneele eede te zullen bevestigen, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel specteerend mogt koomen te ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren

Alles in ’t byweezen van den veldcommandant Gabriel Stolz en den veldcornet Gerret Petrus Slabbert als getuigen

/Onder stond/ /:In margine:/ Als getuigen: /:get:/ Gabriel Stolz, Gerret Petrus Slabbert Voor de opgave: kruis (+++) merk van de weduwe Joh:s Esaj:s Davel /:Lager stond:/ In kennisse van mij: /get:/ J: Knobel, Secretaris

Accordeert: J: Knobel, Sc:s

MOOC8/32.37

{18130309} 9 Maart 1813 Johannes Lodewijk Marais

Copia

Inventaris van alle zodaanige bestiaal en losse goederen, als ’er door wijlen Johannes Lodewijk Marais bezeeten en met ’er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders op heeden opgenoomen en in waaren weezen bevonden geworden zijn, te weeten:

Bestiaal
twee rijdpaarden
drie merrie paarden
agttien ossen
drie en dertig aanteel beesten
een en vijftig schaapen
Baaten des boedels
  Rd:s
vaderlijke erfportie uit den boedel van wijlen Johannes Lodewijk Marais en Anna Maria Zondag, nog in handen van de laatstgemelde, die thans hertrouwd is met Johannes Knoetze groot 143
aan contanten in den boedel 90
Soma Rd:s233
Erfgenaamen
1) moeder Anna Maria Zondag, gehuwd geweest met wijlen Johannes Lodewijk Marais
2) zusters en broeders a) Daniel Petrus Marais, mondig
b) Matthijs Hendrik Marais oud 22 jaaren
c) Dirkje Elisabeth Marais gehuwd met Martinus Oosthuijzen Janz:n
d) Margarietha Geertruijda Marais oud 16 jaaren
e) Barend Gabriel Marais oud 14 jaaren

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter Drostdije Uitenhage op den 9 Maart 1813, volgens het op en aangeeven van Johannes Knoetze, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandeld en niets met zijn weeten te hebben verzweegen of agter houden, met verdere belofte zo iets tot den boedel specteerend deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren. Alles in de presentie van den districts klerk Fredrik Auret en Johan Christiaan Vogel d’ oude als getuigen.

/:Onder stond:/ /:in margine:/ Als getuigen: F:k Auret, J:C: Vogel /:geteekend:/ Voor de opgaave: (geteekend:) J: Knoetze /:lager:/ Mij present: /:geteekend:/ J: Knobel, Secretaris

MOOC8/32.38

{18130531} 31 Mey 1813 Willem Cornelis van Loggerenberg

C: Bird

Lib:ra A Nr: 11 f 2

Staat en inventaris van alle zodanige goederen, effecten, baten en lasten, als tot den boedel van wylen Willem Cornelis van Loggerenberg behoren en door voorsch: Loggerenberg sub dato 8 Dec:r 1813 ab intestato met de dood ontruimd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en ingeschrifte door my ondergeteekende Secretaris van ’t district Uitenhage en aldaar als Notaris fungerende ter presentie der natenoemene getuigen, mitsg:s ter requisitie van Carolus Gustafus Trigardt gebragt, bestaande deselve in als volgt

een pyp met zilver gemonteerd
1 p:r kousen
1 p:r laarsen
1/2 ell: laken
1 bed laken
1 fluwele broek
2 ell: baaij
1 lakense broek
wat oude pluinjes
1 parthy oude kleederen
1 zak
1 hoed
1 schansloper
1 goude ring
1 goude borspeld
1 p:r goude handknopen
1 zak boekje
1 zadel en toom
1 hout byl
12 lb kruydt
48 kogels en 1 bandelier
1 osse wagen met zyn toebehoren
Beestiaal
1 merry paard
17 ossen
26 aanteel beesten
een hondert zes en twintig schapen
dertig bokken
Contante des boedels
twee en veertig ryxd:s
Baten des boedels
Gerrit Bezuidenhout een rijd paard
Cornelis Faber een geweer
Lasten des boedels
    Rd:s
  aan Coenr:d W:m Behrens 20
vold: aan L: Kotze 44
voldaan aan W: J:s Prinsloo 300
Erfgenamen
Nicolaas van Loggerenberg thans in Kafferland
Gerbregt Susanna getrouwd met Cornelis Klasen, en haar zuster gen:t [ ..... ] woonachtig op Zwellendam
Theunis en zyn broeder gen:t [ ..... ] woonachtig op Graaff Reinet , en
de twee overige erfgenamen onbekend

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatse van d’ manh: W:m Grobbler aan Riet Rivier op heden den 31 Mey 1813 ende zulx volgens het op en aangeven van voorm: Trijgardt in den hoofde deeses voorm:, dewelke betuigde hem in alles ter goeder trouwe gequeeten en met zyn weeten niets agter gehouden ofte versweegen te hebben tot dien boedel behorende, met offerte om indien naderhand nog iets tot dien nalatenschap specteerende mogte komen te ontdekken deese inventaris daarmede te zullen ampliëren, ende zulx ten allen tyde des vereischt met eede te zullen sterken, mitsg:s acte geformeerd ter presentie van de klerk ter Secretarye Adriaan de Waal en Hendrik Oostwald Lange als getuigen

Als getuigen: A: de Waal, H:O: Lange

Carolus G: Tregard

In kennisse van my: J:C: Bergh, f:N:

MOOC8/32.39

{18161011} 11 October 1816 Casper van der Houten

Inventaris der nagelaatene goederen van den op den 9:e September 1816 overleedene Casper van der Houten geboortig van Gend , ten woonhuijsen van de heer Esaias Engelbertus Meijer Nicolaaszoon, genaemd Hartenbosch , als

In een coffer waarin bevonden is
2 hoeden
1 blaauw lakens baaytje
1 gestreept baaytje
1 oude carsaeye baaytje
3 onderbaaytjes
2 blaauwe hembden
3 langebroeken
2 paar kousen
3 neusdoeken
1 silver horlogie en ketting
2 brillen
een cadel waar op
een klyne bulsak
vier kustens
1 wolle combaars
een oude schaafbank
thien leyschaven in soorten
neege slikschaaven in soorten
twee stryk schaven
vier bytels
vyf en twintig bytels in soorten
thien boor ysers in soorten
drie omslag booren in soorten
een passer
een knyptang
vier avegaar booren in soorten
een dissel
vier houte winkelhaaken
een kruyt houd
een duymstok
twee klyne hand hamers
een set yser
een deurslag
een klyne handbyl
een klyne handsaag
een handsaag
2 bank schroeven
een keetel /:defect:/
twee steek zaagen
drie raspen in soort
agtien vylen in soort
een koper keldertje met wat rommeling
een ledege ope kelder sonder deksel
een klyn kasje met wat oude spykers
een ruin ryd paard en
een merry met haar veulen
een zadel /:defect:/
een toom
in de coffer aan contanten bevonden, niets gevonden

Aldus geinventariseerd op den 11:e October 1816 ten woonplaatsen van Esaias Engelbert Meyer Nicolaaszoon in presentie van den veldcornet Johannes Lodewijk Botha, Esaias Engelbert Meyer Nicolaaszoon en Johannes Gerhardus Meysört

J:L: Botha, Veldcornet

Es:z E:t Meijer N:zoon

J:G: Meysort

MOOC8/32.40

{18170726} 26 July 1817 Hendrik Lodewijk Nicolaas Täntzer

Inventaris van effecten door den ondergeteekende by Hend:k Jonger aan de Jan Biesen Kraal gevonden op Zaturdag den 26 July 1817

1 zilveren horologie
1 p:r zilveren knie gespen
1 p:r zilveren schoe gespen
8 daalders in specie
1 stuk van 1/4 daalder
2 guldens
4 twee schelling stukken
1 rupy, 65 dubbelde stuivers stukken
5 1/4 guldens
14 1/8 guldens
30 een schell: stukken
Aan papieren gelde
12 twee schelling stukken
13 een schelling stukken
3 vier schelling stukken
2 twee rd:s stukken dito en 10 een rd:s stukken
1 vyftig en 1 twintig rd:s stuk
Kleder stukken, etc:a
7 hembden
12 vesten
3 baatjes
2 rokken
3 korte broeken
13 zakdoeken
8 p:r koussen
1 onparige kous
1 nieuw hoed
1 oude hoed
1 oude hoed
2 moorsche rokken mank
4 p:r schoenen
2 bedde laken
8 slopen
1 p:r handschoenen
5 nacht mutsen
1 mattras
1 kussen
2 zeildoekze lakens
1 bedstede
1 jagt geweer
1 kruidbus
2 hagel zakken
2 kisten
1 tafel
1 stoel
2 kleder borsels
4 scheer messen
1 scheer doosje
1 timmer trommel, inhoudende quitantien
2 spiegels, klein
3 p:r metalen en koperen schoe gespen
1 kandelaar
1 snuiter
1 mes en 1 vork
1 etens lepel, compositie
1 hamer
1 nacht spiegel
1 thee pot
1 kom
2 borden
1 schaar
1 keetel
2 matten, 1 mankeerd

geteekend: W:J: Fisord

geteekend: H:k Vogelgezang

geteekend: J: Jonhstone (agerende als voormeld voor Stadler, veldcornet van het district Diep Rivier

Accordeert met het origineel in myn bezit: /:geteek:d:/ J: Johnstone

MOOC8/32.41

{18081222} 22 December 1808 Barend Jacobus Pieterzen , Barbara Aletta Laurens

Inventaris van alle zodanige goederen als er door Barbara Aletta Laurens in gemeenschap bezeeten met Barend Jacobus Pieterzen en door d’ eerstgemelde ab intestato met er dood ontruijmd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waren weezen bevonden zijn geworden, te weeten

Een huijs en erf ten deezen dorpe geleegen
Losse goederen aldaar
een half aam
twee boter vatjes
twee emmers
twee half ankers
twee mandjes
twee stamp blokken
een goud horlogie
drie yzere potten
een rooster
een vleesch vork
twee kopere ketels
een kopere castrol
twee kommetjes
twee sous potjes
twee kopjes en pierings
twee aarde potten
zeven vlakken en drie diepe borden
een boter potje
een sout bakje
twee tinne schotels
een tinne boterpotje
drie tinne borden
zes tinne leepels en vorken
een tinne soup leepel
een tregter
een kandelaar
twee flessen
twee ledige kisten
een lampet
een wagenkist
drie stoelen
een lekvatje
een tavel
een kadel
een bed met zyn toebehoren
een bed met zyn toebehoren
Op de werf
een osse wagen en toebehooren
Slaven
een slaaf gen:d April van Mosambique
een slavine gen:d Delia van de Caap
Beestiaal
acht trek ossen
Baten des boedels
    Rd:s
  Lucas Marthinus Marais d’ oude over zo veel dezelve per rest op eene gekogte slavin debet is gebleven 58
voldaan den 17 Jan: 1810 Jacobus Albertus van Zijl over zo veel de zelve, mede per rest op eene gekogte slavin 28
  Barend Hermanus Pietersen volg:s onderhandsche obligatie de dato 1:e Maart 1807 750
  Hendrik Groenewald Coenr:dz: blykens onderhandsche obligatie de dato 1:e Maart 1807 750
Lasten des boedels
    Rd:s
vold: den 2 April 1813 aan desselfs dogter Elisabeth Susara Pietersen over zo veel haar aan moeders bewijs competeerd 160
  aan Petrus Joh:s Pietersen over zoo veel hem per rest van moeders bewijs competeerd 60
  aan de geweeze opzigter Marthinus Theunissen d’ oude, over zo veel bij afreekening te kwaad gebleeven 115
  aan de jonge dogter Maria Magdelena van Dijk op eene onderhandsche obligatie 200
  aan Lucas Johannes Groenewald voor reparatie aan een wagen 40
  aan Jacobus Hendrik Pietersen over koop van een paard 25
Erfgenaamen
1) de kinderen van wijl: Willem Laurens met naamen a) Johannes Marthinus Laurens mondig
b) Johannes Christoffel Laurens mondig
c) Johannes Willem Laurens mondig
d) Hendrik Laurens onmondig
e) Barbera Aletta Laurens gehuwd met Salomon Claassen
f) Elisabeth Laurens onmondig
2) Anna Maria Laurens gehuwd met Marthinus Theunissen d’ oude
3) Elisabeth Laurens gehuwd met Johannes Giebeler
4) Barbera Magdelena Laurens gehuwd met Christiaan Fredrik Koentz
5) Catarina Laurens wed:e Hendrik Heyns
6) Alida Laurens gehuwd met Johannes Hartog
7) Aletta Laurens gehuwd met Servaas de Kock

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten woonhuize op den 22 December 1808 ende zulx op ’t op en aangeeven van Barend Jacobus Pietersen, dewelke verklaarde zig hier inne ter goeder trouwe gedragen en zyns weeten niets versweegen of te rug gehouden te hebben, van al ’t geene tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen hij dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede nader te zullen bevestigen, en verdere belofte zo hier na nog iets tot gez:e boedel behoorende mogte ontdekken daar van nader en getrouwelijk opgave te zullen doen ter Weeskamer, ten eynde deezen inventaris daarmeede te amplieeren, ende zulx in ’t byweezen van den klerk Johannes Dorotheus Camijn en den eerst gerechts bode Hendrik van As junior, als getuigen

Als getuigen: J:D: Camijn, H: van As junior

Voor de opgave: B:J: Pieters

Te mijn overstaan: A:A: Faure

MOOC8/32.42

{18170313} 13 Maart 1817 Hendrik Johannes Nieuwenhuysen , Susanna Magdalena Swanepoel

C: Bird

Staat en inventaris van de goederen en effecten behoorende tot den boedel en nalatenschap van den ab intestato overledene Susanna Magdalena Swanepoel en nagelatene man Hendrik Johannes Nieuwenhuysen

Gedaan maken door den vooren gemelden Hendrik Johannes Nieuwenhuyzen en zulks ten verzoeke van Heeren Weesmeesteren deezer volksplanting als voogden over de nagelatene minderjarige kinderen van gem: Nieuwenhuysen en deszelfs voorsch: overleedene huisvrouw, in naame

1) Hendrik Johannes Nieuwenhuysen oud 24 jaaren
2) Pieter Jacobus Nieuwenhuyzen oud 23 jaaren
3) Jan Alewyn Nieuwenhuysen oud 22 jaaren
4) Martha Sophia Nieuwenhuysen oud 20 jaaren /:zinneloos/

Zo en in diervoegen als hierna is volgende

Een eigendoms plaats genaamt de Bruintjes Rivier gelegen in ’t district Zwellendam groot in zynen grond zestig morgen en drie honderd zeeven en twintig quadraat roeden
een stuk land door Nieuwenhuysen by ’t gouvernement in erfpacht verzocht om deszelfs eigendoms plaats geleegen en ten zynen behoeven op den 1 en 2 Augustus 1815 opgemeeten groot 2210 morgen en waarvoor door hem voor kosten van inspectie en meeting aan de districts cassa alhier is betaald vyf honderd twee en zeeventig ryksdaalders vier schell: en vier stuyvers

In het woonhuis en aldaar

In ’t voorhuis
13 stoelen in zoort
1 blad tafel
3 thee tafels met laaden
1 emmer
1 stoof met een yzere vuurtes
1 kinder stoel defect
2 stooven
In de voor kamer
twee ledikanten met behangzels
twee beddens compleet
een stinkhoute cabinet
een stinkhoute kleederkast
een lessenaar
een groote kist
een wangen kist
vyf rakjes in zoort
een silvere zakhorologe
een pype rak
een groote Bybel
een pype kop
In de agter kamer
een ledikant zonder behangzel
een veld kadel
een ledige kist
twee hoek rakjes
twee bottel rakjes
een mudde zak met gedroogde perciken
een schietgeweer
een blikke lanthaarn
een mand met boeken
een elle
een klyne kast
vier manden met rommeling
een schuyfdoos
In de dispens
een geelkopere koffy kan
twee thee potten in zoort
een kopere keetel
een blikke keetel
een leepel rakje
twee witte aarde schootels
een tinne soup terrine
twee groote tinne schootels
twee yzere kommen
een witte aarde kom defect
een en twintig borden in zoort
zes tinne borden
drie en twintig kommetjes in zoort
twee aarde potjes
zes kopjes en schoteltjes in zoort
twee aarde beekers
een aarde boterpot
twee water glasen
een wyn kelk
twee en twintig tinne eetleepels
twee tinne souplepels
een aarde salade bak
twintig bottels in zoort
twee blikke thee bussen
vier aarde potten in zoort
drie pistoolen met twee holsters
zes en twintig yzere vorkens
een groote water kan
twee koopere kandelaren
een koopere vyzel
twee snuyters
een tinne peeperbus
een yzere strykyzer
twee meel seeften
een kopere plaat
een kopere en 1 tinne beker
drie blikke trommels
een kastje met kaarsen
een koffy moolen
een groote mes
drie wyngaard messen
vier zikkels
een kopere castrol
agt messen
een klyne botervat
In de keuken
agt yzere potten
een koeke pan
een rooster
een bakkist
een rolstok
een combuijs tavel
een emmer bank
drie water emmers
twee kleine balies
twee yzere leepels
een yzere vleesch vork
een kook keetel
drie schoorsteen kettings
een vleesch balie
een vergiet test
een potte bank
drie bylen in zoort
Op de zolder
vyf en twintig mudde tarwe
In een buiten kamer
vier graven
vyf pikken
een houte balans met schalen
een azyn vat
een yzere bankschroef
een parthy oud yzer
drie vaaten in zoort
twee balies
twee klyne botervaaten
een parthy yzere hoepels
twee half anker vaatjes
twee anker vaaten
een kap stok
een bytel rak
twee half leggers
een zadel en toom
een trek zaag
een schaafbank
een yzere remketen
zes nieuwe jukken
een span zaag
vier bylen in zoort
vier groote booren
twee dissels
een koevoet
zeventien mudde zakken
een lap zyl
een kaf seeft
een scheepel
twee koornschoppen
een parthy schaaven en bytels
een party booren
een party klyn timmermans gereedschap
een snymes
Op de werf
twee slypsteenen
vier stukken planken
een osse wagen met deszelfs toebehooren
twee wagen bankjes
twee oude wagen leeren
een egge
een ploeg
In de kraalen
een honderd drie en negentig hamels
vyf en zeeventig aanteel schapen
veertig bokken
negentien koeyen en kalven
drie en dertig ossen
twee ryd paarden
agthien aanteel paarden
een rydpaard /:ter plaatze van Adolph Jonker:/
Lyfeigenen
een mans slaaf gen:t Goliat van Mosambique oud naar gissing 50 jaaren, werksjonge
een mans slaaf gen:t November van de Kaap oud 9 jaaren
een mans slaaf Goliat van de Kaap oud 5 jaaren
een slavin genaamd Philida van Mosambique oud naar gissing 40 jaren
Inne schulden
een reekening ten lasten Jacob van Reenen Dirksz:n voor twee vragten tarwe een honderd ryksd:s
een reekening ten lasten des boedels van wylen Matthys Basson wiens weduwe herhuwd is met Daniel du Toit aan de Paarde Berg woonagtig voor het wyden van ossen zeeven en dertig ryksdaalders
een reekening ten lasten Nicolaas Haman te Stellenbosch woonagtig meede voor het wijden van vhee elf ryksdaalders - vold: den 4 July 1818
een reekening ten lasten George Gabriel Vos voor 1400 bossen riet groot zes en twintig ryksd:s
een onderhandsche schuldbrief ten lasten Johannes Bronkhorst in het Nieuwe Veld woonagtig groot aan capitaal een honderd en vyftig ryksd:s
een reekening ten lasten Pieter de Villiers Janszoon te Stellenbosch woonagtig voor het wyden van vhee en voor spys en drank van deszelfs vheewachter de som van vyftien ryksd:s
Lasten
een notarieele obligatie ten behoeven Petrus François Rossouw groot aan capitaal vier duyzend guldens Kaapsch
een onderhandsche obligatie ten behoeven Pieter Gabriel Coenradie groot per rest aan capitaal twe honderd ryksdaalders Kaapsch
met de renten a 5 pc:t p:r a:o zedert den 15 Septb:r 1815
aan den vendumeester te Zwellendam volgens twee by Heeren Commissarissen van de Boedelkamer ter executie leggende vonnissen over vendu penningen buiten de renten en kosten twee honderd vyf en zeventig ryksd:s en twee schell:
een onderhandsche obligatie ten behoeven Fredrik Jacobus van Zyl groot aan capitaal een honderd ryksd:s
Jan Marais weegens overgenomene schuld van Jacob Diederiks voor het stuk lant welke Nieuwenhuyzen aan Diederiks had verkogt doch welk koop en verkoop door gem: Nieuwenhuysen Diederiks by overeenkomst is vernietigd en door de eerstgem: aangenomen om de door Diederiks by gem: Marais tot de voldoening van die kooppenn: genegotieerde som van vier duyzend guldens Kaapsch aan gem: Marais te zullen voldaan
Willem Koster volgens reekening de som van zestig ryksdaalders en zes schellingen
Johannes Mund de som van vyf duyzend guldens zynde in mindering van de som van zes duyzend guldens voor het aan hem Mund door Nieuwenhuyzen verkochte stuk land door de laatst gemelde in erfpacht verzocht en voor hem opgemeeten
Matthias Pieter Taute volgens reekening de som van neegen en zestig ryksd:s

Op heeden den 13 Maart des jaars een duyzend agt honderd en zeventien

Compareerde voor Jan Ferdinand Bam, Secretaris van het district Zwellendam , praesent de natenoemene getuigen.

Voorgemelde Hendrik Nieuwenhuyzen dewelke verklaarde in het op ’t aangeeven van alle deezen tot voormelde boedel gehoorende goederen en effecten ter goeder trouw en oprechtelyk zig te hebben gedragen in zynes weetens niets verzweegen of agtergehouden te hebben van het geen tot dezelve boedel zoude behooren, met belofte omme ingeval het een of ander tot den boedel behoorende mochte worden gevonden als aan deezen inventaris daar meede te zullen amplieeren en vergrooten, overigens bereid zijnde om zoo zulks zal worden gevordert als aan deeze zyne opgave met solemneele eede te zullen bevestigen.

Aldus geinventariseert ter plaatze de Bruintjes Rivier voorm: geleegen in het district Zwellendam op jaar maand en dag als voorm: in byzyn van Andreas Tobias Koton en Christiaan Johannes van der Lith als getuigen die al minute deezes benevens de Comp:s en my Secretaris op een zegul van agt en veertig stuyvers behoorlyk hebben onderteekend

Quod attestor: J:F: Bam, Sec:

MOOC8/32.43

{18161118} 18 November 1816 Jacobus Gideon Louw

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den eersten Augustus deeses jaars ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den oud veldcornet Jacobus Gideon Louw Jacobuszoon ten voordeele van deszelfs by zijne vooroverleedene huisvrouw Helena Anthonia van Aarden in echt geprocreëerde kinderen en een kinds kind, met namen

1) Jacobus Gideon Louw
2) Johannes Louw
3) Hester Maria Louw get:d met Daniel Jac:s Louw Danielsz:n
4) Susanna Hendrina Louisa Louw geh:d met Elias Albertus Nel Albertus z:n
5) het eenig nagelaten kind van wylen Helena Anthonia Louw in echt verwekt by Jacobus Hendrik Smit Jac:s z:n, meede genaamd Jacobus Hendrik Smit oud 7 jaren
6) Anna Jacoba Louw oud 14 jaren

Zodanig als deselve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Een plaats ofte hofsteede gen:d de Bottel Fontein geleegen over de Berg Rivier onder het Kaapsch district, zynde een gedeelte van het eigendoms land de S:t Helena Fontein blykens transport op den 6 October 1815 aan den overleedenen gedaan
wijders op de plaats de Klip Fontein gelegen agter de Picquetbergen
twee kadels
een bulzak, een peuluw en vier kussings
een kopere thee machine
een kleine kistje
een oude bed
twee ledige kisten
een tafelkastje
een botervat
een boter karn
een groote kan
een boterbak
een koffiemolen
een kleine distelleer ketel
een blikke trommel
zeeven zikkels
drie yzere potten
een vogelkooi
zeeventien ledige zakken
een ysere water ketel
een trekzaag
een ysere koevoet
een yzere balans met twee houte schalen en eenige stukken gewigt
twee kleine waterketels
een wateremmer
een kleine aarde kan
vier stooven
vyf schapenscharen
een verrekyker
een oude tentzyl
vyf schietgeweers
een oude ysere pot
twee oude zadels en een toom
twee oude karren
een vischzegen
een koornhark
een oude schuit, leggende aan strand
een paarden wagen
twee ossewagens zonder leeren
een speer haak
vyf oude pikken
vyf oude ploegscharen
vyftien enden cederhoute planken
drie oude kasten
een oude teervat
een koekepan
een drievoet
een platvaatje
een party ledige kannen vlessen en bottels
een party oud gereedschap en yzerwerk
een party houtwerk en rommeling
twaalf stoelen
een klaptafel
een vierkante tafel
een ledige legger
vyf kleine vaatjes in zoort
twee balies
een [balies]
twee kleine vogelkooien
Beestiaal
drie en veertig trekossen
een en tagtig aanteelbeesten
zeeven wagen paarden
zeeventien aanteel paarden
Lijfeijgenen
een mans slaaf gen:d Ezau van Mosambicque oud, afgeleefd en gebrekkig
een mans slaaf gen:d Coridon van Mosambicque
een mans slaaf gen:d Crediet van de Kaap
een mans slaaf gen:d David van de Kaap
een meid gen:d Juliana van Bengalen
een meid gen:d Stans van Madagascar met haare twee kinderen Oerson en Valentyn beide van de Kaap
By Elias Albertus Nel in de Hantam
een merrie met een veulen
een schiet geweer
een yzere pot en drievoet
By Jurrie Coetzee over de Berg Rivier
twintig mudden tarwe
By Jan Mosterd en Dirk Visser op de plaats de Zuure Fontein
tagtig mudden tarwe
By Jac:s Gideon Gouw op de plaats de Krane Valley in Zwartland
een wagenpaard /:kreupel:/
drie ossen
Voorts nog aan de Hantam onder het opzigt van twee Hottentotten genaamd Adam en Stoffel
elf aanteel beesten
By Johannes Louw in het onderste Bokkeveld
drie aanteel paarden
een schiet geweer
By Albert van Wijk
een twee jarige hengst veulen
Contanten
  Rd:s
zes ryksd:s en twaalf stuyvers 6:12
Dubieuse inneschuld
    Rd:s
op den 8 April 1817 is van de nevensstaande schuld een bewijs ter Weeskamer vertoond, dat deselve voldaan is, G:A: Watermeijer Hermanus Engelbrecht de jonge op een onderhandsche obligatie de dato 9:e Feb:y 1807, dog dewelke door de mondige erfgenamen word gesustineerd reeds aan den overleedenen voldaan te zyn aan capitaal 300
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de Weeskamer op een Weesmeesteren kennis de dato 6 Octb:r 1815 aan capitaal ƒ7000 ofte 2333:16
met de renten zeedert primo July j:l:
aan Jacobus Gideon Louw de jonge op een onderh: obligatie de dato 2 Maart 1816 1500:--
aan Jacobus Gideon Louw de jonge over contant geleende penningen zonder bewys 383:--
aan Jacobus Gideon Louw de jonge over gedane verschotten tot de begravenis 50:--
aan de weduwe Hermanus Engelbrecht op een obligatie 800:--

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter plaatse voormeld gen:d de Klip Fontein op den 18:e November 1816 ende zulks op het op en aangeeven van Jacobus Gideon Louw de jonge en Elias Albertus Nel Albertusz:n, dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zyl: dan ook betuigden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gesegde nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deesen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eerste Commis der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig onderteekend.

Als gecommitteerde Weesmeesteren: A: v: Breda, G:E: Overbeek

Voor den opgaaff: Jacobus G:n Louw Junior, Elias Albertus Nel

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/32.44a

{18170801} 1 Augustus 1817 Elzabe Anthoinetta Jacoba la Febre

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op Maandag den acht en twintigste dag der jongst gepasseerde maand Julij in den jaare onzes Heeren een duizend acht hondert en zeventien ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door juffrouw Elzabe Anthoinetta Jacoba la Febre wed:e wylen den heere Michiel Coenraad Gie, ten voordeele der kinderen by opgem: haare vooroverleedene man in echt verwekt, met namen

1) Johan Coenraad Gie mondig
2) Christina Jacoba Erathdena Gie gehuuwd met Daniel Johannes Kuijs
3) Engela Johanna Alexandrina Gie oud 19 jaren
4) Maria Johanna Gie oud 17 jaren
5) Anna Catharina Johanna Gie oud 15 jaren
6) Coenraad Johannes Carolus Gie oud 11 jaren

Zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Een huijs huurhuys, pakhuys en erf, gelegen in deese Tafelvalley in ’t Blok K:K: en aldaar een gedeelte van N:o 1 en 2 , mitsg:s een gedeelte van N:o 3

In het gemelde huys en aldaar

In het voorhuijs
een kloklantaarn
twee illusters
twee banken
een draagstoel met stokken en banden
een voet zyl
een voet mat
In de voorkamer ter regterhand
twee chitze schuyf gordynen
twee spiegels met vergulde lysten
twee schilderyen
vier armblakers
een rustebank met chitse overtrekzel
twaalf stoelen
een ronde mahony houte theetafel
een speeltafel
twee guerridons
een bufet
een koelbak met kopere banden
een forte piano met zyn bankje
een ommerdoos
een thee kistje
drie schenkbladen in zoort
vier stooven
een aarde gorgelet
In de voorkamer ter linkerhand
vier witte schuyf gordynen
twee spiegels met vergulde lysten
zes schilderyen met vergulde lysten
twaalf stoelen met vaste zittingen
twee leuningstoelen met vaste zittingen
een rustebank met paardenhaire sittingen
een ambons houte theetafel
een ambons houte theetafel
een tafel met een marmere blad
een tafel met een marmere blad
een kleine ronde tafeltje
een hoek kastje met een marmere blad, waarin
een porcelaine theeservies
een Chinasche waayer
negen verlakte bakje
een hoek kastje met eem marmere blad, waarin
een Chineesch verlakte theekistje
een kleine billiard tafeltje
een verlakte ommerdoos
twee kandelaars met glaase stulpen
twee porcelaine potten
vier porcelaine beelden
vier voetbankjes
een verlakte schenkblad
een groene tafelkleed
een vloertapyt
In de gaandery
een kloklantaarn
twee chitze schuyf gordynen
twee spiegels met vergulde lijsten
een klaptafel
drie aanzet tafels
een thee stoof met een confoor en tinne ketel
een vloer zijl
een hoekkast waarin
een verlakte brood bakje
neegen verlakte bottel bakjes
drie verlakte snuijterbakjes
drie verlakte schenkborden
drie staale snuyters
twee zuikerbussen van klappers gemaakt
twee aarde trekpotten
een stander met drie blaauwe vlessen
een restant kaneel
een restant foelie
twee trancheer messen met groene heften
twee douzein dissert messen met groene heften
twee douzein dissert vorken met groene heften
een en twintig messen met witte heften
drie en dertig vorken met witte heften
veertien messen in zoort
tien vorken in zoort
een patent kurkentrekker
vyf wetstalen
twee tinne merglepels
vier pakjes thee
vier lardeer naalden
vier witkopere kandelaars
achttien plettit kandelaars in zoort
acht plettit kandelaars met zilvere randen en twee armstukken
een plettit zuykerlepel
een plettit thee machine
een plettit koffiepot
zes en twintig paarl d’ amoure bottel hangertjes met zilvere kettingjes
twee plettit broodmandjes
vier plettit bottelbakjes
twaalf kurken met zilvere plaatjes
drie kurken met zilvere plaatjes
een plettit trekpot
een plettit koffiepot
een plettit olie en azyn standert met zes vlessen
een plettit melkkan
twee plettit bottelbakjes met zilvere randen
een plettit broodrooster
een plettit theebus
een plettit zuykerpot
een witkopere theebak
een aarde kom
een tinne melkketel
een blikke bak
drie verlakte schenkbladen
neegen kopjes en tien pierings
neegen glazen in zoort
tien kelkjes
twee karaffen
een plettit visschop
een plettit zuykertang
een plettit trekpot
een plettit inktkoker
vier blaauwe glaze zoutvaatjes
een tafelkastje met een steene blad waarin
een pendule
In de agterkamer ter linkerhand
een chitze schuif gordyn
een spiegel met vergulde lijst
zeeven schilderyen in zoort
een kleine klaptafel
een halfronde tafel met een steene blad
twaalf stoelen met paardenhaire zittingen
een rustebank met paardenhaire zittingen
In de agterkamer ter regterhand
een spiegel met vergulde lyst
vier schilderyen
een barrometer
een tafel
een bankje
een bureaux waarin
een kleine drukpers
een tafelschel
een p:r pistolen
een slangensteen
een p:r laarsentrekkers
een microscoop
een pakje met klaviersnaren
een blikke doos met klavier snaren
een optica met eenige platen
een stoof
een Bybelknaap
een rak waarop
een party boeken
In de dispens n:o 1
een rak waarop
acht wit kopere kandelaars
twee kopere blakers met snuijters
een geel kopere [blakers]
drie confooren in zoort
twee staale snuyters
drie snuyter bakjes
drie en veertig messen met witte heften
achttien vorken
een wit aarde soepterrine
vier aarde schotels met dekzels
veertien aarde schotels
zes en veertig borden
acht ryst pieringjes
drie sauspotjes
een lampet en kom
een lantaarn
twee blikke lampen
een verlakte schenkblad
een messenbak
een blikke kaarsenbak
een eetens kast
In de portaal
een klaptafel
een vierkante tafel
een huystrap
In de dispens n:o 2
een rak waarop
veertien trommels in zoort
twee Chinasche theekistjes
drie blikke ketels
een blikke koffie pot
een blikke chocolade kan
vier verlakte brood bakjes
zes verlakte couvertures
drie blikke bakken
vier blikke doosjes
een blikke melkkan
twee soepterrines waarvan een defect
een kleine [soepterrines]
drie en dertig wit aarde schotels in zoort
drie en twintig fruit mandjes met schotels
drie Japanse nestjes
dertien aarde potjes
vyf sauspotjes
zeeven aarde kommen
vier en veertig borden
een aarde trekpot
twee porcelaine boterpotjes
twee aarde schotels met dekzels
zes salade bakken
vier kas schoteltjes
zeeven eyerbakjes
twee bloempotten
een aarde bak
een porcelaine konfytpot
een verlakte trekpot
twee verlakte bottel bakjes
een koffie molen
een blikke tregter
een blikke beker
twee noten krakers
twee kurkentrekkers
een zuykertang
een schaar
een kopere kraan
een kleine zeeft
een kopere confoor
acht vaatjes en balies in zoort
een witkopere theemachine
achttien vlessen met een restant confituuren en atjar
een plettit oly en azyn stander met vier vlessen
een verlakte schenkblad
een verlakte broodbakje
een vliegenkast
een salm blikje
een blikke broodbak
tien schotelmatjes
In de dispens n:o 3
een rak waarop
drie Keulse potten
drie porcelaine potten
drie aarde potten
twee aarde bakken
een aarde ketel en confoor
een aarde zuykerpot
een blikke couverture
zeeven witte aarde potjes
een blikke trommel
een blikke kaarsenbak
een kopere nagtlamp
een yzere balans met kopere schalen en drie stukken gewigt
een kleine blaas balk
een rooster
een rasp
een blikke castrol
twee boterspanen
een hand gewigt
eem party blikke vormen
een kleine zeeft
een blikke ketel
drie lantaarns
drie ledige kastjes
drie mandjes
twee couvertures van rotting
een party bottels en kastjes met medicamenten en kruyden
een botervaatje
twee houte kistjes
vier halve bottels zoete olie
zes strykyzers
een strykyzer rooster
een strykyzer rooster
een kleine blikke couverture
een eijerrak
In een muur kastje
acht groote confyt glaazen met onderschotels en dekzels
zestien kleine confytpotjes
een glaaze compot
een glaaze koelbak
zeeven glaaze karaffen in zoort
een groote waterglas met zyn dekzel
een glaaze beker
twaalf bierglazen
zestien wynkelken
vier groene kelken
een glaaze kom met zyn schotel
vier glaaze schotels
negen glaaze vlesjes in zoort
een vlesje met een restant arroroot
een aarde beker defect
een aarde zuykerpotje
twee aarde pastyschotels
twee aarde trekpotten
twee aarde kommen
een gebruineerde theemachine
een gebruineerde koffiemachine
twee verlakte vaasen
twee verlakte trommels
een verlakte theebus
twee verlakte schenkblaadjes
een compositie melkkan
een porcelaine melkkan
een porcelaine theepot
een porcelaine zuykerpot
een porcelaine theebus
drie groote porcelaine kommen
drie kleinder porcelaine kommen met schotels
acht en vyftig porcelaine theekopjes en zeven en zeventig porcelaine schoteltjes
een porcelaine zuykerpotje
een party kindertheegoed
In de kombuijs
een tafel
vyf waterhalfaamen
vier emmers
twee balies
twee hakkeborden
een rystblik en stamper
een rolstok
een vleeschblok
een braadspit
vyftien yzere potten
drie roosters
een wafelyzer
drie oblie yzers
acht drievoeten
vier vuurtangen
een koekepan
een yzere braadpan
zeeven yzere lepels
vyf yzere vorken
twee kapmessen
een vuurschop
vier schoorsteen kettings
een yzere taatje
twee schrapers
een oude byl
vier kopere water ketels
een kopere hamketel
een kopere vischketel
een kopere confytketel
een kopere confytketel kleinder
acht kopere taartenpannen
zes kopere castrollen
twee kopere vergiettesten
drie kopere zuykerbroods vormen
een kopere vyzel en stamper
een kopere schuyms pan
een kopere worstspuit
twee blikke castrollen
twee blikke vergiettesten
twee blikke schuims pannen
twee tinne schotels
vier tinne borden
een tinne steekbekke
drie koekepannen
Op de boven voorzolder
twaalf schilderyen in zoort
zes leuningstoelen met roode trype kussens
zes leuningstoelen met roode trype kussens
een stinkhoute tafel
een medicyn kistje met eenige medicynen
een naai kistje
een liquer keldertje
een kistje met een restant speceryen
een gaarenkistje
een kabinet waarin
een toverlantaarn met toebehooren
een party groene franjes
acht stellen bedde gordynen
twee rustebank kleeden
een en twintig stoelkleedjes
een groene tafelkleed
een rode zyde sprey
drie katoene deekens
twaalf p:r witte kouzen
zes en vyftig tafel en beddelakens
vf en dertig kussenslopen
een hondert negen en negentig servietten
drie en dertig handdoeken
zeven p:r kabrette handschoenen
een restant naaizyde
zeven zyde doeken
negentien bonte doeken
drie potjes pomade
een party gordyn kwasten en lynen
een rol gebloemde zyde gaas
een restant diemet
drie restanten rolletjes linnen
een stuk wit linnen
twaalf lappen linnen en doereas
een chitze sprey
twee stukken chitz
twee chitze tjaal
een restant wit Chineesch linnen
vyf roode geruite doeken
twee stoel matjes
een tafelkleed
een verhemeltje voor een kinderbed
een restant behangzel papier
een hoek kast waarin
elf tafellakens
elf kleine tafellakens
achttien servietten
achttien handdoeken
acht bonte doeken
zes plank doeken
In de bovenkamer n:o 1
een spiegel met vergulde lyst
zes schilderyen in zoort
zes stoelen met groene trype zittingen
een hoekrakje
een toilet spiegel met laaden
een tafeltje
een nachtstelletje
een ledikant met wit behangzel waarop
een mattras
een bulzak
zes kussens
een wolle kombaars en
een chitze deeken
In de bovenkamer n:o 2
twee chitze schuif gordynen
een spiegel met vergulde lyst
tien schilderyen in zoort
een toilet tafel met een witte kleed
een rustebank met een roode trype kussen
een mahony houte stelletje
een bidet
een stinkhoute ledikant
twee ledige Chinasche kistjes
een kabinet met zilver beslag waarin
een rare kieskas
zeeven chitze spreyen
twee katoene deekens
vier en veertig lakens
een hondert vyf en dertig kussenslopen
twee tafelkleedjes met franjes
een kleine verrekyker behoord aan Coenraad Joh:s Carolus Gie
vier verlakte bakjes
drie gevlogte mandjes en voorts
de klederen van de overleedene
een klederen kast waarin
eenige klederen van de overleedene
een toilet met laaden waarin
zeeven borstspelden in zoort
een p:r oorkrabben met paarlen
een p:r oorkrabben met steenen
een goude ring met een diamante steen
een goude snuyfdoos behoord aan J:C: Gie
een p:r goude handknopen
een goude halsgesp
een goude kruijs
twee goude horologie kettings
een p:r goude oorkrabben
een goude oorbelletje met een agate steen
twaalf zilvere knopen met steentjes
twee p:r zilvere schoenslootjes
een zilvere fruit mesje
zes slootjes
een foudraal met een brandglas
een paarl d’ amoure doosje met zilver gemonteerd
een foudraal met een familie pourtrait
een halssnoer
een p:r brasseletten met paarlen
een kam met paarlen bezet
een hals snoer en vier hand brasseletten van koraalen
een staale slootje
een hals snoer van glaze koraalen
een spaane doos met eenige steentjes
een doosje met eenige kleinigheeden
een doosje met steentjes
een yvoire kokertje /:behoord aan Maria Johanna Gysberta Gie:/
een zakboekje
een vergulde kam met steenen omzet /:behoord aan Anna Catharina Gie:/
een carette kam
een hoofd verzierzel met paarlen
een ledere band met een staale slootje
een p:r vergulde slootjes
een vergulde plaat
een yzere geldkist
een sluitmand
In de kamer n:o 3
een chitze ophaal gordyn
tien schilderyen in zoort
een vierkante tafel
een ronde tafel
vyf stoelen met groene trype zittingen
een guerridon
een ledikant met wit behangzel waarop
een bulzak
een peuluw
vier kussens en
een wolle deken
een kadel waarop
een bulzak
een peuluw
vier kussens
een chitze deeken
een kadel waarop
een mattras
een peuluw
een kussen en
een wolle deken
twee voet tappytjes
In de kamer n:o 4
twee roode zyde gordynen
In de kamer n:o 5
vyf en twintig schilderyen in zoort
een kapstok
twee enkelde ledikanten
vier vloer tappytjes
een bulzak
drie peuluwen
elf kussens
zes mattrassen
zes chitze deekens
In de kamer n: 6
een vlaggenkaart
twee kadels
een kadel
twee stoelen
een beddescherm
een bidet
een klisteerspuit met zyn bankje
twee geelkopere quispedooren
een kistje met koper beslag
een vloertapyt
een foudraal met een klisteerspuit
vier voet matjes
In de provisie kamer
een ledige schuyfdoos
een vloer zyl
een kast met een restant thee
een trommel met een restant thee
een ronde tafeltje
een leuningstoel
een kleine doosje met een party slooten en belegstukken
twee doosjes met een party koper en yzerwerk
een reis kistje waarin
eenig porcelain glaswerk en plettitgoed
een klein ledig kistje
een liquer kistje met twaalf vlessen
een katoen haspel
een ledige foudraal
een houte hoedendoos
een ledige koffer
een ledige koffer
twee ledige koffers
een koffer met een restant zeep
drie stoelen
twee kinderstoelen
een zak met een restant zuyker
een kinder kadel
een verhemelte voor een paviljoentje
twee jalousie matten
zes chambreelen
twee geel kopere quispedooren
een blikke nachtlamp
een oude vallies
een vuurmand
een houte bankje
een stelletje defect
een bidet defect
twee pauken
een muziek lessenaar
twee kleine tafels
een beddetafeltje
een tafel met een steene blad
een klisteer spuit
twee kleine ledige koffers
een koffer waarin
een yzere bedstede
twee rol kadels
een koffer waarin
een restant zyldoek
een koffer waarin
zes witte hembden
zeeven lappen gestreept
zeeven lappen voerchitz
twee lappen blaauw linnen
twee lappen wit linnen
een stuk wit Chineesch linnen
een paarden net
een beddezak
een koffer met een party rommeling
een tinne trekpot
twee porcelaine trekpot
een tinne melkketel
een blikke couverture
drie blikke ketels
een kopere strykyzer
drie schenkblaaden
twee vogelkooijen
een koffiemolen
een defecte glaasen kroon
een zuykertang
zes wit aarde potjes
drie kleine blikke bussen
een vuurtest
twee ledige schuyfdoosjes
twee Keulse kannen
zeeven kopjes en dertien pierings
een porcelaine kom
een kom met een party theegoed
een aarde pasty schotel
zeeven Japanse schotels
een porcelaine [schotels]
veertien porcelaine borden
drie tinne borden
vier fruit mandje met schotels
zes soupterrines
zes atjar potjes
drie en dertig bobotie potjes
zestien eyer bakjes
vier hondert vyftien aarde borden in zoort
tien porcelaine waterborden
een hondert zestig aarde schotels in zoort
vyf aarde soepterrines
zes porcelaine gorgeletten
drie porcelaine beekers
vier porcelaine kommen
vier blaauwe aarde kommen
zeeven witte aarde kommen
een aarde bloempot
vyf aarde beekers
twee aarde boterpotjes
twee aarde sauspotjes
vier waschkaarsen
achttien nachtspiegels in zoort
drie porcelaine konvytpotten
vyf Japanse nestjes
een aarde bak
zes aarde potjes in zoort
vier aarde gorgeletten
twee stellen porcelaine kastpotten
twaalf porcelaine kopjes en veertien pierings
een porcelaine inktkoker
een porcelaine bloempot
twee aarde trekpotten
twee aarde melkpotten
twee aarde zuykerpotten
een kopere vyzel en stamper
acht kopere kandelaars
een kopere blaker
een kopere lamp
een kopere handquispedoortje
een olie en asynstander met twee vlessen
twee glaase olie en azynstanders
tien karaffen in zoort
een en twintig bierglazen in zoort
zes groote bierglazen
zeeven en twintig kelkjes
achttien jelly glaazen
een confituur glas
twee kleine [glas]
drie ledige vlessen
twee glaze lampen
twee houte koppen
een blikke ketel
twee blikke trommels
twee verlakte theekistjes
een kamer beuzem
een stoffer
drie tappytbeuzems
een glazen borzel
drie rakken

Op de pakhuijs zolder

In het vertrek n:o 1
een lantaarn
een kleine kadel
een kaars en krans, en toebehooren
twee oude zadels met twee toomen
een p:r oude tuygen
een party timmermansgereedschappen
twee catrollen
twee huysladders
een kist met een party ledige vlessen en kannen
twee kasten met een party ledige bottels
een kastje met een party ledige vlessen
een ledige kist
twee ledige kasten
zes aarde kannen
zes aarde potten
een rak
een katoenhaspel
drie muzieklessenaars
een bankschroef
twee trekzaagen
twee spanzaagen
vier eluminatie stellagies
een mand met twee ledige vlessen
een meelzeeft
In het vertrek n:o 2
een kast met een party ledige vlessen
twee ledige kasten
een groote mand
een koornschop
een graaf
zestien vaatjes en balies in zoort
In het vertrek n: 3
vyf vaten met dekzels
een vliegenkast
twee ledige kisten
vier kelders met ledige vlessen
een [kelders] met een restant pypen
drie banken met kaarsenvormen
twee keldertje met restanten verf
twee sluitmanden
een ballastmanden
een zak met een restant kurken
twee [zak] met een restant zout
zeeven ledige kafzakken
zes ledige mudden zakken
een blikke trommel
een blikke ketel
een rystwan
een sluitmand met een houte dekzel en voorts
een party rommeling
In het pakhuis
vyf halve leggers met wyn
een aam wyn, de aam toebehorende aan de heer Schrader
drie ledige half leggers
vyf emmers
een houte tregter
een blikke tregter
een blikke tregter
vier boter vaatjes
twee vleeschbalies
een kleine vaatje
een blikke pomp
een glasen pomp
een boterkarn
een boter bak
een boter stamper
een houte hamer
een kist met eenige bottels roode wyn
een kast met eenige bottels roode wyn
een kast met eenige bottels vreemde dranken
drie kasten met ledige bottels
een kastje met een restant kurken
een kopere glazen spuit
In een buitenvertrek
zes balies
drie kalk emmers
een troffel
drie witkwasten
een vogelkooy
een hoenderhok
een kinderwagen
twee azynvaten
een huistrap
een verfsteen met zyn loper
twee vaten met een restant kalk
een botervat
vier oude zakken
een houte bok
drie en twintig stukken gewigt
twee houtbylen
een wyn bok
een tafel
twee blokken
een party moppen en klinkers
twee hoender korven
twee oude schragen
twee deuren en voorts
een party hout werk en romm:
In de stal
een koei
een voederkist
een rak
Zilvergoed
vier schenkbladen
een trekpot met zijn schoteltje
twee melkkannetjes
twee koelbakjes
twee zuijkerpotjes
twee zuijkerbussen
twee sauspotjes met leepels
een vuurtest
drie broodroosters
een peperbus
een spoelkom
een visschop
twee botermesjes /:plettit:/
een lamp
drie soep lepels
vier ragou lepels
twee salade vorken
twintig eetlepels
twintig vorken
een zuikerlepel
drie theezeeftjes
acht confytvorkjes
een merglepel
achttien pennetjes
zes zoutvaatjes met glazen
een snuijterbak
een foudraal waarin
een ragou lepel
zes eetleepels
twaalf vorken
twaalf dissert vorken
twaalf messen met groene heften en zilver beslag
twaalf vorken met groene heften en zilver beslag
een foudraal waarin
een ragou lepel
zes eetlepels
twaalf vorken
twaalf dissert vorken
twaalf messen met groene heften en zilver beslag
twaalf vorken met groene heften en zilver beslag
een foudraal waarin
vier en twintig eetlepels
twaalf vorken
vier en twintig dissert lepels
Lyfeigenen
een mansslaaf gen:d Moebie van de Kaap oud 27 jaren, timmerman
een mansslaaf gen:d Caesar van Mosambicque oud 45 jaren, timmerman
een mansslaaf gen:d Adonis van de Kaap oud 30 jaren, kledermaker
een mansslaaf gen:d Lafleur van de Kaap oud 40 jaren, kledermaker
een mansslaaf gen:d Andries van Mallebaar oud 50 jaren werks jonge
een mansslaaf gen:d Carolus van de Kaap oud 27 jaren, kok
een mansslaaf gen:d Pierre van Madagascar oud 47 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Lendor van Mosambicque , 30 jaren, werksjonge
een meid gen:d Martha van Mosambicque oud 40 jaren, waschmeid
een meid gen:d Mina van de Kaap oud 25 jaren huismeid, met haare kinderen Marietje oud 6 jaren, Francina oud 2 jaren en Saartje oud 4 maanden
een meid gen:d Banisa van de Kaap oud 35 jaren, huismeid
een meid gen:d Annet van de Kaap oud 16 jaaren, huis meid
een meid gen:d Rozina van Mosambicque oud 45 jaren, waschmeid
een meid gen:d Marie van de Kaap oud 8 jaren, huis meid

Crediten des boedels

Contanten
vier goude Johannissen
vier halve goude ropyen
een halve twee quarten en twee achtste goude Sp: matten
een goude louis dor
een dubbelde goude ducaat
twaalf enkelde goude [ducaat]
acht goude pagoden
drie stukjes goud geld
drie hondert en vyftien zilvere ducatons
twee stukken vreemd zilver geld
twee hondert zeven en dertig ryksdaalders aan papiere munt
Inneschulden
    Rd:s
  een notarieele obligatie de dato 18 July 1808 ten lasten Joh:s Albertus van Breda groot ƒ15000 ofte 5000
renten tot den 18 July 1817 met de renten zeedert den 18 July 1816
  een notarieele obligatie de dato 20 July 1808 ten lasten Jacobus Joh:s Smuts groot aan capitaal 1800
  met de renten zeedert 20 July 1816
renten vold: tot den 17 dezer, den 30 Jan:y 1818, de schuldbrief op den 13 Februarij 1818 in eene Weesmeesteren kennis geconverteerd een notarieele obligatie ten lasten Willem Rynhard van As de dato 17:e January 1816 groot aan capitaal ƒ5000 ofte 1666:32
  met de renten zeedert den 17:e January deeses jaars
renten vold: den 31 Jan:y 1818 een onderhandsche obligatie ten lasten David George Anosi de dato 12 May 1815 groot aan capitaal ƒ15000 ofte 5000
  met de renten zeedert primo January l:l:
capitaal en renten voldaan den 8 April 1818 een onderhandsche obligatie ten lasten Izaak Lesar de dato primo July 1801 groot aan capitaal 800
  met de renten zedert primo July 1816
voldaan met de renten den 16 December 1817 een onderhandsche obligatie ten lasten Hermanus Barend Keytel de dato 11 September 1807 aan capitaal 1200
  met de renten zeedert 11 September 1815
  een onderhandsch briefje ten lasten C: Gie de dato 28 December 1808 groot 1300
  met de renten zeedert 28 Decb:r 1814
  van voorm: Gie blykens twee onderh: briefjes te zamen negentig Spaanse matten ä 2 1/2 rd:s ’t stuk 225
  van de Societeit the African Club voor een 20 gedeelte in het huis en meubelaire goederen 1600
  het provenu daarop betaald tot ult:o December 1816
  van de maatschappy tot nut van het Algemeen, deszelfs aandeel, groot vyf hondert guldens 166:32
  met de renten zeedert p:mo Jan:y 1815

Zullende de verdere inneschulden en lasten des boedels door de inventarienten nader ter Weeskamer worden opgegeven

Wordende alhier pro memorie genoteerd, dat de in den hoofde dezes gemelde Johan Coenraad Gie nog eene openstaande reekening met den boedel heeft, waarvan door hem nadere verantwoording zal worden gedaan

Dat in den boedel nog zyn gevonden de volgende spaarpotten gelden, etc:a aan de ondertemeldene minderjarige kinderen behoorende, als

Aan Engela Johanna Alexandrina Gie
een goude Johannis
vier goude guinees
twee halve goude guinees
zes goude pagoden
zeeven zilvere Fransche kroonen
drie zilvere ducatons
twee halve zilvere ducatons
drie en een halve zilvere Spaanse matten
vyf zilvere muntstukken
vier zilvere ropyen
zeeven en twintig zilvere guldens
zes zilvere schellingen
een goude naaldenkoker
een goude vingerhoed
Aan Maria Johanna Gie
een goude Johannis
twee goude guinees
drie halve guinees
vier goude pagoden
zeventien zilvere Spaanse matten
twee halve zilvere Spaanse matten
zes zilvere driegulden stukken
een halve zilvere Fransche kroon
agt zilvere ropyen
agthien zilvere guldens
negentien zilvere quartjes
zeeven zilvere schellingen
vier kleine zilvere muntstukjes
een goude naaldenkoker
Aan Anna Catharina Johanna Gie
een goude guinee
twee halve [guinee]
vyf goude ducaaten
zeeven goude pagoden
twee zilvere driegulden stukken
vier zilvere Fransche kroonen
een zilvere ropy
zeeven en dertig halve zilvere Spaanse matten
een quartje
een goude naaldenkoker
Aan Coenraad Johannes Carolus Gie
twee halve goude guinees
twee goude ducaten
zes goude pagoden
een goude Deensche schelling
twee zilvere ducatons
zestien zilvere Spaansche matten
een zilvere Fransche kroon
een zilvere crusade

als mede de volgende schuldbrieven, te weeten

een notarieele obligatie ten lasten Johanna Catharina Drago de dato 27 Maart 1805 groot een duyzend een honderd guldens beide ten behoeve van den heer Johannes Henricus Fischer gepasseerd en aan denzelven toebehoorende
een onderhandsche obligatie ten lasten nu wylen Francis Drago de dato primo July 1805 groot een honderd ryksdaalder

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 1:e 2 en 4:e Augustus 1817 ende zulks op het op en aangeven van de in den hoofde dezes gemelde Johan Coenraad Gie en Daniel Johannes Kuijs, dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuygden de deugdelykheid hunner opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende mogt worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesters ende my adjunct commis der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, A: v: Breda

Voor den opgaaff: J:C: Gie Mz:, D: Kuys

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

Ampliatie

Inneschulden
  Rd:s
van mons:r Voilette le Madras per saldo van reekening blijkens boek 38:21
van mons:r Quantin te Mauritius over saldo van reekening blijkens boek 6:6
van de kledermakers jongen Adonis voor werksloon 28:--
van de kledermakers jongen Moulie voor werksloon 97:24
Lasten
  Rd:s
aan mons:r Frederik Pitot te Mauritius per saldo van reekening, blijkens boek 577:33
aan de minderjarige dochter Maria Johanna Gijsberta Gie, zo veel door wijlen haare oom Gijsbert la Febre aan haar bij testamentaire dispositie is geprelegateerd eene somma van rd:s500 D:C: welk bedragen vergregotieerd zijnde na aftrek van de daar op gevallene ongelden met primo Januarij 1804 bij het boek van de overleedene gecrediteerd en dus ten haaren voordeele is g’administreerd geworden met een bedragen van 510:--
met de renten a 6 pc: p:r a:o zedert gem: datum
aan den minderjarige zoon Coenraad Johannes Carolus Gie voor een wissel door zijne tante Susanna Smuts wed: Joh:s Carolus la Febre hertrouwd met Abraham Faure aan hem geschonken groot ƒ300 welke wissel bereekend teegens 33 1/3 pc: in papiere munt gerealiseerd op den 12 Sept:r 1812 bij het boek van de overleedene gecrediteerd en ten zijnen behoeve is g’culmeneerteceerd gevonden met eene somma van 166:32
neevens de renten a 6 pc: per a:o zedert gem: datum
aan Johan Coenraad Gie Michielzn: als gemagtigde van zijnen zwager Daniel Johannes Kuijs, mitsdien ten behoeven van dem D:J: Kuijs over het saldo eener reekening courant gesloten den 30 Sept:r deezes jaars 3612:6
aan voorm: Johan Coenraad Gie Michielz als voorgenomen hebbende de zaken voor wijlen zijne moeder welken voor overleedene echtgenoot met en benevens den heere Johannes Zorn zijn geweest gemachtigdens van den schout bij nagt S: Dekker, over het saldo eener reekening courant gesloten den 17 Aug:s deeses jaars 268:38

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den [ ..... ]

J:C: Gie Mz:

MOOC8/32.44b

{18170811} 11 Augustus 1817 Elsabe Anthoinetta Jacoba la Febre

Lyst der klederen van wylen juff:w Elsabe Anthoinetta Jacoba la Febre, welke ingevolge heeren Weesmeesteren resolutie van den 6 deeser onder de gesamentlyke nagelatene dochters van de overleedene zo veel mogelyk in eguale portien by lotinge zyn verdeeld, hebbende deselve by die verdeelinge ieder voor haar aandeel genoten, als

Christina Jacoba Erathdina Gie get:d met Daniel Johannes Kuys
neegen hembden
zes rokken in zoort
twaalf tabbaarts in zoort
drie borstrokken
zes jakkies
vyf zakken
twee spencers
een en twintig doeken
drie mantels
acht mutzen
negen halve hembjes
drie kraagjes
zeeven p:r kouzen
vier waaijers
zes hoedjes
Engela Johanna Alexandrina Gie
neegen hembden
zes rokken
twaalf tabbaarts
vyf jakkies
twee spencers
drie borstrokken
vier zakken
drie manteltjes
tien mutzen
drie en twintig doeken
tien halve hembjes
twee kraagjes
zeeven p:r kousen
drie waayers
zeeven hoedjes
Maria Johanna Gie
neegen hembden
zes rokken
dertien tabbaarts
vier zakken
drie borstrokken
acht mutzen
twee spencers
vyf jakkies
tien halve hembjes
drie manteltjes
drie en twintig doeken
twee kraagjes
vier waayers
zeeven p:r kouzen
zes hoedjes
Anna Catharina Johanna Gie
neegen hembden
zes rokken
twaalf tabbaarts
vier zakken
vyf jakkies
twee spencers
drie borstrokken
tien halve hembjes
acht mutzen
drie en twintig doeken
twee manteltjes
drie kraagjes
zeeven p:r kouzen
vier waaijers
zeeven hoedjes

Aldus verdeeld aan de Kaap de Goede Hoop op den 11:e Augustus 1817

Als gecomm: Weesmeesters: A:V: Bergh, A: v: Breda

Voor den ontvangst: Christina Jacoba Erathdina Kuys geb: Gie, Engela Johanna Alexandrina Gie, Maria Johanna Gysberta Gie, Anna Catharina Johanna Gie

My present: J:P: Faure, Secret:s

MOOC8/32.44c

{18170826} 26 Augustus 1817 Elzabe Anthoinetta Jacoba la Febre

Catalogue van zodanige boeken als op den 26 dezer lopende maand Augustus ten huize van de overleedene weduwe M:C: Gie op de Groente Markt N:o 22 in het openbaar zullen worden verkogt

n:o 1 Van der Honert over de waaragtigd wegen Gods, 2 deelen
n:o 2 C: Rhigkist Gods beloften ja en amen
n:o 3 De Christen wysgeer
n:o 4 De godsdienstige Christen in zyne eenzaamheid
n:o 5 Verschil van de Oostersche en Westersche kerken
n:o 6 Het heilig bruid cieraad der bruilofts gasten des lams
n:o 7 Middel der vergelyking tusschen de Gereformeerden en Lutherschen
n:o 8 Verhandeling over Paulus brieven aan de Galathen door M: Luther
n:o 9 Een Luthersche Bybel
n:o 10 Bybelsche wierook
n:o 11 Hollandsh rechtsgeleerd woordenboek, 4 deelen
n:o 12 Lybrechts koopmans handboek
n:o 13 Volmaakte secretaris Hollandsch en Fransch
n:o 14 Hogendorps lyfstraffelyke misdaden, 2 deelen
n:o 15 Wetboek van Amsterdam
n:o 16 D:r Hume Staatkundige verhandeling
n:o 17 Rosebooms Manier van procedeeren
n:o 18 Hupner’s Geographie
n:o 19 Werken over de Nederlandsche letterkunde
n:o 20 Willem van Alphen Papegaay ofte formulier boek
n:o 21 Tractaat de competenti door M:P: Vroomans
n:o 22 Historie der onlusten in de Nederlanden
n:o 23 Gevallen van Thelemachus
n:o 24 Vaderlandsche gezangen van Zeland
n:o 25 De vryheid
n:o 26 Vaderlandsche historie verkort
n:o 27 Reizen door de Oostenryksche Nederlanden
n:o 28 Verhandeling over de zedelyke opvoeding door Formey 2 deelen
n:o 29 Over de gelykheid der menschen
n:o 30 Gellerts brieven
n:o 31 Reize door Duitschland en Zwitzerland 4 deelen
n:o 32 Reize naar Siberien
n:o 33 Denina Leeven van Frederik den 2:den
n:o 34 Vaderlandsche historie of de geschiedenis der Nederlanden door Wagener 21 deelen
n:o 35 Martinets Historie der waereld compleet 9 deelen
n:o 36 Martinets Katechimus der natuur 4 deelen
n:o 37 Martinets zyne aanmerkingen op de Katechimus der natuur 4 deelen in 2 banden
n:o 38 Martinets Katechimus der natuur verkort 1 deel
n:o 39 Martinets Vereenigde Nederlanden
n:o 40 Martinets Kunsboek
n:o 41 De ontmaskerde waereld
n:o 42 Dictionaire universel d’histoire naturel par Bomare in 9 tombes
n:o 43 Histoire philosophique en politique par Raynal 7 tombes
n:o 44 L’odysse d’ Homere par Madame Dacier 4 tombes
n:o 45 Voyage de la Grece par M: Guys 2 tombes
n:o 46 L’inquisitive Française ou l’histoire de la Bastille p: Remville 5 tombes
n:o 47 Spectacle de la nature 8 tombes
n:o 48 Le philosophe anglais ou l’histoire de m:r Cleveland 4 tombes
n:o 49 L’esprit de loix par m:r De Montesquieu 3 tombes
n:o 50 Rollin maniere d’etudier 4 tombes
n:o 51 Aventurs d’une dame de qualité 2 tombes
n:o 52 Le bachelier de Salamanque
n:o 53 Oeuvres de Greblin 2 tombes
n:o 54 Les confessions de J:J: Rousseau 3 tombes
n:o 55 Oeuvres de M: Gesner 3 tombes
n:o 56 Oeuvres de Chacelier 2 tombes
n:o 57 Coutes morauxs par Marmontet 3 tombes
n:o 58 Don Quichotte de la Manche 6 tombes
n:o 59 Dictionaire geographique
n:o 60 Traité de l’ortographe en forme de dictionaire
n:o 61 Coup d’oeil des dictionaires Français
n:o 62 Fraité du vrai mérite
n:o 63 Grammaire Française
n:o 64 Histoire du commerce
n:o 65 Dictionaire des arts
n:o 66 Joseph en 9 chants p:r Betaube
n:o 67 Les sens poemes
n:o 68 La merope Francaise
n:o 69 Bibliotheque des jeunes Negocians 2 tomes
n:o 70 Aux manes de Louis 16
n:o 71 Methode abregé pour apprende la geographie
n:o 72 Histoire de la derniere guerre
n:o 73 Histoire de la Bible
n:o 74 Magazin des enfans
n:o 75 Abregé de l’histoire ancienne
n:o 76 Fables pour les Dames
n:o 77 Nouveaux ormmens de la memoire
n:o 78 The marchioness of Pompadour
  voorts nog een party incompleete werken

MOOC8/32.44d

{18170811} 14 Augustus 1817 Elzabe Anthoinetta Jacoba la Febre

Lyst van muziek die ten huize van wylen mejufvrouw de weduwe M:C: Gie op den 26 dezer loopende maand Augustus zullen worden verkogt

n: 1 42 Quartetten door J: Pleyel en 4 boeken gebonden
n: 2 72 Quartetten door Gyrowelz
n: 3 3 Quartetten door S: Aldaij
n: 4 Grande quintetto de J: Hayden
n: 5 1 Quintet door W: Mozart
n: 6 3 Quartetten door Angel Benenerrie
n: 7 Ouverture de l’opera die Zauberflote per W:A: Mozart
n: 8 Simphonia concertante par Viotti
n: 9 Ouverture en grand orcheste Mozart
n: 10 Ouverture du barbier de Seville p:r M:r Paisiello
n: 11 Ouverture du Lodoiska p:r Kreutzer
n: 12 Ouverture la Camilla p:r Raer
n: 13 Simphonia par Wranizky
n: 14 Ouverture de l’opera de Don Juan p:r Mozart
n: 15 Ouverture de le noze di Figaro p:r Mozart
n: 16 Concerto de J: Pleyel
n: 17 3 Quartetten de Viotti
n: 18 3 Quartetten de Gyrowetz
n: 19 6 Quartetten de J: Hayden
n: 20 6 Quartetten de J: Hayden
n: 21 Grande simphonia J: Hayden
n: 22 3 Quartetten J: Hayden
n: 23 7 Quartetten J: Hayden
n: 24 3 Quartetten J: Pleyel
n: 25 3 Quartetten J: Mozart
n: 26 Simphonien J: Pleyel
n: 27 2 Simphonien J: Pleyel
n: 28 Serenate a plusieurs instrument p:r Gyrowetz
n: 29 4 Duos par Schmet
n: 30 1 [Duos par] Gretzy
n: 31 6 Simphonien door J: Abell
n: 32 Grande simphonien door J: Hayden
n: 33 6 Quartetten door J: Fodor
n: 34 6 Quartetten door G: Cambeni
n: 35 6 Quartetten door J: Fodor
n: 36 3 Duos door J: Fodor
n: 37 Ouverture par Mozart
n: 38 Ouverture par Anton André
n: 39 Ouverture par Mozart
n: 40 Grande simphonie J: Hayden
n: 41 3 [simphonie] J: Hayden
n: 42 6 Trios W: Shield
n: 43 Grande simphonie m:r Piohl
n: 44 Six duos par L: Borghi
n: 45 3 Duos par J: Plyel
n: 46 Six trios par Cambeni
n: 47 3 Simphonie J: Hayden
n: 48 Simphonia par J:C: Bohner
n: 49 3 Quatuors par J: Hayden
n: 50 3 Simphonien par W: Piohl
n: 51 1 [Simphonien] par J: Pleyel
n: 52 6 Quartetten par L: Birchowie
n: 53 Ouverture d’ Adolphe [et] Clare par Dalayra
n: 54 L chase par G: Cramer
n: 55 Pot pourri par J: Schmitt
  voorts eener party incomplete tot andere stukken behoorende
  en nog onderscheidene sonates concertos van de voornaamste meesters voor de forte piano

Ter Weeskamer aan Kaap de Goede Hoop den 14 Aug: 1817

MOOC8/32.45

{18160609} 9 Juny 1816 Lodewyk Gunther

Insolvent

A:V: Cloete

L:a B: n: 35

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als tot den boedel van wylen Lodewyk Gunther behoren en door denselven sub dato 7:de deeser lopende maand met de dood ab intestato ontruymd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en in geschrifte gebragt door my Charles Allen, Secretaris van het district Uitenhage en als notaris fung:e, in presentie van de natenoemene getuigen ende zulx op versoek van den burger H:k Onslen, bestaande de goederen en effecten in als volgt

een kist /:waar in:/
twaalf boeken in zoort
een kisje met brieven, etc:
een parthy klederen
1 zilvere horologie
een ketel
een komfoor
drie borden
twee rottings
een bed en toebehoren
een kist met een parthy bottels
een kist met gereedschap

Aldus gedaan en geinventariseerd te Cradock stad op heden den 9 Juny 1816 ende zulx op het op en aangeven van de requirante in den hoofde deeses gem:, welke betuigde de tot den boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe zig gedragen en met zyn weeten niets versweegen te hebben, met belofte wanneer in het vervolg iets mogte komen te ontdekken wat daar toe is behorende deese inventaris daar meede te zullen amplieren, mitsg:s denselven des vereischt met solemneele eede te zullen staven ende zulx ter presentie van de klerk Adriaan de Waal en den heer John Damant als getuigen

Als getuigen: John Damant, A: de Waal

H:k Onzen

In kennisse van my: C: Allen, Not:s

Ampliatie

Op heden den 7 October 1816 word door R: Metelerkamp ter Weeskamer opgegeven tot de voorm: nalatenschap mogte behoren een defecte goud of vergulde zak horologie door de overl: Gunther hem bij zin vertrek van Uittenhagen na de Kaapstad meede gegeven om te doen repareeren

Ter Weeskamer op dato voormeld

J:P: Faure, Secret:s

MOOC8/32.46

{18170408} 8 April 1817 Pieter Gabriel Conradie , Hendrina Cecilia Victor

Staat en inventaris van de goederen en effecten behoorende tot den boedel en nalatenschap van wylen den ab intestato overleedene Pieter Gabriel Conradie en nagelatene huysvrouw Hendrina Cecilia Victor

Gedaan maken door voornoemde Hendrina Cecilia Victor en zulks ten verzoeke van Heeren Weesmeester deezen volksplanting als voogden over de nagelatene minderjarige kinderen van gem: Conradie en deszelfs voorm: nagelatene huisvrouw, in name

1) Jacobus Francois Conradie oud 21 jaaren
2) Sara Susanna Conradie oud 17 jaaren
3) Fredrik Hendrik Conradie oud 14 jaren
4) Pieter Gabriel Conradie oud 13 jaaren
5) Gideon Jacobus Conradie oud 11 jaaren
6) Johannes Stephanus Conradie oud 9 jaare
7) Christina Johanna Conradie oud 7 jaaren
8) Gerrit Diederik Conradie oud 6 jaaren en
9) Anna Maria Conradie oud 1 jaar
Een leenings plaats genaamd Riet Rivier gelegen agter de Kogmans Kloof in het district Zwellendam

In het woonhuis en aldaar

In ’t voorhuis
een tafel kast
een blad tafel
een thee tafel
tien stoelen
In de kamer ter regterhand
een kast waarin
twee soup terrines
een lampet en kom
zes aarde kommen in zoort
een tinne [kommen]
drie soup kommen
dertien schotels in zoort
agt en dertig borden
twee aarde boter potjes
twee salade bakken
twee kommetjes
een doz:n kopjes en schoteltjes
zes porcelaine beekertjes
twee porcelaine potjes
een oly en azyn stander
elf glaazen in zoort
een spiegel
twee schilderyen
neegen en veertig forken
vier en twintig tinne leepels
twee zout vaatjes
een tinne boterpot
een aarde boterpot
twee kopere keetels in zoort
twee tinne trekpotten
twee tregters
twee ledikanten met behangzels
twee beddens
agt kussens
twee peulen
twee laakens
een kadel
een thee machine
een schiet geweer
een koffertje
een schuyf doos
In de kamer ter linkerhand
vier kadels
een bed
vier kussings
een peul
een kelder met twaalf flessen
een ledige kist
In het dispens
een boter vat
een yzere pot
een beeker
een tinne soup leepel
twaalf messen
een koffy moolen
twee booren
twee omslagen
twee kandelaars
een strykyzer
een cinfoir
een tinne keetel
een tinne beeker
een water emmer
Op de zolder
een honderd en tien mudden koorn
vyftig mudden garst
In de keuken
een bakkist
twee bootervaaten
een emmer
tien potten
twee keetels
vier schoorsteen kettings
een rooster
een yzere fork
een yzere leepel
een stoel
een wagen kist
drie zeep formen
In de kelder
drie leggers met wyn
een half legger waarin twee half aamen brandewyn
een half legger met brandewyn
zes ledige half leggers
een half legger met azyn
vier koeken vet
negentien mudden zakken
een kuyp balie
zes velle kuypen
een half aam
een platvaatje
een tregter
vier kannen
een aarde pot
een schaal en balans
vier pond gewigt
een tinne beeker
drie rakken
een kap stok
twee hoek rakken
een ledige kist
een schepel
een seeft
twee leepel rakken
een party rommeling
drie emmers
Op de werf
een brandewyn keetel
twee wagens
twee ploegen
een egge
vyf jukken
een tent zyl
vier pikken
vyf graaven
een schroef
een snymes
een zaag blad
een zadel en toom
twee planken
twee beestevellen
In de stal
twee ryd paarden
In de kralen
dertig trek ossen
dertien aanteel beesten
vyf aanteel paarden
een honderd vyf en vyftig schapen
twee honderd zes en zestig bokken
Lyfeigenen
een mans slaaf genaamd Louis van Mosambique oud na gissing 26 jaaren
een mans slaaf gen:d Tiras van Mosambique oud na gissing 40 jaren
een mans slaaf gen:d Anthony van Mosambique oud 24 jaaren
een mans slaaf gen:d Jason van Mosambique oud 20 jaaren
een mans slaaf gen:d Ezau van de Kaap oud 12 jaaren
een mans slaaf genaamd Mozes van de Kaap oud twee jaren
een slavin genaamd Regina van Mosambique oud naar gissing 23 jaaren
een slavin Rosina van de Kaap oud 7 jaaren
Baaten des boedels
  Rd:s
Daniel de Villiers over koop van drie paarden 300
een pratentie ten lasten Hendrik Johannes Nieuwenhuize wegens geleend geld per rest nog 200
dertig bokken van Willem van Zyl
vyf aanteel beesten by Hendrik van Eede aan de Zeekoe Rivier district Graaf Reinet
Lasten des boedels
  Rd:s
een obligatie ten behoeven van de weduwe Jacobus Joubert groot 730
een obligatie ten behoeven Gerrit Diederik Victor groot 1040
een obligatie ten behoeven Hendrik Theron groot 400
aan Gideon Jacobus Conradie 30
aan Pieter Gabriel Conradie 20
aan Hans Bruwer 21
aan Willem van Zyl 40

De hieronder te noemene kinderen van bovengemelden Conradie in vroeger huwlyk by nu wylen zyne huysvrou Petronella Joubert verwekt, competeerd uit de boedel voor moeders bewys aan drie honderd zes en vyftig ryksd:s een schell: en een stuyver als

  Rd:s
Jacobus Francois Conradie 356:11
Sara Susanna Conradie 356:11
Martha Maria Jacoba Conradie gehuwd met Johannes Anthony de Widt 356:11
Fredrik Hendrik Conradie 356:11
Pieter Gabriel Conradie 356:11
Gideon Jacobus Conradie 356:11
Johannes Stephanus Conradie 356:11
hebbende Elisabeth Maria Johanna Conradie gehuwd met Charl François Haasbroek haar moederlyk erfdeel uit de boedel ontvangen

Op heeden den 8 April des jaars een duyzend acht honderd en zeeventien

Compareerde voor Jan Ferdinand Bam, Secretaris van het district Zwellendam praesent de natenoemene getuigen.

Vooren gemelde Hendrina Cecilia Victor weduwe wylen Pieter Gabriel Conradie, dewelke verklaarden zig in het op en aangeven van alle deeze tot voorm: van de boedel gehoorende goederen in effecten ten goeder trouw in oprechtelyk te hebben gedragen en haares weetens niets agter gehouden of verzweegen te hebben van het geen tot dezelve boedel zoude behooren, met belofte omme ingeval het een of ander tot dies boedel behoorende mochte worden gevonden als dan deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren en vergrooten, overigens bereid zynde om zo zulks zal worden gevordert als dan deeze haare opgave met solemneele eede ten zullen bevestigen.

Aldus geinventariseert ter plaatze genaamd Riet Rivier in het district van Zwellendam op jaar maand en dag voorschreeven in byzyn van Andries Tobias Kolver en Christiaan Johannes van der Lith als getuigen

De minute deezes is behoorlyk geteekend op een zegul van 48 st:s

Quod attestor: J:F: Bam, Sec:

MOOC8/32.47

{18170711} 11 July 1817 Anna Albertina Bienirgnien

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op Dingsdag den zevenden deezer lopende maand July ’s voordemiddags de klokke tien minuten voor tien uuren metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Anna Albertina Bienirgnien weduwe van wylen den burger Jan Yzelle, hebbende de overleedene by uitterste wille op den 22:e der jongstgepasseerde maand Junij voor den notaris publiek m:r Michiel Adriaan Smuts en getuijgen opgericht tot haare eenige en universeele erfgenamen geroepen en geinstitueerd, de twee kinderen by haren gemelden vooroverleedenen man in echt verwekt, met namen

1) Elizabeth Cornelia IJzelle gehuuwd met Johannes Weydeman
2) Maria Louiza Yzelle gehuuwd met G:W: Stevit

edoch het geheel bedragen van derzelver erfdeelen bezwaard met den band van fidei commis, onder alle zodanige verdere restrictien als uit den letter der voorsz: uitterste wils dispositie komt te blijken; en voorts tot executeuren van haar testament redderaars harer nalatenschap en voogden over haare minderjarige erfgenamen verzogt, benoemd en aangesteld het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie, ten gevolge waarvan den boedel en nalatenschap door ons ondergeteekendens gecommitteerdens uit welgemelde Collegie is geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Een huis en erf staande en geleegen in deeze Tafelvalleij in de Langemarkt Straat en aldaar N:o 32

In het evengemeld huys en aldaar

In het voorhuys en gaandery
een klok lantaarn
vier vogelkooyen
een spiegel met noote boome lijst
twee groene schuif gordyntjes
een klaptafel
twee drie kante tafels
twaalf stoelen met groene trijpe zittings en chitze overtrekzels
een hoekkast waarin
vyf wit kopere kandelaars
drie plettit kandelaars
een plettit blaker
drie kopere [blaker]
een glaze zoutvaatje
een plettit mosterdpot
een soup terrine met zyn schotel
neegen borden
twee boterpotjes
een verlakte broodbakje
een verlakte schenkbord
een blikke doos
een tafelkast waarin
een blikke trommel met een restant speceryen
een blikke trommel met een restant thee
drie verlakte schenkblaadjes
een stuk lood gewigt van vier pond
een tafelkast waarin
een kleine aarde mortier met zyn stamper
twee trekpotten
een melkpotje
een zuykerpot
een boterpot
een tinne boterpot
een mandje fyn zout
twee verlakte snuijterbakjes
In twee glaze muurkastjes
acht en tachtig porcelaine thee kopjes en
zeeven en negentig porcelaine pieringsjes in zoort
een plettit olie en azyn standert met zeven vlessen
twee plettit diepe schotels met ooren
twee plettit eyerstandertjes te zamen met drie lepeltjes
twee plettit koelbakjes
een plettit beeker
een plettit saus pot met dekzel en onderschotel
een plettit saus pot met dekzel en onderschotel
een plettit zuykerpot met dekzel
een plettit trekpot
een plettit melkkan
twee plettit bottelbakjes
drie plettit zoutvaatjes met blaauwe glaasjes
een plettit saus lepel
drie plettit zuykertangen
twee plettit dompertjes
een tinne zuykerbus
twee snuyterbakjes
drie staale snuyters
een glase peperbus
vyf dissert messen
acht groene glaze vinger cubs
twee groene karaffen met steentjes belegd
een kleine witte glaze vles
drie glaze confytpotjes
twee glaze koelbakjes met onderschotels
zes glaze karaffen in zoort
twee kleyne glaase stulpen
een glaase zoutvaatje
twee glaase bocaalen waarvan een defect
een glaase peperbus
veertien bierglazen in zoort
neegen en twintig kelkjes in zoort
twee kleyne glase karaffen
een kleine glaze theebus met een schroef
drie porcelaine boterpotjes
drie blaauwe glase kannen
In de voorkamer ter regterhand zynde de negotie winkel
een chitze ophaal gordyn
vyf schuif gordynen in zoort
een spiegel met bruine lyst
drie schilderyen in zoort
een rustebank
drie stoelen in zoort
een leuningstoel
een klaptafel
twee vierkante tafeltjes met een groene kleedje
een tafeltje met een steene blad
een huysladder
een kleine huys trap
een ysere balans met twee kopere schaalen
elf stukken koper gewigt te zamen 40 3/4 lb
twee negotie rakken
drie glase kasten in zoort
een toonbank met twaalf laaden
twee stooven
vier ledige manden
een kleine toilet spiegel
vier en veertig tjalies in zoorten
twee en twintig p:r witte kouzen
acht en negentig koekjes zeep
zes potjes pomade
vier pakjes poeder
een blikke doos met een restant ouwels
tien spaane doosjes met ouwels
twee doosjes scheerpoeder
vier pakjes inktstof
vyf papiere doosjes met klooster gaaren
een oude trommel met vier pakjes klooster gaaren
een verlakte trommel met klooster gaaren
acht en twintig pakjes garen in zoort
een honderd en vyf pakken band in zoort
neegen pakjes zyde in zoort
drie pakken veters
een pak koord
zeeven tinne horologies
een kaartje met zestien kopere potlootpennen
een kaartje met negentien kopere borstspelden
twee [kaartje] met kopere oorringen
zes bossen pennen
twee strengen zylgaaren
drie p:r Chineesch linnen dames schoenen
veertien briefjes spelden
een foudraal waarin een mes, vork en lepel
vyf pakjes grifjes
twaalf stangen lak
zeeven en vyftig waayers
neegen pennen mesjes
vier rostralen
acht dissert messen
dertien dissert vorken
vyftien bollen schoenmakers gaaren
vier yzere hangsloten
vyf kopere hangsloten
vier tafelmessen
vyf tafel vorken
drie schoenmakers messen
een blikke doosje met negen borstspelden
een blikke doosje met een restant naalden
zeeven verlakte snuyterbakjes
een pakje vlos zyde
een party schoenmakers borsels
drie pakjes schoenmakers spykers
een pakje hout schroeven
vyf kleyne spiegeltjes
een verlakte doos met een restant naalden
negentien tinne theelepeltjes
drie p:r vrouwen zyde handschoenen
een restant zwarte franjes
drie zyde geldbeursjes
een pakje braainaalden
een pakje papiere schaar huisjes
een zuykertang
veertien p:r ledere vrouwen handschoenen
twee pakjes knopen
een pakje lardeer naalden
vier en dertig vingerhoeden
achttien kopere slootjes
een pakje met een party haakjes en spijkers
een doosje met een party haaken, oogen en kopere ringen
vyf botteltje scheidkundig bleekend water van Hudson
een vlesje arquebusade water
een vlesje mosterd
zeeven kammen in zoort
zestien scharen in zoort
acht pakjes kopere kruijzen
een kopere lepel
vier kopere vorken
een blikke keeteltje met eenige kleinigheeden
een rystkistje defect
een douzein tafelmessen en vorken
een pakje schoengespen
een blikke keteltje met eenige kleinigheeden
een verlakte schenkblaadje
twee verlakte bottelbakjes
een pakje laddertjes
twee schoolboekjes
een houte verlakte vierkante schuifdoosje
een blikke doos met eenige kleinigheeden
een houte ponslepel
een pakje koord in band
een papiere bakje met eenige kleinigheeden
twee pakjes band
twee pakjes lint
zeeven pakjes kant
drie pakjes binnenwerk
twee pakjes franjes
twee pakjes gaare knoopen
drie blikke doosjes met saffraan
twee rolletjes boogjes
twee blikke busjes met peperment
drie porcelaine soupterrines met dekzels en onderschotels, waarvan een defect
veertien porcelaine schotels in zoort
acht en zestig porcelaine borden
vier porcelaine diepe schotels met dekzels
vier porcelaine waschlampetten en drie porcelaine kommen
een porcelaine sauspotje
drie porcelaine waterpotten met deksels
een wit aarde soupterrine
vyf wit aarde salade bakken
negen en veertig wit aarde schotels in zoort
een hondert en twee wit aarde borden in zoort
drie wit aarde vischborden
twee wit aarde lampet kommen
twee wit aarde scheerbekkens
twee wit aarde trekpotten
elf aarde potjes in zoort
achttien aarde theekopjes en zeeventien schoteltjes
twee aarde trekpotten
een aarde melkkan
twaalf aarde waterpotten
een honderd en vier zo porcelaine als aarde kommen in zoort
tien mandjes fyn zout
een bruine aarde trekpot
twee bierglasen
acht kelkjes in zoort
vyf vogel glaasjes
zes blikke castrollen
twee blikke blakers
een plettit kandelaar
een blikke verlakte toiletdoos
een blikke trommel met een restant vischhoeken
een blikke trommel met een restant albasters
een blikke trommel met een restant kaneel
een blikke trommel met een restant komijn
een blikke trommel met een restant blaauwzel
een houte doos met een restant klater goud
een houte doos met een restant thee
een houte doos met een restant glober sout
een kistje met een restant medicynen
een schuifdoosje met een restant hairnaalden
twee pakken hairpoeder
acht roskammen
vier verlakte broodbakjes
elf kleine blikke raspen
een houte doosje met een party houtschroeven en zylnaalden
een houte schuif doos met een party guitarsnaren, coraalen, knopen en andere kleynigheeden
een houte kastje met een party oud yserwerk
zes houte doozen met een party rommeling
een kopere trommel
een kopere vuilnisschop
twee blikke trommels
een blikke [trommels]
een blikke [trommels] met een restant thee
een verlakte schenkblad
een verlakte snuyterbak
een kleine houte lessenaar
een verlakte tafelschel
zes borsels in zoort
een kleine toiletspiegel
twee en twintig verfkwasten
een handstoffer
een wit aarde bidet kom
vyf en veertig verlakte schenkbladen in zoort
twee katoen haspels
een houte doos met zes borsels
vyf strengen zylgaaren
vier steenen zeep
achttien gebreide vellen
drie roosters
een rol behangzel papier
zeventien wit linnense mans hembden
acht blaauw linnense mans hembden
twee stukken doereas
een lap doereas
een lap dimit
vier wit linnense broeken
twee tafellakens
tien servietten
zeven stukken wit linnen
zes lappen wit linnen
zeven p:r Chineesch linnen kammassen
een flenny baatje
een ronde hoek
twee pakken witte franjes
een tros lijn
drie stukken chitz
negen lappen chitz
achttien voerchitzen
twaalf servietten aan een stuk
neegen stukken neusdoeken
een en dertig enkelde neusdoeken
twee stukken geruit
drie lappen geruit
twee p:r sayette kouzen
een restant trillie
een lap saay
een lap zwart fluweel
een lap groen fluweel
een lap bombazyn
een lap grys laken
tien wolle sjerpen
drie ruw linnense broeken
een stuk gestreept
een stuk rood linnen
een groene tafelkleed
zes roode baaije hembden
vyf pakken kaarsenkatoen
twaalf pakken braaikatoen
drie diepe tinne borden
een blikke slonsje
een chitz
twee yzere potten
drie groffe wolle dekens
vyf en dertig tjalie doeken in zoort
een stuk lino
een stuk witte randjes doeken
zeeven p:r vrouwen handschoenen
acht p:r witte katoene kousen
een zakje kardamong
vier p:r Chineesch linnense kammassen
neegen p:r zokken in zoort
twaalf kruysbanden
zeventien p:r witte katoene kousen
elf p:r sayette kousen
veertien p:r zokken in zoort
zes p:r kustkousen
zeeven p:r witte katoene handschoenen
twee p:r zwarte zyde vrouwen handschoenen
tien boeken schrijfpapier
een stuk kassa
een tafellaken
vyftien servietten en handdoeken in zoort
een stuk geruyte cassa doeken
een lap geruite zyde lustring
vyf en dertig enkelde doeken in zoort
vier geruite kassa doeken
acht witte kassa doeken aan een stuk
een chitze tjaal
een nagemaakte tjaal
zes slaapmutzen
een pakje gecouleurde franjes
drie witte gordyn kwasten
een pond gecouleurd garen
vier blaauwe hembden
een verlakte schenkblad
acht en twintig lappen van differente zoorten
een tinne tobaksdoos
een plettit kandelaar
een tinne zuijkerpot
een houte doos met een restant verf
een kleyne yzere balans met twee p:r kopere schalen
een pakje oude tafelmessen en vorken
twee glaze karaffen
vier oude chambreelen
zes wandelstokken
een oude degen
een cyfferley
tien oude jalousiematten
een zak met een restant zwart katoen
eenige stukken incompleet koper gewigt
een verlakte broodbakje
een restant koriander
een restant gember
een restant borry
een restant peper
vier oude schilderyen
een ronde marmere verfsteen
zeeven mandaryn kommetjes, en voorts
eenige kleynigheeden van geen aanbelang
In de voorkamer ter linkerhand
twee geruite ophaalgordijnen
twee spiegels met vergulde lysten
neegen ovaale schilderijen
een mahonyhoute theetafeltje met een groene kleed
twee stinkhoute spiegeltafeltjes
een rustebank met chitze overtrekzels
twaalf stoelen en twee leuningstoelen met vaste rode trype zittingen
een alketijf
een houte kistje met koper beslag
In de midden kamer
een chitze ophaal gordyn
twee kleine tafeltjes
een gebruineerde theemachine
zes stoelen met vaste groene trype zittingen
een kamer beusem
In de agterkamer
een chitze ophaal gordyn
een spiegel met vergulde lyst
een vierkante tafel met een groene kleed
zes stoelen met vaste groene trype zittingen
twee leuningstoelen met vaste rode trype zittingen
een oude Japans verlakte tafelkastje met vier laden
een tinne inktkoker
In de trap
een hoeklantaarn
Op de zolder, in het voorportaal
een tafel met een lade
In de kamer n:o 1
een kleyne spiegel met bruine lyst defect
zes ovaale schilderyen met vergulde lysten
een enkeld ledikant met chitze behangsel waarop
twee mattrassen
een peuluw
twee chitse combaarsen
een katoene deeken
een wolle deeken
twee toiletspiegels
een waschlampet en kom
twee vierkante tafeltjes
zes geschilderde stoelen
een groen geschilderde kastje
een kleyne vloer tapyt
een groen tafelkleedje
In de kamer n:o 2
twee kleyne spiegels in zoort
zes kleyne schilderytjes
drie geruyte ophaal gordynen
twee ophaalder planken
een nieuwe stinkhoute ledikant met chitze behangsel
twee vierkante tafeltjes
zes ordinaire stoelen
een waschlampet en kom
een nachtspiegel
twee kleyne voettappytjes
In de kamer n:o 3
vier kleyne spiegels in zoort
neegen schilderyen in zoort
drie kleyne tafeltjes met twee groene kleeden
zes gedraaide stoelen
een leuningstoel met een schroef en paardenhaire mattras
een enkelde ledikant waarop
een bulzak
twee kussens
een chitse deeken
een bedde tafeltje
een waschlampet en kom
een nachtspiegel
een kleyne vloer tapytje
een toilet spiegel
In de kamer n:o 4
drie kleyne spiegels in zoort
twee toilet spiegel
een witte ophaal gordyn
een vierkante tafeltje met een groene kleedje
een bedde tafeltje
zes geschilderde stoelen en twee geschilderde leuningstoelen
een rood verlakte leuningstoel
een vloer tapijt
twee groene tafelkleedjes
een waschlampet en kom
een stel chitze ledikant behangsel
drie mattrassen
drie bulzakken
drie peuluwen
twaalf kussens
In de kamer n:o 5
een spiegel met vergulde lyst defect
een ovaale tafeltje met een linnense kleed
een vierkante tafeltje
een vierkante tafeltje
een toiletspiegel
zes ordinaire stoelen met losse rode mattrassen
twee leuningstoelen in zoort
een ledikant waarop
een mattras
een bulzak
een peuluw
vier kussens
een chitze deeken
een wolle combaars
een kadel
een nachtstelletje met een pot
een nachtspiegel
een sleutel kistje met zilver beslag
een groote kist met koper beslag waarin
drie chitze ophaalgordynen
twee rood linnense gordynen
een pak franjes en kwasten
veertien en een halve stangen Japans koper
twaalf oude overtrekzels voor stoelen
een pakje oude tres
een en twintig tafelmessen
twaalf tafelvorken
een kleyne apothecars schaal
een restant behangzel papier, en voorts
eenige kleinigheeden
een kabinet met laden en koper beslag waarin
een witte katoene deken
een kleine blikke doos waarin
een goude ring met diamante steenen
een oude defecte zilvere horologie
een plettit potlootpen
een verlakte slonsje
een kleine horologie haak
een verlakte doosje met een restant spelden
een kleyne yvoire naaischroef
een paar schoengespen met steenen
twaalf beddelakens
vyf kleine beddelakens
zes tafellakens in zoort
acht en veertig kussenslopen
acht en twintig servietten
zestien handdoeken
een stel wit linnense bed gordijnen en voorts
eenige kleynigheeden van geen aanbelang
acht schilderyen
een cyfferley
In de kamer n:o 6
een oude spiegeltje
zes ovaale schilderyen met vergulde lijsten
zes ordinaire stoelen
een oude leuningstoel
een ronde beddetafeltje
een vierkante beddetafeltje
een kadel
een groote kist waarin
twee stellen witte bedgordynen
twee stellen chitze bedgordynen
een [stellen] rood linnense bedgordynen
een chitse overtrekzel van een rustebank
een oude chitze sprey
een kleyne wolle combaars
een oude vloertapyt
twee en dertig boeken in zoort
een deken
een portefuilje waarin
een party gordyn ringen
zes staale vorken
een klisteerspuyt
een houte pop
dertien schotel matjes
een rak met een roode gordyn waarop
twee katoenhaspels
een glaase stulp en
een party rommeling
In de kombuijs
een tafel
twee waterhalfaamen met een kopere beker
twee emmers
twee kleine tafeltjes
tien ysere potten in zoort
een kopere braadpan
een kopere waterketel
een kopere konfoor
een kopere vyzel en stamper
een kopere kandelaar
vier schoorsteen kettings
twee koekepannen
een rooster
een vuurtang
twee oude kopere potten
twee tinne koffiekannen waarvan een met een test
een kopere theemachine
een kopere nachtlamp
twee lantaarns
drie ballast manden
In het pakhuys
een vliegenkast
drie groote porcelaine kastpotten
een pypenrakje
een yzere braadpan
drie zeeften
een blikke kaarsen koker
een blikke wynpomp
een bos rotting
een hoed brood zuyker
een rak waarop
elf aarde potten in zoort
drie aarde melkketels
een pepermolen
een kopere thee ketel
een blikke koffie kan
een kleine wit kopere gorgelet
een tinne gorgelet
een kopere braadpan
een tinne tregter
een blikke tregter
vier schuymspannen
twee vleeschvorken
een blikke verlakte specery doos
een porcelaine olie en azyn stander
een oude blikke trommel
tien blikke potjes en bakjes in zoort, en voorts
eenige ledige bottels en vlessen
een kleyne trap
een keldertje met twaalf ledige vlessen
een kleyne oude liquerkeldertje
een blikke vergiettest
twee kopere confooren
een vat met een restant azyn
een ledige halfaam
drie ledige vleeschvaten
een groote kist waarin
een kopere taartenpan
een kopere konfyt ketel
een kleine zak met salpeter en voorts
een klein restant huysprovisie bestaande in ryst, erweten, linzen, etc:a
een kist met koper beslag waarin
een restant poeder zuyker
twee kasten met vet kaarsen, beide ontgonnen
een [kasten] met krijt
een zak met gember
een zak met gember
een zak met een restant borry
een zak met een restant tammerinde
twee vaten met een restant grof zout
een vat met een restant geel oker
een hakkebord
een groote Keulse pot defect
twee groote ledige kannen
eenige kleine kannen
een tinnen klisteerspuit
een blikke gieter
een groote kopere waterketel
een kopere braadpan
een yzere taatje met een dekzel
een tinne kom
een kleine tobaks kistje
een blikke pot op pooten
drie blikke castrollen
een blikke menage
een stuk yzer gewigt van 50 lb
een ballast mand en voorts
een party rommeling in zoort
In een ander buitenvertrek
een meel zeeft
een kist met een restant verf
twee rystblokken
een groote aarde bloempot
twee porcelaine kast bekers
een waschstander
een yzere koffie molen
een kan met traan
vier ledige kannen
een vleeschvat
een restant lood
een voet alketijf
een vloer mat
een party Japans hout en voorts
eenig oud yzerwerk en rommeling in zoort
In de hout hok
een kast met een party oude moppen, klinkers en andere steenen
een restant brand hout en ander houtwerk
Op de slaven zolder
twee planken
Op de agterplaats
een hoenderhok
een vleeschblok
een handbyl
zeeven ledige balies in zoort
een verfsteen met zijn loper
twee oude tafels
een oude vengster raam en voorts
eenig rommeling
Zilverwerk
twee soup lepels
een en twintig eetlepels
veertien dissert lepels
een sauslepel
een zuykerlepel
twee mosterdlepeltjes
tien theelepeltjes
zestien vorken
zes dissert vorken
drie confyt vorkjes
een merglepel
een vischschop
een botermes
een schenkbord
twee trekpotten
een mosterdpotje
twee zuikerbussen
een zuikertrommel
een vuurtestje
een hand quispedoortje
een knip beugel
een port wyntregter
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf genaamd Jek van Bengalen oud 46 jaren, schilder
een mansslaaf genaamd Christiaan van de Kaap oud 11 jaren
een meid genaamd Meintje van de Kaap oud 21 jaren met haar kind genaamd Wilhelmina van de Kaap oud 19 maanden
een meid genaamd Carolina van de Kaap oud 15 jaren
een meid genaamd Flora van Bengalen oud 67 jaren, dewelke ingevolge de testamentaire dispositie van de overleedene, ten kosten des boedels zal worden in vrijdom gesteld
een meid genaamd Candasa van Mosambicque oud 63 jaren, leggende thans ziek aan de jigt
een meid genaamd Rebecca van Mosambicque oud 61 jaren
een meid genaamd Saartje van de Kaap oud 26 jaren
Contanten
  Rd:s
aan papiere en kopermunt twee hondert twee en veertig ryksdaalders en twaalf stuyvers zegge 242:12
Inneschulden
    Rd:s
de renten voldaan tot p:r Sept: j:l: den 27 October 1817 William Long op een scheepenen kennis de dato 24 November 1815 aan capitaal ƒ15000 ofte 5000
den 19 Sept:r 1817 voldaan Frans Dijkman op een notarieele obligatie de dato 12 February deezes jaars 1000
voldaan den 21 April 1815 Jacobus Adriaan Louw Jacobusz op een notarieele obligatie de dato 30 May 1816 aan capitaal 800
dat hij den Weeskamer worde verinteresseerd vide resolutie van den 5 Aug: 1818 Nicolaas Swart Pietersz:n op een notarieele obligatie de dato 6:e April 1814 aan capitaal ƒ4000 ofte 1333:16
renten voldaan tot ult: Octb:r 1818 met de renten zeedert den 6:e April j:l:
capitaal en renten voldaan den 12 Decbr 1817 Johannes Zorn op een onderhandsche obligatie de dato 20 Augustus 1814 aan capitaal 1000
  met de renten zedert 20 Aug: 1816
renten voldaan tot den 25 Nov:br 1817 capitaal zal bij de Weeskamer worden overgenomen vide resol: van den 5 Aug: 1818 de weduwe Laurens Biehl op een onderhandsche obligatie de dato 25 November 1816 1000
voldaan den 6 Octbr 1817 de wed:e Ponté op een onderhandsch briefje de dato 16 May j:l: zonder beding van intresten 151:24
vold: den 4 Septbr: 1817 J:W: Hetterman op een onderhandsch briefje de dato 23 Juny j:l: 80
  William Wilberforce Bird op een assignatie door David Ponterdan op den 21 April 1816 op hem genomen, dog ongeaccepteerd 350
  Bartholomeus Schultz volgens reekening 254
  m:r Daniel Denyssen volgens reekening 12
  Collonel Watson volgens reekening 37:12
vold: den 7 Aug:s 1818 Dirk Wentzel en c:o voor tien maanden huur van een prys slaaf gereekend van primo September 1816 tot ult:o Juny j:l: á rd:s15 per maand 150
  de weduwe Steijtler volgens reekening 15
vold: ult:o Octb:r 1817 juff:w de weduwe Joh:s Albertus Munnik volgens reek:g 37
vold: den 30 Jan:y 1818 William Long volgens reekening 24
  de weduwe Fick over contant geleende penningen aan Francis Viret 50

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 11:e [en] 12 July 1817 ende zulks op het op en aangeeven van Johannes Weideman en Elizabeth Cornelia Yzelle, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot de boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuygden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gesegde nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgave te zullen doen, ten einde deesen inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eerste Commis der kamer door de inventarienten eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, J:A: Munnik

Voor den opgaaff: G: Weideman, E:C: Weideman geboore IJsselle

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/32.48

{18180622} 22 Junij 1818 William Shapley

Inventaris des boedels op den negentienden dag deeses loopende maand Junij alhier metter dood ontruijmd ende nagelaten door William Shapley hebbende den overledene bij testamentaire dispositie ’s daags voor zijn afsterven, voor den notaris publicq ten deesen gouvernemente George Cadogan en getuijgen opgericht tot zijne eenige en universeele erfgenamen genomineert en aangesteld zijne naaste bloedmagen, met begeerte zijne nalatenschap volgens de wetten deeser Colonie onder deselve te willen hebben verdeelt en voorts bij het gemelde testament, Heeren Weesmeesteren deeser Colonie verzogt zig als uijtvoerders van het zelve beredderaars zijne boedels, en voogden over zijne onmondige erfgenamen te willen gedragen.

Wien ten gevolge den boedel en nalatenschap, na gedane ontzegeling door mij ondergeteekende Eerste Commis der Weeskamer in de tegenwoordigheid van de medegeteekende getuijgen, is geinventariseerd en opgenomen, ende bevonden te bestaan in het volgende, te weten

In het huijs van John Murray junior, alwaar de overledene bij de bewoondster van het zelve huijs Isabella Adam, in een bovenkamer heeft gelogeert

een koffer waarin
een blaauwe manel
een blaauwe jekkert
vier baadjes in zoorten
zeven broeken in zoorten
drie zak doeken
vier paaren schoenen
een tafellaken
vijf servietten
twee paaren handschoenen
een kruijsband
twee chitse gordijntjes
een mosquite gordyn
een fouderaal met een mathematisch bestok
een ponjaard
een rotting met zilver gemonteerd
een octant
een wolle combaars
een wolle slaapmuts
een klijn kruijd hoorntje
drie ronde hoeden
zestien land- en zee-kaarten
een koffer waarin
twaalf hembden
drie broeken in zoorten
zes en twintig onderbaatjes in zoorten
elf hals dassen
zes doeken
een kussensloop
twee paaren koussen
vijf paaren zokken
drie paaren handschoenen
een chitse spreij
twee beddelakens
vier servietten
een koekje scheerzeep
een kist waarin
zeventien boeken
een zwart lakense rok
vijf broeken in zoorten
twee witte baatjes
vier paaren wolle koussen
zeven paaren zokken
twee paaren handschoenen
een lap Otaheitisch linnen
een paar Chinasche muijlen
een zakboekje
een foudraal met twee scheermessen
een zijde zakdoek
twee borsels
een kruijt hoorn
vier zeekaarten
een sextant
een kogel form
twee gordijn knoppen
een mand waarin
een grijne jas
een lakense rok
vier baatjes in zoorten
zeven hembden
vijf broeken in zoorten
vijf halsdoeken
twee paaren koussen
vijf paaren zokken
twee paaren laerssen
een paaren schoenen
een ledere kap
een schrijflessenaar met een toilet waarin
een fouderal met een bril
een koopere liniaal
twee pennemessen
een schoenhoorntje
een scheerkisje waarin
een haire horologieband met goud gemonteerd
een klijn zakboekje
een potloodpen
een hangmat waarin
een mattras en een kussen
een velle voetmat

Aldus geinventariseert in de Kaapstad aan de Kaap de Goede Hoop, ten huijze voormeld op den 22 Junij 1818

Als getuigen: J: Serrurier

G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/32.49

{18171230} 30 December 1817 Deliana Wilhelmina Janssen

Inventaris van zodanige goederen als ’er op Zondag den agt en twintigsten dag der maand December in den jaare een duyzend agt honderd en zeventhien door Deliana Wilhelmina Janssen ab in testato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten ten voordeele van haare vader Willem Janssen in de eene helfte, en in de weder helfte haare nalatenschap haare hier ondertemeldene zusters en broeders, met namen

1) Maria Johanna Janssen gehuwd met Jacobus Henis
2) Anna Sophia Janssen geh:d met Johan Hendrik Reinert
3) Dirk Wilhelmus Janssen mondig
4) Helena Petronella Janssen oud 23 jaren
5) Abigail Wilhelmina Janssen oud 20 jaren
6) Carel Gerhardus Janssen oud 19 jaren en
7) Willem Petrus Janssen oud 17 jaren

invoegen als het een en ander door mij adj:t Commis: ingevolge opgaaff van bovengem: Johan Hendrik Reinert is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlijk

Ten huijse van evengem: Johan Hendrik Reinert, alwaar de overleedene is woonagtig geweest

thien tabberts
zes rokken
zeven hembden
twee borstrokken
vijf jakjes
vier tjaalen
zes paren kousen
twaalf heele en halve halsdoeken
een paar zijde handschoenen
een paar laarsen
een paar schoenen
drie kraagjes
zes ende linten
twee stroo hoeden
een lap linnen
een restant neteldoek
twee lappen gestreept
twee waaijers
een kam
een defecte goude ring
Inneschuld
  Rd:s
van haare in den hoofde deeser gem: vader Willem Janssen over zoo veel dezelve voor moederlyke erffenisse competeerd 126

Aldus opgenomen en g’inventariseerd na gedane ontzegeling ten huijse voorm: op den 30:e December 1817

Als getuigen: C:C:H: Schlosse, J:N: Rörich

Voor den opgaaff: Johan Hendrik Reijnert

Mij present: P:E: Faure, adj:t C:

Verg: van 7 Jan:y 1818

MOOC8/32.50

{18170501} 1 Maij 1817 Johagim Langeveld

Infetharis der naalaatenschap van wijlen den overleede Johagim Langeveld

  Rd:s
aan pampierre geld contand 144:2
zilver geldt 0:1
klad boek schulden [ ..... ]
Chornelis Martinis Kloppers - is bij nader onderzoek bevonden, niet meer als rd:s25 debet te wezen 36:2
Cornelis Cloete 2:4
Pieter de Wit 2
Balthaser Kloppers 1:5
Nu volg de goederen
1 oude silvere zak orlogie
1 paar silvere schoen en knie gespis
1 bril met 2 kamme
1 schuijf doossie
1 oude sadel
1 raam zaag
3 oude span zaagen in soort
3 hand hamers
7 houte schroeve
1 dissel met 1 handbijl
4 oude passers in soort
1 strek zaag
1 knijp tang
18 oude hol bijtels
15 bijtels in soort
1 sit sleutel
2 kaspis
2 oude kaspis
8 vijle in soort
7 oude vijle in soort
2 kruijs houte
2 schaafhake
2 kinkel hake
1 lijm pottje
1 tassie devek
1 hand koubijtel
1 deurslag
2 eijser omslage
6 eijser klem hake
30 lijs schave in soort
1 spanning schaaf
7 slik schave in soort
1 schaaf bank defek
een partij rommelerij onbruijkbaar gereetschap
1 bottel
1 klijne koper ketel
30 nagel boore in soort
1 groote schaaf bijtel
2 halfe kisten
1 oude gereetschap kist
7 houte klimme
2 koper lijmpotjes
1 stinkhoute plank
1 Bijbel, een groene kleedje, een geboede boek
1 ploeg schaaf
1 roffel schaaf
2 booren
1 bijtel
2 hemde, een batje, 2 paar kousen
1 paer oude hanschoene
1 dwarssak, een borsel sak een klijne
1 half klaere schuijf doosie
1 spiegel

Dese boedel is geinfetarieseert met primo van Maij 1817 door den veld cornet met twee getuijgen

Jacob Johannis Naude, Velt cor:t

Als getuijge: Johan David Storm, Jac:s du Toit

MOOC8/32.51a

{18180302} 2 Maart 1818 Johan Fredrik Döring

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Woensdag den vyf en twintigste dag deeser lopende maand February in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd en achttien, ab intestato metter dood zijn ontruymd ende nagelaten door Johan Fredrik Döring ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ten huize van Jan Hendrik Vuurman alwaar de overleedene is woonagtig geweest, en aldaar

In een bovenkamer
drie ophaal gordynen met planke in lynen
drie spiegels met vergulde lysten
twee en veertig schilderyen in zoort
een pendule
twee vierkante tafels
een klaptafel
twee tafels met steene bladen
neegen stoelen in zoort
een glaaze kroon
twee guerridons
twee spuw balies
een ledikant met blaauw behangzel waarop
een mattras
een bulzak
een peuluw
tien kussens en
een chitse deeken
een bureau met laaden waarin
vier olie steenen
tien foudralen met scheermessen
drie scheer doozen
een kleine mortier
zeeven strykriemen
twee foudralen met lancetten
twee snippers
een kopere snuyf doos
een scheerbekke
een goudschaal
een yvoire spuitje
een restant postpapier
zes geborduurde zyde lappen
een restant kaneel
een party ledige vlesjes
drie klisteerspuyten
twee verlakte schenkborden
drie lampen
een maatstok
acht doozen met ouwels
een restant gom
twee verlakte schenkblaadjes
een party prenten
een restant lack
een houte inktkoker
vyf borsels
drie waaijers
twee zyde lappen
een party land en zeekaarten
een restant behangsel papier
twee chambreelen
een restant zylgaaren
twee hoeden schroeven
een theedoos
een tobaks doos
een tokkodilje bord
een kast waarop
vier aarde beelden
twee glaase stulpen en waarin
acht glaase schotels
zes glaase borden
een glaase kom met schotel en dekzel
vier glaase confituur potten met twee schotels
twee glaase confituur potten met twee schotels
drie groote pons glasen
drie bocaalen
zes en dertig bierglazen in zoort
vier en negentig wynkelken
zes blaauwe vingerglazen
een olie en azyn standert
drie karaffen in zoort
twee mosterd potjes
twee zoutvaatjes
een glase lamp
twee zuig glazen
een soupterrine met zyn schotel
een en twintig schotels in zoort
zes fruitmandjes
twaalf kommen in zoort
drie en negentig borden in zoort
vier waterborden
vier melkkannetjes in zoort
een boterpot met zyn schotel en dekzel
twee trekpotten
een zuykerpot
achttien kopjes en vier en twintig pieringjes
twaalf kopjes met oortjes
zes atjar bakjes
twee beekers
twee beekers
een bloempot
een confyt pot
een trancheermes
tien messen
dertien vorken
twee kardoezen vuurwerk
twee stellen kastpotten met beekers
een kleine verrekijker
een rak waarop
twee slonjes
een blikke lamp
twee blikke schotels met lamper
twee blikke koffiepotten
een blikke castrol
vier blikke trommels
een kopere [trommels]
een verlakte trekpot
een koffiemolen
een pars yzer
een horologie kastje
een aarde potje
een rak waarop
twee groote karaffen
twee enkelde en een dubbelde glase stulpen
twee blikke ketels
twee blikjes met een restant snuif
een blikke tregter
een kopere kandelaar
twee kopere blakers
vier kopere castrollen
een kopere ketel
een kopere waterketel
een rooster
een vuurtang
een asschop
een koffiebrander
een ysere pot
een koekepan
een drievoet
een schoorsteen ketting
twee hamers
een aarde bak
een party ledige bottels
een tafelkast waarin
een gryne mantel
een lakense rok
een oude jas
een jekket
zes baatjes in zoort
zeeven hembden
een slaaf kabaay
zes broeken
negentien doeken in zoort
drie servietten
drie en dertig paren kousen
drie p:r handschoenen
een lampher
een speldenkussen
drie p:r schoenen
een oude hoed
een oude guitar
acht pakken scheermessen
een zilvere zakhorologie
een p:r zilvere schoengespen
een zilvere eetlepel
vier zilvere theelepeltjes
drie zilvere confytvorkjes
een p:r handknopen
een zilvere broekgesp
een slangensteen
een laätafel met een steene blad
een schryfkistje
een vierkant kistje
drie kelders met ledige vlessen
een emmer
een baly
drie mandjes
drie assegaayen
een zagenbol
twee oude vloertapyten
een matje
een barrometer
een rak waarop
een party boeken
drie wandelrottings
een nachtspiegel
een cyfferley
een party oude couranten en voorts
een party rommeling
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Jan Hendrik Vuurman voor kamerhuur alsmede voor begraffenis onkosten blykens reekening [ ..... ]

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 2:e Maart 1818

Als gecommitteerde Weesmeesten: Daniel de Waal, G:E: Overbeek

Voor den opgaaff: J:H: Vuurman

My present: P:E: Faure, adj:t C:

MOOC8/32.51b

{18180302} 2 Maart 1818 Johan Fredrik Döring

Lyst van boeken welke op den 14 dezer door Heeren Weesmeesteren voor rek:g des boedels van wyl: J:F: Döring ten huize van J:H: Fuurman, staan verkocht te worden

Hoogduitsche
1 Klopstock’s Messias 4 banden
2 Schiller’s Wallenstien 2 banden
3 Schiller’s Räuber 1 [banden]
4 Thomson’s Jahrzeiten 1 [banden]
5 Schiller’s Fiesks zu Genua 1 [banden]
6 Schiller’s Macbeth 1 [banden]
7 Zachariaes Tagezeiten 1 [banden]
8 Lessings Schriften 4 banden
9 J:C: Cuns’s Oden 1 [banden]
10 Lessings Trauerspiele 1 [banden]
11 Hallers Gedichte 1 [banden]
12 Gellerts Oden und liederen 1 [banden]
13 Anakreontische Erzählungen 1 [banden]
14 Ossian
15 Gessner’s Schriften 3 deelen in 1 [banden]
16 Zachariaes Gedichten 1 [banden]
17 C:W: Ramlers Gedichten 1 [banden]
18 Okleists werke 1 [banden]
19 Geschichte Peter Klansens v Knigge allen het 1:ste deel
20 Die gefahrliche stunden v: Cramer 2 banden
21 Henosshon’s Feldzin des jungen Cyrus 1 [banden]
22 Die neue Heloise v: J:J: Rossouw 6 banden
23 Herman v Wordenschild incompl:
24 Beschreibung v: Hamburg v: v: Hes 3 banden
25 Blikke in das nachst zukoenftige Europa 1 [banden]
26 Hinterlassne werke von Friedrich II v: ’t 3:de tot 12:de deel
27 Theather der Deutschen ’t 3 de deel
28 Girtaner’s Franzosische Revolution v: ’t 10:de tot 15:de deel
29 Schiller’s Memoirs 6 deelen incompleet
30 Haller’s Magie het 12:de deel
31 Gesellschaftliche Belustigangen 1 [banden]
32 Kurzer Begrif der Nathurlehre 1 [banden]
33 Funks Nathurgeschichte [und] Technologie 2 banden
34 Ueber die heimlichen Sunden der Jugend v: Saltzman 1 [banden]
35 Chemie v: Boerhaar 1 [banden]
36 Cur aller krankheiten von Weissbach 1 [banden]
37 Hausarzeney Buch v: Tipot 1 [banden]
38 Philosophischer Artzt 1 [banden]
39 Junken’s Grundregelen aller innerer Theile des Menschen 1 deel
40 J:L:L: Loeseken’s abhande der beste Arzeney Mittel 1 deel
41 Die Erkenteniss des Menschen v: Richter 1 deel
42 Loseken’s Anweizung zur cur der innerliche Krankheiten 2 [deel]
43 Spieleman’s Arzeney Mittel 1 deel
44 J: Clark Über die krankheiten in Oost Ind: 1 deel
45 Loesekens Pathalogie 1 deel
46 Kriegskunst v: Marcquis de Guisicq 1 deel
47 Zuckert’s Tischbuch 1 deel
48 Unterricht in der Kriegskunst vom König v: Preussen 1 deel
49 Huflands Kunst das Leben zu Verlangeren 1 deel
50 Unterricht für Wundartzte 1 deel
51 Schaarschmidt über venerische Krankheiten 1 deel
52 Theden’s Wundarzenei Kunst 2 [deel]
53 Philosphisches Lexicon v: Walch 1 deel
54 Betrachtungen der Naturwerke 1 deel
55 Unterhaltungen ’t 1ste stuk v: ’t 4 deel
56 Huber’s Naturkunste Berg und Gewerk’s Lexicon 1 deel
57 Die begebenheiten des Telemachs 1 deel
58 Fragmente aus der Geschichte eines liebenden Jungelings 1 deel
59 Historisches Magazin 1 deel
60 Militäriches Tassenbuch v: G: Scharnhorst 1 deel
61 v: Archenholz’s Micellen ’t 1:ste deel
62 Grundrig einer Geschichte der Welthändel neustes zeit 1 deel
63 Abendstunden in Lehrische Erzählungen ’t 2, 3, en 4:de deels
64 Reglement fur die Preusschs Cavallery 1 deel
65 Stockenhausens Briefe ’t 2 en 3:de deel
66 Reize dur Italier etc:a auf den Libanon 1 deel
67 Das merkwurdigste v: Norgeburge d: G: Hof 1 deel
68 Drucks Erdbeschreibunge von Asien 1 deel
69 Reichars Reisehandbuch 1 deel
70 Goethes Neue Schriften het 2:de band
71 Hagedorn’s Poetische werke in 1 deel
72 Aesop’s Fabelen 1 deel
73 Der Bienenstock eine Sittenschrift 1 deel
74 Das erkenntniss und das Vergnugen ’t 1:ste deel
75 Theophreist van De la Bruyere 1 deel
76 Sturm’s betrachtungen der werke Gottes 2 [deel]
77 Geheime Geschichte des Berliner Hofes ’t 2:de deel
78 Dialogen v: Meissner ’t 1:ste deel
79 Komische Opern v: Weisse ’t 3:de deel
80 Marie Antoinette v: Frankryk 1 deel
81 Anecdoten v: Friedrich II 1 deel
82 Candid 1 deel
83 Geschichte des staats v: Frankreich 1 deel
84 Geschichte des mission auf S:t Thomas, S:t Croix und S:t Jan 1 deel
85 Geschichte der Deutscher v: Schmidt ’t 6:de deel
86 Pharmacopoea leidensis 1 deel
87 G: Böthens Chemie 1 deel
88 Lösekens Physiologie 1 deel
89 Chyrurgischer Wegweiser 1 deel
90 Graaf v: Saxen’s Kriegkunst 1 deel
91 Anfangsgrunde der Artillerie 1 deel
92 Mathematik van Hentschen 1 deel
93 Englische Sprachlehre 1 deel
94 Französische Wörterbuch 1 deel
95 Italianische Sprachlehre 1 deel
96 Nutzliche Redensaarten Franz: und Deutsch 1 deel
97 New Holl:s Gramattica 1 deel
98 H: Boerhaare De Materia Medica 1 deel
99 Arnolds Eng:s Gramattica 1 deel
100 Praktische Materia Medica 1 deel
101 Merkwurdige Krankengeschichte 1 deel
102 Neue Begrif v: der Gährung 1 deel
103 Schriften v: J:F: Cronegt 1 deel
104 A: Klebe Reize auf dem Rhein 1 deel
105 Biblische Theologie 2 [deel]
106 Biblia v: Luther 1 deel
107 Reize nach Zeilan 1 deel
108 Historiches Nord Amerika 2:de b:d,1:ste deel
109 Niedersachsisches Kochbuch 1 deel
110 Tasschenbuch für 1802 1 deel
111 Gluk und liebe von Kleist 1 deel
  voorst nog een aantaal incomplete werken en maandschriften
Nederduitsche boeken
112 Reize naar Arabien etc:a v: C: Niebuhr ’t 2:de deel
113 Reize rondom de waereld v: L: de Bougainville 1 deel
114 Histors: reisbeschyving v: Z:d Amerika 2 [deel]
115 Michael’s Vrägen en beoordeeling 1 deel
116 De nieuwe Britsche apotheek 1 deel
117 V: Muissenbroek’s Natuurkunde 1 deel
118 L: Heester’s Heelkunstige onderwyzingen 1 deel
119 Verzameling v: zinspreuken en zinnebeeldige prentversieringen 1
120 Vesalu en valuerda anatomie 1
121 Mauriceau Ziektens der zwanger vrouwen 1
122 Naamrol der medicinale etc:a schryvers 1
123 De philosooph ’t eerste deel
124 Beschouwing der volkeren in Europa 1
125 Verhandeling over de wetten onzes vaderlands 1
126 Memoire voor J:B: Gerard tegen M:C: Cadiere 1
127 Baker’s microscoop 2 deelen 2
128 Geschiedenis der bezittingen in Indien 10
129 Rabeners Hekelschriften 5
130 Over de lichaamlyke opvoeding van jonge kinderen 1
131 Over de oeffning van ’t verstand 1
132 De artz of geneesheer 12 deelen, ontbreken ’t 3:de en 4:d deel
133 De nalezing van den artz 2 deelen, 2
134 Formey J: la Fontaine over de kerkelyke historie 2
135 Regnault’s proefkundige beschouwingen 1
136 Verhalen van Marmontel 3
137 Reise door Duitsch Zwitzerland v: Nicolai 8
138 Reise door Sicilii en Malta 1
139 Reise van Milady Craven 1
140 Reise in Hongaryen door R: Townson 1
141 Reise door verscheidene landen van Europa 2
142 Vermakelyk reizen door ’t grootst gedeelte v: ’t Duitsche ryk 1
143 Grondbeginzels der meetkunst 1
144 Reizen naar Rusland etc:a door Algarotti 1
145 Taafreel van de bezittingen der Europeanen in beide Indien 1
146 Koopmans Geographie 1
147 Verhandeling over de electriciteit 1
148 Brieven over Italier door W: Janssen 1
149 Beschryving der proefneming met kunstige lugtbollen 1
150 Leven der bergschotten
151 Hoefnagel, Neerlands echo of wierklang 1
152 De nieuwe raposidist 2
153 Mengelpoezy van Jan Goeree 1
154 Inleiding tot de kennisse van het geb:k van de hedendaagsche predikwyze 1
155 De Nederlansche herbarius of kruid boek 1
156 Dicht lievende uitspanningen 1
157 Reglement op de exercitien, etc:a 1
158 Mengelwerken van Alex van Schills deel 1
159 Geschied van handelkundig tafereel van de Bataafs West Ind: colonien 1
160 Clara en Emilina in een band, 2
161 Reglement van exercitie 2
162 Tipot’s raadgevingen 1
163 De jongeling in de eenzaamheid 1
164 De politieke kruiger 1
165 Spectatoriale schouwburg ’t 9:de deel
166 Over de lengte op zee 1
167 Godsweg met Nederland of vervolg op Blomherts geschiedenissen 1
168 Kunst om wonden te schouwen, etc:a 1
169 H: Keel’s Kruidkundig woordenboek 2
170 De groote zonde 1
171 Tegenwoordige staat van G: Ruzland 1
172 Nederls: praktyt en oeffening der notarissen 1
173 ’t Leven van den Cardinal de Richelieu 2
174 ’t Leven van den Grave van Tottleben 1
175 Beknopte beschryving van Italien 1
176 De tydkortende berispers 1
177 Levens gevallen en euveldaden van verschs befaamde Engelsche rovers 1
178 Gedenkschriften van K:L: Baron van Pollnitz 3
179 De Misantrope of de gestrenge zedenmeester 1
180 De gestrafte bedrieger 1
181 Zedelyke uitspanningen ’t 3:de deel, 1
182 R: Findlay Verdediging der H: Schrift 1
183 Brieven van Paus Clemens XIV 3
184 Luthersche Psalm boek 1
185 Nieuwe vaderl:s bybliotheek van wetenschappen 4
186 Geschiedenis van ’t Bataafsch patriotismus 1
187 De Newtoniansche wysbegeerte
188 Het character van den raadsfunsionaris Jan de Wit 1
189 De nuttige vaderlander 1
190 W:A: Bachien Kortbegrip der geographie 1
191 G: Brander a Brandes taal, dicht en letterkunde 2:de, 5, 6 deel
192 J: Cats Gedagten op slaaploze nagten 1
193 De post van den neder Rhyn 4 boeken defect
194 Inleiding tot de muziek kunde 1
195 Berrigtschrift van Catharina II 1
196 G: Forster’s reizen 1
197 Schoolboek der geschiedenis van ons vaderland 1
198 Hendrik en Anna 1
199 Chineesche geschiedenis 1
200 Verhandeling over den Oost Ind: handel door Van Hogendorp 1
201 Regting van den mensch 1
202 De artz of geneescheer 1
203 De ring 1
204 Almanak ten dienste der zeelieden 1
205 Natuurk: aanmerk:s van de koninglyk Societeit te London 1
206 M: le Fauchier’s verhandeling over de uitspraak etc:a van een redennar 1
207 Aanteek:s der verrigtingen van d’ heer Minager 1
208 Alle de medicihale werken van Paulus Berbelte 1
209 Chirurgie van de hedendaagsche praktyk 1
210 Examen der chirurgie 1
211 Jan Kouwbenberg, Zee chirurgie of maats: troost 1
212 Abrah: Titsching kunst broederl:s lissen 1
213 Het leven van Lodewyk XIV door Voltaire
214 M: Smit Verh:s van de geneesende kragt van ’t gemeene water 1
215 Zedelyke redevoering over den dood 1
216 De wilden van Europa
217 De waters waereld door J: de Bucquoy
218 Rynhard Price over Amerika 1
219 Proeven over verschillende zoorten van lucht 1
220 J: Havenkamp Historie van Gustaaf den 1:ste 1
221 Maandelyksche berigten uit de andere waereld 1
222 De deserteur door Barth: Ruloffs
223 Encyclopedia van de historische en wysgerige wettenschappen 1
224 De weesgierige Christen en zyne eenzaamheid 1
224 1/2 Algemeene oeffenschool en voorts een getaal van imcomplete werken
Engelsche boeken
225 Encyclopedia Britannica incompleet, 7
226 Johnson’s dictionary 2
227 Money’s campaign’s 1
228 An account of the conquest of the Island of Bourbon 1
229 Traveller’s guide through Scottland 1
230 Horace by Francis 4
231 Vicar of Wakefield 1
232 Mores Universal geography 2
233 The general Gazetteer 1
234 Mazonic miscellanies 1
235 The juvenile plutarch 1
236 Geographical dictionary 1
237 Dictionary of the English language and reading of Sheridan 2
238 Principles of politeness by Chestef:d 1
239 Rasselas, a novel by d:r Johnson 1
240 On the human muscles by I: Innes 1
241 A companion to all pp:l places in London 1
242 Assiatie annual register 1804 1
243 Indian antiquities the 3:d volume
244 The 3:d volume of the Pope’s works 2
245 Sentimental magazine 1773 1
246 On the practice of physic the 1:st
247 Volney’s travels into Syria and Egypt the 2:d volume
248 A system of military mathematics the 2:d volume
249 The adventures of Bampfielde Moore Carew 1
250 Cobblets annual register the X vols
251 The royal calendar for 1800 and 1810 2
252 The Turkish spy the 4:th volume
253 Dryden’s Virgil 2:d and 3:d volume
254 An account of the monies etc: in India 1
255 An account of the conquest of Mauritius 1
256 The magnetic atlas by J: Churchman 1
257 The coin collector’s guide 9 volumes
Fransche boeken
258 La nouvelle testament 1
259 Dictionaire de Boyer Franç et Angl:s 1
260 Histoire de l’ empire de Russie sous Pierre le Grand tome 1:se
261 Dictionaire de chymie 2
262 Les prisonniers du temple 1
263 Lettres d’ un voyageur anglais 1
264 Response de Bernaut par Bailleul 1
265 Traitté general des accouchemens par Dionis 1
267 Nouvelle grammaire Français et Allemand 1
268 Nouvelle nomenclature Français et Hollandaise 1
270 Contes morause de Marmontel tome 2:de
271 Tableau de l’ Europe par Dumouriez 1
272 Dictionaire portatif Français et Hollandais 1
273 Relations de deuse rebellions a Constantinopel 1
274 Oeuvres de fontenel tome 1:re
275 L’abeille du jamasse
276 Traité des remedies vulnerairis 1
277 Novum dictionarum tetraglotton
278 Juvenalis satirae

MOOC8/32.52

{18170918} 18 September 1817 Jacobus Smit

Inventaris van alle zodanige goederen, als ’er op Vrydag den 29 der jongste passeerde maand Augustus door den burger Jacobus Smit Christoffelzoon ab intestato met er dood zyn ontruymd ende nagelaten ten voordeele zyne by wylen zyne vooroverledene huysvrouw Aletta Maria Mosterd in huwelyk verwekte, zo meerderjarige als minderjarige kinderen, met namen

1) Anna Alida Smit get:d met Willem Joh:s Witsche
2) Jacobus Smit mondig
3) Hilletje Aletta Smit get:d met Jan Andreas Truter Fredrik Christoffelszoon
4) Aletta Smit get:d met Fredrik Albert Sadie
5) Johanna Petronella Smit get:d met Jan Lodewyk Sertyn en
6) Beatrix Huybrecht Smit oud 19 jaren

Zijnde deezen inventaris volgens opgaaf van opgem: J:A: Truter ter Weeskamer geformeerd en bevonden te bestaan in het volgende, namentlyk

twee kisten in zoort
een tafel
vier stoelen
twee kadels
twee beddens met derzelven toebehoren
een koffy kan
een trek pot
een koper ketel
een legger
een halfaam
een anker
een span jokken, riemen en stroppen
een tentzyl
een ploeg met desselfs stel
drie ploeg scharen
zeven balies in zoort
een bakkist
een schepel
twee emmers
twee yzere potten
een schuimspan
een vleesch vork
een zaag
een dissel
een byl
een boor
twee boeyen
een schiet geweer
zestien koorn zakken in zoort
een kar
een paar beschote wagen leeren
een paarden wagen
Beestiaal
tien trek ossen
negen aanteel beesten
vier wagen paarden
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf genaamd Simon van de Kaap oud 32 jaren, koetzier
een mansslaaf gen:d Carolus van de Kaap oud 25 jaren, wagenryder, fugatief
een slavin gen:d Spatie van de Kaap oud 30 jaren, huismeid
Contanten in den boedel
    Rd:s
vold: aan contanten in den boedel gevonden 55
Crediten des boedels
    Rd:s
  van Willem Johannes Witsche op eene notarieele obligatie de dato 16 Maart 1814 groot aan capitaal ƒ10000 ofte 3333:16
  met de renten van de datum der obligatie a 1/2 pc:t per maand
  van gem: W:J: Witsche over contant geleende penningen 6
  van Jan Lodewyk Sersijn op een onderh: obligatie d:d: 21 April 1814 groot 100
  met de renten van den 21 April dezes jaars mede a 1/2 pc:t per maand
  van Jacob Fredrik Kok op eene notarieele obligatie d:d: 17 Maart 1815 groot aan capitaal ƒ1500 ofte 500
  met de renten van den 21 February dezes jaars insgelyks a 1/2 pc:t p:r m:d
  van Coenraad Wilhelmus Meijer op eene not: obligatie d:d: 16 Mey 1815 groot aan capitaal ƒ1200 ofte 400:--
  almede met de renten van den 21 February laatste a 1/2 p:t p:r maand
  van Jacobus Nicolaas Smit J: zoon op eene ond: obligatie d:d: 25 September 1815 100
  met de rente van den 25 Septb:r 1816
  van gem: J:N: Smit over contant geleende penningen, waarvan geen bewys voor handen is 34
de renten, mitsg:s in mind: van het capitaal te zamen rd:s543:16 op heden vold: den 27 Feb:y 1818 van Jan Andreas Truter over contant geleend geld, waarvan hy geen obligatie ten behoeve van den overleden heeft gepasseerd aan capitaal ƒ8000 ofte 2666:32
  met de renten van primo October 1816 a 1/2 pc:t per maand
vold: den 28 Jan: 1818 van Michiel Adriaan Basson over koop van een hand molen bl: ond: briefje 60
  van Fredrik Albert Sadie over geleende penningen 6
Lasten des boedels
    Rd:s
  aan Willem Johannes Witsche over koop van hamels, etc:a bl: intezendene rekening 27:12
vold: den 28 Jan: 1818 aan Albertus Basson voor het maken van de dood kist 10
  aan opgem: J:A: Truter zo over contant voorgeschotene penningen, als aan den aanspreker en lykdragen betaald 43

Aldus gedaan ende g’inventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 18 September 1817 ende zulks op het op en aangeeven van den in den hoofde dezes gem: Jan Andreas Truter, dewelke verklaarde zich in het opgeeven dien goederen en met zyn weeten niets verzweegen of teruggehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalaatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuygde de deugdelyk zyne opgave ten alle tyde des vereischt wordende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gez: boedel behoorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde deeser inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deeze door den inventariente in het byweezen van den Eerste Commis den Weeskamer en de nevens geteekende getuygen eigenhandig onderteekend.

Als getuygen: J: Poggenpoel, R: v: Breda

Voor den opgaaf: Jan A:s Truter F:kzoon

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

Ampliatie, volgens nadere opgaaff van opgem: J:A: Truter Fredrikz:

twee en dertig borden in zoort
vier tinne lepels
zes stale vorken
een plat vaatje
een teerputz
een zadel en toom
agt lijsels
zes seelen
twee agtertuygen
agt hoofdstellen
twaalff osse riemen
zes aanteelschapen
zes aanteelbokken

Ter plaatse genaamd Enkelde Valleij op den 18 October 1817

Als getuigen: H: van Rhyn, J:N: Rörich

Jan A:s Truter F:k zoon

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/33.1

{18180407} 7 April 1818 Johanna Maria Warneck

Inventaris van zodanige goederen als op Woensdag den eersten dag der maand April in den jaare een duyzend agt honderd en agtthien ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door de minderjarige Johanna Maria Warneck ten voordeele haaren hier ondertemeldene zuster en broeders, met namen

1) Susanna Maria Warneck gehuuwd met Pieter Truter Fredrikz
2) Jan Hendrik Warneck
3) Pieter Gabriel Warneck

Invoegen als het een en ander ingevolge opgaaff van Joh:s Krynauw door my onderget: Adj:t Commis en getuigen is opgenomen en ingeschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

Ten huyse van Johannes Krijnauw

een kleder kasje waar in
agt tabberts in zoort
vijf en twintig rokken
elff hembden
negen borstrokken
vier tjaalen in zoort
elff spencers
twee Chinees linnensche baatjes
derthien doeken in zoort
een spreij
een stroo hoedje met een bloemtak en sluijer
twee snoeren coralen
een vergulde hangertje
een paar goude oorkrabben
een goude ring
een zilvere oorlepeltje
een zilvere vingerhoed
een bedde laken
zes slopen
zes servietten
een handdoek
twee schuijfdoosjes
drie p:r schoenen en elff p:r kousen
een blikke trommel
een biese mandje
Crediten des boedels
  Rd:s
over zo veel haar aan erffenispenningen volgens de Weesboeken competeerd 1861:5

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten huijse voorm: op den 7 April 1818 ende zulx op het op een en aangeeven van de in den hoofde deeses gen: Johannes Krijnauw, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe en niets versweegen ofte terug gehouden te hebben dat tot voorm: nalatenschap behoord, invoegen hy ook getuygde de deugdelykheid zyne opgave ten allen tyde des vereischt werdende met eede gestand te doen en verdere belofte zo daar nog iets tot den nalatenschap behorende mogte worden ontdekt daar van nader opgave te zullen doen, ten einde deesen inventaris daar mede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deesen inventaris door de dikwelsgem: Krijnauw in tegenwoordigheid van my Adj: Commis en getuigen behoorlyk onderteekend

Als getuigen: Cornelis Mosterd, J:N: Rörich

Voor den opgaaff: Joh:s Krijnauw

Mij present: P:E: Faure, Adj:Commis

MOOC8/33.2

{18190208} 8 Februarij 1819 Johannes Petrus Serrurier

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten als er op Woensdag den 3:de deser loopende maand February ’s nademiddaags de klokke omtrent half drie uren, metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den wel eerwaarde heer Johannes Petrus Serrurier, in leven bedienaar des Goddelyken Woords by de Christelyk Hervormde Gemeente in deze hoofdplaats.

Hebbende de heer overledene by beslotene testamentaire dispositie in dato 21 Juny 1804 opgerigt en waarvan de superscriptie ten zelfden dage voor nu wylen den notaris publiek ten deser gouvernemente Georg Fredrik Goetz en getuigen is gepasseerd na alvorens zoo wel by dat testament als by zekere onderhandsche acte uit kragte der clausule resarvatoir in dato 2 Mey 1816 denzelven geannoteerd, differente dispositien te hebben gemaakt, voorts tot zyne eenige en algehele erfgenamen in gelyke deelen geroepen en geinstitueerd, de kinderen door hem by zyne vooroverleden echtgenote jufvrouw Magdalena Elisabet Timmendorf in echt grprocreëerd en zich op zyn overlyden nog in wezen bevindende, met namen

1) Jan Fredrik Serrurier
2) Cornelia Eliana Serrurier
3) Magdalena Elisabet Serrurier gehuuwd met m:r Daniel Fredrik Berrangé
4) Louis Serrurier
5) Johannes Petrus Serrurier
6) Jan Serrurier

En voorts tot executeuren van hetzelfde testament benoemd en verzocht het Collegie van Heeren Weesmeesteren deser Colonie ten gevolge waarvan de nalatenschap door ons ondergeteekende expresse Gecommitteerdens uit het evengem: Collegie is geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende, te weten

Een huis en erf staande ende gelegen in deze Tavelvaley in de Langenmarkt Straat en aldaar N:o 26 , zynde een gedeelte van ’s Compagnie’s oude hospitaal’s grond, blykens transport daarvan op den 27 Juny 1785 aan den heer overledenen gedaan

In het evengemeld huis en aldaar

In het voorhuis
een klok lantaarn
een barromeeter
een barromeeter
In de voorkamer ter regter hand
twee rode ophaal gordynen met planken etc:a
een spiegel met vergulde lyst
een penduul
een Nurenberger barromeeter
een groote schildery, zynde het pourtrait van de h:r overledenen en dus een familien stuk
drie platen in ramen, zynde de pourtraits van drie vooroverledene broeders van den heer overledenen
een tafel met een steene blad
twee speel tafels
een kleine klap tafel
een secretair by uiterste wils dispositie door den heer overledenen gepraelegateerd aan zynen jongsten zoon Jan Serrurier
een schenktafel
twaalf stoelen en twee leuningstoelen met vaste rode trype sittingen
een vogelkoi met eene glaze globe
twee geelkopere quispedoren
drie tabaks doozen in soorten
een [tabaks doozen]
een lees lessenaartje
een Chinaas wit kopere inkt stander met 2 arm kandelaar en een schel
een kastje met Hollandsche pypen
een dambord met steenen
een caleidoscoop met fouderaal
In de voorkamer ter linker hand
twee chitze vengster gordynen
twee jalousie matten
drie spiegels met vergulde lysten
twee draagstoelen met stokken en banden, door juf: Cornelia Eliana Serrurier en juf: Magdalena Elisab:t Serrurier geh:d met m:r Dan:l Fred:k Berrangé als aan hun gepraelegateerd overeenkomstig den wil van den h:r overledenen, ieder eene gekozen
drie vierkante tavels
een klap thee tavel met zyn groene kleed
een ronde tavel
een rustbank met zwart fluwele sitting en chitze overtrekzel
twaalf stoelen en twee leuningstoelen met zwart chitze overtrekzel
drie gerridons
zes witkoopere quispedoren
twaalf stoven
een oorlog schip in miniatuur
twee vloer tapeten
In de gaandery
een kloklantaarn
vier vogel koyen
een staande horologie
twaalf leeunings stoelen met vaste zwarte trype zittings en geruite overtrekzels
een tafel met een styne blad
twee geel kopere quiserdoren
In twee muurkastjes
13 karaften in soort
12 bierkelken
16 wyn roemers
59 kelkjes in soort
10 waterglazen
11 liquer kelkjes
6 pocalen in soort
2 champagnen glazen
In de agterkamer
een roode ophaal gordyn
een spiegel met vergulden lyst
zes schilderyen
twee platen in ramen, zynde de pourtraits van twee voorverstorvene broeders van den h:r overledenen
een enkel ledikant
een katel waarop
een bed
een peluw
drie kussings en
een chitze deken
een vierkante tafel
een nacht stelletje
acht stoelen met roode trype zittingen en geruite overtrekzels
een gerridon
een yzere geld kist waarin de contanten en schuldbrieven des boedels, welke hieronder nader zullen worden gespecificeerd
In de opkamer
twee spiegels met vergulde lysten, beide defect
tien schilderyen in soort
een leeuning of zieken stoel door de h:r overledenen by uiterste wille gepraelegateerd aan zyne dochter Cornelia Eliana Serrurier
een nieuwe draagstoel nog onbekleed
een tafelkastje waarin eenig linnen goed tot des h:r overledenens gebruik gediend hebbende
een tafelkastje kleiner
een pypenrak
vier oude stoelen
een kleine tavel
drie geelkoopere quispedoren
In een tweede agterkamer
een roode ophaal gordyn
een rustbank
vyf oude stoelen
een klap tavel
een vierkante tavel
twee hoekkasten waarop
zes vergulde beeldjes en waarin
acht zilvere schenkboorden in soort
twee zilvere sauce potjes met een lepel
een foudraal waarin 12 zilvere lepels en twaalf zilvere vorken en 12 messen met zilvere heften
vier zilvere soup lepels
acht zilvere eet lepels
zeven zilvere vurken
vier zilvere zout vaatjes met blaauwe glazen
twee zilvere zuiker bussen
twee zilvere vuurtessen
een zilvere olie en asyn stander met drie zilvere bussen en twee glazen
twintig pletty kandelaren
zes wit kopere kandelaren
twee geel kopere kandelaren
en voorts eenige kleinigheden van geen belang
een tinne ketel
een geelkopere confoor
In de dispens
twee porzelyne soup terrines
drie porzelyne schotels
een visch schotel
twee en dertig aarde borden
een water gorgelet
een wit kopere blaker
twee stale snuiters met verlakte bakken
twee tinne koffy kannen
twee aarde melk ketels
twee lantaarns
een kopere vuur tesje
een kopere wasch bak
een blikke nacht blaker
Op het boven voorportaal
een ladetafel met zes laden
een ledige kist
eene lade tafel met vier laden
zes schilderytjis
een geruite ophaal gordyn
drie geel kopere quispedoren
een oude zadel en toom
Op de bordes kamer
een witte vengster gordyn
een tafel kastje
een ovale klaptafeltje
een schildery met vergulde lyst
een spiegel met vergulde lyst
twee leeunings stoelen en twaalf stoelen met paarde haire zittingen en geruite overtrekzels
een enkel ledikant met wit behangzel waarop
1 onderbed
1 peluuw
2 kussings en
1 spry
een wasch lampet en kom
Op de boven voor zolder
een geruite ophaal gordyn
twaalf schilderyen in soort
een geel kopere quisperdoor
een kast van een staande huis horologie
twee ordinaire tavels
twaalf ordinaire stoelen
een oude leeuningstoel
In de bovenkamer n:o 1
een witte ophaal gordyn
een bedde tavel
een nacht stelletje
een klaptavel
een klistysbank
een ledige koffer
een gerridon
een ledikant met wit behangsel waarop
een onderbed
een pluuw
zes kussings en
een spry
In de bovenkamer n:o 2
zes veld stoeltjes
zeven schilderyen
en wyders verscheidene ledikanten, koffers, kisten, manden en andere artikelen niet in de huishouding gebruikt zynde die uit hoofde van gebrek aan ruimte niet wel gedetailleerd hebben kunnen worden opgeschreven en waarvan dus by desen inventaris eene aparte specifieke lyst zal worden bygevoegd
In de bovenkamer n:o 3
twee ophaal gordynen
een spiegel met vergulde lyst
zes grote schilderyen
twaalf leeuning stoelen met vaste zittingen en geruite overtreksels
drie taveltjes in soorten
twee oude kerkstoelen
een stink houte cabinet met laden en koper beslag waarin
4 dekens
4 pieces chitz
2 lappen chitz
4 pieces chitz
2 gewerkte chitze rokken en een lap
4 chitze spryen
1 lap swart catoene fluweel
6 stuk geruit
1 lap voering
1 stuk chitz en
1 lap chitz
1 lap flenel behorende tot de kledingstukken van de heer overledenen
1 lap kirsey
1 kistje en
voorts eenige kleinigheden
in de lade van het evengem: kabinet
dertig rollen behangzel papier
een pak met haken en oogen
een Ambon’s houte cabinet met stinkhoute lysten waarin
zeventien rollen behangzel papieren
een groene zyde gordyn
een stinkhoute kistje met kooper beslag
een dubbele ledikant waarop
twee onderbeddens
twee peluwen
zes kussings en
twee chitze dekens
een thee kistje en een schleutel kistje
In de bovenkamer n:o 4
een kleine spiegel defect
zeven schilderytjes in soort
zes stoelen met 4 roode trype kussings
een groote cabinet met laden waarin
twee en veertig schilderyen in soorten
twee toverlantaarns met toebehoren
zeven borden
een deur slot
drie kopere blakers
drie kopere snuiter standers
een tinne koffy kan met een confoor
twee kopere handquisperdoors
drie pakjes kopere spykers
een pepermolen
een party ordinaire messen en vurken
eenig koper beslag en andere kleinigheden
In de bovenkamer n:o 5
een boekenrak waarop de bibliotheek van den heer overledenen waarvan eerst en vooral ingevolge de vryheid door zyn eerw: aan zyn resp: kinderen door hen zullen worden uitgekozen zoodanige boeken als zyl: tot hun eigen gebruik wenschen te hebben, waarna van de overigen een catalogus zal worden geformeerd en dezen inventaris bygevoegd
een schrijfkantoor door den h:r overledene by uiterste wille geprelegateerd aan zynen thans zich in Europa bevindenden zoon Louis Serrurier en aan des laatsgen: gemagtigdens alhier de heeren m:r D:F: Berrangé en J:F: Serrurier afgegeven
een riem groot mediaan papier
een riem klein formaat papier
tien oude stoelen in soorten
twee ronde glazen
een kistje met timmermansgereedschappen
een party platen en printen
een Bybelknaap
een kleine lessenaar met zyn voet
een tabaks mes
een ledige koffertje
een spiegel met vergulde lyst defect
twaalf oude vogel kooyen in soort
een kyker
een rood geschilderde schryf rak
een dambord met schyfen
een party potloden
een schryftafel met laden
een tafelkast waarin wat schryfbehoeften en andere kleinigheden
In de combuys
een grote tafel
twee water halfamen
acht emmers
een grote aarde pot
tien yzere potten in soort
twee kopere confyt ketels
een grote hamketel (koper)
twee kopere ronde ketels
negen kopere kastrollen
vier kopere taartepannen
een kopere poffertjes pan
een kopere vyzel
een kopere vergiet test
een kopere water ketel
een kopere braad pan
twee kopere tafel conforen
drie kopere kranzen
negen tinne schotels
twee koekepannen
twee braad spitten
twee roosters
een vuurtang en asch schop
drie schoorsteen kettings
een vleesch vurk en een lepel
een vleesch blok
een kap mes en een byl
een rak waarop
twintig schotels in soort
twaalf borden
een lantaarn, defect
In de strykkamer
een grote kist
een tavel op schragen
vier banken
drie planken Amboin’s hout
drie stukken stinkhout
In de dispens n:o 2
een rak waarop
vyf porcelyne quisperdoren
vyf aarde gorgeletten
een procelyne nachtspiegel
achttien aarde potten in sorten
twaalf wit aarde nachtspiegels
een blikke nacht lamp
twee porcelyne kast potten
drie kopere ketels in soort
twee tinne ketels
een porcelyne melk ketel
twee kopere hand quisperdoortjes
drie porcelyne hand quisperdoortjes
een kopere zuikerbroods vorm
een kleine koffy molen
twee porcelyne boterpotjes
drie witte soup terrines
zestig schotels in soort
zes wit aarde salade bakken
vyf soup kommen
zes diepe ronde schotels
twee honderd acht en veertig borden in soort
vier diepe kommen
twee sauce pottjes
vier visch schotels
drie soup terrines
twee wasch lampetten en kommen
een grote ponsch kom
een Japansche ketel
een Japansche gorgelet
acht confyt potten in soort
zes wit aarde kommen
tien trommels in soort
een thee bus
een bak met een party blikke en kopere vormen
een blikke blaker
twee spritze spuiten
achttien tinne schotels
twee verlakte thee kistjes
twee aarde thee kistjes
vyf aarde potten
zes porcelyne kast potten
drie grote porcelyne kast potten
tien aarde kannen
twee kopere vuur tesjes
een tinne water vles
een aarde confoor
negen stryk yzers
drie pars yzers
zeven boter vaatjes in soort
een kast met een restant thee
een tabaks doos
drie Kuilsche potten
een blikke trommel
twee pottten
een kist met een restant zout
een kist met zuiker
een kast met pypen
een kast met een restant pypen
een kast met een restant ryst
vyf kasten in soort
een [kasten] met een restant ruiten
twee ysere balancen met kopere schalen
twee blikke emmers
drie oblie yzers
een wavel yzer
een kopere pan
een blikke bad balie
een stander met kaarze vormen
twaalf verlakte schenkbladen in soort
een kaarzen balie
een vliegen kast
twee kopere confyt ketels
een kopere glasen-spuit
een klistyr spuit
een halfaam met twee bokken
negen bylen in soorten
twee schrapers
een meel vaatje
een eyer rak
twee aarde bakken
een kast waarin
vyf confyt potten
zes wyd-hals vlessen
zes kleine blikke kastrollen
een blikke coffy kan
zes wit aarde schotels met dekzels
vyf wit aarde kommen met dekzels
drie en twintig aarde potjes met dekzels in soorten
drie porcelyne zuikerpotjes
zeven aarde potjes
een wit kopere thee machine
een laantaarn
een verlakte specery trommel
een verlakte brood bakje
vier verlakte schenkbladen
een theekisje met zilver beslag en zilver bussen
vyf snuiters en acht bakjes
acht messen
een schenk tafel waarin
een zilvere trekpot
twee zilvere melkkannetjes
twee zilvere zuikerpotjes
een zilvere tobaks doos
twaalf zilvere eet lepels
twaalf zilvere vurken
twee en twintig zilvere theelepeltjes
een zilvere koel bakje
drie zilvere theelepeltjes en
drie zilvere confyt vurken
twee zilvere thee zeefjes
acht confyt potjes (glaze)
een honderd koppies en pierings in soorten
drie spoelkommen
vyf trekpotten in soort
twee zuikerpotjes
vier blikke lantaarns
twee blikke raspen
een vuilnis blik
een ragebol
een kamerbezem en voorts eenige kleinigheden
Op de achter plaats
vyf huis ladders
een kalk kist
een oude huistrap
In de kelder
een rak waarop een party bottels met een restant dranken
drie kelders met vlessen
drie kannen lynolie
vier vaatjes verf
negen mandjes in soort
twee grote manden
een balie
In een buiten vertrek
een party houten en rommeling in soorten
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf gen:d David van de Kaap oud 73 jaren, zynde een huis jong alle vier door den heer overledenen by uiterste wille geprelegateerd aan zynen oudsten zoon Jan Fredrik Serrurier
een mansslaaf gen:d Pedro van Bengalen oud 68 jaren, zynde een kledermaker
een mansslaaf gen:d Alexander van de Kaap oud 53 jaren, zynde een huis jong
een mansslaaf gen:d Jephta van de Kaap oud 44 jaren, zynde een kledermaker
een mansslaaf gen:d Augustus van Madras oud 68 jaren, zynde een kok alle vier door den heer overledenen by uiterste wille geprelegateerd aan zyner derden zoon Johannes Petrus Serrurier
een mansslaaf gen:d Salomon van de Kaap oud 50 jaren, zynde een schoenmaker
een mansslaaf gen:d Jonathan van de Kaap oud 42 jaren, zynde een kabinet maker
een mansslaaf gen:d Eduard van de Kaap oud 39 jaren, zynde een huisjongen
een mansslaaf gen:d Caesar van Bengalen oud 63 jaren, zynde een huis jonge alle vier door den heer overledenen by uiterste wille geprelegateerd aan zyner jonsten zoon Jan Serrurier
een mansslaaf gen:d Gideon van de Kaap oud 39 jaren, zynde een kledermaker
een mansslaaf gen:d Pharas van de Kaap oud 39 jaren, zynde een schoenmaker
een mansslaaf gen:d Damon van de Kaap oud 19 jaren, zynde een huisjonge
eene slavinne gen:d Debora van de Kaap oud 78 jaren alle welke voormelde vier slavinnen benevens derzelver kinderen, door den heer overledene by uiterste wille zyn geprelegateerd aan zyne oudste dochter juf: Cornelia Eliana Serrurier
eene slavinne gen:d Kaatje van de Kaap oud 35 jaren, zynde een huismeid, met ende benevens hare twee kinderen, gen:d Simson oud 12 jaren en Christiaan geboren den 9 Juny 1817
eene slavinne gen:d Mietje van de Kaap , oud 35 jaren zynde een huismeid met ende benevens hare drie kinderen, met namen Jonathan oud 5 jaren, Carolus geboren den 2:de Mey 1816 en Thomas geboren den 8 January deses jaars
eene slavinne gen:d Margariet van Mosambiek oud 39 jaren, zynde een huismeid, met ende benevens hare vier kinderen, gen:d Claartje van de Kaap oud 14 jaren, Johanna van de Kaap oud 9 jaren, Pamela van de Kaap oud 6 jaren en Achilles van de Kaap geb: den 21 Mey 1818
eene slavinne gen:d Jamila van de Kaap oud 78 jaren welke evengemelde 3 slavinnen met ende benevens de twee kinderen van de laatstgenoemde, door den h:r overledene by uiterste wille zyn geprelegateerd aan zyne jongste dochter juf: Magdalena Elisabet Serrurier gehuuwd met m:r Daniel Fredrik Berrangé
eene slavinne gen:d Rosa van Bengalen oud 50 jaren, zynde een huismeid
eene slavinne gen:d Madelyn van de Kaap oud 36 jaren, zynde eene huismeid met ende benevens hare twee kinderen, gen:d Robert oud 19 en Benjamin oud 12 jaren
Contanten des boedels
een honderd negen en twintig Holl: ducaten
een oude Oostenryksche [ducaten]
een Pruissische [ducaten]
een Hamburger [ducaten]
twaalf hele goude reiders
zes halve goude reiders
achttien hele guineas
twee halve guineas
vyf hele Louis d’ or
drie en twintig star pagoden
dertien effen pagoden
een goude halve ducaton
twee goude ropyen
vier honderd hele zilvere Spaansche matten
vier honderd en een hele oude ducatonen nota zynde hiervan 280 stuks voor de onkosten der begravenis gebruikt
een honderd drie en dertig halve oude ducatonen
twee honderd en negen Holl:s drie gulden stukken
twee duizend vier honderd dertien hele Holl:s gulden
negen en twintig halve Holl:s gulden
een zilver cruizados
een quart Spaansche mat
een halve Zeeuwsche ryksdaalders
twee quart
twee quart guldens
een honderd acht en twintig schellingen
een Engelsche schelling
een quart Eng:s kroon
een quart Fransche kroon
vyf hele ropyen
twee halve
vyf honderd negen en tachtig zilvere dubbeltjes
drie duizend vier honderd en twintig zilvere stuivers
aan papiere munt eene somma van zeven duizend een honderd vyf en negentig ryksd: en 30 stuivers
aan koper munt eene som van twee ryksd: en 32 stuivers
Inneschulden des boedels
    Rd:s ƒ
  van Michiel van Breda Pieters z: op eene not: obligatie in dato primo Maart 1805 onder borgtogt van Dirk Gysbertus van Reenen en Joh:s Albertus van Breda gepasseerd aan capitaal ƒ6000 of 2000:--
  met de renten a 6 p:ct sedert primo January 1818
  van Joseph Dan:l Schmidt op eene schepenenkennis d:d: 9 January 1807 onder borgtogt van wyl: Johan Christiaan Ritter en wyl: Johan Fredrik Veyll gepasseerd aan capitaal ƒ6000 of 2000:--
  met den interest à 6 p:ct sedert primo January dezes jaars
  van Johannes Nicolaas Russouw op eene schepenenkennis in dato 29 April 1818 onder borgtogt van Fredrik Russouw, Lambertus Johannes Colyn, Gabriel Jacobus Vos en Leonora Loret wed:e Joh:s Guiliaum van Helsdingen gepasseerd aan capitaal ƒ7000 of 2333:16
  met den interest a 6 p:ct sedert primo January deses jaars
  van Carl Wilhelm Schnare op eene schepenenkennis in dato primo Mey 1818 onder borgtogt v: Andries Albert en Abraham Pieter de Villiers gepasseerd aan capitaal ƒ18000 of 6000:--
  met den interst à 6 p:ct sedert primo January deses jaars
  van Johannes Gregorius Ludolff op eene onderh: obligatie de dato 17 April 1806 onder borgtogt van Johan Hendrik Ludolff aan capitaal ƒ9000 ofte 3000:--
  met den interest à 6 p:ct sedert den 17:de April 1818
  van evengemelde Johannes Gregorius Ludolff op eene onderh: obligatie de dato 2:de February 1807, onder borgtogt van Johan Hendrik Ludolff aan capitaal ƒ6000 of 2000:--
  met den interest à 6 p:ct sedert den 2:e dezer
  van voorm: Johannes Gregorius Ludolff op eene onderh: obligatie de dato 20 January 1809 onder borgtogt van Johan Hendrik Ludolff, aan capitaal ƒ10000 ofte 3333:16
  met den interest à 6% sedert den 20 January l:l:
  van Willem Marais op eene schepenenkennis de dato 27 January 1797 onder borgtogt van wylen den weleerw: heere Robert Nicolaas Aling en wyl: Willem Adolph Krieger gepasseerd aan capitaal ƒ9000 of 3000:--
  met den interest à 6 p:ct sedert den 27 January 1818
  van Andries Jantzen op eene schepenenkennis zonder borgen d:d: 7 February 1798 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  men den interest à 6% sedert den 7 February 1818
  van Willem Fredrik Muller op eene schepenenkennis in dato 11 February 1714 onder borgtogt van Abraham Pieter de Villiers en Andries Stephanus du Toit gepasseerd aan capitaal ƒ5000 ofte 1666:32
  met den interest à 6% sedert primo January dezes jaars
  van Klaas Piters op eene schepenenkennis in dato 11 December 1818 onder borgtogt van Ernst August Egger en Georg Gläzer gepasseerd aan capitaal ƒ10000 ofte 3333:16
  met den interest à 6 p:ct sedert primo January 1819
  van wylen Jacobus Johannes Vos senior op eene not: obligatie d:d: 2 April 1819 zonder borgen ƒ6000 of 2000:--
  met den interest à 6% sedert den 2 April 1818
  van Johannes Petrus du Toit Daniels z: op een not: obligatie in dato 22 February 1809 onder borgtogt v: Dan:l du Toit Jans z: en Elis:t Cath:a Liebenberg wed: Matthysse Michielsze Basson gepasseerd aan capitaal ƒ2100 of 700:00
  met den interest à 6 p:ct sedert den 16 Maart 1818
  van Joachim Wilhelmus Stoll op eene not: obligatie in dato 5 April 1811 onder borgtogt van Pieter Laurens Cloete en Lucas Stokbroo gepasseerd aan capitaal ƒ3000 of 1000:--
  met den interest à 6% sedert 22 Maart 1818
  van evengem: Joachim Wilhelmus Stoll op eene schepenenkennis in dato 29 Maart 1811 onder borgtogt van m:r Joh:s Andreas Truter sen:r, Pieter Laurens Cloete, Fred:k Ludwig Liessching, Lucas Stokbroo en wyl: Watse Sibius van Andringa gepasseerd aan capitaal ƒ9000 ofte 3000:--
  met den interest à 6% sedert primo April 1818
  van Daniel du Toit Jans z: op eene onderh: obligatie d:d: 4 April 1817 onder borgtogt v: Joh:s de Villiers, Jacobs z: aan capitaal ƒ1200 of 400:--
  met den interest à 6% sedert den 4 April 1818
  van Anthony Josephus Muller op eene schepenenkennis in dato 17 April 1806 en nadere acte d:d: 21 July 1809 onder borgtogt van Abraham Pieter de Villiers en Philip Wagener gepasseerd aan capitaal ƒ8000 of 2666:32
  met den interest a 6% sedert den 17 April 1818
  van Joseph Heinrich op eene not: obligatie in dato 6 Mey 1809, onder borgtogt v: Carl Fredrik Hever en Jan Baptist Verrume gepasseerd, aan capitaal ƒ3000 of 1000:--
  met den interest à 6% sedert den 8 Mey 1818
  van Johannes van Niekerk Michiels z: op eene schepenenkennis in dato 9 November 1810 onder borgtogt v: Abraham Benjamin de Villiers en Andries Steph:s du Toit gepasseerd aan capitaal ƒ6000 of 2000:--
  met d: interest sedert den 15 Maij 1818 à 6%
  van Johan Philip Snegelsberg op eene schepenenkenn: in dato 16 Mey 1797 onder borgtogt van wyl: Hendrik Weber en wyl: George Gemehle gepasseerd aan capitaal per rest ƒ2000 of 666:32
  met den interest à 6% sedert den 16 Mey 1818
  van Nicolaas van Wielingh op eene not: obligatie in dato 13 July 1809, onder borgtogt v: wyl: Francois Johannes de Necker en Dirk de Jongh gepasseerd, aan capitaal ƒ6000 ofte 2000:--
  met den interest à 6 p:ct sedert den 12 Juny 1817
  van Servaas van Breda op eene onderh: oblig: d:d: 13 Juny 1808 zonder borgen aan capitaal ƒ3000 of 1000:--
  met den interest à 6 p:ct sedert den 13 Juny 1818
  van de wed: wyl: François de Wet d’ oude op eene schepenenk: d:d: 21 Juny 1799 onder borgtogt v: wyl: Philip:s Alb:s Myburg s:r en wyl: Pieter de Wet gepasseerd aan capitaal ƒ6000 of 2000:--
  met den interest à 6% sedert den 21 Juny 1818
  van de wed: Johan Christiaan Disandt op eene schepenenk: door wyl: haren eersten man Carl Beständig in dato 14 July 1786 onder borgtogt v: wyl: Johan Jacob Meyer, wyl: George Henning en wyl: Johan Michiel Elser gepasseerd aan capitaal ƒ20 000 ofte 6666:32
  met d: int: sedert 14 July 1818 a 6%
  van evengem: wed: Johan Christiaan Disandt op een schepenenkennis door haren voorn: overl: eersten man in dato 18 October 1793 zonder borgtogt gepasseerd aan capitaal ƒ6000 of 2000:--
  interest à 6 p:ct sedert 18 October 1818
  van Gerhard van der Byl op eene not: oblig: d:d: 30 September 1802 onder borgtogt van Hend:k v:d: Graaf en Joh:s Henr:s Fisscher gepasseerd ƒ4000 ofte 1333:16
  interest à 6 p:ct sedert 30 Sept:r 1818
  van Jan Willem Stuckerus als in huwelyk gehad hebbende de eenigste dochter en erfgen: v: wyl: Jacobus van Leeuwen en van welke hy widerom eenigste erfgenaam is gebleven, op eene not: oblig: door ges:e Jacobus van Leeuwen in dato ult:o July 1801 onder borgtogt v: wyl: Joh:s Ackerveld en Herm:s Barend Keytel gepass:d aan capitaal ƒ6000 of 2000:--
  interest à 6% sedert ult:o July 1818
  van Berhard Wilhelm Oppel op eene schep: in dato 23 February 1816 onder borgtogt v: Goris Joh:s Leeuwenaar en Jan Willem Stuckerus gepasseerd aan capitaal ƒ9000 of 3000:--
  met den interest à 6% per anno sedert primo deser loopende m:d February
  van Anna Catharina Greeff w:d Goris Pentz op eene not: oblig: in dato 29 Decem:r 1804 onder borgtogt van wyl: Michiel Pentz en Herm:s Barend Keytel gepasseerd aan capitaal ƒ2760 of 890:--
  interest à 6% sedert 1:o December 1818
  van Hendrik Oostwald Eksteen Hend:k z: op eene not: obl: in dato 5 Augustus 1807 onder borgtogt v: Pieter Laurens Cloete en wyl: Rudolph Cloete gepasseerd aan capitaal ƒ3000 of 1000:--
  interest à 6% sedert 5 Aug:s 1817
  van Damien Pyfer op eene schep: ken: d:d: 7 Aug:s 1807, onder borgtogt v: Sybrand Dormehl en Johan Georg Göpel gepasseerd aan capit:l ƒ10000 ofte 3333:16
  interest à 6% sedert primo August: 1818
  van evengem: D: Pyfer op eene not: oblig: gepasseerd op d: 17 Mey 1811 onder borgtogt v: Johan Georg Göpel aan capit:l ƒ3000 1000:--
  met den interest à 6% sedert den 20 Mey 1818
  van voorm: D: Pypfer op eene onderh:s obligatie d:d: 20 Mey 1812 zonder borgen aan capit:l ƒ1000 of 333:16
  interest à 6% sedert den 20 Mey 1818
  van Daniel de Waal op eene not: oblig: d:d: 28 July 1815 zonder borgen aan capit:l ƒ1500 of 500:--
  interest à 6% sedert 20 July 1818
  van Nicolaas Tyrholm op eene schep: ken: d:d: 18 Maart 1814 onder borgtogt v: Ernst James Heckroth en Jan Fred:k Gillowey gepasseerd aan capit:l ƒ7000 of 2333:16
  interest à 6% sedert d: 18 Maart 1818
  van Johan Hendrik Ludolf op eene onderh: oblig: d:d: 6 Septem:r 1808 onder borgtogt v: Joh:s Gregorius Ludolf aan capitaal ƒ4000 of 1333:16
  interest a 6% sedert 6 September 1818
  van evengem: Joh: Hend:k Ludolf op eene onderh: oblig: d:d: 10 Juny 1810 onder borgtogt van Joh:s Gregorius Ludolf aan capitaal ƒ5000 of 1666:32
  interest à 6% sedert 10 Juny 1818
  van voorm: J:H: Ludolf op eene onderh: obl: onder borgtogt van Joh:s Gregorius Ludolf aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  interest à 6% sedert primo April 1818
  van Arend Josias van Breda op eene schep: kenn: d:d: 17 Sept:r 1789 onder borgtogt v: wyl: Pieter v: Breda en wyl: Hend:k Oostwald Laubscher gepasseerd aan capitaal per rest ƒ12000 of 4000:--
  interest à 6% sedert 17 Septem:r 1818
  van Marks Nicolaas Moor op eene schepenenkenn: d:d: 3 October 1805, onder borgtogt v: wyl: Carsten Muller en Bartholomaeus Schultz gepasseerd aan capitaal ƒ4000 of 1333:16
  interest à 6% p:a: sedert 20 Septem:r 1818
  van evengem: M:N: Moor op eene not: obl: d:d: 7 Novem:r 1813 zonder borgen gepasseerd aan capit:l ƒ2000 ofte 666:32
  interest à 6% sedert 7 Nov:r 1818
  van m:r Dan:l Fredrik Berrangé op een onderh: obligatie d:d: 6 Dec:r 1816 aan capitaal ƒ15000 of 5000:--
  zynde den interest vereffend tot den 6 Dec:r 1818
  Christiaan Marthinus Stofbergen op een onderh: obl: d:d: 1 April 1818 zonder borgen aan capitaal ƒ1200 of 400:--
  renten à 6% sedert den 1 April 1818
  van m:r Jacobus Petrus de Wet op eene not: obl: d:d: 4 Octob: 1810 onder borgtogt v: Gysbert Henry Maasdorp gepasseerd aan capit:l ƒ4000 of 1333:16
  met de renten à 6% sedert d: 4 Octob:r 1818
  van Jacobus Johannes du Preez Jacobus z: op eene schep: ken: d:d: 7 January 1814 onder borgtogt van Jacobus Steph:s Marais, Joh:s Rudolph Louw, Jacobus Petrus Theron en Dan:l Hugo Jac:s z: gepasseerd aan capitaal ƒ8000 of 2666:32
  interest 6% sedert d: 7 Jan:y 1819
  van Hendrik Matfeld op eene not: oblig: d:d: 26 January 1810 onder borgtogt v: Francois Joh:s de Necker en Gerrit Hend:k Meyer Nicolaas z: aan capitaal ƒ14000 of 4666:32
  interest à 6% sedert 1 Novem:r 1817
  van Johan Ludwig Pietersen op een sch: kennis d:d: 23 Octob:r 1818 onder borgtogt v: Andries Scheuble en Carl Cristof Ganisch aan capitaal ƒ6000 2000:--
  interest à 6% sedert 15 July 1818
  van Emmanuel de Roubaix op eene schep: kennis d:d: 14 Oct: 1816 onder borgtogt v: Gabriel Jacobus Vos en Fred:k Russouw gepasseerd aan capitaal ƒ10000 of 3333:16
  interest à 6% sedert 1:o January 1818
  van de wed:e Johan Hendrik Loff op een schep: kennis voor haren overl: man in dato 28 Novem:r 1806 onder borgtogt v: Barth: Schultz en wyl: Johan Fredrik Veyll gepasseerd aan capitaal ƒ8000 of 2666:32
  interest sedert 1:o Jan:y 1819 à 6%
  van Lucas Stokbro op eene schep: kennis in dato 22 Novem:r 1799 onder borgtogt v: wyl: Abraham Fleck van wyl: Dirk Wouter Hofman en Olof Marth:s Bergh gepasseerd aan capitaal ƒ7000 of 2333:16
  interest d: 22 Novem:r 1818 à 6%
  van Johan Fredrik Gilowey op eene not: obl: d:d: 24 Nov:r 1815 onder borgtogt v: Lucas Fred:k Fisscher en Christoffer Wolhuter gepasseerd aan capit:l ƒ6000 of 2000:--
  interest sedert d: 24 Novem:r 1818 à 6%
  van evengem: J:F: Gilowey op eene not: obl: d:d: ult:o Juny 1818, onder borgtogt v: Lucas Fred:k Visscher en Coenraad Luit s:r aan capitaal ƒ9000 of 3000:--
  interest primo July 1818 à 6%
  van Georg Anderson als in huwelyk hebbende Carl Wilhelm Dieleman op eene sch: kennis in dato 12 Dec:r 1805 onder borgtogt v: wyl: Anthony Berrangé gepasseerd aan capitaal ƒ12000 ofte 4000:--
  met d: interest sedert 12 Dec:r à 6%
  van Rynier Beck op eene not: obl: d:d: 16 Dec:r 1805 onder borgtogt v: Pieter Laurens Cloete en wyl: Cornelis Cruywagen gepasseerd aan capitaal ƒ3000 of 1000:--
  met den interest à 6% sedert d: 16 Dec:r 1819
  van evengem: R: Beck op eene not: oblig: in dato 20 Juny 1813 onder borgtogt v: Piet: Laurens Cloete en Gab:l Jacobus Vos gepasseerd aan capit:l ƒ6000 of 2000:--
  renten sedert d: 20 Jany 1818 à 6%
  van Johan Valentyn als in huwelyk hebbende de wed: Jacob Seigneur op eene schep: kenn: d:d: 20 Dec:r 1785 onder borgtogt v: wyl: Klaas Jacob Klaassen en wyl: Frans Hilligers gepasseerd aan capit:l ƒ12000 of 4000:--
  interest à 6% p:a: sedert 20 Dec:r 1818
  van de wed: Hend:k Oostwald Eksteen Pieters z: op eene onderh: oblig: door haren overled: man in dato primo Decem:r 1802 zonder borgen gepasseerd aan capit:l ƒ3000 of 1000:--
  interest à 6% sedert 1 Dec:r 1819
  van Cornelis Joh:s Langeveld op eene schep: kennis d:d: 19 Jan:y 1816 onder borgtogt v: Mich:l Wolf en Johan Gottlieb Kiliaan aan capitaal ƒ11000 of 3666:32
  met den interest à 6% sedert 1:o November 1818
  van Mynhardus Jacobus van Nuld Onkruyt op eene schep: ken: in dato 15 Maart 1816 onder borgtogt v: Jan Christiaan Nielen gepasseerd aan capitaal ƒ12000 of 4000:--
  met den interest sedert medio Maart 1818 à 6%
  van Anna Maria Slabbert, wed: Andries Coenradie op eene not: obl: d:d: 28 July 1812 onder borgtogt v: Dirk Slabbert aan capit:l ƒ1500 of 500:--
  interest sedert d: 28 July 1818 à 6%
Nota, zynde deze schuldbrief niet in den boedel bevonden en dus waarschynlyk onder den sequester voor wien des debiteure boedel thans geadministreerd wordt berustende van Bartholomaeus Schultz op eene not: obl: d:d: 4 Nov:r 1812 onder borgtogt v: Jacob Fred:k Binder en Johan Ludwig Pietersen, aan capitaal ƒ7000 of 2333:16
  interest à 6% sedert d: 4 Nov:r 1819
  van Jan Mosterd Jans z: op een schep: kennis in dato 16 February 1816 onder borgtogt v: Hend:k Vos sen:r gepasseerd aan capit:l ƒ12000 of 4000:--
  interest sedert primo October 1818 à 6%
  van Johan Fredrik Zeyler op eene schepenenkennis d:d: 13 Maart 1818 zonder borgen aan capitaal ƒ12000 of 4000:--
  interest sedert primo Jan:y 1819 a 6%
  van Martin Johannes Smith op eene schepenenkennis d:d: 10 April 1806 onder borgtogt v: Joh:s Christiaan Karsten en wyl: Jacobus Smit Christ:l z: gepasseerd aan capitaal per rest ƒ4000 ofte 1333:16
  interest sedert d: 21 Maart 1818 a 6%
  van Jacobus Wynand Louw en Adriaan Johannes Louw op eene not: oblig: d:d: 3 Octob:r 1805 onder borgtogt v: Joh:s Louw Jan Pieters z: en Bartholomaeus Schultz aan capitaal ƒ8000 of 2666:32
  interest sedert d: 3 October 1818 à 6%
  van Louis Joseph Alexander Pellegriny op eene not: obligatie d:d: 11 Juny 1814 onder borgtogt v: Dirk Gysbertus van Reenen en Joh:s Paulus Eksteen gepasseerd, aan capitaal ƒ4000 of 1333:16
  interest sedert d: 19 April 1818 à 6%
  van Hester Joh:a Maynier w:d Anthony Azerond op eene schep: kennis in dato 26 Augustus 1816 onder borgtogt v: Coenraad Nelson en Georg Rynolds gepasseerd aan capitaal ƒ8000 ofte 2666:32
  interest à 6% sedert d: 8 Aug:s 1818
  van Johanna Elisabet Muller wed: Anthony Josephus Becker op eene not: oblig: d:d: ult:o October 1814 onder borgtogt van Ernst Fredrik Schrader gepasseerd aan capit:l ƒ15000 of 5000:--
  interest à 6% sedert ult:o October 1819
Nota, zynde echter door de debiteure op de agterstallige renten van dese twee capitalen in mindering betaald rd:s200 evengem: wed: A:J: Becker op eene onderh: oblig: d:d: 22 Novem:r 1814 zonder borgen aan capit:l ƒ3000 of 1000:--
  met de renten à 6% sedert d: 23 July 1819
  van Johanna de Necker wed:e Gideon Rossouw op eene schepenenkennis de dato 2 Juny 1815 onder borgtogt v: Francois Joh:s de Necker en John Osmond gepasseerd aan capitaal ƒ15000 of 5000:--
  met den interest à 6% sedert den 2 Juny 1818
  van Zacharias Blomerus op eene schepenenkennis in dato 2 Juny 1815 onder wyl: Aegiedius Benedictus Ziervogel en Gottf:d Andreas Watermeyer aan capitaal ƒ6000 of 2000:--
  met de renten sedert 2 Juny 1818 à 6%
  van Hendrik Hitzerooth op eene schepenenkennis in dato 13 October 1815 zonder borgen aan capitaal ƒ24000 ofte 8000:--
  interest a 6% sedert d: 15 October 1818
  van Hendrik Matfeld op eene schep: kennis de dato 24 Mey 1816 onder borgtogt v: Francois Joh:s de Necker en Gerrit Hend:k Meyer Nicolaas z: aan capit:l ƒ10000 3333:16
  interest à 6% p: a: sedert den 24 Mey 1818
  van Sybilla Jacoba Laubscher w:d Sam:l Anthony Walters op eene not: oblig: d:d: 24 Mey 1816 onder borgtogt v: Jan Fredrik Serrurier en Johannes Kreynauw gepasseerd aan capitaal ƒ9000 ofte 3000:--
  interest à 6% sedert d: 1 Mey 1818
  van Johan David Leibbrand op eene sch: kennis d:d: 13 Dec:r 1816 onder borgtogt v: wyl: Sebastiaan Leibbrandt en Johan Godlieb Kiliaan gepasseerd aan capit:l ƒ15000 of 5000:--
  interest à 6% sedert d: 9 Dec:r 1818
  van Johannes Joachim Lodewyk Smuts op eene schep: kennis d:d: 20 Juny 1819 onder borgtogt v: m:r Michiel Adriaan Smuts en Magd:a Elisabeth Wernich wed: Johannes Smuts gepasseerd aan capit:l ƒ6000 of 2000:--
  interest à 6% sedert d: 20 Juny 1818
  van Petrus Michiel Brink op eene schepenenkennis d:d: 9 Novem:r 1817 onder borgtogt v: Pieter Woutersen en Andries Brink Cornelis z: gepasseerd aan capit:l ƒ12000 of 4000:--
  interest à 6% sedert primo Novem:r 1818
  van Pieter Fredrik Buitendag op eene sch: kennis d:d: 19 Nov:r 1799 onder borgtogt v: wyl: Joseph Heyns, Abraham Pieter de Villiers Jans z:, Barend Barendsze en Jacobus de Jongh gepasseerd aan capitaal ƒ8000 of 2666:32
  interesten sedert d: 17 January 1819 à 6%
  van Johan Jacob Meinert op eene schepenenkennis in dato 6 February 1818 onder borgtogt v: Frans Dykman en Johan Christoffel Wiehahn gepasseerd aan capitaal ƒ5000 ofte 1666:32
  met den interest à 6% sedert 6 February 1818
  van Johan George Muller op eene schepenenkennis d:d: 29 Mey 1818 onder borgtogt v: Gysbertus van Reenen en Dina Margaretha de Beer wed: Johan Georg Muller gepasseerd aan capit:l ƒ20000 ofte 6666:32
  met de renten sedert 11 Mey 1818 à 6%
  van Michiel van Breda Arends z: op eene sch: kennis in dato 25 Septem:r 1818 onder borgtogt v: Joh:s Joachim Lodewyk Smuts en Arend Josias v: Breda s:r aan capit:l ƒ10000 ofte 3333:16
  interest sedert den 15 Sept:r 1818 a 6%
  van John Samuel Merrington op eene schepenenkennis d:d: 10 July 1818 onder borgtogt v: John Murray en Georg William Simpson gepasseerd aan capitaal per rest ƒ13000 ofte 6333:16
  interest sedert 1:o Jan:y deses jaars
  van Johannes Albertus van Breda op eene not: obl: d:d: 30 Octob:r 1818, onder borgtogt van Dan:l v: Reenen Dirks z: en Adriaan Christiaan de Neys aan capitaal ƒ6000 of 2000:--
  interest sedert 30 Octob:r 1818 à 6%
  van Hendrik Pieter Moller op eene not: obligatie op den 3:de deser onder borgtogt van Sus:a Marg:a Smuts wed:e Wilhelm Buissinne en Marg:a Jacoba Meyer w:e Willem Cornelis Arendsze gepasseerd aan capit:l ƒ12000 of 4000:--
  interest à 6% sedert 3:de deser
  van Magdalena Mosterd huisvr: van den h:r Hendrik Vos s:r op een onderh:s briefje d:d: 30 Mey 1805 100:--
  van Magdalena Mosterd huisvr: van den h:r Hendrik Vos s:r op een onderh:s briefje d:d: 10 October 1808 40:--
  van Magdalena Mosterd huisvr: van den h:r Hendrik Vos s:r op eene onderh:s oblig: d:d: 21 Mey 1810 aan capitaal ƒ1000 of 333:16
  interest à 6% sedert d: datum van obligatie
  van de weduwe Ueberfeld en Serrurier te Amsterdam over ’t saldo eener rekening courant gesloten ult:o December 1817 Holl: courant guldens 39815
  van des heer overledenen oudsten zoon Jan Fredrik Serrurier wegens van denzelven door wyl: zyn Eerw: gemagtigdens in Nederland in dato 1 Maart 1798 voorgeschotene contanten Holl:s cour:t guldens   2000
Lasten des boedels
  ƒ Rd:s
aan des overledenens tweede zoon Louis Serrurier, zoo veel aan denzelven by uiterste wils dispositie voor een praelegaat is besproken tien duizend Hollandsche guldens à twintig stuivers ieder H:l: 10000:--
aan des overledenens jongste zoon Jan Serrurier wegens deszelfs als nog in den boedel berustend moedersbewys ƒ12000 Ind: vall: ofte   4000:--
alsmede de helfte van zoodanige ƒ10000 als door een ongenoemde vriend ten behoeve van hem en zynen broeder Johannes Petrus Serrurier zyn ter handen gesteld ƒ5000 ofte   1666:32
aan des h:r overledenens oudste dochter Cornelia Eliana Serrurier wegens het moederlyk bewys van dezelve, het welk insgelyks nog in den boedel is berustende ƒ12000 I:v: ofte   4000:--

Aldus na gedane ontzegeling, geinventariseerd en opgenomen aan de Kaap de Goede Hoop ten sterfhuize voormeld op den 8 en 9:de February 1819 ende zulks op het op en aangeven der gezamentlyke in loco presente erfgenamen, dewelke betuigden zich daarinne ter goeder trouwe gedragen en willens en wetens niets verswegen of agtergehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoort, bereid zynde deze hunne gedane opgave des vereischd wordende ten allen tyde met solemnele eede gestand te doen, onder verdere belofte zoo wanneer hierna, nog iets tot den boedel behorende mogten komen te ontdekken, daarvan getrouwelyk ter Weeskamer opgave te zullen doen ten einde in zulk geval dezen inventaris daarmede naar behoren kan worden geamplieerd.

In teeken der waarheid is deze door de gezamentlyke presente erfgenamen, benevens ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren en my Eersten Commis der Kamer eigenhandigd gesubscribeerd.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:S: Munnik

J:F: Serrurier

C:E: Serrurrier

D:F: Berrangé

J:P: Serrurier

J: Serrurier

Mij present: G:A: Watermeijer. E:C:

MOOC8/33.3a

{18170624} 24 Juny 1817 David Hercules Botha

Staat en inventaris van zodanige goederen als ab intestato met er dood zyn ontruimd en naargelaaten door den burger David Hercules Botha d’ oude op desselvs plaats genaamd Welgevonden geleegen in de Cango , ende zulks ten byweezen van den ondergeteekende, als hiertoe geauthoriseerd zynde van den weleerwaarde heer A:J: van Kervel en natenoemene getuigen

Een plaats in eewigduurende erfpacht genaamd Welgevonden , geleegen in de Cango
een plaats genaamd Vinkenest Rivier geleegen inde Roode Berg meede in de Cango

Aan het woonhuis van d’ eerstgemelde plaats, de onderstaande goederen g’inventariseerd als

In de kamer aan de linkerhand
    Rd:s
  een geslotene schuifdoos waar in zich bevond
  eenige quittantien van betaalde recognitie penningen
  een geeemallieerde zak horologie NB defect
  een geknoopte geld beursje waar in aan geld
  2 zilvere vier schell: stukken
  1 zilvere van 2 schell:
  3 zilvere schell:
  9 zilvere dubbeltjes
  1 zilvere stuiver
  een klyn schuif doosje waarin eenige quitantien belangende den overleedene Johan Balthazar Roelofse
  2 boekjes in quarto waarin de volgende aanteekening van uitstaande schulden als
  no: 1 S:W: Pouwels 650:--:--
  no: 2 Willem Myntjes d’ oude ƒ1000 of 333:2:4
vold: Jacobus du Plesis 12:--:--
vold: Jan Olivier 5:--:--
vold: no: 3 David Hercules Botha jun: 100:--:--
vold: no: 4 David Hercules Botha jun: 2000:--:--
  met de renten zedert 11 Novb:r 1816
vold: no: 5 Christiaan Hattingh 70:--:--
  met de renten zedert 6 July 1814
vold: no: 6 Philip Rudolph Botha per rest eene onderh: obl: d:d: 20 July: 1812 1200:--:--
  terwijl Hermanus Pieter van der Westhuyzen nog erkenden aan den boedel van den overleedene schuldig te zyn voor een gekogte zadel 66:--:--
  een tafel kast waarin
  twee leedige trommels
  1 verlakt theekisje en schenkblaadje
  1 halve bottel zoete oly
  een zilvere zakhorologie, defect
  2 p:r zilvere schoengespes
  1 p:r zilvere broekgespes
  1 enkelde zilvere schoengespe
  12 zilvere eetens leepels
  1 zilvere thee leepel
  2 p:r zilvere hembds knoopen
  2 tinne schotels
  1 tinne sopkom
  1 pakje met kopere knopen
  1 tinne trekpot
  1 thee machine
  1 groene tjaal met 8 p:r koussen
  7 kooren sikkels
  1 omslag, 1 snymes, 2 drilbooren, 1 byl en een oud yzere rak
  1 thee machine
  1 oly steen
  1 grote Bybel in folio
  2 gebede boeken
  een ledige kist
  een koffer waarin
  2 1/2 el zyl doek
  8 elle roode baaij
  6 ell geruit
  6 el broekegoed
  2 elle fyn linnen
  een platvaatje
  2 ledikanten met desselvs behangzels
  4 beddens
  8 gestikte combaarsen
  1 wolle [combaarsen]
  1 peul
  6 kussens
  1 ledige trommel
  1 tinne waterpot
  1 stoof
  1 katel
  1 bladtafel
  1 schuifdoos
  1 kooygoedzak
In het voorhuis
een kist waarin
7 groote booren
4 nieuwe bytels
1 rasp
1 passer
2 booren
5 vylen
1 yzere bout
1 snymes
4 wyngaard messen
1 broodmes
10 oude bytels
1 houtbyl
1 yzer gewicht
1 kuipers mes
3 schaaf bytels
1 kast slot
een hoekkast waarin
6 kelderflessen
10 bottels
2 pakjes witlood
1 pak swavel
1 pakje roode menie
2 staafjes staal
20 kopjes en pierings
1 lampet en kom
6 wynkelkjes
5 bierglazen
26 vlakke borden
7 diepe borden
9 vlakke schotels in soort
2 witte soep kommen met dekzels
1 diepe witte schotel
2 tinne kommen
20 yzere vorken
7 tinne leepels en 1 soep [leepels]
2 kopere vyzels en stampers
1 thee busje
1 leedige trommel
4 kopere kandelaars
2 snuiters
1 strykyzer /defect/
1 boterpotje
1 tafelkast
2 spiegels
1 rustbank
8 stoelen
1 leuning stoel
1 grote tafel
1 thee tafel
1 tinne trekpot
1 kopere theekeetel
1 tinne theekeetel
In de kamer aan de rechterhand
een leedige lessenaar
3 defecte kofy moolens
6 potte in soorten
1 yzer comfoor
1 katel
3 geelhoute planken
1 wit else [planken]
1 ladder
2 geweeren
1 geweer rak
1 katel
In de combuis
1 combuis tafel
2 boterkarns
3 botervaten
12 emmers
5 yzere kookpotten in soorten
3 schoorsteen kettings
1 rooster
1 stoofpan
Op de zolder van het woonhuis
25 mudden koorn
1 veld tent compleet
een nieuwe tentzyl en matje
het houtwerk van een onbeslage wagen, compleet
In de kelder
4 stave yzer
1 staaf hoepel yzer
2 zeep potten
1 grote yzere drievoet
2 klyne yzere potten
1 oude kist
1 kan lynolij
1 baly met yzere ooren
3 leedige kannen
4 kuip balies
2 leedige leggers
1 legger met wijn
3 ledige halve leggers
2 volle halve leggers met brandewyn
6 leedige half aamen
1 volle half aam met anys brandewyn
2 bierpypen met azyn
1 leedig anker
1 vat teer
Op de zolder van de kelder
15 mudden garst
In de school
1 katel
1 theetafel
1 wagen kist
In het pakhuis
10 koorn zakken
2 yzere pannen, 1 yzere potje
1 kar kisje
1 buikplank
10 voet geelhout
1 scheepel
2 meelziften
In de stal
1 party wage makers hout
420 voet geelhoute planken
1 geelhoute balk
1 party dekstroo
1 stinkhoute plank van 3 duim
1 stinkhoute plank van 1 1/2 duim
2 half sleete zadels
Op de werf
1 ossen wagen compleet
1 oude ossen wagen
1 brandewyns keetel compleet
In de smits winkel
1 blaasbalk
1 spierhaak
1 ambeeld
7 oude graven
1 steenpik
1 pik
2 koevoetten
2 houtbylen
1 schroef
1 ploeg
5 oude roeybanden
een hoopje oud yzer
1 trekzaag
1 raamzaag
1 handzaag
eenig oud gereedschap
4 voorhamers
2 vierkante staven yzer
5 stukke yzer in soorten
Lyf eigene des boedels
April
Appollos
Goliat
Lakey
Diana
Eva
Spaas
Abigael
Floris
Rachel
Philida
Romana
Spaas
Mozes
Clara
Anna
Salomon
Pieternel
Abraham
Lakeij
Oerson /NB/ aan de Kaap weggelopen ses 20 jaar oud kroes haar, kort en dik van postuur, was by zyn opdrossen gekleed met een voering velle broek en linnesche baatje, en van de wagen gedeserteerd, aan de Kromme Poort en is van te voore Cupido genaamd
Beestiaal
66 ossen
218 aanteelbeesten
5 rydpaarden
28 aanteelpaarden
220 aanteelschapen
18 bokken
5 varkens

Aldus g’inventariseerd door de ondergeteekende op de 24 en 25 Juny 1817 ter woonplaatze voorsch: ten byweezen van de hier onderstaanden getuigen

L:J: Botha veldcornet, Coenraad Strijdom

Mij praesent: D: Coolhaas

Erfgenaamen van wylen David Hercules Botha
kinderen van het eerste bed Philip Rudolph Botha
Julia Johanna Botha gehuwd met Petrus Gerhardus Marks
Susanna Maria Botha gehuwd met Philippus Nel
David Hercules Botha
Elisabeth Maria Botha gehuwd met Jacobus Kotzee
Margaretha Isabella Botha gehuwd met Christiaan Hattingh
Johannes Christoffel Botha
kinderen van het tweede bed Fransina Susanna Botha
Magdelena Elisabeth Botha
voorkinderen van wyle de wed:e Roelofse als het laatst gehuwd geweest zynd met gem: wyle David Hercules Botha en med: erfgenamen van gem: boedel Maria Magdalena Elisabetha van der Westhuizen dochter van Hermanus Pieter van der Westhuizen, als gehuwd geweest zynde met wyle Maria Magdalene Roelofse
Cornelis Johannes Roelofse
Wynand Sarel Roelofse
Anna Susanna Roelofse
terwyl de onmondige erfgenamen zyn besteed als volgd Johannes Christoffel Botha bij Philip Rudolph Botha
Fransina Susanna
Magdalena Elisabetha
en de voorkinderen van wyle de wed:e Roelofse, in naamen Cornelis Johannes Roelofsen by Cornelis Roelofsen: aan Gowrits Rivier woonachtig
Wynand Sarel
Anna Susanna

MOOC8/33.3b

{18160809} 9 August 1816 David Hercules Botha

L:a B F:o 27 and 28

Office for the enregisterment of slaves, Cape of Good Hope, George 9th August 1816.

These are to certify, that, in compliance with the regulations set forth by proclamation of the 26th of April, 1816, the following slaves, reported at the Office by David Hercules Botha as his property, have been duly registered as such, according to a schedule, verified by his sign manual, videlicet:

Name Sex Age, about Country Occupation Remarks
April male 50 yr:s Madagascar labourer
Apolles male 40 this Colony labourer
Goliat male 38 Mosambicq labourer
Lakey male 28 this Colony waggon driver
Oerson male 20 this Colony labourer
Diana female 45 Mosambicq housemaid
Eva female 18 this Colony housemaid
1 Spaas female 48 this Colony housemaid
Abigael female 36 this Colony housemaid
Floris male 12 this Colony
Rachel female 10 this Colony
Philida female 8 this Colony
Romana female 6 this Colony
2 Spaas female 4 this Colony
Mozes male 2 this Colony
Clara female 25 this Colony housemaid
1 Anna female 5 this Colony
Salomon male 3 this Colony
Pieternel female 7 this Colony
2 Anna female 23 this Colony housemaid sold and transferred to D:H: Botha inv: the 15 Jan:y 1817 L:B F:o 41
Abraham male 4 this Colony
Lys female 2 this Colony   sold and transferred to D:H: Botha inv: the 15 Jan:y 1817 L:B F:o 41

D: Coolhaas, Distr: Clerk

MOOC8/33.3c

{18170723} 23 July 1817 David Hercules Botha

L:a B: F:o 27 and 28

Office for the enregisterment of slaves, Cape of Good Hope George Town, the 23th Jule 1817.

These are to certify, that

a male infant, named Lakey /2/ born the 9th June 1817, whose mother is named Clara now aged about 26 y:s, born in this Colony by trade a housemaid has been duly registered at this Office, as the property of David Hercules Botha

D: Coolhaas, Distr: Clerk

MOOC8/33.4

{18140917} 17 September 1814 Hendrik Schalk Burger

Inventaris der nalatenschap van wylen myn zoon Hendrik Schalk Burger by en ter plaatze van den veldc:t Barend Fredrik den 17 September 1814 overleeden

9 trek ossen
1 bul
1 ry paard
1 ry zadel
8 aan vok bokken
2 aan vok beesten

P: Burger de oude

Als getuigen: A:s J:s Burger A:s z:n, Christoffel van der Westhuysen

MOOC8/33.5

{18180704} 4 Julij 1818 Charles Warner

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Vrydag den zes en twintigste dag der jongst gepasseerde maand Juny in den jaar een duizend acht honderd en achttien, ab intestato metter dood zyn ontruijmd ende nagelaten door Charles Warner ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door my ondergetekende Adjunct Commis der Weeskamer ter presentie der meede geteekende getuijgen is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

een kist waarin
twee lakense rokken
drie hembden
dertien broeken
een jekket
acht onderbaatjes
drie p:r kouzen
zes p:r zokken
veertien doeken en dassen in zoort
drie p:r slopkousen
twee slaapmutzen
zeeven servietten
een foudraal met een scheermes
een kam
vier borsels in zoort
een pennemes, behoord aan J: Paine
vijf potlooden
een signet
een zilvere theelepeltje
een koffer waarin
een hembd
twee onderbaatjes
drie broeken
een laken
drie sloopen
twee hoeden
een p:r laarsen
drie borsels
een p:r spooren
een sabel met zilver gemonteerd
een kruidhoorn
een karewats
een bulzak
vier kussens
twee lakens
twee wolle dekens behoord aan J: Paine
een stoel
een tafel
een zilvere zakhorologie
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Johannes Vigenheim voor een halve maand kamerhuur en oppassing gedurende de ziekte van den overleedenen 10

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd in de Kaapstad aan de Kaap de Goede Hoop op den 4:e Julij 1818

Als getuijgen: J: Serrurier: J:N: Rörich

Mij present: P:E: Faure, Adj: C:

MOOC8/33.6

{18190312} 12 Maart 1819 Thomas Forest

Inventaris van alle zoodanige goederen als er op Zondag den zevende dag der maand Maart in den jare onzes Heeren een duizend acht honderd en negentien ’s namiddaags de klokke omtrent een uur, door Thomas Forest schipper van het Engelsch particulier schip, ten behoeve zyner onbekende uitlandige erfgenamen ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten.

Zynde dezelve door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende

een koffer n:o 1 waarin
zeven linnensche baatjes
vyf Nankinsche broeken
drie linnensche onderbroeken
een linnensche [onderbroeken] lange
acht linnensche onderbaatjes
negen hembden
drie linnensche beddelakens
zeven kussingslopen
zeven en twintig halsdoeken
twee dassen kussings
zeventien paar koussen in soort
een koffer n:o 2 waarin
een linnensche maursche rok
zestien hembden
drie bonte hembden
elf onderbaatjes in soort
zeven broeken in soort /linnensche/
twee onderbroeken
drie bedde lakens
twee tavellakens
zes zyde zakdoeken
twee halsdoeken
drie slaapmutzen
elf hand doeken
twee Russisch linnensche broeken
twee en twintig paren koussen in soort
een koffer n:o 3 waarin
een jekket
twaalf broeken in soort
vyf onderbaatjes in soort
negen bonte hembden
tien tavel lakens
drie en twintig handdoeken in soort
een witte bed deken
twee gordyntjes
twee zyde zak doeken
twee slaapmutzen
een lapje flennel
twaalf paar koussen in soort
een blaauw lakensche rok
een blaauw lakensche broek
een bed laken
een groene houte kist waarin
een lakensche over rok
zes lakensche lyf rokken
vier lakensche broeken
een linnensche [broeken]
een linnensche onderbroek
een casimirsche onderbroek
twee lakensche baatjes
twee zyde zak doeken
twee paar laarzen in soort
een paar schoenen
een paar pistolen
zeven en zestig boeken in soort
een klein koffertje waarin
diverse particuliere papieren
een zilvere vergulde snuifdoos met den naam van den overledenen
een goude borstspeld met paarlen waarop insgelyks de naam des overledenen
en voorts aan contanten
acht en dertig hele silvere Spaansche matten
twintig halve silvere Spaansche matten
twee goude ropyen
vier zilvere ropyen
drie zwarte zydene doeken
een mahony houte schryflessenaar waarin
twee brillen met foudraal
twee dobbelstenen en voorts eenige papieren
een schryfkistje defect waarin
enige brieven en ander papieren en een bril, defect
een scheer doosje met toebehoor
een zilver horologie
twee hoeden in soort
een zyldoeksche zak waarin
zeven flennelsche hembden
zes flennelsche onderbroeken
zeven linnensche hembden
drie paar koussen in soort
drie zwart zydene halsdoeken
drie hand doeken
vier zyde zak doeken
een linnensche kussing sloop
drie bedde lakens
een hangmat met zyn matras
twee kussings en
een witte deken
een paar muilen

Aldus na gedane ontzegeling, geinventariseerd ten huize van Murdoch Morrison van de Kaap de Goede Hoop op den 12 Maart 1819.

Als gecommitteerde Weesmeesteren: A:V: Bergh, A: v: Breda

Voor de op- en overgaaf: John Brewer, supercargo ship

Mij praesent: J:P: Faure, Secret:s

MOOC8/33.7

{18170614} 14 Junij 1817 Maria Bezuydenhout

S:V: Cloete

Staat en inventaris van alle zodanage goederen en inne schulden als wylen de burgeresse Maria Bezuydenhout, laatst weduwe wylen den ingezeeten Bastiaan Marjethz, gewoond hebbende op de plaats van d’ edelen Servaas Daniel de Kock Josias zoon, gen:d de Bot Rivier , gelegen alhier aan de Compagnies Drift , en aldaar op den 15 April j:l: by den burger Josias Servaas de Kock Servaas zoon, ab intestato met er dood ontruymd en nagelaten heeft.

Ende zulks op het op ende aangeven van evengem:e Jos:s Serv:s de Kock Serv:s z: ten verzoeke van den adj:t land:t Jan Hendrik Frouenfelder, voor het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop, mitsgaders in geschrifte gebracht door my Georg Christiaan Bergman, Beëdigde Notaris, resideerende in het dorp van het onderdeel Caledon , in het district Swellendam , ter presentie der hiernagenoemde getuigen, zoo en in diervoegen als hierna is volgende

een houte kist
in dezelve
een blikke trommel met een restant thee
een beugeltas met een geele beslag, waarin een zilvere zak horologie met een kopere ketting, twee paaren zilver gespels, en veerthien dubbeltjes koper geld
een beugeltas waarin een schaar, nadelkooker, vingerhoed en een dubbeltje aan koper geld
twee blikke kaarse vormen
een boyan pot
een kopere stryk eyzer
een vles en twee halve bouteltjes defect
vier tinne borden
twee kopere kandelaars
twee blikke bakjes
twee yzere lepels en twee yzere vurken
vyf blikke doosjes en een blikke worst hoorn
vier halve bouteltjes met een wynig zuiker etc:a daarin
vier porceleine potjes etc:a
een naaymandje met verscheyde naalden etc:a daarin
twee stukken zeep
agt boeken in zoort
een zak spiegeltje
drie ledige zakjes met een bril
een knyptang en verscheyde yzere booren etc:a
een grote Bybel
een oude zak met nieuwe en oude kleederen etc:a
een oude opend kistje
een topatje met differente papieren
apart
een ring defect en
een stoof
een oude zak waarin een oude kopere water keetel en
een oude zak waarin een klyne bed, vier kussens, een combaars, een oude vrouwe rok en een oude vrouwe jas
Aan contanten
drie ryksd:s en vier schell: papier geld
Inne schulden
een onderhandsche obligatie d:d: 13 Octb:r 1816 groot aan capitaal een hondert ryksd:s benevens de renten, zedert evengem:e datum, ten lasten van den ingezeeten alhier, Jacobus Ilzebethd, en
een onderhandsche obligatie d:d: 1 Octb:r 1816 groot aan capitaal, per rest twee hondert vier en veertig ryksd:s benevens de renten à 6 pc:t zedert evengem:e datum, ten lasten van den burger Josias Servaas de Kock

Compareerde voorm:e Josias Servaas de Kok Servaas zoon, woonende alhier in de nabyheid van de Botrivier , dewelke /:onder presentatie van eede:/ verklaarde in het op ende aangeven der voorenstaande inventaris, zoo der goederen als inne schulden dezes gemeen zynde boedels, als in het hoofd biedend is vermeld, zig in alles opregt en getrouw gedragen te hebben, zonder deswegens iets voorbedagtelyks te hebben verzwegen ofte agtergehouden direct of indirect, met belofte zoo hy hiernaamaals iets mogt ontdekken, als dan daarvan behoorlyk nader opgaaf te zullen doen.

Aldus g’inventariseerd ter adjunct drostdye te Caledon voorm:d op den veertiende Juny 1817 in het byzyn van den voorlezer alhier Dirk de Vos Dirk zoon en den burger Mathys Johannis Lourens Cornelis zoon als getuigen die de minute deser benevens den inventarient ende mij Notaris, mede behoorlijk hebben onderteekend.

Quod attestor: G:C: Bergman, Notaris

MOOC8/33.8

{18150211} 11 Februarij 1815 Martha Magdalena Courtier

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ’er door wijlen Martha Magdalena Courtier laast weduwe wijlen Johannes van Eck zijn bezeeten en ab intestato met ’er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waaren weezen zijn bevonden geworden, te weeten

een geheel oude wagen, uit elkanderen leggende
drie ijzere potten in soort, waarvan 2 defect
een buldzak, peul, drie kussens en 1 wolle combaars /oud/
een oude kist
vier tinne borden
twee tinne schotels
drie tinne lepels
drie vorken
een kopere ketel
een aarde theepot
Beestiaal
thien trekossen
seven aanteel beesten
twee hondert aanteel schaapen
Baten des boedels
  Rd:s
van Fredrik Adolph over koop van een os 16
van Rudolph Bronkhorst over cont:t geleend geld 16
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Joh:s van Eck over negotie 58:4
aan Hendrik Textor over schoolgeld 3:4
Erfgenaamen
1) Johannes van Eck geb: den 20 Jann: 1785
2) Gideon Jacobus van Eck geb: den 5 Junij 1792
3) Hend:k Johan:s van Eck geb: den 31 Maart 1794
4) Martha Elisab:h van Eck geb: den 12 Dec: 1796
5) Arie Philipp:s van Eck geb: den 12 Febr: 1795

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 11:de dag der maand Februarij 1815 volgens ’t op en aangeeven van den burgeren Johannes en Gideon Jacobus van Eck voorm: dewelke betuigden hun hierinne ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met hun weeten versweegen of agter gehouden verklaarende hun dus bereid deeze voorenst:de opgave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede te zullen bevestigen, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel specteerende mogt komen te ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied in ’t bijweezen van den clercq J:B: Wiese en den Adj:t Bode J: Auret als getuigen.

Als getuigen: J:B: Wiese, J:s Auret

Johannes van Eck

Gidejon Jacobus van Eck

In kennisse van mij: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/33.9

{18180806} 6 Augustus 1818 Helena Johanna Leendersz

Inventaris van alle zodanige goederen als ’er op Dingsdag den vierde dag deeser lopende maand Augustus ’s morgens de klokke quart over vier uuren metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door Helena Johanna Leendersz weduwe van den baas timmerman op ’s Compagnies equipage werf Meijndert van Eijk, hebbende de overleedene bij testament in dato 14:e September 1815 voor den notaris publiek m:r Jacobus Petrus de Wet en getuygen opgericht, na alvorens eenige legaten en praelegaten te hebben besproken tot haare eenige en universeele erfgenamen, geroepen benoemd en aangesteld, de kinderen by opgemelde haren vooroverleedenen man in echt verwekt, met namen

1) Jan Hendrik van Eijck
2) Maria Johanna van Eijck thans gehuuwd met Thomas Chapley
3) Meindert Jacob van Eyck
4) Daniel Wilhelm van Eijck en
5) Helena Hendrica van Eyck gehuuwd met Joseph Davidson

en voorts by zekere onderhandsche acte in dato 30 November 1816 uit kragte der clausule reservatoir in haare testamente vervat, denzelven testamente g’annexeerd, Heeren Weesmeesteren deeser Colonie verzogt en benoemd tot executeuren van hetzelve testament, redderaars harer nalatenschap en voogden over haare minderjarige erfgenamen en legatarissen, wien ten gevolge den boedel door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Een huis en erf staande en geleegen in deese Tafelvalleij in de Waale Straat in ’t Blok L:L: en aldaar No: 4 blykens transport in dato 10 October 1806 aan de overleedene gedaan

In het evengemelde huys en aldaar

In de voorkamer ter regterhand
twee illusters met vergulde lysten
zeeven schilderyen in zoort
twee vierkante tafeltjes
zes stoelen met losse ledere mattrassen
een sassinet
twee guerridons
een Chinasch bureau met een opstaande glase kast dewelke de wed:e Jan Adolph Wagenaar opgeeft haar eigendom te zijn
vier blikke trommels
drie stooven
een kaarsendoos
een toilet doos
een liquer keldertje
een Chinasch verlakte ledige theekistje
een theekistje met drie blikke bussen
een naaidoos
een kleine ledige koffer
een houte kistje met een slot
een houte kiste met een slot, kleinder
een sleutelkistje
twee plettit kandelaaren
een zilvere zuykertrommeltje
een foliant Bybel met zilver beslag
een vliegenwaayer
drie porcelaine potten
een stinkhoute kast, zynde volgens opgaaf deselfde die door de overleedene by testament is gelegateerd aan haare dogter Maria Johanna van Eijck voor eene somma van rd:s25
in de evengemelde kast
een zilvere schenkbord
een goude zakhorologie met goude ketting
een kleine verlakte schuifdoosje
een carette doos met zilver beslag waarin zestien knopen met steenen en eenige andere kleinigheeden
zeeven tafellakens
zes en twintig servietten
zeventien beddelakens
twaalf handdoeken
drie en zestig kussenslopen
twee stel bedtbehangsels
een chitze ophaal gordyn
een katoene deeken
twee chitze spreyen
een klederborsel
In de voorkamer ter linkerhand
een sassinet
een kleine spiegel met vergulde lyst
een kleine vierkante tafel, behoord aan juff: van Eyk
een lessenaar op een voet
drie schenkbladen in zoort
vyf glaase karaffen in zoort
vier waterglazen
acht bierkelken
dertien wynkelken in zoort
vier confytglaasjes
twee glaase zoutvaatjes
drie strykysers met twee roosters
drie aarde trekpotten
twee aarde melkpotjes
neegen p:r kopjes en pierings in zoort
zeeven kommetjes
een tinne ketel
een kopere ketel
een kopere confoor
twee zilvere soeplepels
twee en twintig zilvere eetlepels
acht zilvere dissert lepels
zes zilvere dissert vorken
zeventien zilvere theelepeltjes
twee zilvere confyt vorkjes
een oude zilvere sleutelhaak en eenig oud zilver
twee zilvere zoutvaatjes met blaauwe glaasjes
twee plettit zuykertangen
een trancheermes
twaalf tafel en vorken met witte yvoire heften
twaalf dissert messen en vorken
een pagter spelletje
een kurkentrekker en
eenige kleinigheeden van geen aanbelang
In de voorhuis gaandery
twee bankjes
een kamer beuzem
In de dispens
een kopere blaker
een kopere kandelaar
een kopere handlantaarn
een kopere vysel en stamper
een koffiemolen
drie stale snuyters
twee verlakte snuyterbakjes
een botervaatje
een kleine balie
een verlakte broodbakje
twee verlakte messenbakjes
een aarde wasch lampet en twee aarde kommen
twee aarde poddingschotels
een aarde salade bak
achttien aarde borden in zoort
een aarde beeker
twee aarde zuykerpotjes
vier aarde potjes in zoort
neegen ledige bottels en vlessen
In de bovenkamer n:o 1
een enkelde ledikant waarop
twee bulsakken
een peuluw
zes kussens en
een chitze deeken
een kadel waarop
een bulsak
een peuluw
zeeven kussens
twee stoelkussens
een chitze deeken en
een wolle kombaars
een waterpot
In de bovenkamer no: 2
een sassinet
een vloermat
twee voetmatjes
twee ledige mandjes
een en twintig ledige bottels
een el
een chambreel
een zak met een restant paardenhair
een cyfferley, defect
In de kombuijs
een waterhalfaam
twee emmers
een baly
een vuilnisblik
Op de agterplaats
een nagtstelletje met zyn pot
een ledige kist
twee huisladders
Inneschulden
  Rd:s
een onderhandsche obligatie de dato 17 May 1817 ten lasten de heer Ernst Fredrik Schruder groot in capitaal ƒ2000 ofte 666:32
met de renten zedert 17 May 1817
een notarieele obligatie de dato 13 January 1817 ten lasten Johan Heinrich Lichtwark groot aan capitaal ƒ8000 ofte 2666:32
met den renten zedert den 13 January deeses jaars
welke laastgemelde obligatie door de overleedene by onderhandsche dispositie in dato primo February 1817 uit kragte der clausule reservatoir by haren testamente gevoegd, in gelyke deelen is gelegateerd aan haare vier kleynkinderen, in namen Helena Johanna en Martha Johanna van Eyk, beide dogters van Jan Hendrik van Eyk, aan Benjamin Davidson zoon van haare dogter Helena Henrica van Eyk en aan Daniel van Eijck zoon van haren zoon Meindert Jacob van Eijck
zo veel door opgemelde Maria Johanna van Eyk voor by testament aan haar geprelegateerde klederenkast aan den boedel moet worden ingebragt 25:--
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Daniel van Eijck Danielsz:n over zo veel door de overleedene by testament aan hem is gelegateerd 300
zullende de overige lasten by de generale boedelrekening worden verantwoord, alsmede eene specificque lyst der klederen etc:a door de overleedene aan haare twee dogters geprelegateerd, deesen inventaris worden bygevoegd

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten sterfhuise voormeld op den 6 Augustus 1818 ende zulks op het op en aangeven van Jan Hendrik van Eyck, in den hoofde deeses gemeld, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met zyn weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben, van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuygde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gesegde nalatenschap behorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde deesen inventaris daarmeede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deesen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eerste Commis der Weeskamer door den inventarient eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: Daniel de Waal, J:H: Munnik

J:H: van Eyk

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/33.10

{18150320} 20 Maart 1815 Leendert la Buschagne , Magdel Magdel van der Merwe

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door den burger Leendert la Buschagne en wylen desselvs huisvrouw Magdel Margaretha van der Merwe in gemeenschap bezeeten en door de laatsgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten en bevonden te bestaan in

een geweer
een geweer
een kopere ketel
een trek potje
een kommetje
twee ledige bottels
een vlesje en kannetje
vier tinne borden
vier tinne lepels en 3 vorken
een blikke busje
een yzere potje
een emmer
een stoel
een stoof
een tafel
een veldstoel
een wage met tent, zyl en jukken
een wagen kist
een bed met zyn toebehooren
elf trek ossen
ses jonge osjes
twaalf aanteelbeesten
twee hondert en agt aanteelschaapen en bokken
drie paarden die wegens de thans heerschende paarde ziekte agtergebleeven zyn en welke paarde La Buschagne aangenomen heeft na die ziekte ter publicquen verkooping alhier te zullen bezorgen
Erfgenaamen
Frans La Buschagne geb: den 6 Sept:r 1812

Aldus gedaan en geinventariseert ten dorpe Graaff Reinet op den 20 Maart 1815 volgens op en aangaave van de in den hoofde deeses gem: Leendert la Buschagne, dewelke betuigde zich hierinne ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weetens verzweegen of agtergehouden te hebben van al het geen tot den boedel behoort verklaarende dus bereid te zyn deezen opgaaf ten allen tyde des gevordert wordende, met solemneele eede te bevestigen en verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogte ontdekken deezes inventaris daarmeede te zullen emplieeren, wyders is zulks geschied ten byweezen van den burger Fredrik Wippenaar en Johannes Henricus Meiring als getuigen

Als getuigen: F: Wepener, J:H: Meiring

Lendert Labuschnie

Ten mijnen overstaan: J:H: Fischer, Landd:

MOOC8/33.11

{18170206} 6 Februarij 1817 Barend van den Berg , Maria Petronella Liebenberg

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door Barend van den Berg Barendszoon in tweede huwelyk met wylen Maria Petronella Liebenberg in gemeenschap bezeeten, en door laatst gemelde met er dood ontruimd en nagelaaten zyn, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

Huisraad
een blad tafel
een thee tafel
dertien tinne borden
drie tinne schotels
twee tinne zoep lepels
agt tinne eet lepels
agt tinne furken
tien pierings
vier kopjes
twee kommen
een comfoor
vyf stoelen
een stoof
een veldstoel
vier emmers
een compleete bed
een incompleete bed
twee katels
zeven potten in zoort
een yzere lepel
een rooster
een coffy molen
een zeep pot
drie borde rakken
vijf mantjes
zes kannen in zoort
drie sous potjes
een strykyzer
een tinne boter pot
een meelzift
een rasp
een tinne en een glaze potje
drie geel kopere kandelaars
een vyssel met stamper
twee blikke trommels
twee atjar potten
agt bottels
een doosje en een blikke kan
twee ziften /defect/
een karn vat
een boter vat
een azyn vaatje met een weinig azyn
twee fleesch vaatjes
een groote vat
twee balies
een kopere en een tinne ketel
een tinne nachtspiegel
een lood lepel
een lange ladder
een bank
drie bylen
een snuiter
een groote bottel /glas/
een zyl
een oude ploeg met twee schaaren
vier houte schoppen
een ossewagen met volle toebehooren
een wagen kist
een kleder kist
25 ellen tentzyl
een oude tentzyl
vyf zakken loogasch
een [zakken] vet
drie zeep formen
twee wagen assen en een groote hoop onbewerkd hout, boter bakken, etc:a
tien beeste vellen en een hoop riemen
een groot getal timmermansgereedschap in zoort, bruikbaar en defect
een voordeur coussyn met boven en onderdeur
drie vengster coussynen met blinden
twee koevoeten
een bank schroef
een draai bank, defect, met eenige onbruikbaare gereedschappen
twee molen steenen, een spil en een bilhamer
een parthy oud yzer
2 p:r nieuwe hengzels en duimen
7 sickels oud en nieuw
vier oude graaven
een balans en twee schaalen
twee oude zadels en toomen
drie schiet geweeren waarvan een defect
een geweer laay
twee honderd Spaansche rieten
een sjambok
een roskam
Beestiaal
een duizend aanteel schaapen
vier en dertig ossen
zes en zestig aanteel beesten
drie ryd paarden
zes merries en drie veulen
een jonge hengst
Contanten
  Rd:s
een slagters brief ten lasten August Moller weg:s koop van vyf en zeventig hamels door deszelfs knegt A: Gronum op den 27:e Jan:y l:l: groot 150
hiermede aan de Kamer overgezonden
Baaten des boedels
  Rd:s
van Olof Abram Servaas de Meyer, als gehuwd met de wed:e Jan Gabriel Vermeulen zo veel den aangeeven, als erfportie van zyne eerste vrouw Cathar:a Elisabeth Vermeulen, blyk:s nadere boedel rek:g meer te erven had dan hy had genooten 21
NB komt dus de helft van ’t opgem: nog ten profyten der erfgenaamen uit het eerste huwelyk van d’ aangegeven
van Christiaan Liebenberg B:dz weg:s verkoop van twee jonge ossen 20
Schulden des boedels
  Rd:s
aan de vyf onmondige erfgenaamen by voorigen huwelyk verwekd by Catharina Elisabeth Vermeulen zo veel blyk:s tauxatie ter Weeskamer voor rek:g ieder hunnen in handen van den aangeever is gelaaten
aan de wed: Hend:k Davel weg:s aankoop van drie beesten 15
aan Isaak Nieman weg:s aankoop van drie beesten 10
aan Joh:s Nic:s van den Berg 10
aan Fred:k Coenraad de Beer 10
aan Bar:d van den Berg Jac:sz 15
aan Ockert Brits 5
  Rd:s65
Erfgenamen
Maria Petronella van den Berg gebooren op den 16:e August 1816

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatze de Kolhoek agter op Sneeuwberg op den 6:e February 1817 volgends op en aangeeven van Barend van den Berg Barendzoon dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden, betuigende zig dus bereid zulks des gevorderd wordende ten allen tyde met solemneelen eede te zullen staaven, met al verdere belofte om by aldien zig iets nader tot deezen boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren ende is zulks geschied door my onder getekende Landdrost, ten presentie van Jacobus Joh:s Meentjes en Jeremias Auret as getuigen.

Voor d’ opgaave: Barend van den Bergh

A: Stockenstrom

J:s J:s Meintjes

J:s Auret

MOOC8/33.12

{18170519} 19 Meij 1817 Jurgen Smit , Maria Magdalena Greeff

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Jurgen Smit senior en desselfs nagelatene weduwe Maria Magdalena Greeff in gemeenschap bezeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen bevonden zijn geworden, te weeten

Den opstal der leenings plaats gen:d de Baviaan Krans gelegen aan ’t Zondags Rivier aan de rand van de Zwarteruggens in ’t veldkornetschap Zwarteruggens
een ossewagen met toebehoor
een ossewagen /oud/
een parthij oud ijzer en hoepels
acht graaven /in zoort/
drie pikken
een parthij houdwerk
een bankschroef
een slijpsteen
een partij floer gereedschap als schoppen en gavels, etc:a
vijf jukken
een ploeg
een brandewijns ketel met slang /except de helm/
twee moolen steenen
een bakkist
een partij oud gereedschap
vier geweeren /in zoort/
drie avegaa’s
vier wijngaard messen
vijf zekels
twee bijlen
een lepelrak
een buldzak, peul, 3 kussens en combaars
een buldzak, 3 kussens en combaars /oud/
drie katels
twee blakers met een snuijter
een leij
een koffijmoolen
een koekepan
een tinne boterpot
ses stoelen
ses emmers
seven potten in zoort /drie defect/
een potlepel en vlees vork
een remketting /oud/
een kist
een stoof
een tafel
een rooster
een compfoir
twee aarde potten
drie kopere ketels /in zoort/
twee tinne trekpotten
vijf bottels en 1 halve vles
vier kommetjes, vier kopjes en twee pierings
twee balies
een ankervaatje
een soeplepel
twintig lepels en twee en twintig vorken
seven tinne schotels
seventhien tinne borden
een porcellaine schotel
een boter vat
een ledige halflegger
een karn vat
twee oude zadels met een toom
een ledige bierpijp
een kouzyn, deur en hengzels
drie stukken houd
twaalf mudden koorn
twee knapzakken zout
twee leeren
drie vaten met brandewijn
een anker met wat kookwijn
drie halfaamen met azijn, waarvan in de eene een restant
vier vaten wijn
een vat wijn zonder vat
Slaven
een mans slaaf gen:d August van Ternata , oud 60 jaar
een mans slaaf gen:d Letjon van Boeggies , 50 jaar
een mans slaaf gen:d September van Mosanbicque , 40 jaar
een mans slaaf gen:d Mentor van Bengalen , 30 jaar
een mans slaaf gen:d April van Mosanbicque , 60 jaar
een slavin gen:d Pamela van Mallebaar , 60 jaar
een slavin gen:d Karlien van de Kaap , 20 jaar
een slavin gen:d Roselyn van de Kaap , 26 jaar
Beestiaal
vijf hondert ses en dertig aanteel schapen
vier en dertig ossen /in zoort/
dertig aanteel beesten
drie rydpaarden
vijf merriepaarden
Baten des boedels
  Rd:s
van Jurg:n Hend:k Greeff over koop van dranken 4:4
van Nicolaas Haarhoff over drank en vrugten 9:4
van Andries Gousch senior over drank en vrugten 7:4
van Hend:k Lod:k Momberg j:r over drank en vrugten 0:4
van Joh:s Pretorius Joh:s z:n over zout, vrugten en drank 31:3
van Marth:s Herbst Jan G:sz over taback 2:--
Schulden des boedels
  Rd:s
aan de wed:w wijlen Isaac v:d: Merwe p:r obligatie 100
de renten voldaan tot den 8 Meij dezer
aan Maria Magdalena Smit getrouwd met Fred:k Joh:s Wippener over vhee geld haar competeerende per rest 18
aan Catharina Joh:a Smit /minderjarig/ meede over verkogt vhee 54
aan Catharina Joh:a Smit competeerd nog benevens alle haare nog drie minderjarige broederen ieder hoofd voor hoofd voor een bed hetwelk de twee meerderjaarige kinderen, in leven van hun vader hebben genoten een somma van rd:s veertig oftewel te zaamen 160
Erfgenamen
1) Maria Magd:a Smit getrouwd met Fredrik Joh:s Wippener
2) Jurgen Smit geboren den 14 Meij 1799
3) Cath:a Joh:a Smit geboren den 25 Febr: 1802
4) Anna Sus:a Smit geboren den 2 Decb:r 1805
5) Nic:s Joh:s Smit geboren den 24 Julij 1809
6) Gideon Franc:s Joh:s Jurgen Smit geboren den 10 August 1816

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatze genaamd de Baviaankrans gel: aan ’t Zondags Rivier aan de rand van de Zwarteruggens in ’t veldcornetschap Swarteruggens op den 19:de Meij 1817 volgens ’t op en aangeven van voormelde Maria Magd:e Greeff wed:w wijlen den burger Jurgen Smit s:r dewelke verklaarde haar in het op en aangeven hares boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten versweegen of agter gehouden, verklaarende haar dus bereid deze haare opgave ten allen tijde des gerequireerd werdende met solemneele eede te zullen staven, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken dezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in ’t bijweezen van d’ E:E:s Georg Fredrik Enslin en Ferdinand Hartzenberg als getuigen

Als getuigen: G:F: Enslin, F: Hartzenberg

Maria Magdalena Greeff weduwe Jure Smit

In kennisse van mij: Th:s Müller, Secret:s

MOOC8/33.13

{18170613} 13 Junij 1817 Lucas Cornelis Janse van Veuren

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behooren tot den boedel van wijlen Lucas Cornelis Janse van Veuren d’ oude en door hem op den 19 Meij 1817 ab intestato met den dood ontruimd en nagelaten geworden, bestaande dezelve in ’t navolgende als

Losse goederen
een osse wagen /:defect:/
een ploeg beslag
een molen /:defect:/
twee graaven
een boor
vier bijlen
twee zaagen
een bankschroef
een snijmes
een rasper
twee ketels
een vuurtang
een parst eijzer
een kandelaar
een thepot
een note rasp
een schenkbord
twee borden
een furk
een bierglas
drie bottels
een fles
een kan
drie potten
een rozer
een pot lepel
een vleesch furk
een bed en
een katel
een tavel
twee stoelen
een ploeg schaar
vijf boeken /:in zoorten:/
zeven honderd voeten geel hout
een snuijter
een zadel
vijf schiet geweeren
vier kogelformen
een halfaam
twee emmers
een kist /:oud:/
een wage kist
Beestiaal
agt ossen
Lijf eigen
Joseph van de Kaap
Hector van de Kaap
Julij van de Kaap
Jan van de Kaap
Galate van de Kaap
Clarinda van de Kaap
Dina van de Kaap
Silia van de Kaap
Julenda van de Kaap
Doortje van de Kaap
Dina bejaard
Rachel
Baten des boedels
aan zoveel den overleedene nog per restand competeerd uit de boedel van wijlen Petrus Pienaar, gehuwd geweest met Catharina Dorothea Kampher, zynde laast genoemde de zuster van wijlen den overledene huijsvrouw Johanna Sophia Kampher

NB. den overledene Philip Albertus Mijburg heeft procuratie gehad deze erfnis te ontvangen, edoch is in die tusschen tyd kome te overlyden waarna de overledene Lucas Cornelis Janse van Veuren een brief had ontvangen van den weled: achtb: heer en m:r J:A: Truter, dat hij tans de zaak, die Mijburg onderhanden heeft gehad, administreeren zonder dat echter een eenige der erfgenaame de zom konde op geven.

Voorts wierd nog opgegeeven dat de overledene kort voor zijn dood had gezegd dat /:terwijl hij zwervende was;/ hij zijne voornaamste papieren ter bewaaring had gegeeven aan zijn zuster de huijsvrouw van Hendrik van Staaden, woonachtig aan de Lange Kloof onder de district George .

Lasten des boedels
  Rd:s
aan Lucas Janse van Veuren d’ jonge voor een koe, twee hamels en twee kapater bokken 18
wegens een jaar gagie aan den Hottentot Platje 10
aan den Hottentot Platje wegens koop van een slag koe 12
aan den Hottentot Kobus voor een en een half jaar gagie 15
aan de wed:we Hendrik Klopper wegens geleende penningen blykens bewijs 200
met de intresten van dien à 5 p:s ’s jaars zedert den 8 Maart 1807
aan den Hottentot Tomas wegens twee en een half jaar gagie 20
aan den Hottentot Jantje wegens een half jaar gagie 5
aan Louies Fourie, wegens twee dood kisten voor de overledene Van Veuren en zyne vrouw, beneevens begravenis en vendutie onkosten 100
aan Roelof Petrus Gerhardus Drijer, wegens koop van vier slag koeijen 40
aan Lucas Janse van Veuren d’ jonge wegens koop van twee slag koeijen 20
Sommeerd Rd:s440
Erfgenamen des boedels
n: 1) Anna Elisabeth gehuwd met Jan Stein, geboren den 12 April 1775
n: 2) Susanna Johanna gehuwd met Louies Fourie, gebooren den 23 April 1777
n: 3) Lucas Janse van Veuren d’ jonge gebooren den 4 Maart 1779
n: 4) de erfgenaam van wijlen Catharina Dorothea gehuwd geweest met Theunis Theodoris Fourie, in naame Catharina Dorothea Johanna Sophia gebooren den 1 April 1809
n: 5) Maria Elisabeth gehuwd met Coenraad Christoffel Klopper, gebooren den 14 July 1784
n: 6) de erfgenaam van wijlen Susanna Magdalena gehuwd geweest met Barend Christiaan Grijling, in naame Lucas Cornelis geb: den 1 Jannuary 1804
n: 7) Hester Martha Aletta Janse van Veuren gehuwd met Roelof Petrus Gerhardus Drijer, gebooren den 28 Juny 1799

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze genaamd de Doorn Kroon , geleegen in de Baviaans Rivier op den 13 Junij 1817 volgens op en aangaave van den meede erfgenaamen Louies Fourie en Lucas Janse van Veuren d’ jonge by wien den overledene is komen te overlijden, den welken verklaaarde niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben, met belofte indien iets tot den boedel behoorende, nader mogt worden ontdekt, dezen inventaris daar meede te zullen amplieeren ende zulks des gevordert werdende, met solemneele eede gestand te doen ter praesentie van den veldcornet Philippus Albertus Opperman en den Gerechts Bode Johan Jurgen Schindehutte, als getuigen.

Als getuigen: Philip A:s Opperman, J:J: Schindehutte

Lowies Forie

Lucs Janse van Vuuren d’ jonge

In kennisse van mij: J:A: de Graaff, Adj:t Landd:s

MOOC8/33.14

{18170321} 21 Maart 1817 Christiaan Kruger , Johanna Catarina Kruger

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behooren tot den boedel van wijlen Christiaan Kruger en nagelatene wed:we Johanna Catarina Kruger, door gem: Kruger op den 28 April 1815 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, bestaande dezelve in de navolgende, te weeten

Losse goederen
een ossewagen /:defect:/
een bed en toebehoore /:defect:/
een wage kist
een kist
een geweer
een veld tavel
twee stoelen
een veldstoel
een stoof
twee bottels
een keetel
vijf tinne borden
een diepe tinne schotel
twaalf furken in zoorten
vier lepels
twee trekpotjes
twee emmers
een zift
twee eijzere potten
twee kopjes en een piring
twee schuijf doosjes
drie boeken in zoorten
twee hand bijlen
een hout bijl
drie oude hangslooten
een schaaf
een platvaatje
een boter vaatje
een zadel en toom
een oude graaf
een end plank
twee hoepels
een party oud eijzer
Beestiaal
een ryd paard
vier aanteel paarden
vier trek ossen
thien aanteel beesten
drie honderd agt en vijftig schaapen en bokken
Lasten des boedels
  Rd:s
aan d’ edele Louies van Wijk 7:4
aan Johannes Kruger Jacobus zoon 6:--
aan Korsten en c: 21:5
Erfgenaamen
Magdalena Catarina geb:r den 5 Maart 1803
Maria Magdalena Sara geb:r den 6 Decb:r 1804
Frans Johannes Petrus geb:r den 21 Mey 1808
Christina Johanna Catarina geb:r den 3 Sept:r 1810
Christina Jacoba Petronella Elisabeth Kruger geb:r den 23 Sept:r 1815

Aldus gedaan en geinventariseerd ter adjunct drostdye Cradock op den 21 Maart 1817 volgens op en aangave aan den hoofde dezes gem: wed:we Kruger dewelke verklaarde niets met haar weeten versweegen of agter gehouden te hebben, met belofte indien iets nader tot den boedel behoorende mogte ontdekken dezen inventaris daarmeede te zullen amplieëren, ende zulks des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en is zulks geschied ten bijweezen van den clercq Carel Theodoris Muller en den Gerechts Bode Johan Jurgen Schindehutte als getuigen.

Als getuigen: J:J: Schindehutte

De weduwe J:C: Kruger

In kennisse van mij: J:A: van de Graaff, Adj:t Land:rs

MOOC8/33.15

{18170529} 29 Meij 1817 Johannes Jochemus Swanepoel , Cicilia Anna Coetzee

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Johannes Jochemus Swanepoel en Cicilia Anna Coetzee in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

twee bulzakken, elf kussens, een combaars en een laken
twee schietgeweers
een hand molen
twee katels
een bakkist
twee kisten
een [kisten] /klein/
twee blikke trommels
een wieg
een stoof
een tesje
vier geelhoute planken
een karnvat
twee atjar potten
twee aarde kannen
twee anker vaatjes
twee bylen
zes graaven in zoort
een party oud yzer
een party timmermans gereedschap
een koevoet
drie boslemmer messen met scheeden
twee oude ossewagens met tenzyl en toebehooren
een remketen
een bankschroef
een slypsteen
een borde rak
een lepel rak
een zadel, een toom en twee oorige stieg beugels
een stryk yzer
een trek pot
een zout vaatje
een balie
een kom
drie emmers
tien bottels
een flesch
elf ledere zakken
vier mudden koorn
zes tinne borden
twee tinne schotels
zes tinne lepels
zeven yzere furken
vier kast potten
een zeep pot
twee roosters
twee oude ketels
een pan
een yzere fork
zes stoelen
een tavel
Slaaven
een manslaaf genaamd Mozes , zynde een vheewagter oud 52 jaar geboortig van de Kaap
eene slavin genaamd Candaassa , oud circa 38 jaar geboortig van de Kaap, zynden een huismeid
eene slavin genaamd Eva oud 13 jaar geboortig van de Kaap, zynde een huismeid
een kleine slaave jongen in naame David van de Kaap oud agt jaar
een kleine slaave jongen in naame Adam van de Kaap oud drie jaar
Beestiaal
een ryd paard
een merrie
twaalf ossen
twaalf beesten
zeven en zestig schaapen en bokken
Baaten des boedels
van Stephanus Francois Smit A: A:z weg:s verkoop van hamels na aftrek van eenige kleinigheden de somma van vyftig rd:s
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Joh:s Wilhelmus Riekert weg:s contant geleende penningen de somma van zeven honderd ryksd:s zegge 700
aan Dirk Coetzee Dirkz: weg:s contant geleende penningen eene somma van vyftig rd:s
N:B: Moeten nog ten voordeele deezes boedels komen zeker stuk erfgrond, zynde een gedeelte van de leenings plaats de Twee Fonteinen , door den overledene Joh:s Jochemus Swanepoel staande deszelfs gezonde dagen voor de somma van zeven honderd en vyftig rd:s van Francois du Pré gekogt, doch welke leenings plaats nog niet door zyne Exellentie de Gouverneur in erfpagt verleend zynde, gem: erf niet heeft kunnen worden afgescheurd zynde, nogthans op hetzelve reeds aan Du Pré de somma van zeven honderd ryksd:s voldaan zo dat mede als een schuld ten lasten deezes boedels moet komen de resteerende somma van vyftig rd:s aan gem: Francois Joh:s du Pré
Erfgenaamen
Anna Cicilia Swanepoel gehuwd met Anthonie Willem Esterhuizen, gebooren op den 23 Sept:r 1779
Johannes Jochemus Swanepoel gebooren op den 30:e Mey 1786
Dirk Jacobus Swanepoel geboren op den 15:e Augustus 1788
Cornelia Geertruida Swanepoel gehuwd met Joh:s Wilhelm Riekert, geboren op den 9:e Sept:r 1790
Cornelis Johannes Swanepoel geb: mede op den 9:e Sept:r 1790, zynde een van tweelingen met de voorige
Maria Sabella Swanepoel gehuwd met Johan Joachem Wilke, geb: den 20:e Mey 1793
Cicilia Margaretha Swanepoel gehuwd met David Schalk van der Merwe Roelofz:, geb: op d: 4:e Dec:r 1795
Catharina Johanna Elisabeth Swanepoel geboren op den 18:e Octo:r 1798
Jan Stephanus Swanepoel geboren op den 30:e Juny 1801
Willem Abram Swanepoel geboren op den 18:e December 1803

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatze de Twee Fonteinen in leening bezeten door Francois Joh:s du Pré, op Donderdag den 29:e Mey 1817 volgends op en aangeeven van Cicilia Anna Coetzee wed:e wylen Joh:s Jochemus Swanepoel voormeld, dewelke betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid ten allen tyde des gevorderd wordende deeze haare opgaave met solemneelen eede te staaven, met al verdere belofte zo zy iets nader tot deezen boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren

Ende zulks geschied door my ondergeteekende Landdrost van Graaff Reinet , ten byweezen van d’ edelen Hendrik Adriaan Meintjes en George Fredrik Enslin als getuigen

Voor d’ opgaave: is dit merk + door de wed:e J:J: Swanepoel voormeld, eigenhandig nedergezet

H:A: Meyntjes

G:F: Enslin

A: Stockenstrom, Lan:

MOOC8/33.16

{18171112} 12 November 1817 Christiaan Kiehnbaum

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Zaturdag den achste dag deeser lopende maand November in den jaare een duisend acht honderd en zeventien ab intestato metter dood zyn ontruymd en de nagelaten door Christiaan Kiehnbaum ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deselve nalatenschap door my ondergeteekende Adjunct Commis der Weeskamer ter presentie der mede geteekende getuygen is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten.

Ten pakhuise van m:r Hutton alwaar de overleedene is woonachtig geweest

een kist waarin
twee lakense rokken
tien hembden
een jekket
zestien broeken
neegen baatjes
twee kussenslopen
een p:r zokken
een laken
een gordyn
twee hoeden
een karaf
drie glasen in zoort
twee borden
een cyfferley
een klein kistje met eenig gereedschap
een ledikant waarop
een bulzak
een kussen en
een wolle kombaars
een emmer
een tafel
twee stoelen
een kist waarin
twee spanzagen
vyf snymessen
vier ysere dryvers
een omslag boor
een hamer
een byl
een schaaf
een dissel
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten
twaalf zilvere Spaansche matten
een onderhandsch briefje de dato 16 November 1816 groot een duysend vyf honderd rijksd:s ten lasten m:r James Hutton 1500:--
een reekening ten lasten m:rs Ranken en Scott groot 268:24
een reekening ten lasten de heer Muntingh groot 78:24

Wordende alhier pro memorie genoteerd dat volgens declaratie van m:r Hutton, denselven op bovengemelde rd:s1500, aan den overleedenen successivelyk in mindering zoude hebben betaald eene somma van rd:s500 en dat hy nog eene openstaande reekening met denselven heeft, waarvan door hem nader ter Weeskamer verantwoording zal worden gedaan.

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop, op den 12:e November 1817

Als getuijgen: J: Serrurier, J:N: Rörich

Voor den opgaaff: Ja: Hutton

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/33.17

{18181110} 10 November 1818 Johanna Margaretha van Laar

Inventaris van zodanige goederen als er op Zondag den achtsten dag der maand November in den jaare een duisend acht honderd en achttien ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaaten door Johanna Margaretha van Laar, ten voordeele van haare in onecht verwekte twee nog ongedoopte kinderen die by den H: Doop de namen van

Christina en
Johanna Margaretha

staan te ontvangen; de eerste oud 2 jaaren en de laatste 3 dagen

Invoegen als het een en ander door my Adj:t Commis en getuigen is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deeze goederen in de volgende, namenlyk

In een huurhuys van Isaak Lezar

een ledikant met gestreepte behangzel waarop
een bulzak
een peuluw
vier kussens
een catoene deeken
een kast waarin
agt en twintig tabbarts in soorten
elf rokken
agt hemden
vier mutzen
een egtte tjaal
twee borjes
twee zakken
vier borstrokken
een catoene tjaal
drieënwtintig doeken in soorten
zeven lakens
twee zilvere theeleepels
een plettet mostartleepel
twee boeken
vier waaiers
een zwarte kante mantel
een restant geborduurde randen
een kante doek
twee paaren schoenen
een bad balie
een tafeltje
twee yzere potten
een spiegel met noote boome lyst
vier schilderyen
een nachtspiegel
twee kandelaars
een koopere thee machine
Inne schuld
  Rd:s
van Isaak Lezar over kooppenn: van haar 1/3 aandeel in zekere huys en erf geleegen in deezen Tavel Vally in de Waale Straat ƒ6000 ofte 2000
Last des boedels
  Rd:s
aan Goris Leuvenaar over haar 1/3 aandeel in zekere twee capitaale by scheepenenkennissen d:d: [ ..... ] te zamen groot ƒ12300
ƒ4100 ofte 1366:32

Aldus na gedaane ontzegeling geinventariseerd ten huyze voormeld op den 10 Novb:r 1818

Als getuigen: J:H: Munnik, J:N: Rörich

Voor den opgaaf: C: van Laer

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/33.18

{18180607} 7 Junij 1818 Hendrik Jeremias Roux , Maria Elisabeth van Zyl

S:V: Cloete

Staat en inventaris van de goederen en effecten behoorende tot de boedel en nalatenschap van wylen den ab intestato overledene Maria Elisabeth van Zyl en nagelatene man Hendrik Jeremias Roux.

Gedaanmaken door den gemelden H:J: Roux ten verzoeke van Heeren Weesmeesteren deezer volksplanting als voogden over het minderjarig kind in naame

Hendrik Jeremias Roux

zo en in dier voegen als hierna is volgende

Een stuk Gouvernements grond genaamd de Middel Voetpad gelegen aan de Moole Rivier door gem: Roux in erfpagt verzogt voorts ten zyner behoren opgemeeten en daarvoor betaalde rd:s85:6:4 zonder tot nog toe de erfpacht brief te hebben bekomen

In het woonhuys en aldaar

In ’t voorhuys
vier rakken
een groote tafel
een kleinder tafel
twee flessen
twee bottels
een groote kist
twee kleiner [kist]
vier stoelen
een mand
een fyzel
In de kamer ter rechterhand
drie kadels
vier beddens
een rol zyl
een tinne soup lepel
negen tinne eet lepels
veertien stale forken
een tinne trekpot
drie kommetjes
drie kopjes en schoteltjes
een schiet geweer
een seeft
een kist
zes mudden boonen
zeven schotels
twee dozyn borden
twee fylen
In de kamer ter linkerhand
een bakkist
twee kandelaren
een koffy moolen
twee aarde potten
een peper doos
eden zout vaatje
een maat schepel
negentien mudden koorn
In ’t kookhuys
agt yzere potten
een fleesch fork
een rooster
zes kopere keetels
een pan
twee emmers
een stryk yzer
agt duimen en hengzels
Op de werf
een vleesch vat
een wagen
een pik
drie graven
een party ploeg gereedschap
een party oud yzer
een half aam
een platvaatje
een koornschop
24 voeten planken
In de kralen
dertien ossen
een ryd paard
zeven aanteel paarden
zestig bokken
Lyfeigenen
een manslaaf genaamd Banyer van Boegies circa 73 jaar oud
een slavin genaamd Flora van de Kaap circa 9 1/4 jaar oud
Baten des boedels
[ ..... ]
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Hendrik Wijt in de Kaapstad 15
aan Jacobus van Deventer 21
aan den Hottentot Hendrik Noorman voor huishuur 12
aan den Hottentot Willem voor huishuur 12
aan Willem Jansen van Rensburg 6
aan Isaak Lesar 5

Op heden den zevenden dag der maand Juny van het jaar een duyzend agt honderd en agttien.

Compareerde voor Jan Ferdinand Bam, Secretaris van het district Zwellendam praesent de natenoemene getuigen

De voorm: Hendrik Jeremias Roux dewelke verklaarden zig in het opgeven van deeze inventaris getrouwelyk en oprechtelyk te hebben gedragen en zyns weetens niets agtergehouden of verzweegen te hebben dat tot den boedel zoude behooren met belofte om ingeval het een of ander tot dien boedel behoorende mochte worden gevonden als dan deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren en vergrooten, zynde hy comparant overigens bereid om zo zulks zal worden gevonden deeze zyne opgave met solemneele eede te bevestigen.

Aldus geinventariseerd ter plaatze genaamd de Middel Voetpad gelegen aan de Moole Rivier in het district van Zwellendam , op den zevenden dag der maand Juny van het jaar een duyzend agt honderd en agttien in ’t byweezen der klerken Andries Tobias Kolver en Willem Andreas de Vries als getuygen die de minuute deeze benevens de comp:t en my Secretaris op een zegul van 48 stuijv:s hebben onderteekend

Quod attestor: J:F: Bam, Sec:

MOOC8/33.19

{18180708} 8 Julij 1818 Franscina Vernhold

C: Bird

Staat en inventaris van de goederen en effecten behoorende tot de boedel en nalatenschap van wylen Franscina Vernhold ab intestato overleden.

Gedaan maaken door Cornelis Oems en zulks ter requisitie van Heeren Weesmeesteren deezer volksplanting als voogden over het nagelaten

minderjarig en tot nog toe ongedoopt kind van wylen gemelde Franscina Vernhold, gebooren den 4 July 1818

bestaande dezelve in als volgd

een ledikant met behangzel
een bed, twee kussings en een deken
een koffer waarin
een tafel laken
drie beddelakens
elf ryksd:s contant geld
twee tjaals
twee halve seide doeken
een kante doek
twee hembden
vier geruite tabberts
twee bonte rokken
vier onderrokken
een slaap cabaay
twee linne baatjes
vier borstrokken
vier doeken
een halve doek
een bovenstuk van een tabbert
vier paar kousen
een paar handschoenen
drie sloopen
een serviet
een p:s Chinaas linnen
een kleine lap linnen
een party lapjes
een linne mantel
een kleine koffer waarin
twee carette kammen
twee goude ringen
een paar goude oorkrabben
een kleine quantiteit gaaren en spelden
een doosje salf
een blikke note raspe
een snoer valsche paarlen en eenige ellen linten
een tande borsel
een koffer met kindergoed
een schaar
vier tabberts
vier onderrokjes
vier hembden
twee bonte rokken
vier schuyfmutsjes
zeven onder mutjes
vier vlesjes
twee doekjes
een hals doek
een party lappen
een spelde kussing
twee stoelen
een kleine thee tafel
twee yzere potten en
in ’t gebruik 3 kopjes

Op heden den 8 July des jaars een duyzend acht honderd en zeventien.

Compareerde voor Jan Ferdinand Bam Secretaris van het district Zwellendam praesent de natenoemene getuigen

De opgemelde Cornelis Oems dewelke verklaarde in het opgeven deeze inventaris zig getrouwelyk en oprechtelyk te hebben gedragen en zyns weetens niets agtergehouden of verzweegen te hebben dat tot den boedel zoude behooren met belofte om ingeval het een of ander tot den boedel behoorende mochte worden gevonden als dan deeze inventaris daarmeede te zullen implieeren en vergrooten zynde hy Comp:t overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd deeze zyne opgaaf met solemnele eede te bevestigen

Aldus geinventariseerd ten huyze van Cornelis Oems voorm: in het dorp Zwellendam op den 8 July des jaars een duyzend acht honderd en zeventien en zulks in ’t by zyn van de klerken Andries Tobias Kolver en Willem Andreas de Vries als getuigen die de minute deezes benevens de Comparant en my Secretaris op een zegul van 48 stuyv: behoorlyk hebben onderteekend.

Quod attestor: J:F: Bam, Sec:

MOOC8/33.20

{18180828} 28 Augustus 1818 Franscina Vernhold

S:V: Cloete

Nadere staat en inventaris van de goederen en effecten behoorende tot de boedel en nalatenschap van wylen Franscina Vernhold

Gedaan maken door Cornelis Oems en zulks ter requisitie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie als voogden over het nagelaten

minderjarig kind van wylen gem: Franscina Vernhold gebooren op den 4 July 1818

bestaande dezelve in als volgd

twee paren kousen
een paar schoenen
een lap groene gaas
een kraagje
een borsje
een lyfje
twee borstrokken
een gewerkte halve doek
een linne rok
vier halve seide doekjes
twee seide zak doeken
een roode seide tjaal
twee diemit rokken
een linnen [rokken]
twee hembden
een ring
een paar oorkrabben
een party franjes
tien borden
drie schotels
twee koopere keetels
twee emmers
twee schoorsteen kettings
vier tafel messen
vier tafel forken
twee eet leepels

Op heeden den 28 Augustus 1818 compareerde voor Jan Ferdinand Bam Secretaris van het district Zwellendam praesent de natenoemene getuigen

De opgemelde Cornelis Oems dewelke verklaarde in het opgeeven van deeze nadere inventaris zig getrouwelyk en oprechtelyk te hebben gedragen en zyns weetens niets agter gehouden of verzweegen te hebben dat tot dien boedel zoude behooren, met belofte om ingeval het een of ander aan den boedel behoorende noch nader mochte worden gevonden als dan deezen inventaris daarmeede te zullen implieeren en vergrooten, zynde hy comp:t overigens bereid om zo zulks zal worden gevindend deeze zyne opgave met solemneele eede te bevestigen.

Aldus nader geinventarisseerd ten huyze van gem: Cornelis Oems in het dorp Zwellendam op den 28 Augustus 1818 in byzyn van Andreas Tobias Kolver en Willem Andreas de Vries als getuigen die de minuute deezes benevens de comparant en my Secretaris op een zegul van 48:ig stuyvers behoorlyk hebben onderteekend

Quod attestor: J:F: Bam, Sec:

MOOC8/33.21

{18180928} 28 September 1818 Franscina Vernhold

Lyst van de klederen behoorende aan het kind van nu wylen Franscina Vernhold

agt tabberts
drie flennel rokken
twee flennel luyers
zeven linne luyers
drie rokken in zoort
vier borstrokken
twaalf doeken in zoort
vier schuyf mutsjes
zeven onder mutsjes
vier hembden
vier makasters
twee flepjes

Zwellendam den 28:ste September 1818

J:F: Bam

MOOC8/33.22

{18180110} 10 Januarij 1818 Godfried Picht

Staat in inventaris in den boedel van wijlen Godfried Picht, gebooren van Weesel , dewelke aan ons onderget: veldcornet en getuigen is aangeweesen door den burger D:d N:s Beukis als

een zilver zak horologie, devek
twee mans hoeden waarvan een devek is
vier boven baatjis in soort
vijf onderbaatjis in soort
vier broeken in soort
een mans hempt
een witte doek
twee paar koussen
een jas
een bed en 3 kussengs en een deeken
een bedmatje
zeven ellen wit linnen
drie ellen swart lampher
een bril
twee pijpe rietjis met een pijp
een tonteldoos en vuurstaal
een strijk riem
een knipmes, devek
een halve pakje wit gaaren
een kist
een bottellier met wat enkt
twee klijne flesjes met medecijn
een paar mans schoenen
een kleeder borstel
een klijne stuk zeep
een klijne spiegel
een partij oude brieven, te zegge 18
een Hoogduits Bijbel
een Nederduits Bijbel
een gerevormeerde Psalm boek
een klijne gerevormeerde Beijbel
een kleijne Gebeede boek
vijf Hoogduitsche boeken in soort
vier boeken in soort, devek
drie dag registers
een partij lappen in soort
een kopere caset
een kleijne water vaatje van 2 flesse nat
den burger P: Beukis heeft opgegeeven dat hij de somma van 25 rd:s in den gem: boedel debet is
den veld cornet Herm:s Steijn is debet wegens onderwijs aan zijn zoon gegeeven door den G: Picht eene somma van 4 rd:s 4 sch: à 1 rd:s 4 sch: per maand
den burger David N:s Beukis is debet weegens drie maanden onderwijs genooten hebben voor zijn vier kinderen som 14 rd:s
een schuldbrief ten lasten van R: Stear groot de somma van 50 rd:s
den burger David N:s Beukis debet aan G: Picht eene somma van 20 rd:s dewelke gem: Beukis van G: Picht contand geleend het

Leuwe Revier den 10 Januarij 1818

Als getuigen: J:B: Zulek, D:k C:s Uijs

D:N: Beukes

H: Steyn, Veldc:t

MOOC8/33.23

{18150925} 25 September 1815 Fransina Vermeulen

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot den boedel van den burger Pieter van der Linde en wylen Fransina Vermeulen behooren en door laastgem: op den 10 September 1814 ab intestato met den dood ontruijmd en nagelaten, bestaande dezelve in als

Losse goederen
een oude ossewagen /defect/
een pot
een pot
een snymes
een schaaf
een dissel
een houtbyl
twee booren
een peul en drie kussens
een party oud eyzer
een kist
een handhamer
een blaasbalk /defect/
Beestiaal
zes trekossen /:oud:/
twee aanteel beesten
een honderd twee en negentig schaapen /:groot en klein:/
een oude rydpaard
Erfgenamen des boedels
1) Elisabeth Fransina geb: den 2 July 1790
2) Rudolf Gerhardus geb: den 2 Novemb:r 1796
3) Christoffel Johannes geb: 3 April 1800
4) Gidion Jacobus geb: den 2 Maart 1803
5) Petrus Gerhardus Sagarias geb: 22 January 1806 en
6) Susanna Johanna Cornelia van der Linde geb: den 27 July 1814

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze de Palemiet Fontein gel: aan Tarka op den 25 September 1815, ende zulks volgens op en aangave van den in de hoofde dezes vermelde P: van der Linde dewelke betuigde hem in alles ter goeder trouw te hebben gekweeten en niets met zyne’s weetens te hebben agterhouden en of verzweegen met offerte om indien naderhand nog iets tot den boedel specteerende mogt komen te ontdekken deeze inventaris daarmede te zullen amplieeren, bereid zynde deze zyne opgave ten allen tyde des vereischd werdende met solemneele eede te staaven en zulks ter presentie van den veldcornet Step:s Joh:s van Wyk en de bode J:J: Schindehutte als getuigen

Als getuigen: S:J: van Wijk, J:J: Schindehutte

Piter van der Linde

In kennisse van my: J:A: van de Graaff, Adj:t Landd:t

MOOC8/33.24

{18190310} 10 Maart 1819 Albertus Wijnand Bester Jacobusz

Inventaris van zodanige goederen als er op Woensdag den vijf en twintigsten dag der maand November in den jaare een duijzend agt honderd en agtthien ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door den burger Albertus Wijnand Bester Jacobusz, ten voordeele zijner overgebleevene weduwe Hilletje Aletta van Dijk ter eenre, en hunne bij den anderen in echt verwekte vier minderjarige kinderen, met namen

1) Maria Elizabeth Huijbrecht oud 17 ter andere zijde
2) Gideon Christiaan oud 15
3) Jacobus Johannes oud 12 en
4) Albertus Wijnand Christoffel Bester oud 9 jaren

invoegen als het een en ander door mij Adjunct Comm: en getuigen ingevolge opgaaff van opgemelde weduwe is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlijk

Ter plaatse van den Heemraad van het Kaapsch district Pieter Eksteen Hendrikz gen:t Spanjaars Bosch , alwaar den overleedenen is woonagtig geweest.

In het woonhuijs en

In een voorvertrek
twee tavels
vier stoelen
zesthien tinne lepels
agthien stale vorken
twaalff messen
een lepelrak
een kistje
twee flessen
vyfthien bouteilles
zes schotels waar van twee defect
twee en dertig wit aarde borden
zes aarde kommetjes
een tinne trekpot
In een kamer
een kadel waar op
een bed, peuluw en vier kussens
een kadel waarop
een bed en zes kussens
twee kistjes
twee geweeren
een defecte pistool
drie aarde kannen
In de combuijs
een water halfaam
drie emmers
twee melk balijs
drie ijzere potten
twee waterketels
een pan
een rooster
een vleesch vork
In een buijten vertrek
zesthien mudde zakken
twee tent zijlen
twee balijs
een handmolen
een koorn scheepel
vier pikken
een koevoet
twee graven defect
een houtbijl
een span jokken
twee zadels
een zaag
een bijl
drie boren
een dissel
een boter kernt
thien mudden kooren en twintig mudden garst
Op de werff
twee osse wagens met hun toebehoren
een ploeg met zijn toebehoren
vier oude wagen wielen en voorts
wat rommeling
Beestiaal
twee rijdpaarden
vier aanteel paarden
twee en twintig trekossen
twee en twintig aanteelbeesten
agt en negentig aanteelschapen
zesthien aanteelbokken
Lijfeigenen
een jongen gen:t David van Madagascar oud 62 jaren
een jongen gen:t Louis van Bengalen oud 48 jaren
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Jacomina Gijsbert Visser weduwe Dirk van Schalkwijk, op een notarieele obligatie d:d: 17 Feb:y 1814 groot aan capitaal ƒ1000 ofte 333:16
met de renten a 1/2 p:c: per maand zedert 17 Feb:y j:l:
aan voorm: weduwe Dirk van Schalkwijk op een onderhandsche briefje d:d: 12 October 1818 groot 100:--
zonder beding van renten
aan Fredrik Hendrik Bruijns op een onderhandsche obligatie d:d: [ ..... ] groot aan cap:l 500:--
aan Christoffel Johannes van Dijk op een onderhandsche obligatie de dato 6 Januarij 1818 groot aan cap:l 100:--
met de renten a 1/2 p:c: per maand zedert den 6 Januarij deeses jaars
aan Hilletje Aletta Smit wed: Gideon van Dijk op een onderhandsche obligatie de dato primo Maart 1814 groot aan capitaal 166:32
met de renten zedert primo deeser
aan Theunis Dirkse van Schalkwijk over koop van negotie goederen 192:--
aan Daniel du Toit over koop van een wagen per rest 100:--
aan David Kuuhl over koop van negotie goederen 53:36
aan Floris Kogelenberg op een onderhandsche obligatie d:d: 15 Jan:ij 1815 groot aan cap:l 120:--
met den intrest a 1/2 pc:t per maand zedert den 15 Januarij 1818

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatse voormeld geleegen aan Brakkefontein in ’t district van de Bergrivier op den 10:de Maart 1819: ende zulx op het op en aangeeven van de in den hoofde deeser gemelde weduwe, dewelke verklaarde zig hier inne ter goeder trouwe gedragen en haarer wetens niets met opzet versweegen ofte rug gehouden te hebben dat tot voorm: boedel behoord, invoegen zij ook getuigde de deugdelijkheid haaren opgave ten allen tijde des vereijscht wordende met eede gestand te doen en verdere belofte zo hier na nog iets tot gen: nalatenschap behorende mogte worden ontdekt daar van nader en getrouwlijk opgave te zullen doen omme deesen inventaris daar meede te kunnen worden g’emplieerd.

Inteeken der waarheid is deese ter presentie van mij Adj:t Commis en getuigen door inventariente behoorlijk onderteekend.

Als getuigen: D:J: van Schalkwyk, J:N: Rorich

Voor den opgaaff: Hilletje Aletta van Dijk de we: A:W: Bester

Mij present: P:E: Faure, Adj:t Commis

MOOC8/33.25

{18181102} 2 November 1818 Huibregt Smit

Zout Rivier , gelegen agter de Coenradenberg , Maandag, den 2 November 1818.

Wij ondergetekende betuige met de woord van waarheid niets meer bevonden hebbende bij de overleeden oude jonge dogter genaamd Huibregt Smit, ’s vaders naam Gidion Smit.

een katel met een bed
een kist met haar kleederen
een lessenaar
een kleine tafel en een stoel
hondert en negen en vijftig rijksdaalders aan geld
en voor de begraafvenis en onkoste word afgerekend, acht en zeventig rijksdaalders
blijft een en sestig rijksdaalders

Jacob Biel

Leendert van Daalen

Johanne Visser F: soon

MOOC8/33.26

{18170913} 13 September 1817 Willem Barend Swanepoel , Anna Forie

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door Willem Barend Swanepoel en wylen deszelfs huisvrouw Anna Forie in gemeenschap bezeten en door laatstgem: met er dood ontruimd en nagelaten zyn, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een trekpot
een ketel
twee bylen
een tinne schotel
vier tinne borden
vier lepels
vier forken
een yzere pot
een emmer
een mand
een schietgeweer
een bulzak
twee kussens
een combaars
een peul
een oude wagen
een en dertig aanteel schaapen
vier trekossen
Erfgenaamen
Elsje Petronella Swanepoel gehuwd met Christoffel Snyman
Martha Catharina Swanepoel geh:d met Reinier Adriaan Swiegers
Anna Wilhelmina Swanepoel geh:d met Stephanus Smit
Pieter Andries Swanepoel geb: op den 23:e Juny 1799
Hester Maria Swanepoel geb: op den 18:e Maart 1802

Aldus gedaan en g’inventariseerd te Graaff Reinet op den 13:e September 1817 volgends op en aangeeven van Willem Barend Swanepoel voormeld denwelken bekende zig in ’t op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, met al verdere belofte indien hy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daar mede te zullen emplieeren, verklaarde zig dus bereid ten alle tyde des gevorderd wordende deeze opgaave met solemneele eede te staaven, ende is zulks geschied door my Landdrost ten byweezen van Jeremias Auret en J:J: Shindehutte als getuigen

Eigenhandig + door Willem Barend Swanepoel gesteld

A: Stockenstrom Land:

J:s Auret

J:J: Schindehutte

MOOC8/33.27

{18171214} 14 December 1817 Henning van Asweegen , Maria Christina Geertruij Viljoen

C: Bird

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wijlen Henning van Asweegen en desselfs nagelatene huisvrouw de weduwe Maria Christina Geertruij Viljoen in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen bevonden zyn geworden te weeten

een oude paarden wagen met toebehoor edog osse trekgoed
een groote zeeppot
twee ijzere potten
een potlepel
een rooster
een tafel
een blikke schotel
vier tinne borden
een tinne eetlepel
drie staale vorken
twee koorn zeekels
een handbijl
een spanzaag
een emmer
een balie
twee kopere keetels
een witte aarde trekpotje
een blikke trommeltje
een kopje en piering
een geweer met bandelier en kruijdhoorn
een zadel en toom
een peul en drie kussens
een stoel
drie mudzakken in zoort
Beestiaal
twee rydpaarden
een merrie met een hengst veulen
twaalf ossen waarvan tien geleerd
sesthien aanteel beesten
vier hondert seven en sestig aanteel schapen
vier en seventig aanteel bokken
Baaten des boedels
van Josua Viljoen over koop van een geweer, twee ossen
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Guilliam van Nieuwkerk over contant geleend geld 100:--
aan den rondrydenden negotiant Petrus Lambert over gekogten negotien per rest 45:7
aan den vendumeester blyk:s 1 vendubr: 33:5
aan Andries Marten over negotie p:r rest 39:5
Erfgenaamen
1) Henning Johannes gebooren den 12 Septb:r 1813
2) Francois Petrus gebooren den 30 Julij 1815
3) Maria Petronella van Asweegen gebooren den 20 April 1817

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze genaamd de Wolvefontein gelegen agter op Sneuw Berg op den 14:de dag der maand December 1817 volgens ’t op en aangeeven van voormelde M:C:G: Viljoen weduwe Henning van Aswegen H:z, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandelt en niets met weeten versweegen of agter gehouden, verklaarende haar dus bereid deezen opgave ten allen tyde des gerequireerd werdende met solemneele eeden te zullen staven, met al verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in ’t byweezen van den burger Coenraad Fredrik Heerhold en den venduafslager Jeremias Auret als getuigen

Als getuigen: Coenraad F: Herholdt, J:s Auret

Maria Christina Geertruij Viljoen weduw Henning van Aswegen H:s

In kennisse van mij: J:W: Muller, Secret:s

MOOC8/33.28

{18180205} 5 Februarij 1818 Johannes Hendrik van den Berg , Willemina Sophia van den Berg

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wijlen Willemina Sophia van den Berg en haaren nagebleevenen man Johannes Hendricus van den Berg in gemeenschap bezeeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waaren weezen zijn bevonden geworden te weezen

een ossen wagen met zijn volle toebehoor
twee oude kisten
een tafel
vier oude stoelen
vier tinne schotels
ses tinne borden
ses tinne leepels
ses staale vorken
een spanzaag
een handzaag
een dissel
drie bijlen in zoort
twee klijne roodkopere ketels
een koffij moolen
drie kommetjes
een kopere strykijzer
een aarde potje
een ijzere compfoir
een meelzift
een handmoolen
een snijmes
twee groote booren
een omslag met vier klijne booren
vier schaven in zoort
een tinne thee pot
een schroefstok
een vlees vaatje
twee emmers
twee balies
twee graven
een pik
vier yzere potten in zoort
een potlepel
een vleesch vork
een tinne soep leepel
een slypsteen
een zadel en twee toomen
twee hamers
drie bijtels
drie schaafbytels
drie vijlen
een kruijshoud
een winkel haak
een kuypers kroos
een passer
een knyptang
een deurslag
een schietgeweer met kogelvorm
twee bottels
een kelder vles
een blaker met snuyter
een parthij oud eijzer
een bed met zijn volle toebehoor
een euntjes yzer
Beestiaal
twaalf trek ossen
twee en twintig aanteelbeesten
vier ryd paarden
thien aanteelpaarden
vier hondert tagtig aanteelschaapen
Baaten des boedels
  Rd:s
van Dirk van den Berg wegens moeders bewijs des opgevers overleedenen huis vrouw competeerende blykens acte van kinderbewys sub dato den 2:de Septb:r 1814 gepasseerd 1666:5 2/6
Schulden des boedels
  Rd:s Rd:s
aan Jan Albert van Nieuwkerk over contant geleend geld 90:--
aan Jan Albert van Nieuwkerk over 30 voet geelhoute planken 7:4 97:4
aan Pieter van den Berg J:H:z over ruiling van een paard   30:--
Erfgenaamen
1) Pieter Rossouw van den Berg gebooren den 22 Jann:y 1808
2) Aletta Maria v:d: Berg gebooren den 3:de Maart 1810
3) Dirk Johannes van den Berg gebooren den 4:de Septb:r 1812

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze van de weduwe Jan Albert van Nieuwkerk genaamd de Dasjeskloof op den 5:de Februarij 1818 volgens ’t op en aangeeven van voormelden Joh:s Hend:s van den Berg, denwelken betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandelt en niets met zijn weeten versweegen of agter gehouden, verklaarende zig dus bereid deeze voorenst:de opgaave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede te bevestigen, met al verdere belofte, zo iets nader tot den boedel behoorende mogt komen te ontdekken deezen inventaris daarmeede te amplieeren en is zulks geschied in ’t bijweezen van den burger Coenraad Fredrik Heerhold en den clercq Jerem:s Auret als getuigen.

Als getuigen: Coenraad F: Herholdt, J: Auret

Johannes Hendrik van den Berg

In kennisse van mij: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/33.29

{18171208} 8 December 1817 Daniel Jacobus Erasmus , Maria Sabelle Roelofse

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Daniel Jacobus Erasmus en deszelfs nagelaatene weduw Maria Sabella Roelofse in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

D’ opstal van een leenings plaats, gen: de Kokskraal gelegen aan de Groote Fisch Rivier in ’t district Graaff Reinet
eene slavin in naame Clara van de Kaap oud vyf en vyftig jaaren, zynde een huismeid
een bed
twee combaarssen
een katel
een tafel
vier stoelen
twee vaatjes
vier emmers
een zift
twee kopere kandelaars
twee schuifdoosjes
twee ketels
een koffy molen
een blikke beker
twee blikke trommels
een trekpot
drie kommetjes
een groote kom
twee kopjes
drie pierings
een balie
vier pond groene verf
een strykyzer
tien kleine flesjes
eenige timmermans gereedschappen
een moeryzer
een kogelform
drie boeken
een schaar
vier fleschen
vier bottels
twee geweers
twee geweer loopen
vier sickels
een pan
vier potten
een zeeppot
een aarde pot
een wagen kist
twee groote kisten
drie manden
een handmolen
een party oud yzer
een byl
een ploegbeugel
een bankschroef
drie boter vaten
drie tinne schotels
veertien tinne borden
veertien forken
dertien lepels
twee potjes
een stoof
een tesje
een bakkist
een aarde schotel
een aarde bord
agt koeken vet
twee planken
een ossen wagen met een trektouw en jukken
een halfslete ossen wagen
een halfslete paarden wagen
veertig trekossen
veertien jonge ossen
twee runderen
een honderd een en tagtig aan teel beesten
vier rijdpaarden
drie jonge hengsten
twee merries
een duizend vyfhonderd en veertien aanteel schaapen
vier en zestig bokken
Contanten
eene somma van zeventig rd:s papiere geld, op verzoek van de wed:e in haare handen gelaaten om van haare portie in d’ erffenis te worden gedeconteerd
Baaten des boedels
van Balthazar Joh:s Prinslo weg:s contant geleende penningen, blykens onderhandsche obligatie een somme van vier honderd vyf en twintig rd:s
van Christoffel Rudolf Botha Chr:lz weg:s contant geleende penningen, blykens onderh: obligatie eene somme van drie honderd rd:s met de renten à 5 p:cent ’s jaars, zedert den 7:e August 1816 - van deese schuld door de wed:we D:J: Erasmus blijkens door een vertoond bewijs zedert in mindering ontfangen zijnde rd:s150 zal deselve daar voor ten behoeve des boedels in rekening moeten worden gedebiteerd
van Klaas Prinslo Klaas zoon weg:s contant geleende penningen blykens onderh: obligatie eene somme van zeven en dertig rd:s
van Simon Lod:k Riekert weg:s contant geleende penninge blykens onderh: obligatie een somme van een honderd en vyftig rd:s
van Coenraad Christ:l Klopper weg:s contant geleende penningen blykens onderh: obligatie eene somme van vyfhonderd rd:s met de renten à vyf p:cent zedert den 13:e July 1816
van Philip Albertus Opperman weg:s contant geleende penningen blyk:s onderh: obligatie eene somme van vier honderd dertien rd:s en twee schellingen
van Petrus Rasmus Erasmus Pietz: weg:s contant geleende penningen blykens onderh: obligatie eene somme van een honderd en zestig rd:s
van Daniel Jacobus Erasmus Dan:lz weg:s contant geleende penning blyk:s zyn eigen bekentenis eene somme van een honderd en vyf tig rd:s
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen
Johanna Petronella Erasmus gehuwd met Philip Albertus Opperman bij zijne voor overledene eerste huijsvrouw Maria Elisabeth Prinsloo in echt verwekt
Maria Elisabeth Erasmus gehuwd met Michiel Christ:l Dippener
Martha Louisa Erasmus gehuwd met Simon Lodewyk Riekert
Daniel Jacobus Erasmus, gehuwd
Petrus Rasmus Erasmus, gehuwd
Balthazar Johannes Erasmus, geboren op den 6:e February 1795
Maria Seybella Erasmus gehuwd met Balthazar Joh:s Prinslo W:mz
Lourens Johannes Erasmus geboren op den 26:e January 1800
Barend Christoffel Erasmus geb: op den 6:e November 1801
Jacob Erasmus geb: op d: 29 Sept:r 1803
Anthonie Philippus Erasmus geb: op den 20 July 1805
Willem Jacobus Erasmus geb: op den 16:e November 1807
Cornelis Marthinus Erasmus geb: op den 9:e February 1810
Johannes Jurgen Erasmus geboren op den 9:e October 1812

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Maandag den 8:e December 1817 ter plaatze de Botman’s Gat aan de Baviaan’s Rivier volgends op en aangeeven van Maria Sabella Roelofse wed:e wylen Daniel Jacobus Erasmus, dewelke betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid deeze haare aangifte des gevorderd wordende, ten alle tyde met solemneelen eede te staaven met al verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deezen inventaris daarmede te zullen emplieeren.

Ende is zulks geschied door my onderget:e Landdrost ter presentie van d’ E:E: Hendrik Adriaan Meintjes en George Fredrik Enslin als getuigen

Voor d’ opgaave: Maria Seijbilla Roelofse wedewe Erasmus

J:A: Meintjes

G:F: Enslin

A: Stockenstrom, Lan:

Ik ondergetekende Daniël Jacobus Erasmus getuijgt, voor mijn persoon, onbekwaan te zullen zijn om mijn na Graaffe Rijnet te begeven door dien ik door een beroerte omvangen ben en zeer verswakt, ik dus vrese voor een schielijke onverwasse doot, en mijn egtgenoot Maria Seijbella Roelofse al dan bij mijn overlijden, met een huijs vol klijne kinderen zoude overig blijven, die nog zeer ongered zijn. Dus hebbe ik D:J: Erasmus goetgevonden aan mijn egtgenoot, Maria Seijbella Roelfsse een legaat te vermaken, gelijk ik legateren bij desen een goede bekwame osse wagen met een goede span osse en rd:s500, ik het geen aan mijn egtgenood Maria Seijbella Roelfse zal competeren buijten haar regtige portien, tot opvoeding van de van mij nagelatene klijne kinderen, het geen ik D:J: Erasmus getuijge mijn uijterste will te zijn

Den 25 September 1813

Daniel J: Erasmus

Als getuijgen: Willem Prinsloo c:z, D:d Malan, Philip A: Opperman, Daniel Johannis Erasmus, Pieter Brits, Johannis Teodorus Pieterse, Willem Adriaan Nel

Ik onderget:e verklaare hiervan uit consideratie voor myne mede erfgenaamen, ten eene maale afstand te doen.

Botmans Gat , Bav: Rivier den 8:e Dec:r 1817

Maria S: Roelofse wedewe Erasmus

MOOC8/33.30

{18171025} 25 October 1817 Arnoldus Jacobus Grijlin , Johanna Elisabeth de Clercq

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door Arnoldus Jacobus Grijling en wylen deszelfs huisvrouw Johanna Elisabeth de Clercq in gemeenschap bezeeten en door laatsgemelde met er dood ontruimd en nagelaaten zyn, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een yzere bankschroef
een smits aambeeld
een ploeg
een slypsteen
een egge
een slee
een rosmolen
vier staaven yzer
een ossen wagen met trekgoed en jukken
een zadel
een toom
vier booren
een snymes
een dissel
twee bytels
zeven schaaven
twee fylen
twee zaagen
een bilhamer
een steekzaag
een winkelhaak
een rasp
twee bylen
een hamer
een party oud yzer
een oude ploegschaar
twee geweers
een pistool
een bandelier
een koevoet
een graaf
een blaasbalg
een oude tentzijl
een zift
twee karn vaatjes
een anker vaatje
een rooster
vier yzere potten
een ketel
een oude graaf
een tafel
twee emmers
een balie
een botervaatje
een veldcombuis
een aarde kan
een mand
twee tinne schotels
vyf tinne borden
een kandelaar
een strykyzer
een aarde pot
een trekpot
negen lepels
vyf forken
drie stoelen
een veldstoel
een katel
een kist
een zeer oude bed dienende tot gebruik der jonge kinderen
Beestiaal
twaalf trekossen
veertien jonge ossen
vier en vyftig aanteel beesten
zes honderd negen en zeventig aanteel schaapen en bokken
drie rydpaarden
elf aanteel paarden
Baaten des boedels
nihil
Schulden des boedels
aan de boedel van de wed:e wylen Johannes Christoffel Gryling, moeder van den aangeever, de somme van een duizend ryksd:s blykens obligatie, berustende in handen haare bevolmagtigde Jacobus Faure
aan de wed:e Jacobus Abram Burger weg:s contant geleende penningen, blykens obligatie by haar berustende eene somme van twee honderd rd:s
Erfgenaamen
Johannes Christoffel geb: den 7:e August 1796
Susanna Maria geb: den 11 Oct:r 1797
Hendrina Susanna Sophia geb: den 7 Mey 1799
Geertruyda Johanna geb: den 2 Maart 1802
Maria Catharina geb: den 24 Sept:r 1803
Andries Jacobus geb: den 4:e April 1805
Arnoldus Jacobus geb: den 10 Oct:r 1806
Bernh:s Joh:s Petrus geb: den 4 Oct:r 1810
Catharina Levina Cornelia geboren op den 13:e Juny 1812
Johanna Christina Sophia geb: op den 25:e November 1814
Johannes Christoffel Hendrik geb: op den 5:e July 1816

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatze de Zuivrefontein agter de Rhenosterberg op den 25:e October 1817 volgends op en aan geeven van Arnoldus Jacobus Gryling voormeld, denwelken betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, met al verdere belofte om zo hy iets nader tot deezen boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles doende onder aanbod van eede ende is zulks geschied door mij ondertetekende Landdrost ter presentie van den veldcornet Andries Venter en Johannes Jurgen Schindehutte als getuigen

Voor d’ aangaave: Ar: Ja: Greijling

A: Stockenstrom, Landd:

Andreas Venter, Velt Cornet

J:J: Schindehutte

MOOC8/33.31

{18170922} 22 September 1817 Willem Anthonie Hofschulte

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Willem Anthonie Hofschulte ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten zyn, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een bed
eenig oude kleragie
een aarde lampet
een ledige bottel
een zilvere horologie
drie zilvere gespen
een kist
drie scheermessen
een aarde kan
een pyp
twee potjes
een spiegel
een schaar
een pakje garen
vyf knipmessen
een stoel
drie paar oude schoenen
eenige waerlooze prullen
Schulden
  Rd:s
aan Stephanus Francois Smit blykens gespecificeerde rekening weg:s logies en kost a 16 rd:s ’t maand van den 20:e Juny tot den 25:e November 1816 83
weg:s des overledenens doodkist 25
weg:s verdere begraafnis kosten 37
weg:s wagenhuur tot het transporteeren van de goederen naar ’t dorp 10
Somma Rd:s155
Baaten
van Stephanus Francois Smit weg:s contant in des overledenes boedel gevonden penningen eene somma van een honderd een en vyftig rd:s

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten dorpe Graaff Reinet , op den 22:e dag der maand September 1817 volgens op en aangeeven van Stephanus Francois Smit denwelken betuigde zig ter goeder trouwe te hebben gedraagen onder aanbod van eede, met belofte zo iets naders tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren ende is zulks geschied door mij onderget:e Landdrost ter presentie van Carel Th:s Muller en Jeremeas Auret als getuigen

Voor d’ opgaave: S:F: Smit

A: Stockenstrom, Lan:

C:T: Müller, J:s Auret

MOOC8/33.32

{18180319} 19 Maart 1818 Fredrik Johannes Botha , Johanna Gustava Hatting

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behooren tot den boedel van wijlen Fredrik Johannes Botha en nagelatene weduwe Johanna Gustava Hatting op den 22:ste April 1817 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten bestaande dezelve in de navolgende, te weeten

Losse goederen
een zadel met toom
een geelh:te kist
twee tinne borden
een blikke bak
een lepel
twee vorken
een yzere pot
een schietgeweer
twee kussens
een combaars
Beestiaal
twee rydpaarden
vier en sestig aanteel schaapen
acht en veertig aanteel bokken
twintig ossen
zeven en veertig aanteel beesten
Slaaven
geen
Contanten
geen
Baten des boedels
  Rd:s
Hendrik Potgieter weg:s het leeren van een span ossen /:een os ƒ[ ..... ] of:/ 25
Schulden des boedels
geen
Erfgenäm
Frederica Johanna Maria Catharina Botha geboren den [ ..... ]

Aldus gedaan en geinventariseerd ter adjunct drostdije Cradock op den 19:e Maart 1818 en zulks volgens op en aangave van voormelde weduwe Fredrik Johannes Botha Fredrik zoon dewelke verklaarde bij het doen inventariseren dezes boedels niets met haar weeten versweegen of agtergehouden te hebben, met offerte indien iets nader tot den boedel behorende mogt ontdekken dezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren ende zulks des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en is zulks geschied ter praesentie van den clercq Carel Theödorus Muller en den gerechts bode Johan Jurgen Schindehutte als getuigen.

Als getuigen: C:T Müller, J:J: Schindehutte

Johanna Goestawen wedewe F:J: Botha F:J:

In kennisse van my: J:F: van de Graaff, Adj:t Land:t

MOOC8/33.33

{18180404} 4 April 1818 Leendert Johannes Louw , Cornelia Britz

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Cornelia Britz en nagelaatene echtgenoot Leendert Johannes Louw in gemeenschap zyn bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten zyn, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een bulzak en twee kussens
een katel
drie stoelen
twe molen steenen
een spil
agt lepels
zeven forken
een zadel en een toom
een zaag en twee zikkels
een kist
twee schaaven
een schaaf
zes koeken zeep
een stoof
een kandelaar
een bottel
een kom
een kandelaar
twee schotels
zeven borden
een party timmermans gereedschap
twee potjes
twee potjes wat grooter
twee emmers
een vaatje
een oude ossen wagen met toebehooren
Beestiaal
een ryd paard
een aanteel paard
zeven ossen
vyf aanteel beesten
vier honderd schaapen en bokken
Erfgenaamen
de kinderen van wylen Frans Niclaas Slabbert, by d’ overledene verwekt, als by inventaris sub dato den 19:e Oct:r 1815 aan de Weeskamer gesuppediteerd
Zuzanna Maria Louw geboren op den 2:e Juny 1816
een kind geboren op den 27:e November 1817 en ongedoopd gestorven vyf dagen na haare moeder, op den 2:e December 1817

Aldus gedaan en g’inventariseerd te Graaff Reinet op den 4:e April 1818 volgends op en aangeeven van Leendert Johannes Louw denwelken onder aanbod van eede betuigde zig in deeze aangaave ter goeder trouw te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben onder al verdere belofte zo hy iets nader tot deezen boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deezen inventaris daarmede te zullen emplieeren ende is zulks geschied door my Landdrost ter presentie van d’ edelens H:A: Meintjes en J:H: Gryling als getuigen

Voor d’ opgaaf: Leendert Johannis Louw

A: Stockenstrom, Lan:

H:A: Meyntjes

J:H: Grijling

[Nota vermits het erfdeel, het welk aan ’t bovengemelde ongedoopt overledene kind, uit deesen boedel van haare vijf dagen voor het zelve overledene moeder zoude te beurt vallen, van zeer gering aanbelang is, deselfde perzonen die in deezen boedel als geinteresseerde en erfgenamen opkomen, het zelve in eene gelijke evonreedigheid, als erfgenamen ab intestato komen te succedeeren en haare al of niet existentie mitsdien in de verdeeling der nalatenschap van haare oorledene moeder geen onderscheid maakt, is dat kind dierhalven bij de verdeeling]

MOOC8/33.34

{18180414} 14 April 1818 Johannes Fredik Hatting , Ragel Potgieter

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Johannes Fredrik Hatting en deszelfs nagelaatene wed:e Ragel Potgieter in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

2 oude boter vaten
1 anker vaatje
2 vaatjes
2 halfaamen
1 boter vat
3 emmers
1 koffy molen
1 stryk yzer
1 kan met lyn olie
3 [kan]
1 wasch balie met zyn bak
1 boter potje
3 aarde potten
1 aarde sous potje
2 kopere kandelaars
1 koffy kan, defect
1 blikke lantaarn
1 blikke kastrol
1 pyp rakje
1 zak horologie
2 kommetjes
2 kommen
1 komfyt potje
6 bottels
1 blikke trek potje
1 blikke beker
1 zuiker potje
2 schenk borden
1 kleine kistje
1 aarde kan
2 kisten
2 water vaatjes
1 kelder kistje
2 kleine botteltjes
9 flessen
2 schiet geweers
1 kogel formen
1 hagel formen
1 pistool /defect/
5 houte bylen
1 parthy timm: gereedschappen
2 graaven
1 yzere bout
8 beugels
1 schaar
1 meelzift
1 rooster
1 bed compleet
2 oude zadels
4 molen steenen
2 ketels
1 oude paarde wagen en 6 tuigen
11 glaasen in zoort
2 glaase karaften
1 fleesch fork
1 snuiter
4 yzere potten
6 kopjes en 6 pierings
42 forken
21 tafel messen
30 lepels
2 soep lepels
34 borden
7 borden /tin/
5 aarde schotels /in zoort/
4 tinne schotels /in zoort/
1 steene blad tafel
2 thee tafels
6 stoelen
1 stoof
Beestiaal
2 trek ossen
21 jonge ossen
294 aanteel schaapen en bokken
5 rydpaarden
1 jonge hengst
1 aanteel paard
Baten des boedels
van Fred:k Joh:s Knoudz aan zoveel denzelven blyk:s schuld brief sub dato den 1:e Sept:r 1813 aan M: van Eyk schuldig was en door wylen J:F: Hatting uit deezen boedel is voldaan eene somma van rd:s twee en twintig
Daniel Nortje aan zo veel denzelven blyk:s schuldbrief sub dato den 5:e October 1815 aan Van Eyk schuldig was en door wylen J:F: Hatting uit deezen boedel voldaan rd:s negentien en zeven schellingen
van Matthys Greef blyk:s quittantie van gem: Van Eyk door J:F: Hatting aan denzelven voor rek:g van gem: M: Greef voldaan eene somma van rd:s drie en twintig en zeven schellingen
van H: Lotriet blyk:s quittantie van gem: Van Eyk door J:F: Hatting aan denzelven voor rek:g van gem: Lotriet voldaan rd:s agt
van W: Nortje blyk:s quittantie van gem: Van Eyk door J:F: Hatting aan denzelven voor rek:g van gem: Lotriet voldaan rd:s drie
Schulden des boedels
aan S: Bunk weg:s negotie goederen een duizend en vyftig rd:s
aan den vendumeester T: Muller drie honderd negen en twintig rd:s en drie schellingen
aan Pieter Roe weg:s voorgeschootene gelden twee honderd rd:s
aan Jan du Toit weg:s voorgeschootene gelden twee honderd rd:s
Erfgenaamen
Joh:s Hend:k geboren den 26 Juny 1801
Joh:s Fred:k geboren den 6 April 1803
Jacomina Aletta geboren den 19 January 1809
Maria Johanna Christina geboren den 5 February 1811
Anna Catharina Jacoba geboren den 8:e Nov:r 1814

Aldus gedaan en g’inventariseerd op den 14:e April 1818 ter plaatze van Meyburg gelegen onder de Buffels Hoek volgends op en aangeeven van Ragel Potgieter wed:e wylen Joh:s F:k Hatting, dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen, verklaarende zig dus bereid deeze haare aangifte des gevorderd wordende ten allen tyde met solemneele eede te staaven, met al verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deezen inventaris daarmede te zullen emplieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Landdrost ter presentie van d’ E: Ferd:d Hartzenberg en Jac:s Joh:s Meintjes als getuigen.

Voor d’ opgaave: Rachel Potgieter wedewe Hattingh

A: Stockenstrom, Lan:

F: Hartzenberg

J:J: Meintjes

MOOC8/33.35

{18170903} 3 September 1817 Clara Susanna Groenewald

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als op den 26:ste der even afgeweken maand Augustus ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten zyn door mejuffrouw Clara Susanna Groenewald, weduwe de heer Petrus Franciscus Melchior Briers, ingevolge en ter voldoening van de qualificatie en de requisitie van den Weledelen Achtbaren Heere President en Heeren Weesmeesteren deeses Gouvernements, de dato 27 Augustus voormeld geformeerd en in geschrifte gebragt door my Petrus Canzius van Blommestein, Secretaris van ’t drostampt Stellenbosch , fungeerende als Notaris Publicq praesent de natenoemene getuigen, bestaande alle de goederen en effecten in als volgt

Vaste goederen
Een woonhuis en erf alhier in het dorpe geleegen, groot in zynen grond, drie honderd en tien quadraat roeden, en een honderd twee en veertig quadraat voeten, blykens de daarvan zynde geformeerde kaart de dato 15 July 1813

In het gemelde woonhuis, en wel

In het voorhuis of gaandery
voor de glazen
vier oude gordynen van roode voerchitz
aan de want
zes oude schilderyen
twee kleine schilderyen
een groot schenkblad
twee kleine [schenkblad]
twee grootte spiegels met geschilderde lysten
twee kleine spiegels
voor het glasraam in de gevel, als zynde de gaanderije niet gesoldeerd
een oud gordyntje
op de grond
vyfthien castanje houte stoelen met matte zittingen waarvan eenige defect
drie hoek stoelen in soort, waarvan twee met matte zittingen en voorsien van matrasjes, zynde een derselver defect
een rustbank
twee geelhoute thétafels
een stinkhoute [thétafels]
op de tafels
twee groene kleedjes
twee gebruineerde thémachines
twee schenkblaadjes
alverder in opgemeld voorhuis of gaanderye
een castanje houte blad tafel
een castanje houte porcelein kast de deuren voorzien van glaasen
daarop
vyf porcelyne schoteltjes
daarin
op de eerste plank
tien porcelyne schoteltjes
negen porcelyne chocolade koppen
op de tweede plank
elf aarde gebloemde schoteltjes
twaalf aarde kopjes
een aarde trekpot met deszelfs onderblaadje
een aarde melkkan
tien porcelyne schoteltjes
elf porcelyne kopjes
op de derde plank
drie porcelaine schotels waarvan een defect
twee porcelaine melkkannetjes
twee vrucht schotels met open randen waarvan een defect
op de vierde of laatste plank
sesthien theeschoteltjes in soorten, waarvan eenige defect
negen kopjes in soorten, defect
een tin schenkblad
een porcelaine chocolade kan
zes grootte aarde schoteltjes en kopjes
een grootte aarde kom
vier aarde sauce potjes waarvan één voorzien is met een sauce lepel
twee blaauw glaase koelbakjes
een defecte porcelaine trekpot
vier porcelaine zoutvaatjes waarvan een defect
een blikke thépot
tien wynglaasen in zoorten
een eau de cologne flesje
vier bier glasen in zoorten
een porcelaine boterpot
een porcelaine kom en schotel
twee suikerpotten in soort, waarvan een defect
in de onderkant der porcelaine kast
acht aarde tobaks pypen
een porcelaine kom
een aarde kom met een witte deksel
zes bottels gevuld met bosjes cieroop
tien ledige bottels
een fles
In de eerste voorkamer ter rechterhand
een blaauw linnen ophaalgordyn
op de grond
een stinkhout cabinet op pooten, welk cabinet verzegeld was en waarvan de zeegels gaaf en ongeschonden waren, betuigende ten deese de geweesene generaale gemagtigde van de overleedene, zynde de heer Christoffel Jacobus Briers, deese verzegeling dadelijk na het overlyden van gesegde juffrouw Briers te hebben laaten doen door de heer Fredrik Ryk Ludolph Neethling en dewelke voor my Secretaris declareerde dat die zegels dezelfde waren welke hij op het gemeld cabinet ten versoeke van gem: heer C:s J:s Briers, hadde geplaats
in welgem: cabinet
op de 1:ste plank
een zwarte krippe doek
op de 2:e plank
vyf bedde kussen sloopen
twee jakjes
een hembd
een bedde laken
een kwantiteit oude lapjes
op de derde plank
een zwarte zatyne mantel
twee bed spryen
een zwartte chitse tabbert
een bedde kussen sloop
drie servietten
een hembd
een witte doek
een zwart gekeperde doek
een paar witte catoene koussen
een bril
een schaar
in een binnenlaade
een zwart linnen kapje
een paar zwarte gekeperde handschoenen
eenige oud lapjes
een paar gebreide handschoenen
op de onderste of 4:e plank
eenige oude boeken
twee borstbeelden
een lessenaar, daarin
een party oude quittancies
in de de onderlaade van gem: cabinet
niets
een ouderwetsche Ambonshoute klederkast
op de eerste plank
dertien bedde kussen sloopen
tien servietten
een handdoek
twee kleedjes voor thémachines
vier tafel lakens
vyf bedde lakens
een ledig mandje
op de tweede plank
een klisteerspuit
op de derde plank
een Sluiters gezangboek
een Evangelisch gezangboek
een predicatie boek
op de vierde plank
zes schilderyen, defect
in de twee buiten onderladen
niets
alverder in welgem: kamer
een spiegel, defect
een tavel blad
een katel
een stinkhoute eetenstafel
een gerridon, defect
drie stoelen in soort, defect
vier stooven
In de tweede voorkamer ter rechterhand
een blikke gieter
een kopere hamketel defect
drie braad platen waarvan twee defect
een kopere taartepan met zyn deksel
een zeer grootte taartepan met zyn deksel defect
twee kopere gatepatiels
een kopere couverdeur defect
een kopere poffertjes pan
een kopere confituur ketel
twee kopere caserollen waarvan een met een deksel
een kopere strykyser defect
een ysere strykyser defect
een handzaag
een tobaks mes
drie geelkopere kandelaren in soorten
een kopere blaker defect
een kamer gemakje defect
een klisteer bankje defect
een oud linnen ophaal gordyn
drie blikke trommels waarvan twee defect
drie oude glase ramen in zoorten
twee kleine kast deuren defect
vier graven in zoorten
twee houte schaalen met ysere balance en zestien ponden gewicht
twee zyldoeksche zakken
twee kannen met een restant lynoly
twee grootte ledige kannen
een Keulsch kannetje
een potje
een botervaatje
een vaatje met verf
twee [vaatje] met een restant verf
een vlootje
een halve schepel
een wasch baly
een mand met zyn deksel
een cajate houte ledikant met wit linnen behangsel
een oud schildery
een quantiteit oud touwwerk
een quantiteit oud yser
voorts eenige rommeling
In de voorkamer ter linkerhand
voor de glaasen
twee voerchitse gordynen
aan de want
negen schilderyen in soorten
een spiegel met vergulde lyst
twee spiegel glaase lusters /defect/
een klein spiegeltje
op de grond
twaalf stink houte stoelen met matte zittingen waarvan negen voorsien zyn van kussens
twee cajate houte thétafels daarop
twee groene kleedjes, en
een rood verlakt schenkblad
voorts in welgemelde kamer
een gerridon
een cajatyhoute ledikant met voerchitz behangsel daarin
een nieuw tyke bed
twee geruite [bed]
drie geruite peuluwen
tien Chinaasch linnensche kussens
twee roodgestreepte kussens
twee grootte wolle dekens
een kleene wolle [dekens]
twee voerchitse dekens
twee witaarde waterpotten
zes zakdoeken
twee paar koussen
twee jakjes
drie voerchitse tjaals
twee witte rokken
een kasante [rokkken]
een saaye [rokken]
een chitse [rokken]
een flennel [rokken]
een hembd
twee flennel doeken
twee zakken
twee mutsen
In de dispens
op de grond
een aarde comfoir
op de 1:ste plank
drie aarde potten
een porcelaine peer defect
een tinne coffykan
een lampet en kom
een water kan en kom
een wit aarde soepkom
een porcelaine boterpot
twee porcelaine soupkommen, met hunne bakken of onderschotels
op de 2:e plank
een aarde pot
een porcelaine soupkom defect
een tinne beker
een blikke beker
een porcelaine comfituur pot met zyn deksel defect
acht tinne schotels in soorten
zeven en dertig witte aarde borden in soorten
een tinne peper bus
vier tinne lepels
vyf staale vorken
een aarde kommetje
een porcelaine schotel
twee aarde [schotel]
drie aarde slaaykommen waarvan een defect
twee porcelaine kannetjes
een porcelaine soupterrine’s deksel
een rak, daarin
vier aarde schotels
drie porcelaine schotels in soorten
een zoutvatje
voorts nog in de dispens
een los rak
een pype rak
In de keuken
een grootte gryn houtte ledige kist
een bakkist
een combuis tafel defect
twee rakken
drie emmers
vyf ysere potten in soorten
een kopere waterketel
een rolstok
een rystblok met zyn stamper
drie schoorsteen kettings in soorten
een rooster
een koekepan
een asschop
een ysere lepel
een ysere vork
een hakke bord defect
Op de zolder
niets
Op de werf
een ladder defect
een oven schop
een hek
een oud scherm
een oud vengster casyn met zyn vengster
eenig oud hout
In een buiten vertrek
twee peerhoute blokken

Ten huyse van Christoffel Jacobus Briers

acht bed lakens
sestien servietten en
achttien kussen sloopen

Aan de Kaapstad by Aijelt Gerards Olthoff de volgende onlangs ingekogte goederen

drie douzyn vlakke borden
drie douzyn diepe borden
twee dousyn messen en vorken
twee soepkommen en
ses schotels met deksels
een zet vlakke schotels
een zet blaauw thégoed
vier karaffen
een dousyn wynkelken
een dousyn bierglasen
een vuurtang
een asschop
een schuimspaan
een tinne ketel
Beestiaal
by Jonathan Groenewald in het Bosses Veld onder het district Tulbagh woonachtig
een koey en kalf
Lyfeigenen des boedels
  August van de Kaap , zynde een werksjonge oud 32 jaaren
onder de gez: erfgenaame verkopen Titus van de Kaap , zynde meede een werksjonge oud 20 jaren
  Saphier van Mosambicque zynde alsmeede een werksjonge oud 45 jaren
  Daues van Mosambicque , zynde als de vorige een werksjonge oud 50 jaren
  Johan van Mosambicque , zynde als de bovengemelde een werksjonge oud 40 jaren
onder de erfgen: verkopen Abraham van de Kaap , van ambacht een kledermaker oud 15 jaren
bij taxatie 1) Delphina van de Kaap , huismeid oud 42 jaren
onder de erfgen: verkopen 2) Delphina van de Kaap , huismeid oud 18 jaren
onder de erfgenamen verkopen Flora van de Kaap , huismeid oud 13 jaren
bij taxatie Sabina van de Kaap oud vier jaren kind van 2) Delphina
  Sophia van Mosambicque huismeid oud 39 jaren
onder de erfgenaamen verkopen Saartje van de Kaap oud 9 1/2 jaren de beide laatsgemelde slave kinderen zyn weinige tyds geleeden door de overleedene gekocht uit den boedel van Catharina Groenewald
Dina van de Kaap , oud 5 1/2 jaaren
blyven onverkogt Adriaan van de Kaap , oud 28 jaaren, werksjonge deese laatstgemelde vier slaven, ofschoon daarvan een behoorlyk transport in den boedel word gevonden, sub datis 27 July 1817, zyn echter het eigendom van Christoffel Jacobus Briers, als zynde deselven door deszelfs moeder de ab intestato overleedene Clara Susanna Groenewald, weduwe Petrus Franciscus Melchior Briers, bij de verkoping onder de erfgenaamen van Catharina Groenewald voor hem Briers ingekocht, edoch deese slaven op naam van voormelde, zyne moeder geplaatst zijnde, zoo is door mij Secretaris in mijne betrekking als Registrateur der Slaven, met in aanmerking neeming van ’s gouvernements belangens, eent transport gedaan van den geenen op wiens naam die waren ingekocht, om dezelve als dan op den geenen voor dewelken die waaren ingekocht, te transporteeren, en welke laatste transport doening, door het spoedig overlyden van de meergem: mejuffrouw de wed:e Briers, geen plaats heeft gevonden
Thomas van de Kaap oud 4 1/2 jaaren
Dina van de Kaap oud 23 1/2 jaren, huismeid en
Saartje van de Kaap oud 2 1/2 jaaren
Delphina van de Kaap huismeid oud 28 jaren ten aansien van deese drie laatsgemelde slaven, hebben deselfde omstandigheeden plaats, als hierboven is aangehaald, omtrend de slaven Adriaan , Thomas , Dina en Saartje , edoch met dit onderscheid, dat die het eigendom zyn van de heer Isaak Johanes de Melander, gehuwd met Barbera Christina Briers
Sabina van de Kaap oud 7 1/2 jaaren
Adam van de Kaap oud 1 1/2 jaren
Contanten des boedels
niets
Zilverwerk
een souplepel 16 1/2
twee potage lepels 14 1/2
twaalf eetens lepels 7 loot
twaalf eetens vorken 46 loot
vier thee lepeltjes 6 1/2
twee confituur vorkjes
een suikertrommeltje 14 1/2
een porcelaine kan met zilvere deksel en zilvere voet
een porcelaine kan met zilvere deksel
een zilvere gedenkpenning voorsien van een zilvere kettingje, dragende kentekens van oudheid
Baaten des boedels
  Rd:s
van de heer Christoffel Jacobus Briers, volgens mondelinge opgaave 3000:--:--
met twee jaren en 10 maanden verlopen renten à 6 p:ct van 1 November 1814 tot ult:o Aug:s 1817
van de heer Christoffel Jacobus Briers de somma van 2333:2:4
van de heer Isaack Johannes de Melander 26:--:--
over het erfaandeel van wylen Catharina Groenewald, vermits de boedel, als nog niet tot liquiditeit is gebragt, kan van het zelve geen bepaalde opgaave gedaan worden
Lasten des boedels
  Rd:s
aan mejuffrouw de wed:e Philippus Kuys blykens notarieele obligatie 333:2:4
waarvan de renten à 6 p:ct zyn aangesuiverd tot November 1817
aan de heer Willem Daniel Hoffman senior blykens rekening 83:5:4
aan mejuffrouw de wed:e Pietersen blykens rekening 10:7:2
aan de heer Christoffel Jacobus Briers voor aflossing van een capitaal, genoteert geweest by de heer R:J: van der Riet 245:--:--
aan de heer Christoffel Jacobus Briers voor betaald aan den boedel van Catharina Groenewald 1390:--:--
aan den boedel van Catharina Groenewald wegens koop van slaven 14492:7:--

Terwyl echter de heer Christoffel Jacobus Briers, als generaale gemachtigde van de overledene, zoodra de reekeningen alle weegens begraaffenis onkosten zullen weesen voldaan aan Heeren Weesmesteren daarvan opgave sal doen

Aldus gedaan en geinventariseerd aan het woonhuis te Stellenbosch den 3:e September 1817, ende zulx op het op en aangeeven van des overleedens generaale gemachtigde de heer Christoffel Jacobus Briers, dewelke betuigde zich daaromtrend ter goeder trouwe gedragen en met zyn weeten niets versweegen te hebben tot de voorschreeve nalatenschap behorende, met belofte zoo wanneer in den tyd iets mogte koomen te ontdekken, daarvan aan Heeren Weesmeesteren opgave te zullen doen en des gerequireerd wordende, deesen inventaris met eede gestand te doen ter praesentie van de geswooren klerken Johan Godfried Gabriël Lindenberg en Johannes Gysbertus Faure als getuigen die de minuute deeses, beneevens de heer Christoffel Jacobus Briers ende my Secretaris meede behoorlyk op zeguls van een ryksd:r en zes schellingen hebben onderteekend.

Quod attestor: P:C: v: Blommestein, Sec:

MOOC8/33.36

{18180324} 24 Maart 1818 Barend Steph:s van der Linden , Anna Maria Roos

C: Bird

Inventaris van goederen behoorende tot den boedel van Barend Steph:s van der Linden en wylen deszelfs eerste vrouw Anna Maria Roos bevonden in ’t bezit van Christiaan Harmse, te zaamen met de negen aanteel paarden ten behoeve van gem: boedel op den 8:e Oct:r l:l: verkogt, bestaande in

vyf aanteel paarden
Contanten
zeventig rd:s zynde het rendement van drie aanteel paarden, tot denzelfden boedel behoorende door den aangeever /Harmse/ verkogt
Schulden des boedels
een honderd rd:s door den aangever gevorderd voor het oppassen en aanteelen der paarden voor een tyd van vyftien jaaren, laatende de aangeever dit echter aan de consideratie der Kamer over om zodanige vermeerdering of verminderinge te maaken als dezelve mogte billyk achten

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter drostdye van Graaff Reinet op den 24:e Maart 1818 volg:s aangeeven van Christiaan Harmse voormeld, denwelke onder aanbod van eede betuigde zig ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, met belofte zo ras hy iets nader hiertoe behoorende mogte komen te ontdekken, deezen invent:s daarmede te zullen emplieeren ende is zulks geschied door my Landdrost en J:J: Meintjes en F:N:G: Muller als getuigen

Voor d’ aangaave: Chrisian Harmse

A: Stockenstrom, Lan:

J:J: Meintjes

F:N:G: Muller

MOOC8/33.37

{18190701} 1 Julij 1819 Jeane Wagener

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door Jeane Wagener gesepareeerde vrouw van Johan Coenraad Kehler op Dingsdag den 29 Juny 1819 ab intestato zyn nagelaten ten voordeele harer onbekende uitlandige erfgenamen zoodanig als dezelve door den weleerwaarde heer George Hough zyn op en aangegeven /:en door my Adjunct Commis de Weeskamer en getuigen in geschrifte gebragt:/, bestaande dezelve in het volgende

In een buiten vertrek van voorsch: heer Hough

zes stoelen
een vierkante tafel
een wasch stander
een katel waarop
een veer bed incompleet
vyf houte balijs
vyf blikke caserollen
een yzere pot
een drie voet
een blaasbalk, pan en ketel
twee schilderyen
een blikke zuiker trommel
een blikke schenkblad
een oly en azyn stander defect
twee wyn caraffen
zeven bier glazen in soort
vyf kelkjes
twee vlesjes
vyf schotels waarvan een defect
veertien borden in soort
een lampet en kom
een lampet en kom defect
twee zout vaatjes
een trekpot
twee zuikerpotten
een mosterd [potten]
dertien kopjes en negen pierings in soort
twee aarde potten
twee blakers
een aarde beker
een party ledige bottels
een kist waarin
een mans hoed
een vrouwe hoed
een paar schoenen
eenige pakjes naai zyde en gaarn
een zwart zyde rok en 2 manteltjes
een paar laarzen
een paar schoen yzers
een party knoop vormen
een end lyn
drie messen en vyf vurken
twee naai manden
een blaauwe voorschot
een ledige koffer
vyf boeken
een koffer waarin
twintig tabberts in soort
achtien rokken
tien hembden
acht borstrokken
twee en twintig manteltjes
drie spencers
een zyde sherp
zes kraagjes
acht mutzen
twee en twintig paar koussen
drie paar zakken
een zwarte gase doek
een neteldoeksche tjaal
een hoofd net
negen zakdoeken
een lakensche amazoon en rok
vier lakens
elf slopen
acht hand doeken
een vengster gordyn
een chitze lap
een geruite lap
twee linnensche [lap]
een mans broek
een mans onderbaatje
een halve hembdje
een dames parasol
een doosje waarin
een zilvere eetlepel
een restant gaarn
een yvore doosje met tandepoeder
twee snoeren en wat losse corallen
een rode agate borst speld
een rode agate hangertje
zeven goude ringen in soort
drie paar goude oorbelletjes in soort
een agate hanger met een ketting
een zilvere beursje
dertig zilvere knoopjes
twee vergulden borst spelden
een party zyde lind

Wordende alhier per memorie genoteerd dat volgens declaratie van voorschr: eerwaarde heer Hough zich nog eenige goederen van de overledene komen te bevinden ten huise van Paul Appel.

Aldus gedaan en geinventariseerd ten huise voormeld op primo July 1819.

Als getuige: F:S: Watermeyer, J:N: Rorich

Voor den opgaaf: George Hough

Mij present: P:E: Faure Adj:t C:

Ampliatie

De goederen tot voorsch: boedel behorende, welke in de possessie van Paul Appel gevonden zyn, bestaan in de volgende te weten

een geruite sloop /waarin/
twee hembden
drie doeken
twee lakens
een mus
twee p:r kouzen
twee onder tabberts
twee servetten
een sloop
een oude jas
een party lappen
twee kussings
een kleine kistje waarin
een oude hoed en
een paar schoenen

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 25 Augustus 1819.

C:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/33.38

{18160717} 17 Julij 1816 Petrus Ignatius Maree , Eva Maria Magdalena Ungerer

S:V: Cloete

Staat en inventaris van de goederen en effecten behorende tot den boedel en nalatenschap van wijlen den ab intestato overledene Petrus Ignatius Maree de jonge en nagelatene weduwe Eva Maria Magdalena Ungerer

Gedaan maken door gemelde Eva Maria Magdalena Ungerer ten versoeke van Heeren Weesmesteren dezer volksplanting als voogden van de minderjarige dochter van wijlen gem: Maria in name

Petronella Susanna Elisabeth Maree oud circa vier maanden

zoo en in diervoegen als hier na is volgende.

In ’t woonhuis van P:I: Maree s:or aldaar

In de voorkamer ter linkerhand
een ledikant met behangsel
een bed, peul, vier kussins en een deken
een bed, peul, twee kussins en een deken
twee stinkhoute thee tavels
ses ongematten stoelen
een stoof
een lessenaar
een kleine koffer
een wagenkist met eenige rommeling
een schietgeweer
een kruijk
een sadel
een vijsel
elf borde in zoort
twee schotels
vijf kopjes en schoteltjes
een klyne yzere pot
een kandelaar en snuyter
twaalf wynkelken
een water glas
een schenkblad
twee ledige bottels
ses zilvere thee lepels
vier zilvere thee vorken
In de winkel
een nieuw onbeslagen wagenstel
vier ongemaakte wagen naven
dertig vellingen in zoort
twee osse wagen voortangen
twee schamels
vijf nieuwe zaag bladen
een oude zaag [bladen]
een parthy hoepels
een parthy spaken
een draaybord
een emmer
In de kraal
zeven ossen
twee rypaarden
Baaten des boedels
  Rd:s
een onderhandsche schuldbrief dato 4 Feb:ry 1816 heb ten lasten Petrus Ignatius Maree s:or groot aan capitaal 229
een onderhandsche schuldbrief dato 26 October ten lasten Mat:s Joh:s Willemse te George woonachtig groot 84
een rekening ten lasten Mat:s Joh:s Willemse te George woonachtig groot 17
een rekening ten lasten Hendrik Roux Davidz: wonende agter de Cogmanskloof - deese schuld is zedert aan de wed:w volgens haar eige opgaaf betaald en moet deselve dus daar voor worden gedebiteerd 16

De erffenis penningen welke voorengemelde weduwe Marée uit de boedel van wylen hare moeder Elisabeth Margaretha Fourie is competeerende, mitsgaders ’t geen aan haar uit de nalatenschappen zo van hare overledene grootmoeder Maria Magdalena Botha wed: wijlen Louis Fourie als van nu meede wijlen haren broeder Johan Diederik Ungerer voor erffenis is te beurt gevallen alle welke voorsch: nalatenschappen door haren vader J:H: Ungerer is geadministreert en tot nog toe onder hem verbleven

Lasten des boedels
  Rd:s
aan Philip Rens 110
aan Willem Koster 40
aan J: Adam Kunz 25
aan Johan Coenraad Behr 30
aan Joh:s Petrus Muller 34

Op heden den 17 July 1816 compareerde voor Jan Ferdinand Bam Secretaris van het district Swellendam praesent de na te noemene getujigen

Voorengemelde Eva Maria Magdalena Ungerer weduwe wylen voorschr: Petrus Ignatius Marée dewelke verklaarde in het op en aangeven van dezen inventaris haar zelve getrouwelyk en oprechtelijk te hebben gedragen en haren wetens niets verzwegen of agter gehouden te hebben dat tot dien boedel zoude behoren met belofte om wanneer het een of ander tot gem: boedel behoorende mochte worden gevonden als dan dezen inventaris daar mede te zullen amplieeren en vergroten zynde zy comp:ten overigens bereid om zo zulks zal worden gevordert deeze hare gedane opgave met solemnele eede te bevestigen

Aldus geinventariseert ten huize van Petrus Ignatius Maree s:or in het dorp Swellendam gelegen, op den 17 July 1816. Praesent Andreas Tobias Kolver en Christiaan Johannes van der Lith als getuigen.

De minuten dezes is geschreven en getekend op een zegul van een rijxdaalder

Quod attestor: J:F: Bam, Sec:

MOOC8/33.39

{18181109} 9 November 1818 Sara Johanna Janssen

Inventaris van zodanige goederen als er op Zaturdag den zevenden November in den jaare een duijzend agt honderd en agtien ab intestato met ’er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door Sara Johanna Janssen ten voordeele van het bij haar

in onecht verwekt ongedoopt dochtertje oud een maand

invoegen als het een en ander ingevolge opgaaff van Frans Perrang door mij ondergeteekende Adjunct Commis en getuigen is opgenomen en in geschrifte gebracht, bestaande deese goederen in de volgende, namentlijk

In een huurhuijs van de heer Hend:k Emanuel Blanckenberg

een ledikant met gestreept behangzel
twee stoelen
agt chitze en linne tabberts
thien chitze jakken
twee borstrokken
drie en dertig rokken in zoort
zes vrouwe hembden
derthien paren kousen
een laken
drie servietten
vijf tjaal doeken
een roode scherp
zeven en dertig doeken in zoort
twee papiere doosjes met een restant garen
een paar schoenen

Aldus na gedane ontzegeling g’inventariseerd ten huise voorm:d op den 9 November 1818

Als getuigen: J:H: Munnik. J:N: Rörich

Voor den opgaaff: Frans Pirrang

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/33.40

{18180811} 11 Augustus 1818 Helena Hendrica Noors

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den vierden July in den jaare onzes Heeren een duisend acht honderd en achttien ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door de minderjarige jonge dochter Helena Hendrica Noors ten voordeele harer natenoemene erfgenamen, met namen

1) Aletta Geertruida Adriaanse gehuuwd met Hendrik Ravens
2) Jacobus Cornelis Adriaanse, mondig
3) de kinderen van wylen Johanna Helena Adriaanse in huwelyk verwekt by mede wylen Christiaan Fredrik Boyie genaamd a) Johanna Catharina oud 22
b) Menso Jacobus oud 18 en
c) Anna Catharina Boyie oud 17 jaren

Invoegen als het een en ander door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ten huize van Michiel Hanssen en aldaar

In een bovenkamer
een kist waarin
veertien hembden
twee en dertig rokken
zes tabbaarts
zeeven kabaaitjes
acht borstrokken
acht en vyftig doeken in zoort
zes mutzen
vier spreyen
een bulzak sloop
een kabaay
vijftien lakens
drie en dertig sloopen
vyf en twintig servietten
zeeven p:r kousen
twee p:r handschoenen
twee tjaals
drie p:r zyde schoenen
twee waaijers
vyf zakken
vyf borstjes
een kraagje
een mutz
vier mutzen lappen
achttien lappen in zoort
vier endjes kant
een deken
vier nacht kabaaitjes
een zyde lap
zeeven lappen chitz
een lessenaar
een klein kistje waarin
twee zilvere snuifdoozen
twee zilvere knipbeugels
twee p:r zilvere kniegespen
een zilvere halsgesp
een zilvere scharenschede
een zilver braaihoutje
een zilver hairschuif
twee zilvere handknoopjes
een zilvere cachet
twee zilvere eetleepels
twee zilvere theelepeltjes
een p:r goude handknoopjes
twee enkelde goude handknoopjes
twee p:r goude oorkrabben
een p:r goude oorbellen
een borstspeld
een agate steen
een vergrootglas
een blik verlakte doosje
een porcelaine doosje
zes borden
neegen schilderyen
een Bybel
twee boeken
een plettet trekpot
een plettet zuykerpot
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten
een goude keyserlyke ducaat
een halve zilvere pagood
een halve zilvere gulden
drie zilvere zestiende pagoden
een Engelsche schelling
vyftien zilvere stuyvers
over zo veel de overleedene van erffenis penningen volgens de weesboeken te goed heeft 150:30

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huize voormeld op den 11 Augustus 1818, ende zulks op het op en aangeeven van Hendrik Ravens en Jacob Adriaanse dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al ’t geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuygden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tyde des vereischt werdende, met solemneele eede nader te bevestigen en verdere belofte zo hierna nog iets tot gesegde nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deesen inventaris daarmede te amplieeren.

In teken der waarheid is deesen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Adjunct Commis door de inventarienten eigenhandig onderteekend.

Als gecomm:e Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:H: Munnik

Dit kruis + merk is door Hend:k Raven als niet kunnende schryven voor zyn naamteekening ter nedergesteld

J:C: Adriaansze

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/33.41

{18180212} 12 Februarij 1818 Jacobus Kluijt

Teijgerberg den 12 Febr:e 1818

Invantaaris van den nalatenschap van weijlen Jacobus Kluijt overleeden den 16: Dezemmer 1817, als volgd

een out reijpaard met zadel en toom
2 zak orloogies: een zilvere, 1 spinspekze devek bijde
4 witte hemden
3 onderbaaties
3 baaties boven
3 verweele broeken
7 kouzen
5 doeken
3 gebreeden slaapmitzen
1 witte hoet
2 tabaks peijp met zilvere dekzel
3 paar schoenen devek
2 boeken
1 mes, 1 schaar, 1 vork, 1 tonteldoos
wat oude lappen
1 kleederkis, een schuijf doos

Als getuigen: D: Uijs J:z, J:C: Schabord

J:J: Uijs, V: Cornet

MOOC8/33.42

{18180317} 17 Maart 1818 Thomas Philips

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Woensdag den vierden dag deeser lopende maand Maart in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd en achttien ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door Thomas Philips ten behoeve zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deselve nalatenschap door my ondergeteekende Adjunct Commis der Weeskamer ter presentie der mede geteekende getuygen is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In een huurhuijsje van Hendrik Matfeld

zes stoelen
vyf schilderyen
twee tafels
een kast waarin
een rok
tien broeken
zeeven baatjes
zeeven hembden
een oude hoed
een p:r oude schoenen
een kast waarin
een soepterrine
vier schotels
zeeven borden
acht vorken en een mes
een kopere blaker
twee kraanzaagen
een schryfkistje
In de combuis
een ysere pot
een ysere rooster
een ysere vork
een ysere lepel
Lasten des boedels
  Rd:s
aan David Brooks voor begraffenis onkosten volgens specificque reekening 58:24
aan doctor Wehr voor practyk 13:24
aan Hendrik Matfeld voor huishuur 123:--
aan Daniel Beets over koop van Vlaams linnen 37:--

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 17 Maart 1818

Als getuigen: J: Serrurier, J:N: Rorich

Voor den Opgaaff: David Brooks

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/33.43

{18180509} 9 Maij 1818 Marthinus de Munck

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den zes en twintigsten November van het jaar een duyzend agt honderd en zeventien, door Marthinus de Munck ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, invoegen als het een en ander door my ondergeteekende Adjunct Commis der Weeskamer ter presentie der nevens geteekende getuigen is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande dezelve in als volgd, nam:

Op de plaats van Jacoba van Sittert wed:e Jan Hendrik Munnik

een kist waarin
vyf baatjes in zoort
drie broeken in zoort
twee hembden
zeven doeken
twee p:r koussen
een p:r oude schoenen
twee ronde hoeden
twee boeken
een zak boekje
twintig schaven in zoort
een en twintig bytels in zoort
zeven fylen in zoort
vier omslagen en twee boren
drie knyptangen
twee hamers
twee houte winkelhaken
een handzaag en voorts
een parthy rommeling
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in denzelven gevonden aan papiere munt, een sommetje van drie rykd:s zegge 3

Aldus na gedane ontzegeling g’inventariseerd aan het huis van den venduafslager der Weeskamer J:N: Rorich op den 9 Maij 1818

Als getuigen: P: Poggenpoel, J:N: Rorich

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/33.44

{18170117} 17 January 1817 Hendrik Eluzes

Inventaris van alle zodanige goederen als ’er ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Hendrik Eluzes ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door de ondergeteekendens ter presentie der mede geteekende getuijgen is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

In een huis bewoond door Frans Pohl

een oude jas
een oude baatje
twee oude broeken
twee kussens

Bevindende zig voorts onder berusting van den heere m:r J:P: de Wet

een zilvere zak horologie
een duimstok
een knipmes
een defecte bril en
aan contanten zeeven schellingen

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 17 January 1817 ende zulks op het op en aangeeven van Frans Pohl dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met zyn weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuygde de deugdelykheid zyner opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gesegde nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deeser inventaris daarmeede te amplieeren

In teeken der waarheid is deesen ter presentie van de ondergeteekendens door de inventarient eigenhandig onderteekend.

Als getuygen: J: Funstein, S:D: Salomonse

Voor den opgaaff: F: Bohl

Ter onzer presentie: J: Serrurier, J:N: Rorich

MOOC8/33.45

{18190508} 8 Meij 1819 Fredrik Simon de Jager

Inventaris van zodanige goederen en effecten als er op Donderdag den negen en twintigste dag der maand April in den jaare een duisend acht hondert en negentien door Fredrik Simon de Jager, buiten gemeenschap van goederen gehuuwd met Johanna Christoflina Simonse, ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten ten voordeele zyner hierondertemeldene halve zuster en broeders kinderen, te weeten

1) Anna Elisabeth Barendse mondig
2) de nagelatene kinderen van wylen Jan George Barendse in huwelyk verwekt by Anna Catharina Sesselaar met name a) Godlieb Andries Barendse mondig
b) Annetta Barendina Barendse gehuuwd met Roelof van Driel
c) Jan George Barendse oud 21 jaren uitlandig

Invoegen als het een en ander door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren ingevolge opgaaf van opgemelde weduwe is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

Een huis en erf staande ende geleegen in deese Tafel Valley in de Lange Straat in ’t Blok N:o 20 en aldaar een gedeelte van N:s 3, 4 , thans gemerkt L:a C:

In het evengemelde woonhuis en aldaar

In het voorhuis
vier schilderyen
een lantaarn
twee vogelkooyen
In de kamer ter regterhand
een schuif gordyn
een spiegel met vergulde lysten
negen en twintig schilderyen /:in soort:/
een penduul
twee pistooelen /in soorte:/
vier rakken waarop
een party boeken
een vierkant taveltje
een kleinder taveltje
een kastje met laden waarop een schryf lessenaar
een lessenaar
twee stoelen waarvan een defect
een bas
twee kleine koffers
twee kopere lusters en wat kopere beslag
twee kandelaars
zeven duim stokken
twaalf douzyn ordinaire messen
een oude octant
twee schellen /in soort/
twee oude compassen
een zandloper
drie blikke beekers
een kruid hoorn
een bril met zyn foudraal
twee tinne snuifdoosen
twee kopere signetten
een kopere ouwels drukker
twee inkt glaasen
een kooper kast slot
drie kleeder borstels
twee wandel stokken
twee carwatsen
In de kamer ter linkerhand
een kleine klaptaveltje
een schildery met hout lysten
een oude pianoforte
een glaase pistool
een blikke schenkblad
een electriseer machine
een kastje toebehoorende aan de weduwe, waarin de kleederen van den overledenen
een vergulde zak horologie /defect/
In de gaandery
een kleine tavel
negen stoelen
een zieken stoel
een kleine kadel defect
een etens kast waarin
tien schotels /:in soort:/
een soupterine
twee en vyftig borden /:in soort/
twee sauspotjes
een zuiker potje
vier koptjes en vier pierings
een trekpot
een tinne oly en azyn standaar met twee flessen
vier kopere kandelaars
twee kopere blakers
een kopere nachtblaker
twee tinne kannetjes
een snuiter met zyn bak
zeven glaasen /:in soort:/
een houte schenkblad
een vogelkooy
In de combuis
een water halfaam
zes yzere potten
een kapmes
twee schoorsteen kettings
Op de agterplaats
twee oude kadels
twee ladders
een kist
vier deuren
twee ramen
een houte armbus
een oude hoek kast en voorts
een parthy rommeling
Credieten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve gevonden eene somma van 45:--
van Louis Mostert op een schriftelyk bewys 94:42
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de Weeskamer deeser Colonie op een scheepenenkennis de dato 6:de July 1802 ten behoeven van Jac:s Joh:s Vos gepasseerd en aan dezelve gecedeerd, groot aan cap:l ƒ10000 ofte 3333:16
met de renten zedert
aan voormelde zyne huisvrouw J:C: Simonse zo veel haar per rest van erffenispenningen uit den boedel van wylen Barbara Simonse wed:e wylen Roelof Roelofse competeerd, welkes boedel door den overledenen als eene der testamentaire executeuren van gesegde boedel zoude zyn geadministreerd 256:--
aan Elisabeth Sophia Simonse almede aan erffenispenningen uit gesegde nalatenschap per rest 150:--

Aldus gedaan en geinventariseerd ten huise voormeld op den 8:ste Mey 1819 ende zulx op het op en aangeeven van de in den hoofde deeses gemelde weduwe, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en niets verzweegen of terug gehouden te hebben dat tot voormelde boedel behoord, invoegen zy ook getuigde de deugdelykheid harer opgaave ten allen tyden des vereischt werdende met eedige stand te doen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gesegde nalatenschap behoorend mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk opgaaf te zullen doen ten einde deesen inventaris daarmeede te kunnen worden geämplieerd.

In teeken der waarheid is deese door de inventariente in tegenwoordigheid van ons gecomm: Weesmeesteren en my Adj:t Commis behoorlijk ondertekend.

Als gecomm: Weesm: A: v: Breda, J:H: Munnik

J: Simondz de wedewe de Jager

Mij present: P:E: Faure, Adj:t Commis

Catalogue van zodanige boeken als op den 28 Maij 1819 ten huijse van den overleedenen Fredrik Simon de Jager in ’t openbaar zullen worden verkogt

1 Bijbel, Oude en Nieuwe Testament
2 Joh:s Plevier, De handelingen der apostelen, 4 deelen
3 Joh:s Aysma, Het rijk der Goden
4 Placcaten van Holland
5 Gelrische land en stadt rechten
6 Merulae manica van procedeeren
7 H: van Leeuwen, Rooms Hollands recht
8 Andries Gails, Observatien van de keyzerlijke practijk
9 Hollandsche consultatien, 6 deelen
10 Kortbegrip van de Holl: consultatien
11 U: Huber, Rechtsgeleerdheid
12 H: de Groot, Inleiding tot de Holl: rechtsgeleerdheid
12 H: de Groot, Inleiding tot de Holl: rechtsgeleerdheid
13 J: Groenewegen, Holl: tractaat
14 B: Zutphen, Nederlandsch practijk
15 W: van Alphen, Papegaaij
16 Utrechtse consultatien
17 G: van Wassenaar, Practijk judicieel
18 G: van Wassenaar, Inleiding tot de practijk
19 G: van Wassenaar, Practijk notarieel
20 J: van den Sande, Decicien
21 Keyzerlijke statuten
22 J: Damhouden, Practijk civiel als crimeel
22 J: Damhouden, Practijk civiel als crimeel
23 H: de Groot, Alphabeth der Holl: rechten
24 m:r W: Hessen, Judicieel formulien boek, 2 deelen
15 H: de Groot, Verantwoording van wettelijke regeering
26 H: de Groot, Verantwoording van wettelijke regeering
27 Zeerechten
28 W: van der Stel, Contra deductien
29 Alle de werken van Publ:s Ovidius Naso, 1:e en 3 deelen
30 Christophorus Eillarius, Notitia orbis arctique, 2:de deel
31 Balthazar Bekken, De betoverde wereld
31 1/2 Inleiding tot de Wistkunst
32 Alle de gedigten van J: Antonides van der Goes
33 De naakt ontdekte enthuscartery, door G: Kulenkamp
34 Antonius Matthaeus, Zuispreuken bij de Nederl: rechtsgeleerden
35 Overgaven van brieven in ’s Gravenhage 1793
36 Wagenaar, Vaderlandsche historie incompleet
37 De politique kruijer, 7 deelen
38 Verklaring der Unie van Utrecht, 2:de deel
39 Nederlandsche jaarboeken, 5 banden
40 Zaken van staat en oorlog, betreffende de Verenigde Nederlanden
41 G: van Loon, Inleiding tot de hedendaagse penningkunde
42 Reglement en ordres voor de wagten in ’s Gravenhage, 1770
43 Reglement en ordres van het garnisoen van ’s Hertogenbosch, 1770
44 Reglement en ordres van de stadt Mastricht, 1774
45 Reglement en ordres van de stadt Mastricht, 1786
46 Reglement en ordres van de stadt Breda, 1779
47 S: Smelius, Sijnodale ordonnantien
48 Izaak Walits, Logica of onderwijs van het recht gebruijk der reden
49 W: Guerrie, Mensch kunde
50 J: Herveij, Godvrugtige bespiegeling over de nagt, etc:a
51 Revier kundig verhandeling door W: Velsen
52 P: Paules, Zeelands recht
53 Het nut der stadhouderlijke regeering
54 J:L: de la Calmette, Velddienst
55 Cornelis Redelijkheid, Verhandeling voor de metzelarij en vestingwerken
56 J: Kraijenhoff, Cornelis Redelijkheid bestraft
57 Het leven van Willem den Eersten
58 Verhandeling van het Bataafsch Genoodschap der proefondervindelijke Wijsbegeerte te Rotterdam
59 Stigtelijke gedichten, door Jacoba Petronella Winkelman
60 Reisweg naar de Indiens
61 R:L: Bouwers aan zijne committenten
62 Stichtelijke mengelgedichten, 2:de deel
63 De gevallen van Telemachus, door F. de Lalignac
64 Aanmerking over de verklaaring der Unie van Utrecht
65 Koopmans Giographi
66 Verhandeling over de spelling inde Nederduitsche taal, door Siegenbeck
67 Nederduitsche spraakkunst, door P: Wieland
68 W: Peiffens, Geloofs vastigheid
69 Stukken rakende den tegenwoordigen toestand der Bataafsche bezittings de Oost Indien, door Dirk van Hogendorp
70 Historische verhandeling over den stadthouder der verenigde provintien, door J: Wagenaar
71 Gedenkboek van Amsterdam
72 Droewige gevolgen van het steedstoenemend verwijden van het Pandersche Canaal
73 Oplossing der getallen van Daniel
75 Kort begrip der Geographi
76 Vrijmoedige gedagten
77 P: Verbrugge, Over de ware volkstem
78 Natuurkundige verhandeling wegens het vermogen der inbeelding
79 Nederlandsch Africa
80 Merg des Evangeliums
81 Verklaring der Unie van Utrecht, door W: P: Paulus
82 Reglement op de exercitien en evolutien
83 Samuel Paffendorf, Inleiding tot de historien der voornaamste rijken en staten, 2 deelen
84 Het leven en dood van D: Philippus Melanchton
85 Het ontroerd Holland, 2 deelen
86 Kort verhaal van de Reformatie
87 Boekzaal der juffens, 2 deelen
88 De rechten van Keijzer Justinianus
89 Gedenkschriften van K:L: van Pollnitz
90 Oordeelkundige aanmerking van de poezij en schilderkunst, door P: Zwarts
91 De quakzalverij der geleerden, door Janus Philomusus
92 Catechitatie van de Heidelbergse Catechismus der gereformeerde religie
93 Verhandeling van Joh:s la Placette over de Roomsche Kerk
94 H: Mulder tegen H: van den Houert
95 W: van Allen, Manier van procedeeren in civile en crimineele zaken
96 De Franse Pamela of de uitblinkende deugd
97 Oeffenschool den notarissen
98 Kortbegrip der kerkelijke historie
99 Nieuw vesting bouw door den grave van Pagen
100 Politicq belangboek voor het provisioneel tijdperk 1795
101 Algemeen en geredeneerde spraakkonst
102 Schild der Christenen tegen alle onchristenen
103 Ladij Joh:a Graij treurspel, door R: Feith
104 Introduction a: l’analyse des creuses
105 Essai d’une nouvelle classification des vegetaux
106 Veus nouvelle de la courans deau, par C:L: Ducrest
107 Academie universelle des jeux, 2 deelen
108 Instruction militaires
109 Histoire de l’Accademie Roijale des Suscription et Belles Lettres
110 La Cuissiniere Bourgoije
111 Instrument de chirurgie
112 Etat des troupe
113 George Shaw, General zoology
114 Melvill’s trial
115 Newton works, vol: 8
116 Rev: M: Moriton Mescellanies
117 Leonardus Offerhaus, Compendium historia universalis
118 Johan Fredrik Stapferi, Institutiones polemico
119 Biblia Sacre
120 Anthonie Schulting, Ennaratio
121 A Coru: Celsi de medicina
122 M: Meetha, Arthillerie beschreibung
123 Das grosse kuningliche wortenbuch
124 L:C: Sturm, Grundeliche Aanleitung zu der Kreigs Baukunst
125 Ingenieurs Schul
126 Jacob Fredrich Ludovice, Inleitung zum civil Proces
127 Julian George Essigs, Kurse Inleitung Welthistorie
128 Auserlisene bibliothek
129 Johan Hubner, Algemeine geographi
130 Ausfangsgrunde der artillerie
131 G:S: Zullekoffer, Anreden und gebete
132 K:A: Struensis, Anfangs grunde der krygsbaukunst
133 Anfangsgrunde aller mathematische wissenschafte, 2 deelen
134 Godf:d Achenwall, Stats vervassung
135 Historische nachrichte van den Nordschen kriege, 6 banden
136 A: Pope, Sammtliche werke
137 De allerneuste Art zu schreibe
138 4 Gezang buchen

MOOC8/33.46

{18181203} 3 December 1818 Abraham Kloppers

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er op den vijf en twintigste dag der jongst gepasseerde maand November in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd en achttien ab intestato metter dood zijn ontruimd ende nagelaten door Abraham Kloppers, ten voordeele der kinderen door hem bij zyne vooroverleedene huysvrouw Sara Elizabeth Arendse in echt verwekt, met namen

1) Johan Abraham Kloppers mondig
2) Johanna Clarentina Kloppers get:d met Erick Daniel Ronquist
3) Helena Adriana Kloppers oud 17
4) Margaretha Jacoba Kloppers oud 14
5) Carel Fredrik Kloppers oud 12 jaren

Zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergeteekendens is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende te weeten

Een stuk altoos durende erfpagtland met de daarop staande gebouwen, gelegen agter het gebergte van de Baaifals groot 4 morgen 399 quadraat roeden

In een huis toebehoorende aan L: Bauman, door den overleedenen in huur gewoond geweest zynde, en aldaar

In de voorkamer ter regterhand
een tafel
zes stoelen
een rustebank defect
In de voorkamer ter linkerhand
drie banken
twee stoelen
In de gaandery
een oude hoekkastje
een bank
een tafel
een stoel
In de agterkamer
een groote tafel
een bank
een rustebank defect
In een tweede agterkamer
een paviljoentje
een stoel
een tafelkast
een pendule
een kist
In een derde agterkamer
een tafel
een kan met een restant verf
een party touwwerk en rommeling
een baly
een oude theemachine
In een vierde agterkamer
twee kleine spiegeltjes
een ledikant met chitze behangsel waarop
een bulzak
een peuluw
zes kussens
een deken
een liquerkistje defect
een sleutelkistje
een tinne trekpot
een tinne zuykerpot
een tinne melkkan
een klederenkast waarin
twee lakense mannellen
tien broeken in zoort
zes hembden
elf onderbaatjes
drie bovenbaatjes
vier p:r kouzen
een p:r schoenen
een p:r laarsen
een hoed
een chitze sprey
zes doeken
twee beddelakens
vier tafellakens
zes kussenslopen
een p:r handschoenen
een zilvere eetlepel
drie zilvere thelepeltjes
twee zilvere vorken
een p:r zilvere schoengespen
een goude zakhorologie
acht schilderyen
twee stoelen
een waschstander met zyn kom
In de combuijs
een tafel
drie ysere potten
een lepel
een schuimspan
een vleeschvork
een vuurtang
een rooster
een drievoet
een koekepan
een waterketel
vyf kopere kandelaars defect
een geelkopere ketel en confoor
een koffiekan
een kleijne kopere keteljte
een tinne soepkom
twee zoutvaatjes
een waterhalfaam
twee emmers
Op de werf
een schuit
eenige oude vaten en romm:
twee graven
een gieter
vyf en twintig sparren
vier planken
een vaatje met oud yser
Beestiaal
een koei en een kalf
Lyfeigen
een mansslaaf genaamd May oud 46 jaren geboortig van Bougies, huys jongen
Dubieuse inneschulden
  Rd:s
van Jan Theron voor genotene dranken 56:4
van Philip Roodt voor genotene dranken 24:24
van [ ..... ] Heyd voor genotene dranken 31:36
van [ ..... ] Simpson voor genotene dranken 18:28
van Fredrik Gielmet voor twee maanden logies en kostgeld, mitsg:s voor genotene dranken 85:42
van Jan Geyer voor genotene dranken 17:36
van Piet Petrie voor genotene dranken 36:24
van Hendrik Brand voor genotene dranken 11:30
van W: Guest voor genotene dranken 19:--
aan W: Guest over koop van twee koeyen en een kalf 140:--
van Pieter Suutie voor genotene dranken 32:36
van W: Tawell voor twee maanden kostgeld en genotene dranken 64:42
van doctor Bruce volgens reek:g 31:24
van Charles Stadler op een onderhandsch briefje, twintig Spaansche matten
Last des boedels
  Rd:s
aan Izaak Kloppers over begraffenis onkosten volgens reekening 112:18

Aldus geinventariseerd in de Baayfals ten huise voormeld, op den 3:e December 1818 ende zulks op het op en aangeven van Erick Daniel Ronquest, dewelke betuigde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met zyn weten niets verswegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuygde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen en verdere belofte zo hierna nog iets tot gesegde nalatenschap behorende, mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde desen inventaris daarmede te amplieeren

In teeken der waarheid is deesen ter presentie van de ondergeteekendens en de getuygen door den inventarient eighenhandig ondertekend

Als getuigen: R: van der Schijff, H:s Henken

E:D: Ronquest

Ter onzer presentie: J: Serrurier, J:N: Rorich

MOOC8/33.47

{18180421} 21 April 1818 Christiaan Fredrik Boijie

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er op Vrydag den zeventhiende dag deeser lopende maand April in den jaare onses Heeren een duisend acht honderd en achttien ab intestato metter dood zyn ontruijmd ende nagelaten door Christiaan Fredrik Boijie ten voordeele zyner drie kinderen by zyne vooroverleedene huisvrouw Johanna Helena Adriaanse in echt verwekt, met namen

1) Johanna Catharina oud 22 jaren
2) Menso Jacobus oud 18 jaren
3) Anna Catharina Boié oud 17 jaren

Zodanig als deselve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Een huis en erf staande en geleegen in deese Tafelvalley in de Houtstraat 5 thans genommerd [5], groot in zynen grond zes quadraat roeden en een honderd zes en twintig gelyke voeten

In het gemelde huis en aldaar

In de kamer ter regterhand
een spiegel met nooteboom houte lyst defect
een vierkante tafel
zes stoelen
een tafelkastje, waarin de kleederen van den overleedenen en eenig linnengoed, bestaande in
twee lakense rokken
een lakense mannel
een hoed
zeeven broeken
neegen onderbaatjes
drie hembden
een p:r kousen
vier witte doeken
een slaap kabaay
acht lakens
acht slopen
een chitse sprey
een stel witte bed gordynen
een klederen kast
een zilvere soupleepel
vier zilvere eetlepels
een porcelaine soupterrine
vier schotels in zoort
neegen borden
vier kandelaars in zoort
een verlakte theekistje
een ledikant
In de kamer ter linkerhand
een geruite schuifgordyn
twee tafels
zes stoelen met drie kussens
een lessenaar
een tafelkast
een ledikant waarop
een bultsak
een peuluw
vyf kussens
een wolle deeken
een ledige kelder
twee jalousiematten
In de gaandery
een klaptafel
een kist met een party ledige bottels
In de combuis
een tafel
een waterhalfaam
twee watervaatjes
een kleine kast
een kleine rak
vyf ysere potten
twee schoorsteenkettings
een potlepel
een schuimspan
een drievoet
een rooster
een vuurtang
een ysere waterketel
twee kopere castrollen
een strykijser
Op de agterplaats
een oude stelletje
twee oude vaten
een oude baly
een klyne bakkje en voorts
eenig rommeling

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 21:e April 1818.

Als gecomm: Weesmeesteren: Daniël d: Waal, A:V: Bergh

My present: J:P: Faure, Secret:s

MOOC8/33.48

{18180608} 8 Junij 1818 Wilhelmina Maria van der Poel

Inventaris des boedels op den tweeden deezer lopende maand Junij des avonds de klokke half acht uuren ab intestato metter dood ontruimd ende nagelaten door juff:w Wilhelmina Maria van der Poel laatst weduwe wylen den heere Jan Jacob Swanevelder, in leven oud scheepen te Batavia , komende de overleedene als erfgenamen ab intestato te succedeeren haare nog in leven zynde broeders en zusters, dan wel der voorverstorvene wettige afstammelingen by representatie, wier getal, namen en ouderdom uit hoofde der uitlandigheid van eenige derzelve, thans niet distinct kan worden opgegeven.

Bestaande de goederen des boedels zo als die gevonden en door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren opgenomen zyn, in

Een huis en erf, staande en geleegen in deese stads op het Kerkplein , toebehoorende aan den boedel en erfgenamen van wylen opgemelde heere Jan Jacob Swanevelder, en waarvan door de overleeden levenslang den lyftogt of vrugtgebruik is genoten, in het volgende, namentlyk
In het voorhuis
een lantaarn
een cannappé met chitze overtrekzel
vier leuningstoelen
een kleijne huistrap
twee vloermatten
een roode gordyn
Om de voorkamer ter regterhand
twee witte ophaal gordynen
twee spiegels met vergulde lysten
acht schilderijen met vergulde lysten in zoorten
twaalf leuningstoelen met roode trype zittingen
twee tafeltjes
een bedde tafeltje
een nagtstelletje
een bidet
een verlakte trommeltje
een groene tafelkleed
een bedde scherm
een kadel
een stinkhoute ledikant
een schuifdoos
een verlakte kistje
een medicyn kistje
een schryfkistje met een toilet
een sleutelkistje met zilver beslag
een wit kopere tafelschel
een mahonyhoute tafelkastje met koper beslag en vyf laaden, volgens opgaaf van de heer Hendrik Cloete H:zn aan hem in eigendom toebehoorende en waarin
veertig doeken in zoort
achttien p:r kouzen in zoort
drie handdoeken
zes p:r oude schoenen
een stuk chitz
een lap chitz
een kleyne groene gordijntje
een rood Marokko ledere zakboekje
een bril met een foudraal
twee waaijers
een witte manshembd
elf blikke loode en papiere doosjes in zoort
tien zakjes met restanten boonen, erwten, etc:a
een rood ledere koffertje
een zilvere kom met dekzel en onderschotel
twee zilvere theelepeltjes
een plettit trekpot
een plettit inktstander
een tinne inktkoker
een Japanse sauspotje defect
een spelden kussen
een vierkante blikke brood bakje
twee jalousie matten
In de voorkamer ter linkerhand
twee roode dammaste vengster gordynen
twee jalousiematten
twee spiegels met vergulde lijsten
een spiegel met schilderwerk geornamenteerd
zes schilderyen op glas
een [schilderyen] met vergulde lyst
twaalf stoelen met losse rode damaste kussens
twee stinkhoute speeltafels
twee halfronde tafels met een groene kleed
een vierkante tafeltje met een laade
een tafelknaap
drie guerridons
een rustebank met roode dammaste overtrekzel
twee kopere quispedoors
twee glaze stulpen
een Chinasch porcelaine bloempot
een Chinasch verlakte thee kistje met twee bussen
een kopere tafelschel
een blikke couverture
vier stooven
een vloer tapijt
een draagstoel, behoorende volgens opgaaf aan de wed:e Cornelis Adriaansen
een rood verlakte Chinasche doos waarin
tien vrouwen mutzen
twaalf kraagjes
een groote witte doek
vijf kleijne witte [doek]
een zijde tjaal
een blaauwe doek
een waaijer
een zyde kap
In de gaandery
twee roode ophaal gordijnen
een vierkante hanglantaarn zonder glaazen
een groote spiegel met vergulde lyst
een groote klaptafel
een kleyndere klaptafel
twee eguale stinkhoute [klaptafel]
zes stinkhoute stoelen met losse zwarte mattrassen
twee groote kopere quispedooren
twee kleindere kopere quispedooren
een Chinasch witkopere theemachine
een groene tafelkleed
een verlakte specerydoos
twee geschilderde blikke trommels
een bufet of schenktafel waarin
een glaze karaf
vier waterglazen in zoort
neegen wynkelken in zoort
een verlakte messenbak
een trancheermes en vork
zes tafelmessen en drie vorken
vyf enkelde vorken
twaalf dissertmessen en elf vorken
drie tafelmessen en twaalf vorken
elf dissert messen
twaalf dissert messen
twee tafelmessen met plettit heften
een witkopere vierkante schenkblad
een plettit ronde schenkblad
In een muurkastje
een plettit oly en azynstandert met vyf vlessen defect
een plettit oly en azynstandert met vier vlessen defect
vier plettit kandelaars
vier plettit kandelaars klijne
drie plettit kandelaars nog klynder
een plettit snuyterbak en staale snuijter
een plettit trekpot
een plettit zuykerpot
een plettit melkkan
acht zwart verlakte bottel bakjes
drie rood verlakte bottel bakjes
tien zilvere bottel hangertjes
een zilvere vuurtestje
twee blaauwe vingerglaazen
vier glaase confytpotjes in zoort
een zilver koelbakje
zeeven zilvere theelepeltjes in zoort
twee zilvere confytvorkjes
een langwerpige zilvere schenkblad volgens opgaaf van den heer Hend:k Cloete H:zn aan hem toebehoorende
een houte messenbak waarin
twee zilvere soeplepels in de vorm van een schelp
een zilvere merglepel
vier zilvere ragou lepels
negentien zilvere eetlepels
negentien zilvere vorken
een zilvere vischschop, gelyk boven volgens opgaaf aan den h:r H: Cloete H:zn toebehoorende
en voorts
eenige ledige vlessen, kopjes en ander kleinigheeden van geen aanbelang
In twee glaze muurkastjes
een groote glaze kom met een onderschotel
een groote glaze kom met een dekzel
twee glaze fruitmandjes
acht glaze karaffen in zoort
twaalf waterglazen
elf waterglazen
vyftig kelkjes in zoort
twaalf champagne glaazen
drie bocaalen
zes differente glaasen
twee glase mostertpotjes
vyf glase zoutvaatjes
drie lavendel glaazen
vier zilvere zoutvaatjes zonder glazen
een glaze beeker
een blaauw aarde servies bestaande in
een koffykan
een trekpot
een melkkan
een zuikerpot
een spoelkom
tien kopjes
twaalf schoteltjes
twaalf chocolade kopjes
twee koekschoteltjes
twee porcelaine fruitmandjes
drie porcelaine boterpotjes met onderschoteltjes
twee en twintig porcelaine kopjes en een en twintig porcelaine schotjeltjes
twee blikke verlakte kastanje bakken
zeventien stukken tafel vercierzels van wasch
vyf en veertig zo steene, porcelaine als andere beelden
een Indiaansche vliegen waayer
en voorts
eenige andere stukjes porcelain en kleinigheeden in zoort
In de agterkamer
twee roode ophaal gordijnen
een spiegel met vergulde lijst
twee schilderyen zynde borst beelden, door der overleedene stiefzoon Jan Jacob Swanevelder opgegeven, aan hem toetebehooren
drie vierkante tafels met laaden
een vierkante [tafels] zonder laade
twaalf stoelen met vaste paardenhaire zittingen
twee klyne geelkopere quispedoors
een gebruineerde theemachine
een groote verlakte schenkblad
twee klijne verlakte [schenkblad]
een foudraal waarin
elf zilvere lepels
zeventien messen en achttien vorken met plettit heften
vier lappen vloerzijl
een kast met glase deuren waarop
drie porcelaine beelden en
drie porcelaine potten
en waarin
twee zilvere zuikerbussen volgens opgaaf aan den heere H:k Cloete H:zn toebehoorende
een plettit koffypot
twee verlakte bottelbakjes
een blikke zuykertrommel
drie verlakte beekers
een verlakte broodmandje
een blikke koker
een blikke tobaksdoos met een restant naalden
twee kleyne houte kistjes
een verlakte braaibak
een klyne strijkyser
elf vorken
een tinne soeplepel
een yvoire spuitje
drie aarde kommen met dekzels
twee kleyne handquispedoortjes
een loode thee bus
zes porcelaine potten met restanten confyt
zes aarde potten met restanten confyt
zeven vlessen met restanten confyt
vier oude chambreeltjes
zeeven oude waayers
zes en twintig bottels en vlesjes in zoort, sommige ledig en andere met restanten dranken of huis provisie
drie zakjes met restanten gember, kruydnagelen en komijn
een scheer etui
een staale snuyter
een huistrap
een kleindere huistrap
In het portaal
een chitze ophaal gordyn
vier schilderyen
zes stoelen met losse groene kalminke mattrassen
een verlakte schenkblad
twee blikke couvertures
een kaarsenbak
twee vliegenwaaijers
In een muurkastje waarin
in het onderkastje
zes witkopere kandelaars
twee geelkopere blakers
vyf verlakte tafel confoiren
twee kopere strykyzers
een rood kopere confoir
een aarde confoir
een blikke verlakte nagtblaker
een blikke schenkbord
een blikke schenkbord met twee staale snuyters
een tinne melkketeltje
twee blikke kannetjes
een blikke couverture
een glaze karaf
drie glaze zoutvaatjes
een porcelaine sauspotje
een aarde sauspotje
een aarde soepterrine
vier schotels
zeeven borden in zoort
een tafellaken
in het boven kastje
zeeven en twintig vrouwen hembden
elf borstrokken
zes zakken
acht en twintig witte rokken
drie witte rokken in zoort
zes kabaaitjes
veertien tabbaarts in zoort
twee chitze spreyen
Op de bovenvoorzolder
een ophaal gordyn
een jalousiemat
vier schilderytjes in zoort
een kleyne hanglantaarn
een hoekrakje
een kistje met koper beslag waarin
twee en dertig servietten
drie handdoeken
vyf en tagtig kussenslopen
Op de boven binnen zolder
een chitze ophaal gordyn
een oude jalousiemat
een spiegel met bruine lyst, ten eenemaal defect
acht schilderyen in zoort
een vierkante tafeltje met laade
een vierkante tafeltje sonder laade, behoorende volgens opgaaf aan de wed:e Cornelis Adriaanse
zes stinkhoute gematte stoelen
een gebruineerde koffiemachine
een stuk yzer gewigt van 5 lb
een geschilderde koffertje van rotting gevlogten
waarin
acht en dertig tafel en beddelakens
een bedt bestaande in
een onderbedt
een peuluw
zeeven kussens
een zyde deeken
een wolle combaars
een groote kist met geelkopere beslag waarin
drie stellen witte ledikant behangsels
een [stellen] witte ledikant met franjes
een chitse overtrekzel van een rustebank
een zak met een restant kapok
twee chitze gonnen
eenige oude chitze lappen
In de bovenkamer n:o 1
behoorende alle de zig in deese kamer bevindende goederen, volgens opgaaf aan de wed:e Cornelis Adriaanse, die deselve van de overleedene heeft in huur gehad
In de bovenkamer n:o 2
een chitze ophaal gordyn
tien schilderyen in zoort
In de bovenkamer n:o 3
twee chitze ophaal gordynen
een spiegel met vergulde lijst
tien schilderijen in zoort
twee vierkante tafeltjes
een bedde tafeltje
zes stoelen met losse zwarte mattrassen
een stinkhoute ledikant waarop
een bedt
twee kussens
twee katoene deekens
een wasch lampet en kom
een ronde papiere verlakte bak
In de bovenkamer n:o 4
een roode ophaal gordijn
een ovaale knaaptafeltje
een kleyne hoekrakje
behoorende de overige zig in gemelde kamer bevindende goederen, volgens haare opgaaf aan Maria Rosa, die bij de overleedene opgevoed geworden zijnde, ook by haar tot haar dood is woonagtig geweest, terwyl der overleedene stiefzoon Jan Jacob Swanevelder nogtans vermeend en opgeeft, dat de kadel waarop zig het bedt van gemelde Maria Rosa bevindt, aan den boedel van wylen zynen vader Jan Jacob Swanevelder behoord
In de bovenkamer n:o 5
een chitze ophaal gordyn
een zonne zijltje
een spiegel met vergulde lyst
neegen schilderyen in zoort
twee vierkante tafels
zes stoelen met losse chitse mattrassen
een toiletspiegel defect
een waschlampet en kom
een ledikant waarop
een bulsak
een peuluw
tien kussens en
een chitze kombaars
een ronde knaap tafeltje
een nachtstelletje
een waterpot
eem Ambons houte kist met koper beslag
waarin
zes beddelakens
acht handdoeken
dertig servietten
vier en twintig kussenslopen
drie zakken
twee rood verlakte portefuilles
een gaaze voorschoot
een gaaze doek
een kleine vloermat
een ledige mand
In de kamer n:o 6
een ledikant
een tafelkastje, waarin de kleederen van de jonge juff: Wilhelmina Maria Johanna van Olnhausen, en welke ledikant en tafelkastje met en benevens een stel beddegoed, het welk zich thans op de plaats van de heere Hendrik Cloete H:zn, mitsg:s een stel bedt gordynen, welke zig in de groote kist op de boven binne zolder bevind, volgens opgaaf der echtgenoote van evengemelde heer H: Cloete en Maria Rosa door de juff:w overleedene aan voorm: jonge juff:w Wilhelmina Maria Johanna van Olnhausen zyn present gedaan
een chitze ophaal gordyn
een zonne zijltje
een spiegel met vergulde lijst
elf schilderijen in zoort
een mattras
een vedere onderbedt en twee kussens
een oude vloermat
twee vierkante tafels
vier stoelen met losse mattrassen
een kadel
een stel witte bedtgordijnen
een lampet en kom
een koffer waarin
drie chitze kinder tabbertjes
drie chitze kinder broekjes
een restant kaarsen katoen en
eenige lappen in zoort
een koffer waarin
zeeven lakens
twee kabaaijen
acht vrouwen hembden
zeventien servietten
een lap chitz
vier zakken in zoort
In de kombuis
vier schoorsteenkettings
vyf ysere potten
twee drievoeten
een rooster
een vuurtang
een asschop
vier yzere potlepels
twee schuimspanen
een vleeschvork
twee ysere visschoppen
een waterketel met een kopere kraan
een kopere taartenpan
een kopere vyzel met een ysere stamper
een kopere castrol met dekzel
vier tinne schotels
een blikke waterketel
een blikke koffypot
twee blikke emmers
een blikke vergiettest
een blikke rasp
twee blikke peperbussen
een houte zoutbak
twee kombuistafels
Op de agterplaats
een waterhalfaam met een kopere beeker
een waterhalfaam
drie balies in zoort
vier water emmers
een tafel met twee schragen
een vleeschblok
een vuilnisblik
een huisladder
In het pakhuis
een draagstoel met stokken en banden
een oude draagstoel
een ysere balans met kopere schalen en acht stukken gewigt
een groote tafelblad met twee schragen
een Venetiaansche blinde
een rak waarop
een groote kopere taartenpan
een kleine kopere taartenpan
een kopere vischketel
een kopere confytketel
een kopere braadpan
een ysere taatje
drie ysere potten
een blikke vischketel
vier blikke castrollen in zoort
een tinne schotel
een ysere braadpan
een steene mortier
drie groote aarde bakken
een aarde gorgelet
vyf oude blikke trommels
een kopere braadpan
een kopere poffertjes pan
een kopere glazenspuit
twee kopere raspen
een kopere kraan
een kopere nagtblaker
een kopere pasty bak
een oblieyser
vier ysere halfaams ooren
een zeeft
een sprits spuit
drie blikke beekers
twee vuilnis schoppen
een salmblik
een kopere confoir
een ysere potlepel
twee blikke tregters
een legger met een restant wijn
vyf kleine vaatjes in zoort
een kelder met tien ledige vlessen
een kelder met zeven ledige vlessen
een ledige kist
twee ledige kannen
een tafel
twee ledige kisten
een ledige kast
twee manden
een kleine ladder
een ledige zoutkast
een zyldoekse zak
een ledige kalkkist
vier aarde potten in zoort
negen yzere gordyn roeien
en voorts
een party oud onbruikbaar blik en aardewerk, stellinghouten en rommeling in zoort
Op de pakhuis zolder
een bakermand
een ronde mandje
tien ysere potlepels in zoorte
een ysere vleeschvork
twee ysere visschoppen
een ysere schuimspan
twee ysere vuurtangen
twee ysere asschoppen
een ysere rooster
een kistje met een restant zuiker
een ledige kist
een reismand
een kist met omtrend 100 ledige bottels
een kistje met een restant zout
vier aarde potten in zoort
een kastje met tien bottels roode wijn
een kastje met een restant kaarsen
zes ledige kistjes, kastjes en vaatjes in zoort
een groote rak waarop
een plate demenage van spiegelglas met witkopere randen, bestaande in vyf stukken
twee waschlampetten met vier kommen
dertien vierkante schotels met twaalf dekzels
vier ovale diepe borden in zoort
twee salade bakken
neegen sauspotjes
acht en twintig diepe borden
twee en twintig diepe borden
acht en dertig vlakke borden
een hondert en vier dissert en ryst bordjes
drie vla bakken
een vischschotel
vier ronde vla bakken
een en veertig schotels in zoort
twintig fruitschotels
tien graadpieringjes in de vorm van een blad
vier aarde konfoiren
drie Japanse nestjes potten
twee aarde potten
een kleine blikke pot
een kleine blikke soepterrine
drie waterpotten met dekzels
een Indiaansche gorgelet
een kopere zuikerbroods vorm
een kopere stukvat kraan
een blikke worstspuit
een blikke wynkoelder
een kleine kapmes
een porcelaine atjar bak defect
zes kannen seltser water
twaalf ledige potjes in zoort
twee aarde soupterrines
twee ballastmanden
en voorts
eenige ledige bottels en wat rommeling in zoort
In de kelder
twee tafels
een oude stoel
een vliegen kast
een hanglantaarn
een zeeft
een koekepan
een koffymolen
een kleine blikke couverture
drie rakken waarop
een soepterrine
vyf sauspotjes
twee vischschotels
twee salade bakken
een arebyn schotel
vyf borden
zeven schotels
en voorts
eenig incompleet aarde werk in zoort
een ysere vleeschkroon
een rystblok
een kopere castrol
Lijfeigenen
een mans slaaf gen:d Alexander geboortig van Mallebaar oud omtrend 78 jaren ten opzigte van welke beide lyfeigenen de juff:w overleedene volgens het aangeteekende ten Comptoire voor de Registratie van Slaven, heeft begeerd dat deselve na haar dood zouden worden in vrydom gesteld
een slavin gen:d Bietja van Batavia oud omtrend 57 jaren, zynde een huismeid
Baten des boedels
  Rd:s
van de Weeskamer wegens de aldaar te goed gemaakte renten voor de overleedene op haare aldaar g’administreerd zijnde douariere en fidei commissaire erffenispenningen tot op den dag van haar afsterven [ ..... ]
van de heer Hendrik Cloete Hend:kzn blykens aanteekening 96:28
van juff:w de wed:e Jan Hendrik Berrangé voor twee maanden kamerhuur 32:--
van Petrus Michiel Eksteen Hendriksz:n volgens reekening 223:46
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Maria Rosa op een notarieele obligatie van primo der jongst gepasseerde maand Meij aan capitaal ƒ1000 ofte 333:16
aan evengemelde Maria Rosa over zo veel door haar in de huishouding meerder is uitgegeven dan ontvangen, blykens daarvan gehoudene aanteekening 21:6
aan de heer Hendrik Cloete Hendriksz:n over koop van een legger wyn 154:24
aan evengem: heer Cloete wegens diverse gedane verschotten gedurende de ziekte van de overleedene, waarvan zyn ed: evenwel geen betaling pretendeerd
aan Petrus Michiel Eksteen Hendriksz:n volgens in den boedel gevondene klad aanteekening 266:--

Pro memorie word alhier genoteerd, dat van de goederen tot den boedel behorende volgens de opgaaf van voorm: Maria Rosa zig nog bevinden

By de vrye vrouw Marie van de Kaap
twee strykysers en
twee tafelschragen

mitg:s

By den blikslager Mulder
twee blikke emmers om gerepareerd te worden

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise in den hoofde deeses gemeld op den 8:e en 9:e Junij 1818.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:H: Munnik

My present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/33.49

{18171003} 3 October 1817 Matthys Benade

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Matthys Benade ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten zyn, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een ledige kist
eenige waarlooze prullen
eenige boeken
twee merries
vier jonge ossen
twintig aanteel beesten
een oude zadel
Contanten
twaalf rd:s aan de draagers by de begraafnis van d’ overledene betaald
Schulden des boedels
aan Wunder en Ernst wegens geleverde medicamenten en practyk een somme van 48 1/4
aan Philip Daniel Riekert weg:s negotie goederen 30:--
aan de vryswart Alexander weg:s eenige verstrekte kruiden 1 1/2
aan de wed:e Izak Christoffel Benadé weg:s vier hamels 8:--
aan Johannes Tobias Benadé weg:s de doodkist 22:--
Erfgenaamen
1) Johannes Tobias Benadé d’ oude den overledene niet gehuwd geweest zynde en dus geene descendenten als erfgenaamen nagelaaten hebbende, zyn deezes nevenstaande desselfs broeders en zusters, vermits geene ander meer in leeven zyn
2) een zoon van wylen Aletta Francina Benadé gewezene weduw wylen Piet van Wyk
3) de kinderen van wylen Dirk Christ:l Benadé, te vinden in den inventaris van deszelfs boedel
4) eene dochter van wylen Maria Elsabeth Benadé in huwelyk verwekd met Jacob Rehder
5) de kinderen van wylen Hermina Benadé geweezene weduw van wylen Jan Neft
6) Johannes Jurgen Benadé
7) Anna Zuzanna Benadé gehuwd met Matthys Marais

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten dorpe Graaff Reinet onder presentatie van eede op gegeeven door Johannes Tobias Benadé, dewelke betuigde niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben beloovende zo hy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, en is zulks geschied op den 3:e October 1817 voor my onderget:e Landdrost ter presentie van Jac:s Joh:s Meintjes en Jeremias Auret als getuigen

Voor d’ opgaave: +

A: Stockenstrom, Lan:

J:J: Meintjes

J:s Auret

MOOC8/33.50

{18170922} 22 September 1817 Johan Christiaan Welman

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Johan Christiaan Welman ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten zijn, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een bulzak, vyf kussens en een combaars
een katel
een party oude kleragie
eenige boeken
twee hoeden
een kan
twee bottels
een kopje en piering
een bril
een zilvere horologie
eenige timmermans gereedschap
eenige looyers gereedschap
eenige schoenmakers gereedschap
eenige zadelmakers gereedschap
een schaar
twee zilvere handknoopjes
een kist
een kist klein
een doosje
een tinne waterpot
een bord
twee kommetjes
eenig oud yzer
een quantiten waarlooze rommelary
Schulden of baaten
onbekend
Contanten
twee schellingen
Erfgenaamen
Johan Christiaan Welman geboren op den 16 July 1780
Margaretha Maria Welman gehuwd met Jan Ros
Maria Adriana Welman gehuwd met Cornelis Botma d’ oude
Joseph Jacobus Welman mondig
Zuzanna Magdalena Welman gehuwd met Jacob Momberg
Pieter Joh:s Welman, geboren op den 23:e April 1799

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op Maandag den 22:e Sept:r 1817 volgends het op en aangeeven van Johan Christiaan Welman denwelke betuigde zig in deeze opgaave ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, declareerdende echte dat hem omtrent deezen boedel zeer weining bekend is, vermits zyner vader nu reeds lang van alle zyne kinderen afgezonderd heeft geleefd, hebbende hy dierhalven opgegeeven, het geen hy na deszelfs overlyden by denzelven heeft gevonden, niet weetende dat hy ergends elders iets bezeet. Voorts dat benevens de opgemelde erfgenaamen er nog waren geweest twee dochters, naamlyk Maria Elisabeth Welman, gehuwd met Andries Strufseijssen en Anna Catharina Welman, gehuwd met Jan Roebrig, beide overleden zonder dat hy in staat is met gewisheid optegeeven, of er van eerstgem: eenige kinderen zyn nagebleeven, weetende dat laatst gemelde zonder erfgenaam is komen te sterven, beloovende hy /Welman/ by ontdekking van iets naders deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, zig bereid vinde het opgegeevene met solemneelen eede te staaven.

Ende is zulks geschied door my onderget:e Landdrost ter presentie van Carel Th:s Muller en Jeremias Auret als getuigen

Voor d’ opgaave: Johan W: Christiaan Welman

Nader opgaave gedoen door Johan Hendrik Bischoff te weeten

Baaten des boedels
zeven maanden gagie van den opgeever J:H: Bischoff a vyftien rd:s ’s maand een somma van een honderd en vyf rd:s
Schulden des boedels
aan den opgeever J:H: Bischoff voormeld weg:s boekschulden aan zig uit deszelfs boek aangetoon eene somme van zes en zeventig rd:s en zes skellingen
aan denzelven Bischoff weg:s verschotten tot de begraafnis van den overledene eene somme van agt en twintig rd:s
aan Jac:s Pet:s Patinger weg:s het maaken van de doodkist een somme van agt rd:s
aan den koster Joh:s Geel rd:s veertien

Door my onder presentatie van eede opgegeeven: J:H: Bisschoff

A: Stockenstrom, Land:

C:T: Müller

J:s Auret

MOOC8/33.51

{18190802} 2 Augustus 1819 Swan Janssen

Inventaris van zodanige goederen als er op Zaturdag den een en dertigste dag der maand July in den jaare een duizend acht honderd en negentien ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten door Swan Janssen ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, invoegen als het een en ander door my ondergetekende Adj:t Commis en getuigen, ingevolge opgaaf van den opziender van Sommersets Hospitaal , John Gordon, is opgenomen en ingeschriftte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

Aan Sommersets Hospitaal
een koffer waarin
twee lakense rokken
een oude jas
twee hembden
elf broeken
een jekkert
een bovenbaatje
zeven onderbaatjes
vyf doeken en dassen in soort
vier kussensloopen
een laken
een servet
twee spreyen
een ronde hoed
een paar schoene
een paar kniegespen
een foudraal met twee scheermessen
een boek
een kist waarin
twee blikke beekers
een verlakte [beekers]
een aarde [beekers]
twee borstels
een oude hoed
zes paaren oude koussen
twee mattrassen
vyf kussens
een wolle deken
Last des boedels
  Rd:s
aan doctor Bailey over hospitaals angelden blykens specifique reekening 73:12

Aldus na gedaane ontzegeling opgenomen en geinventariseerd ten hospitaale voormeld op den 2 Augustus 1819

Als getuigen: J:H: Munnik, J:N: Rörich

Voor den opgaaf: J:n Gordon, Stevard

Mij present: P:E: Faure, Adjt: C:

Ampliatie

Dubieuse inneschulden
  Rd:s
van A: Bargfeld voor genootene dranken blykens rekening 3:46
van Robertson voor genootene dranken blykens reekening 2:30
van Keyzer voor genootene dranken blykens reekening 1:18
van Binnebon voor genooten dranken blykens reekening 4:42
van Sanders voor genooten dranken blykens reekening [overl:] 23:12
aan m:r White voor genooten dranken blykens reekening 63:--
van Jan de Kuiper voor genooten dranken blykens reekening 29:36
van Greef voor genooten dranken blykens reekening 5:--
van J: de Goede blykens specifique rekening 52:--

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 4 Augustus 1819

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/33.52

{18150727} 27 July 1815 Johan Christiaan Albrecht

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Dingsdag den vyf en twintigsten dag deeser lopende maand July in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd en vyftien ab intestato metter dood zyn ontruijmd ende nagelaten door den missionaires dienst gedaan hebbende aan ’t Instituut Cammas geleegen in ’t Klein Namaqualand Johan Christiaan Albrecht, ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, als

Ten woonhuijze van Pieter Fredrik Hammes

een koffer, toebehorende aan Hammes, waarin
drie lakense rokken
een mannel
een schansloper
zeeven hembden
zeeven broeken
neegen baatjes
vier p:r kousen
twaalf doeken
een kruysband
vier slaapmutzen
twee p:r schoenen
twee hoeden
een plettit lepel en vork
twee blikke trommels
twee kogelvormen
vier tinne borden
zes steene pypenkoppen
een knipmes
twee scheermessen
een scheerdoos
een foudraal met twee scheermessen
een tobaksdoos
twee zakboekjes
twee goude zakhorologies met een stale ketting en een goude ring
een zilvere [zakhorologies]
een klederen borsel
twee ledere zakken
twee booren en twee bijtels
een keetel
twee zyldoekse zakken
een klein spiegeltje
een zak waarin
zeeven witte hembden
tien bonte hembden
zes baatjes
dertien broeken
een zak waarin
een kleine bulzak
een mattras
drie kussens
een wolle deeken
een zyldoekse zak
een ledere zak
een kist waarin
een kalbas
twee ledige bottels
een kopje en piering
twee handdoeken
twee blikke doozen met een restant ouwels
een veldstoeltje
twee silvere potlootpennen
een silvere naaldenkoker
een silvere kniegespen
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve gevonden aan papiere munt eene somma van een duijzend neegen en twintig ryksd:s en twee en twintig stuyvers zegge 1029:22
van de weled: heer m:r J:A: Truter voor 18 geruyte hembden 18:--
van P:F: Hammes als agent van het Zendelinggenootschap ingevolge schriftelyke declaratie van den heer George Thom 50:--
Lasten des boedels
  Rd:s
aan bovengem: P:F: Hammes als agent van het Zendelings Genootschap over aan den overleedenen voorgeschotene penningen 350:--
aan evengemelde Hammes over voor reekening van den overleedenen per vendutie ingekogte goederen 105:6

Zynde nog in den boedel gevonden, als

een onderhandsche obligatie ten lasten Charl Muller groot rd:s300 ten behoeve van de minderjarige dogter Magdalena Susanna Albrecht gepasseerd
eenige papieren tot het Zendelings Genootschap behoorende, alsmeede
een portrait en twee brieven, geaddresseerd aan den missionaris Sas neevens
brieven aan perzoonen in ’t Namaqualand geaddresseerd

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huyse voormeld op den 27 July 1815

Als Gecommitteerdens: A:V: Bergh, E: de Bruyn van Tromp

Voor den opgaaff: P:F: Hammes

Mij praesent: P:E: Faure, Adj:t C:

Ampliatie

Inneschulden
    Rd:s
vold: Lodewijk Botma woonachtig aan den Honingsberg over koop van zes ossen volgens opgave van voorm: Pieter Fredrik Hammes 120

Aldus opgegeeven den 21:e Augustus 1815

Voor de opgaaf: P:F: Hammes

Mij present: J:P: Faure, Secret:s

Tweede ampliatie

Tot de voorsz: nalatenschap van den overleedenen missionaris Johan Christiaan Albrecht behoren nog volgens opgave van den missionaris Johan Leonard Ebner de volgende goederen, vee etc:a die zig bevinden over de grensscheiding deezer colonie op het Instituut Pella , te weeten

een oude koffer waarin
twee p:r oude zwarte kouzen
drie oude zwarte lakense broeken
een oud zwart onderbaatje
een wolle borstrok
drie oude Chinaas linnen broeken
een oude slaapkabaay
een oude groene behangsel
drie p:r witte kousen
een witte hembd
een onderbroek
een serviet
een klein zilver snuijfdoosje /:defect:/
een witte halsdoek
twee oude geslotene koffers zonder sleutels
een oude witte kist
een grote kist, waarin eenige schoolboeken aan die missie behorende
vier bamboezen
drie oude stoelen
een mandje
een viool
een dwarsfluit en kastje
twee oude onbruykbare waterkeetels
een oude schrijflessenaartje
een ronde bruine blikke bus
twee oude bruine beekertjes
een oude zoutvaatje
een oude trommel
twee oude koffykannetjes
een oude melkbeker
een oude tregter
een kopere vijzel met zyn stamper
tien hangsloten zonder sleutels
een yzere balans met twee houte schalen
twaalf zikkels
een kurkentrekker
twee oude blikke blakers
drie snuijters
twee dompertjes
twee kleine scharen
twee blikke busjes
een porcelaine zuykerpotje
acht kopjes en pierings
een koffiemolen
acht kopere deur scarnieren
drie oude blikke trommeltjes
zeeven bouteilles in zoort
een klein aarde potje met handvatzel
een groote meelzeeft
een kleine meelzeeft
drie tinne schotels
drie tinne borden
een blikke lantaarn
een blikke peperbus
twee oude houte wateremmers
een blikke [wateremmers]
twee oude kleine yzere potten
een oude rooster
een oude koekepan
twee oude drievoeten
drie wynglazen
Beestiaal
zeeven aanteel paarden
tachtig aanteel beesten
twee honderd acht en vijftig aanteel schapen
een honderd drie en zeventig schape lammers
zes en negentig aanteel bokken
acht en vyftig bokke lammers
twee en twintig kleine hameltjes tot slagtschapen dienende
Inneschulden
    Rd:s Rd:s
voldaan van Paul Meijer /:bastaard Hottentot:/ over boekschuld   46:24
volgens eigenhandig bewijs van den overleden is nevensgen: C:s Kook slegts schuldig rd:s8: 4 st:s Cornelis Kok d’ oude over contant ontfangene van P:F: Hammes voor reekening van den overleedenen en niet verantwoord   131:--
voldaan van Willem Engelbrecht /:bastaard Hottentot:/ voor tonteldozen en messen van den overleedenen gekogt 6:42
mitsg:s over contant geleende penn: 1:-- 7:42
voldaan Gerrit Engelbrecht /bastaard Hottentot:/ voor zeeven ellen blaauw linnen   6:6
  als meede nog een kalf van den overleedenen geruild voor een hoed
  van C:P:L: Maartens over boekschuld   27:24
  van Hermanus Engelbrecht over boekschuld   70:12
  van Aletta Nieuwkerk voor een tabbert   3:--
voldaan van Ruiter Goliat /:bastaard Hottentot/ voor gekogte kleederen   13:30
  van Andries Kraay over contant geleende penningen per rest   33:42
  van Christiaan Debat /:bastaard Hottentot/ over boekschuld   12:--
  van Carel Doecap /Namacqua Hottentot/ over boekschuld   6:--
  van Gerrit Witbooy, 2 messen en 2 schapen   [ ..... ]
voldaan Piet Cloet /:bastaard Hottentot/ een jonge os   [ ..... ]
vold: voorm: Johan Leonard Ebner voor jaargelden door den overleedenen aan hem voorgeschoten   420:--
  van P:F: Hammes als agent van het Zendelings Genootschap voor jaargelden den overleedenen competeerende zeedert primo January tot ultimo December 1815 volgens de inrigting gemaakt by het genootschap   245:--
Lasten des boedels
    Rd:s Rd:s
  aan Jan Petersen /plaatswagter/ over contant afgegevene aan den overleedenen bij zyn laatste vertrek na de Kaapstad tot den aankoop van kruyd en loot, alsmede van negotie goederen en een schietgeweer 520:--
NB op deese pretentie door J:L: Ebner volgens sijne aanschrijving van den 2 Febr: 1816 aan den crediteeer in mindering betaald rd:s118 en 30 st:vrs over boekschuld 81:6
over huur van een paard 26:--
over 7 maanden werkloon en toezigt houden op des overleedenens plaats 56:-- 683:6
vold: aan Johan Leonard Ebner over zo veel de overleedene aan hem by afreekening is schuldig gebleeven 67:--
voor 2 elands vellen 10:--
voor 16 lb zuyker 8:-- 85:--
  aan de minderjarige Helena Susanna Albrecht over intressen voor reekening van deselve ontfangen van wijlen Carel Muller   36:--
  aan Hendrik Geygap /Namacqua Hottentot/ voor zeep aan den overleedenen gegeven om voor zyne reekening te verkopen   7:24
  aan voorm: Jan Petersen nog voor een schansloper door den overleedenen aan hem geleend en per publieke vendutie verkogt   5:--

Aldus opgegeeven ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 17:e Novb:r 1815

Voor den opgaaff: J:L: Ebner

Mij present: J:C: Faure, Secret:s

MOOC8/33.53

{18180901} 1 September 1818 Paul du Plessis , Maria du Preez

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behooren tot den boedel van wijlen Paul du Plessies de oude en nagelatene weduwe Maria du Preez, door gemelde Plessies op den 28:ste Junij 1818 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, bestaande dezelve in de navolgende, te weeten

Losse goederen
Den opstal der leningsplaats genaamd de Klipkraal gelegen aan de Vlekpoorts Rivier in de Tarka

Op voorm: plaats en aldaar in het woonhuis en wel

In de voorhuis
een groote kist met kopere beslag
een klyne kist
twee botervaten /klyn/
drie emmers
een balie
vier yzere potten /in zoort/
een ketel en drievoet
vier yzere schoorsteenhaken
een rooster
een potlepel
een vleeschvaatje
een compfoir en tinne waterketel
een thee tavel
twee tinne theepotjes
drie kopjes en pierings
een aarde theekom
een zoutvaatje
In de kamer ter regterhand
een katel waarop
een bed
een peul
vier kussings en
een deeken
een wagen kist
vyf stoelen
een stoof
een ledicant /:waarop:/
een bed
een peul
vier kussings en
een deken
een kist met een hangslot
een cyffer leij
een aarde bord
drie diepe tinne borden
negen vlakke tinne borden
een tinne boterpotje
twaalf yzere lepels
negen yzere vorken
een yzere potlepel
een yzere vork
een tinne soeplepel
een kopere waterketel
vier tinne schotels /in zoort/
vyff bottels /in zoort/
een grote watervlesch
een melk balie
een koekepan
een tregter
een beker
een strykyzer
een grote aarde kan
een klijne aarde kan
een boterbak
een kopere kandelaar
een blikke blaker
een snuyter
een coffij molen
vyf schietgeweeren /in zoort/ waarbij
twee bandelieren met kruithorings, etc:a
een aarde pot
een botervaatje
een ledige halfaam
een meelzift
een foliant Bijbel met plaaten
een Predecatie boek
een Gebede boek
een Gebede boek
Op de werf
een paarde wagen met acht tuygen en verdere toebehooren
een osse wagen met volle toebehoren
een ploeg
een eg
twee pikken
twee hamers
een handbijl
een belhamer
twee spanzaagen
twee avega’s booren
een omslag met twaalf booren
twee houtbylen
twee stokken en een sweep
seven zikkels /in zoort/
een yzere beslag voor een emmer
een agteros sjambok
twee ende geelh:te plank
twee oude vaten
een houte schaal
een lb gewigt
een theer vaatje
een klyne theerputs met wat theer
drie jukken
een trektouw
een bankschroef
een klijne viszegen
een handmolen met toebehoren
een lepel rak
een borde rak
een graafyzer
een kouter
ses graven /defect:/
een parthij harken, gavels en schoppen
een parthij steenevormen en eenig rommelary
een slypsteen
een zadel en toom
een parthij oud yzer
seventhien koorn zakken /defect/
ses rollen tabak
een pottebank
twee schaaven
een kruis, een kroos en
een zijlplaat
een hagelvorm
twee raspen
drie vijlen
twee kogelvormen
twee knijptangen
een passer
een winkelhaak
een boor
een schraapmes
acht honderd en vyftig Spaanse rieten
een oude geelhoute tavel
een Noorse moolen
een zilvere horologie
een zilvere bekertje
een bril
Beestiaal
acht wagen paarden
sesthien ossen
seven en dertig aanteel beesten
1041 aanteel schaapen en bokken
Slaaven
een mansslaaf gen:d Abram van de Kaap oud 57 3/4 jaren, handwerk werksjongen
een mansslaaf gen:d Blom van Mosanbicque oud 46 3/4 jaren, handwerk werksjongen
een mansslaaf gen:d April van Mallebaar oud 31 3/4 jaren, handwerk schaapwagter
een mansslaaf gen:d Damon van de Kaap oud 28 3/4 jaren, handwerk werksjongen
een mansslaaf gen:d Simson van de Kaap oud 13 3/4 jaren, handwerk werksjongen
een slavin gen:d Kaatje van de Kaap oud 51 3/4 jaren, handwerk kokkin
een slavin gen:d Rachel van de Kaap oud 22 3/4 jaren, handwerk huismeid met haar kind gen:d Adam oud twee maanden
een slavin gen:d Lijs van de Kaap oud 17 3/4 jaren, handwerk huismeid

Geen baten des boedels

Geen lasten des boedels

Erfgenamen
1) Anna Claudina geboren den 4:e July 1768, gehuwd geweest met wijlen Johannes Stephanus Vorster B:dz:
2) Soetje Elisabeth Johanna geboren den 25:e September 1770, voormaals gehuwd geweest met Christiaan Steph:s Smit Jac:sz: en thans herhuwd met Johannes Steph:s Olivier Corn:sz:
3) Geertruida Margaretha gehuwd met Died:k Johannes Putter de oude geb: den 7:e Maart 1775
4) Maria Magdalena gehuwd geweest met Michaël Grobler, ujit welke huwelijk is ontstaan, als a) Paul Johannes geb: den 29 Octb:r 1812
b) Maria Magd:na geb: den 30 April 1814 en
c) Abram Carel Christ:n Grobler geb: den 22:e Dec: 1816
5) Paul Jacobus geb: den 28:e December 1779
6) Francois Philippus geb: den 27 Meij 1782
7) Johannes Petrus geb: den 4:de September 1783 en
8) Andries Gerhardus du Plessies gebooren den 4:de April 1785

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze genaamd de Klipkraal gelegen aan de Vlekpoorts Rivier in de Tarka voorm:d op den 1:e September 1818 volgens op en aangave van den in den hoofde deezes gemelde weduwe Du Plessies, dewelke verklaarde niets met haar weeten verzweegen of agter gehouden te hebben, met belofte indien iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren ende zulks /:des vereischt werdende:/ met solemneele eede gestand te doen en is zulks geschied ter praesentie van den clercq Carel Theodorus Muller en den veldcornet Steph:s Johannes van Wijk als getuigen.

Als getuigen: C:T: Müller, S:J: van Wijk

Marieia du Prees weduwe P: du Pliesie

In kennisse van mij: J:F: van de Graaff, Adj:t Landd:

MOOC8/33.54

{18190313} 13 Maart 1819 Robert Morrison

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten als er op den 10:de December 1818 ’s morgens de klok omtrent 3 uren in den dorpe Stellenbosch gelegen in het territorium dezer colonie ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door m:r Robert Morrison, alhier als pagagier gearriveerd van Madras met het schipkomende den overledene als erfgenaamen ab intestato te succederen zyne broeders en zusters, met namen

1) John
2) Sahra
3) Elisabeth
4) James en
5) George Morrison

de drie eerst en de laatstgenoemde uitlandig zynde de boedel ingevolge Heeren Weesmeesteren resolutie van den 11:de dezer ten reguarde van des overledenen uitlandige erfgenamen ter beheringe aanvaard, door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren geinventariseerd en navolgens de opgave van opgem: m:r James Morrison bevonden te bestaan in het volgende, te weten

In een pakhuis in de Bree Straat behorende aan Fredrik Dusing

een landeau (koetsch)
twee halve koetschen (landeaulettes)
een palantyn koetsch
drie carricles
drie gigs
vier waarloze wielen
een paar waarloze chais veren
zestien bottels varnis ( gold size)
negen kannetjes copal vernis
vyf pakken hele pypen duigen
een hoop losse pypen duigen
een party losse yzere hoepels
een voorts eenige kleinigheden
In het zelfde pakhuis op zolder
vier en twintig pypen
drie vierkante tavels
twee groote ledikanten
een kleinere [ledikanten]
een kanapé
zestien zieken stoelen
een bed trap
twee bedde tavels
een kleine vierkant tavel
een biedet
een tavelkast met laden
een grote kast met gedroogte appels
elf kleine kastjes met gedroogte appels
vyf gordyn planken
een grote eetens tafel
twee voet stoelen defect, een stel chaise tuigen en voorts eenige kleinigheden
In het woonhuis van m:r James Morrison in de Bergstraat
twee schryflessenaars waarvan een met een toilet
een schryf kistje, defect
vyf differente oude stukken zilver
een kleine thermometer
een paar oogenglasen
een koffer waarin
negen en veertig wit linnensche hembden
drie en vyftig witte en gecouleurde vesten
twee en vyftig witte broeken in soort
twee en twintig witte boven baatjes
een en veertig broeken in soort
zeventien paar koussen
zes paar zokken
zes en dertig gedrukte zakdoeken
zeven dourias lyfbaatjes
veertien witte halsdoeken
twee paar Chinaas linnensche slopkoussen
drie kruisbanden
een buikband
drie flennelsche onderbaatjes
vier broeken in soort
een zwart cassimiere [broeken] en cassimiere onderbaatje
een lakensche rok
een lakensche mannel
een ronde hoed
twee paar laarssen
drie paren schoenen
een klein liqueur keldertje met drie vlessen
een boek waarin 8 geelumineerde platen zynde gesichten van het eiland Isle de France
acht zwarte platen
een goud horologie met goud ketting, cachet en sleutel
twaalf geelumineede platen, zynde carricaturen
een tafel kast met drie laayen waarin
een kruithoorn
een hagelzak
een blikke doosje met kruit
elf koekjes schoen was
een geweer met enkel loop
twintig dozynen linnensche onderbaatjes
een secretair met laden
een dames kabinet
een dames werk tavel
een thee kastje met zyn stander
een bed trap
een onbekleede scherm
een grote ledikant
een biedet
twee pletty stangen voor chaise tuigen
een gordyn plank
vyf pletty kandelaars
een pletty blaker
een biedet, defect
twee zieke stoelen
een en dertig struis veeren
een backgamon tafel
een zilvere koffy pot
een zilvere trek pot met onderschotel
een zilvere oly en azyn stander met zes vlessen en een zilvere mosterd pot met zyn lepel
twee zilvere eetlepels
een zilvere thee lepeltje
twee peper en zout glaasjes
een cylinder bureau met een opstaande glase kast waarin
drie en dertig pakken met differente pletty en kooper beslag, paarde stangen, etc:a, etc:a
twee complete tomen voor rydpaarden
vier en dertig pakken vranjes, kwasten en belegzels
In een pakhuis van de weduwe Marthinus Nielen
een patente yzere as
een cylinder bureau met een opstaande kast
een kinder ledikant
twee en veertig pypen
twee mahony houte speeltavels
een rydpaard met zadel en toom, en zulks in een stal in de Buitenkant
Contanten des boedels
twaalf hele zilvere ropijen en onder den inventarient gelaten
twee halve zilvere ropjen

Aldus gedaan en geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 13:de en zestiende Maart een duisend acht acht honderd en negentien, ende zulks volgens het op en aangeven van des overledenen broeder James Morrison dewelke verklaarde zich hierin ter goeder trouw te hebben gedragen en met zyn weten of willen niets verzwegen te hebben dat tot de nalatenschap des overledenen is behorende met belofte om zoo er in der tyd door hem nog iets mogte worden ontdekt tot dese nalatenschap specteerende, daarvan getrouwelyk ter Weeskamer opgave te zullen om daarmede desen inventaris te kunnen amplieeren. Gelyk hy dan ook betuigde bereid te zyn de deugelykheid deser zynen opgaave ten alleen tyde (des vereischd wordende) met solemnele eede te staven.

In teeken der waarheid is dese ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren en my Eersten Commis door den inventarient eigenhandig onderteekend.

Als gecommitteerde Weesmeesteren: A:V: Bergh, A: v: Breda

Voor den opgaaf: J:s Morrison

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/33.55

{18180225} 25 Februarij 1818 Johanna Carolina Becker

Copie

Staat en inventaris van zodanige goederen als ab intestato met er dood ontruimd en naargelaten door wylen Johanna Carolina Becker hare nagelatene man Pieter van der Westhuyze d’ oude, ter plaatze genaamd de Combuijs gelegen in de Cango , alwaar de volgende goederen door den ondergeteekende als hier toe door den wele: heer A:G: van Kervel g’authoriseerd en door de na tenoemene getuige Kamers weege behoorlyk zyn g’inventariseerd, te weeten

De woonpaats genaamd de Combuis gelegen in de Cango , opgemeten in eeuwigduurende erfpagt waarvan echter de helfte, volgens aan my ondergeteekende ter vizie gegeven zynde notarieel copie eener onderhandsche verkoopbrief en twee getuigen ondertekend, is verkocht geworden aan H: Pieter, Johannes Jacobus Marthinus, en Pieter Jacobus van der Westhuyzen, als meede
een stuk erfpagt land, genaamd de Kleine Fontein , mede in eeuwigduurende erfpacht opgemeeten, waar van echter de kaart niet is ontfangen
Slaven des boedels, alle op den 12 July 1816 geregistreerd
Titus jonge na gissing 66 1/2 j: van deze Colonie, werksjongen
Candasa meid na gissing 50 1/2 j: van Mosambicq , huismeid
Adam jonge 24 1/2 j: van deze Colonie, werksjongen
Lea meid na gissing 40 1/2 j: van deze Colony, huismeid
Willem jonge na gissing 7 1/2 j: van deze Colony
Sabina meid na gissing 20 1/2 j: van deze Colony, huismeid
Rebecca meid na gissing 3 1/2 j: van deze Colony
Asia jonge na gissing 2 1/4 j: van deze Colony
David jongen na gissing 30 1/2 j: van deze Colony, werkjongen
Silvie meid na gissing 50 1/2 j: van Mosambicq , huismeid
Roos meid na gissing 45 1/2 j: van Batavia , huismeid
January jonge na gissing 40 1/2 j: van Mosambicq , werksjonge
Anthony jonge na gissing 60 1/2 j: van Mallabaar , vheewagter
Rachel meid na gissing 33 1/2 j: van deze Colony, vheewagter
July jonge na gissing 8 1/2 j: van deze Colony
Clarinda meid na gissing 1 1/2 j: van deze Colony
een half sleeten osse wagen met zyn toebehoren
een onbruikbare osse wagen
een paarde wagen met zyn toebehoren
een paarde kar
een oude ploeg met zyn toebehoren
7 leggers
1 ses halfaams vat
1 halve legger
1 bierpyp
4 kuipbalys
1 trapbaly en binnenbaly
1 slypsteen
1 schroef
8 halfslete graven
3 halfslete pikken
1 handbyl
1 houtbyl
1 snymes
2 zagen
1 trekzag
1 schulpzag
2 boren
1 dissel
4 schaven
2 oude brandewynsketels
1 weinig smits gereedschap
eenig oud yzerwerk
3 boter vaten
3 melkkarns
ringen voor twee klyne botervaten
5 geelhoute balken
6 emmers
1 handewasbaly
1 platvaatje
2 theetafels
1 eetenstafel
1 rustbank
9 stoelen
3 hoekrakken
4 katels
1 oude kist
1 wagen kist
3 beddens, 3 combaarsen en 7 kussens
2 borderakken
1 grote zeeppot
4 kookpotten in soort
1 koekepan
1 rooster
1 ley
12 kore zakken
320 v:t geelhoute planken
1 aarde soepkom
2 aarde schotels
5 aarde borden
2 tinne kommen
1 schaafbank
10 tinne borden
1 yzere soeplepel
14 tinne lepels
13 stale vorken
2 theekomme
5 kopjes en pierings
3 kelkjes
1 meelzift
2 flessen
5 bottels
1 kom van 5 flessen NB /gebroken
1 tinne ketel met zyn comfoor
2 kopere ketels
1 tinne trekpot
1 porcelyne scheerbekke
1 aarde melkkan
1 oude Bybel
1 oude peperbus en aarde boterpot
2 kopere kandelaars
6 sikkels
8 wyngaard messen
1 houte boterbak
1 kopere strykyzer
Beestiaal
41 trekossen
88 aanteelbeesten
4 trekpaarden
2 rydpaarden
8 aanteelpaarden
86 schapen
123 bokken
Erfgenamen des boedels
kinderen verwekt by desselvs eerste huisvrouw Anna Susanna Lombard Johanna Jacomina van der Westhuize, gehuwd met Jacobus Johannes Scheepers
kinderen verwekt by desselvs tweede vrouw Susanna Cornelia Steyn Hermanus Pieter van der Westhuize
Anna Margaretha Aletta van der Westhuyze gehuwd met Jacobus Hendrik Coetzee
Johannes Marthinus Jacob van der Westhuyzen onmondige erfgenamen
Pieter Jacobus
Christiaan Matthias
Jacobus Andries
Marthinus Hermanus
Susanna Johanna Catharina
Gesina Maria
Maria Hendrica
voorkinderen van Johanna Carolina Beck verwekt by haar twee vorige huwlyke bij wylen Willem Isac Hoffman, en Jan Nel Willemz Johanna Jacoba Catharina Hoffman, gehuwd met Willlem Adriaan Nell Joh:sz
Anna Johanna Carolina zynde deze twee eerste kinderen, op uitdrukkelyk verzoek van Willem Adriaan Nell Joh:sz als gehuwd met Johanna Jacoba Catharina Hoffman, als verklarende geene vermogens te hebben om alle vyf te kunnen opvoeden, besteed geworden by desselvs stiefvader Pieter van der Westhuyzen, terwyl de overige voor hem Nell zyn aangenomen en Kamers wegen besteed geworden onmondige erfgenamen
Jan Johannes Paulus
Dorothea Regina
Johannes Jacob Hendrik en
Daniel Jacobus Christoffel Nel
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Johannes Scheepers d’ oude 1100:--
aan Jacobus Schepers Jacobusz: 400:--
aan Pieter Willem Nell 212:--
aan L: Nupoth 90:--
aan P: Taute Pietz: - vold: den 7 January 1820 23:4
aan Jacobus Vivier 36:--
aan Pieter de la Reij 33:4
aan Lusebrink 968:--
aan Piet Stadelaar 330:--
Jan Hoets 168:--
Gabriel Rossouw 30:--
Pieter Gous Pietz: - voldaan 300:--
Jan Gans 23:--
aan van den gelden ter drostdye George 102:5
aan meet geld voor een stuk grond 150:--
aan Gerrit Erwes 96:--
aan Ryk Meyering 384:--
aan Pieter Bernardus Keyter 20:--
aan Hermanus Pieter van der Westhuyze 240:--
aan Anna Margaretha van der Westhuyze 178:--
zynde hun beider erffenis penningen

Onderstond

Aldus g’inventariseerd en opgenomen ter plaatze voorschreven op den 25 Februry 1818 ten byweezen der natenoemene getuigen lager g’inventariseerd door den ondergeteekende, als hier toe door den Landdrost g’authoriseerd get: D: Coolhaas in margine stond als getuigen get: L:J: Botha en G: van Rooyen G:z

Accordeert met het origineel ter onzer Drostdye berustende: D: Coolhaas

MOOC8/33.56

{YYYY} [ ..... ] Saril Burger

De nagelate goederen van den overleden Saril Burger

een wagen met seijn toebehoor
9 ossen
8 kraal paarden in soort
1 rij paart
1 jonge hingst
28 beesten klijn en groot
1 saag
2 pikken
1 graaf
1 ploeg schaar
1 houtbeijl
1 raspe
2 veijlen
4 booren in soort
4 klijnen beijtels in soort
1 gus
een olisteen
1 paster
1 hamer
1 kruijss saag
1 snij mes
een veijsel
1 omslag
2 schaafblokken met een beijtel
1 juk hark
een ploeg krans
6 tuygen
1 kort stellen
3 potten
1 schave
1 rooster
1 strijkijster
1 kandelaar
1 snuijter
4 bordens
1 ketel
1 trekpot
5 lepels
8 vurkins
1 geweer
1 ongemaakte voorstuk
1 emmer
1 schroef

Als getuigen: Welem Seles, Hendrik Beukkes de oude

MOOC8/33.57

{18190309} 9 Maart 1819 Andries Jantzen , Johanna Christina Heegers

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als op Zaturdag den 27 der gepasseerde maand February des avonds de klokke half tien uuren /volgens opgave zyner erfgenaamen/ ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door den burger Andries Jantzen ten voordeele zyner by zyne vooroverleedene eerste huisvrouw Johanna Catharina Everina Schut in echt verwekte kinderen, met naame

1) Andries Jantzen
2) Johannes Jacobus Jantzen
3) Johan Hendrik Jantzen
4) Johanna Maria Jantzen geh:d met Johan Hend:k Lange
5) Maria Matilda Francina Jantzen oud 21 jaaren
6) Adriana Hillegonda Jantzen geh:d met Hendrik Albertus Basson Matthysz:

hebbende den overledene by zyne tweede huisvrouw en thans nagelatene wed:e met dewelke hy in gemeenschap van goederen is getrouwd geweest in naame Johanna Christina Heegers, geene kinderen verwekt.

Zodanig als denzelven gemeenschappelyken boedel door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren ex offiicio is g’inventariseerd en opgenomen en bevonden te bestaan in het volgende, namentlyk

Een huis en erf staande ende geleegen in deeze Tavelvalley in het zogenaamde Walendorp thans genommerd N:o 25 volgens transport in dato 4 Sept:r 1801 door Ernst Fredrik Schrader een nu wylen Andreas George Hendrik Theubes als testamentaire executeuren van wylen Johan George Kramer aan den overleedene gedaan groot in zynen grond 80 quadraat roeden 142 quadraat voeten en 72 gelyke duimen
een huis, pakhuijs, stal en erf staande ende gelegen in deeze Tavelvalley in de Waale Straat thans gen:t N:o 22
een huis en erff staande ende geleegen als vooren in deese Tavelvalley in de Dorp Straat thans gen:t N:o 18
twee huisen en een pakhuis met deszelver erff staande ende geleegen in deese Tavelvalley in de Dorp Straat gen:t N:o 23 en 24
vier huisen met derzelver erff almeede staande en geleegen in deeze Tavelvalley in de Dorp Straat gen:t N:o 35, 36, 37 en 38
een erff geleegen als vooren in deeze Tavelvalley in de Dorp Straat met het daarop staande begonnen geboue tot een pakhuis
twee huizen en erven staande ende gelegen als vooren in deeze Tavelvalley in de Hilleger’s Steeg gen:t N:o 5 en 6
een onbebouwde erff waarop slegts eenige fondamenten gelegen als vooren in deeze Tavelvalley in de zogenaamde Walendorp

In het eerstgem: huis zynde geweest het woonhuis van de overleedene en aldaar

In het voorhuis
twee kloklantaarns
twee spiegels met manony houte lysten
een chitze venster gordyn
twaalf stoelen met zwarte ledere zittingen
twee rood verlakte leuningstoelen
een stinkhoute klaptafel
twee klyne stinkhoute [klaptafel]
twee bufetten
een staande horologie
een witkopere theemachine
drie trommels
een klyne tobaks kistje
agttien schotels in zoort
een ronde soepterrine
twee ovaale [soepterrine]
een pot
een vrugte mandje
een melkkan
In de voorkamer ter regterhand
twee groote spiegels met vergulde lysten
zes klyne spiegels
een vengster gordyn
vier guerridons
twaalf stoelen met losse roode mattrassen
een vierkante tafel
zes quispeldooren
vier klyndere quispeldooren
vier plettet kandelaaren
een tafel pendule
een bureau met laaden
een draagstoel met stokken en banden
een tafel kast
een kabinet waarin de klederen van de overgeblevene wed:e
een zydgeweer met zilver gevest
een zilvere zuyker trommel
een zilvere zakhorologie behoord aan des overleeden zoon A:s Jantzen
een zilvere zoeplepel
drie zilvere eetlepels
een zilvere fork
twee zilvere theelepeltjes
een foudraal met een garnituur zilvere gespen met steenen
een paar zilvere schoengespen en een paar zilvere kniegespen
een paar zilvere schoengespen klynder
een porcelaine pypekop
zeven klyne schilderydjes
In de voorkamer ter linkerhand
een roode ophaal gordijn
twee spiegels met vergulde lysten
twee groote schilderyen zynde de pourtraiten van de overledene en dessels voorverstorve eerste huisvrouw
zeven schilderyen met zwarte lysten
twee vierkante tafels
een toilet tafel
twee leuningstoelen
zes ordinaire stoelen
een nagtstelletje
een verrekyker
een verlakte schenkblad
In een zy kamer
een kast met glaase deuren
een grynhoute kombuis kast
een yzere geld kist
een kadel waarop
een onderbed
een kopere komvoor
een strykyster rooster
een was lampet en kom
een party messen vorken en tinne leepels
In de gang
drie kloklantaarns
een klaptafel
twee vierkante [tafel]
In de agter kamer
een oude vierkante tafel
zes ordinaire stoelen
een grynhoute kast
een ledikant waarop
een bulzak
peuluw
twee kussens
In een tweede agter kamer
een spiegel met vergulde lyst /defect/
vyf schilderyen
een kabinet
een lessenaar met een opstaande kast
drie stoelen in zoort
een lidank waarop
een bed
een peuluw
drie kussens en
een chitze deeken
een ledikant waarop
een bed
een peuluw
vier kussens en
een wolle deeken
In de dispens
twee ledige vaaten
een ledige vleesch vat
een ledige kelder
een aarde pot
twee koefoeten
vyf pikken
drie koevoeten
een mooker
een kast met een restant glaze ruyten
In de kombuys
vier schoorsteen kettings
zeven potten
een water ketel
twee roosters
twee schuimspannen
drie vleesch voken
twee yzere potleepels
twee pannen
een vuurtang
drie drievoeten
een hakkebord met zyn kapmes
twee water vaaten
twee water emmers
vyf kopere kandelaaren in zoort
twee water vaatjes
een tinne koffy kan met koper komfoor
een kombuis tafel
een vierkante tafel
In een agter vertrek
twee open draagstoelen
een groote koffymoolen met de bank
vier oude vaaten
een oude kast en
een oude tafel
een kap waagen
Op de zolder
een houte balans met 2 houte schalen
een kopere pan met de dekzel
een oude lessenaar
een hakzel bank met twee messen
twee cijssen
twee geraamtens voor veld stoeltjes
een maat schepel
vier oude kisten
een bakkist
twee water halfaamen
een stuk gewigt van vyftig pond
een trekzaag
twee [trekzaag]
een groote ijzere pot
vier ledige oude vaaten
vier oude groote schilderyen
twee pikken
een party oude tuygen
twee verfsteenen en voorts
een party houd en yzer werk en ander rommelarij in zoort
Op de agterplaats en in de buyten vertrekken
een nieuwe kozyn met deuren
een kadel zonder mat
een party wagen wielen agter en voortangen en assen
een party yzere muilbanden
drie oude deuren
een jaty houte ledikant
een groote deur kozyn
drie vierkante tafeltjes
een ledikant waarop
een bulzak en
drie kussens
twee oude balijs
een klyne spiegel defect
vier oude schilderyen
een party baksteenen
In een buijten pakhuis
een groote voordeur kozyn
negen schuyf kozynen met glaze raamen houte vengsters beligstukken etc:a compleet
agt kamer deur kozynen
een ledikant
een schaafbank
tien oude vaaten
twee en dertig geschaafte balken
vyf een twintig plat planken
twee hopen kalk en
een hoop schulpen
en voorts een party houdwerk in zoort
Lijfeigenen
een mansslaaf gen:d Onton van Batavia oud omtrend 53 jaren, zynde een schoenmaker
een mansslaaf gen:d Mentor van Bengalen oud omtrend 48 jaren, zynde een werksjonge
een mansslaaf gen:d Anthonij van Mosambique oud 43 jaren, een werksjonge
een slavin gen:d Leonora van Mosambique oud 43 jaaren, strijkster
een slavin gen:d Flora van Mosambique oud omtrend 43 jaaren, zynde een wasch meid
een slavin gen:d Dina van de Kaap oud omtrend 12 jaren
een slave jongetje gen:d Goliad van de Kaap oud omtrend 8 jaren
een slave jongetje gen:d Mentor van de Kaap oud omtrend 5 jare
een slave jongetje gen:d Godlieb van de Kaap geboren den 14 Juny 1816
Contanten des boedels
een Venesiaansche goude ducaat
een derde goude guinea
een gekapte zilvere Spaansche mat
twee zilvere Holl: guldens

Zullende de inneschulden en lasten des boedels nadat de papieren zullen g’examineerd zyn zoo veel doenlyk by ampliatie deeze inventaris worden bygevoegd

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 9 Maart 1819 ende zulx op het op en aangeven van des overleedens over gebleevene wed: en gezamentlyke presentie kinderen, dewelke verklaarden hunl: hierin ter goeder trouwe gedragen en niets verzweegen te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap is gehoorende, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid hunner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde dezen inventaris daarmeede kunnen worden g’amplieeren.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eerste Commis door de gezamentlyke inventarienten eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, J:H: Munnik

Voor den opgaaf: Johanna Christina Heegers huijsvrouw van A: Jantzen w:d:we And:s Jantzen, J:J: Jantzen, Johan H:k Jantzen, J:H: Lange

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

Ampliatie

Inneschulden
    Rd:s
  Johannes Jacobus Jantzen op eene onderhandsche obligatie d:d: 14 Maart 1817 per rest van capitaal ƒ4000 ofte 1333:16
  met alle de renten van dien à 6 per c:o per a:o
  Johannes Jacobus Jantzen over koop van wagen en paarden 600:--
  Johannes Jacobus Jantzen over koop van vier huyzen met derzelver erff geleegen in de Dorpstraat en aldaar N:o 19, 20, 21 en 22 ƒ4500 ofte 1500:--
  Andreas Jantzen blykens eene door den overleedene eigenhandig geformeerde reekening 1210:--
  Andreas Jantzen over koop van agt huyzen en erven geleegen in de Dorpsteeg , en aldaar N:o 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15 en 16 ƒ6000 ofte 2000:--
  Jan Hendrik Jantzen over koop van vyf huyzen en erven gelegen in de Dorpstraat en aldaar N:o 25, 26, 27, 28 en 29 ‚ ƒ7500 ofte 2500:--
  Johan Hendrik Lange over koop van twee huyzen en erven geleegen in de Waale Straat en aldaar N:o 24 en 25 ƒ5000 ofte 1666:32
  Hendrik Albertus Basson over koop van agt huyzen en erven geleegen in de Dorp Steeg en aldaar N:o 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8 ƒ6000 ofte 2000:--
  Maria Mathilda Francina Jantzen over koop van een huis en erf geleegen in de Waalestraat en aldaar N:o 26 ƒ6000 ofte 2000:--
  Maria Mathilda Francina Jantzen voor een bed, ledikant en behangzel aan haar uit den boedel by tauxatie verbleeven 85:--
  Johanna Christina Heegers wed:e Andreas Jantzen d’ oude voor een ledikant en bed aan haar by tauxatie uit den boedel verbleeven 75:--
  F:J: de Jager blykens onderhandsche briefje d:d: 15 Augustus 1812 20:--
  F: Geyer blykens onderhand: schuldbekentenis de dato 3 July 1806 42:--
  W:J: la Cock op een onderhandsche schuldbeketenis de dato 20 July 1815 per rest 95:36
  J:W: Langerman op een ondehandsche briefje de dato 2 Decemb: 1818 46:36
  J:T: Karstens op een onderhandsche briefje de dato 28 Decemb: 1810 25:--
  William Klaring op een onderh: briefje de dato 23 Sept:r 1818 20:--
  C: de Waal op een ongedateerd onderhandsch briefje, betaalbaar geweest in de maand October 1818 100:--
vold: den 8 Novb:r 1819 Jacobus Gideon Louw Pietersz over geleende contanten blykens veertien differente onderhansche briefjes 132:--
Jacobus Gideon Louw Pietersz over 12 halve aamen en 16 emmers schulpenkalk blykens 7 differente briefjes 28:--
Jacobus Gideon Louw Pietersz over 24 1/2 aamen steenkalk blykens 11 differente briefjes 61:2
den 10 Aug: 1819 voldaan de wed: Appel op een onderhands biefje de dato 6 Jannuary 1814 8:--
  Michiel Casparus Laubscher op een onderhandsche schuld bekentenis de dato 8 October 1812 60:--
  J: Lucas op een onderhandsch briefje d:d: 22 February 1809 20:--
word tegengesproken Andries Adriaan du Toit, op een onderhandsche schuldbekentenis d:d: 26 Novemb:r 1817 100:--
voldaan den 18 Aug:s 1819 Andries Adriaan du Toit nog over geleende contanten zonder bewys, volgens opgave des erfgenaamen 160:--
  J:s C: Keytel op een ongedateerd onderhandsch briefje 29:--
  den bastaard Sias volgens rek:g 50:12
  Simon van de Kaap volgens rek:g 24:18
  J:W:S: Muller op een ongedateerd onderhandsch briefje 34:--
  Hendrik Smuts volgens reek:g 30:30
  Constant Wilsenach op een onderhandsch schuldbekentenis de dato 21 October 1815 92:6
  Abraham Felix volgens volgens vonnis van den 18 February 1815 55:42
  Roelof Dirk Jurgens volgens vonnis d:d: 5 Novemb: 1814 60:18
  Carel Zeegers volgens specificque reekening per rest 63:--
  den Hottentot Dirk blykens specifique reekening per rest 27:18
  Engela Bent blykens specifique reekening per rest 61:24
  Jan Sivensky over een maand huishuur tot ultimo Maart 1819
voldaan den 22 April 1819 Jan Wessels voor twee maanden huishuur tot ult:o Maart 1819 22:36
voldaan den 19 Novb: 1819 Hendrik Hebel voor een maand huis huur tot ult:o Maart 1819 18:42
den 17 Julij 1819 in mind: bet: Rd:s11:30 Amilia van Batavia voor huishuur tot ult:o Maart 1819 172:6
voldaan den 4 Maij 1819 Mina van de Kaap voor 3 maanden huishuur tot ult:o Maart 1819 70:6
voldaan den 5 Maij 1819 Martha Lodewyk voor huishuur tot ultimo Maart 1819 64:24
voldaan den 3 April 1819 Silvia van Eksteen voor 2 maand huishuur tot ult:o Maart 1819 40:36
voldaan den 16 April 1819 Jamie van de Kaap voor huishuur tot ultimo Maart 1819 56:6
voldaan den 7 April 1819 Andries Muller voor een maand huyshuur tot ult:o Maart 1819 25:18
  Regina van de Kaap voor huishuur tot ult:o Maart 1819 81:42
in mindering bet:d den 3 April rd:s26, den 22 April rd:s10, den 16 Aug: rd:s10 Dina van de Kaap voor huishuur tot ult:o July 1818 per rest 107:--
den 17 Aug:t 1819 vold: Doortje van de Kaap voor huishuur tot ult:o July 1818 34:6
  J:P: Valentyn op een onderhandsch briefje d:d: 8 September 1818 40:36
  Jammat van de Kaap op een onderhandscch briefje d:d: 20 Aug:s 1818 101:6
voldaan den 4 Maij Hanna van de Kaap voor huishuur tot ult:o July 1818 110:18
den 3 May 1819 in mindering betaald Rd:s10 Mate Leon op een onderhandsch briefje de dato 6 Augustus 1818 per rest 32:6
  Martha van de Kaap op een onderhands briefje d:d: 8 September 1818 77:36
  Sarina van de Kaap voor huishuur tot ult:o July 1818 252:12
  Johan Fredrik Stricker voor huishuur tot ult:o July 1818 per rest 235:27
  Adolph Wedel almeede voor huishuur volgens opgaave van Jacobus Johannes Wud 33:24
  Veytje Jacobsz voor huishuur 25:18
  Johannes Marthinus Durr op een onderhandsche briefje d:d: 26 September 1818, een vark van 20 à 30 lb:
Lasten des boedels
    Rd:s
voldaan den 10 Sept:br 1819 aan ’s Gouvernements Bank van Leening op een bankekennis de dato [ ..... ] per rest aan capitaal ƒ10500 ofte 3500:--
  met de renten zeedert primo January 1817
voldaan den 16 Julij 1819 aan Jonas van der Poel op een schepennen kennis d:d: 28 Novemb:r 1805 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zeedert 20 Novemb: 1818
voldaan den 26 Aug 1819 aan doctor Wehr op een schepennen kennis de dato 18 Feb:y 1803 aan capitaal ƒ10000 ofte 3333:16
  met de renten zeedert 14 October 1818
voldaan den 8 Julij 1819 aan het Fonds der Weduwen ende oude Vrouwen op een scheepenenkennis de dato 31 July 1804 aan capitaal per rest ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zeedert primo Augustus 1818
voldaan den 14 Julij 1819 aan Beatrix Auret wed: Egidius Benedictus Ziervogel op een notarieele obligatie de dato 19 January 1811 aan capitaal 705:--
  met de renten van het lopende jaar
voldaan bij overschrijving aan de ter Weeskamer g’administreerd werdende boedel van wylen den weleerw: heere Johannes Petrus Serrurier op een scheepenenkennis de dato 7 February 1798 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000--
  met de renten ’t zedert den 7 Febr:y 1818
  aan de zes in den hoofde deezes genoemde kinderen van den overleedenen voor derzelver moederlijk bewijs ofte erfdeel volgens de in dato 29 Maij 1818 ten overstaan van den notaris publicq m:r Jacobus Petrus de Wet en getuigen geeffectueerde inventarisatie en tauxatie des gemeenschappelyken boedels van den overleedene en zyne voorverstorvene eerste huysvrouw Johanna Catharina Everdina Schut aan ieder hunner rd:s2232:33 ofte aan allen te zaamen 13396:6

Aldus geamplieert en nader geslooten ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 31 Maart 1819

Als gecomm: Weesmeesteren: [ ..... ]

My present: [ ..... ]

MOOC8/33.58

{18190616} 16 Junij 1819 Johannes Nicolaas Louw

Inventaris van zodanige goederen en effecten als er op Zondag den drie en twintigsten dag der maand May in den jaare een duyzend acht honderd en negentien door den burger Johannes Nicolaas Louw Pieterz ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten ten voordeele zyner overgebleevene wed: Maria Magdalena Heydenreich ter eenre, mitsg:s de kinderen en het kindskind door de overledene in twee onderscheidene huwelyken verwekt, als

uit het huwelyk met wyle Martha Jacoba Kotzee 1) het nagelaten kind van Susanna Franc:a Louw in echt verwekt by Pieter du Toit Danielz, met name Daniel Jan du Toit oud 4 jaaren ter andere zyde
2) Jan Jurgen Louw oud 19 jaaren
de ondertemeldene kinderen door de overledene by voorm: zijne huisvrouw geprocreeerden, met naamen 3) Jacobus Gideon Louw oud 14 jaare
4) Helena Johanna Louw oud 13 jaare
5) Maria Alida Fredrica Louw oud 10 jaaren
6) Cornelia Johanna Elizabeth Louw oud 8 jaaren

Invoegen als het een en ander door ons expres gecommitteerde Weesmeesteren zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande het een en ander in het volgende, te weeten

Een plaats genaamd Kallebas Kraal geleegen onder het district van Stellenbosch
een opstal staande op de leeningsplaats gen:d de Riet Fontyn , geleegen tusschen de Thee en Elands Fontynen , onder het Kaapsch district

Op eerstgem: plaats in het woonhuis en aldaar

In het voorhuis
twee roode ophaal gordynen
een roode ophaal [gordynen] klynder
twee spiegels met noteboome lysten
vier schilderyen
vyf vogel kooyen
een staande horologie
twee blad tafels
twee thee tafels
een rustbank met geruite mattras
twee leuning stoelen
tien ordinaire stoelen
zes stoel kussens
een geelkopere quispeldoor
een geelkopere vuur test
twee spue balies
[In het voorhuis] in twee in de muur gemetzelde kasten
zes glaaze karaften
zeven en twintig bierglaazen in zoort
vyfttien wyn kelken
drie vinger glaazen
een bokaal
tien bottels
drie trekpotten in zoort
agt blaauwe potjes in zoort
dertig kopjes en pierings
vier pletted kandelaaren
twee pletted zoutvaatjes
twee glaaze koelbakjes
In de kamer ter regterhand
twee ophaal gordynen
een spiegel met vergulde lyst
een ledikant met zyn behangzel waarop
een bed
een peuluw
zes kussens en
een chitze deeken
een ledikant met zyn behangzel waarop
een bed
een peuluw
zes kussens en
een chitze deeken
twee vierkante tafels met groene kleedjes
twaalf stoelen met groene losse trype kussens
een lessenaar met zilver beslag
een Bybel met zyn knaap
een kabinet met kooper beslag waarin de kleederen van de wed: en kinderen als ook 30 sloopen, 8 bedde en tafel lakens, 28 servietten en 9 handdoeken
drie stooven
een verlakte schenk blad
een lampet met zyn kom
twee nagt spiegels
een kamer bussen
een sleutel kistje
In de kamer aan de linkerhand
twee klyne blauwe venster gordynen
een klyne rood venster [gordynen]
een geweer rak waarop
twee schiet geweeren
een party sweep stokken
drie sjambokken
een pallas
een ledikant met blaauwe geruit behangzel
een bed
een peuluw
vier kussens
een wolle deeken
een ledikant met blaauwe geruit behangzel
een klap tafel
een thee tafel
een geelhoute kleder kast waarin
eenige ledige bottels en flessen
een groote kist waarin de kleederen van de overleedene
een klyne kist
een tobaks doos
een pypen rak
een Chinasch kastje met koper beslag
een kapstok
In een midenkaamer
twee klyne venster gordynen
een ledikant waarop
een bed
een peuluw
vyf kussens en
een wolle kombaars
een kadel waarop
twee klyne beddens
een peuluw
vyf kussens en
twee kombaarsen
drie stoelen
een klyne glaaze kastje
een klyne kistje
een tobaks doos
een tinne koffykan met zyn test
twee blikke trommels
zeven boeken
In de dispens
een nagel kooy
een rak waarop
zeven blikke trommels
een kopere vyssel met zyn stamper
een wit aarde soepterrine
agt wit aarde schootels
twintig holle borden
twee en twintig vlakke borden
twee sous potjes
een aarde vet pot
een aarde kan
een brood mes met zyn bak
een boter karn
een tafel
drie kisten in zoort
een stelletje
een etens kasje
een koffy moolen
een boter bak
een douzyn messen
drie douzyn forken
zes tinne eetens leepels
een tinne soep [leepels]
In de kombuys
een rak
een was baly
twee water half aamen
twee bakkisten
twee melk balies
vier melk emmers
een potte bank waarop
zes yzere potten
een rooster, twee potlepels, schuimspan, vork schop, tang, pan en drievoet
een koopere water keetel
een koopere taartepan
vier koopere kandelaaren met 2 snuyters
een kombuys tafel
een rijstblok met zyn stamper
een hakkebord
een braadschop
een defecte ovend haak
vyf schoorsteen kettings
In een buiten vertrek n:o 1
een rak waarop
een wit aarde soepterrine
een lampet met zyn kom
negen schotels in zoort
twee en vyftig borden in zoort
twee sous potjes
twee blauwe kommen met dekzels
twaalf blauwe schotels in zoort
elf blauwe porcelaine borden
een rak waarop
een rood kopere themachine defect
een rood kopere water keetel
een tinne koffy kan
een balans met kopere schaalen
zes aarde potten in zoort
drie aarde kannen
een party flessen kannen en bottels
een vat waarin wat erwten
een boter karn
een boter bak
twee vleesch baly’s
een boter vat
twee kisten
een groot Keulsche pot
zestien avega’s booren
In een buitenvertrek n:o 2
een tafel
zes stoelen
een kadel waarop
een bed
twee kussens
twee deekens
In een buitenvertrek n:o 3
twee rakken
drie ledige leggers en een halve legger
een aarde pot
twee halfaamen
drie vaaten in zoort
een kast met wat zout
een koopere keetel
een koopere tregter
drie hout bylen
een slypsteen
In het koornhuis
een koorn harp
zestien kafzakken
zes en dertig muddezakken
een koorn scheepel
zes koorn schoppen
een groote Keulssche pot
een party piksteelen
twaalf koorn zikkels
een stuk beeste vel
een honderd en vier mudden zoo zaad als brood koorn
twaalf mudden garst
twintig mudden haver
vier mudden rog
In het waagenhuijs
twee paarde wagens
vier osse wagens waarvan een defect
een kan
een party dekriet
een ligter
een teerputs
een huis ladder
twee ossen tuigen
een zadel en toom
twee span jokken en trektouw compleet
In de ros moolen vertrek
twee bel haamers
zestien ongemaakte strengen
twee zeelen
In de stall
een kaf zift
een party Spaansche riet
een remketting
een hoop kaff
In de timmermans winkel
een bank schroef
een kist
een slypsteen met zyn bank
negen avegaa’s booren
vyf zaagen in zoort
een party schaaven
een dissel
twee snymessen
een nyptang
drie omslag booren
drie vylen
een schaafbank en
een party steenen vormen en voorts wat romm:
In de smits winkel
een blaas balg
een aambeeld
een speer haak
een bank schroef, defect
zeventien hamers in zoort
zeven tangen
twaalf klip pikken
negen platte pikken
drie graaven
twee koefoeten
zeven staaven ijzer
een teer vat
een teer puts
viertien oude ploeg schaaren
een onvoltooide egg
een defecte water halfaam
een kly baly
een party yzer en houtwerk en voorts wat romm:
In een buitenvertrek n:o 4 naast de smits-winkel
een party kapstylen en sparren
een oude chais bak
vijf houte blokken
een party wagenmakers hout
een vogel kooij
een slijpsteen bak
een bol kozijn
een dekstoel
In een buitenvertrek n:o 5
een hoop kalk
een wagen ladder
Op de werf
een party kap stijlen
een compleete Engelsche ploeg
vier compleete Kaapsche [ploeg]
vyf defecte Kaapshe [ploeg]
drie eggen waarvan een met yzere tanden
Zilver werk
een zilvere soepleepel
veertien zilvere eetlepels
vier zilvere theelepels
een zilvere comfyt forkje
een zilvere zuyker trommel
een zilver zak horologie
een paar goude hand knoopen
Beestiaal
vyf en negentig trekossen
agt en twintig aanteel beesten
twee honderd en twaalf aanteel schaapen
vijf en zeventig aanteel bokken
een opregte Engelsche hengst
drie en twintig zoo wagen als rydpaarden
vyf en twintig aanteel paarden
een ezel hengst
Lijfeigenen des boedels
overleden een jongen gen:d Lafleur van Mosambique oud 64 jaren, staljongen
  een jongen gen:d Amerika van Mosambique oud 58 jaaren, beestewagter
  een jongen gen:d April van Mallebaar oud 53 jaaren, beestewagter
  een jongen gen:d Nagtschaal van Mosambique oud 48 jaaren, werksjongen
  een jongen gen:d David van Mosambique oud 39 jaaren, werksjongen
  een jongen gen:d Geduld van Mosambique oud 43 jaaren, werksjongen
  een jongen gen:d Apollos van Mosambique oud 38 jaaren, werksjongen
  een jongen gen:d Salomon van Mosambique oud 33 jaaren, werksjongen
getaxeerd een jongen gen:d Adam van Mosambique oud 33 jaaren, werksjongen
getaxeerd een jongen gen:d Abel van de Kaap oud 48 jaaren, koetzier
getaxeerd een jongen gen:d Klaas van de Kaap oud 38 jaaren, werksjongen
  een jongen gen:d Maart van de Kaap oud 21 jaaren, werksjongen
  een jongen gen:d December van Mosambique oud 32 jaaren, grof smith
niet te verkope een jongen gen:d Mentor van Mosambique oud 45 jaren, waarvan door de den voorigen bezitter Jan Rabe nog transport behoord te worden gedaan
getaxeerd een jongen gen:d Mentor van de Kaap 22 jare van welke beide slaafen insgelyks geen transport is gevonden
getaxeerd een jongen gen:d Lendor van de Kaap oud [ ..... ], werksjongen
  een jongen gen:d April van Mosambique , welke slaaf meede niet op de registraatielys bekend staat
  een jongen gen:d Damon van de Kaap oud 6 jaaren
niet te verkope de kind van het een te baas behorend een jongen gen:d Jeck van de Kaap oud 5 jaren kind van Roset
niet te verkope de kind van het een te baas behorend een jongen gen:d Isaak van de Kaap oud 4 jaaren kind van Roset
getaxeerd een jongen gen:d Lodewyk van de Kaap oud 3 jaaren [gebroken]
getaxeerd een jongen gen:d Frits van de Kaap oud 9 maanden
  eene slavinne gen:d Spasie van Bougies oud 73 jaaren
getaxeerd eene slavinne gen:d Lea van de Kaap oud 48 jaaren, kokkin
  eene slavinne gen:d Regina van Mosambique oud 39 jaaren, huismeid
  eene slavinne gen:d Sabina van de Kaap oud 31 jaaren, huismeid
  eene slavinne gen:d Camonie van de Kaap oud 23 jaaren, huismeid
getaxeerd eene slavinne gen:d Clarisse van de Kaap oud 12 jaare, huismeid
overleeden eene slavinne gen:d Debora van Mosambique oud [ ..... ]
  eene slavinne gen:d Diana van de Kaap oud 8 jaaren
met verkopen in de rekening van het eerste bed toebehoren eene slavinne gen:d Philida van de Kaap oud 8 jaaren, kind van Roset
met verkopen in de rekening van het eerste bed toebehoren eene slavinne gen:d Amilia van de Kaap oud 7 jaaren, kind van Roset
  eene slavinne gen:d Amelia van de Kaap oud 6 jaaren
getaxeerd eene slavinne gen:d Juliana van de Kaap oud 5 jaaren
  eene slavinne gen:d Selima van de Kaap oud 2 jaaren
  eene slavinne gen:d Salia van de Kaap oud 2 maanden, waarvan opgaaf is geschied, maar nog geen certificaat is ontfangen
Crediten des boedels
    Rd:s Rd:s
  van Tobias Jan de Vlaming over koop van den plaats Lange Kloof geleegen in het Zwartland onder het Kaapsch district, blykens koopkontract aan capitaal ƒ15000 ofte   5000:--
  van Petrus Laubscher Michiel Casparusz op twee differente obligatien met de daarop verloopen renten per rest groot   1228:3
  met de renten zeedert 15 January 1817
vold: den 13 January 1820 van Egbertus Greef over koop van dekstroo   320:--
voldaan den p:mo Julij 1819 van Petrus Gideon du Toit over koop van dekriet blykens bewijs   124:--
  van den boedel van wylen den appothecar Ald: Stephen Jacob van Helsdingen per onderhandsch briefje 155:--
  van den boedel van wylen den appothecar Ald: Stephen Jacob van Helsdingen over koop van een paard 100 255:--
  van Fredrik Greybe over koop van koorn   180:--
  van Rougier Bernardus van Blerck op een onderhandsch briefje d:d: 29 April 1814   115:--
  van Andries Grove over koop van kaf en garst   170:--
  van Andries Bester over koop van drie verkens   30:--
  van doctor C: Nielen over koop van vyf mudden garst en vyf mudden haver   90:--
deese schuld van rd:s50 vervalt - vide brief, door de weduwe in dato 28 Januarij 1820 aan de Weeskamer geschreven onder de boedelpapieren berustende van Nicolaas Basson Janz: over huur van een Engelsche hengst   50:--
voldaan den 13 Octb:r 1819 van Daniel Krynauw woonagtig agter de Paarl over koop van 1000 bos dekstroo   60:--
  van Jan Daniel Edzard Grimbeek blykens onderhandsche briefje   40:--
NB van de heer Christoffel J: Briers op een onderh: briefje d:d: 28 April j:l: betaalbaar ultimo July eerstkomen   310:--
Lasten des boedels
    Rd:s Rd:s
  aan de heer Jan Daniel Karnspeck op een notarieele oblig: d:d: 3 Septemb:r 1817 ten behoeve van Marthinus Melck gepasseerd en by notarieele acte vanaf 10 April 1818 aan dezelve gecedeerd groot aan capitaal ƒ12000 ofte   4000--
  met de renten zedert den 2 Sept:r 1818
voldaan den 16 December 1819 aan de wed:e van wylen Johannes Mattheus Hertzog op een notarieele obligatie d:d: 25 Maart 1802 groot aan capitaal ƒ6000 ofte   2000:--
  met de renten zedert 25 M:t j:l:
voldaan den 16 December 1819 aan de wed:e van wylen Johannes Mattheus Hertzog op een onderh: obligatie d:d: 25 Sept:r 1794 groot aan capitaal ƒ3700 ofte   1233:16
  met de renten zedert 25 Sept:r eerstk:
voldaan den 15 December 1819 aan Cornelia Basson wed: van wylen Paul Jourdaan op een notarieele obligatie d:d: 8 Maart 1809 groot aan capitaal ƒ3600 ofte   1200:--
  met de renten zedert 1:ste Feb:y j:l:
voldaan den 23 December 1819 aan Cornelia Basson wed: van wylen Paul Jourdaan op een onderh: obligatie d:d: primo Feb:y 1806 groot aan capitaal ƒ5000 ofte   1666:32
  met de renten zedert primo Feb:y j:l: à 5 perc:t
vold: den 23 December 1819 aan voorm: Cornelia Basson laatst wed: Paul Jourdaan op een onderh: obligatie de dato primo Feb:y 1807 groot aan capitaal ƒ3900 ofte   1300:--
  met de renten à 1/2 perc:t per maand zeder primo Feb:y j:l:
voldaan den 23 Dec:br 1819 aan Cornelia Basson laatst: wed: Paul Jourdaan op een onderh: briefje d:d: 3 Feb:y 1817 groot aan capitaal ƒ500 ofte   166:32
  met de renten à1/2 perc:t per maand zedert primo Feb:y j:l:
  ’s Gouvernements Disconto Bank op een aan dezelve bank gecedeerde obligatie per rest groot aan capitaal ƒ6000 ofte   2000:--
  met de renten zedert den 28 Febr:y 1818
voldaan 6 Jan:y 1820 aan Adriaan J: Louw Adriaanz op een onderhandsche obligatie d:d: 20 Maart 1818 groot aan capitaal ƒ10000 ofte   3333:16
  renten zedert 20 Maart deezes jaars
voldaan den 16 December 1819 de wed: Jan Jurgen Kotzee op een onderh: obligatie d:d: primo Maart 1797 groot aan capitaal ƒ10000 ofte   3333:16
  met de renten zed:t p:mo Maart l:l:
voldaan den 10 Jan:y 1820 aan Johannes Jacobus Kotzee op een notarieele obligatie d:d: 17 M:t 1804 groot aan capitaal ƒ9000 ofte   3000:--
  met de renten zedeert 17 Maart deezes jaars
  aan de minderjaarige Jan Jurgen Louw over moederlyke erffenisse ƒ5000 ofte   1666:32
  aan de Desolate Boedelkamer op een vendubrief over koop van de slavin Debora   375:12
  aan Tobias Pietersen over contant geleende   316:--
  met vier jaaren daarop verloopene renten à 5 perc:t in ’t jaar
  aan Tobias Pietersen over knegtsloon voor een jaar à rd:s10 per maand   120:--
voldaan den 9 Nov: 1819 aan Willem ten Bengenvoort voor gegeeven en nog te geevene onderwys zedert primo January deezes jaars tot ult:o Setp:r 1819 a rd:s15 per maand 135:--
  als meede voor een paar schoenen 4:-- 139:--
voldaan 23 Decb:r 1819 aan voorm: Adriaan J: Louw Adriaanz over door hem voor reekening van de overleedene betaalde vendupenningen groot per rest   98:36
  aan Jan Genade over door des overledens nu aan desselfs toegebragte schade blykens certificaat van den veldcornet Coenraad Hend:k Laubscher en getuigen getauxeerd op twee mudden koorn   [ ..... ]
  aan Hendrik Oostwald Cornelisse een mud koorn   [ ..... ]

Komende zig als nog te bevinden op voorm: plaats Rietvontyn

een kadel
een tafel
drie stoelen als meede
vyf en zestig aanteel beesten

Wordende alhier promemorie genoteerd dat de in den boedel gevondende contante ten bedragen van rd:s100 2 st: door de wed: is geamployeerd tot goedmaking van begravenis en ander noodwendige kosten, waarvan door haar in reekening nader verantwoording zal worden gedaan.

Dat des overleedens generale gemagtigde Dirk Jacobus Aspeling eene opstaande reekening heeft die door hem ter Weeskamer nader zal worden verantwoord.

Dat in den boedel nog zyn gevonden de volgende slaavin, als

Roset met haare vyf kinderen, in name Philida
Amilie
Jek
Izaak
Dina
alle welke ten Kantoore van Registratie bekend staan op de naam van de in den hoofde deezes gemelde Susanna Francina Louw en Jan Jurgen Louw, dog waarvan Philida, Amilie, Jek en Izaak by de registratie lyst in den boedel gevonden, zyn opgebragt en alzoo by deezen inventaris meede bekend gesteld

Aldus g’inventariseerd op den 16:e Juny ter plaatze genaamd de Kallebas Kraal , ende zulx op het op en aangeven van de in den hoofde deezes gem: wed: dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en niets hares wetens vezsweegen te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid haarer opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwlyk opgaaf te zullen ten einde deezen inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons gecomm: Weesmeesteren ende my Adj:t Commis door de inventariente eigenhandig onderteekend.

Als gecomm: Weesmeeseren: A: v: Breda, J:H: Munnik

Voor den opgaaf: Maria Magdalena Heydenrijch de weduwe J:N: Louw

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:s

MOOC8/33.59

{18180926} 26 September 1818 Joh:s Fredrik van den Berg , Anna Rossouw

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door wylen Joh:s van den Bergh d’ oude en deszelfs nagelaatene wed:e Anna Rossouw in gemeenschap zyn bezeten en door eerstgem: op den 17:e July l:l: ab intestato nagelaaten, te weeten

twee potten
een rooster
een komfoor
een tinne ketel
een kopere ketel
eenige keuken gereedschap
een boter vaatje
een rolstok
een meelzift
een kan
een trechter
een trekpot
een zoutvaatje
zes borden
vyf forken
drie lepels
een kist
twee bedden
vyf aanteel beesten
drie honderd vier en dertig schaapen
eene slavin in naame Kaatje , zynde eene kokkin oud 31 1/2 jaar geboren in dit land
Baaten des boedels
van Gabriel Nicolaas van den Berg J:hz weg:s hamels aan den boedel behoorend door denzelven verkogt een honderd vier en zestig rd:s
van Pieter van der Berg weg:s contant geleende penningen negen en zestig rd:s
Erfgenaamen
Martha v:d: Berg gehuwd met Josua Pieter Cilliers
Maria Magdalena v:d: Berg geh:d met Johannes Swanepoel Joh:sz
de kinderen van Johannes Otendal gehuwd geweest zynde met Anna v:d: Berg
Johanna Zuzanna v:d: Berg gehuwd met Nicolaas Zeeberg
Jacomina v:d: Berg gehuwd met Johannes Werner
Johannes Hendrik v:d: Berg geboren in ’t jaar 1780
Pieter v:d: Berg geb: in ’t jaar 1782
Hester Helena gehuwd met Jan Albert van Niekerk
Anna Sybella gehuwd met Matthys Rossouw
Gabriel Nicolaas v:d: Berg geb: in ’t jaar 1795

Aldus gedaan en g’inventariseerd volgends op en aangeeven van de wed:e Jan Hend:k v:d: Berg, dewelke onder eede verklaarde zig in deezen te goeder trouwe te hebben gedraagen, met belofte als zy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deeze inventaris daarmede te zullen emplieeren ende is zulks geschied ten dorpe Graaff Reinet op den 26:e September 1818 door my onderget:e Landdrost ten presentie van Jacobus Johannes Meintjes en Jeremias Auret als getuigen.

Voor d opgaaf: Anna Rossou

A: Stockenstrom: Land:t

MOOC8/33.60

{18180331} 31 Maart 1818 Jan Aderjaanse

De nalatenschap van Jan Aderjaanse, heb ik ondergetekene als velt cornet met twee getuigen bezigtigt en niets bevonde als

1 oude zwarte ryd paart, met oude zadel en toom
1 koffert
1 schans loper
1 fluwele baatje en broek
1 zitse bove baatje
1 voerzits onderbaatje
1 zwart fluwele baatje
1 gestreepte kassemier onderbaatje
1 seemsledere broek
1 kruijs band
1 paar zwarte kamasse
1 hempt
1 onder baatje
1 zyde doek
1 blouwe doek
1 linnese mus
1 paar neuwe schoene
1 paar schoene oude
1 bril
1 hoet
2 paar oude kouse
1 oude Gebede boek
1 scheermes
1 doosje

Rebeeks Casteel den 31 Maart 1818

Als getuigen: I:J: de Villers, A: Jordaan

J:s P: Coetzer, Velt Cornet

MOOC8/33.61

{18200214} 14 Februarij 1820 Edward Thomas Walker

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Vrydag den elfden dag deser lopende maand February in den jaare onzes Heeren een duijsend acht honderd en twintig ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door den capitain by het 22 Reg:t Infanterie te Bengalen in dienst van zyn Groot Brittannische Majesteit Edward Thomas Walker ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deselve nalatenschap door my ondergeteekende Adjunct der Weeskamer ter presentie der mede geteekende getuijgen na gedane ontzegeling is geinveentariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ter plaatse van Edward George geleegen aan de Wijnbergen , alwaar de overleedene is gelogeerd geweest

een kist waarin
een lakense mannel
een monteerings jekket en epaulet
een zyde sjerp
vier en dertig hembden
drie onderbaatjes
veertig p:r kousen in zoort
zeeven p:r zokken
zes en twintig broeken in zoort
een en twintig dassen
een een veertig zakdoeken
vyf en twintig servietten
zes kussenslopen
een lakense kraag
negen handdoeken
twee nagtkappen
vier flennij baatjes
een flennij kabaay
een vergulde zyddgeweer met draagband
een p:r laarsen
zeven p:r schoenen
twee scheermessen
een slypsteen en strykriem
een p:r lakense slopkousen
een restant bant
een plettit blaker
een plettit snuyter met syn bakje
een tafelschel
drie vlesjes aux du cologne
een zuiker potje
een pak was kaarsen
twee hairborsels
drie schoenborsels
twee tandenborsels
twee kammen
een p:r stevelhaken
een pennemes en schaar
zes bolletjes seep
een blikke kannetje
vier doosjes in zoort
een party vlesjes in zoort
vier zilvere lepels in zoort
een zilvere vork
een zilvere zakhorologie met cachet en sleutel
een reis compas en zonnewyser
een p:r goude handknopen met steenen
een goude borstspeld
een roodledere zakboekje
zes boeken
een toiletdoos
twee hoeden
een koffer waarin
twee lakense manellen
dertien hembden
vyf hembden
zeven en twintig broeken
vyftien onderbaatjes
een monteeringsbaatje
tien p:r kousen in zoort
zeven en dertig doeken en dassen in zoort
twee tjalie sjerpen
drie nagtkappen
vyf nagtmutzen
vier p:r linnense slopkousen
drie p:r handschoenen
zes kussenslopen
drie lakens
drie servietten
twee kruis banden
een kleine ledere koffertje waarin
een hembd
vijf doeken in zoort
twee servietten
een tinne theebus
een kleine spiegeltje
een medicynkistje met enige vlesjes medicynen
een toilettafel
twee blikke quispedoors
een kadel waarop
een mattras
een wolle en
een chitze deeken
een bottel brandewyn
een wandelrotting
Contanten
  Rd:s
aan papieren en kopere munt eene somma van drie honderd twaalf rijksd:s en zes en dertig stuyvers zegge 312:36
Lasten des boedels
  Rd:s
aan des overleedenens bediende Amwar voor zeven maanden gagie 84
aan de heer Th:s Allport over diverse gedane verschotten, waarvan door hem een reekening ter Weeskamer zal worden ingeleverd - op heden den 30 Juny 1820 is ter Weeskamer verschenen gen: heer T: Allport, dewelke heeft verklaard dat hy, uit hoofde van de niet seer voordeele toestand van dezen boedel, syne vordering tegens denselve niet zoude eijzeren, maar zoude tragten die in Indien betaald te krygen [ ..... ]

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter plaatse voormeld op den 14 February 1820

Als getuijgen: J: Serrurier, J:N: Rorich

Voor den opgaaff: Tho: Allport

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/34.1

{18200408} 8 April 1820 John Hall

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Vrydag den zevenden dag dezer loopende maand April ten huyze van den heer Oloff John Truter alhier metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door den weledelen heer John Hall geweezen Postmeester Generaal te Bengalen alhier als passagier g’arriveerd met het Engelsch particulier schipgevoerd door captein John Lamb, hebbende de overleedene by testament door hem in dato 10 January deeses jaars te Calcutta in tegenwoordigheid van drie getuigen onderhandsch opgerigt, na alvoorens differente legaten te hebben gemaakt en besprooken, in het resteerende gedeelte zyner nalatenschap tot zyne eenige erfgenamen aangesteld zyne huisvrouw

Jean Hall en by vooroverlyden aan dezelve
zynen zoon George Blair Hall by plaatsvulling

En vermits by het gemelde testament, door den overledenen voor zoo verre zynd zig alhier bevindende nalatenschap betreft geene executeuren, boedelredderaars of administrateuren zyn benoemd en aangesteld, zoo, is dezelve ten reguarde der uitlandige erfgenamen ofte haare opvolgers door het Eerw: Collegie van Heeren Weesm:rs deezer Colonie ex officio ter beredderinge aanvaard, mitsg:s voor ons expres gecommitteerde Weesm: g’inventariseerd en opgenomen en bevonden te bestaan in al het volgende te weeten

een schrijf kistje waarin zig bevind
een goud zakhorologie met zeven cachetten en voorts een partij tandeborsels en spelden de cachetten niet verkogt, maar zyn gelegd by; de andere cachetten en ringen in ’t juweel kistje - S.
een klyn kistje waarin
vier cachetten op heden den 13 dezer zyn voor Gecomm: der Weeskamer verschenen, Capt: J: Lamb en den heer James Halves, dewelke ter voldoening aan het besluit van gisteren verklaaren dat hoewel misschien meer articulen op de inventaris kan zyn op gebragt, die de overledene slegts in commissie mogte hebben onder zig gehad zo konden zy evenwel niet anders met zekerheid opgeven, dan het hiernevens bekend gestelde doosje met galanterwaarde (trinkets) ende schilderyen en portraiten welke de capitein aanbied, na de wed:e overtebrengen waarvan Gecommitteerden hebben versogt aantekening welke is deze - J:P:S: Smuts
een goude horologie ketting waaraan een goude cachet en ring
tien goude ringen met en zonder steenen
agt borstspelden in zoort
een goud steen
een geldbeursje met zilver gemonteerd
een horologie band met goud gemonteerd
drie coljees van hair met goud gemonteerd
een handknoopje
drie halve goude mooren
een halve zilvere ropy
een zilvere drie schellings stuk
een schildery met verguld lyst
twee [schildery] zonder lysten
twee [schildery] klyndere met lysten
een schildery klyndere zonder lyst
zeven familie pourtraiten waarvan twee zonder lysten
een verrekyker
twee ronde rakjes
een koffer n:o 5 waarin
agt en twintig tafellakens
zes bedde laakens
zes en vyftig servietten
dertien kussen sloopen in zoort
elf onderbaatjes
vier halve halsdoeken
vier nagt mutzen
zeven p:r zokken
een witte katoene deeken
een bed gordyn
zeven boeken in zoort
een groffe kam
twee hoeden
een lade kastje n:o 9 waarin
drie onderbroeken
twee hembden
vyfthien servietten
dertien zakdoeken
een p:r zokken
twee geldbeursjes
in de tweede lade
vyftien onderbaatjes
vyf nagt onderbaatjes
in de derde lade
negen hembden
zes nagt onderbaatjes
zeventien halsdoeken
negentien zakdoeken
een kannetje zwartzel
een lade kastje n:o 4
in de eerste lade
agt onderbaatjes
twintig servietten
in de tweede lade
veertien nagt onderbaatjes
negen zyde hals en zakdoeken in zoort
in de derde laade
tien nagt onderbaatjes
een geld beursje drie potloten
een vergrootglas met zilver gemonteerd
in de vierde lade
een inkkooker
een accuil doos
een accuil drukker onverkogt
drie ledige doosjes
een rond ledere portefeulje
drie ledige flesjes
drie fou beenen
een passer
een foudraal waarin
een zilvere leepel en vork
twee zilvere messen en vorken met wit yvoore heften
in de vyfde lade
twee p:r laarsen
twee p:r schoenen
zes p:r pantoffels
een secretaire waarin n:o 1
vier neteldoekse geborduurde sjerpen welke den capt:n verondersteld niet des overledens eigendom maar presenten te zyn ter bestelling op zy genomen aan eenige zyner vrienden en kennissen op den 14:e dezer heeft den lieut: col: M: White zig ter Weeskamer vervoegd, en te kennen gegeven, dat de overledene van zyne huisvrouw ter bestelling had gekregen vier geborduurde sjerpen, bestemd voor zekere mevrouw C: Murray, ten gevolge waarvan aan zyn edele de nevenstaande vertoond zynde, heeft hy die voor dieselfde erkend, en die ook gereclameerden, welke met approbatie van t’ lidt Overbeek, ook aan hem zyn afgegeeven, nadat hy zyne opgaaf in geschrifte had ter nedergesteld, (waarvan de origineel hiernevens is gevoegd) - en word daarvan aantekening gehouden, welke is deze. J:P:S: Smith
een roode kripse serp word al meede as boven door den capitein opgegeeven
een pakje zyde koort
een zilvere neuten muskaat rasper waarop gegraveerd de letters /:M:J: to W:H, J: to J:H: 1813:/
vyf pourtraiten in miniatuur welke den capitein opgeeft allen familie stukken te zyn deeze portraiten zyn volgens brief van den 14 deser, aan de capt: ter bestelling inhandigd J:P:S:S:
twee ituies waarin twee penningen met het borstbeeld van Lord Wellington
drie yvoore ituies voor tandestookers
twee zilvere potlootkokertjes
een vergroot glas in goud gemonteerd
twee zilvere medaljes als meede in goud gemonteerd
in de eerste lade
zeven Chinas linnische pantalons
agt onderbroeken
zeven onderbroeken
negen en zeventig servietten
vier en twintig nagtbaatjes
negen twintig nagtbroeken
zeven zyde zakdoeken in zoort
zeven p:r zyette zokken
twaalf Chinas linnesche broeken
twee en twintig halsdoeken
een rustbank met laden waarop
een matras
in de eerste lade n:o 3
agttien lange en korte broeken in zoort
twee onderbaatjes
een lakensche rok
een bombazyen rok
een korte lakensche broek
drie zwarte zyde [broek]
een paar zokken
een paar zwarte zyde koussen
in de laade n:o 2
vyf en twintig lange witte broeken
agttien onderbaatjes
agttien halsdoeken in zoort
zes p:r zyde koussen
negen zyde zokken
twee p:r gecouleerde handschoenen
een p:r gecouleerde koussen en
voorts een party oude lappen
in de lade n:o 1
negen Chinas linnische broeken
twintig onderbaatjes
zes vlennische onderbaatjes
tien p:r wolle koussen
een casimiere broek
een wolle onderbroek
een party koort en band
twee nagt mutzen
twee p:r kruisbanden en voorts
een party oud lappen
een cheemsledere breuk band
een tjalie kleed
vier Chinasche waayers
vyf yvoore doosjes
een foudraal waarin
een p:r zilvere kniegespen
een p:r zilvere schoengespen
een p:r vergulde schoengespen
een kabinette doosje waarin
een goude halsketting
een p:r kniegespen
een goude ring met een robyn
zes goude ringetjes
drie agaate knoopjes
een spiegeltje
twee floer tapyte
een kistje aan het adress van den overleedene het welk de capt:n positieflyk verklaard slegts aan hem gezonden te zyn ter bestelling aan de famillie van het kind alhier aan boord onder zyn opzigt bevindende gen:d William Steer zyner in hetzelve pourtraiten tot die famillie behoorende ten gevolge der gedaane opgaaf is nevenstaande kistje met portrait aan den capt:n bestelling gelaten - J:P:S:S
een pak quittanties betrekkelyk de overgaaf aan het Postkantoor te Calcutta , welke, zowel als het het kastje waarin het pourtrait zig bevind aan den capitein ter verdere bestelling is gelaten
een koffer waarin
zeventien boeken in zoort
vier breukbanden
vier pakken kaarten
een restant papier
een tros kraalen
vyf doosjes met medicamenten
een schaakspel
een portefeulje
een theekistje waarin
een zilvere zuykerpot en koekebakje
een Chinas verlakt ommerdoosje
een klyn schryfkistje
een drie kante hoed
een parang en een krus
een yvoore bal /uitgewerkt/
een portefeulje
een kistje met 4 ledige vlesjes
eindelyk word door den capitein nog opgegeeven dat twee vaten Madera wyn door hem voor reekening aan den overleedene in het schip is geladen dog uit maakende een gedeelte van cargo door hem alhier niet kan worden afgegeeven; dog, verbind zig by behoevene vare in Engeland dezelve aan dit heeren Buckles Bagster, and Buchanan aan wien dezelve is geconsigneerd aftegeeven.
een heele twee halve en een quart goude geneas
een halve goude moor
zes zilvere Spaanschematten
een halve [Spaanschematten]
twee zilvere heele en twee halve Engelsche kroonen
drie heele en een halve ropy
vyf Engelsche schellingen
vyf stukken zilvergeld
een stuk Sweets held
veertien stukken kopergeld

Aldus g’inventariseerd op het ter reede leggend Engelsch particulier schip gen:daan de Kaap de Goede Hoop op den 8: April 1820 ende zulx op het op en aangeven van den capitein John Lamb dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedraagen en zyns weetens niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord invoegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk opgaaf te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons gecomm: Weesmeesteren ende my Secretaris door den inventarient eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: A: v: Breda, G:E: Overbeek

J: Lamb

Mij present: J:P:S: Smuts, Secret:s

Ampliatie van zodanige goederen als behorende tot de nalatenschap van wylen den weledelen heer John Hall, gevonden zijn ten huize van den heer Olof Truter alwaar den overledenen het laatst is woonagtig geweest

een rotting mand (:waarin:) n:o 1
twee blaauwe rokken
vier en zestig hembden
vyftien onderbaatjes
agt lange broeken (in soorten)
vyf en twintig onderbroeken
agt nagt broeken
twee en twintig nagt baatjes
vier en dertig zakdoeken
negentien handdoeken
twee en dertig beddelakens
twaalf sloopen
vier cabaayen
twaalf halsdoeken
zes halve halsdoeken
twaalf paaren zokken
twee mutsen
een wolle combaars
twee kussens
drie en veertig witte lappen
een rotting mand (:waarin:) n:o 2
een hemb
tien onderbatjes
twee nagtbatjes
een nagtbroek
twee lange broeken
drie paren zokken
vyf halsdoeken
een zeide halve zakdoek
twee mutzen
vier witte zakdoeken
zeven handdoeken
drie onderbroeken
zeven bedde lakens
tien bottels en vlessen met wat medicamenten
een doosje met vlesses medicynen
twee hoede borstels
een blikke poederdoosje
een paar Chinaselinnensche muilen
een vles klappersoly
drie tappytjes
een paar laarse trekkers
een mand n:o 3 (:waarin:)
een hokka met zyn toebehoren
een stelletje met zyn pot

Aldus na gedaane ontzegeling opgenomen en g’inventariseerd ten huize voormeld op den 10:e April 1820.

Als gecomm: Weesm: A: v: Breda, G:E: Overbeek

My present: P:E: Faure, Adj: C:

Lijst van zodanige papieren gevonden in den boedel van wylen den heer John Hall

n:o 1) een verzegelde paquet beschreeven Mr Evanstale’s account, Gen:l Watson’s account, Col: Murray’s two [account] Gen:l Blair’s, Lieut:t Rynolds’s
n:o 2) een verzegelde paquet beschreeven F:J: Birch’s will
n:o 3) een ongezegelde paquet beschreeven 1818 Messrs Bazette, Farquhr, Crawford and Co.
n:o 4) een ongezegelde paquet beschreeven 8th May 1817 Calcutta , Bond from John Hall Esq: Postmaster of Calcutta to His Majesty, penalty £1000
n:o 5) twee ongezegeld [paquet] beschreeven Messrs Bruce Bazette and Co. account current with Mr Hall from 1813 to April 1814 and from May 1814 to April 1815
n:o 6) een ongezegeld paquet, beschreeven Messrs Colvin’s and Co. account current from February 1813 to 30th April 1819
n:o 7) een ongezegeld paquet beschreeven Duplicate of the papers respecting J: Whittle’s affairs
n:o 8) een reekening courant of the late Mr J: Hall with Miss A:E: Watson
n:o 9) quittantie van 30 200 s:a rop: door gem: J: Hall betaald voor reekening van A:E: Watson
n:o 10) een ongezegelde paquet beschreeven Barber relative to Montgommerie dated 17 received 17 March 96
n:o 11) een ongezegelde paquet beschreeven Bombay Bills on England in favour of capt:n J: Blair 24 November 9 sold to me by J: Colain
n:o 12) een ongezegelde paquet inhoudende negentien brieven aan J: Hall g’adresseerd
n:o 13) een ongezegelde paquet insluitende enige brieven van onderscheidene perzoonen
n:o 14) een ongezegelde paquet beschreeven "Licence papers"
n:o 15) een papier beschreeven Mr Hall’s houses insured at the Globe
n:o 16) een papier beschreeven Occupations of the principal Christian and Hindoo clerks and waiters on the General Post Office establishment
n:o 17) een papier beschreeven Radoos account
n:o 18) een brief g’addresseerd aan nu wylen John Hall
n:o 19) een acceptatie ter faveure van nu wylen John Hall de dato 26 Feb:y 1798 groot one thousand s:a r:s en ten lasten van Birt Dynely
n:o 20) een quittantie van W: Foristy de dato 18 Aug:s 1819 ten behoeve van Mr Perreira groot elf duyzend secia rupies
n:o 21) de uiterste will van Mrs Jean Hall
n:o 22) een papier beschreeven Mrs Hall to Alexander Haig Esq: Deed of gift dated 27:th Novemb:r 1816

To the President and Members of the Orphan Chamber

Gents

Having delivered to the late John Hall Esq: in Calcutta , a parcel containing two muslin wrought scarfs, and two muslin pieces of a similar kind, but of a different pattern, for the purpose of being: paster to a friend of mine Lady C: Murray, it would be obliging me if these articles could be released from amongst the property of the deceased, and delivered to me. Mrs White who delivered the articles to Mrs Hall, but is at present unable to leave the house, declares upon her honour, that the four pieces which have been seen here amongst the property, are the pieces she delivered to Mrs Hall

Yours sinc:

Gentlemen

M: White

April 14th 1820

MOOC8/34.2

{18151208} 8 December 1815 Coenraad Christoffel Herman

Inventaris van zoodanige goederen als er op den 4:e September deses jaars aan boord van het Hollandsch koopvaardig schip deop de ryze van Amsterdam naar hierwaards metter dood zyn ontruiymd ende nagelaten door Coenraad Christoffel Herman hebbende den overledene by testamentaire dispositie op den 6:e Mey bevoorens voor den notaris m:r Johannes Commelen te Amsterdam in getuigen opgeregt tot zyne eenige en algeheele erfgenamen benoemd ende g’institueert zyne gezamentlyke broeders en zusters ende der vooroverledenen wettige afkommelingen by plaatsvulling waaronder zig verscheide minderjarige komen te bevinden

En vermits by hetzelve testament geene executeuren nog voogden over de minderjarige erfgenamen aangesteld nog ook heeren Weesmeesteren daarby van de beheering en administratie van des overledenens nalatenschap zyn gesecludeert, is dezelve uit dien hoofde by het Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie amptshalven ter beredderinge aanvaard, bestaande dezelve goederen blykens den daarvan door den captein van opgemelden bodem Klaas Stoffels en den supper carga der lading Joseph Bebber op den 5 September dezes jaars geformeerden onderhandschen inventaris in het volgende: te weeten;

een zilvere lepel en vork
een groene jas
een blaauwe rok
twee blaauwe pantaloens
negentien fyne hembden
tien paaren witte katoene kousen
twee paaren zokken
drie nieuwe vestjes
twee zakdoeken
zes witte halsdoeken
twee gecouleerde halsdoeken
twee kussen sloopen
een gecouleerde Nankings broek
twaalf servietten
negen handdoeken
een zilvere horologie met zilvere sleuteltje
een paar goude oorringen
een nieuwe hoed
een paar schoenen
een paar nieuwe laarsen met kappen

Pro memorie: volgends ontvangene mondelyksche informatien bevind zig onder de administratie van Gysbert Henry Maasdorp alhier de erffenis aan den overledene van wylen zyne ouders Johannes Zacharias Herman en Aletta Maria Fick te beurt gevallen, mitsgaders onder die van Carel Albrecht Haupt Danielsz:n alhier hetgeen vanden overledene uit de nalatenschap van wylen zynen broeder Fredrik Lambertus Herman voor erffenisse is toebedeelt, en waarmede dezen inventaris nadat daarvan door de genoemde administrateuren, rekening en verantwoording zal zyn gedaan, zal werden g’amplieerd

Aldus geformeerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 8:e December 1815

Als gecomm: Weesmeesteren: Daniël de Waal, A: v: Breda

My present: G:A: Watermeijer, E:C:

Ampliatie

Carl Albrecht Haupt Danielszoon op den 6:e Februarij 1816 ter Weeskamer verscheenen zijnde, ten einde rekening en verantwoording te doen van de erffenisse aan den overledene, uit de nalatenschap van zijnen vooroverledenen broeder Fredrik Lambertus Herman te beurt gevallen, heeft na dat zijne geformeerde afrekening vooraf door Heeren gecommitteerde Weesmeesteren, geexamineert en geapprobeert is geworden, vervolgens ten behoeve des boedels ingebracht

    Rd:s
renten vold: den 1 Nov: 1816 capitaal en renten vold: den 7 April 1818 een schepenenkennis ten lasten George Fredrik Heunig, de dato primo December 1815, groot aan capitaal ƒ10000 ofte 3333:16
  rentende à 6 pc:to per anno ’t zedert primo November 1815
renten voldaan tot primo November 1816. Deeze schuld zal door A:v: Breda A:z in huwelijk hebbende M:J: Herman worden overgenomen een schepenenkennis ten lasten Johannes George Lotter Willems zoon, de dato primo December 1815, groot aan capitaal ƒ8000 ofte 2666:32
  rentende á 6 pc:to per anno ’t zedert primo November 1815
voldaan met de renten den 4:e April 1816 een schepenenkennis ten lasten Johan Martin Herman, als in huwelijk hebbende de weduwe Johannes Diehl, de dato 17 Meij 1804, groot aan capitaal per rest ƒ4000 ofte 1333:16
  met de renten à 6 pc:to per anno ’t zedert primo September 1815
renten voldaan tot primo May 1816. Deeze schuld zal door voorm: M: van Breda bij afreekening worden overgenomen een notarieele obligatie ten lasten Bartholomeus Schultz, de dato 20 Junij 1810, groot aan capitaal 700:--
  met de renten à 6 pc:to per anno ’t zedert primo Maij 1815
  mitsgaders in contanten eene somma van een honderd acht en dertig rijksdaalders en zes en twintig stuijvers papier en kooper munt 138:26

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop datum ut supra

Als gecomm: Weesmt:n: A: v: Breda

MOOC8/34.3

{182011} [ ..... ] November 1820 Petrus Johannes van Helsdingen

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten als er op Zaturdag den 2:de September in den jare een duizend acht honderd en twintig, met er dood, ab intestato zyn ontruimd en nagelaten door den minderjarigen Petrus Johannes van Helsdingen, ten voordeele zyner ondertenoemene erfgenamen, als

1) zyne moeder Leonora Loret wed: Johannes Guilliam van Helsdingen
2) zyne broeders en zusters met hem uit een bed geboren, ofte hare wettige descendenten met namen a) Salomon van Helsdingen
b) Johannes Christoffel van Helsdingen
c) Maria Catharina van Helsdingen gehuuwd met Johannes Nicolaas Russouw
d) Alida Theodora van Helsdingen gehuuwd met den gewezenen majoor in het 83:ste Regiment Abraham Brunt
e) de kinderen van wylen Elisabeth van Helsdingen gehuuwd geweest met Johannes Adriaan Louw, in namen: Jan Adriaan
Leonora
Cornelia
Maria en
Johannes Louw
  f) het kind van wylen Anna Elizabeth van Helsdingen genaamd Leonora Maria Anna van Helsdingen
3) des overledenen’s halve broeders en zusters, door opgemelden zynen vader, in vroeger huwelyk verwekt by [ ..... ] Pentz, in namen a) Jan Hendrik van Helsdingen
b) Jan Michiel van Helsdingen
c) Johannes Guilliaum van Helsdingen
d) Hannetje van Helsdingen gehuuwd met William Daniel Hogman en
e) Helena van Helsdingen gehuuwd met [ ..... ] van Felsen

Bestaande deze nalatenschap, volgens eene door des overledenens moeder voorsg:s wed: van Helsdingen in dato 13:de September 1820 ter Weeskamer gedane opgave, in het ondertenoemene:

Des overledenen’s vaderlyk erfdeel, benevens één aan hem te beurt gevallen legaat, bedragende blykens het dezen inventaris geannexeerd extract uit de verdeeling van zynes vaders nalatenschap eene som van twee duizend drie honderd en zestien ryksd:rs en seven stuivers; bevindende deze som zich als nog onder des overledenens moeder Leonora Loret wed: Johannes Guilliaum van Helsdingen

Lyfeigenen des boedels
eene slavinne Dora van de Kaap oud omtrent 34 jaren, met hare kinderen
Sabina oud 18 jaren allen van de Kaap
Eva oud 10 jaren
Philida oud 9 jaren
Martha oud 8 jaren
Styn oud 6 jaren
Cupido oud 15 jaren
Appollos oud 4 jaren en
Theresia geboren den 29 February 1818

Actum ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den [ ..... ] November 1820

J:J:L: Smuts

Extract

Rekening bewys en relegua des boedels gemeenschappelyk bezeeten geweest by wylen den burger captain Jan Michiel van Helsdingen d’ oude en zyne nagelatene wed: juffrouw Eleonora Loret en door den eerstgenoemde op den [ ..... ] Juny des jaars eenduysend zeven honderd negen en negentig met er dood ontruimd en nagelaten, welke reekening en bewys by deezen gedaan word door m:r Jan Andries Truter en Johannes Adrianus Vermaak als overs

Uitgekeerde legaten volgens testament
  Rd:s
aan etc:a
aan de gebrekkige zoon Pieter Joh:s van Helsdingen 1000:--
aan etc:a
invoegen na aftrek der uitbetaalde lasten en kosten van de inkomsten en rendementen zuyver komt over te schieten een bedragen van zes en dertig duyzend acht honderd zes en twintig ryksd:s en twee schell: waarvan uit kragte der gemeenschap van goederen de wed: competeerd het eene helft ofte 18426:1
terwyl de wederhelft in veertien equale deelen of portien behoord te worden genoten als de weduwe etc:a Pieter Joh:s van Helsdingen 1816:1:1

Accordeert met dees origineel aan de wed: Van Helsdingen terug gegeeven.

J:J:L: Smuts

MOOC8/34.4

{18200321} 21 Maart 1820 John Baptist Esteve Delessert

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Donderdag den zestiende dag deeser lopende maand Maart ’s avonds de klokke half elf uuren, ten huise van den burger Jeremie August Rouvierre alhier metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door John Baptist Esteve Delessert, geweezen koopman te Calcutta , alhier als passagier gearriveerd met het schip van de Deensche Asiatische Compagnie degenaamd, captain Orgaard, hebbende de overleedene by testament door hem in dato 9:de of 10:e January deeses jaars, te Calcutta in tegenwoordigheid van drie getuijgen onderhandsch opgerigt na alvorens differente legaten en praelegaten te hebben gemaakt en besprooken, in het resteerende gedeelte zyner nalatenschap tot zyne eenige erfgenamen aangesteld zyn nigt juff:w

Gabrielle Delessert

te Cossonaij in Zwitserland en by vooroverleyden van deselve haare erfgenamen by plaatsvulling.

En vermits by het gemelde testament, door den overleedenen voor zo verre zyne zig alhier bevindende nalatenschap betreft, geene executeuren, boedelredderaars of administrateuren zyn benoemd en aangesteld, zoo is deselve ten regaarde der uitlandige erfgenamen ofte hare opvolgers door het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren deeser Colonie ex officio ter beredderinge aanvaard, eerst en vooraf verzegeld, en na gedane ontzegeling door ons ondergetekende Gecommitteerdens uit welgemelde Collegie geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

a) Goederen van het schipaan wal gebragt

een oude bureau met koper beslag, waarin
zes en tachtig blikke doosjes met portable soep
twee honderd en vyftig wasch kaarsen
een verrekijker
zes paruijken
een kleine spiegeltje
een pakje hagel
een oliesteen
twee kammen
drie pennemessen
twee radeermessen
een bril
veertien vlesjes met medicynen in zoort
en voorts
eenige papieren en kleinigheeden van geen aanbelang, beneevens
een hand drukpers
een koffer n:o 1 waarin
acht kussenslopen in zoort
vier kussenslopen in zoort
zes en zestig stukken gebloemd muslin
drie stukken wit muslin
zes stukken muslin met goud geborduurd
drie stukken muslin met zilver geborduurd
achttien gebloemde muslin sjerpen
tien witte muslin doeken aan een stuk
een koffer n:o 2 waarin
een chitze spreij
acht linnense lakens
zeven en veertig servietten
acht kussenslopen
vyf flenny onderbaatjes
twee onderbaatjes
een broek
een behangzel voor een bedt
twee blikken met chocolade
een restantje koffyboonen
een steene mortier en stamper
twintig pakjes hairpoeder
drie en vyftig tafelmessen
zestig vorken
twee hamers
een hagelzak
vyf kruisbanden
een geweer wisser
een pakje kaarten
twee kruydhoren
een yzerer koffiemolen
drie snuyfdoosen in zoort
een foudraal met een zakcompas en zonnewyser
een foudraal met chirurgicale instrumenten
een zakcompas met zilver gemonteerd
een foudraal met een zak thermomether
vier brillen met zilver gemonteerd
een [brillen] met goud gemonteerd
twee pennemessen
twee scharen
twee nageltangen
vyf scheermessen
drie scheerdoosen
drie vlesjes thurleton
een brandglaasje
een pakje potlooten
een nooten muscaat rasp
een goude potloot pen
twee plettit dessert lepels
acht plettit theelepeltjes
een blikke doos met een restant ouwels
twee pakjes band
drie medicyn vlesjes
een zilvere ouwel drukker
een zilvere merg lepel
een zilvere vork
zeven zilvere dissert lepels
elf zilvere theelepeltjes
een zilvere segaar pypje
een zakje waarin een en negentig en een halve zilvere ropyen
een doosje met pourtraitten in gisp
een kistje met eau du cologne
een kistje met vyf vlesjes eau d’ Ispahan
twee steene kandelaars
een strykriem
een koffer n:o 3 waarin
restantjes zago, ryst en koffie
een koffer n:o 4 waarin
een honderd en veertig witte hembden
acht en vijftig zo witte als geel Chinasch linnen broeken
zes en vyftig zoo onder- als boven-baatjes
twintig witte doeken in zoort
vyf paren witte katoene kousen
elf linnense lakens
vier en twintig servietten en handdoeken
een koffer n:o 5 waarin
een zilvere hokka met 2 slangen en verdere toebehooren
een kleine koffertje met gesneeden wortelhout
een baggame bord
een kleine koffer n:o 6 waarin
vier pakjes potlooten
een goud zakhorologie
drie p:r schoengespen, waarvan een p:r zilver
twee zilvere sigaar pennetjes
een blikke doosje met seidlits poeders
een potje pomade
een apothecars gewigt
een waterpas in een foudraal
een p:r goude handknoopjes
een p:r goude handknoopjes met agate steenen
een p:r stevelhaken
een duimstok
drie verrekykers in zoort
vyf doosjes met eenige kleinigheeden
een p:r zilvere kniegespen
dertien tandenborsels
een restant zwarte witte en roode band
drie pakjes inktstof
zes pennemesjes
zeeven scheermessen
tien scharen
twee steene vlesjes
een zilvere tandenstoker doosje
een brandglas
een yvoire naaldenkoker
een ketting
een foudraal met twee scheermessen
twee kammen
een foudraal met een pourtrait
en voorts
een party vlesjes en kleinigheden
een koffer n:o 7 waarin
een party boeken
een koffer n:o 8 waarin
twaalf stukken gebloemd muslin
een kussensloop
een wolle kombaars
een broek
twee baatjes
twee blikke urien kokers
een koffer n:o 9 waarin
een lakense rok
dertien p:r schoenen
een hoed
twee poeder mantels
een sloop
een onderbroek
een hembd
een oude defecte lessenaar
een koffer n:o 10 waarin
zeventien vlesjes medicynen
acht vlesjes brandij bitter
een kastje eau du cologne
acht en twintig koekjes zeep
vijf vlesjes essence of peperment
een pakje arroroot
vyf doosjes tandenpoeder
drie kopere hangsloten
een pakje vuursteenen
een blikke inktkoker
een pakje tandenpoeder
een pakje Manilla borduursel
een koffer n:o 11 waarin
geschreevene papieren
een kistje met timmermansgereedschap
een kadel met laaden waarop
een mattras en
twee kussens en waarin
een zak met honderd twee en vyftig heele zilvere Spaanse matten
een zak met drie honderd vyf en zestig quart Spaanse matten
een zak met drie honderd en twaalf heele Spaanse matten
een zak waarin
drie honder en twaalf agtste Spaanse matten
drie honderd en twintig zestiende Spaanse matten
een en dertig twee en dertigste Spaanse matten
een zak waarin negen en negentig differente Europische zilvere muntspetien
een zak met zeven en dertig differente Indische zilvere muntspetien
een zak waarin acht en zestig differente kopere en zilvere muntspetien
een zak waarin tien heele zilvere ropijen
zes en twintig halve zilvere ropijen
een beursje waarin
acht goude Spaanse matten
een goude johannis
een goude guinee
twee goude halve [guinee]
twee goude Engelsche zeven schelling stukken
een goude Louis dor
tien goude Zwitsersche zestien franken stukken
een achste goude Zwitsersche ducaat
een goude keyserlyke ducaat
een goude moor
een zilvere sauslepel
een zilvere zuikerlepel
een zilvere merglepel
twaalf zilvere eetlepels
twee zilvere theelepeltjes
een zilvere oorleepel en baard trekker
twee foudraalen waarin
twee brillen met goud gemonteerd
een goud zakhorologie
een goud zakhorologie met steenen bezet
een goud horologie ketting en cachet
een goud halsketting, waaraan een ornament met paarlen beset
een p:r goude oorkrabben met paarlen omzet
zes goude borstspelden waarvan een met twee diamante steenen
zes goude ringen in zoort
een p:r goude oorkrabbetjes
negen differente kleine ornamentjes
twee pourtraitten
een agate snuijfdoos
een lakense mannel
drie lakense rokken
acht en veertig doeken en dassen
vier en dertig baatjes
vier en twintig broeken
een chitse sprey
een katoene deken
vyf p:r kousen
vyf p:r handschoenen
een scheeretui met 2 messen
een scheerdoos
een toiletdoos
een opgetoomde hoed
twee scharen
een tandenborsel
een kurkentrekker
twee geweeren, drie leuningstoelen en een tafel

b) Goederen ontvangen uit des overleedenens sterfhuis

een koffer, waarin
een flenny jas
negen hembden
zes baatjes
vyftien broeken
vier p:r kouzen
vyftien doeken in zoort
drie lakens
vier servietten
twee sloopen
een spiegeltje
een foudraal waarin
een bril met goud gemonteerd
een zilvere zakhorologie met een ketting

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter huise van den vendu afslager J:N: Rorich in de tegenwoordigheid van den capitein van het in den hoofde dese gemelde schipSwen Wilhelm Örgaard en den burger August Jeremie Rouvierre waar den overleedene is gelogeerd geweest op den 21 Maart 1820.

Als gecomm: Weesmeesteren: A: v: Breda, A:V: Bergh

S:W: Orgaard, J: Rouvierre sc:t voor het schip

My present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/34.5

{18181201} 1 December 1818 Petrus Johannes Delport

Inventaris des boedels van den veldcornet onder het district Stellenbosch Petrus Johannes Delport door hem op den 19:de der jongst gepasseerde maand November ab intestato metter dood ontruymd ende nagelaten ten voordeele van desselfs vier kinderen, by zyne voor overleedene huisvrouw Johanna Margaretha du Toit in echt vermits met naamen

1) Glaudina Magdalena gehuuwd met den burger Michiel Josias de Kock
2) Johanna Alida get:d met den burger Petrus Hendrik Swart
3) Christina Aletta oud 14
4) Anna Johanna Elizabeth Delport oud 6 jaren

zo als dezelve nalatenschap door ons ondergetekende expres Gecommitteerdens zyn g’inventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende namentlyk

Een opstal staande op de leenings plaats genaamd Welgemoed gelegen aan de Bot-Rivier in de Diepe kloof onder het district van Stellenbosch
een opstal staande op de leenings plaats genaamd Hamans Dal gelegen onder het district van Swellendam in de onder afdeling Calledon

Nota: zynde de beide bovengemelde plaatzen door den overleedene van het Gouvernement in altoos duurende erfpagt verzogt, dog tot nog toe niet verkreegen

Op de eerstgen: plaats Welgemoed in het woonhuijs en aldaar

In het voorhuijs
een rust bank
twee schiet geweeren
twee leuningstoelen
veertien stoelen in zoort
een opslag etens tafel
een ronde opslag tafel
een vierkante tafeltje
twee tafelkastjes
een pijpenrak
een kopere ketel met zyn comfoor
een tinne trekpot
tien paaren aarde kopjes en pierings
een aarde trekpot
vier aarde schootels
dertien aarde borden
een aarde boterpotje
een tinne kom
vier tinne borden
elf tinne leepels
elf staale vorken
drie kopere kandelaars
een staale snuijter
een kopere vuurtestje
drie blikke trommels
een blikke pintje
een meel zeeft
twee strijkijzers
vier ledige flessen
twaalf ledige bottels
vyf glaazen in zoort
In de voorkamer ter regterhand
twee oude kasten
drie kisten
twee kadels waarop
twee beddens met toebehooren
In de kamer ter linkerhand
drie rakjes in zoort
twee kadels waarop
twee beddens met toebehooren
Op de zolder
agt paarde zijltjes
vyf tent matten
een restant rotting
In de kombuijs
een bakkist
vyf yzere potten
een kookketel
een rooster
een driefoet
een pot lepel
een schuimspan
een vleesch vork
drie water emmers
twee boter karns
twee vleesch balies
een platfaatje
In de kelder
twee leggers met wijn
twee ledige leggers
een ledige [leggers] met een bodem
een ledige halve legger
een vat met een restant azijn
twee pars balijs
een houte tregter
een flootje
drie rollen Kaapsch tobak
zes steenen zeep
twee koeken kaars vet
een klyne kopere kraan
In het wagenhuijs
twee ossen wagens met jukken en trektouwen
een paarde tent wagen
een kar onvoltooid
een stel onbeslagen wielen, assen en tangen voor een wagen
twee ploegen
agt ploeg schaaren
een houte eg
een hand moolen /defect/
vier graaven
twee pikken
vier oude zadels
vier en dertig wagen vellingen en voorts
eenig hout werk, yzere hoepels, vat duygens en oud touwerk
In de smits winkel
een blaas balg
een aambeeld
een spies haak
vier smits hamers
vier smits tangen
negen bytels en doorslagen
drie formen
drie saagen in zoort
zes booren
vijf raspen
vier sny messen
een dissel
een yzere hand boei
vyf schaaven
een yzere bank schroef
een koefoet
twee soldeer bouten
twaalf stangen nieuw yzer in zoort
twee klip pikken
twee bijlen
een water halfaam defect
een party oude wagen roeden en ander oud ijzer en voorts
eenige rommelarij in zoort
In de stal
agt wagen paarden
drie ryd paarden
In de kraalen
zeven en twintig aanteel paarden
zestig trek ossen
zes en veertig aanteel beesten
zestien schaapen
een bok
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf gen:d Jacob van de Kaap oud 52 jaaren, zynde een werksjonge
een mansslaaf gen:d Frans van Malebaar oud 47 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Adam van de Kaap oud 42 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Marthinus van de Kaap oud 18 jaren werksjongen
een slavin gen:d Dela van Bengalen oud 27 jaren, huismeid

Pro memorie: bevindende zig nog by Nicolaas Detlof zestig voeten geel houte planken

Contanten des boedels
  Rd:s
aan papiere en koopere munt eene somma van drie honderd zestig ryks: en agt en dertig stuivers zegge 360:38
Inneschulden
    Rd:s
  Carel Marthinus Lots op een onderh: briefje d:d: 6 Octob:r 1809 aan capitaal 70:--
  met den intrest zedert primo Feb:y 1810
  Stephanus Botha op een onderhandsch briefje d:d: 16 Ap:l 1801 26:24
  Johannes Petrus Maree op een onderh: briefje d:d: 28 Feb:y deezes jaars aan capitaal 390:--
  met de intrest zedert primo July j:l:
voldaan Jan Christoffel Germershausen op een onderh: briefje d:d: primo Maart deeses jaars 174:--
nota: volgens opgaave is het nog thans onzeeker of de laatstgedebiteurde waarde van het voorm: briefje al ofte niet genooten heeft, hetwelk dus nader zal moeten worden onderzogt Willem Andreas Germershausen op een onderh: briefje d:d: 12 Octob: j:l: 100:--
voldaan Johan Wilhelmus Franciskus Germershausen over geleende contanten blykens aantekening 180:--
  Abraham Smit de jonge over geleende contanten blykens aantekening 80:--
  Abraham Smit de oude per rest van reekening blykens aanteekening 4:--
voldaan na aftrek zyner tegen rekening met rd:s68:42 Petrus le Roux Pietersz: wegens geleende contanten volgens zyne eigen opgaaf 70:--
  voorts nog verscheidene der in het instituut aan Genadendal woonagtig zynde Hottentotten zo weegens gekogte koorn als voorgeschootene contanten waarvan by deezen inventaris een aparte specificque lijst zal worden g’annexeerd
Op de plaats Haman’s Dal
een koorn harp
een maat schepel
drie koorn schoppen
een en twintig zekels
twee en twintig zyldoekse muddezakken
een tent zijl
vijf mandjes
vijftig mudden tarwe 10 mudden tot consumptie verbruijk, 20 mudden op de mark en 20 mudden per vendutie verkogt

Wordende wyders alhier nog bekend gesteld dat volgens opgaaf door den overleedene aan de ondertemeldene perzoonen aan koorn is geleend onder conditie hetzelve van den eerstkomende oogst in natura wederom te zullen geeven, te weten

    Rd:s
voldaan - zal deselve voor den 15:e Februarij 1819 in de stad bezorgen aan Adriaan Wessels zes mudden
voldaan zal deselve voor den 15:e Februarij 1819 in de stad bezorgen aan Jan Maree d’ oude 6 mudden
op de vendurolle opgebracht aan Stephanus le Roux 20 mudden
op de vendurolle opgebracht aan Hendrik Hermanus Muller 20 mudden
op de vendurolle opgebracht aan Pieter Maree d’ oude 18 mudden
op de vendurolle opgebracht aan Barend Havinga 6 mudden
op de vendurolle opgebracht aan Jasper Rahts 6 mudden
op de vendurolle opgebracht aan de wed: Abraham le Roux 5 mudden
zal dezelve voor den 15 Februarij 1819 in de stad bezorgen aan Petrus Daniel Swart 3 mudden
  Jacobus Gerhardus Swart heeft aangenomen bovenstaande 3 mud in de maand July tegen rd:s18 de mud te voldoen
volgens vertoond bewijs is door J:H: Morkel op ordre van den overledene van ’t nevensgemelde aan J:M: Eksteen Jacobszoon afgegeven rd:s331:16 mitsgaders dat Philip Hend:k Morkel nog detect is voor drie vragten koorn en agt mudden garst 356
is door den debiteur erkend te wezen rd:s50 vold: den 25 Aug:s 1819 als meede Jan Swart Cornelisz voor gekogte koorn 40 à 50
  zonder dat de som met zeekerheid kan worden opgegeeven
  item: dat de Secretaris van Caledon George Christiaan Bergman van de overleedene heeft gekogt en ontfangen een halve legger oude wijn voor de prys van rd:s100 over de betaling waarvan egter verschil is ontstaan

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op de plaats gen:d Welgemoed en Hamansdal op den 1:ste December 1818 ende zulx op het op en aangeven van de burgers Petrus Hend:k Swart en Michiel Josias de Kock dewelke betuigden zig hierinne ter goeder trouwe gedraagen en hunnes wetens niets verzweegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot boedel en nalatenschap behoord invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid hunner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde dezen inventaris daarmeede te kunnen werden g’emplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons ondergetekende gecomm: Weesmeesteren ende my Eerste Commis door de inventarienten eigenhandig onderteekend.

Als gecomm: Weesmeest:n: J:A: Munnik

Voor den opgaaf: P:H: Swart, M:J:d: Kock

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

Specifique lyst van het geen eenige in ’t het instituut van Genadendal woonagtig zynde Hottentotten wegens gekogt en ontfangen koorn, dan wel voorgeschotene contanten als anderzints aan den boedel koomen debit te weezen, namentlyk

      Rd:s Rd:s
voldaan Jan Hop /alias/ Timotheus 5 mudden 2 1/2 schepel koorn   26:--
  Lodewijk Tambokkies 3 1/2 mudden   13:12
voldaan Daniel Windvogel 1 [mudden]   6:--
voldaan 3 schepels afverdiend Liberecht Arie 1 [mudden] 1 schepel koorn   3:--
  Claas Michel 3 mudden 3 schepels koorn 12:24
  Claas Michel 2 1/2 mudden 15:--
  Claas Michel contant geld - voldaan 12:-- 39:26
  Fortuijn 7 mudden 3 schepels koorn
  Fortuijn 4 mudden 24:--
voldaan Fortuijn contant geld 8:36 44:36
  Thomas Appollos 5 mud 3 schepels
  Thomas Appollos 3 mud 18:--
  Thomas Appollos contant geld 6:-- 46:12
  Zwart Booy 5 1/2 mudden koorn
  Zwart Booy 2 1/2 mudden voor 15:--
  Ezechiel Fortuijn 2 mudden 1 schepel
voldaan Ezechiel Fortuijn contant geld 5:-- 18:24
voldaan Jan Potberg 2 schepels koorn   3:--
voldaan Kaatje Geduld 3 schepels koorn   4:24
voldaan Ernst Appollos 1 mud 3 1/2 schepels koorn   11:12
heeft beweesen zijn schuld afverdiend te hebben Erdman Willemse 1 mud voer   6:--
voldaan Eduwe Jager 1 emmer koorn   0:36
  Andries Slammat 1 schepel koorn
voldaan Sibella Fortuyn 1 schepel koorn   1:24
voldaan Petrus Mauers 2 schepels voer   5:--
  Isaak Piet 3 schepels voer   7:24
  Nathanael Michel 2 schepels voer
  Geduld 4 mudden 1 1/2 schepel voer
voldaan Betje Appollos 2 schepels voer   3:--
  David Leenders 2 mudden voer 8:--
  David Leenders 1 schepel boonen 1:24
      9:24
  laatstgem: heeft te goed voor ’t maken van 1 velle combaars   1:--
voldaan   resteerd   8:24
  Petrus Plessies voor 6 vellingen en 2 leerboomen   7:--
voldaan Thomas Robijn 1 mud koorn   6:--

Welke schulden egter grootendeels dubieus en aan tegenspraak onderhewig zijn, hebbende den opperbestuurder van het instituut de eerw: heer Holbeck op zig genoomen in de invordering derzelve zoo veel mogelyk behulpzaam te zijn.

Ampliatie van den inventaris des boedels van wijlen Petrus Johannes Delport

Inneschulden
    Rd:s
  G:J: du Toit op twee onderhandsche obligatien de dato primo Junij 1808, rentende á 6 pc:t per anno, te zamen aan capitaal 300:--
  Willem Andreas Germershausen op een onderhandsche briefje, de dato 10:e December 1804 zonder beding van intrest en betaalbaar geweest in de maand Januarij daaraanvolgende 30:--
  Hendrik Hermanus Steijn volgens zyne eigene opgave 5 mudden tarwe omme in natura te restitueeren
voldaan Joseph Faast volgens zijne eigene opgave 5:42
voldaan Matthys Louis Greeff volgens zijne eigene opgave 5:--
vold: Christiaan Pieter de Wet over koop van 4 mudden tarwe 80:--

Aldus geamplieerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 22:e December 1818.

G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/34.6

{18200619} 19 Juny 1820 Catharina Elisabeth Steijn

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Zaturdag den zeventiende dag dezer lopende maand Juny in den jaare een duizend acht honderd en twintig metter dood zijn ontruimd ende nagelaten door juff:w Catharina Elisabeth Steijn gesepareerde huisvrouw van Lucas Fredrik Fischer, hebbende de overledene by testamentaire dispositie in dato 29 February deses jaars voor den notaris publiek ten dezen Gouvernemente m:r Jacobus Petrus de Wet en getuyge opgericht, tot haare eenige en universeele erfgenaame genomineerd en geinstitueerd haare zuster

Anna Christina Steyn

en by vooroverleiden van deselve hare wettige descendenten by representatie, mitsgaders het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren benoemd en aangesteld tot executeuren van datzelfde testament en redderaars van haare nalatenschap, weshalven dien boedel dan ook door de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

Een huys en erf staande en geleegen in deeze Tafelvalley , zijnde een gedeelte van het tuinland van Jan Smit Jurriaanszn

In het gemelde huijs en aldaar

In het voorhuis
twee kloklantaarns
twee glase stulpen
twee gordijnen
In de voorkamer ter regterhand
zes schilderyen in zoort
een chitze gordijn
twee glase stulpen
een rustebank met chitze overtrekzel
zestien stoelen
twee vierkante tafels met groene kleedjes
een naaikistje
twee [naaikistje]
In de voorkamer ter linkerhand
twee spiegels
een chitze gordyn
twaalf stoelen
een tafel
een theekistje
twee glaze stulpen
In de agterkamer n:o 1
drie spiegels met vergulde lysten
een schildery
een chitse gordyn
een bufet
drie tafels
een houte koelbak
een soupterrine
vyf schotels
drie waterborden
drie vischplaten
acht en veertig borden in zoort
vyf zuikerpotjes in zoort
drie boterpotjes
twee porceleine zoutvaatjes
een porceleine melkkan
elf dissert bordjes
twee atjar potjes
twee thee serviesen
een zuikerpotje
twaalf kopjes en acht pieringjes
vier schenkbladen in zoort
een verlakte messenbak
een verlakte broodbakje
twee verlakte snuyterbakjes
twee plettit oly en azyn standers
een plettit eyerstander
een plettit koekbakje
twee plettit broodroosters
een plettit koffy pot
een plettit trekpot
een plettit melkkan
een plettit zuikerpot
zes plettit kandelaars
vier witkopere kandelaars
vier porceleine kelken
vyf ledere vrugtebakjes
zeven karaffen
drie lampglasen
achttien waterglasen
twaalf wijnkelkjes
twee zoutvaatjes
zeven en dertig boeken
een zilvere soeplepel
agt zilvere eetlepels
twaalf zilvere vorken
zes zilvere theelepeltjes
twee zilvere confytvorkjes
acht tafelmessen
twaalf stale vorken
twee aarde kannen
twee aarde potten
In de achterkamer n:o 2
twee ledikanten
een bedt en toebehooren
twee dekens
een scherm
een kast, waarin de klederen van de overledene
twee ledige koffers
een stelletje
een bidet
een toiletdoos
een toiletspiegel
een ledige kistje
een voetbankje
een mandje
In de achterkamer n:o 3
een spiegel
een gordyn
een rustbank
zes stoelen
een tafel
zes stoven
een hoekkast, waarin
twee porceleine confytpotten
twaalf aarde potten
een aarde boterpotje
een party bottels en vlessen
een kast, waarin
een verrekijker
een toiletdoos
voorts
eenige kledingstukken alsmede preusieusiteiten tot het lighaam van de overledene behoord hebbende
een theekistje
een gebruineerde theemachine
een verlakte schenkblad
In de dispens
een rak, waarop
een soepterrine
tien wit aarde schotels
veertien wit aarde borden
vier wit aarde sauspotjes
een wit aarde kom
een porceleine confytpot
een aarde pot
acht blikke trommels in zoort
drie ysere potten
vier blikke castrollen
een drievoet
een blikke melkkan
zes blikke couvertures
een blikke eyerbak
een blikke stoofpot
een blikke tregter
een blikke gieter
een blikke rasp
een blikke kaarsenvorm
een strykyser
een vischketel
een lantaarn
een kopere vysel
een kopere lamp
een kopere kandelaar
een ledige kist
een kast met ledige bottels
een veldledikant
een huistrap
een boterkarn
twee botervaatjes
twee ledige vaten
een graaf
twee vogelkooyen
twee ysere vleeschkronen
drie manden
een ysere balans met koper schalen en eenig gewigt
drie ysere haken
een houte bak
een huysladder
een burry
een hakkebord
een zaag
In de kombuys
drie ysere potten
een rooster
een waterketel
twee schoorsteenkettings
een tafel
een waterhalfaam
twee emmers
Lyfeigenen
een mansslaaf gen:d Florian van Mosambicque oud 20 jaren, huisjongen
een meid gen:d Mina van de Kaap oud 20 jaren, huismeid
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de Weeskamer dezer stede op twee Weesmeesteren kennissen de datis 5 Sept:br 1809 en 16 Junij 1815 aan capitaal ƒ6000 ofte 2000

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 19:e Juny 1820, ende zulks op het op en aangeven van gem: Anna Christina Steijn, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met haar weten niets verzwegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuygde de deugdelykheid harer opgave ten allen tyde des vereischt werdende, met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte, zoo hierna nog iets tot gesegde nalatenschap behoorende, mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde desen inventaris daarmeede te amplieeren.

In teeken der waarheid is desen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Adjunct Commis der Weeskamer door de inventariente eigenhandig ondertekend

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:A: Munnik

A:C: Steijn

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/34.7

{18180718} 18 July 1818 Jacob van der Merwe , Joanna Dorothea Oosthuijzen

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behooren tot den boedel van wijlen Jacob van der Merwe d’ oude en nagelatene weduwe Johanna Dorothea Oosthuijzen op den 11:e Juny 1818, ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, bestaande dezelve in ’t volgende, te weeten

Losse goederen
een oude wagen met toebehoren
een platvaatje
twee yzere potten
een botervat
twee moole stenen en een spil etc:a
een kist
een oude schietgeweer
Beestiaal
een oud rijdpaard
drie aanteel paarden
twee honderd acht en vijftig aanteel schaapen
thien trekossen
elf aanteel beesten
Slaven
[ ..... ]
Contanten
[ ..... ]
Baten des boedels
[ ..... ]
Schulden des boedels
  Rd:s
aan David Kühl over negotie 24
Erfgenamen
1) bij wijlen zyne eerste huisvrouw in echt verwekt /in name Anna Loots/ als Gerrit Jac:s van der Merwe geboren den 7:de October 1783
2) Jacoba Maria v:d: Merwe (innosent) geb: den 18:e Meij 1785
3) Anna Susanna Elsje Petronella van der Merwe gehuwd geweest met wijlen Pieter Schalk van Heerden d’ oude, geboren den 19:e September 1788
bij zyne tweede huisvrouw Johanna Dorothea Oosthuyzen, verwekt
4) Anna Maria van der Merwe gehuwd met Johannes van Tonderen, Corn:s z:n
5) Aletta Johanna Anna Margaretha geh:d met Joseph Johannes Thomas
6) Johannes Jacobus v:d: Merwe geboren den 7:de July 1801
7) Anna Sophia Elisabeth van der Merwe geb: den 7:de January 1804
8) Johanna Susanna Petronella v:d: Merwe geb: den 24:e October 1807
9) Maria Margaretha Hester Catharina geb: den 11:e December 1810
10) Johanna Jacoba Dorothea geb: den 1:e Februarij 1814
11) Cecilia Cornelia Margaretha den 19 July 1816

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter Adjunct Drostdije Cradock op den 18:e July 1818 en zulks volgens op en aangaaf van voormelde weduwe Jacob van der Merwe s:r, dewelke verklaarde bij het inventariseeren deezes boedels, niets met haar weeten versweegen of agtergehouden te hebben, met offerte indien iets nader tot den boedel behorende mogte ontdekken, dezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren ende zulks /:des vereischd werdende:/ met solemneele eede gestand te doen.

En is zulks geschied ter presentie van den clercq Carel Theodorus Muller en den gerechts bode Johan Jürgen Schindehütte als getuigen

Als getuigen: C:T: Müller, J:J: Schindehütte

Deeze kruis + beteken de hanttekening van gem: weduwe J: v: d: Merwe

In kennisse van mij: J:F: van de Graaff, Adj: Landdr:s

MOOC8/34.8

{18180302} 2 Maart 1818 Zacharias Joseph de Beer , Elizabeth van Eck

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door Zacharias Joseph de Beer en Elizabeth van Eck in gemeenschap zyn bezeten en door laatstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en in wezen zyn bevonden te weten

een halfslete wagen met zyn toebehoren
een halfslete paardekar met tuigen
een wagen ter eenemale defect
een yzere seeppot
een yzere loogpot
drie yzere klijne potten
twee stoelen
een klyne karn
een emmer
twee watervaatjes en een botervaatje
twee tinne schotels
tien tinne borden
vier tinne lepels
vyf vorken
een kopere ketel
een trekpot
een oude bed
een oude rooster en drievoet
een oude tavel
drie geweeren
een [geweeren] loop
drie hamers /in zoort/ en een nagelboor
twee smitstangen
een schroef /defect/
een dissel en 1 pik
een duyms boor
een 5/4 boor
een omslag
vier vylen /in zoort/
twee pistolen
een zadel
een pak zadel
twee bylen /in zoort/
een kan
twee handzagen
een bytel en doorslag
een snymes en kandelaar /defect/
Beestiaal
vyfthien trekossen
twee bulletjes
veerthien aanteelbeesten
twee rydpaarden
een aanteelpaard
een duisend en dertig aanteelschaapen
Baten des boedels
  Rd:s
over zo veel schuldig is Willem Marthinus Brits 400
over zo veel schuldig is Dan:l Swanepoel 100
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Johannes Esterhuisen 200:--
aan Marthinus Koortze 25:--
aan Johannes Steenberg 15:--
aan Fredrik Zeyler 61:7
Erfgenamen
Hendrik Matthys de Beer geb: 7 Juny 1798
Hyba Elizabeth der Beer geb: 13 Aug:s 1800
Zacharias Joseph de Beer geb: 24 Dec:r 1801
Hanna Elizabeth de Beer geb: 12 Janu:y 1804
Elizabeth de Beer geb: 10 Octob: 1805
Wilhelmina Christina de Beer geb: 16 Decemb: 1807
Samuel Jacobus de Beer geb: 8 July 1808
Geertruy de Beer geb: 2 Novemb: 1810

Aldus gedaan en geinventariseerd in het Bokkeveld ter plaatze van den veldcornet Johannes Rasmus van der Merwe op den 2 Maart 1818 ende zulks volgens het op en aangeven van de belanghebbende Zacharias Joseph de Beer, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouw te hebben gehandelt en niets met weten verzwegen of agtergehouden te hebben en verdere belofte zo iets nader tot den boedel specterende mogte ontdekken dese inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied ter byweesen van de veldcornets Joh:s Charl Hugo en Johannes Rasmus van der Merwe als getuigen.

Als getuigen: Jan Charl Hugo, Velt Kornet, J:P: van der Merwe, Veltcornet

Sacharias Josep de Beer

Ter myner overstaan: J: Winterbach, Adj: Land:

MOOC8/34.9

{18200110} 10 January 1820 Nicolaas Visagie

Inventaris der nalatenschap van den overleeden burger Nicolaas Visagie Gert zoon voor mijn ondergeteekende veldcornet Carel Arond van der Merwe, ter presentie van meede ondergeteekende getuygen op genoomen en in geschrifte verkogt, als

een pot
een keetel
een koevoet
een pakzaal
een geweer en kruijt hoorn
hondert en vijf bokken

Aldus op geschreeven op de plaats van Frans da Silva, geleegen in de Hantam , op Maandag den 10:de Jannuary 1820.

Als getuijgen: J: van Lit jun:, H:r Vollgraaff

Carel A: v: d: Merwe, Veldcornet

MOOC8/34.10

{18191105} 5 November 1819 John Caldwell

Inventaris van alle zodanige goederen als er met ter dood zyn ontruimd en nagelaaten door den geweezene 4:de onderschout John Caldwell, bestaande des zelfs nalatenschap in /als/

een hondert en vyftien ryxd:s papier geld
twee Spaansche matten
een silver horologie /defect/
een oude schaap haair matras behoren aan Robert Cirns
twee oude combaarsen
een kartel
een oude tavel
twee oude stoele
een oude bank
een oude kist
een half sleete blauwe jecket
een oude blouwe jas
twee oude melitaire baatjes
een zwarte rok
agt oude witte hembden
drie oude geruite hembden
zeven oude broeken
vier oude onderbaatjes
zeven paar oude zokken
vier oude doeken
een oude vrok
een paar nieuwe schoenen
twee paar oude laarsen
drie paar oude schoenen
drie oude hoeden
een oude robbevelle cap
zes oude borstels
een water pot
een blikke castrol
twee oude messen
een dolk
een party oud papier en wat rommelly

Kaap de Goede Hoop den 5 Nov:r 1819

Als getuigen: J:F: Greijbe, L:J: Cleenwerck

Voor de opgaaf: P: Stoel

Verklaare ik ondergetekende Archiball Sharp dat een oude schaap hair mattras benevens twee oude combaarsen gevonden in den boedel van wylen John Caldwell toebehooren aan Robert Cirns

Kaap de Goede Hoop den 29: Novemb:r 1819

Arch:d Sharp

MOOC8/34.11

{18191115} 15 November 1819 Francois Petrus van der Merwe

Inventaris van zodanige goederen, en effecte als op Zaturdag den 13 November in ’t jaar 1819 met er dood zyn ontruijmd en nagelaaten door Francois Petrus van der Merwe F:zoon oud 24 jaar, 5 maanden en 13 dagen, ten behoeve zijner zusters en broeder

1) als Aletta Sebella van der Merwe gehuuwd met Gert Karel Kruger
2) Hester Sophija van der Merwe en
3) Carel Joh:s van der Merwe

vervolgens door mij Jacobus Christiaan Faure als bij codicilaire dispositie dato den 15 April 1818 door wylen zijne ouders Francois Petrus van der Merwe en Secilia Maria van der Merwe, als meede nader bij onderhandsche testament door gen: Sec:a M:a van der Merwe dato den 16 Sep:r 1818 voor zeven getuigen verleeden, versogt en aangesteld, als voogd en administrateur der goederen, van wijlen boven gem: Franc:s Petrus van der Merwe, F:zoon, en de verdere onmondige erfgenamen, ter presentie van den ondergeteekende Veldcornet, en getuigen in geschrifte gebragt, bestaande dezelve in de volgende, namentlyk

De opstal staande op de leeningsplaats genaamt de Waage Booms Revier geleegen in ’t Warme Bokkeveld onder ’t district Tulbagh

Op gem:d plaats in ’t woonhuijs en aldaar

In ’t voorhuijs
een blad tafel
een thee tafel
thien stoelen
twee ledige kisten
een karn
een koffij moolen met zyn bank
een anker vaatje
een oude booter vaatje
twee platvaatjes waarvan een defect
een groote borde rak
een hoek rak
twaalf diepe borden
elf vlakke borden
veerthien kelkies
een water glas
zes koppies en pierings
een zuijker potjie
een zout vaatjie
twee tinne potjies
een blikke beeker
een kopere koffij kan
een verrij kijker
een scheer bekken
een leij
een schenk bordjie
agt zijl zakken
een vel zak
een trek pot
acht zeekels
vier paarde zweepstokken
een gevlogte zweep
een vier sweep en stok
twee span stroppen
acht messe
elf vorkens
zeven en dertig eet leepels
een soup leepel
een soup thourien
een salaad schootel
zeven tinne borden
een tinne schootel
een kopere vijzel
In de kamer
een Bijbel
drie geestelijke boeken
een streng zijl gaaren
een thee tafel
een ledikant met behangzel
een kaatel
twee vedere beddens
een vedere peul
zes vedere kussens
een kombaars
twaalf sloopen
twee laakens
een koffer waar in
twaalf broeken /in soort/
drie onder broeken
derthien onderbaatjes /in soort/
vijf boven baatjes
twee rokken
een sluijt jas
een winters jas
zes paar kouzen /in soort/
een mus
drie doeken
een paar kruisbanden
een paar handschoenen
vier hemden
een nagt kabaaij
een horlogie ketting
een scheerdoosje met drie messen
drie hoeden /in soort/
een paar steevels
een paar schoenen
een kleijne kisjie
een tafel laaken
twaalf servetten
twee schietgeweeren
een kogel form
een bandelier met kruijd hoorn
een zadel en toom
twee nieuwe halters
een kopere zift
een bottel rak
zes kelder flesse
elf bottels /in soort/
een glaaze karaffie
drie blikke doozen
een blikke tregter
een kopere kandelaar
een kopere blaaker
een sneuter
drie wijngaard messen
twee kleijne feijlen
een leepel rak
een strijk ijzer
een teer kan
een hand haamer
een kassie met wat ruijten
een roskam
In de kombuis
drie yzere potten /in soort/
een rooster
twee drievotten
een yzere vork
twee emmers
een baalie
een vleesch vaatjie
een bank
een combuis tafel
drie schoorsteen kettings
een kasterol
een hak bord
een brood mes
Op de werf
een oude osse wagen met zijn tent en verdere toebehooren
een ploeg met zijn stel, en schaar
een oude hoenderhok
een oude leer
twaalf populiere balken
veerthien stukken bekapt hout
een ploeg met zijn stel
een egg met houte tanden
een party gekapt Spaansche riet
In de winkel
een blaasbalk
een aambeeld
een schroef
drie nagel vormen
zes booren /in soort/
drie schaaven
twee hout bijlen
een hand bijl
drie dissels
een span zaag
een kouter
twee bijtels
een snijmes
vijf hamers /in soort/
een yzere passer
een smits tang
een schaaff bank
vier stukke hout voor jukken
acht paarde tuigen
acht paarde hoofdstellen
zes oude hoofdstellen zonder trensen
In de kelder
een oude trap bak
een brandewijns keetel met slang en ijzere voet
twee ledige leggers
een bierpijp
een houte tregter
een anker vaatje /difect/
twee oude ledige kisten
een oude vlees vat
twee zeep vormen
een worst kabelgaar
een oude beeste vel
een defecte kraan
een paar holsters
In de moolen
desselvs oude romp
een oude vel bak
een voorstel van een ploeg met balk en reysterplaats
twee ploeg wielen
een party spijkers
Beestiaal
een hengst
een rijdpaard
zes wagen paarden
zes jonge hengsten
een en dertig aanteel paarden
drien twintig trek ossen
drie en twintig aanteel beesten
een honderd en twee schaapen
negen en twintig bokken
zes varkens
Aan goud en zilver
een goude borst gespe
een vergulde borst spelt
een zilvere borst gespe
drie zilvere hand knoope
Crediten des boedels
aan zilvere munte
zes guldens en
drie ropeyen
papiere munt
vijfthien rijxd:s aan des overledenen zwager Gerrit Carl Kruger verbleven
van differenten voor ’t weyden aan vhee en doorbrengen van wagens blykens aantekening boek
Lasten des boedels
vijfthig rijxd:s aan C:J: Theron
een hondert rijxd:s aan Jacobus Jooste Jan zoon
zeventig rijxd:s aan Gert Karel Kruger
zeventhien rijxd:s aan C:L: Wentzel
Lijf eijne des boedels als
slaven jongens
1) Diederik van de Kaap , heeft volgens testamentaire dispositie van wijlen den ouders des overleedenes de vryheijd teegens billike tauxatie bij een der erfgenaamen te mogen kiesen
2) Jefta van de Kaap
3) Ceezar van Bengalen
4) Gallant van Mossambique
5) Absolon van Mossambique
6) Kupido of wel Goliath van de Kaap
7) Candaze van de Kaap
8) Anna van de Kaap
9) Diena van de Kaap

Aldus gedaan, en na beste kennis en weetenschap g’inventariseerd op den plaats de Wage Booms Revier gen: als voren op den 15 November 1819 met belofte van het geen naamels nog mogte worden ontdekt, bij deeze inventaris te zullen voegen, des vereijscht onder prestatie van solemneele eede ter presentie van voormelde veldcornet Georg Sebastiaan Wolwaard en getuigen Jacobus Jooste J:zoon en Christiaan Gabriel Theron, als speciaal daartoe verzogt

Als getuigen: J:J: Jooste, C:G: Theron

J:C: Faure, G:S: Wolfaart, Veldcornet

Ampliatie

Inneschulden volgens aanteekenings boek
    Rd:s Rd:s
  van den Bastard Diederik woonagtig by Jacobus du Toit aan Hexen Rivier voor het wyden van beesten   24:24
voldaan van Jan Muller voor het wyden van beesten   24:--
voldaan van Pieter Joosten Pietersz:n   6:--
  van den manh: Jan Charl Hugo   8:--
  van Jacobus Mokke voor ’t wyden van ossen 36:--
  voor ’t huur van twee spannen ossen 60:--
  wyders nog volgens aanteekening 200 296:--
voldaan den 15 November 1820 van Christiaan Gabriel Theron voor ’t wyden van ossen   12:24
afv: van den heer Jacobus Christiaan Faure voor ’t wyden van ossen 29:12
  voor kostpenn: voor een Hottentot 12:--
  voor nadere erffenis uit den b:l van wyl: des overledenens vader per saldo van rek:g 144:38 186:2
op de vendutie plaats geleverd van Frans Erasmus een mudde garst
van Jacobus Joosten Jansz:n dertien mudden garst
van Pieter Joosten Jansz: twee mudden garst en twee mudden koorn
  van Herm:s Gerh:s Onke
  voor ’t overbringen van een wagen door de Mostert’s hoek 35:--
  voor een os 30:--
  voor een koey 18:--
  nog voor ’t doorbringen van een wagen door de Mosterts hoek 20:-- 103:--
  van Cornelis Coetzee Ockertsz:n voor ’t brengen van een wagen naar de Karo 20:--
  voor 2 swepen en geleende contanten 13:--
  voor 1 mutz en een paar schoenen 6:-- 39:--
  van Ernst Fisscher Florisz:n voor ’t vervoeren van een wagen door De Hoek en Nieuwe Kloofd   40:--
  van Jacob van Reenen Jansz:n voor ’t wyden van ossen   14:--
  van de wed:e Coenraad Joh:s Albertyn voor ’t wyden van ossen   4:6
voldaan van Phillippus Smit Marth:sz:n voor ’t wyden van ossen   3:36
  van Dan:l Jansze van Rensburg voor ’t wyden van ossen   26:6
  van Robert Carr voor ’t wyden van paarden en beesten
  van Jacob Theron Jansz:n op een onderh: briefje d:d: 8 October 1819   35:24
Lasten des boedels
  Rd:s
aan den h:r Jacobus Christiaan Faure over ’t saldo eener rek:g cour:t gesloten den 18 Sept:br 1819 6271:46
met de renten sedert ’t sluiten der rekening

Aldus geamplieerd ter plaatse in den hoofde dezes gemeld op den 5:de February 1820.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:A: Munnik

My present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/34.12

{18190226} 26 February 1819 Barend Lotriet

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Barend Lotriet, ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

19 ossen
12 aanteelbeesten
1506 schaapen
1 osse wagen
1 zeeppot
3 yzere [pot]
1 schroef stock
1 anker vaatje
1 emmer
1 blikke emmer
2 kopere ketels
2 pot leepels
2 tinne schootels
9 tinne borden
1 aarde kan
1 tinne trek pot
10 vorken en 6 lepels
3 commetjes
3 beyle
1 dissel
4 ziekels
1 hand hamer en snymes
2 booren
1 ledige kist
1 schiet geweer
1 oude zadel
1 rydpaard
Contanten
eene somma van thien rykd:s papieren geld op verzoek van de erfgenaam J:F: Lotriet in handen gelaaten om van zyn erfportie in d’ erfenisse te worden gedecorteerd
Baaten des boedels
van Helmoed Luttig rykd:s elf hondert en twee en drie schellinge met een jaar verlopene renten à 6 persent, wegens contant geleende penningen, blykens onderhandsche obligatie thans in handen van den gerechts bode Fred:k Monck
Schulden des boedels
aan Geertruida Lotriet een somma van twee en dertig rykd:s
Erfgenaamen
Geertruida Lotriet geboren op den 20 January 1783
Jacob Lotriet geboren op den 23 July 1784
Hester Lotriet geboren op den 1 September 1790
Maria Josephia Lotriet gehuuwd met Leendert Harmse
Barend Johan:s Lotriet geboren op den 23 July 1793
Catharina Lotriet geboren op den 16 September 1798
Christina Lotriet geboren op den 3 December 1800
Adam Lotriet geboren op den 2 October 1802

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Vrydag den 26 February 1819 ten dorpe Beaufort volgens op en aangeeve van de erfgenaam Jacob F: Lotriet dewelke betuigde zig in ’t op en aangeve des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weten verswegen of agter gehouden te hebben, verklaard zig dus bereid deeze zyn aangifte des gevordert wordende ten allen tyde met solemneele eede te staaven, met al verdere beloften, zo hy iets nader tot den boedel behoorende moete komen te ontdekken dezen inventaris daarmede te zullen emplieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdrost ter presentie van de clercq G: Taute en gerechts bode J: Bodenstein als getuigen

Voor d’opgaave: dit is + de merk of handtekening van Jacob Lotriet

G: Taute, J: Bodenstein

J: Baird, Adj:t Land:t

MOOC8/34.13

{18190301} 1 Maart 1819 Marthinus Christoffel Forster , Cicilia Fisage

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Marthinus Christoffel Forster en deszelfs nagelatene wed:e Cicilia Fisagie in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

1 koopje duigen
4 graaven
1 ledige kist met oud yzer
6 zikkels
3 booren in zoort
1 koopje gereedschap
1 schroef
8 planken
2 pieke en dissel
1 koevoet
3 beylen
1 ploeg deffect
2 halfaamen
1 ankervat
1 botervat en een byl
2 emmers
1 karnvat
1 vleeschvat
1 plat vaatje, emmer en balie
1 koorn meul
1392 schaapen en bokken
98 trek, en aanteel beesten
2 wagens met 3 jukken
13 ryd en aanteel paarden
1 trommel met een slot
2 dozyn leepels
2 zoep leepels
5 vorken
1 peper doosje en zoutvaatje
4 schotels
9 borden
1 blikke bus en tregter
3 blikke beekers
1 beker met 5 vorken
4 sloten
2 kopere ketels
1 kandelaar
1 kopere zift
1 verne kyker
1 tafel
4 ledige kannen
7 boeken
5 schiet geweeren
1 hagelform
1 ledige kist
1 wagen kist
1 rooster
1 drievoet, pan en strykyzer
1 atjar pot
6 yzere potten
1 pot lepel en vork
1 bed met 6 kussens
5 stoelen en een stoof
2 zadels en toomen
2 knap zakken, vet en 3 koeken zeep
1 zak horologie
Contanten
Nihil
Baaten des boedels
  van August Moller weg:s gekogt vhee blyk:s slagters brief n:o 2 eene somma van twee honderd en twee rd:s
  van August Moller weg:s gekogt vhee blyk:s slagter brief n:o 4 eene somma van drie honderd drie en negentig rd:s
  van Joh:s Hendrik Forster weg:s contant geleende penningen eene somma van een honderd agt en twintig rd:s
volgens opgave door de wed:e Forster op den 21 Feb:r 1820 is David Leibbrandt aan den boedel niets schuldig, alzo zynde deesen schuld door hem Leibrand reeds bij het leven van de nu wylen hare echtgenote vereffen door haar abusivelyk opgegeeven den 24 Feb:r voormeld J:C: Faure,L:t van David Leibbrandt weg:s koop van een paard eene somma van een honderd en tien rd:s
  van Schalk Willem Lubbe weg:s koop van eenige schapen eene somma van vyf en zestig rd:s
  van Hendrik Briel weg:s koop van twee ossen eene somma van vyftig rd:s
  van Coenraad Michel weg:s koop van een paard eene somma van twee en twintig rd:s
  van Willem van Heerden d’jonge weg:s koop van een paard eene somma van vyf en dertig rd:s
Schulden des boedels
vold: den 3 Oct:br 1820 aan Andries Burger weg:s het aan hem nog schuldig gebleeven zynde over koop van een wagen eene somma van vier en vyftig rd:s
voldaan den 12 Nov:r 1819 van Barend Esterhuizen weg:s koop van vyf mudden koorn eene somma van vyf en twintig ryksd:rs
  van Willem van Heerden d’ oude weg:s opgaaf geld eene somma van 6 rd:s
  van Dolf Bronkhorst weg:s maken van een wagen eene somma van drie rd:s
Erfgenaamen
Elsje Forster gehuwd met Abram Viljoen
Dorothea Maria Forster gehuwd met Gert Frans Henningse
Barend Jac:s Forster gehuwd met Aberens Fredrica Coetzee
Johannis Hendrik Forster gehuwd met Wilhelmina Jacoba Forster
Hester Johanna Elisabeth Forster gehuwd met Willem Fransc:s Petrus van Heerden
Martha Jacoba Aletta Forster geboren op den 24:e Sept:r 1804
Aletta Cicilia Petronella Forster geboren op den 5:e November 1809
Hester Helena Louisa Forster geboren op den 9 December 1808

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Maandag den 1:e Maart 1819 ter plaatze de Os Fontein op Nieuwveld volgends op en aangeeve van Cicilia Fisagie wed:e wylen Marth:s Christ:l Forster dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeve des voorm: boedels ter goeder trouw te hebben gedragen en niets met weten verswegen of agtergehouden te hebben, verklaarde zig dus bereid deze hare aangifte des gevorderd wordende ten allen tyde met solemneele eede te staaven, met al verdere belofte zo zy iets nader tot dien boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen emplieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdrost ter presentie van d’ clercq G: Taute en den gerechts bode J: Bodenstein als getuigen

Voor d’ opgaave: Cicilia Visage, wed:e Vorster,

G: Taute, J: Bodenstein

J: Baird, Adj:t Landd:t

Ampliatie

Lasten des boedels
  Rd:s
aan Martha Jacoba Aletta
aan Aletta Cicilia Petronella
aan Hester Helena Louisa Forster
hier vorengemeld over soveel deselve voor moederbewijs competeeren ieder een somma van een honderd rijxd:s 24 st:s ofte zamen 301:24

Aldus opgegeven door Cicilia Visage wed:e van voorm: Marthinus Christoffel Forster ter Weeskamer aan Kaap de Goede Hoop den 21:e Februarij 1820

Voor de opgaaf: Cicilia Visage, weduwee Vorster

Mij present: J:C: Faure, Land:s

MOOC8/34.14

{18200603} 3 Juny 1820 David Chambers

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Vrydag den tweeden dag deezer lopende maand Junij in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den lieutenant van zyn Majesteits 89:ste Regiment Infanterie David Chambers, komende dezelven volgens opgave als erfgenamen te succedeeren drie kinderen by zyne nagelatene weduwe in echt verwekt, welke zig te Madras bevinden, wier namen en ouderdom onbekend zyn, zynde deese inventaris geformeerd door de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren en bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

ten huyze van mejuffrouw E: de Waal wed: s:r van Schoor

een schryfkistje waarin
een goud zakhorologie met twee cachetten sleutel en goud ketting, welke captein E: Croker van het 24:ste Regiment /zynde de vriend van de overleedene/ opgaft een present te zyn die hy met zekerheid kan zeggen zyn famillie zoude terug wenschen, alzo hy zig herinnerd dien aangaande van de overleedene verstaan te hebben, terwyl des overledenens dienst boode, hierby voegt, dat die hem door zyne moeder is geschonken op zijne trouwdag
een p:r goude handknoopen
een sopha met laaden waarop
een mattras en
een kussen en waarin
een kistje met twee dubbelde loop pistoolen en verdere toebehooren
drie pakken wasch kaarsen
een kist n:o 1 waarin
agt en twintig hembden
twaalf p:r wolle zakken
een p:r wolle koussen
zes mutzen
twintig neusdoeken in zoort
zestien halsboordjes
drie onderbaatjes in zoort
twee lakensche broeken in zoort
twee kruisbanden
een buikband en
een sjerp
een kist n:o 2 waarin
twaalf witte broeken
drie Chinas linnensche broeken
negen en twintig onderbaatjes
agt doeken en dassen in zoort
agt p:r zokken
drie kabaaijen
een kist n:o 3 waarin
drie lakensche manellen
vier uniform lakensche jekkets en baatjes
een lakensche jekket
twee epouletten
een zabel band
een sjerp
een kruisband en 3 linnen dassen
een kist n:o 4 waarin
vyf flennische onderbaatjes
drie flennische onderbroeken
een chitze slaap cabaay
een en veertig p:r zokken in zoort
zestien kussen sloopen
zestien servietten
een bedde laaken
twee chitse spryen
een kistje waarin een klisteer spuit
een valies waarin
agt p:r schoenen
twee p:r laarsen
twee p:r spooren
een valies met drie bottels brandewyn
een mandje waarin
een defecte kloklantaarn
een mandje met 6 vlesse eau de cologne
een spiegel
vier klederborsels
een scheerdoosje
een toilet tafel
een blikke doos met een party flessen potjes en restant medicamenten
twee pakjes sago
negen hand doeken
twee militaire en een ordinaire caps
twee ronde hoeden
een chambreel
een wandelstok
een karrawats
een zabel met koper scheede
twee zilvere eetlepels
twee zilvere dessert
een zilvere tonge schraaper
vier messen en vier vorken
twee boeken
een hangmat waarop
een mattras en
twee kussens
  Rd:s
aan contanten in den boedel gevonden eene somma van negen en zestig ryks: papiere munt zegge 69

Aldus na gedaane ontzegeling g’inventariseerd ten huyse vooren op den 3 Juny 1820 ende zulks op het op en aangeven van den knegt van den h:r overleedene genaamd Narsis in presentie van voorm: capitein E: Croker dewelke deze inventaris in tegenwoordigheid van gecommitteerde Weesmeesteren ende my Adj:t Commis heeft ondertekend

Als gecommitteerde Weesm: A: v: Breda, J:A: Munnik

Eckertt Croker, Capt:n 89th

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/34.15

{18200322} 22 Maart 1820 Fredrik Wilhelm Habigt

Inventaris van zodanige goederen als er op Donderdag den zestiende dag der maand Maart in den jaare een duizend acht honderd en twintig door Fredrik Wilhelm Habigt ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten, ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen invoegen het een en ander door my ondergetekende Adj:t Commis der Weeskamer in presentie van getuigen ingevolge opgaaf van Piet Toussain is opgenomen en in geschrifte gebragt bestaande alle deese goederen in de volgende namentlyk

Ten huize van opgemelde Piet Toussain, alwaar den overledene het laatste is woonagtig geweest

een kistje (:waarin:)
vyf lakense rokken
zeven hemden
elf baatjes
veertien broeken
twaalf paaren koussen
vier paaren zokken
twaalf doeken in soort
een zeide doek
een witte gordyn met zyn val
drie paren witte handschoenen
drie servietten
twee scheermessen
een yzere keetel
een blikke minage
drie hoeden
een kaptje
een bed tafeltje (:defect:)
een stelletje (:defect)
een schryf kistje (:waarin)
een paar kopere kniegespes
een paar zilvere kniegespes
een zilvere potloot
een kopere medaille met een portrait
een bulzak
een peuluw
zes kussens
een wolle deken
een hoek raktje
een oude dambord
een bak met een party rommeling
vier oude parasols
vier paar oude schoene
een koffertje (waarin)
een broek
vyf paar koussen en sokken (in soort)
twee rottings
een horologie kast
een tafel alle welke goederen toebehooren aan den minderjarigen Johan Fredrik Pfaff
vier stoelen
twee kussings
een kadel
een zilvere zoeplepel
zes zilvere eetlepels
een zilvere theelepel
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve gevonden eene somma van twintig ryksd:s en twaalf stuivers zegge 20:12
Lasten des boedels
  Rd:s
aan voormelde Piet Toussain over drie maanden kamerhuur à vyf ryksd:s per maand 15

Aldus na gedaane ontzegeling geinventariseerd ten huize voormeld op den 22:ste Maart 1820.

Als getuigen: J:A: Munnik, J:N: Rorich

Voor den opgaaf: P: Toussain

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/34.16

{18201110} 10 November 1820 Johannes Isaac Jacobus Cruywagen

Inventaris van alle zoodanige effecten als er op Donderdag den 3:de Augustus in den jare een duizend acht honderd en twintig door den dood, ab intestato zyn ontruimd ende nagelaten door den minderjarigen Johannes Isaac Jacobus Cruywagen, ten voordeele zyner erfgenamen, als

1) zyne moeder Margaretha Hendrica Appeldoorn wed:e wylen den heer Cornelis Cruywagen in de eene helfte en
2) zyne broeders en susters in de wederhelfte, in namen a) Gerhardus Cornelis
b) Margaretha Hendrica gehuuwd met Johannes Adriaan Smuts
c) Johannes Jacobus
d) Cornelis
e) Cornelia Hendrica oud [ ..... ]
f) Hendrik Philippus oud [ ..... ] en
g) Jacobus Gerhardus Cruywagen oud [ ..... ]

zoodanig als dezelve door gemelde weduwe Cruywagen, in eene rekening en verantwoording onder dato den 19:de September l:l:, aan Heeren Weesmeesteren ingezonden, is opgegeven te bestaan in de volgende schuldbrieven te weten

    Rd:s
  eene scheepenenkennis de dato 16 Mey 1805, ten lasten Maria Elisabet Nöthling groot aan capitaal ƒ8000 ofte 2666:32
  renten sedert 1:e April 1820
renten voldaan tot ult:o February 1820 eene scheepenenkennis ten lasten Marthinus Wilhelmus Theunissen de dato 9 July 1802 aan capitaal ƒ6000 of 2000:--
  met de renten sedert primo Maart 1819
renten vold: tot ult:o Octb:r 1820 eene schepenenkennis ten lasten van Charles Johannes van Helsland de dato 27 April 1810, groot aan capitaal ƒ4333 of 1444:16
  met de renten sedert ultimo October 1819
  eene schepenenkennis ten lasten m:r Gerrit Buyskes de dato 13 November 1807 aan capitaal ƒ8000 of 2666:32
renten voldaan tot den 22:e Octb:r 1820 met de renten sedert 22 October 1819
  eene schepenenkennis ten lasten van denzelfden m:r Gerrit Buyskes de dato 28 November 1817 aan capitaal ƒ3000 of 1000:--
  met de renten sedert 22 October 1819
  eene schepenenkennis ten lasten Dirk van Reenen Gysbertuszoon de dato 9 July 1819 aan capitaal ƒ9000 of 3000:--
  met de renten sedert 15 February 1820
  eene schepenenkennis ten lasten m:r Michiel Adriaan Smuts de dato 19:de April 1816, aan capitaal ƒ10,000 of 3333:16
  met de renten sedert 1 Augustus 1820
  eene schepenenkennis ten lasten Johan Godlieb Kiliaan de dato 19 February 1819 aan capitaal ƒ3000 of 1000:--
  met de renten sedert 1:e January 1820
  eene notarieele obligatie ten lasten van William Adriaan van Schoor, in dato 26 Augustus 1807 voor m:r Joh:s Henoch Neethling en getuigen gepasseerd, aan capitaal ƒ10,000 of 3333:16
  met de renten sedert 17 Augustus 1819
  eene notarieele obligatie ten lasten Johannes de Villiers Jacobszoon in dato 11 November 1803, voor nu wylen George Fredrik Goetz en getuigen gepasseerd aan capitaal ƒ3000 of 1000:--
  renten sedert 11 November 1818
  eene notarieele obligatie ten lasten Cathrina Elisabet van der Poel wed: wylen Joachim Daniel Hiebner in dato 10 April 1806 voor nu wyl: G:F: Goetz en getuigen gepasseerd aan capit:l ƒ4000 of 1333:16
  met de renten sedert 10 April 1820
Contanten des boedels
een bedragen van zeven en veertig ryksdaalders en 2 stuivers, door des overledenen’s moeder voorsz: weduwe Cruywagen ter Weeskamer ingebragt

Pro memorie wordt alhier genoteerd

1) dat aan den overledenen nog competeert één zevende gedeelte in de waarde der juwelen voor zyne tante Cornelia Hendrica Appeldoorn wed: van den colonel Jean Baptiste de Lega nagelaten, welk gedeelte op eene som van drie honderd vyf en twintig rijksdaalders en twee en veertig stuivers begroot zijnde, ingevolge Heeren Weesmeesteren resolutie, van den 8:ste dezer, door meergem: zyne moeder, in contanten ten behoeve zynes boedels ter Weeskamer staat te worden ingebragt

2) dat als nog door Margaretha Hendrica Appeldoorn wed: Cornelis Cruywagen, des overledenen’s moeder geen vader’s bewys aan hare kinderen is gedaan.

Zynde de klederen des overledenen ingevolge Weesmeesteren besluit van den voorsch: datum aan de weduwe Cruywagen verbleven.

Actum ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 10 Nov:br 1820.

J:P: Smuts

MOOC8/34.17

{18171004} 4 October 1817 Hendrik Johannes Laubscher , Francoinetta Elizabeth Augustina Slabbert

Inventaris van zodanige goederen als in gemeenschap bezeten door Hendrik Johannes Laubscher Joh:sz en zijne huijsvrouw Francoinetta Elizabeth Augustina Slabbert mitsg:s door laatstgem: op den 7 September j:l ab intestato met ’er dood zijn ontruijmd ende nagelaten, ten voordeele haarer hier ondertemeldene erfgenaamen, te weeten

in de eene helfte haarer nalatenschap haare vader Johannes Slabbert d’ oude
en in de wederhelfte, haare broeder en zusters neevens de kinders van eene vooroverledene zuster, met namen 1) Jan Slabbert mondig
2) Maria Slabbert wed: Casper Visser
3) Elizabeth Slabbert geh: met Joh:s Aug:s Greeff
4) Margaretha Slabbert mondig
5) de kinderen van wijlen Jacomina Hendrina Slabbert in huwelijk verwekt bij Johan Fredrik Kirsten in namen a) Maria Kirsten oud [ ..... ]
b) Jan Kirsten oud [ ..... ]
6) Adriana Petronella Slabbert mondig
7) Johanna Slabbert geh: met Petrus Laubscher Michielsz:n
8) Hilletje Gerhardina Slabbert geh: met Nicolaas van Schalkwijk

invoegen als het een en ander door mij Adj:t Commis ingevolge opgaaff van voorn: weduwnaar is opgenomen en in geschrifte gebragt bestaande alle deese goederen in de volgende namentlyk

een thee taveltje
twee stoelen
een koffer waar in de kleederen van de overleedene bestaande in
vier tabberts
twee hembden
een stroo hoed
een paar schoenen
twee paar kousen
een gestreepte tjaal
twee onderrokken
twee roode doeken
een borstrok
een paar zijde handschoenen als meede
een paar goude oorkrabbetjes
een goude ring
een paveljoentje waar op
een oude vedere bed
vier kussens en
een combaars
een tinne ketel
een ijzere ketel
een kopere conphoor
een ijzere lepel
een ijzere vork
een zadel en toom
Beestiaal
twaalff trek ossen
vier aanteel beesten
twee aanteel paarden
twee oude rijdpaarden
Inneschulden
    Rd:s
  van Jan Slabbert d’ oude over contante penningen 100
voldaan den 4: Maart 1818 met rd:s291:36 van Mietje Slabbert over contant geleende blijkens onderhandsche obligatie aan capitaal 350
  met de renten zedert
Lasten der boedels
    Rd:s Rd:s
  aan Louis Greeff d’ oude over koop van beesten en paarden   50:--
  aan Louis Greeff de jonge over koop van een jonge os   20:--
  aan Matthijs Greeff over koop van een os   30:--
  aan de heer S:C: de Wet over contant geleend   50:--
door G: Croese op den 25:e Maart 1819 ter Weeskamer verklaard dat deese boedel niet meer te vorderen te hebben als rd:s38:36 - Faure, Adj:t C: aan Gerrit Croese over negotie goederen 38:--
  aan Gerrit Croese over contant geleende 100:-- 138:--
door evengem:d Mietje Slabbert ter Weeskamer een bewijs vertoond dat zy van de boedel niets te vorderen heeft, den 4 Maart 1818 - Faure, Adj:t C: aan voorm: Mietje Slabbert over contant geleende   50:--
  aan Coenraad Laubscher over koop van planken tot de doodkist van de overleedene   20:38

Aldus gedaan ende g’inventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 4 October 1817 ende zulx op het op- en aangeven van de in den hoofde deeser gemelde weduwnaar, dewelke verklaarde zig hier inne ter goeder trouwe gedragen en niets versweegen of terug gehouden te hebben dat tot voorm: boedel behoord, invoegen hij ook getuigde de deugdelykheid zijner opgave ten allen tijde des vereyscht werdende met eede gestand te doen en verdere belofte zo hier na nog iets tot gesz: nalatenschap behoorde mogte worden ontdekt daarvan nader ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deese inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deese in presentie van mij Adj:t Commis en getuigen door den inventarient behoorlijk onderteekend

Als getuigen: J: Serrurier, A: v: Breda

Voor den opgaaf: deese kruijsmerken + + heeft Hendrik Joh:s Laubscher Joh:sz als declareerende niet te kunnen schrijven eigenhandig alhier ter nedergesteld

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/34.18

{YYYY} [ ..... ] Willem du Toit

/L:S:/

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten als behoorende tot den boedel van wylen Willem du Toit Pieterzoon op den vyftiende April 1820 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, bestaande dezelve in de volgende goederen te weten

Losse goederen
1 katel
twee katels /in zoorten/ waarop eene aan de zoon afgegeven
een bed, peulo, twee kussens, een laken en een chitse deken
een koffer /defect/ waarin eenige klederen van de overledene aan de zoon afgegeven
twee stoelen
twee groote ysere potten
een koopere keteltje /defect /
twee water emmers
een geweer, drie kruithoornens en 1 hagelsak
een zadel en toom
vier bottels /in zoort/
een groote kom
twee aarde potjes
een aarde peperbus
een aarde schotel
vyf aarde en drie tinne borden
vier yzere lepels
een tinne [lepel]
twee staale vorken
een kleine kopere vysel en stamper
een koopere kandelaar
een staale snuiter
een koopere rasp
een koopere strykyzer
een kleine spiegel
een blikke pintje
een koopere zeef
een groote yzere vork
een verdekte mand
een rotting mand
een platvaatje
een kan
drie steene vormen /in zoort/
een bankschroef /defect/
vyf zikkels
een snymes
een kleine zaag /defect/
twee schaaven /defect/
een vyfquartiers en 1 vrikboor
een troffel /defect/
een breekyser
een byl
een dissel
vyf versleete graaven
een schamel plaat
twee pikken /defect/
een roskam
een hamer
een kleine mat
vier koorn schoppen
vyf harken
twee gaffels
een ploeg
een egge
een leedige teervat
een osse wagen met zyn toebehooren als mat, zeil, trektouw, riemen, stroppen en zes jukken
een osse wagen /seer defect/ en zonder leeren
een weesboom
een ligterhout
een vleeschvaatje
een halfaam /defect/ met 1 quantiteit zout
een byl
twee oude ploegschaaren
dertien zyle zakken /defect/
drie onbereide beestevellen
een oude wagezeil en mat
twee kapstokken
een party oud yser
een party oud houtwerk
een ysere wagentrap
acht en twintig mudden koorn
Beestiaal
drie rydpaarden
vier aanteel paarden
twaalf trekossen
Lyfeigene des boedels
David van Madagascar oud thans blykens registratie 54 jaren, werksjonge
1 November van Mosambicque oud thans 64 jaren, werksjonge
Januarij van Mosambicque oud thans blykens registratie 34 jaren, werkjongen
Welkom van Mosambicque oud thans blykens registratie 26 jaren, werkjongen
Carolus van de Kaap oud thans blykens registratie 18 jaren, vheewagter
2 November van de Kaap oud thans 5 jaren
Malaat van de Kaap oud thans 44 jaren, huismeid
Contanten des boedels
vier schellingen aan papiere munt
Baaten des boedels
  Rd:s
/debieus/
een onderhandsch bewys tot lasten van David Vryman over koop van 25 hamels a 2 rd:s ’t stuk 50
zynde dit bewys zonder datum
Lasten des boedels
    Rd:s
vold: aan Laurens Petrus Erasmus ingevolge specifique rekening d:d: 29 April 1820 per rest 55:4
  aan Ernst Lodevicus Marais wegens gekogte negotie goederen volgens reekening 32:4
vold: aan Johannes Jacobus du Toit Frans zoon p:r rest blykens rek: 16:--
  volgens opgaaf en blykens gevondene quitantien van betaalde renten aan de edele Jacobus du Toit Janzoon 300:--
  met de renten zedert den eerste September 1819
vold: den 6 Septemb: 1820 aan Jacobus Petrus Viljoen blykens specificque rekening 46:--
  aan Piet de Wet blykens rekening 34:--
Erfgenaamen des boedels
1) Petrus Jacobus du Toit Willemzoon gebooren den 2: April 1803

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatse de Langerug /:of thans de Adjunct Drostdye Worcester :/ alwaar de overleedene is komen te overlyden, en door den ondergetekende Adjunct Landdrost is gevonden tot de boedel te behooren voorts is deeze inventaris opgericht ten bysyn der clerk Pieter Hendrik Faure en den burger Willem Viljoen als getuigen

Als getuigen: P:H: Faure, Willem Viljoen

In kennisse van mij: J: van de Graaff, Adj:t Landd:

MOOC8/34.19

{18180128} 28 January 1818 Stephanus Bekker

Staat en inventaris van zodanige goederen, als ab intestato met er dood zyn ontruimd, en naargelaten, door wyle Stephanus Bekker op desselfs plaats genaamd Rust gelegen aan de Oliphants Rivier , ende zulks door den ondergeteekende als hiertoe geauthoriseerd, door den weledele heer A:J: van Kervel ten byweezen der natenoemene getuigen zyn opgenomen

Een derde gedeelte der leeningsplaats genaamd de Rust gelegen aan de Olijphants Rivier als meede
een derde gedeelte der leningsplaats genaamd de Doorn Kraal mede aan de Olijphants Rivier geleegen
Schulden des boedels
  Rd:s
n:o 1) aan Coenraad Marnewik 203:--
2) aan J:C: le Roux voor sterke drank 38:4
3) aan P:M: le Roux blykens reekening 9:6
  Rd:s251:2
Uitstaande gelden
    Rd:s
  n:o 1) Marthinus van Staden blykens handschrift 310
volg:s opgaaf van Koolhaas bij de heer Van Kervel ontfangen 2) Andries Muller blykens handschrift 100
  met de renten zedert 9 April 1815
  3) Jacobus Petrus Delport blykens een onderhandsche koopbrief
  verlopen renten zeedert Mey 1800
  4) Johannes Zeele blykens handtekening 13
  5) Willem Basson blykens handtekening 100
is niet een der erfg: maar die in de Couga woonende 6) Marthinus Bekker blykens handtekening 150
  7) Stephanus Johannes Bekker blykens handtekening 657
  8) Hendrik Bekker blykens handtekening 319
  9) Hendrik Schoeman blykens handtekening 193
  10) Marthinus Bekker blykens handtekening 565
  11) Jacobus Scheepers blykens handtekening 23
  12) Adriaan Bekker blykens handtekening 562
  13) Johannes Jurrie Bekker blykens handtekening 611

Terwyl nog in een gezangboek van den overleedene zyn opgeschreeven de volgende personen als

  Rd:s
Stoffel Zeele voor 22
Daniel Strydom voor 30
Lyfeigenen des boedels alle geregistreerd
Floris van Mallebaar na gissing 50 j:r, werkjonge
Fortuin van Madagascar na gissing 40 j:r, werkjonge
Africa van Bengale na gissing 46 j:r, vheewachter
Spaas van Mosambique na gissing 32 j:r, huismeid
Hester van Mallabaar na gissing 40 j:r, huismeid
Delesa van de Kaap na gissing 45 j:r, huismeid
Losse goederen
1 rooster
1 vleeschvork
1 keetel
1 koffykan
1 tang
2 emmers
1 wagenkist
2 kleer kisten
1 aarde pot
6 yzere potten
2 pikken
3 graven
2 bylen
2 geweren
1 [geweren] loop
1 yzere schroef
eenig oud yzer
1 vat
1 zift
1 botervat
2 boter karns
2 vaatjes
5 ossen huiden
1 parthy duigen
9 planken
12 balken
1 ploeg
Beestiaal
40 ossen
95 koeyen en 28 kalveren
4 vaarsen
6 bullen
834 schapen
4 merrys, 2 veulens
1 rydpaard

Erfgenamen van den ab intestato overleedene Stephanus Bekker

Stephanus Johannes Bekker
Helena Dorothea Bekker gehuwd met Hendrik Schoeman
Johanna Hendrina Bekker gehuwd met Jacobus Scheepers
Hendrik Bekker - volgens opgaaf van Marthinus Bekker heet deze Marthinus Hendrik Bekker
Johannes Jurrie Bekker
Onmondige erfgenamen
Marthinus Bekker 23 jaaren oud besteed by desselvs broeder Hendrik Bekker agter de Sneeuwberg
Adriaan Bekker 22 jaaren besteed by Hendrik Schoeman aan de Olyphants Rivier
Godlieb Bekker 19 jaaren

Aldus g’inventariseerd, en opgenomen ter plaatze voorsch: op den 28 January 1818 ten byweeze der ondertenoemene getuigen

Als getuige get: Jacobus Scheepers, Adriaan Bekker

My praesent als hiertoe door den Landdrost g’authoriseerd. Get: D: Coolhaas

Accordeert met de origineele alhier ter deezer Drostdye berustende: D: Coolhaas

MOOC8/34.20

{18200709} 9 July 1820 Jacoba Petronella Hugo

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Zondag den negenden dag deezes loopende maand July in den jaaren een duyzend agt honderd en twintig metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door juff: Jacoba Petronella Hugo wed: Johan Michail Stohrer, hebbende de overleedene by testamentaire dispositie de dato 3:e July deezes jaars voor den notaris publicq ten dezen Gouvernemente Franciscus Xaverius Lind en getuigen opgerigt tot haare eenige en universeele erfgenamen genomineerd g’institueerd de kinderen by wylen opgemelde haare man in huwelyk verwekt te weeten

1) Catharina Josina Stohrer gehuwd met Bernard Wienand en
2) Hendrik Leonhard Stohrer

en by vooroverlyden van dezelve hunne wettige des anetuiten by representatie mitsg:s het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren benoemd en aangesteld tot executeuren van dat zelfen testament en redderaars van haare nalatenschap, weshalven dien boedel dan ook door de onderget: gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen mitsg:s bevonden te bestaan in al het volgende te weeten

Een huis en erff gelegen in deeze Tafelvalley in de Waale Straat in ’t Blok L:L: thans N:o 4

In het voorm: woonhuis en aldaar

In de kamer ter regterhand
een vierkante tafeltje
twee stoelen
In de kamer ter linkerhand
twee tafels
een kast waarin
een blikke melkkan
een foudraal met vyf glaazen
een klyne koopere schaal en balans
drie kopjes en een piering
twee pakken koort
een stuk linnen
twee lappe linnen
een stuk voersits
een restant linnebaay
een lap gestreept
zes stukken voersits in zoort
twee lappen cassa
zeven stukken geel Chinas linnen
een lap linde
een party gaaren in zoort
drie kante sluyers
een pakje met knopen en een pakje vingerhoeden
een pakje spelden
een pakje vormen
agt en dertig wyn kelken
zeven raspertjes
een restant naalden
drie frik booren
een foudraal en 2 pakjes met brillen
een pak zandpapier
een koffer waarin
een stuk linnen
zeven lappen linnen
drie lappen liende
drie lappen foersits
een [lappen] groen baay
een [lappen] roode trijp
twee stukken wit Chinas linnen
zeven lappen in zoort
elf bonte zakdoeken in zoort
een linnesche [zakdoeken]
een pak zylgaarn
twee p:r handschoenen
een aarde pot met wat daadels
een kastje met een restant thee
een bikke schop
een ledige kist
een ledige aarde pot
drie borsels
een ysere balans met koopere schaalen en 9 stukken gewigt
een foliant Bybel
een schuifdoosje waarin
een restant garen koort en zyde
zes tonteldoosen
negen boeken in zoort
twee cijffer lyen
twee ellen
een houte bakje
In de dispens
een rak waarop
een zoepterrine
vier schootels
twaalf borden in zoort
zes kandelaaren
een koffy moolen
een blikke lantaarn
twee blikke trommels
een blikke tregter
een blikke wynpomp
twee aarde potten
een strykyzer
een boter vaatje
een ledige asyn alefaam
een ledige vaatje
een party flessen en bottels voorts wat romm:
Op de zolder in een voorvertrek
een tafel
twee stoelen
In de kamer n:o 1
een spiegel met vergulde lyst
vier stoelen
een ledikant met een bed, kussens en verdere toebehoren, ingevolge voorm: testamentaire dispositie gelegateerd aan H:L: Stohrer
In de kamer n:o 2
een ledikant met witte behangsel waarop
een bed
een peuluw
negen kussens en
een wolle deeken
drie aanzet tafels
een kast waarin de klederen van de overleedene, een juweele borspeld en drie egte tjaalen alle welke (:except de kast) by gem: testamentaire dispositie zyn gelegateerd aan voor: haare dogter Catharina Jacoba Rosina Stohrer gehuwd met B:o Wienand
een lade kast waarin de kleederen van wylen haar vooroverleedene echtgenoot nevens
een degen met zilver gevest
een rottang met een goude knop
een rottang met een zilvere knop
een paar goude kuitgespen dewelke ingevolge meerm: testamentaire dispositie gelegateerd aan de minderjarige H: L:d Stohrer
twee kisten
een koffer
twee ledige trommels
vier deelen ingebondene Caapsche Couranten van 1801 tot 1810
een liqueur kisje met zes vlesjes
een wit aarde zoepterrine
zestien schotels in zoort
een visch schotel
zes en tagtig borden
twee en dertig pierings en 17 kopjes
twee zouspotjes
een trekpot
twee beekers
een zuikerpotje
een schenkblad
negen water glaasen
veertien wyn kelken
twee tinne schootels
een kopere keetel en tinne comfoir
twee taartepannen
drie koopere quispeldooren
een tinne koffijkan
een schuifdoos met wat timmermans gereedschap
een schuifdoos ledig
drie aarde potten
een tafel horologie
een tinne boterpot
een toilet spiegel
In de kamer n:o 3
agt manden in zoort
twee groote kast potten
een groote kook keetel
twee taatjes
een confyt keetel
vier en twintig vormen in zoort
een koopere braadpan
een kool schaaf
twee rol stokken
een octant
een blikke tregter
een vyssel en stamper
vijf aarde potten
een rystblok en stamper
een vat met wat romm:
een klyne kool schaaf
zes en twintig messen met plettise heften dertien in zoort
een schuifdoosje
twintig mudde zakken
twee zeeften
een bed en deeken
een groote spiegel
een blikke trommel waarin
een goude horologie en een juweele ring
drie p:r handschoenen
vier banden met ornementen en vier schootsvellen nevens een zilvere en vergulde ster tot de Masonnerie behoorende
agt en twintig zilvere knoopjes
een foudraal met een zilvere beeker
een zakje met differente goude en zilvere muntspecien blykens daarvan geformeerde notitie zynde de zogenaamde spaarpot penninge volgens declaratie van de huisvrouw van Wienand toebehoorende aan de minderjarige H:L: Stohrer
In de kombuys
vier potten
een koekepan
twee kopere keetels
een kopere vysel en stamper
een schuimspan
een vleeschvork
twee schoorsteen kettings
een vuurtang
twee emmers
een waterhalfaam
een baly
een baly klynder
twee houte leepels
Op de agterplaats
vier boter vaaten
een wyn halfaam
een ladder
een kast met wat zeep
een draagstoel met stokken en banden
Zilverwerk des boedels
een zuikertrommel
een zilvere theepotje met zyn zeef
een vuurtesje met zyn voetstuk
een schenkbord
drie zouplepels
vyf eetlepels
twee thee lepels
drie confyt forkjes
twee kniegespen
Lyfeigenen des boedels
een jongen genaamd Louis van Mosambique oud 38 jaaren, bakker
een jongen genaamd Sephier van Mosambique oud 34 jaren
een jongen genaamd Simon van de Kaap oud 6 jaaren, volgens testamentaire dispositie gelegateerd aan de minderjarige H:L: Stohrer
een jongen gen:d Abraham van de Kaap oud 1 jaar
een slavinne gen:d Diana van Mosambique 25 jaren, huismeid
een slavinne gen:d Clarisse van Mosambique oud 22 jaren, huismeid
een slavinne gen:d Lea van de Kaap oud 5 jaren, almeede ingevolge testamentaire dispositie gelegateerd aan des overleedens kleindogter Maria Louisa Wienand onder deeze uitdrukkelyke voorwaarde dat zoo lang deeze haare kleindogter ongehuuwd zal zijn die slavinne by haare moeder Catharina Jacoba Rosina Stohrer geh:d met Bernard Wienand zal moeten blyven woonen en haar dienen, en niet eerder dan by haar huwelyke aan haar zal worden afgestaan
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve vonden aan zilvere munt
drie heele en 2 halve ducatons
twee kroonen
drie ropyen
drie guldens
twee quart Spaanschematten
drie tien schell: stukken
twaalf schell:
veertien dubbeltjes en stuyvers
als meede aan papieren en kopere mund eene somma van twee ryks: en zestien stuyv:rs 2:16
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de Weeskamer deezer Colonie over de tweede of laatste paay eene aan dezelve debiteerende custingbrief d:d: 24 Sept: 1819 groot capitaal ƒ8266 ofte 2755:16
aan de Bank van Disconto op een notarieele obligatie d:d: 12 October 1819 per rest groot 1200:--

wordende alhier pro memorie genoteerd dat de overleedene nog eene openstaande reek:g heeft met B: Wienand

Aldus g’inventarisseerd ter woonhuyze voorm: ende zulx op het op en aangeven van de in den hoofde dezer gen: C:J:N: Stohrer huisv: van B:d Wienand, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouw gedragen en haars wetens niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot voorm: nalatenschap behoord invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid haare opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: behoorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk opgaaf te zullen doen ten einde deeze inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons gecomm: Weesmees: ende my Adj:t Commis door de inventariente eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesm: A:V: Bergh, A: v: Breda

C:J:R: Storer, huisvrouw van Bernhard Wienand

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

Ampliatie

Inneschulden
    Rd:s
  van P: Visser over 2 maanden huur van een slavejongen blykens reek:g   60:--
  van Joh:s Beck over koop van negotie goederen blykens reek:g   11:24
voldaan van P: Wydeman over koop van negotie goederen blykens reek:g   5:--
  van Kuuhl p:r rode in de maak blykens bewys van 14 Juny 1816   6:--
( Stellenbosch ) van P:J: Hugo over contant schuld blykens onderhandsch bewys van 12 Maart 1812   50:--
  van E: Buyskes blykens onderh: bewys   10:--
Bauford van Coenraad Kraft blykens bewys   231:24
Stellenbosch van Bouter blykens bewys van 7 Sept: 1810   104:--
  van Zacharias David de Beer volgens bewys per rest   5:24
  van Jacob Malan blykens restant der   75:36
  van Pieter Langeveld over 60 lb: boter a 22 rd:s blykens reekening   27:24
  van Abraham Moes blykens wins aan capitaal 11:42
  aan kosten deser kransd bet:l 55:12 67:6

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 29: Aug:s 1820.

Voor den opgaaff: B: Wienand

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/34.21

{18200310} 10 Maart 1820 James Merrij

19 July 20 N:o 6

Mosselbanks Rievier den 10 Maart 1820.

In van taris van zodanige goederen bevonden in een kist van wijlen James Merrij, als volgt

4 hemden in soorte
7 paar kousen
3 broeke
4 onderbaatjes
1 ongemaakte bove baatjen
1 lapje linne
7 neuwsdoeke
2 bonte gordijne
1 paar hand schoene
1 gebrede slaap muts
2 handoeke
1 lapje groene flenne
6 borstels in soort
3 kamme in soort
1 boekje met eenige kwietansies
2 scheermessen
1 oliesteen
1 klijne spiegel
5 boeke in soort

N: zeyd dat het horologe dat by hem is gevonden in besit is van den Landdrost van Stellenbosch den heer D:J: van Ryneveld.

Geinvantariseerd door mij: H:C: v: Niekerk, J:zoon, Veldcornet

Als getuigen: A:B: v: Niekerk, A: v: Reenen

MOOC8/34.22

{18200821} 21 Augustus 1820 Engela Helena van Nieuwkerk

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den [ ..... ] July des jaars een duyzend agt honderd en twintig ab intestato metter dood zyn ontruymd en nagelaten door Engela Helena van Nieuwkerk wed: wylen Alewyn Smith Jacobusz: ten voordeele haarer na gelaten kinderen en kindskinderen te weeten

1) Jacobus Hendrik Smith
2) Elizabeth Smith gehuuwd met Stephanus Christiaan Smith
3) de kinderen van wylen Engela Helena Smith in huwelyk verwekt by meede wylen Willem Meyburgh genaamd a) Jacobus Nicolaas Meyburgh beiden meerderjarig
b) Willem Meyburgh
4) Maria Smith gehuuwd met Albert Meyburgh
5) Frans Smith Alewijnz: mondig
6) Adriana Smith gehuuwd met Maarten Smith
7) het kind van wylen Aletta Catharina Smith in huwelyk verwekt by meede wylen Hendrik Mosterd genaamd Jan Mosterd mondig
8) Johannes Cornelis Smith mondig
9) het kind van wylen Helena Alberta Smith in huwelyk verwekt by Theunis Karsten met naame Helena Alberta Karsten get:d met Ockerd van Schalkwyk
10) het kind van wylen Catharina Smith in huwelyk verwekt by Nicolaas Lambrechts genaamd Catharina Johanna Barendina Lambrechts oud 8 jaaren
11) Nicolaas Albertus Smith mondig

zodanig als dezelve nalatenschap door ons expres gecomm: Weesmeesteren is opgenomem en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

Een plaats ofte hofstede genaamd Leeuwen Kuyl gelegen in het Zwart Land in het district van Stellenbosch groot een duyzend negen honderd zeven en zestig morgen en drie honderd quadraat roeden, waaronder begreepen is 47 morgen en 488 q:t roeden eigendoms grond en het overige altoos duurende erfpagt
In het voorhuis
drie tafels in zoort
een rustbank
agt stoelen
agt rakken in zoort
een geelkopere themachine
een tinne keetel en confoir
drie kandelaaren
zeven schootels
veertig borden
zeven kopjes en pierings
drie kommetjes
een tinne theepot
twee tinne schotels en borden
een tinne koffykan
drie aarde beekers
twee stoven
In de kamer ter regterhand
twee tafels in zoort
een ledikant met behangzel en
drie kaadels waarop
vier beddens
agt kussens
een peuluw
drie deekens
vier laakens
vyf schilderyen
een spiegel
een cijffer ley
drie kisjes
vier trommels in zoort
In de agter kamer
een kleder kast
een zadel
een geweer
een meel kast
een pottebank
een geweerrak
een kapstok
zeven aarde potten
twee douzyn vurken
twaalf leepels
agt messen
een snyders schaar
drie bottels
twee flesjes
twee houte bakjes
een peper en zoutvaatje
drie aarde potjes
een meelzeeft
een strykyzer
vier boeken
een schuifdoosje
In de kombuys
een combuis lepel
een bakkist
een rystblok
drie emmers
twee balys
een rooster
een drievoet
een potlepel
een vork vleesch
een braadschop
een koekepan
een yzere lamp
twee vuur schoppen
In een buyten vertrek
een wyn half aam
een ankervaatje
twaalf koornzakken
een koornharp
een ladder
zes wagen tuygen
agthien riemen
twee span stroppen
zeven zikkels
een party yzer werk
een paar beschote leeren
twee geelhoute planken
drie zwengels
een tent zyl
twee matjes
een legger
twee halve [legger]
vier vleesch vaaten
een smeer puts
een teer kan
Op de werf
twee wagens
twee ploegen
twee eggen
twee span jukken en touwen
zes ploeg schaaren
vier pikken
twee graven
een yzere schroef
gereedschappen
In het koonhuys
vier en veertig mudden koorn
Beestiaal
vyf wagen paarden
vyftien aanteel paarden
negentien trekossen
elf aanteel beesten
agt en vyftig schapen bokken en lammeren
Lyfeigenen des boedels
Isaak van de Kaap oud 61 jaren, werksjonge manslaven
Carolus van de Kaap oud 48 jaaren, werksjonge
Esau van de Kaap oud 34 jaaren, werksjonge
Demas van Mosambique oud 21 jaren, werksjonge
Adam van de Kaap oud 8 jaren
Flora van de Kaap oud 46 jaren, huismeid slavinnen
Rachel van de Kaap oud 23 jaren, huismeid
Eva van de Kaap oud 12 jaren, huismeid
Crediten des boedels
    Rd:s
voldaan den 9 Maart 1821 Willem Smith op een onderhandsche obligatie de dato 22 July 1815 groot aan capitaal 100:--
  met de renten van dien à 5 perc: in ’t jaar zedert den 22 July 1819
door de erfg: W: Meyburgh te worden overgenomen Frans Smith Frans z:n op eene onderhandsche obligatie d:d: 1 February 1815 groot 100:--
  met de renten van dien a 5 perc: in het jaar
erfg: Frans Smit d’ oude op een onderhandsche obligatie d:d: 14 January 1810 groot 200:--
  met de renten zedert den dag der obligatie à 6 perc: ’t jaar
erfg: Nicolaas Albertus Smith op een onderhandsche obligatie d:d: 1 February 1812 groot 400:--
  met den intrest à 5 perc: in het jaar
  Alewyn Myburg z: op een onderhandsche obligatie d:d: 10 February 1816 groot 333:16
  met den renten à 5 perc:t ’t jaar
  Alewyn Myburgh z: op een onderhandsch bewys 33:--
  Alewyn Myburgh op een onderhandsch bewys 23:18
  de wed: van opgem: A: Meyburgh volgens haar eigen opgaaf 22:--
voldaan 20 Novb:r 1820 Jurgen Wolfgang Kotzee op een onderh: obligatie d:d: 22 February 1819 100:--
  met de renten à 6 perc: ’t jaar
  Alewyn Johannes Smith op een onderh: obligatie d:d: 7 February 1819 groot 140:--
  met de renten à 5 perc: in ’t jaar
deze post volg:s twee bewysen reeds vereffend A:J: Smith volgens eigen opgaaf 18:24
voldaan Jacobus Hend:k Ras op een onderh: obligatie 20 February 1819 over koop van koorn 130:--
voldaan Jacobus Hend:k Ras volgens bewys 100:--
erfg: Jacobus Hendrik Smith op een onderh: obligatie d:d: 1 January 1820 groot 300:--
  met de renten à 5 perc: in ’t jaar
voldaan Nicolaas Ras over boekschuld 20:--
voldaan Nicolaas Ras volgens opgaaf 20:--
voldaan Alewyn Smith Fransz boekschuld 15:--
erfg: Johannes Cornelis Smith volgens eigen opgaaf 300:--
voldaan den Hottentot Jan over boekschuld per rest 8:24
Lasten des boedels
  Rd:s
Engela Smith wed: Alewyn Meyburg voor toeverzigt 25:--
aan Piet Redelinghuys volgens specifique reekening 102:30

Aldus g’inventariseerd op de plaats Leeuwenkuyl gelegen in het Zwartland onder het district van Stellenbosch op den 21 Aug:s 1820 ende zulx op het op en aangeven van de in den hoofde deezes gem: Jacobus Hend:k Smith d’ oude dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyns weetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord in voegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgeve ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gem: nalatenschap mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk opgaaf te zullen ten einde deeze inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieert.

In teeken der waarheid is deeze door den inventariente ende my Secretaris behoorlyk ondertekend

Als gecommitteerden: A: v: Breda

J:H: Smit de oude

My present: J:J:L: Smuts

Ampliatie

Pro memorie word alhier genoteerd dat volgens opgaaf van Jacobus Hendrik Smith d’ oude op den 4 October 1820 ter Weeskamer gedaan, de ondervolgende voor vaderlyke erffenisse nog uit den boedel competeeren als

  Rd:s
Jacobus Hendrik Smith 174:23 1/6
Elizabeth Smith gehuuwd met Stephanus Christ:n Smith 174:23 1/6
Maria Smith gehuuwd met Albertus Meyburg 174:23 1/6
Frans Smith Alewynz: 174:23 1/6
Adriana Smith gehuuwd met Maarten Smith 174:23 1/6
Johannes Cornelis Smith 174:23 1/6
Nicolaas Albertus Smith 174:23 1/6

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/34.23

{18200807} 7 Augustus 1820 Johan Conrad Kehle

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den zesden dag der maand Aug:s in den jaaren een duyzend agt honderd en twintig ab intestato met er dood zyn ontruymd ende nagelaten door John Conrad Kehle ter voordeel zyner onbekende uitlandige erfgenaamen, invoegen als het een en ander door my ondergetekende ingevolge opgaaf van den heer Johan George Muller is opgenomen en in geschrifte gebragt mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende

Ten huyze van opgem: J:G: Muller
een kadel waarop
een mattras
een kombaars
twee kussens
een tafel
een kist waarin
een borstspeld met een agate steen
een zilvere horologie met kopere ketting en cachet
een blaauwe lakensche rok
een zwarte lakensche rok
zes lakensche broeken in zoort
een korte [broeken]
zeven Chinas linnesche broeken in zoort
een duffelsche boven baatje
twee linnesche [baatje]
drie lakensche onderbaatjes
vyf gestreepte onderbaatjes
zes hembden
zeven halsdoeken
twee zakdoeken
agt handdoeken
twee halve hempjes
zes p:r koussen
drie p:r kamassen
drie borsels in zoort
een schaar een parsyzer en 1 hamer
een spiegel defect
een p:r handschoenen
een p:r laarsen
een p:r schoenen
twee hoeden
aan contanten in den boedel gevonden twaalf stuiv:rs

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 7 Aug:s 1820 ende zulx op het op en aangeven van de in den hoofde deezes gem: Muller dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyns wetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord invoegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader getrouwelyk opgaaf te zullen doen ten einde deze inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van my ondergetekende door de inventarient eigenhandig onderteekend.

J:G: Muller

My present: R: v: Breda

MOOC8/34.24

{18200222} 22 February 1820 Abraham Russouw

Inventaris van zodanige goederen als ’er ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door Abraham Russouw Hendrik Gijsbertsz: ten voordeel van zijn hierondertemeldene broeder en zusters met namen

1) Anna Catharina oud 20
2) Hendrik Gijsbert oud 18
3) Johanna Hendrina oud 15
4) Helena Christina Russouw oud 11 jaren

invoegen als het een en ander door den burger Abraham Russouw Absz: is opgegeven mitsg:s door mij Adj:t Commis en getuygen g’inventariseerd ende getauxeerd bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk:

een bed
een lakensche baatje
een zwarte fluweele broek
een velle broek
twee hembden
een zadel en toom
Beestiaal
een rijdepaard
zes trekossen
Crediten des boedels
  Rd:s
over zo veel den overleedenen uit den boedel van wijlen zijne vader Hendrik Gijsbert Russouw van de Weeskamer aan erffenis penningen competeerd 221:19
Last des boedels
  Rd:s
van Philip Rens over koop van negotie goederen blykens reekening 172
blykens obl:

Aldus gedaan ende g’inventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 22 February 1820 ende zulx op het op en aangeven van de in den hoofde deser gem: Ab:m Russouw Abs:z dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en niets versweegen of terug gehouden te hebben dat tot voorm: nalatenschap behoord invoegen hij ook getuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tijde vereyscht werdende met eede gestand te doen en verdere belofte zo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behorende mogte worden ontdekt daar van nader en getrouwelyk opgave te zullen doen ten einde deeses inventaris daarmeede te kunnen worden geamplieerd.

In teeken der waarheid is deeze door dikwilsgem: Ab: Russouw in presentie van mij Adj:t Commis en getuigen behoorlijk onderteekend

Als getuigen: J: Serrurier, J:A: Munnik

Voor den opgaaf: Abraham Russouw, Ab:z

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/34.25

{18190924} 24 September 1819 Andrew Browne

Inventaris van goederen gevonden in de nalatenschap van wylen Andrew Brown, als schipper van het Engelsche Suidzee visscherschip, op den 19 September 1819 op zynen gemelden boden ter rheede van Simonsbaay overleden

In de groene kist n:o 1
een bruin lakensche rok
een bruin lakensche pantalon
vier blaauw lakensche [pantalon]
twee zyldoeksche [pantalon]
twee wit linnensche [pantalon]
twee gestreepte onderbaatjes
een wit hembd
vyf geruite [hembd]
zes paaren witte geweefde kousen
tien paaren wolle kousen
een [paaren] wolle zokken
twee flennelsche rompjes
twee flennelsche onderbroeken
een flennelsche lyfband
drie zyde zakdoeken
drie bonte catoene zakdoeken
vyf witte halsdoeken
drie servietten
een gebredene nagtmuts
drie wolle combaarsen
een witte deken
een bonte deken
een tavellaken
drie sloopen
drie gordynen
een kussen
vyf banden of lappen
In de groene kist n:o 2
vier blaauwe bovenbaatjes
drie blaauwe duffelsche baatjes
een kruisband
een lyfband
een rood hembd
twaalf paaren wolle handschoenen
een zakje met een restant garen
een paar laarsen
vyf paar schoenen
een doos met 1 fyne ronde zwarte hoed
zeven grove ronde zwarte hoeden
twaalf schotelplaatjes
negen en een half steenen zeep
een breukband
twee kruisbanden
een scheerdoos
een strykriem
een scheermes
vier knipmessen
een pennemes
vyftien boeken in soort
In de zwart ledere coffer
drie zeekaarten
een kastje met eener verrekyker
een doos en sextant
een doos en quadrant
een schryftkistje
een zilver horologie met deszelfs ketting, verondersteld goud te zyn
twee kokers van matjes
een Spaanschemat en twee zilvere handknoopen
een rood fluweele horologie zakje
een ly
een hangmat met een bed
een raam voor gem: hangmat
een wandelstok

Residents Bureau, Simonsbaay , den 24 September 1819.

Als getuigen: P: Smit, J: Kirsten

J:H: Brand

MOOC8/34.26

{18200919} 19 September 1820 Robert Wishart

Inventaris der nalatenschap van wylen Robert Wishart als matroos bescheiden geweest aan boord van het alhier ter rheede geankerd liggende Engelsch transport schip; en zulks op voorzoek en qualificatie van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren in de Kaapstad aan de Kaap de Goede Hoop, bestaande deselve in, als volgt

eene kist waarin
een blikke trommel
een blikke coffypot
een porceleine melkbeker
drie schoe borstels
twee boeken
drie scheermessen
twee strappen
twee schaaren
vyf bonte hembden
een blaauw linnensche pantalon
een blaauw lakensche pantalon
een blaauw lakensche bovenbaatje
drie onderbaatjes in soort
drie bovenbaatjes in soort /oud/
een wolle frok /oud/
vier zyldoeksche broeken /oud/
een Vlaamsch linnensche boeseroentje /oud/
twee oude wolle onderbroeken
twaalf paaren kousen in soort
drie wollen kappen
drie zyde zakdoeken
een paar oude halve laarsen
een oude zwarte hoed
een oude stroo hoed
een zak
twee ledige vlesschen
een matras
een kussen
een wolle sprey
twee wolle dekens

Aldus gedaan en geinventariseerd in de Simonstad aan de Kaap de Goede Hoop op den 19 September 1820.

Als getuigen: J: Weersten, J:F: de Wet

By absentie van den resident: C:n Lind

MOOC8/34.27

{18200918} 18 September 1820 Harris Davis

Inventaris der nalatenschap van wylen Harris Davis, als capitein gecommandeerd hebbende het alhier ter rheede geankerd liggende Engelsch transport schip; en zulks op verzoek en qualificatie van het eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren in de Kaapstad aan de Kaap de Goede Hoop bestaande deselve in, als volgt

een rood kistje inhoudende
een blaauw lakensche rok
een blaauw lakensche overrok
twee grys lakensche pantalons
een paar zwarte camassen
een korte broek
een zak met
dertien witte hembden
agt gestreepte hemden
agt onderbaatjes in soort
vyf geel Nankingsche pantalons
twee Vlaamsch linnensche pantalons
zes flennelsche onderhembden
zes flennelsche en linnensche onderbroeken
twee onderbaatjes
een Vlaamsch linnensche pantalon
drie sloopen
zes witte halsdoeken
twee witte halsdoeken
zes bonte zakdoeken
twee bedlakens
vyf handdoeken
een paar Chinasch linnensche camassen
drie nagtmutzen
een zwart zyde halve halsdoek
vyftien paaren wolle kousen
vyftien paaren catoene kousen
twee paaren wolle handschoenen
eenige oude boeken
een zak inhoudende
een lakensche pantalon
een bruine rok
een bonte combaars
een bedlaken
drie wolle dekens
een zwart onderbaatje
een bonte hembd
twee handdoeken
een nagtmuts
een bonte zakdoek
een kussen met sloop
een peuluw
een paardenhaire matras
drie paaren laarsen /oud/
twee paaren schoenen /oud/
twee oude kaarten
een oude [kaarten]
een vederbed
een hamper met
vyftien groote vlesschen mostert
negentien halve vlesschen mostert
agt kruikjes met inkt
een hamper met
agt bottels geconfituurde vrugten
zeven groote bottels mushroom ketchup
negen kleine platte bottels mushroom ketchup
zes en twintig kleine bottels saucen
twee zwarte hoeden in 2 papiere doozen
twee oude zwarte hoeden
twee opgestopte vogels in twee doosjes
een quadrant
een kastje met zes en veertig koekjes Windsor seep
tien nieuwe schaaren
zes tinne lepels
vyftien tinne lepeltjes
een knipmes
een bos pennen
twee boeken klein formaat papier
twee en een halve boek brieven papier
een pakje grof blaauw garen
drie groote vischhoeken
een tin spuitje
een fyne schaar
vier yzere groote schroeven voor hangmatten
Contanten
een zakje inhoudende aan kopergeld
vier groote of dubbelde dubbeltjes
zeventien rd:s vier schell: en twee stuivers aan Kaapsche dubbeltjes
vyf rd:s en twee dubbeltjes aan uitlandsche dubbeltjes
twee rd:s en twee dubbeltjes aan halve dubbeltjes aan uitlandsche dubbeltjes
in een schryflessenaar
een goude doubloon
twee goude guineas
vier en dertig Spaansche matten
zeven Fransche kroonen
een Fransche vyf frank stuk
een Engelsche kroon
negen Engelsche halve kroon
agtien Engelsche schellingen
zes Engelsche sixpences
een Spaansche quartje
een goude horologie ketting met twee cachetten
een zilver potloot kokertje
een ouwel cachet
verders nog
twaalf wolle roode mutzen
zes flennelsche onderbroeken
vyftien grove blaauw lakensche pantalons
veertien rood flennelsche hembden
elf zee kaarten
vier Flaamsch linnensche boeseroentjes

Aldus gedaan en geinventariseerd in de Simonstad aan de Kaap de Goede Hoop op den 18:den Septem:r 1820.

Als getuigen: J: Kirsten, J:F: de Wet

By absentie van den resident: C:n Lind

MOOC8/34.28

{18201108} 8 November 1820 William Grig

Inventaris van alle zoodanige goederen als er op Vrydag den 2:de Juny van het jaar een duizend acht honderd en twintig, aan boord van het Engelsch koopvaardy schipmet er dood ab intestato zyn ontruimd en nagelaten door William Grig, ten behoeve zyner onbekende uitlandige erfgenamen, bestaande deze nalatenschap naar aanleiding van eenige daaromtrent in de papieren des boedels van wylen Thomas Jeffry, voormaligen kapityn van het gezegde schip gevondene aanteekeningen en daarop gevolgde resolutie van Heeren Weesmeesteren de dato 27 September 1820 in het volgende:

een zilver zakhorologie
het Bybelboek in twee deelen
zynd deze goederen nog in natura aan boord van het meergem: schip gevonden
Crediten des boedels
  Rd:s
een bedragen van een honderd en veertien ryksd:s en twintig stuivers, waarvoor des overledenens boedel ingevolge voormeld besluit van Heeren Weesmeesteren, uit dien van wylen Thomas Jeffry behoort gecrediteerd te worden, als zynde zoo veel als waarvoor gemelde Jeffry, op eigen autoriteit, eenige goederen aan den overledenen behorende onder zyne scheepsgenoten heeft doen verkoopen rd:s9:17:6 tegens de agis van 131 3/4 pc:t 114:20

Actum ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 8:e November 1820.

J:J:L: Smuts

MOOC8/34.29

{18200918} 18 September 1820 Richard Downes

Inventaris der nalatenschap van wylen Richard Downes, als opperstuurman bescheiden geweest aan boord van het alhier ter rheede geankerd leggende Engelsch transport schip,; en zulks op verzoek en qualificatie van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren in de Kaapstad aan de Kaap de Goede Hoop, bestaande dezelve in, als volgt

eene kist, inhoudende
zeven zeekaarten
een blikke bus met wat hagel
een blaauw lakensche bovenbaatje
een duffelsche bovenbaatje
twee paaren kousen
twee eyer kopjes
een paar wolle handschoenen
een ley
eenige oude boeken
een schryflessenaartje, waarin
een borstspeld en eenige brieven en andere privat papieren
een zwart koffertje bevattende
agt syde zakdoeken
een zwart lakensche onderbaatje
een blaauw lakensche onderbaatje
een zwart lakensche rok
een blaauw lakensche rok
vyf en twintig stangen roode lak
zes stangen zwarte lak
zeven schaaren
een flennelsche hembd
een doosje met agttien schellingen kopergeld en een zilver signet
een geschilderd kastje, met
vier witte hembden
drie witte halsdoeken
twee syde zakdoeken
een wit casimiere kortebroek
een paar lakensche camassen
vyf paar wolle kousen
een nagtmuts
een gestreept onderbaatje
een zwart onderbaatje
een jane pantalon
een blaauw pantalon van grof laken
een paar zwarte camassen
een flennelsche onderhembd
zeven doosen met opgestopte vogels
een zak, waarin
vyf bonte hembden
negen witte hembden
twee bed lakens
drie witte halsdoeken
zes bonte zakdoeken
drie wit linnensche pantalons
twee linnensche onderbroeken
een flennelsche [onderbroeken]
twee flennelsche hembden
twee witte bovenbaatjes
drie witte onderbaatjes
een blaauw lakensche [onderbaatjes]
zeven handdoeken
een fyn blaauw lakensche pantalon
een grof zwart lakensche bovenbaatje
een grof blaauw lakensche bovenbaatje
een bruine overrok
twee witte gordyntjes
vier nagtmutsen
tien paaren kousen in soort
twee handddoeken
een paar schoenen oud
twee paar laarsen
zeven boeken in soort
een zakdoek
twee stroo hoeden
een vaale [hoeden]
vier wolle dekens
een paarde haire matras
een spry
twee kussens met sloopen
een quadrant
twee zeekaarten

Aldus gedaan en geinventariseerd in de Simonstad aan de Kaap de Goede Hoop, op den 18 September 1820.

Als getuigen: J: Kirsten, J:F: de Wet

By absentie van den Resident: C:n Lind

MOOC8/34.30

{18200919} 19 September 1820 Thomas Page

Inventaris der nalatenschap van wylen Thomas Page als matroos bescheiden geweest aan boord van het alhier ter rheede geankerd liggende Engelsch transport schip, en zulks op verzoek en qualificatie van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren in de Kaapstad , aan de Kaap de Goede Hoop, bestaande dezelve in als volgt

een kist waarin
vyf bonte hembden
een tygervelle onderbaatje
een blaauwe lakensche onderbaatje
drie flennelsche onderhembden
twee Vlaamsch linnensche pantalons
een oud Vlaamsch linnensche boezeroentje
drie lakensche en duffelsche bovenbaatjes
een grys lakensche pantalon /nieuw/
vier paaren wollen kousen
een geel zydene zakdoek
een paar wolle handschoenen
twee wolle mutzen
een hangmat
een zak
een spiegeltje
een ley
een hoed
een schaar
een party scheergoed
een hangmat met
een matras en kussen
een wolle combaars en
een chitsche sprey

Aldus gedaan en geinventariseerd in de Simonstad aan de Kaap de Goede Hoop op den 19 September 1820.

Als getuigen: J: Kirsten, J:F: de Wet

By absentie van den resident: C:n Lind

MOOC8/34.31

{18200919} 19 September 1820 John Robert Watkins

Inventaris der nalatenschap van wylen John Robert Watkins als jong matroos bescheiden geweest aan boord van het alhier ter rheede geankerd liggende Engelsch transport schip; en zulks op verzoek en qualificatie van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren, in de Kaapstad aan de Kaap de Goede Hoop, bestaande in als volgt

een kist waarin
agt witte hembden
vier bonte hembden
twee flennelsche rompjes
twee gestreepte onderbaatjes
een witte onderbaatjes
een wit linnensche pantalon
een grof blaauw lakensche pantalon
een grof blaauw lakensche bovenbatje
zes witte halsdoeken
drie zak doeken
een zwart zyde halsdoek
vier paar witte kousen
zes paaren wolle kousen
een [paaren] wolle zokken
twee paaren handschoenen
twee nagtmutzen
twee handdoeken
een naai doosje
een flennelsche onderbroek
een party medicamenten in vleschjes en doosjes
een vergulde of metaal horologie met eene staale ketting
een goud signet
twee boeken
een party scheergoed
drie borstels in soort
een zakboekje met drie ryksdaalders en vier schell: papier geld
agttien pence zilvergeld
een doosje met wat schryfgereedschap
een groen geschilderd kistje met
een zilver potloot kokertje
een gouden borstspeld
een zwarte hoed
een hangmat, bed, twee kussens
en drie wolle deekens
een bont linnensche doek met
een nieuwe duffelsche bovenbaatje
een grof blaauw lakensche bovenbaatje
een grof blaauw lakensche pantalon
een grof blaauw lakensche onderbaatje
een oude bonte hembd
een zylsdoeksche bovenbaatje
een zyldoeksche broek
een wolle muts
een paar schoenen

Aldus gedaan en geinventariseerd in de Simonstad aan de Kaap de Goede Hoop op den 19 September 1820.

Als getuigen: J: Kirsten, J:F: de Wet

By absentie van den resident: C:n Lind

MOOC8/34.32

{18200919} 19 September 1820 Thomas Hunter

Inventaris der nalatenschap van wylen Thomas Hunter als jong matroos bescheiden geweest aan boord van het alhier ter rheede geankerd liggende Engelsch transport schip; en zulks op verzoek en qualificatie van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren in de Kaapstad aan de Kaap de Goede Hoop, bestaande dezelve in als volgt

eene kist, inhoudende
een zwart lakensche bovenbaatje
een zwart lakensche pantalon
een wit gekeperd pantalon
een bonte hembd
een gestreept onderbaatje
twee witte hembden
een zwart lakensche onderbaatje
een zyldoeksche bovenbaatje
een oude blaauw lakensche pantalon
een paar zwarte camassen
twee bonte zak doeken
twee paaren wolle kousen
een [paaren] catoene zokken
een [paaren] wolle handschoenen
een roode wolle muts
een paar schoenen
eenige boeken en rommeling
een kistje met
twee hoeden
vier bonte hemden
een blaauw lakensche bovenbaatje
een blaauwe lakensche pantalon
een zwart zyde halsdoek
een paar wolle kousen
een oud duffelsche overrok

Aldus gedaan en geinventariseerd in de Simonstad , aan de Kaap de Goede Hoop, op den 19 September 1820.

Als getuigen: J: Kirsten, J:F: de Wet

By absentie van den resident: C:n Lind

MOOC8/34.33

{18170911} 11 September 1817 Johan Frederik Kuster

Lys van den overleede, J: Frederik Kuster

den 11 September 1817

een bet met zijn volle toebehooren
een sulver oorloogie
een jas
en partij ou afgedraagde klerasie
een vluijt
een klyne verkyker
een halve kissie
een schuijfdoos en een balie
een pasijser en een schaar
ander half el laaken
zes el vlinnie
een stuk lenne
agt elle geruijt
een stuk Sienas lenne
een paar nuwe kouse
een half pont blouwe gaare
een bondelie wit gare en sij
twee nuewe lennese doeke
een hoet, en twee paar schoen
een paar stewels
aan contante rijksdaalders, ses en vijf schelling
en kaatel
twee kanneies
een kommetie
twee glaase
een ou lantaaren

Als getuijgen: G:R: van Rooijen, P: v: C:, J: du Pliesie, C: Raademijer, P:H: van Rooijen

MOOC8/34.34

{18200608} 8 Juny 1820 William Alexander Fraser

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Maandag den vyfden dag deser lopende maand Juny in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den heere William Alexander Fraser ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

Ten huize van mejuff:w de wed:e van Schoor alwaar de overledene ’t laatst is gelogeerd geweest en aldaar

In een bovenkamer
een schryfkistje waarin
een goud zakhorologie met goude ketting, twee cachetten en sleutel, welke Capt:n Ritchie meend te weesen het eigendom van zekeren heer Paternoster, in civiele dienst te Madras
twee goude bottelhangers
een zak compas
een zak thermomether
twee ouweldrukkers
vier vlesjes in zoort
twee p:r zyde kousen
vyf borsels in zoort
een p:r hand schoenen
een snuyfdoos
twee waayers
een yvoire spuitje
een schaar
twee pennemesjes
een zilvere koort met zes ringetjes
een blikke doos met zalf
een honderd negen en twintig goude pagodes
achttien zilvere Spaansche mat
een stuk zilver Indisch geld
een p:r goude hand knoopjes
een borstspeld met een juweele steen
vier p:r zilvere broeksknoopen
zeventien zilvere onderbaatjes knoopen
tien paarl d’ amoure knoopen
twee zilvere eetlepels
twee zilvere dessert lepels
twee zilvere vorken
twee zilvere dessert vorken
een zilvere theelepeltje
een zilvere merglepel
een scheerkistje waarin
aan Kaapsch papiere munt een duyzend vyf en zeventig ryksd:s en drie schellingen
tien banknoten ieder van een pond sterling
een goude moor
een goude guinee
twee goude halve [guinee]
twee goude pagoden
drie stukjes goud
vyf zilvere ropyen
vier stukjes zilvergeld
vier zilvere handknoopjes
zes zilvere onderbaatjes knoopjes
een p:r goude kniegespen
een zilvere leepeltje
een ledige zakboekje
een borstspeld
een koffer waarin
acht hembden
twee en dertig broeken in zoort
twintig onderbaatjes
vyf onderbaatjes
een linnense jekket
elf p:r kousen
zeven p:r kammassen
twee lakense mannellen
twee lakense rokken
een lakense baatje
een lakense onderbaatje
twee lakense broeken
vyf flenny buikbanden
een flenny poeder mantel
drie mutzen
twee kruisbanden
zeven lakens
acht slopen
acht servietten
acht en twintig doeken in zoort
twee dekens
een fluweele kap
een lap linnen
twee wolle mutzen
twee strykriemen
twee klederborsels
een doosje met met een restant ouwels
twee hairborsels
vier tandeborsels
twee kammen
een blikke koffer
twee onderbroeken
vier flenny onderbaatjes
twee p:r kousen
een zak doek
een p:r handschoenen
een restant schryfpapier
twee hagelsakken
een pakje waschkaarsen
een party boeken
twee blijkes buskruyt
twee kannen en een bottel portable soep
een verrekyker
een foudraal met een vles
een zilvere melkpot
een plettit trekpot
een patente kurkentrekker
een opera glas
een geelkopere blaker
een dolk
een foudraal met 2 scheermessen
een geweer wisser
een portefuïlle met eenige prenten
een glase karaf
een party vlesjes en potjes
vyf p:r schoenen
een blikke waschbak

Ten huize van James Dick alwaar de overleedene voorheen is woonagtig geweest

In de voorkamer
een sopha met zyn mattras en vier kussens
een tafel met laden, waarin
een poederdoos
een spiegeltje
een foudraal met een medaille
een kogelvorm
een hagelbusje
twee laarsentrekkers
een vlesje
een tongschaper
een hairtang
een bureau met laden, waarin
een kleyne kruidhoorn
twee vlesjes medicynen
twee rolletjes lint
een restant naai zyde
een party schryfpennen
een vlesje lavendel
een doosje met snuyf
een zilvere beker
een inktkoker
twee p:r zyde kousen
een p:r vrouwen handschoenen
vier spellen kaarten
een slonsje
een stuk gommelastiek
een pakje kopere Indische muntspetien
een honderd een en vyftig zilvere Spaansche matten
een banknoot van een ponden sterling
een banknoot van twee ponden sterling
in de eerste lade
zeven hembden
veertig broeken in zoort
vier rode Kustdoeken
in de tweede lade
achttien onderbaatjes
zeventien doeken
vier lakens
twee slopen
een en twintig handdoeken en servietten
een stuk en een lap linnen
in de derde lade
veertig p:r kousen en sokken in zoort
een restant schryfpapier
vier koekjes seep
een kruydhoorn
een dolk
een schaakspel
een liniaal
een party boeken
een kistje, waarin
twee bottels brandewyn
een [bottels] asyn
twee vlessen ingelegde vrugten
twee potjes confyt
een vles essence of gember
een ledige vles
In een muurkastje
een olie en azyn stander
twee plettit kandelaars
een tinne trekpot
twee tinne waterborden
een plettit snuyter
twee verlakte schenkbladen
een verlakte theebus
een blikke ketel
twee blikke potten
een restant broodzuyker
drie bierglasen
zeven kelkjes
twee glase zoutvaatjes
een glase beker
een tinne bus met een restant thee
een mandje met zout
vier bottels port wyn
een douzein messen
zes vorken
een zuikertang
twee schoenenborsels
twee schotels met dekzels
vyftien borden in zoort
een lampet en kom
twee kopjes en pierings
In een bovenkamer
een leuningstoel
een mand waarin
een kloklantaarn
een kopere emmer
een blikke vuurrooster
een lamp
een chambreel
een kopere waschbak
een balie
een nagtspiegel
twee lode bussen met thee
een kastje met eenige vlesjes restante medicynen
een medicyn kistje
een hoed
een kap
een koffer waarin
vyf lakense rokken
een baatje
twintig hembden
zes en veertig broeken in zoort
vier en veertig baatjes in zoort
vier en twintig flenny baatjes
twee nagtkabaayen
zeven flenny buikbanden
zeventien p:r kousen
zes sloopen
dertien servietten
een doek
een laken
vyf lappen linnen
zes linnense kruisbanden
een lap ongebleekt linnen
een p:r zakpistoolen
een pak speelkaarten
een kastje waarin
twaalf bottels en kannen portable soep
een bottel sampions
drie blikke castrollen
een pakje schroeven
een pakje waschkaarsen
een blaker
een doosje met eenige kleine vlesjes
een kistje met een paar pistolen
een mandje, waarin
zeventien hembden
agt flenny baatjes
zeventien doeken in zoort
een flenny broek
twee linnense [broek]
veertien handdoeken
drie lakens
een kabaay
zes p:r kousen
twee slaapmutzen
een sjerp
een flenny buiklap
een chitse deeken
een wolle kombaars
een mandje met eenige kannetjes
een mahonyhoute kastje waarin
een dubbelde loop geweer en toebehoren
een foudraal met een glas en zilvere dekzel
een foudraal met een bottel
een verlakte trommel

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 8:e Juny 1820.

Als gecomm: Weesmeesteren: A: v: Breda, J:A: Munnik

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

vold: den 22 Maart 1821 den h:r W: Wayte geeft op, aan deeze boedel schuldig te weesen rd:s72 voor wyn, die hy van den overledene heeft overgenomen

MOOC8/34.35

{18190227} 27 February 1819 Sara Johanna Erasmus

Inventaris van zodanige goederen als er ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door Sara Johanna Erasmus ten voordeele haaren nagelate man den burger Johannes Pietersen Johannesz: ter eenre, mitsgaders de hier onder te meldene door de overleedene in twee onderscheidene huwelijken verwekte nog minderjarige kinderen als

bij wijlen haare eerste man Gerrit Coetzee Dirksz: 1) Anna Maria Coetzee oud 15 jaaren
bij opgemelde hare echtgenoot 2) Sara Johanna oud 9
3) Johannes Petrus oud 8
4) Jacob Christiaan Jacobus oud 4 jaren en
5) Johanna Arendina Pietersen oud 20 dagen

ter andere zijde invoegen als het een en ander, door my ondergeteekende Adj:t Commis der Weeskamer en getuigen ingevolge opgaaff van voorn: weduwnaar is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlijk

een thee tavel
twee stoelen
een kadel, waarop
een bed, peuluw en drie kussens
twee oude kisten
een bakkist
twee ketels
twee ijzere potten
een emmer
een oude conphoor
twee baletjes
een tinne trekpot
een coffij molen
zes tinne borden
een tinne schotel
een tinne kom
vier tinne lepels
een zilvere [lepels]
twaalff staale vorken
een kopere kandelaar
twee snuijters
een kleijne meelzift
een mandje
een aarde vetpot
een stooff
een tesje
een oude rooster
een potlepel
een vleesch vork
een geweer
een zadel en toom
Beestiaal
een rijdpaard
Lijfeigen
een slavin genaamd Clara van de Kaap oud 20 jaren
Crediten
van de heer Jacobus Christiaan Faure als executeur des boedels van wijlen Hendrina Botma wed: Johannes Christoffel Grijling, de erfportie aan wijlen zijn huijsvrouw uit dien boedel te beurt gevallen, waar van hij het juist bedragen niet weet op te geeven
Lasten des boedels
    Rd:s
vold: den 6 July 1820 aan Johannes Basson Matthijsz: over koop van hamels en meel 155:--
  aan Izaak Lesan over gekogte winkelwaaren 31:12

Aldus g’inventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 27 Februarij 1819 ende zulx op het op- en aangeeven van de in den hoofde deeses gemelde weduwnaar, dewelke verklaarde zig hier inne ter goeder trouwe gedragen en niets versweegen ofte rug gehouden te hebben dat tot voorm: nalatenschap behoord, invoegen hij ook getuigde de deugdelijkheid zijner opgave ten allen tijde des vereyscht werdende met eede gestand te doen en verdere belofte zoo hier na nog iets tot gesz: boedel behorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelijk opgave te zullen doen, ten einde deesen inventaris daar mede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deese inventaris in presentie van mij Adj:t Commis door den inventarient ondertekend.

Als getuigen: A: v: Breda, J:A: Munnik

Voor den opgaaff: Johannes Pieterse J:z

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

Ampliatie

volgens nadere opgaaff van de in den hoofde deeser Johannes Pieterze J:z is de erffportie zijne overleedene huysvrouw uit den boedel van wijlen Hendrina Botma wed: Joh:s Christ: Grijling ten bedrage van honderd vyftig rd:s en vier en dertig stuyvers door hem van de heer Jac:s Christiaan Faure ontvangen geworden.

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 11 May 1819.

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/34.36

{18170925} 25 September 1817 Johanna Maria Snijders

Inventaris van alle zodanige goederen als er ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door Johanna Maria Snijders Johannes Jacobusd:r ten voordeele haarer nagelaten man den burger Alewijn Jacobus Meijburgh Albertsz: ter eenre en hunne bij den andere in echt verwekt eenige minderjarige zoon met namen

Albert Johannes Jacobus Meijburgh oud 3 maanden

invoegen als het een en ander door mij Adj:t Commis en getuigen ingevolge opgaaff van gemelde weduwnaar is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle dezelve in de volgende, namentlijk

een kist
een schietgeweer
een snijmes
een zadel en toom
een rood ledere zak boekje
Beestiaal
zeven trekossen
agt aanteelbeesten
een rijdpaard
twee aanteelpaarden
twee honderd vyfthien aanteelschapen
zeven en dertig aanteelbokken
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve gevonden 103: 42
doch welke penningen onder hem inventarient zijn verbleeven
over zo veel de overleedene nog aan erfenispenningen competeerd met den boedel van haare overleedene oom Stephanus Snijders, bij de heere Oloff Godlieb de Wet Hendriksz: en Jan Fredrik van de Graaff als gemachtigdens van de executeuren testamentair Lucas Marthinus Snijders en Frederik Burk g’administreerd wordende, waarvan hij het juist bedragen niet weet op te geeven

Aldus g’inventariseerd ende Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 25 September 1817 ende zulx op het op- en aangeven van de in den hoofde deezer gem: Alewijn Jacobus Meijburgh Albertusz: dewelke verklaarde zich hier inne ter goeder trouwe gedragen en niets versweegen of te rug gehouden te hebben dat tot voorm: nalatenschap behoord, invoegen hij ook getuygde de deugdelykheid zijner opgave ten allen tijde des vereyscht werdende met eede gestand te doen en verdere belofte zo hier na nog iets tot gez: boedel behorende mogte worden ontdekt daar van nader en getrouwelyk opgaaf te zullen doen, ten einde deesen inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deeze door den inventarient in presentie van den Adj:t Commis en getuygen behoorlyk ondertekend

Als getuigen: J: Serrurier, A: v: Breda

Voor den opgaaf: Aalwijn Jakobus Myburgh Albert soon

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/34.37

{18180501} 1 Mey 1818 Carel Valentyn Buchner , Maria Jacoba van Reenen van Nieukerk

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot den boedel van wylen Maria Jacoba van Reenen van Nieukerk en nagelaten man Carel Valentyn Buchner behoren en door denzelve sub dato den 13 November 1817 ab intestato met ’er dood ontruymd en nagelaten zyn, zynde dezelve geformeerd en in geschrifte gebragt door my Charles Allen Secretaris van het district Uitenhage en als Notaris Fungerende in presentie van de natenoemene getuigen; bestaande dezelve in als volgt

een bed en toebehoren
een kist /oud/
twee stoelen
een tavel
een zadel
vier emmers
twee potte
twee geweren
Beestiaal
twee ryd paarden
agthien ossen
zeven en veertig aanteel beesten
Lasten
  Rd:s
aan d’ heer F: Korsten 166
aan Danie Koch 100
Erfgenaam
Maria Jacoba van Reenen Buchner geboren den 13 Nov:r 1817

Aldus gepasseerd ter Secretarije van Uitenhage op heden den 1 Mey 1818 ende zulx op het op en aangeven van voorm: C: V: Buchner in den hoofde voorm: dewelke betuigde, de tot den gemeenschaplyken boedel, behoord hebbende goederen, ter goeder trouwe zig gedragen en met zyn weeten ofte agter gehouden te hebben, met belofte van zo hy iets ontdekt dat in dien boedel behoord, deze inventaris daar meede te zullen amplieeren, mitsg:s des vereischt wordende met eede te staven, ende zulx in bywesen van den klerk Adriaan de Waal en Hendrik Langenbach als getuigen, die de minuute deezes benevens de Comp:t ende my Secretaris op een zegel van 48 stuiv:rs hebben ondertekend.

Quod attestor: C: Allen, atets:

MOOC8/34.38

{18190109} 9 January 1819 Benjamin Johannes Geel , Sara Jacoba Weideman

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Benjamin Johannes Geel en deszelfs nagelate huisvrouw Sara Jacoba Weideman in gemeenschap zijn bezeeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen bevonden geworden, te weeten

Een stuk drooge erfgrond van ’t Erf n:o 4 in de Rivierstraat in dit dorp gelegen
een oude ossewagen en twee jukken
een geelhoute tavel
twee botervaatjes /waarvan een met deksel
twee lek vaatjes /een defect
een groote en een klijne bank
drie bijlen
een rooster /defect/
vier ijzere potten /in zoort/
een ijzere vleesch vork
twee emmers /waarvan een klijn/
een aarde kan
een klijne balie
een parthij hoepels en wat oud ijzer
een bak
een rak
twee rotting mantjes
twee matjes
vier stoelen en een veld stoel
een stoof
een kist
een vat of halflegger
vier witte kommen
een groote en een klijne kom
drie aarde schotels
acht kopjes en pierings
drie kandelaars /in zoort
een aarde saus potje
een tinne boter potje
een aarde atjar pot
drie bottels en twee vlesjes
twee roodkopere ketels
een oude compfoir
een blikke lantaarn
een tinne trek pot
een zuiker potje
twee aarde melkkannetjes
een blikke busje
een roodkopere koffij kan
twee klijne koffijmoolen /een defect
een blikke trommel
een leij
drie spiegeltjes
vier aarde borden
drie tinne borden
acht tinne lepels
elff vorken
een mes
Beestiaal
elff trekossen
twaalf aanteel beesten
Contanten
  Rd:s
aan gereed geld ’t welk de wed:we is gelaten 21:4
Baten des boedels
  Rd:s
van Josephh de Beer M:z weg:s gekogte negotie 16:--
van Joh:s Gerh:ds Brummer over een hamel en sweepstok 5:4
van Herm:s Joh:s Rood over een doosje kloostergaaren 1:4
van Johan P: van Heerden Jac:sz: over koop van negotie per rest 1:4
van Steph:s Franc:s Smit over twee mudden meel à 6 rd:s 12:--
Schulden des boedels
  Rd:s Rd:s
aan de wed:we Nic:s Smit over cont:t geld 100
rente verscheenen Junij eerstkomende 5 105
aan Joh:s Geel s:r over cont:t geleend geld   80
aan Hend:k Badenhorst s:r over cont:t geleend geld   50
aan Fred:k Schimper over cont:t geleend geld   38
aan Hend:k Joh:s Knouds over negotie   8
Erfgenaamen
Joh:s Jac:s Geel geboren den 30:e Jann:ij 1815
Jacoba Joh:a Geel geborden den 11 Febr:ij 1817

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 9:e Jannuarij 1819 volgens ’t op en aangeeven van voorgemelde S:J: Weideman wed:we B:J: Geel, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandelt, en niets met weeten versweegen of agtergehouden, verklaarende haar dus bereid deeze opgave ten allen tijde des gevordert werdende, met solemneele eede te bevestigen, onder verdere belofte, zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied ter presentie van den clercq T:N:G: Muller en venduafslager J: Auret als getuigen.

Als getuigen: T:N:G: Muller, J: Auret

S:J: Weideman, weduwe B:J: Geel

In kennisse van mij: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/34.39

{18190313} 13 Maart 1819 Johannes Willem Botha , Isabella Johanna Lombard

C: Bird

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten etc:a als behoren tot den boedel van wijlen den burger Johannes Willem Botha F:J:szn en nagelatene weduwe Isabella Johanna Lombard door eerstgemelde op den 18:de September 1818 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, bestaande dezelve in de navolgende effecten, te weeten

Losse goederen
een yzere pot
twee tinne borden
twee yzere leepels
twee staale forken
een tinne wasbak
een leedige wagekist
een peul, drie kussens en een deeken
een tafel
een veltstoel
Beestiaal
een rijpaard
acht ossen
acht aanteelbeesten
neegentig schaapen
vier en twintig aanteelbokken
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Mieta Maria Botha 100
zonder renten
aan Barend Christoff: du Plessis 2 ossen
Erfgenaam des boedels
1) Johannes Fredrik Botha geboren der 30:ste Maart 1817

Aldus gedaan en geinventariseerd ter Adjunct Drostdye Cradock op den 13:de Maart 1819 en zulks volgens op en aangaave van de in den hoofde deezes vermelde weduwe Isabella Johanna Botha geb: Lombard welke verklaarde niets met haar weeten versweegen of agter gehouden te hebben, met offerte indien iets nader tot den boedel behorende mogte worden ontdekt, deeze inventaris daarmeede te zullen ampliëeren, en zulks des vereischt wordende, met solemneele eede gestand te doen, en is zulks geschied ter bijweeze van den landmeeter R:t F:k Aling en de clerk Carel Th:s Muller als getuijgen.

Als getuigen: R:F: Aling, C:T: Muller

Isabella Lombard weedewe Bota

In kennisse van mij: J:F: van de Graaff, Adj:t Landd:

MOOC8/34.40

{18190807} 7 Augustus 1819 Joseph Johannes Thomas , Aletta Johanna van der Merwe

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behooren tot den boedel van wylen Joseph Johannes Thomas en nagelatene weduwe Aletta Johanna van der Merwe, door eerstgemelde op den 29:e Maart l:l: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, bestaande dezelve in de navolgende, te weeten

Losse goederen
een osse wagen met toebehoor
een wagen kist met hangslot
een schiet geweer
een zadel en toom
een span zaag
een omslag boor
een zekel
een hamer
een bijtel
drie schaven in zoort
een houtbijl
een koubijtel
een deurslag
een hoepel
een stoel
twee veldstoelen
twee bottels
een mantje
een boter vaatje
een emmer
een kopere ketel
een potlepel
een vlees vork
twee yzere potten /:in zoort:/
drie tinne borden
drie vorken
een bed /:defect:/
Beestiaal
een aanteel paard
ses ossen
een aanteel beest
een honderd twee en veertig aanteel schapen
vier en dertig bokken
Baaten des boedels
  Rd:s
van Lodewijk Christ:l Bothma wegens een mud koorn en schoolgeld 12
van Jacob:s de Wet over ’t opmaaken van een zadel 5
van zo veel de overgeblevene weduwe voor vaders bewijs uit de boedel van wylen Jac:s van der Merwe s:r /welke boedel door de Weeskamer word veradministreerd:/ competeerd
Schulden des boedels
  Rd:s
aan d’ edele Louis van Wy weg:s verschoten penningen 49:4
aan Piet:r du Plessis s:r voor negotie 5:--
aan Diederik Muller Hend:k zoon voor negotie 11:--
aan den adj:t landd:t J:F: van de Graaff weg:s een p:s vendubrief d:d: 20 July 1818 3:6
aan Joh:s Steph:s Olivier voor negotie 18:4
Erfgenaamen
1) Hend:k Joh:s Thomas geboren den 10:e Julij 1816 en
2) Joseph: Joh:s Pet:s geboren den 29:e Meij 1819

Aldus gedaan en geinventariseerd ter Adjunct Drostdije Cradock op den 7:e Augustus 1819 en zulks volgens op en aangaave van de in den hoofde deezes gemelde Aletta Johanna van der Merwe, weduwe Joseph Johannes Thomas, dewelke verklaarde niets met haar weeten versweegen of agter gehouden te hebben, met offerte indien iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en zulks des vereischt werdende met solemneele eede te staaven en is dit geschied in ’t by weezen van d’ edele Louis van Wyk en Jacobus Marais als getuigen

Als getuigen: L: van Wijk, J: Marais

Merk van de weduwe J:J: Thomas + als niet kunnende schryven eigenhandig ter neder gesteld

In kennisse van mij: J:F: van de Graaff, Adj:t Landd:s

MOOC8/34.41

{18190109} 9 Jannuary 1819 John Quinton

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wijlen John Quinton zijn bezeeten, en ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

twee vaatjes
twee platvaatjes
een ledige vat
twee handzaagen
een houte passer
vier schaaven /in zoort
een en zestig hoepels /in zoort
een parthij oude hoepels
een spierhaak
een hangmat
een parthij hout werk
vijf snymessen
een roodkopere ketel
drie balies
een parthij rommelarij
een emmer
twee halfaamen
een kroos
een groote boor
een parthij kuijpersgereedschap
een baars
twee kommetjes
een glaasje
een vlesje
een parthij ijzere nagels
een horlogie /defect
een kist
een scheerdoos met twee scheermessen
een spiegel
negen broeken /in zoort
thien hemden /in zoort
twee jekkets
vier onder baatjes
zeven doeken /in zoort
een jas
een baatje
drie paar koussen
een en een half douzyn knoopen
twee hoeden
twee paar schoenen
een voering vel
een end toback
Schulden des boedels
  Rd:s
aan J:W: Brummer over kostpenn:, wassen en logis 77:6
aan Joh:s Gerh:ds Brummer over gereedschap en eenige negotie goederen 33:4

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet , op den 9:e Jannuarij 1819 alwaar de goederen ten huize van Johannes Geel s:r in manier voors: zijn bevonden, in ’t bijweezen van den clercq T:N:G: Muller, en venduafslager J: Auret als getuigen.

Als getuigen: T:N:G: Muller, J: Auret

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/34.42

{18180217} 17 February 1818 C: de Wilde

Inventaris van den overleden C: de Wilde

Dit is het geen dat wy gevonden heef by den burger Hendrik C: van Wyk

5 paarde
1 ry zaal, 1 pak zaal
1 orloogie
1 brand glas
1 bottel
4 kelkies
1 manel
1 rok
2 boven baatjes
1 hoet
1 vellies
2 paar schoenen
1 paar spooren
5 pakkies ink stof
2 kassemire broeken
2 wit gekeperde broeken
1 verwele [broeken]
3 kassemiere onder baatjes
3 zyje doeken
2 scheermesse
2 witte doeken
4 hemde
3 paar kouzen
1 el lanver
1 paar zyje hantschoenen
1 knip mes
4 tonteldoosen, 3 vuur staalen
1 kam
1 orlooge ketting met een zegenet
2 pennemesse
1 roskam
5 aarde kommetjes
1 blikke trek pot
2 zoep komme witte aart
3 witte aarde schottels
12 witte aarde borde
1 witte aarde boter potje
2 witte aarde zouyt vaatjes
1 witte aarde peper doozie
1 root koper tee mazien
1 geel koper koffie kan
2 hang slooten
aan contante gevonden 315 ryk:s
2 schult brieve gevonden groot 1533 ryk: 5 die hy aan den burger A:C: van Wyk schuldig ben

Wij als getuygen: Jacobus Nel, Veldcommandant

Carel Gert Steencamp, Johannis A:m Dempers

Roggeveld , den 17 February 1818.

MOOC8/34.43

{18180227} 27 Februarij 1818 Aletta Lubbe

Staat en inventaris van zodanige goederen, als op den 10 Februarij 1818 ab intestato met er dood zyn ontruimd en naargelaten, door wylen de wed:w wylen Johannes Hendrik de Lange geboren Aletta Lubbe, ende zulks door den ondergeteekende, als hiertoe g’authoriseerd door den weled: heer A:J: van Kervel, en ter byweezen der natenoemene getuigen opgenomen, als

1 oud kisje
1 bed met peule, 6 kussens en combaars
Slaven geregistreerd op den 1 September 1816
1 slavin gen: Mina na gissing 62 1/3 j: van de Kaap, huismeid
1 slavin gen: Spaas na gissing 23 1/3 j: van de Kaap, huismeid
1 slave jongen Lodewyk na gissing 4 1/3 j: van de Kaap
Beestiaal
4 aanteel beesten
12 schapen
30 bokken
Erfgenamen des boedels
verwekt by haar vorig huwlyk met wylen Dirk Coetzee Catharina Coetze gehuwd met Willem Engelbrecht
Johanna Coetzee gehuwd met Johan Bredekamp
kinderen verwekt by haar tweede huwelyk met wylen Johannes Hendrik de Lange Aletta de Lange gehuwd met Cornelis Engelbrecht
de kinderen van wylen Gerrit Engelbrecht als gehuwd geweest zynde met wyle Eva Maria de Lange Johannes Engelbrecht
Gerrit Engelbrecht
Catharina Engelbrecht gehuwd met Louw Botman
Aletta Engelbrecht gehuwd geweest zynde met wylen Abraham Botman
Adriaan Engelbrecht
Martha Engelbrecht /onmondig/
Jan Hendrik de Lange
Martha de Lange thans gehuwd met Ignatius Michael van Rooyen
Barend de Lange
kinderen van wylen Theunis de Bruin als gehuwd geweest zynde met wylen Hester de Lange Elisabeth de Bruin gehuwd met Godlieb Koekemoer
Aletta de Bruin gehuwd met Piet Pretorius
Susanna de Bruin gehuwd met Fredrik Els
Johannes de Bruin
Theunis de Bruin
Jacoba de Bruin gehuwd met Jacobus Botha
Hester de Bruin gehuwd met Philip du Plessis
Catharina de Bruin gehuwd met Moortus Kruger
Elisabeth Jacoba de Lange gehuwd met Pieter Brits
Anna de Lange gehuwd met Hermanus Lombard en
Adriaan de Lange

Onderstond

Aldus g’inventariseerd en opgenomen, ter plaatze genaamd de Riet Vally , gelegen aan de Camnasies Berg den 27 February ten byweezen der ondertenoemene getuigen. Lager My praesent als hier toe door den weledele heer Van Kervel g’authoriseerd D: Coolhaas in margine als getuigen get: Carel J: de Jager en G: van Rooyen G:z

Accordeert met het origineel ter dezer Drostdye berustende: D: Coolhaas

MOOC8/34.44

{18201030} 30 October 1820 Christiaan Fleck

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ’er op Woensdag den vyf en twintigsten dag deezer lopende maand October in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd en twintig, metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den wel eerwaarden heere Christiaan Fleck, in leven bedienaar des Goddelijken Woords by de Hervormde gemeente aan de hoofdplaatze,

Hebbende de heer overledene by beslotene testamentaire dispositie in dato 16:e April 1817 opgerigt, en waarvan de superscriptie ten evengemelde dage voor den notaris publiek ten dezen Gouvernemente m:r Jacobus Petrus de Wet en getuygen is gepasseert, na alvorens zoo wel by dat testament als by zekere onderhandsche actens uit kragte der clausule reservatoir in datis 24 Juny en 6 July 1820, denzelven geannexeerd, eenige dispositien te hebben gemaakt, voorts tot zyne eenige en algeheele erfgenamen, geroepen en geinstitueerd zyne ondervolgende kinderen en kindskind, met namen

1) Cornelia Gerhardina Fleck gehuuwd met den heere Johannes Joachim Lodewyk Smuts
2) Johannes Christoffel Fleck meerderjarig
3) Christiaan Fleck Bredenkamp zoon van nu wylen Maria Magdalena Fleck in huwelyk verwekt by Barend Fredrik Bredenkamp oud 4 jaren

en voorts tot executeuren van het zelfde testament en redderaars zynes boedels verzogt en benoemd het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren deeser Colonie, ten gevolge waarvan den boedel door ons ondergetekende Gecommitteerdens uit het evengenoemde Collegie is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten;

Een huys, pakhuys en drie huurhuysen annex den anderen, staande en gelegen in deese Tafelvalley in de Langestraat N:o 55 , door den heere overledene by uitterste wille gelegateerd aan zyner zoon Johannes Christoffel Fleck voor eene somma van een maal honderd duysend guldens Ind: valuatie
een huys en erf gelegen in deese Tafelvalley in de Houtstraat
een huys gelegen in de Langestraat
twee [huys] gelegen in de Langestraat
een huys gelegen in de Langestraat

In het huys door den heer overleden bewoond, gelegen in de tuyn van den heer J:J:L: Smuts, en aldaar

In het voorhuys
twee schilderyen
een rustebank
een huijstrap
In de kamer n:o 1
acht stoelen met losse kussens
een ophaal gordyn
een spiegel
zes schilderyen
een tafeltje
In de kamer n:o 2
twee ophaal gordynen
een spiegel
een pendule
acht schilderyen in zoort
twee vogelkooyen
een canapé met chitze oortreksel
twaalf stoelen met losse kussens
twee aanzittafels
een tafel met een steene blad
een glaze kolk defect
een tafelkastje, waarop
drie beeldjes
een kopere schel
en waarin
zes plettit kandelaaren
een plettit koffiepot
een plettit liqueurstandert met twee glaze vlessen
een zilvere trekpot
een zilvere melkkan
een zilvere zuykerpot
een zilvere tobaks confoor
twee zilvere snuyter bakjes
drie zilvere schenkbladen in zoort
een zilvere kleine ronde [schenkbladen]
zes zilvere zoutvaatjes met blaauwe glaasjes
zes wynkurken met zilver gemonteerd
een zilvere pypendopje
een zilvere vischschop
een zilvere merglepel
een zilvere zuykertang
twee zilvere zuikerlepeltjes
twee zilvere theezeeftjes
twaalf zilvere dessertlepels
tien zilvere theelepeltjes
een foudraal met
twaalf zilvere lepels
twaalf zilvere vorken en
twaalf zilvere messen
een zilvere kandelaar
twaal zilvere messen en
twaalf zilvere vorken met witte yvoire heften
twee zilvere confytvorkjes
een plettit koekbakje
een plettit lamp
In een muurkast
tien karaffen in zoort
zeven glase vlesjes in zoort
negen bierkelken
een en twintig kelkjes in zoort
twee groene glasen
twee glase blakers
twaalf kopjes en schoteltjes in zoort
drie aarde potjes
een theeservies
twaalf blaauwe vingerglasen
vier blaauwe glasen
twee glase borden
een glase koelbakje
eenig aardewerk
een secretaire, waarop
een tobaksdoos
een tafelschel
twee aarde potjes met een restant kina en waarin
in de bovenlade
eenige kleinigheeden
in de tweede lade
twee tinne inktkokers
een urine glas
eenige vlesjes medicynen
een scheerspiegel
in de onderste lade
vier tafellakens
drie en twintig servietten
Op de boven voorzolder
een spiegel
een kopere nachtblaker
een stoel
twee handquispedooren
twee kwartel kooyen
een tafelkastje, waarin
drie stukken linnen
een katoene deken
twee spreyen
een wolle deken
een party lappen
een kast met eenige exemplaren door de heer overledene uitgegevene leerredenen
een ledige kist
een bak
een kapstok
In de bovenkamer n:o 1
een ophaal gordyn
zes schilderyen in zoort
een barrometer
twee schryflessenaars
een stelletje
een zitbank
een theetafel
een trapje
een klederkast, waarin
een trommel met een restant boerhaven zuiker
een trommel met dadels
zes lappen wit linnen
zeven lappen blaauw geruit
een [lappen] flenny
een Vlaamsch linnen broek
een lap trillie
een pak garen
een restant knoopen
als meede
eenige kledingstukken van den heere overledene
drie boekerakken met een party boeken waarvan nader een catalogus zal worden geformeerd, en desen inventaris g’annexeerd
een scheerkistje
een klisteer bankje
drie doosen in zoort
een trommel met een restant ryst
een kopere lamp
een vles arroroot
twee porceleine handquispedoortjes
eenige vlesjes met medicamenten
twee pakken rook tobak
een loquet kast
In de bovenkamer n:o 2
een ophaal gordyn
een spiegel
acht schilderyen
een ledikant met chitse behangsel waarop
een bulsak
een mattras
een peuluw
twee kussens en
twee dekens
een ziekenstoel
vier stoelen met losse kussens
een beddetafeltje
twee waterpotten
een verrekyker
een klederkast, door den heere overledene by uiterste wille gelegateerd aan zynen zoon Johannes Christoffel Fleck, waarin
een tobaksdoos
een trommel met een restant dadels
een bottel brandewyn
een bottel genever op bessen
een vles met eenige dominé klontjes
twee stukken zyde zakdoeken
een schryfkistje
een bidet
In de dispens
vyf blikke couvertures
drie schenkbladen
een tregter
een kopere vuurtest
een tinne zuykerpot
twee emmers met geelkopere banden
een lantaarn
vier blikke trommels
drie kopere blakers
twee kopere kandelaars
twee plettit kandelaars
vier snuijters
twee snuyter bakjes
vier bottelbakjes
een wafelyser
eenig porcelein en aardewerk
twee tinne ketels defect
eenig glaswerk
een bottel castoor oly
een bottel Bourbonse honing
een aarde confoor
In de combuys
een waterhalfaam
twee balies
een waschbaly defect
twee tafels
een pottebank
vier ysere potten
een waterketel
een rooster
een koekepan
drie schoorsteenkettings
een vuurtang en aschschop
een ysere lepel
een verfsteen
een gieter
Op de pakhuys zolder
twee groote kisten, waarin
een party rommeling
twee kelders met ledige vlessen
een blikke badbaly
een stel kaarsevormen
een kast met pypen
een kast met een restant tobak
drie kopere strykysers
een kast met een restant pijpen
twee mudden zakken met een restant kaarse katoen
een kist met eenige Hallische medicynen
een graaf
een kaggel stoof
een kopere glasen spuyt
twee kannen spermacetie oly
een anker met een restant tongtraan
vier ledige kannen
zes kannen
twee defecte liqueur kistjes
een ledere reijskoffertje
een loode tobaksdoos
een ysere braadspit
drie stoffers
twee kamerbeusems
vier witkwasten
een steekbekke
een restant behangsel papier
een tinne watervles
een aarde stoof pot
een klisteerspuit
een katoenhaspel
twee kopere blakers
een trommel
eenig porcelein en aardewerk
een kopere stoof
een groote chambreel
een vaatje haver gort
een Keulse pot met een restant gort
een kopere handlantaarn
een kopere koffie molen
een mortier
een wafelyser
een vaatje met een restant potloot
een kastje met kaarse pitten
een restant stokvisch
een kastje met agt bottels jopenbier
twee manden
twee kleine manden
eenige ledige zakken
en voorts
een party rommeling
In het wagenhuys
een chais
vier tuygen met plettit beslag
In de stal
twee paarden
In het pakhuys
een legger wyn
een halve legger wyn zonder de fust
en voorts ten huise van gen: heere Smuts
een forte piano
een witkopere theemachine
twee geelkopere quispedoors
twee geelkopere quispedoors
vyf zilvere leepels
zes zilvere vorken
zes wit aarde schotels met dekzels
twee aarde soupterrines
agt Keulse potten
vyf blikke trommels
een bedt, twee matrassen en vier kussens
twee dekens
een kadel
twee porceleine potten
een kopere taartenpan
een kopere braadpan
een kopere vischketel
een kopere vetketel
een kopere zuykerbroodsvorm
een staande huishorologie by uiterste wille door den heere overledene gelegateerd aan den heere J:J:L: Smuts
twee kasten met restanten roode en Rhynsche wyn
twee huijsladders
een kleine [ladders] defect
twee glaase compoten
een restant dranken (:wyn en bier:)
Ten huyze van de heer Johannes Christoffel Fleck
een staande huishorologie door den heer overledene aan hem gelegateerd
een verrekyker
Lyfeigenen des boedels
een slavinne gen:d Riboe van de Kaap alle welke lyfeigenen door den heer overledene by testament zyn gelegateerd aan den heer J:J:L: Smuts
een mansslaaf gen:d Arakka van de Kaap
een slavinne gen:d Dina van de Kaap
een slavinne gen:d Spasie van de Kaap
een mansslaaf gen:d Africa van de Kaap
een slavinne gen:d Mida van de Kaap met haare kinderen gelegateerd aan den heere Johannes Christoffel Fleck
Amisa
Hessa
Maart en
Jamila
een mansslaaf gen:d Camies van de Kaap insgelyks by testament vermaakt aan des heer overledenens kleinzoon Christiaan Fleck Bredenkamp
een mansslaaf gen:d William van de Kaap
een slavinne gen:d Sanna van de Kaap
een slavinne gen:d Hanna van de Kaap met haare kinderen, in namen
Lasiande en
Saartje
een meid gen:d Apoloon van de Kaap aan welke beide lyfeigenen volgens testament de vryheid is gelaten, om te kiesen by wien van de kinderen van den heer overledene zy willen gaan woonen, dewelke verpligt zullen zyn, hun maandelyks een ryksd:s te geeven
een mansslaaf gen:d Damon van Bengalen
een mansslaaf gen:d Lendor van Bengalen welke zes laatstgenoemde lyfeigenen eerst en vooraf zullen moeten worden gewardeerd, en als dan by lotinge of ander minzame schikking overgaan aan des overledenens twee kinderen Cornelia Gerhardina en Johannes Christoffel Fleck, voor zodanige sommen, als waarvoor zy zullen zyn getauxeerd
een mansslaaf gen:d Pallas van Bengalen
een mansslaaf gen:d Andries van Madagascar
een mansslaaf gen:d Castor van Macassar
een mansslaaf gen:d Siris van Mosambicque
een slavinne gen:d Lasiander van Mosambicque
een slaaf gen:d Maart van Macasser dewelke ingevolge testament behoord in vrydom te worden gesteld, by aldien hy rd:s50 tot zyne vrydom vereischt wordende, zal hebben opgebragt
een slavinne gen:d Satira van Macassar dewelke almede volgens testament in vrydom behoord te worden, zo zy de kosten tot haare in vrydomstelling vereischt wordende, en daar en boven vier honderd rykdaalders ten behoeve des boedels zal hebben opgebracht
een mansslaaf gen:d Hector van Mosambicque
een slavinne gen:d Sara van Bengalen mogen niet werden verkogt ingevolge testamentaire dispositie van de weduwe wylen J:C: Fleck geboren M:M: Rasp, maar moeten blyven ten dienste van haare kinderen en verdere descendenten
Crediten des boedels
Contanten Rd:s
zeeven zilvere Spaansche matten
een zilvere ropij
aan papier en kopermunt eene somma van een duijzend zeven honderd zes en tachtig ryksd:s en vier en twintig stuyvers zegge 1786:24
Inneschulden
    Rd:s
  een schepenkennis ten lasten Pieter Hendrik de Villiers Davidszoon de dato 14 Mey 1813 groot aan capitaal ƒ12000 ofte 4000:--
  met de renten zedert primo Mey 1819
  een schepenenkennis ten lasten gen: Villiers de dato 26 Aug:s 1814 aan capitaal ƒ6000 ofte 2000:--
  met de renten zedert 15 Aug:s 1819
  een schepenkennis ten lasten voormelde Pieter Hend:k de Villiers Davidsz:n de dato 17 December 1819 aan capitaal ƒ9000 ofte 3000:--
  met de renten zedert primo January 1820
  een notarieele obligatie ten lasten Willem Andreas de Vries de dato 20 July 1817 aan capitaal ƒ2000 ofte 666:32
  met de renten zedert den 20 July 1820
  een notarieele obligatie ten lasten Hendrik Vos Hendrikzoon de dato 19 February 1813 aan capitaal ƒ4000 ofte 1333: 16
  met de renten zedert 19 Feb:y 1820
  een notarieele obligatie ten lasten Joh:s Petrus Philippus Ulrich de dato 17 January 1818 aan capitaal ƒ2000 ofte 666:32
  met de renten zedert 15 January 1820
  een notarieele obligatie ten lasten voorn: Ulrich de dato 8 October 1811 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert den 7 October 1819
renten vold: een schepenenkennis ten lasten Gabriel Stephanus du Toit de dato 1 November 1819 aan capitaal ƒ4000 ofte 1333:16
  met de renten zedert primo November 1819
  een schepenenkennis ten lasten Izaak Lesar de dato 27 February 1806 aan capitaal ƒ25000 ofte 8333:16
  renten zedert den 27 February 1820
  een schepenenkennis ten lasten voormelde Lesar de dato 27 Maart 1806 aan capitaal ƒ10000 ofte 3333:16
  met de renten zedert den 27 February 1820
  een schepenenkennis ten lasten Johan Godlieb Kilian de dato 10 Feb:y 1815 aan capitaal ƒ8000 ofte 2666:32
  met de renten zedert den 25 February 1820
  een schepenenkennis ten lasten Hermanus Barend Keytel de dato 21 Augustus 1812 aan capitaal ƒ25000 ofte 8333:16
  met de renten zedert den 1:e Augustus 1820
  een schepenenkennis ten lasten Philip Leep en Joseph Gunter de dato 15 October 1819 aan capitaal ƒ10000 ofte 3333:16
  met de renten zedert primo January 1820
  een schepenenkennis ten lasten gem: Leep en Gunther de dato als evengemeld mede groot ƒ10000 ofte 3333:16
  met de renten zedert primo January 1820
  een schepenenkennis ten lasten Gysbert Henry Maasdorp de dato 15 Sept:r 1819 aan capitaal ƒ6000 ofte 2000:--
  met de renten zedert 15 Sept:br 1820
  een schepenenkennis ten lasten Pieter Marais Jacobus zoon de dato 22 November 1816 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert 20 October 1820
  een schepenenkennis ten lasten denselfden Marais de dato 5 Maart 1819 groot aan capitaal ƒ6000 ofte 2000:--
  met de renten zedert den 5 Maart 1820
  een schepenenkennis ten lasten voorm: Marais de dato 22 November 1816 groot in capitaal ƒ6000 ofte 2000:--
renten vold: tot 22 Nov:b 1820 met de renten zedert den 22 November 1819
  een notarieele obligatie ten lasten meermelde Marais de dato 10 September 1817 aan capitaal ƒ10 000 ofte 3333:16
  met de renten zedert 20 Augustus 1820
  een schepenenkennis ten lasten nu wylen Thomas Ord de dato 30 July 1813 groot aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert p:mo April 1820
  een schepenenkennis ten lasten Jacob van Reenen Jac:s Arn:szn de dato 30 Augustus 1816 aan capitaal ƒ15000 ofte 5000:--
  met de renten zedert 28 July 1820
  een schepenenkennis ten lasten Johannes Marthinus Holtman de dato 2:e Augustus 1816 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
renten tot den ultimo July 1820 betaald met de renten zedert primo Augustus 1819
  een schepenenkennis ten lasten evengemelde Holtman de dato 10 April 1818 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert den 10 April 1820
renten tot den 22 Octob: 1820 betaald een notarieele obligatie ten lasten meerm: Holtman de dato 22 October 1813 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert den 22 October 1819
  een notarieele obligatie ten lasten gemelde Holtman de dato 16 April 1818 aan capitaal ƒ1000 ofte 333:16
  met de renten zedert den 10 April 1820
  een schepenenkennis ten lasten van de ledere der Europische Begravenis Genootschap de Laade de dato 6 October 1809 per rest groot ƒ3700 ofte 1233:16
  met de renten zedert den 6 October 1820
  een schepenenkennis ten lasten Johan Albrecht Dell de dato primo July 1799 aan capitaal ƒ35000 ofte 11 666:32
  met de renten zedert primo July 1820
  een schepenenkennis ten lasten Andries Brink Cornelisz:n de dato 20 October 1809 aan capitaal ƒ25000 ofte 8333:16
  met de renten zedert den 20 October 1820
renten vold: tot den 19 Novemb: 1820 een schepenenkennis ten lasten Carel Christoph Garvisch de dato 19 November 1819 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert den 19 November 1819
  een schepenenkennis ten lasten Johannes Blesser de dato 18 October 1816 aan cap:tl ƒ12000 ofte 4000:--
  met de renten zedert p:mo October 1820
  een schepenenkennis ten lasten Samuel Bailey de dato 28 January 1820 aan capitaal ƒ4500 ofte 1500:--
  met de renten zedert primo January 1820
  een schepenenkennis ten lasten Carel Albrecht Haupt Danielszoon de 29 October 1819 aan capitaal ƒ12000 ofte 4000:--
  met de renten zedert den datum der schuldbrief
  een notarieele obligatie ten lasten gemelde Haupt de dato 22 February 1810 aan capitaal ƒ3900 ofte 1300:--
  met de renten zedert 22 February 1820
  een notarieele obligatie ten lasten Carel Albrecht Haupt D:lzn, Christina Susanna Haupt en Maria Engela Haupt de dato 24 December 1818 aan capitaal ƒ12000 ofte 4000:--
  met de renten zedert den datum der obligatie
  een notarieele obligatie ten lasten Petrus Johannes Taute de dato 21 Maart 1812 groot aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert den 21 Maart 1820
  een schepenenkennis ten lasten Carel Fred:k Ferdinand Hoffman de dato 29 October 1819 aan capitaal ƒ19000 ofte 6333:16
  met de renten zedert primo October 1820
  een notarieele obligatie ten lasten Joh:s Hermanus Redelinghuys de dato 14 Augustus 1809 aan capitaal ƒ6000 ofte 2000:--
  met de renten zedert den 6 Augustus 1819
  een notarieele obligatie ten lasten Izaak Andries van Niekerk Gerritsz:n de dato 17 February 1820 aan capitaal ƒ5814 ofte 1938:--
  met de renten zedert den 2 November 1819
  een notarieele obligatie ten lasten Cornelis Mol de dato 5 September 1820 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert primo Jan:y 1820
  een notarieele obligatie ten lasten Christ:l Adriaan de Necker de dato 10 Sept:br 1819 aan capitaal 400:--
  met de renten zedert 28 Maart 1820
  een notarieele obligatie ten lasten Hend:k Cornelis van Niekerk de dato 8 Maart 1816 aan capitaal ƒ9000 ofte 2000:--
  met de renten zedert den primo Jan:y 1820
  een notarieele obligatie ten lasten de wed:e Johan Godfried Mocke de dato 12 Mey 1814 aan capitaal ƒ2000 ofte 1000:--
  met de renten zedert den 15 Sept:r 1820
  een notarieele obligatie ten lasten Jacobus Johannes Mellet de dato 27 January 1814 groot aan capitaal ƒ2000 ofte 666:32
  met de renten zedert primo Feb:y 1820
  een schepenenkennis ten lasten Pieter Joseph Liesmond de dato 29 Maart 1811 aan capitaal ƒ16000 ofte 5333:16
  met de renten zedert den 18 September 1820
  een notarieele obligatie ten lasten de wed:e Johan George Lochner de dato 18 October 1802 aan capitaal 763:--
  met de renten zedert p:mo Feb:y 1820
  een notarieele obligatie ten lasten Pieter Fredrik Buytendag de dato 20 April 1819 aan capitaal 850:--
  met de renten zedert den 20 Aug:s 1818
  een notarieele obligatie ten lasten Cornelis Christoffel Bredenkamp de dato 9 April 1816 aan cap:tl ƒ9000 ofte 3000:--
  met de renten zedert 17 Feb:y 1820
  een notarieele obligatie ten lasten de wed:e Michael Angelo Bianchie de dato 21 Feb:y 1799 aan capitaal ƒ12000 ofte 4000:--
  met de renten zedert 21 Feb:y 1819
  een notarieele obligatie ten lasten Petrus Johannes Redelinghuys de dato 22 July 1796 aan capitaal ƒ1000 ofte 333:16
  met de renten zedert 22 July 1820
  een notarieele obligatie ten lasten Dirk Hamman Joh:s Nic:szn de dato 8 Augustus 1818 aan capitaal ƒ7500 ofte 2500:--
  renten zedert den 5 Juny 1819
  een onderhandsche obligatie ten lasten het Bijbel Vereenigend Genootschap de dato 29 September 1818 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert 29 Sept:br 1819
  een onderhandsche obligatie ten lasten Barend Christoffel Bredenkamp de dato 31 October 1818 aan capitaal ƒ6000 ofte 2000:--
  met de renten zedert den 31 October 1819
  een onderhandsche obligatie ten lasten de wed:e Willem Ballot de dato 19 Juny 1819 aan capitaal 574:--
  met de renten zedert den datum der obligatie
  een onderhandsche obligatie ten lasten Hendrik Wessels de dato 22 Aug:s 1795 aan capitaal 600:--
  met de renten zedert 22 Aug:s 1817
  een onderhandsche obligatie ten lasten de wed:e Carel Fredrik Wagener hert:d met Hendrik Diederich de dato primo December 1794 aan capitaal ƒ900 ofte 300:--
  met de renten zedert pr:mo Dec:br 1819
  een onderhandsche obligatie ten lasten de heer Joh:s Joachim Lodewyk Smuts de dato 19 Maart 1811 aan capitaal ƒ8000 ofte 2666:32
  met de renten zedert pr:mo Jan:y 1820
  een onderhandsche obligatie de dato 26 February 1818 ten lasten gem: Smuts aan capit:l ƒ12000 ofte 4000:--
  met de renten zedert 26 Feb:y 1820
  een onderhandsche obligatie ten lasten voorm: Smuts de dato 1 Juny 1818 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert 1 Juny 1820
  een onderhandsche obligatie ten lasten de heer Joh:s Christoffel Fleck de dato 8 Mey 1818 aan capitaal ƒ8000 ofte 2666:32
  met de renten zedert den 1:e Mey 1820
  een onderhandsche obligatie ten lasten gem: Fleck de dato 26 July 1818 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert 26 July 1820
  voormelde Fleck wegens het saldo eener reekening 869:20
renten vold: den 9 Novemb: 1820 een onderhandsche obligatie ten lasten Cornelis Kock de dato 4 November 1802 aan capitaal 150:--
  met de renten zedert 4 November 1819
vold: den 15 January 1821 een onderhandsche briefje de dato 29 Sept:br 1819 groot ten lasten Carel Albregt Haupt D:lzn 48:4
Dubieuse pretensien
  Rd:s
een onderhandsche obligatie ten lasten nu wylen Abraham Fleck de dato 2 Sept:br 1806 aan capitaal 400
een onderhandsche obligatie ten lasten denzelfde Fleck de dato 17 Sept:br 1807 aan capitaal 300
Lasten des boedels
    Rd:s
  aan Carel Albrecht Haupt , Christina Susanna Haupt en Maria Engela Haupt per rest volgens aantekening 1184:42
voldaan aan den heer Joh:s Joachim Lodewyk Smuts per saldo van reekening 552:12

Ten huize van den heer overleedene gelegen in de Langestraat en aldaar

In een bovenkamer
een lessenaar, waarin eenige papieren
twee tafeltjes
twee leuningstoelen
een zitbank
een huystrap
twee ledige tobaksdoozen
drie boekenrakken met een party boeken
elf schilderyen in zoort
een witkopere inktstander
een witkopere handquispedoortje
twee trossen lyn
een stoffer
een vuilnis blik
een restant schryfpapier
In een ander bovenkamer
twee ophaal gordynen
een spiegel
een kabinet met zilver beslag, waarop
een stel kastpotten, en waarin
een zilvere stander
twee zilvere vaazen met blaauwe glasen
twee zilvere zuykerbussen
een plettit olie en azynstandert
twee zilvere souplepels
twee zilvere souplepels kleinder
vier zilvere ragoulepels
eenige vlesjes en botteltjes medicyne
twee potjes garen
zes p:r nieuwe zwarte zyde kousen
een restant zwart satyn
een pak Napelse seep
een specery trommel
twee stukken blaauw Chineesch linnen
een zilvere zuykertrommeltje
een behangzel voor een bedt
een ledikant met behangsel
een tafeltje
twee kleine glase kastjes
acht stoelen in zoort
een nachtstelletje
een bidet
een trommel met een restant peperment
een kledere kast door den heere overledenen by uiterste wille gelegateerd aan desselfs kleinzoon Christiaan Fleck Bredenkamp waarin
een plettit stang
Contanten
 
zestien goude guinees
een halve [guinees]
een quart [guinees]
een goude gulden
twee goude ropyen
zeven goude Hollandsche ducaten
zes goude Moorsche ducaten
een goude pagode
een honderd en tachtig zilvere Spaansche matten
drie zilvere kwart Spaansche matten
vier zilvere kroonen
elf zilvere ducatons
twintig zilvere guldens
elf zilvere ropyen
zeven zilvere halve ropyen
vyftien zilvere kwartjes
een hondert vier en zeventig zilvere schellingen
vier honderd acht en vyftig zilvere dubbeltjes
drie honderd vyf en negentig zilvere stuyvers
aan papier en kopermunt zeven ryksd:s zegge rd:s7

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 28 en 30 October 1820 ende zulks op het op en aangeeven van de heer Joh:s Christoffel Fleck en Joh:s Joachim Lodewijk Smuts, dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy ook betuijgden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tijde, des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot den voorsz: boedel behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde desen inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deesen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my, Klerk der Weeskamer, door de inventarienten eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, A: v: Breda

Op den opgaaf: J:J:L: Smuts, J:C: Fleck

Mij present: J: Serrurier

Ingevolge eigenhandige aanteekening van den heer overledene, is den insolventen boedel van wylen Abraham Fleck aan dezen boedel nog schuldig eene somma van rd:s5735:16, waarvan door erfgenamen verzogt is geworden aantekening te houden, welke is deesen.

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop, den 3 November 1820.

1820: Lijst van verhuurde huizen en slaven, waarvan de maanden, waarvoor voldaan is, met een x gemerkt zyn
Huurder Jan: Febr: Maart Apr: Meij Junij Huurgeld p:m: (Rd:s) Julij Aug: Sept: Oct: Nov: Dec: Adres
Maria Christina Angelbeek x x x x x x 28:3 x x x       Houtstraat N:o 26
Schietekat x x x x x x 28:3 x           Houtstraat N:o 27
J: Zeeman x x x x x x 28:3 x x         Houtstraat N:o 25
Lakeij x x x x x x 21:3 x x x       Houtstraat N:o 13
Ad: Begro x x x x x   20:3 x x x       Langstr: N:o 16
Visagie x x x x x x 12:3 x x         Vischsteeg 11
Rosetta x x x x x x 21:3 x x         Langstr: N:o 41
Hendrik x x x x x x 26:1 x x x       Langstr: N:o 40
1 x x x x x x de kelders ’t zamen 19:-- x x x
2 x x x x x x   x x x
3 x x x x x x   x x x
4 x x x x x x   x x x
5 x x x x x x   x x x
6 x x x x x x   x x x
Pallas x x x x x x 24:--
Hektor x x x x x x 22 :--
Damon x x x x x x   x
  x x x x x x 14:-- x x x
Kamis - - - x x x  
J:W: Smuts x x x x x   50:--             Langstr: N:o 55

Catalogus van boeken, behoorende tot de nalatenschap van wylen den weledele heer C: Fleck, welke van het huis N:o 55 in de Lange Straat op den 28 en 29 November 1820 staan verkocht te worden.

1 Curtenius, over de zwaarste plaatsen van Paulus brieven 4 deel:
2 Curtenius, over Moses laatste zegen
3 Curtenius, Moses Testament en lied
4 Curtenius, Ephesiërs
5 Curtenius, over de catechismus 4 deel:
6 Curtenius, Mattheus
7 Curtenius, Job 17 en 18
8 Curtenius, Afscheid te Gouda
9 Outhof Keurstoffen
10 Monert Waarachtige wegen Gods 2 deelen
11 Monert Mengelstoffen 2 deel:
12 Monert De mensch en Christus
13 Van Staveren, De weg des regtvaardigen
14 Owen, over Ps: 130
15 Ulrich over het lijden van J: Chr:
16 Ulrich over zijne heerlijkheid
17 Ulrich over Mattheus
18 G: de Haas, Verloren zoon
19 G: de Haas, ’t Verh: en vernederd Portugal
20 G: de Haas, over Psalm 32
21 G: de Haas, over Romijnen 5 tot 8
22 G: de Haas, over Jezaïa
23 G: de Haas, Openbaringen 3 deel:
24 Hergenholtz over Jona
25 Over Psalm 25
26 Hermengheuzen Niet der schaduwen
27 Van Merken over David
28 Nut der tegenspoeden
29 Hoogvliet Abraham den aartsvader
30 Hennings Leer der geesten 3 deelen
31 Over de droomen
32 Het voorgevoel 2 deelen 1 band
33 Montesqieu Geest der wetten 4 deelen
34 Lardner Geloofswaarheden 4 deelen 2 banden
35 Deesch Wysgeerige bespiegelingen 4 deelen
36 Zedelyke brieven 2 deelen
37 Young Nachtgedachten 4 deelen
38 De centaures
39 Buurt over Psalm 19, 25 en 49
40 Logica
41 Bonnet Leren van David 8 deelen
42 Over Prediker 2 deelen
43 De Hebreen 10 deelen
44 Leerredenen 4 deelen
45 Seilen Geschiedenis der jeugd
46 Godsdienst der jeugd
47 Schrader over de Catechismus
48 Brinkman over het Nieuwe Testament 5 deelen
49 Campe Ontdekking van Amerika
50 Theophron
51 Campe Zedeleer
52 Zielkunde
53 Vaderlyke raad 2 deelen
54 Leesboek 2 deelen
55 Over de opvoeding 4 deelen
56 Reize naar Parys
57 Rabners Hekelschriften 5 deelen
58 Bates over de vier laatste dingen
59 Rambach over het lyden van Jezus Christus 2 deelen
60 Martinet Catechismus der natuur 4 deelen
61 verkort 3 deelen
62 Vereenigd Nederland
63 Huisboek
64 Vaderl: natuurlyke historie
65 Pittaral Regtzaken
66 Feestdagen op het derde sabilo
67 Newton Grondlegging des eerste kerk
68 Pieter de Groot in Holland 2 deelen
69 Vryer plydooy over de opstanding
70 Ulzers Geneeskundig handboek
71 Pontoppeda kragt der waarheid
72 Desagreliers beginsel der natuurkunde
73 Taal en dichtlierende oefeningen
74 Proeven van oudheid, taal en dichtkunst
75 van Hamelsfeld Oude Testament 6 deelen
76 Nieuwe Testament 2 deelen
77 Korte aanmerkinge over het N: Test: 2 deelen
78 van Hamelsfeld Bybel verdeedigd 8 deelen
79 Ongeveinsde Christenen 8 deelen
80 Raadgevingen 5 deelen
81 Zeden der Nederlanden
82 Van Lier Oudheidkundige brieven
83 Raynal Geschiedenis der Indiën 10 deelen
84 Edwards Over de hartstochten
85 Formey Algemeene Historie
86 Menken Kwakzalvery
87 Zedelyke verhalen door [ ..... ]
88 Fontenelle over ’t heelal
89 Heegers Wereldbeschouwer
90 Van Vlooten Bybel vertaald en omsch: 13 deelen
91 De Christen 7 deelen 5 banden
92 Cambell Noodz: der Openb:
93 Urzenius over de catechismus met der voorr: van Prof van der Honert
94 Starke Verklaring des Bybels (in ’t Hoogduitsch) 8 deelen
95 Eberhardi Passions Predigten (Hoogd:)
96 Pietet Godgeleerdheid 3 deelen
97 Godgeleerde geschillen 2 deelen
98 Godsdienst geschillen tusschen Habbema en ten Broek 2 deelen
99 Lampe Over het genade verbond 3 deelen
100 Bruckers Beginsel der wysbegeerte
101 Nahuys Leerredenen 3 deelen
102 Over de Philippensen 5 stukken
103 Over de inenting
104 Eamin Van tolerantie 3 deelen
105 Beschryving van de Kaap of Landtochten naar de Namaquas
106 Rietveld Over Habakuk II v:s 3 en 4
107 Clarisse Over de Colossencen 5 deelen
108 Leerredenen
109 Kleman Vyftal van verhandelingen
110 Cramer Over de Hebreën 2 deelen
111 Over de Romeinen
112 Over de Ephesen
113 Over de Psalmen
114 Over de gebeden
115 West Over de opstanding van Jezus Christus
116 Van Schille Over Jesaia 11 en 12
117 Michaëlis Mosaïas Regt 6 deelen in 3 banden
118 Byvoegsels
119 Begrafenis en opstanding van Jezus Christus
120 Over de brieven van Paulus
121 Geleerde mengelschriften
122 Inleiding in de goddelyke schriften
123 Nieuw verbond 3 deelen
124 Michaelus Overzetting des O: Test: 25 deelen
125 Overzetting des Nieuwen Testaments 6 deelen
126 Inleiding van het nieuw verbond
127 Over de Maccabeen
128 J:B: Elsner Over de brieven van Johannes
129 Philippensen 2 deelen
130 Forlaar Over Marcus
131 Over de Galaten
132 Haring Bededag stoffen
133 R: Schutte Bybels geslagtregister
134 R: Schutte Over Romeinen 8 en Petr: 2
135 Reize der Israëliten
136 Over de Verbonden
137 Het Borgtochtelyk lyden
138 Stichtelyke gezangen 2 deelen
139 Leerredenen
140 Over Romeinen 8
141 Weilands Sprakkunst
142 Seegenbeeks Nederduitsche spelling
143 F: Josephus door Martinet 9 deelen
144 Vervolg van de Joodsche historie
145 Van Laar Evangelie stem
146 H:A: Aetton Onderwys en de Christelyke zedeleer
147 Harmer Over het Hooglied
148 Scott Kragt der waarheid
149 Apelius Over het Evangelie
150 Vervolg
151 Uitstap
152 De Hervormde leer verdedigd
153 Onderzoek over het H: Avondmaal
154 E:D: Porter Klema order des heils
155 Voet en Petsch werken
156 De Leeuw Over Judas
157 Het geloof
158 Mieg Leerredenen
159 F: Stackhouse Leerredenen 7 deelen
160 Het feestvierend lyden
161 Klinkenberg en Nahuys Bybelverklaring 27 deelen
162 Voordeelen van den godsdienst
163 Verklaring over de Openbaring 2 deelen
164 Vernede Bergpredikatien 4 deelen
165 Paulsen Akkerbouwer der Oosterlingen
166 Regeering der Oosterlingen
167 A:J: Roustan Brieven over de haat der Christenen
168 d’Arrieux Reize naar de grooten Emir
169 Muller Veel hoofden veel zinnen 2 deelen
170 Eenzamen nachtgedachten 3 deelen
171 Stapfer Wederlegde godgeleerdheid 6 deelen
172 Zedeleer
173 Predikatien 4 deelen 2 banden
174 Analytische godgeleerdheid 2 deelen
175 Eedzwering
176 Godgeleerde briefwisseling
177 Nupoort over het geloof
178 J: Frantzen Verwachting van het Joodsche volk
179 Van Hemert De Rede en haar gezag
180 Aan Bonnet
181 Antwoord van Bonnet aan Van Hemert
182 De Witt Leerredenen
183 Cooks Reize naar de Stille Oceäan
184 [Cooks Reize naar de] Zuid Pool
185 Platen der Nederlanden 2 deelen
186 Nederlandsche oudheden 2 deelen
187 la Fontaine Fabelen 5 deelen
188 Taal en dichtkundige bydragen 2 deelen
189 Nieuwe bydragen 2 deelen
190 Brieven van Clemens 2 deelen
191 Du Bor Over Ephesen 4 deelen
192 Leerredenen
193 Baker Microscoop 2 deelen
194 Severius Beleg en ontzet van Leyden
195 J: Leland Tegen de Deïsten 3 deelen
196 Het Goddelyk gezag 2 deelen
197 V:d: Bel Leerredenen
198 Verhandeling over het Bybelgenootschap
199 [Verhandeling over] de Spreuken 1, 2 en 3
200 De Rapsodist 4 deelen 3 banden
201 Reymanis Natuurlyke godsdienst
202 Driften der dieren 2 deelen
203 Brieven van Portugeesche Joden aan Voltaire 4 deelen
204 Vos Over Daniel 2
205 Poetische mengelstoffen 12 deelen 9 banden
206 Mosheim Kerkelyke geschiedenis 11 deelen 5 banden
207 Ophelderingen 3 deelen 2 banden
208 Wederlegde godgeleerdheid 3 deelen
209 Leerredenen 6 deelen
210 Over Johannes
211 Brief aan Titus
212 Miller Uittreksel uit Mosheims zedeleer
213 van Eenem Kerkelyke geschiedenis 2 deelen
214 Kerkelyke geschiedenis door van Eenem 3 deelen
215 Smytegelt Over de Catechismus
216 Doutrein Over de Catechismus
217 Verloren zoon
218 van der Velden Over Romeinen 8
219 Waldschmidt Uber die Galaten
220 L: Pater Poëzy
221 J: Herreys Theron en Aspasio 4 deelen
222 Overdenkingen
223 de Moor Oude en nieuwe dingen
224 Nieuwe evangelisch magazyn 3 deelen
225 Laurin Leerredenen 5 deelen
226 Knoop Beknopte hovenier
227 J: van Hoorn Over de Vroedkunde
228 Bericht van de nieuwe hervorming 2 deelen
229 Liefst Bybelche ophelderingen
230 D:r Ludeke Over het oosten
231 Hinlopen Over de overzetting des Bybels
232 Overdenkingen
233 Vervolg der overdenkingen van Hinlopen
234 Hinlopen Leerredenen
235 Ray Godswysheid en de Schepping
236 Vervolg
237 Zallekoffer Leerredenen 18 deelen
238 Overdenkingen en gebeden 4 deelen 2 banden
239 Letz Christelyke zedekunde
240 C:J: Volney reize naar Egypte 2 deelen
241 Evangelisch magazyn 4 deelen
242 Evangelisch magazyn 2 deelen
243 J:H: Heung Nederlandsche Watersnood
244 B: Bosch Evangelisch arbeider
245 Leerredenen 4 stukken
246 Hugo Blairs Leerredenen 8 deelen 4 banden
247 Phillipus Serrurier Over Josua 24
248 le Sage ten Broek 3 deelen
249 Borgtochtelyk lyden
250 Habema
251 Claassen Brieven
252 J: van Loo Leerredenen
253 J: Hofstede ’s Lands pylaren vast gemaakt
254 Beoordeellaar van Bellizarius
255 Het leven van Nahuys door denzelfden
256 J: Hofstede Waarheid er evangelische verklaring
257 Over het gedrag van Judas
258 Byzonderheden der H: Schriften 3 deelen
259 De bekeering van de Graaf van Streunsy
260 Gedenkschriften van Nederlandsch Zendeling Genootschap
261 J: Petsch De beste wereld
262 Slatuintjes
263 Albertoma Elia de profeet 2 deelen
264 J: Schultens Waarschouwing aan Comrie
265 Brief aan Holtius
266 R: Feith Gedichten 3 deelen
267 Salomon de Fel over Matheus
268 Tydwinst in ledige uren
269 Jozef en Willem I door Bitanbe
270 H: van Lis Verzameling van oefeningen
271 Over keurstoffen
272 Mungo Park Reize in de binnenlanden van Afrika
273 Mungo Park Reize in Afrika 2 deelen
274 Verhandeling van het Bataafsch Genootschap
275 J: ter Meer Kort begrip
276 Report van Kleman
277 Nozeman Socrates eer verdeedigd
278 Beerman Mozes en Christus
279 Slavorinus Reize naar de Oost
280 Van Hove Socrates schande nader ontdekt
281 Valk over de globe
282 Merkwaardige gebeurtenissen uit de ongewyde geschiedenis
283 Brieven aan stervenden
284 Brouwer Onderwys en den godsdienst
285 Ganbuis Zielziektens
286 Verbetering van den godsdienst in Indien
287 Krieger Heerlykheid van Jezus Christus
288 P: Broes Peinzende Christen 4 deelen
289 Over Matheus
290 Buurt Dadelyke godgeleerdheid 4 deelen
291 Beschouwende godgeleerdheid 3 banden
292 de Vryheid
293 Zacharia De vier getyden
294 Beschryving van Groenland 3 deelen
295 H:J: Krom De Broedergemeente
296 Redevoering over de Vrede van Amiens
297 Dagboek van C: van Lier
298 Berkhey Verheerlykt lyden
299 Verhandeling over de vergeeflykheid der zonde
300 Prins Bybelbloem
301 Luchtzeizen 2 deelen
302 Spangenberg Ideafratrum
303 Lykrede door H:J: Bruins
304 Ydelheid der wereld door Velenguis
305 Het gebed des Heeren
306 Woltering Uitwendige roeping
307 Verdeeling van polen
308 Van Speren Afscheid
309 Petsch Zedelyke gevoelens
310 F:W: Mastcho over de figuurlyke spreekstyl der H: Schrift
311 Zimmerman Bespiegelingen over de natiën
312 De Advocaat der vaderlandsche kerk
313 Levensgevallen van J: Newton
314 Bode Leerredenen
315 Gedichten van R: Schutte op muziek
316 Rotgens Boerekermis
317 Van den Bosch Plechtigheden by het tweede jubele van Leyden
318 Het bederf der Nederlandsche Oostindische Compagnie
319 Budde Lykrede op Boskoop
320 van den Honert Afscheid
321 Oeconomische tak
322 Kleman Orde des heils (Hoogdeutsch)
323 A: Melot Algemeene geschiedenis
324 J:G: Heidn Hebreeuwsche Poezy 2 deelen
325 Gaaf der talen
326 A: Booth Heerschappy der genade
327 Zedelyke brieven 2 deelen
328 Holman God en de H: Schriften
329 Historiën en zonderlingen gevallen 2 deelen
330 Bydragen tot de beoefening en geschiedenis der godgel: wetenschap 10 deelen
331 Watts Logica
332 Muller Zedelyke oogmerken Gods
333 Tissot en Becker Raadgeving voor den gemeenen man
334 Tissot en Becker Raadgeving voor ryke lieden
335 Tissot en Becker Raadgeving voor geleerden
336 Sharp Brieven over Italiën
337 Mosche Bybelvriend 6 deelen
338 H: Muntingh over de Psalmen 3 deelen
339 H: Muntingh over de Spreuken van Salomon
340 van Lynde Logica
341 R: Schutte Heilige jaarboeken 3 deelen
342 Bergen Leven van Jezus 2 deelen
343 Der Apostelen
344 Geloofs en zedeleer
345 Abkonde Nederlandsch naamregister
346 Mourik Naamrol der godgeleerde schryvers
347 Saltzman Korte voorstellen 3 deelen
348 Hemel op aarde
349 Pestel Natuurlyke regtsgeleerdheid 2 deelen
350 van Alphen en Kasteele Mengelpoezy
351 Verhandeling over de Catechismus 4 deelen
352 Hoogstraten Zelfstandige naamwoorden
353 Daniel over het graf en opstanding
354 Engelberts De vier getyden
355 Buis Natuurkundig schoolboek
356 Voltaire Onder de schimmen
357 Voet Schriftelyke gezangen
358 Zimmerman Kennisse van Jezus Christus
359 van Voorst Nachtmaals formulier
360 Gellert Zedelessen 2 deelen
361 Gellert Zedelessen 2 deelen
362 Zedeleer voor kinderen 2 deelen 1 band
363 Gellert Zedeleer voor kinderen 2 deelen 1 band
364 Gellert Mengelschriften
365 Zedeleer voor kinderen 2 deelen
366 Het leven der Zweedsche graven
367 Cramer Het leven van Gellert
368 Weilands Woordenboek 13 deelen
369 Cambell Toestand der Christenen in Zuid Afrika
370 Buchanam Onderzoek
371 van Voorst en anderen over Leydens ramp
372 R: Jones Vriendschap met God
373 Het land en brieven
374 Blair Redekunst
375 Blair Zedekundige schoonheden
376 Edwards Kerk der verlossing
377 Gods hartstochten
378 Natuur kunst 21 deelen
379 Stele Spectator 9 deelen
380 R: Millar Voortplanting van de Christelyke godsdienst 2 deelen
381 W: Broes Leerredenen 3 deelen
382 C: Fleck Leerredenen
383 Bomare Woordenboek der natuurlyke historie 2 deelen
384 Aanhangsel
385 R: Pietel Christelyke zedekunde
386 M: v:d: Hage Ontleendkundige afbeeldingen
387 Frommum Concordantie 3 deelen
388 Prediaux Geschiedenis der Joden 3 deelen
389 J: Fissel Leerredenen 3 deelen
390 C: Stakelen over de Catechismus 2 deelen
391 Gedenkstukken uit Buchanons leven en schriften 3 deelen
392 Aristia
393 C: Villers Hervorming van Luther
394 W: Buchan Huiselyke geneeskunst 2 deelen
395 Hoogstraten Nederd: en Latynsche dictionaire
396 Liebeskind Palmbladen
397 Ten Kate Nederduitsche spraakkunst 2 deelen
398 Staring Bybelsch Woordenboek van A tot Z 13 deelen
399 Bachine Kerkelyke geographie 3 deelen 6 banden
400 Landkaarten
401 Heilige geographie
402 S: Formey Kerkelyke historie 2 deelen
403 Dagboek myner goede werken
404 E: Kist Leerredenen 2 deelen
405 Zedeleer des Christendoms 2 deelen
406 E: Kist over Gods deugden 2 deelen
407 Beoefeningsleer 4 deelen
408 Beknopt beoefeningsleer 2 deelen
409 Over Ruth
410 Redevoeringen
411 Ongunstig onthaal des Heilands
412 Aanmerkingen over J:H: Flooh
413 Aristus over Thomas Paine
414 De Lente
415 van der Palm Leerredenen 6 deelen
416 Over Jesaias 3 deelen
417 Liederen van David en Azaf
418 Over II Kon: 19 vers 30
419 Ecclascaster
420 Bybel voor kinderen 8 deelen
421 A: Bynius Geboorte en besnydenis van Jezus Christus
422 Uitlegkundige schriften 5 deelen
423 Uilkens Volmaaktheden van den Schepper 4 deelen
424 Naamlyst van Nederduitsche boeken van 1790 tot 1819 9 deelen
425 Reglement van het Synode 1816
426 C:A: Heuman over het N: Testament 11 deelen
427 A:H: Niemeyer Karakter kunde
428 De Bybel 5 deelen
429 H:H: Vierrant Leerredenen
430 J:L: Ewald Jezus menschenkennis
431 Jezus lyden en opstanding
432 Geschiedenis van David
433 Geschiedenis van Salomo
434 Verwachting van den Christus
435 Ewald over de opvoeding
436 Zondagsboek
437 J:J: Hess Chr: oefenjaar 2 deelen
438 Geschiedenis der Israeliten 12 deelen
439 Leven van Jezus 4 stukken
440 Leven der apostelen 4 stukken
441 Geschiedenis des O: en N: Testaments
442 Verhandeling over Gods Koningryk 2 deelen
443 H: Muntingh Geschiedenis der menschheid
444 Ten Brink Cypropedie door Henophon
445 van Alphen Gedichten en overdenkingen
446 Mengelingen
447 Gelooftsbelydenis
448 Leerstukken
449 Volksverlichting
450 Predikt het Evangelium
451 J:E: Voet Stichtelyke gedichten 2 deelen
452 Uitzicht van Nebo
453 Fakens Over Philemon
454 Rozenmuller Over het lyden van Jezus Christus
455 J: van der Roest Bybelsche taferelen
456 D:J: Koppe De Bybel 2 deelen
457 H:R: van Lier Leerredenen 2 deelen
458 M: Seegenbeek Leerredenen
459 J: van de Wynperse Leerredenen
460 W: Paly Natuurlyke godgeleerdheid
461 Christendom 2 deelen
462 Marin Fransch Nederduitsch woordenboek 2 deelen
463 F:A: Krummacher Evangelische geschiedenis
464 P: Doddridge Oorsprong en voortgang van den waren godsdienst
465 P: Doddridge Oorsprong en voortgang van den waren godsdienst
466 Ware godsdienst
467 Over de opvoeding
468 P: Doddridge over de wedergeboorte
469 Kracht van genade
470 Bedenkingen van een wysgeer over den godsdienst door Hemelsfeld 4 deelen
471 Bybel minnaar 4 deelen
472 Godsdienst vriend 7 deelen
473 C: Rensing Lyden, sterven en opstanding van Jezus Christus
474 Van Nahuys en Klinkenberg Onderwys in den godsdienst
475 W: Peiffers Geloofsvertrouwen van een Christen 2 deelen
476 Boekzaal der geleerde wereld van 1815 tot 1819
477 Eerste beginselen der kruidkunde met platen 3 deelen
478 Stichtelyke gebeden door Zallekoffer en anderen
479 L: Goldsmith Karakter van Bonaparte
480 J:C: van Lynden Kort begrip der bespr: godgeleerdheid
481 J: Iselen Geschiedenis der menschheid 2 deelen
482 G: Letz over de Christelyke godsdienst
483 Bellisarius door Marmontel
484 Beoordeelden de beoordeeling tegen Nozemen verdedigd door P: Hofstede
485 Marmontel Bellisarius verdedigd
486 Verdedigd
487 Bellisarius beoordeeld en verwezen
488 Antwoord van P: Hofstede aan Nozeman
489 Examen van Bellisarius
490 Vier brieven over de beoordeeling van Bellisarius door P: Hofstede
491 Geschenk voor de jeugd 12 deelen
492 Martinet Zeemans handboek
493 Pasteure beknopte natuurlyke historie 3 deelen met platen
494 De Ledermeester der leerarers 2 deelen
495 Klaas Kolyn rym kronyk
496 Fanny een fragment door Feith
497 Vaderlyk afscheid aan zyn zoon door Berkley
498 Microscosen of Londen 3 deelen met platen
499 The Old and New Testament
500 Ran Sermons 3 deelen
501 Bergly’s Animal Beography 3 deelen
502 Maccullocks On Isaiah 4 deelen
503 Jay Life of Comm: de Winter
504 Classical Poetry
505 Mackingtots Epistle 6 deelen
506 Hermonys 2 deelen
507 Live of Plutarch
508 Chesterfields Letter
509 Blairs Rhetoric
510 Doddridge Hymns
511 Rippons Selections
512 Mavors Poetry
513 Evengs Essay
514 Dambergers travals
515 The whole duty of man
516 Watts Psalms of David and hymns
517 Maror Natural history
518 Bogues Essays on the New Testament
519 On devine authority
520 Philips Voyage
521 Twinsche Voyage round the world
522 Guthries Geography
523 Atlas
524 Grammar
525 Missionary voyage
526 Hornes Works 6 deelen
527 Scriptures Beography
528 Nisbet en Diet
529 Family phisician
530 Burders Sermons 6 deelen
531 Murrays Grammar
532 Key to Murrays Grammar
533 Exercise to Murrays Grammar
534 Evans Sketch
535 Rochefoucaults maxims and morn reflexions
536 Bible magazine for the year 1815 2 deelen
537 Mungo Parks Journal in Africa
538 Beographical hist: and chron: dictionary by Watkins
539 Alisons Sermons
540 Sturms Reflections on the works of God 2 deelen
541 Evangelical preacher 2 deelen
542 Gellie’s New Testament 2 deelen
543 Campbells On the four Gospels 3 deelen
544 Shendans Dictionary 2 deelen
545 Portens Sermons 2 deelen
546 Walkers Sermons 4 deelen
547 Jay’s discourses 3 deelen
548 The Holy Bible by D’oyly and Mant with notes 3 volumes
549 Jones Sermons
550 Lichtensteins travals in South Africa 2 deelen
551 Wilcocks Eng: and Dutch Dictionary
552 Holtrops Eng: and Dutch Dictionary 2 deelen
553 Moses Lowman on: John
554 Bucks Dictionary 11 deelen
555 Britters Analogy of religion
556 Simpsons Plea
557 Prideaux Mahomet
558 I: Newton Cardiphonia of gemeenzame brieven

MOOC8/34.45

{18200313} 13 Maart 1820 Geertruyda Mosterd

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op Maandag den 6:e deezer lopende maand Maart des nademiddag de klokke drie uuren met er dood zyn ontruimd ende nagelaten door mejuff: Geertruyda Mosterd wed: van wylen den capitain der burgery Petrus Jesse Moller hebbende de overleedene by testament op den 29 February deezes jaars voor den notaris publicq alhier Fransciscus Xaverius Lind en getuigen opgerigt, tot haare eenige en algeheele erfgenamen benoemd en g’institueerd de kinderen en kindskinderen gesprooten uit het huwelyk met haaren vooroverledenen echtgenoot met namen

1) haare dochter Hester Theodora Moller geh:d met Michiel Coetzé
2) haare dochter Susanna Marthina Moller geh:d met Johannes Heegers
3) haare dochter Elizabeth Theodora Gerhardina Moller geh:d met Johannes Marthinus Nieustadt
4) de nagelaten kinderen van haare vooroverledene dochter Martha Hendrina Moller in echt verwekt by haare meede voorverstorvenen man Arend de Waal Arendz: met namen a) Geertruyda Petronella de Waal oud 20 jaren
b) Josina Arendina de Waal 18 jaren
c) Arend Egbertus de Waal oud 16 jaren

echter met betrekking tot de tweede staak onder de beswaarenis der erffenisse met den band aan fedei commis

zynde voorts door de overleedene by hetzelve testament tot executeuren daarvan beredderaars harer nalatenschap en voogden over haare minderjarige en fideicommissaire erfgenamen verzogt, benoemd en aangesteld Heeren Weesmeesteren dezen Colonie, dient ten gevolge den boedel by wel dezelven ter beheeringe aanvaard zynde op heeden door ons ondergetekende gecomm: Weesmeesteren is g’inventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende te weeten

Een huis en erff staande ende gelegen in deeze Tavelvally in de Loopstraat in ’t Blok n:o 19 en aldaar een gedeelte van N:o 85 blykens transport op den 5:de Augustus 1808 daarvan aan de overleedene gedaan

In het evengemelde huis en aldaar

In het voorhuis
een kloklantaarn
In de kamer ter regterhand
een chitze ophaal gordyn
een spiegel met vergulde lyst
een vierkante tafel met groene kleed
twaalf stinkhoute stoelen met losse roode trype zittings
vier witkopere quispeldooren
twee verlakte schenkbladen
een klyne kistje
In de kamer ter linkerhand
een geruite ophaal gordyn
zes schilderyen
twee klyne klaptafels
een ledikant met geruite gordynen waarop
een bed
een peuluw
drie kussens
een kabinet met koper beslag
een kadel waarop
een bed
een peuluw
drie kussens en
een deeken
vier stooven
In de gaandery
een geruite ophaal gordyn
agt schilderyen
een spiegel met noteboome lyst
tien stinkhoute leuningstoelen met geruite overtrekzels
een zieke stoel
een glaaze kast waarin
een kopere themachine
twee kopere kandelaars
twee snuijters
vier blikke trommels in zoort
een tinne trekpot
zeven schotels in zoort
een waskom met zyn lampet
een boter pot
zes kopjes en vier pierings
vier zoutvaatjes
een melkkan
een klyne kistje met koper beslag
In de combuys
een oude tafel
een klyne pottebank
vier emmers
drie klyne balies
een kopere water beeker
drie yzere potten
een yzere koekepan
twee yzere schoorsteen kettings
twee yzere drievoeten
een yzere rooster
een yzere vuurschop
een yzere vuurtang defect
drie yzere leepels
een yzere schuimspan, vork, visschop en vijzel
een kopere poffertjes pan
een kopere wavel yzer
een kopere vergiet test
een kopere rasp
zes messen
zes vorken
een water keetel
een rolstok
In het pakhuis
een koopere water keetel
twee zoepterrines
negen schootels
twee en zestig borden in zoort
zeven kopjes en zeven pierings
vyf potten in zoort
vier glaaze confyt potjes
zes bierglazen
zeven kelkjes
een oude zift
een klyne boter vaatjes
twee klyne kisten
een rystblok met syn stamper
een klyne huistrap
een groot huistrap
elf oude messen
Zilverwerk
een zoeplepel
twaalf eetlepels
twaalf vorken
negen thee lepeltjes
vier confyt vorkjes
een koelbaktje
een zuikertrommeltje
vier kandelaaren
voorts nog
een witkoopere vuurtestje
twee plettit zoutvaatjes
een verlakte koekebak
een Bybel met plaaten
een Psalmboek
een klisteerspuit
Lijfeigenen
een mansslaaf gen:d Adonis van Battavia oud 64 jaren, zynde een metzelaar, en moet volgens de testamentaire dispositie van de overleedene ten zyner eigenen kosten uit slawerney ontslagen en in vrydom worden gesteld
een mansslaaf gen:d Darius van Battavia oud 66 jaren, zynde een kok aan wien door de overleedene by testamente vryheid is gelaten om ten syner keuze by een harer kinderen te gaan inwoonen, hebbende denzelven verkozen zig met er woon te begeeven by de overleedene oudste dochter Hester Theodora Möller geh:d met Michiel Coetzé
een mansslaaf gen:d Mentor van de Kaap oud 60 jaaren, zynde een smith
een slavinne gen:d Rosina van de Kaap oud 32 jaren, zynde een huismeid
een slavinne gen:d Mitjie van de Kaap gebooren den 2 Juny 1817 zynde een dochter van evengem: Rosina

over welke twee laatstgem: lyfeigenen door de overleedene bij haar testamente in volgende voegen is gedisponeerd

Ook verklaarde de testatrice haar wil en begeerte te zyn, dat haare slavinne gen:d Rosina, met haar kind gen:d Mietjie, aan Pieter Pietersen, die ten einde by haar testatrice reeds aansoek heeft gedaan, zullen moeten worden afgestaan en verkogt voor een som van zestien honderd ryksd:s, voor welke koopschat, door hem ten behoeve van der testatrices boedel zal moeten worden gepasseerd eene rente doende notarieele obligatie om te worden afbetaald zodanig, als best met hem zal kunnen worden overeengekomen, gesecureerd, door twee in deeze Colonie ge erfen borgen ten genoegen van der testamentaire executeuren, onder deeze mits, dat zodanige notarieele obligatie, door den gem: Pieter Pietersen binnen den tyd van drie maanden, na haar testatrices overlyden in zodanige borgen worden gepasseerd, by gebreeke waarvan deeze dispositie zal koomen te vervallen, en weezen herroepen, zoo als de testatrice die dispositie voor als dan verklaard te weezen herroepen, en de gem: slavin Rosina met haar kind, ten voordeele van der testatrice boedel en erfgenamen, moeten worden verkogt, zullende indien de gem: Pieter Pietersen, binnen den voorm: tyd van drie maanden, die bedoelde obligatie, zal hebben gepasseerd de voorm: slavin Rosina en haar kind Mietjie aan hun worden en weezen afgestaan en verkogt, onder verdere mits, dat hy haar beiden ten zyner kosten, met verlof van het Gouvernement, uit slaverny ontslaat en in vrydom steld

Inneschulden
    Rd:s
  Martha Maria Herhold wed: Jan Bladt op een schepenkennis d:d: 7 November 1805 aan capitaal ƒ7000 ofte 2333:16
renten voldaan tot p:mo Nov:br 1820 met de renten zed:t primo Novemb:r 1819
capit: en renten voldaan den 3 Feb:y 1821 Jacobus Arnoldus Hurter op een notarieele obligatie d:d: 10 Maart 1813 aan capitaal ƒ7000 ofte 2333:16
  met de renten zed:t den 10 Maart 1819
  Jacobus Johannes Mellet op een schepenen kennis d:d: 26 Aug:s 1814 aan capitaal ƒ5000 ofte 1666:32
  met de renten zed:t 26 November 1819
capitaal en renten voldaan den 26 February 1824 Carel Christiaan Kock op de schepenen kennis d:d: 20 December 1811 aan capitaal ƒ8000 ofte 2666:32
  met de renten zed:t 20 Decemb:r 1819
capitaal en renten vold: den 21 April 1821 Nicolaas Everhardus Mosterd op een onderh: obligatie d:d: 10 November 1814 aan capitaal ƒ7000 ofte 2333:16
  met de renten zed:t 10 November 1819
  Johannes Marthinus Neustadt op een onderh: obligatie d:d: 9 February 1816 aan capitaal 600:--
  met de renten zedert den datum der obligatie
  de vryd vrouw M: Wells over restants huurpenningen van een smits jongen waar van de reek:g onder den soliciteur Jan Fred:k Meyer is berustende ’s Gouvernements sequester de heer Ryno Johannes van der Riet als administreerende den insolventen boedel van Johannes Heegers over het saldo eener in dato 19 February j:l: gehoudene afreekening 940:17
Lasten des boedels
    Rd:s
  aan Johanna Elizab:h Coetzee als in gemeenschap van goederen gehuuwd geweest zynde, met nu wylen Hend:k Thobias Möller over zoo veel aan haare overleedene man uit den boedel voor vaders bewys competeerd volgens acte in dato 19:de February deezes jaars voor den notaris Franciscus Xaverius Lind en getuigen gepasseerd 2302:2
  aan Michiel Coetzée als in huwelyk hebbende Hester Theodora Möller over zoo veel aan haar uit den boedel voor vaders bewys competeerd volgens acte in dato 19:de February deezes jaars voor den notaris Franciscus Xaverius Lind en getuigen gepasseerd 2302:2
  aan Johannes Marthinus Neustadt als in huwelyk hebbende Eliz:h Theodora Gerhardina Moller volgens acte in dato 19:de February deezes jaars voor zo veel aan haar uit den boedel voor vaders bewys competeerd volgens acte in dato 19:de February deezes jaars voor den notaris Franciscus Xaverius Lind en getuigen gepasseerd 2302:2
  aan de Weeskamer voor de drie nagelatene minderjarige kinderen van wylen Martha Hendrina Möller door dezelve by wylen Arend de Waal in echt verwekt voor denzelver grootvaderlyk bewijs al meede 2302:2
  van welke vaderlyke en grootvaderlyke erfdeelen aan de geregtigdens de renten moeten worden te goed gedaan te weeten van eene somma van rd:s1076:13 zedert den 18 Maart 1809 en van het resteerende gedeelte zed:t den 18 Aug:s 1819
renten bet:d tot 8 Feb:y 1820 aan Maria Joh:a Coetze over contant geleende penningen 600:--
  met den intrest zed:t den 8 February 1819
  aan Aurelia Neustadt zooveel door de overleedene aan haar by onderh: acte van den 25 Feb:y deezes jaars voor een legaat heeft besprooken 100:--
  aan den notaris publicq F:s X:s Lind op een gespecificeerde notarieele reek:g per rest 77:6

Aldus na gedaane ontseegeling g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 13 Maart 1820 ende zulx op het op en aangeven van Johannes Marth:s Neustadt en desselfs huisvrouw Elizabeth Theodora Gerhardina Möller dewelke betuigden hun daarinne ter goeder trouwe gedragen, en hunnes wetens niets verzwegen of agter gehouden te hebben van al het geene tot den boedel der overleedene behoord, bereid zynde zulx des gerequireerd wordende ten allen tyde met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte, zoo wanneer hierna nog iets tot den boedel betrekkelyk of daartoe behoorende mogten komen te ontdekken, zulx getrouwlyk ter Weeskamer te zullen opgeeven ten einde in dat geval deeze inventaris daarmeede kan worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeze door ons gecomm: Weesm: ende my Eerste Commis der Weeskamer benevens de inventarienten eigenhandig gesubscribeerd.

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, A: v: Breda

J:M: Nuuwstad, E:J:G: Nuuwstat

My present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/34.46

{18200912} 12 September 1820 Joseph Davij

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er op Zaturdag den negende dag dezer lopende maand September in den jaare onzes Heeren een duijzend acht honderd en twintig metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door Joseph Davij, hebbende dezelve bij testamentaire dispositie op den 7:e deeser voor den notaris publiek ten deezen Gouvernemente John Samuel Merrington en getuijgen gepasseerd, tot zyne eenige en universeele erfgenamen benoemd en aangesteld

voor 1/3 gedeelte Dorothea Grey en
voor 2/3 gedeelte Elisa Dorothea Davy

en voorts tot executeuren zynes testaments, redderaars zynes boedels en nalatenschap zoo meede voogden over zyne minderjarige erfgenamen verzogt benoemd en aangesteld het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren deeser Colonie, weshalven den boedel dan ook door de ondergetekende Gecommitteerdens uit welgemelde Collegie is geinventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

in de Kaapstad

In een huurhuys van Izaak Lesar
twee tafels
vier honderd zeven en vyftig voeringvellen
twaalf Engelsche kalfsvellen
zes Kaapsche kalfsvellen
drie paarde vellen
achttien saffiaans vellen
een en dertig blank vellen
zestien p:r stevel kappen
zeventien bokkevellen
twee en dertig witte vellen
twaalf p:r halve laarsen schagten
zeven p:r lange laarsen schagten
twaalf aluin vellen
negentien paar voorschoenen
vier paar schoenen plaatjes
zes en tachtig schoenmakers lysten
zeeven en zeventig paren schoenmakers lysten
negen en dertig douzein bollen schoenmakers garen
vier pond schoenmakers borstels
tien douzyn elsten
een en twintig stevelblokken
Contanten
door Pierre Roms aan Gecommitteerdens ter handen gesteld, eene somma van drie honderd vyf en zestig ryksdaalders en zes stuyvers
Een stuk lands met de daarop staande gebouwen geleegen aan Liesbeeks Rivier groot in zynere grond drie morgen drie honderd vier en zestig quadraat roeden en twee en zeventig quadraat voeten
een stuk land gelegen annex de voorm: plaats, groot twee morgen en zes en dertig quadraat roeden

Op eerstgem: plaats in het woonhuijs en aldaar

In het voorhuijs
een verrekyker
In de voorkamer ter regterhand
een chitze gordyn
een spiegel met vergulde lyst
drie schilderyen met vergulde lyst
een theetafel
twee speeltafels
een canapé met zwarte paardenhaire mattras
twaalf stoelen met vaste paardenhaire zittingen
een vloertapyt
twee porceleine beeldjes
een vuurplaat
een vuurtang
een asschop en
een pook
In de voorkamer ter linkerhand
een chitze gordyn
een kleine klaptafeltje
een eetenstafel
een canape
twaalf gematte stoelen
twee leuning stoelen
een tapyt
een wynkoelder
een bufet
een foudraal voor messen en vorken
een microscoop
In de gaandery
een staande horologie
zes tafels in zoort
een rustebank met matte zittingen
twaalf stoelen met matte zittingen
een scherm
In een muurkastje
elf karaffen in zoort
twintig waterglasen
twee dousein wynkelkjes
In een tweede muurkastje
een zilvere trekpot
een zilvere melkpot
een zilvere zuykerpot
twee glaze zoutvaatjes
een party boeken
In een derde muurkast
twee douzyn tafel messen en vorken met yvoire heften
een dousein dessert messen en vorken met yvoire heften
twee trancheer messen en vorken met yvoire heften
In een agterkamer
twee chitze gordynen
een tafel
een toiletspiegel
een schryfkistje
twee ledikanten met behangzels en beddens compleet
een groote mand
een mahony houte klederkast, by testament gelegateerd aan Sara Dorothea Grey
een ladentafel by voorsz: testament gelegateerd aan Elisa Dorothea Davy
een stelletje
een waschtafeltje
een tafelkastje, waarin
dertig zilvere eetlepels
drie ragou leepels
vier zilvere sous lepels
een zilvere souplepel
zes zilvere dessertlepel
tien zilvere theelepeltjes
een zilvere vischschop
een ledige kistje
een kistje met een geweer
een kleine valies
een scheerkistje
een hagelzak en kruidhoorn
drie oude stoelen
een tafelkast
In een tweede agterkamer
zes oude stoelen
een ledige koffer
een enkelde bedt
twee nieuwe toomen en twee springteugels
In de dispens
drie aarde soepterrine in zoort
twee en veertig schotels in zoort
twee en zeventig borden in zoort
drie lampetten en kommen
twee boterpotjes
een salade bak
een salade bak
zeven tinne waterborden
een tinne koffiekan
drie koffiemolens
zes blikke blakers
zes blikke borden
zes kopere kandelaars
twee blakers
twee snuyters met bakjes
twee blikke lantaarns
drie schenkborden
een oly en asyn standert
In de combuys
een tafel
veerthien ysere potten
een bakkist
een rooster
een koekepan
drie ysere lepels
een schuymspan
een vleeschvork
twee hakmessen
een braadpan
een hakkebord
een kopere vysel en stamper
een waterbeeker
een ysere balans met houte schalen
een ysere balans met kopere schalen
een vuurtang
een asschop
een vliegenkast
een ysere oven
een vergiettest
een baly
twee emmers
In een buytenvertrek n:o 1
een kadel
een tafel
een stoel
In een buytenvertrek n:o 2
twee leggers wyn, waarvan de leggers toebehooren aan de wed: Van Helsdingen
een vat met wyn
een ledige legger
twee ledige vaten
een halfaam met wyn
een ledige ankervaatje
een halfaam met een restant Kaapse brandewyn
eenige kannetjes met Kaapse wyn
een ledige halfaam
een wyntregter
een kelder met ledige vlessen
een kan met een restant lynolie
twee ledige kannen
In de looyerswinkel
twee looyerstafel
twee vaten
zeventien rollen
een groote vysel en stamper
twee kannen
een draaybank
twee tafels
twee vals banken
vyf looyers stollen
een stampmolen
drie rekraamen
zes halve maanen
twee groote kisten
twee vaten
een ysere pot
drie ledige kannen
een baly
vyf oude bakken
twee zwartsel balijs
twaalf looyers messen
een kopere ketel
twee balys
een scheepspomp
twee looyers balys
drie emmers
elf planken
vyfthien schraapmessen
zeven en veertig planken
In een buytenvertrek n:o 3
een braakbank
een bankschroef
zeven planken
een restant bast
In het molenhuys
een stampmolen
een party bast
een party rommeling
een party zout
een groote balans met houte schalen
drie ladders
In het buytenvertrek n:o 4
een party planken
een ploeg
een restant hooy
negen ledige kannen
een restant bast
In de timmermans winkel
een schaafbank
een kloofzaag
een spanzaag
twee handzagen
zeven avegaarsbooren
negen schaaven
drie winkelhaken
zeven bytels
een houtschroef
drie grendels
vier raspen
drie hamers
drie kruyshouten
een snymes
een omslag boor met zyn ysers
acht kleine bytels
drie wagenmakers schaven
vyf graven
twee pikken
een dissel
een byl
tien stukken gewigt
vier mistvorken
een restant oud yser
twee kroozen
een speerhaak
een gieter
Op de werf
een boegspriet
een pomp
zes stukken hout
drie kruywagens
een slypsteen
vier oude wielen
een karrewy wagen
een kap kar
een openkar
een rol
een groote aarde pot
vier ledige vaten
In de stal
een kafmachine
een zadel en toom
zes tuijgen
In het slaven vertrek
tien geelhoute planken
een loode bak
een stryktafel
Op een bovensolder
acht en twintig bokkevellen
een honderd en een witte vellen
een honderd zes en veertig gedroogde ossehuyden
drie honderd zes en negentig kalfsvellen
vier en tagtig paarde huiden
zeven vellen kalfsleder
een halve koedoevel
drie honderd en twintig voeringvellen
zeven stukken zoolleder
vyftien stukken tuygleder
een halve aluin vel
een party ledige bottels
een party ledige kannen
een party ledige vlesjes
zes kopere bussen
een oude ledikant
twee cijssen
vier zikkels
een groote zaag
twee kleine [zaag]
negen en veertig borsels
dertig looyers messen
zeven roskammen
negen hengzels
twintig jatyhoute duijgen
een restant verf
een restant touw
een party tuijgen
een vaatje galnooten
een kastje met een restant ruiten
twee vaatjes aluin
een restant aluin
twee zakken wol
twee kisten met schoenmakers garen
een [kisten] met schoenmakers gereedschap
een kast met puimsteen
een vaatje koper rood
een ledige halfaam
een restant cremortartasie
vier zakken met een restant ryst
een kopere gordyn roey
drie stangen
een party bouten en schroeven
een party oud ijzer
drie ledige kasten
een veldtafel
twee stoelen
een valies
een kleine blaasbalg
een tent
twintig mudden koorn
drie zakken paardenhair
dertien ledige zakken
twee kannen met een restant spermacetie olie
een oude koffer
vier ledige oliekannen
zeeven aarde boeiangs
een schepel
vyf blokken
twee blikke trommels
twee kelders met ledige vlessen
een vaatje zwartsel
een vleeschvat
een verfsteen met zyn looper
een defecte theemachine
een bad baly
een party gespen, voorts nog
een party rommeling en yzerwerk van geen belang
In een buytenvertrek
een honderd en twee gedroogde ossenhuiden
acht en twintig kalfsvellen
vyf paarde huiden
een bokkenvel
Bevindende zich voorts nog in de looyery
een menigte beesten en schapen vellen, dewelke voor zoo verre doenlyk voor de verkoping des boedels in ordrè zullen worden gebracht
Beestiaal
drie paarden
drie ezels
twee koeijen met een kalf
zeeven varkens
Lijfeigenen
een mansslaaf gen:d Jack van Mosambicque oud 28 jaren, looyer
een mansslaaf gen:d Dick van Mosambicque oud 28 jaren, mede een looyer
een mansslaaf genaamd Africa van Mosambicque oud 31 jaren, insgelyks een looyer
een mansslaaf gen:d Matthijs van Mosambicque oud 40 jaren, zijnde de laatstgenoemde slaaf nog niet op den overledene getransporteerd

Pro memorie word hier alhier genoteerd dat in den boedel gevonden zyn de volgende apprenticen, dewelke aan den collecteur der douanen behooren te worden overgegeven, als

Mans
Malifva
Sam Pierre
Hendrik
Lampioe
Manuel
Jannie
Lammera
Franshoek
Campella
Jacoetie
Laincoe

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 12 en 14:e September 1820 ende zulks op het op en aangeven van Sara Dorothea Greij, dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe gedragen en met haar weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuygde de deugdelykheid harer opgave ten alle tyde des vereischt wordende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot voorsz: boedel behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deser inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is dezen ter presentie van ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren en my Klerk der Weeskamer door de inventariente eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: A: v: Breda, J:A: Munnik

S:D: Grey

My presentie: J: Serrurier

MOOC8/34.47

{18120421} 21 April 1812 Christoffel Snijman , Eva Catharina Potgieter

Copia: J:P: Malan

Inventaris van alle zodaanige opstallen, beestiaal en losse goederen als door Christoffel Snijman Philip zoon en Eva Catharina Potgieter in gemeenschap bezeeten en door den eerstgemelde met ’er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders op heeden opgenoomen en in waaren weezen bevonden geworden zijn; te weeten:

D’ opstallen der leeningsplaatsen, gen:d
1) d’ Elandsjagt gel: aan de Krommerivier Wagendrift (/U fol:o 825)
2) de Keerom gel: in de Brakkeduinen aan de Tsietsiekamma (U fol:o 824)
Nota: d’ eerstgemelde plaats is door Eva Catharina Potgieter weduwe Christoffel Snijman volgens annex koopbrief verkogt aan de weduwe Frederik Potgieter voor rd:s800 dog nog niet voldaan
Beestiaal
sestien ossen
dertien aanteelbeesten
Losse goederen
een ossewagen met drie jokken
een wagenkist
twee tafels
twee karnvaaten
drie emmers
twee vaatjes
twee duims booren
twee ijzere potten
een keetel
een tinne trekpot
een tinne schootel
een tinne kom
een porcelaine kom
vier porcelaine kopjes
vier porcelaine schooteltjes
twee porcelaine borden
dertien ijzere vorken
twaalf tinne leepels
vier zikkels
een geweer /:defect:/
Uitstaande penningen
  Rd:s
de kooppenningen wegens de plaats d’ Elandsjagt als bovengemeld verkogt aan de weduwe Frederik Potgieter voor rijksdaalers agthondert zegge 800
Schulden
  Rd:s
aan de weduwe Michiel Heyns woonagtig in ’t district George 100:--
benevens intresten van heeden af
aan Jan Heijns woonagtig in ’t zelve district George 100:--
aan Christoffel Marais woonagtig onder Zwellendam 100:--
aan Frederik Johannes Abraham Potgieter 84:--
aan Hermanus Redelinghuijzen voor negotie goederen volgens annexe rekening 97:2
aan Theunis Dirkse van Schalkwyk voor negotie 211:5
aan Dirk van der Schijff Dirksz: opgenoomen penningen ter betaaling van recognitie 100:--
Somma Rd:s792:7
Erfgenaamen
kinderen uit het huwelijk van wijlen Christoffel Snijman Pilipz: en Eva Catharina Potgieter
1) Maria Catharina oud 12 jaaren
2) Amarentia Hester oud 10 jaaren
3) Stoffelina Elisabeth Johanna oud 8 jaaren

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter Drostdije Uitenhage op den 21 April 1812. Volgens de opgave van Eva Catharina Potgieter weduwe Christoffel Snijman, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandelt en niets met haar weeten te hebben verzweegen of agtergehouden, weshalven zich bereid verklaarde deeze haare opgaave ten allen tijden des vereischt werdende met solemneele eede te zullen bekragtigen, met verdere belofte zoo iets nader tot den boedel specteerend mogte koomen t’ ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles in ’t bijweezen van den districts clerk Frederik Auret en den gerechtsboode Johannes Henricus Lange als getuigen

/:In margine:/ /:Als getuigen:/ getek:d Fred:k Auret, J:H: Lange /:Onderstond:/ Voor de opgaave: /:getekend:/ Eva Catarina Potgieter, weduwe Chr:l Snijman /:lager:/ In kennisse van mij: /:getekend:/ J: Knobel, Secretaris

MOOC8/34.48

{18110816} 16 Augustus 1811 Pieter Henkes

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Zaturdag den tiende deezer lopende maand Augustus in den jaare een duijzend agt honderd en elf ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den burger Pieter Henkes ten voordeele zijner twee nagelatene kinderen door hem bij zijne voorverstorvene eerste huijsvrouw Johanna Catharina Elsabe Dafel in echt verwekt, met naamen

1) Johanna Catharina Henkes geh:d met den medicinae doctor Siegfried Fränkel
2) Johannes Petrus Henkes thans oud 22 jaaren

Zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren op het op en aangeeven zyner thans overgebleevene weduwe Anna Catharina Heckroodt met dewelke hij blijkens acte antenuptiaal in dato 13:e Maart 1810 voor den notaris publicq Jan Bernhard Hoffman en getuijgen gepasseerd, buijten gemeenschap van goederen is gehuuwd geweest, is g’inventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in ’t volgende, namentlijk

Op de plaats de Poespas Kraal geleegen agter de Steenbergenen en aldaar
In het voorhuijs
een Friesche klok
In de kamer ter regterhand
een kadel
een klijne tafel
twaalf stoelen in zoort
een kopere thee machine
een kopere keetel
een tobaks mes
een lantaarn
In de kamer ter linkerhand
twee spiegels
twee kasten
twee klaptafels
een ledikant, waarop
een bulzak
vier kussens
een deeken en
twee lakens
een rustebank
In de combuijs
vier yzere potten
een koekepan
een schoorsteen ketting
een rijstblok en stamper
een halfaam
een kopere tregter
een traan halfaam
een tafel
drie tinne leepels
een tinne soup leepel
agt staale vorken
Op de werf
agt balies en vaten in zoort
een kopere keetel
neegen looijers messen
een looijers tang
een honderd en zeventig schapen vellen in ’t werk
twee en tagtig halve beestevellen in bast
zes en dertig bokkevellen in bast
een honderd zestien schapenvellen in bast
een honderd een en zestig halve beestevellen in kalk
twee honderd zeeven en zeventig schapenvellen in kalk
twee drooge beestevellen
een bastrad
een bastrad defect
een slijpsteen
een oude wagen
een party oude wielen en assen
een zadel
Beestiaal
drie paarden
agt trekossen
een draag os
Lasten des boedels
    Rd:s
van deeze geheele pretensie is door de opgeevster de overgeblevene weduwe van den overledene afgezien, en deselve door haar teruggenomen, vide Heeren Weesmeesteren resolutie van den 23 Meij 1821 aan de in den hoofde deezes gemelde weduwe over zo veel door haar volgens geproduceerde gequitteerde obligatie op den 20 Februarie deezes jaars aan m:r Gerrit Buijskes qq: Joseph Pero is betaald, weegens het aan den onmondigen zoon Johannes Petrus Henkes competeerend moederlijk bewijs, mitsg:s het geen aan uit den boedel van wylen Willem Nel aan erfenisse is toegevallen, en welk een en andere blykens obligatie in dato 12 December 1809 voor opgemelde m:r Gerrit Buyskes in deszelfs betrekking als notaris publiek en getuygen verleeden ondere den overleedene is berustend geweest ƒ3245 ofte 1081:32

Werdende hier voorts pro memorie bekend gesteld, dat door de overgebleevene weduwe staande het huwelijk voor reekening van den overleedenen penningen ontfangen en uitgegeeven zijn, en waarvan door haar ter Weeskamer behoorlijk reekening en verantwoording zal worden gedaan

Zynde de klederen van den overleedenen van weinig belang voor den eenigen onmondigen zoon buyten inventarisatie gelaten

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter plaatze voormeld op den 16:e Augustus 1811 ende zulks op het op en aangeeven van de in den hoofde deezes gemelde weduwe, en in tegenswoordigheid van Siegfried Frankel als nomine uxoris belanghebbende, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen, en hares weetens niets verzweegen of te rug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan betuijgde de deugdelykheid harer opgaave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hier na nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende, mogte komen te ontdekken, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde deezer inventaris daarmeede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende mij Eerste Commis der Weeskamer door de Comp:ten eigenhandig onderteekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: A: v: Breda, W:J: Klerck

Voor den opgaaff: H:C: Heckroodt, wed:e Henkes

In ’t byweezen van my: Jeroen Nel

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

6 hembde
7 rokke
1 boven baatje
3 onder [baatje]
4 p:r kouse
2 p:r laarse
1 overrok

Den 18 Augustus 1809

Kleederen van wijlen Pieter Henkes

MOOC8/34.49

{18200215} 15 February 1820 Thomas Coakly

Inventaris van zodanige goederen als er op Zondag den derthiende dag der maan February in den jaare een duyzend acht honderd en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den timmerman Thomas Coakly ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen invoegen als het een en ander door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

Ten huize van John Canon

agt schaven
twee handzagen
tien vylen (in soort)
twee winkelhaken
dertien bytels
drie kruishouten
een steekzaag
twee schroeve trekkers
een passer
negen boortjes
een duimstok
een swaay
een kleine handschroef
een buigtang

Ten huize van David Rogers alwaar den overledene het laatst woonagtig is geweest

twee oude rokken
een onderbaatje
een doek
een p:r kamassen
een wolle deken (oud)
een oude matras
twee paar wolle kousen
een hoed
een paar schoene

Aldus g’inventariseerd ten huizen bovengemeld op den 15:e February 1820.

Als gecomm: Weesm: A:V: Bergh, J:A: Munnik

Voor den opgaaf: John Cannon, David Rodgers

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/34.50

{18200117} 17 January 1820 Lodewijk Mundt

Inventaris van zodanige goederen als er bevonden in den boedel van Lod:k Mundt

1 koffer NB: buiten de hemden en halsdoeken zyn de anderen alle devekt
1 hoed
1 mus
1 bril met staale veere met zyn huisje
5 boven baatjes in soort /waaronder 1 duff: en 1 lakense baatje
5 onder baatjes /in soort/
6 lange broeke /in soort/
7 witte linne hemden
6 witte linne halsdoeken
3 bonte doeken
5 paar bonte kouzen
2 ell: duffel
5 gesnedene groffe lakense baatjes met de voering van roode baaij
1 bondel baaije lappen
1 steen zeep
1 scheerdoos met 3 scheermessen
1 zilvere zak horlogie
1 paar oude laarsen en schoenen
1 pars eyser en 1 groote schaar
1 rijpaard en een oude zadel en toom de paard, zadel en toom is onder berusting van Willem van Niekerk Alb:sz aan de Tygerbergen

H:o H: v: Niekerk

Maandag den 17 January 1820

MOOC8/34.51

{18180725} 25 July 1818 Johannes Jochemz Swanepoel , Johanna Margaretha van Dijk

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door Joh:s Jochemz Swanepoel J:J:z en desselfs huisvrouw wylen Johanna Margaretha van Dyk in gemeenschap zyn bezeeten en door laastgem:e ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

een ossewagen met toebehoor /oud/
twee zeekels
een snijmes
een dissel
een halfaam
een hand en twee houd bijlen
een katel
een wagen katel /oud/
een platvaatje
een strijkijzer
een meelzift /oud/
een schietgeweer
een klijne koffij moolen
een tinne ketel
een yzere ketel
twee blikke busjes
een blikke beker
een aarde pot
twee aarde trekpotjes
vier kommen /waarvan twee defect/
een aarde waskom met lampet
drie bottels
twee vlesjes
een boter potje
drie aarde schotels /waarond:r twee defecte/
twee vlakke borden
ses diepe borden /twee defect/
ses tinne borden
een tinne schotel
seven staale vorken
seven yzere lepels
negen kommetjes
vier kopjes en vier pierings
drie emmers
een spiegel
een hang slot
een klijne balie
twee stooven
een ijzere kasterol
vier ijzere potten /waarvan 1 defect/
een koeke pan
een klijne rooster
drie velle zakken
twee kisten
twee tafels
drie stoelen
een boor
een rasp
een kastje met een parthij ijzerwerk
een parthij rommelarij
een broodschop oud
acht osse riemen
thien stroppen
een buldzak, een peul, vier kussens en een combaars
Beestiaal
ses trekossen
Baaten des boedels
  Rd:s
van Jan Jacobsz schuldig ses hondert voet planken
van Muller voor toback 7
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Elisabeth Putter haar vaders erfenisse ingevolge gedaan bewijs   115
aan Anna Putter die omtrend voor negen jaaren is overleden, als voorgemelde voor vaders erffenisse beweezen   115
welke penningen egter in den boedel zyn verbleeven
aan Jan van Heerden W:m Jac:sz weg:s contant geleende geld, en waarvoor Ock:t Joh:s van Schalkwijk zig heeft verborgt 400
2 jaaren renten van dien à vijf proc:t 40 440
aan Jan Cornelis over negotie   67
aan Corn:s Herm:s Olivier over negotie   37
Erfgenaamen
1) Elisabeth Putter uit het eerste bedde met Lodewijk Arnold:s Putter
2) Joh:s Joch:s Swanepoel uit het tweede bedde en kinderen van den opgever
3) Syb:d Jac:s Swanepoel
4) Dirk Jac:s Swanepoel
5) Cecilia Anna Swanepoel
6) Cath:a Elisab: Swanepoel
7) Corn:s Joh:s Swanepoel

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 25:ste dag der maand Julij 1818 volgens ’t op en aangeven van voorm:de J:J: Swanepoel J:J:z, dewelke verklaarde, zig in ’t op en aangeeven zijns boedels ter goeder trouwe gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid, deese zyne opgaave ten allen tijde, des gerequireerd werdende, met solemneele eede te zullen staaven, met verdere belofte, zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in ’t bijweesen van de clercquen Thom:s Nic:s Germ:n Muller en Jeremias Auret als getuigen

Als getuigen: T:N:G: Muller, J: Auret

J:J: Swaanepoel

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/34.52

{18180901} 1 September 1818 Michael Grobler , Maria Magdalena du Plessies

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behooren tot den boedel van den burger Michael Grobler en overleedene huisvrouw Maria Magdalena du Plessies door laatstgemelde op den 30:ste December 1816 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, bestaande dezelve in de navolgende, te weeten

Losse goederen
een ossewagen /:defect:/
een wagenkist
een bed met toebehoren
een blikke bak
een tinne schotel
twee tinne borden
drie tinne lepels
twee yzere vorken
een yzere pot
een spanzaag
een houtbijl
een emmer
een blikke ketel
een rooster
een stoel
Beestiaal
drie jonge ossen
Baten des boedels
geen
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Pieter Johan:s Jordaan P:z over contant geleend geld 100
rente zedert den
Erfgenaamen
1) Paul Johannes geboren den 29:ste Oct:br 1812
2) Maria Magdalena geboren den 30:ste April 1814 en
3) Abram Carel Christiaan Grobler geboren den 22:ste Dec:br 1816

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze genaamd de Klipkraal gelegen aan de Vlekpoortsrivier in de Tarka op den 1:ste September 1818, volgens op en aangeven van den in den hoofde dezes gemelde Michael Grobler denwelken verklaarde niets met zyn weeten versweegen of agter gehouden te hebben, met belofte indien iets nader tot den boedel behorende mogt komen te ontdekken dezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en zulks /:des vereischt werdende:/ met solemneele eede gestand te doen en is zulks geschied in ’t byweezen van den clercq Carel Theodorus Muller en den veldcornet Stephan:s Johann:s van Wijk als getuigen.

Als getuigen: C:T: Muller, S:J: van Wijk

Migal Grobler

In kennisse van mij: J:F: van de Graaff, Adj:Land:s

MOOC8/35.1

{18191206} 6 December 1819 Hans Jurgen Potgieter , Sovia Elizabeth Smith

C: Bird

L:ra f: n:o 12

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot den gemeenschappelyken boedel van wylen Hans Jurgen Potgieter en nagelatene vrouw Sovia Elizabeth Smith behoren en door denselven sub dato den 10 Dec:r 1818 met ’er dood ontruymd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en ingeschrifte gebragt door my Charles Allen, Secretaris van het district Uitenhage en als Not:s fungerende in presentie van de natenoemene getuigen ende zulx op het op en aangeven van voorm: wed:, bestaande deselve in als volgt

De eeuwig duurende erfpagtplaats de Goede Hoop gel: op Bruyntjes Hoogte
de eeuwig duurende erfpagtplaats Rietfontyn met de opgemeetene g’annexeerde grond
1 geweer
2 siften
1 tavelkast
24 borden
8 lepels
13 vorken
2 bottels
4 schotels
1 kan
3 ketels
6 emmers
5 kisten
6 kookpotten
1 rustbank
1 klyne kisje
2 kandelaren
2 stoelen
1 strykyser
1 zadel
1 tavel
3 beddens en toebehoren
1 rooster
2 mole steenen
1 brandewyn ketel
1 spil van 1 molen
1 koevoet
oud yser
8 sikkels
1 boor
12 hoepels
1 vatje
1 schroef
1 staafyser
1 kraanzaag
ambeeld
hamer
ploeg
1 osse wagen
1 ossewagen /:halfslete:/
16 vaten
1 buikplank
Beestiaal
2 ryd paarden
7 aanteel paarden
66 ossen
103 aanteel beesten
996 schapen en bokken
Lyfeigenen
Salet van [ ..... ]
Blanschfleur
Goliat
Regina
Dalien
Roos
Clasien
April
Roset
Vilida
Eva
Sabina
Damon
Goliat
Present
Appollus
Baten des boedels
  Rd:s
Hendrik Kok 35:0:4
Maria Magd:a Tim 125:4:--
Petrus Jac:s Kotse 41:--:--
Hendrik Moert 600:--:--
Jacobus Allewyn Kruger 180:--:--
Hott:t Boewesak 42:--:--
Lasten
  Rd:s
aan Philip Nel Louisz: 200
aan de wed:e van B:d Ch:n Gryling 200
Erfgenamen
Jacobus Cornelis Potgieter geb: 20 Oct:r 1789
Maria Catharina getrouwd met Corn:s van Tonder geb: 15 Maart 1791
Sophia Elizabeth getrouwd met Joseph van Dyk j:r geb: 5 Nov:r 1793
Christoffel Alewyn geb: 22 April 1795
Clara Isabella getrouwd F: de Jongh J:nz: 1 Jan:y 1797
Hans Jurgen geb: 9 Nov:r 1800
W:m Fredrik geb: 3 Dec:r 1802
Martha Cornelia en geb: 26 Juny 1804
Johanna Jacoba
Hester Dorothea geb: 4 Oct:r 1805
Hend:k Solidoor

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter woonplaatse van Sophia Elizabeth Smith wed: wylen Hans Jurgen Potgieter s:r op Bruyntjes Hoogte heden den 6 December 1819 ende zulx op het op en aangeven van voorm: wed:e in den hoofde gemeld, dewelke betuigde de tot den gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe zig gedragen en met haar weten niets verswegen ofte agter gehouden te hebben, met belofte zo iets mogte komen te ontdekken dese inventaris daarmeede te hebben ampliëren mitsg:s desvereischt wordende met solemneele eede te staven ende zulx in bywesen van Adriaan de Waal en Bernardus Rens als getuigen

Als getuigen: A: de Waal, B:s Rens

Sovija Elizabeth Smit

My present: C: Allen, Not:s

verz: van den 5 Jan: 1819

MOOC8/35.2

{18201013} 13 October 1820 Hans Jurgen Potgieter , Sophia Elizabeth Smit

Et 8 Nov/20 n:o 3

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er tot den ab intestato nagelatene boedel van wylen Sophia Elizabeth Smit weduwe van wylen Hans Jurgen Potgieter behoren, en door voorm: weduwe sub dato den 10 Augustus deezes jaars in den ouderdom van 51 jaren en 11 maanden met ’er dood ontruymd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en ingeschrifte gebragt door my Francois Henry Stadel agent van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop, ter presentie van de onder te noemene erfgenamen en getuigen ende zulx ter op en aangaave van den veldcornet Willem Wouter Viljoen en voorm: erfgenamen, bestaande de goederen en effecten in als volgt

geregisteerd
fol: 157 Eeuwigduurende erfpagtplaats genaamt de Rietfontein , waar van de recognitie aangezuiverd is, tot ult:o December dezes jaars
fol: 178 een stuk nieuw land, meede in eeuwigduurende erfpagt gelegen annex de voorm: plaats Rietfontein meede aangezuiverd tot ultimo December dezes jaars
Losse goederen
een kleder kast
een boter vat
een half aam
een aamsvat
twee kisten
een rak
een houtbyl
een koevoet
een handbyl
een koffy molen
twee ankers vatjes
zeven borden
twee schotels
drie katels
een emmer
drie ketels
een stoel
agt kopjes en pierings
twee aarde potte
een inktkoker
een kan
twee grote [kan]
een theepot
een theebalie
drie kookpotten
een zeeppot
twee trommels
vier sikkels
drie schuyfdosen
een zuiker pot
een melkpot
een boter pot
een strykyzer
een rooster
een schroef
een pan
een meelsift
een drievoet
een hamer
drie boren
een worsspuyt
twee kandelaars
drie glasen
twee flessen
zes bottels
een potlepel
een vleesch vork
negen vorken
negen leepels
een schaal en gewigten
agt boeken
twee bedden
een blikke emmer
een komfoor
een osse wagen met trekgoed compleet
Beestiaal
thien aanteel beesten
zeven ossen
Contante
een Hollandsche gulden
thien Hollandsche halve
zeven Hollandsche schellingen
twee Hollandsche dubbeltjes
Baaten
  Rd:s
Solidoor Hendrik voor genotene negotie goederen 74
Hans Jurgen Potgieter aan contante genoten 200
Lasten
  Rd:s
aan Dirk Kotze, woonagtig in Zwaggershoek district Graaff Reinet 440:--
aan Dirk Kotze voor een mud meel 12:--
aan Pieter Francois Ledus te Uitenhage , wegens een winkelrekening 288:--
aan Pieter Erasmus woonagtig in Zwagershoek voor een kleder kast 51:12
aan Willem van der Vyfer aan contant geleend 300:--
aan Francois Henry Stadel contant geleend - vold: den 24 May 1821 109:4
aan Barend Christiaan Grijling voor een halfaam wyn 15:--
aan Christoffel Lombard s:r voor 2 stinkhoute planke 50:--
aan George Bennett per rest van rekening 47:--
aan Jacobus Cornelis Potgieter blykens reekening 59:24
aan Christoffel Alewyn Potgieter p:r rest van drie ossen 35:--
aan Willem Fredrik Potgieter p:r 9 ell wit linnen 9:--
Lyfeigenen
Present van Mosambicque oud 73 jaren, tuynnier
April van Mosambicque oud 33 jaren, vheewagter
Salet van Madagascar oud 29 jaren, waschmeid
Blansfleur van de Kaap oud 7 jaren
Goliath van de Kaap oud 2 jaren
Erfgenamen
1) Jacobus Cornelis Potgieter
2) Maria Catharina gehuuwd met Cornelis van Tonder
3) Sophia Elizabeth gehuuwd met Joseph van Dyk
4) Christoffel Alewyn Potgieter
5) Clara Isabella gehuuwd met Frans de Jongh
6) Hans Jurgen Potgieter, geboren den 9 November 1800
7) Willem Fredrik Potgieter, geboren den 3 December 1802
8) Martha Cornelia onmondig geboren den 26 Juny 1804
9) Johanna Jacoba
10) Hester Dorothea gehuuwd met Solidor Hendrik

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatse Rietfontein voormeld, heden den dertiende October, een duisend agthondert en twintig, ende zulx op het op en aangeeven als in den hoofte dezes gemeld, dewelke betuigden zich ter goeder trouwe gedragen en met hunlieden weten, niets verzwegen te hebben, met belofte om, wanneer in het vervolg iets mogt worden ontdekt, tot deeze boedel behorende, deze inventaris daarmeede te zullen ampliëren mitsg:s deselve des vereischt wordende met solemneele eede te staven en zulx in bywesen van Adriaan de Waal en Daniel Wilhelm van Eyk als getuigen

Als getuigen: A: de Waal, D:W: van Eijk

F:cis H:y Staedel, Ag:t

W:W: Viljoen, veltcornet

Jacobus Cornelis Potgieter, Cornelis van Tonder, Joseph van Dijk, Crissteffel Alwijn Potgieter, kruys merkt + van Frans de Jong, Willem Fredrekt Potgieter, Solidor Hendrik

Ampliatie

Volgens opgaaf can de Secretaris Staedel vide brief 25 Oct: 1820 in de boedel nog schuldig

  Rd:s
aan P:J: Kotzee 44
aan G:L: Coetze 135

MOOC8/35.3

{YYYY} [ ..... ] Rynier Johannes van Rooijen

De opgenoome boedel van de weduwe Anna Susanna Nel van wijlen Rynier Johannes van Rooijen

een oude onbruyk bare wagen
agt ossen
een hondert en tien schapen
veertig bokken en
vier tenne borden halfsleet
drie paslijne borden
een koppie en een piereng
vyf leepels
een strijk eyster halfsleet
twee boddels
een vles
een half sleete keetel
een hande was baalie
een half sleete graaf
een klijne meulespel
een wage kis
een half sleete bet
een halfsleete wage tend zyl
een bekwame rij paart
een paar klijne hant meule steene van veertien duijm
een oude vlijs vaatje
een eysere kook pot
aan kontante geld negentien rijksdaalders
negen en vyftig rijkxdaalders uijt staande van den burger Leonardus van der Linde
uytstaande zeven en negentig ryksdaalders van den burger Magiel Hattang
uytstaande dertien ryksdaalders van de weduwe broeder Daniel Nel
de gemelde weduwe heef geen schulden
de weduwe Anna Susanna Nel
namen den kinderen Cornelis Johannes van Rooyen gebooren in het jaar 1812 den 24 Maart
Anna Gesiena is gebooren den 19 April 1814
Willemiena Hermiena is gebooren den 31 Mij 1815
Rijnier Christiaan is gebooren den 1 Junij 1818

Als getuijgen: J:J: Durand, veld cornet, Anna S: Nel, N:s van der Merwe, Geysbertus Vajoen

Door den agent ontd: de volgende inneschuld, als

  Rd:s
van den veldc: J:J: Durand 169
van de weduwe 19

vide zyn brief van den 5 Nov: /20

MOOC8/35.4

{18190524} 24 Mey 1819 Hendrik van Eck , Geertruida Elisabeth Lier

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Geertruida Elisabeth Lier en dissefs nagelaten man, Hendrik van Eck, in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

26 beesten
529 schaapen
1 reddeloose wagen
3 yzere potten
2 beylen
1 koetvoet
1 rooster
2 booren
1 zaag
1 emmer
1 schiet geweer
1 pistool
1 kopere ketel
1 aarde kan
een slave jonge genaamd Geduld van Mossambique
1 halfaam
6 tinne borden
1 schootel
1 omslag boor
1 bed met 2 kussens
Contanten
eene somma van vier hondert rykd:s papiere geld
Baaten des boedels
van D:J: Kruger weg:s contant geleende penningen, blykens onderhandsch obligatie, eene somma van vier en veertig rykd:s
van David de Kooker eene somma van vyf en vyftig rd:s in mindering over koop van een paard
van Petrus Cornelis Muller weg:s contant geleende penningen, blykens onderhands obligatie eene somma van twee hondert rykd:s
van Hend:k van der Westhuizen weg:s contant geleende penningen eene somma van vyftig rykd:s thans in handen van Joh:s Lodw:k Kruger
van de wed:w Willem van der Merwe eene somma van dertig rykd:s over koop van schaapen
van Pieter E: Kruger weg:s contant geleende penningen eene somma van vyf en dertig rykd:s
Schulden des boedels
aan Anthony Gruning eene somma van zesthien rykd:s
Erfgenaamen
Geertruida Elisabeth van Eck gehuwd met Johan:s Esterhuizen
Hendrik van Eck gehuwd met Diena Elesabeht le Roes
Sagareas Joseph de Beer, in huwelyk gehad hebbende Elasebeth van Eck acht kinderen, in name Hend:k Matthys gebooren den 2 Juny 1798
Heyla Elisabeth geb: den 20 August:s 1800
Sacharias Joseph geb: den 24 Septemb:r 1803
Johanna Elisabeth geb: den 12 Juny 1805
Elisabeth gebooren den 1 October 1806
Wilhelmina Christina geb:n 16 Decemb:r 1807
Samuel Jacobus geb: den 8 July 1808
Geertruida Elisabeth geb: den 24 Nov:br 1810
Johanna Elisabeth van Eck gehuwd met Petrus E: Kruger

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Maandag den 24 Mey 1819 ter plaatze de Palmiet Fontein in de Gouph volgens op en aangeeve van Hendrik van Eck, dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeve des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedaan en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid deeze aangifte des gevorderd wordende ten allen tyde met solemnele eede te staven, met al verdere belofte zo hy iets nader tot den boedel behoorende, mogte komen te ontdekken, dezen inventaris daarmede te zullen emplieeren

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdrost ter presentie van den clercq G: Taute en den gerechts Bode J: Bodenstein als getuigen

Als getuigen: G: Taute, J: Bodenstein

Voor de opgaave: Hendrik van Ekt de oude

J: Baird, Adj:t Land:t

MOOC8/35.5

{18191122} 22 November 1819 Petrus van Rooijen , Jacomina Christiana Vogel

H: Ellis

L:ra F: n:o 7

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot den gemeenschappelyken boedel van wylen Jacomina Christiana Vogel en nagelatene man Petrus van Rooijen behoren, en door denselven subdato den 1 Juny 1819 met ’er dood ontruymd en nagelaten zyn zynde deselve geformeerd en ingeschrifte gebragt door my Charles Allen Secretaris van het district Uitenhage als Notaris fungerende in presentie van de natenoemene getuigen, bestaande deselve in als volgt

twee beddens met toebehoren
een geweer
een wagenkist
twee stoele
vier kookpotten
agt borden
drie lepels
een vatje
een kannetje
twee emmers
een karnvat
vier sikkels
een aantal oud timmermans gereedschap
een kisje met oud timmermans gereedschap
een span zaag
drie handzagen
een parthy boren
twee bylen
vyf bytels
derthien vylen
een parthy scharen
een osse wagen met toebehoren
twee grave en een slypsteen
Beestiaal
een ryd paard
een en zeventig ossen
twee en tagtig aanteel beesten
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Joh: Christ:n Vogel s:r 150
Matthys Marais 300
Daniel Marais 200
Step:s Ferreira s:r 100
David Murray 101
Pieter Retief 100
Pet:s Wilh:s Oosthuisen Jz: 150
Jan Oosthuisen Jac:sz: 50
F:s Korsten 105
Gerrit Scholtz 48
Simon Stronk 30
Pieter F: Leelus 80
Christ: Mich: Luyt 16
Erfgenamen
Johan Christiaan geb: den 9 Jan:y 1807
Dirk Rynier geb: den 1 Feb:y 1810
Jacomina Johanna Regina geb: den 3 Sept:r 1813
Rachel Elizabeth geb: den 1 July 1815
Petrus Cornelis Johannes geb: den 1 Juny 1819

Aldus g’inventariseerd ter plaatse van den burger B:D: Marais gen:t Kransfontein den 22 Nov:r 1819 ende zulx op het op en aangeven van voormelde Petrus van Rooijen dewelke betuigde de tot den gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe zig gedragen, en met zyn weten niets verzwegen ofte agter gehouden te hebben met belofte ingeval iets mogte ontdekken, dat daartoe is behorende deze inventaris daarmeede te zullen ampliëren mitsg:s des vereischt wordende met eede te staven, alles in presentie van A:n de Waal en B: Rens als getuigen

Als getuigen: A: d: Waal, B:s Rens

P: van Rooyen

My present: C: Allen, Not:s

MOOC8/35.6

{18200118} 18 January 1820 Jan Nel Gertz: , Elsje Strydom

L:ra f: n:o 34

H: Ellis

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot den gemeenschappelyken boedel van wylen Elsje Strydom en nagelatene man Jan Nel Gertz behoren, en door deselve sub dato 1 Dec:r 1819 met ’er dood ontruijmd en nagelaten, zynde deselve geformeerd en ingeschrifte gebragt door Charles Allen Secretaris van het district Uitenhage en als not:s fungerende in presentie van de natenoemene getuigen, bestaande deselve in als volgt

1 bed en toebehoren
een katel
een karn
drie kookpotten
een pan
een rooster
een wagenkist
een emmer
een boter bak
1 balitje
een stoof
drie stoelen
een byl
een geweer
een tavel
een osse wagen compleet
Beestiaal
een ryd paard
twee en twintig ossen
zeven aanteel beesten
twee hondert vyf en negentig schapen
en bokken
Erfgenamen
Gerrit Johannes geb: 27 Mey 1819
Lasten
  Rd:s
aan M: Teeg 60:4
aan J: Bertram 12:4

Aldus g’inventariseerd te Grahamstatt , heden den 18 January 1820 - ende zulx op het op en aangeven van voorm: Nel in den hoofde gemeld, dewelke betuygde de tot den gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe zig gedragen en met zyn weeten niets verswegen ofte agter gehouden te hebben, met belofte zo iets ontdekt dat daartoe is behorende dese inventaris daarmeede te zullen amplieren, mitsg:s de vereischt wordende met eede te staven ende zulx in bywesen van Adriaan de Waal en H:k Langenbach als getuigen

Als getuige: A: d: Waal, H: Langenbach

Jan Nel G:S:

In kennisse van my: C: Allen, Not:s

MOOC8/35.7

{YYYY} [ ..... ] J:C: Geesie

Lyst der nagelaatene goederen van wylen J:C: Geesie als

Een, omtrend 40 foet lang en 18 foeten breed balkenshoogte opgebouwd huys, op deszelfs erf (met klippe)
een gedeelte dekgoed en gebreinde steene
11 balkens niet ingemetzeld
een party ende planken
een graaf
een yzerepot
een geruite sloop
vier combaarsen
2 lakens
1 trens
1 gebrookene schotel
1 yzere pot leepel
2 aarde borden
1 klyne thee keetel
een party oud eyzerwerk gereedschap
en andere rommelary

MOOC8/35.8

{18180420} 20 April 1818 Gerrit Botha , Fransina Berrandina Olivier

C: Bird

L:ra D: n:o 57

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot den boedel van wylen Gerrit Botha d’ oude en nagelatene weduwe Fransina Berrandina Olivier behoren en door denselven op den 15 November 1817 ab en testato met er dood ontruimd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en in geschrifte gebragt door my Charles Allen, Secretaris van het district Uitenhage en als notaris fung:e in presentie van de natenoemene getuigen, bestaande deselve in als volgt

een bed, vier kussings
een peul, 2 kombaars
een bed
drie emmers
een karn
een boter vat
drie kookpotten
een p:r molen steenen
vyf stoelen
twee stoven
een kist
zes borden
een schotel
2 vorken
vier lepels
drie bottels en een flesch
een meel sift
een trek pot
een graaf
drie bylen en een kommetje
een osse wagen
Lyfeigenen
Damon van Mosambicque
Marie van Mosambicque
Beestiaal
thien ossen
dertien aanteel beesten
twintig schapen en bokken
een ryd paard
Boekschulden
  Rd:s
Willem Botha G:tz twee jong ossen 20
Lasten
  Rd:s
aan Jan Gansch woonagtig aan de Paarl 100
aan Rynier Botha G:tz 100
aan Piet Nel - vold: 125
aan Nicolaas Els 70
aan Step:s Ferreira s:r 70
aan Corn:s Olivier H:kt 47
aan Corn:s Stydler Kaapstad 100
Erfgenamen
Hester getrouwd geweest met Nicolaas Els waarvan zes kinderen in leven Jan alle in eerder huwelyk by Hester van Rooyen verwekt
Gert
Nicolaas
Rynier
Willem
Christiaan
  Gert geboren 9 Mey 1803 en in tweede huwelyk by Fransina Berrandina Olivier
  Barend Johannes geboren 15 July 1804
  Jacobus geboren 19 Octb:r 1805
  Anna Maria geboren 28 Aug:s 1807
  Theunis geboren 12 Dec:r 1811
  Jan geboren 25 Sept:r 1813
  Fransina Bernandina geboren 25 Jan:y 1815
  Martha Petronella geboren 22 July 1817

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatse van de manh: J:J: van Staden genaamt Dorsfontein op heden den 20 April 1818 ende zulx op het op en aangeven van voorm: weduwe in der hoofde voormeld, dewelke betuigde de tot den gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe zig gedragen en met haar weten niets verzwegen te hebben, met belofte wanneer iets mogte komen te ontdekken wat daar toe is behorende deze inventaris daarmeede te zullen amplieren, mitsg:s des vereischt wordende met eede te staven, ende zulx in by wesen van de klerk Adriaan de Waal en Hendrik Oostwald Lange als getuigen

Als getuigen: A: d: Waal, H:O: Lange

Vransiena Barnnindiena Olievier

In kennisse van my: C: Allen, Not:s

MOOC8/35.9

{18200127} 27 January 1820 Fredrik Johannes Potgieter Evertzoon , Elsje Scheepers

H: Ellis

L:ra f: n:o 36

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behoord tot de gemeenschappelyken boedel van wylen Elsje Scheepers en nagelatene man Fredrik Johannes Potgieter Evertzoon, en door denselve sub dato den 2 Mey 1819 met ’er dood ontruymd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en in geschrifte gebragt door my Charles Allen Secretaris van het district Uitenhage en als Not:s Fung:e in presentie van de natenoemene getuigen, bestaande deselve in als volgt

Helfte aandeel van de eeuwig duurende erfpagt plaats Leeuwe Bosch gel: in dit district, onder het veldc:schap Kromme Revier
twee beddens met toebehoren
vyf stoelen
ketel en komfoor
een schaaf bank
een kraanzaag
twee karns
een boter vat
een zilvere horologie
vier emmers
twee kandelaren
vyf borden, en zes lepels
drie kook potten
twee geweren
een wagen kist
een parthy ploeg, en andere gereedschappen
een ossewagen met toebehoren
Beestiaal
twee ryd en een aanteel paard
zes en twintig ossen
zeven en tagtig aanteel beesten
zestig schapen
Erfgenaamen
Elsje Magdalena Petronella geboren den 19 Sept:r 1805
Lasten
  Rd:s
aan Matthys Zondag 100
Michiel Heins 100
Corn:s Vermaak C:dz 50
Pet:s Joh:s Fourie 500
Evert Potgieter E:z 177

Aldus g’inventariseerd ter plaatse Leeuwen Bosch heden den 27 January 1820 en de zulx op het op en aangeven van voorm: Potgieter in den hoofden gemeld, dewelke betuigde de tot de gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouw en zig gedragen en met zyn weeten niets verswegen ofte agter gehouden te hebben met belofte zo iets mogte komen te ontdekken wat daartoe is behorende deese inventaris daarmeede te zullen ampliëren mitsg:s des vereischt met solemneele eede te staven, ende zulx in bywesen van Ad:n de Waal en H:k Langenbach als getuigen

Als getuigen: A: d: Waal, H: Langenbach

F:J: Potgieter

In kennisse van my: C: Allen, Not:s

MOOC8/35.10

{18191206} 6 December 1819 Hendrik Petrus Kloppers , Dalina Johanna Potgieter

C: Bird

L:ra f: n:o 13

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behorende tot de nalatenschap van wylen Dalina Johanna Potgieter en nagelatene man Hendrik Petrus Kloppers door denselven subdato 7 Sept:r 1818 met ’er dood ontruijmd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en ingeschrifte gebragt door my Charles Allen, Secretaris van het district Uitenhage en als Notaris fung:e in presentie van de natenoemene getuigen, ende zulx op het op en aangeven van voorm: Kloppers bestaande deselve in als volgt

2 beddens met toebehoren
4 kookpotten
2 keteltjes
2 stoelen
5 schotels
7 borden
6 lepels
2 kiste
2 karn vate
2 emmers
1 wasch balie
1 kandelaar
1 stryk yser
1 trekpot
1 peper bus
2 flesse
5 bottels
1 water lekje
1 kan
1 mantje
2 bylen
1 tavel
een osse wagen compleet
16 ossen
24 aanteel beesten
1 ryd paard
4 aanteel paarden
1 slaaf Aron van de Kaap
Lasten des boedels
  Rd:s
aan E: Korsten 73
Erfgenamen
Marthinus Prinslo geboren den 14 Dec:r 1804
Corn:a Aletta Prinslo geboren den 5 July 1806
Susanna Catharina geboren den 23 January 1809
Dalina Johanna geboren den 22 Sept:r 1811
Geertruyda Margaretha geboren den 18 Feb:y 1813
Hester Maria geboren den 25 Juny 1815
Maria Magdalena geboren den 28 Mey 1817

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Bruyntjes Hoogte op heden den 6:de December 1819 ende zulx op het op en aangeven van voormelde Hendrik Petrus Kloppers in den hoofde gemeld dewelke betuygde de tot den gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe zig gedraagen en met zyn weten niets verswegen ofte agter gehouden te hebben, met belofte zo iets mogte ontdekken tot den inventaris te zullen amplieren mitsg:s des vereischt wordende ten allen tyde met solemneele eede te staven, ende zulx in bywesen van Adriaan de Waal en Bernandus Rens als getuigen

Als getuige: A: d: Waal, B:s Rens

Hendrik Petrus Klopper

My present: C: Allen, Not:s

MOOC8/35.11

{18200114} 14 January 1820 Fredrik Scheepers F:kz , Anna Fransina Haarhof

L:ra f: n:o 26

H: Ellis

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als tot de nalatenschap van wylen Fredrik Scheepers F:kz en nagelatene weduwe Anna Fransina Haarhof behoren, en door deselve sub dato 5 Dec: 1818 met ’er dood ontruymd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en ingeschrifte gebragt door my Charles Allen, Secretaris van het district en als Not: Funge in presente van de natenoemene getuigen, bestaande deselve in als volgt

een osse wagen compleet
een bed
drie potten
drie emmers
een karn
een parthy oud yser en gereedschap
elf ossen
een bul, vyf aanteel beesten
Lasten
  Rd:s
aan Johannes Henricus Lange 512
Erfgenamen
1) Susanna Magdalena geb: 13 Feb:y 1794 getrouwd met Andries Gousch
2) Johanna Fredrica geb: 5 Aug:s 1795 getrouwd met Hend:s Bissinger
3) Anna Engenessa geb: 23 July 1797 getrouwd met An:s Booysen
4) Fredrik Coenraad geb: 27 Des:r 1800
5) Elsje Catharina geb: 15 Des:r 1801
6) Nicolaas Gerhardus geb: 27 Des:r 1808
7) Maria Eliz:h geb: 10 De:r 1810
8) Joh:s Henricus geb: 28 Mey 1813

Aldus g’inventariseerd ter plaatse Routenbagsdrift op heden den 14 January 1820 ende zulx op het op en aangeven van voorm: weduwe in den hoofde gemeld, dewelke betuigde de tot den gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe ’t oorgedraagen, en met haar weten niets verswegen ofte agter gehouden te hebben, met belofte zo iets mogte komen te ontdekken deese inventaris daarmeede te zullen amplieren mitsgaders des vereischt wordende met eede te staven, ende zulx in bywesen van Adriaan de Waal en Hendrik Langenbach als getuigen

Als getuigen: A: d: Waal, H: Langenbach

Kruys + + merken van de weduwe

My present: C: Allen, Not:s

MOOC8/35.12

{18191206} 6 December 1819 Andries Hendrik Kloppers , Aletta Maria Gryling

H: Ellis

L:ra f: n:o 15

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behoord tot de boedel van wylen Andries Hendrik Kloppers en nagelatene vrouw Alletta Maria Gryling en door denselve d:d: 17 January 1817 met ’er dood ontruymd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en ingeschrifte gebragt door my Charles Allen, Secretaris van het district Uitenhage en als Notaris Fung:e in presentie van de natenoemene getuigen, ende zulx op het op en aangeeven van voormelde wed:e, bestaande deselve in als volgt

een kist
een tavel
drie kookpotten
twee vaten
een kan
een kandelaar
strykyser
trekpot
twee schotels
drie borden
twee lepels
vier bottels
een geweer
een stoel
Beestiaal
drie hondert negen en zeventig schapen en bokken
agt en veertig ossen
sestig aanteel beesten
een ossen wagen compleet
Lyfeigen
Joseph van de Kaap
Baten des boedels
  Rd:s
A:m Nortje 1 koei 13
Lasten
  Rd:s
aan de wed: B:d C:n Gryling 52
Erfgenamen
Jacoba Wilhelmina geb: 3 Jan:y 1815
Jaobus Mathinus geb: 13 Dec:r 1816

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter woonplaatse van Sophia Elizabeth wed: Hans Jurgen Potgieter op Bruyntjes Hoogte heden den 6 December 1819 ende zulx op het op en aangeven van voorm: weduwe in den hoofde gemeld, dewelke betuigde de tot den gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen ter goede trouwe zig gedragen en met haar weten niets verswegen ofte agter gehouden te hebben met weten zo iets mogte komen te ontdekken dat daar toe in behoorende deeze inventaris daarmeede te zullen amplieren, mitsg:s des vereischt wordende met eede te staven, ende zulx in bywesen van Adriaan de Waal en Bernardus Rens als getuigen

Als getuigen: A: d: Waal, B:s Rens

Aletta Maria Grijling

My present: C: Allen, Not:s

MOOC8/35.13

{18191206} 6 December 1819 Johannes Potgieter , Susara Fredrica Greeff

H: Ellis

L:ra f: n:o 14

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behorende tot de boedel wylen Johannes Potgieter en nagelatene vrouw Susara Fredrica Greeff en door denselven de dato 10 July 1819 met ’er dood ontruymd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en ingeschrifte gebragt, door my Charles Allen, Secretaris van het district Uitenhage en als Not:s Fung:e in presentie van de natenoemene getuigen, ende zulx op het op en aangeven van voorm: wed:e, bestaande in als

De eeuwig duurende erfpagtplaats Mulders Kraal gel: op Bruyntjes Hoogte
een tavel
een stoel
twee kiste
een bed en toebehoren
een Bybel
twee kookpotten
een zeep pot
agt borden
agt lepels
agt vorken
twee tinne komme
een kandelaar
een peperdoos
een kannetje
twee ketels
een pan
een schuyfdoos
twee emmers
een water vatje
twee boter vate
een vleesch [vate]
twee bottels
vier boeken
drie schaven
een zaag
twee boren
een snymes
twee geweren
een sadel en toom
een schroef
twee pikken
een graaf en koevoet
2 boren en rasp
een komfoor en trekpot
Baten des boedels
  Rd:s
Christoffel Snyman 25
Lasten des boedels
  Rd:s
aan P: Retief 63
wed:e H:J: Potgieter - den boedel by de Weeskamer 10
Herm:s Bosch 10
H: de Jongh / Kaapstad / 89
Lyfeigenen
Slammet van Mosambicque
Moravis van Mosambicque
July van Bengalen
Julinda van Mosambiek
Delia van de Kaap
Beestiaal
een en twintig ossen
twee en zestig aanteel beesten
vier ryd paarden
zes aanteel paarden
agt hondert vier en vytig schapen en bokken
een osse wagen en een kar met vier tuygen
Erfgenamen
Cornelia Margaretha in eerder huwelyk by wylen Johanna Theresia Botha verwekt
Clara Isabella
Johanna Theresia
Martha Catharina
Zara Helena Maria geboren den 20 Mey 1810
Hester Elizabeth geboren den 4 Feb:y 1813
Jacobus Johannes geboren den 14 Dec:r 1814
Maria Catharina geboren den 7 Nov:r 1817
Johanna Maria geboren den 30 Aug:s 1818

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Bruyntjes Hoogte heden den 6:de December 1819, en de zulx op het op en aangeven van voorm: wed:e in den hoofde gemeld, dewelke betuigde de tot den gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe zig gedragen en met haar weten niets verswegen ofte agter gehouden te hebben met belofte zo iets mogte komen te ontdekken dese inventaris daarmeede te zullen amplieren mitsgaders des vereischt wordende met solemneele eede te staven, ende zulx in bywesen van Adriaan de Waal en Bernardus Rens als getuigen

Als getuigen: A: d: Waal, B:s Rens

Sara Fredrica Greef

My present: C: Allen, Not:s

MOOC8/35.14

{18201211} 11 December 1820 Hendrik Hencke

Inventaris van alle zoodanige goederen als er op Vrydag den 8:ste December in den jare een duyzend acht honderd en twintig ’s morgen te 4 uren in de S:t Jean Straat , ten huize van Nicolaas Holl, door Hendrik Hencke geboortig van Hanover , ten behoeve van zyne onbekende uitlandige erfgenamen, ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten, zoodanig als dezelve door my ondergeteekende Adjunct Commis der Weeskamer zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande dezelve in het volgende:

een ledikant
een bed, peluwe, vier kussings en twee dekens
een katel
een stelletje
een zieke stoel
een ysere pot
een ysere pan
een water ketel
een emmer
een klederen kist waarin
drie lakensche rokken
een duffelsche jas
twee jekkerts
acht hembden
twee flennelsche onderbaatjes
vyf en twintig onderbaatjes
twintig broeken in soort
veertien doeken in soort
zes paren koussen
twee beddelakens
negen sloopen
een [sloopen]
een lap linnen
twee stukken zyde franjes
een restant peper
een pyp
twee kopere wynkranen
drie vlesjes
een restant zylgaarn
een aarde beker
een kist n:o 2 waarin
vier broeken in soort
vier baatjes in soort
twee oude lakens
een oude mantel zak
een zwarte hoed
een stroo hoed
twee paar schoenen en
een paar stevels
vyf borden
een viool
een cyferlei
een lessenaartje waarin
zeven vurken
acht messen
een tinne lepel
drie schoenborstels
seventien zak horologie glazen
negen boeken in soort
een stuk seep
een scheer doosje
een snyder schaar
vier paren geespen in soort
een koopere hals band en 2 slootjes
een tangetje en 1 spuitje
een party vormen en zilver tressen
een zwarte lamfer
twee tafels
een stoel
een lessenaar n:o 2 waarin
een spuit
een oly steen
een stryk riem
twee kopere kranen
vier boren
een rostraal
een party voorschriften
een inktkoker
drie elzen
een tabaksdoos
een dolk
een zilvere tobakspype dop
een verguld horologie
Crediten
aan contanten in denzelven gevonden
een en veertig zilvere Spaansche matten
zeven halve zilvere Spaansche matten
twaalf quart zilvere Spaansche matten
vyf achtste zilvere Spaansche matten
een Engelsche kroon
twaalf halve Engelsche [kroon]
zeven quart Engelsche [kroon]
een Zeeuwsche daalder
elf ropyen
een gulden
een pagood
drie Engelsche schellingen
drie Hollandsche schellingen
vier zilvere dubbeltjes
drie zilvere stuivers
aan papiere en koper munt de som twee ryksdaalders en achthien stuivers Rd:s2:18
Inneschulden
  Rd:s
van Hendrik Jacobus van der Linde op een notariele obligatie de dato 4 January 1815 groot aan capitaal ƒ3000 ofte 1000
met de renten sedert 4:e Juny 1815
van Hendrik Jacobus van der Linde op een onderh: obligatie per rest 20
van J: Bussinger op een onderh: briefje de dato 23 Mey 1809 30
van Manuel Pieters op een bewys 3
van Jan Polsen op een ond:s briefje de dato 29 November 1812 20
van Natharil Hembel op eene onderh: obligatie d:d: 10 August 1819 61
van Joh:s May op een onderh:s briefje d:d: 21 Novemb:r 1812 44
verrekend - van voorsz: Nicolaas Hollen over contant uit den boedel ontvangene 15
Lasten des boedels
  Rd:s
aan voorm: Nicollas Hollen, blykens specifieke rekening 105

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd ter voorsch: plaatse aan Kaap de Goede Hoop den 11:de December 1820.

Als getuigen: F:S: Watermeyer, F:A: Rorich

Voor den opgaaf: Nicolaas Hollen

My present: P:E: Faure, Adj: C:

MOOC8/35.15

{18200819} 19 Augustus 1820 Isaak van de Kaap

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behooren tot en gevonden zyn in den boedel van wylen den vryzwart Isaak van de Kaap door denselve metter dood ontruimd ende nagelaten; zodanig als deselve nalatenschap door den ondergetekende ter presentie de mede getekende getuygen ingevolge opgaaf van den heere m:r Jacobus Petrus de Wet in zyn ed: qualiteit als gewesene curator van den overleedenen is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Een huijs en erf staande en geleegen in deese Tafelvalley in de Koffiesteeg

In het gemelde huys en aldaar

In de voorkamer
een oude kadel
twee oude kistjes
een oude tafel
een kist waarin
een hembd
een onderbaatje
drie doeken
een klein kistje
een schuif doosje
een kist waarin eenige oude plunjes
een oude rakje
een aarde pot
een aarde kan
In de gaanderij
een emmer
een ladder
twee oude manden
eenig rommeling
In de combuijs
twee ysere potten
een ysere koekepan
twee keetels
een kopere pannetje
een drievoet
twee schoorsteenkettings
twee emmers
een kan
een oude graaff
Lyfeigenen
  Rosina van Mosambicque oud 34 jaren, waschmeid, met haar kinderen alle van de Kaap
Mocke Anthony oud 10
Mocke Salomon oud 9
Mocke Roosje oud 7
  Doortje oud 6 jaren
  Omtrend welke slaven, de heer De Wet verklaarde, dat een proces was gevoerd tusschen de overleedene en Carel Christiaan Mocke, welke ten voordeele van den overleedenen zoo wel by den ed: Achtb: Raade van Justitie, als by het Hoog Achtbaar Hof van Appel is uitgeweezen, doch waarvan de secumbant Mocke appel heeft aangetekend naar Koning en Raden in Engeland - synde de voorsz: slavene als nog in possessie van Mocke, en vermeenende hy heere De Wet dat gemelde slavin, zedert zy zich by Mocke bevind, nog heeft geteeld een kind, zonder de naam van het zelve te kunnen opgeeven
Contanten
  Rd:s
aan papier en koper munt eene somma van acht ryksdaalders en acht stuyvers, zegge 8:8

Pro memorie word hier bekend gesteld, dat in den boedel is gevonden, de grosse van het testament door den overleedenen op den 30 Juny 1803 voor nu wylen den notaris publiek Daniel Petrus Haupt en zekere getuigen opgerigt, waarby hy tot syne eenige en universeele erfgename heeft benoemd zyne moeder de vrye vrouw Louisa van de Kaap, en tot executeur zynes testaments en redderaar synes boedels benoemd en aangesteld Johan Michiel Keeber, welke beide reeds lange overleeden zyn.

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 19:e Augustus 1820.

Voor den opgaaff: J:P: de Wet, q:q:

My present: J: Serrurier

MOOC8/35.16

{18191113} 13 November 1819 David Jacobus Viljoen , Lacija Susanna Kruger

19 Jan:y 1820

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door David Jacobus Viljoen en Lacija Susanna Kruger in gemeenschap bezeeten, en door laastgem: ab intesta met ’er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgad:s heeden opgenoomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

Een opstal der leenings plaats genaamd de Wonder Heuvel geleegen in ’t veldcornetschap Zeekoe Revier
een opstal der leenings plaats gen:d de Holle Fontein meede als geleegen in ’t veldcornetschap Zeekoe Revier
een paarde wagen met tent zyl en voor acht paarde tuigen
twee osse wagen kisten
twee tafels in zoort
een kist
een schroef stok
een koevoet
een oude geweer loop
twee avegaa’s booren
een yzere omslag met 8 booryzers
een dissel
twee bylen
een pik
een span zaag
een snymes
vyf stokken met drie sweepen
een vragt willige timmerhout
vier yzere potten
een koopere keetel
een hand moolen
twee karn vaatjes
twee emmers
twee klyne balies
twee geweeren
drie spiegels /twee defect/
vier glaasen in zoort
vyf rakken in zoort
een oude [rakken]
een brood pan
een koopere vyzel
een parthy blaaden taback
een kan met een res:t lyn olij
vyf kannen in zoort
drie karaffen
drie kelder vlessen /een defect/
twee stinkhoute rustbanken
drie katels
seven stoelen
een defecte half aam
een parthy schoenmaakers leesten
een tinne soup terrien
een koffy moolen
een aarde pot
derthien bottels in zoort
een olie vlesje
een tinne boter potje
een plat vaatje
een meel zift
een Bybel in folio
een testament met Psalmen
een platte yzere pot
een ros kam
vyf zeekels
een parthy oud yzer
een parthy oude hoepels
een slypsteen
een oude geheel defecte ploeg
een bed wagenstel
vyf schaaven in zoort
derthien porcellaine borden in zoort
vyf tinne borden
drie tinne schootels
een tinne soep leepel en 9 tinne leepels
twee kandelaars
een koopere strykijzer
een inkpotje
een koekepan
een aarde boter potje
een blikke lantaaren
een schuyfdoos
vyfthien staale vorken
een leij
twee mantjes /rotting/
een pot leepel
een lood leepel
een rooster
een oude boek
een oude graaff
een parthy vet
een bos ganse pennen
drie hangslooten /waarvan twee defect/
thien ellen voerchitz
een bed met zyn toebehoor
een kooy goed zak
drie trommels in zoort
een tinne nagtpot
twee tinne trekpotten met een bladje
een tinne melk kan
vier kommetjes
een sous potje
een schaar
seeven bytels in zoort
acht vylen in zoort
een hol pyp
een gus
een passer
een deurslag
drie kopjes en ses pierings
een klyne vlesje
een trek touw en neegen jukken
twee zadel met een toom /waarvan d’ eene zeer oud/
ses koorn schoppen
neegen gaffels
twee vloer harken
een stamp blok
Slaaven
Jephta van de Kaap oud 29 jaar
Beestiaal
acht waagen paarden
twee ryd paarden
seeven aanteel paarden
drie duisend twee hondert drie en twintig aanteel schaapen
een hondert twee en negentig aanteel bokken
drie en veertig zo trek als jonge ossen
een hondert ses en dertig aanteel beesten
Contanten in den boedel
  Rd:s
aan gereed geld /den opgever gelaaten/ 110:7
Baaten des boedels
    Rd:s
  van Joh:s Coetzee mz: voor een wagen zijl 33:--
  van Th:s Victor Jansz: voor cont:t geleend geld 15:--
  van Roelof Visagie voor cont:t geleend geld 6:--
  van Joh:s Pet:s Jooste J:z over koop van een wagen per rest 215:4
bet:d van Corn:s Herm:s Olivier over geleend geld 1000:--
  van Died:k Niemand over gekogt yzerwerk 20:--
  van Sybrand van Dyk Syb:dz per rest over geleend geld 9:--
bet:d van Adriaan Coetzee M:z over voor hem aan den vendumst:r bet:d geld 145:5
bet:d van Jan Viljoen over koop van een zadel 46:--
  van Steph:s Coetzee M:z over geleend geld 33:--
  van Corn:s Viljoen over geleend geld 5:--
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Joh:s Elisabeth Griesel wed:w Alb:ts Viljoen over geleend geld 14
aan Alb:ts Viljoen A:Z: voor een plank 5
aan Carel Erasmus voor hamel geld 56
aan Joh:s Louw Jac:s z: voor cont:t geleend geld 12
Erfgenaamen
1) Lacya Christ:a get:d met Christ:n Venter deeze zyn kinderen uit het eerste huwelyk bij wylen Maarten Coetzee geprocreeerd
2) Hend:s Petrus Coetzee gebooren den 9 Febr: 1798
3) Christ:na Willemina gehuwd geweest met Bar:d Godlieb Liebenberg B:dsz
4) Steph:s Jacobus Coetzee gebooren 1 Julij 1802
5) Joh:s Christ:n Coetzee gebooren 21 Octb:r 1803
6) Hend:a Francina Coetzee gebooren 29 July 1804
7) Charel Jac:s Viljoen gebooren 12 Octb:r 1809
8) Anna Maria Magdalena gebooren 10 Junij 1812
9) Johanna Maria gebooren 12 Julij 1814
10) Henning Joh:s Viljoen gebooren den 22:ste Mey 1819

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze van David Jacobus Viljoen Albt:z gen:d de Wonder Heuvel geleegen aan Zeekoerivier op den 13:de Novb:r 1819 volgens op en aangeeven van voorm:de D:J: Viljoen, dewelke verklaarde zich in het op en aangeeven zyns boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten versweegen of agter gehouden, verklaarende zich dus bereid deeze zijne opgaaf ten allen tyde des gevordert werdende met solemneele eede te zullen staaven; met verdere belofte zo iets nader tot den boedel specteerende mogt ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied in ’t by weezen van den burger Joseph Joosten Franszoon en den venduafslager Jerem:s Auret als getuigen

Als getuigen: Joseph Jooste, J: Auret

David J: Viljoen

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/35.17

{18191119} 19 November 1819 Gerrit van der Walt , Johanna Maria Venter

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Gerrit van der Walt Mich:l And:s zoon en meede wylen Johanna Maria Venter in gemeenschap zyn bezeeten en ab intestato met er dood ontruimt en nagelaten, mitsgaaders heeden opgenomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

een osse wagen met toebehoor
twee wagen kisten
een bed
ses kussens
een combaars
twee katels
vier stoelen
een stoop
vyf yzere potten /in zoort/
drie emmers
een plat vaatje
een ledige kelder
een mantje
een vleesch vat
een karn vaatje
twee zekels
een graaf
een koffy moolen /defect/
een zadel
twee toomen
twee boter bakken
twee bottels
een ley /defect/
een meel zift
twee aarde sous potjes
een schaar
twee kopere keetels /in zoort/
een kopere stryk yzer
drie kommetjes
een blikke beeker
een tinne thee pot
een kannetje
een blaker
een snuyter
een pot leepel
een vleesch vork
een brood schop
drie winkelhaaken
drie zakken
dertig voet planken
twee tinne schotels
thien tinne borden
zeven tinne lepels /waar onder een soep lepel/
vyf vorken
een aarde pot
een houte bak
negen ellen chitz
een half boek papier
Beestiaal
twaalf ossen
acht en veertig aanteel beesten
vyf hondert een en zeventig aanteel schaapen en aanteel bokken
twee aanteel paarden
Baaten des boedels
    Rd:s
bet:d aan weg:s een slagter brief ten lasten G:C: Greefraath 74:--
bet:d aan weg:s een obligatie ten lasten Jacobus Theron d:d: 20 Jann: 1819 55:5
bet:d van Joh:s Lod:s Pretorius P:J:Z over cont:t geleend geld 28:--
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Petrus Jac:s Pretorius over verkogte maatschappy hamels voor de helfte 66
aan A: Marten over koop van een tent zyl p:r rest 34:4
Erfgenamen
1) Maria Elisabeth gebooren den 19 July 1809
2) Hester Sophia gebooren den 9 April 1811
3) Michiel Andries gebooren den 13 Juny 1813
4) Petrus Jacobus gebooren den 15 Aug:t 1815
5) Joh:a Mar:a v:d: Walt gebooren den 12 Decbr: 1818

Aldus gedaan en geinventariseert ten dorpe Graaff Reinet op den 19 November 1819, volgens op en aangeven van den burger Johannes Lodewicus Pretorius P:J:Z:, denwelken verklaaren zich in het op in aangeeven des boedels ter goeder trouw gedraagen te hebben, verklaarende zich dus bereid deeze opgaaf ten allen tyde des gevordert werdende met solemneele eede te zullen staaven, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daar meede te zullen amplieeren, ende is zulks geschied in het by weezen van den burger Hend:k Fredrik Papenfus en den clercq J: Auret als getuigen

Als getuigen: H: Papenfus, J: Auret

Johannis L: Pretorius

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/35.18

{18191210} 10 December 1819 Hendrik Klaassen de oude , Henriette Willemina Momberg

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wijlen Hendrik Klaassen de oude en desselfs nagelatene huisvrouw Henriette Willemina Momberg in gemeenschap zijn bezeeten en door eerstgemelde ab intestato met ’er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weesen zyn bevonden geworden, te weeten

een osse wagen met zyn toebehoor
twee wagen kisten /daarvan een onbeslagen
drie emmers
twee boter vaatjes
een melk balie
een karn vat
drie tinne schotels
vyf tinne borden
seven tinne leepels
seven staale vorken
twee tinne thee potten
twee aarde potten, met azyn
drie stoelen
een tafel
vier mud zakken
een katel
een buld zak met 1 velle combaars
vier stukken coezijn hout
een kleer borsel
een spiegeltje
een bril
een geweer met bandelier
een tinne water pot
een stryk ijzer
een stoof
vyf eizere potten in zoort
vier bottels waar van een defect
een kelder vles /defect/
twee blikke beekers /1 defect/
vyf kommetjes /waarvan vier defect
twee glaasjes /waarvan een defect
vyf medicijn vlesjes
een graaf
een euntjes yzer
een koekepan
een defecte rooster
een pot leepel
een vleesch vork
een spanzaag
een steek zaag
een dissel
een puk
drie bylen in zoort
een snymes
een passer
een knyp tang
een kou beytel
twee vylen
een rasp
een boor
een parthy oud yzer
twee koopere keetels /waarvan een defect
een kan
Beestiaal
sesthien ossen
dertig aanteel beesten
twee hondert acht en veertig schaapen en bokken
Baaten des boedels
  Rd:s
aan een slagter brief ten lasten van Joh: Georg Bijleveld /presumtief insolvent/ 173
aan zo veel den overleedenen uit den boedel van zyn stief broeder wylen Ad:n van Wyk competeerd en door Heeren Weesmeesteren word veradministreerd [ ..... ]
Schulden des boedels
  Rd:s
aan haar dogter Hester Adriana Claassen over verkogte hamels 53:--
aan haar dogter Dorothea Willemina over verkogte hamels 30:--
aan haar dogter Henrietta Willemina over verkogte hamels 10:--
aan haar dogter Rachel Johanna over verkogte hamels 2:4
aan Meindert Smit zo veel hem van opgem: slagter brief comp:d 21:--
Erfgenaamen
1) Hester Adriana Claassen gebooren den 15:de Octb:r 1799
2) Dorothea Willemina Claassen gebooren den 30 Septb:r 1802
3) Henrietta Willemina Claassen gebooren den 30 Julij 1804
4) Rachel Johanna Claassen gebooren den 9 Novb:r 1814
5) Hend:s Lodewyk Claassen gebooren den 17 April 1816
6) Meindert Jac:s Claassen gebooren den 30 Octb:r 1817

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 10:de December 1819 volgens op en aangeeven van Henrietta Willemina Momberg weduwe H: Claassen, dewelke verklaarde haar in het op en aangeeven haars boedels ter goeder trouwe gedraagen en niets met weeten versweegen te hebben verklaarende haar dus bereid deeze opgaaf ten allen tyde des gevordert werdende met solemneele eede te staaven met al verdere belofte zo iets naader tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied in het byweezen van den burger Hendrik Fred:s Papenfus en den clercq J: Auret als getuigen

Als getuigen: H: Papenfus, J: Auret

Henrietta Willemina Momberg weduwe Klaase

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/35.19

{18191119} 19 November 1819 Jacobus Johannes Smit , Heila Zacharia de Beer

19 Jan: 1820

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Jacobus Johannes Smit F:k Alew: z:n en desselfs nagelatene weduwe Heila Zacharia de Beer in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgeoomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

een wagen stel met buyk plank
thien riemen
thien stroppen
een zadel met toom
twee mandjes in zoort
twee geweeren waarvan een met holzer en bandeleer
twee yzere potten
een blaas balg
een stuk ballast yzer
een boeyang pot
twee tent matjes
twee klyne potjes
een kelder vles
vier kommetjes /waarvan twee defect/
twee peeper doosjes
twee zout vaatjes
een mostaard potje
een booter potje
een schotel met dekzel
een kleine balie
Beestiaal
acht trek ossen
vyf beesten
vyf en vyftig schaapen
Schulden des boedels
  Rd:s
aan de wed:w Philip Rud: Botha over geleend geld - voldaan 200
Erfgenaamen
Alida Elisabeth Smit gebooren den 13 Juny 1818

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 19:de Novb:r 1819 volgens op en aangeeven van voormelde Heila Zacharia de Beer wed:w J:J: Smit. Dewelke verklaarde haar in het op en aangeeven haars boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen, en niets met weeten versweegen of agtergehouden. Verklaarende haar dus bereid, deeze haare opgaaf ten allen tyde des gevordert werdende, met solemneele eede nader te zullen staaven met al verdere belofte zo iets nader tot den boedel specteerende mogt ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied in ’t byweezen van den burger Hendrik Fredrik Papenfus en den venduafslager Jerem:s Auret als getuigen

Als getuigen: H: Papenfus, J: Auret

Jeyla Jagaia de Beer wed:e J: Smit

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/35.20

{18190522} 22 May 1819 Johanna Arnoldina Voltelen

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als ’er op Dingsdag den achttiende dag der maand May in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd en negentien ’s avonds de klokke tien uuren metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door juff:w Johanna Arnoldina Voltelen wed:e Jan Meinhard Cruijwagen, hebbende de overledene by testament in dato 6 April den jaars 1818 voor den notaris publiek m:r Jacobus Petrus de Wet en getuigen opgericht, na vooraf eenige legaten besproken en differente beschikkingen gemaakt te hebben, tot haare eenige en universeele erfgenamen genomineerd en geinstitueerd haare beide kleinzoons in namen

Fredrik Johannes Meindert en
Johannes Meindert Albertus

en by vooroverleeden van een of beide hunner, gesubstitueerd, haren schoonzoon Philippus Albertus met dien verstande nogthans, dat de jaarlykse renten uit de erffenisse te proflueeren door evengemelden haren schoonzoon P: Albertus zullen worden genoten tot zoo lange de jongste der voorm: kleinzoons den ouderdom van 25 jaren zal hebben bereikt, terwijl de overledene tot executeuren van voorsz: haare testamente zo meede tot voogden over hare natelatene minderjarige erfgenamen en legatarissen heeft verzogt benoemd en aangesteld het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie.

Invoegen deselve goederen en effecten door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren zyn opgenomen en geinventariseerd mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten:

Een huis en erf staande en gelegen in dese Tafelvalley in de Pleinstraat en aldaar een gedeelte der gedeelde N:s 5 en 6 groot in zynen grond 13 quadraat roeden, 113 quadraat voeten en 92 gelyke duimen

In het evengem: huis en aldaar

In het voorhuis
een kloklantaarn
een draagstoel met stokken en banden
In de voorkamer ter regterhand
twee jalousiematten
een chitze gordyn
een stinkhoute tafel
twee spiegel tafeltjes met steene bladen
twee spiegels met vergulde lysten
een kleine ronde tafeltje
vier leuningstoelen met rode trype zittings
twaalf ordinaire leuningstoelen met rode trype zittings
een bureaux met koper beslag, door de overledene by voors: testamente gelegateerd aan haren kleinzoon Fredrik Johannes Meindert Albertus, en daarin
een nieuwe echte witte tjaal gelegateerd aan Anna Elizabeth Anosi gehuuwd aan Jan van Lier
een kaarsen scherm
een schaar
eenig rommeling
In de voorkamer ter linkerhand
twee jalousie matten
een chitze gordyn
een spiegel met vergulde lyst
een theekistje
een witkopere handquispedoortje
twee leuningstoelen met rode trype zittingen
zes ordinaire stoelen met rode trype zittingen
een stinkhoute kabinet waarin
primo) de klederen en gemaakt linnengoed als
achttien tabbaarts in zoorten
zes en twintig rokken in zoort
vyftien hembden
zeventien kabaatjes
negen borstrokken
drie vrouwenbroeken
zeven en twintig dassen
elf mutzen
zes p:r schoenen
acht zakken
een en veertig doeken in zoort
drie voerchitze tjaals
een zwarte castoor hoed
een zwarte kripse hoed
twee p:r handschoenen
een chambreeltje
omtrend welke klederen de overledene by voorsz: haare testamente heeft verklaard haare begeerte te wezen dat, die door haar dagelyks zyn gedragen geworden tusschen haare vrytegevene slavinnen Sithea Roosje en Silvia, mitsg:s de vrye vrouw Marie zullen moeten worden verdeeld, terwyl alle overige klederen, stukken en gemaakt linnengoed tot haar dragt en lyf gehoord hebbende of daartoe bestemd geweest zijnde tusschen haare twee zusters kinderen, Geertruyda Susanna Anosi gehuuwd aan Falk en Anna Elizabeth Anosie gehuuwd aan Van Lier in twee equale deelen des noods by lotinge zullen moeten worden verdeeld en afgegeven
secundo) het gemaakt tafel en beddegoed als
acht en veertig lakens
twee en veertig slopen
zeven en veertig handdoeken
een honderd en negen servietten
als hier vorengezegd gelegateerd aan Philippus Albertus, en aan hem afgegeven
In de gaanderij
een staand horologie
een spiegel met vergulde lyst
een klaptafel
een laatafel waarin
een kleine kopere ketel
vier geelkopere kandelaars
twee snuyters met bakjes
twee blakers
een yzere confoir
een olie en asyn stander
In een muur kastje
drie bierglasen
acht kelkjes
twee confyt glaasjes
een koelbakje
een groote glas met dekzel
twee aarde melkpotjes
een aarde beker
twee aarde trekpotten
een aarde boterpot
vier aarde zuykerpotjes
een aarde lampet en kom
een aarde schotel
zes aarde borden
negen aarde kopjes en pierings
een mosterd potje
een blikke tregter
vyf ledige bottels
In de dispens
drie blikke trommels
zeven schotels
een lantaarn
een porcelaine boterpot
een aarde schotel met dekzel
In de bovenkamer n:o 1
zes schilderyen
twee vierkante tafeltjes
vyftien stoelen in zoort
drie stooven
een kabinet op pooten
een sleutelkistje
twee kleine mandjes
een stinkhoute kadel
twee beddens met hun toebehooren by meermelde testament gelegateerd aan P: Albertus en aan denzelven afgegeven
In de bovenkamer n:o 2
zes schilderyen
een tafel
twee stoelen
In de bovenkamer n:o 3
een ledikant
In de bovenkamer n:o 4
een verlakte theemachine
een verlakte schenk blad
vyf blikke trommels
een verlakte theedoos
twee blikke castrollen
een blikke rasp
een tinne trekpot
een tinne tregter
vyf potten in zoort
vier mandjes
twee strykijzers
een party bottels met een restant asyn
een soepterrine
een kleine soepterrine
twee en twintig schotels
vyf water borden
een salade bak
een saus potje
acht borden
een boterpotje
een kom
een theebus
een aarde vuurtestje
een mandje met zout
een kist waarin
een kloklantaarn
In de kombuijs
een waterhalf aam
twee emmers
een tafel
een pottebank
drie ysere potten
een rooster
twee schoorsteenkettings
twee drievoeten
een vuurtang
een schuimspan
een kapmes
een kopere waterketel
een kopere vyzel en stamper
In het pakhuijs
twee kopere taartepannen
twee kopere schalen met balancen
een kopere quispedoor
een kopere confyt ketel
een kopere glazenspuit
een huijstrap
een vuurtang
twee balies
een blikke trommel
drie oude manden
twee huijs ladders, voorts
eenig rommeling
Zilverwerk
twee schenkborden
een melkkan
een zuijkerpotje
twaalf eet lepels
derthien vorken
zeven theelepeltjes
twee confijtvorkjes
welk zilverwerk door de overledene by haare voorsz: testamente is vermaakt aan P: Albertus, en aan denselven afgegeven
Lijfeigenen des boedels
een jongen gen:d Jeptha van Batavia oud 49 jaren, kok
een jongen gen:d Damon van de Kaap oud 3, huisjongen door de overleedene by hare meergem: uitterste wils dispositie gelegateerd aan haren schoonzoon P: Albertus
een meid gen:d Sitea van Batavia oud 53 jaren, huismeid, met hare kinderen en kindskinderen in namen Silvia van de Kaap oud 27 jaren, huismeid
Citi van de Kaap oud 23 jaren, huismeid
Atia van de Kaap oud 18 jaren, huismeid
Fita van de Kaap oud 10 jaren
Maria van de Kaap oud 9 jaren
Willem van de Kaap oud 3 jaren
Arnoldus van de Kaap geboren in Juny 1818 uit de slavin Silvia
omtrend welke slavinne Sitea en hare kinderen en kindskinderen de overledene by voorsz: testamente heeft verklaard, hare wil en begeerte te zijn, dat dezelve terstond na haar overleyden met believen der hoge overigheid ten kosten hares nalatenschaps in vrydom zullen moeten worden gesteld
een jongen gen:d Coridon van de Kaap oud 24 jaren, huisjonge, door de overledene by voorsz: testamente gelegateerd aan zyne moeder voorm: Sitea, ten einde haar te dienen levenslang, en onder die mits nog, dat zoo het mogte gebeuren dat hij Coridon volgens het oordeel der Weeskamer zich wel gedragen heeft hij als dan insgelyks na de dood van zyne moeder ten kosten des boedels zal moeten worden geëmancipeerd
een meid gen:d Roosje van Madagascar oud 49 jaren, huismeid, omtrend welke de overledene by voorsz: testamente almede heeft verklaard te begeeven, dat dezelve terstond na haar overleiden en ten kosten harer nalatenschap in vrydom zal worden gesteld
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in Kaapsch papiere munt de somma van twintig ryksd:s 20:--
van den heere P: Albertus op een schepenenkennis d:d: 9 Maart 1810 groot aan capitaal ƒ55000 ofte 18333:16
van Christiaan Freislew op een onderhandsche obligatie de dato primo Maart 1811 groot aan capitaal 700:--
met de renten zedert [ ..... ]
van Alexander van Breda op een onderh: obligatie de dato 17 April 1811 aan capitaal ƒ3000 ofte - den 16 July 1819 voldaan 1000:--
met de renten zedert [ ..... ]
van Jan Adriaan Hendrik Falk op een onderh: obligatie d:d: 16 Septbr 1816 groot aan capitaal 1300:--

Omtrend welke schuld de overledene by hare uitterste wils dispositie heeft verklaard hare begeerte te zyn dat het capitaal aan hem Falk en by zyn overleijden aan zijne weduwe zonder eenige zekerheid daarvoor te stellen op renten zal worden gelaten tot zoo lange het jongste kleinkind van de overledene zijne mondige jaren zal hebben bereikt, en dat in cas van vooroverleiden aan Falk en zyne echtgenote dit capitaal dadelyk zal moeten werden opgebracht.

Terwyl door den heere D:G: Anosie aan gecommitteerdens onder anderen is geproduceerd een briefje door de eige kennelyke hand van de overledene geschreven, woordelyks luidende:

Truitje Lief ik doe u de dertien hondert rd:s met de rente, die Falk my schuldig is present, den 17 April 1819

U liefhebbende tante /get/ J: Cruijwagen

  Rd:s
van David George Anosie over het saldo der rekening onder den 20 deser gesloten 98:12
Disperate inneschuld
  Rd:s
van Nicolaas van Wieligh over zoo veel door de overleedene aan den heere Van der Sande voor borgtogt is betaald 1153:16
met de renten zedert den 4:e Juny 1796
Lasten des boedels
    Rd:s
  aan de volgende over zoo veel door de overledene by hare voorsz: testamente aan hun is gelegateerd als
  aan den heere Philippus Albertus ƒ10,000 ofte 3333:16
  aan Willem Otto Falk, Cornelia Eliz:h Falk en Helperus Ritzema van Lier aan ieder ƒ3000 ofte aan alle te zamen 3000:--
voldaan 24 January 1820 aan Amilie de somma van 100:--
voldaan den 10 Aug:s 1819 aan de vrye vrouw Marie 50:--

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 22 May 1819.

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, A: v: Breda

Mij present: J:P: Faure, Secret:s

MOOC8/35.21

{18191030} 30 October 1819 Aletta Maria Bosch

19 Jan: 1820

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten etc:a als behooren tot den boedel van den burger Philip Rudolph Botha Herculeszoon en overleedene huisvrouw Aletta Maria Bosch door laastgemelde op den 29:e Aug:t j:l: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten bestaande dezelve in de navolgende te weeten

Losse goederen
een osse wagen met toebehoor
drie tinne borden
drie tinne leepels
drie vorken
een tinne trek potje
een kopere ketel /:defect:/
een yzere pot
een emmer
een stoel
Beestiaal
twee aanteel paarden
acht trek ossen
zeven aanteel beesten
twee honderd twee en dertig aanteel schapen en bokken
Contanten, baten en lasten des boedels
declareerd den opgeeven geene te hebben
Erfgenaamen
Johannes Carolus Botha geboren den 20:e Maart 1817

Aldus gedaan en geinventariseerd ter Adjunct Drostdije Cradock op den 30:e October 1819, en zulks volgens op en aangaave van de in den hoofde deezes gem: P:R: Botha Hz: dewelke verklaarde niets met zijn weeten versweegen of agtergehouden te hebben, met offerte indien iets nader tot den boedel behoorende mogte ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, ende zulks des vereischt werdende, met solemneele eede gestand te doen, en is zulks geschied ten bij weezen van den clercq J:N:G: Muller en den gerechts bode A:H: Helberg als getuigen.

Als getuigen: J:N:G: Muller, A:H: Helberg

P:R: Bootha H:s:

In kennisse van my: J:A: van de Graaff, Adj:t Landd:

MOOC8/35.22

{18201114} 14 November 1820 Maria Elisabeth Barnard

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den 5 November jl: het nagts om thien uuren ab intestato met er dood zyn ontruimd en naargelaten door Maria Elisabeth Barnard en nagelatene man Barend Stander d’ oude ten voordele van gemelden B: Stander en in echt verwekte kinderen als

Maria Elisabeth Stander gehuwd met Jacobus Casparus Viben
Magdalena Hendrina Stander gehuwd met Hendrik Louis Boshoff
Lea Jacoba Stander gehuwd met Gysbert Leendert Verwey
Hendrik Stander gehuwd
Catharina Margaretha Stander, gehuwd met Paul Gerber
Johannes Henricus Stander geboren den 15 October 1795
Geertrui Martha Stander geboren den 22 Mey 1803
Barend Paul Stander geboren 14 September 1805

zodanig als dezelve door my ondergetekende agent van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren in dit district ter op en aangeven van Hendrik Louis Boshoff zyn geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende te weeten

Zeker stuk eeuwigdurend erfpagt land, gelegen in het district George , in het veldcornetschap van Outeniqualand , groot in zyn grond een honderd vier en twintig morgen
Losse goederen
1 hoekkast
2 tafels
1 onderstel van [tafels]
8 stoelen
1 wagen kist
2 kleer kisten
3 katels
1 bed, met twee kussens en combaars
1 sluit mand
2 klyne kisjes
1 boejanse pot
1 bakkist
1 schuif doos zonder dekzel
2 kopere kandelaars
2 glaze zout vaatjes
1 thee machine /kopere/
1 strykyzer
1 klyne en een grote meelzift
eenig oud timmermans gereedschap
1 stoof
1 kraan zaag
1 spanzaag
1 5/4 aams boor
1 klyne thee trommel
1 byl
2 graven
1 lekvaatje
1 thee baletje
9 diepe en vlakke borden
4 tinne schotels
10 schoteltjes
5 kopjes
2 lampet kommen
6 ledige bottels
1 lamptaren
4 messen
13 stale vorken
9 tinne lepels en een tinne soep lepel
5 yzere potten in soort
1 koekepan
1 drievoet
2 ketels
1 tinne trekpot
2 emmers
1 osse wagen met buiken leer en een sesas touw
14 jukken
1 kar
eenig oud yzer, als met een hangslot
13 ongemaakte assen
8 geelhoute buikplanken
40 leer bomen
43 vellings
32 beschut planken
10 schamels
3 voortangen
200 speken
15 naven
1 agter tang
2 draay borden
Beestiaal
22 trek ossen
Lyf eigenen
Romana van Madagascar 59 1/4 jaar, huismeid
Joemat van Batavia 44 1/4 jaar, werkjonge
Lasten des boedels
  Rd:s
aan den timmerman Coenraad Behme voor het maken van de dood kist - door de Land: bet:d 30:--
aan Gideon van Zyl voor een span ossen zynde 12 stuks per rest 250:--
aan Hendrik Christoffel Barnard volgens bewys 200:--
aan vendu gelden 60:2
aan Willem Koster op Swellendam woonachtig aan negotie goederen 33:--
aan Gysbert Leendert Verwey over contant geleende penningen 94:--
Paul Gerber over contant geleende penningen 37:--

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze vermeld op den 14 November 1820 en de zulks op het op en aangeven van Hendrik Louis Boshoff dewelke betuigde, zich daarin ter goeder trouwe gedragen, en zyns wetens niets verzwegen te hebben, van al het genen tot den boedel en nalatenschap behoord, onder prasentatie van deze zynes opgaaf ten allen tyden des gerequireerd wordende, met solemnele eede nader te bevestigen, en verdere belofte, dat zo wanneer in der tyd, iets dienaangaande, nader mogte komen te ontdekken daar van aan Heeren Weesmeesteren, aan wel aan my als hun Eerwaardens agent opgaven te zullen doen, ten einde in zulk geval deze inventaris daarmede naar behoren te worden geemplieerd

In teken der waarheid, is dezen in tegen woordigheid van my agent der Weeskamer ende de beide getekende getuigen, door den inventarient eigenhandigd gesubscribeerd

Als getuigen: Hendrik Stander d’ oude, Jan Stander

H:L: Boshoff

In tegen woordigheid van mij: J:W: v: d: Riet, agent

MOOC8/35.23

{18190806} 6 August 1819 Anna Elisabeth Martha Vawer

Inventaris van wijllen Anna Elisabeth Martha Vawer, weduwe van wijllen Johannes Bezuidenhout; door den ondergeteekende opgenoomen in present van deeze twee geteekende getuigen

vier trek ossen
een oude ossen wagen, met zijn toebehoor
zeeven hondert schaapen, op de helft van het aanteel, volgens de hier bij zijnde bewijs brieven
een wagen kist
een tafel
een stoel
een en viertig rollen tabak
drie kleene vatjes
vijf potten in zoort
een emmer
een thee trekpot
een veerder beth
twee seekels
een hout beil
ach borzelijne borde
een tinne schottel
drie kommetjes
twee kopjes en pierings
vier stalle vorken, en neegen leepels
vijf bottels in zoort
twee nieuwe Engelsche graven
viertien wagen vellingen
acht en twintig spaaken
een nieuwe schaamel
een nieuwe as

Actum Buffel Rivier den 6:e August 1819.

Als getuigen: C:P: v: Wijk, Z: v: Jaarsveld, C:J: de Jager, veldcornet

Uitstaende penningen
Gert Wevije /:Hendrik zoon:/ debet voor vijftig aenvok schaap en hondert rijksdalders
te goed aan Swerus Mulder voor vrouwelijke bedinning thien rijks dalders
van Piet Oosthuizen te goed voor contante benninge rijksd: thien, en een vracht balken voor huis op passen

Actum Buffel Rivier den 6:e August 1819.

Deeze diennen tot getuigen: C:P: v: Wijk, Z:s A:s van Jaarsveld

C:J: de Jager, veldcornet

De overleedene Martha Bezuidenhout ben debet volgens opgaaf, van haar oudste zoon gen:d Gert Pieter Bezuidenhout

  Rd:s
aen Theodorus Kleenhans voor het op maaken van twee voor Willem 16:--
aen Jan van Gruin 296:--
aen Jan van Gruin voor vijf hamels 12:4
aen Carel Joh: de Jager acht hamels 20:--
Somma Rd:s314:4

Actum Buffel Rivier den 6:e August 1819.

Teekening der getuigen: C:P: v: Wijk, Z:s A:s van Jaarsveld

C:J: de Jager, veld cornet

Besteed tot de begraffenis van de overleedene weduwe Martha Bezuidenhout, door den ondergeteekende voorgeschooten in present de geteekende getuigen de som van zes en tachtentig rijksdalders en zes schellingen

Actum Buffel Rivier den 6:e August 1819.

Teekening van getuigen: C:P: v: Wijk, Z:s A:s van Jaarsveld

C:J: de Jager, veld cornet

MOOC8/35.24

{18201127} 27 November 1820 Dau van Java

Inventaris van alle zoodanige goederen, als er in de nacht tusschen den 23:ste en 24:ste November een duizend acht honderd en twintig, in een pakhuis annex het woonhuis van de weduwe Johan George Steytler, in de Breede Straat , met ’er dood zyn ontruimd en nagelaten ten voordeele zyner onbekende erfgenamen door den vryswart Dau van Java, invoegen als zulks door my ondergeteekende Adjunct Commis der Weeskamer, volgens de opgave van

den slaaf Hercules van de Kaap behorende aan Jan de Goede, in voorsz: pakhuis met den overledenen gewoond hebbende, en thans in ’s Heeren Gevangenhuis als droster geconfineerd

zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande dezelve in het navolgende:

  een bed, drie kussings en twee oude dekens
  een kist waarin
  een boven baatje
  drie onderbaatjes in soort
  twee hembden
  een linnesche tjaal
  twee Chinaasch linnesche broeken
  vier doeken
  een handdoek
  een wolle gebraaide hembd
  eenige metzelaars gereedschappen
  een sluit mandje met eenige spykers
  een houte doos
  een aarde kannetje
  een ledere zak
  een yzere koevoet
  een byl
  een maatstok, en eene kleine kwantiteit hout
  drie tafels
  een stoel
  een bank
  een bed zynde een stuk zyldoek met een laken
  een kussing
  een wollen deken
  een kist waarin
  drie gevlochte sweepen
  drie stukken vellen
  een handdoek met een restant peper
  een wasskaars en
  twee ysere schrenieren
  een schuifdoos met een kopere kraan en wat romeling
  eene tinne beker
  een kist n:o 2 waarin
  dertien borden in soort
  twee kommetjes
  een kopje en vyf pierings
  zeven atjaar potjes
  een sauce potje
  een blikke ovel doos
  een kopere kraan en een party spykers
  drie ysere potten in soort
  een kopere ketel
  twee schuim-kannen
  een ysere lepel
  een houte lepel
  twee asch schoppen
  een blikke koffy kan
  een blikke blaker
  een hand byl
  een hamer en een party grote spykers
  een zak
  twee balast maanden waarin wat houtskolen en droge visjes en aardappels
  twee balast maanden ledig
  een kist n:o 3 waarin
  een restant uyen
  een ledige vles
  twee mandjes
  een halfaam’s bok
  een balast mand
  een hoenerhok
  een zak met een restant zout
moet worden verkogt een aarde kan
  zes oude zakken
  een oude rak
  een party rommeling
  acht en twintig linten
  twee berg ganzen
  drie hoenders
  behoorende alle bovenstaande goederen van “drie tafels, tot drie hoenders”, volgens opgave van den in den hoofde dezes gemelden slaaf Hercules, niet aan den overledenen, maar hemzelve
niet verkoop een tafel behoorende volgens opgaaf van voorsz: Hercules aan zekeren Adam van de Kaap , gewezene lyfeigene van Jan Coenraad Gie Jansz:
niet te verkope een vogelkooy
een defecte yzere pot
een drie voet
een houte balie waarin
een hand lantaarn en wat rommeling
een maand waarin
een party metzelaars gereedschappen
een aarde kan
drie halve bottels
een paarty oude lappen en wat rommeling
behoorende de vorenstaande goederen van “een vogelkooy tot een paarty oude lappen en wat rommeling” volgens opgave van voorsch: Hercules aan zekeren vryswart Basco
moet verkogt worden een kist n:o 4 waarin
vier stukken wit Chinaas linnen
een stuk geel Chinaas linnen
een Chinaasch linnesche broek
een laken
twee slopen
een handdoek
drie chitze lyfbanden
vier was kaarssen
een dubbel loop zak pistool
  een kistje waarin
  eenige papieren en
  vijf en dertig ryksdaalders papiere munt en drie schell: kooper geld
  behoorende volgens opgave van opgem: Hercules insgelyks aan hemzelve
afgegeven een schepel wordende door Georg Diedrik During, in persoon, als zyn eigendom gereclameerd
een balance met kopere schalen en gewigt
een houte arm behorende tot de voorsz: balance
vier aarde potten behorende volgens gezegde van meergem: Hercules, aan zynen vader zekeren Seith van Batavia
een geslote en met het cachet der Weeskamer verzegelde kist, behorende volgens de opgave van Hercules aan zekeren Batjoe van Batavia lyfeigen van de weduwe A: de Smidt hebbende deze kist niet kunnen worden geopend vermits de sleutel absent was
vier kannen
een parapluie
een kleine mand, met eenige gereedschappen
behorende insgelyks aan Batjoe v: Batavia
twee maanden, waarin behorende volgens meerg:s opgave aan een lyfeigen van zekeren vryswart Batjoe Camban woonende in het Walen Dorp
twee kruid hoorns
negen ledige bottels
een aarde kan
een restant tobak
een schuif doosje
zes paar koussen
een overbaatje
een pet
een olykan
een stoelmakers bankje behorende gelyk boven aan zekeren Mamassaan

Contanten opgegeven als het eigendom van den overledenen Tau

aan koper munt drie schellingen en vier stuivers

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd, ter plaatse als in den hoofde dezes gemeld, op den 27 November 1820.

Als getuigen: J: Watermeyer, Th:s Read Welch

Voor den opgaaf: dit T merkteeken is door dikwyls gemelde Hercules als kunnende niet schryven in plaatse van zyne naamteekening ter neer gesteld

My present: P:E: Faure, Adj: C:

Op heden den 1 December 1820, heb ik ondergeteekende Klerk ter Weeskamer my op last van den Secretaris begeven ten huize van den venduafslager Thomas Read Welch, en aldaar de kist welke in dezen inventaris als het eigendom van

Batjoe van Batavia lyfeigen van de weduwe Abraham de Smidt

opgegeven is ontzegeld hebbende bevonden dies inhoud te bestaan in:

veertig defecte omberellas en parapluies in soort
twintig ledige bottels in soort
een wit kwast
drie hamers
twee schaven
eenige oude lappen linnen om parapluies mê over te trekken
drie linnesche broeken en
twee onderbaatjes

En heb ik vervolgens deze goederen, benevens

vier kannen
een parapluie en
een kleine mand met gereedschappen, almede in dezen inventaris als zyn eigendom bekend gesteld, aan voorsz: Batjoe afgegeven

Als getuige: Th:s Read Welch

J:S: Watermeyer

MOOC8/35.25

{18210123} 23 Januarij 1821 Alphons Frans Godier

Inventaris van zodanige goederen als er op Dingsdag den een en twintigsten dag van de maand November in den jaare een duijzend agt honderd en twintig ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door Alphons Frans Godier ten voordeele zijner bij zijne vooroverleedene huijsvrouw Elizabeth Catharina van der Linde in echt verwekte zes zo mondige als minderjarige kinderen, met namen

1) Wynandus Johannes Godier mondig
2) Maria Josephina get:d met Petrus Franciscus Kuuhl
3) Johanna Theresia get:d met Jacobus Laurens Smit
4) Johanna Francisca oud 14
5) Elizabeth Judick oud 11
6) Catharina Josephina Godier oud 9 jaren

invoegen als het een en ander door my ondergeteekende Adj:t Commis en getuigen er opgenomen en in geschrifte gebragt bestaande alle deese goederen in de volgende namentlijk

Ten huijse van den vendu afslager Thomas Welch

acht oude stoelen
vier oude taveltjes
een kadel waarop
een bed
zes kussens
een deken
een mattras
drie yzere potten
een rooster
een tang
een lepel
een aarde schotel
een defecte kom
een ketel
twee gordijnen
vier tinne lepels
vier stale vorken
twee waterpotten
een ysregel twee schelderyen
de kleederen van den overleedene bestaande in
twee rokken
een jas
drie baatjes
drie boeken
vier hembden
drie paar kousen, drie mutzen, en drie doeken
een oude ronde stroo hoed, als meede
drie lakens, zeven slopen
Crediten des boedels
  Rd:s
van voorm: Wynandus Johannes Godier rd:60 zijnde zodanig bedragen als hij van zijnen vader heeft ontfangen ten einde te strekken het goed making van begravenis kosten 60
Lasten
  Rd:s
aan opgem: W:J: Godier voor begravenis kosten blykens specifique reekening 77

Aldus g’inventariseerd ten huijse voorm: op den 23 Jannuarij 1821 ende zulx op het op en aangeeven van de in den hoofde deeses gem: mondige erffgenamen, dewelke verklaarde zig hier inne ter goeder trouwe gedragen en niets versweegen of terug gehouden te hebben dat tot voorm: nalatenschap behoord invoegen zij ook getuigden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tijde des gerequireerd werdende met eede gestand te doen en verdere belofte zo hier na nog iets gem: nalatenschap behorende mogte worden ontdekt daar van nader en getrouwelijk opgaaf te zullen doen ten einde deesen inventaris daar meede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deesen inventaris door de inventariente in teegenwoordigheid van my Adj: Commis en getuigen behoorlijk onderteekend

Als getuigen: F:S: Watermeyer, P:J: de Wet

W:J: Godier, P:F: Kuuhl, J:L: Schmit

Mij present: P:E: Faure

MOOC8/35.26

{18201214} 14 December 1820 David Watson

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Dingsdag den twaalfden dag deser lopende maand December in den jaare onzes Heeren een duysend acht honderd en twintig ab intestato metter dood zyn omtruimd ende nagelaten door den lieut: by het vier Regement Infantarie te Madras David Watson, ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deselve nalatenschap door de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

een koffer n:o 1 waarin
vier en twintig hembden
twee mannellen
een monteering jekkets
vyf bovenbaatjes
twee lakense broeken
negentien onderbaatjes
veerthien broeken in zoort
een moorsenrok
een gordyntje
twee lakens
drie handdoeken
twee p:r zokken
een p:r stevels
twee p:r schoenen
een schoen borsels
een lantaarn
twee militaire kappen
een boek
een koffer n:o 2 waarin
vyf hembden
derthien broeken
elf onderbaatjes
een bovenbaatje
een en twintig doeken in zoort
dertig p:r zokken
vyf slaap mutsen
negen servietten
een stropdas
een ringkraag
een p:r handschoenen
een zyde militaire sjerp
een zabelband
een pannas
twee p:r schoenen
een schoenborsel
een p:r stevel haken
een restant zwarte lint
vyf koekjes schoen zwartsel
een party knoopen
een party tandeborsels
een schaar
een strykriem
een zilvere eetlepel
een zilvere dissertlepel
een zilvere theelepeltje
een defecte spiegeltje
een koffer n:o 3 waarin
twaalf boeken
vyftien hembden
tien broeken
vyf onderbaatjes
een bovenbaatje
een monteerings jekket
negen doeken in zoort
drie flenny onderbaatjes
veertien p:r zokken
drie slaapmutzen
zes en twintig servietten
vier lakens
een steen zeep
zeeven koekjes zeep
een en dertig wasch kaarsen
een wolle combaars
een plettit koffiepot
een mand waarin
een mattras en kussen
een p:r stevels
een p:r schoenen
een tinne lampet en kom
een hoede doos met een hoed
een blikke toiletdoos
een tafel
een liquer kistje met twee ledige bottels
een schryfkistje waarin
twee en tachtig zilvere Spaansche matten
een zilvere ropy
een banknoot groot dertig ponden sterling
een hangmat

Aldus geinventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 14 December 1820 ende zulks in het byzyn van Lieut: Wallace van 13:e Reg:t Dragonders.

Als gecomm: Weesmeesters: A: v: Breda, J: Munnik

John Wallace, Lieut 13:th L:t Drag:s

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/35.27

{182101} [ ..... ] January 1821 Cornelis Brink , Magdalena Catharina Stakman

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den zestiende dezer loopende maand January in den jaare een duyzend agt honderd een en twintig ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Magdalena Catharina Stakman ten voordeele der kinderen door haar in twee onderscheidene huwelyken verwekt, te weeten

a) by haaren vooroverledenen eersten man Anthony Blesifkey 1) Anna Elizabeth Blesifkey geh:d met Paul Roos
2) Anthoinetta Magdalena Elizabeth Blesifkey ge:d met Nicolaas Jacobus Russouw
b) by haare tweede mede overledene man Cornelis Brink 1) Daniel Brink oud 20 jaren
2) Magdalena Fredrika Brink oud 19 jaren
3) Geertruyda Alida Brink oud 16 jaren
4) Anna Christina Brink oud 14 jaren
5) Sophia Brink oud 13 jaren
6) Maria Magdalena Brink oud 12 jaren
7) Arend Brink 10
8) Christiaan Ludolph Brink oud 8 jaren
9) Fredrik Johan Samuel Brink 4 jaren

Zodanig als dezelve nalatenschap door ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevond te bestaan in het volgende als

Een huis en erf met al het geen daarop aan aard en nagelvast is staande ende gelegen in de Graven Straat in ’t Blok X en aldaar N:o 3

In een huurhuis van m:r John Hankens

In de kamer ter regterhand
een geruite ophaalder
een spiegel met vergulde lyst
twee schilderyen
een canape
zes stoelen
een kabinet met zilver beslag waarin de kledere van de overledene
veertien bedde lakens
negen en veertig sloopen
een en sestig servietten
vier hand doeken
een stel gordynen
een Bybel met goud beslag
een ledige vles
een blikke trommel
In de kamer ter linkerhand
een geruite ophaalder
een balans met kopere schaalen en eenige stukken gewigt
een toonbank met laden
veertien stoelen
vyf aanzet eetens tafels
een klyne [eetens tafels] waarin
een zakboekje met zilver beslag
een restant gestreept
een ruite kamer doek
een ruite linnen
een kamerdoekse kleed
vyf stukken zits
vier en twintig cassa doeken
een en vijftig bonte doeken in zoort
veertien geele zy en bonte doeken
een stuk geruite netel doek
een lap geruite netel doek
twintig ellen kasse
drie en een half elle nankinst
drie en twintig ellen chitz
tien en een half ellen nankinst
twaalf kruis banden
vyf stroo hoeden
vyf doosjes met gaaren
een [doosjes] met naalden
zeven doosjes ledig
vyf stokuissen
twee en twintig koekjes zeep
twee Bybels
vier trommels
zes aarde potten
vyf kommen in zoort
drie en twintig schootels in zoort
een en twintig kopjes en pierings
zeven en dertig borden
zes en viertig bottels en flessen
een kraft
een koffy molen
een kelk met vet
twee en een half zak ryst
twee zakken zuiker
een half zak borry
een half vat tambryn
drie ledige kannen
vier en dertig bollen zeep
vier kasten met bonen
een scheepel
een ledige vat
een blikke trommel met 14 takjes
een vat met groene verf, en voorts wat kleinigheeten - en een kast met zago
drie stukken en een restant linne
vier stukken voersits
twee stukken chits
twee tjaals
een kleed
vier stukken Chinees linnen
twaalf paaren koussen
twee doosjes gaare
tien blikken met dekzels in zoort
tien opene blikken
twee melk kanne
vier blikke beekers
een klyne trommel
behoorende deeze goederen van drie stukken en een restant linnen tot een klyn trommel volgens opgaaf van de erfgenaamen aan Berrend Berling, voorts
zes en een half stuk geruit
een vaatje met een restant witloot
vier vlesjes medicynen
twee tonteldoosen
twee wit kwasten
een zakje met een restant geele verf welke volgens opgen: erff aan de heer Paul Roos toebehoren
In de gaandery
een geruite ophaal gordyn
vyftien stoelen
een leuning [stoelen]
In de dispens
twee zoepkommen
drie blikke keetels
twee tinne trekpotten
een koffy kan
een tinne water vles
een lantaarn
een kopere konfoir
twee strykyzers
een party messen en vorken
een kopere theekom
een klister spuit
twee karaften
een Keulsche pot
vier schenkborden
twee kandelaaren en een snuyter
twee blakers
In een agter kamer
een spiegel met vergulde lyst
vyf schilderyen
een toilet spiegel
een ledikant met behangsel
een paarde hair mattras
een peuluw
vier kussens en
een kombaars
drie beddens
drie peuluw
twaalf kussens en twee kombaarse
een tafel kast
een klyne tafel
een groote Bybel
een kleder kast
een stelletje en
drie stoel kussens
In de combuis
een waterhalfaam
een boter vat
vyf yzere potten
zes schoorsteen kettings
een rooster
een pan
een drievoet
een schuimspan en lepel
een kopere vyssel
twee emmers
een rysblok en stamper
twee blikke bakken
een water ketel
een kopere rasp
een vuurtang
een hout byl
twee manden
In een agter vertrek
een tafel kast
een tafel
zestien schilderye
twee kisten
Op de agterplaats
zeven boter vaten
twee kadels
een half aam en een aam
een schepel
een kelder met vlessen
drie oly kannen
twee emmers
een trommels en
honderd lb: geruijt
In een koffertje aan contanten
een gouwe Napoleon
drie zilvere guldens
een quart Spaansche mat
een schelling
vier dubbeltjes en
een stuiver
aan papiere munt
een honderd vier en vyftig ryks: en voorts
een p:r goude kniegespen beschreven 1812, 11 May heb ik aan myn zoon Daniel Brink present gedaan deeze paar goude kniegespen en deese goude horologie, /get/ C: Brink, wordende door gen: D: Brink opgegeven voorsz: goud horologie door de weed: reeds in haar leven aan hem te zyn afgegeven
een p:r goude kniegespe beschreve 1812, 11 May heb ik aan myn zoon Arend Brink present gedaan, deze p:r goude kniegespen /get/ C: Brink
een p:r goude hand knoopjes door de overledene gedrage
een p:r goude oorringen volgens opgaaf de erfgenamen aan een erffgenaame g:d A: Brink toebehoord
een foudraal met een p:r zilvere schoengespen
twee agate doosjes met goud gemonteerd
een foudraal met een spuitje en toebehoord
een goude hals gesp
een goude staaf
agtien agate knoopjes
twee zilvere thee seefjes
twee zilvere kettings
twee zilvere pypekrabbers
een p:r zilvere spooren
een chignet
een zilvere etui met drie lancetten
een vlesje met een zilvere dopje
een perlamoene etui met zilver gemonteerd
een chirurgicale instrument
een waayer
twee flesjes
drie doosen in zoort
een naay boekje
een doosje met een laats sneller
een beursje waarin
een quart Spaansche mat delivered the receipt 2 July 1812
elf schell:
twee quart ropyen
twee dubbeltjes
agttien stuivers volgens opgaaf der erfgenaamen de spaarpot pennings van Arend Brink te zyn
een goude dames zakhorologie met brieljanten
een p:r juweele orlietten
een p:r middelstukken tot dezelven behoorende
een p:r juweele oorringe
een ring met juweele steene
een borsspeld met juweele steen en
agt diamente klyne losse steentjes
een goude ring bewaring van P: Roos
Lyfeigenen des boedels
eene slavinne g:d Candase van de Kaap oud 43, huismeid
een slavinne g:d Silvia van Bougies oud 48 jaren, huismeid, welke als nog behooren tot den gemeenschappelyken boedel van den overledene en haaren vooroverledene echtgenoot Cornelis Brink en slegts aan haar ten dienste overkogt zijn gelaaten
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de bank van deposito en discanto op een kusting brief d:d: 11 September 1818 per rest groot 2244:32
aan Samuel Fredrik Botha op een schepen kennis de dato 11 September 1818 2251:--
aan evengem: Samuel Fred:k Botha op een schepenen kennis d:d: 8 Decemb: 1820 groot 2244:32

Aldus na gedane ontzegeling behoorlyk g’inventariseerd op den [ ..... ] January 1821 ende zulx op het op en aangeven van de en de heere Paul Roos en Petrus Michael Brink dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedrage en huns weetens niets verzwegen of terug gehouden te hebben van het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoege zyde ook betuigde de deugdelykheid hunner opgave ten allen tyde des vereischt wordende met solemneele eede gestand te doen met verdere belofte zoo hierna nog iets tot gem: nalatenschap behorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk opgaaf te doen ten einde deezer inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken de waarheid is deeze ter presentie van oud gecommitteerde Weesmeesteren ende my Secretaris door gem: heere Brink eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesm:s: A:V: Bergh, A: v: Breda

P: Roos

P:M: Brink

Ampliatie

Door de minderjarige Daniel Brink die de overledene geadsisteerd heeft in het houden haare boeken word nader opgegeeven de volgende

Inneschulden
    Rd:s Rd:s
  A: Brink Cornelis over gekogte goederen   0:36
  Fredrik Botha
voldaan den 20 Maart 1821 1 zak zuiker 15:--
1000 vuursteenen 10:-- 25:--
  Michiel Breda Alexander:z over gekogte winkelwaren   2:36
  Johannes Eckhard Cornelisz over gekogte winkelwa:   7:12
erfge: Hendrik Heckrood J:s over gekogte winkelwa:   4:24
vold: de 5 May 1821 John Heewkins voor 2 paaren blindings volgens accoord   18:--
  Gerrit Munnik Gerritz over gekogte winkelware   23:--
  Paul Roos voor gekogte winkelware 94:18
  Paul Roos over contant op zyn rekening ontfangen 46:--
  Paul Roos voor 2 stukken ongebleekte linnen 17:-- 157:18
vold: Nella Rykheer over gekogte goedere   3:24
Willem Rykheer   1:--
vold: Fredrik Lingevelder over gekogte goedere   7:--
  Mulder   5:--
  Michiel Christiaan Vos volgens reekening   28:--
  Daniel Zilder over gekogte goederen   3:--
  de jonge van Volsteedt   1:30
  A:P: de Villiers voor op de vendutie ingekogte goederen   94:--
  de wed: Viret per rest van haar reekening   38:--
  de slavinne Marietje van juff: Joubert over koop van 1 doek   2:24
  de slavinne Kandasa over onverantwoorde negotie goedere   23:--
Lasten des boedels
  Rd:s Rd:s
aan Paul Roos per rest van rek:g 244:12
aan Paul Roos over contant geleend 150:-- 394:12
aan Hendrik Heckraad s:r over contant geleende   50:--
aan Andries Brink Corn:sz over contant geleende   40:--
aan Bernardus Berning per rest van verkogte negotie goederen   110:24
Nader opgaaf
  Rd:s
door J:J:F: Botha word opgegeven aan den boedel schuldig te zijn, voor twee maande huishuur die hy voor reek:g van de wed:e Brink van de wed:w Grimbeek heeft ontvangen zynde - voldaan den 26 Maart 1821 72
door P:N: Brink word nog nader opgegeven dat den boedel op F:W: Wocke nog eene vordering heeft, over kost en logies penningen van de minderjarige Jan Willem Hurts, van wien hy voogd is, van 1:e Jan:y 1820 tot ult: Jan:y 1821 a 15 rd: p:r mnd 195

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/35.28

{18200601} 1 Juny 1820 Florentina Catharina Meeser

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behooren tot den boedel van wijlen mejuffrouw Florentina Catharina Meeser wed:w van wylen den heere Jacobus Johannes Vos, door haar op Dingsdag den dertigste dag der jongst gepasseerde maand Mey ab intestato metter dood ontruimd ende nagelaten, ten voordeele der kinderen by gem: haare vooroverledene man in echt verwekt, met namen;

1) Catharina Florentina Vos get:d met Jan Fredrik Beck
2) Nicolaas Johannes Vos mondig
3) Hendrik Vos mondig
4) George Gabriel Vos mondig
5) Elisabeth Rachel Vos get:d met William Proctor
6) Neeltje Maria Vos get:d met de eerwaarde George Thom
7) Johanna Maria Vos get:d met lieut: John Moore Tittle
8) Jacoba Johanna Vos oud 14 jaren

zynde dezelve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling geinventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

Een erf met de daarop geconstrueerde drie huizen, staande en gelegen in dese Tafelvalley in de Keerom Straat N:o 42 groot in zynen grond 48 quadraat roeden, 77 quadraat voeten en 104 gelyke duimen blykens transport d:d: 10 Septbr 1819

In het woonhuis, en aldaar

In het voorhuis
een klok lantaarn
zeeven stoelen met zwarte zittingen en chitze overtrekzels
twee vloer zijlen
In de voorkamer ter regterhand
  een chitze gordyn
  een spiegel
  een toilet spiegel
  een theedoos
  een foliant Bybel
  drie bulzakken, met zeven kussens en een peluw
  een bureau, die word opgegeven door de overledene aan de huisvr: van Tittle te zyn present gedaan, waarin de volgende goederen aan de overledene toebehorende, als
verd: veertig dammaste servietten
verd: vyf dammaste tafellakens
verd: vier linnense tafellakens
In de voorkamer ter linkerhand
een chitze gordyn
een sopha met chitze overtrekzel
twaalf stoelen met losse paardehaire kussens
een spiegel
twee guerridons
In de gaandery
een chitze ophaal gordyn
twee schuif gordyntjes
een pendule
een tafel met een steene blad
een bladtafel
twee leuning stoelen
vier ordinaire stoelen
In de agterkamer
  een chitze gordijn
  een beddetafeltje
  twee speeltafels
  twee ronde tafeltjes
  een voet bankje toebehoorende aan de huisvrow van Tittle
  een kabinet met zilver beslag waarin
  een Chinasch verlakte ommerdoos /ledig/
  een mandje van stroo
  een Chinasch verlakte bak
  een kleine mandje
  een chambreel
  drie stukken en een lap geel Chinasch linnen
  twee lappen blaauw geruit
  elf nieuwe cassa doeken
  een lap cassa
  vyf lappen linnen in zoort
verd: een chitze gecattoenneerde deken
verd: een groote wolle combaars
verd: een kleine wolle combaars
  een Chinasche vloermat
  een zak met kapok
  een mandje van stroo
  een naai kistje waarin
getr: door N:J: Vos een p:r schoen en een hals gespen met steenen
  een sawasse snuif doos
verd: drie zilvere hairspelden
verd: een zilvere cachet
verd: twee oorkrabben met valsche steenen
  twee klederborsels
  een kistje met goud beslag waarin
verd: onder de kinderen een goud horologie met brillianten omzet en goude ketting
verd: een goude hairspeld
verd: een vergrootglas met goud gemonteerd
verd: een p:r goude handknoopjes
  een p:r goude handknoopjes met steenen
verd: zes goude knoopjes met steenen
verd: twee p:r goude oorringen
verd: een p:r zwarte oorringen
verd: een goude ring
verd: twee p:r zwarte handknoopjes
verd: veertien zilvere knoopjes
verd: een zilvere tandestoker
verd: twee zilvere vingerhoeden
verd: twee zilvere oorlepels
verd: twee zilvere rijgnaalden
verk: een Kerkbybel met goud beslag
  een bottel lavendel
  een el
  een groen kistje met eenig rommeling
  een roode linnense ophaal gordyn
  acht stukken linnen in zoort
  drie stukken wit Chinasch linnen
  een lap linnen
  een lap wit Chinasch linnen
  vier [lap] dimiet
  een lap fijn linnen
  een lap voer chitz
  twee [lap] rood Chinasch linnen
  twee [lap] geruit
  agt stukken cassa doeken á 10 aan een stuk
  drie cassa doeken
  zes kamerdoekse doeken
  een party lappen
  een lade met een party band, lint spelden waayers etc:a
  een gordyn met drie vallen
  een chambreel
  een chambreel
  een stuk geruit
  een lap blaauwe zyde
  dertien strengen zijlgaaren
  een Kerkbijbel
verd: een katoene deken
verd: een sjerp
verd: een ring kraag
  een kabinet waarin
  een groote chambreel
verdeeld twintig lakens in zoort
verd: drie en zeventig servietten en handdoeken
verd: tien dammaste servietten
verd: vier chitze spreijen
verd: vyf en veertig sloopen
  een stel bedt gordijnen
  een lap geruit
  een lap flennel
verd: een chitse deken
  vier schotel matjes
verd: een foudraal met een p:r schoengespen
verd: een brandglas
de minderj: een echte tjaal
verdeeld negentien p:r handschoenen
verdeeld twaalf tabberts in zoort
verdeeld zeven rokken in zoort
verdeeld negen borstrokken
verdeeld veertien hembden
verdeeld een zwarte kante mantel
verdeeld een zwarte kante doek
verdeeld zeven zyde doeken in zoort
verdeeld negen en vyftig zakdoeken in zoort
verdeeld een en dertig hals doeken in zoort
verdeeld een lap echte kant
verdeeld drie nagemaakte tjaals
verdeeld een en dertig mutsen en strooken
verdeeld een zwarte kante sluijer
verdeeld zes p:r handschoenen
verdeeld zes zakken
verdeeld vier en twintig p:r kousen
verdeeld een party lappen krip en campher
verdeeld twee hoedjes
verdeeld drie lappen geruit
  zes p:r schoenen
  een hoekkast waarin
  een foudraal en daarin
  twaalf zilvere lepels
  twaalf zilvere vorken en
  twaalf messen met zilvere heften
  een zilvere melkkan
  een zilvere schenkblaadje
  een zilvere koelbakje
  een zilvere trekpot met zyn blaadje
  vier zilvere soutvaatjes
  vier zilvere soutschopjes
  een zilvere mosterd potje en lepel
  een zilvere zuikerpotje
  vier en twintig zilvere theelepeltjes
  zeven zilvere confyt vorkjes
  een zilvere soeplepel
  zeeven zilvere eetlepels
  zeven zilvere vorken
  twaalf zilvere dissert lepels
  twaalf zilvere dissert vorken
  twee kleine zilvere schenkbladen
  een foudraal waarin
onder de kinderen vekogt een zilvere vaas, door den gouverneur Dundas aan den heere Jac:s Joh:s Vos present gedaan
  een mosterd lepeltje
  een plettit thee machine
  een plettit broodmandje
  twee plettit trekpotten
  een plettit zuykerpot
  een plettit melkkan
  twee plettit chirandolles
  vier plettit kandelaren
  vier plettit bottel bakjes
  zes messen met yvoire heften met zilver gemonteerd
  zes en twintig stale vorken
  twaalf dissert stale vorken
  acht tien messen met zwarte heften
  twee trancheer messen en vorken
verd: een dammaste tafellaken
verd: twaalf dammaste servietten
  een party bottels, flessen en potten, waarin restanten met dagelykse provisie
  een hoekkast waarin
  vijf Chinasch porceleine konfijtpotten
  zes blikke trommels
  een porcelaine pot
  een party schotelmatjes
  vyf en een halve douzein thee pierings
  twee en een halve douzein theekopjes
  zestien chocolaad kopjes
  drie Chinasch konfytpotjes
  vyf schoteltjes
  drie porceleine kommen
  twee aarde zuykerpotjes
  drie nagtspiegels
  een blikke schenkblad
  een party ledige kannen
  een kleine papiere doosje waarin
verd: een p:r oorlietten met diamante steenen omzet
verd: een diamante roos voor de hals
verd: drie ringen met diamante steenen omzet
verd: een hair speld met valsche steenen
In de dispens
vijf glaaze karaffen
twaalf bier kelken
vijf bierglazen
vier glaze potten
vijfthien bierkelken
acht en dertig wynkelkjes
twee wit kopere kandelaars
twee plettit kandelaars
een olie en azijn standert
twee snuijter bakjes met snuijters
vier groote schotels
vier kleine schotels
vijf schotels met dekzels
een soepterrine
twee sauspotjes
twee ragou schotels
twee salade bakken
elf borden
een boterpotje
twee suijkerpotjes
drie blauwe borden
twee glaase zoutvaatjes
een strijkijzer
een tinne koffiekan
een tinne waterketel
twee lampetten en kommen
twee blaauwe sauspotjes
twee Chinasche confytpotten
twee blaauwe lampetten en kommen
een blaauwe salade bak
een verlakte schenkblad
drie blikke trommels
twee vaatjes
een pepermolen
twee kelders met ledige vlessen
drie vuilnis blikken
twee stoffers
twee geelkopere quispedooren
een mand
een ledige koffer
acht mandjes in soort
twee verlakte broodmandjes
een blikke tregter
een rasp
een wan
eenig aardewerk
een messenbak
een kopere kraan
In de keuken
een combuis tafel
een metale vysel
een waterhalfaam met zyn voet
een kopere beker
vier potten in zoort
een kopere waterketel
drie aarde stoofpotten
vier emmers
een drievoet
een vuurtang
twee koekepannen
een rooster
een vischschop
twee ysere lepels
een schuimspan
een vleeschvork
een kapmes
Op de agterplaats
een stinkhoute ledikant
Lijfeigenen
2300 Jefta van de Kaap oud 34 jaren, timmerman
740 Titus van Bengalen oud 54 jaren, huis jongen
900 September van Bengalen oud 54 jaren, kok
[ ..... ] Syda van Bougies oud 44 jaren, huis meid
1330 Lea van Mosambicque oud 39 jaren, waschmeid
Contanten
een zilvere Spaansche mat
twee goude Hollandsche ducaaten
vyf goude Moorsche ducaaten
aan Kaapsch papiere munt derthien honderd rijksdaalders

En word met betrekking tot de baten en lasten van dezen boedel, door den heere Gijsbert Henry Maasdorp, in qualiteit als een der executeuren en administrateurs des gemeenschappelyken boedels van de overleedene en haren vooroverledenen echtgenoot Jacobus Johannes Vos te kennen gegeven, dat uit hoofde, eenige dubieuse effecten, die in dien boedel zyn gevonden, en van diverse borgtogten, die ten lasten van dezelve bestaan, hy tot nog toe dien boedel niet heeft kunnen liquideeren, daardoor buiten staat is, de baten en lasten van denzelven optegeven, edoch, dat onaangeven de bestaande zwarigheden, hij onder dese omstandigheden, niet zoude verzuimen den gemeenschappelijken boedel onverwijld aftesluiten, zodanig en in diervoegen, als den staat van denzelven zulks maar eenigzints zoude toelaten, en daarvan voor zoo verre het aandeel van de overleedene aangaat, aan Heeren Weesmeesteren verantwoording zal doen, te gelyker tijd, met een getrouwe opgaaf van alle de baten en lasten, welke tot desen boedel behoren, ten einde hun Eerwaardens in staat te stellen de administratie van denzelven te kunnen volbrengen, waartoe hy zig by dezen plegtig is verbindende en tot gestand doening waarvan hy deze inventaris meede heeft ondertekend.

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten sterfhuize voormeld op den 1:e Juny 1820 ende zulks op het op en aangeven van George Gabriel Vos en Catharina Meeser dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen, en met hun weeten, niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot desen boedel behoord, invoegen zy dan ook betuijgden de deugdelijkheid hunner opgave ten allen tijde, des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte, zoo hierna nog iets tot gezegde boedel behorende, mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde desen inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is dezen ter presentie van de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren ende den Secretaris door de inventarienten eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek

G:G: Vos, C:J: Meeser, G:H: Maasdorp

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/35.29

{18190803} 3 Augustus 1819 Samuel Russouw

Envaatares van den nagelatene goederen van wylen Samuel Russouw de oude zo als volg

2 el kassiemier
3 kannen in soorten
1 seegen
1 geweer
2 kisten en soorten
3 vaatjens en soorten
1 karn vatje
2 katels en twe beddens
11 bottles in soorten
3 eerde potten
5 kommetjes
1 stryk yzer
1 vyne meel sift
1 tenne trekpot
2 ketels
1 komvoor
1 tiebussie
2 borde 4 lepels
2 tinne schootels
1 verkyker
2 yster potten
1 pan
1 rooster
1 Gelderse trapterjeugt
1 doos met oeffeltjes
2 stoelen en twee stooven
1 schryf ly
1 winkel hak en een paster
3 vylen en twee staale bytels
1 voet stok
1 tobaks mes
1 brandewyns ketel
1 stel zakken
1 wagen met zyn toebehoor
5 jukken en tien strop en riemen
2 mantjes
1 hant molen
2 graafe en 2 pekken
1 byl
2 messen in soorten
1 knipmes
80 pont seep
4 sekels
1 span tuygen
2 pont bus kruyt
5 pont loot
8 wagen paarden
1 rypaart
1 twe jarige hengst
2 aanteel paarde
10 trek ossen
1 aanteel beest
20 aanteel schapen
2 doesyn staale knoopen
6 pakke gaaren
1 water emmer
1 koffie moolen
1 beeste vel
1 pont kopers
1 gedeelte oud ysterwerk
1 sweep met syn stok
3 strenge kabel gaaren
2 hang slooten
1 rol tobak
228 ryxdalers en 5 schelling aan kontante

Alle deese bovenstaande goederen is door my ondergetekende veldcornet en twe getuigen opgenoomen

/:get:/ H:C: Nieuwoudt veld cornet den 3 Augustus 1819 /:in margine:/ als getuigen /:get:d:/ P:C: Bauer, J:B: Weese.

Accordeert: P:E: Faure, Adj: C:

De [ ..... ]erfden worden van uytt hunne vendu penningen uiterlyk binnen de twee maanden aan den veldc: H:C: Nieuwoudt alle deezen als daar door Weesmeesters amp[ ..... ] onder de [ ..... ] districten be[ ..... ] aan Stellenbosch .

MOOC8/35.30

{18190226} 26 February 1819 Philip Cornelis Loots

J:W: Cloete

Gesuppleerd met nog twee zegels van 12 stuyvers ieder

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Philip Cornelis Loots ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

2 yzere potten
1 emmer
1 wagen
20 schapen en bokken
2 merrie paarden en een vul
1 jonge hingst
5 trek ossen
Contanten
nihil
Baaten des boedels
nihil
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen
Johannis Jacobus Swanepoel gehuwd met Elisabeth Maria Susanna Loots
Johannis Georg Loots gehuwd Anna Catharina Botha
Petrus Philip Cornelis Loots geboren op den 1:e September 1797

verg: den 26 Maij 1819

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Vrydag den 26:e February 1819 ten dorp Beaufort volgends op en aangeeven van de twee eerstgem: erfgenaamen in naame Johannis Jacobus Swanepoelz Joh:s, Georg Loots dewelke betuigde zig in ’t op en aangeve des voorm: boedels ten goeder trouw te hebben gedragen en niets met weten verswegen of agter gehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid deese hunne aangifte des gevorderd wordende ten allen tyde met solemneele eede te staaven, met al verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken dezen inventaris daarmede te zullen emplieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdrost ter presentie van de clercq G: Faute en gerechts bode J: Bodenstein als getuigen

J: Baird, Adj:t Land:t

Voor d’ opgaave: Johannes Jacobus Swanepoel, Johannes Georgt Loots

Als getuigen: G: Faute, J: Bodenstein

MOOC8/35.31

{18121214} 14 December 1812 Henrietta Wilhelmina Baard

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er op Vrijdag den elfden deezer des morgens de klocke omtrend negen uuren ab intestato metter dood zijn ontruijmd ende nagelaten door Henrietta Wilhelmina Baard laatst weduwe Johan Godfried Kuster, ten voordeele harer in twee differente huwelijken verwekte kinderen, te weeten

a) bij haren vooroverleedenen eersten man Johan Hendrik Lucke 1) Geertruijda Christina Lucke gehuwd met den voorleezer der hervormde gemeente alhier Jan Frijlink
2) Johanna Henrietta Lucke get:d met den burger Johannes Bernardus Bloem
b) bij haren opgemelde meede voor overleedenen tweeden man 3) Henrietta Wilhelmina Kuster oud 14 jaren

zo als dezelve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren op het aangeeven van de presente mondige erfgenamen is g’inventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende, namentlijk

Een huijs en erf staande ende geleegen in deeze Tafelvalley in de Langestraat N:o 68 , blijkens transport in dato 27 May 1811 aan de overleedene gedaan
een pakhuijs en erf meede staande ende geleegen in deeze Tafelvalley aan den voet van den Leeuwenbil en aldaar N:o 1 , blijkens transport op den 21 Juny 1811 gepasseerd

In het eerstgem: huijs en aldaar

In het voorhuijs
een klok lantaarn
zes stoelen
In de gaanderij
een ophaal gordijn
twee kleine spiegels
een staande horologie
een theetafel
drie stoelen
een klok lantaarn
twee kopere quispedooren
een draagstoel
zes stooven
In een muurkastje
vier trommels
een groote kom met eenig theegoed
een zuijkerpotje
zes kopjes en pierings
twee aarde beekers
In een tweede muurkastje
zes bierglazen
veertien kelkjes
een karaf
een porcelain scheerbekke
een trommel
een aarde bak
een houte bak en
een partij bottels
In een agterkamer
een ophaal gordijn
een jalousiemat
een spiegel met vergulde lyst
een klaptafel
een vierkante tafel
vyf stoelen in zoort
twee guerridons
een ledikant met behangsel
een kadel
een kleine knaap
een nagtstelletje
een kopere koffykan
een kopere keetel
een kopere confoor
een tinne keetel
een vuurtestje
een aarde kan
vier aarde bakken
een houte [bakken]
twee nagtspiegels
tien kopjes en pierings
een lessenaar waarin
twaalf messen
een en twintig vorken
twee scheermessen
een kabinet waarop een stel potten en waarin
zes en twintig tabbaarts
zes en twintig rokken
tien kabaatjes
veertien hembden
agt p:r kousen
twaalf p:r handschoenen
agt mutzen
vier borstrokken
twee chitze spreyen
neegen witte doeken
agt zakken
neegen waaijers
zes geruijte doeken
twee lappen Chinaasch linnen
een echte tjaal
twee nagemaakte [tjaal]
een chitze tjaal
een pellies mantel
een zwarte zijde tjaal
een lap lustring
twee en twintig bedde lakens
vyf en dertig kussenslopen
dertien handdoeken
een stuk voering linnen
een restant linnen
een stel witte gordijnen
een stel geruite gordijnen
een geruite ophaal gordijn
drie hoedjes
een p:r schoenen
een zilvere soepleepel
twaalf zilvere eetleepels
een zilvere zuikertrommel
een zilvere koelbakje
een zilvere breij koker - behoord aan de minderjarige dogter H:W: Kuster
twee knip beugels
In de zij kamer
een spiegel
een tafel
twee guerridons
zes stoelen
twee verlakte schenkbladen
een witkopere theemachine
Op de voor zolder
een kadel
twee schermen
In een bovenkamer n: 1
een kadel waarop
twee bulzakken
twee peuluwen
zes kussens en
twee deekens
een bulzak
twee peuluwen
vier kussens
een chitse deeken
een paarden haire mattras
een schapen haire mattras
een blikke trommel
een oude tapijt
een stel chitze bed gordynen
In een bovenkamer n:o 2
een kist
een kist
een Bijbel met zijn knaap
drie boeken
een ledige koffer
een taartenpan
een kastrol
een vergiettest
twee trommels
een sluitmand
twee zeeften
een balie
een aarde pot
drie mudden zakken
een kadel
twee zikkels
In de dispens
vyf kopere kandelaars
een kopere spuit
een kopere vijzel en stamper
twee blikke castrollen
vier blikke trommels
twee verlakte brood bakjes
een verlakte schenkblaadje
een snuyter bakje met drie snuyters
een soup terrine
vier en twintig schotels in zoort
drie en vyftig borden
twaalf aarde potten
een yzere leepel
zes yzere eetleepels
zes messen
vyftien vorken
een tinne keetel
een tinne schotel
twee strijkijzers
een vleeschbalie
twee zoutvaatjes
een peperbus
een bankje
een party ledige bottels en vlessen
In de combuijs
drie tafels
twee water half aamen
drie emmers
een balie
zes ysere potten
een koekepan
twee roosters
een vuurtang
een asschop
vier drievoeten
vier schoorsteen kettings
twee potleepels
Op de agterplaats
een huys ladder
twee oude vaten
een stuk plank
Lijfeijgenen
een jongen gen:t February van Bougies
een jongen gen:t August van Madagascar
een jongen gen:t Domingo van Bougies kledermaker
een meid gen:t Philida van Bougies
een meid gen:t Carolina met haar kind Hermanus beide van de Kaap
Contanten
    Rd:s
[ ..... ]plick verkogt neegen zilvere ducatons
zes Spaansche matten
zes en twintig dubbeltjes
agt en dertig stukken vreemd zilver geld
aan papiere munt 99:44
  waarvan rd:44 aan den schoonzoon Jan Frijlinck tot het doen van eenige kleine uitbetalingen voor de huis houding en ter nadere verantwoording zijn afgegeeven
Inneschulden
    Rd:s
  Johannes Bernardus Bloem op een onderh: schuldbekentenis de dato 18 Juny deezes jaars per rest 380:--
voldaan Hendrik Lodewijk Momberg op een onderh: schuldbekentenis de dato 2 November 1792 per rest 100:--
voldaan m:r Gerrit Buijskes over het saldo eener reekening courant de dato 28 November ll: 126:24
vold: Hendrik Greeff over boekschuld 10:--
  Arend Brink over boekschuld 5:12
  Barend van der Westhuijzen Gijsbertszoon over boekschuld 15:12
voldaan Stephanus Baard over boekschuld 56:24
door Frijlink in rekening opgebragt de vrije meid Dina voor huijshuur tot ultimo deezer 13:--
vold: Christiaan Geyer voor huijshuur tot ult:o deezer maand 35:--
  Jacobus Vercuijll voor huijshuur tot ult:o deezer maand 27:--
vold: de wed:e Bartholomeus Schonken voor huijshuur tot ult:o deezer maand 12:--
  Jan Frijlinck op een notarieele obligatie volgens eigen opgaaf welke schuld brief egter niet in den boedel is gevonden 666:32

Aldus gedane ontsegeling g’inventariseerd en opgenomen ten huyse voormeld aan de Kaap de Goede Hoop op den 14 December 1812, ende zulks op het op en aangeeven van Jan Frijlinck en Johannes Bernardus Bloem dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen, en hunnens weetens niets verzweegen of te rug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zylieden dan ook betuijgden de deugdelijkheid hunner opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelijk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde deezen inventaris daarmeede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eerste Commis der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig onderteekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: A: v: Breda, G:E: Overbeek

Voor den opgaaff: Jan Frijlinck, J:B: Bloem

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/35.32

{18190925} 25 September 1819 Hermanus Stikkeling

J:W: Cloete

Staat en inventaris van de goederen en effecten behoorende tot den boedel en nalatenschap van wylen Hermanus Stikkeling gedaanmaken door Cornelis Jacob Brits ten verzoeke van Heeren Weesmeesteren deezer volkplanting en de zulks ten reguarde van de uitlandiege erfgenamen van nu wylen voorsch: Stikkeling, bestaande dezelve goederen en effecten in als volgd

een bed
drie kussings
een deeken
een beddezak
een hoed
een zwarte rok
twee lakensche broeken
twee Chin:e linnen lange broeken
twee Chin:e linnen korte broeken
een blauw fluweele [broeken]
een zwarte vest
twee vesten in zoort
een oude jas
drie hembden
vier paar kousen
een tjaal
vyf hals doeken
een dufse baatje
een blauw cassimeere baatje
twee lapjes voerchits
een pakje gaaren in soort
twee kammen
twee scheermessen
een bril
een rotting met silver gemonteerd
een paar schoenen
een paar laarsen
een Hoog Duitsche gezang boek
een troffel
twee hamers in zoort
twaalf silvere knopen
een paard zadel en toom
een kist waarin
vier boeken in zoorten
een zak horologe
een scheer doos
een bottel
een bedde laken
een half el cassimeer
een lapje laken
een bolletje saijet
een water pas
eenige metzelaars plankjes
Contanten in den boedel
twintig ryksd: papier munt
zes silvere Spaansche matten
zes drie gulde stukken
Baaten des boedels
betaald een onderhandsch bewys dato 12 December 1815 ten lasten Andries Johannes de Jager groot een honderd ryksd:
voldaan een onderhandsch bewys dato 15 July 1805 ten lasten Cornelis Jacob Brits groot een honderd en vyftig ryksd:s
voldaan met rd:100 Philip Rudolph Fourie twee honderd ryksd:
voldaan met rd:120 Nicolaas Jansse van Rensburg J:P:zoon een honderd en dertig ryksd:
  Andries Johannes de Jager Christiaanzoon een honderd ryksd:
voldaan met rd:70 Nicolaas Linde een honderd ryksd:

Op heden den 25 Septem:r 1819.

Compareerde voor my Jan Ferdinand Bam Secretaris van het district Swellendam praesent de natenomene getuigen voorengemelde Cornelis Jacob Brits.

Dewelke verklaarde zig in het op en aangeeven van deezen inventaris getrouwlyk en oprechtelyk te hebben gedragen en in zyns weetens niets achtergehouden of verzweegen te hebben dat tot dien boedel zoude behooren met belofte om in geval het een of ander tot dien boedel behoorende mochte worden gevonden als dan deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren en vergrooten zynde hy comp:t overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd deeze zyne opgave met solemneele eede te bevestigen.

Aldus geinventariseerd ter plaatze genaamd Doorn Kraal gelegen aan de Duyvenhoks Rivier in het district van Swellendam , die et anno ut supra, den 25 Septem:r 1819, in ’t byzyn van Andreas Tobias Kolon en Christiaan Johannes van der Lith als getuigen die de minuute ende beneevens de comp:t in my Secretaris op een zegul van 48 stuyvers hebben onderteekend.

Quod attestor: J:F: Bam, Sec:

MOOC8/35.33

{18201229} 29 December 1820 Holtshousen, Petrus Josephus Martha Susanna du Plessis

S:V: Cloete

Staat en inventaris van de goederen en infecten behoorende tot de boedel en nalatenschap van wylen Martha Susanna du Plessis, van deze uithoek geboortig overleden op den 3:de Februarij 1820 ter plaatse van Adriaan Lodevicus van Wijk, genaamd de Kleijne Rivier in ’t district van Swellendam , en haar nagelatene man Petrus Josephus Holtshousen.

Gedaan maken door den voorm: Petrus Josephus Holtshousen en de zulks ter requisitie van het Ed: Colegie van Heeren Weesmeesteren deser Colonie, ten voordeelen van de nagelatene kinderen van wylen gem: Martha Susanna du Plessis, in namen

1) Helena Alettha Holtshausen gebooren den 10 Augustus 1799
2) Francina Johanna Holtshousen gehuwd met Jan Christiaan Steijl
3) Louisa Aletha Holtshousen gebooren op den 19 October 1804
4) Johannis Andreas Holtshousen geb: op den 2 Meij 1808
5) Martha Susanna Holtshousen geb: op den 14:de Juny 1810

Bestaande deselve goederen en effect in als volgt

een kadel
een bed, peul, vier kussens en een deken
twee kisten
een boter vat
een boter vat
vijf emmers
drie potten
een tarte pan
een ledige kan
een aarde pot
een kelder waar in twaalf flessen
een aarde pot
een koffij molen
een schroef stok
een koopere komfoor
een feijzel
een zand loper
vier bottels
een soep tarien
twee glaase kraften
drie aarde boter pottjes
een aarde sous [potjes]
twee water glaasen
een kopere ketel
een tinne trek pottje
een streijk eijzer
twee ledige flesse
een parteij timmermans gereedschap
een stoof
twee kopere kandelaars
een blikke trommel
een aarde kom
een kleijne hand Beybeltje
de werken van W: Sluiters
een Nachtmaals boekje
een boek
een schiet geweer
Op de werf
een ossen wagen
een trektouw en vijf jukken
een voorstel van een ploeg
twee trek ossen
een sleijp steen
Lyf eigenen
een mans slaaf gen: David van deze Colonie geboortig, oud omtrent 19 jaren
een slavin in name Victorie van deze Colonie geboortig, oud circa 13 jaar
Lasten des boedels
aan Hermanus Steijn Jacob:szoon een onderhands obligatie groot drie honderd en tien ryksd:
aan Daniel du Plesies Danz: een honderd ryksdaalders
aan Cornelis Volschink vijf en twintig ryksdaalders
aan Jacobus Lodevicus de Preez zes en twintig ryks daalders - bewys
aan Lambertus Saayman de oude dertig ryksdaalders - bewys
aan Helena Alettha Holtshousen vyftig ryksdaalders
aan Francina Johanna Holtshousen vyf en twintig ryksdaalders

Op heden den 29:se December 1820 compareerde voor Jan Ferdinand Bam Secretaris van het district Swellendam , vooren gem: Petrus Josephus Holtshousen

De welke verklaarde zich in het op en aangeven van dese inventaris getrouwlyk en oprechtlyk te hebben gedragen, en zyn wetens niets verzwegen of agter gehouden te hebben, dat tot den boedel zoude behooren, met beloften van ingeval het een of ander daar toebehoorende mogte worden gevonden als aan dese inventaris daar mede te zullen amplieeren en vergrooten zijn de hij Comp:t overigens bereijd om zo zulks zal worden gevorderd dese zijne opgaaf met solemneele eeden te bestigen,

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatse genaamd de Kleijne Rivier in het district van Swellendam op 29:se December 1820.

Als getuigen: A:T: Kolon, C:J van der Lith

P:J: Holtshausen

J:F: Bam, Sec:

MOOC8/35.34

{18190617} 17 Junij 1819 Gregory Page

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Maandag nacht den veertiende deser lopende maand Juny in den jaare onses Heeren een duisend acht honderd en negentien ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den kapitein bij het 7:de Regiment Infanterie in dienst van de edele Engelsche Oost Indische Compagnie te Bengalen Gregory Page, ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deselve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ten huise van m:r Bennett, alwaar de overledene is gelogeerd geweest

een koffer n:o 1 waarin
acht en twintig hembden
twintig broeken
twee en twintig baatjes in zoort
zes flenny onderbroeken
twee flenny onderbaatjes
twee en twintig p:r zokken
acht dassen
twaalf halsdoeken
een p:r wolle kousen
zes lakens
vier slopen
zeven en dertig servietten
een bottel cajoupoety olie
een foudraal met twee scheermessen
een foudraal met mathematische instrumenten
een zyde tjerp
een paruik
vyf kleine doosjes
zes messen en vyf vorken
een vergulde ring kraag
een tandeborsel
een scheermes
twee kruisbanden
een p:r handschoenen
een zabelband
een olie steen
twee borsels
drie pannassen
een kleine spiegel
een kistje met een dwarsfluit
een koffer n:o 2 waarin
vyf en veertig boeken
een hembd
een ledere broek
twee lakense [broek]
twee flenny [broek]
een lakense rok
twee p:r zokken
drie servietten
vier doeken
een oude monteerings baatje
een onderbaatje
een lap linnen
een kruisband
een zyde tjerp
een p:r handschoenen
twee borsels
twee kammen
twee laarsentrekkers
een foudraal met 2 scheermessen en strykriem
een restant lak en potlooten
twee lenialen
een doosje met ouwels
een militaire kap
vyf messen en vyf vorken
een plettit kandelaar
een hobo
een zilvere peperbus
drie zilvere thelepeltjes
een zilvere tongschraper
drie plettit lepels
een baggame bord
een koffer waarin
vier monteerings jekkets
een gryne overrok
een chitse moorsenrok
zes onderbaatjes
vier broeken
negen doeken en dassen in zoort
zeven p:r zokken
een laken
negen servietten
twee p:r handschoenen
een kruisband
een stuk linnen
een zabel
een Engelsche Bybel
een zilvere beker
een restant schrijfpapier
een tinne lampet en kom
drie p:r laarsen
drie p:r schoenen
een zilvere peperbus
een plettit kandelaar
een ledige kistje
een schryfkistje waarin
een goude borstspeld met hair
een lancet
een derde wissel onder den 9 July 1814 getrokken door Colvins Bazett in faveure van de overledene op m:rs Bruce Bazett [and] co: te London groot 25 lg: sterling
een eerste en derde wissel onder den 12 Novb:r 1817 getrokken door voorm: Bazett in faveure van de overledene op m:rs J: Bazett, Farquhar Crawford [and] co: to London mede groot 25 lg: sterling
een stelletje
een leuningstoel
een kast waarin
vyftig bottels Madeira en portewijn
Contanten
  Rd:s
aan papier en koper munt eene somma van drie honderd tien ryksd:s en veertien stuyvers zegge 310:14

Aldus nagedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 17:e Junij 1819.

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, G:E: Overbeek

Voor den opgaaf: George Bennett

My present: J:P: Faure, Secret:s

MOOC8/35.35

{18200606} 6 Juny 1820 Christina Lotriet

Ex:t 5 July 1820

S:V: Cloete

Copia inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Christina Lotriet ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenoomen en bevonden te bestaan in:

13 ossen en aanteel beesten
86 schaapen en bokken
Contanten
nihil
Baaten des boedels
nihil
Schulden des boedels
aan Jacob Lotriet weg:s negotie goederen
eene somma van zeven en dertig rd:s
Erfgenaamen
Geertruida Lotriet gebooren den 21 January 1783
Jacob Fred:k Lotriet gebooren den 22 July 1784
Hester Lotriet gebooren den 1 September 1790
Maria Josephina Lotriet gehuwd met Leendert Harmse
Barend Johan:s Lotriet gebooren den 23 July 1793
Catharina Lotriet gebooren den 16 Septb:r 1798
Adam Lotriet gebooren den 2 October 1802

Aldus gedaan en geinventariseerd op Dingsdag den 6 Juny 1820 ten dorpe Beaufort volgens op en aangeeve van Jacob Lotriet dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeve des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen, en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid deeze zyne aan gifte des gevordert wordende ten allen tyde met solemneele eede te staaven, met al verdere beloften zo hy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adj:t Landdrost ter presentie van den clercq G: Faute en den gerechts bode J: Bodenstein als getuigen

Voor den opgaave: /was getk:d/ + merk van J: Lotriet

Als getuigen: /was getek:d/ G: Faute, /was getek:d/ J: Bodenstein

/was getek:d/ J: Baird, Adj:t Landdrost

MOOC8/35.36

{18170616} 16 Juny 1817 Coenraad Vermaak , Rachel Lea Meyer

July

Insolvent

L:ra c: n:o 51

C: Bird

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot den gemeenschappelyken boedel van wylen Coenraad Vermaak S:r en nagelatene weduwe Rachel Lea Meyer behoren, en door gem: C: Vermaak S:r, sub dato 29 April 1817 ab en testato met de dood ontruimd en nagelaten zyn zynde deselve geformeerd ingeschrifte gebragt, op versoek van voorm: weduwe door my Charles Allen, Secretaris van het district Uitenhage en als Notaris fungerende in presentie van de natenoemene getuigen, bestaande deselve in als volgt

twee kisten
een boter bak
een visch zegen
een karn
een kraanzaag
een trekzaag
twee vaten
twee emmers
drie potten
een ketel
twee veldstoelen
vier borden
twee schotels
vyf vorken
drie lepels
twee kandelaren
een snuyter en
een bed en toebehoren
Beestiaal
twee rydpaarden
thien ossen
twee bullen
vyfthien aanteel beesten
Erfgenamen
Cornelis Tobias
Nicolaas Jacobus
Coenraad Marthinus
Maria
Susanna, en
Clasina Vermaak

Aldus g’inventariseerd ter drostdy Uitenhage op heden den 16 Juny 1817 en de zulx op het op en aangeven van voorm: weduwe in den hoofde voorm: dewelke betuigde de tot den gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe haar gedragen, en met haar weten niets verswegen of agter gehouden te hebben met belofte van zo zy iets komt te ontdekken, dat nog tot de boedel behoord den inventaris daarmede te amplieren, mitsgaders des vereischt met eede te zullen staven, ende zulx ter presentie van de klerk Adriaan de Waal en Johannes Henricus Lange als getuigen.

Als getuigen: A:d: Waal, J:H: Lange

R: Lea Meijer

My present: C: Allen, Not:s

MOOC8/35.37

{18200116} 16 January 1820 Gerrit Broekhuisen , Wilhelmina Charlotta Behrens

Septbr:

Insolvent

L:ra f: n:o 33

H: Ellis

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als tot den gemeenschappelyken boedel van wylen Gerrit Broekhuisen en nagelatene weduwe Wilhelmina Charlotta Behrens behooren, en door denzelve sub dato den 20 Nov:r 1819 met er dood ontruymd en nagelaten zyn, zynde dezelve geformeerd en in geschrifte gebragt door Charles Allen Secretaris van het district Uitenhage en als Notaris fungerende in presentie van de natenoemene getuigen, bestaande deselve in als volgt

In de pakhuis, behorende tot de woning van de Gerechts Bode

drie veeder beddens, zeven kussings en een peul
een mattras
twee tapyten
vyf voering vellen
een parthy oud yzer, hout, etc:a
een kist met zout en een zak beschuit
een kas met een parthy oud yzer
een knap zak vet
een kas met houtskoolen
twee vaatjes
twee ankertjes
vier water kannen
vier kastrollen
een vis ketel
drie kook potten
drie kampketels
drie yzere kookpotten
een rooster, pan en vuurtang
een parthy vuuryzers
een yzere remschoen
drie koevoeten en yzere platen
een muyseval
drie lantaarns
twee trommels
een ketel
een soepkom
een kan lynolie
een parthy messe en vorken
een parthy planken
zestien stoelen
tien planken
twee kisten
twee groote spiegels
een koffer
acht en vyftig flessen
twee geweeren
een hagelzak
een jas
een p:r holsters en pistolen
een tygervel
een rustbank
een parthy bottels
een kinderwieg
drie zadels en tomen
drie oud kombaarsen
twee mande
twee kisten
een sift
een bakkist
In de pakhuis behorende P: Retief
een schryfkast
een tavel
twee potten
negen schotels
vyf en twintig borden /diep/
dertig borden /vlak/
tien borden /klyn/
een kan
een parthy boeken
een tavel
twee sambreels
een tavel, lampet en kom
een boekerak
een lessenaar
een staande horologie
twee glaase lampen
twee thee kistjes
een stoffer
een schaal en balans
een tavel
drie p:r kandelaren
een worstspuyt
een kyker
twaalf vaten
een oude tavel
zestien schilderyen
twee schryf lye
een klyne schaal
een lampet en kom
twee trek potten
drie kraften
zes en twintig glasen
In de woon huis van gem: P: Retief
twaalf kopjes en pierings
twee water potten
twee bottels azyn
een aarde pot en drie flessen
een schenkblad
drie tavels
een valies
een koffy molen
twee emmers
vier handwas balies
twee vatjes
vyf steene vormen
een kas
vyf grave en pikken
een lekje
een koedoevel en hoorn
twee emmers
twee holsters en kruidhoorn
een trommel
een strykyzer
twee zadels
een ledikant
negen stoelen
een byl
twee graven
een klederkast
een zilvere zak horlogie
twaalf zilvere eet lepels
zes zilvere thee lepels
vier zilvere tang en vork
zes pletty vorken
een scheer doos
een parthy lak
een parthy ouwels
een kleder kast
twee geweere
agt broeken
een sluyt jas
zes blauw lakensche broeken
In een ander pak huis behorende gem: Retief
een ladder
twee vaten en een boterbak
een halfaam
zes graven
twee ploegen
een teer puts
een klyne kinderwagen
een parthy jukken, trektouw etc:a
Buitens huis
twee oude versleten ossewagen
een paarde wagen en vier tuigen
twee osse wagens
twee geelhoute balken
Beestiaal
twee honderd en vyf aanteel beesten
een honderd en twee ossen
negen rydpaarden
twee aanteel paarden
Slaven
Adonis van Mosambieque
Erfgenaamen
Coenraad Willem geb: 31 Dec:r 1814
Gerrit David geb: 1 Aug:s 1816
Johanna Catharina geb: 21 Aug:s 1818

Aldus g’inventariseerd te Graham Stad ; heden den 16:de January 1820 - ende zulx op het op en aangeven van gemelde weduwe in den hoofde gemeld dewelke betuigde de tot den gemeenschappelyken boedel behoord hebbende goederen te goeder trouwe haar gedrage en met haar weeten niets verswegen ofte agter gehouden te hebben met belofte wanneer in vervolg iets mogte ontdekken, wat daartoe behorende deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren, mitsg:s des vereischt worden met solemneele eede te bevestigen ende zulx in by wezen van Adriaan de Waal en Hend:k Langenbag als getuigen

Als getuigen: A:d: Waal, H: Langenbach

W:C: Behrens

In kennisse van my: C: Allen, Not:s

Ampliatie op den inventaris des boedels van wylen Gerrit Broekhuyzen en nagelatene weduwe Charlotta Wilhelmina Behrens

Inneschulden
    Rd:s
Stell: P: Wium 100:--
Stell: J: Esterhuyzen 80:--
Tulb: J: Micho 55:--
Stell: A: Brink 40:--
Stell: H: Niekerk 38:36
  van welke vyf posten de bewyzen aan C:M: Adendorf zyn afgegeven, omme door denzelven aan Arend Broekhuyzen te worden overhandigd, blykens quitantie n:o 4
Bruintjeshoogte J:D: Botma wegens door den overledene voor rekening van denzelven aan Charles Allen betaalde vendubrieven, blykens de bewyzen gequoteerd n:o 6 tot 11 125:35
vervald P:M: Bester over zo veel door den overledene voor deszelfs rekening aan Dan:l Willem van Eyk is betaald vide bewys n:o 19 103:24
Bethelsdorp m:r Barkel wegens door den overledene voor rekening van denzelven aan Charles Allen betaalde vendubrieven, blykens bewyzen n:o 24 en 25 39:16
verrekend A:B: Dietz de waarde van een hamel blykens bewys n:o 43 [ ..... ]
Grah:s Isaac Delport op eene onderh:s schuldbekentenis de dato 10 Mey 1815 blykens bewysen n:o 47 A: en B: per rest 175:16
verrekend G:S: Frazer op een onderh:s bewys n:o 58 16:--
Grah:s D:G: Hartman op drie onderhandsche bewyzen gequoteerd n:o 67, 68 en 69 26:--
Uitt: voldaan H: Huntley op twee onderhandsche bewyzen gequoteerd n:o 75 en 76 32:24
Cradok capt:n Harding blykens rekening n:o 77 16:42
Uitt: de schout Hess blykens rekening n:o 79 28:12
Kromme Rivier de weduwe Kemp blyken onderh:s bewys n:o 84 4:18
Stell: Fredrik Lindenberg op een onderh:s schuldbewys de dato 24 October 1819 betaalbaar aan Arend Broekhuyzen te Stellenbosch , vide n:o 103 50:--
Uitt: H:O: Lange op een onderh:s schuldbekentenis de dato 20 October 1818 betaalbaar zonder renten op den 20 October 1820 vide n:o 104 200:--
vervald D: Murray op een onderh:s schuldbewys d:d: 6 December 1817 gequoteerd n:o 118 29:24
vervald D: Murray op een ongedateerd onderh:s schuldbekentenis gequoteerd n:o 122 130:--
voldaan Stephanus Nel op eene onderh:s schuld bekentenis gedateerd 11 Augustus in gequoteerd n:o 123 4:--
Uittenhage , Albanien Nicolaas Nieman Junior wegens door den overledene voor zyne rekening aan Charles Allen betaalde vendupenningen blykens bewysen n:o 124 en 125 41:3
verrekend Johan Paterson op twee onderh:s bewyzen n: 129 en 130 voor een halve mud aardappels en een hamel [ ..... ]
Kaapstad Daniel van Reenen Dirks v: op een onderh:s bewys de dato 19 October 1819 gequoteerd n:o 137 88:24
Uitenhage compenseerd G: van Rooyen op een onderh:s bewys de dato 31 Mey 1819 /n: 140/ 42:--
Grahamstad Joh:s Jansze van Rensburg de oude op eene onderh:s schuld bekentenis de dato 21 April 1817 per rest behalven de verloopene renten /n: 146/ 61:--
Uittenhage compenseerd Bernardus Rens volgens bewys gequoteerd n:o 147 per saldo 145:15
Grahs:td voldaan capt:n Somerset over zoo veel door den overledene voor deszelfs rekening aan H: Botha is betaald, volgens bewys gequoteerd n:o 165 7:24
vervald J: Sunderland op een onderh:s bewys de dato 7 Novem:r 1819 gequoteerd n:o 166 74:--
Grah:s voldaan W:A: Bester op een onderh: bewys gequoteerd n:o 167 zes bottels wyn [ ..... ]
verrekend J:M: Teeg op twee onderh:s briefjes d:d: 21 en 25 Novemb:r 1818 gequoteerd n:o 175 en 176 twee hamels [ ..... ]
Grah:std voldaan W:A: Bester op een onderh:s briefje gequoteerd n:o 181 4:--
Kaapstad J: van Ryneveld op eene assignatie in dato 20 October 1819 door P: Wium in behoeve van den overledene op hem genomen gequoteerd n:o 189 10:--
  sergeant Ward wegens door den overledene voor zyne rekening aan Charles Allen betaalde vendu penningen blykens bewysen gequot:d n:o 194, 195 en 196 301:2
  evengem: Ward op een onderh:s bewys gequoteerd n:o 197 21:--
  de bastard Willem Windvoegel volgens bewys gequoteerd n:o 203 [ ..... ]
Ensign African Corps A: Chisholm volgens onderh:s bewys gequoteerd n:o 206 5:22
den 31 Julij 1820 bewys vertoond dat de schuld voldaan is A:B: Espag volgens onderh:s bewys gequoteerd n:o 207 56:--
Loerierivier Cornelis Joh:s van Rooyen op een onderh:s bewys gequoteerd n: 208 57:36
Uittenhage , voldaan C: Jacobsz op een onderh:s bewys gequoteerd n: 209 5:--
vertrokken Thom:s Richardson op een onderh:s bewys gequoteerd n: 210 31:12
Uitenhage , voldaan J:H: Mey op een onderh:s bewys gequoteerd n: 211 30:--
voldaan J:S: Ferreira op een onderh:s bewys gequoteerd n:o 212 33:16
verrekend A:B: Dietz op een onderh:s bewys gequoteerd n:o 213 200:12
Grah:std , vervald F:N: Warnsdorf op een onderh:s bewys gequoteerd n:o 214 50:--
Cradok W:H: Harding op een onderh:s bewys gequoteerd n:o 216 4:12
erkend Adriaan de Lange zoo veel de overledene voor deszelfs rekening aan capt:n Gair heeft betaald, blykens bewys n:o 217 3:--
Grah:std , vervald F: Meyer blykens bewys gequoteerd n:o 218 70:44
verrekend Jan de Vries zoo veel door den overl: voor deszelfs rekening aan John MacAllister is betaald, blykens bewys gequoteerd n:o 219 4:42
verrekend D: Murray volgens onderh:s bewys gequoteerd n:o 223 45:--
verrekend D: Murray volgens onderh:s bewys gequot:d n:o 224 80:--
verrekend D: Murray volgens onderh:s bewys gequot:d n:o 225 - 20 ellen groen shalloon [ ..... ]
verrekend D: Murray op een onderh:s bewys n:o 226 26:--
fugatief America over zoo veel door den overledene voor deszelfs rekening aan J: Kachelheuver is betaald, blykens bewys gequoteerd n:o 227 23:30
Grahs:std , vervald J:D: Smuts volgens bewys gequoteerd n:o 228 vier ponden vlees [ ..... ]
George C:W: Behrens volgens onderh:s bewys gequoteerd n:o 230 8:12
Grahs:std , vervald D:G: Hartman blykens schuldboek fol: 1 11:33
vervald J:D: Smuts blykens schuldboek fol: 2 56:15
Grahs:sd , voldaan John Henderson blykens schuldboek fol: 3 73:12
Albanien G: Bezuydenhout blykens schuldboek fol: 46 8:--
Albanien W: Bezuydenhout senior blykens schuldboek fol: 46 19:24
vervald David Murray blykens groot boek van fol: 1 tot 15, excempt de oningevulde posten 3360:40
  sergeant majoor Ward blykens groot boek pag: 27 en 28 173:36
Grahs:std , voldaan Jan Nel de oude blykens groot boek 2:18
  Jan Peents blykens groot boek pag: 33 en 34 46:6
Cradock S:s Nel in Tarka blykens groot boek 16:24
vervald sergeant W:m Agleway blykens groot boek pag: 37 26:6
Albanien Nicolaas Niemand blykens groot boek pag: 43 23:12
Grahs:std , Albanien Dan:l Delport blykens groot boek 2:--
verrekend Johan Pieterson blykens groot boek 15:36
Grahs:std , vervald W:A: Bester blykens groot boek pag: 45 44:--
Grahs:std , compenseerd Christ:l Lombaard senior blykens groot boek pag: 53 en 54 9:24
Weeskamer Petrus van Rooyen blykens groot boek pag: 55 3:36
Grahamstad sergeant Torr blykens groot boek pag: 63 10:42
Kaapstad lieut:t F: Rossouw blykens groot boek 50:24
Grahamstad Theunis Botha senior blykens groot boek pag: 67 55:24
Grahamstad Christiaan Botha Theunisz blykens groot boek p: 69 63:36
Grahamstad Theodorus Botha Theunisz blykens groot boek 17:24
verrekend Jan de Vries blykens groot boek pag: 73 10:30
Weeskamer Carl Geeze blykens groot boek pag: 75 40:--
Grahs:std , quitantie vertoond dat betaald heeft Johan Bertram blykens groot boek 17:18
Uittenhage Hermanus Fourie blykens groot boek p: 77 0:12
Assagaaijbosch Jacobus Potgieter blykens groot boek pag: 77 5:34
Grahs:std , erkend Pieter Schalk van der Merwe de oude blykens groot boek pag: 79 16:36
vervald Frans Meyer blykens groot boek pag: 83 21:6
Grahamstad Christ:l Botha Theunisz blykens groot boek p: 85 14:12
Albanien Diederik Niemand blykens groot boek 4:--
Uitenhage Pieter Toussaint blykens groot boek pag: 89 44:42
Weeskamer Coenraad Vermaak Senior blykens groot boek pag:97 83:6
  Frans Sebritz blykens groot boek [ ..... ]
erkend Hans alias Adriaan de Lange blykens groot boek pag: 105 79:40
voldaan Stephanus Nel blykens groot boek pag: 109 31:--
Grahamstad Barend de Lange Senior blykens groot boek pag: 115 60:30
Uitenhage police ruiter Hess blykens groot boek pag: 117 72:24
Albanien Fred:k Jantze van Rensburg blykens groot boek pag: 119 14:12
Uitenhage W:L von Buchenröder blykens groot boek 155:42
Cradock cap:t Harding pag: 123 13:42
verrekend A:B: Dietz blykens groot boek pag: 127 voor een en een halve balk en 2 1/2 mudden koorn [ ..... ]
bij ondersoek bevonden niet meer schuldig te zijn als rd:s156:36 en compenseerd J: Cromhout blykens groot boek pag: 135 326:36
Contanten des boedels
  Rd:s
onder de gesorteerde en geexamineerde papieren des boedels gevonden, aan Kaapsch papiere munt eene somma van 1:24

Pro memorie - moetende deze hierboven gespecificeerde inneschulden echter op verre na voor het grootste gedeelte worden beschouwd als dubieuse of desperat

Aldus door my ondergeteekende, na [ ..... ] de op den 18:de dezer door den Secretaris Allen aan my overgegevene boeken en papieren gesorteerd en geexamineerd waren, geamplieerd

Ter Drostdy Uitenhage den 20:ste July 1820

G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/36.1

{YYYY} [ ..... ] Willem van den Berg

Inventaris van alle zodanige goederen als behooren tot den ab intestato nagelaten boedel van wylen Willem van den Berg, als

een hemb
een broek
een baatje
een hoed
een bril
een pak zadel
een ryd zadel
drie elsten
drie beijtels
een passer
drie holpypen
een nyptang
een maatstok
een knapzak
een bokkenvel
een hamer
Beestiaal
vier paarden
Crediten
  Rd:s
aan contanten in den boedel gevonden 36
Lasten des boedels
  Rd:s
aan J:C: Kotzee volgens ingeleverde reek:ing 34:24
aan Daniel Lambregts voor ’t maken van de dood kist en begravenis onkosten 30:--

J:C: Kotze, veltcornet

MOOC8/36.2

{18190416} 16 April 1819 Judith Maria de Wit

Tulbagh d’ 16 April 1819 is door den veldc: D:J: Theron met hier onder getekenden getuygen als J:W: Maas en Martinus Keet is opgenoomen deeze navolgende goederen het welken door Adolf Jonker aen ons is vertoond en opgegeven, als

Een erf beboud met een woonhuys gelegen in de Brouwersstraat in de kom van Thulbagh als met de erf een stuk pagland groot 70 morgen 561 quadraat roeden met 2 klyne gebouwe [beplant met 7000 wingerstok en enige vrugte boome]
een slaaf genaamt Adam van Mosebiek
1 osse wagen
2 [osse wagen] devek
1 kar devek
10 tuygen voor
10 osse trekgoet
10 osse
3 wage en rey paerden
2 anteel paerde
17 anteel beesten
69 anteel schaapen en bokken
1 zak oorlogie
Huysraat
1 ledekant
1 ledekant devek met behanzel
1 katel, 3 betden
2 kiste en 1 koffer
2 blikke trommels
2 tavers
1 kleppels
10 stoelen
1 koper teemasien
2 koper ketels
4 rakken
3 schelderey
1 spiegel
1 leij
3 tinne kom
10 borden
9 lepels
9 vorken
11 mesze
1 koper koffy kan
1 trek pot
3 blikke beker
1/2 d: tegoet
1 strek eyzer
2 kandelaars
2 kapstokke
1 vliege kast
1 peperdoos en 1 zoutvaje
1 wieg
Combuys ger:t
4 potten
1 broot pan
1 vlees vork
1 schuym pan
1 vysel
1 rys block
1 bak kist
1 drie voet
1 asschop
3 emmers
1 tang
1 roster
Keldergereschap
3 oude half leggers
7 oude half aame
1 anker
1 houte tregter
1 plat vatje
1 trap baly
1 kuyp baalij
1 vel kuyp
1 brandewyns ketel
Bouwgereschap
1 ploeg compleet
1 egh
15 koorn sakke
1 schepel
3 oude graven
3 pikke
2 manjes
1 huys leder
Smits winkel
1 blaas balk
1 anbyl
1 schroef
4 grote tange
2 voor hammers
2 hant hamers
3 nagel vormmers
16 hamers, bytels en deurslage
2 sny eysters
2 dissels
2 grote bylen
3 boore
6 schaven
3 bytels
1 snymes
1 winkelhaak
2 pasters
1 zaag
1 zaal deken
1 ouwe kruy wage
een party oud eyster

Als getuygen: J:W: Maas, Martinus Keet de oude

D:J: Theron, veldcornet

Ampliatie [ ..... ]

MOOC8/36.3

{18200208} 8 Februarij 1820 Sara Theodora Rijkheer

Jan: 1820, 2

Inventaris van zodanige goederen, als er op Zondag den dertigste dag der maand January in den jaare een duyzend acht honderd en twintig met er dood zyn ontruimd ende nagelaten door den ongehuwde meerderjarige dogter Sara Theodora Rykheer hebbende de overledene by testamentaire dispositie in dato twee en twintigsten January j:l: voor den Notaris Publiek Franciscus Xaverius Lind en zekere getuigen opgerigt, tot haare eenige en universeele erfgenaame genomineerd ende geinstitueerd, haare by zeekere Lieutenant Wood in onecht verwekt kind genaamd

Alida Barendina Magdalena Wood oud 2 jaren

en by vooroverlyden van dezelve haare wettige descendenten by representatie, mitsgaders het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren verzogt, benoemd en aangesteld tot Executeuren van datzelfde testament, redderaars van haare nalatenschap en administrateurs van dezelve, mitsgaders tot voogden over haare nagelatene minderjarige erfgenaame, terwyl dezelve als meede voogd over haare natelatene minderjarige dochtertje als mede heeft benoemd en aangesteld haar oom Willem Joachemus Rykheer, wiens volgens dezelve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren zyn opgenomen en ingeschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

Ten huize van Wilhelm Joachemus Rykheer alwaar de overledene het laatste is woonagtig geweest

een kleeder kast /:waarin:/
agt rokken
tien tabberts
een zeyde gon
twee zeyde tabberts
vyf spensers /in soorte/
zeven doeken /in soort/
een egte gebloemde tjaal
een nagemaakte tjaal
zeven lappen
drie zeyde lappen
een zilvere zuikere pot verkogt
vier zilvere leepels
vier zilvere vorken
twee waaiers
een staale hair kam
een doosje met vier snoere egte paarltjes
een doosje met een stel agate steenen en bellen
een doosje met restant egte en andere kanten
een doosje met een paar goude oorkrabben
een ring met steenen
een goude halsketting en
een goude borspeld /defect/
een parasol
een spaarpot

alle welke goederen de overledene by onderhandsche dispositie de dato 20:ste January j:l: had begeert dat dezelve zoude verblyven aan haare in den hoofde deeses gemelde nagelatene kind en erfgenaam

een schryfkistje
een verlakte schenkblad
negen gebaks vorme
agt wit aarde borden
een wit aarde souspotje
een groote en 24 kleine blikke vormen
een blikke wors spuyt
een blikke melkkan
een eyzere koekepan
een schuimspan
een visch schop
een zwarte aarde trekpot
een aarde comfyt pot
een ledige kistje
een wasch balie
drie boeken /in soort/
een veedere bed, peul, vier kussens en een wolle deken
By de manh: Coenraad van Eyssen
zes ledige bottels
een vles
een yzere pot
een drievoet
een wasch balie
Crediten des boedels
    Rd:s
  van Anna C: Steyn op een onderhandsche obligatie de dato 30:ste December 1818 aan capitaal 400
renten vold: tot den 9 Sept:r 1820 met de renten a 6 pc:to per anno zedert 9 Sept: 1819, volgens de laatste quitantien [ ..... ]
  van Marthinus Hermanus le Roux op een onderhandsche obligatie de dato 25:ste January j:l: aan capitaal 100
  met de renten a 6 pc:t per anno zedert primo January j:l:
  van Wilhelm Joachemus Rykheer op een onderhandsch briefje de dato primo January j:l: aan capitaal 100
  met de renten zedert gemelde datum
vold: den 29 May 1821 van Coenraad van Eyssen over koop van twee balies 7
Last des boedels
  Rd:s
aan opgem:e Wilhelm Joachemus Rykheer blykens specifique rekening 29:24
aan denzelven over een by onderh: dispositie de dato 22:ste January 1820 door de overledene besproken legaat 200:--

Aldus geinventariseerd ten huize voormeld op den 8:ste February 1820 ende zulx op het op en aangeeven van de in den hoofde deeses gemelde W:J: Rykheer, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en niets verzweegen of terug gehouden te hebben het geen tot voormelde nalatenschap behoord, invoegen hy ook getuigde de deugdelykheid zyner opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met eedige stand te doen, en belofte wyders zo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyke opgave te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmede te kunnen worden geamplieerd.

In teeken der waarheid is deezen inventaris door dikwyls gemelde Rykheer in tegenwoordigheid van ons ondergetekende gecommitteerde Weesm: ende den Adj:t Commis behoorlyk gesubschribeerd.

Als gecomm: Weesm: A:V: Bergh, A: v: Breda

Voor den opgaaf: W: Rykheer

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/36.4

{18201128} 28 November 1820 Matthys Joseph Casparus Marin

H: Ellis

Staat en inventaris van de goederen en effecten behorende tot de boedel en nalatenschap van wylen Matthys Joseph Casparus Marin oud omtrend een en veertig jaren, van dezen uithoek geboortig, ab intestato overleden op den 12 September deezes jaars ter plaatze van Jac:s Alb:s van Zyl.

Gedaan maken door Jacobus Albertus van Zyl ende zulks ter requisitie van het Eerwaard Collegie van Heren Weesmeesteren dezer Colonie ten voordele van het nagelaten kind van wylen gem: Marin, in name

Johanna Margaretha

bestaande dezelve goederen en effecten in als volgd

een koffer defect n:o 1 waarin
een silvere zak horloge defect
een silvere snuyf doos
een silvere kannetje
drie goude ringen
een p:r goude handknopen
een goude oor ring
vyf vesten
zeven broeken
twee mans hembden
vyf vrouwe hembden
zeven p:r kousen
drie slaap mutsen
zes rok zakken
vier servietten
vyf zak doeken
een el lamfer
twee baatjes
een hoed
een jas
een naayboekje
zes boeken
drie potloden
een schaar
een potje
een bed, peul, 3 kussings, een velle kombaars en 2 kombaarsen in zoorten
twee brede lappen
een koffer n:o 2 waarin
tien boeken in zoort
een spiegeltje
drie scheer messen
twee tinne messen
een doosje
twee land kaarten
een tonteldoos en vuurslag
een paar laarsen
een paar schoenen
een borsel
een blikke doos waarin een paar niegespen
een broek
een el Nankinet
drie kussings
een keldertje met twee flessen
een antiekse kadel
een hoed
een stoel
een notisie boek
een merrie paard
Contanten in den boedel
zeven ryksd: papiere munt
Uitstaande capitaalen
een onderhandsch bewys ten lasten Jacobus Albertus van Zyl Jacobus zoon, burger en ingezeten van het district Swellendam , groot per rest twee honderd vyf en zeventig ryksd:
een onderhandsche obligatie ten lasten gem: Jac:s Alb:s van Zyl en ten behoeven de minderjarige dogter van gem: Marin in name Johanna Margaretha, gedateerd 3 July 1820 groot aan capitaal twee duyzend ryksd:s expireerende op den 3 July 1830 intrest doende tegens 6 pc:t ’s jaars
Boek schulden
Fredrik de Wet zeventig ryksd:s
Cornelis Wolfaard vyftien ryksd:s

Op heden den 28:ste November 1820 compareerde voor Jan Ferdinand Bam, Secretaris van ’t district Swellendam , praesent de natenoemene getuigen.

Vorengem:e Jac:s Albert:s van Zyl Jac: zoon dewelke verklaarde zig in het op en aangeven van alle deze goederen en effecten ter goedertrouw te hebben gedragen en zynes wetens niets agtergehouden te hebben van het geen tot dezelve boedel zoude behoren, met belofte om ingeval het een of ander tot dien boedel behorende mochte worden gevonden als dan deze inventaris daarmede te zullen amplieeren en vergroten, overigens bereid zynde om deze zyne opgave met solemneele eede te bevestigen.

Aldus geinventarisseert ter plaatze genaamd Goedemoed aan Klaas Voogs Rivier , 28:ste November 1820.

Jacobus A:s van Zijl

MOOC8/36.5

{18210215} 15 February 1821 Petrus Janzen van Vuuren , Philippina Rudolfina Botha

Ex:ts 14 Maart 1821

H: Ellis

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als er door Petrus Janzen van Vuuren en Philippina Rudolfina Botha in gemeenschap bezeeten en door de laatst gemelde met er dood ontruimd en nagelaate op den 5 January 1821 ten klokke 10 uuren, ter plaatze Muizenvlakte geleege agter Bruintjes Hoogte toebehoorende aan

Gerrit Victor in den ouderdom van 17 jaaren
Huisraad
1 kist
6 borden
1 kandelaar
2 kommetjes
2 kopjes
2 piering
3 leepels
4 vorken
2 messen
4 vlessen
4 bottels
1 stoel
1 stock
1 bed
1 zadel en toom
1 geweer
Beestiaal
aanteel beesten 15
rydpaard 1
aanteel paarden 2
bokken 10
schaapen 90
Erfgenaamen
Petrus Janze van Vuuren oud 1 jaar
Phillipina Rudolfina Maria oud 1 maand

Aldus gedaan en geinventariseert ter plaatze voormeld op den 15 February 1821 op en aangeeve van voorm: Petrus Janzen van Vuuren, dewelke verklaarde hem in het op en aangeeve zyns boedels ter goede trouwe te hebben gedraagen en niets met weete te hebben verzweegen of agtergehouden verklaarde zich dies bereid deeze zyne opgaaf ten alle tyde des gevordert wordende met solemneele eede te zullen staaven; met verdere belofte zoo iets nader tot de boedel behoorende mogt ontdekken deeze inventaris daarmede te zullen amplieeeren en is zulks getekend in het byweezen van den burger en veldcornet W:W: Viljeon en den vendu afslager

Als getuigen: Petrus Janse van Vuuren, Hindrik Fredrik Prinsloo, J:P: de Vries

M:J: van N:dt Onkruydt, Agent der Weeskamer

MOOC8/36.6

{18210216} 16 February 1821 Carolus Gusstaaf Treygardt , Maria Elizabeth Erasmus

H: Ellis

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als er door Carolus Gusstaaf Treygardt en Maria Elizabeth Erasmus in gemeenschap bezeeten en door de eerst gemelde met er dood ontruimd en nagelaaten op Maandag den 22 January 1821 ten klokke 5 uuren ter plaatze Verkeerde Water geleege aan Groot Vish Revier , toebehoorende aan den burger Willem Adriaan van Aardt in den ouderdom van 40 jaren; de erfgenamen zyn als volgt

Carrolus Johannis 14 jaren oud
Laurens Johannis 11 jaren
Catharina Magaretha 8 jaren
Louis Gusstaaf 5 jaren
Anna Elizabeth 3 jaren
1) Een plaats genaamd Zeekoe Drift geleege aan de Ronde Kop onder de veldcornetschap van W:W: Viljeon, ongemeete
2) een onbruikbaare osse wage met jukke compleet
3) Huisraad
1 tafel
2 stoelen
2 wage kisten
1 kleine [wage kisten]
2 stooven
3 half aamen
2 water vaatjes
3 emmers
1 balie
1 strykyzer
2 keetels
1 theepot
6 kommetjes
4 kopjes met schooteltjes
2 kannen
10 borden
2 tinne komme
6 vorken
8 leepels
1 booter pot
1 kandelaar
5 kookpotten
1 coffy molen
6 bottels
1 fles
1 aarde pot
1 lantaarn
2 bedden
1 geweer
1 blikke trommel
1 zeep pot
3 bylen
1 zilvere orlogie
4) Taluta 46 jaaren met haar kind July 5 jaaren
Rosette 60 jaaren
Beestiaal
trek ossen 21
aanteel beesten 70
aanteel paarden 2
bokken 160
schaapen 1800
Contanten
186 rx: in papiere munt
Uitstaande penningen
een notarieele obligatie met borgen van C:H: Olivier groot 1000 rd:s met de rente van dien zeedert 26 December 1819
een onderhandsche obligatie zonder borgen van C:H: Olivier groot 1000 rd:s intresten zeerder 13 May 1820
een onderhandsche obligatie groot 50 rd:s van den burger Carel Hendrik Boota zonder renten
een onderhandsche obligatie groot 300 rd:s van G:J: Victor, zonder rente, egter hierop zegt de weduwe 200 rd:s door haar overleedene man ontfangen is
een onder handsche obligatie groot 200 rd:s van C: van Tonder met borgen zonder renten
een onderhandsche obligatie groot 1000 rd:s zonder borgen van H: Papenfush met de rente zeedert 10 September 1820
een onderhandsche obligatie groot 200 rd:s zonder borgen en renten [ten laste van wien den obl: is]
een onderhandsche obligatie groot rd:s330 zonder borgen of renten van P: Retief
Uitstaande zonder bewyst
van Willem Bam 236 rd:s
van Simon Rickert niet zeeker hoeveel
Johannes Frederik Klopper rd:s136 zonder renten
Schulden des boedels
aan Andrew 13 rd:s
aan F: de Jonge 1/2 mud meel
aan planken en maakloon voor de dood kist

Aldus gedaan en geinventariseert ter plaatze Verkeerde Water voormeld geleege aan Groot Vish Revier op den 16 February 1821 op en aangeeve van voorm: Maria Elizabeth Erasmus de welke verklaarde haar in het op en aangeeven haars boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten te hebben verzweegen of agter gehouden verklaarde zich dies bereid deeze haare opgaaf ten alle tyde des gevordert wordende met solemneele eede te zullen staaven

Met verdere belofte zoo iets nader tot de boedel behoorende mogt ontdekken deeze inventaris daarmede te zullen amplieeeren en is zulks geschied in het byweezen van den burger en veldcornet Willem Wouter Viljeon en den vendu afslager.

Als getuigen: Willem A: van Aardt, W:W: Viljoen

Maria Eliesbeth Erasmus

In kennisse van my: M:J: van N:dt Onkruydt, Agent der Weeskamer

MOOC8/36.7

{18190818} 18 Augustus 1819 Jan Harmze Steenkamp , Maria Susanna Bester

Copia

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behoorende tot den boedel van wijlen Jan Harmze Steenkamp s:r en nagelatene weduwe Maria Susanna Bester, door eerstgem: op den 29:ste Meij deezes jaars ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, bestaande dezelve in de navolgende, te weeten

Vaste goederen
Den opstal der reeds in eeuwigduurende erfpagt opgemeeten leening plaats genaamd de Eijlandskloof gelegen agter Sneuwberg
de voormaalige aan opgem: opstal geaccrocheerde en reeds in eeuwigduurende erfpagt opgemeetene plaats genaamd de Willem Burger Rivier als meede
een nieuw stuk in erfpagt opgemeetene grond genaamd de Schurfde Klipheuvels beide te zaamen groot in hunnen grond negen duizend vier honderd vier en tagtig morgen, gelegen agter Sneeuwberg welke laastgem: stuk grond door de overleedene, ingevolge bewijs d:d: 19 Meij 1819 /:indien dezelve door het Gouvernement wierd uitgegeven:/ aan zijn schoonzoon Casper Jan Hendrik Vorster B:z: heeft verkogt voor eene somma van een duizend twee honderd rijksdaalders Kaapsche valuatie /:waartoe zijl: reeds een schijding hebben getroffen; het geen nader door den Landmeeter zal moeten worden verdeeld:/

Losse goederen op de plaats genaamd de Willem Burger Revier aldaar in het woonhuis en wel

In ’t voorhuis
zes stoelen in zoorten
een thee tavel
een kopere thee machine
een kopere koffe kan met tesje
twee trek potjes in zoorten
een inktkoker
een groote snijders schaar
een aarde lampet en kom
drie kommetjes in zoorten
een kopje en piering en een zuiker potje /def:t/
een zilver zak horologie
zes dezert bortjes
twee vlesjes in zoorten
een aan de muurhangende borde rak, waarop
twaalf blauwe en vier witte aarde borden
agthien bottels in zoorten
een spiegel
een blikke trommel
een wage kist
een koffertje
een groote trommel
een rak, waarop
zes klijne borde
vijf kommetjes in zoorten
zes kopjes en pierings in zoorten
twee potjes in zoorten
twee aarde bekers
twee aarde trek potjes
drie bierglaasen in zoorten
twee glaase vlesjes
In de gaandery
zeven ijzere potten in zoorten
een rijs blok en stamper
een rooster
twee schoorsteen kettings
een pot leepel
een emmer bank
drie emmers
een slonsje
een vleesch vaatje
twee houte bakken
een klijne tavel waarop
een blikke soep kom
een tinne diepe schotel
een vijsel en stamper
veerthien tinne borden in zoorten
veerthien staale vorken
negenthien tinne leepels
een tinne soep lepel
een blikke bak
een tinne bak
een groote postelijne schotel
twee koopere ketels in zoorten
twee leepel rakken
een predicatie boek
een blikke ketel
een borde rak
een tinne schotel /defect/
een trommel
een groote tavel waarop
een tinne soep torien
twee blikke bekers
een koeke pan
een meel zift
drie kandelaars
een snuiter /defect/
een boeijang pot
een pijpe kan
twee balies
een blikke potje
een blikke zous potje
een blikke ketel
een aarde kom /defect/
een aarde zout potje
een strijk ijzer
een schuijf doosje met een parthy rommelarij
agt kelder vlessen in zoorten
een postelijne atjar pot
een aarde kom met zijn deksel
een blikke pan
een cijffer leij
een kapstok
een glaase vles
een klijne rak waarop
vijf kopjes en pierings in zoorten
een ledige groote kist met een hangslot
drie sweepstokken in zoorten
vier stooven
In de kamer ter rechterhand
een katel
een wage kist
een koffe moole
een stryk ijzer /defect/
een komfoor /defect/
een blikke pannetje
twee zadels en een toom
een klijne kist
een koorn zift
een brood bak
drie anker vaatjes
twee kannen in zoorten
agt aarde borden /defect/
een kom /defect/
een en een half pond groene verf
drie stoelen in zoorten
een klijne tavel /defect/
zes geweeren
In de kamer ter linkerhand
vier predicatie boeken in zoorten
een katel waarop
een bed, peul, vier kussens en een deken
een bed, peul, drie kussens en een deken
een bed, peul, een kussen en twee dekens
een ledige halfaam
twee ledige ankers
een [ledige ankers] heel klijn
een koffer
een wage kist
een groote blikke trommel
een degen met zilver gevest
een glaaze raam zonder ruiten
een stoel /defect/
twee Bijbels
twee gebeede boeken
twee Psalm boeken
een foliant Bijbel met plaaten
In een buiten vertrek
twee stoelen /defect/
vier zaagen in zoorten
een tinne nacht spiegel
drie vaatjes in zoorten
een troffel
een hamer
een bel hamer
vijf dissels in zoorten
een rotteval /defect/
een kopere koffij pot
vier avega booren in zoorten
twee schaaven in zoorten
twaalf bijtels in zoorten
een knijptang
een ijzere omslag met twee booren
een sny mes
zeven vijlen in zoorten
een raspe
vier zikkels
drie graaven
een pik
een veldtent
vier ploeg schaaren /defect/
een ploegspil en een parthij oud yzer
een staaf yzer
twee leedige halfaamen /defect/
drie bylen in zoorten
een Noorse meule compleet
een oude meel kist
een groote kist /defect/
negen en twintig mudden koorn
een overslag meulen
drie boter vaaten
In de smits winkel
een stinkhoute plank
een bankschroef /defect/
een blaas balk /defect/
Op de werf
een groote zeep pot met een yzere plaat
een osse wagen met zyn toebehooren /def:t/
een osse wagen met zyn toebehooren /compleet/
een paarde wagen met ses tuigen /defect/
zeven en zeventig stukken timmerhout in zoorten
een end cabel touw
een ploeg compleet
een eg
een spierhaak
een brandewijnsketel etc:a
Beestiaal
agt wage en rijdpaarden /waarvan drie op de commando/
een en dertig aanteel paarden
vijftig trek ossen
een honderd twee en tagtig aanteel beesten
drie duizend vier honderd vijf en vijftig aanteel schaapen
twee honderd een en vijftig bokken

Nog op de helft van de aanteel, als by /:ende zulks volgens de laatste opgave:/

niet voor reek:g van den boedel verkogt, en moet dus daar voor worden belast op zyne reek:g, volg:s vendue rol rd:85 bij Bar:d Christoffel du Plessies de stam en aanteel, te zaamen vijf en tagtig bokken
dito niet verkogt rd:394 bij Jan Harmse Steenkamp j:r als opgem:d elff beesten en een honderd twee en veertig aanteel schaapen
dito niet verk:t rd:220 bij Daniel Jacobus de Kock als opgem:d twee en twintig aanteel beesten
Lijfeigenen des boedels
Africa van Mossambiek , werks jonge, oud blijkens registratie 52 jaren 8 1/2 m:d
April van Mallabaar , werks jonge, oud blijkens registratie 62 jaar 8 1/2 m:d
Antonie van Mossambiek oud 24 jaar [ ..... ] m:d
Jacob van de Kaap oud 26 jaar [ ..... ] m:d
Isaac van de Kaap oud 37 jaar [ ..... ] m:d
Lea van de Kaap , huismeid, 37 jaar [ ..... ] m:d
Rachel van de Kaap , huismeid, 21 jaar [ ..... ] m:d
Christina van de Kaap , huismeid, 19 jaar [ ..... ] m:d
Roos van de Kaap , huismeid, 15 jaar [ ..... ] m:d
Lea van de Kaap , huismeid, 8 jaar [ ..... ] m:d
Eva van de Kaap , huismeid, 3 jaar [ ..... ] m:d
Dorenda van de Kaap , huismeid, 3 jaar [ ..... ] m:d
Assia van de Kaap , huismeid, 3 jaar [ ..... ] m:d
Abraham van de Kaap , [huismeid], 1 m:d
Rachel van de Kaap , [huismeid], 2 1/2 m:d
Contanten
negen rijksdaalders papiere munt
Baten des boedels
    Rd:s
verantw: een slagters brief groot 1484
verantw: aan zo veel den boedel competeerd weegens koop van thien koeije en vier ossen voor de Commande 230
  aan zo veel Johannes Petrus Kruger J: A: z: per restand debet is blykens bewijs 48
erfg: aan zo veel Roelof Voster B:d z: debet is wegens koop der leenings plaats gen:d de Rietvalij 2676
erfg: aan Roelof Voster B:d z: wegens koop van schaapen 170
Klad schulden
    Rd:s
  aan zo veel Jan Cornelis nog per restant debet is wegens koop van meel 16
  aan zo veel Jacobus Alewijn Kruger s:r wegens negotie goederen 18
  Barend de Klerk Barendz wegens geleende penningen 20
verantw: aan zo veel Charel Johan:s van der Walt C: z: s:r wegens geleende penningen 24
  Jan van der Merwe Nic:s z: wegens geleende penningen 6
  Nicolaas van der Walt Tj: z: s:r weg:s geleende penningen 30
verantw: Joh:s Hendrik Kruger H:k z: per restand weegens koop van een slavin genaamd Rechina 950
Lasten des boedels
  Rd:s
aan zo veel de blinde dogter van den overleedene bij wijlen zijn eerste vrouw Magdalena de Clercq in echt verwekt, in naame Elisabeth Wilhelmina Levina Steenkamp, voor moeders bewijs competeerd zijnde zo veel den overleedenen Steenkamp ter Weeskamer heeft gedeponeerd 100:--
met de renten van dien zedert den jaar /volgens beste geheugen van 1798/ als meede uit de boedel wegens opgemelde erfportie 280:--
aan Hester Hendrina van der Walt gehuwd met Daniel Jacobus de Kock wegens moeder bewijs van wijlen des overleeden tweede vrouw in naame Johanna Maria van der Walt, ingevolge acten van kinderen bewijs d:d: 20 Januarij 1819 voor den Secretaris van Graaff Reinet Th:s Muller en zekeren getuigen gepasseerd, per restand competeerd 725:7:3/10
aan Tjaard Johannes van der Walt weg:s moeder bewijs van wijlen des overleeden tweede vrouw in naame Johanna Maria van der Walt, ingevolge acten van kinderen bewijs d:d: 20 Januarij 1819 voor den Secretaris van Graaff Reinet Th:s Muller en zekeren getuigen gepasseerd, per restand competeer 1425:7:9/10
aan Maria Elisabeth van der Walt gehuwd met Casper Jan Hendrik Vorster Barendzoon weg:s moeder bewijs van wijlen des overleeden tweede vrouw in naame Johanna Maria van der Walt, ingevolge acten van kinderen bewijs d:d: 20 Januarij 1819 voor den Secretaris van Graaff Reinet Th:s Muller en zekeren getuigen gepasseerd, per restand competeer 1425:7:9/10
aan Johanna Maria Magdalena Steenkamp bij opgem: weduwe Van der Walt verwekt, gehuwd met Barend Johannes Marthinus Voster Barend zoon wegens moeder bewijs van wijlen des overleeden tweede vrouw in naame Johanna Maria van der Walt, ingevolge acten van kinderen bewijs d:d: 20 Januarij 1819 voor den Secretaris van Graaff Reinet Th:s Muller en zekeren getuigen gepasseerd, per restand competeer 1425:7:9/10
aan Casper Jan Hendrik Steenkamp weegens moeder bewijs van wijlen des overleeden tweede vrouw in naame Johanna Maria van der Walt, ingevolge acten van kinderen bewijs d:d: 20 Januarij 1819 voor den Secretaris van Graaff Reinet Th:s Muller en zekeren getuigen gepasseerd, per restand competeerd 1425:7:9/10
aan Alida Barendina Hendrina weegens moeder bewijs van wijlen des overleeden tweede vrouw in naame Johanna Maria van der Walt, ingevolge acten van kinderen bewijs d:d: 20 Januarij 1819 voor den Secretaris van Graaff Reinet Th:s Muller en zekeren getuigen gepasseerd, per restand competeerd 1425:7:9/10
aan Anna Martha Margaretha weegens moeder bewijs van wijlen des overleeden tweede vrouw in naame Johanna Maria van der Walt, ingevolge acten van kinderen bewijs d:d: 20 Januarij 1819 voor den Secretaris van Graaff Reinet Th:s Muller en zekeren getuigen gepasseerd, per restand competeerd 1425:7:9/10
aan Cecilia Levina Francina weegens moeder bewijs van wijlen des overleeden tweede vrouw in naame Johanna Maria van der Walt, ingevolge acten van kinderen bewijs d:d: 20 Januarij 1819 voor den Secretaris van Graaff Reinet Th:s Muller en zekeren getuigen gepasseerd, per restand competeerd 1425:7:9/10
aan Andries Johannes Hendrik weegens moeder bewijs van wijlen des overleeden tweede vrouw in naame Johanna Maria van der Walt, ingevolge acten van kinderen bewijs d:d: 20 Januarij 1819 voor den Secretaris van Graaff Reinet Th:s Muller en zekeren getuigen gepasseerd, per restand competeerd 1425:7:9/10
aan Christiaan Theunis Gerritze weegens moeder bewijs van wijlen des overleeden tweede vrouw in naame Johanna Maria van der Walt, ingevolge acten van kinderen bewijs d:d: 20 Januarij 1819 voor den Secretaris van Graaff Reinet Th:s Muller en zekeren getuigen gepasseerd, per restand competeerd 1425:7:9/10
aan den onmondige erfgenaam Casper Jan Hend:k Steenkamp wegens verkoop van hamels aan den slagter 20:--
aan Simon Stronk per restant blijkens reekening d:d: 3 Maart 1815 40:--
aan Willem Pretorius voor een halfaam brandewijn 44:--
aan Meedert Palm voor twee halfaamen wijn 20:--
Erfgenaamen des boedels
  1) Levina Catharina Magdalena gehuwd met Roelof Voster Barend zoon alle in echt verwekt bij wijlen des overleedens eerste vrouwe in naame Magdalena de Clercq
  2) Anna Elisabeth gehuwd met Barend Christoffel du Plessies Jan zoon
  3) Magdalena Johanna gehuwd met Christoffel Alewijn Kruger Jacobus Alewijn zoon
  4) Hilletje Maria gehuwd met Johan David Griesel
  5) Jan Harmse geboren den 15 Julij 1792
niets gekogt 6) Elisabeth Levina Wilhelmina gebooren den 19 Februarij 1795. NB: blind
  7) Jannetje Wilhelmina Steenkamp gehuwd met Schalk Willem Voster Barend zoon
  8) Johanna Maria Magdalena gehuwd met Barend Johannes Marthinus Voster Barend zoon alle in echt verwekt by wijlen des overledens tweede vrouwe in name Maria van der Walt
  9) Casper Jan Hendrik geboren den 9 Octb:r 1803
  10) Alida Barendina Hendrina gebooren den 18 November 1807
niets gekogt 11) Andries Jan Hendrik gebooren den 18 Januarij 1809
niets gekogt 12) Anna Martha Margaretha gebooren den 25:e Jannuarij 1811
niets gekogt 13) Cecilia Levina Francina gebooren den 20:e October 1813
niets gekogt 14) Christiaan Theunis Gerritze gebooren den 1 Maart 1816 /:innocent:/
  terwijl de weduwe Steenkamp betuigd dat zij van haar overleedene man bevrugd is ’t kind geb: den [ ..... ] en genaamd Johanna Jacoba Hermina wegens opgaaf van de oudste erfgename, d: 26 M:t 1822

Smuts

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze genaamd de Willem Burger Rivier voornoemd, geleegen agter Sneeuwberg op den 18 en 19 Augustus 1819 volgens op en aangaave van de in den hoofde dezes voormelde weduwe Steenkamp als meede de meerderjaarige erfgenaamen Roelof en Schalk Willem Voster, dewelke verklaarde niets met hunne weeten versweegen of agter gehouden te hebben met belofte indien iets tot den boedel behoorende nader mogt worden ontdekt dezen inventaris en daarmeede te zullen amplieeren, ende zulks des gevordert werdende met solemneele eeden gestand te doen, en is zulks geschied ter presentie van d’ e: Louw van Wijk en den Gerechts Bode Adam Hendrik Hellberg als getuigen.

Als getuigen get:d: L: van Wijk, A:H: Hellberg

/:get:d:/ de weduwee Jeha Steenkamp gebooren Bester, Roelof Vorster, Schalk Willem Vorster

In kennisse van mij /get:d/: J:F: van de Graaff, adj:t Landd:t

Accordeert: J:F: van de Graaff, adj:t Landd:t

Nadere opgaaf

Aan zo veel den boedel nog is competeerende wegens vaders bewijs van des overleedens eerste vrouw, in naame Magdalena de Clercq /:zijnde haar vader Jacob de Clercq s:r overleeden terwijl des overleedens opgem: eerste vrouw nog in leeven was:/ en de weduwe Jacob de Clercq s:r die nog in ’t leeven is, in ’t volle bezit des boedels is verbleeven.

NB: gem:e weduwe is woonagtig in de Gouph onder ’t district Beaufort en heeft volgens opgaave onlangs haar boedel ten gelde gemaakt.

J:F: van de Graaff, adj:t Landd:t

MOOC8/36.8

{18210908} 8 September 1821 Jamilla Martha van de Kaap

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als er op Zondag den 2:de dezer loopende maand September de klokke omtrent half zes s’ avonds, metter dood zyn ontruimd en nagelaten door Jamilla Martha van de Kaap voormaals weduwe van wylen Hendrik Seller en laatst weduwe van wylen Johan Coenraad Gelman hebbende de overledene by testamentaire dispositie in dato 2:de Juny l:l: voor den notaris publiek, Rynier Beck en getuigen gepasseerd na alvorens zoo wel by dat testament als by onderhandsche acte uit kragte der clausule reservatoir verleend differente legaten en praelegaten te hebben gemaakt tot hare erfgenamen benoemd en geinstitueerd, de navolgenden zynde alle kinderen by hare voorsz: echtgenoten in huwelyk verwekt, met namen

1) Jan Valentyn Seller allen mondig
2) Elisabet Johanna Seller
3) Sara Johanna Helena Seller
4) Catharina Martha Gelman
5) Aletta Lodowica Gelman getrouwd met Johan Andries Christian Storm
6) Daniel Lodewyk Seller - dezen laatstgenoemden intusschen slechts in de legitime portie

En voorts tot executeuren van hetzelfde testament benoemd en verzocht het Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie ten gevolge waarvan de nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerden uit het evengemelde Collegie is geinventariseerd en opgenomen na alvorens de geheele voorsz: testamentaire dispositie aan de presente erfgenamen en belanghebbenden te hebben doen voorlezen, zynde deze nalatenschap bevonden te bestaan in het navolgende

Een huis en erf staande ende gelegen in de Strand Straat N:o 37 omtrent welk huis de overledene in ondervolgende voegen heeft gedisponeerd

Voorts verklaarde de testatrice te praelegateren 1:e aan hare kinderen Jan Valentyn Seller, Catharina Martha Gelman, Aletta Ldowica Gelman, Elisabeth Johanna Seller, Sara Johanna Helena Seller en Anetta Lodowica Gelman gehuuwd met Jan Storm, haar huys en erf staande en gelegen in de Strandstraat en aldaar N:o 37 voor eene somma van twintig duizend guldens Ind: vall: om in hetzelve met elkanderen te woonen en zo ymand hunner begeren mogt niet langer in hetzelve te wonen dat dan aan de zoodanige zyn aandeel ter somma van ƒ4000 zal moeten werden uitgekeerd en dit aandeel in het gem: huis wederom overgaan aan de daarin verblyvende.

Wordende door de gezamenlyke erfgenamen opgegeven, dat de boven bedoelde Aletta Lodowica Gelman en Anetta Lodovica Gelman get:d met Jan Storm, een en dezelfde persoon is.

Een huis en erf staande ende gelegen in de Strand Straat annex het voorsz: en aldaar N:o 36

In het eerstgemelde huis, zynde het sterfhuis en aldaar

In de kamer inkomende ter regterhand
een jalousie mat
twee half ronde aanzet tavels met een groen kleed
twaalf stink houte stolen met rood trupe zittingen, waarvan zes volgens opgave der erfgenamen /onder n:o 1 tot 5 in den hoofde dezes inventaris bekend gesteld/ aan Aletta Lodovisa Gelman get:d met A: Storm behoren
twee stink houte leuning’s stoelen
vier guerridons
een stinkhoute cabinet met zilver beslag /Ambon’s houte/ volgens voorsch: testament aan Catharina Martha Gelman vermaakt, waarin
eenige vlessen met restanten van honing, boecko, etc:a
drie karaffen in soort
een tinne melkkan
een wit aarde melk pot met dekzel
twee zuikerpotjes
vyf blauwe confyt potten met restanten van confyt
een set van vyf rood verlakte blikke trommels
drie glaze schoteltjes
acht thee kopjes en schoteltjes in soort
een zwart aarde zuikerpot waarin een restant Hallsche medicynen
twee snuiter bakken
twee stukken seep
een restant chocolade
een kopere tabak’s doos waarin een zilver zakhorologie en andere kleinigheden
drie zilvere lepels in soort /defect/
een bril met zilver gemonteerd in een stale foudraal
eenig linnen waarvan vermits al het linnengoed in den boedel gevonden wordende by voorsz: testament aan de gezamenlyke dochters der overledene geprelegateerd zynde, nog eene nadere lyst zal worden geformeerd en by dezen inventaris gevoegd
een rood verlakte thee trommel met een restant zuiker
een hang slot
twee meerschuime met zilver gemonteerde en een steene pyp koppen
een zakje met een restant cardemom
een gordyn plank
In de kamer ter linker hand
een gordyn plank
een staand horologie
een tafelkast met laden waarin
een kyker en
een party prullen
een hoek kastje
een restant muskaat noten
een restant gember
een restant kaneel en voorts
eenige prullen
een hoek kast met rakken en deuren, waarin
tien vlessen met restanten van boecko, etc:a, etc:a
zeventien bottels in soort met restanten van medicamenten
acht caraffen in soort met restanten van medicamenten
tien aarde potjes in soort
twee aarde confyt potjes
een aarde kom
twe Japansche theebusjes
twee blikke thee trommels en een [trommels]
eenige vlesjes medicamenten
een glaze boterpotje defect
een blikke tregter
een sprits-spuit
een bruin verlakte blikke trommel met een restant kruyden
een kopere kraan
zeven vlesjes in soort en voorts
een party prullen
een weegschaal met een restant gewigt /zeven stukken/
een mahony houte klap tafel
een kleine vierkante tafel
een lessenaartje
twee leuning’s stoelen en twaalf kijaate houte stoelen met losse rode zittings
twee snuif tregters
In het voorhuis
een klok lantaarn
een blauwe steene tafel
een quispeldoor
een muur kastje waarin
tien pletty kandelaars in soort
een pletty oly en azyn stander
twee pletty bier kannen
drie pletty mosterd potjes
een zilvere melk kan
een zilvere zuiker potje /aan Elis:h Joh:a Seller vermaakt/
een zilvere zuiker potje /aan Sara Joh:a Helena Seller verm:/
een zilvere schenk blad
twaalf zilvere thee lepels
vier confyt vurken
vier zilvere zout vaatjes met drie zilvere lepeltjes
een stale snuyter met zyn bak
vier verlakte brood mantjes in soort
een blikke specery trommel
zes glaze confyt potjes
een mosterd vlesje
twee glaze koelbakjes
twee kleine vlesjes
een kopere taart rol
Op een voorzolder
een kijaatij houte ledikant
een stinkhoute ledikant met bed, peluuw en zes kussings aan Cath:a Martha Gelman door de overledene by testament vermaakt
een clavier /defect/
drie stoelen in soort
een chitze gordyn
een grote kist waarin eenig gemaakt en ongemaakt linnen, waarvan gelyk voren gezegd eene nadere lyst aan dezen inventaris zal worden geannexeerd
een gordyn plank
eene grote kist waarin
vier en twintig blikke kaarsen vormen
acht gonje zakken
een bedde zak en
wat prullen
een katel
een mand
een stoof
In een boven kamer opkomende ter regterhand
een spiegel
een kleine guerridon
een stink houte ledikant met bed, peluuw en zes kussings aan Sara Joh:a Helena Seller gelyk boven geprelegateerd
een stink houte ledikant met bed, peluuw en zes kussings aan Elisabet Johanna Seller gelyk voorsz: geprelegateerd. Terwyl de aan Aletta Lodowica Gelman getrouwd met Jan Storm, door de overledene besprokene ledikant met bed en toebehoren reeds door haar is ontvangen, voor het overlyden van hare moeder
een paarde haire matras
een veder bed
negen kussings in soort
een kleine veer bed
zeven dekens in soort die de vyf eerstgenoemde erfgenamen verklaren door de overledene aan hare gezamenlyke dochters present gegeven te zyn
drie spryen
een bureau het welk volgens testament aan Elisabeth Johanna Seller vermaakt is, waarin volgens opgaaf zich niets bevindt als de klederen van voorsz: E:J: Seller
een bureau met een glaze kast, aan Sara Helena Johanna Seller als boven geprelegateerd en waarin zich almede niets anders als hare klederen bevindt
een grote glaze negotie kast waarop
vier glaze stulpen en
vyf Chinaasche kast potten waarin, en wel in het bovenste gedeelte zich niets anders bevindt als eenige klederen van de gezamenlyke dochters /:volgens de opgaaf van gem: dochters:/ en in het onderste gedeelte eenig linnen goed tot den boedel behorende, waarvan gelyk meergem: eene nadere lyst zal worden geformeerd
een wit kopere thee machine volgens testament aan Sara Joh:a Helena Seller vermaakt
een wit kopere schenk blad, die de vyf eerstgem: erfgenamen sustineren tot voorsz: thee machine te behoren, en in dezelfde termen te vallen
een ledige koffer
een kleine vierkante tafel
een grote vierkante kist met koper beslagen, waarin /behalven linnengoed/
een zilvere koffy kan met zyn vuur tas en schenkblaadje
een grote zilvere schenkblad
een zakje met wat "all-spies"
een zakje met kaneel bloemen
een zakje met Coeby /peper/
een bureau beslag
een blikke snuyf doos
In een boven kamer inkomende ter linkerhand
een kleine vierkante tafel met een laadje
een klavier
zes soep terrines in soort /twee defect/
twee ragout schotels
zestig zoo aarde als porcelyne schotels in soort
vier salade bakken
zeven aarde en porcelijne kommen in soort
twee witte aarde boter potjes
vyf vruit mantjes
een honderd drie en vyftig borden in soorten, zoo porcelyne als aarde
twee salade bakken
twee boter potten
een en vyftig kopjes en
vier en veertig onder schotels
vier grote onder schotels
zes Chinaasche kast potten en bekers
acht zwart aarde trek potten, zuiker potten, etc:a
een liqueur stander
een rood verlakte schenkblad
een Indische gorgelet
twee glaze peper doosjes
zeven wynkelkjes in soort
twee glaze zout vaatjes
vier aarde potjes in soort
een aarde thee pot
drie blauwe glaze zout vaatjes
twee wit aarde peper doosjes
een kleine aarde kom
een lavement spuit
een ledige blikke trommel
negen en dertig messen in soort
zes en dertig vurken in soort
een mand met een restant Spaans groen en wat zwartzel
een oude tabak’s doos met oud aarde werk en eenige prullen
een kasje met glaze ruiten
een spinne wiel met toebehoren
dertien geel kopere kandelaars
drie geel kopere snuiter bakjes met 2 snuiters defect
een geel kopere zuiker trommel
een tinne mosterd pot
zeven tinne borden
een blikke bak
een tinne schenkblad
een blikke beker
tien vlesjes in soort
een vles met rosen water
een plat vaatje
zeven ledige potten in soorten /waaronder twee Cuilsche potten, een met Hollandsch pruimen en een met rosynen/
dertig bottels met wat honing, wynruyd en andere kruideren
vier Cuilsche kannen
vier vlessen in soort
een kelder met ledige vlessen
een kistje met laden
een yzere braadpan
twee yzere combuys haken
drie yzere vlees vurken
zeven yzere potlepels
een asch schop
twee schuims pannen
een visch schop
een rooster
een poffertjes pan
een vlees mes
een blikke slonsche
een rolstok
een hakmes
drie zakken met tuin zaden
een katoen haspel
twee katoen [haspel]
een stelletje
een biezem mand, waarin een stel ledikant gordynen /behalven linnen goed/
een oude stoel
een koffer, waarin wat zwart goed van de dochters
een waschgoedzak waarin
een stel ledikant behangzel Aletta Lodew: Gelman
een ophaal gordyn
een ophaal gordyn met franjes en lynen daartoe behorende
twee kafzakken
twee zakken ganze veeren
een dispense rak met drie planken
een huis ladder
vier zilvere lepels
zes vurken
een kopere tobak’s doos waarin
een paar zilvere knie gespen
een kopere horologie ketting met cachet
een chazinet
In een provisie kamer /opkamer/
vier rakken
twee kapstokken
een sabel
twee meel ziften
een worst-spuit
een blikke zuikerbrood’s form
een peper molen
een tinne beker
eenige ledige oly en mosterd vlesjes
een lantaarn
twee kopere bekers
een rolstok
een drie voet
een yzere vuurtang
een vat met een restant zout
een grote kist met rommeling
vier ledige lyn olie kannen
dertien Cuilsche en aarde potten in soort
een kist met wat oud yzer
vier ledige manden met dekzels
enige ledige bottels en vlessen
een yzere koffij pan
een kopere tarten pan
een ledige boter vat
een grote kist waarin
vyf gonjey zakken
een grote boter vat
een zuurkool schaaf
een grote kist met een restant seep
een bak kist waarin
een restant ryst
twee Chinaasche porcelyne cabinet potten
twee stoelen
een wit kopere schenkblad
een blikke schenkblad
een blikke trommel
een kopere hamketel
een huis trap
een water emmer
vier pistolen
een grote ledige kist
een kleinere ledige kist
een kleinere ledige kist
een toonbank met laden
een hakmess
een platvaatje
een wan
een kruit hoorn
een oude gematte raam
een ragebol
een party rommeling
zes schilderyen op glas
een zak met een restant witte bonen
een kopere lantaarn
een koffy molen op zyn bank
een blikke hand lataarn
In een dispens onder de trap
twee geel kopere conforen
een tinne melkank
een rood kopere thee machine
een rood kopere sauce pannetje
een rood kopere ketel
een geel kopere koffy kan met tesje en blaadje
een kopere confyt ketel
een yzere strykyzer
drie kopere [strykyzer]
een tinne water vles
een geelkopere vuur tesje
een rood kopere vuur tesje
een houte vyssel met yzere stamper
een ledige vat
een half aam’s bok
een ledige bruin verlakte trommel
een geelkopere quispel door /defect/
twee Cuilsche potten
een kopere vyssel
drie blikke bekers
vier soep terrinen in soorten /defect/
zes schotels in soorten
zeventien borden in soorten
een tinne schotel
drie sauce potjes
drie lamp glazen
vier vlessen in soort
een karaf
een aarde bak en voorts
eenige prullen
Onder de trap
een schenk tafel waarop
een zilvere soeplepel
twaalf zilvere eetlepels
veertien stale vurken
twaalf messen
een messen bakje
zeven witte aarde borden
een schenkblad waarop
zeven bierglazen
een [bierglazen]
twee en twintig wynkelkjes
een restant rode wyn en wat ledige bottels
In de keuken
een potte bank
een combuijs tafel
twee water halfamen
twee emmers
twee hakke borden
een byl
een vlees blok
acht yzere potten in soort
een yzere pannetje
een waterketel
twee koek pannen
vier drie voeten
twee yzere platen
twee yzere roosters
vier yzere lepels
een yzere vurk
twee yzere schuimspannen
een hakke mes
een rol stok
drie schoorsteen kettings
een vuurtang
een yzere lamp
een poffertjes pan
twee blikke raspen
vier stale snuiters
vyf kopere blakers
een pletty kandelaar
een pletty kandelaar
een grote tinne schotel
een aarde stoof pot
een kleine stoof pot
een blikke kastrol
een kopere beker
In een pakhuis op de agter plaats /boven/
twee stelletjes, een met zyn pot
een katel
een groote wyn mand
een ledige kast
vier tobak’s dozen
een tobaks mess
een kaf sift
twee houte bokken met een blad
een vengster raam
een restant tobak
een leuning’s stoel
voorts eenige planken
In een onder vertrek op de agter plaats
twee grote schalen met balance en verdere toebehoren
twee hoek rakken
eenige balken en planken en
eene quantiteit tobak
een grote kafzak
een ledige mand
Op de agterplaats
een kijaty houte blad tafel
vier ledige vaaten
drie emmers
een oude balie
een oude balie, kleine
twee oude yzere potten
een grote huis ladder
een kleine huis ladder
een stoel defect
een grote Boren mat en
wat rommeling en houtwerk
een yzere schroefstok
een oude katel
In een snuyf winkel op de agterplaats
een stamp molen wordt door de in den hoofde dezes vyf eerstgenoemde erfgenamen opgegeven, door de overledene aan Jan Valentyn Seller toegedacht te zyn
een grote kist, vol met tobak’s meel voor snuyf gedestineerd
een grote kist met tobak’s meel half vol
een grote kist met een restant tobak’s meel
een grote kist ledig
een beutel kist /voor tobak/
een bank om tobak te kerven
twee vaten met een restant tobak’s meel
een tobaks werk tafel
een kleine tobaks werk tafel defect
een ledige kast
een vat met een restant kaars vet
een vat met een restant pekelharing
twee ryst blokken met stampers
vier ledige vaatjes
een kaarn
een balie
een balie
een tobak’s doos
twee ziften
een kopere schaal met balance
een kopere vergiet tes
een kopere kook pot
twee blikke kook [pot]
een yzere pot
twee waterketels
een kleine [waterketels]
een kopere banket pan
twee stellen van ledikanten
een kastje met wat yzerwerk
dertien ledige Cuilsche potten
drie Cuilsche potten vol aangemaakte snuyf
een blikke snuyf tregter
een sleep steen
twee straat-stampers
vyf vyftig ponder gewigt /yzer/
twee vyf en twintig ponder /loot/
vyf kleine stukken gewigt /te zamen 24 lb:/
een piek
een kopere kastrol
een piek en een graaf
een jalousie mat
een stel yzere roeyen
een ledig vaatje en voorts
wat rommeling
een rood verlakte rustbank met matras en kussings
een uithang bord
Lyfeigenen des boedels
eene slavinne Sila van Mosambiek omtrent 45 jaren oud, huismeid omtrent welke de testatrice by haar laatste wil in volgender voegen heeft gedisponeerd. Eindelyk begeerde de testatrice dat hare slavinne Sila zal moeten blyven inwonen by hare voorsz: vier dochters ten einde te dienen als oppaster over hunne kinderen
eene slavinne genaamd Flora van de Kaap oud omtrent 39 jaren, mede een huismeid door de overledene aan Sara Johanna Helena Seller by testament voorn: als een prelegaat besproken
een slaven kind van voorm: Flora, genaamd Francina van de Kaap oud 4 jaren als boven aan Aletta Lodovica Gelman get:d met And:s Storm toegedacht
een slaven kind van gem: Flora met name Saphira omtrent 2 jaren oud omtrent welk slave kind de testatrice by testament begeert heeft, dat hetzelve in eigendom zal overgaan aan hare dochter Elisabeth Johanna Seller, zoo als omtrent de twee vorengenoemde slavinnen Flora en Francina staat gemeld
een slaaf genaamd Semelaas van Madagascar omtrent 45 jaren oud, huisjonge aan Jan Valentyn Seller als voorsch: geprelegateerd
een slaaf genaamd Fortuin van Madagascar omtrent 31 jaren oud, huisjong by het gemeld testament aan Aletta Lodowika Gelman en Elisabeth Johanna Seller geprelegateerd
een slaaf genaamd David van de Kaap , oud vyf jaren aan Catharina Martha Gelman geprelegateerd gelyk voormeld
Contanten des boedels
aan papieren munt eene somma van vyf honderd en twee en twintig ryksdaalders
twintig zakken met zilver en eenig losse goude en zilvere spetien, welke na behoorlyk gesorteerd te zyn, overgebracht zyn geworden in veertien zakken, waarvan de inhoud by eene specifieke lyst onder de naamteekeningen der respective erfgenamen, dezen inventaris is bygevoegd
Crediten des boedels
    Rd:s
  eene onderhandsche obligatie de dato 20 Juny 1816, ten lasten van Nicolaas Brukman groot aan capitaal ƒ6000, waarop volgens opgave van de dikwyls genoemde vyf erfgenamen door den debiteur zyn afbetaald ƒ3000. De renten op het restant capitaal ingaande met [ ..... ] January 1821 [ ..... ]
vold: een onderhandsch briefje de dato 24 December 1816 ten lasten de weduwe Johan Hendrik Loof groot 150
  een onderhandsch bewys de dato 14 Maart 1815 ten lasten Daniel Lodewyk Seller groot 18
  een rekening ten lasten William Oliver Read over huishuur, welke pretensie by den sequester als administrerende deszelfs boedel is ingeleverd, ter groote van 162
Lasten des boedels
aan Aletta Lodowica en Catharina Marta Gelman kinderen by de overledene by wylen Johan Coenraad Gelman in wettig huwelyk verwekt, hun vaderlyk erfdeel als nog in den boedel berustende
aan Aletta Lodowica Gelman voor een prelegaat aan haar by testament besproken eene som van een duizend guldens Ind: vall:
aan Lodewyk Willem Willemse voor een legaat aan hem door de testatrice in volgender voegen besproken: "Aan Lodewyk Willem Willemse drie duyzend guldens Ind: vall: die door de hierna te noemene executeuren ten zynen behoeve zullen werden geadministreerd, welk capitaal eerst dan aan den legataris zal moeten werden uitgekeerd, zoo hy tot een huwelyk mogte overgaan, of ongetrouwd blyvende, twintig jaren na den dood van de testatrice en zoo de legataris binnen deze twintig jaren ongehuuwd mogte komen te overlyden, zal dit legaat onder de hierna tenoemene erfgenamen of hunne wettige descendenten moeten werden verdeeld."
aan Jan Valentyn Seller almede volgens testament vier duizend guldens voor en in voldoening van huurpenningen van een slaaf hem toebehorende
aan Jamilla Sara Elisabet Seller dochter van Jan Valentyn Seller de somma van een duizend guldens voor een legaat aan haar by gem:e testament besproken
aan Maria Jamilla en Catharina Adreana Anetta Storm, dochters van Jan Andries Storm, alsmede aan Johan Hendrik Seller, hoofd voor hoofd de som van twee honderd ryksd: ofte te zamen rd:s600 voor een legaat als bovengemeld
aan Hendrik Willem Stober Seller eene somma van een honderd ryksdr:s, "om na zyn dood te vervallen op zyn broeders en zusters", volgens inhoud van gem:e testament aan hem besproken - den 7 January 1822 overleden volgens opgaaf van den koster Keeve. S:
aan de Hervormde Kerk dezer stede een legaat van een duizend guldens

Wordende door Daniel Lodewyk Seller opgegeven dat het erfdeel aan hem van wylen zynen vader Hendrik Seller competerende insgelyks nog in den boedel is berustende, zonder het bedragen daarvan te kunnen opgeven, het geen de overige kinderen van wylen Hendrik Seller declareren ook niet genoten te hebben.

Pro memorie wordt alhier genoteerd

dat in den boedel is gevonden een transport van eene grafstede genommerd n:o 63

dat aan Jan Valentyn Seller op verzoek van de gezamenlyke erfgenamen de verdere directie van den snuyfwinkel aan den boedel behorende, is opgedragen om uit dies provenu, na daaruit de gewone onkosten gedurende het openstaan des boedels te hebben bestreden, by nadere rekening ter Weeskamer te verantwoorden.

Terwyl door dikwylsgemelde Daniel Lodewyk Seller aan ons ondergeteekende gecommitteerden is verzocht aanteekening, dat hy zich bezwaard achtte door de dispositien by het testament der overledene en dien ten gevolge daarmede niet te vreden te zyn, verzoekende dat het Collegie van Heeren Weesmeesteren zulks in aanmerking wilde nemen en hem regt doen wedervaren.

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd en opgenomen aan de Kaap de Goede Hoop ten sterfhuize voormeld op den 8:ste September 1821 ende zulks op het op en aangeven der gezamenlyke in den hoofde dezes inventaris gemelde erfgenamen, dewelke betuigden zich daarin ter goeder trouwe gedragen en willens en wetens niets verzwegen of agter gehouden te hebben, van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoort bereid zynde deze hunne gedane opgave des vereischd wordende, ten allen tyde met solemnelen eede gestand te doen; ende verdere belofte, zoo wanneer hierna nog iets tot den boedel behorende, mogten komen te ontdekken daarvan getrouwelyk ter Weeskamer opgave te zullen doen, ten einde in zulk geval dezen inventaris daar mede naar behoren kan worden geamplieerd.

In teeken der waarheid is deze door de gezamenlyke erfgenamen, benevens ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren en my Secretaris der Kamer eigenhandig onderteekend.

Als gecommitteerdens: G:E: Overbeek, J:H: Munnik

Voor den opgaaf: Sara Johanna Helina Seller, Johan Valentijn Seller, Daniël Lodewijck Seller, Elesabeth Johanna Seller, Catharina Martha Gellmann, Aletta Lodewica Gellman

My present: J:J:L: Smuts

Ampliatie

De erfgenamen in den boedel geven nader op dat hunne overledene moeder mede erfgenaam is geweest van wylen Helena Johanna Smit wed: Johan Valentyn Griebel, en dat Johan Nicolaas Rorich als een der executeurs van de laatstgenoemde nog rekening en verantwoording moet doen van zyne gevoerde administratie hares boedels, hebbende hunne moeder slechts in mindering van haar aandeel genoten een duizend ryksdaalders.

Als mede dat F: Seyler voor gekochte snuyf en gort per rest van rekening nog aan hunne moeder schuldig is rd:s21:3:4

Ter Weeskamer aan Kaap de Goede Hoop den 9 October 1821.

Lyst van munt specien behorende tot den boedel van wylen Jamilla Martha van de Kaap laatst weduwe Johann Coenraad Gelman, door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren in tegenwoordigheid van de mede ondergeteekende resp:e erfgenamen in dien boedel, gesorteerd, geteld en bevonden te bestaan in het navolgende

N:o   stukken stukken
1 een zakje met zilvere Spaansche matten   418
2 een zakje met halve Spaansche matten 35
  met quart Spaansche matten 324
  met achtste Spaansche matten 86
  met zestiende Spaansche matten 57 502
3 een zakje met silvere ducatons 50
  met Zeeuwsche daalders 4
  met Hollandsche daalders 20
  met acht en twintig stuiver stukken 4
  met halve ducatons 15 93
4 een zakje met drie gulden stukken 16
  met een gulde stukken 716
  met halve gulde stukken 454 1186
5 een zakje met halve Bataafsche guldens 5
  met quart Bataafsche guldens 476
  met achtste Bataafsche guldens 720
  met zestiende Bataafsche guldens 1283 2484
6 een zakje met Hollandsche schellingen   3185
7 een zakje met Hollandsche dubbeltjes   4676
8 een zakje met stuivers   2069
9 een zakje met Engelsche halve kronen 20
  met Engelsche schellingen 408
  met Engelsche six pence 174 602
10 een zakje met silvere ropyen 441
  met halve silvere ropyen 52
  met quart silvere ropyen 10
  met achtste silvere ropyen 26 529
11 een zakje met halve silvere pagoden 8
  quart silvere pagoden 35 43
12 een zakje met cruizados 10
  halve cruizados 17
  quart cruizados 20 47
13 een zakje met Fransche munt van verscheide soorten /waarde te zamen omtrent 10 francs/ 10
  met keyzerlyke daalders 6
  met Fransche daalders 3
  met halve Fransche daalders 5
  met Deensche daalder 1 25
14 een zakje met goude Spaansche matten - slegts een 2
  met goude guinea 1
  met zilvere ducatons 4
  met zilvere 3 gulden stukken 3
  met Spaansche mat 1
  met gulden stukken 5
  met ropyen 2
  met Deensche 12 skilling stukken 4
  met halve gulden 1
  aan Eng: 11/2 shelling’s stukken 3
  aan Fransche 15 sols: stukken 2
  aan vyf fanams stukken 3
  aan Eng: six pence 2
  aan quart Spaansche matten 1
  aan halve ropyen 2
  aan Hollandsche schellingen 5
  aan Bataafsche 1/4 guldens 3
  aan verschillene zilvere munt, elk omtrent de waarde van 2 stuivers hebbende 43 87
  in t geheel aan stukken   15946

Kaap de Goede Hoop den 8:ste September 1821.

Als gecommitteerde Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:F: Munnik

Voor den opgaaf: Sara Johanna Helina Seller, Johan Valentijn Seller, Elesabeth Johanna Seller, Catharina Martha Gellman, Aletta Lodewica Gellm:, Daniël Lodewijck Seller

Wy ondergeteekendens Jan Valentyn Seller, Elisabeth Joh:a Seller, Sara Johanna Helena Seller, Catharina Martha Gelman en Johan Andries Christiaan Storm in huwelyk hebbende Aletta Lodowica Gellman, bekennen mits deezen de in deese lyst gespecificeerde goude en zilvere muntspetien van den secretaris der Weeskamer de heer J:J:L: Smuts te hebben ontvangen, omme deselve ingevolge de begeerte onzer overl: moeder onder ons te verdeelen, als meede drie spaarpotten, toebehoorende

aan Elisabeth Johanna Seller
aan Catharina Martha Gellman en
aan Aletta Lodovica Gellman

weshalven wy de Weeskamer daarvoor quitteeren

Kaap de Goede Hoop den 27 Septb: 1821.

Sara Johanna Helina Seller

Johan Valentijn Seller

Johan Andreas Chrisjan Storm

Lyst van linnengoed zoo gemaakt als ongemaakt, gevonden in den boedel van wylen Jamilla Johanna van de Kaap laatst weduwe Johann Coenraad Gelman door de overledene by haar testament tot een legaat voor hare vier dochters besproken

In een grote met koper beslagene kist, in een der boven-kamers
een en dertig lappen nieuwe chitz, doerias, geruit en gestreept
vier stukken meuble chitz
een rol dimit
dertien lappen dimit /van verscheide groten/
vyftien lappen doerias
een stuk batist
vyf neteldoeksche kleden /onopgemaakt/
een stuk geborduurd moeselien
een lap rood katoen fluweel
een lap blauwe lustering
elf nieuwe rode geruite doeken
zeven en dertig nieuwe kussing slopen
een rol witte band
twee paren nieuwe mans koussen
acht nieuwe hand doeken
een en twintig vrouwen rokken in soort
twee voer chitze cabayen
een paar wit zyde koussen
zes chitze overtrekzels voor stoel kussings
een chitze [overtrekzels] voor een kanopy met franjes
een chitze [overtrekzels] voor een kanopy
twee oude chitze spryen
een restant blauwe franjes
negen paren koussen
een zak met wat kindergoed
twee nieuwe witte zak doeken
een lap lustering
drie lusteringsche rokken
een lusteringsche mantel
een lusteringsche rok
twee lusteringsche gonnen met een rok
twee oude lakens
een Flaams linnensche kooy zak
een Flaams linnensche kooy zak
een zak met oude lappen
In een biezem mand
acht lappen chitz en geruit in soort
een lap geborduurd neteldoek
drie zakken met waschgoed
In een cabinet in de voorkamer ter regterhand
zeven vrouwen hembden
twee ongemaakte hembden
een mans [hembden]
tien doeken in soort
twee vrouwen mutzen
acht paren handschoenen
twee jakjes
tien slopen
twee zakken
zestien paren koussen
negen enden slopen kant
een mans mutz
vier lappen dimit
een restant witte linnen
twee lappen doerias
een lap wit Chinaas linnen
een lap rood geruit
een lap geel gestreept
een lap rood gekepert
een lap chitz
een lap grein
een lap baai
een party zyde lappen /in zoort/
een party kaarssen katoen
vier rokken /vrouwe/
een oude sprei
twee vrouwen jassen
een zak met wat oude lappen
een party rode band
twee paren handschoenen
negen oude lappen
een zak met een party lappen
In een kist op de voor zolder
zes en twintig beddelakens
elf tafellakens
twaalf servietten
een gedeelte van een witte gordyn
twee stellen rode gordynen
een stuk voerchitz
twee lappen chitz
drie tabberts
een rok
een oude sloop
een zak met wat oude lappen
In een glaze kast in een der bovenkamers
drie beddelakens
zeven tafel lakens
zestig slopen
een honderd en negen servietten
een voerchitze sloop
negen en twintig vrouwen hembden
vyftien onderrokken
zeven boven rokken /in soort/
twee zwart zyde tabbertjes
een en twintig tabbertjes in soort
vyf jassen /in soort/
negen jakjes
twee borstrokken
vier slaapmutzen
vyf handdoeken
een kante doek /:zwart:/
twee halve kante [doek] /:zwart:/
vier lappen kant /:zwart:/
twee enden zwarte kant
een zwarte halve gaze doek
een witte kantedoek
twee geele zeide doeken
een zeide rok
vyf tjaals
drie spreien
twee lappen chitz
een zwarte gaze lap
twee lapjes goed
zes vrouwen zakken
zeventig witte doeken
een wit kleed
twintig geruite doeken
drie linnen slopen van kussings
een bonte lap
een lap geruit
een ophaalder met zyn franjes
vyf paren koussen
twee hoedjes
een lap kassa
In dezelfde glaze kast, boven
twee bedden lakens
twee tafel lakens
twee spreien
drie stellen bonte gordynen
twee stellen witte gordynen
drie echte tjaals
een rood nagemaakte [tjaals]
vier hembden
een rok
drie borstrokken
zeventien stoelkleedjes
vier bonte sloopen
een gedeelte van een witte gordyn met deszelfs val

Kaap de Goede Hoop den 8 September 1821.

J:J:L: Smuts

MOOC8/36.9

{18210810} 10 Augustus 1821 Joan Romano

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Donderdag den negende Augustus in den jaare een duizend acht honderd een en twintig ab intestato is overleden en nagelaten door Joan Romano van Italien geboortig, ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, invoegen als het een en ander is opgenomen en ingeschrifte gebragt, bestaande alle deeze goederen in de volgende, namentlyk

een schuit met mast en roer welke de overledene met zekere John Louis maatschappelyk heeft gebouwd, en waarop gem:e Louis verklaard aan de overledene nog schuldig te blyven voor de helft van zyn aandeel in dezelve rd:160 - voldaan de 30 Aug:s 1821
een kist /:waarin:/
een zwarte lakense rok
een zwarte lakense onderbatje
een blaauwe lakense broek
een hoed
een zwarte Chinas linnen bovenbatje
vier Chinase linnense broeken
zes onderbatjes /in soort/
een witte bovenbatje
een bedde laken
drie hembden /in soort/
vier paren koussen /in soort/
twee witte halsdoeken
twee zyde zakdoeken
een serviet
een oude dimertse lap
een witte aarde bord
drie oude tinne lepels
drie oude stale vorken
een oude mes
een oude scheerdoosje en scheermes
drie oude borstels en
een party rommelary
een zak met wat kavelgaren
twee strenge zeylegaren

/Pro memoria:/ dat de meeste zyner goederen zig bevind aan de vissery van de heer Twycross alwaar de overledene zedert jaren in dienst is geweest, en nog aan gagie veel te goed heeft

Aldus opgenomen en in geschrifte gebragt op den 10:de Augustus 1821.

Als getuigen: Jacobus Dantu, Wilhelmina Lond

Voor den opgaaf: Alex:r Johnsten

My present: J:F: Munnik

MOOC8/36.10

{18210812} 12 Augustus 1821 John Romano

Inventaris der nalatenschap van den ab intestato overledenen John Romano, op qualificatie van het eerwaarde College van heeren Weesmeesteren, als

een hangmat met wat oud beddegoed
een zyldoeksche zak waarin
drie wolle bovenbaatjes meest oud en versleten
een zee jekket
een wolle pantalon
een blaauw Nanking pantalon
een zyldoeksche onderbaatje
een hembd
een paar schoenen

Aldus gedaan en geinventariseerd aan de Kalkbaay visschery, op Zondag den 12 August: 1821.

Als getuigen: W: Kirsten, Lind jun:r

C:n Lind, by indispositie van den resident

MOOC8/36.11

{18210618} 18 Juny 1821 George Wilkinson Smith

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als er op den 17:de Juny 1821 ten huize van juf: de weduwe Van Schoor, des avonds te negen uren ab intestato metter dood zyn ontruimd en nagelaten door George Wilkinson Smith in leven Lieutenant in de Marine van de edele Oost Indsche Compagnie te Bombay , ende zulks ten behoeve van zyne onbekende uitlandige erfgenamen, zoodanig als dezelve nalatenschap door my adjunct commis der Weeskamer Jan Serrurier, in tegenwoordigheid van getuigen is opgenomen en in geschrifte gebragt. Bestaande dezelve in het navolgende

een koffer waarin
zestig broeken in soort
een flennel nagtkabay
een flennel nagtkabay
acht en vyftig onderbaatjes in soort
een ontgonne rol gekeperd
drie en dertig hembden
zeven en twintig halsdoeken
zeventien zakdoeken
vier paren wolle koussen
negen en twintig paren zokken
vyf paar katoene handschoenen
een zwart zyde halsdoek
achttien handdoeken
een beddelaken
zes kussing sloopen
drie lakensche rokken in soort
twee lakensche over rokken
een montering’s baatje
twee lakensche broeken
twee lakensche onderbaatjes
twe gebraide onderbroeken
zes halsboortjes
een kist waarin
twee paar laarzen
twee paar schoenen
een quadrant in een kastje
een jagtgeweer
een paar pistolen
twee kannetjes schoenzwartzel
een bus met een restant kruit
een bus met een restant hagel
een doos met een restant koegels en vuursteenen
een restant koort
twee fluiten
een restant kaarsen
een doosje met een restant visch hoeken
een kandelaar
een blikke koker
een restant knopen en een overtrekzel over een hoed
een kleine verre kyker
een lyniaal
een pak visite kaarten
zeven borstels in soort
een bottel balsam gilead
een sabel met zyn band
een pak Pruissisch blaauw
een verfdoosje defect
een stevel knegt
een zak vlesje
vier kleine zyfer lyen
een tafel laken
een lakensche broek
een paar witte broeken
negen witte onderbaatjes
twee zak doeken
een paar slopkoussen
een lampet kom
een blikke lamp
een blikke coffy pot
een wit aarde potje
een wit aarde bord
een tinne beker
een party boeken en voorts
eenige kleinigheden van geen aanbelang
een scheerdoos en stryk riem
drie koekjes seep
een foudraal met twee scheermessen
vier tande borstels en een kam
een mess en een schaar
een klein kistje waarin
twee banknoten groot ieder vyf ponden sterling
drie banknoten elk van een pond
twee Spaansche matten
vier halve kroonen
vyftien Engelsche schellingen
twee six pence stukken
twee six pence stukken
een verguld zakhorologie met drie goude cachetten en een sleutel een der cachetten met des overledens naam, de borstspeld en de drie goude ringen onverkogt gelaten om aan deszelfs familie te werden gezonden, J:S:
een goude borstspeld met een steen
drie goude ringen
zes zilvere lepels in soort
een lepel defect
een zilvere potloot pen
een stale ketting
een restant zwarte lind
twee zilvere hand knoopjes
een briefje spelden
een tong schraper
een pennen mess
een slyp steen
een hoed en een nieuwe hoed
een raam van een katel
een matras en een bonte deken en een wolle deken
Voorts in de wasch
negentien hand doeken
vier hembden
een onderbroek
een flennel onderbaatje
een paar koussen
een paar zokken

Aldus geinventariseerd ter plaatse voorsz: aan de Kaap de Goede Hoop den 18:de Juny 1821.

Als getuigen: J:s Watermeyer, Tho: Read Welsh

Voor den opgaaf: Joseph Turton

My present: J: Serrurier, Adj:t Commis

MOOC8/36.12

{18210119} 19 Jan: 1821 W:m Taylor

Goederen toebehoorende aan den overleedene W:m Taylor, als

een afgelegte matras, kussen, 2 combaars
een afgelegte kruysband
drie hembden
vyf afgesleete broeken
drie onderbaatjes
twee oude bovenbaatjes
twee doeken
een roode muts
een afgelegte bovenbaatje
vier ordinaire boeken
een stuk van een spiegel
een halve jas
een stuk van een liniaal
een oude borstel
een kist zonder sleutel

Kaapstad den 19 Jan: 1821.

N: Bamberger, 1:st Schout

  Rd:s
F: Reichman voor een dood kist 18:--
voor het wassen van het bov: st: goederen 1:4
  Rd:s19:4

MOOC8/36.13

{18210301} 1 Maart 1821 Robert Young

Inventaris der nalatenschap van den ab intestato alhier overleedene keuyper van zyne Majesty’s Victualie Department Robert Young, op den 1:ste Maart 1821

4 lakense rokken, deferente couleuren
18 Nanking broeken, deferente couleuren
9 hemden in soort
4 lakense broeken
8 onderbaatjes
2 witlinnense onderbaatje
1 Flaams linnense borstroentjes
1 zwarte zyde halsdoek
3 paar kousen
1 paar zak pistoolen
1 goude en 2 zilvere horologie
1 party scheer messen
1 goude Johannis
7 schellings aan zilver munt
1 matras
1 veder bed
4 kussens
1 wolle combaars
1 bed laken
1 spry
1 hang mat en raam
1 parasol
1 stell vergulde knoopen
3 paar oude schoenen
1 paar halve oude laarsen
1 party boeken

MOOC8/36.14

{18191022} 22 October 1819 Willem Julius

Inventaris van goederen gevonden in de nalatenschap van wylen Willem Julius cherugijn aan boord van ’t Hollandsch brik scheepjeop den 11 October 1819 op bovengem:e bodem overleeden

In de kist n:o 1
1 blauw laakense rok
1 blauw laakense broek
4 witte grove hemden
3 witte vyne hemden
2 witte halve hemden
7 witte broeken
3 bove baatjes
1 witte onderbaatje
3 bonte hemden
1 onderbroek
5 witte halsdoeken
1 sloop
3 rompjes in zoort
4 bonte doeken
8 lappen
11 p:r kouzen
1 p:r wolle handschoen
1 blouwe wolle mus
2 p:r schoenen
2 cardoezen tabak
2 bundels sigaaren
1 oud rond Japanze doos
1 pot met confyt of atjar
1 stuk vyn wit linnen
1 pakje band
4 borzels
1 scheermes en strykriem
1 zalf doos
1 doosje met een bril
1 tabaks doos
3 hangsloten met sleutels
1 witte zalf pot
1 klyne blikke tregter
1 klyne kapspiegel met 2 kommen
2 messen in een schee
1 vork en een houte leepel
1 inkt koker
1 kurke trekker
1 kelk en een beerglas
1 houte kraan
1 snuyter
1 rasper
1 scheerdoos en twee stukke zeep
1 staale vork
1 nagel schaar
1 doosje met gaaren en knoopen
1 schaar
1 penne mes en koker
1 papiere doosje met glaze dekzel
1 yvore spuytje
1 kastje met wat zago
1 vles note confyt
In de groene kistje n:o 2
1 trommel met wat brood zuyker
1 the busje met wat thee
1 vlesje met zalf
1 doosje met chiricicale schaalen en gewigten
2 kopere schaaltjes
2 steene mortieren
1 zalf doos
1 zakje met klyne docters instrumenten
1 pakje zeep
1 zeems ledere lap
1 blaker
1 maat vlesje
2 tenne leepels en 2 plyster leepls
1 borlemmer mes
1 bedde laaken
1 boek zamenstel van heelkundige door Benjamin Bell
17 genees kundige boeken
ontleedkundige plaaten van Ustatius 1 deel
In ’t kistje n:o 3
42 zo groote als kleine meest chirisicaale boeken
1 zilvere zak horologie
een bundel, inhoudende
1 peleuw
2 kussens
1 blauwe duffelse jas
1 hemd
2 doeken
1 p:r schoenen
1 tinne water pot
1 kopere keteltje
1 hoed met een doos
1 p:r geele ledere handschoenen
een zakje, inhoudend
2 halve Zeeuwsche daalders
5 heele Zeeuwsche daalders
1 drie guld: stuk
1 Americaansche daalder
24 Holl: guldens
10 ropyen in zoort
2 stuivers
52 duiten in zoort

Residents bureau Simonsstad , den 22 October 1819.

Als getuigen: C:n Lind, W: Kirsten

J: Brand

MOOC8/36.15

{18210518} 18 Mey 1821 Jan Verkouter

29 Aug:s /21

H: Ellis

Staat en inventaris van de goederen en effecten behorende tot den boedel en nalatenschap van wylen Jan Verkouter van dezen uithoek geboortig, oud omtrend vier en veertig jaaren overleeden in het Instituut Caledon op den 16 deezer maand Mey des morgens omtrend neegen uuren.

Gedaan maken door den heer Johannes Seidenfaden en de zulks ter requisitie van het eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie, bestaande dezelve goederen en effecten in

een bed
een kist
een tafel
zeeven borden in zoort
een tinne trekpot
vier yzere leepels
een karn vat
een yzere pot
een osse wagen zig thans by den burger Jan Adam Kunz bevindende om te worden gerepareerd
een bakkist
een kraan zaag
een half aam
een zadel
twee botervaatjes
een schietgeweer
twee aanteel paarden
twaalf trek ossen
dertien koeyen
agt kalvers

Op heden den 18 Mey van het jaar een duyzend agt honderd een en twintig compareerde voor Jan Ferdinand Bam, Agent van het eerw: Collegie van Heren Weesmeesteren dezer Colonie opgemelde Johannes Seidenfaden, dewelke verklaarde zig in het op en aangeeven van deezen inventaris getrouwlyk en oprechtelyk te hebben gedragen en zyns weetens niets agter gehouden of verzweegen te hebben dat tot dien boedel zoude behooren, met belofte van ingeval het een of ander tot dien boedel behoorende mogte worden gevonden als dan deezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren en vergrooten, zynde hy comp:t overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd, deeze zyne opgaaf met solemneele eede te bevestigen.

Aldus gedaan en geinventarisseerd in het Instituut Caledon gelegen in het district Swellendam , den 18 Mey van het jaar een duyzend agt honderd een en twintig.

J: Seidenfaden

J:F: Bam, Agent

MOOC8/36.16

{18210614} 14 Juny 1821 Jan Verkouter

29 Aug:s /21

H: Ellis

Nadere staat en inventaris van de goederen en effecten behorende tot den boedel en nalatenschap van wylen Jan Verkouter van dezen uithoek geboortig oud omtrend vier en veertig jaaren overleden in het Instituut Caledon op den 16 Mey l:l: des morgens omtrend negen uuren.

Gedaan maken door den heer Johannes Seidenfaden en dezulks ter requisitie van het eerw: Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie, bestaande dezelve in

twee jonge ossen
een koe
een vaars
een bul

Op heden den 14:e Juny van het jaar een duyzend acht honderd een en twintig.

Compareerde voor Jan Ferdinand Bam, Agent van het eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie opgem:e Johannes Seidenfaden dewelke verklaarde zig in het op en aangeven van deezen inventaris getrouwlyk en oprechtelyk te hebben gedragen en zyns weetens niets agtergehouden of verzweegen te hebben dat tot dien boedel zoude behoren, met belofte van ingeval het een of ander tot dien boedel behorende mogte worden gevonden als dan deezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren en vergrooten, zynde hy comparant overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd deeze zyne opgaaf met solemneele eede te bevestigen.

Aldus gedaan en geinventarisseerd in het Instituut Caledon gelegen in het district Swellendam , den 14:e Juny van het jaar een duyzend acht honderd een en twintig.

J: Seidenfaden

My present: A: Kolver, Clerk

MOOC8/36.17

{18200110} 10 Jannuary 1820 Jan Andries Coetzee , Aletta Johanna Erasmus

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen als er door wylen Jan Andries Coetzee en desselfs nagelatene weduwe Aletta Johanna Erasmus in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaaders heeden opgenomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

een ossewagen met zyn volle toebehoor
vier yzere potten waar van een defect
een kopere keetel
een blikke castrol
twee emmers
drie vaatjes /in zoort/
een balie
twee kisten /oud/
twee stoelen
een thee tavel
twee graaven
een tinne schotel
vier tinne borden
zes yzere leepels
zes staale vorken
een aarde schotel
twaalf aarde borden
vier kopjes en pierings
zes bottels
een schiet geweer
een oude zadel
Beestiaal
zeventhien zo trek als jonge ossen
dertig aanteel beesten
vier aanteel paarden waar onder twee jonge rydpaarden
twee hondert zeventig schaapen
zestig bokken
Contant in den boedel
  Rd:s
aan gereed geld 200
Baaten des boedels
van den slagterknegt Johannes Londt een schietgeweer door den overleedenen voor omtrend zeven jaaren aan den zelven geleend
Erfgenaamen
1) Cornelis Jacobus gebooren den 13 Jann:y 1816
2) Pieter Johannes gebooren den 12 Decb: 1817
3) Jan Andries gebooren den 25 Septb: 1819

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze van den burger Petrus Jacobus du Toit genaamd Rustenburg geleegen in ’t V:d cornetschap Buffelshoek op den 10:de Jann:y 1820 volgens ’t op en aangeeven van voorm: weduwe A:J: Erasmus, dewelke betuigde hier inne ter goeder trouw te hebben gehandelt en niets met weeten versweegen of agter gehouden, verklaarende haar dus bereid deeze voorenstaande opgaave ten alle tyde des vereischt werdende met solemneele eede te zullen bevestigen met verdere belofte zo iets nader tot den boedel specteerende mogt komen te ontdekken deezen inventaris daar meede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in ’t by weezen van den v:d cornet Ab:m Joh:s Smit en den clercq J: Auret als getuigen.

Als getuigen: A:J: Smit, J: Auret

Aletta Johanna Erasemus weduwe J:A: Coetse

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/36.18

{18210505} 5 Mey 1821 James Brown

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er tot den ab intestato nagelatene boedel van wylen James Brown, een der in het gepass:e jaar uit Engeland alhier aangelande emigranten onder het bestier van m:r Owen sub dato 30 Maart deeses jaars in den ouderdom van byna 30 jaren met er dood ontruymd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en in geschrifte gebracht door my Francois Henry Staedel, Agent van het eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop, ter presentie van de hieronder genoemde getuigen, en zulks ter op en aangave van den veldcornet John Hickman, bestaande de goederen en effecten, in als volgt

eene byna nieuwe zeildoeksche tent
een kist waarin het navolgende
een zwarte hoed
een stroo hoed
een combaars
een paar geel kap steevels
een paar halve steevels
een viool
een doos met viool snaren
drie strykstokken
twee boeken
een party muzykboeken
zes korte broeken
twee ledere broeken
een zeildoeks boeseroentje
een blaauw lakense rok
een zwarte lakense rok
een gestreept baatje
drie onderbaatjes
vyf bonte hembden
drie witte
elf halsdoeken
een geel zyde zak doek
elf paar katoene koussen
drie paar gebreide koussen
een blaauwe pantalon
eene blaauwe rok
een muts
een paar slopkoussen
drie ledere handschoenen
een merrie paard, benevens
halfsleete zadel en toom
een matje
een katrol
Lasten des boedels
voor zoo verre die aan den ondergetekende zyn kennelyk geworden £ Rd:s
m:r Smith volg:s reek:g 2:15
W:m Ranson volg:s reek:g   31:4

Aldus gedaan en geinventariseerd te Port Elizabeth op den 5:den Mey 1821, en zulks op ’t aangeven als in den hoofde dezes vermeld, dewelke betuigden zich ter goeder trouwe gedragen en met hunlieder weten niets verzwegen te hebben, met belofte om wanneer in het vervolg iets mogt worden ontdekt tot dezen boedel behorende, deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren, mitsgaders des vereischt wordende met solemneele eede te staven

Getuigen: A: van Stade, P:s Rens

F:H: Staedel, Ag:t

By indispositie van den veldc:t J:C: de la Harpe

MOOC8/36.19

{18210405} 5 April 1821 Alexander Kilpatrick , John Syme

Lyst van zodanige goederen als nog behooren tot de maatschappy van Alexander Kilpatrick en John Syme.

een yzere plaat
drie vierkante kopere plaaten
een kopere pomp
een kopere koolemmer
een yzere koolemmer
drie blikke voet baden
een blikke emmer
een blikke gieter
een blikke soepkom
een blikke lantaarn
een blikke pomp
een blikke schuimspan
een blikke visch keetel
een blikke hangpot
een blikke trommel
een blikke koffy pot
een blikke blaker
een blikke tonteldoos
een blikke vergiet test
vyf blikke lampen
zeven kaarzevorme
een blikke wyn tregter
een tinne soeplepel
vyftien lepels in zoort
vyf tinne eetlepels
een pak yzere kettings voor schalen
een tafel
twee uithang borde
twee stoelen
een yzere geldkist
een bondel kooperdraat
een kan met een restant oly
eenige vaatjes met een restant verf
een sour bad
een slipper bad
In het pakhuis
een rak
een water keetel
een tinne kookketel
een tinne trommel
drie tinne kaarsekookers
een yzere balans met blikke schale
negen yzere lampe in zoort
een blikke hangpot
een kaas rooster
vyf snuyfdoose
een yzere visch pan
vyf blikke komme
drie blikke schootels
een party onvoltooid blik en kooperwerk
twaalf yzere kandelaare
een bankschroef
Op de agterplaats
een vat met wat oud kooper
een restant steen koole
eenige oude vate
een oude tafel
eenige oude planke
een grote yzere balans
twee brandewynskeetels met yzere slangen
twee koopere slange
een roller /behoord aan de gemeenschappelyken boedel/

Kaap de Goede Hoop den 5 April 1821.

Als gecomm: Weesm: A:V: Bergh, J:F: Munnik

My present: J:J:L: Smuts

Ampliatie

By eene nadere verdeeling op den 14 April 1821 gedaan, is almeede aan voorm: maatschappy van Kilpatrick en Syme te beurt gevallen

drie boven en onder stukken voor brandewyns keetels

Ampliatie van goederen nader aangebragt per het schip

drie boven stukken voor brandewyns keetels
drie onder stukken voor brandewyns keetels

MOOC8/36.20

{18210405} 5 April 1821 Alexander Kilpatrick , John Syme

Lyst van zodanige goederen als welke op den 5 April 1821 by verdeeling aan John Syme zyn te beurt gevallen, als

zes en dertig trossen yzer draat in zoort
twee honderd zes en dertig ponden yzer draat in zoort
vier en een halve pak koopere klink nagels
zeven pakken soldeersel
twee pakken borax
drie pakken salmojak
agt gordyn roeyen
vier pakken ysere plaaten
een quantiteit teer
vyftig koopere ronde plaaten
drie en vyftig koopere vierkante plaaten
agt kopere bouten
vier kopere taartepannen
een kopere pomp
een kopere koolemmer
vyf kopere waterbeekers
een blikke shower bad
zes blikke emmers
vier blikke gieters
zes blikke soepkommen
vyf en dertig blikke lantaarns
tien blikke schuimspannen
elf blikke water keetels
twee blikke visch keetels
vier en twintig blikke kasserollen
agt en dertig blikke kookkeetels
vyf en veertig blikke beekers
een blikke hangpot
negentien blikke trommels in zoort
vier blikke koffypotten
twee en twintig blikke blaakers
agt en zeventig blikke schootels in zoort
zes blikke menages
elf blikke tonteldoosen
twee blikke vergiet testen
negen blikke lampen
drie en twintig blikke peperdosen
twee vuilnis blikken
drie en dertig blikke wyntregters
een blikke wynpomp
een blikke lepel
zes blikke podding vormen
zes en dertig blikke jelly vormen
een party blikke koekevormen
een en dertig tinne soeplepels
zestig tinne eetlepels
een quantiteit handvatzels voor ketels
vier doezyn vylen en raspen
een party ooren en hengzels voor keetels
een party yzere kettings voor schalen
een pak tuyten voor keetels
een party yzere balansen voor schalen
vier passers
een party ooren voor keetels
een party houte handvatzels voor keetels en potten
een restant papier
een blaas balg
een restant zegul lak en potlooten
een restant zeep
een rak
een halve vat harpuis
een party rommelary
zestig kastjes met blikke bladen
zeven blikke water keetels
zes blikke kookkeetels
vyf blikke trommels
zes en dertig blikke kasserollen
tien blikke koffy potten
zestien blikke hangpotten
twee werk tafels
een stuk loot
vier speerhaaken
vyf klyne aambeelden in zoort
vyf en twintig hamers in zoort
zes houte hamers
een blok
tien doorslagen en voorts een party smits en koperslagers gereedschap
agttien pakken yzere en tinne klinknagels

Alle welke bovenstaande goederen de gem: John Syme by deeze bekenne uit handen van den secretaris der Weeskamer J:J:L: Smuts ontfangen te hebben en mits dien de Weeskamer daar voor komt te quitteeren onder verband als na regten.

En verklaarde gem: Syme al verder een gelyk bedragen van goederen als deeze waarvan op heeden een apparte lyst is geformeerd aan en ten behoeve des boedels van wylen Alexander Kilpatrick en nag:e wed: Elizabeth Hindle vervallen te zyn, en van alle regt en aanspraak die hy op dezelve als zyn geweezen compagnon heeft gehad, ten behoeve als gemeld aftezien. Terwyl een restant van goederen op eene derde lyst bekend gesteld, alleen als het eigendom van de firma van Kilpatrick en Syme zyn verbleeven, en ook voor reekening van de firma door Heeren Weesm: zullen werden verkogt. Ten bewyze van welke een en ander deezer door Heren Gecomm: en hemzelve eigenhandig is ondertekend.

Als gecomm: Weesm: A:V: Bergh, J:F: Munnik

J:n Syme

My present: J:J:L: Smuts

Ampliatie

By eene nadere verdeeling op den 14 April 1821 gedaan, is aan voorm: Syme te beurt gevallen blykens cognosement gedateerd 18 Decemb: 1820

negen boven en onder stukken voor brandewyns keetels
zestig ronde koopere plaaten
zeven vierkante koopere plaaten
zes pakken klinknagels
Goederen per het schip de Olive Branch aangebragt
negen boven stukken voor brandewijns ketels
negen onder stukken voor brandewijns ketels

MOOC8/36.21

{18210402} 2 April 1821 Alexander Kilpatrick , Elizabeth Hindle

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behoorende tot den gemeenschappelyken boedel van Alexander Kilpatrick en deszelfs huisvrouw in naame Elizabeth Hindle, door eerstgemelde op Zaturdag den een en dertigste der jongst gepasseerde maand Maart in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd een en twintig ab intestato met er dood ontruymd ende nagelaten ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenaamen, zodanig als deselve nalatenschap door ons ondergetekende expres gecommitteerde Weesmeesteren zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, als

Ten huurhuize van de heer W:J: Klerk en aldaar

In de boven voorzolder
een tafel
In de kamer n:o 1
een chambreel
een spiegel
een rustebank met chitze overtrekzel
zes leuning stoelen met losse kussings
een tafel met een groene kleed
een vloer mat
een verrekyker
een verlakte schenkblad
een groen geschilderd kastje waarin
twee schotels
drie doezyn borden
een oly en azyn standaard met 4 vlesjes
vier kopjes en pierings
twee spoel kommen
een trekpot
een melk kan
twee karaften
zes bierglazen
zes wynkelken
een blikke bak
zes messen en vorken
twaalf tinne leepels
vyf tinne desert lepels
twaalf tinne thelepels
twee tinne saus lepels
twaalf boeken
In de kamer n:o 2
een ledikant met bed compleet
zes stoelen
een wasch tafel
een tafel kast waarin
vier lakensche rokken
vier lakensche broeken
zeven in zoort
tien onderbaatjes in zoort
twaalf hembden
zes doeken in zoort
twee nagt mutzen
twintig p:r koussen en zokken
drie p:r handschoenen
vier foudralen yder met twee scheermessen
twee scheermessen
een paar stevel haken
een blikke doos waarin
twee hoeden
drie p:r stevels
vyf p:r schoenen
drie klyne vloer matjes
In de kamer n:o 3
een blikke doos
vier blikslagers scharen
een party ledige bottels en flessen
In een buiten vertrek
twee blikke emmers
een blikke visch ketel
drie blikke bakken
vier blikke kasserollen
een blikke vergiet test
een blikke blaker
een blikke hand lantaarn
een drievoet
een rooster
twee kistjes met seep
een blikke doos met suiker
eenig blikslagers gereedschap

In het pakhuis in de Pleinstraat zynde de koper en blikslagers winkel door de overledene met John Syme in maalschappy gedreeven waarin zig bevinden de volgende goederen tot voorz: maatschappy behoorende, te weeten

vyftien blikke waterkeetels
dertien blikke kookkeetels
elf blikke trommels
agt en zestig blikke kasserollen in zoort
vyf blikke kasserollen
twintig blikke koffy potten
drie blikke kaarse kookers
een blikke bak
negen blikke lampen in zoort
drie en dertig blikke hangpotten
een yzere balans met blikke schalen
twee en zeventig blikke beekers
een kaas rooster
vyf snuijfdoosen
een yzere visch pan
een blikke doos
vyf blikke kommen
drie blikke schotels
een blikke kooker
een party onvoltooid blik en koperwerk
honderd een en twintig kastjes met blikke blaaden
een quantiteit losse blaaden
twaalf yzere kandelaare
vier werk tafels
een rak
drie blokken
een groote en klyne blaas balg
een blikslagers roller
twee stukken loot
een bankschroef
agt speerhaken in zoort
tien klyne aambeelden in zoort
een en vyftig hamers in zoort
dertien houte hamers
twintig doorslagen, en voorts een party smits en koperslagers gereedschap
Op de zolder
dertien blikke emmers
negen blikke gieters
dertien blikke soepkommen
agt en zeventig blikke lantaarns
drie sour baaden
drie voet baade
een blikke pomp
een en twintig blikke schuimspanne
twee en twintig blikke water keetels
agt en veertig blikke kasserollen
vyf blikke visch keetels
zes en zeventig blikke kookkeetels
vier en negentig blikke beekers
drie blikke hangpotten
negen en dertig blikke trommels in zoort
negen blikke koffy potten
vyf en veertig blikke blaakers
een honderd vier en zeventig blikke schootels in zoort
dertien blikke menages
drie en twintig blikke tonteldoosen
vyf blikke vergiet testen
drie en twintig blikke lampen
zes en veertig blikke peperdoosen
vier blikke vuilnis blikken
zeven blikke kaarsevorme
zeven en zestig blikke wyn tregters
twee blikke wynpompen
twe blikke leepels
twaalf blikke podding vormen
zeventig blikke sely vormen
een party blikke koekvorme
drie en zestig tinne soeplepels
honderd vyf en twintig tinne eetlepels
twee tinne saus lepels
zeven tinne theelepels
een quantiteit tin
agt kopere taartepanne
drie kopere en een yzere koel emmers
tien kopere waterbeekers
twee kopere pompen
honderd en zeven kopere vierkante platen in zoort
honderd kopere ronde platen
zeventien kopere bouten
agt pakken yzere plaaten
zestien gordyn roeyen
negen pakken koopere klinknagels
zeven en dertig pakken yzere en tinne klinknagels
vyf pakken en een stuk salmojak
vyf pakken borax
vyftien pakken soldeersel
een quantiteit handvatsels voor keetels
agt dozyn vylen en raspen
een party yzere kettings voor schalen
twee pakken tuijten voor keetels
een party yzere balancen voor schalen
een party ooren en hengzels voor keetels
een pak passers
twee pakken veeren voor kandelaare
een party ooren voor keetels
een party houde handvatsels voor keetels en potten
een uithang bord
een tafel
een vat harpuis
twee stoelen
een yzere geld kist
een blaas balg
een bondel kooper draat
een groot quantiteit yzer draat
een kan met een restant oly
eenige vaatjes met een restant verf
een restant zegul lak en wat potlooten
Op de agter plaats
een vat met een party oud koper
een restant steen koolen
eenige oude vaten
een oude tafel
eenige oude planken
een grote yzere balans
een blikke schoorsteen
twee kopere brandewyns ketels met 4 slangen
Contanten
  Rd:s Rd:s
aan Kaapsch papiere munt een somma van een duyzend een honderd drie en zestig ryks: en 36 stuivers zegge   1163:36
waarvan aan John Syme tot betaling aan de werkslieden is afgegeven 252:36

Aldus na gedaane ontzegeling behoorlyk geinventarisseerd aan de Kaap de Goede Hope op den 2 April 1821 ende zulx op het op en aangeven van des overledenens wed: voor zoo verre de goederen betreft zig ten haare huyze bevindende en van John Syme voor zoo verre de goederen betreft tot de maatschappy behoorende, dewelke verklaarde hun ter goeder trouwe gedraagen en huns wetens niets verzwegen of terug gehouden te hebben van al het geen zoo tot den boedel als tot de maatschappy behoorende, invoegen zy dan ook betuigden de deugdelyk hunner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eden gestand te doen; met verdere belofte zoo hierna nog iets mogten werden ontdekt, daar van nader en getrouwlyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmeede te kunnen worde g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deese ter presentie van ons gecomm: Weesm: ende my Adj:t Commis door de inventarienten eigenhandig onderteekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, J:F: Munnik

Elizabeth Kilpatrick born Hindle

John Syme

My present: J: Serrurier, Adj:t Commis

MOOC8/36.22

{18210405} 5 April 1821 Alexander Kilpatrick , Elizabeth Hindle

Lyst van zodanige goederen als welke op den 5 April 1821 by verdeeling uit de maatschappy van Kilpatrick en Syme aan de gemeenschappelyken boedel van wylen Alexander Kilpatrick en nagel: wed: Elizabeth Hindle zyn te beurt gevallen, als

Op de zolder
zes en dertig trossen yzer draat in zoort
twee honderd zes en dertig ponden yzer draat in zoort
vier en een halve pak kopere klinknagels
negentien pakken yzere en tinne klink nagels
agt pakken soldeersel
drie pakken borax
twee pakken en een stuk salmojak
agt gordyn roeyen
vier pakken yzere plaaten
een quantiteit tin [1198 lb:]
vyftig kopere ronde plaaten
drie en vyftig kopere vierkante plaaten
negen kopere bouten
vier kopere taartepannen
een kopere pomp
een kopere koolemmer
vyf kopere waterbeekers
een blikke showerbad /druip bad/
zes blikke emmers
vier blikke gieters
zes blikke soepkommen
vyf en dertig blikke lantaars
tien blikke schuimspanne
elf blikke water keetels
vier en twintig blikke kasserollen
twee blikke visch keetels
agt en dertig blikke kookkeetels
vyf en veertig blikke beekers
een blikke hangpot
vier blikke koffy potten
twee en twintig blikke blaakers
agt en zeventig blikke schotels in zoort
zes blikke menagis
elf blikke tonteldoosen
twee blikke vergiet test
negentien trommels in zoort
negen blikke lampen
drie en twintig blikke peper doosen
twee vuilnis blikken
drie en dertig blikke wyntregters
een blikke wynpomp
een leepel
zes blikke podding vorm
zes en dertig blikke sely vorm
een party koekevorme
een en dertig tinne soeplepels
zestig tinne eetlepels
een quantiteit handvatsels voor keetels
vier doezyn vylen en raspen
een party ooren en hengzels voor keetels
een party yzere kettings voor schalen
een pak tuyten voor keetels
een party yzere balansen voor schalen
vier passers
een party ooren voor keetels
een party houte handvatzels voor keetels en potten
een restant schryfpapier
een blaas balg
een restant zegul lak en potlooten
een restant seep
een houte rak
een halve vat harpuis
een party rommelary
In het pakhuis
zestig kastjes met blikke bladen
zeven water keetels
zes tinne kookkeetels
vyf tinne trommels
zes en dertig tinne kasserollen
tien tinne koffy potten
zestien tinne hangpotten
twee werk tafels
een stuk loot
vier speerhaken
vyf klyne aambeelden in zoort
vyf en twintig hamers in zoort
zes houte hamers
tien doorslagen, en voorts een party smits en koperslagers gereedschap
een blok

Aldus verdeeld aan de Kaap de Goede Hoop op den 5 April 1821.

Als gecomm: Weesm: A:V: Bergh, J:F: Munnik

My present: J:J:L: Smuts

Ampliatie

By eene nadere verdeeling op den 14 April 1821 gedaan is aan de gemeenschappelyken boedel A: Kilpatrick en nagel: wed: E: Hindle te beurt gevallen blykens cognosement gedateerd 18 Decemb: 1820, als

negen boven en onder stukken voor brandewyns keetels
zestig ronde kopere platen
zeven vierkante kopere platen
zeven pakken klinknagels

Goederen nader per het schip deaangebragt

negen boven stukken voor brandewyns ketels
negen onder stukken voor brandewyns ketels

MOOC8/36.23

{18200129} 29 Jannuary 1820 Wynand Willem van Wijk

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Wynand Willem van Wijk zyn bezeeten en ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgad:s heeden opgenoomen en in waaren weezen bevonden geworden, te weeten

een hout bijl
een holdissel
twee booren
een handschroef
een knyptang
een winkel haak
een duim stok
twee boeken
een kandelaar
een tinne schotel
een tinne bord
drie leepels
een vork
een koeke pan
een Keulsche kan
een emmer
een kist
een buld zak
twee kussens
een velle combaars
Beestiaal
drie hondert acht en twintig zo aanteel schaapen als bokken
veerthien aanteel beesten
Erfgenaamen
1) Cornelia van Wyk gehuwd met Abram Francois Smit
2) wylen Roelof van Wijk vier kinderen alle zoons nagelaten, doch de naamen den opgever onbekend
3) Aletta van Wijk thans hertrouwd met Roelof van den Berg en
4) Hendrik van Wyk

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 29:ste Jann:y 1820 volgens op en aangeeven van den meede erfgenaam en burger Hendrik van Wijk, dewelke betuigde hier inne ter goeder trouwe te hebben gehandelt en niets met weeten versweegen of agter gehouden. Verklaarende zich dus bereid deeze voorenstaande opgaaf ten allen tyde des gevordert werdende met solemneele eede te zullen bevestigen, met al verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt koomen te ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in ’t byweezen van de clercquen J: Auret en A:G: von Bratt als getuigen

Als getuigen: J: Auret, A:G: v: Bratt

Dit merk + heeft Hendrik van Wyk gesteld

In kennisse van my: Th:s Muller, Secr:

MOOC8/36.24

{18210601} 1 Juny 1821 Barend Daniel Bouwer , Maria Catharina Jacomina Potgieter

4 July /21

P:G: Brink

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als behooren tot den gemeenschappelyke boedel van Barend Daniel Bouwer en Maria Catharina Jacomina Potgieter, door laatst gemelde op den tweede dag der maand May in den jaare een duyzend agt honderd een en twintig ab intestato metter dood ontruimd ende nagelaten, ten voordeele hunner hieronder te noemene kinderen ofte erfgenaamen, met namen

1) Jeremias Jesaias getrouwd met Maria Geertruida Kuulder
2) Maria Catharina Jacomina gehuwd met Frederik Johannis Snyman
3) Johannis Hermanus 14 jaaren oud
4) Barend Daniel 12 jaaren
5) Susanna Elizabetta 7 jaaren
6) Aletta Johanna 6 jaaren
7) Cornelis Tobias 2 jaaren
8) Hester Magdalena 4 maanden

In het woonhuis, en aldaar

In het voorhuis
1 tafel
4 stoelen
3 karnen
1 booter vat
3 emmers
1 kandelaar
1 snuiter
1 booter potje
3 tinne borden
3 leepels en 3 vorken
3 bylen
1 kraan zaag
1 hand zaag
1 dissel
1 snymess
3 schaaren
1 zadel en toom
2 booren
1 keetel
1 bed
In de keuken
2 potten
1 rooster
1 pan
Op de werff
1 wage compleet
3 graven
2 pikken
1 ploeg
Beestiaal
12 trekossen
9 aanteel beesten
106 schaapen
49 bokken
1 merry met haar ful

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze Klip Fontein geleege aan Assaay Bosh Rivier , op den 1 Juny 1821 op en aangeeve door voorm: Barend Daniel Bouwer, dewelke verklaarde zig in het op en aangeeve zyns boedels ter goeder trouwe te hebbe gedraagen en niets met weete te hebben verzweegen of agter gehouden, verklaarden zig bereid deeze zyne opgaave ten alle tyde des noods des gevorderd wordende met solemnieele eede te zullen staven, met verdere belofte zoo iets nader tot de boedel behoorende mogt ontdekken deeze inventaris daarmeede te zullen ampliceeren en is zulks gescheid in byweezen

Als getuigen: Jerimias J Bouwer, F:J: Snijman

Barent D: Bouwer

In kennisse van my: M:J: van N:dt Onkruydt, Agent

MOOC8/36.25

{18211119} 19 November 1821 Christiaan de Jager , Johanna Catharina Elisabeth Wathuizen

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als er in den achtermiddag van den 16 dezer loopende maand November 1821 ab intestato metter dood zyn ontruimd en nagelaten door Christiaan de Jager, omtrent 61 jaren oud, geboren te Hanover nalatende tot zyne erfgenamen zyne met hem in gemeenschap van goederen getrouwd geweest zynde huisvrouw Johanna Catharina Elisabeth Wathuizen ter eenre, en het by haar in huwelyk verwekt kind, gen:d

Johannes Wilhelm Christian de Jager oud omtrent 27 maanden, mitsg:s ter anderen zyde
zoodanig kind als waarvan de weduwe opgeeft zich thans zwanger te gevoelen

Zoodanig als deze nalatenschap door my ondergeteekende Klerk der Weeskamer op last van den Secretaris der voorsz:e Kamer in tegenwoordigheid van getuigen, na gedane ontzegeling is opgenomen en in geschrifte gebragt, en bevonden te bestaan in het navolgende

In een huurhuis van Daniel Fock in de Ziekedwars Straat N:o 4 , alwaar de overledene woonagtig is geweest en aldaar

In een winkel kamer
een kleine vierkante tafel
vier gematte stoelen
een houte toonbank met laden waarin kleine restanten zuiker, ryst, tamerinde, sago, etc:a
een stinkhoute ledikant met
een veeren bed en vier kussens
twee combaarsen
acht wit aarde diepe borden
zeven aarde commetjes in soort
een wit aarde water pot
drie tinne tobak’s dozen in soort
twee hangsloten
twee borstels
een cyfer ley /defect/ en
voorts eenige prullen
een kist waarin
twee lakensche rokken in soort
een lakensche jas
drie lakensche broeken in soort
vyf linnensche broeken in soort
twee flennelsche onder broeken
zeven onderbaatjes in soort
vier boven baatjes in soort
twee lyfbanden flennel
twee flennel baatjes
zes hembden
zes paaren koussen in soort
twee chitze nacht cabayen
twee zwart zyden doeken
een hoede doos met een mans hoed
een paar schoenen
een ruige cap
een Luthersch gezangboek
twee wandel rottings waarvan een met zilver gemonteerd
een bundel van negentien zilvere knoopjes
en voorts eenige quitanties en andere papieren en prullen
In het voorhuis
een peper molen defect en
eenige prullen
In een agter kamer ter linkerhand
een azyn’s haalfaam met zyn bok
een restant bruine zuiker
een zak met zuiker
een restantje soep ryst
een loodje tobak’s doos met een restant tobak
een yzere balance met twee kopere en een yzere schaal en een weinig gewigt
twee paar oude laarsen
een oude genevre kelder met eenige vlessen
een blikke lantaarn
twee oude blikke trommels met een restant boontjes
een tobaks mess
een houte pak kist
een jalousie mat
een kistje waarin de klederen van de weduwe
een kistje waarin de klederen van het kind
een restant zout
en voorts eenige prullen
een rotting met een degen
een zaag en een wit kwast
In de keuken
een emmer
een water half aam
een tafel
drie yzere kookpotten
vier blakers
een pot lepel
een pan
twee drie voeten
een rooster
een combuis haak
een schoorsteen ketting
een vuurtang
een asch schop
twee water ketels
een grote water beker
In de agterplaats
een party nieuwe bezems
een kleine tafel
een schepel
een balie
een balast mand
In een pakhuis
een koffy molen
een restant houts koolen
een restant brand hout
een vlees blok
voorts eenige prullen
Crediten des boedels
  Rd:s
een aandeel in het taphuis door zekeren Arend onder het Comedie Huis op de Boeren Plein gehouden wordende, zonder dat de weduwe nogtans opgeven kan hoe groot het bedragen van dat aandeel of hoe de rekening van haren overledenen man met gez:e Arend staat [ ..... ]
van Johannes Fryling volgens eene quitantie in ’s overledenens zak boek gevonden - op reek:g van 22:3
van zekere meid Pamela over eene quitantie in ’s overledenens zak boek gevonden 11:--
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Daniel Fokke voor twee maanden huishuur tot den laatsten dag dezer maand 60
aan de weduwe Lippert voor contant geleende 20

Aldus geinventariseerd ten huize voorsz:e op den 19:de November 1821, ende zulks op het op en aangeven van de in den hoofde dezes gemelde weduwe, dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe gedragen en met haar weeten niets verzwegen te hebben dat tot voorsz:e boedel is behorende, met verdere belofte om zoo zy hierna nog iets mogte ontdekken tot deze nalatenschap specterende, daarvan ter Weeskamer getrouwelyk nadere opgaaf te zullen doen, ten einde dezen inventaris daarmede te amplieren. Weshalven zy dan ook getuigde de deugdelykheid harer opgave des vereischd wordende ten allen tyde met solemneelen te zullen staven.

Als getuige: J:J: Herholdt

Voor den opgaaf: Dit merk + is door de weduwe als niet kunnende schryven in plaatse harer naamteek:g eigenhandig neder gesteld

My present: F:S: Watermeyer, G: Klerk

Ampliatie
twee tafels
een bank
een rustbank
twee ankervaatjes
twe groote kannen
agt kannen
zestien bottels
vyf kelder vlessen
twee halve vlessen
agt wit aarde kommetjes
zes glazen
drie kelkjes
zes blikke beekers
een waterhalfaam en kopere beeker
een vaatje
een ladder
twee roode doeken
vier kruisbanden
vier pakjes gaaren
zeven en dertig strengen gaaren
twe pakjes spelde
een en half pakje muszen band
een bankje
zeven mudde zakken
Crediten des boedels
  Rd:s
van Jan Nyg, in de Slaven Loge te vorderen 5
van Fredrik Lemkuiler 8
Lasten des boedels
  Rd:s
aan [ ..... ] de kuyper 9

Aldus g’emplieerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 30 Novemb: 1821 ende zulx op het op en aangeeven van Arend Pietersen, dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyn’s wetens niets verzwegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot voorm: boedel behoord, invoegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede te zullen staven, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gem: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmede nader kan worde g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons gecomm: Weesm: ende my Secretaris door gem: Pietersen eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesm: [ ..... ]

MOOC8/36.26

{YYYY} [ ..... ] Corneelia Steijn

Lijst der invantaaris van weijlen mejuffrouw Corneelia Steijn weeduwe weijlen Matheebus Willemsen de ouden

Als in besit hebbende gehad, zijnde

een zilver soep leepel
een bed met toebehoord
een kaatel
twee eijser potte
een waafel pan
een vlees vork
een tee pot
twee waater potte
een streijk eijser
een stoel
een stoof med den tesje
een hang slot
een Beijbeltje
een zilver beugel
een schaar
een bril

Opgenoomen door meijn als veldcornet: P:V:C:D: Otto

Als getuijgen: B: Coetzee, N:J: Graaff

MOOC8/36.27

{18200404} 4 April 1820 Hermanus Albertus Potgieter

Lijst der te goed hebbende penninge van wijlen Hermanus Albertus Potgieter /:zenior:/, als volgd

  Rd:s
van Ernst Mosterd voor dertig aenvok bokken /:de bewijs is vermist:/ 30
Jacobus Luts voor een nieuwe wagen hout /:de bewijs vermist:/ 30
Jacob Classen aen contante volgens handschrift 40
Total Rd:s100

N:B: Niemand heeft op de hamels gebooden en hier bij is een bewijs brief van de schuldenaar. Hebbe ook aen de perzoonen die bij de vendu present waaren aan de Weeskaamer geadreseerd om hunne penningen met secuur bewijs aldaer te vorderen.

N: Gemelde Luts woond onder het distrikt Swellendam aan Duivenhoksrivier , Ernst Mostert onder het district Georges Stad . Jacob Claasen booven aen Olifants Rivier onder het distrikt George Stad .

Johanna Maria van Inweegen /:weduwe van wijlen Hermanus Lambertus Potgieter de oude:/
Johanes Stephanus Potgieter oud 33 jaar
Hermanus Lambertus Potgieter oud 27 jaar
Cornelis Potgieter oud 25 jaar
Martha Maria Potgieter overleeden, geweeste echtgenoot van Philip Koetzee /:Dirk zoon:/ en nae gelaaten een dochter, in het ouderdom van twee jaar
Salomon Theodorus Potgieter oud 20 jaar

Actum Buffel Rivier den 4:e April 1820.

C:J: de Jager, Veld cornet

Exh: 26 Ap:l 1820, Byl: n: 3

Inventaris van de nalatenschap van Hermanus Albertus Potgieter de oude

1 rijd paart
1 merrij paart
2 osse
1 half slete wagen
90 hamels, uitstaande volgens bewijs van missieve
1 oude kar
2 zadels
1 stang
1 bet
3 hooft kussens
1 peulwe
1 oude kist
2 oude stoele
1 blat van een tavel
2 emmers
2 oude kook potte
6 eet lepels
6 forkens
4 tinne borde
1 tinne schotel
1 kandelaar
4 beschot planke
4 leer bomen
Volgens opgaaf van H:A: Potgieter
  Rd:s
Ernst Mostert debet over 30 bokke 30
Jakobus Luts debet over wagemakers hout 30
Jacop Klas debet over koorn 40
aan contante penninge gevonde in de boedel 70

C:J: de Jager, Veld cornet

MOOC8/36.28

{18200201} 1 Febriari 1820 Pieter Martines Oosthuijsen

Het is de leys van de overleedene Pieter Martines Oosthuijsen seijn goederen die ik opgenoomen heef

1 tee taavel
1 waagen kis
1 kook pot
1 trek potie
1 keetel
6 wette erdeborden
2 pesteleijne schootels
6 leepels
6 vurkes
1 geweer
1 kaatel
4 kommekies
1 bet
2 reij paarde
1 saadel
5 anteel paarde
8 jonge ossen
12 anteel beeste

den 1 Febriari 1820.

Hendrik Grobler, V: cornet

Als getuygen: Johannes Petrus Botha, Petrus Johannes Botha

MOOC8/36.29

{18220110} 10 January 1822 John Stuart Jardine

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Dingsdag den achtsten deezer loopende maand January ’s avonds de klokke agt uuren in den jaare onzes Heeren een duyzend agt honderd twee en twintig ab intestato metter dood zyn ontruijmd ende nagelaten door den luitenant colonel John Stuart Jardine in dienst der edele Oostindische Compagnie Infantery te Bombaay ten voordele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanige als dezelve nalatenschap door ons ondergetekende expres gecommitteerde Weesmeesteren zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende

Ten huyze van Edward George waar de overledene is gelogeerd geweest, en aldaar

In een boven vertrek
een kadel
een kot
een mattras en drie kussens
drie wolle combaarsen
een catoene deeken
twee chitze [deeken]
een koffer waarin n:o 1
zeventien witte lange broeken
veertien broeken in zoort
twee flenny broeken
elf onderbaatjes
een flenny [onderbaatjes]
een boven baatje /linnen/
vyf hembden
vier en twintig paaren zocken
twee p:r zyde kousse
twee p:r slopkoussen
agttien halsdoeken
vier syde zakdoeken
een muts
een rode egte tjaal
een lakensche rok
een lakensche overrok
een lakensche broek en syde onderbaatje
drie zitse kussen sloopen
drie p: kruisbanden
een p:r handschoenen
een militaire kap
een koffer n: 2 waarin
twee flenny onderbaatjes
vier buykbanden en 1 kruisband
drie p:r zyde koussen
een hand doek
drie p: schoenen en 3 p: steevels
een koffer n: 3 waarin
tien broeken
twee bovenbaatjes
zeven onder baatjes
een kripje bovenbaatje
twaalf hembden
zestien halsdoeken
een lakensche broek
een lakensche rok
een chitze spry
een koffer n:o 4 daarin
vyf en twintig boeken in zoort
een koffer n:o 5 waarin
dertien lange broeken in zoort
drie onderbaatjes en drie onder rompjes
een tafel laaken
een hembd
zes handdoeken
veertien p:r zokken
vier halsdoeken
een doosje met 9 p: zyde koussen
een stuk chitz
een koffertje waarin de papieren van de overledene
een koffer n:o 6 waarin
drie en twintig hembden
veertien onderbroeken
zestien lange broeken
twaalf halsdoeken
negentien buykbanden
agttien p: zokken
zeven flenny onderbaatjes
zes boven baatjes
tien hand doeken
een koffer n:o 7 waarin
zeven onderbroeken
tien boven broeken
elf hembden
een catoene deeken
een boven baatje
zeven onder [baatje]
zeventien handdoeken
een flenny onderbaatje
negen halsdoeken
negen p:r zokken
een muts
een spiegel
agt en dertig boeken
een mandje
een klyne tafel kleed
een klyne tafel
twee vinger glazen
een water mog
negen flesjes in zoort met ruikende waren
een wyn kelken
een party ledige flesjes
twee foudraalen met 8 scheermesse, strykriem, zeepdoos
zes borzels in zoort
een potje pomade
een blikke doos met wat tandepoeder
een p:r stevel haaken
twee flesjes eau de Cologne
een pot gember
een oude kyker
een kastje met 16 bottels liqueure
In de wasch
zes en twintig hembden
twee lange broeken /Nankien/
een lakensche broek
veertien flenny banjangs
vier onderbroeken
twee p: zokken
twee zakdoeken
tien buikbanden
een onderbaatje
een kripje boven baatje
Een schryf kistje waarin
een goud horologie met twee goude kettings, cachet en sleutel welke zynen vriend den luit:t William Jacob, Bombay Artillery, opgeeft een famillie stuk te zyn, die hy verzoekt provisioneel onverkogt te laten tot dat van zyne famillie deswegens nadere schryvens zal zyn ontfangen
een p:r zilvere schoengespen
vier band knoopen
een p:r zilvere hand knoopen
een steenen p:r handknoopen met zilver gemonteerd
zeven steenen knoopjes
een vergulde bril
twee zilvere [bril]
een vergulde vergroot glaasje
twee zilvere potloot pennen
agt zilvere ringetjes met 2 zilvere feters
een snoer bloed koraalen welke als boven verzogt word tot nadere schryvens van zyne famillie onverkogt te laten
een goude hanger en goude ring
een zilvere maddiljon aan de overledene geschonken by gelegenheid van ’t nemen van Seringnapatam
een penne mesje
Crediten des boedels
een honderd en agttien goude mooren
een en twintig zilvere Spaanschematten
Lasten des boedels
  Rd:s
aan zyn knegt Sayed Bodeen volgens overeenkomst met zyn meester voor oppassing welke aan zyne keuze is gelaaten om ’t zy in Engeland ’t zy by zyne terugkomst in Indien te ontfangen en waartoe des overledenens gemagtigdens de heeren mess:rs Remington Crawford en C:o te Bombaay de nodige fondsen in handen hebben en die hy nu verzoekt dat aan hem in Indien mogten werden betaald ropyen 200
aan Edward George blykens specifique reekening 88:--
aan de wasch vrouw blyken reekening 11:12
aan begraven’s onkosten blykens reekening 487:12

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 10 January 1822 ende zulx volgens opgaaf van zyn knegt Saijed Bodeen ten oversteen van de heer William Jacob, dewelke verklaarde zig hierin ter goeder trouwe gedragen en hunnes weetens niets verzweegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid hunner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwlyk opgaaf te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmeede te kunnen worde g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deese ter presentie van ons gecomm: Weesm: ende my Secretaris door de inventariente eigenhandig onderteekend.

Als Gecommitt: W:s: A:V: Bergh, A: van Breda

The mark L of Sayed Bodeen

William Jacob, Lieut: Bombay Artillery

My praesent: J:J:L: Smuts

MOOC8/36.30

{18200311} 11 Maart 1820 Christiaan Scheffer , Margaretha Steenvadt

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behooren tot den boedel van wylen Christiaan Scheffer en deszelfs nagelatene wed:e Margaretha Steenvadt, door eerstgem:e op den 5:e Juny l:l: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, bestaande dezelven in de volgende effecten, te weeten

twee katels
twee kuipen
twee rakken
twee vaatjes
drie kisten
twee banken
drie zakken
twee ziften
een stampblok
een lantaarn
twee trommels
zeven kasten en rommelary
een pan
vier potten /in zoort/
vyf stoelen
twee stooven
twee aarde potten
een komfoor
een ketel
een vyssel
een strykyzer
een pars yzer
drie thee potten
een zaag
een brandewyns ketel
twee schaaren
een klyne zift
drie kommen
twee oude boeken
een koffy molen
een chypherley
een strykriem
een hamer
twee spiegels
een koffy kan
twee mandjes
een stamper
een parthy medicynen
drie schaalen met derzelver balansen
twee lanzetten en knipper
vier doosjes
twee spuitjes
agt bottels in zoort
een flesch met wat lyn olie
drie schotels
agt borden
negen lepels
vyf forken
een emmer
een rooster
een ladder
drie tafels /in zoort/
een groote kast
twee halfaamen brandewyn
drie halfaamen wyn
een huis en erf
Baaten des boedels
    Rd:s
twyffelagtig van Cathryn van de Caap blyk:s eene notarieele schuld erkentenis aan capitaal groot 353:2
  met de renten van den 29:e September 1814
  van Coenraad Craff blyk:s eene onderhandsche schuldbrief groot 468:7
  waarop in mindering ontfangen zyn 263:--
  resteerd nog 205:7
  van Christiaan Barends blyk:s eene onderhandsche schuldbrief in handen van Isaac Lesar berustende groot 106:--
ontv: van Joh:s Dyssel blyk:s eene onderhandsche schuldbrief groot 131:6
  waarop in mindering zyn ontv: 80:--
  resteerd 51:6
ontv: van Francois Smit blyk:s eene onderhandsche schuldbrief groot 50:4
Boek schulden
  Rd:s
van Roelof v:d: Merwe 2:--
van H:k Wydeman d’oude 5:--
van de wed:e Cath:a Coetzee 10:--
van Alewyn Burger 15:--
van den boedel van wylen H:k Badenhorst 7:--
van Jac:s Joubert 4:--
van Nic:s Sauer 10:--
van Piet Haarhoff 10:--
van den boedel van wylen H: Badenhorst 49:6
Schulden des boedels
    Rd:s
den 10 April 1822 capitaal en renten uitbetaald rd:s992:20 aan Isaac Lesar aan cap:l en renten 575:5
aan de wed:e H:k Badenhorst 800:--
  met de renten
  aan Herm:s Mulder 18:4
Erfgenaamen
1) Catharina Bartholina Elisabeth geboren den 21 August 1806
2) Johanna Sophia Henritta geboren den 19 Juny 1808
3) Margaretha Fred:a Carolina geboren den 17 Dec:r 1810
4) Christ:n Joh:s geboren den 7 Ap:l 1816

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 11 Maart 1820 volgens op en aangeeven van de wed:e voormeld, welke verklaarde niets met weeten verswegen of agter gehouden te hebben met belofte indien iets nader mogte worden ontdekt dat tot dien boedel behoorende, deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, en zulks vereischt wordende met solemneele eede te staaven en is zulks geschied ten byweezen van Carel Benedictus Ziervogel en Jac:s Joh:s Meintjes als getuigen.

Voor d’ opgaave: Margaritha Eliesabet Steenvad, weduwe Scheffer

Als getuigen: C:B: Ziervogel, J:J: Meintjes

A: Stockenstrom

MOOC8/36.31

{18200929} 29 September 1820 Christiaan Aucamp , Susanna Francina le Roux

20 Dec: 1820

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door den burger Christiaan Aucamp D:kz en desselfs huisvrouw wylen Susanna Francina le Roux in gemeenschap bezeeten en door laastgenoemde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden te weeten

een osse wagen met zyn toebehoor oud
een wagen kist zonder slot
een rotting mandje
een spiegel
een schuijfdoosje
een schuijfdoosje
een aarde kan
een ley
een blikke beeker
twee bottels
drie tinne leepels
vier staale vorken oud
twee tinne schootels
drie tinne borden
een kandelaar
een tafel
twee stoelen
een oude emmer
een plat vaatje
een oude kist
twee hand moolen steene
een moolen spil
twee klijne balies
een zaadel met toom
een spanzaag
twee booren
een omslag met booryzer
een snymes
twee schaaren in zoort
een bytel
een rasp
een passer
twee holbytels
een driekante vijl
een oude graaf
twee ijzere potten
een vlees vork
Beestiaal
drie ossen
twee en negentig schaapen
een oud ruyn paard
een jonge hengst paard
twee merries en een hengstveulen
Baaten des boedels
[ ..... ]
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Coenraad Fred:k Heerhold aan capitaal 200
aan rente van dien zeedert ult:o Septb:r 1818 a 5 pc:to 20
aan de wed:e Jan Willem Zulch over negotie goederen - den 28 January 1822 in mindering ontfangen rd:s100 196
Erfgenaamen
aan Magdalena Judith get:d met Jan H:k G:d v: d: Linde
aan Anna Alida Petronella get:d met Jac:s Pet:s Badenhorst
aan Susanna Francina Joh:a den 8 Febr: 1796
aan Elisabeth Marg:ta Sophia den 22 July 1798
aan Joh: Died:k 23 Febr: 1800
aan Pieter Josua 27 Febr: 1804
aan Christ:n Daniel 10 Novb:r 1806

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 29:ste September 1820 volgens ’t op en aangeeven van voorgen: Christiaan Aucamp D:kzoon, dewelke verklaarde zich in het op en aangeeven zijns boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agter gehouden. Verklaarende zich dus bereid deeze zyne opgave ten allen tijde des gerequireerd werdende met solemneele eede te staaven, met al verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in t byweezen van den vendu afslager Jerem:s Auret en den burger Hendrik Fredrik Papenfus als getuigen.

Als getuigen: J: Auret, H: Papenfus

Christiaan Aucamp

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/36.32

{18201219} 19 December 1820 Petrus Willem van der Westhuizen , Geertruyda Coertzen

28 Feb: /21

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als door als door Petrus Willem van der Westhuizen en nagelatene wed:e Geertruyda Coertzen in gemeenschap bezeten, mitsgaders door eerstgem: met er dood ontruimd en nagelaten heden opgenome en bevonden te bestaan in

34 ossen
47 aanteelbeesten
97 bokken
1481 aantaal schapen
5 aantal paarden
1 zadel en toom
1 schietgeweer
1 rooster
1 handbyl
1 ketel
4 tinne lepels en forken
2 tinne schotels
1 verrekyker
1 hamer
1 scheermes
1 schoenmakers tang
1 snymes
1 handschroef
1 pik
2 yzere potten
1 wagen kist
1 zeeppot
1 vaers
1 wagen met toebehooren
1 platvaatje
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Jan Oberholster weg:s repareeren van een wagen 14
Erfgenaam
Geerbrecht Elizabeth geb: den 13 Aug:s 1818

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatse Brandnetels Fontein gelegen in t Winterveld op Dingsdag den 19 Dec:r 1820 volgens op en aangeeven van den burger Pet:s Coenr:d v:d: Westhuizen, dewelke verklaarde zig hierin ter goeder trouw te hebben gedragen met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende gevonden mogte worden dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede hebbende hy deze benevens my Landdrost en getuigen met zyne naamtekening bekragtigd.

Peterus Coenraad van der Westhuise

Getuigen: J:F: Ziervogel, J: Auret

A: Stockenstrom

MOOC8/36.33

{18201213} 13 December 1820 Charel Johannes Eelhof , Cornelia de Wit

28 Feb: /21

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wijlen Cornelia de Wit en haare nagebleeven man den burger Charel Johannes Eelhof in gemeenschap bezeeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waaren weezen bevonden zijn geworden, te weeten

Vaste goederen
Den opstal der leenings plaats genaamd de Varsche Valeij gelegen in Brakke Rivier
Losse goederen
een oude osse wagen met toebehoor
een schietgeweer
vier graaven /in zoort
drie schaaven /in zoort
een omslag met twee booren
twee booren
een hamer
een knijptang
een rasp
twee vijlen
een koubijtel
een deurslag
een passer
vier bijtels
een snijmes
twee span zaagen in zoort
een klijne zaag
een kistslot
twee scharnieren
twee dissels
een kroos
twee zekels
een ijzere ketting
een parthij oud ijzer
een tinne schotel
zes tinne borden
drie tinne lepels
vijf staale vorken
een ijzere compfoir
een kopere ketel en een ketel oud
een groote aarde kan
een aarde pot
zeven bottels in zoort
zes klijne vlesjes
twee ijzere potten in zoort
een emmer
een klijne balie
een vlees vaatje
een plat vaatje
een meel zift
twee blikke trommels
een tinne trekpotje
een boter potje
een melk kannetje
een sous potje
een peperdoosje
een neute rasp
twee bekers
een snuijter
een ijzere strijkijzer
drie schaaren in zoort
een priem
een borssel
een slijpsteentje
een groote Bijbel
twee boeken
twee zadels waarvan een oud
een oude toom
een geelh:te tavel
een geelh:te stoel
drie geelh:te banken
een grijnh:te kist
een siambock
een end plank
zes mudden koorn
twee en een halve mud zout
een katel
een bed compleet
Beestiaal
een merrie paard
vijfthien ossen
zeven aanteel beesten
twee honderd zes en veertig aanteel schapen
Contanten
geene in den boedel
Baten des boedels
  Rd:s
van Pieter Venter Albt:zn over koop van een schroef en een half mud zout 23
van Nicolaas Albertze woonagtig ond:r Swellendam voor twaalf doeken zedert ’t jaar 1811 12
van Jan du Preez Frans z:n voor drie ellen linnen zedert 1811 3
van Fred:k Christ:l de Wet /aan Hex Rivier / over cont:t geleend geld 40
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Hendrik van Heerden W:J: z:n per obligatie d:d: 22 Feb:ij 1819 300
renten van d: 22:e Feb:y 1820
aan George And:s Martin over negotie goederen 114
aan David Sch:k v: d: Merwe over cont:t geleend geld 33
aan Fred:k Christ:l Eelhof over cont:t geleend geld 72
aan Dan:l Jac:s Robberts s:r over cont:t geleend geld 10
aan Pieter Jordaan s:r over cont:t geleend geld 10
aan Corn:s Harm:s Olivier s:r over koop van een kar p:r rest 28
Erfgenaamen
1) Anna Susanna Eelhof getrouwd met David Schalk v: d: Merwe Carels z:n
2) Joh:s Zacharias Eelhof getrouwd
3) Fredrik Christoffel Eelhof getrouwd
4) Martha Sophia Eelhof gehuwd met Albertus Wilhelmus Meyburg G:tz
5) Charel Johannes Eelhof geb: den 22:e Nov:r 1805
6) Corn:a Maria Sophia Eelhof geb: den 28:e Maart 1808
7) Neeltje Christina Eelhof geb: den 27:e July 1810
8) Charlotta Catharina Eelhof geb: den 23:e Junij 1814
9) Ernst Hendrik Eelhof geb: den 6:e Nov:r 1816
10) Petrus Johannes Eelhof geb: den 16:e Juny 1819

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze genaamd de Varsche Valeij gelegen in Brakke Rivier op den 13:e December 1820 volgens op en aangeeven van voorgem:de C:J: Eelhof, denwelken verklaarde niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, met belofte indien hij iets tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en zulks des gevorderd werdende met solemneele eede te bevestigen, en is zulks geschied ter praesentie van d’ e: Joh:s Lod:s Pretorius en A:H: Hellberg als getuigen

Voor d’ opgaave: S:J: Elof

Als getuigen: Johannis L: Pretorius, A:H: Hellberg

In kennisse van mij: W:W: Harding, D: Land:

MOOC8/36.34

{18201025} 25 October 1820 Gerrit Schepers , Jacomina Hendrina van Jaarsveld

Exh: 20 Dec: 1820

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door de burgeresse Jacomina Hendrina van Jaarsveld en desselfs man wijlen Gerrit Schepers s:r in gemeenschap bezeeten en door laastgenoemde ab in testato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waaren weezen zijn bevonden geworden, te weeten

een osse wagen met zijn toebehoor
drie boter vaaten
een emmer
een tafel
een slijpsteen
drie ijzere potten
een tinne schotel
drie tinne borden
vijf tinne lepels
vijf stale vorken
ses aarde borden
twee kommetjes
Slaaven
den mansslaaf Samson van Mossanbicq oud 31 jaar
Beestiaal
vijftig ossen
twee en sestig aanteel beesten
vier hondert negen en dertig aanteel schaapen
seven en veertig aanteel bokken
Baaten des boedels
  Rd:s
van Johannes Lombart Jurgen z:n over koop van een koe en een kalf per rest 3
Erfgenaamen
1) Jacobus Schepers deeze zijn kinderen uit het eerste bed met wijlen Helena Dorothea Bekker geprocrieerd
2) Helena Dorothea Schepers gehuwd met Johannes Petrus Botha
3) Stephanus Johannes Scheepers
4) Gerrit Marthinus Scheepers
5) Maria Elisabeth Scheepers, gehuwd met Jacob Franc:s v:d: Merwe Pz:
6) Rijnier Johannes Schepers deeze zyn kinderen uit den tweeden bedde bij Jacomina Hendrina van Jaarsveld gewonnen
7) Adriaan Albertus Schepers
8) Jan Hendrik Schepers
9) Anna Elisabeth Schepers
10) Gertina Susanna Schepers

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze van den burger Fredrik Jacobus van Eeden genaamd de Schoemans Vlakte geleegen in het veldcornetschap de Buffelshoek op den 25:ste October 1820 volgens ’t op en aangeeven van voorgem: Jacomina Hendrina van Jaarsveld weduwe wylen Gerrit Scheepers s:r, dewelke verklaarde haar in het op en aangeeven haars boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agter gehouden. Verklaarende haar dus bereid deeze haare opgaave ten allen tyde des gerequireerd werdende met solemneele eede te staaven; met alverdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in ’t bijweezen van d’ E:E:s Ferdinand Hartzenberg en Georg Fredrik Enslin als getuigen

Als getuigen: F: Hartzenberg, G:F: Enslin

Jacomina Hendrina van Jarsvelt wedewe Schepers

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/36.35

{18211008} 8 October 1821 Sophia Rebecca Plagman

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als er op Woensdag den 3:de dezer loopende maand October de klokke 1 uren in den morgen metter dood zyn ontruimt en nagelaten door Sophia Rebecca Plagman weduwe wylen den burger Johan Godfried Mocke, hebbende de overledene by testamentaire dispositie in dato 16 Mey 1820 voor den notaris publiek Franciscus Xaverius Lind en getuigen gepasseerd, na alvorens differente legaten en praelegaten te hebben gemaakt tot hare eenige en universele erfgenamen, benoemd en geinstitueerd hare hier na te noemene kinderen by voorsch: haren echtgenoot in huwelyk verwekt, te weten

1) Maria Elisabeth Mocke gehuuwd met Johan Fredrik Schickerling
2) Helena Christina Wilhelmina Mocke gehuuwd met Jacques Gideon Tredoux
3) Sophia Johanna Mocke gehuuwd met Jan Hendrik Bam
4) Johan Godfried Mocke
5) Fredrik Simon Mocke
6) Apolonia Carolina Mocke gehuuwd met Carl Hancke
7) Johanna Dorothea Mocke gehuuwd met Michiel Fredrik Pentz, welker aandeel de overledene heeft bezwaard met den band van fidei commis
8) Johannes Jacobus Mocke
9) Christiaan Carl Mocke en
10) Maria Jacoba Mocke gehuuwd met Hermanus Gerhardus Keeve

en voorts tot executeuren van hetzelfde testament benoemd en verzocht het Collegie van Weesmeesteren dezer Colonie, ten gevolge waarvan de nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerden uit het evengemeld Collegie na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het navolgende

Een huis en erf en annex pakhuis staande ende gelegen in de Keerom Straat N:o 4
een huis en erf staande ende gelegen in de Breestraat in het Blok 21 en aldaar N:o 7 het welk de testatrice verklaart heeft van haren zoon Johan Godfried Mocke voor eene somma van achttien duizend guldens Ind: vall: te hebben overgenommen en derhalven te begeren dat zoo hetzelve huis by publieke verkooping hares boedels minder dan de gemelde som van ƒ18000 mogte komen te renderen, zoodanig meerder bedragen alsdan aan haren voorsz:en zoon J:G: Mocke voor een legaat te bespreken

In het eerstgemelde huis en aldaar

In het voorhuis
een ophaal gordyn
een kloklantaarn
vier stoelen
In een voorkamer ter regterhand
een chitze open gordyn
een jalousie mat
twee spiegels met notenboom houte lysten
zes schilderyen /pourtrait stukken/
een canopy met een chitze overtrekzel
acht stinkhoute stoelen met rode trype zittingen waaronder twee leuning stoelen
twee wit kopere quispeldoren
een guerridon
een stinkhoute thee tafel
vier stoven
een rood verlakte schenkblad waarop
twaalf blauw aarde kopjes en schotels
In een voorkamer ter linkerhand
een rood zyde open gordyn
een jalousie mat
een spiegel met vergulde lyst
vier platen /onder glas/ die de erfgenaam Keeve opgeeft zyn eigendom te zyn
twaalf stoelen met rood trype zittings
een guerridon
twee wit kopere quispeldoren
drie verlakte snuyter bakjes
twee stoven
In de gaandery
een blauw gestreepte open gordyn
een staand horologie
een mahony houte schenk tafel, waarop die de erfgenaam Keeve opgeeft zyn eigendom te zyn
drie bronze beelden
twee vliegen waayers
twee glaze stulpen
een wasch bak
acht stinkhoute stoelen met rood trype sittings en chitze overtrekzels, waaronder 2 leuningstoelen
twee wit kopere quispeldoren
een steene tafel
twee spiegels met vergulde lysten
In een muur kast
twee silvere schenkbladen
een silvere trek pot met zyn bak en zeefje
een silvere zuiker trommeltje
een silvere koelbakje
een silvere beker
een silvere vuur-tesje
acht silvere eet-lepels
acht silvere vurken
een silvere soupe-lepel
twaalf silvere thee lepeltjes
vyf silvere confyt vurkjes
een zilvere mostert potje
twee zilvere zout vaatjes
een zilvere troffel, door de overledene aan haar kleinzoon Godfried Mocke, oudste zoon van Johan Godfried Mocke gelegateerd
een pletty koffy pot
een pletty trek pot
een pletty zuiker pot met zyn tang
een pletty melk pot
vier pletty kandelaars
twee pletty zout vaatjes
een witkopere thee machine
elf Japansch porcelyne borden
vier Japansch porcelyne bloemen bekers
een Japansch porcelyne thee bus
veertien Japansch porcelyne schoteltjes in soort
zes Japansch porcelyne kopjes
acht champagne glasen
acht bier glazen /gebloemd/
vyf glaze confyt potjes in soort
een glaze boter pot
vyf glaze caraffen
elf blauw aarde thee kopjes en schoteltjes
een liqueur kelkje
twee blikke trommels
een Chinaasch verlakte thee kistje
een rood verlakte koffy doos
twee Chinaasche blauwe confyt potten
een blikke thee bus
een glaze boter potje en
twee aarde zuiker potjes en
eenige ledige bottels
In een agter kamer ter regterhand
een wit linnensche ophaal gordyn
een spiegel met een zwarte lyst
vier schilderyen op glas
vier stoelen in soort
een tafeltje
een stinkhoute lessenaar waarin
elf metalle desert lepels
een rood verlakte zuiker trommeltje
een houte zuiker trommeltje
een vergulde snuif doos
een paar goude hembd’s knoopjes
een paar goud steene hand knoopjes, die de erfgenaam Pentz opgeeft aan Johannes Jacobus Mocke toe te behoren
een paar goude hand knoopjes met perse steenen
een groene zyde geldbeursje met zilver beugel
een stale bril
een boek spiegel met eene lade
een goude bril
een stale bril
een schaartje
een geelkopere inkt kooker
een verre kyker
een goud zak horologie
een klederen borstel
drie vlesjes Haarlemmer olie
In een dispense onder de trap
zes Japansche porcelyne schotels, waarvan een defect
zes soupe terrines in soort
zeventien blauwe porcelyne schotels
vyf diepe porcelyne schotels
een blauw porcelyne scheer bak
twee rood Japansch porcelyne schotels
twaalf rood Japansch porcelyne diepe borden
twaalf rood Japansch porcelyne vlakke borden
drie Japansche potten
een Japansche kom
dertien wit aarde schotels in soort
zestig aarde borden zoo vlakke als diepe
dertig desert borden in soort
dertien ryst bordjes
drie blauwe Chinaasche confyt potten
vyf aarde thee kopjes en
vier aarde schotels
een blauw aarde boter potje
zes aarde kommetjes in soort
twee aarde thee potjes
een aarde melk kan
twee aarde sauce potjes
een wit aarde lampet en kom
twee wit aarde lampetten
eenige aarde potjes
een zwart aarde melk kan
twee aarde boter potjes /vogel nestjes/
twee tinne ketels
een geel kopere koffy kan
een rood kopere confoor
een blikke lantaarn
acht wit kopere kandelaars
twee wit kopere blakers
een oly en azyn stander /defect/
twee kopere strykyzers
een wit kopere vuur tesje
een blikke vergiet test
een spritze spuit
twee blikke broodbakjes
twee blikke trommels
een tinne bak
een rood verlakte trek pot
vier blikke ketels met dekzels
twee blikke ketels zonder dekzels
een groen verlakte blikke trommel
twaalf bier kelken
zestien wyn kelkjes
vyf waterglazen
zes messen
vier doeken voor kast planken
In een stryk kamer
een chitze ophaal gordyn
drie groene saaye schuif gordyntjes
een kijaty houte klap tafel
zeven stoelen met chitze matrassen in soort
een stoffer
een vuilnis blik
Op de voor zolder
drie wit linnensche open gordynen
een lantaarn
twee spiegels /waarvan een met een blaker/
negen schilderyen in soort
zes kleine schilderyen
een mahony houte thee tafel, dewelke voorsz:en Keeve opgeeft aan hem toetebehoren
vier tafeltjes in soort
elf stoelen in soorten met geruite overtrekzels voor tien
een groen lakensch tafel kleed
een gebruineerde thee machine
een stinkhoute kabinet met zilver beslag waarop
een stel Chinaasche kast potten en waarin
veertien zilvere eet lepels
vier zilvere vurken
een wit yvore klisteer spuit
zeven en dertig stale vurken in soort
vyf messen
een tinne soup lepel
een sluit mant
veertien boeken in soort
de klederen der overledenen welke aan hare gezamenlyke dochters zyn geprelegateerd en waarvan eene separate lyst dezen inventaris zal worden geannexeerd
achttien nieuwe bedden lakens
zestien nieuwe bedden lakens
drie nieuwe tafel lakens
vyf en zestig kussing sloopen
een en dertig servietten
vier doeken voor kast planken
een tafellaken gebruikt
negen servietten
In een boven kamer n:o 1
een wit linnensche open gordyn
twee kadels in soorten
vier veren beddens met drie peluwen en een en twintig kussings, drie combaarsen en twee lakens
een chitze sprey
drie stoelen in soort
een steek bekken
In een boven kamer n:o 2
een wit linnensche opengordyn
een kap stok
vyf stoelen
een grote glaze kast waarin
een restant karsen katoen
een slonsje
twee kamer besems
drie kastjes met een restant thee zuiker, wordende door Keeve opgegeven aan hem te behoren
In een bovenkamer n:o 3
een wit ophaal gordyn
een zieken stoel
een kadel, welke de huisvrouw van Keeve verzoekt te mogen hebben in stede van de door de overledene aan haar geprelegateerde ledikant en waarin de gezamenlyke erfgenamen genoegen nemen

Terwyl de overige goederen in dat vertrek gevonden zyn erkend geworden, het eigendom van voorsz:en Keeve te zyn.

In een boven kamer n:o 4
twee wit linnensche opengordynen
twee spiegels
zes schilderyen /pourtraits stukken/
een tafeltje /kijatie houte/

Terwyl de overige goederen in dat vertrek gevonden, erkend zyn geworden het eigendom van dikwyls gem:e Keeve te zyn.

In de trap
een lantaarn
In de keuken
een wafel yzer
twee oblie [yzer]
drie geelkopere poffertjes pannen
een geelkopere rasp
een geelkopere schotel
een rood kopere soup lepel
Op de agter plaats
twee water half aamen
drie emmers
een rood kopere beker
een tafel
In een pakhuis
een charet wagen met voorswengel
een paar tuigen met wit koper beslag en toebehoor
een party oude tuigen
een geel kopere schaal met balance
een grote wasch balie
twee pekelharings vaaten
een draag stoel
een kijatie houte ledikant met behangzel
een grote kist met een klein restant gebottelde wyn
zeven yzere potten in soort
een grote yzere [potten]
vyf grote castrollen
twee koekenpannen
drie schoorsteen kettings
een schuimspan
een kopere taarten pan
twee confyt ketels
een kopere water ketel
een kopere vyssel met yzere stamper
drie houte balies in soort
zeven vaatjes in soort, waarvan een opgegeven wordt aan H:k Oostw:d Eksteen te behoren
een ryst blok met zyn stamper
een koffy molen met zyn bank
twee hak borden
een rol stok
een boter stamper
vier kelders in soorten
een ladder
een party rommeling
In een wynkelder
zeven kleine stukken gewigt
een kist met een restant gebottelde zoete en ryzende wyn
drie ledige lyn olie kannen
een kelder met ledige vlessen
een aarde pot
een blikke tregter
een party ledige bottels en vlessen
een lange ladder
een kortere ladder
In de stal
twee paarden
twee gyten
Op een zolder boven de stal
negen mudden zakken
een kaf zak
een party yzerwerk
drie ledige kisten
twee schepels
een katrol met zyn looper
een platte piek
wat rommeling
acht oude schilderyen
In een slaven vertrek
een wyn bok
een bottel mand
een party rommeling

en voorts nog in het bezit van Johannes Jacobus Mocke

een stinkhoute ledikant
een stinkhoute kadel
een stinkhoute tafel
vier stinkhoute stoelen
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf genaamd Damon van Bougies omtrent 60 jaren oud, metzelaar
een mansslaaf genaamd Adonis van de Kaap omtrent 50 jaren oud, metzelaar
een mansslaaf genaamd April van Batavia omtrent 50 jaren oud, snyder
een mansslaaf genaamd Spadille van Muskette omtrent 57 jaren oud, koetsier
eene slavinne genaamd Daphné van Batavia omtrent 59 jaren oud, huismeid
eene slavinne genaamd Saartje van de Kaap oud omtrent 20 jaren, met hare twee kinderen Abraham en welke door de testatrice aan hare dochter Maria Jacoba Mocke getrouwd met Hermanus Gerhardus Keeve voor de som van 200 ryksd: zyn vermaakt, en reeds by ’s gouvernements Registratie Kantoor van Slaven op deszelfs naam loopen
Daphne
Contanten des boedels
twee duizend zeven honderd een en negentig ryksdaalders
Baten des boedels
  Rd:s
eene notariele obligatie de dato 26 Augustus 1820 ten lasten Fredrik Simon Mocke groot in capitaal 4000:--:--
met de renten sedert den datum der obligatie
een onderhandsch briefje ten lasten Johannes Jacobus Mocke de dato 7 Septem:r 1819 groot 200:--:--
eene onderhandsche obligatie de dato 15:e September 1815 aan capitaal 1000:--:--
met de renten sedert den 15:e September 1815
ten lasten van Johan Godfried Mocke
van voorsz:en J:G: Mocke ingevolge bewys door de overledene voor hem betaald 60:--:--
over ingevolge bewys door de overledene voor hem betaald 12:--:--
over ingevolge bewys door de overledene voor hem betaald blykens onderhands obligatie de dato 7 January 1817 220:--:--
diezelfde Mocke op eene onderh: oblig: d:d: 20 July 1816 666:32:--
met de renten sedert 9 July voorsz:en
van Hendrik Heckroodt senior voor metzelaars huur volgens aanteekening 483:--:--
van Philip Olivier /onder Graaf Reinet / volgens aanteekening per rest 189:3:2
met de renten sedert 26 Sept:r 11 aan F:S: Mocke ter incassering overgegeven
van Jan Freede /aan de Paarl / over boekschuld 97:2:--
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de Bank van Leening blykens bankkennis de dato 25 April 1793 per rest aan capitaal 400:--
met de renten sedert 1:e January 1821
aan Hermanus Gerhardus Keeve by onderh: obligatie van den 10 February 1817 - betaald 333:16
met de renten sedert gem:e 10 February 1817
aan Johannes Jacobus Mocke volgens rek:g 58:--
aan elk harer kind’s kinderen waarover de overledene doopgetuige geweest is, eene somma van een duizend guldens, voor een legaat

Aldus geinventariseerd ten sterfhuize voorsch: op den 8:sten October 1821, op het op en aangeven van de in den hoofde dezes gemelde erfgename Maria Jacoba Mocke en haren echtgenoot Hermanus Gerhardus Keeve, dewelke getuigden zich hierinne ter goeder trouwe te hebben gedragen en wetens en willens niets te hebben verzwegen of agtergehouden dat tot voorsch: boedel en nalatenschap is behorende, en verdere belofte omme zoo hierna nog iets mogte worden gevonden tot voorm: nalatenschap specterende, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgave te zullen doen, ten einde dezen inventaris daarmede te kunnen amplieren. Weshalven zy dan ook getuigden de deugdelykheid van deze hunne ophave ten allen tyde des vereischd wordende met solemnelen eede te willen staven.

In teeken der waarheid is deze ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren en my Secretaris door voorsz:en Maria Jacoba Mocke en Hermanus Gerhardus Keeve eigenhandig gesubscribeerd.

Als gecommitteerde Weesmeesteren: A:V: Bergh, J:F: Munnik

Voor den opgaaf: H:G: Keeve, M:J: Mocke

My praesent: J:J:L: Smuts

Lyst der kledingstukken van wylen de wed:e J:G: Mocke

elf tabberts
twaalf rokken
elf jakkies
twee bonte rokken
zes tjaals waar van een cassimere
twee egte tjaals
veertien hemden
negen halve doeken
zeven dubbelde doeken
vier bonte doeken
drie zakken
twee paar kousen
negen hoofd mussen

My praesent: J:J:L: Smuts

MOOC8/36.36

{18200217} 17 February 1820 Johannis Niemand , Catharina Maria Smit

S:V: Cloete

Staat en inventaris des boedels van Catharina Maria Smit en wylen haren egtgenoot Johannis Niemand And:s z:n ab intestato overleden, door hen in gemeenschap bezeeten geweest zijnde.

Ende zulks op het aangeven van bovengem:e Cath:a Mar:a Smith, ter rekwisitie van den adj:t landdrost de weledele heer Willem Cornelis van Ryneveld als hiertoe door het eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren in de Kaap Stad verzocht zijnde, mitsgaders in geschrifte gebragt door my Georg Christiaan Bergman beedigde Notaris, resideerende ten dorpe van ’t onderdeel Caledon gelegen in ’t district Swellendam , in presentie van de hiernatenoemene getuigen, zo en indiervoegen, als hierna is volgende

In het voorhuys van ’t woonhuys
een klap tavel
een thee tavel
een rak
drie stoelen
een kist
een kopere keetel /:schenk:/
een tinne trekpot
eenige ledige bottels en een posteleyne kommetje
In de kamer op de regter hand
een thee tavel
twee aarde vet potten
een kopere strykyzer
een oude spiegel
twee kelkjes
thien witte aarde borden in zoort
zeven tinne leepels
zes yzere vorken
een katel
een keldertje
een lepel rak
twee kandelaars
twee borde rakken
een oude lessenaar, met rommeling
vier booren
een trek zaag
een span zaag
een doosje met oud yzer
een botervat
een bulzak
een peul
twee kussens
een combaars
een zift
vier zikkels
In de keuken
vier yzere potten in zoort
twee wateremmers
een kopere waterkeetel
een vleesch vork
een schuims pan
een pot lepel
een vleesch baley
een oude baley
Op de zolder
een deur kouzyn
eenige stukken ongemaakt hout gedestineerd voor vengsters
Op de werf
een oude ossen wagen
een voorstel van een ploeg
In de kraal
een reun paard
twee merrys [paard]
acht ossen
twee koeijen en twee kalvers
vyftig bokken
Op de plaats van Stephanus Pet:s du Toit
thien mudden koorn
Uitstaande penningen
  van den weledele heer Petrus Stephanus Buissenne te pretendeeren eene somma van zes duysend Kaapsche guldens, geevende interessen a zes ten hondert s’ jaars, ingang nemende met den 10 Maart aanstaande, zynde kooppenningen van haar gewezene opstal van de leenings plaats gen:d Attacquas Kloof
ingev: brief van den 14 Dec: 1821 te schryven op reek:g van Gerrit Swart Jacz: die met de wed: is getrouwd van den burger Hendrik Oostwald Pieterse Piet z:n kooppenn:n van een paard, ryksd:s vyftig
van de kasse van ’t district Swellendam agterstallige huurpenn:n van haar geweezene plaats, zeven en dertig ryksd:s en vier schell:
Schulden
aan zoveel den burger Gerrit Swart Jac:s z:n uit den boedel te vorderen heeft over drie vragten koorn, ryksd:s vijf hondert
aan zoveel Steph:s Pet:s du Toit uit den boedel te vorderen heeft voor 12 schapen, ryksd:s vier en vijftig

Aldus g’inventariseerd op den zeventhiende February in ’t jaar onzes Heeren een duysend acht hondert en twintig op de plaats gen:t de Attacquas Kloof gel: aan de Onrust Rivier in ’t smaldeel Caledon , ende zulks volgens gedane opgave van voorsch:e Cathar: Mar: Smit, weduwe wylen Johannis Niemand And:s z:n, dewelke ook verklaarde zig daarin opregt en getrouw gedragen te hebben zonder deswegens iets voorbedagtelyks te hebben verzweegen ofte agtergehouden, direct ofte indirect, mitsdien bereid zijnde des verzocht wordende dezen met den behoorlyken boedel eed te bevestigen met belofte verder om ingeval iets naders ten voordeele ofte ten nadeele dezes boedels aan haar mogte voorkomen, als dan deeze daarmede te zullen amplieeren, alles ten byweezen van d’ e: Johannis Petrus Maree en George Fredrik Faustman als getuigen. Die de minuute dezes benevens de inventariente ende my Notaris, mede behoorlyk hebben ondertekend.

Quod attestor: G:C: Bergman, Notaris

MOOC8/36.37

{18201218} 18 December 1820 Johanna Visagie

28 Feb: /21

C: Bird

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten als door wylen Johanna Visagie wed:e wylen Guillaume Visagie met er dood ontruimd en nagelaten zyn heden opgenomen en bevonden te bestaan in

1 koopere ketel
1 waterpot
1 theepotje
1 boterpotje
1 blikke trommel
1 aarde pot
1 strykyzer
1 koffymolen
6 bottels
1 fles
2 kopjes en pierings
2 kommetjes
6 diepe borden
1 cyferley
3 tinne borden
2 tinne schotels
1 tinne bakje
6 forken
3 lepels
1 rooster
1 koekepan
4 yzere potten
1 combaars
2 kussens
1 behangsel
1 kist met slot en sleutel
2 stoelen
1 botervat
1 vleeschvaatje
1 tafel
1 emmer
299 schapen en bokken
6 ossen
6 aanteelbeesten
Baten des boedels
    Rd:s
van den veldc:t Mich:l Ad:n Oberholster weg:s koop van schapen   200:--
van Isaac Gerhardus Visagie 317:6
waarvan te decorteeren 20 voeten planken 7:4
Rest   Rd:s310:2
Erfgenaamen
Maria Johanna Visagie gehuwd met Guill: Joh:s Oberholster Mich: z:n
Isaak Gerhardus Visagie geboren den 21 Nov:r 1782
wylen Helena Alida Visagie gehuwd geweest met Joh:s Gerhardus van Aswegen hebbende nagelaten Cornelia Catharina geboren op den 17 November 1813
Anna Catharina Visagie gehuwd met Isaak Joh:s Davel

Aldus gedaan en geinventarisseerd aan de Brandnetel Fontein in ’t Winterveld op Maandag den 18 Dec:r 1820 volgens op- en aan-geving van Isaac Gerhardus Visagie die declareerde zig hierin ten goeder trouw te hebben gedragen met belofte indien hy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede hebbende denzelven dezen benevens my Landdrost en getuigen met zyne naamtekening bekragtigd.

A: Stockenstrom

Isaac Gerhardus Visagie

Getuigen: J:F: Ziervogel, J: Auret

MOOC8/36.38

{18201111} 11 November 1820 Jan Nuwenhuijse

Invontaaris van de naalaatenschap van Jan Nuwenhuijse door mijn veld c:t met twe getuijgen opgenomen op den 11 November 1820

1 reij paart
1 merrie met 1 merrie vul
1 oude saadel, geen toom
1 scheermes met 1 scheer doosie
1 schaar
1 parteij oude klere
4 rijksdaalders gelt

Door mijn ondergetekende met de twe ondergetekende getuijge opgenoomen

Als getuijge: J:G: Bruwer, Cornelis J: Joubert

A:J: van Coller, Veld co:t

Mijn vakase voor 1 dag met de twe getuijge agt rijksdaalders

A:J: van Coller, Veldco:t

MOOC8/36.39

{18211109} 9 November 1821 David Hercules Scholts

P:G: Brink

Staat en inventaris van de goederen en effecten behoorende tot den boedel en nalatenschap van wylen David Hercules Scholts oud 31 jaren ab intestato overleden op den 19 Juny laatstl: ter plaatze genaamd de Melkhoute Kraal toebehorende aan Willem Jacobus Oosthuyzen gel: in het district van Swellendam , en deszelfs nagelatene weduwe Maria Johanna Oosthuyzen.

Gedaan maken door gem: weduwe en de zulks ter requisitie van het eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie als voogden over de minderjarige kinderen van wylen gem: Scholts, in naame

Johan Fredrik Scholts geboren op den 16 Augustus 1815
Willem Jacobus Johannes Hendricus Scholts geboren op den 31 Maart 1817
Anna Susanna Magdalena Schols geboren op den 1:ste December 1818 en
Elisabeth Isabella Jacoba Schols geboren den 6:de September 1820

bestaande dezelve goederen en effecten in als volgd

een tafel
twee stoelen
een kadel
een bed met zes kussings
twee kisten
vier kommen
agt borden
een soup lepel
zes tinne eet lepels
zes stale forken
vier glazen
een meel seeft
een trek pot
twee kopjes en schoteltjes
een kan
twee boter vaten
een boter bak
een vaatje
een aarde pot
een schiet geweer
een zadel
twee yzere potten
twee emmers
een karn
een balie
twee snymessen
een byl
twee schaven
een slypsteen
een osse wagen
agttien ossen
zes en veertig aanteel beesten
een ryd paard
twee aanteel paarden
Lasten des boedels
aan Wessel Oosthuyzen blykens onderh: bewys een honderd ryksd:
aan Joh:s Fred:k Schols bl: onderh: bewys een honderd ryksd:
aan Bernardus Saayman bl: onderh: bewys een honderd vyf en twintig ryksd:s
aan Johannes Grobler een honderd ryksd:
aan Fredrik Seiler bl: onderh: bewys een honderd ryksd:
aan Fredrik Cronje bl: onderh: bewys dertig ryksd:
aan Jacob Vermaak bl: onderh: bewys vyftig ryksd:s
aan Charl Pet:s du Plessies zeventig ryksd:s
aan Tobias Bauer blykens rekening twintig ryksd:s
aan Jacobus Lod:s du Preez blykens rekening agt en twintig ryksd:s vier schell: en vier stuyvers

Op heden den negenden November 1821

Compareerde voor Andreas Tobias Kolver, als daartoe last hebbende van den Agent van ’t eerw:e Collegie van Heeren Weesmeesteren in dit district de heer J:F: Bam, opgemelde Maria Johanna Oosthuysen dewelke verklaarde zig in het op en aangeeven van deezen inventaris getrouwlyk en oprechtelyk te hebben gedragen en hares weetens niets agtergehouden of verzweegen te hebben dat tot den boedel zoude behoren, met belofte van in geval het een of ander tot dien boedel behoorende mogte worden gevonden, als dan deezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren en vergrooten, zynde zy comparante overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd, deeze haare opgaaf met solemneele eede te bevestigen.

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatze voormeld den negenden November 1821.

Maria Johanna Oosthuijse weduwe Schols

My present: A:T: Kolver

MOOC8/36.40

{18210220} 20 Februarij 1821 Jacobus Oosthuijzen

Lijst van de nagelatene goederen van wijlen Jacobus Oosthuijzen bij mijn overleeden op den 17 Februarij 1821 en den ouderdom van 67 jaar en vier maanden, en welke goederen door mij ondergeteekende ten bijweezen van de hier onderstaande getuijgen zijn opgenoomen

als een oud kist
als een geweer
als twee ijsere potten
als een aarde pot
als een karn vaatje
als een katel
als een emmer
als vier bottels
als twee velle zakke
als een oude houd beijl
als een oude hand beijl
als een oud snijmes
als een oud zaag
als een koorn schop
als een ketel
als vier aanteelbeesten
als elf schaapen
als 43 bokken
als 1 nieuwe fluweele baatje
als 1 oude afgedraagte lakens baatje
als 1 afgedraagte onderbaatje
als 1 halfsleete swarte broek
als 1 nieuwe voering ledere broek
als 1 oude afgedraagt broek
als 1 half sleete hemp
als 1 oud linnes mus
als 1 oud grof en vyne kam
als twee oud scheermesse, 1 oud spiegel
als 1 groffe halfsleete hoed
als 1 oud afgedraagte jas
als 2 oude veltstoele
Lasten des boedels
  Rd:s
aan M: van Staade voor begraffenis en andere onkosten volgens rekening 140

Aldus opgenoomen ter plaatse van den ondergeteekende gen:t de Wolve Kraal gelegen en de Lange Clooft

Lange Clooft den 20 Februarij 1821.

Als getuijgen: Christian Weis, J:C:W: Meijer

M: van Staaden

MOOC8/36.41

{18180723} 23 Julij 1818 Hester Roux

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als op den 20 Julij 1818 met er dood ontruimd en nagelaten is door mejuff: Hester Roux weduwe wylen de heer Lodewyk Schot

een paar goude slootjes
een groene kleed
een bed met toebehoren
een zilvere snuyfdoosje
een paar goude handknoopjes
een swarte en een chitze tabbaard
een vier voets kist
een kostmand
een theebus
een koffymolen
een zilvere cachet
een zilvere hairspeld
een zilvere thelepeltje
een chitze kooysprey
een chitze tjaal
een ressteren kleragie
een ommerdoosje
een goude ring
een goude ring
een paar goude slootjes
een ring met steentjes
Gevonden aan contante
twee Spaansche matten zilver
zes guldens
een quartje
een rupia
rykxdaalders veertig aan papiere munt
een schuldbewijs ten lasten van wylen Jan Roux groot rykx eenhondert met dertien jaaren verlopen rente tegens 5 p:r c: s’ jaars
een zilvere snuyfdoos

Aldus door ons ondergetekende op den 23 Julij 1818 opgenomen ten huisen van den heer Johannis Jacobus du Toit aan de Paarl

Christoph Hendrik Niehaus

Isaac de Villiers

J:s J:s du Toit

F:J: Bernhard

MOOC8/36.42

{18210922} 22 September 1821 Gerrit Hicken

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op Woensdag den negenthienden dag deezer lopende maand September in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd een en twintig ’s avonds de klokke half tien uuren metter dood zijn ontruimd ende nagelaten door Gerrit Hicken, geboortig van Amsterdam , hebbende de overledene by testamentaire dispositie in dato 31 May 1817 voor den Notaris Publiek ten deesen gouvernemente m:r Jacobus Petrus de Wet en getuygen opgerigt, na vooraf eenige legaten te hebben besproken tot zyne eenige en universeele erfgenamen benoemd en aangesteld zyne twee kinderen by wylen zyne huisvrouwe Maria Grandjan in wettig huwelyk verwekt, met namen

1) Willem Brordus Hicken en beide uitlandig
2) Maria Hicken

en voorts bij zekere onderhandsche acte in dato 15 deeser uit kragte der clausule reservatoir den voorsz: testamente bygevoegd het eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren alhier verzogt tot executeuren van hetzelve testament en voogden over zijne natelatene onmondige erfgenamen, weshalvers den boedel en nalatenschap door de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

In een huurhuys van D:l Dixon en aldaar

In een achter kamer
elf schilderyen in zoort
een ledikant met behangzel, met bedt, kussens en deeken by onderhandsche dispositie van den 15 deeser aan Regina van de Kaap slavin van den heere Jan And:s Horack gelegateert
een lessenaar en
een klein kistje en
een goude ring
een kleine lessenaar waarin
drie zilvere zakhorologies
een zilvere snuyfdoos
een p:r zilver schoengespen
een p:r goude kniegespen
twee p:r zilvere kniegespen
een p:r staale kniegespen
een zilvere broeksgesp
drie zilvere handknopen
een glazenmakers diamant
een kistje met oude lappen en rommeling
een koffer waarin
een kist
twaalf broeken
zeeven baatjes
twee p:r handschoenen
twee lakense rokken
een lakense jas
vier p:r kousen
vyf hembden
twee doeken
een hoed
een lap vlaggedoek
twee slaapmutzen
Crediten des boedels
    Rd:s
  contanten
  aan Kaapsch papiere munt eene somma van negen en negentig rijksdaalders zegge 99
  een notarieele obligatie ten lasten nu wylen Johannes Paulus Eksteen de dato 24 January dezes jaars groot aan capitaal, betaalbaar zes maanden na dato 800
  met de renten zedert den 24 January dezes jaars
  een notarieele obligatie ten lasten Johan Jacob Meinert de dato 7 Maart 1812 450
  met de renten zedert [ ..... ]
  een notarieele obligatie ten lasten voorm:e Meinert de dato 22 September 1814 groot aan cap:t 350
  met de renten zedert [ ..... ]
voldaan den 8 Feb:y 1822 een onderhandsche schuld bekentenis ten lasten Jan de Bruyn de dato 4 Septbr 1821 groot 200
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Regina van de Kaap lyfeigen van de heer Jan Andries Horak over een legaat by onderhandsche dispositie aan haar besproken 800
aan de vrye vrouw Candasa van de Kaap over een legaat by onderhandsche dispositie aan haar besproken 150
aan Petrus Gerhardus Weilbach over een legaat by onderhandsche dispositie aan hem besproken 50
aan voorm: vrye vrouw Candasa over een maand kamerhuur 14

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huize voormeld op den 22 September 1821, ende zulks op het op en aangeeven van de vrye vrouw Candasa van de Kaap, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe te hebben gedragen en met haar weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuijgde de deugdelykheid harer opgave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen en verdere belofte zo hierna nog iets tot voorsz: nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelijk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Adjunct Commis der Weeskamer door de inventariente ondertekend

marina - nevenstaande figuren zyn door de vrye vrouw Candasa /thans opgevende gen:d te zyn Maria Alexanderse/ voor haare naamtekening ter nedergesteld

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, A: van Breda

My present: J: Serrurier, Adj:t Commis

MOOC8/36.43

{18201228} 28 December 1820 Hendrik Siewerts

Exts: 7 Jan: 1821

Zwartland den 28 December 1820

Leyst van de goederen van den overleeden burger Hendrik Siewerts oud na gissing zestig jaar

een kis mit kleeding
een koffort met kleeding
een mand met oude boeken
drie baalies in soorten
een emmer
een bed, een peul en drie kussens, een deeken
drie hoeden
drie paar schoenen
een lampet met zyn kom
twee keetels
drie bottels
drie kommetjes
een en twee pierings
een zit bank
een waaterpot
een velle kussen
een stoel
een zak oorloogie
aan contanten eenhonderd vierentwintig rijksd: vijf scheling

Stefanus Lombard, Veld cornet

Als getuijgen: Johannes Reijneke, Hendrik Lombard

Leijst van den goederen van den overleeden Hendrik Siewerts

vijftien onder broeken
elf korte broeken
tien lange broeken
dertien onderbaatjes
vier boove baatjes
twee jekkerts
een zwarte rok
twee slaapkleede
vierentwintig hemden
neege mussen
zes zakdoeken
twaalf hals doeken
vierendertig kussen sloopen
elf laakens
vier handoeke
elf paar kousen
twee paar zwarte kousen
een witte deeken
vier boek papier
neegen pakjes gaaren
agt nieuwe doeken
twee en twintig el linnen
twee broek gespen
twee paar schoen gespen
twee schaaren
een zilvere snuifdoos
een zilvere tee leepel
twee penne messen
een spiegel
een scheermis
een strijk riem
een paar hanschoene
een mes
een kam
een kwanteid pluijze

Stefanus Lombard, Veld c:t

Als getuygen: Gerhardus Nic: Jacobsz:, Hendrik Lombard

MOOC8/36.44

{18211025} 25 October 1821 Theunis Kotze , Maria Margarheta Coetzee

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als door Theunis Kotze Dirkz:n en Maria Margarheta Coetzee in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten en op heden door my ondergetekende Veldcornet en getuigen opgenomen zijn, te weten

Een leningsplaats gend: de Klipfontein gelegen aan de Lange Valleij agter de Piquet Bergen in het district Tulbagh

In het woonhuis en aldaar

In het voorhuis
3 tafels
11 stoelen
2 borden rakken
1 lepel rak
2 1/3 douzijn tinne lepels
4 douzijn aarde borden
1 1/2 douzijn tinne borden
9 aarde schotels
3 tinne schotels
5 tafel messen
8 kopjes en pierings
3 kommetjes
10 glasen en kelken
21 bottels
1 flesch
1 peper doosje
3 kopere ketels
1 comfoor
3 thee potjes
1 koffy moolen
1 aarde boter potje
1 aarde melk potje
1 soep lepel
1 blikke bekertje
2 stooven
5 boeken
In de kamer ter regerhand
2 kadels met beddens en toebehoren
2 kisten
1 lesnaar
1 pypen rakje
3 geweeren
1 groote bottel
2 nagtspiegels
1 thee trommel
2 porselyne potten
1 kleine mantje
1 klein kasje met flesjes
1 matje
1 meel zeef
In de kamer ter linkerhand
1 ledikant met bed en toebehoren
2 kadels, een met bed en toebehoren
1 kist
In de combuis
1 tafel
4 emmers
2 baalies
6 yzere potten
1 vuurtang
1 yzere vork
1 yzere lepel
3 ketels
2 roosters
2 koopere kandelaren
1 snuiter
2 boter bakken en 1 boter lepel
2 aarde potten
1 bak
1 boter vaatje
1 bakkist
2 karns
In een buiten vertrek
2 kadels met beddens en toebehoren
3 span riemen
3 span stroppen
41 sakken
7 seekels
8 tentmatjes
3 tentzylen
1 groote kan
2 wagen leeren
2 bamboes leeren
1 zadel met toom
In de molen
5 pieken
8 graven
5 ploegscharen
20 kalabassen
40 lb vet
4 rollen tobak
8 baalies
1 handmolen
1 schepel
1 veld krip
1 koornzeef
7 enden planken
In de wagenhuis
3 paarden wagens
1 ossen [wagens]
24 jokken
3 trek tauwen
4 swengels
2 remkittings
1 span tuigen
3 wagen tenten
4 wagen kisten
3 wagen bankjes
2 theerputzen
In de smitswinkel
4 tangen
1 blaas balg
4 kleine hamers
2 groote hamers
1 bijtel
2 boren
3 schaven
2 omslagen met boren
3 zagen
1 snijmes
2 raspen
1 dissel
Op de werf
3 ploegen
1 spel
400 Spaansche rieten
18 enden bamboesen
In de koornhuis
3 koornschoppen
1 half leggersvat
Beestiaal
24 aanteel beesten
46 trek ossen
8 wagen paarden
7 aanteel paarden
189 aanteel schapen en bokken
4 varkens
Uitstaande gelden
    Rd:s
  Dirk Visser Floris z:n 6
betaald Christiaan Binneman 12
slegts rd:s140 Frederik Mong 470
  Somma rd:s488
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Jan Staadler over geleende penn: - betaald 200
aan Jasper Kotze over geleende penn: 100
Somma Rd:s300
Erfgenamen
van des overledene eerste huisvrouw Maatje Visser Dirk Jacob:s Kotzé geboren den 28 Jann:y 1780
Floris Kotzé geboren den 4 Jann:y 1782
Theunis Gerh:s Kotzé geboren den 1 Mey 1784
Joh:s Christ:n Kotzé geboren den 23 July 1791
Anna Jacoba Kotzé geboren den 29 January 1789
Coenraad Hend:k Kotzé geboren den 17 November 1791
van des overledenen tweede huisvrouw Maria Margaretha Coetzee Jacobus Kotzé geboren den 15 Maart 1794
Gerrit Kotzé geboren den 1 Maart 1796
Jasper Kotze geboren den 8 Maart 1798
Martha Magdalena Kotze geboren den 8 Juny 1800
Jan Jurie Kotzé geboren den 14 April 1810

Aldus gedaan en geinventariseerd ter bovengem: plaats op den 25 October 1821.

Als getuigen: P: Meiring, Georg Fredrik Vercueil

Daniel Lambrechts, Velt cornet

Ampliatie

Lyfeigenen des boedels
Slammat van de Kaap oud 62 jaren, werksjongen
Pedro van Mosambicque 55 jaren, werksjongen
Jephta van de Kaap oud 27 jaren, werksjongen
Saul van de Kaap oud 22 jaren, werksjongen
Philida van de Kaap oud 52 jaren, huismeid
Saphira van de Kaap oud 50 jaren, huismeid
Theresia van Malabar oud 44 jaren, verkogt aan F: Mong dog nog niet getransporteerd - op den 1 February 1822 certificaat van ’t overlyden van gen: Theresia aan ’t Registratie Kantoor gezonden

Aldus geamplieerd ter Weeskamer ingevolge opgaaf van Coenraad Hendrik Kotze Th:zn den 29 Octb:r 1821

Coenraad Hendrik Kotze

MOOC8/36.45

{18210102} 2 January 1821 John Ansell

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als door John Ansell ab in testato met er dood ontruimd en nagelaten zyn, te weten

Een kist waarin
een oude blauw lakense rok
vier onderbaatjes
een broek
een p:r witte kouzen
drie lakens
een hemd
een blauw doek
een lap Vlaamsche linnen
een Engelsche Bybel
een dictionaire
een kleine blikke trommel
een koffy molen
een doosje met ouwels
een oude vallies
een pakje ruuw garen
en voorts eenige zadelmakers gereedschap
twee scheermessen
Almede in een kist waarin
nege voering vellen
een party lappen leer
een party zadelmakers gespen en ringen
een nieuw halter
twee halsbanden
drie vallies kussens
agt zakjes met spykers en klink nagels
een zakje met wat garen
een party oude tuigen
drie kannen
vier bottels
een mandje met wat spykers
drie hamers
twee handbylen
een hand zaag
een laken
drie raspen
een bytel
een doosje zadelmakers gereedschap
een kleine bankschroef
een boor
een schaaf
vyf tinne busjes
een blaker
een scheerdoos
drie oude borzels
twee blikjes met wat rommelingen
een houte doosje
Een muurkastje waarin
een hoed
thien borden in zoort
een lepel
een mes
zeven vorken
een botervaatje
een trommel
een p:r schoenen
twee oude baatjes en broeken
een p:r leere slopkouzen
een zakboekje waarin vier schellingen aan contanten en voorts
een zadelmakers bank met gereedschap
vier zadelmakers bomen
een klink blok
vier zadels /:defect:/
vier balies
twee yzere potten
twee tafels
een emmer
vier stoelen
een kadel
een borde rak
vyf mandjes
een party rommelingen
een blikke ketel
een koekepan
twee blakers
een tyk van een bed

Aldus gedaan en g’inventariseerd door den ondergetekende Landdrost op den 2:de January 1821.

J:H: Fischer, Landd:

MOOC8/36.46

{18051026} 26 October 1805 Johannes Noordberg

Inventaris van zodanige goederen, als er op Donderdag den thienden dag der maand October in den jaare onzes Heeren een duyzend agt honderd en vijf ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door den schipper van de cotterJohannes Noordberg ten voordeele zijner onbekende uitlandige erffgenamen, zodanig als het een en ander door mij ondergeteekende Adjunct Commis in praesentie van de natenoemene getuigen zijn opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlijk

Ten huise van den burger Daniel Smit in huur bij Elizabeth Mosterd

een lessenaar waar in
eenige oude scheepsboeken
een kist, daar in
een blaauwe lakense rok
twee onderbaatjes in zoort
vier broeken in zoort
vier pakken plettet en kopere schoegespen
een duimstok
twee liniaalen
een schuifdoosje
vier schilderijen
een kruijdhoorn
vijfthien zeekaarten
drie zandlopers
een handzaag
twee schrapers
twee hamers
twee bijtels
een dambord
een zadel en toom
Lasten des boedels
  Rd:s
aan voorn: Elizabeth Mosterd over 9 maanden kamer huur a 10 rd:s p:r maand 90

Wordende alhier pro memoria genoteerd dat volgens opgaaff van voorm: Elizabeth Mosterd zig in de Simons Baaij komen te bevinden eenige goederen tot deesen boedel behorende, waar van door haar geene specificque kan worden gedaan. Als meede dat den overleedene bij desselfs laatst aanweesen in deese hoofdplaats aan haar zoude hebben verhaald eene openstaande reekening met den Posthouder in de Plettenbergsbaaij , Meeding, te hebben waar bij een zaldo ten zijnen voordeele moeste weesen.

Aldus na gedane ontzegeling g’inventariseerd ten huijze voormeld op den 26 October 1805 ingevolge opgaaff van dikwilsgem: Elizabeth Mosterd en in tegenwoordigheid van de medegeteekende getuigen.

Als getuigen: B: Henning, P: Ziervogel

Voor den opgaaff: E:P: Mostert

Mij present: P:E: Faure, Adj: Commis

MOOC8/36.47

{YYYY} [ ..... ] J: Nordberg

Inventaarijs van den Gezagvoerende op des lans kotter deJ: Nordberg zijn goederen

7 hemden - gaat af en voor een dood kleed
8 romppies
5 spanbroeken
6 paar kousen
3 lange broeken
3 baijties
5 doeken
1 taavel laaken - voor een kleed in de dood kist
2 rokken
1 hoorloogie
1 zeep doos met eenijge klijnnijgheid
3 scheermessen met en strijkrym
1 slaap rok
2 paar schoenen
1 stuek seep
1 jas
1 pettie
1 stok met en deegen
1 octant
1 hang mat
4 paar laarsen
2 hoeden
1 snaphaan
1 zaabel
1 spiegel
1 zak met wat roosijnnen
1 zak boek met 25 rieksdaalders - verschooten voor de overledene begraffenis en alles volgens qwitantie

D: Baukes

De voorn: nalatenschap behoord nog een bed en 2 kussens

MOOC8/36.48

{18220318} 18 Maart 1822 Martha Magdalena van Wyk

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op den tienden January dezes jaars ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Martha Magdalena van Wyk wed: Johannes Lucas Visage ten voordeele der kinderen by opgem: haren overledenen man in echt verwekt, met namen

1) Martha Magdalena Cornelia Visage get:d met Pieter Benjamin le Roux
2) Ary Zacharias Visage
3) Maria Alida Visage ge:d met Jan Palvie
4) Anna Wilhelmina Visage ge:d met Willem Schalk Burger Barendz:
5) Johannes Lucas Visage
6) Christina Yda Visage geb: den 17 Maart 1801

invoegen als het een en ander door my onderget: gecomm: Weesmeester ingevolge opgaaf van de presente erfgenamen is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in ’t volgende

Een opstal staande op de leeningsplaats gen:d de Gonjemans Kraal gelegen aan de Piqueniers Kloof , district Tulbagh

In het woonhuys en aldaar

In het voorhuys
drie tavels
elf stoelen
twee stooven
een lampet
vyf klyne balys in zoorten
twee emmers
een waterhalfaam
een verrekyker
een cyfferley
een spiegel
een koopere confoor en koopere keetel
vier koopere kandelaare
een zout vaatje
een peperdoos
een tinne trekpot
een strykyzer
een handwasbaly
In de voor kamer ter regterhand
drie kadels
een bed
een peuluw
tien kussens
een schuyfdoos
een matje
twee nagt spiegels
twee geweeren
twee kisten
een kleder kast
twee trommels
een medicijn kistje
een bak met een party vlessen
een tinne soep kom
agt tinne borden
vier en twintig aarde borden
vier aarde schotels
vier kommetjes
zes kopjes en drie pierings
drie blikke schootels
een tinne [schootels]
vyftien lepels in zoorten
vier vurken
een sluytmandje
drie ballast [mandje]
een groote ketel
agt kannen in zoort
vier aardepotten
vier en twintig bottels
vyf vlessen
twee potjes
een kopere koffy kan met zyn testje
een meelzeef
In de kamer ter linkerhand
twee blikke trommels
een yzere balans met houte schalen
twee boter bakken
een lantaarn
een koffy moolen
een rolstok
een blikke keetel
een meelzeef
twee tregters
een Bybel in folio
drie klyne [Bybel]
een party boeken
In de kombuys
elf yzere potten in zoort
een yzere zeeppot
twee braad pannen
twee koekken pannen
een rooster
een drievoet
drie schoorsteen kettings
een braad mes
drie hout bylen
twee rystblokken
In een buyten vertrek
zes kuyp balys
twee halfaamen
twee boter karns
twee zadels en een toom
een pak [zadels]
vier zikkels
twintig koorn zakken
een bank schroef
vier groote booren
een party timmermans gereedschap
een party oud yzer
vyf pikken
drie graven
een omslag met 4 booren
een hand moolen
In het wagenhuijs
een kar
twee ossen wagens
twee ploegen
drie ploegen schare
een ploegen kouter
twee agter tuygen
vier beeste vellen
Op de zolder
vyftien mudden koorn
zes en dertig mudden haver
agttien mudden rog
een [mudden] garst
een restant erwten, bonen en drooge vrugten
Op de werf
een brandewyns ketel met toebehore
een huys ladder
drie wagen leeren
Lijf eigenen des boedels
een mansslaaf g:d Jacob van Mosambique oud 45 jaaren /blind/
een mansslaaf g:d Esau van de Kaap 31 jaaren, werksjonge
een mansslaaf Simzon van Mosambique 50 jaare, beestewagter /zedert 4 maand opgedrost/
een mansslaaf Adam van de Kaap 26 jaare, werksjongen
een slave jongetje g:d Jephta van de Kaap geb: den 23 Septemb: 1816
een slavinne g:d Sanna van Mosambique 41 jaaren, schapen wagster
een slavinne g:d Clara oud 21 jaare, schapen wagster, met haar kind Carolus geb: den 10 Octob: 1820 beide v:d: Kaap
een slavinne g:d Diena 29 jaare, schapenwagster, met haar kind Anet geb: den 19 Sept:r 1819 beide v:d: Kaap
een slavinne g:d Sabiena van de Kaap 7 jaare
Beestiaal
agttien trekosse
vyf aanteel beesten
vier rydpaarde
dertien aanteel paarden
honderd een en tagtig schapen
elf bokken
vier varkens
Credit des boedels
  Rd:s
van Jan Palvie over diverse blykens aanteekening 23
Lasten des boedels
    Rd:s
  aan Ary Zacharias Visage blykens reek:g door hem nader in te levere 240:--
  aan Pieter Benjamin le Roux blyk:s reek:g voor een halve rol paveij 24:--
  aan Willem Schalk Burger Barendz: voor contant geleende penn: 50:--
  aan Andries Adriaan Smit over contant geleende penn: 100:--
betaald aan den boedel van wyl: Martha Smith wed: Gerrit van Wyk over te veel genooten erffenis penn: 368:15
betaald aan Hend:k Joh:s Gryling blykens reekening 24:--

Pro memorie word alhier genoteerd dat zig by de ondervolgende perzoonen nog bevinden, als

by Ary Joh:s Visage zes trekossen
by Pieter Oberholster eenige aanteel beesten
by Jan Oberholster eenige aanteel schapen

zynde de beide laatste op Sneeuwbergen woonagtig en aan hun op de helft van de aanteelt afgegeeven

Aldus g’inventarisseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter plaatze voorm: op d: 18 Maart 1822 ende zulx volgens op en aangeve van de presente erffgename dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedrage en hunnes wetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebbe van al het geen tot de boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigden de deugdelykheid hunner opgave te allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogten worde ontdekt daarvan nader en getrouwlyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van my onderg: gecomm: Weesm: ende my Adj:t Commis door de inventaarien eigenhandig onderteekend.

Als gecomm:e Weesmeestren: G:E: Overbeek

Pieter Benjamen le Roex, A:Z: Visagie, M:A: Vissagi huysvrouw van J: Palvi, Willim S: Burger, J:s L:s Visagie, C:Y: Visagie

Mij present: J: Serrurier, Adj:t Commis

MOOC8/36.49

{18210810} 10 August 1821 Christiaan Damis , Maria Susanna Pretorius

Exh: 29 Aug:t /21

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Christiaan Damis en desselfs nagelatene huisvrouw Maria Susanna Pretorius in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

een kelder kist
een koffer
twee stoelen
een klyne tafel
een vlees vaatje
een emmer
een groote back
een seep pot /klijn/
drie yzere potten
een pan
een rooster
twee kopere keetels
een pot /melk/
een thee pot
een trommel
een aarde pot
een koffy moolen
vier aarde kannetjes
een schuifdoosje
een sluitmantje
een zilvere horlogie /defect/
een blikke kannetje
twee blikke blakers
een meelzift
twee spiegels
twee kandelaars
een blikke soupkom
twee tinne [soupkom]
drie tinne borden
elf vorken
twaalf leepels
twee kommetjes
een tabaks doos
een peeper bus
twee schaaren
twee messen
een katel
een stoof
vier geestelijke boeken in zoort
een geweer
een byl
een graaf
elf vlesjes
twee kleer borssels
een bed aan de weduwe gelaaten
Beestiaal
sesthien aanteel beesten
een rydpaard
een aanteel paard
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Hend:k Adriaan Meintjes j:r 5
aan d’ e: Jan Barend van Blerk over contant 52
Erfgenaamen
1) Jacomina Johanna gebooren den 30 Oct:r 1816
2) Christiaan Johan:s gebooren den 26 Mey 1818
3) Jac:s Marth:s Francois gebooren den 19 Maart 1820
4) bevrugt

Aldus geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 10:de August 1821, volgens op en aangeeven van Maria Susannah Pretorius, weduwe wylen Christiaan Damis, dewelke verklaarde haar in het op en aangeven haars boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten versweegen of agter gehouden. Verklaarende haar dus bereid deeze opgave ten allen tyde des begeerd werdende met solemneele eede te zullen staven, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied in het byweezen van de clercquen Jerem:s Auret en And:s Gust:f von Bratt als getuigen

Als getuigen: J: Auret, A:G: v: Bratt

Mariea Susanna Preters wedewe van Christean Damis

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/36.50

{18210309} 9 Maart 1821 Volkert Johannes Delport , Anna Barbera Botha

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wijlen Volkert Johannes Delport Pieterzoon en nagelatene weduwe Anna Barbera Botha in gemeenschap bezeeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen bevonden zijn geworden, te weeten

Losse goederen
een schiet geweer
een oude zadel
een stoel
een Psalm boek
twee kopjes en een piering
een tinne schotel
drie tinne borden
twee tinne lepels
twee staale vorken
twee ijzere potten /in zoort
een ijzere ketel
Beestiaal
een jonge reun paard
twee aanteel paarden
vier trek ossen
vijf en twintig aanteel beesten
twee honderd zes en vijftig aanteel schaapen
Contanten
geene
Baten des boedels
  Rd:s
van Gerhard:s Joh:s Delport over contant geleend geld 200:--
van And:s Hend:k Potgieter Herm:s z:n over contant geleend geld 2:4
van Lucas Marth:s Delport over koop van een merrie per rest 35:--
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Corn:s Joh:s Olivier voor een voerchitz 6
Erfgenaamen
1) Anna Jacomina Delport geboren den 14:e Junij 1818
2) Volkert Johan:s Petrus Lucas Delport geb: d: 12:e Aug:t 1819

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Cradock op den 9:e Maart 1821 volgens op en aangeeven van voorm:de wed:we V:J: Delport P:r z:n, dewelke betuigde haar in ’t opgeeven haares boedels ter goeder trouw te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden, verklaarende haar dus bereid deeze opgaave ten allen tijde met solemneele eede nader te staaven, met verdere belofte indien zij iets tot den boedel behoorende nader mogt ontdekken, deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, en is zulks geschied ter prosentie van Jacobus Marais en T:N:G: Muller als getuigen

Voor d’ opgaave: Anna Barbara Botha wede Delpord

Als getuigen: J: Marais, T:N:G: Muller

In kennisse van my: W:W: Harding, Ad: Landdrost

MOOC8/36.51

{18211106} 6 November 1821 Frans Christiaan Olker , Martha Christina Laurens

Exh: 7 Nov: 1821

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er in gemeenschap zyn bezeten door Frans Christiaan Olker en desselfs nagelatene wed:e Martha Christina Laurens, mitsg:s door den eerstgem:e ab intestato metter dood ontruimd en nagelaten ten voodeele zyner thans nog onbekende erfgenamen, invoegen als het een en ander door my ondergetekende volgens opgaaf van gem:e wed:e op last van het eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren is opgenomen en ingeschrifte gebragt, bestaande alle deze goederen in de volgende, namentlyk

In een huurhuis van Andries Bruins, alwaar den overledenen het laatst is woonagtig geweest

een ledikant waarop
een bed
zeven kussens en
een sprei
twee kleine tafels
zeven stoelen
een klederkastje waarin
een zwat lakens rok
vyf broeken
drie onderbatjes
twee bovenbatjes
een hemb
zes dassen
vyf zakdoeken
vier paren koussen
een hoed
een paar oude schoenen
zestien kussen slopen
vier bedde lakens
twee kleine tafel lakens
twee servietten
een spiegeltje
een scheermes
negen schilderyen in soort
twee borde rakken waarop
een kommetje
zes messen
twaalf staale vorken
zes tinne lepels
een brood bak
een kistje
twee kleine gordyn knoppen
een kom met zyn beker
een snuiter
twee aarde comfyt potten
twee aarde bakken
een naaikistje
een waterpot
een blaasbalg
een kopere vysel met zyn stamper
twee water emmers
drie yzere potten
een schoorsteenketting
een bak met wat zadelmakers gereedschap
Lasten des boedels
    Rd:s
  aan Cornelis Smit over waarde genoten 40
  aan Arend Breda Arendz:n over huishuur 25
  aan een nogotiemeid over koop van negotie goederen 18
rd:20 vold: aan jufr: Schrein over kamer huur 15
  aan Sara Olker over geleende penningen 6

Aldus geinventariseerd ten huize voorsch: op den 6:de November 1821 volgens op en aangaave van de in den hoofde dezes gemelde wed:e, dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe gedragen en met haar wetens niets terug gehouden of verzwegen te hebben ’t geen tot voorsch:e nalatenschap behorende, met verdere belofte zo wanneer hierna nog iets mogte worden ontdekt tot voorsch:e boedel specteerende, daarvan getrouwlyk en nader ter Weeskamer opgave te zullen doen ten einde deeze inventaris daarmede te kunnen worden geamplieerd.

Waarom zy dan ook betuigde bereid te zyn, de deugdelykheid haarer opgave des vereischt werdende ten allen tyde met solemneele eede te bevestigen.

Als getuigen: D:C: Roodt, J:J: Herholdt

Voor den opgaaf: Martha Christiena Olkers

My present: J:A: Munnik

MOOC8/36.52

{18220123} 23 January 1822 Jan Hendrik Rust

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op den een en twintigsten dag der maand December in den jaare onzes Heeren een duyzend agt honderd een en twintig ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Jan Hendrik Rust ten voordeele zyner by wylen zyne vooroverledene huysvrouw Johanna Maria van Schalkwyk in echt verwekte twee minderjarige kinderen, met namen

1) Anna Hilletje Rust geboren den 19 Novemb: 1809
2) Jan Hendrik Rust geboren den 31 July 1813

Zodanig als dezelve nalatenschap door de ondergetekende expres gecommitteerde Weesm: ingevolge opgaaf van Hilletje Geertruyda Mosterd wed: Jan Hendrik Rust d’ oude zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende

Op de plaats genaamd Klygat gelegen in het Zwartland , toebehoorende aan voorm: wed: Rust alwaar de overledene is woonagtig geweest

tien stoelen
een rustbank
twee tafels
twee [tafels] kastjes
een staande horologie
een zak horologie
een ledikant
een kadel
twee beddens met toebehooren
twee schiet geweeren
een zadel en toom
een tinne lampet
twee aarde beekers
een kopere ketel en comfoir
een wieg en vuurmandje
een veld kribbe
een groote kist
een klyne kist
een meelkist
twee yzere potten
een bankschroef
een span zaag en snymes
een dissel en schaaf
een omslag en wat booren
een hand moolen
een koorn harp
een scheepel
twintig mudde zakken
zes graaven
vyf pikken
een tent zyl
twee paarde waagens
een kar
twe ploegen met toebehooren
een eg
een party zwengels
een span tuygen
twe span jukken met toebehooren
een half legger
een party romm:
Beestiaal
zeven stal paarden
vier en twintig aanteel paarden
een en twintig trekossen
twee aanteel beesten
honderd negen en tagtig schapen en bokken
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf g:d Jek van Mosambicque oud 30 jaaren, koetzier
een mansslaaf g:d Simon van de Kaap oud 25 jaaren, wagenryder
een mansslaaf g:d Mentor van Mosambique oud 23 jaaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Africa van Mosambique oud 35 jaaren, wagen ryder
een mansslaaf gen:d Damon van Mosambique oud 40 jaaren, vheewagter
Baaten des boedels
  Rd:s
van Pieter Laubscher Nicolaasz: over koop van een paard 50
van de wed: Jan Kilian over een vragt koorn door Adriaan de Klerk aan haar geleverd [ ..... ]
van Daniel van Reenen voor het weiden van vhee, mitsg:s verstrekte eeten voor zyn slaaf [ ..... ]
Lasten des boedels
  Rd:s
aan opgem: zyne twee minderjarige kinderen over zooveel hy by acte van den 17 Novemb: 1818 voor moederlyke erffenisse ter Weeskamer heeft bewezen 4354:36
aan Adriaan de Klerk waarvan door hem een specifique reekening zal worden ingeleverd [ ..... ]
aan voorm: wed: Jan Rust blykens reekening 576:32
aan Albert Rust over agt mudden koorn 160:--
aan Lambert Loggener over verdiende gage - voor hem aan rent betaald rd:s92 [ ..... ]
per rest na aftrek van zyn debet 156:12
aan de Bank van Leening op een bankkennis d:d: 26 Maart 1819 per rest groot 1333:16
met de renten zedert primo January 1821

Aldus g’inventarisseerd op de plaats voorn: op den 23 January 1822 ende zulx volgens opgaaf van voorn: wed: Jan Rust d’ oude, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en hares weetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid harer opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede te kunnen worde g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deese ter presentie van my gecomm: Weesm: en den Secretaris door den inventariente eigenhandig onderteekend.

Als gecommitt: Weesmeest: J:F: Munnik

Wed: J: Rust

My present: J:J:L: Smuts

Ampliatie

door Jos: Godl: Blankenberg word nader opgegeven (als gen: gemagtigde van de overledene) dat ten faveure van deze boedel de volgende vorderingen bestaat, ten kantoore van den sequester door hem opgegeven, te weeten

a) blykens vonnis ten laste van Jan Rust ten bedraage van eenhonderd ryxd:s
b) volgens reekening ten laste van Fredrik Leibbrand groot veerthien honderd agt ryxd:s en zes en dertig stuivers

Weeskamer den 19 April 1822.

My praesent: J:J:L: Smuts

MOOC8/36.53

{18200222} 22 Februarij 1820 Anna Petronella Haushamen

Inventaris van zodanige goederen, als er ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door Anna Petronella Haushamen wed: Hendrik Gijsbert Russouw, ten voordeele van haare hier ondertemeldene minderjarige erffgenamen en kinderen, met namen

1) Abraham Russouw oud 24
2) Anna Catharina Maria oud 20
3) Hendrik Gijsbert oud 18
4) Johanna Hendrina oud 15
5) Helena Christina oud 11 jaren

invoegen als het een en ander ingevolge opgaaff van den burger Abraham Russouw Abz: door my Adj:t Commis en getuigen is opgenomen en ingeschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

een bureau met koper beslag
een thee tavel
een groote kist
een kelder
een kadel
een yzere pot
een ketel
een stooff
een emmer
een trekpotje
zeven bottels
een porcelijne schotel
een tinne schotel
een blikke trommel
een soup lepel
een vleesch vork
drie borden
drie vorken
twee tinne lepels
Crediten des boedels
    Rd:s
volgens quitantie is op dit capitaal afbetaald 50 rd:s en blyft hierop nog 250 rd:s van Pieter Guilliam Hausamen op een onderhandsche obligatie de dato 14 Julij 1813 groot aan capitaal 300
renten tot den 14 July 1820 vold: met de renten a 6 pc: per a:o zedert den 14 Julij 1819
volgens vertoonde quitantie de renten bet:d tot 22 July 1819 van Fredrik Nicolaas Hausamen op een onderhandsche obligatie de dato 22 Julij 1813 groot aan capitaal 100
renten tot den 22 July 1820 vold:, NB: capitaal vold: rd:9:24 agterstallige rent te quaad met de renten a 6 pc: zedert den 22 Julij 1818
volgens vertoonde quitantie de renten voldaan tot 1819 van Johannes Fredrik Hausamen op een onderhandsch obligatie de dato 24 Aug:s 1813 groot aan capitaal 200
voldaan den 30 January 1822 met de daarop verloopene renten met de renten a 6 pc:to per a:o zedert den 24 Aug:s 1818
Last des boedels
    Rd:s
voldaan den 6 Novemb: 1820 aan Jan Lombaard voor het vervaardigen van een doodkist 50

Aldus gedaan ende g’inventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 22 Februarij 1820 ende zulx op het op- en aangeeven van de in den hoofde deeses gemelde Abraham Russouw Abrahamz:, dewelke verklaarde zig hier inne ter goeder trouwe gedragen en niets versweegen ofte rug gehouden te hebben dat tot voorz: nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook getuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tijde des vereijscht werdende met eede gestand te doen, en belofte wijders zo hierna nog iets tot gen: boedel behorende mogte worden ontdekt daar van nader en getrouwelyk opgave te zullen doen ten einde deesen inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deese door dikwils gem: Abraham Russouw in presentie van my Adj:t Commis en getuigen behoorlijk onderteekend.

Als getuigen: J: Serrurier, J:A: Munnik

Voor den opgaaff: Abraham Russouw Az:

My present: P:E: Faure, Adj: C:

MOOC8/36.54

{18210407} 7 April 1821 Jozeph Janzen , Anna Cecilia du Pre

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als door wylen Jozeph Janzen en nagelatene wed:e Anna Cecilia du Pre in gemeenschap bezeten, mitsgaders door eerstgem:e met er dood ontruimd en nagelaten zyn, heden opgenomen en bevonden te bestaan in

1 schaafbank
3 ledige kisten
1 rak
1 platvaatje
1 botervaatje
2 stooven
1 tesje
2 emmers
2 handwas balies
1 kan
1 komfyt pot
2 kopere ketels en een komfoor
1 koekepan
1 party yzerwerk
3 stoelen
2 kussens
3 zakken
1 tavel
1 rooster
3 yzere potten
1 katel
1 vat
2 slypsteenen
1 graaf
2 hoepels
2 vleeschbylen
1 party houtwerk
1 schietgeweer
6 saagen
1 dissel
1 zaagblad
1 duimstok
1 handbyl
1 kuiperskroos
23 schaaven
1 kruishout
23 bijtels
1 hamer
1 schroef
2 passers
6 booren
2 vylen
1 party oud gereedschap
1/2 lb kryt
een party spykers
1 1/2 lb lym
5 borden
1 zoeplepel
4 eetlepels
4 forken
2 messen
2 tinne schotels
1 koffy kan
1 koffymolen
1 strykyzer
2 kandelaaren
2 trommels
2 melkpotjes
1 kommetje
3 kopjes
3 pierings
1 trekpot
1 trechter
1 peperdoos
1 cyfferlei
1 broodbakje
3 bottels
Beestiaal
4 aanteelbeesten
128 bokken
535 schapen
3 rydpaarden
1 compleete bed, en eenige schoolboeken in ’t bezit der wed:e gelaten
Schulden des boedels
  Rd:s
aan den negotiant [ ..... ] Lambert voor een Bybel - voldaan 125 150:--
aan W:A: van Heerden weg: wagenhuur 30:--
aan Schalk van Heerden weg: wagenhuur 30:--
aan den negotiant Currie weg: negotie 39:6
aan H: v:d: Merwe C: z:n p:r rest 16:--
Baten des boedels
  Rd:s
van Schalk van Heerden weg: geleend geld en gedaane werksloon 79

Verklaarende de wed:e al verder niet te weten of er eenigen dan wel welken van wylen haar mans naastbestaanden nog in leven zyn.

Aldus gedaan en geinventarisseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 7 April 1821 volgens op en aangeeving van de wed:e Joseph Janzen, die verklaarde hierin ter goeder trouw te hebben gehandeld met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende mogte worden gevonden dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede hebbende zy deze benevens my Landdrost en getuigen met haare naamtekening bekragtigd.

Als getuigen: J:F: Ziervogel, J: Auret

Anna du Pree weedu Jansens

A: Stockenstrom

MOOC8/36.55

{18201218} 18 December 1820 Gerhardus Steenkamp , Barbara Margaretha Griesel

28 Feb: 21

C: Bird

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als door Gerhardus Steenkamp en nagelatene weduwe Barbara Margaretha Griesel in gemeenschap bezeten, mitsgad: door eerstgem:e met er dood ontruimd en nagelaten, heden opgenomen en bevonden te bestaan in

1 kast
3 slypsteenen
1 kan
1 koffymolen
1 yzere komfoor
1 sluitmandje en rommelary
1 spanzaag
35 1/2 rol tabak
een party gereedschap
een omslag en booren
3 graven
1 pik
2 schietgeweeren
3 sikkels
1 molenslinger
1 schroef
1 gebrekkige molen
1 koevoet
1 teervaatje
1 oude vaatje
1 hoop oud yzer
1 ploeg
2 ossewagens met volle toebehooren
3 ledige wagenkisten
2 platvaatjes
1 ankervaatje
1 kom
1 verrekyker
2 blikke emmers
1 broodplaat
1 wasbalie
1 koekepan
1 emmer
1 vat
1 katel
1 compleete bed
7 yzere potten
5 porceleine borden
6 tinne borden
1 tinne schotel
9 forken
8 lepels
1 zoeplepel
2 trekpotjes
1 geelkopere ketel
1 blikke busje
1 tinne kom
1 kopere blaker
1 tinne blaker
2 kopere ketels met een komfoor
1 tinne ketel
1 kannetje
1 strykyzer
1 boterpotje
1 meelzift
9 kopjes en zes pierings
1 glas
1 kelkje
1 kan met azyn
1 aarde pot
2 aarde kannetjes
3 trommels
1 waterkan
1 vaatje met verf
1 zakhorologie
Beestiaal
3396 schapen
114 bokken
46 ossen
89 aanteelbeesten
4 aanteelpaarden
7 rydpaarden
Contanten
40 /veertig/ ryxdaalders, in ’t bezit der weduwe gelaten
Baten des boedels
    Rd:s
NB: verantwoord rd:447:2 van de wed:e J:C: de Wet blykens slagtersbrief d:d: 7 Dec:r 1820 453:--
nog niet verantwoord van den slagters knegt S:C: Wegelien blykens onderh: schuldbrief 298:--
verantwoord van Christiaan Herbst blyk:s onderh: schuldbrief p:r rest 547:--
verantwoord van Joachim Jan H: Victor blykens onderh: schuldbrief 400:--
verantwoord van Gerh:s Pet:s Steenkamp Jac:s z:n blyk:s onderh: schuldbrief 150:--
niet verantwoord van Lambert Meyburg blyk:s onderh: schuldbrief 15:5
verantwoord van J:G: Brummer blyk:s onderh: schuldbrief met de renten van 22 Aug:s 1818 800:--
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Pieter Coenraad v: d: Westhuizen weg:s voor denzelven ingevorderde slagters brieven 1224:--
waarvan echter zal worden gedecorteerd het bedragen der schuld van Joh:s Coertzen aan den boedel door V: d: Westhuizen overgenomen groot 50:--
dus p:r rest Rd:s1147:--
aan W:m Jac:s Spruit weg:s gegeven onderwys aan de kinderen 47:4
Erfgenamen
Anna Maria Jacoba gehuwd met Nic:s Joh:s v:d: Westhuizen
Hendrina Cecilia gehuwd met Christiaan Fred:k Herbst
Johan David Gerhardus geboren den 15 Mey 1809
Johanna Elizabeth Margaretha geboren den 15 Mey 1811
Abraham Jac:s Petrus geboren den 13 July 1813
Jacob Diederik geboren den 18 Juny 1815
Karel Johannes geboren den 13 Oct:r 1817
Jan Hendrik geboren den 4 July 1819
Slaven
Asia van welke slaven echter geen bewys van registratie kon worden vertoond
Jacob
Sophie
Christina /:absent:/
een Bijbel en twee Psalmboeken benevens een compleete bed in het gebruik der onmondige kinderen gelaten

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatse Brandnetel Fontein gelegen in ’t Winterveld op Maandag den 18 December 1820, volgens op en aangeving van de wed:e Gerhardus Steenkamp dewelke verklaarde zig hierin ter goeder trouw te hebben gedragen, met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende gevonden mogte worden dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren alles onder aanbod van eede hebbende zy deze benevens my Landd:t en getuigen met haare naamtekening bekragtigd.

Barbera Margritha Steenkam

A: Stockenstrom

/Rd:s500/ Voorts nog door my in ’t ’s districts kas ontfangen rd:s vyf honderd weg:s een wagen door de overledene aan de kaffer Commardo verstrekd en in ’s gouvernements dienst aangehouden

Getuigen: J:F: Ziervogel, J: Auret

A: Stockenstrom

MOOC8/36.56

{18200829} 29 August 1820 Maria Magdalena Putter

Est: 20 Dec: 1820

C: Bird

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wijlen Maria Magdalena Putter laatst weduwe wijlen Piet Kruger, ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten zijn, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen bevonden geworden, te weeten

Losse goederen
een osse wagen compleet
een paarde wagen compleet
een groote vat
een vleesch vat
twee plat vaatjes en 3 vaatjes in zoort
een hamer
twee zaagen
een duimsboor
vier vijlen
twee schaaven
een dissel
een bijtel
een rasp
een parthy oud ijzerwerk
een duimstok
twee graaven
twee molen steenen en spil
een boterbak
een blok en stamper
een paar hengzels
twee agterplanken voor een wagen
een wilgehoute blok
vijf stukken stink hout
drie stukken geel hout
een geweer
een geweer loop
een halfaam
een parthij oude tuigen
een oude zadel
een mantje
drie beeste vellen
drie kisten in zoort
zes hangsloten in zoort
een geweer slot
een rooster
een vleesch vork
een potlepel
een schuimspaan
een koekepan
een aschschop
vier ijzere potten in zoort
een zeeppot
twee schoorsteen kettings
een drievoet
een ijzere combuis
twee houte en een blikke emmer
twee handwas balies
een kopere compfoir
drie ketels in zoort
een koffy moolen
een vijssel en stamper
een strijkijzer
drie kandelaars en een snuijter
twee bekers
een meelzift
vier aarde kannen in zoort
vier aarde potten in zoort
zeven blikke trommels in zoort
een tregter
een koffij kan
een peperdoos en zoutvaatje
twee souspotjes
een kannetje
een wijn glaasje
negen vlesjes in zoort
een kommetje
veerthien kopjes en twaalf pierings
twee trekpotjes
zeventhien borden in zoort
vier schotels in zoort
een soep torien
drie soeplepels
drie en twintig eetlepels
negenthien vorken
drie boterpotjes
twee karaffen
een parthy rommelarij
twee borde rakken
een lepel rak
twaalf stoelen in zoort
twee tavels
drie kistjes in zoort
twee schaaren
twee ellen
een rotting
een spiegel
een groote Bijbel
zes boeken in zoort
een parthij boeken
een leij
een horlogie
drie katels
thien kussens, twee lakens en twee combaarsen
Beestiaal
vier wagen en rijdpaarden
negen aanteel paarden
vijf en twintig ossen
zeven en vijftig aanteel beesten
vijfhonderd twee en veertig aanteel schapen
een en twintig bokken
Slaaven
Rachel van de Kaap oud omt:d 54 jaar
Oerson van de Kaap oud omt:d 31 jaar
Damon van de Kaap oud omt:d 18 jaar
Contanten
    Rd:s
verantwoord een slagter brief ten lasten J:G: Muller g:t 153:--
gereed geld 565:2
Baaten des boedels
    Rd:s
erfgenaam aan zo veel Steph:s Joh:s Kruger over koop van de lenings plaats de Rietfontein p:r rest deb:t is 800
erfgenaam aan zo veel Hend:k Gerh:ds Kruger over contant geleend geld 534
gehuwd met Maria Magdalena Kruger erfgenaam aan zo veel Maarten Kruger G:t z:n over cont:t geleend geld 50
erfgenaam aan Gerr:t Lod:k Kruger over contant geleend geld 400
verantwoord aan Jan Jonathan Booijzen per obligatie 500
  met de renten a zes prc:t zedert den 11:e December 1819
Schulden des boedels
aan de drie onmondige erfgenaamen Anna Sophia, Gerrit Lodewijk en Hester Francina Kruger hun vaders bewijs ingevolge boedel reekening der Weeskamer
Erfgenaamen
1) Sophia Margaretha Steenkamp gehuwd met Steph:s Joh:s Kruger G:t z:n
2) Levina Catharina Steenkamp gehuwd met Louis Joh:s van Wijk Louis z:n
3) Hend:k Gerh:ds Kruger, mondig
4) Maria Magd:na Kruger gehuwd met Maarten Kruger G:t z:n
5) Johanna Alida Kruger gehuwd met Tjaard van der Walt Hend:k z:n
6) Anna Sophia Kruger geb: d: 12:e Sept:r 1795
7) Gerr:t Lodewijk Kruger geb: d: 15:e Meij 1801
8) Hester Francina Kruger geb: d: 6:e Jan:ij 1804

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze genaamd de Rietfontein gelegen in ’t veldcornetschap Rhenosterberg , op den 29:e August 1820, volgens op en aangeeven van den burger Stephanus Johannes Kruger Gerrit zoon, denwelken verklaarde niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, met belofte indien hij iets tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren en zulks desgevorderd werdende met solemneele eede nader gestand te doen, en is zulks geschied ter praesentie van den Gerechts Bode A:H: Hellberg en den burger Dirk Jac:s Coetzee als getuigen.

Voor d’ opgaave: S:J: Kruger

Als getuigen: A:H: Hellberg, D:J: Coetsee

In kennisse van mij: W:W: Harding, Ad: Land:t

MOOC8/36.57

{18210426} 26 April 1821 Hermanus Grobbeler , Anna Sophya Fick

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Hermanus Grobbeler en desselfs nagelatene weduwe Anna Sophya Fick in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenoomen en bevonden te bestaan in

1 paarde wagen
2 halfsleeten kisten
1 tafel
4 stoelen
2 boeken
2 booter vaatjes
2 karren vaatjes
1 rooster
5 potten en zoort
3 emmers
2 halfaamen
2 tinne commen
7 tinnen borden
8 yzere lepels
6 staale vorken
1 aarde pot
1 aarde kan
1 blikke lantaarn
1 blikke trommel
1 stampblok
4 schaave
4 booren en zoort
1 span zaag
3 byle
1 dissel en smits tang
4 ciekels
1 klyne water vaatje
1 bed
1 mandje
3 geweeren
1 hoekrak
2 lepel rak
2 kopere kookkeetels
1 was balie
1 trek pot
1 zadel en toom
4 aanteel paarden
15 trek ossen
49 aanteel beesten
189 schaapen
32 bokken
1 paar molen steenen
1 spiegel
3 bottels
1 commetje
1 aarde zuiker potje
Contanten
nihil
Baaten des boedels
van de heer Jan Hendrik Frouenfelder eene somma van zes hondert en veertig rd:s, en rente zedert den jaaren 1806 spruitende uit eene erfportie uit den boedel van wylen haar schoonvader Nicolaas Grobbeler, zynde destyds gem: Frouenfelder executeur van gem: boedel, dog geene bewys als alleenlyk twee reeds bewerkstelligen procuratie’s en certificaat de dato 9 November 1820 door haar geproduceert
van Piet Grobbeler Nicol:s z:n thans woonagtig in ’t district Uitenhagen , eene somma van agt en dertig rd:s spruitende eener gedeelte erfportie uit den boedel van wylen haar schoonmoeder Johanna Catharina Combrink /zonder schriftelyke bewys/
Schulden des boedels
aan de wed:e Christiaan Lissing woonagtig in ’t district Graaff Reinet eene somma van een hondert rd:s weg:s contant geleend op renten
aan Herculaas Venter woonagtig in ’t district Graaff Reinet eene somma van zeven en zestig rd:s weg:s contant geleend zonder renten
aan Ryk Meiring woonagtig in ’t district Tulbagh eene somma van negen en twentig rd:s en vyf sch: over koop van negotie goederen
aan M: Wolf woonagtig in de Kaapstad , eene somma van veertig rd:s over koop van negotie goederen
aan Piet Theron woonagtig in ’t district Tulbagh eene somma van zestien rd:s over koop negotie goederen
aan Philip van Veuren woonagtig in ’t district Beaufort eene somma van dertig rd:s over koop van een halfaam brandewyn
aan Philip van Veuren j:r woonagtig in ’t district Beaufort eene somma van zes rd:s over koop van een mudden koorn
Erfgenaamen
Geertruida Anna Grobbeler gehuwd met Ernst Lodewyk Klynhans
Johan:s Hendrik Grobbeler gehuwd met Martha Sophia Venter
Johanna Catharina Grobbeler gehuwd met Herculaas Venter
Hermanus Johan:s Grobbeler gebooren den 7 Mey 1797
Maryna Adriaana Grobbeler gebooren den 20 October 1802
Magchel Grobbeler gebooren den 10 October 1807
Clasina Johanna Grobbeler gebooren den 3 November 1810
Anna Maria Berrendina Grobbeler gebooren den 15 September 1811
Niclasina Hermina Grobbeler omtrend 14 jaaren oud, dogter van wylen den principaalen erfgenaam Nicolaas Grobbeler

Aldus gedaan en g’enventariseerd op Donderdag den 26 April 1821 ter plaatze de Traka aan de Zwarteberg , volgens op en aangeeve van Anna Sophia Fick, wed:e wylen Hermanus Grobbeler, dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeve des voorm:e boedels ter goeder trouw te hebben gedraagen en niets met weeten verswegen of agter gehouden te hebben, verklaarde zig dus bereid deeze haare aangifte des gevordert wordende met solemneele eede te staaven, met al verdere belofte zo zy iets nader tot dien boedel behoorende mogte koomen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen emplieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adj:t Landdrost ter presentie van den clercq G: Taute en den gerechts bode S:W: Fuge als getuigen.

Voor d’ opgaave: Anna Sophia Fick weduwe Hermanis Grobler

Als getuigen: G: Taute, S: Fuge

J: Baird, Adj: Land:t

MOOC8/36.58

{18200315} 15 Maart 1820 Rud: Johannes Brits

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wijlen Rud: Johannes Brits de oude zyn bezeeten en ab intestato met ’er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waaren weezen zijn bevonden geworden, te weeten

een osse waagen met toebehoor /oud/
twee oude geweers
drie yzere potten
een yzere zeeppot
een kist
een plat vaatje
een emmer
drie houtbylen
twee koopere keetels
een tinne trekpot /oud/
een duims boor
een aarde kan
een graaff
een stoel
een parthy oud yzer
Beestiaal
drie trek ossen
een hondert en thien aanteelschapen
twaalf aanteel bokken
Baaten des boedels
  Rd:s
van H:G: Grove blykens onderhandsche handschrift 231
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Pieter Coenraad van der Westhuyzen over negotie goederen 50:--
aan H:G: Grove over 1 witte bafta, twee lb thee, 2 lb thee zuijker en 1 lb koffij 26:4
aan Jan Brits over koop van een os 32:--
aan Thomas Arnold:s du Tooit over taback, etc:a 9:4
Erfgenaamen
1) Huybregt Brits gehuwd met P:C: v:d: Westhuyzen
2) Elisabeth Brits gehuwd geweest met Christ: Nagel haare kinderen zyn a) Rud: Johannes
b) Geertruida
c) Hendrik
d) Fredrik
3) Rudolph Johannes
4) Geertruida Brits getrouwd met Gerrit Oosthuyzen
5) Susanna Brits get:d met Joh:s Jac:s Louw
6) Anna Brits get:d met Joh:s Aug:t Klyngeld
7) Maria Brits get:d met Joh:s Jac:s Brits
8) Jan Brits
9) Elsje Brits get:d met Rud: Brits Pz:
10) Dina Brits get:d met Rud: Marth:s Brits
11) Cornelia Brits geh:d met Leendert Joh:s Louw, haare kinderen zyn a) Elsje Slabbert geprocrieerd bij haaren eersten man Frans Slabbert
b) Truitje Slabbert
c) Cornelia Slabbert
d) Fransina Slabbert
e) Susanna Louw verwekt by haaren hiervoorgem:de man L:J: Louw
12) Christiaan Pieter Brits
13) Johanna Brits
14) Neelje Brits gehuwd met Dav:d Joh: Kruger
15) Willem Brits

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze van de weduwe Christ: Esterhuyzen genaamd de Hoogmoeds Fontein gel: aan Zeekoerivier , op den 15:de Maart 1820 volgens t op en aangeeven van den burger Pieter Coenraad van der Westhuijzen, dewelke betuigde zich hier inne ter goeder trouwe en na beste kennis en weetenschap te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agtergehouden verklaarende zich dus bereid deeze opgaave ten allen tyde des gevordert werdende met solemneele eede te zullen staaven, met al verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied in ’t byweezen van d’ ond: E:G:F: Enslin en den burger C:d F: Heerhold als getuigen

Als getuigen: G:F: Enslin, Coenraad F: Herhold

Petrus Coenraad van den Westhuijse

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/36.59

{18210123} 23 January 1821 Adriaan van Zyl , Anna Catharina Botha

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als door wylen Adriaan van Zyl Adriaanz:n en nagelatene weduwe Anna Catharina Botha in gemeenschap bezeten, mitsgaders door eerstgem: met er dood ontruimd en nagelaten zyn, heden opgenomen en bevonden te bestaan in

1 bed en toebehooren /:in ’t bezit der wed:e tot gebruik der kinderen gelaten:/
1 zaagblad
1 koevoet
1 dissel
1 handbyl
1 duimsboor
1 snymes en een rasp
1 vleeschbyl
1 bytel
1 graaf
3 hoepels
1 ossewagen en toebehooren
2 ledige koffers
1 wagenkist
1 schietgeweer
2 geelhoute balies
1 platvaatje
4 yzere potten
5 borden
4 lepels
6 forken
1 tinne schotel
2 stoelen
2 emmers
3 kommetjes
3 bottels
2 kopere ketels
1 boterpotje
1 zadel
Beestiaal
528 aanteelschapen
8 trekossen
14 jonge ossen
84 aanteelbeesten
68 aanteelbokken
4 rydpaarden
10 aanteelpaarden
Baten des boedels
  Rd:s
van Jan Adriaan Venter Jaz:n weg:s een gekogte paard 50
van Jan Jacobs Az:n 25
van den slagter C:F: Leibbrandt wegens verkogt slagtvee blykens slagtersbrief van den knegt C: Alterman n:o 20 d:d: 26 September 1820 - verantwoord rd:410:36 416
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Ockert van Schalkwyk weg:s geleend geld 37
aan Ad:n van Zyl d’ oude - betaald 132
Erfgenaamen
Andries Johannes geboren den 30 October 1817
Anna Margaretha Adriana geboren den 23 February 1819
Margaretha Johanna geboren den 7 Aug:s 1820

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatse de Rietkuil in ’t veldcornetschap Zeekoerivier op den 23 January 1821 volgens op en aangeving van de wed:e A: van Zyl Az:n, dewelke verklaarde hierin ter goeder trouw te hebben gehandeld met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende mogte worden gevonden dezen inventaris als dan daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede, hebbende zy deze benevens my Landdrost en getuigen met hare naamtekening bekragtigd.

Anna Catriena Bootha weude Van Sijl

J:F: Ziervogel

J: Auret

A: Stockenstrom

MOOC8/36.60

{18210119} 19 January 1821 Jac:s van den Berg

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als door wylen Jac:s van den Berg bezeten en met er dood ontruimd en nagelaten zyn heden opgenomen en bevonden te bestaan in

41 voeten geelhoute plank
3 yzere hoepels
3 halfaamen
2 botervaatjes
2 ongemaakte geweerlaayen
1 houtbyl
2 handbylen
6 graven
1 koevoet
9 disselboomen
1 langwagen
1 houte pomp
1 ronde geelhoute balk
1 yzerhoute balk
1 oude ploeg
4 zakken met zout
6 knapzakken met zout
1 teervaatje
1 koornschop
1 trektouw
1 ossewagen met toebehooren
1 schroef
1 koekepan
2 zadels en een toom
1 koffymolen
3 kopere ketels
1 meelzift
1 emmer
1 kan
5 booren
7 booren en een omslag
5 schaven
2 hamers
2 zaagen
2 zeepvormen
1 yzere balans
6 bytels
1 stuk yzer
1 vyl en een holbytel
2 raspen
1 dissel
1 snymes
2 passers
2 knyptangen
1 handschroef
een party oude gereedschap
een mandje met oud yzer
een vuurschop
twee trekpotjes
2 kommetjes
6 koornzakken
6 tinne borden
2 tinne schotels
10 stale forken
8 lepels
1 zoeplepel
1 porceleine kom
1 schietgeweer
2 oude ledige kisten
1 slot
1 wagenkist
1 zoepkom
1 blikke beker
1 mandje
1 bank
1 waterketel
1 koornzift
3 katels
1 bed en toebehooren
1 zeeppot
4 yzere potten
1 potlepel
1 vleeschfork
2 emmers
3 stoelen
1 tafel
3 boeken
1 snuiter
1 bandelier
1 veldstoeltje
1 platvaatje
1 trechter
2 zakboekjes
1 wynglas
1 huisleer
2 sikkels
1 pik
een lenings plaats de Quaggas Valey
Beestiaal
954 aanteelschapen
15 bokken
28 aanteel beesten
18 trekossen
9 aanteel paarden
2 rydpaarden
Baten des boedels
    Rd:s
  van Mich:l Delport 14 hamels en 10 schapen aan hem ter verkoop overgegeven voor niet minder dan 3 rd:s ’t stuk [ ..... ]
verantwoord van P: Loots weg:s geleend geld 682:--
NB: slegts in mind: verantwoord rd:92 van O:A:S: de Meyer weg:s geleend geld 107:--
erfgenaam van Fred:k Coenraad de Beer Fz:n 357:--
  van Jan Christoffel Esterhuizen 10:--
verantwoord van Matthys Jac:s de Beer Fz:n 50:--
  van Jan Joubert Jousasz:n 4 vaersen of 40:--
  van Bar:d Pet:s de Beer Fz:n 5:--
  van A:S: Cornelis blyk:s slagtersbrief van den knegt G:W: Loudt d:d: 27 Nov:r 1815 n:o 58 165:--
verantwoord met rd:299:12 van C:F: Leibbrandt blyk:s slagtersbrief van den knegt C: Alleman d:d: 26 Sept:r 1820 n:o 30 303:--
  van F:C: de Beer s:r weg:s de helfte van een slagtersbrief voor door hem verkogte maatsbeesten aan den slagter C:F: Leibbrandt 60:--
erfgenaam van B:d v:d: Berg Jac:s zoon 11:--
  aan contanten 44:1
  moedersbewys van wylen Johanna Jacoba Petronella, door haar vader ter Weeskamer gedeponeerd zynde zy onmondig gestorven
Schulden boedels
  Rd:s
aan Fredrik Coenraad de Beer voor ’t oppassen der plaats en al het geen er op was geduurende dat nu wylen Jac:s van den Berg ’t zelve verlaten had zynde een maand en vyftien dagen a 30 rd:s per maand 45:--
aan F:C: de Beer Fz:n Bar:d van den Berg Jac:s z:n en Bar:d Jac:s van den Berg Roelofz:n voor ’t maken van de doodkist 18:6
aan P: Loots voor ryloon van drank 16:--
aan P: Gous voor 27 flessen brandewyn 40:4
aan P: Gous voor een halfaam wyn 12:--
aan Bar:d van den Berg Jac:s z:n weg:s door wylen P: van den Berg voor zyne rek:g verkogte maatsschapen 102:--
Erfgenaamen
Barend van den Berg geboren den 15 Sept:r 1791
Johanna Catharina Sophia gehuwd met Fred:k Coenraad de Beer Fz:n
Maria Magdalena gehuwd met Pieter Loots
Aletta Elizabeth geboren den 1 Mey 1797
Anna Margaretha gehuwd met Barend Jacobus van den Berg Roelofs z:n

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatse de Quagga’s Valey in ’t veldcornetschap agter op Sneeuwberg op den 19:e January 1821 volgens op en aangeeving van de burgers Barend van den Berg Jac:s z:n en Fred:k Coenraad de Beer Fz:n, die verklaarden hierin ter goeder trouw te hebben gehandeld met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende mogte worden gevonden, dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren alles onder aanbod van eede, hebbende zylieden deze benevens my Landdrost ende getuigen met hunne naamtekening bekragtigd.

Barend van den Bergh

J: Auret

J:F: Ziervogel

A: Stockenstrom

MOOC8/36.61

{18210126} 26 January 1821 Francois Louis du Plessies , Maria Elisabeth Klopper

28 Feb: /21

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wijlen François Louis du Plessies Laurens zoon en nagelatene weduwe Maria Elisabeth Klopper in gemeenschap bezeeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waaren weezen bevonden zijn geworden, te weeten

Losse goederen
een oude osse wagen
een groote vat
een wagen kist
een oude zadel
een stoel
een schietgeweer
een horlogie, defect
een trommel
twee kommetjes
een tinne [kommetjes]
een tinne trekpotje
vier tinne leepels
zes staale vorken
drie aarde borden
een tinne [borden]
een ijzere pot
een ijzere ketel
een blikke kastrol
een buldzak, vier kussens en combaars
Beestiaal
een rijdpaard
twee aanteel paarden
negen en twintig aanteel beesten
twee en twintig ossen in zoort
drie honderd zeven en vijftig aanteel schapen
zeventig aanteel bokken
Contanten, baten en schulden
geene
Erfgenaamen
Franç:s Louis Laurens du Plessies geboren den 4:e October 1820

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatze van den burger Laurens du Plessies genaamd de Palmietfontein gelegen in Tarka , op den 26:e January 1821 volgens op en aangeeven van voorm:de weduwe F:L: du Plessies, dewelke verklaarde niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, met belofte indien zij iets tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, en zulks des gevorderd werdende met solemnele eede nader te bevestigen, en is zulks geschied ter praesentie van d’ E:E:s Willem van Heerden en Joh:s Lod:s Pretorius als getuigen.

Voor d’ opgaave: Maria E: Koloper, w: F:L: du Plessies

Als getuigen: W: van Heerden, Joh: Lod: Pretorus

In kennisse van my: W:W: Harding, Ad: Land:

MOOC8/36.62

{18200218} 18 February 1820 Johannes Jacobus van Rooyen , Maria Sophia Fortuin

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Johannes Jacobus van Rooyen en Maria Sophia Fortuin in gemeenschap zyn bezeeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaaders heeden opgenoomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

een tavel
een bank
een stoel
een stoof met tesje
twee geelhoute kisten een met laayen
een emmer
een kl: vleesch vaatje
een kl: balie
een katel
een buldzak, peul, drie kussens, een combaars en een laaken
twee Bybels
sesthien boeken in zoort
twee kopere keeteltjes
een yzere strykyzer
een aarde pot
een tinne thee pot
een kommetje en twee pierings
vier vorken
twee tinne leepels
drie tinne borden waarvan een defect
twee tinne schotels
een yzere kandelaar
een snuyter
een yzere pot
een pot leepel
een vleesch vork
een graaf
Beestiaal
drie aanteel beesten
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Jan Albert van Nieuwkerk over koop van een paard 100
Erfgenaamen
1) Maria van Rooyen gebooren den 12 Jann:y 1794 gehuwd met Joh:s Covrie
2) Andries van Rooyen gebooren den [ ..... ] 1796
3) Gerrit van Rooyen gebooren den [ ..... ] 1797
4) Willem van Rooyen gebooren den 26 Aug:t 1801
5) Joh:s Jac:s van Rooyen gebooren den 12 Septbr: 1806
6) Susanna Geert:da Hend:na gebooren den 10 April 1809
7) Martha Eva gebooren den 5 July 1811
8) Cath:a Margaretha gebooren den 10 Febr: 1815

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 18:de February 1820 volgens op en aangeeven van voorm:de Maria Sophia Fortuyn weduwe wylen Johannes Jacobus van Rooyen, dewelke verklaarde haar in het op en aangeeven haars boedels ter goeder trouwe gedraagen en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben; verklaarende haar dus bereid deeze haare opgaaf ten allen tyde des gevordert werdende met solemneele eede te staaven, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in het by weezen van d’ E: Jan Barend van Blercq en den clercq Jeremias Auret als getuigen

Als getuijgen: J:B: van Blerk, J: Auret

Dit is de + merk van Maria Sophia Fortuin

Andris van Rooij

Dit is de + merk van Johannes Covrie

In kennisse van my: Th:s Muller, Sec:s

MOOC8/36.63

{18200128} 28 Jannuary 1820 Willem Sterrenberg Pretorius , Catharina Elisabeth Brummer

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Willem Sterrenberg Pretorius en desselfs nagelatene weduwe Catharina Elisabeth Brummer in gemeenschap bezeeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenoomen en in waaren weezen zijn bevonden geworden, te weeten

een ossen wagen met ses ossen trektouw en drie jukken oud
een roodkoopere thee machien
een tinne lampet met kom
twee witte aarde kommen
twee aarde thee potten
sesthien kopjes met vyfthien pierings
een blauwe aarde kom
een booter potje
een tinne thee pot
een blikke tregter
een kandelaar
twee snuyters
een koopere strykyzer defect
een koopere keetel
een leij
een vaatje met roode verf
een tafel
een rustbank defect
een leuning stoel
twee kisten
twee emmers
een mostaard potje
een peeperdoos
drie glaasjes
vier aarde borden
vier tinne borden
acht tinne leepels
thien staale vorken
drie ijzere potten waarvan twee defect
een omslag met 18 boorijzers
drie schaaven in zoort
een dissel
een bijl
een snymes
een passer
een rasp
een vijl
een spanzaag
twee graaven defect
een zaadel
een geweer
een as
drie enden of stukken rondhoud
een stuk geelhoute plank
neegen en twintig mudden kooren
Slaaven
een mansslaaf gen:d Dapat van de Kaap oud ses jaar en 3 m:de
Beestiaal
een rydpaard
seeven aanteelpaarden
veerthien trek ossen
dertig beesten
drie hondert en thien schaapen en bokken
Erfgenaamen
Willem Sterrenberg Pretorius gebooren den 17:de Novb:r 1817

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 28:ste Jann:y 1820 volgens t op en aangeeven van voormelde C:E: Brummer weduwe W:S: Pretorius, dewelke betuigde haar hierinne ter goeder trouw te hebben gedragen en niets met weeten versweegen of agtergehouden, verklaarende haar dus bereid deeze opgaave ten allen tyde des gevordert werdende met solemneele eede te zullen staaven; met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogte ontdekken, deezen inventaris daar meede te zullen amplieeren en is zulks geschied in t byweezen van den burger Hendrik Fred:k Papenfus en d’ E: G: Fr: Enslin als getuigen.

Als getuigen: G:F: Enslin, H: Papenfus

Catarina Elisabet Brummer, wedewe W:S: Pretorius

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:

MOOC8/36.64

{18220218} 18 February 1822 Anna de Villiers

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op Woensdag den dertienden deezer loopende maand February de klokke omtrent half agt ’s avonds in den jaare onzes Heeren een duyzend agt honderd twee en twintig metter dood zyn ontruymd en nagelaten door Anna de Villiers voormaals wed: van Jan de Villiers Abrahamz: en laatst wed: van wylen Petrus Francois Rossouw, hebbende de overledene by testamentaire dispositie in dato 26 Aug:s 1818 voor den secretaris Petrus Causius van Blommestein en getuigen gepasseerd tot haare eenige en universeele erfgenamen benoemd en g’institueerd de navolgende, zynde alle kinderen by beiden opgem: haare echtgenoten in huwelyk verwekt, met namen

1) de kinderen van wylen Anna Johanna de Villiers in huwelyk verwekt by Petrus Jacobus Bosman a) Jan Christoffel Bosman
b) Izaak Bosman
c) Anna Johanna Bosman geh:d met Louis Cauvin
2) Abraham Pieter de Villiers
3) Johanna Jacoba de Villiers geh:d met Dirk Jacobus Aspeling
4) Jan Daniel de Villiers
5) Hester Susanna de Villiers geh:d met Petrus Joh:s Truter
6) Jan Petrus de Villiers
7) Elizabeth Margaretha Rossouw geh:d met Jacobus Joh:s Mellet
8) Petrus Francois Rossouw geboren den 2 Juny 1799

en heeft de overledene inmiddels by onderhandsche acte van den 25 January l:l: het aandeel ’t welk eerstgem: A:P: de Villiers na aftrek van het geen hy aan haar boedel debet is nog zouden te beurt vallen bezwaard met den band van feidei commis, zodanig en in dier voegen, dat hy en zyne huisvrouw geduurende hun leven lang de intresten en vrugten of bladeren daarvan zullen koomen te genieten, zonder meer, en na hun beider overlyden op hunne wettige descendenten devolveeren.

Voorts by acte van den 17 November 1821 voor den notaris publicq m:r Jacobus Petrus de Wet en getuigen gepasseerd tot executeuren van hetzelve testament benoemd en verzogt het Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie, ten gevolge waarvan de nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerdens uit het evengem: Collegie is g’inventarisseerd en opgenomen, na alvoorens de geheele voorz: testamentaire dispositie aan de presente erfgenamen en belang hebbende te hebben doen voorleezen, zynde deeze nalatenschap bevonden te bestaan in het navolgende

Een huis en twee erven staande ende gelegen in deeze Tavelvalley in de Tuynstraat gemerkt N:o 1 en aldaar
In het voorhuijs
een staande horologie
In de kamer ter linkerhand
een spiegel met vergulde lyst
elf leuning stoelen met losse zittings
een cabinet met zilver beslag waarin
linnengoed waarvan eene nadere lyst aan den inventaris zal worden gevoegd
een draagstoel met stokken en banden
In de kamer ter linkerhand
een spiegel met vergulde lyst
twee thee tafels
een ronde blad tafel, die de gezamentlyke erfgenamen opgeeven dat aan de erfgenaam Abraham Pieter de Villiers is toegedagt om dat dezelve van zyn grootvader afkomstig is
twaalf stoelen met paarde hair zittings
een wit kopere themachine
een tinne koffy kan
twee geelkopere quispeldooren
twee spuw balys
twee verlakte schenkbladen
een p:r zilvere knie gespe
een p:r kniegespen met steenen omzet
twintig schootels in zoort
drie dieppe schootels
drie en twintig borden in zoort
twee ryst borden
agt messen en agttien yzere vorken
vier en twintig zilvere eet leepels
een zoep [leepels]
een lepel bakje
In een muurkast
agt potjes in zoort /aard/
een tinne trekpot
drie blikke trommels
een blikke casserol
een blikke soepterrine
een blauwe confyt pot
een aarde pot
In de gaandery
een tafel
vier stoven
twee geelkopere quispeldoor
een hand lantaarn
een schenklay
een sleutel kistje
In een muurkast
een lampet en kom
een blauwe thegoed kom
twee blauwe kopjes en schoteltjes
tien roode kopjes en schoteltjes
zes potjes in zoort
vier glaze karaften
veertien bier glazen
negen wyn kelken
een glaze kolbak met een zilvere confyt forkje en lepel
een olij en asijn standaard
voorts een rooy geschilderd kistje
In een agter kamer
een klyne spiegel
een kadel waarop
een bed
vier kussens en
een deken
een groot Ambons houte kist waarin
zes verlakte trommels
zes potten met confietuuren in zoort
drie zijldoekse zakken
een lap gryze laaken
twee [lap] carsaay
een lap blauw linne
een lap geruyt
een lap dimet
een linnesche ophaal gordyn
een wolle deken
een schuyfdoosje met medicamenten
een grootte Bybel
een gaare kistje
een kaarse kistje
een bril met zilver gemonteerd
een lade kastje met koper beslag, waarin
een klisteer spuyt
een tinne zoep lepel
een p:r oude zilvere schoen en knie gespen
een doosje met saudapouder en voorts
een party romm:
In de combuys
een kelder met vlessen
een martevaam
vier emmers
drie boter vaaten in zoort
vyf kookpotten
een rooster
een koekepan
twe yzere lepels en vork
een yzere drievoet
drie yzere schoorsteen kettings
een kopere water keetel
een kopere schuymspan
vier kopere kandelaaren
een kopere vyssel met yzere stamper
een kopere comfoir
een rood kopere strykyzer
een tinne water keetel
een casserol
een blikke blaker
twee blikke snuyter bakjes met snuyter
een combuys tafel
Op de agterplaats
een ladder
twee hout bylen
twee baly’s
een hakkebord
In een boven kamer
een ledikant met een wit linnesche behangsel
een bed
een peuluw
zes kussens en
een chitze deken
een kadel waarop
een bed
een peuluw
vier kussens en
een spry
een kadel waarop
een bed
een peuluw
drie kussens en
een sprij
een ledikant waarop
een bed
een peuluw
zes kussens
twaalf stoelen met 11 losse zittings
een stilletje
vier nagtspiegels in zoort
In een boven agter kamer
een koffy moolen
vier zyldoekse mudde zakken met wat provisie
drie ballast manden
een huijstrap
twee azijn kannen
een grootte huys Bybel met zyn knaap welke ingevolge testamentaire dispositie aan opgem: Abraham Pieter de Villiers is gelegateerd
In een provisie kamer
een grootte kist
een klyder kist
een klyder kist waarin eenige boeken welke aan de gezammelyke erfgen: ingevolge gem: dispositie zyn vermaakt
twee boter vaatjes
twee taartepan
een confyt keetel
drie yzere plaaten
een braad pan
zes mudde zakken in zoort
een rood geruite behangzel
een stilletje
twee hout bylen
eenige ledige bottels
een grootte ledige kist
Lyf eigenen des boedels
een mansslaaf g:d Jephta van Madagascar oud 65 jaaren, werksjonge - welke de overledene ingevolge onderh: dispositie v:d: 28 Jan:y j:l: heeft begeerd dat hy gaan en staan /het zy famillie of geen famillie/ alwaar hy goed vinden zal
een mansslaaf g:d Louis van Mosambique oud 35 jaaren, werksjongen
een mansslaaf Geduld van Madagascar oud 40 jaaren, werksjonge - welke de overledene heeft begeerd dat geenzints publicquelyk maar onder haare gezamentlyke erfgenamen moeten werden verkogt, blykens onderh: dispositie d:d: 23 Novemb: 1821
een slavinne Roosa van de Kaap oud 62 jaren, huismeid - waaromtrend even als over Jephta is gedisponeerd geworden
een slavinne Roslyn van de Kaap oud 40 jaaren huismeid met haare beide kinderen, in name Dasie en Dina beide van de Kaap - waarover als boven is gedisponeerd dat onder de gezamentlyke erfgenamen moeten werden verkogt
een slavinne g:d Candasa van de Kaap oud [ ..... ] jaaren - welke de overledene onder zeekere voorwaarden omstandig uitgedrukt in eene onderh: dispositie van den 4 deezer heeft begeerd dat zal worden in vrydom gesteld zodra zy de som van rd:s1500 aan den boedel zal hebben opgebragt
Crediten des boedels
    Rd:s Rd:s
  aan contanten in den boedel gevonden eene somma van vier honderd en dertien ryks: waarvan rd:200 aan de wed: De Waal ter nadere verantwoordinge tot bestryking der dagelyksche uitgaave geduurende het openstaan des boedels is afgegeven zodat per rest nog blyft   213:--
  aan contanten nog nader gevonden   3:--
  vyf zilvere Spaansche matten en vyf zilvere ropyen   [ ..... ]
op den 2 Sept:r 1822 in mindering van nevens gemelde capitaal afgelegd ƒ21800 een schepenen kennis ten lasten van Frans Daniel Rossouw Fransz: d:d: 18 Decemb: 1818 groot aan capitaal ƒ57800 ofte   19266:32
  met de renten zedert primo July 1821
  een schepenen kennis ten lasten van Frans Daniel Rossouw Fransz: d:d: 22 October 1819 groot aan capitaal ƒ25000   8333:16
  met de renten zedert 22 October
in mindering van nevens gemelde capitaal afgelegd ƒ6000 met de renten een notarieele obligatie ten lasten Frans Daniel Rossouw Fransz: d:d: 4 Septemb: 1819 groot aan capitaal ƒ10000   3333:16
  renten zedert 1 July 1821
  een schepennen kennis ten lasten Louis Cauvin d:d: 16 Feb:y 1821 groot aan capitaal ƒ10000 ofte   3333:16
  renten zedert 16 Feb:y 1821
  een notarieele obligatie ten lasten Petrus Johannes Truter H:kz d:d: [ ..... ] groot aan capitaal ƒ9000 ofte   3000:--
  renten zedert [ ..... ]
  een onderh: obligatie ten lasten Hendrik Jacob:s van der Spuy Meltz: d:d: 30 Novemb: 1819 groot aan capitaal ƒ4000   1333:16
  met de renten zedert [ ..... ]
  een onderh: obligatie ten lasten Abraham Pieter de Villiers d:d: primo Novemb:r 1818 groot ƒ4500 ofte   1500:--
voor en in plaatze van deze obligatien komt eene not: obl: ten laste J:C: Kotze en N:A: Truter by nader opgaaf bekend gesteld een onderh: obligatie ten lasten voorm: Abraham Pieter de Villiers d:d: 16 Decemb: 1820 groot ƒ3000 ofte   1000:--
  een onderh: obligatie ten lasten van de huisvrouw van A:P: de Villiers groot 62:--
  een onderh: obligatie per rest 214:24 276:24
  een onderh: obligatie ten lasten Jacobus Joh:s Mellet groot d:d: 26 Octob: 1820 groot aan capitaal   420:--
  renten zedert den 26 Octob: 1820
  een onderh: obligatie ten lasten voorm: Jacobus Joh:s Mellet d:d: 17 July 1821 groot   331:--
  zonder renten
  van Dirk Jacobus Aspeling blykens aanteekening   146:12
  van de minderjaarige Petrus Francois Rossouw over door opgem: Aspeling aan hem op last van de overledene afgegeeven   135:--
  denzelven Petrus Francois Rossouw blykens bewys d:d: 3 April 1821   70:--
  van voorm: Abraham Pieter de Villiers het geen door de overledene voor hem in de disconto bank onder verband van voorn: obligatie ten lasten P:J: Truter heeft opgenomen en waarop hy per rest nog debet is aan capitaal 600:--
  waarop op heden in mindering is ingebragt 300:--
  komt nog   300:--
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Catharina Kysser wed: wylen Dirk de Waal voor een legaat ingevolge dispositie v: d: 17 Novemb: 1821 ƒ1000 333:16
aan de disconto bank ingevolge het hier bovengenoteerde dat nog moet werden ingebragt 300:--

Aldus g’inventarisseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 18:de February 1822 ende zulx volgens op en aangeven van de in den hoofde dezes gem: erfgenamen, dewelke verklaarden hun hierinne ter goeder trouwe gedragen en huns wetens niets verzwegen of te terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, in voegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid hunner opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk opgaaf te zullen doen, ten einde deezen inventaris daarmeede te kunnen worde g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons onderget: gecomm: Weesm: ende my Secretaris door den inventarienten eigenhandigd onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:F: Munnik

D:J: Aspeling s:r

P:J: Truter Hz:

J: de Villiers

Jac: Joh: Mellet

My praesent: J:J:L: Smuts

Op den 30 April 1822 heeft den erfgenaam Abr: Pieter Villiers, ter Weeskamer geproduceerd eene obligatie ten laste Joh: Chr: Kotze en Hendrik And:s Truter d:d: 29 Maart l:l: groot een duysend ryxd:s ten behoeve van de overledene gepasseerd en opgegeven dat deze obli: sproote uit verkoop van zyn plaats Middelburg , en by overeenkomst met de overledene zoude strekken in aflossing eener ond: handsche obligatie van gelyke groote de dato 16 Decb:r 1820 ten zynen laste hiervoren bekend gesteld, waarvan aantekening word gehouden welke is deze.

My praesent: J:J:L: Smuts

Lijst van linnen goederen gevonden in den boedel van wijlen Anna de Villiers laatst wed:e Petrus Francois Rossouw, als

een kabinet waarin
vier en twintig kussings sloopen gemerkt n:o 24
veertien kussings sloopen n:o 14
dertien kussings sloopen 14
zes kussings sloopen met kant
agt tien kussings sloopen /in ’t gebruik/
vier en twintig servietten n:o 24
zestien servietten 16
zestien servietten 18
twaalf hand doeke
negen zyldoekse lakens
drie en twintig linnesche lakens
twee en twintig hembden
een en twintig tabberts
vijf en twintig rokken
twee p:s gordijn citz - moet verkogt worden
vijf borst rokke
agt paare kouzen
zestien mutzen
twee zijde mantels
tien zak doeken
een paar zwarte kouze
zes hals doeke
agt kabaatjes
vier paare handschoene
een echte tjaal
vier tjaals
een zwarte zijde doek
zes ente sloope kant
een lap linne
twee lappe citz
twee wit vengster gordijnen moet verkogt worden
een citze deeken moet verkogt worden
een citze spreij moet verkogt worden
twaalf strenge katoen
een lap linnen

Volgens opgaaf van de ondergetekende erfgenaamen

J:s Aspeling

P: Truter

E: Mellet

A: Cauvin

MOOC8/36.65

{18220315} 15 Maart 1822 Nicolaas Albertus Smith , Margaretha Magdalena Blignault

Inventaris van alle zodanige goederen, als behooren tot den gemeenschappelyken boedel van Nicolaas Albertus Smith Alewynz: en Margaretha Magdalena Blignault, door eerstgenoemde ab intestato metter dood ontruymd ende nagelaten ten voordeele der kinderen door hem in twee onderscheidene huwelyken verwekt, als

a) by zyne voor overledene huysvrouw Jacoba Catharina Mosterd 1) Pieter Joh:s Smith geboren den 3 Novemb:r 1801
2) Alewyn Joh:s Smith geboren den 3 Aug:s 1803
b) by zyne thans nagelatene wed: 3) Margaretha Alberta Smith geb: den 17 Juny 1813
4) Elizabeth Wilhelmina Smith geb: den 3 April 1817
5) Jan Pieter Smith geb: den 17 January 1819

Zodanig als dezelve nalatenschap door ons onderget: gecomm: Weesm: ingevolge opgaaf van voorz: wed: is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende

De helfte van de opstal der leenings plaats genaamd de Olijvenboom gelegen aan de Bergrivier onder het district van Stellenbosch

In het woonhuis en aldaar

In het voorhuis
een aanzet tavel
twee thee [tavel]
drie stoelen
een emmer
een stoof defect
twee groote kisten
twee bojang potten
twee kannen
In de kamer
een ledikant waarop
een bed
een peuluw
drie kussens en
een wolle deeken
een kadel waarop
een bed
drie kussens
een tavel kast
een koffy kan
een trekpot
een kopere confoir en tinne keetel
een yzere confoir
een cyffer ley
een meel zeef
een strykyzer
vier boeken
een schiet geweer
zes messen en vurken
zes tinne leepels
een klyne koffy trommel
een blikke keetel
een boter vaatje
een vuurmand
een glaze raam
twee laden
een blaker en snuyter
veertien borden
vier schootels
In de combuys
drie yzere potten
een schoorsteen keting
een water keetel
een vlees vurk
een potlepel
een drivoet
In een buyten vertrek
vier graven
een pik
vier koorn schoppen
een bank schroef
een zaag
twe booren
een dissel
twe bylen
vier zikkels
een koevoet
twe teer putzen
vier manden
tien mudde zakken
twe beesten vellen
een stel oude tuygen
een oude zadel
een half aam
een veld cribbe
In het wagen huys
een paarde wagen
een ossen wagen met vyf jukken en verdere toebehooren
een oude kar met vier tuygen
twe ploegen
vier ploeg scharen
Op de zolder
vyf mudden koorn
drie 1/2 mudden garst
twee mudden rog
Beestiaal
twee wagenpaarden
zestien aanteel paarden
twaalf trekossen
drie aanteel beesten
Lyfeigenen
een mansslaaf g:d Abner van Mosambique 33 jaren, werksjongen
een mansslaaf g:d Ontong van de Kaap 12 jaaren
een mansslaaf g:d Daniel van de Kaap 11 jaaren
een mansslaaf g:d Simon van de Kaap 9 jaaren
een slavinne g:d Philida van Mosambique 50 jaaren, kokkin
een slavinne g:d Thamar van de Kaap 19 jaaren, huismeid, met haar kind g:d Rachel van de Kaap , geboren den 14 Decemb: 1819
Crediten des boedels
    Rd:s
verrekend van Hend:k Fred:k Schwartze op een onderh: briefje d:d: 19 Feb:y 1821 50
  van Jan Furstenberg over een onderh: briefje 20
Lasten des boedels
    Rd:s
  aan Jan Blignault op een onderh: bewys ƒ11000 ofte 3666:32
  aan des overledens twee voor kinderen, in naame Pieter Joh:s en Alewyn Joh:s Smith over zooveel aan dezelve over moederlyke erffenisse ter Weeskamer heeft beweezen 1487:24
  aan P:J: Smith over koop van koorn 48:--
betaald aan Jan Hend:k Nolte op een onderh: bewys 143:--
betaald aan Efrahim Carolus voor timmermanswerk per rest van reekening 33:--
betaald aan Gideon Jacob:s Joubert volgens reekening 69:--
betaald aan Jan Lingeveld volgens reekening 10:--
  aan begravenis onkosten [ ..... ]
  aan de district cassa te Stellenb: voor belastingen 17:--

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter plaatse voorm: op den 15 Maart 1822 ende zulx op het op en aangeven van voorm: wed:, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met haar weten niets verzwegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid haarer opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot den voorz: boedel behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede kan worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van de onderget: gecomm: Weesm: en my Adj:t Commis der Weeskamer door de inventariente eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesm: G:E: Overbeek

M:M: Blijgnaud de wed: N: Smit

My present: J: Serrurier, Adj:t Commis

MOOC8/36.66

{18210518} 18 Mey 1821 Adam Hendrik Hellberg , Maria Catharina van Jaarsveldt

Exh: 29 Aug:s 21

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wijlen Maria Catharina van Jaarsveldt en nagelatene man Adam Hendrik Hellberg in gemeenschap zijn bezeeten en door eerstgem:e ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen bevonden zijn geworden, te weeten

Vaste goederen
Een erf en onvoltooid huis
Losse goederen
vier stoelen waarvan 2 def:t
een groote kist
een kistje
twee koffers
een katel
een buldzak, 4 kussens en combaars
een regen scherm
een zilvere horlogie
een doos met 2 scheermessen
een tavel
een trommel
twee kopere kandelaars
twee aarde schotels
drie aarde borden
drie tinne lepels
drie staale vorken
drie messen
een blikke kom
twee kopjes en twee pierings
een melkkannetje
een bottel
een meel zift
drie ijzere potten en een dekzel
een koekepan
een emmer
een kopere vijsel en 1 stamper
vier graaven
twee houtbijlen
een tuin lijn
ses steen vormen
een vel
twee zadels, een toom en kleetje
twee balken
32 stukken timmerhout
545 bossen stroo
vier mudden koorn
een klijne kwantiteit garst
agt zakken
Beestiaal
vijf rijdpaarden
zes aanteel beesten
twee honderd vier en zestig aanteel schapen
Contanten
  Rd:s
gereed geld 21
Baten des boedels
    Rd:s
  van Rasmus Janzen voor twee ossen 30:--
verantwoord van Herm:s Joh:s Roodt voor een os en geleend geld 40:--
verantwoord van het gouvernement voor tractement als Bode van p:mo January tot heeden 112:4
verantwoord van ’s distrikts kas voor ’t instand houden van dam en watervoor ter Adj:t Drostdije Cradock , van p:mo Nov:r 1820 tot heeden 325:--
verantwoord van ’s distrikts kas voor huishuur van p:mo Jan:y tot heeden 45:--
verantwoord van Barend Joh:s Vorster voor 250 bossen stroo 5:--
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Jan Cornelis over koop van een erf 523
met de renten zed:t d: 17:e Juny 1820
aan George Wemmer over negotie goederen 40
Erfgenaamen
1) Johannes Zacharias Hellberg geboren den 29:e April 1810 en
2) Heila Elisabeth Hellberg geb: den 23:e April 1812

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Cradock op den 18:e Mey 1821 volgens op en aangeeven van voorm:de A:H: Hellberg, dewelke verklaarde niets met weeten verswegen of agtergehouden te hebben, met belofte indien hij iets tot den boedel behoorende mogt ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, en zulks des gevorderd werdende met solemneele eede te bevestigen, en is zulks geschied ter prosentie van d’ E: Jac:s Marais en T:N:G: Muller als getuigen

Als getuigen: J: Marais, T:N:G: Muller

A:H: Hellberg

In kennisse van mij: W:W: Harding, Ad: Land:t

MOOC8/36.67

{18201219} 19 December 1820 Jan Hendrik Briel , Sara Jacoba Lautenbach

28 Feb: /21

C: Bird

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als door wylen Jan Hendrik Briel en deszelfs nagelatene weduwe Sara Jacoba Lautenbach in gemeenschap bezeten, mitsgaders door eerstgem: met er dood ontruimd en nagelaten, heden opgenomen en bevonden te bestaan in

2 oude defecte wagens
een party gereedschap
4 schoorsteen kettings
1 remketting
1 ketel
2 schalen en balans
1 [schalen] met volle toebehooren
1 vaatje in stukken
een party oud yzer
2 kandelaars en een snuiter
1 koekepan
1 strykyzer
een asschop
1 rooster
1 vleeschfork
een party oud yzer
een oude koffer
4 zakken
1 handbyl
1 mandje met rommelary en yzer
2 ledige vaatjes
2 molensteenen en een zabel
1 zak met dagga en een stoof
3 emmers
een party oude jukken
2 harpen, een koornschop, etc:a
1 oude defecte kar
2 yzere potten
3 stoelen
5 tinne lepels en oude tin
1 schenkblad
6 glasen
1 theepotje
1 kopere ketel
10 onderbaatjes
4 broeken
1 pyp
2 lappen lino
22 tonteldoozen
een party knopen
1 paar schoenen
1 lap karsaay
11 koekjes swartsel
3 p:r koussen
een party elsten
een party horologie sleutels en cachetten
2 messen /kleine/
2 kammen
1 snuifdoos
2 oorkrabben
1 doosje met rommelary
1 doosje met vuursteenen
1 zakje kralen
eenige oude sleutels
8 p:r handschoenen
een party zylnaalden
16 horologie ketens
9 schoolboeken
1 paar zokken
eenige oude boeken
16 staale forken
1 bottel
2 tinne schotels
5 tinne lepels
1 Bybel /Eng:s/
3 messen en een lepel
een rasp en
een party scheermessen
1 kaarseform
1 paar stevels
drie sikkels
13 stroohoeden
2 wagenkisten
2 schietgeweeren /defect/
1 zadel met toom, etc:a
1 oude katel
2 paarden
213 schapen
12 ossen
9 aanteelbeesten
Baten des boedels
    Rd:s
vold: van Schalk Burger weg:s negotie 18:--
vold: van den hott: Andries in dienst van Henning Lubbe weg:s negotie 12:--
vold: van de hott: Lys in dienst van Henning Lubbe weg:s negotie 3:--
  van den slaaf November van Hendrik Lubbe weg:s negotie 8:--
vold: van de slavin Lena van Henning Lubbe weg:s negotie 12:--
vold: van Pieter Jacobs Philipz:n weg:s negotie 12:--
vold: van Marthinus Herbst weg:s negotie 2:--
  van Mentor slaaf van Schalk Burger weg:s negotie 25:--
  van de slavin Rachel van Schalk Burger weg:s negotie 2:--
vold: van de Hott: Alet van Hendrik Viljoen weg:s negotie 9:--
  van de Hott: Kaatje van Hendrik Viljoen weg:s negotie 3:--
  van de Hott: Piet van Hendrik Viljoen weg:s negotie 6:--
vold: van Willem van Aswegen weg:s negotie 5:6
  van Barend Burger Sz:n weg:s negotie 34:4
vold: van den v:d c:t A: Burger weg:s negotie 14:--
  van den Hott: Dirk van A: Burger weg:s negotie 42:2
vold: van Jac:s Viljoen Hz:n weg:s negotie 9:--
vold: van Hercules Viljoen Hz:n weg:s negotie 7:--
vold: van den Hott: Danzer van H: Viljoen weg:s negotie 6:--
  van de wed:e G: Steenkamp weg:s negotie 7:--
vold: - rd:s56:36 van de gesepareerde huisv:w van Oct: S: de Meyer 61:6
vold: van Christoffel Nagel 15:--
vold: van Philip Jacobs 42:--
vold: van Paul Smit 8:--
vold: van Henning Jeremias Lubbe 48:4
  van Hend:k Lubbe 19:4
  van den Hott: Spanjer van H: Lubbe 8:--
  van Barend Burger 51:4
NB: hierop in mindering ontfangen rd:s987 volgens nota v:d: Landd:t Stockenstrom van Willem Jac:s van der Merwe weg:s aan hem toevertrouwde negotie goederen tot uitverkoop 1400:--
Schulden des boedels
    Rd:s
verrekend aan de gesepareerde huisvrouw van Oct:s de Meyer 5:--
  aan de apothecar Ernst 12:4
  aan Fredrik Willem Sagener p:r rest 140:--
  aan den negotiant Zederberg 1818:--
rd:s161:1:4 aan den negotiant Lambert 213:5:4
Erfgenaamen
Hester Catharina geboren den 28 Mey 1814
Johan Michiel geboren den 1 April 1816
Johannes geboren den 28 October 1818
Jan Hendrik geboren den 23 Sept:r 1820

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatse Brandnetels Fontein in ’t veldcornetschap Winterveld op Dingsdag den 19:e Dec:r 1820 volgens op en aangeving van de wed:e J:H: Briel voorm:, dewelke verklaarde zig hierin ter goeder trouwe te hebben gedragen, met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende mogte worden ontdekt dezen inventaris daarmee te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede hebbende; zy deze benevens my Landd:t en getuigen met haare naamtekening bekragtigd.

Getuigen: J:F: Ziervogel, J: Auret

A: Stockenstrom

Sara Jacowa Briel

MOOC8/36.68

{18210809} 9 Augustus 1821 Christiaan Willem Broodryk

Exh: 15 Aug:s 1821, n:o 6

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als door Christiaan Willem Broodryk ab in testato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden door de ondergetekende Landdrost van Tulbagh opgenomen en in waare weesen zyn bevonden geworden, te weten

Een huis en erf gelegen in de zogenaamde Kerkstraat en aldaar
In ’t voorhuis
een tee tavel
een yze konfoor en rood kopere ketel
zeven stoelen in zoort
twee muur rakken
een kapstok
een spiegel
twee stoven
In de kamer ter regterhand
een kadel
een tavel
twee schilderyen
een party silversmits gereedschap
twee rakken
twee en twintig boeken in zoort
een was balie
drie blikke doozen
zeven blikke doozen in zoort
twaalf bottels en vyf flessen in zoort
een aarde melkkannetje
zeven blikke lantaarns
een span zaag
een snymes
een boor
drie schaven
een schietgeweer
een blikke worstspuit
een lavement spuit
een blikke lamp
een snuiter
een tinne trekpot
twee porcelyne boterpotten
drie kannetjes in zoort
drie blikke beekers
twee aarde beekers
een blikke tregter
twee kopere kandelaars in zoort
een kopere vysel
vier aarde kommen in zoort
drie aarde pierings
een soup lepel
ses stale vorken
vier tinne lepels
drie messen
twee bylen
een emmer
In een kleine agterkamer
een kadel
zes ballast manden in zoort
twee stoelen defect
een kleine balie
twee Keulse pot
twee tinne borden
een blikke thee bus
een zitbank
een schotel rak
een porcelyne beker
zes yzere vorken, drie tinne lepels en een mes
een kopere inzet gewigt
twee grote aarde kommen
twee kleine aarde kommen
twee diepe borden
een mudde zak
een Keulse pot
een aarde kan
een kleine spiegel
een blikke kom en bak
een kist met een party rommeling
een kopere kandelaar
een aarde vuurtestje
een silversmits schaal
een aarde schotel
drie aarde kommetjes defect
een blikke koffy trommel
twee blikke beekers
een koffy molen
een kist, waarin
een kopere koffy kan defect
een kleine blikke keetel
een dissel
een party yzer draad
een kopere doosje waarin
eenige agaten en andere steenen
een blikke doos waarin
een defecte goude ring en twee goude oorkrabben in zoort
een blik met een weinig uitgesmolten zilver
twee silver vingerhoeden
een paar silvere hand knoopjes
een silvere catheder
een party oud silver
een kom waarin
zes silvere vingerhoeden
een silvere pypekop
een silvere pyp met zyn rietje
vier silvere mond stukken
een silvere mesje defect
veertien silvere ringen in zoort
twee silvere hand knoopjes in zoort
twee silvere rygnaalden
een silvere [rygnaalden]
een silvere eetlepel
Aan contanten
een silvere halve ducaton
In een kist
zeven blikke dosen
vier blikke tregters
zes blikke beekers
zeventien pype dopjes
drie silvere pype dopjes
een silvere zak horologie
een kist met wat klederen van den overledenen
In de combuis
een blaas balg
een bankschroef
een trekbank
een silversmits tavel
een water halfaam
een spierhaak
een stuk platloot
een kook ketel
een kruywagen
drie kaarse vormen
twee emmers
drie blikke emmers
een aarde sauspotje
een blikke ketel
vier oude stoelen
een bak kist
een stamp blok
vier yzere potten in zoort
twee yzere potten
een tavel
een meel kist
een ladder en voorts
eenige keukengereedschap
een rak
twee hamers
een kadel waarop
een bed en toebehoren
Lyfeigen des boedels
Sara van Malabar
Baten des boedels
  Rd:s
over zo veel Pieter Francois Theron Pietz:n blykens onderhandsche schuldbrief d:d: 10 May 1821 wegens koop van een slave jongen per rest nog schuldig is - op den 4 April 1822 in mind: afbetaald rd:s500 1600
Lasten des boedels
onbekend

De overledenen met zyne tegenswoordige huisvrouw Aletta Jacoba Meyer voormaals weduwe wylen Francois Willemse met een huwelyksche voorwaarde getrouwd zynde, succedeeren als zyne erfgenamen de kinderen by wylen zyne eerste huisvrouw Hester Susanna Venter verwekt, in name

Christiaan Willem zynde alle minderjarig
Christina Maria
Gabriel Jacobus
Anna Petronella en
Hester Susanna Broodryk

Aldus gedaan en geinventariseerd in de Kerkstraat van Tulbagh in het huis van den overledene door de ondergetekende Landdrost van Tulbagh op den 9 Augustus 1821 ende zulks op het op en aangeven van de huisvrouw van den overledenen, die verklaard heeft haar hierin ter goeder trouw te hebben gedragen en derhalven bereid te zyn ten allen tyde desen inventaris des vereischt met solemneele eede te staven, mitsgaders iets nader tot den boedel specteerende mogte ontdekken desen inventaris daarmede te zullen amplieeren onder verband als naar regten.

Als getuigen: J:D: Stols, Rijk Meiring

A:J: Broodryk geboren Meijer

Ten mynen overstaan: J:H: Fischer, Landd:t

MOOC8/36.69

{18200123} 23 January 1820 Albertus Myburg , Maria Margrita Smit

Exh: d: 30 Jan: 1822, n:o 16

Inventaris van zodanigen goederen en effecten behorende tot den boedel van wylen Albertus Myburg en nagelatene huisvrouw Maria Margrita Smit.

een slavin in name Vlora van de Kaap oud na gissing vyftig jaren, zynde een huismeid
1 bed, 3 kussens en 1 combaars
3 yzere potten
3 rood koopere ketels in soort
1 katel
1 tavel
1 wagekist
1 kist
2 platvatjes
6 tinne leepels
1 koekepan
1 rooster defect
1 emmer
1 strykyzer
2 tinne borden
1 blikke schotel
1 aarde potje
1 tinne trekpot
3 kommetjes
1 stoof defect
3 veldstoelen
2 hamers in soort defect
2 bytels in soort defect
1 dissel, 1 raspe
1 byl, 5 boren in soort
1 handzaag
1 koubytel, 1 deurslag
1 party oud yzer
1 kandelaar en snuiter
1 tent matje
1 zilvere zak horologie met 1 stale ketting
1 pik
6 mudde zakke in soort
1 tentzeil
10 riemen, 10 stroppen
5 jokken en 1 trektouw
1 tobaksmes defect
1 teerputs
1 ossewagen met zyn tent halfsleten
21 bokken in soort
11 schapen in soort
10 trekossen
1 koe met haar kalf
1 schiet geweer

Aldus geinventariseerd door ons ondergetekenden op Tulbagh den 23 January een duizend acht honderd en twintig.

Als getuigen: getek:d Joh:s Stols, W:W: Vos

/:was get:d:/ D:J: Theron, veldcornet

Ampliatie

Op heeden den 29 January 1822 word door Willem Adriaan Hanekom Jurgensz:n ter Weeskamer opgegeven dat de ondertenoemene perzonen nog aan den boedel debet zyn, te weeten

  Rd:s
David de Villiers op ene onderhandsche schuldbewys groot zestig ryksd:s zegge 60
Willem Adriaan Hanekom op een onderh: briefje de dato 28 September 1821 acht honderd ryksd:s zegge 800
zonder renten

Alsmede dat door den overledenen op de helfte van den aanteelt is gegeven

Aan Alewyn Meyburgh Albertusz:n
329 schapen en
Aan Albert Meyburgh Albertusz:n
110 schapen en
5 beesten

Aldus opgegeven ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 29 January 1822

/:was get:d:/ W:A: Hanekom

My present: /:get:d:/ J: Serrurier, Adj:t Commis

Accordeert met dies origineel, aan den Agent van Tulbagh overgezonden.

J: Serrurier, Adj:t Commis

MOOC8/36.70

{YYYY} 1 April [ ..... ] Cornelis Johan Nicolaas Bestbier , Martha Anna Jacomina van der Westhuijzen

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er behooren tot den gemeenschappelyken boedel van nu wijlen den burger Cornelis Johan Nicolaas Bestbier en meede wylen desselvs huisvrouw Martha Anna Jacomina van der Westhuijzen, door de laatstgenoemde op den eersten dag deezer loopende maand April des morgens de klokke negen uuren ab intestato met er dood ontruimd ende nagelaten ten voordeele der kinderen bij haaren evengenoemde vooroverledenen man in wettigen echt verwekt, met naamen

1) Franciscus Johannes Bestbier
2) Cornelis Johan Nicolaas Bestbier
3) Martha Margaretha Bestbier gehuwd met Nicolaas Dempers en
4) Anna Bestbier gebooren den 17 April 1804

Zynde de nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende

Een stuk land in altoos duurend erfpacht opgemeeten, gelegen in het Kaapsch district aan de Voorduinen met de daarop staande gebouwen genaamd de Brakke Valleij , groot in zijnen grond twee en dertig morgen en vierhonderd negen en dertig quardraat roeden blykens kaart en erfgrond brief daarvan op den 4 April 1814 verleend

In het woonhuis en aldaar

In het voorhuis
vier oude schildereijen
een pype rak
twee hoek rakjes
een oude spiegel
een verlakte vierkante schenkblad
agt stoelen
een groote klap tavel
een klijne klap tavel
In de voorkamer ter regterhand
drie beddens
drie peuluwen
twaalf kussings en
drie deekens
vijf aarde schootels in zoort
agttien aarde borden in zoort
een guitaar
een kelder met twaalf vlessen
vijf en twintig bottels
twee leedige kelders
een klijne kistje en
een klijne naay kistje
In de kamer ter linkerhand
een witte schuijf gordijn
een kist met kopere beslag
een klijne vierkante tavel
vijf stoelen
vier schilderijen in zoort
twee water potten
twaalf kopjes en pierings
tien glaase in zoort
twee plettet zout vaatjes
twee aarde booter potjes
In de kombuijs
een groote kist
een vierkante tafel
een tinne schenkbad
een verlakte schenkbad
een witte aarde lampet kom
een kopere thee machine
een kopere koffij kan
twee kopere vuur tesjes
een tinne trekpot
een aarde zoep kom
een aarde zuiker potje
een aarde stoof pot
In een buiten vertrek
vier en dertig zakke in zoort
een tent zijl
zes steen vormen
een boter karn
een oude defecte kadel
vier oude defecte stoelen
een scheepel
een blikke gieter
een teer puts
een graaf
twee koevoetten
drie pikken in zoort
een halfaam
een groote yzere pot
vijf oude vaaten en balijs in zoort en
een partij oud hout yzerwerk en rommeling in zoort
In een buiten kombuijs
vier potten ijzere in zoort
een koeke pan
een kopere vijsel en stamper
twee kopere kandelaars
een strijk ijzer
twee emmers
een vierkante tafel
twee klijne vaatjes en
twee aarde konfijt potten
In de kalk hok
twee yzere ooven vorken
een yzere schraaper
een oude ossen wagen
Op de werf
twee ossen waagens
twee oude buikplanken
Zilver werk
een soup leepel
twaalf eet leepels
een thee leepeltje
Beestiaal
twee koeijen en twee kalveren
vijf en dertig trek ossen
twaalf trek ossen die zig thans bevinden op een vhee plaats van Philip Hendrik Morkel senior aan Breede Rivier
Lijf eigenen
een mansslaaf gen:d Abraham van de Kaap oud 40 jaaren, wagen rijder
een mansslaaf gen:d Appollus van de Kaap oud 33 jaaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Joseph van de Kaap oud 27 jaaren, wagen ryder
een mansslaaf gen:d Hendrik van de Kaap oud 11 jaaren
een mansslaaf gen:d Achilles van de Kaap gebooren den 20 Februarij 1821
een mansslaaf gen:d Abraham van de Kaap n:o 2 oud 7 jaaren
een slavinne gen:d Lena van de Kaap oud 45 jaaren, huismeid
een slavinne gen:d Vilida van de Kaap oud 31 jaaren, huismeid
een slavinne gen:d Galtij van de Kaap oud 11 jaaren
een slavinne gen:d Rosina van de Kaap geboren den 17 Februarij 1817
een slavinne gen:d Vilida van de Kaap n:o 2, gebooren den 9 Januarij 1819
Inne schulden
  Rd:s
van Jan Thuijnsma op een onderhandsch briefje de dato 1 April 1812 40
mitsgaders nog een onderhandsch briefje gedateerd 23 Januarij 1802 waarbij voorm: Thuijnsma door nu wijlen Johannes de Waal verzogt word eene somma van rd:s36 die hij aan hem schuldig is aan den overledene aftegeeven
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Franciscus Johannes Bestbier voor gedaane verschotten tot begavenis onkosten 288
wordende wijders nog opgegeeven dat Herculis Morkel Philipzoon weegens contant geleend geld aan den overledene debit is 50
waarvan nogthans geen bewijs onder de boedel papieren is gevonden

Aldus gedaan en geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter plaatze voorm: ende zulks op het op en aangeeven van den overledenen in den hoofde deeses genoemde twee meerderjarige zoons, dewelke betuijgden zig daarinne ter goeder trouwe gedragen en hunnes weetens niets verzweegen ofte agtergehouden te hebben van al het geene tot den gemeenschappelyken boedel en nalatenschap behoord bereid zijnde zulks des vereisch wordende ten allen tyden met solemneelen eede gestand te doen, en verdere belofte zo wanneer in der tijd iets tot den boedel behoorende nader mogten komen te ontdekken daarvan ter Weeskamer getrouwelijk opgaave te zullen doen ten einde in zulk geval deezen inventaris daarmeede naar behooren kan worden geamplieerd.

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van ons gecommitteerd lidt en boekhouder der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig gesubscribeerd

Als gecomm: Weesmeester: G:E: Overbeek

F: Bestbier, C: Bestbier

My present: G:A: Watermeijer

MOOC8/36.71

{18210329} 29 Maart 1821 Charles Morgan , Anna Mead

Inventaris der nalatenschap van wylen den eersten klerk by het Victualie Departement alhier, Charles Morgan en zyne nagelatene weduwe Anna Mead, te weeten

Wonende in een huis tot de Marine Departement behoorende

In de passage of gang
een vloerkleed van 16 voeten lang en 4 voeten breed
drie vloermatten
In de kamer ter regterhand
twee kopere kandelaars
een Indiaansch kaart doosje gevuld met paarlemoere vischjes
vyf spelen kaarten
een dominos spel
een mahoganyhoute schryfkistje
een rood doosje inhoudende halsieraaden, ringen, etc:a als aan het einde dezes gespecificeerd
een zilver verguld horologie
een rooster voor een comyn en toebehooren
een klein schryf doosje
drie kleine mahonyhoute tavels
een Fransch werkmandje
een Indiaansch werkmandje
drie boeken schryfpapier
vier stangen lak
een doosje ouwels
een quart honderd pennen
een pakje inktstof
drie Hollandsche blindings
twee Indiaansche matten
een boeken rakje
een vloer tapyt van vyftien voeten in het vierkant
vier andere kleine tapytjes
een sopha met vier kussens en twee overtrekzels
twee gordynen
twee blindings
twee kaart tavels
zes stoelen, zwart geschilderd met vergulde randen
twee mahonytehoute boeken kastjes, inhoudende de volgende boeken
Fearon’s scetches of America 1 vol:
Mitchell’s tour through Belgium 1 vol:
Mitchell’s Elements 1 vol:
Pilpay’s Fables 1 vol:
Lord Byron’s works 7 vol:
Mackenzie’s works 3 vol:
Gilblass 4 vol:
Don Quixote 4 vol:
Cowper’s works 2 vol:
Thompson’s seasons 1 vol:
Lyttleton’s works 1 vol:
Camren’s poëms 1 vol:
Shakespeare’s works 10 vol:
Goldsmith’s plays 1 vol:
Poem by C: North 1 vol:
The Laurel 1 vol:
Johnson’s Dictionary 1 vol:
Cookery Book 1 vol:
Gardiner’s Journal 1 vol:
Tales of my Landlord 3 vol:
Criminal Trials 1 vol:
Intriguing Beauty 3 vol:
Florence McCarthy 4 vol:
Fact of St: Magdalen 3 vol:
Pactor’s Fireside 4 vol:
M:rs Opie’s Tales 4 vol:
Fudge Family 1 vol:
Tom Crib 1 vol:
Ostrich Feather 1 vol:
Cambridge prize poems 1 vol:
Shakespeare’s tales 2 vol:
Seinell’s poems 3 vol:
Andien 1 vol:
Elegant Extracts 3 vol:
Paley’s works 3 vol:
Pantheon 1 vol:
Rudiments of reason 3 vol:
Enfields speaker 1 vol:
Thompson’s seasons 1 vol:
Paradise lost 1 vol:
Bertry’s Cape of Good Hope 1 vol:
Colquhoun’s Cape of Good Hope 1 vol:
five pamphlets
Fransche en Latynsche oncompleete boeken 36 vol:
Spirit of the British Essayists 4 vol:
twee blank boeken
een sopha tavel met een grys kleedje
een Indiaansch schryflessenaar
een party blaauw porcelein, als
een soup terrien
een carry terrien
een salade kom
een kaas schotel
een jelly schotel
vier schotels met drie dekzels
drie sauce potjes
vier atjar schoteltjes
twee pasty schotels
een vischschotel
veertien schotels in soort
twaalf diepe borden
vyf en dertig groote vlakke borden
twintig kleine vlakke borden
zeven reist bordjes
een pletty liqueur stander met drie vleschjes
een pletty blakertje met snuiter en dompertje
een pletty taart roostertje
een pletty tregtertje
een coffer met bakken en foudraalen afgedeeld, inhoudende
aan zilverwerk
een oly en asyn stander met zes vleschjes en twee potjes
een thee of trekpot
een peperbuschje
een soup lepel
twee ragout lepels
een douzyn eetlepels
een douzyn vorkens
een vischschop
een douzyn desert lepels
een douzyn desert vorkens
twee sauce lepels
twee zout lepeltjes
twaalf theelepeltjes
plettywerk
een notenkraaker
een priem
vier kandelaars
een snuiter en bakje
vier bottelbakjes
een coffypot compleet met zyn lamp
een kurkentrekker
drie trancheer messen en vorken
twee douzyn groote messen en vorken
twee douzyn desert messen en vorken
een scherpstaal
twee borstels
een mahonyhoute messenbak
een verlakt broodbakje
een verlakt messenbakje
twee spekmatjes
In de kamer ter linkerhand
vier verlakte trommels
vier blikke trommels
een mahonytehoute eetenstavel
een kleine tavel met eene laade
een bufet en bak
een soupé bak
agt geele stoelen
een pot klapperoly
een vloer tapyt van 13 voeten in het vierkant
een kastje pruimen
een kastje suiker
een pot met rosynen
een groote Chinasche kast, inhoudende
zestien bottels noyeau
een [bottels] caneelwater
een [bottels] honingwater
een [bottels] bleek vogt of water
een [bottels] mushroom ketchup
twee bottels anchovis
twee bottels olyven
twee quart bottels rosen water
een bottel gezouten mushroom of kampernoelje
een bottel soya
een bottel metaal water
twee [bottel] spruce essence
een bottel anchovies sauce
een bottel Browning sauce
een bottel Reading sauce
een bottel Quin sauce
een bottel cappertjes
een bottel roode lavendel
een potje geconfyte annanas
vyf bottels algars
twee witte bekers
drie geele bekers
een blaauwe [bekers]
een lange lamp
twee lantaarns
een thee servies van zes en dertig p:s
zes groote kopjes en pierings
zes schoteltjes
een toast schoteltje
een boter en suikerpotje
een thee kistje
agt jelly glasen
een ronde kloklantaarn of lamp
een thee machine
vier blaauwe kopjes en pierings
een lampet en kom
vyf ziften
een salade mes en vork
een deeg of korst borstel
zeven kommen en een dekzel
agt kopjes en pieringjes
een zwart Chinasche theepotje
een metaale theepotje
twee groote caraffen van geslepen glas
twee groote caraffen /gebroken/
twee caraffen /effen/
een glase beker of kan
vier pint caraffen
twee water caraffen
twee melkkannetjes van geslepen glas
een incorporater
een suiker kom of potje van geslepen glas
een boterpotje en schoteltje van geslepen glas
agttien vingerglasen van geslepen glas
zes en twintig wyn kelken
twaalf vlaa of limonade glasen
vier zoutvaatjes en bakjes van geslepen glas
twee zoutvaatjes en bakjes /eenvoudiger/
twee oly en asyn vleschjes met zilvere topjes
een risjes [vleschjes]
agttien bier of water kelken van geslepen glas
vier effen van geslepen glas
een roode theebak
drie roode schenkbladen
een snuiter en bakje
een geelkopere toast stander
een doosje pitten
twee geelkopere kandelaars
zestien kleine slotplaatjes voor deuren
vier groote slotplaatjes
zeven hoeden haakjes
twee geelkopere haakjes met krampjes
twaalf gordyn pennen
twee schelletjes en eenige kleinigheden
een groote kopere ketel
een kleine kopere ketel
een kastje visch lym
dertig ponden candy suiker
zes ponden Schotsche gort
eene quantiteit vermicelli
eene quantiteit macaroni
eene quantiteit witte suiker
eene quantiteit Orris wortel
drie koekjes vegetable zeep en wat borstelwerk
eene kast waarin
n:o 1 een paar groote bedlakens
n:o 2 twee paar groote bedlakens
n:o 3 drie paar groote bedlakens
n:o 4 een paar grove bedlakens
zes paaren sloopen
vyf groote tavellakens
vyf kleine tavellakens
vyf ontbyt tavellakens
een witte deken
een bedspry
twaalf servietten
twaalf d’ oyleys
zes glas doekjes
zes thee doekjes
agt checked dusters
twaalf nieuwe Huccaback handdoeken
een wit gordyn
het toebehooren voor een cot
een party franjes
vier groene Chinasche bloempotten met allerhande zaaden gevuld
drie blaauwe Chinasche potten
drie groote glase bottels en proppen
twee nieuwe manden
In de slaapkamer
een bedstede met toebehooren compleet
drie wolle dekens, een vederbed en peuluw
een compleete waschstander
een spiegel
een staande rak
een kleine tavel
twee boeken rakjes
een linnen pres
een schryftavel met verdeelingen
een tavelkastje waarin
twaalf heele dassen
zes halve dassen
twintig paaren catoene kousen
vier paaren witte zyde kousen
zes zyde doeken
een kruisband
zes nagtmutsen
twee casimiere baatjes
twee gecouleurd linnensche baatjes
een gemoesde [baatjes]
twee dimitsche baatjes
zes wit Marseillese baatjes
drie Nankien baatjes
twee onder baatjes of borstrokken
negen onderbroeken
agt en twintig hembden
twee wit gebredene pantalons
vier drill langebroeken
zes Indiaansch dimitsche langebroeken
drie geel Nankiensche langebroeken
vier wit Nankiensche langebroeken
een wit casimiere kortebroek
drie zwart casimiere kortebroek
een corderoy casimiere kortebroek
een nieuwe blaauwe rok
twee zwarte [rok]
een gryse pantalon
een zwarte pantalon
een blaauwe pantalon
een zwarte hoed in een doos
een zwarte hoed
een paar laarsen met geele klappen
twee paar Hessische laarsen
drie paar Wellington laarsen
zes paar schoenen
een paar camassen
vier paar Engelsche soolen en wat meer lederwerk
een stevelknegt en stevelhaaken
een paar spooren
drie borstels
twee scheermessen en toebehooren
In de agter slaapkamer
een sopha pavillon voor twee persoonen met gordynen
een waschstander
een bidet
drie kisten met klederen van de weduwe
In de dispens
een Hollandsch oventje compleet
zeven blikke dekzels
een blikke koeken vorm
een wildbraad vorm
twee metaale waterborden
twee metaale vlakke borden
een ey kooker met de lamp
een coffy brander
een coffy pot
een vergiettest
een kaas braader
vier bak of stoof schotels
twee groote blikke taartschotels
twaalf kleine blikke taartschotels
eenige koekjes vormen
een tregter
een rooster
een peper en een meel doos of bus
twee patente strykyzers
een specery bus
een steenen mortier en vyzel
een groote blikke bus
een kaarsen doos
een vuilnis blik
drie eyer en visch strainers of doorslagen
een schuimspaan
een lepel
een patent braadspit compleet
een zet braadpennen of speetjes
een paar schaalen en balans
twee wyn koelers
drie witte kommen en een dekzel
drie jelly vormen
agt witte confyt potjes
drie bruine pannen
een bruine boterpot
drie patente molens
een ontbyt zet, bestaande in 7 schotels en 18 borden en
een olyf turien
twee rolstokken
drie houte lepels en
vier houte boterspaantjes
een kleine boterkarn
twee vaatjes om in te zouten
twee botervaatjes
drie potjes met cranbesiën
een vaatje pekelharing
een pasty of deeg plank
een kastje /cupboard/
In de keuken
twaalf yzere potten en ketels in zoort
een vischketel
twee blikke vergiettesten
een yzere braadpan
twee roosters
een toast of braad vork, tang, schop en poker
een kopere waterketel
twee geelkopere drievoeten
twee kleine drievoeten
twee blikke blakers
twee Japansche lampen
en verder eenige kleinigheden van keuken gereedschap
Op zolder
negen en dertig bottels Madeira wyn
elf en een half douzyn bottels Teneriffe wyn /gepakt/
zeven douzyn bottels Kaapsche wyn /gepakt/
twee douzyn bottels /differente/
zes bottels cyder
twaalf bottels Seltzer water
zes bottels brandewyn
twee bottels arak
tien bottels asyn
agt vlessen rum
vier vlessen genever
een ledige kast
twee kastjes zout
twee kastjes claret /waarvan de quantiteit onbekend/
Slavenvertrek
twee kadels
een tavel
een stoel
Op de plaats
agt vaten van verschillende groote
drie groote kasten
een ledere portmanteau
eene quantiteit ledige kastjes
drie plankjes satin hout
drie stokjes ebben hout
een vliegenkast
Op stoep
een voeten schraaper
twee geschilderde zitbanken
In het hiervorengemelde rood doosje
een zet roode coraalen bestaande in een paar oorringen, een borstspeld en een hartje
een zet ligter coraalen bestaande in een paar oorringen, een borstspeld en een hartje
een pink negligée
een snoer coraalen
een oog glaasje
twee coraale ringen
drie goude ringen
een ring met hair en paarlen bezet
een antieke borstspeld
een malacat borstspeld
een hair borstspeld
een paar oorringen
een cornelian pink
blykens brief van den resident Brand d:d: 29 Maart 1821 behorende hiernevens opgebragte rd:s318 contanten tot publieke gelden, J: voorts aan contanten drie honderd en agttien ryksdaalders
Een stuk eeuwig duurende erffpagt land gelegen in de Smits Winkel in ’t veldcornetschap van wildschuts Brand

Aldus geinventariseerd in de Simonsstad ten huise van gemelde weduwe Morgan.

Als getuigen: C:n Lind, W: Kirsten

J: Brand, Resid:t

Residents Bureau, Simonsstad den 29 Maart 1821

Wel edele Heer!

Op het oogenblik komt de klerk van den Heer Commissioner my zeggen, dat de rd:rs drie honderd en agttien, in den boedel van wylen Charles Morgan op den inventaris opgebragt, en door my aan haar tot haare verdere uitgaaf gelaten, publiek geld van zyne administratie komt te zyn, en door d’ Ed: van haar ook reeds terug ontvangen is.

Ik vind my verpligt uwe hiervan kennis te geeven, en heb de eer te zyn

Wel edele Heer!

Uw edw: dienaar: J: Brand

Aan den wel edelen heer J:J:L: Smuts, Secretaris der Weeskamer, Kaapstad .

MOOC8/36.72

{18201201} 1 December 1820 Robert Kairns

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Maandag avond den zeven en twintigste dag der maand November in den jaare een duizend acht honderd en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door Robert Kairns ten voordeele zyne nagelatene wed:e Eliza Ranger ter eenre, en hunne by den andere in echt verwekte twee minderjarige kinderen, met naame

1) Robert oud 22 en ter andere zeide
2) Hariette Kairns oud 20 jaren

invoegen als het een en ander door my Adj:t Commis en getuigen ingevolge opgave van gem:e weduwe is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

Ten huize van Jan Hendrik Ackerman alwaar den overledene het laatst woonagtig is geweest

een koffer waarin
twee lakense rokken
een hemb
tien broeken
zeven onderbatjes
twee boven batjes
een zwarte zeide doek
agt paren koussen
twee paren handschoenen
drie lakens
een sprei
een gordyntje
een groene tafel kleetje
vyf schulpen in soort
een botteltje
zes boeken
een scheer zak met eenige messen en borstels
vier schilderyen
een spiegeltjes
een blaker
een borstel
een kistje waarin
twee paren koussen
een kopere wynkraan
een schenkblad
een slypsteen
een klederborstel
een peperbus
een blikke tregter
een blikke doosje
een kopere kandelaar
een aarde melkpotje
twee aarde kommetjes
een paar laarssen
een paar schoenen
een pers yzer
vier aarde borden
een stevel knegt
een kadel waarop
een mattras
vier kussens
een deken
een sprey
een mattras
een kussen
twee deekens
een tafeltje
een rakje
twee veltstoeltjes
een aarde kan
een emmer met een deksel
twee mandjes
een vles
Bevindende zig nog aan ’s Heeren gevangen huis
een hemb
een zwarte broek
een onderbaatje
een boven baatje
twee doeken
een paar schoenen
een kruisband
een snuifdoos, zilver
Last des boedels
  Rd:s
aan voormelde Jan Hend:k Akkerman over een maand huishuur 4:--
voor verwen van een baatje 1:12
aan contant geleende penn: 0:24
  Rd:s5:36

Aldus na gedaane ontzegeling opgenomen en geinventariseerd ten huise voormeld op primo December 1820.

Als getuigen: J:F: Munnik, J:F: Rorich

Voor den opgaaf: Eliza Ranger the widow Kairns

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/36.73

{18190717} 17 July 1819 John Ellard

Inventaris van zodanige goederen, als er op Donderdag den vyftiende dag der maand July in den jaare een duizend acht honderd en negentien ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten door John Ellard ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, in voegen als het een en ander door my Adj:t Commis en getuigen ingevolge opgaave van Johan Marthinus Nonnemacher is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

Ten huize van opgemelde Johan Marthinus Nonnemacher, alwaar den overleedene is woonagtig geweest

een kadel waarop
een matras
een kussen
een beddelaken
twee tafeltjes met twee groene dekens
een kist waarin
twee oude rokken
een oude baatje met mouwen
twee onderbaatjes
vier broeken in soort
zes hembden
vyf paaren koussen
twee dassen
drie slopen
een venster gordyn
een doosje met een bril
twee [doosje] met een defecte bril
een paktje kruiden
een foudraal waarin
een doosje met twee scheermessen
een strykriem
zeven kleder en schoenborstels
twaalf boeken
twee cyfer leyen waarvan een defect
twee linieaalen
een defecte aarde lampet
twee kommetjes
drie flesjes
een aarde potje
een scheerdoosje
een inkt kooker
een lamp
een bank
een stuk plank
een nagt spiegel
een blikke koffykan
een yzer pot
Last des boedels
  Rd:s
aan voorm:e Johan Marthinus Nonnemacher over een en een half maand kamers huur a 20 rd:s per maand 30

Aldus na gedaane ontzegeling geinventariseerd ten huize als gemeld op den 17 July 1819.

Als getuigen: J:H: Munnik, J:H: Rorich

Voor den opgaaf: J:M: Nonnenmacher

My present: P:E: Faure, Adj:t C:

Ampliatie

Aan Sommerts Hospitaal, alwaar den overleedenen het laatst is gelogeerd geweest, komen zig nog te bevinden de volgende kleederen als

een baatje met mouwen
een onder baatje
een overrok
een hoed
een paar kousen
een paar handschoenen
een paar oude schoenen

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 18 Julij 1819.

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/36.74

{18200606} 6 Juny 1820 Azamko

Inventaris van zodanige goederen, als er op Maandag den vyfden dag der maand Juny in den jaare een duyzend agt hondert en twintig ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten door den Chinees Azamko ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, invoegen als het een en ander ingevolge opgaaf van den Chinees Awe door my ondergetekende Adj:t Commis en getuigen is opgenomen en geschrifte gebragt, bestaande alle deze goederen in het volgende, namentlyk

In een huurhuis van de heer Jan Andries Horak

een rak waarop
twee wit aarde schotels
twee en twintig aarde borden
dertien kopjes en elf pierings
twee trekpotten
vier tafels in zoort
twee katels
een raam
twee stoelen
een kist waarin
een oude lakense jas
een oude lakense baatje
een oude lakense broek
een oude linnese broek
een onder baatje
een neus doek
twee servetten
een zilvere eetlepel en twee kleene [eetlepel], nevens wat oud zilver
een kist waarin
twee zagen
een dissel
twee hand bylen
drie schrapers
drie bytels
vyf kouters
een snymes
een koefoet
een kraan
twee stryk planken
een houte hamer
een end lyn
een blikje met restand verf
een doosje met wat spykers
agt aarde kommen voorts wat rommeling
een kist defect
drie oude kasten
drie schuifdoosjes zonder deksels
een koffy molen
drie aarde potten
een blik trommeltje
een kopere kandelaar
een yzere pot
drie blikke kastrollen
een kopere water ketel
drie yzere lepels
zes eetlepels in zoor
vyf messen
tien vurken
een blikke beker
drie koevertoeren
twee muise booytjes
een party ledige bottels, flessen en kannen
drie rakken
een Chineese schaal
een martefaam
een water halfaam
een rooster
vyf driefoeten
een vuur tang
drie balies
twee emmers
een huis ladder
een graaf
een schop
agt stukken planken
een schuit met 4 riemen en verder toebehooren
Dubieuse inne schuld
  Rd:s
van den Chinees Ahan over contant geleende 100
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Hermanus Mulder over huis huur blykens schriftelyk bewys 100:--
de h:r J:A: Horak over twee maanden huishuur 41:36
aan de bode H: And: Smit over contant geleende 56:6

Aldus gedaan en geinventariseerd ten huise voorm: op den 6 Juny 1820

Als getuigen: P:J: de Wet, J:H: Rorich

Voor den opgaaf: dit is de naamteekening van de in den hoofde ++++ deeses gemelde Chinees Awe

My present: P:E: Faure, Adj: C:

MOOC8/36.75

{18201201} 1 December 1820 William Elliot

Inventaris van zodanige goederen, als er op Maandag den zeven en twintigste dag der maand November in den jaare een duizend acht honderd en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door William Elliot ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, invoegen als het een en ander door my ondergeteekende Adj:t Commis in presentie van getuigen is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

Ten huize van Edwaard Thomas alwaar den overledene het laatste woonagtig is geweest

een hang mat waarin
een bed
twee kussens
twee lakense rokken
een lakense manel
een Chinas linnensche manel
een hemb
twee broeken
zes onderbaatjes
een paar zokke
twee paren handschoenen
twee paren schoenen
een lakensche kalot
een paar schaatse
twee defecte parasols
drie wandel stokken
vier en twintig ledige bottels in soorten
vyf borstels in soorte
een slonstje
een blikke blaker
een blikke beeker
vyf boeken in soorte
een wit aarde beeker
een dissel
twee tande borstels
twee booren
drie veylen
een tande trekker
een vuurslag
twee manden
een yzere leepel

Komende zig nog aan ’s Heeren gevangenhuis te bevinden

een hemb
een broek
een paar koussen
een boven baatje
een onder baatje
twee zak doeken
een hoed
een paar schoenen
een kruisband
twee scharen
Last des boedels
  Rd:s Rd:s
aan voormelde Edward Thomas over een en een half maanden kamerhuur 12:2
aan voormelde Edward Thomas over koop van een paar schoene 3:6 16:--

Aldus na gedaane ontzegeling g’inventariseerd ten huize voormeld op primo December 1820

Als getuigen: J:H: Munnik, J:H: Rorich

Voor den opgaaf: Edward Thomas

Mij present: P:E: Faure, Adj: C:

MOOC8/37.1

{18211001} 1 October 1821 Cornelis Allewyn Smit , Francina Elisabeth Esterhuizen

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Francina Elisabeth Esterhuizen en desselfs nagelaten man Cornelis Allewyn Smit in gemeenschap bezeeten, en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan

72 schaapen en bokken
1 oud afgesleeten wagen
4 trek ossen
1 merrie paard
1 bandelier
1 geweer
1 wagen kist
1 oude stoel
1 ysere pot
1 stoof
1 oude bed
1 zadel en toom
1 zweep en stok
1 Psalm boek
Contanten
nihil
Baaten des boedels
van Daniel Blom D:l zoon woonagtig in ’t district Graaff Reinet de somma van zes rd:s in mindering over koop van een paard
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen
Willem Jacobus Smit gebooren den 28 Juny 1816
Anthony Willem Smit gebooren den 3 April 1818
Francina Elisabeth Smit gebooren den 16 July 1820

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Maandag den 10 October 1821 ten dorpe Beaufort volgens op en aangeeve van Cornelis Allewyn Smit, dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeve des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen, en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben verklaarende hy dus bereid deeze zyne aangifte des gevordert wordende met solemneele eede te staaven, met al verdere belofte, zo hy iets nader tot dien boedel behoorende mogte koomen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen emplieereen

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adjc:t Landdrost ter presentie van den clerk G: Taute en den gerechts bode S:W: Fuge als getuigen.

Voor de opgaave: Cornelus Alewijn Smit

Als getuigen: G: Taute, S: Fuge

J: Baird, d:y Land:t

MOOC8/37.2

{18220329} 29 Maart 1822 Jan Christoffel Broodryk

P:G: Brink

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als door Jan Christoffel Broodryk ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten zyn, ten huize van Tobias Wiese Pieterz: gelegen in de kom van Tulbagh

een katel
een bulzak
een peluw
twee kussens met sloopen
een laken
een kombaars
een sloop
twee stoelen
een sluitmand waarin
een ketel
een blikke doos
een lei
een dozyn metale knoopen
een kabaai
een hoed
een doek met tondeldoek
drie matten
een snuifzift
een zak met twee blikken
en een schildery
een kist waarin
twee hoeden
zes doeken
een paar schoenen
twee broeken
twee onderbaatjes
een duffel bovenbaatje
twee slaapmutsen
een hemd
vier paar kousen
vier strop dassen
een paar ledere handschoenen
een beddelaken
twee sloopen
een bol zijlgaren
drie strengen naaizyde
wat garen
twee kleederborstels
een zilveren halsgesp
twee zilveren kniegespen
twee fleschjes lavender
een flesche medicyn
een potje pomatum
een fleschje inkt
een nooten rasp
twee hangsloten
een doosje met een kruisband
een doosje met scheermessen
een zeepdoos met kwast
een kannetje azyn
een papieren doos
een kogelvorm
een lap geruit
een lamfer
een shambok
twee rottings
wat schryfpapier
vier boeken
een stalen horologie ketting
een bandelier met kruidhoren en hagelzak
een schildery
vyf ledige bottels
twee kommetjes
drie glazen
een kalabas
bezems en stokken
een schuifdoosje waarin
een zakboekje instrumenten
twee spiegeltjes
een schaar
een doosje zalf
een pakje spelden
twee hangslootjes en sleutels
vier kammen
een p:r compositie kniegespen
een schuifdoos waarin
een snuifdoos
een p:r zwarte kniegespen
een mandje koperrood, aluin en salpeter
een kist waarin
vier steenen zeep
een koperen kandelaar
een snuiter
twee ledige bottels
riemen, spykers en soortgelyke rommelary
een graaf
een snuifstamper
twee veldstoelen
twee rakken en andere plankjes
een zak waarin
een slot
twee kruishouten
een schaaf
een boor
een halfkoekje vet
een kist waarin
zeven vylen
een handschop
drie soldeerbouten
twee shambokken
een handbyl
een omslagboor
een lantaren
een theepot
een trechter
drie schoengespen
een pakje lym
een muizenval
Contanten
geene
Baten des boedels
geene andere dan een schuldbrief van rd:s50 ten laste van Tobias Wiese met de daarop verloopene renten - betaald
Schulden des boedels
    Rd:s
betaald aan Tobias Wiese Pieterz: voor kamerhuur sedert de laatste twee jaren en vyf maanden a rd:s3 p:r maand 87
betaald aan Tobias Wiese Pieterz: voor wagenhuur om het goed te transporteeren van F:P:B: Krieger hierheen 6

Aldus gedaan en geinventariseerd ten huize van Tobias Wiese Pieterz: gelegen in de kom van Tulbagh op den 29 Maart 1822 ende zulks op het op en aangeven van gem: Wiese, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouwe te hebben gehandeld en niets met weten verzwegen of achtergehouden te hebben verklarende dus bereid te zyn deze opgave ten allen tyde des gevorderd wordende met solemnele eede te zullen staven met verdere belofte, zoo iets nader tot den boedel specterende mogte ontdekken, dezen inventaris daarmede te zullen ampliëren.

T: Wiese

My present: J:G: Aspeling, D:z Agent

MOOC8/37.3

{18220202} 2 Februarij 1822 Jan Christoffel Broodryk

P:G: Brink

Staat en inventaris van de goederen en effecten behorende tot den boedel en nalatenschap van wylen Jan Christoffel Broodryk van dezen Colonie geboortig oud naar gissing 60 jaaren na alle waarschynlykheid verdrinken in de Breede Rivier op den 12 December 1821 naby de plaats van Johannes Stephanus Joubert genaamd de Bruintjes Rivier gelegen over de berg in het district van Swellendam

Gedaan maaken door gem: Johannes Stephanus Joubert en zulks ter requisitie van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie, als voogden over des overledens minderjarige erfgenamen bestaande dezelve goederen en effecten in

twee hoeden
vyf boven baatjes
vyf vesten
vyf broeken
vyf hembden
vyf paar kousen
twintig doeken in zoort
een jas
zeven slaap mutsen
twee paar silvere handknopen
een cachet
drie paar schoenen
dertien snuyf dozen in zoort
een blikke trommeltje
vier scheermessen
drie brillen
drie scharen
vyf messen in soort
vier boren
twee fylen
een raspe
een schaaf bytel
een kleine byl
een tonteldoos en vuurslag
agt en twintig boeken in zoort
agt flesjes
vyf bottels
een Keulse kan
drie linne dwarszakken
twee voeringvelle dwarszakken
twee voeringvelle zakken
vier veldstoelen
een hangslot
een schel
een hand lantaarn
drie sleutels
een sleutel ring
vyf elsten
een kurke trekker
een neete kam
twee zadels
drie tomen
een ruyn paard
een merry
Contanten in den boedel
aan papiere munt een honderd negen en zestig ryksd:s vier schell: en vier stuyvers
Inne schulden
    Rd:s
verrekend een onderhandsche obligatie ten lasten P:T: Wiese groot 100:--
verrekend een onderhandsche obligatie ten lasten Piet Wiese groot 200:--
verrekend een onderhandsche obligatie ten lasten P: Wiese groot 50:--
vold:n 14 Jan:y 1823 een onderhandsche obligatie ten lasten C:C: Viljom groot 50:--
verrekend van Joh: Steph: Joubert volgens des zelfs opgaaf 47:4

Op heden den 2 February 1822 compareerde voor Andries Tobias Kolver als waarnemende voor den agent der Weeskamer dezes districts de heer J:F: Bam, Johannes Stephanus Joubert dewelke verklaarde zig in het op en aangeven van dezen inventaris getrouwlyk en oprechtelyk te hebben gedragen en zyns weetens niets agter gehouden of verzwegen te hebben dat tot dien boedel zoude behoren, met belofte van ingeval het een of ander tot dien boedel behoorende mogte worden gevonden als dan dezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren en vergrooten, zynde hy comparant overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd deeze zyne opgaaf met solemneele eeden te bevestigen.

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze voormeld den 2 February 1822.

J:S: Joubert

My present: A:T: Kolver

MOOC8/37.4

{18220419} 19 April 1822 J:C: Broodryk

S:V: Cloete

Ampliatie tot de inventaris des boedels van wylen J:C: Broodryk

1 1/2 bokke vel
1 voering vel
3 grote bijdels met hefte
1 hamer
2 knijptange
1 passer
1 klijne schroef
1 schaaf
8 stukke klijne gereedschap
2 voeringvelle sakkies met droge snuijf
1 sak 3 1/2 pont
1 sak 3 pont
1 geweer
3 bottels
1 voeringvel broek
1 paar bonte kouse

De bovenstaande goederen zyn op den 19 April 1822 door Helena Broodryk aan my opgegeven als te behoren aan den boedel van wylen J:C: Broodryk

J:G: Aspeling, D:z

MOOC8/37.5

{18211222} 22 December 1821 Johannes Rossouw , Geertruyda Sophia Rossouw

P:G: Brink

Staat en inventaris van de goederen en effecten behorende tot den boedel en nalatenschap van wylen Geertruyda Sophia Rossouw oud 46 jaaren overleeden den 9 Sept:r 1821 ter plaatze genaamd Nooyd Gedagt gelegen aan de Kroediene in het district van Swellendam en derzelver nagelatene man Johannes Rossouw.

Gedaan maken door gem: Johannes Rossouw en de zulks ter requisitie van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie als voogden over de nagelatene kinderen van wylen gem: Geertruyda Sophia Rossouw, in naame

1) Johannes Rossouw meerderjarig
2) Nicolaas Arnoldus Rossouw meerderjarig
3) Sara Susanna oud 24 jaren
4) Kaatje Rossouw oud 23 jaren
5) Catharina Wilhelmina oud 20 jaren
6) Jacobus Marthinus oud 18 jaren
7) Andries Johannes oud 16 jaren
8) Geertruyda Sophia oud 15 jaren
9) Stoffel Daniel oud 14 jaren
10) Christiaan oud 13
11) Alida Maria oud 10 jaren
12) Elisabeth oud 8 jaren
13) Hendrik Marth: oud 5 jaren
14) Wilhelmina oud 4 jaren

bestaande dezelve goederen en effecten in als volgd

De halve aandeel in de opstal der leningsplaats genaamd Nooitgedagt gelegen aan de Croedine
In het woonhuis
een tafel
twee stoelen
drie emmers
een bed
twee katels
vier kisten
een schiet geweer
een keetel
zes borden
zes eet lepels
vier forken
een aarde pot
twaalf bottels en flessen
een schepel
een boter vaatje
twee beylen
een boor
een dissel
een zaag
twee graven
een koefoet
een snymes en een boor
agt paarde tuygen
vier yzere potten
Op de werf
een paarde wagen
een osse wagen
vyf jukken
een legger
een ploeg
een eg
In de kraalen
zeven wagen paarden
een jonge hingst [paarden]
een jonge ruyn [paarden]
zestien merry paarden
tien ossen
elf aanteel beesten
zeven en negentig aanteel schapen
drie en zestig aanteel bokken
Lasten des boedels
aan Petrus Arnoldus Geldenhuys over koop van bovengem: halve aandeel in de opstal elf honderd rykd:s
aan Jan Wetting vyftig ryksd:s
aan Petrus Arnoldus Geldenhuys d’ oude elf ryksd:s
aan Petrus Jacobus Rademan d’ oude drie en dertig ryksd:s
aan Johannes Rossouw vyf ryksd:s
aan den Hottentot David agthien ryksd:s
aan Willem Koster zestien ryksd:s
aan Hendrik Petrus Geldenhuys twee en twintig ryksd:s - vold:

Op heeden den 22 Decemer 1821 compareerde voor Andreas Tobias Kolver als waarneemende voor den agent van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop, de heer J:P: Bam, Johannes Rossouw dewelke verklaarde zich in het op en aangave van dezen inventaris getrouwlyk en oprechtelyk te hebben gedragen en zyns weetens niets agtergehouden of verzwegen te hebben dat tot dezen boedel zoude behooren, met belofte van in geval het een of ander tot den boedel behorende mogte worden gevonden, als dan dezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren en vergrooten, zynde hy comp:t overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd dezen zijne opgaaf met solemneele eede te bevestigen.

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze voormeld in het district Swellendam die 22 Decemer 1821

Dit kruys + merk is door Johannes Rossouw zelve gesteld

In presentie van: F:S: Badehorst, J:J: Talyaar

My present: A:T: Kolver

MOOC8/37.6

{18211028} 28 October 1821 Michiel Heyns junior

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den 18 October l:l: ab intestato met er dood zyn ontruymd en naargelaten, door den burger van dit district Michiel Heyns junior in den ouderdom van 25 jaar en twee en twintig dagen, ten voordeele van zyne naargelatene weduwe Hester Dorothea Heyns geboren Marais en eenig kind in echt verwekt in naame

Michiel Stephanus Heyns geboren den 13 December 1820

Zodanig als dezelve door my ondergetekende Veld Cornet ter op en aangave van gem:e weduwe Heyns zyn geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende

Vaste goederen
1 plaats in eeuwig durende erfpagt opgemeten gelegen bezyde de Langekloof de Hoop genaamd met een daar aanleggend stuk erfpagt land
Losse goederen
1 complete ossen wagen met zyn toebehoren
1 complete ploeg
1 eg
81 vellings
181 speeken
7 assen
10 schamels en draay borden
6 voor en agter tangen
16 naven
13 leerbomen
97 leerschede
16 beschot planken
6 disselbomen en lankwagens
1 wit elsen plank van 18 voeten lang
5 stukke buikblanken
4 rongen
24 ongemaakte jukscheede
4 ledikant steylen
2 karwy leeren
31 voet geelhoute planken
17 botervaat duigen
1 bank schroef
1 hand schroef
2 hand zagen
1 dissel
1 handbyl
1 houtbyl
6 booren in soort
1 omslag met 22 booryzers in soort
5 schaven
1 snymes
1 passer
1 duimstok
3 winkelhaken
6 vylen in soort
2 kruis houte
1 swaay haak
4 wiel wyzers
1 hand hamer
1 siegling
3 deurslagen
2 kouwbytels
11 stembytels in soort
2 gussen
1 rasp
3 hoepels
2 slypsteene
3 graven
1 botervat
1 klyne koornvaatje
3 emmers
1 half aam
1 bakkist
12 stoelen
1 wagen kist
1 klyne kist
2 schuifdoze
2 thee tafels
2 lekvaatjes
3 yzere potten in soort
2 aarde potten
2 schenkketels
1 comfoor
1 yzere drievoet
1 koffy molen
1 kopere strykyzer
4 witte aarde schotels in soort
22 witte borden in soort
5 kopjes met pierings
18 tinne eetlepels
18 vorken
2 kopere kandelaars
5 bottels in soort
5 kelke
3 aarde kannen
1 meel zift
1 thee potje
1 boter potje
1 zout vaatje
1 peperdoosje
1 potlepel
1 vleesch vork
5 zikkels
1 spiegel
2 lb: witlood
4 lb: rode menie
1 zeyle zak
1 complete zadel
1 complete bed
Beestiaal
32 trekossen
91 aanteelbeesten
2 rydpaarden
5 aanteel paarden
358 schapen
Lyfeigenen
een mans slaaf genaamd Isac van de Kaap
een mans slaaf genaamd Jephta van de Kaap
Inne schulden
  Rd:s
van Rynier Gernardus van Rooyen Ryn:z 64
van Fredrik Lange 12
van Esaias Jeremias Marais 25
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Michiel Heyns sen:r voor de plaats genaamd de Hoop 6150
aan gem: Heyns sen: aan contanten 679
aan Johan Andries Kritzinger 300
aan Daniel Petrus Marais 172

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze genaamd de Hoop gelegen bezyde de Langekloof op den 28:st October 1821 en de zulks op het op en aangeven van gem: wed:e Hester Dorothea Heyns geboren Marais, dewelke betuigde zig daar in ter goeder trouw gedrage en haar wetens niets verswegen te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, onder presentatie van deze haren gedanen opgaaf ten allen tyden des gerequireerd wordende met solemnele eede nader te bevestigen, en verdere belofte dat zo wanneer in der tyd iets dien aangaande nader mogt komen te ontdekken, daar van aan Heeren Weesmeesteren, dan wel aan den Landdrost als hun Eerw:s agent opgaven te zullen doen ten einde in zulk geval deze inventaris daarmeede naar behoren te worden geemplieerd

In teken der waarheid, is deze in tegenwoordigheid van my Veldcornet, ende mede getekende getuigen door de inventariente eigenhandig ondertekend

Als getuigen: J:D: Heijns, M: Zondagh

Hester Dorothea Marais weduwee Heijns

In tegenwoordigheid van mij: S:C: Ferreiras, V: cornet

MOOC8/37.7

{18210824} 24 Augustus 1821 Zacharias de Beer , Jacomina Elisabeth Pretorius

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wijlen Jacomina Elisabeth Pretorius en haren nagebleven man Zacharias de Beer Zach:s zoon in gemeenschap zijn bezeten, en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waren wezen zijn bevonden geworden, te weten

Losse goederen
een oude osse wagen
twee emmers
een rooster
vijf yzere potten /in zoort/
een kopere ketel
zeven aarde borden
vijf tinne borden
twee tinne schotels
zeven tinne lepels
vijf stale vorken
een aarde pot
twee trommels
twee plettij kandelaaren
een kopere [kandelaaren]
drie blikke bakjes
een yzere strijkyzer
drie kommetjes
een tinne trekpot
een meelzift
een schaar
twee vlessen
vier zekels
twee schaven
een handzaag
twee boren
zes vijlen /in zoort
twee winkelhaken
een kruis hout
een hamer
twee bijlen
drie schaaf bijtels
twee roskammen
een graaf
een parthij oud ijzer
een kist
een zadel, toom en kleetje
een buldzak, peul, 2 kussens en combaars
Beestiaal
vijf rijd paarden
vier aanteel paarden
veerthien ossen
zeven en dertig aanteel beesten
zes honderd twee en twintig aanteel schapen
Contanten
niets
Baten des boedels
niets
Schulden des boedels
  Rd:s
aan de weduwe Philip Rudolph Botha over contant geleend geld 300
aan Diederik Johan:s Muller over negotie goederen - vold:n 26 July 1822 200
aan de weduwe Frans Bulter over negotie goederen 50
Erfgenamen
1) Anna Sophia de Beer gehuwd met Gideon Joh:s v: der Nest G:n z:n
2) Jacomina Elisabeth, getrouwd met Casper Labuschagne Frans z:n
3) Christina Petronella, geboren d: 11:e Jan:ij 1806
4) Zach:s Christiaan geboren d: 16:e Sept: 1807
5) Hester Carolina geboren d: 23 October 1809
6) Maria Aletta geboren d: 25 Septb:r 1811
7) Joh:s Lod:s geboren d: 29:e Julij 1813
8) Joh:s Christiaan geboren d: 15:e Septb:r 1817
9) Hendrik Stephanus geboren d: 31:e Jan:ij 1820

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze van Joh:s Christ:n Muller gen:d Wilgebosch in de Tarka op den 24:e Aug: 1821 volgens op en aangeven van voorm: Z: de Beer Z:z: dewelke verklaarde niets met weten verswegen of agtergehouden te hebben, belovende en aannemende indien hy iets tot den boedel behorende nader mogte ontdekken, dezen inventaris daarmede te zullen amplieren en zulks des gevorderd werdende met solemnele eede te bevestigen en is het vorenstaande geschied in tegenwoordigheid van Thom:s N:G: Muller en A:H: Hellberg als getuigen.

Als getuigen: T:N:G: Muller, A:H: Hellberg

Zacharias de Beer

In kennisse van mij: W:W: Harding, Ad: Land:

MOOC8/37.8

{18210907} 7 September 1821 Tjaart van der Walt , Maria Magdalena Petronella Kruger

P:G: Brink

aan zijne kinderen in voorige huwelijk verwekt bewijs ter Weeskamer gedaan ten bedragen van ieder rd:159:46

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten als behoren tot den boedel van wylen Tjaart van der Walt en nagelate de weduwe Maria Magdalena Petronella Kruger, door eerstgem:e met er dood ontruimd en nagelaten

Losse goederen
2 ploegschaaren
2 ploeg wielen
1 ploeg sleutel en 1 kramp
1 spil
1 ketting
1 yzere schroef
1 party oud yzer
1 hand molen
1 boor
1 strykyzer
1 graaf
2 emmers
1 balie
1 vleesch vat
1 anker vaatje
2 plat vaatjes
1 boter vaatje
2 boter bakken
1 olie kan
1 schuifdoos
2 geelhoute planken
1 party oud geelhout
1 stuk stinhout
1 oude kadel
2 schietgeweren
3 wagenkisten
8 bottels
3 stoelen
1 tafel
1 folio Bybel
2 gezangboeken
4 trommels
1 koffy kan
1 koffy molen
17 tinne lepels
7 tinne forken
5 tinne borden
2 tinne kommen
2 tinne schotels
1 tinne boterpotje
6 yzere potten in soort
1 meel zift
1 stoof en een vuurtes
1 rooster
2 oude zadels
2 zakke koren
2 bulzakken
6 kussens
1 peul
1 laken
2 kombaarsen
2 ossen wagens
Beestiaal
15 rydpaarden
7 aanteelpaarden
26 trekossen
149 aanteel beesten
1444 aanteel schapen en bokken
Contanten
een honderd ryksdaalders - aan de weduwe verbleven
Baaten des boedels
    Rd:s
aan de weduwe verbleven een slagters briefje ten lasten C:T: Herrer d:d: 20 Juny 1821 ten bedrage van 300:--
verantwoord aan zoo veel Nicolaas Willem Stapelberg in den boedel schuldig is blyk: onderh: schuldbekentenis d:d: 23 November 1820 1458:--
  aan zoo veel Jan Carel Möller schuldig is blyk: onderh: schuldbekentenis 300:--
verantwoord aan zo veel Joh:s Petrus Pretorius Jac:s zoon schuldig is blyk: schuldbekentenis 502:--
verantwoord aan zo veel W:m Fred:k Henning over een zadel van den overledene gekocht 25:--
verantwoord aan Tjaart van der Walt H:k zoon schuldig is wegens wagen huur ten faveure van den overledene van het Gouv:t ontvangen 57:4
Schulden des boedels
    Rd:s
aan George Wemmer wegens negotie goederen blyk: rek:   66
aan Petrus Joh:s du Plessies blyk: onderh: schuld bekentenis d:d: 8 Mey 1820 2450
hierop afbetaald blykens bewyzen 410 1740
aan Joh:s Petrus Meintjes over negotie goederen   44
Erfgenamen
Petrus Jacobus van der Walt geboren 7 October 1807 deze zyn kinderen van een eerder huwelyk van den overledene met Anna Francina Buis
Anna Francina van der Walt geboren 5 November 1808
Bernardus Rudolph van der Walt geboren 3 April 1810
Maria Elisabeth van der Walt geboren 8 September 1811
Michiel Andries van der Walt geb: 19 Maart 1813
Helena Petronella van der Walt geb: 2 September 1814
Stephanus Tjaart van der Walt geb: 9 September 1816
Maria Magdalena Petronella geboren 2 September 1818

Aldus gedaan en geinventariseerd ten plaatze de Jan Blaauws Kop gelegen aan Brakke Rivier op den 7:e September 1821 volgens op en aangeven van de weduwe Tjaart van der Walt geboren Maria Magdalena Petronella Kruger, dewelke veklaarde niets met weten verzwegen of agter houden te hebben, met belofte indien zy iets tot den boedel behorende mogte ontdekken dezen inventaris daarmede te zullen amplieren en zulks des gevorderd wordende met solemnele eede nader gestand te doen, en is zulks geschied ter presentie van Stephanus Buis en Willem Fredrik Hennings als getuigen

Voor de opgaaf: Maria M:P: Kuger weduwe van der Walt

Als getuigen: Stephanus Buijs, Wilm F: Henning

W:W: Harding, Ad:Land:

MOOC8/37.9

{18211205} 5 December 1821 Matthys Johannes Stephanus de Beer , Rachel Susanna Geere

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door wylen Rachel Susanna Geere en nagelaten man Matthys Johannes Stephanus de Beer, in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

een osse wagen
twee geweers
een oude kist
een zadel en toom
een stoel
een stoof
een oude koffy molen /klyn
een schuifdoosje
twee aarde borden
een tinne bord
twee tinne schotels
een aarde kannetje
twee forken
twee lepels
een botteltje
een buldzak, 3 kussens en combaars
Beestiaal
twee ryd paarden
een aanteelpaard
tien trek ossen
veertien aanteel beesten
een honderd en vyf schaapen en bokken
Baten des boedels
den opgever zegt dat wylen zyne huisvrouw ter Weeskamer eene erfportie te goed heeft, uit den boedel van haren vader George Died:k Geere en wylen Catharina Christen
Schulden
  Rd:s
aan George Died:k Geere over cont:t geleende geld 116
aan Matth:s Adam de Beer over cont:t geleende geld 274
aan Corn:s Steph:s Olivier over koop van brandewyn 180
aan Christ:l Botha over koop van een merrie paard 40
Erfgenaam
Matthys Adam de Beer geboren den 24:e Juny 1821

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 5:e December 1821 volgens op en aangaave van voorm:e M:J:S: de Beer, die verklaarde hierin ter goeder trouwe te hebben gehandeld, met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende mogte worden ontdekt, dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede, hebbende hy deze benevens den Landdrost en getuigen met hunne naamtekeningen bekragtigd.

Als getuigen: T:N:G: Muller, G:J: Broekhuisen

M:J:S: de Beer

A: Stockenstrom

MOOC8/37.10

{18211227} 27 December 1821 Abram Christoffel Swanepoel , Anna Cornelia van Tonder

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door wylen Abram Christoffel Swanepoel senior en nagelatene weduwe Anna Cornelia van Tonder in gemeenschap bezeten en door eerstgem:e ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden ogenomen en als volgt zyn bevonden geworden

een osse wagen met toebehoor
een schiet geweer
een blaas balg /defect
twee tangen /defect/
een hamer /defect/
vier enden geelhoute plank
een botervat
een vaatje
een platvaatje
drie emmers, waarvan twee defect
een halfaam defect
twee kisten
een party oud yzer
twee oude bylen
vier booren /in zoort
een bankschroef
twee graaven
een pik
twee zaagen
twee enden hoepels
een sweepstok
twee veldstoeltjes
een party gereedschap
een ketel /defecct
een tinne trekpotje
een tinne schotel
vyf tinne borden
zes tinne lepels
vier stale vorken
drie yzere potten in zoort
een zadel en toom
twee wagen ladders
een bed /aan de weduwe gelaaten/
Beestiaal
een ryd paard
vyftien trek ossen
vyf en dertig aanteel beesten
twee honderd zeven en dertig schaapen
een honderd een en vyftig bokken
Contanten
nihil
Baten des boedels
nihil
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen
1) Hendrik Fred:k Swanepoel, getrouwd
2) Anna Corn:a, gehuwd met Adriaan Joh:s Swanepoel
3) Judith Dorothea, get:d met Paul Jac:s van der Merwe
4) Maria Elisabeth, geb: d: 3:e Jan:y 1801
5) Abram Christ:l geb: d: 8:e December 1802
6) Joh:a Catharina geb: d: 15:e February 1805
7) Reintje Magdalena geb: d: 20:e Juny 1811

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 27:e December 1821 volgens op en aangaave van voorm:e weduwe Swanepoel, dewelke verklaarde hierin ter goeder trouw te hebben gehandeld, met belofte indien er iets nader, tot den boedel behoorende mogte worden ontdekt, deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede, hebbende zy deze, benevens den Landdrost en getuigen met hunne naamteekeningen bekragtigd.

Als getuigen: T:N:G: Muller, J: Auret

A:C: van Tonder weduwe Swanepoel

MOOC8/37.11

{18220122} 22 January 1822 Hendrik Andreas van der Zanden , Alida Aletta Bronkhorst

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wijlen Hendrik Andreas van der Zanden en nagelatene weduwe Alida Aletta Bronkhorst in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden ogenomen en in waaren weesen bevonden zyn geworden, te weeten

een bulzak, vyf kussens en combaars
een wagenkist
een kist
een boter vaatje
een plat vaatje
twee balies /in zoort:/
drie stoelen /in zoort
een stoof
vier boeken /in zoort
zes boeken papier
twee schaaren
twee kopere keetels
een kleine [keetels]
een meelzift
drie trommels /in zoort
een beker
twee aarde kannetjes
twee bottels en een kl: botteltje
een aarde kom
een blaker
een snuiter en bakje
een trekpotje
vijf kommetjes en 1 piering
een tinne schotel
vier tinne borden
tien tinne leepels
negen staale vorken
een ijzere pot
een vleesch vork en 1 potlepel
een bijl
Beestiaal
een honderd zes en zeventig schaapen en bokken
Baaten
agt maanden tractement als schoolmeester van het Winterveld by ’s districts schoolfonds te goed
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Jan Viljoen B:z: voor negotie goederen 55:4
aan Fredrik de Jong voor negotie goederen 103:4
aan Jan Wiesner voor negotie goederen 39:3
aan Jacob Philip Mare voor negotie goederen per rest 102:5
aan Jan Grundelind voor negotie goederen 93:7
aan Hendrik Muller voor negotie goederen 59:--
aan Jan Koster voor negotie goederen 36:4
Erfgenamen
Gysb:t Joh:s Henric:s van der Zanden geb: den 5 Septb:r 1809

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze de Matjesfontein geleegen in het Winterveld op den 22 January 1822 volgens op en aangaave van voormelde weduwe, dewelke verklaarde haar hierin ter goeder trouwe te hebben gedragen, met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende mogte worden ontdekt dezen inventaris daarmeede te zullen ampliëeren, alles onder aanbod van eede hebbende zy deesen, beneevens den Landdrost en getuigen met hunne naamteekeningen bekragtigd.

Als getuigen: T:N:G: Muller, G:J: Broekhuisen

A:A: Bronkhorst wed: van d: Zandn

A: Stockenstrom

MOOC8/37.12

{18220723} 23 July 1822 James Middleton

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Maandag den twee en twintigste dag deser lopende maand July in den jaare onzes Heeren een duysend acht honderd twee en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd en nagelaten door den schipper van het alhier gestrande Engelsch koopvaardyschip, James Middleton, ten voordeele zynder onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deselve nalatenschap door my ondergetekende Adjunct Commis der Weeskamer ter presentie van de mede getekende getuijgen is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende te weeten

Ten huyse van m:r John Robert Thomson

een defecte schryfkistje, waarin
twee foudraalen met vier scheermessen
een zilvere sigaaren pypje
een zilvere snuifdoosje
een goude cachet
een defecte kistje met eenige kleinigheden van geen belang
een quadrant
Contanten
zes zilvere Spaansche matten
drie zilver Engelsche schellingen

Bevindende zich aan boord van gemelde schip eenige goederen aan den overleedenen behoorende, waarvan nadere opgaaf zal werden gedaan.

Pro memorie word hier genoteerd dat volgens het register (certificate of registry) van het schip blykt dat de overleedene een aandeel in gemelde bodem heeft.

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 23 July 1822 ende zulks op het op en aangeeven van voorsz: J:R: Thomson, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe te hebben gedragen en met zyn weeten niets verzweegen ofte agter gehouden te hebben van al het geen tot den voorsz: boedel behoord bereid zynde deese zyne opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en belofte zoo nog iets tot den boedel gehoorende, mogte ontdekken, daarvan nader opgaaf ter Weeskamer te zullen doen.

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van my Adj:t Commis der Weeskamer door den inventarient eighenhandig ondertekend.

Nadere opgaaf
een zilvere zakhorologie welke beide artikelen zich bevinden by den horologie maker Twentyman, en welke de inventarient verzoekt dat aan des overledenens familie in Engeland mogen worden verzonden omme aldaar ten meesten voordeele te worden verkogt
een chronometer

23 July 1822

J:R: Thomson

Mij present: J: Serrurier, Adj:t C:

Nader door gem: Thomson aan de Weeskamer toegezonden

twee matrassen
twee beddelakens
drie wolle kombaarzen
een peuluw
een lap zyldoek
een mantel
een oude hoed
een zak waarin
een groene tavelkleed
een lakense bovebaatje
vyf lakenze rokken (in soort)
een lakenze gryze manel
drie lakenze broeken
drie witte broeken
vyf hembden
een vlennische onderbaatje
een vlennische onderbroek
een tavellaken
vyf paar kouzen in soort
zeven zakdoeken in soort
een sajette buikband
een sajette sjerp
een kruisband
vyf paar schoenen
een paar handschoenen
vyf tinne lepels
twee borsels
een inktstander
een boek met blaauwe vel
een groene lakenze manel
een koffer waarin
tien witte hembden
drie bonten hembden
zestien broeken in zoort
een lap zyldoek
zeven lakens in soorte
twee sloopen
twee vlennische onderbaatjes
een vlennische [onderbaatjes]
twee witte onderbaatjes
zes handdoeken
vier paar kouzen
drie zakdoeken in soort
een muts
twee kruisbanden
een mahonihoute medicyn kistje
in een kist
twee lakenze broeken
vyftien onderbaatjes in soort
twaalf hembden in soort
een bonte hemd
twee flennische onderbaatjes
een flennische broek
een witte broek
tien handdoeken in soort
zes slaapmutsen
twee paar sajette handschoenen
twee paar kamassen
twee gordynen
een kruisband
een zakje met naaigereedschap
vier zyde doeken
twaalf halsdoeken
twee paar zyde kouzen
achtien paar kouzen
twee pakjes potloden
een pak met knipmessen
twee stevel trekkers
twee schaaren
een witte glaze botteltje en lere zakje
een rolletje zeilgaren
drie tinne doosjes in soort
een tinne [doosjes]
een pak zeilnaalden
een pak spykertjes
een potlood schuivertje
een party vischhoeken
drie koekjes zeep
een kurketrekker
een oude haar borzel
twee rolletjes kaarsekatoen
een kam
een vlesje
Contanten
kopermunt twee ryksd:s vyf sch: en twee dub:
papieremunt negen ryksd:s en zes schellingen
acht en dertig boeken in soort en eenige losse blaadjes en een pakje met boekjes
een blikje buskruid
een velle kap
twee blikke bakjes
een stuk gom elastiek

Op den 14 Augustus 1822 nader ontvangen.

een pletty azynstander
een uur glas /op zand lopen/
vier compassen
drie kandelaars
een sextant
een aardepot met 12 tuynglaasjes, 1 defect
een specery doos
een buls oog
een coffeepot
acht kopjes en pierings
zestien borde in soort
een emmer
een zuikerpot
een ketel
een schotel
een deksel
vier kraftjes in soort
drie bierglazen, 1 defect
een blikke schotel
een azemisth compas
een blikke doos met kaarsen
achtien kaarten
twee kaarten boeken
een spiegel

My present: J:P: Smith

Please receive the following articles belonging to the late Cap: Middleton

one bag
one trunk
one bed and bedding
two cloaks
three blankets
one hat
five nautical books

From: J:R: Thomsin’s Stae:

July 24 1822

MOOC8/37.13

{18180522} 22 Maij 1818 Jan Pietersen

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Maandag den achttiende dag deezer lopende maand May in den jaare onses Heeren een duisend acht honderd en achttien ab intestato metter dood zijn ontruimd ende nagelaten door den burger Jan Pietersen ten voordeele zijner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deselve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan, in het volgende, te weeten

In een der vertrekken van het haven kantoor, alwaar de oveleedene is woonachtig geweest

een geruite vengster gordyn
drie spiegels in zoorten
tien schilderyen in zoort
een verlakte schenkblad
een kleine hout horologie kast
vyf tafels in zoort
twee guerridons
zeven stoelen
twee leuning stoelen
een rood kopere theemachine
een kopere vyzel
een schryfkistje
een kastje, waarin
twee stellen chitze bed gordynen
twee chitze vengster gordynen
vier witte manshembden
twee p:r zwarte syde kousen
zeeven p:r witte katoene kousen
achttien doeken en dassen in zoort
vier p:r handschoenen in zoort
een kruisband
vyf en twintig strengen vlos zyde
twintig kussenslopen
vier vrouwen tabbaarts
drie p:r vrouwen schoenen
drie vrouwen mutzen
een zwart lakense rok
een zwart casimiere onderbaatje
een zwart casimiere broek
een zwart lakense rok
een zwart lakense broek
een blaauw lakense rok
een blaauw lakense baatje
een blaauw casimiere broek
een zwarte hoed
twee p:r schoenen
acht witte manshembden
neegen baatjes in zoort
een chitze spreij
elf broeken in zoort
een kast, waarin
twee manshembden
tien p:r wolle manskousen
twee gebreide slaapmutzen
een Chineesch linnense broek
twee gestreepte overtrekzels
twintig doeken en dassen in zoort
tien linnense tafel en bedde lakens in zoort
vyf servietten
vier kleine gestreepte schuyfgordyntjes
twee tabbaarts
vyf en twintig vrouwen rokken
neegen vrouwen hembden
tien vrouwen jakken
acht vrouwen borstrokken
zes vrouwen zakken
drie vrouwen slaap mutzen
zes p:r vrouwen kouzen
zes tjalie doeken in zoort
twee lappen chitz
een Handbijbel
een Nieuwe Testament
drie kopere bouten
twee handbylen
een stux gewigt
een lessenaar met een opstaande kast, waarin
drie kleyne schilderytjes
een kopere keteltje
een kopere kandelaar
twee kleine kistjes
vier ledikants schroeven
een kleine aarde gorgelet
een blikke theebus
een bottel genever
een bottel klapper olie
een ledige aarde kan
drie kaarten
een ledikant met gestreept behangsel, waarop
een mattras
een onderbedt
tien kussens en
drie wolle kombaarsen
een glazen kastje, waarin
drie karaffen
twee water beekers
vyf kelkjes
een soepterrine
een trekpot
twee zuikerpotten
een melkkan
drie boterpotjes
vyf vruitschoteltjes
een zwart aarde trekpot
twee kopjes en vyf pierings
drie borsels
drie hangsloten
een kopere kraan
een foudraal met twee scheermessen
een foudraal met twee scheermessen
een zak kammetje
een tinne trekpot
een karaf
een boterpotje
twee kommen
drie kopjes en twee pierings
een verlakte schenkblaadje
vier oude boeken
een cyfferley
drie schotels
zes borden
Contanten
eene somma van een honderd en twintig ryksdaalders en drie stuijvers

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 22 Maij 1818 ende zulks op het op en aangeeven van Daniel Bartholomeus Truter en Daniel Rynbach dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tijde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen en verdere belofte, zo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende, mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaave te zullen doen, ten einde deesen inventaris daarmeede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deesen ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eerste Commis der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeester: A: v: Breda, J:F: Munnik

D:l B:s Truter, D: Rijnbach

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

Ampliatie.

Op heeden den 18:e Augustus 1818 zijn door Daniel Bartholomeus Truter ter Weeskamer gebracht, de twee ondergespecificeerde documenten, na de verkoping des boedels door hem gevonden, onder de papieren van het Haven Comptoir

  Rd:s
een onderhandsche obligatie de dato primo September 1817, ten lasten den notaris publicq Rijnier Beck, groot aan capitaal 1000
met den intrest a 6 p:c % per anno
een bewijs gedateerd primo September 1816 en geteekend D: Liesching en Co: sprekende van renten op eene somma van ƒ3900 Hollandsch courant, dewelke den overledene, onder zekere mits nog zoude te goed hebben [ ..... ]

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 18 August 1818

D:l B:s Truter

Mij present: G:A: Watermeijer, E:C:

MOOC8/37.14

{18210810} 10 Augustus 1821 Elizabeth Magdalena Janse van Rensburg

12 Sep: 1821

H: Ellis

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er tot den ab intestato nagelatene boedel van wylen Elizabeth Magdalena Janse van Rensburg wed:e van wylen David Jacobus Pietersen behoren en door voormelde weduwe sub dato den 3 Mey l:l: in den ouderdom van 43 jaren 6 maanden met er dood ontruimd en nagelaten zyn, zynde deselve geformeerd en in geschrifte gebragt door my Francois Henry Staedel, Agent van het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop, ter presentie van de ondertenoemene erfgenamen en getuigen, ende zulx ter op en aangave van den verldcornet T:C:J: Senekal en voorm: erfgenamen bestaande de goederen en effecten in als volgt

Geregistreerd fol: 89

Eewigduurende erfpacht plaats Rietfontein , waar van de recognitie aangezuiverd is tot ultimo December dezes jaars
Losse goederen
een geweer
een parthy smits gereedschap
een wagen kist
twee boter karns
twee vaten
drie kookpotten
vier emmers
een rooster
een schroef
zes borden
zeven lepels
een potlepel
een vleesch vork
een bed
een p:r mole steenen
een teerpot
een tafel
een kandelaar
twee stoelen
een stoof
een stryk yzer
een boter pot
een ploeg
twee meelziften
een schotel
twee zagen
drie boren
een schaaf
een passer
blikke emmer
twee wagens
Beestiaal
tien ossen
negen en twintig aanteel beesten
vier hondert en veertig schapen
een hondert vyf en negentig bokken
Baaten
  Rd:s
van Christiaan Pieter Brits woonagtig onder George contant geleende 450
Lasten
  Rd:s
aan David Johannes Pieterse 50
aan David Johannes Pieterse voor een halfaam brandewyn op de vendutie 40
Erfgenamen
David Johannes gehuuwd
Johannes Lodewyk
Nicolaas Theodorus geboren den 19 January 1799
Ferdinant Albertus geboren den [ ..... ] 1801
Fredrik tweelingen - geboren den [ ..... ] 1803
Hendrina Maria - NB: getrouwd met Bartel Wilhelm Pietersen
Hendrik Josephus geboren den 16 Feb:y 1804
Anna Christina geboren den 4:e Mey 1809
Wilm Johannes geboren den 14 Juny 1810
Petrus Jacobus geboren den 16 Aug:s 1811
Lucas Marthinus geboren den 14 April 1812

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatse Rietfontein , heden den 10:de Augustus 1821 ende zulx op het op en aangeven van den Veldcornet en erfgenamen in den hoofde voormeld, dewelke betuigde de tot den boedel behoord hebbende goederen ter goeder trouwe zig gedragen en met hun weten niets verzwegen te hebben, met belofte om zo iets wierdz ontdekt deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren mitsg:s des vereischt wordende met eede te staven, ende zulx ter presentie van Adriaan de Waal en Adolf Heckroth als getuigen

Getuigen: A: d: Waal, A: Heckroth

F:s H:y Staedel, ag:t

T:C:J: Senkal

D:J: Pieterse

J:s A: Pieters

B:W Pieterse

MOOC8/37.15

{18181127} 27 November 1818 George Moore

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Dingsdag den vier en twintigste dag deser lopende maand November in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd en achttien ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den lieutenant by het Vierde Reg:t Infanterie te Madras in dienst van zyne Groot Britannische Majesteit George Moore, ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deselve nalatenschap door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevinden te bestaan in het volgende, te weeten

een kist, waarin
zes en zestig hembden
negen en zestig baatjes in zoort
twee monteerings baatjes en een onderbaatje
zes en vyftig broeken in zoort
een honderd zeven doeken en dassen in zoort
zes en dertig servietten
twee kussenslopen
zes slaapmutzen
een zwart lakense rok
twee halve zwarte zyde doeken
een tros lyn
zeeven boeken
een zilvere eetlepel
een zilvere dessert lepel
een zilvere theelepeltje
een zilvere vork
twee staale vorken
twee lakense kappen
een p:r handschoenen
twee kruys banden
een pakje waschkaarsen
een koffer, waarin
drie hembden
een broek
neegen een veertig p:r zokken
vier p:r wolle kousen
een flenny broek en baatje
neegen lakens
een moorsenrok
drie p:r laarsen
vier p:r schoenen
een fluweele kap
twee borsels
een p:r laarsentrekkers
een tinne gorgelet
twee servietten
een strykriem
een ronde hoed
drie glazen in zoort
een party ledige bottels
twee aarde kannen
een aarde potje
een lantaarn
een oude verlakte toiletdoos
een kistje, waarin
een dubbelde loop geweer en toebehooren
een kistje, waarin
een p:r pistoolen en toebehooren
een gryne mantel
een hangmat, waarin
een mattras
twee kussens
een sprey
een wolle deeken
een waschstander met een tinne kom
een schrijfkistje, waarin
een goud horologie met twee cachetten en een sleutel
een foudraal met een pourtrait
een foudraal met twee [pourtrait]
twee medailles
een pennemes
vyf stangen lak
een mand
een doosje met Seidlitz poeder
twee vlesjes medicynen
twaalf hembden
dertien doeken
zeven servietten
vier mutzen
een flenny baatje
Contanten
drie en twintig goude ropyen
een honderd negen en veertig zilvere Spaanse matten

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 27 November 1818.

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, J:F: Munnik

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/37.16

{18220521} 21 Meij 1822 Pieter Gabriel Marais Willemzoon , Anna Elisabeth Smit

Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als tot den gemeenschappelyken boedel van den op den elfden deezer maand ab intestato overledenen burger Pieter Gabriel Marais Willemzoon en deszelfs nagelatene weduwe Anna Elisabeth Smit behoren op qualificatie, sub dato 17:de deezer van het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie, geformeert en in geschrifte gebracht door my, Petrus Canzius van Blommestein, Secretaris van het drostampt Stellenbosch , fungeerende als Notaris Publiek present de natenoemene getuigen bestaande die goederen en effecten in als volgt

Vaste goederen
Een hofsteede genaamd Kunenburg , gelegen aan Grootdrakenstein , groot in zyner grond 62 morgen, 107 quadraat roeden, eigendoms land
de helfte in 204 morgen 407 q: roeden, eeuwigdurende erfpachtland, gelegen annex de hofsteede Kunenberg bovengemeld welke hofstede en erfpachtland is verkocht op den 1:de April j:l ofte 1822, aan Petrus Jacobus Malerbe Petrus Stephanus zoon voor de somma van drie en dertig duizend guldens Indische valuatie, dan welke plaats in erfpachtland nog niet op den kooper is getransporteerd
een stuk vyftien jarig erfpachtland groot 10 morgen, 216 q:t roeden, almeede gelegen in Grootdrakenstein , genaamd Draayhoogte , de daar annex opgemeten eeuwig durende erfpacht landen, ter grootte van 53 morgen welk stuk vyftien jarig erfpachtland en daar annex gemeten eeuwig durend erfpacht landen, zyn verkocht op den 1:de April j:l: ofte 1822, aan voorm: Petrus Jacobus Malerbe Petrus Stephanus zoon, en de broeder van de overledene Willem Jacobus Marais Willemz: voor de somma van elf honderd ryxdaalders

Losse goederen in het woonhuis staande op de hofsteede Kunenburg , en aldaar

In het voorhuis
een Vriesche hang klok
drie tafels in soorten
een blad etens tafel
vyf stoelen in soorten
een houte kinderwieg
een tinne waterketel
een tinne trekpot
een aarde trekpot
enig theegoed van zeer weinig waarde
een klein blik zuiker trommeltje
In de voorkaamer ter rechterhand
een spiegel met een note bome lyst
een meelzift
een houte lessenaar met zyn voet
een tavel kasje
twee gemeene katels
twee beddens
acht kussens
twee peuluws
twee dekens
een kwarto Bybel
een hout kisje
drie boeken in soorten
een medicyn doos
een zeildoeksche zak, met wat meel
In de voorkamer ter linkerhand
een ordinair jacht geweer
In de dispens
sestien bottels in soorten
een pot
een kan
een trommel (defect)
twee aarde schotels
drie borden
een strykyzer
een rak
In de kombuis
een kombuis tafel
een potte bank
twee kopere kandelaren
een vysel en stamper
twee kopere ketels
drie yzere potten
een rooster
een lepel
een schuinspan
een emmer
een tinne gieter
ses vorken
twee messen
vier lepels
een souplepel
Op de werf
twee stukken hout
In de kelder
vier drie leggers vaten
vier drie en een halve leggers vaten waar van een defecct
een kuip baley
drie leggers
drie halve leggers (alle defect)
een trapbaley
een onder baley
een bandewynsketel met zyn toebehoren
vyf jukken en trektouwen defect
een plat vatje
een ledikant
een oude bakkist
drie oude defecte stoelen
een kopere kraan
een houte trechter
een blikke trechter
tien leggers wyn, aan nat
een slypsteen
een oud waterhalfaam
eenige rommelery
In de stal
een koe
een bul
een tentzyl
Lyfeigenen des boedels
Galant van Mosambicque na gissing oud 56 jaren, werksjongen
Louis van Bengalen na gissing oud 41 jaren, werksjongen
Azor van Mosambicque na gissing oud 33 jaren, werksjongen
Adonis van Mosambicque na gissing oud 40 jaren, werksjongen
Theresia van Mosambicque oud na gissing 46 jaren, huismeid
Eva van de Kaap na gissing oud 31 jaren, huismeid
Lyda zeven jaren en
Judith geboren 13 December 1817
Baaten en contanten des boedels
nihil
Lasten des boedels
    ƒ
  capitaale schulden
plaets aan het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren, by Weesmeesteren kennis 11000
  met 10 maanden renten a 6 p:cto s’ jaars
plaets aan de heer Piet Serrurier by schepenen kennis 9000
  met 10 maanden renten a 6 p:ct s’ jaars
pl: aan Frans du Toit senior by scheepenen kennis 6000
  met 10 maanden renten a 6 p:ct s jaars
plaets aan de minderjarige Francina Louisa Marais by schepenen kennis 17500
  met 4 jaren renten a 6 p:ct
ƒ14700 Galant , Azor , Louis aan H: Vos blykens obligatie 14500
  met 1 jaar renten a 6 p:ct
ƒ7300 aan Willem Izaak Louw blykens obligatie 7000
  met een jaar en vier maanden renten a 6 p:ct
  aan Hendrik Andries Smit by obligatie 1500
  met twee jaren renten a 6 p:ct
  aan de minderjarige Francina Louisa Marais by obligatie 1650
  met 4 jaren renten a 6 p:cto
  aan Stephanus Malerbe by obligatie 1000
  met 1 jaar renten a 6 p:cto
15 j: erfg: renten 18 May 1816 aan Pieter Marais Jacobusz by schepenen kennis 2600
  met 6 jaren renten a 6 p:ct
  aan Izaak Rossouw wegens het restant van een vonnis by calculatie 300
  Aan capitale schulden ƒ72050
Joh: Jacob Theron ƒ480 verk: Azor en Galant
Kladschulden
  Rd:s
aan A:M: Meiring by reekening 162:2:3
aan Fr:k Bernardi by reekening 38:7:--
aan Jacob H:k de Villiers by reekening 65:--:--
aan P:W: de Vos by reekening 7:--:--
aan Philip Rens by reekening 128:--:--
aan Hend:k Wight by reekening 92:--:--
aan Pieter Hamman by reekening 200:--:--
aan Christ:n de Jong by rekening 35:--:--
aan Pieter Woutersen by rekening 184:--:--
aan C: Dixon by rekening 100:--:--
aan Jan Lombaard by rekening 80:--:--

Aldus gedaan en geinventariseerd aan Grootdrakenstein op de hofsteede Kunenburg den 21:ste Mey 1822 ende zulks op het op en aangeeven van de in den hoofde deezes gemelde Maria Elisabeth Smit, dewelke betuigde haar daaromtrend ter goeder trouw gedragen en niets te hebben verzwegen het geen tot der geheelen gemeenshappelyke boedel behoord, met belofte by aldien in der tyd iets mochte komen te ontdekken tot de voorschreven boedel behorende, daarvan opgaaf te zullen doen en (des gerequireerd) deeze inventaris met solemneele eede gestand te doen, ter praesentie der klerken Pieter Hendrik Faure en Oloff Marthinus Bergh, als getuigen. Die de minute deezes benevens my Secretaris, mede behoorlyk op zegul van twaalf schellingen, hebben gesubscribeerd.

Quod attestor: P:C: Blommestein, Sec:

MOOC8/37.17

{18211027} 27 October 1821 Hendrik Berrie

Nieuweveld den 27:e October 1821

Opgenomen boedel van den overleeden burger Hendrik Berrie is overleeden 23:e October 1821, maar geen testament in zijn pampieren gevonden

een zwarte rok
een gele Schenees linne broek
twee witte linne [broek]
een zwart verwele broek
drie onder baadjes of vesjes
drie hemden
zes halsdoeken
een el Vlaams linne oud
vier paar witte kousen
een spiegel
een doos, met een scheermes
een barbier doos
twee boeken
een musiekboek
een fluijt
twee hoeden, een witte pluijshoed en een zwarte
een paar schoene
een borsel
twee kleine vlesjes
een schuijf doosje met klein smits gereedschap
een roer snelder
vier bijdels, en zes vijle
een kopere doos met een mes en een naayring
zes kleine hamers
twee knijptangen
een oude verlakte doos met klein ijserwerk
twee stoldeer bouten
een kleine kist
een paar stief beugels
een stang
drie ijser draadjes
een bonte lap met oud orlogie werk
een stoldeer pijpje
een spinbek horlogie onbruijkbaar
dertig horlogie glasen
zeven elsten
een klein knipmes, met een kam
agt dril boortjes
vijf sleutels
een zijlsdoek sakje met alle kleinigheeden
een sije beursje
een oude wolle deken
een sadel
een kruijdhoorn met een bandelier
een merrie, met een jarig henst vulle
twee jonge ossen
twaalf schapen
contante drie en veertig ryksdaalders en vijf schellingen

David S: Fourie, Feld Cornet

MOOC8/37.18

{18200929} 29 September 1820 John Kanes

Inventory of Mr John Kanes cloaths 29 September 1820

1 bed
1 pillow
1 shoes
2 jackets
3 trousers
3 shirts
3 stockings
5 handkerchifs
4 waistcoats
1 drawers
2 coats
1 hat
1 chest
cash 7:3/4 expences, rd:s4:7

J:n Gordon Stuard

21:st Dragoons Foll: Baard

MOOC8/37.19

{18220815} 15 Augustus 1822 Christiaan van den Burgh

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Zondag den elfden dag deezer loopende maand Augustus in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd twee en twintig ab intestato met er dood zyn ontruymd ende nagelaten door Christiaan van den Burgh ten voordele zyner kinderen by zyne vooroverledene huisvrouw Maria Josepha Matthyssen in echt verwekt, met namen

1) Maria Christina van den Burgh alle mondig
2) Christiaan And: van den Burgh
3) Johannes Jacobus van den Burgh
4) het kind van Joseph Arnoldus van den Burgh door hem in wettig huwelyk verwekt by Johanna van Wielingh, in name Magdalena Joh:a Marthina Wilhelmina v:d: Burgh geboren 17 October 1819

invoegen als het een en ander door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren zyn opgenomen en ingeschrifte gebragt mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende te weten

Een huis en erff staande ende gelegen in deeze Tavelvaley in het Blok N: en aldaar een gedeelte van No: 12 groot 10 quad:t roeden 56 quad:t voeten en 63 gelyke duimen
In het voorhuis
een kloklantaarn
In de kamer ter regterhand
twee blauw geruite ophaal gordynen
een spiegel met noote boome lyst
acht schilderyen in zoort
zes schilderyen in zoort
twee staande horologies
twee blauwe porcelaine confyt potten
een stel roode Chinasche kast potten
een kleder kast
een glaze kast
een lessenaar
een tavel met een stene blad
twee klyne theetavels
een vergulde [theetavels]
een horologie makers werk tavel met desselfs schroef
twee schuifdoosen met horologie glazen
een kistje met koper gemonteerd waarin vyftig zoo defecte zak horologies als waarlose kasten
een likeur kistje
twee arms stoelen en twaalf ordinaire stoelen met vaste groene trype zittings
een wit koper themachine
een wit koper schenkblad
een wit koper lampet met zyn kom
een groote zilvere schenkblad
twee klyner zilvere schenkbladen
een zilvere koffy kan
een zilvere melkkan
een zilvere theepot
een zilvere zuikerpotje
een zilvere zuikerbus
twee zilvere zouspotjes met lepels
twee zilvere mostaard potjes met lepels
een zilvere snuyter met zyn bakje
twee zilvere zoutvaatjes
een zilvere vuurtest
een zilvere kolbak met vyf vurkjes en twee lepeltjes
een zilvere zoeplepel
zes zilvere vurken
dertien zilvere eetlepels
een zilvere haak
een zilvere broeksknoop en broeksgespe
twee paar zilvere schoengespen
een zilvere snuyfdoos
een p:r zilvere kniegespen met stenen omzet
een goude halsgespe
twee goude borstspelden met juwele stenen
een p:r juwele orlietten
een p:r juwele strikken
een verrekyker
een juweel kistje
een vergroot glaasje
een snuyfdoos
een klyne liqueur kistje
een kopere tobaks konfoor
een staale deegen
een octant
een p:r zakpistoolen
vier vergulde horologie kettings en vergulde cachetten
een horologie makers draaybank of werk machine
een party horologie makers gereedschap
negen en vyftig zakhorologies in zoort die volgens opgaaf der erfgenaamen, gedeeltelyk de overledene behoren, en gedeeltelyk anderen, die dezelve ter repaarering hebben gebragt dog welke de erfgenamen verklaaren niet distinktief te kunnen opgeven
eenige zakhorologie kasten en losse werken behooren tot deselven welke almeede de erfgenamen verklaaren niet te kunnen opgeeven, aan wien dezelve behooren
een eetui waarin een goud horologie met goud ketting, 3 cachetten en sleutel
een goude horologie ketting cachet en twee sleutels
een doos met horologie peipjes voor sleutels
vyf pendulen en klokken in zoort die de erfgenamen almede verklaren niet te kunnen opgeeven
een staande horologie behoorende aan Carel Haupt aan de Paarl
een staande horologie behoorende aan Christiaan Dreyer
Linnen goed
negentien bedde laakens
achttien sloopen
een veertig servietten
zes nieuwe jongens hembden
een stel voerchitze bed behangsels
eenige klederen van de overledene die de twee meerderjarige zoonen onder hun zullen verdeelen
In de kamer ter linkerhand
een chitze ophaal gordyn
twee groote spiegels met vergulde lysten
vier elusters met vergulde lysten
een schildery
een draagstoel
zes witkopere quispeldoren
zes geelkopere quispeldoren
twee guerridons
een bureau waarin
eenige zakhorologie kasten, en horologie glaazen
een waarloos werk van een staande horologie
twee verlakte theekistjes
een Chinaasche kom met wat theegoed
een tavel
In de gaandery
een spigel met vergulde lyst
een blad tavil
een tavil kast
een staande horologie behoorende aan Jan Bantjes
een geelkoper koffykan
een geelkoper stamper en vysel
tien stoelen in zoort
een party wit aarde schotels en borden
In een muurkast
een glase compot
een glase lamp
tien glase kandelaren
drie glase karaften
een glase bord
tien glase bierkelken
twaalf glase bierkelken klynder
tien glase lekuer kelkjes
vier plettid kandelare
In de keuken
een combuis tavel
twee water halfamen
een hakke bord
een ryst stamper
twee emmers
een rak
een hand lantaarn
een stoffer
vyf kandelaren in zoort
vier yzere potten
een water ketel
twee koekepannen
een rooster
een drievoet
twee schoorsteen kettings
vier yzere vurken
drie schuimspannen
een yzere lepel
een vuurtang en schop
een kopere taartepan
een kopere waterbeker
Op de agterplaats
een horologie bak
een ladder
In een buyten vertrek
een koffy molen
een oud kadel
zes kisten in zoort
een groote bottel mand met wat bottels
een water vles
eenige ledige vlessen
eenige defecte werken van staande horologie
een baly
Op de zolder
zeven stoelen in zoort
een ledige kist
een guerridon
twee ledikanten waarop
twee beddens
zes kussens
twee peuluw
een combaars
een kadel
een kan
een blauwe zoepterrine
twaalf blauwe schotels in zoort
zes en vyftig borden in zoort
vyf witte aarde schootels
drie boterpotjes
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf g:d August van Batavia oud 56 jaaren, huisjongen
een mansslaaf g:d Lafleur van Mosambique 29 jaaren, huisjongen
een slavinne g:d Philida van Mosambique 50 jare, waschmeid
Credit des boedels
  ƒ
een aandeel inde Loge de Goede Hoop ingevolge obligatie namens de leden der Loge ten zyner behoeve gepasseerd groot 3334

Hebbende de erfgenamen aangenomen aan de Kamer eene lyst te zullen ingeeven van die genen die aan den boedel over reparatie en het op te nemen van staande horologies nog schuldig zyn

Lasten des boedels
  ƒ
aan de Gereformeerde Kerk by schepenen kennis groot aan capitaal 5000
aan Johanna Dorothea Matthyssen op een onderh: obligatie 2000

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 15 Aug:s 1822 ende zulx volgens opgave van de in den hoofde deezes gem: erfgenamen, dewelke verklaarde zy hierinne ter goeder trouwe gedragen en huns wetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid hunne opgave ten allen tyde des versocht werden met solemnele eede gestand te doen, en verder belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deese ter presentie van ons Gecomm: ende my Sec: door de inventariente ondertekend.

Als gecomm: Weesm: G:E: Overbeek, J:F: Munnik

Maria C: van der Burgh

C:A: v:d: Burgh

J:J: van der Burgh

Mij present: J:J:L: Smuts

MOOC8/37.20

{18220729} 29 Julj 1822 William Slater

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er tot den ab intestato nagelatene boedel van wylen lieut: William Slater behoren, en door denzelven sub 26 July 1822 in den ouderdom van 47 jaaren met er dood ontruimd en nagelaten zyn, zynde dezelve geformeerd en in geschrifte gebracht door my Francois Henry Staedel, Agent van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop ter presentie van de ondertenoemene getuigen bestaande de goederen en effecten in als volgt

Een huis en erve gelegen in dit dorp Uitenhage in de Caledon Straat en daar Numero 14
Losse goederen
3 ledikanten
1 katel
5 tafels
11 stoelen
2 spiegels, 1 groot, 1 klein
1 vederbed
4 hoofdkussen
3 matrassen
5 kombaarsen
1 witte beverhoed
2 lakensche baatjes
1 lakensche rok
4 waistcoats of onderbaetjes
1 lakensche broek
5 witte linnen [broek]
3 onderbroeken
2 flanel onderbaatjes
6 hembden
2 zakdoeken
2 zyde halsdoeken
12 p:r koussen
12 kussensloopen
1 nacht muts
7 hand doeken
3 tafel lakens
8 bedde lakens
2 witte combaarsen
2 spreyen
1 degel en panjaard
1 rood lakensche dames pelisse
2 sjerpen
zes zilvere eetlepels
een ragout lepels
zes zilvere desert lepels
zeven theepeltjes
twee zoutvaatjes
een p:r scheermessen met strykriem
twee lancetten
twee aarde schotels
twee aarde schotels met dekzels
zes soepborden
tien vlakke borden
drie kandelaars
een kom en beker
een tinne theepot
agt messen
twaalf vorken
twee karaften
tien kelkjes
negen bierglazen
veertien pierings
agt kopjes
een spoelkom
een melkpot
een trekpot
een schenkbord
een waterketel
2 stryk yzers
een water pot
een Keulsche pot
2 zakken ryst
2 geweeren defect
2 pistolen defect
2 ledige kisten
2 koffers
een zak met een restant zuiker
een vat met een restant meel
een hamer
een thee trommel
2 ledige halfaamen
53 ledige vlessen
7 ledige bottels
2 graven
1 ladder
een party oude hoepels
drie yzere potten
een casserol
een koekepan
drie drievoeten
2 emmers
een balie
Contanten
  Rd:s
een stuk van 300:--
koper 1:4
twee stukjes goud geld 1/4 en 1/8 Sp: mat [ ..... ]
Baten
  Rd:s
goed voor van C:M: Luyt d:d: 20 Aug:t 1819 100:--
promesse van C:B: Alcock d:d: 22 Nov:r 1821 op zes maanden 200:--
promesse van C:B: Alcock van 22 Dec:r 1821 op tien maanden 200:--
promesse van 21 Dec:r 1821 van l:t M: Fleischer 115:--
promesse van v: Buren en c:o 1:3
quittantien van president en directeuren der Bank van Leening no: 3439 in dato 6 Aug:t 1813 4000:--
quittantien van president en directeuren der Bank van Leening in dato 14 Aug:t 1813 2000:--
quittantien van president een directeuren der Bank van Leening in dato 21 Aug:t 1813 1000:--
certificaten om betaling als lieutenant der voorm:e Garnisoen Compagnie te ontvangen van 25 Sept:r 1821 tot het overlyden [ ..... ]
D: du Toit cont:t geleende 14:--
Christiaan Viljoen cont:t geleende 10:--
l:t Gardner volg:s zeggen van Geo: Smit en Tho:s Sullivan 50:--
Lasten
[ ..... ]
Erfgenamen
Jane, geboren 18 July 1806
Martha, geboren 16 July 1809
Mary Anne geboren 6 Maart 1811
William geboren 24 Feb:j 1815

Aldus geinventariseerd ter sterfhuyze op heden de 29:sten July 1822 ende zulx op het aangeeven van der overledenens kinderen en in presentie van de onderstaande getuigen, dewelke betuigden zich ter goeder trouwe gedragen en met hunlieder weeten niets verzweegen te hebben met belofte om wanneer in het vervolg iets mocht worden ontdekt tot deeze boedel behoorende deeze inventaris daarmede te zullen amplieeren, mitsgaders dezelve indien het van de getuigen mocht vereischt worden met solemneele eede te staven

Getuigen: E: Ernest, M: Fleischer

Het welk ik getuige: F:s H:y Staedel, Agent

MOOC8/37.21

{18200918} 18 September 1820 Thomas Jeffry

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den vierden dag deser lopende maand September in den jaare onzes Heeren een duysend acht honderd en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den schipper van het Engelsch particulier schip, Thomas Jeffry, ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen en bevonden te bestaan, in het volgende te weeten

Aan boord van gemelde bodem
een koffer, waarin
drie stukken blaauw linnen in zoort
drie stukken gestreept
drie broeken
vyf broeken
een stuk geel Chinasch linnen
twee rokken
twee onderbaatjes
een jagtgeweer
een kist, waarin
vier rokken
een bovenbaatje
vier onderbaatjes
twee broeken
tien stukjes gestreept
drie voerchitze tjaals
twaalf bonte hembden
vyf witte hembden
drie halve hembdjes
twee onderbroeken
een boeseroentje
zeventien p:r wolle kousen
twee doeken
twee p:r wolle handschoenen
een doosje met mathematische instrumenten
een valies, waarin
een bonte hembd
een witte hembd
een doek
twee horologie kettings /verguld
een sloop
twee p:r kousen
een onderbaatje
twee bovenbaatjes
een mattras
een kussen
twee wolle combaarsen
een mand met eenig aardewerk
een klein kistje met eenige papieren
een zilver zakhorologie met een goude cachet
een schrijfkistje, waarin
een goude guinee
een sextant
een party geelhoute planken tuschen de 400 en 500
een party wagenmakers hout

Aldus geinventariseerd aan boord van het gem: schipin de Tafelbaay op den 18 September 1820 ingevolge opgaaf van den tegenwoordigen capt:n van het schip John Stephens.

Als gecomm: Weesm: A:V: Bergh, A: v: Breda

Voor den opgaaff: c:t John Stephen

Mij present: J: Serrurier

Ampliatie

zeven roode hembden
zes gestreepte hembden
twee roode mutzen
zes broeken in zoort
drie tafellakens
een party kaarten en boeken
een log ley
twee schenkbladen
een koffiepot
dertien boeken
een foudraal met 2 scheermessen
een nagelborsel
een quadrant
een halve potje pomade
een glase inktkoker
een kruysband
een stroo hoed en een hoeden doos
een mantel zonder mouwen
een kous
een nagtmus
een defecte karaf

Compareerde in vergadering van het Collegie van Heeren Weesmeesteren John Stephen, thans als schipper bescheiden aan boord van het schip, dewelke door interpretatie, van den gezworen translateur Johan Jacob Fredrik Roselt verklaarde zig in zyne opgaaf der goederen, effecten ter goeder trouwe gedragen, en niets opzettelijk verzweegen te hebben dat tot den boedel behoord of daartoe maar eenige betrekking heeft van wylen Thomas Jeffry, en sprak deselve tot bevestiging daarvan onder het kussen van den Bybel de volgende solemneele woorden.

Zoo waarlyk helpe my God Almagtig.

Aldus beeedigd in vergadering van Heeren Weesmeesteren op den 27 Septb:r 1820.

c:t Johan Stephen

Voor de vertolking: J:J:F: Roselt, gezw: transl:r

Nader ampliatie van zodanige goederen als zig bevonden hebben by m:r Alexander McDonald

een honderd zes en twintig doezyn en zeven enkele knip en pennemessen
twee bladeren met differente messen
twee en dertig scheermessen
tien horologie kettings
elf horologie sleutels en vyf gespen
zeven doezyn en drie enkele schaaren (in soorten)
negen en twintig pakken potlooten

Kaap de Goede Hoop den 15 October 1820

Opgem: goederen by my van m:r McDonald ontvangen

T: Read Welsh

MOOC8/37.22

{18221106} 6 November 1822 Francois Philippus du Plessis

P:G: Brink

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten als met er dood ontruimd en nagelaten zyn door Francois Philippus du Plessies ten behoeve zyner overgeblevene weduwe Cornelia Geertruida du Plessies en de by dezelve in echt verwekte kinderen te weeten

Anna Cornelia du Plessies, gehuuwd met Dirk Jacobus Coetzé
Pieter du Plessies, geboren 7 July 1810
Maria Francina Cicelia geboren 26 November 1811
Paul Johannes geboren 26 November 1814
Johanna Magdalena Catharina geb: 8 December 1816
François Philippus Laurens Stephanus 30 July 1818
1 party gereedschap
1 dissel
1 hamer
2 bylen
2 graven
1 sikkel
1 pik
1 party duigen
4 emmers
1 boterbak
1 botervat /groot
1 botervat /klein/
3 vaatjes
1 anker
2 karnen
1 mand
3 planken
1 zift
1 rooster
4 potten
3 oude stoelen
1 [stoelen] nieuw
2 kisten
1 tafel
1 kadel
2 schietgeween
1 geweer slot
1 kogelform
1 houte bank
2 zadels en toom
1 bed
1 wagen met toebehoren
1 party schotelgoed, forken, lepels etc:a
Slaven
1 mansslaaf genaamd Mozes van deze Kolonie geboren, oud volgens registratie omtrent 26 jaren
Beestiaal
2 rydpaarden
3 aanteelpaarden
11 ossen
14 aanteelbeesten
733 schapen
62 bokken
Contante geld
geene
Baten des boedels
  Rd:s
Daniel Meintjes Joh:s zoon, by tuterfeulen van klein geld aan den overledene schuldig gebleven 2:6
Schulden des boedels
  Rd:s
den weduwe Paul du Plessies wegens kontant geleende geld blykens schuldbewys d:d: 1 October 1820 /:met een jaar renten a 5 p:cent op den 1 October aanstaande te verschynen:/ 700
Johannes Stephanus van Heerden weg:s kontant geleende geld blykens onderh: obligatie d:d: 15 February 1815 /:met de renten sedert 15 February 1820 a 5 p:rcent ’s jaars 100
Dirk Jacobus Coetze wegens contant geleend geld zonder renten blykens bewys 14 Sept: 1822 400

Aldus geinventariseerd volgens op en aangave van de wed: François Philippus du Plessies, die betuigde zich in het opgeven haren boedels te goeder trouw te hebben gedragen en niets met weten agter houden of verzwegen te hebben, met belofte dat zoo in ter tyd iets het gem: boedel specteerende en hierin niet gespecificeeerd mogte komen te ontdekt worden deze inventaris daarmede te zullen amplieren.

En is zulks geschied ter plaatze de Elands Poort Rivier gelegen in Tarka ter presentie van Stephanus Joh:s van Wyk en George Aldrich

Als getuigen: S:J: van Wyk, G: Aldrich

Kornelia Geertruijda du Pliesies

W:W: Harding, d: Land:

Anna Cornelia is gebooren den 11 Maart en het jaar 1806
Pieter is gebooren den 7 Julij en het jaar 1810
Maria Fransiena Susielia is gebooren den 26 November 1811
Pauwel Johannes is den 9 November in het jaar 1813
Martie Johanna Magdalena Catriena is geboren den 8 December 1815
Fransoeijs Philippus Laurens Stevanes is gebooren den 30 Julij 1817

Cornelia Geertruijda weeduwe du Pliesies

Vide res: van 6 Nov: 1822

MOOC8/37.23

{18180302} 2 Maart 1818 Willem Janse van Rensburg

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door Willem Janse van Rensburg Willemszoon ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en in waare weesen zyn bevonden, te weten

vier geweeren
een houtbyl en graafyzer
een paar styg beugels
een zadel, met toom en kleedje
Lyfeigenen
een slave jongen genaamd Piet van de Kaap zynde geregistreerd, oud omt:d 21 jaar en een werksjonge
Beestiaal
een rydpaard
een jonge hengstje
tien aanteelpaardden
vyf aanteelbeesten
vyf en tagtig aanteelschapen
Baten des boedels
  Rd:s
voer zo veel d’ overleedene competeerd voor vader en moederlyk erfdeel blykens boedelrekening daar van geformeerd en gesloten den 4 Febr: 1808 en als nog onder de executeuren B: Pienaar en P:J: Theron Ch:zn berustende is 1645:6:4
Erfgenamen
1) Helena Jacoba Janse van Rensburg wed:e wylen Pieter Joosten d’ oude
2) Anna Sophia Janse van Rensburg
3) de kinderen van wylen Nicolaas Jacobus Janse van Rensburg a) Willem Jacobus geboren in t jaar 1794
b) Nicolaas Johannes geboren in t jaar 1796
c) Susanna Maria geboren in t jaar 1798
d) Barend Petrus geboren in t jaar 1800
e) Hester Johanna geboren in t jaar 1802
f) Andries Bartholomeus geboren in t jaar 1804
g) Hendrik Petrus geboren in t jaar 1806
h) Johannes Petrus geboren in t jaar 1808
4) de dogter van Jacobus Joosten Frans zoon gehuuwd met wylen Johanna Janse van Rensburg genaamd, Ester Johanna Joosten geb: in t jaar 1803
5) de kinderen van wylen Barend Johannes Janse van Rensburg in name [ ..... ]

Aldus gedaan en geinventariseerd in het Bokkeveld ter plaatze van den veldcornet Johannes Rasmus van der Merwe en de wed:e wylen Willem Schalk van der Merwe op den 2 Maart 1818 ende zulks op t aangeven van gem: veldcornet J:A: van der Merwe en wed:e W:S: van der Merwe, dewelke betuigde hierinne ter goeder trouw te hebben gehandelt en niets met weten verzwegen of agtergehouden te hebben, verklarende hun dus bereid deze opgave ten allen tyde des gevorderd wordende met solemneele eede te staven en verdere belofte zo iets nader tot den boedel specteerende mogte ontdekken desen inventaris daarmede te zullen amplieeren en is zulks geschied ten byweesen van den veldcornet Johannes Charl Hugo en den burger Frans Daniel Joosten Janz:n als getuigen

Als getuigen: Jan Carl Hugo, Velt Kornet, Frans Daniel Jooste

J:P: van der Merwe Veltcornet

weduw W:m S:k van der Merwe

Ten mijnen overstaan: J:C: Winterbach, H:k von de Landd:

Nadere opgaaf der erfgenamen, in den boedel van wylen Willem Janse van Rensburg.

a) Hester Helena Janse van Rensburg, gehuuwd met Johannes Cornelis Joosten Janz:n
b) Willem Janse van Rensburg
c) Daniel Jacobus Janse van Rensburg
d) Susanna Sophia Janse van Rensburg gehuuwd met Roelof van Heerden Willemzoon
e) Barendina Johanna Janse van Rensburg onmondig (oud 19 jaren)
6) Johannes Petrus Janse van Rensburg
7) de twee kinderen van wylen Elsje Aletta Janse van Rensburg in echt verwekt met Charl Petrus du Plessis Janz:n a) Johannes Petrus du Plessis
b) Willem Jacobus du Plessis
8) Bartholomina Jacoba Janse van Rensburg gehuuwd met Jacobus Wynand du Plessis
9) Hendrik Petrus Janse van Rensburg
10) Maartje Louisa Janse van Rensburg, voormaals wed: van wylen Wynand Louw du Plessis, en thans hertrouwd met Abraham Esterhuisen Jacobuszoon

J:C: Winterbach, H:k von de Land:

MOOC8/37.24

{18180326} 26 Maart 1818 Jacobus Joosten Fransz: , Anna Cornelia Wilhelmina Joosten

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door Jacobus Joosten Fransz: en Anna Cornelia Wilhelmina Joosten in gemeenschap bezeeten en door de eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, zynde dezelve bevonden te bestaan in als

Een stuk grond van de leeningsplaas genaamd de Driefonteinen geleegen in het Koude Bokkeveld , ingevolge notarielen contract, aan de overleedene onder zeekere bepalingen, afgestaan, door Gerrit Snijman, welk grond door de overleedene in erfpacht versogt zijnde, onlangs bij nameeting is bevonden
In het voorhuis
een thee tavel
een aanzet tavel
een groote kist
een handwaschbalie
twee kopjes en een piering
een kopere schenkkeetel en comfoor
een kopere koffykeeteltje en een yzere comfoor
een tinne trekpot
ses stoelen in zoort
In de kamer te regterhand
een katel met twee bedden en toebehooren
een schietgeweer met zyn rak
seeve vlakke aarde borden
vyf diepe aarde borden
vier wit aarde schootels
twee tinne schootels
acht tinne leepels
derthien tinne vorken
een soupleepel
twee tafelmessen
een zoutvaatje
een blikke peeperbus
een aarde beeker
vier glaazen in zoort
ses vlessen in zoort
ses bottels in zoort
een glaase kraf defect
een Keulse kan
een blikke tregter
drie kandelaars in zoort
een snuiter
een kopere vyzel en stamper
twee kanne in zoort
een blikke trommel
een tinne boterpotje
acht boeken in zoort
In de combuijs
drie emmers
vijf yzere potten in zoort
twee kopere keetels
een yzere rooster
een borde rak
een bakkist en een broodkist
een aardepot
In een buiten vertrek zynde een smits winkel
een blaas balk
een ambeeld
een schroef
een voorhamer
twaalf hamers in zoort
vijf tangen in zoort
twee leeren
vyf vormen in zoort
drie optrek haaken
ses spanhaaken
vier spypennen
vir deurslagen in zoort
een halve staaf yzer
een party oud yzer
In een buitenvertrek, zynde een timmermanswinkel
een schaafbank
een schroef
twaalf schaaven in zoort
drie span zagen
een hand zaag
een nood zaag
een handbijl
seeve groote booren in zoort
twee omslagen met klijne booren
twee dissels
een holdissel
twee snymessen
drie bytels in zoort
twee gussen
een winkelhaak en kruishout
een passer
een rasp
ses veylen in zoort
een kuijpers kroos
een draagbord
een agtertang van een wagen en een kisje met rommeling
een oude buijkplank en wat rommeling
In de wagen huis
een oude ossewaagen met een remketting
een eg met ysere tanden
twintig speeken
een voortang en twee agtertangen
een handmoolen
een oude voortang
In de paarde stal
acht wage paarden
een rydpaard
acht tuijgen defect
twee oude zadels en een toom
Lijfeygenen
een slavejongen genaamd Februarij van Mosambique , zynde een smit
een huismeid Rosina van de Kaap met haar kind Sara

Terwyl verder door de wed: wierd opgegeeven dat zig nog bij Johannes Gerhardus le Roex een hondert schaapen op de helft van aanteel aan hem gegeeven zoude bevinden, als ook dat zig nog onder Gabriel Tim als hertrouwd met Martha van Heerden weduwe Joh:s van Heerden, bevond het moederlijk erfdeel van wylen Magdalena Aletta van Heerden, als zijnde het zelve nimmer aan wijlen haar man uitgekeert.

Baaten des boedels
Jacobus Lodewicus Theron en Jacobus Joh:s Esterhuijzen, blykens onderhandsche obligatie eene somma van vier hondert ryksdaalders
Lasten des boedels
  aan den boedel van wylen de weduwe Willem Janze van Rensburg d’ oude, blykens notarieele obligatie eene somma van vier hondert ryksdaalders, met area elf jaaren renten
  aan Cornelia Susanna de Klerk weduwe Frans Joosten, blykens onderhandsche obligatie eene somma van vyf hondert ryksdaalders, met twee jaaren verloope renten
  aan Petrus Johannes Joosten Janz: volgens bewijs, eene somma van seeventig ryksdaalders en seeven schellingen
voldaan den 3 Novb:r 1819 aan Francina Joosten weduwe Jacobus Lodovicus Theron, volgens bewijs eene somme van ses en vyftig ryksdaalders
vold: den 24 Octob: 1820 aan Jacobus Johannes Esterhuijzen d’ oude over koop van hamels, eene somma van vijf en dertig ryksdaalders
  aan zo veel den boedel, nog weegens moederlijk erfdeel van de voorkinderen debet is als
  aan Magdalena Aletta Joosten, door den overleedene in huwelijk geprocreert bij wylen Magdalena Aletta van Heerden, dog welk kinderlijk erfdeel de wed:e niet kan opgeeven
  aan Hester Johanna Joosten, in huwelijk door den overleedene geprocreert, bij wylen Hester Johanna Janze van Rensburg, blykens acte van kinderbewijs de dato 17 Feb: 1810 voor den toenmaligen notaris publiek de heer J:H: Neethling opgerigt, eene somma van vier hondert en seeven ryksd:s seeven schellingen en drie stuivers
Erfgenaamen
1) Magdalena Aletta Joosten geb: den 27 Dec: 1801
2) Hester Johnna Joosten geb: den 1 Octb:r 1803
3) Anna Magdalena Joosten geb: den 4 Feb: 1814
4) Cornelia Petronella Joosten geb: den 17 Meij 1817

Aldus gedaan en g’inventariseerd op het erf, geleegen in de leeningsplaats van Gerrit Snyman, genaamd de Driefonteinen , den 26:e dag der maand Maart 1818 ter op en aangaave van de in den hoofde deezen voormelde weduwe Anna Cornelia Wilhelmina Joosten, dewelke betuijgde haar daarinne ter goeder trouw te hebben gedraagen en niets met weeten verzweegen of agtergehouden te hebben van al het geene tot den boedel en nalatenschap behoort, bereijd zijnde des gerequireert werdende ten allen tyde met solemneele eede te bevestigen, en verder beloften zo in der tyd iets nader tot gem: boedel behoorende mogte koomen te ontddekken deezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren, ter presentie van Johannes Henricus Meiring een den Boode Fredrik Mong als getuijgen

Als getuigen: J:H: Meiring, F: Mong

Anna Cornelia Wilemiena Joosten weduwe wylen den burger Jacobus Jooste Frans zoon

In kennisse van mij: J:H: Fischer, Landd:

MOOC8/37.25

{18210307} 7 Maart 1821 Albert Hendrik Gildenhuyzen

ets: 28 Maart 1821

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten als er op den 7 Maart 1821 ter plaatse van de weduwe Albert Hendrik Gildenhuijzen gelegen aan de Bot Revier onder het district Caledon ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door Albert Hendrik Gildenhuyzen Albert Hendrik zoon komende den overledene als erfgenamen te succedeeren in de eene helfte deszelfs moeder Maria Dorothea Radyn weduwe van wylen Albert Hendrik Gildenhuyzen - de wed:e woonagtig aan Botrivier en in de weder helfte des overledenen onder volgende eig broeders en zusters

1) Anna Geertrui oud 33 jaaren
2) Barend Petrus 30
3) Christina Maria 27
4) Jurie Johannes 23

Zodanig als dezelve nalatenschap door mij veldcornet en meede geteekende getuigen na volgens de opgave van voorsz: wed:e Gildenhuijzen is opgenomen en in geschrifte gebragt bestaande dezelve in het volgende

agt trek ossen
tien bokken
een rijd paard
een zadel en toom
Baten of crediten des boedels
ryxd:s een honderd twe en dertig en vier schell:e
Lasten des boedels
ryxd:s negen en dertig aan Barend Pet:s Gildenhuysen
aan dikwyls gemelde wed: Gildenhuyzen voor begraafnis onkosten eene som van een honderd en tien ryksd:rs
kerken geregtigheid eene som van rd:s[ ..... ]

Aldus geinventariseerd ter plaatze voorszs op den 7 Maart 1821

Als getuigen: W:R: van As, D:W: Esterhuijsen

Voor den opgaaf: Maria Dorotia Radeijn

Wedewe A: Geldenheuijs

Veldcornet, N: Swart

  Rd:s
cont: 118
van trekossen 14
  132
  Rd:s
vendutie 406:1
contant 132:4
  Rd:s538:5
  Rd:s
begravenis kosten 110
nog na 34
veldc: [ ..... ] [ ..... ]

MOOC8/37.26

{18211110} 10 November 1821 Johan Christiaan Steyl Françina Johanna Holtshauzen

P:G: Brink

Staat en inventaris van de goederen en effecten behorende tot den boedel en nalatenschap van wylen Françina Johanna Holtshauzen oud 18 jaaren, overleeden ter plaatze genaamd Wegwyzers Rivier in het district van Swellendam gelegen en behoorende aan Johannes Christiaan Steyl d’ oude, op den 22 July laatstleden en derzelver nagelatene man Johan Christiaan Steyl.

Gedaan maken door gemelde J:C: Steyl en de zulks ter requisitie van het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie als voogden over het minderjarige kind van gem: Francina Johanna Holtshauzen in naame

Hans Lodewyk Steyl geboren op den 20:ste December 1820

bestaande dezelve goederen en effecten in als volgd

een bed, drie kussings en een deken
een kadel
twee stoelen
een kist
een koffer
een schuyfdoos
een blikke schotel
een half dozyn borden
twee tinne eet lepels
twee tinne forken
vier kopjes en schoteltjes
twee glazen
een rasp
een oude Bybel
drie bottels en een beeker
een ploeg
twee houtbylen
een boter karn
een boter vat
een kraan zaag
een party gereedschap
een osse wagen met de nodige trekgoed
drie yzere potten in zoort
een keetel
een emmer
twaalf trekossen
vyf aanteel beesten
Inne schulden
van Christoffel Fredrik Bothman woonachtig te Graaff Reinet blykens eene aan hem ter incasseering ongegunne onderhandsche bewys, ten lasten Marthinus Muller groot twee honderd ryksd:s dan welke som in gevolge verleend certificaat van gem: Muller door hem aan Gert Croeser woonachtig in de Kaap Stad zoude zyn afbetaald zonder dat ’t gem: bedragen tot nu toe is verantwoord
het erf deel van wylen zyne huysvrouw uit de boedel van haare moeder Martha Susanna du Plessies en haare nagelatene man Pet:s Joseph:s Holtshauzen, door Heeren Weesmeesteren geadministreerd werdende
Lasten des boedels
aan Christoffel Coetzee een honderd en veertig ryksdaalders - vide vonnis
aan Hans Steyl de oude zestig ryksdaalders
aan Daniel Cronje drie honderd ryksdaalders
aan Cornelis Cronje vyftig ryksdaalders - blykens aangeven van bewys rd:s55 vold:

Op heden den 10 November 1821 compareerde voor Andreas Tobias Kolver als waarneemende voor den Secretaris deezes districts de heer J:F: Bam in qualiteit als Agent van het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren opgem: Johan Christian Steyl, dewelke verklaarde zich in het op en aangeeven van deezen inventaris getrouwlyk en oprechtelyk te hebben gedragen en zyns weetens niets agtergehouden of verzweegen te hebben dat tot dien boedel zoude behoren, met belofte van ingeval het een of ander tot dien boedel behoorende mogte worden gevonden als dan deezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren en vergrooten zynde, hy comparant overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd deeze zyne opgave met solemneele eede te bevestigen.

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze genaamd de Melkhoute Kraal toebehorende aan W:J: Oosthuyzen den 10 November 1821.

Johan Cristian Stijl

My present: A:W: Blom, C:

Ampliatie

MOOC8/37.27

{18211026} 26 October 1821 Joseph Martin

Ehh: 7 Nov: 1821

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten als er op den 18 deezer loopende maand October in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd een en twintig ab intestato met er dood zyn ontruimd en nagelaten door Joseph Martin gebooren in het Koningryk Beijeren voormaals zoldaat in zyne Majisteit Sestigste Regiment overleeden in het Merchant’s Seamen Hospital zoodanig als dezelve goederen door het Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie ten regarde zyner onbekende uitlandige erfgenamen ampshalven onder hun Eerwaardens administratie zyn genomen en door my ondergeteekende ten huize van Heinrich Kempfel zyn g’inventariseerd en ingeschrifte gebragt.

Bestaande dezelve in het volgende

een koffer waarin
een half sleete jas
een rok
een jekket
zes hembden
zes onderbaatjes
een bove baatje
vier linnesche, twee flennelle, een ledere en een Duffelsche broeken
twee flennelle onder hembden
zeven doeken
vyf paaren kousen
twee nacht mutsen
een hoed
een paar laarsen
een paars schoenen
twee scheer messen een scheerdoos en een slypsteen
twee kruid hoorns een met wat kruid
twee hagel zakken met wat hagel
Baten des boedels
geen
Lasten des boedels
aan Heinrich Kempfel voor huisvesting kost en drank etc:a vier en vyftig ryksdaalders zeven schell: en 4 stuivers
aan Albert Stark voor kontant geleend geld vier honderd ryksdaalders

Aldus geinventariseerd ten huizen voorsch: op den 26 October 1821 volgens de op en aangave, van de in den hoofde deezes gemelde Heinrich Kempfel, dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe gedragen, en wetens, en willens, niets agtergehouden of verzweegen te hebben tot voorsch: boedel is behoorende, met verder belofte, om zoo hierna nog iets door hem, mogte worden ontdekt tot voorschreevene nalatenschap specteerende, daarvan getrouwelyk en nader ter Weeskamer opgave te zullen doen.

Waarom hy dan ook verklaarde bereid en genegen te zyn de deugdelykheid van deeze zyne opgave, des vereischt wordende ten allen tyde met solemneele eede te sterken.

Voor de opgaaf: H: Kempfel

My present: J:P: de Wet

MOOC8/37.28

{18211218} 18 December 1821 Willem Adriaan van Deventer , Cornelia Margarita Potgieter

Inventaris en tauxatie des boedels van Willem Adriaan van Deventer en wylen des selft huys vrouw Cornelia Margarita Potgieter en leven in gemeenschap bezeten

Losse goederen
1 wagekist
nagelatene klederen
5 rokken
1 kappi
1 kabaaij
1 tjaallij
Beestiaal
7 trek ossen
29 aanteel beesten
56 schapen
1 rey paart
Baaten des boedels
[ ..... ]
Lasten des boedels
  Rd:s
Pieter B: Botha T:zoon voor 1 vat weyn 36:--:--
H: Wigt 39:4:4
Erfgenaamen
volle zusters 1) Clara Isabella Potgieter
2) Johanna Tresia Potgieter
3) Marta Cattarina Potgieter
de tweede huwelyk Sara Fr: Greef verwekt 4) Sara Helena Maria Potgieter
5) Hester Elisabet Potgieter
6) Jacobus Joh: Potgieter
7) Maria Cattarina Potgieter
8) Johanna Maria Potgieter

Mits deze

Wy onder getekenen certiviceere volgens het aan geven van Willem Adriaan van Deventer voorsch: inventarisatie gedaan en naar onze beste weten getauxeert te hebben belooften de gem: W:A: van Deventer indien er nog iets mogte te voorschyn komen dat niet in deze inventarisatie vermeld is daar van opgaven te zullen omme hiernevens gevoegt te worden volgens het geen hier bekend is voorsch: inventaris de geheele gemeenschappelyk boedel is in houdende

Bruintjeshoogte den 18 December 1821.

W:W: Viljoen, Veldcornet

Getuyge: Theunis Christoffel Botha

Johanna Etresia is nu getroud met Johannus Lodewikus van Deventer W: zoon

Den weledele heer J:J: Lesueur, Secretaris Albanien

MOOC8/37.29

{18190814} 14 Augustus 1819 Hendrik Petrus Janze van Vuuren , Magdalena Judik Forie

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Hendrik Petrus Janze van Vuuren en desselfs nagelatene wed:e Magdalena Judik Forie in gemeenschap bezeten, en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

1 stoel en stoof
1 bed
1 schiet geweer
1 boek
7 lepels en 2 voken
1 ledige kist
1 drievoet
1 paard
168 schapen
8 beesten
Contanten
nihil
Baten des boedels
eene pretentie ter Weeskamer groot rd:s drie en zeventig
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen
Hendrik Petrus Janze van Vuuren gebooren op den 22 April 1819

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Zaturdag den 14 Augustus 1819 ten dorpe Beaufort , volgends op en aangeeven van Magdalena Judik Forie, wed:e wylen H:P: Janze van Vuuren, dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeve des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten verswegen of agtergehouden te hebben, verklarende zig dus bereid deeze haare aangifte des gevorderd wordende ten allen tyden met solemnele eede te staaven, met al verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken dezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdrost ter presentie van den clercq G: Taute en de bode J: Bodenstein als getuigen

Voor de opgaave: Magdalena Judik Vorie

Als getuigen: G: Taute, J: Bodenstein

J:C: Baird, adj:t Land:

MOOC8/37.30

{18210802} 2 Augustus 1821 Nuklaas Jakobus Linde

Inventaris op gemaakt door den veldcornet M:C: Eksteen wegens den bezit van den Burger Nuklaas Jakobus Linde gebore in het jaar 1802 op den 8 Maart en de boedel opgenomen op den 2 August 1821 van wegens den overledene Nuklaas Jakobus Linde op den 28 Januarij 1821

Zyne bezitting bestaat als hier onder vermelt getakzeert door den Veldcornet en twee getuyge en door hem getekend

  Rd:s
2 roon paarde getakzeert tegen 80
2 merrie paarde getakzeert tegen 50
2 merrie paarde getakzeert tegen 40
1 merrie [paarde] getakzeert tegen 15
2 jonge hingszies getakzeert tegen 45
2 merrie vullens getakzeert tegen 15
1 jonge osze getakzeert tegen 40
3 aanteel beeste getakzeert tegen 20
  Rd:s305

Als getuigen: M:C: Eksteen, v:t, P:C: Kleu, L:C: Kurklauch

MOOC8/37.31

{18200918} 18 September 1820 Johan Fredrik Hässner , Martha Maria du Toit

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er in gemeenschap zyn bezeeten by Johan Fredrik Hässner en desselfs huisvrouw Martha Maria du Toit voormaals weduwe van wylen Joseph Daniel le Ries, mitsg:s van de zyde des eerstgenoemden op Zondag den twintigsten dag der maand Augustus in den jaare een duizend acht honderd en twintig, met er dood ontruimd ende nagelaten, hebbende de overledenen by testamentaire dispositie in dato 10:de September 1817 voor den Notaris publiek, resideerende in het dorp Caledon in het district Zwellendam George Christiaan Bergman en getuigen met opgem: zyne huisvrouw mutueel opgerigt, tot zyne eenige en universeele erfgenamen benoemd en geinstitueert de hierondertemeldene kinderen in twee onderscheidene huwelyken verwekt, als

by zyne vooroverleedene huisvrouw Jacoba Elisabeth Ackerman geprocreeerd, met naame 1) Alida Jacoba Carolina gehuwd met den majoor van het Kaapsch Regiment in diens van zyne Groot Brittannische Majesteit in name Donald M’Cniel en
2) Jan Fredrik Donald Hässner oud 11 jaren
by voormelde zyne huisvrouw verwekt, in naame 1) Johanna Elisabeth oud 2 jaren en 3 maanden
2) Jacoba Fredrica Hässner oud 1 jaar en 3 maanden

zynde wyders door den overleedene by zeekere onderhandsche acte in dato 24:ste May 1819, uit krachte der clausule reservatoir, in hunlieder testament geinsereerd aan den voet van het zelve gemaakt, tot executeuren zynes testaments, redderaars des boedels en voogden over zyne onmondige erfgenamen, verzogt benoemd en aangesteld, Heeren Weesmeesteren deezer Colonie, wiens volgende den gemeenschappelyken boedel door ons ondergeteekende gecomm: Weesmeesteren is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan, in de volgende, namentlyk

Een plaas ofte hofsteede genaamd l’ Arc d’Orleans gelegen in ’t district van Drakenstein , aan de Wemmers Hoeks Rivier
een stuk altoos duurend erfpagt land gelegen annex gemelde plaats groot in zynen grond 11 morgen en 394 quadraat roeden
een stuk altoos duurend erfpagt land gelegen annex gemelde plaats gelegen groot in zynen grond 75 morgen en 297 quadraat roeden
een opstal der leenings plaats gen:d in de Zacharias Hoek geleegen aan de Wemmers Hoek Rivier annex bovengem: plaats
een opstal der leenings plaats gen:d Boebezaks Kraal gelegen in de Zaldanha Baay agter de Patryse Berg , nevens het regt op zodanig reeds in gemeeten altoos duurend erfpacht land

Op eerstgemelde plaats in het woonhuis en aldaar

In het voorhuis
vier venster gordynen
vyf schilderyen
vier aanzet eetens tavels
een thee tavel
twee vierkante [tavel]
een rustbank
twaalf stoelen met zes groene mattrassen
een eetens kast (waarop:)
een verlakte schenkblad
een thee balie, en (waarin)
een verlakte broodbak
een verlakte schenkbladje
vier stooven
In een in de muur gemetzelde glaase kast
een rood kopere ketel en comfoor - overberg
zes verlakte bottel bakjes
twee pletit kandelaars
een zilvere trekpot met zyn blaadje
een zilvere melkkan
een zilvere zoeplepel
agt en twintig zilvere eetlepels
een doezyn zilvere vorken
een zilvere zuikertang
vier zilvere theelepels
twee zilvere confituur vorkjes
twee zilvere zout lepeltjes
een pletit zoud en azyn stander
twee tinne zout vatjes
twee glaase karaften
zes bierglaassen
vyftien kelkjes
een schenkblad
In de kamer ter regterhand
een termomeeter
een brand spiegel
twee beddens
een peuluw
zeven kussens
twee deekens (in zoort)
een vierkante taveltje
vier leuning stoelen
een glaase kast (:waarin:) eenige vlessen medicamenten
een diamant om ruiten te snyden
twee trommels
drie aarde potten
een kast (:waarin:)
twee ledige trommels
een thee bus
een goud horologie welke de weduwe declareerd van haar overleedene echtgenoot te hebben vernomen dat hetzelve het eigendom zoude zyn, van zyne uitlandige dochter
twee zilvere zak horologies
als mede de kleederen van den overleedenen
een rak (:waarop:)
een parthy boeken
een rak (:waarop:)
een kistje met chirurgicale instrumenten
een verrekyker
vier steene mortieren met drie stampers
een koopere kraan
een koopere pan
twee tande trekkers
een spatel
een kistje met een schaaltje en wat gewigt
tien leedige bottels
agt Keulse kannen
een defecte pistool
een hamer
twee oly steenen
een zeeftje
vier foudralen en een zakje met chirurgyns instrumenten
een party potjes en vlesjes
twee spuitjes
twee klisteer spuiten
een tobacs [spuiten]
een schenkblad
een slonstje
een koffer (:waarin:) na de Weeskamer overgebragt
eenige papieren
een nagt spiegel
een parasol
In een agterkamer n:o 1
een spiegel met noote boome lysten
twee schilderyen met vergulde lysten zynde familie stukken, van wylen Hässner dezelve onverkogt gelaten, en voor de minderjarigen uitgehouden
drie schilderyen kleinder
twee vierkante taveltjes
twaalf stoelen
een thee kistje (:waarin)
een glas en
een zilvere leepeltje
een ledikant met chitze behangzel (:waarop)
een bed
een peuluw
vier kussens
een catoene deeken
een ledikant met geruite behangzel (:waarop:)
een bed
een peuluw
vier kussens
een catoene deeken
twee bed tapyten
een kleder kast
een tobacs doos
twee waterpotten
In een agterkamer n:o 2
een spiegeltje met noote boome lysten
een kadel (:waarop:)
een bed
een peuluw
drie kussens
een voerchitze deeken
twee kadels
een klederkast
een tavel kast
twaalf stoelen
een koffer aan Jan Hässner afgegeven voor zyn klederen
drie tinne waterpotten
een koffy molen
In een agterkamer n:o 3
een groote ledige kist
een water emmer met kopere hoepels en deksel
een meelzift
twee porcelaine zoepkommen
een porcelaine visch schotel
agtien porcelaine schotels (:in soort:)
negen porcelaine diepe borden
vier en twintig porcelaine vlakke borden
elf witte aarde schotels
dertien witte aarde diepe borden
agt en twintig witte aarde vlakke borden
een wit aarde boter pottje
twee wit aarde zuiker [pottje]
een blaauwe aarde zuiker pottje
twaalf blaauwe aarde kopjes en pierings
een transeer mes en vork
vertien tavel messen
twaalf staale vorken
In de dispens
een rak waarop
negen aarde potten in soort
drie porcelaine potten
zeven bottels
een aarde kannetje
vier boter karnen (in soort:)
twee boter vatjes
een boterbak
een melkbalie
een trommeltje
een worsspuit
een rasp
een rolstok
een vleesch balie
een balans met twee kopere schalen en vier stukken gewigt
twee gorgeletten
In de keuken
twee tavels
een bakkist
een brood balie
een pottebank (:waarop:)
elf yzere poten (in soort)
vier emmers
twee kleine emmers
een water halfaam
een wasch balie
een koffy pot (:blik:)
twee kopere blakers met twee staale snuiters
vier kopere kandelaars
een kopere hand quispeldoor
drie stryk yzers
een kopere vysel met zyn stamper
twee roosters
twee potleepels
een schuimspan
een vleesvork
een broodschop
Op de zolder
drie taarte pannen
een braad [pannen]
een koeke [pannen]
een confyt keetel
een vergietes
een brood mes met zyn bank
een hak bord met zyn bank
een leedige kist
een mattefaam
drie mattjes
een koorn zift
een stelletje
twee oude tentzylen
een bed
een peuluw
vier kussens
een wolle deeken
een bed
een peuluw
twee kussens
een deken
een kapstok
twee ramen
een party houtwerk
twee stukken hout tot dissel boomen
twee sluit manden
een vuur mand
een schuifdoos
een aarde kan
een aarde pot
een velt stoel
eenige stukken kryt
een blikke oly kan
een vleesch vat
zes kraal krammen (yzere)
een handboei
twee koorn zikkels
een party oud yzer en voorts
een party rommeling
twee blikke kastrollen
In de wyn kelder
een stik vat
negentien, agtien halfaams vaten
zeven wyn leggers
twee azyn leggers
een naloop legger
twee halve [legger]
drie half aamen
zeven kuipen
een trap balie met zyn boom
vier druiwe balies
een doppe [balies]
vyf wyn emmers
twee wyn tregters
twee wyn kranen
twee tregters (:in soort:)
een ladder
zes vrugte stellatien
agt Sylonse geelhoute planken
drie witte houte planken
twee vlootjes
een aarde kan
een koorn scheepel
agt steene vormen
twee stukken yzerhout
een tinne wynpomp
twaalf graven
elf pikken
twee koevoeten
In de molen
twee belhamers
twee nieuwe ploeg scharen
veertien halfsleete muddezakken
een half wors kavelgaren
In het wagenhuis
een kapwagen met zyn toebehoren
een schaafbank
een raamzaag
een spanzaag
een trekzaag
twee fokswansen
vier steek zagen
een span zaag (defect)
vyf en zestig schaven (in soort)
vyf kruishouten
zestien bytels (in soort)
een soldeer yzer
zestien vylen en raspen
twee spook schaven
twee nyp tangen
vier en twintig booren
vier omslagen
vyftien schaaf bytels
zeven avegaars booren
twee verstek haken
vier winkel haken
een dissel
een snymes
een hand byl
vier hand schroeven
een yzere sersant
een houte knegt
twee schragen
een lympot
een deur koezyn
een gereedschap kist en voorts
een party hout en yzerwerk
een span tuigen
een leedige voerkist
In een buiten vertrek
een bed
een peuluw
twee kussens
een wolle deeken
een tavel
een verfsteen
een geweer rak
een (defecte) kadel
In de smits winkel
een blaas balg
een ambeeld
een speerhaak
drie voor hamer
twee hand [hamer]
een zet hamer
veertien hamers (in soort)
zes smits tangen (in soort)
een yzere boor
veertien vylen en raspen
drie yzere snytuigen
twee yzere staven
een bankschroef
een yzere hand schroef
een slypsteen en voorts
een party oud yzer
een kadel (waarop)
een oude mattras
een kussen
een peuluw
een deeken
een taveltje
een leuningstoel
een kopere blaker
twee zwengels
vier deurslagen
Op de werf
een klok
een paarde wagen met tent en zeyl
een paarde wagen zonder tent en zeyl
een chais met twee tuigen
een kar
vyf osse wagens (waarvan een defect)
vyf span jukken en trektouw
drie ploegen
een eg
vyf wynbokken
drie rem kettings
een hoop hout
een brandewyns keetel compleet
Lyfeigenen
overb: een mansslaaf gen:d Cupido van Java oud 78 jaren, metzelaar
  een mansslaaf gen:d Absolon van Madagascar oud 53 jaren, werksjongen
  een mansslaaf gen:d Damon van Madagascar oud 43 jaren, werksjongen
  een mansslaaf gen:d Mentor van Mosambicque oud 38 jaren, werksjongen
  een mansslaaf gen:d February van Mosambicque oud 39 jaren, werksjongen
  een mansslaaf gen:d Moses van Mosambicque oud 39 jaren, werksjongen
  een mansslaaf gen:d Spadielle van Mosambicque oud 39 jaren, werksjongen
  een mansslaaf gen:d Apollos van de Kaap oud 21 jaren, werksjongen
  een mansslaaf gen:d Onverwagt van de Kaap oud 19 jaren (timmerman)
Overb: aan het bad een slavin gen:d Spasie van Mosambicque oud 53 jaren (kokkin)
  een slavin gen:d Philida n:o 1 van Mosambicque oud 43 jaren (kokkin)
  een slavin gen:d Jolinda van Mosamicque oud 43 jaren (waschmeid)
  een slavin gen:d Regina van Mosambicque oud 38 jaren, huismeid
  een slave jongetje gen:d Isaac van de Kaap oud 6 jaren
  een slavin gen:d Dina van de Kaap oud 8 jaren
  een slavin gen:d Philida n:o 2 van de Kaap oud 4 jaren
  een mansslaaf gen:d Frans van de Kaap oud 33 jaren (kok)
  een mansslaaf gen:d Ontong van Java oud 33 jaren, metzelaar
  een mansslaaf gen:d October van Bengalen oud 40 jaren (:kledermaker)
gek een mansslaaf gen:d David van Mosambicque oud 44 jaren
  een mansslaaf gen:d Isaac n:o 2 van Mosambicque oud 39 jaren
gek een mansslaaf gen:d July van Mosambicque oud 40 jaren
Overb: aan het bad een mansslaaf gen:d Hector van Mallabaar oud 36 jaren
gek een mansslaaf gen:d Benjamin van de Kaap oud 25 jaren
  een mansslaaf gen:d Galant van Mosambicque 24 oud jaren
  een slavin gen:d Diana van de Kaap oud 29 jaren
  een slavin gen:d Dina n:o 2 van de Kaap oud 15 jaren
gek een slavin gen:d Steyn van de Kaap oud [ ..... ]
  een slavin gen:d Philida van de Kaap oud 9 maanden
  een slavin gen:d Sara van de Kaap oud 43 jaren, naaister, onverkogt te laten om dat dezelve in vrydom behoord te worden gesteld, zodra zy een bedragen van rd:s900 zynde het resteerende gedeelte der kooppenningen van rd:s1500 waarvoor zy aan haarzelve is afgestaan, zal hebbe opgebragt, blykens Heeren Weesmeesteren resolutie van den 13:de deeser
17 July 1814 Heuget een mansslaaf gen:d Apollus van Madagascar almede onverkogt te laten omdat aan hem de keus is gelaten het zy by de weduwe dan wel in der tyd by een der meerderjarige kinderen te willen gaan inwoonen, vide acte van tauxatie des boedels van gem: weduwe en wylen haare eerste man Joseph Daniel le Riche en het daarop genomene besluit van Heeren Weesmeesteren de dato 13:de deezer
  Voorts nog de ondertenoemene slaven en slavinnen voorkomende uit den boedel van haar en wylen haren eerste man voorsz: Joseph Daniel le Riche, om ingevolge hunne begeerte by de acte van tauxatie genoteerd op ieder hunner kinderen te moeten overgaan en navolgens Heeren Weesmeesteren resolutie van den 13:de deezer op ieder te worden overgeschreeven en getransporteerd, te weeten
  een mansslaaf gen:d Arie van de Kaap oud [ ..... ] jaren op Joseph Daniel le Riche
  een mansslaaf gen:d Job van Madagascar oud [ ..... ] op Johannes Stephanus le Riche, en aan dezelve daaren boven nog rd:s500 omdat deeze slaaf uit hoofde van desselfs meerderjaaren dan de andere slaven door de wed:e en haar eerst overledene man zo veel minder waardig is bevonden
  een mansslaaf gen:d Salomon van de Kaap oud [ ..... ] jaren op Adriaan Daniel le Riche
  een slavin gen:d Rachel van de Kaap oud [ ..... ] jaren op Martha Maria le Riche
  een mansslaaf gen:d Stephanus van de Kaap oud [ ..... ] jaren op Pieter Jacobus le Riche
  een slavin gen:d Bella van de Kaap oud [ ..... ] jaren op Elisabeth Magdalena le Riche
Beestiaal
zes en zeventig trek ossen
zes en zestig aanteel beesten
agt waage paarden
een ryd paard
een en twintig aanteel paarden
Inne schulden
  Rd:s
van de heer Pieter Woutersen over koop van 17 leggers wyn 1700
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de zes minderjarige kinderen door de in den hoofde deeses gemelde wed:e by wylen haare eerste egtgenoot Joseph Daniel le Riche verwekt, genaamd Joseph Daniel, Johannes Stephanus, Adriaan Daniel, Martha Maria, Petrus Jacobus en Elisabeth Magdalena le Riche, voor vaderlyke erffenisse blykens acte van tauxatie dato 20 May 1817 aan ieder rd:s4913:5:1 ofte aan alle te zamen 29481.42
als mede nog aan Johannes Stephanus le Riche, voor de mindere waare van de aan hem vermaakte slaaf gen:d Job, ingevolge het genoteerde by de acte van tauxatie aan contante penn: 500:--
aan de twee in den hoofde deeses gemelde kinderen door den overleden by zyne vooroverledene huisvrouw Jacoba Elisabeth Ackerman verwekt, voor moederlyke erffenisse blykens acte van tauxatie de dato 26:ste May 1817 aan ieder rd:s7020:3 1/2 st: ofte aan beide 14040:7
aan de Weeskamer op een in dato 5:de September 1806 ten behoeve van den heer G:A: Watermeyer gepasseerde en door hem by acte van ultimo October daaraanvolgende aan de Kamer gecideerde schepenenkennis groot aan capital ƒ5000 ofte 1666:32
aan de Weeskamer op een Weesmeesteren kennis de dato 9:de Juny 1809 groot aan captaal ƒ5000 ofte 1666:32
aan de Weeskamer op een schepenenkennis de dato 12:de October 1810 aan de voogden van de minderjarige M:J:W: Elser gepasseerd en op den 27:ste August 1812 aan de Kamer gecideerd aan capitaal ƒ13000 ofte 4333:16
aan de Weeskamer op een Weesmeesterenkennis de dato 26:ste May 1815 aan capitaal per rest ƒ5000 ofte 1666:32
met de rentern op alle de bovengem: capitalen zedert [ ..... ]
aan de Bank van Leening by bankkennis de dato 13:de September 1805 per rest ƒ4800 ofte 1600:--
aan de Bank van Leening by bankkennis de dato 8:ste October 1807 groot aan capitaal ƒ15000 ofte 5000:--
met de renten op beide capitalen zedert [ ..... ]
aan de heer G:A: Watermeyer by notarieele obligatie de dato 7:de Juny 1809 groot aan capitaal ƒ5000 ofte 1666:32
met de renten zedert [ ..... ]
aan de uitlandige heer Andries Stephanus Amyot, op een schepenenkennis de dato 4:de February 1812 groot aan capitaal ƒ12000 ofte 4000:--
met de renten zeedert [ ..... ]
aan de heer en m:r Johannes Henoch Neethling, op een notarieele obligatie de dato 24:ste October 1815 groot aan capitaal ƒ6000 ofte 2000:--
met de renten zeedert [ ..... ]
aan mejufvrouw dew:e van wylen Cornelis van der Poel op een schepenenkennis de dato 12:de February 1819 groot aan capitaal ƒ20000 ofte 6666:32
met de renten zeedert [ ..... ]
aan de heer William Hussey op een schepenenkennis de dato 12:de February 1819 groot aan capitaal ƒ9000 ofte 3000:--
met de renten zedert [ ..... ]
aan de heer William Hussey op een notarieele obligatie de dato 3:de August 1819 groot aan capitaal ƒ9000 ofte 3000:--
met de renten zedert [ ..... ]
aan de heer Pieter Woutersen op een onderhandsch obligatie de dato 17:de February 1819, aan capitaal ƒ6000 ofte 2000:--
met de renten zedert 17:de Februay 1819
aan de heer Pieter Woutersen over contant geleende 500:--
aan de wed:e Johannes Jacobus Tesselaar over koop van een slave jongen gen:d Mentor, ƒ6000 ofte 2000:--
aan mejufv: Martha Joubert wed:e Joh:s Stephanus du Toit, over successivelyk geleende contanten 210:--
aan voorm: Joseph Daniel le Riche over contant geleende penningen 800:--
met de renten zedert [ ..... ]
aan de slavin Sara, over door den overledene van haar gekogte timmermans gereedschap 100:--

Pro memoria word alhier genoteerd dat de boek en verdere inne schulden des boedels by ampliatie deeser nader zullen worden opgebragt.

Dat in den boedel nog is gevonden een doosje waarin eenige zilvere munt specien, zynde spaarpot penningen, en kleinodien, toebehoorende aan de minderjarige Jan Fredrik Donald Hässner, blykens eene daarvaan gevormeerde notietie, ten einde by H:H: voor dezelve in bewaring te worden gehouden.

Zo mede een goude zak horologie toebehorende aan de uitlandige Alida Jacoba Carolina Hässner huisvrouw van den majoor Donald M’cniel - gem: goud horologie aan den heer m:r W:J: Klerk die daartoe by brief is gequalificeerd afgegeeven den 6 April 1826

Aldus opgenomen en g’inventariseerd ter plaats voormeld op den 18:de September 1820 ende zulx op het op en aangeeven van de in den hoofde deeses gemelde weduwe, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en niets verzweegen of terug gehouden te hebben, van het geen tot gemelde boedel behoord, invoegen zy ook betuigde de deugdelykheid haarer opgave, ten allen tyden des geriquireerd werdende met eede gestand te doen en verdere belofte zo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende, mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyke opgave te zullen doen, ten einde deezen inventaris daarmede te kunnen worden geamplieerd.

In teeken der waarheid is deezen inventaris door de inventarient in tegenwoordigheid van gecomm:e Weesmeesteren ende my adj:t Commis behoorlyk onderteekend.

Als gecomm:e Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:F: Munnik

Voor den Opgaaf: M:M: Dutoit d:w: d:w:e J:F: Hässner

Mij present: P:E: Faure, adj:t Commis

Ampliatie

Op den 2 October door de heer Willem Jan Klerk opgegeeven

een barometer

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop 2 October

Mij present: P:E: Faure, adj:t C:

MOOC8/37.32

{18201028} 28 October 1820 Johan Fredrik Hässner , Martha Maria du Toit

Inventaris van zodanige goederen en effecten behoorende tot den boedel van wylen Johan Fred:k Hassner en nagelatene wed: Martha Maria du Toit invoegen als het een en ander door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle dezelve in het volgende, namentlyk

Een plaas ofte hofstede genaamd het Warme Bad gelegen aan de Swart Berg over het Hottentots Hollands gebergte zynde het voormalig Goevernements bads huis, mitsg:s zeeker stuk altoos duurent erfpagt land
een erf gemerkt L:a G: N:o 11
een erf gemerkt L:a G: N:o 12
een erf gemerkt L:a G: N:o 13
een erft gemerkt L:a G: N:o 14
een erf gemerkt L:a G: N:o 15 alle gelegen als voorn: onder het district van Swellendam

Op eerstgemelde plaats in het woonhuis en aldaar

In het voorhuis
een chitze ophaal gordyn
een blad tafel
twee vierkante [tafel]
zes stoelen
een tinne keetel met compfoir
een tinne trekpot
In de kamer ter regterhand
een spiegeltje
een leedikant met behangzel waarop
een bed en
vier kussens
een kadel
een vierkante tafeltje
zes stoelen
In de kamer ter linkerhand
een ledikant met chitze behangsel waarop
twee peuluwen
twee kussens
een tafel met een steene blad
een lessenaar
een geweer
een zabel
vier Keulse kannen
een blikke trommel
een porcelaine lampet en
een Latynsche en Nedertuytschs dictionaire
twee stooven en
voorts wat romm:
In de dispens
een toonbank met laaden waarin
twee klisteer spuyten
drie wit aarde soepterrine
tien wit aarde schootels
tien wit aarde borden
een glase boterpot
vyf waterglazen en vier wyn kelken
een glaase zoutvaatjes
twee glaase peperbussen
drie flessen en 9 bottels
een tinne trekpot en zuiker pot
een blekke tregter
vier aarde potten
een blekke brood bak
een hand lantaarn
een kopere ketel en comvoir
twee koopere kandelaare
een koopere blaker
een koopere vysel en stamper
een blikke blaker
een blikke koffy pot
een strijkeyser
twee schenkblaaden
een zuurkool schaaf
drie planken
zes kopjes en pierings
een zuiker potje
een trommel
In de kombuis
twee tafels
een bakkist
een waterhalfaam en kopere beeker
twee water emmers
zeven ysere potten in zoort
een blikke kasserol
een kopere taartepan
een kopere water keetel
een kopere steek bedde
een koekepan
een schuimspan
een vleesch vork
vyf schoorsteen kettings
een brood plaat
een obli yzer
een rolstok
een hakkebord en mes
een brood mes
een meel zeef
Op de zolder
vier en 3/4 mudden koorn
twee kasten
een vat
In een buiten vertrek n:o 1
een kast met medicamenten
een kelder met kruyden
een ledige kast
ee kan met lynoly
drie ledige [kan]
zestien koorn zikkels
tien koorn schoppen
twee wagen bankjes
twee bossen bind rottings
drie en tagtig hangzels en duimen
een party nuid haaken
zestien koopere en ysere scharniere
zeven schuifraam rollen
agt koopere deur plaatjes
negen deur krukken
zeven deur slooten
ee party schroeven
een kaf zeef
vier vaaten /open/
twee ankers
twee haaken
twee melk vaaten en voorts wat romm:
In een buiten vertrek n:o 2
een ledige kist en koffer
een azyn vat
een teer vat
ee party kabelgaaren
negentien steenen vormen
zeven emmers
een vat met wat zement
negen graven
vyf koefoeten
een mooker
twee ploeg schraaren
elf stukken gewigt
ee ysere balans met koopere schaalen
elf stukken loot
ee stuk plat loot
ee loode pyp
ee verf steen
vier verf vaatjes
drie bads steenen en voorts wat romm:
In een buiten vertrek n:o 3
vier kaadels
twee oude tafels
twee gemak stoelen
een bank schroef
zes honderd vyftig bossen dek stroo
twee honderd veertig bossen ruigten
Op de werf
agt deur kosynen
dertien vengsters kosynen
vier gemaakte en ongemaakte deuren
vyf vengster raamen
twintig stukken hout
drie planken
twee houte geuten
een huis ladder
agt Bataviaansche bamboessen
drie ploeggen
twee eggen
vier houte bokken
een kruywagen
twaalf oude en verrotte balken
twee groote houte zaag bokken
Beestiaal
vyf aanteel paarden
zes schaapen
In het logement van ’t badshuis
zeventien tafels
tien kaadels
agt en twintig stoelen
een koopere kraan
twee en vyftig balken in zoort
drie honderd en tien duygen
drie kly baly’s
drie ladders
een party stijger houten
een party gebakken steenen

Aldus g’inventariseerd op den plaats voorm: den 28 October 1820 ende zulx op het op en aangeven van de in den hoofde deezes voormelde wed:, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en haares weetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap is gehoorende, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid harer opgaave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gesegde nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons gecomm: Weesmeesteren ende my adjunct Commis door den inventarient eigenhandig onderteekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:F: Munnik

Marta Maria Dutoit d:w:d:w:e Hassner

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/37.33

{18220128} 28 Januarij 1822 Hendrik Fredrik Kromhout

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Vrijdag den 25 dag dezer maand Januarij in den jare onzes Heeren een duizend acht honderd twee en twintig ab intestato met er dood zijn ontruimd ende nagelaten door Hendrik Fredrik Kromhout ten voordeele der kinderen bij zijne vooroverledene huisvrouwe Luitje Kemp in huwelijk verwekt dan wel der vooroverledene wettige nakroost bij plaats vulling, met namen

1) Jan Michiel Cromhout
2) Geertruada Sophia Cromhout getrouwd met Lodewyk Krafft
3) de kinderen van wylen Hendrina Petronella Cromhout in huwelyk verwekt bij Johan Fred:k Smook, gen:d a) Joh:a Smook get:d met Fred:k Gustaaf Heijns
b) Maria Smook getrouwd met [ ..... ] Barendse
c) Hendrik Smook
d) Charlotta Smook
e) Hendrina Smook geh:d met [ ..... ] Staal
4) Maria Sara Cromhout geh:d met Nicolaas Orri
5) Hend:k Fred:k Cromhout
6) Petrus Joh:s Cromhout
7) George Fredrik Cromhout
8) Jacoba Margaretha Cromhout alle mondig

Zodanig als dezelve nalatenschap door mij ondergetekende gecommitteerde Weesmeester is geinventariseerd en opgenomen en bevonden te bestaan in het volgende te weeten

Ten huize van Willem Joachim Rijkheer alwaar den overledene woonagtig is geweest en aldaar in een boven kamer

een tafel met een steene blat
twee vierkante tafels
agt stoelen in zoort
een ledikant met behangsel waarop
een bulzak
een peuluw
twee kussings en
een deeken
een kopere theemachine
een tinne koffij kan
een lampet en kom /defect/
negen borde
negen kelkjes
een schenkblad
een klijne kistje waarin
eenige oude scheermessen en kleinigheden van geen aanbelang
een bureau waarin
twee rokke
een jas
zeventien broeke /in zoort/
zes onder baatjes
agt hembde
zeven doeke
drie paare kouze
een paar stevels
twee hoede
een goude zak horologie en cachet
een pins bekke horologie
twee zilvere eet leepels
twee zilvere thee leepels
een paar goude handknoopjes
drie paare schoengespen /in zoort/
drie paare knie gespen
een nagel schaar
een geld beursje
een klijne hangertje
een verre kyker
een partij boeken
zeven schilderijen /in zoort/
een spiegel
een mandje met wat rommeling
een kolfstok met twee kolfballen
een foudraal waarin
een scheepje van been gemaakt
een cijfer leij
twee scheerdoose
twee olij steenen
twee strijk rieme
twee oude chambreele
Lijf eigenen
een slavinne genaamd Sophia van Malabaar oud 65 jaren

Welke slavin door den hoog ed: achtb: heer m:r J:A: Truter bij acte van donatie intervivos de dato 3 Februarij 1800 aan den overledenen is geschonken onder deze expresse conditie dat zij nimmer zal mogen weden verkogt, maar hem dienen zolange hij leeft en daarna de vrije keuze hebbe bij wien zijner kinderen zij zaal verkiezen te gaan inwoonen.

De 12 April 1822 de slavinne Sophia gekozen te gaan woonen by Maria Sara Cromhout geh: met Nicolaas Orri.

Mij present: Smuts

Contanten des boedels
twee zilvere dubbeltjes
een zilvere stuiver

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huize voormeld op den 28 Januarij 1822 ende zulks op het op en aangeeven van Hendrik Fredrik Cromhout en Nicolas Orri, dewelke verklaarde zig hierin ter goeder trouwe te gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel behorende invoegen zij ook getuige de deugdelijkheid hunner opgaaf ten allen tyden des gevorderd wordende met solemneele eede nader te bevestigen en verdere belofte zo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behorende mogte werden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde in zulke gevallen deze inventaris daarmede kan worden geamplieerd

In teken der waarheid is deeze ter presentie van mij gecommitteerde Weesmeester en mij Adjunct Commis der Weeskamer door den inventarienten eigen handig ondertekend

Als gecomm: Weesm: J:F: Munnik

H: Cromhout

N: Orri

My present: J: Serrurier, adj:t Commis

MOOC8/37.34

{18211206} 6 December 1821 Daphina Lydia van de Kaap

Exh: 19 Dec: 1821

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Maandag den 8:de deezer loopende maand December in den jaare onzes Heeren een duyzend agt honderd een en twintig metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Daphina Lydia van de Kaap, hebbende de overleetene by testamentaire dispositie in dato 12 Septemb: j:l: voor den Notaris publicq ten dezen Gouvernemente Rynier Beck en getuigen opgerigt, tot haare eenige en universeele efgename genomineerd en g’institueerd

Jeannetta Susanna Smith dogter van Christopher Halet Smith

en by vooroverlyden van dezelve haare halve zuster Anna Francinna Bernardina Munsterman en voorts tot executeuren van hetzelve testament redderaars hares boedels en voogden over haare minderjarige erfgenamen verzogt en aangesteld het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer stede weshalven dien boedel door de ondergetekende na gedaane ontzegeling is g’inventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan in al het volgende te weeten

Ten huise van Christoph: Halet Smith alwaar de overledene is woonagtig geweest en aldaar

In een boven kamer
vyf stoelen
een kast waarin
agt laakens
vier en twintig sloopen
vier hembden
drie en twintig rokken in zoort
vyftien cabaatjes
agttien doeken
dertien servietten
twee tjaals
twee klyne deekens
agt p:r koussen
een p:r schoenen
een lap vrouwe laaken
een kast waarin
een rood kopere ketel
twee aarde melk potjes
een aarde trekpot
twee porcelaine lampet kanne
een porcelaine confyt pot
een glase karaft
een foudraal met zes glazen
een aarde pannetje
zes kopjes en 9 pierings
twee kommen
vier water glazen
vier boeken en
voorts een party oude lappen en andere kleinigheden van geen belang
een ledikant met chitze behangzel waarop
een bulzak
zes kussens
een wolle deeken
een water keetel
een oude trommel
een stoof en bankje
een waterpot
Lyfeigenen
eene slavinne g:d Diana van Mosambique met haar kinderen Sarina alle van de Kaap
Louisa
Lea
omtrent welke lyfeigene de overledene by haar testamente in diervoegen heeft gedisponeerd dat dezelve haare voorn: erfgenaame geduurende der tyd van vyf en twintig jaaren zullen moeten dienen, en daarna met believe vande Hooge Overigheid in vrydom zullen moeten worden gestelde zynde de voorm: slavin ten Kantoore van Registratie van Slaven bekend gesteld op den naam van Jean Baptist Verume
Crediten des boedels
  Rd:s
van Matthew Fijsch blykens twee reekeningen 356:6

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 6 Decemb: 1821 ende zulx op het op en aangeve van Christoffel Smith Haylet dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyn’s weetens niets verzweegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord invoegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgaave ten allen tyde des vereischt worden met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gem: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk opgaaf te zullen doen ten einde deeze inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deese ter presentie van my Adj:t Commis door de inventarient eigenhandig onderteekend.

Als getuijgen: A: v: Breda

C: Smith Haylett

Mij present: J: Serrurier, Adj:t Commis

MOOC8/37.35

{18221106} 6 November 1822 William Welstead

Exh: den 6 Nov: 1822

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den 5:de November in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd twee en twintig ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten door William Welstead ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen zodanig als deselve nalatenschap door my ondergetekende ingevolge opgaaf van Willem Rynhard van As in qualiteit als Hospitaal Meester van het Somersets Hospitaal is opgenomen en in geschrifte gebragt mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende

een koffer waarin
vyf hembden
derthien broeken in soort
twee korte broeken
zeven onderbaatjes
vier bovenbaatjes
zeven hals doeken in soorten
zeven paar kouzen
zeven paar zokken
een paar ledere en een paar wolle handschoenen
twee paar kruisbanden
twee lakense manellen
een blauwe lakenze rok
een greyze lakense boek
een vlennische cabaay
een paar laarsen
een paar schoenen
een Engelsche Bybel
twee gebede boeken
een zilvere horologie en kopere ketting
twee kachetten en een sleutel
een zilvere medaille Waterloo
drie borstspelden in soort
een lyfgespe
twee goude ringen
een paar goude oorringen
drie ivoore handknoopjes
een klyne karette kammetje
een stuk gom elastiek
acht klyne steentjes in soorten
een hoed en
een klyne mantje

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 6 November 1822 en zulks op het op en aangeven van voorm: Van As dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyns wegens niet verzweegen ofte terug gehouden hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoort in voege hy dan ook betuige de deugdelykheid zynen opgaave ten allen tyden des vereischt wordende met solemneele eede gestand te doen en verdere belofte zoo hier na nog iets tot gesegde nalatenschap mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te doen, ten einde deese inventaris daarmede te kunnen worden geamplieert.

Als getuigen: J:C: Overbeek

W:R: van As, H:l M:r

My present: A: v: Breda, Klerk

MOOC8/37.36

{18221211} 11 December 1822 Mary Munday

Inventaris en tauxatie van zodanige goederen als behorende tot den boedel van wylen Mary Munday wed:e wylen John Munday door haar op den vyfde Mey deezes jaars ab intestato met er dood ontruimd ende nagelaten, namelyk

  Rd:s
twee kisten /:waarin:/ 12:--
vier vrouwe hembden 4:--
een borstrok 1:--
vier nachtjakken 3:--
vyf rokken 7:24
twaalf tabbarts 12:--
veertien halsdoeken 1:36
een zwarte zeyde mantel 1:--
drie tjaals 6:--
een kripse tjaal 5:--
een en dertig zeyde zakdoeken 7:36
zes tavel lakens 6:--
zestien servietten 4:--
zeven kussensloopen 1:36
elf bedde lakens 11:--
zestien manshembdeen 8:--
vyftien paren koussen 7:24
een stuk bafta 6:--
een stuk en een lap gestreept muselin 4:--
een halve stuk grof linnen 3:--
zes lappen 1:24
twee ellen flenny 1:24
een stuk voerchitz 3:--
zes ellen voerchitz 3:--
een paar gordyntjes 0:24
vier halve en vier heele mansdoeken 1:--
een halve stuk syamoes 9:--
een weinige naai zeyde 0:24
een lap gekepert 1:--
een oude combaars 1:--
drie hoedjes 1:--
een lap zwarte zeyde 0:24
een lap blaauwe elpien 4:24
een lap bruin elpien 2:--
twee pakjes band 1:--
twee lappen Chinas linnen 2:--
een mandje /waarin:/ 1:--
elf vrouwe mutsen 1:18
vyf vrouwe hembjes 0:30
vier halve doekjes 0:24
twaalf lapjes in zoort 0:12
twee servietten 0:12
een paar gordyntjes 0:12
een zak met wat linten en strookjes 0:12
een blaauwe lap 0:24
een kleine laken 0:12
een oude rok 0:12
vyf paren handschoenen 1:24
een papiere doos 0:6
een mandje /:waarin:/ 0:24
eenige oude lappen
een kleine mandje met eenige bolletjes garen en 0:12
zeven paren schoenen 2:24
drie zakken met oude lappen 0:12
twee Engelsche Bybels 4:--
een Gebedeboek 1:--
twee oude [Gebedeboek] 0:24
een spiegeltje en twee schilderytjes 0:36
vyf goude ringen 10:--
twee vergulde borstspelden 3:--
een zilvere zakhorologie oud 5:--
een zilvere bril en een vergrootglas 0:24
Contanten des boedels
  Rd:s
twee stukjes goude muntspecien zynde een halve en een quart guinea 9:--
zestien stukjes zilvere muntspecien differente klyne munt 6:24
twee kopere dubbeltjes 0:4
Somma Rd:s196:22

Aldus getauxeerd aan de Kaap de Goede Hoop den 11:de December 1822

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:F: Munnik

W:m Bridekirk, s:r

My present: J: Serrurier, adj:t C:s

MOOC8/37.37

{18220605} 5 Junij 1822 George Taylor

Inventaris van goederen die met George Taylor in stads Somersets Hospitaal op den 5:e Junij 1822 is gebragt als

een bed, twee kussens, twee dekens en een oversloop
een thee tafel
drie broeken
twee hembden
een boven baatje
een oude hoed
een paar schoenen
een schaaf bank
een bank
elf blikke kruikjes
een partij oude blikwaren
een partij draat in soort
twee groote blikke scharen
vier klijne speerhaken
acht yzere hamers in soort
acht soldeerbouten
ses houte kloppers
twee yzere winkelhaken
een partij yzerwerk
een partij oud loot
een partij oud tin
een loote lepel
een Engelsche dixionair
drie en twintig platen nieuwe blik in soort

5:e Junij 1822

Als getuigen: Dit merk + betekend Kruger

J:P:r Maas, s:v:

Gezien: W:R: van As, H:l M:r

MOOC8/37.38

{18230403} 3 April 1823 Johan Jurgen Wrench

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Donderdag den zeven en twintigsten dag der jongst gepasseerde maand Maart in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd drie en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd en nagelaten door Johan Jurgen Wrench, in leven klerk by het Bureau van Registratie van Slaven in de Kaapstad , ten voordeele zyner ondertenoemene erfgenamen, te weeten in de eene helfte zyner nalatenschap zyne moeder Maria Elisabeth Kotzee wed:e wylen Johan Christiaan Wrench, en in de wederhelfte zyne broeders en zusters, met namen

1) Susanna Francina Wrensch get:d met Andries Francois de Villiers
2) Maria Jacoba Wrench get:d met Daniel Francois Roux
3) Johan Christiaan Wrensch geboren den [ ..... ]
4) Johan Jacobus Wrensch geboren den [ ..... ]
5) Johan Fredrik Wrensch geboren den [ ..... ]
6) Charlotta Maria Wrensch geboren den [ ..... ]

Zodanig als deselve nalatenschap door de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ten huize van gemelde wed:e Wrensch

een zwarte rok
een hoed
twaalf hembden
zes broeken
zes p:r kouzen
zes dassen
een p:r laarsen
twee paren schoenen
Crediten des boedels
  Rd:s
van voorm: zyne moeder over zo veel zy aan deselven voor vaderlyke erffenisse heeft beweesen, eene somma van vyf en twintig duyzend een honderd twee en tagtig guldens en negen stuyvers Ind: val: ofte 8394:9
van het Gouvernement over drie maande te goed gemaakte tractement 150:--

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voormeld op den 3:e April 1823 ende zulks op het op en aangeeven van meermelde wed:e Wrensch, dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe gedragen en met haar weeten niets verzweegen veel min terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel behoord, invoegen zy dan ook betuygde de deugdelykheid harer opgave ten allen tyde des vereischt wordende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot voorsz: nalatenschap behoorende mogte werden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deesen inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deesen ter presentie van de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren en my adjunct Commis der Weeskamerdoor de inventariente eigenhandig ondertekend

Als gecommit:d Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:F: Munnik

De W:w: E: Wrensch

My present: J: Serrurier, adj:t C:s

MOOC8/37.39

{18220826} 26 Augustus 1822 Abraham de Klerk , Huybrecht Coetzee

Inventaris van alle zodanige goederen als er in gemeenschap bezeeten geweest deur den burger Abraham de Klerk de oude en desselfs huysvrouw Huybrecht Coetzee mitsgaders van de zyde der laatstgenoemde op den 27 May j:l: ab intestato metter dood ontruymd ende nagelaten ten voordeele der kinderen by opgem: haaren man in huwelyk verwekt, met namen

1) Johanna Adriana de Klerk
2) Maria Jacoba de Klerk
3) Johannes Jacobus de Klerk
4) Margaretha Maria de Klerk
5) Abraham Jacobus de Klerk
6) Huybrecht Elizabeth de Klerk
7) Adriaan de Klerk
8) Sara Johanna en
9) Floris Albertus de Klerk

Invoegen als het een en ander door my ondergetekende in gevolge opgaaf van voorm: weduwenaar is opgenomen en in geschrifte gebragt mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende te weeten.

Op de plaats g:d Klipheuwel gelegen in het Zwartland toebehoorende aan Floris de Klerk

een geweer
een tavel
vijf stoelen
twee water emmers
een kist
een pijpenrak
een kapstok
een ledikant
een koorn scheepel en zeef
een verrekyker
een bed, 4 kussens en 1 deken
een theetavel
een bakkist
twee kookpotten
een pan
een rooster
een baly
een vlees baly
In een buijtenvertrek
een bankschroef
een avegaas boor
een omslag met boor
een hout byl
een dissel
een zaag
twee winkelhaaken
een brood mes
een koopere vysel en stamper
een koffy moolen
een klyne koffy trommel
twee koopere kandelaaren
drie tinne borden en 1 porcelain [borden]
een boek en een groote Bybel
Op de werf
een ossen wagen
een ploeg voorstel
Beestiaal
vier aanteel paarden
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf genaamd Alexander van Madagascar oud 65 jaren, werksjongen
een mansslaaf genaamd Africa van de Kaap oud 56 jaaren, werksjongen

Pro memorie word alhier genoteerd dat volgens opgaaf van Abraham Jacobus de Klerk zij nog op zyn plaats zoude bevinden de onder volgende goederen

drie oude ploeg schaaren
een spits boor
twee leyvormen
een agter tang van een wagen
een kar as
een kar beugel
drie jukken
twee oude leer boomen
twee lankwagens waarvan 1 yzere
een oude paarde wagen kist
vir wiel naven
een span zaag
twee schaaven
een geweer rak
vier ledikant stylen en 1 raam
een slinger van een slypsteen
een lampet baly
een hand hamer
een koffy keetel
een oude wagen as
twee deur slooten en voorts een party oud yzer werk
een pick vorm
een gus bytel
Crediten des boedels
  Rd:s
van Jacobus Coetzee Dirkz: over ruil van een kast en twee rakken, vier kapater bokken en een hamel 24
van Michiel Caspus Laubscher over huur van een slaven jonge 18

Aldus g’inventariseerd ter plaatze voorm: op den 26 Aug:s 1822 ende zulx volgens op en aangeven van de in den hoofde dezer gem: weduwenaar, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyns weetens niets verzweegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyne opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwlyk opgaaf te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deese ter presentie van my onderget: door de inventariente ende presente erfgenamen eigenhandig ondertekend

Als getuigen: Tho: Read Welsh, M:J: Carstens, Veldc:t

Abraham de Klerck de oude

My present: A: v: Breda, Klerk

MOOC8/37.40

{18221128} 28 November 1822 Hendrik Sym

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er op Donderdag den acht en twintigste dag der maand November in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd twee en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door Hendrik Sym ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door my ondergetekende is geinventariseerd en in geschrifte gebragt bestaande alle deeze goederen in de volgende, namentlyk

In een huurhuis van de heer Groenewald alwaar de overledenen het laatst woonagtig is geweest

een ledikant, bed en vier kussens
een klederkast
een Vriesche klok
twee tafels
drie stoelen
drie groote schilderyen
zes kleine schilderyen
een lessenaar /:waarin:/
een foudraal met een scheermes
een party spykers
een trekpotje
twee kookpotten
een rooster
een pan
een vork
een lepel
twee kandelaars
drie schootels
negen borden
een waterhalfaam
twee water emmers
een borde rak
een koffer /:waarin
een zwarte lakense rok
twee onderbatjes
drie broeken
drie doeken
twee hoeden
een paar oude stevels
drie hembden

Aldus geinventariseerd en in geschrifte gebragt ten huise voormeld op den 28 November 1822.

Als getuigen: J:J: Herholdt, J:C: Abrahamsz

Voor den opgaaf: J:H: Reijnertz

Mij present: J:A: Munnik

Jacob Paulsen geeft op dat zekere John woonagtig by de wed:e Cassels, aan den overledene nog schuldig is voor eeten, drinken etc:a rd:s30.

MOOC8/37.41

{18221012} 12 October 1822 Charl Blom , Geertrui Elisabeth du Preez

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Geertrui Elisabeth du Preez en nagelatenen man Charl Blom in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab inestato met er dood ontruimd op den 5 September 1822 en nagelaten mitsgaders heden opgenomen en in waren weezen bevonden zyn geworden, te weeten

een bulzak, 4 kussens en een combaars
een kist
een rooster
twee emmers
vier potten
een vleesch fork
een lepel
een water vaatje
twee zadels en een toom
een geweer
twee molensteenen
een hamer
een spil
vier hoepels
een boter bak en spaan
twee sickels
een handbyl
drie schaaven
twee kandelaars
een boter potje
twee commetjes en twee pierings
een kopere ketel
twee booren
drie forken
twee lepels
drie borden
een mes
een blikke schotel
een aardepot
een ley
een tregter
een pary gereedschappen
een party oud yzer
twee wagen naven
een zaag
Beestiaal
twee honderd agt en vyftig schaapen en bokken
ses trek ossen
vier jonge ossen
seven en twinig aanteelbeesten
twee rydpaarden
drie aanteel paarden
een slaven jongen genaamd Arnoldus
Baaten des boedels
  Rd:s
van Jan van Zyl woonachtig onder het district George bl: onderhandsche schuld brief 97:--
van Carel Minie Janz:n voor gekogt tobak 5:--
van Jacobus Minie J:zn voor gekogt tobak 1:4
Schulden des boedels
  Rd:s
aan George Mummer over koop van negotie goederen 50:5
Erfgenaamen
1) Rachel Charlotta Blom geboren den 9 December 1795 en gehuwd met Marthinus Johannes Hend:k Herbst
2) Charl Johannes Blom geboren den 10 January 1802
3) Geertrui Elisabeth Blom geboren den 14 April 1803 en gehuwd met Pieter Abram van Zyl
4) Daniel Johannes Blom geb: den 10:e November 1805
5) Pieter Barend Marthinus Blom geboren den 30:e November 1807

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 12:e October 1822 volgens op en aangaaven van Charl Blom voorm: dewelke verklaarde hem ter goeder trouwe te hebben gedragen met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende mogte worden gevonden deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede, hebbende hy deezen benevens den Agent der Meester en getuigen met hunne naamtekeningen bekragtigd

Als getuigen: Hr:k Meintjes j:r, G:J: Broekhuisen

Charel Blom

J:S: Meintjes

MOOC8/37.42

{18210824} 24 Augustus 1821 Daniel Petrus Boshof , Hermina Johanna Petzer

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Daniel Petrus Boshof en desselfs nagelaten huisvrouw Hermina Johanna Petzer in gemeenschap bezeeten, en door eerst gem:de ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten mitsgaders heeden op genomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

In ’t voorhuis
twee tafels
twee stoelen
twee banken
twee stoven
een thee goed plank
een schenk blad
een tinne thee pot
twee kommetjes
twee pierings
een zuiker pot
een kopere keetel met een klyn kopere comffoir
een blom potje of vlesje
seven geelhoute planken op de balken in ’t voorhuis
In de voorkamer
een katel
een half aam met zout
een kaffer mantje
een tinne water pot
twee mattjes
twee mudden koorn
een oude kooy goed zak
een zak met wat lijm
een visch fuik
twee knap zakken /klijn/
vyf oude zakken /in zoort/
In de agterkamer
twee katels
een bulzak, seven kussens, een laken en een combaars
een klyne bulzak, drie kussens, een laken en een combaars
een wagen kist
een klyn kistje
een koffer
een kelder kistje /defect/
twee ballast mantjes
een kaffer mantje met dekzel
twee klyne spiegeltjes /defect/
twee klyne vlesjes
een klyne kast met thee
een groote kast met een rest:t van omtrend een pond thee
twee trommels
een boek spiegel /defect/
een ley
een kelder vles
een rak
twee Bybels in octaaf
een klyn Psalm boek
drie boeken /in zoort/
eenige school boeken
In de dispens
vyfthien bottels /in zoort/
een kannetje /defect/
een aarde beeker /defect/
een oly vlesje
een zout vaatje
een peeper doos
vyf wyn glaasjes waarvan twee /defect/
een blikke trommeltje
twee boter potjes /defect/
vier comfyt potten /in zoort/
een klyne schenkblad
een koffy moolen
een koffy kan, met tesje
vier porcelaine schootels
een tinne soup leepel
sesthien witte aarde borden /in zoort/
een tinne melk keetel
vier kopjes en pierings, /waarvan een defect/
een aarde kom
een aarde piering
een lampet met kom
een lampet zonder kom /defect/
twee groente schotels met dekzels /defect/
een aarde booter pot /defect/
vier trommels in zoort
een blikke beeker
een aarde kommetje
twee kopere kandelaars
twee tinne blaakers
een bakje met snuiter
een kopere vyzel met stamper
twee strykijzers
een aarde sous potje
een aarde atjaar potje
vyf kallebassen in zoort
twee lyn oly bottels
een verf kannetje /oud/
een aarde verf kom
drie leedige oly kannen
een ballast mantje
een grynhoute kast /oud/
een emmer met dekzel
een meelzift
een blikke tregter
een klyne booter bak
een bakkist
een blikke pintje
elf messen
twaalf tinne leepels
twaalf vorken
In de combuis
een broodplaat
een hande byl /oud/
een pan
een rooster
een vlees vork
een hark /oud/
drie schoorsteen kettings
een drievoet /defect/
een yzer water keetel
seeven yzere potten met dekzels in zoort, waarvan twee defect
een hakkebord /defect/
een aarde soup pot /defect/
een vlees vaatje
een booter vaatje
twee emmers
een baalie met hengzel /klyn/
een blikke emmer /klyn/
In de timmermans winkel
een kloof zaag met sleutel
een schroef stok
wat spykers en oud yzer
vier hand zaagen
twee steek zaagen
drie snymessen waarvan een defect
een houte zwaayhaak
een houte winkelhaak
een gereedschap rak
een boog zaag
een omslag /defect/
een ploegschaaf met negen bytels
vijf en dertig schaaven in zoort
elf handschroeven
drie omslagen met vier en twintig booryzers
een gereedschap rak
een drie quartiers boor
twee schaaf bakken
een zaag blad
een hand byl
seeven vylen
ses raspen
een set yzer
drie en twintig steekbytels
thien holbytels
neegen stembytels
twee hamers waarvan een zonder steel
een hang slot /defect/
twee yzere passers
twee doorslagen
een kouw bytel
een paar schernieren /defect/
een stuk staal
drie kruijs houten
twee yzere serjeants
twee groote span zaagen
een klyn span [zaagen]
een oude chais of kar bak
twee ende geelhoute plank
thien voet, drie duims stinkhout
derthien voet geelhoute plank /circa/
eenige stukken houtwerk
twee slypsteenen
een oude glasraam
vier ende geelhoute plank circa 19 1/2 voet
twee stooven
een [stooven] /defect/
twee nieuwe tafelkasten
twee thee [tafel] in zoort
twee oude graaven
twee lankwagens
een huis leer
twee vaaten /by Jan Joubert/
Beestiaal
twintig aanteel beesten
Baaten des boedels
    Rd:s
  van Johannes Petrus Muller te Zwellendam per rest over koop van een erf aldaar 250:--
  renten van dien zeedert [ ..... ]
ook crediteur voor rd:s173:2 van d’ edele Ferdinand Hartzenberg blyk:s reek:g 336:6
voldaan van capt:n Cameron blyk:s reek:g over een douzyn stoelen 132:--
voldaan van Albertus Venter blykens reek:g 81:4
insolvent van Christ:l Franc:s Botha 19:--
ook crediteur van Hend:k F:d Papenfus 242:--
ook crediteur van den Landd:t A: Stokenstrom 152:1
ook crediteur Theod:s Muller 119:--
ontkend van Jacobus van den Berg P:z 115:--
voldaan van Isaac Jac:s v:d: Vyver 162:5
voldaan van Jan Willem Sommers per rest over koop der gedeeltens den caserne n:o 1, 2 en 3 benevens dies gebouwen 1300:--
voldaan van Coenraad Fredrik Bezuidenhout, over ruil van een zadel en toom, een os en ses varsen [ ..... ]
ontkend van Joh:s Geel over ’t maaken van een dood kist, voor der vry swarte Alexander 26:--
Schulden des boedels
    Rd:s Rd:s
  aan Hendrik Jacobus Davel over timmermans loon zeedert den 16 December 1818 en meede geleend geld etc:a blykens reek:g   739:5:--
  aan de weduwe Isaac van der Merwe per obligtie d:d: 15:de April 1818   500:--:--
  aan rente van dien zeedert [ ..... ]
  aan de weduwe Isaac van der Merwe per obligatie d:d: 19:de August 1820   100:--:--
  aan rente van dien zeedert [ ..... ]
  aan Georg Fred:k Enslin per obligatie   328:--:--
  aan rente zeedert den 22 April 1820
  aan de weduwe Hend:k Davel s:r per obligatie d:d: 12 Juny 1818   200:--:--
  aan rente zeedert den 22 Juny 1821
  aan Isaac Jacobus v: d: Vyver per obligatie d:d: 1 April 1818   200:--:--
  renten van dien zeedert [ ..... ]
  aan Isaac Jacobus van der Vyver per obligatie d:d: 18 Meij 1821   200:--:--
  rente van dien zeedert [ ..... ]
  aan Isaac Jacobus van de Vyver blykens reek:g   238:--:--
  aan Hendrik Jacobus Davel over beschadigde borgtogt aan Hendrik Badenhorst voor den boedel betaald capitaal 600:--
  een jaar rente a 6 p:cto 36:--
    636:--
  door Hendrik Badenhorst, aan den boedel geschonken 100:--
  blyft dus rest   536:--:--
  rente van dien a 6 pro c:td zeedert den 3:de Oct:r 1821 tot [ ..... ]
ook debiteur aan Hend:k F:d Papenfus blykens reek:g   499:4:--
  Jac:s Joh:s Meintjes per obligatie   300:--
  renten zeedert [ ..... ]
  aan D: Ligtwerk aan de Kaap per obligatie per rest   150:--:--
  aan Cornelis Johannes Brits per obligatie   100:--:--
  aan Hendrik Kiliaan aan de Kaap per obligatie   115:--:--
ook debiteur aan den landdrost A: Stockenstrom per obligatie   200:--:--
ook debiteur aan Th:s Muller per obligatie   212:1:3
  aan And:s Gust:f von Bratt over geleend geld   30:--:--
  aan Jan Willem Sommers over twee maande huishuur ult:o July verscheenen   20:--:--
  aan Willem Hend:k Boshof blykens reek:g   98:--:--
  aan Joh:s Pet:s Meintjes over negotie blykens reek:g   31:1:--
  aan Hend:k Adriaan Meintjes j:r   33:2:--
  aan Stephanus Abram Cloete over contant geleend geld   30:--:--
  aan Hend:k David Waldek blyk:s bewys   12:7:--
ook debiteur aan Ferd:d Hartzenberg p:r obligatie 83:4
  aan Ferd:d Hartzenberg blykens reek:g 89:6 173:2:--
  aan Josua Francois Martens blykens eene twee maandsch slagters reek:g   26:7:--
Erfgenaamen
1) Catharina Fredrika geboren den 17 Jann:y 1813
2) Daniel Petrus geboren den 17 Mey 1816

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 24 Augustus 1821 volgens ’t op en aangeven van voormelde H:J: Petzer, weduwe wylen Daniel Petrus Boshof, dewelke verklaarde haar in het op en aangeeven haars boedels ter goedere trouw gedragen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben, verklaarde haar dus bereid deeze haare opgave ten allen tyde des gerequireerd wordende, met solemneele eede te zullen staaven met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren en is zulks geschied in ’t byweezen van de clercquen Jeremias Auret en Andries Gustaaf von Bratt als getuigen

Als getuigen: J: Auret, A:G: v: Bratt

Johanna Ermiena Petzer weudewe Boshof

In kennisse van my: J:W: Muller, Secret:s

MOOC8/37.43

{18201110} 10 November 1820 James Simpson

Inventaris der nalatenschap van den ab intestato overleden James Simpson gewezene quartiermeester van zijn Majestyds Naval Yard op den 10 November 1820

een zwart lakense rok
drie blauwe bove baatjes
vyf onderbaatjes in zoort
een nieuw blauw lakense broek
twee oude lakense[ broek]
twee witte en twee bonte hemden
twee p:r witte kousen
drie zwarte hals doeken
een Engelshe deken
een matte deken
twee p:r schoenen
een p:r halve laersen
een oude hoed en een ledere kruys band
een doosje met papieren en een scheermes
een kleder borstel
een stuk zeep
een kist
ses schellinge en tien stuivers aan kopergeld

Als getuigen: J: Kirsten, C: Scholtz

J:s Brand, resident

MOOC8/37.44

{18221130} 30 November 1822 Morgan Davis

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Donderdag den agt en twintigsten dag dezer loopende maand November in den jaare onzes Heeren een duyzend agt honderd twee en twintig in den morgenston de klokke omtrend half een uuren ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door den wel eerwaarde heere Morgan Davis ten voordele zyner thans onbekende uitlandige erfgenamen zodanig als dezelve nalatenschap door de ondergetekende expres gecommitteerde Weesmeesteren opgenomen en ingeschrifte gebragt mitsg:s bevonden te bestaan in al het volgende

In Georges Hotel alwaar de overledene het laatst is woonagtig geweest

een sopha met laaden waarop
een paarde hair mattras
vier kussens en
een deeken, waarin
een klok lantaarn
een verrekyker
een restant wasch kaarsen
een restant vloei papier
een restant lyn
een party schroeven
een laarse trekker
vier koekjes zwartzel
en hoed
een schryf kistje waarin
een goud zakhorologie met goud ketting en drie cachetten
twee zilvere snuyfdoosen waarvan een verguld
twee goude ringen
een doosje met twee p:r hand knopen
en yvoire doosje met een tande stooker
twee zilvere potloot pennen
drie brillen
een lorriet
twee stukken gommelastiek
twee haar kammen
een oevel drukker en pennemes
een schaartje
een ledig kistje met koper beslag
een koffer n:o 1 waarin
drie rokken
een mannel
een baatje
een tavel kleed
een roode linnische zak
agt paaren schoenen
twee p:r steevels
een baggamon bord
drie pakjes hair poeder
een hair kam
zeven borstels in zoort
een pennemes
een hand doek
een koekje zeep
twee busjes met snuyf
twee ledige doosjes
een doosje Zydlis poeder
een klyn kistje waarin
twaalf scheermessen
twee stevel haken
een potloot pen
een kurketrekker en 2 gespen
een scheerkistje met koper beslag compleet
agt boeken in zoort
een koffer n:o 2
drie en twintig zoo bedde als tavel laakens
drie wit linnesche mantels
een en zeventig hembden
drie en dertig zakdoeken in zoort
agt en dertig paaren zokken
een p:r zwarte zijde koussen
zeventig zoo hand doeken als servietten
agt en zestig hals doeken
zeven witte zakdoeken
zestien nagt mutzen
twintig onderboeken
een chitze sprij
drie beffen
agttien kussen sloopen
een koffer n:o 3
elf boven baatjes
negen onder baatjes
agttien broeken in zoort
drie lakensche broeken
zeventien p:ren kamassen
een morgen gon
zes vlenny baatjes
een zwarte zyde broek
twee zwarte zyde mantels
vier zwarte zyde lappen
twee zwarte zyde koussen
een p:r schoenen
een kist n:o 4
zes broeken in zoort
vier onder baatjes
drie vlenny onder broeken
twee baatjes
zes vlenny buik banden
agt doeken
tien p:r hand schoenen
agttien p:r zokken
agt dassen
vyf hembden
een p:r wolle koussen
drie nagt mutzen
twee p:r kamassen
een cabaay
drie kruis banden
een kaliet
een klyn kistje waarin
een restant schryfpapier
vyf boeken in zoort
twee blikjes met snuyf
een doosje met ouvels
een zilver vergulde snuyfdoos waarin
een goude horologie sleutel /defect
een blikke doosje waarin
een p:r zilver schoengespe
een p:r zilver kniegespe
een goude cachet
twee goude borstspelden
een zilvere vrugte mesje
een hoede doos met een hoed
een hangmat
een tinne steek bedde
twee kussens van rotting gemaakt
een voetbank
een vloer matje
Contanten
drie zilver ropyen
vyf halve zilver ropyen
twee quarten ropyen

Aldus na gedaane ontzegeling g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huyze voorm: op den 30 Novemb: 1822.

Als gecomm: Weesm: A:V: Bergh, A: v: Breda

Voor den opgaaf: John Willis, Edward Georgy

My present: J: Serrurier, adj:t C:s

MOOC8/37.45

{18230122} 22 Januarij 1823 Christiaan Beverlyn Studsgaard

Inventaris van alle zoodanige goederen als er op Maandag den twintigsten dag der lopende maand January in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd drie en twintig des morgens de klokke circa quart voor elf uuren met de dood zyn ontruimd ende nagelaten door Christiaan Beverlyn Studsgaard ten voordeelen zyner onbekende uitlandige erfgenamen zynde dezelve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende te weeten

Ten huize van de heren Sallas en Soleman, alwaar de overledene is woonachtig geweest, en aldaar in een bovenkamer

een bureau waarin
twee lakenze rokken
twee lakenze broeken
een greine jekkert
drie gebreide broeken
twintig broeken /in zoort/
achttien onderbaatjes /in zoort/
twee bovenbaatjes
veertien doeken
zes en dertig dassen
drie en twintig hembden
dertig paaren kousen en zokken /in zoort
een paar handschoenen
twee zilvere zakhorologien
een pypekop met zilver beslag
een paar schoengespeen
een scheerkistje
een spanedoosje met twee scheermessen
een foudraal met twee scheermessen
twee zilvere handknoopjes
een zwarte borstspeld
een borzel
een kist waarin
twee lakenze rokken
een lakenze manel
vyf broeken (in zoorten)
vier boven baatjes
een onderbaatje
een duffelze bovenbaaatje
een oude lakenze bovenbaatje
een oude lakenze manel
acht paren kouzen
een vlennische baatje
een wasch goed zak
een kruisband
een kleine kistje waarin
vier paren kouzen
negen doeken (in soort)
drie onderbaatjes
vyf hembden
twee broeken
een hoededoos met een hoed
drie hoeden
een zyde doek
drie samareelen
twee wandelrottings
een paar laarze kappen
een paar zwarte kamassen
vier paar handschoenen
een kistje waarin
een fluit met zilvere kleppen
een papiere doosje waarin
een fluit
een party muziek boeken
een borzel
een zakboekje
een honderd vier en twintig boeken (in soorten)
een party couranten
drie paren laarzen
vier paren schoenen
een pak met negentien strensnederen
twee zeekoralen
Contanten
een stukje goud geld
een zilvere Spaansche mat
drie stukken vreemd zilver geld
drie zilvere dubbeltjes
aan Kaapsch papiere geld
een somma van twee honderd zes en zeventig ryksdaalders zes schellingen en een kopere dubbeltje

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huise voorm: op den 22:ste January 1823, ende zulks op het op en aangeven van den heer Pieter Heinrich Soleman, dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe gedragen en met zyn weeten niets verzwegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel behoord, invoege hy ook betuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde des vereischt wordende met solemneele eede nader te bevestigen en verdere belofte zoo hierna nog iets tot den voorz: boedel behorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde deeze inventaris daarmede kan worden geamplieerd

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren en my adjunct Commis der Weeskamer door den inventarient eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesm: A:V: Bergh, J:F: Munnik

P:H: Solemann

My present: J: Serrurier, adj:t C:s

MOOC8/37.46

{18190324} 24 March 1819 Matthew van der Hoeven

Inventory of Matthew van der Hoeven’s effects

2 blankets
1 pillow
1 blue kersey jacket and trowsers
1 linen jacket
2 linen waistcoats
2 shirts
1 p:r of stockings
1 p:r of shoes
3 razors
1 clasp knife
1 knife and fork
1 saucepan
1 haver sack

We certify that the above were the whole of the effects of the deceased Van der Hoeven except a sum of money due on account of his pension.

Mount Pleasant 24th March 1819.

Jos:h Luson, Rich: Wright

money 27 sch d:n and 2 stuiers

Mattheus van der Hoeven

MOOC8/37.47

{18220520} 20 May 1822 Charles Collins Campbell

Inventory of the property, effects etc:a belonging to the estate of the late Major General Charles Collins Campbell. /Born in Scotland , died the 9:th day of May 1822 at 8 oclock A:M: / taken by the undersigned Field Cornet in the presence of the widow, and the undersigned witnesses at his place this 20:th day of May in the year of our Lord 1822

1) Charles Campbell, born November 28:th 1796 London all born by a former wife Mary Susannah
2) Henry Campbell, born November 14:th 1797 London
3) Ambrose George Campbell, born 17:th November 1799. Inverness
4) Elizabeth Susanah Campbell, October 16:th 1800. Inverness
5) Sophia Campbell born Sept:r 30:th 1801 Glasgow , married August 1821 to Mr Pennell in England
Mary Campbell, born February 14:th 1804 Dubling . Died 14:th February 1816 - unmarried
6) Laurence Campbell born February 7:th 1804 Norkington
7) Isabella Campbell, born December 5:th 1805. Leeds
8) John Campbell, born December 4:th 1807. Leeds
9) Frederick Campbell born October 29:th 1810. Leeds
10) William Campbell, February 21:st 1817 London
11) Edward Andrew Campbell Febr:y 6:th 1818. London
12) Hamish Campbell born July 10:th 1819. London
13) Catharine Campbell born April 9:th 1821. London
N:o 1 C:C:
an iron bound 18 gallon cask
1 c:wt en a 1/2 en 12 lbs of 4:th fine clout
a canvas parcel of nails assorted
a canvas parcel of nails, tinter hooks, brads etc:a
a canvas parcel of nails
a canvas parcel of nails
a canvas parcel of ross nails
1 gross of 2 inch rod hooks
135 rod hooks
a paper of tinter hooks
a paper of brass screw hooks
a paper of shor hobs
a paper of shor clinkers
a paper of shor tax
N:o 2 C:C:
an iron bound 18 gal:n cask
1 c:wt, 2 gr:s, 12 lb:, 20 d: strong clasp nails
15 lb:s of 6 d: cut brads
15 lb:s of 6 d: brads
15 lb:s of 6 d: brads
16 lb:s of 3 d: brads
9 lb:s of 3 d: brads
6 lb:s of 3 d: brads
9 lb:s of 4 d: brads
6 lb:s of tinter screws
a paper of 2 in bl:k round h:d screws
a gross of 2 3/4 in brass h:d nails
a paper of nails assorted
a paper of girth buckles
a gross of 3/4 flat headed screws
a gross of 3/8 flat headed screws
a gross of 2 in bl:k round head screws
a gross of 3/4 flat head screws
15 lb:s of 6 d: cut brads
N:o 3 C:C:
an iron bound 18 gal: cask
8 gross of 3/4 in: flat head screws
3 gross of 3 in: rod hooks
5 1/2 doz: of 5 in: rod hooks
1 gross of 3 1/2 stout screws
14 lb:s of 4 in: stout screws
14 lb:s of 6 d: cut brads
10 lb:s of 3 d: cut brads
9 lb:s of 4 in: flat head screws
2 gross of 4 in: brass headed nails
2 gross of 1 3/4 round head bl:k screws
2 doz: en 8 outside shutter fastenings
1 c:wt 3 gr:s of 5 in: spikes
N:o 4 C:C:
an iron bound 18 gal:n cask
1 c:wt 2 gr:s 12 lb:s of 5 d: clasp nails
1 gross of 4 in: stout screws
17 lb:s of rod hooks
12 doz: of small pail ears
12 large pail ears
6 papers of 2 in: screws
1 gross of 3 1/2 in: screws
2 gross of 3/4 in: screws
N:o 5 C:C:
an iron bound 18 gal: cask
2 c:wt of 8 d: ross head
1 paper of 5 in: during rod hooks
1 paper of 4 in: during rod hooks
1 paper of 3 in: screw hooks
1 paper of dog nails
1 paper of brads etc:a assorted
1 gross of 3 1/2 in: screws
3 gross of 2 in: screws
3 gross of 2 1/4 in: screws
1 gross of 3 in: screws
4 gross of 1 in: bl:k head screws
14 gross of 1/2 in: screws
9 gross of 5/8 in: round head screws
1 gross of 3 1/2 in: brass head nails
N:o 6 C:C:
an iron bound 18 gal:n cask
1 c:wt 3 gr:s of 8 in: spikes
3 doz: of 2 in: brass frame pulleys
8 gross of 3/8 screws
5 gross of 2 1/2 in: screws
103 pail ears
a paper of 3 in: screws
2 papers of 4 in: screws
2 papers of 4 in: rod hooks
10 doz: of 2 in: round h:d bl:k screws
4 gross of 1 in: screws
2 taping center bits
1 riviting hammer
5 pair of iron handles
5 punches
5 iron box staples
1 gross of 1 1/2 in: fine screws
N:o 7 C:C:
an iron bound 18 gal:n cask
1 c:wt 3 gr:s of 10:d ross headed nails
2 doz: of 2 3/4 in: brass draw locks
6 sets of mortice furniture
2 doz: of 3 in: one wheel cup:d locks
3 spring latches complete
2 doz: of 9 in: rod bolts
10 small iron pad locks
10 pair of 9 in: chest hinges
1 doz: of 10 in: rod bolts
2 doz: of 12 in: brass flush bolts
N:o 8 C:C:
an iron bound cask
1 c:wt 2 gr:s 12 lb:s of 4 d: rod brads
2 doz: of 10 in: rod bolts
3 doz: of 8 in: rod bolts
8 pair of 6 in: parliament hinges
2 doz: and 8 pair of 1 1/2 back flap hinges
1 doz: pair of 1 1/4 back flap hinges
11 pair of 2 1/4 cast iron buts
11 pair of 2 in: cast iron buts
4 doz: and a 1/2 of 2 in: cast iron buts
1 doz: of 1 1/2 in: door tail hinges
2 - 9 in: grind stones
N:o 9 C:C:
an iron bound cask 18 gal:n
1 c:wt 2 gr:s 12 lb:s of 6 d: rose
a paper of 1 in: cut brads
10 pair of 6 in: parliament hinges
1 doz: of 1 3/4 brass frame pullies
1 doz: of 2 in: brass frame pullies
6 pair of 8 in: projecting H:L: hinges
24 8 in: rod bolts
1 doz: 10 in: flat files
6 cast steel firmers
1 doz: of 7 in: rod bolts
3 doz: of hand saw files
11 pair of compasses
6 doz: of 5 in: pit saw files
3 doz of 4 in: pit saw files
N:o 10 C:C:
an iron bound 18 gal:n cask
1 c:wt 2 gr:s 12 lb:s of 4 in: spikes
15 pair of compasses
1 doz: of 10 in: rod bolts
6 pair of 8 in: project:g H:L:
6 pair of 7 in: project:g H:L:
6 pair of 6 in: project:g H:L:
6 doz: of brass lackerd door knobs
N:o 11 C:C:
an iron bound 18 gal:n cask
2 m: of 4 d: trunk nails
1 m: of 4 d: trunk nails
3 m: of 6 d: trunk nails
20 m: of 1/2 in: cut brads
6 pair of projecting H:L:
6 papers of bits
7 augers
7 2 in: chissels
29 cast steel firmers
1 gouge
13 socket chissels
9 pair of pincers
11 double bolted pad locks
6 6 in: iron rim’d dead locks
4 4 1/2 in: bow latches
6 doz: of brass flush drop rings
2 - 12 in: stock locks keys and
10 socket chissels
1 doz: of 1 3/4 brass frame pullies
8 mortice locks
6 sets of mortice lock furniture
2 gross of 2 in: screws
10 doz: of 4 in: 1/2 round files
2 doz: of bed screws
2 carpenters axes
2 hewing axes
4 garden hoes
1 box staples
N:o 12 C:C:
an iron bound 18 gal:n cask
a paper of nails assorted
a paper of 2 in: tenter hooks
a paper of 1/2 in: cut brads
a paper of 5/8 cut brads
a paper of 4 d: strong clout
3 m: of plated tax
2 m: of 3 d: trunk nails
a paper of 3/4 in: cut brads
a paper of 1/2 in: cut brads
2 doz: and 6 cast iron sash fastenings
a paper of 3 in: dog nails
12 brass screw cocks and 2 screw keys
a paper of 1 in: cast lath nails
1 c:wt 2 gr:s 12 lb:s of 10 d: clasp nails
N:o 13 C:C:
an iron bound cask 18 gal:n
a small cask of 4 d: fine clasp
16 bars of solder
3 soldering irons
1 iron ladle
3 plumbers scrapers
12 augers
6 pair of x garnets
3 garden rakes
17 pair of large scissors
2 doz: of buck handled knives
2 doz: of buck handled forks
2 carving buck handled knives
2 carving forks
1 bag of 6 d: fine
N:o 14 C:C:
an iron bound 18 gal:n cask
2 - 22 in: iron hind door locks
2 - 9 in: cast iron lock chains
9 - 6 in: mortice locks
1 - 7 in: stock lock complete
9 pair of 2 1/2 in: cast buts
12 pair of 3 in: cast buts
6 pair of 5 in: wrought buts
6 pair of 3 1/2 cast buts
12 pair of 2 1/2 in: cast buts
6 pair of 3 1/2 in: cast buts
12 pair of 3 in: cast
6 pair of 3 1/2 in: cast
2 bl:k jap:d Norfolk thumb latches
6 m: tin’d tax
12 m: 2 d: fine clout
3 pair of 4 in: brass projecting buts
12 brass door knobs for mortice locks
a paper of gilt headed 1 1/2 in: screws
2 doz: and 8 bill cranks
1 doz: of worm bell springs
a pair of parlour bell cranks
4 bell springs and roses
12 brass screw shutterknobs and roses
5 brass knobs and roses and 10 covered scutcheons for mortice locks
12 - 5 in: brass rock pullies
1 pair of cutting pincers and 2 p:r of pliers
4 gross of 1/2 in: gilt headed screws
6 plated brass sash fastenings
12 brass screw shutter knobs and roses
1 parlour bell crank
4 3 in: servants bells
a 10 in: front door latch and 2 handles
a carpenters adze
2 baggs of n:o 1 Parkers patent shot
1 [baggs] of A:A: Parkers patent shot
1 [baggs] not marked
11 pair of pullies for blinds
4 hoops of copper bell lines
16 2 1/4 brass parlour sash pullies
12 - 1/2 in: sash locks complete
11 mortice locks 5/8 and 1/2 inch
a paper of 2 1/2 in: screws
N:o 15 C:C:
an iron bound cask
18 bottles of port wine
22 empty bottles
N:o 16
[ ..... ]
N:o 17 C:C:
an iron bound cask
40 bottles of port wine
N:o 18 C:C:
an iron bound cask
containing soft sugar
N:o 19 C:C:
an iron bound mash tub
a goose feather bed, bolster and two pillows
a chest of green tea weighing gross 40 lb:s n:o 115 C:C:
a violin and stick
a mahogany box dressing glass
30 books, chiefly school books
N:o 20
[ ..... ]
N:o 21 C:C:
a square piano forte by Clementes
a suit of 4 post bed furniture linen throughout, with fringe complete
a swing dressing glass 14 by 10 with mahogany box frame
a swing dressing glass and mahogany box frame /boxes in n:o 23: C:C:/
a large writing blanket and two carpets
N:o 22 C:C
a mahogany turned leg’d three board dining table
a Brussels carpet 10 f:t 5 by 7 f:t 3
a hearth rug to match
a ladies rose wood work table
9 sciors
11 mop heads
12 brooms
12 bannister brushes
4 hearth brushes
27 balls of candle cotton
a king wood tea caddy
1 doz: and 8 packs of cards
5 cakes of Mains patent soap
5 boxes of plate powder
4 doz: and 10 blacklead pencils
2 velvet covered hat brushes
2 parcels and 2 papers of ink powder
3 pair of slippers
7 balls of hempen twine
Hill’s patent churn
2 toasting forks and 1 bottle brush
2 shoeing horns
4 lb:s of violet hair powder
a piece of Irish linen
a pair of bellows
4 large sized clothes brushes
16 large shoe brushes
22 scrubing brushes
1 set of bl:k lead brushes
2 doz: balls of hempen twine
a tin stomach warmer
2 black tin cullenders
32 squares of patent Windsor soap
24 squares of patent Windsor soap
5 pair of finger plates
5 brass lamps
5 6 1/2 in: brass candlesticks with ext: 9
14 large paint brushes
9 smaller paint brushes
3 smaller paint brushes
a mahogany pillar and chair music stool
a Britannia metal 1/2 gallon tankard
a Britannia metal quart gallon
a Britannia metal pint gallon
4 Britannia metal 1/2 pint gallon
2 Britannia metal quart gallon
2 pewter pint gallon
1 pewter gill
a set of chess men
a large carving knife and fork
28 knots of patent sash line
14 knots of common sash line
8 Japanned trays
4 Japanned knife trays
1 Japanned bread tray
1 large tin tray
4 smaller tin [tray]
a land measuring chain
a paper of button moulds
5 slates
1 large and 1 small tin grater
a set of shoemaking tools consisting of 12 balls of clossing twine
9 awl handles
1 seating iron
1 cutting knife
1 paring knife
2 oz:s of bristles
2 pair of pincers
1 gross of awls
1 ranfile
1/2 lb: of brass brads
1 lb: of copper brads
1 gross of tax
1 foupart iron
1 pair of nippers
two cleavers and a butchers knife
two brass siphon cocks
a paper of starch
a large deal case n:o 22
N:o 23 C:C:
92 pair of mens strong shoes
11 pair of gentlemens shoes
34 pair of boys shoes
44 pair of childrens boots
9 pair of ladies walking schoes
2 doz: and 6 ivory handled knives
2 doz: and 6 ivory handled forks
2 doz: and 6 ivory handled desert knives
2 doz: and 6 ivory handled desert forks
3 ivory handled carving knives
3 ivory handled carving forks
10 ivory hand:d en silver mounted knives
10 ivory hand:d en silver mounted forks
7 ivory hand:d desert knives
6 ivory hand:d desert forks
1 carving knife and fork
2 boxes of cigars
a pair of sugar nippers, frame etc:a
2 pair of patent spring snuffers
a pair of handsome brass pillar lamps with shades etc:a complete
a set of dinner mats
a set of canvas mats
a air of corded bell ropes
a set of India window curtains and two table covers to match
sundry remnants of silk
a large mahogany box dressing glass 19 1/4 by 12 3/4
12 single bladed penknives
1 double bladed penknife
1 pruning penknife
6 nail brushes
7 hair brushes
4 large combs
5 small combs
1 comb brush
14 tooth brushes
2 patent cork screws
a microscope
1 bundle of slate pencil
a complete set of 4 post bed furniture pink lining throughout, fringed etc:a etc:a
6 brass cornice ornaments
11 pair of womens col:d cotton stockings
8 colored pocket kerchiefs
2 doz: and 9 pair of womens fine cotton stockings
1 piece of rose colored silk
a piece of cotton print
a piece of striped print
a large deal case no: 23
N:o 24 C:C:
4 pair of parlour window sashes
10 pair of fustian jacket and trousers
12 pair of fustian jacket and trousers n:o 7
3 pair of fustian jacket and trousers n:o 10
1 pair of trousers n:o 10
1 pair of jacket and trousers n:o 12
1 pair of trousers
4 doz: and 6 full sized mens cotton shirts
2 best fustian shooting coats
3 pair of fustian trousers best
6 pair of flannel draws
3 flannel waistcoats
5 pair of cotton draws
4 fancy waist coats
6 marcella waist coats
a large deal case n:o 24
N:o 25 C:C:
5 pair of 12 light chamber sashes
2 papers of bl:k tape ea: 12 pieces
a quantity of bl:k stocking cotton
2 papers of brace buttons
1 bundle of bobin
2 papers of white linen thread
33 pieces of cotton tape assorted
23 pieces of linen tape
18 papers of embroidery and stocking cotton
96 bales of worsted
69 papers of sewing cotton ea: containing 16 balls of various quality
2 papers of sewing cotton for cambrick uses
11 pair of ladies French silk stockings
2 pair of gentlemens silk stockings
a green silk scarf with border
a figured shot silk scarf
a white dress scarf
2 figured white silk kerchiefs
a figured red silk [kerchiefs]
a figured blue silk [kerchiefs]
a lace 1/2 kerchief
2 canary coloured silk shawls
a piece of French white silk for a dress
2 pair of gentlemans gloves
2 pairs of ladies French kid gloves
a card of ribbon
a piece of silk gauze
a Dunstable Shore bonnet with a wreath of roses
an artificial flower
2 pieces of silk cord
a set of cornice ornaments
a large assortment of pianoforte strings, tuning fork and key
a set of back gammon men and sundry odd ones
five best brown hats
3 superfine blue cloth close coats
3 pair of blue cloth trousers
9 tortoiseshell handled razors
4 doz: of best guilt buttons
2 doz: and 8 bl:k lead pencils
2 large shaving brushes
a pair of plated candle sticks with glass shades etc:a
3 vol:m of Halls Encyclopaedia
a land measuring chain
3 snaffle and 2 keel bits with chains
3 doz: and 6 dinner knives
3 doz: and 6 dinner forks
15 pair of large scissors
6 pair of smaller scissors
a remnant of Russia duck
a piece of printed cotton
a piece of plain cotton
40 cakes or 6 lb: of Windsor soap
40 cakes or 6 lb: of Windsor soap
40 cakes or 6 lb: of Windsor soap
5 1/2 yards of fine flannel
2 pair of mens shoes
30 pair of childrens cotton socks
a cabin lamp complete
a patent bulls eye lamp
a camlet boat cloak
The elements of navigation 2 vol:s
A course of mathematics 1 vol:
Mathematical tables
a large deal case n:o 25
N:o 26 C:C:
Nicholl’s weighing machine with
6 1/2 hundred weights
4 1/4 hundred weights
4 14 lb:s weights
5 7 lb:s weights
3 4 lb:s weights
3 2 lb:s weights
3 1 lb:s weights
2 1/2 lb:s weights
2 1/4 lb:s weights
N:o 27 C:C:
a winnowing machine complete
N:o 28 C:C:
a grindstone and handle
N:o 29 C:C:
a patent mangle complete
N:o 30 C:C:
13 dining forks
N:o 31 C:C:
2 oaken window cills
N:o 32 C:C:
2 oaken parlour window cills
N:o 33 C:C:
3 oak chamber window cills
N:o 34 C:C:
2 oak parlour window cills
N:o 35 C:C:
5 chamber window heads
N:o 36 C:C:
2 parlour window heads
N:o 37 C:C:
2 parlour window heads
N:o 38 C:C:
5 sets of out and inside linings for sash frames
N:o 39 C:C:
4 sets of window linings
N:o 40 C:C:
4 sets of parlour window pulley styles
N:o 41 C:C:
1 - 16 in: tennant saw
1 - 12 in: sash saw
6 - 12 in: gardners saw
2 - 18 in: gardners saw
2 gross 3/4 gilt headed screws
18 long brads
4 short brads
1 rear
N:o 42 C:C:
8 sets of door architraves
N:o 43 C:C:
4 2 in: six paneled doors 3 f:t by 6 f:t 9
N:o 44 C:C:
4 sets of parlour window architraves 12 f:t long
N:o 45 C:C:
8 door architrave heads
N:o 46 C:C:
5 sets of pulley styles for chamber window
N:o 47 C:C:
1 - 6 foot whip saw complete
1 - 5 ft pit frame saw complete
1 - + cut saw complete
1 - tillor saw complete
1 - compress saw
1 - table saw
1 - panel saw
1 - hand saw
1 - half rife saw
1 - bow saw and frame complete
1 - mettal saw
5 key hole saws and frad
2 double iron smoothing planes
1 double trying plane
1 double jack plane
1 double panel plane
1 single iron’d jack plane
1 moving philister
1 pair of 3/4 grooving planes
1 1/2 in: rubit plane
1 set of brad planes 9 in n:o
1 read plane
1 pair of quick Oslo, astrugal planes
2 pair sash planes
an iron worm screw bit and box complete
a stock, 24 bits, 2 worm bits and 1 sash bit
2 two foot rules
5 worm augers
1 nan chissel
5 augers
4 rasps and 3 files
1 trying and 1 seting out square
1 pair of spring dividers and 1 hand timer
6 augers
5 screw drivers /assorted/
1 Lancashire vice
2 pair of pincers
1 lung auger complet
1 riviting hammer, 1 tenmans hammer
2 bunches of gimblets
3 bundles of chalk lines and keel
3 doz: and 10 hand saw files
3 doz: and 3 flat files
21 tennant sawfiles
5 doz: and 9 pit sawfiles
2 - 16 in: tenon saws
2 - 12 in: sash saws
1 gardeners saw
1 Charley Forest stone
1 panel plane iron
a pair of handsome mahogany carved and twisted bedstead pillars
a pair of handsome mahogany carved and twisted bedstead pillars
1 carpenters plough and 8 irons
8 spike bits
1 sash philaster
2 spoke shares and 6 irons
5 plane irons
2 drawing knives
6 cast steel jacket chissels
6 cast steel jacket firmers
8 reaping hooks
4 12 in: stock locks
3 10 in: stock locks
a parcel of brad awls
8 best mortice chissels
a drill brestplate and 12 drills
43 lb:s of best glue
a long and stout deal case n:o 47
N:o 48 C:C:
an hogshead of earthernware containing a dinner service complete
N:o 49 C:C:
the headpost, rails, iron rods and lathes of the 2 p:r of mahogany bedposts
N:o 50 C:C:
5 large kegs of meat
3 smaller kegs of meat
2 smaller kegs of meat
2 smaller kegs of meat
12
N:o 51 C:C:
1 tin case of oil
N:o 52 C:C:
1 tin case of oil
N:o 53 C:C:
1 tin case of oil
N:o 54 C:C:
1 tin case of oil
N:o 55 C:C:
crate with earthernware as follows
two large venison dishes matched
6 large meat dishes
12 side dishes
2 straners
3 doz: of large dinner plates matched
10 soup plates
9 puding plates
11 cheese plates
4 vegetable dishes
1 salard bowl
2 sauce tureens
2 butter boats
15 white salard dishes
4 blue and white handbasins
3 blue and white ewers to match
6 blue and white chamers to match
5 common white chambers
1 supper tray set of blue and white
3 fruit dishes
2 Wedgwood ware jugs
N:o 56 C:C:
hamper containing as follows
27 blue and white breakfast cups matched
30 blue and white breakfast saucers
10 blue and white basins
5 blue and white cream jugs
1 blue and white jug
2 blue and white butter cups
9 coffee cups matched
16 saucers
2 sugar basins
4 cream jugs
1 Wedgewood ware coffee pot
1 Wedgewood ware tea pot
1 Wedgewood ware sugar bason
1 Wedgewood ware cream jug
1 black coffee pot
2 yellow pitchers
1 figured stone pitcher
2 punch bowls
N:o 54 C:C:
crate with iron ware, glass etc:a
2 pair of quart cut glass decanters
2 pair of pint cut glass decanters
1 pair of diamond cut salts
3 cut glass salts with 4 cut glass stands
1 cut glass vinegar cruet
1 glass water bottle
1 glass warming bottles
3 glass lamp shades
2 doz: and 5 best glass tumblers
2 doz: en 11 best wine glasses
1 pair of glass shades belonging to the brass lamps n:o 23
1 large oval shaped iron boiler
1 large oval shaped fish kettle
2 large round iron boilers
1 smaller round iron saucepan
1 black tin stewpan
1 oval shaped iron stewpan
1 oval shaped iron boiler
3 small round iron saucepans
5 smaller round iron saucepans
1 iron tea kettle
2 iron glue pots
1 set of dish covers
2 frying pans
1 iron footman
2 gridirons
2 Italian irons and two heaters
2 iron wash hand basons
5 small flat irons
N:o 57 C:C: U
an iron bound cask with 60 pieces of China
N:o 58 * C:C: B
a quantity of 6 d: firm clasp nails
24 chain traces
1 timber chain
N:o 59 C:C:
3 barrels of American flour
N:o 60 C:C:
7 pigs of lead
N:o 61 C:C:
1 roll of sheet lead
N:o 62 C:C:
1 hand truck
N:o 63 C:C:
2 iron hammers
N:o 64 C:C:
1 iron Scotch plough complete
2 extra coulters and 2 sole shoes
N:o 65 C:C:
a swing plough and 2 coulters com:
N:o 66 C:C:
a one wheel plough complete and
3 sole shoes
2 brush plates
5 shares
1 hammer
N:o 67 C:C:
a scarrifier and 1 extra set of iron work
N:o 68 C:C:
a set of cast hammers
N:o 69 C:C:
a bundle of 9 scythes and furniture
N:o 70 C:C:
1 slab of iron
5 bars of 3/4 square iron
12 1/2 bars of flat iron
4 bundles of round rod iron
4 bundles of split iron
3 bundles of hoop iron
2 bars of blister steel
3 bars of jermain steel
N:o 71 C:C:
an iron fall wheel
an iron crow bar
2 iron wheelbarrow wheels
a cast iron oven door and frame
N:o 72 C:C:
19 bundles of win assorted
N:o 73 C:C:
a large brewing copper
the copper of a still
the sholder of an iron funnel
N:o 74 C:C:
a strong deal case
11 reams of thick post writing paper
sundry musick books
N:o 75 C:C:
a bail of whited brown paper
N:o 76 C:C:
an iron forge and bellows
N:o 77 C:C:
an anvil
N:o 78 C:C:
3 pairs of tongues
1 sledge and 2 hand hammers
a pair of hooks and eyes and 5 taps
1 rivit and 2 bolt tools
4 maundels and 2 sets
1 chissel and 1 swidge
2 pair of smiths vices
1 - 18 in: iron square
N:o 79 C:C:
an iron stoor belonging to the still
N:o 79 * C:C:
frame and worm of the still
N:o 83 C:C:
a small deal case
100 feet of best crown glass 18 1/2 by 12 3/8
N:o 84 C:C:
a small deal case
50 feet of glass 18 by 12 3/8
50 feet of glass 16 1/2 by 12 5/8
N:o 85 C:C:
a small deal case
100 feet of best crown glass 16 1/2 by 12 5/8
N:o 100 C:C:
an iron bound cask
13 loaves of lump sugar
N:o 113 C:C: #
an iron bound cask
26 loaves of white sugar
N:o 114 C:C:
an iron bound cask
23 loaves of lump sugar
N:o 115 C:C: #
an iron bound cask
2 sadles
2 ladies sadles
2 leather halters
2 bridles
2 martingales
N:o 116 C:C: #
an iron bound cask
27 loaves of lump sugar
N:o 117 C:C: #
an iron bound cask
25 loaves of lump sugar
N:o 118 C:C: #
an iron bound cask containing soft sugar
N:o 126 C:C:
a cask of best white cocks
N:o 140 C:C:
4 coil of cordage and sundry twine
N:o 278 C:C:
a cask cont:g 39 lb:s tare, of lampblack
N:o 4* C:C: M:
1 case of glass containing
19 bundles of 152 squares, or thereabouts
N:o 19*
an iron chest and key containing plate as follows
a large soup ladle
three gravy spoons
ten round pointed bowl table spoons
five sharp pointed bowl table spoons
sixteen forks
seventeen silver handled knives
a marrow spoon
fourteen fiddle head teaspoons
six fiddle head salt spoons
a mustard box and spoon
a pepper box
a silver teapot and stand
a pair of silver sugar basons, tongs and sifter
a caddy spoon
two pair of plated candlesticks silver edged
one pair of plated candlesticks
a pair of plated egg cups
a Britannic metal teapot
N:o 20* C:C:
a large brass nailed trunk containing
12 full sized damask patern table cloths
6 full sized damask table cloths
1 full sized damask [table cloths] with 11 damask napkins to match
1 full sized damask [table cloths] with 18 damask napkins to match
5 damask napkins
a piece of diaper
three ladies shawls
12 pieces of toweling
a piece of Russia linen
five pieces of white Iran
four pieces of dimity
a large piece of linen cloth
three quilts
one piece of cambrick muslin
two pieces of calico
a draft board, men, dice, box etc:a
seven pair of mens colored cotton stockings
two pair of brown stockings
ten pair of womens cotton stockings
a pair of mens cotton net pantaloons
seventeen child:ns pocket kerchiefs
thirty six policat kerchiefs
a pair of snuffer trays
eight pair of cotton braces
a family Bible
N:o 66
a brass nailed trunk
3 1/2 pair of callico sheets
5 doz: and 10 diaper towels
3 linen table cloths
6 pair of pillow cases
4 cotton window curtains
9 pair of linen sheets
a white quilt
a pair of down pillows
two Jap:d cannisters
a roll of caners
12 mahogany chairs
a cane lounging chair
a cane lounging chair
a medicine chest
a chesnut col:d horse
a brown col:d horse
a grey col:d horse
sundry hair cushions
three tents
two casks of empty bottles
two small casks of nails
one small [cask] of putty
N:o 21* C:C:
an ivory box containing the following jewelry
an amber cut necklace with topaz clasp
a pair of large amber drops gold tops
a gold bead necklace
a pair of gold chain bracelets with pearl clasps
a small gold chain to match the bracelets
a rose diamond necklace set in silver
a pair of garnet bracelets gold clasps
a remnant of garnet and gold beads
a pair of green ear rings set in gold
a pair of black velvet bracelets with gold clasps
one hair bracelet, one hair necklace with gold clasps
a silver salve box
a cross with gold ring
a pair of silver clasps
a large mother of pearl clasp set in gold
a pair of amethyst bracelet clasps set with pearls
a pair of gold waist clasps set with pearls
a gold locket set with brilliants marked S:L:
a gold locket, with a minature painting set with pearls, back filled with hair
a gold mourning locket
a gold locket with female miniature
a small gold locket
a pair of pearl hooped ear rings 8 pearls each
a pair of amethyst ear rings, set with pearls, with drops to match
a pair of gold chain drops, set with pearls
a pair of coral drops
a pair of imitation pearl drops
a pair of gold ear rings, globe shaped
three odd ear clasps
a pair of gold purse slides
a pair of gold ear drops with three rows of pearls in each
a pair of topaz bracelet clasps
one jet, and one coral clasp
an amethyst chain drop with two amethysts, and set with pearls
two amethyst chain [drop] set with gold and 1 stone to match
a minature ring
a gold ring set with 7 pearls
a gold diamond dress ring containing 8 stones surrounded with pearls
a diamond hooped ring
a gold hooped ring
two gold guard rings
four gold rings
three odd pieces
mr:s Campbell claims the following as her private property
a gold locket set with pearls
a superb diamond star broach
an amethyst broach set with pearls
a pair of gold sleve buttons
a silver ivory handled earpick
a small hair locket
a gold hooped ring with amethyst and pearls
a gold ring, 4 amethyst stones /broken/
a gold twisted ring /broken/
a silver net purse
a silver framed looking glass with mother of pearl case
a pair of nose spectacles set in silver, with case
a pair of polished steel set spectacles
a paste ornament set in silver for head dress
a figured steel based
three polished steel buckles
a large rose diamond buckle, set in silver
a pair of rose diamond loops, set in silver
fourteen rose diamond buttons
a rose diamond clasp
two steel watch supporters
two curious pocket pieces
a small silk bag containing garnets /supposed to be in case n:o 25/
three cases containing family minatures in n:o 19
a telescope, either in this or n:o 20*
a silver hunting watch
a repeating watch
Stock
twenty eight oxen
two cows
a Dutch built waggon
an English built waggon
a pair of iron dogs and wedges
three silk handkerchiefs

An inventory of articles valued to m:rs Campbell and left on the premises

a mahogany Pembroke table
two 1/2 tester bedsteads
three feather beds, bolsters and pillows
two horse hair mattresses
four common mattresses
seven pair of blankets
a white counterpane
a mahogany chest of drawers
a mahogany dining table
a mahogany writing desk
a brass nailed trunk
four mahog:y elbow chairs
two Jap:d cannisters
a grindstone
a trunk containing the general’s personal linen the whole valued at rd:s1087:6: by G: Dyason
N:o 30* C:C:
six small sized spades
N:o 38* C:C:
twelve large shovels
N:o 39* C:C:
fifteen large shovels
N:o 51* C:C:
a cask containing
3 doz: of Turners blacking
a copper tea kettle
a metal candlestick lamp and
two bottles best mustard
N:o 52* C:C:
a sack containing
a c:wt 1 gr: 18 lb:s of glue
Cask marked W: containing
2 double iron jack planes
1 trying plane
2 double iron smothing planes
1 rabit plane
1 brad plane
2 spoke shaves
1 mallet
2 axes
2 augers
3 spike bits
1 gimblet
6 mortice chissels
1 pair of pincers
4 plane irons
3 goughes
1 bevil
6 firmers
13 bits and stock
1 socket chissel
2 iron wedges
1 trying square
1 single tooth gauge
1 truant saw
9 rubbers
a pad lock and key
2 plastering trowels
a syphond pipe
one cross cut saw
one 5 foot pit saw

M:H: Campbell

John Campbell

Frederick Campbell

Signed in the presence of: Rob:t Brady, Rob:t Godlonton

and Geo: Dyason, Field Cornet

MOOC8/37.48

{18210307} 7 Maart 1821 Carel Grass

Op den 5:e Maart 1821 is by mijn ondergeteekende overleeden Carel Grass

Buffels Fontijn den 7:e Maart 1821

H: Oosthuijse

Inventaris des boedels van wijlen den overleedenen Carel Grass

een half zleeden zadel, een thoom en kleetje
een jas defect
een combaars
negen broekken meest defect
vier booven baatjes
een zwarte rok
agt onderbaatjes
twee hemden
zes paar kousen
drie neusdoekken
twee hoeden
twee paar camassen
drie mussen
twee kruijs banden
1/2 eel linne
een fluijt
een fellis
thien boekken
twee borstels
een spiegel
een strijk riem
een sloth
een pijp
een paar schoene
een leij
een kist
een sluijt mantje
zeeven zilvere knoopen
  Rd:s
aan contant 50:5
voor 3 maanden schoolgeld 36:--
Somma Rd:s86:5
Onkosten
  Rd:s
voor een dood kist 30
voor een aanspreker en 8 draagers 20
oenkosten voor de begraffenis 20
voor oppassing, en waakers geduurende de ziekte van den overleedenen in 23 daagen p:r daag een rd:s 23
Somma Rd:s93

Buffels Fontijn den 7:en Maart 1821.

Wessel Oosthuijsen, Veld Cornet

G:F: Dannhauser

J:n P:s de Buijs

MOOC8/37.49

{18211229} 29 December 1821 John Gough

Inventaris van alle zodanige goederen als er door captijn John Gough verongelukt met het schip dein de Plettenbbaaij zijn naargelaaten. Zodanig als dezelve door mij ondergetekende Veltc: ter op en aangave van den resident van gem: baaij John Squier zijn geintroseerd en opgenoomen, en bevonden te bestaan in het volgende te weeten

Houtwerk
14 geelhoute balke
59 geelhoute planken
34 draaij borden
31 agter tange
17 asse
5 schamels
2 paarde wagen voor tange
42 vellinge
144 spaken

Uitstaande penninge die de persoonen schuldig zijn gebleeven aan gem:de captijn Gough als volgd

  Rd:s
Alexander Kok 121:4
John Blacke 103:--
Abraham van Huissteen 18:--

Aldus gedaan en geinventoseerd in de Plettenbbaaij op den 29 Decb:r 1821 ende zulks op ’t op en aangave van gem: John Squier, dewelke betuigde zig daar en ter goeder trouw gedraagen en zijns weetens niets versweegen te hebben van ’t geen tot den boedel en nalatenschap behoord, onder presentatie van deese zijne gedaane opgaaf, ten alle tijde des gerequireerd wordende, met solemneele eede nader te bevestigen en verdere beloften dat zo wanneer in der tijd iets dier aangaande nader mogte koomen te ontdekken, daarvan aan Heeren Weesmeesteren dan wel aan den Landdrost als hun Eerw: agent opgave te zullen doen, ten einde in zulk geval deze inventaris daarmeede naar behooren te worden aangevuld.

In teeken der waarheid, is dese in tegenwoordigheid van mij Veld cornet en de mede getekende getuigens door den inventarient eigenhandig geteekend

Als getuigen: J:P:W:, R:v: H:steen

John Squier

In tegenwoordigheyd van my: Hend:k W:m van Huijssteen, Veld Cornet

MOOC8/37.50

{18230224} 24 February 1823 Jacobus Daniel van der Spuy , Anna Elizabeth Kotzee

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den zeven en twintigsten dag der jongst gepasseerde maand January ab intestato met ter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Anna Elizabeth Kotzee ten voordele van haren over geblevenen man den burger Jacobus Daniel van der Spuy met wien de overledene in gemeenschap van goederen is gehuuwd geweest voor de eene helfte, terwyl in de ander helfte der nalatenschap haar als haare erfgenamen komen te succedeeren

1) haaren als nog in leven zynde vader Dirk Joh:s Kotzee Hendrik Nicolaasz
2) der overledene volle zusters en broeders door evengem: Kotzee by zyne overledene eerste huisvrouw Johanna Margaretha Smith in echt verwekt, met naamen a) Hendrik Nicolaas geb: den 26 May 1800
b) Margaretha Susanna Jacomina geb: den 15 Septemb: 1808
c) Gerh:s Petrus Christiaan geb: den 9 May 1810
d) Johanna Jacoba Hilegonda Kotzee geb: den 17 Juny 1812

Zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergetekendens namens het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie zyn g’inventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende te weeten

een paarde waagen
een span ongemaakte tuygen
een kleder kast
een ledikant
twee bedden
twee ledige keldertjes
drie blikke trommels
een defecte wasch bak
een koffy kan defect
een verlakte schenkblad
twaalf kelkjes
een tinne beeker
een kopere kasseroletje
een oly en azyn stander van twee vlessen
een klyne yzere pot
een oude water keetel
een oude taartepan
twee drievoeten
een kopere kandelaar
vier en twintig vurken, twaalf tinne leepels
een transseer mes en vurk
een oly en azyn stander van vyf vlessen
vier glaze karaften
vier glaze zoutvaatjes
twee glaze confyt bakjes
twee glaze mostaard potjes
een stel porcelain theegoed
twee groote kannen
een party aarde theegoed in zoort
een hout kistje met zes vlessen
twee ledige vlessen en 18 ledige bottels
twee porcelaine melk kannen
vyf oude schilderyen
een sluit mandje
een schuif doosje
een ledige koffertje
een houte kistje met een slot
een verlakte specery doos
een verlakte trommeltje
een klyne koffertje defect
een sleutel kistje
een klyne mandje
zes zilvere theelepeltjes
twee zilvere confyt vurkjes
acht paarden
twee aanteel beesten
vyf aanteel paarden
twee houd zaagen
een dames zadel
vyftig mudden koorn
vyftig mudden haver
een mansslaaf genaamd Salomon van Mosambique oud 37 jaren, werksjongen
een mansslaaf g:d Africa van Mosambique oud 29 jaren, werksjongens
een rydpaard met zadel en toom
een koffer
een bak met kindergoed die zig in de Kaapstad bevind
Baaten des boedels
    Rd:s
vold: 20 Aug:s 1828 van Marthinus Brink volgens onderh: bewys 180
door de weduwenaar overtenomen van Stephanus Bauermeester volgens onderh: bewys 125
Lasten des boedels
    Rd:s
voldaan den Aug: 1823 aan Pieter Smith Gertz op een onderh: obligatie 500:--
  aan de wed: Gert Smith op een onderh: obligatie 130:--
voldaan den Septemb: 1823 aan Marthinus Joh:s van der Spuy op een onderh: obligatie 200:--
vold: den 10 July 1823 aan Christiaan Basson Matthysz op een onderh: obligatie 100:--
  aan Albert van Niekerk op een onderh: obligatie 20:--
voldaan 6 November 1823 aan Steph:s Malang op een onderh: obligatie 20:--
  aan Goris Leeuwner voor een snyders reekening 38:--
voldaan den Augustus 1823 aan Sybrand Jacobus v: der Spuy d’ oude op een onderh: oblig: d:d: 9 April 1821 zonder beding van renten 399:16
voldaan den Augustus 1823 aan Sybrand Jacobus v: der Spuy d’ oude over het betaald van Jan van Schoor blykens bewys d:d: 10 Aug:s 1822 100:--
voldaan den Augustus 1823 aan Sybrand Jacobus v: der Spuy d’ oude voor gedane verschotten voor begravenis onkosten etc:a 218:30

Pro memorie zullende de kleederen en het geen verder tot het lighaam der overledene heeft behoord aan den overgeblevenen weduwenaar en de twee minderjarige zusters van de overledene, by tauxatie worden gelaten, mitsg:s daarvan een apparte lyst worden geformeerd.

Aldus g’inventarisseerd ter plaatze van de heer Sybrand van der Spuy genaamd Oordmans Kraal gelegen aan de Koebergen op den 24 February 1823 ende zulx volgens op en aangeven van de in den hoofde dezes gem: weduwenaar, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyns weetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord invoegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gem: nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskaamer opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede te kunnen worden geamplieeerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van my onderget: gecomm: Weesm: ende my Eerste Commis door de inventarient eigenhandig onderteekend.

Als gecomm: Weesmeester: J:F: Munnik

J:D: van der Spuy

Mij present: G:A: Watermeijer

Lyst van de klederen en het geen verder tot den lyfsdragt van wylen Anna Elizabeth Kotzee heeft behoord

zes ondertabbaard
negen hembden
drie oude rokken
vier nagt mutzen
vier jakkies
agt paaren koussen in soort
vier rokken
vyf zyde spencers
drie zyde lyfjes
vyf zyde doekjes
drie witte kante doekjes
twaalf rokken in zoort
een p:r zatyne schoenen
vier sjerpen
zes tjaals in zoort
een lakensche karos en jas
een zwarte kante doek
drie p:r zyde koussen
twee zwarte zyde doekjes
een zwarte zyde lyfje
een tipperd
drie hoedjes
negen mutzen
zeven kraagjes
zes oude kraagjes
drie p: steveltjes en 1 p:r schoenen
een chambreel
vyf linnesche spencers
vier linnesche lyfjes
twaalf kassa rokken
twee doeken in zoort
een lapje gekeeperd
een lapje diemit
een lapje wit linnen
twee geborduurde kleden
tien ellen chitz
vyf en half ellen zwarte chitz
een zilvere vergulde zak beugel
vyf p: oorkrabben
twee zilvere vingerhoeden
een zilvere naay ring
een zilvere oorlepeltje
een zilvere doosje
een zilvere fluitje /kinder/
een zilvere raspertje
vyf borspelden in zoort
een zilvere mesje met een paarldamoure heftje
vier karette kamen in zoort
vyf waayers

Alle welke bovenstaande goederen door het gecommitteerede Lid de heer J:F: Munnick aan Dirk Joh:s Kotzee voor zyne twee minderjarige dogters Margaretha Susanna Jacomina en Johanna Jacoba Helegonda Kotzee is getauxeerd op eene somma van drie honderd ryks:

Voorts nog

drie lakens
drie en twintig sloopen
zes hand doeken
een snoer koralen
een zilvere sleutel ring
een borspeld
drie klyne ringetjes en
twee boeken welke aan den overgeblevenen weduwenaar voor een somma van zeven en dertig ryks: is verbleeven

De hierboven gespecificeerde goederen bekenne wy ondergetekendes ten onzen genoegen te hebben ontvangen.

Den 24 February 1823

D:J: Kotz

J:D: van der Spuij

Lyst van de kinderbak als volgt

    Rd:s
8 witte rokkies alles te zaamen 50
2 witte nagtjurkies
12 vleppies
26 borstrokkies
22 schuijf mussies
6 witte doekkies
17 navel banttjes
16 makasters
8 hemspies
17 onder mussies
7 lijfdoeken
9 bonte jurken
22 luijers
8 witte tabbertjes
1 ongemaakte kindersprij

Rapport van t gecommitteerd Lid d’ edele Munnick nopens de inventarisatie en verkoping des boedels van wylen Anna Elisabeth Kotzee en overgeblevene man Jacobus Daniel van der Spuy Sybrand Jacobuszoon.

  Rd:s
aan den overgeblevenen weduwenaar by tauxatie gelaten
desselfs rydpaard met een oud zadel voor 175
mitsgaders het wynige linnengoed des boedels en eenig klynigheden, tot gebruyk der overledene gediend hebbende voor 37
alsmede
aan de twee zusters der overledene, in namen Margaretha Susanna Jacomina, en Johanna Jacoba Hillegonda Kotzee, de kleederen goud en zilver, en ’t geene verder tot gebruijk en lyfdragt den overledene heeft gediend te zamen voor 300

Hebbende der weduwenaar verzogt, een bak met kindergoed, die mede tot den gemeenschappelyken boedel behoord, en zig bij desselfs moeder in de Kaapstad bevind, by tauxatie te mogen blyven behouden

MOOC8/37.51

{18220504} 4 Maij 1822 William Ferdinand van Reede van Oudtshoorn

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op Zondag den agt en twintigsten dag der maand April, s avonds de klokke omtrend tien uuren, in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd twee en twintig, metter dood zyn ontruymd ende nagelaten, door den hoog welgeboorene heer William Ferdinand van Reede van Oudtshoorn.

Hebbende de heer overledene, by beslootene testamentaire dispositie in dato 10 September 1819 opgerigt, en waarvan de superscriptie ten zelfden dage voor den notaris publicq m:r Jacobus Petrus de Wet en getuigen is gepasseerd, na alvoorens, zoo wel by dat testament, als by onderscheidene actens denzelven testamente g’annexeerd differente dispositien te hebben gemaakt, voorts tot zyne eenige en universele erfgenaamen genomineerd ende g’institueeerd de kinderen by zyne overledene echtgenoten in echt werwekt, als

a) by wylen zyne eerste echtgenote juffrouw Susanna Margretha van Schoor 1) Pieter Adriaan van Reede van Oudtshoorn
b) by zyne mede overledene tweede echtgenote juffrouw Geesje Kirsten 2) Johan Fredrik van Reede van Oudtshoorn
3) William Ferdinand van Reede van Oudtshoorn
4) Lieve Marth:s Izaak van Reede van Oudtshoorn
5) Philippus Hermanus van Reede van Oudtshoorn
6) Jacobus Joh:s Gysbertus van Reede van Oudtshoorn
7) Sophia Cornelia Adriana van Reede van Oudtshoorn geh:d met den hoog welgeb: heere Rudolph Anthony de Salis
8) Anna Catharina van Reede van Oudtshoorn geh:d met den wele: heer James Dunbar
9) Geesje Ernestina Joh:a van Reede van Oudtshoorn geh:d met den heere Egbertus Bergh Olof zoon
10) de kinderen van wylen Johanna Catharina Hendrina van Reede van Oudtshoorn in huwelyk by den heere Johannes Daniel Karnspek verwekt, in namen a) Geesje Wilhelmina
b) Anna Fredrica
c) Engela Maria en
d) Johannes Daniel Karnspek

Hebbende de heer overledene de portie van zyne dogter Sophia Cornelia Adriana van Reede van Oudtshoorn, geh:d met opgem: heer De Salis belegd met den band van fidei commis haar leven lang, tot het afsterven van hun beiden, gelyk ook de overledene de portien zyner acht overige kinderen in den hoofde dezes vermeld, voor twee derde gedeelte al mede belegd heeft met den band van fidel commis tot dat zy den ouderdom van vyf en veertig jaren hebben bereikt, en wel, zoo als zulx in gem: testamentaire dispositie nader staat omschreven, met dien verstande, dat zy de renten daarop aangewonnen hun leven lang zullen blyven genieten terwyl die der kinderen van zyne overledene dochter Johanna Catharina Hend:a van Reede van Oudtshoorn in huwelyk by opgem: Karnspek verwekt, in gevolge acte van den 19 April l:l:, aan gem: Karnspek zullen moeten worden afgegeven, die als administrateur over dezelve is benoemd geworden.

En voorts tot executeuren van hetzelfde testament benoemd en verzogt, het Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie, ten gevolge waarvan de nalatenschap door ons ondergeteekende expres Gecommitteerdens uit het evengem: Collegie is g’inventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het volgende te weeten

Een huis en tuyn, staande ende gelegen in deese Tavelvalley g:d Saasveld , zynde een gedeelte der gedeelte tuijn g:d Oudtshoorn g:t 417 quad:t roeden 39 quad:t voeten en 84 gelyke duimen
een huys en tuyn g:d Meydrecht , annex Saasveld geleegen, zynde een gedeelte der gedeelde tuyn g:d Oudtshoorn g:t 595 q:t roeden, 56 q:t voeten en 24 gelyke duimen
een stuk ommuurde land g:d Nederhorst , leggende voor gem: tuynen Saasveld en Meydricht per rest groot 1 morgen 121 q:t roeden en 94 q:t voeten
een stuk ommuurde land g:d Drakenburg aan Nederhorst grenzende, met de daarop geconstrueerde vier huisen en een pakhuis g:t 322 q:t roeden
een stuk land bestaande uit vier annex elkander gelegend erven, gelegen in deeze Tafelvalley stukkende ten noorden aan het oud ygendom van Hermanus Dempers te zamen groot in haren grond 740 q:t roeden en 126 q:t voeten
een huis erf met het daarop geconstrueerde huurhuisjes /waarvan een gedeelte nog onbeboud is:/ gelegen in deeze Tafelvalley en aldaar een gedeelte van de zijde spindery thans L:a E: groot 51 q:t roeden 16 q:t voeten
een huis en erf staande ende geleegen in deeze Tafelvalley in de Lange Straat N:o 30 in ’t Blok L: en aldaar N:o 12 g:t 34 1/6 quad:t roeden

In de eerstgem: tuyn g:d Saasveld en aldaar

In het voorhuys
een klok lantaarn
vier wit linnesche ophaal gordynen
een wit linnesche oopen [gordynen]
twee spiegels met vergulde lysten
tien schilderyen
twee vogel kooyen
vir guerridons
een tavel met steene blad
twee speel tavels
twee vierkante tavels
een uittrek (schryf) tavel
zes witkopere quispeldooren
twee leuning stoelen
twaalf stinkhoute leuning stoelen met roode trype zittingen
een glaze lamp
een klyne spiegel met noote bome lyst
zeven schilderyen verbeeldende portraiten van de Prinsen en Princessen van Orange, welke aan Lieve Marth:s Izaak van Reede van Oudtshoorn ingevolge testamentaire dispositie zyn geprelegateerd
twee vaandels van het voorheen alhier g’vesilteerde hebbende Pennisten Corps, welke ingevolge gen: testamentaire dispositie aan den zig in Europa bevind erfgenaam Pieter Adriaan van Reede van Oudtshoorn moeten worden over gezonden ten einde in de Kerk van Zyne Heerlykheid te worden opgehangen
een thee kistje
een tobaks kistje
In de kamer ter regterhand
een witte ophaal gordyn
een spiegel met vergulde lyst
twaalf ovale vergulde schilderyen welke ingevolge meergen: testamentaire dispositie aan de wele: heer James Dumbard geh:d met A:C: van Reede van Oudtshoorn is geplalegateerd
een Cylons geelhoute kabinet met geelkopere beslag waarin linengoed en eenige papieren welke nader zullen worden gesorteerd en op eene lyst hierby gevoegd
een ronde thee tavel
vier leeuning stoelen met roode trype vaste zittings
twaalf ordinaire stoelen met roode trype vaste zitttings
een stelletje
In een deurloop kamer
een wit linnesche vengster gordyn
een spiegeltje met vergulde lyst
zes klyne schilderyen
In de kamer ter linkerhand
een wit linnesche ophaal gordyn
zes schilderyen
een klyne ronde [schilderyen]
een spiegel met vergulde lyst
een barrometer
een termometer
een kyker
een vierkante tavel
een stinkhoute kleder kast ingevolge testamentaire dispositie vermelt p:r overledene aan Jacob Joh:s Gysb:s van Reede van Oudtshoorn gepletigateerd
een mahony houte kleder kast
een noote bomen spiegel bureau als boven aan W:F: van Reede van Oudtshoorn geprelegateerd
een schiet geweer
vier snuifdoosen als vooren aan voorm: kleinkinderen van opgem: J:D: Karnspek
een zilvere scheerbekke met desselfs water kan en twee savonet doozen alle gegraveerd met het waapen van Carry Lord Huusdon, daarby gehorende foudraal en scheermessen als boven besprooken aan Johan Freedrik van Reede van Oudtshoorn
twaalf messen met zilver gemonteerd
eenige rollen plakpapier
een teleskoop
zeven potjes poumade
In de gaandery
een wit ophaal gordyn
een klok lantaaren
acht vogel kooyen in zoort
een pendule
negen schilderyen in zoort
een sleutel rakje
In een muurkast
twee honderd boeken waarvan eene lyst by den inventaris zal worden gevoegd
In een tweede muurkast
vyf en veertig wynkelken in zoort
agt bier glazen
vyf water glazen
agt roemers
een bocaal
zes karaften in zoort
twee glaze compotten
een glaze melkkan
zes glaze schootels
een limonade glas
een houte vergulde beeld
een party ledige bottels
In een agterkamer ter regterhand
een ophaal gordyn
een spiegel met noote bome lyst
een stink houte cabinet als vooren besprooken aan Geesje Ern:s Joh:a van Reede van Oudtshoorn g:h: met E: Bergh
een stink houte ledikant
zes schilderyen de gezigten van Drakenburg en Alphen
twee groote beddens als vooren besprooken aan A: Cath:a en Geesje Ern: Joh:a van Reede van Oudtshoorn
twee peuluen
twaalf kussens en
twee combaarsen als mede
een klyne bed en tien kussens en een deken
een rol tapyt voor loopens
een restant tapyt
twee klyne tapyten
een foliant Bybel
een rood verlakte doos
een stoof
een aarde beeld
In de dispens
een ronde eetens tavel als vooren aan de h:r J:D: Karnspek besproken
een groote klaptavel
een klyne tavel
een bottel rak
een eyer rak
een klyn kastje
een groote dispens kast
een groote ronde zilvere lampet schootel, gegraveerd met het wapen van Van Oudtshoorn tot Sonneveld en daarby gehoorende silvere beeker welke als vooren aan Pieter Adriaan van Reede van Oudtshoorn zyn geprelegateerd
twee zilvere vierkante schenkborden als voore aan W:F: van Reede van Oudtshoorn besprooken
een zilver tabaks konfoortje
een zilvere tavel krans en grootte zilvere zuikerbus aan Lieve Marth: Iz:k van Reede en Oudtshoorn als voren besproken
een zilvere zoeplepel als voore aan P:H: van Reede van Oudtshoorn besproken den 3 Juny 1824 aan J:D: Karnspek als gemachtigde van P:H: van Reede van Oudtshoorn afgegeven
twaalf zilvere eetlepels en vurkens en
een zilvere snuifdoos met het pourtrait van des overledens huisvrouw
twee zilvere ronde schenkbordjes en aan J:J:G: van Reede van Oudtshoorn besprooken
een zilvere tobaks konfoortje
een groote zilvere schenkblad met opstaande rand welke aan Soph:a C:a Ad:a van Reede van Oudtshoorn geh:d met de h: De Salis als voren besproken is
een zilvere oly en azyn standaard met zyn peper busje en kristalle glazen en als vooren aan A:C:v: Reede van Oudtshoorn geh:d met J: Dubard besproken
vier zilvere zoutvaatjes met lepeltjes
een zilvere trekpot, zilvere melkkan, zuikerpot, zilvere tang, twaalf zilvere theelepeltjes, een pons leepel, vier zilvere zoutvaatjes, mostaard potje alles ingevolge meerm: testamentaire dispositie aan Geesje Ern:s Joh:a v: Reede van Oudtshoorn geh:d met Bergh geprelegateerd
tien zilvere eetlepels en
elf zilvere vurken zynde het restant der zilver eet lepels en vurken
twee zilvere tavel konfoortjes
twee zilvere confyt vurkjes
een zilvere spuitje
een wit koopere theemachine
elf wit koopere kandelaaren in zoort
een tinne trekpot
vier verlakte schenkbladen
een verlakte broodbakje
twaalf messen met zilver gemonteerd
tien ordinaire messen
een transseer mes en vurk
vier glaze confyt potjes en koelbakje
vier klyne glaaze confyt potjes
twee groote glaze confyt potjes
twee verlakte snuyter bakjes
een tinne melk kan
twee vogel glaazen
een rood verlakte gemak stoel
een klisteer spuit
een was bak
een likeur kistje
twee hand lantaarns
In de kombuys
een kombuistavel /groot/
een klyne tavel
vyf stoelen
een groote kist
een waterhalfaam
een raggebol
drie schilderyen verbeeldende familiestukken
In de wynkelder
zes leggers met wyn in zoort
drie amen met wyn in zoort
een restant wyn
vier halfaamen met wyn
zes halfaamen fyne wyn
een restant fyne wyn
twee ankers met fyne wyn
een legger azyn
zes ledige leggers
vier ledige halfaamen
twee halve leggers met wyne
twee ledige ankers
vier wyn emmers
twee tregters
een hever defect
drie groote kranen
twee klyne kranen
twee zwavel haaken
twee glaze pompen
een aftap bok met zes losse glaze [pompen]
een wyn bok
vier bedde taveltjes
een buitel kist
een rak
twee verf steenen
vier schilderye met vergulde lysten
twee ledikanten
een kadel
een paar ruim chais tuigen
twee toomen
twee chais zweepen
een klyne ronde taveltje
een rak met tuyn zaaden
vyftien zakken ryst
een restant aakers
een oude draagstoel
eenig provisie oude onder de presente erfgenamen verdeeld
twee Keulse potten met rook tobak
negen verlakte trommels in zoort met restanten provisie
vier kelders met restanten van wyn brandewyn en atjars
twee ledige kelders
een houte geld kist
twee tabaks doosen
een ledere koffer
drie ledige kistjes
vyf klyne mandjes
een yzere bryzel machine
eenige gebottelde wyn
eenige ledige bottels, kannen een vlesse
twee geelhoute balkens
vyf geelhoute planken
twee honderd ponden yzer gewigt
een zieke stoel en voorts
een party romm:
agt mudden zakken
In een agter pakhuis
een grootte kist
een tavel
een boter karn
een katoene haspel
een vleesch haak
een hand wasch baly en voorts
een party romm:
Op de agterplaats
twee ladders
een huistrap
een klyne huistrap
een schaafbank
een vet hok
drie kopere gieters
zes graven in zoort
twee snoey scharen
een moker
twee koevoeten
drie pikken
vier stampers
twee boor mokers
een groote boor
twee klyne [boor]
een vuilnis lepel
een buikplank
een balk en voorts
eenige tuin gereedschap
een rystblok en stamper
In een derde pakhuis
twee rakken
twee groote kisten
een koorn harp
een mudde maad
twee maad schepels
een vorm tavel
tien stene vorme
een tavel met steen blad
een staartstuk
drie kloklantaarns
twee glase stulpen
twee glase met blaakers
een geldkist
twee ledige kastjes
drie Japansche nesjes
zestien kaf zakken
een kaarse vorm
een kopere nagt blaker
twee honderd en vyftig lb: yser gewigt a 50 stuk
vyf stukken gewigt in zoort
een groote schaal met balans
een klyne koper schaal
een balans met koper schaal
zeven stukken koper gewigt
een kast met eenige ledige kannen
een trekzaag
een kelder met vlessen
een gueridon
een deur kouzyn
twee remkettings
twee stukken loot
eenig oud yzer werk
eenige kopere en yzere deur schrinieren
twee tobaksdoosen
negen oude mudden zakken
een Chinasche procelaine tavel servies bestaande in alle welke ingevolge testamentaire dispositie van de h:r overledene aan de erfgenamen N: F:, Jacob Joh:s Gysb:, Anna Cath:a en Geesje Ernest: Joh:a van Reede van Oudtshoorn zyn geprelegateerd
twee soepterrines met schotels
twintig schotels in zoort
vier salade bakken
twee boter potjes
drie en tagtig borden
twee blauwe porcelaine aisch schole
twee blauwe lampetten en kommen
negen en twintig schootels
een groote kom en deksel
een groote en witte aarde soepterrine
vier en dertig witte aarde schotels
een visch schotel
twee saus potjes
veertig borden
een oly en asyn standaard
een grootte blauwe aardeport
drie grootte Chinasche kabinets potten en 2 beekers
drie Chinasche kabinets potten kleinder
drie aarde potten in zoort
een mud koorn
een restant gort
een restant haver
een zak aluijn
een kopere ham keetel ingevolge testamentaire dispositie van de h:r overledene aan zyne twee dochters in naame Anna Catharina en Geesje Ern:a Johanna van Reede van Oudtshoorn gelegateered
een kopere braadpan
twee kopere taartepannen
twee kopere kasserollen
vyf kook potten
een hakke bord met 2 hakke messen
een rolstok
een saus pan
een oblie yzer
een drievoet
een braadspit
een koorn schop
In een vierde pakhuis
een restant koorn stroo
vyf zakken met kalk
een yzere bakovend deur
eenige yzere ankers
een ledige asyn vat
een bakkist
een kast
eenige vengster raamen en wat oude hout werk
In het wagenhuys
een charet
een chais als voren aan meerm: J:D: Karnspek gelegateerd
vier witkopere charet tuygen
een witkopere tuygen rak
een kar met tuygen
In de stal
vier stal paarden
een voer kist met drie manden
een stal baly
vier kosijen waarvan drie zig by Fred:k Stadler bevinden
In een pakhuis uitkomende in Orange Straat
een restant haver gerven
een restant haver kaf
een kribbe
een kaggel
twee stinkhoute planken en voorts
een party balken en planken
een houte raam
twee cajaty houte balken
een stuk cajaty houte [balken]
Lyf eigenen des boedels
Johannes van Mosambique 55 jaren, vhee wagter welke de overledene heeft begeerd, by gem: dispositie dat publicquelyk moeten werden verkogt, ten waare de presente erfgenamen, die onder hun willen verdeelen, wanneer daarvoor ƒ24000 aan den boedel moeten werden ingebragt
Philis van Batavia 45 jaren, werksjongeen
Plezier van Mosambiqe 35 jaren, staljongen
Lafleur van Mosambiqe 40 jaren, werksjongen
Geduld van Mosambiqe 40 jaren, werksjongen
eene slavinne ge:d Sanna van Mosambiqe 40 jaren, waschmeid
April van Malebaar 50 jaren, huisjongen aan wien ingevolge gem: dispositie de vrye keus is gelaten te gaan en staan waar zy willen, en tot onderhout rd:s5 per maand toegelegd waartoe ƒ20000 uit den boedel word afgestoken
Slammat van Java 65 jaren, metzelaar
Rozetta van de Kaap 60 jaren, huismeid
Aurora van Bengale 60 jaren, strykster
Pandang van Bougies 60 jaren, waschmeid
Fatima van de Kaap 44 jaaren, naayster aan wien vryheid is gelaten zig voor ƒ4000 uit te kopen nader en gem: testamentair dispositie omschreven
Bekima van de Kaap 34 jaren, naayster
Jamelia van de Kaap 32 jaaren, strykster
Polius van de Kaap 44 jaaren, werksjongen welke 12 slaven als vooren door executeuren getauxeerd onder gezamentlyke alhier aanwesig zyner kinderen en kinds kinderen ingevolge meergem: testamentaire dispositie in liquiden moeten overgaan
Ragman van de Kaap 35 jaaren, schoenmaker
Salie van de Kaap 28 jaaren, huisjongen
Machloek van de Kaap 30 jaaren, snyder
October van de Kaap 25 jaaren, kombuisjongen
Japie van de Kaap 10 jaaren
Abdul van de Kaap 7 jaaren
Floris van de Kaap geboren den 13 Mey 1817
Cambria van de Kaap 13 Jaren
Arsima van de Kaap 12 jaren
Caiza van de Kaap 9 jaren
Amalia van de Kaap
Bagina geb: den 3 September 1819 welke ingevolge dispositie van den 21 Maart 1820 aan de dogter van Jacobus Joh:s Gysb:s van Reede van Oudtshoorn met name Soldelina van Jaarsveld van Reede van Oudtshoorn is gelegateerd geworden
Azor van Mosambique [ ..... ] jare, metzelaar

Contanten in den boedel gevonden toebehoorende aan de ondervolgende, en door de overleedene eigenhandig beschreeven

  honderd agt en dertig zilvere Spaansche matten geld van de minder jaarige kinderen van wylen vrouwe Joh:a Cath:a Hend:a van Reede van Oudtshoorn, by de heer J:D: Karnspek in huwelyk verkregen
  vier zilvere guldens
  een zilvere stuiver
op den 27 Sep: 1823 aan de h: G:H: Maasdorp uitbetaald agt en vyftig zilvere Spaansche matten geld van den heer M:J: von Zink Graaff
zestien zilvere Spaansche matjes
veertien zilvere guldens
een zilvere schelling
delivered to Mr Maasdorp 19 July 1839 twaalf zilvere Spaansche matten geld van den heer Owen Maurits Roberts
zestien en een quart Spaansche matjes
zeventien daalders
vyf en twintig zilvere guldens
  drie en negentig zilver Spaanchematten geld van den hoog welgeb: heer Pieter Adriaan Baron van Reede van Oudtshoorn
  vyf zilvere guldens
  vier en twintig zilvere schellingen
  een zilvere stuiver
  tien koopere dubbeltjes
  honderd vier en vyftig Spaanschematten geld van den hoog welgeb: heer Philippus Hermanus Baron van Reede van Oudtshoorn
  zes koopere dubbeltjes
Contanten des boedels
  Rd:s
zilvere muntspecien
honderd zes en vyftig ducatons
honderd zeeven en vyftig drieguldens stukken
een stuk Spaans geld
vyf en twintig quart Spaanschematten
zes en twintig achtste Spaanschematten
een daalder
zeven halve guldens
twaalf schellingen
elf dubbeltjes
aan papiere munt
negen duyzend zes en veertig rd:s en 22 stuivers zegge 9046:22
Inneschulden
    Rd:s
renten voldaan tot 1 April 1823 een schepenen kennis ten lasten van Nicolaas van Wilingh d:d: 24 July 1818 per rest groot ƒ15000 ofte 5000:--
  renten zeedert 1 April 1822
renten vold: tot ult:o Maart 1822 en in mindering van capitaal afgelegd ƒ3000 den 27 Aug:s 1822 renten vold: ul:o Maart 1823 een schepenen kennis ten lasten van Willem Adriaan van Niekerk d:d: 7 Aug:s 1818 per rest groot ƒ15000 ofte 5000:--
  renten zedert [ ..... ]
  een schepenen kennis ten lasten Hendrik Emanuel Blanckenberg d:d: 2 April 1819 g:t ƒ6000 2000:--
  renten zedert [ ..... ]
in mindering van nevens gem: capitaal op heden afgelegde ƒ1200 den 5 Sep:r 1822 renten vold: tot 8 Sept:r 1823 een schepenen kennis ten lasten Abraham Michiel Ackerman d:d: 11 May 1803 g:t ƒ6000 2000:--
add: aan J:G: Brink een schepenen kennis ten lasten Pieter Gerhard Wium d:d: 17 April 1818 g:t ƒ3000 1000:--
  renten zedert [ ..... ]
op den 30 Aug:s 1822 in mindering afgelegd ƒ4000 met de renten. Renten vold: tot den 8 Maart 1822 een schepenen kennis ten lasten Petrus Joh:s le Roux Janz d:d: 19 May 1820 g:t ƒ20000 6666:32
  renten zedert 8 Maart 1822
op den 21 Aug:s 1822 wederom afgelegd ƒ2000 en de renten betaald tot den 29 April 1822 een schepenen kennis ten lasten George Ferdinand Geyer d:d: 29 April 1814 per rest ƒ10000 3333:16
  renten zedert [ ..... ]
  een schepenen kennis ten lasten Joh:s Frans Sebastiaan Kirsten d:d: 9 February 1821 g:t ƒ6000 2000:--
  renten zedert [ ..... ]
  een schepenen kennis ten lasten Franciscus Josephus Bekker d:d: 16 Maart 1821 g:t ƒ10000 ofte 3333:16
in mindering van ’t capitaal 800 ingekort den 16 Dec: 182[ ..... ] de renten voldaan een schepenen kennis ten lasten Christoffel Johannes Kirchman d:d: 18 May 1821 g:t ƒ12300 4100:--
  renten zedert [ ..... ]
in mindering van nevensgem: capitaal afgelegd ƒ2000 renten van ’t geheel vold: den 5 Nov:r 1822 een schepenen kennis ten lasten Jan Carel Horak d:d: 1 Juny 1821 groot ƒ9000 ofte 3000:--
  renten zedert primo Nov:r 1821
in mindering van nevensgem: capitaal op heele afgelegd ƒ2400 en de renten voldaan 21 Dc:r 1822 een schepenen kennis ten lasten Philippus Izaak Minner d:d: 21 Septemb: 1821 g:t ƒ12000 ofte 4000:--
renten voldaan tot den 15 Juny 1823 renten zedert 15 Juny 1821
  een schepenen kennis ten lasten Christiaan Ackerman d:d: 24 January 1799 per rest g:t ƒ12000 4000:--
op den 20 Aug: 1822 1/5 gedeelte van capitaal met de renten afgelegd ƒ1200 renten tot 19 Decemb: 1822 een schepenen kennis ten lasten Jan Petrus de Villiers Janz d:d: 19 April 1822 g:t ƒ6000 ofte 2000:--
  renten zedert 13 Decemb: 1821
in mindering afgedragen rd:s4800 een schepenen kennis ten lasten Izaak Lezar d:d: 27 Maart 1806 per rest groot ƒ72000 ofte 24000:--
  renten zedert [ ..... ]
renten voldaan tot den 21 Nov:r 1822 en 1/5 gedeelte van ’t capitaal afgedragen in ƒ2000 den 16 Aug:s 1822 een schepenen kennis ten lasten Pieter Fredrik Dusing d:d: 25 Novemb: 1814 groot ƒ10000 ofte 3333:16
renten voldaan tot 21 Nov:r 1823 renten zedert 21 Nov:r 1821
  een schepenen kennis ten lasten Bernhard Wilhelm Oppel d:d: 23 February 1816 groot ƒ5000 ofte 1666:32
  renten zedert [ ..... ]
renten vold: tot ul:o Dec:r 1822 den 14 May 1823 een schepenen kennis ten lasten Barend Godfried Bredenkamp d:d: 1 May 1812 groot ƒ20000 9333:16
  renten zedert 1 January 1822
  een schepenen kennis ten lasten Andries Grove Andriesz d:d: 11 April 1817 g:t ƒ6000 ofte 2000:--
  renten zedert [ ..... ]
op den 28 Octob 1822 in mindering van nevensgem: capitaal afgelegd ƒ960 met de renten een schepenen kennis ten lasten Petrus Borchardus Borcherds d:d: 18 April 1817 g:t ƒ4000 ofte 1600:--
  renten zedert [ ..... ]
  een schepenen kennis ten lasten Jacobus Arnoldus Hurter d:d: 19 Octob:r 1821 g:t ƒ11200 ofte 3766:32
  renten zedert 25 April 1821
op den 23 Aug: 1822 in mindering van dit capitaal afgelegd ƒ1000 met de renten den 20 May 1823 renten vold: tot primo January 1823 een notarieele obligatie ten lasten Johan Fredrik Beck d:d: 2 Novemb: 1814 g:t per rest ƒ5000 1666:32
  renten zedert primo January 1822
in mindering afgedragen rd:s400, renten voldaan tot 15 Novb:r 1822 een notarieele obligatie ten lasten Anthony Chiappinie d:d: 15 Novemb: 1817 ƒ7000 ofte 2333:16
  renten zedert [ ..... ]
in mindering afgedragen rd:s100 een notarieele obligatie ten lasten Jacobus Oostwald van Nieukerk Joh:sz d:d: 29 Maart 1821 ƒ2700 ofte 900:--
ult: Jan:y 1822 renten zedert [ ..... ]
  een notarieele obligatie ten lasten Adriaan Louw Danielz d:d: 19 April groot ƒ13500 ofte 4500:--
  welke door Andries Brink senior geaccepteerd is te voldoen op den 19 April j:l:
renten tot den 9 Aug:st 1822 verrekend eene notarieele obligatie ten lasten Daniel Lambrechts d’ oude d:d: 9 Aug:s 1816 g:t ƒ6000 ofte - aan Karnspek overgegeven 2000:--
  renten zedert 9 Aug:s 1821
  een notarieele obligatie ten lasten Jacobus Joh:s Burger d:d: 26 Maart 1821 ƒ15500 ofte 1666:32
  renten zedert [ ..... ]
den 27 Aug:s 1822 in mindering van voorz: capitaal afgelegd ƒ2000, vold: 24 Dec:r 1822 een onderh: obligatie ten lasten Jan Fredrik Serurrier d:d: 2 April 1821 g:t ƒ10000 ofte 3333:16
  renten zedert 1 April 1822
  een onderh: obligatie ten lasten William Ferdinand van Reede van Oudtshoorn d:d: 24 September 1817 groot ƒ10261 ofte 3420:16
  renten zedert [ ..... ]
  een onderh: obligatie ten lasten Ja:s Joh:s Gysbertus van Reede van Oudtshoorn d:d: 1 April 1821 groot ƒ21200 ofte 1400:--
  renten zedert [ ..... ]
  een onderh: obligatie ten lasten Joh:s Petrus Philippus Ulrich d:d: 24 May 1819 g:t ƒ1000 ofte 333:16
  renten zedert [ ..... ]

Voorts zyn in den boedel gevonden diversche schuldbrieven ten behoeven van perzoonen gepasseerd wier zaaken de overledene heeft g’administreerd, welke hier onder by ieder’s saldo specificq word opgebragt

    Rd:s
uit den inhoud van nevenstaande missive van de 5 Febr: 1821, van den hooged: h:r P:A: van Reede van Oudtshoorn, die zedert het afsluiten der inventaris van de Weeskamer is ingezonden blykt het, dat van het saldo, dat aan contanten in cassa was rd:s2275:5:9 op een wissel van de overledene aande order van L:M:J: van Reede is uitbet: rd:s2074:4 en dierhalven op den 5 Feb: 1821, slegts nog maar in cassa was ƒ201:1:9 en voorts dan de van hier versondene wynen aan heeren Teyssit en Co:, J:J:L:S van Pieter Adriaan van Reede van Oudtshoorn, zynde het zuiver saldo ten bedrage van ƒ2275:5:9 h:c: aan contanten en van ƒ1768 aan Russische effecten blykens eene in den boedel gevondene reekening courant geslooten den 31 January 1821 van denzelven volgens gevondene aantekenings per saldo /:vide desselfs missive van den 5 February 1821:/ ƒ201:1 :9 Holl: c:t ƒ251:5:9
  verzondende wynen P: de Java paket capt:n Theunissen per missive van 7 January 1822 blykens factuur rd:s590 Kaaps 1770
  George Ferdinand Geijer te doen verantwoording van zyne gevoerde administratie over eenige huurhuisjes dubieuse pretensie
  eene vordering van de Nederlandsche Geoctrooyeerde Oost Ind: Compagnie dan wel van de heere Abraham Josias Sluysken volgens aanteekening 11290
Lasten des boedels
    ƒ Rd:s
verrekend aan juff:w Johanna Hermina Gilquin en wylen den heer Philippus Hermas Gilquin van wien de overledene met en benevens de heeren Jan Daniel Karnspek en Willem Jan Klerk is generaale gemagtigde per saldo eener op den 16 Sept:r 1820 geslotene reek:g courant   5336:--
  voor welk bedragen de overledene heeft genoteerd dat in zyn boedel bevind de volgende schuldbrieve als
by afrekening met der de questie voor voorsz: schuldbrief ontvangen de kusting, R:P: Jones eene custing ten lasten J:B: Werrund vervallende op den 3 November 1821 g:t 11000:--
  eene custing ten lasten J:M: Durr vervallende op den 12 January j:l: 5008:--
  NB het bedragen van opgem: schuldbrief van Durr is volgens eene door de overledene verleende quittantie op den 6 Maart 1822 by hem ontvangen
  aan M:J: van Zinkgraaff per saldo eener lopende reekening courant   2989:22
verrekend voor welk bedragen in den boedel wordt gevonden volgens aanteekening van de h:r overledene de volgende schuld brieven
NB renten verrekend tot den 6 Octob: 1822 eene scheepenen kennis ten lasten William Tyford d:d: 10 Novemb: 1809 g:t 5700:--
met de reenten zedert den 16 Octob: 1821
  eene notarieele obligatie ten lasten Pieter Everhard Briers d:d: 5 Maart 1814 g:t 3000:--
  renten zed:t 5 Maart 1821
verrekend aan de drie onmondige kinderen van Jan Daniel Karnspek in den hoofde vermeld voort komende over grootmoederlike erffenisse per saldo van reekening   5857:1
  waarvoor in den boedel wordt gevonden en alzo opgebragt de volgende schuldbrieven als
  eene schepenen kennis ten lasten Joh:s Zorn d:d: 23 April 1813 g:t 12000:--
  renten zed:t 18 Ap:l 1822
  eene onderh: obligatie ten lasten de overleedene zelve d: d: 1 Juny 1820 g:t 4500:--
  aan Sophia Cornelia Adriana van Reede van Oudtshoorn echtgenoote van voorn: De Salis per saldo van reek:g voortkomende uit moederlyke erffenisse welke met den band van fidei commis is belegd geslooten primo January 1821   6333:16
  aan haare kinderen in naame Wilhelmina Geesina Fredrica Catharina Carolina, Sophia Anthoinetta, Constant Eleonora Julie, Caroline Augusti Othaline, Wilhelmina Fredrica Arthurina de Salis, mitsgaders aan die welke nog zullen werden gebooren, ende zulx ingevolge onderh: dispositie van de heer overledene d:d: 19 January 1820 bedragende ingevolge saldo van reekening op den 1 January 1821 geslooten waarvan de renten aan hunne ouders leven lang komen   8076:6
  voor welke beide saldo’s in den boedel volgens aantekening aan schuldbrieven zyn gevonden als
  eene onderh: obligatie d:d: 19 January 1813 ten lasten Jan Dan:l Karnspek groot 24000:--
  eene onderh: obligatie ten lasten van de overledene zelve d:d: 24 Sept:r 1817 groot 19000:--
  eene onderh: obligatie ten lasten de overledene zelve d:d: 19 January 1820 groot 228:6
  aan Philippus Hermanus van Reede van Oudtshoorn per saldo van reekening voortkomende uit moederlyke erffenisse   10396:13
  voor welk saldo in den boedel is gevonden
renten voldaan tot den 6 July j:l: en 22 Sept:r 1822 een schepenen kennis ten lasten Fred:k Louis Stacker d:d: 6 July 1810 g:t 10000:--
  renten zed:t 6 July 1821
afg: een schepenen kennis ten lasten Melt Jacob:s Brink en Joh:s Brink Danielz: d:d: 27 Octob: 1820 g:t 5000:--
  renten zed:t Maart 1821
  een schepenen kennnis ten lasten Joh:s Michael Rickerd d:d: 23 Feb:y 1821 g:t 6000:--
  renten zedert 23 Feb:y 1821
  een onderh: obligatie ten lasten Dirk Verwey d:d: 22 January 1815 g:t 1800:--
  aan Pieter Adriaan van Reede van Oudtshoorn per saldo eener reek:g courant onder dato 1:ste Decemb: 1821 gesloten en verzonden   4238:4
  voor welk saldo in den boedel worden gevonden, als
  een schepenen kennis ten lasten Dirk Fred:k Uys d:d: 3 April 1818 g:t 6000:--
  een schuldbrief ten lasten J:W: Hurter welke zedert is ingekomen in slegt pro memorie wordt genoteerd 6000:--
  aan Owen Maurits Roberts te Batavia per saldo van reekening   117:23
  aan een ieder waarover de heer overledene dan wel zynde voor overledene huisvrouw als getuigen heeft gestaan of die na hunne namend zyn genoemd ƒ500 Ind: vall:
  aan Johan Frederik van Reede van Oudtshoorn ingevolge dikwyls gem: testamentaire dispositie 6000:-- 2000:--
  aan William Ferdinand van Reede van Oudtshoorn ingevolge dikwyls gem: testamentaire dispositie 6000:-- 2000:--
  aan Lieve Marthinus Izaak van Reede van Oudtshoorn ingevolge dikwyls gem: testamentaire dispositie 6000:-- 2000--
  aan Philippus Hermanus van Reede van Oudtshoorn ingevolge dikwyls gem: testamentaire dispositie 6000:-- 2000:--
  aan Jacobus Joh:s Gysbertus van Reede van Oudshoorn ingevolge dikwyls gem: testamentaire dispositie 6000:-- 2000:--
  aan Sophia Cornelia Adriana van Reede van Oudtshoorn geh:d met voorm: De Salis welke met den band van fideicommis is belegd ingevolge dikwyls gem: testamentaire dispositie 6000:-- 2000--
  aan Anna Catharina van Reede van Oudtshoorn geh:d met voorm: Dunbard ingevolge opgen: dispositie   2000:--
  aan Geesje Ernestina Joh:a van Reede van Oudtshoorn geh:d met voorm: Berg ingevolge opgen: dispositie   2000:--
  aan de kinderen van Johanna Catharina Hendrina van Reede van Oudtshoorn by voorm: Karnspek in huwelyk verwekt ingevolge opgen: dispositie   2000:--
  aan de Kaapsche Gereformeerde Kerk onder beding van de tombe in de tuyn Meydrecht te moeten onderhouden 4000:-- 1333:16
  aan de kerk van Oudtshoorn het geen zuiver moet worden overgemaakt ƒ600 H: c:t

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 4, 5 en 6 Maij 1822 in de tuyn Saasveld ende zulx volgens op en aangeven van de in den hoofde dezer gem: G:E:J: van Reede van Oudtshoorn geh:d met Bergh ten overstaan van de presentie erfgenamen, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en hares weetens niets verzweegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord in voegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid harer opgave ten allen tyde des vereischt werdende, met solemneele eede gestand, te doen, en verdere belofte, zoo hierina nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde deeze inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deeze door ons onderget: gecomm: Weesm: ende my Secretaris door de inventariente ende presente erfgenamen eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:F: Munnik

G:E:J: Bergh geb: van Reede van Oudtshoorn

W:F: v: R: van Oudtshoorn

James Dunbar

J:v: Reede van Oudtshoorn

D: Camtper

My praesent: J:J:L: Smuts

woonhuis nog [ ..... ] geld gd:s 100
my oversit 20
4 erve 20
6 erve 60
2 huyze 10
2 huyze en pakhuis 10
stuk land 10
erf 20
4 huise 20
  270
verkogt 43
  313

MOOC8/37.52

{18220828} 28 Augustus 1822 Cornelis Jansen , Johanna Catharina Smit

Invetaris van alle zodanige goederen en effecten als door wijlen Johanna Catharina Smit en Cornelis Jansen in gemeenschap bezeten en door eerst en tweede gemelde ab intestato met den dood ontruimd en nagelaten mitsgaders heden opgenomen bevonden te bestaan in

4 stoelen
2 tafels
2 kisten
1 boter vat
1 halfaam
1 anker
1 water vaatje
3 emmers
1 baali
4 kanne
2 trommels
6 bottels en kelk
2 kandelaar en snuijter
2 schaale en balans
4 keetels
2 komvooren
1 peper doos
1 zout vaatje
1 trek pot en kommetje
2 beekers
1 ley
1 toback mes
1 melk karn
5 borde
3 schootels
1/2 dozyn leepels
4 vorken
1 rooster
1 potlepel
1 vleesch vork
5 kook potte
1 horologie
1 doos
8 rolle toback
1 toback doos
1 stoof
1 boter pot
1 party medicijn vleschen
3 schiet geweers
1 bandelier
1 handmoole
1 party boeken
1 fijssel
2 houd bijle
2 hamers
1 dissel en handschroef
een partij ijzerwerk
een osse wage compleet
12 trek ossen
40 aanteel beesten
196 schaapen
151 bokke
een bed met toebehooren
een ijzere drievoet
1 yzere combuis stellagie
1 schop en vuurtang
Contanten
nihil
Baten des boedels
verrekend van den veldcornet D:S: Forie rd:s100 over koop van aanteel schaapen, waarvan een bewijs
verrekend van Christoffel Janse de som van 40 rd:s wegens overgenome schuld van Karel van Heerden W:z waarvan een bewijs
verrekend van Roelof Jansen de som van 165 rd:s wegens contant geleend, en een koop van een geweer
Schulden des boedels
aan Philip Minnaar s:r de som van 250 rd:s in mindering over koop van een wage waarvan een bewijs in berusting van gem: Minnaar
aan Abraham de Clercq de som van 16 rd:s wegens contant geleend waarvan eene bewijs gecedeert aan J: Baird - betaald
aan Coenraad Weegle de som van 46 rd:s over koop van negotie goederen waarvan geen bewijs
aan Andries Heijns de som van 45 rd:s 4 schell: over koop van negotie goederen waarvan een bewijs, bewys 2 Jan:y 1822 vertoond
aan Jacobus Heijns woonagtig in de Kaapstad de som van rd:s28 over koop van negotie goederen waar van een bewijs
aan Frans Jubert s:r woonagtig in de Camdebo de som van rd:s41:2 over koop van proviant waarvan een bewijs
aan Daniel Jacobs woonagtig in ’t disrict Graaf Rynet de som van 100 rd:s in mindering wegens contant geleend waarvan een bewijs
aan Christiaan Johannes de Clercq de som van rd:s24 over contant geleende waarvan een bewijs
aan Willem van Heerden W:z de zom van rd:s21 over koop van hamels en contant geleend waarvan geen bewijs
Erfgenaamen des boedels
Christoffel Jacobus Jansen gehuwd met Johanna Cecilia van Heerden
Willem Alewijn Jansen gehuwd met Huybregt Elisabeth Coetze
Cornelis Roedolf Jansen gehuwd met Geertruyda Maria Swanepoel
Maria Jacoba Jansen gehuwd met Philip Carel Minnaar
Catharina Elisabeth Jansen overleden gehuwd geweest met David Jacobus Viljoen
Roelof Johannes Jansen gehuwd met Maria Catharina Bronkhorst
Sophia Adriaana Jansen gehuwd met Petrus Jacobus Venter

Aldus gedaan en geinventariseerd op Woensdag den 28 August 1822 ter plaatze de Kaakfontyn gelegen in Nieuwveld volgens op en aangaaf van Christoffel Jansen en Willem Alewijn Jansen de welke betuigde zich in het op en aangaave des voor melde boedels, zich ter goeder trouw te hebben gedragen en niets met weete versweege of agtergehouden te hebben, en verklaaren zij dus bereid deze hunne aangaave des gevorderd wordende met solemneele eede te bevestigen met alverdere b lofte zo zy iets nader tot dese boedel behoorende mogte komen te ondekken deze inventaris daarmede te zullen inplieeren.

Ende zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdrost ter presentie van den clercq P:J: Truter en de Gerechts Bode S:W: Fuge als getuige

Voor de opgaaf deze: Chrisstofvel Jakobus Jansen, Willim Alwijn Jansen

J: Baird, adj: Land:t

Als getuige: P:J: Truter, S: Fuge

J: Baird, adj: Land:t

Impliatie van de bate des boedels

van Philip Carel Minnaar de som van rd:s29 over koop van droge vrugte waarvan geen bewijse - vide verder de bylegen tot de resolutien van den 4 December 1822
aan de adj: land:t Baird volg:s onder h:sche bewys rd:s75

MOOC8/37.53

{18230623} 23 Junij 1823 Johan Samuel Ecksteen

Inventaris van alle zoodanige goederen, als er op Vrydag den zesden dag dezen lopende maand Juny in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd drie en twintig ab intestato met de dood zyn ontruimd ende nagelaten door Johan Samuel Ecksteen ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen zynde dezelve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling g’inventariseerd en opgenomen mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende te weten

Ten pakhuize van Marthinus Nonnemacher
drie schaafbanken
een oude tavel
vyf vengster raamen
drie vengster couzynen
een kleine ladder
vier oude koffers
een sluitmand met eenige defecte schapen en tygervellen
een slypsteen
eenige oude kastjes en kistjes
een balk
een party planken en andere houtwerk in soorten
een party rommeling
een aambeeld
twee schuifdoosjes met beslag voor doodkisten
een [schuifdoosjes] met snaren
drie blikke kastjes
een sextant
een oude defecte lessenaar
een grote kist waarin
een dissel
een byl
vyf winkelhaaken
zeventien houtschaven
een houte hamer
vier yzere [hamer]
een klyne bankschroef
twee knyptangen
een parsyzer
vyf kruis houten
een ploeg schaaf
zeven en zeventig schaaven in soorten
een draaimachine
een party oude veilen
twee omslag booren met tien booryzers
vyf en dertig bytels in soort
drie lympotten
twee hand booren
een party baljes met oude spykers
een grote boor
twee schrametrekkers
een passer
een party zand papier
twee yzere potten
vier houte schraagen
twaalf zagen in zoort
een party beleg hout
een oude en defecte klavier
acht kelders met ledige vlessen
een party oude hoepels
een kloofzaag
een party kastjes, kistjes en schuifdoosjes met schroeven, spykers en schreinen
een katel waarop
een matras
een kussen
twee wolle deekens
vier lakens
een kist waarin
zeventien hembden
negentien broeken in zoort
vyftien zoo boven als onderbaatjes in zoort
een rok
zeventien doeken in zoort
acht paar kouzen
drie paren hand schoenen
elf paren kamassen
een aangesnede stuk linnen
twee hoeden
een paar laarzen
twee zakboekjes
een zilver gesp
een oude samareel
acht en twintig bytels in zoort
drie schaaven
een kleine zaag
een nieuwe omslag boor
een beil
een party potlooten
een party schroeven en spykers
een party losse booren voorts
een grote quantiteit rommeling
Contanten
  Rd:s
twee kleine stukjes zilvergeld
aan papiere munt 10:12
Inneschulden
    Rd:s
  van E:K: Grun 76:30
  van Carel Hardie 3:--
voldaan van m:r Tiny Cross 0:24
  van procureur Ruysch 35:36
  van Lodewyk Pietersen 5:--
  van Pieter Stein 7:12
  van Tobias Smuts 0:12
  van Jacob Hablutzel 0:12
volgens eigen opgaaf betaald rd:s40:12 O:M: Villet 38:36
  van J:J:F: Roselt 39:12
  van m:r Blite 49 Regm:t 5:24

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten pakhuize voorm: op den 23 Juny 1823.

Als Gecomitteerdens: G:E: Overbeek

My present: J: Serrurier adj:t C:s

MOOC8/37.54

{18220520} 20 Maij 1822 Barend Barentz , Anna Sophia Weesberg

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er in gemeenschap bezeeten geweest door Barend Barentz ende desselfs huisvrouw Anna Sophia Weesberg, mitsg:s van de zyde des eerst genoemde op den zestiende dag der maand May in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd twee en twintig met er dood ontruymd ende nagelaten ten voordeele zyner kinderen in twee differente huwelyken verwekt te weeten

de kinderen by zyne vooroverledene huisvrouw Catharina Petronella Roelofse in echt verwekt, in namen 1) Maria Susanna Barentz wed: van wylen Hend:k Jacob Welcen
2) de kinderen van Julia Jacoba Barentz in huwelyk verwekt by Jan Alb:t Dell, met name a) Catharina Petronella Dell, gehuwd met Frans Grondeler
b) Johan Albrecht Dell geb: den 17 April 1801
c) Johan Christoffel Dell geb: den 13 Novemb: 1806
mitsgaders de kinderen by zyne thans nagelatene wed: in huwelyk geprocreeerd 3) Hendrik Jacob Barentz mondig
4) Sara Barendina Barentz geb: den 16 April 1809
5) Barend Petrus Barents geb: den 3 Julij 1810
6) Pieter Langeraad Barents geb: den 24 Juny 1812
7) Jacobus Joh:s Barentz geb: den 7 Maart 1815

voorts by onderh: acte des 14 May 1822 uit kragte der clausule reservatoir vervat in het testament door hen in dato 9 November 1814 voor den notaris publicq m:r Jacobus Joh:s van den Berg en getuigen gepasseerd, tot executeuren van hetselve testament benoemd en verzogt het Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie, ten gevolge waarvan de nalatenschap door ons ondergetekende Gecommitteerdens uit het evengemelde Collegie is g’inventariseerd en opgenomen, zynde de nalatenschap bevonden te bestaan in het navolgende

Een huis en erff staande ende gelegen in deeze Tavel Valley in Kerk Straat en aldaar in ’t Blok L:L: N:o 3
In het voorhuis
een klok lantaarn
In de kamer ter regterhand
twee chitze ophaal gordyn
twee jalousie matten
negen schilderyen
een kabinet
twee guerridons
een thee tavel met zilver beslag
een horologie foudraal
zes stinkhoute stoelen met losse fluweele mattrassen
zes spue balys
drie stooven
een verrekyker
een ledikant waarop
een bed
een peuluw en
vier kussens en
een catoene deeken
een restant tuyn lyn
een thee kistje
twee verlakte schenkbladen
vyf Chinasche cabinet potjes
een Chinasche kom
In de gaandery
een wit ophaal gordyn
twee leuning stoelen
twaalf stoelen in zoort
drie tavels
een staande horologie
een witkoper lampet en kom
een rood kopere theemachine
een geelkopere koffy kan met zyn test
een schenk blad
In een muur kast
vier witkopere kandelare
twaalf wyn kelken met vergulde rand
twee glase karaften
elf wyn kelken
twee water glazen
een mortier met zyn stamper
zes kopjes en schoteltjes
een aarde trekpot
een aarde melkpot
een tinne mock
een Japansche nestje defect
een blikke theebus
twee blikke pintjes
een party oude messe en vorke
een soepterrine
zes schotels in zoort
twaalf Chinasche porcelaine borde
twaalf aarde borde
In een agterkamer
een ledikant met behangsel waarop
een bed
een klapper hair mattras
een peuluw en
zes kussens
een spry en
een wolle deeken
een kadel
In een tweede agterkamer
een spiegel met noote bome lyst
een tavel kastje
een tavel
twee jalousie matten
zeven trommels in zoort
een verlakte brood bakje
een balans met kopere schalen met zes stukken gewigt 13 1/2 lb:
tien yzere plaaten
twaalf yzere plaaten ter sien by de wele: heer Von Manger
twee wavel yzers
een oblie yzer
drie kopere taartepannen
een kopere vyssel en stamper
twee kopere strykyzers
een kopere hand lantaarn
vyf en veertig blikke koeke en jelly vormen
drie stoffers in zoort
een kamer beesem
In de keuken
een bakkist
een martevaam
een kombuys tavel
een kakkebord
een vleesch blok
twee water emmers
vier yzere potten
een kopere water keetel
een koekepan
een rooster
een yzere lepel
een schuimspan
een lepel haak
een drie voet
vier schoorsteen kettings
Op de agterplaats
een grootte kist
een vleesch blok
drie ledige vaaten
twee houte bokken
drie planken
drie laddens
twee ledige balys
twee oly kan en wat rommely
een yzere oven haak
Op de zolder
twee groote mande
een verf steen
een kaarsse krans
twee koffers
twee gordyn planken
een azegaay
een party lynoly vlessen
twee sasinet raamen en wat romm:
drie losse ophaal gordyne in zoort
twee koekebakken
Zilverwerk des boedels
een zilvere zoeplepel
een ragou leepel
twaalf eetlepels
zes theelepels
drie vurken
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf gen:d Febus van Mosambicq , oud 47 jaaren, kok
een slavinne g:d Anna van Bengalen , oud 61 jaaren, waschmeid
Crediten des boedels
  Rd:s
van Pieter Fred:k Buytendag over beschadigen borgtogt zynde zoo veel de overledene aan Daniel Krynauw blykens obligatie den 2 April 1818 als borg heeft voldaan aan capitaal 175:--
buiten renten en kosten
van Cornelia van Laar almeede over borgtogt aan de wed: Jan Bellapasqua voldaan blykens quittantie 250:--
van Adriaan Arendze per rest almeede over beschadigde borgtogt volgens opgaaf van de wed: aan capitaal 333:16
met de renten der jaare 1810
van voorm: Buytendag over huur van een metzelaars jongen 40 dagen a rd:s1 1/2 per dag 60:--
van voorm: Buytendag over contant geleende zonder bewys 120:--
van voorm: Buytendag over huur van een metzelaars jongen 30:--
van Johan Adam Kannemeyer volgens twee onderh: bewyzen 40:--
van Geris Scheuble over gebak volgens aantekening 33:--

Voorts word pro memorie genoteerd dat Rynier Christiaan Hoetz als generaale gemagtigde van de overledene van dezen boedel nog verantwoording moet doen

Lasten des boedels
  Rd:s
aan Jan Daniel Alders op een schepenen kennis d:d: [ ..... ] aan capitaal g:t 2000:--
aan de Bank van Leening op een bankkennis d:d: 15 Feb:y 1820 aan capitaal 2000:--
aan Rynier Christiaan Hoetz op een schepenen kennis d:d: [ ..... ] aan capitaal 1600:--
aan de wed: Daniel Smith op een notarieele obligatie d:d: [ ..... ] 333:16
aan Daniel Krynauw als borg van P:F: Buytendag volgens het hier bovengenoteerde 175:--
aan opgem: wed: Hend:k Jacob Wilchen over contant geleende blykens bewys 200:--
van Arend de Waal Hendrikz over contant geleende blykens bewys 200:--
aan Jan Coenraad Gie Michielz over contant geleende 50:--
aan desolate Boedelkamer over ter executie gelegde vonnissen [ ..... ]

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 20 May 1822 ende zulx volgens op en aangeven van de in den hoofde deeses gem: wed: dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en hares weetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid harer opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deese ter presentie van ons gecomm: Weesm: door de inventariente eigenhandig onderteekend

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, A: v: Breda

Anna Weesberghe de wed:e Barentsz

My praesent: J:J:L: Smuts

MOOC8/37.55

{18221012} 12 October 1822 James Reed

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen James Reese /settler van Schotland / by deszelfs overlyden in de Zwagershoek op den 10:e August 1822 zyn nagelaten en op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een koffer
een mes
een bottel
twee scheermessen
een borsel
een inkkoker
zeven boeken /in zoort/
een thee pot
een beker
een potje
een blaker
een bord
een lepel
een schotel
twee forken
een vat
drie stoelen
een tafel
een zaag
twee snymessen
een party gereedschap
een zadel en toom
een matras en een kussen
een hoed
drie onderbaatjes
vyf boven baatjes
ses broeken
twaalf hembden
seven doeken /in zoort/
twee ellen onderbaatjes goed
een swarte rok
Baaten des boedels
    Rd:s
verantwoord van John Taylor in dit dorp woonachtig bl: onderhandsche schulderkentenis 16
verantwoord contanten twee en twintig rd:s papiere munt
Schulden des boedels
  Rd:s
aan den v:d c:t P:S: du Plessies weg:s begraafnis kosten blykens gespecificeerde rekening - voldaan 24:4
zynde aan denzelven voldaan geworden d opgem: contante pen: 22:--
als mede uit het bedragen der vendu rolle 2:4
  Rd:s24:24
aan Robert Leyasan bl: obligatie 62:--
aan Johannes Corie bl: obligatie 70:--
Erfgenaamen
onbekend

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 12:e October 1822 ter presentie van T:N:G: Muller en G:J: Broekhuizen door my

J:S: Meintjes, g: C:

Als getuigen: T:N:G: Muller, G:J: Broekhuizen

MOOC8/38.1

{YYYY} [ ..... ] Jury van Wesland

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op den ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Jury van Wesland ten voordeele zyner onbekende erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door my ondergetekende ingevolge qualificatie van heeren ter presentie van getuigen zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

een rypaard
een zadel en toom
een ledige koffer
twee bover batjes
drei onder batjes
vier broeke
drei hemden
vier doeken
twee paar kousen
twee mussen
drei paar schoene
twee hoede
veertig lys schaven
agt bytel
drei booren
drei ouwe zagen
een snymes en een kryptang
een sak boek met zeve ryksdald en vier sch

Op de plaats van Hugo Lambrechts alwaar de overleedene is woonagtig geweest

Als getuige: S:J:C: Vercueil, F: Swart

M:M: Basson, Veltcornet

MOOC8/38.2

{18230117} 17 January 1823 Lourens du Plessies

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behoorende tot den boedel van wylen Lourens du Plessies en nagelatene wed:e Gesina la Buscagne door eerstgem: op den 8 December 1822 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, bestaande dezelve in de volgende, te weten

Losse goederen
5 stoelen
2 tavels
1 party tinne schotels
1 party lepels en vorken
1 kopere koffykan
3 kopere ketels en 1 komfoor
1 koopere blaker
3 blikke trommels
2 blikke kandelaren
1 tinne trekpot
3 tinne bekers
2 tinne schotels
1 tinne koffy ketel
6 blauwe borden
1 party postelyn
4 vlessen
3 bottels
1 party vlessen
3 aarde kannen
1 stryk yzer en snuiterbak
1 leij
1 Bybil
1 party boeken
1 schuiffdoos
1 meel zift
5 yzere potten
1 pan
1 rooster
1 schop
1 drievoet
1 yzere ketel
5 emmers
20 mudden koren
4 mudden garst
4 ledige zakken
4 ledige kisten
3 boter vaten
1 zeep pot
1 party defecte gereedschap
3 vaatjes
2 halfaamen
1 pik en 2 graven
4 zeekels
1 slypsteen
1 dissel
1 byl
3 booren
1 koevoet
2 zagen
2 kapmessen
2 zadels
1 wayer compleet
1 party rommeling
1 mantje
3 bedden
2 katels
1 geeviers
1 ploeg
Beestiaal
2 ryd paarden
1 merry
4 jonge hengsten
16 trek ossen
75 aanteel beesten
116 lammer schapen
806 schapen
Slaven
als April van Mosambicque
als Sara van de Kaap
Contante
Niel
Baaten des boedels
    Rd:s
  Pieter de Villiers over koop van een span ossen 300
  Gerrit Lindequi blykens onderhandsche schuldbekentenis d:d: 10 Maart 1822 groote van 470
  met de renten van den 10 Maart 1822
voldaan Christoffel Botha 15
  Frederik Neelse over koop van een zache 25
Schulden des boedels
  Rd:s
een onderhandsche schuldbekentenis ten beh: van Philip Lourens Steenkamp groot 250
een ten beh: van Jan Harmse la Buscagne groot 60
een ten behoeve van Fredrik Willem Jacobus du Plessis groot 192
een ten beh: van Casper du Plessis groot 188
Erfgenamen des boedels
1) Jan Harm du Plessis
2) Lourens Steph:s du Plessis
3) Pieter Ignatius du Plessis
4) Johanna Dorothea Geertruida du Plessis gehuuwd met Philip Lourens Steenkamp
5) Gesina Aderiana Wilhelmina gehuuwd met Jan Harm la Buscagne
6) Fredrik Wilhelm Jacobus geb: den 16 July 1802
7) Casper Jeremias geb: 10 July 1804
8) Catharina Helena geb: 22 November 1809
9) Cornelia Susanna Petronella geb: 16 Juny 1816
10) Anna Maria Aletta geb: 19 Octob: 1817
11) Martha Susanna Jacoba geb: 23 October 1818
12) Frans Louis Lourens, zoon van nu wylen Frans Louis du Plessies, geb: 4 October 1820

This stamp covers second sheet of inventory of the estate of the late Laurence du Plessis and his remaining widow Gessina la Buscagne

W:W: Harding

Aldus gedaan en geinfentariseerd ter plaatse de Eilands Revier in Tarka op den 17 Januarij 1823 volgens op en aangave van de wed: voorm: dewelke verklaarde niets met weeten verzwegen of geheimgehouden te hebben, met belofte indien zij iets tot den boedel behoorende mogte ontdekken deese inventaris daarmeede te zullen amplieeren en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen, ende is zulx geschied ter presentie van Arie Joh:s van Dyk en George Aldrich als getuigen

Als getuygen: A:J: van Dijk, G: Aldrich

de wed: Gesiena Labuschagne

Mij praesent: W:W: Harding

MOOC8/38.3

{18230215} 15 February 1823 Johannes Gerhardus Benade , Rachel Aletta Vermeulen

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Rachel Aletta Vermeulen en nagelaten man Johannes Gerhardus Benade in gemeenschap bezeten en door eerstgem: op den 25 December 1822 ab intestato met er dood ontruimt en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

twee stoelen
twee vaatjes
een emmer
twee balies
vier yzere potten
een stoof
een graaf
een stryk yzer
vier bottels
twee kannen
een blaker
een kopje en piering
twee schotels
drie borden
zes lepels
zes forken
een aarde pot
een schuif doos
een beker
een thee pot
een trommel
twee sickels
twee bytels
een fijl
een kist
een schiet geweer, bandelier en kruidhoorn
een bed
zes kussens
een combaarts
een peul
een handbyl
een rol zyl
een ossen wagen compleet
twee ryd paarden
een jonge hengst
vier aanteel paarden
zes trek ossen
vier jonge ossen
vier en twintig aanteel beesten
vierhonderd en dertien schapen en bokken
Contanten
tien rixdaalders papier geld op verzoek van J:G: Benade, in zyn handen gelaten om van zyne portie in de erffenisse te worden gedecorteerd
Baten des boedels
 
van Matys Jacobus Pretorius senior weg:s contant geleende penningen rd:rs elf
van Hans Slone weg:s contant geleende penningen rd:s negen
Schulden des boedels
 
aan Johannes Tobias Benade rd:s een honderd
aan Hendrik Leroes rd:s zes en vier schell:gn
aan Johanna Maria van Vrede gesepareerde huisvrouw van C:A:S: de Meyer rd:s zes
Erfgename des boedels
1) Johanna Maria Benade geb: den 31 July 1818
2) Rachel Aletta Catharina Benade geb: op de 7 April 1821
3) Johannes Gerhardus Matthys Benade geb: den 26 Dec:r 1822

Aldus gedaan en geïnfentariseerd op Zaturdag den 15 Feb:y 1823 ten dorpe Graaff Reinet volgens op en aangeven van Johannes Gerh:s Benade, dewelke betuigde zich in het op en aangeven des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weten verzwegen of achtergehouden te hebben, verklaarende zich dus bereid deeze zyne aangesterdes gevorderd wordende ten allen tyde met solemneele eede te staven, met al verdere beloften zo hy iets nader tot den boedel behorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren

Ende is zulks geschied door my ondergetekende agent der Weeskamer ter presentie van Erick Egidius Stockenstrom en Gysbert Johannes Broekhuizen.

Voor de opgave: Johannes Gerhardus Benade

Als getuigen: E:E: Stockenstrom, G:J: Broekhuizen

J:J: Meintjes

MOOC8/38.4

{18230422} 22 April 1823 Thomas Slater

Lyst van goederen op den 22 April 1823 met er dood ontruimd ende nagelaten door Thomas Slater

twee koffers
een oude paarde haare matras en twee kussens
twee oude wolle dekens
vyf lakenze baatjes in soort
vyf oude hembden in soort
vier oude broeken in soort
drie oude onderbaatjes
vier oude paren kouzen
een oude zakdoek
een zakje met zeilmakers gereedschap
vyf hembden
twee hoeden
twee paar schoenen
een ketel
een knipmes
drie scheermessen en
wat rommeling
een kleine vatje
vyf kopere dubbeltjes

Als getuigen: J:C: Overbeek, Tho: Read Welsh

Voor de opgaaf: Dit kruis + merk is door Mary Ann Reede als niet kunnende schryven ter nedergesteld

MOOC8/38.5

{18230203} 3 February 1823 Pieter du Plesies , Susanna Maria Forie

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Pieter du Plesies en nageblevene huisvrouw Susanna Maria Forie in gemeenschap bezeten en voor eerstgem: ab intestato met der dood ontruimd op den 8:e Sept:r 1821 en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en in waren wezen bevonden zyn geworden, te weten

twee bedden
twee kussens
een peul
een oude combaarts
een botervat
twee emmers
een halfaam
een vaatje
een party rommellery
een ketel en drievoet
een rooster
4 potten in soort
een schietgeweer
een graaf
een byl
een zaag
een pan
een potlepel
een zoep schotel
negen tinne lepels
seven forken
zes borden
drie schotels
een kom
een beker
een glas
een theepot
een ves pot
een fles
twee bottels
een streikyser
een kist
een koffer
een tavel
een bandelier en kruithoorn
een katel
een blaasbalg
twee molen steenen en spil
een zaag
een oude wagen en trekgoed
Beestiaal
een jonge paard
drie ossen
een koe en kalf
vyf en twintig bokken en schapen
Baaten des boedels
nihel
Schulden des boedels
  Rd:s
aan zekeren negotiant in de stad woonagtig wiens naam den opgever onbekend is 200
Erfgenamen
1) Daniel du Plessies get:d
2) Isabella du Plessies get:d met Jan Adriaan Coetze Martinzoon
3) Pieter du Plessies get:d
4) Carolus Johannes Charl du Plessies get:d
5) Helena Aletta du Plessies get:d met Matthys Marthinus Booizen Math:szn
6) Andries du Plessies get:d
7) Martha Susanna du Plessies get:d met Lucas Cornelius Stein Janzoon
8) Susanna Maria Johanna du Plessies geb: den 30 Mey 1803
9) Jan Adriaan du Plessies geb: 11 Nov:r 1805
10) Louis du Plessies geb: 26 Aug:s 1810

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 3 February 1823 volgens op en aangeven van Jan Adriaan Coetze Maartinzoon, den welken betuigen zich in het op en aangeven des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weten verzwegen of agtergehouden te hebben met alverdere belofte om zo hy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deze inventaris daarmede te zullen emplieeren, alles doende onder aanbod van ede ende zulks geschied door my ondergetekende agent der Weeskamer ter presentie van Erick Egidius Stockenstrom en Gysbert Johannis Broekhuizen als getuigen

Voor de aangaave: Jan Aderjan Coetse

Als getuigen: E:E: Stockenstrom, G:J: Broekhuizen

J:J: Meintjes

MOOC8/38.6

{18230614} 14 Juny 1823 Pieter Steph:s Steenkamp , Esabella Cornelia Potgieter

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behoord hebbende tot den boedel van nuwijlen Pieter Steph:s Steenkamp en desselfs nagelatene weduwe Esabella Cornelia Potgieter en door eerstgem: op den 1:ste April 1823 met er dood ontruimd en nagelaten

Losse goederen
3 botere vatjes
2 emmers
1 baletje
1 schuiffdoos
4 kraften
1 kelkie
4 bottels
2 kannetjes
10 borden
3 borden, tinne
1 schotel, tinne
10 lepels
10 forken
1 trekpot
2 kopere ketels
3 kommetjes
1 kandelaar
1 komfoor
1 trommel
1 snymes
2 boren
1 party gereedschap
3 potten
1 kapmes
2 geweeren
1 stoel
1 zeep pot
1 wagen
1 zadel en toom
Beestiaal
4 ryd paarden
9 aanteel paarden
24 trekossen
59 aanteel beesten
578 schapen
112 bokken
Slaven
Nihil
Contante des boedels
Nihil
Baten des boedels
  Rd:s
Lucas van Vuuren voor koop van een merry 30
Frederic Welgemoed voor koop van drie mudden koren 36
Schulden des boedels
Nihil
Erfgenamen des boedels
Jan Harm Steenkamp geb: den 28 December 1820
Jacobus Christoffel Steenkamp geb: den 21 November 1822

Aldus geinventariseerd ter plaatse Beestekraal in Tarka op den 14 Juny 1823 volgens op op en aangaave van de wed: voorm:, dewelke verklaarde niets met wetens verzwegen of agtergehouden te hebben met belofte indien zy iets tot den boedel behoorende mogte ontdekken deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen ende is zulks geschied ter presentie van And: Joh:s van Dyk en George Aldrich als getuigen

Als getuigen: A:J: van Dijk, G: Aldrich

Isabella C: Potgieter, weduwe Stenekamp

In kennisse van mij: W:W: Harding

MOOC8/38.7

{18230607} 7 Juny 1823 Dorenda van de Kaap

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als door wylen Dorenda van de Kaap weduwe wylen Alexander van Bourbon by derzelver overleeden in dit dorp op den 10 February 1823 zyn nagelaten en op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een kist met wat kleederen
een kan
een waterpot
een bank
een stoof
een trekpot
een ketel
een lantaarn
drie yzere potten in zoort
een strykyzer
een oude tafel
een oude stoel
een byl
een gespin
een bord
een rooster
een schaar
een party romelary
een peul
twee kussens
Baaten des boedels
Nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan d:r Thomas Perry bl: rekening voor geleverd medikamenten en practyk 24
Erfgenamen
onbekend

Aldus gedaan en g’infentariseerd ter Graaff Reinet op den 7 Juny 1823 ter presentie van E:E: Stockenstrom en G:J: Broekhuizen door my

Als getuigen: E:E: Stockenstrom, G:J: Broekhuizen

J:J: Meintjes

MOOC8/38.8

{18230503} 3 Mey 1823 Johan Valentyn Cans

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Johan Valentyn Cans op den 15 December 1822 overleden ab intestato zyn nagelaten en op heden opgenomen zyn geworden en in waren weezen bevonden, te weten

een oude koffer
twee plat vaatjes
twee borden
twee lepels
twee forken
een ketel
een rooster
een trommel
een vles en kelkje
een snuifdoos
twee geweers
twee boeken
twee zadels
een toom
een kogelform
een kist
een katel
een stoel
een party rommeling
eenige oude klederen
Beestiaal
Twee honderd twee en twintig schapen en bokken
vier jonge ossen
agt en dertig aanteel beesten
zes aanteel paarden
twee jonge paarden
drie ryd paarden
Baaten des boedels
  Rd:s
aan contanten in den boedel gevonden 1:2
aan een slagtersbrief groot 18:--
ten lasten J:G: Muller
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Petrus Arnoldus Pienaar bl: rekeningen weg:s geleend geld 10:--
aan gem: Pienaar weg:s begraafnis kosten 289:4
aan Joseph Matthysen bl: schuld erkentenis d:d: 1 Maart 1820 aan kapitaal per rest 108:--
aan Adriaan Jacobus van Zyl bl: schulderkentenis d:d: 21 April 1820 per rest 34:--
aan S: v: Beitel weg:s gekogt negotie 11:5
Erfgenamen
onbekend

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter dorpe Graaff Reinet op den 3:e Mey 1823 volgens op en aangeeven van Petrus Arnoldus Pienaar, dewelke betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten verzwegen of agtergehouden te hebben, met al verdere belofte om zo hy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deeze inventaris daarmede te zullen amplieeren alles doen de onder aanbod van eede, ende is zulks geschied door my onderget:e agent der Weeskamer ter presentie van J:P: Meintjes en G:L: Broekhuyzen als getuigen

Voor d’ aangaave: Petrus Ar: Pienaar

Als getuigen: J:P: Meintjes, G:L: Broekhuyzen

J:J: Meyntjes

MOOC8/38.9

{18231112} 12 November 1823 Roelof van Wyk

P:G: Brink

Staat en inventaris van de goederen en effecten behorende tot den boedel en nalatenschap van wylen Roelof van Wyk de oude, oud drie en tachtig jaaren overleden op den 15 Maart 1814 ter plaatze van Adriaan van Wyk genaamd Kruis Rivier gelegen in het district van Swellendam .

Gedaan maken door Gerhardus Johannes Beukes en Adriaan van Wyk Roelofszoon en zulks ter requisitie van het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie, als voogden voor de nagelatene kinderen van wylen gem: Roelof van Wyk, in name

1) Adriaan van Wyk
2) Elisabeth van Wyk gehuwd met Gerhardus Joh:s Beukes
3) de zeven nagelatene kinderen van wylen Sara Johanna van Wyk, gehuuwd geweest met Andries van Wyk, in name 1) Roelof van Wyk
2) Johannes van Wyk
3) Andries van Wyk oud 23 jaaren
4) Adriaan van Wyk oud 22 jaaren
5) Barend van Wyk oud 18 jaaren
6) Maria van Wyk gehuwd met Johannis van Niekerk
7) Helena van Wyk gehuwd met Frans Joubert
4) Andries van Wyk
5) Maria van Wyk gehuwd met Hans van der Bank
6) Sara Johanna van Wyk gehuuwd met Roelof Beukes

bestaande dezelve goederen en effecten in als volgd

een kopere confoir
een beitel
een schietgeweer
een bed, peul en 2 kussings
een yzere pot
een kist
Inneschulden
een onderhandsche obligatie ten lasten David Malang de oude woonachtig aan de Baviaans Rivier onder het district Graaff Reinet d:d: 26 Maart 1793 groot vyf duyzend zeven honderd vyftig guldens Kaapsch buiten de renten welke van gem: 26 Maart 1793 ingang neemen dan op welk capitaal reeds in mindering is afbetaald twaalf honderd ryksdaalders
Lasten des boedels
  Rd:s
Gerhardus Johannes Beukes wegens eene voor rekening van wylen voorm: Roelof van Wyk betaalde vendu brief 65
gemelde Beukes voor begraafnis kosten van de huisvrouw van wylen Roelof van Wyk 60

Op heden den 11 November 1822

Compareerden voor Jan Ferdinand Bam in qualiteit als agent van het Eerw: Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop

Voorengem: Gerhardus Johannes Beukes en Adriaan van Wyk

Dewelke verklaarde zich in het op en aangeven van dezen inventaris getrouwlyk en oprechtelyk te hebben gedragen en huns weetens niets agtergehouden of verzweegen te hebben dat tot dezen boedel zoude behoren, met belofte van, ingeval het een of ander tot den boedel behorende mogte worden gevonden als dan dezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren en vergrooten, zynde zyl: compar:ten overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd deeze hunne opgaaf met solemneele eeden te bevestigen.

Aldus gedaan en geinventariseerd ter Drostdye Swellendam die et anno ut supra

Dit kruys + merk is door G:J: Beukes als niet kunnende schryven zelve ter neder gesteld

Dit kruys + merk is door R: van Wyk ter neder gesteld

In tegenwoordigheid van: A: v: Heerden, J:P: Muller

My present: J:F: Blim

Ampliatie

Word door Andries van Wyk in huwelyk gebaat hebbende met Sara Johanna van Wyk opgegeven, dat hy zo wel als zyne zwagers Adriaan van Wyk en Johannes Beukes, die gehuwd is met Elisabeth van Wyk, ieder in ’t by sonder aan den boedel schuldig is driehonderd ryksd:s, en dat hy daarentegen uit denselve te vorderen heeft agt en vyftig rd:s en vyf schell:

Weeskamer den 12 Nov:br 1823

Als gecommitt: G:E: Overbeek

Dit kruysmerk is door A: van Wyk + als niet kunnende schryven eigenhandig gesteld.

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/38.10

{18221025} 25 October 1822 Sara Koopman

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Sara Koopman, welke ab intestato met er dood zyn ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

68 schapen en bokken
2 aanteelbeesten
3 geruite taberts
4 vrouwe rokken
1 hembd en borstrok
2 halfsleete tjaalies
1 voorschoot kapje en twee ellen lind
6 doeken
1 mantje en een trommel
12 stringe zey en een pakje gaaren
2 mussen en een paar handschoenen
1 paar schoenen
2 blikke doosen en een pakje spelden
3 kussens en velle combaarsen
Contanten
nihil
Baaten des boedels
nihil
Schulden des boedels
aan Johannes Mans woonagtig Nieuweveld de somma van vyf rd:s over koop van negotie goederen
aan G: Rohleder woonagtig Kaapstad de somma van vyftien rd:s over koop van negotie goederen
Erfgenaamen
Michiel Koopman s:r zynde de vader van den overleedenen

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Vrydag den 25 October 1822 ten dorpe Beaufort , volgens op en aangeeve van Michiel Koopman, dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeve des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid deezen zyne aangifte des gevordert wordende met solemneele eede te staaven, met al verdere belofte zo hy iets nader tot dien boedel behoorende mogten koomen te ontdekken, deezen inventaris daarmeede te emplieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdrost ter presentie van den clerk G: Taute en den vendu afslager R:P: du Toit als getuigen

Voor de opgaave: dit is + de kruismerkt van Michiel Koopman, vader van den overledenen

Als getuigen: G: Taute, R:P: du Toit

J: Baird, Adj: Landdrost

MOOC8/38.11

{18221025} 25 October 1822 Michiel Koopman , Anna Margaretha Clyn

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Aletta Margaretha Clyn en deszelfs nagelaten man, Michiel Koopman, in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab in testato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

8 ossen
6 aanteelbeesten
263 aanteel schapen
1 hengst
3 ryd paarden
2 merrie paarden
1 zeep pot
1 schroef
1 rooster en platvaatje
1 emmer
2 kleine yzere potten
2 schaven
1 trommel en 1 naairing
1 oude zadel en toom
1 houte bak, aarde pot en waterpot
1 ketel, konfoor en trekpot
2 beitels, 2 raspen en een hamer
1 blaker, snuiter en houte bak
1 piek en graaff
1 ledige koffer
1 schuifdoos
1 kopere zift
1 kopere strykyzer
1 spiegel en een byl
1 boor, snymes, zaag en dissel
2 bottels en 1 tinne pot
2 zoeplepels en 1 vleesch vork
1 geld boekje, snuifdoos en schaar
1 aarde kan
2 schotels, 4 borden, 6 lepels en 5 vorken
1 tafel en een oude kan
1 jager zak
3 oude stoelen
2 geweeren
1 bulzak, 6 kussens en 1 combaars
1 halfsleten wagen compleet
Contanten
nihil
Baaten des boedels
van Carel Jacobs Danielsz:n eene somma van vyf en negentig rd:s, spruitende over een slachters schuldbrief met de renten per obligatie d:d: [ ..... ]
gem: Jacobs in ’t district Tulbag woonachtig de wed:e Daniel Jacobs, woonachtig in ’t district Tulbach eene somma van twintig rd:s bl: per obligatie d:d: voor geleende penningen
van de wed:e Daniel Jacobs, woonachtig in ’t district Tulbach eene somma van twintig rd:s bl: per obligatie d:d: [ ..... ] voor geleende penningen
van Christiaan Wallace eene somma van acht rd:s over koop van oud yzer werk, gem: Wallace woonagtig in Beaufort district en waarvan geen bewys zyn
van Willem Berg, district Beaufort eene somma van vyf en twintig rd:s over koop van een os, buiten bewys
van Christiaan Roesdorf district Graaff Reinet eene somma van vyf en twintig rd:s over koop van een os, buiten bewys
Schulden des boedels
aan Jacob Casper Kriegler, woonachtig op Nieuwveld de somma van een en vyftig rd:s p:r rest, spruitende over koop van een wagen
van David A: Muller woonachtig Paarl de somma van negen vyftig rd:s over koop van negotie goederen
van Joh:s Mans woonachtig Nieuwveld de somma van zeven en negentig rd:s over koop van negotie goederen, kralen en zeep
van J:G: Sieberhagen woonachtig Groph de somma van negen en twintig rd:s over koop van negotie goederen
van Christ:n Auret woonachtig Paarl de somma van twee honderd rd:s zynde per rest over koop van negotie goederen
van Steph:s Grove woonachtig Nieuwveld de somma van negentien rd:s en vier schell: over koop van 52 v:t planken voor de doodkist
Erfgenamen
Catharina Margaretha Koopman gehuwd met Willem Ludeke
David Koopman gehuwd met Elisabeth Kriegler
Aletta Margaretha Koopman gehuwd met Jeremias Ludeke
Willem Petrus Koopman geboren den 16 Augustus 1800

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Vrydag den 25 October 1822 ten dorpe Beaufort volgens op en aangave van Michiel Koopman, dewelke betuigde zig in ’t op en aangeve des voorm: boedels ter goeder trouw te hebben gedragen en niets met weten verswegen of agtergehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid deze zyne aangifte des gevorderd wordende met solemneele eede te staven, met al verdere belofte zo hy iets nader tot dien boedel behoorende mogte komen te ontdekken, dezen inventaris daarmede te zullen emplieeren

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdrost ter presentie van den clerk G: Taute en den venduafslager R:P: du Toit als getuigen

Voor de opgaave: Dit is + de kruismerkt van Michiel Koopman d’ oude

Als getuigen: G: Taute, R:P: du Toit

J: Baird, Adj: Land:

MOOC8/38.12

{18230613} 13 Juny 1823 Jan de Bruin , Aletta Johanna Oosthuizen

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behoord hebbende tot den gemeenschaplyke boedel van nuwylen Jan de Bruin en desselfs nagelatene weduwe Alletta Johanna Oosthuizen en door eerstgem: op den 23 December 1822 met er dood ontruimd en nagelaten

Losse goederen
1 leeningsplaats Rondabel gelegen in Tarka
3 tinne schotels
7 tinne borden
1 tinne bak
1 party lepels en furken
1 tinne zoep lepel
4 aarde borden
12 kommetjes
1 blikke beker
2 glasen
4 bottels
2 kanne
1 tinne boter potje
1 lantaren
2 trommels
1 bril en spiegeltje
2 wyngaard messen
1 schaar
10 zeekels
1 groote bottel
2 schaven
1 winkelhaak en kruishoud
2 slooten
1 party out yzer
1 zaag
3 bytels
3 boren
1 kelder met vlessen
2 kopere ketels
1 kastrol
1 aardekan
1 pan
1 horlogie
1 schaal en ballans
1 zweepstok
4 vaten
1 snymes
3 emmers
1 kandelaar
1 byl
4 rakken
2 kisten
4 stoelen
2 geweren
1 party ploeg gereedschappen
1 boter karren
1 halfaam
1 brandewynsketel
1 schroeft
4 pikken
1 ploegschaar
4 graven
3 aams vaten
3 sleipsteene
1 plank
2 assen
14 p:s hout
1 party houtwerk
2 wagens
2 boterbakken
2 veldstoeltjes
2 tavels
6 potten
7 zakken
8 zaken zout
1 zeep form
1 aardepot
Beestiaal
6 rydpaarden
4 aanteel paarden
32 ossen
65 aanteel beesten
279 bokken
1540 schapen
Slaven
Clarinda van Mosambicque
Adonis van de Kaap
Zerona van de Kaap
Contante
nihil
Baaten des boedels
  Rd:s
Zagarias de Beer per rest van een geleende somma gelds 2:4
Joh:s Christ:n Muller aan contant geleende penningen 3:--
Hermanus Potgieter aan contant geleende penningen 1:4
Henderik Coester Philipzoon over koop van schaape 50:--
den slagter Ferre te Grahamstad over koop van schapen 600:--
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Gerrit van der Merwe Gertz: wegens contant geleende penningen 439:--
aan Adriaan Vermaak per rest eener rekening 217:6
de wed: Theunis de Bruin voor contant geleende penningen 107:--
Erfgenamen des boedels
1) Hendrik Joh:s de Bruin
2) Anna Maria de Bruin gehuuwd met Andreas Jacobus Krugel Andsz:
3) Maria Margaretha de Bruin geh: met Joh:s Herm:s Grobbelaar Nicol:s zoon
4) Aletta Johanna de Bruin geh: met Louis Hosia Jordaan Gerritzoon
5) Jacoba Johanna de Bruin geh: met Hendrik Corster Philipzoon
6) Elsje Petronella de Bruin geboren den 18 Juny 1810
7) Jan de Bruyn geboren den 13 December 1814

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze Rondabel in Tarka op den 13 Juny 1823 volgens op en aangeven van de wed: voorm:, dewelke verklaarde niet met weten verzwegen of agtergehouden te hebben, met belofte indien zy iets tot den boedel behorende mogte ontdekken deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen, ende is zulks geschied ter presentie van Arie Johannes van Dyk en George Aldrich als getuigen

Als getuigen: A:J: van Dyk, G: Aldrich

Aletta J: Oosthuisen, weduwe J: de Bruijn

In kennisse van my: W:W: Harding

MOOC8/38.13

{18230519} 19 Mey 1823 Johannes Hendrik Hatting , Johanna Maria Botha

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen als behoord hebbende tot den gemeenschappelyken boedel van Johannes Hend:k Hatting en desselfs nagelaten weduwe Maria Johanna Botha

Losse goederen
2 halfamen
1 botervat
1 kan
2 emmers
2 graven en een pik
1 party oud yzer
2 ketels
1 zaag
1 worspuit
1 party gereedschap
3 bylen
1 schroeft
1 geweer
1 oud zadel
3 pot en 1 lepel
2 aarde potten
2 moole steene
1 stryk yzer
1 trekpot
1 trommeltje
1 bottel
2 kandelaare
1 p:r lepels en vorken
8 borden
1 schotel
1 tavel
1 kist
2 stoele
1 bed
1 wagen
1 tent zyl
Beestiaal
82 schapen en bokken
3 merry’s
1 rijd paard
11 beesten
Contante
nihil
Baaten des boedels
nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Dirk Coetze s:r wegens contant geleende penningen 80
Erfgenaamen
1) Anna Catharina Hatting gehuuwd met Daniel Schoeman
2) Maria Johanna Hatting geh: met Johan:s Mattheubes de Beer
3) Christiaan Arnoldus Hatting
4) de kinderen van nuwylen Joh:s Hend: Hatting in huwelyk verwekt by Rachel Potgieter, als 1) Joh:s Hend:k Hatting
2) Joh:s Frederik Hatting geb: den 6 April 1802
3) Jacomina Aletta Hatting geb: den 19 Jann:y 1809
4) Maria Johanna Christiana Hatting geb: den 5 Feb:y 1811
5) Anna Catharina Jacoba Hatting geb: den 8 Novemb: 1815
5) Johannes Hendrik Hatting
6) Susanna Carolina Hatting geh: met Johan:s Mattheubes du Plooy
7) Dewald Jacobus Hatting
8) Lodewyk Christoff: Hatting
9) Catharina Jacoba Hatting geh: met Johan:s Michiel Hatting Michielzoon

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze de Naudés Hoek in Zwagershoek op den 19 Mei 1823 volgens op en aangaave van de wed: voorm:, dewelke verklaarde niets met weten verzwegen of agtergehouden te hebben, met belofte indien zy iets tot den boedel behoorende mogte ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen, ende is zulks geschied ter presentie van Arie Johannes van Dyk en George Aldrich als getuygen

Als getuigen: A: van Wyk, G: Aldrich

Maria Johanna Boota wedewe Hattingh

My prassent: W:W: Harding

MOOC8/38.14

{18230524} 24 Mei 1823 Mattheubes Johannes de Beer , Johanna Helena Vosloo

Inventaris van alle zodanige goederen, als behoord hebbende tot den gemeenschappelyken boedel van Mattheubes Johannes de Beer en desselfs overledene huisvrouw Johanna Helena Vosloo

Losse goederen
1 wagenkist
2 stoelen
2 veldstoelen
1 tavel
1 emmer
1 karren
2 mantjes
4 potten
1 pan
1 rooster
1 party tinne schotels
2 blikke schotels
1 party lepels
1 party forken
1 ketel
2 aarde schotels
2 kommetjes
2 koppies en pierinkies
1 trekpot
1 boterpotje
1 koffy moole
1 zeef
1 aardepot
1 stooft
2 bylen
1 party gereedschap
1 graaft
1 geweer
1 bandelier en kruithoren
3 bottels
1 bed
2 kombaarse
1 zadel en toom
1 wagen
Beestiaal
4 paarden
1 merry
8 ossen
8 aanteel beesten
96 aanteel schapen
54 bokken
109 schapen
Contante
nul
Baaten des boedels
nul
Schulden des boedels
nul
Erfgenamen
1) Cornelia Maria geb: den 27 Aug:s 1811
2) Neeltje Johanna
3) Johanna Huibreg geb: den 11 July 1813
4) Mattheubes Joh:s Jurgens Zacharias geb: den 19 Mei 1815
5) Anna Magdalena geb: den 11 Maart 1817

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Cradock op den 24 Mei 1823, volgens op en aangaave van Mattheubes Johannes de Beer voorm:, dewelke verklaarde niets met weten verzwegen of agtergehouden te hebben met belofte indien zig iets tot den boedel behoorende mogte ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te zullen doen, en is zulx geschied in presentie van Arie Joh:s van Dyk en George Aldrich als getuigen

Als getuigen: A:J: van Dyk, G: Aldrich

Mattheus Johannes dee Beer

In kennisse van my: W:W: Harding

MOOC8/38.15

{18220714} 14 July 1822 Daniel Johannes du Plessis , Susanna Elisabeth Muller

P:G: Brink

Staat en inventaris van de goederen en effecten behorende tot den boedel en nalatenschap van wylen Daniel Johannes du Plessis Jacobus’s zoon geboortig van deze Colonie oud 24 jaren 11 maanden en 22 dagen overleden ter plaatze gen:d Corente Rivier , gelegen in het district van Swellendam en bezeeten door Jacobus du Plessis Danielszoon, op den 29:ste Maart dezes jaars des nachts omtrend elf uuren en deszelfs nagelatene weduwe Susanna Elisabeth Muller.

Gedaan maken door gem: weduwe Plessis ter requisitie van het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop, als voogden over het door gem: Du Plessis nagelaten kind, in name Francina Johanna du Plessis geboren op den 30:ste September van het jaar 1820, bestaande deze goederen en effecten in als volgd

twee kisten
een kleine kistjes
een katel
een bed, peul, deken, 1 laken en
vier kussings
vyf borden
twee schotels
twee kommen
zes kopjes en schoteltjes
een melk pot
een boter potje
drie bottels
twee kannen
een kandelaar
een geweer
een stoel
een stoof
een Evangelisch Gezangboek
een bakkist
een boter karn
een emmer
een water vaatje
een kast met aloë
een ledige kast
twee booren
een handbyl
een hamer
een beitel
twee graven
drie yzere potten
een drievoet
een pot lepel
een vleesch vork
zes tinne lepels
zeven stale vorken
een onderstel van een osse wagen
twaalf trek ossen
twee jonge ossen
tien aanteel beesten
twee ryd paarden
een aanfok paard
twintig bokken
Baten des boedels
  Rd:s
van Jacobus Johannes van Wyk Jacobus zoon, het erfdeel haar welke de nagelatene weduwe uit de boedel van wylen haare ouders Hillegard Muller Cornelis zoon en Francina Johanna Holtshausen competeerd en welke erffenis penningen onder hare stief vader gem: Van Wyk berustende is, zynde 545:6:3
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Jacobus du Plessis Daniels zoon voor begraafnis kosten gem: een en veertig ryksdaalders 41:--
aan Jacobus du Plessis Daniels zoon voor nadere gedane voorschot tot de begraafnis zestien ryksd:s 16:--

Op heden den 14:e July 1822

Compareerde voor my Andreas Tobias Kolver, als waarnemende voor den agent van het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren in dit district de heer Jan Ferdinand Bam

Voorgem: weduwe wylen D:J: du Plessis

dewelke verklaarde zig in het op en aangeven van dezen inventaris getrouwelyk en oprechtelyk te hebben gedragen en hares wetens niets agtergehouden of verzwegen te hebben dat tot dien boedel boedel zoude behoren, met belofte van ingeene het een of ander tot dien boedel behorende mogte worden gevonden, als dan dezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren en vergroten, zynde zy comparante overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd, deeze haare opgaaf met solemneele eede te bevestigen

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze Corrente Rivier voorm: die et anno ut supra

S:E: Muller, wedewe

Als getuige: Wynant du Plesies, Johannis Isaak Crous

My present: A:T: Kolver

MOOC8/38.16

{18140203} 3 February 1814 Paul Tyssen

Copia

Inventaris des boedels wylen den burger Paul Tyssen, zoo als dezelve in tegenwoordig van my is bevonde, als

agt pees trek ossen
vyfttien aanteel beesten
twee en twintig bokken
zes paarden
een geweer en twee kruidhorens
een klein kisje
twee kleine dorsjens
twee flessen, drie bottels, een glas
een lampet
drie yzere vorken
een aarde en een yzere pot
twee schenkkeetels
twee tinne schotels
drie porcelaine borden
een meelzift
drie zyl naaldens
een klipvis net
twee koorn zakken
een vyl
een bril
een thee potje
een kleine hamer
een byl, een degen
een tregter, een sikkel
een bed met drie kussens
een party oude kleederen
een sadel en toom
een kleine karn, een klein vaatje, een klein boter vaatje
een pan, twee stoelen, een sop leepel
een paar zilvere knie gespen
een zilver hals gesp
een zilver schoen gesp
een weinig oud yzer
drie gebeden boeken

G:E: Smit, Veldcornet

Getuigen: Willem Haring, Willem Louw, Jz:

den 3 February 1814

MOOC8/38.17

{18230726} 26 July 1823 Frederik van Zyl , Anna Catharina de Beer

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen, als behoord hebbende tot den gemeenschappelyken boedel van Frederik van Zyl Gidionzoon en nuwylen desselfs huisvrouw Anna Catharina de Beer en door laast gemeld op den 25 Jann:y 1823 met er dood ontruimd en nagelaten

Losse goederen
2 potten
2 bylen
1 boor
1 dissel
1 schaaf
1 zaag
1 party tinne schotels
1 mant
1 geweer
1 zadel en toom
1 bed
1 wagenkist
1 wagen met desselfs toebehooren
Lyfeigene des boedels
nihil
Beestiaal
54 bokken
245 schapen
3 merrys
2 veulen
4 ryd paarden
18 ossen
26 aanteel beesten
Contante des boedels
  Rd:s
aan papiere munt 23
Baaten des boedels
nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Gidion van Zyl blykens onderhandsche schuldbewys 300
Erfgenamen des boedels
Maria Johanna van Zyl geboren den 13 October 1821
Aletta Catharina van Zyl geboren den 29 December 1822 zynde tweelingen
Anna Catharina Susanna geboren op den 29 December 1822

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Cradock op den 26 July 1823 volgens op en aangaave van de in den hoofde dezes gemelde Frederick van Zyl, dewelke verklaarde niets met weten verzwegen ofte agtergehouden te hebben; declareerende verder dat zoo hy iets mogte ontdekken tot den boedel behoorende als dan deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren en des gevordert wordende met solemneele eede zulx nader gestand te doen, en is zulks geschied in presentie van Gerrit van Deventer s:r en Samuel Pieter Martinus de Beer als getuigen

Als getuijgen: Freedrik van Zijl

Als getuigen: S:P:M: de Beer, Gert van Deventer

In kennisse van mij: W:W: Harding

MOOC8/38.18

{18230705} 5 July 1823 Aderiaan la Buscagne , Jacoba van der Heuve

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behoord hebbende tot den gemeenschappelyken boedel van Aderiaan la Buscagne en nuwylen desselfs huisvrouw Jacoba van der Heuve en door laastgem: op den 11 September 1822 met er dood ontruimd ende nagelaten

Losse goederen
1 wagen
1 kis
2 potten
1 party schotel goed
1 emmer
1 zaag
1 boor
1 zekel
1 dissel
1 byl
1 stoel
1 kombaars
1 bed
Contante des boedels
nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Willem Prinsloo Klaaszoon over koop van hamels 15
aan Andereas Martin over koop van negotie goederen 70
aan Frans Walters het resteerende wegens koop van een paard 29
Baaten des boedels
nihil
Erfgenaamen des boedels
1) Anna Margaretha van der Sandt gehuuwd met Pieter de Vriend
2) Hans Cornelis van der Sandt oud 19 jaren
3) Catharina Frederika van der Sandt gehuuwd met Frans Walters
4) Pieter Schalk van der Sandt oud 15 jaren
5) Schalk Wenzel van der Sandt oud 13 jaren
6) Wouter Antony van der Sandt oud 12 jaren
7) Johanna Susanna van der Sandt oud 6 jaren
8) Catharina Elisabeth la Buscagne geboren den 20 September 1820
9) Francina Aderiana la Buscagne geboren den 11:e September 1821

Aldus gedaan en geinventariseerd ter Drostdye Cradock op den 5 July 1823 volgens op en aangaave van Adriaan la Buscagne voorm:, dewelke verklaarde niets met weten verzwegen ofte agtergehouden te hebben, met verdere belofte indien zy iets tot opgem: boedel behoorende mogte ontdekken deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren en des gevordert zulx met solemneele eede nader gestand te zullen doen, en is zulx geschied in presentie van Abraham Pretorius en Johannes Philippus Kruger als getuygen

Als getuigen: A: Pretorius, J:P: Kruger

Adrijan Labuschagnie

W:W: Harding

MOOC8/38.19

{18230712} 12 July 1823 Aderiaan la Buscagne , Jacoba van der Heuve

Inventaris van zodanige goederen, als nader door Aderiaan la Buscagne op den 12 July 1823 zyn opgegeven tot den gemeenschappelyken boedel behoorende van hem en nuwylen zyne huisvrouw Jacoba van der Heeve te behoren

Losse goederen
2 paarden
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Frans Walters in plaats van rd:s 29 volgens vorige inventaris moet wezen 10:--
aan Frans Walters wegens voorgeschotene penningen voor de begraffenis van een jonge geb: kind 5:7
Erfgenamen
1) Anna Margaretha van der Sandt gehuuwd met Pieter de Vriend
2) Johannes Jacobus Carolus geb: den 13 November 1803
3) Catharina Frederika Johanna Jacoba geh: met Frans Walters
4) Pieter Schalk geb: den 12 Juny 1806
5) Schalk Wenzel geb: den 10 November 1810
6) Wouter Antony geb: den 11 Decemb: 1812
7) Johanna Susanna geb: den 4 Meij 1817
8) Catharina Elisabeth la Buscagne geb: den 20 Juny 1820
9) Francina Aderiana geb: den 11 Sept: 1821

Aldus gedaan en geinventariseerd op den 12 July 1823 volgens aangaave van Aderiaan la Buscagne voorm: die het zelve benevens de getuigen hebben ondertekend

Als getuigen: A:J: van Dyk, G: Aldrich

Adrijan Labuschagne

W:W: Harding

MOOC8/38.20

{18230527} 27 May 1823 Gerrit Smit , Anna Elizabeth Koetzee

Inventaris van alle zodanige goederen, als er in gemeenschap bezeeten geweest zyn door den burger Gerrit Smit ende desselfs huisvrouw Anna Elizabeth Koetzee, mitsgaders van de zyde des eerstgenoemde op den 19 September 1795 metter dood ontruymd ende nagelaten ten voordeele hunner by den anderen in echt verwekte kinderen, in naame

1) Gerrit Erasmus Smit   in huwelyk gehad hebbende Johanna Margaretha Smit zoo voor zig in de een helft als voor zyne kinderen by wylen opgem: zyne huisvrouw in echt verwekt, in de wederhelft, welke wederhelft van sig ten hunner behoeve heeft afstand gedaan in naame
2) Dirk Joh:s Kotzee a) Anna Elizabeth gehuuwd geweest met Jacobus Daniel van der Spuy
b) Hendrik Nicolaas geb: den 26 May 1800
c) Margaretha Susanna Jacomina geb: den 15 Sep: 1800
d) Dirk Joh:s die zedert is overleden
e) Gerhardus Petrus Christiaan geb: den 9 May 1810
f) Johanna Jacoba Helegonda geb: den 17 Juny 1812
g) Hester Maria Susanna Kotzee, die zedert is komen te overlyden
3) Dirk Albertus Smit
4) Petrus Joh:s Smit

Zodanig als dezelve nalatenschap door my ondergetekende expres gecommitteerde Weesmeesteren is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

Den opstal staande op de leenings plaats genaamd de Droogte Ryst Kloof gelegen agter de Piquetbergen onder het district van Worcester
den opstal staande op de leenings plaats genaamd de Grootte Elands Valley gelegen in de Piequetbergs vlakte onder het district van Worcester
In het voorhuis van eerstgem: plaats
twee blad taavels
twee thee taavels
tien stoelen
twee leuning stoelen
twee borden rakken, daarop
drie en zestig borden in zoort
elf schotels
een rust bank
twee stooven
twee vogel kooyen
een water emmer met zyn bank
in een glazen kast
een zilvere melk kan
een zilvere zuiker trommel
tien water karaffen
twintig wyn kelken
vier jenefer kelken
negen water glazen in zoort
vier en twintig kopjes en pierings in zoort
vier kommetjes
twee zoutvaatjes
vier boter potjes
twee kannen
vier vlessen
een ketel met zyn confoor
In de kamer ter linkerhand
drei ledikanten met wit behangzel waarop
een vedere bed
een deeken en
vyf kussens
een blad tavel
een thee tavel
veertien stoelen
een kist
een kast
zes kast potten
vyf potjes in zoort
een koopere lampet
een aarde lampet en kan
agt trommels in zoort
twee schenkbladen
een spiegel
In de kamer ter regterhand
twee tavel kasten
een lessenaar
een kist
een kelder met vlessen
een ledikant met bed en verdere toebehooren
twee kadels met bed en verdere toebehooren
agt stoelen
tien bottels
In het voorhuis
agttien schootels in zoort
vyftig borden
drie kandelaren
vier blakers
een broodmes
In de keuken
dertien potten in zoort
een pottenbank
een combuis tavel
een bakkist
een rooster
een koekepan
een lepel en twee vurken
twee kookketels
een asch schop
een schoorsteen ketting en 2 haaken
In den buiten vertrek n:o 1
drie boter vaten
twee karns
twee vleesch balies
een rol zyldoek
In den buiten vertrek n:o 2
drie kadels
drie beddens met toebehoren
twee kisten
een tavel
een stoel
vyf en veertig mudde zakken
vier tent zylen
een veld kribbe
tien tent matjes
drie span riemen en stroppen
In de kelder
twee en een half legger brandewyn met vust
een aam met brandewyn met vust
negen leggers wyn met vust
drie leggers wyn met vust waarvan de leggers behooren aan D:A: Smit
een half legger azyn
een ledige half aam
een ledige anker
twee brandewyn keetels met toebehoren
zes balys in zoort
een aam defect en een half aam met oude wyn
vier kuyp vellen
een koorn harp
eenige ledige kannen
een ryst blok
een restant panpoenen
zeven en een half mud gedroogde perzieken
[ ..... ] rozynen
agt honderd bamboessen
een party dekstroo
een tregter
In de smitswinkel
drie popeliere planken
vier rem kettings
twaalf pikken in zoort
tien ploeg schaaren
een blaas balg
een aambeeld
drie voor haamers
een groote zaag
een bankschroef
vier smits tangen
een koubeytel
twee voorslagen
In de moolen
een beeste vel
eenig gereedschap
tien graaven
twee span zaagen
een scheepel
twee taartepan
vyf manden
Op de werf
twee paarde waagens
vyf ossen waagens
een kan
twee span tuygen
drie span jukken
drie ploegen
twee eggen
twee ladders
zeven emmers in zoort
drie balies
een zadel en toom
Beestiaal
zes en vyftig trekossen
zes en zestig aanteel beesten
negen wagen paarden
vyf en dertig aanteel paarden
drie honderd zeven en dertig schaapen
honderd agt en veertig bokken
Graanen
twee honderd en zestig mudden koorn
dertig mudden rog
[ ..... ] garst
Lyfeigenen des boedels
Mentor van Malibaar oud 57 jaaren, schaapenwagter
Frolyk van Mosambicque oud 52 jaaren, werksjongen
Damon van Mosambicque oud 47 jaaren, werksjongen
Camanes van Mosambicque oud 42 jaaren, beestewagter
Adam van de Kaap oud 37 jaaren, koetzier
Absalom van de Kaap oud 33 jaaren, werksjongen
David van de Kaap oud 27 jaaren, werksjongen
Saul van de Kaap oud 23 jaaren, werksjongen
Adonis van de Kaap oud 23 jaaren, werksjongen
Roosje van Mosambicque oud 58 jaren, kokkin
Leonora van de Kaap oud 51 jaren, naayster
Rozet van Malibaar oud 47 jaren, huismeid
Diana van de Kaap oud 32 jaren, naayster
Eva van de Kaap oud 30 jaren, huismeid
Rachel van de Kaap oud 17 jaren, huismeid
Mina van de Kaap oud 15 jaren, huismeid
Janetje van de Kaap oud 13 jaren
Baaten des boedels
    Rd:s
  een onderh: obligatie d:d: 18 April 1818 ten lasten Dirk Joh:s Kotzee groot ƒ10000 ofte 3333:16
  renten à 5 pc:t zedert den 18 April 1823
  een onderh: obligatie d:d: 2 May 1823 ten lasten van gem: J: Koetzee groot ƒ2000 ofte 666:32
  renten à 5 pc: 5 zedert den datum der obligatie
  een onderh: obligatie d:d: 16 Aug: 1820 ten lasten van opgem: Dirk Albertus Smit groot ƒ3000 ofte 1000:--
  renten à 5 pc:t zedert 16 Aug:s 1822
capitaal en renten op heden voldaan den 16 February 1824 een onderh: obligatie d:d: 24 Feb:y 1823 ten lasten Dirk van Zijl Alb:zoon groot ƒ900 ofte 300:--
  renten à 6 pc:t zedert den datum der obligatie
capitaal en renten tot hede voldaan den 30 October 1823 een onderh: obligatie d:d: 27 October 1820 ten lasten Frans Stofberg en groot ƒ720 240:--
  renten à 6 pc:t zedert 27 Octob:1822
capitaal en renten voldaan den 9 Maart 1824 een onderh: obligatie d:d: 16 Maart 1822 ten lasten Daniel Lambrechts g:t ƒ200 ofte 100:--
  renten à 6 pc:t zedert opgem: datum
betaald in September 1823 van Gys van der Westhuyzen over gekogt drank en vrugten 53:--
Contanten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve genoemd 1600
zegge sestien honderd rd:s welke aan de wed: ten haare verzoek zyn gelaaten omme met haar aandeel te worden verreekend

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 27 May 1823 ter plaatze gen:d de Drooge Ryst Kloof gelegen agter de Piquetbergen onder het district van Worcester ende zulx volgens op en aangeven aan de in den hoofde deezes gem: weduwe en ten overstaan van Dirk Alb:s en Petrus Joh:s Smit mitsg: Dirk Joh:s Kotzee, dewelke verklaarde haar hierinne ter goeder trouwe gedragen en hares wetens niet verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot dien boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid harer opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede te bevestigen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gesz: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van my onderget: gecomm: Weesmeester en den Secretaris der Weeskamer door de inventariente ende in der slotte deezes gem: erfgenamen eigenhandig ondertekend

Als gecomm: Weesmeester: G:E: Overbeek

Anna Eleesabeth Koesee weduwe, Gerrit Smit, Derk A: Smit, P:J: Smit, D:J: Kotze

My present: J:J: L: Smuts

Aan de wed:e voorn: tegens tauxatie gelaten, te weeten

  Rd:s
de slaaf Damon van [ ..... ] 1000:--
de slavin Leonora 300:--
de slavin Rachel 1300:--
de slavin Mina 1000:--
een ledikant, bed en toebehoren 40:--
twee kleine kastjes 5:--
een kist 2:24
een tafeltje 2:--
een stoof 0:24
een stoel 1:--
een silvere zuikertrommeltje 3:--
Te zamen Rd:s3654:--

MOOC8/38.21

{18190802} 2 Augustus 1819 Francois Germain

Inventaris van zodanige goederen, als er op Vrydag den dertigste dag der maand July in den jaare een duizend acht honderd en negentien ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten door Francois Germain ten voordeele zyner onbekende uitlandinge erfgenamen, invoegen als het een en ander door my ondergetekende Adj:t Commis en getuigen, ingevolge opgaave van den apotheeker Matthies Matthiessen is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

Ten huize van de heer Diederik Pallas

Een kist waarin
een zwart lakense rok
een blaauwe lakense batje
tien onderbaatjes in soorte
vier broeken
drie en twintig paren witte koussen
twee paren zwarte zyde koussen
negen dassen
acht doeken
vyf handdoeken
vier hembde kragies
een slaap muts
een hair borstel
een kleder borstel
een foudraal met twee scheermessen
een Spaanse doosje met twee scheermessen
een knipmes en een tandeborstel
zestien hembden
een paar handschoene
twee kruisbanden
een paar schoenen
In een kist toebehoorende aan de heer Pallas
een lakense manel
een kasemirse broek
een onderbaatje
drie hembde
twee flennische baatjes
twee paren koussen
twaalf doeken den dassen in soorte
vyf handdoeken
een slaapmuts
een ronde hoed
drie doosjes met insecten
vier flesjes met insecten
een doosje met een party forme en knoopen
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelven gevonden eene somma van 85:18

Aldus na gedaane ontzegeling opgenomen en geinventariseerd ten huizen voormeld op den 2: Augustus 1819

Als getuigen: J:A: Munnik, J:N: Rorich

Voor den opgaaf: Matthies Matthiessen

My present: P:E: Faure, Adj:t Commis

MOOC8/38.22

{18221014} 14 October 1822 Johannes Jacobus Jacobz , Johanna Elisabeth Erasmus

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Joh:a Elisabeth Erasmus en nagelatenen man Johannes Jacobus Jacobz in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd op den 20:e Maart 1822 en nagelaten ten mitsgaders op heden opgenomen en in waren weezens bevonden zyn geworden, te weten

een kandelaar
een snuiter
een bakje
een bottel lyn olie
een kopere ketel
een trek potje
een kan
drie aarde potten
een zift
agt lepels
vier forken
drie borden
een kom
een schietgeweer
twee emmers
een schaaf
drie vaatjes in zoort
drie potten in zoort
een wagen kist
een party gereedschap
een dissel
een byl
een boor
een ploeg schaar
een zadel en toom
een schroef
een party oud yzer
vyf mudden garst
een ossen wagen compleet
Beestiaal
vier rydpaarden
een aanteel [paarden]
vier en twintig trekossen
zes jonge trekossen
veertig aanteel beesten
drie honderd negen en negentig bokken
drie honderd vier en veertig schapen
Erfgenamen
1) Johanna Elisabeth Jacobz geboren den 9 January 1817
2) Gerritta Maria Petronella Jacobz geboren den 8 January 1819
3) Philippus Jacobz geboren den 7 October 1820

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatze de Middelplaats gel: in de Buffelshoek op den 14:e October 1822 volgens op en aangeven van Johannes Jacobus Jacobz voormeld, dewelke verklaarde hem ter goeder trouw hierin te hebben gedragen met belofte indien er iets nader tot den boedel behorende mogte worden gevonden deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede, hebbende by deezen benevens den agent der Weeskamer en getuygen met hunne naamtekeningen bekragtigd

J:J: Jacobs

Als getuigen: H:A: Meintjes j:r, G:J: Broekhuizen

J:J: Meintjes

MOOC8/38.23

{18220820} 20 Augustus 1822 Petrus Josephus Holtshausen

P:G: Brink

Staat en inventaris van de goederen en effecten behorende tot den boedel en nalatenschap van wylen Petrus Josephus Holtshausen, overleden op den 17 Juny 1822 ter plaatze genaamd Wegweisers Rivier gelegen in het district van Swellendam .

Gedaan maken door Johan Christiaan Steyl en de zulks ter requisitie van het eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop als voogden voor de minderjarige kinderen van wylen gem: Holtshausen en vooroverledene huisvrouw Martha Susanna du Plessis, in naame

1) Helena Alletta Holtshausen geboren op den 10:de Augustus 1799
2) het nagelaten kind van wylen Franscina Johanna Holtshausen in huwelyk verwekt by Johan Christiaan Steyl
3) Louisa Alletta Holtshausen geboren den 19 October 1804
4) Johannes Andreas Holtshausen geboren den 2 Mei 1808
5) Martha Susanna Holtshausen op den 14 Juny 1810

bestaande dezelve in als volgd

een kadel
een bed, peul en vier kussings
een silvere zakhorlogie
een wagenkist
twee botervaten
drie emmers
twee yzere potten
een kopere ketel
een steene kruik
een aarde pot
een stryk yzer
twee bottels
een water glas
vyf diepe borden
een porcelaine kom
vyf stale forken
twee tinne lepels
een blikke peperdoos
een span zaag
een party gereedschap
een el
een stampblok
een koefoet
een rooster
twee schoorsteen kettings
twee hout beilen
een zadel
een ryd paard
een schiet geweer
een veisel en stamper
een Beibel
een halfstuk osse wagen
elf trekossen
Baten des boedels
P:M: word genoteerd dat de boedel van nu weilen voorsch: Holtshausen en wylen zyne voormelde huisvrouw ten reguarde hunner nagelatene kinderen door Heeren Weesmeesteren is aanvaard en dat het aandeel welke nu wylen Holtshausen, als met gemeenschap van goederen met haar gehuwd geweest zynde, daaruit competeerd, als nog onder Heeren Weesmeesteren berustende is

Op heden den 20 Augustus 1822 compareerde voor Andreas Tobias Kolver als waarneemende voor den agent van het Eerw: Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop, de heer J:F: Bam

Opgem: J:C: Steyl

dewelke verklaarde zig in het op en aangeven van dezen inventaris getrouwlyk en oprechtelyk te hebben gedragen en zyns weetens niets agtergehouden of verzweegen te hebben, dat tot dien boedel zoude behoren, met belofte van ingeval het een of ander tot dien boedel behorende mogte worden gevonden, als dan dezen inventaris daarmeede te zullen emplieeren en vergrooten, zynde hy comparant overigens bereid om zo zulks zal worden gevorderd deeze zyne opgaaf met solemneele eede te bevestigen

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatse voorm: die et anno ut supra

Als getuigen: J:P: Muller, C:J: van der Lith

Johan Christian Styl

MOOC8/38.24

{18230912} 12 September 1823 Johan Bidon

Nalatenschap van den op den 11 Sept: 1823 overleedene perzoon Johan Bidon, geboortig de stad Leipzig , Saxen , als

een katel
twee sleete matrassen en twee kussens
twee tavels
twee stoelen
een kastje
een duffelsche jas
een nieuw blauwe lakense boven baatje
twee halfsleetene lakense boven [baatje]
een lakense broek
een zwarte lakense broek
een zwarte lakense onderbaatje
een manel
een gekeperde broek
negen witte hembden
een roode baayje hembd
een oude Flamslinsche broek
drie witte linnen boven baatjes
twee witte linnen hals kragen
drie sloopen
drie bed lakens
twee klyne tavel lakens
drie gordyntjes
een voert chitze combaars
twee groen baayse tavel kleedjes
een zwart seyde halsdoek
twee kruijsbanden
drie paar kousen
een nieuw zwarte hoed
een nieuw zwarte hoed
vyf onderbaatjes in zoort
een oude geele Chinees linnen broek
twee handdoek
twee paar schoenen
een paar stevels
een doek
een paar handschoenen
twee spiegeltjes en een scheerdoosje
een blikke menache
een blikke beeker
een bierglas en een kelkje
twee tinne snuyfdoosen
vier messen in zoorte
twee heele potlooten
een linjaal
een inkflesje en een stangje lak
een zakboekje met papiertje
een zakje met speceryen
dertien knoopjes en seven ringetjes
twee horlogie sleutels
een zilvere theelepeltje
agt agate steenen
een borstspeltje
een ring
twee oude messen
twee eyzere leepels
twee oude forken
zes kopjes en vyf pirenkjes
twee stukkende kommetjes
een heele [kommetjes]
een aarde zout vaatje
een oude blauwe zuikerpot
een oude witte zuikerpot
twee oude aarde [bekertje]
een zwart aarde melkkan
twee kopjes
een waterpot
tien ledige bottels
twee zand balitjes
vier boeken
drie stokken en een sweep
een party rommeling

N: Bamberger

Als getuigen: L:F: Cleenwerck, W: Mills

Kaap de Goede Hoop, den 12 Sept: 1823

MOOC8/38.25

{18191023} 23 October 1819 Anna Catharina van Wyk

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er ab intestato door wylen Anna Catharina van Wyk laast weduwe wylen Cornelis Smit met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

459 aanteelschaapen
14 ossen en aanteelbeesten
3 ryd en aanteelpaarden
8 mudden koorn
1 bed
6 yzere potten
1 kan met 3 vlesse theer
2 aarde kannen
3 platvaatjes en rooster
2 aarde potten
1 saus pot
1 kopere ketel
7 bottels en een vles
3 glaasen
1 half doezyn theegoed
1 boter pot
1 stryk yzer
2 brillen
8 ellen fluweel
9 ellen schuts geruit
42 ellen zits
10 ellen Nankinet
17 ellen linnen
5 blauwe doeken
3 ellen laken
13 ellen linnebaay
3 ellen Zienas linnen
2 zakboekjes
2 kisten
2 stoelen
1 katel
1 zoepkom
2 trekpotten
2 blikken en een tregter
1 schuifdoos
1 tinne gorgalet en een beeker
4 schootels en 5 borden
1 tinne keetel en beeker
5 doosen en staalen
2 kandelaars en snuyter
3 messe en een kandelaar
4 veylen, 2 booren en een passer
10 boeken
1 aarde kan en borssel
1 tafel
1 boter vaatje
2 emmers
1 ankervat
3 stooven
1 hagel form
1 tinne pot en pan
1 yzere potlepel en vork
2 baalies
1 kopere ketel en bak
1 oude zadel
1 coesyn met een door
1 ploeg schaar, spil en beugel
1 piek en zaag
2 molen steenen en spil
3 geweeren
3 stukken loot
1 koopje gereedschap
3 ceylen
1 oude kist met oud yzer
1 zift
3 zakken vet en zeep
1 bank schroef
1 plank en platvaatje
Contanten
nihil
Baaten des boedels
    Rd:s
vold: den 6 February 1821 van Nicolaas Johan:s Renseburg eene somma van twaalff rd:s weg:s negotie goederen 12
  van J:C: Roode weg:s koop van schaapen blykens onderhands obligatie, eene somma van een en zestig rd:s 61
voldaan January 1821 van D:S: Forie weg:s contant geleende penningen blykens onderhands obligatie, eene somma van twee hondert rd:s 200
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen
Christoffel Johannes Smit gehuwd met Louisa Hermina Christina Forie
Cornelis Abram Smit gehuwd met Martha Elisabeth Ludeke
Marea Johanna Smit gehuwd met Cornelis Jacobus Smit
Willem Jacobus Smit gehuwd met Marea Christina Geertruida Roets
Hendrik Johannes Smit geboren den 10 September 1802

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Zaterdag den 23 October 1819 ten dorpe Beaufort , volgens op en aangeeve van den erfgenaamen Christoffel Johannes en Willem Jacobus Smit, dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeve des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedaan en niets met weeten verswegen of agter gehouden te hebben, verklarende zig dus bereid deeze hunnen aangifte des gevorderd wordende ten allen tyde met solemneele eede te staaven, met al verdere belofte zo zyl: iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken dezen inventaris daarmede te zullen emplieeren

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdrost ter presentie van den clercq G: Taute en den gerechtsbode J: Bodenstein als getuigen

Voor de opgaave: Christoffel Johannes Smit, Willem Jacobus Smit

Als getuigen: G: Taute, J: Bodenstein

J: Baird, Adj: Land:t

MOOC8/38.26

{18230802} 2 Augustus 1823 Coert Grobbelaar , Louisa Pienaar

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Coert Grobbelaar senior met wylen zyne huisvrouw Louisa Pienaar in gemeenschap bezeten en op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een zift
een ketel en comfoor
een aarde kan
een emmer
een balie
een mantje
een strykyzer
een koffymolen
een koffykan en testje
vier kopjes en twee pierings
een teepotje
een zuikerpotje
vier bottels
drie glaazen
een kan
twee borden
een lepel en fork
een blaker
een snuiter
vyf boeken in zoort
een tafel
twee stoelen
een bed, compleet
een katel
een bakkist
een oude tafel
Slaaven
den slaaf Maart van Mosambicque omtrent 47 jaren
de slavin Lea van de Kaap omtrent 36 jaren
de slavin Aurora van Bougis omt:t 57 jaren
den kleinen slaaf Jephta geb: den 8:e July 1816
den kleiner slaaf genaamd Japhet geboren den 12:e Oct:r 1818
Contanten
  Rd:s
aan papiere munt 4584:7
Baaten des boedels
  Rd:s
van Nicolaas Grobbelaar bl: bewys d:d: 20:e Maart 1814 700:--
van Barend Johannes Vorster bl: bewys d:d: 16:e August 1820 2000:--
van Piet Grobbelaar C:zoon bl: bewys d:d: 24:e November 1812 2200:--
van Albertus Grobbelaar J:zoon bl: bewys d:d: 15:e Juny 1820 300:--
van Jacobus Petrus Erasmus bl: bewys d:d: 16:e August 1813 500:--
van Abram Steph:s van Straaten bl: bewys d:d: 15:e November 1821 700:--
van Marthinus Wessel Pretorius M: W:zoon junior bl: bewys d:d: 15:e December 1820 100
van Joachim Marthinus Koekemoer bl: bewys d:d: 10:e August 1820 300:--
van de wed:e Jacobus Francois Naude bl: bewys d:d: 27:e Maart 1813 400:--
van Abram Steph:s van Straaten weg:s geleend geld 100:--
van Nicolaas Grobbelaar weg:s zo veel denzelven heeft besteed op den vendutie voor rek:g van wylen zynen vader gehouden op den 11:e Juny 1822 2470:--
van Petrus Grobbelaar weg:s zo veel denzelven heeft besteed op den vendutie voor rek:g van wylen zynen vader gehouden op den 11:e Juny 1822 10:3
van Abram Steph:s van Straaten weg:s geleend geld 2471:1
van Barend Joh:s Vorster weg:s geleend geld 433:--
van Jac:s Pet:s Erasmus weg:s geleend geld 2582:6
van den vendumeester F: Muller bl: vendurol d:d: 11 Juny 1822 na aftrek van kosten 1481:6 2/6
renten van dien zedert den 11:e August 1822 tot den betaaldag
Schulden des boedels
nihel
Erfgenamen
1) Johannes Grobbelaar geboren den 19:e April 1755 kinderen door den overledenen met wylen zyne eerste huisvrouw Catharina Klopper verwekt
2) Geertruida Grobbelaar thans weduwe Hendrik Stephanus Pretorius geboren den 15:e Maart 1761
3) Joh:s Jac:s Grobbelaar geb: den 13:e Maart 1771 kinderen door den overledenen verwekt met wylen zyne tweede huisvrouw Louisa Pienaar
4) Petrus Grobbelaar geb: den 27:e Juny 1774
5) Nicolaas Grobbelaar geb: den 8:e Mey 1778
6) Louisa Catharina Grobbelaar geb: den 12:e Mey 1780 gehuwd met Laurens Jacobus Erasmus
7) Martha Johanna Grobbelaar geb: den 19:e Mey 1788 gehuwd met Diedrik Johannes Mulder
8) Anna Sophia Grobbelaar geboren den 1:e October 1789 geh:d met Jacobus Petrus Erasmus
9) Catharina Aletta Grobbelaar geboren den 4:e August 1792 geh:d met Abram Steph:s van Straaten
10) Elsje Cornelia Grobbelaar geb: den 22:e August 1797 geh:d met Barend Joh:s Vorster
1) Albertus Grobbelaar geb: den 2:e August 1792 kinderen van den 3:e erfgenaam Joh:s Jac:s Grobbelaar reeds op den 28:e July 1812 overleden
2) Coert Grobbelaar geb: den 10:e April 1794
3) Elisabeth Johanna geb: den 10:e Septemb:r 1797 geh:d met Barend Joh:s Vorster J:zoon
4) Jac:s Joh:s geb: den 19:e October 1799
5) Willem Pieter geb: den 30:e December 1801
6) Louisa Maria geb: den 28:e February 1804 en geh:d met Joachim Hend:k Maartens
7) Rachel Margaretha geb: den 14:e Maart 1806 geh:d met Steph:s Francois Marais
8) Martha Johanna geb: den 21:e August 1808
9) Elisabeth Susanna geb: den 11:e Juny 1811

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Zaturdag den 2:e August 1823 ter plaatze Welgemoed gelegen voor Sneeuberg volgens op en aangeeven van N: Grobbelaar, dewelke betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouw te hebben gedragen en niets met weeten verzweegen of agtergehouden te hebben verklarende zig dus bereid deeze zyne aangifte des gevordert wordende ten allen tyde met solemneele eede te staven, met al verdere belofte zo hy iets nader tot den boedel behorende mogte komen te ontdekken deezer inventaris daarmede te zullen emplieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende agent der Weeskamer ter presentie van J:P: Meintjes en G:J: Broekhuizen

Voor de opgave: Nicolaas Grobbelaar

Als getuigen: J:P: Meintjes, G:J: Broekhuizen

J:J: Meintjes

MOOC8/38.27

{18220319} 19 Maart 1822 Henning Jeremias Lubbe , Maria Helegonda Kotzé

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Maria Helegonda Kotzé en nagelaten man Henning Jeremias Lubbe in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: op den 3:e February l:l: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

een ossewagen met tentzyl
een paardewagen met agt tuigen
een ploeg, compleet
twee teerputzen
vier graaven
een party beestevellen
een party oud yzer
een party rommelary
vier zekels
een zeeppot
twee yzere potten
een vleesch vork en potlepel
een rooster
een hakbord en mes
twee emmers
een botervat
een meelzift
twee tinne schotels
een aarde [schotels]
een tinne soepkom
vyf tinne borden
een aarde [borden]
een peperdoosje
een aarde boterpotje
twaalf tinne lepels
derthien vorken
een aarde trekpot
een blikke trekpot
een tinne zuikerpotje
een blikke melkkannetje
een kopere koffy kan
vier kopjes en 4 pierings
een kommetje
twee kisten waarvan een def:t
een keldertje
drie mantjes
een omslag met 1 boor
drie blikke trommeltjes
twee blakers en 2 snuiters
twee kandelaaren
een schaal en balans
een koffy moolen
drie blikke bekers
een yzere compfoir
een kopere ketel
een klyne keteltje
een aarde pot
vier aarde potjes
een yzere strykyzer
een blikke lantaarn
een ley
een inktpotje
een koffertje
een groote aarde kan
drie aarde kannetjes
vier vlessen
vier bottels
een party medicyn vlesjes
een potje met wat groen verf
een klyne sammereel
twee borzels
een slot
een rustbank
twee tavels
zes stoelen
een stoof
twee katels waarvan een defect
drie buldzakken, een peul, 8 kussens, drie kombaarssen en een laken
twee schietgeweeren waarvan een def:t
een zadel en toom
Slaaven
een slavin gen:d Lena van de Kaap oud omt:t 35 1/2 jaren
een slavin gen:d Sophia van de Kaap oud omt:t 9 1/2 jaren
een slaaf gen:d David van de Kaap oud omt:t 3 1/2 jaren
Beestiaal
twee rydpaarden
agt wagen paarden
vier en twintig trekossen
tien jonge ossen
twee en zestig aanteelbeesten
drie aanteel paarden
een duizend vyfhonderd een en dertig aanteel schapen
vyf en vyftig bokken
Baten des boedels
  Rd:s
van Hendrik Christ:n Kotze, aan de Baviaans Rivier over negotie goederen 500:--
van Philip Dan:l Riekert onder Cradock bl: obligatie 450:--
van Jacobus Snyman ond:r Cradock over negotie goederen 99:7
van J:F: Wiesner ond:r Swellendam blyk:s onderh: obl: d:d: 28:e Dec:r 1820 400:--
van Philipp:s Arn:ds Olivier p:r rest over negotie goederen 25:--
van Jan Pyper p:r rest over negotie goederen 126:--
van Joh:s Petrus Strydom aan de Baviaans Rivier blyk:s bewys 8:--
van Carel Johan:s Lubbe, over koop van den slaaf Slammat , per rest 800:--
van juffrouw Brath, in de Kaapstad over twee slagtersbrieven, door den opgeever ter incasseering aan haar toegezonden 600:--
van Jacobus Kotze, Cango onder George , veertig beesten die aan hem door des opgeevers overledene vrouw op de helft van de aanteel zyn gegeeven

Den opgeever declareerd dat wylen zyne vrouw aan hem heeft gezegt, dat zy aan de Kaap by juffrouw Brath heeft gelaaten de volgende goederen, als

een bureau
een tavel kast
een ledikant en
een zilvere kom
Schulden des boedels
    Rd:s
  aan Fredrik Willem Sagenaar over contant geleend geld 1700:--
  aan Mich:l van Nieuwkerk voor twee mudden koorn 14:--
  aan Coenr:d Fred:k Herholdt voor twee mudden koorn 10:--
  aan Hend:k Joh:s Lubbe voor een os 25:--
18 May 1823 vold: aan Fredrik Schimper voor een zadel 64:--
vold: aan Joh:s Steph:s Olivier voor een zadel 77:--
voldaan Pet:s Erasm:s Smit s:r voor negotie goederen 47:2
15 October 1823 vold: van Died:k Arn:ds Gerh:ds Brummer voor drank 80:--
  aan Charel Naude s:r voor smitswerk 25:--
  aan zoveel de kinderen van des opgevers eerste huisvrouw Helena Elisabeth van Nieuwkerk, in name Willem Fredrik en Helena Elisabeth Lubbe, aan moeders erffenis competeeren en als nog in den boedel is berustende, ingevolge tauxatie ter Weeskamer 927:42
  aan zoveel de kinderen van des opgevers tweede huisvrouw, Anna Maria Vermeulen, blyk:s den inventaris en kinderbewys ter Secretarye te Graaff Reinet berustende, competeeren, als:
  aan Henn: J: Jeremias Lubbe 1320:4
  aan Elisabeth Geertr:da Lubbe 1320:4
  aan zoveel de dochter van des opgevers overledene huisvrouw M:H: Kotze in name Johanna Ann Eksteen, by haren eersten man Jacob Eksteen verwekt, aan vaders erffenis compet:d blyk:s kinderbewys ter voorm: Secretary te vinden 937:--
Erfgenaamen
Johanna Ann Eksteen gehuwd met Alexander Stuart

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze, genaamd de Rheboksfontein , gelegen op Sneuwberg , op den 19:e Maart 1822 volgens op en aangaave van voorm:d Henning Jeremias Lubbe, denwelken verklaarde zig hierin ter goeder trouw te hebben gedraagen, met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende mogte worden ontdekt, deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede, hebbende hy deezen benevens den Landdrost en getuigen met hunne naamtekeningen bekragtigd.

Als getuigen: J:N:G: Muller, G:J: Broekhuizen

Hennig Jeremias Lubbe

A: Stockenstrom

MOOC8/38.28

{18220528} 28 May [1822] Maria Hillegonda Kotzé

Memorandum of articles given over to the directors of the Orphan Chamber belonging to the estate of the late Mrs Lubbe formerly Mrs Ecksteen.

one silver bason
two silver candle sticks
two silver forks
two plated candlesticks
one copper tea pot and 1 milk ewer
1 instrument for nitting
1 gold watch
1 silver watch
2 silver coins
1 horn tumbler
1 peueter pot
1 blue tea pot
1 dozen iron spoons
1 coffee mill
1 smoothing iron
11 China cups and saucers
1 China tea tray
1 China tea box
1 schoemakers last with sundries
2 old half ahms
1 old chest of drawers
1 old chest of drawers with a secretairy
1 square table
1 bedstead with curtains etc:a
4 mahogany chairs, 1 defective
one looking glass
one small base with folding doors
one small chest for tea and sugar

There is still some old clothes remaining which Mrs B: would wish to know if that are also to be sold

May 28th

H:C: Bratt

MOOC8/38.29

{18230912} 12 September 1823 Gysbertus Verwey

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er in de maand Juny laatstleden ab intestato met ’er dood zyn ontruimd ende nagelaten door Gysbertus Verwey Gysb:zn ten voordeele zyner moeder Hester Maria Rademan voormeld: wed: van G: Verwey en thans hertrouwd met Philip du Plessie in de eene helft, en van zyne suster Hester Gesina Verwey in de wederhelft, invoegen als deselve door opgem: P: du Plessies is opgegeven en door my ondergetekende opgenomen, bestaande dezelve in de volgende, namentlyk

  Rd:s
agt aanteel beesten
vier bokken en
eenige weinige klederen door de overledene gedraagen, mitsg:s
desselvs vadersbewys, ’t welke sig bevind in handen van Du Plessie, en ’t wegens de acte van kinderbewys op de 1 Sept:br 1809 voor den toenmalige Secretaris in Tulbagh , as getuyge gepasseerd bedragende 236:3
’t geen de overledene competeerd, met de nalatenschap van wylen Anna Catharina Volschenk laatst wed:e Maarten Laurens Smit, en dat zig onder adm: van den heer C: Matthiesen bevond, bedraagd 666:44

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 12 Sep: 1823

Voor de opgaaf: Ph: du Pliesie

MOOC8/38.30

{18230912} 12 September 1823 Anderias Stephanus du Plessis , Maria Elisabeth Botha

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behoord hebbende tot den gemeenschappelyken boedel van Anderias Stephanus du Plessies en Maria Elisabeth Botha in gemeenschap bezeten en door laastgem: op den 6 July 1828 met er dood ontruimd en nagelaten

Losse goederen
2 aarde kannen
2 bylen en snymes
1 party gereedschappen
2 fylen
2 booren
1 handbyl
2 schaven
1 zaag
5 staven hoepel yzer
1 pan
1 rooster
1 graaff
2 zeekels
1 slypsteen
2 ketels
4 potten
3 vaatjes
2 emmers
1 kandelaar en snuiter
2 geweren
1 ketel
1 zadel
1 potlepel
1 Keulse kannetje
1 party vlesjes
1 mand
2 zakken
1 Bybel
4 boeken
2 kisten
4 bottels
1 schaar
2 stoelen
2 veldstoelen
1 party rommeling
1 party houtwerk
1 wagen
1 zadel en toom
1 party schotelgoed
2 kommetjes
1 katel
Beestiaal
3 rydpaarden
1 merrij
12 ossen
19 beesten
715 schapen
Contante des boedels
nihil
Baaten des boedels
nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Pieter Botha s:r over contant geleende penningen 19
Erfgenamen des boedels
1) Anderias Johannes Steph:s du Plessis geboren den 20 Maart 1813
2) Pieter Jacobus du Plessis geboren den 17 October 1816
3) Elisabeth Maria du Plessis geboren den 28 September 1818
4) Anna Maria Helena du Plessis geboren den 11 August 1820
5) Johannes Philippus du Plessis geboren den 6 July 1823

Aldus geinventariseerd ter plaatze Waayplaats in Tarka op den 12 September 1823 volgens op en aangaave van den in den hoofde dezes gemelde Anderias Stephanus du Plessies, dewelke verklaarde niets met weten verzwegen ofte agtergehouden te hebben, betuigende als het vereischt wordt zulks met solemneele eede nader gestand te doen en is het geschied in presentie van Barend Johannes Vorster en Jan Hendrik de Bruin als getuigen

Als getuigen: B:J: Vorster, Johannes Hendrik de Bruyn

Andries Stevanies deï Pliesies

In kennisse van my: W:W: Harding

MOOC8/38.31

{18230103} 3 January 1823 Maria Elizabeth Goor

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Saturdag den 28:ste dag den jongst gepasseerde maand December van het afgelopen jaar een duizend achthonderd twee en twintig des morgens de klokke omtrent twee uren ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten door Maria Elizabeth Goor, weduwe van wylen Jan Julius Grebe, ten voordeele den kinderen by opgem: haare man in echt verwekt, met namen

1) Jan Fredrik Godlieb Greebe mondig
2) Maria Helena Greebe getrouwd met Hendrik Bernard Oppel
3) Johanna Sophia Greebe weduwe van Johan Balthasar Kraayenstein
4) Anna Frederica Greebe geboren den 30 January 1801
5) Hendrik Coenraad Marthinus Greebe geboren den 22:ste May 1806

Invoege als dezelve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weten

In een huurhuijsje van den heer Andries Brink, alwaar de overledene is woonagtig geweest en aldaar

In de voorkamer ter regterhand
een witte linnense gordyn
een kleine theetavel met een zilvere plaatje
zes stoelen
een ledikant met witte behangzel waarop
een bulzak
een peuluw
drie kussens
een ledikant met rood behangzel waarop
een bulzak
een peuluw en
drie kussens
een ledikant waarop
twee bulzakken
een peuluw en
twee kussens
In de kamer ter linkerhand
zes schilderyen
twee spiegels
twee leuningstoelen
een klederkast waarin
acht rokken
zes tabberts
negen hembden
zeven jakjes
zeven doeken
twee borstrokken
drie mutzen
een tjaal
twee gonnen
vier paar kouzen
drie paar zakken
vyf sloopen
twee lakens
vyf servietten
drie doosjes met een restant gaaren
een zilvere zouplepel
twee zilvere eetlepels
een zilvere zuikertrommel
een zilvere scheerbekken
een laadband met twee snippers in een voudraal
In de gaandery
een blad tavel
een kleine vierkante tavel
een hoekkast met een rakje
een kopere koffy kan met zyn test
een kopere komfoor
een kopere kandelaar
een strykyzer
In de kombuis
twee kombuis tavels
drie yzere potten
twee kopere vyzels met een yzere stamper
een kopere waterbeeker
een borde rak
een kleine bankje
een oude kist

Pro memorie word hier genoteerd:

Primo, dat in den boedel is gevonden een slave jongetje genaamd Izaak van de Kaap geboren den 21 Augustus 1813, welke slave jongetje ingevolge testamentaire dispositie van nu wylen Maria Magdalena de Winst, huisvrouw van Carel Godlieb Goor by de overledene zoude moeten inwoonen, tot dat hy den ouderdom van 25 jaren zal hebben bereikt, wanneer hy ten kosten hares boedels in vrydom zoude worden gesteld, edoch by overlyden van gesegde weduwe Greebe voor dat hy die ouderdom zoude hebben bereikt, de vrye keuze worden gelaten by wien den andere kinderen van gesegde Maria Magdalena de Winst, huisvrouw van gesegde Goor, hy begeert te gaan wonen

Secundo, dat daar door heer m:r J:P: de Wet, is geadministreerd het erfdeel aan de overleedene uit de nalatenschap van wylen haren vader Carel Godlieb Goor te beurt gevallen waaromtrend door zyn Ed: nog verantwoording zal moeten worden gedaan.

Tertio, dat zich by Cornelis Bernardus van Baalen ook bevinden twee schaafbanken tot den boedel behorende.

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huize voormeld op den 3:e January 1823 ende zulks op het op en aangeven van de mondige erfgenamen in den hoofde dezes vermeld, dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hun weten niets verswegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel behoord, invoege zy ook betuigde de deugdelykheid hunner opgaven ten allen tyde des vereischt wordende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deeze inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deezer ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren en my Adjunct Commis der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig ondertekend

Als gecomm: Weesmees: A: v:d: Bergh, G:E: Overbeek

J:F:G: Grebe, H:k B:d Oppel, J:S: Kraayensteijn

My present: J: Serrurier, Adj:t Commis:

MOOC8/38.32

{18231031} 31 October 1823 Gerrit Abraham Coetze , Hester Sophia Kruger

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behoord hebben tot den boedel van nuwylen Gerrit Abraham Coetze en Hester Sophia Kruger in gemeenschap bezeten en door eerstgem: op den 30 July 1823 met er dood ontruimd en nagelaten

Losse goederen
2 boterbakken
1 emmer
2 botervaten
1 platvaatje
1 rooster
1 strykyzer
4 yzere potten
1 party tinne goed
2 boterpotjes
4 bekers
3 trekpotjes
4 kommetjes
1 kopje en pierinkie
1 kan
1 aarde pot
1 p:s vlesjes
2 vlessen
4 bottels
1 pot lepel
1 trommel
2 boeken
1 koffy moole
1 kandelaar
2 slootjes
1 geweer
3 kisten
1 stoel
1 veldstoel
1 stooff
1 zadel en toom
1 veld tent
1 osse wagen met desselfs toebehooren
Beestiaal
771 schapen
2 rydpaarden
3 aanteel paarden
32 trek ossen
98 aanteel beesten
Contante des boedels
  Rd:s
aan papiere munt 108
Baaten des boedels
    Rd:s
residing at Stellenbosch Jan Cilliers over koop van een os 25
New Hantam , Graaff Reinet district Pieter de Vriend per rest over koop van een merry 12
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Jan Petrus Venter Pieterzoon wegens contant geleende penningen 10
aan de onmondigen kinderen van nuwylen haar overledene man Gerrit Abraham Coetze het geen voor moedersbewys aan hul competeerd 470
Erfgenamen des boedels
1) Floris Dirk Jacobus Stephanus Coetzé, in eerste huwelyk verwekt by nuwylen Martha Magdalena Venter, geb: den 2 Aug:s 1814
2) Martha Magdalena Johanna Maria Petronella Coetze in eerste huwelyk verwekt by nuwylen Martha Magdalena Venter geb: den 4 July 1817
3) Hendrik Barnhardus Coetze in tweede huwelyk verwekt by Hester Sophia Kruger geb: 4 Mei 1817
4) Catharina Cornelia als boven geb: den 5 Aug:s 1821
5) Gerrit Abraham als boven geb: den 20 July 1823

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze Rietvalley gelegen in Brakke Rivier op den 31 October 1823 volgens op en aangaave van de inde hoofde dezes gem: weduwe, dewelke betuygde niets met weten verzwegen ofte agtergehouden te hebben met belofte in dien zy iets mogte ontdekken dat opgem: boedel behoorende als dan deez inventaris daar meede te zullen amplieeren, en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen en is zulks geschied in presentie van Philip Daniel Riekert en Barend Joh:s Vorster als getuigen

Als getuigen: B:J: Vorster, Philip D: Rieckert

Hester Sovija Koese

In kennisse van my: W:W: Harding

MOOC8/38.33

{18231122} 22 November 1823 Frederik Anderias Jacobus van Heerden , Cornelia Helena Gesina van Wyk

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behoord hebben tot den gemeenschappelyken boedel van Frederik Anderias Jacobus van Heerden en desselfs overleden huisvrouw Cornelia Helena Gesina van Wyk in gemeenschap bezeten en door laastgem: op den 18 September 1823 met er dood ontruimd en nagelaten

Losse goederen
2 kisten
1 schroef
1 zaag
1 snymes
1 party oud yzer
1 graaff
1 emmer
1 baletje
1 platvaatje
2 tinne schotels
3 borden
1 party lepels en forken
1 trekpot
4 witte borden
1 kommetje
1 kopje en pierenkie
1 kopere blaker
1 kopere ketel
1 yzere ketel
2 schotels
3 potten
1 zadel en toom
1 geweer
Beestiaal
2 rydpaarden
4 aanteel paarden
50 bokken
645 schapen
26 ossen
58 beesten
Contante des boedels
nihil
Baaten des boedels
nihil
Lasten des boedels
nihil
Erfgenamen des boedels
Carel van Heerden geboren den 10 October 1819
Steph:s Joh:s Cornelis van Heerden geb: den 16 Sept: 1823

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Cradock op den 22 November 1823 volgens op en aangaave van de inde hoofde dezes gemelde Frederik Anderias Jacobus van Heerden, dewelke verklaarde niets met weten verzwegen ofte agtergehouden te hebben, met belofte indien zy iets tot opgem: boedel behoorende mogte ontdekken als dan deeze inventaris dan meede te zullen amplieeren en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen, en is het geschied in presentie van Arie Joh:s van Dyk en George Aldrich als getuigen.

Als getuigen: A:J: van Dyk, G: Aldrich

Frederik Andries Jacobus van Heerden

In kennisse van my: W:W: Harding

MOOC8/38.34

{18231118} 18 November 1823 Daniel de Waal

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Maandag den 10:e dag dezer lopende maand November van den jaare een duizend agt honderd drie en twintig ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten door den weled: heer Daniel de Waal in leven Vice President van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colony ten voordeele der kinderen in twee onderscheidene huwelyken verwekt, met naame

a) by wylen zyne eerste huisvrouwe jufv: Helena Josina Meyer 1) Anna Elisabeth de Waal wed:e wylen Col: Cockburn
2) Margaretha Jacoba de Waal geh:d met Gerrit Hurter
3) de kinderen van wylen Maria Constantia de Waal in huwelyk verwekt by Johan Arend Coenraad Wahl met naame Daniel geboren den 15 Nov:br 1813
Catharina Hillegonda geboren den 22 February 1815
Johan Coenraad geboren den 8 September 1817 en
Constant Wahl geboren den 13 January 1819
b) by wylen zyne tweede huisvrouw jufv: Rykie Hester van Brakel 4) Adriaan de Waal mondig
5) Maria Elisabeth de Waal gehuwd met Andreas George Hendrik Teubus
6) Ryk Jacobus de Waal mondig

Zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedaane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden bestaan in al het volgende, te weeten:

Ten huize van opgem: And:s George Hendrik Teubes by wien de overledene heeft ingewoond

een bureau met wit kopere beslag waarin eenige kleding stukken van de heer overledene, als meede
een zilvere snuyfdoos
een paar goude handknoopjes
een goude zak horologie
een goude rotting knop
een zilvere pype dopje
een sigaar pyp
twee brand glaaze
twee brille
een verlakte tabaksdoos
een ledere tabaksdoos
een toetsteen
een cabinet
een ledikant met wit behangsel waarop
twee bulzakken
een peuluw
vier kussens
een draagstoel met stokken en banden
vier thee tafels
twee spiegels in soort
een kadel
zeven stoele
zes geelkopere quispedooren
twee schilderyen
een verrekijker
een verlakte thee machine
een zilvere vuurtestje
elf zilvere theeleepeltjes en twee zilvere vorkjes
vier pletty kandelaars
een horologie
een kopere waterketel
een party boeken
drie gerrydons
een taartepan
een stelletje
Lyfeigenen
een mansslaaf gen:d Bastiaan van Bengalen oud 63 jaaren, werksjonge
een mansslaaf gen:d Abraham van de Kaap oud 32 jaaren, snijder
een slavinne gen:d Kaatje van de Kaap oud 27 jaaren, huismeid
Crediten des boedels
een zilvere gulde
vier zilvere schellinge
vyf zilvere dubbeltjes
twee zilvere stuivers
aan Kaapsch papiere munt eene somma van drie hondert een en vyftig ryxdaalders en twee schellingen
van het gouvernement voor tegoed gemaakte tractement gerekend van primo September j:l: tot den dag van zyn overlyden
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Andreas George Hendrik Teubes op een onderh: obligatie d:d: 19 April 1822 aan capitaal 2000
met de renten zedert 4 Julij 1822 pro memorie word al hier genoteerd dat volgens opgaaf van den inventarienten zy, nevens hunnen broeder Ryk Jac:s de Waal hun moederlyk erfdeel nog niet hebben genoteerd

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huyse voorm: op den 18 November 1823 ende zulks op het op en aangeeven van Adriaan de Waal en Andreas George Hendrik Teubes, de welke verklaarden zig hierin ter goeder trouwe gedraagen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van de het geen tot den boedel en nalatenschap behoord in voegen zy dan ook betuygen de deugdelykheid hunner opgaven ten allen tyde des vereischt wordende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deze inventaris daarmeede te amplieeren.

In teeken der waarheid is dezen ter presentie van de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren en my Adjunct Commis der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig onderteekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek

A: de Waal, A:G:W: Teubes

My present: J: Serrurier, Adj:t C:

MOOC8/38.35

{18230903} 3 September 1823 Johanna Margaretha Domus

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als op den 31 Augustus 1823 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten zyn door mejufvrouw Johanna Margaretha Domus, weduwe den weleerwaarde heer Petrus Johannes van der Spuy, en zulks ten behoeve van hare kinderen als erfgenaamen, in naame

1) Petrus Martinus van der Spuy zynde meerderjarig
2) Marthinus Melt van der Spuy zynde meerderjarig
3) Jacobus Cornelis van der Spuy zynde minderjarig
4) Sara Maria van der Spuy zynde mede minderjarig

ter requisitie van den weledele heer Johannes Joachim Lodewyk Smuts, in zyne betrekking als Secretaris van ’t Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren na luide van deszelfs missive in dato 1:e dezer geformeerd en door my Petrus Andries van Blommestein, Secretaris van ’t Drostampt Stellenbosch , fungeerend als Notaris Publicq, ter presentie der hiernatenoemene getuigen in geschrifte gebragt, bestaande alle die goederen en effecten in, als volgt

Vaste goederen
Een woonhuis en erf, zynde een gedeelte van de plaats De Hoop , gelegen alhier aan de ondersyde van ’t dorp, groot in zynen grond drie morgen, vier roeden en een honderd vier en dertig voeten

In het voorschreeven woonhuis en aldaar

In het voorhuis
vier aanzit tafels van geelhout met stinkhoute pooten, waarvan een met een groen kleed
een rustbank van swart stinkhout, met een los trypt kussen
tien swart stinkhout stoelen met trypt losse kussens
een linnen pers van stinkhout
een kopere kwispedoor
drie stooven
een verlakte schenkblad
een thee kastje met bussen
In een muurkast in ’t bovengemelde voorhuis
ses groote glaze caraffen in soorten
vyf glaze confyt potjes
een glaze koel vatje
tien kleine medicyne flesjes in soorten
ses bierglasen
ses kopjes
tien schoteltjes, defect
twee groote en een kleine trommel
een Chinaas thee kistje
een zwart aarde trekpot
spoelkom
zuiker pot en
melkkan
twee wit aarde lampetten, defect
een vlesje
vier vorken
een kleine trekpot, defect
een wyn kan
een kan met lyn oly
tien vlessen in soorten
twee bottels
een wit marbre mortier met een houte stamper
In een tweede muur kast
vyf aarde schootels met deksels
twee dozyn wit aarde pypen
een blikke melk kan
vyftien wit aarde borden
tien dito desert vorken
zes ryst schoteltjes
een wit aarde vis schotel
een groot wit aarde kom met een deksel
twee wit aarde saus potjes
twee wit aarde potjes zonder deksels
een porselyne mostert pot, defect
een bloeme beker
een melkkan, defect
een roodkopere ketel
twee wit aarde potjes, defect
twee wit aarde potjes met deksels
een groote blaauwe kom
twee groote wit aarde schootels
drie wit aarde schootels wat kleinder
een brood bakje
een blikke koffy kan
twee wit aarde saus lepels
een trommel
twee Chinaas blaauwe potten met deksels
twee Japansche potten, zeer fraaij
een deksel voor een Japansche pot, defect
een soupterine van wit aarde werk
twee blaauwe porselyne schootels
zeven kelkjes in soorten
drie wit aarde ryst schotels
drie wit aarde potjes in soorten
een wit aarde trekpot
drie blakers, geel koper
twee plettij kandelaaren
een messe bak
agtien messen met ivore heften
een voorsny mes en vork
In de kamer ter rechterhand
een chitse open gordyn met franje
seven stoelen met losse mattrassen en chitse overkleedjes
een ambons hout cabinet, daarin
een roode echte sjaal
een swarte sjaal
declareerende alhier alle de kinderen, dat er geene kleederen meer van waarde zyn, hoe ook genaamd, haare overledene moeder toebehoorende
vier lakens
vier slopen
In de kamer ter linkerhand
een spiegel met een bruine lyst
een schildery zynde het portrait van de heer Van der Spuy
een stinkhout dubbeld ledicant met roode linnen gordynen
een bed
een kamer gemakje
een dubbeld kadel van geelhout waarop
een bed peulo en
twee kussens, voorts
een gerridon
een groote sluitmand
een quarto Bybel
een mahonyhoute klederkast, declareerende de zoon Petrus Marthinus van der Spuy dat dese kast hem zoude zyn gegeeven door zyn overleedene moeder
een kleine stinkhoute tavel
twee stooven
In een agter kamer
een bed peulow en drie kussen
een spiegel met een noteboome lyst
een kajate houte tavel
twee leuning stoelen
een linne water flesch
een tinne steek bekken
Op de zolder
drie defecte stoelen
drie koorenschoppen
een lantaarn, defect
een parthy akers
een parthy mielies
een enkelde stinkhoute katel
een tinne lavement spuit
In de keuken
drie schoorsteen kettings
een kopere waterketel
twee drievoeten
een keuke tavel
een goede bakkist
een kopere ketel en kopere comphoor
een rystblok en stamper
een kopere braadpan, defect
een kopere vysel en yzere stamper
een kopere waterbeker
een groote plat yzere pot en deksel
twee kleine plat yzere pot en deksel
vier gewoone ysere potten in soorten
een braadspit
een kopere gatepatiel
een kopere caserol
een ysere pan
een blikke lantaaren
een vuilnis blik en stoffer
twee schenkblaaden
drie strykyzers en twee ringen
een wasch baly
een geelkopere konfyt ketel, defect met een deksel
een geelkopere taartepan met een deksel
een oblie en wavel yzer
een koffy moolen
In de kelder
elf leggers
een agtien halfaams vat zonder boom
twee cajate houte kuipen
een pyp met azyn
een trap baly, onderbaly met zyn rooster en bok
een legger zonder boom
een baly voor doppen
een water halfaam
een wyntregter van hout
drie kajate houte emmers
een vlotje
een pottebank
twee zitbanken van geelhout
vier graaven
een pik
een vleesch baly
twee geelkopere schaalen met ysere balans en
vyftien ponden geelkoper gewigten
een ballast mandje
twee kannen
een anker vatje
een bed, peulo, vier kussens en een wolle deken
een paarde haire matras
twaalf en een halve legger wyn aem nat
een halfaam kalk
een blikke gieter
vier wyngaard messen
Op de werf
een oud watervat
een dennebalk
een stinkhoute katel
Zilverwerk
een schenkblad
een zuiker busch
een zuiker potje
twee mosterd potten, met hun lepels waarvan een zonder glas daarin
vier zout vatjes met blaauwe glaasjes waarvan een defect
een thee zifje
twee groote soup lepels
een visch lepel
zeven eeten lepels
agt vorken van Hollandsch zilver
twaalf vorken alhier in de Colony gemaakt
negen thee lepeltjes
twee confyt vorkjes
twee zout lepeltjes
een zout schopje
een zilver lavement spuit
Slaven des boedels
Jacob van de Kaap , metzelaar, oud volgens registratie 48 jaaren
Mastigo van Madagascar , oud volgens registratie zes en veertig jaaren
Adam van de Kaap , oud volgens registratie twaalf jaaren
Abraham van de Kaap , oud volgens registratie agt jaaren
Louisa van de Kaap , huismeid, oud volgens registratie zes en veertig jaaren
Mina van de Kaap , oud volgens registratie tien jaaren
Laurens van Madagascar , werksjongen, oud volgens registratie ruim agt en veertig jaaren
Silvia van de Kaap , huismeid, oud volgens registratie vyf en twintig jaaren
Louisa van de Kaap , geboren den 7 April 1817
Contanten des boedels
nihil
Baaten des boedels
  ƒ Rd:s
een pretensie tot lasten van Petrus Martinus van der Spuy blykens handschrift sub dato 6 October 1817 14 000
met de renten zedert dien datum
van D:H: Joubert over koop van brandewijn   15
van Andries Villiers over huur van een metzelaar   54
van ’t gouvernement twee maanden wediwe pensioen   60
van Christiaan Neethling over koop van twee halfamen wyn - voldaan 12 Maart 1824   16
Lasten des boedels
    ƒ Rd:s
  aan de heer Gysbert Henry Maasdorp wegens scheepenen kennis, onder verband van ’t huis en erf en alle de slaaven 38000
  met de renten a 6 pc:t ’s jaars zedert 1 January 1823
  aan Andries de Villiers over tien halfamen kalk a rd:s 1:4 per halfaam   15:--
  aan Andries de Villiers voor ryloon van vier leggers wyn naar de pachter alhier by calculatie   10:--
  aan de heer Gysbert Henry Maasdorp calculatief by rekening   120:--
voldaan aan den slagter Meihou blykens rekening   170:--
voldaan aan Fredrik Haubtfleish blykens reekening   31:--
  aan Hendrik Lategan blykens reekening   160:--
voldaan aan Pieter Volsteed blykens reekening   17:--
  aan den bakker Taylor by reekening   42:1
  aan den slagter J:D: Hugo by rekening volgens salutatie   30:--
voldaan aan Elisabeth Bosman by rekening   5:--
voldaan aan Johannes Knoop by rekening   25:--
  aan Landrina Middelkop by rekening   8:--
voldaan aan Pieter Grundeling by reekening   15:--
  aan D:H: Joubert volgens calculatie by rekening   20:--
voldaan aan Jacobus Roux de oude by rekening   10:--
voldaan aan de Secretary alhier voor notarieel werk   53:4
  aan de districts casje alhier wegens lasten over 1822 en 1823
  moetende de dood schulden en begraffenis kosten noch nader in rekening worden gebragt

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Stellenbosch den 3 September 1823, ende zulks op het op en aangeeven van de meerderjarige kinderen, Petrus Marthinus van der Spuy en Marthinus Melt van der Spuy, dewelke verklaarden hem daaromtrend ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met opset versweegen en agtergehouden te hebben het geen tot de gemelde nalatenschap is behoorende, bereid zynde zulks met solemneele eede (des gerequireert) te bevestigen; behorende ingevalle hierna eenige goederen of effecten tot den boedel specteerende, mochte komen te ontdekken, als dan dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, en zulks ten byweeze van de klerken Pieter Hendrik Faure en Fredrik Lucas Lindenberg als getuigen, die de minuute deezes, benevens de inventarienten ende my Secretaris, mede behoorlyk op zegens van een ryksd: en zes schellingen hebben gesubscribeerd

Quod attestor: P:C: v: Blommestein

MOOC8/38.36

{18191030} 30 October 1819 Joseph Roper

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Donderdag den acht en twintigste dag dezer lopende maand October in den jaare onzes Heeren een duijzend acht honderd en negentien ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door m:r Joseph Roper geboortig van Westminster in Engeland , ten voordeele zyner ondertenoemene broeder en zusters, met namen:

1) Ann Roper beide meerderjarig en uitlandig
2) Mary Roper
3) William Piddock Roper

Zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ten huurhuise van Hendrik Vos, bewoond wordende door Nicolaas Raaf alwaar de overleedene is woonachtig geweest en aldaar

In de voorkamer
een koffer waarin
een lakense rok
een lakense mannel
een lakense broek en baatje
zes hembden
veertien broeken in zoort
zes onderbaatjes
vier p:r kousen
twaalf doeken in zoort
een oude moorsen rok
negen servietten
twee slopen
drie slaapmutzen
twee nagtkappen
vyf p:r zokken
zeven p:r kasmassen in zoort
een p:r laarsen
drie p:r schoenen
een p:r handschoenen
vyf borsels
een kam
een foudraal met drie scheermessen
een kleine spiegel
twee hoeden
een p:r stevelhaken
een kopere kraan
vier tandeborsels
twee scheerkwasjes
een vergulde cachet en horologiesleutel
een tafelschel
een doosje met eenige vlesjes en kleinigheden
een roodledere zakboekje
een koffer waarin
een vallies
drie en veertig boeken
een zwartledere zakboekje
een hangmat
een mattras
twee kussens en
een wolle deken
een schryfkistje waarin
een goud horologie met goud ketting, cachet en sleutel
een zilvere snuifdoos
een ledige mand
een rakje
Lasten des boedels
  Rd:s
Nicolaas Raaf voor een en een halve maand kamerhuur 15

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huyse voorm:d op den 30:e Octb:r 1819

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:F: Munnik

Voor den opgaaf: W:P: Roper

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

Com:l Office

5th July 1824

My dear Sir

The average rate of exchange on 14 Oct: 1815 was £80:11:3 3/4.

I am my dear Sir, yours very truly

A: Orholm

G:E: Overbeek Esq.

MOOC8/38.37

{18231211} 11 December 1823 Ernst Lodewyk Kleinhans , Geertruide Anna Magdalena Grobelaar

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behoord hebben tot den gemeenschappelyken boedel van Ernst Lodewyk Kleinhans en desselfs overledene huisvrouw Geertruide Anna Magdalena Grobelaar en door laastgem: op den 3 July 1823 met er dood ontruimd en nagelaten

Losse goederen
1 party smits gereedschap
1 party oud yzer
1 wagen
1 bed
1 katel
1 vaatje
2 graven
1 zadel
1 party wagemakers gereedschap
1 trekzaag
1 ploegschaar
1 Bybel
1 tinne zoepkom
1 koffykan
1 zeef
1 zuiker pot
2 aarde borden
1 party tinne schotelgoed
1 pan
1 raspe
1 strykyzer
1 rooster
1 emmer
4 yzere potten
1 ketel
1 kist
2 veldstoeltjes
Lyfeigen des boedels
1 slavin genaamd Sara van de Kaap
Beestiaal
36 aanteel schapen
6 aanteel beesten
6 trekossen
2 aanteel paarden
Contante des boedels
nihil
Baaten des boedels
zodanige erffenis als aan de boedel competeerd uit de nalatenschap van Hermanus Johan:s Grobbelaar en Judit Maryna Adriana Strydom welke ter Weeskamer is berustende
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Christiaan Bester And:s:zoon wegens contant geleende penningen 633:--
aan de executeuren in den boedel van David Jan Strydom met de rente zedert 6 jaren 138:6
aan Cornelis Cloete over koop van negotie goederen 22:--
aan George Andrias Martin over koop van negotie goederen 32:6
aan Philip Daniel Riekert over koop van hamels en een party yzerwerk 22:--
Erfgenamen des boedels
1) Judit Maryna Kleinhans gehuuwd met Johannes Hendrikus Olivier Philipzoon
2) Ernst Lodewyk Kleinhans geboren den 28 October 1810
3) Hermans Johannes Kleinhans geboren den 1 Maart 1813
4) Theodorus Bernhardus Kleinhans geboren den 23 November 1814
5) Maria Sophia Kleinhans geboren den 30 Juny 1816
6) Ernst Philip Jacobus Kleinhans geboren den 24 December 1819
7) Nicolaas Thomas Johannis Kleinhans geboren den 3 October 1821
8) Gerrit Jacobus Vegagie Kleinhans geboren den 10 July 1823

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze Luisefontein op den 11 December 1823 volgens op en aangaave van de inde hoofde dezes gemelde Ernst Lodewyk Kleinhans, diewelke verklaarde niets verswegen of agtergehouden te hebben met belofte indien zij iets tot opgem: boedel behoorende mogte ontdekken als dan deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen, en is zulks geschied in presentie van Phillip:s Arnoldus Olievier en Philip Daniel Riekert als getuigen

E:L: Klynhans

Als getuigen: Philippus A: Olivier, Philip Daniel Riekert

In kennisse van mij: W:W: Harding

Ik ondergetekende beken wel en wettig schuldig te syn aan den burger Christian Bester de somma van ses hondert en drie en veertig ryd:s, syn so veel geld door gemelde Bester aan myn geleent op den 5 Deebsember 1818 sonder renten

E:L: Klynhans

MOOC8/38.38

{18230905} 5 September 1823 Johannes Mateijs Louw

Staat en inventaris des boedels van Johannes Mateijs Louw met er dood ontruijmd en nagelaten op den 22 Augustus 1823

Goederen en effecten
1 bed met zyn toebehoorden
1 kadel
1 stoof
1 schuifdoosie
2 keste met wat klerasie
1 melk baalie
2 leere mudde zakke
2 mudde zakken
2 knapsakken
2 aarde potten
6 tinne leepels en 6 vorke
6 witte borde
2 kammetjes
1 tee potje
2 eystre potten
1 kopre ketel
2 boddels
1 Kuilse kannetje
1 rooster
1 osse waagen
6 jukke en touwwe
10 riemen en 10 stroppen
1 tendseijl
7 trekosse
40 anteel beeste
41 schaapen
53 bokke
6 anteel paarde
1 reypaard
1 reij zadel en toom
1 jagt geweer
uijtstaande gelden en differente pretensien
1 onderhandsch schuld bewys ten lasten van Jacobus Coetzee Gertzoon groot 400 rd:s
conte geld 290 rd:s

Aldus geinventariseert volgens opgaaf van en beywesen der getuygen ter plaatse Bandwag op den 5 September 1823

Als getuygen: G:E: Smit, Veldcornet

Dirk J: Kotzee J:z, J:D van Aarde

MOOC8/38.39

{18231210} 10 December 1823 Joh:s Matthys Louw

Inventaris van de door den ondergeteekende in den boedel van wylen Joh:s Matthys Louw Janz: op den 10:den December 1823 gevondene comptanten en aantekeningen van inneschulden, als:

  Rd:s
comptanten 780

welke comptanten, volgens opgaaf van de wed: Joh:s Louw, geprovenieerd zyn in dezer voege:

Ten tyde dat de inventarisatie door den veldc:t G:E: Smit geschiedde, was er aanwezig eene som van rd:s290, sedert dien tyd zyn door gem: wed Louw de volgende schulden ten behoeve des boedels ingecasseerd

  Rd:s
als van Jacobus Coetzee, kapitaal 400:--
renten 20:--
Joh:s van Zyl 31:4
Gert van Zyl 38:4
Bedragende als boven Rd:s780:--
Inneschulden
    Rd:s
door een agent geincasseerd en ter Weeskamer ingebragt van Jacob Engelbrecht 8
  van Ab:m Pet:s Louw 4
vold: 26 April 1824 van Evert Smit 14
    Rd:s26

J:G: Aspeling, Agent

MOOC8/38.40

{18230812} 12 Augustus 1823 Gabriel Joh:s Rossouw , Sara Maria Hurlingh

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er behooren tot den gemeenschappelyken boedel van Gabriel Joh:s Rossouw Gabrielz:n en desselfs huisvrouw Sara Maria Hurlingh, mitsgaders van de zyde der laatsgenoemde op Zaturdag den negenden dag dezer lopende maand Augustus in den jare onzes Heeren een duijzend acht honderd drie en twintig ab intestato met er dood ontruimd ende nagelaten ten voordele der twee kinderen door haar in twee onderscheide huwelyken in echt verwekt, als

a) by haaren vooroverledenen eersten echtgenoot Otto Leider Jacobus Maasdorp 1) Arnoldus Maasdorp geboren den 22 Augustus 1819
b) by haar thans overgeblevene echtgenoot 2) Gabriel Rossouw geboren den 10 April 1823

Zodanig als dezelve boedel door de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren ingevolge opgaaf van den overgeblevene weduwenaar is geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

Twee huizen en erven staande en gelegen in deze Tavelfaly in de Keeromstraat in het Blok N:o 17

In het woonhuis en aldaar

In de voorkamer
een forte piano
twaalf stoelen met paardehaar zittingen
een tavel met een groene kleed
In een agterkamer
een tavel
een ledikant met behangzel waarop
een matras, bulzak, peuluw, zes kussens en een deken
een ledikant waarop
een bulzak, peuluw, vier kussens en een deken
twaalf stoelen
een vierkante tavel
een toilet spiegel
een klederkast waarin de klederen der overledene, mitsgaders eenig linnegoed tot huisgebruik dienende waarover een aparte lyst door de overgeblevene weduwenaar ter Weeskamer zal worden bezorgd
een kleine kabinet
een lampet en kom
een nachtspiegel
In de gaandery kamer
twee ronde aanzit tavels
een kleine kast
twaalf kopjes
twee trekpotten
een melkkan
een zuikerpot
een wit aarde kom
vier wit aarde schotels
twaalf wit aarde dippe borden
tien wit aarde vlakke borden
vier porcelaine komfytpotten
vier aarde potjes in soorten
vyftien kelkjes in soorte
zes waterglazen
twee zoutvaatjes
een blikke koffykan
een blikke trommeltje
een blikke thee doosje
een blikke beker
een blikke tregter
twee kandelaars en snuiter met zyn bakje
twee zilvere ragoulepels
twaalf zilvere eetlepels
twaalf zilvere vorken
twaalf zilver theelepeltjes
twee zilvere comfytforkjes
een tinne zoeplepel
twaalf tavelmessen
twaalf stale vorken met houte heffen
een kelder met ledige vlessen
eenige ledige bottels en vlessen
vier stooven
In de kombuis
een tavel
twee halfaamen
twee wateremmers
twee yzere potten
een aarde [potten] defect
een rooster
een drievoet
een schuimspan
een potlepel en vleeschvork
drie schoorsteenketens
een kapmes
drie strykyzers
een hakkebord
een vuilnisbak
een klein kistje
een schuifdoosje
een spuwbalie
Op de agterplaats
een ladder
cirka vier honderd mudden garst
Lyfeigenen
een slavinne genaamd Rachel van Mosambique oud 44 jaaren, huismeid, met haar kind genaamd Carolina geboren den 23 April 1817
een slavinne genaamd Diana van Matjara oud 33 jaren, huismeid
Crediten des boedels
  Rd:s
een schepenkennis ten lasten Abraham Bosman junior de dato 19 Juny 1818 groot per rest aan capitaal ƒ11000 ofte 3666:32
met de rente zedert primo July dezes jaars
een acceptatie ten lasten Francois Mabell de dato 29 July dezes jaars betaalbaar den 15 December eerstkomende groot - voldaan 2041:30
aan den vendumeester weegens verkogte kaf op de vendutie van Bernardus Oppel, blykens bewys, blykens extract vendurol ter somma van 294:--
Lasten des boedels
  Rd:s
aan [ .....] Saesman over contant geleende penningen op een onderhandsche obligatie groot - voldaan 400:--
aan de weduwe Gabriel Rossouw over contant geleende op een onderhandsche obligatie ƒ2000 of 666:32

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huize voormeld op den 12 Augustus 1823 ende zulks op het op en aangeven van den in den hoofde dezes gemelde weduwenaar, dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe te hebben gedragen en met zyn weten niets verzwegen of terug gehouden te hebben aan al het geen tot den boedel en nalatenschap behoort, in voege hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zoo hunner nog iets tot voorsch: boedel behorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk opgaaf ter Weeskamer te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede kan worden geamplieerd

In teeken der waarheid is deezen ter presentie van my ondergeteekende gecommitteerde Weesmeester en my Adjunct Commis der Weeskamer door den inventarienten eigenhandig onderteekend

Als gecom: Weesmeester: G:E: Overbeek

G: Rossouw

My present: J: Serrurier, Adj:t C:

  ƒ
den 21 Nov: 1822 voor reekening van de wed:e Gabr: Rossouw aan haar zoon Gabriel betaald 4000
den 19 Febr: 1823 voor reekening van de wed:e Gabr: Rossouw van haar zoon Gabriel ontfangen met een wissel op C:A: Haupt 2000
Resteerd ƒ2000

Door my ondergeteekende is aan den heer Gabriel Rossouw G:z uitbetaald de somma van twee honderd vier en negentig rijksdaalders, zijnde het zuiver beloop van het op den 1: September l:l: voor zyn edele rekening verkochte kaf

Kaapstad den 16 July 1824

H:A: Smit

MOOC8/38.41

{18230207} 7 February 1823 Barend Gabriel Marais , Engela Elizabeth Meyer

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er tot den ab intestato nagelatene boedel van wylen Barend Gabriel Marais Janz:n en nagelatene weduwe Engela Elizabeth Meyer behoren, en door den eerstgemelden sub dato primo January 1823 in den ouderdom van 23 jaren 9 maanden en 9 dagen met er dood ontruimd en nagelaten zyn, zynde deeze inventaris geformeerd en in geschrifte gebracht door my ondergetekende agent van het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop ter presentie van de hieronder bekend gestelde getuigen, bestaande de goederen en effecten in als volgt

Losse goederen
twee ossenwagens
een span jukken compleet
twaalf borden
twaalf lepels
zes messen
zes vorken
twee schotels
een ketel
een trekpot
vier kookpotten
een tafel
een kist
een karn
een boter vat
drie emmers
een balie
vyf bytels
twee bylen
een zaag
twee graven
een pik
een geweer
Baten
    Rd:s
voldaan Martinus Oosthuyzen Janz:n aan geleende contanten 572
  met renten zedert primo December l:l:
voldaan Paul Jacobus Mare 100
  met de daarop verlopene renten
door de weduwe overgenomen Gerrit Jacobus Roedeloff 300
  met de daarop verlopene renten
voldaan Michiel Heyns 200
  zonder renten
voldaan Jan H:k Cuyler 190
  met de verlopene renten
voldaan Joh:s Knoetze 50
  met renten
voldaan Matthys Gert Potgieter 50
  zonder renten
  Fred:k Ensel 8
voldaan Frans Meyer 25
  Jacobus Swanepoel 25
voldaan Jan Lodewyk Marais Bdz:n voor een span ossen 300
  eene pretensie ten lasten Heeren Weesmeesteren, voor het aandeel den overledene competeerende uit den boedel van Johannes Lodewyk Marais Janz:n
Lasten des boedels
nihil
Beestiaal
twee honderd twee en dertig aanteel beesten
28 trekossen
9 paarden
290 schaapen
Erfgenamen
Engela Elizabeth Meyer des overledenens weduwe
Magdalena Elizabeth Maria geboren 17 December 1821

Aldus geinventariseerd ter plaatse Misgunst aan de Bosjemans Rivier , en zulks ter op ende aangave van de weduwe in den hoofde dezes vermeld, in presentie van Johannes Knoetze en den veldcornet Paul Jacobus Mare en Hendrik Langenbach en Adolt Heckrath als getuigen

Verklaarende de weduwe zich in de op en aangave ter goeder trouwe te hebben gedragen en met haar weeten niets verzweegen te hebben onder belofte van by aldien in het vervolg iets mocht worden ontdekt nog tot deezen boedel behoorende deze inventaris daarmede te zullen amplieeren, en mocht het vereischt worden, met eede te bevestigen

Misgunst den 7 February 1823

Als getuigen: H: Langenbach, A: Heckrath

E: Maré, J: K, P:J: Maré

In kennisse van my: F:H: Stadel, Ag:t

MOOC8/38.42

{18230906} 6 September 1823 Willem Beeker

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er tot den nagelatene boedel van den zedert den voorl: maand Maart vermisten Willem Beeker behooren, in door hem op zyne reise naar de St: Croix Eilanden in de schoonerop dato 22:ste Maart l:l: zyn nagelaten in den ouderdom van 23 jaren, naar gissing zynde dezelve geformeerd in geschrifte gebragt door my Francois Henry Stadel, agent van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop en ter presentie van de h:r George Herbert en Jan Schimble, en hieronder staande getuigen en zulks ter op en aangave van gem: heer G: Herbert, bestaande de goederen en effecten in als volgt

Losse goederen
een kist
1 hoed
5 witte hemden
3 baatjes
4 broeken
1 blouw rok
5 onderbaatjes
1 spiegel
1 Bybel
2 doeken
7 p:r kouzen
1 kruisband
1 borstel
1 groen laken
1 boter vaatje
1 tinne schotel
Contanten
nihil
Baten
  Rd:s
aan te goed hebbende gagie volgens opgaaf van de h:r Herbert 153:2:4
Erfgenaamen
de vader woonachtig in de Kaapstad

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatse Korsten’s vischery op den 6:e September 1823 en de zulx op het op en aangevens zo als in den hoofden voormeld, dewelke betuigde zich ter goeder trouw gedragen en met zyn weeten niets verzweegen te hebben met belofte om wanneer in het vervolg iets moog worden ontdekt tot deze boedel behorende deeze inventaris daarmeede te zullen amplieren, mitsgaders dezelve des vereischte wordende met solemneele eede te staven, en zulx in bywezen van Henricus Langenbach en Adolph Heckrath als getuigen.

Als getuigen: H: Langenbach, A: Heckrath

F:H: Stadel, Ag:t

George Herbert, Jan Scheuble

Inventory of cloaths and sundry articles belonging to William Becker Cooper at the fishery but went to sea in the schoonerof Port Elizabeth supposed to have founded at sea the latter end of the month of March 1823.

1 chest
1 hat
5 white shirts
3 jackets
4 p:r pantaloons
1 blue coat
5 waistcoats
1 looking glass
1 Bible
1 Catechism
2 handkercheifs
7 p:r stockings
1 p:r brases
1 brush
1 green cloth
1 small butter tub
1 tin dish

Korstens Fishery, May 25 1823

MOOC8/38.43

{18230906} 6 September 1823 Anthonio Conteni

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er tot den nagelatene boedel van den zedert den voorl: maand Maart vermisten Anthonio Conteni behooren en door hem op zyne reize naar de St: Croix Eilanden in de schoonerop dato 22:e Maart zyn nagelaten in den ouderdom van 32 jaren naar gissing zynde deselve geformeerd en geschrifte gebragt door my Francois Henry Stadel agent van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop ter presentie van de heer George Herbert en Jan Scheuble en hieronder staande getuigen, en zulks ten op en aangave van gemelde heer G: Herbert bestaande de goederen en effecten in als volgt

Losse goederen
1 hoed
1 pak papier
2 broeken
2 baatjes
1 onderbaatje
1 zak doek
1 borstel en kam
5 stukjes zyl
1 kommetje
Contanten
nihil
Baten
  Rd:s
aan te goed hebbende gagie volgens opgaven van de heer Herbert negen en zeventig ryksdaalders, een schelling en twee stuivers 79:1:2
Lasten
nihil
Erfgenaamen
onbekend

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze Korstens vischery op den 6:e September 1823 en de zulx op het op en aangave als in den hoofden voormeld, dewelke betuigen zich ter goeder trouwe gedragen en met zyne weeten niets verzweegen te hebben, met belofte om wanneer in het vervolg iets moog worden ontdekt tot deze boedel behorende deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren, mitsgaders dezelve des vereischt wordende met solemneele eede te staven, en zulx in byweezen van Henricus Langenbach en Adolph Heckrath als getuigen

Als getuigen: H: Langenbach, A: Heckrath

F:H: Stadel, Ag:t

George Herbert, Jan Scheuble

Inventory of cloaths and articles belonging to Antonio Contino seaman on board the schoonerof Port Elizabeth supposed to have founderd at sea the latter end of the month March 1823

1 hat
1 pack of paper
2 p:r pantaloons
2 jackets
1 waiscoat
1 handkercheif
1 brush and combe
5 small pieces canvas
1 bason
1 chest

Korstens Fishery May 25th, 1823

MOOC8/38.44

{18230906} 6 September 1823 John Elliot

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er tot den nagelatene boedel van den zedert den voorl: maand Maart vermisten John Elliot behooren en door op zyne reize naar de S:t Croix Eilanden in de schoonerop dato 22:e Maart l:l: zyn nagelaten in den ouderdom van 28 jaren naar gissing zynde dezelve geformeerd en geschriften gebragt door my Francois Henry Stadel, agent van het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren aan de Kaap de Goede Hoop, en ter presentie van de heer George Herbert en Jan Scheuble en hieronderstaande getuigen ende zulks ter op en aangave van gemelde G: Herbert bestaande de goederen en effecten in als volgt

Losse goederen
1 hoed en doos
1 sambriel in couvert
3 p:r laarsen
1 doos
9 zeekaarten
1 [zeekaarten] van Chatam Baay
3 zeekaarten
1 olei steen
1 zwart rok
1 groen rok
1 zwart anoenbaatje
2 zwart doeken
1 p:r broeken
1 p:r greys broeken
1 doos met scheermessen
2 leyen
23 boeken in soort
7 vellen teeken papier
1 boek schryf papier
1 fluit
6 p:r kouzen
1 pak gaaren
2 gecouleerde rompjes
4 witte hemden
2 flenne’s onderbaatjes
2 broeken
2 p:r catoene onderbroeken
1 p:r lakens
2 kussen slopen
1 water pot
1 zyl broek
1 slamslinnesche broek
1 handdoek
1 doos met ouwels
1 gordyn
1 ink koker
2 klein schalen
1 klein mes
3 bottels Hollandsche druppels
1 schaar
1 mes heft
1 stuk zwavel
1 handschoen
1 pyp dopje
wat band
2 stukken lak
1 tanden borstel
9 potlooden
10 pakjes naalden
1 [pakjes] naalden
1 naai ring
party ley grifjes
1 stuk elastic gom
2 tobak zakken
1 rol schoen band
1 rol zwart lind
2 messen
5 groote visch hoeken
1 zyl haak
1 pakje spykers
1 bottel lavendel
1 pakje zyl naalden
4 naai ringen
1 p:r hand schoenen
1 leniaal
1 mes
1 pak zyl gaar
1 schaar
1 zak boekje
1 p:r zwart kouzen
1 blik doosje
1 pakje catoen
1 geruite hemd
1 bottel zwartzel
2 [bottel] ink
6 1/2 steen zeep
1 klein vaatje
1 mes
1 peper doos
1 lepel
3 messen en vorken
1 bol catoen
1 lessenaar
1 schaar
1 leniaal
1 klein schaal
1 paster
2 pen messen
Contanten
  Sch:
drie schellingen 3
Baten
  Rd:s
aan te goed hebbende gagie volgens opgaaf van de h:r Herbert 29:4
Lasten
nihil
Erfgenaamen
onbekend edoch in zyn kist gevonden de volgende adres James Elliott, N:o 11 Neptune Street, Rothenhithe

Aldus gedaan en geinventariseerd ten plaatze Korstens vischery op den 6:e September 1823, en de zulx op het op en aangaven zo als in den hoofden voormeld, dewelke betuigden zich ter goeder trouwe gedragen en met zyn weeten niets verzweegen te hebben met belofte om wanneer in het vervolg iets moog worden ontdekt, tot deze boedel behorende deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren, mitsgaders dezelve dee vereischt wordende met solemneele eede te staven en zulx in bywezen van Henricus Langenbach en Adolph Heckrath als getuigen.

Als getuigen: H: Langenbach, A: Heckrath

F:H: Stadel, Ag:t

George Herbert, Jan Scheuble

MOOC8/38.45

{18190331} 31 Maart 1819 George French

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Donderdag den vyf en twintigsten dag der maand Maart in den jaare een duisend acht honderd en negentien ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door George French ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenaam, invoegen als het een en ander in gevolge opgaaf van de heer George Anderson door my ondergeteekende Adj:t Commis en getuigen is opgenomen en in geschrifte gebragt in de volgende, namentlyk

Ten huise van opgemelde m:r George Anderson alwaar den overledene ’t laatst is woonagtig geweest

een kist waarin
twee rokken
vier baatjes
vyf broeke
dertien hembden
vier paren koussen in soorten
twee paren schoenen
vier dassen
twee slope
een laptje lamfer
een kleder borstel
een spuitje
een strykleder
een zwarte hoed
Last des boedels
  Rd:s
aan voormelde m:r G: Anderson over successivelyk voorgeschoten contante en gedaane begravenis onkosten, blykens rekening 707:30
wordende alhier pro memoria genoteerd dat volgens opgaaf van dikwyls gemelde m:r G: Anderson den overledene heeft eene dubieuse pretensie op den boedel van wylen de heer m:r W: Naude groot rd:s800 over welke by den Raade van Justitie regterlyke middelen zouden zyn aangewend

Aldus na gedaane ontzegeling opgenomen en in geschrifte gebragt ter huise voormeld op den 31 Maart 1817.

Als getuigen: J:A: Munnik, A:C: Koch

Voor den opgaaf: G: Anderson

Mij present: P:E: Faure, Adj: C:

MOOC8/38.46

{18231206} 6 December 1823 Farquhar Mackinnon

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Woensdag de derden dag dezer lopende maand December in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd drie en twintig des morgens de klokke circa zes uuren, ab intestato met de dood zyn ontruimd en nagelaten door den lieutenant by ’t Eerste Batallion Pioneers te Madras Farquhar Mackinnon ten voordele zyner onbekende uitlandige erfgenamen zodanig als dezelve nalatenschap door de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan in al het volgende, te weten

Ten huize van Philip Lucas en aldaar

In een bovekamer
een koffer n:o 1 waarin
een monteringsrok
een vlennische nachtkabaay
twaalf handdoeken
zes witte broeken
dertien witte onderbaatjes
vyf witte bovebaatjes
twaalf paren kouzen en sakken in zoorten
vyf paren witte handschoenen
negen hembden
zes vlennische onderbroeken
vyf vlennische baatjes
twee lakens
twee sloopen
zeven zakdoeken
een koffer n:o 2 waarin
drie en twintig hembden
twee lakens
drie vlennische onderbaatjes
een gebrei onderbroek
zes paren zokken
een blauwe montering baatje
een gryne baatje
twee onderbaatjes
twee lakenze broeken
een blaauwe lakenze rok
een duffelse jekkut
een paar kamassen
een zwart zyde doek
een kap
twee nagtmussen
een zakje met drop
twee kruisbanden
twee paar wolle kouzen
een nachtkabaay
twee lange gestreepte broeken
vier Chineesch linnesche broeken
een koffer n:o 3 waarin
vyftien hembden
vier en twintig witte lange broeken
acht Chineesch linne broeken
twee gestreepte broeken
vier lakens
twee kussen sloopen
vyf bove baatjes
zeventien baatjes in soorten
een en twintig halsbaatjes
een en twintig doeken in soorten
acht en dertig sokken in soorten
een paar wolle kouzen
vyf slaapmutzen
twee paren handschoenen
drie vlennische baatjes en een vlennische broek
een gryne mantel
een sjerp
een pluim
een sopha met laden
een militaire kap
een kistje waarin een dubbelde loopgeweer met toebehoren
een rode portefeulje
een paar laarzen en schoenen
Contanten
aan Kaapsch papiere munt een honderd ryksdaalders

Pro memorie word hier genoteerd dat zig by den horologiemaker Swan nog bevind een horologie tot den boedel behorende, welke des overledenens gemagtigdens de heeren Nisbet en Dickson verzoeken dat onverkogt mag worden gelaten om aan zyne familie in Europa te worden verzonden

Als meede, dat in den boedel is gevonden een verzegeld packet, beschreven Mrs Wyllie, Drynie, Dingwall. N:B: welke ten Weeskamer in bewaring is genomen

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den sesden December 1823.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek

Voor den opgaaf: D: Lucas

My present: J: Serrurier, Adj: C:

Drynie, 15th March 1824

Messrs Nisbet and Dickson

Gentlemen

I was yesterday favored with your obliging letter of the 6th December, and return you my best thanks for your information respecting the small parcel to my address, which has been found amongst the effects of the late L:t Farquhar Mackinnon, Madras establishment, of whose early death I regret much to hear.

I shall feel further obliged by you taking the trouble to obtain the said parcel from the Orphan Chamber and forwarding it per first ship to the care of mess:rs Fenilie Bonham and Co: Broad Street Buildings, London .

I remain, gentlemen, your most obed:t serv:t

Helen Wyllie

The parcel herein mentioned rec:d by Nisbet and Dickson, an:o 12/24

I the undersigned William Dickson for the firm of Nisbet and Dickson as duly qualified by Lachlan Mackinnon as per power of attorney do hereby acknowledge to have received from the Secretary of the Orphan Chamber, Johannes Joachim Lodewyk Smuts, a gold watch and a military sash found in the estate of the late Farquhar Mackinnon in order to forward the same to his relations.

Cape of Good Hope the 26 May 1829

W:m Dickson

for Nisbet and Dickson

MOOC8/38.47

{18220809} 09 Augustus 1822 Zacharias Booyzen

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Zacharias Booyzen Zach:szoon ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaaders heeden opgenomen en in waaren weezen bevonden zyn geworden, te weeten

een zaadel
een toom
een ongemaakte geweere laay
een zweep en stok
Beestiaal
acht en sestig schaapen
ses jonge ossen
derthien aanteel beesten
twee ryd paarden
twee aanteel paarden
Baten des boedels
  Rd:s
van Jan Booyzen Z:zoon voor contant 17:--
van Jan Booyzen Z:zoon voor 5 lb lood 17:--
van Elisabeth Cath:a Booyzen, contant 7:--
van W:m Fred:k Henning, contant 14:3
van Jan Hend:k Venter J:n A:zoon 8:--
Schulden des boedels
[ ..... ]
Erfgenamen
1) Anna Maria Henning, moeder
2) Jan Booyzen Z:zn, gehuwd
3) Elisabeth Booyzen geboren den 9:de October 1801

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff-Reinet op den 9 Aug:s 1822 volgens op en aangeeven van Jan Hendrik Venter Jan Ad:nszoon, den welken verklaarden zich in het op en aangeeven des boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weten versweegen of agter gehouden, verklaarende zich dus bereid deezen zyne opgaave ten allen tyde des gevordert werdende met solemneele eede te zullen staven, met verdere belofte zo iets nader tot den boedel behoorende mogt ontdekken, deezen inventaris daar meede te zullen amplieeren, en is zulks geschied in ’t byweezen van de clerquen J: Auret, en A:J: van Bratt als getuigen

Als getuigen: J: Auret, A:J: van Bratt

Jan Henderik Venter

In kennisse van my: Th:s Muller, Secret:s

MOOC8/38.48

{18211113} 13 November 1821 Maria Dorothea Hiebner

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op Vrydag den negende dag dezer loopende maand November in den jaare een duizend acht honderd een en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door Maria Dorothea Hiebner wed:e van wylen Willem van Reenen ten voordeele der kinderen by evengemelde haren vooroverledenen egtgenoot in echt verwekt, met namen

1) Daniel van Reenen mondig
2) Louisa van Renen mondig
3) Olevina Johanna van Reenen geh:d met Meindert Adriaan van Schoor
4) Willem Johannes Arnoldus van Reenen oud 22 jaren

Zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is opgenomen en geinventariseerd, en bevonden geworden te bestaan in de volgende, namentlyk

Een huis en erf staande en gelegen in deeze Tafelvalley in de Leelie Straat en aldaar in ’t Blok W: een gedeelte van het gedeelde N:o 5 blykens transport van den 17:de April 1818

In een huurhuis van Andries Richard door Louisa van Reenen bewoond, by wien de overledene mede heeft ingewoond en aldaar in een boven vertrek

een klederkas waarin de klederen van de overledene
Lyfeigenen
een manslaaf gen:d Klaas van de Kaap oud 54 jaren, huisjongen
een manslaaf gen:d April van Mozambique oud 44 jaren, zager
een slavin gen:d Robecca van Mozambique oud 54 jaren, waschmeid
een slavin Selvia van Mozambique oud 54 jaren, huismeid
Crediten des boedels
    Rd:s
den 2 Aug:s 1822 capitaal en renten voldaan een onderhandsche obligatie ten lasten van nu wylen Louis Michiel Thibault de dato 1 October 1806 groot aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert 1:ste October 1821
den 11 Maart 1822 capitaal en renten een onderhandsche obligatie ten lasten Frans Dykman de dato 21 October 1807 groot aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert [ ..... ]
den [ ..... ] July 1824 den beiden capitaal met de renten voldaan een onderhandsche obligatie ten lasten den wed:e Biankie de dato 7 April 1811 groot aan capitaal ƒ1000 ofte 333:16
met de renten zedert [ ..... ]
een onderhandsche obligatie ten lasten gem: wed: Biankie de dato 1 October 1815 mede groot aan capitaal ƒ1000 ofte 333:16
met de renten zedert
door domine Van Renen in Maart 1823 met de rente overgenomen een notarieele obligatie ten lasten Willem Anthon Joseph Liesching de dato 10 August 1816 groot aan capitaal ƒ10000 ofte 3333:16
  met de renten zedert [ ..... ]
door domine Van Renen in Maij 1823 met de rente overgenomen een notarieele obligatie ten lasten voorm: Liesching de dato 25 July dezes jaars groot aan capitaal 2360:--
  met de renten zedert primo April dezes jaars
door Olefina Johanna van Reenen in Maart 1824 met de renten overgenomen een schepenenkennis ten lasten Charles Lion de dato 27 Maart 1818 groot aan capitaal ƒ13000 ofte 4333:16
  met de renten zedert [ ..... ]
vold: 12 July 1824 van de wed:e Biankie voor huishuur 3/m gerekend tot ultimo November 1821 114:--
Lasten
    Rd:s
deze pretentie is op den 17 December 1822 op Olefina Johanna van Renen overgegaan aan Jan Hoetz op een schepenenkennis aan capitaal ƒ18000 ofte 6000

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop, ten huize voormeld op den 13:de November 1821 ende zulks op het op en aangeven van de presente erfgenamen, dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of teruggehouden te hebben van al ’t geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid hunner opgaave, ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede nader te bevestigen met verdere belofte zo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behorende mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgave te zullen doen ten einde deze inventaris daarmede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Adj:t Commis der Weeskamer door den inventarienten eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesm: A: v:d: Bergh, A: v: Breda

Louisa van Reenen, O: v: Schoor, gebooren Van Reenen, W: v: Reenen

My present: J: Serrurier, Adj:t Commis

MOOC8/38.49

{18211205} 5 December 1821 Maria Dorothea Hiebner

Ampliatie tot den inventaris van den boedel van wylen Maria Dorothea Hiebner wed: van wylen Willem van Reenen geformeerd volgens eene lyst, door de in den hoofde van den inventaris gem: erfgename Louisa van Reenen, nader ter Weeskamer ingezonden

achttien stoelen met paarde haire zittings
twee tafels
een combuys tafel
vyf gordynen met vallen
een kadel
een blauw tafel service
een thee service
zes kelkjes
twaalf bierglazen
zes karaffen
een konfyt ketel
een braad pan
twee taarte pannen
een soupe pot
twee kleine potten
een platte pot
een zilvere snuiterbakje
een konfoor
een schuimspan
vier trommels
twee kopere kandelaars
zes pletty kandelaars
twee groote kisten
twee oude stoelen
twee thee bakken
een zilvere koffy pot
een zilvere trekpot
een zilvere zuikerpot
een pletty melkkan met een zilver dekzel
een zilvere schenkbord
vier pletty bottelbakjes
een oly en asyn stander
zes pletty kandelaars
vier en twintig zilver eetlepels
twaalf zilver vurken
een zilvere soupe lepel
twee ragout lepels
vyf thee lepeltjes
vier kleine vurken
een vyssel
een grote blauwe pot
een visch ketel
een grote mand met rommeling
twee platen
een rolstok
een strykyzer
twee glaze potten
twee zilvere zout faatjes
een zilvere soupe lepel, defect
vyf planken in bewaring van Dirk Wentzel
een kleine schaal en balance

Aldus nader opgegeven door de in den hoofde dezes gemelde erfgenaam Louisa van Reenen, dewelke verklaarde zig in deze nadere opgaaf der goederen en effecten des boedels ter goeder trouw te hebben gedragen en niets verzweegen te hebben dat tot dezelve behoord; terwyl alle overige erfgenamen verklaren met de gen: opgaaf volkomen te vreeden te zyn, en hebben ter bevestiging van dit een en ander, deze met hunne geswooren naamtekening bevestigd

In vergadering van ’t Collegie van Heeren Weesmeesteren, den 5 December 1821

Louisa van Reenen

D: Reenen, W:s

O: v: Schoor, gedoop Van Reenen

W: v: Reenen

MOOC8/38.50

{18240115} 15 January 1824 Jacobus Lodewiekus Wolmarans

Attacquas Cloof den 15 Jannuarij 1824

Invantaris van de nalatenschap van Jacobus Lodewiekus Wolmarans H:z welke onmondig zynde

elf beesten
tien schapen
veyf en dirtig bokken
ryksd:12 te goed voor verkogte bokken

Door ons ondergetekinde getuyge opgenomen

Als getuijge: J:G: van Loggerenberg de oude, H:s H:s Kleijnsmit

J:H: Wolmarans, V:ct

MOOC8/38.50 1/2

{18230720} 20 July 1823 Leendert Borman

Winter Veld den 20 July 1823

Inventaris van den overledene Leendert Borman

  Rd:s
1 groote saag 4:--
2 [saag] klyne 1:4
1 raspe 2:--
18 bytels 18:--
12 schaafblokke van differente soorte 16:--
1 snymes 1:--
1 omslagboor 2:--
2 winkelhaake 4:--
2 kruishoute 1:--
6 schaafbytels 6:--
1 klyne passer 0:4
2 boore 0:2
1 lympot 0:1
1 kwart lb klyne spykers met schroefjes 0:2
  Rd:s 56:5

M:A: Oberholzer, Veltcornet

Als getuigen: Christiaan J:sn Herbst, Abraham Joh: Herbst

Aan den instruks klerk Jacowis Myntjes a Graaff Rynet Megiel Aderjan Oberholser, Veltcornet

MOOC8/38.51

{18231101} 1 November 1823 Thomas Davidson

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige losse goederen, beestiaal, etc:a behoorende tot de nalatenschap van wylen Thomas Davidson

In ’t pakhuis van D:s Thom bevind zig de navolgende goederen, als
twaalf zilvere theelepels
een zilvere zuijkertang
een zilvere melkkan
een matras
twee peleuwen
een kussing
twee combaarzen
twee bedlaakens
een kussensloop
twee slaapmutsen
twee paar kousen
twee hembden
twee paar laarzen
een paar schoenen
drie borstels in zoort
een dubbelde loop geweer door Nock gemaakt
twee pistoolen
twee hagelzakken
een geweer kist met ’t geen tot een geweer behoord
twee busse met kruid
twee busse met een wijnig kruid
een zak met hagel
een paar pleted sporen
een zakbotteltje
een paar ledere camassen
een kist met enige medicamenten
een medicein kistje met toebehooren
een apotheek mortier
twee apotheek messen
een handdoek
een pak vishoeken
een oude zadel en thoom
een zakje klaver zaad
een kelder met ledige vlessen
een dozijn ledige wijn bottels
vijf vlessen
een sambreel
een paar holsters
een tent matje
twee jagt zakken
een paar stevel haken
een schryf kistje
een zak Bijbeltje
een schaar
een kleine spiegel
zeven koornzakken
drie geslootene koffers waarin zig bevind de navolgende goederen
Koffer n:o 1
twee korte fluweele broeken
een zwarte rok
een blauwe jekket
een grijze jekket
twee zwarte en een blauwe lakensche onderbaatjes
twee lange broeken
zeeven onderbroeken
een vlennel [onderbroeken]
twee vlennelse baatjes
sestien mans hembden
zeeven p:r kousen
drie handdoeken
twee zakdoeken
twee beddelakens
twee kussing slopen
drie slaapmussen
een paar lakensche camassen
een termameter en koker
twee scheermessen kokers
een paar glaaze ogen
een vleschje Haarlemmer olij
een koekje zeep
een vijne kam
vier perlimoene knoopjes
in de koffer n:o 2
elf lakens
drie hembden
vier broeken in zoorte
een onderbroek
vijf sloopen
zeven handdoeken
een vlennelse baatje
een Bombazijne jekket
een paar kousen
drie koekjes zeep
Koffer n:o 3
Rollins Ancient History agt deelen
Monks Agricultural Dictionary drie deelen
Complete Grazier 1 deel
Lock on the Human Understanding 2 deelen
Whites Farierij 4 deelen
Turners Memoris
Adams Private Thoughts een deel
Pocket ed: 2 deelen
Young 1 deel, Milton een deel
Drijden 2 deelen
Burns twee deelen
een Fransche Bijbel
een gebedeboek
Serles Christian Remembrander
Watts on the mind een deel
Robertson’s India een deel
Olney Hijmns
The Christian Treasure thien copijen
Drie en twintig ordinaire boeken in soorte
een Engelsche en Hollands dictionair
een Fransch en Engelsch dictionair
een zak dictionair in Engelsch
veerthien ordinaire Fransche boeken
een Hollandsche Bijbeltje
twee Hollandsche boeken
vijf Latijnsche boeken
Philosophy of Native twee deelen
negen en dertig examplarissen
drie boeken schoon papier
een kaart van Engeland
een parthij vermaakte schrijfpennen
een papier met ouwels
ses stange lak
een paar geele caplaarsen
een paar schoenen
drie paar kousen
een schroevetrekker
een oude casemiere broek
een schoenhoren
twee kopere slotjes, defect
een kruidbusje
een schrijfkisje waarin geslooten was
een zilvere ducaton
een zilvere ropij
een kleine vleschje
eenige quitantien, contracten, rekeningen, brieven, etc:a
Nader in ’t pakhuijs bevonden
een witte deken
een string zijlegare
drie elle zijl
een voeringvel
een pot atjaar
een ledige blikke bus
In het huijs en op de zolder van de heer R: Blair
twee beestevellen
een [vellen] bokke
zeventhien koorn zakken
veertig mudden koorn
vijf en veertig en een halve mudde garst
zeeven en twintig en een halve mudde haver
Goederen welke in commissie tot uitverkoping van George Nicoll zig komen te bevinden
twee dozijnen gestreepte hemden
vijf stukke Nankinet
twaalf roskammen
ses ponden Americaanse toback
twaalf kinderhoeden
vier vijne kinderhoeden
een hondert en vijftig ponden rijst
ses en vijftig ponden Brasielje toback
twee zakke hagel
ses witte hembden
een dozijn schaaren
een gross knoopen
een gross knoopen
twee voerchitsen
drie en een halve ellen voerchitse
twintig koekjes blouzel
zeeven en twintig en een halve ellen linnen
vijf mudden koorn
vijf en dertig ledige bottels
twee merrijs en twee veulens onder opzigt van David Lamberts
drie merrijs en een vul bij den schout alhier J:G: van Graan
een merrij bij den veldcornet Otto
een reunpaard bij den veldcornet W:H: Kleijn
twee jagt honden
tien zakken in handen van Jocias Brink junior
de garst en het koorn in maatschappij gezaaid, is door den contractant Josias Brink junior, uitgeleverd en wordt by de vendurol verantwoord ingevolge contract de dato 14 July 1823 twee mudden garst en ses mudden koorn in maatschappij met Jocias Brink junior gezaaijd
  ingevolge contract met George Jacob Ritter d:d: 2 Aug: l:l:
  twee mudden koorn gezaaijd
Inneschulden
voldaan in April 1824 van Robert Blair ingevolge zijne eigene aangave groot aan capitaal een hondert en twee rijxd:s en twee schell:
voldaan in April 1824 van D:s Thom, blijkens rekening courant, een en sestig rijxdaalders en ses schellingen

Aldus gedaan en geinfentariseerd ten dorpe Caledon , op den eerste November een duijzend agt honderd drie en twintig.

Als belanghebbende: G: Thom

J:J: Tesselaar

Mij present: A:J: Spengler, Prov: Klerk

MOOC8/38.52

{18231013} 13 October 1823 Thomas Davidson

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op den dertienden dag des gepasseerde maand September in den jaare onzes Heeren een duijzend acht honderd drie en twintig ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaaten door Thomas Davidson ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenaamen, zodanig als dezelve nalatenschap door my expres gecommitteerde Weesmeester is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ten huyze van Doctor O’Flinn alwaar zy de goederen van de overleedene bevind
een scheerdoos
een potloot, pennemes en snuyfdoos
een port manteau
een p:r steevels
een p:r schoenen
een klederborzel
twee paaren nieuwe witte koussen
twee p:r koussen
een lakensche mannel
een lakensche rok
een lakensche jekket
twee hembden
drie broeken in zoort
twee onderbaatjes
vyf doeken in zoort
twee deekens
een paard, ryd
een zaadel en toom
een hoed
een p:r handschoenen

Aan contanten in den boedel gevonden een somma van zeven ryk:s welke opgem: Oflinn in gedeeltelyke voldoening van een somma van negentien ryk:s die hy aan de overledene eenige dagen voor zyn overlyden heeft gegeeven, voor zig heeft behouden

Aldus geinventariseerd ten dorpe Stellenbosch op den 13:de October 1823 ende zulx volgens op en aangeeven van voorm: Doctor O’Flinn, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyn’s weetens niets verzweegen ofte terug gehouden te hebben voor al het geen tot den boedel ende nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuygde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gem: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deeze inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd.

Als gecomm: Weesm: G:E: Overbeek

D: O’Flinn, M:D:

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/38.53

{18230329} 29 Maart 1823 Johannes Jacobus Oosthuizen , Anna Maria Petronella Jansen

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Anna Maria Petronella Jansen Fredriksdogter en desselfs nagelaten man Johannes Jacobus Oosthuizen in gemeenschap bezeten en door den eerstgem: ab ten testato en met den dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

7 jonge ossen
233 bokken
609 schaapen
1 oude onderstel van een wagen
1 oude vat met wat oud yzer daarin
1 ledige kan, defect
2 schaaven
1 restand gereedschap
1 boor
1 graaf
1 piek
1 katel, defect
3 stoelen
1 stoof, defect
1 tafel, defect
1 ploeg, oud en defect
1 paar beschote wage leeren
1 wage kist
1 wage kist, defect
8 ledige flesschen
3 bottels
1 ledige kelder, defect
1 aarde pot
1 tend zyl, defect
1 bed met toebehorende
1 aams vat
1 eg, difect
1 emmer
2 yzere potten, defect
2 schootels
5 borden
1 mes met 6 vorken
9 lepels
Contanten
nihel
Baaten des boedels
verantwoord van Benjamin Salomon, Onderschout te Cradock , de som van een honderd ryksdaalders spruitende over koop van vier ossen, waarvan de bewys thans in handen van den secretaris G:C: Bergman
verantwoord van Marthinus Prinslo de som van twaalf rd:s spruitende over koop van vier hamels waarvan ’t bewys in handen van sec:s G:C: Bergman, gem: Prinslo woonagtig in ’t district Beaufort
  van Godliep Johannes Opperman j:r de somma van twaalf rd:s over koop van vier hamels waarvan het bewys in handen van den secretaris Bergman, gem: Opperman woonagtig in ’t district Beaufort
  van Pieter Andries Jacobus Swanepoel Hendrikzoon de som van twaalf rykds:s spruitende over koop van een mud koorn waarvan ’t bewys in handen van den secretaris G:C: Bergman, gem: Swanepoel woonagtig in ’t district Beaufort
verantwoord met rd:s59 van Piet de Buys Coenraadzoon de som van [ ..... ] spruitende over een aan hem De Buys overgegevene obligatie ter invordering ten lasten den ingesetenen Willem le Roex, als mede over koop van twee ell zwarte laken waarvan de bewys in handen van den secretaris G:C: Bergman, gem: De Buys woonagtig in ’t district Beaufort
  van Davied Pieter Roex P:zoon de som van negen en tagtig rd:s spruitende over een gecedeerde obligatie waarvan een bewys gem: Roex woonagtig in ’t district Stellenbosch .
Schulden des boedels
voldaan aan Barnard Louis Bantjes woonagtig in ’t dorp Beaufort de som van twaalf ryksdaalders spruitende over koop van populiere houte sparren
voldaan aan juffrouw Balie de somma van negen en tagtig Ryks:ds spruitende over koop van vier yzere wagenbanden blykens gecedeerde rekening van juffrouw Helena Stigling waarvan een bewys, gem: juffrouw Balie woonagtig in het district Beaufort
  aan Carel Christian Guwelaar de som van twintig rd:s zynde over koop van twee duizend lemoenen, waarvan geen bewys, gem: Guwelaar woonagtig in ’t district Beaufort
Erfgenaamen
Johanna Maria Geertruyda Oosthuizen gebooren den 19 January 1814
Maria Johanna Petronella Oosthuizen gebooren den 16 October 1816
Johanna Jacobus Oosthuizen geboren den 18 October 1818

Aldus gedaan en geinventariseerd op Zaturdag den 29 Maart 1823 ter plaatse de Riet Fontijn volgens op en aangave van Johannes Jacobus Oosthuizen s:r de welke betuigde zich in het op en aangeven de voorm: boedels ter goeder trouw te hebben gedragen en niets met weeten versweegen of agtergehouden te hebben verklaarende zich dus bereid deze zyne aangifte des gevorderd wordende met solemneele eede te staaven met alverder belofte zo hy iets nader tot dien boedel behorende mogte komen te ontdekken deze inventaris daarmede te zullen implieeren

Ende zulks is geschied door my ondergetekende Adj:t Landdrost ter presentie van den clercq P:J: Truter D:z en den venduafslager S:W: Fuge als getuigen

Deze merk X door Johannes Jacobus Oosthuizen S: daar gesteld

Als getuigen: P:J: Truter D:z., S: Fuge

J: Baird, Adj: Landd:t

MOOC8/38.54

{18231220} 20 December 1823 Casper Jeremias la Buscagne , Catharina Sophia Steenkamp

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behoord hebben tot den gemeenschapplyken boedel van Casper Jeremias la Buscagne en desselfs overledene huisvrouw Catharina Sophia Steenkamp en door laastgem: op den 14 Augustus 1823 met er dood ontruimd en nagelaten.

Losse goederen
1 party lepels en vorken
2 kommetjes
2 kopjes en pierenkies
2 aarde borden
1 geweer
1 zadel en toom
Beestiaal
2 aanteel paarden
1 rydpaard
10 ossen
24 aanteel beesten
74 bokken
229 schapen
Contante des boedels
  Rd:s
aan papiere munt 36
Baaten des boedels
nihil
Lasten des boedels
nihil
Erfgenamen des boedels
Jan Harm Casparus Jeremias La Buscagne geboren den 13 Augustus 1823

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatze Rietpoort in Tarka op den 20 December 1823 volgens op en aangaave van de in de hoofde dezes gemelde Casper Jeremias la Buscagne, dewelke verklaarde niets met weten verzwegen ofte agtergehouden te hebben met belofte indien zig iets mogte ontdekken dat tot opgem: boedel behoord als dan deeze inventaris daar meede te zullen amplieeren en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen en is zulks geschied in presentie van Barend Joh:s Vorster en Jan du Plessies als getuigen.

Als getuigen: B:J: Vorster, Jan du Plessies

Casper Jeremias Labuschagne

In kennisse van mij: W:W: Harding

MOOC8/38.55

{18220406} 6 April 1822 J:G: Brink , Elisabeth Keun

Copia

Inventaris van alle zoodanige goederen, als er op den 18 February 1822 ab intestato met er dood zijn ontruijmd en naargelaten door den burger J:G: Brink in den ouderdom van 62 jaaren ten voorstaand van desselfs naargelaatene huijsvrouwe Elisabeth Keun, en daar op is desself wedewe Keün over leeden op den 6 April 1822 geene kenderen na gelaaten, vaste goederen gene bevonden.

Losse goederen
4 vrouwe rokken
2 kabayjen
1 mansbaatje
3 broeken
1 rompie
6 doeken
8 vrouw musse
4 roksakke
3 paar kouse
1 inkkoker
24 boeken
2 oude mans hoede
2 schuijfdoosjes
1 spiegel
2 scheer messe
2 komme
3 vorken
3 leepels
1 tafel
1 kest
1 bulsak
3 kussens
1 kombaars
1 ketel
2 houte kandelaars
1 kleynne pot
1 ketel
1 bali
1 paard met zadel en toom
2 kouyjen met 2 kalveren

In teeken der waarheijd is deeze in teegenwoordigheijd van myn Veldcornet ende meede getuijgen voor de inventares eijgenhandig onderteken in tegenwoordigheijd van mij.

Als getuigen: G:P: Goendlach, D:H: Ferreira

B:J: Claassen, Veldcornet

MOOC8/38.56

{18230519} 19 Mei 1823 Dirk Arnoldus Greyling , Rachel Potgieter

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen, als behoord hebbende tot den gemeenschappelyke boedel van Dirk Arnoldus Greyling en desselfs nagelatene weduwe Rachel Potgieter.

Losse goederen
1 leeningsplaats Naudé’s Hoek
1 party oud yzer
1 zadel
1 ploegschaar
4 graven
1 party gereedschappen
1 geweerloop
1 kouter
1 byl
1 ketel en komfoor
2 plat vaatjes
1 scheer doos
2 stoelen
1 trommel
3 bottels
2 vlessen
1 komkommerschaaff
3 ledige kisten
1 aardekan
1 schroeft
2 schuiftdoosen
1 aardepot
1 baaletje
2 emmers
2 blakers
2 tavels
2 ploeg banden
2 booter vaten
2 planken
2 kopjes en pierinkies
4 potten
1 lamp
1 streik yzer
2 moole steene
1 wagen
Beestiaal
57 schaapen
12 ossen
8 beesten
2 rydpaarden
5 aanteel paarden
Contante
nul
Baaten des boedels
    Rd:s
  door den weledele heer Stockenstrom met de Weeskamer verrekend en aldaar berustende het geen aan de boedel en kinderen van meergem: Johan Frederik Hatting competeerd
  Casper Badenhorst wegens weide van paarden 22:4
voldaan November 1823 Gerrit Helm s:r wegens ’t inwoonen op de plaats Naudé’s Hoek 15
niet schuldig vide brief aan den Agent van den 14: Juny 1823 Anderias Appelgreyn over koop van twee ossen 50:--
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Ferdinand Carel Wagenaar per rest op de koop van de plaats Naudé’s Hoek 3400
aan Willem Jacobus van Heerden s:r wegens een onderhandsche schuldbrief 1300
aan Reik Meiburg over koop van een osse wagen 300
aan Barend Greyling over koop van drank 27
aan Christoff Jacobus Viljoen per rest eener onderhandsche schuldbekentenis 87
Erfgenaamen
Joh:s Christoffel Greyling geb: den 25 Maart 1819

Aldus gedaan en geinventariseert ter plaatze Naude’s Hoek in Zwagershoek op den 19 Mei 1823 volgens op en aangaave van desselfs voorm: dewelke verklaarde niets met weten verzwegen of agtergehouden te hebben met belofte indien zy iets tot den boedel behoorende mogte ontdekken deeze inventaris daarmeede te zullen amplieeren en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen ende is zulks geschied ter presentie van Arie Joh:s van Dyk en George Aldrich als getuigen

Als getuigen: A:J: van Dyk, G: Aldrich

Rachel Potgieter weduwe Greijling

W:W:Harding

MOOC8/38.57

{18231007} 7 October 1823 Thomas Frawleij

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op den 6:e dag der maand October 1823 ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den eersten stuurman bescheiden geweest op het brig, Thomas Frawleij, ten voordeele zijner onbekende uitlandige erfgenaamen, zodanig als dezelve nalatenschap door de ondergetekende Secretaris zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

een koffer waarin
vier hembde
twee bovenbaatjes in zoort
vier onderbaatjes
vyf broeken
een [broeken]
twee flenny onderbaatjes
zeven paare kouzen
twee paar handschoene
zes doeke
een paar stopkouzen
een hoede overtrekzel
twee losse boortjes
een binnedas
vier boeke
twee schulpe
twee ledige vlesjes
een quadrant
een mattras
een kussen
twee wolle deekens
drie broeken
twee boven baatjes
een onderbaatje
een hembd
drie paare kouzen
een zakje met wat gaaren
een zak waarin
twee en twintig hembde
agt paare kouzen
vier onderbaatjes
een bedlaken
twee gordyntjes
zes zyde doeke
een handdoek
twee broeke
een cherp
een paar handschoene
een foudraal met een scheermes en twee strykriemen
een nieuwe hoet
een oude hoet
Contanten des boedels
zes schellinge en vier stuivers
agt stukjes zilvergeld
aan drie maanden en zestien dagen te goed hebbende gagie van den 20 Juny tot den 6 October j:l: à 6 rd:s per maand zynde rd:s212, waarop aan hun in voorschot is ontvangen rd:s100 zo dat hem nog competeerd rd:s112 terwijl de overledene daarentegen schuldig is een bedragen van een honderd een en tagtig ryxd:s en twee schelling aan de stuart van gem: bodem John Fitch ’t welk met opgem: bedragen van rd:s112 zal werden vereffend door den capitain zo dat opgem: Fitch van den overledene per rest nog te vorderen heeft rd:s69:2 tot welkers ontvangst John Findleij is gequalificeerd

Aldus geinventariseerd volgens op en aangeven van George Findley capityn van opgem: bodem, die verklaarde zig daarin ter goeder trouw gedragen en niets verzwegen te hebben tot dien boedel behorende genegen zijnde des vereischt wordende deze zyne opgaaf met eede gestand te doen.

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 7 October 1823.

George Findlay

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/38.58

{18240415} 15 April 1824 Johan Casper Loos Hurling

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op den 7:den April 1824 ab intestato met den dood zyn ontruimd ende nagelaten door Johan Casper Loos Hurling ten voordeele van zyne moeder Maria Jacoba Amelong wed:e Fredrik Hurling in de eene helft, en in de wederhelft zyne broeders en zusters, in naame:

1) Sebella Margaretha Hurling
2) Fredrik Hurling
3) Johannes Hurling
4) de kinderen van wylen Sara Maria Hurling in twee onderscheide huwelyken verwekt, als Arnoldus Maasdorp geboren den 22 Augustus 1819 by wijlen haren eersten echtgenoot
Otto Luder Jacobus Maasdorp en
Gabriel Rossouw geboren den 10 April 1823 by haren nagelaten man Gabriel Johannes Rossouw in wettig huwelyk verwekt
5) Justinus Hurlingh
6) Magdalena Hurlingh, gehuwd met Petrus Joh:s Human
7) Adam Gabriel Hurling
8) Aletta Alida Hurling gehuwd met William Musgrave Hopley

Zodanig als dezelve nalatenschap ingevolge opgaave van Justinus Hurling is in geschrifte gebragt en bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

een rydpaard
een zadel en toom
een kadel waarop
een klyne bed en
drie kussings
een blauwe manel
een blauwe nieuwe rok
drie boove baatjes in zoort
vyf hembden
vier bedde lakens
vier bedde sloope
vyf onder baatjes
zeven hals doeke
vyf broeke
vyf paar kouzen
een zwarte hoed
een ledige koffer
een wolle kombaars
een paar spooren

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 15 April 1824.

Just:s Hurlingh

MOOC8/38.59

{18211211} 11 December 1821 George Bernard

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den 11:de deezer loopende maand December in den jaare onzes Heeren een duyzend agt honderd een en twintig ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door George Bernard ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenaamen, invoegen als het een en ander door my ondergetekende ingevolge opgaaf van Johan Silberhorn zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende te weeten:

In een huurhuis van Joh:s Petrie gelegen aan de Wynbergen

een tafel
een ledikant waarop
een bed
een peuluw
5 kussens
een bastieene deeken
een kist waarin
een chitze behangzel
een chitze spry
zes hembden
negentien onderbaatjes in zoort
zeven broeken in zoort
twee bovenbaatjes
een lakensche manel
een lakensche rok
drie paaren koussen
agt doeken in zoort
dertien sloopen
tien overtrekzels voor stoelen
drie vrouwe lyfjes
een vrouwe tabaard
twee vrouwe rokken
drie slaapmutzen
drie tjaals in zoort
twee flenny onderbaatjes
twee rompjes
een satyne speldekussen
twee lappen sits
twee metzelaars banden en een voorschoot
een hoed
een calot
een p:r steevels
tien p:r schoene en voorts
een party oude lappe
een kistje met waarin een party band gaaren en knoopen
twee kisten
een klyn platse kistje met zilver gemonteerd
Lyfeigen
een mansslaaf gen:d Malbroek van Ceylon gebooren, oud 54 jaaren, kock, welke slaaf ingevolge testamentaire dispositie van wylen A:M:H: Smuts op den 10 January 1811 voor de notaris publicq Jan Berh:d Hoffman en getuigen opgerigt ten zyne eigene kosten in vrydom moet worden gesteld
Contanten
  Rd:s
aan contanten in den boedel gevonden eene somma van 24
Lasten des boedels
  Rd:s
aan voorm: John Silverhorn voor een en een half maand logies en onderhout 24

Aldus ge’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 11 Decemb: 1821 ende zulx op het op en aangeven van de in den hoofde gem: Silberhorn, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragene zyn’s weetens niets verzweegen ofte terug gehoude te hebben en al het geene tot den boedel en nalatenschap behoord invoege hy dan ook betuygde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierin nog iets tot gesegde nalatenschap mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen, ten einde deeze inventaris daarmeede te kunnen worde g’emplieerd.

In teeken van der waarheid is deese ter presentie van my onderget: door de inventarient eigenhandig onderteekend.

S: Silberhorn

Als getuigen: C: Hertzeg, H: Diederick

My present: A: v: Breda

L:a B: F:o 169

Office for the enregisterment of slaves, Cape of Good Hope, Cape Town, February 27th, 1817.

These are to certify, that, in compliance with the regulations set forth by Proclamation of the 26th of April, 1816, the following slave, reported at the office by Mr George Bernart, as his property, has been duly registered as such, according to a schedule, verified by his sign manual, videlicet:

Name Sex Age about Country Occupation Remarks
Malbroek male 50 years Ceylon cook cannot be sold, but is to be manumitted as soon as the proprietor shall contract a new marriage or on his departing this life, however at his, the said Malbroek’s own expence, as appears by the testament of the late A:M:H: Smuts, passed on the 10th January 1811, before the then notary J:B: Hoffman as witnesses

G:J: Rogers, Insp:

Exam:d J:J:F:R:

MOOC8/38.60a

{18240508} 8 Mey 1824 Cornelis Joh:s Nicolaas Bestbier

Inventaris van alle zodanige goederen, als er op den tweeden dag des gepasseerden maand April in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd vier en twintig ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Cornelis Joh:s Nicolaas Bestbier ten voordeelde zyner ondergemelde broeder en zusters, met name

1) Franciscus Johannes
2) Martha Margaretha get:d met Nicolaas Denyssen en
3) Anna Bestbier geb: den 17 April 1804

Zodanig als dezelve nalatenschap door my ondergetekende Secretaris der Weeskamer is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende, te weeten:

Ter plaatze van Johanna Catharina Basson wed:e Petrus Basson alwaar de overledene het laatst is woonagtig geweest

een ossen waagen
vyf jukken
een zadel en toom
dertien mudde zakken
een grootte kist
een klyne kist
een pypenrak
een kadel waarop
een vedere bed
een peuluw
vier kussens en
een deeken
een schietgeweer defect
een zilvere horologie
een p:r zilvere kniegespen
een pleted p:r schoengespen
twee scheermessen
eenige kleedingstukken van de overledene, welke aan desselfs broeder opgem: F:J: Bestbier voor een somma van vyftig ryks: zyn gelaten
Beestiaal
veertien trekossen
twee aanteel paarden
een hengst veule
een rydpaard
Lyfeigen des boedels
een mansslaaf g:d Apollos van de Kaap 35 jaren, werksjonge
een mansslaaf g:d Abraham van de Kaap n:o 2, 9 jaars
Crediten des boedels
aan contanten in den boedel gevonden een somma van een honderd en twintig ryx: zegge rd:s120 welke aan voorm: Frans Joh:s Bestbier is gelaten, ter bestryking van begravenis onkosten, waar van door hem by eene nadere reekenen ter Weeskamer Maart waardig zal worden gedaan

Aldus g’inventariseerd ter plaatze voorn: aan de Kaap de Goede Hoop op den 8 Mey 1824 ende zulx volgens op een aangeven van de in de hoofde dezes gen: Frans Joh:s Bestbier, dewelke verklaaren zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyne weetens niets verzweegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierinne nog iets tot gesz: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde dezer inventaris daarmeede te kunnen worden geamplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van my ondergetekende Secretaris der Weeskamer door de inventarient eigenhandig onderteekend.

F:J: Bestbier

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/38.60b

{18240416} 16 April 1824 Corneelis Johannes Nicolaas Bestbier

Inventaris des boedels van wylen Corneelis Johannes Nicolaas Bestbier op den 2 April 1824 met den dood ontruimd en nagelaaten.

Losse goederen
een ossewagen en vyf jukken
een zadel en toom
dertien mudzakken
een groote kist
een klyne kist
een pypen rak
een vedere bed, compleet
een kadel
een schietgeweer, defect
een zilvere horlogie, defect
deszelfs kleedery stukken
Lyfeigenen
een mansslaaf genaamd Appollos van de Kaap oud 31 jaaren, zeedert vyf maanden opgedrost
een slaafe jongetjen genaamd Abraham van de Kaap oud elf jaaren
Beestiaal
veertien trekossen
twee merry paarden
een hengst veulen
een rypaard
Contanten des boedels
  Rd:s
aan contanten gevonden de somma van een honderd en twintig ryxdaalders 120

Aldus geinventariseerd ter woonplaatze van de weduwe P:s Basson genaamd Weltevreeden op den 16:de April 1824.

Als getuigen: J:G: Blanckenberg, D:B: Truter

J:A: Bredenkamp, Veldcornet

MOOC8/38.61

{18210919} 19 September 1821 Johannes Paulus Eksteen senior , Alida Wilhelmina Munnik

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als er door den heer Johannes Paulus Eksteen senior en jufvrouw Alida Wilhelmina Munnik, voormaals weduwe van wylen Jan Willem Wernich, echtelieden, naar aanleiding van eene acté anti nuptial in dato 23:ste July 1819 voor den notaris publiek Franciscus Haverius Lind en getuigen gepasseerd, zyn bezeten geweest, en door den eerstgenoemden in de nacht tusschen den 13:de en 14:de dezer loopende maand September de klokke vyftien minuten voor twaalf uren, metter dood zyn ontruimd ende nagelaten [ ..... ].

Hebbende de heer overledene by testament in dato 28 February 1821 voor den voorsz: notaris F:H: Lind en getuigen met gem: zyne huisvrouw en thans nagelatene weduwe Alida Wilhelmina Munnik mutueel opgerigt, na vooraf eenige praelegaten besproken, mitsgaders over elf stuks lyfeigenen tot den boedel behorende byzondere en differente beschikkingen gemaakt te hebben, tot eyne eenige en universele erfgenamen geinstitueerd.

1) zyne voormelde huisvrouw Alida Wilhelmina Munnik met ende benevens de kinderen by wylen zyne eerste huisvrouw Johanna van Reenen in huwelyk verwekt, met namen
2) Petrus Michiel
3) Johannes Paulus
4) Sophia getrouwd met William Ferdinand van Rheede van Oudshoorn junior
5) Jacob
6) Hendrik Oostwald
7) Dirk Gysbert
8) Johanna Paulina oud 22 jaren
9) Jan Willem Eksteen oud 21 jaren

Hebbende de overledene by het voorsz: testament de respective erfdeelen van zyne hiervoren onder n:o 2 tot n:o 8 inclusive genoemde, tot erfgenamen geinstitueerde kinderen, conditioneel en alternative belegd, met den band van fidei commis.

En voorts tot executeuren van hetzelve testament benoemd en verzocht het Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie, ten gevolge waarvan de nalatenschap door ons ondergeteekende expresse gecommitteerden uit het voorsz: Collegie is geinventariseerd en bevonden te bestaan in het navolgende, te weten

Een plaats ofte hofstede genaamd Zorgvlied gelegen aan het Ronde Boschje met en benevens een stuk houtveld gelegen annex dezelve, strekkende tot aan het gebergte aldaar, ter zoodanige groote en uitgestrektheid, als breeder staat vermeld in den erfgrondbrief van den 2 November 1803 welke plaats benevens twee brandewyn’s ketels compleet, al het vaatwerk, kelder gereedschap en kuipen zoo als zulks by des testateurs overlyden aldaar ter plaatze zullen gevonden worden, ingevolge de voorsz: testamentaire beschikking door den overledenen aan deszelfs zoon Jan Willem Eksteen is geprelegateerd geworden, voor eene somma van een honderd en twintig duizend guldens Ind: vall:
een onbebouwde plaats genaamd Brandenburg annex de voorsz: plaats Zorgvlied gelegen
In het voorhuis
twee linnensche open gordynen met franjes
een linnensche kleiner open gordynen
een klok lantaarn
twee spiegels, ingevolge de in den hoofde dezes gemelde acte antinuptiaal, niet tot den gemeenschappelyken boedel behoorende
twee canopys met chitze overtrekzels
twaalf stinkhoute stoelen met chitze overtrekzels
twee klaptafels
twee witkopere quispeldoors
In een voorkamer ter linkerhand
een wit linnensche ophaalgordyn
een stinkhoute cabinet met silver beslag, waarop
een stel blauwe porcelyne potten en waarin
een en twintig servietten
twaalf handdoeken
dertig slopen in soort
acht witte gordynen
een ophaal gordyn met zyn toebehoor
vier en twintig overtrekzels van stoelen in soort
achttien lakens in soort
een witte knopjes combaars
een thee kisje, gelyk voren niet tot den gemeensch: boedel behoorende
twee alkatiefjes, rode
en voorts eenige klederen behorende aan Jan Willem Eksteen, Ann Wernich en Maria Munnik
in hetzelve kabinet in de bovenste lade
drie chitze gekatoeneerde dekens
in de tweede lade
acht zyde stoel kussens
in de derde lade
een zwart verlakte schenkblad
twee trepe stoelkussings
een oude combaars
een stinkhoute ledikant met witte linnensche behangzel, waarop
een veeren bed met twee kussings en een wit katoene combaars
twaalf leuningstoelen met rode trype sittings
een kleine ronde tafeltje
zes stoven, gelyk voren niet tot den gemeenschappelyken boedel behoorende
In een tweede kamer inkomende ter linkerhand
een wit linnensche vengster gordyn
een spiegel
een wasch tafel met lampet en kom, gelyk voren niet tot den gemeensch: boedel behoorende
een stinkhoute ledikant met twee veeren bedden
een paarden haire matras, twee kussens, twee peluwen, een chitze kombaars en behangzel
een Bybel
een klaptafel, defect
een naai doos, ledere toiletkisje, niet tot den gemeensch: boedel behoorende
een schryftafel waarin
een kleine drukpers en eenige prullen gelyk boven niet tot den gemeensch: boedel behorende
een wit aarde water pot
een kleine vliegen waayer
een ledige balast mant
In de gaandery
twee bonte chitze ophaal gordynen
twee klok lantaarns
een spiegel met noten boome lyst
twaalf stoelen met rood trype zittings
een stinkhoute blad tafel
een stinkhoute ronde aanzit tafel
een geelhoute kleine ronde aanzit tafel
een staand horlogie
drie wit kopere quispeldooren
twee blikke trommels
een blikke thee busje gelyk voorm:, niet tot den gemeensch: boedel behoorende
een stoofje
een aarde water monkey
In de vierde kamer inkomende ter linkerhand
twee chitze open gordynen
een spiegel
een stinkhoute klaptafel
een stinkhoute ronde aanzittafel met zyn kleed
een stinkhoute hoekkastje waarin
een ledige bottelmant gelyk voren niet tot den gemeenschappelyken boedel behorende
twee aarde kannen
een blikke tregter
twee vleessen
elf bottels
een schenk tafel met laden, mahonyhoute, waarin een ledige blikke trommel
een stinkhoute tafel waarop
een linnen pers
een liqueur kistje
een wit kopere vuur tesje
een wit quispeldoor
een wit theegoed kom
een grote groen flennelsche tafelkleed
drie groen flennelsche [tafelkleed], kleine
een rood verlakte schenkblad, niet tot den gemeensch: boedel behorende
elf bierglazen
vyftien wynkelkjes
twee glaze caraffen in soort, niet tot den gemeensch: boedel behorende
een restant Rynsche wyn en bier in bottels
een Chinaasch porcelyne blombeker
In de derde kamer inkomende ter linkerhand
een rood linnensche ophaalgordyn
een barometer
een spiegel
drie schilderyen in soort
een geweer rak waarop
een kries
een houte pyp met zilver gemonteerd
een paar pletty sporen aan Jan Willem Eksteen afgegeven als nog behorende tot des overledenens klederen, etc:a
een paar stevel haken
een chambok
een parápluis aan J:W: Eksteen afgegeven gelyk boven
een paar pistolen
vier geweeren
twee buchsen
een blat tafel met laken bekleed waarin
een yvore krabber
een veldkatel met gordynen
een kleine ronde tafeltje
drie zadels en twee tomen
twee schragen tot die zadels behorende
een blikke roeper
een stinkhoute tafel met een lade waarin
een groote ovel drukker
twee sleip steenen
twee maatstokken
een zak compas
een knip mess
twee kriessen
een vergrootglas en voorts, gelyk voorsz: niet tot den gemeensch: boedel behorende
een party rommeling
vier Kuylsche kannen, gemat
een Kuylsche kannen, ongemat
een mandje met een waterglas
vyf stoelen met roode trype zittings
een bidet, niet tot den gemeensch: boedel behorende
een witkopere quispeldoor
een penduul niet tot den gem: boedel behorende
een naai koffertje, niet tot den gem: boedel behorende
een bureau waarin wat rommeling
een kleine vloer tapeet, gelyk voren niet tot den boedel behorende
een stale bril aan Willem afgegeven als behorende tot ’t overledenens klederen, etc:a
twee schellen, gelyk voorsz: niet tot den gemeens: boedel behorende
een geweer kistje met een hagel vorm
een stinkhoute klederen kast, welke benevens de klederen, linnen goederen en lyf cieradien, waarvan een nadere specifieke lyst by dezen inventaris zal worden gevoegd by testamentaire dispositie van den overledenen aan deszelfs zoon Jan Willem Eksteen is gelegateerd, waarin
een foliant Bybel met platen
een zilvere ryze beker
vier glaze lampen
een jagt mes
een kruidhoorn met zilver gemonteerd
twee tobaks zakjes
twee kleine mandjes met drinkglazen
een kleine [mandjes], niet tot den boedel behorende gelyk voorsz
een roskam
een kamer en wat rommeling
een wandel rotting met een degen aan J:W: Eksteen afgegeven gelyk boven
vier swepen in soort
een verre kyker
eenige jagtgereedschap
een koffer
een party visch lym
wat ledige bottels en kannen
twaalf boeken in soort, wordende voorts opgegeven dat tot deze nalatenschap nog behoort
een jagtgeweer welke Hendrik Munnik ter leen heeft genomen
In een muurkastje in de gaandery aan gemaakt zilver
een thee service bestaande in
een thee, een melk en een zuikerpot
een spoelkom
twaalf lepeltjes en twee vurken
een zuikerpotje
vier zout vaatjes
een ketel en konvoor
vier en twintig eet lepels
vier en twintig eet vurken
twee schenkbladen
twee soupe lepels
vier sauce potjes, waarvan twee pletty
een vuur tesje
drie oude thee lepeltjes
Aan pletty werk
een coffy vaas
een thee vaas
een melkpot
een zuikerpot
een koek mantje
zes zout vaatjes
zes bottel bakjes
zes kandelaars
zes kandelaars
een toast stander
een snuyter bakje
twee zout vaatjes
negentien thee kopjes en schoteltjes, blaauw Chinaasche porcelyn
zeven glaze confyt potjes in soort
een glaze koelbakje
twee glaze pokalen
twee glaze water karaffen
een party ledige bottels
In een stryk kamer
een kloklantaarn niet tot den gemeensch: boedel behorende
een vogelkooy
een kast waarin
een witte aarde soepterien
een visch schotel
een grote vleesch schotel met dekzel
vier grote vleesch [schotel] zonder [dekzel]
zes groente schotels met dekzels
een salade bak
twaalf flakke borden
zes diepe borden
twee desert borden
acht potjes in soort
een zwart verlakte schenkblad
een zwart broodbak
een messen bakje
in het onderste gedeelte
een melkbalie
een witte kom
een gebreuneerde thee machine
een tinne koffy kan
een tinne melk ketel
een blikke coffy pot, gelyk voorsz: niet tot den boedel behorende
een geelkopere schenkblad
een kopere stryk yzer
zeven kopere kandelaars
drie stale snuyters en twee bakjes
een schenkblad
zes kopjes in soort, blauwe aarde
drie confyt potjes, blauwe aarde
een blikke blaker, niet tot den boedel behorende gelyk voorsch
vier en twintig stale vurken
In een muurkast
vier potjes met kappers
een botervaatje
een boterbak
een groene blikke trommel
twee ledige vlessen
In een tweede muurkast
een boter karn compleet
een boter bak, gelyk voorm: niet tot den boedel behorende
een ledige vaatje
een huistrapje
een grotere trapje gelyk dikwyls gemeld, niet tot den boedel behorende
een ledige kan
twee veld stoeltjes
In een opkamer
een witte ophaalgordyn
een kijatie houte cabinet op poten waarin
acht confyt potten in soort, niet tot den b:l behorende gelyk voorm:
zeven confyt potten in soort met restanten van confyt
een vles met een restant confyt
een bottel klapper olie
drie katoene dekens gelyk voormeld niet tot den gemeenschappelyk boedel behorende
zestien servietten
achttien slopen met rouw kant
twee grote tafellakens
negen middel soort tafellakens
vier kleine tafellakens
zestien bedde lakens
acht kleine slopen
zes fyne kleine slopen met kant
twee fyne kleine slopen met kant
een zilvere trekpot met zyn blaadje
twee zilvere soeplepels
twaalf zilvere eetlepels
twaalf zilvere vurken
twaalf zilvere theelepeltjes
twee confyt vurkjes
een tinne ketel en voorts
eenige prullen
negen en twintig servietten
een groote kist met eenige vuil linnen, bestaande in
negen lakens, zoo bedde als tafel
twee kussens met slopen
drie oude kombaarsen
een stelletje
een koffer met een restant seep en wat prullen
een stinkhoute ledikant met wit linnensche behangzels waarop
een veder bed, een paarde haire matras, peluw, zes kussings en twee kleine kussings, gelyk voorsz: niet tot den gemeensch: boedel behorende
een geweer rak
een sabel
twee Cuilsche kannen
twee stoelen
In een tweede opkamer
een witte ophaalgordyn
zes schilderyen
een bed tafeltje met een wit kleed, gelyk voorsz: niet tot den gemeensch: boedel behorende
een bed tafeltje met laden waarin
een restant medikamenten en waarop
een lampet met kom
zes bottels en vlessen in soort
een glaze koelbakje, gelyk gem: niet tot den gemeensch: boedel behorende
een medicyn kistje met een restant medicynen
een sleutel kistje
een koffertje met wat naai werk, gelyk voorm: niet tot den gemeensch: boedel behorende
een liqueur kistje, defect
een sleutel kistje met zilver gemonteerd
een naai kistje waarin, niet tot den b:l behorende gelyk voorm:
een zilver vergulde cardemom doosje, niet tot den b:l behorende gelyk voorm:
een groene blikke trommel met een restant zuiker, niet tot den b:l behorende gelyk voorm:
een sluit mant met eenige prullen, niet tot den b:l behorende gelyk voorm:
een koffer, niet tot den b:l behorende gelyk voorm:
waarin
een restant linnen
een stuk wit Chinaas linnen
een lap voer chitz
een wasch balie
een stelletje
een bidet
een schryf kistje, gelyk voorsz: niet tot den gemeens: boedel behorende
een naai kistje met eenig naaiwerk, gelyk voorsz: niet tot den gemeens: boedel behorende
een blikke trommel, gelyk voorsz: niet tot den gemeens: boedel behorende
een kleine ronde aanzet tafel
een kapstok
een wit linnensche gordyn
een kijatie houte ledikant met wit linnensche behangzels, waarop een vederbed, vier kussings, een peluw, een chitze combaars en verdere toebehoren
een ledige tobak’s doos
een wit aarde water pot, gelyk gezegd niet tot den gemeensch: boedel behorende
twee papiere doosen met prullen, gelyk gezegd niet tot den gemeensch: boedel behorende
drie stoelen
een stinkhoute klederen kast met zilver beslagen, welke de weduwe opgeeft aan haar ingevolge testamentaire dispositie van den overledenen is vermaakt geworden, met al het geen zich daarin tot haar ligchaam behorende mogte komen te bevinden en welke niet onder de verkooping der overige goederen des boedels zal mogen worden begrepen, maar aan haar onbelemmerd zonder eenige vergoeding zal moeten volgen, als hebbende de overledene in zilver voegen over zyn eigen kleder kast gedisponeerd, verklarende zy tevens onder eede, dat deze kast waarlyk niets ander onthoudt als het geen hier boven is bedoeld, met uitzondering alleen van een goud doosje, welke de huisvrouw van den h:r Louis Pellégrini aan den h:r overledenen heeft present gedaan, en door dezen aan de weduwe wederom zoude zyn vereerd geworden, wordende deze doos nogthans door Sophia Eksteen huisvrouw van den h:r W:F: van Rheede van Oudshoorn, om redenen als haar eigendom gereclameerd, hebbende Heeren gecommitteerdens op grond van de door de weduwe gegevene declaratie, deze kast, provisioneel ongeinventariseerd gelaten. Verzoekende de erfgenaam Jacob Eksteen aanteekening dat de boven bedoelde kast tot den gemeenschappelyken boedel behoort en dat onder de lyfcieradien van de weduwe zich bevinden juwelen tot een bedragen van zes hondert ryksdaalders welke staande huwelyk zyn gekocht en almede als een baat van den gemeenschappelyken boedel behoort te worden aangemerkt, terwyl de weduwe opgeeft dat deze juwelen aangekocht zyn geworden uit gelden die door haar buiten gemeenschap des boedels zyn gehouden
In een derde opkamer
een wit linnensche ophaalgordyn
een spiegel
zes schilderyen
een kijatie houte ledikant met rood linnensche behangzels, waarop
een vederbed, een peluw, vyf kussings, een wolle deeken en verdere tobehoor
een katel
een tafel
een tafel waarop
een tinne kom met een porcelyne lampet
een groote geelhoute tafel
twee stoelen
een kapstok
een hoekrak
een oude porte manteau, niet tot den gemeensch: boedel behorende
een klederen kast, niet tot den gemeensch: boedel behorende
Op zolder
een bottelrak waarop
drie en tachtig bottels zoete wyn
vyftig ledige bottels in soort
vyftig ledige vlessen in soort
vier aarde potten in soort
een smelt kroeg
dertien Cuilsche kannen
twaalf confyt potten in soort, met een restant ingelegde vrugten
vier vlessen met ingelegde vrugten
een rood kopere hamketel
een rood confyt ketel
een rood kastrol
een rood zuiker brood’s vorm
drie rood zuiker brood’s [vorm]
een geelkopere visch ketel
een geelkopere braadpan
twee geelkopere water ketels
twee geelkopere conforen
twee geelkopere taarten pannen
een roodkopere kaarsen bak
een roodkopere ketel, defect
een roodkopere schuimspan
een witkopere lampet’s kom, defect
een kopere disteleer machine met slang en toebehooren
vier yzere platen
een yzere braadspit
een yzere drievoet
een yzere vysel en stamper
een houte vysel en stamper
drie boter vaatjes in soort
een kopere sprits-spuit
een snyd yzer met schroef
drie nieuwe graven
een kachel fender, met tang, asschop etc:a, niet tot den gemeensch: boedel behorende
vier hooi messen
een blikke worst-spuit
een blikke zuikerbrood’s vorm
drie blikke kastrollen, defect
een liqueur kistje, defect
een half vaatje spykers
een koffy molen, defect
twee blikke lepels
een kopere schaal met een 5 lb gewigt
een veld tafel gelyk voorsch: niet tot den gemeens: boedel behorende
een boter vaatje
drie aarde potten
een tinne lampet en kom
een kopere worstspuit
drie houte pol-leepels
twee sluit manden
een blaasbalg
een bedde zak
een wan
een guitar met zyn kast, defect
twee wavel yzers
een oncer, patent balance
een ladder, defect
twee stukken Ceylon’s geelhout
vyf boschen rotting
een kastje met een restant zout
een kist met meel
een zak met vederen
een ledige kelder
een ledige kelder met vlessen met een restant rosenwater
een kast met gebottelde zoete wyn
een vaatje met een restant tameryn
een sluitmand met een restant zwafel
een kast met ronde vlessen vol gewone Kaapsche wyn
twee kelders met vlessen met een restant rosenwater
een ledige halfaam met dekzel
een zak met droge boecko
vyf losse boeken, gelyk voorsz: niet tot den gemeens: boedel behorende
een grote kist met een restant thee, koffy en zuiker
een half mut zout
een ledige vat
twee tenten, compleet
een zegen, defect met kurken en lynen
vier verfsteenen
een party verfbalies
een kast met een restant ruiten
vyf olie flessen
twee karrens
twee grote yzere potten
een blikke [potten]
vier glaze ramen, defect
twee stelletjes, defect
een kaarsen-balie
elf zikkels
zeven zesen
een katel, compleet
een vuurmant
twee katoene haspels
een vaatje met verf
twee houte hamers
zes voering vellen
een nieuwe tent-zyl
twee combaarsen in soort
een schapenhaire matras
drie vuren bedden in soort
achtien kussings in soort
twee beddegoed zakken
een wagen-kussing
een party pampoenen
een party witteboom en danneboom bolsters
een party wijngaard stompen en voorts
een party rommeling
In de keuken en deszelfs dispens
een vliegen kast
een eyer rak, niet tot den gemeensch: boedel behorende
een rak
een grote rak
een kist met een restant noten en amandels, niet tot den gemeensch: boedel behorende
zes boter vaatjes in soort
een boter [vaatjes], gelyk voorsz: niet tot den gemeensch: boedel behorende
een bak kist
een emmer, niet tot den gemeensch: boedel behorende
twee tobaks-dosen
een kan met olie, vol
een visch pan gelyk voorsz: niet tot den gemeensch: boedel behorende
een Cuilsche pot
twee kopere strykyzers, niet tot den gemeensch: boedel behorende
een blikke rasp
een blikke tregter
een kopere schuimspan
een houte schaal en balance
een keldertje met een restant kaarsen niet tot den gemeensch: boedel behorende
een boter stamper
een rolstok
een Cuilsche pot
acht Cuilsche [pot], niet tot voorm: boedel behorende gelyk voren
een muizen-val
drie braad pannen
negen blikke trommels
acht blikke trommels
twaalf blikke colowyn’s vormen gelyk voorsz: tot den gemeenschappelyken boedel, niet behorende
twee blikke zuikerbrood’s vormen
een blikke rasp
vier blikke couvertures
een blikke sauce potje
drie rood kopere taarten pannen gelyk voormeld niet tot den gemeenschappelyken boedel behorende
een wit aarde lampet en kom
een peper molen
twee karaffen en een vles
twee karaffen
vier aarde kommen
een yzere zuiker tang
een noten kraker
twee ronde blikke bakken
een aarde bak gelyk voormeld niet tot den gemeenschappelyken boedel behorende
drie potjes in soort
twaalf jelly glazen
vier karaffen
twee glaze stulpen
vier wit aarde schotels
drie en twintig wit aarde borden in soort
twee aarde potjes
drie aarde potjes, kleine
vyf wit aarde vlees schotels
een wit aarde vlees [schotels], diepe
een salade bak
dertien wit aarde dekzels in soort
twee vogel glaasjes, gelyk voorm: niet tot den gemeens: boedel behorende
twee grote Chinaasche kommen
drie blauwe porcelyne soepterines
drie blauwe porcelyne visch schotels
zeven en twintig blauwe porcelyne vleesch schotels
zes en dertig kleine blauwe porcelyne vleesch schotels
vyftien groente schotels met dekzels alle tot het Chinaasch service behorende
vier desert schotels
tien water borden
een honderd diepe en vlakke borden
vyf en twintig ryst borden
een sauce potje met twee schoteltjes
twee boter potjes
twee soup kom dekzels
twee blauwe aarde beker
negen potjes met dekzels
acht blauwe aarde kopjes en schoteltjes
een wit aarde sauce potje
eenige botteltjes en vlessen in soorten
twee rood porcelyne atjar bakjes
een tinne pypenkan
een zetkoper inzet gewigt
twee half ponden lood gewigt en een dito twee ponden lood gewigt
drie biezem sluit manden
twee kisjes met koper gemonteerd, ledig
twee muizen vallen
In de keuken zelve
een potten bank
drie tafels
een martevaam
een halfaam
een broodbank met zyn mes
twee balies met kopere hoepels
twaalf yzere potten in soorten
een yzere pannetje
twee kapmessen
twee roosters
een asch-schop
een tang
een vleesch vurk
een schuims pan
een visch schop
twee yzere lepels
een yzere haak
een blikke vergiettes
vier schoorsteen kettings
drie blikke schotels
een vleesch blok
een yzere vysel met stamper
In een school vertrek
drie schilderyen
een boter karn
twee tafels
een vleesch baalje
een koffy molen
drie kistjes in soort met een restant kaas en bokkoms
een ledige oly kan
een ledige oly kan
een restant ryst
een restant snoek pekelharing in een vat
een restant bokkom pekelharing in een vat
zes mudden zakken
een ledige mant
een rak
een kapstok
een hoop aakers
een party tuinzaden
een vethok
een balie
In de wynkelder
een koets, coupé met tuigen voor vier paarden compleet
een chaise met tuigen voor twee paarden
een stel wagen tuigen
vier tuigen met koper beslag
twee tuigen met pletty beslag
twee kartuigen
een trektouw
een bondel touwwerk
een acht paarden zweep en stok
een zak met hoefnagels
een grote kist met een restant ryst
een kast met een party oude gereedschappen
een grote Cuilsche pot met risches-azyn
zes metalle-stukken, kanonnetjes
een spil kegels
vyftien wyngaard messen
dertien wyngaard zagen
een rustbank
een tafel
vier veldstoeltjes
vyf pieken
zeven bylen in soorten
twee potten met een restant teer
een bosch halfaam hoepels
vyf plat vaatjes
negen en twintig balast manden in soort
een restant haver en garst
een hakke bord
een yzere teerpot
een vaatje suur kool
een vaatje gezoutene schape tongetjes
een party milies
Vaatwerk
voorts het vaatwerk, door den overledenen als voren vermeld aan deszelfs zoon Jan Willem Eksteen by de plaats Zorgvlied geprelegateerd, bestaande in
vyf kuip balies
twee trapbalies
zes kleine balies
twee rotting ramen
drie stuk vaaten van vier leggers elk
zeven stuk vaaten van drie leggers elk
dertig stuk vaaten van twee leggers elk
hele leggers
drie aamen
veertien wyn emmers
drie tregters
drie kopere kranen
zes vlootjes
een blikke hever
een glaze pomp
drie lucht haken
een brandewyn’s vaatje
twee brandewyn’s ketels met helm, koelvat, etc:a compleet
twaalf leggers rode zoete muskadel van 1820
vier leggers witte zoete muskadel van 1819 en 1821
een halve pyp rode zoete muskadel van1819
acht leggers ryzende rode muskadel van 1821
vier leggers ryzende rode muskadel van minder qualiteit van 1821
een aam ryzende rode muskadel van minder qualiteit van 1821
vier leggers witte groen druif, ryzende van 1819 en 1820
veertien leggers witte groen druif gecouleurd van 1821
vier leggers witte groen druif van 1821
drie leggers rode groen druif van 1821
twee leggers rode groen druif minder soort
vyf leggers hanepoot van 1821
twee leggers azyn
een restant Kaapsche brandewyn
Op een zolder boven de wynkelder
een oblie yser
vier rollen plakpapier
een grote balance en schaal met
tien stukken zoo koper als yser gewigt tezamen 173 lb
een buitelkist
drie ziften
een koornharp
zestien kaf zakken
negentien mudden zakken
een [mudden] [zakken]
een party gonjy zakken
tien mudden koorn
twee en half mudden meel
vier mudden vuile giers
drie span karwy tuigen, defect
een katel
twee stinkhoute ledikanten
een party koper van een brandspuit
twee zadelmakers banken
een draagstoel, defect
een party koorn schoppen, defect
een ledige boter vat
vyftien baksteen vormen
een restant kaf en strooij
een houte kast
een houte schepel
acht schuit riemen
een party gezoute schapen vellen
twee schnoei scharen
een oncer, om hooy mê te wegen
een party rommeling
In een buitenvertrek
een ledikant met rood behangzel
een veerbed, compleet
een klederen kast, grynhout
drie stoelen
een [stoelen]
een tafel
een spiegel, gelyk voorm: niet tot den gemeens: boedel behorende
een geweer rak
een kapstok
een lampet en kom, gelyk voorm: niet tot den gemeens: boedel behorende
vier Hottentots matjes
een water pot, wit aarde
een kleine rode gordyn
In de smitswinkel
een blaas balg
een ambeeld
twee bankschroeven
een sleep steen
een schaaf bank
drie rust banken
drie grote zagen
drie span zagen
een Fuchs Schwanz
een strykbank
negen schaven in soort
twee bytels
drie snyd-messen
een drilboor
een passer
een kuypers dissel
zes avegaar-booren
twee naat-booren
een dissel
een snyd yser
drie grote voor hamers
drie haken
twee nagel yzers
twee schroef-sluitels
een boei
een oude schroefstok en voorts
een party gereedschappen en rommeling en yzer
In de bakkery
een bakkist
een tafel
twee yzere potten
een schop
een haak
een party schoenmakerslysten
een emmer
In de stal
een hakzelbank, defect
een kafzift
twee emmers
een oude zadel
een kapstok
In een pakhuis
een kaf-snyder, defect
drie houte-bokken
twee schragen
een honderd een en dertig vellings
een geelhoute balk
zeven harken
drie vengster kozynen
twee oude chaise-bakken
een ossen wagen compleet met trektouw, acht jukken, een ligter, een teerputs, twee remkettings, twee remschoenen en drie losse kisten
twee ossen wagen zonder tenten
een kap wagen met voor en agter kistje, twee bankjes en een swengel
een open kap wagen met twee remkettings, twee remschoenen, drie swengels en een voorkistje
twee open kap wagen, halfsleten
drie open kap wagen, defect en uit elkander
een charet wagen, defect
een kar, compleet
twee nieuwe paarden wagens, uit elkander en onbeslagen
vier uitgeweekte naven
twee ossenwagen voortangen
een agtertang
twee assen waarvan een half sleten
een party spaken, jukscheden en lêer scheden
een schoffel ploeg met zyn egg en vier scharen
zeven scharen voor dito
een schoffel ploeg, defect
een houte egg
vier ploegen compleet
een hakzel bank
twee dekstoelen
twee beesten vellen, gebruikt
twee teer putzen
een zegen, defect
twee borries
een veldkrip
een kar disselboom
veertien Bataviaasche vloêrsteenen
eenige popeliere en andere planken
een eykehoute rol
een stuk geelhout voor naven
een party brandhout
een aanzienlyke quantiteit rommeling, zoo hout als yzer
Op de werf
twee lange ladders
een korte [ladders]
een ambeeld
een kruywagen
een hoop schulpen
een varkens-trog
een stuk scheepshout
een party witte boom-stompen
Bestiaal
zes en dertig trekossen
zes koeyen
achttien ezels
twee koets-paarden
een ryd paard
Lyfeigenen des boedels
Ezau van Mozambiek oud 60 jaren, beestenwagter
Arend van Madagascar oud 55 jaren, verminkt
January van Mallabaar oud 60 jaren, vheewagter
Titus van de Kaap oud 55 jaren, steenvormer en dekker
Jacob van Mosambiek n:o 1 oud 35 jaren, groentejong
Abraham van de Kaap oud 50 jaren, kuiper
Anthony van Mosambiek 45 jaren, vheewagter
Caesar van Madagascar n:o 1 oud 50 jaren, dekker
October van Bougies oud 50 jaren, wagenmaker
Mey van Java oud 45 jaren, snyder
Benjamin van de Kaap oud 35 jaren, koetsier
Sans Façon van Mosambiek 35 jaren, werksjongen
Jan van Mauritius oud 40 jaren, metzelaar
Carolus van Mosambiek 35 jaren, werksjongen
Fabriet van Malabaar oud 35 jaren, staljong en schapenwagter
Masak van Macassar oud 40 jaren, schoenmaker, ziekelyk
Jonathan van de Kaap oud 25 jaren, koetsier
Salomon van de Kaap oud 32 jaren, werksjongen
Sans Peure van Mosambiek oud 30 jaren, werksjongen
Sans Soucie van Mosambiek oud 29 jaren, werksjongen
Mentor van Mosambiek oud 30 jaren, werksjongen
Tulip van Mosambiek oud 30 jaren, werksjongen en metzelaar
Lendor van de Kaap (Madagascar?) oud 40 jaaren, kok
Philis van Mosambiek oud 25 jaren, werksjongen
Vrolyk van Mosambiek oud 30 jaren, werksjongen
Nepton van Mosambiek oud 25 jaren, wagenryder
Africa van de Kaap oud 23 jaren, werksjongen
July van de Kaap oud 23 jaren, werksjongen, Jacob
Abdol van de Kaap oud 20 jaren, werksjongen, verk:
Saroedie van de Kaap oud 14 jaren, verkopen
Francies van de Kaap 12 jaren, verkopen
Lucas van Madagascar oud 45 jaren, werksjongen voor omtrent 13 jaren, gedrost
August van Bengalen oud 50 jaren, werksjongen sedert 20 jaren, gedrost
Appollos van Madagascar oud 55 jaren, werksjongen sedert 20 jaren, gedrost
Caesar van Bougies oud 60 jaren, vischer, bandiet en thans te Tulbagh als kaffer dienstdoende, welke slaaf de overledene aan zyn zoon Hendrik Oostwald Eksteen heeft present gedaan, zoo dra deze slaaf zich zyne bannissement zal zyn ontslagen
Leonora van de Kaap oud 60 jaren, strykster
Roset van de Kaap oud 60 jaren, huismeid
Debora van Mosambiek oud 45 jaren, huismeid
Regina van de Kaap 38 jaren, naaister
Daphne van de Kaap oud 33 jaren, naaister, verk:
Eva van de Kaap oud 24 jaren, naaister, verk:
Lucretia van de Kaap oud 20 jaren, naaister met haar kind Jan
Jonas van de Kaap oud 3 maanden
Mina van de Kaap oud 13 jaren, verk:
Mariana van de Kaap oud 11 jaren, verk:
Leentje van de Kaap oud 11 jaren, verk:
Catharina van de Kaap oud 9 jaren, verkoop
Jacob van de Kaap oud 11 jaren, welke ingevolge opgaave van de weduwe door den overledenen aan zyn peetkind Johannes Paulus Eksteen, zoon van Hendrik Oostwald Eksteen, is vereerd en reeds afgegeven
Hendrica van de Kaap oud 6 jaren, welke insgelyk volgens opgave van de weduwe door den overledenen aan deszelfs peetkind Johanna Maria van Reede van Oudtshoorn, kind van den h:r William Ferdinand van Reede van Oudshoorn junior, als een geschenk is vereerd en reeds afgegeven
Abraham van de Kaap , oud 35 jaren, huisjongen, welke de overledene begeert heeft dat dadelyk na zyn overlyden zal worden in vrydom gesteld
Abraham van de Kaap oud 25 jaren, grofsmit
Louis van de Kaap oud 46 jaren, huisjongen
Silvester van de Kaap oud 46 jaren, werksjongen
Jupiter van de Kaap oud 45 jaren, werksjongen
Christiaan van de Kaap oud 17 jaren, huisjong
Isaac van de Kaap oud 29 jaren, werksjongen
Candaza van de Kaap oud 31 jaren, naaister
Merry van de Kaap oud 11 jaren
Lucretia van de Kaap oud 7 jaren
Candaza van de Kaap oud 6 jaren, omtrent welke tien lyfeigenen de overledene in volgender voegen heeft gedisponeerd:
dat dezelven nimmer zullen mogen worden verkogt maar na den dood van den langstlevenden der testateuren, als een prelegaat zullen moeten overgaan in het bezit van hun voormelde zoon en stiefzoon Jan Willem Eksteen, om hem gedurende zyn leven lang en na zyn overlyden zyne wettige descendenten te dienen, zonder ooit, in de possessie van iemand anders als slaven te mogen komen. Edoch by aldien der testateuren voornoemden zoon en stiefzoon mogte komen te overlyden zonder descendenten natelaten in dat geval verklaarden de testateuren, hun wil en begeerte te wezen, dat alle de voornoemden slaven, zoo wel als de kinderen, welke door de voornoemde slaven Candaza , Merry en Lucrees inmiddels mogten wezen verwekt of zoodanigen dier slaven welke als dan nog in leven zullen zyn, ten kosten van zynen boedel zullen moeten worden geemancipeerd en in vrydom gesteld
Andries van de Kaap oud 30 jaren, werksjongen welke drie lyfeigenen, door den overledenen aan deszelfs zoon Jan Willem Eksteen by testament geprelegateerd zonder eenige conditien
Lea van de Kaap oud 20 jaren, huismeid met haar kind Silvester van de Kaap oud 2 jaren
voorts de volgende lyfeigenen welke de weduwe ingevolge de ten dezen geannexeerde huwelyksche voorwaarde, buiten de gemeenschap van goederen met den overledenen heeft gehouden
Frits van de Kaap oud 41 jaren, werksjongen
December van de Kaap 40 jaren, wagenryder
Hoop van Mosambiek 44 jaren, werksjongen
Carl van de Kaap oud 16 jaren
Lodewyk van de Kaap 4 jaren
Cananga van Mosambiek oud 62 jaren, huismeid
Louisa van de Kaap oud 35 jaren, huismeid
Clara van de Kaap oud 24 jaren, naaister
Spacie van de Kaap oud 8 jaren
Candaza van de Kaap oud 6 jaren
Wordende hier onder nog genoteerd, dat er zich in den gemeenschappelyken bevindt, eene slavin meische genaamd Daphna van de Kaap omtrent acht jaren oud, waarvan als nog niet geblykt dat dezelve op het gouvernements registratie kantoor van slaven, als slavinne is geregistreerd
en verder dat op de registratie lyst van slaven nog worden gevonden de volgende lyfeigenen
Present van Bengalen oud 45 jaren, staljongen
Francois van Mauritius oud 35 jaren, werksjongen welke de weduwe opgeeft, door den overledenen te zyn verkocht en afgegeven, de eerstgenoemde aan Dirk Gysbert van Reenen senior, en de tweede genoemde aan Hendrik Oostwald Eksteen en de waarde daarvan te zyn genoten
Contanten des boedels
aan papieren en koper munt eene som van een en zestig ryksdaalders zeven schellingen en vier stuivers, welke ter nadere verantwoording aan de in den hoofde dezes gemelde weduwe zyn verbleven
Baten des boedels
  Rd:s ƒ
eenen schepenenkennis de dato [ ..... ] ten lasten van Daniel van Reenen Willemsz: groot aan capitaal   30 000
renten voldaan tot primo January 1821
eene onderhandsche obligatie de dato [ ..... ] ten lasten Nicolaas Bosmans groot aan capitaal 800
renten ingaande met [ ..... ]
Lasten des boedels
    Rd:s ƒ
voldaan aan Jacob Eksteen eene notarieele obligatie de dato 22 Nov: 1819 groot aan capitaal 10098:--:--
  waarvan de renten zyn aangezuiverd tot den 30ste November 1821
voldaan aan Johanna Paulina Eksteen haar moederlyk erfdeel dat zich nog in den boedel bevind ter grote van   40 000
  aan Jan Willem Eksteen over syn moederlyk erfdeel dat zich nog in den boedel bevind ter grote van   40 000
  ’s Gouvernement’s bank van leening op eene bankkennis van den 9 Decem:r 1808 per rest aan capitaal ƒ6000 ofte 2000:--:--
  met de renten sedert primo January 1821
voldaan aan Geertruyda Appeldoorn weduwe wylen den eerw: heer Philippus Kuys op eene schepenenkennis de dato [ ..... ] aan capit:l   6000
  met de renten sedert [ ..... ]
voldaan aan Dirk Gysbert Eksteen op eene notarieele obligatie de dato 7 April 1821 groot aan capitaal 1926:4:1
  renten zedert 6:e April 1821
voldaan William Ferdinand van Reede van Oudshoorn junior op eene notarieele obligatie de dato 7 April 1821 groot in capitaal 1315:6:3
  renten sedert den datum der obligatie
voldaan den heer Gerhard Ewoud Overbeek aan saldo van eene rekening courant gesloten op den 3:de September 1821 eene som 1748:--:--

Hebbende de heeren Jan Fredrik Munnik als gewezene generale gemachtigde van den overledenen en de heer Jan Willem Klerk uit anderen hoofde, nog openstaande rekeningen met den boedel welke door hunl: ter Weeskamer zullen worden geproduceerd.

Wordende door Jacob Eksteen opgegeven dat de door zyne broeders en zuster by derzelver huwelyken genotene uitzet (waarvan een lyst onde de papieren des boedels zal worden gevonden) aan hem en zyner nog minderjarigen broeder Jan Willem en zuster Johanna Paulina Eksteen nog niet is ontvangen waarop hy verondersteld een gelyk regt van aanspraak te hebben, verzoekende dat aan hem en de gem: minderjarigen, dezelve als nog mag worden uitgereikt. Hebbende de weduwe op het genoteerde door Jacob Eksteen te kennen gegeven dat voorsz: Johanna Paulina Eksteen aan haar had opgegeven op grond van de boven bedoelde uitzet slechts nog te vorderen te hebben, een ledikant, bed en toebehoren, en omtrent welke vorderingen zy zich submitteerde aan de beslissing van Heeren Weesmeesteren.

Hebbende de gezamentlyke kinderen door den overledenen by deszelfs eerste huisvrouw Johanna van Reenen in huwelyk verwekt, uit kragte van een mutueel testament door hunl: in dato 21 February 1790 voor wyl: George Fredrik Goetz gepasseerd elk hunner nog aanspraak op een slaaf (huisboorling) uit dezen boedel by wege van praeligaat, zoodanig en in diervoegen als het voorsz: testament van den 21 February 1790 komt te dicteren.

Zynde deze inventaris door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren geformeerd van alle goederen zonder uitzondering door ons ten sterfhuijze gevonden, terwyl diewelke naderhand blykens ten dezen geannexeerde huwelyksche voorwaarde bevonden zyn, niet tot den gemeenschappelyken boedel te behoren, maar het privaat eigendom der weduwe te zyn, door het onderstrepen met rode inkt zyn aangetoond.

Aldus na gedane ontzegeling geinventariseerd en opgenomen ter plaatse Zorgvlied voormeld op den 19:de dezer lopende maand September 1821 ende zulks op het op en aangeven van voorsch: weduwe Alida Wilhelmina Munnik en den bovengemelden Jan Willem Eksteen ten overstaan van den mede erfgenaam Jacob Eksteen, welke twee eerstgenoemden betuigden zich daarin ter goeder trouwe gedragen en willens en wetens niets verzwegen of agtergehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, bereid zynde deze hunne gedane opgave des vereischd wordende ten allen tyde met solemneelen eede gestand te doen, onder verdere belofte zoo wanneer hierna nog iets tot den boedel behorende mogten komen te ontdekken, daarvan getrouwelyk ter Weeskamer opgave te zullen doen, ten einde in zulk geval dezen inventaris daarmede naar behoren kan worden geamplieerd.

In teeken der waarheid is deze door de voorsz: weduwe en Jan Willem Eksteen benevens ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren en my Secretaris der Kamer eigenhandig gesubscribeert

Als gecomm: Weesmeesteren: A: v: Breda, G:E: Overbeek

Voor den opgaaf: A:W: Munnik , weduwe Eksteen, J:W: Eksteen

My present: J:J:L: Smuts

Ampliatie
Een stuk erf groot een honderd qudraat voeten gelegen aan de Yzere Plaat omtrent de Zoute Rivier in het Kaapsch District, door den overledenen ingevolge besluit van Gouverneur en Raden de dato 22 April 1794, in eigendom bezeten wordende
een kleed tafel
een wasch tafel
een toilet spiegel
een bidet
een schryfkistje
een grote gaaren kistje
een vrouwen zadel
een party boeken
een boeken rak
een lampet en kom
een tapeet
alle welke goederen door de weduwe aan de minderjarige erfgename Johanna Paulina Eksteen vóór de inventarisatie des boedels zyn afgegeven, ter gedeeltelyke gelykstelling van dezelve met hare mondige broeders of zuster die by het aangaan van hunne respective huwelyken in voegen als hier voren gewag is gemaakt, uitzetten hebben genoten, alsmede
een kabinet
een spiegel welke nog onafgegeven zyn
Verdere baten des boedels
vold: den 2 Aug: 1822 blykens missive van de wed: by de casser te vind met rd:s100 Daniel van Reenen Willemsz: is nog aan den boedel schuldig
  tien mudden koorn
  een honderd en vyftig ryksd:rs voor gekochte wynen

Aldus geamplieerd ter Weeskamer op den 24 September 1821

J:J:L: Smuts

Lyst van zoodanige klederen, linnengoed, lyfcieraden, etc:a als door den heer Johannes Paulus Eksteen aan deszelfs zoon Jan Willem Eksteen zyn gepraelegateerd, in de aan den legataris voor den overledenen vermaakte klederen kast en anderzins in den boedel gevonden

drie tobak’s pypen in soort
een zilvere bril
een tobak’s zak
een scheerdoos
een rotting met een zilvere knop
een paar zilvere schoen gespers
een paarl d’ amour tobaksdoos
twee pypenkoppen
een schoenhoorn
elf linnensche onderbaatjes
vyf linnensche lange broeken
vyf linnensche onderbroeken
vyf voer chitze nacht cabayen
zeventien hembden
veertien doeken in soort
drie mutzen
twee buikbanden
acht paren handschoenen in soort
dertien paren koussen in soort
een kruisband
een duffelsche jas
een greine jas
drie lakensche rokken
twee lakensche jeckets
drie lakensche onderbaatjes
zes lakensche broeken
een blauwe gebraaide broeken
twee flennelsche baatjes
drie hoeden
een kalot
een duffelsche baatje
drie paaren laarsen
zes paaren schoenen
twee hembden
een flennelsche baatje
een mutz fuil
een halsdoek
drie slaap cabaayen
twee doeken
twee hembden
een brandewyn’s proever behorende tot het aan den legataris vermaakt vaatwerk en keldergereedschap

Kaap de Goede Hoop, den 19 September 1821

MOOC8/38.62

{18230129} 29 January 1823 Johanna Christina Dorothea Tomas

Inventaris van alle zoodanige goederen, als er op Vrydag den vier en twintigste dag dezen lopende maand January in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd drie en twintig met er dood zyn ontruimd en nagelaten door Johanna Christina Dorothea Tomas, weduwe John Thompson, hebbende de overledenen by testamentaire dispositie in dato 22:ste dezer voor den notaris publiek ten deese gouvernemente m:r J:P: de Wet en getuigen opgericht tot haar eenige universeele erfgenamen benoemd en aangesteld, de twee kinderen by opgem: haare overledene man in echt verwekt, met namen:

1) Johanna Hendrica geboren den 16 April 1815
2) George Robert Thompson geboren den 10 January 1819

En voorts tot executeuren van het zelfde testament redderaars hares boedels en voogden over hare natelatene minderjaarige erfgenamen verzocht, benoemd en aangesteld het Eerw: Collegie van Heeren Weesmeesteren dezen Colonie ten gevolge waarvan den boedel door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling is geinventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in al het volgende, te weeten

Ten huize van de heer George Anderson door de overledene in huur bewoond geweest

In de voorkamer ter regterhand
een spiegeltje
zeven schilderyen
een kleine barometer
twee vierkante tavels
een blad tavel
vyf stoelen in soorten
een ledikant waarop
een bulzak
zes kussens en
twee wolle dekens
een tavel kast waarin
elf rokken
vyf tabberts
vyf hemden
vier cabaayen
drie spensers in zoort
vyf mutzen
elf doeken
een hoedje
een zilvere zakhorologie
een ledige kistje
een klederkast door de overledene aan hare zuster Maria Johanna Jacobzen gelegateerd, waarin
veertien mansbroeken in soorten
zeven manshembden
acht baatjes
een rok
vier paar kouzen
een hoededoos met een hoed
twee bortzels
een verrekyker
een doosje met een compas
een samareel
een schenkblad
In de gaandery
een kast waarin
een soep kom
zeven schotels
zes borden
twee en veertig kannetjes
drie kopjes en pierings
een lampet en kom
vyf bierglazen
vyf kelkjes
een wynkoelder
een verlakte trekpot
een likeur stander
drie kandelaars
twee blaakers
een ledige kist
een koffymolen met zyn bank
een kelder met ledige vlessen
een grote ledige kist
een tinne ketel
een kopere koffykan met zyn test
een verlakte trommel
een strykyzer
In de kombuis
een kast met laden
een tavel
een waterhalfaam
twee watervaatjes
vier yzere potten
een waterketel
een rooster
een vischpan
een schoorsteen ketting
een schuimspan en een potlepel
Op de achterplaats
een party oude ledige vaten en party rommeling in soorten
In een pakhuis
vier sparren
vier schuitsriemen
twee kleine riemen
een rak
een bank
een draagstok
drie schuitzylen
twee schuiten met masten, riemen en zylen compleet, leggende by het zeehoofd
Credit des boedels
vold: 19 Nov:r 1824 van Thomas Sinclair op twee onderhandsche briefjes acht en dertig rykd:
Lasten des boedels
  Rd:s
aan haare twee minderjaarige kinderen over zowel door den overledene by acte van kinderbewys voor vaderlyke erffenis heeft bewesen een somma van [ ..... ] aan haare zuster Maria Johannes Jacobzen over een by testament aan haar besproken legaat ten somma van een honderd ryksd: zegge 100

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huize voormeld, op den 29 January 1823 ende zulks op het op en aangeven van voorm: Maria Johanna Jacobzen, dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe gedragen en met haar weten niets verzwegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoort in voege zy dan ook betuigde de deugdelykheid harer opgave ten allen tyde des vereischt wordende met solemneele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot voorsch: boedel behorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deeze inventaris daarmede kan worden geamplieerd.

In teeken der waarheid is dezen ter presentie van de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren en my Adjunct Commis der Weeskamer door de inventariente eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:F: Munnik

Dit kruis + merk is door de inventariente als niet kunnende schryven ter neder gesteld

My present: J: Serrurier, Adj: C:

MOOC8/38.63

{18211230} 30 Desember 1821 Johan Bateman

Copia

Copie van het goederen lyst toebehoorende den overledene man Johan Bateman

een dubbelde kas oorlogie en
contante geld 239 ryksdaalders
12 hemden, goed en slicht
2 booven batjens
6 oude onder batjes
11 doeken ende een stuk aangescheurde doeken
2 broeke
8 boeken
2 bondels rommelary
een bundel garen
een schyfdoos
3 scheermesen
1 hoede
2 paar schoene
1 bondel oude koussen
een kist daar de goederen in is
paard sadel ende toom
een kist met gereedschap, als volgende
20 fyls
2 raaspen
28 booren
2 paasters
6 scherp yzers
22 bytls
10 guse of hol bytls
4 brosen of splits boore
3 schroef dryvers
2 zaag setters
9 los schaaf bytls
8 schaafen compleet
19 ploeg sporen en lys schafen
1 handschroef
1 oomslag
2 sekers
3 winkelhaaken
7 kruishouten
2 los yzes, nam onbekent
3 zaagen
1 maat stuk
1 distel
3 hammers
2 standaarden voor zag raam
een wynig lym

In persence van den onder getekende getuigen

D:N: Meyier, J: Hendtwrig, Vilip Janse van Veuren

U: E: D:W:D: get:d: J: Erasmus, Veldcornet

Copia

Traka den 30 Desember 1821

Raport aan

Myn weledel heere landdrost J: Baird

Ik doet myn heer weeten als dat Jan Bateman, een schrynwerker, tot zyne handewerk in myne wyk ingekomen is ende geen begeerte hebbende om in de veld te belyven maar versogt hebende om by my te loseeren tot dat hy een gelegentheid kond bekomen om na booven te ryden naar Heks Rievier alwaar hy van daan komt zoo is het gebeurd dat hy ongelukig aan zyne einde gekomen is op de volgende wyze. Maandag den 17 Desember teegens de daalende van het avond heeft hy zyne paard genomen en opgeklomen zynde, ryde hy aflangs den weg na der wyngaard en omtrent 150 treden van den stat geryden zynde keerde hy om en jagde, met zy paard aleenlyk het welke kop tussen bene staak en werp hem op aarde neer, alwaar hy voor dood lag, ik dat ziende riep twee volk en naar hem gaande hebbende geen adem in hem befonden maar de bloed liep uit byde zyne ooren. Ik hebe hem terstond opgeligt ende gelaafd en verders 2 vremde getuigen geroepende toe, nadat hy eenige tyd gelaafd was, gaaf hy tekkenen van leven, in welken stat hy bleef tot laat in de avond, de bloed niet ophoudende mar liep geduurig de ooren uit, nochtans ik niet ophoudende om hem ale hulp en midel met hem en for hem te gebruiken, en nadat hy gestorven was, het lyk laaten verschoonen en wasen van bloed. En verder als gegeven wat noodig tot een vatsoenlyke begravenis toebehoord. Ook zend ik myn wel Edel Heere zyne paas ende een lyst van het nagelatene goed, het welk ik in persencie van getuigen laten nazien en opschryven op het stond na de begravenisse; ook doet ik myn Heere weeten als dat de overleedene man my gezegt als dat hy een kist met gereedschap, agter gelaaten heeft voor Heksriviers Pont ander zyde

Ik belyf myn weledel Heer U: E: onderdanig dienaar

was get:d: J: Erasmus, Veldcornet

MOOC8/38.64

{18221030} 30 October 1822 Adriaan Albertus van Jaarsveld , Susanna Maria Minie

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Adriaan Albertus van Jaarsveld en deszelfs nagelatene weduwe Susanna Maria Minie in gemeenschap bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

Een halfte der leeningsplaats genaamd De Remhoogte gelegen in ’t veldcornetschap van Christiaan Hatting
2 rydpaarden
1 zadel en toom
9 schaape
5 bokken
1 tafel
2 stoelen
1 emmer
1 stoof
1 bed
1 ketel
3 yzere potten
2 boter vaaten
1 halfaam gevuld met brandewyn
1 ledige half legger
1 Noorse meulen
1 brandewyns ketel
1 boor en handbyl
1 geweer
6 borden
2 schootels
6 leepels en zes vorken
Contanten
nihil
Baaten des boedels
nihil
Schulden des boedels
aan Jan Adam Graaff Juriez:n in ’t district Beaufort , de somma van een hondert en vyftien rd:s spruitende over koop van een brandewynsketel
aan Frederik Jong, district George , de somma van een hondert negen en zeventig rd:s en vier sch:s spruitende over koop van negotie goederen
aan Johannes Swanepoel d’ oude, district Beaufort , de somma van een hondert en dertig rd:s spruitend wegens contante geleende penningen en over koop van thien hamels
aan Johan:s Jacobus Botha Fred:kz:n distrik Beaufort , de somma van een hondert en dertig rd:s spruitende wegens contant geleende penningen
aan Renier Adriaan van Jaarsveld Ad:nzn de somma van een hondert rd:s spruitende weg:s contant geleende penningen
aan Frederik Korsten, negotiant Algoa Baay , de somma van een hondert en veertig rd:s over koop van negotie goederen
aan Jan Adam Braaff, rondrydende negotiant Kaapstad , de somma van agt en dertig rd:s spruitende in mindering over koop van negotie goederen
Erfgenaamen
Renier Adriaan van Jaarsveld gehuwd met Petronella Schoeman
Johanna Serlina van Jaarsveld gehuwd met Johannes Jacobus Botha
Helena Susanna van Jaarsveld gebooren den 22 Juny 1804
Maria Wilhelmina Jusina van Jaarsveld gebooren den 10 December 1806
Jan Willem Johan:s van Jaarsveld gebooren den 22 Juny 1807
Jacobus Stephanus van Jaarsveld gebooren den 24 December 1809
Adriaan Albertus van Jaarsveld gebooren 10 April 1811
Hendrica Petronella van Jaarsveld gebooren den 28 July 1814
Gert Stephanus van Jaarsveld gebooren den 7 November 1818

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Woensdag den 30 October 1822 ten dorpe Beaufort volgens op en aangeeve van Sussanna Maria Minie, weduwe wylen Adriaan Albertus van Jaarsveld, dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeve des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weetens versweegen of agtergehouden te hebben, verklaarende zig dus bereid deeze hare aangifte des gevordert wordende ten allen tyde met solemneele eede te staaven, met al verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behoorende mogte koomen te ontdekken, deezen inventaris daar mede te zullen amplieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdros, ter presentie van den clerk G: Taute en den gerechtsbode S: Fuge als getuigen.

Voor de opgaave: Susana Maria Mieni

Als getuigen: G: Taute, S: Fuge

J: Baird, Adj: Landd:

MOOC8/38.65

{18240305} 5 Maart 1824 Alexander Jonston

Inventaris van alle zodanige goederen als behorende tot den boedel van wylen Alexander Jonston door denzelver op den 1:ste deezer met der dood ontruimd ende nagelaten, hebbende de overleedene by testamentaire dispositie voor den notaris publiek Laurens Witham en getuigen opgerigt tot zyne eenige en universeele erfgenamen benoemd zyne huisvrouwe

Elizabeth Mackai

en voorts met en benevens zyne huisvrouwe tot executeuren zyns testaments redderaars zynes boedels benoemd en aangesteld het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren, ten gevolge waarvan den boedel door de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is opgenomen en bevonden te bestaan in de volgende, als

In een pakhuis toebehorende aan Adriaan Deneys door den overledene in huur bewoond, en aldaar

Op zolder
een ledikant waarop
een bed
vier kussens
een combaars
een rustbank
tien stoelen
een tafel
twee [tafel]
een kastje waarin
zestien blauwe porceleine koptjes
veertien blauwe porceleine pierings
een blauwe porceleine zuikerpotje
drie blauwe porceleine beekertjes
drie aarde kommetjes
een theepot
zeven diepe aarde borden, witte
vyftien vlakke aarde borden in soort
drie schotels in soort
twee blaauwe porceleine zoutvatjes
een glaase [zoutvatjes]
een peperbustje, porcelein
een blikke peperbustje
een porceleine theepotje
een aarde potje
een porceleine mosterdpotje
drie kleine wynkaraften
vyf glaase kelkjes
twee bierglaasen
vier mosterd flesjes
zes kleine flesjes
een blikke pappotje
vier tinne eetlepels
een tinne theelepeltje
vyf staale vorken
zes tafel messen
negen en dertig ledige bottels
vier halve ledige bottels
een vles
drie aarde kannetjes
twee schenkbladen
een kist waarin
een party gereedschap en rommeling
vyf zagen
een bureau met een glaase kast waarin
vier schryfboeken
een oude lessenaar
een vloer tapyt
een zak zuiker
een balie
een kadel
een tafeltje
een yzere keetel
een waterkeetel
twee yzere kastrollen
drie blikke kastrollen
een blikke vergites
een koekepan
een schuimspan
vier drievoeten
een aschschop
een kopere waterbeker
een blikke bak
een lympot
een aarde comfytpot
een strykyzer
een yzere en een houte lepel
een beschot
In het ondervertrek
twaalf bondle hoepels
een party oude duigen
een zet stukvat beslag hoepels
een party oude hoepels
een groote kopere keetel
een yzere keetel
een party houtwerk
vyf stonden
een party kuiperbeslaghoepels
twee zagen
vier omslagboren
agt kromme messen
veertien snymessen
vier leepels
vyf schapen
twee sponsboren
twee bylen
een palemiet yzer
agt dryvers
twee merkyzers
vyf hamers
drie passers
drie kroosen
drie doorslagen
vyf groote strykbanken
zes ledige oly kannen
een slypsteen
vyf spieshaken

Aldus geinventariseerd ten plaatse voormeld op den 5:de Maart 1824, ende zulx ter presentie en volgens opgaave van Joseph Berry en John Hawkins.

Voor den opgaaf: Joseph Barry, John Hawkins

MOOC8/39.1

{18241123} 23 November 1824 Arie van Eldyk

Inventaris van alle zodanige goederen als er op Zaturdag den twintigste dag dezer maand November in den jaare een duizend agt honderd vier en twintig ’s morgens de klokke vyf uuren ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den doctor van het Hollandsch particulier schip, Arie van Eldyk geboortig van Rotterdam ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteeerde Weesmeesteren is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deeze goederen in de volgende, namentlyk

Aan boord van opgem: bodem

een kist waarin
een blaauwe lakense rok
een blaauwe lakense bovenbatje
negen witte onderbatjes
negen witte hembden
drie witte broeken
twee bonte hembden
vier blaauwe broeken
een blaauwe hembd
een boven batje
drie zwarte onderbatjes
vier paren sokken
een [paren] koussen
drie bonte zakdoeken
een zwarte doek
twee binne dassen
een muts
twee oude doeken
zeven boeken
een oly steen
een witte hoed
een paar laarsen

Hebbende de capitein aangenomen de reekening van den overledenen uittemaken en die aan de Weeskamer intezenden

Aldus geinventariseerd aan boord van voorm:e schip op en 23:e November 1824 ende zulx op het op en aangeven van den ondergetekende apitein en stuurman welken verklaarden hun daarin ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, bereid zynde deeze hunne gedane opgave des vereischt wordende ten allen tyde met solemneele eede gestand te doen, onder nader belofte zo wanneer hierna nog iets tot den boedel behorende mogte worden ontdekt, daarvan getrouwelyk ter Weeskamer opgave te zullen doen, ten einde dezen inventaris daarmede na behoren kan worden geamplieerd.

Als geccomm:e Weesmeesteren: J:A: Munnik, J: Kuys

Voor den opgaaf: J:H: Veer, J:P: Meyer

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/39.2

{18220121} 21 January 1822 Maarten Johannes Smith , Adriana Beatrix Smith

Inventaris van alle zodanige goeden als er in gemeenschap bezeeten geweest zyn door Maarten Johannes Smith ende desselfs huisvrouw Adriana Beatrix Smith, mitsg:s van de zyde des eerstgenoemde op den negen en twintigsten November des gepasseerden jaars een duizend acht honderd een en twintig metter dood ontruijmd ende nagelaten, hebbende de overleedene by testamente op den eersten Maart 1814 voor den des tijds notaris publicq Daniel Petrus Haupt en getuigen opgerigt, tot zyne eenige en universeele efgename g’institueerd opgem: zyne huisvrouw, mitsg:s de kinderen by haar in huwelyk verwekt, met namen

1) Engela Eliz:h Christina Smit gehuwd met Nicol:s Christoffel van Schalkwyk
2) Jacobus Christiaan Smith geboren den 14 April 1802
3) Adriana Eliz:h Johanna Smith gebooren den 15 Augustus1803
4) Maarten Joh:s Coenr:d Smith gebooren den 18 July 1805
5) Nicolaas Matthys Smith gebooren den 29 Aug:s 1808

en voorts by onderhandsche dispositie uit kragte der clausule reservatoir aan den voet van dat testament gemaakt tot executeuren van hetzelven, mitsg:s redderaars huns boedels en zoo meede voogden over hunne minderjaarige erfgenaamen hebben benoemd en aangesteld het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren dezen colonie weshalve dan ook dien boedel de ondergetekende expres gecomm: Weesmeesteren zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende

Den opstal der leeningsplaats gen:d de Klipfonteyn gelegen in de Zwarte Bergs Kloof in het Zwartland district van Stellenbosch en aldaar
In het voorhuijs
twee tafels
een rustbank
tien stoelen
een hoek rak
een water emmer
In de kamer ter regterhand
twee tafels
een kabinet
een lessenaar
twee kadels waarop
twee beddens
zes kussens
twee peuluwen en
een chitze en wolle deeken, en chitze sprij
een spiegel
een arm blaaker
In een agter kamer
een tafel
twee kadels waarop
twee beddens
een peuluw en
twee kussens
twee kombaarsen
twee kisten
een wieg
twee en dertig borden
zes schootels
twee kommen
agt kopjes en schooteltjes
twee kommetjes
twee zuikerpotjes
een thee pot
zeven glazen
twee vet potten
een geelkopere keetel en comfoir
twee geelkopere kandelaaren
twee snuyters
een rood koopere keetels
twee waterpotten, een defect
een azyn kan
twee botervaatjes
vyf boeken
een plat vaatje
een strykyzer
een zilvere leepel
In de kombuys
twee lepel planken
twee tafels
een bakkist
een broodmes
tien vurken, zes messen en 9 leepels
een hand wasch baly
zes kookpotten
een pan
tien water keetels
een rooster
twee schoorsteen kettings
een drievoet
een vleesch vurk
drie stenen vormen en vier troffels
In een buytenvertrek
een hand moolen
een zadel
een schietgeweer
drie ballast manden
twee teerputzen
een party houtwerk
een schaafbank
een party timmermans gereedschap
een bankschroef
drie hout bylen
zes pikken in zoort
vier graven
twee ploegen
een eg
vyf ploeg schaaren
een party vloer gereedschap
een dekpan
een koorn harp
twee storm leeren
een legger
een halfe legger
vyf balys
een melk kan
vyf zeekels
een koefoet
een party oude yzer
In het wagen huys
een ossen wagen met trektouw en jukken
een paarde wagen
een kar
een ligter
drie wage zwengels
een ossen tuygen
vyfthien koorn zakken
een tentzyl
twee meel kasten
drie water emmers
twee mist vurken
Beestiaal
agthien trekossen
een ryd paard
zeven wage [paard]
zes aanteel paarden
[115] schaapen
[63] bokken
In het koorn huys
tien mudden koorn
vyftien scheepels meel
vyf een zestig mudden garst
een restant haver miet
een restant rog
Lyfeigenen des boedels
Pharao van Mosambique oud 85 jaaren, werksjonge
Nabal van Mosambique oud 30 jaaren, werksjonge
Thima van de Kaap oud 21 jaaren, huismeid
Baaten des boedels
    Rd:s
van de sequester ontvangen slegts rd:s1361:42 van Hendrik Andries Truter Fredrikz blykens notarieele obligatie d:d: 15 Maart 1817 groot 2000:--
  met de renten zedert Maart 1820
  van Nicolaas Hend:k Smith over contant ontfangen 92:--
vold:n van Alewyn Jacobus Karsten volgens bewys d:d: 27 Feb:y 1821 75:24
  van voorm: H:k A:s Truter over contant ontfangen 21:--
Lasten des boedels
    Rd:s
betaald aan den heer Jan Serrurier op een schepenkennis d:d: 10 April 1806 groot 1333:16
  met de renten zedert primo July 1820
  aan de Weeskamer deezen Colonie over meerder geniet blykens de Weesboeken 1152:3
  met de renten zedert primo Maart 1821
verrekend aan Richerts 2500:--
betaald aan Adriaan Jacobs Louw Adriaanz blykens notarieele obligatie d:d: [ ..... ] groot 333:16
betaald aan Gabriel Rossouw over contant geleende 197:--
betaald Dirk van Schalkwyk over contant geleende 100:--
betaald aan Jacobus Christiaan Smith over contant geleende 91:--
betaald aan de docter L: Duqui voor geleverde medicamenten 34:--
  aan Alewyn Jan Kaarsten voor 2/mud meel

Aldus g’inventariseerd op de plaats voorn: op den 21 January 1822 ende zulx op het op en aangeve van de in den hoofde deeses gem: wed: dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en haares weetens niets verzweegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot de boedel en nalatenschap behoord invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid haarer opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behoorend mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk opgaaf te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons onderget: Gecommitteerde ende my Secretaris door de inventariente eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesmeester: J:A: Munnik

D:W: M: J:s Smit

My praesent: J:J:L: Smuts

MOOC8/39.3

{18220912} 12 September 1822 Petrus Juriaan Truter , Susanna Maria Warneck

Inventaris van alle zodanige goederen als er in gemeenschap bezeeten geweest zyn door den burger Petrus Juriaan Truter Fredrikz: ende desselfs huisvrouwe Susanna Maria Warneck, mitsgaders van de zyde der laatstgenoemde op den 27 July in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd twee en twintig ab intestato met er dood ontruymd ende nagelaten ten voordeele de kinderen by opgem: haren man in wettig huwelyk geprocreerd, met namen

1) Fredrik Christoffel geb: den [ ..... ]
2) Beatrix Helma geb: den [ ..... ]
3) Petrus Jurgen Truter geb: den [ ..... ]

invoegen als het een en ander ingevolge opgaaf van opgem: weduwenaar is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende te weeten

Een opstal der leeningsplaats gen:d de Broodkraal gelegen aan de Bergrivier district
twee stoelen
een tavel
een kast
een emmer
een karren
drie keetels
een spiegel
drie borden
twee schootels
zes leepels
agt vurken en drie scharen
In een buiten vertrek
een span tuygen
twaalf ossen riemen
twee zeeften
zes jukken
Op de werf
twee wagens
een ploeg
Beestiaal
zes paarden
elf trekossen
dertien aanteel beesten
twee en tagtig schaapen
honderd en twee bokken
Crediten des boedels
    Rd:s
vereffend van Jacob Joh:s Swarts J:z van de plaats Tamboers Kraal ƒ7300 ofte 2433:16
  van Hendrik Truter Fred:kz blykens ond: obligatie d:d: [ ..... ] 400:--
  renten zedert April l:l:
op rekening van de weduwenaar op zyn verzoek geplaatst Johanna Elisabeth Rossouw wed: Fred:k Truter blykens onderhandsche obligatie d:d: [ ..... ] 150:--
Lasten des boedels
    Rd:s
  aan den Sequisters Bureau voor een vonnis 2666:32
voldaan met rd:s448 in August 1823 aan de wed: Jan Swarts per rest van koopschat van de plaats g:d Tamboers Kraal 400:--
voldaan met rd:s481:42 in April 1823 aan Hendrik Burgers over contant geleende 450:--
voldaan aan Daniel van Reenen in December 1822 aan Daniel du Toit volgens rek:g 219:--
voldaan in April 1823 aan Abraham Brink volgens rek:g 138:42
  aan Zacharias Visage over contant geleende 100:--
voldaan in Januarij 1823 aan Christiaan Karsten over koop van 6/mudden garst 47:24
wordende door den inventarient nog opgegeven, dat aan wylen zyne huisvrouwe uit den boedel wylen Johannes Krynauw nog toekomt eene slavinne in naame Jannette van de Kaap die zyne opged: huisvrouwe van de wed: van opgem: Joh:s Krynauw voor een somma van zes honderd ryks: ter verkoop heeft toegezegd, en welk bedragen als nog ten voordeele van deezen boedel behoordt te werden gebragt
als mede, is aan opgem: zyne huisv: en aan haare boeders Jan Warneck en Pieter Warneck door opgem: Krynauw geschonken geworden de slavinne Candasa van de Kaap met haare kinderen in naame
Sophia van de Kaap , 13 1/2 jaar
Eva van de Kaap , 10 1/2 jaar
Cadasa de 2:d van de Kaap , 9 1/2 jaar
Jannetje van de Kaap , 7 1/3 jaar en
Carolina , geb. 17 Aug: 1817
[54 1/3 Candaza 1sten]

Aldus g’inventariseerd ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop op den 12 Sept:r 1822 ende zulx volgens op en aangeven van voorm: weduwenaar dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyns wetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemnele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van my onderget: door den inventarient eigenhandigd onderteekend

P:s J:n Truter

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/39.4

{18230918} 18 September 1823 Hendrik Johannes Loubser Anna Catharina Bauermeister

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den zes en twintigsten dag der maand Augustus in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd drie en twintig ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Anna Catharina Bauermeister en vooroverledene echt genoot Hendrik Johannes Loubser ten voordeele haaren by wylen opgem: haaren man in echt verwekte drie minderjarige kinderen, met namen

1) Hendrik Joh:s Michiel geb: den 9 April 1819
2) Anna Catharina Petronella geb: den 23 Nov:r 1820
3) Hilletje Racheltje Johanna geb: den 3 Aug:s j:l

invoegen als het een en ander door my ondergetekende expres gecommitteerde Weesmeester is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende

Op de plaats van de heer Everhardus Petrus Loubser alwaar de overledene het laatst is woonagtig geweest

een cabinet waarin de kleederen van de overledene
een ledikant met behangzel waarop
een vedere bed
een peuluw
vier kussens en
een chitze combaars
een ledikant zonder behangzel waarop
een vedere bed
een peuluw en
vyf kussens
een tavel kast
twee thee tavels
een grootte kist
een kadel
twee trommels
een papiere kistje
een paarde waagen
een ploeg
een span jukken en trektouw
een zadel en toom
een dubbelde loop geweeer
Beestiaal
drie en twintig trekossen
twee rydpaarden
een trekpaard
vier aanteel paarden
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf g:d Moos van Mosambique oud 31 1/2 jaren, werksjongen
een mansslaaf g:d Kraak van de Kaap oud 29 1/2 jaren, werksjongen
een mansslaaf g:d Willem van de Kaap oud 13 1/2 jaaren
een mansslaaf ge:d Esau van de Kaap oud 8 1/2 jaaren
een mansslaaf ge:d Hector van de Kaap oud 6 1/4 jaaren
eene slavinne g:d Rosina van de Kaap oud 30 1/2 jaaren, huismeid aan een beraamde cost laboureerende
eene slavinne g:d Willemina van de Kaap oud 15 1/2 jaaren
eene slavinne g:d Martha van de Kaap oud 11 1/2 jaaren
voorts een mansslaaf g:d Oerson van de Kaap zynde een kind van de slavinne Kaatje dat nu wylen Hilletje Laubscher wed: Christoffel Smith aan haare mede overledene dogter Anna Catharina Smith wed:e Izaak Hendrik Bauermeister heeft gedonateerd onder conditie van niet te mogten worden verkogt, ingevolge acte van de 16 Decemb: 1797 over de destyds not:s J:D: Karnspek en getuigen opgerigt en thans aan de overledene is vervallen

Pro memorie wordt hier genoteerd dat de overleedene uit het voor handen zynde gezaayde een aandeel heeft van tien mudden koorn, welke den inventarient heeft aangenomen nader opgaaf van te doen zodra dezelve zullen zyn ingeoogst

Baaten des boedels
  Rd:s
een onderh: obligatie ten lasten voorm: Everhardus Petrus Laubser d:d: 9 November 1811 groot 1294:--
zonder beding van renten
een onderh: obligatie ten lasten Nicolaas Gerhardus Heyns per rest nog groot 93:16

Wordende voorts door opg: E:P: Laubser nog opgegeeven dat hy met den overleedene eene openstaande reekening heeft, welke nader kan geblyken uit eene aanteekening door de overledene gehouden en onder haare papieren te vinden zal zyn.

Lasten des boedels
    Rd:s
voldaan aan Pieter Eduard Hauman aan capitaal 1000
  renten zedert 22 Feb:y j:l:
voldaan met de renten de vrye meid Diena volgens onderh: bewys d:d: 5 May j:l: 120
renten zedert den datum der obligatie

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter plaatse voorm: op den 18 Septemb: 1823 ende zulx volgens op en aangeeven van Everhardus Petrus Loubser, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyn’s weetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gezegde nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd

Als gecomm: Weesmeester: A: v: Breda

E:s P:s Loubser

My present: J:J:L: Smuts

S:V: Cloete

Heeden den 16 December 1797

Compareerde voor my Johannes Daniel Karnspek Notaris Publicq ten deeze Gouvernemente present de natenoemene getuigen Hilletje Laubscher weduwe wylen den burger Christoffel Smit de oude, de welke verklaarde dat zy om byzondere reedenen haar comp:te daartoe moveerende, by formo van donatis causa mortis hadde gegeeven, gelyk zy gaf by deezen aan haare dogter Anna Catharina Smit weduwe wylen den burger Isaak Hendrik Bouwermeester

een slaven meisje genaamd Caatje van de Kaap met alle zoodanige kinderen als dezelve in den tyd mogte komen te verwekken onder speciaale conditie dat hare gen: dogter Anna Catharina Smit daar voor na den comp:te overlyden aan derzelven boedel in promptis zal uitbetaalen eene somma van twee honderd ryksdaalders à 48 st:s zonder dat ged:t slaven meisje nog de daar van te komen kinderen, kindskinderen en verder afstammelingen zulle mogen worden verkogt, maar by meerm: wed:e Bouwermeester moeten blyven tot den dag haares dood als wanneer gem: slaven meisje en derzelven te verwekkene kinderen op de comp:te voorz: dogter’s kinderen of descendenten zullen moeten devolveer en verblyven; compareerde meede voorm: Anna Catharina Smit dewelke verklaarde de bovengemelde gifte ter zaaken der doods onder de daar by bepaalde conditien dankbaarlyk te accepteeren en zig promptelyk daarna te zullen gedraagen

En versogte de comp:te my Notaris hier van te willen formeeren acte welke deeze.

Dat aldus passeerde aan Cabo de Goede Hoop ten byweezen van den oud secretaris der colonie Graaffe Rynet d:r Jacobus Vercueil en den clercq Gerrit Hendrik Meyer N:z als getuigen.

Als getuigen: get/ J:J: Vercueil, G:h: Meyer N:z

Get:/ Hilletje Loubser wed: C: Smit

Get:/ Anna Catharina Smit wed: J:n H:k Bouwermeester

In kennisse van my get:/ D: Karnspek, Not: Pub:

Accordeert: J:J:L: Smuts

MOOC8/39.5

{18230426} 26 April 1823 Willem Grobbelaar , Maria Christina Korf

H: Somerset

Staat en inventaris van alle zoodanige tot den gemeenschappelyken boedel van wylen Maria Christina Korf /eertyds weduwe van Jacobus Jooste/ en nagelaten man Willem Grobbelaar behoorende goederen, slaven en effecten als door opgem: M:C: Korf, overleden alhier den 21 dezer, in den ouderdom van 50 jaren 11 maanden en 3 dagen, ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten zyn geworden.

Gedaan maken door John Gustaaf Aspeling Dirkz:n, Agent alhier van Heeren Weesmeesteren dezer colonie, en ten overstaan van de ondergeteekende mondige erfgenamen

Vaste goederen
Een leeningsplaats genaamd de Theuniskraal , in eeuwigdurend erfpacht verzocht, reeds opgemeten, doch nog geene kaart bekomen
Lyf eigenen
September van Malabar
Camies van Bougies
Fortuin van Madagascar
Abraham van de Kaap
August van Bougies
Roset van de Kaap
Comptanten
2 dukatons zilver specie
1 halve [dukatons]
18 guldens
6 halve guldens
1 kwart [guldens]
4 achtste guldens
3 zestiende guldens
3 ropyen
1 halve [ropyen]
1 kwart Sp: mat
11 zes stuiver stukken
35 twee stuiver stukken
Kleederen en linnengoed
2 tabbaards
7 rokken
1 hemd
1 borstrok
2 jakjes
6 tjaals
2 doeken
2 parasols
1 muts
3 hoedjes
1 tafellaken
9 servetten
2 handdoeken
Beddegoed
3 bedden
3 peluws
16 kussens
3 doek kombaarzen
3 vellen kombaarzen
1 sprei
10 sloopen
Porcelein en aardewerk
8 atjar en konfyt potten
1 groote konfyt [potten]
1 waterpot
1 trekpot
2 boterpotjes
2 suikerpotjes
13 borden
6 schotels
1 lampet beker
2 soupkommen
1 theegoed kom
4 kommetjes
2 kopjes en 5 schoteltjes
2 melkbekertjes
Zilverwerk
1 eetlepel
1 theelepeltje
1 vorkje
1 horologie
2 p:r gespen
1 doos
Blik-, tin- en yzerwerk
1 theebus
2 trekpotjes
1 schenkblad
5 schotels
2 kommen
2 borden
3 zoutvaatjes
28 vorken
13 lepels
5 messen
1 rasp
2 emmers
Koperwerk
1 vyzel en stamper
3 ketels
1 komfoor
1 koffykan
3 kandelaars en 1 snuiter
Glaswerk
2 kelkjes
1 glas
1 zoutvaatje
2 bottels
11 flesschen
Spiegels en schilderyen
2 spiegels
1 schildery
Boeken
1 Huisbybel
2 kleine Bybels
1 boek (Willem Sluiters)
1 Predikatie boek
Meubelen etc:a
2 kleeder kasten
1 kostkast
1 lessenaar
3 kisten
1 koffer
2 ledikanten waarvan 1 met behangsel
4 katels
2 schuifdoosjes
3 andere doosjes
3 theetafels
1 eettafel
4 stooven
12 stoelen
1 houte schenkblad
1 houten doos
1 meelkist
1 meelzift
1 geraamte van een korenharp
2 molen steenen
1 molenbak met zyn geraamte
2 eiken planken
1 bakkist
1 broodmes
1 kleine schaal en balans
1 koffymolen
1 strykyzer
1 voetbalie
1 palmieten mand
1 kapstok
1 schietgeweer
1 tabaksdoos
Keukengereedschap
1 kombuistafel
7 potten
1 kastrol
1 hamketel
2 potlepels
1 schuimspaan
1 vleeschvork
1 taartpan
1 braadpan
1 pottebank
1 water halfaam
1 vleeschbalie
Smids en bouwgereedschap
1 blaasbalg
1 aanbeeld
1 speerhaak
1 schroef
1 tangerak
2 voorhamers
3 schaar- en piktangen
2 trekzagen
2 spanzagen
1 rasp
1 vyl
1 passer
2 boren
1 slypsteen
1 dissel
5 bylen
3 pikken
2 ploegen, defect
1 egge, defect
2 onbeslagen ploegwielen
Keldergereedschap etc:a
7 leggers
2 vaten van 18 halfaam ieder
1 [vaten] van 14 halfaam
1 aam
2 halfamen
2 kuipbalies
2 kuipvellen
1 trapbalie met toebehooren
2 vaten of balies met wat zout
3 emmers
1 houten trechter
2 tinnen [trechter]
1 gematte bottel, demijohn
2 kannen
2 ledige kelders
2 brandewyns ketels en toebehooren
10 ledige zakken
Wyn en graan
wyn = 3 1/2 legger
brandewyn = 6 halfaam
haver = 20 mudden
garst = 20 mudden
rog = 16 mudden
koren = 2 mudden
Rytuigen etc:a
2 ossenwagens met jukken en trekgoed
1 ossewagen, defect
1 kar met 4 tuigen
20 stroppen
24 riemen
Beestiaal
20 trekossen
5 aanfokbeesten
3 trekpaarden
1 hengst
1 merrie
7 varkens
100 schapen gegeven op de helft van de aanteelt aan Albert Smidt A:z volgens bewys d:d: 22 August 1812
340 schapen gegeven op de helft van aanteelt aan Hendrik P: Jooste, d:d: Nov:br 1813
3 koeijen gegeven op de helfte van aanteelt aan Jacob Cloete G:z, d:d: 1 Mei 1813
Lasten des boedels
    Rd:s
voldaan aan Christoffel Jasper Jooste, wegens vadersbewys en gekocht vee, een kapitaal groot 500:--
  renten bet:d vide quitantie voldaan Janu: 1824
renten bet:d vide quitantien, voldaan Jann: 1824 aan Cornelis de Klerk, wegens comptant geleende penningen; aan kapitaal groot 200:--
  aan Gerrit Coetzee j:r over koop van een paard 100:--
  aan Philippus Paulus Jooste wegens vadersbewys 394:--
  aan Charl Christiaan Jooste wegens vadersbewys - onmondig 394:--
betaald in Decem: 1823 aan Jan Debri, wegens begravenis kosten 55:--
aan Jan Debri, wegens bed en trouwkleeding 90:--
betaald Septemb: 1823 aan Fredrik Weitsel wegens schoolgeld 39:--
betaald in Decemb: 1823 aan 2 jaren achterstallige recognitie penningen 60:4
Baten des boedels
    Rd:s
betaald aan de weduwenaar van Titus Roelof Valentyn volgens schuldbewys 30
Erfgenamen
1) Hendrik Pieter Jooste
2) Christoffel Jasper Jooste
3) Martha Maria Jooste gehuwd met Sybrand Gerhardus van Niekerk
4) Philippus Paulus Jooste
5) Charl Christiaan Jooste geboren den 11 Dec:br 1800
6) Sara Jacoba Jooste gehuwd met Jan Debri
7) Cornelis Johannes Grobbelaar, geboren den 4 Jan:y 1806
8) Willem Grobbelaar geboren den 5 July 1807
9) Petrus Grobbelaar, geboren den 27 Dec:br 1808

Aldus dezen inventaris gesloten ter woonplaats Theuniskraal gelegen in de kom van Tulbagh , Kaap de Goede Hoop op den 26 April 1823 in presentie van de ondergeteekende getuigen, dewelke hiermede verklaren in het opgeven van dezen inventaris getrouwelyk en opregtelyk te hebben te werk gegaan, zonder willens of wetens iets in het minste achtergelaten of verzwegen te hebben, presenterende des noods, daartoe verzocht zynde, dezen met den boedel eed te zullen bekrachtigen; voorts belovende, indien iets nader tot voordeel of nadeel van gem: boedel mogt opkomen, zulks te allen tyde by ampliatie van inventaris te voorschyn te zullen brengen.

Als getuigen: C: J:s Grobelaar, Philippus P:s Jooste, Jan Debrie

J:G: Aspeling, D:y Agent

MOOC8/39.6

{18230805} 5 August 1823 Johan Wichard Brummer , Anna Cornelia Schombe

S:V: Cloete

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten als er door wylen Johan Wichard Brummer en nagelatene weduwe Anna Cornelia Schombe in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd op den 1:e August 1823 en nagelaten, mitsgaders op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

Een huis en erf gelegen in dit Kaap in de Kerkstraat N:o [ ..... ]
een huis en erf in de Rivier Straat N:o [ ..... ]
een huis en erf gelegen in de Berg Straat No: 6

Losse goederen

In de kamer op de regterhand
een kleder kast
zeven tafels in zoort
zestien stoelen
twee katels
een bed, vyf kussens, een peul en een combaars
een matras en combaars
een huis horologie
twee blikke trommels met wat thee
een houte trommel met wat thee
een rottang mand
een aarde pot
een oude kistje
een wagen kist
zestien aarde pypen
een papier met wat spykers
een scheer doos en twee messen
negen zilvere schoen gespens
zes tinne lepels
zes staale forken
zestien messen in zoort
twee oude scheer messen
een party lak
zes ledige bottels
een party franjes voor behangzels
een party gordyn ringen
vier bossen lynen voor behangzels
een lap wit linnen
twee paar zilvere knie gespens
een lap linne Baay
een lap Sanas linnen
een lap Nankenet
een lap duffel
een lap tyk
een stuk voerchits, rood
een stuk voerchits rood, aangescheurd
een stuk blaauw Chinas linnen
een schuifdoosje
een schryf kistje met zand en inkkoker
drie behangzels, in zoort
drie lapjes meubel chitz
een kopje en piering
een kurke trekker
twee brillen
In het voorhuis
een rust bank
agt schilderyen
een rode kopere ketel en comfoor
een specerye trommel
dertien kelkjes in zoort
twee water glasen, een defect
een porcelaine water glas, defect
een karaft
twaalf kopjes en vyftien pierings
een aarde beker
agt aarde schotels
een aarde soep schotel
een blikke busje
een peper busje
negentien aarde borden waarvan eenige defect
een worsspuit
een glaase peperdoosje
drie vlessen
twee bottels
twee lampetten, defect
een klyne vles
een zuiker potje zonder dekzel
een aarde thee potje
een aarde melk potje
zes kommen, defect
een kannetje
een koffy kan
twee aarde potten
een blikke bus
vier potjes in zoort
een trommeltje
een tinne tee potje
In de kamer ter linkerhand
een groote aarde kan
een bord
een schenkblad
een spiegel
een oude borzel
een ley
zeven en twintig boeken in zoort
eenige losse bladeren
een scheerdoos met twee messen
drie glaze bottels
een blikke trommeltje
een piering
een nagt spiegel, defect
een geelkopere kom
elf en een half lb gewigt
een oude koffy kan
een blikke bus
een tregter en mandje, oud
een ledikant met behangzel
een bed, zes kussens, peul en combaars
twee nagt spiegels
een katel
een bed, vier kussens, peul en combaars
een wagen kist
een karnvat
een zilvere lepelje en forkje
drie horologies in zoort
In de combuis
een water halfaam
drie emmers
twee koornziften
een oude koffy molen
een witkwast
een tinne schotel
een kopere vyszel
vier kandelaars in zoort
twee blakers
een aarde sauspotje
een balans
een snuiter
een tinne potje
een strykyzer
twee tinne schotels
twee koekepannen, defect
een tinne soeplepel
een rooster
een drie voet
zeven kookpotten in zoort
een schenk blad
zeven yzere forken
zeven tinne lepels
een vuurtang
een potlepel defect
drie schoorsteen kettings
Op de agterplaats
een oude houte doos
agt ongemaakte sambokken
een stuk zoolleder
een hartebeeste vel
een hout byl
drie graven
twee harken
een oude zaag
een stuk yzer
een boven en onderdeur
een vengster
een raam
een kouzyn
een kaarse balie
een legger
een halfaam
een kuip balie
een velle kuip
een party hout
een stel hout werk voor een wagen
omtrent tien mudden kalk
twee oude zaal bomen
een oude emmer
een stevelknegt
een oude siekel
een tobaksdoos
een oude ladder
een party riemen en stroppen
een party yzere hoepels
een gieter
een aarde kom
een tobaksmes
twee yzere potten
een vaatje
drie stinkhoute planken
een buik plank
twee kapstokken
een slypsteen
negen oude jukken
een trektouw
een complete brandewyns ketel
een complete osse wagen
een oude krui wagen
In de kelder
een legger met wyn
een ledige legger
twee halve [legger]
een oude halfaam
een halve legger met wat br:wyn
een oude vat
een halve legger br:wyn
een trap balie
twee velle kuipen
twee oude tregters
een oude schaal en balans
een geelhoute kist
een hand byl
een dissel
een boor
een snymes
een rasp
twee bytels
een schaaf
een witkwast
een schroef
een vellezak
een zadel
twee oude geweeren
een zaag
een taartepan
een stuk vel
een slot
In de buiten kamer
twee kisten met rozynen
een piekel zuiker
een halve piekel zuiker
een zak met persiken
een kast met zout
een zak ryst
eenige zakken met gedroogte vrugte
een halve zak zout
een kan met wat lyn olie
een kan met wat comfyt
een kan met wat br:wyn
een ledige kan
een aardepot met comfyt
een papier met Amerikaans tobak
een en drie quart rol tobak
een drie halfaams vat
een stoof
een testje
Op zolder
een brood plaat
een oude kist
omtrent zes mudden koorn
omtrent twee mudden garst
omtrent een halve [mudden] rogge
Slaaven
een mans slaaf genaamd Ceesar van Batavia omt:t 47 jaren, werksjongen
een mans slaaf genaamd Saul van de Kaap omt: 37 jaren, werksjongen
een slavin genaamd Regina van Mosambique , huismeid, omt:25 jaren
een klyne slavin gen:d Rachel geboren den 18 August 1819
een klyne slaaf gen:d Appollos geboren den 22 February 1822
Beestiaal
per vendutie verkogt een rydpaard
twaalf trek ossen
een duizend drie honderd en negentien aanteel schaapen en bokken op de helfte van d’ aanteel by Joachim Marthinus Koekemoer
Baaten des boedels
    Rd:s
afbetaald rd:s1000 toegestaan 2000 op rente van Johan Carel Fredrik Schimper bl: schepen kennis d:d: 19 Oct:r 1821 aan capitaal 3000:--:--
  van Andries Jacobus de Klerk bl: missive d:d: 25 Sept:r 1809 35:--:--
NB: voldaan van Christoffel Sneyman bl: not:l obligatie d:d: 3 Dec:r 1801 aan capitaal 100:--:--
voldaan aan de Agent van Hendrik Fredrik Papenfus bl: bewys d:d: 4 Sept:r 1822 capt:l 1000:--:--
voldaan aan de Agent van G:F: Enslin, J:H: Greyling, J:L: Konkel en J: Auret bl: bewys d:d: 4 Sept:r 1822 aan capt:l 1500:--:--
voldaan aan de Agent van Jan Frylinck bl: not:l obligatie d:d: 18 August 1817 aan capitaal 1786:--:--
erfgenaam van Diederik Arnoldus Gerhardus Brummer bl: bewys d:d: 16 Maart 1822 176:8:--
  van Carel Philip Kohing bl: bewys d:d: 1 Jan:y 1819 aan capitaal 125:--:--
voldaan aan de Agent van Jan Bastiaan Cloete bl: bewys d:d: 14 Mey 1820 aan cap:l 258:6:--
voldaan aan de Agent van Stephanus Leanid Naude Charlz:n bl: bewys d:d: 25 Oct:r 1820 cap:l 250:--:--
aan de Agent betaald in mindering rd:s69 van Johannes Hendrik Smit Anthonie zoon blykens bewys d:d: 16 Dec:r 1820 123:--:--
aan de Agent betaald met rd:s5 Piet Coetzee Corneliszoon woonagtig in Quagas Kerk bl: missive d:d: 22 August 1821 25:--:--
  van de wed:e Willem Rijntz geboren Anna Catharina Peffer thans hertrouwd met zekere Meyer wiens woonplaats onbekend is bl: bewys d:d: 3 Jan:y 1818 aan capitaal 1994:4:--
  van Willem Andries Pretorius woonachtig onder het district Stellenboscch voor rek:g van het weeskind Diedrik Johannes Ryntz bl: bewys d:d: 29 August 1808 capitaal 112:--:--
  van den Bastaard Hottentot And:s Pretorius woonagtig buiten de grenzen bl: bewys in handen van J:C:F: Schimper 29:--:--
aan de Agent betaald van Gabriel Michiel du Toit bl: door A:J: Cornelis gecedeerte bewys d:d: 19 August 1822 125:--:--
aan de Agent voldaan met rd:s457:7:4 van Gabriel Michiel du Toit bl: bewys d:d: 13:e Juny 1823 602:3:4
  van Jan George Bender bl: bewys d:d: 9 July 1823 aan cap:l 100:--:--
aan de Agent betaald van Het Graaff Reinets Zendeling Genootschap bl: bewys d:d: 3:e September 1821 per rest aan capitaal 600:--:--
aan de Agent betaald van Het Graaff Reinets Zendeling Genootschap bl: bewys d:d: 23 Oct: 1821 aan cap:l 900:--:--
  van Pieter Nicolaas Viljoen bl: bewys d:d: 9 Oct: 1821 397:4:--
  van Abram de Villiers woonachtig te Beaufort bl: bewys d:d: 4 Jan:y 1821 aan capitaal 557:4
aan de Agent betaald aan Christiaan Martin Ludwig Schimper bl: bewys d:d: 11 April 1823 aan capitaal 200:--:--
erfgenaam van Johannes Stephanus Naude Charlzoon bl: bewys d:d: 15 January 1821 aan capitaal 700:--:--
aan de Agent betaald van Petrus Jacobus Welman bl: eene door A:J: Cornelis geciteerde obligatie d:d: 25 Juny 1822 170:--:--
erfgenaam van Johannes Gerhardus Brummer bl: geciteerde obligatie d:d: 20 October 1821 aan capitaal 811:7:--
van de rente een gedeelte betaald, het capitaal nog schuldig van Hendrik Johannes Knoudz bl: geciteerde obligatie d:d: 3 Mey 1818 cap:l per rest 1000:--:--
aan de Agent betaald van Johan Fredrik Carel Schimper bl: door Jan Carel Fryman gecedeerde not:l obligatie d:d: 24 January 1821 per rest aan capitaal 300:--:--
  van Fredrik Johannes Knoudz bl: bewys d:d: 13:e October 1822 20:--:--
  van Jan Oberholster in de Camdebo woonagtig bl: bewys door bovengem: Knoudz gepasseerd d:d: 9:e April 1823 20:--:--
aan de Agent betaald van Hendrik Johannes Knoudz bl: bewys d:d: 19:e Nov:r 1822 vier mudden garst of 20:--:--
  van Johannes Fredrik de Beer bl: rek:g per rest 12:6:--
Boekschulden
    Rd:s
aan de Agent betaald van Petrus Jacobus Welman weg:s huishuur en geleverd bast 119:--:--
  van Hendrik Joh:s Knoudz per rest eener afrekening 1:--:--
  Fredrik Johannes Knoudz weg:s huis huur van den j:r September 1822 tot den 7 Augustus 1823 5 rd:s p:r maand 55:--:--
aan de Agent betaald van Piet Theron weg:s geleend geld 30:--:--
aan de Agent betaald van Zacharias Wright over koop van een wagen per rest 42:4:--
  van Fredrik Johannes Knoudz weg:s geleend geld 20:--:--
aan de Agent betaald van Piet van Straten weg:s koop van brandewyn en geleend geld 102:--:--
aan de Agent betaald van Adriaan Joubert weg:s koop van 10 mudden kalk 30:--:--
aan de Agent betaald van Pieter Ernst Wahlstrand weg:s koop van stink en geelhout 11:1:2
  van Pieter Cornelis Wahlstrand weg:s koop van stink en geelhout 147:4:--
aan de Agent betaald van Charl Naude Senior 116:--:--
  van Johan Salomon Stigling weg:s negotie goederen gekogt per rest 165:--:--
aan de Agent betaald Jan Leroux wiens woonplaats onbekend is weg:s negotie goederen gekogt 7:6:--
  van Barend de Klerk in de Buffelshoek woonagtig weg:s negotie goederen gekogt 71:2:--
  van N: Momberg de jonge voor rekening van zekere juff: Vlotman weg:s negotie goederen gekogt 4:4:--
  van David Rynders stiefzoon van Willem Wagenaar in ’t district Cradock woonachtig weg:s negotie goederen gekogt 4:--:--
aan de Agent betaald van Cornelis Faber thans overleden en desselfs wed:e hertrouwd met Lodewyk Booyzen Gertzoon in Quaggas Kerk woonagtig weg:s koop van twee bylen 8:--:--
  van Philip Obermyer weg:s koop van geel en stinkhout in de Kaapstad woonagtig 33:--:--
  van Johan Carel Fredrik Schimper over koop van een rol Vlaams linnen 22:--:-
  van Nicolaas Haarhoff in Zwarteruggens woonachtig weg:s koop van negotie goederen 13:2:--
aan de Agent betaald van Willem Pretorius woonagtig in het Winterveld weg:s koop van negotie goederen 1:2:--
aan den Agent betaald nog 32 stuivers debet van Charl Naude Senior weg:s koop van negotie goederen 45:2:--
  van Erasmus Janzen voor negotie goederen, etc:a 128:4:--
aan de Agent betaald rd:s44:36 van Hendrik Smit Anthoniez:n over Sneeuwberg woonagtig voor negotie goederen 87:6:--
aan de Agent betaald van Leendert Hoogenwerf weg:s koop van negotie goederen en geleend geld 78:--:--
Schulden waar geene bewyzen van zyn
    Rd:s
erfgenaam van Diedrik Arnoldus Gerhardus Brummer 17:6
aan de Agent betaald van Johan Fredrik Schimper weg:s contant geleend geld 100:--
erfgenaam van Johannes Stephanus Naude Charlzoon weg:s contant geleend geld 240:--
erfgenaam van Johannes Gerhardus Brummer weg:s contant geleend geld 10:--
erfgenaam van Johannes Gerhardus Brummer weg:s huis huur van den [ ..... ] tot den [ ..... ]
aan de Agent betaald van Cornelis Verwey weg:s koop van een Gezang boek 5:4
  van d’ edele F: Hartzenberg weg:s koop van een kan 4:--
aan de Agent betaald met rd:s75:6 van J:J: Booyzen 92:5
Contanten des boedels
  Rd:s
agt en dertig p:s zilver geld
aan papier en koper munt 81:4:2
welke somma op verzoek van de wed:e in haare handen is gelaten
Schulden des boedels
    Rd:s
  aan S:J: Meintjes bl: rek:g voor gekogt negotie goederen 73:--
  aan A:G: Knoudz bl: rek:g voor gemaakte schoen 4:--
door de Agent voldaan aan Het Sendelings Genoodschap bl: aantekening 127:3
  aan H:A: Meintjes weg:s gekogt negotie goederen 7:4
  aan de wed:e J:P: Meintjes weg:s gekogt negotie goederen 45:6
door de Agent voldaan aan G:F: Enslin weg:s beslag van een dood kist 60:--
  aan C:J: Brits weg:s het maken van een dood kist 60:--
  aan den koster J: Fick weg:s begraafnis kosten 18:--
  aan A:G: Schombe weg:s geleend geld 4:--
door de Agent voldaan aan Charl Naude bl: rek:g 39:4
door de Agent voldaan aan H:F: Papenfus bl: rek:g 300:--
erfgenaam aan Joh:s Gerh:s Brummer bl: rek:g 72:--
  Michiel Johan Wichard Brummer weg:s zyne moeders portie 1384:--
  waarby nog zoude moeten komen zo veel door den overleden aan zyne kinderen by trouwen is gegeeven zynde 100:--
  aan Carel Philip Koning bl: rek:g 54:--
  aan Pieter Cornelis Wahlstrand bl: rek:g 16:2
  aan Johannes Hendrik van Niekerk bl: rek:g voor gekogt negotie goederen 60:4
door de Agent voldaan aan Margaretha Steenvadt huisvrouw van Leendert Hogenwerf bl: rekening 5:--
  aan de huisvrouw van D: Lombaard 5:4
  aan den heer A: Stockenstrom bl: aantekening 15:--
  aan d’ edele F: Hartzenberg bl: aantekening 12:--
  aan P:C: Wahlstrand bl: aantekening 2:--
  aan C:H:S: Olivier bl: aantekening 2:--
  aan de weduwe J:J: van Aswegen bl: aantekening 2:--
  aan Johan Willem Sommers bl: aantekening 2:--
  aan de wed:e J:H: Fouche bl: aantekening 1:--
  aan Steph:s Abram Cloete bl: aantekening 16:--
  aan Jacob Mare bl: aantekening 6:--
  aan Cornelis Hermanus Olivier bl: aantekening 2:--
  aan de wed:e J:P: Meintjes bl: aantekening 4:--
Erfgenaamen des boedels
mondig 1) Johannes Gerhardus Brummer geboren den 18 September 1790 kinderen door den overledenen verwekt met wylen Zacharia Margaretha Putter
mondig 2) Diedrik Arnoldus Gerhardus geboren den 23 October 1794
mondig 3) Helena Margaretha geb: den 18 December 1796
mondig 4) Catharina Elisabeth geboren den 23 Juny 1799 gehuwd met Jan du Plessies J:zoon
mondig zijnde, op den 13 Jannuarij 1825 gehuwd 5) Michiel Johan Wichard geboren den 20 August 1802
  6) Andries Godliep geb: den 27 Maart 1812 kinderen door den overledenen met zyn tweede huisvrouw Anna Cornelia Schombe verwekt
  7) Johan Wichard geb: den 3 Nov:r 1813
  8) Willem Hermanus geb: den 7 Aug:t 1817

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Dingsdag en Woensdag den 5 en 6 August 1823 volgens op en aangeeven van Anna Cornelia Schombe voormeld, dewelke betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weten verzwegen of agtergehouden te hebben met al verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles doende onder aanbod van eede ende is zulks geschied door my ondergetekende Agent der Weeskamer ter presentie van Joh:s Steph:s Naude en J:G: Broekhuizen als getuigen

Voor de opgaave: A:C: Brummer

Als getuigen: J:S: Naude, G:J: Broekhuizen

J: Meintjes, D:y

De ondergeteekende certificeerd mitz deezen, verscheiden reezen te hebben gehoord zeggen door haaren man nu wylen J:W: Brummer, dat hy den heerenrechten van zyn zoons J:G: Brummers erf zoude betaalen ’t in den koop beslooten was.

’t Welk onderteekend: A:C: Brummer wedewe

Graaff Reinet den 7 August 1823

Ik onder geteekende setterveseerd beij deesen als dat ik eygenmondig van de overledene Joh: W: Brummer heeft gehoord als dat heij het zeyn zoon Johannis Gerhardus Brummer heeft verrekend dat heij t op hem heeff genoomen om t zes dubbelde heerenrechten te betaalen

Frederik Joh:s Knoudze

MOOC8/39.7

{18240115} 15 January 1824 Johanna Maria van der Walt

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Johanna Maria van der Walt wed:e wylen Pieter Albert Venter ab intestato met er dood ontruimd op den 25 Nov:r 1823 zyn nagelaaten en op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

twee trommeljes
ses bottels
vier vlessen in zoort
twee blikke bussen
vyf potjes in zoort
een verkyker
twee kannetjes
drie sloten
twee kommetjes
een kopje en een piering
een koper plaat
drie ketels
een aarde pot
twee borden
een groote kom
tien lepels
ses forken
een schotel
een beker
een borzel
een papiere doos
agtien vlesjes
een lanzet
een meelzift
een houte schuifdoos
een stryk yzer
een komfoor
een kandelaar
een snuiter
twee schaaren
een vyssel
een blikke schotel
een rooster
een koekepan
een koffy molen
twee tafels
een wagen kist
een koffer
drie vaten in zoort
twee stoelen
een halfaam
twee stoven
twee kisten
drie bakken
twee emmers
een party gereedschap
een rus bank
een klyne vaatje
een bed compleet
een peul en combaars
een groote Bybel
een katel
twee oude deuren
twee geweers
twee formen
vier molen steenen
een schroef
een spil
een ploegschaar
een stuk yzer
een byl
een boor
een zaag
een party oud yzer
een rasp
een bytel
vyf seekels
een graaf
twee kannen
een ossen wagen compleet
een ketel
een glas
vier yzere potten
een ossen
Beestiaal
een rydpaard
elf aanteel paarden
agtien trekossen
elf jonge ossen
twee en sestig aanteel beesten
een duizend drie honderd en twee schapen en bokken
Contanten
twee honderd en elf rd:s drie sch: en vier stuivers
Baten des boedels
    Rd:s
  van Willem Hend:k Greeff woonagtig in het district George bl: onderh: schuldbrief d:d: 5 April 1823 200
erfgenaam van Hendrik Venter weg:s geleend geld 250
erfgenaam van Jan Charl Marth:s Venter weg:s geleend geld 226
  van Daniel Theron Pietzoon woonagtig in ’t district Worcester weg:s geleend geld waarvan echter geen bewys is 90
erfgenaam van Johannes Hendricus Venter weg:s koop van twee jonge ossen 18
Schulden des boedels
    Rd:s
erfgenaam aan Jan Adriaan Venter J:A:zoon 6
erfgenaam aan And:s Alb:s Venter Pietzoon 1
erfgenaam aan Johannes Coetzee 15
Erfgenaamen
1) Petrus Venter geboren den 12:e Nov:r 1787
2) Hester Hendrina Aletta gehuwd met Johannes Coetzee
3) Hendrik Venter geboren den 4 Juny 1791
4) Jan Charl Marthinus Venter geb: den 3 July 1793
5) Martha Magdalena gehuwd met Gert Abram Coetzee Floriszoon
6) Andries Albertus Venter geb: den 18 August 1797
7) Maria Jacoba Sophia gehuwd met Jan Louis du Plessies
8) Lacya Sophia Petronella gehuwd met Jan Adriaan Venter J:A:zoon
9) Tjaart Adriaan Nicolaas Venter geboren den 9 January 1804
10) Johannes Hendricus Venter geb: den 26 Mey 1806
11) Andries Petrus Jacobus Venter geboren den 15:e April 1808
kinderen van de vyfde erfgenaam die reeds overleden 1) Floris Stephanus Jacobus Coetzee geboren den [ ..... ]
2) Martha Magdalena Petronella Coetzee geb: den [ ..... ]

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatze de Kalkoene Krans gelegen in het veldcornetschap Zeekoerivier op den 15 January 1824 volgens op en aangaave van Johannes Coetzee en Hendrik Venter dewelke betuigden in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten verzwegen of agtergehouden te hebben, met al verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren alles doende onder aanbod van eede.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Agent der Weeskamer in het bywezen van d’ E: Hendrik Adriaan Meintjes en Johannes Petrus Meintjes

Voor d’ opgaave: Johannes Coetzee, Hendrik Venter

Als getuigen: H:A: Meintjes, H:P: Meintjes

J:S: Meintjes

MOOC8/39.8

{18221113} 13 November 1822 Wilhelmina Magdalena Hartogh

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als tot den boedel van den op den vyfde October j:l: ab intestato overledene Wilhelmina Magdalena Hartogh, weduwe wylen Anthony Walraven Vlotman, behooren, op qualificatie sub dato elfde deezer van het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer Colonie geformeerd en in geschrifte gebracht, door my Petrus Canzius van Blommestein, Secretaris van het drostamp Stellenbosch , fungeerende als Notaris Publiek, present de natenoemene getuigen, bestaande de goederen en effecten in als volgt:

Ten huize van Willem Geering alhier ten dorpe, alwaar de overledene tot haar dood heeft gewoond

een kabinet op pooten, defect
een ledikant zonder gordynen
een kamer gemakje
een groote Bijbel
een stoel
een stoof
een bed
vier kussens
een peuluw
een wolle deken
drie paar kousen
zes mussen in soorten
twee doekjes
een blauwe [doekjes]
vier rokken
twee jakjes
een kapje
een borstrok
vier bedlakens
twee hembden
drie zakken
zes sloopen
een flenny tjaal of doek
Lyfeigenen des boedels
Jonas van Mallabaar , werksjonge, oud volgens registratie vyf en zestig jaren
Jek van Mosambicque , meede een werksjonge oud volgens register vyf en dertig jaren

Baaten des boedels ontvangen uit handen van Coenraad Johannes Fick, die geweest is de generale gemachtigde van de overledene

    ƒ
  een schepene kennis tot lasten van George Carel Lodewyk Geering groot aan capitaal 2500
  met de renten a zes p:ct zedert 17:de Juny j:l:
  een schepenen kennis tot lasten van Anthony Vlotman groot 2000
  met de renten a zes p:ct zedert den 6:de November 1819
voldaan een secretarieele obligatie tot lasten van Geertruida de Villiers, weduwe Coenraad Johannes Albertijn, groot aan capitaal 2000
  met de renten a zes p:ct zedert 1:e Januarij 1822
Lasten des boedels
    Rd:s
voldaan Coenraad Johannes Fick vorderd het zaldo zyner reekening courant 372:7
voldaan 28 Dec:r 1822 Jacobus Combrink het maken van de doodkist 54:--
betaald de koster de kerkegeregtigheid 6:2
betaald de huisvrouw van Geering, de kost en logies penningen van de overledene, van 1:e January j:l: tot ult:o October j:l: a rd:s25 per maand 150
betaald de Secretarye alhier de onkosten van deeze inventaris 33:--

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Stellenbosch , op den 13:de November 1822 ende zulks op het op en aangeeven van Maria Elisabeth Uys, huisvrouw van voormelde Willem Geering /:by afwezigheid van hem Geering:/, zo meede van Coenraad Johannes Fick, die geweest is de generale gemachtigde van de overledene, dewelke betuigden ieder in het zyne, hun daaromtrend ter goeder trouwe gedraagen en niets te hebben verzweegen het geen tot den boedel heeft gehoord, met belofte by aldien in der tyd iets mogte koomen te ontdekken tot voorschreeven boedel behoorende daarvan opgaaf te zullen doen en des gerequireerd, deeze inventaris met solemneele eede gestand te doen, ter praesentie der clerken Henricus Johannes Borcherds en Oloff Martinus Bergh als getuigen. Die de minuute deezes benevens voorm: huisvrou van Geering en Fick en my Secretaris mede behoorlyk op zeguls van tien schellingen hebben gesubscribeerd.

Quod attestor: P:C: v: Blommestein, Sec:

P:M: volgens afreekening van C:J: Fick, is Barend Joh:s van Nieukerk geh: met C:a J:a Uys /erfg:/ over huur van een jongen debet rd:s204:24

MOOC8/39.9

{18240412} 12 April 1824 Mattheus Lotter

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den 4 February 1824 ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Mattheus Lotter Janz: ten voordeele zyner voor overledene huisvrouw Rachel Bam voormaals wed: van Charl Jacobus du Plessies in echt verwekte kinderen, met naame

1) Johannes Casparus
2) Gerhardus
3) Maria Magdalena geh:d met Johannes Ignatius le Roux
4) Mattheus Lotter geb: den 29 May 1801

Zodanig als deselve nalatenschap door my ondergetekende expres gecommitteerde Weesmeester is opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende

Een plaats ofte hofsteede genaamd Lamotte gelegen in de Olyphantshoek onder het district van Stellenbosch , benevens een in dies nabyheid opgemeeten, dog nog niet uitgegeeven erff ter grootte van 9 morgen 365 quad:t roeden
In het voorhuis
twaalf stoelen in zoort
een klap tavel
drie ordinaire [tavel]
een lampet en kom
In de kamer ter regterhand
zes leuning stoelen
twee ordinaire stoelen
twee tavels
een lessenaars
een rustbank
drie kisten
een themachine
twee keetels
een koffy kan
een trekpot
twee schenkborden
twee ledikanten met behangsel
vier beddens
twee kadels
een konfoor
twee cyffer leyen
In de keuken
vier potten
twee schoorsteen kettings
een drievoet
een bank
een schuimspan
twee rakken
In een agter vertrek
een zilvere soeplepel
twee douzyn messen en vurken van de vendutie ingekogt
een douzyn glaazen
een bocaal
vyf backen
zes stoelkussens
drie tavel kleedjes
twee douzyn tinne eetlepels
In de kelder
drie stikvaaten van 6 1/2 legges nat
een twintig halfaams vat
drie agtien halfaams vaaten
tien leggers
een [leggers]
twee kuypen alle vol met wyn van de laatste oogst
een half legger met wat drinkwyn
een legger zonder boom
een halve legger zonder boom
een legger met wat azyn
een onder en booven baly
zes emmers
twee tregters
een ploeg
een eg
een schroef
een spanzaag en snymes
een brand leer
agt manden in zoort
vyf trommels
drie pikken
vier graaven
een span tuygen
twee span trekgoed
een zadel en toom
twee boter vaatjes
Op de werf
een party popeliere balken
drie wagens in zoort
tien geelhoute planken
een brandewyns ketel met toebehoren
Beestiaal
twee en twintig trekossen
drie paarden
Lyfeigenen
een mansslaaf g:d Saul van Mosambiq 37 jaaren, werksjonge
een mansslaaf g:d Francois van Mosambiq 36 jaaren, werksjonge
een mansslaaf g:d Isaac van de Kaap 35 jaaren, koetzier
een slavinne g:d Sabina van Mosambiq 52 jaaren, huismeid, blind
een slavinne g:d Lea van de Kaap 24 jaaren, huismeid met haare 3 kinderen g:d
Carolus geb: 7 Octob:r 1818
Daniel geb: 17 May 1820
Sabina geb: 30 Nov:r 1822
Lasten des boedels
    Rd:s Rd:s
verrekend met de kopers van de plaats aan het Fonds der Weduwen en Oude Vrouwen groot ƒ9000   2000:--
aan Ernst du Toit ƒ3000   1000:--
op den 27 Augustus 1824 voldaan aan Charl Jacobus du Plessies per rest van vaders en moeders bewys bedragen rd:s484:18   84:18
  aan Charl Jacobus du Plessies blykens reekening   173:24
voldaan met de renten den 21 October 1824 aan Rachel du Plessies wed: Gabriel Willem le Roux per rest voor vaders en moeders bewys 292:12
renten zed: 8 Septemb: 1817
Rachel du Plessies wed: Gabriel Willem le Roux blykens het geen de overledene voor haar van Zeesenberg heeft ontvangen 530:-- 822:12
renten zed: 1 April 1823
rds:14 af 5 voor een half aam rest rd:s9 aan Joh:s Pet:s du Plessies per rest van vaders en moeders bewys 18:--
  aan Joh:s Pet:s du Plessies per rest van reek:g 14 23:18
  is daarentegen schuldig voor een halfaam
erfgenaam Gerhardus Lotter volgens zyn eigen opgaaf   2000:--
voldaan aan Joh:s Casparus Lotter over koop van 3 1/2 mudden koorn   87:24
erfgenaam aan Joh:s Casparus Lotter over contant geleende   15:--
erfgenaam aan Mattheus Lotter in restitutie van begravenis koste   87:--
voldaan met de renten Daniel Hugo over contant geleende   300:--

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter plaatze voorm: op den 12 April 1824 ende zulks volgens op en aangeven van de in den hoofde deezes gem: erfgenamen, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en huns wetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebbe aan al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, in voegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid hunner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk ter Weeskameer opgaaf te zullen doen, ten einde deze inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deeze door my gecomm: Weesm: en de Secretaris der Weeskamer door den inventarienten eigenhandig ondertekend

Als gecomm: Weesmeester: G:E: Overbeek

J:C: Lotter, G: Lotter, M: Lotter, J:J: Leroex

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/39.10

{18231229} 29 December 1823 Elias Mattheé , Maria Elisabeth Bester

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen als er in gemeenschap bezeeten geweest door den burger Elias Mattheé en deszelfs huijsvrouw Maria Elisabeth Bester, mitsgaders van de zijde des eerstgenoemde op den 25:ste October 1823 ter plaatze Bloemfontijn , gelegen in ’t district Caledon , ab intestato met er dood ontruijmd ende nagelaten te voordeele zijner erfgenaamen, te weeten

1) Abraham Mattheé
2) Casper Joh:s Matthee
3) Elias Jac:s Matthee
4) Johannes Pet:s Matthee
5) Elisabeth Maria Mattheé gehuuwd geweest met wijlen Petrus Gildenhuijse
6) Johanna Magdalena Matthee gehuwd geweest met wijlen Jan Gildenhuijze
7) Sara Johanna Mattheé gehuuwd met Sijbrand Vermeulen
8) Sophia Margaretha Mattheé gehuuwd met Hendrik Gilldenhuijze
9) Anna Susanna Mattheé gehuuwd met Hendrik Vermeulen
10) Maria Magdalena Mattheé gehuuwd met Hendrik Mattheé M:l zoon
11) Elsabe Cornelia Matthee, onmondige erfgenaam
12) Hermanus Jacobus Matthee oud 15 jaaren
zes paarden
een paarde waagen
zes oude tuijgen
twee aanteel paarden
een os
een bed
een thee tavel
een katel
twee stoelen
een kist
een vat
een anker vaaijtje
een water vaaijtje
een kleijne wasch balie
een geweer
een zadel
een rak
twaalf borden
een kom
twaalf tinne eet leepels
zes vorken
twee water kannen
een pot
een kookkeetel
een rooster
een vleesch vork
een wijnig rommelarij
Baaten des boedels
blijkens een onderhands bewijs de dato 26 Meij 1822 ten lasten Joh:s Pet:s Mattheé, groot per rest eene somma van een honderd vijf en sestig rijxd:s
blijkens een onderhands bewijs de dato 1:ste November 1820, ten lasten Elias Matthee E:s z:n groot per rest een honderd een en veertig ryxdaalders en zeeven schellingen
blijkens een onderhands bewijs de dato 1:ste November 1820 ten lasten Abraham Mattheé, groot per rest een hondert een vijftig rijxdaalders
een onderhands bewijs de dato 1:ste November 1820 ten lasten Herm:s Joh:s Mattheé groot aan capitaal ses en twintig rijxdaalders en twee sch:
een onderhands bewijs de dato 1:ste November 1820 ten lasten Pet:s And:s Gildenhuijse, groot aan capitaal een honderd rijksd:s
een onderhands bewijs de dato 1:ste November 1820 ten lasten Hend:k Gildenhuijs groot aan capitaal vijftig rijksd:s
een onderhands bewijs de dato 1:ste November 1820 ten lasten Sijbrand Joh:s Vermeulen aan capitaal vijf en twintig rijxdaalders en een schell:
een onderhands bewijs de dato 1:ste November 1820, ten lasten Elsabe Mattheé, aan capitaal zeven en twintig rijksd:s en vijf schellingen over zo veel Casparus Joh:s Mattheé, en Hans Jacob Smal blijkens onderhandsche koopbrief de dato 1 Nov:r 1820 over koop van de plaats Dirk Uijs Kraal , schuldig zijn eene somma van ƒ4000 ofte een duijzend drie hondert drie en dertig rijksd:s twee schell: en vier st:s
Lasten des boedels
betaald, met rd:s121:24 aan H:H: Wigt voor negotie goederen, een honderd vier en dertig rijksd:s en zeven schell:
  aan Dirk Wessels over koop van een wagen, een hondert dertien rijksd:s en vier schellingen
  aan Maria Elisabeth Gildenhuijs over koop van een paard, vijf en vijftig rijksd:s en vier schellingen
voldaan aan Johannes Petrus Matthee voor de begraffenis onkosten, ses en dertig rijksd:s

Aldus geinventariseert op den 29:ste December 1823 te plaatze gen:t Steenboks Revier ingevolge opgaaf van J:P: Matthee.

Als belanghebbenden: J:P: Matthee

J:J: Tesselaar, Spec: Heem:d

Mij preesent: A:J: Spengler, Prov: Clerk

MOOC8/39.11

{18240830} 30 Augustus 1824 Adriana Ventura

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er op Dingsdag den vier en twintigsten dag deser lopende maand Augustus in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd vier en twintig des morgens de klokke circa drie uuren ab intestato met er dood zyn ontruimd ende nagelaten door Adriana Ventura, weduwe Jan Bellapasqua ten voordeele harer ondertenoemene drie kinderen by opgem: hare overledene man in echt verwekt, met namen

1) Clara Rachel Bellapasqua mondig
2) Nicolaas Joseph Bellapasqua uitlandig en mondig
3) Suzanna Bellapasqua mondig

Zodanig als deselve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan in al het volgende, te weten

Een huis en erf staande ende gelegen in dese Tafelvaly in de Dorp Straat en aldaar een gedeelte van N:o 1

In gemelde huis en aldaar

In ’t voorhuis
een toonbank met laden
een bedde taveltje
een kopere komfoor
zes kopere kandelaren
een snuyter
een strykyzer
twee oude trommeltjes
zeven oude potten in soorten
vyf witte aarde potjes
een aarde bak
tien stukken loot gewigt
een yzere balans met houte schalen
twee stooven
twee emmers
In de voorkamer ter regterhand
een eetens tavel
tien stoelen in soorten
een verlakte theemachine
een tinne koffypot
drie trekpotten in soorten
een [trekpotten]
een witaarde melkkan
een witaarde ketel
een witaarde lampet kan
twee witaarde kommen met dekzels
acht schotels in soorten
vier en vyftig borden in soorten
een aarde spoelkom met twaalf kopjes en elf pierings
een kloklantaarn
drie karaften
drie glaze confytpotjes
een glaze koelbakje
zeven glazen in soorten
twaalf zilvere eetlepels
zeven zilvere theelepeltjes
drie zilvere confytvorkjes
twee verlakte broodbakken
twee verlakte schenkbladen
drie oude tafelmessen en drie oude tafelvorken
een bureau met koperbeslag
In de voorkamer ter linkerhand
drie ledikanten
twee bulzakken, twee peuluwen, twee dekens en veertien kussens
een oude klederen kas
een taveltje
een spiegel
een party oude boeken
In de kombuis
vyf yzere potten in soorten
drie ketels in soorten
twee koekepannen
een potlepel
zes drievoeten
drie schoorsteen kettings
een kopere vyzel en stamper
een kombuis tavel
en waterhalfaam
Op de achterplaats
vier oude vaten
drie oude kastjes
In een vertrek op de achterplaats
een huisladder
een trap
een oude stelletje
een goot
drie zakken zout
Op de zolder
een ledige kist
een kleine kist
een koffy molen met zyn bank
twee kopere taartepannen
twee kopere confytketels
zes blikke ketels
een blikke bus
een tinne waterfles
een party blikke kaarsevormen
een poffertjes pan
een spritze spuyt
een oblie yzer
een wavelyzer
vier oude vaatjes
een scheepel
een rystblok
een party rommeling
Lyfeigenen
een meid genaamd Steyn van de Kaap oud twee en twintig jaaren, huismeid
Crediten des boedels
  Rd:s
van Jacobus Nielsen blykens onderh: schuldbewys de dato 13 February 1822 per rest 45:24
van B: Solomon over koop van negotie goederen 33:36
van Jan Beyneveld over geleende contanten 25:--
als mede een zilvere lepel wegende 16 loot
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de heer P: Woutersen op een schepenenkennis aan capitaal ƒ10000 ofte 3333:16
met de renten zedert

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 30 Augustus 1824 ende zulks op het op een aangeven van Suzanna Bellapasqua, in qualiteit als generale gemagtigde van de overledene, dewelke verklaarde zich hierinne ter goeder trouwe gedragen en met haar weten niets verswegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord in voegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid hare opgave met solemnele eede ten allen tyde des gerequireerd worden nader gestand te doen en verdere belofte zoo hierna nog iets tot voorz: boedel behorende mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgave te zullen doen ten einde deze inventaris daarmede te amplieeren

In teken der waarheid is dezen ter presentie van de ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren en my Adjunct Commis der Weeskamer door den inventariente eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:A: Munnik

Susanna Bellapasqua

My present: J: Serrurier, Adj:t Co:

MOOC8/39.12

{18240326} 26 Maart 1824 Daniel Jacobus Blom , Susanna Maria Magdalena Jacomina du Plessies

S:V: Cloete

Dit zegel behoort tot den inventaris des boedels van wylen D:l Blom en mede wylen deszelfs huisvrouw S:M:M:J: du Plessies

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Daniel Jacobus Blom en mede wylen deszelfs huisvrouw Susanna Maria Magdalena Jacomina du Plessies in gemeenschap bezeten en door beide ab intestato met er dood ontruimd en eerstgem: op den 22 Feb:y 1824 en laatsgem: op den 1 Feb:y 1823 mitsgaders op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een yzere pot
een water vaatje
een kandelaar
een bottel
een zuiker trommeltje
een blikke schotel
drie borden
twee lepels
twee forken
een wagen kist
een compleete bed
een sweep stok
een ossen wagen
een zadel en toom
een schietgeweer
Beestiaal
twee rydpaarden
seven aanteelpaarden
agt trekossen
dertig aanteel beesten
twee honderd agt en derdig schaapen en bokken
Baaten des boedels
  Rd:s
van Alb:s Joh:s Cornelis Janzoon begrepen in een bewys in handen van Barend Pieter Blom 23
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Louis Blom bl: rekening 195
Erfgenamen des boedels
1) Susanna Magdalena Jacoba Blom geboren den 1 Feb:y 1823

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatze de Tygerfontein gelegen Voor Sneeuwberg op den 26 Maart 1824 volgens op en aangaave van Louis Blom dewelke verklaarde zig hierin ter goeder trouwe te hebben gedragen met belofte indien hy iets nader tot den boedel behorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren alles onder aanbod van eede, hebbende hy deezer benevens den Agent der Weeskamer en getuigen met hunne naam tekeningen bekragtigd

Voor d’ opgaave: Louis Blom

Als getuigen: J:P: Meintjes, G:J: Broekhuizen

J:J: Meintjes, Sec:

MOOC8/39.13a

{18240724} 24 July 1824 Piet Visage

Inventaris van zoodanige tot den boedel van wylen Piet Visage behoorende goederen, als er zich op heden nog in wezen bevinden

430 aanfokschaapen
9 aanfokbeesten
6 trekossen
1 oude wagen, geheel en al defect, waarvan het houtwerk niets meer waard is
1 schietgeweer
1 pot
1 lepel
1 slot
1 zilveren kniegesp
1 kist
11 bokken
1 scheerdoos en 2 messen
1 strykriem
1 jas
1 baatje
1 broek
2 hembden
1 sloop, zegge 1 kleine zak
1 muts
1 doek
6 ellen fluweel
1 schuldbrief groot rd:s296 ten lasten Christiaan van Staden, aan den Agent der Weeskamer toegezonden

Ik ondergeteekende verklare by dezen, onder presentatie van eede, dat de geheele nalatenschap van wylen Piet Visage voor zoo verre dezelve op heden nog in wezen is, op bovenstaanden inventaris is gebragt en dat ik willens of weetens niets in het minste achtergelaten of verzwegen heb; en beloove voorts dat indien iets nader tot voordeel van gem: boedel mogt opkomen, ik zulks ten allen tyde by ampliatie van inventaris zal ten voorschyn brengen

Caroo den 24 July 1824

J:H: Maasdorp

MOOC8/39.13b

{18230502} 2 May 1823 Piet Visage

Inventaris van zoodanige goederen als door Piet Visage op den 2 Maij 1823 op de plaats van Hermanus Maasdorp gelegen aan de Rhynoster Rivier , met er dood ontruimd en nagelaten zyn, te weeten

323 schaape, 7 osse en 5 anteel beeste
een oude wagen met drie wiele
een oude schiet geweer
een pot
1 jas
2 hemde
1 baatje
1 broek
1 sloop
1 mus
1 doek
6 elle fluweel
1 scheer doos met twee messen
1 stryk riem
1 lepel
1 slot
1 zilver knie gespe
1 kis
en thien bocke
een obligatie groot twee hondert zes en negentig ryksd:s ten lasten van Christiaan van Staaden

Piet Visage was ongehuwd, is ouderloos gestorven, heeft nagelaten een broeder genaamd Hendrik Visage woonachtig in de Hantam , als ook eenige zusters kinderen met namen onbekend.

Aldus geinventariseerd in presentie van

W: Steenkamp, Velt Cornet

en verklaren wy ondergeteekenden niets willens en wetens te hebben verzwegen, bereid zynde zulks des vereischt wordende met solemnelen eede te staven.

Als getuigen: A:s J:s H:s , A:J: van Dyk C:lzoon

MOOC8/39.14

{18230515} 15 Mey 1823 Pieter And:s Stapelberg , Maria Helena Olivier

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behoord hebben tot den gemeenschappelyken boedel van Pieter And:s Stapelberg en desselfs nagelatene weduwe Maria Helena Olivier en door eerstgem: op den 15 Mey 1823 met er dood ontruimt en nagelaten

Losse goederen
1 wagen
1 zweepstok
5 kisten
1 kan
2 vaatjes
1 emmer
1 zak zout
2 zakken met koren
29 ponden lood
4 potten
1 rooster
2 ketels
1 drie voet
1 party rommeling
2 dissels
3 bylen
1 party gereedschap
2 schaven
4 bytels
1 zaag
1 party hoepels
1 lantaren
1 kan teer
2 seambokken
1 graaf
1 zadel en toom
2 geweren
1 party tent stokken
1 party houtwerk
1 remketten
2 moole steene
1 stoel
5 aardepotten
2 kannen
4 bottels
8 trommels
1 blikke emmer
1 party tinne lood
1 schotel
1 blaker
2 vlessen
1 glas
1 party thee goed
1 koffertje
2 slootjes
1 party spykers
8 vylen
10 vuursteenen
20 vuur tangen
Lyfeigen des boedels
nihil
Beestiaal
6 rydpaarden
4 aanteel paarden
6 ossen
14 aanteel beesten
15 schapen
61 bokken
Contanten des boedels
nihil
Baaten des boedels
    Rd:s
  de wed:e Pretorius over koop van negotie goederen 14:--
betaald Samuel Janze wegens een onderhandsch schuldbewys 37:6
  Lucas van Veuren over koop van negotie goederen 5:--
  Andries Venter over koop van negotie goederen 1:--
betaald Jan Coetze Abrahamzoon over koop van negotie goederen 3:4
betaald Andries Venter Albertzoon over koop van negotie goederen 1:4
  David Fourie Steph:szoon over koop van negotie goederen 172:--
betaald Steph:s Fourie senior over koop van negotie goederen 26:4
betaald Hott: Platje in dienst van Nicolaas Stapelberg over koop van negotie goederen 20:--
betaald Hott: Buks in dienst van Nicolaas Stapelberg over koop van negotie goederen 3:4
betaald Gabriel du Plessies Ch:szoon over koop van negotie goederen 8:--
betaald de wed:e A: Venter over koop van negotie goederen 10:--
  Andries Venter Pietzoon over koop van negotie goederen 21:--
betaald Lodewyk Olivier junior over koop van een os 30:--
  Willem Bezit over koop van negotie goederen 20:--
  Martin Kruger over koop van negotie goederen 3:--
  Hott: Cornelis in dienst by de wed: P:A: Stapelberg 7:--
  Jacobus Ruverius Vuste s:r wegens onderhandsche schuldbekentenis 30:--
betaald Johannes Carel Christoffel Stapelberg wegens een onderhandsche schuldbewys 3:--
betaald Jacob van Zyl over koop van negotiegoederen 3:--
betaald Philippus Arnoldus Olivier per rest van een erffenis welke aan de in gemeenschapbezete boedel behoord 50:--
betaald Marthinus Ciljé over koop van negotie goederen 2:--
betaald Joh:s Olivier Philip zoon over koop van negotie goederen 8:--
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Joh:s Carel Christoffel Stapelberg wegens contant geleende penningen 5
aan Pieter Kruger wegens een onderhandsche obligatie 210
aan James Montjoy wegens een onderhandsche obligatie 225
aan Cornelis Olivier wegens een onderhandsche obligatie 37
aan Albert Venter over koop van hamels 105
aan Jacobus Burger wegens een onderhandsche obligatie 200
aan William Hayhorst over koop van negotie goederen 15
Erfgenamen des boedels
Frans Petrus Stabelberg geboren den 26 Juny 1823

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze Tygerkrans gelegen Agter Sneeuwberg volgens op en aangaave van de inde hoofde dezes gemelde weduwe dewelke verklaarde niets met weten verzwegen ofte agtergehouden te hebben met belofte indien zy iets tot opgem: boedel behoorende mogte ontdekken, als dan deeze inventaris daarmeede te zullen amplieren en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen en is dit alles geschied in presentie van Arie Johannes van Dyk en George Aldrich als getuigen

Als getuigen: A:J: van Dyk, G: Aldrich

Marie Helena wed: Stapelberg gebooren Ölievier

In kennisse van my: W:M:M: Mackay

MOOC8/39.15

{18231125} 25 November 1823 William White

Inventory of things belonging to William White deceased and late in the service of Mr Damant of Cradocks Town , district Uitenhage

three bullocks
three cows
four calves
one mare and foal
one silver watch
one pair of shoes
two pair new stockings
one hat
three pair trousers
three waistcoats
two jackets
one shirt
one handkerchief
two books
one razor and shaving box
one chest
one hundred and eighteen rix dollars and seven schellings (including the balance due for wages etc:)

Cradocks Town 25 November 1823

John Damant, John Parker

Rec:d rd:s42:4 from John Matthews at Graaf Reinet .

Uitenhage 22 April 1824

C: Stadel

MOOC8/39.16

{18240327} 27 Maart 1824 Hendrik Wiegelen

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als door wylen Hendrik Wiegelen by deszelfs overlyden in het veldcornetschap Voor Sneeuwberg op den 13:e February 1824 zyn nagelaten en op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een party schoemakers gereedschap
twee stieg beugels
een party oude leesten
een pot
een ketel
een byl
een oude tafel
een knapzak
drie tinne borden
een Bybel
een oude emmer
een oude zadel
een stoel
een katil
Baaten des boedels
nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan de commandant Roelof Petrus Gerhardus Pretorius bl: rekening aan begraafnis kosten 17
Erfgenamen
onbekend

Aldus gedaan en g’inventariseerd op den 27 Maart 1824 ter plaatze het Kruis gelegen in het veldcornetschap Voor Sneeuwberg ter presentie van Johannes Petrus Meintjes en Gysbert Johannes Broekhuizen door my

J:S: Meintjes

Als getuigen: J:P: Meintjes, G:J: Broekhuizen

MOOC8/39.17

{18170821} 21 Augustus 1817 Susanna van Breda

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er op Zaturdag den zesthiende dag deeser lopende maand Augustus in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd en zeventien ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door juffr: Susanna van Breda weduwe wylen de manh: Hendrik Oostwald Laubscher, ten voordeele der kinderen door deselve by evengemelde haare vooroverleedene echtgenoot geprocreëerd, met namen:

1) Wilhelmina Laubscher mondig
2) Johanna Laubscher voormaals wed:e van wylen den capitain ter zee de heer Nicolaas Acker, thans gehuuwd met Andries Grove
3) Pieter Laubscher mondig
4) Catharina Cornelia Laubscher wed:e van wylen den major by het 8 Reg:t Ligte Dragoenders de heer Peter Abercromby
5) Hendrica Oostwaldina Laubscher gehuuwd met den eerwaarde heer David Griffiths, de beide laatsgemelde uitlandig
6) Susanna Wilhelmina Laubscher get:d met Fredrik Hercules Truter en
7) Maria Nicolasina Johanna Laubscher gehuuwd met den lieutenant ter zee Francis Sleigh

zynde deselve door ons ondergeteekende gecommiteerde Weesmeesteren na gedane ontzegeling opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in de volgende, namentlyk

Een plaats ofte hofsteede gen:d Rodebloem gelegen onder het Kaapsch district groot in zyner grond 16 morgen en 11 quadraat roeden met een stuk eigendoms land daar annex groot 93 morgen, 362 quadraat roeden en 72 quadraat voeten
een stuk erfpagt land geleegen in het Kaapsch district onder den Windberg groot in zyne grond 14 morgen en 490 quadraat roeden
een stuk eigendoms land N:o 9 geleegen in het Kaapsch district groot vyf morgen vier hondert een en vyftig quadraat roeden en twee en zeventig quadraat voeten
een stuk eigendoms land N:o 10 geleegen in het Kaapsch district groot zes morgen en een honderd achttien quadraat roeden
een stuk eigendoms land N:o 11 geleegen in het Kaapsch district groot in zynen grond zeeven morgen vyf honderd negen en dertig quadraat roeden en twee en zeventig quadraat voeten
een stuk eigendoms land N:o 12 gelegen in het Kaapsch district groot in zynen grond zes morgen, een honderd zes en negentig quadraat roeden en zes en negentig quadraat voeten
een plaats ofte hofsteede genaamd de Massenberg geleegen aan de Saldanhabaay groot in zynen grond zestig morgen netto, benevens
een stuk erfpagtland genaamd de Lange Fontein meede geleegen in de Saldanhabaay groot in zynen grond [ ..... ]
de opstal der leeningsplaats gen:d de Kalkklip Fontein gelegen in de Saldanhabaay
welke laatsgemelde in de Saldanhabaay geleegene plaats, stuk erfpagtland, en opstal, by mutueele testamente door de overleedene met haaren vooraf gestorvenen echtgenoot opgemelde Hendrik Oostwald Laubscher in dato 28 Maart 1892 voor den toenmaligen notaris publiek nu meede wylen Johan Jacob Fredrik Wagener en zekere getuygen opgericht, gelegateerd zyn aan derzelver vier dochters, Wilhelmina, Hendrica Oostwaldina, Susanna Wilhelmina en Maria Nicolasina Johanna Laubscher voor de somma van veerthien duyzend guldens Indische valuatie
de opstal der leenings plaats gen:d de Waterschilpads Kuil geleegen in ’t Zwartland

Op de plaats de Rodebloem en aldaar

In het voorhuis
een staand horologie
een verrekijker
vier stoelen
In de voorkamer ter regterhand
drie spiegels met vergulde lysten
twee chitse schuifgordynen met planken
twee kleine wit linnense schuyfgordyntjes
twee spiegeltafeltjes met marmere bladen
twee halfronde stinkhoute tafels
een rustebank met chitse overtrekzel
twaalf stoelen en twee leuningstoelen met rode trijpe zittingen
een forte piano
een mahonyhoute bureaux
In de voorkamer te linkerhand
twee chitse schuif gordynen met planken
zeeven spiegels met vergulde lysten
een [spiegels] met noote boome lyst
acht stoelen met vaste zittingen
twee speeltafeltjes
In de gaanderij
drie bladtafels
twee aanzettafels
agt stoelen
een draagstoel
twee spiegels met vergulde lysten
twee witte vengster gordynen
twee hoekkastjes
In een muurkastje
vyf karaffen
vyf en een half douzein kelkjes
twee vingerglazen
neegen en twintig bierglazen
acht glaase confituur pieringjes
een glaase boterpot
drie glaase zoutvaatjes
vier douzein blaauwe porc: kopjes en pierings
een theeservies, bestaande in
elf kopjes en pierings
een trekpot
een zuykerpot
een melkkan
een spoelkom
een aarde trekpot
een plettit trekpot
In de agterkamer n:o 1
een chitse schuyfgordyn
een spiegel met vergulde lyst
een kleine tafeltje
een kleine toilet tafel
vier ordinaire stoelen en twee leuningstoelen
twee mahonyhoute tafeltjes met laden
een gordyn plank
In de agterkamer n:o 2
een spiegel met nooteboome lijst
vyf stoelen
een kadel met roode gordynen waarop
een bulzak
twee kussens en
een wolle deken
een kadel met gordynen waarop
een bulzak
twee peuluwen
twee kussens en
een wolle deken
een kadel
een ophaal gordyn
een kabinet, waarin de klederen van de overleedene en het gemaakt en gebruikt linnen goed des boedels, vanwelke een en ander een aparte lyst zal werden geformeerd en by deese g’annexeerd
een groote kist met geelkoper beslag waarin
een katoene deken
zes lappen chitz
een lap linnen
een lap blaauw linnen
vyf slave hembden
een restant braaikatoen
een lap buitelgaas
In de dispens
een tafel
een rak waarop
zes soepterrines
vyf en tachtig schotels in zoort
twee honderd negen en tachtig borden in zoort
twaalf blaauw porcelaine waterborden
twintig sauspotjes in zoort
vier atjar bakje
vier salade bakken
twee kommen
een porcelaine scheerbekke
een verlakte bak met negen porcelaine atjar pierings
drie kopere kandelaars
drie kopere blakers
een kopere waterketel
twee kopere strykysers
een ysere balans met kopere schalen
een tinne koffie kan
een tinne trekpot
een tinne schotel
vier en twintig messen en negen vorken
twee tinne borden
vier blikke trommels
twee blikke schenkbladen
een blikke broodbakje
een blikke vuilnis schop
twee blikke eyerbakjes
twee snuyterbakjes
twee snuyters
een worstspuit
een kleine zeeft
een boterbak
een lantaarn
acht aarde potten
drie aarde confooren
twee aarde vuurtestjes
een verlakte specerijdoos
een messenbak
zes tafelmessen
drie en dertig vorken
een verlakte theemachine
een verlakte theekistje
twaalf verlakte bottelbakjes
zes plettit kandelaars
twee plettit zoutvaatjes met een glas
een plettit brood rooster
een party ledige bottels
twee plettit sauspotjes
drie verlakte schenkbladen
In de combuijs
drie kopere taartenpannen
een kopere poffertjes pan
een kopere hamketel
twee kopere confytketels
een kopere castrol
een kopere zuykerbroodsform
een kopere vergiettest
een blikke vergiettest
een wafelyzer
een wafelyzer
een oblieyzer
drie ysere lepels
drie ysere vorken
een ysere braadspit met toebehooren
een rooster
een koekepan
een kopere water ketel
een kopere vyzel
zes ysere potten
een groote ysere [potten]
vyf schoorsteenkettings
twee tafels
een waterhalfaam
twee emmers
een asschop
twee watervaatjes
drie botervaatjes
een eetens kast
Op de zolder
een kist waarin
twee Fransche dictionairs
een party Kaapsche couranten
een groote kist met een restant meel
een nachtstelletje met een porcelaine pot
een boterkarn
twee spanzagen
een trekzaag
een fokzwans
een dissel
een bijl
twee schaven
een ploegschaaf
een boor
een party steenkolen
een botervat
veertien zikkels
vyf wyngaard messen
een snoeischaar
een snoeimes
een hamer
een byl
een klein kistje met eenig gereedschap
een zak met veeren
twaalf stoelkussens
twee vaten met een restant zout
een ledige kist
een rak
een kist met een restant meel
twee houte tobaksdoozen
vier aarde potten
twee aarde kannen
een handmolen, en voorts
een party rommeling
In de wynkelder
een kuipbalie
een wynpers
dertien leggers met wyn
een legger met brandewyn
twee ledige leggers
drie vaten in zoort met restanten wyn
een [vaten] met een restant wyn
een halfaam met een restant wyn
twee vaten met een restant brandewyn
drie ledige vaten
drie ledige halfaamen
vier emmers
drie vlootjes
twee tregters
een halfaam met een restant moer
een kopere kraan
een balie
twee pypen wyn
twee aarde kannen
een blikke wynpomp
In de oude wynkelder
vier kuypbalies
een voerkist
een paardenkrep
twee molensteenen
een oude kadel
een botervat
een teerputs, voorts
een party rommeling
Op de koornzolder
een koornharp
een schepel
twee schoppen
een buydelkist
In de smitswinkel
een ambeeld
een bankschroef
een kleine bankschroef
een blaasbalk
drie hamers
twee tangen
vier gieters
een ledige vat
een koffiemolen
een restant kalk
twee kalkzeeften
een party oud yser
In het wagenhuis
twee koetzen
een tentkar
twee paardenwagens
een ossewagen met jukken en trektouw
twee houte bokken
In de stal
twaalf carrewaytuigen met hoofdstellen
vier koets tuyge met hoofdstellen
Op de werf
vier ploegen in zoort
een eg met ysere tanden
drie kouzeinen
een oude huystrap
een huysladder
een brandewynsketel met toebehooren
dertien graven
zes pikken en voorts
een party rommeling
Zilverwerk
drie soeplepels
een vischschop
drie en dertig lepels in drie foudraalen
zeeven en dertig vorken
twee zuykerbussen met lepels
een melkkan
een mostertpot met zyn lepel
een zuykerpot
een koelbakje
een vuurtest
twee confooren
zes zoutvaatjes met twee glasen
twee botermessen
vyf theelepeltjes
twee confytvorkjes
een olie en azynstander met vyf vlessen
een tobaksdoos [10 loot]
een cachet
Beestiaal op de plaats de Rodebloem
tien wagenpaarden
neegen koeyen met
derthien kalvers
derthien varkens
Lyfeigenen des boedels
dan wel in denzelven gevonden
een mansslaaf gen:d Lefebre van Mosambicque oud 41 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Africa van Mosambicque oud 50 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Omgeruild van Mosambicque oud 41 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Constant van Mosambicque oud 47 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Telemachus van Mosambicque oud 41 jaren werksjongen
een mansslaaf gen:d Absalon van Mosambicque oud 41 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Matthys van Mosambicque oud 46 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Francies van Mosambicque oud 46 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d August van Bengalen oud 41 jaren, kok
een mansslaaf gen:d Caesar van Bengalen oud 51 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Pluto van Madagascar oud 41 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Mars van Madagascar oud 41 jaren, wagenrijder
een mansslaaf gen:d Japan van Madagaskar oud 41 jaren wagenrijder
een mansslaaf gen:d September van Madagascar oud 41 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Onverwagt van Ceilon oud 1 jaren, huisjongen
een mansslaaf gen:d Jonas van Mallebaar oud 51 jaren, tuijnier
een mansslaaf gen:d January van Mallebaar oud 51 jaren, tuijnier
een mansslaaf gen:d September van Mallebaar oud 51 jaren, werksjongen
een mansslaaf gen:d Jephta van de Kaap oud 41 jaren, wagenryder
een mansslaaf gen:d Apollos van de Kaap oud 46 jaren, koetzier
een mansslaaf gen:d Izaak van de Kaap oud 26 jaren, wagenrijder
een mansslaaf gen:d Salomon van de Kaap oud 23 jaren, koetzier by voorz: mutueele testamentaire dispositie vermaakt aan Susanna Wilhelmina Laubscher
een mansslaaf gen:d Adam van de Kaap oud 13 jaren welke beide laatsgenoemde zyn kinderen van de slavinne Mariana van Mosambicque, die blykens voorz: mutueele testament is verkogt aan Wilhelmina Laubscher
een slave jongetje gen:d Africa van de Kaap oud 3 jaren
een slave jongetje gen:d Jacob van de Kaap oud 13 jaren kind van de slavinne Francina van de Kaap, die blykens bewys daarvan aan de ondergeteekende Gecommitteerdens vertoond door de overleedene is verkogt aan voorm: Wilhelmina Laubscher voor de somma van een honderd ryksdaalders
een mansslaaf gen:d Febus van de Kaap oud 23 jaren, werksjongen by opgemelde mutueele testamente gelegateerd aan Hendrica Oostwaldina Laubscher
een mansslaaf gen:d Daniel van de Kaap oud 19 jaren, koetzier by voorsz: mutueele testamente gelegateerd aan Pieter Laubscher
een slavinne gen:d Netta van de Kaap oud 49 jaren, huismeid
een slavinne gen:d Francina van de Kaap oud 29 jaren, huismeid by meerm: mutueele testament gelegateerd aan Wilhelmina Laubscher
een slavinne gen:d Martha van de Kaap oud 21 jaren, huismeid by gesz: mutueele testamente vermaakt aan Maria Nicolasina Johanna Laubscher
een slavinne gen:d Lea van de Kaap oud 19 jaren, huismeid mede als bovengesegd gelegateerd aan Maria Nicolasina Johanna Laubscher
een slavinne gen:d Fanny van de Kaap oud 17 jaren, huismeid
een slave meisje gen:d Laria van de Kaap oud 9 jaren kind van de slavinne Francina, door de overleedene almede blykens het aan de ondergeteekendens vertoon bewys de dato 14 October 1813 verkogt aan Wilhelmina Laubscher voor de somma van een honderd rijksd:s
een slave meisje gen:d Rachel van de Kaap oud 9 jaren deese drie laatsgenoemde zyn kinderen van de slavinne Mariana van Mosambicque, die blykens mutuele testamente verkogt is aan Wilhelmina Laubscher
een slave meisje gen:d Rebecca van de Kaap oud 9 jaren
een slave meisje gen:d Maria van de Kaap oud 3 jaren,
een slave meisje gen:d Anthoinetta van de Kaap oud 3 jaren kind van de slavinne Martha, die gelyk hiervoren gezegd, is vermaakt aan Maria Nicolasina Johanna Laubscher
een slavinne gen:d Lea van Madagascar oud 51 jaren, kindermeid
een slavinne gen:d Mariana van Mosambicque oud 40 jaren, waschmeid blykens mutueele testament verkogt aan Wilhelmina Laubscher voor de somma van een honderd ryksdaalders met deese byvoeging, dat alle de kinderen die zy Mariana van den datum der voorsz: testamente mogte procreëeren, meede aan voorsz: Wilhelmina Laubscher zullen toebehooren
een slavinne genaamd Rosina van Batavia oud 41 jaren, waschmeid
een slavinne gen:d Philida van Bengalen oud 46 jaren, huismeid
een mansslaaf gen:d George van de Kaap oud 18 jaren, koetzier by meergemelde testamentaire dispositie gelegateerd aan der overleedenen kleinzoon Hendrik Oostwald Acker
Crediten des boedels
    Rd:s Rd:s
verantwoord aan contanten in denselven gevonden aan papiere munt eene somma van vyftig ryksdaalders zegge   50:--
voldaan den 1 May 1815 van Dirk Gysbert van Renen op een onderh: obligatie de dato 12 May deeses jaars aan capitaal   1500:--
  met de renten à 1/2 p:ct p:r maand zedert den datum der obligatie
is niet betaald onder den 23 Julij 1822 van de wed:e Samuel Anthony Walters op een onderhandsch schuldbriefje de dato 20 February 1815 aan capitaal   214:--
  met de renten à 6 percent per anno zeedert
is niet betaald onder den 23 Julij 1822 van Nicolaas Coomans op een onderh: briefje de dato 28 Juny j:l: per rest   340:--
is niet betaald onder den 23 Julij 1822 van Marthinus Durr per rest van rekening   55:18
voldaan den 25 April 1818 van John Pigot Watneij over gekogte 50 mudden garst à rd:s3 p:r mud   150:--
  van Johanna Laubscher huysvr: van Andries Grové over contant geleende   100:--
Nota, het aandeel van Hendrica Oostwaldina, ten behoeve haarer drie overige zusters afgestaan van Wilhelmina, Hendrica Oostwaldina Susanna Wilhelmina en Maria Nicolasina Johanna Laubscher voor de in de Saldanhabaay gelegene plaatzen aan deselven by mutueele testament vermaakt ƒ14000 ofte, alsmede 4666:32
  voor 50 koebeesten à 20 rd:s per stuk aan deselve mede vermaakt 1000:--
  voor 50 p:r trekossen à rd:s15 per stuk 750:-- 6416:32
  van Wilhelmina Laubscher over het verkoops bedragen van de slavinne Mariana van Mosambicque vide voorm: mutueele testament 100:--
  almede wegens de koopschat van de twee slave kinderen Jacob en Laria 200:--
      Rd:s300:--
Lasten des boedels
    Rd:s Rd:s
  aan de Weeskamer deeser Colonie op vier onderscheidene schuldbrieven per rest groot aan capitaal ƒ10500 ofte   3500:--
  met de renten zeedert primo Januarij deezes jaars
voldaan den 16 April 1818 aan juffr: Isabella Angenita Heyning wed: wylen de heer Willem Vrugt te Amsterdam op een onderhandsche obligatie de dato 4 Decemb:r 1796 aan capitaal ƒ3000 ofte   1000:--
  met de renten zeedert den 4 December 1816
voldaan den 2 Juny 1818 aan juff:w Geertruyda Appeldoorn wed:e wylen de eerw: heer Philippus Kuijs op een onderhandsche obligatie aan capitaal ƒ4000 ofte   1333:16
  met de renten zedert [ ..... ]
  aan de natemeldene over zo veel dezelve wegens vaderlyk erfdeel nog competeeren, als
  Wilhelmina Laubscher 2244:21
overgehandig Johanna Laubscher huysvrouw van Andries Grové 2244:21
voldaan Catharina Cornelia Laubscher wed:e Peter Abercromby 2244:21
  Hendrica Oostwaldina Laubscher huysvrouw David Griffith per rest 565:44
      7301:11
  aan Fredrik Hercules Truter over geleverd brood blykens reekening [ ..... ]
  mitsg:s over gedane verschotten mede blykens reek:g [ ..... ]

Wordende alhier pro memorie genoteerd, dat op de in de Saldanhabaai gelegene plaatsen Massenberg en de Lange Fontein zig bevinden eenige goederen, een quantiteit koorn, garst en rog, alsmede het vee tot den boedel behoorende, waarmede dezen inventaris zullen worden g’amplieerd, nadat deselve zullen zyn opgenomen.

Aldus gedaan en geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter plaatse genaamd de Rode Bloem op den 21 en 22 Augustus 1817 ende zulks op het op en aangeeven van de presente mondige erfgenamen met uitzondering van Pieter Laubscher dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en hunnes weetens niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zylieden dan ook betuigden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemnele eede nader te bevestigen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gesegde nalatenschap behoorende mogte worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaft te zullen doen ten einde desen inventaris daarmeede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deeser ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende mij Secretaris der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig onderteekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, J:A: Munnik

Voor den opgaaff: W:a Laubscher, J:a Grové, F:k H:s Truter, Fran:s Sleigh

My present: J:P: Faure, Secret:s

Ampliatie

Inneschulden
    Rd:s
vold: van Mr Thomas Palmer voor een honderd en dertig mudden garst à 22 schell: p:r mud in de Saldanhabaai van de plaats Massenberg geleverd 357:24

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 15 September 1817.

Voor de opgaaf: F:s H:s Truter

Mij present: J:P: Faure

Nadere ampliatie

Inneschulden
    Rd:s
voldaan den 25 April 1818 van de heer John Pigot Watneij voor dertig mudden garst door hem van den knegt op de plaats Massenberg den 1:e over gekogt a drie rijxd:s de mudde volgens opgave van Wilhelmina Laubscher, bewijs daar van geproduceerd 90

Ter Weeskamer aan de Kaap de Goede Hoop den 20 Sept:r 1817.

J:P: Faure, Secret:s

Nadere ampliatie

Contanten in den boedel nog gevonden onder de klederen van de overledene

  Rd:s
vyf en dertig zilvere Spaansche matten
aan papiere geld eene somma van een duyzend ryksd:s zegge 1000

Roode Bloem den 31 January 1818.

Als Gecommitteerdens: G:E: Overbeek, J:A: Munnik

Voor den opgaaf: W:a Laubscher, J:a Grové, F:k H:s Truter, H:E: Blanckenberg, Fran:s Sleigh

Mij present: J:P: Faure, Secret:s

MOOC8/39.18

{18170901} 1 September 1817 Susanna van Breda

Inventaris van zodanige goederen, vee en het geene verder tot den boedel van wylen juffrouw Susanna van Breda weduwe Hendrik Ooswald Laubscher behoren die zig bevinden op de plaatzen de Massenberg en Langefonteyn in de Saldanna Baay gelegen, opgenomen en in geschrifte gebragt door my ondergetekende veldcornet Coenraad Hendrik Laubscher in presentie van den meede ondergetekende getuygen namentlyk

aanteel paarden twee en twintig
ryd paarden drie
trek paarden vier
trek ossen agt en negentig
koeyen agt en vyftig
kalveren vier en veertig
jonge bulle twee en dertig
grote bulle twee
koorn twee en negentig mudde
rog thien mudde
meel vyfthien mudde
mudde sakke vyf en veertig
koorn harp een
hand molen een
pikken vyf
koorn schoppe vier
sikkels twaalf
houte voor jukke ses
ploeg scharen vier
vaten vier, defect
kosyn een
teer puts een
zakken veerthien
twee ploegen
agter stel van een ploeg
osse wagens twee
karn vat een
boter vat een
boter bak een
plat vaatje een
katel een
kleyn boter vat een
emmers drie
ysere pot twee
bak kist een
schoorsteen kettens twee
aarde schotels twee
stoele twee
ysere soeplepel een
schuyns pan een
tinne sout vaatjes twee
kopere ketel defect een
houte voor ploegen drie
byhamers twee

Aldus g’inventariseert den 1 September 1817

C:H: Laubscher, Veldcornet

Als getuygen: Jos: Au: Greeff, J:H: Muller J:z

Voor den opgaaf: H: Hennjof

MOOC8/39.19

{18240806} 6 Augustus 1824 Pieter Mostert , Jacomina Hendrina Laubscher

Inventaris van alle zodanige goederen als er in gemeenschap bezeeten geweest zyn door Pieter Mosterd Nicolaasz ende desselfs huisvrouw Jacomina Hendrina Laubscher Albertus d:r, mitsgaders van de zyde des eerstgenoemde op den zesden der gepasseerde maand Mey in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd vier en twintig ab intestato met er dood ontruymd ende nagelaten ten voordeele hunner by den anderen in echt verwekte eenig minderjarig kind genaamd

Nicolaas Mosterd geboren 31 July l:l:

invoegen als het een en ander door ons expres gecommitteerde Weesmeesteren zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende te weeten

Ter plaatze van des overledens vader Nicolaas Mosterd d’ oude g:d de Knollevalley gelegen aan de Koebergen , Kaapsch buiten district

een kleder kast
twee beddens waarop
twee peuluen
agt kussens en
twee kombaarsen
een grootte koffer
een klyne koffer
een zadel
vyftig mudden koorn
zes jukken
Beestiaal
veertien trekossen
twintig aanteel beesten
een rydpaard
drie aanteel [paard]
Lyfeigenen
een slavinne g:d Sanna van de Kaap 38 jaaren, huismeid met haar kinderen
Martha oud 13 1/2 jaaren
Louisa geb: 9 Maart 1818
Caesar geb: 4 Novemb: 1820
Samuel geb: 19 April 1823
Baaten des boedels
    Rd:s
  van opgem: zynen vader Nicolaas Mosterd over het geen de overledene aan moeders bewys competeren bedragende ƒ11000 ofte 3666:32
renten voldaan tot den 23 October 1824 met de renten zedert 23 October 1823
  van opgem: zynen vader Nicolaas Mosterd voor 3 beeste vellen 18:--
  van de vrije meid Candasa over koop van vyf ossen 130:--
voldaan 8 Sep:r 1824 van Willem van Buren Willemz over koop van een paard per rest 30:--
  aan contanten in den boedel gevonden eene somma van negen en zestig ryksd:s waarvan rd:s50 aan opgen: Mosterd ter zyner weduwe verantwoording voor begravenis kosten zyn gelaten en het overige ofte rd:s19 aan meerm: weduwe op haare reekening te worden betaalt

Aldus g’inventariseerd ter plaatse voorm: op den 6 Augustus 1824 ende zulx volgens op en aangeeven van de in den hoofde dezes gem: wed: en Nicolaas Mosterd d’ oude dewelke verklaarden hun hierinne ter goeder trouwe gedragen en huns wetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid haarer opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele ede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gem: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieeren

In teeken der waarheid is deeze ter praesentie van ons onderget: gecomm: Weesmeesteren ende my Secretaris door de inventariente en de heer Nicolaas Mosterd d’ oude eigenhandig ondertekend

Als Gecommitteerdens: G:E: Overbeek, D: Kuys

J:H: Loubser, weduwe P: Mostert

N:s Mostert

My praesent: J:J:L: Smuts

MOOC8/39.20

{18240804} 4 Augustus 1824 Floris Johannes Visser

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den veertiende des gepasseerde maand Mey in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd vier en twintig ab intestato metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Floris Johannes Visser Joh:sz ten voordeele zyner nagelatene weduwe Helena Anthonia Louw ter eenre, en hunne by den anderen in echt verwekte een eenig minderjarige kind met naame

Jan Visser geb: den 14 February 1823 ter ander zyde

invoegen als het een ander door ons expres gecommitteerde Weesmeesteren zyn opgenomen en in geschrifte gebragt mitsg:s bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Ter plaatze g:d Kranevalley gelegen in het Zwartland behoorende aan Jacobus Gideon Louw Jacobusz

een kadel waarop
een bed
een peuluw
twee kussens en
een combaars
twaalf mudde zakken
twee anker vaatjes
vier yzere potten
drie emmers
een baly
vier stoelen
twaalf borden
twaalf messen
twaal vurken
twaalf tinne leepels
vier schotels
een koffer
een zeef
twee blakers
twee water keetels
een paarde wagen
een tent zyl
twee agter tuygen
een zadel en toom
een schietgeweer
zes kopjes en pierings
twaalf osse riemen
twee spanjukken
een ploeg
een agterstel van een ploeg
een grootte kist
een kleyn kistje waarin de klederen van de overledene
een bed
twee kussens
een peuluw
twee lakens
vier sloopen en een combaars
vyf wyn kelken
een stoof
Beestiaal
vier en twintig trekossen
drie aanteel beesten
acht wagenpaarden
drie rydpaarden
twintig bokken
Lyfeigenen
een mansslaaf g:d Siemon van de Kaap 46 1/2 jaaren, werksjonge
een slavinne g:d Flora van de Kaap 26 3/4 jaaren, huismeid
een slavinne g:d Eva van de Kaap 16 jaaren, huismeid
Baaten des boedels
      Rd:s
paid in part of the capital expired on the 1 May 1824 rd:s200 with a year and 14 days interest thereon rd:s12:20, rd:s212:20 van Maarthen Smith Isakz blykens onderh: obligatie d:d: 29 April j:l: betaalbaar rd:s200 in Mey j:l: en het resteerende in de maand Febr:y 1823 te zaam   550:--
  van Hendrik Rust blykens onderh: obligatie d:d: 1824   400:--
  van Gerrit Visser Jasperz op een onderh: obligatie d:d: 1 Dec:r 1823 betaalbaar over agt jaaren per rest   120:--
  renten zedert den datum der obligatie
paid in part rd:s130 1 March 1825 van Jan Vermeulen D:z op een onderh: obligatie d:d: 13 Maart j:l: betaalbaar de eene helft in de maand February 1825 ende wederhelft in den maand February 1826 groot   300:--
  van Jan Slabbert Jan:z op een onderh: obligatie d:d: 19 January j:l: groot   60:--
vold: 18 Nov:r 1824 van Pieter Juriaan Schreuder op een onderh: obligatie d:d: 3:de Feb:y j:l: groot   50:--
  van P: Johnston op een onderh: obligatie d:d: 29 May 1823   20:--
Groenekloof Michiel Laubscher volgens opgaaf van de wed:   20:--
Groenekloof Lucas Mareez volgens opgaaf van de wed:   40:--
  van Arend van Eyst Coenr:dz volgens opgaaf van de wed:   40:--
op de plaats de Klipbank Stellenb: d:t van Matthys Greeff Hend:kz over kontant geleende zonder bewys 400
paid in part payment Rd:s100 with the interest of the whole capital up to the 7 February 1820 waarop is afbetaald 150
  rest 250
p:m: opgem: Greef heeft bewezen dat gem: som slegts behoord te zyn rd:s270 en dit daarop nog behoord te worden afgetrokken rd:s45 voor een os waarby komt over een halve rol zyl 30 280:--
  van Willem Vermeulen over koop van zeildoek   24:--
vold: Nov:r 1824 van Susanna Johanna Coetzee wed: Joh:s Visser over het geen de overledene van vadersbewys competeerd   1095:47
  renten van 1 Maart 1824
in de maand Augustus 1824 is het grootmoederlijk erfdeel door Dercillus Schonberg ingebragt van den boedel van wylen Maria Elizabeth Louw wed: Jacobus Adriaan Louw Jacobusz over het geen de inventariente voor grootmoederlyke erffenisse uit gem: boedel competeerd welke uit hoofde gem: boedel nog niet is gelegen diend niet kan werden bepraat zynde executeuren in opgen: boedel nu wylen Joh:s Louw Jacobusz en Jacobus Adriaan Louw Jacobus Adriaansz:
Lasten des boedels
    Rd:s
betaald Novemb: 1824 aan J:J: Jacobse over koop van een wagen per rest 250
betaald Februarij 1825 aan Jacobus Gideon Louw Jacobusz per rest 394
betaald November 1824 aan Philip Rens over koop van negotie goederen 50
betaald October 1824 aan Piet Tesselaar over koop van negotie goederen 35
  aan Jacobus Louw Adriaanz 25
  aan Joh:s van Zyl over koop van 3 halfaamen wyn en een halfaam brandewyn
  aan Gerrit Visser over koop van vier planken tot de doodkist 10
paid 25 January 1825 aan Joh:s Andries Truter over maakloon van de doodkist 10

Zullende opgen: bedragen aan G:t Visser door de inventariente worden voldaan met een gelyk bedragen dat Hans Schreuder aan den boedel komt schuldig te zyn

Aldus g’inventariseerd ter plaatze voornaamd op den 4 Augustus 1824 ende zulx volgens op en aangave van de in den hoofde deses gemelde weduwe, dewelke verklaarde haar hierinne ter goeder trouwe gedragen en hares wetens niets verzweegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigden de deugdelykheid harer opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gem: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwlyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons gecomm: Weesmeesteren ende my Secretaris door de inventariente eigenhandig ondertekend

Als gecomm: Weesm: G:E: Overbeek, J:A: Kuys

H:A: Louw wed: J:J: Vessr

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/39.21

{18220514} 14 May 1822 Valentinus Nicolaas Malter , Saara Johanna Smal

Inventaris des boedels van wylen Valentinus Nicolaas Malter ab intestato overleden op den 26 Februarij 1822 ter plaatse genaamt het Eliasgat gelegen aan de Hartebeest Revier , district Caledon en nagelatene weduwe Saara Johanna Smal, als volgt

twee beddens
twee katels
twee kisten
drie potten
een weynig schotelgoed
een kandelaar
een aarde vet pot
een schepel
een bakkist
een grote water pot of kan
een ketel
een pan
een graaf
een pik
een koevoet
een kielhouwer
een ploeg
een oude wagen met zyn toebehoren en voor twaalf paarde trek goed
thien merries
een reun
een jonge hengst
een geweer
zeven zeildoekse zakken
een kleine tavel
vier bylen
een dissel
een snymes
een half duyms boor
een passer
vier nagels boren
zes bylen
een raspe
vier bytels
een koubeijtel
twee hand zagen
twee knyptangen
een holpyp
een doorslag
twee winkelhaken
een eysere schroef
een holbeytel
een tinne theepotje
een meel sif
een schaal
een zaal en toom
Uytstaande gelderen
door de wed:e opgegeven, dat deze pretentie door haar is ontvangen kort na de dood van haren man, en deselve aan Jan Malter te zullen betaald, voor paarden door haren man gekogt een honderd en twaalf ryxk:s door als een honderd door Petrus Hermanus Pietersen blykens onderhandsch bewys en twaalf door Cornelus Jacob Smal J:z over boekschuld verschuldigd
deze schuld spruitende uit verkoop van een paard, welke paard onder boedel is terug genomen en verkogt op de vendutie uit hoofde gem: January onvermogend was hetzelve te betalen zeven een dertig rijxd:s ten lasten van den Hottentot January blijkens bewijs
Schulden des boedels
vier hondert rijxd:s dat de voorkinderen aan vaders bewys moet hebben
vijf hondert en vyftig rijxd:s aan deferente perzonen

Aldus geinfentariseerd op den 14 Maay 1822 ende zulx op versoek en opgaave van de hier vooren gemelde Saara Johanna Smal dewelke onder presentatie van eeden betuygde naar waarheid en volgens beste wetenschap te hebben opgegeven.

S:J: Smal wed: V:N: Malter

Als getuyge: L:J:I: Fick Veldcornet, J:G: van Graan, J:P: Zietsman

MOOC8/39.22

{18231212} 12 December 1823 Jonas Hendrikse

Op den 12 Desember ben ik gerapporteerd geworden door den burger L: Karste dat bij hem overleden is een schoolmeester met namen Jonas Hendrikse.

Op desen raport heb ik mij als Veltcornet daar vervoeg met twee getuigen om zijn nalatingschap op te nemen

Invantaris van deselve
een paart met zadel en toom
een orlosi
drie baatjes, 2 lakens en 1 dufse baatje
twe onderbaatjes
vier broeke in zoort
twe hemde
twe musse
twe paar kousen
een hoet
een doek
een knapsak met leeste
een hamer en tang
een klyne kis

Riebeekscasteel den 12 Desember 1823

Als getuygen: Pieter Benjamen le Roex, Welhem Pi: Heideman

J:C: Coetzer, Veltcornet

MOOC8/39.23

{18240220} 20 Februarij 1824 Jacobus Coetzee

Invintaris der nalatenschap van die door den dood ontruijmde Jacobus Coetze Jasperzoon, als volgt

zeeve osse
een merrie
twee hemde
twee baatje
twee onderbaatje
twee doeke
twee broeke
een hoet

Geinventarieceert op den plaats de Olievevontijn geleege op het Camiesberg in ’t Namaqualand onder het adjunct drosdij Clan William , den 20 Februarij 1824

Als getuijge: C:W: Meijer, J:A: van Zijl

H:A: Engelbregt, Veldcornet

MOOC8/39.24

{18200325} 25 Maart 1820 Jacobus Arendse

Inventaris van zodanige goederen als er op Zaturdag den achtiende dag der maand Maart in den jaare een duisend acht honderd en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door Jacobus Arendse ten voordeele zyner onbekende erfgenamen, invoegen als het een en ander door my ondergetekende Adj:t Commis in tegenwoordigheid van getuigen is opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deese goederen in de volgende, namentlyk

Ten huize van Willem Nel

een pandulle
drie schilderyen
twee kleine rakken
vier vogel kooien
een kleine spiegeltje
een tafel
drie stoelen, defect
een stelletje
drie banken
een kast waarin
twee kopjes en twee pierings
twee kommetjes
een oly steen
twee wyn kelken
zeven bottels
een hoek kastje waarin
een boterpot
een aarde pot
drie aarde borden
een kist waarin
drie rokken
zes hemden
agt baatjes in soort
drie broeken
twee cabaaien
agt doeken in soort
zeven paren koussen
twee kussens slopen
twee lakens
een witte gordyn
een klarinet
een paviljoentje waarop
een bulzak
vyf kussens en
een velle combaars
een ledige kist
twee manden
een defecte harp
een yzere pot
een koeke pan
een water ketel
een plat vatje
een boter vatje
een kleine handzaag
een tinne waterpot
twee vaderlandsche vogels
een zilvere zak horologie en
voorts een parthy rommeling
Lyf eigen
een slavin genaamd Charlotte van de Kaap oud 20 jaren, welke slavinne ingevolge ongedateerde onderhandsche dispositie door den overledene met zynen vooroverledene huisvrouw Hendrina Johanna van de Kaap aan den voet van hunlieder testament in dato 28:ste Augustus 1810 voor den toenmalige notaris Daniel Petrus Haupt en getuigen opgerigt uit kragte der daarby geinsereerde clausule reservatoir gemaakt, na de dood van de langstlevende in vrydom moet worden gesteld
Crediten des boedels
  Rd:s
aan contanten in dezelve gevonden een somma van 60
Last des boedels
  Rd:s
aan voormelde Willem Nel over een maand kamerhuur 9

Aldus na gedane ontzegeling opgenomen en g’inventariseerd ten huize voormeld op den 25:ste Maart 1820.

Als getuigen: J:A: Munnik, J:N: Rorich

Mij present: P:E: Faure, Adj:t C:

MOOC8/39.25

{18201010} 10 October 1820 Stephanes Johanes Schoeman

Inventaris der nalatenschap van wijlen den burger Stephanes Johanes Schoeman /:Jurgenszoon Junior:/ overleeden den 7:e October j:l: in den ouderdom van 25 jaar 5 maande, en 25 dagen, bij den burger Cornelis Bezuidenhout, als volgt

  Rd:s
aan contante 197:2:--
volgens bewijs te goed van Daniel Jansen van Vuuren 166:5:2
te goed van Cornelis Bezuidenhout 36:7:2
zeeven aenvok beesten
zeeven uitstaende aenvok beeste

Onder het district Beauforth , bij Wijnand Bezuidenhout

een reid paard
drie aanvok paarde
een geweer
een overtrokken combaars
twee stukken Sinaas linnen
een paar stiegbeugels
een stang
vier boeken

Actum Grobelaars Rivier den 10:e October 1820

Theodooris E: Kleijnhans, Veltcornet

Cornelis Besuijdenhoud, F: Jamnek

Op vermelden boedel zijn geen schulden hechtende

Naamen der erfgenaamen en hun ouderdom

Maria Helena Schoeman oud 28 jaar
Hel: Dorothea Schoeman oud 24 jaar
Johanes Jurie Schoeman oud 7jaar
Johan Coenraad Schoeman oud 5 jaar
Hendrik Wijnand Schoeman oud 4 jaar
Engela Elisabeth Dorothea Schoeman oud 5 maande

MOOC8/39.26

{18240515} 15 Meij 1824 Adriaan David van Wyk , Anna Cicilia Venter

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behoord hebben tot den gemeenschappelyken boedel van Adriaan David van Wyk en desselfs nagelatene weduwe Anna Cicilia Venter en door eerstgem: op den 13 April 1824 met er dood ontruimd en nagelaten

Losse goederen
2 kisten
1 party tinnegoed
1 schotel
1 kopere ketel
1 stryk yzer
1 blaker
1 blikke emmer
1 blikke boter potje
1 party thee goed
4 vlessen
2 bottels
1 vaatje
1 schuifdoos
1 aardepot
1 inkpot
1 schaar
2 scheer messen
1 vasekelkie
1 zeeft
1 trommel
1 tavel
5 potten
2 emmers
2 karrens
1 vaatje
1 kan
1 mantje
1 rooster
1 zaag
1 party gereedschap
1 party rommeling
1 byl
1 graaff
1 slypsteen
3 stoelen
2 zadels
3 mudden koren
1 boor
1 wagen
1 Bybel
Lyfeigenen des boedels
nihil
Beestiaal
4 rydpaarden
8 aanteel paarden
12 ossen
14 beesten
52 bokken
630 aanteel schapen
Contanten des boedels
nihil
Baaten des boedels
nihil
Lasten des boedels
nihil
Erfgenamen des boedels
1) Louis van Wyk geboren den 22 Juny 1816
2) Jacob van Wyk geboren den 30 Mey 1818

Aldus gedaan en geinventarisseerd ten dorpe Cradock op den 15 Mey 1824 volgens op en aangave van de in de hoofde dezes gem: weduwe, dewelke verklaarde niets met weten verzwegen of agter gehouden te hebben met belofte indien zich iets tot opgem: boedel behoorende mogte ontdekken, als dan deeze inventaris daar meede te zullen amplieeren en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen en is zulks geschied in presentie van Arie Johannes van Dyk en George Aldrich als getuigen

Als getuigen: A:J: van Dyk, G: Aldrich

Anna Silia van Wyk

In kennisse van my: W:W:M: Mackay

MOOC8/39.27

{18240207} 7 Februarij 1824 Cristina Heleena Olivier

Velt Cornetschap Baviaanskloof

Heeden den 7 February 1824 ik T:C:S Senekal Veltcornet met twee onpartijdige getuijgen genaamd J:A: du Plesie en G:F: Marx den boedel opgenoomen van den overleeden Cristina Heleena Olievier oud 57 jaar en 5 maanden nagelaten man Gerhardus Stiphanus Strijdom oudderdom 60 jaar

Naamen der naagelaaten kinderin
Anna Maria Strijdom gehuwd met Stephanis Gouws
Johannes Jacobus Strijdom 30 jaar ouderdom
Gerhardus Cornelis Strijdom 28 jaar oud
Baarent Hendrik Josefis Strijdom 26 jaar oud
Coenraat Jacobus Stiphanus Strijdom 22 jaar oud
Johannes Stiphanus Strijdom 14 jaar oud
Catharina Beatrix Strijdom 12 jaaren oud
Woonplaats Pienaars Poort
vee plaats genaampt Palmiets Vontijn geleegen aan den Soutekloof
1 osse wagen
1 brandewijns keetel
3 halfleggers
6 halvaamsvaaten
2 booter carns
3 emmers
1 booter vat
1 bankscroef
1 slijpsteen
3 graafen
1 pik
2 schaafen
1 snijmes
2 bijlen
2 kisten
3 taafels
1 strijk ijser
2 stoelen
1 rusbank
3 kaatels
1 keetel mit confoor
9 borden
3 schootels
3 leepels
6 vurken
7 potten
1 kelder met 15 vlessen
1 kan
1 hant moolen
60 voet planken
1 trekpot
1 ploeg
1 boter bak
1 klijne vaatie
150 schapen
7 bokke
30 osse
46 beeste
geen uijtsaande penning
geen schulden gevonden

Joseph A: du Plesie, G:F: Marx

T:C:J: Senekal, Veltcornet

MOOC8/39.28

{18220121} 21 January 1822 Elisabeth Catharina van der Westhuizen

P:G: Brink

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Elisabeth Catharina van der Westhuizen laatst weduwe wylen Johannes Hendricus Viljoen ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heeden opgenomen en in waaren weezen zyn bevonden geworden, te weeten

twee osse waagens met toebehoor
een zadel en toom
vier schietgeweeren waarvan 1 def:t
een theekast met wat rommelary
een klyne karn vat
een plat vaatje
twee plat [vaatje]
een halfaam
een koevoet
een euntjes yzer
1 dissel
drie graaven
een ploeg schaar
een party ploeg gereedschap
een pik
drie schoppen en 2 gaffels
vier kouzynen met vengsters
twee kouzynen met deuren
twaalf voeten geelh:te plank
vyf enden plank
een disselboom
een voor en agter tang
een wagen as
veertien vellingen
zes en twintig speeken
twee stukken hout
een stinkhoute plank
een stuk stinkhoute plank
een party sparren
een party oud houd
een stuk balk
een party oude tuigen
een staale moolen
twee molen steenen, spil, etc:a
een oude katel
drie knapzakken zout
een [knapzakken] asch
vier mudde zakken
een party oude zakken
een duimsboor
een boor
een bilhamer
een passer
twee zekels
veertien steenen zeep
een veldtent
zes beeste vellen
twee verrekykers in zoort
een ley
dertien bottels in zoort
een botteltje zoet oly
een botteltje met terpentyn
een botteltje met boegoe brandewyn
een botteltje met campher
vier aarde kannetjes in zoort
een vles
een aarde lampet
een potje groen verf
een potje blauw verf
vyf [potje] witlood
vier [potje] roode minie
een kan met wat lynoly
twee aarde kannen
een aarde pot
een waterpot
twee tinne trekpotjes
vyf kopjes en tien pierings
drie kommetjes
twee blikke potjes
twee blikke bekers
vyf vlesjes medicyn in zoort
twee ledige vlesjes
een vlesje lavender
een doosje met savraan
een blikje met salf
een pakje bloed zuivering
vyf trommels in z:t
een koffertje
vier chitzen
twee spreijen
een wolle combaars
agttien voerchitzen
drie stukken geruit
drie ellen geruit
een lap schotz geruit
elf stukken linnen
een halve [stukken] linnen
drie halve stukken Chinaas linnen
vytien ellen zwart elpine
tien ellen roode elpine
een rol linnebaay
een stuk linnebaay
een lap linnebaay
een lap gestreept goed
een rolletje Nankinet
drie lappen Nankinet
een lap diemet
twee lappen onderbaatjes goed
een klyn tjaal
twee en twintig doeken in zoort
twee en negentig strengen zyde in zoort
negen en vyftig pakjes gaarn
een bol schoemakers gaarn
zes pakjes spelden
een halve [pakjes] spelden
twee pakjes band
vier vinger hoeden
elf doezyn knoopen
een doek met wat knoopen
een rolletje swart lind
vyf grifjes
twee brillen
twee hoeden
een slot met sleutel
een bosje sleutels
een zilver horlogie
een zilver ketting
twee schaaren
drie kammen
vyf knipmessen
drie messen
een party vuursteenen
twee kopere blakers
een kopere kandelaar
een meelzift
een glas
een peperdoosje
twee wagen kisten
een groote kist
een oude koffer
een groote zeeppot
negen yzere potten in zoort
een yzere ketel
twee koopere ketels
een rooster
twee koekepannen
vier emmers
een blikke emmer
twee klyne balies
een koffy molen, defect
een tinne koffy kan
een tavel
vyf stoelen in zoort
drie tinne schotels
vier tinne borden
elf aarde borden
veertien staale vorken
een en twintig yzere lepels
een kopere strykyzer
een buldzak, 4 kussens, 1 peul, 1 combaars
Slaven
een slavin genaamd Styn van de Kaap
Beestiaal
een hengst
vie jonge hengsten
vier ryd paarden
zes aanteel paarden
vier en twintig trek ossen
vyftien jonge ossen
vyf en zeventig aanteel beesten
een duizend zeven honderd agt en zeventig schaapen en bokken
Contanten
  Rd:s
aan gereedgeld 301:6
Baaten des boedels
    Rd:s
voldaan van Guill: Joh:s Oberholzer P:tzn over cont:t geleend geld bl: obligatie 600
  renten a 5 p:ct van d: 6:e Dec:r 1820
volgens declaratie van P:Z: Oberholster zou Du Toit dese pretentie hebben geliquideerd met den overledene van Jac:s Franc:s du Toit bl: obligatie 416
aan de Kaap van Piet:r J:b de Villiers J:D:zn, Stellenbosch bl: onderh: obl: d:d: 25 Mey 1819 200
van Piet:r J:b de Villiers J:D:zn bl: onderh: obl: d:d: 30 April 1820 400
voldaan Zach:s Joh:s de Beer S:zn aan de Paarl bl: onderh: obligatie d:d: 12:e Oct:r 1820 500
  renten a 6 p:ct zed:t d: 12:e Oct:r 1820
voldaan van Z:J: de Beer S:zn voor hamels blyk:s bewys 293
voldaan van Hend:k Badenhorst H:zn bl: onderh: obligatie d:d: 26 Dec:r 1820 272
voldaan van M:l Adriaan Oberholzer bl: onderh: obl: d:d: 18:e Nov:r 1820 230
voldaan van Piet:r Charel Cilliers, Stellenbosch bl: bewys d:d: 8:e Nov:r 1819 50
  van Abram Koekemoer, bl: bewys 10
erfgenaam van Piet:r Zach:s Oberholzer over cont:t geleend geld 134
  van Corn:s Brits Ock:tzn over gel:d geld 14
  van Gerh:s Pet:s Brits over koop van velligen en speeken 16
voldaan van Jac:s W:m Spruit voor 4 ellen linnebaay 5
voldaan van Joh:s Pet:s Meintjes voor 6 ellen linnen 6
Schulden des boedels
    Rd:s
  aan Guill: Joh:s Oberholzer M:l z:n voor ’t maaken van een wagen 15:--
voldaan aan Rudolph Nagel voor ’t oppassen van 15 paarden, zeven maanden lang, a 4 sk: voor ieder paard p:r maand 52:4
voldaan aan Ger:t Pet:s Visser Jan z:n over cont:t geleend geld 18:--
  aan Henn:g Joh:s Viljoen B:t z:n voor ’t opnemen der boedel 15:--
  aan Jac:s W:m Spruit voor ’t opnemen der boedel 12:--
  aan Rud: Corn:s Brits C: z:n voor opzigt houden over ’t vhee etc:a geduurende een maand 20:--
Erfgenaamen
1) Geert:da Jacom:a Viljoen get:d met Petrus Zach:s Oberholzer
2) Aletta Cornelia gehuwd met Joh:s Lod:s v:d: Merwe D:s z:n
3) Petrus Cornelis geb: d: 7:e Maart 1802
4) Elisab: Catharina geb: d: 3:e Dec:r 1803
5) Anna Joh:a Franc:a get:d met Willem Jac:s Albert:s Meintjes Jansz:n
6) Maria Susan:a geb: d: 5:e Juny 1807
7) Jacoba Magdalena geb: d: 1:e Jan:y 1809
8) Willem Christ:l Jac:s geb: d: 24 Aug:t 1810

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze de Matjes Fontein gelegen in ’t Winterveld , op den 21:e January 1822 volgens op en aangaave van Petrus Zach:s Oberholzer en Petrus Cornelis Viljoen, dewelken verklaarden zig hierin ter goeder trouw te hebben gedraagen met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende mogte worden ontdekt, dezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede, hebbende zy deezen, benevens den Landdrost en getuigen met hunne naamtekeningen bekragtigd.

Als getuigen: T:N:G: Müller, G:J: Broekhuizen

P:s Z:s Oberholster, P:C: Veljoen

A: Stockenstrom

MOOC8/39.29

{18220705} 5 July 1822 Jacobus Aderiaan Vorster , Martha Lubbe

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door Jacobus Aderiaan Vorster en Martha Lubbe in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en in waare weeze bevonden zyn geworden te weten

Losse goederen
4 graven
2 bylen
1 party ploeg gereedschap
1 party gereedschappen
1 span zaag
1 yzere schroeff
1 koefoet
1 dissel en 1 handbyl
1 slypsteen
1 blaasbalk
1 stuk yzer
8 lb spykers
1 party hoepels
1 yzere pan
2 potten en 1 zeeppot
1 stryk yzer
2 kopere ketels
1 schuiff doos
1 steenform
1 wyngaerdmes
2 zikkels
3 zadels en 2 toomen
1 halffaam
1 anker
2 ledige kisten
1 lap zyl
1 zak
1 vleesch vat
1 boterkarren
2 platvaetjes
1/2 anker
3 kleine baletje
2 emmers
5 stoelen
1 ledige kan
1 kan met teer
1 kleine bak
1 ledige mant
1 geweer
39 lb tobak
1 zoepkom en 1 lepel
1 party lepels vorken en borden
6 witte aarde borden
1 boter potje
1 blikke beker
1 trek pot
5 kommetjes
3 bottels
2 scheer messen
1 schotel
1 slot compleet
1 trommel
1 tavel
1 bed met toebehoren
1 wagen met toebehoren
1 Bybel
6 andere boeken
Beestiaal
2 rydpaarden
5 aanteelpaarden
3 ossen
11 beesten
197 schapen en bokken
Baaten des boedels
nihil
Contante
nihil
Schulden des boedels
    Rd:s
voldaan 8 Decemb: 1823 aan Frederik Preller over koop van negotie goederen, volgens bewys van 17 April 1822 betaalbaar over zes maanden 300:--
  aan Pieter du Plessies over koop van koren 20:--
  aan Petrus Grobbelaar over koop van koren 17:--
  aan Hercules Malang voor werksloon 33:--
  aan Willem van Straate over een doodkist 20:--
  aan Barend Joh:s Vorster voor negotie goederen 14:--
vold: 8 Decemb:1823 aan Samuel de Beer over negotie goederen 18:2
Erfgenamen
Johannes Hendrik Vorster
Dorothea Maria Vorster get: met David Rhynders
Barend Johannes Vorster
Elsje Johanna Vorster
Jacobus Adriaan Vorster geb: 17 Feb:y 1799
Schalk Willem Vorster geb: 1 Juny 1801
Alewyn Louis Vorster 1 April 1806
Frans Christ:n Vorster 1812
Maartje Elisabeth Vorster 1814

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Cradock op den 5 July 1822 volgens het op en aangeven van voorz: weduwe Vorster dewelke betuygde hierin ter goeder trouw te hebben gehandelt en niets met haar weten verzwegen of agter gehouden, verklaarende dus bereid deez voorenstaande opgave ten allen tyden des vereischt wordende met solemneele eede te zullen bevestigen, met verdere belofte zoo iets nader tot die boedel specteerende mogt komen te ontdekken deezen inventaris daar meede te zullen amplieeren en is zulx geschied ten bywezen van Arie Johannes van Dyk en George Aldrich als getuigen.

Als getuigen: A:J: van Dyk, George Aldrich

Maartje Lubbe wed:w Vorster

W:W: Harding, Adj: Landd:

MOOC8/39.30

{18220322} 22 Maart 1822 Petrus Johannes Visagie , Cornelia van Biljoen

P:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Petrus Johannes Visagie Lucas zoon en nagelatene weduwe Cornelia van Biljoen in gemeenschap bezeten en door eerstgem:e op den 5:e April 1821 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, mitsgaders heden opgenoomen en in waaren wezen zyn bevonden geworden, te weeten

een osse wagen met toebehoor
twee wagen kisten
twee zadels en een toom
zes paarde tuigen
een hamer
een beyl
een omslag met 11 booren
een schaaf, twee enden planken
een balie
twee plat vaatjes
een vlees vaatje
een groote trommel
een klyne trommel
een tinne blaker en 1 snuiter
een blikke kastrol
twee tinne schotels
zes tinne borden
zeven staale vorken
zes tinne lepels
drie bottels
een groote aardepot
twee klyne aarde potten
een tinne trekpot
drie kommetjes
een blikke beker
een emmer
een kopere ketel
drie yzere potten
een potlepel en vleesvork
twee stoelen
een stoof
een buldzak, peul, vier kussens en combaars
Beestiaal
vyf rydpaarden
vyf aanteelpaarden
dertien trek ossen
twaalf jonge ossen
vyftig aanteel beesten
zes honderd drie en zeventig aanteel schaapen
veertig bokken
Baten des boedels
    Rd:s
  van Gerrit Jac:s Visagie woonagtig aan de Brakke Rivier , over contant geleend geld 77:--
paid 11th March 1825 van Willem Johan:s van Biljoen P:s z:n, Brakke Rivier , over contant geleend geld 40:--
  van Lucas Visagie Sen:r, Brakke Rivier , over contant geleend geld 16:--
  van den Vendumeester te Graaff Reinet , voor een paard per publieke vendutie verkocht, na aftrek des kosten 156:7 1/2
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen
1) Lucas Andreas Henricus Visagie, gebooren den 9:e Juny 1816
2) Christina Gesina Visagie, geb: d: 23:e Jan:y 1818
3) Elisab:h Johanna Cicilia Visagie geb: d: 25:e Septb:r 1819

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatse genaamd de Driefonteinen gelegen in de Nieuwe Hantam op den 22:e Maart 1822 volgens op en aangaave van voorm:e weduwe P:J: Visagie, dewelke verklaarde zig hierin ter goeder trouw te hebben gedraagen, met belofte indien er iets nader tot den boedel behoorende mogte worden ontdekt, deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede hebbende zy deezen, benevens den Landd: en getuigen met hunne naamteekeningen bekragtigd.

Als getuigen: T:N:G: Muller, G:J: Broekhuizen

Cornelia van Biljon weduwe P:J: Visagie

A: Stockenstrom

MOOC8/39.31

{18240503} 3 May 1824 Aletta Jacoba Laubscher

Inventaris van alle zodanige goederen als er op den acht en twintigsten dag des gepasseerden maands April in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd vier en twintig metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Aletta Jacoba Laubscher wed: Petrus Keeve, hebbende de overledene by testamentaire dispositie in dato 4 October 1814 voor den notaris publicq m:r Jacobus Petrus de Wet en getuigen gepasseerd, tot haare enige en universeele erfgenaamen benoemd en g’institueerd haare hiernatenoemene kinderen by voorsch: haare echtgenoot in huwelyk verwekt, te weeten

1) Petronella Jacoba Keeve gehuwd met Jacobus Paulus Blommaart welke aandeel de overledene heeft bezwaard met den band van fidei commis
2) Sebella Johanna Keeve
3) Carolina Eliz:h Keeve geh:d met Lambert van Zittert
4) Petrus Joh:s Keeve
5) Johanna Susanna Keeve wed: Christiaan Fredrik Hanssen
6) Aletta Jacoba Keeve get:d met Hendrik Ekermans en
7) Elizabeth Keeve geh:d met John Evert Mestaer welke aandeel de overledene almede heeft bezwaard met den band van fidei commis

En voorts tot executeuren van hetzelfde testament benoemd en verzogt het Collegie van Heeren Weesmeesteren deezer colonie, ten gevolge waarvan de nalatenschap door ons ondergetekende Gecommitteerden uit het evengemelde Collegie na gedaane ontzegeling is g’inventariseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het navolgende

Een huis en erf in deeze Tavelvalley in de Graaffestraat N:o 6 in het Blok P: en aldaar N:o 5 groot 35 quadraat voeten en 112 quadraat voeten

In het gem: huis en aldaar

In het voorhuis
een wit linnesche open gordyn
een spiegel met note bome lyst
veertien stoelen
een cabinet met laaden
een tavel
In de voorkamer ter regterhand
een wit linnesche open gordyn
twee klyne venster gordynen
een bureau
een ronde tavel
twee klyn [tavel]
een tavel met een steene blad
een groote vierkante tavel
een ronde tavel
negen stooven
agthien blikke trommels in zoort
een ledige kistje
twee blikke water kannen
drie blikke broodmandjes
twee verlakte schenkbladen
een verlakte voeder doos
een spritze spuyt
een tinne klisteer spuyt
drie blikke bakken
twee blikke beekers
twee blikke braad pannen
vier blikke couvertuuren
twee blikke kasserollen
een blikke theebus
een kopere confyt keetel
een kopere blaker
een kopere vyssel en stamper
een kopere schaal en balans met zes stukken gewigt
twee kopere kasserollen
twee kopere taartepannen
een kopere deeg rol
twee kopere vuurtessen
een kopere water ketel met zyn krans
een kopere kraan
drie kopere confooren
vyf kopere kandelaaren
een kopere blaker
vyf strykyzers
twee tinne water keetels
een tinne water [keetels] klyne
drie tinne trekpotten
een tinne [trekpotten] klyn
vyf tinne souspotjes
een tinne schenkblad
twee tinne kommen
zeven schootels in zoort
een cyffer ley
een kaarse bak
een wasch baly
een tinne thebus
een blikke water bakje
veertien glaze karaffen en flessen in zoort
vyf water glazen
negen wyn kelken
een medizyne kistje
een specery dooze
dertien bottel bakje
vier snuyter bakjes en een snuyter
een Japansche soepterrine met zyn schotel
twee Chinasche [soupterrine]
tien Chinasche boterpotjes
tien Chinasche reisbortjes
zes Chinasche schootels, NB moet 8 zyn
twee blauwe aarde boterpotjes
drie schootels
veertien schotels in zoorten
zes salade bakken
tien desert schotels in zoort
tien ordinaire schotels
vyf reistbortjes
veertien schoteltjes in zoorten
elf spoelkommen
zes beekers
een lampet en kom
een salade kom
zes souspotjes
zeven mandjes
een haspel
negentien zuikerpotjes in zoorten
elf kopjes en pierings
elf pierings
vyftien soep borden
twaalf vlakke borden
twaalf messen en twintig furken
twee schilderyen
een copere quispeldoortje
een copere tavel schel
zeven gordyn knoppen
twee capok kaarten
drie schilderyen
een printe Bybel
een printe Bybel in kwarto
negentien boekken in zoort
In de agter kamer
een ophaal gordyn
twee venster [gordyn]
een tavel
een draagstoel
Zilver werk des boedels
een zilvere trekpot
een zilvere melkkan
een zilvere zuikertrommel
een zilvere peperbus
twee zilvere zoutvaatjes
een zilvere visschop
twee zilvere schenkbladen
een zilvere klyne ronde
een zilvere soeplepel
twee zilvere ragou [lepel]
twaalf zilvere eetens [lepel]
veertien zilvere theelepeltjes
twaalf zilvere backen
een zilvere koelbakje met twee lepeltjes en twee zilvere furkjes
een zilvere lepeltje, defect
een zilvere snuyfdoos
een zilvere beugeltas
een zilvere etui
een paar goude schoengespen
een paar goude hand knoopen
een Bybel met goud beslag
een Bybel met zilver beslag
een carette snuyfdoos met zilver gemonteerd
twee pleted blakers
een kopere inkkooker
In een voorkamer ter linkerhand
een open gordyn
een spiegel
agt stoelen waarvan twee arm stoelen
twee tavels
een ronde tavel
een groene tavel kleed
een toilet spiegel
een kadel
een cabinet met zilver beslag waarop een stel potten en in dewelke
twee groene tavel kleeden
een rood verlakte kistje
twee rood verlakte broodmandjes
een blikke bak
een tinne bak
een tinne thebus
twee kurketrekkers
een witte catoene deeken
een chitze spry
twee egte tjaals welke de erfgenamen verzoeken dat aande hun mogte werden verkogt
een lange geele tjaal welke ingevolge testamentaire dispositie aan Johanna Susanna Hanssen dogter van Aletta Jacoba Hanssen is gelegateerd
eenige klederen, linnengoed zo tavel als bedde goed, waarvan een aparte lyst zal moeten geformeerd en aan deeze inventaris moeten gevoegd en onder de gezamentlyke erfgenamen in gelyke deelen zullen werden verdeeld, voorts
een blikke verlakte messen bakje
een stel rood ledikante gordynen
twee [stel] witte ledikante gordynen
een zwart ledere zakboekje
drie brillen in zoorten
twee beddens
twee peuluwen
zeventien kussens
vyf deekens in zoorten
een ledikant
In de keuken
een combuys tavel
elf yzere potten in zoorten
drie koekepanne
een water keetel
een rooster
twee drievoeten
zes schoorsteen kettings
drie yzere leepels
twee houte leepels
een schuimspan
een taatje
twee vurken
een vuurtang
vier kapmessen
een hout byl
een schoorsteen haak
een schoorsteen yzer
een waterhalfaam en blikke beeker
zes emmers
negen balys
een hakke bord
een vleesch blok
een rystblok en stamper
twee boter vaatjes
twee klyne staltjes
een groote kist
een huis trap
vier ledige kasten in zoort
een blikke gieter
vyf banken in zoort
In een buyten vertrek
elf confyt potten en zoort
een lantaarn
twee waterpotten
een vuilnis blik
een raggebol stoffer en 4 wit kwasten
twee rol stokken
een houte hamer
vier zeefen
een tavel op schraagen
een haspel
een grote mand
een gemak stoel
twee ladders
een sluit mand
een party bottels en flessen
vyf zakken in zoort
een muizeval
een dispens rak en voorts
een party houtwerk
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf g:d Lodewyk van de Kaap 51 jaaren, snyder
een mansslaaf g:d Floris van de Kaap 46 jaaren, huisjonge
een mansslaaf g:d April van Batavia 48 jaaren, werksjonge
een mansslaaf g:d Christiaan van de Kaap 34 jaaren, huisjonge
eene slavinne g:d Candasa van de Kaap 77 jaaren, huismeid, die ingevolge codicilaire dispositie van den 20 Maart l:l: kiezen mag by wien der erfgenaamen zy haar overige leeftyd wil slyten
eene slavinne g:d Regina van Madagascar 58 jaaren, huismeid, die de gezaamentlyke erfgenamen verzoeken dat aan haar mogte worden vrygelaaten almeede te kiezen by wien zy zal wenschen intewonen
eene slavinne g:d Philida van de Kaap 41 jaaren, huismeid
Baaten des boedels
    Rd:s
voldaan den 19 Maij 1825 een notariele obligatie ten lasten Hend:k Emanuel Blanckenberg d:d: 19 April 1823 g:t 1500:--
  renten van den datum der obligatie
renten voldaan tot den 5:de deezer den 3 December 1824 een notariele obligatie ten lasten van Johan Hend:k Ehlers d:d: 5 Decemb: 1824 g:t 2000:--
capitaal en renten vold: den 26 Octob:1824 een notariele obligatie ten lasten Gustaaf Christoffel Griffrath d:d: 4 July 1814 groot ƒ8000 ofte 2666:32
  renten zed: 4 Feb:y j:l:
den 1 Sept:r 1824 in mindering van het capitaal afgelegd ƒ2000 met de renten voldaan tot primo Januarij 1825 een schepenen kennis ten lasten Barend Cornelis Berning d:d: 12 January 1816 g:t 2333:15
  renten zed: 1 January j:l:
erfgenaam een onderh: obligatie ten lasten de wed: Christiaan Fred:k Hanssen d:d: 27 Maart 1822 groot ƒ2000 ofte 666:32
  renten den 27 Maart 1823
  van Doctor Murray over een maand huur van den slaaf Christiaan gerekend tot ultimo April 20:--
erfgenaam van Hend:k Ekermans over een maand huur van den slaaf Floris gerekend tot ultimo April 20:--
  van den vryzwart Samuel van de Kaap over huur van den snyder jonge Lodewyk van primo April à rd:s1 per dag
Contanten des boedels
      Rd:s
  aan papiere mund eenhonderd en tagtig ryksd:s zegge   180
I acknowledge to have rec:d these coins paper 14 sh: and other rd:s on the 14 Oct: 1830 J:S: Hanssen twee zilvere kruzadus zynde de spaarpot penningen de w:w: Johanna Susanna Hanssen dogter w:w: Aletta Jacoba Hanssen
  drie halve kruzadus
  een agste [kruzadus]
  een zestiende [kruzadus]
  een Spaansche mat
  een agste Spaansche mat
  twee Engelse sixpence
  een halve gulden
  vier schellingen
  vier stuivers
Lasten des boedels
    Rd:s
voldaan den 28 Maij 1825 aan Sibella Marg:a Laubscher w:w Joh:s Laubscher Janpieterz by schepenen kennis groot aan capitaal ƒ25000 8333:16
  aan Johanna Susanna Hanssen dogter van Aletta Jacoba Hanssen ingevolge onderh: clausule d:d: 12 Juny 1819 als een legaat besproken 333:16

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten huyze voorn: op den 3 May 1824 ende zulx volgens op en aangeven van den in den hoofde gem: Petronella Jacoba Keeve w:we Joh:s P: Blommaart en Sibella Johanna Keeve, dewelke verklaarden zig hierinne ter goeder trouw gedragen en hun’s wetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigde de deugdeljk hunner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen zynde deeze opgaaf geschied ten overstaan der overige in den hoofde gen: erfgenaamen, alle dewelke belooven indien nog iets tot gem: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deze inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid van ons onderget: gecommitteerde Weesmeesteren ende my Secretaris door de gezamentlyke erfgenamen behoorlyk ondertekend.

Als gecomm: Weesm: G:E: Overbeek, A: Kuys

D:W:P: Blommaart, Sibella Johanna Keeve, L: v: Sittert, P:J:s Keeve, de we: F:k Hanssen, A: Ekermans, J:E: Mestaer

My present: J:J:L: Smuts

Woensdag den 28 April 1824 maakt P:J: Keeve ter Weeskamer bekend het overlyden zyner moeder Aletta Jacoba Laubscher wed: Petrus Keeve, nalatende zeven kinderen, met naamen:

1) Petronella Jacoba Keeve geh: met Jac:s Paulus Blommaart
2) Sebella Johanna Keeve
3) Carolina Elisabeth Keeve geh:met Lambert van Sittert
4) opgem: P:J: Keeve
5) Johanna Susanna Keeve wed:e Christian Fred: Hanssen
6) Aletta Jacoba Keeve get: met Hendrik Ekermans en
7) Elizabeth Keeve geh: met John Evert Mestaer

tegelykertyd produceerende een testament door meerm: zyne moeder op den 4 Octb:r 1814 van den notaris m:r J:P: de Wet en getuygen gepasseerd, waarby Heeren Weesmeesteren zyn benoemd en aangesteld tot executeeren van haar testament, mitsg:s redderaars haares boedels en nalatenschap, als meede voogd over haare natelatene onmondige erfgenamen.

Lyst van zodanige kledingstukken etc:a als behoorende tot den boedel van wylen Aletta Jacoba Laubscher wed: Petrus Keeve

zes en veertig laakens in zoorten
zes en zeventig sloopen
twee en tagtig servietten
veertien rokken
een en twintig hembden
veertien jakken
veertien tjaals
vyf en veertig doeken
vyf en dertig tabaards
agt en dertig kappies
veertien paaren koussen

Alle welke goederen my ondergetekenden verklaaren ten onzen genoegen te hebben verdeeld en ieder de zyne ontvangen.

Kaapstad den 4 May 1824.

L: v: Sittert

MOOC8/39.32

{18250319} 19 March 1825 Ann Hart

Inventory of all such property as has been relinquished by the death ab intestato of Ann Hart widow of James Leader on Friday the 18th day of the month of March in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five, for the benefit of her four children procreated in marriage by her aforesaid husband

1) Ann about 8 years old
2) James about 6 years old
3) Elizabeth about 4 years old
4) Fanny 10 months

The aforesaid property having been taken under the ex officio administration of the Board of Orphan Masters of this colony in behalf of the aforesaid children, and being inventoried by me the undersigned, was found to consist of the following articles viz:t

At the house of the widow Matfeld occupied by James Jurry

five sheets
three pillow cases
two shifts
three pillows
one bolster
two counterpanes
one bed
five blankets
one bedstead
a chest n:o 1 (containing)
two pair of stays
one pair of short breeches
one silk handkerchief
five pair of pockets
a pair of window curtains
one shirt
one petty coat
twelve plates
one dish
ten cups and saucers
six basons
three small bottels
two tea pots
two milk pots
seven forks and eight knives
a pair of pincers
a screw driver
three spoons
a nutt cracker
a ruler
an inkstand
three candle moulds
a floor mat
one Johnson’s dictionary
two brushes
one pair of snuffers
a chest n:o 2 (containing)
six pair of white silk stockings
two pair of black silk stockings
two pair of trowsers
two pair of breeches
one pair of silk gloves
seven petty coats
two gowns
one black net cloak
one waistcoat
one pair of cotton stockings
four shirts
three table cloths
one piece of callico
two sheets
three caps
two pieces of blue stuff
two pieces of printed cotton
a remnant of flannel
ten shifts
one dressing gown
three silver spoons
nine silver teaspoons
two silver salt spoons
a pair of sugar tongs
two seals and a watch key
three pair of ear rings
three finger rings
two breast pins
one silver tooth pick
one locket
three neck laces
one snuff box
one trunk
a chest n:o 3 (containing)
four pair of trowsers
four waistcoats
three gowns
five night gowns
three petty coats
five waistcoats
two shifts
one table cloth
four pillow cases
three napkins
one shift
one apron
one piece of blue Nankeen
three sheets
for towels
three handkerchiefs
four rasors
two waiters
one snuffer stand
seven books
six candle moulds
two hammers
two tea caddies
two bed quilts
two scarfs
one morning gown
one petty coat
two flannel petty coats
two sacks
a quantity of buttons
twelve bottles
two kettles and one camp kettle and 1 pale
one saucepan
three cannisters
two jugs
one large padlock
one hand iron
three chairs
Cash found in the estate
  Rd:s
one Spanish dollar
one rupee
three shillings
one sixpence
five pieces of Spanish money
four rixdollars paper money 4

Thus inventoried at the Cape of Good Hope in the aforesaid house on the nineteenth day of the month of March one thousand eight hundred and twenty five according to a statement made by Mess:s James Luke Church and William Forbes who declared to have acted herein bonfide and that to the best of their knowledge they have not secreted or withheld anything that belonged to the aforesaid estate, and the said appeasers further declared that they are and will at all times be ready and willing to confirm their statement by solemn oath if required, promising at the same time that after the dato of these presents any property of this estate might be discovered, shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify this inventory with the property to be discovered.

As witness: H: Overbeek

J:L: Church, W:m Forbes

In my presence: A: v: Breda

Inventory of the wearing apparel belonging to the children of the late Ann Hart widow of James Leader viz:t

one trunk
twenty two shifts
one flannel night gown
three night gowns
five night caps
twelve pinafores
one scarf
two tippets
three night caps (unfinished)
three pair of trousers
two spencers
three frocks
one shawl
one silk handkerchiefs
seven pocket handkerchiefs
two pelisses
one pair of stays
two pair of stockings

The above specified articles are delivered to Mrs Utoff for the use of the minor Ann who has been placed by the Board of Orphan Masters under the care of said Mrs Utoff

thirteen shirts
nine jackets
nine pair of trousers
two waistcoats
two cloth coats
two flannel night gowns
two flannel night caps
eight pinafores
one pair of shoes
one coverlid
one bed
one blanket
one linnen night cap
Nankeen for one pair of trowsers

The above articles are delivered to Mr J: Wills for the use of the minor James who has been placed by the Board of Orphan Masters under the care of said Mr Wills

nine shifts
nine frocks
sixteen pinafores
three night gowns
one peliss
four night caps
one petty coat
one handkerchief
two spencers
one pair of trousers
one pair of shoes
one scarf

The aforesaid articles are delivered to Mr James Fayror for the use of the minor Elizabeth who has been placed by the Board of Orphan Masters under the care of said Mr Fayror

eleven shifts
nine petty coats
three pelisses
ten bed gowns
two pair of stays
seventeen flannels
twenty caps
fourteen pinafores
ten napkins

The above specified articles are delivered to Mr: J: Wills for the use of the minor Frances who has been placed by the Board of Orphan Masters under the care of Mr Wills.

Inventory of all such wearing apparel, belonging to the children of the late Ann Hart widow of James Leader viz:t

one cloak
four aprons
one shirt
two night gowns
six frocks
five petty coats
one cap
one basket
two pair of shoes
thirteen shirts
ten jackets
ten pair of trousers
two waistcoats
two cloth coats
one flannel night gown
one flannel night cap
seven aprons
one flannel night gown
two flannel night caps
one flannel night shift
ten aprons
one flannel petty coat
one striped petty coat
seven frocks
twelve shifts
two night gowns
two night caps
one pair of trousers
two black spencers
ten short frocks
seven flannel petty coats
one flannel bed gown
six white petty coats
four flannel shifts
one linnen shift
one apron
three petty coat bodices
six caps
six napkins
a trunk
one scarf
one flannel night gown
one flannel night cap
thirteen shifts
four frocks
eleven aprons
seven pocket handkerchiefs
one muslin tippet
one spencer
two pair of stockings
one cloth pelisse
one bundel of thread
two pieces of old ribbon
a nightgown
six towels
a piece of flannel
a remnant of Nankeen
three books

Thus inventoried at the Cape of Good Hope on the 26th March 1825

J:L: Church

In my presence: H: Overbeek

MOOC8/39.33

{18250418} 18 April 1825 Adam Napier

Inventory of all such property as has been relinquished by the death of Adam Napier Esq:re surgeon in the honourable East India Company Service, of the Bengal Residency which happened on the sixteenth day of the present month of April, at the house of Mr Carel Beständig N:o 22 Gravestreet , Cape Town the deceased who arrived in this Colony on the [ ..... ] as passenger on board of thecaptain [ ..... ] having his last will and testament executed on the 14:t February 1824 under his seal and signature, in the presence of three witnesses disposed of his property in favor of

his son in law James Francis Wilson and
his daughter Helen Napier and their issue

0and in case of their death without issue in favour of his mother Helen Napier or in case of her predecease, of the children of his brother Alexander Napier.

But since the deceased in his aforesaid will and testament has not appointed any executors or administrators in as far as the property relinquished here is concerned, the Board of Orphan Masters of this Colony have entered upon the administration of this property ex officio on behalf of his heirs abroad, and the said property having in consequence been inventoried by the undersigned Commissioners of the aforesaid Board and was found to consist in the following viz:t

In the house of the said Mr C: Beständig

a sopha bedsteadt with curtains
one mattrass
two bed covers
one bolster
one easy chair
one spy glass
a silver hunting watch with gold seal
a tin box with some medicines
three packs of hair powder
two tin boxes with a remainder of sago and sugar
a writing box
some writing paper
a writing box
a portefuille
three rasors, two straps
one brass pencel case
one scale
one pocket book with surgeons instruments
one clister pipe
two pair of spurs
one hammer
some brass work
one pair of boot hooks
an apoticary scale
two brushes
one slate
one comb
six pair of shoes
forty nine books
a tin box
a large chest
a large chest, containing
twenty one shirts
two dressing gowns
nine bed sheets
forty seven hand towls
one hat
thirty two pair of trousers
twenty pillow cases
thirty four waistcoats
eighteen white jackets
one uniform coat and epolet
one uniform jacket
one uniform waistcoat
one great gray coat
one pair of gray trousers
one cambelet jacket
one cambelet waistcoat
one cambelet pair of trousers
two velvet waistcoats
nineteen pair of stockings
five pair of socks
three pair of gloves
seven flannel waistcoats
one flannel belt
three pair of flannel drawers
twenty two pocket handkerchiefs
four silk handkerchiefs
one pair of crape trousers
thirty nine neck cloths
one pair of brases
nine night caps
one basket
one gig
one gig horse
one set of gig harnass
one pair of crutches
Claims in favour of the estate
    Rd:s
received in June from the Discount Bank the balance of his account 814:42
Claims against the estate
    Rd:s
paid in April to the Sexton Mr P:J: Keeve for funeral expences 372:24
to said Mr C:l Beständig for board and lodging 523:24

Thus inventoried at the Cape of Good Hope in the house aforesaid on the eightteenth day of the month of April in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five, according to a statement made by the said Mr Carel Beständig who declared to have acted herein bonafide and that to the best of his knowledge has not withheld or secreted any thing belonging to the aforesaid estate and the said appearer further declared that he is and will at all times be ready and willing to confirm his statement by solemn oath if required promising at the same time that if after the date of these presents any property of this estate might be discovered shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify this inventory with the property so discovered.

In witness whereof the Commissioners together with the appearer and the Secretary have subscribed to these presents.

As Commissioners: G:E: Overbeek

C:l Beständig

In my presence: J:J:L: Smuts

MOOC8/39.34

{18211110} 10 November 1821 Jan

Inventaris van zodanige goederen als welke gevonden zijn in de nalatenschap van den verongelukte vrije slaaf Jan

twee merrij paarden
een oude zadel
een tafel
vier kisten in zoord
een klipvis net
een oude blouwe jas
twee oude stoelen
een emmer
een water vat
vijf eijster potten
een klijne kopere ketel
een schoorsteen ketting
twee klijne aarde potten
een kaatel
een oude bedt
vijf kussens
een combaars
een drie voet
een zit bank
wat rommelerij
drie schootel rakken
twee manden in zoord
een boter vaatje
een klijne wijn vaatje
een dissel
een zikkel
zes borden
vier leepels en vorken
twee tinne kommen
een oude graaf
een eijster ovend dekzel
een hoed
vier oude broeken
drie oude baatjes
een hempt
vier scheer messen
twee schaaren
acht bottels
2 troffels
vier schaafen
twee bijlen
drie strijkplanke

Geformeerd op het erf Litle Engeland gelegen in Hottentotsholland den 10 Nov:br 1821.

H: Rijk de Vos, Veldc:t

MOOC8/39.35

{18221223} 23 December 1822 Merry Neveling

Lyst den goederen door Merry Neveling op den 23 December 1822 met er dood ontruimd ende nagelaten ten huize van Pieter Hendrik Kulkis

een vedere bulzak
een kastje waarin
negen rokken in zoorten
twee borstrokken
vyf spencers
een kante kraagje
een gele zijde doek
een gebloemde zyde tjaal
een paar oor bellen
een paar geel Chineesch linne steveltjes

Voor de opgaaf: dit kruis + is de handtekening van P:H: Kulkis

S:N:M: Thuyse

MOOC8/39.36

{18240927} 27 September 1824 Johan Christoffel Boshoff , Elisabeth Catharina Smit

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Johan Christoffel Boshoff en nagelatene wed:e Elisabeth Catharina Smit in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd op den 24 August 1824 en naagelaten, mitsgaaders op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

twee compleete bedden waarvan een aan de w:e is gelaten
een katel
een kist
een blikke hamer
twee hamers
drie stooven
vier aarde kannen
twee kopere blakers
een snuiter
een vyssel
een stryk yzer
twee aarde potten
een koffy molen
een rooster
een pan
twee koevoeten
twee boter vaatjes
een platte [vaatjes]
een vleesch vaatje
een anker vaatje
een klyne kleder kast aan de wed:e gelaten
twee vaatjes in zoort
een gieter
een lantaarn
een party hoepels
een party gereedschap
drie bylen
een pick
een graaf
een meel zift
een oude koffer
een wagen as
een bakkist
een kelder met elf vlessen
een duiwenhok
een boter vat
agt en seventig voeten geelh: plank
een asschop
een koffer
twee ketels
een pint
een zilvere zuikerpotje
een tinne teepotje
een boter potje
een zuiker potje
een schenkblad
twee kelkjes
een peper doosje
een zout vaatje
een porstolyne pot
een tinne soep kom
een tinne schotel
twee aarde kommen
een snuiter bakje
twaalf bottels in zoort
een vles
een kannetje
een spiegel
een sypherley
een trommel
een clasteerspuit
een kasje
agt kopjes en pierings
seve en twintig borden in zoort
een zilvere soep lepel
ses zilvere eetlepels
vier tinne lepels en tien yzere forken
seve messen
een seeppot
vier yzere potten in zoort
een pot lepel
een kom
een aardeschotel
een schuimspaan
twee tee tafels
agt stoelen
een balie
vyf vellezakken
een oude tentzyl
een complete ossen wagen, oud
een slavin in naame Sara met haar kind Apollos
Beestiaal
elf trek ossen
ses jonge ossen
veertig aanteel beesten
vier honderd een en vyftig aanteel schaapen en bokken
Baaten des boedels
nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan de wed:e Nic:s Smit aan cap:l 500
aan Nicolaas Jac:s Smit weg:s geleend geld 44
aan Pieter Ernst Kruger senior weg:s geleend geld 7
aan Hendrik Adriaan Smit weg:s geleend geld 5
aan Jan Flatinem weg:s geleend geld 11
aan J:J: Gerber weg:s koop van negotie goederen 21
Erfgenaamen
1) Elisabeth Aletta Boshoff geb: 14 Dec:r 1810
2) Nicolaas Jacobus Boshoff geb: 5 Feb:y 1813
3) Regina Catharina Boshoff geb: 7 July 1819

Aldus gedaan en g’inventariseerd op den 27:e September 1824 ter plaatze de Roodeberg gelegen in het v:dcornetschap Camdebo toebehoorende aan Jacobus Petrus van den Berg, volgens op en aangaave van Elisabeth Catharina Smit voorm:, dewelke betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weten verzwegen of agtergehouden te hebben met al verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren alles doende onder aanbod van eede ende is zulks geschied door my ond:e Agent der Weeskamer ter presentie van de edele H:A: Meintjes en Johannes Pet:s Meintjes

Voor d’ opgaave: W:J:C: Boshof

J:J: Meintjes

Als getuigen: H:A: Meintjes, J:P: Meintjes

MOOC8/39.37

{18230521} 21 May 1823 Jan Nooey

Lyst der goederen op den 14:de May 1823 ab intestato met er dood ontruimd ende nagelaten door Jan Nooey

een kist waarin
een paarde haare matras
een kussen
zeven broeken (in soorten)
twee hembden (in soort)
vyf Bayse hembden in soort
twee bove baatjes
een onderbaatje
een jas
twee paren wolle kouzen
een paar stevels
een wolle deken
vier hoeden (in soort)
twee kleine zeildoekse zakken
een gestreepte onderbroek
een knipmes
een kleine zeildoekse zak met wat rommeling
een rolletje zeilgaren
een fyne en grove kam (oud)

Als getuigen: H: Overbeek, J: Steedongen

Voor de opgaaf: D:J: v: Dyk

MOOC8/39.38

{18240710} 10 July 1824 Oude April

Berg Rivier den 10 July 1824

Inventaris van den overledene vrye slaaf genaamt Oude April welke op den 2 Juny alhier overleden is

1 katel defeck
1 oude bulzak met kussens en velle combaars
2 oude boven baatjes
1 onder baatje
1 oude jas
1 oude hoed
3 oude broeken
1 kist
1 oude rydpaard
1 oude zadel
1 koey met kalf
    Rd:s
paid by A:B: Geldenhuys 16 July 1825 aan contante te goed hebben by J: Leaker 90
  contante by de heer Schoesler 60
    Rd:s150
  Rd:s
aan de vrye meyd genaamt Rosiena van de heer Horak schuldig 30
onkoste tot de begrafenis 38
  Rd:s68

My present als getuygen: Christiaan P: Smit, S:H: Schoester

A:B: Gildenhuys, Feltkornet

Berg Refier de 29 Juley 1824

Meyn heer sende u edele folgens order de infantaris fander oferledenen frey slaaf April di beyde heer Melk gewoont hep hier nefens melde sig een erfgenaam een Hottentot genaamt Allesis ander een soon fande oferlednen te seyn en de heer Schoesster die bey Melk woont geeft foor dat hy fersogt is fande oferledenen om seyn goederen te ferdelen aan seyn soon Allesis ander en nog aan meer beijkinderen fan de oferledenen April.

Blyfe met feelle agting u edele dien en frient

A:B: Geldenhuys, Feltkornet

MOOC8/39.39

{18241008} 8 October 1824 Johannes Hendrik Coetzee , Johanna Catharina Venter

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behoord hebben tot den gemeenschappelyken boedel van nuwyl Joh:s Hend: Coetze en desselfs na gelatene weduwe Johanna Catharina Venter en door eerst gem: op den 3 September 1824 met er dood ontruimt en nagelaten

Losse goederen
1 party gereedschap
1 party rommeling
2 bottels
1 emmer
1 botervat
1 watervaatje
1 blikke emmer
1 yzere potten
1 kis
1 geweer
1 zadel en 2 toomen
1 katel
1 stoel
1 wagen
Beestiaal
951 schapen
45 bokken
3 rydpaarden
7 aanteel paarden
25 ossen
68 beesten
Contanten des boedels
nihil
Baaten des boedels
  Rd:s
Andries Venter over het geen aan de boedel per erffenis competeerend 125
Abraham Jacobus Coetze over koop van een paard 69
Steph:s Smit over koop van hamels 17
Lasten des boedels
nihil
Erfgenaamen des boedels
Huibrecht Francina geboren den 6 July 1823
NB: de wed: Coetze rapporteerde dat zy zig in een gezegende staat bevind!!!

Aldus geinventariseerd ter plaatze Zeekoegat in Brakke Rivier op den 8 October 1824 volgens op en aangaave van de in de hoofde dezes gemelde weduwe dewelke verklaarde niets met weten verzwegen ofte agtergehouden te hebben met belofte indien zig iets mogte ontdekken tot opgem: boedel behorenden als dan deeze inventaris daar meede te zullen amplieren en zulks des gevordert wordende met solemneele eede nader gestand te doen en is dit alles geschied in presentie van Arie Joh:s van Dyk en George Aldrich als getuigen.

Als getuigen: A:J: van Dyk, G: Aldrich

Johanna Catrina Venter wedewe Coetse

In kennis van my: W:W:M: Mackay

MOOC8/39.40

{18250503} 3 May 1825 Levina Johanna Smith

Inventory of all such property as has been relinquished by the death ab intestato of Levina Johanna Smith on the twenty fifth day of the month of April in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five for the benefit of her three natural children, named

1) Eduard Justus born 12 March 1809
2) Carel born 9 March 1813 the two lastmentioned not baptized
3) Pieter born 5 August 1815

The aforesaid property having been taken under the administration of the Board of Orphan Masters of this Colony in behalf of the aforesaid children, and been inventoried by me the undersigned and was found to consist in the following articles viz:t

In the house of Sara Davidsze
an Indian shawl
an Indian black shawl
a silk spencer
a casemier spencer
eight petti coats
four shirds
an underpetticoat
three p:r of stays
a frill
three p:r of stockings
a p:r of gold earrings
a p:s of white linen
a p:s of blue linen
a small box with thread
two fans
a pletit p:r of snuffers and stand
a straw bonnet
a silk apron
two new basons
a bedstead complete
a horse hair mattras
three tables
eight chairs
a large chest
two small chests
a trunk
two pails
two tubs
a looking glass
a wooden bowl
an earthen bowl
a pot
a small box
two blanckets
a coverlet
a chamberpot
thirteen plates
two small plates
a small butter tub
a bason
two small earthen pots
a pepperbox
a milk pot
a coffee pot
a canister
two candlesticks
a small tub
a tripot
two iron pots
a kettle
an iron
seven bed cloths
ten pillowcases
two gowns
a shird
a spencer
two under petticoats
four handkerchiefs
a nightgown
four napkins
a p:r of tongs
a tin bowl
a bason and ewer

Thus inventoried at the Cape of Good Hope in the house aforesaid on the third day of the month of May in the year one thousand eight hundred and twenty five according to a statement made by Johannes Wedego and Carel Christiaan Hendrik Slosser whom declared to have acted herein bonafide and that to the best of their knowledge they has not withheld or secreted any thing that belonged to the aforesaid estate, and the said appearers further declared that is, and will at all times be ready and willing to confirm this statement by solemn oath if required, promising at the sametime that if after the date of these presents any property this estate might be discovered shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify this inventory with the property so discovered.

In witness whereof the aforesaid J: Wedego and C:C:H: Slosser have affixed their signature to these presents

As witnesses: P: Myburgh, H: Overbeek

J:s Wedego, C:C:H: Schlosser

My present: J:A: Munnik

MOOC8/39.41

{18180626} 26 Junij 1818 Giedejon Georg Coertze , Maria Margaretha Strijdom

Den envontares van de nalatenschap van weijlen den burger Giedejon Georg Coertze

2 gewers
3 schaven
1 schrapmes
1 holdessel
wat oud eijser
1 dessel
1 vatje
1 emmer
1 plat vatje
4 velstoellen
1 wagekes
1 bale
1 pek
2 graven
1 sag
1 pan
1 ploegbugel
1 schar
1 swepinstok
1 halve bet, devek
1 katel
1 tenne kom
4 tenne borden
5 lepels
4 vurkens
415 aantelschapen
19 bokken
48 aantelbessten
13 trekbessten
2 potten

Als getuijgen: Da: Nicolas Meijur, J:N: Janse van Veuren, Viese V: Corn:t

Inventaris der nalatenschap des boedels van wijlen Gideon Georg Coertze en nagel: weduwe Maria Margaretha Strijdom door de veldcornet Johannes Erasmus den 26 Junij 1818 ter Weeskamer ingesonden

MOOC8/39.42

{18240807} 7 Augustus 1824 Willem Grobler

Inventaris van zoodanige goederen als behoorende tot de nalatenschap van nu wijlen Willem Grobler door den dood ontruijmt op den 2 August:s 1824 het welk door ons ondergeteekend P:F: Theron en Gidion Retief als daar toe expresse versogte getuijgen op den 7 deser is geinfentariseerd geworden, welke goederen en effecten bestaad in de navolgende als

de lijfijgen Abram van de Caab
1 osse wagen met zijn tent en zijl
1 oude kar en voor 4 paarden tuijgen
twee rijdpaarde
twee aanteel beeste
twee silvere kniegespis
sestien silvere jasknoopen
een silvere boekslootje
een oude silvere eetleepel
een silvere teelepel
drie paer schoengespen van koper en eyser
een paar kopere handvatzels voor een laaij
vier scheermessen
een blikke verlakte zuijkertrommel
een klijne schuijfdoos
een schuifdoos wat grooter
een oude toebaks doosje
een gaare doosje
ses onderbaatjes in soort
een onderbaatje ongemaakt
drie boovenbaatjes in soort
vier broeken in soort
een swerte rok
een hempt
een Dufte baatje
drie onderbroeken
vier paer oude kouzen
fijf halsdoeken in soort
twee en een half el Sinas linne
anderhalf el schaers, blouw linne
twee hoeden, een oude jas
vijf knapsakken
drie kisten in soort
vijf nieuwe sijlsakken
twee kar kussens
twee en twintig el nieuwe zijl
een tee tavel
een tavel laaken
twee bulzakke, twee peuluwen en twaalf kussens
drie dekens in soort
twee katels
vijf stoelen in soort
een veldstoeltje
twee klijne spiegels
een kleeder borsel
vijf aarde borden
een oude schotel, devek
seven tinne leepels
negen staale vorken in soort
twee messe
een schaar en een snuijter
twee eijsere potten
een rooster en koeke pan
een kopere convoor en kopere ketel
een water emmer met zijn dekzel
een tinne tregter
een aarde kan van 4 vles en twee Keulse kannetjes
een groote bottel van agt vles nat
een schudgeweer
een hand bijl en een houd bijl
tien riemen en een osse vel
twee klijne bosse rotting
een oude doorslag
een klijne vaatje met was as, en een vogelkouw
een vijfkwarts boor
een klijne muurrak
een kwarto Bijbel en een klyne Psalm boekje
ses vlesse in soort en drie bottels
ses wijnkelkies, een kommetje en een kopje
eenige rommelrij en wat eijzerwerk
eenige kalbassen
een 14 halfaams vat
een oude brandewijns ketel devek met zijn helm en slang
een rijzadel en toom, een rijzadel devek
een klijne breekijser
een mud zout, een mud koorn
een hondert en vijftig schaapen in het Roggeveld bij Albert Smit Alb:zoon gekogt op de vendutie van nu wijle Gert van Wijk de oude
Baten des boedels
    Rd:s
  Johan Delrie debet aan den boedel zonder zekuritijd 75
door den Agent ontvangen en verantwoord Philippus Cornelis de Bruijn volgens bewijs 26
Jacob de Bruijn volgens bewys 30
deze penningen zijn aan G: Keet blykens rekening voor begravenis onkosten betaald aan contante rd:s95 dat gebruijkt is voor de begraevenis
door de Agent ontv: en verantwoord de wed:e Stephanis du Toit 4
Lasten des boedels
    Rd:s
aan den vendumeester Poggenpoel in een vendubief betaald aan den boedel van wijlen Gert van Wijk voor ingekogten 150 schaapen 519:6
door den Agent betaald en met hem verrekend aan Catrina de Klerk voor gemaakte kledingstukken volgens een rekening 6:--
voldaan 21 Octob:r 1824 aan deszelf jongste zoontje Petrus Grobler voor een paard, en 100 pampoenen volgens bekentenis van den twee oudste zoonen 71:--
door den Agent betaald en met hem verrekend aan Wilhelmina Styns volgens rekening van den 3 Augustus 1824 12:--
aan Jacob de Bruijn volgens rekening 28:--

Aldus gedaan en geinfentariseerd door ons ondergeteekendes in de tegenswoordighijd van Hendrik Petrus Joosten en de gebroeders De Bruijns, welke mede verklaaren na hun best weeten te hebben opgegeeven, met belofte wanneer er nog iets in deze inventaris niet ingevuld, hun voor den aandagt mogte koomen daer van kennisse te geven aan Heeren Weesmeesteren.

Te Tulbagh op den 7 Augustus 1824

Als getuijgen: P:F: Theron T:z

G:S: Retief

Hendrik P:r Jooste

Ampliatie

Word door Hendrik Pieter Joosten nader opgegeven dat hy aan zyne overledene stiefvader nog schuldig is twaalf honderd ryksd:s, zynde zo veel als hy als gemagtigde van de overledene op den 2:e Augustus j:l: ter Weeskamer heeft ontvangen; welke bedragen aan hem door de overleedene op renten is toegesegd, waarom hy dat bedragen ook heeft besteed, ter gedeeltelyke betaling, van eene door hem ingekogte plaats.

Weeskamer den 23 Septb:r 1824

Hendrik P:r Jooste

MOOC8/39.43

{18240805} 5 Augustus 1824 George Karstendijk

Geboren te Hanover en overleden op Vrydag den 30 July ’s morgens te 7 uren, in den ouderdom van circa 39 jaren, geene familie nalatende in deze Colonie. J:G:A:

Enventaris des boedels van weijle Georg Karstendeijk overleeden den 30 Juleij bij de heer Daniel Retief en door ons op den zelfsden dag is opgenoomen en verseegelt, en voorts op den 5 Augustis behoorleijk door ons ondergeteekendens is geenvantariseert als volgt

een koffer
zes paar schoenen in zoort
een hoet
een keldertje
agt bottels
1 Keulse kan
een bulsak, vier kussings en een kombaars
drie velkombaarsen
twee kussings, een peul bij Edewart Prens
vier kommen in zoort
een trommel met negentien medeseij vlessies
een keetel
een wagekist
in de kist gevonden
een Dufse baatje
een baatje Nankinet
vier onderbaatjes
vier broeken
twee stukken Zienas linnen
een tjalitje
drie paar kousen
een slaapcabaaij
agt doeken in zoort
twee paar kuijsbanden
een lap rolletjes linnen
zes hemden
vier boekken in zoort
twee pennemessen en lanset
een scheermes
twee streijkriemen
een olijsteen
een lienjaal
een zilveren doos
    Rd:s
  veijf onderhanse oblegasies als
betaald aan de Agent ten lasten van Daniel Retief woonachtig aan Breederivier Worc:r 300:--:--
betaald aan de Agent ten lasten van F:P: Noude woonachtig in de Camdebo , district Graaff R:t 333:2:4
betaald aan de Agent ten lasten van R: van der Merwe woonachtig in het Boschjesveld , Worc:r 200:--:--
deze pretentie is bewezen te zijn betaald ten lasten van Edewart Prens woonachtig aan de Waaihoek , Worc:r 73--:--
betaald aan de Agent ten lasten van Isak van Heerden woonachtig aan de Waaihoek 50:--
  aan contanten 184:5:2
Lasten des boedels
    Rd:s
  uijtbetaald van de contanten voor de koster en draagers 122:--
  voor versoeken en dootkleet 14:--
gemelden rd:s15 aan D: Retief voor het maken van het graf en gebruijk van zijn huijs en gebak g:g 40:--
    176:--
gereduceerd op rd:s127:2 vervolgens een rekening van D: Retief groot 193:6
reduceerd op rd:s39:4, betaald een rekening van W:J: Möller 42:--
betaald een rekening van P:F: Conradie 86:--
betaald een rekening van E:L: Marais 53:7
betaald een rekening van Davit Malang 6:4
betaald een rekening van Isak van Heerden 8:--
betaald voor het vormeeren van de enventaris 15:--

Een voorts deese inventaris gevormeert na onse beste weeten en zo als wij deselve gevonden hep op den voormelde datum den 5 Augustis 1824

E:G: Marez V: Crn:t, H:F: Möller: getuijgen

MOOC8/39.44

{18160129} 29 January 1816 Humphries Reed

Staat en inventaris des boedels van Humphries Reed

1 hangmat, mattras en kombaars
een blauwe baatje
twee onderbaatjes
een hembd
een Vlaams linnen broek

Hottentots Holland den 29 January 1816

/get/ H:R: de Vos, Veldcornet

MOOC8/39.45

{18160129} 29 Januarij 1816 Jonathan Mitchel

Staat en inventaris des boedels van den verdronke Jonathan Mitchel, bestaande in

1 hangmat, matras, peul, kussen en kombaars
een kist waar in
drie ledige bottels
drie messen
een kruydhoorn
zeven paar oude kouzen
drie hemden
twee onder baatjes
vier broeken
vijf doeken
een paar schoenen
drie vis lijnen
2 stukken loot wegende zirca 30 lb
een pretentie op P: Duzard groot 17 rd:s 5 sch:
een visschuijd in compannie nu kortlyks van den heer Allexander gekogt

Inventaris van Humphries Ried

1 hangmat matras en combaars
een blouwe baatje
twee onderbaatjes
een hempt
een Flaams linne broek

John Holiday heeft volstreckt niets.

Hottn:s Holland den 29 Januarij 1816

H:R: de Vos, Veltc:

Goed voor rd:s17:5, den 15 Januarij 1816

P: du Toit

MOOC8/39.46

{18240920} 20 September 1824 Anthony

Inventaris van zoodanige goederen, behorende tot den boedel van wylen den Moor Anthony, viz:t

1 kist
4 scheermessen
2 yzere potten
1 ketel
6 broeken
2 hembden
2 baatjes
2 buseroentjes
2 doeken
1 kleine stuk geel Chinas linnen
1 kombaars
4 borden
3 messen
1 kleine spiegel
1 kam
1 balie
1 overtrekzel voor een bed
2 kussen
1 roode mutz
1 lepel
1 vork
1 tafel
1 spoor
1 matje
1 schoe borstel
1 paard en zadel
1 ring

Mossel Baay den 20:ste September 1824.

H:o Acker, Resident

MOOC8/39.47

{18240920} 20 September 1824 Saubden

Inventaris van zodanige goederen als behorende tot den nalatenschap van wylen den Moor Saubden, viz:t

1 tafel
4 stoelen
1 merry paard
1 zwarte rok
5 bovenbaatjes in soorten
10 onderbaatjes
8 broeken
4 hembden
1 zwarte zyde doek
2 p:r koussen
1 zakdoek
2 roode mutzen
1 kep
1 p:r schoenen
2 kombaarzen
2 dekens
2 lakens
1 kist
1 genever keldertje met 5 vleschen
2 leedige bottels
1 kopje en 2 pierings
1 tinne bord
1 kandelaar
1 ketel
2 yzere potten
1 water vaatje
1 boter vaatje
1 emmer
1 bankje
2 matjes
1 zak ryst
1 zak meel
1 scheermes
1 yzere lepel

Mosselbaay den 20:ste September 1824

H:o: Acker, Resident

MOOC8/39.48

{18250525} 25 May 1825 Carsten Hendrik Rheeder

Inventory of all such property as has been relinquished by the death ab intestato of Carsten Hendrik Rheeder on the sixth day of the month of April in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five for the benefit of his surviving widow Petronella Cebella Plantefeber on the one, and the four minor children /begotten in wedlock with her husband/ named

1) Isabella Abramina born 10 May 1817 on the other part
2) Johanna Maria born 24 Aug:t 1819
3) Maria Christoffellina born 12 February 1821
4) Johannes Albertus Rheeder born 15 April 1824

The aforesaid property having been inventoried by the undersigned Commissioner from the Board of Orphan Masters according to a statement made by the aforesaid widow Rheeder and was found to consist in following, viz:

A piece of ground with the buildings erected thereon situated in the Cape district to the northward of the Diep Rivier , near the church at Swartland , measuring eight morgen and 420 square roods of land
two beds compleat
two stretchers
a ward robe
a ward robe smaller
a small chest of drawers
twelve chairs
three foot stools
a sofa and cushion
three tables in zort
a tea urn
two waiters
a tea pot
six cups and saucers
a bason and three evers
a tea kettle
two coffy pots
a sugar pot
three cannisters
three sweetmeat pots
three pickles pots
six and twenty plates
six dishes and soup turrien
four spoons
eight table knives
twenty four forks
a pewter soup ladle
three decanters
eight beer glasses
three wine glasses
thirty bottles and three flasks
six iron pots
a scummer
a ladle a fork and grid iron
a pestel and morter
a tart pan
a bucket and two cans
three chests
a harvest tub
a botter tub
a saddle and bridle
a quatity of schoemaker tools
a laat
two sets of harness
a gun and a powder horn
two horses
Claims in favour of the estate
nihil
Claims against the estate
    Rd;s
paid to the Discount Bank 330:--
paid to I.W: Stall esq: 157:24
paid to W:W: Bird esq: 200:--
  to Albertus Jesse van der Westhuyzen 30:12
  to the widow Izaak Abraham Plantefeber for meat 50:--
  to Hendrik Steyn for meat 50:--

Thus inventoried on the loft aforesaid on the 25 day of the month of May in the year 1825 according to a statement made by the aforesaid widow, who declared to have acted herein bonafide and that to the best of her knowledge she has not withheld or secreted anything that belonged to the aforesaid estate. And the said appearer further declared that she is, and will at all times be ready and willing to confirm her statement by solemn oath if required, promising at the same time that if after the date of these presents any property of this estate might be discovered shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify this inventory with the property so discovered

In witness whereof the Commissioner together with the appearer and me, the Secretary, have subscribed to these presents.

P:C: Plantefeber weduwe C:H: Reeder

As Commissioner: J:F: Munnik

In my presence [ ..... ]

MOOC8/39.49

{18250328} 28 Maart 1825 Gert Lodewyk Kruger , Engela Catharina Magdalena Griesel

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als behoord hebben tot den gemeenschappelyken boedel van Gert Lodewyk Kruger en nuwylen desselfs huisvrouw Engela Catharina Magdalena Griesel en door laastgem: op den 8 January 1825 met er dood ontruimt en nagelaten

Losse goederen
4 stoelen
3 potten
1 kis met rommeling
2 emmers
1 aardepot
1 stooff
1 party houtwerk
1 vleis vat
2 bylen
1 party gereedschap
2 mudden as
1 party schotelgoed
1 zadel en toom
2 bottels
1 fles
1 stryk yzer
1 boterpotje
1 tavel
1 wagen compleet
Beestiaal
4 rijdpaarden
8 aanteel paarden
12 bokken
542 aanteel schapen
18 trekossen
41 aanteel beesten
Contante des boedels
nihil
Baaten des boedels
nihil
Lasten des boedels
  Rd:s
aan And:s Martin over koop van negotie goederen 33:4
aan Jan Hellberg wegens maakloon van een zadel 25:--
Erfgenaamen des boedels
Maria Magdalena Kruger geboren den 9 Juny 1822
Engela Catharina Magdalena Kruger geboren den 8 January 1825

Aldus geinventariseerd ter plaatze Eerste Kloof in Rhenosterberg op den 28 Maart 1825 volgens op en aangave van de inde hoofde dezes gemelde Gert Lodewyk Kruger, dewelke verklaarde niets met weten verzwegen ofte agter gehouden te hebben met belofte indien zich iets tot opgem: boedel behoorende mogte ontdekken als dan deeze inventaris daarmeede te zullen amplieren en zulks des gevordert worden met solemneele eede nader gestand te doen en is dit alles geschied ten byweeze van Arie Johannes van Dyk en George Aldrich als getuigen

Als getuigen: A:J: van Dyk, G: Aldrich

Gert Lodewijk Kruger

My present: W:W:M: Mackay

MOOC8/39.50

{18240803} 3 Augustus 1824 Johan Michiel Zadie , Sara Maria Nielsen

Inventaris van alle zodanige goederen als in gemeenschap bezeeten geweest zyn by den burger Johan Michiel Zadie ende desselfs huisvrouw Sara Maria Nielsen, mitsgaders van de zyde des eerstgenoemde op den 15 May j:l: en de laatst gen: op den 27 Juny j:l: ab intestato met er dood ontruymd ende nagelaten ten voordeele hunner by den anderen in echt verwekte kinderen, met naame

1) Frans Hendrik
2) Johanna Petronella wed: Jan Stemmet
3) Anna Marg:a wed: Willem Hand
4) Fredrik Albrecht
5) Anna Catharina wed: Carel Roski
6) Johanna Elizabeth get:d met Thomas Doughty
7) Fredrik Albertus en
8) Johan Michiel Zadie uitlandig, edog van wien men in de laatste jaaren geene tyding van Batavia heeft ontvangen

Zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergetekende expres gecommitteerde Weesmeesteren zyn opgenomen en ingeschrifte gebragt, mitsgaders bevonden te bestaan in het volgende te weeten

Op de pagt plaats genaamd Grootwater gelegen in de Groene Kloof

Een stuk vyftien jaarige erfpagt land gelegen in het Kaapsch district aan de oostelyke zyde van de Klyne Bauwe Bergh
twee zilvere zakhorologies waarvan eene met een stale ketting en zilvere cachet
een zilvere snuyfdoos
een paarldamoere snuifdoos
drie goude hand knoopen met steene
twee zilvere schoengespen
twee zilvere kniegespen
twee zilvere halsgespen
een zilvere plaatje
drie en twintig zilvere knoopjes
drie zilvere knoopjes met steenen
twee en twintig zilvere roksknoopen
een zilvere lepel en vurk
een klyne zilvere anker met eenige stale ringen
een ring met een bruin steen
een beursje
een brandglas
een zilvere bril
een zytgeweer met zilver gevest
een zytgeweer met koper gevest
vier rottings, wandel
een chambreel
twee cyferlyen
veertien stukken gewigt
een houte balans
een stuk loot
twee ellen
vier boeken
een scheerpons
twee scheermessen met 1 doos en strijkriem
een kopere kooker met zadelmakers naalden
drie kookers met zadelmakers naalden
twee zadelmakers dissels
vyf zadelmakers hamers
twee groote schaaren
een zadelmakers halfmaan mes
een handschroef
drie ryvel stokken
eenige sadelmakers gereedschap
twee port d’ epees
een duimstok
een p: laarsen
een driekante hoed
een blauwe rok
een zwarte rok
twee zwarte onderbaatje
een zwarte korte broek
twee Chinees linnensche korte broeken
drie paar handschoenen
twee onderbaatjes
twee p:r koussen
een wolle broek
tien almenakken
een zabel met koper gevest
een groote kist
een blikke trommel
eene vleesch vat
een ledikant bed en 8 kussens
een kelder met vlessen
een kelder met 8 vlessen
een blad tavel
zes stoelen
een schildery
een kopere schenkblad
een bakkist
een mand
twaalf vurken
zes tinne leepels
twee tinne schotels
drie schotels in zoort
twee tinne schotels
zes potten
twee kandelaren
een naay span en rystok
een rolstok
een porcelaein pot
een peper moolen
twee balys
een stamp blok
drie schoorsteen kettings
twee tinne soup leepels
een eistere soup [leepels]
een schuimspan
een eystere bank

Aldus g’inventaris ter plaatze voorn: op den 3 Augustus 1824 ende zulx volgens op en aangeven aan de in den hoofde dezes gemelde Fredrik Albertus Sadie ten overstaan van Frans Hendrik Zadie ende de wed: Roskie, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedrage en zyns weetens niets verzweegen ofte terug gehouden te hebben vande het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyne opgave ten allen tyde des vereischt werden met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gem: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deezen inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter praesensie van ons gecomm: Weesm: ende my Secretaris door de inventarient eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek, A: Kuys

Fredericus Albertus Sadie

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/39.51

{18240421} 21 April 1824 Jacob Reizer

Insolvent

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Jacob Reizer by deszelfs overlyden in de Buffels Hoek zyn nagelaten en op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een ketel
een bril
een spiegel
twee lepels
twee forken
een thee potje
een vles
een bottel
twee kandelaars
een snymes
een knyptang
een omslag boor
een hamer
een kapmes
een kraan
een kisje met schoemakers gereedschap
een kist
ses beeste vellen
een wynig lym
een zak met gaaren
circa 4 lb spykers
een Bybel
twee stief riemen
twee staart riemen
twee broeken
een boven baatje
een onder baatje
een p:r kouzen
vyf doeken in zoort
Beestiaal
een merriepaard
Baten des boedels
nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan C: Korf bl: rekening 86
Erfgenamen
onbekend

Aldus gedaan en g’inventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 21 April 1824 ter presentie van Joh:s Petrus Meintjes en Gysbert Johannes Broekhuizen door my

J: Meintjes

Als getuygen: J:P: Meintjes, G:J: Broekhuizen

MOOC8/39.52

{18241110} 10 November 1824 Joseph Cleaver , Susanna Frederica Row

Insolvent

S:V: Cloete

Specificatie van alle zodanige goederen en effecten als door wylen Joseph Cleaver en desselvs nagelaten weduwe Susanna Frederica Row, in gemeensaam bezeden en door de eerst gemelde ab intestato met de dood ontruymd en nagelaten, mitsgaders heden opgenomen en bevonden, bestaande in

1 vedere bed
4 kussings
1 ledikant met gordynen
1 tavel
2 stoelen
1 kledere kast
1 lessenaar
1 medicyn kist met eenige medicyn
1 vlees vat
3 messen en eenigen vorken
12 borden
6 koptjes en pierings
1 tinne lampet en kom
1 kastrol
1 thee keetel
1 ledige confyt pot
1 paard
Contanten des boedels
niets
Baade des boedels
    Rd:s
na Graaf Reinet gesonden van Charles Stevens woonachtig in de Candebo district, Graaff Reinet de zomma van drie honderd een vyf ryksd:s twee schellingen en drie stuyvers spruitende wegens een rekening van gekogte goederen waar van een bewijs zonder datum 305:2:3
na Swellendam gesonden van Benjamin Alexander Curtois woonachtig Klein Swarteberg in ’t district Swellendam , spruytende over een onderhandse obligatie de d:d: 15 November 1823 waarvan een bewys is 72:--:--
  van Charles Kincaid woonachtig in de Kaap Stad, groot zeventig ryksd:s spruytende over een onderhandse obligatie de dato 9:e Ocober 1824 waar van een bewys is 70:--:--
  van Charles Kincaid woonachtig in de Kaap Stad de somma van vyf ryksd:s spruitende over het betalen van zyn opgaaf penningen de dato 3 Maart 1824 waar van een bewys is 5:--:--
  van H:H: Luttig, overleden egter de weduwe leef, en woonachtig in het dorp Beaufort de somma van vier honderd ses en tagtig ryksdaalders zynde het resterende spruytende over gekogte brandewyn en rozynen van Godlieb Swanepoel, de d:d: 25 Dec:r 1820 waar van een bewys is 486:--:--
  van M:G: Taute, woonachtig meede in het dorp Beaufort voor tien bekwamen jonge ossen spruijtende over ruyl van een paard waarvan een bewijs de d:d: 4 January 1819
  van Samuel Fuge de somma van twee en tagtig ryksdaalders woonachtig in het dorp Beaufort twee bewysen van zyn, d:d: 10 October en 9 November 1822 82:--:--
  van Jenry Tompson woonachtig aan de Kaap groot acht rd:s en een schell: spruytende voor een betaalde vendubrief aan de vendumeester alhier d d:d: 21 August 1824 waar van een bewijs is 8:1
  van A: Barker woonachtig op Greham Stad , de somma van acht en derdig ponden sterling zeven Engelsche schell: en ses stuijvers spruytende uit een rekening waar van een bewys is
  Somma Rd:s1028:3:--
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Landdrost en Heemraden van Beaufort de somma van vier en zestig ryksd:s en vier schellingen, spruitende over onkost rekening in zake van G: Taute contra de overledene waar van een rekening is 64:--
aan Adriaan Meinert van Schoor woonachtig in de Kaap Stad de zomma van twee en dertig ryksd:s, spruytende over koop van eenige negotie goederen waar van een rekening 32:--
aan John Baird woonachtig op Beaufort de somma van twee en zeventig ryksd:s en drie schell: spruytende uit een onderhande bewijs aan J:F: Dreyer gepasseerd de d:d: 15 July 1823 72:3
aan den vendumeester van Beaufort de somma van tien ryk: en een schelling spruitende uit gekogt goederen op den vendutie van 22 July 1824 10:1
Somma Rd:s178:4
Erfgenaam
een ongedoopd kind geboren den 2 July 1824

Aldus gedaan en geinfentariseerd op Woensdag 10 November 1824 ten dorpe Beaufort volgens op en aangave van haar Susanna Frederica Row en John Harris, dewelke betuigde zich in het op en aangave des voormelde boedel ter goeder trouw te hebben gedragen en niets met weeten verzweegen of agtergehouden te hebben en verklaar hun dus bereid deeze hunne aangave’s gevorderd wordende met sollemneele eede te bevestigen, met al verdere belofte zo hun iets nader tot de boedel behoorende mogte komen te ontdekken, deze inventaris daar meede te zullen empliëeren

Ende zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdrost ter presentie van de clerk George Gabriel Vos en H: Johannes Luttig als getuigen

Voor de opgaaf: Susanna Fredreca Row wede Cleever, John Harris

Als getuigen: G:G: Vos, H:J: Luttig

W: Baird, D:y Land:

Inpliatie van schulde des boedels
  Rd:s
aan Samuel Fuge woonachtig op Beaufort , de somma van onbekent
aan den advocaat Brand woonachtig Kaap Stad de somma van drie en negentig ryksd:s volgens brief de 16 October 1823 93
aan de district cassa van Graaff Reinet de somma twee duyzend twee honderd en vyf ryksdaalders spruytende over koop van twee erven n:o 43 en 44 gelegen in de dorpe Beaufort , nog toebehorende aan de boedel volgens kaart en bewys van eigendom beiden gedateerd 15 Juny 1822 2265

Voor nadere opgaaf: Susanna Fredreca Row wed:e Cleever, John Harris

Als getuigen by het inpliatie: G:G: Vos, W:J: Luttig

J: Baird, D:y Land:

MOOC8/39.53

{18201216} 16 December 1820 Claas Jonas

Inventaris van alle zodanige goederen als er ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door den vryswart Claas Jonas ten voordeele zyner onbekende erfgenamen, zodanig als dezelve nalatenschap door de ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenomen, mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende, namentlijk

Ter plaatse van [ ..... ] Schreuder gelegen aan de Bommelhoks Rivier

een kist
een kist defect
een tafel
twee stoelen
een kist met eenig gereedschap
vier muddenzakken
een zadel en toom
zes ledige bottels
twee ysere potten
een pik
een graaf
een koringschop
een wagen
een kar
een ploeg
zes jukken en trektouwen
twee wagenwielen
drie stukken rondhout
een boor
twaalf riemen en stroppen
negen en een halve mudden garst
een restant rog
een koorn myt
een garst myt
Beestiaal
twaalf trekossen
een rydpaard

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ter plaatse voormeld op den 16:e December 1800 en twintig.

Als gecomm: Weesmeester: A: v: Breda

My present: J:J:L: Smuts

MOOC8/40.1

{18250803} 3 Augustus 1825 Andries Petrus van der Riet Otto

S:V: Cloete

Inventaris van zodanige goederen en effecten, als door de heer A:P: Keijter aan mij onderget: zijn opgegeeven en nagelaten te zijn door wijlen zijn stiefzoon Andries Petrus van der Riet Otto, bestaande deselve goederen en effecten als volgt

vier merrij paarden
een rijdpaard zadel en toom
drie aanteel beesten
zeven en twintig schaapen en bokken
Baten des boedels
het vaderlijke erfdeel van den overleedene in den boedel van de heer A:P: Keijter, groot aan capitaal twee duijzend negenhonderd agt en vijftig rijksdaalders drie schell: en 3/4 st:s
een slave jongen gen:t Julij van de Kaap , welke ingevolge opgaaf van gem: Keijter, na de dood van desselfs huijsvrouw aan den overleedene is vermaakt
Lasten des boedels
een pretentie groot een honderd negen en veertig rijkd:s ten behoeven A:P: Keijter
een vendubrief groot twee en tagtig rijksd:s door gem: Keijter voor den overleedene betaald

Aldus gedaan en g’inventariseerd te Caledon , op den 3:e Augustus 1825.

Als belanghebbende: A:P: Keijter

J:S: Tesselaar, Agent

MOOC8/40.2

{18230614} 14 Juny 1823 Fredrik Hendrik Dekens

Inventaris der nalatenschap van den ab intestato overledenen Fredrik Hendrik Dekens, als derde stuurman bescheiden geweest aan boort van het Nederlandsche koopvaardig schip, gevaerd door Nicolaas Hensken, oud zes en twintig jaaren, in den morgen van den 14 Juny 1823 ter dezer rheede door het omslaan van een vaartuig verdronken

Bestaande de gemelde nalatenschap, in als volgt

een kist inhoudende
drie bonte hembden
drie witte overhembden
een rood hembd
een onder hembd
vyf vesten
een rood [vesten]
een rood [vesten]
twee fyne witte broeken
twee linne broeken
twee witte broeken
twee onderbroeken
een bonte [onderbroeken]
drie witte baatjes
drie wolle baatjes
een peijekker
een boezeroen
twee handdoeken
zes paaren kousen
een witte doek
een kistje bevattende papieren
een frok
een halsdoek
twee zakdoeken
een kerkboek
een paternoster
twee paaren schoenen
drie paaren laarsen
twee hoeden
een deken, bultzak, kussen, slaapmuts, kaarten, octant, lij, boek en plynschaal
wat zeep

Aldus gedaan en geinventariseerd in de Simonstad op den [ ..... ] door my ondergetekende Christiaan Michiel Lind, als Agent van het Eerwaarde College van Heeren Weesmeesteren in de Kaapstad .

Als getuigen: A: Kirsten, R: van der Schijff

C:n Lind

MOOC8/40_no number 01

{18211206} 6 Dezember 1821 J: Davit Lijbrant

Den ondergeteekende bekent een onderhands obligatie ontfangen te hebben van Nicolaas Martinus van Rensburg den laasten van Davit Lijbrant groed rijksd:700 zegende seeven hondert rijksd:

Kapstadt den 6 Dezember 1821

Paulus Weingartz

Op ’t requesten kantoor, op de liquidatie reek:g des insolvente boedel van op gen: J:D: Leybrand op den schuld niets toegeweezen.

den 17 Jan: 1825

S:

MOOC8/40.3

{18250108} 8 January 1825 Samuel Tomkins

7 Febr:

H: Somerset

Inventory of the things and effects, left by the late Samuel Tomkins, clerk in this Magesty’s Naval Hospital at Simonstown , who departed this life intestate on Friday the 31:st of December 1824. The said things and effects consisting in as follows viz:

In a house, belonging to the said Hospital’s establishment

four mahogany chairs
six bedroom chairs
one small stinkwood table
one table with two drawers
two waiters
one picture of Somerset House and two landscapes
two card racks
one time piece
nine smaal floor matts
a quantity of shells
one backgammon board
one box of chessmen
one tea pot
one tea caddy
one chest of drawers
a small quantity of books
one powder horn
one canister with some gunpowder
one penknife and two other small knives
six new silver tea spoons
one mustard [spoons] /silver/
one silver sugar spoon
one pair of silver sugar tongues
one silver table spoon
one silver milk jug
one ladies purse
one pair of spectacles
one pair of cissars
one box of instruments /not complete/
one eye glass
one seal and key
one Morocco thread case
two blue coats
one black coat
two blue sursont coats
one blue jacket
one blue jane jacket
one pair of black trousers
one pair of camblet trousers
one pair of duffel trousers
one pair of white jane trousers
one cloak
three black silk waistcoats
one casimiere waistcoat
one blue jane waistcoat
three pair of blue trousers
one pair of camblet trousers
ten colored waistcoats
fourteen white waistcoats
three white jackets
two fustian jackets
six pairs of cotton drawers
three pairs of colored trousers
seven pairs of white trousers
three flennel waistcoats
two pieces of stuff for waistcoats
two remnants of cotton cloth
two counterpanes /prints/
twelve pair of cotton stockings
one pair of silk stockings
thirteen pair of socks, cotton and worsted
seven night caps
twenty towels
six linnen shirts with frills
nineteen linnen shirts without frills
seven cotton shirts with frills
fourteen linnen collars
twelve silk pocket handkerchiefs
three cotton handkerchiefs
twenty nine white neckcloths
seven colored neckcloths
two black neckcloths
six sheets
three pillow cases
three pair of braces
three blankets
one matrass
one pillow
seven pair of leather gloves
one pair of cotton gloves
two pair of black silk gloves
one seal skin cap
a small quantity of stationary
one brace of pistols and mould
one rifled piece and mould
one canister with shot and some balls
one spy glass
one flute
one flageolet
four decanters
four tumblers
five wine glasses
two decanter stands
one thermometer
one pocket compass
one box of colors
one washhand stand
one bason and jug
one tin fishing box
one dressing case containing six rasors
two razor straps
one small looking glass
four cloth brushes
one hair brush
two nail brushes
three combs
one paper of pins
six cakes Windsor soap
one soap shaving box
eight bottles eau de cologne
two white beaver hats
one straw hat
one black hat
one carpet bag
three pieces of Madagascar cloth
one tin canister
one coffee pot
one tin candlestick
one knife and three forks
one queens metal milkpot
one bottle of blacking
three pair of boots
three pair of shoes
one hat box
two umbrellas
one chamber pot
one fishing rod
one writing desk
one penknife and case
one silver pencil case
two pocket books
one golden ring
one silver snuff box
one magnifying glass
one silver watch with golden chain and seal
one small knife
two chests
one clothes horse
five watch glasses
two amethist stones
three other small stones
one caleidoscope
fourteen Spanish dollars
nineteen pieces of different sorts of coin
one thousand and fifteen rix dollars paper money

Thus done and inventoried in Simonstown , at the before stated place on the eight of January 1825.

Ste: J: Swayne

C:n Lind, agent

MOOC8/40.4

{18231104} 4 November 1823 Hester Pool

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er op Zondag den tweeden dag dezer lopende maand November in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd drie en twintig metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door Hester Pool weduwe wylen Johannes Gregorius Loedolff, hebbende de overledene by testamentaire dispositie in dato dertienden December 1822 voor den notaris publiek ten dezen Gouvernemente Franciscus Xaverius Lind en zekere getuijgen opgericht, na vooraf eenige dispositien te hebben gemaakt, voorts tot haare eenige en universeele erfgenaame benoemd en aangesteld haare dochter en eenigst kind by opgem: haare vooroverledene man in echt verwekt met naame Hester Elisabeth Geertruijda Loedolff geboren den 3:de Februarij 1807.

En wijders tot executeuren en redderaars hares boedel verzogt en benoemd het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie, ten gevolge waarvan den boedel door ons ondergetekende Gecommitteerdens uit het evengem: Collegie is geinventariseerd en opgenomen, mitsg:s bevonden te bestaan in al het volgende - te weeten

Een huis, pakhuys en erf staande en gelegen in deze Tafelvally in de Berg Straat op de hoek van de Langmarkstraat in het Blok F:F: groot twintig quardraat roeden en tagtig quardraat voeten; welke huis pakhuys en erf ingevolge testamentaire dispositie van de overledene niet moge worden verkogt maar voor de eenigst erfgenaame worde uit gehouden en geduurende haare minderjarigheid ten haare behoeve worden verhuurd
een pakhuys en erf staande en gelegen in deze Tafelvally in de Kerk Straat in ’t Blok N:o 1 en aldaar een gedeelte van N:o 10 groot zes quardraat roeden en 117 quardraat voeten en 140 duimen

In het woonhuijs en aldaar

In het voorhuijs
twaalf stoelen met negen losse mattrassen
In de voor kamer ter regterhand
twee geruyte ophaal gordijnen
twee spiegels met nooteboome houte lysten
zes stoelen met vaste roode trype zittinge
een fortepiano
vijf gerrydons
twee klijne vierkante tafels
een kabinet met zilver beslag waar in
zes zilvere kandelaars in zoort
een zilvere trekpot met zyn schoteltje
een zilvere melk kan
een zilvere zuiker pot
twee zilvere koelbakjes
twee zilvere zuiker bussen
twee zilvere tobaks doosen
een zilvere vuurtestje
twee zilvere peper busjes
twee zilvere mostaard potjes met 2 lepeltjes
twee zilvere zoutvaatjes met blauwe glaas
een zilvere schenkbord
twee zilvere soep leepels
drie en twintig zilvere eetleepels
drie en twintig zilvere vorken
agt zilvere thee leepeltjes
agt zilvere konfyt vorkjes
en voorts de klederen van de overledene en linne goederen tot huis gebruik dienende welke aan de erfgenaame ingevolge testamentaire dispositie is afgegeven
In de voorkamer ter linkerhand
twee witte schuif gordijnen
drie spiegels met vergulde lysten
tien stoelen en twee leuning stoelen met vaste roode trype zittingen
twee gerry dons
vyf stooven
zes geelkopere quispeldooren
een klap tafeltje
een wit kopere theemachine
twee verlakte brood bakjes
een verlakte specery trommel
vyf verlakte schenkblaaden in zoorte
agttien blauwe aarde kopjes en pierings
zes blauwe aarde kopjes en pierings grooter
In de gaandery
een tafel met een steen blad
een klap tafel
een staande huis horologie met repetitie
In een muurkastje
een honderd wyn kelkjes in soort
drie pocaalen
tien karaften in soorten
twee en veertig waterglaazen in soorte
twee glaase bekers waarvan een defect
twee vinger glaazen
twee glaaze konfyt potjes
twee glaaze koelbakjes
vyf glaaze zoutvaatjes
twee glaaze oly en azyn standers /defect/
vier vogel glaasjes
twee groene gordyntjes
In de dispens
zes witkopere kandelaars
zeven geelkopere kandelaars
twee geelkopere blakers
zes pletit kandelaars
een verlakte snuyter bakje met 3 snuyters
een geelkopere koffy kan
een geelkopere hand lantaarn
twee roodkopere keetels
vyf stryk yzers
drie blikke bakke
een blikke hand lantaarn
twee Keulse potten
zeven blikke trommels in soorte
twee blauwe porcelaine soep kommen
vier blauwe visch schootels
drie en dertig porcelaine schootels in soorte
agt porcelaine diepe borden
een en dertig porcelaine vlakke borden
zeven porcelaine ryst pierings
twee porcelaine boterpotjes
drie porcelaine zous potjes
vyf porcelaine konfyt potten
twee porcelaine lampet kommen en kannen
zeventien Japansch porcelaine borden in zoorte
negen witte lampets kommen en een kan
zes witte aarde schotels met deksels
dertien witte aarde schotels
twee en zestig witte aarde borden
honderd zes en veertig witte aarde vlakke borden
tien witte aarde disert borden
vyf Japansch aarde nestjes
een tinne trekpot
een kopere wyn kraan
vier Japansch porcelaine komme
drie en twintig Sinasch porcelaine kopjes en pierings
agt blauwe porcelain sokolaade kopjes en schoteltjes
vier kopjes en vyf porcelaine pierings
twee blauwe porcelaine potjes met deksels
vyf blauwe aarde kommen in soort
vyf blauwe aarde potjes met deksels
eenig defect aarde werk
vyf glaaze konfyt potjes
zes glaaze zoutvaatjes
negen glaaze vlesjes
vyf tafel messen en dertien staal vorken met houte heften
een kopere inzet gewigt
een sleutel kistje
In een agter kamer
twaalf stoelen met matte zittinge
een kabinet waarin de klederen van de overledene en linne goederen tot huis gebruik dienende, welke aan de erfgenaame ingevolge testamentaire dispositie is afgegeven
een bureau waarin
een goud horologie met staale ketting
drie zilvere [horologie] waarvan een defect
een zilvere kurketrekker
een paar zilvere kuijte gespes
twee zilvere signetten
een zilvere segare pennetje
twee yvore snuyf doozen
een verlakte tonteldoos
een hang slootje
een doos met ouwels
twee geld beursjes met zilvere knippe
en voorts een party klynigheeden en rommeling
Op de boven voor zolder
een kadel
een ledikant met wit behangsel
een ledige kist
In de boven kamer n: 1
vier stoelen
twee vierkante tafeltjes
drie jaloesie matte
een nagt stelletje
een bidet
In een boven kamer n: 2
zes spiegels met vergulde lysten
een klederkast waarin eenige klederen welke als gezegd aan de erfgenaame is geprelegateerd, als meede
drie porcelain kastpotten en twee beekers
een party tobaks pypen
eenige ledige bottels
een ledikant met geruyte behangsel waarop
een bulzak
een peuluw
agt kussens en
een deeken
een kadel waarop
een bulzak
een peuluw
zes kussens en
een deeken
een bulzak
vyf kussens
een bulzak
vyf kussens
een spry
een sambreel
twee nagt spiegels
In een boven kamer n: 3
zeven schilderyen
een ledikant met geruyte behangsel
twee vierkante tafeltjes
een groote folio Bybel met koper beslag met zyn knaap
een koffer met geel koper beslag
een boeken rak met een party boeken
In een boven kamer n: 4 zynde een proficie kamer
twee kopere taarte pannen waarvan een zonder deksel
een kopere konfyt ketel
een kopere theemachine
twee kopere schaalen met twee stukken kopere en een stuk loot gewigt
twee yzere potten
een yzere koeke pan
een yzere rooster
zes yzere potleepels
een yzere vleesch vork
een yzere schop
drie yzere kap messen
een hout bijl
een blikke worst spuyt
een rol stok
een hakkebord
drie zeeften in soort
een kopere vergiet test
twee wit kwasten
tien zyldoekse zakken
een party gonje zakken
zeven konfyt potten
twee Keulsche potten
twee aarde potten
een lampet kan
een tinne koffykan
een pypekan
een klisteer spuit
een party kannen bottels en vlessen
een ledige kist
een kelder met ledige vlessen
een vuurmant
een scheepel
een koorn schop
agt manden in soort
een zak met zout
twee zakken met een restant vogelzaat
een zak met een restant salpeter
een dambort
een troffel
een hamer en voorts
een party houtwerk rommelary en klynigheeden van geen aanbelang
In de kombuijs
een tafel
een water halfaam
vier emmers
vier balijs
een rystblok en stamper
een kapblok en twee kap messen
zeven yzere potten
twee kopere ketels
vier schoorsteen kettings
een rooster
een visch pan
vier yzere potleepels
een schuimspan
een vleesch vork
een vuurtang
een asch schop
een kopere water beeker
een kopere vysel en stamper
Op de agter plaats
twee huis ladders
een klyne [ladders]
twee graaven
twee oude vaatjes
een party Engelsche klinkers
Lyfeigenen
  een mans slaaf gen:d Pedro van Mosambiek oud 77 jaaren, werks jonge welke byde lyfeigenen de overledenen heeft begeert dat zo spoedig mogelyk en ten koste van haren boedel uyt slaverny ontslagen en in vrydom zouden worden gesteld
  een mans slaaf gen:d Augustus van Malabaar oud 67 jaaren, huis jonge
  een slavinne gen:d Dina van de Kaap thans oud 19 jaaren waaromtrend de overledene heeft beschikt, dat zy by haare dogter zal verblyven tot dat zy den ouderdom van dertig jaren zal hebben bereikt, wanneer zy ten haare eigen kosten in vrydom zal worden gesteld, doch indien haare dogter mogte komen te overlyden, voor en aller deze slavin den ouderdom van dertig jaren zal hebben bereikt zy als dan by het overlyden van gez: haare dogter binnen den korts mogelyken tyd en op haare eigene kosten in vrydom zal worden gesteld
Borgmetel rd:s20 tot ult: Sep: betaald een mansslaaf gen:d Joseph van Mosambiek oud 23 jaaren, schoenmaker omtrend welke laatsgenoemde negen lyfeigenen de overledene heeft gedisponeerd dat dezelve niet zullen mogen worden verkogt maar aan haare dogter verblyven, en geduurende de minderjarieheid van gez: haare dogter ten haare voordeele verhuurd, en de huurpenningen door haar genoten, en zo voorn:de haare dogter minderjarig ofte ongehuwd mogte komen te overlyden, dat in zulke gevalle de voorm: negen lyfeigenen, zo spoedig mogelyk, ten koste van die lyfeigenen zelve uyt slaverny ontslagen en in vrydom moeten worden gesteld
Pannewet 18 een mansslaaf gen:d Marthinus van de Kaap oud 25 jaaren, schoenmaker
Gabrals 15 een mansslaaf gen:d Carolus van de Kaap oud 24 jaaren, werks jonge
Sevones 15 een mansslaaf gen:d Alexander van de Kaap oud 20 jaaren, een snyder
by Luyt op ambacht een mansslaaf gen:d Isaac van de Kaap oud 17 jaren, besteed op de timmermans ambacht
  een slavinne gen:d Roza van Mosambiek oud 57 jaren, huis meid
  een slavinne gen:d Rozetta van Malabaar oud 49 jaaren, een waschmeid
  een slavinne gen:d Spaasje van Mosambiek oud 37 jaaren, een huis meid, met haar kind gen:d Joemat van de Kaap geboren den 28 July 1820
Crediten des boedels
aan contanten
een zilvere Engelsche schelling
vier zilvere Hollandsche [schelling]
een honderd en een en twintig zilvere dubbeltjes
een honderd en twee zilvere stuivers
aan Kaapsch papiere munt eene somma van twee honderd tachtig ryxdaalders en vier schellinge
Inne schulden
    Rd:s
intrest paid up to 26 Aug:t 1824 till 17 July 1825 een schepenen kennis ten laste Paulus Adrianus Roos de dato 17 July 1818 aan capitaal ƒ37000 ofte 12333:16
  met de renten zedert den 1:ste April 1823
capitaal en renten vold: den 27 Sepb:r 1824 een notarieele obligatie ten lasten Myndert la Cock de dato 12 February 1822 groot aan capitaal 888:--
  met de renten zedert 1 January 1823
capitaal en renten voldaan 13 Maart 1824 een not: obligatie ten laste Hendrik Cornelis van Niekerk Michielz:n d:d: 10 January 1821 groot aan capitaal ƒ1000 ofte 333:16
  met de renten zedert 15 Feb:ry 1823
renten voldaan tot 23 January 1824 een notarieel obligatie ten lasten Steph:s Franc:s du Toit D:zn d:d: 6 February 1822 groot aan capitaal ƒ13000 ofte 4333:16
  met de renten zedert 23 Jan:ry 1823
renten voldaan tot 18 Octbr 1823 - capitaal en renten voldaan den 12 Maart 1824 een not: oblig: ten lasten Gerh:s Josua van Niekerken Gerritz:n d:d: 2 November 1819 groot aan capitaal ƒ6300 ofte 2100:--
  met de renten zedert 18 Octob:r 1822
  een not: oblig: ten lasten Andries Menzo Horak d:d: 20 Septb:r 1822 groot aan kapitaal ƒ6000 ofte 2000:--
  met de renten zeder den datum der obligatie
  een not: oblig: ten lasten Nicolaas Willem Laubscher d:d: 22:e December 1807 groot aan capitaal ƒ1600 ofte 533:16
  met de renten zedert 1 Jan:ry 1823
  een not: oblig: ten lasten Evert Bastiaan le Roes d:d: 23 November 1807 groot aan capitaal ƒ840 ofte 280:--
  met de renten zedert 1:e Decbr 1819
capitaal en renten vold: 14 Aug:t 1824 een onderhandsch obligatie ten lasten Pieter Loedolff d:d: 15 Dec:br 1815 groot aan capitaal ƒ8000 ofte 2666:32
  met de renten 15 December 1822
29 July 1825 paid een onderh: oblig: ten lasten Nicolaas Everhardus Mostert de dato 25 July 1810 aan capitaal ƒ3000 ofte 1000:--
  met de renten zedert 15 July 1823
capitaal en rent: vold: 25 M:t 1825 een ond: oblig: ten lasten Dorothea Akkerhuyzen wed:e Andries Momzen d:d: 22 April 1822 groot aan capitaal ƒ1500 ofte 500:--
  met de renten zedert 14 Novb:r 1822
beide capitaalen met de renten voldaan den 2 Maij 1825 een ond: oblig: ten lasten Tobias Mosterd Ockerdz:n d:d: 16 Augustus 1788 aan capitaal ƒ1000 ofte 333:16
met de renten zedert 16 Aug:s 1823
een ond: oblig: ten lasten gez: Tobias Mosterd Ockerdz:n d:d: 2 May 1791 aan capitaal ƒ1000 ofte 333:16
met de renten zedert 2 May 1823
  een ond: obligatie ten lasten Samuel Hendrik Vercuil d:d: 8 October 1822 groot 175:--
  met de renten zedert den datum der obligatie
vold: 6 Maart 1824 een onderh: oblig: ten lasten Christiaan Loedolff Christiaanz:n d:d: 17 Augustus 1818 aan capitaal 150:--
  zonder beding van renten
  een onderh: oblig: ten lasten het Zuid Afrikaansche Zendelings Genootschap d:d: 1 Juny 1820 groot ƒ1000 ofte 333:16
  zonder beding van renten
voldaan van Alex:r Buganan voor pakhuijs huur gerekend van primo Octbr j:l: à rd:s20 per maand [ ..... ]
  van Jan Willem Stukkeris voor pakhuys huur gerekend van den 15 Octbr j:l: à rd:s40 p:r m:d tot 1 Jan: 1824 [100:--]
voldaan van Ma Pannewet voor huur van een slaaf gerekend van primo Septb: j:l: à rd:s18 p:r maand [ ..... ]
voldaan van Gregorius Leeuwener voor huur van een slaaf gereend van primo Octbr j:l: à rd:s15 per maand [ ..... ]
  van Gabrielse voor huur van slaaf gerekend van den 15 April 1823 à rd:s15 per maand [ ..... ]
  van Jan Loedolff over huur van een pakhuys zolder gerekend van primo Octbr j:l: à rd:s8 per maand [ ..... ]
Dubieuse pretentien
  Rd:s
een not: oblig: ten lasten Anton Lodewie d:d: 15 Juny 1820 aan capitaal groot per rest 400:--
met de renten zedert den datum der obligatie
NB: zynde den debiteur uit deeze Kolonie vertrokken
van Helena Abrahamse wed:e Hoefsmiet voor huis huur 172:12
van J:F: Mulder over betaalde borgtogt aan de wed:e Corn:s van der Poel 160:--
van William Goslet op een ond: oblig: d:d: 3 Septbr 1813 groot aan kapitaal 187:32
van Matthys van Eysten Matth:sz op een ond: briefje d:d: 22 Ju:y 1820 per rest groot 40:--
Lasten des boedels
    Rd:s
voldaan aan de heer Daniel Fredrik Berrange ƒ10000 ofte 3333:16
  met de renten zedert 19 Jan:ry 1823
voldaan aan voorm: heer Berrange ƒ6000 ofte 2000:--
  met de renten zedert 4 Feb:ry 1823
voldaan aan meerm: D:F: Berrange aan capitaal ƒ9000 ofte 3000:--
  met de renten zedert 17 April 1823
voldaan aan de wed:e Solon Haght op een ond: briefje d:d: capitaal ƒ1200 ofte 400:--
  met de renten zedert 20 Maart 1823
voldaan aan voorm: wed:e Haght op een onderh: briefje aan capitaal ƒ900 ofte 300:--
voldaan met de renten zedert 1 Decbr 1822
  aan meerm: wed:e Haght aan capitaal ƒ1966 ofte 655:16
  met de renten zedert den datum der obligatie
voldaan aan de wed:e Christiaan Loedolff op een ond: oblig: aan capitaal ƒ4000 ofte 1333:16
  met de renten zedert 21 April 1823
voldaan aan Simon Stronk op een ond: oblig: van capitaal ƒ1000 ofte 333:16
  met de renten zedert 4 Junij 1823
voldaan aan de wed:e Lochner op een ond: oblig: aan capitaal ƒ3240:8 ofte 1070:8
  met de renten zedert 10 Aug:s 1823
voldaan aan Solon Haght op een ond: oblig: aan capitaal ƒ1600 ofte 533:16
  met de renten zedert 1 Septb:r 1828
vold: aan Adriaan Louw aan capitaal ƒ4000 ofte 1333:16
  met de renten zedert 1 Decb:r 1822
vold: aan Steph:s Hofmeyer d’ oude aan capitaal ƒ7000 ofte 2333:16
  met de renten zedert 1 Decb:r 1822
vold: aan Hans Hendrik Wight aan capitaal ƒ6000 ofte 2000:--
  met de renten zedert 23 Decb:r 1822
vold: aan jufv: Winterbagh aan capitaal ƒ6000 ofte 2000:--
  met de renten zedert 28 Decb:r 1822

Pro memorie word alhier genoteerd dat aan de erfgenaame in deeze ingevolge testamentaire dispositie van de overledene het regt en de vryheid is gelaten om na haare keuze zodanige en zo veele meubelaire en andere goederen uit den boedel uittehouden als zy ten haare gebruyke zal benodig hebbe

Aldus geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop ten sterf huijze voorm: op den 4 November 1823 op het op en aangeven van de heer Johan Hendrik Loedolff s:r en mejufv: de wed:e Solon Haght, dewelke verklaarde zig hierin ter goeder trouwe gedragen en met hun weeten niets verzweegen of terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, in voegen zy dan ook betuygden de deugdelykheid hunner opgaven ten allen tyde des vereisch wordende met solemneele eede nader gestand te doen, en verdere belofte zo hierna nog iets tot gez: boedel behorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaave te zullen doen ten einde deze inventaris daarmeede te amplieeren

In teeken der waarheid is dezen ter presentie van de ondergetekende gecomm: Weesmeesteren en my Adj:ct Commis der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: A:V: Bergh, G:E: Overbeek

J:H: Loedolff s:r

de w:e Haght

My present: J: Serrurier, Adj:t C:s

MOOC8/40.5

{18241125} 25 November 1824 Ockert Gousch , Helena Gousch

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Ockert Gousch en nagelatene wed:e Helena Gousch in gemeenschap bezeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd op den 12:e Sept:r 1824 en nagelaten, mitsgaders op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

sestien stukken plank
een stinkhoute plank
agt wagen naven
twee wagen tangen
tien geelhoute balken
een loop speken
twee staven bandyzers
een kist met wat oud yzer
een party oud yzer
een yzere schroef
twee hout bylen
een dissel
drie vylen
twee rasps
vier booren
twee bytels
drie schaaven
een omslagboor
een halfaam
twee boter vaten
twee emmers
twee zeep potten
drie yzere potten
een meel zift
een lepel rak
een wagen kist
een kist
twee oude katels
een ledikant
twee tafels
ses stoelen /in zoort/
drie tinne borden
ses tinne schotels /twee defect/
een trommel
een aardekom
een aardekan
elf pierings en 3 kopjes
een kom /defect/
dertien lepels en dertien forken
negen borden /aard/
twee zagen
drie schiet geweeren
een oude versletene bed /aan de wed:w gelaten/
een oude ossen wagen
Beestiaal
een rydpaard
ses en twintig trek ossen
vyf trek ossen in bezit van C:A: Hatting in de Zwagers Hoek woonagtig
vyftig aanteel beesten
twee honderd vier en sestig hamels
agt honderd ses en twintig aanteel schapen, waarvan door de wed:e echter aan haren vier jongere kinderen ieder een hunderst zyn gegeeven na het overlyden haarer man als hebbende hy reeds aan de vier andere kinderen een zodanig getal gegeeven
een duizend twee en veertig bokken
Baaten des boedels
    Rd:s
Uit: van Petrus Johannes Botha woonagtig in het district Uitenhaage bl: bewys d:d: 19:e Feb:ry 1824 265
van Petrus Johannes Botha woonagtig in het district Uitenhage bl: bewys d:d: 19:e Feb:y 1824 105
Uit: van Pet:s Lindeque B:dz woonagtig in het district Uitenhage bl: bewys d:d: 10:e April 1815 p:r rest aan kap:l 200
Uit: van F: Campher woonagtig in het district Uitenhage bl: bewys d:d: [ ..... ] 85
Uit: van Pet:s Gerh:s Marx bl: bewys d:d: 1:e February 1818 kap:l 660
van Pet:s Gerh:s Marx bl: bewys d:d: [ ..... ] p:r rest 24
Uit: van J:N: Kuilder woonagtig in het district Uitenhage bl: bewys d:d: 19 January 1809 p:r rest 12
George van Jan Fredrik Smidt woonagtig in ’t district George bl: bewys d:d: 12 August 1819 kapitaal 200
Swell: van Jacobus Hendrik Petzer in het George of Swellendam’s district woonagtig bl: bewys d:d: 13 Sept:r 1820 24
Cape van David Leibrand aan de Kaap woonagtig bl: bewys in handen van Paul Wijngards 700
  van Gert Knoedze senior in dit district woonagtig bl: bewys d:d: 20 Aug:t 14
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Paulus Wyngards over koop van negotie goederen 74:4
aan Carel Graaf voor het maken van een ledikant en tafel 28:--
aan Magdelena Gousch weg:s geleend geld 31:--
aan Magdelena Gousch zo veel haar competeerd uit de schuld brief ten lasten David Leibrand 77:--
aan Ockert Gousch O:z weg:s d:o d:o 135:--
aan Stephanus Gousch bl: rek:g 30:--
Erfgenaamen
1) Petrus Stephanus geb: den 12 Nov:r 1782
2) Catharina gehuwd met Christiaan Andries Hatting
3) Stephanus geboren den 30 Aug:t 1787
4) Ockert geboren den 5:e Feb:y 1791
5) Magdalena geboren den [ ..... ]
6) Susanna geboren den 25:e October 1802
7) Gert Petrus geboren den [ ..... ]
8) Jan Ockert geboren den [ ..... ]

Aldus gedaan en g’inventariseerd ter plaatze van Barend Booyzen gelegen in het veldcornetschap Zwarte Ruggens op den 25:e November 1824 volgens op en aangaave van Helena Gousch voormeld, dewelke betuige haar in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten verzwegen of agter gehouden te hebben met al verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles doende onder aanbod van eede ende is zulks geschied door my ondergetekende Agent der Weeskamer in presentie van al Hendrik Adriaan Meintjes junior en Gysbert Johannes Broekhuizen als getuigen

J: Meintjes

Voor d’ opgaave: Helena Gouws

Als getuigen: H:A: Meintjes, G:J: Broekhuisen

MOOC8/40.6

{18210723} 23 July 1821 Christiaan Lond

Den 1 Aug:t/ 21

Inventaris van zodanige goederen als er op Zaturdag den een en twintigste dag der maand July in den jaare een duizend acht honderd een en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door Christiaan Lond ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, invoegen als het een en ander door my ondergetekende in presentie der twee mede getuigen zyn opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande alle deeze goederen in de volgende, namentlyk

Ten huize van Dirk Janzen, alwaar den overledene het laatst is woonagtig geweest.

een kleine kist waarin
een kleine kussen
een oude kombaars
drie paren koussen
twee slaap mutsen
een paar kruisbanden
vier oude hoeden
vyf onderbatjes in soort
vier bovenbatjes in soort
een frok
twee oude zagen
vier broeken
vyf hembden
twee zyde zakdoeken
een rode muts
een party oude gereedschap
een paar kousse banden
een paar schoenen
een party boeken
een oude ley
een kistje met een party oude gereedschap
Crediten des boedels
  Rd:s
over 6 1/2 maanden te goed hebbende gagie by den heer August Moller a 15 rd:s per maand 97:4
Lasten des boedels
  Rd:s
aan opgem: Dirk Jantzen voor vier maanden kamerhuur a 5 rd:s per maand 20:--
aan de w:e Dusardt over gekogte goederen 7:--
aan de w:e Hanssen over gekogte zwarte goederen 10:2
aan Johan Hend:k Loedolff over contant geleende penningen 11:--
aan Jan Abrahamse over contant geleende penningen 5:--
aan de kuiper Mangenis over koop van een hoed 1:4
  Rd:s54:6

Aldus geinventariseerd ten huize voormeld aan de Kaap de Goede Hoop den 23:ste July 1821.

Als getuigen: Tho: Read Welch

Voor den opgaaf: Dirck Janse

My present: J:A: Munnik

MOOC8/40.7

{YYYY} [ ..... ] Broeder Laurens

An account of the property of the late signal man Broeder Laurens who died intestate; a copy

2 old chest
1 table
1 chair
1 musket
4 small box’s
1 coffie mill
3 old tubs
1 axe
1 spade
2 camp stools
12 bottles
1 tea pot
1 cannester
2 looking glasses
3 basons
7 books
1 smoking pipe
1 water bottle
1 tea kettle
2 old iron pots
1 small jug
1 stew pan
2 jackets
4 waistcoats
4 old shirts
2 old hats
1 great coat
2 pair of trowsers
1 hand saw
1 hone
1 raszor

John Squier, Resident

Signed: Hend: van Huystein, Vield Cornet, Hend: Baum, Hen: Barnard H:z

MOOC8/40.8

{18211208} 8 Desember 1821 Andries Pieters

Datum den 8 Deetsember 1821

Naa latenschap van den overledene Andries Pieters

Ex:ts den 30 Jan:y 1822 1817 no: 17

aan geld 1 rijks: 4:2
2 el blouw baaij
1 lakens baatje
1 duf baatje
1 bove batje
1 onder baatje
3 broeke
1 hemd
6 doeke
3 paar kouse
1 rode serf
1 hoed
wat oude lappe
3 kussens, 1 oud laken
3 scheermesse
1 olie steen, 1 scheer dosi, 1 tabak dosi
7 boeke Hog Duijts
2 schuijf dosi
2 out oorlosies
1 peijp, 1 tabak sak, 2 borsels
1 klijne pastelijn potje, 2 brille, 2 kaars vorms
1 schaar, 1 pars eyster
6 vorke, 2 lepels, 2 messe
2 kommetjes, 2 bekers
2 blakers, 1 kandelaar, 1 klijne kan
1 beijl, 1 saagi, 1 rasp, 1 veijl
1 parteijtje out gereetschap
1 pond loot 1 water horen
2 potte, 1 ketel, 1 rooster, 1 pan
1 pot lepel, 1 trek potje
1 draag os met een oude saal

Jacobus Marais

Als getuyge: Nicklaas Andries Spreeth, Andreas van Zyl

MOOC8/40.9

{18240626} 26 Junij 1824 Hester Johanna Bester

Staat en inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als door Hester Johanna Bester ab intestato overleden ten erve van Willem Hendrik Lots op den 1:ste April 1824 in den ouderdom van driendertig jaaren en drie dagen, nagelaten als

aan contanten twee rijksdaalders
een zilvere snuifdoos, een goude vinger ring en een paar goude oorkrappen
een wynig vrouwe kleeder
een bed, 4 kus:s, 2 spreyen en een oude combers
een Beijbel en een Evangelische ges: boek
een slaapstel en een ledige kasje by David de Vaal
een scheepe kennis, grood: ƒ3953: en 15 st:

Als erfgenaam te weten haar kind in name Aletta Doretea Bester geboren den 23 December 1820

Aldus deze inventaris gesloten ten erve van Willem Hendrik Lots W:l zoon gelegen over de oude kloof van Tulbagh op den 26 Junij 1824.

In presentie van Willem Hendrik Lots en Andries Jacobus du Toit Stoffel zoon, dewelke hier mede verklaren in het opgeven van dezen inventaris getrouwelijk en opregtelijk te hebben te werk gegaan zonder willens of weetens iets in het minsten agtergelaaten of verzweegen te hebben, presenteerende des vereischt wordende zulks met solemelen eede te staven

Als getuigen: W:H: Lots, Anderias Jacobus du Toit

Mij present: Ab: Joh:s de Klerk, Veld Cornet

MOOC8/40.10

{18230920} 20 September 1823 Fredrik Willem van Reenen , Suzanna Hermina Heugh

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behoren tot den gemeenschappelyken boedel van Fredrik Willem van Reenen en Suzanna Hermina Heugh, en door eerstgem: op Woensdag den negentienden dag dezer lopende maand November in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd drie en twintig ab intestato met er dood zyn ontruimd, en nagelaten ten voordeele hunner by den andere in echt verwekte vier minderjarige kinderen, met namen

1) Jan Fredrik geboren den 27:ste December 1812
2) Suzanna Catharina geboren den 17:de Augustus 1814
3) Eduard geboren den 7 January 1816
4) Adriaan Christiaan geboren den 9 November 1817

Zodanig als dezelve nalatenschap door ons ondergetekende gecommitteerde Weesmeesteren is geinventariseerd en opgenoomen, mitsgaders bevonden te bestaan in al het volgende, te weten

Een huis en erf gelegen aan het Papendorp door den overledene met Andries Rabe in maatschappy bezeten werdende
een plaats ofte hofstede gen:d Santkraal , gelegen aan de Tygerbergen onder het Kaapsch district

Ten huize van Johannes Guilliam van Helsdingen door den overledene in huur bewoond geweest en aldaar

In de voorkamer ter regterhand
twee chitse vengster gordynen
twee spiegels met vergulde lysten
elf stoelen en twee leuning stoelen met vaste paarde hare zittingen
een theetavel met een groene kleed
twee speeltavels
een theekistje
In de voorkamer ter linkerhand
twee chitse vengster gordynen
een spiegel met vergulde lyst
vier stoelen en twee leuning stoelen met vaste paardehare zittingen
een canapé en twee kussens met paarde hare overtrekzels
een ledikant met wit dimestse behangzel waarop
een matras
een bulzak
vyf kussens en
twee dekens
twee witkopere quispedoren
In de gaandery
een muurkastje waarin
een tinne melkketel
een porcelaine soupkom met zyn schotel
vyf aarde schotels in soorten
elf bierglazen waarvan drie defect
achttien wynkelkjes
vier karaffen
twee pleted kandelaren
een verlakte schenkblad
in een tweede muurkastje
twee pleted oly en azyn standers
een pleted koffy pot
een verlakte schenkblad
twee verlakte brood bakjes
een set theegoed bestaande in
zeventien kopjes
elf pierings
twee spoelkommen
een melkkannetje
twee koekschoteltjes
vyf porcelaine kommen en zeven schotels
twee kopjes en pierings
een melkkannetjes
drie aarde sauspotjes
een zuikerpotje
vyf glaze comfytpotjes
een glaze koelbakje
vier glaze soutvaatjes
een glaze likeurvlesje
in een derde muur kast
een verlakte theemachine
een verlakte koffypot
vyf kandelaren in soorten
een kopere blaker
twee snuiter met een bakje
een zilvere souplepel
achttien zilvere eetlepels
veertien zilvere vorken
zes zilvere thelepeltjes
een zilvere confytforkje
vier yzere vorken
twee yzere thelepeltjes
een pleted suikertang
een trancheer mes en vork
twaalf tavelmessen
elf tavelvorken
tien desert messen
twaalf desert vorken
In een agterkamer
een bonnet
vyf stoelen met paarde haare zittingen
twee ronde en twee aanzet tavels
een groene tavelkleed
een ledikant waarop
vier kussens
een verlakte schenkblad
een stoof
een nachtspiegel
In de tweede agterkamer
twee tavels
een tapyt
twee oude stoelen met twee kussens
een stoffer
In de voorzolder
een tavel
In de bovenkamer n:o 1
twee chitse vengster gordynen
een spiegel met vergulde lyst
twee toilet tavels
een klederkast
vier stoelen met paardehare zittingen
een kinderkatel
twee oude koffers
een inktkoker
een lampet en kom
In de bovekamer n:o 2
drie chitse vengster gordynen
een kleine spiegel met vergulde lyst
een bureau met glaze deuren
een laa tavel
een was tavel
een kleine bladtavel defect
een toilet spiegel
drie stoelen
In de bovekamer n:o 3
een kinder ledikantje
een kinder katel
twee ledige koffers
In de bovekamer n:o 4
twee ledige halfamen
een defecte schryfkistje
een glaze konfytpot
drie porcelaine potten met confyt
twee aarde confytpotten
vier trommels in soorten
een blikke bus
een botervaatje
een geweer
vier wydhals vlessen
tien bottels met dranken
een kelder met eenige ledige kannetjes en bottels
twintig stenen seep
een en twintig vengster ruiten
een houte hamer
een blikke bak met kaarzen
een grote aarde kan
drie stukvat schroeven met beslag
voorts een party kleinigheden en rommeling
In de kombuis
een tavel
een waterhalfaam
een strykyzer
In de pakhuis
twee platvaatjes
twee balies
een hakkebord
twee verlakte schenkbladen
een blaauwe aarde soepkom
vier en twintig blaauwe aarde schotels in soorten
vier schotels met dekzels
vier ovale schotels
een salade kom
een blaauwe aarde sauspotje
een en seventig blaauwe aarde diepe borden
negen en vyftig blaauwe aarde vlakke borden
zes en dertig blaauwe aarde desert bordjes
vyf porcelaine graat bordjes
veertien wit aarde schotels
twintig wit aarde diepe borden
zes en vyftig wit aarde vlakke borden
twee wit aarde vrugtemandjes met schotels
zes porcelaine comfytpotten
een Keulse pot
acht aarde potten in soorten
acht yzere potten in soorten
een kopere vyzel en stamper
een vischpan
een rooster
een party ledige bottels
twee potlepels en een schuimspan
drie drievoeten
twee taartepannen
drie ketels
twee blikke kasarollen
een blikke koffy pot
twee blikke bakken
twaalf tinne kaarsevormen
een oude geweer
een oude zadel
een hooymes
een muizeval
een party rommeling
Op de pakhuis zolder
twee chais tuigen met pletty beslag
een oude zadel
een tent en twintig kafzakken, deze 20 kafzakken nader opgegeven aan de Ed: O:I: Company te behoren
In de stal alwaar de overledene zyn slagtnering heeft gedaan
een grote schaal en balans
drie stukken 50 lb gewigt
een [stukken] 25 lb gewigt
een [stukken] 30 lb gewigt
een kopere schaal en balans
negen differente stukken loot gewigt ter zamen 36 3/4 lb
twee grote kapmessen
twee vleesch blokken
een balie met gezoute vleisch
twee vaten met gezoute vleisch waarvan de vaten aan Jacob van Renen toebehoord
en en twintig jassen voor het tog volk ingekogt
twee tavels
twee stoelen
twee slagtbanken
In het pakhuis van Christiaan Storm
een chais met twee tuigen
twee paarden
een dubbelde loop jagtgeweer welke Jacob van Renen opgeeft door den overledene aan den een of ander moet zyn uitgeleend, alzo dezelve niet is gevonden

Op de bovengem: plaats genaamd de Zandkraal en aldaar

In het woonhuis
acht mudde zakken
een ledikant met behangzel
vier stoelen
Op de werf
drie dubbelde en een enkelde ploegen
een osse wagen met een trektou
een paardewagen
twee eggen in de maatschappy toebehorende aan den overledene en deszelfs broeder Sebastiaan Val:n van Renen
een ploeg
twaalf cyssen
zes graven en in de maatschappy toebehorende aan den overledene en deszelfs broeder Sebastiaan Val:n van Renen
een party pikken
twaalf sikkels in de maatschappy toebehorende aan den overledene en deszelfs broeder Sebastiaan Val:n van Renen
een grote yzere pot
een miet waarin elf duizend gerven garst
een miet waarin drie duizend vyf honderd gerven rog
een voltooyde hooimiet
een hooimiet begonnen welke twee hooymieten met ende benevens het hooy, thans nog op het land leggende gecalculeert worden in te houden een kwantiteit van drie maal honderd duizend ponden min of meer

Pro memorie al welke boven gem: granen en hooy benevens het thans nog in het veld staande ongesneden koorn door den overledeene om de helfte in maatschappy worden bezeten met deszelfs gem: broeder Sebastiaan Valentyn van Renen, terwijl van het voorhanden zijnde hooij aan de ondertenoemene ten betaling van slaven huur nog moet worden gehoud, te weten

aan de heer Michiel Breda Pieterzen tien duizend vyf honderd ponden
aan Daniel Krynauw vier duizend ponden
aan de heer Jan Daniel Karnspek drie duizend twee honderd lb
In de stal
drie rydpaarden
In de kraal
een merry
achttien jonge trekossen
zes aanteel beesten
drie Spaansche rammen
drie en zestig trekossen aan den overledene met deszelfs voorm: broeder Sebastiaan Valentyn van Renen om de helfte in maatschappy toebehorende
voorts nog
vier ossen
zeven koeyen
drie kalvers
een honderd twee en zestig schapen en bokken, het een en ander voor de slagtery en consumptie in de huishouden gedestineerd
een schietgeweer in gebruik by den vheewagter genaamd Europa
een schietgeweer by den Hottentot Quiwit
wordende voorts nog opgegeven dat zig by Jacobus Laurens Burman, en het Zwartland , onder opregt van den knegt Hendrik Hagen bevinden
een duizend vier honderd negen en zeventig hamels, schapen en bokken voor de slagtery gedestineerd, mitsg:s
twee togtpaarden
een zadel en toom en
twee schietgeweren
voorts by Hendrik Cornelis van Niekerk Albertzoon
een party Spaansche schapen waarvan het getal niet naauwkeurig kan worden opgenomen zynde in de maand April dezes jaars derwaards gezonden, vyf honderd acht en zestig stuks dog t zedert geen berigt ontvangen hoeveel en zints dat tydstip by gekomen en afgegaan zyn
zestig Spaansche schapen voor de slagtery gedestineerd
wyders by den jonge jufvrouw Catharina Rabe
een vrouwe zadel
wyders by des overledenens broeder Jacob van Renen
een nieuwe zadel en toom die gesustineerd word door den overledene aan hem verkogt te zyn, voor de somma van rd:s85, als mede
een tavel door den overledene aan evengem: zyn broeder verkogt voor rd:s20
In het huis aan Papendorp
een hooipers met toebehoren compleet
een bondel zware yzere hoepels
een restant hooy waarvan nog twee duizend ponden aan de heer Charles Blair moeten worden geleverd, dewelke reeds betaald zyn - wordende het bovengem: restant gecalculeerd zoo veel op een weinig meer als de voorm: 2000 lb te bedragen
Lyfeigenen des boedels
een mans slaaf genaamd Jacob n:o 1 oud 29 jaren huisjonge, zynde thans crimineel in s Heeren gevangenhuis gedeteneerd
een mans slaaf genaamd Jacob n:o 2 oud 11 jaren
een mans slaaf genaamd Europa van Mosambiek oud 37 jaren, zynde een werksjonge
een mans slaaf genaamd Salomon van Mosambiek oud 32 jaren, werksjonge
een mans slaaf genaamd Apollos van Madagascar oud 29 jaren, werksjonge
een mans slaaf genaamd Denis van Mosambiek oud 32 jaren, werks jonge
een mans slaaf genaamd Jack van Mosambiek oud 22 jaren, werksjonge
een mansslaaf genaamd Amerika van Mosambiek oud 31 jaren, werksjonge
een mansslaaf genaamd Africa van Madagascar oud 33 jaren, slagter
een mansslaaf genaamd Salie van de Kaap oud 9 jaren
een mansslaaf genaamd Apollos van de Kaap geboren den 27 Juny 1817
een slavin genaamd Lea van de Kaap oud 31 jaren, huismeid
een slavin genaamd Samia van de Kaap oud 8 jaren
een slavin gen:d Annet van de Kaap oud 26 jaren, huismeid
een slavin gen:d Catharina van de Kaap gebooren 6 September 1819
Inneschulden
    Rd:s
  van Marthinus Wilh:s Theunnissen senior op twee promessen door hem in behoeve van den overledene geaccepteerd betaalbaar geweest den 15 November dezes jaars door den overledene geendosseerd op deszelfs broeder Jacob van Renen welke laatsgem: echter erkend de waarde daarvan niet betaald te hebben en dus de promessen nog het eigendom van den boedel te zyn - bevindende dezelve thans in handen van den advocaat m:r M:A: Smuts ieder groot rd:s2000 en dus te zamen 4000
vereffend van Andries Rabe op een scheepenenkennis de dato [ ..... ] aan capitaal 3000
  met de renten zedert
  van Cornelis Marinus Korsten voor een ledikant 55
  van Capt:n Hartman 38 Regiment Infantrie thans te Calcutta voor een geprotesteerde wissel door hem in behoeve van den overledene op deszelfs agenten in London getrokken, door dezelve van non betaling geprotesteerd en alzo door den laatsten handen lieutenant John Moore Title te rug gezonden buiten de intresten protestkas ten etc:a groot £[ ..... ]

Wordende wyders alhier nog pro memorie bekend gesteld

a) Dat bovengem: Cornelis Marinus Korsten by den overledene als deszelfs generale gemagtigde gefungeerd hebbende in den betrekking nog rekening en verantwoording aan den boedel zal doen van zyn ontvangsten en uitgaven, zoowel van het slagthuis en de Kaapstad als anderzints waartoe onder anderen ook behoren twee promessen in behoeven van den overledenen, thans in zyne possessie te zamen groot rd:s220.

b) Dat er gedurende de jaar 1822 tusschen den overledene ende deszelfs broeder Jacob van Renen maatschappy nopens de slagtersnering geexsistend hebbende by het disolveren der maatschappy ende het sluiten der rekening daartoe betrekkelyk door den overledene zyn overgenomen de schulden, dies tyd ten behoeve den maatschappy nogentstaande onder voorwaarde nogthans dat indien op de gem: inneschulden in der tyd enig verlies mogte worden geleden de helfte van zodanig te vallene verlies door voorm: Jacob van Renen aan den overledenen, ofte deszelfs erfgenamen, zouden moeten worden te goed gedaan.

c) Dat er almede nog een openstaande rekening excusteerd, tusschen den overledene en deszelfs broeder Sebastiaan Valentyn van Renen zoo, nopens de boerdery door hen in maatschappy geduren als anderzints waarvan door den laatsgen: behoorlyke afrekening zal worden geformeerd en ter Weeskamer ingeleverd - vereffend

Aldus gedaan en geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den twintigsten September achttien honderd drie en twintig in de Kaapstad ten huize hierbovengemeld, mitsg:s op den twee en twintigsten daaraan volgende ter plaatze van den overledene genaamd Zandkraal , ende zulks op het op en aangeven van de heeren Cornelis Marinus Korsten en Sebastiaan Valentyn van Renen Jan Th: Dirkszoon, dewelke betuigde hen in de op en aangave ter goeder trouwe gedragen en hunnes weetens niets tot den boedel en nalatenschap behorende verzwegen of agter gehouden te hebben, verklaarende bereid te zyn deze hunne gedane opgave ten allen tyde des gerequireerd werdende met solemneele eede nader gestand te doen en verdere belofte, dat zoo wanneer in den tyd iets dezen boedel betrekkelyk nader mogte komen te ontdekken, daarvan aan Heeren Weesmeesteren ofte ter Weeskamer getrouwelyk opgave te zullen doen, ten einde in zulk geval deze inventaris daarmede naar behoren kan worden geamplieerd.

Ten blyke der waarheid is dezen door den inventarienten nevens ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Eerste Klerk der Weeskamer eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: J:G: Munnik, A: Kuys

C:M: Korsten, S:V: van Renen J:z

My present: G:A: Watermeijer, E:C:

Susanna Hermina van Reenen geb: Heugh
den 27 Decemb: 1812 is Jan Fredrik gebooren
den 17 Augustus 1814 is Susanna Catharina
den 7 January 1816 is Eduard
den 9 Novemb: 1817 is Adriaan Christiaan

MOOC8/40.11

{18230425} 25 April 1823 Johannes Gerhardus Cornelis Kotzëe , Margaretha van Schalkwyk

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als door wylen Margaretha van Schalkwyk en desselfs nagelatene man Johannes Gerhardus Cornelis Kotzëe in gemeenschap bezeten en door den eerstgem: ab intestato met den dood ontruimd, mitsgaders op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

1 ry paard
1 zadel
1 oude yzere pot
1 byl
1 koper ketel oud
1 boor
1 knapsak, blaas balk
1 houte bak
1 stuk van een wiel band
Contanten
nihil
Baten des boedels
van den burger David M: de Koker woonagtig op het Nieuwveld onder den veldcr:t W:S: Forie de som van vyftig rd:s over schade vergoeding waarvan geen bewijs dog den P:J: Burger als getuigen
Schulden des boedels
nihil
Erfgenamen des boedels
Christina Kotzëe geboren Juny 1803
Geertruyda Kotzëe geboren den 9 Meij 1808
Maria Kotzëe geboren den 16 October 1810
Margaretha Kotzëe geboren den 9 September 1812
Johanna Kotzëe geboren den 20 December 1809
Catharina Kotzëe geboren den 29 Januarij 1813
Sara Kotzëe geboren den 19 Junij 1805
Kaatje Kotzëe geboren den 2 Februarij 1812
Fytje Kotzëe geboren den 26 October 1820

Aldus gedaan en geinventariseerd op Vrijdag den 25 April 1823 ten dorpe Beaufort volgens op en aangave van Johannes Gerhardus Cornelis Kotzëe, dewelke zich in het op en aangeeve des voormelde boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten te hebben versweegen of agter gelaten en verklaarde hy dus bereid deze zyne aangave des gevorderd wordende met solemneele ede te bevestigen, met alverder belofte zo hy iets nader tot den boedel behorende mogte komen te ondekken deze inventaris daamede te zullen implieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adjunct Landdrost in presentie van de clerquen Petrus Johannes Truter en Hendrik Andrias Truter als getuigen

Voor de aangave deze + merk door Johannes Gerhardus Cornelis Kotzëe daar gesteld

Als getuige: P:J: Truter Sz:, H:A: Truter Sz:

J: Baird, Adj: Land:t

MOOC8/40.12

{YYYY} [ ..... ] Johanes Kock

Nota van het goed van stuurmann Johanes Kock van het brick schip

een koffer darin
1 rock
2 broeken
5 hemden
1 paar schoenen
9 doeken
3 halv hemden
1 vest
1 paar kousen
2 paar sokken
1 bond stop garen
1 kistje met scheergoed
een sack darin
1 maddras
1 kussen
1 deeken
2 blouwe broeken
4 vesten
2 rode hemden
2 borstrokken
4 paar kousen
1 paar wanten
2 paar schoenen

Cap:t Symen Mynders

MOOC8/40.13

{18240301} 1 Maart 1824 Pieter Andries van Zyl , Johanna Margaretha Kotzee

Inventaris des boedels in gemeenschap bezeeten geweest bij den burger van het district Clan William Pieter Andries van Zyl Gertz: ende deszelfs huisvrouw Johanna Margaretha Kotzee ende door de laatstgem: op den 24:ste dag der maand December des gepasseerden jaars een duyzend acht honderd drie en twintig ab intestato metter dood ontruymd, ende nagelaten ten voordeele der kinderen door haar by den overgebleven weduwenaar in echt verwekt, met naame

1) Dirk Petrus Jacobyn geb: d: 18 April 1811
2) Marthinus geb: den 29 Maart 1814
3) Hester Johanna Christina geb: den 28 December 1818

Zodanig als dezelve nalatenschap ten overstaan van my onderget: expres gecommitteerde Sect: uit het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesm: deezer Kolonie is opgenomen, zynde dezelve bevonden te bestaan in het volgende, te weeten

Op de plaats gen:d de Verloorene Valley toebehoorende aan d edele Marthinus Smuts alwaar de overledene woonagtig is geweest en aldaar in het woonhuis

twee tavels
twee stoelen
een ledikant
twee kadels
drie beddens met toebehooren
een koffer
een gaare kistje
vier klyne [kistje] in zoort
een kleder kast
drie manden
drie emmers
drie balies
twee boter karns
twee tent matten
een gorgelet
een koffy kan
een trekpot
een komfoor
drie ketels
twee strykyzers
een boterbak
een taartepan
een soepkom
drie en dertig borden
twee schootels
twee boterpotjes
vier klyne kommetjes
een grote aardepot
vier klyne [aardepot]
agt aarde kannen
drie messen
zes vurken
een blikke tregter
een ankervaatje met wat azyn
twaalf bottels
zeven vlessen
vyf blikke trommels
een koffy moolen
vyfthien zyldoekse zakken
een zadel en toom
drie schietgeweeren
vyf kopjes en pierings
drie zuikerpotjes
een cijffer ly
een spiegel
twee waterglazen
een glas met vergulde rand
vier yzere potten
een koekepan
een rooster
een drievoet
een vuurtang en aschschop
drie stooven
acht boeken in zoort
In een buiten vertrek
twee span zaagen
drie groote booren
twee bylen
een kapmes
een dissel
een snymes
twee winkelhaaken
drie schaaven
een kroos
twee troffels
een groote zeeppot
een vleesch vaatje
een boter vaatje
vier graaven
vier pikken
een graaf yzers
een ladder
twee koorn schoppen
een koorn zeef
een meel zeef
twee mudden en 3 scheepels tarven
negen mudden rog
Op de werf
een ossewagen met toebehooren
een kar met toebehooren
een ploeg
een eg
In de stal
zes wagen en rydpaarden
In de kraal
zesthien trekossen
negen aanteel paarden
agt en dertig schaapen
een honderd en zeventig bokken
Lyfeigenen
een mansslaaf g:d Camies van Timor oud omtrend 52 jaaren, zynde een werksjonge
eene slavinne g:d Rozalyn van Mosambicque oud omtrend 47 jaaren, kookster
een slavinne gen:d Catryn van de Kaap oud 27 jaaren, huismeid
een slaven meisje g:d Carolina van de Kaap oud 9 jaaren
een slaven meisje g:d Annet van de Kaap geb: 20 Decemb: 1816
een slaven jongetje g:d Abraham van de Kaap geb: 15 April 1820
een slaven meisje g:d Mariana van de Kaap geb: 28 May 1822
Inneschulden
    Rd:s
voldaan den 14 Januarij 1826 Jan Hendrik Loedolff junior op een onderh: obligatie den 5 May 1818 aan capitaal 100:--
  renten zed:t 5 May 1823
voldaan den 14 Januarij 1826 Jan Loedolff op een onderh: obligatie d:d: primo May 1823 aan capitaal 700:--
  renten zed:t primo Maart 1823
  van Marth:s Smuts vyf mudden haver tegens maats prys in de Kaapstad 15:--
  van Marth:s Smuts over knegts gage zedert primo Octob: 1823 a rd:s150 per jaar maakt 62:24
  van Dirk Coetzee Dirkz over contant gelend geld 23:--
NB deeze schuld zal over de weduwenaar by afreekening worden overgenomen van den Hottentot Piet Patientie 8:--
Lasten des boedels
    Rd:s
voldaan den 15 April 1825 aan Gerrit Erasmus Smith op een onderh: obligatie d:d: 30 January 1823 aan capitaal 200:--
  met den intrest zedert der datum der obligatie
  aan den bode der Weeskamer T:R: Welch op een vendubrief 3:36
voldaan 26 April 1824 aan Joh:s Daniel Koegelenbergh Gideonz volgens in dato 19 Decemb: 1823 geformeerde afreekening 60:24

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 1:ste Maart 1824 ter plaatze voorm: ende zulx volgens op en aangeven vande in den hoofde deezes gem: weduwenaar, dewelke verklaaren zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en zyns weetens niets verzwegen ofte terug gehouden te hebben, van al het tot dien nalatenschap behoord, invoegen, hy dan ook betuigde de deugdelykheid zyner opgave ten allen tyde dus vereischt werdende met solemneele ede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk opgaaf te zullen doen ten einde deezer inventaris daarmeede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deese ter pretentie van my onder get: gecom: Weesm: ende my Eerste Commis door de inventarient eigenhandig ondertekend

Als gecomm: Weesm: A: Kuys

P:A: van Zyl

My present: G:A: Watermeyer

Ampliatie

Wordt op heden door Pieter Andries van Zyl ter Weeskamer opgegeven dat door David Fourie woonagtig in het Nieuwefeld , district van Beauford , nog verantwoording moet worden gedaan van vyf honderd en vyftig schaapen die hy aan hem op de helft van de aanteel heeft gegeeven; waarvan hy in twaalf jaaren geene verantwoording is geschied - zegt verder dat Marth:s Smuts woonagtig in Zwartland van deeze transactie kennis draagt

Den 20 Septemb:r 1823

P:A: van Zyl

MOOC8/40.14

{18250502} 2 May 1825 Hendrik Canterburry

Inventory of all such property as has been relinquished by the death of Hendrik Canterburry of the twenty eighth day of the month of April in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five at 11 ’o clock in the evening. The deceased having by his last will and testament executed on the 29:t April 1822 before the notary public Rynier Beck and witnesses instituted and appointed his sole and universal heirs

his three natural children begotten by the late female slave Christina van Ceylon , named 1) Hendrik Cesar Canterburry
2) Jesimina Canterburry still in slavery
3) Job Canterburry
and the free woman 4) Eva of the Cape together with his four natural children begotten by the said Eva of the Cape named 5) Hester Elizabeth Canterburry married with Fredrik Jacob Schowkerk
6) Silvia Catharina Hendrica Canterburry married with David Davidsze
7) Maria Johanna Hendrica Canterburry born 12 September 1808
8) Fredrik Willem Canterburry born 12 November 1814

And further by a codicil dated 15 July 1824 (annexed to his aforesaid last will and testament) requested and appointed the Worshipful Board of Orphan Masters of this Colony to be and to act as his exectors

In consequense of which the aforesaid property was duly inventoried by the undersigned special Commissioners from the Orphan Board and was found to consist in the following, viz:t

A house and erf situated in the Leeuwe Straat N:o 5
one table
one kitchen table
one pentry case
three chests
two trunks
two benches
one iron pot
two water buckets
two dishes
four plates
four spoons, four forks and two knives
two candlesticks
some clothes of the deceased which the heirs have requested may be given to their younger brother Fredrik Willem Canterburry, as also one pair of scissors, one comb and one hair brush and one powder bag

The remainder of furniture as well as other articles found in the house of the deceased having been claimed by the free woman Eva Satsman as her property she having at the same time produced a specific list thereof, which is hereunto annexed

Claims in favour of the estate
  Rd:s
from Piet Visser for hairdressing during the year 1820, 21 and 22 30:--
from Daniel Blanckenberg for two years at 5 rd:s per annum 10:--
from Martinus Holtman two years at 5 rd:s per annum 10:--
from Boniface for two years at 5 rd:s per annum 10:--
from Mr Aken for one year 5:--
from Mr Loyd at Mr Aken 5:--
from George Payne for one and one half year 7:24
from Mr Gray one year 5:--
from Mr Dirk Hertzog one year 5:--
from Mr Baulcomb one year 5:--
from James London for 9 months 8:--
from Rynier Beck for one year 6:--
from M:A: Smuts for one year 10:--
from Edward Hanburry for one year 10:--
from Mr Hudson for one year 6:--
from Mr Jordin at Mr Tennants for six months hairdressing 2:24
from C: Mocke one year hairdressing 5:--
from Mr J: Humphreys one year 5:--
from Mr Plouvier 5:--
from Mr Ervin at Mr M: van Breda Arendzon for one year hairdressing 5:--
from J: Jacobsze for one half year hairdressing 2:24
from C: Wolhuter for one year hairdressing 5:--
from Dirk de Wet for one year hairdressing 5:--
from Pieter Breda S: A:zn for one year hairdressing 5:--
from Mr A: Atchisson for one year hairdressing 5:--
from J: Eckard for one year hairdressing 5:--
from the late Hend:k Eckard for one year hairdressing 5:--
from P: Laing at Mr Akens for one year hairdressing 5:--
from J:A: Munnik for one year hairdressing 5:--
from P: Watney for one half year hairdressing 2:24
from Cornelis van Reenen for one half year hairdressing 2:24
from Hendrik Smuts M:zn for one year hairdressing 5:--
from J: van Zittert for one year 10:--
from W: Hiddingh for 8 months hairdressing 4:--
from R:T: Middleton for one year hairdressing 5:--
from J: Evans for one year hairdressing 8:--
from A: Scott for 10 months hairdressing 4:--
from Eduard Leidensticken for one year hairdressing 5:--
from P: Truter H:son for one year hairdressing 8:--
from G: Henning for one half year hairdressing 2:--
from James Hardie 8 months hairdressing 4:--
from John Ingram 9 months hairdressing 10:--
from Henry Nitch 6 months hairdressing 2:24
from John Nitch 6 months hairdressing 2:24
from Mr Still at Mr Whiston for one year hairdressing 5:--
from J:E: Mistear up to 15 April last 18:36
from G: Cruywagen one half year hairdressing 2:24
from J:B: Hoffman for 3 years hairdressing 105:--
Claims against the estate
  Rd:s
to F:W: Flamme under mortgage of the deceased’s house amounting in capital to ƒ8000 or 2666:32
interest from the 1:t of January last
to the Lombard Bank under mortgage of the deceased’s house amounting in capital to ƒ1500 or 500:--
interest from the 1:t of January last
to Mr R:S: van der Riet s:r 300:--
to Rachel Catharina Byl as per note of hand dated 5 January 1824 300:--
no rent to be paid on the last amount according to a declaration of the creditor herself
to Hendrik Teubes for meat supplied by him from the 1:t of January 1824 to the 2:d of January last 337:37
to J:R: Thompson for coffee 56:--

Thus inventoried at the Cape of Good Hope in the house aforesaid on the 2:d day of the month of May in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five according to a statement made by the free woman Eva Satsman in the presence of the respective heirs of the deceased who declared to have acted herein bonafide and that to the best of her knowledge she has not withheld or secreted any thing that belonged to the aforesaid estate, and the said appearer further declared that she is and will at all times be ready and willing to confirm her statement by solemn oath if required promising at the same time that if after the date of these presents any property of this estate might be discovered she shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify this inventory with the property so discovered.

In witness whereof :s the undersigned Commissioner together with the appearer and the Secretary have subscribe to the presents.

As Commissioner: A: Kuys

The mark + of the oftenmentioned Eva Satsman

Den ondergetekende verklaare bij deezen dat “Eva Satzman” vrijgegevene leifeigenen van de heer E:F: Schrader, de volgende goederen als gemelde E: Satzman, haar eigendom heeft bij mijn gehad, en verder verklaare ik bij deeze op alle de goederen hoegenaamd geene pretentie of eenige vordering heeft of kunnen maken; zo als alle nu bekend staan

n:o
1 een klederen kast
2 zes stoelen
3 een ledekant
4 twee tafels
5 drie stel complete koije gardijnen
6 een witte [stel] complete koije gardijnen
7 twee veeren bulzakken
8 twaalf veeren kussing
9 twee combaarsen
10 een lessenaar
11 tien schilderijen in soort
12 een water halfaam
13 twee emmers
14 een azijn vat
15 twee katels
16 twee kopere kandelaars
17 een thee bus
18 vier Sienas potte
19 een soep lepel
20 twee 1/2 dozeijn witte borden
21 drie groote en drie klijne schotels
22 2 dozeijn klijne desert borden
23 een soepkom “of toerien”
24 een lampet kom
25 een groote kist
26 twee koffers
27 2 dozeijn bier glaasen
28 1 dozeijn kelkies
29 vier glaase kraften
30 twee thee masienen
31 twee trek potten
32 2 dozeijn koppies en piering
33 1 dozeijn koppies en piering roijen, alle beijde Sinasch en twee taarde pannen
34 3 zilvere lepels, en een vork en comfijt ketel
35 drie strijk eijsers
36 twee groote potten
37 3 klijne potten
38 1 silvere sak oorlogie
39 2 banken en een lantaren
40 1 koffie muel
41 1 kopere vijsel met zijn stamper

Dit is het geen ik niet te vorderen heeft van gezegte E: Satsman

Als getuigen: Johannes Bissinger, J: Jacobus Greijbel

Dit is het kruis + merk van H: Canterbury j:r

De heeren die nog schuldig ben aan den boedel van wijlen Hendrik Canterburij senior

    Rd:s
1820-21-22, 1 Januarij tot ultimo Dec: Petrus Visser 3 jaaren haer gesneeden a 10 rd:s per jaar 30:--
1822-23, 1 Januarij tot ultimo Dec: Daniël Blankenberg 2 jaar a 5 rd:s 10:--
1820-21, 1 Januarij tot ultimo Dec: Martinus Holtman 2 jaar a 5 rd:s 10:--
1823-24, 1 Januarij tot ultimo Dec: C: Boniface 2 jaar a 5 rd:s 10:--
1828, 1 Januarij tot ultimo Dec: Aken voor een jaar haergesneeden 5:--
  Loijd voor een jaar haergesneeden 5:--
  G: Paene een en half jaar haergesneeden 7:4
  Graij 5:--
  D: Hertzog 10:--
  W: Baulkome 5:--
  Jamis Loudon 9 maanden 8:--
  R: Beck 6:--
  advocaat Smuts 10:--
  E: Handburij 10:--
  Hodson bij de heer H: Ross 6:--
  Jorden bij Mr J: Tennant zijn pakhuijs 2:4
  C: Mocke 5:--
  J: Humphrijs 5:--
  Plouvier bij de heer Woutersen 5:--
  Erwin bij de heer M: Breda A: zoon 5:--
  Jacobus j:r N:o 55 Breestraat half jaar 2:4
  C: Wolhuter 5:--
  Wit de bij de heer J:J:L: Smuts 5:--
  Breda P: J:zoon 5:--
  A: Aitcheson 5:--
  J: Eckard 5:--
  Hendrik Eckard 5:--
  P: Laing bij Mr Aken zijn pakhuijs 3:--
  J:A: Munnik 5:--
  P: Watnij half jaar 2:4
  Cornelis van Reenen J:zoon half jaar 2:4
  Hendrik Smuts M:zoon 5:--
  J: van Sitters 10:--
  W: Hidding agt maanden 4:--
  R:F: Middleton 5:--
  John Evans 8:--
  A: Scholt 10 maanden haergesneeden 4:--
  Eudeard Seidensticker 5:--
  P: Truter J:szoon 8:--
  Henning j:r half jaar haergesneeden 2:--
  Jamis Hardie agt maanden 4:--
  John Ingram 9 maanden 10:--
  Henrij Nitch 6 maanden 2:4
  John Nitch 6 maanden dito 2:4
  Still bij Mr Whistor Kasteel Straat 5:--
  J:E: Mistaer 18:6
  G: Cruijwagen half jaar 2:4
    45:2
    261:4
    306:6
  J:B: Hoffman voor drie jaar haeropgemaak a 35 rd:s per jaar 105:--
    Rd:s411:6

MOOC8/40.15

{18250919} 19 August 1825 Sophia Catharina Hendrica Canterbury

Inventory of all such property as has been relinquished by the death ab intestato of Sophia Catharina Hendrica Canterburry on the 15:t August 1825 for the benefit of her surviving husband David Davidszen on the one, and the only child begotten in wedlock with her husband named

Maria Clara Georgina Davidszen born on the 27:t July 1825 on the other part

the aforesaid property having been inventoried by me the undersigned, and was found to consist in the following, viz:t

one bedstead with curtains
one feather bed
one bolster
six pillows
two blankets
one cupboard with glass frames
eleven candlesticks
one coffee pot
four China dishes
two salled bowls
one China bason and ewer
one earthen bason and ewer
four wine glasses and one tumbler
one earthen pot with cover
two basons
one glass jug
one glass bocaal
four glass flasks
three tea pots
one glass sweat meat pot
three milk jugs
seven cups and six saucers
two China cups and saucers
two sugar pots
one small waiter
two pair of snuffers
two spittoons
two umbrellas
ten chairs
three tables
two racks
one writing desk
two small boxes
two trunks
one neck lace
two gold finger rings
some remnants of linnen
two looking glasses
one picture
one small wardrobe
one set of curtains
eleven sheets
thirteen pillow cases
twenty six spencers and gowns
six shifts
two pair of stays
two sholws
one stove
sixteen forks
nine spoons
fifteen knives
two bird cages
one small cupboard
one iron
one waterkittle
some bottles
some rubbish
one iron pot
one frying pan
one pair of tongs
two silver table spoons
one silver tea spoon
Claims against the estate
    Rd:s
terug hebben for funeral expenses 76:--
deserted in favor of the estate to Andries Spolander 25:--
  to Jan Janssen 75:42
  to Fredrik Heyn 27:36
  to Dr Atherstone 77:--
  to Hendrik Kleinsmit 2:24
  to Hendrik Cloete 10:--
paid to G:M: Kraft for two months hire of a room 18:--
to G:M: Kraft for hire of a slave boy 2:--
Claims in favour of the estate
  Rd:s
from Fred: Schouvkerk’s wife 40
from the deceased mother 8
the salary of the survivor up to this datis date 30

Thus inventoried at the Cape of Good Hope on the 19:th August 1825

D: Davidsen

In my presence: H: Overbeek

List of such articles, which together with the effects specified in the inventory of the estate of the late Sophia Catharina Hendrica Canterburry and surviving husband David Davidszen the survivor has requested may be granted to him for the sums specified oposite each article, viz:t

  Rd:s
one bedstead with curtains 50
one feather bed
one bolster
six pillows
two blankets
two candelsticks 3
four chairs 20
one table 4
one writing desk 5
one small wardrobe 50
two sheets 6
six pillow cases 3
  Rd:s141

Cape of Good Hope the 20:t August 1825

D: Davidsen

MOOC8/40.16

{18250405} 5 April 1825 Philippus Arnoldus Meyburg , Cecilia Johanna Fourie

Inventaris van alle zoodanige goederen als behoord hebben tot den gemeenschappelyken boedel van nu wylen Cecilia Johanna Fourie en nagelaten man Philippus Arnoldus Meyburg, en door eerstgem: op den 12:e October 1824 met er dood ontruimd en nagelaten

Losse goederen
1 koekepan
2 emmers
1 blikke beker
3 graven
1 pik
1 tinne ketel
1 kopere ketel en comfoor
1 blikke emmer
1 strykyzer
1 handbyl
1 byl en dissel
1 zaag
2 aarde kannen
1 pot
1 omslag met booren
4 sickels
1 kelder en flessen
1 veld tent
3 stoelen
2 tafels
4 yzere potten
1 schietgeweer
1 molen
1 zadel en toom
1 kist
1 slypsteen
1 ossewagen en toebehooren
1 paardewagen en toebehooren
Beestiaal
4 rydpaarden
1 jonge hengst
5 merries en 1 veulen
20 trekossen
80 aanteelbeesten
1450 schaapen
Contanten des boedels
nihil
Baten des boedels
  Rd:s
van Fredrik Christoffel Eelhoff blykens bewys d:d: 9 Nov:r 1822 100
Lasten des boedels
  Rd:s
aan Joh:s Steph:s van Heerden W:J son weg:s een schuldbrief 532:--
Dirk Jac:s Coetzé weg:s een schuldbrief 400:--
G:A: Martin, negotie goederen 107:4
P: Heugh, negotie goederen 113:2
Erfgenamen des boedels
1) Martha Catharina Meyburg gehuwd met Fredrik Christoffel Eelhoff
2) Johannes Fredrik Meyburg geboren den 2 October 1805
3) Anna Cecilia Meyburg geboren den 9 November 1807
4) Cecilia Johanna Meyburg geboren den 10 Juny 1809
5) Gert Jacobus Meyburg geboren den 8 February 1813
6) Maria Sophia Meyburg geboren den 7 Maart 1815
7) Philippus Arnoldus Meyburg geb: den 16 Oct:r 1816
8) W:m Jac:s Mart:s Meyburg geboren den 15 July 1819
9) Elsje Johanna Meyburg geboren den 22 Novemb:r 1822
10) Martha Sophia Meyburg geboren den 12:e October 1824

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze Vogelzang gelegen aan Brakke Rivier volgens op en aangave van de in den hoofde dezes gemelde Philippus Arnoldus Meyburg op den 5:e April 1825, dewelke verklaarde niets met weten verzwegen of agtergehouden te hebben met belofte indien in der tyd iets mogte worden ontdekt dat tot opgem: boedel behoort en hier in niet is opgetekend dezen inventaris alsdan daarmede te zullen amplieeren en zulks des gevorderd wordende met solemneele eede te zullen staven, en is dit alles geschied in presentie van Jeremias Fredrik Ziervogel en George Aldrich als getuigen

Als getuigen: J:F: Ziervoogel, G: Aldrich

Philippus Arnoldus Myburg

In kennisse van my: W:M: Mackay

Ik ondergetekende P:A: Meyburg verklaare by dezen dat het verschil tusschen het getal beestiaal door my als tot den boedel van my en myn overledene huisvrouw behoorende opgegeven, tentyde dien boedel door den Landd:t is geinventarisseerd en het getal welke op heden voor rekening van dien boedel is verkogt geworden, daaruit voortkomt dat ik genoodzaakt geweest ben een gedeelte derzelve tot levens onderhoud te slagten, en een gedeelte voor benodigde kleding voor my en myne kinderen te verhandelen zynde de anderen, door magerte ist verrekt

Vogelgezang den 5 April 1825

Philippus Arnoldus Myburg

MOOC8/40.17

{18250718} 18 July 1825 Richard Chicheley Plowden

Inventory of the property of Richard Chicheley Plowden Esquire in the Honorable East India Company’s civil service husband of Missis Sophia Fleming with whom he has in lawful marriage procreated the following children, viz:t

1) Richard Chicheley Plowden 20 years of age
2) Augustus Udney Chicheley Plowden 19 years of age
3) Henry Gordon Chicheley Plowden 13 years of age
4) Arthur Wellington Chicheley Plowden 10 years of age
5) Edmund Chicheley Plowden 7 years of age
6) Louisa Chicheley Anna Plowden 9 years of age
7) Alfred Chicheley Plowden 5 years of age
8) Adelaide Chicheley Anna Plowden 3 years of age

The said property having been relinquished by him the deceased ab intestato on the fourteenth day of the month of July in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five, for the benefit of his heirs at law, and taken under the administration of the Board of Orphan Masters of this colony in behalf of the said heirs, and been inventoried (after the seals of the office has been removed) by the undersigned special Commissioners of the Board aforesaid, was found to consist in the following, viz:t

a writing desk containing
a note of hand dated Calcutta 12:th April 1824 against Dwarknauth Tagora to the amount of fifty thousand sicca ropees Sicca Ropees 50000
with the interest thereon at 8 percent per annum
a note of hand dated 29:th March 1824 against the aforesaid Dwarknauth Tagore amounting to eleven thousand sicca ropees S:c R: 11000
with the interest thereon at 8 p:cto per annum
a note of hand dated 21:st February last, amounting to six thousand fifty five rixdollars against the late J:H: de Wit Rd:s6055
a note of hand against the said M:r J:H: de Wit amounting to four thousand rixd:s Rd:s4000
a note of hand against the said M:r J:H: de Wit amounting to two thousand rixdollars Rd:s2000

The greatest part of said three bills appears to be drawn for

a sofa
a table
a tea box
a painting box
a dubble barrel gun and case
a sea couch
a small tool chest
a patent boot jack
a set of teeth instruments
a razor strap
a Hernutters knife
a tinder box
some China pencils
a small painting box
a hunting whip
a buggy whip
a China washhand stand
three hats
a wash hand bason and ewer
a pair of spurs
four pair of boots
a pair of decanters
a letter box with some medicines
a gorgelet
seventeen volumes of books
a map of Africa
a chest of drawers
a knife
nine packs of cards
one bedstead
one mattrass
one glass desert service consisting in
eight dishes
eleven plates
one center piece and stand
two sweet meat pots
two jugs - kept by the widow
ten liqour glasses
two China baskets
one pickle case
fourteen flower pots
two water monkeys
one large case containing tea kept by the surviving widow for her own use
two boxes with sweet meats
a lamp
ten chairs
two dining tables
three lamps
a silver tea pot and stand
a silver toast rack
a silver toasting fork
two silver muffeneers
one silver butter knife
one silver fish knife
one silver sugar ladle
one silver soup ladle
one silver gravy spoon
one silver dozen table spoons
one silver dozen desert spoons
four silver tea spoons
six silver egg spoons
twelve silver desert forks
twelve silver table forks
one plated snuffer and stand
one dinner table service (guilded) with cups and saucers
nine knives and forks
seven desert forks
nine desert knives
one carving knife and fork
one steal
four table lamps
six dish covers
a blue table service defective
a quantity of wine glasses and tumblers
six decanters
a plated cruet stand
a sofa belonging to the surviving widow
one small table
one large mat kept by the surviving widow for her own use
one shower bath
a box with earthen toys
a plated soup turreen
six plated dishes with covers
two plated dubble decanter stands
four plated candlesticks with shades, three given over to the surviving widow
four plated candlesticks with shades, smaller
one traveling kettle
one tea kettle
seven sauce pans
a fish kettle
one collander
two pudding forms
one drudging box
one rasp
one frying pan
one grid iron
one pair of tongs
one fireshovel
some empty bottles
six finger glasses
a quantity of wine for the use of the surviving widow
a hand basket
a meatsafe
six empty boxes
three empty tubs
two riding horses
two saddles and bridles
one horse cloth
one girth
two herd stalls
two black carriage horses at Mr Storm’s stable, Castle Street
one brown buggy [horses]
one chariot with harness
one buggy with harness
a race horse Snake at Major Blakes Wynberg
the untried colt Beaufort
seven empty cases
a quantity of firewood and coals

Thus done and inventoried at the Cape of Good Hope on the eightteenth day of July in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five according to a statement made by Mr John Bagshaw who declared to have acted herein bonafide and that to the best of his knowledge he has not withheld or secreted ant thing belonged to the aforesaid estate, and the appearer further declared, that he is and will at all times be ready and willing to confirm his statement by solemn oath if required, promising at the same time that if after the date of these presents any property of this estate might be discoverd shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify this inventory with the property so discovered

In witness whereof we the Commissioners together with the appearer and the Secretary have subscribed to these presents

As Commissioners: G:E: Overbeek, A: Kuys

John Bagshaw

In my presence: J:J:L: Smuts

Ampliation

fourteen gold moors
sixteen gold half moors

The undersigned do acknowledge by these presents to have received from the Orphan Chamber the abovementioned fourteen gold moors and sixteen gold half moors

Cape of Good Hope this 18:th July 1825

Sophia Plowden

R: n: 2534

Duplicate

1:st Sv Jameisine, 2:nd Sv D:ss of Athol

R:C: Plowden Esq: care of Messr: Tho:s Dent and C:o Canton

Calcutta , 2:nd July 1824

Dear sir,

Accompanying we have the pleasure to forward your Account Current for the past year, exhibiting a balance in your favour on the 30th April of Sicca Rupees 1,01,890 we hope that the Account will be found correct and satisfactory; and that you will be pleased to sign and return the subjoined acknowledgment of its being so, or if you prefer it, we shall consider our not hearing from you to the contrary in due course, as an admission of the correctness of the Account.

We are, dear sir,

Your faithful servants,

Palmer and C:o

E:E: Calcutta 30:th April 1824

Duplicate

R:C: Plowden Esq: in account with Mess:rs Palmer and Co:
D:r                 C:r
1823       1,823
May 10 to cash p:d Kissemohun Sing’s bill for sundry charges on 7 half chests of madeira shipped p:rand 1 pipe of madeira per   16:8:-- May 1 by balance of account closed yesterday   1,22,736:--:--
  14 to cash p:d boat hire for 2 tents to Hidglie   22:12:--   15 by cash rec:d from Stewart en Robertson, secretaries to the Calcutta Insurance Comp:y the last half years interest due 31:st March last on your deposit paper amt:g to S:a R:s4,000 at 6 p:cent   120:--:--
June 3 to cash p:d Mendeita Uriarte and Co: the am:t prem: on your deposit paper in the Globe Ins:ce Office transf:d from the 6 into the the 5 p:ct loan as p:r statement   90:14:-- July 7 by cash rec:d from the Bank of Bengal the last half years divd:s in 2 shares n:os 208 and 217 at 500 each   1,000:--:--
  7 to cash p:d Stewart and Robertson p:r receipt the am:t prem: on your deposit paper in the Cal:a Ins:ce Comp:y transferred from the 6 into the 5 p:cent loan   196:8:--   9 by cash rec:d draw back on 1 pipe of madeira p:rvalued at S:a R:s 567 a 3/4 pf 10 p:cent   42:8:9
  9 to cash p:d Cruttenden and Co: the am:t prem: on your deposit paper in the Ganges Ins:ce Office transf:d into the 5 p:cent loan   240:15:--   19 by cash rec:d from Mendeita Uriarte and Co: the last half years inst:t on your deposit paper in the Globe Ins:ce Office amount:g to S:a r:s2,000   60:--:--
  25 to cash p:d Prawn Kissen Holdars bill for house rent from Feb:y to May 1823   1,183:--:--   24 by cash rec:d from you p:r receipt   6,500:--:--
July 19 to cash p:d fees for exchanging a 6 p:cent Gov:t note   1:--:-- Octo:r 2 by cash rec:d from you p:r receipt   15,000:--:--
  24 to am:t cost of 1 subalterns tent 310:--:--     17 by cash rec:d from you p:r receipt   6,000:--:--
    to am:t cost of 1 baggage tent 100:--:-- 410:--:--   25 by cash rec:d from Mendeita Uriarte and Co: the last half years int:t on your deposit paper in the Globe Ins:ce Office for S:aR:s2,000   50:--:--
  25 to cash p:d import duty on 2 boxes of tea p:r 18:--:--   Nov:r 24 by cash rec:d from you p:r receipt   5,500:--:--
    to cash p:d import duty on 1 [boxes] soda water p:r 1:4:-- 19:4:-- Dec:r 2 by cash rec:d Stewart and Robertson p:r receipt the am:t of a devid:d on 2 shares held by you in the Calcutta Insurance Comp:y   1,000:--
Aug:t 7 to cash p:d you p:r rec:t of this date   100:--:-- 1824
  20 to am:t of a sett: of our bills on Paxton and Co: n:o 247 payable to themselves £600 at 6 m/d a 1/11 1/2   6,127:10:6 Jan:y 2 by cash rec:d from R: Saunders sec:y to the Board of Customs per receipt being the balance of commission due to you as late agent of the 24:th Pergunnahs on the salt of the year 1823 7,377:14:6
Sept:r 6 to cash p:d landing charges on 1 case soda water p:r   0:8:--   2 by cash rec:d from you p:r receipt 8,200:--:-- 15,577:14:6
  16 to cash p:d Kissen Mohun’s bill charges on a box of curry stuff shipped p:r   2:1:--   8 by cash rec:d from the Bank of Bengal the last half years divid:d on 2 shares   250:12:6
  23 to cash p:d your d:ft of this date to bearer   100:--:--   12 by cash rec:d from Geo: Angus p:r rec:t   6,000:--:--
Octo:r 2 to cash p:d your d:ft of 1:t inst: to Mess:rs Taylor and Co: 15,000:--:--     19 by cash rec:d from the Globe Ins:ce Office the last half years interest on your Gov:t paper for S:aR:s2000   60:--:--
    to cash p:d your d:ft of 30:e ult:o to Mr P: Foster 649:4:11 15,649:4:11 April 19 by cash rec:d from Stewart and Robertson p:r receipt being the last half years interest on your deposit paper in the Calcutta Insurance Company   100:--:--
  6 to cash p:d your d:ft of 3:d inst:t to Mr P: Foster   717:--:--   21 by cash rec:d from the Ganges Ins:ce Office the last half years interest on your deposit paper   125:--:--
  21 to cash p:d your d:ft of this date to Bhyrub Churn Sircar   1,500:--   22 by cash rec:d from the Globe Ins:ce Office the last half years interest on your deposit paper   50:--:--
  27 to cash p:d export duty on 1 box of curry stuff p:r   0:5:--   30 by a years interest on the old balance at 6 p:cent and balance of interest on the remainder of the account at 4 p:c:t   7,685:4:8
  28 to cash p:d import duty on sundry parcels of books p:r various ships   5:11:--         Sicca Rupees1,88,457:8:5
  31 to cash p:d petty charges from May to October   4:8:6
Nov:r 5 to cash p:d for 2 tickets n:os 5204 and 5209 in the 30:t lottery   250:--:--
Dec:r 26 to am:t transferred cost of pictures as your letter of 24:t inst:t   1,000:--:--
1824
Jan:y 10 to am:t of a set of our bills on Mess:rs Paxton and Co: n:o 542 payable to themselves £600 at 12 m/d at 1/ 10 1/2   6,400:--
  23 to cash p:d import duty on 3 half chests of claret and 2 half chests of sherry p:rvalued at S:d R:s820:12:9 a 10 p:cent   82:4:--
March 8 to cash p:d import duty on sundry China goods p: ship   48:2:--
  9 to amt of W:H:C: Plowden’s bill on you in your favor dated 29:th November   267:12:9
  25 to cash p:d landing charges on 5 half chests of wine p:r   5:--:--
  29 to cash p:d your d:ft n:o 4 of 23:d ult:o to Colum and Co:   525:--:--
  31 to cash p:d your d:ft n:o 5 of 25 inst:t to Mr P: Foster   656:--:--
April 24 to cash p:d your d:ft n:o 6 of 12 inst:t to Dwarkanauth Tagore   50,000:--:--
  30 to Godown rent on claret and sherry   0:14:8
  30 to cash p:d petty charges from Nov:r to April   5:14:6
  30 to commission on the am:t of the above sums S:a R:s85628:13:10 at 1 p:cent
  30 to postages   82:6:--
  30 to balance due to you   1,01,890:--:--
        Sicca Rupees 1,88,457:8:5         Sicca Rupees 188457:8:5

Palmer and Co:

E:E: Calcutta 30:th April 1824.

Gentlemen,

I have received your letter of the [ ..... ] covering my Account Current of 30th April [ ..... ] shewing a balance of Sicca Rupees [ ..... ] in [ ..... ] and which I hereby confirm as correct and satifactory.

I am, gentlemen,

Your most obedient servant, [ ..... ]

To messrs. Palmer and Co.

MOOC8/40.18

{18250803} 3 August 1825 Richard Chicheley Plowden

List of goods kept by Mrs the widow of the late Richard Chicheley Plowden

a painting box
a patent boat jack
a set of teeth instruments
a razor strap
a Hernutters knife
a tinder box
some China pencils
a small painting box
a China washhand stand
three hats
a wash hand bason and ewer
a pair of spurs
four pair of boots
a letter box with some medicines
a gorgelet
ten volumes of books
a map of Africa
a knife
nine packs of cards
two glass jugs
nine flower pots
one large case containing tea
two boxes with sweat meats
one lamp
a silver tea pot and stand
a silver toast rack
a silver toasting fork
two silver muffeniers
one silver butter knife
one silver fish knife
one silver sugar ladle
one silver soup ladle
one silver gravy spoon
one silver dozen table spoons
one silver dozen desert spoons
four silver tea spoons
two silver egg spoons
twelve silver desert forks
twelve silver table forks
one plated snuffer and stand
nine knives and forks
seven desert forks
nine desert knives
one carving knife and fork
one steel
a plated cruet stand
a sofa
one small table
a large mat
a box with earthen toys
two small plated candlesticks
four sauce pans
a fish kettle
one collander
two pudding forms
one dredging box
one rasp
one frying pan
one grid iron
one pair of tongs
one fireshovel
a quantity of wine
a hand basket
two black carriage horses
a chariot with harness
a quantity of firewood and coals

I the undersigned do acknowledge by these presents to have received from the Orphan Chamber the abovespecified articles

Cape of Good Hope this 3:d August 1825

Sophia Plowden

MOOC8/40.19

{18251123} 23 November 1825 Richard Chichely Plowden

Inventory of all such goods belonging to the estate of the late Richard Chichely Plowden and which have been received from Mess:rs Palmer and Co: at Calcutta by the shipcapt:n J:B: Wools consigned to the deceased

one case containing and marked R:C: Plowden Esq: Cape of Good Hope per ship
one hat in a small box
a bonnet in a small box
a blue coat
a waist coat
four pair of shoes
one case marked R:C: Plowden Esq: Cape of Good Hope containing
a tin box with two parcels of hurks of cocoa
one case marked R:C: Plowden Esq: Cape of Good Hope containing
a marine barrometer (broken)
a termometer
a case marked R:C: Plowden Esq: Cape of Good Hope containing
thirty books in sorts
a quantity of news papers
a case marked R:C: Plowden Esq: Schweppes soda water containing
twelve dozen of soda water three of the bottles empty
a case marked R:C:P: n:o 12 pints claret containing
twelve dozen pint bottles of claret
a case marked R:C:P: n:o 11 claret containing
six dozen bottles of claret
a case marked R:C:P: n:o 14 sherry containing
six dozen bottles of sherry one bottle broken
a case marked R:C:P: n:o 11 claret containing
six dozen bottles of claret
a case marked R:C:P: n:o 12 claret containing
six dozen bottles of claret one bottle broken
a case marked R:C:P: n:o 13 sherry containing
six dozen bottles of sherry
a case marked R:C:P: n:o 10 claret containing
six dozen bottles of claret

Thus inventoried at the Cape of Good Hope the 23:d November 1825

As Commissioners: G:E: Overbeek, J: Horne

MOOC8/40.20

{18251123} 23 November 1825 Richard Chicheley Plowden

List of books belonging to the estate of the late Richard Chicheley Plowden Esquire, which will be disposed of by public sale on Saturday the 3:d of December 1825 by the Board of Orphan Masters at the store of Doctor van Oosterzee

Report of the Society for Promoting Christian Knowledge London 1823
Summary of the administration of the Indian government London 1824
The Quarterly Review published in April 1824
The Edinburgh Review or Critical Journal from January up to March 1824
The Asiatic Journal or Monthly register for British India, and its dependencies from March to May 1824
Blackwood’s Edinburgh magazine from February to April 1824
The East India register and directory 1824
The Royal kalender and court and city register for England, Scotland and Ireland and the Colonies for the year 1824
Sayings and doings a series of sketches from life 2 vol: London 1824
Red gauntlet a tale of the 18:t century 3 vol: Edinburgh 1824
The entail on the lands of Guppy 3 volumes London 1823
The history of Matthew Wald London 1824
Extracts from a journal written on the coasts of Chili, Peru and Mexico in the year 1820, 1821, 1822, 2 volumes by captain B: Hall Edinburgh 1824
Peveril of the peak by the author of Waverley Konchvorth in 4 vols Edinburgh 1822
Memoirs of capt:n Rock the celebrated Irish chieftain London 1824

MOOC8/40.21

{18250923} 23 September 1825 Richard Chichely Plowden

By Lotter te verkoop moet worde geadverteerd

List of such articles as have been left at the house of the widow Brath by Mrs the widow R:C: Plowden, in order to be disposed of by the Board of Orphan Masters after her departure to India

two p:rs of plated candlesticks with shades
one tin coal box
five tumblers
six claret glasses
three water glasses
two small decanters
three dishes
one curry [dishes]
one hot water dish /defective/
one soup tureen
four plates
thee soup plates
four hot water plates
one pair of fire tongs
one sauce boat
one salad bowl
three tea cups
two saucers
eleven knives
twelve forks
six small knives
nine forks
one carving knife and fork
four sauce pans
one fish kettle
one tea kettle
two jelly shapes
one chopper
one gridiron
one frying pan
one collander
two kitchen spoons
one pie dish
one kitchen grater
one flour pot
one p: of snuffers and stand
ten bottles of sherry
1 cruet stand containing six bottles
1 steel iron with an ivory handle for sharpening knives
1 shovel
At the stables of Benj: Staal
one carriage
two horses, harness for horses
two brushes and combs
one sieve, 1 sponge, 1 shamy
two buckets, 1 stable fork
one jack and 1 wrench
one tar pot picker, 1 black brush, 2 collars and 1 jack
one tin pan, main comb

Cape Town Cape of Good Hope this 23:d day of Septemb:r 1825

S: Plowden

23:d September 1825

MOOC8/40.22

{18250714} 14 July 1825 Maria Susanna Wiese

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Maria Susanna Wiese weduwe wylen Christiaan Mauretz van den Hever ab intestato met er dood ontruimd op den 7 Juny 1825 zyn nagelaten, mitgaders op heden opgenomen t bevinden te bestaan in

een rustbank
vier kisten
een koffer
vier trommels
ses ketels
twee comfoiren
drie aarde kannen
een spiegel
een koffy pot
twee blikke kastrollen
een ley
een strykyzer
drie Keuls kannen
dertien bottels
drie vlessen
een koffy molen
een rak
vyf balies
negen kopjes en vyf peerings
ses kommetjes
vyf aarde kannen
een kopere vyssel
vyf aarde kannen
drie kopere kandelaars
een water glas
een zout vaatje
een peper busje
een tregter
twee houte doosjes
drie blikke busjes
twee tee potjes
een zuiker trommeltje
drie vlesjes
een schaar
twee meel ziften
een boter potje
vyf mandjes
een pan
drie houte bakken
vier steenen zeep
vyf zakken
vier sloten
een worsthoorn
vyf vaatjes /in zoort/
drie emmers
agt boeken /in zoort/
vyf kalabassen
twee pakjes verf
een [pakjes] salpeter
een [pakjes] zwavel
een pot lepel
een rooster
ses yzere potten /in zoort/
een vleesch vat
een tafel blad
een zegen
drie tafels
twee katels
een ledikant met behangzels
twee beddens compleet
vyf velle combaarsen
vyf stoelen
een bank
twintig borden /in zoort/
agt schotels /in zoort/
veertien lepels
een soep lepel
twaalf forken
een halfaam
een handmolen
twee tafel lakens
ses zakken met zant en as
een vaatje met een vles teer
een ploeg
drie stukken geelhout plank
twee tangen
twee leepels
een slypsteen
twee bylen
drie siekels
een zaag
een omslag met 24 booren
een kraan
een snymes
drie bytels
een rasp
drie booren
vier graaven
twee schaaven
twee schiet geweeren
een paarde wagen ses tuigen
een ossen wagen compleet
Beestiaal
een rydpaard
elf aanteel [paard]
seven trek ossen
vier jonge ossen
twee en negentig aanteelbeesten
een duizend drie en seventig schaapen en bokken
Baten des boedels
    Rd:s
  van Christiaan Cloete in het district Swellendam woonagtig bl: bewys d:d: 11:e February 1825 aan kapitaal 198:--
erfgenaam van A:J: van den Hever weg:s geleende penningen 185:--
erfgenaam van P: van den Hever over koop van een hamel 3:4
Schulden des boedels
    Rd:s
  aan M:M: de Klerk gesepareerde huisvrouw van O:J: van Schalkwyk aan kapitaal 200:--
  aan John Sutherland aan knegts gagie 84:--
erfgenaam aan A:J: Pienaar A:z weg:s geleend geld 5:--
  aan P:C: Dunevagie weg:s koop van een mud garst 3:--
erfgenaam J:L: Smit over koop van vyf emmers koorn 3:6
erfgenaam P:J: van der Hever weg:s geleend geld 5:--
Erfgenamen des boedels
1) Petrus Johannes van den Hever geb: den 28 Mey 1783
2) Christiaan Mauretz van den Hever geboren den 21:e October 1786
3) Margaretha Johanna gehuwd met Adriaan Jac:s van Zyl
4) Hester Maria gehuwd met Jacob van Zyl
5) Daniel Johannes van den Hever geboren den 12 Sept:r 1792
6) Sara Magdalena gehuwd met Johannes Leopollus Smit
7) Maria Susanna geh:d met Adriaan Jacobus Pienaar
8) Tobias Jacobus v:d: Hever geb: den 13 Juny 1801
9) Adriaan Jac:s v:d: Hever geb: den 9 Juny 1809
10) Abel Jacobus Pienaar geboren den 20:e November 1814 kind van de 7 erfgenaame die reeds lang overleden is

Aldus gedaan en g’inventariseerd op den 14 July 1825 volgens op en aangeeven van Adriaan Jacobus en Tobias Jacobus v:d: Hever dewelken verklaarden zig in het op en aangeeven des boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten verzwegen of agter gehouden te hebben, verklaarde hen dus bereid deeze hen aangaave des gevorderd wordende met eeden te staaven met verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behorenden mogte komen to ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren ende is zulks geschied in het byweezen van Gysbert Johannes Broekhuizen en Jac:s Joh:s Meintjes S:zoon ter plaatze het Poortje in die Hantam gelegen door my ondergetekende Agent der Weeskamer

Voor de aangaave: Adriaan Jacobus van den Heever, Tobias Jacobus van den Heever

Als getuigen: G:J: Broekhuisen, J:J: Meintjes

J:S: Meintjes

MOOC8/40.23

{18250511} 11 May 1825 Christina Maria Kriel

Inventory of all such property as has been relinquished by the death ab intestato of Christina Maria Kriel widow of the late Simon Johannes Visser on the seventh day of the month of May in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five for the benefit of her five children procreated in marriage by her aforesaid husband, named

1) Johan Hendrik Visser (full aged)
2) David Christiaan Visser (full aged)
3) Simon Johannes Visser born on 20:th May 1803
4) Johan Abraham Visser born on the 19:th June 1808
5) Pieter Coenraad Visser born on the 30:th July 1811

The aforesaid property having been taken under the administration of the Board of Orphan Masters of this Colony on behalf of the aforesaid children and been inventoried by the undersigned special Commissioners of said Board was found to consist in the following, viz:t

A house and erf situated in this Table Vally in Riebeekstreet N:o 15
In the passage
a sofa
two cases with
fifteen empty bottles
one iron pot
two earthen pots
one earthen [pots]
one oil can
three dishes
six plates
two candlesticks
eleven wine glasses
three spoons, five forks, one knive
one laddle
one funnel
In the front room
one bedstead with curtains
one feather bed
four pillows
one counterpain
two sheets
three pillow cases
one chair
one stool
one large chest
two small looking glasses
four plates
two small basons
one small plate
six forks, seven knives and two spoons
one pocket knive
one Bible
one prayer book
a quantity of doepa
a quantity of indigo
one tin jug
a quantity nut mags
four shawls
four handkerchiefs
twelve chints covers
two remnants of chints
one chints cover
In the kitchen
one kitchen table
two kettles
four iron pots
one frying pan
one grid iron
one brass mortar and pestle
one water half aulm
two chimney chains
In the yard
a table
four empty casks
one ladder
five empty earthen pots
one old chest
one beam
In the possession of her son Johan Hendrik Visser
three tables
two racks
one pipe [racks]
one earthen pot
one stool
one tub
one chest
one case with twelve bottles
Slaves
a slave woman named Fransina of Mallabaar wash house maid, aged 68 years, which slave woman the deceased has declared (according to a statement of her children) should be manumited at her own expense however
a slave woman named Constantia of this Colony aged 58 years (being the mother of the deceased’s late husband)
a slave boy named Present van Bougies fisherman, 48 years of age
Cash found in the estate
one Spanish dollar one crown
one shilling two six pences
three dubbeltje and 1/8 Spanish dollar
Claims in favour of the estate
  Rd:s
from Albert [ ..... ] in the service of Mr P:J: Truter H:s son for the hire of a room at rd:s7 per month from the [ ..... ] [ ..... ]
from Johannes op der Heyden in the service of Mr Twycross 2:--
from the Hottentot woman Regina residing at the Olieboom for two chints covers 7:--
from Jacob Brown at Moddergat for cash 7:--
from Jan Fisscher for board and lodging 28:12
from Jacobus Franke for lodging 7:--
Claims against the estate
  Rd:s
to the Orphan Chamber according to a mortgage bond dated 21:t September 1821 amounting in capital to ƒ4000 1333:16
with the interest from 1 January 1825
to her three minor children for their paternal inheritance according to a deed of appraisement executed before Orphan Masters on the 30:t May 1822 amounting to 325:38 1/4

Thus inventoried at the Cape of Good Hope on the 11:th day of May 1825 according to a statement made by the heirs who declared to have acted herein bonafide and that to the best of their knowledge has not withheld or secreted any thing that belonged to the aforesaid estate, and the said appearers further declared that they are and will at all times be ready and willing to confirm their statement by solemn oath if required, promising at the same time that if after the date of these presents any property of this estate might be discovered shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify this inventory with the property so discovered

In witness whereof we the Commissioners together with the appearers and the Secretary have subscribed to these presents

As Commissioners: A: v: Breda, A: Kuys

J:H: Fisser, D:C: Fisser

In mij presence: J:J:L: Smuts

MOOC8/40.24

{18241127} 27 November 1824 Maria Johanna Jurgens

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op den vier en twintigsten dag deezer loopende maand November in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd vier en twintig metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door mevrouwe Maria Johanna Jurgens eerst gehuwd geweest aan wylen den heer Carel Jacob Brugman dog laatst wed: wylen den heer Carel Wilhelm Thalman, hebbende de overleedene by testamentaire dispositie in dato 15 October 1819 voor den notaris publicq m:r Jacobus Petrus de Wit en getuigen gepasseerd tot haare eenige en universiele erfgenamen benoemd en g’institueerd haare hier ondertenoemene kinderen in twee differente huwelyken verwekt, te weeten

de kinderen by wylen haaren eersten man Carel Jacob Brugman 1) Mariana Jeanne Elizabeth Brugman gehuwd aan Willem Jacob Smuts in gelyke deelen
2) Carolus Franciscus Brugman (die ingevolge gewyzde van den Ed: Achtb: Raade van Justitie d:d: 18 July 1822 onder curateelen is gesteld:), mitsg:s
het kind by haaren tweeden echtgenoot nu mede wylen Carel Wilhelm Thalman, in naame Augusta Wilhelmina Magdalena Thalman gehuwd aan Joh:s Knockers van Oosterzee

En voorts blykens onderhandsche acte d:d: 17 Augustus 1822 door testamente by gevoegd, tot executeuren van het zelve testament benoemd en verzogt, het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie ten gevolge waarvan de nalatenschap door ons ondergetekende expres Gecommitteerdens uit het evengemelde Collegie, na gedaane ontzegeling is g’inventariseerd en opgenomen en bevonden te bestaan in het navolgende, te weeten

Een huis en tuyn gelegen in deeze Tavel Valley thans genaamd Buijtenzorg groot 2 morgen 352 quadraat roeden en 78 quadraat voeten
een stuk land meede gelegen in deeze Tavel Valley tegens over den tuyn genaamd de Hoop groot 1 morg en 90 quad:t roeden en 81 quad:t voeten strekkende naar de nieuwe geprojecteeren straat, aan de grootte Watersloot Z: naar den tuyn Schoonderzigt en so naar den tuyn de Hoop
zeeker twee stukken lands geleegen annex opgem: tuyn genaamd Buytenzorg
In het voor huis
een klok lantaarn
twee chitze open gordynen
twee knaapen of ronde tavels
In de voorkamer ter regterhand
twee spiegels met vergulde lysten
een pendule
twee tavel lampen
twee vergulde tavels met marmere blaaden
een kaart tavel
een theekistje
twee wit kopere quispeldooren
een sova
twaalf stoelen met paarde hair zittings
een tapyt
In de kamer ter linkerhand
twee chitze open gordyne
een spiegel met vergulden lyst
een kleder kast
een kantoor met zilver beslag
een thee tavel met deszelfs kleed
een schrijf kistje met zilver beslag
twaalf stoelen met ronde trype zittingen
voorts in een der opgem: kasten
twee koets lantaarns
een restant tapytegare
een stel chitze gordyne
eenige lappen ongemaakt linnen en voetszits
een party hang papier
een ronde verlakte kistje
In de gaandery
een kloklantaarn
zes elusters
twee chitze open gordynen
een bufet
twee glaze tavel stulpen
twaalf stinkhoute stoelen
vyf aan zet tavels
een theekistje
een groene tavel kleed
In een agter kamer door opgem: Oosterzee g’occupeerd werdende
een boekken kast met eenige boeke waarvan een cathalogus aan dezen inventaris zal worden gehegt
een ronde thee tavel
een klyne vierkante
een sova met een chitze kleed
een zieke stoel
een knaap met twee groote Bybels fo: uitmakende het Oude en Nieuwe Testament
een chambreel
In een sit kamer
een sova
agt stoelen met paarde hair zittings
een vierkante tavel
een grootte ronde theetavel
een klyne ronde theetavel
een asbak, schop, tang en pooker
In een op kamer n:o 1
veertien bamboes stoeltjes
een klyne aschbak, tang, schop en pooker
een klyne spiegel defect
een bedde scherm, Japansch
een bedde scherm, Japansch
In een op kamer n:o 2
een kleeder kast waarin de kleedere van de overledene als meede het aan haare opgem: dochter A:W:M: Thalman gehuwd met voorm: Oosterzee gelegateerd Japansche verlakte juweel kistje
tien juweele kussten
een hair kam met juweelen om zet
een das gespe met juweelen om zet
een paar juweele orlietten
een juweele borspeld
een juweele borspeld met een topas
zes en twintig juweele knoopen
een ring met een topas steen
een amber doosje
een goude snuyfdoos
een goude snuyfdoos klynder
een amber bol
een p: goue kniegespen
negen en dertig goude knoopjes in zoort
een zilvere beursje
twee hair spelden met juweelen om zet
een goude haar speld en
eenige stukjes goud en voorts
eenige nieuwe lappen linnen en meubel chitz
een groene grootte tavel kleed
een kistje met eenige vlesjes noote muskaat oly
twee vlesjes kananga oly
twee doosjes met eenige vlesjes ruikende oly
een ronde ledige doos en voorts
eenige defecte doosjes en prullen
een Masons medailjon met een samer troffel
een klyne vierkante taveltje
Op de zolder en in de kamer n:o 1
twee schilderyen
een klyne vierkante tavel
een vloer mat
een stelletje
twee vloer tapyten
eenige loopers voor de gaandery en voorhuis
In de kamer n:o 2
zes schilderyen verbeeldende Japansche gezigten
een ledikant voor twee perzonen met chitze behangzel waarop
een paarde hair mattras
vier kussens
een catoene deeken en
wolle kombaars
een ledikant /kleinder/ waarop
een bed
een deeken
een sova
een wolle deeken
een velle combaars
een toilet tavel
twaalf stoelen met losse zittingen
een stelletje
een vierkante tavel
een Japansche schryf kistje
een tinne water vles
een tapytje
In de kamer n:o 3
een vierkante taveltje
een veld canapé
een spiegel met vergulde lyst
een pavieljoentje met chitze behangzel
een lampet en kom
twee waterbeekers
In de kamer n:o 4
een spiegel met vergulde lyst
een ledikant met witte behangzel waarop
een bed
zes kussens
een catoene en een wolle deeken
een peuluw
een vierkante tavel
een vierkante tavel
een lampet en kom
een cabinet waarin
zes zilvere kandelaren met armen
een zilvere koffy kan met 3 kranen
een zilvere koffy kan met 3 kranen klyndere
twee zilvere tobaks doos en
een zilvere zuikerbus
een zilvere melkkan
een zilvere koelbakje
twee zilvere lampetten met kommen en twee losse middelstukken
drie zilvere schenkbladen
een zilvere [schenkbladen] groote
een zilvere inkstander met 2 inkokers en zand bussen
een zilvere soeplepel
een zilvere pons leepel
een zilvere zuikertang
een zilvere vuurtest defect
een zilvere mostaard en zout busje
vier en dertig messen met zilvere gevesten
zes en dertig zilvere vurken
vier en dertig zilvere leepels
vyf zilvere ragou leepels
twee soep leepels
negen zilvere kettings
een Japans kistje
een carette doosje met eenige vlesjes olitijten
drie ledige doosjes
In de provisie kamer
een groote koffer waarin
twee en twintig geruite kleedjes
een defecte naay kistje en
eenige romm:
een Japansche schrijfkistje
een vergroot spiegel
een ijvoore kistje met zilver beslag
een vierkante tavel
acht Japansche melkketeltjes
een schryfkistje met zilver beslag
een Japansche schryfkistje en
een Japansche naay kistje welke op gegeven worden te behoord eerst gem: aan Casper Hoven en laatstgem: aan Hendrina Hoven
een Japansche schryfkistje behoorende aan voorm: C:F: Brugman
een asch bak
drie kisten
een Japansche theekistje
een dames naay kistje
een blik extra thee
een ledige thee kistje
zes blikke trommels
een restant bind rotting
een harp defect
drie schilderyen
een tavel
twee lampen defect
een klisteer bankje met zyn spuit
een spiegel met vergulde lyst
een koffer waarin de boeken van opgem: C:F: Brugman
een zak kaarse katoen
een vloer mat
een grootte vloer mat
een koffer met lappen en voorts
een party romm:
een verrekyker
In de dispens
een koelbak
twee pletid snuyterbakjes met snuyters
zes zilvere zout vaatjes met lepeltjes
zes zilvere zout vaatjes met blauwe glas
een zilvere oly en azyn stander
een zilvere grootte schenkblad
een zilvere klyne schenkblad
een zilvere visch schop
twee zilvere moutaarde potjes
een zilvere trekpot
een zilvere thegoedkom
twaalf zilvere lepels
twaalf zilvere vurken
vier zilvere ragou leepels
een zilvere souplepel met een murg lepel
een zilvere zuiker leepel
negentien zilvere thelepeltjes
twee zilvere confyt vurkjes
zes soupterrines in zoort
agt porcelaine potjes met dekzels
een aarde keetel
een party blauw Chinees porcelain
een party wit aarde porcelain
zeven blikke couvertuuren
elf messen /tavel/
twee aarde vergieten
een aarde stoof pot
drie verlakte schenkbladen in zoort
een verlakte brood bakje
agt blikke trommels
tien blikke trommels klynder
een waterbeeker
vier zilvere bottelbakjes
een zilvere vuurtest
twee pletid note krakers
twee blikke koffy kannen
een stander defect
een pletid yser stander
een specery trommel
vyf blikke beekers
eenig thegoed in zoort
een atjar bak
een verlakte themachine
eenige ledige vlessen en bottels
drie aarde bakken
een zilvere nieuwe theblaadje
vyf nieuw glaze kommen waarvan een defect
een lankwerpige glaze [kommen]
vier glaze vruit mandjes
een glaze middelstuk
twintig koel glazen in zoort
twaalf blaauw vinger glazen
vier kompoor
drie kompoor klynder
een boter potje
zeven sely schoteltjes
een en twintig jelly glazen
een boterpotje defect
vier lamp glazen
tien confyt potjes met dekzels
twee confyt potjes zonder dekzels
een waterbeeker zonder [dekzels] defect
agt karaften in zoort
drie en veertig wynglazen
twaalf ordinaire wynglazen
negen en twintig bier glazen
drie en twintig jilly glazen
zes glase schoteljes in zoort
zeven glase konfyt schotels
twee glase zoutvaatjes
een zitje thegoed
drie aarde beekers
een aarde boterpotje
In de kombuys
een boter karn
een kombuys tavel
twee klyne kombuys [tavel]
een eetens kast
een ryststamper
een hakkebord
vyftien kopere kasserolle in zoort
twee koekevormen
twee taartepannen
drie blikke vormen
een braadpan
een confyt ketel
een water keetel
een klyne keetel
een blikke vergiet
een kopere vyssel en stamper
vier kopere konfoore
negen kook potten in zoort
drie schoorsteen kettings
twee lepels, een vleesch vurk, asch schop, tang en 2 drie voeten
een mortier
twee strykyzers
zeven kandelaren in zoort
een rooster
een koekepan
vier snuyters en bakjes
een blikke blaker
vier balys
een vleesch baly
een rolstok
twee hakmessen
twee hout bylen
een houtte schenkblad
In de knegts kamer
een tavel
vier defecte stoelen
een groote tavel
een ledikant
een groote en klyne kist
In het pakhuys
een vat met een restant azyn
twee kouzynen
twee glasen deuren
een party hekwerk
twee groot water potten
een party ledige vaaten
een legger /ledig/
twee wyn emmers
een kast met steenkolen
een trek zaag
een vat met wat teer
een party sluit en ballas mande
een tregter
twee vogel kooyen
een stelletje
een ladder
een mand met kurken
drie bottel manden
een legger met wyn
een aams vat met wyn
een halfaam met wyn
een kopere kraan
eenig houtwerk en romm:
Op de voorzolder
een bads baly
een seerut bril
een seerut stelletje
In het wagenhuys
een koets of landolit
een tent wagen
vier koets tuygen met koper beslag
twee charet tuygen
een tuijgen rak
agt ordinaire tuygen
twee wagen leeder en een buikplank
In de koejen stal
vier koebeesten en een vaarsje
In de stal
zes wagen paarden
een rydpaard
twee voerkisten
Op de wagen zolder
een hoop gemalen garst
een hoop houds koolen
een party houtwerk
vier oly kannen
een mand met ledige vlessen
een restant garst
een schepel
twee koorn schoppen
In een buytenkelder
vyf grootte kisten met restanten van provisie
zes kastjes in zoort
drie Keulse potten
twee vaaten
een kopere schaal met balans en eenige stukken gewigt
negen wymonds vlessen
twee blikke trommels
een kastje met een restant brandewyn verconsumeerd
Op de werf
een ladder
een watervat
twee emmers
een party juffers
een kadel
een stelletje
vier tuynbanken
In een huis kelder
een lantaarn
vier en dertig confyt potten
vier blikke kannen met patent oly
vyf lynoly kannen
een boter karn
vyf kastjes in zoort
twee stelle blikke kaarse vorme
eenige ledige kannen en bottels
een kast met poort wyn
een restant zakie wyn
eenige kruyken Japansche sooyer
Tuijngereedschap
vier graven
twee harken
twee kopere gieters
een mooker
een koevoet en zes tuynbanken defect
Zynde voorts nog gevonden
een goud zakhorologie
een geemailjeerde zakhorologie
een bril van gesleepen steen met goud omzet
een zilvere zerie kistje
een waarloze zakhorologie kast
een goude lyfband
een zilvere doosje
een paar goude hand knoopen
een paarl damoere tobaks doos met zilvere randen - behoord aan Brugman
een goude cachet
een party oud zilver

Wordende hierby genoteerd dat een lyst van tavel en beddegoed aan dezer inventaris zal werden gevoegd, als kunnende de inventariente daarvan op dit ogenblik geen opgaaf doen; gelyk ook de klederen van de overledene, onder haare dochters ten overstaan van gecomm: Weesmeesteren worden verdeeld.

Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf g:d Kraan van Mosambique oud 48 jaaren, tuynier
een mansslaaf g:d Adam van de Kaap 27 jaaren, koetzier
een mansslaaf g:d Asia van Mosambique 37 jaaren, metzelaar
een mansslaaf g:d Arend van de Kaap 29 jaaren, timmerman
een mansslaaf g:d Afrika van de Kaap 12 jaaren
een mansslaaf g:d Francois van Madagascar 58 jaaren, werks jongen
een mansslaaf g:d Isaac van de Kaap 13 jaaren
eene slavinne g:d Francina van Mosambique 43 jaaren nevens haare kinderen Rachel oud 10 jaaren Romia geb: 15 April 1818 alle van de Kaap
eene slavinne g:d Maria van de Kaap 38 jaren, huis meid
Crediten des boedels
    Rd:s
transferred to Mr Oosterzee een schepennen kennis ten lasten Anthony Chiappinie d:d: 11 May 1821 groot ƒ9000 ofte 3000:--
  rent 1 January 1824 het capitaal betaalbaar primo January 1826
interest paid up to 1 Decemb: 1824, 6 May 1825 een schepennen kennis ten lasten Anthony Chiappinie d:d: 19 Nov:r 1819 g:t ƒ34125 ofte 11375:--
  rent 1 Decem: 1823 het capitaal betaalbaar primo Dec:r 1829
transferred to Mr Oosterzee een schepennen kennis ten lasten Corn:s Brink Janz 5 Dec:r 1823 g:t ƒ10000 3333:16
  renten 1 Feb:y 1824
transferred to Mr Oosterzee een schepennen kennis ten lasten Willem Anthon Joseph Lieching d:d: 16 January 1818 groot ƒ20000 6666:32
  rent 31 Dec:r 1823
zal door Oosterzee contant worden overgenomen, vide denselve bewys, aan de org:e schuldbrief geleverd d: 10 Nov: 1825 S: een notariele obligatie ten lasten voorm: Lieching d:d: 1 Maart 1819 groot ƒ9000 3000:--
  renten zedert 31 Dec:r 1823
taken over bij the Orphan Chamber een schepenen kennis ten lasten Andries Scheublé d:d: 30 May 1805 groot per rest ƒ24000 8000:--
  renten zedert 30 May 1824
transferred to Mr Oosterzee een schepenen kennis ten lasten Cornelis Hendrik Smith d:d: 10 Sep: 1824 g:t ƒ21000 7000:--
  renten zedert 11 May 1824
transferred to Mr Oostersee een schepenen kennis ten lasten Charles Taijlor d:d: 2 May 1823 groot ƒ6000 2000:--
  renten zedert 2 May 1824
taken over bij the Orphan Chamber een schepen kennis ten lasten m:r Johannes And:s Truter j:r d:d: 4 Dec:r 1818 groot ƒ21000 7000:--
  renten zedert 1 Nov:r 1823
the intrest paid to the 2:d Juny 1825 in part of the capital paid ƒ1000 - the remainder of ƒ5000 taken over by Abraham Barind du Toit D:lzn 6 May 1825. Taken over bij the Orphan Chamber een schepen kennis ten lasten Abraham Joh:s de Villiers thans desselfs wed: d:d: 10 January 1795 groot ƒ6000 2000:--
  renten zedert 2 Juny 1824
interest paid from the remaining capital of ƒ56000 up to 15 July 1825; paid in part payment rd:s1000 with the interest thereon up to this date, 3:d May 1825 een schepen kennis ten lasten Michiel Wolff d:d: 7 Aug:t 1818 groot ƒ59000 19666:32
  renten 15 July 1824
transferred to Mr Oosterzee een schepen kennis ten lasten Pieter Hendrik de Villiers Davidz d:d: 26 Aug:t 1814 groot ƒ6000 2000:--
  renten zedert 15 Aug:t 1824
paid in part of said capital ƒ1000 with the interest theron up to the 21 April 1825. The remainder taken over bij the Orphan Chamber een schepen kennis ten laste Johanna Susanna de Necker wed: Gideon Rossouw d:d: 10 Sep:r 1819 groot ƒ9000 3000:--
  renten zedert 29 Aug:t 1824
transferred to Mr Oosterzee een schepenen kennis ten lasten Henry Houghton d:d: 29 Aug:t 1823 groot ƒ34325 11441:32
  renten zedert 1 Sep:r 1824
transferred to Mr Oosterzee een schepenen kennis ten lasten Louis Godlieb Biecard thans desselfs wed: hertrouwd met Willem Theunissen d:d: 7 Juny 1804 groot ƒ6000 2000:--
  renten zedert 10 Sep:r 1824
transferred to Mr Oosterzee een schepenen kennis ten lasten Laurens Joh:s Smith d:d: 8 Nov:r 1798 g:t ƒ6000 2000:--
  renten zedert 8 Nov:r 1824
transferred to Mr Oosterzee een schepennen kennis ten lasten Samuel Ward d:d: 3 Sep: j:l: groot ƒ13000 4333:16
  renten zedert 2 Sep: 1824
transferred to Mr Oostersee een schepennen kennis ten lasten Alex:r Burrell Laing d:d: 21 January 1814 groot ƒ6000 2000:--
  renten 22 Nov:r 1823
transferred to Mr Oosterzee een schepennen kennis ten lasten Petrus Michiel Brink d:d: 19 Nov:r 1819 groot ƒ12000 4000:--
  renten 1 Decemb: 1823
interest paid up to 1 Dec:r 1824 received in part payment of the capital ƒ1000 with the interest up to this day 11 Feb:y 1825 een schepennen kennis ten lasten Carel Willem Langerman thans desselfs wed: d:d: 15 Decemb: 1820 groot ƒ6000 2000:--
  renten 1 Decemb: 1823
transferred to Mr Oostersee; interest paid up to the 28:th March 1825 from rd:s5000 paid in part payment of the said capital ƒ1000 with the interest thereon up to this day 9:th April 1825 een schepenen kennis ten lasten Samuel Bailey d:d: 2 April 1819 groot ƒ30000. Pro memoria, moetende in mindering van dit capitaal stukken eene somma van ƒ15000 welke de overleedene aan de wed: Jacob van Reenen over koop van slaven schuldig is. En die gen: Bailey heeft aangenomen over te neemen zoo dat gem: capitaal per rest nog groot blyft ƒ15000 5000:--
  renten zedert 28 Maart 1824
taken over bij the Orphan Chamber een schepenen kennis ten lasten Coenraad Nelson thans desselfs wed: d:d: 8 Feb:y 1822 g:t ƒ10200 3400:--
  renten 15 January 1824
paid in part hereof rd:s844 with the interest thereon 10:th March 1825. The remainder taken over bij the Orphan Chamber een kusting brief ten lasten Abraham Joh:s Leibrand d:d: 16 May 1828 groot ƒ4633 betaalbaar 3 Feb:y 1823 1544:16
transferred to Mr Oosterzee een notarieele obligatie ten lasten Petrus Joh:s Truter Petersz d:d: 5 Juny 1818 groot ƒ6000 2000:--
  renten zedert 4 Juny 1824
taken over bij the Orphan Chamber een kusting brief ten lasten George Hendrik Lingenvelder d:d: 30 Aug:t 1804 g:t ƒ5183 1727:32
  renten 8 Maart 1824
interest paid up to 9 June 1824. NB zal door Doctor Oosterzee worden over genomen een notarieele obligatie ten lasten Joh:s Gysbertus Faure d:d: 12 July 1820 g:t ƒ7500 2500:--
  renten 9 Juny 1823
paid een notarieele obligatie ten lasten Pieter Hendrik de Villiers d:d: 15 Juny 1819 g:t ƒ7000 2333:16
  renten 16 Juny 1824
paid een notarieele obligatie ten lasten Pieter Hendrik de Villiers d:d: 2 Sep: 1813 groot ƒ6000 2000:--
  renten 17 Aug:t 1824
paid in part of the said capital rd:s660:26 with the interest thereon to this date 11:th June 1825. Transferred to Mr Oosterzee een notarieele obligatie ten lasten Frans Daniel Rossouw Fransz d:d: 24 Octob: 1823 groot ƒ7981:10 stui: 2660:26
  renten 17 July 1824
interest paid up to 14 Aug:t 1825 of ƒ5000 7 Decem: 1825; paid in part payment of the capital ƒ1000 with the interest up to this day 6 April 1825 een notarieele obligatie ten lasten Johanna Barbera van Helsdingen wed: Willem Daniel Hoffman d’ oude d:d: 22 Aug:t 1821 g:t ƒ6000 2000:--
  renten 14 Aug:t 1824
door Dr Oostersee te worden overgenomen vide certificaat van de schuld brief geleverd 3 Nov: 1825 een notarieele obligatie ten lasten Dirk Gysbert v: Reenen d:d: 23 Aug:t 1819 g:t ƒ9000 3000:--
  renten 23 Aug:t 1824
transferred to Mr Oosterzee een notarieele obligatie ten lasten Servaas de Kock Servaasz 28 Sep:r 1818 groot ƒ9000 3000:--
  renten 14 Septemb: 1824
taken over bij the Orphan Chamber een notarieele obligatie ten Adriaan Christiaan Denys d:d: 2 Octob: 1819 groot ƒ6000 2000:--
renten 15 Sep: 1824
transferred to Mr Oosterzee een notarieele obligatie ten lasten Louisa Sophia Hiebner wed: Johan George Steydler d:d: 18 Sep: 1819 groot ƒ6000 2000:--
  renten 15 Sep: 1824
transferred to Mr Oosterzee een notarieele obligatie ten lasten Thobias Mosterd Ockerdz d:d: 12 Nov:r 1817 g:t ƒ6000 2000:--
  renten 1 Novemb: 1823
transferred to Mr Oosterzee een notarieele obligatie ten lasten Jacobus Joh:s Vos Janz d:d: 6 Dec:r 1811 groot ƒ8000 2666:32
  renten 1 Decemb: 1823
transferred to Mr Oosterzee een notarieele obligatie ten lasten Gabriel Jacobus Vos d:d: 17 May 1810 groot ƒ5000 1666:32
  renten 12 May 1824
transferred to Mr Oosterzee een notarieele obligatie ten lasten Albertus Petrus Bernardus van Nieukerk Janz d:d: 13 February 1824 groot ƒ3000 1000:--
  renten 30 April 1824
  een notarieele obligatie ten lasten Christiaan Michiel Lind d:d: 25 February 1817 g:t ƒ5000 1666:32
  renten 17 April 1819
interest paid up to the 24 March 1825 of said capital paid in part of it ƒ1000 with the interest thereon to this date 21 April 1825 een notarieele obligatie ten lasten Gerrit Hendrik Meyer d:d: 24 Maart 1813 groot ƒ10000 3333:16
  renten 24 Maart 1824
transferred to Mr Oosterzee een notarieele obligatie ten lasten Johan George Muller d:d: 18 Maart 1824 groot ƒ7500 2500:--
  renten 25 February 1824
transferred to Mr Oosterzee een notarieele obligatie ten lasten Joh:s Roggenbach d:d: 6 Aug:t 1821 groot ƒ4300 1433:16
  renten 13 January 1824
transferred to Mr Oosterzee een notarieele obligatie ten lasten Fredrik Rossouw d:d: 5 January 1811 groot ƒ4000 1333:16
  renten 5 January 1824
by advocaat Smuts 28 Octob: 25 een notarieele obligatie ten lasten Marthinus Cornelis van Schoor d:d: 20 February 1813 groot ƒ2000 666:32
  renten 16 January 1823
transferred to Mr Oosterzee een schepenen kennis ten lasten Jacob Davies Gregory d:d: 17 Sep: 1824 groot ƒ43750 14583:16
  renten 1 Aug:t 1824
paid one year interest up to 15 Nov:br 1825. Will be taken over by W:J: Smuts een onderhandsche obligatie ten lasten de wed: Franciscus Xaverius Jurgens d:d: 15 Nov:r 1822 per rest ƒ5000 1666:32
  renten 15 Nov:r 1823
by advocaat Smuts 25 Octob: 1825 een onderhandsche obligatie ten lasten Pieter Lombaard d:d: 7 February 1822 g:t ƒ3000 1000:--
  renten 7 February 1822
transferred to Mr Oosterzee een onderhandsche obligatie ten lasten Charles Helsland d:d: 30 Aug:t 1822 g:t ƒ3000 1000:--
  renten zedert den 30 Aug:t 1822
  een onderhandsche obligatie ten lasten Willem Jacob Smuts d:d: 10 Nov:r 1819 g:t ƒ10000 3333:16
  zonder beding van renten
  een onderhandsche obligatie ten lasten J:R: van Oosterzee d:d: 11 May 1821 g:t ƒ10000 3333:16
  volgens opgaaf als laatsten zonder renten
paid 13 January 1825 een onderhandsche obligatie ten lasten Servaas de Kock d’ oude d:d: 14 Sep: 1824 groot ƒ1800 600:--
  zonder beding van renten
  een onderhandsche bewys ten lasten Frans Dumeney d:d: 19 Dec:r 1821 200:--
paid een onderhandsche bewys ten lasten Catharina Eliz:h Mooleman wed: Hendrik Wessels d:d: 29 Octob: 1816 100:--
  een schepenen kennis ten lasten Pieter Woutersen d:d: 23 Juny 1820 groot aan capitaal Spaansche matten vyf duyzend [ ..... ]
  renten in natura 24 May 1824
  een notarieele obligatie ten lasten James Louwdon d:d: 20 May 1820 groot zes duyzend Spaansche matten [ ..... ]
  renten in natura 20 May 1824
  een notarieele obligatie ten lasten Willem Jacob Smuts d:d: 7 Juny 1820 groot twee duyzend Spaansche matten [ ..... ]
  renten 1 Juny 1823
  een notarieele obligatie ten lasten Joh:s Zorn d:d: 16 Feb:y 1815 groot een duyzend Spaansche matten
  renten 16 February 1824
in de rekening van den heer Heukevlugt te Batavia , verrekend en in ’t boedel van de overledene gebragt. S: een onderh: obligatie ten lasten Carl van Winckelmann d:d: 15 February 1824 groot een hondert en zestig Spaansche matten [ ..... ]
  zonder beding van renten
vereffend met zyn contra reek:g den 30 Nov:r 1824 van Herm:s Gerh:s Muntingh volgens opgaaf a twee en twintig schell: te betalen honderd en tien Spaanschem: [ ..... ]
zynde 7 m:d van William Edward Shephard aan renten van een capitaal g:t ƒ43750 van 1 January tot 1 Aug:t 1824 510:20
zynde 9 m:d en 28 dage van Robert Pace renten van ƒ13000 van 5 Nov:r 1823 tot 3 Sep: 1824 215:10
  voorts in handen van den advocaat Joubert
interest paid of ƒ12000 up to 21 Decemb: 1825 paid in part of said capital ƒ2400 with the interest up to 2 March 1826 een schepenen kennis ten lasten Hendrik Corn:s van Niekerk d:d: 2 Sep: 1814 groot ƒ12000 4000:--
  renten 2 Sep: 1821
  als mede in handen van den sequester
received of advocate Joubert in part payment of this capital R:2000 or £150 6 March 1826 een notarieele obligatie ten lasten Pieter Retief d:d: [ ..... ] groot ƒ9000 3000:--
  renten 21 Sep: 1822
  een notarieele obligatie ten lasten Carolus Augustus Freislich d:d: 8 Sep: 1818 groot ƒ30000 10000:--
  renten 8 Sep:r 1822
  een notarieele obligatie ten lasten Petrus Steph:s Buissinne d:d: 9 Aug:t 1822 groot duyzend Spaanschem: [ ..... ]
  renten 9 Aug:t 1823
  moetende voorts nog verantwoording worden gedaan door te weeten:
  door Joh:s Josephus Jurgens, eener met de overledene gehouden reekening als meede
  door L: Heukevlugt als gemagtigde van de overledene te Batavia van eenige gelden welke aldaar onverantwoord zyn gebleeven
Contanten des boedels
 
aan papiere munt eene somma van twee duyzend een honderd ryks: zegge rd:s2100
aan zilver en goud
twee honderd en negentig Spaansche matten welke besteed zyn geworden voor slippe draagers, aanspreekers en lykdragers
voorts
vyf honderd twee en dertig Spaansche matten
honderd twee en zeventig differente muntspecien of potstukken
een zakje inhoudende honderd zestig dubbeltjes en honderd twintig stuivers
een zakje inhoudende twee en tagtig guldens
negen en twintig ruarten
agt en twintig drie guldens
vyf en twintig Zeeuwsche daalders
een halve Zeeuwsche daalders
veertien daalders
negen halve Spaansche matten
agt kroonen
drie en dertig stuken differente muntspecien
een zakje met negen en zestig ropyen
Aan goud geld
agt goude mooren
vyf honderd drie en twintig ducaaten in de zakje welke de overledene heeft begeerd dat onder haare klynkinderen in gelyke deelen zouden werden verdeeld
een goud beursje waarin eene versameling van twee en negentig stukken differente munt stukken welke de overledene almede heeft begeerd dat in drie gelyke deelen zouden werden verdeeld, en genieten, als volgt
een door haare klyndogter Maria Carolina Emerentia van Oosterzee, het ander deel door haar kleinzoon Carel Jacob Smuts terwyl het derde deel in twee gelyke deelen zal moeten werden verdeeld, waarvan de eene helft aan haar klynzoon Jan Smuts en de ander helft aan haare klyndogter Wilhelmina Catharina Joh:a van Oosterzee, en opgem: ledige goud beurs met de twee ringen aan deselve aan haare klyndogter Maria Car:a Em: van Oosterzee zal koomen, zynde opgem: W:a C:a Joh:a van Oosterzee overleden
wordende hier voorts genoteerd dat de aan de huisvrouw van Willem Jacob Smuts gelegateerd kam en paarlen ingevolde dispositie in zyne berusting zyn
Lasten des boedels
    Rd:s
met schuld brieven voldaan Januarij 1825 aan Joh:s Knockers van Oosterzee in huwelyk hebbende Augusta Wilh:a Magdalena Thalman in voldoening van zyne filiaale portie voor vaders bewys toegeweezen, volgens inventaris en tauxatie van d: 12 Octob: 1819 voor den notaris m:r Jacobus Petrus de Wet en getuige opgerigt 78610:9
  zonder renten
paid aan Carel Jacob Smuts zoon van Willem Jacob Smuts blykens onderh: obligatie d:d: 28 April 1823 1700:--
  renten 26 January 1824
paid aan voorm: James Louwdon op een onderh: obligatie d:d: [ ..... ] groot 1000:--
  renten zedert 25 May 1824
  aan Daniel Krynauw d’ oude op een onderh: obligatie d:d: [ ..... ] 1000:--
  renten van 29 Maart 1824

Aldus g’inventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop in de tuyn Buijtenzorg op den 27 en 29 Novemb: 1824 volgens op en aangeeven van de in den hoofde deezes gem: J:R: van Oosterzee en Willem Jacob Smuts ten overstaan van de heer Joh:s Jurgens d’ oude in qualiteit als curator van voorm: Carolus Fransciscus Brugman dewelke verklaarde hun hierinne ter goeder trouwe gedragen en huns weetens niet verzwegen ofte terug gehouden van al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord invoegen zy dan ook betuigde de deugdelykheid hunner opgaven ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behoorende mogten worden ontdekt, daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deeze ter presentie van ons gecomm: Weesmeesteren ende my Secretaris door de inventarienten eigen handig ondertekend

Als gecomm: Weesmeest: A: v: Breda, A: Kuys

J: Knockers van Oosterzee

J:J:L: Smuts

Ten mynen overstaan: J: Jurgens senior

My present: J:J:L: Smuts

Ampliatie

  Spm:
van A: Faure blykens brief van wylen Thalman de dato 15 Dec: 1815 aan zyn huisvrouw geschreven 100
van E: Buyskes blykens wissel door zynen vader G: Buyskes op hem getrokken 250
van W: Hendrik Jan van de Graaff wonende te Batavia , blykens in de boedel gevonden ond: obl: de dato 15 Feb: 1820, ende borgtogt van m:r Sebastiaan van de Graaff en m:r Jan Burger ten behoeve van de overledene gepasseerd groot aan capitaal 2000

Lyst van in den boedel van wylen mevrouw Maria Johanna Jurgens, laatst wed: van den heer Carel Wilh: Thalman voor handen zynde linnen, zo tafel als bedde goed, volgens opgaaf des ondergetekende erfgenamen, welke blykens besluit van Heeren Weesmeesteren van den 1:e dezer, aan de twee dogters van mevrouw de overledene tegens tauxatie zyn afgesturen en gewardeerd zyn geworden, te weten

  Rd:s
vier en dertig zo tafel als bedde lakens, alle gebruikt en het grootste gedeelte oud te zamen op 68
zes en tagtig servietten als boven, gebruikt en oud 43
agt en vyftig slopen gebruikt en oud 29
twee chitse spreyen 10
Te zamen Rd:s150

voor welke bedragen, de ondergetekende verklaren by dezen, geen goederen aanteschreeven, met versoek aan Heeren Weesmeesteren hunne rekening daarvoor by de Weeskamer ieder voor de helft ofte rd:s75 te betalen en gelyk gen: erfgenamen voor den ontvangst van deselve goederen by dezer Kamer te quiteeren

Kaapstad , Kaap de Goede Hoop den [ ..... ]

J: Knockers van Oosterzee

J:J:L: Smuts

Catalogus der boeken behorende tot de boedel van wylen de wed:e C:W: Thalman

1 F: Valentyn Oud en nieuw Oost Indien met platen compleet 5 delen in fo:
2 J: van Vondels Treurspelen 2 delen 4:e
3 J: van Vondels Palamedes 1 [delen] 4
4 J: van Vondels Vorstel warrunde der dieren 1 [delen] 4
5 J: van Vondels Poezy alleen 2 delen 4
6 J: van Vondels Altaar geheunssen 1 [delen] 4
7 J: van VondelsToneel des mensch levens 1 [delen] 4
8 J: van Vondels Harpzangen 1 [delen] 4
9 J: van Vondels Ovidius heldinnen brieven 1 d:l 4:e
10 J: van Vondels Bespiegelingen van God en godsdienst 1 [delen] 4
11 M: Stuart Romeinsche geschiedenis compleet 30 delen
12 Lodovicus’ Encyclopedisches Kaufman lexicon compleet 6 delen
13 J:H: v:d: Palen Over Jesaias 3 delen
14 J:H: v:d: Palen Leerreden 6 delen
15 J:H: v:d: Palen Liederen van David en Azaf 1 [delen]
16 J:H: v:d: Palen Ecclesiastes 1 [delen]
17 J:H: v:d: Palen Leerrede voor Neerlandsch blyde vooruitzigten 1 [delen]
18 J:H: v:d: Palen Bybel voor de jeugd 8 delen
19 I: v:d: Hamelsveld De ongeveinsden Christen compleet 8 delen
20 C: Fleck Leerredenen 2 delen
21 Holtrophs Dutch and Englisch en Engelsch en Hollandsch 2 delen
22 C:P: Sonimi Reizen in Egypten 2 delen
23 Sir G: Hanton Reize nach China 2 delen
24 J: Tseliur Ephemenden der Menscheit 15 delen
25 J: Tseliur Traume eines Menschen Freindes 2 delen
26 J: Tseliur Traume eines Menschen Freindes 2 delen
27 J: Tseliur Geschichten der Menschheyt 2 delen
28 J: Tseliur Kleine Schriften 1 [delen]
29 Reinhart Natuur en Godsdienst 3 delen
30 J:W: Heyman Gedenkwaardige en vermakelyke Deensche brieven 7 delen
31 Wysgerige en staatkundige geschiedenis der Europeanen in de beide Indien 10 delen
32 Twaalftal kaarten ter opheldering der wydg: en staatk: gesch: etc:a 1 [delen]
33 Wehrlin Das graue ungeheuer 12 delen
34 J:F: Bendenberg Brief aus Parys 2 delen
35 J:J: Rosseau ’s Almic 4 delen 2 b:
36 Fr: Kind Tulpen 2 delen
37 J:P: Reinhardts Vatrants Briefe aus Paris 3 delen
38 A: Sparrman Voyage au Cape de Bonne Esperance etc:a 3 delen
39 Reize durch Deutchland, Deenemark, Schweden, etc:a 4 delen
40 J:K: Forster en M:C: Sprengel Beytreissen des Volker und Landerkunde 13 delen
41 R: Feith Brieven 3 delen
42 L: Euler Brieven over de natuurkundige en wysbegeerte 3 delen
43 System der politiek von Stuksman 1 [delen]
44 Les solitaires on l’effet de l’education 2 delen
45 Die Kunst ein hohes alter zu erreichen 2 delen
46 A:P: Langbein Zeitschwingle 1 [delen]
47 Muller Siegfried von Lindenberg 4 delen 2 b:den
48 Die Herren v: Waldheim 4 delen
49 Martin Luther oder die Werke der Kraft 1 [delen]
50 H: Storch’s Gemalde des Russischen Reichs 8 delen
51 Supplement tun: Gew: des Wisch etc:a 1 [delen] 4:e
52 Kandide oder die beste Welt 2 delen 1 b:d
53 C:F: Flagel Geschichte der Hofnarren 1 [delen]
54 Erste Luimen zu einer Geschichte der 18 und 19 Jahr Hunderts 1 [delen]
55 F: Schiller Der Geimterscher 3 delen
56 Matthias Corvinus Koning der Hungaren 2 delen
57 Lebensbeschreiving des Buonaparte 1 [delen]
58 De Volney Uber der Turken Krieg 1 [delen]
59 Menschelyke lotgevallen 1 [delen]
60 J: v: Stahlm Original Anekdoten von Peter den Grossen 1 [delen]
61 Darstelling des Furstenbundes 1 [delen]
62 A:V: Kotzebu Organe des geheins 1 [delen]
63 O: Wahans Des O: Tahiten Reize durch Athen 1 [delen]
64 Neue Brief uber das Manschswezen [ ..... ]
65 Histoire de Renaldo Renaldini 3 delen
66 Neue Feuerbrande 2 heften, 2 delen
67 Geheime Geschichte des Französ Hofes 1 [delen]
68 Leven van Graffur of de Barmeerden 1 [delen]
69 Coup d’oeil sur l’etat politique de l’Europe en 1806 1 [delen]
70 Pracktische anweisung um die Kirchen der beshorge 2 delen 1 band
71 Statistisch politische Briefe uber Deutschsl: 2 delen 1 band
72 Der Reise durch die Bareiche Kreis 1 [delen]
73 Der König in der Eenbilding 1 [delen]
74 Ivan Voss Fragmente uber Deutschlands Politik 1 [delen]
75 Napoleon und des Franzosische Volk 1 [delen]
76 Das Jahr tweytausend vier hondert und vierzig 1 [delen]
77 Bluthenblatter 1 [delen]
78 Das schwarze Register 1 [delen]
79 De Oost en West Indische Post 1 [delen]
80 Levensgevallen von A: van Schell 1 [delen]
81 Tegenwoordige staatk: gesteldheid onzes aardkloots 1 [delen]
82 Grondwetten der Fransche Republiek 1 [delen]
83 Engelandsch Goddienst en vryheid hersteld door den Prins van Orange 1 [delen]
84 H: Lussing Handeling tot ’t Avondmaal 1 [delen]
85 Swetsen’s Kerkvergaderingen 1 [delen]
86 Vaderl: sieredenen voor ’t zeevolk 1 [delen]
87 Calenduer de la cour 1 [delen]
88 Amaranthen vom Verfasser des grunden Neppe 3 delen
89 Fr: Freihern v:d: Trenk Lebens Geschichte 3 delen
90 Geheime Staatspapieren im Pallast der Thurherren gefunden 4 delen
91 Fredrika Brune Prosaische Schriften 4 delen
92 Fredrika Brune Tagebuch einer Reise 1 [delen]
93 Leben u: Meiningen Paul Ysops 1 [delen]
94 Natalia 3 delen
95 L:F: Freyh: v: Bilderbeck die Bruder 4 delen
96 Henname v: Löbeneck 3 delen
97 Julius von Schilling 2 delen 1 b:d
98 A: v: Kotzebue Harneunungen aus Paris 1 [delen]
99 Schilling Guido von Solensdoue 4 delen
100 Schilling Der Beichtvader 2 delen
101 A: la Fontaine Theodor 2 delen
102 A: la Fontaine Saint Julien 1 [delen]
103 A: la Fontaine Herman Lange 2 delen
104 A: la Fontaine Leibes eenes armen Lundpredigers 2 delen
105 A: la Fontaine Kurt Engelmann’s Tageburts 1 [delen]
106 A: la Fontaine Eduard u: Margarethe 2 delen
107 A: la Fontaine Barneck v: Satdorf 2 delen
108 A: la Fontaine Lagen aus dem Alterthinne 2 delen
109 A: la Fontaine Sittenspiegel fur das weibblich Geschlecht 4 delen
110 A: la Fontaine Der Naturmensch 1 [delen]
111 A: la Fontaine Rudolph u: Julie 2 delen
112 A: la Fontaine Sonderling 1 und 3 d:l
113 A:v: Kotzebue Kleine Roman 2, 3, 4 deel

Specifike lyst van gemaakte goud- en zilverwerken, goude en zilvere muntspecien en oud goud en zilver op Woensdag den 22 December 1824 ’s middags om twaalff uuren ’s Weeskamers wegen, publiek aan de hoogstbiedende verkogt zullende worden, ten sterf huijze van wylen mevrow Maria Johanna Jurgens weduwe van den weledelen heere Carel Wilhelm Thalman

a) Gemaakt goud- en zilverwerk
  loot
1 zilvere kisje met goud gemonteerd wegende
aan zilver 49 1/2
aan goud 5
1 zilveren kandelaar wegende 166
1 zilveren kandelaar wegende 175
1 zilveren kandelaar wegende 171
1 zilveren kandelaar wegende 172
1 zilveren kandelaar wegende 172 1/2
1 zilveren kandelaar wegende 174
1 zilveren koffy machine wegende 171
1 zilveren koffy machine wegende 97
1 zilveren lampet, kom, kan en waterrooster wegende 171
1 zilveren lampet, kom, kan en waterrooster wegende 141
1 zilveren oly en azyn standaart wegende 101
1 zilveren inktkoker wegende 110
1 zilveren tabaksdoos wegende 46 1/2
1 zilveren tabaksdoos wegende 43 1/2
1 zilveren zuykerpotje wegende 27 3/4
1 zilveren zuykerpotje wegende 15 3/4
1 zilveren melkkan wegende 21 1/4
1 zilveren vuurtestje wegende 20 1/4
1 zilveren vuurtestje wegende 13
1 zilveren mosterdpotje wegende 8 1/2
1 zilveren mosterdpotje wegende 7 1/2
2 zilveren bottelbakjes wegende 9 1/2
2 zilveren bottelbakjes wegende 8
1 zilveren theepot met onderbakje 42 3/4
1 zilveren theekom wegende 56
2 zilveren zoutvaatjes wegende 10 1/4
2 zilveren zoutvaatjes wegende 11 1/4
2 zilveren zoutvaatjes wegende 9 3/4
2 zilveren zoutvaatjes en lepeltjes wegende 23 3/4
2 zilveren zoutvaatjes en lepeltjes wegende 22 3/4
2 zilveren zoutvaatjes en lepeltjes wegende 23 1/2
1 zilveren soeplepel wegende 22 1/2
1 zilveren soeplepel wegende 18
1 zilveren soeplepel wegende 17 1/4
1 zilveren soeplepel wegende 26 1/2
1 zilveren schenkblad wegende 97
1 zilveren schenkblad wegende 102
1 zilveren schenkblad wegende 54 1/2
1 zilveren schenkblad wegende 46
1 zilveren schenkblad wegende 24 1/4
1 zilveren schenkblad wegende 24
1 zilveren schenkblad wegende 20 1/2
1 zilveren schenkblad wegende 20 1/2
12 zilveren lepels wegende 49 1/2
12 zilveren lepels wegende 49 1/2
12 zilveren lepels wegende 48 1/2
9 zilveren lepels wegende 37 1/2
12 zilveren vorken wegende 51 1/4
12 zilveren vorken wegende 50 1/2
12 zilveren vorken wegende 50 1/2
12 zilveren vorken wegende 50 1/2
2 zilveren ragout lepels wegende 14 1/2
2 zilveren ragout lepels wegende 14
2 zilveren ragout lepels wegende 13 3/4
2 zilveren ragout lepels wegende 13 1/4
2 zilveren ragout lepels wegende 13 1/4
2 zilveren ragout lepels wegende 13 7/8
1 zilveren punsch lepel wegende 7 3/4
12 zilveren theelepeltjes wegende 14 1/8
7 zilveren theelepeltjes wegende 8
2 zilveren zuykerlepeltjes wegende 3 5/8
1 zilveren zuykerlepeltjes wegende 5/8
1 zilveren zuykertang wegende 2 5/8
2 zilveren confytvorkjes wegende 2 1/8
12 messen met zilvere heften wegende aan zilver 36
12 messen met zilvere heften wegende aan zilver 36
6 messen met zilvere heften wegende aan zilver 18
b) Oud goud en zilver
  loot
een goude lyfband met slot wegende 21 1/2
een zilvere ketting wegende 32
een party differente zilvere knoopen wegende 22
een bos zilvere knoopen wegende 6 1/2
vier messen met zilvere heften wegende aan zilver 8 1/4
een party oud zilver wegende 13 1/2
een party oud zilver wegende 21 1/2
een party oud zilver wegende 45 1/2
c) Goude en zilvere muntspecien gemerkt T:
n:o 1 een zak inhoudende, vyf honderd en veertig en een halve Spaansche matten
n:o 2 een zak waarin
  agt en vyftig Hollandsche drie gulden stukken
  een en twintig halve Hollandsche drie gulden stukken
  twee en taggentig Hollandsche heele guldens
  een en dertig Hollandsche halve guldens
  tien Hollandsche quart guldens
  een honderd een en zestig Hollandsche twee stuyverstukken
  een honderd vyf en twintig Hollandsche stuyverstukken
n:o 3 een zak inhoudende vyf en zeventig Indiasche ropyen
n:o 4 een zak inhoudende een honderd twee en zestig stukken differente zilvere muntspecien te zamen wegende 105 1/2 loot
n:o 5 een zak inhoudende
  acht goude Indiasche roppyen
  twee goude halve Indiasche roppyen
  een goude Spaansche mat
  een goude halve guinee
  twaalff differente stukken goude munt, wegende 4 3/8 loot
[Goude en zilvere muntspecien] gemerkt W:
n:o 1 een zak inhoudende een duyzend vyf honderd acht en vyftig Hollandsche guldens
n:o 2 een zak inhoudende
  twee honderd een en zestig Hollandsche drie guden stukken
  twee en twintig halve Hollandsche drie guden stukken
n:o 3 een zak inhoudende een honderd negen en zeventig Hollandsche halve guldens
n:o 4 een zak inhoudende
  twee en dertig heelen oude Hollandsche ducatonnen
  drie en vyftig halve oude Hollandsche ducatonnen
n:o 5 een zak inhoudende zes honderd en negen Hollandsche quart guldens
n:o 6 een zak inhoudende zeven honderd een en veertig Hollandsche drie stuiverstukken
n:o 7 een zak inhoudende een duizend negen honderd en negentien Hollandsche twee stuiverstukken
n:o 8 een zak inhoudende een duyzend vier honderd een en vyftig Hollandsche 1 1/2 stuiverstukken
n:o 9 een zak inhoudende vier honderd en dertien heele Indiasche roppyen
n:o 10 een zak inhoudende
  twee honderd en vier halve Indiasche roppyen
  drie quart Indiasche roppyen
n:o 11 een zak inhoudende een honderd en zeventien Hollandsche stuiverstukken
n:o 12 een zak inhoudende
  vyf halve zilvere pagoden
  dertien quart zilvere pagoden
n:o 13 een zak inhoudende
  twaalff halve Engelsche kroonen
  twee honderd en vyftien Engelsche schellingen
  vyf en zeventig Engelsche six pences
n:o 14 een zak inhoudende
  zeven en veertig heele Spaansche matten
  dertien halve Spaansche matten
  zeven en vyftig quart Spaansche matten
  twee en twintig agtste Spaansche matten
  tien zestiende Spaansche matten
n:o 15 een zak inhoudende zeven en zeventig Spaansche quartjes
n:o 16 een zak inhoudende zes en twintig stukken Portugeesch geld te zamen 12,120 rees
n:o 17 een zak inhoudende
  drie Fransche kroonen
  drie halve Fransche kroonen
  twee Fransche Louis daalders
  tien Fransche vyf francs stukken
n:o 18 een zak inhoudende
  zes Zeeuwsche daalders
  twee kyzer daalders
  een Deensche daalder
n:o 19 een zak inhoudende zeven en vyftig differente zilvere munt stukken wegende te zamen 12 1/2 loot
n:o 20 een pakje inhoudende
  vier en twintig heele goude guinees
  een halve [goude guinees]
  vier goude zeven schelling stukken
n:o 21 een zak inhoudende
  negen en veertig heele goude Indiasche ropyen
  vyf halve goude Indiasche ropyen
  een quart goude Indiasche ropyen
  een zestiende goude Indiasche ropyen
n:o 22 een zak inhoudende
  een heele goude Johannes
  een quart goude Johannes
  een halve goude Spaansche mat
n:o 23 een zak inhoudende
  een heele Hollandsche goude ryder
  twee halve Hollandsche goude ryder
n:o 24 een zak inhoudende
  twee goude starpagoden
  negen en twintig goude effen pagoden
n:o 25 een zak waarin een goude Hollandsche scheeps schelling
n:o 26 een zak inhoudende
  een dubbelde goude Hollandsche ducaat
  drie enkelde goude Hollandsche ducaat
n:o 27 een zak waarin drie Louis d’or
n:o 28 een zak waarin veertien goude Venetiaansche ducaten
n:o 29 een zak inhoudende
  een kyzerlyke goude ducaat
  twee Zweedsche goude [ducaat]
  een Italiaansche goude ducaat
  twee Moorsche goude [ducaat]

A: de Nijs

J:M de Haan

Ik ondergetekende m:r Hendrik Jan van de Graaff, wonende te Batavia , bekenne ontvangen te hebben van nu wylen den weledelgestrengen heere C:W: Thalman, in leven president van den Raad van Financeer van Nederlandsch Indien, gewoond hebbende en overleden zynde te Batavia , en mitsdien wel en deugdelyk schuldig te zyn aan mevrouw de weduwe van gemelden heer C:W: Thalman als erfgename van desselfs boedel en nalatenschap eene som van twee duizend Spaansche matten, spruitende uit gelden door wylen genoemden heer C:W: Thalman aan my ter leen gegeven, en door my ten vollen en tot myn volkomen genoegen genoten.

Aannemende en belovende ik ondergetekende om voorschreven som van (Spm:t 2000) twee duizend Spaansche matten aan welmelde mevrouw de weduwe Thalman of den wettigen houder deses te zullen voldoen, uiterlyk heden over een jaar in zilvergeld met den interest daarvan tegen drie vierde ten hondert s maands of 9 procento in het jaar te rekenen van den dag van heden tot den dag waarop de hierbovengemelde som ten vollen zal zyn afbetaald en voldaan.

Tot nakoming van het bovenstaande verbind ik myn persoon en myne goederen als naar regten en zyn hiervan opgemaakt vier eens luidende, en aan de heeren gemagtigder van mevrouw de weduwe Thalman overgegeven; zullende een desen afschreften behoorlyk gequiteerd zynde, daardoor alle de overigen zyn vervallen

Batavia den 15 February 1820

H:J: van de Graaff

Wy ondergeteknde m:r Sebastiaan van de Graaff en m:r Jan Burger, beide wonende te Batavia verklaren ons ieder in solidum te stellen en verbinden als borgen en principale debiteuren voor de nakoming van de by bovenstaande obligatie vermelde schuldbekentenes en verbintenis onder expresse renunciatie van alle beneficien van regten hoe ook genaamd, welke ons andersins als borgen zouden kunnen te stade komen verbindende voor al het geen voorschreven is, onze personen en onze goederen als naar regten

Batavia den 15 February 1800 en twintig

J: van de Graaff

J: Burger

MOOC8/40.25

{18250317} 17 Maart 1825 Joseph Erasmus Fourie , Johanna Adriana Pretorius

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als door wylen Johanna Adriana Pretorius en nagelatene man Joseph Erasmus Fourie in gemeenschap zyn bezeeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd op den 26 January 1825, mitsgaders heeden opgenomen en bevonden, te weten

een blaasbalg
een aambeeld
vyf hamers
een yzere schroef
twee graven
twee bylen
een passer
een yzere combuis
een dissel
een slypsteen
vyf gaffels en twee harken
vier sikkels
drie schaven
een zaag
een yzere omslag met 7 booren
drie geweers, 1 defect
een yzere pik
twee hamers
twee vaatjes
party oud yzer
twee balies
een emmer
een winkelhaak en twee bytels
een koekepan
twee booren
vier aarde kannen
een halfaam
twee houte bakken
twee ossen wagens compleet
een aardekannetje
negen yzere potten, 2 defect
een vleesch vat
vier kisten
een lantaarn
een blaker en snuiter
een trommel
twee aarde potten, 1 defect
twee blikken trommels
twee koffy moolen, 1 def:t
een ley
twee houte schuifdoosjes
zeven vlesjes
drie bottels
een bottel met lyn olie
een vlesch met lyn olie
vier aarde borden
vier pierings en kopjes
twee kannetjes
een geelkopere ketel en comfoir
een zoeplepel
een trekpot
drie ketels
een strykyzer
een rak
drie tinne schotels
agt borden
zeven forken en lepels
drie stoelen
een schuimpan
twee tavels
een meel zift
drie emmers
een yzere drievoet
een tobak’s mes
een rooster
drie en een half mud zout
een mud asch
een stampblok
een bulzak, combaars en 2 kussens
twee katels
een sloop met veeren
een oude ploeg en eg
twee stukken hout
twee geelhoute planken
zes velle zakken
een steene vorm
Beestiaal
twintig trek ossen
zeven jonge ossen
een hengstpaard
zes rydpaarden
zes aanteelpaarden
drie en twintig aanteel beesten
een duizend agt en negentig aanteelschapen
Baten des boedels
    Rd:s
paid van Willem Sternberg Marais bl:s obligatie 100
paid Pieter Breed weg:s koop van een paard 50
paid van Wynand Johannes Pretorius weg:s contant geleend 50
erfgenaam van Barend Pet:s v:d: Berg Bar:d z:n cont: geleend 8
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Johannes Tobias Benade 170:--:--
aan drie kinderen voor moeders erfnis by Hermina Aletta Benade verwekt bl: tauxatie ter Weeskamer
aan 1) Maria Dorothea Fourie 205:7:2
aan 2)Hermina Aletta Fourie 205:7:2
aan 3) Aletta Fourie gehuwd met Hendrik van Aswegen 205:7:2
aan bovengem: drie kinderen zo veel door hun grootvader Johannes Tobias Benade aan hen is gegeeven 50:--:--
aan Samuel Jacobus Marais voor vaders erfnis bl: tauxatie ter Weeskamer 487:2:1
aan Wynand Arnoldus Marais voor vaders erfnis bl: tauxatie ter Weeskamer 487:2:1
aan Willem Sternberg Marais voor vaders erfnis bl: tauxatie ter Weeskamer 487:2:1
Erfgenamen
1) Charl Johannes Lodevicus Marais geboren den [ ..... ]
2) Hendrina Johanna gehuwd met Barend Petrus v:d: Berg Barend zoon
3) Samuel Jacobus geb: den 28 December 1809
4) Wynand Arnoldus geb: den 18 October 1814
5) Willem Sternberg geb: den 28 September 1817

Aldus gedaan en g’inventariseerd op den 17 Maart 1825 volgens op en aangave van Joseph Erasmus Fourie denwelke betuigden zig in het op en aangeeven zyns boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten verzwegen of agtergehouden te hebben verklaarde hem dus bereid deeze zyne aangaave des gevorderd wordende met eede te staven met al verdere belofte zo zig iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen emplieeren, ende is zulks geschied ter presentie van my ondergetekende Agent der Weeskamer in ’t byweezen van J:P: Meintjes en G:J: Broekhuizen als getuigen

Voor de opgave: J:E: Vori

Als getuigen: J:P: Meintjes, G:J: Broekhuisen

J:S: Meintjes

MOOC8/40.26

{18250714} 14 July 1825 Hans Jurgen Steyn , Nicolina Maria Elisabeth Klopper

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als door wylen Nicolina Maria Elisabeth Klopper en nageblevene man Hans Jurgen Styn in gemeenschap zyn bezeten en door eestgemelde ab intestato met er dood ontruimt op den 7 Mey 1825, mitsgaders heeden opgenomen en bevonden te bestaan in

een zeeppot
drie graaven
een emmer
een ketel
een kandelaar
een schotel
drie borden
drie lepels
drie forken
een kist
een zadel
agt hoepels
een vat
een pot
een byl
een dissel
drie sikkels
een snymes
een boor
Beestiaal
twee ossen
vyfthien aanteel beesten
negentien aanteel schapen
een rydpaard
een merrie
Baten des boedels
  Rd:s
van Cornelis Janzen woonagtig te Beaufort 124
van Hans Jurgen Wessels woonagtig te Swellendam bl: bewys in handen van B: Solomon kapitaal 1000
Schulden des boedels
  Rd:s
aan de weduwe Jan Martin Trotsky voor negotie goederen 20
Erfgenamen des boedels
1) Nicolina Maria Elisabeth Styn geboren den 25 September 1817
2) Anna Elisabeth Styn geboren den 22 September 1819
3) Johannes Gerhardus Styn geboren den 11:e February 1822
4) Maria Johanna Sophia Christina geboren den 27 April 1825

Aldus gedaan en g’inventariseerd op den 14 July 1825 volgens op en aangave van Hans Jurgen Styn, denwelken betuigden zig in het op en aangeven zynes boedels ten goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten verswegen of agtergehouden te hebben, verklaarde hem dus bereid deeze zyne aangave des gevorderd wordende met solemneele eede te staven, met al verder belofte zo zig iets nader tot den boedel behorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren. Ende is zulks geschied door my ondergetekende Agent der Weeskamer in het byweezen van G:J: Broekhuizen en J:J: Meintjes S: zoon

Voor d’ opgaave: Hans Jurgen Seijn

Als getuigen: G:J: Broekhuisen, J:J: Meintjes

J:S: Meintjes

MOOC8/40.27

{18240617} 17 Juny 1824 James Keeva

Inventaris der nalatenschap van den ab intestato, op den 16 Juny 1824 alhier overledenen prysneger of apprentice James Keeva, oud naar gissing vyf a zes en dertig jaaren, bestaande dezelve in als volgt

een ouden hoed
een paar schoenen
een ouden blaauwen rok
een ouden versleten overrok
een jekket /grof/
twee [jekket] /versleten/
een gestreept onderbaatje
twee blaauw grof lakensche pantalons
twee zyldoeksche pantalons
twee bonte hembden
een witte [hembden]
twee wolle dekens
twee paarde haire matrassen
  Rd:s
aan contanten blykens certificaat van den eersten klerk by het Vischratie Departement, Thomas Drury, wegens by dat departement tegoed gemaakte dienstpenningen 307:6:0 1/4

Aldus geinventariseerd aan de woning van wylen gemelden James Keeva op aangaaf van gemelde Thomas Drury, op den 17 Juny 1824 in de Simonstad door my ondergetekenden Christiaan Michiel Lind, als agent van het Eerwaarde College van Heeren Weesmeesteren

Als getuigen: J:s G: de Wet, T:s Drury

C:n Lind

MOOC8/40.28

{YYYY} [ ..... ] John Stubbs

Inventory of goods and effects of the late John Stubbs

7 sheets
5 table cloths
5 pillow cases
1 four post bed furniture
2 white quilts
1 patch-work [quilts]
4 towels
2 feather beds
4 pillows
2 bolsters
1 felt combass
4 skins for [combass]
3 p:r blankets
1 chest, 5 drawers
1 chest, 2 drawers
1 looking glass
2 violins
1 four post bedstead
1 silver case watch
2 p:r silver table spoons
4 tea spoons
2 salt spoons
1 large gun
12 iron table spoons
1 tea kettle
1 large saucepan
2 large [saucepan]
2 small [saucepan]
1 small tin saucepan
4 camp kettles
1 camp oven
1 set fire irons
1 backster
1 frying pan
1 p:r brass candle sticks
9 knives and forks
2 flat irons
1 mettle tea pot
1 box iron
2 quart mugs
6 pint mugs
1 mahogony knife tray
1 copper
1 iron pot
2 pickling tubs
4 half aums
1 half pipe
1 4 gallon cask
3 stone jars
1 tea tray
12 blue edged plates
6 white plates
1 fish strainer
1 oval tin dish
1 round tin dish
1 flat tin dish
1 round tin
1 oblong tin
2 coffee mills
3 mahogony slabs
1 p:r mahogony doors
1 p:r mahogony doors with brass wire
3 pieces mahogony for tables
1 jack plane
1 smoothing plane
1 hand saw
1 butchers saw
1 cross cut saw
1 adze
1 broad axe
2 dung forks
2 pitch forks
2 p:r H hinges
1 hold fast
2 scythe blades
3 sickles
1 hay knife
2 bells
1 case of bottles
3 iron wedges
2 augers
3 p:r pincers
2 brass cocks
1 grind stone
1 iron ladle
1 shovel
2 padlocks
sundry books mostly damaged
an old plough
plough cart block wheels
13 oxen
7 cows
8 cows with calves
9 pigs
fowls
the location consisting of five hunderd acres, the diagram not yet obtained
Debts due to the estate
    Rd:s
  Jackson 21:4:5
  Mason 30:0:0
  Mitscheson 28:0:0
  Fletcher 9:3:0
  Cappuck 5:4:0
  Dix 10:0:0
  G: Smith 6:4:0
  Brown 29:1:0
  Stanley 26:5:0
  Wilton 27:1:0
paid Hobson - rd:s57:1 being the balance 194:0:0
paid Mahony 31:0:0
    Rd:s418:6:5
Debt ag:t the estate
  Rd:s
Huntley 340:0
Heugh and Co: 36:4
Bear 13:6
Hobson a/c not received [ ..... ]
Hood 84:0
Brown 39:2
Reynolds 80:0
Forse 9:0
Glass 2:0
Ogelvie 10:0
Jones 20:0
  Rd:s634:4

The family claim for cattle and horses taken at various times by Caffres

97 head of cattle
2 horses
1 mare

N: Currie, Field Cornet

John Brown

MOOC8/40.29

{18221204} 4 December 1822 Robert Smith

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op Woensdag den vierde December in den jaare onzes Heeren een duizend acht honderd twee en twintig ab intestato metter dood zyn ontruimd ende nagelaten door Robert Smith ten voordeele zyner onbekende uitlandige erfgenamen, zodanig als deszelve nalatenschap door my ondergeteekende is geinventariseerd en in geschrifte gebragt, bestaande alle deeze goederen in de volgende, namelyk

In een huis van Fredrik Heyne alwaar de overleedene het laast is woonagtig geweest

een ledikant waarop
een mattras
drie peulen
een kussen
twee deekens
een kist waarin
zeven lakense broeken
twee lakense bovenbatjes
twee lakense jassen
drie bovenbatjes in soort
zeven broeken in soort
zeven onderbatjes
vyf witte bovenbatjes
vyf en dertig hembden
drie zwarte zeidedoeken
zes halsdoeken
een bontedoek
drie paren slopkoussen
een paar witte zeidekoussen
zeven paren koussen
twee mutsen
twee flennische onderbatjes
twee paren handschoenen
twee hoeden
een blaauw lakense rok
een kist n:o 2 waarin
drie paren schoenen
zeven blaawe borden
een witte [borden]
een plettit vork
een plettit lepel
een plettit theelepeltje
een witte boterpotje
een wasch lampet en kom
een waterpot
een kleine blaauwe kom
een aarde kan
elf bottels
een hondeketting
een inktkoker
twee kammen
een kleine ronde spiegel
twee hair borstels
een party boeken
een blaker met zyn snuiter
een hoornbeeker
twee stoelen
een cachet
een ring
een party roodeknopen
Credit des boedels
    Rd:s
vold: van Jan Hendrik Thomson over koop van de helfte van een schuit per rest nog 41:36
Lasten des boedels
    Rd:s
voldaan aan voorm: Fredrik Heyne voor agt en een halve maand kamer huur a 6 rd:s per maand 51

Aldus geinventariseerd en in geschrifte gebragt den 4 December 1822.

Als getuigen: J:J: Herholdt, John Henry Thompson

Voor den opgaaf: F: Heyne

My present: J:A: Munnik

MOOC8/40.30

{18250917} 17 September 1825 Wilhelm Marthinus Brits , Hester Cicilia Nortje

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Hester Cicilia Nortje en nageblevene man Wilhelm Marthinus Brits in gemeenschap zyn bezeten en door eerstgemelde ab intestato met er dood ontruimd op den 17 Juny 1825 en nagelaten, mitsgaders op heeden opgenomen en bevonden te bestaan in

twee bedden waar van een aan den overgeblevenen weduwenaar is gelaten
drie emmers
vier potten in soort
een theemachien
een schenkblad
een ketel
een zoepkom
twee schotels
twee glase vlessen
een bottel
een karaft
een aarde kan
twee tavels
een rusbank
ses stoelen
twee wagenkisten waarvan een aan den overgeblevenen weduwenaar is gelaten
twaalf borden
vyftien pierings en 9 kopjes
ses lepels en vyf forken
twee rakken
twee schiet geweers
een zadel en toom
een brandewyns ketel
drie graven
een piek
een handbyl
een hout byl
twee osse wagens
een paarde [wagens]
Beestiaal
twintig ossen
drie en vyftig aanteel beesten
drie jonge hengsten
drie ryd paarden
dertien aanteel paarden
twee duizend drie honderd vyf en sestig aanteel schapen
drie honderd en ses bokken
Baten des boedels
nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Rudolph Marthinus Brits wegens geleend geld 1200
Erfgenamen des boedels
1) Anna Cicilia geb: den 11 July 1813
2) Rudolph Johannes Marthinus geboren den 26 August 1815
3) Johanna Petronella geboren den 2 February 1817
4) Cornelia Helena Margeretha geboren den 5 April 1820
5) Hester Cicilia geb: den 15 April 1822

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatze de Boelanersdraai toebehorende aan Rudolph Brits op den 17 September 1825 volgens op en aangaave van Wilhelm Martinus Brits voormeld, dewelke betuigden zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weten verswegen of agter gehouden te hebben, met alverder belofte zo zich iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles doende onder aanbod van eede des gevorderd wordende. Ende is zulks geschied door my ondergetekende Agent der Weeskamer in presentie van Gysbert Johannes Meintjes Stephanus zoon als getuigen.

Voor d’ opgaave: W:M: Brits

Als getuigen: G:J: Broekhuisen, J:J: Meintjes

J:S: Meintjes

MOOC8/40.31

{18250912} 12 September 1825 Cornelis Hermanus Olivier , Maria Margaretha Catharina Slabbert

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Cornelis Hermanus Olivier en nagelatene weduwe Maria Margaretha Catharina Slabbert in gemeenschap bezeten en door eerstgem: met er dood ontruimd op den 25 January 1825 en nagelaten, mitsgaders op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

In de negotie winkel
een rooster
twee schalen en balans 5 lb gewigt
vyf yzere potten in zoort
een yzere [potten]
twee oude ketels
vier aarde potten
twee taart pannen
twee drievoeten
een potlepel en fork
drie aarde potten
een gieter
een rotting mandje
vier spuug balies
een strykyzer
een koffy molen
een party hout en yzerwerk
een vat met wat sement
een kas met aarde pypen
een groote kromme pyp
een kist
een meelzift
een tabaks doos
een zak met koffy
een stoof
een oude zift
een knapzak met oud yzer
een tavel
een kleine lantaarn
een toonbank
een kopere waschkom
vier yzere gordyn roeien
een wors stopper
een party sloten en wind haken
een kelder met 10 vlessen
drie bottels
een kan met wat lynolie
een stoof en vuurschop
een brood plaat
een strykyzer
een blikke bus
vier stoelen
drie schenkbladen
een kar zyl
zeven gordyn knoppen
een kopere kandelaar
een blikke rasp
een groot Bybel
zes boeken in zoort
een aarde kom
twee aarde schotels, etc:a
een tinne zouplepel
zeven pierings
een glase karaft
een blikke busje
een broodbakje, etc:a
een kleine schenkblad
een lei
een zuikerpot
vier glase comfyt potjes in zoort
vier glase comfyt potjes in zoort
agt bierglasen
negen water glasen
een glase botteltje
drie en twintig kelkjes in zoort
twee glase zoutvaatjes
een glase spoelbakje
zes pierings en vier kopjes
een zuiker potje /aard/
een melk potje /aard/
een spoel kom /aard/
twaalf pierings, 12 kopjes en 8 bekertjes
twee groente schotels
een melk kannetje
twee kommetjes
drie silvere theelepeltjes
vyf silvere forkjes
elf silvere eetlepels
een silvere zouplepel
vier glase karaften
een glase comfyt pot
een aarde schotel, etc:a
drie bottels en een vles
een vuurtesje
twee aarde bottels
een koffykan en tesje
drie blikke busjes
twee doz: messen en forken
negen forken en seven lepels
twee en zestig pastalaine borden
zes schotels in zoort
een party note muskaat
een party nageltjes
een nieuwe zadel
een geelkopere theemachine
een aarde pot
een aarde kan met terpentyn
een blikke busch
een groote schotel en 5 pierings
een lei
een kist met 23 Chinesche bakken
negen ellen witte kant
drie ellen neteldoek
een doosje met naalden
negen tonteldoosen en tien stalen
een tandetrekker
een schenkblad, etc:a
vier ellen diemet
een rol witte broekegoed
een rol zwarte satyn /13 3/4 ellen/
twee lappen neteldoek
twee ellen onderbadtjes goed
vier ellen nankenet
elf doeken /in zoort/
veertien voerchitsen
een lapje neteldoek
een rol witte broeke goed
drie lapjes chits /in zoort/
twaalf ellen vrouwe laken
vyf en een half ellen blauw laken
agt ellen zyde elpien /zwart/
negen en een half ellen gryze kassemier
zeven ellen kassemier
agt en een half ellen elpien
vyftien en een half ellen nankenet
dertig ellen gestreept nankenet
zeven p:s linnen /wit/
vier lapjes kamerdoek
een el laken
een stukje geruit /rood/
een stuk linnen /wit/
een stukje blaauw linnen
een roode tjaal
een el onderbaatjes goed
drie stukken geruit
zeventien ellen groene gaas
drie oude sambreelen /defect/
een gordyn lap
een lapje blaauw linnen
een pakje kaarse katoen
twee boeken papier
een paar kruisbanden
een bosch lyn
een groene zyde sambreel
twee stellen witte gordynen
een bedde sprey
een stel chitse gordynen
een stel chitse gordynen
twee stellen vengster gordynen
drie gordynen /chits/
een roode doek met grifjes, sloten, etc:a
een sloop met wat zeide en garen
een doek met vuursteenen
vier ellen lint
ses servetten
een paar zei kousen
twee bonte slopen met lapjes
een garen doosje met rommelary
een doek
een wagenkist
een tavel
een klokke lantaarn
twee negotie rakken
zes leuning stoelen
Kamer n:o 1
dertien stoelen
twaalf roode stoel kussens
vyf tavels in zoort
een lantaarn /defect/
een trommel met zuiker /groot/
een trek touw
een schabelan
twee kar tuigen
een groote schotel
een stoof
een tavelblad
een tobaksmes
een ophaalder
vyf paar kinder handschoenen
een pakje fluweele band
vyftien vyne kammen
een pakje koort
drie ellen lint
een doosje met naalden en spelden
drie aarde potten
een bottel
een pak katoen
een party osse riemen
een kleine blaasbalg
een combuis haak
een brood plaat
een yzere koevoet
een party yzerwerk
een knapzak met rode minie
twee aarde kannen
vyf aarde potten in zoort
een ophaalder plank
een kleine botervaatje, etc:a
een blikke beker
twee zwarte spaan hoetjes met blouzel
een blikke trommel
een bakkist
twee silvere gespes
een geld beurs
een silvere horologie
drie beddens, ses kussens en een peul
een sprey
een combaars
een katel raam
een ophaalder plank
Voorhuis
twee gordyn knoppen
twee ophaalders
een rustbank
een oude kist
vyf koper blakers
een trekpot
een wagenkist
een ledikant
een oude bed, twee kussens en combaars
een groote kist
een kist
een tregter
een kast met wat zout
Combuis
een watervat
twee emmers
Buitenkamer
twee ledikanten
een yzere pot
een trapbalie
een twee halfaams vat
een veldstoeletje
twee katels
een party hoepels
twee remketens
een party houtwerk
een yzere schroef
drie voortouwen
vier jukken
een oude kast met vet
Kelder
een party duigen
een party hoepels
een tregter
veertien vaaten in zoort
vier balken
een brandewyns ketel
Op zolder
vier stinkhoute planken
Op de agterplaats
twee vaatjes
een agtertang
drie osse wagens
een kar
een slypsteen
een teerputs
twee geelhoute planken
een groote zeeppot
dertig voeten geelhoute plank
een geelhoute balk
een huis en erf, benevens en een erfpagts plaats in dit district gelegen welke ingevolge overeenkomst voor de Commissie van Regtspleeging getroffen aan de weduwe moeten blyven voor rd:s7000
Beestiaal
een en sestig trek ossen
een en veertig aanteel beesten
drie honderd en agt aanteel schapen
drie rydpaarden
Slaven
den manslaaf Adam
den manslaaf Moses
den manslaaf Africa
den manslaaf Galant
de slavin Rachel
de slavin Anna
de slavin Christina
de slavin Annet
Baten des boedels
    Rd:s
  aan contanten 19:0:2
  vyf en sestig stukken silvergeld
  van Hendrik Lubbe wegens boekschuld per rest 10:2:--
  van Marais Albertus Venter weg:s boekschuld 58:--:--
  van Christoffel Klopper, Nieuw Hantam , weg:s boekschuld 43:6:--
  van Corn:s v:d: Nest / Somerset / weg:s boekschuld 23:5:--
  van Pet:s Erasmus weg:s boekschuld 15:--:--
  van Hend:k Besuidenhout weg:s boekschuld 3:--:--
  van Hendrik Steph:s Pretorius 50:4:--
  van Zacharias Pretorius Louw z:n, Somerset 33:--:--
  van S: Pretorius 20:--:--
  van Jan Lod: Booyzen Gert z:n 18:7:--
  van den Bastaard Zedras 24:--:--
  van Corn:s Joh:s Swanepoel / Camdebo / 25:--:--
erfgenaam van P:C: Wahlstrand bl: obl: d:d: 29 Sept:r 1823 520:--:--
erfgenaam van P:A: Olivier bl: obl: d:d: 18:e February 1819 228:--:--
van P:A: Olivier bl: obl: d:d: 2 Aug:t 1817 214:--:--
van P:A: Olivier bl: obl: d:d: 2 Jann: 1821 200:--:--
van P:A: Olivier 66:--:--
erfgenaam van Joh:s Steph:s Olivier bl: obl: d:d: 18 Maart 1817 321:--:--
  van Wilhelm C: Greuning bl: obligatie 245:--:--
  van G:M: Maritz bl: briefje 8:--:--
  van Arnoldus Lotring voor 7 ellen karsaay en twee voerchitsen, Uitenhage 45:--:--
  van wed:e G: v:d: Nest, Somerset 11:6:--
erfgenaam Cornelis Hermanus Steph:s Olivier zynde zo veel wylen deszelfs vader van M:M: Pretorius voor reek:g van hem heeft betaald 600:--:--
  van Joh:s Hendrik Smit 96:2:--
  van William Nelstreep 56:1:--
  van Hendrik van der Nest, Somerset 34:2:--
  van David Jac:s Viljoen, Winterveld 146:4:--
  van Bart van Aswegen 9:2:--
  van Klaas Jacobz, Camdebo 25:--:--
  van Joh:s Lod:s Pretorius, Somerset 7:2:--
  van Joseph Marc:s Fourie, Zekoe Rivier 48:2:--
  van Hend:k van Vreeden 7:--:--
erfgenaam van Joh:s Steph:s Olivier 62:4:--
  van Gert Badenhorst 13:4:--
  van Jacobus Snyman / Somerset / 97:4:--
  van Lambert Hegter 7:4:--
  van Hend:k Jan Abram Deerling 36:--:--
  van Jan Jacobz Janzoon, Somerset 201:2:--
  van Klaas Jacobsz, Somerset 71:6:--
  van Willem Jacobz, Somerset 85:--:--
  van Piet Botha F: z:n, Somerset 18:4:--
erfgenaam van Cornelis Herm:s Steph: Olivier bl: obl: d:d: 6 Juny 1820 capitaal 1400:--:--
  renten a 4 pc:t van 6 Juny 1820
  van Johannes Slabbert, Zw: Ruggens 78:4:--
  van Cornelis Goerman 41:--:--
  van Coenr:d Ch:l Kloppers, Zw: Ruggens 72:4:--
  van Pet:s Rasmus Erasmus bl: obl: d:d: 15 Juny 1821 / Somerset / 131:2:--
  van Gideon van der Nest 24:4:--
  van Gert Pretorius Joh:s z:n 12:--:--
  van Matt: Greef, Uitenhage 3:6:--
  van George Corn:s Kraft 21:4
  van Hendrik Balthazar Klopper, Somerset 153:2:--
  van Hend:k Balth: Klopper junior 6:--:--
  van W:m Smit Antony zoon 6:6:--
  van Joh:s de Beer de oude 38:6:--
  van Gysbert Roos Gert zoon 21:--:--
  van Gert Voslo, Somerset 52:6:--
  van Jacobus Albertus v: Eeden 11:6:--
  van Joh:s Fred:k Waldek 24:--:--
erfgenaam van Philip Arnoldus Olivier 11:--:--
  van Gideon Slabbert 14:--:--
erfgenaam van Joh:s Steph:s Olivier C:H: z:n 8:--:--
erfgenaam van Phil: Arn:s Olivier bl: een gedeelte van een obligatie 200:--:--
  van Petrus Steph:s Venter weg:s eene mis reekening op een slagters brief 45:--:--
  van Cornelis van Tonder bl: obl: d:d: 7 October 1816, Somerset 148:--:--
  van Frans de Jonge en Cornelis van Tonder bl: bewys d:d: 23 Dec:r 1815 1559:4:--
  waarvan echter zal afgaan zo veel zyl: kunnen antoonen in mindering te hebben betaald
  van Willem Greuning bl: obl: d:d: 5 October 1821 224:--:--
erfgenaam van Cornelis Herm:s Steph: Olivier aan contanten geleend ingevolge zyn eigen erkentenis 500:--:--
  van Cornelis Herm:s Steph: Olivier voor 36 mudden kalk a 2 rd:s 72:--:--
  van Cornelis Herm:s Steph: Olivier over het kopen van een oogst 50:--:--
  van zekeren Bochenroden te Uitenhage bl: obl: in handen van P: Mare jun:r 275:--:--
voldaan van Corn:s Visser voor drie kozynen a 30 rd:s 90:--:--
  van Hend:k Corn:s Bezuidenhout bl: obl: in handen van G: Aldrich, Somerset 458:--:--
voldaan van Jan Godman per rest 209:4:--
van aan verlopene renten 55:1:--
erfgenaam van Ch:l Hend:k Olivier cap:l 3500:--:--
  van G:M: du Toit per rest 664:--:--
  van Joseph Sandelans bl: vonnis 350:--:--
  kosten daarop gevallen 26:1:--
  van Johannes Steph:s Olivier bl: obl: en aanteekn:g 4090:2:--
erfgenaam van J:L: Marais over koop van twee ossen 50:--:--
Schulden des boedels
    Rd:s
  aan Johan Hend:k Visser bl: notarieele obl: d:d: 2 July 1824 capitaal 2300:--:--
  renten van den 31 Dec:r 1823
  aan Daniel Steph:s Henning bl: ond: obl: capitaal 300:--:--
erfgenaam aan Joh: Gid: Ph: Olivier 47:2:4
erfgenaam aan Elsje Sophia Olivier 47:2:4
  aan Roelof Abraham, Zederberg 872:2:--
  aan Jan Jacobsz 50:--:--
erfgenaam aan Elsje Sophia Olivier 500:--:--
  aan Jonas Mich:l J: Erlank bl: reekening 14:--:--
erfgenaam aan Philippus Arnoldus Olivier bl: reekening 100:--:--
erfgenaam aan Cornelis Hermanus Stephanus Olivier blykens reekening 1585:7:--
erfgenaam aan Cornelis Johannes Olivier blykens reekening per rest 727:7:1
Erfgenamen des boedels
1) Johannes Stephanus Olivier kinderen door den overledene met wylen deszelfs huisvrouw Agniet Elisabeth van Wyk verwekt
2) Gert Jacobus Olivier
3) Cornelis Johannes Olivier
4) Philippus Arnoldus Olivier
5) Christoffel Hendrik Olivier
6) Maria Magdalene Olivier geh: geweest met Pieter Ernst Wahlstrand /overleden/
7) Anna Sophia Olivier geh: met Isaac Stephanus Marais
8) Agniet Elisabeth Olivier geh: geweest met William Rowan /overleden/
9) Cornelis Hermanus Stephanus Olivier geb: den 1 July 1802 kinderen door den overledene verwekt met de overgebl: weduwe
10) Johannes Gideon Philippus Olivier geb: den 20 August 1807
11) Elsje Sophia Olivier geb: den 15 January 1811
12) Pieter Cornelis Wahlstrand geb: den 27 October 1799 kinderen van de 6 erfgename
13) Wilhelmina Theodora Elisabeth Wahlstrand geh: met John Burnett Biddulph
14) Lysia Rowan geb: den [ ..... ] kinderen van de 8 erfgename
15) Maria Rowan geb: den [ ..... ]
16) Cicilia Rowan geb: den [ ..... ]
17) Martha Rowan geb: den [ ..... ]

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 12 September 1825 volgens op en aangaave van Maria Margaretha Catharina Slabbert voorm:, dewelke betuigde haar in het op en aangeeven des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weten verswegen of agter gehouden te hebben, met al verder belofte zo zy iets nader tot den boedel behorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren alles doende onder aanbod van eede. Ende is zulks geschied door my onderget: agent der Weeskamer ter presentie van C:J: Olivier en C:H: Olivier als getuigen

Voor de opgaave: Ma: M: C: Olivier

Als getuigen: C:J: Olivier, C:H: Olivier

J:S: Meintjes

MOOC8/40.32

{18231025} 25 October 1823 Peter Courtier

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Peter Courtier by deszelfs overlyden in het Winterveld op den 3:e Juny 1823 zyn nagelaten en op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

vyf broeken
twee broeken ongemaakt
twee baatjes
een [baatjes] ongemaakt
drie onder baatjes
drie hembden
twee scheermessen
vyf doeken
een paar stevels
een doosje
een schaar
een vellies
een geld boekje
een hoed
een kruisband
een wynig garen
Baten des boedels
nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan G:J: Oberholster bl: rekening begraafnis kosten 49
Erfgenamen
onbekend

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 25 October 1823 ter presentie van P:C: Wahlstrand en A:G: von Bratt

Als getuigen: P:C: Wahlstrand, A:G: von Bratt

J:S: Meintjes

MOOC8/40.33

{18251019} 19 October 1825 Henning Johannes Viljoen , Anna Jacoba Griesel

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Anna Jacoba Griesel en nagelatene man Henning Johannes Viljoen in gemeenschap zyn bezeeten en door eerstgemelde ab in testato met er dood ontruimd op den 25 April 1825, mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

drie emmers
twee balies
een party houtwerk
twee schaaven
een platvaatje
een boor
een zaag
twee snymessen
een graaf
een pik
drie keetels
een dissel
vier tinne borden
twee tinne schotels
een porcelaine vetpot
zes tinne leepels
zeven forken
een houte boterbak
een party gereedschap
een houtbyl
een zaag
twee vylen
een winkel haak
een yzere omslag
een oude kist
een pot defect
vier yzere potten
een meelzift
een vleeschbalie
zes yzere hoepels
een koornzift
een trommel
een beeker
een boterpot
vier pierings
drie kopjes
een strykyzer
een kleine kistje
een groote aarde kan
een wagen kist
een molen
twee vlessen
twee bottels
een kommetje
een kleyne ley
een blikke beeker
vier leepels
drie vorken
twee veylen
een rasp
een trekpot
een kleine verrekyker
een osse wagen /oud/
een schietgeweer
een bed
zes kussens
twee combaarsen
een katel
een tavel
vier stoelen
Beestiaal
drie rydpaarden
een aanteel[paarden]
zes trekossen
agt aanteelbeesten
vyf hondert zeven en zestig aanteelschapen en bokken
Baten des boedels
  Rd:s
van Hendrik Waltman over koop van een paard 60
Schulden des boedels
  Rd:s
aan den v:d cornet Johannes Esterhuizen 151:--
aan Sybrand van Dyk 9:--
aan den v:d c:t J:A: Esterhuizen 17:2
Erfgenamen
1) Herculaas Johannes Viljoen geb: den 10 Juny 1809
2) Abraham Jacobus geboren den 15 January 1811
3) Henning Johannes geb: den 15 July 1812
4) Anna Maria Jacoba geb: den 23 November 1814
5) Barbara Jacomina Magreta geb: den 29 Aug:s 1815
6) Aletta Fransina Susanna geb: den 19 Sept:r 1822
7) een ongedoopte kind geboren den 25 April 1825 en overleeden den 12 September daar aanvolgende

Aldus gedaan en geinventariseerd op den 19 October 1825 volgens op en aangave van Henning Johannes Viljoen voorm:, denwelken betuigden zig in het op en aangeeven zyns boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agterhouden te hebben verklaarde hem dus bereid deese zyne aangave des gevorderd wordende met solemneele eede to staaven, met alverder belofte zo zig iets nader tot den boedel behorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmeede te zullen amplieeren, ende is zulks getekend door my ondergeteekende Agent der Weeskamer in het byweesen van E:E: Stockenstrom en G:J: Broekhuisen als getuigen

Voor d’ aangave: Hening Johannis Veljoen

Als getuigen: E:E: Stockenstrom, G:J: Broekhuisen

J:S: Meintjes

MOOC8/40.34

{18250702} 2 July 1825 Kees

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op den 18 Maart 1825 door den Hott:t Kees ab intestato met er dood zyn ontruimd en nagelaten geworden, te weten

Losse goederen
1 pot
1 boor
1 toom
Beestiaal
1 rydpaard
6 merries
3 veulens
24 schapen
8 ossen
10 beesten
Contanten des boedels
nihil
Baten des boedels
nihil
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen des boedels
Dirk omtrent 7 jaren oud
Pieter omtrent 6 jaren oud
Sara omtrent 2 jaren oud
Kees omtrent 3 weken oud

Aldus geinventarisseerd ten dorpe Cradock op den 2 July 1825 volgens op en aangave van den burger Jan du Plessies, dewelke verklaarde in de gedane opgave naar gemoede en volgens zyn beste weten te hebben gehandeld en niets dat tot den boedel behoort te hebben agter gehouden, met belofte indien er iets nader mogte worden ontdekt dat tot den boedel behoort en hierin niet is opgetekend dezen inventaris als dan daarmede te zullen amplieeren en des vereischt wordende alles met solemneele eede te zullen staven, en is dit geschied in presentie van Jeremias Fredrik Ziervogel en George Aldrich als getuigen

Als getuigen: J:F: Ziervogel, G: Aldrich

Jan du Pliessie

In kennisse van my: W:M: Mackay

MOOC8/40.35

{18010511} 11 May 1801 Willem Jan Kolver

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op Vrijdag den 8:e deeser lopende maand Maij ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende na gelaten door den bode der Weeskamer Willem Jan Kolver ten voordeele zijner uitlandige erffgenamen, zodanig als dezelve door ons ondergeteekende gecommitteerde Weesmeesteren zijn opgenomen en in geschrifte gebragte, bestaande dezelve in de volgende, namentlijk

In een huurhuijs van d’ edele C:C: Prediger en aldaar

In een bovenkamer
een kadel waar op
een mattras, drie kussens, een laken en een wolle deken
een vierkant taveltje
een tinne inkt koker
een oude lessenaartje waar in
eenige papieren
een kelder met ses ledige flessen
twee stoelen
een chambereel
agt schilderijen in zoort
een coffer waar in
een jas
ses rokken in zoort
negenthien baatjes in zoort
twee en twintig broeken
vijff hembden
een cabaaij
sesthien p:r kousen in zoort
twee lakens
zeven kussens slopen
drie ronde hoeden
een portefeulle
een restant schrijfpapier
een catoene deken
twee spiegels waar van een defect
een zilvere zak horologie
een p:r zilvere schoe gepsen
twee p:r zilvere kuijd gepsen
een zilvere hardje
een vergulde borst speld
een ledige coffer
een pijp met zilver beslag
een ledikant
een houte geldkistje met ijzer beslag
Contanten des boedels
  Rd:s
eene somma van acht hondert vijff en vijfftig rxd:s en vier en veertig stv: zegge 855:44
Inneschulden
    Rd:s
  van George Jacobie op een onder handsche obligatie d:d: 28 Julij 1799 aan capitaal 300
  met de renten a 1/2 p:co p:r maand
  van George Jacobie op een onder handsche oblig: d:d: 16 Jan:y 1801 zonder beding van intrest groot 362
  van eevengen:e Jacobie op een onder handsche briefje d:d: 5:e deese maand Maij alsmeede zonder beding van intrest groot 120
bet:d den 10 Aug:s 1803 van Johan Michel Stigling op een ongedateerd ond: briefje betaalbaar den 5 deeser maand Maij zonder beding van renten groot 300
ingevolgen den rek:g door H:k Ekermans gepresenteerd in mindering voldaan rd:s100 en overzulx het restant groot rd:s100 op den 28 Julij 1801 voldaan van Hendrik Ekkermans op een ind: briefje van den 24 der jongst gepasseerde maand April zonder renten 500
voldaan neevens de renten den 27 April 1805 van Johan Coert Schluter op een onderh: briefje d:d: 23 April j:l: en betaalbaar ult:o Junij aanstaande aan cap:l 250
  met de renten van dien a 1/2 pc:o p:r maand
voldaan den 8 Juny 1805 van Jan Ab:m Lever op een onderh: briefje d:d: 23 April j:l: zonder beding van renten aan cap:l groot 400

Aldus na gedane ontzegeling g’inventariseerd en opgenomen op den 11:e Maij 1801

Als gecomm:e Weesm:s: A:V: Bergh, J: Blanckenberg

Mij present: G:A: Watermeijer, G:C:

MOOC8/40.36

{18250611} 11 June 1825 Arend Josias van Breda , Elizabeth Petronella Ehlers

Inventory of the joint property of Arend Josias van Breda Esquire and his wife Elizabeth Petronella Ehlers relinquished by the death of the firstmentioned on the seventh day of the month of June in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five at 3 o clock in the morning. The deceased having by his last will and testament executed jointly with his aforesaid wife on the 10:t of March 1795 before the late notary Johan Jacob Wagener and witnesses appointed his sole and universal heirs his wife Elizabeth Petronella Ehlers, together with the children

1) Anna Catharina van Breda married with Johannes Hurlingh entailed with fidei commis according to a codicil dated 1 February 1825 annexed to their last will and testament procreated in marriage by his first wife Catharina Agatha Volsteedt, named
2) Michiel van Breda
3) Kenne Nicolaas van Breda
4) Catharina Willemina van Breda married with Stephanus Johannes Hofmeyer
5) Arend Josias van Breda as also the children procreated by his surviving widow said Elizabeth Petronella Ehlers
6) Pieter van Breda

And further by a codicil executed jointly on the 1 February 1825 before the notary Jacobus Petrus de Wet and witnesses (annexed to their last will and testament) requested and appointed the Worshipful Board of Orphan Masters of this Colony to be and to act as his executors. In consequence of which the aforesaid property (after the seals of the Office has been removed) was duly inventoried by the undersigned special Commissioners from the Orphan Board and was found to consist in the following, viz:t

A house and garden situated in this Table Valley with a watermill erected thereon
five pieces of land situated under the Windberg
one third share in a piece of land situated in this Table Valley adjacent to the abovementioned five pieces of land occupied by the deceased with Mess:rs Servaas de Kock, Simon and Jacob van Reenen Jacobus Arnoldus son
a house and erf situated in this Tablevalley in Blok N:o 3
an erf situated in this Tablevalley in the Hoopstreet

In the firstmentioned house

In the entrance
two window curtains
a barrowmetter
a spy glas
an oval tea table
a sofa
twelve chairs with horse hair covers
six whole copper spittoons
In the hall
two window curtains
an eight days clock
a round dining table
a set of dining tables consisting in four
three painted tables
four arm chairs defect
twelve stinkwood chairs
a corner cupboard
In the room to the right
a bedstead with curtains and
one feather bed
one bolster
three pillows
one counterpane
one horse hair mattrass
a bedstead
a stretcher with a bed complete
two window curtains
a looking glass with guilded frame
a toilet
eight pictures
a gun rack
a duble barrel gun
one bureau
a chest with drawers
a wardrobe
two corner cupboards
a wash hand stand
two tables
a close stool
a bedet
a writing desk
a sick stool or easy chair
In the room to the left
two window curtains
In a back room
a bedstead with curtains and
one feather bed
one bolster
three pillows and
one counterpane
a window curtain
one looking glass
six chairs
In the front room
two window curtains
two looking glasses with guilded frames
a sofa with horse hair cover
eighteen mahogony chairs with horse hair [cover]
a sofa table
two card tables
one glass shade
one faunel with a set of five irons
a pair of bellows
three China fans
In the pantry
a large rack
two earthen jugs
seventeen cannisters
seventeen decanters
fourteen earthen pots
three tart pans
two sweatmeat kettles
one tart form
one cake pan
one China pickle tray
one spice box
one salt tub
two silver waiters
three silver soup laddles
six silver ragou spoons
seventeen silver table spoons
fourteen silver forks
sixteen silver teaspoons
two silver sweatmeat forks
two silver saltspoons
a silver cruet stand
two silver sugar urns
two silver salled forks
two silver butter knives
one silver marrow spoon
a silver chafing dish
a silver cooler
a silver tea spoon
a plated bread basket
a plated liquor stand
a plated tea caddy
a plated tea urn
a plated coffee urn
six plated decanter stands
a plated milk pot
a plated fish knive
a plated sugar pot
five plated toast racks
a plated egg stand
twelve plated candlesticks
four white copper candlesticks
a white copper tea urn
three brass chafing dishes
four smoothing irons
a pewture coffee urn
a pewture coffee pot
a pewture milkkan
a coffee mill
two pepper mills
two lanthorns
two tabacco box
a liquor case
a pestle and mortar
a tea caddy
a set of candle moulds
a plated snuffer stand
a steal snuffer stand
four gin cases
one china soup turreen
nine china dishes
twelve china plates
a china fish dish
forty china plates
six china waterplates
five china sweatmeat pots
two china sauce turreens
two china butter pots, sugar pots, coffee pots and milk pots
eight china round dishes
twelve dishmats
three Delft soup turreens
thirty six Delft flatt dishes
twenty two Delft pie dishes
two Delft salled bowls
sixty Delft plates
twelve Delft butter boats
two Delt butter pots
five Delft basons
twelve Delft jelly forms
two waiters
a pair of scales and weights
a water monky
sixty five tumblers
thirty six wine glasses
six glass sweatmeat pots
four glass sweatmeat pots (small)
four salt cellars
a tea set
thirty six knives with ivory handles
thrity six desert knives
In the kitchen
a waterhalf aulm with copper pot
a table
thirteen iron pots
two grid irons
two frying pans
five iron laddles
an iron fork
a scummer
two wavel irons
two cake irons (obliepan)
two frying pan
a chopping blok
a rasp or grater
an iron rack
two small stoves
a pestal and mortar
a chopper
two tea kettles
five chimney chains
two woodden mortars
Up stairs
a quantity of chaff
a quantity of salt
two baking trough
a stretcher
some window frames
a quantity of rubbish
In a room adjoining the house
a rack with a quantity of garden seeds
a bedstead
a tent bedstead
two sets of currical harnesses
a chest of drawers
a large chest
a chaff machine
a saddle and bridle
a bird cage
three curry combs
In the cellar
two leaguers of wine
an empty leaguer
a pipe of wine
three empty pipes
a cask of vinegar
an halfaulm sweet wine
a cask with a quantity of rosen
a cask with a quantity of tar
a cask with a quantity of cement
forty cans of gin
two wine buckets
a harvest cask
a quantity of empty cans and bottels
In the coach house
a currical
two stinkwood planks
two window frames with glass sashes
a front dore and frame
two window sashes (complete)
a quantity of planks
a quantity of lime
In the stable
three waggon horses
two sets of waggon harness
one bull
one heifer
Garden implements
eight spades
seven picks
two axes
three watering pots
two rakes
eight baskets
three levers
In the yard
one waggon
a plough
a cart
two clay tubs
two buckets
two thousand five hundred bricks
a quantity of timber
In the mill
three chests in sorts
a large vice
a jack
a small table
a small ladder
three pair of scales with weights
two muids of flour
a quantity of mill tools
a quantity of bamboes
muid sacks
a bolting machine
two taching stools
Slaves
a male slave named Geduld of Madagascar , labourer, aged 57 years
a male slave named David of Ceylon , labourer, aged 52 years
a male slave named April of Bougies , tailor, aged 50 years
a male slave named Fortuin of Mosambique , labourer, aged 37 years
a male slave named Onverwagt of Mosambique , labourer, aged 37 years
a male slave named September of Madagascar labourer, aged 42 years
a male slave named Esopus of the Coast of Guinea labourer, aged 32 years
a male slave named Spadille of Mosambique , labourer, aged 37 years
a male slave named Jupiter of Mosambique , labourer, aged 32 years
a male slave named Jacob of Mosambique labourer, aged 32 years of age
a male slave named Sephir of Mosambique , labourer, aged 35 years
a male slave named Africa of this Colony carpenter, 21 years of age
a male slave named Francois of Mauritius , labourer, 38 3/4 years of age
a male slave named Saint Pierre of this Colony , 18 years of age
a male slave named Soeboe of this Colony 12 years of age
a male slave named Achilles of this Colony 12 years of age
a male slave named Willem of this Colony aged 10 years
a female slave named Rachel of Bougies , housemaid, aged 37 years with her two children named Jakria born on the 19:t July 1818 and Rabia born on the 17:t August 1821
a female slave named Roosje n:o 1 of Batavia , house maid, aged 42 years with her child Ramia born on the 12 July 1817
a female slave named Roosje n:o 2 of Mosambique , house maid, 32 years of age
a female slave named Dina of this Colony aged 21 years, with her two children named Doortje born 23:n October 1821 and Roosje born 10:t December 1823
a female slave named Manissa of this Colony 20 years of age, vallende ziekte
a female slave named Rasia aged 16 years of this Colony with her child named Jamia born 17 January 1825
a female slave named Saria aged 14 years of this Colony
a female slave named Saartje of this Colony aged 8 1/2 years
a female slave named Salima of this Colony aged 8 1/2 years
Claims in favour of the estate
a share in the Free Masons Lodge de Goede Hoop
Claims against the estate
  Rd:s
to the Orphan Chamber according to two mortgage bonds dated 21 May 1819 and 7 December 1820 amounting in capital to ƒ9000 3000
with the interest from 1 January last
to Clement Matthiessen on a private bond dated 1 December 1808 amounting in capital to ƒ6000 - betaald 2000
with the interest from 1 December 1824
to Jan Serrurier on a mortgage bond dated 17 September 1787 still amounting in capital to ƒ6000 2000
with the interest from 17:th September 1824

Thus inventoried at the Cape of Good Hope on the eleventh day of the month of June in the year of our Lord one thousand eight hunderd and twenty five according to a statement made by the aforesaid children, who declared to have acted herein bonafide and that to the best of their knowledge they has not withheld or secreted any thing that belonged to the aforesaid estate and the said appearers further declared that they are and will at all times be ready and willing to confirm their statement by solemn oath if required, promising at the same time that if after the date of these presents any property might be discovered shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify this inventory with the property so discovered.

In witness whereof we the Commissioners together with the appearers and the Secretary have subscribed to these presents

As Commmissioners: G:E: Overbeek, J:A: Munnik

A: v: Breda A:z, J: Hurlingh, K: v: Breda, J: Hofmeijer S:z, A:J: van Breda, M: v: Breda

In my presence: J:J:L: Smuts

MOOC8/40.37

{18251020} 20 October 1825 Bernard Crosier

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten als er door wylen Bernard Crosier by deszelfs overlyden op den 17 January 1825 in het Winterveld zyn nagelaten en op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

twee hoeden
twee borzels
een zak
drie doeken
wat garen
twee boeken
een paar schoenen
drie hembden
twee bovenbaatjes
een onder[baatjes]
twee broeken
een jas
een scheermes en doosje
een paar kouzen
een slaapmuts
een tondeldoos
een pyp
een borstspeld
een silver hand knoopje
een kist met wat rommelary
een plat vaatje
een knapzak met wat tobac
een geweer, bandlier en kruithoorn
een zadel en toom
Beestiaal
een rydpaard
twee honderd drie en negentig schapen en bokken
Baten des boedels
nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan de weduwe Albertus Viljoen over koop van laken 9:--
aan den vendumeester Th: Muller bl: vendubrief 11:--
aan Roelof Petrus van der Merwe over maken van een dood kist 31:--
aan Jan Viljoen bl: reekening 65:4
Erfgenamen des boedels
onbekend

Aldus gedaan en geinventariseerd ten dorpe Graaff Reinet op den 20 October 1825 volgens op en aangeeven van Jan Viljoen, dewelke betuigden zig in het op en aangeeven des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weten verswegen of agtergehouden te hebben, met alverder belofte om zo hy iets nader tot den boedel behorende mogte komen te ontdekken deeze inventaris daarmede te zullen amplieeren, ende is zulks geschied door my onderget: Agent der Weeskamer ter presentie van F:J: Meintjes zoon en J:J: Schindehutte als getuigen

Voor d’ opgaave: Jan Viljoen

Als getuigen: F:J: Meintjes, J:J: Schindehutte

J:S: Meintjes

MOOC8/40.38

{18230911} 11 September 1823 Martha Cornelia van der

Staat en inventaris van alle zodanige goederen, effecten, slaven, etc:a als bevonden zyn to behoren tot den boedel van mevrouw Martha Cornelia van der Riet weduwe van wijlen den weledele achtb: heer Willem Stephanus van Ryneveld, zynde dezelve in geschrifte gebragt ten overstaan van ons ondergetekende expresse gecommitteerde Weesmeesteren ende zulks ten verzoeke van de aan deeze hoofdplaatze aanwezig zijnde kinderen van opgem: mevrouw Van Ryneveld en wel op bekomene qualificatie van den Ed: Achtb: Raade van Justitie deezes gouvernements van den 14 Augustus j:l:, zo als dezelve overeenkomstig het daarop gevolg beluit van het Eerw: Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie op den 27:e daaraanvolgende genomen door ons is geeffectueerd, bestaande alle de goederen en effecten tot den voorsch: boedel behorende in het volgende, te weeten

Een huis, twee pakhuyzen en een stal met derzelver erven staande ende gelegen in deze Tafelvally op de hoek van de Boomstraat en Buitenkant en aldaar een gedeelte van het gedeelde N:o 2 blykens transport daarvan op den 29 April 1814 aan mevrouw de wed:e Van Ryneveld gedaan
drie huurhuijzen met derzelver erven staande ende gelegen in deze Tafelvally in de Koffysteeg in de Boomstraat zynde gedeeltens van N:o 5 blykens evergem: transport
een erf gelegen in deze Tafelvally aan de Buitenkant tegen de afkomende sloot als meede blykens het voormelde transport

In het eerstgemelde huys en aldaar

In het voorhuijs
een kloklantaarn
een schuif gordyn
een ruste bank
twee kapstokken met kopere knoppen
In de voor kamer ter regterhand
een spiegel met vergulde lyst
twee diemitse gordijnen
twee rustebanken
twaalf leuningstoelen met vaste roode trype zittings
een mahony houte tafel
een yzere vuurhaard en toebehooren
twee stooven
In de kamer ter linkerhand
twee chitse vengster gordynen
twee rustebanken
twaalf stoelen en twee leuningstoelen met vaste paarde haire zittingen
twee speeltafels
een ronde klaptafel met een groene kleed
een klijne voet alketyf
In de gaanderij
twee kloklantaarns
zes glaaze armen /waarvan een aanstuk/
een spiegel met vergulde lijst
twee chitse vengster gordijnen
vyf vierkante stinkhoute tafels
twaalf stoelen met matte zittingen
een bufet met zilvere beslag
In de gaandery kamer
twee chitse vengster gordynen
twee spiegels met vergulde lijsten
een glaaze kroon
een rustbank
twaalf stoelen met vaste paarde haire zittingen
een klyne klaptafel
een vloertapijt /versleeten/
een schryf kistje
In de agterkamer
een vengster gordyn
een spiegel met vergulde lijst
twaalf stoelen
een kabinet met koper beslag
Op de boven voor zolder
twee vengster gordynen /versleeten/
een pendule
een barrometer
een schilderij
twee glaze armen
een rustbank
een kabinet met wit koper beslag
zes armstoelen waarvan 2 in ’t bezit van de huisvrouw van d:r Napper
een tafelkastje
een klaptafel
een kleine vierkante tafel
een alketyf
een klyne ladder
In de bovenkamer n:o 1
een witte schuif gordyn /versleeten/
een spiegel met nootebome lijst
een schilderij met vergulde lijst
een klyne tafel
vier stoelen
een ledikant met wit behangsel
In de bovenkamer n:o 2
twee chitse vengster gordynen
een spiegel met vergulde lyst
een kabinet met koper beslag
een lade tafel met zilver beslag - behoord aan W:H: v: Ryneveld
een bureau met koper beslag
een secretaire
een bedde tafeltje
een stelletje
een kistje met koper beslag
een kistje met koper beslag
vier klyne koffertjes
een ronde tafeltje /defect/
een klyne tafeltje
negen stoelen in zoort
een ledikant met chitse behangsel
een plettit theepot en een plettit koffypot
een plettit melkkan, trekpot en zuykerpot
zes groote plettit kandelaars waarvan 4 in ’t bezit van den heer D:J: v: Ryneveld
acht kleine plettit kandelaars
twee plettit broodmantjes
twee plettit tafelstanders
een plettit liquer stander met 4 vlessen
een plettit oly en azyn stander
een plettit menage
vier plettit kandelaars
een party porcelain glas en plettit werk en ander kleinigheden in zoort
In de bovenkamer n:o 3
twee witte vengster gordijnen
een spiegel met nooteboome lijst
een schilderij met vergulde lijst
een ziekenstoel in ’t bezit van den heer W: Ryneveld
vier stoelen
een ledikant met witte behangzel
een ledikant met witte behangzel
In de bovenkamer n:o 4
twee groene dammaste gordijnen
een spiegel met vergulde lijst
twee boekenkasten
twee stinkhoute ladetafels met zilver beslag
een klyne tafeltje
zes stinkhoute stoelen met groene dammaste kussings
twee wit kopere quispeldooren
een klyne vloertapyt in het bezit van de huisvrouw van d:r Napper
In een muurkastje
een party porcelain en glas werk
twee houte doosjes waarin
vier en twintig zilvere leepels
vier en twintig zilvere vorken en
vier en twintig messen met zilvere heften
zeven en zeventig zilvere eetlepels
zeven en veertig zilvere vorken
vier en vyftig zilvere dissert leepels
negen en vyftig zilvere dissert vorken
agt en dertig zilvere theelepeltjes
vier zilvere soepleepels
een zilvere oly en azijn stander met 8 vlessen
agt zilvere saus potjes
een zilvere vuurtestje
een zilvere tobaksdoos
twee zilvere snuyters met bakjes
thien zilvere schenkborden in zoort
twee zilvere lampschotels
een zilvere kaas pan
een zilvere trekpot met een schoteltje
drie zilvere melkkannen
twee zilvere zuikerbussen
een zilvere trekpot defect
twee zilvere koelbakjes
twee zilvere zuikerpotjes
twee zilvere mosterd potjes in ’t bezit van de huisvrouw van d:r Napper
zes zilvere zoutvaatjes
zes zilvere saus lepels
drie zilvere vischschoppen
vier zilvere armkandelaars
twe zilvere kandelaars
zes zilvere saus schoppen
een groot blaauw en witte tafelserviesen compleet
In de kombuis
een assortment kook, kombuijs en vuur gereedschappen
In de dispens
eenig porcelain en aardewerk ledige bottels en vlessen
In een pakhuijs
twee leggers
In de stal
twee koets paarden
In het wagenhuijs
een koets met een stel tuigen
een bolderwagen met 8 paarden /by den heer D:l Joh:s van Ryneveld
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf gen:d Hercules van Bengalen oud 46 1/2 jaaren, zynde een kok
een mansslaaf gen:d Mentor van de Kaap oud 44 1/2 jaren
een mansslaaf gen:d Frans van Mosambiek oud 63 1/2 jaren
een mansslaaf gen:d Pedro van Mosambiek oud 31 1/2 jaren
een mansslaaf gen:d Floris van de Kaap 40 1/2 jaren, zynde een timmerman
een mansslaaf gen:d Isaak van de Kaap oud 37 jaren
een mansslaaf gen:d Jephta van de Kaap oud 44 1/2 jaren, zynde een koetzier
een mansslaaf gen:d Sabar van de Kaap oud 13 1/2 jaaren
een mansslaaf gen:d Soekoer van de Kaap oud 13 1/2 jaaren
een mansslaaf gen:d Samuel van de Kaap oud 11 1/2 jaaren
een mansslaaf gen:d Thommie van de Kaap oud 11 1/2 jaaren
een mansslaaf gen:d George van de Kaap oud 9 1/2 jaaren
een mansslaaf gen:d Calodien van de Kaap oud 12 1/2 jaaren
een mansslaaf gen:d Marthinus van de Kaap oud 12 1/2 jaaren
een mansslaaf gen:d Adriaan van de Kaap oud 10 1/2 jaaren
een mansslaaf gen:d David van de Kaap geboren den 12 November 1817
een mansslaaf gen:d Charles van de Kaap oud 19 1/2 jaren, volgens testament besproken om in vrydom te worden gesteld
een slavin gen:d Philida van de Kaap oud 57 1/2 jaaren
een slavin gen:d Philida van de Kaap oud 37 1/2 jaaren
een slavin gen:d Agatha van Batavia oud 58 1/2 jaaren
een slavin gen:d Sitie van de Kaap oud 11 1/2 jaaren
een slavin gen:d Roosje d’ oude van de Kaap oud 55 1/2 jaaren
een slavin gen:d Roosje de jonge van de Kaap oud 32 1/2 jaaren
een slavin gen:d Selvia van Mallabaar oud 52 1/2 jaaren
een slavin gen:d Diana van Batavia oud 51 1/2 jaaren
een slavin gen:d Catharijn oud 38 1/2 jaaren
een slavin gen:d Claartje van de Kaap oud 20 1/2 jaaren
een slavin gen:d Rachel van de Kaap oud 20 1/2 jaaren
een slavin gen:d Rosina van Batavia oud 63 1/2 jaaren
een slavin gen:d Johanna van de Kaap geboren den 1:e April 1820
een slavin gen:d Aletta van de Kaap geboren den 11 Juny 1823
een slavin gen:d Eleonora thans Norie van de Kaap oud 18 1/2 jaaren, ingevolge testamente beschikt om in vrydom te worden gesteld
een slavin gen:d Doortje van de Kaap , almede in vrydom te moeten worden gesteld
een slavin gen:d Jaïra van de Kaap oud 22 1/2 jaaren, volgens testament besproken aan Helperus Ritzema van Rijneveld
een slavin gen:d Agatha van de Kaap oud 24 1/2 jaaren met haare drie kinderen, in naame Present geboren den 12 Dec:br 1816 Christiaan geboren den 7 Oct:br 1818 en Emelia geboren den 20 Jan:ry 1821 welke almeede ingevolge testamente is besproken aan de huisvrouw van Jac:s Joh:s Gysb:s van Reede van Oudtshoorn
Baaten des boedels
    ƒ
overg: by m:r Brink te ontvangen met devident July 1820 een 24:e aandeel in de Afrikaansche Schouwburgh groot 3750:--
  het devident betaald tot July 1820
overg: by m:r Brink te ontvangen met devident July 1820 een schepenkennis ten lasten Sir John Truter groot 12000:--
  met de renten zedert 1:e Feb:ry 1823
overg: by m:r Brink te ontvangen met devident July 1820 een onderh: obligatie ten lasten gem: Sir John Truter in dato 4:e dezer gepasseerd met de renten van dien datum groot 7950:--
  een onderh: obligatie ten lasten Zacharias Blomerus groot 2100:--
  renten zedert 13 July 1814. NB: deze schuld is op de boedelkamer opgegeven dog hierover kan men den borg H:E: Blanckenbergh aanspreken
overg: een onderh: oblig: ten lasten Hendrik van de Graaff groot 1800:--
  met de renten zedert den 25 April 1814
overg: een onderh: oblig: ten lasten R:J: van der Riet groot 7000:--
  met de renten zedert 1 October 1815
renten betaald tot 2 Novb:r 1823 op de 14 Juny 1823 van ’t capitaal afgeleg ƒ16000 een schepenkennis ten lasten de heer D:G: Anosy groot per rest 126000:--
  met de renten zints 2 November 1822. NB: deze schepenkennis is in de Disconto Bank verbonden voor rd:s9500
  een onderh: oblig: ten lasten Jan Carel Horak den 27 Augustus 1823 gepasseerd met de renten van dien datum waarvoor een not: obligatie staat te worden gepasseerd groot 3795:--
  een onderh: oblig: ten lasten H:R: van Ryneveld groot aan capitaal 1200:--
  met de renten zedert den 4:e deezer
  zo veel den captain by the Royal Artillerie Charles George Napier per saldo van rekening debet is 3778:36
Dubieus
  Rd:s
van den Baron van Leijnde zijnde, zo veel opgem: heere Van Ryneveld als borg voor twee wissels, ingevolge vonnis voor den Ed: Achtb: Raade Justitie de dato 21 Julij 1818 ter eerster instantie en op den 5 Junij 1819 by het Hoog Edel Achtb: Hof van Appel geconformeerd voor zyn Hoog Edele heeft betaald en mits dien van zyn Edele heeft te vorderen bedragende met de renten en kosten te zamen 5409:24
Lasten des boedels
  Rd:s
aan de Weeskamer dezer Colonie op twee Weesmeesteren kennisse de datis 29 April 1814 en 10 July 1818 te zamen groot aan capitaal 11000:--
met de renten zedert primo Jan:ry 1823
aan de Disconto Bank op een promesse betaalbaar op den 9 Novb:r eerstk: 5000:--
aan de Disconto Bank op een promesse betaalbaar op den 14 November eerstk: 4500:--
aan de Bank van Leening op eene bankkennis de dato 29 April 1814 per rest van capitaal 1200:--
met de renten zedert primo Jan:ry 1823
aan de gemagtigdens van den eerw: heer Joh:s Jac:s van Sittert op een gecedeerde ond: oblig: de dato 28 April 1814 aan capitaal - de renten betaald tot ult: July 1823 en in mindering van het capitaal betaald rd:s2000 met de rent tot heden 24 Decb:r 1823 13000
met de renten zedert primo Aug:s 1822
aan Maria van Ryneveld gehuuwd met den capitain Charles George Napier zo veel haar voor vaderlyke erffenisse competeerd 8784:40

Wordende hier voorts pro memorie bekend gesteld dat er tusschen wylen den weled: heer Van Ryneveld en eenige der uitlandige erfgenamen van wylen den heere Benjamin Seydler wiens boedel gedeeltelyk door den heere overledene is geadministreerd openstaande rekeningen existeeren, waaruit by vereffening batige saldos ten lasten der gemelde uitlandige erfgenamen zullen resulteeren, en welke lastpost des gemeenschappelyken boedels overzulks provisioneel alhier word genoteerd.

Aldus gedaan en geinventariseerd aan de Kaap de Goede Hoop op den 11:e September 1823 ende zulks op het op en aangeeven van Helperus Ritsema van Ryneveld als mede voor zo veele de baten en lasten dies boedels aangaan op aangifte van den heer Paul Abraham Poupart, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en met hunnes weeten niets verzweegen ofte terug gehouden te hebben van al het geen tot den boedel behoord, invoegen hunlieden ook betuigde de deugdelyk der opgaave ten alle tyden des vereischt werdende, met solemneele eede nader te bevestigen en verdere belofte zo hierna iets gezegde boedel behorende mogte worden ontdekt daarvan nader en getrouwelyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde deze inventaris daarmeede te amplieeren.

In teeken der waarheid is deze ter presentie van ons gecommitteerde Weesmeesteren ende my Secretaris der Weeskamer door de inventarient en opgem: heer Poupart eigenhandig ondertekend.

Als gecomm: Weesmeesteren: G:E: Overbeek

P:A: Poupart gez:, H: v: Ryneveld

My praesent: J:J:L: Smuts

MOOC8/40.39

{18250411} 11 April 1825 Flora

Inventaris van al het geen door de Hottentottin met name Flora op den 28 Maart 1825 met er dood ontruimd en nagelaten is geworden, zynde gem: Hottentottin overleden ter plaatse van Jacobus Johannes Burger gen: Willems Vallei gelegen over de 24 Rivieren zonder ouders, broeders of zusters te hebben nagelaten.

elf aanfok beesten

Aldus dezen inventaris geformeerd op den 11 April 1825 ter plaatse van Jacobus Joh:s Burger en zulks op aangaaf van gez: Burger, dewelke onder presentatie van eede verklaarde, willens if wetens niets verzwegen of achtergehouden te hebben.

Als getuigen: And:s Burger, G:F: Vercueil

Voor de aangaaf: Jac: Joh:s Burger

My present: de veldcornet B:J: Burger N:zoon

Heden den 1 Juny 1825 verklaarde Jacobus Joh:s Burger Andz:n dat een van het vorenstaand getal beesten, sedert de inventarisatie is komen te verrekken.

J:G: Blanckenberg

MOOC8/40.40

{18240615} 15 Juneij 1824 Johanna Pienaar

Den 22 Sep: 1824

Invantaris van alle soodanege goederen, als er op den 15 Juneij 1824 ab intestato met er dood zijn ontruijmd en naar gelaten door den huijsvrouw Johanna Pienaar in den ouderdom van 58 jaar ten voorstaan van desselfs naar gelaatene eggenoot Jacobus Maatjam Barnad en de daar bij in echt verwekte kend, te weten

Johanna Isabella Uwes
Vaste goederen
Een en een half plaats Hemel Rood en Duijnsegt
Slaaffen en slaven met namen
Harmanes
Pieter
Daman
Lowie
Aron
Moses
Welkom
Vestes
Zariena
Lawiesa
Zalvieja
Regiena
Losse goederen
twee osse wagens, een paarde wagen
dertien half legger
vier reijs balies
twee trap balies
twee amps vaten
een bier peijp
twee halfamen
een anker
een kompleete brandeweijs ketel
zes kannen
een ambeeld en een spieraak
twee voor hamers
nege klijne hamers
veyf tange
een blaas balk
een sneij eyser, een zoldeer bouijd
een trek saag
een schroef, een sleijp steen
een houijt beijl
een hoek kast, een biero
zeve tafels, een rusbank
twee stoove, tien stoelen
twee lede kanten, een katel
een wage kes, een drenk pot
een streijk eijser
een kelder met tien vlesse
een kelder met drie glase vlesjes
tien kelkies
een lampet met zeijn kom
een melk kan
drie kandelaars
twee trek potten
een trommeltje
twee kommetjes
een suijker potje
twee grote pierens
twee schotels met deksels
elf aparte schotels
een en twentig borden
twentig koppies met pierens
een bote potje
25 vorken
dertien messen
twee tenne schotels
zeve lepels
vier grafe
zes sekels
14 jukke met zeijn toe behoreng
twee moelen stenen
veijf planken van twenteg voet lank
een stok met een sweep
veyf potten, een kastrol, een taard pan
een roser, een vuur tesje
een vlees vork
een brood mes
twalf sakken
twee stave eijser
4 emmers
vier boter vaatjes
drie ketels
een schepel
tien trek en reij paarden
veijf aanvok paarden
twe en veertig trek ossen
zeven en dertig aanvok beeste
drie hondert en negentien schapen
een weijneg kwanteteijd van drank
Schulden des boedels
aan de juffrou Maria Magdelena Claasen wedewe Uwes vier hondert en veijftig reijsdaalders

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatse genaamd de Hemel Root gelegen aan Gourits Rivier op den 15 Juneij 1824 ende sulks op het op en aangeeven van gemelde wewenaar Jac: Matjam Barnard, dewelke betuijgde zeg daarinne ter goeder trouwe in haar weetens niets versweegen te hebben van het geene tot den boedel en nalatenschap behoort onder presentatie van dese haare gedaan op gaaf ten allen tijden des gereguireetd werdende, met beloften dat so wanner in den teijd iets dien aangaande nader mogte koomen te ontdekken daar van Heeren Weesmeesteren dan wel aan den Landdros van het disstrik als hun Eerwaarde Agend opgave te zullen doen, ten eijnden in sulks een geval dese invintaris daar mede naar behoren te worden geamplieerd

In teken der waarheijd is dese in tegen wordegheijd van meijn Veld Cornet en de mede getuijgen door de invantarin te eijgen handeg onder tekend

/Get:/

Als getuigen: Ja: Ma: Barnardt, Da: Pienaar, D: Claassen

In tegenwoordeg van myn: P:J: Claasen V:C:

Ampliatie van den inventaris des boedels van wylen Johanna Pienaar en naargelatene man Jacobus Matjam Barnard op den 10 August 1824 aan den ondergetekende Agent van het Eerw: Coll: van Heeren Weesmeesteren

  Rd:s
aan boedel is nog schuldig de helfte eener somma van rd:s900 welke gelde door wylen Gerrit Uwes by de wed:w wyle Dirk Uwes geb: Maria Magdalena Claassen heeft opgenomen, blykens notarieele obligatie en eerst gem: weduwe by de verdeling heeft aangenomen om hier van de helfte te zullen afdoen en dus eene somma van 450:--
aan den den vendumeester W:C: Kuys blykens vendubrief 102:2
van den vendumeester W:C: Kuys voor een vendubrief nog behoorende tot de voormalige boedel van wylen Gerrit Uwes 235:4
en beide door J:M: Barnard op den 12 Decemb: 1824 met den vendumeester verrekend
aan J:F: Zeyler Kaapstad blykens Bota - paid 83:4

Aldus opgegeven ter plaatze Hemelrood gelegen aan de Gourits Rivier nu en anno ut supra

J:W: v: d: Riet, Landd:t

MOOC8/40.41

{18250125} 25 January 1825 Jacobus de Weege

Copy

Inventaris van de nalatenschap van wylen Jacobus de Weege zo als dezelve aan my ondergetekende is opgegeven op den 25 January 1825 in presentie van de ondergetekendens als getuygen

464 schaapen
  Rd:s
en aan contanten 606:2
gaat af aan schulden 16:--
Resteerd Rd:s590:2

/get/ Schalk W:m v:d: Merwe

Als getuigen: /get/ Jan A:m Nel, Nicolaas Vlok d’ oude

MOOC8/40.42

{18260121} 21 January 1826 Stephanus Sebastiaan Walters

Inventory of all such property as has been relinquished by the death abintestato of Stephanus Sebastiaan Walters senior on the 25:th day of the month of November in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five for the benefit of his children begotten in wedlock with his late wife Martha Laubscher, viz:

1) Sophia Hendrica married to Albertus Joh:s Jourdaan
2) the children of Sibella Maria married to Hendrik Albertus Basson deceased a) Stephanus Sebastiaan born on the [ ..... ]
b) Maria Johanna born on the [ ..... ]
c) Sibella Maria Basson born on the [ ..... ]
3) Stephanus Sebastiaan aged [ ..... ]
4) Margaretha Johanna married to Marth:s Gerh:s Maré
5) Catharina Eliz:h married to Abraham Hend:k Prins
6) Martha Eliz:h married to Jurrian Marth:s Prins
7) the children of the late Johanna Maria married to Johan Hend:k Janssen a) Johanna Maria born on the [ ..... ]
b) Martha Sebilla born on the [ ..... ]
c) Johan Hendrik born on the [ ..... ]
d) Sophia Elizabeth Janssen born on the [ ..... ]
8) Helena Maria married to Nicolaas Smuts Nicol:s s
9) Elizabeth Maria Walters born 10 January 1802

The aforesaid property having been taken under the administration of the Board of Orphan Masters of this Colony on behalf of the aforesaid heirs and been inventoried by the undersigned special Commissioners of the Board aforesaid was found to consist in the following, viz:

A place named het Slot gelegen aan de Paarde Berg Stellenbosch district
five tables in sort
a wardrobe
two cupboards
a small [cupboards]
a couch
eighteen chairs
a writing desk
three bed steads
four strechers
four featherbeds
one pillow
thirteen chusions
three plate racks
a bed cover
a blanket
two racks
a waiter
a coffy pot
a water kettle
three candle sticks
a crued stand
two large floor chests
a small floor [chests]
three dozen plates
six dishes
two dozen table knives
two dozen forks
one dozen spoons
four small judgs
six cups and saucers
a pastel and mortar
a bed screen
a looking glass
four iron pots
two earthen pots
a ladle
a fork
two buckets
a cake pan
a tart pan
a chopper
a p:r of scales and beam
a zlate
a shaving bason
a corn harp
a measure
three corn shovels
a yellow wood plank
two tubs
one half aum
a hand mill
five plough shares
six pick axes
three spades
a beak iron
a leaver
two saws
two gimblet
two chissel
one adze
twenty four korn sacks
twelve seakles
one saddle
two sets of harness /:for horses:/
nine yokes and two trektow
ten reams and 12 strops
one ligter
one lanthorn
three cans
two tar pots
a grind stone
two hides
a basket
a field crib
a funnel
a churn
some old iron and rubbish
five silver table spoons
three silver confit forks
a tin cannister
one gun
a sword and snake stone
fourty one muids of barley
two muids of rye
two horse waggons
one horse [waggons] /defective/
one bulock [waggons]
two ploughs
two harrows
Cattle
twelve waggon horses
eight breeding horses
ten oxen
four cows
Slaves
a male slave nam:d Filander of the Cape 60 years of age, coach man
a male slave nam:d April of Bengal 61 years, herdsman
a female slave named Lea of Mosambique 50 years of age, sheepherdress
the aforesaid three slaves will be at liberty to chose by whom of the above mentioned heirs of the deceased they should wish to live, according to the deceasion of the Board of the 11:th instant
a male slave n:d Africa of the Cape 35 years of age, coachman, which slave is to be transferred to Stephanus Sebastiaan Walters for the amount of R:150 according to an agreement made on the 22:d Sep:r 1803 between the deceased and said S:s Seb:n Walters and approved of by the Board of Orphan Masters on the 11:th instant
a male slave n:d Filander of the Cape 23 years of age, labourer
a male slave n:d July of the Cape 15 years of age
a female slave n:d 2 Lea of the Cape 18 years with her child named January born on the 20 January 1825
a female slave n:d Rosina of the Cape 18 years of age
a female slave n:d Flora of the Cape 14 years of age
a female slave n:d Kandasa of the Cape 9 years of age
Claims in favour of the estate
    £
paid from Stephanus Sebastiaan Walters according to a note of hand dated 15 Aug:t 1825 R:622 or 46:13

Thus inventoried at the place aforesaid on the 21 of January 1826 according to a statement made by the aforesaid heirs who declared to have acted herein bonafide and that to the best of their knowledge they have not withheld or secreted any thing that belonged to the aforesaid estate, and the said appearers further declared that they are and will at all times be ready and willing to confirm their statement by solem oath if required, promising at the same time that if after the date of these presents any property of this estate might be discovered, shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify this inventory with the property so discovered

In witness whereof we the Commissioners together with the appearers and me the Secretary have subscribed to these presents

As commissioners: G:E: Overbeek, J:A: Munnik

A:s J:s Jordaan, S:S: Walters, V:G: Maree, A:H: Prins, Jurianus M:s Prins, J:H: Jantsen, Nicolaas Smuts

In my presence: J:J:L: Smuts

MOOC8/40.43

{YYYY} [ ..... ] Jurriaan Marthinus Prins

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als ’er op Zondag den 9:e deeser ab intestato met er dood zijn ontruijmd ende nagelaten door den bode der Weeskamer Jurriaan Marthinus Prins ten voordeele zijner nagelatene wed:we Agatha Kraaywinkel ter eenre, mitsg:s hunne bij den anderen in echt verwekte ses minderjarige kinderen, met name

1) Catharina Josina oud 20 ter andere zijde
2) Jan David oud 18
3) Jurriaan Marth:s oud 16
4) Abraham Hend:k oud 14
5) Fransciscus Xaverus oud 12 en
6) Lodewijk Joh:s Prins oud 8 jaren

Zodanig als het een en ander door ons onderget:de gecommitteerde Weesmeesteren zijn opgenomen en in geschrifte gebragt, bestaande het een en ander in de ondervolgende, namentlijk

Een stukje lands geleegen in dese Tavel Valleij en aldaar een gedeelte der gedeelte kraal van de manh: Hendrik Zin groot in zijnen grond 25 quaddraat roeden en [ ..... ] quaddraat voeten

In ’t huurhuijs van d’ edele Hendrik Vos d’ oude en aldaar

In ’t voorhuijs
zeven schilderijtjes in zoort
In de kamer ter rechterhand
agt schilderijen in zoort
twee spiegeltjes met vergulde lijsten
een rood ophaal gordijn
een verrekijker
een stinkhoute cabinet met laden waar in de kleederen van de overleedene en desselfs wed:we
een termometer
een tavelkasje waar in
wat ijzerwerk
een ijzere geldkist
vijf stoelen in zoort
een vierkant taveltje
drie schietgeweeren
een donderbus
een lap beddetijk
In de kamer ter linkerhand
een rood ophaal gordijn
een spiegeltje
zeven schilderijn in zoort
een ledikant met rood behangzel waarop
een bed, een peuluw, vier kussens en 1 combaars
een bulzak
een cabinet met poten
een lessenaar
een taveltje
vijff stoelen in zoort
drie stoven
eenig porc: aarde en glaswerk
een theemazine /:kopere:/
In de gaanderij
een roode ophaalgordijn
een etens kast
een opslag tavel
een voer kist
een kist met een parthij ledige bouteilles en flessen
twee vierkante tavels
zakken in zoort
ses stoelen in zoort
een pijpe rak
een rustbank
In de agterkamer
een ledikant waar op
vier bulzakken en ses kussens
drie kopere quispeldooren
een wieg
twee vleesch vaten
een oude boeke rak
een geweer rak
een zet net
een sluijt mandje
een kast waar
een parthij ledige bouteilles
twee kopere strijkijzers
een kleijn botervaatje
een rijst blok voor
vier paarde tuijgen
een tent, voorts
een parthij romm:
In de combuijs
een tavel
drie kopere kandelaars
een waterhalfaam
twee water vaatjes
drie ijzere potten
een koekepan
drie schoorsteen kettings
een drie voet
een rooster
een ijzere lepel
een vork
een schuijmspan
twee kopere coffij kannen
een koffij molen
een kopere water ketel
een kopere taartepan
een kopere stoof pan
vier wit kopere kandelaars
een kopere comphoor
een thee balij
drie arm blakers
een porc: soup terrine /:defect:/
ses porc: schotels
twintig porc: borden in zoort
vier messen
agt tinne lepels
ses stale vorken, voorts
een parthij romm:
In de paardestal
twee oude tuijgen
een oude kast
een oude kadel
vier wagenpaarden
twee water balijs
een kar met zijn toebehoren
Op de plaats de Lapekuijls Fontein aan de Groeneklooff geleegen
een eetens kasje
twee stoelen
een tavel
twee ijzere potten
een rooster
een lepel
vier porc: borden
twee tinne schotels
een matras, twee kussens en een wolle combaars
Bij den burger Sebastiaan Heuning
  agt mudden koorn
verbruikt twee mudden garst
gedoende het openstaan des boedels een hoop kaff
Bij de manh: Jan de Waal an de 24 Rievieren
ses aanteel paarden door de overleedene om de helfte van de aanteel in maatschappij bezeeten met zijn zoon bovengem: Jan David Prins
Zilverwerk
een soup lepel
twee soup [lepel] kleijne
een suyker trommel
eenige oude gepsen
Lijffeigenen
een slave jonge gen:t Adam van de Caab met desselfs zoon Affrica van de Caab laatstgem: behept met de valende ziekte
een slave jonge gen:t Nimrot van Mosambicque
een slave jonge gen:t David van Mosambicque
een slave jonge gen:t Pedro van Malabaar
Crediten
  Rd:s
aan contanten in den boedel gevonden eene somma van negen honderd negen en vijfftig rd:s en negen en dertig stv:s aan differente specien 959:36

MOOC8/40.44

{18250824} 24 August 1825 Catharina Brion

Inventory of all such property as has been relinquished by the death ab intestato of Catharina Brion on the twenty second day of the month of August in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five for the benefit of her unknown heirs. The aforesaid property having been taken under administration of the Board of Orphan Masters of this Colony on behalf of the said unknown heirs and been inventoried by the undersigned special Commissioners of the Board aforesaid, was found to consist in the following, viz:

one bedstead with curtains
a mattras
three blankets
one sheet
one bed cover
one trunk containing
thirty three petty coats
thirteen spencers
twenty one handkerchiefs
two p: of stockins
nine books
five shifts
ten pillow cases
one bed cover
two sheets
one chest
one small box containing
one finger ring
two ear [ring]
two chairs
two tables
two racks
fourteen pectures
one slate
one cupboard
four basuns
two dishes
a quantity of plates and dishes
two jugs
fufty seven bottels
a quantity of wine being 1 1/2 half aum
a quantity of brandy
a small chits
twelve glasses
two funnels
a quantity of knives, forks and iron spoons
seven pint measures
two pails
six tables
eight forms
one chair
seven gin cases
two silver theea spoons
a sigar box
  Rd:s
amount of cash found in the estate 12

Thus inventoried at the Cape of Good Hope at the house aforesaid in the 24 day of August 1825 according to a statement made by Willem Volkwyen, who declared to have acted therein bonafide and that to the best of his knowledge he has not witheld or withheld or secreted any thing that belongs to the aforesaid estate, and the same appearer further declared that he is and will at all times be ready and willing to confirm his statement by solem oath if required, promising at the same time that if after the date of these presents any property of this estate might be discovered shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify the inventory with the property so discovered.

In witness whereof I the undersigned Commissioner together with the appearer have subscribed to these presents

As commissioner: J:A: Munnik

W: Volkwuin

In my presence: A: v: Breda, Clerk

Ampliation

  Rd:s
from Stephanus Smith on a notarial bond executed on the 9:th of January 1823 before the notary public R: Beck amounting in capital 500
interest since 1:st January 1823
from Stephanus Smith on a private bond dated 1 April 1823 written at the bottom of the above notarial bond 100
interest since 1:st April 1823

MOOC8/40.45

{18240615} 15 Juny 1824 Maria Elizabeth Hertz

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op den elfden dag dezer lopende maand Juny in den jaare onzes Heeren een duyzend acht honderd vier en twintig metter dood zyn ontruymd ende nagelaten door Maria Elizabeth Hertz laatst weduwe van wylen Johannes Blesser, hebbende de overledene by testamentaire dispositie in dato 11 Juny deezes jaars voor den notaris public Willem Adriaan Wentzel en getuigen gepasseerd na vooraf eenige legaaten te hebben besprooken, tot haare eenige en universiele erfgenaamen benoemd en g’institueerd haare dochter Anna Catharina Luyten gehuwd geweest met Robert Philips in de eende helft, onder deeze conditie en voorwaarden dat zy alleen haar leven lang de bladeren daarvan zal genieten maar na haar overlyden, het kapitaal zelve onder haare kinderen zal moeten worden verdeeld, en

in de wederhelft der testatrius kleinzoon Benjamin Philipps en Johannes Philipps in gelyke deelen

En voorts tot executeuren van het zelve testament benoemd en verzogt het Eerwaarde Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie, ten gevolge waarvan de nalatenschap door ons ondergetekende Gecommitteerdens uit het evengemelde Collegie na gedaane ontzegeling is g’inventarisseerd en opgenomen, en bevonden te bestaan in het navolgende, te weten

Een huis en erf gelegen in deeze Tavel Valey aan de zogenaamde weg naar de wasch plaats benevens en daar annex gelegen stukje grond blykens transport van den 13 January 1815
drie huisjes en erffen alle staande en gelegen in deeze Tavel Vally annex den anderen zynde gedeeltens van L:a A: N:o 1, 2 en 6
drie husjes en erffen in deeze Tavel Valy in de S:t Jan Straat zynde een gedeelte van de tuyn Concordia N:o 2

In het eerstgem: huis en aldaar in het

Voorhuis en gaandery
een wit linnesche ophaal gordyn
een spiegel met vergulde lyst
een spiegel met note bo: lyst
een staande horologie
twee aanzit tavels
twee vierkante tavels
vier leuning stoelen
twaalf ordinair stoelen met losse mattrassen waarvan is in de kerk
een tapyt
drie stooven
In de kamer der regterhand
een chitze ophaal gordyn
een spiegel met vergulde lyst
een schildery verbeeldende het afbeeltzel van den overledenen
twee guerridons
een bureau
een sopha
twaalf stoelen met paarde hair zittingen
twee leuning stoelen met paarde hair zittingen
een vloer tapyt
vier quispeldooren in zoort
een stinkhoute kabinet met zilver beslag waarin
een dames werk doosje
zes gaare doosjes
een lap linnebaay
twee lappen wit linnen
een spry aan A:C: Luyten afgegeven
een lap elpine
een pakje gaaren
een militaire sjerp en troetels
een egte tjaal
een ring kresag
vier tavel laakens
twee tavel laakens
zes bedde laakens
een catoene deeken
veertien klyne sloopen
vier en veertig grootte sloopen
zes handdoeken
agthien servietten
een Bybel aan A:C: Luyten
drie gonjes hembden
een deegen met zilver gevest
een lap Vlaams linnen
een doosje met ouwels
twaalf zilvere leepels
vier zilvere leepels
twaalf zilvere vurken
twaalf messen en twaalf stale vurken
een urine glas
een foudraal met een mes met zilver heft
een etui met markers
een note rasp
twee schilderyen /defect/
drie pakjes roode lak
een goud schaal
mitsgaders de klederen van de overledenen welke aan haare dogter zyn besprooken als mede de klederen van haaren vooroverledenen echtgenoot welke aan de in den hoofde dezes gem: kleinkinderen zyn gelaten van welk een en ander separate lysten aan deze inventaris zal werden gevolgd
In de kamer ter linkerhand
een chitze ophaal gordyn
twee hoek kasten waarin
een pleted oly en azyn stander
een gelkopere koffy kan
zes ponden hair poeder
In een agter kamer
twee venster gordyntjes
zes schilderyen in zoort
twee arm stoelen
een ordinaire [stoelen]
een stelletje
twee tavels
een toilet spiegel
twee tinne ketels en 1 koper konfoor
een kast waarin
een p: goude kuit gespen
een zilvere hals gespe
een p: zilvere schoengespen
een bril met zilver gemonteer
een foudraal met scheermesse
een goude cachet
een party boeken
In de dispens
een aarde water kan
veertien schotels in zoorten
een visch [schotels]
een aarde lampet en kan
een soepterrine
een salade kan
twee en dertig borden in zoort
zestig groot bordjes in zoort
een confyt pot
een blikke trommel en
een ballas mand
In een muurkastje
een lantaarn
een schenkblad
een zilvere soeplepel
een zilvere vuurtest
een zilvere schenkblad
een zilvere oly en asyn stander
drie zilvere thelepeltjes
twee zilvere confyt forkjes
twee zilvere zout lepeltjes
een wit kopere quispeldoor
twee wit kopere kandelaren
twee pletid kandelare
een pletid snuyter bakje en stale snuyter
een pletid zuikerpotje
een trekpot
vyf confyt potjes in zoort
drie bottels fisch sauses
een blikke trommel
twee karaften
een party thegoed en glaswerk
In de keuken
een combuis tavel
een etens kast
een water halfaam
vier emmers
drie potten
een kasserol
een water keetel
een koffy keetel
twee taartepanne
een water beeker
een koekepan
drie yzere leepels
twe yzere vurken
een schuimspan
twee drievoeten
een rooster
een aschschop en vuurtang
vier schoorsteen kettings
een vyssel en stamper
een rystblok
een vloer blik
In het pakhuis
een chais met twee tuygen
een kar met twee tuygen
een buitel kist
twee ledikante met behangzels waarop
een mattras
een bed
een peuluw
vier kussens en
een combaars
een bedde tavel
een ronde tavel
een vierkante tavel
een yzere pot
een hakkebord
een baly
een schuif doos
een kap stok
twee kastjes met romm:
twee pikken 2 graven en 1 misch vurk
een koffy moolen
een gieter
een trap
twee vaaten
drie venster cozynen
een schop
een restant kaf
een restant hooy
Op de agterplaats
twee ladders
een kapstok
een stamper
een koevoet
een half aam
een baly
In de provisie kaamer
een vat azyn
drie kisten in zoort
twee kasten
een schaal en balans met 5 stukken gewigt
een provisie kast
twaalf vaaten in zoort met restanten van provisie
negentien potten in zoort
twee kannen
drie kopere keetels
een spritze spuyt
drie kasten in zoort met restant thee
een cajate plank
een boter vaatje
een blikke bus
vyf potten in zoort
elf koek vormen
een kool schaaf
een party bottels en flessen
twee zeeven
een blikke trommel
een restant brandewyn, genever en wynen
twee rakken
een cyffer ley
een party romm:
Op de zolder
een huis trap
een restant garst
een mud meel
drie zakken en wat romm:
In de stal
twee paarden
een voerkist
een baly
een zeef
Lyfeigenen des boedels
een mansslaaf g:d Jamil van de Kaap alle welke slaven en slavinnen de overleden by testamente heeft begeerd ten kosten harens nalatenschap in vrydom zullen moeten welke gesteld, voorts
een mansslaaf g:d August van Bengalen
een mansslaaf g:d Doltie van de Kaap
een slavinne g:d Sarah van de Kaap
een slavinne g:d Sabiena van Mosambicq met en benevens het kind ofte de kinderen welke gem: slaven van mogten komen te verwekken
een mansslaaf g:d Batjoe van Batavia 73 jaaren, metzelaar
een mansslaaf g:d Lafleur van Mosambicq 63 jaaren, werksjonge
een mansslaaf g:d Afrika van de Kaap 35 jaaren, koetsier
Inneschulden des boedels
    Rd:s
renten voldaan tot 28 Sept: 1824. Interest paid up 28 Sep:t 1825 een schepenen kennis ten lasten George Paton d:d: 28 Sep:r 1821 groot ƒ11600 ofte 3866:32
  met de renten zedert 28 Sept:r 1823
by den proc: Alders een notarieele obligatie ten lasten Andries Holtman d:d: 17 May j:l: groot ƒ6000 2000:--
given over to the advocate een notarieele obligatie ten lasten Jan Daniel de Villiers Pieterz: d’ oude d:d: 17 Aug:t 1822 groot ƒ1000 333:16
  renten zedert
betaald een notarieele obligatie ten lasten Meindert la Kock d:d: 13 Mey 1819 groot ƒ3000 1000:--
  renten zedert
paid in part payment on the 6 September 1825 rd:s1666:32 een notarieele obligatie ten lasten Hendrik Dreyer d:d: 24 July 1817 groot ƒ6000 2000:--
  renten zedert
  gem: Dreyer op een onderh: oblig: d:d: 31 Mey 1820 aan capitaal ƒ2000 666:32
  renten zedert
betaald een notarieele obligatie ten lasten Joh:s Rockkenbach d:d: 1 Maart 1815 g:t ƒ6000 2000:--
  renten zedert
paid as part of the capital rd:s100 the interest to be settled for here after 22 April 1825 een notarieele obligatie ten lasten Gert Jonas d:d: 12 M:t 1825 groot aan capitaal per rest ƒ600 200:--
  renten zedert 3 April 1822
capitaal en renten voldaan den 28:e Sept:r 1824 een notarieele obligatie ten lasten Jacob Coenraad in d:d: 2:de July 1822 g:t ƒ1000 333:16
  renten zedert 22 July 1823
aan K: v: Breda ter invordering opgedragen een notarieele obligatie ten lasten Adriaan Arends Thomas d:d: 20 Septemb: 1823 groot ƒ450 150:--
  renten zedert
uit de door de heer E:A: Buyskes ter Weeskamer geproduceerde quitantien is gebleken dat deese schuld afgelost en ten vollen voldaan is 25 September 1826. Watermeyer een notarieele obligatie ten lasten m:r Gerrit Buyskes d:d: 25 Maart 1820 groot ƒ5000 ofte 1666:32
  renten zedert
  de borgen voor dese schuld van ƒ1666:32 hebben aan de proc: Poupart verklaard ende wordende verder te hebben bepaald en zulks door overge: quitantie zoude bewyzen den 3 Nov: 1825
paid 1 January 1825. Heeft een contra pretentie groot rd:s200:36 een onderh: obligatie ten lasten J: Arnold groot 100:--
vold: 6 Octob: 1824 een onderh: obligatie ten lasten J: Dreyer d:d: 24 M:t j:l: groot 80:--
aan K: v: Breda ter invordering opgedragen een onderh: obligatie ten lasten Anna Maria Drago d:d: 8 Mey 1821 groot 100:--
  renten zedert geen datum
  een onderh: obligatie ten lasten wylen P: Lambert /dubieus/ d:d: 17 Aug:t 1814 ƒ1000 [ ..... ]
Contanten des boedels
 
een zilvere Spaansche mat
vyftien guldens
agthien quart guldens
drie ropynen
negen schellingen
vyf en zeventig dubbeltjes en ander stukjes differente munt
een goude stuk Spaans geld
een goude halve guinea en
aan papiere munt eene somma van vyf honderd agt en vyftig ryks: zegge rd:s 558
Lasten des boedels
    Rd:s
vold: 2 Sept:r 1824 aan Joh:s Joachem Lod:s Smuts blykens schepen kennis d:d: [ ..... ] groot aan capitaal ƒ12000 ofte 4000:--
  renten primo Octob: 1828
voldaan aan de Evangelische Lutersche gemeente ingevolge testamente ƒ1000 333:16

Aldus g’inventariseerd ten huyze voorn: aan de Kanpagone Houp op den 15 Juny 1824 ende zulx volgens op en aangeven van de en den hoofde de dezes gem: erfgenamen, dewelke verklaarde zig hierinne ter goeder trouwe gedragen en huns weetens niet verzweegen ofte terug gehouden te hebben na al het geen tot den boedel en nalatenschap behoord, invoegen zy dan ook betuigden de deugdelykheid hunner opgave ten allen tyde des vereischt werdende met solemneele eede gestand te doen, en verdere belofte zoo hierna nog iets tot gez: nalatenschap behorende mogten worden ontdekt daarvan nader en getrouwlyk ter Weeskamer opgaaf te zullen doen ten einde dezen inventaris daarmede te kunnen worden g’amplieerd.

In teeken der waarheid is deze door my onderget: en den Secretaris der Weeskamer door de inventarienten eigenhandig ondertekend

Als Gecommitteerde: G:E: Overbeek

Johanna Catharina Luijten, B: Phillips, J: Phillips

My praesent: J:J:L: Smuts

Ampliatie

  ƒ ƒ
aan Pieter Loedolf blykens schepk: de dato 1 August 1817 groot   14000
renten van 15 April 1824
van J:C: Wiehahn blykens not: obl: d:d: 22 April 1819 groot 3000
van J:C: Wiehahn blykens not: obl: d:d: 14 Febr: 1820 3000
van J:C: Wiehahn blykens not: obl: d:d: 25 Jan: 1822 2400
van J:C: Wiehahn blykens not: obl: d:d: 24 Jan: 1822 600 9000
de vier laatstgen: schuldbrieven ten kantoor van den sequestr: als adm: den insolvente boedel van gen: Wiehahn

MOOC8/40.46

{18250404} 4 April 1825 François Philippus du Toit , Maria Magdalena Swanepoel

H: Somerset

Staat en inventaris van al zoodanige goederen, slaven en effecten behoorende tot den gemeenschappelyken boedel van nu wylen François Philippus du Toit Franszoon en overgeblevene huisvrouw Maria Magdalena Swanepoel, als ’er door eerstgem: (:overleden ter plaatse alhier op den 30 January 1825, in den ouderdom van 33 jaren, 5 maanden en 25 dagen:) met er dood ontruimd en nagelaten zyn geworden en zulks ten voordeele van zyne opgem: weduwe en vyf by haar verwekte kinderen, met namen

1) Francois Philippus geboren den 8:den January 1816
2) Pieter Eduard geboren den 15:den Mei 1817
3) Martha Elizabeth geboren den 11:den Juny 1819
4) Willem Johannes geboren den 1:sten Juny 1821
5) Christoffel Jacobus geboren den 8:sten December 1823

Bestaande gez: nalatenschap in

Een gedeelte of de helft der in eeuwigdurend erfpacht geconverteerde plaats “ Goree
Lyfeigenen
Esau van de Kaap
Rosina van de Kaap
Mariana , kind van Rosina
Huisraad etc:a
1 kadel, 1 bed, 1 peluw, 4 kussens en 1 kombaars
1 kadel /defect/
1 groote klaptafel
1 stoof
1 theetafel
4 stoelen
3 kisten in soort
2 tafelkasten
2 emmers
5 yzeren potten
2 schietgeweeren
6 lepels
6 vorken
6 borden
4 schotels
1 soupkom
1 thee machine
2 ketels
2 groote kannen
8 bottels
1 keldertje met 12 fleschen
4 kopjes en schoteltjes
4 kommetjes
4 glazen
2 trommels
1 klein balie
1 watervat
Keldergereedschap, etc:a
1 legger
1 halflegger
1 aam
2 halfamen
2 kleine vaten
1 trapbalie
1 kuipbalie
2 balies /defect/
Wagens en bouwgereedschap, etc:a
1 ossenwagen met trektouw en jukken /incompleet/
1 onderstel van een wagen /onbeslagen/
1 paardewagen met tuigen
1 ander span tuigen
1 ladder
12 zakken /lederen/
2 dissels
3 bylen
3 boren
1 spanzaag
1 omslag met 11 boren
3 manden
1 schaaf
1 pik
3 graven
1 egge
1 ploeg /compleet/
1 nieuwe ploegschaar
1 hand hamer
1 zet hamer
1 karn /boter/
Graan
10 mudden koren
10 mudden rogge
40 mudden haver
1000 haver garven
Beestiaal
12 trek ossen
2 koeyen met kalvers
7 ryd- en trekpaarden
2 merries
80 schapen
206 bokken
5 varkens
Lasten des boedels
    Rd:s
  aan Joh:s Steph:s Marais Pietzoon een schuldbrief groot ƒ8000
interest paid by the Orphan Chamb: up to 1 May 1825. 29 March 1826 the capital paid by P: Swanepoel aan Joh:s Steph:s Marais Charleszoon een schuldbrief groot ƒ8000
paid aan Fredrik Jacobus van Zyl een schuldbrief groot 700
paid aan Daniel Rossouw een schuldbrief groot 500
paid bij the agent aan Pieter Swanepoel s:r een kapitaal van 260
paid aan Christ:n Christ:l Mulder over koop van een wagen per rest debet 91
  aan Jan David Storm 58
paid in the month Junij 1826 with rd:s81:24 aan den vendumeester van Zwellendam circa 100
  aan Alewyn Smit over koop van een paard 50
Baten des boedels
    Rd:s
den 24 Sept: 1825 is gem: Erasmus ter Weesk: verscheenen, en heeft opgegeven dat hy de intressen tot 2 April 1824 heeft betaald aan de wed:e en dat dit capitaal in gem: 3 jaaren aan zig wordende opgezegd met twee borgen van Barend Jacobus Erasmus blykens schuldbrief d:d: 2 April 1824 kapitaal 1000

Aldus geinventariseerd ter plaatse “ Goree ” gelegen aan Breede Rivier , distrikt Worcester op den 4 April 1825 en zulks op aangave van de overgeblevene weduwe, dewelke verklaarde in ’t opgeven getrouwelyk te zyn te werk gegaan zonder willens of wetens iets te hebben verzwegen of achter gehouden; bereid zynde zulks, des vereischt wordende, met eede te bevestigen.

Als getuigen: D:J: Bruwer, Pieter Andries Swanepoel

De weduwe J:P: Dutooy M: Magdalena Dutooy

Quod attestor: J:G: Aspeling, Agent

Ampliatie

Op heden den 21 April 1825 werd door de weduwe Fra:s Philip:s du Toit opgegeven dat de volgende goederen nog tot den boedel gehooren, als:

5 mudden koren
10 mudden haver
2 mudden rogge
2 mudden garst
400 haver garven
2 hoopen dekstroo
3 schapen
8 bokken
3 merries
1 veulen
oud houtwerk en rommelary

Aldus opgegeven ter plaatse “ Goree ”, distrikt Worcester dië et anno ut supra

My present: J:G: Aspeling, Ag:t van Adjt: Com:

MOOC8/40.47

{18250714} 14 July 1825 David Abram Minie , Fransina Johanna Kriel

J:G: Brink

A true and perfect inventory of all and every the goods, chattles, wares and merchandize, as well moveable as not debts, credits and other personal effects of the deceased Fransina Johanna Kriel, David’s daughter and her surviving husband David Abram Minie Antonies son which former died intestate at the Varschvontein , Swartruggens , district Graaff Reinet February 28:th 1825 between the hours of 7 and 8 o clock a:m: within the field cornetschip of G: Pretorius, district Graff Reinet and given up as follows

1 old ox waggon
1 ox
4 breeding cattle
6 breeding goats
1 waggon chest /old/
3 tin plates
3 forks
4 iron spoons
1 pot
1 adze
1 cutting knife
1 auger
2 chairs
1 ox
1 Bible
1 Psalm book
1 gun
Ready money
nihil
Cred:s in favour of the estate
    Rd:s
paid from Pieter Hend:k Roux P:H:son residing within the field cornetship of J:H: Nel, district Beaufort the sum of six rd:s arising from the purchase of 14 ostrich feathers whereof there is a bond 6
  from Jan Stigling Salomonson residing within the field cornetship of J:H: Nel district Beaufort the sum of fifteen rd:s arising from the purchase of a saddle whereof there is a bond 15
Debts of the estate
nihil
Heirs of the estate
Maria Catharina Minie David Abram’s daughter born the 19:th Feb:y 1813, old 12 years 4 months and 25 days
Johanna Fransina Christiana Catharina Minie David Ab:m daughter born the 3:rd March 1818 old 7 years 4 months and 11 days

This done and registered on Thursday the 14:th July 1825 at the village of Beaufort according to the statement of the widower David Abram Minie who declares in the above statement of this estate having been done honestly and truly and that nothing has been held back to the best of his judgement and knowledge, he further declares always ready if called upon to solemnize the same by oath and that he further promises in the event of any thing further coming to his recollection or knowlegde to bind himself to add the same to this inventory.

This done by me undersigned Dep:y Landdrost in presence of P: Stockenstrom and W: Bower as witnesses

For the statement: D:A: Minie

As witnesses: P: Stockenstrom, W: Bower

J: Baird, D:y Land:

MOOC8/40.48

{18221026} 26 October 1822 Jan Reynier van Rooyen , Maria Geertruyda Greyling

Inventaris van alle zodanige goederen behorende tot den boedel van den ab intestato overleedene Maria Geertruyda Greyling en nagelaten man Jan Reynier van Rooyen, namens den heer J:J: le Sueur Agent der Weeskamer opgenomen op de plaats de Cariega gelegen in het district Albanien op den 26 October 1822

6 kopjes en pierings
6 borden
6 leepels
6 vorke
6 messe
1 wagen compleet
12 trek ossen
30 aanteel beesten
6 aanteel paarden
2 ryd paarden
1 bed
1 kist met lyfs toebehoren van de overledene
baaten des boedels - gene
lasten des boedels - gene

Aldus geinventariseerd ter plaatze voorm: op jaar maand en dag voors:

By in dispositie van den veldcornet D:W: van Rooyen

Als getuygen: Rob:t Godlonton, Dan Page

J:M Cruywagen

Erfgenamen
Petrus Jacobus Gryling mondig zynde alle broeders en zusters, en kinderen van mitsg:s halve broeders
Abraham Karel Gryling mondig
Jan Christoffel Gryling mondig
Barend Gryling minderjarig
Maria Petronella Gryling geh: met Ryk Jac:s de Waal
Jacobus Francois Retief minderjarig
Debora Jacoba Retief
Margaretha Louisa Retief

Vide brief en no: van 4 Dec: 1822.

MOOC8/40.49

{18250901} 1 September 1825 Hendrik Jacobus de Bruin , Cecilia Johanna Robberts

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als behoord hebben tot den boedel van wylen Hendrik Jacobus de Bruin en nagelatene weduwe Cecilia Johanna Robberts en door eerstgem: op den 3 July 1823 met er dood ontruimd en nagelaten, te weten

Losse goederen
een wagen
Beestiaal
2 ryd paarden
10 ossen
29 aanteel beesten
111 bokken
413 schapen
Baten des boedels
nihil
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Jac:s v:d: Merwe blyk:s bewys d:d: 24 February 1824 21
aan H:k S: Erasmus voor een os p:r rest 19

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatse Kuega gelegen in Zwagenhoek in dit district op den 1:e September 1825 volgens op en aangave van de wed:e De Bruin in den hoofde dezes gemeld, dewelke verklaarde zig hierin naar gemoede en overeenkomstig den staat des boedels te hebben gedragen en niets met weten te hebben agtergehouden, met belofte indien er in der tyd iets naders mogte worden ontdekt dat tot den boedel behoort en hierin niet opgetekend staat dezen inventaris als dan daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede en is zulks geschied in het bywezen van J:F: Ziervogel en G: Aldrich als getuigen

De wed:e De Bruin krank zynde en hare verlossing dagelyk verwagtende, heeft dezelve op bovengem: datum niet ter bestaande plaatze kunnen verschynen om hare opgave met hare naamtekening te bekragtigen doch is dezelve op heden ter drostdye Somerset verschenen en verklaarde by hare te voren gedane opgave by t inventarisseren des boedels te blyven presenteren met deze byvoeging nogtans, dat de zich een erfgenaam des boedels bevindt in name

Hendrik Jacobus de Bruyn geboren den [ ..... ]

Actum ter Drostdy Somerset den 4:e February 1826

Als getuigen: J:F: Ziervogel, G: Aldrich

Hanna Cheelia Robebertse

In kennisse van my: W:M: Mackay

MOOC8/40.50

{18260626} 26 June 1826 George Johnson

Inventory of all such property as has been relinquished by the death ab intestato of Esquire George Johnson of the Bombay establishment on the 25:th day of the month of June in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty six, for the benefit of his unknown foreign heirs. The aforesaid property have been found under the care of Carel Wilhem Fredrik Bestandig and was duly inventoried by the undersigned special Commissioners of the Orphan Board and consist in the following, viz:t

At the house of m:r Carel Wilhelm Fred:k Bestandig, where the deceased had his lodging

a tin canister containing
six sicca ropees
a receipt in the bank of Mr Ebben dated 1 May last for £124:19
1 silver hunting watch
1 silver cup
some bottles with medecines
a chest containing
1 pair of pistols
1 gorget
1 belt
1 sash
two blue coats
three militarij jackets
one plain jacket
four pair of trowsers
one sheet
five pair of socks
one sword belt
one dressing gown
eleven pair of drawers
twenty six pair of trowsers
one pair of braces
one stock
one black handkerchief
two tin cases
one chest of drawers containing
sixteen shirts
one pair of gaiters
fourteen collars
twenty eight waistcoats
one flannel belt
two towels
three pillo cases
two handkerchief
twenty four pair of stokings
one breast plate silver
one swort belt
twenty jackets
three books
one box with wafers
one box with buttons
two brushes
one tin cannister
one looking glass
three caps
one sword
one cot
one mattras
one counterpane
one blanket
some bottles and flasks
one pair of boots
three pair of shoes
one horse with saddle and bridle
  £
balance in favor of the deceased on Mr Ebden’s bank according to the receipt above mentioned rd:s666 or 49:19

Thus inventoried at the Cape of Good Hope on the 26:th June 1826 according to a statement made by Mr Carel Wilhelm Fredrik Bestandig who declared to have acted herein bonafide and that to the best of his knowledge he has not with held or secreted any thing that belonged to the aforesaid estate, and that he is and will at all times be ready and willing to confirm his statement by solemn oath if required, promising that if after the date of these presents any property might be discovered he shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify this inventory with the property so discovered

In witness whereof we the Commis together with the Secretary and appearer have subscribed to these presents.

As commissioner: V: Kuys

C: Beständig

In my presence: J:J:L: Smuts

MOOC8/40.51

{18250624} 24 June 1825 Cornelis Johannes Bezuidenhout , Helletje van der Westhuizen

J:G: Brink

A true and perfect inventory of all and every the goods chattles, wares and merchandize, as well moveable as not debts, credits and other personal effects of the deceased Helletje van der Westhuizen Hend:k Lourens daughter, and her surviving husband Cornelis Johannes Bezuidenhout Gert Pieter son, which former died intestate at the Groot Fontein Nieuwveld , May 27:th 1825 between the hours of 7 and 8 o clock p:m: within the field cornetship of Andries du Toit, district Beaufort and given up as follows

1 old ox waggon
8 draught oxen
4 breeding cattle
2 old riding horses
1 mare
182 breeding sheep
63 breeding goats
1 waggon chest /defect/
2 old chairs
1 foot stool
2 iron pots
3 puter plates
7 iron spoons
3 iron forks
1 canaster
1 brass candlestick
1 earthen bason
1 tea pot
3 wine bottles
1 small canaster
1 book
1 hymn book
1 old gun
1 ball form
1 feather bed
1 old saddle and bridle
Ready money
nihil
Cred:s in favour of the estate
  Rd:s
from Hendrik Louwrens van der Westhuizen, senior, residing within the fieldcornetship of Jan van der Westhuizen, district Beaufort the sum of one hundred rd:s arising from an inheritance of his deceased wife from the mother side 100
Debts of the estate
    Rd:s
paid by the surviving widower to Fredrik Jacobus Bezuidenhout G:P: son residing within the fieldcornetship of P:E: Krieger, district Beaufort the sum of ten rd:s arising from the purchase of an ox whereof there is no bond 10:--
paid by the surviving widower to Fredrik Brits Piet son residing within the fieldcornetship of P:E: Krieger, district Beaufort the sum of six rd:s arising from ready money borrowed, whereof there is no bond 6:--
paid by the surviving widower to Petrus van Veuren Philipson residing within the fieldcornetship of W:F: Joubert, district Beaufort the sum of six rd:s arising from the purchase of one roll of tobacco whereof there is no bond 6:--
paid by the surviving widower to Petrus Cornelis Muller David son residing within the f:dcornetship of D:S: Forie, district Beaufort the sum of twenty one rd:s and six skill: arising from the purchase of fifty eight feet of board for a coffin, whereof there is no bond 21:6
paid by the surviving widower to Ernst Fisser Floris son residing within the f:dcornetship of A: du Toit, district Beaufort the sum of thirteen rd:s arising from funeral expences, whereof there is no bond 13:--
paid to the widow de Koker residing within the f:dcornetship of A: du Toit, district Beaufort the sum of eighteen rd:s arising from attendance at the sick bed of my late wife who died in child birth, where of there is no bond 18:--
    Rd:s74:6
Heirs of the estate
Helletje Jacomina Bezuidenhout Cornelis Joh:s daughter born the 27:th May 1825 old 24 days

This done and registered on Friday the 24:th June 1825 at the village of Beaufort according to the statement of the widower Cornelis Johannes Bezuidenhout who declares in the above statement of this estate, having been done honestly and truly, and that nothing has been held back to the best of his judgment and knowledge, he further declares allways ready if called upon to solemnize the same by oath, and that he further promises, in the event of any thing further coming to his recollection or knowledge, to bind himself to add the same to this inventory.

This done by me the undersigned Dep:y Landdrost in presence of P: Stockenstrom and J: van der Westhuizen as witnesses.

For the statement: Corneles Johannes Besuijdenhoud

Witnesses: P: Stockenstrom, J: v:d: Westhuysen

J: Baird, D:y Land:t

MOOC8/40.52

{18260301} 1 Maart 1826 Johannes Stephanus Meyer , Catharina Jacoba Engelbregt

J:G: Brink

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als behoord hebben tot den boedel van Johannes Stephanus Meyer en deszelfs overledene huisvrouw Catharina Jacoba Engelbregt door laatstgem: op den 21 November 1825 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten, te weten

Losse goederen
1 ossewagen /incompleet/
2 wagenkisten
1 kar
1 schroef
1 zeeppot
3 yzere potten
1 tafel
4 stoelen
1 koffymolen
4 emmers
3 balies
6 diepe borden
1 tinne schotel
3 tinne borden
7 tinne lepels en 4 forken
1 teebus
3 kommetjes
1 glas
3 kopjes en pierings
1 trekpot
1 strykyzer
2 ketels
1 blikke emmer
1 rooster
1 vleesch fork en 1 potlepel
2 bylen
8 flessen
7 bottels
1 halfaam
1 kandelaar
1 blaker
1 vat
1 party gereedschap
1 bed en toebehooren
Beestiaal
25 oude en jonge ossen
23 aanteel beesten
5 reun paarden
4 merries en 2 veulens
71 kapater bokken
489 aanteel bokken
119 hamels
1270 aanteel schapen
Contanten des boedels
  Rd:s
een slagters brief ten lasten van den slagter H: Teubes gedateerd 14 February 1826 n:o 13 350
Baten des boedels
  Rd:s
het bedragen der koopschat voor de slavinne Diana , ingevolge vonnis van L:L: en H:H van Somerset door den sequester verkogt [ ..... ]
van C:M: Frank of den slagter J: Tair te Grah:s stad weg:s gekogte schapen blykens bewys d:d: 25 Nov:r 1821 210
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen des boedels
1) Wilhelmus Gerhardus Meyer gebooren den 3:e November 1808
2) Corn:s Petrus Meyer geboren den 19 October 1810
3) Aletta Maria Meyer geboren den 23 December 1812
4) Hester Elizabeth Meyer geboren den 22 September 1815
5) Johannes Stephanus Meyer geboren den 8 November 1817
6) Catharina Elizabeth Meyer geboren den 12 Juny 1822
7) Johanna Helena Meyer geboren den 7 November 1825

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatse Groot Fontein gelegen in het veldcornetschap Bosjesmans Rivier , district Somerset op den 1 Maart 1826 volgens op en aangave van den in den hoofde dezes gemelden Johannes Stephanus Meyer, dewelke verklaarde zig hierin naar gemoede en overeenkomstig den staat des boedels te hebben gedragen en niets met weten te hebben agtergehouden, met belofte indien er in der tyd iets nader mogte worden ontdekt dat tot den boedel behoort en hierin niet opgetekend staat dezen inventaris als dan daarmede te zullen amplieeren alles onder aanbod van eede, en is zulks geschied in presentie van J:F: Ziervogel en G: Aldrich als getuigen

Als getuigen: J:F: Ziervogel, G: Aldrich

Het + merk van Joh:s Step:s Meyer

In kennisse van my: W:M: Mackay

MOOC8/40.53

{18260304} 4 Maart 1826 Anthony Johannes Carolus Botha , Judith Reneke

J:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als behoord hebben tot den boedel van Anthony Johannes Carolus Botha en deszelfs overledene huisvrouw Judith Reneke door laatstgem: op den 23:e November 1825 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten te weten

Losse goederen
1 emmer
2 kopere ketels
1 blaker en 1 snuiter
2 blikke bakken
4 diepe borden
2 kopjes en 2 pierings
2 kommetjes
1 trekpot
1 wagenkist
1 zadel en toom
1 schietgeweer
1 taatje
1 bed
Beestiaal
22 ossen
56 beesten
94 bokken
41 hamels
294 schapen
1 rydpaard
5 merries en 3 veulens
Contanten des boedels
nihil
Schulden des boedels
nihil
Erfgenaamen des boedels
Judith Maria Aletta geboren den 13:e November 1822

Aldus gedaan en geinventarisseerd volgens op en aangaave van den in den hoofde dezes gemelde A:J:C: Botha ter Drostdy Somerset op den 4 Maart 1826 en verklaarde hy zig hierin naar gemoede en overeenkomstig den staat des boedels te hebben gedragen en niets met weten te hebben agtergehouden, met belofte indien er in der tyd iets naders mogte worden ontdekt dat tot den boedel behoort en hierin niet opgetekend staat, dezer inventaris aldan daarmede te zullen amplieeren, alles des noods onder aanbod van eede

Anthonie J:C: Botha

Getuigen: J:F: Ziervogel, G: Aldrich

W:M: Mackay

MOOC8/40.54

{18251129} 29 November 1825 Petrus Jacobus du Toit

J:G: Brink

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er op den 17 September 1825 door den burger Petrus Jacobus du Toit senior ab intestato met er dood zyn onruimd en nagelaten geworden, te weten

Losse goederen
1 ossewagen en toebehoren
1 wagenkist
1 meelzift
1 balans, schalen en 1 gewigt
1 schuifdoos
2 aarde potten
2 schernieren
1 strykyzer
1 lamp en 1 ketting
1 slot en 2 sleutels
1 party gereedschap
1 belhamer
2 booren
1 snymes
1 handbyl
1 troffel en 1 strykplank
2 hamers
5 p:r hengsels en 4 p:r duimen
2 zagen
2 graven
3 pikken
2 ploegscharen defect
1 oude ploeg
1 schroef
1 kist en 1 borstel
2 houte balies
3 emmers
1 platvaatje
2 botervaaten
9 velle zakken
1 vaatje
1 zoeplepel
3 yzere vorken
1 houte roller
2 zoeplepels
1 rooster defect
1 kan
1 pot
2 molensteenen
1 party molenhout
7 ronde balken
2 beddens en toebehooren
2 katels
2 tavels
8 stoelen
1 lantaarn
1 teebus
1 mandje
1 zoepkom
18 witte aarde borden
12 bottels
1 wynfles
5 messen
17 forken
14 lepels
8 aarde schotels
1 aarde [schotels] groot
2 kommen
2 tinne schotels
1 beker
1 trekpot
3 trommeltjes
1 schenkblad
2 kopere blakers met snuiters
1 boterpotje
1 blikke zuikerpotje
1 blikke potje
1 peperdoosje
1 zoutvaatje
1 tregter
1 melkpotje
1 houte bakje
2 kommetjes
3 pierings
1 koffymolen
1 flesje
2 wynkelkjes
1 ketel en komfoor /oud en defect/
1 party sleutels
1 ley
3 yzere potten
1 pan
1 yzere ketel
1 tinne waterpot
1 kan
1 stoelkussen
Beestiaal
14 ossen
11 aanteelbeesten
2 rydpaarden
1 aanteel paard
Lyfeigenen
de manslaaf Aaron van Mosambique
de slavin Constantie van Mosambique
Baten des boedels
    Rd:s
  aan contanten in den boedel gevonden 4:4
erfgenaam van Petrus Jac:s du Toit wegens geleend geld 7:--
Schulden des boedels
    Rd:s
erfgenaam aan de wed:e J:A: du Plessies blyk:s onderh: bewys d:d: 2 July 1817 91:4
erfgenaam aan de wed:e J:A: du Plessies blykens rekening 204:6
erfgenaam aan Joh:s Jac:s du Toit over koop van 9 hamels 27:--
erfgenaam aan Dan:l Steph:s du Toit over geleend geld 83:--
  aan J:D: Strooh weg:s geleend geld en met dies interest sints Mey l:l 100:--
erfgenaam aan Fredrik Joh:s Coetzé voor een mud meel 20:--
Erfgenaamen des boedels
kinderen 1) Johanna Petronella du Toit, wed:e Johannes Andries du Plessies Andries zoon
2) Johannes Jacobus du Toit, meerderjarig
3) Elizabeth Maria du Toit gehuwd met Fredrik Johannes Coetzé
4) Daniel Stephanus du Toit, meerderjarig
5) Petrus Jacobus du Toit, meerderjarig
6) Anna Cecilia du Toit, gehuwd met Petrus Francois van Straten
kleinkind 7) Johannes Petrus Sasinius du Toit, eenige zoon van Andries Francois du Toit, die zoowel als deszelfs huisvrouw reeds is overleden zynde dezen erfgenaam geboren op den 14 Augustus 1814

Aldus geinventarisseerd volgens op en aangave van de erfgenaamen Joh:a Pet:a du Toit, wed:e J:A: du Plessies en Johannes Jacobus du Toit, dewelken verklaarden deze opgave naar gemoede overeenkomstig den staat des boedels en naar hun beste weten te hebben gedaan en niets dat tot den boedel behoort te hebben agter gehouden, met belofte indien er iets naders mogte worden ontdekt dat tot den boedel behoort en hierin niet is opgetekend dezen inventaris als dan daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede, en is zulks geschied ter plaatse Rustenburg gelegen aan Vogel Rivier in ’t smaldeel Wagenshoek , district Somerset op den 29:de November 1825 in presentie van J:F: Ziervogel en G: Aldrich als getuigen

Als getuigen: J:F: Ziervogel, G: Aldrich

J:P: du Toit weduwe J:A: du Plessies, John:s Jacb:s du Toit

W:M: Mackay

MOOC8/40.55

{18260223} 23 February 1826 Fredrik Jacobus Botha , Maria Petronella Venter

J:G: Brink

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als behoord hebben tot den gemeenschappelyken boedel van wylen Fredrik Jacobus Botha en nagelatene weduwe Maria Petronella Venter en door eerstgem: op den 11:e November 1825 ab intestato met er dood zyn ontruimd en nagelaten geworden, te weten

Losse goederen
1 bed
2 bottels
1 fles
1 trekpot
2 kopjes en 2 pierings
1 blikke soepkom
5 lepels
2 forken
5 tinne borden
3 sikkels
1 rasp
1 snymes
1 boor
1 dissel
een party gereedschap
1 kist
1 wagenkist
2 platvaatjes
2 emmers
2 tavels
2 stoelen
1 ketel
2 balies
2 yzere potten
1 zadel
1 wagen
Slaven
1) de slavin Rachel van Mosambique
2) de slavin Spaas van Mosambique
Beestiaal
1 merry
12 ossen
15 beesten
22 bokken
148 schapen
Contanten des boedels
nihil
Baten des boedels
  Rd:s
van Pet:s Joh:s Forie, dist:t George blyk:s bewys 247
van Sara v:d: Merwe wed:e P: Schoeman, dist:t George 7
van Willem Botha Joh:z, dist:t George 7
Schulden des boedels
  Rd:s
aan Hest:r Venter wed:e F:k Botha p:r rest over koop van een plaats 300:--
aan J: Hartman, weg:s geleend geld op renten 100:--
met renten sedert October 1823
aan Dan:l Peffer, huur als schoolmeester 16:--
aan Petrus Venter, geleend geld 10:--
aan Piet Venter sen:r vyftig voeten planken [ ..... ]
aan Piet Venter sen:r, geleend geld 10:--
aan F: Ernst over negotie 8:4
aan F:W: Wemmer over negotie 7:4
aan d:r Couse doktors loon 35:--
Erfgenaamen
1) Fredrik Pieter Jac:s Botha geboren op den 18 September 1806
2) Anna Barbara Botha geboren den 22 Augustus 1810
3) Hester Maria Elizabeth geboren den 27 September 1815

Aldus gedaan en geinventariseerd ter plaatse Rondabel gelegen aan Tarka op den 23 February 1826 volgens op en aangave van die in den hoofde dezes gemelde wed:e Botha, dewelke verklaarde zig hierin volgens haar beste weten naar gemoede en overeenkomstig den staat des boedels te hebben gedragen en niets met weten te hebben agtergehouden, met belofte indien er in der tyd iets naders mogte worden ontdekt dat tot den boedel behoort en hierin niet opgetekend staat, dezen inventaris als dan daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede, en is zulks geschied in presentie van J:F: Ziervogel en G: Aldrich als getuigen

Als getuigen: J:F: Ziervogel, G: Aldrich

Maria Pieternella Venter

In kennisse van my: W:M: Mackay

MOOC8/40.56

{18251201} 1 December 1825 Jacobus Paul Fouche , Maria Magdalena Lambrechts

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Jacobus Paul Fouche en nagelatene wed: Maria Magdalena Lambrechts in gemeenschap zyn bezeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd op den 19 October 1825, mitsgaders op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

een bed compleet aan de nagel: wed: gelaten
een zadel en toom
vier emmers
een balie
een tavel
een byl
een zeeppot
vyf vellen zakken
een party oud yzer
een party gereedschap
een piek en een graaf
een hamer
een rooster
een potlepel en fork
een zaag
een schroef
een dissel
een slypsteen
een wagenkist
een bedde zak
een aarde pot
een katel
een botervat
twee vaatjes
een bank
twee stoelen
drie yzere potten
twee theepotten
drie schotels
drie borden
ses lepels
vyf forken
een osse wagen
Beestiaal
twee en tachtig ossen en beesten
seven honderd vyf en negentig schapen en bokken
drie aanteel paarden
Baten des boedels
  Rd:s
van Hend:k Fouche S:zn, Uitenhage 50
van Piet Fouche S:zn, Swellendam 15
van Gustavus Fouche, Swellendam , 93 hamels en eenig geld dog hoe veel is de weduwe onbekend
by Jan Barnard te George , een jonge hengst
Schulden des boedels
  Rd:s
aan de wed: Dirk Ubes 400:--
aan P: Huigh en Co: - paid 25 Sept: 1826 232:2
aan Jan Horak, Graaff Reinet 9:--
aan Andries le Roex, George 20:--
aan Piet le Roex, George 5:--
aan Gabriel le Roex, George 5:--
aan Gabriel Basson, Graaff R:t 12:--
Erfgenamen des boedels
1) Stephanus Philippus Fouche geb: den 27 September 1779
2) Josina Maria Fouche gehuwd met Nicolaas Johannes Grobbelaar
3) Aletta Johanna Fouche gehuwd met Pieter Willem van Heerden
4) Anna Catharina Fouche geh: geweest met Godlieb Bekker
5) Maria Catharina Fouche geh: met Marthinus Bekker
6) Sara Dorothea Fouche geh: geweest met Christ:n Adriaan Swanepoel
7) Jacobus Paulus Fouche geboren den 5 September 1807
8) Gustavus Wilhelmus Fouche geboren den 22 December 1809
9) Susanna Fouche geh: met Gabriel Basson
10) Hermanus Johannes Fouche geb: den 22 October 1818
11) Godlieb Bekker omtrent 3 jaren oud, kind van de 4 erfgename
12) Pieter Swanepoel om:t 5 jaren oud kinderen van de 6:e erfgename
13) Charel Theodorus Jacobus Snyman Swanepoel om:t 3 jaren oud

Aldus gedaan en geinventariseerd op den 1 December 1825 ter plaatze van den veldcornet Gert Pretorius volgens op en aangaave van Maria Magdalena Lambrechts voormeld, dewelke betuigde haar in het op en aangeeven haar voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weten verswegen of agter gehouden te hebben, verklaare zig dus bereid deeze haare aangave des gevorderd wordende met solemneele eede te staven, met alverder belofte zo zig iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren. Ende is zulks geschied door my ond:e Agent der Weeskamer ter presentie van Jacobus Johannes Meintjes S: zoon en Gysbert Johannes Broekhuizen als getuigen

Voor d’ opgaave: de weduwe Foesee

Als getuigen: J:J: Meintjes, G:J: Broekhuisen

J:S: Meintjes

MOOC8/40.57

{18260222} 22 February 1826 Petronella Johanna van Niekerk

J:G: Brink

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als behoord hebben tot den boedel van wylen Petronella Johanna van Niekerk, weduwe van wylen Daniel Jacobus Robbertse D:l Jac:s s:r, en door haar op den 17 January 1826 ab intestato met er dood zyn ontruimd en nagelaten geworden, te weten

Losse goederen
1 bed en toebehooren
1 wagen en toebehooren
1 zweep en 2 stokken
21 jukscheyen
1 geweer en bandelier
1 geweer defect
een party vellen
1 rol tobak
2 emmers
2 balies
1 knapzak vederen
1 bak
1 fles
1 teerkan
1 ketel
1 potlepel
1 fork
1 platvaatje
1 strykyzer
2 potten
een party gereedschap
1 omslag en booren
1 p:r spooren
1 keldertje
1 geweer slot
1 sikkel
1 horologie
7 lb lood
1 kist
een party rommelary
2 melkbekers
1 kandelaar
1 trekpot
3 borden
1 graaf
1 hagelzak
1 tinne waterpot
1 knapzak
1 trommel
1 piering en 2 kopjes
1 boterpotje
1 melkpotje
1 flesje
1 kelkje
5 flessen
1 mandje
1 scheermes
1 sjambok
2 hoorns
2 stoelen
1 aambeeld
6 knapzakken zout
1 zadel
3 toomen
een party riemen
2 1/2 mudden garst
14 mudden koorn
Beestiaal
5 rydpaarden
3 merries en 2 veulens
20 ossen
76 aanteelbeesten
223 bokken
751 aanteelschapen
Contanten
nihil
Baten des boedels
nihil
Schulden boedels
nihil
Erfgenaamen
Hester Maria Robberts gebooren den 11 Mey 1823

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatse ’t Fortuin gelegen agter Sneeuwberg in ’t district Somerset volgens opgaave van den burger Daniel Jacobus Robberts sen:r, dewelke verklaarde zig hierin naar gemoede en overeenkomstig den staat des boedels te hebben gedragen en niets met weten te hebben agtergehouden, met belofte indien in der tyd iets nader mogte worden ontdekt dat tot den boedel behoort en hierin niet opgetekend staat dezen inventaris als dan daarmede te zullen amplieeren, alles onder aanbod van eede, en is zulks geschied ter presentie van J:F: Ziervogel en George Aldrich als getuigen

Agter Sneeuwberg den 22 Februarij 1826

Als getuigen: J:F: Ziervogel, G: Aldrich

Daniel J: Robbertse

In kennisse van my: W:M: Mackay

MOOC8/40.58

{18260111} 11 January 1826 Willemina Durand

J:G: Brink

Inventaris van alle zoodanige goederen en effecten, als behoord hebben tot den boedel van wylen Willemina Durand wed:e wylen Jacobus Gustaph Tregardt, door haar op den 26:e October 1825 ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten te weten

Losse goederen
1 oude wagen
4 wielnaven
4 velle zakken
5 emmers koorn
6 emmers meel
1 geelkopere bak en beker
2 geelkopere kandelaars
1 snuiter
1 tinne koffykan
2 blikke bekers
1 blikke tregter
1 blikke rasp
2 ketels
5 tinne borden
2 tinne schotels
5 kannen
1 vleeschvat
2 emmers
1 taartepan
5 potten in soorten
1 molen
2 molensteenen
1 sny yzer
3 hamers
1 dissel
1 molensteenkapper
1 stelgeweer
2 yzere schroeven, 1 defect
4 knyptangen
2 snymessen
2 booren
1 schaal, balans en 3 gewigten
8 ledikant schroeven
1 handschroef
1 handaambeeld
1 handhamer
1 party koubytels en spykers
1 party schaven
2 bylen
2 kisten
1 kistje
1 pakje kryt en witlood
1 party gereedschap
1 teerputs
1 party oud yzer en hoepels
1 party oud hout
3 zagen
1 gieter
1 bed en toebehooren
2 stoelen
3 sikkels
1 party rommelary
Beestiaal
13 ossen /:1 absent:/
7 aanteelbeesten
80 aanteelschapen
71 aanteel bokken
Slaven
1 mans slaaf Galand van Mosambique
1 mans slaaf Paul van de Kaap
1 slavin Rachel van de Kaap met haare kinderen Regina en Amilia
1 slavin Diana van de Kaap , met hare kinderen Rosina , Jephta en Mietje
1 slavin Delia van de Kaap
Contanten
nihil
Credieten des boedels
  Rd:s
van Zach:s Wilh:s de Beer over koop van een oude wagen van de overled:e 50:--
van Abel Kotzé over koop van yzerwerk 12:4
van Frans Smit van de overled:e geleend 5:--
van Gert Lemque over koop van een geweer 12:--
Schulden des boedels
  Rd:s
aan de erfgenaame Petronella Johanna van Niekerk weg:s vhee haar toebehoorende en door de overledene voor haar verkogt 31:--
aan de slavin Diana 3:4
Erfgenaamen des boedels
1) Susanna Carolina Tregardt, gehuwd met Christoffel Andries Schoeman sen:r
2) Wilhelmina Lodevica Tregardt, gehuwd met Johan Jacob Pansegraauw sen:r
3) de kinderen van wylen Johanna Gustapha Tregardt, gehuwd geweest met Christiaan Hatting, in name 1) Catharina Susanna Hatting, gehuwd met Nic:s Jac:s Theunis
2) Johanna Gustapha Hatting gehuwd met Joh:s Diederik Putter D: z:n
4) de kinderen van wylen Maria Cornelia Tregard gehuwd geweest met Christiaan van Niekerk C: z:n, in name 1) Corn:s van Niekerk geboren den 6 January 1802
2) Jacobus Gustaphus van Niekerk /:gehuwd:/
3) Willemina Magdalena van Niekerk geboren den 2 December 1810
4) Petronella Johanna van Niekerk geboren [ ..... ]

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatse Buffels Fontein gelegen in t v:dc:tschap Zwagenhoek , district Somerset , op den 11 January 1826 volgens op en aangaave van de burger Johannes Jacob Pansegraauw, Christoffel Andries Schoeman en Jacobus Gustaph van Niekerk, dewelke verklaarden deze opgave naar gemoede en volgens hun beste weten te hebben gedaan en niets te hebben agtergehouden, met belofte indien er in der tyd iets mogte worden ontdekt dat tot den boedel behoort en hierin niet opgetekend staat dezen inventaris als dan daarmede te zullen amplieren, alles onder aanbod van eede en is zulks geschied in presentie van J:F: Ziervogel en G: Aldrich als getuigen

Als getuigen: J:F: Ziervogel, G: Aldrich

Johan Jacob Pansegrouw, Christoffel Andries Schoeman, Jacobus Goustawes van Niekerk

In kennisse van my: W:M: Mackay

MOOC8/40.59

{18250114} 14 January 1825 Robert Swan

Inventory of all such property as has been relinquished by the death (ab intestato) of Robert Swan on the seventh day of the month of January in the year of our Lord one thousand eight hundred and twenty five for the benefit of his unknown heirs.

The aforesaid property having been taken under the administration of the Board of Orphan Masters of this Colony on behalf of the said unknown heirs and been inventoried by the undersigned was found to consist in the following, viz:t

In the house occupied by Mr William Roper
one caddle
one mattras
one bolster
one pillow
two blanckets
one pair of sheets
one pillow case
one counterpane
two workbenches
one table
one washhand stand
one bason and ewer
one chamber pot
two chairs
one writing desk
one bag containing several books and papers belonging to the estate
one cot
one waterbucket
one mat
one brush
a case with a pair of pistols
one slate
one trunk (containing) n:o 1
two coats
one black cloth pantaloon
one black pair of breeches
ten pair of linnen trowsers
one pair of drawers
eight waistcoats
one jacket
five shirts
five neckhandkerchiefs
one pillow case
four pair of socks
ten pair of stockings
one towel
one belt
one red cap
one trunk n:o 2 containing
three shirts
six waistcoats
two pair of breeches
two pair of drawers
one flannel shirt
three table cloths
one lap of coloured linnen
one night cap
one neckhandkerchief
one hat
eight books
one pair of boat hooks
one inkhorn
one ruler
one tin case
one trunk n:o 3 containing some watchmakers tools. NB these tools, as well as all the other tools found in the estate, are stated by Mr John Murray to belong to Mr Richard Stone
a house clock stated by Mr Murray to belong also to said Mr Stone
three table clocks
one case to table [clocks]
one case containing twelve watches and two watch cases. NB these watches, also the works of several other watches, are supposed to belong to different individuals
two portraits
one pair of pistols
one seal
one small case containing a number of watch glases, springs, etc:a
one pocket compass
one silver watch

Mr Murray further states that at the house of Mr Oddy near Wynberg , where Mr Robert Swan died are still the following articles in a portmanteau, viz:t

one pair worsted gloves
four shirts
four neckhandkerchiefs
six pair of socks, cotton
one pair white cotton stockings
two pair worsted stockings
two towels
one pillow case
one black silk handkerchief
one night cap
three waistcoats
two flannel waistcoats
one flannel band
two flannel drawers
one pair cotton drawers
two pair overalls
one pair cloath trowsers
one jean jackett
two pair of shoes
one hair brush
one tooth brush
one silver snuffbox
one hat brush
one penknife
one pair of gloves
one comb
Johnston’s dictionary
one pair black silk stockings and
fifty two rixd:s and two shellings paper currency

Debts and claims of the estate unknown

Thus inventoried at the Cape of Good Hope in the house aforesaid on the 14:th day of the month of January 1825 according to a statement made by Mr John Murray, who declared to have acted herein bonafide and that to the best of his knowledge, he has not withheld or secreted any thing that belonged to the aforesaid estate; and the said appearer further declared that he is and will at all times be ready and willing to confirm this statement by solemn oath if required, promising at the same time that if after the date of these presents any property of this estate might be discovered he shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber, in order to amplify this inventory with the property so discovered

As commissioner: V: Kuys

J:n Murray

In my presence: J: Overbeek

MOOC8/40.60

{18240317} 17 Maart 1824 Johan Christoffel Dissel , Martha Magdalena Pretorius

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door wylen Johan Christoffel Dissel en nagelatene wed:e Martha Magdalena Pretorius in gemeenschap bezeten en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd op den 31 October 1823 en nagelaten, mitsgaders op heden opgenomen en bevonden te bestaan in

twee tafels
een graaf
twee vaatjes
drie potten /1 defect/
een byl
twee kisten
vyf stoelen
twee emmers
een hamer
twee borzels
vier p:s planken
een party leesten
een party schoen leder
twee schotels
elf lepels
vier forken
agt borden
een kommetje
een thee potje
twee trommels
vyf bottels
een flesch
een kan
een karaft
twee ketels
een lantaarn
een zift
een knyptang
een zomoreel
een party rommelary
twee leere zakken
Beestiaal
een honderd zes en dertig aanteel schaapen
Baten des boedels
van Hendrik Rynderz bl: bewys in handen van A:V: Velberg tien mudden koorn
Schulden des boedels
[ ..... ]
Erfgenamen
1) Jacoba Johanna Jacomina geboren den 8 Sept:r 1810
2) Jacomina geb: den 17 October 1812
3) Martha Elizabeth geb: den 2 Sept:r 1816
4) Johannes Christoffel Carel Wagener geboren den 31:e August 1822

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Woensdag den 17:e Maart 1824 volgens op en aangaave van M:M: Pretorius voormeld, dewelke betuigde zig in het op en aangeeven des voormelden boedels ter goeder trouwe te hebben gedragen en niets met weeten verzwegen of agter gehouden te hebben, met al verdere belofte zo zy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren, alles doende onder aanbod van eede. Ende is zulks geschied door my ond:e 2:de Agent der Weeskamer in presentie van J:P: Meintjes en G:J: Broekhuizen

Voor de opgaave: de wedewe Dissel

Als getuigen: J:P: Meintjes, G:J: Broekhuisen

J:S: Meintjes

MOOC8/40.61

{18250330} 30 Maart 1825 Hendrik Abraham van Aswegen , Alletta Catharina Fourie

H: Somerset

Inventaris van alle zodanige goederen, als behoord hebben tot den boedel van Hendrik Abraham van Aswegen in gemeenschap bezeten met nu wylen des zelfs overledene huisvrouw Alletta Catharina Fourie en door laastgem: op den 15 November 1824 met er dood ontruimd en nagelaten

Losse goederen
1 party schotelgoed
1 ledige kist
1 stoel
1 stooff
1 zadel en toom
Beestiaal
10 trek ossen
17 aanteel beesten
29 bokken
307 schapen
3 rypaarden
6 aanteel paarden
Contanten des boedels
nihil
Baten des boedels
  Rd:s
het geen aan den boedel wegens erffenis uit de nalatenschap van Joseph Erasmus Fourie tans onder beheering der Weeskamer /competeerende/ 186
Lasten des boedels
nihil
Erfgenamen des boedels
1) Hermina Alletta Catharina van Aswegen geboren den 27 November 1822
2) Martha Catharina Wilhelmina van Aswegen geboren den 15 November 1824

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatze Kopjes Fontein gelegen in Brakke Revier volgens op en aangave van de inde hoofde dezes gem: Van Aswegen /op den 30 Maart 1825/, dewelke verklaarde niets met weten verzwegen ofte agtergehouden te hebben met belofte indien zich iets mogte ontdekken tot opgem: boedel behoorende als dan deese inventaris daar meede te zullen amplieren en zulks des gevordert wordende met solemneele eede naar gestand te zullen doen, en is dit alles geschied in presentie van Arie Joh:s van Dyk en George Aldrich als getuigen

Als getuigen: A:J: van Dyk, G: Aldrich

H:A: van Asweegen

My present: W:M: Mackay

MOOC8/40.62

{YYYY} [ ..... ] Andries Markoedt

Wij onder geteekenden sertiviseeren met desen dat wij en preslijk geroepen is bij de weduwe Johannes Petrus Devilliers om de nalatenschap van Andries Markoedt na te sien en te invantariseeren de goederen soo als volgt

1 kist
3 afgelegte oude broeken
1 linne baaijse hemd
1 klijne eijsere schroef divek
1 klijne eijsere hantschroefje ook divek
1 eysere hamertje en enige stukjes eijser
1 pretensie ten lasten van Davit Jacobus Malan D:z groot rd: twee en dertig
1 oude betpeultje
soo als op gegeven word nog een groote bank schroef die ook aan stukkert is die leg bij de heer Willem Joubert J:z:

Als provisie Veld Cornet geteekend: P:G: Joubert

Als getuigen: W:J: Louw, H:P: Rossouw

MOOC8/40.63

{18240522} 22 May 1824 Jan Hendrik Baum

An account of the property etc:a left by the late Jan Hend:k Baum 22:nd of May 1824

one black coat
six pair of trowsers
three jackets
three wastecoats
four white shirts
two pair of stockings
4 white hankerchief
two black hankerchief
five pocket hankerchief
one night cap
3 hats
1 great coat
one bed complete
2 bedsteeds
one bed covering
one provision chest
4 old chest
2 small looking glasses
2 razors
9 glass bottles
1 gun
7 books
1 cloaths brush
13 bottles
3 spectacles
1 saw
4 iron pots
1 tea kettle
3 jars
1 bucket
2 basons
2 snuff boxes
1 butter pot
1 tea pot
1 milk jug
1 sugar bason
5 plates
2 pair of shoes
1 tub
one horse saddle and bridle
3 small pieces of silver coin
1 saddle bag
2 old watches
6 cows and calves
Found in the chest
  Rd:s
rix dollars 31:--
note of hand from Jacobus v:d: Wat for the sum of 150:--
interest for 2 years and 9 months 24:6
John Black 50:--
Maria Gerber for two mill stones 18:--
D: Menne for two mill stones 18:--
Hend:k Pio for three pair of shoes 6:--
a bill of 97:--
Wessell Voslo 10:--
3 months salary 100:--
1 month and 20 days salary 57:7

John Squier, Government Resident

Hend:k van Huijssteen, Veld Corn:t

R: van Rooijen

J:J: van der Wat

MOOC8/40.64

{18250201} 1 February 1825 Maart

Staat en inventaris des b: nalatingschap van wijlen Maart Bastaard, als op den 19:de Januarij j:l: abintestato zijn overleeden

1 ope osse wage met zijn toebehoren
24 trek ossen
1 rijd paard
1 kist
1 kook pot
Te goed hebbende pennige
  Rd:s
bij Peter Maree 6

Het bovenstaande zynde door den gewezende bijzit, Elzie, van den overleeden opgegeven; volgens invormatie zijn haar opgaaf over een komstig de waarheid

Den 1 February 1825

Als getuigen: M: Coetzee, A:L:s Dempers

H: Dempers

Lasten des boedels
  Rd:s
Jan A: Myburgh s:r over twe trek ossen 50
Jacop Conradie over twe trek ossen 50
koste voor de begraffenis 20

MOOC8/40.65

{18240729} 29 July 1824 Zacharias Joseph de Beer , Anna Catherina Hermena de Beer

Overschryven

S:V: Cloete

A true and perfect inventory of all and every the goods, chattels, wares and merchandise, as well moveable as not, debts, credits and other personal effects of the deceased Anna Catherena Hermena de Beer, Martice daughter who died on the 5 June 1824 about 12 o clock at night at Riet Port within the field cornetship of A:J: Forster, Nieuwveld , district Beaufort and her surviving husband Zacharias Joseph de Beer, Zacharias son, and given up as follows

1 horse
2 head of cattle
3 sheep
15 goats
1 saddle
1 bridle
1 gun
2 earthen plates
2 forks
1 spoon
Ready cash
nihil
Cr:s in favor of the estate
from the Orphan Chamber my inheritance from my mothers side, Elizabeth van Eck, Hendriks daughter /deceased/ and who was married with Zacharias Joseph de Beer, Martice son, the exact amount of which I am unacquainted with
Debts of the estate
nihil
Heirs of the estate
a male child, not yet christened, aged 1 month and 24 days, born 5 June 1824. Zacharias Josephs son

This done and registered on Thursday July 29 1824 at the village of Beaufort according to the statement of Zacharias Joseph de Beer, Zacharias son, who declares in his above statement of this estate having been done honestly and truly, and that nothing has been held back to the best of his knowledge; and he further declares to be always ready if called upon to solemnise the same by oath, and he further promises in the event of any thing further coming to his recollection or knowledge to bind himself to add the same to this inventory.

This done by me the undersigned Dep:y Landdrost in presence of Joseph Cleaver and Marteuas Johannes Weeber, as witnesses.

For the statement: Sacharias Josep de Beer

As witnesses: J: Cleaver, M:s J:s Weeber

J: Baird, D:y Land:t

MOOC8/40.66

{18200805} 5 Augustus 1820 Adriaan Johannes van Jaarsveld , Johanna Frederica de Beer

S:V: Cloete

Inventaris van alle zodanige goederen en effecten, als er door door wylen Johanna Frederica de Beer en desselfs nagelatene man Adriaan Johannes van Jaarsveld in gemeenschap bezeeten, en door eerstgem: ab intestato met er dood ontruimd en nagelaten mitsgaders heden opgenomen en bevonden te bestaan in

2 graaven
2 koopjes gereedschappen
2 zaagen
1 bankschroef diffect
1 kan en een slot
2 oude tinne schootels met eenige vorken
1 kan en een emmer
3 veldstoelen
1 ley en een strykyzer
3 jukken
1 ploeg
3 yzere potten
1 oude bed
1 wagen kist
1 oude afgesleeten wagen
6 bokken
1 jonge os
2 meulen steenen
1 sweep en stok
Contanten
een somma van vyf rd:s papiere geld
Baaten des boedels
van wylen Brouwer weg:s koop van wyn een somma van vier rd:s
van Frans du Plooy weg:s contant geleende penningen rd:s twee
Schulden des boedels
aan M:J: van Stade weg:s contant geleende penningen rd:s een hondert en thien NB op den 18 Jan:y 1823 in min:g ontvang rd:80
aan M:A: de Beer eene somma van vyftig rykd:s
Erfgenaamen
Jacoba Elisabeth van Jaarsveld gebooren den 3 October 1814
Adriaana Johanna Frederica van Jaarsveld gebooren den 6 November 1818

Aldus gedaan en g’inventariseerd op Zaturdag den 5 Augustus 1820 ten dorpe Beaufort volgens op en aangave van Adriaan van Jaarsveld, dewelke betuigde zig in ’t op en aangeeve des voorm: boedels ter goeder trouwe te hebben gedraagen en niets met weeten versweegen of agter gehouden te hebben verklaarende zig dus bereid deeze zyn aangifte des gevordert wordende ten allen tyde met solemneele eede te staaven, met al verdere belofte zo hy iets nader tot den boedel behoorende mogte komen te ontdekken deezen inventaris daarmede te zullen amplieeren.

Ende is zulks geschied door my ondergetekende Adj:t Landdrost ter presentie van den clercq G: Taute en den gerechts bode J: Bodenstein als getuigen.

Voor de opgaave: A:J: van Jaarsveld

Als getuigen: G: Taute, J: Bodenstein

J: Baird, D:y Land:t

MOOC8/40.67

{18230603} 3 Juny 1823 Richard Stear

Insolvent

J:G: Brink

Staat en inventaris van de goederen en effecten behorende tot den boedel en nalatenschap van wijlen Richard Stear, geboortig te London , overleden op den 16:de April dezes jaars des nademiddags te drie uuren ter plaatze van Hermanus Steyn Joh:s zoon, genaamd Leuwe Rivier gelegen in het district van Swellendam , en van deszelfs nagelatene weduwe Cornelia Dorothea Steyn.

Gedaan maken door gem: weduwe Stear ende zulks ter requisitie van het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeesteren dezer Colonie als voogden over de nagelatene kinderen van wylen gem: Stear, in name

Louisa Christina Stear agttien jaren oud, wonende in Engeland en in huwlyk verwekt by Maria Elisabeth Rechards
Cornelia Dorothea Stear geboren op den 7:de Maart des jaars 1816 en zynde de beide laatstgem: kinderen in huwelyk verwekt by voorengem: Cornelia Dorothea Steyn
Maria Elisabeth Stear geboren op den 31 October van het jaar 1820

bestaande dezelve goederen en effecten in

twee beddens
zes hoofdkussings
een peul
twee katels
twee kisten
een koffer
twee tafels
zes stoelen
een meel kist
twe pyperakken
twee boter potten
een suyker pot
zes bottels
twee flessen
twee glaze caraffen
twee zoutvaatjes
een trommel
drie yzere potten
een koekepan
twee emmers
een boter karn
vyf schotels in zoort
een thee machine
twee trek potten
vier kopjes en schoteltjes
negen borden
een tinne soup lepel
tien tinne eet lepels
agt vorken
een lepel bak
een lessenaar
een schryfkist
een strykyzer
een stoof
een aarde pot
twee ketels
een confoir
circa vyftien voeten geelhoute planken
een schenk bord
een vyzel
een pot lepel
twee glazen
een silvere zak horlogie /:defect:/
een inkt koker
een koffy molen
een sift
een hand byl
een muddezak
een party schoenmakers gereedschap
een aanteel paard
Baten des boedels
een onderhandsche obligatie ten lasten C:J: van der Lith groot een en vyftig ryksd:s en vier schell:
Hans Bruwer over boek schuld twee ryksd:s en vier schell:
de wed:e Gert Mulder over boek schuld een ryksd:
Johannes Steyn Dan:l z:n over boek schuld een ryksd: en vier schell:
Daniel Matthee over boek schuld vier ryksd:
Maria Swanepoel over boek schuld drie ryksd:
Petrus Paulus Steyn senior over boek schuld drie ryksd: en vier schell:
Jan Neft wonende in de Kaap Stad over boekschuld zes ryksd:s
Barend van Eeden een ryksd:
de wed:e J:A: van Zeyl twee ryksd: en vier schell:
Frans du Toit een ryksd:
Piet van Zeyl vier ryksd: en vier schell:
Hans Linde vyf ryksd: en vier schell:
Hans Bruwer vier ryksd:
Jacob van Eeden senior drie rykd:
M: Kriel vier schell:
Willem Cilliers twee ryksd:s
Jan Marais twee ryksd: en vier schell:
Matthys Human Matthys zoon twee ryksd: en vier schell:
Barend van Eeden een ryksd:
Lasten des boedels
aan Daniel Steyn senior blykens onderhandsche obligatie drie honderd ryksdaalders - paid in part payment rd:100 the 9 July 1825
aan Willem Koster blykens rekening een en veertig ryksd:s
aan Hendrik van As blykens rekening twintig ryksd:s
aan J:A: van Zeyl blykens rekening twintig ryksd:s
aan Gert van Eeden zeven ryksd:s
aan Hermanus Steyn Dan:l zoon vier ryksd: en vier schell:
aan den heer J:F: Bam door wien met Stear een contract is aangegaan om een slaaf van gem: Bam in het schoenmakers ambacht te onderwyzen, edoch welke contract, na dat gemelde slaaf slechts drie maanden onderwezen zynde, door het overleiden van gem: Stear is komen te vervallen
aan Jan Mund voor het maken van een dood kist twintig ryksd:s
aan Gert van Eeden voor drie geelhoute planken vyftien ryksd:
aan Fredrik Conradi veertien ryksd:s

Op heden den 3 Juny 1823 compareerde voor my Andreas Tobias Kolver als waarneemende voor den Agent van het Eerwaard Collegie van Heeren Weesmeestern in dit district de heer J:F: Bam vorengem: weduwe Stear, dewelke verklaarde zich in het op en aangeven van dezen inventaris getrouwlyk en oprechtelyk te hebben gedragen en hares wetens niets agtergehouden of verzwegen te hebben dat tot dien boedel zoude behoren, met belofte van in geval het een of ander tot dien boedel behoorende mogte worden gevonden als dan dezen inventaris daarmede te zullen emplieeren en vergrooten, zynde zy comparante overigens bereid om zoo zulks zal worden gevonden deeze haare opgaaf met solemneele eede te bevestigen

Aldus gedaan en geinventarisseerd ter plaatze voormeld die et anno ut supra.

Als getuigen: H:s Steijn, Andries Heijns

Cornelia Dorothea Stear

My present: A:T: Kolver

MOOC8/40.68

{18250815} 15 August 1825 Louis Jacobus Pienaar , Aletta Mosterd

Inventory of the property of Louis Jacobus Pienaar and his surviving widow Aletta Mosterd relinquished by the death of the first mentioned on the fourteenth day of June in the year of our Lord one thousand and eight hundred and twenty five for the benefit of his aforesaid widow on the one part, and the deceased parents

Pieter Pienaar and his wife Martha Magdalena du Toit on the other part

The aforesaid property having been taken under the administration of the Board of Orphan Masters of this Colony in behalf of his aforesaid heirs and been inventoried by the undersigned special Commissioner of the Board aforesaid was found to consist in the following

Certain piece of land with the buildings erected thereon situated in Cape district named Klip Valley being part of the place Modderfontyn measuring 17 morgen and 58 square rods
In the passage of the house situated on the said place
three tables
eight chairs
one spy glass
In the room on the left hand
one bedstead
one feather bed left to the surviving widow with consent of the abovementioned Pieter Pienaar
four pillows
one bolster
one blanked
one stretcher
two beds
eight pillows
two bolsters
two covers
two bureaus
one looking glass
one table
two waiters
a small box
a large Bible
three Chinees ornaments
one green table cloth
In the room on the right
one gun rack
one gun
one bullid mold, shot beld, powder horn
one crued stand
one coffy urn
two large chests
one small [chests]
one pipe rack
one trunk
one time piece
one gold watch
In the pantry
twelve table knives
fifteen forks
seven spoons
two soup laddle
some empty flasks and bottles
six vine glasses
six tumblers
one lantourn
one tin mug
one coffy mill
four cans
two gugs
seven kandle sticks
four cannisters
three salt stands
one botter pot
four flasks
three earthen pots
three tea pots
fifteen cups and saucers
one bread basked
two tin basons
seventeen plates
eleven dishes
one soup turean
In the kitchen
one table
one baker trough
one milker tub
two milker [tub]
one frijing pan
one grid iron
one thry pot
one rack
one sieve
two laddles, one fork and a scummer
one chimny rack
one fire schovel and tong
two tea kettle
one chaven dish
one tin tea kattle and a chaven dish
one pot rack
five earthen pot
one tea kettle /defect/
three pails
one large funnel
In the outside room
a tar barrel with a quantity of tar
one vine half aum
one half pipe
one corn harp
one water cask
two picks
two shovels
one frame saw
one adze
one hadchet
one vice
one smith bellows
one carpenters banch
one large vice
eighteen muid sacks
twelve chaf sacks
one harrow
two plough irons
two plough irons defect
two ploughs
one [ploughs] defect
one barley sieve
one scaple
a quantity of timber
a quantity of timber gunk
In the wagon house
a covered horse wagon
a blullock wagon
ten jokes, one trektouw
one span of horse harnest
one span of horse plough harnest
Cattle
fifteen horses
twinty three bullocks
six cows
six mares
three pichs
twenty sheep and goats
Slaves
a male slave named Jonas of Mosambique labourer, 35 years of age
a male slave named Esau of Mosambique 31 years, labourer
a male slave named Jephta of this Colony about 57 3/4 years, mason
a female slave Agana of Batavia 46 1/4 y:r, housemaid
a female slave Sara of this Colony 26 years of age cook with her children, named Silvia born 23 July 1818 and Lakey born 18 May 1822
a female slave Marie of this Colony born Aug:t 1816
Claims against the estate
  Rd:s
to J: Louw on a mortgage bond to the amount of 12000:--
to J: Louw under mortgage of the slaves Sara and David /deceased/ 1000:--
to Philip Rens on a notarial bond ƒ5000 1666:32
to the widow J:J: Mosterd on a mortgage bond 3000:--
to Nicolaas Mosterd senior on a note of hand 5333:16
to the widow Christoffel Lombaard note of hand 500:--
to S:S: Lombaard 1333:16
to Fredrik Willem de Wet notarial bond 800:--
to Servaas de Kock 296:12
to J:H: Nolte 310:--
Claims in favor of the estate
  Rd:s
from the vendumaster of Cape Town the amount of a vendu roll 5146
from Joh:s Louw Joh:s Gideonz, Kallabas Kraal 100
from Pieter Paul van Jaarsveld for forty sheep 120
from Nicol:s Mosterd senior as per ball: of account - paid 252

Thus inventoried on the 15 Aug:t 1825 on the place aforesaid according to a statement made by the aforesaid widow, who declared to have acted herein bonafide and that to the best of her knowledge she has not withheld or secreted any thing that belonged to the aforesaid estate, and the said appearer further declared that she is and will at all times be ready and willing to confirm her statement by solem oath if required, promising at the same time that if after the date of these presents any property of this estate might be discovered, shall faithfully communicate it to the Orphan Chamber in order to amplify this inventory with the property so discovered

In witness whereof I the Commissioner together with the appearer and me the Secretary have subscribed to these presents

As Commissioner: G:E: Overbeek

Aletta Geertruijda Mosterd, weduwe L:J: Pienaar

In my presence: J:J:L: Smuts